ISSN 1977-0758

doi:10.3000/19770758.L_2011.345.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 345

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

54e jaargang
29 december 2011


Inhoud

 

I   Wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Verordening (EU) nr. 1386/2011 van de Raad van 19 december 2011 houdende tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief op de invoer van bepaalde industrieproducten in de Canarische Eilanden

1

 

 

RICHTLIJNEN

 

*

Richtlijn 2011/96/EU van de Raad van 30 november 2011 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten

8

 

 

BESLUITEN

 

*

Besluit nr. 895/2011/EU van de Raad van 19 december 2011 tot wijziging van Beschikking 2002/546/EG wat de toepassingsduur betreft

17

 

*

Besluit nr. 896/2011/EU van de Raad van 19 december 2011 tot wijziging van Beschikking 2007/659/EG wat de toepassingsduur betreft en het jaarlijkse contingent dat in aanmerking komt voor het verlaagde accijnstarief

18

 

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1387/2011 van de Commissie van 14 december 2011 tot rectificatie van de Finse, de Franse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Poolse, de Portugese, de Slowaakse en de Spaanse versie van Verordening (EG) nr. 951/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker

20

 

 

BESLUITEN

 

 

2011/897/EU

 

*

Besluit van de Europese Raad van 19 december 2011 betreffende de benoeming van een lid van de directie van de Europese Centrale Bank

21

 

 

2011/898/EU

 

*

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 21 december 2011 tot wijziging van Beschikking 2009/852/EG tot vaststelling van overgangsmaatregelen uit hoofde van de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de verwerking van rauwe melk die niet aan de voorschriften voldoet in bepaalde melkverwerkingsinrichtingen in Roemenië en de structurele voorschriften voor dergelijke inrichtingen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 9562)  ( 1 )

22

 

 

2011/899/EU

 

*

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 21 december 2011 tot wijziging van Beschikking 2009/861/EG tot vaststelling van overgangsmaatregelen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de verwerking van rauwe melk die niet aan de voorschriften voldoet in bepaalde melkverwerkingsinrichtingen in Bulgarije (Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 9568)  ( 1 )

28

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/1


VERORDENING (EU) Nr. 1386/2011 VAN DE RAAD

van 19 december 2011

houdende tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief op de invoer van bepaalde industrieproducten in de Canarische Eilanden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 349,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 704/2002 van de Raad van 25 maart 2002 tot tijdelijke schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief op de invoer van bepaalde industrieproducten en inzake de opening en het beheer van autonome communautaire tariefcontingenten voor de invoer van bepaalde visserijproducten op de Canarische Eilanden (3) zal de schorsing van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief ten aanzien van bepaalde kapitaalgoederen die voor commerciële en industriële doeleinden worden gebruikt, op 31 december 2011 verstrijken.

(2)

In september 2010 heeft de regering van Spanje namens de regering van de Canarische Eilanden in overeenstemming met artikel 349 van het Verdrag verzocht om een verlenging van de schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor een aantal producten. Zij motiveerde haar verzoek met het argument dat de marktdeelnemers, door de afgelegen ligging van die eilanden, op economisch en commercieel gebied ernstig benadeeld zijn, hetgeen weer ongunstige gevolgen heeft voor de demografische, sociale en economische ontwikkeling en de werkgelegenheid.

(3)

De recente economische crisis heeft de bouw- en industriesector op de Canarische Eilanden zwaar getroffen. De teruglopende bouwbedrijvigheid heeft op haar beurt negatief doorgewerkt in de volledige toeleveringsbranche die van de bouwsector afhankelijk is. Het ongunstige financiële klimaat had ernstige gevolgen voor vele takken van bedrijvigheid. Daarbovenop kwam de grote stijging van de werkloosheid in Spanje, die de terugval in de binnenlandse vraag, inclusief de vraag naar industrieproducten, nog versterkte.

(4)

De werkloosheid op de Canarische Eilanden lag de laatste tien jaar steeds boven het nationale Spaanse gemiddelde en sinds 2009 hebben de Canarische Eilanden het hoogste werkloosheidsniveau van heel Spanje (Eurostat: regionale statistieken — werkloosheidspercentage volgens NUTS 2-regio's, 1999-2009). Voorts wordt meer dan de helft van de industriële productie op de Canarische Eilanden ook daar verbruikt, wat een zeer ernstig probleem vormt omdat de vraag daar ook sterker is teruggevallen.

(5)

Om investeerders een perspectief op de lange termijn te bieden en marktdeelnemers in staat te stellen een niveau van industriële en commerciële activiteit te bereiken dat tot een stabiel economisch en sociaal klimaat op de Canarische Eilanden leidt, is het derhalve passend de schorsing van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde goederen, zoals vermeld in de bijlagen II en III bij Verordening (EG) nr. 704/2002, integraal te verlengen met een periode van tien jaar.

(6)

In dezelfde context hebben de Spaanse autoriteiten ook voor drie nieuwe producten binnen de GN-codes 3902 10 , 3903 11 en 3906 10 om schorsing van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief verzocht. Dit verzoek is ingewilligd omdat deze schorsingen de economie van de Canarische Eilanden moeten versterken.

(7)

Om ervoor te zorgen dat alleen marktdeelnemers die op de Canarische Eilanden zijn gevestigd van deze tariefmaatregelen genieten, moeten de schorsingen afhankelijk zijn van het eindgebruik van de producten, overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (4) en Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (5).

(8)

In geval van een verlegging van het handelsverkeer en teneinde uniforme voorwaarden voor de uitvoering van deze verordening te verzekeren, dient de Commissie uitvoeringsbevoegdheden te krijgen zodat zij de schorsing tijdelijk kan intrekken. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (6).

(9)

Wijzigingen in de gecombineerde nomenclatuur kunnen geen aanleiding geven tot wezenlijke wijzigingen in de schorsing van de rechten. De Commissie moet derhalve gemachtigd worden om handelingen vast te stellen overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag, teneinde de nodige wijzigingen en technische aanpassingen aan te brengen in de lijst van goederen waarop een schorsing van toepassing is. De Commissie moet bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze worden toegezonden aan de Raad.

(10)

Om ervoor te zorgen dat de maatregelen van deze verordening aansluiten op die van Verordening (EG) nr. 704/2002, moeten zij vanaf 1 januari 2012 worden toegepast,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2021 worden de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op de invoer in de Canarische Eilanden van kapitaalgoederen die onder de in bijlage I genoemde GN-codes vallen en voor commerciële of industriële doeleinden worden gebruikt, volledig geschorst.

Deze goederen worden overeenkomstig de relevante bepalingen van Verordening (EEG) nr. 2913/92 en Verordening (EEG) nr. 2454/93 gedurende ten minste 24 maanden na het in het vrije verkeer brengen gebruikt door op de Canarische Eilanden gevestigde marktdeelnemers.

Artikel 2

Van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2021 worden de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op invoer in de Canarische Eilanden van grondstoffen, onderdelen en componenten die onder de in bijlage II genoemde GN-codes vallen en voor industriële verwerking of onderhoud op de Canarische Eilanden worden gebruikt, volledig geschorst.

Artikel 3

Als voorwaarde voor de in de artikelen 1 en 2 bedoelde schorsing van rechten geldt dat de goederen bestemd moeten zijn voor eindgebruik overeenkomstig de artikelen 21 en 82 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 en dat zij worden onderworpen aan de controles als bedoeld in de artikelen 291 tot en met 300 van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

Artikel 4

1.   Wanneer de Commissie redenen heeft om aan te nemen dat de bij deze verordening ingestelde schorsing voor een bepaald product tot een verlegging van het handelsverkeer heeft geleid, kan zij een uitvoeringshandeling vaststellen om die schorsing tijdelijk in te trekken voor een periode van ten hoogste twaalf maanden. Die uitvoeringshandeling wordt vastgesteld overeenkomstig de in artikel 8 bedoelde onderzoeksprocedure.

Voor de invoerrechten op producten waarvoor de schorsing tijdelijk is ingetrokken, wordt een zekerheid gesteld en de vrijgave voor het vrije verkeer van de betrokken producten in de Canarische Eilanden wordt afhankelijk gesteld van deze zekerheidstelling.

2.   Wanneer de Raad volgens de procedure die is neergelegd in het Verdrag binnen een periode van twaalf maanden besluit dat de schorsing definitief wordt ingetrokken, worden de bedragen waarvoor zekerheid is gesteld definitief ingevorderd.

3.   Indien binnen twaalf maanden geen definitief besluit overeenkomstig lid 2 is genomen, worden de als zekerheid gestelde bedragen vrijgegeven.

Artikel 5

De Commissie wordt gemachtigd om gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 6 vast te stellen betreffende de in de bijlagen I en II aan te brengen wijzigingen en technische aanpassingen die noodzakelijk zijn ingevolge wijzigingen in de gecombineerde nomenclatuur.

Artikel 6

1.   De bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie verleend onder de in dit artikel gestelde voorwaarden.

2.   De in artikel 5 bedoelde bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van 1 januari 2012.

3.   De in artikel 5 bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan door de Raad te allen tijde worden ingetrokken. Het besluit tot intrekking maakt een einde aan de delegatie van de bevoegdheid die in het besluit wordt vermeld. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het besluit laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

4.   Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij de Raad daarvan in kennis.

5.   Een krachtens artikel 5 vastgestelde gedelegeerde handeling treedt pas in werking als de Raad binnen een termijn van twee maanden na de datum van kennisgeving van die handeling aan de Raad geen bezwaar heeft gemaakt tegen de gedelegeerde handeling, of als de Raad de Commissie voor het verstrijken van deze termijn heeft meegedeeld niet voornemens te zijn bezwaar te maken.

Artikel 7

De Commissie stelt het Europees Parlement in kennis van de door haar vastgestelde gedelegeerde handelingen, de mogelijke bezwaren die daartegen worden gemaakt of de intrekking van de bevoegdheidsdelegatie door de Raad.

Artikel 8

1.   De Commissie wordt bijgestaan door het Comité douanewetboek dat is ingesteld bij artikel 247 bis, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2913/92. Het betreft een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 9

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2012.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 19 december 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

M. KOROLEC


(1)  Advies uitgebracht op 15 november 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  Advies uitgebracht op 22 september 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(3)   PB L 111 van 26.4.2002, blz. 1.

(4)   PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

(5)   PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.

(6)   PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13.


BIJLAGE I

Kapitaalgoederen die voor commerciële of industriële doeleinden worden gebruikt en onder de volgende GN-codes vallen  (1)

4011 20

8450 20

8522 90 80

9006 53 80

4011 30

8450 90

8523 21

9006 59

4011 61

8469 00 91

 

9007 10

4011 62

8472

8523 29 39

9007 20

4011 63

 

8523 29 90

9008 50

4011 69

 

8523 49 99

 

4011 92

 

8523 51 99

 

4011 93

8473

8523 59 99

 

4011 94

 

8523 80 99

 

4011 99

8501

8525 50

9010 10

5608

 

8525 80 11

9010 50

6403 40

 

8525 80 19

9011

6403 51 05

 

8526

 

6403 59 05

 

 

 

6403 91 05

 

 

 

6403 99 05

 

 

9012

8415

 

 

 

 

 

 

9030 10

 

 

8701

 

 

 

 

9030 31

 

 

 

9030 33

 

 

8702

9106

 

 

8704 21 31

9107

8418 30 80

 

8704 21 39

9207

8418 40 80

 

8704 21 91

 

8418 50

 

8704 21 99

9506 91 90

8418 61

 

8704 22

9507 10

8418 69

 

8704 23

9507 20 90

8418 91

 

8704 31 31

9507 30

8418 99

 

8704 31 39

 

8427

 

8704 31 91

 

8431 20

 

8704 31 99

 

8443 31

 

 

 

 

 

8704 32

 

8443 32

8518 40 30

8704 90

 

8443 39 10

 

 

 

8443 39 39

8518 90

8705

 

 

8519 20

9006 10

 

8450 11 90

8519 81 51

 

 

8450 12

8521 10 95

9006 30

 

8450 19

8522 90 49

9006 52

 


(1)  Zoals gedefinieerd in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1006/2011 van de Commissie van 27 september 2011 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 282 van 28.10.2011, blz. 1).


BIJLAGE II

Grondstoffen, onderdelen en componenten die voor landbouwdoeleinden, industriële verwerking of onderhoud worden gebruikt en onder de volgende GN-codes vallen  (1)

3901

 

5501

 

3902 10

 

5502

 

3903 11

 

5503

8706

3904 10

 

5504

8707

3906 10

 

5505

8708

4407 21

 

 

8714

 

 

5506

 

4407 22

 

5507

 

 

5108

5508 10 10

 

4407 25

5110

5508 20 10

 

 

5111

5509

 

 

 

5510

 

4407 26

 

5512

 

 

 

5513

 

 

 

5514

9002 90

4407 29

 

5515

9006 91

 

 

5516

9007 91

 

 

6001

9007 92

 

 

6002

9008 90

 

5112

 

9010 90

 

 

6217 90

9104

4407 99

 

6305

9108

4410

 

 

9109

4412

 

 

 

 

5205

 

 

 

5208

 

9110

 

5209

 

 

 

5210

 

 

 

5212

6309

 

 

5401 10 12

6406

 

 

5401 10 14

7601

9111

 

5401 20 10

 

9112

 

5402

8529 10 80

9114

 

5403

8529 10 95

 

 

5404 11

8529 90

 

 

5404 90

 

 

 

5407

 

 

 

5408

 

 


(1)  Zoals gedefinieerd in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1006/2011 van de Commissie van 27 september 2011 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 282 van 28.10.2011, blz. 1).


RICHTLIJNEN

29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/8


RICHTLIJN 2011/96/EU VAN DE RAAD

van 30 november 2011

betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten

(herschikking)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 115,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 90/435/EEG van de Raad van 23 juli 1990 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten (3) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (4). Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van deze richtlijn te worden overgegaan.

(2)

Gelet op het arrest van het Hof van Justitie van 6 mei 2008 in zaak C-133/06 (5), wordt een herformulering van artikel 4, lid 3, tweede alinea, van Richtlijn 90/435/EEG noodzakelijk geacht om duidelijk te maken dat de aldaar bedoelde bepalingen door de Raad worden vastgesteld overeenkomstig de in het Verdrag neergelegde procedure. Verder dienen de bijlagen van deze richtlijn te worden geactualiseerd.

(3)

Deze richtlijn strekt ertoe dividenden en andere winstuitkeringen van dochterondernemingen aan hun moedermaatschappijen vrij te stellen van bronbelasting en dubbele belastingheffing van zulke inkomsten op het niveau van de moedermaatschappij te elimineren.

(4)

Hergroeperingen van vennootschappen uit verschillende lidstaten kunnen noodzakelijk zijn teneinde in de Unie soortgelijke voorwaarden te scheppen als op een binnenlandse markt en daardoor de goede werking van de interne markt te verzekeren. Deze transacties mogen niet worden belemmerd door beperkingen, nadelen of distorsies die met name voortvloeien uit de fiscale voorschriften van de lidstaten. Er moet bijgevolg voor deze hergroeperingen in concurrentie-neutrale belastingvoorschriften worden voorzien om de ondernemingen in staat te stellen zich aan te passen aan de eisen van de interne markt, hun productiviteit te vergroten en hun concurrentiepositie op de internationale markt te versterken.

(5)

Deze hergroeperingen kunnen leiden tot de vorming van groepen van moeder- en dochtermaatschappijen.

(6)

Voor de inwerkingtreding van Richtlijn 90/435/EEG vertoonden de fiscale voorschriften betreffende de betrekkingen tussen moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten van land tot land aanzienlijke verschillen en waren deze in het algemeen minder gunstig dan de voorschriften voor de betrekkingen tussen moedermaatschappijen en dochterondernemingen van dezelfde lidstaat. De samenwerking tussen vennootschappen van verschillende lidstaten werd hierdoor benadeeld ten opzichte van de samenwerking tussen vennootschappen van dezelfde lidstaat. Deze benadeling moest worden opgeheven door invoering van een gemeenschappelijke regeling teneinde hergroeperingen van vennootschappen op Unieniveau aldus te vergemakkelijken.

(7)

Wanneer een moedermaatschappij als deelgerechtigde van haar dochteronderneming uitgekeerde winst ontvangt, moet de lidstaat van de moedermaatschappij zich onthouden van het belasten van deze winst, of die winst wel belasten, maar de moedermaatschappij dan toestaan het gedeelte van de belasting van de dochteronderneming dat op deze winst betrekking heeft, van haar eigen belasting af te trekken.

(8)

Voorts moet de winst, die een dochteronderneming aan haar moedermaatschappij uitkeert, van inhouding van een bronbelasting worden vrijgesteld teneinde de belastingneutraliteit te verzekeren.

(9)

De betaling van uitkeringen van winst aan, en de ontvangst ervan door een vaste inrichting van een moedermaatschappij moet op dezelfde wijze worden behandeld als betalingen tussen een dochteronderneming en een moedermaatschappij. Een en ander dient ook de situatie te omvatten waarin moedermaatschappij en dochteronderneming in dezelfde lidstaat zijn gevestigd, maar de vaste inrichting zich in een andere lidstaat bevindt. Anderzijds blijkt dat situaties waarin de vaste inrichting en de dochteronderneming in dezelfde lidstaat zijn gelegen, onverminderd de beginselen van het Verdrag, door de betrokken lidstaat kunnen worden behandeld op basis van zijn nationale wetgeving.

(10)

Wat de behandeling van vaste inrichtingen betreft, is het voor de lidstaten eventueel noodzakelijk de voorwaarden en de rechtsinstrumenten vast te stellen die vereist zijn voor de bescherming van hun belastingontvangsten en om omzeiling van de nationale wetgeving te voorkomen, overeenkomstig de beginselen van het Verdrag en rekening houdend met internationaal erkende belastingregels.

(11)

Wanneer groepen van ondernemingen in ketens zijn georganiseerd en winst via de keten van dochterondernemingen aan de moedermaatschappij wordt uitgekeerd, dient dubbele belastingheffing in deze gevallen te worden geëlimineerd, hetzij door een vrijstelling, hetzij door een belastingkrediet. De moedermaatschappij moet in het geval van een belastingkrediet iedere belasting van iedere dochteronderneming in de keten in mindering kunnen brengen, mits aan de voorwaarden van deze richtlijn is voldaan.

(12)

Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen onverlet te laten,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Elke lidstaat past deze richtlijn toe:

a)

op uitkeringen van winst die door vennootschappen van die lidstaat zijn ontvangen van hun dochterondernemingen uit andere lidstaten;

b)

op winst die door vennootschappen van die lidstaat is uitgekeerd aan vennootschappen van andere lidstaten, waarvan zij dochterondernemingen zijn;

c)

op uitkeringen van winst die door in die lidstaat gelegen vaste inrichtingen van vennootschappen uit andere lidstaten zijn ontvangen van hun dochterondernemingen uit een andere lidstaat dan die waar de vaste inrichting is gevestigd;

d)

op winst die door vennootschappen van die staat wordt uitgekeerd aan in een andere lidstaat gevestigde vaste inrichtingen van vennootschappen van dezelfde lidstaat waarvan zij dochterondernemingen zijn.

2.   Deze richtlijn vormt geen beletsel voor de toepassing van nationale of verdragsrechtelijke voorschriften ter bestrijding van fraude en misbruiken.

Artikel 2

Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:

a)

„vennootschap van een lidstaat” iedere vennootschap:

i)

die een van de in bijlage I, deel A, genoemde rechtsvormen heeft;

ii)

die volgens de fiscale wetgeving van een lidstaat wordt beschouwd in die staat haar fiscale woonplaats te hebben en die, volgens een met een derde staat gesloten verdrag op het gebied van dubbele belastingheffing, niet wordt beschouwd als fiscaal buiten de Unie te zijn gevestigd;

iii)

die bovendien, zonder keuzemogelijkheid en zonder ervan te zijn vrijgesteld, onderworpen is aan een van de in bijlage I, deel B, genoemde belastingen of aan enige andere belasting die in de plaats zou treden van een van die belastingen;

b)

„vaste inrichting” een in een lidstaat gelegen vaste bedrijfsvestiging door middel waarvan een onderneming van een andere lidstaat haar bedrijf geheel of gedeeltelijk uitoefent, voor zover de winsten van die bedrijfsvestiging in de lidstaat waar zij is gevestigd, worden belast krachtens de toepasselijke bilaterale belastingovereenkomst of, bij ontstentenis van een dergelijke overeenkomst, krachtens de nationale wetgeving.

Artikel 3

1.   Voor de toepassing van deze richtlijn:

a)

wordt de hoedanigheid van moedermaatschappij toegekend:

i)

aan ten minste iedere vennootschap van een lidstaat die voldoet aan de voorwaarden van artikel 2 en die een deelneming van ten minste 10 % bezit in het kapitaal van een vennootschap van een andere lidstaat die aan dezelfde voorwaarden voldoet;

ii)

onder dezelfde voorwaarden aan een vennootschap van een lidstaat die een deelneming van ten minste 10 % bezit in het kapitaal van een vennootschap van diezelfde lidstaat welke geheel of gedeeltelijk wordt gehouden door een in een andere lidstaat gelegen vaste inrichting van eerstgenoemde vennootschap;

b)

wordt onder „dochteronderneming” verstaan de vennootschap in het kapitaal waarvan de onder a) bedoelde deelneming wordt gehouden.

2.   In afwijking van lid 1 staat het de lidstaten vrij om:

a)

bij wege van bilaterale overeenkomst het criterium „deelneming in het kapitaal” te vervangen door het criterium „bezit van stemrechten”;

b)

deze richtlijn niet toe te passen op de vennootschappen van die lidstaat die niet gedurende een ononderbroken periode van ten minste twee jaren een deelneming behouden welke recht geeft op de hoedanigheid van moedermaatschappij of op de vennootschappen waarin een vennootschap van een andere lidstaat niet gedurende een ononderbroken periode van ten minste twee jaren een dergelijke deelneming behoudt.

Artikel 4

1.   Wanneer een moedermaatschappij of haar vaste inrichting, op grond van de deelgerechtigdheid van de moedermaatschappij in haar dochteronderneming, uitgekeerde winst ontvangt, anders dan bij de liquidatie van de dochteronderneming, moeten de lidstaat van de moedermaatschappij en de lidstaat van haar vaste inrichting:

a)

ofwel zich onthouden van het belasten van deze winst;

b)

ofwel de winst belasten, maar in dat geval de moedermaatschappij en de vaste inrichting toestaan van de verschuldigde belasting af te trekken het gedeelte van de belasting dat betrekking heeft op die winst en betaald is door de dochteronderneming en enigerlei kleindochteronderneming, op voorwaarde dat bij iedere schakel een vennootschap en haar kleindochteronderneming onder de in artikel 2 vastgestelde definities vallen en aan de in de artikel 3 gestelde eisen voldoen, tot het bedrag van de overeenstemmende verschuldigde belasting.

2.   Niets in deze richtlijn belet de lidstaat van de moedermaatschappij een dochteronderneming als fiscaal transparant aan te merken op grond van de door die lidstaat verrichte beoordeling van de wettelijke kenmerken van die dochteronderneming, zoals die voortvloeien uit het recht dat haar oprichting heeft beheerst, en derhalve de moedermaatschappij over haar aandeel in de winst van haar dochteronderneming te belasten, indien en voor zover er winst is. In dit geval onthoudt de lidstaat van de moedermaatschappij zich ervan de door de dochteronderneming uitgekeerde winst te belasten.

Wanneer de lidstaat van de moedermaatschappij het aandeel van de moedermaatschappij in de winst van haar dochteronderneming, voor zover er winst is, evalueert, verleent hij haar vrijstelling van belasting op die winst, dan wel staat hij haar toe van de verschuldigde belasting af te trekken het gedeelte van de belasting dat verband houdt met het winstaandeel van de moedermaatschappij en betaald is door haar dochteronderneming en enigerlei kleindochteronderneming, op voorwaarde dat bij iedere schakel een vennootschap en haar kleindochteronderneming onder de in artikel 2 vastgelegde definities vallen en aan de in artikel 3 gestelde eisen voldoen, tot het bedrag van de overeenstemmende verschuldigde belasting.

3.   Iedere lidstaat blijft bevoegd om te bepalen dat lasten die betrekking hebben op de deelneming en waardeverminderingen die voortvloeien uit de uitkering van de winst van de dochteronderneming, niet aftrekbaar zijn van de belastbare winst van de moedermaatschappij.

Indien in dit geval de kosten van beheer met betrekking tot de deelneming forfaitair worden vastgesteld, mag het forfaitaire bedrag niet meer dan 5 % bedragen van de door de dochteronderneming uitgekeerde winst.

4.   De leden 1 en 2 zijn van toepassing tot de datum van daadwerkelijke toepassing van een gemeenschappelijk stelsel van vennootschapsbelasting.

5.   De Raad stelt met eenparigheid van stemmen volgens een bijzondere wetgevingsprocedure en na raadpleging van het Europees Parlement en het Europees Economisch en Sociaal Comité te zijner tijd de bepalingen vast die met ingang van de datum van daadwerkelijke inwerkingtreding van een gemeenschappelijk stelsel van vennootschapsbelasting moeten worden toegepast.

Artikel 5

De door een dochteronderneming aan de moedermaatschappij uitgekeerde winst wordt vrijgesteld van bronbelasting.

Artikel 6

De lidstaat onder wiens wetgeving de moedermaatschappij ressorteert, mag geen bronbelasting heffen op de winst die deze maatschappij van haar dochteronderneming ontvangt.

Artikel 7

1.   „Bronbelasting” in de zin van deze richtlijn omvat niet de vervroegde betaling of vooruitbetaling (voorheffing) van de vennootschapsbelasting aan de lidstaat waarin de dochteronderneming is gevestigd, die in samenhang met een uitkering van winst aan de moedermaatschappij wordt verricht.

2.   Deze richtlijn laat onverlet de toepassing van nationale of verdragsbepalingen die gericht zijn op de afschaffing of vermindering van dubbele economische belasting van dividenden, in het bijzonder van de bepalingen betreffende de betaling van belastingkredieten aan de gerechtigde tot de dividenden.

Artikel 8

1.   De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk 18 januari 2012 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de lidstaten die bepalingen vaststellen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor de verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het gebied waarop deze richtlijn van toepassing is, vaststellen, alsmede een transponeringstabel waarin wordt aangegeven in welke nationale bepalingen de bepalingen van deze richtlijn zijn verwerkt.

Artikel 9

Richtlijn 90/435/EEG, zoals gewijzigd bij de in bijlage II, deel A, genoemde handelingen, wordt ingetrokken, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van de aldaar genoemde richtlijnen.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 10

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 11

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 30 november 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

J. VINCENT-ROSTOWSKI


(1)  Advies uitgebracht op 4 mei 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)   PB C 107 van 6.4.2011, blz. 73.

(3)   PB L 225 van 20.8.1990, blz. 6.

(4)  Zie bijlage II, deel A.

(5)  Jurispr. 2008, blz. I-03189.


BIJLAGE I

DEEL A

Lijst van de in artikel 2, onder a), punt i), bedoelde vennootschappen

a)

De vennootschappen opgericht overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2157/2001 van de Raad van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese vennootschap (SE) (1), Richtlijn 2001/86/EG van de Raad van 8 oktober 2001 tot aanvulling van het statuut van de Europese vennootschap met betrekking tot de rol van de werknemers (2) en de coöperatieve vennootschappen opgericht overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1435/2003 van de Raad van 22 juli 2003 betreffende het statuut voor een Europese Coöperatieve Vennootschap (SCE) (3) en Richtlijn 2003/72/EG van de Raad van 22 juli 2003 tot aanvulling van het statuut van een Europese coöperatieve vennootschap met betrekking tot de rol van de werknemers (4).

b)

De vennootschappen naar Belgisch recht, geheten „société anonyme”/„naamloze vennootschap”, „société en commandite par actions”/„commanditaire vennootschap op aandelen”, „société privée à responsabilité limitée”/„besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid”, „société coopérative à responsabilité limitée”/„coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid”, „société coopérative à responsabilité illimitée”/„coöperatieve vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid”, „société en nom collectif”/„vennootschap onder firma”, „société en commandite simple”/„gewone commanditaire vennootschap”, de overheidsbedrijven die een van vorengenoemde rechtsvormen hebben aangenomen, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Belgisch recht en die onder de Belgische vennootschapsbelasting vallen.

c)

De vennootschappen naar Bulgaars recht, geheten: „събирателно дружество”, „командитно дружество”, „дружество с ограничена отговорност”, „акционерно дружество”, „командитно дружество с акции”, „неперсонифицирано дружество”, „кооперации”, „кооперативни съюзи”, „държавни предприятия”, die zijn opgericht naar Bulgaars recht en commerciële activiteiten uitoefenen.

d)

De vennootschappen naar Tsjechisch recht, geheten: „akciová společnost”, „společnost s ručením omezeným”.

e)

De vennootschappen naar Deense recht, geheten „aktieselskab” en „anpartsselskab”, alsmede de overige overeenkomstig de wet op de vennootschapsbelasting belastingplichtige ondernemingen, voor zover hun belastbare inkomsten worden berekend en belast volgens de algemene fiscaalrechtelijke regels van toepassing op „aktieselskaber”.

f)

De vennootschappen naar Duits recht, geheten „Aktiengesellschaft”, „Kommanditgesellschaft auf Aktien”, „Gesellschaft mit beschränkter Haftung”, „Versicherungsverein auf Gegenseitigkeit”, „Erwerbs- und Wirtschaftsgenossenschaft”, „Betriebe gewerblicher Art von juristischen Personen des öffentlichen Rechts”, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Duits recht en die onder de Duitse vennootschapsbelasting vallen.

g)

De vennootschappen naar Ests recht, geheten: „täisühing”, „usaldusühing”, „osaühing”, „aktsiaselts”, „tulundusühistu”.

h)

De vennootschappen die zijn opgericht naar of handelen onder Iers recht, de lichamen die zijn geregistreerd krachtens de Industrial and Provident Societies Act, de „building societies” die zijn opgericht onder de Building Societies ACTS, en de „trustee savings banks” in de zin van de Trustee Savings Banks Act van 1989.

i)

De vennootschappen naar Grieks recht, geheten „ανώνυμη εταιρεία”, „εταιρεία περιορισμένης ευθύνης (Ε.Π.Ε.)” alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Grieks recht en die onder de Griekse vennootschapsbelasting vallen.

j)

De vennootschappen naar Spaans recht, geheten: „sociedad anónima”, „sociedad comanditaria por acciones”, „sociedad de responsabilidad limitada”, de publiekrechtelijke lichamen die privaatrechtelijk werkzaam zijn. Andere naar Spaans recht opgerichte entiteiten die onderworpen zijn aan de Spaanse vennootschapsbelasting („impuesto sobre sociedades”).

k)

De vennootschappen naar Frans recht, geheten „société anonyme”, „société en commandite par actions”, „société à responsabilité limitée”, „sociétés par actions simplifiées”, „sociétés d'assurances mutuelles”, „caisses d'épargne et de prévoyance”, „sociétés civiles” die automatisch aan de vennootschapsbelasting onderworpen zijn, „coopératives”, „unions de coopératives”, de overheidsinstellingen en -bedrijven met een industrieel of commercieel karakter, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Frans recht en die onder de Franse vennootschapsbelasting vallen.

l)

De vennootschappen naar Italiaans recht, geheten „società per azioni”, „società in accomandita per azioni”, „società a responsabilità limitata”, „società cooperative”, „società di mutua assicurazione”, alsook de particuliere en publieke lichamen met uitsluitend of hoofdzakelijk commerciële werkzaamheden.

m)

„εταιρείες” naar Cyprisch recht, als omschreven in de wet op de inkomstenbelastingen.

n)

De vennootschappen naar Lets recht, geheten: „akciju sabiedrība”, „sabiedrība ar ierobežotu atbildību”.

o)

De naar Litouws recht opgerichte vennootschappen.

p)

De vennootschappen naar Luxemburgs recht, geheten „société anonyme”, „société en commandite par actions”, „société à responsabilité limitée”, „société coopérative”, „société coopérative organisée comme une société anonyme”, „association d'assurances mutuelles”, „association d'épargne-pension”, „entreprise de nature commerciale, industrielle ou minière de l'Etat, des communes, des syndicats de communes, des établissements publics et des autres personnes morales de droit public”, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Luxemburgs recht en die onder de Luxemburgse vennootschapsbelasting vallen.

q)

De vennootschappen naar Hongaars recht, geheten: „közkereseti társaság”, „betéti társaság”, „közös vállalat”, „korlátolt felelősségű társaság”, „részvénytársaság”, „egyesülés”, „szövetkezet”.

r)

De vennootschappen naar Maltees recht, geheten: „Kumpaniji ta’ Responsabilita' Limitata”, „Soċjetajiet en commandite li l-kapital tagħhom maqsum f'azzjonijiet”.

s)

De vennootschappen naar Nederlands recht, geheten „naamloze vennootschap”, „besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid”, „open commanditaire vennootschap”, „coöperatie”, „onderlinge waarborgmaatschappij”, „fonds voor gemene rekening”, „vereniging op coöperatieve grondslag”, en „vereniging welke op onderlinge grondslag als verzekeraar of kredietinstelling optreedt”, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Nederlands recht en die onder de Nederlandse vennootschapsbelasting vallen.

t)

De vennootschappen naar Oostenrijks recht, geheten „Aktiengesellschaft”, „Gesellschaft mit beschränkter Haftung”, „Versicherungsvereine auf Gegenseitigkeit”, „Erwerbs- und Wirtschaftsgenossenschaften”, „Betriebe gewerblicher Art von Körperschaften des öffentlichen Rechts”, „Sparkassen”, alsmede andere vennootschappen die zijn opgericht naar Oostenrijks recht en die onder de Oostenrijkse vennootschapsbelasting vallen.

u)

De vennootschappen naar Pools recht, geheten: „spółka akcyjna”, „spółka z ograniczoną odpowiedzialnością”.

v)

De naar Portugees recht opgerichte handelsvennootschappen of burgerlijke vennootschappen met handelsvorm, coöperatieven en overheidsbedrijven.

w)

De vennootschappen naar Roemeens recht, geheten: „societăți pe acțiuni”, „societăți în comandită pe acțiuni”, „societăți cu răspundere limitată”.

x)

De vennootschappen naar Sloveens recht, geheten: „delniška družba”, „komanditna družba”, „družba z omejeno odgovornostjo”.

y)

De vennootschappen naar Slowaaks recht, geheten: „akciová spoločnosť”, „spoločnosť s ručením obmedzeným”, „komanditná spoločnosť”.

z)

De vennootschappen naar Fins recht geheten: „osakeyhtiö”/„aktiebolag”, „osuuskunta”/„andelslag”, „säästöpankki”/„sparbank” en „vakuutusyhtiö”/„försäkringsbolag”.

aa)

De vennootschappen naar Zweeds recht, geheten „aktiebolag”, „försäkringsaktiebolag”, „ekonomiska föreningar”, „sparbanker”, „ömsesidiga försäkringsbolag”; „försäkringsföreningar”.

ab)

De vennootschappen naar Brits recht.

DEEL B

Lijst van de in artikel 2, onder a), punt iii), bedoelde belastingen

impôt des sociétés/vennootschapsbelasting in België,

корпоративен данък in Bulgarije,

daň z příjmů právnických osob in Tsjechië,

selskabsskat in Denemarken,

Körperschaftssteuer in Duitsland,

tulumaks in Estland,

corporation tax in Ierland,

φόρος εισοδήματος νομικών προσώπων κερδοσκοπικού χαρακτήρα in Griekenland,

impuesto sobre sociedades in Spanje,

impôt sur les sociétés in Frankrijk,

imposta sul reddito delle società in Italië,

φόρος εισοδήματος in Cyprus,

uzņēmumu ienākuma nodoklis in Letland,

pelno mokestis in Litouwen,

impôt sur le revenu des collectivités in Luxemburg,

társasági adó, osztalékadó in Hongarije,

taxxa fuq l-income in Malta,

vennootschapsbelasting in Nederland,

Körperschaftssteuer in Oostenrijk,

podatek dochodowy od osób prawnych in Polen,

imposto sobre o rendimento das pessoas colectivas in Portugal,

impozit pe profit in Roemenië,

davek od dobička pravnih oseb in Slovenië,

daň z príjmov právnických osôb in Slowakije,

yhteisöjen tulovero/inkomstskatten för samfund in Finland,

statlig inkomstskatt in Zweden,

corporation tax in het Verenigd Koninkrijk.


(1)   PB L 294 van 10.11.2001, blz. 1.

(2)   PB L 294 van 10.11.2001, blz. 22.

(3)   PB L 207 van 18.8.2003, blz. 1.

(4)   PB L 207 van 18.8.2003, blz. 25.


BIJLAGE II

DEEL A

Ingetrokken richtlijn met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

(bedoeld in artikel 9)

Richtlijn 90/435/EEG van de Raad

(PB L 225 van 20.8.1990, blz. 6)

 

Punt XI.B.I.3 van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1994

(PB C 241 van 29.8.1994, blz. 196)

 

Richtlijn 2003/123/EG van de Raad

(PB L 7 van 13.1.2004, blz. 41)

 

Punt 9.8 van bijlage II bij de Toetredingsakte van 2003

(PB L 236 van 23.9.2003, blz. 555)

 

Richtlijn 2006/98/EG van de Raad

(PB L 363 van 20.12.2006, blz. 129)

uitsluitend punt 7 van de bijlage

DEEL B

Termijnen voor omzetting in nationaal recht

(bedoeld in artikel 9)

Richtlijn

Omzettingstermijn

90/435/EEG

31 december 1991

2003/123/EG

1 januari 2005

2006/98/EG

1 januari 2007


BIJLAGE III

Concordantietabel

Richtlijn 90/435/EEG

Deze richtlijn

Artikel 1, lid 1, eerste tot en met vierde streepje

Artikel 1, lid 1, onder a) tot en met d)

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 2

Artikel 2, lid 1, eerste deel van de aanhef

Artikel 2, aanhef

Artikel 2, lid 1, tweede deel van de aanhef

Artikel 2, onder a), aanhef

Artikel 2, lid 1, onder a)

Artikel 2, onder a), punt i)

Artikel 2, lid 1, onder b)

Artikel 2, onder a), punt ii)

Artikel 2, lid 1, onder c), eerste alinea, aanhef, en tweede alinea

Artikel 2, onder a), punt iii)

Artikel 2, lid 1, onder c), eerste alinea, eerste tot en met zevenentwintigste streepje

Bijlage I, deel B, eerste tot en met zevenentwintigste streepje

Artikel 2, lid 2

Artikel 2, onder b)

Artikel 3, lid 1, aanhef

Artikel 3, lid 1, aanhef

Artikel 3, lid 1, onder a), eerste alinea, eerste woorden

Artikel 3, lid 1, onder a), aanhef

Artikel 3, lid 1, onder a), eerste alinea, laatste woorden

Artikel 3, lid 1, onder a), punt i)

Artikel 3, lid 1, onder a), tweede alinea

Artikel 3, lid 1, onder a), punt ii)

Artikel 3, lid 1, onder a), derde alinea

Artikel 3, lid 1, onder a), vierde alinea

Artikel 3, lid 1, onder b)

Artikel 3, lid 1, onder b)

Artikel 3, lid 2, eerste en tweede streepje

Artikel 3, lid 2, onder a) en b)

Artikel 4, lid 1, eerste en tweede streepje

Artikel 4, lid 1, onder a) en b)

Artikel 4, lid 1 bis

Artikel 4, lid 2

Artikel 4, lid 2, eerste zin

Artikel 4, lid 3, eerste alinea

Artikel 4, lid 2, tweede zin

Artikel 4, lid 3, tweede alinea

Artikel 4, lid 3, eerste alinea

Artikel 4, lid 4

Artikel 4, lid 3, tweede alinea

Artikel 4, lid 5

Artikelen 5, 6 en 7

Artikelen 5, 6 en 7

Artikel 8, lid 1

Artikel 8, lid 2

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 9

Artikel 11

Bijlage

Bijlage I, deel A

Bijlage II

Bijlage III


BESLUITEN

29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/17


BESLUIT Nr. 895/2011/EU VAN DE RAAD

van 19 december 2011

tot wijziging van Beschikking 2002/546/EG wat de toepassingsduur betreft

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 349,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Beschikking 2002/546/EG van de Raad (2) mag Spanje tot 31 december 2011 bepaalde producten die lokaal worden geproduceerd op de Canarische Eilanden, vrijstellen van de „Arbitrio sobre las Importaciones y Entregas de Mercancías en las islas Canarias” (AIEM-belasting) dan wel deze belasting verminderen. De bijlage bij die beschikking bevat een lijst van producten die in aanmerking komen voor vrijstelling en -vermindering van AIEM-belasting. Afhankelijk van het product mag het belastingverschil tussen lokaal vervaardigde producten en andere producten niet meer dan 5, 15 of 25 procentpunten bedragen.

(2)

Het is gerechtvaardigd de toepassingsduur van Beschikking 2002/546/EG met twee jaar te verlengen, aangezien de basiselementen, die de machtiging uit hoofde van deze beschikking rechtvaardigden, onveranderd zijn gebleven. De Commissie heeft in dit verband in haar verslag aan de Raad van 28 augustus 2008 over de uitvoering van de bijzondere regeling betreffende de AIEM-belasting die van toepassing is op de Canarische Eilanden, bevestigd dat deze regeling naar behoren functioneert en Beschikking 2002/546/EG niet moet worden aangepast.

(3)

Bovendien bevestigt het door de Spaanse autoriteiten aan de Commissie verstrekte rapport dat de belemmeringen die de toelating voor de gehele vrijstelling en gedeeltelijke vermindering van de AIEM-belasting rechtvaardigden voor een lijst van producten die lokaal geproduceerd worden op de Canarische Eilanden, nog steeds gelden.

(4)

Beschikking 2002/546/EG moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 1, lid 1, eerste zin, van Beschikking 2002/546/EG wordt 31 december 2011 vervangen door 31 december 2013.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot het Koninkrijk Spanje.

Gedaan te Brussel, 19 december 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

M. KOROLEC


(1)  Advies van 1 december 2011 (nog niet in het Publicatieblad bekendgemaakt).

(2)   PB L 179 van 9.7.2002, blz. 22.


29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/18


BESLUIT Nr. 896/2011/EU VAN DE RAAD

van 19 december 2011

tot wijziging van Beschikking 2007/659/EG wat de toepassingsduur betreft en het jaarlijkse contingent dat in aanmerking komt voor het verlaagde accijnstarief

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 349,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 2007/659/EG van de Raad van 9 oktober 2007 waarbij Frankrijk wordt gemachtigd een verlaagd accijnstarief op in de Franse overzeese departementen vervaardigde „traditionele” rum toe te passen (2) wordt Frankrijk gemachtigd in continentaal Frankrijk een verlaagd accijnstarief toe te passen op in de Franse overzeese departementen vervaardigde „traditionele” rum dat lager kan zijn dan het minimumtarief voor alcohol dat is vastgesteld bij Richtlijn 92/84/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de onderlinge aanpassing van de accijnstarieven op alcohol en alcoholhoudende dranken (3), maar niet meer dan 50 % lager dan het normale nationale accijnstarief voor alcohol. De „traditionele” rum waarop het verlaagde accijnstarief van toepassing is, wordt thans omschreven in bijlage II, punt 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken (4). Het verlaagde accijnstarief is beperkt tot een jaarlijks contingent van 108 000 hl zuivere alcohol. De afwijking loopt af op 31 december 2012.

(2)

Om de bepalingen van Beschikking 2007/659/EG aan te passen aan artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en indachtig het feit dat „traditionele” rum alleen vervaardigd wordt op Guadeloupe, in Frans-Guyana, op Martinique en op Réunion, moet in dit wijzigingsbesluit een verwijzing worden opgenomen naar uitsluitend deze vier ultraperifere gebieden.

(3)

De Franse autoriteiten hebben de Commissie op 29 juni 2010 het in artikel 4 van Beschikking 2007/659/EG bedoelde rapport gestuurd. Het rapport bevat twee verzoeken. De Franse autoriteiten vragen enerzijds het jaarlijkse contingent van 108 000 hl naar 125 000 hl zuivere alcohol (hza) te verhogen in het licht van de ontwikkeling van de EU-markt voor rum. Anderzijds vragen zij de toepassingsduur van Beschikking 2007/659/EG met een jaar te verlengen tot en met 31 december 2013 zodat het verstrijken ervan samenvalt met het verstrijken van de geldigheid van de staatssteunmaatregel over hetzelfde onderwerp die op 27 juni 2007 door de Commissie is genomen (5) (hierna „besluit staatssteun”).

(4)

Uit de informatie van de Franse autoriteiten blijkt dat de hoeveelheden „traditionele” rum die met een verlaagd accijnstarief op de markt worden gebracht, sinds de vaststelling van Beschikking 2007/659/EG zijn gestegen, namelijk van 96 100 hza in 2007 naar 105 700 hza in 2010, wat overeenkomt met een jaarlijkse stijging van 3,2 %. Als deze ontwikkeling in dit tempo doorgaat, zullen de hoeveelheden op de markt gebrachte „traditionele” rum in 2011 ongeveer 109 100 hza, in 2012 112 600 hza en in 2013 116 200 hza zijn, en daarmee het bij Beschikking 2007/659/EG vastgestelde contingent van 108 000 hza overschrijden.

(5)

In overweging 9 van Beschikking 2007/659/EG wordt onderstreept dat aangezien de concurrentiepositie van „traditionele” rum uit de overzeese departementen (DOM) op de markt van continentaal Frankrijk moet worden ondersteund om de bedrijvigheid van de sector rietsuiker-suiker-rum in deze departementen in stand te houden, het tijd is voor een herziening van de hoeveelheden traditionele rum uit de DOM die tegen een verlaagd accijnstarief in de handel mogen worden gebracht. Het bij Beschikking 2007/659/EG vastgestelde jaarlijkse contingent van 108 000 hl dient derhalve naar 120 000 hl te worden verhoogd, en deze verhoging dient, gelet op de voor 2011 voorspelde stijging, met het oog op de continuïteit reeds dit jaar in te gaan. Een dusdanige verhoging kan een jaarlijkse stijging van 4,3 % van de hoeveelheden op de markt gebrachte rum dekken, wat iets meer is dan de geconstateerde 3,2 % stijging in de periode 2007-2010.

(6)

Het is ook nodig de toepassingsduur van Beschikking 2007/659/EG met een jaar te verlengen, zodat de geldigheid van deze beschikking op hetzelfde tijdstip verstrijkt als de geldigheid van eerdergenoemde staatssteunmaatregel.

(7)

Beschikking 2007/659/EG moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Beschikking 2007/659/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

De titel wordt vervangen door:

„Beschikking van de Raad van 9 oktober 2007 waarbij Frankrijk wordt gemachtigd een verlaagd accijnstarief toe te passen op de op Guadeloupe, in Frans-Guyana, op Martinique of op Réunion vervaardigde „traditionele” rum”.

2)

Artikel 1 wordt vervangen door:

„Artikel 1

In afwijking van artikel 110 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie wordt Frankrijk gemachtigd in continentaal Frankrijk een accijnstarief te blijven toepassen op de op Guadeloupe, in Frans-Guyana, op Martinique of op Réunion vervaardigde „traditionele” rum dat lager is dan het normale in artikel 3 van Richtlijn 92/84/EEG voor alcohol vastgestelde accijnstarief.”.

3)

Artikel 2 wordt vervangen door:

„Artikel 2

De in artikel 1 bedoelde afwijking beperkt zich tot rum, als omschreven in bijlage II, punt 1, onder f), van Verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken (*1), en vervaardigd op Guadeloupe, in Frans-Guyana, op Martinique of op Réunion van suikerriet dat is geoogst op de plaats van vervaardiging, met een gehalte aan andere vluchtige stoffen dan ethyl- en methylalcohol van ten minste 225 g per hectoliter zuivere alcohol en met een effectief alcoholgehalte van ten minste 40 % vol.

(*1)   PB L 39 van 13.2.2008, blz. 16. ”."

4)

In artikel 3 wordt lid 1 wordt vervangen door:

„1.   Het verlaagde accijnstarief dat van toepassing is op het in artikel 2 bedoelde product, is beperkt tot een jaarlijks contingent van 108 000 hl zuivere alcohol voor de periode tot en met 31 december 2010. Voor de periode tussen 1 januari 2011 en 31 december 2013 wordt het jaarlijkse contingent beperkt tot 120 000 hl.”.

5)

In artikel 5 wordt „31 december 2012” vervangen door „31 december 2013”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Franse Republiek.

Gedaan te Brussel, 19 december 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

M. KOROLEC


(1)  Advies van 1 december 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)   PB L 270 van 13.10.2007, blz. 12.

(3)   PB L 316 van 31.10.1992, blz. 29.

(4)   PB L 39 van 13.2.2008, blz. 16.

(5)   PB C 15 van 22.1.2008, blz. 1.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/20


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1387/2011 VAN DE COMMISSIE

van 14 december 2011

tot rectificatie van de Finse, de Franse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Poolse, de Portugese, de Slowaakse en de Spaanse versie van Verordening (EG) nr. 951/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1), en met name artikel 85 en artikel 161, lid 3, juncto artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij de wijziging van Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie (2) door Verordening (EG) nr. 1055/2009 van de Commissie (3) werd opgemerkt dat de Finse, de Franse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Poolse, de Portugese, de Slowaakse en de Spaanse versie van Verordening (EG) nr. 951/2006 een fout bevatten in artikel 7 ter, lid 3, wat de begindatum voor de indiening van uitvoercertificaataanvragen betreft.

(2)

Verordening (EG) nr. 951/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gerectificeerd.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Betreft alleen de Finse, de Franse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Poolse, de Portugese, de Slowaakse en de Spaanse versie.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 december 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)   PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)   PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24.

(3)   PB L 290 van 6.11.2009, blz. 64.


BESLUITEN

29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/21


BESLUIT VAN DE EUROPESE RAAD

van 19 december 2011

betreffende de benoeming van een lid van de directie van de Europese Centrale Bank

(2011/897/EU)

DE EUROPESE RAAD,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 283, lid 2,

Gezien het Protocol betreffende de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 11.2,

Gezien de aanbeveling van de Raad van de Europese Unie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Gezien het advies van de Raad van bestuur van de Europese Centrale Bank (3),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij brief van 10 november 2011 heeft de president van de Europese Centrale Bank, de heer Mario DRAGHI, kennis gegeven van het besluit van de heer Lorenzo BINI SMAGHI om met ingang van eind 31 december 2011 zijn functie in de directie neer te leggen. Er dient derhalve een nieuw lid van de directie van de Europese Centrale Bank te worden benoemd.

(2)

De Europese Raad wenst de heer Benoît COEURÉ te benoemen, die naar zijn oordeel voldoet aan alle eisen van artikel 283, lid 2, van het Verdrag,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De heer Benoît COEURÉ wordt benoemd tot lid van de directie van de Europese Centrale Bank voor een ambtstermijn van acht jaar die ingaat op 1 januari 2012.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 19 december 2011.

Voor de Europese Raad

De voorzitter

H. VAN ROMPUY


(1)  Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad.

(2)  Advies uitgebracht op 14 december 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(3)  Advies uitgebracht op 8 december 2011 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).


29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/22


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 21 december 2011

tot wijziging van Beschikking 2009/852/EG tot vaststelling van overgangsmaatregelen uit hoofde van de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de verwerking van rauwe melk die niet aan de voorschriften voldoet in bepaalde melkverwerkingsinrichtingen in Roemenië en de structurele voorschriften voor dergelijke inrichtingen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 9562)

(Voor de EER relevante tekst)

(2011/898/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (1), en met name artikel 12, tweede alinea,

Gezien Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (2), en met name artikel 9,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 852/2004 stelt algemene voorschriften voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven vast inzake de hygiëne van levensmiddelen, die onder meer zijn gebaseerd op de beginselen van risicoanalyse en kritische controlepunten. Zij bepaalt dat de exploitanten van levensmiddelenbedrijven moeten voldoen aan bepaalde procedures die op deze beginselen zijn gebaseerd.

(2)

Verordening (EG) nr. 853/2004 stelt voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong vast en vult de voorschriften van Verordening (EG) nr. 852/2004 aan. De in Verordening (EG) nr. 852/2004 vastgestelde voorschriften omvatten structurele voorschriften voor melkverwerkingsinrichtingen en de in Verordening (EG) nr. 853/2004 vastgestelde voorschriften omvatten structurele voorschriften voor dergelijke inrichtingen, alsook hygiënevoorschriften betreffende rauwe melk en zuivelproducten.

(3)

Artikel 2 van Beschikking 2009/852/EG van de Commissie (3) bepaalt dat bepaalde structurele voorschriften van Verordening (EG) nr. 852/2004 en Verordening (EG) nr. 853/2004 tot en met 31 december 2011 niet van toepassing zijn op de in bijlage I bij die beschikking opgenomen melkverwerkingsinrichtingen in Roemenië.

(4)

Beschikking 2009/852/EG bepaalt ook dat in afwijking van de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004 de in bijlage II daarbij opgenomen melkverwerkingsinrichtingen tot en met 31 december 2011 melk die wel en melk die niet aan de voorschriften voldoet, mogen verwerken, mits deze verwerking in afzonderlijke productielijnen wordt uitgevoerd.

(5)

Bovendien bepaalt Beschikking 2009/852/EG dat de in bijlage III daarbij opgenomen melkverwerkingsinrichtingen melk die wel en melk die niet aan de voorschriften voldoet zonder afzonderlijke productielijnen tot en met 31 december 2011 mogen verwerken.

(6)

In september 2011 heeft Roemenië de Commissie ervan in kennis gesteld dat vanaf januari 2012 alle melkverwerkingsinrichtingen die momenteel zijn opgenomen in bijlage I bij Beschikking 2009/852/EG zullen voldoen aan de structurele voorschriften van de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en (EG) nr. 853/2004. Bijgevolg moet artikel 2 van Beschikking 2009/852/EG worden geschrapt.

(7)

De bijlagen II en III bij Beschikking 2009/852/EG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

Roemenië heeft de Commissie bovendien ervan in kennis gesteld dat sinds de inwerkingtreding van Beschikking 2009/852/EG het aandeel van de rauwe melk die voldoet aan de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004 en die wordt afgeleverd aan melkverwerkingsinrichtingen in die lidstaat, aanzienlijk is toegenomen. Roemenië heeft ook een actieplan opgesteld om ervoor te zorgen dat de gehele melkproductieketen in die lidstaat aan de EU-voorschriften voldoet.

(9)

Overeenkomstig het door Roemenië ingediende verslag op grond van artikel 6 van Beschikking 2009/852/EG en de door de Roemeense autoriteiten tijdens de vergadering van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid op 17 oktober 2011 verstrekte informatie is de situatie van de melksector in Roemenië echter nog niet in overeenstemming met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

(10)

Rekening houdend met deze situatie en om te vermijden dat de inspanningen van de Roemeense autoriteiten worden gedwarsboomd, moet de toepassing van de in Beschikking 2009/852/EG vastgestelde maatregelen worden verlengd.

(11)

Roemenië moet doorgaan met het proces waarbij de door de in de bijlagen II en III bij Beschikking 2009/852/EG opgenomen inrichtingen verwerkte rauwe melk in overeenstemming wordt gebracht met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

(12)

Roemenië moet met name doorgaan met de monitoring van de situatie en de indiening van regelmatige verslagen over de geboekte vooruitgang bij de volledige naleving van die voorschriften. Op basis van de conclusies van die verslagen moeten passende maatregelen worden genomen.

(13)

Beschikking 2009/852/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(14)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Beschikking 2009/852/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 2 wordt geschrapt.

2)

In artikel 3 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

3)

In artikel 4 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

4)

Artikel 6 wordt vervangen door:

„Artikel 6

1.   Roemenië dient bij de Commissie jaarlijkse verslagen in over de vooruitgang die is geboekt bij het in overeenstemming brengen met Verordening (EG) nr. 853/2004 van:

a)

productiebedrijven die melk produceren die niet aan de voorschriften voldoet;

b)

het systeem voor de verzameling en het vervoer van melk die niet aan de voorschriften voldoet.

Het eerste jaarlijkse verslag wordt uiterlijk op 31 december 2012 en het tweede jaarlijkse verslag uiterlijk op 31 oktober 2013 bij de Commissie ingediend.

De verslagen worden ingediend met behulp van het formulier in bijlage IV.

2.   De Commissie monitort nauwgezet het proces waarbij de door de in de bijlagen II en III opgenomen inrichtingen verwerkte rauwe melk in overeenstemming wordt gebracht met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

Indien de Commissie op basis van de door Roemenië ingediende verslagen van oordeel is dat de voorschriften waarschijnlijk niet uiterlijk op 31 december 2013 zullen worden nageleefd, stelt zij passende maatregelen voor om de situatie te verhelpen.”.

5)

In artikel 7 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

6)

De bijlagen I, II en III worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 21 december 2011.

Voor de Commissie

John DALLI

Lid van de Commissie


(1)   PB L 139 van 30.4.2004, blz. 1.

(2)   PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.

(3)   PB L 312 van 27.11.2009, blz. 59.


BIJLAGE

De bijlagen I, II en III bij Beschikking 2009/852/EG worden als volgt gewijzigd:

1)

Bijlage I wordt geschrapt.

2)

De bijlagen II en III worden vervangen door:

„BIJLAGE II

LIJST VAN DE INRICHTINGEN, ALS BEDOELD IN ARTIKEL 3

Nr.

Veterinair erkenningsnummer

Naam van de inrichting

Adres (stad/dorp/district)

1

L35

SC DANONE PDPA ROMANIA SRL

București, 032451

2

MM 1795

SC CALITATEA SRL

Tăuții Măgherăuș, județul Maramureș, 437349

„BIJLAGE III

LIJST VAN DE INRICHTINGEN, ALS BEDOELD IN ARTIKEL 4

Nr.

Veterinair erkenningsnummer

Naam van de inrichting

Adres (stad/dorp/district)

1

AB 641

SC BIOMILK SRL

Lopadea Nouă, județul Alba, 517395

2

AB 3386

SC LACTATE C.H. SRL

Sânmiclăuș, județul Alba, 517761

3

BH 4020

SC MOISI SERV COM SRL

Borșa, nr. 8, județul Bihor, 417431

4

L 136

SC CAMPAEI PREST SRL

Hidișeul de Sus, județul Bihor, 417277

5

L72

SC LACTOMUNTEAN SRL

Teaca, județul Bistrița-Năsăud, 427345

6

L78

SC ROMFULDA PROD SRL

Beclean, județul Bistrița-Năsăud, 425100

7

L107

SC BENDEAR CRIS PROD COM SRL

Șieu Măgheruș, județul Bistrița-Năsăud, 427295

8

L110

SC LECH LACTO SRL

Lechința, județul Bistrița-Năsăud, 427105

9

BN 2399

SC CARMO-LACT PROD SRL

Monor, județul Bistrița-Năsăud, 427175

10

BN 2120

SC ELIEZER SRL

Lunca Ilvei, județul Bistrița-Năsăud, 427125

11

L3

SC ABY IMPEX SRL

Șendriceni, județul Botoșani, 717380

12

L116

SC RAM SRL

Ibănești, județul Botoșani, 717215

13

L140

S.C. CARMOLACT SRL

Ucea, județul Brasov, 507235

14

L154

S.C. CAS SRL

Braila, județul Braila, 810224

15

L148

S.C. LACTAS SRL

Ianca, județul Braila, 815200

16

CL 0044

SC IANIS DIM SRL

Lehliu Gară, județul Călărași, 915300

17

L129

SC BONAS IMPORT EXPORT SRL

Dezmir, județul Cluj, 407039

18

L84

SC PICOLACT PRODCOM SRL

Iclod, județul Cluj, 407335

19

L149

S.C. COMLACT SRL

Corusu, județul Cluj, 407056

20

L43

SC LACTOCORV SRL

Ion Corvin, județul Constanța, 907150

21

L40

SC BETINA IMPEX SRL

Ovidiu, județul Constanța, 905900

22

L41

SC ELDA MEC SRL

Topraisar, județul Constanța, 907210

23

L87

SC NICULESCU PROD SRL

Cumpăna, județul Constanța, 907105

24

L118

SC ASSLA KAR SRL

Medgidia, județul Constanța, 905600

25

L130

SC MUNTINA PROD SRL

Constanța, județul Constanța, 900735

26

CT 225

SC MIH PROD SRL

Cobadin, județul Constanța, 907065

27

CT 256

SC IAN PROD SRL

Târgușor, județul Constanța, 90727

28

CT 258

SC BINCO LACT SRL

Săcele, județul Constanța, 907260

29

CT 30

SC EASTERN EUROPEAN FOODS SRL

Mihail Kogălniceanu, județul Constanța, 907195

30

CT 15

SC NIC COSTI TRADE SRL

Dorobanțu, județul Constanța, 907211

31

CT 12203

SC LACTO GENIMICO SRL

Hârșova, județul Constanța, 905400

32

L82

SC TOTALLACT GROUP SA

Dragodana, județul Dâmbovița, 137200

33

DJ 80

SC DUVADI PROD COM SRL

Breasta, județul Dolj, 207115

34

DJ 730

SC LACTIDO SA

Craiova, județul Dolj, 200378

35

L91

SC COSMILACT SRL

Schela, județul Galați, 807265

36

GR 5610

SC LACTA SA

Giurgiu, județul Giurgiu, 080556

37

GJ 231

SC SEKAM PROD SRL

Novaci, județul Gorj, 215300

38

L49

SC ARTEGO SA

Tg. Jiu, Gorj, 210257

39

L65

SC KARPATEN MILK

Suseni, județul Harghita, 537305

40

L124

SC PRIMULACT SRL

Miercurea Ciuc, județul Harghita, 530242

41

HR 119

SC BOMILACT SRL

Mădăraș, județul Harghita, 537071

42

HR 625

SC LACTIS SRL

Odorheiu Secuiesc, județul Harghita, 535600

43

HR 213

SC PAULACT SA

Mărtiniș, județul Harghita, 537175

44

L99

SC VALIZVI PROD COM SRL

Gârbovi, județul Ialomița, 927120

45

IS 1540

SC PROMILCH SRL

Podu Iloaiei, județul Iași, 707365

46

L18

S.C. EUROCHEESE SRL

Jilava, județul Ilfov, 077120

47

L47

SC OBLAZA SRL

Bârsana, județul Maramureș, 437035

48

L85

SC AVI-SEB IMPEX SRL

Copalnic Mănăștur, județul Maramureș, 437103

49

L86

SC ZEA SRL

Boiu Mare, județul Maramureș, 437060

50

L16

SC ROXAR PROD COM SRL

Cernești, județul Maramureș, 437085

51

L135

SC MULTILACT SRL

Baia Mare, județul Maramureș, 430015

52

MM 793

SC WROMSAL SRL

Satulung, județul Maramureș, 437270

53

MM 6325

SC ONY SRL

Larga, județul Maramureș, 437317

54

L54

SC RODLACTA SRL

Fărăgău, județul Mureș, 547225

55

L108

SC LACTEX REGHIN SRL

Solovăstru, județul Mureș, 547571

56

L121

SC MIRDATOD PROD SRL

Ibănești, județul Mureș, 547325

57

MS 483

SC HELIANTUS PROD

Reghin, județul Mureș, 545300

58

MS 5554

SC GLOBIVET PHARM SRL

Batoș, județul Mureș, 547085

59

NT 900

SC COMPLEX AGROALIMENTAR SRL

Bicaz, județul Neamț, 615100

60

L96

SC PROD A.B.C. COMPANY SRL

Grumăzești, județul Neamț, 617235

61

L101

SC 1 DECEMBRIE SRL

Târgu Neamț, județul Neamț, 615235

62

L106

SC RAPANU SR. COM SRL

Petricani, județul Neamț, 617315

63

L6

SC LACTA HAN PROD SRL

Urecheni, județul Neamt, 617490

64

L123

SC PROCOM PASCAL SRL

Păstrăveni, județul Neamț, 617300

65

L100

SC ALTO IMPEX SRL

Provița de Jos, județul Prahova, 107477

66

L88

SC AGROMEC CRASNA SA

Crasna, județul Sălaj, 457085

67

L89

SC OVINEX SRL

Sărmășag, județul Sălaj, 457330

68

L71

SC LACTO SIBIANA SA

Șura Mică, județul Sibiu, 557270

69

SM 4189

SC PRIMALACT SRL

Satu Mare, județul Satu Mare, 440089

70

L5

SC NIRO SERV COM SRL

Gura Humorului, județul Suceava, 725300

71

L36

SC PROLACT PROD COM SRL

Vicovu de Sus, județul Suceava, 727610

72

L81

SC RARAUL SA

Câmpulung Moldovenesc, județul Suceava, 727100

73

SV 1085

SC BUCOVINA SA FALTICENI

Fălticeni, județul Suceava, 725200

74

SV 1562

SC BUCOVINA SA SUCEAVA

Suceava, județul Suceava, 720290

75

SV 1888

SC TOCAR PROD SRL

Frătăuții Vechi, județul Suceava, 727255

76

SV 4909

SC ZADA PROD SRL

Horodnic de Jos, județul Suceava, 727301

77

SV 6159

SC ECOLACT SRL

Milișăuți, județul Suceava, 727360

78

TR 27

SC VIOLACT SRL

Putineiu, județul Teleorman, 147285

79

TR 81

SC BIG FAMILY SRL

Videle, județul Teleorman, 145300

80

TR 239

SC COMALACT SRL

Nanov, județul Teleorman, 147215

81

L80

SC INDUSTRIAL MARIAN SRL

Drănceni, județul Vaslui, 737220

82

VN 231

SC VRANLACT SA

Focșani, județul Vrancea, 620122.


29.12.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 345/28


UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 21 december 2011

tot wijziging van Beschikking 2009/861/EG tot vaststelling van overgangsmaatregelen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de verwerking van rauwe melk die niet aan de voorschriften voldoet in bepaalde melkverwerkingsinrichtingen in Bulgarije

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 9568)

(Voor de EER relevante tekst)

(2011/899/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (1), en met name artikel 9,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 853/2004 stelt specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven vast. Die voorschriften omvatten onder meer hygiënevoorschriften voor rauwe melk en zuivelproducten.

(2)

Beschikking 2009/861/EG van de Commissie (2) voorziet voor de in die beschikking opgenomen melkverwerkingsinrichtingen in Bulgarije in bepaalde afwijkingen van de voorschriften van bijlage III, sectie IX, hoofdstuk I, subhoofdstukken II en III, bij Verordening (EG) nr. 853/2004. Die beschikking is van toepassing tot en met 31 december 2011.

(3)

Dienovereenkomstig mogen bepaalde in bijlage I bij Beschikking 2009/861/EG opgenomen melkverwerkingsinrichtingen, in afwijking van de desbetreffende bepalingen van Verordening (EG) nr. 853/2004, melk die wel en melk die niet aan de voorschriften voldoet verwerken, mits de verwerking van de melk die wel en de melk die niet aan de voorschriften voldoet in afzonderlijke productielijnen wordt uitgevoerd. Bovendien mogen bepaalde in bijlage II bij die beschikking opgenomen melkverwerkingsinrichtingen melk die niet aan de voorschriften voldoet zonder afzonderlijke productielijnen verwerken.

(4)

Bulgarije heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat sinds de inwerkingtreding van Beschikking 2009/861/EG het aandeel van de rauwe melk die voldoet aan de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004 en die wordt afgeleverd aan melkverwerkingsinrichtingen in die lidstaat, aanzienlijk is toegenomen. Bulgarije heeft ook een actieplan opgesteld om ervoor te zorgen dat de gehele melkproductieketen in die lidstaat aan de EU-voorschriften voldoet.

(5)

Overeenkomstig het door Bulgarije ingediende verslag op grond van artikel 5 van Beschikking 2009/861/EG en de door de Bulgaarse autoriteiten tijdens de vergadering van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid op 17 oktober 2011 verstrekte informatie is de situatie van de melksector in Bulgarije echter nog niet in overeenstemming met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

(6)

Rekening houdend met deze situatie en om te vermijden dat de inspanningen van de Bulgaarse autoriteiten worden gedwarsboomd, moet de toepassing van de in Beschikking 2009/861/EG vastgestelde maatregelen worden verlengd.

(7)

Bulgarije moet doorgaan met het proces waarbij de door de in de bijlagen bij Beschikking 2009/861/EG opgenomen inrichtingen verwerkte rauwe melk in overeenstemming wordt gebracht met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

(8)

Bulagarije moet met name doorgaan met de monitoring van de situatie en de indiening van regelmatige verslagen over de geboekte vooruitgang bij de volledige naleving van die voorschriften. Op basis van de conclusies van die verslagen moeten passende maatregelen worden genomen.

(9)

Beschikking 2009/861/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Beschikking 2009/861/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 2 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

2)

In artikel 3 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

3)

Artikel 5 wordt vervangen door:

„Artikel 5

1.   Bulgarije dient bij de Commissie jaarlijkse verslagen in over de vooruitgang die is geboekt bij het in overeenstemming brengen met Verordening (EG) nr. 853/2004 van:

a)

productiebedrijven die melk produceren die niet aan de voorschriften voldoet;

b)

het systeem voor de verzameling en het vervoer van melk die niet aan de voorschriften voldoet.

Het eerste jaarlijkse verslag wordt uiterlijk 31 december 2012 en het tweede jaarlijkse verslag uiterlijk 31 oktober 2013 bij de Commissie ingediend.

De verslagen worden ingediend met behulp van het formulier in bijlage III.

2.   De Commissie monitort nauwgezet het proces waarbij de door de in de bijlagen I en II opgenomen inrichtingen verwerkte rauwe melk in overeenstemming wordt gebracht met de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004.

Indien de Commissie op basis van de door Bulgarije ingediende verslagen van oordeel is dat de voorschriften waarschijnlijk niet uiterlijk 31 december 2013 zullen worden nageleefd, stelt zij passende maatregelen voor om de situatie te verhelpen.”.

4)

In artikel 6 wordt de datum „31 december 2011” vervangen door „31 december 2013”.

5)

De bijlagen I en II worden vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 21 december 2011.

Voor de Commissie

John DALLI

Lid van de Commissie


(1)   PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.

(2)   PB L 314 van 1.12.2009, blz. 83.


BIJLAGE

„BIJLAGE I

Lijst van de melkinrichtingen die melk mogen verwerken die wel en die niet aan de voorschriften voldoet, als bedoeld in artikel 2

Nr.

Veterinair nr.

Naam van de inrichting

Stad/straat of dorp/regio

1

BG 0412010

„Bi Si Si Handel” OOD

gr. Elena

ul. „Treti mart” 19

2

BG 0612027

„Mlechen ray - 2” EOOD

gr. Vratsa

kv. „Bistrets”

3

BG 0612043

ET „Zorov- 91 -Dimitar Zorov”

gr. Vratsa

Mestnost „Parshevitsa”

4

BG 2012020

„Yotovi” OOD

gr. Sliven

kv. „Rechitsa”

5

BG 2512020

„Mizia-Milk” OOD

gr. Targovishte

Industrialna zona

6

BG 2112001

„Rodopeya - Belev” EOOD

gr. Smolyan,

Ul. „Trakya” 20

7

BG 1212001

„S i S - 7” EOOD

gr. Montana

„Vrachansko shose” 1

8

BG 2812003

„Balgarski yogurt” OOD

s. Veselinovo,

obl. Yambolska

„BIJLAGE II

Lijst van de melkverwerkingsinrichtingen die melk mogen verwerken die niet aan de voorschriften voldoet, als bedoeld in artikel 3

Nr.

Veterinair nr.

Naam inrichting

Stad/straat of dorp/regio

1

BG 2412037

„Stelimeks” EOOD

s. Asen

2

0912015

„Anmar” OOD

s. Padina

obsht. Ardino

3

0912016

OOD „Persenski”

s. Zhaltusha

obsht. Ardino

4

1012014

ET „Georgi Gushterov DR”

s. Yahinovo

5

1012018

„Evro miyt end milk” EOOD

gr. Kocherinovo

obsht. Kocherinovo

6

1112004

„Matev-Mlekoproduct” OOD

s. Goran

7

1112017

ET „Rima-Rumen Borisov”

s. Vrabevo

8

1312023

„Inter-D” OOD

s. Kozarsko

9

1612049

„Alpina -Milk” EOOD

s. Zhelyazno

10

1612064

OOD „Ikay”

s. Zhitnitsa

obsht. Kaloyanovo

11

2112008

MK „Rodopa milk”

s. Smilyan

obsht. Smolyan

12

2412039

„Penchev” EOOD

gr. Chirpan

ul. „Septemvriytsi” 58

13

2512021

„Keya-Komers-03” EOOD

s. Svetlen

14

0112014

ET „Veles-Kostadin Velev”

gr. Razlog

ul. „Golak” 14

15

2312041

„Danim-D.Stoyanov” EOOD

gr. Elin Pelin

m-st Mansarovo

16

2712010

„Kamadzhiev-milk” EOOD

s. Kriva reka

obsht. N.Kozlevo

17

0712001

„Ben Invest” OOD

s. Kostenkovtsi

obsht. Gabrovo

18

1512012

ET „Ahmed Tatarla”

s. Dragash voyvoda,

obsht. Nikopol

19

2212027

„Ekobalkan” OOD

gr. Sofia

bul „Evropa” 138

20

2312030

ET „Favorit- D.Grigorov”

s. Aldomirovtsi

21

2312031

ET „Belite kamani”

s. Dragotintsi

22

BG 1512033

ET „Voynov-Ventsislav Hristakiev”

s. Milkovitsa

obsht. Gulyantsi

23

BG 1512029

„Lavena” OOD

s. Dolni Dębnik

obl. Pleven

24

BG 1612028

ET „Slavka Todorova”

s. Trud

obsht. Maritsa

25

BG 1612051

ET „Radev-Radko Radev”

s. Kurtovo Konare

obl. Plovdiv

26

BG 1612066

„Lakti ko” OOD

s. Bogdanitza

27

BG 2112029

ET „Karamfil Kasakliev”

gr. Dospat

28

BG 0912004

„Rodopchanka” OOD

s. Byal izvor

obsht. Ardino

29

0112003

ET „Vekir”

s. Godlevo

30

0112013

ET „Ivan Kondev”

gr. Razlog

Stopanski dvor

31

0212037

„Megakomers” OOD

s. Lyulyakovo

obsht. Ruen

32

0512003

SD „LAF-Velizarov i sie”

s. Dabravka

obsht. Belogradchik

33

0612035

OOD „Nivego”

s. Chiren

34

0612041

ET „Ekoproduct-Megiya- Bogorodka Dobrilova”

gr. Vratsa

ul. „Ilinden” 3

35

0612042

ET „Mlechen puls - 95 - Tsvetelina Tomova”

gr. Krivodol

ul. „Vasil Levski”

36

1012008

„Kentavar” OOD

s. Konyavo

obsht. Kyustendil

37

1212022

„Milkkomm” EOOD

gr. Lom

ul. „Al.Stamboliyski” 149

38

1212031

„ADL” OOD

s. Vladimirovo

obsht. Boychinovtsi

39

1512006

„Mandra” OOD

s. Obnova

obsht. Levski

40

1512008

ET „Petar Tonovski-Viola”

gr. Koynare

ul. „Hr.Botev” 14

41

1512010

ET „Militsa Lazarova-90”

gr. Slavyanovo,

ul. „Asen Zlatarev” 2

42

1612024

SD „Kostovi - EMK”

gr. Saedinenie

ul. „L.Karavelov” 5

43

1612043

ET „Dimitar Bikov”

s. Karnare

obsht. „Sopot”

44

1712046

ET „Stem-Tezdzhan Ali”

gr. Razgrad

ul. „Knyaz Boris”23

45

2012012

ET „Olimp-P.Gurtsov”

gr. Sliven

m-t „Matsulka”

46

2112003

„Milk- inzhenering” OOD

gr. Smolyan

ul. „Chervena skala” 21

47

2112027

„Keri” OOD

s. Borino,

obsht. Borino

48

2312023

„Mogila” OOD

gr. Godech,

ul. „Ruse” 4

49

2512018

„Biomak” EOOD

gr. Omurtag

ul. „Rodopi” 2

50

2712013

„Ekselans” OOD

s. Osmar,

obsht. V. Preslav

51

2812018

ET „Bulmilk-Nikolay Nikolov”

s. General Inzovo,

obl. Yambolska

52

2812010

ET „Mladost-2-Yanko Yanev”

gr. Yambol,

ul. „Yambolen” 13

53

BG 1012020

ET „Petar Mitov-Universal”

s. Gorna Grashtitsa

obsht. Kyustendil

54

BG 1112016

Mandra „IPZHZ”

gr. Troyan

ul. „V.Levski” 281

55

BG 1712042

ET „Madar”

s. Terter

56

BG 2612042

„Bulmilk” OOD

s. Konush

obl. Haskovska

57

BG 0912011

ET „Alada-Mohamed Banashak”

s. Byal izvor

obsht. Ardino

58

1112026

„ABLAMILK” EOOD

gr. Lukovit

ul. „Yordan Yovkov” 13

59

1312005

„Ravnogor” OOD

s. Ravnogor

60

1712010

„Bulagrotreyd-chastna kompaniya” EOOD

s. Yuper

Industrialen kvartal

61

1712013

ET „Deniz”

s. Ezerche

62

2012011

ET „Ivan Gardev 52”

gr. Kermen

ul. „Hadzhi Dimitar” 2

63

2012024

ET „Denyo Kalchev 53”

gr. Sliven

ul. „Samuilovsko shose” 17

64

2112015

OOD „Rozhen Milk”

s. Davidkovo,

obsht. Banite

65

2112026

ET „Vladimir Karamitev”

s. Varbina

obsht. Madan

66

2312007

ET „Agropromilk”

gr. Ihtiman

ul. „P.Slaveikov” 19

67

BG 1812008

„Vesi” OOD

s. Novo selo

68

BG 2512003

„Si Vi Es” OOD

gr. Omurtag

Promishlena zona

69

BG 2612034

ET „Eliksir-Petko Petev”

s. Gorski izvor

70

BG 1812003

„Sirma Prista” AD

gr. Ruse

bul. „3-ti mart” 51

71

BG 2512001

„Mladost -2002” OOD

gr. Targovishte

bul.”29-ti yanuari” 7

72

0812030

„FAMA” AD

gr. Dobrich

bul. „Dobrudzha” 2

73

0912003

„Koveg-mlechni producti” OOD

gr. Kardzhali

Promishlena zona

74

1412015

ET „Boycho Videnov - Elbokada 2000”

s. Stefanovo

obsht. Radomir

75

1712017

„Diva 02” OOD

gr. Isperih

ul. „An.Kanchev”

76

1712037

ET „Ali Isliamov”

s. Yasenovets

77

1712043

„Maxima milk” OOD

s. Samuil

78

1812005

„DAV - Viktor Simonov” EOOD

gr. Vetovo

ul. „Han Kubrat” 52

79

2012010

„Saray” OOD

s. Mokren

80

2012032

„Kiveks” OOD

s.Kovachite

81

2012036

„Minchevi” OOD

s. Korten

82

2212009

„Serdika -94” OOD

gr. Sofia

kv. Zheleznitza

83

2312028

ET „Sisi Lyubomir Semkov”

s. Anton

84

2312033

„Balkan spetsial” OOD

s. Gorna Malina

85

2312039

EOOD „Laktoni”

s. Ravno pole,

obl. Sofiyska

86

2412040

„Inikom” OOD

gr. Galabovo

ul. „G.S.Rakovski” 11

87

2512011

ET „Sevi 2000- Sevie Ibryamova”

s. Krepcha

obsht. Opaka

88

2612015

ET „Detelina 39”

s. Brod

89

2812002

„Arachievi” OOD

s. Kirilovo,

obl. Yambolska’

90

BG 1612021

ET „Deni-Denislav Dimitrov-Ilias Islamov”

s. Briagovo

obsht. Gulyantsi

91

BG 2012019

„Hemus-Milk komers” OOD

gr. Sliven

Promishlena zona Zapad

92

2012008

„Raftis” EOOD

s. Byala

93

2112023

ET „Iliyan Isakov”

s. Trigrad

obsht. Devin

94

2312020

„MAH 2003” EOOD

gr. Etropole

bul. „Al. Stamboliyski” 21

95

2712005

„Nadezhda” OOD

s. Kliment