ISSN 1725-2598 doi:10.3000/17252598.L_2010.343.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343 |
|
![]() |
||
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
53e jaargang |
Inhoud |
|
II Niet-wetgevingshandelingen |
Bladzijde |
|
|
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN |
|
|
* |
||
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
|
BESLUITEN |
|
|
|
2010/813/EU |
|
|
* |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/1 |
Informatie betreffende de datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende wederzijdse rechtshulp in strafzaken
De Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende wederzijdse rechtshulp in strafzaken (1), die op 30 november 2009 te Brussel en op 15 december 2009 te Tokio is ondertekend, treedt op 2 januari 2011 in werking, overeenkomstig artikel 31 van de overeenkomst.
(1) PB L 39 van 12.2.2010, blz. 20.
VERORDENINGEN
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/2 |
VERORDENING (EU) Nr. 1256/2010 VAN DE RAAD
van 17 december 2010
tot vaststelling, voor 2011, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden welke in de Zwarte Zee van toepassing zijn
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 43, lid 3, van het Verdrag stelt de Raad op voorstel van de Commissie de maatregelen vast voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden. |
(2) |
Krachtens Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1) moeten, met inachtneming van de beschikbare wetenschappelijke adviezen en met name van het verslag van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij, maatregelen worden vastgesteld inzake de toegang tot wateren en hulpbronnen en de duurzame uitoefening van visserijactiviteiten. |
(3) |
De Raad moet maatregelen voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden vaststellen per visserijtak of groep visserijtakken, inclusief bepaalde voorwaarden die er functioneel verband mee houden. De vangstmogelijkheden moeten zo over de lidstaten worden verdeeld dat elke lidstaat een relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten voor elk bestand of elke visserij geniet, mede met inachtneming van de in Verordening (EG) nr. 2371/2002 vastgestelde doelstellingen van het gemeenschappelijke visserijbeleid. |
(4) |
De totaal toegestane vangsten (TAC’s) dienen te worden vastgesteld op basis van de beschikbare wetenschappelijke adviezen en met inachtneming van de biologische en sociaaleconomische aspecten, waarbij een gelijke behandeling van de visserijsectoren moet worden gegarandeerd, en in het licht van de standpunten die tijdens de raadpleging van de belanghebbende partijen naar voren worden gebracht. |
(5) |
De in de onderhavige verordening vastgestelde vangstmogelijkheden moeten worden gebruikt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (2), en met name de artikelen 33 en 34 van de genoemde verordening over, respectievelijk, de registratie van de vangsten en de visserijinspanning en de melding van gegevens over de uitputting van de vangstmogelijkheden. Derhalve dient te worden gepreciseerd welke codes de lidstaten moeten gebruiken wanneer zij gegevens met betrekking tot de aanlandingen van onder de onderhavige verordening vallende bestanden aan de Commissie doen toekomen. |
(6) |
Op grond van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad van 6 mei 1996 tot invoering van aanvullende voorwaarden voor het meerjarenbeheer van de TAC’s en quota (3) moet worden bepaald voor welke bestanden de verschillende, in die verordening bedoelde maatregelen worden toegepast. |
(7) |
Om de visserijactiviteiten zonder onderbreking te kunnen voortzetten en om het inkomen van de vissers in de Europese Unie veilig te stellen, is het belangrijk dat deze visserijtakken op 1 januari 2011 met hun activiteiten van start kunnen gaan. Wegens haar dringend karakter moet deze verordening onmiddellijk na haar bekendmaking in werking treden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
Artikel 1
Onderwerp
Bij deze verordening worden voor het jaar 2011 de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden in de Zwarte Zee vastgesteld.
Artikel 2
Toepassingsgebied
Deze verordening is van toepassing op in de Zwarte Zee vissende EU-vaartuigen.
Artikel 3
Definities
Voor de toepassing van deze verordening gelden de volgende definities:
a) „GFCM”: de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee;
b) „Zwarte Zee”: het geografische subgebied, zoals afgebakend bij resolutie GFCM/33/2009/2;
c) „EU-vaartuig”: een vissersvaartuig dat de vlag van een lidstaat voert en in de Unie is geregistreerd;
d) „totaal toegestane vangsten (TAC’s)”: de hoeveelheden die per bestand per jaar mogen worden gevangen;
e) „quotum”: een vast aandeel van de aan de Unie, een lidstaat of een derde land toegewezen TAC.
HOOFDSTUK II
VANGSTMOGELIJKHEDEN
Artikel 4
TAC’s en toewijzingen
De TAC’s, de toewijzing van deze TAC’s aan de lidstaten en de voorwaarden die er functioneel verband mee houden, worden vastgesteld in de bijlage.
Artikel 5
Bijzondere bepalingen inzake toewijzingen
De vangstmogelijkheden worden overeenkomstig de onderhavige verordening aan de lidstaten toegewezen onverminderd:
a) |
het ruilen van vangstmogelijkheden op grond van artikel 20, lid 5, van Verordening (EG) nr. 2371/2002; |
b) |
nieuwe toewijzingen op grond van artikel 37 van Verordening (EG) nr. 1224/2009; |
c) |
het aanlanden van extra hoeveelheden op grond van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96; |
d) |
overgedragen hoeveelheden op grond van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96; |
e) |
kortingen op grond van de artikelen 37, 105 en 107 van Verordening (EG) nr. 1224/2009. |
Artikel 6
Voorwaarden voor de aanlanding van vangsten en bijvangsten
Vis van bestanden waarvoor bij deze verordening vangstmogelijkheden zijn vastgesteld, mag slechts aan boord worden gehouden of aangeland mits:
a) |
die vis is gevangen met vaartuigen van een lidstaat die een quotum heeft en dat quotum nog niet is opgebruikt; of |
b) |
die vis deel uitmaakt van een quotum van de Unie dat niet in de vorm van quota over de lidstaten is verdeeld, en dat quotum van de Unie nog niet is opgebruikt. |
HOOFDSTUK III
SLOTBEPALINGEN
Artikel 7
Gegevensverstrekking
Wanneer de lidstaten overeenkomstig de artikelen 33 en 34 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 gegevens met betrekking tot de aanlanding van hoeveelheden gevangen vis aan de Commissie doen toekomen, gebruiken zij daarvoor de in de bijlage bij deze verordening vermelde bestandscodes.
Artikel 8
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2011.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 17 december 2010.
Voor de Raad
De voorzitter
S. VANACKERE
(1) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.
(2) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.
(3) PB L 115 van 9.5.1996, blz. 3.
BIJLAGE
NAAR SOORT EN GEBIED UITGESPLITSTE TAC’s VOOR EU-VAARTUIGEN IN GEBIEDEN WAAR TAC’s GELDEN
De onderstaande tabellen bevatten de TAC’s en quota (in ton levend gewicht) per bestand en, in voorkomend geval, de voorwaarden die er functioneel verband mee houden.
De visbestanden zijn telkens vermeld in alfabetische volgorde op de Latijnse naam van de soort. In de onderstaande overzichtstabel staan naast de in deze verordening gebruikte Latijnse namen de corresponderende gewone namen vermeld:
Wetenschappelijke naam |
Drielettercode |
Gewone naam |
Psetta maxima |
TUR |
Tarbot |
Sprattus sprattus |
SPR |
Sprot |
|
|
|||||||
Bulgarije |
43,2 (1) |
|
||||||
Roemenië |
43,2 (1) |
|
||||||
EU |
86,4 (1) |
|
||||||
TAC |
Niet relevant |
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
|||||||
Bulgarije |
8 032,5 |
|
||||||
Roemenië |
3 442,5 |
|
||||||
EU |
11 475 |
|
||||||
TAC |
Niet relevant |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
(1) Van 15 april tot en met 15 juni 2011 mag niet worden gevist.
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/5 |
VERORDENING (EU) Nr. 1257/2010 VAN DE RAAD
van 20 december 2010
houdende verlenging van de tijdelijke afwijkingsmaatregelen met betrekking tot Verordening nr. 1 van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap en Verordening nr. 1 van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, die zijn ingevoerd bij Verordening (EG) nr. 920/2005
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 342,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 920/2005 van de Raad van 13 juni 2005 tot wijziging van Verordening nr. 1 van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap en Verordening nr. 1 van 15 april 1958 tot regeling van het taalgebruik in de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, alsmede tot invoering van tijdelijke afwijkingsmaatregelen met betrekking tot deze verordeningen (1) heeft het Iers de status van officiële taal en van werktaal van de instellingen van de Unie verleend. |
(2) |
Verordening (EG) nr. 920/2005 voorziet erin dat de instellingen van de Unie om praktische redenen bij wijze van overgangsmaatregel niet de verplichting wordt opgelegd alle handelingen, met inbegrip van de arresten van het Hof van Justitie, in de Ierse taal te redigeren, respectievelijk te vertalen, met uitzondering van de verordeningen die door het Europees Parlement en de Raad gezamenlijk worden vastgesteld. Het is aan de Raad om binnen een termijn van vier jaar na de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 920/2005 en vervolgens om de vijf jaar te bepalen of deze afwijkingsmaatregel moet worden ingetrokken. |
(3) |
De instellingen van de Unie zullen initiatieven blijven nemen om de toegang van de burgers tot informatie over de activiteiten van de Unie in het Iers te verbeteren. Het blijft evenwel problematisch om voldoende Ierstalige vertalers, juristen-vertalers, tolken en assistenten aan te werven. Derhalve moet de afwijking waarin artikel 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 920/2005 voorziet, met ingang van 1 januari 2012 met een termijn van vijf jaar worden verlengd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 920/2005 bedoelde afwijking wordt met ingang van 1 januari 2012 met een termijn van vijf jaar verlengd.
Dit artikel is niet van toepassing op de verordeningen die door het Europees Parlement en de Raad gezamenlijk worden vastgesteld.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2012.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 20 december 2010.
Voor de Raad
De voorzitster
J. SCHAUVLIEGE
(1) PB L 156 van 18.6.2005, blz. 3.
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/6 |
VERORDENING (EU) Nr. 1258/2010 VAN DE RAAD
van 20 december 2010
tot vaststelling, voor het visseizoen 2011, van de oriëntatieprijzen en de uniale productieprijzen voor bepaalde visserijproducten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 104/2000
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Conform artikel 43, lid 3, van het Verdrag, dient de Raad op voorstel van de Commissie de maatregelen vast te stellen voor de vaststelling van de prijzen. |
(2) |
In Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad van 17 december 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur (1) is bepaald dat voor elk visseizoen oriëntatieprijzen en uniale productieprijzen moeten worden vastgesteld om het prijspeil voor de interventies op de markt voor bepaalde visserijproducten vast te stellen. |
(3) |
Het is de verantwoordelijkheid van de Raad om voor elk van de in de bijlagen I en II bij Verordening (EG) nr. 104/2000 opgenomen producten en groepen producten de oriëntatieprijzen vast te stellen, en voor de in bijlage III bij die verordening opgenomen producten de uniale productieprijzen vast te stellen. |
(4) |
Op grond van de thans beschikbare gegevens betreffende de prijzen voor de betrokken producten en op grond van de in artikel 18, lid 2, van Verordening (EG) nr. 104/2000 vermelde criteria is het dienstig de oriëntatieprijzen voor het visseizoen 2011 naar gelang van de vissoort te verhogen, ongewijzigd te laten of te verlagen. |
(5) |
Het is dienstig de uniale productieprijs voor één van de producten van de lijst in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 104/2000 vast te stellen en de uniale productieprijzen voor de andere producten te berekenen aan de hand van de bij Verordening (EG) nr. 802/2006 van de Commissie van 30 mei 2006 tot vaststelling van de aanpassingscoëfficiënten voor vis van de geslachten Thunnus en Euthynnus (2) vastgestelde aanpassingscoëfficiënten. |
(6) |
Uitgaande van de in artikel 18, lid 2, eerste en tweede streepje, en artikel 26, lid 1, van Verordening (EG) nr. 104/2000 vermelde criteria, moet de uniale productieprijs voor het visseizoen 2011 worden aangepast, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor het visseizoen van 1 januari tot en met 31 december 2011 zijn de in artikel 18, lid 1, van Verordening (EG) nr. 104/2000 bedoelde oriëntatieprijzen de in bijlage I bij deze verordening vermelde prijzen.
Artikel 2
Voor het visseizoen van 1 januari tot en met 31 december 2011 zijn de in artikel 26, lid 1, van Verordening (EG) nr. 104/2000 bedoelde uniale productieprijzen de in bijlage II bij de onderhavige verordening vermelde prijzen.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 20 december 2010.
Voor de Raad
De voorzitster
J. SCHAUVLIEGE
(1) PB L 17 van 21.1.2000, blz. 22.
(2) PB L 144 van 31.5.2006, blz. 15.
BIJLAGE I
Bijlagen |
Soort Producten van de bijlagen I en II van Verordening (EG) nr. 104/2000 |
Aanbiedingsvorm |
Oriëntatieprijs (EUR/t) |
||
I |
|
In gehele staat |
274 |
||
|
In gehele staat |
574 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
1 090 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
704 |
|||
|
In gehele staat |
1 212 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
1 589 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
799 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
956 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
889 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
1 153 |
|||
|
In gehele staat |
320 |
|||
|
In gehele staat |
285 |
|||
|
In gehele staat |
1 274 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop van 1.1.2011 tot 30.4.2011 |
1 026 |
|||
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop van 1.5.2011 tot 31.12.2011 |
1 425 |
||||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
3 318 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
2 342 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
803 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
486 |
|||
|
In gehele staat |
2 308 |
|||
Ontdaan van ingewanden, met kop |
2 437 |
||||
|
In gehele staat |
1 781 |
|||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
2 923 |
|||
Zonder kop |
6 015 |
||||
|
Enkel gekookt in water |
2 423 |
|||
|
Enkel gekookt in water |
6 668 |
|||
Vers of gekoeld |
1 614 |
||||
|
In gehele staat |
1 676 |
|||
|
In gehele staat |
5 119 |
|||
Staarten |
3 979 |
||||
|
In gehele staat of ontdaan van ingewanden, met kop |
6 843 |
|||
II |
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 916 |
||
|
Bevroren, in gehele staat, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 232 |
|||
Bevroren, filets, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 498 |
||||
|
Bevroren, in partijen of in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 447 |
|||
|
Bevroren, in gehele staat, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
4 058 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 915 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
2 161 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
1 173 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
961 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
873 |
|||
|
|
|
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
4 072 |
|||
|
Bevroren, in oorspronkelijke verpakking, bevattende homogene producten |
7 813 |
BIJLAGE II
Soort producten van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 104/2000 |
Gewicht |
Handelskenmerken |
Uniale productieprijs (EUR/t) |
Geelvintonijn (Thunnus albacares) |
met een gewicht van meer dan 10 kg per stuk |
In gehele staat |
1 200 |
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
||
Overige |
|
||
met een gewicht van niet meer dan 10 kg per stuk |
In gehele staat |
|
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
||
Overige |
|
||
Witte tonijn (Thunnus alalunga) |
met een gewicht van meer dan 10 kg per stuk |
In gehele staat |
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
||
Overige |
|
||
met een gewicht van niet meer dan 10 kg per stuk |
In gehele staat |
|
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
||
Overige |
|
||
Gestreepte tonijn (Katsuwonus pelamis) |
|
In gehele staat |
|
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
|
|
Overige |
|
|
Blauwvintonijn (Thunnus thynnus) |
|
In gehele staat |
|
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
|
|
Overige |
|
|
Andere soorten van de geslachten Thunnus en Euthynnus |
|
In gehele staat |
|
|
Ontdaan van ingewanden en kieuwen |
|
|
|
Overige |
|
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/10 |
VERORDENING (EU) Nr. 1259/2010 VAN DE RAAD
van 20 december 2010
tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 81, lid 3,
Gezien Besluit 2010/405/EU van de Raad van 12 juli 2010 houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed (1),
Gezien het voorstel van de Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van het Europees Parlement,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité,
Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Unie heeft zich ten doel gesteld een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht te handhaven en te ontwikkelen, waarin het vrije verkeer van personen gewaarborgd is. Met het oog op de geleidelijke totstandbrenging van die ruimte dient de Unie maatregelen te nemen op het gebied van de justitiële samenwerking in burgerlijke zaken met grensoverschrijdende gevolgen, met name voor zover dit nodig is voor de goede werking van de interne markt. |
(2) |
Volgens artikel 81 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie worden hiermee onder meer maatregelen bedoeld die de verenigbaarheid van de in de lidstaten geldende collisieregels beogen. |
(3) |
Op 14 maart 2005 heeft de Commissie een groenboek over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken goedgekeurd. Dit groenboek gaf de aanzet tot een brede openbare raadpleging over mogelijke oplossingen voor de problemen die in de huidige situatie kunnen ontstaan. |
(4) |
Op 17 juli 2006 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor een verordening houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad (2) wat de bevoegdheid betreft en tot invoeging van regels inzake toepasselijk recht in huwelijkszaken. |
(5) |
Tijdens de zitting van 5 en 6 juni 2008 in Luxemburg kwam de Raad tot de conclusie dat er over dit voorstel geen unanimiteit was en dat onoverkomelijke moeilijkheden beletten die unanimiteit nu of in de afzienbare toekomst te bewerkstelligen. Hij constateerde dat de met het voorstel beoogde doelen niet binnen een redelijke termijn op grond van de ter zake geldende bepalingen van de Verdragen konden worden verwezenlijkt. |
(6) |
België, Bulgarije, Duitsland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Italië, Letland, Luxemburg, Hongarije, Malta, Oostenrijk, Portugal, Roemenië en Slovenië dienden vervolgens bij de Commissie een verzoek in waarin zij het voornemen te kennen gaven om onderling een nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van het toepasselijke recht in huwelijkszaken. Griekenland trok op 3 maart 2010 zijn verzoek in. |
(7) |
Op 12 juli 2010 heeft de Raad Besluit 2010/405/EU vastgesteld, houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed. |
(8) |
Luidens artikel 328, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie staat nauwere samenwerking open voor alle lidstaten op het moment waarop zij wordt aangegaan, mits de deelnemingsvoorwaarden worden nageleefd die eventueel zijn vastgesteld bij het besluit waarbij toestemming wordt verleend. Deelneming op een later tijdstip blijft steeds mogelijk, mits, naast de bedoelde voorwaarden, de in dit kader reeds vastgestelde handelingen worden nageleefd. De Commissie en de aan een nauwere samenwerking deelnemende lidstaten zien erop toe dat zoveel mogelijk lidstaten worden gestimuleerd deel te nemen. Deze verordening dient in al haar onderdelen verbindend te zijn, en overeenkomstig de Verdragen slechts in de deelnemende lidstaten rechtstreeks toepasselijk te zijn. |
(9) |
Deze verordening moet een duidelijk en volledig rechtskader bieden voor het op echtscheiding en scheiding van tafel en bed toepasselijke recht in de deelnemende lidstaten en de burgers oplossingen aanreiken die rechtszekerheid, voorspelbaarheid en flexibiliteit waarborgen; tevens moet de verordening situaties voorkomen waarin de ene echtgenoot de andere tracht voor te zijn met het aanvragen van de echtscheiding om te bereiken dat de procedure wordt beheerst door het recht van een bepaald land, dat deze echtgenoot gunstiger acht voor de verdediging van zijn belangen. |
(10) |
Het materiële toepassingsgebied en de bepalingen van deze verordening moeten in overeenstemming zijn met Verordening (EG) nr. 2201/2003. De onderhavige verordening mag echter niet van toepassing zijn op de nietigverklaring van het huwelijk. Deze verordening mag uitsluitend van toepassing zijn op de ontbinding of versoepeling van de huwelijksband. Het krachtens de collisieregels van deze verordening vastgestelde recht moet worden toegepast op de gronden van de echtscheiding en de scheiding van tafel en bed. Prealabele zaken, zoals de handelingsbekwaamheid en de geldigheid van het huwelijk, alsmede aangelegenheden zoals de gevolgen van echtscheiding of scheiding van tafel en bed uit het oogpunt van vermogensrecht, naam, ouderlijke verantwoordelijkheid, onderhoudsverplichtingen, en andere bijkomende maatregelen moeten door de collisieregels die van toepassing zijn in de betrokken lidstaten, worden vastgesteld. |
(11) |
Het territoriale toepassingsgebied van deze verordening wordt duidelijk afgebakend door te bepalen welke lidstaten aan de nauwere samenwerking deelnemen. |
(12) |
Deze verordening moet een universeel karakter hebben, dit wil zeggen dat de uniforme collisieregels die erin vervat zijn het recht moeten kunnen aanwijzen van een deelnemende lidstaat, van een niet-deelnemende lidstaat of van een staat die geen lid is van de Europese Unie. |
(13) |
Deze verordening is van toepassing ongeacht de aard van het gerecht waarbij de zaak aanhangig wordt gemaakt. In voorkomend geval moet de rechter worden geacht in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 2201/2003 te zijn geadieerd. |
(14) |
Wil men bereiken dat de echtgenoten de vrijheid hebben een toepasselijk recht te kiezen waarmee zij nauwe banden hebben, en dat, ook bij gebreke van een keuze, een dergelijk recht hun echtscheiding of scheiding van tafel en bed beheerst, dan moet dat recht tevens van toepassing zijn als het niet het recht van een deelnemende lidstaat is. Indien het recht van een andere lidstaat wordt aangewezen, kan het netwerk bedoeld in Beschikking 2001/470/EG van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de oprichting van een Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken (3), de rechterlijke instanties informatie verstrekken over de inhoud van het buitenlandse recht. |
(15) |
De mobiliteit van de burgers verhogen vereist enerzijds meer flexibiliteit en anderzijds grotere rechtszekerheid. Om dat doel te bereiken moet deze verordening aan de partijen in een procedure van echtscheiding of scheiding van tafel en bed een grotere autonomie geven door hen tot op zekere hoogte de mogelijkheid te bieden het recht te kiezen dat hun echtscheiding of scheiding van tafel en bed beheerst. |
(16) |
De echtgenoten moeten als het op hun echtscheiding of scheiding van tafel en bed toepasselijke recht het recht kunnen kiezen van een land waarmee zij een bijzondere band hebben, of het recht van de staat waar de zaak aanhangig is. Het door de echtgenoten gekozen recht moet in overeenstemming zijn met de grondrechten zoals die zijn erkend door de Verdragen en door het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. |
(17) |
Het is belangrijk dat de echtgenoten, voordat zij het toepasselijke recht kiezen, actuele informatie kunnen krijgen over de belangrijkste aspecten van het nationale recht, van het recht van de Unie en van de procedures van echtscheiding en scheiding van tafel en bed. Om te garanderen dat zij relevante informatie van goede kwaliteit kunnen krijgen, werkt de Commissie deze informatie voortdurend bij in het internetinformatiesysteem voor het publiek, dat is opgezet bij Beschikking 2001/470/EG van de Raad. |
(18) |
Dat beide echtgenoten een geïnformeerde keuze kunnen maken, is in deze verordening van wezenlijk belang. Elke echtgenoot moet precies weten wat de juridische en sociale consequenties van de keuze van het toepasselijke recht zijn. De mogelijkheid om in onderling overleg het toepasselijke recht te kiezen moet de rechten van beide echtgenoten en hun gelijke kansen onverlet laten. In dit verband moeten de rechters in de deelnemende staten zich ervan bewust zijn hoe belangrijk het is dat beide echtgenoten met betrekking tot de juridische consequenties van de gesloten overeenkomst een geïnformeerde keuze kunnen maken. |
(19) |
De materiële en formele geldigheid moet aan regels worden onderworpen, zodat de echtgenoten een beter geïnformeerde keuze kunnen maken en hun instemming wordt geëerbiedigd, en aldus rechtszekerheid en een toegankelijker rechtsbedeling worden bewerkstelligd. Wat de formele geldigheid betreft, moeten bepaalde maatregelen worden getroffen die waarborgen dat de echtgenoten zich bewust zijn van de consequenties van hun keuze. De overeenkomst over de keuze van het toepasselijke recht moet minstens schriftelijk worden vastgelegd, gedateerd zijn en door beide partijen worden ondertekend. Indien evenwel het recht van de deelnemende lidstaat waar beide echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst hun gewone verblijfplaats hebben, voorziet in bijkomende vormvoorschriften, moeten deze in acht worden genomen. Dergelijke bijkomende vormvoorschriften kunnen bijvoorbeeld bestaan in de eis dat de overeenkomst wordt opgenomen in een huwelijkscontract. Indien de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst hun gewone verblijfplaats hebben in verschillende deelnemende lidstaten waarvan de wetgeving in verschillende vormvoorschriften voorziet, volstaat het dat de vormvoorschriften van een van deze staten worden nageleefd. Indien slechts een van de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst zijn gewone verblijfplaats heeft in een deelnemende lidstaat waarvan de wetgeving in bijkomende vormvoorschriften voorziet, moeten deze voorschriften worden nageleefd. |
(20) |
Een overeenkomst tot aanwijzing van het toepasselijke recht moet kunnen worden gesloten en gewijzigd tot op het tijdstip waarop de zaak aanhangig wordt gemaakt, en zelfs, indien het recht van de staat waar de zaak aanhangig is dit toestaat, tijdens de procedure. In dit geval moet het volstaan dat de rechter akte neemt van de rechtskeuze, conform het recht van de staat waar de zaak aanhangig is. |
(21) |
Voor het geval dat geen rechtskeuze is gemaakt, moet deze verordening voorzien in geharmoniseerde collisieregels, met een reeks opeenvolgende aanknopingspunten die gebaseerd zijn op het bestaan van een nauwe band tussen de echtgenoten en het betrokken rechtsstelsel, om de rechtszekerheid en de voorspelbaarheid te waarborgen en om situaties te voorkomen waarin de ene echtgenoot de andere tracht voor te zijn met het aanvragen van de echtscheiding om ervoor te zorgen dat de procedure wordt beheerst door een bepaald rechtsstelsel, dat deze echtgenoot gunstiger acht voor de verdediging van zijn belangen. Deze aanknopingspunten moeten zo worden gekozen dat de procedure betreffende echtscheiding of scheiding van tafel en bed wordt beheerst door een rechtsstelsel waarmee de echtgenoten een nauwe band hebben. |
(22) |
In de gevallen waarin deze verordening nationaliteit als aanknopingspunt voor de toepassing van het recht van een bepaalde staat hanteert, is ten aanzien van meervoudige nationaliteit het nationale recht van toepassing, met dien verstande dat de algemene beginselen van de Europese Unie ten volle moeten worden geëerbiedigd. |
(23) |
Indien de rechter geadieerd wordt tot omzetting van een scheiding van tafel en bed in een echtscheiding, dient bij gebreke van een rechtskeuze door de partijen de wet die op de scheiding van tafel en bed is toegepast, ook op de echtscheiding van toepassing te zijn. Deze continuïteit komt de voorspelbaarheid voor de partijen en de rechtszekerheid ten goede. Indien de wet die op de scheiding van tafel en bed van toepassing is geweest, niet in een omzetting van de scheiding van tafel en bed in een echtscheiding voorziet, wordt de echtscheiding beheerst door de collisieregels welke gelden bij gebreke van een rechtskeuze. Dit mag de echtgenoten niet belemmeren een echtscheiding aan te vragen op basis van andere regels in deze verordening. |
(24) |
In bepaalde gevallen evenwel, meer bepaald indien het toepasselijke recht niet voorziet in de mogelijkheid van echtscheiding of aan een van beide echtgenoten op grond van diens sekse geen gelijke toegang tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed verleent, dient het recht van de staat waar de zaak aanhangig is te worden toegepast. Dit moet echter onverlet laten dat een lidstaat zich op de openbare orde kan beroepen. |
(25) |
Met het oog op het algemeen belang moeten de rechterlijke instanties van de deelnemende lidstaten in uitzonderlijke omstandigheden de mogelijkheid hebben om een bepaling van buitenlands recht niet toe te passen indien dit in een bepaalde zaak kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde van het land van de rechter. De rechterlijke instanties mogen zich echter niet op de exceptie van de openbare orde kunnen beroepen om een bepaling van het recht van een andere staat terzijde te schuiven, als dit strijdig zou zijn met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name artikel 21 daarvan, dat elke vorm van discriminatie verbiedt. |
(26) |
In de gevallen waarin in deze verordening gewag wordt gemaakt van het feit dat het recht van de deelnemende lidstaat waar de rechter wordt geadieerd niet in echtscheiding voorziet, moet daaraan de uitleg worden gegeven dat het recht van die lidstaat het instituut van de echtscheiding in het geheel niet kent. In dit geval moet het gerecht niet krachtens deze verordening verplicht zijn een echtscheiding uit te spreken. In de gevallen waarin in deze verordening gewag wordt gemaakt van het feit dat het recht van de deelnemende lidstaat waar de rechter wordt geadieerd het huwelijk niet als geldig beschouwt met het oog op een echtscheidingsprocedure, moet daaraan onder meer de uitleg worden gegeven dat het bedoelde huwelijk volgens het recht van die lidstaat niet bestaat. In dit geval moet het gerecht niet krachtens deze verordening verplicht zijn een echtscheiding of een scheiding van tafel en bed uit te spreken. |
(27) |
Aangezien er staten en deelnemende lidstaten zijn waar twee of meer rechtsstelsels of regelingen betreffende de bij deze verordening geregelde aangelegenheden naast elkaar bestaan, moet worden bepaald in welke mate de bepalingen van deze verordening van toepassing zijn in de verschillende territoriale eenheden van deze staten en deelnemende lidstaten, of op verschillende categorieën personen met een verschillend personeel statuut uit die staten en deelnemende lidstaten. |
(28) |
Bij gebreke van regels tot aanwijzing van het toepasselijke recht, moeten partijen die het recht kiezen van de staat van de nationaliteit van een hunner, welke staat verschillende territoriale eenheden met een eigen rechtsstelsel of regeling betreffende echtscheiding telt, terzelfder tijd verklaren van welke territoriale eenheid zij samen het recht hebben gekozen. |
(29) |
Aangezien de doelstellingen van deze verordening, te weten een grotere rechtszekerheid, voorspelbaarheid en flexibiliteit bij internationale procedures in huwelijkszaken, en bijgevolg de bevordering van het vrije verkeer van personen binnen de Europese Unie, niet voldoende door de lidstaten alleen kunnen worden bereikt, en derhalve, vanwege de omvang en de gevolgen van deze verordening, beter door de Unie kunnen worden gerealiseerd, kan de Unie maatregelen nemen, in voorkomend geval door middel van een nauwere samenwerking, overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel dat is neergelegd in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel, gaat deze verordening niet verder dan hetgeen nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken. |
(30) |
Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en de beginselen die zijn erkend bij het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name bij artikel 21 daarvan, dat elke discriminatie met name op grond van geslacht, ras, kleur, etnische of sociale afkomst, genetische kenmerken, taal, godsdienst of overtuiging, politieke of andere denkbeelden, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte, een handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid verbiedt. Deze verordening moet door de rechterlijke instanties van de deelnemende lidstaten worden toegepast met eerbiediging van deze rechten en beginselen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
TOEPASSINGSGEBIED, VERHOUDING TOT VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003, DEFINITIES EN UNIVERSELE TOEPASSING
Artikel 1
Toepassingsgebied
1. Deze verordening is van toepassing in gevallen van een wetsconflict met betrekking tot echtscheiding en scheiding van tafel en bed.
2. Deze verordening is niet van toepassing met betrekking tot de volgende aangelegenheden, zelfs indien deze slechts als prealabele vraag in de context van een procedure tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed aan de orde komen:
a) |
de handelingsbekwaamheid van natuurlijke personen; |
b) |
het bestaan, de geldigheid of de erkenning van een huwelijk; |
c) |
de nietigverklaring van een huwelijk; |
d) |
de naam van de echtgenoten; |
e) |
de vermogensrechtelijke gevolgen van het huwelijk; |
f) |
ouderlijke verantwoordelijkheid; |
g) |
onderhoudsverplichtingen; |
h) |
trusts of erfopvolgingen. |
Artikel 2
Verhouding tot Verordening (EG) nr. 2201/2003
Deze verordening laat de toepassing van Verordening (EG) nr. 2201/2003 onverlet.
Artikel 3
Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
1. |
„deelnemende lidstaat”, een lidstaat die krachtens Besluit 2010/405/EU of krachtens een besluit dat overeenkomstig artikel 331, lid 1, tweede of derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is vastgesteld, deelneemt aan de nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed; |
2. |
„gerecht”, alle autoriteiten in de deelnemende lidstaten die bevoegd zijn ter zake van de aangelegenheden die binnen het toepassingsgebied van deze verordening vallen. |
Artikel 4
Universele toepassing
Het bij deze verordening aangewezen recht is toepasselijk, ongeacht of dit het recht van een deelnemende lidstaat is.
HOOFDSTUK II
UNIFORME REGELS INZAKE HET OP ECHTSCHEIDING EN SCHEIDING VAN TAFEL EN BED TOEPASSELIJKE RECHT
Artikel 5
Rechtskeuze door de partijen
1. De echtgenoten kunnen overeenkomen het op echtscheiding en scheiding van tafel en bed toepasselijke recht aan te wijzen, mits dit een van de volgende rechtsstelsels is:
a) |
het recht van de staat waar de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst hun gewone verblijfplaats hebben; of |
b) |
het recht van de staat waar de echtgenoten laatstelijk hun gewone verblijfplaats hadden, indien een van hen op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst daar nog verblijft; of |
c) |
het recht van de staat waarvan een van de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst de nationaliteit heeft; of |
d) |
het recht van de staat waar de zaak aanhangig wordt gemaakt. |
2. Onverminderd lid 3 kan een overeenkomst houdende rechtskeuze te allen tijde worden gesloten en gewijzigd, doch uiterlijk op het tijdstip waarop de zaak aanhangig wordt gemaakt.
3. Indien het recht van de staat waar de zaak aanhangig wordt gemaakt hierin voorziet, kunnen de echtgenoten het toepasselijke recht in de loop van de procedure bepalen. Eveneens volgens het recht van deze staat neemt de rechter akte van de rechtskeuze.
Artikel 6
Instemming en materiële geldigheid
1. Het bestaan en de geldigheid van een rechtskeuzeovereenkomst of van een bepaling daarvan worden beheerst door het recht dat ingevolge deze verordening toepasselijk zou zijn, indien de overeenkomst of de bepaling geldig zou zijn.
2. Niettemin kan een partij zich, voor het bewijs dat zij haar toestemming niet heeft verleend, beroepen op het recht van het land waar zij op het tijdstip waarop de rechter wordt geadieerd haar gewone verblijfplaats heeft, indien uit de omstandigheden blijkt dat het niet redelijk zou zijn de gevolgen van haar gedrag te laten bepalen door het in lid 1 bedoelde recht.
Artikel 7
Formele geldigheid
1. De in artikel 5, leden 1 en 2, bedoelde rechtskeuze geschiedt bij een schriftelijke overeenkomst, die door beide echtgenoten wordt gedagtekend en ondertekend. Als schriftelijk wordt aangemerkt elke elektronische mededeling waardoor de overeenkomst duurzaam wordt vastgelegd.
2. Indien echter, volgens het recht van de deelnemende lidstaat waar beide echtgenoten bij het sluiten van de overeenkomst hun gewone verblijfplaats hebben, de rechtskeuzeovereenkomst aan bijkomende vormvoorschriften is onderworpen, moeten deze voorschriften in acht worden genomen.
3. Indien de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst hun gewone verblijfplaats hebben in verschillende deelnemende lidstaten met onderling verschillende vormvoorschriften, is de overeenkomst naar de vorm geldig indien zij aan de voorschriften van een dezer lidstaten voldoet.
4. Indien slechts een van de echtgenoten op het tijdstip van sluiting van de overeenkomst zijn gewone verblijfplaats heeft in een deelnemende lidstaat met bijkomende vormvoorschriften voor dit soort overeenkomst, zijn deze voorschriften van toepassing.
Artikel 8
Het bij gebreke van een rechtskeuze door de partijen toepasselijke recht
Indien geen rechtskeuze in de zin van artikel 5 heeft plaatsgevonden, worden echtscheiding en scheiding van tafel en bed beheerst door het recht van de staat:
a) |
waar de echtgenoten op het tijdstip van aanhangigmaking van de zaak hun gewone verblijfplaats hebben; of, bij gebreke daarvan, |
b) |
waar de echtgenoten hun laatste gewone verblijfplaats hadden, voor zover dat verblijf niet meer dan één jaar vóór de aanhangigmaking van de zaak is geëindigd, en mits een van de echtgenoten op het tijdstip van aanhangigmaking nog in die staat verblijft; of, bij gebreke daarvan, |
c) |
waarvan beide echtgenoten op het ogenblik van de aanhangigmaking van de zaak onderdaan waren; of, bij gebreke daarvan, |
d) |
waar de zaak aanhangig wordt gemaakt. |
Artikel 9
Omzetting van scheiding van tafel en bed in echtscheiding
1. In het geval van omzetting van scheiding van tafel en bed in echtscheiding is het op de echtscheiding toepasselijke recht, bij gebreke van een rechtskeuze overeenkomstig artikel 5, het recht dat van toepassing was op de scheiding van tafel en bed.
2. Indien echter de wet die op de scheiding van tafel en bed van toepassing is geweest, niet in een omzetting van de scheiding van tafel en bed in een echtscheiding voorziet, is artikel 8 van toepassing, behoudens rechtskeuze door de partijen overeenkomstig artikel 5.
Artikel 10
Toepassing van het recht van de geadieerde rechter
Indien het krachtens artikel 5 of artikel 8 toepasselijke recht niet voorziet in de mogelijkheid van echtscheiding, dan wel aan een van beide echtgenoten op grond van diens sekse geen gelijke toegang tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed verleent, is het recht van de staat waar de zaak aanhangig is van toepassing.
Artikel 11
Uitsluiting van renvoi
In de gevallen waarin deze verordening de toepassing van het recht van een staat voorschrijft, worden daaronder verstaan de rechtsregels welke in die staat gelden, met uitsluiting van de regels van internationaal privaatrecht.
Artikel 12
Openbare orde
De toepassing van een bepaling van het bij deze verordening aangewezen recht kan slechts terzijde worden gesteld, indien deze toepassing kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde van de staat waar de zaak aanhangig is.
Artikel 13
Verschillen in nationaal recht
De rechter van een deelnemende lidstaat waarvan het recht niet in echtscheiding voorziet of waar het huwelijk niet als geldig wordt beschouwd met het oog op een echtscheidingsprocedure, is krachtens deze verordening in genen dele verplicht een echtscheiding uit te spreken.
Artikel 14
Staten met twee of meer rechtsstelsels — Territoriale wetsconflicten
Ten aanzien van een staat met meerdere territoriale eenheden die betreffende de onderwerpen waarop deze verordening van toepassing is elk een eigen rechtsstelsel of regeling hebben,
a) |
wordt een verwijzing naar het recht van die staat, voor het bepalen van het overeenkomstig deze verordening toe te passen recht, uitgelegd als een verwijzing naar het geldende recht in de desbetreffende territoriale eenheid; |
b) |
wordt een verwijzing naar de gewone verblijfplaats in die staat uitgelegd als een verwijzing naar de gewone verblijfplaats in een territoriale eenheid; |
c) |
wordt een verwijzing naar de nationaliteit uitgelegd als een verwijzing naar de door het recht van die staat aangewezen territoriale eenheid of, bij gebreke van ter zake dienende regels, naar de door de partijen gekozen territoriale eenheid, of bij gebreke van keuze, naar de territoriale eenheid waarmee de echtgenoten of een hunner het nauwst verbonden is. |
Artikel 15
Staten met twee of meer rechtsstelsels — Personele wetsconflicten
Ten aanzien van een staat waar betreffende de onderwerpen waarop deze verordening van toepassing is twee of meer rechtsstelsels of regelingen gelden ten aanzien van verschillende categorieën personen, wordt elke verwijzing naar het recht van die staat uitgelegd als een verwijzing naar het rechtsstelsel dat is aangewezen door de in die staat geldende regels. Bij gebreke van zulke regels wordt het rechtsstelsel of de regeling toegepast waarmee de echtgenoten of een hunner het nauwst verbonden is.
Artikel 16
Niet-toepassing van deze verordening op interne wetsconflicten
Een deelnemende lidstaat waar betreffende de onderwerpen waarop deze verordening van toepassing is verschillende rechtsstelsels of regelingen gelden, hoeft deze verordening niet toe te passen op wetsconflicten welke uitsluitend tussen die rechtsstelsels of regelingen rijzen.
HOOFDSTUK III
OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 17
Informatieverstrekking door de deelnemende lidstaten
1. Uiterlijk op 21 september 2011 stellen de deelnemende lidstaten, in voorkomend geval, de Commissie in kennis van hun nationale bepalingen inzake:
a) |
de vormvoorschriften die van toepassing zijn op rechtskeuzeovereenkomsten in de zin van artikel 7, leden 2 tot en met 4; en |
b) |
de mogelijkheid om rechtskeuze uit te oefenen overeenkomstig artikel 5, lid 3. |
De deelnemende lidstaten stellen de Commissie in kennis van elke wijziging van deze bepalingen.
2. De overeenkomstig lid 1 meegedeelde informatie wordt door de Commissie met passende middelen, met name via de website van het Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken, openbaar gemaakt.
Artikel 18
Overgangsbepalingen
1. Deze verordening is van toepassing op de rechtszaken die worden ingeleid na 21 juni 2012, en op de overeenkomsten welke vanaf die datum op grond van artikel 5 worden gesloten.
Een rechtskeuzeovereenkomst die vóór 21 juni 2012 is gesloten, heeft echter eveneens uitwerking indien zij voldoet aan de voorwaarden van de artikelen 6 en 7.
2. Deze verordening laat onverlet de rechtskeuzeovereenkomsten die zijn gesloten overeenkomstig het recht van de deelnemende lidstaat waar de zaak vóór 21 juni 2012 aanhangig is gemaakt.
Artikel 19
Verhouding tot bestaande internationale overeenkomsten
1. Onverminderd de verplichtingen van de deelnemende lidstaten ingevolge artikel 351 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, laat deze verordening onverlet de toepassing van internationale overeenkomsten waarbij een of meer lidstaten partij zijn op het tijdstip van de vaststelling van deze verordening of op het tijdstip van de vaststelling van het besluit uit hoofde van artikel 331, lid 1, tweede of derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en die collisieregels betreffende echtscheiding of scheiding van tafel en bed bevatten.
2. Deze verordening heeft evenwel tussen de deelnemende lidstaten voorrang boven uitsluitend tussen twee of meer lidstaten gesloten overeenkomsten betreffende aangelegenheden waarop deze verordening van toepassing is.
Artikel 20
Herzieningsclausule
1. Uiterlijk op 31 december 2015 en vervolgens om de vijf jaar dient de Commissie bij het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité een verslag in over de toepassing van deze verordening. Het verslag gaat zo nodig vergezeld van voorstellen tot aanpassing van deze verordening.
2. Te dien einde stellen de deelnemende lidstaten de Commissie in kennis van alle ter zake dienende informatie over de toepassing van deze verordening door de nationale rechter.
HOOFDSTUK IV
SLOTBEPALINGEN
Artikel 21
Inwerkingtreding en datum van toepassing
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking evan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 21 juni 2012, met uitzondering van artikel 17, dat van toepassing is met ingang van 21 juni 2011.
Ten aanzien van de deelnemende lidstaten die deelnemen aan de nauwere samenwerking op grond van een besluit dat is vastgesteld overeenkomstig artikel 331, lid 1, tweede of derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, is deze verordening van toepassing met ingang van de in dat besluit genoemde datum.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is overeenkomstig de Verdragen rechtstreeks toepasselijk in elke deelnemende lidstaat.
Gedaan te Brussel, 20 december 2010.
Voor de Raad
De voorzitster
J. SCHAUVLIEGE
(1) PB L 189 van 22.7.2010, blz. 12.
(2) Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid (PB L 338 van 23.12.2003, blz. 1).
(3) PB L 174 van 27.6.2001, blz. 25.
29.12.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 343/17 |
VERORDENING (EU) Nr. 1260/2010 VAN DE COMMISSIE
van 22 december 2010
houdende bekendmaking, voor 2011, van de bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 vastgestelde landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (1),
Gezien Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie van 17 december 1987 tot vaststelling van de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties (2), en met name artikel 3, vierde alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De volledige versie van de restitutienomenclatuur die op 1 januari 2011 geldt, zoals die volgt uit de regelgevende bepalingen betreffende uitvoerregelingen voor landbouwproducten, moet worden bekendgemaakt. |
(2) |
Verordening (EU) nr. 1298/2009 van de Commissie van 18 december 2009 houdende bekendmaking, voor 2010, van de bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 vastgestelde landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties (3) dient derhalve te worden ingetrokken, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EEG) nr. 3846/87 wordt als volgt gewijzigd:
(1) |
Bijlage I wordt vervangen door de tekst in bijlage I bij de onderhavige verordening. |
(2) |
Bijlage II wordt vervangen door de tekst in bijlage II bij de onderhavige verordening. |
Artikel 2
Verordening (EU) nr. 1298/2009 wordt ingetrokken.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011.
Zij vervalt op 31 december 2011.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 22 december 2010.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(2) PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1.
(3) PB L 353 van 31.12.2009, blz. 9.
BIJLAGE I
„BIJLAGE I
LANDBOUWPRODUCTENNOMENCLATUUR VOOR DE UITVOERRESTITUTIES
INHOUD
Sector
1. |
Granen, bepaalde soorten van meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge |
2. |
Rijst en breukrijst |
3. |
Op basis van granen en rijst verwerkte producten |
4. |
Mengvoeders op basis van granen |
5. |
Rundvlees |
6. |
Varkensvlees |
7. |
Pluimveevlees |
8. |
Eieren |
9. |
Melk en zuivelproducten |
10. |
Witte en ruwe suiker in onveranderde vorm |
11. |
Stropen en bepaalde andere producten van de suikersector |
1. Granen, bepaalde soorten van meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
1001 |
Tarwe en mengkoren: |
|
||
1001 10 00 |
|
|
||
|
1001 10 00 9200 |
|||
|
1001 10 00 9400 |
|||
ex 1001 90 |
|
|
||
|
|
|
||
1001 90 91 |
|
1001 90 91 9000 |
||
1001 90 99 |
|
1001 90 99 9000 |
||
1002 00 00 |
Rogge |
1002 00 00 9000 |
||
1003 00 |
Gerst: |
|
||
1003 00 10 |
|
1003 00 10 9000 |
||
1003 00 90 |
|
1003 00 90 9000 |
||
1004 00 00 |
Haver: |
|
||
|
1004 00 00 9200 |
|||
|
1004 00 00 9400 |
|||
1005 |
Maïs: |
|
||
ex 1005 10 |
|
|
||
1005 10 90 |
|
1005 10 90 9000 |
||
1005 90 00 |
|
1005 90 00 9000 |
||
1007 00 |
Graansorgho: |
|
||
1007 00 90 |
|
1007 00 90 9000 |
||
ex 1008 |
Boekweit, gierst (andere dan sorgho) en kanariezaad; andere granen: |
|
||
1008 20 00 |
|
1008 20 00 9000 |
||
1101 00 |
Meel van tarwe of van mengkoren: |
|
||
|
|
|
||
1101 00 11 |
|
1101 00 11 9000 |
||
1101 00 15 |
|
|
||
|
1101 00 15 9100 |
|||
|
1101 00 15 9130 |
|||
|
1101 00 15 9150 |
|||
|
1101 00 15 9170 |
|||
|
1101 00 15 9180 |
|||
|
1101 00 15 9190 |
|||
1101 00 90 |
|
1101 00 90 9000 |
||
ex 1102 |
Meel van granen, andere dan van tarwe of van mengkoren: |
|
||
1102 10 00 |
|
|
||
|
1102 10 00 9500 |
|||
|
1102 10 00 9700 |
|||
|
1102 10 00 9900 |
|||
ex 1103 |
Gries, griesmeel en pellets van granen: |
|
||
|
|
|
||
1103 11 |
|
|
||
1103 11 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
1103 11 10 9200 |
|||
|
1103 11 10 9400 |
|||
|
1103 11 10 9900 |
|||
1103 11 90 |
|
|
||
|
1103 11 90 9200 |
|||
|
1103 11 90 9800 |
2. Rijst en breukrijst
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
1006 |
Rijst: |
|
||
1006 20 |
|
|
||
|
|
|
||
1006 20 11 |
|
1006 20 11 9000 |
||
1006 20 13 |
|
1006 20 13 9000 |
||
|
|
|
||
1006 20 15 |
|
1006 20 15 9000 |
||
1006 20 17 |
|
1006 20 17 9000 |
||
|
|
|
||
1006 20 92 |
|
1006 20 92 9000 |
||
1006 20 94 |
|
1006 20 94 9000 |
||
|
|
|
||
1006 20 96 |
|
1006 20 96 9000 |
||
1006 20 98 |
|
1006 20 98 9000 |
||
1006 30 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
1006 30 21 |
|
1006 30 21 9000 |
||
1006 30 23 |
|
1006 30 23 9000 |
||
|
|
|
||
1006 30 25 |
|
1006 30 25 9000 |
||
1006 30 27 |
|
1006 30 27 9000 |
||
|
|
|
||
1006 30 42 |
|
1006 30 42 9000 |
||
1006 30 44 |
|
1006 30 44 9000 |
||
|
|
|
||
1006 30 46 |
|
1006 30 46 9000 |
||
1006 30 48 |
|
1006 30 48 9000 |
||
|
|
|
||
|
|
|
||
1006 30 61 |
|
|
||
|
1006 30 61 9100 |
|||
|
1006 30 61 9900 |
|||
1006 30 63 |
|
|
||
|
1006 30 63 9100 |
|||
|
1006 30 63 9900 |
|||
|
|
|
||
1006 30 65 |
|
|
||
|
1006 30 65 9100 |
|||
|
1006 30 65 9900 |
|||
1006 30 67 |
|
|
||
|
1006 30 67 9100 |
|||
|
1006 30 67 9900 |
|||
|
|
|
||
1006 30 92 |
|
|
||
|
1006 30 92 9100 |
|||
|
1006 30 92 9900 |
|||
1006 30 94 |
|
|
||
|
1006 30 94 9100 |
|||
|
1006 30 94 9900 |
|||
|
|
|
||
1006 30 96 |
|
|
||
|
1006 30 96 9100 |
|||
|
1006 30 96 9900 |
|||
1006 30 98 |
|
|
||
|
1006 30 98 9100 |
|||
|
1006 30 98 9900 |
|||
1006 40 00 |
|
1006 40 00 9000 |
3. Op basis van granen en rijst verwerkte producten
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
ex 1102 |
Meel van granen, andere dan van tarwe of van mengkoren: |
|
||
ex 1102 20 |
|
|
||
ex 1102 20 10 |
|
|
||
|
1102 20 10 9200 |
|||
|
1102 20 10 9400 |
|||
ex 1102 20 90 |
|
|
||
|
1102 20 90 9200 |
|||
ex 1102 90 |
|
|
||
1102 90 10 |
|
|
||
|
1102 90 10 9100 |
|||
|
1102 90 10 9900 |
|||
ex 1102 90 30 |
|
|
||
|
1102 90 30 9100 |
|||
ex 1103 |
Gries, griesmeel en pellets van granen: |
|
||
|
|
|
||
ex 1103 13 |
|
|
||
ex 1103 13 10 |
|
|
||
|
1103 13 10 9100 |
|||
|
1103 13 10 9300 |
|||
|
1103 13 10 9500 |
|||
ex 1103 13 90 |
|
|
||
|
1103 13 90 9100 |
|||
ex 1103 19 |
|
|
||
1103 19 10 |
|
1103 19 10 9000 |
||
ex 1103 19 30 |
|
|
||
|
1103 19 30 9100 |
|||
ex 1103 19 40 |
|
|
||
|
1103 19 40 9100 |
|||
ex 1103 20 |
|
|
||
1103 20 20 |
|
1103 20 20 9000 |
||
1103 20 60 |
|
1103 20 60 9000 |
||
ex 1104 |
Op andere wijze bewerkte granen (bijvoorbeeld gepeld, geplet, in vlokken, gepareld, gesneden of gebroken), andere dan rijst bedoeld bij post 1006; graankiemen, ook indien geplet, in vlokken of gemalen |
|
||
|
|
|
||
ex 1104 12 |
|
|
||
ex 1104 12 90 |
|
|
||
|
1104 12 90 9100 |
|||
|
1104 12 90 9300 |
|||
ex 1104 19 |
|
|
||
1104 19 10 |
|
1104 19 10 9000 |
||
ex 1104 19 50 |
|
|
||
|
|
|||
|
1104 19 50 9110 |
|||
|
1104 19 50 9130 |
|||
|
|
|
||
ex 1104 19 69 |
|
|
||
|
1104 19 69 9100 |
|||
|
|
|
||
ex 1104 22 |
|
|
||
ex 1104 22 20 |
|
|
||
|
1104 22 20 9100 |
|||
ex 1104 22 30 |
|
|
||
|
1104 22 30 9100 |
|||
ex 1104 23 |
|
|
||
ex 1104 23 10 |
|
|
||
|
1104 23 10 9100 |
|||
|
1104 23 10 9300 |
|||
1104 29 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 1104 29 01 |
|
|
||
|
1104 29 01 9100 |
|||
ex 1104 29 03 |
|
|
||
|
1104 29 03 9100 |
|||
ex 1104 29 05 |
|
|
||
|
|
|||
|
1104 29 05 9100 |
|||
|
1104 29 05 9300 |
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 1104 29 11 |
|
1104 29 11 9000 |
||
|
|
|
||
1104 29 51 |
|
1104 29 51 9000 |
||
1104 29 55 |
|
1104 29 55 9000 |
||
1104 30 |
|
|
||
1104 30 10 |
|
1104 30 10 9000 |
||
1104 30 90 |
|
1104 30 90 9000 |
||
1107 |
Mout, ook indien gebrand: |
|
||
1107 10 |
|
|
||
|
|
|
||
1107 10 11 |
|
1107 10 11 9000 |
||
1107 10 19 |
|
1107 10 19 9000 |
||
|
|
|
||
1107 10 91 |
|
1107 10 91 9000 |
||
1107 10 99 |
|
1107 10 99 9000 |
||
1107 20 00 |
|
1107 20 00 9000 |
||
ex 1108 |
Zetmeel en inuline: |
|
||
|
|
|
||
ex 1108 11 00 |
|
|
||
|
1108 11 00 9200 |
|||
|
1108 11 00 9300 |
|||
ex 1108 12 00 |
|
|
||
|
1108 12 00 9200 |
|||
|
1108 12 00 9300 |
|||
ex 1108 13 00 |
|
|
||
|
1108 13 00 9200 |
|||
|
1108 13 00 9300 |
|||
ex 1108 19 |
|
|
||
ex 1108 19 10 |
|
|
||
|
1108 19 10 9200 |
|||
|
1108 19 10 9300 |
|||
ex 1109 00 00 |
Tarwegluten, ook indien gedroogd: |
|
||
|
1109 00 00 9100 |
|||
ex 1702 |
Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthoning, ook indien met natuurhoning vermengd; karamel: |
|
||
ex 1702 30 |
|
|
||
|
|
|
||
1702 30 50 |
|
1702 30 50 9000 |
||
1702 30 90 |
|
1702 30 90 9000 |
||
ex 1702 40 |
|
|
||
1702 40 90 |
|
1702 40 90 9000 |
||
ex 1702 90 |
|
|
||
1702 90 50 |
|
|
||
|
1702 90 50 9100 |
|||
|
1702 90 50 9900 |
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
1702 90 75 |
|
1702 90 75 9000 |
||
1702 90 79 |
|
1702 90 79 9000 |
||
2106 |
Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
|
||
ex 2106 90 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
2106 90 55 |
|
2106 90 55 9000 |
4. Mengvoeders op basis van granen
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
2309 |
Bereidingen van de soort gebruikt voor het voederen van dieren (7): |
|
||
ex 2309 10 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
2309 10 11 |
|
2309 10 11 9000 |
||
2309 10 13 |
|
2309 10 13 9000 |
||
|
|
|
||
2309 10 31 |
|
2309 10 31 9000 |
||
2309 10 33 |
|
2309 10 33 9000 |
||
|
|
|
||
2309 10 51 |
|
2309 10 51 9000 |
||
2309 10 53 |
|
2309 10 53 9000 |
||
ex 2309 90 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
2309 90 31 |
|
2309 90 31 9000 |
||
2309 90 33 |
|
2309 90 33 9000 |
||
|
|
|
||
2309 90 41 |
|
2309 90 41 9000 |
||
2309 90 43 |
|
2309 90 43 9000 |
||
|
|
|
||
2309 90 51 |
|
2309 90 51 9000 |
||
2309 90 53 |
|
2309 90 53 9000 |
5. Rundvlees
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
ex 0102 |
Levende runderen: |
|
||
ex 0102 10 |
|
|
||
ex 0102 10 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
0102 10 10 9140 |
|||
|
0102 10 10 9150 |
|||
ex 0102 10 30 |
|
|
||
|
|
|||
|
0102 10 30 9140 |
|||
|
0102 10 30 9150 |
|||
ex 0102 10 90 |
|
|
||
|
0102 10 90 9120 |
|||
ex 0102 90 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 0102 90 41 |
|
|
||
|
0102 90 41 9100 |
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
0102 90 51 |
|
0102 90 51 9000 |
||
0102 90 59 |
|
0102 90 59 9000 |
||
|
|
|
||
0102 90 61 |
|
0102 90 61 9000 |
||
0102 90 69 |
|
0102 90 69 9000 |
||
|
|
|
||
0102 90 71 |
|
0102 90 71 9000 |
||
0102 90 79 |
|
0102 90 79 9000 |
||
0201 |
Vlees van runderen, vers of gekoeld: |
|
||
0201 10 00 |
|
|
||
|
|
|||
|
0201 10 00 9110 |
|||
|
0201 10 00 9120 |
|||
|
|
|||
|
0201 10 00 9130 |
|||
|
0201 10 00 9140 |
|||
0201 20 |
|
|
||
0201 20 20 |
|
|
||
|
0201 20 20 9110 |
|||
|
0201 20 20 9120 |
|||
0201 20 30 |
|
|
||
|
0201 20 30 9110 |
|||
|
0201 20 30 9120 |
|||
0201 20 50 |
|
|
||
|
|
|||
|
0201 20 50 9110 |
|||
|
0201 20 50 9120 |
|||
|
|
|||
|
0201 20 50 9130 |
|||
|
0201 20 50 9140 |
|||
ex 0201 20 90 |
|
|
||
|
0201 20 90 9700 |
|||
0201 30 00 |
|
|
||
|
0201 30 00 9050 |
|||
|
0201 30 00 9060 |
|||
|
|
|||
|
0201 30 00 9100 |
|||
|
0201 30 00 9120 |
|||
|
0201 30 00 9140 |
|||
ex 0202 |
Vlees van runderen, bevroren: |
|
||
0202 10 00 |
|
|
||
|
0202 10 00 9100 |
|||
|
0202 10 00 9900 |
|||
ex 0202 20 |
|
|
||
0202 20 10 |
|
0202 20 10 9000 |
||
0202 20 30 |
|
0202 20 30 9000 |
||
0202 20 50 |
|
|
||
|
0202 20 50 9100 |
|||
|
0202 20 50 9900 |
|||
ex 0202 20 90 |
|
|
||
|
0202 20 90 9100 |
|||
0202 30 |
|
|
||
0202 30 90 |
|
|
||
|
0202 30 90 9100 |
|||
|
0202 30 90 9200 |
|||
|
0202 30 90 9900 |
|||
0206 |
Eetbare slachtafvallen van runderen, van varkens, van schapen, van geiten, van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren: |
|
||
0206 10 |
|
|
||
|
|
|
||
0206 10 95 |
|
0206 10 95 9000 |
||
|
|
|
||
0206 29 |
|
|
||
|
|
|
||
0206 29 91 |
|
0206 29 91 9000 |
||
ex 0210 |
Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie: |
|
||
ex 0210 20 |
|
|
||
ex 0210 20 90 |
|
|
||
|
0210 20 90 9100 |
|||
ex 1602 |
Andere bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed: |
|
||
ex 1602 50 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 1602 50 31 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
1602 50 31 9125 |
|||
|
|
|||
|
1602 50 31 9325 |
|||
ex 1602 50 95 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
|
|||
|
1602 50 95 9125 |
|||
|
|
|||
|
1602 50 95 9325 |
6. Varkensvlees
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
ex 0103 |
Levende varkens: |
|
||
|
|
|
||
ex 0103 91 |
|
|
||
0103 91 10 |
|
0103 91 10 9000 |
||
ex 0103 92 |
|
|
||
|
|
|
||
0103 92 19 |
|
0103 92 19 9000 |
||
ex 0203 |
Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren: |
|
||
|
|
|
||
ex 0203 11 |
|
|
||
0203 11 10 |
|
0203 11 10 9000 |
||
ex 0203 12 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0203 12 11 |
|
|
||
|
0203 12 11 9100 |
|||
ex 0203 12 19 |
|
|
||
|
0203 12 19 9100 |
|||
ex 0203 19 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0203 19 11 |
|
|
||
|
0203 19 11 9100 |
|||
ex 0203 19 13 |
|
|
||
|
0203 19 13 9100 |
|||
ex 0203 19 15 |
|
|
||
|
0203 19 15 9100 |
|||
|
|
|
||
ex 0203 19 55 |
|
|
||
|
0203 19 55 9110 |
|||
|
0203 19 55 9310 |
|||
|
|
|
||
ex 0203 21 |
|
|
||
0203 21 10 |
|
0203 21 10 9000 |
||
ex 0203 22 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0203 22 11 |
|
|
||
|
0203 22 11 9100 |
|||
ex 0203 22 19 |
|
|
||
|
0203 22 19 9100 |
|||
ex 0203 29 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0203 29 11 |
|
|
||
|
0203 29 11 9100 |
|||
ex 0203 29 13 |
|
|
||
|
0203 29 13 9100 |
|||
ex 0203 29 15 |
|
|
||
|
0203 29 15 9100 |
|||
|
|
|
||
ex 0203 29 55 |
|
|
||
|
0203 29 55 9110 |
|||
ex 0210 |
Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie: |
|
||
|
|
|
||
ex 0210 11 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 0210 11 11 |
|
|
||
|
0210 11 11 9100 |
|||
|
|
|
||
ex 0210 11 31 |
|
|
||
|
|
|||
|
0210 11 31 9110 |
|||
|
|
|||
|
0210 11 31 9910 |
|||
ex 0210 12 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0210 12 11 |
|
|
||
|
0210 12 11 9100 |
|||
ex 0210 12 19 |
|
|
||
|
0210 12 19 9100 |
|||
ex 0210 19 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 0210 19 40 |
|
|
||
|
0210 19 40 9100 |
|||
ex 0210 19 50 |
|
|
||
|
|
|
||
|
0210 19 50 9100 |
|||
|
|
|||
|
0210 19 50 9310 |
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 0210 19 81 |
|
|
||
|
0210 19 81 9100 |
|||
|
0210 19 81 9300 |
|||
ex 1601 00 |
Worst van alle soorten, van vlees, van slachtafvallen of van bloed; bereidingen van deze producten, voor menselijke consumptie: |
|
||
|
|
|
||
1601 00 91 |
|
|
||
|
1601 00 91 9120 |
|||
|
1601 00 91 9190 |
|||
1601 00 99 |
|
|
||
|
1601 00 99 9110 |
|||
|
1601 00 99 9190 |
|||
ex 1602 |
Andere bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed: |
|
||
|
|
|
||
ex 1602 41 |
|
|
||
ex 1602 41 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
1602 41 10 9110 |
|||
|
1602 41 10 9130 |
|||
ex 1602 42 |
|
|
||
ex 1602 42 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
1602 42 10 9110 |
|||
|
1602 42 10 9130 |
|||
ex 1602 49 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 1602 49 19 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
1602 49 19 9130 |
7. Pluimveevlees
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
ex 0105 |
Levend pluimvee (hanen, kippen, eenden, ganzen, kalkoenen en parelhoenders): |
|
||
|
|
|
||
0105 11 |
|
|
||
|
|
|
||
0105 11 11 |
|
0105 11 11 9000 |
||
0105 11 19 |
|
0105 11 19 9000 |
||
|
|
|
||
0105 11 91 |
|
0105 11 91 9000 |
||
0105 11 99 |
|
0105 11 99 9000 |
||
0105 12 00 |
|
0105 12 00 9000 |
||
ex 0105 19 |
|
|
||
0105 19 20 |
|
0105 19 20 9000 |
||
ex 0207 |
Vlees en eetbare slachtafvallen van pluimvee (bedoeld bij post 0105), vers, gekoeld of bevroren: |
|
||
|
|
|
||
ex 0207 12 |
|
|
||
ex 0207 12 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
0207 12 10 9900 |
|||
ex 0207 12 90 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
0207 12 90 9190 |
|||
|
|
|||
|
|
|||
|
0207 12 90 9990 |
|||
ex 0207 14 |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
ex 0207 14 20 |
|
|
||
|
|
|||
|
0207 14 20 9900 |
|||
ex 0207 14 60 |
|
|
||
|
|
|||
|
0207 14 60 9900 |
|||
ex 0207 14 70 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
0207 14 70 9190 |
|||
|
|
|||
|
|
|||
|
0207 14 70 9290 |
|||
|
|
|
||
0207 25 |
|
|
||
0207 25 10 |
|
0207 25 10 9000 |
||
0207 25 90 |
|
0207 25 90 9000 |
||
ex 0207 27 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0207 27 10 |
|
|
||
|
|
|||
|
|
|||
|
0207 27 10 9990 |
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
0207 27 60 |
|
0207 27 60 9000 |
||
0207 27 70 |
|
0207 27 70 9000 |
8. Eieren
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||
ex 0407 00 |
Vogeleieren in de schaal, vers, verduurzaamd of gekookt: |
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
0407 00 11 |
|
0407 00 11 9000 |
||
0407 00 19 |
|
0407 00 19 9000 |
||
0407 00 30 |
|
0407 00 30 9000 |
||
0408 |
Vogeleieren uit de schaal en eigeel, vers, gedroogd, gestoomd of in water gekookt, in een bepaalde vorm gebracht, bevroren of op andere wijze verduurzaamd, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen: |
|
||
|
|
|
||
ex 0408 11 |
|
|
||
ex 0408 11 80 |
|
|
||
|
0408 11 80 9100 |
|||
ex 0408 19 |
|
|
||
|
|
|
||
ex 0408 19 81 |
|
|
||
|
0408 19 81 9100 |
|||
ex 0408 19 89 |
|
|
||
|
|
0408 19 89 9100 |
||
|
|
|
||
ex 0408 91 |
|
|
||
ex 0408 91 80 |
|
|
||
|
0408 91 80 9100 |
|||
ex 0408 99 |
|
|
||
ex 0408 99 80 |
|
|
||
|
0408 99 80 9100 |
9. Melk en zuivelproducten
GN–code |
Omschrijving |
Productcode |
||||
0401 |
Melk en room, niet ingedikt, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen (50): |
|
||||
0401 10 |
|
|
||||
0401 10 10 |
|
0401 10 10 9000 |
||||
0401 10 90 |
|
0401 10 90 9000 |
||||
0401 20 |
|
|
||||
|
|
|
||||
0401 20 11 |
|
|
||||
|
040120119100 |
|||||
|
0401 20 11 9500 |
|||||
0401 20 19 |
|
|
||||
|
0401 20 19 9100 |
|||||
|
0401 20 19 9500 |
|||||
|
|
|
||||
0401 20 91 |
|
0401 20 91 9000 |
||||
0401 20 99 |
|
0401 20 99 9000 |
||||
0401 30 |
|
|
||||
|
|
|
||||
0401 30 11 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0401 30 11 9400 |
|||||
|
0401 30 11 9700 |
|||||
0401 30 19 |
|
|
||||
|
0401 30 19 9700 |
|||||
|
|
|
||||
0401 30 31 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0401 30 31 9100 |
|||||
|
0401 30 31 9400 |
|||||
|
0401 30 31 9700 |
|||||
0401 30 39 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0401 30 39 9100 |
|||||
|
0401 30 39 9400 |
|||||
|
0401 30 39 9700 |
|||||
|
|
|
||||
0401 30 91 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0401 30 91 9100 |
|||||
|
0401 30 91 9500 |
|||||
0401 30 99 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0401 30 99 9100 |
|||||
|
0401 30 99 9500 |
|||||
0402 |
Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen (43): |
|
||||
ex 0402 10 |
|
|
||||
|
|
|
||||
0402 10 11 |
|
0402 10 11 9000 |
||||
0402 10 19 |
|
0402 10 19 9000 |
||||
|
|
|
||||
0402 10 91 |
|
0402 10 91 9000 |
||||
0402 10 99 |
|
0402 10 99 9000 |
||||
|
|
|
||||
ex 0402 21 |
|
|
||||
|
|
|
||||
0402 21 11 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 21 11 9200 |
|||||
|
0402 21 11 9300 |
|||||
|
0402 21 11 9500 |
|||||
|
0402 21 11 9900 |
|||||
|
|
|
||||
0402 21 17 |
|
0402 21 17 9000 |
||||
0402 21 19 |
|
|
||||
|
0402 21 19 9300 |
|||||
|
0402 21 19 9500 |
|||||
|
0402 21 19 9900 |
|||||
|
|
|
||||
0402 21 91 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 21 91 9100 |
|||||
|
0402 21 91 9200 |
|||||
|
0402 21 91 9350 |
|||||
|
0402 21 91 9500 |
|||||
0402 21 99 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 21 99 9100 |
|||||
|
0402 21 99 9200 |
|||||
|
0402 21 99 9300 |
|||||
|
0402 21 99 9400 |
|||||
|
0402 21 99 9500 |
|||||
|
0402 21 99 9600 |
|||||
|
0402 21 99 9700 |
|||||
|
0402 21 99 9900 |
|||||
ex 0402 29 |
|
|
||||
|
|
|
||||
|
|
|
||||
0402 29 15 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 29 15 9200 |
|||||
|
0402 29 15 9300 |
|||||
|
0402 29 15 9500 |
|||||
|
0402 29 15 9900 |
|||||
0402 29 19 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 29 19 9300 |
|||||
|
0402 29 19 9500 |
|||||
|
0402 29 19 9900 |
|||||
|
|
|
||||
0402 29 91 |
|
0402 29 91 9000 |
||||
0402 29 99 |
|
|
||||
|
|
|||||
|
0402 29 99 9100 |
|||||
|
0402 29 99 9500 |
|||||
|
|
|
||||
0402 91 |
|
|
||||
0402 91 10 |
|
|
||||
|
|
0402 91 10 9370 |
||||
0402 91 30 |
|
|
||||
|
|
0402 91 30 9300 |
||||
|
|
|
||||
0402 91 99 |
|
0402 91 99 9000 |
||||
0402 99 |
|
|
||||
0402 99 10 |
|
|
||||
|
|
0402 99 10 9350 |
||||
|
|
|
||||
0402 99 31 |
|
|
||||
|
|
|||||
|