ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 173

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

59e jaargang
30 juni 2016


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Verordening (EU) 2016/1050 van de Raad van 24 juni 2016 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1388/2013 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

1

 

*

Verordening (EU) 2016/1051 van de Raad van 24 juni 2016 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1387/2013 houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

5

 

*

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1052 van de Commissie van 8 maart 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen voor de voorwaarden voor terugkoopprogramma's en stabilisatiemaatregelen ( 1 )

34

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1053 van de Commissie van 28 juni 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1484/95 wat betreft de vaststelling van de representatieve prijzen voor de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine

42

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1054 van de Commissie van 29 juni 2016 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad tot instelling van definitieve antidumpingrechten op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China

44

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1055 van de Commissie van 29 juni 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de technische middelen voor een passende openbaarmaking van voorwetenschap en voor het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 )

47

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1056 van de Commissie van 29 juni 2016 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stof glyfosaat ( 1 )

52

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1057 van de Commissie van 29 juni 2016 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

55

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1058 van de Commissie van 29 juni 2016 tot sluiting van de openbare inschrijving voor de aankoop van mageremelkpoeder in het kader van de bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 geopende openbare interventie

57

 

 

BESLUITEN

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1059 van de Commissie van 20 juni 2016 houdende onttrekking aan EU-financiering van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) of in het kader van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 3753)

59

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1060 van de Commissie van 29 juni 2016 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU tot bevestiging van de aanvaarding van een verbintenis die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast

99

 

 

RICHTSNOEREN

 

*

Richtsnoer (EU) 2016/1061 van de Europese Centrale Bank van 26 mei 2016 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2008/8 inzake de gegevensverzameling betreffende de euro en de werking van het Valuta-informatiesysteem 2 (Currency Information System 2 — CIS 2) (ECB/2016/15)

102

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/1


VERORDENING (EU) 2016/1050 VAN DE RAAD

van 24 juni 2016

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1388/2013 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 31,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Teneinde een voldoende en ononderbroken aanvoer van bepaalde goederen die in de Unie in onvoldoende hoeveelheden worden geproduceerd, te waarborgen en verstoringen van de markt voor bepaalde landbouw- en industrieproducten te voorkomen, zijn bij Verordening (EU) nr. 1388/2013 van de Raad (1) autonome tariefcontingenten geopend. Binnen de grenzen van deze tariefcontingenten kunnen de betrokken producten tegen een verminderd recht of een nulrecht in de Unie worden ingevoerd. Om voornoemde redenen dienen voor negen nieuwe producten met ingang van 1 juli 2016 voor een passende hoeveelheid tariefcontingenten met nulrecht te worden geopend.

(2)

Daarnaast dienen de bestaande autonome tariefcontingenten van de Unie in bepaalde gevallen te worden aangepast. Bij één product dient de goederenomschrijving duidelijkheidshalve te worden gewijzigd. Bij drie andere producten moet de omvang van de contingenten worden verhoogd omdat een verhoging in het belang van de marktdeelnemers en van de Unie is.

(3)

Bij nog één product, ten slotte, dient het autonome tariefcontingent van de Unie vanaf 1 juli 2016 te worden gesloten omdat het niet in het belang van de Unie is om dit contingent na die datum nog te handhaven.

(4)

Verordening (EU) nr. 1388/2013 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

Aangezien de wijzigingen van de tariefcontingenten voor de producten in kwestie waarin deze verordening voorziet toepassing moeten vinden vanaf 1 juli 2016, moet deze verordening met spoed in werking treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EU) nr. 1388/2013 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De rijen voor de tariefcontingenten met de volgnummers 09.2691, 09.2692, 09.2693, 09.2696, 09.2697, 09.2698, 09.2699, 09.2694 en 09.2695 in bijlage I bij deze verordening worden ingevoegd in de volgorde van de GN-codes in de tweede kolom van de tabel in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1388/2013.

2)

De rijen voor de tariefcontingenten met de volgnummers 09.2637, 09.2703, 09.2683 en 09.2659 worden vervangen door de rijen in bijlage II bij deze verordening.

3)

De rij voor het tariefcontingent met volgnummer 09.2689 wordt geschrapt.

4)

Eindnoot 1 wordt vervangen door:

„(1)

Schorsing van rechten is onderworpen aan douanetoezicht in het kader van de regeling bijzondere bestemming overeenkomstig artikel 254 van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 24 juni 2016.

Voor de Raad

De voorzitter

A.G. KOENDERS


(1)  Verordening (EU) nr. 1388/2013 van de Raad van 17 december 2013 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 7/2010 (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 319).


BIJLAGE I

Volgnummer

GN-code

Taric

Omschrijving

Contingentperiode

Omvang van het contingent

Recht van het contingent (%)

09.2691

ex 2914 70 00

45

1-(1-chloorcyclopropyl)ethanon (CAS RN 63141-09-3)

1.7-31.12

400 t

0 %

09.2692

ex 2914 70 00

55

2-chloor-1-(1-chloorcyclopropyl)ethanon (CAS RN 120983-72-4)

1.7-31.12

1 200  t

0 %

09.2693

ex 2930 90 99

28

Flubendiamide (ISO) (CAS RN 272451-65-7)

1.7-31.12

100 t

0 %

09.2696

ex 2932 20 90

25

Decaan-5-olide (CAS RN 705-86-2)

1.7-31.12

2 430  kg

0 %

09.2697

ex 2932 20 90

30

Dodecaan-5-olide (CAS RN 713-95-1)

1.7-31.12

2 080  kg

0 %

09.2698

ex 3204 17 00

30

Kleurstof C.I. Pigment Red 4 (CAS RN 2814-77-9) en preparaten op basis daarvan met een gehalte aan kleurstof C.I. Pigment Red 4 van 60 of meer gewichtspercenten

1.7-31.12

75 t

0 %

09.2699

ex 8526 91 20

ex 8527 29 00

80

10

Geïntegreerde audiomodule (IAM) met een digitale video-uitgang voor aansluiting op een lcd-aanraakschermmonitor, interfaces voor een Media Oriented Systems Transport (MOST)-netwerk en waarbij het signaal wordt overgebracht via het MOST High-protocol, met of zonder:

een printkaart (PCB) bevattende een Global Positioning System (gps)-ontvanger, een gyroscoop en een TrafficMessageChannel (TMC)-tuner,

een harde schijf die meerdere kaarten kan ondersteunen,

een HD-radio,

een spraakherkenningssysteem,

een cd- en een dvd-lade,

en met

aansluitmogelijkheden voor Bluetooth, mp3 en Universal Serial Bus (USB),

een spanning van 10 V of meer maar niet meer dan 16 V,

bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van voertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

1.7-31.12.2016

500 000 stuks

0 %

09.2694

ex 8714 10 90

30

Asklemmen, behuizingen, vorkbruggen en klemstukken, van een aluminiumlegering, van de soort gebruikt voor motorfietsen

1.7-31.12

500 000 stuks

0 %

09.2695

ex 8714 10 90

40

Zuigers voor stuurdempers van gesinterd staal volgens ISO-norm P2054, van de soort gebruikt voor motorfietsen

1.7-31.12

1 000 000 stuks

0 %


BIJLAGE II

Volgnummer

GN-code

Taric

Omschrijving

Contingentperiode

Omvang van het contingent

Recht van het contingent (%)

09.2637

ex 0710 40 00

ex 2005 80 00

20

30

Maiskolven (Zea Mays Saccharata), ook indien gesneden, met een diameter van 10 mm of meer maar niet meer dan 20 mm, bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van producten van de levensmiddelenindustrie, om een andere behandeling te ondergaan dan het enkel opnieuw verpakken (1) (2)

1.1-31.12

550 t

0 % (3)

09.2703

ex 2825 30 00

10

Vanadiumoxiden en –hydroxiden, uitsluitend bestemd voor de vervaardiging van legeringen (1)

1.1-31.12

20 000  t

0 %

09.2683

ex 2914 19 90

50

Calciumacetylacetonaat (CAS RN 19372-44-2) bestemd voor de vervaardiging van stabilisatorsystemen in tabletvorm (1)

1.1-31.12

150 t

0 %

09.2659

ex 3802 90 00

19

Met soda flux gecalcineerde diatomeeënaarde

1.1-31.12

35 000  t

0 %


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/5


VERORDENING (EU) 2016/1051 VAN DE RAAD

van 24 juni 2016

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1387/2013 houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde landbouw- en industrieproducten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 31,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Het is in het belang van de Unie om de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief volledig te schorsen voor 140 producten die momenteel niet in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013 van de Raad (1) zijn vermeld.

(2)

Het is niet langer in het belang van de Unie om de schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief te handhaven voor zes producten die momenteel in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013 zijn vermeld.

(3)

Voor 46 schorsingen die momenteel in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013 zijn vermeld, moeten de voorwaarden worden gewijzigd om rekening te houden met de technische ontwikkeling van producten, de economische ontwikkelingen op de markt of nader onderzoek in verband met de indeling in de nomenclatuur, en om taalkundige aanpassingen door te voeren. De gewijzigde voorwaarden zien op veranderingen in de productomschrijving, de indeling, de douanerechten of de voorgeschreven bijzondere bestemming. De te wijzigen schorsingen moeten worden geschrapt uit de lijst van schorsingen in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013 en de gewijzigde schorsingen moeten opnieuw in die lijst worden opgenomen.

(4)

Duidelijkheidshalve moet de eindnoot die verwijst naar een nieuw geïntroduceerde maatregel of een maatregel met gewijzigde voorwaarden in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013, worden geschrapt en moeten de bij deze verordening gewijzigde vermeldingen met een asterisk worden gemerkt.

(5)

Verordening (EU) nr. 1387/2013 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

Aangezien de wijzigingen van de schorsingen voor de producten in kwestie waarin deze verordening voorziet, toepassing moeten vinden vanaf 1 juli 2016, moet deze verordening met spoed in werking treden. Bovendien moet de nieuw ingevoegde Taric-code 8708999750 toepassing vinden vanaf van 1 januari 2016, teneinde het voordeel van de onder Taric-code 7616991030 ingedeelde schorsing op passende wijze te waarborgen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De rijen voor de in bijlage I bij deze verordening opgenomen producten worden ingevoegd in de volgorde van de GN-codes die zijn vermeld in de eerste kolom van de tabel in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1387/2013.

2)

De rijen voor de producten waarvan de GN- en Taric-codes in bijlage II bij deze verordening zijn vermeld, worden geschrapt.

3)

Eindnoot 1 wordt vervangen door:

„(1)

Schorsing van rechten is onderworpen aan douanetoezicht in het kader van de regeling bijzondere bestemming overeenkomstig artikel 254 van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).”.

4)

Eindnoot 4 wordt vervangen door:

„(4)

Er wordt voorzien in toezicht op de invoer van goederen waarvoor deze tariefschorsing geldt, overeenkomstig de procedure vastgesteld in de artikelen 55 en 56 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558).”.

5)

Eindnoot 7 wordt geschrapt.

6)

De volgende eindnoot aangemerkt met een asterisk wordt toegevoegd:

„*

Schorsing voor een in de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1344/2011 opgenomen product waarvan de GN- of Taric-code, of de productomschrijving is gewijzigd bij deze verordening.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2016.

Taric-code ex 8708999750 is echter van toepassing met ingang van 1 januari 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 24 juni 2016.

Voor de Raad

De voorzitter

A.G. KOENDERS


(1)  Verordening (EU) nr. 1387/2013 van de Raad van 17 december 2013 houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde landbouw- en industrieproducten en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1344/2011 (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 201).


BIJLAGE I

GN-code

TARIC

Omschrijving

Autonoom recht

Aanvullende eenheid

Geplande datum voor verplichte herziening

ex 1512 19 10

10

Geraffineerde saffloerolie (Safloröl, CAS RN 8001-23-8) bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van

geconjugeerd linolzuur bedoeld bij post 3823 , of

ethyl- of methylesters van linolzuur bedoeld bij post 2916  (1)

0 %

31.12.2020

*ex 2008 99 91

20

Chinese waterkastanjes (Eleocharis dulcis of Eleocharis tuberosa) gepeld, gewassen, geblancheerd, gekoeld en individueel snel ingevroren, bestemd voor de vervaardiging van producten van de levensmiddelenindustrie, om een andere behandeling te ondergaan dan het enkel verpakken (1) (2)

0 % (3)

31.12.2020

*ex 2009 89 99

96

Kokoswater,

ongefermenteerd,

zonder toegevoegde alcohol of suiker, en

in een onmiddellijke verpakking met een inhoud van 50 liter of meer (2)

0 %

31.12.2016

*ex 2106 10 20

30

Preparaat op basis van sojaeiwitisolaat, bevattende 6,6 of meer maar niet meer dan 8,6 gewichtspercenten calciumfosfaat

0 %

31.12.2018

*ex 2805 19 90

20

Lithiummetaal met een zuiverheid van 98,8 of meer gewichtspercenten (CAS RN 7439-93-2)

0 %

31.12.2017

ex 2811 22 00

70

Amorf siliciumdioxide (CAS RN 60676-86-0)

in poedervorm

met een zuiverheid van 99,7 of meer gewichtspercenten

met een mediane korrelgrootte van 0,7 μm of meer maar niet meer dan 2,1 μm

waarbij 70 % van de deeltjes een diameter heeft van ten hoogste 3 μm

0 %

31.12.2020

ex 2818 30 00

20

Aluminiumhydroxide (CAS RN 21645-51-2)

in poedervorm

met een zuiverheid van 99,5 of meer gewichtspercenten

met een ontledingspunt van 263 °C of meer

met een deeltjesgrootte van 4 μm (± 1 μm),

met een totaal Na2O-gehalte van niet meer dan 0,06 gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2825 50 00

30

Koper(II)oxide (CAS RN 1317-38-0), met een deeltjesgrootte van niet meer dan 100 nm

0 %

31.12.2020

*ex 2836 99 17

30

Basisch zirkonium(IV)carbonaat (CAS RN 57219-64-4 of 37356-18-6) met een zuiverheid van 96 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2018

*ex 2903 39 29

10

1H-Perfluorhexaan (CAS RN 355-37-3)

0 %

31.12.2018

ex 2906 29 00

40

2-Broom-5-jood-benzeenmethanol (CAS RN 946525-30-0)

0 %

31.12.2020

ex 2908 19 00

40

3,4,5-Trifluorfenol (CAS RN 99627-05-1)

0 %

31.12.2020

ex 2908 19 00

50

4-Fluorfenol (CAS RN 371-41-5)

0 %

31.12.2020

ex 2909 30 90

50

1-Ethoxy-2,3-difluorbenzeen (CAS RN 121219-07-6)

0 %

31.12.2020

ex 2909 30 90

60

1-Butoxy-2,3-difluorbenzeen (CAS RN 136239-66-2)

0 %

31.12.2020

ex 2909 49 80

10

1-Propoxypropaan-2-ol (CAS RN 1569-01-3)

0 %

31.12.2020

ex 2911 00 00

10

Ethoxy-2,2-difluorethanol (CAS RN 148992-43-2)

0 %

31.12.2020

ex 2914 50 00

75

7-Hydroxy-3,4-dihydro-1(2H)-naftalenon (CAS RN 22009-38-7)

0 %

31.12.2020

ex 2915 90 70

65

2-Ethyl-2-methylbutaanzuur (CAS RN 19889-37-3)

0 %

31.12.2020

ex 2916 14 00

30

Allylmethacrylaat (CAS RN 96-05-9) en de isomeren daarvan met een zuiverheid van 98 of meer gewichtspercenten met ten minste:

0,01 % of meer, maar niet meer dan 0,02 % allylalcohol (CAS RN 107-18-6),

0,01 % of meer, maar niet meer dan 0,1 % methacrylzuur (CAS RN 79-41-4) en

0,5 % of meer, maar niet meer dan 1 % 4-methoxyfenol (CAS RN 150-76-5) (1)

0 %

31.12.2020

*ex 2916 39 90

20

3,5-Dichloorbenzoylchloride (CAS RN 2905-62-6)

0 %

31.12.2018

ex 2916 39 90

41

4-Broom-2,6-difluorbenzoylchloride (CAS RN 497181-19-8)

0 %

31.12.2020

ex 2916 39 90

51

3-Chloor-2-fluorbenzoëzuur (CAS RN 161957-55-7)

0 %

31.12.2020

ex 2916 39 90

61

2-Fenylboterzuur (CAS RN 90-27-7)

0 %

31.12.2020

ex 2917 39 95

25

Naftaleen-1,8-dicarbonzuuranhydride (CAS RN 81-84-5)

0 %

31.12.2020

ex 2917 39 95

35

1-Methyl-2-nitrotereftalaat (CAS RN 35092-89-8)

0 %

31.12.2020

ex 2918 99 90

13

3-Methoxy-2-methylbenzoylchloride (CAS RN 24487-91-0)

0 %

31.12.2020

ex 2918 99 90

18

Ethyl 2-hydroxy-2-(4-fenoxyfenil)propanoaat (CAS RN 132584-17-9)

0 %

31.12.2020

ex 2921 49 00

60

2,6-Diisopropylaniline (CAS RN 24544-04-5)

0 %

31.12.2020

ex 2922 19 85

35

2-[2-(Dimethylamino)ethoxy]ethanol (CAS RN 1704-62-7)

0 %

31.12.2020

*ex 2922 29 00

63

Aclonifen (ISO) (CAS RN 74070-46-5) met een zuiverheid van 97 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2922 39 00

25

3-(Dimethylamino)-1-(1-naftalenyl)-1-propanon)hydrochloride (CAS RN 5409-58-5)

0 %

31.12.2020

ex 2922 39 00

35

5-Chloor-2-(methylamino)benzofenon (CAS RN 1022-13-5)

0 %

31.12.2020

ex 2922 49 85

30

Waterige oplossing, bevattende 40 of meer gewichtspercenten natriummethylaminoacetaat (CAS RN 4316-73-8)

0 %

31.12.2020

ex 2924 29 98

61

(S)-1-fenylethanamine (S)-2-(((1R,2R)-2-allylcyclopropoxy)carbonylamino)-3,3-dimethylbutanoaat (CUS 0143288-8)

0 %

31.12.2020

ex 2924 29 98

62

2-Chloorbenzamide (CAS RN 609-66-5)

0 %

31.12.2020

ex 2924 29 98

64

N-(3′,4′-dichloor-5-fluor[1,1′-bifenyl]-2-yl)-aceetamide (CAS RN 877179-03-8)

0 %

31.12.2020

ex 2926 90 95

14

Cyaanazijnzuur (CAS RN 372-09-8)

0 %

31.12.2020

ex 2926 90 95

17

Cypermetrine (ISO) met de stereo-isomeren daarvan (CAS RN 52315-07-8) met een zuiverheid van 90 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2928 00 90

23

Metobromuron (ISO) (CAS RN 3060-89-7) met een zuiverheid van 98 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2930 90 99

19

N-(2-Methylsulfinyl-1,1-dimethyl-ethyl)-N′-{2-methyl-4-[1,2,2,2-tetrafluor-1-(trifluormethyl)ethyl]fenyl}ftalamide (CAS RN 371771-07-2)

0 %

31.12.2020

ex 2930 90 99

22

Tembotrion (ISO) (CAS RN 335104-84-2) met een zuiverheid van 94,5 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2930 90 99

26

Folpet (ISO) (CAS RN 133-07-3) met een zuiverheid van 97,5 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2931 90 80

60

4-Chloor-2-fluor-3-methoxyfenylboronzuur (CAS RN 944129-07-1)

0 %

31.12.2020

ex 2931 90 80

63

Chloorethenyldimethylsilaan (CAS RN 1719-58-0)

0 %

31.12.2020

ex 2931 90 80

65

Bis(4-tert-butylfenyl)jodonium hexafluorfosfaat (CAS RN 61358-25-6)

0 %

31.12.2020

ex 2931 90 80

67

Dimethyltin dioleaat (CAS RN 3865-34-7)

0 %

31.12.2020

ex 2931 90 80

70

(4-Propylfenyl)boronzuur (CAS RN 134150-01-9)

0 %

31.12.2020

ex 2932 19 00

20

Tetrahydrofuraan-boraan (CAS RN 14044-65-6)

0 %

31.12.2020

ex 2932 99 00

65

4,4-Dimethyl-3,5,8-trioxabicyclo[5,1,0]octaan (CAS RN 57280-22-5)

0 %

31.12.2020

ex 2933 21 00

55

1-Aminohydantoïne hydrochloride (CAS RN 2827-56-7)

0 %

31.12.2020

ex 2933 29 90

65

(S)-tert-Butyl 2-(5-broom-1H-imidazool-2-yl)pyrrolidine-1-carboxylaat (CAS RN 1007882-59-8)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

13

Methyl (1S,3S,4R)-2-[(1R)-1-fenylethyl]-2-azabicyclo[2.2.1]hept-5-een-3-carboxylaat (CAS RN 130194-96-6)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

14

N,4-Dimethyl-1-(fenylmethyl)- 3-piperidinamine hydrochloride (1:2) (CAS RN 1228879-37-5)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

16

Methyl (2S,5R)-5-[(benzyloxy)amino]piperidine-2-carboxylaat dihydrochloride (CAS RN 1501976-34-6)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

17

3,5-Dimethylpyridine (CAS RN 591-22-0)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

19

Methylnicotinaat (INNM) (CAS RN 93-60-7)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

23

2-Chloor-3-cyanopyridine (CAS RN 6602-54-6)

0 %

31.12.2020

ex 2933 39 99

26

2-[4-(Hydrazinylmethyl)fenyl]-pyridine dihydrochloride (CAS RN 1802485-62-6)

0 %

31.12.2020

ex 2933 49 10

50

1-Cyclopropyl-6,7,8-trifluor-1,4-dihydro-4-oxo-3-chinolinecarbonzuur (CAS RN 94695-52-0)

0 %

31.12.2020

ex 2933 59 95

18

1-Methyl-3-fenylpiperazine (CAS RN 5271-27-2)

0 %

31.12.2020

ex 2933 59 95

21

N-(2-oxo-1,2-dihydropyrimidine-4-yl)benzamide (CAS RN 26661-13-2)

0 %

31.12.2020

ex 2933 69 80

13

Metribuzin (ISO) (CAS RN 21087-64-9) met een zuiverheid van 93 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2933 69 80

17

Benzoguanamine (CAS RN 91-76-9)

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

16

Pyridaat (ISO) (CAS RN 55512-33-9) met een zuiverheid van 90 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

17

Carfentrazone-ethyl (ISO) (CAS RN 128639-02-1) met een zuiverheid van 93 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

21

1-(Bis(dimethylamino)methyleen)-1H-[1,2,3]triazool[4,5-b]pyridinium 3-oxide hexafluorfosfaat(V) (CAS RN 148893-10-1)

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

26

(2S,3S,4R)-Methyl 4-(3-(1,1-difluorobut-3-enyl)-7-methoxyquinoxalin-2-yloxy)-3-ethylpyrrolidine-2-carboxylaat 4-methylbenzeensulfonaat (CUS 0143289-9)

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

29

3-[3-(4-Fluorfenyl)-1-(1-methylethyl)-1H-indool-2-yl]-(E)-2-propenal (CAS RN 93957-50-7)

0 %

31.12.2020

ex 2933 99 80

31

Triadimenol (ISO) (CAS RN 55219-65-3) met een zuiverheid van 97 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2934 99 90

36

Oxadiazon (ISO) (CAS RN 19666-30-9) met een zuiverheid van 95 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2934 99 90

38

Clomazone (ISO)(CAS RN 81777-89-1) met een zuiverheid van 96 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2934 99 90

39

4-(Oxiraan-2-ylmethoxy)-9H-carbazool (CAS RN 51997-51-4)

0 %

31.12.2020

ex 2934 99 90

41

11-[4-(2-Chloorethyl)-1-piperazinyl]dibenzo(b,f)(1,4)thiazepine (CAS RN 352232-17-8)

0 %

31.12.2020

ex 2934 99 90

42

1-(Morfoline-4-yl)prop-2-en-1-on (CAS RN 5117-12-4)

0 %

31.12.2019

ex 2934 99 90

44

Propiconazool (ISO) (CAS RN 60207-90-1) met een zuiverheid van 92 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2935 00 90

52

(1R,2R)-1-Amino-2-(difluoromethyl)-N-(1-methylcyclopropylsulfonyl) cyclopropaancarboxamide hydrochloride (CUS 0143290-2) (5)

0 %

31.12.2020

ex 2935 00 90

54

Propoxycarbazonnatrium (ISO) (CAS RN 181274-15-7) met een zuiverheid van 95 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

ex 2935 00 90

56

N-(p-Tolueensulfonyl)-N′-(3-(p-tolueensulfonyloxy)fenyl)ureum (CAS RN 232938-43-1)

0 %

31.12.2020

ex 2935 00 90

57

N-{2-[(fenylcarbamoyl)amino]fenyl}benzeensulfonamide (CAS RN 215917-77-4)

0 %

31.12.2020

ex 2935 00 90

58

1-Methylcyclopropaan-1-sulfonamide (CAS RN 669008-26-8)

0 %

31.12.2020

*ex 2935 00 90

59

Flazasulfuron (ISO)(CAS RN 104040-78-0) met een zuiverheid van 94 of meer gewichtspercent

0 %

31.12.2020

*ex 3201 90 90

ex 3202 90 00

40

10

Reactieproduct van extract van Acacia mearnsii, ammoniumchloride en formaldehyde (CAS RN 85029-52-3)

0 %

31.12.2020

ex 3204 17 00

16

Kleurstof C.I. Pigment Red 49:2 (CAS RN 1103-39-5) en preparaten op basis daarvan met een gehalte aan C.I. Pigment Red 49:2 van 60 of meer gewichtspercenten

0 %

31.12.2020

*ex 3212 10 00

ex 7607 20 90

ex 7616 99 90

10

30

25

Gemetalliseerde folie:

bestaande uit ten minste acht lagen aluminium met een zuiverheid van 99,8 of meer percent (CAS RN 7429-90-5),

met een optische dichtheid van niet meer dan 3,0 per laag aluminium,

met elke laag aluminium gescheiden door een laag hars,

op een pet-onderfolie en

op rollen tot 50 000  meter lengte

0 %

31.12.2019

ex 3507 90 90

20

Kreatineamidinohydrolase (CAS RN 37340-58-2)

0 %

31.12.2020

*ex 3701 30 00

30

Reliëfdrukplaten, van de soort gebruikt voor het bedrukken op krantenpapier, bestaande uit een drager van metaal voorzien van een laag van fotopolymeer met een dikte van 0,15 of meer maar niet meer dan 0,8 mm, niet voorzien van een verwijderbare beschermingsfolie, met een totale dikte van niet meer dan 1 mm

0 %

31.12.2018

ex 3802 10 00

10

Mengsel van actieve kool en polyethyleen, in poedervorm

0 %

31.12.2020

ex 3808 92 30

10

Mancozeb (ISO) (CAS RN 8018-01-7), ingevoerd in onmiddellijke verpakkingen met een inhoud van 500 kg of meer (2)

0 %

31.12.2020

ex 3811 21 00

12

Dispergeermiddel bevattende:

esters van polyisobutenylbarnsteenzuur en pentaerytritol (CAS RN 103650-95-9),

meer dan 35 maar niet meer dan 55 gewichtspercenten minerale oliën, en

met een choorgehalte van niet meer dan 0,05 gewichtspercent,

gebruikt bij de vervaardiging van mengsels van additieven voor smeeroliën (1)

0 %

31.12.2020

ex 3811 21 00

14

Dispergeermiddel:

bevattende polyisobutyleenbarnsteenzuurimide afgeleid van reactieproducten van polyethyleenpolyaminen met polyisobutenylbarnsteenzuuranhydride (CAS RN 147880-09-9),

bevattende meer dan 35 maar niet meer dan 55 gewichtspercenten minerale oliën,

met een chloorgehalte van niet meer dan 0,05 gewichtspercent,

met een totaal basegetal van minder dan 15,

gebruikt bij de vervaardiging van mengsels van additieven voor smeeroliën (1)

0 %

31.12.2020

ex 3811 21 00

16

Detergent bevattende:

calciumzout van beta-aminocarbonyl alkylfenol (product van Mannich-reactie op basis van alkylfenol)

meer dan 40 maar niet meer dan 60 gewichtspercenten minerale oliën, en

met een totaal basegetal van meer dan 120

gebruikt bij de vervaardiging van mengsels van additieven voor smeeroliën (1)

0 %

31.12.2020

ex 3811 21 00

18

Detergent bevattende:

langketenige alkyltolueen calciumsulfonaten,

meer dan 30 maar niet meer dan 50 gewichtspercenten minerale oliën, en

met een totaal basegetal van meer dan 310 doch minder dan 340

gebruikt bij de vervaardiging van mengsels van additieven voor smeeroliën (1)

0 %

31.12.2020

ex 3824 90 92

21

Oplossing van 2-chloor-5-(chloormethyl)-pyridine (CAS RN 70258-18-3) in toluene

0 %

31.12.2020

ex 3824 90 92

22

Waterige oplossing bevattende:

38 of meer maar niet meer dan 42 gewichtspercenten 2-(3-chloor-5-(trifluormethyl)pyridine-2-yl)ethanamine (CAS RN 658066-44-5),

21 of meer maar niet meer dan 25 gewichtspercenten zwavelzuur (CAS RN 7664-93-9), en

1 of meer maar niet meer dan 2,9 gewichtspercenten methanol (CAS RN 67-56-1)

0 %

31.12.2020

ex 3824 90 92

23

Butylfosfaatcomplexen van titaan(IV) (CAS RN 109037-78-7), opgelost in ethanol en propaan-2-ol

0 %

31.12.2020

*ex 3901 10 10

40

Lineair lagedichtheidpolyethyleen (LLDPE) (CAS RN 9002-88-4) in de vorm van poeder, met

niet meer dan 5 gewichtspercenten comonomeer,

een smeltindex (melt flow rate) van 15 g/10 min. of meer, maar niet meer dan 60 g/10 min., en

een dichtheid van 0,922 g/cm3 of meer, maar niet meer dan 0,928 g/cm3

0 %

m3

31.12.2018

ex 3901 90 90

53

Copolymeer van uitsluitend ethyleen en acrylzuur (CAS RN 9010-77-9) met

een gehalte van 18,5 of meer maar niet meer dan 49,5 gewichtspercenten acrylzuur, en

een smeltindex (Melt Flow Rate — MFR) van 14 g/10 min. (MFR 125 °C/2,16 kg, ASTM D1238) of meer

0 %

m3

31.12.2020

ex 3901 90 90

57

Octeen lineair lagedichtheidpolyethyleen (LLDPE) in de vorm van pellets bestemd voor co-extrusie van foliën voor flexibele levensmiddelenverpakkingen met:

10 of meer maar niet meer dan 20 gewichtspercenten octeen,

een smeltindex (melt flow rate) van 9,0 of meer, maar niet meer dan 10,0 (volgens ASTM D1238 10.0/2.16),

een smeltindex (melt flow rate) (190 °C/2,16 kg) van 0,4 g/10 min., maar niet meer dan 0,6 g/10 min.,

een dichtheid (ASTM D4703) van 0,909 g/cm3 of meer, maar niet meer dan 0,913 g/cm3,

een geloppervlakte per 24,6 cm3 van niet meer dan 20 mm2, en

een antioxidantniveau van maximaal 240 ppm

0 %

m3

31.12.2020

ex 3901 90 90

63

Via een Ziegler-Natta-katalysatormethode geproduceerd octeen lineair lagedichtheidpolyethyleen(LLDPE) in de vorm van pellets met:

meer dan 10 maar niet meer dan 20 gewichtspercenten copolymeer,

een smeltindex (MFR 190 °C/2,16 kg) van 0,7 g/10 min. maar niet meer dan 0,9 g/10 min., en

een dichtheid (ASTM D4703) van 0,911 g/cm3 of meer, maar niet meer dan 0,913 g/cm3

bestemd voor co-extrusie van foliën voor flexibele levensmiddelenverpakkingen (1)

0 %

m3

31.12.2020

*ex 3901 90 90

65

Lineair lagedichtheidpolyethyleen (LLDPE) (CAS RN 9002-88-4) in de vorm van poeder, met

meer dan 5 gewichtspercenten, maar niet meer dan 8 gewichtspercenten comonomeer,

een smeltindex (melt flow rate) van 15 g/10 min. of meer, maar niet meer dan 60 g/10 min., en

een dichtheid van 0,922 g/cm3 of meer, maar niet meer dan 0,928 g/cm3

0 %

m3

31.12.2018

*ex 3901 90 90

67

Copolymeer van uitsluitend ethyleen en methacrylzuurmonomeren waarin het methacrylzuurgehalte 11 gewichtspercenten of meer is

0 %

31.12.2020

ex 3903 90 90

46

Copolymeer in de vorm van korrels, bevattende:

74 gewichtspercenten (± 4 %) styreen,

24 % (± 2 %) N-butylacrylaat, en

0,01 of meer maar niet meer dan 2 gewichtspercenten methacrylzuur

0 %

m3

31.12.2020

ex 3903 90 90

70

Copolymeer in de vorm van korrels, bevattende:

75 gewichtspercenten (± 7 %) styreen, en

25 gewichtspercenten (± 7 %) methylmethacrylaat

0 %

m3

31.12.2020

ex 3907 10 00

10

Mengsel van een copolymeer van trioxaan en oxiraan en polytetrafluorethyleen

0 %

31.12.2020

ex 3907 10 00

20

Polyoxymethyleen met acetyl-eindgroepen, bevattende polydimethylsiloxaan en vezels van een copolymeer van tereftaalzuur en 1,4-fenyldiamine

0 %

31.12.2020

ex 3907 30 00

15

Epoxyhars, halogeenvrij,

met meer dan 2 gewichtspercenten fosforhoudende stoffen als berekend op de vaste stof, chemisch gebonden in de epoxyhars,

zonder hydrolyseerbaar chloor of met minder dan 300 ppm hydrolyseerbaar chloor, en

bevattende een oplosmiddel

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van prepregvellen of -rollen van de soort die wordt gebruikt voor de productie van printplaten (1)

0 %

31.12.2020

ex 3907 30 00

25

Epoxyhars

bevattende 21 of meer gewichtspercenten broom,

zonder hydrolyseerbaar chloor of met minder dan 500 ppm hydrolyseerbaar chloor, en

bevattende een oplosmiddel

0 %

31.12.2020

*ex 3907 40 00

35

α-Fenoxycarbonyl-ω-fenoxypoly[oxy(2,6-dibroom-1,4-fenyleen) isopropylideen(3,5-dibroom-1,4-fenyleen)oxycarbonyl] (CAS RN 94334-64-2)

0 %

31.12.2018

ex 3910 00 00

15

Dimethyl, methyl(propyl(polypropyleenoxide)) siloxaan (CAS RN 68957-00-6), trimethylsiloxy-getermineerd

0 %

31.12.2020

ex 3919 10 80

63

Reflecterende folie bestaande uit

een laag van acrylhars voorzien van merktekens tegen namaak, verandering of vervanging van gegevens of kopiëren, of een officieel merkteken voor een bepaald gebruik,

een laag van acrylhars met ingebedde glazen bolletjes,

een laag van acrylhars gehard met een op melamine gebaseerd vernettingsagens,

een metaallaag,

een acrylkleeflaag, en

een verwijderbare beschermfolie

0 %

31.12.2020

*ex 3919 10 80

ex 3919 90 00

73

50

Zelfklevende reflecterende folie, al dan niet ingesegmenteerde delen,

al dan niet met een watermerk,

al dan niet aan één zijde voorzien van een met een kleefstof aangebrachte toepassingstape;

de reflecterende folie bestaat uit:

een laag acryl- of vinylpolymeer,

een laag poly(methylmethacrylaat) of polycarbonaat met microprisma's,

een metaallaag,

een kleeflaag, en

een verwijderbare beschermfolie

al dan niet met nog een laag polyester

0 %

31.12.2018

ex 3919 90 00

52

Witte tape van polyolefine, bestaande uit, achtereenvolgens:

een zelfklevende laag op basis van synthetische rubber met een dikte van 8 μm of meer maar niet meer dan 17 μm,

een polyolefinelaag met een dikte van 28 μm of meer maar niet meer dan 40 μm, en

een beschermlaag zonder silicone met een dikte van minder dan 1 μm

0 %

31.12.2020

*ex 3919 90 00

54

Folie van poly(vinylchloride), al dan niet aan één zijde voorzien van een polymeerlaag met

een acrylkleeflaag met een hechtsterkte van 70 N/m of meer, die al dan niet bij bestraling wordt gereduceerd,

met een totale dikte zonder verwijderbare beschermfolie van 78 micron of meer, en

een verwijderbare beschermfolie, al dan voorzien van sferoïden en aan één zijde gegaufreerd („embossed”)

0 %

31.12.2019

*ex 3920 20 29

60

Monoaxiaal georiënteerde folie, met een totale dikte van niet meer dan 75 μm, bestaande uit drie of vier lagen, waarbij elke laag een mengsel van polypropyleen en polyethyleen bevat, met een kernlaag die al dan niet titaandioxide bevat, en met:

een treksterkte in de lengterichting van 120 MPa of meer maar niet meer dan 270 MPa, en

een treksterkte in de dwarsrichting van 10 MPa of meer maar niet meer dan 40 MPa,

bepaald volgens testmethode ASTM D882/ISO 527-3

0 %

31.12.2018

*ex 3920 20 29

70

Monoaxiaal georiënteerde folie, bestaande uit drie lagen, waarbij elke laag bestaat uit een mengsel van polypropyleen en een copolymeer van ethyleen en vinylacetaat, met een kernlaag die al dan niet titaandioxide bevat en

een dikte van 55 of meer maar niet meer dan 97 μm,

een elasticiteitsmodule in de lengterichting van 0,30 of meer maar niet meer dan 1,45 GPa, en

een elasticiteitsmodule in de dwarsrichting van 0,20 of meer maar niet meer dan 0,70 GPa

0 %

31.12.2019

*ex 3920 99 59

65

Folie van een copolymeer van vinylalcohol, oplosbaar in koud water, met een dikte van 34 μm of meer maar niet meer dan 90 μm, een treksterkte bij breuk van 20 MPa of meer maar niet meer dan 55 MPa en een breukrek van 250 % of meer maar niet meer dan 900 %

0 %

31.12.2018

ex 3921 19 00

40

Transparante, microporeuze folie van met acrylzuur geënt polyethyleen, op rollen, met:

een breedte van 98 mm of meer, maar niet meer dan 170 mm,

een dikte van 15 μm of meer, maar niet meer dan 36 μm,

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van separators voor alkalinebatterijen

0 %

31.12.2020

ex 3921 90 55

50

Met glasvezel versterkte foliën van reactief, halogreenvrij epoxyhars met verharders, additieven en anorganische vulstoffen, bestemd voor het inkapselen van halfgeleidersystemen (1)

0 %

m2

31.12.2020

ex 4016 93 00

20

Pakking van gevulkaniseerde rubber (ethyleenpropyleendieen monomeren) met een toelaatbare uitstroom van materiaal bij vormnaden van niet meer dan 0,25 mm, in de vorm van een rechthoek:

met een lengte van 72 mm of meer maar niet meer dan 825 mm;

met een breedte van 18 mm of meer maar niet meer dan 155 mm

0 %

31.12.2020

ex 4104 41 51

10

Niet afgewerkt leder („crust”) van zeboesoorten of kruisingen daarvan met een eenheidsoppervlak van meer dan 2,6 m2 en met een bultholte van 450 cm2 of meer maar niet meer dan 2 850  cm2, bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van grondstoffen voor stoelbekledingen voor motorvoertuigen (1)

0 %

31.12.2020

ex 5403 39 00

10

Biologisch afbreekbaar (norm EN 14995) monofilament van niet meer dan 33 dtex, met ten minste 98 gewichtspercenten polylactide (PLA), bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van filtreerweefsels voor de voedingsindustrie (1)

0 %

31.12.2020

*ex 6804 21 00

20

Schijven

van synthetische diamanten gebonden met een legering van metaal, een legering van keramiek of een legering van kunststof,

met zelfscherpend effect door constante afslijting van de diamanten,

geschikt voor het slijpen van wafers,

al dan niet voorzien van een gat in het midden,

al dan niet op een drager

met een gewicht van niet meer dan 377 g per stuk, en

met een uitwendige diameter van niet meer dan 206 mm

0 %

p/st

31.12.2019

*ex 6813 89 00

20

Wrijvingsmateriaal, met een dikte van minder dan 20 mm, niet gemonteerd, bestemd voor de vervaardiging van wrijvingsonderdelen (1)

0 %

31.12.2018

ex 7009 10 00

40

Elektrochrome, zelfdimmende binnenachteruitkijkspiegel bestaande uit:

een spiegelhouder

een behuizing van kunststof

een geïntegreerd circuit

bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van goederen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

31.12.2020

*ex 7616 99 10

ex 8708 99 97

30

50

Motorhouder van aluminium, met de volgende afmetingen:

een hoogte van meer dan 10 mm, maar niet meer dan 200 mm,

een breedte van meer dan 10 mm,maar niet meer dan 200 mm

een lengte van meer dan 10 mm maar niet meer dan 200 mm

uitgerust met ten minste twee bevestigingsgaten, gemaakt van aluminiumlegeringen ENAC-46100 of ENAC-42100 (overeenkomstig de norm EN:1706) met de volgende kenmerken:

een interne porositeit van niet meer dan 1 mm,

een externe porositeit van niet meer dan 2 mm,

een Rockwellhardheid HRB 10 of meer

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van ophangsystemen voor motoren in motorvoertuigen

0 %

p/st

31.12.2019

ex 8108 20 00

40

Ingot bestaande uit een titaanlegering

met een hoogte van 17,8 cm of meer, een lengte van 180 cm of meer en een breedte van 48,3 cm of meer,

een gewicht van 680 kg of meer,

bevattende de volgende legeringselementen:

3 of meer maar niet meer dan 6 gewichtspercenten aluminium

2,5 of meer maar niet meer dan 5 gewichtspercenten tin

2,5 of meer maar niet meer dan 4,5 gewichtspercenten zirkonium

0,2 of meer maar niet meer dan 1 gewichtspercent niobium

0,1 of meer maar niet meer dan 1 gewichtspercent molybdeen

0,1 of meer maar niet meer dan 0,5 gewichtspercent silicium

0 %

31.12.2020

ex 8108 20 00

50

Ingot bestaande uit een titaanlegering

met een hoogte van 17,8 cm of meer, een lengte van 180 cm of meer en een breedte van 48,3 cm of meer,

een gewicht van 680 kg of meer,

bevattende de volgende legeringselementen:

3 of meer maar niet meer dan 7 gewichtspercenten aluminium

1 of meer maar niet meer dan 5 gewichtspercenten tin

3 of meer maar niet meer dan 5 gewichtspercenten zink

4 of meer maar niet meer dan 8 gewichtspercenten molybdeen

0 %

31.12.2020

ex 8108 20 00

60

Ingot bestaande uit een titaanlegering

met een diameter van 63,5 cm of meer en een lengte van 450 cm of meer,

een gewicht van 6 350  kg of meer,

bevattende de volgende legeringselementen:

5,5 of meer maar niet meer dan 6,7 gewichtspercenten aluminium,

3,7 of meer maar niet meer dan 4,9 gewichtspercenten vanadium

0 %

31.12.2020

ex 8113 00 90

20

Een kubusvormig afstandsstuk van aluminiumsiliciumcarbide(AlSiC)composiet, gebruikt voor de verpakking in IGBT-modules

0 %

31.12.2020

ex 8302 20 00

20

Zwenkwielen met

een uitwendige diameter van 21 mm of meer, maar niet meer dan 23 mm,

een breedte met schroef van 19 mm of meer, maar niet meer dan 23 mm,

een U-vormige buitenring van kunststof,

een aan de inwendige diameter bevestigde montageschroef die wordt gebruikt als binnenring

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8407 90 10

10

Viertakt-benzinemotoren met een cilinderinhoud van niet meer dan 250 cm3, bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van machines voor tuinonderhoud bedoeld bij de posten 8432 , 8433 , 8436 of 8508  (1)

0 %

31.12.2016

*ex 8408 90 43

ex 8408 90 45

ex 8408 90 47

40

30

50

Vloeistofgekoelde viercilinderviertaktmotoren met zelfontsteking, met

een cilinderinhoud van niet meer dan 3 850  cm3, en

een nominaal vermogen van 15 kW of meer, maar niet meer dan 85 kW,

bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van voertuigen van post 8427  (1)

0 %

31.12.2017

ex 8415 90 00

30

Een verwijderbare ontvanger/droger met booglasverbindingen van aluminium met een verbindingsblok met polyamide and keramische elementen, met:

een lengte van 166 mm (± 1 mm),

een diameter van 70 mm (± 1 mm),

een volume van 280 cm3 of meer,

een wateropnamepercentage van 17 g of meer, en

een interne zuiverheid uitgedrukt in de toegestane hoeveelheid onzuiverheden van niet meer dan 0,9 mg/dm2

van de soort die wordt gebruikt in airconditioningsystemen in auto's

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8415 90 00

40

Bij open vlam gesoldeerd aluminium blok met geëxtrudeerde, gebogen aansluitstukken, van de soort die wordt gebruikt in airconditioningsystemen voor personenauto's

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8415 90 00

50

Een verwijderbare ontvanger/droger met booglasverbindingen van aluminium met een verbindingsblok met polyamide en keramische elementen, met:

een lengte van 291 mm (± 1 mm),

een diameter van 32 mm (± 1 mm),

vlammen met een lengte van niet meer dan 0,2 mm en een dikte van niet meer dan 0,06 mm,

vaste deeltjes met een diameter van niet meer dan 0,06 mm

van de soort die wordt gebruikt in airconditioningsystemen in auto's

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8436 99 00

10

Onderdeel bevattende:

een enkelfasige wisselstroommotor,

een planetaire overbrenging,

een snijblad

en met of zonder:

een condensator,

een onderdeel voorzien van een schroefbout

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van tuinversnipperaars (1)

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8479 89 97

15

Bioreactor voor biofarmaceutische celkweek

waarvan de binnenkant bestaat uit austenitisch roestvast staal type 316L,

met een verwerkingscapaciteit van 50 liter, 500 liter, 3 000  liter, 5 000  liter, 10 000  liter of 15 000  liter

al dan niet in combinatie met een „clean-in-process”-systeem en/of een speciaal aangekoppeld vat voor media

0 %

p/st

31.12.2019

*ex 8482 10 10

ex 8482 10 90

30

20

Kogellagers:

met een inwendige diameter van 3 mm of meer,

met een uitwendige diameter van niet meer dan 100 mm,

met een breedte van niet meer dan 40 mm,

al dan niet voorzien van een stofkap,

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van riemaangedreven stuurinrichtingen van motoren, elektrische stuurinrichtingen en stuurhuizen (1)

0 %

p/st

31.12.2019

ex 8501 10 10

20

Synchroonmotor voor vaatwasmachines voorzien van een mechanisme voor het beheer van de waterstroom, met

een lengte zonder as van 24 mm (± 0,3),

een diameter van 49,3 mm (± 0,3)

een nominale spanning van 220 V wisselspanning of meer, maar niet meer dan 240 V wisselspanning,

een nominale frequentie van 50 Hz of meer, maar niet meer dan 60 Hz,

een ingangsvermogen van niet meer dan 4 W,

een toerental van 4 tpm of meer, maar niet meer dan 4,8 tpm,

een uitgangskoppel van niet meer dan 10 kgf/cm

0 %

31.12.2020

ex 8501 10 99

55

Elektrische actuator voor turbocompressor, met:

een gelijkstroommotor met een uitgangsvermogen van 10 W of meer maar niet meer dan 15 W,

een geïntegreerde tandwieloverbrenging,

een (trek)kracht leverend van 250 N of meer bij een omgevingstemperatuur van 160 °C,

een (trek)kracht leverend van 250 N of meer in elke stand van de slag,

met een effectieve slag van 15 mm of meer maar niet meer dan 20 mm,

al dan niet met ingebouwde diagnostische interface

0 %

31.12.2020

ex 8501 10 99

57

Gelijkstroommotor:

met een toerental van niet meer dan 6 500  tpm in onbeladen staat,

met een nominale spanning van 12,0 V (± 0,1),

met een gespecificeerd temperatuurbereik van – 40 °C of meer maar niet meer dan + 165 °C,

al dan niet met een verbindend rondsel,

al dan niet met een motorconnector

0 %

31.12.2020

ex 8501 31 00

ex 8501 32 00

35

70

Voor automotive-gebruik voorbereide, borstelloze, permanent bekrachtigde gelijkstroommotor met:

een gespecificeerde snelheid van max. 4 000  tpm,

een vermogen van ten minste 400 W, maar niet meer dan 1,3 kW (bij 12 V),

een flensdiameter van ten minste 90 mm en niet meer dan 150 mm,

een maximale lengte van 190 mm, gemeten vanaf het begin van de schacht tot het uiteinde ervan,

een lengte van de behuizing van maximaal 150 mm, gemeten vanaf de flens tot het uiteinde,

een tweedelige behuizing van aluminium (basisbehuizing inclusief elektronische componenten en een flens met minimaal 2 en maximaal 6 boorgaten) met een afdichting (groef met een O-ring en vet),

een stator met enkelvoudig T-tandontwerp en enkelvoudige spoelwikkeling in 12/8 topologie, en

oppervlaktemagneten

0 %

31.12.2020

*ex 8501 32 00

ex 8501 33 00

60

15

Aandrijfmotor, met:

een koppel van 200 Nm of meer maar niet meer dan 300 Nm

een vermogensoutput van 50 kW of meer maar niet meer dan 100 kW

een nominaal toerental van niet meer dan 12 500  tpm

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van elektrische voertuigen (1)

0 %

31.12.2019

ex 8505 11 00

ex 8505 19 90

55

40

Platte staven van een legering van samarium en kobalt met

een lengte van 30,4 mm (± 0,05 mm);

een breedte van 12,5 mm (± 0,15 mm);

een dikte van 6,9 mm (± 0,05 mm), of gemaakt van ferriet in de vorm van kwartflensen met:

een lengte van 46 mm (± 0,75 mm);

een breedte van 29,7 mm (± 0,2 mm),

bestemd om na magnetisering te fungeren als permanente magneten van de soort die wordt gebruikt in startmotoren voor personenauto's en apparaten ter vergroting van de actieradius van elektrische auto's

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8506 50 10

10

Cilindervormige primaire lithiumcellen met:

een diameter van 14,0 mm of meer, maar niet meer dan 26,0 mm;

een lengte van 25 mm of meer, maar niet meer dan 51 mm;

een spanning van 1,5 V of meer, maar niet meer dan 3,6 V;

een capaciteit van 0,80 Ah of meer, maar niet meer dan 5,00 Ah

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van telemetrische en medische apparaten, elektronische tellers en afstandsbedieningen (1)

0 %

31.12.2020

*ex 8507 10 20

30

Loodaccumulatoren of -modules, met

een nominale capaciteit van niet meer dan 32 Ah,

een lengte van niet meer dan 205 mm,

een breedte van niet meer dan 130 mm, en

een hoogte van niet meer dan 190 mm

bestemd voor de vervaardiging van artikelen bedoeld bij post 8711  (1)

0 %

31.12.2018

*ex 8507 60 00

71

Herlaadbare lithiumionbatterijen met:

een lengte van 700 mm of meer maar niet meer dan 2 820  mm

een breedte van 935 mm of meer maar niet meer dan 1 660  mm

een hoogte van 85 mm of meer maar niet meer dan 700 mm,

een gewicht van 280 kg of meer maar niet meer dan 700 kg,

een vermogen van niet meer dan 130 kWh

0 %

31.12.2017

*ex 8508 70 00

ex 8537 10 99

10

96

Printplaat zonder behuizing voor het bedienen en besturen van de borstels van stofzuigers die worden aangedreven door een motor met een vermogen van niet meer dan 300 W

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8512 20 00

30

Verlichtingsmodule met ten minste:

twee leds,

lenzen van glas of kunststof die het door de leds uitgestraalde licht convergeren/verspreiden,

reflectoren die het door de leds uitgestraalde licht doorsturen,

in een behuizing van aluminium met een radiator, geïnstalleerd op een houder met een actuator

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8512 20 00

40

Mistlampen met een gegalvaniseerde binnenkant, bevattende:

een kunststof houder met drie of meer klemmen,

een of meer lampen van 12 V,

een aansluitklem,

een kunststof bedekking,

al dan niet met aansluitkabel

bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van goederen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

p/st

31.12.2019

ex 8512 30 90

20

Waarschuwingszoemer voor parkeersensorsysteem in kunststof behuizing, werkend volgens het piëzo-mechanische beginsel, bevattende:

een printplaat,

een stekker,

al dan niet in een metalen houder,

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van goederen bedoeld bij hoofdstuk 87

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8518 90 00

60

Bovenplaat voor luidsprekermagneetsysteem, van uit één stuk geponst, gestampt en gegalvaniseerd staal, in de vorm van een ronde schijf, al dan niet voorzien van een gat in het midden, van de soort die wordt gebruikt in luidsprekers van personenauto's

0 %

31.12.2020

ex 8523 51 99

10

SD-geheugenkaart met niet-opwaardeerbare reeks geüploade kaarten voor gebruik in voertuignavigatie-units (1)

0 %

31.12.2020

*ex 8525 80 19

70

Langegolf-infraroodcamera (LWIE-camera) (overeenkomstig ISO/TS 16949) met:

een gevoeligheid in het golflengtegebied van 7,5 μm of meer maar niet meer dan 17 μm,

een resolutie van max. 640 × 512 pixels,

een gewicht van niet meer dan 400 g,

maximale afmetingen van 70 mm × 86 mm × 82 mm,

al dan niet in een behuizing,

een voor voertuigen gekwalificeerde stekker, en

een afwijking van het uitgangssignaal over het volledige bedrijfstemperatuurbereik van niet meer dan 20 %

0 %

31.12.2019

*ex 8529 90 92

35

Lcd-modules met:

een beeldschermdiagonaal van 14,5 cm of meer maar niet meer dan 25,5 cm,

een led-backlight,

een printplaat met EPROM, microcontroller, tijdcontroller, drivermodule voor LIN-bus en andere actieve en passieve componenten,

een stekker met 8 pinnen voor voeding, en een LVDS-aansluiting met 4 pinnen,

al dan niet in een behuizing

om vast te worden ingebouwd of vast te worden gemonteerd in motorvoertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

31.12.2020

*ex 8529 90 92

36

Lcd-module met:

een beeldschermdiagonaal van 14,5 cm of meer maar niet meer dan 20,3 cm,

met of zonder touchscreen,

een led-backlight,

een printplaat met EE PROM, microcontroller, LVDS-ontvanger en andere actieve en passieve componenten,

een stekker met 12 pinnen voor voeding en CAN- en LVDS-aansluitingen,

in een behuizing met controle- en andere besturingsfuncties

bestemd om te worden geïnstalleerd in motorvoertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

31.12.2020

*ex 8529 90 92

55

Oled-modules, bestaande uit één of meer tft-cellen van glas of kunststof, bevattende organisch materiaal, niet gecombineerd met aanraakschermfuncties en één of meer printplaten met regelelektronica voor pixelaansturing, bestemd om te gebruikt bij de vervaardiging van televisietoestellen en monitoren (1)

0 %

p/st

31.12.2019

ex 8529 90 92

85

Lcd-module met kleurenweergave in een behuizing:

met een beeldschermdiagonaal van 14,48 cm of meer maar niet meer dan 26 cm,

zonder touchscreen,

met achtergrondverlichting en microcontroller,

met een CAN (Controller Area Network)-controller, een LVDS (Low-Voltage Differential Signalling)-interface en een CAN/voedingsconnector,

zonder een signaalverwerkingsmodule,

met regelelektronica voor uitsluitend pixelaansturing,

met een aandrijfmechanisme voor het bewegen van het beeldscherm

om vast te worden geïnstalleerd in voertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8535 90 00

20

Gedrukte schakelingen in de vorm van platen bestaande uit isolatiemateriaal met elektroverbindingen en soldeerpunten, bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van achtergrondverlichtingseenheden (backlight-eenheden) voor lcd-modules (1)

0 %

p/st

31.12.2018

ex 8536 69 90

60

Stekkers en contactdozen met een lengte van niet meer dan 12,7 mm of een diameter van niet meer dan 10,8 mm, bestemd om te worden gebruikt bij de productie van hoorapparaten en spraakprocessoren (1)

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8536 90 85

20

Halfgeleiderchipbehuizing in de vorm van een omlijsting van kunststof die een omlijsting van lood bevat, uitgerust met contactpunten, voor spanningen van niet meer dan 1 000  V

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8536 90 85

30

Klinknagels

van koper

bekleed met zilver-nikkellegering AgNi10 of met zilver met 11,2 (± 1,0) gewichtspercenten tinoxide en indiumoxide tezamen

met een dikte van de bekleding van 0,3 mm (– 0/+ 0,015 mm)

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8537 10 91

50

Zekeringsregelmodule in een kunststof behuizing met bevestigingsbeugels, bestaande uit:

contactdozen met of zonder zekeringen,

aansluitpoorten,

een printplaat met ingebouwde microprocessor, microschakelaar en relais

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van goederen bedoeld bij hoofdstuk 87

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8537 10 91

ex 8537 10 99

60

45

Elektronische besturingseenheden, vervaardigd volgens klasse 2 van de IPC-A-610E-norm, met ten minste:

een wisselstroomspanning van 208 V of meer, maar niet meer dan 400 V,

een logische voedingsingang van 24 V gelijkstroom,

een automatische stroomonderbreker,

een hoofdstroomschakelaar,

interne of externe elektrische connectors en kabels,

in een behuizing van 281 × 180 × 75 mm of meer, maar niet meer dan 630 × 420 × 230 mm,

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van recycling- en sorteermachines

0 %

p/st

31.12.2018

ex 8537 10 99

35

Elektronische besturingseenheid zonder geheugen, voor een spanning van 12 V, voor informatie-uitwisselingssystemen in voertuigen (voor de aansturing van audio, telefonie, navigatie, camera en wireless car service) bevattende:

2 draaiknoppen

ten minste 27 drukknoppen

ledverlichting

2 geïntegreerde schakelingen voor het ontvangen en verzenden van controlesignalen via de LIN-bus

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8538 90 91

ex 8538 90 99

20

50

Binnenantenne voor een deurvergrendelingssysteem voor personenauto's, bestaande uit:

een antennemodule in een kunststof behuizing,

een verbindingskabel met een stekker,

ten minste twee bevestigingsbeugels

al dan niet met printplaat inclusief geïntegreerde schakelingen, dioden en transistors

van de soort gebruikt voor de vervaardiging van goederen bedoeld bij GN-post 8703

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8544 30 00

ex 8544 42 90

80

60

Tweeaderige verlengkabel met twee aansluitklemmen, bevattende ten minste:

een rubberen doorvoertule

een kunststof buis,

een metalen bevestigingsbeugel

van de soort die bij de vervaardiging van voertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 wordt gebruikt voor het verbinden van snelheidssensoren

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8544 42 90

70

Stroomvoerende elementen:

met een spanning van niet meer dan 80 V,

met een lengte van niet meer dan 120 cm,

voorzien van aansluitklemmen,

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van hoorapparaten, sets toebehoren en spraakprocessoren (1)

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8544 49 93

30

Stroomvoerende elementen:

met een spanning van niet meer dan 80 V,

van een platinum-iridiumlegering,

bekleed met poly(tetrafluorethyleen),

zonder aansluitklemmen,

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van hoorapparaten, implantaten en spraakprocessoren (1)

0 %

m

31.12.2020

*ex 8708 30 10

20

Motoraangedreven remeenheidsmodule

met een vermogen van 13,5 V (± 0,5 V), en

een kogelomloopmechanisme voor het regelen van de remvloeistofdruk in de hoofdcilinder

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van elektrische motorvoertuigen (1)

0 %

p/st

31.12.2019

ex 8708 40 50

10

Automatische hydrodynamische versnellingsbak met een hydraulische koppelomvormer zonder tussenbak, cardanas en voorasdifferentieel, bestemd om te worden gebruikt bij de productie van motorvoertuigen bedoeld bij hoofdstuk 87 (1)

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8708 50 55

10

Wielas voor personenauto, aan beide zijden voorzien van een homokinetische koppeling, van de soort die wordt gebruikt bij de vervaardiging van goederen bedoeld bij CN-post 8703

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8708 91 99

30

Tank voor inlaat- of uitstroomlucht, van een aluminiumlegering, vervaardigd volgens de norm EN AC 42100, met:

een isolatiemediumdikte van niet meer dan 0,1 mm,

een toelaatbare deeltjeshoeveelheid van 0,3 mm per tank,

een afstand tussen poriën van 2 mm of meer,

poriën van niet meer dan 0,4 mm, en

niet meer dan 3 poriën groter dan 0,2 mm

van de soort die wordt gebruikt in warmtewisselaars voor autokoelingssystemen

0 %

p/st

31.12.2020

ex 8714 10 90

20

Radiatoren van de soort die in motorfietsen wordt gebruikt voor het bevestigen van montagedelen (1)

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 8714 91 30

ex 8714 91 30

ex 8714 91 30

24

34

71

Voorvorken met aluminium poten, bestemd voor de vervaardiging van fietsen (1)

0 %

31.12.2018

ex 8714 96 10

10

Pedalen bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van fietsen (1)

0 %

31.12.2020

ex 8714 99 90

30

Zadelpennen bestemd voor gebruik bij de vervaardiging van fietsen (1)

0 %

p/st

31.12.2020

*ex 9001 50 41

ex 9001 50 49

30

30

Rond, organisch ongesneden corrigerend brillenglas, aan beide zijden geslepen:

met een diameter van 4,9 cm of meer, maar niet meer dan 8,2 cm,

met een hoogte van 0,5 cm of meer, maar niet meer dan 1,8 cm, bij plaatsing op een platte ondergrond gemeten vanaf de ondergrond tot het optische midden van de bovenkant van de lens

van de soort om te worden behandeld voor aanpassing aan een bril

1.45 %

31.12.2019

*ex 9001 50 80

30

Rond, organisch ongesneden corrigerend onafgewerkt brillenglas, aan één zijde geslepen:

met een diameter van 5,9 cm of meer, maar niet meer dan 8,5 cm,

met een hoogte van 1,2 cm of meer, maar niet meer dan 3,5 cm, bij plaatsing op een platte ondergrond gemeten vanaf de ondergrond tot het optische midden van de bovenkant van de lens

van de soort om te worden behandeld voor aanpassing aan een bril

0 %

31.12.2019

ex 9002 11 00

ex 9002 19 00

15

10

Infrarode lens met motoraangedreven brandpuntafstelling

die gebruikmaakt van golflengtes van 3 of meer maar niet meer dan 5 μm, en

een scherp beeld levert van 50 m tot oneindig,

met gezichtsvelden van 3 × 2,25 en 9 × 6,75°,

met een gewicht van niet meer dan 230 g,

met een lengte van niet meer dan 88 mm,

met een diameter van niet meer dan 46 mm,

athermisch,

bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van warmtebeeldcamera's, infrarood verrekijkers en viziers van wapens (1)

0 %

31.12.2020

*ex 9025 80 40

50

Elektronische halfgeleidersensor voor het meten van ten minste twee van de volgende zaken:

luchtdruk, temperatuur (ook voor temperatuurcompensatie), vochtigheid en vluchtige organische verbindingen,

in een behuizing die geschikt is voor de volautomatische assemblage van printplaten of Bare Die-technologie, bevattende:

een of meer monolithische toepassingsspecifieke geïntegreerde schakelingen (ASIC's),

een of meer micro-elektromechanische sensorelementen (MEMS) vervaardigd met behulp van halfgeleidertechnologie, met mechanische componenten geplaatst in driedimensionele structuren op het halfgeleidermateriaal,

van de soort die wordt gebruikt om te worden ingebouwd in producten bedoeld bij de hoofdstukken 84 tot en met 90 en 95

0 %

p/st

31.12.2019

*ex 9031 80 38

15

Een apparaat om de wielsnelheid in motorvoertuigen te meten (halfgeleider-wielsnelheidsensor), bestaande uit:

een monolithische geïntegreerde schakeling in een behuizing, en

een of meer met de geïntegreerde schakeling parallel geschakelde, discrete condensatoren van het SMD-type

ook met geïntegreerde permanente magneten

voor het detecteren van de beweging van een pulsgenerator

0 %

p/st

31.12.2018

*ex 9031 80 38

25

Elektronische halfgeleidersensor voor het meten van de versnelling en/of hoekbeweging:

al dan niet in combinatie met een magnetische veldsensor;

in een behuizing die geschikt is voor de volautomatische assemblage van printplaten of Bare Die-technologie, bevattende:

een of meer monolithische toepassingsspecifieke geïntegreerde schakelingen (ASIC's)

een of meer micro-elektromechanische sensorelementen (MEMS) vervaardigd met behulp van halfgeleidertechnologie, met mechanische componenten geplaatst in driedimensionele structuren op het halfgeleidermateriaal

al dan niet met een geïntegreerde microcontroller

van de soort die wordt gebruikt om te worden ingebouwd in producten bedoeld bij de hoofdstukken 84 tot en met 90 en 95

0 %

p/st

31.12.2019

*ex 9401 90 80

20

Dwarsdeel met een breedte van 0,8 mm of meer maar niet meer dan 3,0 mm, gebruikt bij de vervaardiging van autostoelen met verstelbare rugleuning (1)

0 %

p/st

31.12.2018

ex 9607 20 10

10

Glijders, smalle tape voorzien van tandjes, pinnetjes/stops en andere onderdelen van treksluitingen, van een onedel metaal, bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van ritssluitingen (1)

0 %

31.12.2020

ex 9607 20 90

10

Smalle koorden voorzien van kunststof haakjes, bestemd om te worden gebruikt bij de vervaardiging van ritsen (1)

0 %

31.12.2020


BIJLAGE II

GN-code

Taric

*ex 2008 99 91

10

*ex 2009 89 99

94

*ex 2106 10 20

10

*ex 2805 19 90

10

*ex 2836 99 17

20

*ex 2903 39 29

10

*ex 2916 39 90

20

*ex 2922 29 00

60

*ex 2935 00 90

41

*ex 3201 90 90

40

ex 3204 17 00

70

*ex 3212 10 00

10

*ex 3701 30 00

10

*ex 3824 90 92

62

*ex 3901 10 10

30

ex 3901 30 00

80

*ex 3901 90 90

60

*ex 3901 90 90

82

*ex 3919 10 80

67

*ex 3919 90 00

46

*ex 3919 90 00

48

*ex 3920 20 29

92

*ex 3920 20 29

93

*ex 3920 99 59

60

*ex 6804 21 00

10

*ex 6813 89 00

10

ex 7606 12 92

40

*ex 7607 20 90

30

*ex 7616 99 10

30

*ex 8407 90 10

10

*ex 8408 90 43

30

*ex 8408 90 45

20

*ex 8408 90 47

30

ex 8408 90 47

40

*ex 8479 89 97

60

*ex 8482 10 10

20

*ex 8501 32 00

60

*ex 8501 33 00

15

*ex 8507 10 20

30

*ex 8507 60 00

63

*ex 8508 70 00

10

*ex 8512 20 00

10

ex 8512 90 90

10

*ex 8525 80 19

25

ex 8526 91 20

80

ex 8527 29 00

10

*ex 8529 90 92

35

*ex 8529 90 92

36

*ex 8529 90 92

55

*ex 8535 90 00

20

*ex 8537 10 91

40

*ex 8537 10 99

96

*ex 8708 30 10

10

*ex 8714 91 30

24

*ex 8714 91 30

34

*ex 8714 91 30

71

*ex 9001 50 41

20

*ex 9001 50 49

20

*ex 9001 50 80

20

*ex 9025 80 40

40

*ex 9029 10 00

20

*ex 9031 80 38

40

*ex 9401 90 80

20


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/34


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/1052 VAN DE COMMISSIE

van 8 maart 2016

tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen voor de voorwaarden voor terugkoopprogramma's en stabilisatiemaatregelen

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (verordening marktmisbruik) en houdende intrekking van Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie (1), en met name artikel 5, lid 6, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om in aanmerking te komen voor de vrijstelling van het verbod op marktmisbruik, moeten de handel in eigen aandelen in het kader van terugkoopprogramma's en de handel in effecten of gerelateerde instrumenten voor de stabilisatie van effecten in overeenstemming zijn met de vereisten en de voorwaarden in Verordening (EU) nr. 596/2014 en in deze verordening.

(2)

Hoewel volgens Verordening (EU) nr. 596/2014 stabilisatie via gerelateerde instrumenten is toegestaan, moet de vrijstelling voor transacties met betrekking tot terugkoopprogramma's beperkt blijven tot de daadwerkelijke handel in de eigen aandelen van de uitgevende instelling en mag deze niet van toepassing zijn op transacties in financiële derivaten.

(3)

Aangezien transparantie een noodzakelijke voorwaarde is om marktmisbruik te voorkomen, is het van belang ervoor te zorgen dat adequate informatie openbaar wordt gemaakt of wordt verstrekt vóór, tijdens en na de handel in eigen aandelen in het kader van terugkoopprogramma's en de handel voor de stabilisatie van effecten.

(4)

Om marktmisbruik te voorkomen is het raadzaam om voorwaarden te stellen wat betreft de aankoopkoers en het volume van de eigen aandelen die per dag in het kader van terugkoopprogramma's mogen worden verhandeld. Om te voorkomen dat deze voorwaarden worden omzeild, moeten de terugkooptransacties worden verricht op een handelsplatform waar de aandelen van de uitgevende instelling tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld. Overeengekomen transacties die niet aan de koersvorming bijdragen, kunnen echter alleen worden gebruikt in het kader van een terugkoopprogramma en voor de vrijstelling in aanmerking komen mits aan alle voorwaarden in Verordening (EU) nr. 596/2014 en deze verordening wordt voldaan.

(5)

Om het risico op misbruik van de vrijstelling voor de handel in eigen aandelen in het kader van terugkoopprogramma's te vermijden, is het van belang dat in deze verordening beperkingen worden vastgelegd inzake het soort transacties dat een uitgevende instelling tijdens een terugkoopprogramma kan verrichten en het tijdstip van de handel in eigen aandelen. Deze beperkingen moeten daarom tegengaan dat de uitgevende instelling tijdens de duur van een terugkoopprogramma eigen aandelen verkoopt en moeten rekening houden met een eventueel tijdelijk verbod op handel binnen de uitgevende instelling en met het feit dat een uitgevende instelling legitieme redenen kan hebben om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen.

(6)

De stabilisatie van effecten is bedoeld om de koers van een primaire of secundaire aanbieding van effecten gedurende een beperkte periode, wanneer de effecten onder verkoopdruk staan, te ondersteunen zodat de door kortetermijnbeleggers veroorzaakte verkoopdruk afneemt en een ordelijke markt in die effecten behouden blijft. Stabilisatie kan dus het vertrouwen van beleggers en uitgevende instellingen in de financiële markten vergroten. In het belang van beleggers die op de effecten hebben ingeschreven of deze in het kader van een omvangrijke aanbieding hebben gekocht, alsook in het belang van de uitgevende instelling, mag blokhandel waarbij het om strikt onderhandse transacties gaat daarom niet als een omvangrijke aanbieding van effecten worden beschouwd.

(7)

In het kader van een eerste openbare aanbieding staan bepaalde lidstaten toe dat transacties worden verricht vóór de aanvang van de officiële handel op een gereglementeerde markt. Dit worden gewoonlijk „when-issued”-transacties genoemd. Voor de toepassing van de vrijstelling voor de stabilisatie van effecten zou het daarom mogelijk moeten zijn dat de stabilisatieperiode begint vóór de aanvang van de officiële handel, mits aan bepaalde voorwaarden inzake transparantie en handel is voldaan.

(8)

Marktintegriteit vereist een passende openbaarmaking van de stabilisatiemaatregelen. Rapportage van de stabilisatietransacties is eveneens noodzakelijk om de bevoegde autoriteiten in staat te stellen toezicht te houden op de stabilisatiemaatregelen. Om de beleggers te beschermen, de integriteit van markten te handhaven en marktmisbruik tegen te gaan, is het ook belangrijk dat bevoegde autoriteiten bij de uitoefening van hun toezichthoudende activiteiten op de hoogte worden gebracht van alle stabilisatietransacties, ongeacht of deze op of buiten een handelsplatform plaatsvinden. Voorts is het raadzaam om vooraf te verduidelijken hoe de verantwoordelijkheden zijn verdeeld tussen de uitgevende instellingen, de aanbieders en de entiteiten die de stabilisatie verrichten wat betreft de naleving van de toepasselijke rapportage- en transparantieverplichtingen. Bij deze verdeling van verantwoordelijkheden moet rekening worden gehouden met wie over de relevante informatie beschikt. De aangewezen entiteit moet ook verantwoordelijk zijn voor het beantwoorden van ieder verzoek van de bevoegde autoriteit van elke betrokken lidstaat. Om te garanderen dat de informatie gemakkelijk toegankelijk is voor iedere belegger of marktdeelnemer, laat de informatie die moet worden openbaargemaakt vóór de aanvang van de primaire of secundaire aanbieding van de effecten die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie (2) worden gestabiliseerd, de openbaarmakingsvereisten van artikel 6 van deze verordening onverlet.

(9)

Er moet een passende coördinatiestructuur bestaan tussen alle beleggingsondernemingen en kredietinstellingen die aan de stabilisatie deelnemen. Gedurende de stabilisatie moet één beleggingsonderneming of kredietinstelling als centraal informatiepunt optreden, waartoe de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten zich voor elke regelgevende interventie kunnen wenden.

(10)

Om middelen te verschaffen en dekking te bieden voor de stabilisatieactiviteiten moet aanvullende stabilisatie in de vorm van de uitoefening van overinschrijvingsfaciliteiten en greenshoe-opties toegestaan zijn. Het is echter van belang om voorwaarden vast te stellen betreffende de transparantie van dergelijke aanvullende stabilisatie en de wijze waarop deze wordt uitgeoefend, met inbegrip van de periode waarin ze kan worden uitgevoerd. Bovendien moet bijzondere aandacht worden besteed aan de gebruikmaking, door een beleggingsonderneming of een kredietinstelling, van een overinschrijvingsfaciliteit voor stabilisatiedoeleinden, indien dit tot een positie leidt die niet door de greenshoe-optie wordt gedekt.

(11)

Om verwarring te voorkomen, moet de stabilisatie gebeuren op een manier die rekening houdt met de marktvoorwaarden en de laatkoers van de effecten. Er moeten transacties worden aangegaan met het oog op de afsluiting van posities die als gevolg van stabilisatiemaatregelen waren ingenomen, teneinde de invloed hiervan op de markt zoveel mogelijk te beperken, waarbij met de heersende marktvoorwaarden rekening wordt gehouden. Omdat het doel van de stabilisatie het ondersteunen van de koers is, mag de verkoop van effecten die zijn verworven door middel van stabiliserende aankopen, met inbegrip van verkoop om daaropvolgende stabiliserende activiteiten te vergemakkelijken, niet worden geacht koersondersteuning als doel te hebben. Noch die verkoop, noch de daaropvolgende aankopen mogen op zich als misbruik worden beschouwd, hoewel zij niet in aanmerking komen voor de vrijstelling waarin Verordening (EU) nr. 596/2014 voorziet.

(12)

Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische reguleringsnormen die de Europese Autoriteit voor effecten en markten aan de Commissie heeft voorgelegd.

(13)

De Europese Autoriteit voor effecten en markten heeft openbare publieksraadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de potentiële hieraan gerelateerde kosten en baten geanalyseerd en heeft het advies ingewonnen van de Stakeholdergroep effecten en markten, die bij artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad (3) is opgericht.

(14)

Met het oog op de goede werking van de financiële markten is het noodzakelijk dat deze verordening met spoed in werking treedt en dat de bepalingen van deze verordening vanaf dezelfde datum van toepassing zijn als de bepalingen van Verordening (EU) nr. 596/2014,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a)   „terugkoopprogramma volgens tijdschema”: een terugkoopprogramma waarvan de data en het volume aandelen die tijdens de duur van het programma zullen worden verhandeld op het moment van de openbaarmaking van het terugkoopprogramma al zijn vastgelegd;

b)   „passende openbaarmaking”: het op zodanige wijze openbaar maken van informatie dat deze snel toegankelijk is en volledig, op correcte wijze en tijdig kan worden beoordeeld door het publiek, overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1055 van de Commissie (4), en in voorkomend geval in het officieel aangewezen mechanisme als bedoeld in artikel 21 van Richtlijn 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad (5);

c)   „aanbieder”: de vorige houder of de uitgevende entiteit van de effecten;

d)   „toewijzing”: de procedure of procedures waarbij het aantal effecten wordt bepaald dat aan de beleggers die hierop vooraf hebben ingeschreven of die deze hebben aangevraagd, ter beschikking wordt gesteld;

e)   „aanvullende stabilisatie”: de gebruikmaking van een overinschrijvingsfaciliteit of de uitoefening van een greenshoe-optie door beleggingsondernemingen of kredietinstellingen in verband met een omvangrijke aanbieding van effecten, waarmee uitsluitend wordt beoogd de stabilisatieactiviteiten te vergemakkelijken;

f)   „overinschrijvingsfaciliteit”: een clausule in de underwriting-overeenkomst of lead-managementovereenkomst op grond waarvan op een groter aantal effecten dan oorspronkelijk is aangeboden mag worden ingeschreven of een aanbod tot aankoop mag worden gedaan;

g)   „greenshoe-optie”: een optie die door de aanbieder aan de bij de aanbieding betrokken beleggingsonderneming(en) of kredietinstelling(en) wordt verleend om overinschrijvingen op te vangen en die inhoudt dat deze onderneming(en) of instelling(en) gedurende een bepaalde periode na de aanbieding van de effecten, een extra hoeveelheid van deze effecten tegen de laatkoers mogen aankopen.

HOOFDSTUK II

TERUGKOOPPROGRAMMA'S

Artikel 2

Openbaarmakings- en rapportageverplichtingen

1.   Om in aanmerking te komen voor de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) nr. 596/2014 bedoelde vrijstelling garandeert de uitgevende instelling, voorafgaand aan het begin van de handel in het kader van een terugkoopprogramma dat is toegestaan overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Richtlijn 2012/30/EU van het Europees Parlement en de Raad (6), de passende openbaarmaking van de volgende informatie:

a)

het doel van het programma zoals beschreven in artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) nr. 596/2014;

b)

het maximale geldbedrag dat aan het programma is toegewezen;

c)

het maximale aantal aandelen dat kan worden verworven;

d)

de periode waarvoor goedkeuring voor het programma is verleend (hierna de „duur van het programma” genoemd).

De uitgevende instelling zorgt voor een passende openbaarmaking van latere wijzigingen in het programma en in de informatie die in overeenstemming met de eerste alinea reeds gepubliceerd is.

2.   De uitgevende instelling beschikt over mechanismen die haar in staat stellen te voldoen aan de rapportageverplichtingen jegens de bevoegde autoriteit en alle transacties in het kader van een terugkoopprogramma te registreren, met inbegrip van de in artikel 5, lid 3, van Verordening (EU) nr. 596/2014 bedoelde informatie. De uitgevende instelling rapporteert aan de bevoegde autoriteit van elk handelsplatform waarop de aandelen tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld, uiterlijk aan het einde van de zevende handelsdag volgend op de dag waarop de transactie is verricht, alle transacties in het kader van het terugkoopprogramma, en dit in gedetailleerde vorm en in geaggregeerde vorm. In de geaggregeerde rapportage worden het totale volume en de gewogen gemiddelde koers per dag en per handelsplatform vermeld.

3.   De uitgevende instelling zorgt voor een passende openbaarmaking van de informatie over de in lid 2 bedoelde transacties met betrekking tot terugkoopprogramma's uiterlijk aan het einde van de zevende handelsdag volgend op de dag waarop deze transacties zijn verricht. De uitgevende instelling plaatst de openbaar gemaakte transacties tevens op haar website en zorgt ervoor dat deze informatie ten minste vijf jaar vanaf de datum van de passende openbaarmaking voor het publiek beschikbaar blijft.

Artikel 3

Handelsvoorwaarden

1.   Om voor de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) nr. 596/2014 vastgelegde vrijstelling in aanmerking te komen, moeten transacties met betrekking tot terugkoopprogramma's aan de volgende voorwaarden voldoen:

a)

de aandelen zijn door de uitgevende instelling aangekocht op een handelsplatform waar de aandelen tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld;

b)

voor aandelen die voortdurend op een handelsplatform worden verhandeld, mogen de orders niet tijdens een veiling worden geplaatst en mogen de orders die vóór het begin van de veiling zijn geplaatst, tijdens die veiling niet worden gewijzigd;

c)

voor aandelen die alleen via veilingen op een handelsplatform worden verhandeld, plaatst of wijzigt de uitgevende instelling de orders tijdens de veiling, op voorwaarde dat andere marktdeelnemers voldoende tijd krijgen om erop te reageren.

2.   Om voor de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) nr. 596/2014 vastgelegde vrijstelling in aanmerking te komen, mogen uitgevende instellingen bij het verrichten van transacties in het kader van een terugkoopprogramma geen aandelen kopen voor een hogere koers dan de hoogste koers van de laatste onafhankelijke transactie of het hoogste actuele onafhankelijke aankoopbod op het handelsplatform waar de aankoop plaatsvindt, ook niet wanneer de aandelen op verschillende handelsplatformen worden verhandeld.

3.   Om voor de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) nr. 596/2014 vastgelegde vrijstelling in aanmerking te komen, mogen uitgevende instellingen bij het verrichten van transacties in het kader van een terugkoopprogramma per handelsdag niet meer dan 25 % verwerven van het gemiddelde dagvolume van de aandelen die op het handelsplatform waar de aankoop plaatsvindt, worden verhandeld.

Voor de toepassing van de eerste alinea is het gemiddelde dagvolume gebaseerd op het gemiddelde dagvolume dat gedurende een van de volgende perioden is verhandeld:

a)

de maand voorafgaand aan de maand van de openbaarmaking uit hoofde van artikel 2, lid 1, waarbij dit vastgestelde volume in het terugkoopprogramma wordt vermeld en van toepassing is voor de duur van dat programma;

b)

de 20 handelsdagen voorafgaand aan de datum van aankoop, indien dit volume niet in het programma is vermeld.

Artikel 4

Handelsbeperkingen

1.   Om voor de in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) nr. 596/2014 vastgelegde vrijstelling in aanmerking te komen, mag de uitgevende instelling tijdens de duur van het terugkoopprogramma de volgende activiteiten niet uitoefenen:

a)

verkoop van eigen aandelen;

b)

handel gedurende de gesloten periode zoals beschreven in artikel 19, lid 11, van Verordening (EU) nr. 596/2014;

c)

transacties waarbij de uitgevende instelling heeft besloten de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen overeenkomstig artikel 17, lid 4 of lid 5, van Verordening (EU) nr. 596/2014.

2.   Lid 1 is niet van toepassing wanneer:

a)

de uitgevende instelling een terugkoopprogramma met tijdschema ten uitvoer legt, of

b)

het terugkoopprogramma wordt uitgevoerd onder leiding van een beleggingsonderneming of kredietinstelling die haar handelsbeslissingen met betrekking tot het tijdstip van de aankoop van aandelen van de uitgevende instelling onafhankelijk van de uitgevende instelling neemt.

3.   Lid 1, onder a), is niet van toepassing indien de uitgevende instelling een beleggingsonderneming of kredietinstelling is en aan het toezicht van de bevoegde autoriteit onderworpen adequate en doeltreffende interne regelingen en procedures heeft vastgesteld, toegepast en onderhouden, om wederrechtelijke mededeling van voorwetenschap te voorkomen door personen die toegang hebben tot voorwetenschap die direct of indirect betrekking heeft op de uitgevende instelling aan degenen die verantwoordelijk zijn voor alle beslissingen in verband met de handel in eigen aandelen, wanneer er handel in eigen aandelen op basis van dergelijke beslissingen plaatsvindt.

4.   Lid 1, onder b) en c), is niet van toepassing indien de uitgevende instelling een beleggingsonderneming of kredietinstelling is en aan het toezicht van de bevoegde autoriteit onderworpen adequate en doeltreffende interne regelingen en procedures heeft vastgesteld, toegepast en onderhouden, om wederrechtelijke mededeling van voorwetenschap te voorkomen door personen die toegang hebben tot voorwetenschap die direct of indirect betrekking heeft op de uitgevende instelling (met inbegrip van verwervingsbeslissingen in het kader van het terugkoopprogramma) aan degenen die verantwoordelijk zijn voor de handel in eigen aandelen namens cliënten, wanneer zij namens deze cliënten in eigen aandelen handelen.

HOOFDSTUK III

STABILISATIEMAATREGELEN

Artikel 5

Voorwaarden betreffende de stabilisatieperiode

1.   Met betrekking tot aandelen en andere aan aandelen equivalente effecten geldt voor de beperkte periode als bedoeld in artikel 5, lid 4, onder a), van Verordening (EU) nr. 596/2014 (hierna de „stabilisatieperiode” genoemd) het volgende:

a)

in geval van een omvangrijke aanbieding in de vorm van een openbaar aangekondigde eerste aanbieding begint de beperkte periode op de datum waarop de handel in de effecten op het betrokken handelsplatform een aanvang neemt en eindigt deze uiterlijk 30 kalenderdagen daarna;

b)

in geval van een omvangrijke aanbieding in de vorm van een tweede aanbieding begint de beperkte periode op de datum van de passende openbaarmaking van de definitieve koers van de effecten en eindigt deze uiterlijk 30 kalenderdagen na de datum van toewijzing.

2.   Wanneer de openbaar aangekondigde eerste aanbieding plaatsvindt in een lidstaat waar transacties zijn toegestaan voordat de handel op een handelsplatform een aanvang neemt, begint de stabilisatieperiode voor de toepassing van lid 1, onder a), op de datum van de passende openbaarmaking van de definitieve koers van de effecten en duurt deze niet langer dan de 30 daaropvolgende kalenderdagen. Dergelijke handel vindt plaats in overeenstemming met de toepasselijke regels van het handelsplatform waar de effecten tot de handel zullen worden toegelaten, met inbegrip van de regels inzake openbaarmaking en rapportage.

3.   Met betrekking tot obligaties en andere gesecuritiseerde schuld, met inbegrip van schuldinstrumenten die door middel van conversie of omwisseling in aandelen of in andere aan aandelen equivalente effecten kunnen worden omgezet, begint de stabilisatieperiode op de datum van de passende openbaarmaking van de voorwaarden van de aanbieding van de effecten en eindigt ze ofwel uiterlijk 30 kalenderdagen na de datum waarop de uitgevende instelling van de instrumenten de opbrengst van de uitgifte heeft ontvangen, ofwel uiterlijk 60 kalenderdagen na de datum van toewijzing van de effecten, al naargelang welke periode het kortst is.

Artikel 6

Openbaarmakings- en rapportageverplichtingen

1.   Vóór de aanvang van de primaire of secundaire aanbieding van de effecten zorgt degene die overeenkomstig lid 5 is aangewezen voor de passende openbaarmaking van de volgende informatie:

a)

het feit dat stabilisatie niet noodzakelijk plaatsvindt en te allen tijde kan ophouden;

b)

het feit dat stabilisatietransacties tot doel hebben de marktkoers van de effecten gedurende de stabilisatieperiode te ondersteunen;

c)

het begin en het einde van de stabilisatieperiode waarin stabilisatie kan worden uitgevoerd;

d)

de identiteit van de entiteit die de stabilisatie verricht, tenzij deze op het moment van de openbaarmaking niet bekend is. In dat geval wordt deze op passende wijze openbaar gemaakt voor de aanvang van de stabilisatie;

e)

de aanwezigheid van een overinschrijvingsfaciliteit of greenshoe-optie en het maximale aantal effecten dat onder die faciliteit of optie valt, de periode waarin de greenshoe-optie mag worden uitgeoefend en de eventuele voorwaarden voor het gebruik van de overinschrijvingsfaciliteit of de uitoefening van de greenshoe-optie, en

f)

de plaats waar de stabilisatie kan plaatsvinden, waar relevant met inbegrip van de naam van het handelsplatform (de handelsplatformen).

2.   Tijdens de stabilisatieperiode zorgen degenen die overeenkomstig lid 5 zijn aangewezen voor de passende openbaarmaking van de details van alle stabilisatietransacties, en dit uiterlijk aan het einde van de zevende handelsdag volgend op de dag waarop deze transacties zijn verricht.

3.   Binnen een week na afloop van de stabilisatieperiode zorgt degene die overeenkomstig lid 5 is aangewezen voor de passende openbaarmaking van de volgende informatie:

a)

of de stabilisatie al dan niet heeft plaatsgevonden;

b)

de aanvangsdatum van de stabilisatie;

c)

de datum waarop de laatste stabilisatie heeft plaatsgevonden;

d)

de koersmarge waarbinnen stabilisatie werd verricht, voor elke datum waarop stabilisatietransacties werden uitgevoerd;

e)

indien van toepassing, het handelsplatform (de handelsplatformen) waarop de stabilisatietransacties werden uitgevoerd.

4.   Om aan de meldingsplicht van artikel 5, lid 5, van Verordening (EU) nr. 596/2014 te voldoen, registeren de entiteiten die de stabilisatie verrichten, ongeacht of zij namens de uitgevende instelling of de aanbieder optreden, alle stabilisatieorders en -transacties in effecten en gerelateerde instrumenten overeenkomstig artikel 25, lid 1, en artikel 26, leden 1, 2 en 3, van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad (7). De entiteiten die de stabilisatie verrichten, ongeacht of zij namens de uitgevende instelling of de aanbieder optreden, melden alle uitgevoerde stabilisatietransacties in effecten en gerelateerde instrumenten aan bij:

a)

de bevoegde autoriteit van elk handelsplatform waarop de effecten in het kader van de stabilisatie tot de handel zijn toegelaten of worden verhandeld;

b)

de bevoegde autoriteit van elk handelsplatform waarop transacties in gerelateerde instrumenten voor de stabilisatie van effecten worden uitgevoerd.

5.   De uitgevende instelling, de aanbieder of een entiteit die de stabilisatie verricht, alsmede de namens hen optredende personen wijzen één van hen aan als centraal punt dat verantwoordelijk is voor:

a)

de in de leden 1, 2 en 3 vermelde openbaarmakingsvereisten, en

b)

de behandeling van elk verzoek van een van de in lid 4 vermelde bevoegde autoriteiten.

Artikel 7

Koersvoorwaarden

1.   In geval van een aanbieding van aandelen of andere aan aandelen equivalente effecten vindt stabilisatie van de effecten in geen geval plaats tegen een hogere koers dan de laatkoers.

2.   In geval van een aanbieding van gesecuritiseerde schuld die door middel van conversie of omwisseling in aandelen of in andere aan aandelen equivalente effecten kan worden omgezet, vindt de stabilisatie van deze schuldinstrumenten in geen geval plaats tegen een hogere koers dan de marktkoers van deze instrumenten ten tijde van de openbaarmaking van de definitieve voorwaarden van de nieuwe aanbieding.

Artikel 8

Voorwaarden voor aanvullende stabilisatie

Aanvullende stabilisatie wordt verricht overeenkomstig de artikelen 6 en 7 en voldoet aan de volgende voorwaarden:

a)

overinschrijving op de effecten is slechts toegestaan gedurende de inschrijvingstermijn en tegen de laatkoers;

b)

een positie die het gevolg is van de gebruikmaking van een overinschrijvingsfaciliteit door een beleggingsonderneming of kredietinstelling die niet door de greenshoe-optie wordt gedekt, mag niet groter zijn dan 5 % van de oorspronkelijke aanbieding;

c)

de greenshoe-optie mag uitsluitend worden uitgeoefend wanneer er sprake is van overinschrijving op de effecten;

d)

de greenshoe-optie mag niet meer dan 15 % van de oorspronkelijke aanbieding bestrijken;

e)

de periode waarin de greenshoe-optie kan worden uitgeoefend, is gelijk aan de stabilisatieperiode overeenkomstig artikel 5;

f)

de uitoefening van de greenshoe-optie wordt onverwijld en met mededeling van alle dienstige bijzonderheden openbaar gemaakt, waarbij in het bijzonder de datum van uitoefening van de optie en het aantal en de aard van de betrokken effecten worden vermeld.

HOOFDSTUK IV

SLOTBEPALING

Artikel 9

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Ze is van toepassing met ingang van 3 juli 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 maart 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 173 van 12.6.2014, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van advertenties betreft (PB L 149 van 30.4.2004, blz. 1).

(3)  Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).

(4)  Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1055 van de Commissie van 29 juni 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de technische middelen voor een passende openbaarmaking van voorwetenschap en voor het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad (zie bladzijde 47 van dit Publicatieblad).

(5)  Richtlijn 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (PB L 390 van 31.12.2004, blz. 38).

(6)  Richtlijn 2012/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 strekkende tot het coördineren van de waarborgen welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van artikel 54, tweede alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden met betrekking tot de oprichting van de naamloze vennootschap, alsook de instandhouding en wijziging van haar kapitaal, zulks teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken (PB L 315 van 14.11.2012, blz. 74).

(7)  Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84).


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/42


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1053 VAN DE COMMISSIE

van 28 juni 2016

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1484/95 wat betreft de vaststelling van de representatieve prijzen voor de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 183, onder b),

Gezien Verordening (EU) nr. 510/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1216/2009 en (EG) nr. 614/2009 van de Raad (2), en met name artikel 5, lid 6, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1484/95 van de Commissie (3) zijn voor de sectoren slachtpluimvee en eieren, en voor ovalbumine, bepalingen voor de toepassing van de aanvullende invoerrechten, alsmede de representatieve prijzen vastgesteld.

(2)

Uit de regelmatige controle van de gegevens die als basis worden gebruikt voor het bepalen van de representatieve prijzen voor de producten van de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine, blijkt dat de representatieve prijzen voor de invoer van bepaalde producten moeten worden gewijzigd met inachtneming van de naargelang van de oorsprong optredende prijsverschillen.

(3)

Verordening (EG) nr. 1484/95 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

Om ervoor te zorgen dat deze maatregel zo snel mogelijk na de terbeschikkingstelling van de bijgewerkte gegevens van toepassing wordt, dient de onderhavige verordening in werking te treden op de dag van de bekendmaking ervan,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1484/95 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 28 juni 2016.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  PB L 150 van 20.5.2014, blz. 1.

(3)  Verordening (EG) nr. 1484/95 van de Commissie van 28 juni 1995 houdende bepalingen voor de toepassing van de aanvullende invoerrechten in de sectoren slachtpluimvee en eieren, alsmede voor ovalbumine, en houdende vaststelling van representatieve prijzen en intrekking van Verordening nr. 163/67/EEG (PB L 145 van 29.6.1995, blz. 47).


BIJLAGE

„BIJLAGE I

GN-code

Omschrijving

Representatieve prijs

(EUR/100 kg)

In artikel 3 bedoelde zekerheid

(EUR/100 kg)

Oorsprong (1)

0207 12 10

Geslachte kippen (zogenaamde kippen 70 %), bevroren

122,1

0

AR

0207 12 90

Geslachte kippen (zogenaamde kippen 65 %), bevroren

136,1

0

AR

162,5

0

BR

0207 14 10

Delen zonder been, van hanen of van kippen, bevroren

273,1

8

AR

177,5

41

BR

280,4

6

CL

224,4

23

TH

0207 27 10

Delen zonder been, van kalkoenen, bevroren

341,3

0

BR

308,1

0

CL

0408 91 80

Eieren uit de schaal, gedroogd

390,3

0

AR

1602 32 11

Bereidingen van hanen of van kippen, niet gekookt en niet gebakken

189,5

30

BR


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.”


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/44


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1054 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad tot instelling van definitieve antidumpingrechten op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad tot instelling van een definitief compenserend recht op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1), en met name artikel 9, lid 4, en artikel 14, lid 1,

Gezien Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad van 11 juni 2009 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn (2), en met name artikel 15, lid 1, en artikel 24, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad (3) is een definitief antidumpingrecht ingesteld op de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China („VRC”).

(2)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad (4) is ook een definitief compenserend recht ingesteld op de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de VRC.

(3)

Shanghai Chaori International Trading Co. Ltd („betrokken onderneming”), aanvullende Taric-code B872, een onderneming onderworpen aan een individueel antidumpingrecht van 41,3 % en een individueel compenserend recht van 6,4 %, heeft de Commissie in kennis gesteld van haar naamsverandering in GCL System Integration Technology Co., Ltd

(4)

In 2014 werd de betrokken onderneming failliet verklaard. In februari 2015 werd de betrokken onderneming overgenomen door Jiangsu GCL Energy Co., Ltd, die deel uitmaakt van een groep ondernemingen met de aanvullende Taric-code B850.

(5)

De betrokken onderneming voerde aan dat haar naamsverandering geen invloed heeft op haar recht om het individuele antidumpingrecht en het individuele compenserende recht te blijven genieten die op haar van toepassing waren.

(6)

Als gevolg van de overname heeft de betrokken onderneming echter niet alleen de naam veranderd in GCL System Integration Technology Co., Ltd, maar is zij ook deel gaan uitmaken van de groep ondernemingen met de aanvullende Taric-code B850 (5).

(7)

Zowel de betrokken onderneming als de in overweging 4 vermelde groep ondernemingen zijn onderworpen aan een individueel antidumpingrecht van 41,3 % en een individueel compenserend recht van 6,4 %. De Commissie heeft derhalve geconcludeerd dat de naamsverandering geenszins van invloed is op de bevindingen van Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1238/2013 en (EU) nr. 1239/2013.

(8)

De Commissie heeft alle belanghebbenden de belangrijkste feiten en overwegingen meegedeeld op basis waarvan zij voornemens was Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1238/2013 en (EU) nr. 1239/2013 te wijzigen. Die belanghebbenden konden binnen een bepaalde termijn opmerkingen maken ten aanzien van de mededeling van feiten en overwegingen. Geen van de belanghebbenden heeft opmerkingen ingediend.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 15, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93.

(3)  PB L 325 van 5.12.2013, blz. 1.

(4)  PB L 325 van 5.12.2013, blz. 66.

(5)  Namelijk Konca Solar Cell Co. Ltd, Suzhou GCL Photovoltaic Technology Co. Ltd, Jiangsu GCL Silicon Material Technology Development Co. Ltd, Jiangsu Zhongneng Polysilicon Technology Development Co. Ltd, GCL-Poly (Suzhou) Energy Limited, GCL-Poly Solar Power System Integration (Taicang) Co. Ltd, GCL SOLAR POWER (SUZHOU) LIMITED, GCL Solar System (Suzhou) Limited.


BIJLAGE

Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 worden als volgt gewijzigd:

1)

De vermelding voor aanvullende Taric-code B850 wordt vervangen door:

„GCL SOLAR POWER (SUZHOU) LIMITED

GCL-Poly Solar Power System Integration (Taicang) Co. Ltd

GCL Solar System (Suzhou) Limited

GCL-Poly (Suzhou) Energy Limited

Jiangsu GCL Silicon Material Technology Development Co. Ltd

Jiangsu Zhongneng Polysilicon Technology Development Co. Ltd

Konca Solar Cell Co. Ltd

Suzhou GCL Photovoltaic Technology Co. Ltd

GCL System Integration Technology Co., Ltd

B850 ”

2)

De vermelding voor aanvullende Taric-code B872 wordt vervangen door:

„Shanghai Chaori Solar Energy Science & Technology Co. Ltd

B872 ”


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/47


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1055 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de technische middelen voor een passende openbaarmaking van voorwetenschap en voor het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (verordening marktmisbruik) en houdende intrekking van Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie (1), met name artikel 17, lid 10.

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De bescherming van beleggers vereist een effectieve en tijdige openbaarmaking van voorwetenschap door uitgevende instellingen en deelnemers aan een emissierechtenmarkt. Om beleggers op het niveau van de Unie gelijke toegang tot voorwetenschap te waarborgen, moet deze voorwetenschap kosteloos, gelijktijdig en zo snel mogelijk voor alle categorieën van beleggers in de hele Unie openbaar worden gemaakt en moet deze informatie aan de media worden medegedeeld met het oog op een effectieve verspreiding ervan onder het publiek.

(2)

Indien deelnemers aan de emissierechtenmarkt reeds voldoen aan soortgelijke verplichtingen inzake de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad (2), en indien zij verplicht zijn krachtens die verordening en Verordening (EU) nr. 596/2014 dezelfde informatie te publiceren, wordt aan de verplichtingen van deze verordening geacht te zijn voldaan wanneer de informatie openbaar wordt gemaakt aan de hand van een platform voor de openbaarmaking van voorwetenschap in de zin van Verordening (EU) nr. 1227/2011, op voorwaarde dat de voorwetenschap aan de betrokken media is meegedeeld.

(3)

Het is belangrijk dat de technische middelen voor het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap het bijhouden van de essentiële gegevens in het proces voor het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap mogelijk maken, zodat uitgevende instellingen en deelnemers aan de emissierechtenmarkt in staat zijn om te voldoen aan hun verplichting tot kennisgeving aan de bevoegde autoriteiten.

(4)

De kennisgeving van het uitstel van de openbaarmaking van voorwetenschap en, in voorkomend geval, de toelichting bij de wijze waarop aan alle voorwaarden voor het uitstel werd voldaan, moeten schriftelijk aan de bevoegde autoriteit worden verstrekt met beveiligde elektronische middelen die door dezelfde bevoegde autoriteit zijn gespecificeerd, teneinde te zorgen voor de integriteit en vertrouwelijkheid van de inhoud van de informatie en de snelheid van de toezending.

(5)

Om de bevoegde autoriteit in staat te stellen de personen te identificeren die binnen de uitgevende instelling of bij de deelnemer aan de emissierechtenmarkt betrokken zijn bij het uitstel van de openbaarmaking van voorwetenschap, moet de kennisgeving van het uitstel de identiteit van de persoon vermelden die de kennisgeving heeft gedaan en van de persoon of personen die verantwoordelijk zijn voor het besluit om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen. In deze kennisgeving moet ook melding worden gemaakt van de temporele aspecten van het uitstel zodat de bevoegde autoriteiten kunnen beoordelen of aan de voorwaarden van Verordening (EU) nr. 596/2014 betreffende het uitstel is voldaan.

(6)

Een uitgevende instelling die een kredietinstelling of een financiële instelling is, moet de bevoegde autoriteit schriftelijk haar voornemen meedelen om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen met het oog op de vrijwaring van de stabiliteit van het financiële stelsel, en daarbij moeten, gezien het gevoelige karakter van deze informatie en de noodzaak om te zorgen voor maximale vertrouwelijkheid van de inhoud, passende beveiligingsnormen worden gehanteerd.

(7)

Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische uitvoeringsnormen die de Europese Autoriteit voor Effecten en Markten (ESMA) bij de Commissie heeft ingediend.

(8)

Op 25 mei 2016 deelde de Commissie ESMA haar voornemen mee om in te stemmen met het ontwerp van technische uitvoeringsnorm met wijzigingen om rekening te houden met het feit dat de bepalingen inzake openbaarmaking in Verordening (EU) nr. 1227/2011 volstaan om te garanderen dat deelnemers aan een emissierechtenmarkt voorwetenschap effectief en tijdig openbaar maken, zoals voorgeschreven in artikel 17, lid 2, van Verordening (EU) nr. 596/2014. Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1348/2014 van de Commissie (3) verplicht deelnemers aan een emissierechtenmarkt er nu al toe te voorzien in „web feeds” voor de websitegebaseerde openbaarmakingen, die tijdig en efficiënt dienen te worden verspreid. In haar formeel advies van 16 juni 2016 heeft ESMA haar oorspronkelijke standpunt bevestigd en een technische uitvoeringsnorm die is gewijzigd in overeenstemming met de wijzigingsvoorstellen van de Commissie niet opnieuw ingediend. Aangezien de openbaarmakingsvereisten voor deelnemers aan een emissierechtenmarkt krachtens Verordening (EU) nr. 1227/2011, kunnen volstaan om te voldoen aan de voorschriften van artikel 17, lid 2, van Verordening (EU) nr. 596/2014, moet het ontwerp van technische uitvoeringsnorm worden gewijzigd ter voorkoming van overlappende rapportagevoorschriften.

(9)

De ESMA heeft openbare raadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische uitvoeringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en heeft de bij artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad (4) opgerichte Stakeholdergroep effecten en markten om advies verzocht.

(10)

Met het oog op de vlotte werking van de financiële markten is het noodzakelijk dat deze verordening met spoed in werking treedt en dat de bepalingen van deze verordening vanaf dezelfde datum van toepassing zijn als de bepalingen van Verordening (EU) nr. 596/2014,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

„elektronische middelen”: elektronische apparatuur voor de verwerking (met inbegrip van digitale compressie), opslag en verzending van gegevens via draden, radio, optische technologieën of andere elektromagnetische middelen.

HOOFDSTUK II

TECHNISCHE MIDDELEN VOOR PASSENDE OPENBAARMAKING VAN VOORWETENSCHAP

Artikel 2

Middelen voor de openbaarmaking van voorwetenschap

1.   Uitgevende instellingen en deelnemers aan een emissierechtenmarkt maken voorwetenschap openbaar met behulp van technische middelen die zorgen voor:

a)

de verspreiding van voorwetenschap:

i)

onder een zo groot mogelijk publiek op niet-discriminerende basis;

ii)

gratis;

iii)

en gelijktijdig in de hele Unie.

b)

Voorwetenschap wordt meegedeeld, hetzij direct, hetzij via een derde partij, aan de media waarop het publiek redelijkerwijs kan vertrouwen voor een effectieve verspreiding ervan. Deze mededeling vindt plaats met behulp van elektronische middelen die ervoor zorgen dat de volledigheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de informatie tijdens de verzending wordt gehandhaafd, en vermeldt duidelijk:

i)

dat de meegedeelde informatie voorwetenschap betreft;

ii)

de naam van de uitgevende instelling of deelnemer aan een emissierechtenmarkt: de volledige wettelijke benaming;

iii)

de identiteit van de persoon die de kennisgeving doet: naam, voornaam en functie in de uitgevende instelling of bij de deelnemer aan een emissierechtenmarkt;

iv)

het onderwerp van de voorwetenschap;

v)

de datum en het tijdstip van de mededeling aan de media.

Uitgevende instellingen en deelnemers aan een emissierechtenmarkt dragen zorg voor de volledigheid, integriteit en vertrouwelijkheid door eventuele tekortkomingen of storingen in de mededeling van voorwetenschap onverwijld te verhelpen.

2.   Deelnemers aan een emissierechtenmarkt zijn verplicht voorwetenschap openbaar te maken overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1227/2011 en mogen gebruikmaken van de technische middelen waarin met het oog op de openbaarmaking van voorwetenschap krachtens die verordening is voorzien voor de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig artikel 17, lid 2, van Verordening (EU) nr. 596/2014 op voorwaarde dat de voorwetenschap die openbaar moet worden gemaakt in wezen dezelfde inhoud heeft en dat de daartoe gebruikte technische middelen ervoor zorgen dat de voorwetenschap aan de betrokken media wordt meegedeeld.

Artikel 3

Plaatsing van voorwetenschap op een website

Websites als bedoeld in artikel 17, leden 1 en 9, van Verordening (EU) nr. 596/2014 voldoen aan de volgende vereisten:

a)

zij bieden de gebruikers gratis en op niet-discriminerende basis toegang tot de voorwetenschap die op de website staat;

b)

zij zorgen ervoor dat gebruikers de voorwetenschap op een gemakkelijk herkenbaar deel van de website kunnen vinden;

c)

zij zorgen ervoor dat de datum en het tijdstip van openbaarmaking duidelijk zijn aangegeven in de openbaar gemaakte voorwetenschap en dat de informatie chronologisch is gerangschikt.

HOOFDSTUK III

TECHNISCHE MIDDELEN OM DE OPENBAARMAKING VAN VOORWETENSCHAP UIT TE STELLEN

Artikel 4

Kennisgeving van uitstel van openbaarmaking van voorwetenschap en schriftelijke toelichting

1.   Met het oog op het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig artikel 17, lid 4, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 596/2014, maken uitgevende instellingen en deelnemers aan een emissierechtenmarkt gebruik van technische middelen die zorgen voor de leesbaarheid, toegankelijkheid en het bijhouden op een duurzame drager van de volgende informatie:

a)

de data en tijdstippen waarop:

i)

voor het eerst sprake was van voorwetenschap in de uitgevende instelling of bij de deelnemer aan de emissierechtenmarkt;

ii)

het besluit is genomen om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen;

iii)

de uitgevende instelling of de deelnemer aan een emissierechtenmarkt de voorwetenschap waarschijnlijk openbaar zal maken;

b)

de identiteit van de personen in de uitgevende instelling of bij de deelnemer aan een emissierechtenmarkt die verantwoordelijk zijn voor:

i)

het besluit over het uitstel van de openbaarmaking en het moment waarop het uitstel ingaat en waarschijnlijk afloopt;

ii)

het verzekeren van de permanente monitoring van de voorwaarden voor het uitstel;

iii)

het nemen van het besluit om de voorwetenschap openbaar te maken;

iv)

het verstrekken van de over het uitstel gevraagde informatie en de schriftelijke toelichting aan de bevoegde autoriteit;

c)

het bewijs van de initiële naleving van de in artikel 17, lid 4, van Verordening (EU) nr. 596/2014 genoemde voorwaarden, en van elke wijziging van deze naleving tijdens de duur van het uitstel, met inbegrip van:

i)

de zowel intern als met betrekking tot derde partijen ingevoerde informatiebeperkingen om te voorkomen dat andere personen toegang tot voorwetenschap hebben dan degenen die deze nodig hebben voor de normale uitoefening van hun werk, beroep of functie in de uitgevende instelling of de bij deelnemer aan een emissierechtenmarkt;

ii)

de getroffen regelingen om de desbetreffende voorwetenschap zo spoedig mogelijk openbaar te maken wanneer de vertrouwelijkheid niet meer is gewaarborgd.

2.   Uitgevende instellingen en deelnemers aan een emissierechtenmarkt stellen, door middel van een schriftelijke kennisgeving, de bevoegde autoriteit in kennis van uitstel van de openbaarmaking van voorwetenschap en verstrekken schriftelijke toelichting bij dat uitstel via een specifiek contactpunt binnen, of aangewezen door, de bevoegde autoriteit met behulp van de elektronische middelen die door de bevoegde autoriteit worden gespecificeerd.

De bevoegde autoriteiten publiceren op hun website de specifieke contactpunten binnen, of aangewezen door, de bevoegde autoriteit en de elektronische middelen als bedoeld in de eerste alinea. Deze elektronische middelen zorgen voor de volledigheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de informatie tijdens de verzending.

3.   De in lid 2 bedoelde elektronische middelen zorgen ervoor dat de kennisgeving van uitstel van de openbaarmaking van voorwetenschap de volgende informatie bevat:

a)

de identiteit van de uitgevende instelling of de deelnemer aan een emissierechtenmarkt: de volledige wettelijke benaming;

b)

de identiteit van de persoon die de kennisgeving doet: naam, voornaam en functie in de uitgevende instelling of bij de deelnemer aan een emissierechtenmarkt;

c)

de contactgegevens van de persoon die de kennisgeving doet: het professioneel e-mailadres en telefoonnummer;

d)

de identificatie van de voorwetenschap waarvan de openbaarmaking was uitgesteld: de titel van de openbaarmakingsverklaring; het referentienummer, voor zover het systeem voor de verspreiding van de voorwetenschap er één gebruikt; de datum en het tijdstip van de openbaarmaking van voorwetenschap;

e)

de datum en het tijdstip van het besluit om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen;

f)

de identiteit van alle personen die verantwoordelijk zijn voor een besluit om openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen.

4.   Wanneer de schriftelijke toelichting bij een uitgestelde openbaarmaking van voorwetenschap in overeenstemming met artikel 17, lid 4, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 596/2014 enkel op verzoek van de bevoegde autoriteit wordt verstrekt, zorgen de elektronische middelen als bedoeld in lid 2 van dit artikel ervoor dat die schriftelijke toelichting de in lid 3 van dit artikel beschreven informatie bevat.

Artikel 5

Kennisgeving van het voornemen om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen

1.   Met het oog op het uitstellen van de openbaarmaking van voorwetenschap overeenkomstig artikel 17, lid 5, van Verordening (EU) nr. 596/2014, stelt een uitgevende instelling die een kredietinstelling of een financiële instelling is de bevoegde autoriteit schriftelijk in kennis van haar voornemen om de openbaarmaking van voorwetenschap uit te stellen met het oog op de vrijwaring van de stabiliteit van het financiële stelsel, en verzekert zij via een specifiek contactpunt binnen, of aangewezen door, de bevoegde autoriteit de volledigheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de informatie.

Bij het versturen van de in de eerste alinea bedoelde kennisgeving langs elektronische weg maakt de uitgevende instelling gebruik van de elektronische middelen als bedoeld in artikel 4, lid 2, van deze verordening.

2.   De bevoegde autoriteit deelt de uitgevende instelling haar besluit mee om al dan niet toestemming te verlenen voor het uitstel van de openbaarmaking op basis van de overeenkomstig lid 1 verstrekte schriftelijke informatie waarbij de volledigheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de informatie is verzekerd.

3.   De uitgevende instelling gebruikt dezelfde technische middelen als voor de in lid 1 bedoelde kennisgeving aan de bevoegde autoriteit om deze in kennis te stellen van alle nieuwe informatie die van invloed kan zijn op de beslissing van de bevoegde autoriteit over het uitstel van de openbaarmaking van de voorwetenschap.

HOOFDSTUK IV

SLOTBEPALINGEN

Artikel 6

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 3 juli 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 173 van 12.6.2014, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PB L 326 van 8.12.2011, blz. 1).

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1348/2014 van de Commissie van 17 december 2014 inzake de informatieverstrekking overeenkomstig artikel 8, leden 2 en 6, van Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PB L 363 van 18.12.2014, blz. 121),

(4)  Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/52


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1056 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stof glyfosaat

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 17, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (2) zijn de werkzame stoffen opgenomen die geacht worden te zijn goedgekeurd uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1107/2009.

(2)

De goedkeuringsperiode van de werkzame stof glyfosaat loopt op 30 juni 2016 af. Er is een aanvraag voor verlenging van de opneming van die werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (3) ingediend overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie (4).

(3)

Aangezien de beoordeling van de stof en het besluit over verlenging van de goedkeuring vertraging hebben opgelopen om redenen die de aanvrager niet verwijtbaar zijn, zal de goedkeuring van die werkzame stof waarschijnlijk vervallen voordat een besluit over de verlenging ervan is genomen.

(4)

Naar aanleiding van de bevindingen van het Internationaal Instituut voor kankeronderzoek inzake het carcinogeen potentieel van glyfosaat heeft de Commissie de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (hierna „de Autoriteit” genoemd) op 29 april 2015 verzocht de onderliggende gegevens opnieuw te onderzoeken en in haar conclusie met die bevindingen rekening te houden. In het kader van de beoordelingsprocedure op grond van Verordening (EG) nr. 1107/2009 heeft de Autoriteit geconcludeerd dat het onwaarschijnlijk is dat glyfosaat kankerverwekkend zou zijn voor mensen, en dat het beschikbare bewijsmateriaal geen ondersteuning biedt voor een geharmoniseerde indeling van glyfosaat als potentieel kankerverwekkende stof in de zin van Verordening (EG) nr. 1272/2008 (5). In dat verband herinnerde de Autoriteit er evenwel aan dat haar voorstellen voor indeling in het kader van de beoordelingsprocedure van Verordening (EG) nr. 1107/2009 geen formele voorstellen voor geharmoniseerde indeling overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 zijn.

(5)

Op 22 juli 2015 (6) heeft de rapporterende lidstaat zijn voornemen bekendgemaakt om overeenkomstig artikel 37 van Verordening (EG) nr. 1272/2008 een dossier betreffende de geharmoniseerde indeling van glyfosaat in te dienen, inclusief voor de gevarenklasse kankerverwekkendheid. Op 17 maart 2016 heeft de rapporterende lidstaat het dossier ingediend bij het Europees Agentschap voor chemische stoffen, dat overeenkomstig artikel 37, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1272/2008 advies moet uitbrengen.

(6)

De bevindingen van het Internationaal Instituut voor kankeronderzoek en het voorstel van de Autoriteit inzake de indeling met betrekking tot de kankerverwekkendheid van glyfosaat lopen uiteen. Bovendien was de procedure voor de geharmoniseerde indeling van glyfosaat reeds ingeleid. Tijdens de besprekingen in het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders op 18 en 19 mei 2016 is gebleken dat in het specifieke geval van glyfosaat sommige lidstaten het in hun hoedanigheid van risicobeheerders passend achtten om, alvorens een besluit te nemen over een verlenging van de goedkeuring, te beschikken over een advies van het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen betreffende de geharmoniseerde indeling van glyfosaat als kankerverwekkende stof, omdat een dergelijk advies relevant kan zijn voor de goedkeuring op basis van de criteria van Verordening (EG) nr. 1107/2009.

(7)

Gelet op de tijd die nodig is voor de beoordeling van het dossier betreffende de geharmoniseerde indeling, moet de goedkeuringsperiode van de werkzame stof worden verlegd tot zes maanden na de datum van ontvangst van het advies van het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen door de Commissie, maar uiterlijk tot en met 31 december 2017. Zodra de Commissie het advies van het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen ontvangt, zal zij de datum van ontvangst meedelen in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(8)

Gezien het doel van artikel 17, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, zal de Commissie, indien zij na ontvangst van het advies van het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen een verordening zou vaststellen waarbij de goedkeuring van glyfosaat niet wordt verlengd omdat niet aan de goedkeuringscriteria is voldaan, de uiterste datum van de goedkeuringsperiode vaststellen op de datum van de inwerkingtreding van de verordening waarbij wordt bepaald dat de goedkeuring van glyfosaat niet wordt verlengd, zelfs indien deze datum eerder valt dan de datum waarop de goedkeuring vervalt.

(9)

Gezien de in de voorgaande overwegingen omschreven verlenging van de goedkeuringsperiode voor glyfosaat, en in het licht van de door de Autoriteit genoemde probleempunten met betrekking tot het gebruik van de coformulant POE-tallowamine (CAS-nr. 61791-26-2) in gewasbeschermingsmiddelen met glyfosaat, zal de Commissie zo spoedig mogelijk overgaan tot herziening van de goedkeuring van glyfosaat overeenkomstig artikel 21 van Verordening (EG) nr. 1107/2009.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

Aangezien de huidige goedkeuring van glyfosaat op 30 juni 2016 vervalt, moet deze verordening zo spoedig mogelijk in werking treden.

(12)

Het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders heeft binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn geen advies uitgebracht. Een uitvoeringshandeling werd nodig geacht en de voorzitter heeft de ontwerpuitvoeringshandeling voor verder beraad aan het Comité van beroep voorgelegd. Het Comité van beroep heeft geen advies uitgebracht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

In de zesde kolom (Geldigheidsduur) van vermelding 25 (glyfosaat) in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 worden de woorden „30 juni 2016” vervangen door de woorden „zes maanden te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het advies van het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen door de Commissie of 31 december 2017, indien dat eerder is”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).

(3)  Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie van 7 december 2010 tot vaststelling van de procedure voor de verlenging van de opneming van een tweede groep werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot opstelling van de lijst van die stoffen (PB L 322 van 8.12.2010, blz. 10).

(5)  Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).

(6)  Register van intenties van de ECHA. Online beschikbaar op: https://echa.europa.eu/web/guest/addressing-chemicals-of-concern/registry-of-intentions


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/55


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1057 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),

Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

MA

135,4

ZZ

135,4

0709 93 10

TR

138,7

ZZ

138,7

0805 50 10

AR

160,3

CL

198,5

MA

174,9

UY

142,5

ZA

175,1

ZZ

170,3

0808 10 80

AR

118,3

BR

102,8

CL

128,2

CN

133,6

NZ

144,7

UY

71,6

ZA

106,7

ZZ

115,1

0809 10 00

TR

224,4

ZZ

224,4

0809 29 00

TR

347,0

ZZ

347,0

0809 30 10 , 0809 30 90

TR

124,7

ZZ

124,7

0809 40 05

TR

148,6

ZZ

148,6


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/57


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1058 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot sluiting van de openbare inschrijving voor de aankoop van mageremelkpoeder in het kader van de bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 geopende openbare interventie

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1370/2013 van de Raad van 16 december 2013 houdende maatregelen tot vaststelling van steun en restituties in het kader van de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten (1), en met name artikel 3, lid 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 van de Commissie (2) is een openbare inschrijving voor de aankoop van mageremelkpoeder geopend omdat de kwantitatieve beperking van 218 000 ton die in artikel 3, lid 1, onder c), van Verordening (EU) nr. 1370/2013 voor de aankoop van mageremelkpoeder tegen een vaste prijs in het kader van de openbare interventie is vastgesteld, was overschreden.

(2)

Bij artikel 3, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1370/2013, als ingevoegd bij Verordening (EU) 2016/1042 van de Raad (3), zijn de maximaal toegestane hoeveelheden voor de interventieaankoop mageremelkpoeder tegen een vaste prijs voor het jaar 2016 verhoogd met ingang van 30 juni 2016.

(3)

Daarom is het passend de bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 geopende openbare inschrijving te sluiten en de aankoop van mageremelkpoeder tegen een vaste prijs in het kader van de openbare interventie te hervatten tot de verhoogde maximaal toegestane hoeveelheid is bereikt.

(4)

Aangezien de interventiebureaus de aanbieders snel na de bekendmaking van deze verordening in kennis moeten stellen van de sluiting van de openbare inschrijving, moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Sluiting van de openbare inschrijving

De bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 geopende openbare inschrijving wordt gesloten.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 346 van 20.12.2013, blz. 12.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) 2016/826 van de Commissie van 25 mei 2016 houdende sluiting van de interventieaankoop van mageremelkpoeder tegen een vaste prijs voor de interventieperiode die eindigt op 30 september 2016, en houdende opening van een openbare inschrijving voor de aankoop (PB L 137 van 26.5.2016, blz. 19).

(3)  Verordening (EU) 2016/1042 van de Raad van 24 juni 2016 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1370/2013 houdende maatregelen tot vaststelling van steun en restituties in het kader van de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten, wat de toepasselijke kwantitatieve beperkingen voor de aankoop van mageremelkpoeder betreft (PB L 170 van 29.6.2016, blz. 1).


BESLUITEN

30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/59


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/1059 VAN DE COMMISSIE

van 20 juni 2016

houdende onttrekking aan EU-financiering van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) of in het kader van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 3753)

(Slechts de teksten in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Franse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Nederlandse, de Portugese, de Sloveense, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal zijn authentiek)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (1), en met name artikel 52,

Na raadpleging van het Comité voor de landbouwfondsen,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad (2) en, met ingang van 1 januari 2015, overeenkomstig artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 dient de Commissie de nodige verificaties te verrichten, de resultaten daarvan mee te delen aan de lidstaten, kennis te nemen van de opmerkingen van de lidstaten en bilaterale besprekingen te initiëren om met de betrokken lidstaten overeenstemming te bereiken en haar conclusies formeel aan deze laatste mee te delen.

(2)

De lidstaten hebben de gelegenheid gekregen een verzoek tot inleiding van een bemiddelingsprocedure in te dienen. Van deze mogelijkheid is in sommige gevallen gebruikgemaakt en de verslagen met de bevindingen zijn door de Commissie onderzocht.

(3)

Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1306/2013 mogen uitsluitend landbouwuitgaven worden gefinancierd die zijn verricht op een wijze die niet in strijd is met de regelgeving van de Unie.

(4)

Uit de verrichte verificaties, de resultaten van de bilaterale besprekingen en de bemiddelingsprocedures is gebleken dat een deel van de door de lidstaten gedeclareerde uitgaven niet aan deze voorwaarde voldoet en derhalve niet uit het ELGF of het Elfpo mag worden gefinancierd.

(5)

Aangegeven moet worden welke bedragen niet als ten laste van het ELGF en het Elfpo worden erkend. Het gaat daarbij niet om uitgaven die zijn gedaan vóór de periode van 24 maanden die voorafging aan het tijdstip waarop de Commissie de resultaten van de verificaties schriftelijk aan de lidstaten heeft meegedeeld.

(6)

Voor de gevallen waarop het onderhavige besluit betrekking heeft, heeft de Commissie de lidstaten in een syntheseverslag (3) de raming meegedeeld van de uitgaven die aan financiering moeten worden onttrokken omdat zij niet overeenkomstig de regelgeving van de Unie zijn verricht.

(7)

Met het onderhavige besluit wordt niet vooruitgelopen op de financiële consequenties die de Commissie zou kunnen trekken uit arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie in zaken die op 1 april 2016 aanhangig waren,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage vermelde bedragen betreffende de uitgaven van erkende betaalorganen van de lidstaten die ten laste van het ELGF of het Elfpo zijn gedeclareerd, worden aan financiering door de Unie onttrokken.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden, de Portugese Republiek, de Republiek Slovenië, het Koninkrijk Zweden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.

Gedaan te Brussel, 20 juni 2016.

Voor de Commissie

Phil HOGAN

Lid van de Commissie


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.

(2)  Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).

(3)  D/1597464/2016-ANN2rev2-EN/FR en D/1597464/2016-ANN3rev1-Panache.


BIJLAGE

Begrotingspost: 05040206

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

FR

Richtsnoeren plattelandsontw. Leader+ (RD-400)

2008

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-516/10

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

7 437 217,61

0,00

7 437 217,61

 

 

 

 

 

Totaal FR:

EUR

7 437 217,61

 0,00

7 437 217,61


Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

EUR

7 437 217,61

 0,00

7 437 217,61

Begrotingspost: 05040501

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

CZ

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun (2007-2013)

2011

Terugbetaling in zaak T-32/16

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

151 171,36

0,00

151 171,36

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun (2007-2013)

2012

Terugbetaling in zaak T-32/16

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

212 512,83

0,00

212 512,83

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun (2007-2013)

2013

Terugbetaling in zaak T-32/16

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

220 615,06

0,00

220 615,06

 

 

 

 

 

Totaal CZ:

EUR

 584 299,25

 0,00

 584 299,25

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

FR

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2011

Geen telling van de dieren en beoordeling van de veedichtheid bij controles ter plaatse — Verwijdering van schapen en geiten waarvoor geen dierpremie geldt

GERAAMD PERCENTAGE

– 0,48 %

EUR

1 071 009,19

– 8 925,08

1 079 934,27

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2012

Geen telling van de dieren en beoordeling van de veedichtheid bij controles ter plaatse — Verwijdering van schapen en geiten waarvoor geen dierpremie geldt

GERAAMD PERCENTAGE

– 0,48 %

EUR

1 386 002,35

– 11 430,02

1 397 432,37

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Geen telling van de dieren en beoordeling van de veedichtheid bij controles ter plaatse — Verwijdering van schapen en geiten waarvoor geen dierpremie geldt

GERAAMD PERCENTAGE

– 0,48 %

EUR

1 383 793,19

– 11 531,61

1 395 324,80

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2008

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-259/13

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

706 623,78

0,00

706 623,78

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2009

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-259/13

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

167 468,29

0,00

167 468,29

 

 

 

 

 

Totaal FR:

EUR

4 714 896,80

– 31 886,71

4 746 783,51

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

ES

Certificering

2013

Toevallige fouten Elfpo niet-GBCS en ELGF-controlestatistieken. Rechtzetting van correctie in ad-hoc 48.

EENMALIG

 

EUR

2 195,93

0,00

2 195,93

 

Certificering

2013

Bekende fouten ELGF niet-GBCS en Elfpo niet-GBCS. Rechtzetting van correctie in ad-hoc 48.

EENMALIG

 

EUR

26 105,45

0,00

26 105,45

 

 

 

 

 

Totaal ES:

EUR

 28 301,38

 0,00

 28 301,38


Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

EUR

5 327 497,43

– 31 886,71

5 359 384,14

Begrotingspost: 05070107

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

SI

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Terugbetaling in zaak T-12/16 naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

EENMALIG

 

EUR

42 615,90

0,00

42 615,90

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Terugbetaling in zaak T-12/16 naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

EENMALIG

 

EUR

45 519,08

0,00

45 519,08

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2015

Terugbetaling in zaak T-12/16 naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

EENMALIG

 

EUR

34 211,94

0,00

34 211,94

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

85 780,08

2 203,29

83 576,79

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

115 956,46

0,00

115 956,46

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Terugbetaling naar aanleiding van het arrest in zaak T-667/14

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

131 269,23

0,00

131 269,23

 

 

 

 

 

Totaal SI:

EUR

 455 352,69

 2 203,29

 453 149,40


Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

EUR

 455 352,69

 2 203,29

 453 149,40

Begrotingspost: 6701

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

BG

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwakke punten in controles ter plaatse en berekening van sancties en betalingen — Aanvraagjaar (AJ) 2012

EENMALIG

 

EUR

– 167 489,00

0,00

– 167 489,00

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwakke punten in controles ter plaatse en berekening van sancties en betalingen — Aanvraagjaar (AJ) 2012

EENMALIG

 

EUR

– 131,00

0,00

– 131,00

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwakke punten in controles ter plaatse en berekening van sancties en betalingen — Aanvraagjaar (AJ) 2013

EENMALIG

 

EUR

– 250 296,00

0,00

– 250 296,00

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2015

Zwakke punten in controles ter plaatse en berekening van sancties en betalingen — Aanvraagjaar (AJ) 2014

EENMALIG

 

EUR

– 263 217,00

0,00

– 263 217,00

 

 

 

 

 

Totaal BG:

EUR

– 681 133,00

 0,00

– 681 133,00

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

CZ

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Aanvraagjaar 2012: tekortkoming in actualiseringsproces LPIS, tekortkoming in risicoanalyse, geen uitbreiding of extrapolatie bij te hoge opgave van > 3 %

EENMALIG

 

EUR

– 112 441,28

0,00

– 112 441,28

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Aanvraagjaar 2013: tekortkoming in actualiseringsproces LPIS, tekortkoming in risicoanalyse, geen uitbreiding of extrapolatie bij te hoge opgave van > 3 %

EENMALIG

 

EUR

– 164 086,21

0,00

– 164 086,21

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2015

Aanvraagjaar 2014: tekortkoming in actualiseringsproces LPIS, tekortkoming in risicoanalyse, geen uitbreiding of extrapolatie bij te hoge opgave van > 3 %

EENMALIG

 

EUR

– 185 990,34

0,00

– 185 990,34

 

Randvoorwaarden

2011

Onjuiste controle op naleving identificatie- en registratievoorschriften, landbouwers met dieren, AJ 2010

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 5 297 424,42

– 41,95

– 5 297 382,47

 

Randvoorwaarden

2012

Onjuiste controle op naleving identificatie- en registratievoorschriften, landbouwers met dieren, AJ 2011

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 5 947 911,00

– 0,69

– 5 947 910,31

 

Randvoorwaarden

2013

Onjuiste controle op naleving identificatie- en registratievoorschriften, landbouwers met dieren, AJ 2012

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 6 473 886,96

– 1 124,41

– 6 472 762,55

 

Randvoorwaarden

2014

Onjuiste controle op naleving identificatie- en registratievoorschriften, landbouwers met dieren, AJ 2013

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 6 852 121,42

– 1 640,86

– 6 850 480,56

 

Wijn — Investeringen

2011

Ontoereikend aantal controles ter plaatse

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 124 003,47

0,00

– 124 003,47

 

Wijn — Investeringen

2012

Ontoereikend aantal controles ter plaatse

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 207 479,98

0,00

– 207 479,98

 

Wijn — Investeringen

2013

Ontoereikend aantal controles ter plaatse

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 201 933,62

0,00

– 201 933,62

 

Wijn — Investeringen

2014

Ontoereikend aantal controles ter plaatse

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 103 099,13

0,00

– 103 099,13

 

Randvoorwaarden

2011

Eén GLMC-norm niet ingevuld en beperkte reikwijdte controles op RBE5, landbouwers zonder dieren, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 059 484,88

– 8,39

– 1 059 476,49

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm niet ingevuld en beperkte reikwijdte controles op RBE5, landbouwers zonder dieren, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 189 582,20

– 0,14

– 1 189 582,06

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm niet ingevuld en beperkte reikwijdte controles op RBE5, landbouwers zonder dieren, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 294 777,39

– 224,88

– 1 294 552,51

 

Randvoorwaarden

2014

Eén GLMC-norm niet ingevuld en beperkte reikwijdte controles op RBE5, landbouwers zonder dieren, AJ 2013

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 370 424,28

0,00

– 1 370 424,28

 

 

 

 

 

Totaal CZ:

EUR

– 30 584 646,58

– 3 041,32

– 30 581 605,26

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

DE

Certificering

2013

Financiële correctie wegens niet-teruggevorderde bedragen i.v.m. financiële fouten van vorige jaren

EENMALIG

 

EUR

– 46 753,71

0,00

– 46 753,71

 

Afzetbevorderingsmaatregelen

2010

Niet-naleving van regels voor plaatsing van opdrachten

FORFAITAIR

100,00 %

EUR

– 140 636,87

– 632,38

– 140 004,49

 

Afzetbevorderingsmaatregelen

2011

Niet-naleving van regels voor plaatsing van opdrachten

FORFAITAIR

100,00 %

EUR

– 331 758,14

– 168,23

– 331 589,91

 

Afzetbevorderingsmaatregelen

2012

Niet-naleving van regels voor plaatsing van opdrachten

FORFAITAIR

100,00 %

EUR

– 346 390,91

– 382,01

– 346 008,90

 

Afzetbevorderingsmaatregelen

2013

Niet-naleving van regels voor plaatsing van opdrachten

FORFAITAIR

100,00 %

EUR

– 67 459,69

– 33,69

– 67 426,00

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwakke punten in doeltreffendheid van de controlemethode en kwaliteit van controles ter plaatse — AJ 2012

EENMALIG

 

EUR

– 224 492,66

0,00

– 224 492,66

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwakke punten in doeltreffendheid van de controlemethode en kwaliteit van controles ter plaatse — AJ 2013

EENMALIG

 

EUR

– 186 360,48

0,00

– 186 360,48

 

 

 

 

 

Totaal DE:

EUR

– 1 343 852,46

– 1 216,31

– 1 342 636,15

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

ES

Onregelmatigheden

2013

Te laat opstarten terugvorderingsprocedures en gebrek aan zorgvuldigheid bij follow-up van vorderingen

EENMALIG

 

EUR

– 364 397,21

0,00

– 364 397,21

 

Certificering

2011

Bekende fouten ELGF niet-GBCS en Elfpo niet-GBCS. Rechtzetting van correctie in ad-hoc 48.

EENMALIG

 

EUR

3 523,35

0,00

3 523,35

 

Certificering

2013

Bekende fouten ELGF niet-GBCS en Elfpo niet-GBCS. Rechtzetting van correctie in ad-hoc 48.

EENMALIG

 

EUR

19 304,02

0,00

19 304,02

 

Randvoorwaarden

2010

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2009

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 115 116,22

– 3 067,03

– 112 049,19

 

Randvoorwaarden

2011

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2009

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 10 039,58

0,00

– 10 039,58

 

Randvoorwaarden

2012

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2009

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 202,56

0,00

– 202,56

 

Randvoorwaarden

2011

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2010

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 1 779 083,63

– 4 749,00

– 1 774 334,63

 

Randvoorwaarden

2012

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2010

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 1 466,85

0,00

– 1 466,85

 

Randvoorwaarden

2013

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2010

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 408,69

0,00

– 408,69

 

Randvoorwaarden

2012

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2011

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 1 796 132,37

– 8 320,41

– 1 787 811,96

 

Randvoorwaarden

2013

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2011

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 379,25

0,00

– 379,25

 

Randvoorwaarden

2013

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 921 486,77

0,00

– 921 486,77

 

Certificering

2014

Bekende fout berekend op basis van systemische tekortkomingen in gegevensgerichte toetsing van niet-GBCS-populatie van ELGF.

EENMALIG

 

EUR

– 555 280,17

0,00

– 555 280,17

 

Certificering

2014

Bekende fout geconstateerd in Elfpo niet-GBCS. Niet-toepassing van de financiële discipline.

EENMALIG

 

EUR

– 84 578,54

0,00

– 84 578,54

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Geen terugvordering, AJ 2009

EENMALIG

 

EUR

– 1 797 657,81

0,00

– 1 797 657,81

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Geen terugvordering, AJ 2010

EENMALIG

 

EUR

– 2 476 822,58

0,00

– 2 476 822,58

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Geen terugvordering, AJ 2011

EENMALIG

 

EUR

– 2 041 501,02

0,00

– 2 041 501,02

 

Groenten en fruit — Operationele programma's

2010

Erkenning — Uitbesteding: zwakke punten in controles

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 146 583,54

– 17 707,29

– 128 876,25

 

Groenten en fruit — Operationele programma's

2011

Erkenning — Uitbesteding: zwakke punten in controles

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 173 015,89

– 20 900,32

– 152 115,57

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwakke punten in kwaliteit van controles ter plaatse en in berekening van betalingen en sancties (AJ 2012)

EENMALIG

 

EUR

– 237 956,45

0,00

– 237 956,45

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwakke punten in kwaliteit van controles ter plaatse en in berekening van betalingen en sancties (AJ 2012)

EENMALIG

 

EUR

– 35,09

0,00

– 35,09

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwakke punten in kwaliteit van de controles ter plaatse (AJ 2013)

EENMALIG

 

EUR

– 5 437,95

0,00

– 5 437,95

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

0,41 %

EUR

– 36 254,13

0,00

– 36 254,13

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

1,27 %

EUR

– 491 140,74

0,00

– 491 140,74

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

1,87 %

EUR

– 5 206 315,05

0,00

– 5 206 315,05

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

2,45 %

EUR

– 525 444,92

0,00

– 525 444,92

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

2,71 %

EUR

– 193 701,07

0,00

– 193 701,07

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

2,84 %

EUR

– 3 385 206,63

0,00

– 3 385 206,63

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

2,97 %

EUR

– 274 558,17

0,00

– 274 558,17

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

3,03 %

EUR

– 6 425 414,59

0,00

– 6 425 414,59

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

3,32 %

EUR

– 264 285,02

0,00

– 264 285,02

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

3,53 %

EUR

– 370 297,50

0,00

– 370 297,50

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2010

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2009

FORFAITAIR

4,34 %

EUR

– 5 810 700,42

0,00

– 5 810 700,42

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

1,59 %

EUR

– 140 897,44

0,00

– 140 897,44

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

3,58 %

EUR

– 12 557 181,35

0,00

– 12 557 181,35

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

3,80 %

EUR

– 1 604 161,19

0,00

– 1 604 161,19

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

4,46 %

EUR

– 7 281 180,73

0,00

– 7 281 180,73

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

4,99 %

EUR

– 521 889,14

0,00

– 521 889,14

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

5,86 %

EUR

– 14 705 686,08

0,00

– 14 705 686,08

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

6,40 %

EUR

– 754 883,66

0,00

– 754 883,66

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

6,52 %

EUR

– 1 465 916,24

0,00

– 1 465 916,24

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

7,68 %

EUR

– 1 054 399,87

0,00

– 1 054 399,87

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

8,60 %

EUR

– 898 074,78

0,00

– 898 074,78

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2011

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2010

FORFAITAIR

10,04 %

EUR

– 17 872 503,33

0,00

– 17 872 503,33

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

1,53 %

EUR

– 129 372,04

0,00

– 129 372,04

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

3,52 %

EUR

– 1 670 394,11

0,00

– 1 670 394,11

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

3,61 %

EUR

– 12 569 567,63

0,00

– 12 569 567,63

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

4,40 %

EUR

– 457 993,13

0,00

– 457 993,13

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

4,41 %

EUR

– 6 222 534,74

0,00

– 6 222 534,74

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

5,47 %

EUR

– 14 047 831,11

0,00

– 14 047 831,11

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

6,42 %

EUR

– 1 460 940,66

0,00

– 1 460 940,66

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

7,67 %

EUR

– 1 039 427,27

0,00

– 1 039 427,27

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

8,71 %

EUR

– 896 518,36

0,00

– 896 518,36

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

8,84 %

EUR

– 1 073 434,31

0,00

– 1 073 434,31

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2012

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2011

FORFAITAIR

10,06 %

EUR

– 18 587 226,24

0,00

– 18 587 226,24

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

1,52 %

EUR

– 282 433,44

0,00

– 282 433,44

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

2,73 %

EUR

– 2 189 472,27

0,00

– 2 189 472,27

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

3,47 %

EUR

– 436 427,69

0,00

– 436 427,69

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

3,60 %

EUR

– 13 607 317,98

0,00

– 13 607 317,98

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

4,34 %

EUR

– 6 859 547,08

0,00

– 6 859 547,08

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

5,23 %

EUR

– 14 573 066,77

0,00

– 14 573 066,77

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

5,67 %

EUR

– 1 481 797,81

0,00

– 1 481 797,81

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

8,11 %

EUR

– 937 029,74

0,00

– 937 029,74

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

8,35 %

EUR

– 1 152 945,89

0,00

– 1 152 945,89

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

8,47 %

EUR

– 1 067 848,09

0,00

– 1 067 848,09

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2012

FORFAITAIR

10,09 %

EUR

– 18 550 881,56

0,00

– 18 550 881,56

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

1,78 %

EUR

– 242 483,04

0,00

– 242 483,04

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

2,43 %

EUR

– 1 440 419,43

0,00

– 1 440 419,43

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

3,58 %

EUR

– 13 675 357,81

0,00

– 13 675 357,81

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

3,67 %

EUR

– 244 557,73

0,00

– 244 557,73

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

5,22 %

EUR

– 22 266 789,93

0,00

– 22 266 789,93

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

5,62 %

EUR

– 1 460 452,24

0,00

– 1 460 452,24

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

8,21 %

EUR

– 1 461 393,24

0,00

– 1 461 393,24

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

8,22 %

EUR

– 967 202,28

0,00

– 967 202,28

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

8,53 %

EUR

– 1 203 367,96

0,00

– 1 203 367,96

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in LPIS (blijvend grasland) AJ 2013

FORFAITAIR

10,09 %

EUR

– 18 791 305,94

0,00

– 18 791 305,94

 

Groenten en fruit — Operationele programma's

2010

Zwak punt in erkenning PO's — Controle van afgezette productie — Leveringsplicht

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 149 704,70

– 18 084,33

– 131 620,37

 

Groenten en fruit — Operationele programma's

2011

Zwak punt in erkenning PO's — Controle van afgezette productie — Leveringsplicht

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 3 967,05

– 479,22

– 3 487,83

 

 

 

 

 

Totaal ES:

EUR

– 275 525 856,12

– 73 307,60

– 275 452 548,52

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

FR

Rechten

2013

Toewijzing aan landbouwers die om objectieve redenen geen clausule in een privaatrechtelijk contract hebben getekend en toewijzing aan nieuwe landbouwers

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 822 428,05

0,00

– 822 428,05

 

Rechten

2014

Toewijzing aan landbouwers die om objectieve redenen geen clausule in een privaatrechtelijk contract hebben getekend en toewijzing aan nieuwe landbouwers

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 1 382 331,15

0,00

– 1 382 331,15

 

Rechten

2013

Rooipremie wijngaarden 2012

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 16 184,70

0,00

– 16 184,70

 

Rechten

2014

Rooipremie wijngaarden 2012

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 16 184,70

0,00

– 16 184,70

 

Rechten

2013

Toewijzing voor vleeskalveren

EENMALIG

 

EUR

– 1 363 665,37

– 29 946,09

– 1 333 719,28

 

Rechten

2014

Toewijzing voor vleeskalveren

EENMALIG

 

EUR

– 1 363 665,37

0,00

– 1 363 665,37

 

Rechten

2013

Onjuiste berekening van de lineaire verlaging

EENMALIG

 

EUR

– 89 489 899,24

– 1 965 198,18

– 87 524 701,06

 

Rechten

2014

Onjuiste berekening van de lineaire verlaging

EENMALIG

 

EUR

– 98 131 085,38

0,00

– 98 131 085,38

 

 

 

 

 

Totaal FR:

EUR

– 192 585 443,96

– 1 995 144,27

– 190 590 299,69

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

GB

Randvoorwaarden

2013

Toepassing tolerantie voor RBE7 en RBE8, AJ 2012

EENMALIG

 

EUR

– 216 342,93

0,00

– 216 342,93

 

Randvoorwaarden

2014

Toepassing tolerantie voor RBE7 en RBE8, AJ 2013

EENMALIG

 

EUR

– 133 445,51

0,00

– 133 445,51

 

Randvoorwaarden

2015

Toepassing tolerantie voor RBE7 en RBE8, AJ 2014

EENMALIG

 

EUR

– 125 894,15

0,00

– 125 894,15

 

Certificering

2010

Terugvordering en volledigheid van bijlage III

EENMALIG

 

EUR

– 373 689,17

0,00

– 373 689,17

 

Certificering

2011

Terugvordering en volledigheid van bijlage III

EENMALIG

 

EUR

– 388,00

0,00

– 388,00

 

Certificering

2012

Terugvordering en volledigheid van bijlage III

EENMALIG

 

EUR

– 3 394,82

0,00

– 3 394,82

 

Randvoorwaarden

2011

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 456 734,56

– 16 924,48

– 1 439 810,08

 

Randvoorwaarden

2012

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 9 246,99

8,89

– 9 255,88

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 6 356,12

0,00

– 6 356,12

 

Randvoorwaarden

2012

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 4 128 736,01

– 82 450,81

– 4 046 285,20

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 6 293,36

0,00

– 6 293,36

 

Randvoorwaarden

2014

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 188,27

0,00

– 1 188,27

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 4 133 131,91

– 82 712,75

– 4 050 419,16

 

Randvoorwaarden

2014

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 3 715,44

– 75,10

– 3 640,34

 

Randvoorwaarden

2011

Tolerantie toegepast voor identificatie voor RBE7 en RBE8, AJ 2010

EENMALIG

 

EUR

– 358 022,71

– 7 160,45

– 350 862,26

 

Randvoorwaarden

2012

Tolerantie toegepast voor identificatie voor RBE7 en RBE8, AJ 2011

EENMALIG

 

EUR

– 570 898,01

– 12 536,93

– 558 361,08

 

Randvoorwaarden

2013

Tolerantie toegepast voor identificatie voor RBE7 en RBE8, AJ 2012

EENMALIG

 

EUR

– 306 764,01

– 613,53

– 306 150,48

 

 

 

 

 

Totaal GB:

EUR

– 11 834 241,97

– 202 465,16

– 11 631 776,81

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

IT

Randvoorwaarden

2011

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2010

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 1 541 264,44

– 451,39

– 1 540 813,05

 

Randvoorwaarden

2012

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2011

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 1 509 688,44

0,00

– 1 509 688,44

 

Randvoorwaarden

2013

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2012

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 1 482 417,28

0,00

– 1 482 417,28

 

Randvoorwaarden

2011

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2010

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 450 758,57

0,00

– 450 758,57

 

Randvoorwaarden

2012

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2011

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 473 989,06

0,00

– 473 989,06

 

Randvoorwaarden

2013

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2012

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 497 207,98

0,00

– 497 207,98

 

 

 

 

 

Totaal IT:

EUR

– 5 955 325,77

– 451,39

– 5 954 874,38

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

LU

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Aanvraagjaar 2012: zwakke punten in doeltreffendheid van de risicoanalyse

EENMALIG

 

EUR

– 77 965,03

– 155,93

– 77 809,10

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Aanvraagjaar 2013: zwakke punten in doeltreffendheid van de risicoanalyse

EENMALIG

 

EUR

– 19 066,61

0,00

– 19 066,61

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2015

Aanvraagjaar 2014: zwakke punten in doeltreffendheid van de risicoanalyse

EENMALIG

 

EUR

– 10 880,09

0,00

– 10 880,09

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Aanvraagjaren 2012 en 2013: geen terugwerkende kracht voor verlagingen en sancties krachtens art. 57 en art. 80 van Verordening (EG) nr. 1122/2009.

EENMALIG

 

EUR

– 28 439,04

0,00

– 28 439,04

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Aanvraagjaren 2012, 2013 en 2014: subsidiabiliteit van lijnvormige landschapselementen krachtens art. 26 van Verordening (EG) nr. 1122/2009.

EENMALIG

 

EUR

– 7 926,48

– 6,00

– 7 920,48

 

 

 

 

 

Totaal LU:

EUR

– 144 277,25

– 161,93

– 144 115,32

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

LV

Voedselhulp in de Gemeenschap

2013

Voorschot aan marktdeelnemer overschrijdt in regelgeving vastgesteld maximum

EENMALIG

 

EUR

– 44 082,50

0,00

– 44 082,50

 

Andere rechtstreekse steun — Artikelen 68-72 van Verordening (EG) nr. 73/2009

2013

Onjuiste berekening van steunbetalingen

EENMALIG

 

EUR

– 34 355,75

0,00

– 34 355,75

 

Andere rechtstreekse steun — Artikelen 68-72 van Verordening (EG) nr. 73/2009

2014

Onjuiste berekening van steunbetalingen

EENMALIG

 

EUR

– 33 114,31

0,00

– 33 114,31

 

Andere rechtstreekse steun — Artikelen 68-72 van Verordening (EG) nr. 73/2009

2013

Geen vermelding van de maatregel in het controleverslag — Onvoldoende bekendheid met specifieke risico's bij inspecteurs

EENMALIG

 

EUR

– 2 356,35

0,00

– 2 356,35

 

Andere rechtstreekse steun — Artikelen 68-72 van Verordening (EG) nr. 73/2009

2014

Geen vermelding van de maatregel in het controleverslag — Onvoldoende bekendheid met specifieke risico's bij inspecteurs

EENMALIG

 

EUR

– 2 271,21

0,00

– 2 271,21

 

Voedselhulp in de Gemeenschap

2013

Niet-naleving van termijnen voor plaatsing van overheidsopdrachten

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 98 781,18

– 881,65

– 97 899,53

 

 

 

 

 

Totaal LV:

EUR

– 214 961,30

– 881,65

– 214 079,65

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

NL

Randvoorwaarden

2015

Zwakke punten in controle ter plaatse bij RBE12 — AJ 2014

EENMALIG

 

EUR

– 17 819,22

0,00

– 17 819,22

 

Randvoorwaarden

2013

Zwakke punten in controles ter plaatse bij RBE8 en RBE12 — AJ 2012

EENMALIG

 

EUR

– 37 075,36

0,00

– 37 075,36

 

Randvoorwaarden

2014

Zwakke punten in controles ter plaatse bij RBE8 en RBE12 — AJ 2013

EENMALIG

 

EUR

– 5 779,47

0,00

– 5 779,47

 

 

 

 

 

Totaal NL:

EUR

– 60 674,05

 0,00

– 60 674,05

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

PT

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 3 233 085,77

– 108 110,02

– 3 124 975,75

 

Randvoorwaarden

2011

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 899 122,29

– 208 499,79

– 690 622,50

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 7 817,09

– 842,64

– 6 974,45

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

180,91

0,00

180,91

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2011

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 3 217 040,09

– 245 336,98

– 2 971 703,11

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2011

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 2 037,25

0,00

– 2 037,25

 

Randvoorwaarden

2011

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 166 454,16

0,00

– 166 454,16

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, één GLMC-norm niet op naleving gecontroleerd, gedeeltelijke tekortkomingen bij vier RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 46 559,18

0,00

– 46 559,18

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2013

Zwak punt in consolidatie, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 21 462 543,90

0,00

– 21 462 543,90

 

Ontkoppelde rechtstreekse steun

2014

Zwak punt in consolidatie, AJ 2013

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 8 494 795,80

0,00

– 8 494 795,80

 

 

 

 

 

Totaal PT:

EUR

– 37 529 274,62

– 562 789,43

– 36 966 485,19

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

SE

Melk — Schoolmelk

2010

Onvolledige administratieve controle van steunaanvragen

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 78 643,30

0,00

– 78 643,30

 

Melk — Schoolmelk

2011

Onvolledige administratieve controle van steunaanvragen

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 84 843,00

0,00

– 84 843,00

 

Melk — Schoolmelk

2012

Onvolledige administratieve controle van steunaanvragen

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 90 599,19

0,00

– 90 599,19

 

Melk — Schoolmelk

2013

Onvolledige administratieve controle van steunaanvragen

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 71 717,30

0,00

– 71 717,30

 

Melk — Schoolmelk

2014

Onvolledige administratieve controle van steunaanvragen

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 53 174,59

0,00

– 53 174,59

 

 

 

 

 

Totaal SE:

EUR

– 378 977,38

 0,00

– 378 977,38


Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

EUR

– 556 838 664,46

– 2 839 459,06

– 553 999 205,40

Begrotingspost: 6711

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

DE

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2013

10 % van projectkosten betaald door uitgekozen bieder — Correctie van 25 % voor individuele projecten

EENMALIG

 

EUR

– 98 865,51

0,00

– 98 865,51

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo investeringen — Publieke begunstigden

2014

10 % van projectkosten betaald door uitgekozen bieder — Correctie van 25 % voor individuele projecten

EENMALIG

 

EUR

– 36 996,07

0,00

– 36 996,07

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo investeringen — Publieke begunstigden

2014

10 % van projectkosten betaald door uitgekozen bieder —Correctie van 100 % voor individuele projecten

EENMALIG

 

EUR

– 461 580,98

0,00

– 461 580,98

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Agromilieumaatregelen — Geen verificatie van de veedichtheid bij controle ter plaatse

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 127 073,79

0,00

– 127 073,79

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Agromilieumaatregelen — Geen verificatie van de veedichtheid bij controle ter plaatse

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 126 252,39

0,00

– 126 252,39

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2015

Agromilieumaatregelen — Geen verificatie van de veedichtheid bij controle ter plaatse

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 110 666,82

0,00

– 110 666,82

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2012

Zwakke punten in aanbestedingen, gunningen in het kader van biedingen, overschrijding drempels, administratieve controle en overname eigen bijdrage

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 375 618,20

0,00

– 375 618,20

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2013

Zwakke punten in aanbestedingen, gunningen in het kader van biedingen, overschrijding drempels, administratieve controle en overname eigen bijdrage

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 164 490,50

0,00

– 164 490,50

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo investeringen — Publieke begunstigden

2014

Zwakke punten in aanbestedingen, meest voordelige offerte, overschrijding drempels (staatssteun en nationale financiering), dekking van projectkosten door de uitgekozen bieder, daarmee samenhangende zwakke punten in administratieve controle

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 70 931,60

0,00

– 70 931,60

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo investeringen — Publieke begunstigden

2015

Zwakke punten in aanbestedingen, meest voordelige offerte, overschrijding van drempels (staatssteun en nationale financiering), dekking van projectkosten door de uitgekozen bieder, daarmee samenhangende zwakke punten in administratieve controle

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

12,49

0,00

12,49

 

 

 

 

 

Totaal DE:

EUR

– 1 572 463,37

0,00

– 1 572 463,37

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

DK

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2008

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 19 234,20

0,00

– 19 234,20

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2009

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 10 410,87

0,00

– 10 410,87

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2010

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 10 520,43

0,00

– 10 520,43

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2011

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 21 757,75

0,00

– 21 757,75

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2012

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 93 474,30

0,00

– 93 474,30

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 + 3 — Investeringsgerichte maatregelen (2007-2013)

2013

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 671 102,85

0,00

– 671 102,85

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo investeringen — Particuliere begunstigden

2014

Zwakke punten in essentiële controles: controle op redelijkheid van de kosten, reikwijdte van controles achteraf.

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 1 187 926,23

0,00

– 1 187 926,23

 

 

 

 

 

Totaal DK:

EUR

– 2 014 426,63

0,00

– 2 014 426,63

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

ES

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 4 Leader (2007-2013)

2013

Geen verificatie van de redelijkheid van kosten

EENMALIG

 

EUR

– 40 312,61

0,00

– 40 312,61

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 4 Leader (2007-2013)

2013

Ontbrekend element in aanvullende controle — Gebrek aan records van serienummers

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 238 846,71

0,00

– 238 846,71

 

Randvoorwaarden

2011

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2009

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 30 820,17

– 238,69

– 30 581,48

 

Randvoorwaarden

2013

Ontoereikende instructie voor controles, tekortkomingen in de reikwijdte van controles, 2010

FORFAITAIR

10,00 %

EUR

– 29 052,62

0,00

– 29 052,62

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2012

Geen auditspoor bij de verwerking van aanvragen en verificatie van de subsidiabiliteitscriteria — Maatregelen 226 en 227: acties rechtstreeks door de regio's uitgevoerd

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 630 767,90

0,00

– 630 767,90

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Geen auditspoor bij de verwerking van aanvragen en verificatie van de subsidiabiliteitscriteria — Maatregelen 226 en 227: acties rechtstreeks door de regio's uitgevoerd

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 1 092 936,85

0,00

– 1 092 936,85

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2010

Geen terugvordering, plattelandsontwikkeling, AJ 2009

EENMALIG

 

EUR

– 106 540,72

0,00

– 106 540,72

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2011

Geen terugvordering, plattelandsontwikkeling, AJ2010

EENMALIG

 

EUR

– 507 976,98

0,00

– 507 976,98

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2012

Geen terugvordering, plattelandsontwikkeling, AJ 2011

EENMALIG

 

EUR

– 726 960,97

0,00

– 726 960,97

 

Certificering

2014

Meest waarschijnlijke fout in Elfpo niet-GBCS

EENMALIG

 

EUR

– 76 305,79

0,00

– 76 305,79

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2012

Geen scheiding van taken (art.25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 65/2011) — Subsidies in het kader van maatregelen 226 en 227 (betreft slechts enkele dossiers)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 21 756,65

0,00

– 21 756,65

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Geen scheiding van taken (art.25, lid 4, van Verordening (EU) nr. 65/2011) — Subsidies in het kader van maatregelen 226 en 227 (betreft slechts enkele dossiers)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 18 956,82

0,00

– 18 956,82

 

Certificering

2014

Terugstorting in het Fonds

EENMALIG

 

EUR

13 600,00

0,00

13 600,00

 

 

 

 

 

Totaal ES:

EUR

– 3 507 634,79

– 238,69

– 3 507 396,10

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

GB

Randvoorwaarden

2011

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 204 524,82

– 6 200,68

– 198 324,14

 

Randvoorwaarden

2012

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

13 346,23

– 1 357,03

14 703,26

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2010

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

5 741,82

– 305,80

6 047,62

 

Randvoorwaarden

2011

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 350 753,25

0,00

– 350 753,25

 

Randvoorwaarden

2012

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 317 738,94

0,00

– 317 738,94

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

9 145,37

– 15,58

9 160,95

 

Randvoorwaarden

2014

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2011

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

10 371,16

– 966,81

11 337,97

 

Randvoorwaarden

2012

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 361 073,80

0,00

– 361 073,80

 

Randvoorwaarden

2013

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 371 204,15

0,00

– 371 204,15

 

Randvoorwaarden

2014

Tekortschietende controle op naleving drie GLMC-normen en minimumeisen voor het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, minimumcontrolepercentage voor RBE8 niet gehaald, ontoereikende steekproefomvang voor RBE7, AJ 2012

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

1 642,49

0,00

1 642,49

 

 

 

 

 

Totaal GB:

EUR

– 1 565 047,89

– 8 845,90

– 1 556 201,99

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

IT

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Gebrek aan traceerbaarheid van uitgevoerde administratieve controles (bezoeken ter plaatse) voor maatregel 214 (enkel deel genetische hulpbronnen)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 20 143,37

0,00

– 20 143,37

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Gebrek aan traceerbaarheid van uitgevoerde administratieve controles (bezoeken ter plaatse) voor maatregelen 216, 226 en 227.

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 287 733,55

0,00

– 287 733,55

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Gebrek aan traceerbaarheid van uitgevoerde administratieve controles (bezoeken ter plaatse) voor maatregelen 216, 226 en 227.

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 351 204,50

0,00

– 351 204,50

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun (2007-2013)

2012

Maatregel 112: niet-naleving van de 18-maandenregel (art. 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1974/2006)

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 29 568,70

0,00

– 29 568,70

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun (2007-2013)

2013

Maatregel 112: niet-naleving van de 18-maandenregel (art. 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1974/2006)

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 473 821,00

0,00

– 473 821,00

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun

2014

Maatregel 112: niet-naleving van de 18-maandenregel (art. 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1974/2006)

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 9 059,40

0,00

– 9 059,40

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 1 — Maatregelen met forfaitaire steun

2015

Maatregel 112: niet-naleving van de 18-maandenregel (art. 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1974/2006)

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 3 425,50

0,00

– 3 425,50

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Niet-subsidiabele uitgaven ontdekt tijdens audit

EENMALIG

 

EUR

– 20 228,00

0,00

– 20 228,00

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Niet-subsidiabele uitgaven ontdekt tijdens audit

EENMALIG

 

EUR

– 2 427,98

0,00

– 2 427,98

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, niet-areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Niet-subsidiabele uitgaven ontdekt tijdens audit

EENMALIG

 

EUR

– 28 173,30

0,00

– 28 173,30

 

Randvoorwaarden

2011

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2010

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 60 953,16

3,67

– 60 956,83

 

Randvoorwaarden

2012

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2011

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 82 528,15

– 2 949,30

– 79 578,85

 

Randvoorwaarden

2013

Gedeeltelijke controle bij verscheidene RBE's, te mild sanctiesysteem, landbouwers met dieren, AJ 2012

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 89 122,06

– 2 306,35

– 86 815,71

 

Randvoorwaarden

2011

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2010

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 17 826,41

0,00

– 17 826,41

 

Randvoorwaarden

2012

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2011

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 25 910,93

0,00

– 25 910,93

 

Randvoorwaarden

2013

Gedeeltelijke controle bij twee RBE's, landbouwers zonder dieren, AJ 2012

GERAAMD BEDRAG

 

EUR

– 29 891,85

0,00

– 29 891,85

 

 

 

 

 

Totaal IT:

EUR

– 1 532 017,86

– 5 251,98

– 1 526 765,88

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

LT

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2012

Controle op naleving van de subsidiabiliteitscriteria voor NH (natuurlijke handicaps) (follow-up van onderzoek RD2/2009/010)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 233 271,48

0,00

– 233 271,48

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2013

Controle op naleving van de subsidiabiliteitscriteria voor NH (natuurlijke handicaps) (follow-up van onderzoek RD2/2009/010)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 198 148,95

0,00

– 198 148,95

 

Plattelandsontwikkeling Elfpo as 2 (2007-2013, areaalgerelateerde maatregelen)

2014

Controle op naleving van de subsidiabiliteitscriteria voor NH (natuurlijke handicaps) (follow-up van onderzoek RD2/2009/010)

FORFAITAIR

2,00 %

EUR

– 304 459,02

0,00

– 304 459,02

 

 

 

 

 

Totaal LT:

EUR

– 735 879,45

0,00

– 735 879,45

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

PT

Randvoorwaarden

2011

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 231 656,69

– 87,24

– 231 569,45

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 10 909,92

0,00

– 10 909,92

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2010

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 1 883,90

0,00

– 1 883,90

 

Randvoorwaarden

2011

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2011

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 382 418,80

– 19 445,93

– 362 972,87

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2011

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 449 842,53

– 616,54

– 449 225,99

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2011

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 17 947,73

0,00

– 17 947,73

 

Randvoorwaarden

2012

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 581 182,86

0,00

– 581 182,86

 

Randvoorwaarden

2013

Eén GLMC-norm onvoldoende ingevuld, gedeeltelijke tekortkomingen bij 4 RBE's, te mild sanctiesysteem, AJ 2012

FORFAITAIR

5,00 %

EUR

– 320 053,39

0,00

– 320 053,39

 

 

 

 

 

Totaal PT:

EUR

– 1 995 895,82

– 20 149,71

– 1 975 746,11

Lidstaat

Maatregel

BJ

Reden

Soort

Correctie (%)

Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

SE

Certificering

2013

Fout geconstateerd in niet-GBCS-populatie Elfpo

EENMALIG

 

EUR

– 58 780,85

0,00

– 58 780,85

 

Certificering

2014

Fout geconstateerd in niet-GBCS-populatie Elfpo

EENMALIG

 

EUR

– 29 887,03

0,00

– 29 887,03

 

Certificering

2014

Fouten geconstateerd in niet-GBCS-populatie Elfpo

EENMALIG

 

EUR

– 474 359,50

0,00

– 474 359,50

 

 

 

 

 

Totaal SE:

EUR

– 563 027,38

0,00

– 563 027,38


Valuta

Bedrag

In mindering gebrachte bedragen

Financiële gevolgen

EUR

– 13 486 393,19

– 34 486,28

– 13 451 906,91


30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/99


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/1060 VAN DE COMMISSIE

van 29 juni 2016

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU tot bevestiging van de aanvaarding van een verbintenis die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1), en met name de artikelen 8 en 9,

Gezien Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad van 11 juni 2009 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn (2), en met name de artikelen 13 en 15,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 (3) is een definitief antidumpingrecht ingesteld op de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen en wafers), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China („VRC”).

(2)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 (4) is ook een definitief compenserend recht ingesteld op de invoer in de Unie van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de VRC.

(3)

Bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU (5) is de verbintenis aanvaard die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de VRC.

(4)

Shanghai Chaori International Trading Co. Ltd („betrokken onderneming”), aanvullende Taric-code B872, waarvan de verbintenis bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU werd aanvaard, heeft de Commissie in kennis gesteld van haar naamsverandering in GCL System Integration Technology Co., Ltd.

(5)

In 2014 werd de betrokken onderneming failliet verklaard. In februari 2015 werd de betrokken onderneming overgenomen door Jiangsu GCL Energy Co., Ltd, dat deel uitmaakt van een groep ondernemingen met de aanvullende Taric-code B850.

(6)

De betrokken onderneming voerde aan dat haar naamsverandering geen invloed heeft op haar recht om de individuele rechten te blijven genieten die op haar van toepassing waren.

(7)

Als gevolg van de overname heeft de betrokken onderneming echter niet alleen de naam veranderd in GCL System Integration Technology Co., Ltd, maar is zij ook deel gaan uitmaken van de groep ondernemingen met de aanvullende Taric-code B850 (6).

(8)

De verbintenis geldt zowel voor de betrokken onderneming als voor de in overweging 7 vermelde groep ondernemingen. De Commissie heeft derhalve geconcludeerd dat de naamsverandering geenszins van invloed is op de bevindingen van Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU.

(9)

De Commissie heeft alle belanghebbenden de belangrijkste feiten en overwegingen meegedeeld op basis waarvan zij voornemens was de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1238/2013 en (EU) nr. 1239/2013 te wijzigen. Die belanghebbenden konden binnen een bepaalde termijn opmerkingen maken ten aanzien van de mededeling van feiten en overwegingen. Geen van de belanghebbenden heeft opmerkingen ingediend.

(10)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 15, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 ingestelde comité,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 29 juni 2016.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93.

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot instelling van definitieve antidumpingrechten op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (PB L 325 van 5.12.2013, blz. 1).

(4)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot instelling van een definitief compenserend recht op de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China (PB L 325 van 5.12.2013, blz. 66).

(5)  Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU van de Commissie van 4 december 2013 tot bevestiging van de aanvaarding van een verbintenis die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen), van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast (PB L 325 van 5.12.2013, blz. 214).

(6)  Namelijk Konca Solar Cell Co. Ltd, Suzhou GCL Photovoltaic Technology Co. Ltd, Jiangsu GCL Silicon Material Technology Development Co. Ltd, Jiangsu Zhongneng Polysilicon Technology Development Co. Ltd, GCL-Poly (Suzhou) Energy Limited, GCL-Poly Solar Power System Integration (Taicang) Co. Ltd, GCL SOLAR POWER (SUZHOU) LIMITED, GCL Solar System (Suzhou) Limited.


BIJLAGE

Bijlage I bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU wordt als volgt gewijzigd:

1)

De vermelding voor aanvullende Taric-code B850 wordt vervangen door:

„Konca Solar Cell Co. Ltd

Suzhou GCL Photovoltaic Technology Co. Ltd

Jiangsu GCL Silicon Material Technology Development Co. Ltd

Jiangsu Zhongneng Polysilicon Technology Development Co. Ltd

GCL-Poly (Suzhou) Energy Limited

GCL-Poly Solar Power System Integration (Taicang) Co. Ltd

GCL SOLAR POWER (SUZHOU) LIMITED

GCL Solar System (Suzhou) Limited

GCL System Integration Technology Co., Ltd

B850 ”

2)

De vermelding voor aanvullende Taric-code B872 wordt vervangen door:

„Shanghai Chaori Solar Energy Science & Technology Co. Ltd

B872 ”


RICHTSNOEREN

30.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/102


RICHTSNOER (EU) 2016/1061 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 26 mei 2016

tot wijziging van Richtsnoer ECB/2008/8 inzake de gegevensverzameling betreffende de euro en de werking van het Valuta-informatiesysteem 2 (Currency Information System 2 — CIS 2) (ECB/2016/15)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 128,

Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 5 en artikel 16,

Gezien Verordening (EG) nr. 3603/93 van de Raad van 13 december 1993 tot vaststelling van de definities voor de toepassing van de in artikel 104 en artikel 104 B, lid 1, van het Verdrag vastgelegde verbodsbepalingen (1), en met name artikel 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 128, lid 1, van het Verdrag en artikel 16 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (hierna de „ESCB-statuten”) bepalen dat de Europese Centrale Bank (ECB) het alleenrecht heeft machtiging te geven tot de uitgifte van eurobankbiljetten binnen de Unie.

(2)

Artikel 128, lid 2, van het Verdrag bepaalt dat de lidstaten muntstukken kunnen uitgeven, onder voorbehoud van goedkeuring van de ECB en met betrekking tot de omvang van de uitgifte. Derhalve stelt de ECB jaarlijks besluiten vast tot goedkeuring van muntenuitgifte door de eurogebiedlidstaten (hierna de „deelnemende lidstaten”) en besluiten tot goedkeuring van aanvullende volumes van muntuitgifte door één of meerdere deelnemende lidstaten op ad-hocbasis.

(3)

Artikel 5 van de ESCB-statuten bepaalt dat teneinde de taken van het Europees Stelsel van centrale banken (ESCB) te kunnen vervullen, de ECB, bijgestaan door de nationale centrale banken (NCB's), de benodigde statistische gegevens verzamelt, waaronder statistische gegevens inzake de uitgifte van eurobankbiljetten en -munten.

(4)

Voorts moet de ECB gegevens verzamelen voor toezicht op naleving van het verbod uit hoofde van artikel 123 van het Verdrag waaraan door Verordening (EG) nr. 3603/93 uitvoering is gegeven. Met name bepaalt artikel 6 van Verordening (EG) nr. 3603/93 dat het aanhouden door nationale centrale banken van door de overheidssector uitgegeven muntstukken die op het credit van de overheidssector zijn geboekt, niet als kredietfaciliteit in de zin van artikel 123 van het Verdrag wordt beschouwd, wanneer het bedrag van deze tegoeden minder dan 10 % van het bedrag van de in omloop zijnde munten beloopt.

(5)

Ongeacht de bevoegdheden van de lidstaten met betrekking tot de uitgifte van euromunten, en overwegende de essentiële rol van de meeste NCB's bij de distributie van de euromunten, teneinde de hierboven vermelde taken te vervullen, verzamelen de ECB samen met de NCB's gegevens betreffende eurobankbiljetten en -munten. Die gegevensverzameling dient besluitvorming inzake de uitgifte van eurobankbiljetten en -munten te faciliteren en daardoor kan de ECB toezien op de naleving van relevante besluiten aangaande de productieplanning van eurobankbiljetten en de coördinatie van hun uitgifte, het in omloop brengen van eurobankbiljetten en de organisatie van noodzakelijke overdrachten van eurobankbiljetten tussen NCB's. Door de synergie-effecten van die gegevensverzameling moet de ECB op verzoek ook gegevens kunnen verstrekken aan de instellingen en organen die bevoegdheden aangaande euromunten hebben.

(6)

De procedure voor het verzamelen van gegevens aangaande eurobankbiljetten behoeft verbetering, met name door de integratie van bepaalde elementen van artikel 2a van Richtsnoer ECB/2008/8 (2) in artikel 2 en door de schrapping van thans overbodige elementen.

(7)

De gegevensverzamelingsprocedure aangaande euromunten moet ook worden verbeterd.

(8)

Omwille van rechtsduidelijkheid moet een definitie van de term „muntenuitgevende-entiteiten” in de zin van artikel 128, lid 2, van het Verdrag worden opgenomen.

(9)

De gegevensverzamelingsprocedure aangaande de cashinfrastructuur en bedrijfsactiviteiten van derden behoeven eveneens verbetering. Enkele bepalingen die stipuleren wanneer gegevens voor de eerste keer gerapporteerd moeten worden en overgangsperiodes definiëren zijn thans overbodig.

(10)

Slechts de ECB, de NCB's en toekomstige Eurosysteem-NCB's zullen toegang hebben tot het Valuta-informatiesysteem 2 (CIS 2). In aanmerking komende derden zullen niet langer toegang kunnen krijgen. Het ECB-directoraat Bankbiljetten zal belanghebbende derden, zoals zoals de Europese Commissie en muntenuitgevende entiteiten informeren aangaande muntengerelateerde gegevens.

(11)

Voorts zijn kleine wijzigingen noodzakelijk om de procedures voor het verzamelen van statistische gegevens inzake de uitgifte van eurobankbiljetten en euromunten bij te werken.

(12)

Derhalve moet Richtsnoer ECB/2008/8 dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE RICHTSNOER VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen

Richtsnoer ECB/2008/8 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1, lid 1, wordt als volgt gewijzigd:

a)

punt c) wordt vervangen door:

„c)   „CIS 2”: het systeem dat omvat: i) de bij de ECB geïnstalleerde centrale database voor de opslag van alle relevante gegevens inzake eurobankbiljetten, euromunten, cashinfrastructuur en bedrijfsactiviteiten van derden, welke gegevens uit hoofde van dit richtsnoer en Besluit ECB/2010/14 (*) verzameld werden; ii) de onlinewebtoepassing voor een flexibele systeemconfiguratie en die informatie verschaft inzake de gegevensindiening en de validatiestatus, herzieningen en verschillende referentiegegevenstypes en systeemparameters; iii) de rapportagemodule voor toegang tot en analyse van verzamelde gegevens, en iv) het CIS 2-transmissiemechanisme;

(*)  Besluit ECB/2010/14 16 september 2010 inzake echtheids- en geschiktheidscontroles en het opnieuw in omloop brengen van eurobankbiljetten (PB L 267 van 9.10.2010, blz. 1).”,"

b)

de punten g) tot en en met n) worden vervangen door:

„g)   „CIS-2-transmissiemechanisme”: de ESCB-XML-Data-Integration (EXDI)-applicatie. Via de EXDI-applicatie worden gegevensberichten vertrouwelijk uitgewisseld tussen NCB's, toekomstige Eurosysteem-NCB's en de ECB, ongeacht de technische infrastructuur, bijv. computernetwerken en softwareapplicaties die EXDI ondersteunen;

h)   „gegevensbericht”: een bestand met dagelijkse, maandelijkse of halfjaarlijkse gegevens van een NCB of een toekomstige Eurosysteem-NCB voor één rapportageperiode of, voor herzieningen, één of meerdere rapportageperiodes in een met het CIS 2-transmissiemechanisme compatibel gegevensformaat;

i)   „toekomstige deelnemende lidstaat”: een niet-deelnemende lidstaat die heeft voldaan aan de voorwaarden voor de aanneming van de euro en ten aanzien van welke niet-deelnemende lidstaat een besluit ter intrekking van de derogatie (overeenkomstig artikel 140, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) is genomen;

j)   „werkdag”: dagen waarop een rapporterende NCB geopend is voor zaken;

k)   „financieel administratieve gegevens”: de niet-aangepaste waarde aan eurobankbiljetten in omloop, gecorrigeerd voor het bedrag van de niet-geremunereerde vorderingen op kredietinstellingen met een uitgebreid proefprogramma chartale deposito's op het einde van een rapportageperiode overeenkomstig artikel 12, lid 2, onder a) en b), van Richtsnoer ECB/2010/20 (**);

l)   „gegevensgebeurtenis”: een in het CIS 2 geregistreerde gebeurtenis waardoor het CIS 2 een kennisgeving verstuurt naar één of meerdere NCB's en de ECB. Er is sprake van een gegevensgebeurtenis: i) wanneer een NCB een dagelijks, maandelijks of halfjaarlijks gegevensbericht aan het CIS 2 heeft verzonden waarop het CIS 2 een feedbackbericht aan die NCB en de ECB stuurt; ii) wanneer de gegevensberichten van alle NCB's met succes gevalideerd zijn voor een nieuwe rapportageperiode waardoor het CIS 2 een statusmelding aan alle NCB's en de ECB verstuurt; of iii) wanneer, volgend op de verzending van een statusmelding, een herzien gegevensbericht voor een NCB met succes gevalideerd wordt, waarop het CIS 2 een herzieningsbericht naar de NCB's en de ECB stuurt;

m)   „geldverwerkers”: de instellingen en economische operatoren als bedoeld in artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad (***);

n)   „muntenuitgevende entiteiten”: organen die een eurogebiedlidstaat heeft opgedragen euromunten in omloop te brengen. Muntenuitgevende entiteiten kunnen zijn NCB's, nationale munten, nationale schatkisten, overheidsagentschappen en entiteiten die munten in omloop brengen uit hoofde van muntenvoorraad-voor-bestellingenregelingen:

(**)  Richtsnoer ECB/2010/20 van 11 november 2010 betreffende het juridische kader ten behoeve van de financiële administratie en verslaglegging in het Europees Stelsel van centrale banken (PB L 35 van 9.2.2011, blz. 31)."

(***)  Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 181 van 4.7.2001, blz. 6).”;"

c)

de volgende definities worden na punt n) ingevoegd:

„o)   „muntenvoorraad-voor-bestellingenregeling (CHTO)”: een regeling bestaande uit individuele contractuele regelingen tussen een muntenuitgevende entiteit en één of meer bewaarnemers in de lidstaat van de muntenuitgevende entiteit, krachtens welke regeling de muntenuitgevende entiteit:

i)

bewaarnemers voorziet van euromunten voor bewaarneming buiten de gebouwen van de muntenuitgevende entiteiten teneinde die munten in omloop te brengen, en

ii)

de NCB-rekening van een van de volgende crediteert of debiteert:

de bewaarnemer;

kredietinstellingen die euromunten kopen van de bewaarnemer.

De bewaarnemer, of de aan de NCB genotificeerde klanten van de bewaarnemer, deponeren de euromunten, waarop de CHTO-regeling van toepassing is, bij de bewaarnemer, of nemen de euromunten daarvan op.

p)   „categorie 1-gegevenspost”: een door NCB's aan het CIS 2 gerapporteerde gegevenspost, zoals bedoeld in de bijlagen I tot en met III, en bijlage VII, die voor elke rapportage gerapporteerd wordt;

q)   „gebeurtenisgestuurde gegevenspost”: een door NCB's aan het CIS 2 gerapporteerde gegevenspost, zoals bedoeld in de bijlagen I tot en met III, en bijlage VII, waarvoor slechts gegevens gerapporteerd worden, indien de onderliggende gebeurtenis zich tijdens de rapportageperiode voordoet;

r)   „Identiteit- en toegangbeheer (IAM)”: een gedeelde veiligheidsdienst die toegang tot ESCB-applicaties verleent en controleert.”.

2)

Artikel 2 wordt vervangen door:

„Artikel 2

Gegevensverzameling betreffende eurobankbiljetten

1.   NCB's rapporteren aan de ECB de CIS 2-gegevens betreffende eurobankbiljetten, d.w.z. de gegevensposten van deel 1 van bijlage I en VII, met inachtneming van de daarin vastgelegde rapportagefrequentie en de in deel 3 van bijlage I opgenomen boekingsregels.

2.   De NCB's versturen de als categorie 1-gegevens geïdentificeerde maandgegevens en gebeurtenisgestuurde gegevens betreffende eurobankbiljetten uiterlijk op de zesde werkdag van de maand volgende op de rapportageperiode.

3.   De NCB's versturen de als categorie 1-gegevens geïdentificeerde daggegevens en gebeurtenisgestuurde gegevens betreffende eurobankbiljetten uiterlijk om 5 p.m. Midden-Europese Tijd (CET) (****) op de werkdag volgende op de rapportageperiode.

4.   Middels het CIS 2-transmissiemechanisme verzenden NCB's overeenkomstig dit richtsnoer gegevens betreffende eurobankbiljetten aan de ECB.

(****)  CET houdt ook rekening met de omschakeling naar Midden-Europese Zomertijd.”."

3)

Artikel 2a wordt geschrapt.

4)

Artikel 3 vervangen door:

„Artikel 3

Gegevensverzameling betreffende euromunten

1.   NCB's verzamelen bij de desbetreffende muntenuitgevende entiteiten in hun lidstaat CIS 2-gegevens betreffende euromunten, d.w.z. de in deel 1 van bijlage II vermelde gegevensposten.

2.   NCB's rapporteren maandelijks de CIS 2-gegevens betreffende euromunten aan de ECB en leven daarbij de in deel 3 van bijlage II opgenomen boekingsregels na.

3.   Middels het CIS 2-transmissiemechanisme verzenden NCB's overeenkomstig dit richtsnoer gegevens betreffende euromunten aan de ECB.”.

5)

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de titel wordt vervangen door:

„Verzameling van gegevens betreffende de cashinfrastructure en bedrijfsactiviteiten van derden krachtens Besluit ECB/2010/14”;

b)

lid 1 wordt vervangen door:

„1.   Halfjaarlijks verstrekken NCB's de ECB de in bijlage IIIa bedoelde cashinfrastructuur- en bedrijfsactiviteitengegevens. De aan de ECB verstrekte gegevens zijn gebaseerd op gegevens die NCB's krachtens bijlage IV bij Besluit ECB/2010/14 van geldverwerkers hebben verkregen.”;

c)

de leden 2, 3 en 7 worden geschrapt.

6)

In artikel 5 wordt lid 1 vervangen door:

„1.   Een NCB neemt in de contractuele regelingen die ze overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Richtsnoer ECB/2006/9 (*****) met een toekomstige Eurosysteem-NCB treft, specifieke bepalingen op betreffende in het genoemde richtsnoer vastgelegde rapportageverplichtingen. Voorts vereisen de contractuele regelingen dat de toekomstige Eurosysteem-NCB aan de ECB maandelijks de gegevensposten in deel 4 en 5 van de tabel in bijlage I en deel 4 en 7 van de tabel in bijlage II rapporteert. De toekomstige Eurosysteem-NCB moet betreffende eurobankbiljetten en/of -munten rapporteren die zij leent van en die aan haar zijn geleverd door een NCB, zulks met overeenkomstige inachtneming van de in deel 3 van bijlage I en deel 3 van bijlage II opgenomen boekingsregels. Indien een toekomstige Eurosysteem-NCB een dergelijke overeenkomst met een NCB niet afgesloten heeft, sluit de ECB sluit een dergelijke overeenkomst met die toekomstige Eurosysteem-NCB af, met inbegrip van de in dit artikel genoemde rapportageverplichtingen.

(*****)  Richtsnoer ECB/2006/9 van 14 juli 2006 inzake bepaalde voorbereidingen voor de omschakeling naar de chartale euro en inzake bevoorrading vooraf en verdere bevoorrading vooraf met eurobankbiljetten en muntstukkenbuiten het eurogebied (PB L 207 van 28.7.2006, blz. 39).”."

7)

In artikel 5 wordt lid 4 vervangen door:

„4.   Middels het CIS- -transmissiemechanisme verzenden NCB's de in lid 1 bedoelde gegevens.”.

8)

In artikel 6 wordt lid 3 vervangen door:

„3.   Indien daartoe verzocht, verzenden NCB's de in bijlage IV bedoelde systeemparameters, en tevens iedere daaropvolgende wijziging ervan, tijdig aan de ECB.”.

9)

In artikel 7 wordt lid 1 vervangen door:

„1.   De NCB's nemen passende maatregelen opdat de uit hoofde van dit richtsnoer vereiste gegevens volledig en juist zijn alvorens deze aan de ECB te verzenden. Zij voeren ten minste:

a)

de volledigheidscontroles uit, d.w.z. om te waarborgen dat categorie 1-gegevensposten en gebeurtenisgestuurde gegevensposten overeenkomstig de beginselen in dit richtsnoer en in bijlage V en VII gerapporteerd worden;

b)

de in bijlage VI bedoelde juistheidscontroles uit.

De CIS 2-applicatie verwerpt gegevensberichten zonder categorie 1-gegevensposten, zoals bedoeld in bijlage I tot en met III, en bijlage VII die voor de respectieve rapportageperiode gerapporteerd worden.”.

10)

Artikel 8 wordt vervangen door:

„Artikel 8

Toegang tot het CIS 2

1.   Na ontvangst van een elektronisch gebruikersverzoek om toegang via het IAM en op voorwaarde dat de in lid 2 genoemde contractuele regelingen zijn getroffen, verleent de ECB toegang tot het CIS 2 aan individuele gebruikers van iedere NCB en iedere toekomstige Eurosysteem-NCB, afhankelijk van beschikbaarheid en capaciteit.

2.   De verantwoordelijkheid voor het technisch gebruikersbeheer van individuele gebruikers wordt vastgelegd in afzonderlijke contractuele regelingen tussen de ECB en een NCB voor haar individuele gebruikers en tussen de ECB en een toekomstige Eurosysteem-NCB voor de individuele gebruikers van die NCB. De ECB kan in deze contractuele regelingen ook verwijzingen opnemen naar gebruikersbeheerregelingen, naar veiligheidsstandaards en naar op het CIS 2 toepasselijke licentievoorwaarden.”.

11)

In artikel 11 wordt lid 2 vervangen door:

„2.   Overeenkomstig artikel 17.3 van het reglement van orde van de Europese Centrale Bank is de directie bevoegd technische wijzigingen aan te brengen in de bijlagen bij dit richtsnoer en in de specificaties van het CIS 2-transmissiemechanisme, rekening houdend met het standpunt van het Comité bankbiljetten, het Juridisch Comité en het Comité informatietechnologie.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding en implementatie

1.   Dit richtsnoer treedt in werking op de dag van kennisgeving aan de nationale centrale banken van de eurogebiedlidstaten.

2.   De centrale banken van het Eurosysteem voldoen met ingang van 1 juli 2016 aan dit richtsnoer.

Artikel 3

Geadresseerden

Dit richtsnoer geldt voor alle centrale banken van het Eurosysteem.

Gedaan te Frankfurt am Main, 26 mei 2016.

Namens de Raad van bestuur van de ECB

De president van de ECB

Mario DRAGHI


(1)  PB L 332 van 31.12.1993, blz. 1. Artikel 104 en 104 B, lid 1, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap zijn nu vervangen door artikel 126 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

(2)  Richtsnoer ECB/2008/8 van 11 september 2008 inzake de gegevensverzameling betreffende de euro en de werking van het Valuta-informatiesysteem2 (Currency Information System 2 — CIS 2) (PB L 346 van 23.12.2008, blz. 89).