ISSN 1977-0758

doi:10.3000/19770758.L_2012.247.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 247

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

55e jaargang
13 september 2012


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Verordening (EU) nr. 809/2012 van de Commissie van 10 september 2012 tot vaststelling van een verbod op de visserij op wijting in gebied VIII door vaartuigen die de vlag van België voeren

1

 

*

Verordening (EU) nr. 810/2012 van de Commissie van 10 september 2012 tot vaststelling van een verbod op de visserij op zeeduivel in de gebieden VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe door vaartuigen die de vlag van België voeren

3

 

*

Verordening (EU) nr. 811/2012 van de Commissie van 10 september 2012 tot vaststelling van een verbod op de visserij op kabeljauw in de Noorse wateren van de gebieden I en II door vaartuigen die de vlag van Spanje voeren

5

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 812/2012 van de Commissie van 12 september 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 747/2001 van de Raad wat betreft tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en verwerkte landbouwproducten van oorsprong uit Marokko

7

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 813/2012 van de Commissie van 12 september 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 718/2007 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA)

12

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 814/2012 van de Commissie van 12 september 2012 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

13

 

 

Rectificaties

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 6/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 1 april 2011 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst ( PB L 93 van 7.4.2011 )

15

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 156/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2011 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst ( PB L 76 van 15.3.2012 )

15

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 104/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2011 tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) en Protocol nr. 37 (dat de in artikel 101 bedoelde lijst bevat) bij de EER-overeenkomst ( PB L 318 van 1.12.2011 )

16

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 127/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2011 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst ( PB L 76 van 15.3.2012 )

16

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 162/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 19 december 2011 tot wijziging van bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst ( PB L 76 van 15.3.2012 )

16

 

*

Rectificatie van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 87/250/EEG van de Commissie, Richtlijn 90/496/EEG van de Raad, Richtlijn 1999/10/EG van de Commissie, Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/67/EG en 2008/5/EG van de Commissie, en Verordening (EG) nr. 608/2004 van de Commissie ( PB L 304 van 22.11.2011 )

17

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/1


VERORDENING (EU) Nr. 809/2012 VAN DE COMMISSIE

van 10 september 2012

tot vaststelling van een verbod op de visserij op wijting in gebied VIII door vaartuigen die de vlag van België voeren

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (1), en met name artikel 36, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 43/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd of geen internationale overeenkomsten gelden (2), zijn de quota voor 2012 vastgesteld.

(2)

Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2012 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt.

(3)

Daarom moet de visserij op dat bestand worden verboden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het opgebruiken van het quotum

Het quotum dat voor 2012 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.

Artikel 2

Verbodsbepalingen

De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, te verplaatsen, over te laden of aan te landen.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 september 2012.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

Lowri EVANS

Directeur-generaal Maritieme Zaken en Visserij


(1)   PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

(2)   PB L 25 van 27.1.2012, blz. 1.


BIJLAGE

Nr.

23/TQ43

Lidstaat

België

Bestand

WHG/08.

Soort

Wijting (Merlangius merlangus)

Gebied

VIII

Datum

10.8.2012


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/3


VERORDENING (EU) Nr. 810/2012 VAN DE COMMISSIE

van 10 september 2012

tot vaststelling van een verbod op de visserij op zeeduivel in de gebieden VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe door vaartuigen die de vlag van België voeren

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (1), en met name artikel 36, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 43/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd of geen internationale overeenkomsten gelden (2), zijn de quota voor 2012 vastgesteld.

(2)

Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2012 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt.

(3)

Daarom moet de visserij op dat bestand worden verboden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het opgebruiken van het quotum

Het quotum dat voor 2012 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.

Artikel 2

Verbodsbepalingen

De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, te verplaatsen, over te laden of aan te landen.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 september 2012.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

Lowri EVANS

Directeur-generaal Maritieme Zaken en Visserij


(1)   PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

(2)   PB L 25 van 27.1.2012, blz. 1.


BIJLAGE

Nr.

22/TQ43

Lidstaat

België

Bestand

ANF/8ABDE.

Soort

Zeeduivel (Lophiidae)

Gebied

VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe

Datum

10.8.2012


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/5


VERORDENING (EU) Nr. 811/2012 VAN DE COMMISSIE

van 10 september 2012

tot vaststelling van een verbod op de visserij op kabeljauw in de Noorse wateren van de gebieden I en II door vaartuigen die de vlag van Spanje voeren

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (1), en met name artikel 36, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 44/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden in de EU-wateren en, voor EU-vaartuigen, in bepaalde niet-EU-wateren, voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor internationale onderhandelingen worden gevoerd of internationale overeenkomsten gelden (2), zijn de quota voor 2012 vastgesteld.

(2)

Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2012 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt.

(3)

Daarom moet de visserij op dat bestand worden verboden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het opgebruiken van het quotum

Het quotum dat voor 2012 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.

Artikel 2

Verbodsbepalingen

De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, te verplaatsen, over te laden of aan te landen.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 september 2012.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

Lowri EVANS

Directeur-generaal Maritieme Zaken en Visserij


(1)   PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.

(2)   PB L 25 van 27.1.2012, blz. 55.


BIJLAGE

Nr.

24/TQ44

Lidstaat

Spanje

Bestand

COD/1N2AB.

Soort

Kabeljauw (Gadus morhua)

Gebied

Noorse wateren van de gebieden I en II

Datum

10.4.2012


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/7


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 812/2012 VAN DE COMMISSIE

van 12 september 2012

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 747/2001 van de Raad wat betreft tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en verwerkte landbouwproducten van oorsprong uit Marokko

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 747/2001 van de Raad van 9 april 2001 betreffende de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten en referentiehoeveelheden voor producten die voor preferenties in aanmerking komen op grond van overeenkomsten met bepaalde landen in het Middellandse Zeegebied en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1981/94 en (EG) nr. 934/95 (1), en met name artikel 5, lid 1, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Er is een overeenkomst gesloten in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Marokko betreffende liberaliseringsmaatregelen voor het onderlinge handelsverkeer van landbouwproducten, verwerkte landbouwproducten, vis en visserijproducten, inzake de vervanging van de Protocollen nrs. 1, 2 en 3 en de bijlagen daarbij, en houdende wijziging van de Euro-mediterrane Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds („de overeenkomst”) (2). Deze overeenkomst is bij Besluit 2012/497/EU van de Raad (3) namens de Unie goedgekeurd.

(2)

De overeenkomst voorziet in nieuwe tariefcontingenten voor landbouwproducten en verwerkte landbouwproducten van oorsprong uit Marokko. Zij voorziet ook in wijzigingen van bestaande tariefcontingenten voor de in Verordening (EG) nr. 747/2001 genoemde producten.

(3)

De overeenkomst voorziet daarentegen niet langer in de in Verordening (EG) nr. 747/2001 vastgestelde tariefconcessies in het kader van referentiehoeveelheden.

(4)

Er dient uitvoering te worden gegeven aan de nieuwe tariefcontingenten, de wijzigingen van de bestaande tariefcontingenten en de beëindiging van de referentiehoeveelheden waarin de overeenkomst voorziet. Verordening (EG) nr. 747/2001 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

Met het oog op de berekening van de tariefcontingenten voor het eerste jaar van toepassing dient te worden bepaald, in overeenstemming met de overeenkomst, dat de omvang van de tariefcontingenten waarvoor de contingentperiode inging vóór de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, evenredig aan het gedeelte van de periode dat vóór die datum is verstreken, dient te worden verlaagd.

(6)

Het maandelijkse gebruik van het aanvullende tariefcontingent dat geldt van 1 november tot en met 31 mei voor invoer in de Europese Unie van verse of gekoelde tomaten van oorsprong uit Marokko, dient — in overeenstemming met de overeenkomst — te worden beperkt tot 30 % van de basisomvang van dat contingent, zijnde 28 000 ton nettogewicht.

(7)

Aangezien de overeenkomst in werking treedt op 1 oktober 2012, moet deze verordening vanaf die datum van toepassing zijn.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 747/2001 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 3 bis wordt vervangen door:

„Artikel 3 bis

Bijzondere bepalingen betreffende tariefcontingenten voor tomaten van oorsprong uit Marokko

1.   Voor tomaten van GN-code 0702 00 00 die in elke periode gaande van 1 oktober tot en met 31 mei (hierna het „verkoopseizoen” genoemd) in het vrije verkeer worden gebracht, worden de afboekingen op de van 1 oktober tot en met 31 december en op de van 1 januari tot en met 31 maart geldende maandelijkse tariefcontingenten die in bijlage II onder volgnummer 09.1104 zijn vastgesteld, ieder jaar op 15 januari respectievelijk op de tweede werkdag in de Commissie volgend op 1 april beëindigd. Op de daaropvolgende werkdag in de Commissie bepalen de Commissiediensten het ongebruikte saldo van elk van deze tariefcontingenten en maken zij dat ongebruikte saldo beschikbaar binnen het aanvullende tariefcontingent dat onder volgnummer 09.1112 voor dat verkoopseizoen van toepassing is.

Vanaf de data waarop de maandelijkse tariefcontingenten zijn stopgezet, wordt iedere retroactieve afboeking op één van de stopgezette maandelijkse tariefcontingenten die in de maanden november, december en januari tot en met maart gelden, en iedere latere terugboeking van ongebruikte hoeveelheden naar één van de stopgezette maandelijkse tariefcontingenten gedaan ten laste van het aanvullende tariefcontingent dat onder volgnummer 09.1112 voor dat verkoopseizoen van toepassing is. Nadere bepalingen voor het beheer van het tariefcontingent onder volgnummer 09.1112 zijn opgenomen in lid 2.

2.   Het maandelijkse gebruik van het aanvullende tariefcontingent dat is vastgesteld in bijlage II onder volgnummer 09.1112 voor de periode van 1 november tot en met 31 mei voor tomaten van GN-code 0702 00 00 van oorsprong uit Marokko die in de Europese Unie in het vrije verkeer worden gebracht, wordt beperkt tot 30 % van de basisomvang van dat contingent, zijnde 28 000 ton nettogewicht.

Het tariefcontingent onder volgnummer 09.1112 wordt beheerd als een hoofdtariefcontingent met zeven maandelijkse subtariefcontingenten die van toepassing zijn onder volgnummer 09.1193.

Deze tariefconcessie kan slechts worden verleend als volgnummer 09.1193 wordt aangegeven.”.

2)

Bijlage II wordt vervangen door de tekst van de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 2012.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 september 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)   PB L 109 van 19.4.2001, blz. 2.

(2)   PB L 241 van 7.9.2012, blz. 4.

(3)   PB L 241 van 7.9.2012, blz. 2.


BIJLAGE

„BIJLAGE II

MAROKKO

Onverminderd de bepalingen voor de uitlegging van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen geacht slechts een indicatieve waarde te hebben, aangezien in het kader van deze bijlage het preferentiestelsel bepaald wordt door de GN-codes die van toepassing zijn in overeenstemming met Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1006/2011 van de Commissie (PB L 282 van 28.10.2011, blz. 1). Wanneer de GN-code wordt voorafgegaan door de aanduiding „ex”, wordt het preferentiestelsel zowel door de strekking van de GN-code als door de bijbehorende omschrijving bepaald.

Tariefcontingenten

Volgnummer

GN-code

Taric-onderverdeling

Omschrijving

Contingentperiode

Omvang van het contingent (in ton nettogewicht)

Contingentrecht

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.10 t/m 31.10.2012

13 350

Vrij (1)  (2)

Van 1.10 t/m 31.10.2013

13 800

Van 1.10 t/m 31.10.2014

14 250

Van 1.10 t/m 31.10.2015 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.10 t/m 31.10

14 700

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.11 t/m 30.11.2012

34 900

Vrij (1)  (2)

Van 1.11 t/m 30.11.2013

36 100

Van 1.11 t/m 30.11.2014

37 300

Van 1.11 t/m 30.11.2015 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.11 t/m 30.11

38 500

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.12 t/m 31.12.2012

39 450

Vrij (1)  (2)

Van 1.12 t/m 31.12.2013

40 800

Van 1.12 t/m 31.12.2014

42 150

Van 1.12 t/m 31.12.2015 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.12 t/m 31.12

43 500

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.1 t/m 31.1.2013

39 450

Vrij (1)  (2)

Van 1.1 t/m 31.1.2014

40 800

Van 1.1 t/m 31.1.2015

42 150

Van 1.1 t/m 31.1.2016 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.1 t/m 31.1

43 500

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.2 t/m 28.2.2013

39 450

Vrij (1)  (2)

Van 1.2 t/m 28.2.2014

40 800

Van 1.2 t/m 28.2.2015

42 150

Van 1.2 t/m 29.2.2016 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.2 t/m 28/29.2

43 500

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.3 t/m 31.3.2013

39 450

Vrij (1)  (2)

Van 1.3 t/m 31.3.2014

40 800

Van 1.3 t/m 31.3.2015

42 150

Van 1.3 t/m 31.3.2016 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.3 t/m 31.3

43 500

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.4 t/m 30.4.2013

20 700

Vrij (1)  (2)

Van 1.4 t/m 30.4.2014

21 400

Van 1.4 t/m 30.4.2015

22 100

Van 1.4 t/m 30.4.2016 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.4 t/m 30.4

22 800

09.1104

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.5 t/m 31.5.2013

6 250

Vrij (1)  (2)

Van 1.5 t/m 31.5.2014

6 500

Van 1.5 t/m 31.5.2015

6 750

Van 1.5 t/m 31.5.2016 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.5 t/m 31.5

7 000

09.1112 (3)

0702 00 00

 

Tomaten, vers of gekoeld

Van 1.11.2012 t/m 31.5.2013 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.11 t/m 31.5

28 000

Vrij (1)  (2)

09.1100

0703 20 00

 

Knoflook, vers of gekoeld

Van 1.10 t/m 31.12.2012

375

Vrij

Van 1.1 t/m 31.12.2013 en voor ieder daaropvolgend jaar

1 500

09.1137

0707 00 05

 

Komkommers, vers of gekoeld

Van 1.11.2012 t/m 31.5.2013

15 000

Vrij (1)  (4)

Van 1.11.2013 t/m 31.5.2014

15 450

Van 1.11.2014 t/m 31.5.2015

15 900

Van 1.11.2015 t/m 31.5.2016

16 350

Van 1.11.2016 t/m 31.5.2017 en voor elke daaropvolgende periode van 1.11 t/m 31.5

16 800

09.1133

0709 93 10

 

Courgettes, vers of gekoeld

Van 1.10.2012 t/m 20.4.2013

50 000

Vrij (1)  (5)

Van 1.10.2013 t/m 20.4.2014

51 500

Van 1.10.2014 t/m 20.4.2015

53 000

Van 1.10.2015 t/m 20.4.2016

54 500

Van 1.10.2016 t/m 20.4.2017 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.10 t/m 20.4

56 000

09.1130

0805 20 10

05

Clementines, vers

Van 1.11.2012 t/m 28.2.2013 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.11 t/m 28/29.2

175 000

Vrij (1)  (6)

09.1118

0810 10 00

 

Aardbeien, vers

Van 1.4 t/m 30.4.2013 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.4 t/m 30.4

3 600

Vrij

09.1101

0810 10 00

 

Aardbeien, vers

Van 1.5 t/m 31.5.2013 en voor iedere daaropvolgende periode van 1.5 t/m 31.5

1 000

6,4 MIN 1,2 EUR/100 kg/netto

09.1103

1702 50 00

 

Chemisch zuivere fructose

Van 1.10 t/m 31.12.2012

150

Vrij

Van 1.1 t/m 31.12.2013 en voor ieder daaropvolgend jaar

600


(1)  De vrijstelling geldt uitsluitend voor het ad-valoremdeel van het recht.

(2)  In het kader van dit tariefcontingent wordt het specifieke recht van de WTO-lijst van concessies van de Europese Unie tot nul verlaagd wanneer de prijs niet lager ligt dan de tussen de Europese Unie en Marokko overeengekomen invoerprijs van 461 EUR/ton. Wanneer de invoerprijs voor een zending 2, 4, 6 of 8 % lager is dan de overeengekomen invoerprijs, bedraagt het specifieke douanerecht in het kader van het contingent respectievelijk 2, 4, 6 of 8 % van die overeengekomen invoerprijs. Wanneer de invoerprijs voor een zending lager is dan 92 % van de overeengekomen invoerprijs, is het bij de WTO geconsolideerde specifieke douanerecht van toepassing.

(3)  Teneinde het maandelijkse gebruik van dit tariefcontingent te beperken tot 8 400 ton nettogewicht, wordt het beheerd als een hoofdtariefcontingent met zeven maandelijkse subtariefcontingenten onder volgnummer 09.1193. Om voor dit tariefcontingent in aanmerking te komen, moet uitsluitend het volgnummer van het subtariefcontingent 09.1193 worden aangegeven.

(4)  In het kader van dit tariefcontingent wordt het specifieke recht van de WTO-lijst van concessies van de Europese Unie tot nul verlaagd wanneer de prijs niet lager ligt dan de tussen de Europese Unie en Marokko overeengekomen invoerprijs van 449 EUR/ton. Wanneer de invoerprijs voor een zending 2, 4, 6 of 8 % lager is dan de overeengekomen invoerprijs, bedraagt het specifieke douanerecht in het kader van het contingent respectievelijk 2, 4, 6 of 8 % van die overeengekomen invoerprijs. Wanneer de invoerprijs voor een zending lager is dan 92 % van de overeengekomen invoerprijs, is het bij de WTO geconsolideerde specifieke douanerecht van toepassing.

(5)  In het kader van dit tariefcontingent wordt het specifieke recht van de WTO-lijst van concessies van de Europese Unie tot nul verlaagd wanneer de invoerprijs niet minder bedraagt dan:

424 EUR/ton van 1 oktober tot en met 31 januari en van 1 tot en met 20 april, zijnde de tussen de Europese Unie en Marokko overeengekomen invoerprijs;

voor de periode van 1 februari tot en met 31 maart is de „WTO”-invoerprijs van 413 EUR/ton, die gunstiger is dan de overeengekomen invoerprijs, van toepassing.

Wanneer de invoerprijs voor een zending 2, 4, 6 of 8 % lager is dan de overeengekomen invoerprijs, bedraagt het specifieke douanerecht in het kader van het contingent respectievelijk 2, 4, 6 of 8 % van die overeengekomen invoerprijs. Wanneer de invoerprijs voor een zending lager is dan 92 % van de overeengekomen invoerprijs, is het bij de WTO geconsolideerde specifieke douanerecht van toepassing.

(6)  In het kader van dit tariefcontingent wordt het specifieke recht van de WTO-lijst van concessies van de Europese Unie tot nul verlaagd wanneer de prijs niet lager ligt dan de tussen de Europese Unie en Marokko overeengekomen invoerprijs van 484 EUR/ton. Wanneer de invoerprijs voor een zending 2, 4, 6 of 8 % lager is dan de overeengekomen invoerprijs, bedraagt het specifieke douanerecht in het kader van het contingent respectievelijk 2, 4, 6 of 8 % van die overeengekomen invoerprijs. Wanneer de invoerprijs voor een zending lager is dan 92 % van de overeengekomen invoerprijs, is het bij de WTO geconsolideerde specifieke douanerecht van toepassing.”


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/12


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 813/2012 VAN DE COMMISSIE

van 12 september 2012

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 718/2007 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad van 17 juli 2006 tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (1), hierna „de IPA-verordening” genoemd, en met name artikel 3, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 718/2007 van de Commissie van 12 juli 2007 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1085/2006 van de Raad tot invoering van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (2) worden nadere voorschriften voor de uitvoering van de IPA-verordening vastgesteld.

(2)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1292/2011 van de Commissie (3) is Verordening (EG) nr. 718/2007 gewijzigd, onder meer om de voorfinanciering te verhogen die de Commissie betaalt aan de landen die middelen ontvangen uit de afdeling ontwikkeling van het menselijk potentieel en de afdeling plattelandsontwikkeling.

(3)

De bedoeling van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1292/2011 was om de specifieke voorfinancieringsregels voor de afdelingen regionale ontwikkeling, ontwikkeling van het menselijk potentieel en plattelandsontwikkeling gelijk te trekken, maar bij de wijziging van artikel 160, lid 3, van Verordening (EG) nr. 718/2007 is een redactionele fout gemaakt. Die fout moet worden verbeterd.

(4)

Behalve de correctie van de redactionele fout, moeten de specifieke voorfinancieringsregels voor de afdelingen regionale ontwikkeling, ontwikkeling van het menselijk potentieel en plattelandsontwikkeling nog verder gelijk worden getrokken door in artikel 160, lid 3, van Verordening (EG) nr. 718/2007 de verwijzing naar artikel 42, lid 1, te schrappen, omdat die overbodig is.

(5)

De in deze verordening vastgestelde bepalingen zijn in overeenstemming met het advies van het IPA-comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 160, lid 3, van Verordening (EG) nr. 718/2007 komt als volgt te luiden:

„3.   Naast artikel 42 geldt dat de voorfinanciering 30 % van de bijdrage van de Europese Unie voor de laatste drie jaar van het betreffende programma kan bedragen. Indien noodzakelijk vanwege de beschikbaarheid van de begrotingsvastlegging kan de voorfinanciering in twee termijnen worden betaald.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 september 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)   PB L 210 van 31.7.2006, blz. 82.

(2)   PB L 170 van 29.6.2007, blz. 1.

(3)   PB L 329 van 13.12.2011, blz. 1.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/13


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 814/2012 VAN DE COMMISSIE

van 12 september 2012

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),

Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 september 2012.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

José Manuel SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)   PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)   PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

MK

60,0

ZZ

60,0

0707 00 05

MK

23,1

TR

111,5

ZZ

67,3

0709 93 10

TR

112,0

ZZ

112,0

0805 50 10

AR

80,8

BO

100,6

CL

105,1

TR

97,0

UY

75,3

ZA

96,8

ZZ

92,6

0806 10 10

BA

58,9

EG

180,7

MK

53,3

TN

197,3

TR

117,4

ZZ

121,5

0808 10 80

AR

199,7

BR

93,9

CA

157,8

CL

154,1

NZ

126,0

US

190,4

ZA

124,4

ZZ

149,5

0808 30 90

AR

196,5

CN

49,3

TR

122,3

ZA

156,8

ZZ

131,2

0809 30

TR

163,2

ZZ

163,2

0809 40 05

BA

60,9

HR

73,9

IL

44,5

TR

107,6

XS

65,6

ZZ

70,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ ZZ ” staat voor „overige oorsprong”.


Rectificaties

13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/15


Rectificatie van Besluit nr. 6/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 1 april 2011 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst

( Publicatieblad van de Europese Unie L 93 van 7 april 2011 )

Besluit nr. 6/2011 van het Gemengd Comité van de EER wordt als volgt gewijzigd:

1)

In overweging 1 wordt „Besluit nr. 146/2007 van het Gemengd Comité van de EER van 26 oktober 2007 (1) waarin onder andere Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap werd opgenomen (2)” vervangen door „Besluit nr. 126/2010 van het Gemengd Comité van de EER van 10 november 2010 (*1).

2)

Na overweging 4 wordt „HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD” vervangen door „BESLUIT”.

3)

In artikel 1 wordt „punt 21” vervangen door „punt 21al”, waarna „(Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad)” wordt toegevoegd.

4)

In de met een * gemarkeerde voetnoot bij artikel 3 wordt „Grondwettelijke vereisten aangegeven” vervangen door „Geen grondwettelijke vereisten aangegeven”.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/15


Rectificatie van Besluit nr. 156/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2011 tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst

( Publicatieblad van de Europese Unie L 76 van 15 maart 2012 )

Besluit nr. 156/2011 van het Gemengd Comité van de EER wordt als volgt gewijzigd:

1)

In de zevende overweging wordt „Richtlijn 2003/87/EG” vervangen door „Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad”.

2)

In de zevende overweging wordt na „Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad” een voetnoot 5 ingevoegd, die luidt „PB L 275 van 25.10.2003, blz. 32.”.

3)

In artikel 3 wordt „Dit besluit treedt in werking op 3 december 2011 of op de dag na die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst (*), indien dat later is, maar in geen geval eerder dan 1 januari 2012.” vervangen door „Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2012 of op de dag na die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst (*), indien dat later is.”.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/16


Rectificatie van Besluit nr. 104/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 30 september 2011 tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) en Protocol nr. 37 (dat de in artikel 101 bedoelde lijst bevat) bij de EER-overeenkomst

( Publicatieblad van de Europese Unie L 318 van 1 december 2011 )

Op bladzijde 42 wordt in de vijfde overweging „comité” en in de tweede zin van artikel 2 „Comité voor het trans-Europees vervoersnet” vervangen door „Comité voor het toezicht op de richtsnoeren en de uitwisseling van informatie”.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/16


Rectificatie van Besluit nr. 127/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2011 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst

( Publicatieblad van de Europese Unie L 76 van 15 maart 2012 )

In artikel 1, punt 1, van Besluit nr. 127/2011 van het Gemengd Comité van de EER wordt „met ingang van 1 juli 2011” geschrapt.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/16


Rectificatie van Besluit nr. 162/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 19 december 2011 tot wijziging van bijlage IV (Energie) bij de EER-overeenkomst

( Publicatieblad van de Europese Unie L 76 van 15 maart 2012 )

Besluit nr. 162/2011 van het Gemengd Comité van de EER wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 1, punt 2, onder c), wordt „Besluit nr. … van het Gemengd Comité van de EER,” vervangen door „Besluit nr. 162/2011 van het Gemengd Comité van de EER van 19 december 2011,”.

2)

In artikel 1, punt 2, onder c), wordt na „waarbij Richtlijn 2009/28/EG in de Overeenkomst wordt opgenomen” een voetnoot 4 opgenomen, die luidt „PB L 76 van 15.3.2012, blz. 49.”.


13.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 247/17


Rectificatie van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 87/250/EEG van de Commissie, Richtlijn 90/496/EEG van de Raad, Richtlijn 1999/10/EG van de Commissie, Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/67/EG en 2008/5/EG van de Commissie, en Verordening (EG) nr. 608/2004 van de Commissie

( Publicatieblad van de Europese Unie L 304 van 22 november 2011 )

Bladzijde 20, overweging 25:

in plaats van:

„Om de consumenten te informeren over de aanwezigheid van synthetische nanomaterialen in levensmiddelen, moet worden voorzien in een definitie van synthetische nanomaterialen. Rekening houdend met de mogelijkheid dat levensmiddelen die geheel of gedeeltelijk bestaan uit synthetische nanomaterialen nieuwe voedingsmiddelen kunnen zijn, moet het gepaste rechtskader voor die definitie worden bepaald in de context van de komende herziening van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 1997 betreffende nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten (1).”,

te lezen:

„Om de consumenten te informeren over de aanwezigheid van technisch vervaardigde nanomaterialen in levensmiddelen, moet worden voorzien in een definitie van technisch vervaardigde nanomaterialen. Rekening houdend met de mogelijkheid dat levensmiddelen die geheel of gedeeltelijk bestaan uit technisch vervaardigde nanomaterialen nieuwe voedingsmiddelen kunnen zijn, moet het gepaste rechtskader voor die definitie worden bepaald in de context van de komende herziening van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 1997 betreffende nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten (1).”.

Bladzijde 26, artikel 2, onder u):

in plaats van:

„u)   „techniek voor communicatie op afstand”: ieder middel dat, zonder gelijktijdige fysieke aanwezigheid van leverancier en consument kan worden gebruikt voor de sluiting van de overeenkomst tussen deze partijen. Bijlage I bevat een indicatieve lijst van technieken waarop deze richtlijn van toepassing is.”,

te lezen:

„u)   „techniek voor communicatie op afstand”: ieder middel dat, zonder gelijktijdige fysieke aanwezigheid van leverancier en consument kan worden gebruikt voor de sluiting van de overeenkomst tussen deze partijen.”.

Bladzijde 26, artikel 3, lid 1:

in plaats van:

„1.   Bij de verstrekking van voedselinformatie wordt gestreefd naar een hoog niveau van bescherming van de gezondheid en de belangen van de consumenten door de eindverbruikers door een basis te verschaffen voor het maken van goed doordachte keuzes en een veilig gebruik van levensmiddelen, waarbij speciale aandacht wordt besteed aan gezondheids-, milieu-, economische, sociale en ethische aspecten.”,

te lezen:

„1.   Bij de verstrekking van voedselinformatie wordt gestreefd naar een hoog niveau van bescherming van de gezondheid en de belangen van de consumenten door de eindverbruikers een basis te verschaffen voor het maken van goed doordachte keuzes en een veilig gebruik van levensmiddelen, waarbij speciale aandacht wordt besteed aan gezondheids-, milieu-, economische, sociale en ethische aspecten.”.

Bladzijde 27, artikel 8, lid 6:

in plaats van:

„6.   Exploitanten van levensmiddelenbedrijven zorgen er in het onder hun controle staande bedrijf voor dat de informatie over niet-voorverpakte levensmiddelen die bestemd zijn voor de eindverbruiker of voor levering aan grootcateraars, wordt doorgegeven aan de exploitant van een levensmiddelenbedrijf die het levensmiddel ontvangt, om hem wanneer dit vereist is in staat te stellen de verplichte voedselinformatie aan de eindverbruiker te verstrekken.”,

te lezen:

„6.   Exploitanten van levensmiddelenbedrijven zorgen er in het onder hun controle staande bedrijf voor dat de informatie over niet-voorverpakte levensmiddelen die bestemd zijn voor de eindverbruiker of voor levering aan grote cateraars, wordt doorgegeven aan de exploitant van een levensmiddelenbedrijf die het levensmiddel ontvangt, om hem wanneer dit vereist is in staat te stellen de verplichte voedselinformatie aan de eindverbruiker te verstrekken.”.

Bladzijde 28, artikel 8, lid 8:

in plaats van:

„8.   Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die aan andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven levensmiddelen leveren die niet bestemd zijn voor de eindverbruiker of voor grootcateraars, zorgen ervoor dat deze andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voldoende informatie krijgen om zo nodig in staat te zijn aan hun verplichtingen uit hoofde van lid 2, te voldoen.”,

te lezen:

„8.   Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die aan andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven levensmiddelen leveren die niet bestemd zijn voor de eindverbruiker of voor grote cateraars, zorgen ervoor dat deze andere exploitanten van levensmiddelenbedrijven voldoende informatie krijgen om zo nodig in staat te zijn aan hun verplichtingen uit hoofde van lid 2, te voldoen.”.

Bladzijde 28, artikel 9, lid 1, onder h):

in plaats van:

„h)

de naam of handelsnaam en het adres van de in artikel 8, lid 1 bis, bedoelde exploitant van een levensmiddelenbedrijf;”,

te lezen:

„h)

de naam of handelsnaam en het adres van de in artikel 8, lid 1, bedoelde exploitant van een levensmiddelenbedrijf;”.

Bladzijde 30, artikel 16, lid 3:

in plaats van:

„3.   Onverminderd andere bepalingen van de Unie waarbij een voedingswaardevermelding verplicht wordt gesteld, is de in artikel 9, lid 1, onder l), bedoelde vermeldingniet verplicht voor de in bijlage V vermelde levensmiddelen.”,

te lezen:

„3.   Onverminderd andere bepalingen van de Unie waarbij een voedingswaardevermelding verplicht wordt gesteld, is de in artikel 9, lid 1, onder l), bedoelde vermelding niet verplicht voor de in bijlage V vermelde levensmiddelen.”.

Bladzijde 31, artikel 18, lid 3:

in plaats van:

„3.   Elk ingrediënt dat in de vorm van synthetisch nanomateriaal in een product is verwerkt, dient duidelijk in de lijst van ingrediënten te worden vermeld. De naam van het ingrediënt wordt gevolgd door het woord „nano” tussen haakjes.”,

te lezen:

„3.   Elk ingrediënt dat in de vorm van technisch vervaardigd nanomateriaal in een product is verwerkt, dient duidelijk in de lijst van ingrediënten te worden vermeld. De naam van het ingrediënt wordt gevolgd door het woord „nano” tussen haakjes.”.

Bladzijde 32, artikel 22, titel:

in plaats van:

„Kwantitatieve opgave van de ingrediënten”,

te lezen:

„Kwantitatieve vermelding van de ingrediënten”.

Bladzijde 32, artikel 22, lid 1:

in plaats van:

„1.   De opgave van de hoeveelheid van een bij de vervaardiging of de bereiding van een levensmiddel gebruikt ingrediënt of gebruikte categorie ingrediënten is vereist wanneer het desbetreffende ingrediënt of de desbetreffende categorie ingrediënten:”,

te lezen:

„1.   De vermelding van de hoeveelheid van een bij de vervaardiging of de bereiding van een levensmiddel gebruikt ingrediënt of gebruikte categorie ingrediënten is vereist wanneer het desbetreffende ingrediënt of de desbetreffende categorie ingrediënten:”.

Bladzijde 34, artikel 30, lid 1, onder b):

in plaats van:

„b)

de hoeveelheden vetten, verzadigde vetzuren, koolhydraten, suikers, proteïne en zout.”,

te lezen:

„b)

de hoeveelheden vetten, verzadigde vetzuren, koolhydraten, suikers, eiwitten en zout.”.

Bladzijde 34, artikel 30, lid 3, onder b):

in plaats van:

„b)

de energetische waarde samen met de hoeveelheden vetten, verzadigde vetten, suikers en zout.”,

te lezen:

„b)

de energetische waarde samen met de hoeveelheden vetten, verzadigde vetzuren, suikers en zout.”.

Bladzijde 34, artikel 30, lid 4:

in plaats van:

„4.   Wanneer de etikettering van de producten genoemd in artikel 16, lid 4, een voedingswaardevermelding bevat, mag, in afwijking van artikel 36, lid 1, de inhoud van de vermelding worden beperkt tot de energetische waarde. artikel lid.”,

te lezen:

„4.   Wanneer de etikettering van de producten genoemd in artikel 16, lid 4, een voedingswaardevermelding bevat, mag, in afwijking van artikel 36, lid 1, de inhoud van de vermelding worden beperkt tot de energetische waarde.”.

Bladzijde 34, artikel 30, lid 5, onder b):

in plaats van:

„b)

de energetische waarde samen met de hoeveelheden vetten, verzadigde vetten, suikers en zout.”,

te lezen:

„b)

de energetische waarde samen met de hoeveelheid vetten, verzadigde vetzuren, suikers en zout.”.

Bladzijde 37, artikel 35, lid 3, tweede alinea:

in plaats van:

„Om het toezicht op het gebruik van die extra uitdrukkings- en presentatievormen te vergemakkelijken, kunnen de lidstaten eisen dat de levensmiddelenbedrijven die voeding met die informatie op hun grondgebied in de handel brengen de bevoegde autoriteiten van het gebruik van die uitdrukkings- en presentatievormen op de hoogte brengen, en daarbij vermelden hoe is voldaan aan de in de lid 1, punten a) tot en met g), vastgestelde vereisten.”,

te lezen:

„Om het toezicht op het gebruik van die extra uitdrukkings- en presentatievormen te vergemakkelijken, kunnen de lidstaten eisen dat de levensmiddelenbedrijven die levensmiddelen met die informatie op hun grondgebied in de handel brengen de bevoegde autoriteiten van het gebruik van die uitdrukkings- en presentatievormen op de hoogte brengen, en daarbij vermelden hoe is voldaan aan de in de lid 1, punten a) tot en met g), vastgestelde vereisten.”.

Bladzijde 40, artikel 54, lid 1, eerste alinea:

in plaats van:

„1.   Levensmiddelen die voor 13 december 2014 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd en niet voldoen aan haar bepalingen, mogen worden verhandeld totdat de voorraden zijn uitgeput.”,

te lezen:

„1.   Levensmiddelen die voor 13 december 2014 in de handel zijn gebracht of geëtiketteerd en niet voldoen aan de bepalingen van deze verordening, mogen worden verhandeld totdat de voorraden zijn uitgeput.”.

Bladzijde 58, bijlage X, punt 2, aanhef:

in plaats van:

„2.

De datum van minimale houdbaarheid wordt als volgt aangegeven:”,

te lezen:

„2.

De uiterste consumptiedatum wordt als volgt aangegeven:”.

Bladzijde 61, bijlage XIII, tabel:

in plaats van:

„Biotine (mg)”,

te lezen:

„Biotine (μg)”.