ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 166

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

51e jaargang
27 juni 2008


Inhoud

 

I   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

 

Verordening (EG) nr. 604/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 605/2008 van de Commissie van 20 juni 2008 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van de voorschriften inzake het controlecertificaat voor de invoer uit derde landen op grond van artikel 11 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (Gecodificeerde versie)  ( 1 )

3

 

*

Verordening (EG) nr. 606/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 831/2002 tot tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek, met betrekking tot de toegang tot vertrouwelijke gegevens voor wetenschappelijke doeleinden ( 1 )

16

 

*

Verordening (EG) nr. 607/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 318/2007 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer van bepaalde vogels in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften ( 1 )

18

 

*

Verordening (EG) nr. 608/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 houdende tijdelijke opschorting van de douanerechten bij invoer van bepaalde granen voor het verkoopseizoen 2008/2009

19

 

 

Verordening (EG) nr. 609/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

21

 

 

Verordening (EG) nr. 610/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van stropen en bepaalde andere producten van de suikersector in ongewijzigde staat

23

 

 

Verordening (EG) nr. 611/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van witte suiker in het kader van de in Verordening (EG) nr. 900/2007 bedoelde permanente inschrijving

25

 

 

Verordening (EG) nr. 612/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van witte suiker in het kader van de in Verordening (EG) nr. 1060/2007 bedoelde permanente inschrijving

26

 

 

Verordening (EG) nr. 613/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 houdende vaststelling van de restituties die van toepassing zijn op bepaalde producten van de sector suiker, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen

27

 

*

Verordening (EG) nr. 614/2008 van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van een verbod op de visserij op torsk in het gebied Noorse wateren van IV door vaartuigen die de vlag van het Verenigd Koninkrijk voeren

29

 

 

RICHTLIJNEN

 

*

Richtlijn 2008/59/EG van de Raad van 12 juni 2008 tot aanpassing van Richtlijn 2006/87/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië

31

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

VERORDENINGEN

27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/1


VERORDENING (EG) Nr. 604/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 138, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 350 van 31.12.2007, blz. 1.


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 26 juni 2008 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

MA

36,3

MK

32,3

TR

57,8

ZZ

42,1

0707 00 05

JO

156,8

MK

22,9

TR

114,6

ZZ

98,1

0709 90 70

JO

216,7

TR

100,3

ZZ

158,5

0805 50 10

AR

103,2

TR

135,6

US

79,1

ZA

119,7

ZZ

109,4

0808 10 80

AR

110,2

BR

85,9

CL

102,9

CN

86,8

NZ

116,8

US

94,9

UY

88,3

ZA

89,9

ZZ

97,0

0809 10 00

IL

121,6

TR

187,7

ZZ

154,7

0809 20 95

TR

393,4

US

377,8

ZZ

385,6

0809 30 10, 0809 30 90

IL

144,8

US

245,1

ZZ

195,0

0809 40 05

IL

157,4

ZZ

157,4


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/3


VERORDENING (EG) Nr. 605/2008 VAN DE COMMISSIE

van 20 juni 2008

tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van de voorschriften inzake het controlecertificaat voor de invoer uit derde landen op grond van artikel 11 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen

(Voor de EER relevante tekst)

(Gecodificeerde versie)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad van 24 juni 1991 inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name op artikel 11, lid 7, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 1788/2001 van de Commissie van 7 september 2001 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van de voorschriften inzake het controlecertificaat voor de invoer uit derde landen op grond van artikel 11 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

(2)

Er moet een procedure worden vastgesteld voor de coordinatie op communautair niveau van bepaalde controles van uit derde landen ingevoerde producten die in de handel worden gebracht met naar de biologische productiemethode verwijzende aanduidingen.

(3)

Deze verordening geldt onverminderd de controleregeling die in de artikelen 8 en 9 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 en in deel B en deel C van bijlage III bij die verordening is vastgesteld.

(4)

Deze verordening geldt onverminderd de communautaire douanevoorschriften en alle andere voorschriften betreffende invoer van de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde producten die bestemd zijn om in de Gemeenschap in de handel te worden gebracht.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Deze verordening voorziet in nadere toepassingsbepalingen met betrekking tot het controlecertificaat dat op grond van artikel 11, lid 3, onder d), en artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 is vereist, en met betrekking tot de indiening van een dergelijk certificaat voor overeenkomstig artikel 11, lid 6, van die verordening verrichte invoertransacties.

2.   Deze verordening geldt niet voor producten die:

niet bestemd zijn om in de Gemeenschap in ongewijzigde staat of na verwerking in het vrije verkeer te worden gebracht;

van invoerrechten vrijgesteld zijn op grond van Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad (4). Deze verordening geldt echter voor producten die van invoerrechten zijn vrijgesteld op grond van artikel 39 of artikel 43 van Verordening (EEG) nr. 918/83.

Artikel 2

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1.

„controlecertificaat”, het in artikel 11, lid 3, onder d), en artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde controlecertificaat voor één enkele zending;

2.

„zending”, een in één enkel controlecertificaat vermelde hoeveelheid producten van één of meer GN-codes die in hetzelfde vervoermiddel worden vervoerd en afkomstig zijn van hetzelfde derde land;

3.

„verificatie van de zending”, verificatie door de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat, van het controlecertificaat om aan artikel 4, lid 2, te voldoen, en, indien deze autoriteiten het passend achten, van de producten met betrekking tot de vereisten van Verordening (EEG) nr. 2092/91;

4.

„toelating tot het vrije verkeer in de Gemeenschap”, de inklaring door de douaneautoriteiten om een zending in de Gemeenschap in het vrije verkeer te brengen;

5.

„bevoegde autoriteiten van de lidstaat”, de door de lidstaat aangewezen douaneautoriteiten of andere autoriteiten.

Artikel 3

Artikel 11, lid 3, onder d), en artikel 11, lid 6, inzake de afgifte van het controlecertificaat en artikel 11, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 zijn van toepassing telkens wanneer in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 vermelde producten in de Gemeenschap tot het vrije verkeer worden toegelaten, ongeacht of deze producten worden ingevoerd om in het kader van de regeling van artikel 11, lid 3, dan wel van artikel 11, lid 6, van die verordening op de markt te worden gebracht.

Artikel 4

1.   Een zending van in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde producten wordt slechts tot het vrije verkeer in de Gemeenschap toegelaten op voorwaarde dat:

a)

een origineel exemplaar van het controlecertificaat wordt overgelegd aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat, en

b)

de zending door de bevoegde autoriteit van de lidstaat wordt geverifieerd en het controlecertificaat wordt geviseerd overeenkomstig lid 11 van dit artikel.

2.   Het originele controlecertificaat wordt opgesteld met inachtneming van de leden 3 tot en met 10 en overeenkomstig het model en de aanwijzingen voor het invullen daarvan in bijlage I.

3.   Het controlecertificaat wordt afgegeven door:

a)

de autoriteit of instantie van een derde land die voor het betrokken derde land is vermeld in de lijst in de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 94/92 van de Commissie (5), of

b)

de autoriteit of instantie waarvan aanvaard wordt dat zij het controlecertificaat afgeeft in het kader van de regeling van artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91.

4.   De autoriteit of instantie die het controlecertificaat afgeeft:

a)

geeft dit pas af en viseert de verklaring in vak 15 pas nadat zij een controle van de documenten heeft uitgevoerd aan de hand van alle desbetreffende controledocumenten, waaronder met name het teeltplan voor de betrokken producten en de vervoers- en handelsdocumenten, en nadat zij ofwel een fysieke controle van de betrokken zending heeft uitgevoerd, voordat deze uit het derde land van verzending is verzonden, ofwel een uitdrukkelijke verklaring van de exporteur heeft ontvangen waarin wordt bevestigd dat de betrokken zending vervaardigd en/of verwerkt is volgens voorschriften die door de betrokken autoriteit of instantie worden toegepast ten aanzien van de invoer en afzet in de Gemeenschap van in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde producten overeenkomstig artikel 11, lid 3, of artikel 11, lid 6, van die verordening;

b)

voorziet elk afgegeven certificaat van een volgnummer en houdt een register van de afgegeven certificaten bij.

5.   Het controlecertificaat wordt in minstens één van de officiële talen van de Gemeenschap opgesteld en moet, met uitzondering van de stempels en handtekeningen, geheel in blokletters of machineschrift worden ingevuld.

Het controlecertificaat wordt bij voorkeur in één van de officiële talen van de lidstaat van bestemming opgesteld. Indien nodig, kan de bevoegde autoriteit van een lidstaat om een vertaling van het controlecertificaat in één van de officiële talen van het land verzoeken.

Wanneer gewijzigde of geschrapte vermeldingen in het certificaat niet zijn geviseerd, is het certificaat ongeldig.

6.   Er wordt slechts één origineel exemplaar van het controlecertificaat opgesteld.

De eerste geadresseerde of, in voorkomend geval, de importeur kan een kopie maken om de controle-instantie of de controleautoriteit in te lichten overeenkomstig bijlage III, deel C, punt 3, bij Verordening (EEG) nr. 2092/91. Op elke kopie wordt de vermelding „KOPIE” of „DUPLICATA” afgedrukt of met een stempel aangebracht.

7.   In vak 16 van het in lid 3, onder b), bedoelde controlecertificaat moet, op het ogenblik dat dit certificaat overeenkomstig het bepaalde in lid 1 wordt overgelegd, de verklaring voorkomen van de bevoegde autoriteit van de lidstaat die de machtiging heeft verleend in het kader van de regeling van artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91.

8.   De bevoegde autoriteit van de lidstaat die de machtiging heeft verleend, mag haar bevoegdheid betreffende de verklaring in vak 16 overdragen aan de controleautoriteit of -instantie die de importeur overeenkomstig de artikelen 8 en 9 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 controleert, of aan de autoriteiten die als „bevoegde autoriteiten van de lidstaat” zijn aangewezen.

9.   De verklaring in vak 16 is niet vereist:

a)

wanneer de importeur een origineel document overlegt dat is afgegeven door de bevoegde autoriteit van de lidstaat die de machtiging als bedoeld in artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 heeft verleend, en waaruit blijkt dat de zending onder die machtiging valt, of

b)

wanneer de bevoegde autoriteit van de lidstaat die de in artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde machtiging heeft verleend, rechtstreeks aan de met de controle van de zending belaste autoriteit een afdoende bewijs levert dat de zending onder die machtiging valt. Deze procedure waarbij het bewijs rechtstreeks wordt verstrekt, is voor de lidstaat die de machtiging afgeeft, facultatief.

10.   In het document dat het in lid 9, onder a) of b), bedoeld bewijs moet leveren, worden de volgende gegevens vermeld:

a)

het referentienummer van de machtiging en de datum waarop de machtiging afloopt;

b)

naam en adres van de importeur;

c)

het derde land van oorsprong;

d)

gegevens over de autoriteit of de instantie van afgifte, en, indien verschillend, gegevens over de controleautoriteit of de controle-instantie in het derde land;

e)

benaming van de betrokken producten.

11.   Bij de verificatie van een zending van in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde producten wordt het originele controlecertificaat door de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat in vak 17 geviseerd en wordt het certificaat teruggegeven aan de persoon die het heeft overgelegd.

12.   De eerste geadresseerde moet, bij ontvangst van de zending, vak 18 van het originele controlecertificaat invullen om te bevestigen dat de zending is ontvangen zoals is bepaald in deel C, punt 6, van bijlage III bij Verordening (EEG) nr. 2092/91.

De eerste geadresseerde zendt vervolgens het originele exemplaar van het certificaat toe aan de in vak 11 vermelde importeur in verband met het vereiste in artikel 11, lid 3, onder d), tweede en derde zin, en in artikel 11, lid 6, eerste alinea, vijfde zin, van Verordening (EEG) nr. 2092/91, tenzij het certificaat de zending verder moet vergezellen voor de in artikel 5, punt 1, van deze verordening bedoelde behandeling.

Artikel 5

1.   Wanneer een zending uit een derde land wordt opgeslagen in een douane-entrepot of een actieve veredeling ondergaat in de vorm van het systeem inzake schorsing als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad (6), en één of meerdere van de in artikel 4, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde behandelingen ondergaat, moeten voor die zending de in artikel 4, lid 1, van deze verordening bedoelde maatregelen worden toegepast voordat de eerste behandeling wordt uitgevoerd.

Die behandeling kan betrekking hebben op:

verpakking of herverpakking, of

etikettering waarin de biologische productiemethode wordt aangegeven.

Na deze behandeling moet het geviseerde originele exemplaar van het douanecertificaat de zending vergezellen en moet het worden overgelegd aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat, die de zending zal controleren, met het oog op het in het vrije verkeer brengen ervan.

Na deze procedure wordt het originele exemplaar van het controlecertificaat, in voorkomend geval, aan de in vak 11 van het certificaat vermelde importeur van de zending teruggegeven om te voldoen aan het vereiste in artikel 11, lid 3, onder d), tweede en derde zin, en artikel 11, lid 6, eerste alinea, vijfde zin, van Verordening (EEG) nr. 2092/91.

2.   Wanneer een zending uit een derde land, voordat zij in de Gemeenschap in het vrije verkeer wordt gebracht, in een lidstaat in het kader van een schorsingsregeling zoals bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2913/92 moet worden opgesplitst in verschillende partijen, moeten voor die zending vóór de opsplitsing de in artikel 4, lid 1, van deze verordening bedoelde maatregelen worden toegepast.

Voor elk van de bij de splitsing verkregen partijen moet een uittreksel van het controlecertificaat aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat worden overgelegd overeenkomstig het model en de aanwijzingen voor het invullen ervan in bijlage II bij deze verordening. Het uittreksel van het controlecertificaat moet in vak 14 door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat worden geviseerd.

Een kopie van elk geviseerd uittreksel van het controlecertificaat moet samen met het originele exemplaar van het controlecertificaat worden bewaard door de persoon die de oorspronkelijke importeur van de zending is en van wie de naam in vak 11 van het controlecertificaat is vermeld. Op de kopie wordt de vermelding „KOPIE” of „DUPLICATA” afgedrukt of met een stempel aangebracht.

Na de splitsing moet het geviseerde originele exemplaar van elk uittreksel van het douanecertificaat de desbetreffende zending vergezellen en moet het worden overgelegd aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat, die de partij zal controleren, met het oog op het in het vrije verkeer brengen ervan.

De geadresseerde van een partij moet bij ontvangst vak 15 van het originele exemplaar van het uittreksel van het controlecertificaat invullen om te bevestigen dat de zending is ontvangen in overeenstemming met punt 7 bis van de algemene bepalingen in bijlage III bij Verordening (EEG) nr. 2092/91.

De geadresseerde van een partij moet het uittreksel van het controlecertificaat gedurende minstens twee jaar ter beschikking houden van de controle-instantie en/of de controleautoriteit.

3.   De in de leden 1 en 2 vermelde behandelingen worden uitgevoerd overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van de artikelen 8 en 9 van Verordening (EEG) nr. 2092/91, de algemene bepalingen van bijlage III bij die verordening en de in deel B en C van die bijlage opgenomen specifieke bepalingen, en met name de punten 3 en 6 van deel C. De behandelingen moeten worden uitgevoerd met inachtneming van artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 2092/91.

Artikel 6

Onverminderd enige maatregel of actie overeenkomstig artikel 9, lid 9, en/of artikel 10 bis van Verordening (EEG) nr. 2092/91 mogen producten die niet voldoen aan de eisen van die verordening, in de Gemeenschap slechts in het vrije verkeer worden gebracht, wanneer naar biologische productiemethoden verwijzende aanduidingen uit het etiket, de reclame en de begeleidende documenten worden verwijderd.

Artikel 7

1.   De bevoegde autoriteiten van de lidstaat en de autoriteiten in de lidstaten die verantwoordelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EEG) nr. 2092/91, alsmede de controleautoriteiten en de controle-instanties verlenen elkaar bijstand bij de toepassing van deze verordening.

2.   De lidstaten delen elkaar en de Commissie mee welke autoriteiten door hen met betrekking tot artikel 2, lid 5, zijn aangewezen, voor welke gevallen zij hun bevoegdheid hebben overgedragen als bedoeld in artikel 4, lid 8, en in voorkomend geval welke procedures op grond van artikel 4, lid 9, onder b), zijn toegepast. Deze informatie moet door de lidstaten ook systematisch worden bijgewerkt.

Artikel 8

Verordening (EG) nr. 1788/2001 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage IV.

Artikel 9

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 juni 2008.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 198 van 22.7.1991, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 404/2008 van de Commissie (PB L 120 van 7.5.2008, blz. 8).

(2)  PB L 243 van 13.9.2001, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 746/2004 (PB L 122 van 26.4.2004, blz. 10).

(3)  Zie bijlage III.

(4)  PB L 105 van 23.4.1983, blz. 1.

(5)  PB L 11 van 17.1.1992, blz. 14.

(6)  PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.


BIJLAGE I

Model van het controlecertificaat voor invoer van biologische producten in de Europese Gemeenschap

Het model van het certificaat is vastgesteld ten aanzien van:

de tekst,

het formaat, op één blad,

de bladspiegel en de afmetingen van de vakken.

Image

Image

Image


BIJLAGE II

Model van het uittreksel van het controlecertificaat

Het model van het uittreksel is vastgesteld ten aanzien van:

de tekst,

het formaat,

de bladspiegel en de afmetingen van de vakken.

Image

Image


BIJLAGE III

Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

Verordening (EG) nr. 1788/2001 van de Commissie

(PB L 243 van 13.9.2001, blz. 3)

 

Verordening (EG) nr. 1113/2002 van de Commissie

(PB L 168 van 27.6.2002, blz. 31)

 

Verordening (EG) nr. 1918/2002 van de Commissie

(PB L 289 van 26.10.2002, blz. 15)

 

Verordening (EG) nr. 746/2004 van de Commissie

(PB L 122 van 26.4.2004, blz. 10)

Uitsluitend artikel 3


BIJLAGE IV

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 1788/2001

De onderhavige verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 2

Artikel 2

Artikel 3

Artikel 3

Artikel 4, leden 1 tot en met 9

Artikel 4, leden 1 tot en met 9

Artikel 4, lid 10, aanhef

Artikel 4, lid 10, aanhef

Artikel 4, lid 10, eerste tot en met vijfde streepje

Artikel 4, lid 10, onder a) tot en met e)

Artikel 4, leden 11 en 12

Artikel 4, leden 11 en 12

Artikel 5

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 6

Artikel 7, eerste en tweede alinea

Artikel 7, leden 1 en 2

Artikel 7, derde alinea

Artikel 8

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 9

Bijlage I

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage II

Bijlage III

Bijlage IV


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/16


VERORDENING (EG) Nr. 606/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 831/2002 tot tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek, met betrekking tot de toegang tot vertrouwelijke gegevens voor wetenschappelijke doeleinden

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad van 17 februari 1997 betreffende de communautaire statistiek (1), en met name op artikel 17, lid 2, en artikel 20, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 831/2002 van de Commissie (2) bepaalt, met het oog op statistische conclusies voor wetenschappelijke doeleinden, onder welke voorwaarden toegang kan worden verleend tot aan de communautaire instantie toegezonden vertrouwelijke gegevens. Zij bevat een lijst van de verschillende onderzoeken en gegevensbronnen waarop zij van toepassing is.

(2)

Onderzoekers en de wetenschappelijke wereld in het algemeen vragen voor wetenschappelijke doeleinden steeds meer ook om toegang tot vertrouwelijke gegevens uit de landbouwstructuurenquête. Wanneer onderzoekers toegang krijgen tot de microgegevens van de landbouwstructuurenquête, kunnen zij de relaties bestuderen tussen de verschillende kenmerken van de afzonderlijke landbouwbedrijven, zoals de geteelde gewassen, de veestapel en de arbeidskrachten. Aan de hand daarvan kunnen zij ook regionale agri-milieumodellen en –indicatoren verbeteren, die nu nog gebaseerd zijn op geaggregeerde gegevens. Deze enquête moet daarom aan de lijst in Verordening (EG) nr. 831/2002 worden toegevoegd.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité statistisch geheim,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 831/2002 wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 5, lid 1, komt als volgt te luiden:

„1.   De communautaire instantie mag in haar gebouwen toegang verlenen tot vertrouwelijke gegevens uit de volgende onderzoeken of bronnen van statistische gegevens:

huishoudpanel van de Europese Gemeenschap,

Europese arbeidskrachtenenquête,

communautaire innovatie-enquête,

enquête voortgezette beroepsopleiding,

loonstructuurenquête,

communautaire statistiek van inkomens en levensomstandigheden,

enquête volwasseneneducatie,

landbouwstructuurenquête.

Op verzoek van de nationale instantie die de gegevens heeft verschaft, zal echter geen toegang tot gegevens van die nationale instantie voor een specifiek onderzoeksproject worden verleend.”.

2.

Artikel 6, lid 1, komt als volgt te luiden:

„1.   De communautaire instantie mag anoniem gemaakte microgegevens vrijgeven uit de volgende onderzoeken of bronnen van statistische gegevens:

huishoudpanel van de Europese Gemeenschap,

Europese arbeidskrachtenenquête,

communautaire innovatie-enquête,

enquête voortgezette beroepsopleiding,

loonstructuurenquête,

communautaire statistiek van inkomens en levensomstandigheden,

enquête volwasseneneducatie,

landbouwstructuurenquête.

Op verzoek van de nationale instantie die de gegevens heeft verschaft, zal echter geen toegang tot gegevens van die nationale instantie voor een specifiek onderzoeksproject worden verleend.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Joaquín ALMUNIA

Lid van de Commissie


(1)  PB L 52 van 22.2.1997, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(2)  PB L 133 van 18.5.2002, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1000/2007 (PB L 226 van 30.8.2007, blz. 7).


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/18


VERORDENING (EG) Nr. 607/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 318/2007 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer van bepaalde vogels in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/496/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG (1), en met name op artikel 10, lid 3, tweede alinea, en lid 4, eerste alinea,

Gelet op Richtlijn 92/65/EEG van de Raad van 13 juli 1992 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo's waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (2), en met name op artikel 18, lid 1, vierde streepje,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 318/2007 van de Commissie (3) stelt de veterinairrechtelijke voorschriften vast voor de invoer van bepaalde vogels, met uitzondering van pluimvee, in de Gemeenschap en de desbetreffende quarantainevoorschriften die na invoer voor deze vogels gelden.

(2)

Bijlage V bij die verordening bevat een lijst van de quarantainevoorzieningen en -stations die door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten zijn erkend voor de invoer van bepaalde vogels, met uitzondering van pluimvee.

(3)

Portugal heeft zijn erkende quarantainevoorzieningen en -stations aan een herziening onderworpen en heeft de Commissie een bijgewerkte lijst daarvan toegestuurd. De lijst van erkende quarantainevoorzieningen en -stations in bijlage V bij Verordening (EG) nr. 318/2007 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

Verordening (EG) nr. 318/2007 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage V bij Verordening (EG) nr. 318/2007 wordt na de tweede vermelding voor Portugal het volgende ingevoegd:

„PT

PORTUGAL

PT 0301 CQAR”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Androulla VASSILIOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 268 van 24.9.1991, blz. 56. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352).

(2)  PB L 268 van 14.9.1992, blz. 54. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2007/265/EG van de Commissie (PB L 114 van 1.5.2007, blz. 17).

(3)  PB L 84 van 24.3.2007, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 311/2008 (PB L 93 van 4.4.2008, blz. 3).


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/19


VERORDENING (EG) Nr. 608/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

houdende tijdelijke opschorting van de douanerechten bij invoer van bepaalde granen voor het verkoopseizoen 2008/2009

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (Integrale-GMO-verordening) (1), en met name op artikel 187 juncto artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om de graanvoorziening van de communautaire markt in het verkoopseizoen 2007/2008 te bevorderen is bij Verordening (EG) nr. 1/2008 van de Raad van 20 december 2007 houdende tijdelijke opschorting van de douanerechten bij invoer van bepaalde granen voor het verkoopseizoen 2007/2008 (2) de toepassing van de douanerechten opgeschort tot en met 30 juni 2008, waarbij evenwel is voorzien in de mogelijkheid om deze rechten weer in te stellen indien de communautaire markt wordt of dreigt te worden verstoord. De marksituatie sedert de vaststelling van de maatregel en de vooruitzichten op de korte termijn geven, gelet op de geconstateerde prijssituatie, evenwel geen aanleiding om de rechten weer in te stellen. De opschorting van de rechten dient derhalve van toepassing te blijven tot het einde van het verkoopseizoen 2007/2008.

(2)

Op grond van de waarschijnlijke ontwikkelingen op de graanmarkt in het begin van het verkoopseizoen 2008/2009 mag worden aangenomen dat de hoge prijzen zullen aanhouden, gezien de geringe voorraden en de huidige ramingen van de Commissie met betrekking tot de hoeveelheden die werkelijk beschikbaar zullen zijn na de oogst van 2008. Om de invoer en het daarmee samenhangende marktevenwicht te handhaven, dient derhalve het beleid inzake de invoer van granen ongewijzigd te blijven en mag, voor de granen waarvoor deze maatregel momenteel van toepassing is, niet worden geraakt aan de tijdelijke opschorting van de douanerechten bij invoer in het verkoopseizoen 2008/2009. Bovendien is het, ten einde voor bepaalde andere granen gelijkwaardige voorwaarden toe te passen voor de voorziening van de communautaire markt, dienstig de maatregel ook te doen gelden voor de producten van de GN-codes 1008 10 00 en 1008 20 00.

(3)

De opschorting van de rechten moet evenwel onverwijld kunnen worden ingetrokken indien de communautaire graanmarkt wordt of dreigt te worden verstoord, met name als gevolg van de ingevoerde hoeveelheden of indien na de nieuwe oogst de op de communautaire markt beschikbare hoeveelheden graan toereikend blijken om het marktevenwicht te garanderen. Derhalve dient te worden bepaald dat de Commissie onmiddellijk passende maatregelen kan nemen om de douanerechten weer in te stellen zodra de marktsituatie dit rechtvaardigt, en de criteria kan bepalen om uit te maken wanneer dit laatste het geval is.

(4)

Het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   De toepassing van de douanerechten bij de invoer van producten die vallen onder de GN-codes 1001 90 99, 1001 10, 1002 00 00, 1003 00, 1005 90 00, 1007 00 90, 1008 10 00 en 1008 20 00 wordt in het verkoopseizoen 2008/2009 opgeschort voor alle normale invoer overeenkomstig artikel 130 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en voor alle invoer in het kader van tariefcontingenten met verlaagd recht overeenkomstig artikel 144 van diezelfde verordening.

2.   De Commissie kan volgens de in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde procedure besluiten de douanerechten weer in te stellen op de niveaus en onder de voorwaarden van artikel 136 van die verordening, met name in de volgende gevallen:

a)

wanneer voor een of meer van de in lid 1 van dit artikel bedoelde producten de in de communautaire havens geconstateerde prijs FOB minder bedraagt dan 180 % van de in artikel 8, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde referentieprijs;

b)

wanneer de op de communautaire markt beschikbare hoeveelheden toereikend blijken om het marktevenwicht te garanderen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 510/2008 van de commissie (PB L 149 van 7.6.2008, blz. 61).

(2)  PB L 1 van 4.1.2008, blz. 1.


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/21


VERORDENING (EG) Nr. 609/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 32 van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat het verschil tussen de prijzen voor de in artikel 1, lid 1, onder b), van die verordening bedoelde producten op de wereldmarkt en op de interne markt mag worden overbrugd door een restitutie bij uitvoer.

(2)

Gezien de huidige situatie op de suikermarkt moeten derhalve uitvoerrestituties worden vastgesteld overeenkomstig de voorschriften en bepaalde criteria van de artikelen 32 en 33 van Verordening (EG) nr. 318/2006.

(3)

In artikel 33, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat de restitutie naar gelang van de bestemming kan variëren indien dat gezien de situatie op de wereldmarkt of de specifieke vereisten van bepaalde markten noodzakelijk is.

(4)

Alleen voor producten die tot het vrije verkeer in de Gemeenschap zijn toegelaten en voldoen aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 318/2006, mogen restituties worden verleend.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 32 van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde restituties worden verleend voor de producten en met toepassing van de bedragen die zijn vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 van de Commissie (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1). Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt per 1 oktober 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).


BIJLAGE

Met ingang van 27 juni 2008 geldende restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

GN-code

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1701 11 90 9100

S00

EUR/100 kg

23,64 (2)

1701 11 90 9910

S00

EUR/100 kg

23,64 (2)

1701 12 90 9100

S00

EUR/100 kg

23,64 (2)

1701 12 90 9910

S00

EUR/100 kg

23,64 (2)

1701 91 00 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

1701 99 10 9100

S00

EUR/100 kg

25,70

1701 99 10 9910

S00

EUR/100 kg

25,70

1701 99 10 9950

S00

EUR/100 kg

25,70

1701 99 90 9100

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

NB: De bestemmingen zijn als volgt vastgesteld:

S00

alle bestemmingen met uitzondering van de volgende:

a)

derde landen: Andorra, Liechtenstein, de Heilige Stoel (Staat Vaticaanstad), Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië (), Montenegro, Albanië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië;

b)

gebieden van lidstaten van de EU die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: de Faeröer, Groenland, Helgoland, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent;

c)

Europese grondgebieden waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd en die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: Gibraltar.


(1)  Met inbegrip van Kosovo, onder bescherming van de Verenigde Naties, overeenkomstig Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van 10 juni 1999.

(2)  Dit bedrag geldt voor ruwe suiker met een rendement van 92 %. Indien het rendement van de geëxporteerde ruwe suiker afwijkt van 92 %, wordt het bedrag van de toe te passen restitutie voor elke betrokken uitvoertransactie vermenigvuldigd met een omrekeningsfactor die wordt verkregen door het overeenkomstig bijlage I, punt III, punt 3, van Verordening (EG) nr. 318/2006 berekende rendement van de geëxporteerde ruwe suiker te delen door 92.


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/23


VERORDENING (EG) Nr. 610/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van stropen en bepaalde andere producten van de suikersector in ongewijzigde staat

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 32 van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat het verschil tussen de prijzen voor de in artikel 1, lid 1, onder c), d) en g), van die verordening bedoelde producten op de wereldmarkt en op de interne markt mag worden overbrugd door een restitutie bij uitvoer.

(2)

Gezien de huidige situatie op de suikermarkt moeten derhalve uitvoerrestituties worden vastgesteld overeenkomstig de regels en bepaalde criteria van de artikelen 32 en 33 van Verordening (EG) nr. 318/2006.

(3)

In artikel 33, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat de restitutie naar gelang van de bestemming kan variëren indien dat gezien de situatie op de wereldmarkt of de specifieke vereisten van bepaalde markten noodzakelijk is.

(4)

Er mogen alleen restituties worden verleend voor producten die tot het vrije verkeer in de Gemeenschap zijn toegelaten en voldoen aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie van 30 juni 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 wat de handel met derde landen in de suikersector betreft (2).

(5)

Om het verschil in concurrentievermogen tussen de communautaire uitvoer en die uit derde landen te overbruggen, kunnen uitvoerrestituties worden vastgesteld. De communautaire uitvoer naar bepaalde nabije bestemmingen en derde landen die voor communautaire producten een preferentiële behandeling toekennen, bevindt zich momenteel in een bijzonder gunstige concurrentiepositie. Restituties voor uitvoer naar deze bestemmingen moeten derhalve worden afgeschaft.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   De in artikel 32 van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde uitvoerrestituties worden toegekend voor de producten en met toepassing van de bedragen die zijn vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening, op voorwaarde dat aan het bepaalde in lid 2 van het onderhavige artikel wordt voldaan.

2.   Alleen producten die voldoen aan de desbetreffende vereisten van de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 951/2006 komen in aanmerking voor de in lid 1 van de onderhavige verordening bedoelde restituties.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 van de Commissie (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1). Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt per 1 oktober 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1568/2007 (PB L 340 van 22.12.2007, blz. 62).


BIJLAGE

Met ingang van 27 juni 2008 geldende restituties bij uitvoer van stropen en bepaalde andere producten van de suikersector in onveranderde vorm

GN-code

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1702 40 10 9100

S00

EUR/100 kg droge stof

25,70

1702 60 10 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

25,70

1702 60 95 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

1702 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

25,70

1702 90 71 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

1702 90 95 9100

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

1702 90 95 9900

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570 (2)

2106 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

25,70

2106 90 59 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2570

NB: De bestemmingen zijn als volgt vastgesteld:

S00

alle bestemmingen met uitzondering van de volgende:

a)

derde landen: Andorra, Liechtenstein, de Heilige Stoel (Staat Vaticaanstad), Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië (), Montenegro, Albanië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië;

b)

gebieden van lidstaten van de EU die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: de Faeröer, Groenland, Helgoland, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent;

c)

Europese grondgebieden waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd en die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: Gibraltar.


(1)  Met inbegrip van Kosovo, onder bescherming van de Verenigde Naties, overeenkomstig Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van 10 juni 1999.

(2)  Het basisbedrag is niet van toepassing op het in de bijlage, punt 2, van Verordening (EEG) nr. 3513/92 van de Commissie (PB L 355 van 5.12.1992, blz. 12) bedoelde product.


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/25


VERORDENING (EG) Nr. 611/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van witte suiker in het kader van de in Verordening (EG) nr. 900/2007 bedoelde permanente inschrijving

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, tweede alinea en derde alinea, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 900/2007 van de Commissie van 27 juli 2007 betreffende een permanente inschrijving voor de vaststelling van restituties bij uitvoer van witte suiker voor het verkoopseizoen 2007/2008 (2) moeten deelinschrijvingen worden gehouden.

(2)

Op grond van artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 900/2007 en op grond van het onderzoek van de biedingen voor de op 26 juni 2008 verstrijkende deelinschrijving, dient de maximumrestitutie bij uitvoer in het kader van die deelinschrijving te worden vastgesteld.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De maximumrestitutie bij uitvoer van het in artikel 1, lid 1, van Verordening (EG) nr. 900/2007 bedoelde product wordt voor de op 26 juni 2008 verstrijkende deelinschrijving vastgesteld op 30,700 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 van de Commissie (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1). Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt per 1 oktober 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 196 van 28.7.2007, blz. 26. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 148/2008 van de Commissie (PB L 46 van 21.2.2008, blz. 9).


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/26


VERORDENING (EG) Nr. 612/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van witte suiker in het kader van de in Verordening (EG) nr. 1060/2007 bedoelde permanente inschrijving

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, tweede alinea en derde alinea, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1060/2007 van de Commissie van 14 september 2007 met betrekking tot de opening van een permanente openbare inschrijving voor de verkoop voor uitvoer van suiker uit de voorraden van de interventiebureaus van België, Tsjechië, Spanje, Ierland, Italië, Hongarije, Polen, Slowakije en Zweden (2) moeten deelinschrijvingen worden gehouden.

(2)

Op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1060/2007 en op grond van het onderzoek van de biedingen voor de op 25 juni 2008 verstrijkende deelinschrijving, dient de maximumrestitutie bij uitvoer in het kader van die deelinschrijving te worden vastgesteld.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De maximumrestitutie bij uitvoer van het in artikel 1, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1060/2007 bedoelde product wordt voor de op 25 juni 2008 verstrijkende deelinschrijving vastgesteld op 389,53 EUR/t.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 van de Commissie (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1). Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt per 1 oktober 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 242 van 15.9.2007, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 148/2008 van de Commissie (PB L 46 van 21.2.2008, blz. 9).


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/27


VERORDENING (EG) Nr. 613/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

houdende vaststelling van de restituties die van toepassing zijn op bepaalde producten van de sector suiker, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, onder a), en lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 32, leden 1 en 2, van Verordening (EG) nr. 318/2006 kan het verschil tussen de prijzen van de in artikel 1, lid 1, onder b), c), d) en g), van die verordening bedoelde producten in de internationale handel enerzijds en de prijzen in de Gemeenschap anderzijds door een restitutie bij de uitvoer worden overbrugd wanneer deze producten worden uitgevoerd in de vorm van goederen die in bijlage VII bij die verordening worden genoemd.

(2)

In Verordening (EG) nr. 1043/2005 van de Commissie van 30 juni 2005 houdende tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad wat betreft de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebedrag betreffende bepaalde landbouwproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen (2), is aangegeven voor welke producten een restitutie dient te worden vastgesteld wanneer ze worden uitgevoerd in de vorm van goederen bedoeld in bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 318/2006.

(3)

Overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 dient de restitutievoet per 100 kg van elk van de betrokken basisproducten maandelijks te worden vastgesteld.

(4)

In artikel 32, lid 4, van Verordening (EG) nr. 318/2006 is bepaald dat de restitutie bij uitvoer van een in een goed verwerkt product niet meer mag bedragen dan de restitutie voor ditzelfde product dat in onverwerkte toestand wordt uitgevoerd.

(5)

De ingevolge deze verordening vastgestelde restituties kunnen vooraf worden vastgesteld, aangezien op dit moment niet bekend is hoe de markt zich de komende maanden zal ontwikkelen.

(6)

De naleving van de verplichtingen die zijn aangegaan met betrekking tot de restituties die kunnen worden toegekend bij de uitvoer van landbouwproducten die zijn verwerkt in niet onder bijlage I bij het Verdrag vallende goederen, kan in het gedrang komen door de vaststelling vooraf van hoge restituties. In deze situatie moeten derhalve vrijwaringsmaatregelen worden genomen zonder dat daardoor de sluiting van langetermijncontracten wordt verhinderd. De vaststelling van een specifieke restitutie voor de voorfixatie van restituties is een maatregel die aan deze verschillende doelstellingen beantwoordt.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties die van toepassing zijn op de in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1043/2005 en in artikel 1, lid 1, en in lid 1 van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 318/2006 opgenomen basisproducten die worden uitgevoerd in de vorm van goederen vermeld in bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 318/2006, worden vastgesteld zoals in de bijlage bij deze verordening is aangegeven.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 27 juni 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Heinz ZOUREK

Directeur-generaal Ondernemingen en industrie


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1260/2007 van de Commissie (PB L 283 van 27.10.2007, blz. 1). Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt per 1 oktober 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 172 van 5.7.2005, blz. 24. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 246/2008 (PB L 75 van 18.3.2008, blz. 64).


BIJLAGE

Restituties die worden toegepast vanaf 27 juni 2008 voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I bij het Verdrag vermelde goederen (1)

GN-code

Omschrijving

Restituties in EUR/100 kg

Bij vaststelling vooraf van de restituties

Overige gevallen

1701 99 10

Witte suiker

25,70

25,70


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing op de uitvoer naar:

a)

derde landen: Andorra, Liechtenstein, de Heilige Stoel (Staat Vaticaanstad), Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië (), Montenegro, Albanië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en op de naar de Zwitserse Bondsstaat uitgevoerde goederen die zijn opgenomen in de tabellen I en II van Protocol nr. 2 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972;

b)

gebieden van lidstaten van de EU die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: de Faeröer, Groenland, Helgoland, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent;

c)

Europese grondgebieden waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd en die niet tot het douanegebied van de Gemeenschap behoren: Gibraltar.

(2)  Met inbegrip van Kosovo, onder bescherming van de Verenigde Naties, overeenkomstig Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van 10 juni 1999.


27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/29


VERORDENING (EG) Nr. 614/2008 VAN DE COMMISSIE

van 26 juni 2008

tot vaststelling van een verbod op de visserij op torsk in het gebied Noorse wateren van IV door vaartuigen die de vlag van het Verenigd Koninkrijk voeren

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 26, lid 4,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2), en met name op artikel 21, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 40/2008 van de Raad van 16 januari 2008 tot vaststelling, voor 2008, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (3) zijn quota voor 2008 vastgesteld.

(2)

Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2008 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt.

(3)

Derhalve moet het worden verboden op dit bestand te vissen en vis uit dit bestand aan boord te houden, over te laden en aan te voeren,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het opgebruiken van het quotum

Het quotum dat voor 2008 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.

Artikel 2

Verbod

De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar zijn geregistreerd, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, over te laden of aan te voeren.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 26 juni 2008.

Voor de Commissie

Fokion FOTIADIS

Directeur-generaal Visserij en maritieme zaken


(1)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 865/2007 (PB L 192 van 24.7.2007, blz. 1).

(2)  PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1967/2006 (PB L 409 van 30.12.2006, blz. 9), laatste rectificatie PB L 36 van 8.2.2007, blz. 6.

(3)  PB L 19 van 23.1.2008, blz. 1. Laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 446/2008 (PB L 134 van 23.5.2008, blz. 11).


BIJLAGE

Nr.

15/T&Q

Lidstaat

GBR

Bestand

USK/4AB-N.

Soort

Torsk (Brosme brosme)

Zone

Noorse wateren van IV

Datum

29.5.2008


RICHTLIJNEN

27.6.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 166/31


RICHTLIJN 2008/59/EG VAN DE RAAD

van 12 juni 2008

tot aanpassing van Richtlijn 2006/87/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op de Toetredingsakte van 2005, en met name op artikel 56,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 56 van de Akte van toetreding van 2005 neemt de Raad, indien een besluit van de Raad van vóór de toetreding in verband met de toetreding moet worden aangepast en in deze Akte of de bijlagen daarvan niet in de noodzakelijke aanpassingen is voorzien, het nodige besluit aan.

(2)

Richtlijn 2006/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen (1), is vastgesteld vóór de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie, en moet dus in verband met die toetreding worden aangepast.

(3)

Derhalve moet Richtlijn 2006/87/EG dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

Overeenkomstig punt 34 van het interinstitutioneel akkoord „Beter wetgeven” worden de lidstaten aangemoedigd om voor zichzelf en in het belang van de Gemeenschap hun eigen tabellen op te stellen waaruit zoveel mogelijk het verband tussen deze richtlijn en de transpositiemaatregelen blijkt, en deze bekend te maken (2),

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 2006/87/EG wordt als volgt gewijzigd:

1.

Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

a)

in hoofdstuk 2, zone 3,

i)

wordt tussen de tekst voor het Koninkrijk België en die voor de Tsjechische Republiek het volgende ingevoegd:

„Republiek Bulgarije

Donau: van rkm 845,650 tot rkm 374,100”;

ii)

wordt tussen de tekst voor de Republiek Polen en die voor de Slowaakse Republiek het volgende ingevoegd:

„Roemenië

Donau: van de grens tussen Servië en Roemenië (km 1 075) tot de Zwarte Zee op de Sulina-kanaalarm.

Donau-Zwarte Zee-kanaal (64,410 km): van de verbinding met de Donau op km 299,300 van de Donau te Cernavodă (km 64,410 van het kanaal), tot de haven van Constanta Zuid–Agigea (km „0” van het kanaal).

Kanaal Poarta Albă–Midia Năvodari (34,600 km): van de verbinding met het Donau-Zwarte Zee-kanaal op km 29,410 te Poarta Albă (km 27,500 van het kanaal) naar de haven van Midia (km „0” van het kanaal).”;

b)

in hoofdstuk 3, zone 4, wordt tussen de tekst voor de Republiek Polen en die voor de Slowaakse Republiek het volgende ingevoegd:

„Roemenië

Alle overige waterwegen, niet genoemd onder zone 3.”.

2.

Bijlage IX wordt als volgt gewijzigd:

a)

in deel I, hoofdstuk 4, artikel 4.05:

i)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Denemarken en die voor Polen:

„19

=

Roemenië”;

ii)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Letland en die voor Litouwen:

„34

=

Bulgarije”;

b)

in deel III, hoofdstuk 1, artikel 1.06:

i)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Denemarken en die voor Polen:

„19

=

Roemenië”;

ii)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Letland en die voor Litouwen:

„34

=

Bulgarije”;

c)

in deel IV, hoofdstuk 1, artikel 1.06:

i)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Denemarken en die voor Polen:

„19

=

Roemenië”;

ii)

wordt het volgende ingevoegd tussen de tekst voor Letland en die voor Litouwen:

„34

=

Bulgarije.”.

Artikel 2

1.   De lidstaten die beschikken over binnenwateren als bedoeld in artikel 1, lid 1, van Richtlijn 2006/87/EG doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om met ingang van 30 december 2008 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Luxemburg, 12 juni 2008.

Voor de Raad

De voorzitter

A. VIZJAK


(1)  PB L 389 van 30.12.2006, blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 2006/137/EG (PB L 389 van 30.12.2006, blz. 261).

(2)  PB C 321 van 31.12.2003, blz. 1.