ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 202

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

58e jaargang
30 juli 2015


Inhoud

 

III   Andere handelingen

Bladzijde

 

 

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 160/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1228]

1

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 161/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1229]

3

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 162/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1230]

5

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 163/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1231]

7

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 164/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1232]

8

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1233]

9

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1234]

10

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1235]

12

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 168/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1236]

13

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 169/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) en bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1237]

15

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 170/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) en bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1238]

17

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 171/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1239]

19

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 172/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1240]

20

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 173/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1241]

21

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 174/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1242]

22

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 175/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1243]

23

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 176/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1244]

25

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 177/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1245]

27

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 178/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1246]

28

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 179/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1247]

29

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 180/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1248]

30

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 181/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1249]

31

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 182/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1250]

33

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 183/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1251]

34

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 184/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1252]

35

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 185/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1253]

36

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 186/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1254]

37

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 187/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst [2015/1255]

38

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 188/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage VI (Sociale zekerheid) bij de EER-overeenkomst [2015/1256]

40

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 189/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage X (Algemene diensten) bij de EER-overeenkomst [2015/1257]

41

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 190/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) bij de EER-overeenkomst [2015/1258]

42

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 191/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) bij de EER-overeenkomst [2015/1259]

43

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 192/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) en Protocol 37 (houdende de lijst bedoeld in artikel 101) bij de EER-overeenkomst [2015/1260]

44

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 193/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst [2015/1261]

46

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 194/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1262]

48

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 195/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1263]

49

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 196/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1264]

50

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 197/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1265]

51

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 198/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1266]

52

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 199/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1267]

53

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 200/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1268]

54

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 201/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van Protocol 26 (betreffende de functies en bevoegdheden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op het gebied van de staatssteun) bij de EER-overeenkomst [2015/1269]

55

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 202/2014 van 25 september 2014 tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden [2015/1270]

56

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 203/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1271]

57

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 204/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1272]

64

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 205/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1273]

73

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 206/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1274]

87

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 207/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1275]

92

 

*

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 208/2014 van 30 september 2014 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1276]

96

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


III Andere handelingen

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/1


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 160/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1228]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsrichtlijn 2014/22/EU van de Commissie van 13 februari 2014 tot wijziging van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG van de Raad wat betreft infectieuze zalmanemie (ISA) (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsbesluit 2013/686/EU van de Commissie van 25 november 2013 tot wijziging van Beschikking 2009/861/EG tot vaststelling van overgangsmaatregelen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de verwerking van rauwe melk die niet aan de voorschriften voldoet in bepaalde melkverwerkingsinrichtingen in Bulgarije (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(4)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In deel 3.1, punt 8a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad), in deel 4.1, punt 5a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad) en in deel 8.1, punt 4a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 L 0022: Uitvoeringsrichtlijn 2014/22/EU van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 45).”.

2.

In deel 6.1, punt 17 (Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd in het tweede streepje (Beschikking 2009/861/EG van de Commissie) onder de titel „De overgangsregelingen van de volgende wetsbesluiten zijn van toepassing:”:

„—

32013 D 0686: Uitvoeringsbesluit 2013/686/EU van de Commissie van 25 november 2013 (PB L 316 van 27.11.2013, blz. 50).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsrichtlijn 2014/22/EU en Uitvoeringsbesluit 2013/686/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 44 van 14.2.2014, blz. 45.

(2)  PB L 316 van 27.11.2013, blz. 50.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/3


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 161/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1229]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 tot wijziging van de bijlagen bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 631/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 546/2006 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 233/2012 (2) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Verordening (EG) nr. 546/2006 van de Commissie van 31 maart 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de nationale scrapiebestrijdingsprogramma's en aanvullende garanties, tot afwijking van bepaalde voorschriften van Beschikking 2003/100/EG en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1874/2003 (3) en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 233/2012 van de Commissie van 16 maart 2012 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de goedkeuring van het gewijzigde nationale scrapiebestrijdingsprogramma van Denemarken (4) worden bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 631/2013 ingetrokken en moeten derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(4)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(5)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In deel 7.1 wordt in punt 12 (Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 R 0630: Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60).”.

2)

In deel 7.1 wordt in punt 12 (Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende toegevoegd:

„I.

In bijlage VIII, hoofdstuk A, afdeling A, punt 3.2 wordt het volgende toegevoegd:

„—

Noorwegen.””.

3)

In deel 7.2 wordt de tekst van punt 27 (Verordening (EG) nr. 546/2006 van de Commissie) en punt 58 (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 233/2012 van de Commissie) geschrapt.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Verordeningen (EU) nr. 630/2013 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 631/2013 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (5).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60.

(2)  PB L 179 van 29.6.2013, blz. 84.

(3)  PB L 94 van 1.4.2006, blz. 28.

(4)  PB L 78 van 17.3.2012, blz. 13.

(5)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/5


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 162/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1230]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2014/90/EU van de Commissie van 14 februari 2014 tot wijziging van bijlage I bij Beschikking 2004/558/EG wat betreft de goedkeuring van een bestrijdingsprogramma voor de uitroeiing van infectieuze boviene rhinotracheïtis in een regio in Italië (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsbesluit 2014/91/EU van de Commissie van 14 februari 2014 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 93/52/EEG wat betreft de erkenning dat bepaalde gebieden in Italië en Spanje officieel vrij zijn van brucellose (B. melitensis) en tot wijziging van de bijlagen I, II en III bij Beschikking 2003/467/EG wat betreft de verklaring dat Hongarije officieel vrij is van tuberculose, dat Roemenië en bepaalde gebieden in Italië officieel vrij zijn van brucellose en dat bepaalde gebieden in Italië officieel vrij zijn van enzoötische boviene leukose (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsbesluit 2014/177/EU van de Commissie van 27 maart 2014 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 2003/467/EG wat betreft de erkenning dat Litouwen officieel vrij is van brucellose (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake levende dieren, andere dan vissen en aquacultuurdieren. Wetgeving over deze aangelegenheden is niet van toepassing op IJsland, zoals vermeld in punt 2 van de inleiding van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op IJsland.

(5)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(6)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Deel 4.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 14 (Beschikking 93/52/EEG van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 D 0091: Uitvoeringsbesluit 2014/91/EU van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 12).”.

2)

In punt 70 (Beschikking 2003/467/EG van de Commissie) worden de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32014 D 0091: Uitvoeringsbesluit 2014/91/EU van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 12),

32014 D 0177: Uitvoeringsbesluit 2014/177/EU van de Commissie van 27 maart 2014 (PB L 95 van 29.3.2014, blz. 45).”.

3)

In punt 80 (Beschikking 2004/558/EG van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 D 0090: Uitvoeringsbesluit 2014/90/EU van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 10).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de Noorse taal van de Uitvoeringsbesluiten 2014/90/EU, 2014/91/EU en 2014/177/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (4).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 46 van 18.2.2014, blz. 10.

(2)  PB L 46 van 18.2.2014, blz. 12.

(3)  PB L 95 van 29.3.2014, blz. 45.

(4)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/7


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 163/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1231]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 25/2014 van de Commissie van 13 januari 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1251/2008 wat betreft de vermelding voor Canada op de lijst van derde landen, grondgebieden, gebieden of compartimenten waaruit bepaalde waterdieren mogen worden ingevoerd in de Unie (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In deel 4.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 86 (Verordening (EG) nr. 1251/2008 van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0025: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 25/2014 van 13 januari 2014 (PB L 9 van 14.1.2014, blz. 5).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 25/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 9 van 14.1.2014, blz. 5.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/8


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 164/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1232]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2014/12/EU van de Commissie van 14 januari 2014 tot wijziging van Besluit 2010/221/EU wat betreft nationale maatregelen ter preventie van het binnenbrengen van bepaalde ziekten bij waterdieren in delen van Ierland, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In deel 4.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 94 (Besluit 2010/221/EU van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 D 0012: Uitvoeringsbesluit 2014/12/EU van 14 januari 2014 (PB L 11 van 16.1.2014, blz. 6).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2014/12/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 11 van 16.1.2014, blz. 6.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/9


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 165/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1233]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2013/417/EU van de Commissie van 31 juli 2013 tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2002/99/EG van de Raad houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong wat betreft de toevoeging van een behandeling om specifieke risico's voor de diergezondheid bij vlees weg te nemen (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In deel 5.1 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 6a (Richtlijn 2002/99/EG van de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 D 0417: Uitvoeringsbesluit 2013/417/EU van de Commissie van 31 juli 2013 (PB L 206 van 2.8.2013, blz. 13).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluit 2013/417/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 206 van 2.8.2013, blz. 13.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/10


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 166/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1234]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2013/652/EU van de Commissie van 12 november 2013 betreffende de monitoring en rapportage van antimicrobiële resistentie bij zoönotische en commensale bacteriën (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Beschikking 2007/407/EG van de Commissie van 12 juni 2007 betreffende een geharmoniseerde monitoring van de antimicrobiële resistentie van salmonella bij pluimvee en varkens (2) wordt bij Uitvoeringsbesluit 2013/652/EU ingetrokken en moet derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(3)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden is niet van toepassing op Liechtenstein zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(4)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In deel 7.1 wordt na punt 8b (Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende punt ingevoegd:

„8c.

32013 D 0652: Uitvoeringsbesluit 2013/652/EU van de Commissie van 12 november 2013 betreffende de monitoring en rapportage van antimicrobiële resistentie bij zoönotische en commensale bacteriën (PB L 303 van 14.11.2013, blz. 26).”.

2)

In deel 7.2 wordt de tekst van punt 48 (Beschikking 2007/407/EG van de Commissie) geschrapt.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2013/652/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 303 van 14.11.2013, blz. 26.

(2)  PB L 153 van 14.6.2007, blz. 26.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/12


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 167/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1235]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2013/503/EU van de Commissie van 11 oktober 2013 tot erkenning van delen van de Unie als zijnde vrij van varroase bij bijen en tot vaststelling van aanvullende garanties die bij de handel binnen en de invoer naar de EU nodig zijn om hun varroasevrije toestand te kunnen behouden (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden en levensmiddelen. Wetgeving inzake veterinaire aangelegenheden en levensmiddelen is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In deel 7.2 van hoofdstuk I van bijlage 1 bij de EER-overeenkomst wordt na punt 58 (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 233/2012 het volgende punt ingevoegd:

„59.

32013 D 0503: Uitvoeringsbesluit 2013/503/EU van de Commissie van 11 oktober 2013 tot erkenning van delen van de Unie als zijnde vrij van varroase bij bijen en tot vaststelling van aanvullende garanties die bij de handel binnen en de invoer naar de EU nodig zijn om hun varroasevrije toestand te kunnen behouden (PB L 273 van 15.10.2013, blz. 38).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluit 2013/503/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 273 van 15.10.2013, blz. 38.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/13


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 168/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst [2015/1236]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 302/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van endo-1,3(4)-bètaglucanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (CBS 126896) als toevoegingsmiddel voor voeding voor mestkippen en gespeende biggen (vergunninghouder ROAL Oy) (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor de preparaten van Enterococcus faecium NCIMB 10415, Enterococcus faecium DSM 22502 en Pediococcus acidilactici CNCM I-3237 als toevoegingsmiddelen voor voeding voor alle diersoorten (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 305/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 betreffende de verlening van een vergunning voor het gebruik van propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat als toevoegingsmiddelen voor voeding voor alle diersoorten met uitzondering van herkauwers, varkens en pluimvee (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake diervoeding. Wetgeving inzake diervoeding is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen bij bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(5)

Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk II van bijlage I bij de EER-overeenkomst worden na punt 103 (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 803/2013 van de Commissie) de volgende punten ingevoegd:

„104.

32014 R 0302: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 302/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van endo-1,3(4)-bètaglucanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (CBS 126896) als toevoegingsmiddel voor voeding voor mestkippen en gespeende biggen (vergunninghouder ROAL Oy) (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 4).

105.

32014 R 0304: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor de preparaten van Enterococcus faecium NCIMB 10415, Enterococcus faecium DSM 22502 en Pediococcus acidilactici CNCM I-3237 als toevoegingsmiddelen voor voeding voor alle diersoorten (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 8).

106.

32014 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 305/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 betreffende de verlening van een vergunning voor het gebruik van propionzuur, natriumpropionaat en ammoniumpropionaat als toevoegingsmiddelen voor voeding voor alle diersoorten met uitzondering van herkauwers, varkens en pluimvee (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 12).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 302/2014, (EU) nr. 304/2014 en (EU) nr. 305/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (4).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 90 van 26.3.2014, blz. 4.

(2)  PB L 90 van 26.3.2014, blz. 8.

(3)  PB L 90 van 26.3.2014, blz. 12.

(4)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/15


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 169/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) en bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1237]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 1004/2013 van de Commissie van 15 oktober 2013 tot wijziging van de bijlagen II en III bij Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de maximumresidugehalten voor 8-hydroxyquinoline, cyproconazool, cyprodinil, fluopyram, nicotine, pendimethalin, penthiopyrad en trifloxystrobin in of op bepaalde producten (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake diervoeding en levensmiddelen. Wetgeving inzake diervoeding en levensmiddelen is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen bij bijlage I en de inleiding bij hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlagen I en II bij de EER-overeenkomst dienen derhalve dienovereenkomstig teworden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk II van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 40 (Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 R 1004: Verordening (EU) nr. 1004/2013 van de Commissie van 15 oktober 2013 (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 10).”.

Artikel 2

In hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 54zzy (Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 R 1004: Verordening (EU) nr. 1004/2013 van de Commissie van 15 oktober 2013 (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 10).”.

Artikel 3

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 1004/2013 zijn authentiek.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 5

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 279 van 19.10.2013, blz. 10.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/17


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 170/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) en bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1238]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 87/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot wijziging van de bijlagen II, III en V bij Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de maximumresidugehalten voor acetamiprid, butralin, chloortoluron, daminozide, isoproturon, picoxystrobin, pyrimethanil en trinexapac in of op bepaalde producten (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake diervoeding en levensmiddelen. Wetgeving inzake diervoeding en levensmiddelen is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen bij bijlage I en de inleiding bij hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(3)

Bijlagen I en II bij de EER-overeenkomst dienen derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk II van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 40 (Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0087: Verordening (EU) nr. 87/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 (PB L 35 van 5.2.2014, blz. 1).”.

Artikel 2

In hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 54zzy (Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0087: Verordening (EU) nr. 87/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 (PB L 35 van 5.2.2014, blz. 1).”.

Artikel 3

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 87/2014 zijn authentiek.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 5

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 35 van 5.2.2014, blz. 1.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/19


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 171/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1239]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 214/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 tot wijziging van de bijlagen II, IV, XI, XII en XVIII bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk I van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 45zx (Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0214: Verordening (EU) nr. 214/2014 van 25 februari 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 3).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 214/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 69 van 8.3.2014, blz. 3.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/20


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 172/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1240]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2014/44/EU van de Commissie van 18 maart 2014 tot wijziging van de bijlagen I, II en III bij Richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de typegoedkeuring van landbouw- of bosbouwtrekkers en aanhangwagens, verwisselbare getrokken machines, systemen, onderdelen en technische eenheden daarvan (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk II van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 28 (Richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 L 0044: Richtlijn 2014/44/EU van de Commissie van 18 maart 2014 (PB L 82 van 20.3.2014, blz. 20).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2014/44/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 82 van 20.3.2014, blz. 20.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/21


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 173/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1241]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2014/43/EU van de Commissie van 18 maart 2014 tot wijziging van de bijlagen I, II en III bij Richtlijn 2000/25/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door motoren bestemd voor het aandrijven van landbouw- of bosbouwtrekkers (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk II van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 29 (Richtlijn 2000/25/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 L 0043: Richtlijn 2014/43/EU van de Commissie van 18 maart 2014 (PB L 82 van 20.3.2014, blz. 12).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2014/43/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 82 van 20.3.2014, blz. 12.

(2)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/22


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 174/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1242]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Richtlijnen 76/117/EEG (1), 79/196/EEG (2) en 82/130/EEG (3) worden bij Richtlijn 94/9/EG van het Europees Parlement en de Raad (4), die in de EER-overeenkomst is opgenomen, ingetrokken en bijgevolg moeten de verwijzingen naar de Richtlijnen 76/117/EEG, 79/196/EEG en 82/130/EEG uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(2)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Richtlijn 94/26/EG (5) van de Commissie is achterhaald en moet derhalve uit de EER-overeenkomst te worden geschrapt.

(3)

In hoofdstuk X van bijlage II worden de besluiten onder de hoofding „BESLUITEN WAARVAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN NOTA NEMEN” om praktische redenen hernummerd.

(4)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk X van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

De tekst van punt 2 (Richtlijn 76/117/EEG van de Raad), punt 3 (Richtlijn 79/196/EEG van de Raad), punt 4 (Richtlijn 82/130/EEG van de Raad) en punt 7b (Richtlijn 94/26/EG van de Commissie) wordt geschrapt.

2)

Onder de hoofding „BESLUITEN WAARVAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN NOTA NEMEN” worden de punten 8 (geschrapt) tot 25 (geschrapt) hernummerd als punten 1 tot 18.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (6).

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 24 van 30.1.1976, blz. 45.

(2)  PB L 43 van 20.2.1979, blz. 20.

(3)  PB L 59 van 2.3.1982, blz. 10.

(4)  PB L 100 van 19.4.1994, blz. 1.

(5)  PB L 157 van 24.6.1994, blz. 33.

(6)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/23


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 175/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1243]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 119/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 tot wijziging van Richtlijn 2002/46/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft met chroom verrijkte gist die wordt gebruikt voor de vervaardiging van voedingssupplementen en chroom(III)lactaat-trihydraat dat wordt toegevoegd aan levensmiddelen (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Verordening (EU) nr. 155/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Verordening (EU) nr. 175/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake levensmiddelen. Wetgeving inzake levensmiddelen is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de inleiding van hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(5)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 54zzi (Richtlijn 2002/46/EG van het Europees Parlement en de Raad) en in punt 54zzzu (Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0119: Verordening (EU) nr. 119/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 (PB L 39 van 8.2.2014, blz. 44).”.

2)

Na punt 80 (Verordening (EU) nr. 1066/2013 van de Commissie) worden de volgende punten toegevoegd:

„81.

32014 R 0155: Verordening (EU) nr. 155/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 50 van 20.2.2014, blz. 11).

82.

32014 R 0175: Verordening (EU) nr. 175/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 56 van 26.2.2014, blz. 7).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Verordeningen (EU) nr. 119/2014, (EU) nr. 155/2014 en (EU) nr. 175/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (4).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 39 van 8.2.2014, blz. 44.

(2)  PB L 50 van 20.2.2014, blz. 11.

(3)  PB L 56 van 26.2.2014, blz. 7.

(4)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/25


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 176/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1244]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 907/2013 van de Commissie van 20 september 2013 tot vaststelling van de regels inzake aanvragen voor het gebruik van generieke omschrijvingen (benamingen) (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Verordening (EU) nr. 40/2014 van de Commissie van 17 januari 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1321/2013 van de Commissie van 10 december 2013 tot vaststelling van de EU-lijst van toegelaten primaire rookaromaproducten voor gebruik als zodanig in of op levensmiddelen en/of voor de bereiding van afgeleide rookaroma's (3) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake levensmiddelen. Wetgeving inzake levensmiddelen is niet van toepassing op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de inleiding van hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst. Dit besluit is derhalve niet van toepassing op Liechtenstein.

(5)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 54zzzzzp (Verordening (EU) nr. 432/2012 van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0040: Verordening (EU) nr. 40/2014 van de Commissie van 17 januari 2014 (PB L 14 van 18.1.2014, blz. 8).”.

2)

Na punt 82 (Verordening (EU) nr. 175/2014 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

„83.

32013 R 0907: Verordening (EU) nr. 907/2013 van de Commissie van 20 september 2013 tot vaststelling van de regels inzake aanvragen voor het gebruik van generieke omschrijvingen (benamingen) (PB L 251 van 21.9.2013, blz. 7).

84.

32013 R 1321: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1321/2013 van de Commissie van 10 december 2013 tot vaststelling van de EU-lijst van toegelaten primaire rookaromaproducten voor gebruik als zodanig in of op levensmiddelen en/of voor de bereiding van afgeleide rookaroma's (PB L 333 van 12.12.2013, blz. 54).

85.

32014 R 0040: Verordening (EU) nr. 40/2014 van de Commissie van 17 januari 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 14 van 18.1.2014, blz. 8).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Verordeningen (EU) nr. 907/2013 en (EU) nr. 40/2014 en van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1321/2013 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (4).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 251 van 21.9.2013, blz. 7.

(2)  PB L 14 van 18.1.2014, blz. 8.

(3)  PB L 333 van 12.12.2013, blz. 54.

(4)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/27


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 177/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1245]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 19/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 tot wijziging van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 37/2010 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, wat de stof chloroform betreft (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 20/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 tot wijziging van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 37/2010 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, wat de stof butafosfan betreft (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XIII van bijlage II bij de EER-overeenkomst worden in punt 13 (Verordening (EU) nr. 37/2010 van de Commissie) de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32014 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 19/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 18),

32014 R 0020: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 20/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 20).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 19/2014 en (EU) nr. 20/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 8 van 11.1.2014, blz. 18.

(2)  PB L 8 van 11.1.2014, blz. 20.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/28


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 178/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1246]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 272/2014 van de Commissie van 17 maart 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad wat betreft de aanpassing aan het inflatiecijfer van de vergoedingen die aan het Europees Geneesmiddelenbureau dienen te worden betaald (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XIII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 15h (Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0272: Verordening (EU) nr. 272/2014 van de Commissie van 17 maart 2014 (PB L 79 van 18.3.2014, blz. 37).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 272/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 79 van 18.3.2014, blz. 37.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/29


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 179/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1247]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte („de EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsrichtlijn 2012/25/EU van de Commissie van 9 oktober 2012 tot vaststelling van informatieprocedures voor de uitwisseling tussen lidstaten van menselijke organen bestemd voor transplantatie (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XIII van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt na punt 15zn (Richtlijn 2010/53/EU van het Europees Parlement en de Raad) het volgende ingevoegd:

„15zna.

32012 L 0025: Uitvoeringsrichtlijn 2012/25/EU van de Commissie van 9 oktober 2012 tot vaststelling van informatieprocedures voor de uitwisseling tussen lidstaten van menselijke organen bestemd voor transplantatie (PB L 275 van 10.10.2012, blz. 27).

De bepalingen van de uitvoeringsrichtlijn worden voor de toepassing van deze Overeenkomst met de volgende aanpassing gelezen:

Deze uitvoeringsrichtlijn is, uitgezonderd artikel 7, niet van toepassing op Liechtenstein.”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2012/25/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 275 van 10.10.2012, blz. 27.

(2)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/30


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 180/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1248]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Beschikking 2000/180/EG (1) van de Commissie is achterhaald en bijgevolg moet de verwijzing ernaar uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(2)

In hoofdstuk XV van bijlage II worden de besluiten onder de hoofding „BESLUITEN WAARVAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN NOTA NEMEN” om praktische redenen hernummerd.

(3)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

De tekst van punt 12j (Beschikking 2000/180/EG van de Commissie) wordt geschrapt.

2)

Onder de hoofding „BESLUITEN WAARVAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN NOTA NEMEN” worden de punten 13 (geschrapt) tot 26 (Aanbeveling van de Commissie van 11 april 2006) hernummerd als punten 1 tot 14.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 57 van 2.3.2000, blz. 34.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/31


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 181/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1249]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/69/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in diëlektrische keramiek in condensatoren voor een nominale spanning van minder dan 125 V wisselstroom of 250 V gelijkstroom voor industriële meet- en regelapparatuur (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/70/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in microkanaalplaten (MKP's) (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/71/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in soldeer in een interface van SDE's met een groot oppervlak (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/72/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in soldeer en afwerkingen van de uiteinden van elektrische en elektronische componenten en afwerkingen van printplaten voor gebruik in ontstekingsmodules en andere elektrische en elektronische regelsystemen voor motoren (4), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/73/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in geplatineerde platinaelektroden voor gebruik bij metingen van geleidbaarheid (5), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/74/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor lood in connectorsystemen met buigzame pinnen, andere dan van het type C-press, voor industriële meet- en regelapparatuur (6), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/75/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage IV bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor kwik in fluorescentielampen met koude kathode (CCFL's) voor lcd-beeldschermen met achtergrondverlichting met niet meer dan 5 mg kwik per lamp voor gebruik in industriële meet- en regelapparatuur die vóór 22 juli 2017 in de handel is gebracht (7), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Gedelegeerde Richtlijn 2014/76/EU van de Commissie van 13 maart 2014 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage III bij Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een vrijstelling voor kwik in handgemaakte lichtbuizen voor gebruik in uithangborden, decoratieve of architecturale en gespecialiseerde verlichting en verlichtingskunst (8), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst worden in punt 12q (Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad) de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32014 L 0069: Gedelegeerde Richtlijn 2014/69/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 72),

32014 L 0070: Gedelegeerde Richtlijn 2014/70/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 74),

32014 L 0071: Gedelegeerde Richtlijn 2014/71/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 76),

32014 L 0072: Gedelegeerde Richtlijn 2014/72/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 78),

32014 L 0073: Gedelegeerde Richtlijn 2014/73/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 80),

32014 L 0074: Gedelegeerde Richtlijn 2014/74/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 82),

32014 L 0075: Gedelegeerde Richtlijn 2014/75/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 84),

32014 L 0076: Gedelegeerde Richtlijn 2014/76/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 86).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Gedelegeerde Richtlijnen 2014/69/EU, 2014/70/EU, 2014/71/EU, 2014/72/EU, 2014/73/EU, 2014/74/EU, 2014/75/EU en 2014/76/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (9).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 72.

(2)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 74.

(3)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 76.

(4)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 78.

(5)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 80.

(6)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 82.

(7)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 84.

(8)  PB L 148 van 20.5.2014, blz. 86.

(9)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/33


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 182/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1250]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 301/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot wijziging van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) wat chroom(VI)-verbindingen betreft (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 12zc (Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0301: Verordening (EU) nr. 301/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 1).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 301/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 90 van 26.3.2014, blz. 1.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/34


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 183/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1251]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 260/2014 van de Commissie van 24 januari 2014 tot wijziging, in verband met de aanpassing ervan aan de technische vooruitgang, van Verordening (EG) nr. 440/2008 houdende vaststelling van testmethoden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 12zza (Verordening (EG) nr. 440/2008 van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0260: Verordening (EU) nr. 260/2014 van de Commissie van 24 januari 2014 (PB L 81 van 19.3.2014, blz. 1).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 260/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 81 van 19.3.2014, blz. 1.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/35


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 184/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1252]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 358/2014 van de Commissie van 9 april 2014 tot wijziging van de bijlagen II en V bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende cosmetische producten (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XVI van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 1a (Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0358: Verordening (EU) nr. 358/2014 van de Commissie van 9 april 2014 (PB L 107 van 10.4.2014, blz. 5).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 358/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 107 van 10.4.2014, blz. 5.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/36


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 185/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1253]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2014/18/EU van de Commissie van 29 januari 2014 tot wijziging van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de lijst van defensiegerelateerde producten (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XIX van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 3q (Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 L 0018: Richtlijn 2014/18/EU van de Commissie van 29 januari 2014 (PB L 40 van 11.2.2014, blz. 20).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2014/18/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 40 van 11.2.2014, blz. 20.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/37


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 186/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1254]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2012/46/EU van de Commissie van 6 december 2012 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In hoofdstuk XXIV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt in punt 1a (Richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32012 L 0046: Richtlijn 2012/46/EU van de Commissie van 6 december 2012 (PB L 353 van 21.12.2012, blz. 80).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2012/46/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 353 van 21.12.2012, blz. 80.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/38


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 187/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst [2015/1255]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 174/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 5 februari 2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 106/2008 betreffende een communautair energie-efficiëntie-etiketteringsprogramma voor kantoorapparatuur (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage IV bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage IV bij de EER-overeenkomst wordt de tekst van punt 30 (Verordening (EG) nr. 106/2008 van het Europees Parlement en de Raad) vervangen door:

32008 R 0106: Verordening (EG) nr. 106/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende een communautair energie-efficiëntie-etiketteringsprogramma voor kantoorapparatuur (PB L 39 van 13.2.2008, blz. 1), gewijzigd bij:

32013 R 0174: Verordening (EU) nr. 174/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 5 februari 2013 (PB L 63 van 6.3.2013, blz. 1).

De bepalingen van de verordening worden voor de toepassing van deze overeenkomst als volgt gelezen:

a)

verwijzingen naar de overeenkomst tussen de regering van de Verenigde Staten en de Europese Unie over de coördinatie van programma's voor energie-efficiëntie-etikettering voor kantoorapparatuur hebben tevens betrekking op de briefwisseling tussen het Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) en het ministerie van Olie en Energie van Noorwegen, het ministerie van Industrie en Innovatie van IJsland en het bureau Economische Zaken van Liechtenstein, behalve in artikel 11, waarin alleen wordt verwezen naar de overeenkomst met de Verenigde Staten;

b)

in artikel 4, lid 5, worden de woorden „Unie en derde landen” gelezen als „Unie of EVA-staten, enerzijds, en derde landen, anderzijds”. De woorden „door de Commissie of een lidstaat worden getest” worden gelezen als „door de Commissie, een lidstaat of een EVA-staat, binnen hun eigen bevoegdheden, worden getest”;

c)

in artikel 12, lid 3, eerste zin, wordt „De Commissie ziet” gelezen als „De EVA-staten en de Commissie, binnen hun eigen bevoegdheden, zien”;

d)

artikel 13 is niet van toepassing.”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 174/2013 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 63 van 6.3.2013, blz. 1.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/40


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 188/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage VI (Sociale zekerheid) bij de EER-overeenkomst [2015/1256]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2014/50/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers tussen de lidstaten door het verbeteren van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage VI bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage VI bij de EER-overeenkomst wordt na punt 12 (Richtlijn 98/49/EG van de Raad) het volgende punt ingevoegd:

„13.

32014 L 0050: Richtlijn 2014/50/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers tussen de lidstaten door het verbeteren van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten (PB L 128 van 30.4.2014, blz. 1).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2014/50/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 128 van 30.4.2014, blz. 1.

(2)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/41


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 189/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage X (Algemene diensten) bij de EER-overeenkomst [2015/1257]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2013/662/EU van de Commissie van 14 oktober 2013 tot wijziging van Beschikking 2009/767/EG wat betreft het opstellen, bijwerken en publiceren van vertrouwenslijsten van certificatiedienstverleners die onder toezicht staan of zijn geaccrediteerd in een lidstaat (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage X bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage X bij de EER-overeenkomst wordt in punt 1b (Beschikking 2009/767/EG van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 D 0662: Uitvoeringsbesluit 2013/662/EU van de Commissie van 14 oktober 2013 (PB L 306 van 16.11.2013, blz. 21).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2013/662/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 306 van 16.11.2013, blz. 21.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/42


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 190/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) bij de EER-overeenkomst [2015/1258]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2013/752/EU van de Commissie van 11 december 2013 tot wijziging van Beschikking 2006/771/EG inzake de harmonisatie van het radiospectrum voor gebruik door korteafstandsapparatuur en tot intrekking van Beschikking 2005/928/EG (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Beschikking 2005/928/EG (2) van de Commissie wordt bij Uitvoeringsbesluit 2013/752/EU ingetrokken en moet derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(3)

Bijlage XI bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage XI bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 5cz (Beschikking 2006/771/EG van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 D 0752: Uitvoeringsbesluit 2013/752/EU van de Commissie van 11 december 2013 (PB L 334 van 13.12.2013, blz. 17).”.

2)

De tekst van punt 5ct (Beschikking 2005/928/EG van de Commissie) wordt geschrapt.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2013/752/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 334 van 13.12.2013, blz. 17.

(2)  PB L 344 van 27.12.2005, blz. 47.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/43


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 191/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) bij de EER-overeenkomst [2015/1259]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2014/276/EU van de Commissie van 2 mei 2014 tot wijziging van Beschikking 2008/411/EG betreffende de harmonisering van de 3 400-3 800 MHz-frequentieband voor terrestrische systemen die elektronische communicatiediensten kunnen verschaffen in de Gemeenschap (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XI bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XI bij de EER-overeenkomst wordt in punt 5czd (Beschikking 2008/411/EG van de Commissie) het volgende toegevoegd:

„, gewijzigd bij:

32014 D 0276: Uitvoeringsbesluit 2014/276/EU van de Commissie van 2 mei 2014 (PB L 139 van 14.5.2014, blz. 18).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2014/276/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 139 van 14.5.2014, blz. 18.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/44


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 192/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij) en Protocol 37 (houdende de lijst bedoeld in artikel 101) bij de EER-overeenkomst [2015/1260]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98 en artikel 101,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit C(2014) 462 van de Commissie van 3 februari 2014 tot oprichting van een Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten dient in de EER-overeenkomst te worden opgenomen.

(2)

Met het oog op de goede werking van de EER-overeenkomst dient Protocol 37 bij de EER-overeenkomst te worden uitgebreid tot een bij Besluit C(2014) 462 van de Commissie op te richten Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten en moet bijlage XI worden gewijzigd teneinde de procedures voor deelname aan deze groep vast te stellen.

(3)

Bijlage XI en Protocol 37 bij de EER-overeenkomst dienen daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XI bij de EER-overeenkomst wordt na punt 5q (Richtlijn 98/84/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende ingevoegd:

„5r.

C(2014) 462: Besluit C(2014) 462 van de Commissie van 3 februari 2014 tot oprichting van een Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten.

Voor de toepassing van deze Overeenkomst worden de bepalingen van het besluit als volgt gelezen:

In artikel 4, lid 1, worden de woorden „en een vertegenwoordiger van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA” na het woord „Commissie” ingevoegd.

Procedures voor deelname van de EVA-landen overeenkomstig artikel 101 van de Overeenkomst:

De EVA-landen nemen volwaardig deel aan de werkzaamheden van de Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten, met uitzondering van stemrecht.”

Artikel 2

Na punt 38 van Protocol 37 bij de EER-overeenkomst wordt het volgende punt ingevoegd:

„39.

De Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten (Besluit C(2014) 462 van de Commissie van 3 februari 2014 tot oprichting van een Europese groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten).”.

Artikel 3

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluit C(2014) 462 zijn authentiek.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (1).

Artikel 5

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/46


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 193/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst [2015/1261]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 69/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 748/2012 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften inzake de luchtwaardigheid en milieucertificering van luchtvaartuigen en aanverwante producten, onderdelen en uitrustingsstukken, alsmede voor de certificering van ontwerp- en productieorganisaties (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Verordening (EU) nr. 70/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 1178/2011 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot de bemanning van burgerluchtvaartuigen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Verordening (EU) nr. 71/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 965/2012 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures voor vluchtuitvoering, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Bijlage XIII bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage XIII bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 66ne (Verordening (EU) nr. 1178/2011 van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0070: Verordening (EU) nr. 70/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 (PB L 23 van 28.1.2014, blz. 25).”.

2)

In punt 66nf (Verordening (EU) nr. 965/2012 van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0071: Verordening (EU) nr. 71/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 (PB L 23 van 28.1.2014, blz. 27).”.

3)

In punt 66p (Verordening (EU) nr. 748/2012 van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0069: Verordening (EU) nr. 69/2014 van de Commissie van 27 januari 2014 (PB L 23 van 28.1.2014, blz. 12).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Verordeningen (EU) nr. 69/2014, (EU) nr. 70/2014 en (EU) nr. 71/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (4).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 23 van 28.1.2014, blz. 12.

(2)  PB L 23 van 28.1.2014, blz. 25.

(3)  PB L 23 van 28.1.2014, blz. 27.

(4)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/48


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 194/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1262]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 13ca (Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„—

32013 L 0039: Richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 (PB L 226 van 24.8.2013, blz. 1).”.

2)

In punt 13cad (Richtlijn 2008/105/EG van het Europees Parlement en de Raad) wordt het volgende toegevoegd:

„, gewijzigd bij:

32013 L 0039: Richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 (PB L 226 van 24.8.2013, blz. 1).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2013/39/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 226 van 24.8.2013, blz. 1.

(2)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/49


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 195/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1263]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit 2013/480/EU van de Commissie van 20 september 2013 tot vaststelling van de indelingswaarden voor de monitoringsystemen van de lidstaten die het resultaat zijn van de interkalibratie, overeenkomstig Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Beschikking 2008/915/EG (1), zoals gerectificeerd in PB L 102 van 5.4.2014, blz. 22, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Beschikking 2008/915/EG (2) wordt bij Besluit 2013/480/EU ingetrokken en moet derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(3)

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt de tekst van punt 13cab (Beschikking 2008/915/EG van de Commissie) vervangen door:

32013 D 0480: Besluit 2013/480/EU van de Commissie van 20 september 2013 tot vaststelling van de indelingswaarden voor de monitoringsystemen van de lidstaten die het resultaat zijn van de interkalibratie, overeenkomstig Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Beschikking 2008/915/EG (PB L 266 van 8.10.2013, blz. 1), gewijzigd bij PB L 102 van 5.4.2014, blz. 22.”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluit 2013/480/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 266 van 8.10.2013, blz. 1.

(2)  PB L 332 van 10.12.2008, blz. 20.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/50


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 196/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1264]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 176/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1031/2010 met name met het oog op de vaststelling van de hoeveelheden in 2013-2020 te veilen broeikasgasemissierechten (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt in punt 21ala (Verordening (EU) nr. 1031/2010 van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0176: Verordening (EU) nr. 176/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 (PB L 56 van 26.2.2014, blz. 11).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 176/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 56 van 26.2.2014, blz. 11.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/51


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 197/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1265]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsbesluit 2014/166/EU van de Commissie van 21 maart 2014 tot wijziging van Beschikking 2005/381/EG wat betreft de vragenlijst voor de rapportage over de toepassing van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt in punt 21ap (Beschikking 2005/381/EG van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 D 0166: Uitvoeringsbesluit 2014/166/EU van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 89 van 25.3.2014, blz. 45).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsbesluit 2014/166/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 89 van 25.3.2014, blz. 45.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/52


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 198/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1266]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 205/2014 van de Commissie van 4 maart 2014 tot vaststelling van uniforme voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 1260/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de Europese bevolkingsstatistieken, wat de uitsplitsing van gegevens, de termijnen en de herzieningen van gegevens betreft (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XXI bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XXI bij de EER-overeenkomst wordt na punt 18z4 (Verordening (EU) nr. 141/2013 van de Commissie) het volgende punt ingevoegd:

„18z5.

32014 R 0205: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 205/2014 van de Commissie van 4 maart 2014 tot vaststelling van uniforme voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 1260/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de Europese bevolkingsstatistieken, wat de uitsplitsing van gegevens, de termijnen en de herzieningen van gegevens betreft (PB L 65 van 5.3.2014, blz. 10).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 205/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 65 van 5.3.2014, blz. 10.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/53


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 199/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1267]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 228/2014 van de Commissie van 10 maart 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 601/2006 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen, wat het formaat en de procedure voor de toezending van gegevens betreft (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XXI bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XXI bij de EER-overeenkomst wordt in punt 19sa (Verordening (EG) nr. 601/2006 van de Commissie) het volgende toegevoegd:

„, gewijzigd bij:

32014 R 0228: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 228/2014 van de Commissie van 10 maart 2014 (PB L 70 van 11.3.2014, blz. 16).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 228/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 70 van 11.3.2014, blz. 16.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/54


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 200/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van bijlage XXI (Statistiek) bij de EER-overeenkomst [2015/1268]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie (1) was opgenomen in de EER-overeenkomst bij Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/2014 van 8 april 2014 (2).

(2)

De deadline voor het indienen van een verzoek tot afwijking aan de bevoegde Toezichtsautoriteit moet worden aangepast naar 17 oktober 2013, zoals aangegeven in artikel 6, lid 3, van Verordening (EU) nr. 549/2013, zodat de EVA-staten hun aanvraag tot verzoek om afwijkingen overeenkomstig artikel 6, leden 1 en 2, kunnen indienen.

(3)

Bijlage XXI bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XXI bij de EER-overeenkomst wordt punt 19z (Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad) als volgt gewijzigd:

1)

Aanpassingen b) en c) worden als aanpassingen c) en d) hernummerd.

2)

De volgende aanpassing is ingevoegd:

„b)

In artikel 6, lid 3, worden de woorden „17 oktober 2013” vervangen door de woorden „drie maanden na de inwerkingtreding van het Besluit nr. 200/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 25 september 2014”, wat betreft de EVA-staten”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (3)

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1.

(2)  PB L 256 van 28.8.2014, blz. 35.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/55


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 201/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van Protocol 26 (betreffende de functies en bevoegdheden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op het gebied van de staatssteun) bij de EER-overeenkomst [2015/1269]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 372/2014 van de Commissie van 9 april 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 794/2004 wat betreft de berekening van bepaalde termijnen, de afhandeling van klachten en de identificatie en bescherming van vertrouwelijke informatie (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Protocol 26 bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 2 van Protocol 26 bij de EER-overeenkomst wordt in punt 2 (Verordening (EG) nr. 794/2004 van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

„—

32014 R 0372: Verordening (EU) nr. 372/2014 van de Commissie van 9 april 2014 (PB L 109 van 12.4.2014, blz. 14).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EU) nr. 372/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 26 september 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2), of op de dag van inwerkingtreding van Besluit van het Gemengd Comité van de EER waarbij Verordening (EU) nr. 734/2013 van de Raad in de EER-overeenkomst wordt opgenomen, als dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 109 van 12.4.2014, blz. 14.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/56


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 202/2014

van 25 september 2014

tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden [2015/1270]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikelen 86 en 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Het is wenselijk de samenwerking tussen de partijen bij de EER-overeenkomst uit te breiden tot Aanbeveling 2012/C 398/01 van de Raad van 20 december 2012 betreffende de validatie van niet-formeel en informeel leren (1).

(2)

Protocol 31 bij de EER-overeenkomst dient derhalve te worden gewijzigd om deze uitgebreide samenwerking mogelijk te maken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 4 van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt in paragraaf 8 het volgende streepje toegevoegd:

„—

32012 H 1222(01): Aanbeveling 2012/C 398/01 van de Raad van 20 december 2012 betreffende de validatie van niet-formeel en informeel leren (PB C 398 van 22.12.2012, blz. 1).”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de laatste kennisgeving zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (2).

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB C 398 van 22.12.2012, blz. 1.

(2)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/57


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 203/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1271]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (2), gerectificeerd in PB L 26 van 28.1.2012, blz. 38, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 541/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (3) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Verordening (EU) nr. 544/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de gegevensvereisten voor werkzame stoffen betreft (4) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Verordening (EU) nr. 545/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen betreft (5) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Verordening (EU) nr. 546/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat uniforme beginselen voor de evaluatie en de toelating van gewasbeschermingsmiddelen betreft (6) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Verordening (EU) nr. 547/2011 van de Commissie van 8 juni 2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de etiketteringsvoorschriften voor gewasbeschermingsmiddelen (7) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (8) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Verordening (EU) nr. 283/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (9) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(10)

Verordening (EU) nr. 284/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (10) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(11)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Richtlijnen 79/117/EEG (11) en 91/414/EEG (12) van de Raad worden bij Verordening (EG) nr. 1107/2009 ingetrokken en moeten derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(12)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Verordening (EU) nr. 544/2011 wordt bij Verordening (EU) nr. 283/2013 ingetrokken en moet derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(13)

De in de EER-overeenkomst opgenomen Verordening (EU) nr. 545/2011 wordt bij Verordening (EU) nr. 284/2013 ingetrokken en moet derhalve uit de EER-overeenkomst worden geschrapt.

(14)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

Na punt 12zzp (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 414/2013 van de Commissie) wordt het volgende ingevoegd:

„13.

32009 R 1107: Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de verordening als volgt gelezen:

a)

de EVA-staten mogen de toegang tot hun markten beperken voor gewasbeschermingsmiddelen die overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG van de Raad of de overgangsmaatregelen van artikel 80 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 goedgekeurde werkzame stoffen bevatten;

b)

de EVA-staten, met uitzondering van Liechtenstein, kunnen fungeren als „lidstaat-rapporteur” en „co-rapporteur”;

c)

in artikel 18 wordt het volgende toegevoegd:

„De toebedeling van de beoordeling van werkzame stoffen aan een EVA-staat overeenkomstig artikel 18, onder f), geschiedt met toestemming van deze lidstaat.”;

d)

in artikel 37, lid 4, en artikel 42, lid 2, wordt het volgende toegevoegd:

„Voor de EVA-staten gaat de termijn van 120 dagen ten vroegste in op de datum waarop de akte van goedkeuring betreffende de werkzame stoffen in het gewasbeschermingsmiddel wordt opgenomen in de EER-overeenkomst.”;

e)

in artikel 47, lid 3, wordt het volgende toegevoegd:

„Voor de EVA-staten gaat de termijn van 120 dagen ten vroegste in op de datum waarop de akte van goedkeuring betreffende de werkzame stoffen in het gewasbeschermingsmiddel met een laag risico wordt opgenomen in de EER-overeenkomst.”;

f)

in artikel 48 wordt het volgende toegevoegd:

„De EVA-staten mogen de toegang tot hun markten beperken voor gewasbeschermingsmiddelen die genetisch gemodificeerde organismen bevatten wanneer maatregelen tot het beperken of verbieden ervan zijn genomen overeenkomstig artikel 23 van Richtlijn 2001/18/EG, zoals aangepast bij deze overeenkomst.”;

g)

artikel 49 is niet van toepassing op Liechtenstein;

h)

artikel 80, lid 6, wordt vervangen door:

„Gewasbeschermingsmiddelen die zijn goedgekeurd volgens de nationale bepalingen die van toepassing zijn op het moment van goedkeuring, mogen verder op de markt worden gebracht totdat een risicobeoordeling voor het gewasbeschermingsmiddel heeft plaatsgevonden overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1107/2009.”;

i)

in bijlage I wordt in „Zone A — Noord” het volgende toegevoegd:

„IJsland, Noorwegen”;

j)

in bijlage I wordt in „Zone B — Centrum” het volgende toegevoegd:

„Liechtenstein”.

13a.

32011 R 0540: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1), gerectificeerd in PB L 26 van 28.1.2012, blz. 38, gewijzigd bij:

32011 R 0541: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 541/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 187).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de verordening als volgt gelezen:

De EVA-staten mogen de toegang tot hun markten beperken voor gewasbeschermingsmiddelen die overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG van de Raad of de overgangsmaatregelen van artikel 80 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 goedgekeurde werkzame stoffen bevatten.

13b.

32011 R 0544: Verordening (EU) nr. 544/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de gegevensvereisten voor werkzame stoffen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 1).

13c.

32011 R 0545: Verordening (EU) nr. 545/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 67).

13d.

32011 R 0546: Verordening (EU) nr. 546/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat uniforme beginselen voor de evaluatie en de toelating van gewasbeschermingsmiddelen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 127).

13e.

32011 R 0547: Verordening (EU) nr. 547/2011 van de Commissie van 8 juni 2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de etiketteringsvoorschriften voor gewasbeschermingsmiddelen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 176).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de verordening als volgt gelezen:

a)

in punt 1.1 van bijlage II wordt in de lijst onder de titel „RSh 1” het volgende toegevoegd:

„IS: Eitrað í snertingu við augu.

NO: Giftig ved øyekontakt.”;

b)

in punt 1.1 van bijlage II wordt in de lijst onder de titel „RSh 2” het volgende toegevoegd:

„IS: Getur valdið ljósnæmingu.

NO: Kan gi overfølsomhet for sollys/UV-stråling.”;

c)

in punt 1.1 van bijlage II wordt in de lijst onder de titel „RSh 3” het volgende toegevoegd:

„IS: Efnið brennir húð og augu í snertingu við gufu og veldur kali í snertingu við vökva.

NO: Kontakt med damp virker etsende på hud og øyne, og kontakt med væske gir frostskade.”;

d)

in punt 1 van bijlage III wordt het volgende toegevoegd:

„IS: Mengið ekki vatn með efninu eða íláti þess. (Hreinsið ekki búnað nálægt yfirborðsvatni/Koma skal í veg fyrir að mengun verði með afrennsli frá bæjarhlöðum og vegum.)

NO: Unngå forurensning av vannmiljøet med productet eller emballasjen. (Ikke rengjør spredeutstyr nær overflatevann/unngå forurensning via avrenning fra gårdsplasser og veier).”;

e)

in punt 2.1 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPo 1” onder de titel „Specifieke bepalingen” het volgende toegevoegd:

„IS: Ef efnið kemst í snertingu við húð skal fyrst hreinsa það af með þurrum klút og skola síðan húðina með miklu vatni.

NO: Etter kontakt med huden, fjern først productet med en tørr klut, og vask deretter med mye vann.”;

f)

in punt 2.1 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPo 2” onder de titel „Specifieke bepalingen” het volgende toegevoegd:

„IS: Þvoið allan hlífðarfatnað að lokinni notkun.

NO: Vask alt personlig verneutstyr etter bruk.”;

g)

in punt 2.1 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPo 3” onder de titel „Specifieke bepalingen” het volgende toegevoegd:

„IS: Forðist innöndun reyks eftir að kveikt hefur verið í efninu og yfirgefið þegar í stað svæðið sem er til meðhöndlunar.

NO: Pust ikke inn røyken etter at productet har antent, og forlat det behandlede området øyeblikkelig.”;

h)

in punt 2.1 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPo 4”, „Specifieke bepalingen” het volgende toegevoegd:

„IS: Opna skal ílátið utanhús og við þurr skilyrði.

NO: Beholderen skal åpnes utendørs og under tørre forhold.”;

i)

in punt 2.1 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPo 5”, „Specifieke bepalingen” het volgende toegevoegd:

„IS: Loftræsta skal úðuð svæði/gróðurhús (vandlega/eða í tilgreindan tíma/þar til úðinn hefur þornað) áður en farið er þangað inn aftur.

NO: De behandlede områder/veksthus ventileres (grundig/eller angivelse av tid/inntil productet har tørket) før man oppholder seg der igjen.”;

j)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 1”, het volgende toegevoegd:

„IS: Til að vernda grunnvatn/jarðvegslífverur skal ekki nota þetta eða annað efni sem inniheldur (tilgreinið virkt efni eða flokk virkra efna eftir því sem við á) lengur eða oftar en (tilgreinið hversu lengi eða oft má nota efnið).

NO: For å beskytte (grunnvannet/jordlevende organismer) må dette productet eller andre producter som inneholder (angi navnet på virksomt stoff eller gruppe av virksomme stoffer) kun brukes/ikke brukes mer enn (angi tidsperiode eller antall behandlinger).”;

k)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 2”, het volgende toegevoegd:

„IS: Til að vernda grunnvatn/vatnalífverur skal ekki nota þetta efni (á tilgreinda jarðvegsgerð eða við tilgreindar aðstæður).

NO: For å beskytte (grunnvannet/vannlevende organismer) må dette productet ikke brukes (på beskrevet jordtype eller under beskrevne forhold).”;

l)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 3”, het volgende toegevoegd:

„IS: Til að vernda vatnalífverur/plöntur utan markhóps/liðdýr utan markhóps/skordýr má ekki nota efnið nær óræktuðu landi/yfirborðsvatni en (tilgreind breidd svæðis sem er óheimilt að úða).

NO: For å beskytte (vannlevende organismer/viltlevende planter/insekter/leddyr) må dette productet ikke brukes nærmere enn (angi avstand) fra (overflatevann/kantvegetasjon).”;

m)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 4”, het volgende toegevoegd:

„IS: Til að vernda vatnalífverur/plöntur utan markhóps má ekki nota efnið á malbikað, steinsteypt, hellulagðt eða malarborið yfirborð eða vegi (járnbrautarspor) eða önnur svæði þar sem hætt er við afrennsli út í umhverfið.

NO: For å beskytte (vannlevende organismer/viltlevende planter) må dette productet ikke brukes på harde overflater som asfalterte, betong- brostein- eller gruslagte områder og veier/jernbane, eller på andre områder med stor risiko for avrenning.”;

n)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 5”, het volgende toegevoegd:

„IS: Til að vernda fugla/villt spendýr verður að gæta þess vandlega að efnið sé algerlega hulið jarðvegi; gætið þess sérstaklega að efnið sé hulið í endum raða.

NO: For å beskytte (fugler/ville pattedyr) skal productet innblandes i jorden. Sørg også for at productet er helt innblandet i enden av radene.”;

o)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 6”, het volgende toegevoegd:

„IS: Hreinsið upp allt efni, sem hefur farið til spillis, til að vernda fugla/villt spendýr.

NO: For å beskytte (fugler/ville pattedyr) skal alt søl fjernes.”;

p)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 7”, het volgende toegevoegd:

„IS: Óheimilt er að nota efnið á varptíma fugla.

NO: Må ikke brukes i fuglenes hekketid.”;

q)

in punt 2.2 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPe 8”, het volgende toegevoegd:

„IS: Hættulegt frævandi skordýrum/Til að vernda býflugur og önnur frævandi skordýr er óheimilt að nota efnið á blómstrandi nytjaplöntur/Óheimilt er að nota efnið þar sem býflugur eru í fæðuleit/Fjarlægið býkúpur meðan meðhöndlun með efninu fer fram eða hyljið þær á meðan og í (tilgreinið tíma) að lokinni meðhöndlun/Óheimilt er að nota efnið ef blómstrandi illgresi er til staðar/Eyða skal illgresi áður en það blómgast/Óheimilt er að nota efnið fyrir (tilgreinið tíma).

NO: Farlig for bier./For å beskytte bier og andre pollinerende insekter må dette product ikke brukes mens kulturen blomstrer./Må ikke brukes der biene søker næring./Dekk til eller flytt bikuber i behandlingsperioden og i (nevn antall timer/dager) etter behandlingen./Må ikke brukes i nærheten av blomstrende ugress./Fjern ugresset før det blomstrer./Må ikke brukes før (tidspunkt).”;

r)

in punt 2.3 van bijlage III wordt in de lijst het volgende toegevoegd:

„IS: Til að koma í veg fyrir þolmyndun skal ekki nota þetta eða annað varnarefni sem inniheldur (tilgreinið virkt efni eða flokk virkra efna eftir því sem við á) oftar eða lengur en (tilgreinið hversu oft eða lengi má nota efnið).

NO: For å unngå utvikling av resistens må dette product eller andre producter som inneholder (angi virksomt stoff eller gruppe av virksomme stoffer) kun brukes/ikke brukes mer enn (i tidsperioden eller antall ganger).”;

s)

in punt 2.4 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPr 1”, het volgende toegevoegd:

„IS: Beitu skal komið fyrir þannig að ekki sé hætta á að önnur dýr komist í hana. Festa skal beituna tryggilega þannig að nagdýr geti ekki dregið hana í burtu.

NO: Produktet skal plasseres på en slik måte at risikoen for at andre dyr kan innta productet minimeres. Pass på at product i blokkform ikke kan flyttes vekk av de gnagere som skal bekjempes.”;

t)

in punt 2.4 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPr 2”, het volgende toegevoegd:

„IS: Auðkennið svæðið, sem meðhöndla á, meðan á meðhöndlun stendur. Varað skal við hættunni á að verða fyrir eitrun (beinni eða óbeinni) af völdum storkuvarans og tilgreina skal móteitrið við honum.

NO: Det behandlede området skal merkes i behandlingsperioden. Faren for forgiftning (primær eller sekundær) ved inntak av antikoaguleringsmidler, samt motgift, skal angis på oppslag.”;

u)

in punt 2.4 van bijlage III wordt in de lijst onder de titel „SPr 3”, het volgende toegevoegd:

„IS: Hræ nagdýra skulu fjarlægð daglega af meðhöndlaða svæðinu meðan meðhöndlun stendur yfir. Ekki má setja hræin í opin sorpílát.

NO: Døde gnagere skal fjernes fra behandlingsområdet hver dag. Døde gnagere må ikke plasseres i åpne avfallsbeholdere.”.

13f.

32012 R 0844: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26).”.

2.

De tekst van punt 13b (Verordening (EU) nr. 544/2011 van de Commissie) wordt vervangen door:

32013 R 0283: Verordening (EU) nr. 283/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 1).”.

3.

De tekst van punt 13c (Verordening (EU) nr. 545/2011 van de Commissie) wordt vervangen door:

32013 R 0284: Verordening (EU) nr. 284/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 85).”.

Artikel 2

In hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt de tekst van punt 6 (Richtlijn 79/117/EEG van de Raad) en punt 12a (Richtlijn 91/414/EEG van de Raad) geschrapt.

Artikel 3

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Verordening (EG) nr. 1107/2009, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 540/2011, (EU) nr. 541/2011, Verordeningen (EU) nr. 544/2011, (EU) nr. 545/2011, (EU) nr. 546/2011, (EU) nr. 547/2011, Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012, Verordeningen (EU) nr. 283/2013 en (EU) nr. 284/2013 zijn authentiek.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (13).

Voor Liechtenstein treedt dit besluit in werking op dezelfde dag of op de dag van inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen Liechtenstein en Oostenrijk inzake de samenwerking op het gebied van toelatingsprocedures voor gewasbeschermingsmiddelen en hulpstoffen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009, als dat later is.

Artikel 5

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

(2)  PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1.

(3)  PB L 153 van 11.6.2011, blz. 187.

(4)  PB L 155 van 11.6.2011, blz. 1.

(5)  PB L 155 van 11.6.2011, blz. 67.

(6)  PB L 155 van 11.6.2011, blz. 127.

(7)  PB L 155 van 11.6.2011, blz. 176.

(8)  PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26.

(9)  PB L 93 van 3.4.2013, blz. 1.

(10)  PB L 93 van 3.4.2013, blz. 85.

(11)  PB L 33 van 8.2.1979, blz. 36.

(12)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1.

(13)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/64


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 204/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1272]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 542/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft om rekening te houden met Richtlijn 2011/58/EU tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde de opneming van carbendazim als werkzame stof te verlengen (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prohexadion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (2) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (3) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azimsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (4) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof imazalil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (5) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof profoxydim overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (6) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluroxypyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (7) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof bispyribac overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (8) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylaceetamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (9) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (10) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(11)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluazifop-P overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (11) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(12)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof spiroxamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (12) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(13)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof oxyfluorfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (13) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(14)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof tefluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (14) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(15)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluquinconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (15) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(16)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof triazoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (16) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(17)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof kresoxym-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (17) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(18)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van de Commissie van 16 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof terbutylazine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (18) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(19)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof flufenoxuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (19) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(20)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propargite overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (20) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(21)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof acrinathrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en de bijlage bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (21) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(22)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (22) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(23)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyclanilide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (23) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(24)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof asulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (24) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(25)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2011 van de Commissie van 25 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (25) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(26)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1100/2011 van de Commissie van 31 oktober 2011 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen dicamba, difenoconazool en imazaquin (26) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(27)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie van 7 november 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (27) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(28)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cinidon-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (28) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(29)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prochloraz overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (29) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(30)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof acetochloor, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (30) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(31)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpikrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (31) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(32)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 735/2012 van de Commissie van 14 augustus 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof kaliumwaterstofcarbonaat (32) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(33)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Adoxophyes orana granulovirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (33) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(34)

Verordening (EU) nr. 823/2012 van de Commissie van 14 september 2012 tot afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat betreft de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen 2,4-DB, benzoëzuur, beta-cyfluthrin, carfentrazone-ethyl, Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 (DSM 9660), cyazofamide, cyfluthrin, deltamethrin, dimethenamid-P, ethofumesaat, ethoxysulfuron, fenamidone, flazasulfuron, flufenacet, flurtamone, foramsulfuron, fosthiazaat, imazamox, iodosulfuron, iprodion, isoxaflutool, linuron, maleïnehydrazide, mecoprop, mecoprop-P, mesosulfuron, mesotrione, oxadiargyl, oxasulfuron, pendimethalin, picoxystrobin, propiconazool, propineb, propoxycarbazon, propyzamide, pyraclostrobine, silthiofam, trifloxystrobin, warfarine en zoxamide (34) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(35)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 13a (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie) worden de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32011 R 0542: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 542/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 189),

32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28),

32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33),

32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38),

32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43),

32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50),

32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37),

32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6),

32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11),

32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16),

32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21),

32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3),

32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9),

32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22),

32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39),

32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44),

32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7),

32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van de Commissie van 16 augustus 2011 (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18),

32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1),

32011 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1),

32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20),

32011 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1100/2011 van de Commissie van 31 oktober 2011 (PB L 285 van 1.11.2011, blz. 10),

32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1),

32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26),

32012 R 0735: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 735/2012 van de Commissie van 14 augustus 2012 (PB L 218 van 15.8.2012, blz. 3),

32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15).”.

2)

Na punt 13a (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie) wordt het volgende punt ingevoegd:

„13aa.

32012 R 0823: Verordening (EU) nr. 823/2012 van de Commissie van 14 september 2012 tot afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat betreft de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen 2,4-DB, benzoëzuur, beta-cyfluthrin, carfentrazone-ethyl, Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 (DSM 9660), cyazofamide, cyfluthrin, deltamethrin, dimethenamid-P, ethofumesaat, ethoxysulfuron, fenamidone, flazasulfuron, flufenacet, flurtamone, foramsulfuron, fosthiazaat, imazamox, iodosulfuron, iprodion, isoxaflutool, linuron, maleïnehydrazide, mecoprop, mecoprop-P, mesosulfuron, mesotrione, oxadiargyl, oxasulfuron, pendimethalin, picoxystrobin, propiconazool, propineb, propoxycarbazon, propyzamide, pyraclostrobine, silthiofam, trifloxystrobin, warfarine en zoxamide (PB L 250 van 15.9.2012, blz. 13).”.

3)

Na punt 13f (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

„13 g.

32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prohexadion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28).

13h.

32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33).

13i.

32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azimsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38).

13j.

32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof imazalil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43).

13k.

32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof profoxydim overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50).

13 l.

32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluroxypyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37).

13 m.

32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof bispyribac overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6).

13n.

32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylaceetamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11).

13o.

32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16).

13p.

32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluazifop-P overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21).

13q.

32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof spiroxamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3).

13r.

32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof oxyfluorfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9).

13s.

32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof tefluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22).

13 t.

32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluquinconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39).

13u.

32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof triazoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44).

13v.

32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof kresoxym-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7).

13w.

32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van de Commissie van 16 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof terbutylazine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18).

13x.

32011 R 0942: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof flufenoxuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13).

13y.

32011 R 0943: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propargite overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16).

13z.

32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof acrinathrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en de bijlage bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1).

13za.

32011 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1).

13zb.

32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyclanilide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20).

13zc.

32011 R 1045: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof asulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 275 van 20.10.2011, blz. 23).

13zd.

32011 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2011 van de Commissie van 25 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 26.10.2011, blz. 1).

13ze.

32011 R 1127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie van 7 november 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 289 van 8.11.2011, blz. 26).

13zf.

32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cinidon-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1).

13zg.

32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prochloraz overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26).

13zh.

32011 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof acetochloor, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45).

13zi.

32011 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpikrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26).

13zj.

32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Adoxophyes orana granulovirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 542/2011, (EU) nr. 702/2011, (EU) nr. 703/2011, (EU) nr. 704/2011, (EU) nr. 705/2011, (EU) nr. 706/2011, (EU) nr. 736/2011, (EU) nr. 740/2011, (EU) nr. 786/2011, (EU) nr. 787/2011, (EU) nr. 788/2011, (EU) nr. 797/2011, (EU) nr. 798/2011, (EU) nr. 800/2011, (EU) nr. 806/2011, (EU) nr. 807/2011, (EU) nr. 810/2011, (EU) nr. 820/2011, (EU) nr. 942/2011, (EU) nr. 943/2011, (EU) nr. 974/2011, (EU) nr. 993/2011, (EU) nr. 1022/2011, (EU) nr. 1045/2011, (EU) nr. 1078/2011, (EU) nr. 1100/2011, (EU) nr. 1127/2011, (EU) nr. 1134/2011, (EU) nr. 1143/2011, (EU) nr. 1372/2011, (EU) nr. 1381/2011, (EU) nr. 735/2012, (EU) nr. 746/2012 en Verordening (EU) nr. 823/2012 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (35), of op de dag van inwerkingtreding van Besluit nr. 203/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2014 (36), indien dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 153 van 11.6.2011, blz. 189.

(2)  PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28.

(3)  PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33.

(4)  PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38.

(5)  PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43.

(6)  PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50.

(7)  PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37.

(8)  PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6.

(9)  PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11.

(10)  PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16.

(11)  PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21.

(12)  PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3.

(13)  PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9.

(14)  PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22.

(15)  PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39.

(16)  PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44.

(17)  PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7.

(18)  PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18.

(19)  PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13.

(20)  PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16.

(21)  PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1.

(22)  PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1.

(23)  PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20.

(24)  PB L 275 van 20.10.2011, blz. 23.

(25)  PB L 279 van 26.10.2011, blz. 1.

(26)  PB L 285 van 1.11.2011, blz. 10.

(27)  PB L 289 van 8.11.2011, blz. 26.

(28)  PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1.

(29)  PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26.

(30)  PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45.

(31)  PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26.

(32)  PB L 218 van 15.8.2012, blz. 3.

(33)  PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15.

(34)  PB L 250 van 15.9.2012, blz. 13.

(35)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.

(36)  Zie bladzijde 57 van dit Publicatieblad.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/73


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 205/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1273]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 87/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof clethodim (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 127/2012 van de Commissie van 14 februari 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat de uitbreiding van het gebruik van de werkzame stof metazachloor betreft (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 287/2012 van de Commissie van 30 maart 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof triflusulfuron (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof metam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (4), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2012 van de Commissie van 27 april 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen bloedmeel, calciumcarbide, calciumcarbonaat, kalksteen, peper en kwartszand (5), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen aluminiumsilicaat, gehydrolyseerde eiwitten en 1,4-diaminobutaan (putrescine) (6), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 578/2012 van de Commissie van 29 juni 2012 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof difenylamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen) (7), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof bifenthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (8), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fluxapyroxad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (9), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpyrazamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (10), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(11)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 597/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen aluminiumammoniumsulfaat, vetdestillatieresiduen, op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of plantaardige oorsprong/visolie en ureum (11), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(12)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 608/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen denatoniumbenzoaat, methylnonylketon en plantaardige oliën/groenemuntolie (12), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(13)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 637/2012 van de Commissie van 13 juli 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stoffen ijzersulfaat, op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/ruwe tallolie en op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/talloliepek (13), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(14)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 van de Commissie van 7 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof isopyrazam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (14), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(15)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fosfaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (15), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(16)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1197/2012 van de Commissie van 13 december 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur voor de werkzame stoffen acetamiprid, alfa-cypermethrin, Ampelomyces quisqualis Stam: AQ 10, benalaxyl, bifenazaat, bromoxynil, chloorprofam, desmedifam, etoxazool, Gliocladium catenulatum Stam: J1446, imazosulfuron, laminarin, mepanipyrim, methoxyfenozide, milbemectin, fenmedifam, Pseudomonas chlororaphis Stam: MA 342, quinoxyfen, S-metolachloor, tepraloxydim, thiacloprid, thiram en ziram (16), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(17)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof courgettegeelmozaïekvirus — zwakke stam, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (17), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(18)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma asperellum (stam T34) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (18), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(19)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam I-1237 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (19), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(20)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof cyflumetofen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (20), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(21)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 175/2013 van de Commissie van 27 februari 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat de intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof didecyldimethylammoniumchloride betreft (21), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(22)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof mandipropamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (22), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(23)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof ametoctradin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (23), zoals gerectificeerd in PB L 235 van 4.9.2013, blz. 12, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(24)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 houdende wijziging van Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 788/2011 en (EU) nr. 540/2011 wat betreft een uitbreiding van het gebruik waarvoor de werkzame stof fluazifop-P is goedgekeurd (24), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(25)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof bixafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (25), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(26)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof maltodextrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (26), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(27)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof halosulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (27), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(28)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus firmus I-1582 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (28), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(29)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Spodoptera littoralis kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (29), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(30)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Helicoverpa armigera kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (30), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(31)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Candida oleophila stam O overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (31), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(32)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spiromesifen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (32), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(33)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Paecilomyces fumosoroseus stam FE 9901 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (33), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(34)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 533/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur voor de werkzame stoffen 1-methylcyclopropeen, chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide, forchlorfenuron, indoxacarb, thiofanaat-methyl en tribenuron (34), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(35)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof eugenol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (35), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(36)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof thymol, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (36), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(37)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof geraniol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (37), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(38)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 762/2013 van de Commissie van 7 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur voor de werkzame stoffen chloorpyrifos, chloorpyrifos-methyl, mancozeb, maneb, MCPA, MCPB en metiram (38), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(39)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof bitertanol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (39), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(40)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof fluopyram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (40), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(41)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sedaxaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (41), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(42)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Aureobasidium pullulans (stammen DSM 14940 en DSM 14941) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (42), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(43)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof emamectine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (43), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(44)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (44), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(45)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof dinatriumfosfonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (45), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(46)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyriofenon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (46), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(47)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penflufen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (47), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(48)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1136/2013 van de Commissie van 12 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur voor de werkzame stoffen clothianidin, dimoxystrobin, oxamyl en pethoxamide (48), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(49)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl-M overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (49), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(50)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyroxsulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (50), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(51)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spirotetramat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (51), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(52)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penthiopyrad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (52), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(53)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof tembotrion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (53), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(54)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumzilverthiosulfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (54), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(55)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof chlorantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (55), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(56)

Uitvoeringsbesluit 2012/480/EU van de Commissie van 16 augustus 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stof Aureobasidium pullulans te verlengen (56), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(57)

Uitvoeringsbesluit 2012/677/EU van de Commissie van 30 oktober 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen ametoctradine (oorspronkelijk aangevraagd onder de ontwikkelingscode BAS 650 F) en dinatriumfosfonaat te verlengen (57), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(58)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 13a (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie) worden de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32012 R 0087: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 87/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 8),

32012 R 0127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 127/2012 van de Commissie van 14 februari 2012 (PB L 41 van 15.2.2012, blz. 12),

32012 R 0287: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 287/2012 van de Commissie van 30 maart 2012 (PB L 95 van 31.3.2012, blz. 7),

32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1),

32012 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2012 van de Commissie van 27 april 2012 (PB L 116 van 28.4.2012, blz. 19),

32012 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 (PB L 169 van 29.6.2012, blz. 46),

32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3),

32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 (PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7),

32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46),

32012 R 0597: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 597/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 54),

32012 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 608/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 (PB L 177 van 7.7.2012, blz. 19),

32012 R 0637: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 637/2012 van de Commissie van 13 juli 2012 (PB L 186 van 14.7.2012, blz. 20),

32012 R 1037: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 van de Commissie van 7 november 2012 (PB L 308 van 8.11.2012, blz. 15),

32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24),

32012 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1197/2012 van de Commissie van 13 december 2012 (PB L 342 van 14.12.2012, blz. 27),

32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55),

32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59),

32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5),

32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8),

32013 R 0175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 175/2013 van de Commissie van 27 februari 2013 (PB L 56 van 28.2.2013, blz. 4),

32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13),

32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd in PB L 235 van 4.9.2013, blz. 12,

32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6),

32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9),

32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14),

32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18),

32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30),

32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33),

32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36),

32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10),

32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15),

32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 5),

32013 R 0533: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 533/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 9),

32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17),

32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33),

32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18),

32013 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 762/2013 van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 14),

32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5),

32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13),

32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13),

32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18),

32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23),

32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29),

32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3),

32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7),

32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17),

32013 R 1136: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1136/2013 van de Commissie van 12 november 2013 (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 34),

32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18),

32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23),

32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28),

32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42),

32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6),

32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27),

32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69).”.

2.

In punt 13p (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie) wordt het volgende streepje toegevoegd:

„gewijzigd bij:

32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6).”.

3.

Na punt 13zj (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

„13zk.

32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof metam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1).

13zl.

32012 R 0578: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 578/2012 van de Commissie van 29 juni 2012 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof difenylamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 171 van 30.6.2012, blz. 2).

13zm.

32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof bifenthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3).

13zn.

32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fluxapyroxad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7).

13zo.

32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpyrazamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46).

13zq.

32012 D 0480: Uitvoeringsbesluit 2012/480/EU van de Commissie van 16 augustus 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stof Aureobasidium pullulans te verlengen (PB L 222 van 18.8.2012, blz. 13).

13zr.

32012 D 0677: Uitvoeringsbesluit 2012/677/EU van de Commissie van 30 oktober 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen ametoctradine (oorspronkelijk aangevraagd onder de ontwikkelingscode BAS 650 F) en dinatriumfosfonaat te verlengen (PB L 305 van 1.11.2012, blz. 27).

13zs.

32012 R 1037: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 van de Commissie van 7 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof isopyrazam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 308 van 8.11.2012, blz. 15).

13zt.

32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fosfaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24).

13zu.

32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof courgettegeelmozaïekvirus — zwakke stam, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55).

13zv.

32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma asperellum (stam T34) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59).

13zw.

32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam I-1237 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5).

13zx.

32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof cyflumetofen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8).

13zy.

32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof mandipropamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13).

13zz.

32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof ametoctradin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd in PB L 235 van 4.9.2013, blz. 12.

13zza.

32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof bixafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9).

13zzb.

32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof maltodextrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14).

13zzc.

32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof halosulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18).

13zzd.

32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus firmus I-1582 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30).

13zze.

32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Spodoptera littoralis kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33).

13zzf.

32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Helicoverpa armigera kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36).

13zzg.

32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Candida oleophila stam O overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10).

13zzh.

32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spiromesifen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15).

13zzi.

32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Paecilomyces fumosoroseus stam FE 9901 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 5).

13zzj.

32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof eugenol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17).

13zzk.

32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof thymol, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33).

13zzl.

32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof geraniol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18).

13zzm.

32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof bitertanol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5).

13zzn.

32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof fluopyram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13).

13zzo.

32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sedaxaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13).

13zzp.

32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Aureobasidium pullulans (stammen DSM 14940 en DSM 14941) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18).

13zzq.

32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof emamectine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23).

13zzr.

32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29).

13zzs.

32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof dinatriumfosfonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3).

13zzt.

32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyriofenon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7).

13zzu.

32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penflufen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17).

13zzv.

32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl-M overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18).

13zzw.

32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyroxsulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23).

13zzx.

32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spirotetramat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28).

13zzy.

32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penthiopyrad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42).

13zzz.

32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof tembotrion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6).

13zzza.

32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumzilverthiosulfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27).

13zzzb.

32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof chlorantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69).”

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 87/2012, (EU) nr. 127/2012, (EU) nr. 287/2012, (EU) nr. 359/2012, (EU) nr. 369/2012, (EU) nr. 571/2012, (EU) nr. 578/2012, (EU) nr. 582/2012, (EU) nr. 589/2012, (EU) nr. 595/2012, (EU) nr. 597/2012, (EU) nr. 608/2012, (EU) nr. 637/2012, (EU) nr. 1037/2012, (EU) nr. 1043/2012, (EU) nr. 1197/2012, (EU) nr. 1237/2012, (EU) nr. 1238/2012, (EU) nr. 17/2013, (EU) nr. 22/2013, (EU) nr. 175/2013, (EU) nr. 188/2013, (EU) nr. 200/2013, (EU) nr. 201/2013, (EU) nr. 350/2013, (EU) nr. 355/2013, (EU) nr. 356/2013, (EU) nr. 366/2013, (EU) nr. 367/2013, (EU) nr. 368/2013, (EU) nr. 373/2013, (EU) nr. 375/2013, (EU) nr. 378/2013, (EU) nr. 533/2013, (EU) nr. 546/2013, (EU) nr. 568/2013, (EU) nr. 570/2013, (EU) nr. 762/2013, (EU) nr. 767/2013, (EU) nr. 802/2013, (EU) nr. 826/2013, (EU) nr. 827/2013, (EU) nr. 828/2013, (EU) nr. 829/2013, (EU) nr. 832/2013, (EU) nr. 833/2013, (EU) nr. 1031/2013, (EU) nr. 1136/2013, (EU) nr. 1175/2013, (EU) nr. 1176/2013, (EU) nr. 1177/2013, (EU) nr. 1187/2013, (EU) nr. 1192/2013, (EU) nr. 1195/2013 en (EU) nr. 1199/2013 en de Uitvoeringsbesluiten 2012/480/EU en 2012/677/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (58), of op de dag van de inwerkingtreding van Besluit nr. 203/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2014 (59), indien dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 30 van 2.2.2012, blz. 8.

(2)  PB L 41 van 15.2.2012, blz. 12.

(3)  PB L 95 van 31.3.2012, blz. 7.

(4)  PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1.

(5)  PB L 116 van 28.4.2012, blz. 19.

(6)  PB L 169 van 29.6.2012, blz. 46.

(7)  PB L 171 van 30.6.2012, blz. 2.

(8)  PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3.

(9)  PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7.

(10)  PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46.

(11)  PB L 176 van 6.7.2012, blz. 54.

(12)  PB L 177 van 7.7.2012, blz. 19.

(13)  PB L 186 van 14.7.2012, blz. 20.

(14)  PB L 308 van 8.11.2012, blz. 15.

(15)  PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24.

(16)  PB L 342 van 14.12.2012, blz. 27.

(17)  PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55.

(18)  PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59.

(19)  PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5.

(20)  PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8.

(21)  PB L 56 van 28.2.2013, blz. 4.

(22)  PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13.

(23)  PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1.

(24)  PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6.

(25)  PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9.

(26)  PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14.

(27)  PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18.

(28)  PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30.

(29)  PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33.

(30)  PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36.

(31)  PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10.

(32)  PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15.

(33)  PB L 113 van 25.4.2013, blz. 5.

(34)  PB L 159 van 11.6.2013, blz. 9.

(35)  PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17.

(36)  PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33.

(37)  PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18.

(38)  PB L 213 van 8.8.2013, blz. 14.

(39)  PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5.

(40)  PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13.

(41)  PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13.

(42)  PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18.

(43)  PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23.

(44)  PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29.

(45)  PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3.

(46)  PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7.

(47)  PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17.

(48)  PB L 302 van 13.11.2013, blz. 34.

(49)  PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18.

(50)  PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23.

(51)  PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28.

(52)  PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42.

(53)  PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6.

(54)  PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27.

(55)  PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69.

(56)  PB L 222 van 18.8.2012, blz. 13.

(57)  PB L 305 van 1.11.2012, blz. 27.

(58)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.

(59)  Zie blz. 57 van dit Publicatieblad.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/87


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 206/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1274]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 686/2012 van de Commissie van 26 juli 2012 waarbij de beoordeling van de werkzame stoffen, waarvan de goedkeuring uiterlijk op 31 december 2018 vervalt, in het kader van de verlengingsprocedure aan de lidstaten wordt toevertrouwd (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof ethyleen (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 190/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof natriumhypochloriet (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 365/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof glufosinaat (4), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof kaliumfosfonaten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (5), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stoffen clothianidin, thiamethoxam en imidacloprid betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten (6), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 532/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof kooldioxide (7), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stof fipronil betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (8); moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 790/2013 van de Commissie van 19 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof azijnzuur (9), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof pyrethrinen (10), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(11)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1089/2013 van de Commissie van 4 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof kiezelgoer (diatomeeënaarde) (11),moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(12)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1124/2013 van de Commissie van 8 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof bifenox (12), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(13)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1150/2013 van de Commissie van 14 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof raapzaadolie (13), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(14)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sinaasappelolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (14), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(15)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1166/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof dichloorprop-P (15), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(16)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1178/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof ethoprofos (16), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(17)

Uitvoeringsbesluit 2012/191/EU van de Commissie van 10 april 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen amisulbrom, chlorantraniliprole, meptyldinocap, pinoxaden, zilverthiosulfaat en tembotrion te verlengen (17), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(18)

Uitvoeringsbesluit 2012/363/EU van de Commissie van 4 juli 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen bixafen, Candida oleophila stam O, fluopyram, halosulfuron, kaliumjodide, kaliumthiocyanaat en spirotetramat te verlengen (18), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(19)

Uitvoeringsbesluit 2013/38/EU van de Commissie van 18 januari 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen emamectin en maltodextrine te verlengen (19), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(20)

Uitvoeringsbesluit 2013/205/EU van de Commissie van 25 april 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen acequinocyl, aminopyralid, ascorbinezuur, flubendiamide, gamma-cyhalothrin, ipconazool, metaflumizon, orthosulfamuron, Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134, pyridalil, pyroxsulam, spiromesifen, thiencarbazon en topramezone te verlengen (20), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(21)

Uitvoeringsbesluit 2013/431/EU van de Commissie van 12 augustus 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de werkzame stoffen benalaxyl-M en valifenalaat te verlengen (21), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(22)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 13a (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie) worden de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32013 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 10),

32013 R 0190: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 190/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 19),

32013 R 0365: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 365/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 27),

32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39),

32013 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12),

32013 R 0532: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 532/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 6),

32013 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 (PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22),

32013 R 0790: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 790/2013 van de Commissie van 19 augustus 2013 (PB L 222 van 20.8.2013, blz. 6),

32013 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 9),

32013 R 1089: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1089/2013 van de Commissie van 4 november 2013 (PB L 293 van 5.11.2013, blz. 31),

32013 R 1124: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1124/2013 van de Commissie van 8 november 2013 (PB L 299 van 9.11.2013, blz. 34),

32013 R 1150: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1150/2013 van de Commissie van 14 november 2013 (PB L 305 van 15.11.2013, blz. 13),

32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17),

32013 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1166/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 22),

32013 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1178/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 33).”.

2)

Na punt 13zzzb (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

„13zzzc.

32012 D 0191: Uitvoeringsbesluit 2012/191/EU van de Commissie van 10 april 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen amisulbrom, chlorantraniliprole, meptyldinocap, pinoxaden, zilverthiosulfaat en tembotrion te verlengen (PB L 102 van 12.4.2012, blz. 15).

13zzzd.

32012 D 0363: Uitvoeringsbesluit 2012/363/EU van de Commissie van 4 juli 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen bixafen, Candida oleophila stam O, fluopyram, halosulfuron, kaliumjodide, kaliumthiocyanaat en spirotetramat te verlengen (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 70).

13zzze.

32012 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 686/2012 van de Commissie van 26 juli 2012 waarbij de beoordeling van de werkzame stoffen, waarvan de goedkeuring uiterlijk op 31 december 2018 vervalt, in het kader van de verlengingsprocedure aan de lidstaten wordt toevertrouwd (PB L 200 van 27.7.2012, blz. 5).

13zzzf.

32013 D 0038: Uitvoeringsbesluit 2013/38/EU van de Commissie van 18 januari 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen emamectin en maltodextrine te verlengen (PB L 18 van 22.1.2013, blz. 17).

13zzzg.

32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof kaliumfosfonaten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39).

13zzzh.

32013 D 0205: Uitvoeringsbesluit 2013/205/EU van de Commissie van 25 april 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen acequinocyl, aminopyralid, ascorbinezuur, flubendiamide, gamma-cyhalothrin, ipconazool, metaflumizon, orthosulfamuron, Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134, pyridalil, pyroxsulam, spiromesifen, thiencarbazon en topramezone te verlengen (PB L 117 van 27.4.2013, blz. 20).

13zzzi.

32013 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stoffen clothianidin, thiamethoxam en imidacloprid betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12).

13zzzj.

32013 D 0431: Uitvoeringsbesluit 2013/431/EU van de Commissie van 12 augustus 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de werkzame stoffen benalaxyl-M en valifenalaat te verlengen (PB L 218 van 14.8.2013, blz. 28).

13zzzk.

32013 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stof fipronil betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22).

13zzzl.

32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sinaasappelolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 686/2012, (EU) nr. 187/2013, (EU) nr. 190/2013, (EU) nr. 365/2013, (EU) nr. 369/2013, (EU) nr. 485/2013, (EU) nr. 532/2013, (EU) nr. 781/2013, (EU) nr. 790/2013, (EU) nr. 798/2013, (EU) nr. 1089/2013, (EU) nr. 1124/2013, (EU) nr. 1150/2013, (EU) nr. 1165/2013, (EU) nr. 1166/2013 en (EU) nr. 1178/2013 en de Uitvoeringsbesluiten 2012/191/EU, 2012/363/EU, 2013/38/EU, 2013/205/EU en 2013/431/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (22), of op de dag van de inwerkingtreding van Besluit nr. 203/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2014 (23), indien dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 200 van 27.7.2012, blz. 5.

(2)  PB L 62 van 6.3.2013, blz. 10.

(3)  PB L 62 van 6.3.2013, blz. 19.

(4)  PB L 111 van 23.4.2013, blz. 27.

(5)  PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39.

(6)  PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12.

(7)  PB L 159 van 11.6.2013, blz. 6.

(8)  PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22.

(9)  PB L 222 van 20.8.2013, blz. 6.

(10)  PB L 224 van 22.8.2013, blz. 9.

(11)  PB L 293 van 5.11.2013, blz. 31.

(12)  PB L 299 van 9.11.2013, blz. 34.

(13)  PB L 305 van 15.11.2013, blz. 13.

(14)  PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17.

(15)  PB L 309 van 19.11.2013, blz. 22.

(16)  PB L 312 van 21.11.2013, blz. 33.

(17)  PB L 102 van 12.4.2012, blz. 15.

(18)  PB L 176 van 6.7.2012, blz. 70.

(19)  PB L 18 van 22.1.2013, blz. 17.

(20)  PB L 117 van 27.4.2013, blz. 20.

(21)  PB L 218 van 14.8.2013, blz. 28.

(22)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.

(23)  Zie blz. 57 van dit Publicatieblad.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/92


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 207/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst [2015/1275]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringstermijn van de werkzame stof koperverbindingen (1), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 108/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumthiocyanaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (2), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2014 van de Commissie van 6 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumjodide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (3), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof spinetoram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (4), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(5)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 141/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof plantaardige oliën/kruidnagelolie (5), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof pyridalyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (6), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(7)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof valifenalaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (7), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(8)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof thiencarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (8), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(9)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof L-ascorbinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (9), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(10)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof S-abscisinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (10), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(11)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 154/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof extract van theeboom (11), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(12)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof 1,4-dimethylnaftaleen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (12), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(13)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof amisulbrom overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (13), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(14)

Bijlage II bij de EER-overeenkomst dient daarom dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk XV van bijlage II bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1)

In punt 13a (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie) worden de volgende streepjes toegevoegd:

„—

32014 R 0085: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 (PB L 28 van 31.1.2014, blz. 34),

32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35),

32014 R 0141: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 141/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 40),

32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1),

32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7),

32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12),

32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3),

32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1),

32014 R 0154: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 154/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 (PB L 50 van 20.2.2014, blz. 7),

32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20),

32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25).”.

2)

Na punt 13zzzl (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

„13zzzm.

32014 R 0108: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 108/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumthiocyanaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 9).

13zzzn.

32014 R 0116: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2014 van de Commissie van 6 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumjodide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 26).

13zzzo.

32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof spinetoram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35).

13zzzp.

32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof pyridalyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1).

13zzzq.

32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof valifenalaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7).

13zzzr.

32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof thiencarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12).

13zzzs.

32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof L-ascorbinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3).

13zzzt.

32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof S-abscisinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1).

13zzzu.

32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof 1,4-dimethylnaftaleen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20).

13zzzm.

32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof amisulbrom overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 85/2014, (EU) nr. 108/2014, (EU) nr. 116/2014, (EU) nr. 140/2014, (EU) nr. 141/2014, (EU) nr. 143/2014, (EU) nr. 144/2014, (EU) nr. 145/2014, (EU) nr. 149/2014, (EU) nr. 151/2014, (EU) nr. 154/2014, (EU) nr. 192/2014 en (EU) nr. 193/2014 zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (14), of op de dag van de inwerkingtreding van Besluit nr. 203/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2014 (15), als dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 28 van 31.1.2014, blz. 34.

(2)  PB L 36 van 6.2.2014, blz. 9.

(3)  PB L 38 van 7.2.2014, blz. 26.

(4)  PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35.

(5)  PB L 44 van 14.2.2014, blz. 40.

(6)  PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1.

(7)  PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7.

(8)  PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12.

(9)  PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3.

(10)  PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1.

(11)  PB L 50 van 20.2.2014, blz. 7.

(12)  PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20.

(13)  PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25.

(14)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.

(15)  Zie blz. 57 van dit Publicatieblad.


30.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 202/96


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 208/2014

van 30 september 2014

tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst [2015/1276]

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de „EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (1), gerectificeerd in PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2)

Bijlage XX bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt na punt 1k (Richtlijn 2003/35/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende ingevoegd:

„1 l.

32009 L 0128: Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71), gerectificeerd in PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11.

De bepalingen van de richtlijn worden voor de toepassing van deze overeenkomst als volgt aangepast:

Met betrekking tot Noorwegen wordt „26 november 2012” in artikel 4, lid 2, vervangen door „1 januari 2016”.”

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de Noorse en de IJslandse taal van Richtlijn 2009/128/EG, zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2014, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (2), of op de dag van inwerkingtreding van Besluit nr. 203/2014 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2014 (3), indien dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 30 september 2014.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Kurt JÄGER


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71.

(2)  Grondwettelijke vereisten aangegeven.

(3)  Zie bladzijde 57 van dit Publicatieblad.