ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 25

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

50e jaargang
1 februari 2007


Inhoud

 

I   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

 

Verordening (EG) nr. 94/2007 van de Commissie van 31 januari 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

 

Verordening (EG) nr. 95/2007 van de Commissie van 31 januari 2007 tot vaststelling van de invoerrechten in de sector granen van toepassing vanaf 1 februari 2007

3

 

*

Verordening (EG) nr. 96/2007 van de Commissie van 31 januari 2007 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1898/2005 betreffende de toekenning van steun voor de aankoop van boter door instellingen en gemeenschappen zonder winstoogmerk

6

 

 

Verordening (EG) nr. 97/2007 van de Commissie van 31 januari 2007 tot vaststelling van de mate waarin gevolg kan worden gegeven aan de aanvragen om invoercertificaten voor bepaalde producten in de sectoren eieren en slachtpluimvee, die in januari 2007 worden ingediend op grond van de Verordeningen (EG) nr. 593/2004 en (EG) nr. 1251/96

7

 

 

RICHTLIJNEN

 

*

Richtlijn 2007/1/EG van de Commissie van 29 januari 2007 tot wijziging van Richtlijn 76/768/EEG van de Raad inzake cosmetische producten met het oog op de aanpassing van bijlage II aan de technische vooruitgang ( 1 )

9

 

 

Rectificaties

 

*

Rectificatie van Beschikking 2004/90/EG van de Commissie van 23 december 2003 inzake de technische voorschriften voor de toepassing van artikel 3 van Richtlijn 2003/102/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van voetgangers en andere kwetsbare weggebruikers vóór en tijdens een botsing met een motorvoertuig en houdende wijziging van Richtlijn 70/156/EEG (PB L 31 van 4.2.2004)

12

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

VERORDENINGEN

1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/1


VERORDENING (EG) Nr. 94/2007 VAN DE COMMISSIE

van 31 januari 2007

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 februari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 januari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 31 januari 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

IL

198,4

MA

65,5

TN

142,7

TR

173,0

ZZ

144,9

0707 00 05

JO

178,8

MA

58,1

TR

182,9

ZZ

139,9

0709 90 70

MA

53,1

TR

137,9

ZZ

95,5

0709 90 80

EG

26,8

ZZ

26,8

0805 10 20

EG

44,6

IL

54,4

MA

51,2

TN

47,0

TR

68,5

ZZ

53,1

0805 20 10

MA

82,1

TR

21,5

ZZ

51,8

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

EG

88,0

IL

67,0

MA

59,5

TR

68,4

ZZ

70,7

0805 50 10

TR

55,8

ZZ

55,8

0808 10 80

CA

103,5

CN

83,7

TR

99,7

US

126,4

ZZ

103,3

0808 20 50

CN

44,7

US

103,8

ZA

103,8

ZZ

84,1


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.


1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/3


VERORDENING (EG) Nr. 95/2007 VAN DE COMMISSIE

van 31 januari 2007

tot vaststelling van de invoerrechten in de sector granen van toepassing vanaf 1 februari 2007

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1249/96 van de Commissie van 28 juni 1996 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad ten aanzien van de invoerrechten in de sector granen (2), en met name op artikel 2, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 is bepaald dat het invoerrecht voor de producten van de GN-codes 1001 10 00, 1001 90 91, ex 1001 90 99 (zachte tarwe van hoge kwaliteit), 1002, ex 1005, met uitzondering van hybriden voor zaaidoeleinden, en ex 1007, met uitzondering van hybriden voor zaaidoeleinden, gelijk is aan de interventieprijs voor deze producten bij de invoer, verhoogd met 55 % en verminderd met de cif-invoerprijs voor de betrokken zending. Dit invoerrecht mag echter niet hoger zijn dan het recht van het gemeenschappelijk douanetarief.

(2)

In artikel 10, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 is bepaald dat voor de berekening van het in lid 2 van dat artikel bedoelde invoerrecht regelmatig representatieve cif-invoerprijzen voor de betrokken producten worden vastgesteld.

(3)

Overeenkomstig artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96 is de prijs die in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van het invoerrecht voor de producten van de GN-codes 1001 10 00, 1001 90 91, ex 1001 90 99 (zachte tarwe van hoge kwaliteit), 1002 00, 1005 10 90, 1005 90 00 en 1007 00 90, de dagelijkse representatieve cif-invoerprijs die wordt bepaald volgens de methode van artikel 4 van die verordening.

(4)

Er dienen invoerrechten te worden vastgesteld voor de periode vanaf 1 februari 2007, die van toepassing zullen zijn tot er nogmaals nieuwe invoerrechten worden vastgesteld en in werking treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde invoerrechten in de sector granen die van toepassing zullen zijn vanaf 1 februari 2007, worden in bijlage I bij de onderhavige verordening vastgesteld zoals zij zijn bepaald aan de hand van de in bijlage II bij de onderhavige verordening vermelde elementen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 februari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 januari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 161 van 29.6.1996, blz. 125. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1816/2005 (PB L 292 van 8.11.2005, blz. 5).


BIJLAGE I

Vanaf 1 februari 2007 geldende invoerrechten voor de in artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde producten

GN-code

Omschrijving

Invoerrecht (1)

(EUR/t)

1001 10 00

HARDE TARWE van hoge kwaliteit

0,00

van gemiddelde kwaliteit

0,00

van lage kwaliteit

0,00

1001 90 91

ZACHTE TARWE, zaaigoed

0,00

ex 1001 90 99

ZACHTE TARWE van hoge kwaliteit, andere dan zaaigoed

0,00

1002 00 00

ROGGE

0,00

1005 10 90

MAÏS, zaaigoed, ander dan hybriden

0,00

1005 90 00

MAÏS, andere dan zaaigoed (2)

0,00

1007 00 90

GRAANSORGHO, andere dan hybriden bestemd voor zaaidoeleinden

0,00


(1)  Voor producten die via de Atlantische Oceaan of het Suezkanaal in de Gemeenschap worden aangevoerd, komt de importeur op grond van artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1249/96 in aanmerking voor een verlaging van het invoerrecht met:

3 EUR/t als de loshaven aan de Middellandse Zee ligt,

2 EUR/t als de loshaven in Denemarken, Estland, Ierland, Letland, Litouwen, Polen, Finland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk of aan de Atlantische kust van het Iberisch Schiereiland ligt.

(2)  De importeur komt in aanmerking voor een forfaitaire verlaging van het invoerrecht met 24 EUR/t als aan de in artikel 2, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1249/96 vastgestelde voorwaarden is voldaan.


BIJLAGE II

Elementen voor de berekening van de in bijlage I vastgestelde rechten

Periode van 17-30 januari 2007

1.

Gemiddelden over de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96 bedoelde referentieperiode:

(EUR/t)

 

Zachte tarwe (1)

Maïs

Harde tarwe van hoge kwaliteit

Harde tarwe van gemiddelde kwaliteit (2)

Harde tarwe van lage kwaliteit (3)

Gerst

Beurs

Minneapolis

Chicago

Notering

154,84

123,34

Fob-prijs VSA

191,66

181,66

161,66

160,95

Golfpremie

26,53

11,00

Grote-Merenpremie

2.

Gemiddelden over de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96 bedoelde referentieperiode:

Vrachtkosten: Golf van Mexico–Rotterdam:

26,52 EUR/t

Vrachtkosten: Grote Meren–Rotterdam:

00,00 EUR/t


(1)  Premie van 14 EUR/t inbegrepen (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(2)  Korting van 10 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(3)  Korting van 30 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).


1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/6


VERORDENING (EG) Nr. 96/2007 VAN DE COMMISSIE

van 31 januari 2007

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1898/2005 betreffende de toekenning van steun voor de aankoop van boter door instellingen en gemeenschappen zonder winstoogmerk

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 15,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Hoofdstuk IV van Verordening (EG) nr. 1898/2005 van de Commissie van 9 november 2005 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad, wat betreft maatregelen voor de afzet van room, boter en boterconcentraat op de markt van de Gemeenschap (2) voorziet in de toekenning van steun voor de aankoop van boter door instellingen en gemeenschappen zonder winstoogmerk. Gezien de verlaging van de interventieprijs voor boter en de daaruit voortvloeiende verlaging van de steunniveaus in het kader van andere steunregelingen voor boter, moet het bedrag van de betrokken steun worden verlaagd.

(2)

Verordening (EG) nr. 1898/2005 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(3)

Het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 74, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1898/2005 wordt „60 EUR” vervangen door „40 EUR”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 januari 2007.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2).

(2)  PB L 308 van 25.11.2005, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1919/2006 (PB L 380 van 28.12.2006, blz. 1).


1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/7


VERORDENING (EG) Nr. 97/2007 VAN DE COMMISSIE

van 31 januari 2007

tot vaststelling van de mate waarin gevolg kan worden gegeven aan de aanvragen om invoercertificaten voor bepaalde producten in de sectoren eieren en slachtpluimvee, die in januari 2007 worden ingediend op grond van de Verordeningen (EG) nr. 593/2004 en (EG) nr. 1251/96

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 593/2004 van de Commissie van 30 maart 2004 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van de tariefcontingenten voor producten van de sector eieren en voor ovoalbumine (1), en met name op artikel 5, lid 5,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1251/96 van de Commissie van 28 juni 1996 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van de tariefcontingenten voor producten van de sector slachtpluimvee (2), en met name op artikel 5, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

Voor een aantal producten zijn de in de invoercertificaten voor de periode van 1 januari tot en met 31 maart 2007 aangevraagde hoeveelheden niet groter dan de beschikbare hoeveelheden en deze kunnen derhalve volledig ingewilligd worden, terwijl voor een aantal andere producten de beschikbare hoeveelheden worden overschreden, zodat de aangevraagde hoeveelheden, met het oog op een billijke verdeling, met een vast percentage verminderd moeten worden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Op grond van de Verordeningen (EG) nr. 593/2004 en (EG) nr. 1251/96 ingediende aanvragen om invoercertificaten voor de periode van 1 januari tot en met 31 maart 2007 worden ingewilligd voor het in de bijlage van deze verordening aangegeven percentage.

2.   In de periode van 1 april tot en met 30 juni 2007 kunnen overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 593/2004 en (EG) nr. 1251/96 invoercertificaten worden aangevraagd tot de in de bijlage bij deze verordening aangegeven hoeveelheid.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 februari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 januari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 94 van 31.3.2004, blz. 10.

(2)  PB L 161 van 29.6.1996, blz. 136. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1179/2006 (PB L 212 van 2.8.2006, blz. 7).


BIJLAGE

Groep

Coëfficiënt waarvoor de invoercertificaten worden toegewezen voor de periode van 1 januari tot en met 31 maart 2007

Totale beschikbare hoeveelheid voor de periode van 1 april tot en met 30 juni 2007

(in t)

E1

100,0

132 003,200

E2

26,768294

1 750,000

E3

100,0

10 703,009

P1

100,0

1 978,275

P2

100,0

5 495,050

P3

1,688112

576,250

P4

100,0

550,475

„—”

:

Er is de Commissie geen certificaataanvraag toegezonden.


RICHTLIJNEN

1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/9


RICHTLIJN 2007/1/EG VAN DE COMMISSIE

van 29 januari 2007

tot wijziging van Richtlijn 76/768/EEG van de Raad inzake cosmetische producten met het oog op de aanpassing van bijlage II aan de technische vooruitgang

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 76/768/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake cosmetische producten (1), en met name op artikel 8, lid 2,

Na raadpleging van het Wetenschappelijk Comité voor consumentenproducten (WCC),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Naar aanleiding van de adviezen die het WCC op grond van wetenschappelijke studies heeft uitgebracht, is de Commissie met de lidstaten en de belanghebbende partijen een algemene strategie voor de regulering van haarkleurstoffen overeengekomen, die inhoudt dat de industrie de dossiers met wetenschappelijke gegevens over haarkleurstoffen ter evaluatie aan het WCC moet voorleggen.

(2)

De stoffen waarvoor tijdens de publieke raadpleging geen blijk is gegeven van uitdrukkelijke belangstelling voor het gebruik ervan in haarkleurmiddelen en waarvoor geen geactualiseerde veiligheidsdossiers zijn ingediend die een passende risicobeoordeling mogelijk maken, moeten in bijlage II worden opgenomen.

(3)

Tot nu toe werd 4-amino-3-fluorfenol beschouwd als een stof die viel onder de algemene vermelding van rangnummer 22 voor aniline en zouten en gehalogeneerde en gesulfoneerde derivaten daarvan. Aangezien echter niet zonder meer duidelijk is dat 4-amino-3-fluorfenol tot die groep anilineverbindingen behoort, moet voor die stof een specifieke vermelding in bijlage II worden opgenomen.

(4)

Voor de duidelijkheid moet de stof epoxiconazool in bijlage II bij Richtlijn 76/768/EEG worden verplaatst van afzonderlijk rangnummer 1182 naar rangnummer 663.

(5)

Aangezien het WCC vóór 31 juli 2006 geen nieuwe wetenschappelijke gegevens heeft ontvangen voor de evaluatie van N,N′-dihexadecyl-N,N′-bis(2-hydroxyethyl)propaandiamide, moet die stof in bijlage II worden opgenomen.

(6)

Richtlijn 76/768/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor cosmetische producten,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Richtlijn 76/768/EEG wordt overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn gewijzigd.

Artikel 2

De lidstaten zorgen ervoor dat cosmetische producten die niet aan deze richtlijn voldoen met ingang van 21 februari 2008 niet meer aan de eindconsument worden verkocht of geleverd.

Artikel 3

1.   De lidstaten dienen uiterlijk op 21 augustus 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 21 november 2007.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 4

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 5

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 29 januari 2007.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vicevoorzitter


(1)  PB L 262 van 27.9.1976, blz. 169. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/78/EG van de Commissie (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 56).


BIJLAGE

Bijlage II bij Richtlijn 76/768/EEG wordt als volgt gewijzigd:

1)

De nummers 1234 tot en met 1243 worden toegevoegd:

Nummer

Chemische naam/INCI-naam

CAS EG

„1234

PEG-3,2′,2′-di-p-fenyleendiamine

144644-13-3

1235

6-Nitro-o-toluïdine

570-24-1

1236

HC Yellow No 11

73388-54-2

1237

HC Orange No 3

81612-54-6

1238

HC Green No 1

52136-25-1

1239

HC Red No 8 en zouten daarvan

97404-14-3, 13556-29-1

1240

Tetrahydro-6-nitrochinoxaline en zouten daarvan

158006-54-3, 41959-35-7

1241

Disperse Red 15, behalve als onzuiverheid in Disperse Violet 1

116-85-8

1242

4-Amino-3-fluorfenol

399-95-1

1243

N,N′-Dihexadecyl-N,N′-bis(2-hydroxyethyl)propaandiamide

Bishydroxyethyl biscetyl malonamide

149591-38-8”

2)

De vermelding onder nummer 1182 wordt geschrapt.

3)

Rangnummer 663 wordt vervangen door: „(2RS,3RS)-3-(2-Chloorfenyl)-2-(4-fluorfenyl)-[(1H-1,2,4-triazool-1-yl)methyl]oxiraan; epoxiconazool (CAS: 133855-98-8)”.


Rectificaties

1.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/12


Rectificatie van Beschikking 2004/90/EG van de Commissie van 23 december 2003 inzake de technische voorschriften voor de toepassing van artikel 3 van Richtlijn 2003/102/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van voetgangers en andere kwetsbare weggebruikers vóór en tijdens een botsing met een motorvoertuig en houdende wijziging van Richtlijn 70/156/EEG

( Publicatieblad van de Europese Unie L 31 van 4 februari 2004 )

Bladzijde 23, bijlage, deel I, punt 2.2, tweede alinea, tweede zin:

in plaats van:

„De positie van het voertuig wordt dan aan de ontwerppositie aangepast of de ontwerppositie van het voertuig wordt bij alle verdere metingen en tests gesimuleerd;”,

te lezen:

„Zo niet, dan wordt de positie van het voertuig aan de ontwerppositie aangepast of wordt de ontwerppositie van het voertuig bij alle verdere metingen en tests gesimuleerd;”.