ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 335

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

51e jaargang
13 december 2008


Inhoud

 

I   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

 

Verordening (EG) nr. 1241/2008 van de Commissie van 12 december 2008 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 1242/2008 van de Commissie van 8 december 2008 houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven

3

 

*

Verordening (EG) nr. 1243/2008 van de Commissie van 12 december 2008 tot wijziging van de bijlagen III en VI bij Richtlijn 2006/141/EG wat betreft de eisen inzake de samenstelling van bepaalde volledige zuigelingenvoeding ( 1 )

25

 

*

Verordening (EG) nr. 1244/2008 van de Commissie van 12 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1614/2000 houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip producten van oorsprong in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Cambodja wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

28

 

*

Verordening (EG) nr. 1245/2008 van de Commissie van 12 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1615/2000 houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip producten van oorsprong in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Nepal wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

30

 

*

Verordening (EG) nr. 1246/2008 van de Commissie van 12 december 2008 tot wijziging van artikel 23, lid 2, en de bijlagen II en III van Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad wat betreft de financiële overdrachten van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt naar plattelandsontwikkeling

32

 

*

Verordening (EG) nr. 1247 /2008 van de Commissie van 11 december 2008 houdende afwijking van de Verordeningen (EG) nr. 2402/96, (EG) nr. 2058/96, (EG) nr. 2305/2003, (EG) nr. 955/2005, (EG) nr. 969/2006, (EG) nr. 1918/2006, (EG) nr. 1964/2006, (EG) nr. 1002/2007, (EG) nr. 27/2008 en (EG) nr. 1067/2008 ten aanzien van data voor de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten in 2009 in het kader van tariefcontingenten voor bataten (zoete aardappelen), maniokzetmeel, maniok, granen, rijst en olijfolie en houdende afwijking van de Verordeningen (EG) nr. 382/2008, (EG) nr. 1518/2003, (EG) nr. 596/2004 en (EG) nr. 633/2004 ten aanzien van data voor de afgifte van uitvoercertificaten in 2009 in de sectoren rundvlees, varkensvlees, eieren en slachtpluimvee

35

 

 

II   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

 

 

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

 

 

Raad

 

 

2008/939/EG

 

*

Besluit van de Raad van 8 december 2008 betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten

39

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten

41

 

 

Commissie

 

 

2008/940/EG

 

*

Beschikking van de Commissie van 21 oktober 2008 tot vaststelling van de standaardvoorschriften voor de rapportering inzake nationale programma’s voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van bepaalde dierziekten en zoönosen waarvoor financiële bijstand van de Gemeenschap wordt verleend (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 6032)  ( 1 )

61

 

 

2008/941/EG

 

*

Beschikking van de Commissie van 8 december 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 7803)  ( 1 )

91

 

 

2008/942/EG

 

*

Besluit van de Commissie van 9 december 2008 tot wijziging van de aanpassingscoëfficiënten die met ingang van 1 augustus 2007, 1 september 2007, 1 oktober 2007, 1 november 2007, 1 december 2007 en 1 januari 2008 van toepassing zijn op de bezoldigingen van de ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten van de Europese Gemeenschappen die in derde landen werkzaam zijn

94

 

 

2008/943/EG

 

*

Beschikking van de Commissie van 12 december 2008 betreffende de niet-opneming van beenderolie in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 8083)  ( 1 )

97

 

 

III   Besluiten op grond van het EU-Verdrag

 

 

BESLUITEN OP GROND VAN TITEL V VAN HET EU-VERDRAG

 

*

Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie

99

 

 

 

*

Bericht aan de lezer (zie bladzijde 3 van de omslag)

s3

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

VERORDENINGEN

13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/1


VERORDENING (EG) Nr. 1241/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (2), en met name op artikel 138, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

Bij Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XV, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 13 december 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)  PB L 350 van 31.12.2007, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

MA

81,9

TR

108,0

ZZ

95,0

0707 00 05

JO

167,2

MA

47,6

TR

128,4

ZZ

114,4

0709 90 70

MA

109,9

TR

136,5

ZZ

123,2

0805 10 20

AR

18,1

BR

44,6

CL

50,9

MA

64,4

TR

72,2

ZA

42,5

ZW

43,9

ZZ

48,1

0805 20 10

MA

71,0

TR

72,0

ZZ

71,5

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

CN

54,6

HR

54,2

IL

70,6

TR

56,2

ZZ

58,9

0805 50 10

MA

64,0

TR

69,2

ZZ

66,6

0808 10 80

CA

89,2

CL

43,7

CN

76,4

MK

35,3

US

111,7

ZA

123,2

ZZ

79,9

0808 20 50

CN

49,6

TR

104,0

US

138,0

ZZ

97,2


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/3


VERORDENING (EG) Nr. 1242/2008 VAN DE COMMISSIE

van 8 december 2008

houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening 79/65/EEG van de Raad van 15 juni 1965 tot oprichting van een boekhoudkundig informatienet betreffende de inkomens en de bedrijfseconomische positie van de landbouwbedrijven in de Europese Economische Gemeenschap (1), en met name op artikel 4, lid 4, artikel 6, lid 2, en artikel 7, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In de Gemeenschap komen zeer uiteenlopende productiestructuren en -systemen voor. Opdat de structurele kenmerken en de economische resultaten van de landbouwbedrijven gemakkelijker kunnen worden geanalyseerd, is een geschikte, homogene classificatie van de landbouwbedrijven op basis van hun economische bedrijfsomvang en hun productierichting ingevoerd bij Beschikking 85/377/EEG van de Commissie van 7 juni 1985 houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven (2).

(2)

De communautaire typologie moet zo worden opgezet dat op verschillende aggregatieniveaus homogene bedrijfsgroepen kunnen worden gevormd en dat vergelijkingen mogelijk zijn wat de toestand van de bedrijven betreft.

(3)

Omdat de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende winstgevende werkzaamheden, andere dan de landbouwwerkzaamheden van het bedrijf, een steeds groter deel van het inkomen van de landbouwers voor hun rekening nemen, dient in de communautaire typologie een classificatievariabele te worden opgenomen die aangeeft hoe belangrijk die rechtstreeks met het bedrijf verband houdende andere winstgevende werkzaamheden (AWW's) zijn.

(4)

Ter verwezenlijking van de doelstellingen die zijn bepaald in artikel 4, lid 1, artikel 6, lid 1, onder b), en artikel 7, lid 2, van Verordening 79/65/EEG, dienen uitvoeringsbepalingen voor de communautaire typologie te worden vastgesteld. Bovendien moet de communautaire typologie worden toegepast op de bedrijven met boekhouding aan de hand van de boekhoudkundige gegevens die zijn verzameld via het communautaire informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB).

(5)

In bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 571/88 (3) is bepaald dat de op een steekproef gebaseerde landbouwstructuurenquêtes statistisch representatief moeten zijn voor aard en omvang van de landbouwbedrijven zoals geclassificeerd volgens de communautaire typologie. Daarom moet de communautaire typologie ook worden toegepast op de bedrijven waarover gegevens worden verzameld via de landbouwstructuurenquêtes.

(6)

De productierichting en de economische bedrijfsomvang dienen te worden bepaald aan de hand van een economische maatstaf die altijd positief blijft. Daarom verdient het aanbeveling de standaardopbrengst te gebruiken. De standaardopbrengsten moeten per product worden vastgesteld. De lijst van de producten waarvoor de standaardopbrengsten moeten worden berekend, dient in overeenstemming te worden gebracht met de lijst van de kenmerken voor de landbouwstructuurenquêtes zoals vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1166/2008. Opdat de typologie ook kan worden toegepast op de ILB-bedrijven, dient een tabel te worden opgesteld waarin de overeenstemming wordt aangegeven tussen de kenmerken van de structuurenquêtes en de rubrieken van het ILB-bedrijfsformulier.

(7)

De standaardopbrengsten moeten worden gebaseerd op gemiddelde waarden over een referentieperiode van vijf jaar, maar moeten in verband met de economische ontwikkelingen geregeld worden geactualiseerd zodat een zinvolle toepassing van de typologie mogelijk blijft. De actualisatiefrequentie dient samen te hangen met de jaren waarin een landbouwstructuurenquête wordt gehouden.

(8)

Met het oog op de opstelling van het schema voor de keuze van de in het ILB-onderzoek 2010 op te nemen bedrijven met boekhouding dient te worden bepaald dat de bij deze verordening vastgestelde typologie reeds wordt toegepast voor de landbouwstructuurenquête 2007. Ook ter wille van de vergelijkbaarheid van de analyses betreffende de toestand van de volgens die typologie geclassificeerde landbouwbedrijven dient te worden voorzien in toepassing van die typologie voor de landbouwstructuurenquêtes en de ILB-onderzoeken van vóór 2010. Daarom moet een afwijkende bepaling worden opgenomen volgens welke de standaardopbrengsten worden berekend voor de referentieperiode 2004.

(9)

De standaardopbrengsten en de voor de berekening daarvan benodigde gegevens moeten aan de Commissie worden meegedeeld door het verbindingsorgaan dat elke lidstaat overeenkomstig artikel 6 van Verordening 79/65/EEG heeft aangewezen. Bepaald dient te worden dat het verbindingsorgaan de relevante informatie rechtstreeks aan de Commissie kan verstrekken via het door de Commissie opgezette informatiesysteem. Voorts dient te worden bepaald dat dit systeem het mogelijk moet maken de benodigde informatie elektronisch uit te wisselen aan de hand van modellen die het verbindingsorgaan via dit systeem beschikbaar zijn gesteld. Tevens dient te worden bepaald dat de Commissie de lidstaten van de algemene voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van het computersysteem in kennis stelt via het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen.

(10)

Duidelijkheidshalve en gezien het feit dat de communautaire typologie veeleer een maatregel van algemene strekking is dan een tot bepaalde adressaten gerichte maatregel, dient Beschikking 85/377/EEG te worden vervangen door een verordening.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   Bij deze verordening wordt de „communautaire typologie van de landbouwbedrijven”, hierna „typologie” genoemd, tot stand gebracht, welke typologie een uniforme classificatie is van de landbouwbedrijven in de Gemeenschap volgens hun productierichting en hun economische bedrijfsomvang en volgens het belang van de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende andere winstgevende werkzaamheden.

2.   De typologie wordt in het bijzonder gebruikt voor de presentatie, per klasse van productierichting en per klasse van economische bedrijfsomvang, van de gegevens die zijn verzameld via de communautaire landbouwstructuurenquêtes en het communautaire informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen.

Artikel 2

Productierichting

1.   In het kader van de toepassing van deze verordening wordt de „productierichting” van een bedrijf bepaald door de relatieve bijdrage van de standaardopbrengst van elk van de verschillende kenmerken van het bedrijf aan de totale standaardopbrengst van het bedrijf. Voor de standaardopbrengst geldt het bepaalde in artikel 5.

2.   Afhankelijk van het vereiste detailleringsniveau, worden de volgende klassen van productierichting onderscheiden:

a)

de klassen van algemene productierichting,

b)

de klassen van hoofdproductierichting,

c)

de klassen van bijzondere productierichting.

Het schema voor de classificatie van de bedrijven volgens productierichting wordt vastgesteld in bijlage I.

Artikel 3

Economische bedrijfsomvang

De economische bedrijfsomvang wordt bepaald op basis van de totale standaardopbrengst van het bedrijf. Deze omvang wordt uitgedrukt in euro's. De wijze van berekening van de economische bedrijfsomvang en de klassen van economische bedrijfsomvang worden vastgesteld in bijlage II.

Artikel 4

Rechtstreeks met het bedrijf verband houdende andere winstgevende werkzaamheden

Het belang van de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende winstgevende werkzaamheden, andere dan de landbouwwerkzaamheden van het bedrijf, wordt bepaald op basis van het procentuele aandeel van die andere winstgevende werkzaamheden in de finale output van het bedrijf. Deze verhouding wordt uitgedrukt in de vorm van een klassenbreedte op basis van percentages. De betrokken klassenbreedten op basis van percentages worden vastgesteld in bijlage III, deel C.

Bepalingen betreffende de finale output, de definitie en de methode voor het schatten van de genoemde verhouding worden vastgesteld in bijlage III, delen A en B.

Artikel 5

Standaardopbrengst en totale standaardopbrengst

1.   In het kader van de toepassing van de onderhavige verordening wordt onder „standaardopbrengst” verstaan de standaardwaarde van de brutoproductie.

De standaardopbrengst wordt per regio zoals bedoeld in bijlage IV bij de onderhavige verordening bepaald voor elk van de bij de landbouwstructuurenquêtes te gebruiken kenmerken van de plantaardige en de dierlijke productie zoals vastgesteld in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1166/2008.

De wijze van berekening voor de bepaling van de standaardopbrengst voor elk kenmerk en de werkwijze voor het verzamelen van de desbetreffende gegevens worden vastgesteld in bijlage IV bij de onderhavige verordening.

2.   De totale standaardopbrengst van een bedrijf is gelijk aan de som van de waarden die worden verkregen door voor elk kenmerk de standaardopbrengst per eenheid te vermenigvuldigen met het desbetreffende aantal eenheden.

3.   Met het oog op de berekening van de standaardopbrengsten voor de landbouwstructuurenquête van het jaar N wordt onder „referentieperiode” verstaan de periode omstreeks het jaar N-3 die de vijf opeenvolgende jaren van het jaar N-5 tot en met het jaar N-1 omvat.

De standaardopbrengsten worden bepaald aan de hand van gemiddelde basisgegevens die zijn berekend over een referentieperiode van vijf jaar zoals bedoeld in de eerste alinea. Op zijn minst telkens wanneer een landbouwstructuurenquête wordt gehouden, worden zij geactualiseerd om rekening te houden met de economische ontwikkelingen.

De eerste referentieperiode waarover de standaardopbrengsten worden berekend, is de referentieperiode 2007, die de kalenderjaren 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 of de landbouwjaren 2005/2006, 2006/2007, 2007/2008, 2008/2009 en 2009/2010 omvat.

4.   In afwijking van lid 3 berekenen de lidstaten de standaardopbrengsten over de referentieperiode 2004 voor de kenmerken die zijn opgenomen in de bij Verordening (EG) nr. 204/2006 van de Commissie (4) vastgestelde lijst voor de landbouwstructuurenquête 2007. In dit geval omvat de referentieperiode hetzij de kalenderjaren 2003, 2004 en 2005, hetzij de landbouwjaren 2003/2004, 2004/2005 en 2005/2006.

Artikel 6

Mededeling aan de Commissie

1.   De standaardopbrengsten en de in bijlage IV, deel 3, bedoelde gegevens worden aan de Commissie (Eurostat) meegedeeld door het verbindingsorgaan dat elke lidstaat overeenkomstig artikel 6 van Verordening 79/65/EEG heeft aangewezen, of door de instantie waaraan deze taak is gedelegeerd.

2.   De lidstaten delen de Commissie de standaardopbrengsten over een referentieperiode voor een jaar N en de in bijlage IV, deel 3, bedoelde gegevens aan de Commissie mee vóór 31 december van het jaar N+3 of, indien nodig, vóór een datum die de Commissie vaststelt na raadpleging van het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen.

De standaardopbrengsten over de referentieperiode 2004 worden de Commissie uiterlijk op 31 december 2008 meegedeeld.

3.   Voor de mededeling van de standaardopbrengsten en van de in lid 1 bedoelde gegevens gebruiken de lidstaten de door de Commissie (Eurostat) beschikbaar gestelde computersystemen die elektronische uitwisselingen van documenten en informatie tussen haar en de lidstaten mogelijk maken.

4.   De vorm en de inhoud van de voor een mededeling benodigde documenten worden door de Commissie vastgesteld aan de hand van modellen of vragenlijsten die beschikbaar worden gesteld via de in lid 3 bedoelde systemen. De voorschriften betreffende de attributen van de in lid 1 bedoelde gegevens worden vastgesteld in het kader van het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen.

Artikel 7

Intrekking

1.   Beschikking 85/377/EEG wordt ingetrokken.

Beschikking 85/377/EEG blijft evenwel van toepassing tot en met het boekjaar 2009 voor de classificatie van de bedrijven van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen en tot en met de enquête 2007 voor de classificatie van de bedrijven van de in Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad (5) bedoelde landbouwstructuurenquêtes.

2.   Verwijzingen naar de ingetrokken beschikking gelden als verwijzingen naar deze verordening en moeten worden gelezen overeenkomstig de in bijlage V opgenomen concordantietabel.

Artikel 8

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van het boekjaar 2010 in het geval van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen en vanaf de enquête 2010 in het geval van de landbouwstructuurenquêtes.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 december 2008.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB 109 van 23.6.1965, blz. 1859/65.

(2)  PB L 220 van 17.8.1985, blz. 1.

(3)  PB L 321 van 1.12.2008, blz. 14.

(4)  PB L 34 van 7.2.2006, blz. 3.

(5)  PB L 56 van 2.3.1988, blz. 1.


BIJLAGE I

CLASSIFICATIE VAN DE LANDBOUWBEDRIJVEN VOLGENS PRODUCTIERICHTING

A.   CLASSIFICATIESCHEMA

Gespecialiseerde bedrijven — gewassen

Algemene productierichting

Hoofdproductierichting

Bijzondere productierichting

1.

Gespecialiseerde akkerbouwbedrijven

15.

Bedrijven gespecialiseerd in de teelt van granen, oliehoudende zaden en eiwithoudende gewassen

151.

Bedrijven gespecialiseerd in de teelt van granen (andere dan rijst), oliehoudende zaden en eiwithoudende gewassen

152.

Gespecialiseerde rijstbedrijven

153.

Bedrijven met gecombineerde teelt van granen, oliehoudende zaden, eiwithoudende gewassen en rijst

16.

Andere akkerbouwbedrijven

161.

Gespecialiseerde hakvruchtenbedrijven

162.

Bedrijven met gecombineerde teelt van granen, oliehoudende zaden, eiwithoudende gewassen en hakvruchten

163.

Gespecialiseerde akkerbouwgroentebedrijven

164.

Gespecialiseerde tabakbedrijven

165.

Gespecialiseerde katoenbedrijven

166.

Bedrijven met diverse combinaties van akkerbouwgewassen

2.

Gespecialiseerde tuinbouwbedrijven

21.

Gespecialiseerde glastuinbouwbedrijven

211.

Gespecialiseerde glasgroentebedrijven

212.

Gespecialiseerde bedrijven bloemen en sierplanten onder glas

213.

Gespecialiseerde bedrijven gemengde tuinbouw onder glas

22.

Gespecialiseerde opengrondstuinbouwbedrijven

221.

Gespecialiseerde opengrondsgroentebedrijven

222.

Gespecialiseerde bedrijven bloemen en sierplanten in de open grond

223.

Gespecialiseerde bedrijven gemengde tuinbouw in de open grond

23.

Andere tuinbouwbedrijven

231.

Gespecialiseerde paddenstoelbedrijven

232.

Gespecialiseerde boomkwekerijbedrijven

233.

Bedrijven met diverse tuinbouwteelten

3.

Gespecialiseerde bedrijven blijvende teelten

35.

Gespecialiseerde bedrijven wijnbouw en druiventeelt

351.

Gespecialiseerde wijnbouwbedrijven — kwaliteitswijn

352.

Gespecialiseerde wijnbouwbedrijven — andere wijn dan kwaliteitswijn

353.

Gespecialiseerde bedrijven tafeldruiven

354.

Andere bedrijven wijnbouw en druiventeelt

36.

Gespecialiseerde fruit- en citrusteeltbedrijven

361.

Gespecialiseerde fruitteeltbedrijven (andere vruchten dan citrusfruit, tropisch fruit en noten)

362.

Gespecialiseerde citrusteeltbedrijven

363.

Gespecialiseerde notenteeltbedrijven

364.

Gespecialiseerde bedrijven tropisch fruit

365.

Gespecialiseerde bedrijven fruit, citrusfruit, tropisch fruit en noten: gemengde productie

37.

Gespecialiseerde olijventeeltbedrijven

370.

Gespecialiseerde olijventeeltbedrijven

38.

Bedrijven met diverse combinaties van blijvende teelten

380.

Bedrijven met diverse combinaties van blijvende teelten


Gespecialiseerde bedrijven — veeteelt

Algemene productierichting

Hoofdproductierichting

Bijzondere productierichting

4.

Gespecialiseerde graasdierbedrijven

45.

Gespecialiseerde melkveebedrijven

450.

Gespecialiseerde melkveebedrijven

46.

In jong- en vleesvee gespecialiseerde rundveebedrijven

460.

In jong- en vleesvee gespecialiseerde rundveebedrijven

47.

Rundveebedrijven: melk en jong- en vleesvee gecombineerd

470.

Rundveebedrijven: melk en jong- en vleesvee gecombineerd

48.

Graasdierbedrijven: schapen, geiten en andere graasdieren

481.

Gespecialiseerde schapenbedrijven

482.

Bedrijven met schapen en rundvee gecombineerd

483.

Gespecialiseerde geitenbedrijven

484.

Bedrijven met diverse graasdieren

5.

Gespecialiseerde hokdierbedrijven

51.

Gespecialiseerde varkensbedrijven

511.

Gespecialiseerde fokvarkensbedrijven

512.

Gespecialiseerde vleesvarkensbedrijven

513.

Bedrijven met fok- en vleesvarkens gecombineerd

52.

Gespecialiseerde pluimveebedrijven

521.

Gespecialiseerde legkippenbedrijven

522.

Gespecialiseerde slachtpluimveebedrijven

523.

Bedrijven met combinaties van legkippen en slachtpluimvee

53.

Andere gespecialiseerde hokdierbedrijven

530.

Andere gespecialiseerde hokdierbedrijven


Gemengde bedrijven

Algemene productierichting

Hoofdproductierichting

Bijzondere productierichting

6.

Bedrijven met combinaties van gewassen

61.

Bedrijven met combinaties van gewassen

611.

Bedrijven met combinaties van tuinbouw en blijvende teelten

612.

Bedrijven met combinaties van akker- en tuinbouw

613.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en wijnbouw/druiventeelt

614.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en blijvende teelten

615.

Bedrijven met combinaties van gewassen (accent op akkerbouw)

616.

Andere bedrijven met combinaties van gewassen

7.

Bedrijven met combinaties van veeteelt

73.

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op graasdieren

731.

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op melkvee

732.

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op graasdieren andere dan melkvee

74.

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op hokdieren

741.

Bedrijven met veeteeltcombinaties: hokdieren en melkvee

742.

Bedrijven met veeteeltcombinaties: hokdieren en graasdieren andere dan melkvee

8.

Bedrijven met combinaties van gewassen en veeteelt

83.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en graasdieren

831.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw met melkvee

832.

Bedrijven met combinaties van melkvee met akkerbouw

833.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw met graasdieren andere dan melkvee

834.

Bedrijven met combinaties van graasdieren andere dan melkvee met akkerbouw

84.

Bedrijven met diverse gewassen- en veeteeltcombinaties

841.

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en hokdieren

842.

Bedrijven met combinaties van blijvende teelten en graasdieren

843.

Bijenteeltbedrijven

844.

Bedrijven met andere gewassen- en veeteeltcombinaties

9.

Niet-geclassificeerde bedrijven

90.

Niet-geclassificeerde bedrijven

900.

Niet-geclassificeerde bedrijven

B.   OVEREENSTEMMINGSTABEL EN GROEPERINGSCODES

I.   Vergelijking tussen de rubrieken van de landbouwstructuurenquêtes en die van het bedrijfsformulier van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB)

Voor de toepassing van de standaardopbrengsten gelijk te stellen rubrieken

Voor de rubriek te gebruiken code

Communautaire enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven van 2010, 2013 en 2016

(Verordening (EG) nr. 1166/2008)

ILB-bedrijfsformulier

(Verordening (EG) nr. 868/2008 betreffende het bedrijfsformulier (1))

I.   

Gewassen

2.01.01.01.

Zachte tarwe en spelt

120.

Zachte tarwe en spelt

2.01.01.02.

Harde tarwe

121.

Durumtarwe

2.01.01.03.

Rogge

122.

Rogge (inclusief mengsels van wintergranen)

2.01.01.04.

Gerst

123.

Gerst

2.01.01.05.

Haver

124.

Haver

125.

Mengsels van zomergranen

2.01.01.06.

Korrelmais

126.

Korrelmais (inclusief vochtige korrelmais)

2.01.01.07.

Rijst

127.

Rijst

2.01.01.99.

Overige granen voor korrelwinning

128.

Overige granen

2.01.02.

Drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad en mengsels van granen en peulvruchten)

129.

Eiwithoudende gewassen

2.01.02.01.

waarvan erwten, veldbonen en niet-bittere lupinen

360.

Erwten, tuinbonen, paardenbonen, duivenbonen en niet-bittere lupinen

361.

Linzen, kekers en wikke

330.

Overige eiwithoudende gewassen

2.01.03.

Aardappelen (inclusief primeurs en pootaardappelen)

130.

Aardappelen (inclusief vroege en pootaardappelen)

2.01.04.

Suikerbieten (exclusief zaaizaad)

131.

Suikerbieten (exclusief voor zaadwinning)

2.01.05.

Voederhakvruchten (exclusief zaaizaad)

144.

Voederhakvruchten (exclusief voor zaadwinning)

2.01.06.01.

Tabak

134.

Tabak

2.01.06.02.

Hop

133.

Hop

2.01.06.03.

Katoen

347.

Katoen

2.01.06.04.

Kool- en raapzaad

331.

Kool- en raapzaad

2.01.06.05.

Zonnebloemen

332.

Zonnebloem

2.01.06.06.

Sojabonen

333.

Sojaboon

2.01.06.07.

Lijnzaad

364.

Vlas ander dan vezelvlas

2.01.06.08.

Andere oliehoudende gewassen

334.

Overige oliehoudende zaden

2.01.06.09.

Vlas

373.

Vezelvlas

2.01.06.10.

Hennep

374.

Hennep

2.01.06.11.

Andere vezelgewassen

 

2.01.06.12.

Aromatische planten, geneeskrachtige kruiden en specerijen

345.

Geneeskrachtige, specerij-, aromatische en reukstofplanten met inbegrip van thee, koffie en koffiecichorei

2.01.06.99.

Andere handelsgewassen, niet elders genoemd

346.

Suikerriet

348.

Overige handelsgewassen

2.01.07.

Verse groenten, meloenen en aardbeien, waarvan:

 

2.01.07.01.

In de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking

 

2.01.07.01.01.

Akkerbouwmatig geteeld

136.

Groenten, meloenen en aardbeien in volle grond

2.01.07.01.02.

Tuinbouwmatig geteeld

137.

Groenten, meloenen en aardbeien in intensieve teelt in open grond

2.01.07.02.

Onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie

138.

Groenten, meloenen en aardbeien onder beschutting

2.01.08.

Bloemen en sierplanten (exclusief boomkwekerijgewassen):

 

2.01.08.01.

In de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking

140.

Bloemen en sierplanten in open grond (uitgezonderd boomkwekerijen, met inbegrip van bollenteelt)

2.01.08.02.

Onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie

141.

Bloemen en sierplanten onder beschutting

2.01.09.

Groen geoogste gewassen

 

2.01.09.01.

Tijdelijk grasland

147.

Tijdelijk grasland

2.01.09.02.

Andere groen geoogste gewassen

145.

Overige voedergewassen

2.01.09.02.01.

Voedermais

326.

Voedermais

2.01.09.02.02.

Voedererwten

EN

327.

Overige kuilgranen

EN

2.01.09.02.99.

Andere groen geoogste gewassen, niet elders genoemd

328.

Overige voedergewassen

2.01.10.

Zaaizaad en zaailingen op bouwland

142.

Graszaad

143.

Overige zaden

2.01.11.

Overige gewassen op bouwland

148.

Overige akkerbouwproducten: akkerbouwproducten niet genoemd in de rubrieken 120 tot en met 147

149.

Zaaiklaar verhuurd land, met inbegrip van land dat als loon in natura ter beschikking wordt gesteld van personeel

2.01.12.01.

Braakland, zonder financiële steun

146.

Braakland

Ontbrekend gegeven code 3: braakland waarvoor geen financiële steun wordt verleend

2.01.12.02.

Braakland zonder economische opbrengst, waarvoor financiële steun wordt verleend

146.

Braakland

Ontbrekend gegeven code 8: niet-beteelde en niet langer voor productiedoeleinden gebruikte grond waarvoor het bedrijf recht heeft op financiële steun

2.03.01.

Grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst

150.

Blijvend grasland

2.03.02.

Weiden met geringe opbrengst

151.

Uitloopweiden

2.03.03.

Blijvend grasland dat niet langer voor productiedoeleinden wordt gebruikt en voor financiële steun in aanmerking komt

314.

Blijvend grasland dat niet langer voor productiedoeleinden wordt gebruikt en voor financiële steun in aanmerking komt

2.04.01.

Boomgaarden en kleinfruit

152.

Fruitbomen en bessen

2.04.01.01.

Fruit, waarvan

 

2.04.01.01.01.

Fruit van gematigde breedten

349.

Pitvruchten

350.

Steenvruchten

2.04.01.01.02.

Fruit van subtropische breedten

353.

Tropische en subtropische vruchten

2.04.01.02.

Kleinfruit

352.

Kleinfruit en bessen

2.04.01.03.

Noten

351.

Schaalvruchten

2.04.02.

Citrusvruchtaanplantingen

153.

Citrusvruchten

2.04.03.

Olijfboomgaarden

154.

Olijventeelt

2.04.03.01.

waar gewoonlijk tafelolijven worden geproduceerd

281.

Tafelolijven

2.04.03.02.

waar gewoonlijk olijven voor de oliewinning worden geproduceerd

282.

Olijven voor oliewinning

283.

Olijfolie

2.04.04.

Wijngaarden waar gewoonlijk:

155.

Wijngaarden

2.04.04.01.

kwaliteitswijn wordt geproduceerd

286.

Wijndruiven voor kwaliteitswijn met BOB

292.

Wijndruiven voor kwaliteitswijn met BGA

289.

Kwaliteitswijn met BOB

294.

Kwaliteitswijn met BGA

2.04.04.02.

andere wijnen worden geproduceerd

293.

Wijndruiven voor overige wijn

288.

Diverse producten van de wijnbouw (most, most met toegevoegde alcohol, sap, brandewijn, wijnazijn e.a. voor zover zij op het bedrijf worden geproduceerd)

295.

Overige wijn

2.04.04.03.

tafeldruiven worden geproduceerd

285.

Tafeldruiven

2.04.04.04.

krenten en rozijnen worden geproduceerd

291.

Krenten en rozijnen

2.04.05.

Boomkwekerijgewassen

157.

Boomkwekerijen

2.04.06.

Andere meerjarige teelten

158.

Overige blijvende teelten

2.04.07.

Meerjarige teelten onder glas

156.

Blijvende teelten onder beschutting

2.06.01.

Paddenstoelen

139.

Champignons

II.   

Veestapel

3.01.

Eenhoevigen

22.

Eenhoevige dieren (alle leeftijden)

3.02.01.

Mannelijke en vrouwelijke runderen, jonger dan één jaar

23.

Mestkalveren

24.

Overige runderen, jonger dan één jaar

3.02.02.

Mannelijke runderen tussen één en twee jaar oud

25.

Mannelijke runderen, ten minste één maar minder dan twee jaar oud

3.02.03.

Vrouwelijke runderen tussen één en twee jaar oud

26.

Vrouwelijke runderen, ten minste één maar minder dan twee jaar oud

3.02.04.

Mannelijke runderen van twee jaar en ouder

27.

Mannelijke runderen, ten minste twee jaar oud

3.02.05.

Vaarzen van twee jaar en ouder

28.

Fokvaarzen

29.

Mestvaarzen

3.02.06.

Melkkoeien

30.

Melkkoeien

31.

Afgemolken koeien

3.02.99.

Andere koeien

32.

Overige koeien

3.03.01.

Schapen (alle leeftijden)

 

3.03.01.01.

Schapen, vrouwelijke dieren voor de voortplanting

40.

Fokooien

3.03.01.99.

Andere schapen

41.

Overige schapen

3.03.02.

Geiten (alle leeftijden)

 

3.03.02.01.

Geiten, vrouwelijke dieren voor de voortplanting

38.

Vrouwelijke geiten voor de voortplanting

3.03.02.99.

Andere geiten

39.

Overige geiten

3.04.01.

Biggen met een levend gewicht van minder dan 20 kg

43.

Biggen

3.04.02.

Fokzeugen van 50 kg en meer

44.

Fokzeugen

3.04.99.

Andere varkens

45.

Mestvarkens

46.

Overige varkens

3.05.01.

Mesthoenders

47.

Slachtkuikens

3.05.02.

Leghennen

48.

Leghennen

3.05.03.

Ander pluimvee

49.

Overig pluimvee

3.05.03.01.

Kalkoenen

3.05.03.02.

Eenden

3.05.03.03.

Ganzen

3.05.03.04.

Struisvogels

3.05.03.99.

Ander pluimvee, niet elders genoemd

3.06.

Moederkonijnen (voedsters)

34.

Moederkonijnen

3.07.

Bijen

33.

Bijenvolken

II.   Codes waaronder enige in de landbouwstructuurenquêtes van 2010, 2013 en 2016 opgenomen kenmerken worden gegroepeerd

P45.

Melkvee = 3.02.01. (mannelijke en vrouwelijke runderen, jonger dan één jaar) + 3.02.03. (vrouwelijke runderen tussen één en twee jaar oud) + 3.02.05. (vaarzen van twee jaar en ouder) + 3.02.06. (melkkoeien).

P46.

Runderen = P45 (melkvee) + 3.02.02. (mannelijke runderen tussen één en twee jaar oud) + 3.02.04. (mannelijke runderen van twee jaar en ouder) + 3.02.99. (andere koeien).

GL

Graasdieren = 3.01. (eenhoevigen) + P46 (runderen) + 3.03.01.01. (schapen, vrouwelijke dieren voor de voortplanting) + 3.3.1.99. (andere schapen) + 3.03.02.01. (geiten, vrouwelijke dieren voor de voortplanting) + 3.03.02.99. (andere geiten).

Indien GL=0

FCP1

Voor verkoop bestemde voedergewassen = 2.01.05. (voederhakvruchten) + 2.01.09. (groen geoogste gewassen) + 2.03.01. (grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst) + 2.03.02. (weiden met geringe opbrengst).

FCP4

Voedergewassen voor graasdieren = 0.

P17

Hakvruchten = 2.01.03. (aardappelen) + 2.01.04. (suikerbieten) + 2.01.05. (voederhakvruchten).

Indien GL>0

FCP1

Voor verkoop bestemde voedergewassen = 0.

FCP4

Voedergewassen voor graasdieren = 2.01.05. (voederhakvruchten) + 2.01.09. (groen geoogste gewassen) + 2.03.01. (grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst) + 2.03.02. (weiden met geringe opbrengst).

P17

Hakvruchten = 2.01.03. (aardappelen) + 2.01.04. (suikerbieten).

P151.

Granen, uitgezonderd rijst = 2.01.01.01. (zachte tarwe en spelt) + 2.01.01.02. (harde tarwe) + 2.01.01.03. (rogge) + 2.01.01.04. (gerst) + 2.01.01.05. (haver) + 2.01.01.06. (korrelmais) + 2.01.01.99. (overige granen voor korrelwinning).

P15.

Granen = P151 (granen, uitgezonderd rijst) + 2.01.01.07. (rijst).

P16.

Oliehoudende zaden = 2.01.06.04. (kool- en raapzaad) + 2.01.06.05. (zonnebloemen) + 2.01.06.06. (sojabonen) + 2.01.06.07. (lijnzaad) + 2.01.06.08. (andere oliehoudende gewassen).

P51.

Varkens = 3.04.01. (biggen met een levend gewicht van minder dan 20 kg) + 3.04.02. (fokzeugen van 50 kg en meer) + 3.04.99. (andere varkens).

P52.

Pluimvee = 3.05.01. (mesthoenders) + 3.05.02. (leghennen) + 3.05.03. (ander pluimvee).

P1.

Akkerbouw = P15 (granen) + 2.01.02. (drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning) + 2.01.03. (aardappelen) + 2.01.04. (suikerbieten) + 2.01.06.01. (tabak) + 2.01.06.02. (hop) + 2.01.06.03. (katoen) + P16 (oliehoudende zaden) + 2.01.06.09. (vlas) + 2.01.06.10. (hennep) + 2.01.06.11. (andere vezelgewassen) + 2.01.06.12. (aromatische planten, geneeskrachtige kruiden en specerijen) + 2.01.06.99. (andere handelsgewassen, niet elders genoemd) + 2.01.07.01.01. (verse groenten, meloenen en aardbeien — in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking — akkerbouwmatig geteeld) + 2.01.10. (zaaizaad en zaailingen op bouwland) + 2.01.11. (overige gewassen op bouwland) + 2.01.12.01. (braakland, zonder financiële steun) + FCP1 (voor verkoop bestemde voedergewassen).

P2.

Tuinbouw = 2.01.07.01.02. (verse groenten, meloenen en aardbeien — in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking — tuinbouwmatig geteeld) + 2.01.07.02. (verse groenten, meloenen en aardbeien — onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie) + 2.01.08.01. (bloemen en sierplanten — in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking) + 2.01.08.02. (bloemen en sierplanten — onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie) + 2.06.01. (paddenstoelen) + 2.04.05. (boomkwekerijgewassen).

P3.

Meerjarige teelten = 2.04.01. (boomgaarden en kleinfruit) + 2.04.02. (citrusvruchtaanplantingen) + 2.04.03. (olijfboomgaarden) + 2.04.04. (wijngaarden) + 2.04.06. (andere meerjarige teelten) + 2.04.07. (meerjarige teelten onder glas).

P4.

Graasdieren en voedergewassen = GL (graasdieren) + FCP4 (voedergewassen voor graasdieren).

P5.

Hokdieren = P51 (varkens) + P52 (pluimvee) + 3.06. (moederkonijnen (voedsters)).

C.   DEFINITIE VAN DE KLASSEN VAN PRODUCTIERICHTING

Aan de bepaling van de klassen van productierichting liggen twee uitgangspunten ten grondslag, namelijk:

a)

De aard van de betrokken kenmerken

De kenmerken zijn ontleend aan de lijst van kenmerken waarvoor bij de enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven 2010, 2013 en 2016 gegevens worden verzameld: zij worden aangeduid met de code die is vermeld in de overeenstemmingstabel in deel B.I van deze bijlage, of met een code waaronder een aantal van die kenmerken is gegroepeerd, voor welke codes wordt verwezen naar deel B.II van deze bijlage (2).

b)

De minimale en/of maximale aandelen van de kenmerken die de klassengrenzen bepalen

Tenzij anders vermeld, worden deze minimale en/of maximale aandelen aangegeven als breuken van de totale standaardopbrengst van het bedrijf.

Gespecialiseerde bedrijven — gewassen

Productierichting (PR)

Definitie

Code van het kenmerk en minimaal/maximaal aandeel ervan

(zie deel B van deze bijlage)

Algemene PR

Hoofd-PR

Bijzondere PR

Code

 

Code

 

Code

 

1

Gespecialiseerde akkerbouwbedrijven

 

 

 

 

Akkerbouw, d.w.z. granen, drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning, oliehoudende zaden, aardappelen, suikerbieten, handelsgewassen, verse groenten, meloenen en aardbeien als akkerbouwgewas, zaaizaad en zaailingen op bouwland, overige gewassen op bouwland, braakland en voor verkoop bestemde voedergewassen > 2/3

P1 > 2/3

15

Bedrijven gespecialiseerd in de teelt van granen, oliehoudende zaden en eiwithoudende gewassen

 

 

Granen, oliehoudende zaden en drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning > 2/3

P15 + P16 + 2.01.02. > 2/3

151

Bedrijven gespecialiseerd in de teelt van granen (andere dan rijst), oliehoudende zaden en eiwithoudende gewassen

Granen, uitgezonderd rijst, oliehoudende zaden, drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning > 2/3

P151 + P16 + 2.01.02. > 2/3

152

Gespecialiseerde rijstbedrijven

Rijst > 2/3

2.01.01.07. > 2/3

153

Bedrijven met gecombineerde teelt van granen, oliehoudende zaden, eiwithoudende gewassen en rijst

Bedrijven van klasse 15, uitgezonderd die van de klassen 151 en 152

 

16

Andere akkerbouwbedrijven

 

 

Akkerbouw > 2/3; granen, oliehoudende zaden en drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning ≤ 2/3

P15 + P16 + 2.01.02. ≤ 2/3

161

Gespecialiseerde hakvruchtenbedrijven

Aardappelen, suikerbieten en voederhakvruchten > 2/3

P17 > 2/3

162

Bedrijven met gecombineerde teelt van granen, oliehoudende zaden, eiwithoudende gewassen en hakvruchten

Granen, oliehoudende zaden en drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning > 1/3; hakvruchten > 1/3

P15 + P16 + 2.01.02. > 1/3; P17 > 1/3

163

Gespecialiseerde akkerbouwgroentebedrijven

Verse groenten, meloenen en aardbeien als akkerbouwgewas > 2/3

2.01.07.01.01. > 2/3

164

Gespecialiseerde tabakbedrijven

Tabak > 2/3

2.01.06.01. > 2/3

165

Gespecialiseerde katoenbedrijven

Katoen > 2/3

2.01.06.03. > 2/3

166

Bedrijven met diverse combinaties van akkerbouwgewassen

Bedrijven van klasse 16, uitgezonderd die van de klassen 161, 162, 163, 164 en 165

 

2

Gespecialiseerde tuinbouwbedrijven

 

 

 

 

Verse groenten, meloenen en aardbeien als opengrondstuinbouwgewas en onder glas, bloemen en sierplanten in de open grond en onder glas, paddenstoelen en boomkwekerijgewassen > 2/3

P2 > 2/3

21

Gespecialiseerde glastuinbouwbedrijven

 

 

Verse groenten, meloenen en aardbeien onder glas en bloemen en sierplanten onder glas > 2/3

2.01.07.02. + 2.01.08.02. > 2/3

211

Gespecialiseerde glasgroentebedrijven

Verse groenten, meloenen en aardbeien onder glas > 2/3

2.01.07.02. > 2/3

212

Gespecialiseerde bedrijven bloemen en sierplanten onder glas

Bloemen en sierplanten onder glas > 2/3

2.01.08.02. > 2/3

213

Gespecialiseerde bedrijven gemengde tuinbouw onder glas

Bedrijven van klasse 21, uitgezonderd die van de klassen 211 en 212

 

22

Gespecialiseerde opengrondstuinbouwbedrijven

 

 

Verse groenten, meloenen en aardbeien in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking tuinbouwmatig geteeld en bloemen en sierplanten in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking > 2/3

2.01.07.01.02. + 2.01.08.01. > 2/3

221

Gespecialiseerde opengrondsgroentebedrijven

Verse groenten, meloenen en aardbeien in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking tuinbouwmatig geteeld > 2/3

2.01.07.01.02. > 2/3

222

Gespecialiseerde bedrijven bloemen en sierplanten in de open grond

Bloemen en sierplanten in de open lucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking > 2/3

2.01.08.01. > 2/3

223

Gespecialiseerde bedrijven gemengde tuinbouw in de open grond

Bedrijven van klasse 22, uitgezonderd die van de klassen 221 en 222

 

23

Andere tuinbouwbedrijven

 

 

Tuinbouwbedrijven met glastuinbouw ≤ 2/3 en tuinbouw in de open grond ≤ 2/3

2.01.07.01.02. + 2.01.08.01. ≤ 2/3; 2.01.07.02. + 2.01.08.02. ≤ 2/3

231

Gespecialiseerde paddenstoelbedrijven

Paddenstoelen > 2/3

2.06.01. > 2/3

232

Gespecialiseerde boomkwekerijbedrijven

Boomkwekerijgewassen > 2/3

2.04.05. > 2/3

233

Bedrijven met diverse tuinbouwteelten

Bedrijven van klasse 23, uitgezonderd die van de klassen 231 en 232

 

3

Gespecialiseerde bedrijven blijvende teelten

 

 

 

 

Boomgaarden en kleinfruit, citrusvruchtaanplantingen, olijfboomgaarden, wijngaarden, andere meerjarige teelten en meerjarige teelten onder glas > 2/3

P3 > 2/3

35

Gespecialiseerde bedrijven wijnbouw en druiventeelt

 

 

Wijngaarden > 2/3

2.04.04. > 2/3

351

Gespecialiseerde wijnbouwbedrijven — kwaliteitswijn

Wijngaarden waar gewoonlijk kwaliteitswijn wordt geproduceerd > 2/3

2.04.04.01. > 2/3

352

Gespecialiseerde wijnbouwbedrijven — andere wijn dan kwaliteitswijn

Wijngaarden waar gewoonlijk andere wijnen worden geproduceerd > 2/3

2.04.04.02. > 2/3

353

Gespecialiseerde bedrijven tafeldruiven

Wijngaarden waar gewoonlijk tafeldruiven worden geproduceerd > 2/3

2.04.04.03. > 2/3

354

Andere bedrijven wijnbouw en druiventeelt

Bedrijven van klasse 35, uitgezonderd die van de klassen 351, 352 en 353

 

36

Gespecialiseerde fruit- en citrusteeltbedrijven

 

 

Boomgaarden en kleinfruit en citrusvruchtaanplantingen > 2/3

2.04.01. + 2.04.02. > 2/3

361

Gespecialiseerde fruitteeltbedrijven (andere vruchten dan citrusfruit, tropisch fruit en noten)

Fruit van gematigde breedten en kleinfruit > 2/3

2.04.01.01.01. + 2.04.01.02. > 2/3

362

Gespecialiseerde citrusteeltbedrijven

Citrusfruit > 2/3

2.04.02. > 2/3

363

Gespecialiseerde notenteeltbedrijven

Noten > 2/3

2.04.01.03. > 2/3

364

Gespecialiseerde bedrijven tropisch fruit

Tropisch fruit > 2/3

2.04.01.01.02. > 2/3

365

Gespecialiseerde bedrijven fruit, citrusfruit, tropisch fruit en noten: gemengde productie

Bedrijven van klasse 36, uitgezonderd die van de klassen 361, 362, 363 en 364

 

37

Gespecialiseerde olijventeeltbedrijven

370

Gespecialiseerde olijventeeltbedrijven

Olijfboomgaarden > 2/3

2.04.03. > 2/3

38

Bedrijven met diverse combinaties van blijvende teelten

380

Bedrijven met diverse combinaties van blijvende teelten

Bedrijven van klasse 3, uitgezonderd die van de klassen 35, 36 en 37

 


Gespecialiseerde bedrijven — veeteelt

Productierichting (PR)

Definitie

Code van het kenmerk en minimaal/maximaal aandeel ervan

(zie deel B van deze bijlage)

Algemene PR

Hoofd-PR

Bijzondere PR

Code

 

Code

 

Code

 

4

Gespecialiseerde graasdierbedrijven

 

 

 

 

Voedergewassen voor graasdieren (d.w.z. voederhakvruchten, groen geoogste gewassen, grasland en weiden met geringe opbrengst) en graasdieren (d.w.z. eenhoevigen en alle categorieën van runderen, schapen en geiten) > 2/3

P4 > 2/3

45

Gespecialiseerde melkveebedrijven

 

 

Melkkoeien > 3/4 van alle graasdieren; graasdieren > 1/3 van de graasdieren en voedergewassen

3.02.06. > 3/4 GL; GL > 1/3 P4

46

In jong- en vleesvee gespecialiseerde rundveebedrijven

 

 

Alle runderen (d.w.z. runderen jonger dan één jaar, runderen tussen één en twee jaar oud en runderen van twee jaar en ouder (mannelijke dieren, vaarzen, melkkoeien en andere koeien)) > 2/3 van de graasdieren; melkkoeien ≤ 1/10 van de graasdieren; graasdieren > 1/3 van de graasdieren en voedergewassen

P46 > 2/3 GL; 3.02.06. ≤ 1/10 GL; GL > 1/3 P4

47

Rundveebedrijven: melk en jong- en vleesvee gecombineerd

 

 

Alle runderen > 2/3 van de graasdieren; melkkoeien > 1/10 van de graasdieren; graasdieren > 1/3 van de graasdieren en voedergewassen; uitgezonderd de bedrijven van klasse 45

P46 > 2/3 GL; 3.02.06. > 1/10 GL; GL > 1/3 P4; uitgezonderd klasse 45

48

Graasdierbedrijven: schapen, geiten en andere graasdieren

 

 

Alle runderen ≤ 2/3 van de graasdieren

P46 ≤ 2/3

481

Gespecialiseerde schapenbedrijven

Schapen > 2/3 van de graasdieren; graasdieren > 1/3 van de graasdieren en voedergewassen

3.03.01. > 2/3 GL; GL > 1/3 P4

482

Bedrijven met schapen en rundvee gecombineerd

Alle runderen > 1/3 van de graasdieren; schapen > 1/3 van de graasdieren; graasdieren >1/3 van de graasdieren en voedergewassen

P46 > 1/3 GL; 3.03.01. > 1/3 GL; GL > 1/3 P4

483

Gespecialiseerde geitenbedrijven

Geiten > 2/3 van de graasdieren; graasdieren > 1/3 van de graasdieren en voedergewassen

3.03.02. > 2/3 GL; GL > 1/3 P4

484

Bedrijven met diverse graasdieren

Bedrijven van klasse 48, uitgezonderd die van de klassen 481, 482 en 483

 

5

Gespecialiseerde hokdierbedrijven

 

 

 

 

Hokdieren, d.w.z. varkens (d.w.z. biggen, fokzeugen en andere varkens), pluimvee (d.w.z. mesthoenders, leghennen en ander pluimvee) en moederkonijnen (voedsters) > 2/3

P5 > 2/3

51

Gespecialiseerde varkensbedrijven

 

 

Varkens > 2/3

P51 > 2/3

511

Gespecialiseerde fokvarkensbedrijven

Fokzeugen > 2/3

3.04.02. > 2/3

512

Gespecialiseerde vleesvarkensbedrijven

Biggen en andere varkens > 2/3

3.04.01. + 3.04.99. > 2/3

513

Bedrijven met fok- en vleesvarkens gecombineerd

Bedrijven van klasse 51, uitgezonderd die van de klassen 511 en 512

 

52

Gespecialiseerde pluimveebedrijven

 

 

Pluimvee > 2/3

P52 > 2/3

521

Gespecialiseerde legkippenbedrijven

Leghennen > 2/3

3.05.02. > 2/3

522

Gespecialiseerde slachtpluimveebedrijven

Mesthoenders en ander pluimvee > 2/3

3.05.01. + 3.05.03. > 2/3

523

Bedrijven met combinaties van legkippen en slachtpluimvee

Bedrijven van klasse 52, uitgezonderd die van de klassen 521 en 522

 

53

Andere gespecialiseerde hokdierbedrijven

 

 

Bedrijven van klasse 5, uitgezonderd die van de klassen 51 en 52

 


Gemengde bedrijven

Productierichting (PR)

Definitie

Code van het kenmerk en minimaal/maximaal aandeel ervan

(zie deel B van deze bijlage)

Algemene PR

Hoofd-PR

Bijzondere PR

Code

 

Code

 

Code

 

6

Bedrijven met combinaties van gewassen

61

Bedrijven met combinaties van gewassen

 

 

Akkerbouw en tuinbouw en meerjarige teelten > 2/3 maar {akkerbouw ≤ 2/3 en tuinbouw ≤ 2/3 en meerjarige teelten ≤ 2/3}

(P1 + P2 + P3) > 2/3; P1 ≤ 2/3; P2 ≤ 2/3; P3 ≤ 2/3

611

Bedrijven met combinaties van tuinbouw en blijvende teelten

Tuinbouw > 1/3; meerjarige teelten > 1/3

P2 > 1/3; P3 > 1/3

612

Bedrijven met combinaties van akker- en tuinbouw

Akkerbouw > 1/3; tuinbouw > 1/3

P1 > 1/3; P2 > 1/3

613

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en wijnbouw/druiventeelt

Akkerbouw > 1/3; wijngaarden > 1/3

P1 > 1/3; 2.04.04. > 1/3

614

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en blijvende teelten

Akkerbouw > 1/3; meerjarige teelten > 1/3; wijngaarden ≤ 1/3

P1 > 1/3; P3 > 1/3; 2.04.04. ≤ 1/3

615

Bedrijven met combinaties van gewassen (accent op akkerbouw)

Akkerbouw > 1/3; geen enkele andere productietak > 1/3

P1 > 1/3; P2 ≤ 1/3; P3 ≤ 1/3;

616

Andere bedrijven met combinaties van gewassen

Bedrijven van klasse 61, uitgezonderd die van de klassen 611, 612, 613, 614 en 615

 

7

Bedrijven met combinaties van veeteelt

 

 

 

 

Graasdieren en voedergewassen en hokdieren > 2/3; graasdieren en voedergewassen ≤ 2/3; hokdieren ≤ 2/3

P4 + P5 > 2/3; P4 ≤ 2/3; P5 ≤ 2/3

73

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op graasdieren

 

 

Graasdieren en voedergewassen > hokdieren

P4 > P5

731

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op melkvee

Melkvee > 1/3 van de graasdieren; melkkoeien > 1/2 van het melkvee

P45 > 1/3 GL; 3.02.06. > 1/2 P45;

732

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op graasdieren andere dan melkvee

Bedrijven van klasse 73, uitgezonderd die van klasse 731

 

74

Bedrijven met veeteeltcombinaties, accent op hokdieren

 

 

Graasdieren en voedergewassen ≤ hokdieren

P4 ≤ P5

741

Bedrijven met veeteeltcombinaties: hokdieren en melkvee

Melkvee > 1/3 van de graasdieren; hokdieren > 1/3; melkkoeien > 1/2 van het melkvee

P45 > 1/3 GL; P5 > 1/3; 3.02.06. > 1/2 P45

742

Bedrijven met veeteeltcombinaties: hokdieren en graasdieren andere dan melkvee

Bedrijven van klasse 74, uitgezonderd die van klasse 741

 

8

Bedrijven met combinaties van gewassen en veeteelt

 

 

 

 

Bedrijven die niet konden worden ondergebracht in de klassen 1 t/m 7

 

83

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en graasdieren

 

 

Akkerbouw > 1/3; graasdieren en voedergewassen > 1/3

P1 > 1/3; P4 > 1/3

831

Bedrijven met combinaties van akkerbouw met melkvee

Melkvee > 1/3 van de graasdieren; melkkoeien > 1/2 van het melkvee; melkvee < akkerbouw

P45 > 1/3 GL; 3.02.06. > 1/2 P45; P45 < P1

832

Bedrijven met combinaties van melkvee met akkerbouw

Melkvee > 1/3 van de graasdieren; melkkoeien > 1/2 van het melkvee; melkvee ≥ akkerbouw

P45 > 1/3 GL; 3.02.06. > 1/2 P45; P45 ≥ P1

833

Bedrijven met combinaties van akkerbouw met graasdieren andere dan melkvee

Akkerbouw > graasdieren en voedergewassen; uitgezonderd de bedrijven van klasse 831

P1 > P4; uitgezonderd klasse 831

834

Bedrijven met combinaties van graasdieren andere dan melkvee met akkerbouw

Bedrijven van klasse 83, uitgezonderd die van de klassen 831, 832 en 8332

 

84

Bedrijven met diverse gewassen- en veeteeltcombinaties

 

 

Bedrijven van klasse 8, uitgezonderd die van klasse 83

 

841

Bedrijven met combinaties van akkerbouw en hokdieren

Akkerbouw > 1/3; hokdieren > 1/3

P1 > 1/3; P5 > 1/3

842

Bedrijven met combinaties van blijvende teelten en graasdieren

Meerjarige teelten > 1/3; graasdieren en voedergewassen > 1/3

P3 > 1/3; P4 > 1/3

843

Bijenteeltbedrijven

Bijen > 2/3

3.7. > 2/3

844

Bedrijven met andere gewassen- en veeteeltcombinaties

Bedrijven van klasse 84, uitgezonderd die van de klassen 841, 842 en 843

 


Niet-geclassificeerde bedrijven

Productierichting (PR)

Definitie

Code van het kenmerk en minimaal/maximaal aandeel ervan

(zie deel B van deze bijlage)

Algemene PR

Hoofd-PR

Bijzondere PR

Code

 

Code

 

Code

 

9

Niet-geclassificeerde bedrijven

 

 

 

 

Niet-geclassificeerde bedrijven

Totale standaardopbrengst = 0


(1)  PB L 237 van 4.9.2008, blz. 18.

(2)  De kenmerken 2.01.05. (voederhakvruchten), 2.01.09. (groen geoogste gewassen), 2.01.12.01. (braakland, zonder financiële steun), 2.01.12.02. (braakland zonder economische opbrengst, waarvoor financiële steun wordt verleend), 2.02. (tuinen voor eigen gebruik), 2.03.01. (grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst), 2.03.02. (weiden met geringe opbrengst), 2.03.03. (blijvend grasland dat niet langer voor productiedoeleinden wordt gebruikt en voor financiële steun in aanmerking komt), 3.02.01. (mannelijke en vrouwelijke runderen, jonger dan één jaar), 3.03.01.99. (andere schapen), 3.03.02.99. (andere geiten) en 3.04.01. (biggen met een levend gewicht van minder dan 20 kg) worden slechts onder bepaalde voorwaarden meegeteld (zie bijlage IV, punt 5).


BIJLAGE II

ECONOMISCHE BEDRIJFSOMVANG

A.   ECONOMISCHE BEDRIJFSOMVANG

De economische bedrijfsomvang wordt gemeten als de totale standaardopbrengst van het bedrijf, uitgedrukt in euro's.

B.   KLASSEN VAN ECONOMISCHE BEDRIJFSOMVANG

De bedrijven worden ingedeeld in grootteklassen met de volgende grenzen:

Klasse

Grenzen in euro's

I

minder dan 2 000 EUR

II

van 2 000 tot minder dan 4 000 EUR

III

van 4 000 tot minder dan 8 000 EUR

IV

van 8 000 tot minder dan 15 000 EUR

V

van 15 000 tot minder dan 25 000 EUR

VI

van 25 000 tot minder dan 50 000 EUR

VII

van 50 000 tot minder dan 100 000 EUR

VIII

van 100 000 tot minder dan 250 000 EUR

IX

van 250 000 tot minder dan 500 000 EUR

X

van 500 000 tot minder dan 750 000 EUR

XI

van 750 000 tot minder dan 1 000 000 EUR

XII

van 1 000 000 tot minder dan 1 500 000 EUR

XIII

van 1 500 000 tot minder dan 3 000 000 EUR

XIV

3 000 000 EUR of meer

Voor toepassing op het gebied van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen en de communautaire enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven kan worden bepaald dat de grootteklassen IV en V, VIII en IX, X en XI, van XII tot en met XIV of van X tot en met XIV worden samengevoegd.

Ter uitvoering van artikel 4, lid 1, van Verordening 79/65/EEG stellen de lidstaten voor het waarnemingsgebied van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen een drempelwaarde van de economische bedrijfsomvang vast die gelijk is aan de ondergrens van een van de bovenvermelde grootteklassen.


BIJLAGE III

RECHTSTREEKS MET HET BEDRIJF VERBAND HOUDENDE ANDERE WINSTGEVENDE WERKZAAMHEDEN

A.   DEFINITIE VAN RECHTSTREEKS MET HET BEDRIJF VERBAND HOUDENDE ANDERE WINSTGEVENDE WERKZAAMHEDEN

De rechtstreeks met het bedrijf verband houdende winstgevende werkzaamheden, andere dan de landbouwwerkzaamheden van het bedrijf, omvatten alle niet-landbouwwerkzaamheden die rechtstreeks met het bedrijf verband houden en een economische impact op het bedrijf hebben. Het betreft werkzaamheden waarbij hetzij productiemiddelen van het bedrijf (grond, gebouwen, machines, landbouwproducten enz.), hetzij producten van het bedrijf worden gebruikt.

B.   SCHATTING VAN HET BELANG VAN DE RECHTSTREEKS MET HET BEDRIJF VERBAND HOUDENDE ANDERE WINSTGEVENDE WERKZAAMHEDEN (AWW'S)

Het aandeel van de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende AWW's in de finale output van het bedrijf wordt als volgt geschat aan de hand van het aandeel van de omzet uit de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende AWW's in de totale omzet van het bedrijf (inclusief rechtstreekse betalingen):

Formula

C.   KLASSEN NAAR HET BELANG VAN DE RECHTSTREEKS MET HET BEDRIJF VERBAND HOUDENDE AWW's

De bedrijven worden als volgt in klassen ingedeeld volgens de grenzen waarbinnen het belang van de rechtstreeks met het bedrijf verband houdende AWW's in procenten van de finale output ligt.

Klasse

Grenzen in procenten

I

Van 0 % tot en met 10 %

II

Van meer dan 10 % tot en met 50 %

III

Van meer dan 50 % tot minder dan 100 %


BIJLAGE IV

STANDAARDOPBRENGSTEN (SO's)

1.   DEFINITIE EN WIJZE VAN BEREKENING VAN DE SO's

a)   Onder opbrengst van een landbouwkenmerk wordt verstaan: de geldwaarde van de brutoproductie van het betrokken landbouwproduct tegen de prijs af boerderij.

Onder standaardopbrengst (SO) wordt verstaan: de waarde van de opbrengst die overeenstemt met de gemiddelde situatie in een bepaalde regio voor elk van de onderscheiden landbouwkenmerken.

b)   De opbrengst is gelijk aan de som van de waarde van het/de hoofdproduct(en) en de waarde van het/de bijproduct(en).

De waarden worden berekend door de productie per eenheid te vermenigvuldigen met de prijs af boerderij. Zij zijn exclusief btw, belastingen op producten en rechtstreekse betalingen.

c)   Productieperiode

De SO's hebben betrekking op een productieperiode van twaalf maanden (kalender- of landbouwjaar).

Voor de plantaardige en de dierlijke producten waarbij de productieduur minder of meer dan twaalf maanden bedraagt, wordt een SO berekend die betrekking heeft op de aanwas of productie over twaalf maanden.

d)   Basisgegevens en referentieperiode

De SO's worden bepaald met behulp van de elementen die zijn genoemd in het vorenstaande punt b). De hiervoor benodigde basisgegevens worden in de lidstaten verzameld over een referentieperiode van vijf opeenvolgende kalender- of landbouwjaren. Deze referentieperiode is uniform voor alle lidstaten en wordt door de Commissie vastgesteld. Zo hebben bijvoorbeeld de SO's van de referentieperiode „2007” betrekking op de kalenderjaren 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 of de landbouwjaren 2005/2006, 2006/2007, 2007/2008, 2008/2009 en 2009/2010.

e)   Eenheden

1)   Fysieke eenheden:

a)

De SO's voor de kenmerken van de plantaardige productie worden bepaald per hectare van de betrokken oppervlakte.

Voor paddenstoelen worden de SO's evenwel bepaald op basis van de bruto-opbrengsten van alle opeenvolgende oogsten in de loop van het jaar en uitgedrukt per 100 m2 oppervlak van de bedden. Voor gebruik in het kader van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen worden de aldus bepaalde SO's gedeeld door het aantal opeenvolgende oogsten per jaar, welk aantal door de lidstaten wordt meegedeeld.

b)

De SO's voor de kenmerken van de dierlijke productie worden bepaald per dier, voor pluimvee evenwel per honderd stuks en voor bijen per volk.

2)   Munteenheden en afronding

De basisgegevens voor de bepaling van de SO's en de berekende SO's zelf dienen te luiden in euro's. Voor de lidstaten die niet deelnemen aan de Economische en Monetaire Unie, worden de SO's in euro's omgerekend met behulp van de gemiddelde wisselkoersen in de referentieperiode als omschreven in punt 1, onder d), van deze bijlage. Deze wisselkoersen worden door de Commissie aan die lidstaten meegedeeld.

De SO's mogen op het naaste veelvoud van 5 EUR worden afgerond wanneer dit zinvol is.

2.   AGGREGATIENIVEAU VAN DE SO's

a)   Volgens de kenmerken van de plantaardige en de dierlijke productie

De SO's worden bepaald voor alle landbouwkenmerken waarvoor in de communautaire landbouwstructuurenquêtes een rubriek is opgenomen, zulks overeenkomstig de voor deze enquêtes geldende aanwijzingen.

b)   Geografisch

De SO's worden op zijn minst voor geografische eenheden bepaald die verenigbaar zijn met die van de communautaire landbouwstructuurenquêtes en van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen. Probleem- of berggebieden worden niet als een geografische eenheid beschouwd.

Er wordt geen SO bepaald voor kenmerken die niet voorkomen in de betrokken regio.

3.   VERZAMELING VAN GEGEVENS VOOR DE BEPALING VAN DE SO's

a)

De basisgegevens voor de bepaling van de SO's worden vernieuwd op zijn minst telkens wanneer een landbouwstructuurenquête in de vorm van een telling wordt uitgevoerd.

b)

Tussen twee communautaire landbouwstructuurenquêtes in de vorm van een telling worden de SO's geactualiseerd telkens wanneer een landbouwstructuurenquête wordt uitgevoerd. Een dergelijke actualisatie vindt plaats:

hetzij door de basisgegevens te vernieuwen op soortgelijke wijze als vermeld onder a),

hetzij door toepassing van een berekeningsmethode waarmee de SO's kunnen worden geactualiseerd. De beginselen voor een dergelijke methode worden op communautair niveau vastgesteld.

4.   UITVOERING

De lidstaten hebben tot taak overeenkomstig het bepaalde in deze bijlage de basisgegevens voor de berekening van de SO's te verzamelen, de SO's te berekenen en in euro's om te rekenen en in voorkomend geval de voor de toepassing van de actualisatiemethode benodigde gegevens te verzamelen.

5.   BEHANDELING VAN BIJZONDERE GEVALLEN

Voor de berekening van de SO's voor bepaalde soorten kenmerken gelden de volgende bijzondere voorschriften:

a)   Braakland, zonder financiële steun

De SO voor braakland zonder financiële steun wordt slechts meegerekend in de totale SO van het bedrijf wanneer er op het bedrijf andere positieve SO's zijn.

b)   Braakland zonder economische opbrengst, waarvoor financiële steun wordt verleend, en blijvend grasland dat niet langer voor productiedoeleinden wordt gebruikt en voor financiële steun in aanmerking komt

Aangezien de inkomsten uit grond zonder economische opbrengst waarvoor financiële steun wordt verleend, beperkt blijven tot de rechtstreekse betalingen, worden de SO's van dergelijke grond geacht gelijk te zijn aan nul.

c)   Tuinen voor eigen gebruik

Aangezien de producten van tuinen voor eigen gebruik normaliter bestemd zijn voor consumptie door de bezitter en niet voor verkoop, worden de SO's van dergelijke tuinen geacht gelijk te zijn aan nul.

d)   Rundvee

Voor rundvee wordt bij de kenmerken onderscheid gemaakt naar leeftijdscategorie. De opbrengst komt dan overeen met de waarde van de aanwas van het dier tijdens zijn verblijf in de betrokken categorie. Met andere woorden, de opbrengst komt overeen met het verschil tussen de waarde van het dier wanneer het de categorie verlaat en zijn waarde wanneer het de categorie binnenkomt (ook vervangingswaarde genoemd).

e)   Mannelijke en vrouwelijke runderen, jonger dan één jaar

SO's voor runderen jonger dan één jaar worden slechts meegerekend in de totale SO van het bedrijf wanneer er op het bedrijf meer runderen jonger dan één jaar dan koeien zijn. Alleen de SO's voor de boventallige runderen jonger dan één jaar worden meegerekend.

f)   Andere schapen en andere geiten

De SO's voor andere schapen worden slechts meegerekend in de totale SO van het bedrijf wanneer er op het bedrijf geen vrouwelijke schapen voor de voortplanting zijn.

De SO's voor andere geiten worden slechts meegerekend in de totale SO van het bedrijf wanneer er op het bedrijf geen vrouwelijke geiten voor de voortplanting zijn.

g)   Biggen

De SO's voor biggen worden slechts meegerekend in de totale SO van het bedrijf wanneer er op het bedrijf geen fokzeugen zijn.

h)   Voedergewassen

Wanneer er geen graasdieren (d.w.z. eenhoevigen, runderen, schapen of geiten) op het bedrijf zijn, worden de voedergewassen (d.w.z. voederhakvruchten, groen geoogste gewassen en grasland) beschouwd als bestemd voor verkoop en maakt de opbrengst ervan deel uit van de opbrengst van de akkerbouw.

Wanneer er wel graasdieren op het bedrijf zijn, worden de voedergewassen beschouwd als bestemd voor vervoedering aan de graasdieren en maakt de opbrengst ervan deel uit van de opbrengst van de graasdieren en voedergewassen.


BIJLAGE V

Concordantietabel

Beschikking 85/377/EEG

De onderhavige verordening

Artikel 1, eerste alinea

Artikel 1, lid 1

Artikel 1, tweede alinea

Artikel 2, lid 1, en artikel 2, lid 2

Artikel 2, lid 3

Artikel 1, lid 2

Artikelen 3 tot en met 5

Artikel 6

Artikel 2, lid 1

Artikel 7, eerste alinea, inleidend zinsdeel

Artikel 2, lid 2, inleidend zinsdeel

Artikel 7, eerste alinea, eerste tot en met derde streepje

Artikel 2, lid 2, eerste alinea, onder a) tot en met c)

Artikel 7, eerste alinea, vierde streepje

Artikel 7, tweede alinea

Artikel 7, derde alinea

Artikel 2, lid 2, tweede alinea

Artikelen 8 en 9

Artikel 3

Artikelen 4 tot en met 7

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 8

Bijlage I

Bijlage IV

Bijlage II

Bijlage I

Bijlage III

Bijlage II

Bijlage III

Bijlage V


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/25


VERORDENING (EG) Nr. 1243/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot wijziging van de bijlagen III en VI bij Richtlijn 2006/141/EG wat betreft de eisen inzake de samenstelling van bepaalde volledige zuigelingenvoeding

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 89/398/EEG van de Raad van 3 mei 1989 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen (1), en met name op artikel 4, lid 1, derde alinea, tweede streepje,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2006/141/EG van de Commissie van 22 december 2006 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding en tot wijziging van Richtlijn 1999/21/EG (2) stelt onder meer criteria inzake de samenstelling van volledige zuigelingenvoeding vast.

(2)

Richtlijn 2006/141/EG bepaalt dat bij de vervaardiging van volledige zuigelingenvoeding uitsluitend de in bijlage III bij die richtlijn opgenomen stoffen mogen worden gebruikt teneinde te voorzien in de behoeften aan onder meer aminozuren en andere stikstofverbindingen.

(3)

Bijlage III bij die richtlijn moet worden gewijzigd om het gebruik van L-arginine en het hydrochloride daarvan in volledige zuigelingenvoeding toe te staan.

(4)

Richtlijn 2006/141/EG bepaalt ook dat volledige zuigelingenvoeding vervaardigd van eiwithydrolysaten, zoals omschreven in punt 2.2 van bijlage I bij die richtlijn, waarvan het eiwitgehalte tussen het minimum en 0,56 g/100 kJ (2,25 g/100 kcal) ligt, in overeenstemming moet zijn met de desbetreffende specificaties in bijlage VI. Die bijlage bevat de specificaties van het eiwitgehalte en de eiwitbron en de eiwitbewerking bij de vervaardiging van volledige zuigelingenvoeding, vervaardigd van wei-eiwithydrolysaten uit koemelk.

(5)

Verordening (EG) nr. 1609/2006 van de Commissie van 27 oktober 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van zuigelingenvoeding op basis van hydrolysaten van wei-eiwit, vervaardigd van koemelkeiwit, voor een periode van twee jaar (3) staat het in de handel brengen toe van zuigelingenvoeding op basis van hydrolysaten uit koemelk overeenkomstig de in de bijlage bij die verordening vastgestelde specificaties voor eiwitgehalte, eiwitbron, eiwitverwerking en eiwitkwaliteit. Die vergunning is op 27 oktober 2008 afgelopen.

(6)

Bij Richtlijn 2006/141/EG wordt de in Verordening (EG) nr. 1609/2006 vastgestelde vergunning op permanente basis verleend. In bijlage VI bij Richtlijn 2006/141/EG zijn de specificaties voor het eiwitgehalte, de eiwitbron en de eiwitbewerking voor de volledige zuigelingenvoeding in kwestie vastgesteld. De bijzondere samenstellingseisen in verband met de eiwitkwaliteit zijn echter niet in die bijlage opgenomen. Het ontbreken van dergelijke eisen zou ertoe leiden dat van eiwithydrolysaten vervaardigde volledige zuigelingenvoeding na het verstrijken van de geldigheidsduur van Verordening (EG) nr. 1609/2006 niet meer in de handel zou mogen worden gebracht.

(7)

De ontbrekende specificaties betreffende de eiwitkwaliteit, die zijn opgenomen in de bij Verordening (EG) nr. 1609/2006 vastgestelde eisen voor de verlening van een vergunning, moeten worden toegevoegd aan bijlage VI bij Richtlijn 2006/141/EG. Die bijlage moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

Om een onderbreking van het handelsverkeer in volledige zuigelingenvoeding te vermijden, moet deze verordening van toepassing zijn met ingang van 28 oktober 2008.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen III en VI bij Richtlijn 2006/141/EG worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 28 oktober 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

Androulla VASSILIOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 186 van 30.6.1989, blz. 27.

(2)  PB L 401 van 30.12.2006, blz. 1.

(3)  PB L 299 van 28.10.2006, blz. 9.


BIJLAGE

De bijlagen III en VI bij Richtlijn 2006/141/EG worden als volgt gewijzigd:

1)

In punt 3 van bijlage III wordt de volgende stof ingevoegd boven aan de lijst, getiteld „Aminozuren en andere stikstofverbindingen”:

„L-arginine en het hydrochloride daarvan (1)

2)

In bijlage VI wordt het volgende punt 4 toegevoegd:

„4.   Eiwitkwaliteit

Het gehalte aan onmisbare en onder voorwaarden onmisbare aminozuren van moedermelk, uitgedrukt in mg per 100 kJ en 100 kcal, is als volgt:

 

Per 100 kJ (2)

Per 100 kcal

Arginine

16

69

Cystine

6

24

Histidine

11

45

Isoleucine

17

72

Leucine

37

156

Lysine

29

122

Methionine

7

29

Fenylalanine

15

62

Threonine

19

80

Tryptofaan

7

30

Tyrosine

14

59

Valine

19

80


(1)  L-arginine en het hydrochloride daarvan mogen alleen worden gebruikt bij de vervaardiging van de in artikel 7, lid 1, derde alinea, bedoelde volledige zuigelingenvoeding.”.

(2)  1 kJ = 0,239 kcal.”


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/28


VERORDENING (EG) Nr. 1244/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1614/2000 houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip „producten van oorsprong” in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Cambodja wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (1), en met name op artikel 247,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2), en met name op artikel 76,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 980/2005 van de Raad van 27 juni 2005 houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties (3) heeft de Gemeenschap algemene tariefpreferenties toegestaan aan Cambodja. Verordening (EG) nr. 980/2005 loopt op 31 december 2008 af maar wordt per 1 januari 2009 vervangen door Verordening (EG) nr. 732/2008 van de Raad (4), waarin de toekenning door de Gemeenschap van de genoemde tariefpreferenties aan Cambodja wordt bevestigd.

(2)

Bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 werd het begrip „producten van oorsprong” gedefinieerd voor gebruik in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties („SAP”). Verordening (EEG) nr. 2454/93 bevat ook bepalingen volgens welke afwijkingen op die definitie kunnen worden toegestaan ten behoeve van de minst ontwikkelde landen die voor het SAP in aanmerking komen, indien deze hiertoe een verzoek bij de Gemeenschap indienen.

(3)

Cambodja is op grond van Verordening (EG) nr. 1614/2000 van de Commissie (5), die verscheidene malen is verlengd en die op 31 december 2008 afloopt, voor een dergelijke afwijking in aanmerking gekomen voor bepaalde textielproducten.

(4)

Bij schrijven van 31 juli en van 15 oktober 2008 heeft Cambodja een verzoek ingediend voor verlenging van de geldigheidsduur van de afwijking overeenkomstig artikel 76 van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

(5)

Toen de geldigheidsduur van Verordening (EG) nr. 1614/2000 voor het laatst werd verlengd bij Verordening (EG) nr. 1807/2006 van de Commissie (6), werd verwacht dat nieuwe, eenvoudiger en meer ontwikkelingsgerichte SAP-oorsprongsregels van toepassing zouden zijn als die geldigheidsduur zou aflopen. Er zijn echter nog geen nieuwe SAP-oorsprongsregels goedgekeurd en nu wordt verwacht dat dergelijke nieuwe oorsprongsregels niet voor het einde van 2009 zullen zijn ingevoerd.

(6)

Volgens het verzoek zou het vermogen van de Cambodjaanse kledingindustrie om zijn uitvoer naar de Gemeenschap voort te zetten door de toepassing van de oorsprongsregels inzake toereikende be- of verwerking en regionale cumulatie ernstig worden aangetast en zouden investeerders worden afgeschrikt. Dit zou leiden tot een verdere sluiting van bedrijven en tot werkloosheid in dat land. Bovendien lijkt het erop dat de toepassing van de thans geldende SAP-oorsprongsregels zelfs gedurende een korte periode reeds het beschreven effect kan hebben.

(7)

De afwijking moet gelden voor een periode die lang genoeg is om nieuwe SAP-oorsprongsregels goed te keuren en in te voeren. Aangezien de sluiting van langetermijncontracten waarop de afwijking van toepassing is, van bijzonder belang is voor de stabiliteit en de groei van de Cambodjaanse industrie, moet de verlenging van dien aard zijn dat zij de bedrijven in staat stelt dergelijke contracten te sluiten.

(8)

De toekomstige nieuwe oorsprongsregels moeten van dien aard zijn dat de Cambodjaanse producten die momenteel alleen door toepassing van de afwijking in aanmerking komen voor preferentiële tariefbehandeling, daarvoor in de toekomst in aanmerking komen door toepassing van de nieuwe oorsprongsregels. De afwijking zal op dat moment overbodig worden. Om voor duidelijkheid voor het bedrijfsleven te zorgen moet Verordening (EG) nr. 1614/2000 derhalve met ingang van de datum waarop de nieuwe oorsprongsregels van toepassing worden, worden ingetrokken.

(9)

De afwijking moet derhalve worden verlengd tot de nieuwe oorsprongsregels van kracht worden die in Verordening (EEG) nr. 2454/93 zullen worden opgenomen, maar mag in ieder geval niet langer van toepassing zijn dan tot en met 31 december 2010.

(10)

Verordening (EG) nr. 1614/2000 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

De bepalingen van deze verordening zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1614/2000 wordt vervangen door:

„Artikel 2

De in artikel 1 vervatte afwijking is van toepassing op de producten die rechtstreeks vanuit Cambodja worden vervoerd en in de Gemeenschap worden ingevoerd, tot de in de bijlage vermelde jaarlijkse hoeveelheden, van 15 juli 2000 tot en met de datum van toepassing van een wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93, wat betreft de definitie van het begrip „producten van oorsprong” voor gebruik in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties, maar die afwijking loopt in elk geval uiterlijk op 31 december 2010 af.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

László KOVÁCS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

(2)  PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.

(3)  PB L 169 van 30.6.2005, blz. 1.

(4)  PB L 211 van 6.8.2008, blz. 1.

(5)  PB L 185 van 25.7.2000, blz. 46.

(6)  PB L 343 van 8.12.2006, blz. 71.


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/30


VERORDENING (EG) Nr. 1245/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1615/2000 houdende afwijking van de in Verordening (EEG) nr. 2454/93 opgenomen definitie van het begrip „producten van oorsprong” in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties in verband met de bijzondere situatie van Nepal wat de uitvoer van bepaalde textielproducten naar de Gemeenschap betreft

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (1), en met name op artikel 247,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2), en met name op artikel 76,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 980/2005 van de Raad van 27 juni 2005 houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties (3) heeft de Gemeenschap algemene tariefpreferenties toegestaan aan Nepal. Verordening (EG) nr. 980/2005 loopt op 31 december 2008 af maar wordt per 1 januari 2009 vervangen door Verordening (EG) nr. 732/2008 van de Raad (4), waarin de toekenning door de Gemeenschap van de genoemde tariefpreferenties aan Nepal wordt bevestigd.

(2)

Bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 werd het begrip „producten van oorsprong” gedefinieerd voor gebruik in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties („SAP”). Verordening (EEG) nr. 2454/93 bevat ook bepalingen volgens welke afwijkingen op die definitie kunnen worden toegestaan ten behoeve van de minst ontwikkelde landen die voor het SAP in aanmerking komen, indien deze hiertoe een verzoek bij de Gemeenschap indienen.

(3)

Nepal is op grond van Verordening (EG) nr. 1615/2000 van de Commissie (5), die verscheidene malen is verlengd en die op 31 december 2008 afloopt, voor een dergelijke afwijking in aanmerking gekomen voor bepaalde textielproducten.

(4)

Bij schrijven van 9 juli en van 3 oktober 2008 heeft Nepal een verzoek ingediend voor verlenging van de geldigheidsduur van de afwijking overeenkomstig artikel 76 van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

(5)

Toen de geldigheidsduur van Verordening (EG) nr. 1615/2000 voor het laatst werd verlengd bij Verordening (EG) nr. 1808/2006 van de Commissie (6), werd verwacht dat nieuwe, eenvoudiger en meer ontwikkelingsgerichte SAP-oorsprongsregels van toepassing zouden zijn als die geldigheidsduur zou aflopen. Er zijn echter nog geen nieuwe SAP-oorsprongsregels goedgekeurd en nu wordt verwacht dat dergelijke nieuwe oorsprongsregels niet voor het einde van 2009 zullen zijn ingevoerd.

(6)

Volgens het verzoek zou het vermogen van de Nepalese kledingindustrie om zijn uitvoer naar de Gemeenschap voort te zetten door de toepassing van de oorsprongsregels inzake toereikende be- of verwerking en regionale cumulatie ernstig worden aangetast en zouden investeerders worden afgeschrikt. Dit zou leiden tot een verdere sluiting van bedrijven en tot werkloosheid in dat land. Bovendien lijkt het erop dat de toepassing van de thans geldende SAP-oorsprongsregels zelfs gedurende een korte periode reeds het beschreven effect kan hebben.

(7)

De afwijking moet gelden voor een periode die lang genoeg is om nieuwe SAP-oorsprongsregels goed te keuren en in te voeren. Aangezien de sluiting van langetermijncontracten waarop de afwijking van toepassing is, van bijzonder belang is voor de stabiliteit en de groei van de Nepalese industrie, moet de verlenging van dien aard zijn dat zij de bedrijven in staat stelt dergelijke contracten te sluiten.

(8)

De toekomstige nieuwe oorsprongsregels moeten van dien aard zijn dat de Nepalese producten die momenteel alleen door toepassing van de afwijking in aanmerking komen voor preferentiële tariefbehandeling, daarvoor in de toekomst in aanmerking komen door toepassing van de nieuwe oorsprongsregels. De afwijking zal op dat moment overbodig worden. Om voor duidelijkheid voor het bedrijfsleven te zorgen moet Verordening (EG) nr. 1615/2000 derhalve met ingang van de datum waarop de nieuwe oorsprongsregels van toepassing worden, worden ingetrokken.

(9)

De afwijking moet derhalve worden verlengd tot de nieuwe oorsprongsregels van kracht worden die in Verordening (EEG) nr. 2454/93 zullen worden opgenomen, maar mag in ieder geval niet langer van toepassing zijn dan tot en met 31 december 2010.

(10)

Verordening (EG) nr. 1615/2000 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

De bepalingen van deze verordening zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1615/2000 wordt vervangen door:

„Artikel 2

De in artikel 1 vervatte afwijking is van toepassing op de producten die rechtstreeks vanuit Nepal worden vervoerd en in de Gemeenschap worden ingevoerd, tot de in de bijlage vermelde jaarlijkse hoeveelheden, van 15 juli 2000 tot en met de datum van toepassing van een wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93, wat betreft de definitie van het begrip „producten van oorsprong” voor gebruik in het kader van het stelsel van algemene tariefpreferenties, maar die afwijking loopt in elk geval uiterlijk op 31 december 2010 af.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

László KOVÁCS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

(2)  PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.

(3)  PB L 169 van 30.6.2005, blz. 1.

(4)  PB L 211 van 6.8.2008, blz. 1.

(5)  PB L 185 van 25.7.2000, blz. 54.

(6)  PB L 343 van 8.12.2006, blz. 73.


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/32


VERORDENING (EG) Nr. 1246/2008 VAN DE COMMISSIE

van 12 december 2008

tot wijziging van artikel 23, lid 2, en de bijlagen II en III van Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad wat betreft de financiële overdrachten van de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt naar plattelandsontwikkeling

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad van 29 april 2008 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1493/1999, (EG) nr. 1782/2003, (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 3/2008 en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 2392/86 en (EG) nr. 1493/1999 (1), en met name op artikel 23, lid 3, tweede alinea, tweede zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Slovenië en het Verenigd Koninkrijk hebben de Commissie in kennis gesteld van een financiële overdracht van begrotingsmiddelen voor steunprogramma’s naar de begrotingsmiddelen voor plattelandsontwikkeling.

(2)

Artikel 23, lid 2, en de bijlagen II en III bij Verordening (EG) nr. 479/2008 moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 479/2008 wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 23, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   In de hieronder vermelde kalenderjaren zijn de volgende bedragen beschikbaar:

2009: 40,66 miljoen EUR,

2010: 82,11 miljoen EUR,

vanaf 2011: 122,61 miljoen EUR.”.

2.

De bijlagen II en III worden vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 december 2008.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 148 van 6.6.2008, blz. 1.


BIJLAGE

BIJLAGE II

BEGROTING VOOR STEUNPROGRAMMA’S

(als bedoeld in artikel 8, lid 1)

(in 1000 EUR)

Begrotingsjaar

2009

2010

2011

2012

2013

Vanaf 2014

BG

15 608

21 234

22 022

27 077

26 742

26 762

CZ

2 979

4 076

4 217

5 217

5 151

5 155

DE

22 891

30 963

32 190

39 341

38 867

38 895

EL

14 286

19 167

19 840

24 237

23 945

23 963

ES

213 820

284 219

279 038

358 000

352 774

353 081

FR

171 909

226 814

224 055

284 299

280 311

280 545

IT (1)

238 223

298 263

294 135

341 174

336 736

336 997

CY

2 749

3 704

3 801

4 689

4 643

4 646

LT

30

37

45

45

45

45

LU

344

467

485

595

587

588

HU

16 816

23 014

23 809

29 455

29 081

29 103

MT

232

318

329

407

401

402

AT

8 038

10 888

11 313

13 846

13 678

13 688

PT

37 802

51 627

53 457

65 989

65 160

65 208

RO

42 100

42 100

42 100

42 100

42 100

42 100

SI

3 522

3 770

3 937

5 119

5 041

5 045

SK

2 938

4 022

4 160

5 147

5 082

5 085

UK

0

61

67

124

120

120

BIJLAGE III

VERDELING VAN DE MIDDELEN VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING

(als bedoeld in artikel 23, lid 3)

(in 1000 EUR)

Begrotingsjaar

2009

2010

Vanaf 2011

BG

CZ

DE

EL

ES

15 491

30 950

46 441

FR

11 849

23 663

35 512

IT

13 160

26 287

39 447

CY

LT

LU

HU

MT

AT

PT

RO

SI

1 050

1 050

SK

UK

160

160

160


(1)  De nationale maxima in bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 voor Italië over de jaren 2008, 2009 en 2010 worden met 20 miljoen EUR verlaagd, en die bedragen zijn opgenomen in de bedragen van de begroting voor Italië met betrekking tot de begrotingsjaren 2009, 2010 en 2011, zoals die in deze tabel vermeld zijn.


13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/35


VERORDENING (EG) Nr. 1247 /2008 VAN DE COMMISSIE

van 11 december 2008

houdende afwijking van de Verordeningen (EG) nr. 2402/96, (EG) nr. 2058/96, (EG) nr. 2305/2003, (EG) nr. 955/2005, (EG) nr. 969/2006, (EG) nr. 1918/2006, (EG) nr. 1964/2006, (EG) nr. 1002/2007, (EG) nr. 27/2008 en (EG) nr. 1067/2008 ten aanzien van data voor de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten in 2009 in het kader van tariefcontingenten voor bataten (zoete aardappelen), maniokzetmeel, maniok, granen, rijst en olijfolie en houdende afwijking van de Verordeningen (EG) nr. 382/2008, (EG) nr. 1518/2003, (EG) nr. 596/2004 en (EG) nr. 633/2004 ten aanzien van data voor de afgifte van uitvoercertificaten in 2009 in de sectoren rundvlees, varkensvlees, eieren en slachtpluimvee

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Besluit 96/317/EG van de Raad van 13 mei 1996 betreffende de aanvaarding van de resultaten van het overleg met Thailand in het kader van artikel XXIII van de GATT (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1095/96 van de Raad van 18 juni 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de voltooiing van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT (2), en met name op artikel 1, lid 1,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale GMO”-verordening) (3), en met name op artikel 144, lid 1, artikel 148 en artikel 161, lid 3, in samenhang met artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 2402/96 van de Commissie van 17 december 1996 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van bepaalde jaarlijkse tariefcontingenten voor bataten (zoete aardappelen) en maniokzetmeel (4) bevat bijzondere bepalingen inzake de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten voor bataten (zoete aardappelen) in het kader van de contingenten 09.4013 en 09.4014, enerzijds, en voor maniokzetmeel in het kader van de contingenten 09.4064 en 09.4065, anderzijds.

(2)

Verordening (EG) nr. 27/2008 van de Commissie van 15 januari 2008 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van bepaalde jaarlijkse tariefcontingenten voor producten van de GN-codes 0714 10 91, 0714 10 98, 0714 90 11 en 0714 90 19, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand (5) bevat bijzondere bepalingen inzake de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten voor de producten waarop die verordening betrekking heeft, in het kader van de contingenten 09.4009, 09.4010, 09.4011, 09.4012 en 09.4021.

(3)

De Verordeningen (EG) nr. 1067/2008 van de Commissie van 30 oktober 2008 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit uit derde landen en tot afwijking van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (6), (EG) nr. 2305/2003 van de Commissie van 29 december 2003 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor de invoer van gerst uit derde landen (7) en (EG) nr. 969/2006 van de Commissie van 29 juni 2006 betreffende de opening en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor de invoer van maïs uit derde landen (8) bevatten bijzondere bepalingen inzake de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten voor zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit in het kader van de contingenten 09.4123, 09.4124 en 09.4125, voor gerst in het kader van contingent 09.4126 en voor maïs in het kader van contingent 09.4131.

(4)

De Verordeningen (EG) nr. 2058/96 van de Commissie van 28 oktober 1996 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van een tariefcontingent voor breukrijst van GN-code 1006 40 00, voor de productie van voor voeding bestemde bereidingen van GN-code 1901 10 (9), (EG) nr. 1964/2006 van de Commissie van 22 december 2006 houdende uitvoeringsbepalingen betreffende de opening en de wijze van beheer van een contingent voor de invoer van rijst van oorsprong uit Bangladesh overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3491/90 van de Raad (10), (EG) nr. 1002/2007 van de Commissie van 29 augustus 2007 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2184/96 van de Raad betreffende de invoer van rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte (11) en (EG) nr. 955/2005 van de Commissie van 23 juni 2005 houdende opening van een contingent voor de invoer in de Gemeenschap van rijst van oorsprong uit Egypte (12) bevatten bijzondere bepalingen inzake de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten voor breukrijst in het kader van contingent 09.4079, voor rijst van oorsprong uit Bangladesh in het kader van contingent 09.4517, voor rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte in het kader van contingent 09.4094 en voor rijst van oorsprong uit Egypte in het kader van contingent 09.4097.

(5)

Verordening (EG) nr. 1918/2006 van de Commissie van 20 december 2006 inzake de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor olijfolie van oorsprong uit Tunesië (13) bevat bijzondere bepalingen inzake de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten voor olijfolie in het kader van contingent 09.4032.

(6)

Gezien de feestdagen in het jaar 2009, dient in bepaalde perioden van de Verordeningen (EG) nr. 2402/96, (EG) nr. 2058/96, (EG) nr. 2375/2002, (EG) nr. 2305/2003, (EG) nr. 955/2005, (EG) nr. 969/2006, (EG) nr. 1918/2006, (EG) nr. 1964/2006, (EG) nr. 1002/2007 en (EG) nr. 27/2008 te worden afgeweken ten aanzien van data voor de indiening van aanvragen voor en de afgifte van invoercertificaten, opdat voor de inachtneming van de betrokken contingentshoeveelheden kan worden gezorgd.

(7)

In artikel 12, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 382/2008 van de Commissie van 21 april 2008 houdende uitvoeringsbepalingen voor de invoer- en uitvoercertificatenregeling in de sector rundvlees (14), artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1518/2003 van de Commissie van 28 augustus 2003 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de regeling van uitvoercertificaten in de sector varkensvlees (15), artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 596/2004 van de Commissie van 30 maart 2004 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de regeling van uitvoercertificaten in de sector eieren (16) en artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 633/2004 van de Commissie van 30 maart 2004 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de regeling van uitvoercertificaten in de sector slachtpluimvee (17) is bepaald dat de uitvoercertificaten worden afgegeven op de woensdag na de week waarin de certificaataanvragen zijn ingediend, op voorwaarde dat de Commissie in die tussentijd geen bijzondere maatregel heeft vastgesteld.

(8)

Gezien de feestdagen in het jaar 2009 en de gevolgen daarvan voor de verschijning van het Publicatieblad van de Europese Unie, zal in bepaalde gevallen de periode tussen de indiening van de aanvragen en de dag waarop de certificaten moeten worden afgegeven, te kort zijn om voor een goed marktbeheer te kunnen zorgen. In die gevallen dient die periode derhalve te worden verlengd.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bataten (zoete aardappelen)

1.   In afwijking van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2402/96 kunnen voor het jaar 2009 noch vóór dinsdag 6 januari 2009, noch na dinsdag 15 december 2009 aanvragen voor invoercertificaten voor bataten (zoete aardappelen) in het kader van de contingenten 09.4013 en 09.4014 worden ingediend.

2.   In afwijking van artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2402/96 worden de invoercertificaten voor bataten (zoete aardappelen) die in het kader van de contingenten 09.4013 en 09.4014 op de in bijlage I vermelde datum zijn aangevraagd, onder voorbehoud van overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie (18) genomen maatregelen afgegeven op de in die bijlage I vermelde datum.

Artikel 2

Maniokzetmeel

1.   In afwijking van artikel 9, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 2402/96 kunnen voor het jaar 2009 noch vóór dinsdag 6 januari 2009, noch na dinsdag 15 december 2009 aanvragen voor invoercertificaten voor maniokmeel in het kader van de contingenten 09.4064 en 09.4065 worden ingediend.

2.   In afwijking van artikel 13, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2402/96 worden de invoercertificaten voor maniokzetmeel die in het kader van de contingenten 09.4064 en 09.4065 op de in bijlage II vermelde datum zijn aangevraagd, onder voorbehoud van overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 genomen maatregelen afgegeven op de in die bijlage II vermelde datum.

Artikel 3

Maniok

1.   In afwijking van artikel 8, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 27/2008 kunnen voor het jaar 2009 noch vóór maandag 5 januari 2009, noch na woensdag 16 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) aanvragen voor invoercertificaten voor maniok in het kader van de contingenten 09.4009, 09.4010, 09.4011, 09.4012 en 09.4021 worden ingediend.

2.   In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 27/2008 worden de invoercertificaten voor maniok die in het kader van de contingenten 09.4009, 09.4010, 09.4011, 09.4012 en 09.4021 op de in bijlage III vermelde data zijn aangevraagd, onder voorbehoud van overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 genomen maatregelen afgegeven op de in die bijlage III vermelde datum.

Artikel 4

Granen

1.   In afwijking van artikel 4, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1067/2008 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor zachte tarwe van een andere dan van hoge kwaliteit in het kader van de contingenten 09.4123, 09.4124 en 09.4125 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

2.   In afwijking van artikel 3, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 2305/2003 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor gerst in het kader van contingent 09.4126 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

3.   In afwijking van artikel 4, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 969/2006 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor maïs in het kader van contingent 09.4131 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

Artikel 5

Rijst

1.   In afwijking van artikel 2, lid 1, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 2058/96 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor breukrijst in het kader van contingent 09.4079 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

2.   In afwijking van artikel 4, lid 3, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1964/2006 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor rijst van oorsprong uit Bangladesh in het kader van contingent 09.4517 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

3.   In afwijking van artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1002/2007 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte in het kader van contingent 09.4094 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

4.   In afwijking van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 955/2005 begint voor het jaar 2009 de eerste periode voor de indiening van aanvragen voor invoercertificaten voor rijst van oorsprong uit Egypte in het kader van contingent 09.4097 eerst op donderdag 1 januari 2009 te lopen. Geen dergelijke aanvragen kunnen meer worden ingediend na vrijdag 11 december 2009 om 13.00 uur (plaatselijke tijd Brussel).

Artikel 6

Olijfolie

In afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1918/2006 worden de op maandag 6 of dinsdag 7 april 2009 in het kader van contingent 09.4032 aangevraagde invoercertificaten voor olijfolie onder voorbehoud van overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 genomen maatregelen afgegeven op vrijdag 17 april 2009.

Artikel 7

Certificaten voor uitvoer met een restitutie in de sectoren rundvlees, varkensvlees, eieren en slachtpluimvee

In afwijking van artikel 12, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 382/2008, artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1518/2003, artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 596/2004 en artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 633/2004 worden de uitvoercertificaten waarvoor de aanvragen zijn ingediend in de in bijlage IV bij de onderhavige verordening vermelde perioden, afgegeven op de aldaar vermelde bijbehorende data.

De in de eerste alinea bepaalde afwijking geldt slechts voor zover vóór die data van afgifte geen enkele van de in artikel 12, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 382/2008, artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1518/2003, artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 596/2004 of artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 633/2004 bedoelde bijzondere maatregelen is genomen.

Artikel 8

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 december 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 122 van 22.5.1996, blz. 15.

(2)  PB L 146 van 20.6.1996, blz. 1.

(3)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(4)  PB L 327 van 18.12.1996, blz. 14.

(5)  PB L 13 van 16.1.2008, blz. 3.

(6)  PB L 290 van 31.10.2008, blz. 3.

(7)  PB L 342 van 30.12.2003, blz. 7.

(8)  PB L 176 van 30.6.2006, blz. 44.

(9)  PB L 276 van 29.10.1996, blz. 7.

(10)  PB L 408 van 30.12.2006, blz. 19.

(11)  PB L 226 van 30.8.2007, blz. 15.

(12)  PB L 164 van 24.6.2005, blz. 5.

(13)  PB L 365 van 21.12.2006, blz. 84.

(14)  PB L 115 van 29.4.2008, blz. 10.

(15)  PB L 217 van 29.8.2003, blz. 35.

(16)  PB L 94 van 31.3.2004, blz. 33.

(17)  PB L 100 van 6.4.2004, blz. 8.

(18)  PB L 238 van 1.9.2006, blz. 13.


BIJLAGE I

Afgifte van invoercertificaten voor bataten (zoete aardappelen) in het kader van de contingenten 09.4013 en 09.4014 in bepaalde perioden van het jaar 2009

Datum van indiening van de aanvragen

Datum van afgifte van de certificaten

Dinsdag 7 april 2009

Vrijdag 17 april 2009


BIJLAGE II

Afgifte van invoercertificaten voor maniokzetmeel in het kader van de contingenten 09.4064 en 09.4065 in bepaalde perioden van het jaar 2009

Datum van indiening van de aanvragen

Datum van afgifte van de certificaten

Dinsdag 7 april 2009

Vrijdag 17 april 2009


BIJLAGE III

Afgifte van invoercertificaten voor maniok in het kader van de contingenten 09.4009, 09.4010, 09.4011, 09.4012 en 09.4021 in bepaalde perioden van het jaar 2009

Datum van indiening van de aanvragen

Datum van afgifte van de certificaten

Maandag 6, dinsdag 7 en woensdag 8 april 2009

Vrijdag 17 april 2009


BIJLAGE IV

Periode voor de indiening van aanvragen voor uitvoercertificaten in de sectoren rundvlees, varkensvlees, eieren en slachtpluimvee

Datum van afgifte

Van 6 tot en met 10 april 2009

16 april 2009

Van 25 tot en met 29 mei 2009

4 juni 2009

Van 13 tot en met 17 juli 2009

23 juli 2009

Van 26 tot en met 30 oktober 2009

5 november 2009


II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

Raad

13.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 335/39


BESLUIT VAN DE RAAD

van 8 december 2008

betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten

(2008/939/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 133, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Commissie heeft namens de Gemeenschap onderhandelingen gevoerd over een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot verlenging met een jaar van de bestaande overeenkomst met de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten en de protocollen bij die overeenkomst, waarbij de kwantitatieve beperkingen in een aantal gevallen worden aangepast.

(2)

Deze overeenkomst in de vorm van een briefwisseling moet vanaf 1 januari 2009 voorlopig worden toegepast, in afwachting van de voltooiing van de procedures voor de sluiting daarvan, op voorwaarde dat de Republiek Belarus de overeenkomst op wederkerige basis voorlopig toepast.

(3)

De overeenkomst in de vorm van een briefwisseling moet namens de Gemeenschap worden ondertekend,

BESLUIT:

Artikel 1

De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon/personen aan te wijzen die bevoegd is/zijn tot ondertekening, namens de Gemeenschap, van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus tot wijziging van de op 1 april 1993 in Brussel geparafeerde Overeenkomst inzake de handel in textielproducten tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus, laatstelijk gewijzigd en verlengd bij een op 19 oktober 2007 geparafeerde overeenkomst in de vorm van een briefwisseling, onder voorbehoud van de sluiting daarvan.

De tekst van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

Op voorwaarde van wederkerigheid wordt de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling vanaf 1 januari 2009 op voorlopige basis toegepast, in afwachting van de formele sluiting daarvan.

Artikel 3

1.   Indien de Republiek Belarus niet voldoet aan punt 2.4 van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling worden de contingenten voor 2009 verminderd tot de in 2008 toegepaste niveaus.

2.   Het besluit tot uitvoering van lid 1 wordt genomen in overeenstemming met de procedures bedoeld in artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 3030/93 van de Raad van 12 oktober 1993 betreffende een gemeenschappelijke regeling voor de invoer van bepaalde textielproducten uit derde landen (1).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 8 december 2008.

Voor de Raad

De voorzitter

B. KOUCHNER


(1)  PB L 275 van 8.11.1993, blz. 1.


OVEREENKOMST

in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten

Excellentie,

1.   Ik verwijs naar de op 1 april 1993 geparafeerde overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus inzake de handel in textielproducten, laatstelijk gewijzigd en verlengd bij de op 19 oktober 2007 geparafeerde overeenkomst in de vorm van een briefwisseling (hierna „de overeenkomst” genoemd).

2.   Aangezien de overeenkomst op 31 december 2008 verstrijkt, besluiten de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus overeenkomstig artikel 19, lid 1, van de overeenkomst de looptijd ervan met een jaar te verlengen, met inachtneming van de volgende wijzigingen en voorwaarden:

2.1.

Artikel 19, lid 1, van de overeenkomst komt als volgt te luiden:

„Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis stellen van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures. Zij is van toepassing tot en met 31 december 2009.”.

2.2.

Bijlage II, waarin de kwantitatieve beperkingen voor de uitvoer uit de Republiek Belarus naar de Europese Gemeenschap zijn opgenomen, wordt vervangen door aanhangsel 1 van deze brief.

2.3.

De bijlage bij protocol C, waarin de kwantitatieve beperkingen voor de uitvoer van de Republiek Belarus naar de Europese Gemeenschap na passieve veredeling in de Republiek Belarus zijn opgenomen, wordt voor de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 vervangen door aanhangsel 2 van deze brief.

2.4.

Voor de invoer in Belarus van textiel- en kledingproducten uit de Europese Gemeenschap worden in 2009 invoerrechten toegepast die niet hoger zijn dan die welke voor 2003 zijn vastgesteld in aanhangsel 4 van de op 11 november 1999 geparafeerde overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Belarus, gewijzigd bij aanhangsel 3 van deze brief. De wijziging betreft alleen de tarieflijnen 5407 72, 5606 00 10, 5905 00, 5906 91, 6309 00, 6310 10 en 6310 90. De in 2009 door Belarus op deze producten toegepaste tarieven zijn: 5407 72 — 4 %, 5606 00 10 — 0 %, 5905 00 — 4 %, 5906 91 — 0 %, 6309 00 — 20 %, 6310 10 — 20 %, 6310 90 — 20 %.

Als deze rechten niet worden toegepast, heeft de Gemeenschap het recht voor de resterende looptijd van de overeenkomst de kwantitatieve beperkingen voor 2008, zoals overeengekomen in de op 19 oktober 2007 geparafeerde briefwisseling, pro rata opnieuw in te stellen.

3.   De Europese Gemeenschap en Belarus herinneren aan hun akkoord om uiterlijk zes maanden voor het verstrijken van deze overeenkomst overleg te plegen, teneinde eventueel een nieuwe overeenkomst te sluiten.

4.   Mocht de Republiek Belarus vóór de datum waarop de overeenkomst verstrijkt, lid van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) worden, dan zijn de overeenkomsten en regels van de WTO van toepassing met ingang van de datum van de toetreding van de Republiek Belarus tot de WTO.

5.   Ik verzoek u mij te bevestigen dat uw regering met het bovenstaande instemt. Indien zulks het geval is, treedt deze overeenkomst in de vorm van een briefwisseling in werking op de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de daartoe benodigde juridische procedures zijn voltooid. In afwachting daarvan is deze overeenkomst voorlopig van toepassing met ingang van 1 januari 2009, op basis van wederkerigheid.

Met bijzondere hoogachting,

Voor de Europese Gemeenschap

Aanhangsel 1

„BIJLAGE II

Belarus

Categorie

Eenheid

Contingent vanaf 1 januari 2009

Groep IA

1

ton

1 586

2

ton

6 643

3

ton

242

Groep IB

4

1 000 stuks

1 839

5

1 000 stuks

1 105

6

1 000 stuks

1 705

7

1 000 stuks

1 377

8

1 000 stuks

1 160

Groep IIA

20

ton

329

22

ton

524

Groep IIB

15

1 000 stuks

1 726

21

1 000 stuks

930

24

1 000 stuks

844

26/27

1 000 stuks

1 117

29

1 000 stuks

468

73

1 000 stuks

329

Groep IIIB

67

ton

359

Groep IV

115

ton

420

117

ton

2 312

118

ton

471”

Aanhangsel 2

„BIJLAGE BIJ PROTOCOL C

Categorie

Eenheid

Vanaf 1 januari 2009

4

1 000 stuks

6 610

5

1 000 stuks

9 215

6

1 000 stuks

12 290

7

1 000 stuks

9 225

8

1 000 stuks

3 140

15

1 000 stuks

5 387

21

1 000 stuks

3 584

24

1 000 stuks

922

26/27

1 000 stuks

4 492

29

1 000 stuks

1 820

73

1 000 stuks

6 979”

Aanhangsel 3

„Aanhangsel 4

Maximumrechten voor de invoer van textielproducten uit de Europese Gemeenschap in de Republiek Belarus

GN-code

Recht %

2000

2001

2002

2003

2009

5001 00

4

4

4

4

4

5002 00

4

4

4

4

4

5003 00

4

4

4

4

4

5004 00

4

4

4

4

4

5005 00

4

4

4

4

4

5006 00

4

4

4

4

4

5007 10

4

4

4

4

4

5007 20

4

4

4

4

4

5007 90

4

4

4

4

4

5101 11

4

4

4

4

4

5101 19

4

4

4

4

4

5101 21

4

4

4

4

4

5101 29

4

4

4

4

4

5101 30

4

4

4

4

4

5102 11

4

4

4

4

4

5102 19

4

4

4

4

4

5102 20

4

4

4

4

4

5103 10

4

4

4

4

4

5103 20

4

4

4

4

4

5103 30

4

4

4

4

4

5104 00

4

4

4

4

4

5105 10

4

4

4

4

4

5105 21

4

4

4

4

4

5105 29

4

4

4

4

4

5105 31

4

4

4

4

4

5105 39

4

4

4

4

4

5105 40

4

4

4

4

4

5106 10

4

4

4

4

4

5106 20

4

4

4

4

4

5107 10

4

4

4

4

4

5107 20

4

4

4

4

4

5108 10

4

4

4

4

4

5108 20

4

4

4

4

4

5109 10

4

4

4

4

4

5109 90

4

4

4

4

4

5110 00

4

4

4

4

4

5111 11

15

12

10

8

8

5111 19

15

12

10

8

8

5111 20

15

12

10

8

8

5111 30

15

12

10

8

8

5111 90

15

12

10

8

8

5112 11

15

12

10

8

8

5112 19

15

12

10

8

8

5112 20

15

12

10

8

8

5112 30

15

12

10

8

8

5112 90

15

12

10

8

8

5113 00

0

0

0

0

0

5201 00

0

0

0

0

0

5202 10

0

0

0

0

0

5202 91

0

0

0

0

0

5202 99

0

0

0

0

0

5203 00

0

0

0

0

0

5204 11

5

5

5

4

4

5204 19

5

5

5

4

4

5204 20

5

5

5

4

4

5205 11

5

5

5

4

4

5205 12

5

5

5

4

4

5205 13

5

5

5

4

4

5205 14

5

5

5

4

4

5205 15

5

5

5

4

4

5205 21

5

5

5

4

4

5205 22

5

5

5

4

4

5205 23

5

5

5

4

4

5205 24

5

5

5

4

4

5205 26

5

5

5

4

4

5205 27

5

5

5

4

4

5205 28

5

5

5

4

4

5205 31

5

5

5

4

4

5205 32

5

5

5

4

4

5205 33

5

5

5

4

4

5205 34

5

5

5

4

4

5205 35

5

5

5

4

4

5205 41

5

5

5

4

4

5205 42

5

5

5

4

4

5205 43

5

5

5

4

4

5205 44

5

5

5

4

4

5205 46

5

5

5

4

4

5205 47

5

5

5

4

4

5205 48

5

5

5

4

4

5206 11

5

5

5

4

4

5206 12

5

5

5

4

4

5206 13

5

5

5

4

4

5206 14

5

5

5

4

4

5206 15

5

5

5

4

4

5206 21

5

5

5

4

4

5206 22

5

5

5

4

4

5206 23

5

5

5

4

4

5206 24

5

5

5

4

4

5206 25

5

5

5

4

4

5206 31

5

5

5

4

4

5206 32

5

5

5

4

4

5206 33

5

5

5

4

4

5206 34

5

5

5

4

4

5206 35

5

5

5

4

4

5206 41

5

5

5

4

4

5206 42

5

5

5

4

4

5206 43

5

5

5

4

4

5206 44

5

5

5

4

4

5206 45

5

5

5

4

4

5207 10

5

5

5

4

4

5207 90

5

5

5

4

4

5208 11

14

12

10

8

8

5208 12

14

12

10

8

8

5208 13

14

12

10

8

8

5208 19

14

12

10

8

8

5208 21

14

12

10

8

8

5208 22

14

12

10

8

8

5208 23

14

12

10

8

8

5208 29

14

12

10

8

8

5208 31

14

12

10

8

8

5208 32

14

12

10

8

8

5208 33

14

12

10

8

8

5208 39

14

12

10

8

8

5208 41

14

12

10

8

8

5208 42

14

12

10

8

8

5208 43

14

12

10

8

8

5208 49

14

12

10

8

8

5208 51

14

12

10

8

8

5208 52

14

12

10

8

8

5208 59

14

12

10

8

8

5209 11

14

12

10

8

8

5209 12

14

12

10

8

8

5209 19

14

12

10

8

8

5209 21

14

12

10

8

8

5209 22

14

12

10

8

8

5209 29

14

12

10

8

8

5209 31

14

12

10

8

8

5209 32

14

12

10

8

8

5209 39

14

12

10

8

8

5209 41

14

12

10

8

8

5209 42

14

12

10

8

8

5209 43

14

12

10

8

8

5209 49

14

12

10

8

8

5209 51

14

12

10

8

8

5209 52

14

12

10

8

8

5209 59

14

12

10

8

8

5210 11

14

12

10

8

8

5210 19

14

12

10

8

8

5210 21

14

12

10

8

8

5210 29

14

12

10

8

8

5210 31

14

12

10

8

8

5210 32

14

12

10

8

8

5210 39

15

12

10

8

8

5210 41

14

12

10

8

8

5210 49

14

12

10

8

8

5210 51

14

12

10

8

8

5210 59

14

12

10

8

8

5211 11

14

12

10

8

8

5211 12

14

12

10

8

8

5211 19

14

12

10

8

8

5211 20

14

12

10

8

8

5211 31

14

12

10

8

8

5211 32

14

12

10

8

8

5211 39

14

12

10

8

8

5211 41

15

12

10

8

8

5211 42

14

12

10

8

8

5211 43

14

12

10

8

8

5211 49

14

12

10

8

8

5211 51

15

12

10

8

8

5211 52

14

12

10

8

8

5211 59

14

12

10

8

8

5212 11

14

12

10

8

8

5212 12

14

12

10

8

8

5212 13

14

12

10

8

8

5212 14

14

12

10

8

8

5212 15

14

12

10

8

8

5212 21

14

12

10

8

8

5212 22

14

12

10

8

8

5212 23

14

12

10

8

8

5212 24

14

12

10

8

8

5212 25

14

12

10

8

8

5301 10

4

4

4

4

4

5301 21

4

4

4

4

4

5301 29

4

4

4

4

4

5301 30

4

4

4

4

4

5302 10

4

4

4

4

4

5302 90

4

4

4

4

4

5303 10

4

4

4

4

4

5303 90

4

4

4

4

4

5305 00

4

4

4

4

4

5306 10

5

5

5

4

4

5306 20

5

5

5

4

4

5307 10

4

4

4

4

4

5307 20

4

4

4

4

4

5308 10

4

4

4

4

4

5308 20

4

4

4

4

4

5308 90

4

4

4

4

4

5309 11

9

9

8

8

8

5309 19

9

9

8

8

8

5309 21

9

9

8

8

8

5309 29

9

9

8

8

8

5310 10

9

9

8

8

8

5310 90

9

9

8

8

8

5311 00

9

9

8

8

8

5401 10

4

4

4

4

4

5401 20

4

4

4

4

4

5402 11

10

10

10

10

10

5402 19

10

10

10

10

10

5402 20

10

10

10

10

10

5402 31

10

10

10

10

10

5402 32

10

10

10

10

10

5402 33

10

10

10

10

10

5402 34

10

10

10

10

10

5402 39

10

10

10

10

10

5402 44

0

0

0

0

0

5402 45

0

0

0

0

0

5402 46

0

0

0

0

0

5402 47

10

10

10

10

10

5404 48

0

0

0

0

0

5402 49

0

0

0

0

0

5402 51

0

0

0

0

0

5402 52

10

10

10

10

10

5402 59

0

0

0

0

0

5402 61

0

0

0

0

0

5402 62

0

0

0

0

0

5402 69

0

0

0

0

0

5403 10

4

4

4

4

4

5403 31

10

10

10

10

10

5403 32

4

4

4

4

4

5403 33

4

4

4

4

4

5403 39

4

4

4

4

4

5403 41

4

4

4

4

4

5403 42

4

4

4

4

4

5403 49

4

4

4

4

4

5404 11

5

5

5

5

5

5404 12

5

5

5

5

5

5404 19

5

5

5

5

5

5404 90

5

4

4

4

4

5405 00

5

4

4

4

4

5406 00

4

4

4

4

4

5407 10

9

8

8

8

8

5407 20

9

8

8

8

8

5407 30

9

8

8

8

8

5407 41

9

8

8

8

8

5407 42

9

8

8

8

8

5407 43

9

8

8

8

8

5407 44

9

8

8

8

8

5407 51

9

8

8

8

8

5407 52

9

8

8

8

8

5407 53

9

8

8

8

8

5407 54

9

8

8

8

8

5407 61

9

8

8

8

8

5407 69

9

8

8

8

8

5407 71

9

8

8

8

8

5407 72

9

8

8

8

4

5407 73

9

8

8

8

8

5407 74

9

8

8

8

8

5407 81

9

8

8

8

8

5407 82

9

8

8

8

8

5407 83

9

8

8

8

8

5407 84

9

8

8

8

8

5407 91

9

8

8

8

8

5407 92

9

8

8

8

8

5407 93

9

8

8

8

8

5407 94

9

8

8

8

8

5408 10

9

8

8

8

8

5408 21

9

8

8

8

8

5408 22

9

8

8

8

8

5408 23

9

8

8

8

8

5408 24

9

8

8

8

8

5408 31

9

8

8

8

8

5408 32

9

8

8

8

8

5408 33

9

8

8

8

8

5408 34

9

8

8

8

8

5501 10

4

4

4

4

4

5501 20

5

5

5

5

5

5501 30

5

5

5

5

5

5501 40

4

4

4

4

4

5501 90

4

4

4

4

4

5502 00

4

4

4

4

4

5503 11

0

0

0

0

0

5503 19

0

0

0

0

0

5503 20

0

0

0

0

0

5503 30

5

5

5

5

5

5503 40

0

0

0

0

0

5503 90

0

0

0

0

0

5504 10

4

4

4

4

4

5504 90

4

4

4

4

4

5505 10

5

5

5

5

5

5505 20

5

5

5

5

5

5506 10

4

4

4

4

4

5506 20

4

4

4

4

4

5506 30

4

4

4

4

4

5506 90

4

4

4

4

4

5507 00

4

4

4

4

4

5508 10

4

4

4

4

4

5508 20

4

4

4

4

4

5509 11

5

5

5

4

4

5509 12

5

5

5

4

4

5509 21

5

5

5

4

4

5509 22

5

5

5

4

4

5509 31

5

5

5

4

4

5509 32

5

5

5

4

4

5509 41

5

5

5

4

4

5509 42

5

5

5

4

4

5509 51

5

5

5

4

4

5509 52

5

5

5

4

4

5509 53

5

5

5

4

4

5509 59

5

5

5

4

4

5509 61

5

5

5

4

4

5509 62

5

5

5

4

4

5509 69

5

5

5

4

4

5509 91

5

5

5

4

4

5509 92

5

5

5

4

4

5509 99

5

5

5

4

4

5510 11

5

5

5

4

4

5510 12

5

5

5

4

4

5510 20

5

5

5

4

4

5510 30

5

5

5

4

4

5510 90

5

5

5

4

4

5511 10

5

5

5

4

4

5511 20

5

5

5

4

4

5511 30

5

5

5

4

4

5512 11

9

8

8

8

8

5512 19

9

8

8

8

8

5512 21

9

8

8

8

8

5512 29

9

8

8

8

8

5512 91

9

8

8

8

8

5512 99

9

8

8

8

8

5513 11

9

8

8

8

8

5513 12

9

9

8

8

8

5513 13

9

9

8

8

8

5513 19

9

9

8

8

8

5513 21

9

9

8

8

8

5513 23

9

9

8

8

8

5513 29

9

9

8

8

8

5513 31

9

9

8

8

8

5513 39

9

9

8

8

8

5513 41

9

9

8

8

8

5513 49

9

8

8

8

8

5514 11

9

9

8

8

8

5514 12

9

8

8

8

8

5514 19

9

9

8

8

8

5514 21

9

9

8

8

8

5514 22

9

9

8

8

8

5514 23

9

9

8

8

8

5514 29

9

9

8

8

8

5514 30

9

9

8

8

8

5514 41

9

9

8

8

8

5514 42

9

9

8

8

8

5514 43

9

8

8

8

8

5514 49

9

8

8

8

8

5515 11

9

8

8

8

8

5515 12

9

8

8

8

8

5515 13

9

8

8

8

8

5515 19

9

8

8

8

8

5515 21

9

8

8

8

8

5515 22

9

8

8

8

8

5515 29

9

8

8

8

8

5515 91

9

8

8

8

8

5515 99

9

8

8

8

8

5516 11

9

9

8

8

8

5516 12

9

9

8

8

8

5516 13

9

9

8

8

8

5516 14

9

9

8

8

8

5516 21

9

9

8

8

8

5516 22

9

9

8

8

8

5516 23

9

8

8

8

8

5516 24

9

9

8

8

8

5516 31

9

9

8

8

8

5516 32

9

9

8

8

8

5516 33

9

9

8

8

8

5516 34

9

9

8

8

8

5516 41

9

9

8

8

8

5516 42

9

9

8

8

8

5516 43

9

9

8

8

8

5516 44

9

9

8

8

8

5516 91

9

9

8

8

8

5516 92

9

9

8

8

8

5516 93

9

9

8

8

8

5516 94

9

9

8

8

8

5601 10

4

4

4

4

4

5601 21

4

4

4

4

4

5601 22

4

4

4

4

4

5601 29

4

4

4

4

4

5601 30

4

4

4

4

4

5602 10

4

4

4

4

4

5602 21

4

4

4

4

4

5602 29

10

4

4

4

4

5602 90

4

4

4

4

4

5603 11

4

4

4

4

4

5603 12

4

4

4

4

4

5603 13

4

4

4

4

4

5603 14

4

4

4

4

4

5603 91

4

4

4

4

4

5603 92

4

4

4

4

4

5603 93

4

4

4

4

4

5603 94

4

4

4

4

4

5604 10

4

4

4

4

4

5604 90

4

4

4

4

4

5605 00

4

4

4

4

4

5606 00 10

4

4

4

4

0

5606 00 91

4

4

4

4

4

5606 00 99

4

4

4

4

4

5607 21

8

8

8

8

8

5607 29

8

8

8

8

8

5607 41

20

20

20

20

20

5607 49

5

5

5

5

5

5607 50

5

5

5

5

5

5607 90

8

8

8

8

8

5608 11

4

4

4

4

4

5608 19

4

4

4

4

4

5608 90

4

4

4

4

4

5609 00

4

4

4

4

4

5701 10

25

18

12

8

8

5701 90

8

8

8

8

8

5702 10

25

18

12

8

8

5702 20

8

8

8

8

8

5702 31

8

8

8

8

8

5702 32

25

18

12

8

8

5702 39

8

8

8

8

8

5702 41

8

8

8

8

8

5702 42

25

18

12

8

8

5702 49

8

8

8

8

8

5702 50

8

8

8

8

8

5702 91

8

8

8

8

8

5702 92

25

18

12

8

8

5702 99

25

18

12

8

8

5703 10

25

18

12

8

8

5703 20

25

18

12

8

8