ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 188

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

58e jaargang
16 juli 2015


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1161 van de Commissie van 2 juli 2015 tot inschrijving van een benaming in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (Salame Piemonte (BGA))

1

 

*

Verordening (EU) 2015/1162 van de Commissie van 15 juli 2015 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën ( 1 )

3

 

*

Verordening (EU) 2015/1163 van de Commissie van 15 juli 2015 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad, wat de voor koopkrachtpariteiten gebruikte lijst van elementaire posten betreft ( 1 )

6

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1164 van de Commissie van 15 juli 2015 tot vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose tot het einde van het verkoopseizoen 2015/2016

28

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1165 van de Commissie van 15 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie ( 1 )

30

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1166 van de Commissie van 15 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie ( 1 )

34

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1167 van de Commissie van 15 juli 2015 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

37

 

 

RICHTLIJNEN

 

*

Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/1168 van de Commissie van 15 juli 2015 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad, respectievelijk artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek ( 1 )

39

 

 

BESLUITEN

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1169 van de Commissie van 14 juli 2015 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten wat betreft de gegevens voor Estland, Litouwen en Polen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2015) 4712)  ( 1 )

45

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1161 VAN DE COMMISSIE

van 2 juli 2015

tot inschrijving van een benaming in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (Salame Piemonte (BGA))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 is de door Italië ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Salame Piemonte” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012, moet de benaming „Salame Piemonte” worden ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De benaming „Salame Piemonte” (BGA) wordt ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen.

Met de in de eerste alinea vermelde benaming wordt een product aangeduid van categorie 1.2. (Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt enz.)) als opgenomen in bijlage XI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie (3).

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 2 juli 2015.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Phil HOGAN

Lid van de Commissie


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB C 75 van 4.3.2015, blz. 4.

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 36).


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/3


VERORDENING (EU) 2015/1162 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (1), en met name artikel 23, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 999/2001 bevat voorschriften inzake de preventie, bestrijding en uitroeiing van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij dieren. Zij is van toepassing op de productie en het in de handel brengen van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong, en in een aantal specifieke gevallen op de uitvoer daarvan.

(2)

Punt 1 van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 wijst als gespecificeerd risicomateriaal bepaalde weefsels van runderen, schapen en geiten aan indien zij afkomstig zijn van dieren van oorsprong uit een lidstaat of derde land, of gebied daarvan, met een gecontroleerd of onbepaald risico op boviene spongiforme encefalopathie („BSE”). Punt 2 van die bijlage breidt het toepassingsgebied van de lijst van weefsels aangewezen als gespecificeerd risicomateriaal uit tot lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, maar niet tot derde landen met dezelfde status. Als gevolg daarvan moeten lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico gespecificeerd risicomateriaal verwijderen en definitief verwijderen terwijl de invoer in de Unie van zulke weefsels uit derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico toegestaan is.

(3)

De Wereldorganisatie voor diergezondheid („OIE”) raadt enkel de uitsluiting van de internationale handel aan van gespecificeerd risicomateriaal afkomstig van runderen van oorsprong uit landen met een gecontroleerd of onbepaald BSE-risico, terwijl er geen uitsluiting wordt aangeraden voor runderen van oorsprong uit landen met een verwaarloosbaar BSE-risico (2).

(4)

De beleidsnota betreffende overdraagbare spongiforme encefalopathieën voor de periode 2010-2015 van de Commissie (3) voorziet in de mogelijkheid om de huidige verplichting voor lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico om gespecificeerd risicomateriaal uit de voedsel- en voederketen te verwijderen, te herzien als een groeiend aantal lidstaten die status bereikt. Met de vaststelling op 20 oktober 2014 van Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie (4), dat gebaseerd is op Resolutie nr. 18 van de Wereldorganisatie voor diergezondheid („OIE”) van mei 2014 (5), werden 17 lidstaten als landen met een verwaarloosbaar BSE-risico erkend.

(5)

De goedkeuring van alle weefsels afkomstig van runderen die momenteel gekwalificeerd zijn als gespecificeerd risicomateriaal voor gebruik in de voedselketen in lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico wordt op dit moment als voorbarig beschouwd, omdat er nog bepaalde wetenschappelijke onzekerheden bestaan omtrent atypische BSE.

(6)

Op 19 januari 2011 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid („EFSA”) een gezamenlijk met het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding („ECDC”) opgesteld advies uitgebracht over de mogelijke epidemiologische of moleculaire verbanden tussen overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij dieren en bij mensen („het gezamenlijke EFSA/ECDC-advies”) (6). In dat gezamenlijke advies bevestigen de EFSA en het ECDC dat er atypische vormen van BSE bij runderen zijn geconstateerd en maken zij een onderscheid tussen klassieke BSE, atypische BSE van het L-type en atypische BSE van het H-type.

(7)

Volgens dat gezamenlijk advies wijzen verschillende elementen erop dat het atypische BSE-agens van het L-type het potentieel heeft om een zoönotisch agens te zijn. Zulke elementen zijn er niet voor het atypische BSE-agens van het H-type. Dat gezamenlijk advies stelt ook dat de ongewoon hoge ouderdom van alle vastgestelde gevallen van atypische BSE van het H-type en atypische BSE van het L-type en hun kennelijk geringe prevalentie in de populatie erop wijzen dat deze atypische vormen van BSE spontaan optreden, onafhankelijk van de voederpraktijken. Het BSE-bewakingssysteem in de Unie toont een zeer geringe prevalentie en een relatief constant niveau aan van gevallen van atypische BSE in de afgelopen jaren.

(8)

Op 11 januari 2011 publiceerde de EFSA een wetenschappelijk advies over de herziening van de kwantitatieve risicobeoordeling van het BSE-risico van verwerkte dierlijke eiwitten (7) („EFSA-advies 2011”). Dat wetenschappelijk advies geeft aan dat 90 % van de totale infectiviteit in ziektegevallen met BSE verband houdt met weefsels van het centrale en perifere zenuwstelsel. Meer in het bijzonder schat dat advies dat 65 % van de totale infectiviteit in ziektegevallen met BSE verband houdt met de hersenen en 26 % met het ruggenmerg.

(9)

Op 11 juli 2014 publiceerde de EFSA een wetenschappelijk verslag over een protocol voor verdere laboratoriumonderzoeken naar de verspreiding van infectiviteit van atypische BSE (8). Volgens dat wetenschappelijke verslag tonen collectieve gegevens aan dat klassieke BSE dezelfde weefselverdeling heeft als atypische BSE, waarbij de hogere titers van infectieve prioneiwitten en/of infectiviteit worden gedetecteerd in het centrale en perifere zenuwstelsel.

(10)

Om al die redenen moeten de hersenen en het ruggenmerg van runderen ouder dan twaalf maanden van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico op de lijst van gespecificeerd risicomateriaal blijven in afwachting van meer kennis over het risico verbonden aan atypische BSE.

(11)

Gezien de praktische moeilijkheden om te verzekeren dat de beenderen van de schedel niet besmet worden met hersenweefsel, moet de schedel van runderen ouder dan twaalf maanden van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico ook op de lijst van gespecificeerd risicomateriaal blijven.

(12)

De gegevens die werden onderzocht door de EFSA, verwijzen voornamelijk naar Europa als gevolg van het goed uitgebouwde bewakingssysteem in de EU. Op het niveau van de OIE lopen er momenteel besprekingen om het hoofdstuk over BSE in de Gezondheidscode voor landdieren van de OIE te herzien gezien de recent verworven kennis over atypische BSE. De regels van de Unie over gespecificeerd risicomateriaal in lidstaten en derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico moeten herzien worden in het licht van het resultaat van deze besprekingen.

(13)

Voor zover bekend, worden de schedel, de hersenen, het ruggenmerg en de ogen van runderen ouder dan twaalf maanden niet in de Unie ingevoerd.

(14)

Om meer gelijke omstandigheden te verzekeren voor het in de handel brengen van producten uit de lidstaten in vergelijking met ingevoerde producten uit derde landen, daarbij rekening houdend met het mogelijke resterende risico bij het gebruik van bepaalde weefsels in de voedsel- en/of voederketen, moet het bijkomende vereiste dat het verbod op gespecificeerd risicomateriaal van runderen uitbreidt tot lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, derhalve worden afgeschaft, behalve voor de schedel, de hersenen en het ruggenmerg van runderen ouder dan twaalf maanden.

(15)

Verordening (EG) nr. 999/2001 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(16)

Als toekomstige wetenschappelijke gegevens risico's voor de volksgezondheid zouden aantonen die momenteel niet gekend zijn, dan moeten de regels van de Unie betreffende gespecificeerd risicomateriaal in lidstaten en derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico worden herzien.

(17)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 wordt punt 2 vervangen door:

„2.   Specifieke vereisten voor lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico

Weefsels genoemd in punt 1, onder a), i) en punt 1, onder b), die afkomstig zijn van dieren van oorsprong uit lidstaten met een verwaarloosbaar BSE-risico, worden beschouwd als gespecificeerd risicomateriaal.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1.

(2)  Artikel 11.4.14 van de Gezondheidscode voor landdieren van de OIE, uitgave 2014 (OIE — Terrestrial Animal Health Code — V 8 — 15.7.2014).

(3)  Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad — Het TSE-stappenplan 2 — Een beleidsnota betreffende overdraagbare spongiforme encefalopathieën voor de periode 2010-2015; COM(2010)384 final.

(4)  Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie van 20 oktober 2014 tot wijziging van Beschikking 2007/453/EG ten aanzien van de BSE-status van Bulgarije, Estland, Kroatië, Letland, Luxemburg, Hongarije, Malta, Portugal en Slowakije (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 58).

(5)  Resolutie nr. 18, „Recognition of the Bovine Spongiform Encephalopathy Risk Status of Member Countries”, goedgekeurd door de World Assembly of Delegates van de OIE op 27 mei 2014 (82 GS/FR — Parijs, mei 2014).

(6)  EFSA Journal 2011;9(1):1945.

(7)  EFSA Journal 2011;9(1):1947.

(8)  EFSA Journal 2014;12(7):3798.


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/6


VERORDENING (EU) 2015/1163 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad, wat de voor koopkrachtpariteiten gebruikte lijst van elementaire posten betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1445/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor de levering van basisgegevens over koopkrachtpariteiten en voor de berekening en verspreiding van deze pariteiten (1), en met name artikel 12, lid 3, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 3, onder e), van Verordening (EG) nr. 1445/2007 wordt „elementaire post” gedefinieerd als het laagste aggregatieniveau van producten in de bbp-onderverdeling waarvoor koopkrachtpariteiten worden berekend.

(2)

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 bevat de lijst van elementaire posten.

(3)

Er wordt een classificatie van consumptieve bestedingen van de huishoudens gebruikt ten behoeve van Verordening (EG) nr. 1445/2007 en ten behoeve van Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad (2). De introductie van een gedetailleerdere classificatie moet de samenhang van gegevens verbeteren en de gegevensverzameling in de lidstaten vereenvoudigen. De gedetailleerde classificatie moet een verdere uitsplitsing zijn van de classificatie van individuele consumptie naar doel (COICOP), zoals gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3).

(4)

In navolging van de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 549/2013 moet de lijst met elementaire posten met betrekking tot de consumptieve bestedingen van de overheid en met betrekking tot de bruto-investeringen in vaste activa worden aangepast.

(5)

In navolging van de inwerkingtreding van Verordening (EU) nr. 1209/2014 van de Commissie (4) moet de lijst met elementaire posten met betrekking tot de bruto-investeringen in vaste activa worden aangepast.

(6)

In navolging van de introductie van de verbeterde methodologie voor de berekening van de koopkrachtpariteiten moeten de elementaire posten in bijlage II worden aangepast.

(7)

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 dient derhalve te worden gewijzigd.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor het Europees statistisch systeem,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1445/2007 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 336 van 20.12.2007, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 2494/95 van de Raad van 23.10.1995 inzake geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen (PB L 257 van 27.10.1995, blz. 1).

(3)  Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie („ESR 2010”) (PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) nr. 1209/2014 van de Commissie van 29 oktober 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 451/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een nieuwe statistische classificatie van producten gekoppeld aan activiteiten (CPA) en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3696/93 van de Raad (PB L 336 van 22.11.2014, blz. 1).


BIJLAGE

Elementaire posten zoals gedefinieerd in artikel 3, onder e)

BH-nummer

Omschrijving

COICOP (1)

COPNI (2)

COFOG (2)

CPA 2008 (3)

INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN HUISHOUDENS

Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken

Voedingsmiddelen

Brood en granen

1

Rijst

01.1.1.1

 

 

 

2

Bloem en andere granen

01.1.1.2

 

 

 

3

Brood

01.1.1.3

 

 

 

4

Andere bakkerijproducten

01.1.1.4

 

 

 

5

Pizza en quiche

01.1.1.5

 

 

 

6

Pastaproducten en couscous

01.1.1.6

 

 

 

7

Ontbijtgranen

01.1.1.7

 

 

 

8

Overige graanproducten

01.1.1.8

 

 

 

Vlees

9

Rund- en kalfsvlees

01.1.2.1

 

 

 

10

Varkensvlees

01.1.2.2

 

 

 

11

Lams- en geitenvlees

01.1.2.3

 

 

 

12

Pluimveevlees

01.1.2.4

 

 

 

13

Overig vlees

01.1.2.5

 

 

 

14

Eetbaar slachtafval

01.1.2.6

 

 

 

15

Gedroogd, gezouten of gerookt vlees

01.1.2.7

 

 

 

16

Overige vleesbereidingen

01.1.2.8

 

 

 

Vis en schaal- en schelpdieren

17

Verse of gekoelde vis

01.1.3.1

 

 

 

18

Diepvriesvis

01.1.3.2

 

 

 

19

Verse of gekoelde schaal- en schelpdieren

01.1.3.3

 

 

 

20

Diepvriesschaal- en schelpdieren

01.1.3.4

 

 

 

21

Gedroogde, gezouten of gerookte vis en schaal- en schelpdieren

01.1.3.5

 

 

 

22

Overige bereidingen en conserven van vis en schaal-en schelpdieren

01.1.3.6

 

 

 

Melk, kaas en eieren

23

Verse volle melk

01.1.4.1

 

 

 

24

Verse halfvolle en magere melk

01.1.4.2

 

 

 

25

Houdbare melk

01.1.4.3

 

 

 

26

Yoghurt

01.1.4.4

 

 

 

27

Kaas en kwark

01.1.4.5

 

 

 

28

Overige zuivelproducten

01.1.4.6

 

 

 

29

Eieren

01.1.4.7

 

 

 

Oliën en vetten

30

Boter

01.1.5.1

 

 

 

31

Margarine en andere plantaardige vetten

01.1.5.2

 

 

 

32

Olijfolie

01.1.5.3

 

 

 

33

Overige eetbare olie

01.1.5.4

 

 

 

34

Overige eetbare dierlijke vetten

01.1.5.5

 

 

 

Fruit

35

Vers of gekoeld fruit

01.1.6.1

 

 

 

36

Diepvriesfruit

01.1.6.2

 

 

 

37

Gedroogd fruit en noten

01.1.6.3

 

 

 

38

Conserven van fruit en producten op basis van fruit

01.1.6.4

 

 

 

Groenten

39

Verse of gekoelde groenten behalve aardappelen en andere knollen

01.1.7.1

 

 

 

40

Diepvriesgroenten behalve aardappelen en andere knollen

01.1.7.2

 

 

 

41

Gedroogde groenten, andere bereidingen en conserven van groenten

01.1.7.3

 

 

 

42

Aardappelen

01.1.7.4

 

 

 

43

Chips

01.1.7.5

 

 

 

44

Overige knolgewassen en producten van knolgewassen

01.1.7.6

 

 

 

Suiker, jam, honing, chocolade en snoepgoed

45

Suiker

01.1.8.1

 

 

 

46

Jam, marmelade en honing

01.1.8.2

 

 

 

47

Chocolade

01.1.8.3

 

 

 

48

Snoepgoed

01.1.8.4

 

 

 

49

Consumptie-ijs en roomijs

01.1.8.5

 

 

 

50

Kunstmatige zoetstoffen

01.1.8.6

 

 

 

Voedingsmiddelen n.e.g.

51

Sauzen, samengestelde kruiderijen

01.1.9.1

 

 

 

52

Zout, specerijen en keukenkruiden

01.1.9.2

 

 

 

53

Babyvoeding

01.1.9.3

 

 

 

54

Kant-en-klaarmaaltijden

01.1.9.4

 

 

 

55

Overige voedingsmiddelen n.e.g.

01.1.9.9

 

 

 

Alcoholvrije dranken

Koffie, thee en cacao

56

Koffie

01.2.1.1

 

 

 

57

Thee

01.2.1.2

 

 

 

58

Cacaopoeder en chocolade in poedervorm

01.2.1.3

 

 

 

Mineraalwater, frisdranken, vruchten- en groentesappen

59

Mineraalwater of bronwater

01.2.2.1

 

 

 

60

Frisdranken

01.2.2.2

 

 

 

61

Vruchten- en groentesappen

01.2.2.3

 

 

 

Alcoholhoudende dranken, tabak en verdovende middelen

Alcoholhoudende dranken

Gedistilleerde dranken

62

Gedistilleerde dranken

02.1.1.0

 

 

 

Wijn

63

Wijn

02.1.2.0

 

 

 

Bier

64

Bier

02.1.3.0

 

 

 

Tabak

Tabak

65

Tabak

02.2.0.0

 

 

 

Verdovende middelen

Verdovende middelen

66

Verdovende middelen

02.3.0.0

 

 

 

Kleding en schoenen

Kleding

Kledingstoffen

67

Kledingstoffen

03.1.1.0

 

 

 

Kleding

68

Herenkleding

03.1.2.1

 

 

 

69

Dameskleding

03.1.2.2

 

 

 

70

Baby- en kinderkleding

03.1.2.3

 

 

 

Overige kledingartikelen en toebehoren

71

Overige kledingartikelen en toebehoren

03.1.3.0

 

 

 

Wasserijen en stomerijen, reparatie en verhuur van kleding

72

Wasserijen en stomerijen, reparatie en verhuur van kleding

03.1.4.0

 

 

 

Schoenen

Schoenen

73

Herenschoenen

03.2.1.1

 

 

 

74

Damesschoenen

03.2.1.2

 

 

 

75

Kinderschoenen

03.2.1.3

 

 

 

Reparatie en verhuur van schoenen

76

Reparatie en verhuur van schoenen

03.2.2.0

 

 

 

Huisvesting, water, elektriciteit, gas en andere brandstoffen

Werkelijke woninghuur

Werkelijke woninghuur

77

Werkelijke woninghuur

04.1.0.0

 

 

 

Huurwaarde van een woning

Huurwaarde van een woning

78

Huurwaarde van een woning

04.2.0.0

 

 

 

Onderhoud en reparatie van de woning

Materiaal voor onderhoud en reparatie van de woning

79

Materiaal voor onderhoud en reparatie van de woning

04.3.1.0

 

 

 

Diensten voor onderhoud en reparatie van de woning

80

Diensten voor onderhoud en reparatie van de woning

04.3.2.0

 

 

 

Watervoorziening en diverse diensten in verband met de woning

Watervoorziening

81

Watervoorziening

04.4.1.0

 

 

 

Ophalen van huisvuil

82

Ophalen van huisvuil

04.4.2.0

 

 

 

Riolering

83

Riolering

04.4.3.0

 

 

 

Overige diensten in verband met de woning n.e.g.

84

Overige diensten in verband met de woning n.e.g.

04.4.4.0

 

 

 

Elektriciteit, gas en andere brandstoffen

Elektriciteit

85

Elektriciteit

04.5.1.0

 

 

 

Gas

86

Aardgas en stadsgas

04.5.2.1

 

 

 

87

Vloeibaar gemaakte koolwaterstoffen (butaan, propaan enz.)

04.5.2.2

 

 

 

Vloeibare brandstoffen

88

Vloeibare brandstoffen

04.5.3.0

 

 

 

Vaste brandstoffen

89

Vaste brandstoffen

04.5.4.0

 

 

 

Warmte-energie

90

Warmte-energie

04.5.5.0

 

 

 

Stoffering, huishoudelijke apparaten en dagelijks onderhoud van de woning

Meubelen en stoffering, vloerbedekking

Meubelen en stoffering

91

Meubelen voor het huis

05.1.1.1

 

 

 

92

Tuinmeubelen

05.1.1.2

 

 

 

93

Verlichtingsapparatuur

05.1.1.3

 

 

 

94

Overige meubelen en stoffering

05.1.1.9

 

 

 

Vloerbedekking

95

Vloerbedekking

05.1.2.0

 

 

 

Reparatie van meubelen, stoffering en vloerbedekking

96

Reparatie van meubelen, stoffering en vloerbedekking

05.1.3.0

 

 

 

Huishoudtextiel

Huishoudtextiel

97

Meubelstoffen en gordijnen

05.2.0.1

 

 

 

98

Beddengoed

05.2.0.2

 

 

 

99

Tafel- en toiletlinnen

05.2.0.3

 

 

 

100

Reparatie van huishoudtextiel

05.2.0.4

 

 

 

101

Overig huishoudtextiel

05.2.0.9

 

 

 

Huishoudelijke apparaten

Grote huishoudelijke apparaten, al dan niet elektrisch

102

Koel- en vrieskasten

05.3.1.1

 

 

 

103

(Af)wasmachines en wasdrogers

05.3.1.2

 

 

 

104

Fornuizen, ovens, magnetrons en dergelijke

05.3.1.3

 

 

 

105

Verwarming, airconditioners

05.3.1.4

 

 

 

106

Schoonmaakapparaten

05.3.1.5

 

 

 

107

Overige grote huishoudelijke apparaten

05.3.1.9

 

 

 

Kleine elektrische huishoudelijke apparaten

108

Kleine elektrische huishoudelijke apparaten

05.3.2.0

 

 

 

Reparatie van huishoudelijke apparaten

109

Reparatie van huishoudelijke apparaten

05.3.3.0

 

 

 

Glas, servies en huishoudelijke artikelen

Glas, servies en huishoudelijke artikelen

110

Glaswerk, kristal en aardewerk of porselein

05.4.0.1

 

 

 

111

Messen, bestek en zilverwerk

05.4.0.2

 

 

 

112

Niet-elektrische keukenartikelen

05.4.0.3

 

 

 

113

Reparatie van glas, servies en huishoudelijke artikelen

05.4.0.4

 

 

 

Gereedschappen en werktuigen voor huis en tuin

Grote gereedschappen en werktuigen

114

Grote gereedschappen en werktuigen

05.5.1.0

 

 

 

Kleine gereedschappen en toebehoren

115

Kleine gereedschappen en toebehoren

05.5.2.0

 

 

 

Goederen en diensten voor het dagelijks onderhoud van de woning

Niet-duurzame huishoudproducten

116

Schoonmaak- en onderhoudsproducten

05.6.1.1

 

 

 

117

Overige niet-duurzame kleine huishoudproducten

05.6.1.2

 

 

 

Diensten ten behoeve van het huishouden

118

Huishoudelijke diensten van betaald personeel

05.6.2.1

 

 

 

119

Reinigingsdiensten

05.6.2.2

 

 

 

120

Huur van meubelen en stoffering

05.6.2.3

 

 

 

121

Overige diensten ten behoeve van het huishouden

05.6.2.9

 

 

 

Gezondheid — HH

Medische producten, apparaten en toestellen

Farmaceutische producten

122

Farmaceutische producten

06.1.1.0

 

 

 

Overige medische producten

123

Overige medische producten

06.1.2.0

 

 

 

Therapeutische apparaten en toestellen

124

Therapeutische apparaten en toestellen

06.1.3.0

 

 

 

Extramurale gezondheidszorg

Diensten van artsen

125

Diensten van artsen

06.2.1.0

 

 

 

Diensten van tandartsen

126

Diensten van tandartsen

06.2.2.0

 

 

 

Diensten van paramedici

127

Diensten van paramedici

06.2.3.0

 

 

 

Diensten van ziekenhuizen

Diensten van ziekenhuizen

128

Algemene ziekenhuizen

06.3.0.1

 

 

 

129

Ziekenhuizen voor geestelijke gezondheidszorg en ontwenningsklinieken

06.3.0.2

 

 

 

130

Gespecialiseerde ziekenhuizen

06.3.0.3

 

 

 

131

Verplegings- en residentiële verzorgingstehuizen

06.3.0.4

 

 

 

Vervoer

Aankoop van voertuigen

Auto's

132

Nieuwe auto's

07.1.1.1

 

 

 

133

Tweedehands auto's

07.1.1.2

 

 

 

Motorfietsen

134

Motorfietsen

07.1.2.0

 

 

 

Fietsen

135

Fietsen

07.1.3.0

 

 

 

Door dieren getrokken voertuigen

136

Door dieren getrokken voertuigen

07.1.4.0

 

 

 

Gebruik van privé-voertuigen

Onderdelen en accessoires van privé-voertuigen

137

Banden

07.2.1.1

 

 

 

138

Onderdelen van privé-voertuigen

07.2.1.2

 

 

 

139

Accessoires voor privé-voertuigen

07.2.1.3

 

 

 

Brandstoffen en smeermiddelen voor privé-voertuigen

140

Diesel

07.2.2.1

 

 

 

141

Benzine

07.2.2.2

 

 

 

142

Overige brandstoffen voor privé-voertuigen

07.2.2.3

 

 

 

143

Smeermiddelen

07.2.2.4

 

 

 

Onderhoud en reparatie van privé-voertuigen

144

Onderhoud en reparatie van privé-voertuigen

07.2.3.0

 

 

 

Overige diensten in verband met privé-voertuigen

145

Overige diensten in verband met privé-voertuigen

07.2.4.0

 

 

 

Vervoersdiensten

Personenvervoer per spoor

146

Personenvervoer per spoor

07.3.1.1

 

 

 

147

Personenvervoer per tram of metro

07.3.1.2

 

 

 

Personenvervoer over de weg

148

Personenvervoer per bus

07.3.2.1

 

 

 

149

Personenvervoer per taxi of huurauto met chauffeur

07.3.2.2

 

 

 

Personenvervoer door de lucht

150

Personenvervoer door de lucht

07.3.3.0

 

 

 

Personenvervoer over zee of over binnenwateren

151

Personenvervoer over zee of over binnenwateren

07.3.4.0

 

 

 

Gecombineerd personenvervoer

152

Gecombineerd personenvervoer

07.3.5.0

 

 

 

Overige aankopen van vervoersdiensten

153

Overige aankopen van vervoersdiensten

07.3.6.0

 

 

 

Communicatie

Post- en pakketdiensten

Post- en pakketdiensten

154

Post- en pakketdiensten

08.1.0.0

 

 

 

Telefoon- en faxtoestellen

Telefoon- en faxtoestellen

155

Telefoon- en faxtoestellen

08.2.0.0

 

 

 

Telefoon- en faxdiensten

Telefoon- en faxdiensten

156

Vaste telefoondiensten

08.3.0.1

 

 

 

157

Mobiele telefoondiensten

08.3.0.2

 

 

 

158

Verlenen van toegang tot internet

08.3.0.3

 

 

 

159

Gebundelde telecommunicatiediensten

08.3.0.4

 

 

 

160

Overige diensten voor de transmissie van informatie

08.3.0.5

 

 

 

Recreatie en cultuur — HH

Audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur

Audio- en video-opname- en -weergaveapparatuur

161

Audio-opname- en -weergaveapparatuur

09.1.1.1

 

 

 

162

Audio- en video-opname- en -weergaveapparatuur

09.1.1.2

 

 

 

163

Draagbare beeld- en geluidapparatuur

09.1.1.3

 

 

 

164

Overige apparatuur voor de opname en weergave van audio en video

09.1.1.9

 

 

 

Foto- en filmapparatuur en optische instrumenten

165

Foto- en filmapparatuur en optische instrumenten

09.1.2.0

 

 

 

Gegevensverwerkende apparatuur

166

Personal computers

09.1.3.1

 

 

 

167

Accessoires voor gegevensverwerkende apparatuur

09.1.3.2

 

 

 

168

Software

09.1.3.3

 

 

 

169

Rekenmachines en andere gegevensverwerkende apparatuur

09.1.3.4

 

 

 

(On)bespeelde beeld- en geluidsdragers

170

Voorbespeelde dragers van beeld of geluid

09.1.4.1

 

 

 

171

Onbespeelde dragers van beeld of geluid

09.1.4.2

 

 

 

172

Overige beeld- en geluidsdragers

09.1.4.9

 

 

 

Reparatie van audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur

173

Reparatie van audio- en videoapparatuur, foto- en filmapparatuur en gegevensverwerkende apparatuur

09.1.5.0

 

 

 

Overige grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur

Grote duurzame goederen voor recreatie buitenshuis

174

Grote duurzame goederen voor recreatie buitenshuis

09.2.1.0

 

 

 

Muziekinstrumenten en grote duurzame goederen voor recreatie binnenshuis

175

Muziekinstrumenten en grote duurzame goederen voor recreatie binnenshuis

09.2.2.0

 

 

 

Onderhoud en reparatie van andere grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur

176

Onderhoud en reparatie van andere grote duurzame goederen voor recreatie en cultuur

09.2.3.0

 

 

 

Overige artikelen en overig materieel voor recreatie, tuinen en huisdieren

Spellen, speelgoed en hobby's

177

Spellen en hobby's

09.3.1.1

 

 

 

178

Speelgoed en feestartikelen

09.3.1.2

 

 

 

Sport- en kampeerartikelen en artikelen voor recreatie in de open lucht

179

Sport- en kampeerartikelen en artikelen voor recreatie in de open lucht

09.3.2.0

 

 

 

Tuinen, planten en bloemen

180

Tuinproducten

09.3.3.1

 

 

 

181

Planten en bloemen

09.3.3.2

 

 

 

Huisdieren en producten voor huisdieren

182

Huisdieren en producten voor huisdieren

09.3.4.0

 

 

 

Diensten van dierenartsen en andere diensten in verband met huisdieren

183

Diensten van dierenartsen en andere diensten in verband met huisdieren

09.3.5.0

 

 

 

Diensten op het gebied van recreatie en cultuur

Diensten op het gebied van recreatie en sport

184

Diensten op het gebied van recreatie en sport

09.4.1.0

 

 

 

Diensten op het gebied van cultuur

185

Bioscopen, theaters en concerten

09.4.2.1

 

 

 

186

Musea, bibliotheken, dierentuinen

09.4.2.2

 

 

 

187

Kijk- en luistergelden en televisieabonnementen

09.4.2.3

 

 

 

188

Huur van materiaal en toebehoren voor cultuur

09.4.2.4

 

 

 

189

Diensten op het gebied van fotografie

09.4.2.5

 

 

 

190

Overige diensten op het gebied van cultuur

09.4.2.9

 

 

 

Kansspelen

191

Kansspelen

09.4.3.0

 

 

 

Kranten, boeken en schrijfwaren

Boeken

192

Boeken

09.5.1.0

 

 

 

Kranten en tijdschriften

193

Kranten

09.5.2.1

 

 

 

194

Tijdschriften

09.5.2.2

 

 

 

Divers drukwerk

195

Divers drukwerk

09.5.3.0

 

 

 

Schrijfwaren en tekenartikelen

196

Schrijfwaren en tekenartikelen

09.5.4.0

 

 

 

Pakketreizen

Pakketreizen

197

Pakketreizen

09.6.0.0

 

 

 

Onderwijs — HH

Onderwijs — HH

Onderwijs — HH

198

Onderwijs — HH

10.0.0.0

 

 

 

Restaurants en hotels

Catering

Restaurants, cafés en dergelijke

199

Restaurants, cafés en dancings

11.1.1.1

 

 

 

200

Fastfood en afhaalmaaltijden

11.1.1.2

 

 

 

Kantines

201

Kantines

11.1.2.0

 

 

 

Accommodatie

Accommodatie

202

Hotels, motels, herbergen en dergelijke

11.2.0.1

 

 

 

203

Vakantiecentra, kampeerterreinen, jeugdherbergen en dergelijke

11.2.0.2

 

 

 

204

Diensten op het gebied van accommodatie van andere instellingen

11.2.0.3

 

 

 

Diverse goederen en diensten

Persoonlijke verzorging

Kapsalons en schoonheidsinstituten

205

Heren- en kinderkappers

12.1.1.1

 

 

 

206

Dameskappers

12.1.1.2

 

 

 

207

Schoonheidsbehandelingen

12.1.1.3

 

 

 

Elektrische apparaten voor lichaamsverzorging

208

Elektrische apparaten voor lichaamsverzorging

12.1.2.0

 

 

 

Overige apparaten, artikelen en producten voor lichaamsverzorging

209

Niet-elektrische apparaten

12.1.3.1

 

 

 

210

Artikelen voor persoonlijke hygiëne en wellness, esoterische en schoonheidsproducten

12.1.3.2

 

 

 

Prostitutie

Prostitutie

211

Prostitutie

12.2.0.0

 

 

 

Artikelen voor persoonlijk gebruik n.e.g.

Sieraden, klokken en horloges

212

Sieraden

12.3.1.1

 

 

 

213

Klokken en horloges

12.3.1.2

 

 

 

214

Reparatie van sieraden, klokken en horloges

12.3.1.3

 

 

 

Overige artikelen voor persoonlijk gebruik

215

Overige artikelen voor persoonlijk gebruik

12.3.2.0

 

 

 

Sociale bescherming

Sociale bescherming

216

Sociale bescherming

12.4.0.0

 

 

 

Verzekeringen

Levensverzekeringen

217

Levensverzekeringen

12.5.1.0

 

 

 

Verzekeringen in verband met de woning

218

Verzekeringen in verband met de woning

12.5.2.0

 

 

 

Verzekeringen in verband met gezondheid

219

Verzekeringen in verband met gezondheid

12.5.3.0

 

 

 

Verzekeringen in verband met vervoer

220

Verzekeringen in verband met vervoer

12.5.4.0

 

 

 

Overige verzekeringen

221

Overige verzekeringen

12.5.5.0

 

 

 

Financiële diensten n.e.g.

Indirect gemeten diensten van financiële intermediairs

222

Indirect gemeten diensten van financiële intermediairs

12.6.1.0

 

 

 

Overige financiële diensten n.e.g.

223

Overige financiële diensten n.e.g.

12.6.2.0

 

 

 

Overige diensten n.e.g.

Overige diensten n.e.g.

224

Overige diensten n.e.g.

12.7.0.0

 

 

 

Netto aankopen in het buitenland

Netto aankopen in het buitenland

Netto aankopen in het buitenland

225

Netto aankopen in het buitenland

 

 

 

 

INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN IZW'S

Huisvesting — izw

Huisvesting — izw

Huisvesting — izw

226

Huisvesting — izw

 

01

 

 

Gezondheid — izw

Gezondheid — izw

Gezondheid — izw

227

Gezondheid — izw

 

02

 

 

Recreatie en cultuur — izw

Recreatie en cultuur — izw

Recreatie en cultuur — izw

228

Recreatie en cultuur — izw

 

03

 

 

Onderwijs — izw

Onderwijs — izw

Onderwijs — izw

229

Onderwijs — izw

 

04

 

 

Sociale bescherming — izw

Sociale bescherming — izw

Sociale bescherming — izw

230

Sociale bescherming — izw

 

05

 

 

Overige diensten — izw

Overige diensten — izw

Overige diensten — izw

231

Overige diensten — izw

 

06 tot en met 09

 

 

INDIVIDUELE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN DE OVERHEID

Huisvesting — GG

Huisvesting — GG

Huisvesting — GG

232

Huisvesting — GG

 

 

10.6.0

 

Gezondheid — GG

Gezondheid — GG

Gezondheid — GG

233

Gezondheid — GG

 

 

07

 

Recreatie en cultuur — GG

Recreatie en cultuur — GG

Recreatie en cultuur — GG

234

Recreatie en cultuur — GG

 

 

08

 

Onderwijs — GG

Onderwijs — GG

Onderwijs — GG

235

Onderwijs — GG

 

 

09

 

Sociale bescherming — GG

Sociale bescherming — GG

Sociale bescherming — GG

236

Sociale bescherming — GG

 

 

10, met uitzondering van 10.6

 

COLLECTIEVE CONSUMPTIEVE BESTEDINGEN VAN DE OVERHEID

Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid

Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid

Collectieve consumptieve bestedingen van de overheid

237

Beloning van werknemers (collectieve diensten)

 

 

 

 

238

Intermediair verbruik

 

 

 

 

239

Bruto-exploitatieoverschot

 

 

 

 

240

Netto belastingen op productie

 

 

 

 

241

Opbrengst van de verkoop

 

 

 

 

BRUTO-INVESTERINGEN

Bruto-investeringen in vaste activa

Machines, apparaten en werktuigen

Producten van metaal en apparaten

242

Werken van metaal, andere dan machines en apparaten [CPA 25, met uitzondering van 25.4]

 

 

 

25, met uitzondering van 25.4

243

Informatie- en communicatieapparatuur (CPA 26.1, 26.2 en 26.3)

 

 

 

26.1 tot en met 26.3

244

Overige elektrische en optische apparaten en instrumenten [CPA 26.4 tot en met 26.8]

 

 

 

26.4 tot en met 26.8

245

Elektrische apparatuur (CPA 27)

 

 

 

27

246

Machines en apparaten voor algemeen gebruik (CPA 28.1 tot en met 28.2)

 

 

 

28.1 en 28.2

247

Machines, apparaten en werktuigen voor specifiek gebruik (CPA 28.3 tot en met 28.9)

 

 

 

28.3 tot en met 28.9

Transportmiddelen

248

Auto's, aanhangwagens en opleggers (CPA 29)

 

 

 

29

249

Overige transportmiddelen (CPA 30)

 

 

 

30

Bouwnijverheid

Woningen

250

Woningen (CPA 41)

 

 

 

41

Niet voor bewoning bestemde gebouwen

251

Niet voor bewoning bestemde gebouwen (CPA 41)

 

 

 

41

Civieltechnische werken

252

Civieltechnische werken (CPA 42)

 

 

 

42

Overige producten

Overige producten

253

Meubelen en andere industrieproducten (CPA 31 en 32)

 

 

 

31 en 32

254

Computerprogrammatuur (CPA 58.2 en 62.01)

 

 

 

58.2 en 62.01

255

Overige producten n.e.g.

 

 

 

rest

Veranderingen in voorraden

Veranderingen in voorraden

Veranderingen in voorraden

256

Veranderingen in voorraden

 

 

 

 

Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden

Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden

Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden

257

Saldo aan- en verkopen van kostbaarheden

 

 

 

 

SALDO UIT- EN INVOER

Saldo uit- en invoer

Saldo uit- en invoer

Saldo uit- en invoer

258

Saldo uit- en invoer

 

 

 

 


(1)  Verdere uitsplitsing van COICOP zoals gedefinieerd in hoofdstuk 23 van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 549/2013.

(2)  Zoals gedefinieerd in hoofdstuk 23 van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 549/2013.

(3)  Zoals gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 1209/2014.


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/28


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1164 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose tot het einde van het verkoopseizoen 2015/2016

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 139, lid 2, en artikel 144, eerste alinea, onder g),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 mag suiker of isoglucose die boven het in artikel 136 van die verordening bedoelde quotum wordt geproduceerd, slechts worden uitgevoerd binnen de door de Commissie vast te stellen kwantitatieve grens.

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie (2) zijn uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor uitvoer buiten het quotum, met name ten aanzien van de afgifte van uitvoercertificaten. In het licht van mogelijke kansen op de exportmarkten dient de kwantitatieve grens echter per verkoopseizoen te worden bepaald.

(3)

Bepaalde suiker- en isoglucoseproducenten in de Unie hebben uitvoer uit de Unie uitgebouwd tot een belangrijk onderdeel van hun economische activiteiten en hebben buiten de Unie traditionele markten tot stand gebracht. Uitvoer van suiker en isoglucose naar deze markten kan ook zonder uitvoerrestituties economisch levensvatbaar zijn. Daarom dient een kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose te worden vastgesteld, zodat de betrokken EU-producenten hun traditionele markten kunnen blijven bevoorraden.

(4)

Voor het verkoopseizoen 2015/2016 wordt geraamd dat de marktvraag wordt gedekt wanneer de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker initieel wordt vastgesteld op 650 000 ton, uitgedrukt in wittesuikerequivalent, en wanneer die voor buiten het quotum geproduceerde isoglucose initieel wordt vastgesteld op 70 000 ton, uitgedrukt in droge stof.

(5)

De concurrentiepositie van suiker die uit de Unie wordt uitgevoerd naar bepaalde dichtbijgelegen bestemmingen en naar derde landen die Unieproducten een preferentiële behandeling bij invoer geven, is momenteel bijzonder gunstig. Vanwege het ontbreken van de juiste instrumenten voor de verlening van wederzijdse bijstand bij de bestrijding van onregelmatigheden moeten bepaalde dichtbijgelegen bestemmingen worden uitgesloten als in aanmerking komende bestemming voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker, teneinde het risico van fraude tot een minimum te beperken en misbruik in verband met eventuele wederinvoer of het opnieuw binnenbrengen in de Unie van de betrokken producten te voorkomen.

(6)

Aangezien het geschatte risico van fraude met isoglucose vanwege de aard van het product lager is, hoeven geen beperkingen te worden ingesteld voor bestemmingen waarnaar buiten het quotum geproduceerde isoglucose wordt uitgevoerd.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker

1.   Voor het verkoopseizoen 2015/2016 bedraagt de in artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EG) nr. 1308/2013 bedoelde kwantitatieve grens 650 000 ton voor de uitvoer zonder restitutie van buiten het quotum geproduceerde witte suiker van GN-code 1701 99.

2.   Uitvoer binnen de in lid 1 vastgestelde kwantitatieve grens is toegestaan voor alle bestemmingen, met uitsluiting van:

a)

derde landen: Albanië, Andorra, Bosnië en Herzegovina, de Heilige Stoel (Vaticaanstad), de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Kosovo (3), Liechtenstein, Montenegro, San Marino en Servië;

b)

gebieden van de lidstaten die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Unie: de Faeröer, Groenland, Helgoland, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia, en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent;

c)

Europese grondgebieden waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd en die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Unie: Gibraltar.

Artikel 2

Vaststelling van de kwantitatieve grens voor de uitvoer van buiten het quotum geproduceerde isoglucose

1.   Voor het verkoopseizoen 2015/2016 bedraagt de in artikel 139, lid 1, eerste alinea, onder d), van Verordening (EG) nr. 1308/2013 bedoelde kwantitatieve grens 70 000 ton, uitgedrukt in droge stof, voor de uitvoer zonder restitutie van buiten het quotum geproduceerde isoglucose van de GN-codes 1702 40 10, 1702 60 10 en 1702 90 30.

2.   Uitvoer van de in lid 1 bedoelde producten is slechts toegestaan indien die producten aan de voorwaarden van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 951/2006 voldoen.

Artikel 3

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 2015.

Zij vervalt op 30 september 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie van 30 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker (PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24).

(3)  Deze aanduiding laat de standpunten over de status onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/30


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1165 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 13, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 20 september 2012 heeft het Verenigd Koninkrijk overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van Dow AgroSciences Limited een aanvraag voor goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl ontvangen. Overeenkomstig artikel 9, lid 3, van die verordening heeft het Verenigd Koninkrijk, als rapporterende lidstaat, de Commissie op 2 november 2012 op de hoogte gebracht van de ontvankelijkheid van de aanvraag.

(2)

Op 20 december 2013 heeft de rapporterende lidstaat een ontwerpbeoordelingsverslag ingediend bij de Commissie, met kopie aan de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), waarin wordt beoordeeld of de werkzame stof naar verwachting beantwoordt aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009.

(3)

De EFSA heeft zich aan artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 gehouden. Overeenkomstig artikel 12, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 heeft zij de aanvrager verzocht de lidstaten, de Commissie en de EFSA aanvullende informatie te verstrekken. De beoordeling van de aanvullende informatie door de rapporterende lidstaat is in oktober 2014 bij de EFSA ingediend in de vorm van een bijgewerkt ontwerpbeoordelingsverslag.

(4)

Op 21 november 2014 heeft de EFSA aan de aanvrager, de lidstaten en de Commissie haar conclusie meegedeeld waarin zij vermeldt of de werkzame stof halauxifen-methyl naar verwachting aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 (2) beantwoordt. De EFSA heeft haar conclusie ter beschikking gesteld van het publiek.

(5)

Op 20 maart 2015 heeft de Commissie het evaluatieverslag voor halauxifen-methyl en een ontwerpverordening betreffende de goedkeuring van halauxifen-methyl bij het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders ingediend.

(6)

De aanvrager heeft de mogelijkheid gekregen om opmerkingen op het evaluatieverslag in te dienen.

(7)

Voor één of meer representatieve gebruiksdoeleinden van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof bevat, en met name voor de gebruiksdoeleinden die zijn onderzocht en zijn opgenomen in het evaluatieverslag, is vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 is voldaan. Aan deze goedkeuringscriteria wordt dus geacht te zijn voldaan. Daarom moet halauxifen-methyl worden goedgekeurd.

(8)

Overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, in samenhang met artikel 6 daarvan, en in het licht van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis is het echter noodzakelijk bepaalde voorwaarden en beperkingen op te nemen. Er moet met name om verdere bevestigende informatie worden gevraagd.

(9)

Overeenkomstig artikel 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 moet de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (3) dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Goedkeuring van de werkzame stof

De in bijlage I gespecificeerde werkzame stof halauxifen-methyl wordt goedgekeurd onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden.

Artikel 2

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

(2)  EFSA Journal 2014;12(12):3913. Online beschikbaar op: www.efsa.europa.eu

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).


BIJLAGE I

Benaming, identificatienummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid (1)

Datum van goedkeuring

Geldigheidsduur

Specifieke bepalingen

Halauxifen-methyl

CAS-nr.: 943831-98-9

CIPAC-nr.: 970.201 (halauxifen-methyl) 970 (halauxifen)

methyl 4-amino-3-chloor-6-(4-chloor-2-fluor-3-methoxyfenyl)pyridine-2-carboxylaat

≥ 930 g/kg

5 augustus 2015

5 augustus 2025

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over halauxifen-methyl, en met name met de aanhangsels I en II daarvan.

Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan:

het risico voor waterplanten en niet tot de doelsoorten behorende landplanten.

De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De aanvrager moet bevestigende informatie indienen:

betreffende de technische specificatie van de werkzame stof zoals die wordt geproduceerd (op basis van productie op commerciële schaal). De relevantie van onzuiverheden in het technische materiaal moet worden bevestigd;

of de steekproefsets betreffende de toxiciteit aan de technische specificatie voldoen.

De aanvrager moet die informatie uiterlijk op 5 februari 2016 bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA indienen.


(1)  Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.


BIJLAGE II

In deel B van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt de volgende vermelding toegevoegd:

 

Benaming, identificatienummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid (1)

Datum van goedkeuring

Geldigheidsduur

Specifieke bepalingen

„86

Halauxifen-methyl

CAS-nr.: 943831-98-9

CIPAC-nr.: 970.201 (halauxifen-methyl) 970 (halauxifen)

methyl 4-amino-3-chloor-6-(4-chloor-2-fluor-3-methoxyfenyl)pyridine-2-carboxylaat

≥ 930 g/kg

5 augustus 2015

5 augustus 2025

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over halauxifen-methyl, en met name met de aanhangsels I en II daarvan.

Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan:

het risico voor waterplanten en niet tot de doelsoorten behorende landplanten.

De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten.

De aanvrager moet bevestigende informatie indienen:

betreffende de technische specificatie van de werkzame stof zoals die wordt geproduceerd (op basis van productie op commerciële schaal). De relevantie van onzuiverheden in het technische materiaal moet worden bevestigd;

of de steekproefsets betreffende de toxiciteit aan de technische specificatie voldoen.

De aanvrager moet die informatie uiterlijk op 5 februari 2016 bij de Commissie, de lidstaten en de EFSA indienen.”.


(1)  Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/34


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1166 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 22, in samenhang met artikel 20, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat, zoals vermeld in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (2), vervalt op 31 december 2015.

(2)

Er is een aanvraag ingediend voor verlenging van de opneming van ijzerfosfaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (3); deze aanvraag was in overeenstemming met artikel 4 van Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie (4) en werd binnen de in dat artikel vermelde termijn ingediend.

(3)

De aanvrager heeft de vereiste aanvullende dossiers overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) nr. 1141/2010 ingediend. De rapporterende lidstaat heeft vastgesteld dat de aanvraag als volledig kan worden beschouwd.

(4)

De rapporterende lidstaat heeft in overleg met de mederapporterende lidstaat een beoordelingsverslag over de verlenging opgesteld en dit op 30 april 2013 bij de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en de Commissie ingediend.

(5)

De EFSA heeft het beoordelingsverslag over de verlenging voor commentaar aan de aanvrager en de lidstaten toegezonden en de ontvangen opmerkingen naar de Commissie doorgestuurd. De EFSA heeft het aanvullende beknopte dossier tevens bekendgemaakt.

(6)

Op 17 december 2014 deelde de EFSA de Commissie haar conclusie (5) mee met betrekking tot de vraag of ijzerfosfaat naar verwachting voldoet aan de goedkeuringscriteria zoals vermeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. De Commissie heeft het ontwerpevaluatieverslag voor ijzerfosfaat op 20 maart 2015 aan het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders voorgelegd.

(7)

Met betrekking tot één of meer representatieve gebruiksdoeleinden van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof bevat, is vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 werd voldaan. Aan deze goedkeuringscriteria wordt dus geacht te zijn voldaan.

(8)

De Commissie is voorts van oordeel dat ijzerfosfaat een werkzame stof met een laag risico is in de zin van artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. IJzerfosfaat is geen tot bezorgdheid aanleiding gevende stof en voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in bijlage II, punt 5, van Verordening (EG) nr. 1107/2009. IJzerfosfaat bestaat uit verbindingen die alomtegenwoordig zijn in het milieu en die noodzakelijk zijn voor dierlijke en plantaardige functies. Bovendien is ijzerfosfaat een natuurlijk bestanddeel van de menselijke voeding. De extra blootstelling van mensen, dieren en het milieu door de krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 goedgekeurde gebruiksdoeleinden is waarschijnlijk verwaarloosbaar in vergelijking met de verwachte blootstelling in realistische natuurlijke omstandigheden.

De risicobeoordeling voor de verlenging van de goedkeuring van ijzerfosfaat is gebaseerd op een beperkt aantal representatieve gebruiksdoeleinden die echter de gebruiksdoeleinden waarvoor gewasbeschermingsmiddelen met ijzerfosfaat kunnen worden toegelaten niet beperken. Daarom is het passend de beperking tot gebruik als slakkendodend middel niet te behouden.

(9)

Daarom moet de goedkeuring van ijzerfosfaat als werkzame stof met een laag risico worden verlengd.

(10)

Overeenkomstig artikel 20, lid 3, in samenhang met artikel 13, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, moet de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

Deze verordening moet van toepassing worden op de dag na de datum waarop de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat verloopt, als bedoeld in overweging 1.

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof

De goedkeuring van de in bijlage I gespecificeerde werkzame stof ijzerfosfaat wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden verlengd.

Artikel 2

Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 3

Inwerkingtreding en toepassingsdatum

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2016.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).

(3)  Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie van 7 december 2010 tot vaststelling van de procedure voor de verlenging van de opneming van een tweede groep werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot opstelling van de lijst van die stoffen (PB L 322 van 8.12.2010, blz. 10).

(5)  EFSA Journal 2015; 13(1):3973. Online beschikbaar op: www.efsa.europa.eu


BIJLAGE I

Benaming, identificatienummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid (1)

Datum van goedkeuring

Geldigheidsduur

Specifieke bepalingen

IJzerfosfaat

CAS-nr.: 10045-86-0

CIPAC-nr.: 629

IJzerfosfaat

IJzerfosfaat 703 g/kg overeenkomend met 260 g/kg ijzer en 144 g/kg fosfor

1 januari 2016

31 december 2030

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over ijzerfosfaat, en met name met de aanhangsels I en II daarvan.


(1)  Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.


BIJLAGE II

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In deel A wordt vermelding 22 inzake ijzerfosfaat geschrapt.

2)

In deel D wordt de volgende vermelding toegevoegd:

 

Benaming, identificatienummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid (1)

Datum van goedkeuring

Geldigheidsduur

Specifieke bepalingen

„5

IJzerfosfaat

CAS-nr.: 10045-86-0

CIPAC-nr.: 629

IJzerfosfaat

IJzerfosfaat 703 g/kg overeenkomend met 260 g/kg ijzer en 144 g/kg fosfor

1 januari 2016

31 december 2030

Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over ijzerfosfaat, en met name met de aanhangsels I en II daarvan.”.


(1)  Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.


16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/37


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1167 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),

Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

MA

197,2

MK

43,4

ZZ

120,3

0707 00 05

TR

137,2

ZZ

137,2

0709 93 10

TR

116,7

ZZ

116,7

0805 50 10

AR

100,5

UY

97,5

ZA

142,5

ZZ

113,5

0808 10 80

AR

187,9

BR

108,9

CL

134,2

NZ

158,9

US

172,6

UY

155,7

ZA

130,0

ZZ

149,7

0808 30 90

AR

163,0

CL

141,7

NZ

307,3

ZA

132,6

ZZ

186,2

0809 10 00

TR

250,9

ZZ

250,9

0809 29 00

CA

1 187,7

TR

250,2

US

493,3

ZZ

643,7

0809 40 05

BA

78,6

ZZ

78,6


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.


RICHTLIJNEN

16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/39


UITVOERINGSRICHTLIJN (EU) 2015/1168 VAN DE COMMISSIE

van 15 juli 2015

tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad, respectievelijk artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen (1), en met name artikel 7, lid 2, onder a) en b),

Gezien Richtlijn 2002/55/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (2), en met name artikel 7, lid 2, onder a) en b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Richtlijnen 2003/90/EG (3) en 2003/91/EG (4) van de Commissie zijn vastgesteld om ervoor te zorgen dat de rassen die de lidstaten in hun nationale rassenlijsten opnemen, aan de richtsnoeren van het Communautair Bureau voor plantenrassen (CPVO) voldoen met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van de rassen zich ten minste moet uitstrekken en de minimumeisen voor dat onderzoek, voor zover deze richtsnoeren zijn vastgesteld. Voor andere rassen bepalen die richtlijnen dat de richtsnoeren van de Internationale Unie tot bescherming van kweekproducten (UPOV) van toepassing zijn.

(2)

Het CPVO heeft sindsdien nog meer richtsnoeren vastgesteld en bestaande richtsnoeren bijgewerkt.

(3)

De Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen I en II bij Richtlijn 2003/90/EG worden vervangen door de tekst in deel A van de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

De bijlagen bij Richtlijn 2003/91/EG worden vervangen door de tekst in deel B van de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 3

Voor onderzoeken die vóór 1 juli 2016 zijn begonnen, mogen de lidstaten de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG toepassen in de versie die vóór de wijziging bij deze richtlijn van toepassing was.

Artikel 4

De lidstaten dienen uiterlijk op 30 juni 2016 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 juli 2016.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 5

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 6

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2015.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 193 van 20.7.2002, blz. 1.

(2)  PB L 193 van 20.7.2002, blz. 33.

(3)  Richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 7).

(4)  Richtlijn 2003/91/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 11).


BIJLAGE

DEEL A

BIJLAGE I

Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de CPVO-testprotocollen

Wetenschappelijke naam

Triviale naam

CPVO-protocol

Festuca filiformis Pourr.

Fijnbladig schapengras

TP 67/1 van 23.6.2011

Festuca ovina L.

Schapengras

TP 67/1 van 23.6.2011

Festuca rubra L.

Roodzwenkgras

TP 67/1 van 23.6.2011

Festuca trachyphylla (Hack.) Krajina

Hardzwenkgras

TP 67/1 van 23.6.2011

Lolium multiflorum Lam.

Italiaans raaigras

TP 4/1 van 23.6.2011

Lolium perenne L.

Engels raaigras

TP 4/1 van 23.6.2011

Lolium × boucheanum Kunth

Gekruist raaigras

TP 4/1 van 23.6.2011

Pisum sativum L.

Voedererwt

TP 7/2 rev. van 11.3.2015

Brassica napus L.

Koolzaad

TP 36/2 van 16.11.2011

Brassica napus L. var. napobrassica (L.) Rchb.

Koolraap

TP 89/1 van 11.3.2015

Cannabis sativa L.

Hennep

TP 276/1 van 28.11.2012

Helianthus annuus L.

Zonnebloem

TP 81/1 van 31.10.2002

Linum usitatissimum L.

Vlas/lijnzaad

TP 57/2 van 19.3.2014

Avena nuda L.

Naakte haver

TP 20/1 van 6.11.2003

Avena sativa L. (inclusief A. byzantina K. Koch)

Haver

TP 20/1 van 6.11.2003

Hordeum vulgare L.

Gerst

TP 19/3 van 21.3.2012

Oryza sativa L.

Rijst

TP 16/2 van 21.3.2012

Secale cereale L.

Rogge

TP 58/1 van 31.10.2002

xTriticosecale Wittm. ex A. Camus

Hybriden die het gevolg zijn van de kruising van een soort van het geslacht Triticum met een soort van het geslacht Secale

TP 121/2 rev. 1 van 16.2.2011

Triticum aestivum L.

Tarwe

TP 3/4 rev. 2 van 16.2.2011

Triticum durum Desf.

Harde tarwe

TP 120/3 van 19.3.2014

Zea mays L.

Mais

TP 2/3 van 11.3.2010

Solanum tuberosum L.

Aardappel

TP 23/2 van 1.12.2005

De tekst van deze protocollen is te vinden op de website van het CPVO (http://www.cpvo.europa.eu/main/nl/).

BIJLAGE II

Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder b), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de UPOV-testrichtsnoeren

Wetenschappelijke naam

Triviale naam

UPOV-richtsnoer

Beta vulgaris L.

Voederbiet

TG/150/3 van 4.11.1994

Agrostis canina L.

Moerasstruisgras/kruipend struisgras

TG/30/6 van 12.10.1990

Agrostis gigantea Roth.

Hoog struisgras

TG/30/6 van 12.10.1990

Agrostis stolonifera L.

Fioringras/wit struisgras

TG/30/6 van 12.10.1990

Agrostis capillaris L.

Gewoon struisgras

TG/30/6 van 12.10.1990

Bromus catharticus Vahl

Paardengras

TG/180/3 van 4.4.2001

Bromus sitchensis Trin.

Alaskadravik

TG/180/3 van 4.4.2001

Dactylis glomerata L.

Kropaar

TG/31/8 van 17.4.2002

Festuca arundinacea Schreb.

Rietzwenkgras

TG/39/8 van 17.4.2002

Festuca pratensis Huds.

Beemdlangbloem

TG/39/8 van 17.4.2002

xFestulolium Asch. et Graebn.

Hybriden die het gevolg zijn van de kruising van een soort van het geslacht Festuca met een soort van het geslacht Lolium

TG/243/1 van 9.4.2008

Phleum nodosum L.

Klein timotheegras

TG/34/6 van 7.11.1984

Phleum pratense L.

Timotheegras

TG/34/6 van 7.11.1984

Poa pratensis L.

Veldbeemdgras

TG/33/7 van 9.4.2014

Lotus corniculatus L.

Rolklaver

TG 193/1 van 9.4.2008

Lupinus albus L.

Witte lupine

TG/66/4 van 31.3.2004

Lupinus angustifolius L.

Blauwe lupine

TG/66/4 van 31.3.2004

Lupinus luteus L.

Gele lupine

TG/66/4 van 31.3.2004

Medicago sativa L.

Luzerne

TG/6/5 van 6.4.2005

Medicago × varia T. Martyn

Bonte luzerne

TG/6/5 van 6.4.2005

Trifolium pratense L.

Rode klaver

TG/5/7 van 4.4.2001

Trifolium repens L.

Witte klaver

TG/38/7 van 9.4.2003

Vicia faba L.

Paardenboon/veldboon

TG/8/6 van 17.4.2002

Vicia sativa L.

Voederwikke

TG/32/7 van 20.3.2013

 

 

 

Raphanus sativus L. var. oleiformis Pers.

Bladrammenas

TG/178/3 van 4.4.2001

Arachis hypogaea L.

Grondnoot/pinda

TG/93/4 van 9.4.2014

Brassica rapa L. var. silvestris (Lam.) Briggs

Raapzaad

TG/185/3 van 17.4.2002

Carthamus tinctorius L.

Saffloer

TG/134/3 van 12.10.1990

Gossypium spp.

Katoen

TG/88/6 van 4.4.2001

Papaver somniferum L.

Blauwmaanzaad

TG/166/4 van 9.4.2014

Sinapis alba L.

Witte mosterd

TG/179/3 van 4.4.2001

Glycine max (L.) Merr.

Sojaboon

TG/80/6 van 1.4.1998

Sorghum bicolor (L.) Moench

Kafferkoren

TG/122/3 van 6.10.1989

De tekst van deze richtsnoeren is te vinden op de website van de UPOV (http://www.upov.int/portal/index.html.en).

DEEL B

BIJLAGE I

Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de CPVO-testprotocollen

Wetenschappelijke naam

Triviale naam

CPVO-protocol

Allium cepa L. (Cepa-groep)

Ui en echalion

TP 46/2 van 1.4.2009

Allium cepa L. (Aggregatum-groep)

Sjalot

TP 46/2 van 1.4.2009

Allium fistulosum L.

Stengelui

TP 161/1 van 11.3.2010

Allium porrum L.

Prei

TP 85/2 van 1.4.2009

Allium sativum L.

Knoflook

TP 162/1 van 25.3.2004

Allium schoenoprasum L.

Bieslook

TP 198/2 van 11.3.2015

Apium graveolens L.

Bleekselderij

TP 82/1 van 13.3.2008

Apium graveolens L.

Knolselderij

TP 74/1 van 13.3.2008

Asparagus officinalis L.

Asperge

TP 130/2 van 16.2.2011

Beta vulgaris L.

Rode biet, inclusief Cheltenham beet

TP 60/1 van 1.4.2009

Beta vulgaris L.

Snijbiet

TP 106/1 van 11.3.2015

Brassica oleracea L.

Boerenkool

TP 90/1 van 16.2.2011

Brassica oleracea L.

Bloemkool

TP 45/2 van 11.3.2010

Brassica oleracea L.

Broccoli

TP 151/2 van 21.3.2007

Brassica oleracea L.

Spruitkool

TP 54/2 van 1.12.2005

Brassica oleracea L.

Koolrabi

TP 65/1 van 25.3.2004

Brassica oleracea L.

Savooiekool, wittekool en rodekool

TP 48/3 van 16.2.2011

Brassica rapa L.

Paksoi

TP 105/1 van 13.3.2008

Capsicum annuum L.

Paprika of Spaanse peper

TP 76/2 van 21.3.2007

Cichorium endivia L.

Krulandijvie en andijvie

TP 118/3 van 19.3.2014

Cichorium intybus L.

Cichorei voor de industrie

TP 172/2 van 1.12.2005

Cichorium intybus L.

Witlof

TP 173/1 van 25.3.2004

Citrullus lanatus (Thunb.) Matsum. et Nakai

Watermeloen

TP 142/2 van 19.3.2014

Cucumis melo L.

Meloen

TP 104/2 van 21.3.2007

Cucumis sativus L.

Komkommer en augurk

TP 61/2 van 13.3.2008

Cucurbita maxima Duchesne

Pompoen

TP 155/1 van 11.3.2015

Cucurbita pepo L.

Courgette

TP 119/1 rev. van 19.3.2014

Cynara cardunculus L.

Artisjok en kardoen

TP 184/2 van 27.2.2013

Daucus carota L.

Wortel en voederwortel

TP 49/3 van 13.3.2008

Foeniculum vulgare Mill.

Knolvenkel

TP 183/1 van 25.3.2004

Lactuca sativa L.

Sla

TP 13/5 van 16.2.2011

Solanum lycopersicum L.

Tomaat

TP 44/4 rev. van 27.2.2013

Petroselinum crispum (Mill.) Nyman ex A. W. Hill

Peterselie

TP 136/1 van 21.3.2007

Phaseolus coccineus L.

Pronkboon

TP 9/1 van 21.3.2007

Phaseolus vulgaris L.

Stamboon en stokboon

TP 12/4 van 27.2.2013

Pisum sativum L. (partim)

Kreukzadige doperwt, rondzadige doperwt en peul

TP 7/2 rev. van 11.3.2015

Raphanus sativus L.

Radijs, rammenas

TP 64/2 rev. van 11.3.2015

Scorzonera hispanica L.

Schorseneer

TP 116/1 van 11.3.2015

Solanum melongena L.

Aubergine

TP 117/1 van 13.3.2008

Spinacia oleracea L.

Spinazie

TP 55/5 van 27.2.2013

Valerianella locusta (L.) Laterr.

Veldsla

TP 75/2 van 21.3.2007

Vicia faba L. (partim)

Tuinboon

TP Broadbean/1 van 25.3.2004

Zea mays L. (partim)

Suikermais en pofmais

TP 2/3 van 11.3.2010

Solanum lycopersicum L. × Solanum habrochaites S. Knapp & D.M. Spooner; Solanum lycopersicum L. × Solanum peruvianum (L.) Mill.; Solanum lycopersicum L. × Solanum cheesmaniae (L. Ridley) Fosberg

Tomaatwortelstokken

TP 294/1 van 19.3.2014

De tekst van deze protocollen is te vinden op de website van het CPVO (http://www.cpvo.europa.eu/main/nl/).

BIJLAGE II

Lijst van de in artikel 1, lid 2, onder b), bedoelde gewassen die moeten voldoen aan de UPOV-testrichtsnoeren

Wetenschappelijke naam

Triviale naam

UPOV-richtsnoer

Brassica rapa L.

Meiraap/stoppelknol

TG/37/10 van 4.4.2001

Cichorium intybus L.

Bladcichorei

TG/154/3 van 18.10.1996

Rheum rhabarbarum L.

Rabarber

TG/62/6 van 24.3.1999

De tekst van deze richtsnoeren is te vinden op de website van de UPOV (http://www.upov.int/portal/index.html.en).


BESLUITEN

16.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 188/45


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/1169 VAN DE COMMISSIE

van 14 juli 2015

tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten wat betreft de gegevens voor Estland, Litouwen en Polen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2015) 4712)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name artikel 9, lid 4,

Gezien Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name artikel 10, lid 4,

Gezien Richtlijn 2002/99/EG van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name artikel 4, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie (4) zijn maatregelen op het gebied van de diergezondheid vastgesteld in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten. In de bijlage bij dat besluit zijn bepaalde gebieden in die lidstaten afgebakend en in een lijst opgenomen, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende risiconiveaus op basis van de epidemiologische situatie. Op die lijst staan bepaalde gebieden in Estland, Italië, Letland, Litouwen en Polen.

(2)

In mei 2015 zijn een aantal gevallen van Afrikaanse varkenspest bij wilde varkens gemeld in Polen (in de gmina Michalowo), Litouwen (in de rajono savivaldybė Prienai en Kėdainiai) en Estland (in de vald Türi) in de in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU vermelde gebieden. Die gevallen hebben zich voorgedaan in gebieden die in deel I van die bijlage zijn opgenomen of in gebieden die in de delen II en III zijn opgenomen en in de nabijheid van gebieden uit deel I liggen.

(3)

Bij de risicobeoordeling van de situatie in Estland, Litouwen en Polen wat betreft Afrikaanse varkenspest moet rekening worden gehouden met de ontwikkeling van de huidige epidemiologische situatie in de Unie. Om doelgerichte maatregelen op het gebied van de diergezondheid te kunnen nemen en de verdere verspreiding van Afrikaanse varkenspest te voorkomen en teneinde onnodige verstoringen van de handel binnen de Unie te voorkomen en door derde landen ongerechtvaardigd opgeworpen handelsbelemmeringen te vermijden, moet de in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU opgenomen lijst van gebieden waar maatregelen op het gebied van de diergezondheid moeten worden genomen, worden gewijzigd in het licht van de situatie ten aanzien van Afrikaanse varkenspest in die drie lidstaten.

(4)

Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd om de in de delen I en II opgenomen gebieden in Estland, Litouwen en Polen te wijzigen.

(5)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 14 juli 2015.

Voor de Commissie

Vytenis ANDRIUKAITIS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.

(2)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

(3)  PB L 18 van 23.1.2003, blz. 11.

(4)  Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie van 9 oktober 2014 betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2014/178/EU (PB L 295 van 11.10.2014, blz. 63).


BIJLAGE

„BIJLAGE

DEEL I

1.

Estland

De volgende gebieden in Estland:

de linn Kunda,

de linn Paide,

de linn Tartu,

de linn Võru,

de maakond Jõgeva,

de maakond Põlvamaa,

de vald Alatskivi,

de vald Albu,

de vald Ambla,

de vald Anija,

de vald Are,

de vald Häädemeeste,

de vald Haaslava,

de vald Halinga,

de vald Imavere,

de vald Järva-Jaani,

de vald Järvakandi,

de vald Juuru,

de vald Kaiu,

de vald Kambja,

de vald Kareda,

de vald Kehtna,

de vald Koeru,

de vald Kohila,

de vald Koigi,

de vald Kõpu,

de vald Kose,

de vald Kõue,

de vald Laekvere,

de vald Laeva,

de vald Lasva,

de vald Luunja,

de vald Mäksa,

de vald Märjamaa,

de vald Meeksi,

de vald Meremäe,

de vald Nõo,

de vald Paide,

de vald Paikuse,

de vald Peipsiääre,

de vald Piirissaare,

de vald Rägavere,

de vald Raikküla,

de vald Rapla,

de vald Roosna-Alliku,

de vald Saarde,

de vald Sauga,

de vald Sõmeru,

de vald Surju,

de vald Tahkuranna,

de vald Tähtvere,

de vald Tartu,

de vald Tootsi,

de vald Tori,

de vald Ülenurme,

de vald Väätsa,

de vald Vara,

de vald Vastseliina,

de vald Vigala,

de vald Vinni,

de vald Viru-Nigula,

de vald Võnnu,

de vald Võru.

2.

Letland

De volgende gebieden in Letland:

in de novads Alūksnes, de pagasti Ilzenes, Zeltiņu, Kalncempju, Annas, Malienas, Jaunannas, Mālupes en Liepnas,

in de novads Apes, de pagasts Virešu,

in de novads Krimuldas, de pagasts Krimuldas,

de novads Aizkraukles,

de novads Amatas,

de novads Baltinavas,

de novads Balvu,

de novads Cēsu,

de novads Gulbenes,

de novads Ikšķiles,

de novads Inčukalna,

de novads Jaunjelgavas,

de novads Jaunpiepalgas,

de novads Ķeguma,

de novads Lielvārdes,

de novads Līgatnes,

de novads Mālpils,

de novads Neretas,

de novads Ogres,

de novads Priekuļu,

de novads Raunas,

de novads Ropažu,

de novads Rugāju,

de novads Salas,

de novads Sējas,

de novads Siguldas,

de novads Skrīveru,

de novads Smiltenes,

de novads Vecpiebalgas,

de novads Vecumnieku,

de novads Viesītes,

de novads Viļakas.

3.

Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

in de rajono savivaldybė Jurbarkas, de seniūnija Raudonės, Veliuonos, Seredžiaus en Juodaičių,

in de rajono savivaldybė Pakruojis, de seniūnija Klovainių, Rozalimo en Pakruojo,

in de rajono savivaldybė Panevežys, de seniūnija Krekenavos, Upytės, Naujamiesčio en Smilgių,

In de rajono savivaldybė Raseiniai, de seniūnija Ariogalos, Ariogalos miestas, Betygalos, Pagojukų en Šiluvos,

In de rajono savivaldybė Šakiai, de seniūnija Plokščių, Kriūkų, Lekėčių, Lukšių, Griškabūdžio, Barzdų, Žvirgždaičių, Sintautų, Kudirkos Naumiesčio, Slavikų en Šakių,

de rajono savivaldybė Pasvalys,

de rajono savivaldybė Vilkaviškis,

de rajono savivaldybė Radviliškis,

de savivaldybė Kalvarija,

de savivaldybė Kazlų Rūda,

de savivaldybė Marijampolė.

4.

Polen

De volgende gebieden in Polen:

in het woiwodschap Podlaskie:

de gminy Augustów met de stad Augustów, Nowinka, Sztabin en Bargłów Kościelny in de powiat augustowski,

de gminy Choroszcz, Juchnowiec Kościelny, Suraż, Turośń Kościelna, Tykocin, Łapy, Poświętne, Zawady, Dobrzyniewo Duże en een deel van de gmina Zabłudów (het zuidwestelijke deel van de gmina, afgebakend door de lijn die door weg nummer 19 en vervolgens door weg nummer 685 wordt gevormd) in de powiat białostocki,

de gminy Czyże, Hajnówka met de stad Hajnówka, Dubicze Cerkiewne, Kleszczele en Czeremcha in de powiat hajnowski,

de gminy Grodzisk, Dziadkowice en Milejczyce in de powiat siemiatycki,

de gminy Kobylin-Borzymy, Kulesze Kościelne, Sokoły, Wysokie Mazowieckie met de stad Wysokie Mazowieckie, Nowe Piekuty, Szepietowo, Klukowo en Ciechanowiec in de powiat wysokomazowiecki,

de gminy Krasnopol en Puńsk in de powiat sejneński,

de gminy Rutka-Tartak, Szypliszki, Suwałki en Raczki in de powiat suwalski,

de gmina Rutki in de powiat zambrowski,

de gminy Suchowola en Korycin in de powiat sokólski,

de powiat bielski,

de powiat miasta Białystok,

de powiat miasta Suwałki,

de powiat moniecki.

DEEL II

1.

Estland

De volgende gebieden in Estland:

de linn Vändra,

de linn Viljandi,

de linn Võhma,

de maakond Ida-Virumaa,

de maakond Valgamaa,

de vald Abja,

de vald Antsla,

de vald Haanja,

de vald Halliste,

de vald Karksi,

de vald Käru,

de vald Kolga-Jaani,

de vald Konguta,

de vald Kõo,

de vald Misso,

de vald Mõniste,

de vald Paistu,

de vald Pärsti,

de vald Puhja,

de vald Rannu,

de vald Rõngu,

de vald Rõuge,

de vald Saarepeedi,

de vald Sõmerpalu,

de vald Suure-Jaani,

de vald Tarvastu,

de vald Türi,

de vald Urvaste,

de vald Vändra,

de vald Varstu,

de vald Viiratsi.

2.

Letland

De volgende gebieden in Letland:

in de novads Alūksnes, de pagasti Veclaicenes, Jaunlaicenes, Ziemeru, Alsviķu, Mārkalnes, Jaunalūksnes en Pededzes,

in de novads Apes, de pagasti Gaujienas, Trapenes en Apes,

in de novads Krimuldas, de pagasts Lēdurgas,

de novads Aknīstes,

de novads Alojas,

de novads Cesvaines,

de novads Ērgļu,

de novads Ilūkstes,

de novads Jēkabpils,

de novads Kocēnu,

de novads Kokneses,

de novads Krustpils,

de novads Limbažu,

de novads Līvānu,

de novads Lubānas,

de novads Madonas,

de novads Mazsalacas,

de novads Pārgaujas,

de novads Pļaviņu,

de novads Salacgrīvas,

de novads Varakļānu,

de republikas pilsēta Jēkabpils,

de republikas pilsēta Valmiera.

3.

Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

in de rajono savivaldybė Anykščiai, de seniūnija Andrioniškis, Anykščiai, Debeikiai, Kavarskas, Kurkliai, Skiemonys, Traupis, Troškūnai, Viešintos en het deel van Svėdasai ten zuiden van weg nummer 118,

in de rajono savivaldybė Kupiškis, de seniūnija Alizava, Kupiškis, Noriūnai en Subačius,

In de rajono savivaldybė Panevėžys, de seniūnija Karsakiškio, Miežiškių, Paįstrio, Panevėžio, Ramygalos, Raguvos, Vadoklių en Velžio,

de apskritis Alytus,

de miesto savivaldybė Kaunas,

de miesto savivaldybė Panevėžys,

de miesto savivaldybė Vilnius,

de rajono savivaldybė Biržai,

de rajono savivaldybė Jonava,

de rajono savivaldybė Kaišiadorys,

de rajono savivaldybė Kaunas,

de rajono savivaldybe Kėdainiai,

de rajono savivaldybė Prienai,

de rajono savivaldybė Šalčininkai,

de rajono savivaldybė Širvintos,

de rajono savivaldybė Trakai,

de rajono savivaldybė Ukmergė,

de rajono savivaldybė Vilnius,

de savivaldybė Birštonas,

de savivaldybė Elektrėnai.

4.

Polen

De volgende gebieden in Polen:

in het woiwodschap Podlaskie:

de gminy Czarna Białostocka, Supraśl, Wasilków en een deel van de gmina Zabłudów (het noordoostelijke deel van de gmina, afgebakend door de lijn die door weg nummer 19 en vervolgens door weg nummer 685 wordt gevormd) in de powiat białostocki,

de gminy Dąbrowa Białostocka, Janów, Nowy Dwór en Sidra in de powiat sokólski,

de gminy Giby en Sejny met de stad Sejny in de powiat sejneński,

de gminy Lipsk en Płaska in de powiat augustowski,

de gminy Narew, Narewka en Białowieża in de powiat hajnowski.

DEEL III

1.

Letland

De volgende gebieden in Letland:

de novads Aglonas,

de novads Beverīinas,

de novads Burtnieku,

de novads Ciblas,

de novads Dagdas,

de novads Daugavpils,

de novads Kārsavas,

de novads Krāslavas,

de novads Ludzas,

de novads Naukšēnu,

de novads Preiļu,

de novads Rēzeknes,

de novads Riebiņu,

de novads Rūjienas,

de novads Strenču,

de novads Valkas,

de novads Vārkavas,

de novads Viļānu,

de novads Zilupes,

de republikas pilsēta Daugavpils,

de republikas pilsēta Rēzekne.

2.

Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

in de rajono savivaldybė Anykščiai, het deel van de seniūnija Svėdasai ten noorden van weg nummer 118,

in de rajono savivaldybė Kupiškis, de seniūnija Šimonys en Skapiškis,

de rajono savivaldybe Ignalina,

de rajono savivaldybe Moletai,

de rajono savivaldybe Rokiškis,

de rajono savivaldybe Švencionys,

de rajono savivaldybe Utena,

de rajono savivaldybe Zarasai,

de savivaldybe Visaginas.

3.

Polen

De volgende gebieden in Polen:

in het woiwodschap Podlaskie:

de gminy Gródek en Michałowo in de powiat białostocki,

de gminy Krynki, Kuźnica, Sokółka en Szudziałowo in de powiat sokólski.

DEEL IV

Italië

De volgende gebieden in Italië:

alle gebieden van Sardinië.”