ISSN 1977-0758

doi:10.3000/19770758.L_2012.172.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 172

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

55e jaargang
30 juni 2012


Inhoud

 

I   Wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Verordening (EU) nr. 529/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1342/2007 van de Raad betreffende het beheer van bepaalde beperkingen op de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten uit de Russische Federatie

1

 

*

Verordening (EU) nr. 530/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen

3

 

*

Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie ( 1 )

10

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

30.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 172/1


VERORDENING (EU) Nr. 529/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 13 juni 2012

tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1342/2007 van de Raad betreffende het beheer van bepaalde beperkingen op de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten uit de Russische Federatie

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Overeenkomst inzake partnerschap en samenwerking waarbij een partnerschap tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Russische Federatie, anderzijds (2), („de PSO”), is op 1 december 1997 in werking getreden.

(2)

In artikel 21, lid 1, van de PSO is bepaald dat de handel in bepaalde ijzer- en staalproducten dient te worden geregeld door de bepalingen van titel III daarvan, met uitzondering van artikel 15, en door de bepalingen van een overeenkomst betreffende kwantitatieve regelingen.

(3)

Op 26 oktober 2007 hebben de Europese Gemeenschap en de regering van de Russische Federatie een dergelijke overeenkomst betreffende de handel in bepaalde ijzer- en staalproducten (3) gesloten („de overeenkomst”).

(4)

Op 22 oktober 2007 heeft de Raad Verordening (EG) nr. 1342/2007 (4) vastgesteld om de overeenkomst ten uitvoer te leggen.

(5)

In de overeenkomst is bepaald dat indien de Russische Federatie voor het einde van deze overeenkomst toetreedt tot de Wereldhandelsorganisatie, de overeenkomst op de toetredingsdatum wordt beëindigd en bijgevolg de kwantitatieve beperkingen met ingang van die datum worden afgeschaft.

(6)

Op de datum waarop de Russische Federatie toetreedt tot de Wereldhandelsorganisatie, is de verordening die de overeenkomst ten uitvoer legt, niet langer noodzakelijk. Derhalve moet Verordening (EG) nr. 1342/2007 met ingang van die datum worden ingetrokken,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1342/2007 wordt ingetrokken.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij wordt van kracht op de dag waarop de Russische Federatie toetreedt tot de Wereldhandelsorganisatie. In dit verband maakt de Commissie deze datum middels een mededeling in het Publicatieblad van de Europese Unie bekend.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 13 juni 2012.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

M. SCHULZ

Voor de Raad

De voorzitter

N. WAMMEN


(1)  Standpunt van het Europees Parlement van 10 mei 2012 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 30 mei 2012.

(2)  PB L 327 van 28.11.1997, blz. 3.

(3)  PB L 300 van 17.11.2007, blz. 52.

(4)  PB L 300 van 17.11.2007, blz. 1.


30.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 172/3


VERORDENING (EU) Nr. 530/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 13 juni 2012

betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen

(herschikking)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 417/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 18 februari 2002 betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen (3) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (4). Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van die verordening te worden overgegaan.

(2)

In het kader van het gemeenschappelijk vervoerbeleid moeten maatregelen worden genomen om de veiligheid in het zeevervoer te verhogen en verontreiniging te voorkomen.

(3)

De Unie is ernstig bezorgd over scheepsongevallen met olietankschepen en de daarmee gepaard gaande verontreiniging van haar kusten en schade aan haar fauna en flora en andere maritieme hulpbronnen.

(4)

In haar mededeling over een gemeenschappelijk beleid inzake de veiligheid op zee wees de Commissie op het verzoek van de Raad, gedaan tijdens diens buitengewone zitting „Milieu en vervoer” van 25 januari 1993, om de maatregelen te steunen van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) ter verkleining van de veiligheidskloof tussen nieuwe en bestaande schepen, door middel van het verbeteren en/of geleidelijk uit de vaart nemen van de bestaande schepen.

(5)

In zijn resolutie van 8 juni 1993 over een gemeenschappelijk beleid inzake de veiligheid op zee (5) verleende de Raad zijn volledige steun aan de doelstellingen van de mededeling van de Commissie.

(6)

In zijn resolutie van 11 maart 1994 over een gemeenschappelijk beleid inzake de veiligheid op zee (6) verwelkomde het Europees Parlement de mededeling van de Commissie en verzocht het met name om acties ter verbetering van de veiligheidsnormen voor tankers.

(7)

In zijn resolutie van 20 januari 2000 over de olieramp als gevolg van het vergaan van de Erika (7) verwelkomde het Europees Parlement iedere inspanning van de Commissie om de datum waarop alle olietankschepen zullen worden verplicht een dubbelwandige bouw te hebben, te vervroegen.

(8)

In zijn resolutie van 21 november 2002 over de ramp met het olietankschip „Prestige” voor de kust van Galicië (8) verzocht het Europees Parlement om strengere maatregelen die sneller van kracht konden worden, en verklaarde het dat deze nieuwe olietankerramp andermaal de noodzaak aantoonde van doeltreffende maatregelen op internationaal niveau en op niveau van de Unie om de veiligheid op zee aanzienlijk te verbeteren.

(9)

De IMO heeft in het Internationaal Verdrag van 1973 ter voorkoming van verontreiniging door schepen en het Protocol van 1978 daarbij (Marpol 73/78) internationaal overeengekomen regels ter preventie van verontreiniging vastgesteld die van invloed zijn op het ontwerp en de exploitatie van olietankschepen. De lidstaten zijn partij bij Marpol 73/78.

(10)

Overeenkomstig artikel 3.3 van Marpol 73/78 is dat verdrag niet van toepassing op oorlogsschepen, marinehulpschepen of andere schepen die eigendom zijn van of gebruikt worden door een staat voor zover dit laatste uitsluitend ten behoeve van niet-commerciële overheidsdiensten geschiedt.

(11)

Uit een vergelijking van de ouderdom van tankschepen en ongevallenstatistieken blijkt dat het ongevallenpercentage voor oudere schepen stijgt. Men is het er internationaal over eens dat met de vaststelling van de amendementen van 1992 op Marpol 73/78 inzake de toepassing van de normen voor een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp op bestaande enkelwandige olietankschepen wanneer deze een bepaalde ouderdom bereiken, deze olietankschepen een hogere graad van bescherming krijgen tegen accidentele olieverontreiniging in geval van aanvaring of stranding.

(12)

Het is in het belang van de Unie maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat olietankschepen die havens en offshoreterminals invaren of voor anker gaan in gebieden die onder de rechtsbevoegdheid van de lidstaten vallen, en olietankschepen die onder de vlag van een lidstaat varen, voldoen aan voorschrift 20 van bijlage I bij Marpol 73/78, als herzien in 2004 bij Resolutie MEPC 117(52) van het Comité voor de bescherming van het mariene milieu (MEPC) van de IMO, om het risico op accidentele olieverontreiniging in de Europese wateren te doen afnemen.

(13)

Met Resolutie MEPC 114(50), die op 4 december 2003 is aangenomen, is een nieuw voorschrift 21 ingevoegd in bijlage I bij Marpol 73/78 inzake de voorkoming van olieverontreiniging door olietankschepen die zware oliesoorten vervoeren, dat het vervoer van zware oliesoorten in enkelwandige olietankschepen verbiedt. De leden 5, 6 en 7 van voorschrift 21 bevatten de mogelijkheid tot ontheffingen op de toepassing van sommige bepalingen van dat voorschrift. In de verklaring van het Italiaanse voorzitterschap van de Europese Raad namens de Europese Unie welke is neergelegd in het officiële rapport van de 50ste vergadering van het MEPC (MEPC 50/3), is een politieke verbintenis opgenomen van die ontheffingen geen gebruik te maken.

(14)

De amendementen op Marpol 73/78 die door de IMO zijn vastgesteld op 6 maart 1992, zijn van kracht geworden op 6 juli 1993. Die maatregelen behelzen de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor olietankschepen die op of na 6 juli 1996 zijn opgeleverd en zijn gericht op het voorkomen van olieverontreiniging in geval van aanvaring of stranding. Voor enkelwandige olietankschepen die voor die datum zijn opgeleverd, is met ingang van 6 juli 1995 in het kader van die amendementen een regeling voor het geleidelijk uit de vaart nemen in werking getreden waarbij vóór 1 juni 1982 opgeleverde olietankschepen uiterlijk 25 jaar en in sommige gevallen 30 jaar na hun opleveringsdatum aan de normen voor een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp dienen te voldoen. Zulke bestaande enkelwandige olietankschepen mogen na 2005, en in sommige gevallen na 2012, niet meer in de vaart blijven, tenzij zij voldoen aan de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp van voorschrift 19 van bijlage I bij Marpol 73/78. Voor bestaande enkelwandige olietankschepen die na 1 juni 1982 zijn opgeleverd, of die vóór 1 juni 1982 zijn opgeleverd en die verbouwd zijn om aan de vereisten van Marpol 73/78 inzake gescheiden-ballasttanks en de beschermende plaatsing daarvan voldoen, loopt deze termijn uiterlijk in 2026 af.

(15)

Op 27 april 2001 zijn er in de 46ste vergadering van het MEPC bij Resolutie MEPC 95(46) belangrijke amendementen op voorschrift 20 van bijlage I bij Marpol 73/78 aangenomen en op 4 december 2003 bij resolutie MEPC 111(50) waarbij in een nieuwe regeling is voorzien voor het versneld uit de vaart nemen van enkelwandige olietankschepen. De respectieve uiterste data waarop olietankschepen aan voorschrift 19 van bijlage I bij Marpol 73/78 moeten voldoen, zijn afhankelijk van de grootte en de ouderdom van het schip. Olietankschepen worden derhalve in dat schema onderverdeeld in drie categorieën naargelang hun tonnenmaat, constructie en ouderdom. Al deze categorieën, met inbegrip van de laagste categorie 3, zijn van belang voor de handel binnen de Unie.

(16)

De uiterste datum waarvoor een enkelwandig olietankschip uit de vaart moet worden genomen, is de verjaardag van de datum van oplevering van het schip, volgens een tijdschema van 2003 tot en met 2005 voor olietankschepen van categorie 1, en tot en met 2010 voor olietankschepen van de categorieën 2 en 3.

(17)

Voorschrift 20 van bijlage I bij Marpol 73/78 bevat een nieuw vereiste uit hoofde waarvan alle enkelwandige olietankschepen alleen in de vaart mogen blijven, indien zij voldoen aan een keuringsregeling scheepvaart (Condition Assessment Scheme — CAS), vastgesteld bij resolutie MEPC 94(46) op 27 april 2001 zoals gewijzigd bij resolutie MEPC 99(48) van 11 oktober 2002 en bij resolutie MEPC 112(50) van 4 december 2003. De CAS houdt de verplichting in dat de administratie van de vlaggenstaat een verklaring van naleving afgeeft en bij de CAS-inspectieprocedures wordt betrokken. De CAS is bedoeld om constructiegebreken op te sporen in ouder wordende olietankschepen en dient daarom van toepassing te zijn op alle olietankschepen ouder dan 15 jaar.

(18)

Voorschrift 20.5 van bijlage I bij Marpol 73/78 voorziet in een uitzondering voor olietankschepen van de categorieën 2 en 3, die in bepaalde omstandigheden in de vaart mogen blijven na de datum waarop zij uit de vaart dienen te worden genomen. Voorschrift 20.8.2 van dezelfde bijlage biedt partijen bij Marpol 73/78 het recht om olietankschepen die op grond van die uitzondering in de vaart mogen blijven, de toegang tot onder hun rechtsbevoegdheid vallende havens of offshoreterminals te weigeren. De lidstaten hebben verklaard dat zij voornemens zijn van dat recht gebruik te maken. Elk besluit van dat recht gebruik te maken dient aan de IMO te worden meegedeeld.

(19)

Het is belangrijk om zeker te stellen dat de bepalingen van deze verordening er niet toe leiden dat de veiligheid van bemanningen of olietankschepen die een veilige haven of een toevluchtsoord zoeken, in gevaar komt.

(20)

Om het mogelijk te maken dat enkelwandige olietankschepen gerepareerd worden in scheepswerven in de lidstaten, kunnen de lidstaten uitzonderingen maken om dergelijke schepen tot hun havens toe te laten, mits ze onbeladen zijn.

(21)

Het is zeer onwaarschijnlijk dat de IMO de inhoud van de in deze verordening bedoelde voorschriften van Marpol 73/78 en van de door de MEPC aangenomen resoluties MEPC 111(50) en 94(46) zal wijzigen. Wel zouden in deze teksten niet-wezenlijke wijzigingen kunnen worden aangebracht, bijvoorbeeld in de nummering. Teneinde deze verordening up-to-date te houden met de meest recente ontwikkelingen in het desbetreffende internationale recht, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie uitsluitend voor dergelijke wijzigingen handelingen vast te stellen, voor zover die wijzigingen het toepassingsgebied van deze verordening niet verruimen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en aan de Raad,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Doel

Het doel van deze verordening is de vaststelling van een versnelde infaseringsregeling voor de toepassing van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp van Marpol 73/78, zoals gedefinieerd in artikel 3 van deze verordening, op enkelwandige olietankschepen, en het verbieden van het vervoer naar of vanuit havens in de lidstaten van zware oliesoorten in enkelwandige olietankschepen.

Artikel 2

Toepassingsgebied

1.   Deze verordening is van toepassing op olietankschepen met een draagvermogen van 5 000 ton en meer:

a)

die onder de vlag van een lidstaat varen;

b)

die, ongeacht hun vlag, een onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallende haven of offshoreterminal binnenvaren of uitvaren, of in een onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallend gebied voor anker gaan.

Voor de doeleinden van artikel 4, lid 3, is deze verordening van toepassing op olietankschepen met een draagvermogen van 600 ton en meer.

2.   Deze verordening is niet van toepassing op oorlogsschepen, marinehulpschepen en andere schepen die in eigendom zijn van of in gebruik zijn bij een staat en die voorlopig uitsluitend worden gebruikt voor niet-commerciële overheidsdienst. De lidstaten trachten, voor zover dat redelijk en uitvoerbaar is, deze verordening na te leven voor de in dit lid bedoelde schepen.

Artikel 3

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1.   „Marpol 73/78”: de meest recente versie van het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, als gewijzigd bij het Protocol van 1978 daarbij, alsmede de wijzigingen daarvan;

2.   „olietankschip”: een olietankschip als omschreven in voorschrift 1.5 van bijlage I bij Marpol 73/78;

3.   „draagvermogen”: het draagvermogen als omschreven in voorschrift 1.23 van bijlage I bij Marpol 73/78;

4.   „olietankschip van categorie 1”: een olietankschip met een draagvermogen van 20 000 ton of meer dat ruwe olie, brandstofolie, zware dieselolie of smeerolie als vracht vervoert, of met een draagvermogen van 30 000 ton of meer dat andere dan hiervoor genoemde olie vervoert, en dat niet voldoet aan de vereisten in de voorschriften 18.1 tot en met 18.9, 18.12 tot en met 18.15, 30.4, 33.1, 33.2, 33.3, 35.1, 35.2 en 35.3 van bijlage I bij Marpol 73/78;

5.   „olietankschip van categorie 2”: een olietankschip met een draagvermogen van 20 000 ton of meer dat ruwe olie, brandstofolie, zware dieselolie of smeerolie als vracht vervoert, of met een draagvermogen van 30 000 ton of meer dat andere dan hiervoor genoemde olie vervoert, en dat voldoet aan de vereisten in de voorschriften 18.1 tot en met 18.9, 18.12 tot en met 18.15, 30.4, 33.1, 33.2, 33.3, 35.1, 35.2 en 35.3 van bijlage I bij Marpol 73/78 en is uitgerust met beschermend geplaatste gescheiden ballasttanks (SBT/PL);

6.   „olietankschip van categorie 3”: een olietankschip met een draagvermogen van 5 000 ton of meer, maar minder dan vermeld in punten 4 en 5;

7.   „enkelwandig olietankschip”: een olietankschip dat niet voldoet aan de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of gelijkwaardig ontwerp van de voorschriften 19 en 28.6 van bijlage I bij Marpol 73/78;

8.   „dubbelwandig olietankschip”:

a)

een olietankschip met een draagvermogen van 5 000 ton of meer, dat voldoet aan de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of gelijkwaardige ontwerp van de voorschriften 19 en 28.6 van bijlage I bij Marpol 73/78, of aan de vereisten van voorschrift 20.1.3 daarvan, of

b)

een olietankschip met een draagvermogen van minstens 600 maar minder dan 5 000 ton, uitgerust met tanks of ruimten met dubbele bodem die voldoen aan de bepalingen van voorschrift 19.6.1 van bijlage I bij Marpol 73/78, en met zijtanks of ruimten die zijn opgesteld overeenkomstig voorschrift 19.3.1 en voldoen aan de in voorschrift 19.6.2 van bijlage I bij Marpol 73/78 opgenomen vereiste inzake de afstand w;

9.   „leeftijd”: de leeftijd van het schip, uitgedrukt in jaren gerekend vanaf de datum van oplevering;

10.   „zware dieselolie”: dieselolie als omschreven in voorschrift 20 van bijlage I bij Marpol 73/78;

11.   „brandstofolie”: zware destillaten van ruwe olie of residuen daarvan of mengsels van dergelijke materialen, als omschreven in voorschrift 20 van bijlage I bij Marpol 73/78;

12.   „zware oliesoort”:

a)

ruwe olie met een dichtheid van meer dan 900 kg/m3 bij een temperatuur van 15 °C (overeenstemmend met een API-klasse lager dan 25.7);

b)

olie, anders dan ruwe olie, met een dichtheid van meer dan 900 kg/m3 bij een temperatuur van 15 °C of een kinematische viscositeit van meer dan 180 mm2/s bij een temperatuur van 50 °C (overeenkomend met een kinematische viscositeit van meer dan 180 cSt);

c)

bitumen en teer en emulsies daarvan.

Artikel 4

Naleving van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp door enkelwandige olietankschepen

1.   Geen olietankschip mag onder de vlag van een lidstaat worden geëxploiteerd en geen olietankschip, ongeacht de vlag waaronder het vaart, mag havens of offshoreterminals die onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallen, binnenvaren, tenzij een dergelijk tankschip een dubbelwandig olietankschip is.

2.   Onverminderd het bepaalde in lid 1, kunnen olietankschepen van categorie 2 of categorie 3 die enkel zijn uitgerust met dubbele bodemruimten of dubbele scheepshuiden die niet worden gebruikt voor vervoer van olie en die zich over de gehele lengte van de ladingtank uitstrekken, of met dubbelwandige ruimten die niet voor het vervoer van olie worden gebruikt en die zich over de gehele lengte van de ladingtank uitstrekken, maar die niet voldoen aan de voorwaarden voor vrijstelling van het bepaalde in voorschrift 20.1.3 van bijlage I bij Marpol 73/78, in de vaart blijven, doch niet na de verjaardag van de datum van oplevering van het schip in 2015 of, indien dit eerder is, de dag waarop het schip de leeftijd van 25 jaar bereikt, te rekenen vanaf de datum van oplevering.

3.   Een olietankschip dat een zware oliesoort vervoert, mag niet onder de vlag van een lidstaat varen tenzij het een dubbelwandig olietankschip betreft.

Een olietankschip dat een zware oliesoort vervoert mag, ongeacht de vlag waaronder het vaart, onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallende havens of offshoreterminals niet binnenvaren of uitvaren en mag in een onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallend gebied niet voor anker gaan, tenzij het een dubbelwandig olietankschip betreft.

4.   Olietankschepen die uitsluitend in havens en in de binnenvaart worden gebruikt, kunnen van lid 3 worden vrijgesteld, indien zij op grond van de binnenvaartvoorschriften zijn naar behoren toegelaten.

Artikel 5

Naleving van de keuringsregeling scheepvaart (Condition Assessment Scheme — CAS)

Enkelwandige olietankschepen die ouder zijn dan 15 jaar mogen, ongeacht de vlag waaronder zij varen, een onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallende haven of offshoreterminal niet binnenvaren of uitvaren, noch in een onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallend gebied voor anker gaan, tenzij een dergelijk tankschip voldoet aan de keuringsregeling scheepvaart als bedoeld in artikel 6.

Artikel 6

Keuringsregeling scheepvaart

Voor de toepassing van artikel 5 is de bij resolutie MEPC 94(46) van 27 april 2001, zoals gewijzigd bij resolutie MEPC 99(48) van 11 oktober 2002 en resolutie MEPC 112(50) van 4 december 2003, aangenomen keuringsregeling scheepvaart van toepassing.

Artikel 7

Uiterste datum

Na de verjaardag van de datum van oplevering van het schip in 2015 is het volgende niet meer toegestaan:

a)

het in de vaart houden, overeenkomstig voorschrift 20.5 van bijlage I bij Marpol 73/78, van olietankschepen van categorieën 2 en 3 onder de vlag van een lidstaat;

b)

het door andere olietankschepen van categorieën 2 en 3 binnenvaren van havens of offshoreterminals die onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallen, ongeacht het feit dat zij in de vaart worden gehouden onder de vlag van een derde staat overeenkomstig voorschrift 20.5 van bijlage I bij Marpol 73/78.

Artikel 8

Vrijstellingen voor schepen in moeilijkheden en schepen die gerepareerd moeten worden

In afwijking van artikelen 4, 5 en 7, kan de bevoegde instantie van een lidstaat, onverminderd nationale bepalingen, in uitzonderlijke omstandigheden toelaten dat een afzonderlijk schip een onder de rechtsbevoegdheid van die lidstaat vallende haven of offshoreterminal binnenvaart of uitvaart, of in een onder de rechtsbevoegdheid van die lidstaat vallend gebied voor anker gaat, indien:

a)

een olietankschip in moeilijkheden verkeert en een toevluchtsoord zoekt;

b)

een onbeladen olietankschip naar een reparatiehaven op weg is.

Artikel 9

Kennisgeving aan de IMO

1.   Elke lidstaat stelt de IMO in kennis van zijn besluit overeenkomstig artikel 7 van deze verordening om olietankschepen die in de vaart zijn overeenkomstig voorschrift 20.5 van bijlage I bij Marpol 73/78, de toegang tot onder zijn rechtsbevoegdheid vallende havens of offshoreterminals te weigeren op grond van voorschrift 20.8.2 van bijlage I bij Marpol 73/78.

2.   Elke lidstaat deelt de IMO mede of hij de exploitatie van een olietankschip van categorie 1 of van categorie 2 dat gerechtigd is onder zijn vlag te varen, overeenkomstig artikel 5 van deze verordening toelaat, opschort, intrekt of weigert op grond van voorschrift 20.8.1 van bijlage I bij Marpol 73/78.

Artikel 10

Wijzigingsprocedure

1.   De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 11 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de verwijzingen in deze verordening in overeenstemming te brengen met de door de IMO vastgestelde niet-wezenlijke wijzigingen, zoals hernummering, op de voorschriften van bijlage I bij Marpol 73/78, en op de resoluties MEPC 111(50) en 94(46), zoals gewijzigd bij de resoluties MEPC 99(48) en 112(50), voor zover dergelijke wijzigingen het toepassingsgebied van deze verordening niet verruimen.

2.   De wijzigingen van Marpol 73/78 kunnen van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten krachtens artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2099/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 betreffende de oprichting van het Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS) en houdende wijziging van de verordeningen op het gebied van maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (9).

Artikel 11

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1.   De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2.   De in artikel 10, lid 1, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van 20 juli 2012. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.

3.   Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 10, lid 1, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit vermelde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

4.   Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.

5.   Een overeenkomstig artikel 10, lid 1, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.

Artikel 12

Intrekking

Verordening (EG) nr. 417/2002 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.

Artikel 13

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 13 juni 2012.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

M. SCHULZ

Voor de Raad

De voorzitter

N. WAMMEN


(1)  PB C 43 van 15.2.2012, blz. 98.

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 23 mei 2012 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 7 juni 2012.

(3)  PB L 64 van 7.3.2002, blz. 1.

(4)  Zie bijlage I.

(5)  PB C 271 van 7.10.1993, blz. 1.

(6)  PB C 91 van 28.3.1994, blz. 301.

(7)  PB C 304 van 24.10.2000, blz. 198.

(8)  PB C 25 E van 29.1.2004, blz. 415.

(9)  PB L 324 van 29.11.2002, blz. 1.


BIJLAGE I

Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

(als bedoeld in artikel 14)

Verordening (EG) nr. 417/2002 van het Europees Parlement en de Raad

(PB L 64 van 7.3.2002, blz. 1)

 

Verordening (EG) nr. 2099/2002 van het Europees Parlement en de Raad

(PB L 324 van 29.11.2002, blz. 1)

Uitsluitend artikel 11

Verordening (EG) nr. 1726/2003 van het Europees Parlement en de Raad

(PB L 249 van 1.10.2003, blz. 1)

 

Verordening (EG) nr. 2172/2004 van de Commissie

(PB L 371 van 18.12.2004, blz. 26)

 

Verordening (EG) nr. 457/2007 van het Europees Parlement en de Raad

(PB L 113 van 30.4.2007, blz. 1)

 

Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad

(PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109)

Uitsluitend punt 7.4 van de bijlage

Verordening (EG) nr. 1163/2009 van de Commissie

(PB L 314 van 1.12.2009, blz. 13)

 


BIJLAGE II

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 417/2002

De onderhavige verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2, lid 1, aanhef

Artikel 2, lid 1, aanhef

Artikel 2, lid 1, eerste alinea, eerste streepje

Artikel 2, lid 1, eerste alinea, onder b)

Artikel 2, lid 1, eerste alinea, tweede streepje

Artikel 2, lid 1, eerste alinea, onder a)

Artikel 2, lid 1, tweede alinea

Artikel 2, lid 1, tweede alinea

Artikel 2, lid 2

Artikel 2, lid 2

Artikel 3

Artikel 3

Artikel 4, lid 1, aanhef

Artikel 4, lid 1

Artikel 4, lid 1, onder a)

Artikel 4, lid 1, onder b)

Artikel 4, lid 2

Artikel 4, lid 2

Artikel 4, lid 3

Artikel 4, lid 3

Artikel 4, lid 4

Artikel 4, lid 4

Artikel 4, lid 5

Artikel 4, lid 6

Artikel 5

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 6

Artikel 7, aanhef

Artikel 7, aanhef

Artikel 7, eerste streepje

Artikel 7, onder a)

Artikel 7, tweede streepje

Artikel 7, onder b)

Artikel 7, slot

Artikel 7, aanhef

Artikel 8, lid 1, aanhef

Artikel 8, aanhef

Artikel 8, lid 1, eerste streepje

Artikel 8, onder a)

Artikel 8, lid 1, tweede streepje

Artikel 8, onder b)

Artikel 8, lid 2

Artikel 9, lid 1

Artikel 9, lid 2

Artikel 9, lid 1

Artikel 9, lid 3

Artikel 9, lid 2

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 10

Artikel 11

 

 

Artikel 12

Artikel 12, eerste alinea

Artikel 12, tweede alinea

Artikel 13

Artikel 13

Bijlage I

Bijlage II


30.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 172/10


VERORDENING (EU) Nr. 531/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 13 juni 2012

betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie

(herschikking)

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 717/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2007 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Gemeenschap (3) is ingrijpend gewijzigd (4). Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van deze richtlijn te worden overgegaan.

(2)

De in het benchmarkkader 2011-2015 van de Commissie opgenomen doelstelling om het verschil tussen nationale en roamingtarieven te beperken, die in november 2009 door de i2010-deskundigengroep op hoog niveau is bekrachtigd en is opgenomen in de mededeling van de Commissie met de titel „Een digitale agenda voor Europa”, moet ook het doel van onderhavige verordening blijven. De geplande afzonderlijke verkoop van roamingdiensten en binnenlandse diensten dient de mededinging te stimuleren en aldus de prijzen voor consumenten te verlagen en in de Unie een interne markt voor roamingdiensten tot stand te brengen waarin geen onderscheid van betekenis bestaat tussen nationale en roamingtarieven. Uniewijde roamingdiensten kunnen de ontwikkeling van een interne telecommunicatiemarkt in de Unie stimuleren.

(3)

Men kan niet spreken van een interne telecommunicatiemarkt zolang er grote verschillen zijn tussen binnenlandse en roamingtarieven. Het uiteindelijke doel moet daarom zijn het verschil tussen binnenlandse en roamingtarieven weg te werken en zo een interne markt voor mobielecommunicatiediensten te creëren.

(4)

De hoge tarieven voor gespreks-, sms- en dataroaming die worden betaald door de gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, zoals studenten, zakenreizigers en toeristen, vormen een belemmering voor het gebruik van hun mobiele toestellen op buitenlandse reizen binnen de Unie en worden als een probleem gezien door consumenten en nationale regelgevende instanties, alsook door instellingen van de Unie, omdat zij een aanzienlijke belemmering voor de interne markt vormen. Deze buitensporige retailtarieven zijn een gevolg zowel van de hoge wholesaletarieven die door de exploitant van het buitenlandse gastnetwerk in rekening worden gebracht als, in vele gevallen, van de hoge marges op de retailtarieven die door de exploitant van het eigen netwerk van de gebruiker in rekening worden gebracht. Door een gebrekkige concurrentie worden verlagingen van de wholesaletarieven vaak niet doorberekend aan de retailklant. Hoewel sommige exploitanten recent tariefplannen hebben ingevoerd als gevolg waarvan de klant gunstiger voorwaarden en iets lagere prijzen worden geboden, is de verhouding tussen kosten en tarieven nog steeds veel groter dan zij op volledig concurrerende markten zou zijn.

(5)

Hoge roamingtarieven vormen een belemmering voor de inspanningen van de Unie om een kenniseconomie te ontwikkelen en om een interne markt met 500 miljoen consumenten te realiseren. Mobiel dataverkeer wordt vergemakkelijkt door voldoende radiospectrum toe te kennen zodat consumenten en bedrijven overal in de Unie gespreks-, sms- en datadiensten kunnen gebruiken. Door tijdig voldoende en geschikt spectrum toe te wijzen, teneinde de beleidsdoelen van de Unie te ondersteunen en zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de toenemende vraag naar draadloos dataverkeer, zal het meerjarige radiospectrumbeleidsprogramma dat is vastgesteld bij Besluit nr. 243/2012/EU (5) de weg vrijmaken voor een ontwikkeling waardoor de Unie wereldleider kan worden op het gebied van breedbandsnelheden, mobiliteit, dekking en capaciteit en waardoor bijgevolg gemakkelijker nieuwe bedrijfsmodellen en technologieën kunnen ontstaan en de structurele problemen voor roaming op wholesaleniveau worden beperkt.

(6)

Het wijdverbreide gebruik van mobiele toestellen waarmee verbinding met het internet kan worden gemaakt, betekent dat dataroaming economisch heel belangrijk is. Dit is een doorslaggevend criterium voor zowel gebruikers als leveranciers van toepassingen en inhoud. Om de ontwikkeling van deze markt te stimuleren mogen kosten voor dataverkeer de groei niet belemmeren.

(7)

In haar mededeling betreffende het tussentijdse verslag over de ontwikkeling van roamingdiensten binnen de Europese Unie stelde de Commissie vast dat de interne markt voor roamingdiensten in de Unie concurrerender kan worden door technische ontwikkelingen en/of de alternatieven voor roamingdiensten, zoals de beschikbaarheid van Voice over Internet Protocol (VoIP) of wifi. Hoewel deze alternatieven, met name VoIP-diensten, in het binnenland steeds meer worden gebruikt, zijn er geen ontwikkelingen van betekenis geweest in het gebruik ervan bij het roamen.

(8)

Gezien de snelle ontwikkeling van mobiel dataverkeer en het stijgende aantal gebruikers van gespreks-, sms- en dataroamingdiensten in het buitenland, moet de concurrentiedruk worden verhoogd zodat nieuwe bedrijfsmodellen en technologieën ontstaan. De roamingtarieven moeten op een zodanige wijze worden gereguleerd dat concurrentiedruk leidend tot lagere prijsniveaus niet wordt ontmoedigd.

(9)

De totstandbrenging van een op de mobiliteit van personen en digitale gegevens gebaseerde Europese maatschappelijke, educatieve, culturele en ondernemende ruimte moet de communicatie tussen mensen vergemakkelijken ten einde te komen tot een echt „Europa van de burger”.

(10)

Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronischecommunicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (toegangsrichtlijn) (6), Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (machtigingsrichtlijn) (7), Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (8), Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten (universeledienstrichtlijn) (9) en Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn inzake privacy en elektronische communicatie) (10), (hierna samen „het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002” genoemd), hebben tot doel binnen de Unie een interne markt voor elektronische communicatie tot stand te brengen waarin door meer concurrentie een hoog niveau van bescherming van de consument wordt gewaarborgd.

(11)

Verordening (EG) nr. 717/2007 is geen op zichzelf staande maatregel, maar vormt, wat roaming in de Unie betreft, een aanvulling op en een ondersteuning van de regels waarin het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 voorziet. Dit kader heeft de nationale regelgevende instanties niet voldoende middelen verschaft om doeltreffend en beslissend in te grijpen in de prijszetting voor roamingdiensten binnen de Unie, en blijkt dus niet geschikt om een soepele werking van de interne markt voor roamingdiensten te verzekeren. Verordening (EG) nr. 717/2007 was een passend middel om deze situatie bij te sturen.

(12)

Het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 is gebaseerd op het beginsel dat verplichtingen via regelgeving ex ante slechts kunnen worden opgelegd als de markt niet voldoende concurrerend is, en voorziet in een proces van periodieke marktanalyse en herziening van verplichtingen door de nationale regelgevende instanties. Dit leidt tot het opleggen van verplichtingen ex ante aan exploitanten die zijn aangewezen als exploitanten met een aanmerkelijke marktmacht. De elementen van dit proces zijn onder meer de afbakening van de relevante markten in overeenstemming met de aanbeveling van de Commissie betreffende relevante producten- en dienstenmarkten in de elektronischecommunicatiesector die overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen (11) (hierna „de aanbeveling” genoemd), de analyse van de afgebakende markten overeenkomstig de richtsnoeren van de Commissie voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het uniale regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (12), de aanwijzing van de exploitanten met aanmerkelijke marktmacht en het opleggen van verplichtingen ex ante aan de op die wijze aangewezen exploitanten.

(13)

In de aanbeveling werd de nationale wholesalemarkt voor internationale roaming via openbare mobiele netwerken aangewezen als een relevante markt voor regulering ex ante. De werkzaamheden van de nationale regelgevende instanties, zowel afzonderlijk als in het kader van de Europese Groep van regelgevende instanties (ERG) en zijn opvolger, het bij Verordening (EG) nr. 1211/2009 (13) opgerichte Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec), ter analyse van de nationale wholesalemarkten voor internationale roaming hebben echter aangetoond dat het voor de nationale regelgevende instanties nog niet mogelijk is gebleken om het hoge niveau van de wholesaletarieven voor roaming in de Unie aan te pakken gezien de moeilijkheid om ondernemingen met aanmerkelijke marktmacht te identificeren wegens de specifieke kenmerken van internationale roaming, waaronder de grensoverschrijdende aard ervan. Na de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 717/2007 werd de roamingmarkt uit de herziene aanbeveling (14) geschrapt.

(14)

Voorts zijn de nationale regelgevende instanties, die verantwoordelijk zijn voor de bescherming en bevordering van de belangen van mobiele klanten die doorgaans verblijven op hun grondgebied, niet in staat het gedrag te controleren van de exploitanten van het bezochte netwerk dat zich in een andere lidstaat bevindt en van wie deze klanten afhangen wanneer zij van internationale roamingdiensten gebruikmaken. Deze beperking kan ook de doeltreffendheid verminderen van maatregelen die door afzonderlijke lidstaten worden genomen op basis van de voor hen overblijvende bevoegdheid om regels ter bescherming van de consument vast te stellen.

(15)

Bijgevolg is er druk op de lidstaten om maatregelen te treffen om het niveau van de internationale roamingtarieven aan te pakken maar de praktijk heeft uitgewezen dat het door het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 ingestelde mechanisme voor regulering ex ante door de nationale regelgevende instanties niet volstaat om het voor die instanties mogelijk te maken om op dit specifieke gebied op een beslissende wijze op te treden in het belang van de consument.

(16)

Voorts werd de Commissie in de resolutie van het Europees Parlement inzake Europese elektronischecommunicatieregelgeving en -markten (15) verzocht nieuwe initiatieven te nemen om de hoge kosten van het grensoverschrijdende mobiele-telefoonverkeer terug te dringen, terwijl de Europese Raad van 23 en 24 maart 2006 concludeerde dat een gericht, doeltreffend en geïntegreerd beleid voor de informatie- en communicatietechnologie (ICT), zowel op het niveau van de Unie als op nationaal niveau, essentieel is voor het behalen van de doelstellingen van economische groei en productiviteit, en in dat verband wees op het belang van lagere roamingtarieven voor het concurrentievermogen.

(17)

Het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 was bedoeld, op basis van de overwegingen die toen duidelijk waren, om alle handelsbelemmeringen tussen de lidstaten op het gebied dat door dit kader werd geharmoniseerd, weg te werken, onder meer maatregelen die gevolgen hebben voor de roamingtarieven. Dit mag evenwel niet beletten dat geharmoniseerde regels worden aangepast uit hoofde van andere overwegingen teneinde met de meest doeltreffende middelen de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten te stimuleren en een hoog niveau van consumentenbescherming te bewerkstelligen.

(18)

Deze verordening dient derhalve een afwijking van de regels toe te staan, die anderszins toepasselijk zijn onder het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002, in het bijzonder de kaderrichtlijn, namelijk dat de tarieven voor dienstverlening moeten worden bepaald door commerciële overeenkomsten in de afwezigheid van aanmerkelijke marktmacht, en daarbij de invoering vergemakkelijken van aanvullende verplichtingen op basis van regulering, die rekening houden met de specifieke kenmerken van roamingdiensten in de Unie.

(19)

De retail- en wholesaleroamingmarkten hebben unieke kenmerken die buitengewone maatregelen rechtvaardigen welke verder gaan dan de mechanismen die voor het overige in het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 beschikbaar zijn.

(20)

Er moet een gemeenschappelijke, geharmoniseerde aanpak worden ingevoerd om ervoor te zorgen dat de gebruikers van terrestrische publieke mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen, geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie, en tegelijkertijd de vrije mededinging op het gebied van roamingdiensten tussen de roamingaanbieders wordt versterkt, een hoog niveau van consumentenbescherming wordt geboden en zowel prikkels voor innovatie als de keuzemogelijkheden voor de consument blijven gehandhaafd. Gezien de grensoverschrijdende aard van de betrokken diensten is deze gemeenschappelijke aanpak nodig opdat de roamingaanbieders kunnen werken binnen één samenhangend regelgevingskader dat gebaseerd is op objectieve criteria.

(21)

Verordening (EG) nr. 717/2007 verstrijkt op 30 juni 2012. Voordat deze verordening verstrijkt, heeft de Commissie overeenkomstig artikel 11 daarvan een evaluatie uitgevoerd waarbij zij diende na te gaan of de doelstellingen van die verordening verwezenlijkt waren en zij de ontwikkeling moest evalueren van de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks-, sms- en datacommunicatiediensten. In haar verslag aan het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2011 over de evaluatie van de resultaten van Verordening (EG) nr. 717/2007 kwam de Commissie tot de conclusie dat de geldigheid van Verordening (EG) nr. 717/2007 diende te worden verlengd tot na 30 juni 2012.

(22)

Uit de gegevens over de ontwikkeling van de tarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten in de Unie sedert de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 717/2007, met name de gegevens van de nationale regelgevende instanties die ieder kwartaal via het Berec worden meegedeeld, blijkt niet dat de concurrentie op retail- of wholesaleniveau een toereikend niveau heeft bereikt en dat er na juni 2012 zonder regelgeving sprake zal zijn van duurzame concurrentie. Uit deze gegevens blijkt dat de retail- en wholesaleroamingtarieven nog altijd veel hoger zijn dan de binnenlandse prijzen en rond de bij Verordening (EG) nr. 717/2007, vastgestelde plafonds blijven liggen en dat er onder deze plafonds slechts beperkte concurrentie is.

(23)

Het verstrijken op 30 juni 2012 van de geldigheid van de prijsplafonds die op grond van Verordening (EG) nr. 717/2007 van toepassing zijn op roamingdiensten op wholesale- en retailniveau binnen de Unie zou derhalve een groot risico inhouden dat het gebrek aan concurrentiedruk op de interne markt voor roamingdiensten en de prikkel voor roamingaanbieders om hun inkomsten uit roaming te maximaliseren, zouden leiden tot retail- en wholesaletarieven voor roaming in de Unie die geen redelijke weerspiegeling vormen van de onderliggende kosten van de levering van de dienst, waardoor de doelstellingen van die verordening in het gedrang zouden komen. De regelgevende maatregelen op de markt voor mobiele-roamingdiensten moeten derhalve na 30 juni 2012 worden verlengd om te zorgen voor de soepele werking van de interne markt door de concurrentie zich te laten ontwikkelen en er tegelijk voor te zorgen dat consumenten, in vergelijking met concurrerende nationale tarieven, geen buitensporige tarieven worden aangerekend.

(24)

De in artikel 8 van de kaderrichtlijn vastgestelde beleidsdoelstelling volgens welke eindgebruikers in staat moeten zijn informatie te raadplegen of te verspreiden, of gebruik te maken van toepassingen en diensten naar keuze moet door de nationale regelgevende instanties worden bevorderd.

(25)

Om de ontwikkeling van een efficiëntere, beter geïntegreerde en meer concurrerende markt voor roamingdiensten mogelijk te maken moeten ondernemingen vrij kunnen onderhandelen over wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten. Belemmeringen voor de toegang tot dergelijke wholesaleroamingdiensten die het gevolg zijn van de verschillende onderhandelingsposities en de verschillende mate waarin ondernemingen eigenaar zijn van de infrastructuur, moeten worden weggewerkt. Exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers van mobielecommunicatiediensten zonder hun eigen netwerkinfrastructuur verlenen typisch roamingdiensten op basis van commerciële overeenkomsten over wholesaleroaming met exploitanten van mobiele gastnetwerken in dezelfde lidstaat. Het risico bestaat evenwel dat commerciële onderhandelingen exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers onvoldoende ruimte laten om de concurrentie te bevorderen door middel van lagere tarieven. Door het invoeren van wholesaleplafonds en van een verplichting om toegang te verlenen zullen deze obstakels verdwijnen en zullen de exploitanten van mobiele virtuele netwerken/wederverkopers en de exploitanten van mobiele netwerken op voet van gelijkheid onderhandelen, hetgeen de ontwikkeling van alternatieve, innovatieve en Uniewijde roamingdiensten en -aanbiedingen voor klanten ten goede zou komen. De voorschriften van het regelgevingskader van 2002 voor elektronische communicatie, met name de kaderrichtlijn en de toegangsrichtlijn, verhinderen dat dit probleem kan worden opgelost via het opleggen van verplichtingen aan exploitanten met aanzienlijke marktmacht.

(26)

Derhalve moet verplicht worden gesteld dat wordt voldaan aan elk redelijk verzoek om wholesaletoegang tot openbare mobielecommunicatienetwerken voor het aanbieden van roamingdiensten. Dergelijke toegang moet sporen met de behoeften van wie om toegang verzoekt. Toegang kan alleen worden geweigerd op basis van objectieve criteria als technische haalbaarheid of de noodzaak om de integriteit van het netwerk te handhaven. In geval van weigering van toegang moet de benadeelde partij de mogelijkheid hebben om de zaak voor te leggen voor geschillenbeslechting in overeenstemming met de in deze verordening vastgestelde procedure. Om gelijke concurrentievoorwaarden te waarborgen moet wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten worden toegestaan overeenkomstig de in deze verordening vastgestelde regelgevende bepalingen op wholesaleniveau en rekening houdend met de verschillende kostenelementen die nodig zijn om dergelijke diensten aan te bieden. Een consistent regelgevingsbeleid inzake wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten dient bij te dragen aan het verhelpen van distorsies tussen de lidstaten. Het Berec dient in overleg met de Commissie en in samenwerking met de belanghebbenden richtsnoeren op te stellen betreffende wholesaletoegang met het oog op het aanbieden van roamingdiensten.

(27)

De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient zowel het verlenen van rechtstreekse wholesaleroamingdiensten als het verlenen van roamingdiensten op wholesalebasis voor wederverkoop aan derden te omvatten. De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient tevens in te houden dat exploitanten van mobiele netwerken verplicht zijn om exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers in staat te stellen gereglementeerde wholesaleroamingdiensten te kopen van wholesaleaankoopgroeperingen die één toegangspunt en een gestandaardiseerd platform voor roamingovereenkomsten in de hele Unie aanbieden. Om ervoor te zorgen dat exploitanten roamingaanbieders, binnen een redelijke termijn, toegang verlenen tot alle faciliteiten die nodig zijn voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming, moet een referentieofferte worden gepubliceerd met de standaardvoorwaarden voor directe toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop. De bekendmaking van de referentieofferte mag geen belemmering vormen voor commerciële onderhandelingen tussen om toegang verzoekende en toegang aanbiedende partijen over het prijsniveau van de definitieve wholesaleovereenkomst of over aanvullende diensten met betrekking tot wholesaletoegang die verder gaan dan wat nodig is voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop.

(28)

De verplichting wholesaletoegang voor roamingdiensten te verlenen moet alle componenten omvatten die nodig zijn om roamingdiensten te kunnen aanbieden zoals: netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten; relevante programmatuursystemen waaronder operationele ondersteuningssystemen, informatiesystemen of databanken voor reservering, levering, bestelling, onderhouds- en herstelverzoeken en facturering, nummervertaling of systemen met vergelijkbare functionaliteit; mobiele netwerken en virtuele netwerkdiensten.

(29)

Indien partijen die verzoeken om toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, verzoeken om toegang tot faciliteiten of diensten in aanvulling op wat nodig is voor het verlenen van retailroamingdiensten, kunnen exploitanten van een mobiel netwerk billijke en redelijke prijzen voor deze faciliteiten en diensten berekenen. Deze aanvullende faciliteiten en diensten kunnen onder meer diensten met een toegevoegde waarde, aanvullende software en informatiesystemen of factureringsovereenkomsten zijn.

(30)

Omdat mobielecommunicatiediensten als bundels van zowel binnenlandse als roamingdiensten worden verkocht, beschikt de consument voor roamingdiensten slechts over beperkte keuzemogelijkheden. Een dergelijke bundeling leidt tot minder transparantie inzake roamingdiensten aangezien het moeilijk is om de individuele onderdelen van de bundels te vergelijken. Bijgevolg is er nog geen zichtbare concurrentie tussen de exploitanten op basis van de roamingcomponent van de mobiele bundels. De beschikbaarheid van roaming als afzonderlijke dienstverlening faciliteren zou de structurele problemen aanpakken door consumenten beter bewust te maken van de roamingtarieven, een afzonderlijke keuze voor roamingdiensten mogelijk te maken en derhalve de concurrentiedruk aan de vraagzijde te verhogen. Deze maatregel zal derhalve bijdragen tot de goede werking van de interne markt voor roamingdiensten.

(31)

De laatste jaren is de vraag van consumenten en bedrijven naar mobiele datadiensten aanzienlijk gestegen. Door de hoge kosten van dataroaming worden consumenten en bedrijven die in de Unie grensoverschrijdend werken, ernstig belemmerd om deze diensten te gebruiken. Aangezien de markt nog in zijn kinderschoenen staat en de vraag van de consument naar dataroaming snel stijgt, zouden gereguleerde retailtarieven de prijzen alleen rond de voorgestelde maximumtarieven kunnen houden, zoals blijkt in relatie tot Verordening (EG) nr. 717/2007, in plaats van de prijzen verder naar beneden te drukken, wat derhalve de noodzaak voor verdere structurele maatregelen bevestigt.

(32)

Klanten moeten gemakkelijk en, afhankelijk van de technische oplossing, binnen zo kort mogelijke tijd zonder boete gratis kunnen overstappen op een andere aanbieder van roamingdiensten of tussen andere aanbieders van roamingdiensten. Klanten moeten in een duidelijke, begrijpelijke en makkelijk toegankelijke vorm over deze mogelijkheid worden geïnformeerd.

(33)

Consumenten moeten het recht krijgen om op een klantvriendelijke wijze te kiezen voor de verkoop van roamingdiensten die losstaat van hun binnenlands mobiel pakket. Er bestaan momenteel diverse methoden voor de technische implementatie van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten, waaronder een dual International Mobile Subscriber Identity (IMSI) (twee afzonderlijke IMSI op dezelfde simkaart), een enkele IMSI (de binnenlandse en de roamingaanbieders delen één IMSI) en combinaties van deze twee opties, waarbij de technische modaliteit niet verhindert dat de klant toegang heeft tot gereguleerde dataroamingdiensten die rechtstreeks op een bezocht netwerk worden verleend, door middel van regelingen tussen de exploitant van het thuisnetwerk en de exploitant van het bezochte netwerk.

(34)

Hoge tarieven voor dataroaming weerhouden klanten ervan om mobiele datadiensten te gebruiken wanneer zij in de Unie reizen. Gelet op de toenemende vraag naar en het toenemende belang van dataroamingdiensten, zouden er geen obstakels mogen zijn om alternatieve dataroamingdiensten te gebruiken die direct op een bezocht netwerk, hetzij tijdelijk, hetzij permanent, aan klanten worden verleend, ongeacht de bestaande roamingovereenkomsten of regelingen met aanbieders van binnenlandse mobielecommunicatiediensten en zonder bijkomende kosten voor de gebruikers. Wanneer dat nodig is, om dataroamingdiensten rechtstreeks op een bezocht netwerk aan te bieden, dienen binnenlandse aanbieders en aanbieders van dataroamingdiensten samen te werken zodat klanten ongehinderd toegang hebben tot deze diensten en ervan gebruik kunnen maken, en de continuïteit van de verlening van andere roamingdiensten gewaarborgd is.

(35)

In deze verordening dienen geen specifieke technische modaliteiten te worden voorgeschreven voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten, maar moet het pad worden geëffend voor de meest doeltreffende en efficiënte oplossing, inclusief een gecombineerde oplossing, die de Commissie op basis van de input van het Berec moet ontwikkelen; wel moeten criteria worden vastgesteld met betrekking tot de technische kenmerken waaraan de technische oplossing voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten moet voldoen. Deze criteria moeten onder meer inhouden dat de oplossing in de hele Unie op een gecoördineerde en geharmoniseerde manier wordt ingevoerd en moeten ervoor zorgen dat consumenten de mogelijkheid krijgen snel en eenvoudig een andere aanbieder van roamingdiensten te kiezen zonder hun nummer te wijzigen. Voorts mag roaming buiten de Unie of door klanten uit derde landen binnen de Unie niet worden verhinderd.

(36)

Er moet een betere samenwerking en coördinatie tussen exploitanten van mobiele netwerken tot stand worden gebracht om een gecoördineerde en goede technische ontwikkeling van het aanbieden van afzonderlijke roamingdiensten technisch mogelijk te maken, en om de toegang tot rechtstreeks op een bezocht netwerk aangeboden dataroamingdiensten niet te verhinderen. Daartoe moeten de betreffende basisbeginselen en methoden nader worden uitgewerkt om een snelle aanpassing aan gewijzigde omstandigheden en technologische ontwikkelingen mogelijk te maken. Het Berec dient, in samenwerking met de belanghebbenden, de Commissie te assisteren bij het ontwikkelen van de technische elementen om de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten mogelijk te maken, en om de toegang tot rechtstreeks op een bezocht netwerk aangeboden dataroamingdiensten niet te verhinderen. Indien nodig moet de Commissie een Europese normalisatie-instantie het mandaat geven voor het wijzigen van de desbetreffende standaarden die nodig zijn voor een geharmoniseerde invoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten.

(37)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgenvoor de uitvoering van de bepalingen van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend ten aanzien van uitvoeringsbepalingen inzake informatieverplichtingen van binnenlandse aanbieders en inzake een technische oplossing voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (16).

(38)

Rekening houdend met deze verordening en de krachtens deze verordening vastgestelde uitvoeringshandelingen dient het Berec de mogelijkheid te hebben om op eigen initiatief specifieke technische richtsnoeren opstellen over de aparte verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten of andere aangelegenheden die onder deze verordening vallen.

(39)

Om de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten volledig te doen slagen, moet deze verkoop worden gekoppeld aan de verplichting wholesaletoegang te verlenen voor het aanbieden van roamingdiensten zodat het voor nieuwe of bestaande spelers, waaronder grensoverschrijdende dienstaanbieders, gemakkelijker wordt om de markt te betreden. Deze oplossing zou distorsies tussen de lidstaten vermijden door te zorgen voor een consequent regelgevend beleid en aldus bij te dragen tot de ontwikkeling van de interne markt. Omdat exploitanten een redelijke termijn moeten krijgen om zich op technisch niveau voor te bereiden op het invoeren van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten, zullen de structurele maatregelen pas na een bepaalde periode resulteren in een reële interne markt met voldoende concurrentie. Daarom moeten de maximum wholesaletarieven voor gespreks-, sms-, en dataroamingdiensten alsmede de preventieve plafonds voor dergelijke diensten op de retailmarkt tijdelijk op een passend niveau worden behouden om ervoor te zorgen dat de bestaande voordelen voor de consument tijdens de overgangsperiode voor de invoering van dergelijke structurele maatregelen worden gehandhaafd.

(40)

Met betrekking tot de verlenging van de tijdelijke prijsregulering moeten er om de belangen van de roamende klant te beschermen verplichtingen op basis van regulering worden ingevoerd, zowel op retail- als op wholesaleniveau, aangezien uit ervaring is gebleken dat een verlaging van de wholesaletarieven voor roamingdiensten in de Unie, wegens het ontbreken van stimulansen daartoe, vaak niet leidt tot lagere roamingtarieven op retailniveau. Anderzijds kan actie om het niveau van de retailtarieven te verlagen zonder het probleem van de wholesalekosten voor de levering van de desbetreffende diensten aan te pakken, het correct functioneren van de interne markt voor roamingdiensten verstoren en een sterkere mededinging in de weg staan.

(41)

Totdat structurele maatregelen voldoende concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten hebben gebracht en aldus kunnen leiden tot verlagingen van de wholesalekosten die op hun beurt zouden kunnen leiden tot lagere tarieven voor de consumenten, bestaat de meest doeltreffende en evenredige wijze om de tarieven voor het initiëren en ontvangen van roamingoproepen binnen de Unie te reguleren in de vaststelling op EU-niveau van een maximaal gemiddeld tarief per minuut op het wholesaleniveau en van maximumtarieven op retailniveau, door middel van het bij Verordening (EG) nr. 717/2007 ingevoerde eurotarief, dat werd aangevuld met het bij Verordening (EG) nr. 544/2009 (17) ingevoerde euro-sms-tarief en dat dient te worden uitgebreid door het eurodatatarief waarin deze verordening voorziet. Het gemiddelde wholesaletarief moet worden toegepast tussen twee exploitanten binnen de Unie gedurende een bepaald tijdvak.

(42)

De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven moeten worden vastgesteld op een preventief niveau waarop een voldoende marge voor de roamingaanbieders is gegarandeerd en waarop concurrerende roamingaanbiedingen tegen lagere tarieven worden gestimuleerd en dat tegelijk waarborgt dat de voordelen voor de consument tijdens de overgangsfase voor de invoering van de structurele maatregelen niet alleen behouden blijven maar nog toenemen. Tijdens die periode dienen de roamingaanbieders de consumenten actief te informeren over de eurotarieven en deze aan al hun roamende klanten aan te bieden, kosteloos en op een duidelijke en transparante wijze.

(43)

De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven die aan roamende klanten dienen te worden aangeboden, moeten een redelijke marge boven de wholesalekosten van de verstrekking van een roamingdienst weerspiegelen, terwijl de roamingaanbieders de vrijheid behouden om de concurrentie aan te gaan door hun aanbod te differentiëren en hun tariefstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeuren van de consument. De preventieve plafonds mogen geen afbreuk doen aan de concurrentievoordelen van structurele maatregelen en kunnen worden opgeheven zodra gebleken is dat de structurele maatregelen concrete voordelen opleveren voor de consument. Deze reguleringsaanpak moet niet gelden voor het deel van het tarief dat wordt aangerekend voor het aanbieden van diensten met een toegevoegde waarde, maar enkel voor de tarieven voor de aansluiting op deze diensten.

(44)

Deze reguleringsaanpak moet op een eenvoudige wijze kunnen worden ingevoerd en gecontroleerd teneinde de administratieve belasting te minimaliseren voor zowel de exploitanten en roamingaanbieders waarop de voorschriften ervan gelden, als de nationale regelgevende instanties die verantwoordelijk zijn voor toezicht en handhaving. De aanpak moet ook transparant zijn en direct begrijpelijk voor alle mobiele klanten in de Unie. Verder zou hiermee zekerheid en voorspelbaarheid moeten worden geboden voor exploitanten die wholesale- en retailroamingdiensten aanbieden. Daarom moeten in deze verordening de maximale tarieven per minuut op wholesale- en retailniveau worden vermeld en uitgedrukt in geldbedragen.

(45)

Bij het aldus gespecificeerde gemiddelde maximumtarief per minuut op wholesaleniveau moeten de verschillende elementen van een roamingoproep binnen de Unie in aanmerking worden genomen, met name de kosten van gespreksopbouw en -afgifte over mobiele netwerken en met inbegrip van overhead, signalering en doorgifte. De meest geschikte benchmark voor gespreksopbouw en -afgifte is het gemiddelde tarief voor mobiele afgifte voor exploitanten van mobiele netwerken in de Unie, gebaseerd op door de nationale regelgevende instanties verstrekte en door de Commissie gepubliceerde informatie. Bij de bepaling van de in deze verordening vastgestelde gemiddelde maximumtarieven per minuut moet daarom rekening worden gehouden met het gemiddelde tarief voor mobiele afgifte, dat een benchmark vormt voor de betrokken kosten. Het gemiddelde maximumtarief per minuut op wholesaleniveau zou jaarlijks moeten dalen om rekening te houden met verlagingen van de tarieven voor mobiele afgifte die van tijd tot tijd door de nationale regelgevende instanties worden opgelegd.

(46)

Het tijdelijke op retailniveau toepasselijke eurogesprekstarief moet roamende klanten de zekerheid bieden dat zij geen buitensporig hoge tarieven moeten betalen wanneer zij een gereguleerd roaminggesprek initiëren of ontvangen, en moet de roamingaanbieders voldoende ruimte geven om de door hen aan de consument aangeboden producten te differentiëren.

(47)

Tijdens de overgangsperiode met preventieve plafonds moeten alle klanten de mogelijkheid hebben om zonder bijkomende kosten of voorwaarden een eenvoudig roamingtarief te kiezen dat niet hoger is dan de maximumtarieven en hierover te worden geïnformeerd. Dankzij een redelijke marge tussen wholesalekosten en retailprijzen moeten de roamingaanbieders al hun specifieke roamingkosten op retailniveau kunnen dekken, met inbegrip van een passend deel van de marketingkosten en van gesubsidieerde mobiele telefoons, en houden zij voldoende over om een redelijke winst te boeken. De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven vormen een passend middel om enerzijds de consument te beschermen en anderzijds de roamingaanbieder flexibiliteit te bieden. Parallel met het wholesaleniveau moeten de maximumgrenzen van de eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven jaarlijks dalen.

(48)

Tijdens de overgangsperiode met preventieve plafonds moeten nieuwe roamende klanten op duidelijke en begrijpelijke wijze volledig worden ingelicht over de bestaande tarieven voor roaming binnen de Unie, met inbegrip van de tarieven die in overeenstemming zijn met de tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven. Bestaande roamende klanten moet de mogelijkheid worden geboden om binnen een bepaald tijdsbestek te kiezen voor een nieuw tarief dat in overeenstemming is met de tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven, of voor andere roamingtarieven. Voor bestaande roamende klanten die binnen dat tijdsbestek geen keuze hebben gemaakt, moet onderscheid worden gemaakt tussen degenen die reeds voor de inwerkingtreding van deze verordening gekozen hadden voor een specifiek roamingtarief of -pakket, en degenen die dat niet hadden gedaan. Klanten die onder deze laatste categorie vallen, moeten automatisch een tarief krijgen dat voldoet aan deze verordening. Roamende klanten die al specifieke roamingtarieven- of pakketten hebben die aan hun persoonlijke vereisten beantwoorden en die op die grond hun keuze hebben gemaakt, zouden hun eerder gekozen tarief of pakket moeten behouden indien zij, na te zijn gewezen op hun huidige tariefvoorwaarden en de geldende eurotarieven, de keuze aan hun roamingaanbieder kenbaar maken om dat tarief te handhaven. Dergelijke specifieke roamingtarieven kunnen bijvoorbeeld vaste roamingtarieven omvatten, niet-publieke tarieven, tarieven met aanvullende vaste roamingtarieven, tarieven met bedragen per minuut die lager zijn dan het maximale eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven of tarieven met set-up charges.

(49)

Aangezien deze verordening een speciale maatregel als bedoeld in artikel 1, lid 5, van de kaderrichtlijn moet vormen, en aangezien leveranciers van roamingdiensten in de Unie zich op grond van deze verordening verplicht zouden kunnen zien veranderingen aan te brengen in hun retail-roamingtarieven om aan de voorschriften van deze verordening te voldoen, zouden mobiele klanten aan die veranderingen geen rechten mogen ontlenen om uit hoofde van nationale wetten waarin het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 is omgezet, hun contracten op te zeggen.

(50)

Deze verordening hoeft geen belemmering te vormen voor de invoering van innovatieve consumentenaanbiedingen die voordeliger zijn dan de in deze verordening bepaalde tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven, maar zou eerder innoverende aanbiedingen aan roamende klanten voor lagere tarieven moeten aanmoedigen, met name in antwoord op de extra concurrentiedruk die wordt gecreëerd door de structurele bepalingen waarin deze verordening voorziet. Deze verordening schrijft niet voor dat roamingtarieven opnieuw worden ingevoerd waar zij eventueel volledig zijn afgeschaft en evenmin dat bestaande roamingtarieven worden verhoogd tot de in deze verordening vastgestelde tijdelijke preventieve plafonds.

(51)

Wanneer maximumtarieven niet in euro worden uitgedrukt, moeten de toepasselijke initiële plafonds en de herziene waarden van die plafonds vastgesteld worden in de betrokken munteenheid door middel van toepassing van de referentiewisselkoersen die op de in deze verordening bepaalde data worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Indien er op de betrokken datum geen bekendmaking plaatsvindt, dienen de referentiewisselkoersen toegepast te worden die zijn bekendgemaakt in het eerste Publicatieblad van de Europese Unie volgende op die datum waarin dergelijke referentiewisselkoersen zijn opgenomen. Om de consument te beschermen tegen stijgende retailtarieven voor gereglementeerde roamingdiensten (gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten) als gevolg van schommelingen in de referentiewisselkoers van valuta's anders dan de euro, moet een lidstaat wiens munt niet de euro is bij het bepalen van maximum retailtarieven in zijn munt de mogelijkheid worden geboden het gemiddelde van een aantal referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode toe te passen.

(52)

Sommige exploitanten van mobiele netwerken factureren wholesalegesprekken op roamingniveau op basis van een minimumperiode die oploopt tot 60 seconden, terwijl de meeste tarieven voor wholesaleverbindingen per seconde worden vastgesteld. Dit verstoort de concurrentie tussen deze exploitanten en de exploitanten die andere methoden hanteren voor de facturering, en ondermijnt de consequente toepassing van de maximum wholesale-tarieven die bij deze verordening zijn ingevoerd. Het verhoogt bovendien de wholesalekosten en heeft daardoor negatieve gevolgen voor de prijsstelling van gespreksroamingdiensten op retailniveau. Exploitanten van mobiele netwerken moeten derhalve worden verplicht de levering op wholesale-niveau van gereguleerde oproepen met roaming per seconde te factureren.

(53)

Volgens ramingen van de ERG, de voorloper van het Berec, leidt de praktijk van exploitanten van mobiele netwerken om intervallen van meer dan één seconde te factureren wanneer zij roamingdiensten op retailniveau in rekening brengen, tot een verhoging van een doorsnee eurogesprekstariefrekening met 24 % voor geïnitieerde en 19 % voor ontvangen oproepen. Voorts heeft de ERG verklaard dat deze verhogingen een vorm van verborgen kosten zijn, omdat zij voor de meeste consumenten niet transparant zijn. De ERG doet dan ook de dringende aanbeveling een oplossing te zoeken voor de verschillende factureringspraktijken die op retailniveau op het eurogesprekstarief worden toegepast.

(54)

Hoewel Verordening (EG) nr. 717/2007 door middel van het eurotarief in de Unie heeft voorzien in een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat roamende klanten voor gereguleerde roaminggesprekken geen buitensporige prijzen worden aangerekend, wordt een consequente toepassing ervan ernstig ondermijnd door de verschillende factureringspraktijken van de exploitanten van mobiele netwerken. Dit betekent ook dat er ondanks de grensoverschrijdende aard van Uniedekkende roamingdiensten verschillende aanpakken bestaan voor de facturering van gereguleerde roaminggesprekken die de concurrentievoorwaarden in de interne markt verstoren.

(55)

Het verdient dus aanbeveling gemeenschappelijke voorschriften in te voeren met betrekking tot de facturering van eurogesprekstariefeenheden op retailniveau om de interne markt verder te versterken en consumenten van roamingdiensten in de Unie een hoog en voor de gehele Unie gelijk niveau van bescherming te bieden.

(56)

Aanbieders die gereguleerde roaminggesprekken op retailniveau aanbieden, moeten derhalve worden verplicht hun klanten alle gesprekken waarvoor een eurogesprekstarief geldt per seconde te factureren met alleen de mogelijkheid een minimumaanvangsperiode te factureren van ten hoogste 30 seconden voor geïnitieerde oproepen. Op deze manier brengen roamingaanbieders redelijke kosten in rekening voor de totstandbrenging van de verbinding en wordt flexibiliteit geboden zodat zij kunnen concurreren door kortere tariferingsperiodes aan te bieden. Voor inkomende gesprekken waarvoor het eurogesprekstarief geldt, is een dergelijke aanvangstariferingsperiode niet gerechtvaardigd, omdat de onderliggende wholesalekosten per seconde in rekening worden gebracht en eventuele specifieke kosten voor de totstandbrenging van de verbinding reeds door mobieleafgiftetarieven zijn gedekt.

(57)

Op bezochte netwerken ontvangen voicemailberichten dienen de klant niet in rekening te worden gebracht, omdat hij op de duur van deze berichten geen invloed heeft. Dit geldt niet voor andere voicemailkosten, bijvoorbeeld kosten voor het beluisteren.

(58)

Klanten in grensgebieden mogen geen onnodig hoge rekeningen krijgen als gevolg van onbedoelde roaming. Roamingaanbieders dienen daarom redelijke maatregelen te nemen om hun klanten te beschermen tegen roamingkosten wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden Dit houdt onder meer in dat consumenten door passende informatieverstrekking in staat worden gesteld onbedoeld roamen actief te voorkomen. Nationale regelgevende instanties dienen oog te hebben voor de situaties, waarin consumenten problemen ondervinden met het betalen van roamingkosten terwijl zij zich nog in hun lidstaat bevinden, en dienen passende maatregelen te nemen om dit probleem te verhelpen.

(59)

Voor sms-roamingdiensten, evenals in het geval van gespreksroamingdiensten, is er een aanzienlijk risico dat het opleggen van verplichte wholesaleprijzen op zich niet automatisch zal leiden tot lagere tarieven voor retailklanten. Anderzijds zouden maatregelen om het niveau van de retailprijzen omlaag te brengen zonder iets te doen aan het niveau van de wholesalekosten die verband houden met de levering van deze diensten, de positie van een aantal roamingaanbieders, met name kleinere roamingaanbieders, in gevaar kunnen brengen, omdat het risico van tariefuitholling toeneemt.

(60)

Gezien de specifieke structuur en de grensoverschrijdende aard van de markt voor roamingdiensten heeft het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 de nationale regelgevende instanties bovendien niet de geschikte instrumenten geboden om de concurrentieproblemen die ten grondslag liggen aan het hoge niveau van de wholesale- en retailprijzen voor gereguleerde sms-roamingdiensten aan te pakken. Hierdoor functioneert de interne markt niet soepel en is corrigerende regelgeving geboden.

(61)

Regelgevingsverplichtingen moeten derhalve worden opgelegd voor gereguleerde sms-roamingdiensten op wholesaleniveau zodat een betere verhouding ontstaat tussen wholesaletarieven en de onderliggende kosten, en gedurende een overgangsperiode op retailniveau om de belangen van roamende consumenten te beschermen tot de structurele maatregelen effect sorteren.

(62)

Totdat de structurele maatregelen voldoende concurrentie op de markt voor roamingdiensten hebben gebracht, bestaat de meest doelmatige en evenredige aanpak om het prijsniveau voor gereguleerde sms-roamingdiensten op retailniveau te reguleren in het op EU-niveau vaststellen van een gemiddeld maximumtarief per sms-bericht dat verzonden wordt vanuit een bezocht netwerk. Het gemiddelde wholesaletarief moet over een specifieke periode worden toegepast tussen alle exploitanten binnen de Unie.

(63)

Het maximum wholesaletarief voor gereguleerde sms-roamingdiensten moet alle kosten van de aanbieder van de wholesaledienst omvatten, met inbegrip van onder meer de kosten van gespreksopbouw, transit en de niet gedekte afgiftekosten van sms-roamingberichten op het bezochte netwerk. Om te zorgen voor een consequente toepassing van de bij deze verordening vastgestelde regels mogen wholesaleaanbieders van gereguleerde sms-roamingdiensten derhalve geen afzonderlijk bedrag in rekening brengen voor de afgifte van sms-roamingberichten op hun netwerk.

(64)

Om ervoor te zorgen dat de maximumtarieven voor sms-roamingdiensten op wholesaleniveau een meer getrouwe afspiegeling zijn van de onderliggende leveringskosten en dat de concurrentie op de retailmarkt de kans krijgt om zich te ontwikkelen, moeten de maximum wholesaletarieven voor gereguleerde sms de prijsdalingen volgen.

(65)

In Verordening (EG) nr. 544/2009 werd ervan uitgegaan dat, bij gebrek aan structurele elementen die voor concurrentie op de markt voor roamingdiensten zorgen, de invoering van een verplichting voor exploitanten van mobiele netwerken om hun roamende klanten een euro-sms-tarief aan te bieden dat een bepaald maximumtarief niet overschrijdt, de meest doelmatige en evenredige aanpak was om het retailprijsniveau voor sms-roamingberichten in de Unie te reguleren.

(66)

Totdat de structurele maatregelen effect sorteren, moet het tijdelijke euro-sms-tarief worden gehandhaafd op een preventief niveau dat de roamingaanbieders voldoende marge biedt en tegelijkertijd zorgt voor een meer getrouwe afspiegeling van de onderliggende aanbiedingskosten en geen afbreuk doet aan de bestaande consumentenvoordelen.

(67)

Het tijdelijke euro-sms-tarief dat roamende klanten kan worden aangeboden, moet derhalve een redelijke marge inhouden ten opzichte van de kosten waarmee de levering van een gereguleerde sms-roamingdienst gepaard gaat, waarbij roamingaanbieders kunnen concurreren door hun aanbod te variëren en door de prijsstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeur van de consumenten. Een dergelijk preventief plafond moet worden vastgesteld op een niveau dat de concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet verstoort en kan worden opgeheven zodra de structurele maatregelen effect sorteren. Deze regelgevingsaanpak mag niet van toepassing zijn op sms-diensten met toegevoegde waarde.

(68)

Roamende klanten mogen niet verplicht worden een aanvullend bedrag te betalen voor de ontvangst van een gereguleerd sms- of voicemailbericht met roaming op een bezocht netwerk, omdat de afgiftekosten reeds zijn doorberekend in de retailkosten voor de verzending van een sms- of voicemailbericht met roaming.

(69)

Een euro-sms-tarief moet automatisch van toepassing zijn op elke nieuwe of bestaande roamende klant die niet vrijwillig kiest of heeft gekozen voor een bijzonder sms-roamingtarief of een pakket voor roamingdiensten met inbegrip van gereguleerde sms-roamingdiensten.

(70)

Een sms-bericht is een „Short Message Service”-tekstbericht en onderscheidt zich duidelijk van andere berichten zoals mms-berichten of e-mails. Om ervoor te zorgen dat deze verordening niet van zijn nuttig effect wordt beroofd en de doelstellingen ervan ten volle worden verwezenlijkt, moeten eventuele wijzigingen van de technische parameters van een sms-roamingbericht, waardoor het gedifferentieerd wordt van een binnenlands sms-bericht, worden verboden.

(71)

Uit gegevens die bijeen zijn gebracht door de nationale regelgevende instanties blijkt dat de gemiddelde wholesaletarieven voor dataroamingdiensten die worden aangerekend door de exploitanten van bezochte netwerken aan de roamingaanbieders van roamende klanten hoog blijven. Zelfs wanneer de wholesaletarieven een neerwaartse trend vertonen, blijven zij zeer hoog in verhouding tot de onderliggende kosten.

(72)

Dat het niveau van de wholesaletarieven voor dataroamingdiensten nog steeds erg hoog ligt, kan voornamelijk worden toegeschreven aan de hoge wholesaletarieven die worden aangerekend door exploitanten van niet-preferentiële netwerken. Deze tarieven zijn het gevolg van beperkingen in verband met verkeerssturing, waardoor de exploitanten geen prikkel hebben om hun wholesaletarieven eenzijdig te verlagen, omdat het dataverkeer hoe dan ook wordt ontvangen, ongeacht de prijs die in rekening wordt gebracht. Dit leidt tot extreme variaties in de wholesalekosten. In sommige gevallen zijn de tarieven voor dataroaming op wholesaleniveau die van toepassing zijn op niet-preferentiële netwerken, zes maal hoger dan die welke van toepassing zijn op het preferentiële netwerk. Deze buitensporig hoge wholesaletarieven voor dataroamingdiensten leiden tot een aanzienlijke verstoring van de concurrentievoorwaarden tussen mobiele exploitanten in de Unie, die de soepele werking van de interne markt ondermijnen. Zij maken het voorts moeilijker voor roamingaanbieders om hun wholesalekosten te voorspellen en hun klanten transparante en concurrerende retailprijspakketten aan te bieden. Omdat de nationale regelgevende instanties deze problemen op nationaal niveau minder doelmatig kunnen aanpakken, moet een maximum wholesaletarief worden vastgesteld voor wholesaleprijzen voor dataroamingdiensten. Regelgevingsverplichtingen moeten derhalve worden opgelegd voor gereguleerde dataroamingdiensten op wholesaleniveau om een redelijker verband te leggen tussen wholesaletarieven en de onderliggende kosten, en op retailniveau om de belangen van roamende consumenten te beschermen.

(73)

Roamingaanbieders mogen de roamende klant geen kosten in rekening brengen voor gereguleerde dataroamingdiensten, zolang de roamende klant niet akkoord is gegaan met de levering van de dienst.

(74)

De werkingssfeer van deze verordening moet de levering van Uniewijde retail dataroamingdiensten omvatten. De bijzondere kenmerken van de markten voor roamingdiensten die het vaststellen van Verordening (EG) nr. 717/2007 en het opleggen van verplichtingen aan mobiele exploitanten met betrekking tot het verrichten van diensten op het gebied van roaminggesprekken en -sms-berichten binnen de Unie rechtvaardigden, gelden nu evenzeer voor de levering van retail dataroamingdiensten in de Unie. Evenals gespreks- en sms-roamingdiensten, worden dataroamingdiensten niet onafhankelijk op nationaal niveau aangekocht, maar maken zij slechts deel uit van een breder retailpakket dat klanten van hun roamingaanbieder kopen, zodat de concurrentie op dit gebied wordt beperkt. Gelet voorts op de grensoverschrijdende aard van de diensten in kwestie, zijn de nationale regelgevende instanties die verantwoordelijk zijn voor het beschermen en bevorderen van de belangen van klanten van mobiele netwerken die op hun grondgebied woonachtig zijn, niet in staat het gedrag te controleren van de exploitanten van het bezochte netwerk die zich in andere lidstaten bevinden.

(75)

Zoals bij de reeds bestaande regelgevende maatregelen voor gespreks- en sms-diensten en totdat de structurele maatregelen voor voldoende concurrentie zorgen, bestaat de meest doelmatige en evenredige aanpak om het prijsniveau voor Uniewijde dataroamingdiensten tijdens een overgangsperiode op retailniveau te reguleren, erin roamingaanbieders te verplichten hun roamende klanten een tijdelijk eurodatatarief aan te bieden dat niet hoger ligt dan een vastgestelde maximumtarief. Het eurodatatarief moet worden vastgesteld op een preventief niveau dat de roamingaanbieders, totdat de structurele maatregelen effect sorteren, voldoende marge biedt en tegelijkertijd een meer getrouwe afspiegeling van de onderliggende aanbiedingskosten waarborgt.

(76)

Het tijdelijke eurodatatarief dat roamende klanten kan worden aangeboden, moet derhalve een redelijke marge inhouden ten opzichte van de kosten waarmee de levering van een gereguleerde dataroamingdienst gepaard gaat, waarbij roamingaanbieders kunnen concurreren door hun aanbod te variëren en door de prijsstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeur van de consumenten. Een dergelijk preventief plafond moet worden vastgesteld op een niveau dat de concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet verstoort en kan worden opgeheven zodra blijkt dat de structurele maatregelen concrete en blijvende voordelen voor de consument opleveren. Naar analogie van de voor gespreks- en sms-roamingdiensten gevolgde aanpak en gelet op de verwachte daling van de onderliggende kosten voor het aanbieden van dataroamingdiensten, moeten de gereguleerde maximumprijzen voor het tijdelijke eurodatatarief een dalende trend volgen.

(77)

Een tijdelijk eurodatatarief moet automatisch van toepassing zijn op elke nieuwe of bestaande roamende klant die niet vrijwillig kiest of heeft gekozen voor een bijzonder dataroamingtarief of een pakket roamingdiensten met inbegrip van gereguleerde dataroamingdiensten.

(78)

Om te waarborgen dat consumenten betalen voor de datadiensten die zij daadwerkelijk gebruiken en de problemen te voorkomen die na de invoering van Verordening (EG) nr. 717/2007 zijn ontstaan, waarbij verkapte heffingen voor gespreksdiensten werden aangerekend op basis van de door exploitanten gehanteerde tariefmechanismen, moet het tijdelijke eurodatatarief per kilobyte worden gefactureerd. Dergelijke tarifering spoort met het tariefsysteem dat op wholesaleniveau reeds wordt toegepast.

(79)

Roamingaanbieders mogen een vast maandtarief op basis van een redelijk gebruik aanbieden waarin alles is inbegrepen en waarop geen maximumtarieven van toepassing zijn en dat alle roamingdiensten in de Unie kan dekken.

(80)

Opdat alle gebruikers van mobiele spraaktelefonie er baat bij hebben, moeten de tijdelijke retail-tariefvoorschriften gelden ongeacht of roamende klanten een prepaid- dan wel een postpaid-contract met hun roamingaanbieder hebben en ongeacht of de roamingaanbieder een eigen netwerk heeft, een exploitant van een virtueel mobiel netwerk is dan wel een wederverkoper van mobiele spraaktelefoniediensten is.

(81)

Wanneer leveranciers van mobiele-telefoniediensten in de Unie de voordelen van interoperabiliteit en eind-tot-eindverbindingen voor hun klanten in gevaar zien komen als gevolg van de beëindiging of dreigende beëindiging van hun roamingovereenkomsten met exploitanten van mobiele netwerken in andere lidstaten, of wanneer zij niet in staat zijn hun klanten een dienst in een andere lidstaat aan te bieden wegens het ontbreken van een overeenkomst met ten minste één wholesale-netwerkaanbieder, moeten de nationale regelgevende instanties gebruikmaken van de bevoegdheden waarover zij krachtens artikel 5 van de toegangsrichtlijn beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie om een dergelijke eind-tot-eindverbinding en de interoperabiliteit van diensten te verzekeren, daarbij rekening houdend met de doelstellingen als vermeld in artikel 8 van de kaderrichtlijn, met name de totstandbrenging van een volledig werkende interne markt voor elektronischecommunicatiediensten.

(82)

Om de transparantie van de retailtarieven voor roamingdiensten te vergroten en roamende klanten te helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen in het buitenland gebruiken, moeten de leveranciers van mobielecommunicatiediensten hun roamende klanten kosteloos informatie aanbieden over de roamingtarieven die voor hen gelden wanneer zij in de door hen bezochte lidstaat gebruikmaken van roamingdiensten. Aangezien bepaalde klanten wellicht goed op de hoogte zijn van de roamingtarieven, moeten roamingaanbieders de mogelijkheid bieden om op eenvoudig verzoek af te zien van deze automatische boodschappendienst. Ook zouden de leveranciers hun klanten, mits zij zich in de Unie bevinden, op verzoek en kosteloos actief aanvullende informatie moeten verstrekken over de tarieven per minuut, per sms of per megabyte gegevens (inclusief btw) voor het initiëren en ontvangen van telefoongesprekken en voor het zenden en ontvangen van sms, mms en andere gegevenscommunicatiediensten in de bezochte lidstaat.

(83)

Eveneens omwille van de transparantie dienen de leveranciers informatie te verstrekken over roamingtarieven, met name de eurogespreks-, euro-sms- en eurogegevenstarieven en het vaste all-in tarief, als zij dat aanbieden, wanneer een abonnement wordt genomen en telkens wanneer de roamingtarieven gewijzigd worden. Roamingaanbieders moeten met passende middelen, zoals op facturen of via internet, tv-reclame of direct mail, informatie verstrekken over roamingtarieven. Alle informatie en aanbiedingen moeten duidelijk en begrijpelijk zijn, vergelijking toelaten en transparant zijn voor wat de prijzen en kenmerken van de diensten betreft. Reclame voor roamingaanbiedingen en marketing naar consumenten toe moeten volledig in overeenstemming zijn met de wetgeving inzake consumentenbescherming, in het bijzonder Richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt („richtlijn oneerlijke handelspraktijken”) (18). Roamingaanbieders dienen ervoor te zorgen dat al hun roamende klanten zich bewust zijn van het bestaan van gereguleerde tarieven tijdens de betrokken periode en deze klanten een duidelijke en ondubbelzinnige schriftelijke mededeling te sturen waarin de voorwaarden van de eurogespreks-, euro-sms- en eurogegevenstarieven worden beschreven, alsook het recht om over te stappen naar en van die tarieven.

(84)

Voorts moeten maatregelen worden ingevoerd om de transparantie van retailtarieven voor alle dataroamingtarieven te verbeteren, met name om het probleem van astronomisch hoge rekeningen, die een obstakel vormen voor de soepele werking van de interne markt, uit de weg te ruimen en roamende klanten de instrumenten te verschaffen die zij nodig hebben om hun uitgaven voor dataroamingdiensten te bewaken en te beheersen. Evenmin mag de ontwikkeling worden belemmerd van toepassingen of technologieën die roamingdiensten kunnen vervangen of er een alternatief voor kunnen vormen, zoals wifi.

(85)

Roamingaanbieders moeten hun roamende klanten met name kosteloos gepersonaliseerde tariefinformatie verschaffen over de kosten van dataroamingdiensten die voor deze klanten gelden telkens wanneer zij bij binnenkomst in een ander land gebruikmaken van een dataroamingdienst. Deze informatie moet zodanig op hun mobiel toestel worden verstrekt dat ze eenvoudig te ontvangen en te begrijpen is, en later opnieuw kan worden geraadpleegd.

(86)

Roamingaanbieders dienen ervoor te zorgen dat hun klanten zowel vóór als na de sluiting van een overeenkomst naar behoren worden voorgelicht over de tarieven die van toepassing zijn op gereguleerde dataroamingdiensten, zodat deze een beter inzicht krijgen in de financiële gevolgen van het gebruik van dataroamingdiensten en hun uitgaven kunnen bewaken en beheersen. Dergelijke informatie zou kunnen bestaan uit voorbeelden van de hoeveelheid die bij benadering wordt gebruikt voor, bijvoorbeeld het verzenden van een e-mail of een afbeelding, webbrowsing en het gebruik van mobiele toepassingen.

(87)

Om astronomisch hoge rekeningen te voorkomen moeten roamingaanbieders voorts een of meer financiële en/of volumeplafonds vaststellen met betrekking tot hun openstaande rekeningen voor dataroamingdiensten, in de valuta waarin de roamende klant de rekening ontvangt, die zij aan al hun roamende klanten gratis moeten aanbieden en waarbij een passende kennisgeving wordt gedaan, op een drager waarmee de kennisgeving opnieuw kan worden bekeken, wanneer men in de buurt komt van dit plafond. Wanneer dit plafond wordt bereikt, mag de klant deze diensten niet meer ontvangen of mogen deze hem niet meer in rekening worden gebracht, behalve wanneer hij specifiek om voortzetting van deze diensten verzoekt overeenkomstig de voorwaarden zoals vermeld in de kennisgeving. In zo'n geval moet hij kosteloos een bevestiging ontvangen, op een drager waarmee de bevestiging opnieuw kan worden bekeken. Roamende klanten moeten de gelegenheid krijgen binnen een redelijke termijn voor een van deze financiële of volumeplafonds te kiezen of zich tegen een dergelijk plafond uit te spreken. Tenzij de klant iets anders te kennen geeft, moeten de plafonds standaard op hem worden toegepast.

(88)

Deze transparantiemechanismen moeten worden gezien als een minimumbescherming voor roamende klanten en mogen roamingaanbieders niet beletten hun klanten een reeks andere faciliteiten aan te bieden om hen te helpen hun uitgaven voor dataroamingdiensten te voorspellen en te beheersen. Tal van roamingaanbieders zijn bijvoorbeeld bezig met de ontwikkeling van een nieuw forfaitair retailtarief voor roaming. Met een dergelijk tarief zijn dataroamingdiensten mogelijk voor een specifieke prijs gedurende een specifieke periode tot een redelijke gebruikslimiet. Ook zijn roamingaanbieders bezig met de ontwikkeling van systemen aan de hand waarvan hun roamende klanten in realtime precies op de hoogte kunnen zijn van hun uitgaven voor datadiensten met roaming. Om te kunnen zorgen voor een soepele werking van de interne markt, moet in de geharmoniseerde regels rekening worden gehouden met deze ontwikkelingen op de binnenlandse markten.

(89)

Klanten die gebruikmaken van prepaid-tarieven kunnen eveneens onverwacht hoge rekeningen gepresenteerd krijgen voor het gebruik van dataroamingdiensten. Om deze reden moeten de bepalingen omtrent „cut-off limits” eveneens worden toegepast op deze klanten.

(90)

Er bestaan aanzienlijke verschillen tussen de gereguleerde roamingtarieven binnen de Unie en de roamingtarieven die gelden voor consumenten wanneer zij buiten de Unie reizen, waarbij laatstgenoemde tarieven aanzienlijk hoger zijn dan de tarieven die binnen de Unie gelden. Door het ontbreken van een consequente benadering inzake transparantie- en beschermingsmaatregelen met betrekking tot roaming buiten de Unie, zijn de consumenten niet zeker van hun rechten, hetgeen hen er vaak van weerhoudt in het buitenland gebruik te maken van mobiele diensten. Transparante informatie die aan klanten wordt verschaft, kan niet alleen helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen tijdens verplaatsingen in het buitenland (zowel binnen als buiten de Unie) gebruiken, maar ook om een keuze te maken tussen roamingaanbieders. Daarom moet het probleem van het gebrek aan transparantie en consumentenbescherming worden aangepakt door ook bepaalde transparantie- en beschermingsmaatregelen toe te passen op roamingdiensten die buiten de Unie worden verleend. Deze maatregelen zouden tot meer concurrentie leiden en de werking van de interne markt verbeteren.

(91)

Indien de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte land buiten de Unie de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren, is de roamingaanbieder niet verplicht de financiële of volumeplafonds ter bescherming van de consument aan te bieden.

(92)

De nationale regelgevende instanties, die belast zijn met taken overeenkomstig het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002, moeten over de bevoegdheid beschikken om de naleving van de in deze verordening vervatte verplichtingen op hun grondgebied te controleren en te handhaven. Zij moeten ook de ontwikkeling controleren van de tarieven voor spraaktelefonie- en gegevensdiensten voor klanten die roamen in de Unie, indien passend met inbegrip van de specifieke kosten in verband met geïnitieerde of ontvangen roamingoproepen in de ultraperifere regio's van de Unie en de noodzaak erover te waken dat deze kosten op een adequate wijze kunnen worden terugverdiend op de wholesalemarkt, en dat verkeerssturingstechnieken niet gebruikt worden om de keuzemogelijkheden van de klanten te beperken. Zij moeten ervoor zorgen dat actuele informatie over de toepassing van deze verordening beschikbaar wordt gesteld voor de betrokken partijen en moeten de resultaten van deze controles om de zes maanden publiceren. De informatie over zakelijke, prepaid- en postpaid-klanten moet afzonderlijk worden verstrekt.

(93)

Bij binnenlandse roaming in de ultraperifere gebieden van de Unie waar vergunningen voor mobiele telefonie verschillen van die welke voor de rest van het nationale grondgebied zijn afgegeven, moet gebruik kunnen worden gemaakt van tariefverlagingen die gelijk zijn aan die welke op de interne markt voor roamingdiensten worden gehanteerd. De toepassing van deze verordening mag niet leiden tot een minder gunstige tariefbehandeling voor klanten die gebruikmaken van binnenlandse roamingdiensten ten opzichte van klanten die gebruikmaken van roamingdiensten in de Unie. Te dien einde kunnen de nationale instanties aanvullende maatregelen nemen die stroken met de EU-wetgeving.

(94)

Bij het vaststellen van de regels voor de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze verordening, houden de lidstaten overeenkomstig hun nationale wetgeving onder meer rekening met de mogelijkheid voor roamingaanbieders om abonnees te vergoeden voor eventuele vertragingen of obstakels die zich bij de overstap naar een andere roamingaanbieder voordoen.

(95)

Aangezien de doelstellingen van deze verordening, namelijk de invoering van een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat de gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie, waarbij een hoog niveau van bescherming van de consument wordt bereikt door de vrije mededinging tussen de roamingaanbieders te versterken, door de lidstaten niet voldoende op zekere, geharmoniseerde en tijdige wijze kunnen worden verwezenlijkt en derhalve beter kunnen worden verwezenlijkt op het niveau van de Unie, kan de Unie maatregelen vaststellen in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel als neergelegd in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan hetgeen nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

(96)

De regelgevingsverplichtingen inzake de wholesaletarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten moeten in stand worden gehouden totdat de structurele maatregelen effect sorteren en er zich voldoende concurrentie op de wholesalemarkten heeft ontwikkeld. Voorts blijkt uit de huidige markttendensen dat datadiensten geleidelijk het belangrijkste segment van de markt voor mobiele diensten zullen worden en vertoont de wholesalemarkt voor dataroamingdiensten op dit moment de grootste dynamiek met prijzen die aanzienlijk lager liggen dan de reguleringstarieven.

(97)

De preventieve retailplafonds moeten voldoende hoog zijn om de potentiële concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet in het gedrang te brengen en kunnen volledig worden opgeheven zodra deze maatregelen effect sorteren en tot een reële interne markt heeft geleid. Derhalve dienen de preventieve retailplafonds een neerwaartse trend te volgen en uiteindelijk te verdwijnen.

(98)

De Commissie dient de doeltreffendheid van deze verordening te evalueren in het licht van de doelstellingen daarvan en de bijdrage tot de uitvoering van het 2002 regelgevend kader voor elektronische communicatie en het soepel functioneren van de interne markt. In dit verband moet de Commissie de gevolgen nagaan voor de concurrentiepositie van de aanbieders van mobielecommunicatiediensten van uiteenlopende omvang en uit verschillende delen van de Unie, de ontwikkelingen, trends en de transparantie van retail- en wholesaletarieven, de verhouding daarvan tot de feitelijke kosten, de mate waarin de in de effectbeoordeling bij deze verordening geformuleerde aannames zijn bevestigd, en de compliancekosten en de gevolgen voor de investeringen. De Commissie dient in het licht van de technologische ontwikkelingen voorts aandacht te schenken aan de beschikbaarheid en de kwaliteit van diensten die een alternatief vormen voor roaming (zoals toegang via wifi).

(99)

Zolang de concurrentie op retail- en wholesaleniveau onvoldoende ontwikkeld is, moeten regelgevingsverplichtingen inzake wholesale- en retailtarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten gehandhaafd worden met het oog op de bescherming van de consument. Daarom moet de Commissie uiterlijk 30 juni 2016 beoordelen of de doelstellingen van deze verordening zijn verwezenlijkt, en met name of de structurele maatregelen volledig zijn ingevoerd en de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten voldoende ontwikkeld is. Indien de Commissie tot de conclusie komt dat de concurrentie onvoldoende ontwikkeld is, legt zij het Europees Parlement en de Raad passende voorstellen voor om vanaf 2017 een afdoende consumentenbescherming te garanderen.

(100)

Na de bovenbedoelde evaluatie en om ervoor te zorgen dat voortdurend toezicht wordt gehouden op de roamingdiensten in de Unie, dient de Commissie om de twee jaar een verslag voor het Europees Parlement en de Raad op te stellen met een algemene samenvatting van de laatste trends op het gebied van roamingdiensten en een tussentijdse beoordeling van de vooruitgang die geboekt is bij het behalen van de doelstellingen van deze verordening, en de mogelijke alternatieve opties om deze doelstellingen te bereiken,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   Bij deze verordening wordt een gemeenschappelijke aanpak ingevoerd die ervoor moet zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, wanneer zij binnen de Unie reizen, in vergelijking met concurrerende binnenlandse prijzen geen buitensporig hoge tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie wanneer zij oproepen initiëren of ontvangen, sms-berichten initiëren of ontvangen of gebruikmaken van pakketgeschakelde datacommunicatiediensten, waardoor wordt bijgedragen aan de soepele werking van de interne markt en de consument tegelijkertijd een hoog niveau van bescherming wordt geboden, de vrije concurrentie en de doorzichtigheid van de markt worden bevorderd en zowel prikkels voor innovatie als keuzevrijheid voor de consument worden geboden.

Deze verordening voorziet in regels die het mogelijk maken dat gereguleerde roamingdiensten afzonderlijk van binnenlandse mobielecommunicatiediensten worden verkocht, en bepaalt de voorwaarden voor de wholesaletoegang tot publieke mobielecommunicatienetwerken met het oog op het aanbieden van gereguleerde roamingdiensten. De verordening voorziet tevens in tijdelijke regels betreffende de tarieven die de roamingaanbieders in rekening kunnen brengen voor de levering in de Unie van gereguleerde roamingdiensten voor telefoongesprekken en sms-berichten met opbouw en afgifte binnen de Unie en voor pakketgeschakelde datacommunicatiediensten die door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij roamen op een mobielcommunicatienetwerk in de Unie. De verordening is van toepassing op zowel de tarieven die op wholesaleniveau door de netwerkaanbieders in rekening worden gebracht als op die welke op retailniveau door de roamingaanbieders worden gehanteerd.

2.   De afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten van binnenlandse mobielecommunicatiediensten is een noodzakelijke tussenstap naar meer mededinging om zodoende de roamingtarieven voor klanten te verlagen en de markt te laten evolueren naar een interne markt voor mobielecommunicatiediensten, zodat er uiteindelijk geen onderscheid zal bestaan tussen nationale en roamingtarieven.

3.   Bij deze verordening worden tevens regels ingevoerd ter vergroting van de prijstransparantie en ter verbetering van de verstrekking van informatie over tarieven aan gebruikers van roamingdiensten.

4.   Deze verordening is een specifieke maatregel in de zin van artikel 1, lid 5, van de kaderrichtlijn.

5.   De in deze verordening genoemde maximumtarieven zijn uitgedrukt in euro.

6.   Indien onder de artikelen 7, 9, en 12 vallende maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro zijn uitgedrukt, worden de initiële grenswaarden overeenkomstig deze bepalingen vastgesteld in die munteenheden door middel van toepassing van de referentiewisselkoers die op 1 mei 2012 door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie is bekendgemaakt.

Met het oog op de daaropvolgende grenswaarden als bepaald in artikel 7, lid 2, artikel 9, lid 1, en artikel 12, lid 1, worden de herziene waarden bepaald door middel van toepassing van de referentiewisselkoers die op 1 mei van het betrokken kalenderjaar zijn bekendgemaakt. Voor de maximumtarieven als bedoeld in artikel 7, lid 2, artikel 9, lid 1, en artikel 12, lid 1, worden de grenswaarden in andere munteenheden dan de euro vanaf 2015 jaarlijks herzien. De jaarlijks herziene grenswaarden in die munteenheden worden vanaf 1 juli van kracht op basis van de referentiewisselkoers die op 1 mei van hetzelfde jaar is bekendgemaakt.

7.   Indien onder de artikelen 8, 10 en 13 vallende maximumtarieven in andere munteenheden zijn uitgedrukt, worden de initiële grenswaarden overeenkomstig deze artikelen in die munteenheden vastgesteld door middel van toepassing van de referentiewisselkoersen die op 1 maart, 1 april en 1 mei 2012 door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

Met het oog op de daaruit voortvloeiende grenswaarden als bepaald in artikel 8, lid 2, artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 2, worden de herziene waarden bepaald door middel van toepassing van de referentiewisselkoersen die aldus op 1 maart, 1 april en 1 mei van het betrokken kalenderjaar zijn bekendgemaakt. Voor de maximumtarieven als bedoeld in artikel 8, lid 2, artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 2, worden de grenswaarden in andere munteenheden dan de euro vanaf 2015 jaarlijks herzien. De jaarlijks herziene grenswaarden in die munteenheden worden vanaf 1 juli van kracht op basis van de referentiewisselkoers die op 1 maart, 1 april en 1 mei van hetzelfde jaar is bekendgemaakt.

Artikel 2

Definities

1.   In de zin van deze verordening zijn de definities van artikel 2 van de toegangsrichtlijn, artikel 2 van de kaderrichtlijn en artikel 2 van de universeledienstrichtlijn van toepassing.

2.   Naast de definities waarnaar wordt verwezen in lid 1 zijn de volgende definities van toepassing:

a)   „roamingaanbieder”: een onderneming die een roamende klant gereguleerde retailroamingdiensten aanbiedt;

b)   „binnenlandse aanbieder”: een onderneming die een roamende klant binnenlandse mobielecommunicatiediensten aanbiedt;

c)   „alternatieve roamingaanbieder”: een roamingaanbieder die niet de binnenlandse aanbieder is;

d)   „thuisnetwerk”: een openbaar communicatienetwerk dat zich bevindt binnen een lidstaat en dat door de roamingaanbieder wordt gebruikt voor de levering van gereguleerde retailroamingdiensten aan een roamende klant;

e)   „bezocht netwerk”: een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich bevindt in een lidstaat die niet de lidstaat is waarin de binnenlandse aanbieder van de roamende klant zich bevindt, en dat het voor een roamende klant mogelijk maakt om oproepen te initiëren of te ontvangen, sms-berichten te initiëren of te ontvangen of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie door middel van regelingen met de exploitant van het thuisnetwerk;

f)   „roaming in de Unie”: het gebruik door roamende klanten van een mobiel toestel om oproepen binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, sms-berichten binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie, terwijl zij in een andere lidstaat zijn dan die waar zich het netwerk van de binnenlandse aanbieder bevindt, door middel van regelingen tussen de exploitant van het thuisnetwerk en de exploitant van het bezochte netwerk;

g)   „roamende klant”: een klant van een roamingaanbieder van gereguleerde roamingdiensten, die gebruik maakt van een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich in de Unie bevindt, en aan wie op grond van zijn contract of regeling met deze roamingaanbieder roaming in de Unie is toegestaan;

h)   „gereguleerd roaminggesprek”: een mobiel telefoongesprek dat hetzij is geïnitieerd door een roamende klant, opgebouwd op een bezocht netwerk en afgegeven op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, hetzij is ontvangen door een roamende klant, opgebouwd op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en afgegeven op een bezocht netwerk;

i)   „eurogesprekstarief”: elk tarief dat het in artikel 8 vastgestelde maximumtarief niet overschrijdt en dat een roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van gereguleerde roaminggesprekken in overeenstemming met dat artikel;

j)   „sms-bericht”: een hoofdzakelijk uit alfabetische en/of numerieke tekens samengesteld kort tekstbericht (Short Message Service) dat kan worden verzonden tussen mobiele en/of vaste nummers die in overeenstemming met de nationale nummerplannen zijn toegewezen;

k)   „gereguleerd roaming-sms-bericht”: een sms-bericht dat verzonden is door een roamende klant, met opbouw op een bezocht netwerk en afgifte op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, of dat is ontvangen door een roamende klant, met opbouw op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en met afgifte op een bezocht netwerk;

l)   „euro-sms-tarief”: elk tarief dat het in artikel 10 vastgestelde maximumtarief niet overschrijdt en dat een roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van gereguleerde roaming-sms-berichten in overeenstemming met dat artikel;

m)   „gereguleerde roamingdatadienst”: een roamingdienst waarmee pakketgeschakelde datacommunicatie door een roamende klant kan worden gebruikt door middel van zijn mobiel toestel, terwijl het is verbonden met een bezocht netwerk. Een gereguleerde roamingdatadienst omvat niet de verzending of ontvangst van gereguleerde roaminggesprekken of sms-berichten, maar wel de verzending en ontvangst van mms-berichten;

n)   „eurodatatarief”: elk tarief dat het in artikel 13 vastgestelde maximumtarief niet overschrijdt en dat een roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten in overeenstemming met dat artikel;

o)   „toegang tot wholesaleroaming”: rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming of toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop;

p)   „rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming”: het onder vastgestelde voorwaarden beschikbaar stellen van faciliteiten en/of diensten door de exploitant van een mobiel netwerk aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aan roamende klanten aanbiedt;

q)   „toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop”: het op wholesalebasis aanbieden van roamingdiensten door de exploitant van een mobiel netwerk, die niet de exploitant van een bezocht netwerk is, aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aanbiedt aan roamende klanten.

Artikel 3

Toegang tot wholesaleroaming

1.   De exploitant van een mobiel netwerk voldoet aan elk redelijk verzoek om toegang tot wholesaleroaming.

2.   De exploitant van een mobiel netwerk kan een verzoek om toegang tot wholesaleroaming uitsluitend op grond van objectieve criteria weigeren.

3.   Toegang tot wholesaleroaming omvat de toegang tot alle netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten, relevante diensten, software en informatiesystemen die nodig zijn om klanten gereguleerde roamingdiensten aan te bieden.

4.   De regels betreffende de tarieven voor gereguleerde wholesaleroaming, zoals neergelegd in in de artikelen 7, 9 en 12, zijn van toepassing op de verlening van toegang op alle netwerkonderdelen van wholesaleroaming, als bedoeld in lid 3.

Onverminderd de eerste alinea, kan de exploitant van een mobiel netwerk in het geval van toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, billijke en redelijke prijzen berekenen voor netwerkonderdelen die niet onder lid 3 vallen.

5.   Exploitanten van een mobiel netwerk maken een referentieofferte bekend, waarin de richtsnoeren van het Berec als bedoeld in lid 8 in aanmerking zijn genomen, en zij stellen deze beschikbaar aan een onderneming die om toegang tot wholesaleroaming verzoekt. Exploitanten van een mobiel netwerk verschaffen de onderneming die om toegang verzoekt, uiterlijk binnen een maand na ontvangst van het verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk, een ontwerpcontract dat aan dit artikel voldoet. Toegang tot wholesaleroaming wordt toegestaan binnen een redelijke termijn van ten hoogste drie maanden na de sluiting van het contract. Exploitanten van een mobiel netwerk die een verzoek om toegang tot wholesaleroaming ontvangen, en de ondernemingen die om toegang verzoeken, onderhandelen te goeder trouw.

6.   De referentieofferte als bedoeld in lid 5 ter dient voldoende te zijn gespecificeerd en dient alle componenten te omvatten, die nodig zijn voor de in lid 3 bedoelde toegang tot wholesaleroaming, waarbij een beschrijving wordt gegeven van het aanbod betreffende rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang via doorverkoop tot wholesaleroaming, en ook de bijbehorende bepalingen en voorwaarden. Indien nodig, leggen nationale regulerende autoriteiten wijzigingen op met betrekking tot de referentieofferte om gevolg te geven aan de in dit artikel neergelegde verplichtingen.

7.   Indien de onderneming die om toegang verzoekt, wenst dat zakelijke onderhandelingen worden geopend over het opnemen van componenten die buiten de referentieofferte vallen, wordt een dergelijk verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk beantwoord binnen een redelijke termijn van ten hoogste twee maanden na ontvangst van het oorspronkelijke verzoek. Voor de toepassing van dit lid zijn de leden 2 en 5 niet van toepassing.

8.   Als bijdrage aan de consistente toepassing van dit artikel stelt het Berec uiterlijk 30 september 2012, na raadpleging van de belanghebbenden en in nauwe samenwerking met de Commissie, richtsnoeren betreffende toegang tot wholesaleroaming op.

9.   De leden 5, 6 en 7 zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2013.

Artikel 4

Afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten

1.   Binnenlandse aanbieders bieden hun klanten toegang tot gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten die gebundeld worden aangeboden door ongeacht welke alternatieve roamingaanbieder.

De roamingaanbieder noch de binnenlandse aanbieder verhindert dat de klant toegang heeft tot gereguleerde dataroamingdiensten die rechtstreeks op het bezochte netwerk worden aangeboden door een alternatieve roamingaanbieder.

2.   De roamende klant heeft steeds het recht naar een andere roamingaanbieder over te stappen. Indien hij daarvoor kiest, vindt de overstap onverwijld plaats, en in ieder geval binnen de kortste termijn die mogelijk is in het kader van de technische oplossing die is gekozen voor de uitvoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten op retailniveau, maar die onder geen beding langer mag zijn dan drie werkdagen na de sluiting van het contract met de nieuwe roamingaanbieder.

3.   De klant kan in elk tariefplan kosteloos naar een alternatieve roamingaanbieder of naar een andere roamingaanbieder overstappen. Hieraan is geen abonnement of zijn geen additionele vaste of terugkerende kosten verbonden voor andere elementen van het abonnement dan roaming, in vergelijking met de voorwaarden die vóór de overstap golden.

4.   Binnenlandse aanbieders brengen al hun roamende klanten in een duidelijke, begrijpelijke en toegankelijke vorm ervan op de hoogte dat zij kunnen kiezen voor de diensten als bedoeld in lid 1, eerste alinea.

In het bijzonder bij de sluiting of vernieuwing van een contract voor mobielecommunicatiediensten informeren binnenlandse aanbieders hun klanten persoonlijk en volledig over de mogelijkheid om een alternatieve roamingaanbieder te kiezen en beletten zij hun klanten niet een contract met een alternatieve roamingaanbieder te sluiten. Klanten die met een binnenlandse aanbieder een contract voor gereguleerde roamingdiensten sluiten, bevestigen expliciet dat zij van die mogelijkheid in kennis zijn gesteld. Een binnenlandse aanbieder stelt zich jegens handelaren die optreden als verkooppunt voor zijn diensten niet verbiedend, ontradend of ontmoedigend op met betrekking tot het aanbieden van contracten voor afzonderlijke roamingdiensten van alternatieve roamingaanbieders.

5.   De technische kenmerken van de gereguleerde roamingdiensten worden niet dusdanig gewijzigd dat zij afwijken van de technische kenmerken van de gereguleerde roamingdiensten, met inbegrip van de kwaliteitsparameters, die de klant vóór de overstap kreeg aangeboden. Indien de overstap niet op alle gereguleerde roamingdiensten betrekking heeft, worden die welke buiten de overstap vallen verder aangeboden tegen dezelfde prijs en, zo veel mogelijk, met dezelfde technische kenmerken, inclusief de kwaliteitsparameters.

6.   Dit artikel is vanaf 1 juli 2014 van toepassing.

Artikel 5

Uitvoering van afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten

1.   Binnenlandse aanbieders voeren de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten als bedoeld in artikel 4 in, opdat klanten gebruik kunnen maken van binnenlandse mobielecommunicatiediensten en afzonderlijke gereguleerde roamingdiensten. Binnenlandse aanbieders voldoen aan ieder redelijk verzoek om toegang tot faciliteiten en gerelateerde ondersteuningsdiensten die verband houden met de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten. De toegang tot de faciliteiten en ondersteunende diensten, die nodig zijn voor de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten — met inbegrip van diensten voor authenticatie van gebruikers — is kosteloos en brengt voor klanten geen directe kosten met zich mee.

2.   Met het oog op een consistente en gelijktijdige invoering in de gehele Unie van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten stelt de Commissie, door middel van uitvoeringshandelingen en na raadpleging van het Berec, uiterlijk 31 december 2012 gedetailleerde voorschriften vast inzake de in artikel 4, lid 4, vastgelegde informatieverplichtingen, en inzake een technische oplossing voor de uitvoering van de afzonderlijke verkoop van retailroamingdiensten. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 6, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure, en zijn van toepassing met ingang van 1 juli 2014.

3.   De technische oplossing ter uitvoering van de afzonderlijke verkoop van retailroamingdiensten voldoet aan de volgende criteria:

a)

klantvriendelijkheid, waarbij klanten in het bijzonder gemakkelijk en snel kunnen overstappen naar een alternatieve roamingaanbieder met behoud van hun mobiel nummer en gebruik van hetzelfde mobiele toestel;

b)

de mogelijkheid om op een concurrerende manier in te spelen op de verschillende categorieën van vraag bij de klanten, met inbegrip van intensief gebruik van datadiensten;

c)

de mogelijkheid om op een doeltreffende manier mededinging te stimuleren, rekening houdend met het gebied waarbinnen aanbieders hun infrastructuur of handelsafspraken kunnen toepassen;

d)

kostenefficiëntie, rekening houdend met de verdeling van kosten tussen de binnenlandse aanbieders en alternatieve roamingaanbieders;

e)

de mogelijkheid om op efficiënte wijze uitvoering te geven aan de in artikel 4, lid 1, bedoelde verplichtingen;

f)

de mogelijkheid tot maximale interoperabiliteit;

g)

gebruiksvriendelijkheid, in het bijzonder wat betreft de technische bediening van het mobiele toestel door de klant in geval van verandering van netwerk;

h)

verzekeren dat roaming door burgers van de Unie in derde landen of door klanten uit derde landen in de Unie niet wordt belemmerd;

i)

handhaving van de in de kaderrichtlijn en de bijzondere richtlijnen vervatte voorschriften inzake bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de persoonsgegevens, beveiliging en integriteit van de netwerken, alsook transparantie;

j)

aandacht voor de omstandigheid dat de nationale reguleringsinstanties de eindgebruikers beter in staat stellen informatie te raadplegen of te verspreiden, of gebruik te maken van toepassingen en diensten naar keuze, in overeenstemming met artikel 8, lid 4, onder g), van de kaderrichtlijn;

k)

verzekeren dat de aanbieders in gelijke omstandigheden gelijke voorwaarden toepassen.

4.   De technische oplossing kan erin bestaan dat gebruik wordt gemaakt van een of meer technische modaliteiten om aan de criteria van lid 3 te voldoen.

5.   Indien nodig geeft de Commissie een Europese normalisatie-instantie een mandaat de normen te wijzigen die nodig zijn voor een geharmoniseerde uitvoering van de afzonderlijke verkoop van retailroamingdiensten.

6.   Leden 1, 3, 4 en 5 zijn van toepassing met ingang van 1 juli 2014.

Artikel 6

Comitéprocedure

1.   De Commissie wordt bijgestaan door het Comité voor communicatie dat is ingesteld bij artikel 22 van de kaderrichtlijn. Dat Comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2.   In de gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 7

Wholesaletarieven voor gereguleerde roaminggesprekken

1.   Het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van een bezocht netwerk in rekening mag brengen aan de roamingaanbieder van een klant voor de levering van een gereguleerd roaminggesprek dat op dat bezochte netwerk is opgebouwd, inclusief onder meer de kosten voor opbouw, -doorgifte en -afgifte, mag vanaf 1 juli 2012 niet hoger liggen dan 0,14 EUR per minuut.

2.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast, en wordt berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in dit lid bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2022. Het maximale gemiddelde wholesaletarief wordt op 1 juli 2013 verlaagd tot 0,10 EUR en op 1 juli 2014 tot 0,05 EUR; onverminderd artikel 19 wordt het tot en met 30 juni 2022 gehandhaafd op 0,05 EUR.

3.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale wholesaleroaminginkomsten te delen door het totale aantal wholesaleroamingminuten die de exploitant tijdens het betreffende tijdvak daadwerkelijk voor de levering van wholesaleroaminggesprekken binnen de Unie heeft gebruikt, uitgedrukt in een bedrag per seconde en aangepast teneinde rekening te houden met de mogelijkheid voor de exploitant van het bezochte netwerk om een aanvankelijke minimumperiode van ten hoogste 30 seconden in rekening te brengen.

Artikel 8

Retailtarieven voor gereguleerde roaminggesprekken

1.   Roamingaanbieders bieden al hun roamende klanten op duidelijke en transparante wijze een eurogesprekstarief in de zin van lid 2 aan. Aan dit tarief is geen abonnement of zijn geen andere vaste of terugkerende kosten verbonden; het kan worden gecombineerd met elk willekeurig retailtarief.

Wanneer zij dit aanbod doen, wijzen de roamingaanbieders elke roamende klant die een specifiek roamingtarief of -pakket had gekozen, op de voorwaarden die op dat tarief of pakket van toepassing zijn.

2.   Met ingang van 1 juli 2012 kan het retailtarief, exclusief btw, van een eurogesprekstarief dat een roamende aanbieder zijn roamende klant in rekening mag brengen voor de levering van een gereguleerd roaminggesprek, voor elk roaminggesprek verschillend zijn, maar mag het niet hoger liggen dan 0,29 EUR per minuut voor elke geïnitieerde oproep en 0,08 EUR per minuut voor elke ontvangen oproep. Het maximum retailtarief voor geïnitieerde oproepen wordt verlaagd tot 0,24 EUR op 1 juli 2013 en 0,19 EUR op 1 juli 2014, en het maximum retailtarief voor ontvangen oproepen wordt verlaagd tot 0,07 EUR op 1 juli 2013 en tot 0,05 EUR op 1 juli 2014. Onverminderd artikel 19, gelden deze maximum retailtarieven van het eurogesprekstarief tot en met 30 juni 2017.

Roamingaanbieders mogen hun roamende klanten geen kosten aanrekenen wanneer deze een roaming voicemailbericht ontvangen. Dit laat onverlet het in rekening brengen van andere kosten, zoals voor het beluisteren van dergelijke berichten.

De levering van aan een eurogesprekstarief onderworpen gereguleerde roaminggesprekken die worden geïnitieerd of ontvangen, wordt door roamingaanbieders aan hun roamende klanten per seconde gefactureerd.

De roamingaanbieder kan voor gesprekken die onderworpen zijn aan het eurogesprekstarief een aanvankelijke minimumtijd van ten hoogste 30 seconden in rekening brengen.

3.   Roamingaanbieders passen automatisch een eurogesprekstarief toe op alle bestaande roamende klanten, met uitzondering van roamende klanten die al vrijwillig hebben gekozen voor een specifiek roamingtarief of -pakket waardoor zij een ander tarief voor gereguleerde roaming-sms-berichten genieten dan het tarief dat hun zou zijn aangeboden indien zij deze keuze niet hadden gemaakt.

4.   Roamingaanbieders passen een eurogesprekstarief toe op alle nieuwe roamende klanten die niet vrijwillig hebben gekozen voor een ander roamingtarief of een pakket van roamingdiensten waarin voor gereguleerde roaminggesprekken een ander tarief wordt aangeboden.

5.   Een roamende klant kan op elk moment om overstap naar of uit een eurogesprekstarief verzoeken. Elke overstap geschiedt binnen een werkdag na ontvangst van de aanvraag, kosteloos en zonder dat er voorwaarden of beperkingen worden opgelegd op grond van andere bestaande elementen van het abonnement, met dien verstande dat wanneer een roamende klant die een abonnement heeft op een speciaal roamingpakket dat meer dan één gereguleerde roamingdienst omvat wenst over te stappen op een eurogesprekstarief, de roamende aanbieder deze klant ertoe kan verplichten af te zien van de voordelen van de andere elementen van het pakket. Een roamingaanbieder mag deze overstap uitstellen totdat het voorgaande roamingtarief gedurende een gespecificeerde minimumtermijn van kracht is geweest. Deze minimumtermijn mag niet langer zijn dan twee maanden. Een eurogesprekstarief kan altijd worden gecombineerd met een euro-sms-tarief en een eurodatatarief.

Artikel 9

Wholesaletarieven voor gereguleerde roaming-sms-berichten

1.   Met ingang van 1 juli 2012 mag het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van een bezocht netwerk mag berekenen voor de levering van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat geïnitieerd wordt op dat bezochte netwerk, niet meer bedragen dan 0,03 EUR per sms-bericht. Het maximale gemiddelde wholesaletarief wordt verlaagd tot 0,02 EUR op 1 juli 2013, en wordt, onverminderd artikel 19, tot en met 30 juni 2022 gehandhaafd op 0,02 EUR.

2.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast en berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot en met 30 juni 2022.

3.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale door de exploitant van het bezochte netwerk of de exploitant van het thuisnetwerk ontvangen wholesale-inkomsten voor opbouw en verzending van gereguleerde roaming-sms-berichten binnen de Unie in het betreffende tijdvak, te delen door het totale aantal van die sms-berichten dat in dat tijdvak namens de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk werd geïnitieerd en verzonden.

4.   De exploitant van een bezocht netwerk brengt de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk van een roamende klant geen kosten in rekening, afgezien van het in lid 1 bedoelde tarief, voor de afgifte van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat wordt verzonden naar een roamende klant die op dat bezochte netwerk aan het roamen is.

Artikel 10

Retailtarieven voor gereguleerde roaming-sms-berichten

1.   Roamingaanbieders maken voor al hun roamende klanten op duidelijke en transparante wijze een euro-sms-tarief in de zin van lid 2 beschikbaar en bieden deze actief aan. Aan dit euro-sms-tarief is geen abonnement of zijn geen andere vaste of terugkerende kosten verbonden; het kan worden gecombineerd met ongeacht welk retailtarief, met inachtneming van de overige bepalingen van dit artikel.

2.   Met ingang van 1 juli 2012 mag het retailtarief, exclusief btw, van een euro-sms-tarief dat een roamingaanbieder zijn roamende klant in rekening mag brengen voor een gereguleerd roaming-sms-bericht dat door die roamende klant is verzonden, voor elk gereguleerd roaming-sms-bericht verschillend zijn maar het dient echter niet hoger te liggen dan 0,09 EUR. Dit maximum tarief wordt verlaagd tot 0,08 EUR met ingang van 1 juli 2013, en tot 0,06 EUR met ingang van 1 juli 2014 en wordt, onverminderd artikel 19, tot en met 30 juni 2017 gehandhaafd op 0,06 EUR.

3.   Roamingaanbieders berekenen hun roamende klanten geen kosten wanneer deze een gereguleerd roaming-sms-bericht ontvangen.

4.   Roamingaanbieders passen automatisch een euro-sms-tarief toe op alle bestaande roamende klanten, met uitzondering van roamende klanten die al vrijwillig hebben gekozen voor een specifiek roamingtarief of -pakket waardoor zij profiteren van een ander tarief voor gereguleerde roaming-sms-berichten dan het tarief dat hun zou zijn aangeboden indien zij deze keuze niet hadden gemaakt.

5.   Roamingaanbieders passen een euro-sms-tarief toe op alle nieuwe roamende klanten die niet vrijwillig hebben gekozen voor een ander roaming sms-tarief of tariefpakket voor roamingdiensten dat een ander tarief inhoudt voor gereguleerde roaming-sms-berichten.

6.   Een roamende klant kan op elk moment om overstap naar of uit een euro-sms-tarief verzoeken. Overstap geschiedt binnen één werkdag na ontvangst van de aanvraag, kosteloos en zonder dat er voorwaarden of beperkingen worden opgelegd op grond van elementen van het abonnement die geen betrekking hebben op roaming. Een roamingaanbieder mag deze overstap uitstellen totdat het voorgaande roamingtarief gedurende een bepaalde minimumtermijn van kracht is geweest. Deze minimumtermijn mag niet langer zijn dan twee maanden. Een euro-sms-tarief kan altijd gecombineerd worden met een eurogesprekstarief en een eurodatatarief.

Artikel 11

Technische kenmerken van gereguleerde roaming sms-berichten

Roamingaanbieders, binnenlandse aanbieders, en exploitanten van een thuisnetwerk of een bezocht netwerk mogen de technische kenmerken van gereguleerde roaming-sms-berichten niet zodanig wijzigen dat zij afwijken van de technische kenmerken van sms-berichten op hun binnenlandse markt.

Artikel 12

Wholesaletarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten

1.   Het gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van een bezocht netwerk de thuisaanbieder van een roamende klant mag berekenen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten door middel van dat bezochte netwerk, mag vanaf 1 juli 2012 niet meer bedragen dan een preventief plafond van 0,25 EUR per megabyte verzonden data. Het preventief plafond wordt met ingang van 1 juli 2013 verlaagd tot 0,15 EUR per megabyte verzonden data, en met ingang van 1 juli 2014 tot 0,05 EUR per megabyte verzonden data, en wordt, onverminderd artikel 19, tot en met 30 juni 2022 gehandhaafd op 0,05 EUR per megabyte verzonden data.

2.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast en berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot 30 juni 2022.

3.   Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de som van de wholesale-inkomsten die de exploitant van het bezochte netwerk of het thuisnetwerk heeft ontvangen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten in de desbetreffende periode, te delen door het totale aantal megabytes aan data dat in die periode namens de betrokken roamingaanbieder of exploitant van het thuisnetwerk daadwerkelijk is gebruikt voor de levering van die diensten in die periode, uitgedrukt in kilobytes.

Artikel 13

Retailtarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten

1.   Roamingaanbieders maken voor al hun roamende klanten een eurodatatarief als bepaald in lid 2 op duidelijke en transparante wijze beschikbaar en bieden deze actief aanaan. Aan dit eurodatatarief is geen abonnement of zijn geen andere vaste of terugkerende kosten verbonden; het kan worden gecombineerd met ongeacht welk retailtarief.

Wanneer zij dit aanbod doen, wijzen de roamingaanbieders elke roamende klant die reeds een specifiek roamingtarief of -pakket heeft gekozen, op de voorwaarden die op dat tarief of pakket van toepassing zijn.

2.   Met ingang van 1 juli 2012 bedraagt het retailplafond (exclusief btw) van het eurodatatarief dat een roamingaanbieder zijn roamende klanten voor het aanbieden van gereguleerde dataroamingdiensten mag berekenen 0,70 EUR per gebruikte megabyte. Het maximum retailtarief voor data wordt op 1 juli 2013 verlaagd tot 0,45 EUR per gebruikte megabyte en op 1 juli 2014 tot 0,20 EUR per gebruikte megabyte, en wordt, onverminderd artikel 19, tot en met 30 juni 2017 gehandhaafd op 0,20 EUR per gebruikte megabyte.

De levering van gereguleerde roamingdatadiensten waarop het eurodatatarief van toepassing is wordt door roamingaanbieders aan hun roamende klanten per kilobyte gefactureerd, met uitzondering van berichten in het multimedia messaging system (mms), die per eenheid mogen worden gefactureerd. In een dergelijk geval is het retailtarief dat een roamingaanbieder aan een roamende klant mag berekenen voor de verzending of ontvangst van een roaming-mms-bericht, niet hoger dan het in de eerste alinea vastgestelde maximum retailtarief.

3.   Met ingang van 1 juli 2012 berekenen roamingaanbieders automatisch een eurodatatarief aan alle bestaande roamende klanten, met uitzondering van roamende klanten die reeds hebben gekozen voor een specifiek roamingtarief, of die reeds onder een tarief vallen dat aantoonbaar lager is dan het eurodatatarief, of die reeds hebben gekozen voor een pakket op grond waarvan zij voor gereguleerde dataroamingdiensten een ander tarief genieten dan hen zou zijn aangeboden indien zij deze keuze niet hadden gemaakt.

4.   Met ingang van 1 juli 2012 passen roamingaanbieders een eurodatatarief toe op alle nieuwe roamende klanten die niet vrijwillig hebben gekozen voor een ander dataroamingtarief of tariefpakket van roamingdiensten waarin gereguleerde dataroamingdiensten tegen een ander tarief worden aangeboden.

5.   Een roamende klant kan op elk moment verzoeken om overstap naar of uit een eurodatatarief, met inachtneming van de contractuele voorwaarden. Elke overstap geschiedt binnen één werkdag na ontvangst van de aanvraag, kosteloos en zonder dat er voorwaarden of beperkingen worden opgelegd op grond van andere elementen van het abonnement dan die welke roaming in de gehele Unie betreffen. Een roamingaanbieder mag deze overstap uitstellen totdat het voorgaande roamingtarief gedurende een bepaalde minimumtermijn van kracht is geweest. Deze minimumtermijn mag niet langer zijn dan twee maanden. Een eurodatatarief kan altijd gecombineerd worden met een euro-sms-tarief en een eurogesprekstarief.

6.   Roamingaanbieders brengen uiterlijk 30 juni 2012 al hun roamende klanten individueel, op een heldere en begrijpelijke wijze en door middel van een duurzame drager, op de hoogte van het eurodatatarief, van het feit dat dit tarief uiterlijk vanaf 1 juli 2012 geldt voor alle roamende klanten die niet weloverwogen hebben gekozen voor een speciaal tarief of pakket voor gereguleerde dataroamingdiensten, en van hun recht om hieruit of hiernaar over te stappen, overeenkomstig lid 5.

Artikel 14

Transparantie van de retailtarieven voor roamingoproepen en sms-berichten

1.   Om roamende klanten attent te maken op het feit dat zij roamingkosten zullen moeten betalen wanneer hij een oproep initieert of ontvangt of wanneer hij een sms-bericht verzendt, verstrekt elke roamingaanbieder, behalve wanneer de klant hem heeft laten weten dat hij deze dienst niet wenst te gebruiken, aan de klant, zodra deze een andere lidstaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder binnengaat, automatisch, zonder onnodige vertraging en kosteloos via een berichtendienst gepersonaliseerde basis prijsinformatie over de roamingtarieven (inclusief btw) die van toepassing zijn op het initiëren en ontvangen van oproepen en op het verzenden van sms-berichten door deze klant in de bezochte lidstaat.

Deze basale gepersonaliseerde prijsinformatie omvat de maximumtarieven (in de munteenheid van de factuur die de klant in zijn lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt) die de klant op grond van zijn tariefplan in rekening kunnen worden gebracht voor:

a)

het initiëren van gereguleerde roamingoproepen binnen de bezochte lidstaat en naar de lidstaat van zijn binnenlandse aanbieder, alsook voor het ontvangen van gereguleerde roamingoproepen, alsmede

b)

het verzenden van sms-roamingberichten terwijl hij zich in de bezochte lidstaat bevindt.

Zij omvat verder het in lid 2 bedoelde gratis telefoonnummer waar de klant meer gedetailleerde informatie kan verkrijgen, en informatie over de mogelijkheid nooddiensten te bereiken door het gratis Europese alarmnummer 112 te kiezen.

Bij elk bericht krijgt een klant de mogelijkheid de roamingaanbieder kosteloos en op eenvoudige wijze mee te delen dat hij geen gebruik wenst te maken van de automatische berichtendienst. Een klant die kenbaar heeft gemaakt geen gebruik te willen maken van deze automatische berichtendienst, heeft het recht om op elk moment en kosteloos de verstrekking van de dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.

Op verzoek wordt de in de eerste alinea bedoelde gepersonaliseerde basis prijsinformatie door de roamingaanbieders automatisch, door middel van een telefoongesprek en kosteloos verstrekt aan blinde of slechtziende klanten.

De eerste, tweede, vierde en vijde alinea's zijn eveneens van toepassing op gespreks- en sms-roamingdiensten die door roamingklanten die buiten de Unie reizen worden gebruikt en door de roamingaanbieder worden geleverd.

2.   In aanvulling op het bepaalde in lid 1 heeft de klant, waar in de Unie hij zich ook bevindt, het recht om door middel van een mobiel telefoongesprek of via sms kosteloos meer gedetailleerde gepersonaliseerde prijsinformatie over de in het bezochte netwerk toepasselijke roamingtarieven voor telefoongesprekken en sms, alsmede informatie over de op grond van deze verordening toepasselijke transparantiemaatregelen te vragen en te ontvangen. Voor een dergelijk verzoek wordt een gratis nummer gebruikt dat de roamingaanbieder voor dat doel beschikbaar stelt. De bij lid 1 opgelegde verplichtingen zijn niet van toepassing op toestellen die de sms-functie niet ondersteunen.

3.   Roamingaanbieders verstrekken alle gebruikers bij het nemen van hun abonnement alle informatie over de door hen gehanteerde roamingtarieven, met name over het eurogesprekstarief en het euro-sms-tarief. Voorts worden nieuwe tarieven zonder onnodige vertraging aan de roamende klanten meegedeeld.

De roamingaanbieders nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat hun roamende klanten zich bewust zijn van de beschikbaarheid van het eurogesprekstarief en het euro-sms-tarief. Met name stellen zij al hun roamende klanten in kennis van de voorwaarden met betrekking tot het eurogesprekstarief en van de voorwaarden met betrekking tot het euro-sms-tarief, telkens op duidelijke en onbevooroordeelde wijze. Zij sturen daarna met redelijke tussenpozen een herinnering aan alle klanten die voor een ander tarief hebben gekozen.

De verstrekte informatie is zo gedetailleerd dat de klant kan oordelen of het voordelig is over te stappen op een eurotarief.

4.   Roamingaanbieders stellen voor hun klanten informatie beschikbaar waaruit blijkt hoe ongewilde roaming in grensgebieden kan worden vermeden. Roamingaanbieders nemen redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden.

Artikel 15

Transparantie en preventieve mechanismen voor retaildataroamingdiensten

1.   In overeenstemming met de leden 2 en 3 zorgen roamingaanbieders ervoor dat hun roamende klanten zowel vóór als na de sluiting van een overeenkomst naar behoren worden voorgelicht over de tarieven die van toepassing zijn op hun gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten, zodat deze een beter inzicht krijgen in de financiële gevolgen van dat gebruik en hun uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten kunnen bewaken en beheersen.

Waar nodig stellen roamingaanbieders hun klanten vóór de sluiting van een overeenkomst en vervolgens met regelmatige tussenpozen op de hoogte van het risico dat automatisch en ongecontroleerd een dataroamingverbinding tot stand komt en data worden gedownload. Voorts delen roamingaanbieders hun klanten kosteloos en op duidelijke en gemakkelijk te begrijpen wijze mee hoe zij deze automatische dataroamingverbinding kunnen uitschakelen om te voorkomen dat op ongecontroleerde wijze gebruik wordt gemaakt van dataroamingdiensten.

2.   Een automatisch bericht van de roamingaanbieder stelt de roamende klant ervan in kennis dat hij aan het roamen is, en verschaft gepersonaliseerde informatie over de tarieven (in de munteenheid van de factuur die de klant in zijn lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt), uitgedrukt in prijs per megabyte, die van toepassing zijn op de levering van gereguleerde dataroamingdiensten aan hem in de desbetreffende lidstaat, tenzij de klant de roamingaanbieder heeft laten weten dat hij deze informatie niet wenst te ontvangen.

De roamende klant ontvangt dergelijke gepersonaliseerde tariefinformatie op zijn mobiele toestel, bijvoorbeeld via een sms-bericht, een e-mail of een pop-upvenster op het mobiele toestel, telkens wanneer hij een andere lidstaat binnengaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder en hij aldaar voor het eerst gebruik begint te maken van een dataroamingdienst. De informatie wordt kosteloos verstrekt op het moment dat de roamende klant gebruik begint te maken van een gereguleerde dataroamingdienst, op zodanige wijze dat de ontvangst en het begrip ervan worden vergemakkelijkt.

Een klant die zijn roamingaanbieder heeft laten weten deze automatische tariefinformatie niet te willen ontvangen, heeft het recht om op elk moment en kosteloos de verlening van deze dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.

3.   Iedere roamingaanbieder verschaft al zijn roamende klanten de gelegenheid vrijwillig en kosteloos te kiezen voor een faciliteit die informatie geeft over de totale consumptie uitgedrukt in volume of in de munteenheid waarin de roamende klant wordt gefactureerd voor gereguleerde dataroamingdiensten, en die waarborgt dat de totale uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten in een specifieke gebruiksperiode, uitgezonderd mms die per eenheid gefactureerd wordt, zonder de uitdrukkelijke toestemming van de klant een bepaald maximumbedrag niet overschrijden.

Hiertoe stelt de roamingaanbieder één of meer maximumbedragen voor specifieke gebruiksperiodes voor, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de daarmee overeenkomende volumes. Eén van deze maximumbedragen (het standaard maximumbedrag) ligt in de nabijheid van 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode (exclusief btw) zonder dit te overschrijden.

Een andere mogelijkheid is dat de roamingaanbieder in volumes uitgedrukte plafonds bepaalt, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de dienovereenkomstige financiële bedragen. Eén van deze plafonds (het standaard volumeplafond) gaat gepaard met een bedrag van ten hoogste 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode (exclusief btw).

De roamingaanbieder kan zijn roamende klanten tevens andere plafonds aanbieden met andere, dat wil zeggen hogere of lagere, maandelijkse maximumbedragen.

Het in de tweede en de derde alinea bedoelde standaardplafond geldt voor alle klanten die niet hebben gekozen voor een ander plafond.

Elke roamingaanbieder zorgt er eveneens voor dat een passende kennisgeving naar de het mobiele toestel van de roamende klant, bijvoorbeeld een sms-bericht, een e-mail of een pop-upvenster op de computer, wordt verstuurd wanneer de dataroamingdiensten 80 % van het overeengekomen financiële of volumeplafond hebben bereikt. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de aanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.

Als dit financiële of volumeplafond dreigt te worden overschreden, wordt een kennisgeving gestuurd naar het mobiele toestel van de roamende klant. Deze kennisgeving vermeldt welke procedure moet worden gevolgd indien de klant voortzetting van de levering van die diensten wenst, alsook de kosten die verbonden zijn aan elke extra af te nemen eenheid. Indien de roamende klant niet reageert op de ontvangen kennisgeving, stopt de roamingaanbieder onmiddellijk met de levering en de facturering van gereguleerde dataroamingdiensten aan de roamende klant, tenzij en totdat de roamende klant verzoekt om voortzetting of hervatting van de levering van deze diensten.

Wanneer een roamende klant vraagt om een „financiële of volumebeperkende” faciliteit of om verwijdering ervan, vindt deze wijziging kosteloos plaats binnen één werkdag na ontvangst van het verzoek, zonder dat voorwaarden of beperkingen op grond van andere elementen van het abonnement worden opgelegd.

4.   De leden 2 en 3 zijn niet van toepassing op toestellen voor communicatie van machine naar machine die gebruik maakt van mobieledatacommunicatie.

5.   Roamingaanbieders nemen redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden. Daaronder valt ook het informeren van de klanten over hoe zij ongewilde roaming in grensgebieden kunnen vermijden.

6.   Dit artikel, met uitzondering van lid 5, en behoudens de eerste en tweede alinea van dit lid, is tevens van toepassing op dataroamingdiensten die door een roamingaanbieder worden verstrekt en door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij buiten de Unie reizen.

Daar waar de klant kiest voor de in lid 3, eerste alinea, bedoelde faciliteit, zijn de voorschriften als voorzien in lid 3 niet van toepassing wanneer de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte land buiten de Unie de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren.

In een dergelijk geval wordt de klant er bij binnenkomst in een dergelijk land onverwijld en kosteloos per sms-bericht van in kennis gesteld dat er geen informatie over de totale consumptie beschikbaar is, en dat niet kan worden gegarandeerd dat het gespecificeerde maximumbedrag niet wordt overschreden.

Artikel 16

Toezicht en handhaving

1.   De nationale regelgevende instanties controleren en zien toe op de naleving van deze verordening op hun grondgebied.

2.   De nationale regelgevende instanties stellen actuele informatie over de toepassing van deze verordening, met name de artikelen 7, 8, 9, 10, 12 en 13 ervan, algemeen beschikbaar op een wijze die belangstellenden gemakkelijk toegang tot die informatie biedt.

3.   Ter voorbereiding op de evaluatie bedoeld in artikel 19, zien de nationale regelgevende instanties toe op de ontwikkeling van de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks- en datacommunicatiediensten, met inbegrip van sms en mms, inclusief in de ultraperifere regio's van de Unie bedoeld in artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De nationale regelgevende instanties geven tevens aandacht aan het bijzondere geval van ongewilde roaming in de grensgebieden van aan elkaar grenzende lidstaten en controleren of er verkeerssturingstechnieken worden gebruikt die nadelig zijn voor de klanten.

De nationale regelgevende instanties zien toe op en verzamelen informatie over ongewilde roaming, en nemen passende maatregelen.

4.   De nationale regelgevende instanties hebben de bevoegdheid om bij de ondernemingen waarop de bepalingen van deze verordening van toepassing zijn, alle informatie op te vragen die relevant is voor de uitvoering en handhaving van deze verordening. Die ondernemingen verstrekken dergelijke informatie op verzoek onverwijld en in overeenstemming met de door de nationale regelgevende instantie vastgestelde termijnen en mate van detail.

5.   De nationale regelgevende instanties kunnen op eigen initiatief optreden om de naleving van deze verordening te waarborgen. In het bijzonder maken zij, indien nodig, gebruik van de bevoegdheden waarover zij uit hoofde van artikel 5 van de toegangsrichtlijn beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie teneinde de eind-tot-eindverbinding en de interoperabiliteit van roamingdiensten te verzekeren, bijvoorbeeld wanneer klanten geen gereguleerde roaming-sms-berichten kunnen uitwisselen met klanten van een terrestrisch publiek mobielcommunicatienetwerk in een andere lidstaat als gevolg van het ontbreken van een overeenkomst over de afgifte van dergelijke berichten.

6.   Wanneer de nationale regelgevende instantie een inbreuk op deze verordening constateert, heeft zij de bevoegdheid om de onmiddellijke beëindiging van deze inbreuk te eisen.

Artikel 17

Beslechting van geschillen

1.   In geval van geschillen in verband met de in deze verordening vervatte verplichtingen tussen ondernemingen die elektronischecommunicatienetwerken of -diensten aanbieden in een lidstaat, zijn de geschilbeslechtingsprocedures van de artikelen 20 en 21 van de kaderrichtlijn van toepassing.

2.   Bij niet-beslechte geschillen over kwesties die onder deze verordening vallen en waarbij een consument of eindgebruiker betrokken is, zorgen de lidstaten ervoor dat de procedures van buitengerechtelijke beslechting van geschillen overeenkomstig artikel 34 van de universeledienstrichtlijn kunnen worden gebruikt.

Artikel 18

Sancties

De lidstaten stellen de regels vast betreffende de sancties die van toepassing zijn op inbreuken op deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om te waarborgen dat zij ten uitvoer worden gelegd. Deze sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk 30 juni 2013 in kennis van deze regels en brengen haar bij latere wijzigingen daarvan onverwijld op de hoogte.

Artikel 19

Evaluatie

1.   De Commissie evalueert de resultaten van deze verordening en brengt daarover, na inspraak van het publiek, uiterlijk 30 juni 2016 verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad. De Commissie beoordeelt met name of de doelstellingen van deze verordening verwezenlijkt zijn. In dit verband evalueert zij onder meer het volgende:

a)

of er voldoende concurrentie is om het verdwijnen van de maximum retailtarieven te rechtvaardigen;

b)

of er voldoende concurrentie is om de maximumretailtarieven af te schaffen;

c)

de ontwikkeling van en de te verwachten toekomstige trends in de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks-, sms- en datacommunicatiediensten, in vergelijking met de tarieven voor mobiele-communicatiediensten op nationaal niveau in de lidstaten, opgesplitst naar postpaid- en prepaid-klanten, alsook de ontwikkelingen op het gebied van de kwaliteit en snelheid van deze diensten;

d)

de beschikbaarheid en kwaliteit van diensten, met inbegrip van diensten die een alternatief vormen voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten, met name in het licht van de technologische ontwikkelingen;

e)

de mate waarin consumenten hebben geprofiteerd van prijsdalingen bij roamingdiensten, de verscheidenheid van tarieven en producten die beschikbaar zijn voor consumenten met uiteenlopende belgewoontes, en het verschil tussen roamingtarieven en nationale tarieven, met inbegrip van de beschikbaarheid van aanbiedingen die gebaseerd zijn op één tarief voor nationale en roamingdiensten;

f)

de mate van concurrentie op zowel de retail- als de wholesalemarkt, met name de concurrentiepositie van kleinere, onafhankelijke of sinds kort op de markt actieve exploitanten, met inbegrip van de gevolgen voor de concurrentie van commerciële overeenkomsten en de mate van interconnectie tussen exploitanten;

g)

de mate waarin de uitvoering van de in de artikelen 3 en 4 bedoelde structurele maatregelen tot meer concurrentie heeft geleid op de interne markt voor roamingdiensten, en wel in die mate dat het verschil tussen roaming- en nationale tarieven nagenoeg nul bedraagt;

h)

de mate waarin het niveau van de wholesale- en retailmaximumtarieven de klanten op passende wijze heeft beschermd tegen buitensporig hoge prijzen, terwijl de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten kon worden ontwikkeld.

2.   Indien uit het verslag blijkt dat de structurele maatregelen waarin deze verordening voorziet, niet volstaan om de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten ten behoeve van alle Europese consumenten te stimuleren, of dat de verschillen tussen roamingtarieven en nationale tarieven niet nagenoeg nul bedragen, kan de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad passende voorstellen indienen om dit probleem aan te pakken en aldus een interne markt voor mobielecommunicatiediensten tot stand te brengen waar er uiteindelijk geen verschil meer is tussen nationale en roamingtarieven. De Commissie zal met name onderzoeken of het nodig is:

a)

aanvullende technische en structurele maatregelen vast te stellen;

b)

de structurele maatregelen te wijzigen;

c)

de duur van de maximale retailtarieven als bedoeld in de artikelen 8, 10 en 13 te verlengen, en eventueel het niveau ervan te herzien;

d)

de looptijd van de maximale wholesaletarieven als bedoeld in de artikelen 7, 9 en 12 te wijzigen, of het niveau ervan te herzien;

e)

andere noodzakelijke voorschriften in te voeren, met inbegrip van het wegwerken van het onderscheid tussen roaming- en nationale tarieven.

3.   Voorts legt de Commissie om de twee jaar na het in lid 1 bedoelde verslag een verslag voor aan het Europees Parlement en de Raad. Elk verslag bevat een overzicht van het toezicht op de levering van roamingdiensten in de Unie en een beoordeling van de vooruitgang die is geboekt bij het verwezenlijken van de doelstellingen van deze verordening, waarbij ook de in de leden 1 en 2 bedoelde zaken aan de orde komen.

4.   Om de ontwikkeling van de concurrentie op de roamingmarkten in de gehele Unie te beoordelen, verzamelt het Berec regelmatig gegevens van de nationale regelgevende instanties over de ontwikkeling van de retail- en wholesaletarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten. Die gegevens worden minstens tweemaal per jaar meegedeeld aan de Commissie. De Commissie maakt deze gegevens bekend.

Ook verzamelt het Berec jaarlijks informatie van de nationale regelgevende instanties over de transparantie en de vergelijkbaarheid van de verschillende tarieven die exploitanten hun klanten aanbieden. De Commissie maakt deze gegevens en bevindingen bekend.

Artikel 20

Kennisgevingsvoorschriften

De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de gegevens betreffende de nationale regelgevende instanties die belast zijn met de uitvoering van taken krachtens deze verordening.

Artikel 21

Intrekking

Verordening (EG) nr. 717/2007 wordt overeenkomstig bijlage I ingetrokken met ingang van 1 juli 2012.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.

Artikel 22

Datum van inwerkingtreden en verstrijken

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, en is van toepassing vanaf die dag, tenzij in specifieke artikelen anders is bepaald.

Zij verstrijkt op 30 juni 2022.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 13 juni 2012.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

M. SCHULZ

Voor de Raad

De voorzitter

N. WAMMEN


(1)  PB C 24 van 28.1.2012, blz. 131.

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 10 mei 2012 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 30 mei 2012.

(3)  PB L 171 van 29.6.2007, blz. 32.

(4)  Zie bijlage I.

(5)  Besluit nr. 243/2012/EU van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2012 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor het radiospectrumbeleid (PB L 81 van 21.3.2012, blz. 7).

(6)  PB L 108 van 24.4.2002 blz. 7.

(7)  PB L 108 van 24.4.2002 blz. 21.

(8)  PB L 108 van 24.4.2002 blz. 33.

(9)  PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51.

(10)  PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37.

(11)  PB L 114 van 8.5.2003 blz. 45.

(12)  PB C 165 van 11.7.2002, blz. 6.

(13)  Verordening (EG) nr. 1211/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot oprichting van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau (PB L 337 van 18.12.2009, blz. 1).

(14)  Aanbeveling van de Commissie van 17 december 2007 betreffende relevante producten- en dienstenmarkten in de elektronischecommunicatiesector die overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen (PB L 344 van 28.12.2007, blz. 65).

(15)  PB C 285 E van 22.11.2006, blz. 143.

(16)  PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13.

(17)  Verordening (EG) nr. 544/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 717/2007 betreffende roaming op openbare mobiele telefoonnetwerken binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 12).

(18)  PB L 149 van 11.6.2005, blz. 22.


BIJLAGE I

Ingetrokken verordening met de wijziging ervan

(als bedoeld in artikel 21)

Verordening (EG) nr. 717/2007 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 171 van 29.6.2007, blz. 32)

 

Verordening (EG) nr. 544/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 12)

Enkel artikel 1


BIJLAGE II

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 717/2007

Deze verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 4

Artikel 1, lid 4, eerste alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 5

Artikel 1, lid 4, eerste alina, tweede zin

Artikel 1, lid 6, eerste alinea

Artikel 1, lid 7, eerste alinea

Artikel 1, lid 4, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 6, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 7, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 4, tweede alinea, tweede zin

Artikel 1, lid 6, tweede alinea, tweede en derde zin

Artikel 1, lid 7, tweede alinea, tweede en derde zin

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 2, aanhef

Artikel 2, lid 2, aanhef

Artikel 2, lid 2, punt a)

Artikel 2, lid 2, punt i)

Artikel 2, lid 2, punt b)

Artikel 2, lid 2, punt a)

Artikel 2, lid 2, punt b)

Artikel 2, lid 2, punt c)

Artikel 2, lid 2, punt c)

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt i)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt l)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt m)

Artikel 2, lid 2, punt n)

Artikel 2, lid 2, punt o)

Artikel 2, lid 2, punt p)

Artikel 2, lid 2, punt q)

Artikelen 3, 4, 5 en 6

Artikel 3, lid 1

Artikel 7, lid 1

Artikel 3, lid 2

Artikel 7, lid 2

Artikel 3, lid 3, eerste alinea

Artikel 3, lid 3, tweede alinea

Artikel 7, lid 3

Artikel 4, lid 1

Artikel 8, lid 1

Artikel 4, lid 2

Artikel 8, lid 2

Artikel 4, lid 3, eerste alinea

Artikel 4, lid 3, tweede alinea

Artikel 8, lid 3

Artikel 4, lid 3,derde alinea

Artikel 8, lid 4

Artikel 4, lid 4

Artikel 8, lid 5

Artikel 4 bis

Artikel 9

Artikel 4 ter

Artikel 10

Artikel 4 ter, lid 7

Artikel 4 quater

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 6, lid 1, eerste tot en met de vijfde alinea

Artikel 14, lid 1, eerste tot en met de vijfde alinea

Artikel 14, lid 1, zesde alinea

Artikel 6, lid 2

Artikel 14, lid 2

Artikel 6, lid 3, eerste en tweede alinea

Artikel 14, lid 3, eerste en tweede alinea

Artikel 14, lid 3, derde alinea

Artikel 14, lid 4

Artikel 6 bis

Artikel 15

Artikel 15, lid 4

Artikel 15, lid 5

Artikel 15, lid 6

Artikel 6 bis, lid 4

Artikel 7

Artikel 16

Artikel 16, lid 3, tweede alinea

Artikel 8

Artikel 17

Artikel 9

Artikel 18

Artikel 10

Artikel 11, lid 1, aanhef

Artikel 19, lid 1, aanhef

Artikel 19, lid 1, punten a) en b)

Artikel 11, lid 1, eerste alinea, eerste tot en met vierde streepje

Artikel 19, lid 1, eerste alinea, punten c) tot en met f)

Artikel 19, lid 1, punten g) en h)

Artikel 11, lid 1, tweede alinea

Artikel 19, lid 2

Artikel 11, lid 2

Artikel 19, lid 3

Artikel 19, lid 4

Artikel 12

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 13

Artikel 22