ISSN 1977-0758 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
58e jaargang |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/1 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1161 VAN DE COMMISSIE
van 2 juli 2015
tot inschrijving van een benaming in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (Salame Piemonte (BGA))
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 is de door Italië ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Salame Piemonte” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (2). |
(2) |
Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012, moet de benaming „Salame Piemonte” worden ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De benaming „Salame Piemonte” (BGA) wordt ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen.
Met de in de eerste alinea vermelde benaming wordt een product aangeduid van categorie 1.2. (Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt enz.)) als opgenomen in bijlage XI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie (3).
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 2 juli 2015.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Phil HOGAN
Lid van de Commissie
(1) PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.
(2) PB C 75 van 4.3.2015, blz. 4.
(3) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 36).
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/3 |
VERORDENING (EU) 2015/1162 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (1), en met name artikel 23, eerste alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 999/2001 bevat voorschriften inzake de preventie, bestrijding en uitroeiing van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij dieren. Zij is van toepassing op de productie en het in de handel brengen van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong, en in een aantal specifieke gevallen op de uitvoer daarvan. |
(2) |
Punt 1 van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 wijst als gespecificeerd risicomateriaal bepaalde weefsels van runderen, schapen en geiten aan indien zij afkomstig zijn van dieren van oorsprong uit een lidstaat of derde land, of gebied daarvan, met een gecontroleerd of onbepaald risico op boviene spongiforme encefalopathie („BSE”). Punt 2 van die bijlage breidt het toepassingsgebied van de lijst van weefsels aangewezen als gespecificeerd risicomateriaal uit tot lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, maar niet tot derde landen met dezelfde status. Als gevolg daarvan moeten lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico gespecificeerd risicomateriaal verwijderen en definitief verwijderen terwijl de invoer in de Unie van zulke weefsels uit derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico toegestaan is. |
(3) |
De Wereldorganisatie voor diergezondheid („OIE”) raadt enkel de uitsluiting van de internationale handel aan van gespecificeerd risicomateriaal afkomstig van runderen van oorsprong uit landen met een gecontroleerd of onbepaald BSE-risico, terwijl er geen uitsluiting wordt aangeraden voor runderen van oorsprong uit landen met een verwaarloosbaar BSE-risico (2). |
(4) |
De beleidsnota betreffende overdraagbare spongiforme encefalopathieën voor de periode 2010-2015 van de Commissie (3) voorziet in de mogelijkheid om de huidige verplichting voor lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico om gespecificeerd risicomateriaal uit de voedsel- en voederketen te verwijderen, te herzien als een groeiend aantal lidstaten die status bereikt. Met de vaststelling op 20 oktober 2014 van Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie (4), dat gebaseerd is op Resolutie nr. 18 van de Wereldorganisatie voor diergezondheid („OIE”) van mei 2014 (5), werden 17 lidstaten als landen met een verwaarloosbaar BSE-risico erkend. |
(5) |
De goedkeuring van alle weefsels afkomstig van runderen die momenteel gekwalificeerd zijn als gespecificeerd risicomateriaal voor gebruik in de voedselketen in lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico wordt op dit moment als voorbarig beschouwd, omdat er nog bepaalde wetenschappelijke onzekerheden bestaan omtrent atypische BSE. |
(6) |
Op 19 januari 2011 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid („EFSA”) een gezamenlijk met het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding („ECDC”) opgesteld advies uitgebracht over de mogelijke epidemiologische of moleculaire verbanden tussen overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij dieren en bij mensen („het gezamenlijke EFSA/ECDC-advies”) (6). In dat gezamenlijke advies bevestigen de EFSA en het ECDC dat er atypische vormen van BSE bij runderen zijn geconstateerd en maken zij een onderscheid tussen klassieke BSE, atypische BSE van het L-type en atypische BSE van het H-type. |
(7) |
Volgens dat gezamenlijk advies wijzen verschillende elementen erop dat het atypische BSE-agens van het L-type het potentieel heeft om een zoönotisch agens te zijn. Zulke elementen zijn er niet voor het atypische BSE-agens van het H-type. Dat gezamenlijk advies stelt ook dat de ongewoon hoge ouderdom van alle vastgestelde gevallen van atypische BSE van het H-type en atypische BSE van het L-type en hun kennelijk geringe prevalentie in de populatie erop wijzen dat deze atypische vormen van BSE spontaan optreden, onafhankelijk van de voederpraktijken. Het BSE-bewakingssysteem in de Unie toont een zeer geringe prevalentie en een relatief constant niveau aan van gevallen van atypische BSE in de afgelopen jaren. |
(8) |
Op 11 januari 2011 publiceerde de EFSA een wetenschappelijk advies over de herziening van de kwantitatieve risicobeoordeling van het BSE-risico van verwerkte dierlijke eiwitten (7) („EFSA-advies 2011”). Dat wetenschappelijk advies geeft aan dat 90 % van de totale infectiviteit in ziektegevallen met BSE verband houdt met weefsels van het centrale en perifere zenuwstelsel. Meer in het bijzonder schat dat advies dat 65 % van de totale infectiviteit in ziektegevallen met BSE verband houdt met de hersenen en 26 % met het ruggenmerg. |
(9) |
Op 11 juli 2014 publiceerde de EFSA een wetenschappelijk verslag over een protocol voor verdere laboratoriumonderzoeken naar de verspreiding van infectiviteit van atypische BSE (8). Volgens dat wetenschappelijke verslag tonen collectieve gegevens aan dat klassieke BSE dezelfde weefselverdeling heeft als atypische BSE, waarbij de hogere titers van infectieve prioneiwitten en/of infectiviteit worden gedetecteerd in het centrale en perifere zenuwstelsel. |
(10) |
Om al die redenen moeten de hersenen en het ruggenmerg van runderen ouder dan twaalf maanden van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico op de lijst van gespecificeerd risicomateriaal blijven in afwachting van meer kennis over het risico verbonden aan atypische BSE. |
(11) |
Gezien de praktische moeilijkheden om te verzekeren dat de beenderen van de schedel niet besmet worden met hersenweefsel, moet de schedel van runderen ouder dan twaalf maanden van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico ook op de lijst van gespecificeerd risicomateriaal blijven. |
(12) |
De gegevens die werden onderzocht door de EFSA, verwijzen voornamelijk naar Europa als gevolg van het goed uitgebouwde bewakingssysteem in de EU. Op het niveau van de OIE lopen er momenteel besprekingen om het hoofdstuk over BSE in de Gezondheidscode voor landdieren van de OIE te herzien gezien de recent verworven kennis over atypische BSE. De regels van de Unie over gespecificeerd risicomateriaal in lidstaten en derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico moeten herzien worden in het licht van het resultaat van deze besprekingen. |
(13) |
Voor zover bekend, worden de schedel, de hersenen, het ruggenmerg en de ogen van runderen ouder dan twaalf maanden niet in de Unie ingevoerd. |
(14) |
Om meer gelijke omstandigheden te verzekeren voor het in de handel brengen van producten uit de lidstaten in vergelijking met ingevoerde producten uit derde landen, daarbij rekening houdend met het mogelijke resterende risico bij het gebruik van bepaalde weefsels in de voedsel- en/of voederketen, moet het bijkomende vereiste dat het verbod op gespecificeerd risicomateriaal van runderen uitbreidt tot lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, derhalve worden afgeschaft, behalve voor de schedel, de hersenen en het ruggenmerg van runderen ouder dan twaalf maanden. |
(15) |
Verordening (EG) nr. 999/2001 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(16) |
Als toekomstige wetenschappelijke gegevens risico's voor de volksgezondheid zouden aantonen die momenteel niet gekend zijn, dan moeten de regels van de Unie betreffende gespecificeerd risicomateriaal in lidstaten en derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico worden herzien. |
(17) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
In bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 wordt punt 2 vervangen door:
„2. Specifieke vereisten voor lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico
Weefsels genoemd in punt 1, onder a), i) en punt 1, onder b), die afkomstig zijn van dieren van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, worden beschouwd als gespecificeerd risicomateriaal.”.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1.
(2) Artikel 11.4.14 van de Gezondheidscode voor landdieren van de OIE, uitgave 2014 (OIE — Terrestrial Animal Health Code — V 8 — 15.7.2014).
(3) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad — Het TSE-stappenplan 2 — Een beleidsnota betreffende overdraagbare spongiforme encefalopathieën voor de periode 2010-2015; COM(2010)384 final.
(4) Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie van 20 oktober 2014 tot wijziging van Beschikking 2007/453/EG ten aanzien van de BSE-status van Bulgarije, Estland, Kroatië, Letland, Luxemburg, Hongarije, Malta, Portugal en Slowakije (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 58).
(5) Resolutie nr. 18, „Recognition of the Bovine Spongiform Encephalopathy Risk Status of Member Countries”, goedgekeurd door de World Assembly of Delegates van de OIE op 27 mei 2014 (82 GS/FR — Parijs, mei 2014).
(6) EFSA Journal 2011;9(1):1945.
(7) EFSA Journal 2011;9(1):1947.
(8) EFSA Journal 2014;12(7):3798.
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/6 |
VERORDENING (EU) 2015/1163 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad, wat de voor koopkrachtpariteiten gebruikte lijst van elementaire posten betreft
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over koopkrachtpariteiten en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten (1), en met name artikel 12, lid 3, onder b),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 3, onder e), van Verordening (EG) nr. 1445/2007 wordt „elementaire post” gedefinieerd als het laagste aggregatieniveau van producten in de bbp-onderverdeling waarvoor koopkrachtpariteiten worden berekend. |
(2) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 bevat de lijst van elementaire posten. |
(3) |
Er wordt een classificatie van consumptieve bestedingen van de huishoudens gebruikt ten behoeve van Verordening (EG) nr. 1445/2007 en ten behoeve van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad (2). De introductie van een gedetailleerdere classificatie moet de samenhang van gegevens verbeteren en de gegevensverzameling in de lidstaten vereenvoudigen. De gedetailleerde classificatie moet een verdere uitsplitsing zijn van de classificatie van individuele consumptie naar doel (COICOP), zoals gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3). |
(4) |
In navolging van de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 549/2013 moet de lijst met elementaire posten met betrekking tot de consumptieve bestedingen van de overheid en met betrekking tot de bruto-investeringen in vaste activa worden aangepast. |
(5) |
In navolging van de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 1209/2014 van de Commissie (4) moet de lijst met elementaire posten met betrekking tot de bruto-investeringen in vaste activa worden aangepast. |
(6) |
In navolging van de introductie van de verbeterde methodologie voor de berekening van de koopkrachtpariteiten moeten de elementaire posten in bijlage II worden aangepast. |
(7) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 dient derhalve te worden gewijzigd. |
(8) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor het Europees statistisch systeem, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 336 van 20.12.2007, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad van 23.10.1995 inzake geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (PB L 257 van 27.10.1995, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie („ESR 2010”) (PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1).
(4) Verordening (EU) nr. 1209/2014 van de Commissie van 29 oktober 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 451/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een nieuwe statistische classificatie van producten gekoppeld aan activiteiten (CPA) en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3696/93 van de Raad (PB L 336 van 22.11.2014, blz. 1).
BIJLAGE
Elementaire posten zoals gedefinieerd in artikel 3, onder e)
BH-nummer |
Omschrijving |
COICOP (1) |
COPNI (2) |
COFOG (2) |
CPA 2008 (3) |
INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN HUISHOUDENS |
|||||
Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken |
|||||
Voedingsmiddelen |
|||||
Brood en granen |
|||||
1 |
Rijst |
01.1.1.1 |
|
|
|
2 |
Bloem en andere granen |
01.1.1.2 |
|
|
|
3 |
Brood |
01.1.1.3 |
|
|
|
4 |
Andere bakkerijproducten |
01.1.1.4 |
|
|
|
5 |
Pizza en quiche |
01.1.1.5 |
|
|
|
6 |
Pastaproducten en couscous |
01.1.1.6 |
|
|
|
7 |
Ontbijtgranen |
01.1.1.7 |
|
|
|
8 |
Overige graanproducten |
01.1.1.8 |
|
|
|
Vlees |
|||||
9 |
Rund- en kalfsvlees |
01.1.2.1 |
|
|
|
10 |
Varkensvlees |
01.1.2.2 |
|
|
|
11 |
Lams- en geitenvlees |
01.1.2.3 |
|
|
|
12 |
Pluimveevlees |
01.1.2.4 |
|
|
|
13 |
Overig vlees |
01.1.2.5 |
|
|
|
14 |
Eetbaar slachtafval |
01.1.2.6 |
|
|
|
15 |
Gedroogd, gezouten of gerookt vlees |
01.1.2.7 |
|
|
|
16 |
Overige vleesbereidingen |
01.1.2.8 |
|
|
|
Vis en schaal- en schelpdieren |
|||||
17 |
Verse of gekoelde vis |
01.1.3.1 |
|
|
|
18 |
Diepvriesvis |
01.1.3.2 |
|
|
|
19 |
Verse of gekoelde schaal- en schelpdieren |
01.1.3.3 |
|
|
|
20 |
Diepvriesschaal- en schelpdieren |
01.1.3.4 |
|
|
|
21 |
Gedroogde, gezouten of gerookte vis en schaal- en schelpdieren |
01.1.3.5 |
|
|
|
22 |
Overige bereidingen en conserven van vis en schaal-en schelpdieren |
01.1.3.6 |
|
|
|
Melk, kaas en eieren |
|||||
23 |
Verse volle melk |
01.1.4.1 |
|
|
|
24 |
Verse halfvolle en magere melk |
01.1.4.2 |
|
|
|
25 |
Houdbare melk |
01.1.4.3 |
|
|
|
26 |
Yoghurt |
01.1.4.4 |
|
|
|
27 |
Kaas en kwark |
01.1.4.5 |
|
|
|
28 |
Overige zuivelproducten |
01.1.4.6 |
|
|
|
29 |
Eieren |
01.1.4.7 |
|
|
|
Oliën en vetten |
|||||
30 |
Boter |
01.1.5.1 |
|
|
|
31 |
Margarine en andere plantaardige vetten |
01.1.5.2 |
|
|
|
32 |
Olijfolie |
01.1.5.3 |
|
|
|
33 |
Overige eetbare olie |
01.1.5.4 |
|
|
|
34 |
Overige eetbare dierlijke vetten |
01.1.5.5 |
|
|
|
Fruit |
|||||
35 |
Vers of gekoeld fruit |
01.1.6.1 |
|
|
|
36 |
Diepvriesfruit |
01.1.6.2 |
|
|
|
37 |
Gedroogd fruit en noten |
01.1.6.3 |
|
|
|
38 |
Conserven van fruit en producten op basis van fruit |
01.1.6.4 |
|
|
|
Groenten |
|||||
39 |
Verse of gekoelde groenten behalve aardappelen en andere knollen |
01.1.7.1 |
|
|
|
40 |
Diepvriesgroenten behalve aardappelen en andere knollen |
01.1.7.2 |
|
|
|
41 |
Gedroogde groenten, andere bereidingen en conserven van groenten |
01.1.7.3 |
|
|
|
42 |
Aardappelen |
01.1.7.4 |
|
|
|
43 |
Chips |
01.1.7.5 |
|
|
|
44 |
Overige knolgewassen en producten van knolgewassen |
01.1.7.6 |
|
|
|
Suiker, jam, honing, chocolade en snoepgoed |
|||||
45 |
Suiker |
01.1.8.1 |
|
|
|
46 |
Jam, marmelade en honing |
01.1.8.2 |
|
|
|
47 |
Chocolade |
01.1.8.3 |
|
|
|
48 |
Snoepgoed |
01.1.8.4 |
|
|
|
49 |
Consumptie-ijs en roomijs |
01.1.8.5 |
|
|
|
50 |
Kunstmatige zoetstoffen |
01.1.8.6 |
|
|
|
Voedingsmiddelen n.e.g. |
|||||
51 |
Sauzen, samengestelde kruiderijen |
01.1.9.1 |
|
|
|
52 |
Zout, specerijen en keukenkruiden |
01.1.9.2 |
|
|
|
53 |
Babyvoeding |
01.1.9.3 |
|
|
|
54 |
Kant-en-klaarmaaltijden |
01.1.9.4 |
|
|
|
55 |
Overige voedingsmiddelen n.e.g. |
01.1.9.9 |
|
|
|
Alcoholvrije dranken |
|||||
Koffie, thee en cacao |
|||||
56 |
Koffie |
01.2.1.1 |
|
|
|
57 |
Thee |
01.2.1.2 |
|
|
|
58 |
Cacaopoeder en chocolade in poedervorm |
01.2.1.3 |
|
|
|
Mineraalwater, frisdranken, vruchten- en groentesappen |
|||||
59 |
Mineraalwater of bronwater |
01.2.2.1 |
|
|
|
60 |
Frisdranken |
01.2.2.2 |
|
|
|
61 |
Vruchten- en groentesappen |
01.2.2.3 |
|
|
|
Alcoholhoudende dranken, tabak en verdovende middelen |
|||||
Alcoholhoudende dranken |
|||||
Gedistilleerde dranken |
|||||
62 |
Gedistilleerde dranken |
02.1.1.0 |
|
|
|
Wijn |
|||||
63 |
Wijn |
02.1.2.0 |
|
|
|
Bier |
|||||
64 |
Bier |
02.1.3.0 |
|
|
|
Tabak |
|||||
Tabak |
|||||
65 |
Tabak |
02.2.0.0 |
|
|
|
Verdovende middelen |
|||||
Verdovende middelen |
|||||
66 |
Verdovende middelen |
02.3.0.0 |
|
|
|
Kleding en schoenen |
|||||
Kleding |
|||||
Kledingstoffen |
|||||
67 |
Kledingstoffen |
03.1.1.0 |
|
|
|
Kleding |
|||||
68 |
Herenkleding |
03.1.2.1 |
|
|
|
69 |
Dameskleding |
03.1.2.2 |
|
|
|
70 |
Baby- en kinderkleding |
03.1.2.3 |
|
|
|
Overige kledingartikelen en toebehoren |
|||||
71 |
Overige kledingartikelen en toebehoren |
03.1.3.0 |
|
|
|
Wasserijen en stomerijen, reparatie en verhuur van kleding |
|||||
72 |
Wasserijen en stomerijen, reparatie en verhuur van kleding |
03.1.4.0 |
|
|
|
Schoenen |
|||||
Schoenen |
|||||
73 |
Herenschoenen |
03.2.1.1 |
|
|
|
74 |
Damesschoenen |
03.2.1.2 |
|
|
|
75 |
Kinderschoenen |
03.2.1.3 |
|
|
|
Reparatie en verhuur van schoenen |
|||||
76 |
Reparatie en verhuur van schoenen |
03.2.2.0 |
|
|
|
Huisvesting, water, elektriciteit, gas en andere brandstoffen |
|||||
Werkelijke woninghuur |
|||||
Werkelijke woninghuur |
|||||
77 |
Werkelijke woninghuur |
04.1.0.0 |
|
|
|
Huurwaarde van een woning |
|||||
Huurwaarde van een woning |
|||||
78 |
Huurwaarde van een woning |
04.2.0.0 |
|
|
|
Onderhoud en reparatie van de woning |
|||||
Materiaal voor onderhoud en reparatie van de woning |
|||||
79 |
Materiaal voor onderhoud en reparatie van de woning |
04.3.1.0 |
|
|
|
Diensten voor onderhoud en reparatie van de woning |
|||||
80 |
Diensten voor onderhoud en reparatie van de woning |
04.3.2.0 |
|
|
|
Watervoorziening en diverse diensten in verband met de woning |
|||||
Watervoorziening |
|||||
81 |
Watervoorziening |
04.4.1.0 |
|
|
|
Ophalen van huisvuil |
|||||
82 |
Ophalen van huisvuil |
04.4.2.0 |
|
|
|
Riolering |
|||||
83 |
Riolering |
04.4.3.0 |
|
|
|
Overige diensten in verband met de woning n.e.g. |
|||||
84 |
Overige diensten in verband met de woning n.e.g. |
04.4.4.0 |
|
|
|
Elektriciteit, gas en andere brandstoffen |
|||||
Elektriciteit |
|||||
85 |
Elektriciteit |
04.5.1.0 |
|
|
|
Gas |
|||||
86 |
Aardgas en stadsgas |
04.5.2.1 |
|
|
|
87 |
Vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen (butaan, propaan enz.) |
04.5.2.2 |
|
|
|
Vloeibare brandstoffen |
|||||
88 |
Vloeibare brandstoffen |
04.5.3.0 |
|
|
|
Vaste brandstoffen |
|||||
89 |
Vaste brandstoffen |
04.5.4.0 |
|
|
|
Warmte-energie |
|||||
90 |
Warmte-energie |
04.5.5.0 |
|
|
|
Stoffering, huishoudelijke apparaten en dagelijks onderhoud van de woning |
|||||
Meubelen en stoffering, vloerbedekking |
|||||
Meubelen en stoffering |
|||||
91 |
Meubelen voor het huis |
05.1.1.1 |
|
|
|
92 |
Tuinmeubelen |
05.1.1.2 |
|
|
|
93 |
Verlichtingsapparatuur |
05.1.1.3 |
|
|
|
94 |
Overige meubelen en stoffering |
05.1.1.9 |
|
|
|
Vloerbedekking |
|||||
95 |
Vloerbedekking |
05.1.2.0 |
|
|
|
Reparatie van meubelen, stoffering en vloerbedekking |
|||||
96 |
Reparatie van meubelen, stoffering en vloerbedekking |
05.1.3.0 |
|
|
|
Huishoudtextiel |
|||||
Huishoudtextiel |
|||||
97 |
Meubelstoffen en gordijnen |
05.2.0.1 |
|
|
|
98 |
Beddengoed |
05.2.0.2 |
|
|
|
99 |
Tafel- en toiletlinnen |
05.2.0.3 |
|
|
|
100 |
Reparatie van huishoudtextiel |
05.2.0.4 |
|
|
|
101 |
Overig huishoudtextiel |
05.2.0.9 |
|
|
|
Huishoudelijke apparaten |
|||||
Grote huishoudelijke apparaten, al dan niet elektrisch |
|||||
102 |
Koel- en vrieskasten |
05.3.1.1 |
|
|
|
103 |
(Af)wasmachines en wasdrogers |
05.3.1.2 |
|
|
|
104 |
Fornuizen, ovens, magnetrons en dergelijke |
05.3.1.3 |
|
|
|
105 |
Verwarming, airconditioners |
05.3.1.4 |
|
|
|
106 |
Schoonmaakapparaten |
05.3.1.5 |
|
|
|
107 |
Overige grote huishoudelijke apparaten |
05.3.1.9 |
|
|
|
Kleine elektrische huishoudelijke apparaten |
|||||
108 |
Kleine elektrische huishoudelijke apparaten |
05.3.2.0 |
|
|
|
Reparatie van huishoudelijke apparaten |
|||||
109 |
Reparatie van huishoudelijke apparaten |
05.3.3.0 |
|
|
|
Glas, servies en huishoudelijke artikelen |
|||||
Glas, servies en huishoudelijke artikelen |
|||||
110 |
Glaswerk, kristal en aardewerk of porselein |
05.4.0.1 |
|
|
|
111 |
Messen, bestek en zilverwerk |
05.4.0.2 |
|
|
|
112 |
Niet-elektrische keukenartikelen |
05.4.0.3 |
|
|
|
113 |
Reparatie van glas, servies en huishoudelijke artikelen |
05.4.0.4 |
|
|
|
Gereedschappen en werktuigen voor huis en tuin |
|||||
Grote gereedschappen en werktuigen |
|||||
114 |
Grote gereedschappen en werktuigen |
05.5.1.0 |
|
|
|
Kleine gereedschappen en toebehoren |
|||||
115 |
Kleine gereedschappen en toebehoren |
05.5.2.0 |
|
|
|
Goederen en diensten voor het dagelijks onderhoud van de woning |
|||||
Niet-duurzame huishoudproducten |
|||||
116 |
Schoonmaak- en onderhoudsproducten |
05.6.1.1 |
|
|
|
117 |
Overige niet-duurzame kleine huishoudproducten |
05.6.1.2 |
|
|
|
Diensten ten behoeve van het huishouden |
|||||
118 |
Huishoudelijke diensten van betaald personeel |
05.6.2.1 |
|
|
|
119 |
Reinigingsdiensten |
05.6.2.2 |
|
|
|
120 |
Huur van meubelen en stoffering |
05.6.2.3 |
|
|
|
121 |
Overige diensten ten behoeve van het huishouden |
05.6.2.9 |
|
|
|
Gezondheid — HH |
|||||
Medische producten, apparaten en toestellen |
|||||
Farmaceutische producten |
|||||
122 |
Farmaceutische producten |
06.1.1.0 |
|
|
|
Overige medische producten |
|||||
123 |
Overige medische producten |
06.1.2.0 |
|
|
|
Therapeutische apparaten en toestellen |
|||||
124 |
Therapeutische apparaten en toestellen |
06.1.3.0 |
|
|
|
Extramurale gezondheidszorg |
|||||
Diensten van artsen |
|||||
125 |
Diensten van artsen |
06.2.1.0 |
|
|
|
Diensten van tandartsen |
|||||
126 |
Diensten van tandartsen |
06.2.2.0 |
|
|
|
Diensten van paramedici |
|||||
127 |
Diensten van paramedici |
06.2.3.0 |
|
|
|
Diensten van ziekenhuizen |
|||||
Diensten van ziekenhuizen |
|||||
128 |
Algemene ziekenhuizen |
06.3.0.1 |
|
|
|
129 |
Ziekenhuizen voor geestelijke gezondheidszorg en ontwenningsklinieken |
06.3.0.2 |
|
|
|
130 |
Gespecialiseerde ziekenhuizen |
06.3.0.3 |
|
|
|
131 |
Verplegings- en residentiële verzorgingstehuizen |
06.3.0.4 |
|
|
|
Vervoer |
|||||
Aankoop van voertuigen |
|||||
Auto's |
|||||
132 |
Nieuwe auto's |
07.1.1.1 |
|
|
|
133 |
Tweedehands auto's |
07.1.1.2 |
|
|
|
Motorfietsen |
|||||
134 |
Motorfietsen |
07.1.2.0 |
|
|
|
Fietsen |
|||||
135 |
Fietsen |
07.1.3.0 |
|
|
|
Door dieren getrokken voertuigen |
|||||
136 |
Door dieren getrokken voertuigen |
07.1.4.0 |
|
|
|
Gebruik van privé-voertuigen |
|||||
Onderdelen en accessoires van privé-voertuigen |
|||||
137 |
Banden |
07.2.1.1 |
|
|
|
138 |
Onderdelen van privé-voertuigen |
07.2.1.2 |
|
|
|
139 |
Accessoires voor privé-voertuigen |
07.2.1.3 |
|
|
|
Brandstoffen en smeermiddelen voor privé-voertuigen |
|||||
140 |
Diesel |
07.2.2.1 |
|
|
|
141 |
Benzine |
07.2.2.2 |
|
|
|
142 |
Overige brandstoffen voor privé-voertuigen |
07.2.2.3 |
|
|
|
143 |
Smeermiddelen |
07.2.2.4 |
|
|
|
Onderhoud en reparatie van privé-voertuigen |
|||||
144 |
Onderhoud en reparatie van privé-voertuigen |
07.2.3.0 |
|
|
|
Overige diensten in verband met privé-voertuigen |
|||||
145 |
Overige diensten in verband met privé-voertuigen |
07.2.4.0 |
|
|
|
Vervoersdiensten |
|||||
Personenvervoer per spoor |
|||||
146 |
Personenvervoer per spoor |
07.3.1.1 |
|
|
|
147 |
Personenvervoer per tram of metro |
07.3.1.2 |
|
|
|
Personenvervoer over de weg |
|||||
148 |
Personenvervoer per bus |
07.3.2.1 |
|
|
|
149 |
Personenvervoer per taxi of huurauto met chauffeur |
07.3.2.2 |
|
|
|
Personenvervoer door de lucht |
|||||
150 |
Personenvervoer door de lucht |
07.3.3.0 |
|
|
|
Personenvervoer over zee of over binnenwateren |
|||||
151 |
Personenvervoer over zee of over binnenwateren |
07.3.4.0 |
|
|
|
Gecombineerd personenvervoer |
|||||
152 |
Gecombineerd personenvervoer |
07.3.5.0 |
|
|
|
Overige aankopen van vervoersdiensten |
|||||
153 |
Overige aankopen van vervoersdiensten |
07.3.6.0 |
|
|
|
Communicatie |
|||||
Post- en pakketdiensten |
|||||
Post- en pakketdiensten |
|||||
154 |
Post- en pakketdiensten |
08.1.0.0 |
|
|
|
Telefoon- en faxtoestellen |
|||||
Telefoon- en faxtoestellen |
|||||
155 |
Telefoon- en faxtoestellen |
08.2.0.0 |
|
|
|
Telefoon- en faxdiensten |
|||||
Telefoon- en faxdiensten |
|||||
156 |
Vaste telefoondiensten |
08.3.0.1 |
|
|
|
157 |
Mobiele telefoondiensten |
08.3.0.2 |
|
|
|
158 |
Verlenen van toegang tot internet |
08.3.0.3 |
|
|
|
159 |
Gebundelde telecommunicatiediensten |
08.3.0.4 |
|
|
|
160 |
Overige diensten voor de transmissie van informatie |
08.3.0.5 |
|
|
|
Recreatie en cultuur — HH |
|||||
Audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur |
|||||
Audio- en video-opname- en -weergaveapparatuur |
|||||
161 |
Audio-opname- en -weergaveapparatuur |
09.1.1.1 |
|
|
|
162 |
Audio- en video-opname- en -weergaveapparatuur |
09.1.1.2 |
|
|
|
163 |
Draagbare beeld- en geluidapparatuur |
09.1.1.3 |
|
|
|
164 |
Overige apparatuur voor de opname en weergave van audio en video |
09.1.1.9 |
|
|
|
Foto- en filmapparatuur en optische instrumenten |
|||||
165 |
Foto- en filmapparatuur en optische instrumenten |
09.1.2.0 |
|
|
|
Gegevensverwerkende apparatuur |
|||||
166 |
Personal computers |
09.1.3.1 |
|
|
|
167 |
Accessoires voor gegevensverwerkende apparatuur |
09.1.3.2 |
|
|
|
168 |
Software |
09.1.3.3 |
|
|
|
169 |
Rekenmachines en andere gegevensverwerkende apparatuur |
09.1.3.4 |
|
|
|
(On)bespeelde beeld- en geluidsdragers |
|||||
170 |
Voorbespeelde dragers van beeld of geluid |
09.1.4.1 |
|
|
|
171 |
Onbespeelde dragers van beeld of geluid |
09.1.4.2 |
|
|
|
172 |
Overige beeld- en geluidsdragers |
09.1.4.9 |
|
|
|
Reparatie van audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur |
|||||
173 |
Reparatie van audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur |
09.1.5.0 |
|
|
|
Overige grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur |
|||||
Grote duurzame goederen voor recreatie buitenshuis |
|||||
174 |
Grote duurzame goederen voor recreatie buitenshuis |
09.2.1.0 |
|
|
|
Muziekinstrumenten en grote duurzame goederen voor recreatie binnenshuis |
|||||
175 |
Muziekinstrumenten en grote duurzame goederen voor recreatie binnenshuis |
09.2.2.0 |
|
|
|
Onderhoud en reparatie van andere grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur |
|||||
176 |
Onderhoud en reparatie van andere grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur |
09.2.3.0 |
|
|
|
Overige artikelen en overig materieel voor recreatie, tuinen en huisdieren |
|||||
Spellen, speelgoed en hobby's |
|||||
177 |
Spellen en hobby's |
09.3.1.1 |
|
|
|
178 |
Speelgoed en feestartikelen |
09.3.1.2 |
|
|
|
Sport- en kampeerartikelen en artikelen voor recreatie in de open lucht |
|||||
179 |
Sport- en kampeerartikelen en artikelen voor recreatie in de open lucht |
09.3.2.0 |
|
|
|
Tuinen, planten en bloemen |
|||||
180 |
Tuinproducten |
09.3.3.1 |
|
|
|
181 |
Planten en bloemen |
09.3.3.2 |
|
|
|
Huisdieren en producten voor huisdieren |
|||||
182 |
Huisdieren en producten voor huisdieren |
09.3.4.0 |
|
|
|
Diensten van dierenartsen en andere diensten in verband met huisdieren |
|||||
183 |
Diensten van dierenartsen en andere diensten in verband met huisdieren |
09.3.5.0 |
|
|
|
Diensten op het gebied van recreatie en cultuur |
|||||
Diensten op het gebied van recreatie en sport |
|||||
184 |
Diensten op het gebied van recreatie en sport |
09.4.1.0 |
|
|
|
Diensten op het gebied van cultuur |
|||||
185 |
Bioscopen, theaters en concerten |
09.4.2.1 |
|
|
|
186 |
Musea, bibliotheken, dierentuinen |
09.4.2.2 |
|
|
|
187 |
Kijk- en luistergelden en televisieabonnementen |
09.4.2.3 |
|
|
|
188 |
Huur van materiaal en toebehoren voor cultuur |
09.4.2.4 |
|
|
|
189 |
Diensten op het gebied van fotografie |
09.4.2.5 |
|
|
|
190 |
Overige diensten op het gebied van cultuur |
09.4.2.9 |
|
|
|
Kansspelen |
|||||
191 |
Kansspelen |
09.4.3.0 |
|
|
|
Kranten, boeken en schrijfwaren |
|||||
Boeken |
|||||
192 |
Boeken |
09.5.1.0 |
|
|
|
Kranten en tijdschriften |
|||||
193 |
Kranten |
09.5.2.1 |
|
|
|
194 |
Tijdschriften |
09.5.2.2 |
|
|
|
Divers drukwerk |
|||||
195 |
Divers drukwerk |
09.5.3.0 |
|
|
|
Schrijfwaren en tekenartikelen |
|||||
196 |
Schrijfwaren en tekenartikelen |
09.5.4.0 |
|
|
|
Pakketreizen |
|||||
Pakketreizen |
|||||
197 |
Pakketreizen |
09.6.0.0 |
|
|
|
Onderwijs — HH |
|||||
Onderwijs — HH |
|||||
Onderwijs — HH |
|||||
198 |
Onderwijs — HH |
10.0.0.0 |
|
|
|
Restaurants en hotels |
|||||
Catering |
|||||
Restaurants, cafés en dergelijke |
|||||
199 |
Restaurants, cafés en dancings |
11.1.1.1 |
|
|
|
200 |
Fastfood en afhaalmaaltijden |
11.1.1.2 |
|
|
|
Kantines |
|||||
201 |
Kantines |
11.1.2.0 |
|
|
|
Accommodatie |
|||||
Accommodatie |
|||||
202 |
Hotels, motels, herbergen en dergelijke |
11.2.0.1 |
|
|
|
203 |
Vakantiecentra, kampeerterreinen, jeugdherbergen en dergelijke |
11.2.0.2 |
|
|
|
204 |
Diensten op het gebied van accommodatie van andere instellingen |
11.2.0.3 |
|
|
|
Diverse goederen en diensten |
|||||
Persoonlijke verzorging |
|||||
Kapsalons en schoonheidsinstituten |
|||||
205 |
Heren- en kinderkappers |
12.1.1.1 |
|
|
|
206 |
Dameskappers |
12.1.1.2 |
|
|
|
207 |
Schoonheidsbehandelingen |
12.1.1.3 |
|
|
|
Elektrische apparaten voor lichaamsverzorging |
|||||
208 |
Elektrische apparaten voor lichaamsverzorging |
12.1.2.0 |
|
|
|
Overige apparaten, artikelen en producten voor lichaamsverzorging |
|||||
209 |
Niet-elektrische apparaten |
12.1.3.1 |
|
|
|
210 |
Artikelen voor persoonlijke hygiëne en wellness, esoterische en schoonheidsproducten |
12.1.3.2 |
|
|
|
Prostitutie |
|||||
Prostitutie |
|||||
211 |
Prostitutie |
12.2.0.0 |
|
|
|
Artikelen voor persoonlijk gebruik n.e.g. |
|||||
Sieraden, klokken en horloges |
|||||
212 |
Sieraden |
12.3.1.1 |
|
|
|
213 |
Klokken en horloges |
12.3.1.2 |
|
|
|
214 |
Reparatie van sieraden, klokken en horloges |
12.3.1.3 |
|
|
|
Overige artikelen voor persoonlijk gebruik |
|||||
215 |
Overige artikelen voor persoonlijk gebruik |
12.3.2.0 |
|
|
|
Sociale bescherming |
|||||
Sociale bescherming |
|||||
216 |
Sociale bescherming |
12.4.0.0 |
|
|
|
Verzekeringen |
|||||
Levensverzekeringen |
|||||
217 |
Levensverzekeringen |
12.5.1.0 |
|
|
|
Verzekeringen in verband met de woning |
|||||
218 |
Verzekeringen in verband met de woning |
12.5.2.0 |
|
|
|
Verzekeringen in verband met gezondheid |
|||||
219 |
Verzekeringen in verband met gezondheid |
12.5.3.0 |
|
|
|
Verzekeringen in verband met vervoer |
|||||
220 |
Verzekeringen in verband met vervoer |
12.5.4.0 |
|
|
|
Overige verzekeringen |
|||||
221 |
Overige verzekeringen |
12.5.5.0 |
|
|
|
Financiële diensten n.e.g. |
|||||
Indirect gemeten diensten van financiële intermediairs |
|||||
222 |
Indirect gemeten diensten van financiële intermediairs |
12.6.1.0 |
|
|
|
Overige financiële diensten n.e.g. |
|||||
223 |
Overige financiële diensten n.e.g. |
12.6.2.0 |
|
|
|
Overige diensten n.e.g. |
|||||
Overige diensten n.e.g. |
|||||
224 |
Overige diensten n.e.g. |
12.7.0.0 |
|
|
|
Netto aankopen in het buitenland |
|||||
Netto aankopen in het buitenland |
|||||
Netto aankopen in het buitenland |
|||||
225 |
Netto aankopen in het buitenland |
|
|
|
|
INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN IZW'S |
|||||
Huisvesting — izw |
|||||
Huisvesting — izw |
|||||
Huisvesting — izw |
|||||
226 |
Huisvesting — izw |
|
01 |
|
|
Gezondheid — izw |
|||||
Gezondheid — izw |
|||||
Gezondheid — izw |
|||||
227 |
Gezondheid — izw |
|
02 |
|
|
Recreatie en cultuur — izw |
|||||
Recreatie en cultuur — izw |
|||||
Recreatie en cultuur — izw |
|||||
228 |
Recreatie en cultuur — izw |
|
03 |
|
|
Onderwijs — izw |
|||||
Onderwijs — izw |
|||||
Onderwijs — izw |
|||||
229 |
Onderwijs — izw |
|
04 |
|
|
Sociale bescherming — izw |
|||||
Sociale bescherming — izw |
|||||
Sociale bescherming — izw |
|||||
230 |
Sociale bescherming — izw |
|
05 |
|
|
Overige diensten — izw |
|||||
Overige diensten — izw |
|||||
Overige diensten — izw |
|||||
231 |
Overige diensten — izw |
|
06 tot en met 09 |
|
|
INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN DE OVERHEID |
|||||
Huisvesting — GG |
|||||
Huisvesting — GG |
|||||
Huisvesting — GG |
|||||
232 |
Huisvesting — GG |
|
|
10.6.0 |
|
Gezondheid — GG |
|||||
Gezondheid — GG |
|||||
Gezondheid — GG |
|||||
233 |
Gezondheid — GG |
|
|
07 |
|
Recreatie en cultuur — GG |
|||||
Recreatie en cultuur — GG |
|||||
Recreatie en cultuur — GG |
|||||
234 |
Recreatie en cultuur — GG |
|
|
08 |
|
Onderwijs — GG |
|||||
Onderwijs — GG |
|||||
Onderwijs — GG |
|||||
235 |
Onderwijs — GG |
|
|
09 |
|
Sociale bescherming — GG |
|||||
Sociale bescherming — GG |
|||||
Sociale bescherming — GG |
|||||
236 |
Sociale bescherming — GG |
|
|
10, met uitzondering van 10.6 |
|
COLLECTIEVE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN DE OVERHEID |
|||||
Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid |
|||||
Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid |
|||||
Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid |
|||||
237 |
Beloning van werknemers (collectieve diensten) |
|
|
|
|
238 |
Intermediair verbruik |
|
|
|
|
239 |
Bruto-exploitatieoverschot |
|
|
|
|
240 |
Netto belastingen op productie |
|
|
|
|
241 |
Opbrengst van de verkoop |
|
|
|
|
BRUTO-INVESTERINGEN |
|||||
Bruto-investeringen in vaste activa |
|||||
Machines, apparaten en werktuigen |
|||||
Producten van metaal en apparaten |
|||||
242 |
Werken van metaal, andere dan machines en apparaten [CPA 25, met uitzondering van 25.4] |
|
|
|
25, met uitzondering van 25.4 |
243 |
Informatie- en communicatieapparatuur (CPA 26.1, 26.2 en 26.3) |
|
|
|
26.1 tot en met 26.3 |
244 |
Overige elektrische en optische apparaten en instrumenten [CPA 26.4 tot en met 26.8] |
|
|
|
26.4 tot en met 26.8 |
245 |
Elektrische apparatuur (CPA 27) |
|
|
|
27 |
246 |
Machines en apparaten voor algemeen gebruik (CPA 28.1 tot en met 28.2) |
|
|
|
28.1 en 28.2 |
247 |
Machines, apparaten en werktuigen voor specifiek gebruik (CPA 28.3 tot en met 28.9) |
|
|
|
28.3 tot en met 28.9 |
Transportmiddelen |
|||||
248 |
Auto's, aanhangwagens en opleggers (CPA 29) |
|
|
|
29 |
249 |
Overige transportmiddelen (CPA 30) |
|
|
|
30 |
Bouwnijverheid |
|||||
Woningen |
|||||
250 |
Woningen (CPA 41) |
|
|
|
41 |
Niet voor bewoning bestemde gebouwen |
|||||
251 |
Niet voor bewoning bestemde gebouwen (CPA 41) |
|
|
|
41 |
Civieltechnische werken |
|||||
252 |
Civieltechnische werken (CPA 42) |
|
|
|
42 |
Overige producten |
|||||
Overige producten |
|||||
253 |
Meubelen en andere industrieproducten (CPA 31 en 32) |
|
|
|
31 en 32 |
254 |
Computerprogrammatuur (CPA 58.2 en 62.01) |
|
|
|
58.2 en 62.01 |
255 |
Overige producten n.e.g. |
|
|
|
rest |
Veranderingen in voorraden |
|||||
Veranderingen in voorraden |
|||||
Veranderingen in voorraden |
|||||
256 |
Veranderingen in voorraden |
|
|
|
|
Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden |
|||||
Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden |
|||||
Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden |
|||||
257 |
Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden |
|
|
|
|
SALDO UIT- EN INVOER |
|||||
Saldo uit- en invoer |
|||||
Saldo uit- en invoer |
|||||
Saldo uit- en invoer |
|||||
258 |
Saldo uit- en invoer |
|
|
|
|
(1) Verdere uitsplitsing van COICOP zoals gedefinieerd in hoofdstuk 23 van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 549/2013.
(2) Zoals gedefinieerd in hoofdstuk 23 van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 549/2013.
(3) Zoals gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 1209/2014.
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/28 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1164 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose tot het einde van het verkoopseizoen 2015/2016
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 139, lid 2, en artikel 144, eerste alinea, onder g),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op grond van artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 mag suiker of isoglucose die boven het in artikel 136 van die verordening bedoelde quotum wordt geproduceerd, slechts worden uitgevoerd binnen de door de Commissie vast te stellen kwantitatieve grens. |
(2) |
Bij Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie (2) zijn uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor uitvoer buiten het quotum, met name ten aanzien van de afgifte van uitvoercertificaten. In het licht van mogelijke kansen op de exportmarkten dient de kwantitatieve grens echter per verkoopseizoen te worden bepaald. |
(3) |
Bepaalde suiker- en isoglucoseproducenten in de Unie hebben uitvoer uit de Unie uitgebouwd tot een belangrijk onderdeel van hun economische activiteiten en hebben buiten de Unie traditionele markten tot stand gebracht. Uitvoer van suiker en isoglucose naar deze markten kan ook zonder uitvoerrestituties economisch levensvatbaar zijn. Daarom dient een kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose te worden vastgesteld, zodat de betrokken EU-producenten hun traditionele markten kunnen blijven bevoorraden. |
(4) |
Voor het verkoopseizoen 2015/2016 wordt geraamd dat de marktvraag wordt gedekt wanneer de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker initieel wordt vastgesteld op 650 000 ton, uitgedrukt in wittesuikerequivalent, en wanneer die voor buiten het quotum geproduceerde isoglucose initieel wordt vastgesteld op 70 000 ton, uitgedrukt in droge stof. |
(5) |
De concurrentiepositie van suiker die uit de Unie wordt uitgevoerd naar bepaalde dichtbijgelegen bestemmingen en naar derde landen die Unieproducten een preferentiële behandeling bij invoer geven, is momenteel bijzonder gunstig. Vanwege het ontbreken van de juiste instrumenten voor de verlening van wederzijdse bijstand bij de bestrijding van onregelmatigheden moeten bepaalde dichtbijgelegen bestemmingen worden uitgesloten als in aanmerking komende bestemming voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker, teneinde het risico van fraude tot een minimum te beperken en misbruik in verband met eventuele wederinvoer of het opnieuw binnenbrengen in de Unie van de betrokken producten te voorkomen. |
(6) |
Aangezien het geschatte risico van fraude met isoglucose vanwege de aard van het product lager is, hoeven geen beperkingen te worden ingesteld voor bestemmingen waarnaar buiten het quotum geproduceerde isoglucose wordt uitgevoerd. |
(7) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker
1. Voor het verkoopseizoen 2015/2016 bedraagt de in artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EG) nr. 1308/2013 bedoelde kwantitatieve grens 650 000 ton voor de uitvoer zonder restitutie van buiten het quotum geproduceerde witte suiker van GN-code 1701 99.
2. Uitvoer binnen de in lid 1 vastgestelde kwantitatieve grens is toegestaan voor alle bestemmingen, met uitsluiting van:
a) |
derde landen: Albanië, Andorra, Bosnië en Herzegovina, de Heilige Stoel (Vaticaanstad), de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (3), Liechtenstein, Montenegro, San Marino en Servië; |
b) |
gebieden van de lidstaten die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Unie: de Faeröer, Groenland, Helgoland, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia, en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent; |
c) |
Europese grondgebieden waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd en die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Unie: Gibraltar. |
Artikel 2
Vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde isoglucose
1. Voor het verkoopseizoen 2015/2016 bedraagt de in artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EG) nr. 1308/2013 bedoelde kwantitatieve grens 70 000 ton, uitgedrukt in droge stof, voor de uitvoer zonder restitutie van buiten het quotum geproduceerde isoglucose van de GN-codes 1702 40 10, 1702 60 10 en 1702 90 30.
2. Uitvoer van de in lid 1 bedoelde producten is slechts toegestaan indien die producten aan de voorwaarden van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 951/2006 voldoen.
Artikel 3
Inwerkingtreding en toepassing
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 2015.
Zij vervalt op 30 september 2016.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie van 30 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker (PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24).
(3) Deze aanduiding laat de standpunten over de status onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/30 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1165 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 13, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 20 september 2012 heeft het Verenigd Koninkrijk overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van Dow AgroSciences Limited een aanvraag voor goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl ontvangen. Overeenkomstig artikel 9, lid 3, van die verordening heeft het Verenigd Koninkrijk, als rapporterende lidstaat, de Commissie op 2 november 2012 op de hoogte gebracht van de ontvankelijkheid van de aanvraag. |
(2) |
Op 20 december 2013 heeft de rapporterende lidstaat een ontwerpbeoordelingsverslag ingediend bij de Commissie, met kopie aan de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), waarin wordt beoordeeld of de werkzame stof naar verwachting beantwoordt aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. |
(3) |
De EFSA heeft zich aan artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 gehouden. Overeenkomstig artikel 12, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 heeft zij de aanvrager verzocht de lidstaten, de Commissie en de EFSA aanvullende informatie te verstrekken. De beoordeling van de aanvullende informatie door de rapporterende lidstaat is in oktober 2014 bij de EFSA ingediend in de vorm van een bijgewerkt ontwerpbeoordelingsverslag. |
(4) |
Op 21 november 2014 heeft de EFSA aan de aanvrager, de lidstaten en de Commissie haar conclusie meegedeeld waarin zij vermeldt of de werkzame stof halauxifen-methyl naar verwachting aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 (2) beantwoordt. De EFSA heeft haar conclusie ter beschikking gesteld van het publiek. |
(5) |
Op 20 maart 2015 heeft de Commissie het evaluatieverslag voor halauxifen-methyl en een ontwerpverordening betreffende de goedkeuring van halauxifen-methyl bij het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders ingediend. |
(6) |
De aanvrager heeft de mogelijkheid gekregen om opmerkingen op het evaluatieverslag in te dienen. |
(7) |
Voor één of meer representatieve gebruiksdoeleinden van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof bevat, en met name voor de gebruiksdoeleinden die zijn onderzocht en zijn opgenomen in het evaluatieverslag, is vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 is voldaan. Aan deze goedkeuringscriteria wordt dus geacht te zijn voldaan. Daarom moet halauxifen-methyl worden goedgekeurd. |
(8) |
Overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, in samenhang met artikel 6 daarvan, en in het licht van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis is het echter noodzakelijk bepaalde voorwaarden en beperkingen op te nemen. Er moet met name om verdere bevestigende informatie worden gevraagd. |
(9) |
Overeenkomstig artikel 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 moet de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (3) dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Goedkeuring van de werkzame stof
De in bijlage I gespecificeerde werkzame stof halauxifen-methyl wordt goedgekeurd onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden.
Artikel 2
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.
(2) EFSA Journal 2014;12(12):3913. Online beschikbaar op: www.efsa.europa.eu
(3) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).
BIJLAGE I
Benaming, identificatienummers |
IUPAC-benaming |
Zuiverheid (1) |
Datum van goedkeuring |
Geldigheidsduur |
Specifieke bepalingen |
||||||
Halauxifen-methyl CAS-nr.: 943831-98-9 CIPAC-nr.: 970.201 (halauxifen-methyl) 970 (halauxifen) |
methyl 4-amino-3-chloor-6-(4-chloor-2-fluor-3-methoxyfenyl)pyridine-2-carboxylaat |
≥ 930 g/kg |
5 augustus 2015 |
5 augustus 2025 |
Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over halauxifen-methyl, en met name met de aanhangsels I en II daarvan. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan:
De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De aanvrager moet bevestigende informatie indienen:
De aanvrager moet die informatie uiterlijk op 5 februari 2016 bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA indienen. |
(1) Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.
BIJLAGE II
In deel B van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt de volgende vermelding toegevoegd:
|
Benaming, identificatienummers |
IUPAC-benaming |
Zuiverheid (1) |
Datum van goedkeuring |
Geldigheidsduur |
Specifieke bepalingen |
||||||
„86 |
Halauxifen-methyl CAS-nr.: 943831-98-9 CIPAC-nr.: 970.201 (halauxifen-methyl) 970 (halauxifen) |
methyl 4-amino-3-chloor-6-(4-chloor-2-fluor-3-methoxyfenyl)pyridine-2-carboxylaat |
≥ 930 g/kg |
5 augustus 2015 |
5 augustus 2025 |
Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over halauxifen-methyl, en met name met de aanhangsels I en II daarvan. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan:
De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten. De aanvrager moet bevestigende informatie indienen:
De aanvrager moet die informatie uiterlijk op 5 februari 2016 bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA indienen.”. |
(1) Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/34 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1166 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 22, in samenhang met artikel 20, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat, zoals vermeld in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (2), vervalt op 31 december 2015. |
(2) |
Er is een aanvraag ingediend voor verlenging van de opneming van ijzerfosfaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (3); deze aanvraag was in overeenstemming met artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie (4) en werd binnen de in dat artikel vermelde termijn ingediend. |
(3) |
De aanvrager heeft de vereiste aanvullende dossiers overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 1141/2010 ingediend. De rapporterende lidstaat heeft vastgesteld dat de aanvraag als volledig kan worden beschouwd. |
(4) |
De rapporterende lidstaat heeft in overleg met de mederapporterende lidstaat een beoordelingsverslag over de verlenging opgesteld en dit op 30 april 2013 bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en de Commissie ingediend. |
(5) |
De EFSA heeft het beoordelingsverslag over de verlenging voor commentaar aan de aanvrager en de lidstaten toegezonden en de ontvangen opmerkingen naar de Commissie doorgestuurd. De EFSA heeft het aanvullende beknopte dossier tevens bekendgemaakt. |
(6) |
Op 17 december 2014 deelde de EFSA de Commissie haar conclusie (5) mee met betrekking tot de vraag of ijzerfosfaat naar verwachting voldoet aan de goedkeuringscriteria zoals vermeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. De Commissie heeft het ontwerpevaluatieverslag voor ijzerfosfaat op 20 maart 2015 aan het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders voorgelegd. |
(7) |
Met betrekking tot één of meer representatieve gebruiksdoeleinden van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof bevat, is vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 werd voldaan. Aan deze goedkeuringscriteria wordt dus geacht te zijn voldaan. |
(8) |
De Commissie is voorts van oordeel dat ijzerfosfaat een werkzame stof met een laag risico is in de zin van artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. IJzerfosfaat is geen tot bezorgdheid aanleiding gevende stof en voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in bijlage II, punt 5, van Verordening (EG) nr. 1107/2009. IJzerfosfaat bestaat uit verbindingen die alomtegenwoordig zijn in het milieu en die noodzakelijk zijn voor dierlijke en plantaardige functies. Bovendien is ijzerfosfaat een natuurlijk bestanddeel van de menselijke voeding. De extra blootstelling van mensen, dieren en het milieu door de krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 goedgekeurde gebruiksdoeleinden is waarschijnlijk verwaarloosbaar in vergelijking met de verwachte blootstelling in realistische natuurlijke omstandigheden. De risicobeoordeling voor de verlenging van de goedkeuring van ijzerfosfaat is gebaseerd op een beperkt aantal representatieve gebruiksdoeleinden die echter de gebruiksdoeleinden waarvoor gewasbeschermingsmiddelen met ijzerfosfaat kunnen worden toegelaten niet beperken. Daarom is het passend de beperking tot gebruik als slakkendodend middel niet te behouden. |
(9) |
Daarom moet de goedkeuring van ijzerfosfaat als werkzame stof met een laag risico worden verlengd. |
(10) |
Overeenkomstig artikel 20, lid 3, in samenhang met artikel 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, moet de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(11) |
Deze verordening moet van toepassing worden op de dag na de datum waarop de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat verloopt, als bedoeld in overweging 1. |
(12) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof
De goedkeuring van de in bijlage I gespecificeerde werkzame stof ijzerfosfaat wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden verlengd.
Artikel 2
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Inwerkingtreding en toepassingsdatum
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2016.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).
(3) Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).
(4) Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie van 7 december 2010 tot vaststelling van de procedure voor de verlenging van de opneming van een tweede groep werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot opstelling van de lijst van die stoffen (PB L 322 van 8.12.2010, blz. 10).
(5) EFSA Journal 2015; 13(1):3973. Online beschikbaar op: www.efsa.europa.eu
BIJLAGE I
Benaming, identificatienummers |
IUPAC-benaming |
Zuiverheid (1) |
Datum van goedkeuring |
Geldigheidsduur |
Specifieke bepalingen |
IJzerfosfaat CAS-nr.: 10045-86-0 CIPAC-nr.: 629 |
IJzerfosfaat |
IJzerfosfaat 703 g/kg overeenkomend met 260 g/kg ijzer en 144 g/kg fosfor |
1 januari 2016 |
31 december 2030 |
Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over ijzerfosfaat, en met name met de aanhangsels I en II daarvan. |
(1) Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.
BIJLAGE II
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In deel A wordt vermelding 22 inzake ijzerfosfaat geschrapt. |
2) |
In deel D wordt de volgende vermelding toegevoegd:
|
(1) Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/37 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1167 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Jerzy PLEWA
Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
MA |
197,2 |
MK |
43,4 |
|
ZZ |
120,3 |
|
0707 00 05 |
TR |
137,2 |
ZZ |
137,2 |
|
0709 93 10 |
TR |
116,7 |
ZZ |
116,7 |
|
0805 50 10 |
AR |
100,5 |
UY |
97,5 |
|
ZA |
142,5 |
|
ZZ |
113,5 |
|
0808 10 80 |
AR |
187,9 |
BR |
108,9 |
|
CL |
134,2 |
|
NZ |
158,9 |
|
US |
172,6 |
|
UY |
155,7 |
|
ZA |
130,0 |
|
ZZ |
149,7 |
|
0808 30 90 |
AR |
163,0 |
CL |
141,7 |
|
NZ |
307,3 |
|
ZA |
132,6 |
|
ZZ |
186,2 |
|
0809 10 00 |
TR |
250,9 |
ZZ |
250,9 |
|
0809 29 00 |
CA |
1 187,7 |
TR |
250,2 |
|
US |
493,3 |
|
ZZ |
643,7 |
|
0809 40 05 |
BA |
78,6 |
ZZ |
78,6 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
RICHTLIJNEN
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/39 |
UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2015/1168 VAN DE COMMISSIE
van 15 juli 2015
tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad, respectievelijk artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen (1), en met name artikel 7, lid 2, onder a) en b),
Gezien Richtlijn 2002/55/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (2), en met name artikel 7, lid 2, onder a) en b),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Richtlijnen 2003/90/EG (3) en 2003/91/EG (4) van de Commissie zijn vastgesteld om ervoor te zorgen dat de rassen die de lidstaten in hun nationale rassenlijsten opnemen, aan de richtsnoeren van het Communautair Bureau voor plantenrassen (CPVO) voldoen met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van de rassen zich ten minste moet uitstrekken en de minimumeisen voor dat onderzoek, voor zover deze richtsnoeren zijn vastgesteld. Voor andere rassen bepalen die richtlijnen dat de richtsnoeren van de Internationale Unie tot bescherming van kweekproducten (UPOV) van toepassing zijn. |
(2) |
Het CPVO heeft sindsdien nog meer richtsnoeren vastgesteld en bestaande richtsnoeren bijgewerkt. |
(3) |
De Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(4) |
De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I en II bij Richtlijn 2003/90/EG worden vervangen door de tekst in deel A van de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
De bijlagen bij Richtlijn 2003/91/EG worden vervangen door de tekst in deel B van de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 3
Voor onderzoeken die vóór 1 juli 2016 zijn begonnen, mogen de lidstaten de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG toepassen in de versie die vóór de wijziging bij deze richtlijn van toepassing was.
Artikel 4
De lidstaten dienen uiterlijk op 30 juni 2016 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.
Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 juli 2016.
Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
Artikel 5
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 6
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 193 van 20.7.2002, blz. 1.
(2) PB L 193 van 20.7.2002, blz. 33.
(3) Richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 7).
(4) Richtlijn 2003/91/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 11).
BIJLAGE
DEEL A
BIJLAGE I
Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de CPVO-testprotocollen
Wetenschappelijke naam |
Triviale naam |
CPVO-protocol |
Festuca filiformis Pourr. |
Fijnbladig schapengras |
TP 67/1 van 23.6.2011 |
Festuca ovina L. |
Schapengras |
TP 67/1 van 23.6.2011 |
Festuca rubra L. |
Roodzwenkgras |
TP 67/1 van 23.6.2011 |
Festuca trachyphylla (Hack.) Krajina |
Hardzwenkgras |
TP 67/1 van 23.6.2011 |
Lolium multiflorum Lam. |
Italiaans raaigras |
TP 4/1 van 23.6.2011 |
Lolium perenne L. |
Engels raaigras |
TP 4/1 van 23.6.2011 |
Lolium × boucheanum Kunth |
Gekruist raaigras |
TP 4/1 van 23.6.2011 |
Pisum sativum L. |
Voedererwt |
TP 7/2 rev. van 11.3.2015 |
Brassica napus L. |
Koolzaad |
TP 36/2 van 16.11.2011 |
Brassica napus L. var. napobrassica (L.) Rchb. |
Koolraap |
TP 89/1 van 11.3.2015 |
Cannabis sativa L. |
Hennep |
TP 276/1 van 28.11.2012 |
Helianthus annuus L. |
Zonnebloem |
TP 81/1 van 31.10.2002 |
Linum usitatissimum L. |
Vlas/lijnzaad |
TP 57/2 van 19.3.2014 |
Avena nuda L. |
Naakte haver |
TP 20/1 van 6.11.2003 |
Avena sativa L. (inclusief A. byzantina K. Koch) |
Haver |
TP 20/1 van 6.11.2003 |
Hordeum vulgare L. |
Gerst |
TP 19/3 van 21.3.2012 |
Oryza sativa L. |
Rijst |
TP 16/2 van 21.3.2012 |
Secale cereale L. |
Rogge |
TP 58/1 van 31.10.2002 |
xTriticosecale Wittm. ex A. Camus |
Hybriden die het gevolg zijn van de kruising van een soort van het geslacht Triticum met een soort van het geslacht Secale |
TP 121/2 rev. 1 van 16.2.2011 |
Triticum aestivum L. |
Tarwe |
TP 3/4 rev. 2 van 16.2.2011 |
Triticum durum Desf. |
Harde tarwe |
TP 120/3 van 19.3.2014 |
Zea mays L. |
Mais |
TP 2/3 van 11.3.2010 |
Solanum tuberosum L. |
Aardappel |
TP 23/2 van 1.12.2005 |
De tekst van deze protocollen is te vinden op de website van het CPVO (http://www.cpvo.europa.eu/main/nl/).
BIJLAGE II
Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder b), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de UPOV-testrichtsnoeren
Wetenschappelijke naam |
Triviale naam |
UPOV-richtsnoer |
Beta vulgaris L. |
Voederbiet |
TG/150/3 van 4.11.1994 |
Agrostis canina L. |
Moerasstruisgras/kruipend struisgras |
TG/30/6 van 12.10.1990 |
Agrostis gigantea Roth. |
Hoog struisgras |
TG/30/6 van 12.10.1990 |
Agrostis stolonifera L. |
Fioringras/wit struisgras |
TG/30/6 van 12.10.1990 |
Agrostis capillaris L. |
Gewoon struisgras |
TG/30/6 van 12.10.1990 |
Bromus catharticus Vahl |
Paardengras |
TG/180/3 van 4.4.2001 |
Bromus sitchensis Trin. |
Alaskadravik |
TG/180/3 van 4.4.2001 |
Dactylis glomerata L. |
Kropaar |
TG/31/8 van 17.4.2002 |
Festuca arundinacea Schreb. |
Rietzwenkgras |
TG/39/8 van 17.4.2002 |
Festuca pratensis Huds. |
Beemdlangbloem |
TG/39/8 van 17.4.2002 |
xFestulolium Asch. et Graebn. |
Hybriden die het gevolg zijn van de kruising van een soort van het geslacht Festuca met een soort van het geslacht Lolium |
TG/243/1 van 9.4.2008 |
Phleum nodosum L. |
Klein timotheegras |
TG/34/6 van 7.11.1984 |
Phleum pratense L. |
Timotheegras |
TG/34/6 van 7.11.1984 |
Poa pratensis L. |
Veldbeemdgras |
TG/33/7 van 9.4.2014 |
Lotus corniculatus L. |
Rolklaver |
TG 193/1 van 9.4.2008 |
Lupinus albus L. |
Witte lupine |
TG/66/4 van 31.3.2004 |
Lupinus angustifolius L. |
Blauwe lupine |
TG/66/4 van 31.3.2004 |
Lupinus luteus L. |
Gele lupine |
TG/66/4 van 31.3.2004 |
Medicago sativa L. |
Luzerne |
TG/6/5 van 6.4.2005 |
Medicago × varia T. Martyn |
Bonte luzerne |
TG/6/5 van 6.4.2005 |
Trifolium pratense L. |
Rode klaver |
TG/5/7 van 4.4.2001 |
Trifolium repens L. |
Witte klaver |
TG/38/7 van 9.4.2003 |
Vicia faba L. |
Paardenboon/veldboon |
TG/8/6 van 17.4.2002 |
Vicia sativa L. |
Voederwikke |
TG/32/7 van 20.3.2013 |
|
|
|
Raphanus sativus L. var. oleiformis Pers. |
Bladrammenas |
TG/178/3 van 4.4.2001 |
Arachis hypogaea L. |
Grondnoot/pinda |
TG/93/4 van 9.4.2014 |
Brassica rapa L. var. silvestris (Lam.) Briggs |
Raapzaad |
TG/185/3 van 17.4.2002 |
Carthamus tinctorius L. |
Saffloer |
TG/134/3 van 12.10.1990 |
Gossypium spp. |
Katoen |
TG/88/6 van 4.4.2001 |
Papaver somniferum L. |
Blauwmaanzaad |
TG/166/4 van 9.4.2014 |
Sinapis alba L. |
Witte mosterd |
TG/179/3 van 4.4.2001 |
Glycine max (L.) Merr. |
Sojaboon |
TG/80/6 van 1.4.1998 |
Sorghum bicolor (L.) Moench |
Kafferkoren |
TG/122/3 van 6.10.1989 |
De tekst van deze richtsnoeren is te vinden op de website van de UPOV (http://www.upov.int/portal/index.html.en).
DEEL B
BIJLAGE I
Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de CPVO-testprotocollen
Wetenschappelijke naam |
Triviale naam |
CPVO-protocol |
Allium cepa L. (Cepa-groep) |
Ui en echalion |
TP 46/2 van 1.4.2009 |
Allium cepa L. (Aggregatum-groep) |
Sjalot |
TP 46/2 van 1.4.2009 |
Allium fistulosum L. |
Stengelui |
TP 161/1 van 11.3.2010 |
Allium porrum L. |
Prei |
TP 85/2 van 1.4.2009 |
Allium sativum L. |
Knoflook |
TP 162/1 van 25.3.2004 |
Allium schoenoprasum L. |
Bieslook |
TP 198/2 van 11.3.2015 |
Apium graveolens L. |
Bleekselderij |
TP 82/1 van 13.3.2008 |
Apium graveolens L. |
Knolselderij |
TP 74/1 van 13.3.2008 |
Asparagus officinalis L. |
Asperge |
TP 130/2 van 16.2.2011 |
Beta vulgaris L. |
Rode biet, inclusief Cheltenham beet |
TP 60/1 van 1.4.2009 |
Beta vulgaris L. |
Snijbiet |
TP 106/1 van 11.3.2015 |
Brassica oleracea L. |
Boerenkool |
TP 90/1 van 16.2.2011 |
Brassica oleracea L. |
Bloemkool |
TP 45/2 van 11.3.2010 |
Brassica oleracea L. |
Broccoli |
TP 151/2 van 21.3.2007 |
Brassica oleracea L. |
Spruitkool |
TP 54/2 van 1.12.2005 |
Brassica oleracea L. |
Koolrabi |
TP 65/1 van 25.3.2004 |
Brassica oleracea L. |
Savooiekool, wittekool en rodekool |
TP 48/3 van 16.2.2011 |
Brassica rapa L. |
Paksoi |
TP 105/1 van 13.3.2008 |
Capsicum annuum L. |
Paprika of Spaanse peper |
TP 76/2 van 21.3.2007 |
Cichorium endivia L. |
Krulandijvie en andijvie |
TP 118/3 van 19.3.2014 |
Cichorium intybus L. |
Cichorei voor de industrie |
TP 172/2 van 1.12.2005 |
Cichorium intybus L. |
Witlof |
TP 173/1 van 25.3.2004 |
Citrullus lanatus (Thunb.) Matsum. et Nakai |
Watermeloen |
TP 142/2 van 19.3.2014 |
Cucumis melo L. |
Meloen |
TP 104/2 van 21.3.2007 |
Cucumis sativus L. |
Komkommer en augurk |
TP 61/2 van 13.3.2008 |
Cucurbita maxima Duchesne |
Pompoen |
TP 155/1 van 11.3.2015 |
Cucurbita pepo L. |
Courgette |
TP 119/1 rev. van 19.3.2014 |
Cynara cardunculus L. |
Artisjok en kardoen |
TP 184/2 van 27.2.2013 |
Daucus carota L. |
Wortel en voederwortel |
TP 49/3 van 13.3.2008 |
Foeniculum vulgare Mill. |
Knolvenkel |
TP 183/1 van 25.3.2004 |
Lactuca sativa L. |
Sla |
TP 13/5 van 16.2.2011 |
Solanum lycopersicum L. |
Tomaat |
TP 44/4 rev. van 27.2.2013 |
Petroselinum crispum (Mill.) Nyman ex A. W. Hill |
Peterselie |
TP 136/1 van 21.3.2007 |
Phaseolus coccineus L. |
Pronkboon |
TP 9/1 van 21.3.2007 |
Phaseolus vulgaris L. |
Stamboon en stokboon |
TP 12/4 van 27.2.2013 |
Pisum sativum L. (partim) |
Kreukzadige doperwt, rondzadige doperwt en peul |
TP 7/2 rev. van 11.3.2015 |
Raphanus sativus L. |
Radijs, rammenas |
TP 64/2 rev. van 11.3.2015 |
Scorzonera hispanica L. |
Schorseneer |
TP 116/1 van 11.3.2015 |
Solanum melongena L. |
Aubergine |
TP 117/1 van 13.3.2008 |
Spinacia oleracea L. |
Spinazie |
TP 55/5 van 27.2.2013 |
Valerianella locusta (L.) Laterr. |
Veldsla |
TP 75/2 van 21.3.2007 |
Vicia faba L. (partim) |
Tuinboon |
TP Broadbean/1 van 25.3.2004 |
Zea mays L. (partim) |
Suikermais en pofmais |
TP 2/3 van 11.3.2010 |
Solanum lycopersicum L. × Solanum habrochaites S. Knapp & D.M. Spooner; Solanum lycopersicum L. × Solanum peruvianum (L.) Mill.; Solanum lycopersicum L. × Solanum cheesmaniae (L. Ridley) Fosberg |
Tomaatwortelstokken |
TP 294/1 van 19.3.2014 |
De tekst van deze protocollen is te vinden op de website van het CPVO (http://www.cpvo.europa.eu/main/nl/).
BIJLAGE II
Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder b), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de UPOV-testrichtsnoeren
Wetenschappelijke naam |
Triviale naam |
UPOV-richtsnoer |
Brassica rapa L. |
Meiraap/stoppelknol |
TG/37/10 van 4.4.2001 |
Cichorium intybus L. |
Bladcichorei |
TG/154/3 van 18.10.1996 |
Rheum rhabarbarum L. |
Rabarber |
TG/62/6 van 24.3.1999 |
De tekst van deze richtsnoeren is te vinden op de website van de UPOV (http://www.upov.int/portal/index.html.en).
BESLUITEN
16.7.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 188/45 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/1169 VAN DE COMMISSIE
van 14 juli 2015
tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten wat betreft de gegevens voor Estland, Litouwen en Polen
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2015) 4712)
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name artikel 9, lid 4,
Gezien Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name artikel 10, lid 4,
Gezien Richtlijn 2002/99/EG van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name artikel 4, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie (4) zijn maatregelen op het gebied van de diergezondheid vastgesteld in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten. In de bijlage bij dat besluit zijn bepaalde gebieden in die lidstaten afgebakend en in een lijst opgenomen, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende risiconiveaus op basis van de epidemiologische situatie. Op die lijst staan bepaalde gebieden in Estland, Italië, Letland, Litouwen en Polen. |
(2) |
In mei 2015 zijn een aantal gevallen van Afrikaanse varkenspest bij wilde varkens gemeld in Polen (in de gmina Michalowo), Litouwen (in de rajono savivaldybė Prienai en Kėdainiai) en Estland (in de vald Türi) in de in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU vermelde gebieden. Die gevallen hebben zich voorgedaan in gebieden die in deel I van die bijlage zijn opgenomen of in gebieden die in de delen II en III zijn opgenomen en in de nabijheid van gebieden uit deel I liggen. |
(3) |
Bij de risicobeoordeling van de situatie in Estland, Litouwen en Polen wat betreft Afrikaanse varkenspest moet rekening worden gehouden met de ontwikkeling van de huidige epidemiologische situatie in de Unie. Om doelgerichte maatregelen op het gebied van de diergezondheid te kunnen nemen en de verdere verspreiding van Afrikaanse varkenspest te voorkomen en teneinde onnodige verstoringen van de handel binnen de Unie te voorkomen en door derde landen ongerechtvaardigd opgeworpen handelsbelemmeringen te vermijden, moet de in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU opgenomen lijst van gebieden waar maatregelen op het gebied van de diergezondheid moeten worden genomen, worden gewijzigd in het licht van de situatie ten aanzien van Afrikaanse varkenspest in die drie lidstaten. |
(4) |
Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd om de in de delen I en II opgenomen gebieden in Estland, Litouwen en Polen te wijzigen. |
(5) |
De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Dit besluit is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 14 juli 2015.
Voor de Commissie
Vytenis ANDRIUKAITIS
Lid van de Commissie
(1) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.
(2) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.
(3) PB L 18 van 23.1.2003, blz. 11.
(4) Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie van 9 oktober 2014 betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2014/178/EU (PB L 295 van 11.10.2014, blz. 63).
BIJLAGE
„BIJLAGE
DEEL I
1. |
Estland De volgende gebieden in Estland:
|
2. |
Letland De volgende gebieden in Letland:
|
3. |
Litouwen De volgende gebieden in Litouwen:
|
4. |
Polen De volgende gebieden in Polen: in het woiwodschap Podlaskie:
|
DEEL II
1. |
Estland De volgende gebieden in Estland:
|
2. |
Letland De volgende gebieden in Letland:
|
3. |
Litouwen De volgende gebieden in Litouwen:
|
4. |
Polen De volgende gebieden in Polen: in het woiwodschap Podlaskie:
|
DEEL III
1. |
Letland De volgende gebieden in Letland:
|
2. |
Litouwen De volgende gebieden in Litouwen:
|
3. |
Polen De volgende gebieden in Polen: in het woiwodschap Podlaskie:
|
DEEL IV
Italië
De volgende gebieden in Italië:
alle gebieden van Sardinië.”