ISSN 1725-2598 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
49e jaargang |
Inhoud |
|
I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing |
Bladzijde |
|
|
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
|
|
II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing |
|
|
|
Commissie |
|
|
* |
||
|
* |
Beschikking van de Commissie van 18 augustus 2006 tot wijziging van Beschikking 2005/734/EG wat betreft bepaalde aanvullende risicobeperkingsmaatregelen tegen de verspreiding van aviaire influenza (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3702) ( 1 ) |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1254/2006 VAN DE COMMISSIE
van 21 augustus 2006
tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 22 augustus 2006.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 augustus 2006.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 21 augustus 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0707 00 05 |
052 |
92,0 |
999 |
92,0 |
|
0709 90 70 |
052 |
92,6 |
999 |
92,6 |
|
0805 50 10 |
388 |
59,3 |
524 |
43,6 |
|
528 |
56,4 |
|
999 |
53,1 |
|
0806 10 10 |
052 |
83,7 |
220 |
108,4 |
|
624 |
164,6 |
|
999 |
118,9 |
|
0808 10 80 |
388 |
86,1 |
400 |
86,2 |
|
404 |
87,6 |
|
508 |
90,9 |
|
512 |
81,7 |
|
528 |
75,6 |
|
720 |
81,3 |
|
800 |
149,6 |
|
804 |
92,6 |
|
999 |
92,4 |
|
0808 20 50 |
052 |
126,7 |
388 |
96,3 |
|
999 |
111,5 |
|
0809 30 10, 0809 30 90 |
052 |
127,0 |
999 |
127,0 |
|
0809 40 05 |
052 |
39,5 |
098 |
45,7 |
|
624 |
149,5 |
|
999 |
78,2 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1255/2006 VAN DE COMMISSIE
van 21 augustus 2006
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1431/94 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering, in de sector slachtpluimvee, van de invoerregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 774/94 van de Raad houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor slachtpluimvee en bepaalde andere landbouwproducten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2777/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector slachtpluimvee (1), en met name op artikel 3, lid 2, en artikel 6, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 1431/94 van de Commissie (2) heeft betrekking op de opening en de wijze van beheer van een meerjarig tariefcontingent voor de invoer van slachtpluimvee. |
(2) |
De Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika in het kader van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel (GATT) 1994 (3), die is goedgekeurd bij Besluit 2006/333/EG van de Raad (4), voorziet in een verhoging van het jaarlijkse tariefcontingent voor de invoer van slachtpluimvee, erga omnes, met 2 485 t voor bepaalde bevroren stukken kalkoenvlees. |
(3) |
Met het oog op de mogelijke toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie op 1 januari 2007 is het raadzaam om voor het eerste kwartaal van 2007 een andere periode voor het indienen van de certificaataanvragen vast te stellen. |
(4) |
Verordening (EG) nr. 1431/94 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor slachtpluimvee en eieren, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 1431/94 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 3, onder c), wordt vervangen door:
|
2) |
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
De bijlagen worden vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2006.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 augustus 2006.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 282 van 1.11.1975, blz. 77. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 679/2006 (PB L 119 van 4.5.2006, blz. 1).
(2) PB L 156 van 23.6.1994, blz. 9. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1043/2001 (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 24).
(3) PB L 124 van 11.5.2006, blz. 15.
(4) PB L 124 van 11.5.2006, blz. 13.
BIJLAGE
BIJLAGE I
GEMEENSCHAPPELIJK DOUANETARIEF VAN 0 %
Vlees van kippen
Land |
Nummer van de groep |
Volgnummer |
GN-code |
Jaarlijkse hoeveelheden (in ton productgewicht) |
Brazilië |
1 |
09.4410 |
0207 14 10 0207 14 50 0207 14 70 |
7 100 |
Thailand |
2 |
09.4411 |
0207 14 10 0207 14 50 0207 14 70 |
5 100 |
Andere landen |
3 |
09.4412 |
0207 14 10 0207 14 50 0207 14 70 |
3 300 |
Vlees van kalkoenen
Land |
Nummer van de groep |
Volgnummer |
GN-code |
Jaarlijkse hoeveelheden (in ton productgewicht) |
Brazilië |
4 |
09.4420 |
0207 27 10 0207 27 20 0207 27 80 |
1 800 |
Andere |
5 |
09.4421 |
0207 27 10 0207 27 20 0207 27 80 |
700 |
Andere landen |
6 |
09.4422 |
0207 27 10 0207 27 20 0207 27 80 |
2 485 |
BIJLAGE II
TOEPASSING VAN VERORDENING (EG) Nr. 1431/94
Commissie van de Europese Gemeenschappen — Directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
Eenheid D.2 „Tenuitvoerlegging marktmaatregelen”
Sector slachtpluimvee
Aanvraag voor invoercertificaten met een recht van het gemeenschappelijk douanetarief van 0 % |
Datum: |
Periode: |
|
Lidstaat: |
|
Afzender: |
|
Contactpersoon: |
|
Tel.: |
|
Fax: |
|
Geadresseerde: AGRI.D.2 |
|
Fax (32-2) 292 17 41 |
|
E-mail: AGRI-IMP-POULTRY@ec.europa.eu |
Volgnummer |
Aangevraagde hoeveelheid (in kg productgewicht) |
|
|
BIJLAGE III
TOEPASSING VAN VERORDENING (EG) Nr. 1431/94
Commissie van de Europese Gemeenschappen — Directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
Eenheid D.2 „Tenuitvoerlegging marktmaatregelen”
Sector slachtpluimvee
Aanvraag voor invoercertificaten met een recht van het gemeenschappelijk douanetarief van 0 % |
Datum: |
Periode: |
Lidstaat:
Volgnummer |
GN-code |
Aanvrager (naam en adres) |
Oorsprong |
Hoeveelheid (in kg productgewicht) |
|
|
|
|
|
BIJLAGE IV
TOEPASSING VAN VERORDENING (EG) Nr. 1431/94
Commissie van de Europese Gemeenschappen — Directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
Eenheid D.2 „Tenuitvoerlegging marktmaatregelen”
Sector slachtpluimvee
MEDEDELING VAN DAADWERKELIJK INGEVOERDE HOEVEELHEDEN
|
Lidstaat: |
|
Toepassing van artikel 4, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1431/94 |
|
Daadwerkelijk ingevoerde hoeveelheid producten (in kg productgewicht): |
|
Geadresseerde: AGRI.D.2 |
|
Fax (32-2) 292 17 41 |
|
E-mail: AGRI-IMP-POULTRY@ec.europa.eu |
Volgnummer |
Daadwerkelijk in het vrije verkeer gebrachte hoeveelheid |
Land van oorsprong |
|
|
|
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/9 |
VERORDENING (EG) Nr. 1256/2006 VAN DE COMMISSIE
van 21 augustus 2006
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1010/2006 betreffende enige buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt in de sector eieren en slachtpluimvee in sommige lidstaten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2771/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector eieren (1), en met name op artikel 14, lid 1, eerste alinea, onder b),
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2777/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector slachtpluimvee (2), en met name op artikel 14, lid 1, eerste alinea, onder b),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Enkele lidstaten hebben wijzigingen meegedeeld van de gegevens die zijn opgenomen in de bijlagen bij Verordening (EG) nr. 1010/2006 van de Commissie (3). Voorts hebben drie lidstaten een nieuw verzoek tot het nemen van buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt ingediend. |
(2) |
Verordening (EG) nr. 1010/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(3) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor slachtpluimvee en eieren, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I tot en met VII bij Verordening (EG) nr. 1010/2006 worden vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 augustus 2006.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 282 van 1.11.1975, blz. 49. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 679/2006 (PB L 119 van 4.5.2006, blz. 1).
(2) PB L 282 van 1.11.1975, blz. 77. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 679/2006.
(3) PB L 180 van 4.7.2006, blz. 3.
BIJLAGE
BIJLAGE I
Maximumaantal broedeieren per lidstaat
|
Standaardvleeskuikens |
Vleeskuikens met „label” |
Vleesparelhoenders |
Vleeskalkoenen |
Vleeseenden |
Vleesganzen |
Periode van toepassing (tot en met 8.2006 voor vleesganzen) |
BE |
368 600 |
18 000 |
— |
— |
1 400 |
— |
1.2006-4.2006 |
CZ |
9 522 600 |
— |
— |
126 515 |
587 034 |
25 181 |
2.2006-4.2006 |
DK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
DE |
— |
— |
— |
— |
— |
1 000 000 |
1.2006-8.2006 |
EE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
EL |
7 704 000 |
4 105 000 |
— |
200 000 |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
ES |
7 800 000 |
— |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
FR |
60 000 000 |
21 450 000 |
4 166 000 |
4 960 000 |
2 663 000 |
450 000 |
12.2005-4.2006 |
IE |
— |
— |
— |
360 000 |
170 000 |
— |
1.2006-4.2006 |
IT |
5 990 000 |
— |
465 000 |
220 000 |
35 000 |
25 000 |
9.2005-4.2006 |
CY |
442 000 |
— |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
LV |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LU |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
HU |
11 119 968 |
500 000 |
— |
144 915 |
1 835 000 |
805 117 |
11.2005-8.2006 |
MT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
NL |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
AT |
2 000 000 |
50 000 |
— |
— |
50 000 |
40 000 |
10.2005-4.2006 |
PL |
2 141 098 |
— |
— |
— |
621 586 |
77 029 |
10.2005-4.2006 |
PT |
6 000 000 |
— |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
SI |
200 000 |
— |
— |
— |
— |
— |
11.2005-4.2006 |
SK |
— |
— |
— |
— |
80 000 |
13 000 |
10.2005-4.2006 |
FI |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
SE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
UK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
BIJLAGE II
Maximumaantal verwerkte broedeieren per lidstaat
|
Vleeskuikens |
Vleeskuikens met „label” |
Periode van toepassing |
BE |
3 140 000 |
60 000 |
1.2006-4.2006 |
CZ |
10 000 000 |
|
2.2006-4.2006 |
DK |
15 214 440 |
|
1.2006-8.2006 |
DE |
— |
|
— |
EE |
— |
|
— |
EL |
4 166 000 |
|
10.2005-4.2006 |
ES |
1 800 000 |
|
10.2005-4.2006 |
FR |
— |
|
— |
IE |
— |
|
— |
IT |
18 760 000 |
|
9.2005-4.2006 |
CY |
— |
|
— |
LV |
— |
|
— |
LT |
— |
|
— |
LU |
— |
|
— |
HU |
8 390 000 |
|
11.2005-8.2006 |
MT |
— |
|
— |
NL |
25 000 000 |
|
12.2005-4.2006 |
AT |
700 000 |
90 000 |
10.2005-4.2006 |
PL |
64 594 006 |
|
10.2005-4.2006 |
PT |
— |
|
— |
SI |
5 000 000 |
|
11.2005-4.2006 |
SK |
1 145 000 |
|
10.2005-4.2006 |
FI |
— |
|
— |
SE |
— |
|
— |
UK |
— |
|
— |
BIJLAGE III
Maximumaantal kuikens per lidstaat
|
Vleeskuikens |
Vleesparelhoenders |
Vleeskalkoenen |
Vleeseenden |
Vleesganzen |
Periode van toepassing (tot en met 8.2006 voor vleesganzen) |
BE |
50 000 |
— |
— |
— |
— |
1.2006-4.2006 |
CZ |
2 000 000 |
— |
90 000 |
150 000 |
5 000 |
2.2006-4.2006 |
DK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
DE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
EE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
EL |
4 138 440 |
— |
10 000 |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
ES |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
FR |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
IE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
IT |
15 230 000 |
1 005 900 |
165 600 |
137 000 |
13 000 |
9.2005-4.2006 |
CY |
143 725 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
LV |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LU |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
HU |
2 000 000 |
— |
— |
1 200 000 |
100 000 |
11.2005-8.2006 |
MT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
NL |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
AT |
350 000 |
— |
25 000 |
50 000 |
25 000 |
10.2005-4.2006 |
PL |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
PT |
4 000 000 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
SI |
260 000 |
— |
— |
— |
— |
11.2005-4.2006 |
SK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
FI |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
SE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
UK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
BIJLAGE IV
Maximumaantal geslachte moederdieren per lidstaat
|
Vleeskuikens |
Vleesparelhoenders |
Vleeskalkoenen |
Vleeseenden |
Vleesganzen |
Periode van toepassing (tot en met 8.2006 voor vleesganzen) |
BE |
164 000 |
— |
— |
— |
— |
1.2006-4.2006 |
CZ |
635 000 |
— |
11 000 |
15 000 |
20 000 |
2.2006-4.2006 |
DK |
244 000 |
— |
— |
— |
— |
1.2006-8.2006 |
DE |
— |
— |
— |
— |
20 000 |
1.2006-8.2006 |
EE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
EL |
454 300 |
— |
16 000 |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
ES |
151 000 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
FR |
1 400 000 |
60 000 |
130 000 |
60 000 |
12 000 |
1.2006-4.2006 |
IE |
32 000 |
— |
— |
4 000 |
— |
1.2006-4.2006 |
IT |
1 957 000 |
12 000 |
47 000 |
1 500 |
2 400 |
9.2005-4.2006 |
CY |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LV |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
LU |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
HU |
50 300 |
— |
4 700 |
45 000 |
18 000 |
11.2005-8.2006 |
MT |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
NL |
1 293 750 |
— |
— |
— |
— |
12.2005-4.2006 |
AT |
140 000 |
— |
— |
— |
500 |
10.2005-4.2006 |
PL |
1 060 109 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
PT |
300 000 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
SI |
252 268 |
— |
— |
— |
— |
11.2005-4.2006 |
SK |
49 000 |
— |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
FI |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
SE |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
UK |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
BIJLAGE V
Maximumoppervlakte in m2 en maximumaantal weken per lidstaat
|
Vleeskuikens |
Vleesparelhoenders |
Vleeskalkoenen |
Vleeseenden |
Periode van toepassing |
BE |
75 000 |
— |
— |
10 000 |
4/7 weken voor vleeskuikens en 5 weken voor vleeseenden tussen 1.2006-4.2006 |
CZ |
155 000 |
— |
55 000 |
60 000 |
8 weken voor vleeskuikens, 14 weken voor vleeskalkoenen en 10 weken voor vleeseenden tussen 2.2006-4.2006 |
DK |
— |
— |
— |
— |
— |
DE |
— |
— |
— |
— |
— |
EE |
— |
— |
— |
— |
— |
EL |
2 350 000 |
— |
— |
— |
7 weken tussen 10.2005-4.2006 |
ES |
— |
— |
— |
— |
— |
FR |
2 200 000 |
— |
— |
— |
16 weken tussen 10.2005-4.2006 |
IE |
400 000 |
— |
400 000 |
3 000 |
4 weken tussen 10.2005-4.2006 |
IT |
7 035 000 |
178 000 |
3 812 000 |
77 000 |
7 weken voor vleeskuikens en 4 weken voor ander vleespluimvee tussen 10.2005-4.2006 |
CY |
— |
— |
— |
— |
— |
LV |
— |
— |
— |
— |
— |
LT |
— |
— |
— |
— |
— |
LU |
— |
— |
— |
— |
— |
HU |
183 178 |
— |
30 000 |
135 000 |
16 weken tussen 11.2005-8.2006 |
MT |
— |
— |
— |
— |
— |
NL |
— |
— |
100 000 |
— |
1 week tussen 11.2005-4.2006 |
AT |
450 000 |
— |
5 000 |
5 000 |
3 weken voor vleeskuikens en 10 weken voor ander vleespluimvee tussen 10.2005-4.2006 |
PL |
2 600 000 |
— |
700 000 |
— |
6 weken voor vleeskuikens en 4 weken voor vleeskalkoenen tussen 10.2005-4.2006 |
PT |
489 130 |
— |
— |
— |
4 weken tussen 10.2005-4.2006 |
SI |
300 000 |
— |
100 000 |
— |
3 weken voor vleeskuikens en 2 weken voor vleeskalkoenen tussen 11.2005–4.2006 |
SK |
11 000 |
— |
— |
— |
16 weken tussen 10.2005-4.2006 |
FI |
— |
— |
— |
— |
— |
SE |
— |
— |
— |
— |
— |
UK |
— |
— |
— |
— |
— |
BIJLAGE VI
Maximumaantal dieren per lidstaat
|
Vleeskuikens |
Vleesparelhoenders |
Vleeskalkoenen |
Vleeseenden |
Periode van toepassing |
BE |
4 602 000 |
— |
— |
20 000 |
1.2006-4.2006 |
CZ |
9 180 000 |
— |
70 000 |
300 000 |
2.2006-4.2006 |
DK |
8 500 000 |
— |
— |
— |
1.2006-8.2006 |
DE |
— |
— |
— |
— |
— |
EE |
— |
— |
— |
— |
— |
EL |
— |
— |
— |
— |
— |
ES |
15 000 000 |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
FR |
— |
— |
— |
— |
— |
IE |
— |
— |
— |
25 000 |
1.2006-4.2006 |
IT |
5 500 000 |
— |
350 000 |
— |
9.2005-4.2006 |
CY |
2 626 075 |
— |
— |
— |
11.2005-4.2006 |
LV |
— |
— |
— |
— |
— |
LT |
— |
— |
— |
— |
— |
LU |
— |
— |
— |
— |
— |
HU |
— |
— |
— |
180 000 |
11.2005-8.2006 |
MT |
— |
— |
— |
— |
— |
NL |
23 000 000 |
— |
200 000 |
— |
12.2005-4.2006 |
AT |
200 000 |
— |
10 000 |
30 000 |
10.2005-4.2006 |
PL |
— |
— |
— |
— |
— |
PT |
— |
— |
— |
— |
— |
SI |
3 000 000 |
— |
50 000 |
— |
11.2005-4.2006 |
SK |
4 734 800 |
— |
— |
— |
10.2005-4.2006 |
FI |
— |
— |
— |
— |
— |
SE |
— |
— |
— |
— |
— |
UK |
— |
— |
— |
— |
— |
BIJLAGE VII
Maximumaantal legrijpe jonge kippen per lidstaat
|
„Legrijpe” jonge kippen |
Periode van toepassing |
BE |
12 000 |
1.2006-4.2006 |
CZ |
— |
— |
DK |
— |
— |
DE |
500 000 |
1.2006-4.2006 |
EE |
— |
— |
EL |
1 550 000 |
10.2005-4.2006 |
ES |
— |
— |
FR |
— |
— |
IE |
— |
— |
IT |
7 000 |
10.2005-4.2006 |
CY |
— |
— |
LV |
— |
— |
LT |
— |
— |
LU |
— |
— |
HU |
— |
— |
MT |
— |
— |
NL |
— |
— |
AT |
70 000 |
10.2005-4.2006 |
PL |
— |
— |
PT |
— |
— |
SI |
— |
— |
SK |
— |
— |
FI |
— |
— |
SE |
— |
— |
UK |
— |
— |
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/17 |
VERORDENING (EG) Nr. 1257/2006 VAN DE COMMISSIE
van 21 augustus 2006
houdende goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geografische aanduiding die is opgenomen in het Register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (Nocciola di Giffoni) (BGA)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name op artikel 9, lid 2, tweede zin,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Commissie heeft overeenkomstig artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 en krachtens artikel 17, lid 2, van die verordening het door Italië ingediende verzoek om goedkeuring van de wijzigingen van het productdossier van de beschermde geografische aanduiding „Nocciola di Giffoni” onderzocht. |
(2) |
Het verzoek heeft tot doel het productdossier te wijzigen wat betreft het bewijs van oorsprong van het betrokken landbouwproduct, de specifieke etiketteringsregels en de op grond van de nationale bepalingen na te leven eisen. |
(3) |
Wat betreft het bewijs van oorsprong van het betrokken landbouwproduct, wordt met de wijziging beoogd nader te preciseren dat de producenten productieregisters moeten bijhouden en de geproduceerde hoeveelheden moeten aangeven, en dat bij de betrokken gemeenten een register van de geregistreerde percelen moet worden gedeponeerd. |
(4) |
Wat de specifieke etiketteringsregels betreft, is het logo van de betrokken geografische aanduiding gewijzigd en is voortaan in het productdossier bepaald dat dat logo op de etikettering van de betrokken landbouwproducten moet staan. |
(5) |
Wat de op grond van de nationale bepalingen na te leven eisen betreft, zijn de verwijzingen naar door de regio Campanië opgestelde uitvoeringsbepalingen voor de werkwijze voor het verkrijgen van het product, alsmede de controles geschrapt. |
(6) |
Naar aanleiding van het onderzoek van het betrokken wijzigingsverzoek is geconcludeerd dat het om een wijziging gaat die enerzijds in overeenstemming is met de eisen van Verordening (EG) nr. 510/2006, en die anderzijds gering is. Dat laatste is geconcludeerd omdat de wijziging niet de essentiële kenmerken van het product betreft en het verband met het geografische gebied niet wijzigt. |
(7) |
Het is derhalve dienstig de wijziging van het in artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 bedoelde productdossier van de beschermde geografische aanduiding „Nocciola di Giffoni” goed te keuren zonder de in artikel 6, lid 2, en artikel 7 van die verordening genoemde procedure te volgen. |
(8) |
Verder moeten de in artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 bedoelde gegevens worden bekendgemaakt. Overeenkomstig artikel 17, lid 2, van die verordening betekent dit dat een samenvatting van het productdossier moet worden bekendgemaakt die overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 383/2004 (2) is opgesteld, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het productdossier voor de geografische aanduiding „Nocciola di Giffoni” wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.
Artikel 2
De geconsolideerde samenvatting, die de belangrijkste gegevens uit het productdossier bevat, is opgenomen in bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 augustus 2006.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.
(2) PB L 64 van 2.3.2004, blz. 16.
BIJLAGE I
De volgende wijzigingen in het productdossier van de geografische aanduiding „Nocciola di Giffoni” (Italië), worden goedgekeurd:
1) |
In artikel 4 worden de volgende zinnen geschrapt:
|
2) |
In artikel 5
|
3) |
In artikel 7 worden de volgende zinnen: „Op verzoek van de betrokken telers kan in de etikettering een logo worden gebruikt. Dit logo komt overeen met het ontwerp, eventueel met inbegrip van de kleurstelling, van het figuratieve of het specifieke en eenduidige logo dat samen met de geografische aanduiding moet worden gebruikt. Bovendien moet de vermelding „geproduceerd in Italië” worden aangebracht op de voor de uitvoer bestemde partijen.”, vervangen door: „In de etikettering moet het logo van de „beschermde geografische aanduiding” worden gebruikt, bestaande uit een ovaal met het opschrift „Nocciola di Giffoni”. Onderaan rechts zijn twee over elkaar liggende, gestileerde hazelnoten afgebeeld, terwijl onderaan links het logo van de beschermde geografische aanduiding staat, zoals hieronder aangegeven.”. |
BIJLAGE II
GECONSOLIDEERDE SAMENVATTING
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„NOCCIOLA DI GIFFONI”
(EG-nummer: IT/117/1538/29.4.2004)
BOB ( ) BGA (X)
Deze samenvatting is opgesteld voor informatieve doeleinden. Voor volledige informatie kunnen de belanghebbenden het volledige productdossier opvragen bij de in deel 1 genoemde diensten van de nationale autoriteiten of bij de diensten van de Europese Commissie (1).
1. Bevoegde dienst van de lidstaat:
Naam: |
Ministero delle Politiche Agricole e Forestali Dipartimento della Qualità dei Prodotti Agroalimentari e dei Servizi |
||
Adres: |
|
||
Tel. |
(39-06) 481 99 68 |
||
Fax |
(39-06) 4201 31 26 |
||
E-mail: |
qtc3@politicheagricole.it |
2. Groepering:
Naam: |
Associazione produttori nocciole Tonda di Giffoni |
||
Adres: |
|
||
Tel. |
(39-089) 86 64 90 |
||
Fax |
(39-089) 982 81 59 |
||
E-mail: |
info@tondadigiffoni.it |
||
Samenstelling: |
Producenten/verwerkers (X) andere ( ) |
3. Productcategorie: Klasse 1.6 — Fruit, groenten en granen, vers of verwerkt.
4. Overzicht van het productdossier: (Samenvatting van de in artikel 4, lid 2, voorgeschreven gegevens)
4.1. Naam: „Nocciola di Giffoni” (Hazelnoten uit Giffoni).
4.2. Beschrijving: De aanduiding „Nocciola di Giffoni” heeft uitsluitend betrekking op de vruchten van de biotypen van de hazelaarcultivar „Tonda di Giffoni”, die in het in punt 4.3 omschreven geografische gebied wordt geteeld.
Bij het op de markt brengen moet de „Nocciola di Giffoni” de volgende kenmerken hebben:
een dopvrucht van gemiddelde omvang zijn, ten minste 18 mm, vrijwel rond,
een bruine dop met strepen in een donkerder tint hebben,
een eveneens vrijwel ronde kern van ten minste 13 mm hebben,
wit, stevig en zeer geurig vruchtvlees hebben.
4.3. Geografisch gebied: Het productiegebied omvat een deel van het grondgebied van de provincie Salerno, en met name het hele grondgebied van de gemeenten Giffoni Valle Piana, Giffoni Sei Casali, San Cipriano Piacentino, Fisciano, Calvanico, Castiglione del Genovesi, Montecorvino Rovella, en een deel van het grondgebied van de gemeenten Baronissi, Montecorvino Pugliano, Olevano sul Tusciano, San Mango Piemonte en Acerno.
4.4. Bewijs van oorsprong: De hazelaarsbossen die in aanmerking komen voor de teelt van de „Nocciola di Giffoni” zijn opgenomen in een register dat door het controleorgaan wordt beheerd en waarvan een kopie bij de betrokken gemeenten in het geografische gebied is gedeponeerd.
Het bewijs van oorsprong wordt bovendien geleverd via het bijhouden van teeltregisters en de tijdige aangifte van de geproduceerde hoeveelheden.
4.5. Werkwijze voor het verkrijgen van het product: Om „Nocciola di Giffoni” te kunnen produceren, moeten de hazelaarsbossen worden aangeplant in eenzelfde omgeving als de traditionele boomgaarden van dit type, en moeten de omstandigheden zodanig zijn dat de producten hoe dan ook dezelfde kwaliteitskenmerken hebben.
De plantafstand, de teeltvormen en de snoeiwijzen moeten de algemeen gebruikelijke zijn, waarbij de plantdichtheid niet meer dan 660 struiken per hectare mag bedragen en de volgende teeltvormen moeten worden gebruikt: een „struik met meerdere stammen”, een „struik in de vorm van een bosje” of een „boompje”.
Ook zijn teeltvormen toegestaan waarbij de hazelaar „gevorkt” of als „haag” groeit, waarbij altijd rekening dient te worden gehouden met de kwaliteitskenmerken en nooit meer dan 1 000 struiken per hectare mogen worden aangeplant.
De maximaal toegestane productie per eenheid is vastgesteld op 40 kwintaal per hectare bij gespecialiseerde teelt.
4.6. Verband: De eisen waaraan „Nocciola di Giffoni” moet voldoen, zijn afhankelijk van de voor het productiegebied kenmerkende natuurlijke en menselijke factoren. Het bijzondere van de teelt is vooral het gebruik van een plaatselijk biotype van de hazelaar, waarvan de eigenschappen het best tot hun recht komen in de voor de betrokken productiegebieden in de regio Campania kenmerkende klimatologische omstandigheden. Het gebied is een zeer gunstige omgeving voor de variëteit „Tonda di Giffoni”, want de bodems zijn er van vulkanische oorsprong en zijn derhalve zeer vruchtbaar.
4.7. Controlestructuur:
Naam: |
IS.ME.CERT |
||
Adres: |
|
||
Tel. |
(39-081) 787 97 89 |
||
Fax |
(39-081) 604 01 76 |
||
E-mail: |
— |
4.8. Etikettering: Ongedopt moeten hazelnoten uit Giffoni in de handel worden gebracht in zakken. Wanneer de hazelnoten gedopt zijn, moeten ze in zakken of in dozen worden verpakt.
In alle gevallen moet op deze verpakking het volgende zijn vermeld: „Nocciola di Giffoni”, „Indicazione Geografica Protetta” en het bijbehorende logo.
4.9. Nationale eisen: —
(1) Europese Commissie — Directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling — Kwaliteitsbeleid voor landbouwproducten — B-1049 Brussel.
II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing
Commissie
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/22 |
BESLUIT VAN DE COMMISSIE
van 18 augustus 2006
tot benoeming van leden van het Wetenschappelijk Comité inzake grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling aan chemische agentia voor een nieuwe ambtstermijn
(2006/573/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op Besluit 95/320/EG van de Commissie van 12 juli 1995 tot oprichting van een wetenschappelijk comité inzake grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling aan chemische agentia (1), (hierna „het comité” genoemd), en met name op artikel 3,
Gezien de lijst van kandidaten die de lidstaten hebben ingediend,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 3, lid 1, van Besluit 95/320/EG bepaalt dat het comité is samengesteld uit ten hoogste 21 leden, die worden geselecteerd aan de hand van door de lidstaten ingediende voordrachten van geschikte kandidaten en een afspiegeling vormen van het hele scala aan wetenschappelijke deskundigheid dat nodig is om het mandaat van het comité te vervullen. |
(2) |
Artikel 3, lid 2, van Besluit 95/320/EG bepaalt dat de Commissie de leden van het comité benoemt op grond van bewezen wetenschappelijke deskundigheid en ervaring en er daarbij rekening mee houdt dat de verschillende vakgebieden vertegenwoordigd moeten zijn. |
(3) |
Artikel 3, lid 4, van Besluit 95/320/EG bepaalt dat de ambtstermijn van de leden van het comité drie jaar bedraagt en kan worden verlengd. Na afloop van de periode van drie jaar blijven de leden van het comité in functie tot zij worden vervangen of totdat hun ambtstermijn wordt verlengd. |
(4) |
Bij Besluit van de Commissie van 2 oktober 2002 zijn de leden van het Wetenschappelijk Comité inzake grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling aan chemische agentia voor een derde ambtstermijn van 1 april 2002 tot 31 maart 2005 (2), benoemd. |
(5) |
De leden van dat comité moeten nu voor een vierde ambtstermijn (van 1 juli 2006 tot 30 juni 2009) worden benoemd. |
(6) |
De Commissie heeft overleg gepleegd met de lidstaten overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Besluit 95/320/EG, |
BESLUIT:
Enig artikel
De Commissie benoemt de volgende leden van het Wetenschappelijk Comité inzake grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling aan chemische agentia voor de ambtstermijn van 1 juli 2006 tot 30 juni 2009:
Bertazzi, Prof. Pier Alberto |
Italië |
Bolt, Prof. Hermann |
Duitsland |
Dominique, Dr. Lison |
België |
Fabiánová, Dr. Eleonóra |
Slowakije |
Foà, Prof. Vito |
Italië |
González, Dr. Enrique |
Spanje |
Greim, Prof. Helmut |
Duitsland |
Hartwig, Prof. Andrea |
Duitsland |
Hay, Prof. Alastair |
Verenigd Koninkrijk |
Hudak, Dr. Aranka |
Hongarije |
Johansson, Prof. Gunnar |
Zweden |
Levy, Prof. Leonard |
Verenigd Koninkrijk |
Masschelein, Prof. Raphaël |
België |
Meldrum, Mrs. Maureen |
Verenigd Koninkrijk |
Nielsen, Prof. Gunnar |
Denemarken |
Nordman, Prof. Hendrik |
Finland |
Pospischil, Dr. Erich |
Oostenrijk |
Pratt, Dr. Iona |
Ierland |
Skowron, Dr. Jolanta |
Polen |
Stuecker, Dr. Isabelle |
Frankrijk |
Woutersen, Dr. Ruud A. |
Nederland. |
Gedaan te Brussel, 18 augustus 2006.
Voor de Commissie
Vladimír ŠPIDLA
Lid van de Commissie
(1) PB L 188 van 9.8.1995, blz. 14. Besluit gewijzigd bij Besluit 2006/275/EG van de Commissie (PB L 101 van 11.4.2006, blz. 4).
(2) PB C 245 van 11.10.2002, blz. 5.
22.8.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 228/24 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 18 augustus 2006
tot wijziging van Beschikking 2005/734/EG wat betreft bepaalde aanvullende risicobeperkingsmaatregelen tegen de verspreiding van aviaire influenza
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3702)
(Voor de EER relevante tekst)
(2006/574/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name op artikel 10, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om het risico van overdracht van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus subtype H5N1, door in het wild levende vogels naar pluimveebedrijven en andere inrichtingen waar vogels in gevangenschap worden gehouden te beperken, heeft de Commissie Beschikking 2005/734/EG van 19 oktober 2005 tot vaststelling van bioveiligheidsmaatregelen ter beperking van het risico van overdracht van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus subtype H5N1, van in het wild levende vogels naar pluimvee en andere in gevangenschap gehouden vogels en tot instelling van een systeem voor vroege opsporing in risicogebieden (2) vastgesteld. |
(2) |
Krachtens die beschikking moeten de lidstaten de afzonderlijke bedrijven identificeren waar pluimvee of andere in gevangenschap gehouden vogels worden gehouden en die volgens epidemiologische en ornithologische gegevens als bijzonder risicovol voor de verspreiding van het aviaire-influenza A-virus subtype H5N1 via in het wild levende vogels moeten worden beschouwd. |
(3) |
In het licht van de huidige epidemiologische en ornithologische ontwikkelingen in verband met die ziekte moet worden bepaald dat dergelijke risico’s regelmatig en voortdurend worden bekeken om de als bijzonder risicovol voor de verspreiding van de ziekte aangemerkte gebieden en de in die gebieden genomen maatregelen aan te passen. |
(4) |
In dergelijke gebieden is het gebruik van lokvogels verboden, behalve het gebruik daarvan in de programma’s van de lidstaten voor het uitvoeren van onderzoek naar aviaire influenza bij pluimvee en bij in het wild levende vogels, als bedoeld in Beschikking 2005/732/EG van de Commissie van 17 oktober 2005 tot goedkeuring van de programma's voor het uitvoeren van onderzoek naar aviaire influenza bij pluimvee en bij in het wild levende vogels in 2005 in de lidstaten en tot vaststelling van rapporterings- en subsidiabiliteitsregels voor de financiële bijdrage van de Gemeenschap in de kosten voor de uitvoering van deze programma’s (3). |
(5) |
Rekening houdend met de recente ervaringen en op grond van een gunstige uitkomst van de risicobeoordeling per geval moet de bevoegde autoriteit de mogelijkheid worden geboden om verdere afwijkingen van het verbod op het gebruik van lokvogels toe te staan, mits passende bioveiligheidsmaatregelen worden genomen. |
(6) |
Beschikking 2005/734/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(7) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Beschikking 2005/734/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 2 bis wordt vervangen door: „Artikel 2 bis Aanvullende risicobeperkingsmaatregelen 1. De lidstaten zorgen ervoor dat in de delen van hun grondgebied die zij overeenkomstig artikel 1, lid 1, als risicogebied voor de insleep van aviaire influenza hebben aangemerkt, de volgende activiteiten worden verboden:
2. De lidstaten zorgen ervoor dat het bijeenbrengen van pluimvee en andere vogels op markten, shows, tentoonstellingen en culturele evenementen, waaronder vliegwedstrijden voor vogels, wordt verboden.”. |
2) |
De volgende artikelen 2 ter en 2 quater worden ingevoegd: „Artikel 2 ter Afwijkingen 1. In afwijking van artikel 2 bis, lid 1, kan de bevoegde autoriteit de volgende activiteiten toestaan:
2. In afwijking van artikel 2 bis, lid 2, kan de bevoegde autoriteit het bijeenbrengen van pluimvee en andere in gevangenschap gehouden vogels toestaan. Artikel 2 quater Voorwaarden voor en follow-up van de toegestane afwijkingen 1. De lidstaten zien erop toe dat de in artikel 2 ter bedoelde activiteiten alleen worden toegestaan op grond van de gunstige uitkomst van een risicobeoordeling en op voorwaarde dat bioveiligheidsmaatregelen worden genomen om de mogelijke verspreiding van aviaire influenza te vermijden. 2. Voordat het gebruik van lokvogels overeenkomstig artikel 2 ter, lid 1, onder d), ii), wordt toegestaan, legt de betrokken lidstaat aan de Commissie de uitkomst van een risicobeoordeling voor, vergezeld van informatie over de bioveiligheidsmaatregelen die zullen worden genomen om te zorgen voor de behoorlijke uitvoering van dat artikel. 3. De lidstaten die afwijkingen toestaan overeenkomstig artikel 2 ter, lid 1, onder d), ii), leggen de Commissie een maandelijks verslag over de genomen bioveiligheidsmaatregelen voor.”. |
Artikel 2
De lidstaten nemen onmiddellijk de nodige maatregelen om aan deze beschikking te voldoen en zij maken die maatregelen bekend. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Artikel 3
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 18 augustus 2006.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/33/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 19.11.2002, blz. 14).
(2) PB L 274 van 20.10.2005, blz. 105. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/405/EG (PB L 158 van 10.6.2006, blz. 14).
(3) PB L 274 van 20.10.2005, blz. 95.