ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 148

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

49e jaargang
2 juni 2006


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

*

Verordening (EG) nr. 817/2006 van de Raad van 29 mei 2006 tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Birma/Myanmar en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 798/2004

1

 

 

Verordening (EG) nr. 818/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

30

 

 

Verordening (EG) nr. 819/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling, voor de sector suiker, vanaf 2 juni 2006 geldende representatieve prijzen en de bedragen van de aanvullende invoerrechten voor melasse

32

 

 

Verordening (EG) nr. 820/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

34

 

 

Verordening (EG) nr. 821/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer naar bepaalde derde landen van witte suiker voor de 27e deelinschrijving in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1138/2005

36

 

 

Verordening (EG) nr. 822/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 houdende opening van openbare inschrijving nr. 57/2006 EG voor de verkoop van alcohol uit wijnbouwproducten voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

37

 

 

Verordening (EG) nr. 823/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

40

 

 

Verordening (EG) nr. 824/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

42

 

 

Verordening (EG) nr. 825/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 751/2006 vastgestelde restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker

44

 

 

Verordening (EG) nr. 826/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 2094/2005

46

 

 

Verordening (EG) nr. 827/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer voor granen en meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge

47

 

 

Verordening (EG) nr. 828/2006 van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005

49

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Commissie

 

*

Beschikking van de Commissie van 22 mei 2006 tot wijziging van Beschikking 2005/1/EG tot toelating van methoden voor de indeling van geslachte varkens in de Tsjechische Republiek (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 1982)

50

 

*

Beschikking van de Commissie van 29 mei 2006 tot wijziging van Beschikking 2006/135/EG wat betreft de instelling van gebieden A en B in bepaalde lidstaten in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 2090)  ( 1 )

53

 

 

Europese Centrale Bank

 

*

Besluit van de Europese Centrale Bank van 19 mei 2006 tot wijziging van Besluit ECB/2001/16 inzake de toedeling van monetaire inkomsten van de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten met ingang van het boekjaar 2002 (ECB/2006/7)

56

 

 

Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

 

*

Besluit 2006/386/GBVB van de Raad van 1 juni 2006 houdende uitvoering van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB met betrekking tot restrictieve maatregelen tegen Sudan

61

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/1


VERORDENING (EG) Nr. 817/2006 VAN DE RAAD

van 29 mei 2006

tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Birma/Myanmar en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 798/2004

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 60 en 301,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2006/318/GBVB van de Raad van 27 april 2006 tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Birma/Myanmar (1),

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 28 oktober 1996 heeft de Raad, bezorgd over het gebrek aan vooruitgang in het democratiseringsproces en over de voortdurende schending van de mensenrechten in Birma/Myanmar, bij Gemeenschappelijk Standpunt 1996/635/GBVB (2) bepaalde beperkende maatregelen tegen Birma/Myanmar opgelegd. Deze maatregelen werden vervolgens verlengd en gewijzigd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2000/346/GBVB (3) en Gemeenschappelijk Standpunt 2003/297/GBVB (4), en daarna verlengd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/423/GBVB (5), versterkt bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/730/GBVB (6), gewijzigd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2005/149/GBVB (7) en verlengd en gewijzigd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2005/340/GBVB (8). Bij Verordening (EG) nr. 798/2004 van de Raad van 26 april 2004 tot verlenging van de beperkende maatregelen ten aanzien van Birma/Myanmar en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1081/2000 (9) werden sommige van de tegen Birma/Myanmar opgelegde maatregelen op communautair niveau ten uitvoer gelegd.

(2)

Gelet op de huidige politieke situatie in Birma/Myanmar zoals die blijkt uit:

het feit dat de militaire autoriteiten geen substantiële dialoog met de democratische beweging zijn aangegaan over een proces dat moet leiden tot nationale verzoening, eerbiediging van mensenrechten en democratie;

het feit dat geen daadwerkelijke en open nationale conventie wordt toegestaan;

het feit dat Daw Aung San Suu Kyi en andere leden van de Nationale Liga voor Democratie (NLD), alsook een aantal andere politieke gevangenen nog steeds in hechtenis worden gehouden; en

de aanhoudende intimidatie van de NLD en andere georganiseerde politieke bewegingen;

de aanhoudende ernstige schendingen van de mensenrechten, inclusief het uitblijven van maatregelen tot uitroeiing van dwangarbeid overeenkomstig de aanbevelingen in het verslag van de missie op hoog niveau van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) en de aanbevelingen en voorstellen van latere IAO-missies;

de recente ontwikkelingen, zoals de toenemende belemmeringen voor het functioneren van internationale organisaties en niet-gouvernementele organisaties,

voorziet Gemeenschappelijk Standpunt 2006/318/GBVB in de handhaving van de beperkende maatregelen tegen het militaire regime in Birma/Myanmar, tegen diegenen die het meest profiteren van het wanbestuur van dit regime, en tegen al diegenen die het proces dat moet leiden tot nationale verzoening, eerbiediging van mensenrechten en democratie actief dwarsbomen.

(3)

De beperkende maatregelen die bij Gemeenschappelijk Standpunt 2006/318/GBVB zijn vastgesteld, omvatten een verbod op technische bijstand en financiering en financiële bijstand in verband met militaire activiteiten, een verbod op de uitvoer van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, de bevriezing van tegoeden en economische middelen van leden van de regering van Birma/Myanmar en van natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen die banden met hen hebben, en een verbod op het verstrekken van leningen of kredieten aan ondernemingen die eigendom zijn van de Birmese staat of het verwerven of het uitbreiden van een deelneming in die ondernemingen.

(4)

Deze maatregelen vallen binnen de werkingssfeer van het Verdrag en derhalve is, met name om te garanderen dat zij door de marktdeelnemers in alle lidstaten uniform worden toegepast, communautaire wetgeving nodig om ze ten uitvoer te leggen voor zover ze de Gemeenschap betreffen.

(5)

Ten behoeve van de duidelijkheid wordt een nieuwe tekst goedgekeurd die alle gewijzigde bepalingen omvat en Verordening (EG) nr. 798/2004 vervangt, die moet worden ingetrokken.

(6)

Willen de maatregelen in deze verordening effectief zijn, dan dient deze verordening op de dag van haar bekendmaking in werking te treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1)

„technische bijstand”: elke technische ondersteuning in verband met reparaties, ontwikkeling, productie, assemblage, beproeving, onderhoud of enige andere technische dienst; deze kan de vorm aannemen van bijvoorbeeld instructies, training, overdracht van praktische kennis of vaardigheden of adviesdiensten; „technische bijstand” omvat mondelinge vormen van bijstand;

2)

„tegoeden”: financiële activa en economische voordelen van enigerlei aard, inclusief, maar niet noodzakelijkerwijs beperkt tot:

a)

contanten, cheques, geldvorderingen, wissels, postwissels en andere betaalmiddelen;

b)

deposito's bij financiële instellingen of andere entiteiten, saldi op rekeningen, schulden en schuldbewijzen;

c)

in het openbaar en onderhands verhandelde waardepapieren en schuldbewijzen, inclusief aandelen, certificaten van waardepapieren, obligaties, promesses, warrants, schuldbekentenissen, derivatencontracten;

d)

interesten, dividenden of andere inkomsten over of waarde voortkomende uit of gegenereerd door activa;

e)

krediet, recht op compensatie, garanties, uitvoeringsgaranties of andere financiële verplichtingen;

f)

kredietbrieven, cognossementen, koopbrieven;

g)

bewijsstukken van een belang in fondsen of financiële middelen;

3)

„bevriezing van tegoeden”: het voorkomen van het op enigerlei wijze muteren, overmaken, corrigeren of gebruiken van of omgaan met tegoeden met als gevolg wijzigingen van hun omvang, bedrag, locatie, eigenaar, bezit, onderscheidende kenmerken, bestemming of verdere wijzigingen waardoor het gebruik van bedoelde tegoeden, met inbegrip van het beheer van een beleggingsportefeuille, mogelijk zou worden gemaakt;

4)

„economische middelen”: activa van enigerlei aard, materieel of immaterieel, roerend of onroerend, die geen tegoeden zijn, maar kunnen worden gebruikt om tegoeden, goederen of diensten te verkrijgen;

5)

„bevriezing van economische middelen”: het voorkomen van het gebruik ervan om op enigerlei wijze tegoeden, goederen of diensten te verwerven, inclusief, maar niet noodzakelijkerwijs beperkt tot het verkopen, verhuren of hypothekeren ervan;

6)

„grondgebied van de Gemeenschap”: het grondgebied van de lidstaten waarop het Verdrag van toepassing is, onder de in het Verdrag bepaalde voorwaarden.

Artikel 2

Er wordt een verbod ingesteld op:

a)

het verlenen van technische bijstand gerelateerd aan militaire activiteiten of aan levering, fabricage, onderhoud of gebruik van wapens en alle soorten aanverwant materieel, met inbegrip van wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting en onderdelen daarvoor, direct of indirect, aan natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Birma/Myanmar;

b)

het verstrekken van financieringsmiddelen of financiële bijstand in verband met militaire activiteiten, met inbegrip van subsidies, leningen en exportkredietverzekering, voor de verkoop, de levering, het overbrengen of de uitvoer van wapens en aanverwant materieel, direct of indirect, aan personen, entiteiten of lichamen in, of voor gebruik in Birma/Myanmar;

c)

het bewust en opzettelijk deelnemen aan activiteiten die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de in a) of b) bedoelde verbodsbepalingen worden omzeild.

Artikel 3

Er wordt een verbod ingesteld op:

a)

de directe of indirecte verkoop, levering, overdracht aan of uitvoer naar natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in of voor gebruik in Birma/Myanmar van de in bijlage I genoemde uitrusting die voor binnenlandse repressie zou kunnen worden gebruikt, ongeacht of die uitrusting van oorsprong is uit de Gemeenschap;

b)

het direct of indirect verstrekken aan natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in of voor gebruik in Birma/Myanmar van technische bijstand die verband houdt met de onder a) bedoelde uitrusting;

c)

het direct of indirect verstrekken aan natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in of voor gebruik in Birma/Myanmar van financiering of financiële bijstand die verband houdt met de onder a) bedoelde uitrusting;

d)

het bewust en opzettelijk deelnemen aan activiteiten die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de verbodsbepalingen van punt a), b) of c) worden omzeild.

Artikel 4

1.   In afwijking van de artikelen 2 en 3 kunnen de in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten van de lidstaten op door hen passend geachte voorwaarden toestemming verlenen voor:

a)

het verstrekken van financiering, financiële bijstand en technische bijstand in verband met:

i)

niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend is bedoeld voor humanitair of beschermend gebruik, of voor programma's voor institutionele opbouw van de Verenigde Naties, de Europese Unie en de Gemeenschap;

ii)

materieel bedoeld voor crisisbeheersingsoperaties van de Europese Unie en de Verenigde Naties;

b)

de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, die uitsluitend is bedoeld voor humanitair of beschermend gebruik, of voor programma's voor institutionele opbouw van de Verenigde Naties, de Europese Unie en de Gemeenschap, of voor crisisbeheersingsoperaties van de Europese Unie en de Verenigde Naties;

c)

de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van mijnopruimingsuitrusting en materieel voor gebruik bij mijnopruimingsoperaties;

d)

het verstrekken van financieringsmiddelen of financiële bijstand in verband met dergelijke uitrusting of met de in de punten b) en c) bedoelde programma's en operaties;

e)

het verstrekken van technische bijstand in verband met dergelijke uitrusting of met de in de punten b) en c) bedoelde programma's en operaties.

2.   De in lid 1 bedoelde toestemmingen worden uitsluitend verleend voorafgaandelijk aan de activiteit waarvoor zij worden gevraagd.

Artikel 5

De artikelen 2 en 3 zijn niet van toepassing op beschermende kleding, met inbegrip van scherfwerende vesten en militaire helmen, die door personeel van de Verenigde Naties, personeel van de Europese Unie, de Gemeenschap of haar lidstaten, vertegenwoordigers van de media, medewerkers van humanitaire en ontwikkelingsorganisaties daarmee geassocieerd personeel, louter voor persoonlijk gebruik tijdelijk naar Birma/Myanmar wordt uitgevoerd.

Artikel 6

1.   Alle tegoeden en economische middelen die gehouden worden door, in bezit zijn of onder controle staan van individuele leden van de regering van Birma/Myanmar en van de in bijlage III genoemde met hen geassocieerde natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, worden bevroren.

2.   Er worden geen tegoeden of economische middelen direct of indirect aan of ten behoeve van de in bijlage III genoemde natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen ter beschikking gesteld.

3.   Het is verboden bewust en opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die direct of indirect ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de in de leden 1 en 2 bedoelde transacties worden bevorderd.

Artikel 7

1.   De in bijlage II genoemde bevoegde autoriteit van een lidstaat kan op door haar passend geachte voorwaarden het vrijgeven van bepaalde bevroren tegoeden of andere economische middelen of het ter beschikking stellen van bepaalde tegoeden of andere economische middelen toestaan, nadat zij heeft vastgesteld dat die tegoeden of andere economische middelen:

a)

noodzakelijk zijn voor het dekken van uitgaven voor de basisbehoeften van de in bijlage III genoemde personen en de van hen afhankelijke familieleden, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of openbare voorzieningen;

b)

uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en vergoeding van gemaakte kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

c)

uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van kosten voor alleen het houden of beheren van bevroren tegoeden of andere economische middelen;

d)

noodzakelijk zijn voor het dekken van buitengewone uitgaven, mits deze bevoegde autoriteit aan de andere bevoegde autoriteiten en de Commissie ten minste twee weken van tevoren kennis heeft gegeven van de redenen waarom zij van mening is dat een specifieke toestemming moet worden verleend.

De bevoegde autoriteit stelt de bevoegde autoriteiten van de andere lidstaten en de Commissie in kennis van een uit hoofde van dit lid verleende toestemming.

2.   Artikel 6, lid 2, is niet van toepassing op het overmaken op bevroren rekeningen van:

i)

rente of andere inkomsten op deze rekeningen; of

ii)

betalingen die verschuldigd zijn krachtens contracten, overeenkomsten of verplichtingen die zijn gesloten of ontstaan vóór de eerste datum waarop de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1081/2000, Verordening (EG) nr. 798/2004 of van deze verordening op deze rekeningen van toepassing werden,

op voorwaarde dat artikel 6, lid 1, van toepassing blijft op deze rente, andere inkomsten en betalingen.

Artikel 8

1.   Onverminderd de toepasselijke voorschriften inzake rapportage, vertrouwelijkheid en beroepsgeheim dienen natuurlijke en rechtspersonen, entiteiten en lichamen:

a)

alle informatie die de naleving van deze verordening vergemakkelijkt, bijvoorbeeld betreffende rekeningen en bedragen die overeenkomstig artikel 6 zijn bevroren, onverwijld te verstrekken aan de in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar zij hun woonplaats hebben of gevestigd zijn, en deze informatie direct of via deze bevoegde autoriteiten aan de Commissie te doen toekomen;

b)

bij de verificatie van deze informatie samen te werken met de in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten.

2.   Alle direct door de Commissie ontvangen aanvullende informatie wordt ter beschikking gesteld van de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten.

3.   De overeenkomstig dit artikel verstrekte of ontvangen informatie wordt alleen gebruikt voor de doeleinden waarvoor zij verstrekt of ontvangen is.

Artikel 9

1.   Het volgende is verboden:

a)

het verstrekken van een lening of van krediet aan de in bijlage IV genoemde ondernemingen die eigendom zijn van de Birmese staat, of het verwerven van obligaties, depositocertificaten, warrants of schuldbewijzen van deze ondernemingen;

b)

het verwerven of uitbreiden van een deelneming in de in bijlage IV vermelde ondernemingen die eigendom zijn van de Birmese staat, inclusief de volledige verwerving van dergelijke ondernemingen en de verwerving van aandelen en effecten die een deelnemingsrecht vertegenwoordigen;

2.   Het is verboden bewust en opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die direct of indirect ertoe strekken of tot gevolg hebben dat het bepaalde in lid 1 wordt omzeild.

3.   Lid 1 geldt onverminderd de uitvoering van handelscontracten voor de levering van goederen en diensten op de gebruikelijke commerciële betalingsvoorwaarden en de gebruikelijke aanvullende overeenkomsten ter uitvoering van deze contracten, zoals exportkredietverzekeringen.

4.   Het bepaalde in lid 1, onder a), geldt onverminderd de uitvoering van een verplichting die voortvloeit uit contracten of overeenkomsten die vóór 25 oktober 2004 zijn gesloten.

5.   Het verbod in lid 1, onder b), geldt niet voor de uitbreiding van een deelneming in een van de in bijlage IV genoemde ondernemingen die eigendom zijn van de Birmese staat, indien die uitbreiding verplicht is krachtens een overeenkomst die vóór 25 oktober 2004 is gesloten met de betrokken onderneming die eigendom is van de Birmese staat. De in bijlage II genoemde betrokken bevoegde autoriteit en de Commissie worden van tevoren van een dergelijke transactie in kennis gesteld. De Commissie brengt de bevoegde autoriteiten van de andere lidstaten op de hoogte.

Artikel 10

Bevriezing van tegoeden en economische middelen of weigering tegoeden of economische middelen beschikbaar te stellen, die te goeder trouw wordt uitgevoerd in overeenstemming met deze verordening, geeft geen aanleiding tot aansprakelijkheid van de natuurlijke persoon of rechtspersoon of de entiteit die deze maatregel uitvoert, of van de directeuren of werknemers daarvan, tenzij wordt aangetoond dat de tegoeden en economische middelen als gevolg van nalatigheid zijn bevroren.

Artikel 11

De Commissie en de lidstaten stellen elkaar onverwijld in kennis van de krachtens deze verordening getroffen maatregelen en wisselen onderling alle andere beschikbare en voor deze verordening relevante informatie uit, met name betreffende inbreuken, handhavingsproblemen en uitspraken van nationale rechtbanken.

Artikel 12

De Commissie wordt gemachtigd:

a)

bijlage II te wijzigen op basis van door de lidstaten verstrekte informatie;

b)

bijlagen III en IV te wijzigen op basis van besluiten ten aanzien van de bijlagen I en II bij Gemeenschappelijk Standpunt 2006/318/GBVB.

Artikel 13

1.   De lidstaten stellen regels vast met betrekking tot de sancties die van toepassing zijn op schendingen van de bepalingen van deze verordening, en nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat deze worden toegepast. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.

2.   De lidstaten stellen de Commissie onverwijld na de inwerkingtreding van deze verordening in kennis van de desbetreffende bepalingen en delen haar alle latere wijzigingen ervan mede.

Artikel 14

Deze verordening is van toepassing:

a)

op het grondgebied van de Gemeenschap, inclusief het luchtruim,

b)

aan boord van ieder vliegtuig en vaartuig dat onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat valt,

c)

op alle zich op het grondgebied of buiten het grondgebied van de Gemeenschap bevindende natuurlijke personen die onderdaan van een lidstaat zijn,

d)

op alle volgens het recht van een lidstaat erkende of opgerichte rechtspersonen, entiteiten of lichamen,

e)

op alle rechtspersonen, entiteiten of lichamen ten aanzien van alle geheel of gedeeltelijk binnen de Gemeenschap verrichte zakelijke transacties.

Artikel 15

Verordening (EG) nr. 798/2004 wordt ingetrokken.

Artikel 16

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 mei 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

M. BARTENSTEIN


(1)  PB L 116 van 29.4.2006, blz. 77.

(2)  PB L 287 van 8.11.1996, blz. 1.

(3)  PB L 122 van 24.5.2000, blz. 1.

(4)  PB L 106 van 29.4.2003, blz. 36. Gemeenschappelijk standpunt laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2003/907/GBVB van de Raad (PB L 340 van 24.12.2003, blz. 81).

(5)  PB L 125 van 28.4.2004, blz. 61. Gemeenschappelijk standpunt laatstelijk gewijzigd bij Gemeenschappelijk standpunt 2005/340/GBVB (PB L 108 van 29.4.2005, blz. 88).

(6)  PB L 323 van 26.10.2004, blz. 17.

(7)  PB L 49 van 22.2.2005, blz. 37.

(8)  PB L 108 van 29.4.2005, blz. 88.

(9)  PB L 125 van 28.4.2004, blz. 4. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1263/2005 van de Commissie (PB L 201 van 2.8.2005, blz. 25).


BIJLAGE I

Lijst van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt, bedoeld in artikel 3

Onderstaande lijst bevat geen goederen die speciaal voor militair gebruik zijn ontworpen of aangepast.

1.

Kogelbestendige helmen, helmen voor oproerbeheersing, schilden voor oproerbeheersing en kogelbestendige schilden, alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

2.

Speciaal ontworpen vingerafdrukkenapparatuur.

3.

Elektrisch bediende zoeklichten.

4.

Constructiematerieel met bescherming tegen kogels.

5.

Jachtmessen.

6.

Speciaal ontworpen materieel voor het vervaardigen van jachtgeweren.

7.

Handlaaduitrusting voor munitie.

8.

Uitrusting voor het onderscheppen van berichten.

9.

Optische halfgeleiderdetectoren.

10.

Beeldversterkerbuizen.

11.

Telescopische vuurwapenvizieren.

12.

Wapens met gladde loop en bijbehorende munitie, voorzover niet speciaal ontworpen voor militair gebruik, alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen, met uitzondering van:

seinpistolen;

luchtdruk- of patroongeweren die ontworpen zijn als industriegereedschap of voor het op humane wijze bedwelmen van dieren.

13.

Simulatieapparatuur voor opleiding in het gebruik van vuurwapens en speciaal daarvoor ontworpen of aangepaste onderdelen en toebehoren.

14.

Bommen en granaten, voorzover niet speciaal ontworpen voor militair gebruik, en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

15.

Lichaamspantsering, voorzover niet vervaardigd volgens militaire normen of specificaties, en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

16.

Op alle wielen aangedreven, niet-weggebonden bedrijfsvoertuigen, vervaardigd met of voorzien van bescherming tegen kogels, alsmede profielpantsering voor dergelijke voertuigen.

17.

Waterkanonnen en speciaal daarvoor ontworpen of aangepaste onderdelen.

18.

Voertuigen uitgerust met een waterkanon.

19.

Voertuigen die speciaal zijn ontworpen of aangepast om door middel van stroomstoten indringers af te weren, en onderdelen daarvoor die speciaal voor dat doel zijn ontworpen of aangepast.

20.

Geluidsapparaten die door de fabrikant of de leverancier worden omschreven als geschikt voor oproerbeheersing, alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

21.

Voetboeien, groeps- en individuele kluisters en stroomgordels die speciaal zijn ontworpen om mensen in hun bewegingen te beperken, met uitzondering van:

handboeien waarvan de totale maximumafmeting, met inbegrip van de ketting, indien gesloten, ten hoogste 240 mm bedraagt.

22.

Draagbare toestellen die ontworpen of aangepast zijn voor oproerbeheersing of zelfbescherming door het toedienen van een stof die mensen tijdelijk kan uitschakelen (zoals traangas of peperspray), alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

23.

Draagbare toestellen die zijn ontworpen of aangepast ten behoeve van oproerbeheersing of zelfbescherming door toediening van elektrische schokken (met inbegrip van stroomstokken, stroomschilden, verdovingsgeweren en geweren voor het afvuren van schokpijltjes (tasers)), alsmede onderdelen daarvoor die speciaal voor dat doel ontworpen of aangepast zijn.

24.

Elektronische uitrusting voor het opsporen van verborgen explosieven en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen, met uitzondering van:

inspectieapparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van tv-apparatuur of röntgenstraling.

25.

Elektronische storingsuitrusting die speciaal ontworpen is ter voorkoming van het door middel van radiosignalen op afstand doen exploderen van geïmproviseerde explosiemiddelen alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen.

26.

Uitrusting en toestellen die speciaal ontworpen zijn voor het al dan niet elektronisch inleiden van explosies, met inbegrip van ontstekingstoestellen, detonatoren, ontstekers, boosters en slagkoord, alsmede speciaal daarvoor ontworpen onderdelen, met uitzondering van:

uitrusting en toestellen die speciaal ontworpen zijn voor een specifiek commercieel gebruik, zijnde het door detonatie in werking stellen of doen functioneren van andere uitrusting of toestellen die niet het veroorzaken van explosies tot functie hebben (bijvoorbeeld toestellen voor het opblazen van airbags, piekstroombegrenzers voor toestellen voor het in werking stellen van sprinklerinstallaties).

27.

Uitrusting en toestellen ontworpen voor het opruimen van explosieven, met uitzondering van:

bomdempers;

containers ontworpen voor het omhullen van voorwerpen waarvan bekend is of vermoed wordt dat het geïmproviseerde explosiemiddelen zijn.

28.

Nachtzicht- en thermische-beeldvormingsapparatuur alsmede beeldversterkerbuizen of halfgeleidersensoren daarvoor.

29.

Ladingen voor directionele explosies.

30.

De volgende explosieven en aanverwante stoffen:

amatol;

nitrocellulose (met een stikstofgehalte van meer dan 12,5 %);

nitroglycol;

penta-erythritoltetranitraat (PETN);

picrylchloride;

trinitrofenylmethylnitramine (tetryl);

2,4,6-trinitrotolueen (TNT).

31.

De voor alle opgesomde goederen speciaal ontworpen software en vereiste technologie.


BIJLAGE II

Lijst van bevoegde autoriteiten, bedoeld in de artikelen 4, 7, 8, 9 en 12

BELGIË

Voor bevriezing van tegoeden, financiering en financiële bijstand:

Service Public Fédéral des Finances

Administration de la Trésorerie

30 Avenue des Arts

B-1040 Bruxelles

Fax (32-2) 233 74 65

E-mail: Quesfinvragen.tf@minfin.fed.be

Federale Overheidsdienst Financiën

Administratie van de Thesaurie

Kunstlaan 30

B-1040 Brussel

Fax (32-2) 233 74 65

E-mail: Quesfinvragen.tf@minfin.fed.be

Voor goederen, technische bijstand en andere diensten:

Federale dienst verantwoordelijk voor verkoop, aankoop en technische bijstand door Belgische strijdkrachten en veiligheidsdiensten, en voor financiële en technische diensten met betrekking tot de productie of levering van militaire en paramilitaire uitrusting:

Service Public Fédéral Économie, P.M.E., Classes Moyennes & Énergie

Direction générale du Potentiel économique

Service Licences

Rue de Louvain 44

1er étage

B-1000 Bruxelles

Tel. (32-2) 548 62 11

Fax (32-2) 548 65 70

Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand & Energie

Algemene Directie van het Economisch Potentieel

Dienst vergunningen

Leuvenseweg 44

1ste verdieping

B-1000 Brussel

Tel. (32-2) 548 62 11

Fax (32-2) 548 65 70

Gewestelijke autoriteiten verantwoordelijk voor andere uitvoer-, invoer- en doorvoervergunningen voor wapens, militaire en paramilitaire uitrusting:

Brussels Hoofdstedelijk Gewest/Région de Bruxelles-Capitale:

Directie Externe Betrekkingen/Direction des Relations extérieures

City Center

Kruidtuinlaan/Boulevard du Jardin Botanique 20

1035 Brussel/Bruxelles

Tel. (32-2) 800 37 59 (Cédric Bellemans)

Fax (32-2) 800 38 20

E-mail: cbellemans@mrbc.irisnet.be

Région wallonne:

Direction Générale Économie et Emploi

Dir Gestion des Licences,

chaussée de Louvain 14,

5000 Namur

Tel. 081/649751

Fax 081/649760

E-mail: m.moreels@mrw.wallonie.be

Vlaams Gewest:

Administratie Buitenlands Beleid

Cel Wapenexport

Boudewijnlaan 30

B-1000 Brussel

Tel. (32-2) 553 59 28

Fax (32-2) 553 60 37

E-mail: wapenexport@vlaanderen.be

TSJECHIË

Ministerstvo průmyslu a obchodu

Licenční správa

Na Františku 32

110 15 Praha 1

Tel. +420 22406 2720

Fax +420 22422 1811

Ministerstvo financí

Finanční analytický útvar

P.O. Box 675

Jindřišská 14

111 21 Praha 1

Tel. + 420 25704 4501

Fax + 420 25704 4502

DENEMARKEN

Erhvervs- og Boligstyrelsen

Dahlerups Pakhus

Langelinie Allé 17

DK-2100 København Ø

Tel. (45) 35 46 60 00

Fax (45) 35 46 60 01

Udenrigsministeriet

Asiatisk Plads 2

DK-1448 København K

Tel. (45) 33 92 00 00

Fax (45) 32 54 05 33

Justitsministeriet

Slotsholmsgade 10

DK-1216 København K

Tel. (45) 33 92 33 40

Fax (45) 33 93 35 10

DUITSLAND

Voor bevriezing van tegoeden, financiering en financiële bijstand:

Deutsche Bundesbank

Servicezentrum Finanzsanktionen

Postfach

D-80281 München

Tel. (49-89) 2889 3800

Fax (49-89) 350163 3800

Voor goederen, technische bijstand en andere diensten:

Bundesamt für Wirtschafts- und Ausfuhrkontrolle (BAFA)

Frankfurter Straße 29—35

D-65760 Eschborn

Tel. (49-61) 96 908-0

Fax (49-61) 96 908-800

ESTLAND

Eesti Välisministeerium

Islandi väljak 1

15049 Tallinn

Tel. +372 6 317 100

Fax +372 6 317 199

Finantsinspektsioon

Sakala 4

15030 Tallinn

Tel. +372 6680500

Fax +372 6680501

GRIEKENLAND

A.

Freezing of Assets

Ministry of Economy and Finance

General Directory of Economic Policy

Address: 5 Nikis Str., 101 80

Athens, Greece

Tel. + 30 210 3332786

Fax + 30 210 3332810

Α.

ΔΕΣΜΕΥΣΗ ΚΕΦΑΛΑΙΩΝ

Υπουργείο Οικονομίας και Οικονομικών

Γενική Δ/νση Οικονομικής Πολιτικής

Δ/νση: Νίκης 5, ΑΘΗΝΑ 101 80

Τηλ. + 30 210 3332786

Φαξ + 30 210 3332810

B.

Import — Export restrictions

Ministry of Economy and Finance

General Directorate for Policy Planning and Management

Address Kornaroy Str.,

GR-105 63 Athens

Tel. + 30 210 3286401-3

Fax. + 30 210 3286404

Β.

ΠΕΡΙΟΡΙΣΜΟΙ ΕΙΣΑΓΩΓΩΝ — ΕΞΑΓΩΓΩΝ

Υπουργείο Οικονομίας και Οικονομικών

Γενική Δ/νση(49-61) Σχεδιασμού και Διαχείρισης Πολιτικής

Δ/νση: Κορνάρου 1, Τ.Κ. 105 63

Αθήνα — Ελλάς

Τηλ. + 30 210 3286401-3

Φαξ + 30 210 3286404

SPANJE

Ministerio de Industria, Comercio y Turismo

Secretaría General de Comercio Exterior

Paseo de la Castellana, 162

E-28046 Madrid

Tel. (34) 913 49 38 60

Fax (34) 914 57 28 63

Ministerio de Economía y Hacienda

Dirección General del Tesoro y Política Financiera

Subdirección General de Inspección y Control De Movimientos de Capitales

Paseo del Prado, 6

E-28014 Madrid

Tel. (34) 91 209 95 11

Fax (34) 91 209 96 56

FRANKRIJK

Ministère de l'économie, des finances et de l'industrie

Direction générale des douanes et des droits indirects

Cellule embargo — Bureau E2

Tel. (33) 1 44 74 48 93

Fax (33) 1 44 74 48 97

Ministère de l'économie, des finances et de l'industrie

Direction du Trésor et de la politique économique

Service des affaires multilatérales et de développement

Sous-direction Multicom

139, rue du Bercy

75572 Paris Cedex 12

Tel. (33) 1 44 87 72 85

Fax (33) 1 53 18 96 55

Ministère des Affaires étrangères

Direction de la coopération européenne

Sous-direction des relations extérieures de la Communauté

Tel. (33) 1 43 17 44 52

Fax (33) 1 43 17 56 95

Direction générale des affaires politiques et de sécurité

Service de la Politique Étrangère et de Sécurité Commune

Tel. (33) 1 43 17 45 16

Fax (33) 1 43 17 45 84

IERLAND

Central Bank of Ireland

Financial Markets Department

PO Box 559

Dame Street

Dublin 2

Tel. (353) 1 671 66 66

Fax (353) 1 671 65 61

Department of Foreign Affairs

Bilateral Economic Relations Division

80 St. Stephen's Green

Dublin 2

Tel. (353) 1 408 21 53

Fax (353) 1 408 20 03

Department of Enterprise, Trade and Employment

Export Licensing Unit

Block C

Earlsfort Centre

Lower Hatch St.

Dublin 2

Tel. (353) 1 631 25 34

Fax (353) 1 631 25 62

ITALIË

Ministero degli Affari Esteri

Piazzale della Farnesina, 1

I-00194 Roma

D.G.A.U. — Ufficio II

Tel. (39) 06 3691 3820

Fax (39) 06 3691 5161

U.A.M.A.

Tel. (39) 06 3691 3605

Fax (39) 06 3691 8815

Ministero dell'Economia e delle Finanze

Dipartimento del Tesoro

Comitato di Sicurezza Finanziaria

Via XX Settembre, 97

I-00187 Roma

Tel. (39) 06 4761 3942

Fax (39) 06 4761 3032

Ministero delle Attività Produttive

Direzione Generale Politica Commerciale

Viale Boston, 35

I-00144 Roma

Tel. (39) 06 59931

Fax (39) 06 5964 7531

CYPRUS

Υπουργείο Εξωτερικών

Λεωφ. Προεδρικού Μεγάρου

1447 Λευκωσία

Τηλ: +357-22-300600

Φαξ: +357-22-661881

Ministry of Foreign Affairs

Presidential Palace Avenue

1447 Nicosia

Tel. +357-22-300600

Fax +357-22-661881

LETLAND

Latvijas Republikas Ārlietu ministrija

Brīvības iela 36

Rīga, LV 1395

Tel. (371) 7016201

Fax (371) 7828121

Noziedzīgi iegūto līdzekļu legalizācijas novēršanas dienests

Kalpaka bulvārī 6,

Rīgā, LV 1081

Tel. + 7044 431

Fax + 7044 549

LITOUWEN

Saugumo policijos departamentas

Užsienio reikalų ministerija

J.Tumo-Vaižganto 2

LT-01511 Vilnius

Tel. +370 5 236 25 16

Fax +370 5 231 30 90

LUXEMBURG

Ministère des Affaires Étrangères

Direction des relations économiques internationales

6, rue de la Congrégation

L-1352 Luxembourg

Tel. (352) 478 23 46

Fax (352) 22 20 48

Ministère des Finances

3, rue de la Congrégation

L-1352 Luxembourg

Tel. (352) 478-2712

Fax (352) 47 52 41

HONGARIJE

Artikel 4

Ministry of Economic Affairs and Transport – Hungarian Trade

Licencing Office

Margit krt. 85.

H-1024 Budapest

Hungary

Postbox: 1537 Pf.: 345

Tel. +36-1-336-7300

Gazdasági és Közlekedési Minisztérium – Kereskedelmi Engedélyezési Hivatal

Margit krt. 85.

H-1024 Budapest

Magyarország

Postafiók: 1537 Pf.: 345

Tel. +36-1-336-7300

Artikel 7

Hungarian National Police

Teve u. 4–6.

H-1139 Budapest

Hungary

Tel./fax +36-1-443-5554

Országos Rendőrfőkapitányság

1139 Budapest, Teve u. 4–6.

Magyarország

Tel./fax +36-1-443-5554

Artikel 8

Ministry of Finance

József nádor tér. 2–4.

H-1051 Budapest

Hungary

Postbox: 1369 Pf.: 481

Tel. +36-1-318-2066, +36-1-327-2100

Fax +36-1-318-2570, +36-1-327-2749

Pénzügyminisztérium

1051 Budapest, József nádor tér 2–4.

Magyarország

Postafiók: 1369 Pf.: 481

Tel. +36-1-318-2066, +36-1-327-2100

Fax +36-1-318-2570, +36-1-327-2749

MALTA

Bord ta' Sorveljanza dwar is-Sanzjonijiet

Direttorat ta' l-Affarijiet Multilaterali

Ministeru ta' l-Affarijiet Barranin

Palazzo Parisio

Triq il-Merkanti

Valletta CMR 02

Tel. +356 21 24 28 53

Fax +356 21 25 15 20

NEDERLAND

Belastingdienst/Douane Noord

Centrale Dienst In- en Uitvoer

Engelse Kamp 2

Postbus 30003

9700 RD Groningen

Tel. 050-523 2600

Fax 050-523 2183

Ministerie van Financiën

Directie Financiële Markten/Afdeling Integriteit

Postbus 20201

NL-2500 EE Den Haag

Tel. (31-70) 342 8997

Fax (31-70) 342 7984

OOSTENRIJK

Bundesministerium für Wirtschaft und Arbeit

Abteilung C/2/2

Stubenring 1

A-1010 Wien

Tel. (43-1) 711 00

Fax (43-1) 711 00-8386

Österreichische Nationalbank

Otto Wagner Platz 3,

A-1090 Wien

Tel. (01-4042043 1) 404 20-0

Fax (43 1) 404 20-73 99

Bundesministerium für Inneres

Bundeskriminalamt

Josef Holaubek Platz 1

A-1090 Wien

Tel. (43 1) 313 45-0

Fax (43 1) 313 45-85290

POLEN

Ministerstwo Spraw Zagranicznych

Departament Prawno – Traktatowy

Al. J. CH. Szucha 23

PL-00-580 Warszawa

Tel. (48 22) 523 93 48

Fax (48 22) 523 91 29

PORTUGAL

Ministério dos Negócios Estrangeiros

Direcção-Geral dos Assuntos Multilaterais

Largo do Rilvas

P-1350-179 Lisboa

Tel. (351) 21 394 60 72

Fax (351) 21 394 60 73

Ministério das Finanças

Direcção-Geral dos Assuntos Europeus e Relações Internacionais

Avenida Infante D. Henrique, n.o 1, C 2.o

P-1100 Lisboa

Tel. (351) 21 882 32 40/47

Fax (351) 21 882 32 49

SLOVENIË

Bank of Slovenia

Slovenska 35

1505 Ljubljana

Tel. +386 (1) 471 90 00

Fax +386 (1) 251 55 16

http://www.bsi.si

Ministry of Foreign Affairs of the Republic of Slovenia

Prešernova 25

1000 Ljubljana

Tel. +386 (1) 478 20 00

Fax +386 (1) 478 23 47

http://www.gov.si/mzz

SLOWAKIJE

Ministerstvo hospodárstva SR

Mierová 19

827 15 Bratislava 212

Tel. 00421 2 4854 1111

Fax 00421 2 4333 782

Ministerstvo financií SR

Štefanovičova 5

P. O. BOX 82

817 82 Bratislava

Tel. 00421 2 5958 1111

Fax 00421 2 5249 3048

FINLAND

Ulkoasiainministeriö/Utrikesministeriet

PL/PB 176

FIN-00161 Helsinki/Helsingfors

Tel. (358) 9 16 05 59 00

Fax (358) 9 16 05 57 07

Puolustusministeriö/Försvarsministeriet

Eteläinen Makasiinikatu 8

PL/PB 31

FIN-00131 Helsinki/Helsingfors

Tel. (358) 9 16 08 81 28

Fax (358) 9 16 08 81 11

ZWEDEN

Artikel 4

Inspektionen för strategiska produkter

Box 70252

SE-107 22 Stockholm

Tel. (46-8) 406 31 00

Fax (46-8) 20 31 00

Artikel 7

Försäkringskassan

SE-103 51 Stockholm

Tel. (46-8) 786 90 00

Fax (46-8) 411 27 89

Artikel 8

Finansinspektionen

Box 6750

SE-113 85 Stockholm

Tel. (46-8) 787 80 00

Fax (46-8) 24 13 35

Artikel 9

Regeringskansliet

Utrikesdepartementet

Rättssekretariatet för EU-frågor

SE-103 39 Stockholm

Tel. (46-8) 405 10 00

Fax (46-8) 723 11 76

VERENIGD KONINKRIJK

Sanctions Licensing Unit

Export Control Organisation

Department of Trade and Industry

4 Abbey Orchard Street

London SW1P 2HT

United Kingdom

Tel. (44-207) 215-0594

Fax (44-207) 215-0593

HM Treasury

Financial Systems and International Standards

1, Horse Guards Road

London SW1A 2HQ

United Kingdom

Tel. (44-207) 270-5977

Fax (44-207) 270-5430

Bank of England

Financial Sanctions Unit

Threadneedle Street

London EC2R 8AH

United Kingdom

Tel. (44-207) 601 4607

Fax (44-207) 601 4309

For Gibraltar:

Ernest Montado

Chief Secretary

Government Secretariat

No 6 Convent Place

Gibraltar

Tel. (350) 75707

Fax (350) 5875700

EUROPESE GEMEENSCHAP

Commissie van de Europese Gemeenschappen

Directoraat-generaal Buitenlandse betrekkingen

Directoraat A. Crisisplatform en beleidscoördinatie in het GBVB

Eenheid A.2. Crisisbeheer en conflictpreventie

CHAR 12/108

B-1049 Brussel

Tel. (32-2) 299 1176/295 5585

Fax (32-2) 299 08 73


BIJLAGE III

Lijst van personen, bedoeld in artikel 6, artikel 7 en artikel 12

Toelichtende noot:

1.

Aliassen of spellingsvarianten gaan vergezeld van de vermelding „o.b.a.” (ook bekend als).

A.   RAAD VOOR VREDE EN ONTWIKKELING (SPDC)

 

Naam (voornaam, familienaam, geslacht; eventuele aliassen)

Nadere gegevens (functie/titel, geboortedatum en -plaats (geb. & gpl.), nummer paspoort/identiteitsbewijs, echtgeno(o)t(e) of zoon/dochter van…)

A1a

Opperbevelhebber generaal Than Shwe

Voorzitter, geb. 2.2.1933

A1b

Kyaing Kyaing

Echtgenote van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1c

Thandar Shwe

Dochter van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1d

Khin Pyone Shwe

Dochter van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1e

Aye Aye Thit Shwe

Dochter van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1f

Tun Naing Shwe, o.b.a. Tun Tun Naing

Zoon van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1g

Khin Thanda

Echtgenote van Tun Naing Shwe

A1h

Kyaing San Shwe

Zoon van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1i

Dr. Khin Win Sein

Echtgenote van Kyaing San Shwe

A1j

Thant Zaw Shwe, o.b.a. Maung Maung

Zoon van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1k

Dewar Shwe

Dochter van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A1l

Kyi Kyi Shwe

Dochter van opperbevelhebber gen. Than Shwe

A2a

Vice-opperbevelhebber gen. Maung Aye

Vice-voorzitter, geb. 25.12.1937

A2b

Mya Mya San

Echtgenote van vice-opperbevelhebber gen. Maung Aye

A2c

Nandar Aye

Dochter van vice-opperbevelhebber gen. Maung Aye, echtgenote van majoor Pye Aung (D17d)

A3a

Generaal Thura Shwe Mann

Chef Staf, coördinator speciale operaties (land-, zee- en luchtmacht), geb. 11.7.1947

A3b

Khin Lay Thet

Echtgenote van Generaal Thura Shwe Mann, geb. 19.6.1947

A3c

Aung Thet Mann

Zoon van gen. Thura Shwe Mann, Ayeya Shwe War Company, geb. 19.6.1977 ppt nr. — CM102233

A3d

Toe Naing Mann

Zoon van Shwe Mann, geb. 29.6.1978

A3e

Zay Zin Latt

Echtgenote van Toe Naing Mann; dochter van Khin Shwe (J5a) geb. 24.03.1981

A4a

Gen Soe Win

Premier sinds 19.10.2004. Geboren in 1946

A4b

Than Than Nwe

Echtgenote van Gen. Soe Win

A5a

Lt.-gen. Thein Sein

Secretaris 1 (sinds 19.10.2004) & adjudant-generaal

A5b

Khin Khin Win

Echtgenote van Lt.-gen. Thein Sein

A6a

Lt.-gen. (Thiha Thura) Tin Aung Myint Oo

(Thiha Thura is een titel) Hoofdintendant van de strijdkrachten

A6b

Khin Saw Hnin

Echtgenote van Lt.-gen. Thiha Thura Tin Aung Myint Oo

A7a

Lt.-gen. Kyaw Win

Hoofd bureau speciale operaties 2 (deelstaat Kayah)

A7b

San San Yee, o.b.a. San San Yi

Echtgenote van Lt.-gen. Kyaw Win

A7c

Nyi Nyi Aung

Zoon van Lt.-gen. Kyaw Win

A7d

San Thida Win

Echtgenote van Nyi Nyi Aung

A7e

Min Nay Kyaw Win

Zoon van Lt.-gen. Kyaw Win

A7f

Dr Phone Myint Htun

Zoon van Lt.-gen. Kyaw Win

A7g

San Sabai Win

Echtgenote van Dr. Phone Myint Htun

A8a

Lt.-gen. Tin Aye

Hoofd van de militaire aankoopdienst en van UMEH

A8b

Kyi Kyi Ohn

Echtgenote van Lt.-gen. Tin Aye

A8c

Zaw Min Aye

Zoon van Lt.-gen. Tin Aye

A9a

Lt.-gen. Ye Myint

Hoofd van het bureau speciale operaties 1 (Kachin, Chin, Sagaing, Magwe, Mandalay)

A9b

Tin Lin Myint

Echtgenote van Lt.-gen. Ye Myint, geb. 25.1.1947

A9c

Theingi Ye Myint

Dochter van Lt.-gen. Ye Myint

A9d

Aung Zaw Ye Myint

Zoon van Lt.-gen. Ye Myint, Yetagun Construction Co

A9e

Kay Khaing Ye Myint

Dochter van Lt.-gen. Ye Myint

A10a

Lt.-gen. Aung Htwe

Hoofd opleiding van de strijdkrachten

A10b

Khin Hnin Wai

Echtgenote van Lt.-gen. Aung Htwe

A11a

Lt.-gen. Khin Maung Than

Hoofd bureau speciale operaties 3 (Pegu, Rangoon, Irrawaddy, Arakan)

A11b

Marlar Tint

Echtgenote van Lt.-gen. Khin Maung Than

A12a

Lt.-gen. Maung Bo

Hoofd bureau speciale operaties 4 (Karen, Mon, Tenasserim)

A12b

Khin Lay Myint

Echtgenote van Lt.-gen. Maung Bo

A12c

Kyaw Swa Myint

Zoon van Lt.-gen. Maung Bo Zakenman

A13a

Lt.-Gen. Myint Swe

Hoofd militaire veiligheid

A13b

Khin Thet Htay

Echtgenote van Lt.-Gen. Myint Swe


B.   REGIONALE BEVELHEBBERS

 

Naam

Nadere gegevens (incl. commando)

B1a

Brig.-gen. Hla Htay Win

Rangoon

B1b

Mar Mar Wai

Echtgenote van Brig.-gen. Hla Htay Win

B2a

Gen.-maj. Ye Myint

Deelstaat Oost-Shan (Zuiden)

B2b

Myat Ngwe

Echtgenote van Gen.-maj. Ye Myint

B3a

Gen.-maj. Thar Aye, o.b.a. Tha Aye

Divisie Noord-westen — Sagaing

B3b

Wai Wai Khaing, o.b.a. Wei Wei Khaing

Echtgenote van Gen.-maj. Thar Aye

B4a

Gen.-maj. Maung Maung Swe

Divisie Tanintharyi/kust

B4b

Tin Tin Nwe

Echtgenote van Gen.-maj. Maung Maung Swe

B4c

Ei Thet Thet Swe

Dochter van Gen.-maj. Maung Maung Swe

B4d

Kaung Kyaw Swe

Zoon van Gen.-maj. Maung Maung Swe

B5a

Gen.-maj. Myint Hlaing

Deelstaat Noordoost-Shan (Noorden)

B5b

Khin Thant Sin

Echtgenote van Gen.-maj. Myint Hlaing

B5c

Hnin Nandar Hlaing

Dochter van Gen.-maj. Myint Hlaing

B5d

Cadet Thant Sin Hlaing

Zoon van Gen.-maj. Myint Hlaing

B6a

Gen.-maj. Khin Zaw

District Centrum-Mandalay

B6b

Khin Pyone Win

Echtgenote van Gen.-maj. Khin Zaw

B6c

Kyi Tha Khin Zaw

Zoon van Gen.-maj. Khin Zaw

B6d

Su Khin Zaw

Dochter van Gen.-maj. Khin Zaw

B7a

Gen.-maj. Khin Maung Myint

Westen — Deelstaat Rakhine

B7b

Win Win Nu

Echtgenote van Gen.-maj. Khin Maung Myint

B8a

Gen.-maj. Thura Myint Aung

Divisie Zuidwest-Irrawaddy

B8b

Than Than Nwe

Echtgenote van Gen.-maj. Thura Myint Aung

B9a

Gen.-maj. Ohn Myint

Noorden — Deelstaat Kachin

B9b

Nu Nu Swe

Echtgenote van Gen.-maj. Ohn Myint

B10a

Gen.-maj. Ko Ko

Zuiden — Divisie Pegu

B10b

Sao Nwan Khun Sum

Echtgenote van Gen.-maj. Ko Ko

B11a

Gen.-maj. Soe Naing

Zuidoosten — Deelstaat Mon

B11b

Tin Tin Latt

Echtgenote van Gen.-maj. Soe Naing

B11c

Wut Yi Oo

Dochter van Gen.-maj. Soe Naing

B11d

Kapitein Htun Zaw Win

Echtgenoot van Wut Yi Oo (B11c)

B11e

Yin Thu Aye

Dochter van Gen.-maj. Soe Naing

B11f

Yi Phone Zaw

Zoon van Gen.-maj. Soe Naing

B12a

Gen.-maj. Min Aung Hlaing

Driehoek — Deelstaat Shan (Oosten)


C.   REGIONALE VICE-BEVELHEBBERS

 

Naam

Nadere gegevens (incl. commando)

C1a

Brig.-gen. Wai Lwin

Yangon

C1b

Swe Swe Oo

Echtgenote van Brig.-gen. Wai Lwin

C1c

Wai Phyo

Zoon van Brig.-gen. Wai Lwin

C1d

Lwin Yamin

Dochter van Brig.-gen. Wai Lwin

C2a

Brig.-gen. Nay Win

Centrum

C2b

Nan Aye Mya

Echtgenote van Brig.-gen. Nay Win

C3a

Brig.-gen. Tin Maung Ohn

Noordwesten

C4a

Brig.-gen. San Tun

Noorden

C4b

Tin Sein

Echtgenote van Brig.-gen. San Tun

C5a

Brig.-gen. Hla Myint

Noordoosten

C5b

Su Su Hlaing

Echtgenote van Brig.-gen. Hla Myint

C6

Brig.-gen. Wai Lwin

Driehoek

C7a

Brig.-gen. Win Myint

Oosten

C8a

Kol. Zaw Min

Zuidoosten

C9a

Brig.-gen. Hone Ngaing/Hon Ngai

Kust

C10a

Brig.-gen. Thura Maung Ni

Zuiden

C10b

Nan Myint Sein

Echtgenote van Brig.-gen. Thura Maung Ni

C11a

Brig.-gen. Tint Swe

Zuidwesten

C11b

Khin Thaung

Echtgenote van Brig.-gen. Tint Swe

C11c

Ye Min, o.b.a. Ye Kyaw Swar Swe

Zoon van Brig.-gen. Tint Swe

C11d

Su Mon Swe

Echtgenote van Ye Min

C12a

Brig.-gen. Tin Hlaing

Westen


D.   MINISTERS

 

Naam

Nadere gegevens (incl. ministerie)

D3a

Gen.-maj. Htay Oo

Landbouw en Irrigatie sinds 18.9.2004 (voordien Cooperaties sinds 25.8.2003)

D3b

Ni Ni Win

Echtgenote van Gen.-maj. Htay Oo

D3c

Thein Zaw Nyo

Cadet. Zoon van Gen.-maj. Htay Oo

D4a

Brig.-gen. Tin Naing Thein

Handel sinds 18.9.2004, (voordien vice-minister van Bosbouw)

D4b

Aye Aye

Echtgenote van Brig.-gen. Tin Naing Thein

D5a

Gen. Maj. Saw Tun

Openbare werken, geb. 8.5.1935

D5b

Myint Myint Ko

Echtgenote van Gen.-maj. Saw Tun, geb. 11.1.1945

D5c

Me Me Tun

Dochter van Gen.-maj. Saw Tun, geb. 26.10.1967. Ppt. nr. 415194

D5d

Maung Maung Lwin

Echtgenoot van Me Me Tun, geb. 2.1.1969

D6a

Kol. Zaw Min

Coöperaties sinds 18.9.2004, voordien voorzitter Magwe PDC

D6b

Khin Mi Mi

Echtgenote van Kol. Zaw Min

D7a

Gen.-maj. Kyi Aung

Cultuur

D7b

Khin Khin Lay

Echtgenote van Gen.-maj. Kyi Aung

D8a

Dr. Chan Nyein

Onderwijs. Voordien vice-minister van Wetenschap en Technologie (voordien E29a)

D8b

Sandar Aung

Echtgenote van Dr. Chan Nyein (voordien E29b)

D9a

Gen.-maj. Tin Htut

Elektriciteitsvoorziening

D9b

Tin Tin Nyunt

Echtgenote van Gen.-maj. Tin Htut

D10a

Brig.-gen. Lun Thi

Energie

D10b

Khin Mar Aye

Echtgenote van Brig.-gen. Lun Thi

D10c

Mya Sein Aye

Dochter van Brig.-gen. Lun Thi

D10d

Zin Maung Lun

Zoon van Brig.-gen. Lun Thi

D10e

Zar Chi Ko

Echtgenote van Zin Maung Lun

D11a

Gen.-maj. Hla Tun

Financiën en Belastingen

D11b

Khin Than Win

Echtgenote van Gen.-maj. Hla Tun

D12a

Nyan Win

Buitenlandse Zaken sinds 18.9.2004, voormalig plaatsvervangend hoofd opleiding strijdkrachten, geb. 22.1.1953

D12b

Myint Myint Soe

Echtgenote van Nyan Win

D13a

Brig.-gen. Thein Aung

Bosbouw

D13b

Khin Htay Myint

Echtgenote van Brig.-gen. Thein Aung

D14a

Prof. Dr. Kyaw Myint

Volksgezondheid

D14b

Nilar Thaw

Echtgenote van Prof. Dr. Kyaw Myint

D15a

Gen.-maj. Maung Oo

Binnenlandse Zaken

D15b

Nyunt Nyunt Oo

Echtgenote van Gen.-maj. Maung Oo

D16a

Gen.-maj. Sein Htwa

Ministerie van Immigratie en Bevolking, alsmede ministerie van Sociale Zaken, Bijstand en Hervestiging

D16b

Khin Aye

Echtgenote van Gen.-maj. Sein Htwa

D17a

Aung Thaung

Industrie 1

D17b

Khin Khin Yi

Echtgenote van Aung Thaung

D17c

Majoor Moe Aung

Zoon van Aung Thaung

D17d

Dr. Aye Khaing Nyunt

Echtgenote van Majoor Moe Aung

D17e

Nay Aung

Zoon van Aung Thaung, zakenman, directeur, Aung Yee Phyoe Co. Ltd

D17f

Khin Moe Nyunt

Echtgenote van Nay Aung

D17g

Kapitein Pyi Aung, o.b.a. Pye Aung

Zoon van Aung Thaung (gehuwd met A2c)

D17h

Khin Ngu Yi Phyo

Dochter van Aung Thaung

D17i

Dr. Thu Nanda Aung

Dochter van Aung Thaung

D17j

Aye Myat Po Aung

Dochter van Aung Thaung

D18a

Gen.-maj. Saw Lwin

Industrie 2

D18b

Moe Moe Myint

Echtgenote van Gen.-maj. Saw Lwin

D19a

Brig.-gen. Kyaw Hsan

Informatie

D19b

Kyi Kyi Win

Echtgenote van Brig.-gen. Kyaw Hsan

D20a

Brig.-gen. Maung Maung Thein

Veeteelt en Visserij

D20b

Myint Myint Aye

Echtgenote van Brig.-gen. Maung Maung Thein

D20c

Min Thein

Zoon van Brig.-gen. Maung Maung Thein

D21a

Brig.-gen. Ohn Myint

Mijnbouw

D21b

San San

Echtgenote van Brig.-gen. Ohn Myint

D21c

Thet Naing Oo

Zoon van Brig.-gen. Ohn Myint

D21d

Min Thet Oo

Zoon van Brig.-gen. Ohn Myint

D22a

Soe Tha

Nationale Planning en Economische Ontwikkeling

D22b

Kyu Kyu Win

Echtgenote van Soe Tha

D22c

Kyaw Myat Soe

Zoon van Soe Tha

D22d

Wei Wei Lay

Echtgenote van Kyaw Myat Soe

D23a

Kol. Thein Nyunt

Vooruitgang in grensgebieden, Etnische groepen en Ontwikkeling, mogelijk burgemeester van Naypyidaw (Pyinmana)

D23b

Kyin Khaing

Echtgenote van Kol. Thein Nyunt

D24a

Gen.-maj. Aung Min

Spoorvervoer

D24b

Wai Wai Thar, o.b.a. Wai Wai Tha

Echtgenote van Gen.-maj. Aung Min

D25a

Brig.-gen. Thura Myint Maung

Religieuze Zaken

D25b

Aung Kyaw Soe

Zoon van Brig.-gen. Thura Myint Maung

D25c

Su Su Sandi

Echtgenote van Aung Kyaw Soe

D25d

Zin Myint Maung

Dochter van Brig.-gen. Thura Myint Maung

D26a

Thaung

Wetenschap en Technologie, thans Arbeid (sinds 5.11.2004)

D26b

May Kyi Sein

Echtgenote van Thaung

D27a

Brig.-gen. Thura Aye Myint

Sport

D27b

Aye Aye

Echtgenote van Brig.-gen. Thura Aye Myint

D27c

Nay Linn

Zoon van Brig.-gen. Thura Aye Myint

D28a

Brig.-gen. Thein Zaw

Minister van Telecommunicatie, Post en Telegrafie en minister van Hotelwezen en Tourisme

D28b

Mu Mu Win

Echtgenote van Brig.-gen. Thein Zaw

D29a

Gen.-maj. Thein Swe

Vervoer, sinds 18.9.2004 (voordien kabinet van de premier sinds 25.8.2003)

D29b

Mya Theingi

Echtgenote van Gen.-maj. Thein Swe


E.   VICE-MINISTERS

 

Naam

Nadere gegevens (incl. ministerie)

E1a

Ohn Myint

Landbouw en Irrigatie

E1b

Thet War

Echtgenote van Ohn Myint

E2a

Brig.-gen. Aung Tun

Handel

E3a

Brig.-gen. Myint Thein

Bouwnijverheid

E3b

Mya Than

Echtgenote van Brig.-gen. Myint Thein

E4a

Brig.-gen. Soe Win Maung

Cultuur

E4b

Myint Myint Wai, o.b.a. Khin Myint Wai

Echtgenote van Brig.-gen. Soe Win Maung

E5a

Brig.-gen. Khin Maung Win

Defensie

E7a

Myo Nyunt

Onderwijs

E7b

Marlar Thein

Echtgenote van Myo Nyunt

E8a

Brig.-gen. Aung Myo Min

Onderwijs

E8b

Thazin Nwe

Echtgenote van Brig.-gen. Aung Myo Min

E9a

Myo Myint

Elektriciteitsvoorziening

E9b

Tin Tin Myint

Echtgenote van Myo Myint

E10a

Brig.-gen. Than Htay

Energie (sinds 25.8.2003)

E10b

Soe Wut Yi

Echtgenote van Brig.-gen. Than Htay

E11a

Kol. Hla Thein Swe

Financiën en Belastingen

E11b

Thida Win

Echtgenote van Kol. Hla Thein Swe

E12a

Kyaw Thu

Buitenlandse Zaken, geb. 15.8.1949

E12b

Lei Lei Kyi

Echtgenote van Kyaw Thu

E13a

Maung Myint

Buitenlandse Zaken sinds 18.9.2004

E13b

Dr. Khin Mya Win

Echtgenote van Maung Myint

E14a

Prof. Dr. Mya Oo

Volksgezondheid, geb. 25.1.1940

E14b

Tin Tin Mya

Echtgenote van Prof. Dr. Mya Oo

E14c

Dr. Tun Tun Oo

Zoon van Prof. Dr. Mya Oo, geb. 26.7.1965

E14d

Dr. Mya Thuzar

Dochter van Prof. Dr. Mya Oo, geb. 23.9.1971

E14e

Mya Thidar

Dochter van Prof. Dr. Mya Oo, geb. 10.6.1973

E14f

Mya Nandar

Dochter van Prof. Dr. Mya Oo, geb. 29.5.1976

E15a

Brig.-gen. Phone Swe

Binnenlandse Zaken (sinds 25.8.2003)

E15b

San San Wai

Echtgenote van Brig.-gen. Phone Swe

E16a

Brig.-gen. Aye Myint Kyu

Hotelwezen en Toerisme

E16b

Khin Swe Myint

Echtgenote van Brig.-gen. Aye Myint Kyu

E17a

Maung Aung

Immigratie en Bevolking

E17b

Hmwe Hmwe

Echtgenote van Maung Aung

E18a

Brig.-gen. Thein Tun

Industrie 1

E19a

Lt.-kol. Khin Maung Kyaw

Industrie 2

E19b

Mi Mi Wai

Echtgenote van Lt.-kol. Khin Maung Kyaw

E20a

Brig.-gen. Aung Thein

Informatie

E20b

Tin Tin Nwe

Echtgenote van Brig.-gen. Thein Aung

E21a

Thein Sein

Informatie, lid van USDA CEC

E21b

Khin Khin Wai

Echtgenote van Thein Sein

E21c

Thein Aung Thaw

Zoon van Thein Sein

E21d

Su Su Cho

Echtgenote van Thein Aung Thaw

E22a

Brig.-gen. Win Sein

Arbeid

E22b

Wai Wai Linn

Echtgenote van Brig.-gen. Win Sein

E23a

Myint Thein

Mijnbouw

E23b

Khin May San

Echtgenote van Myint Thein

E24a

Kol. Tin Ngwe

Vooruitgang in Grensgebieden, Etnische Groepen en Ontwikkeling

E24b

Khin Mya Chit

Echtgenote van Kol. Tin Ngwe

E25a

Brig.-gen. Than Tun

Vooruitgang in Grensgebieden, Etnische Groepen en Ontwikkeling

E25b

May Than Tun

Dochter van Brig.-gen. Than Tun, geb. 25.6.1970

E25c

Ye Htun Myat

Echtgenote van May Than Tun

E26a

Thura Thaung Lwin

(Thura is een titel) Spoorvervoer

E26b

Dr. Yi Yi Htwe

Echtgenote van Thura Thaung Lwin

E27a

Brig.-gen. Thura Aung Ko

(Thura is een titel) Religieuze Zaken, lid van USDA CEC

E27b

Myint Myint Yee, o.b.a. Yi Yi Myint

Echtgenote van Brig.-gen. Thura Aung Ko

E28a

Kyaw Soe

Wetenschap en Technologie

E29a

Kol. Thurein Zaw

Nationale Planning en Economische Ontwikkeling

E30a

Brig.-gen. Kyaw Myint

Sociale Zaken, Bijstand en Hervestiging

E30b

Khin Nwe Nwe

Echtgenote van Brig.-gen. Kyaw Myint

E31a

Pe Than

Min. van Vervoer en min. van Spoorvervoer

E31b

Cho Cho Tun

Echtgenote van Pe Than

E32a

Kol. Nyan Tun Aung

Vervoer


F.   OVERIGE GEZAGSDRAGERS OP HET GEBIED VAN TOERISME

 

Naam

Nadere gegevens (incl. functie)

F1a

Kapt. (in ruste) Htay Aung

Directeur-generaal directoraat Hotelwezen en Toerisme (Directeur Hotelwezen en Toerismediensten Myanmar tot augustus 2004)

F2

Tin Maung Shwe

Plaatsvervangend directeur-generaal, directoraat Hotelwezen en Toerisme

F3

Soe Thein

Directeur Hotelwezen en Toerismediensten Myanmar sinds oktober 2004 (voordien Algemeen directeur)

F4

Khin Maung Soe

Algemeen directeur

F5

Tint Swe

Algemeen directeur

F6

Lt-kol. Yan Naing

Algemeen directeur, ministerie van Hotelwezen en Toerisme

F7

Nyunt Nyunt Than

Directeur Toerismepromotie, ministerie van Hotelwezen en Toerisme


G.   HOGE MILITAIRE OFFICIEREN (brigadegeneraal en hoger)

 

Naam

Nadere gegevens (incl. functie)

G1a

Gen.-maj. Hla Shwe

Plaatsvervangend adjudant-generaal

G3a

Gen.-maj. Soe Maung

Rechter-advocaat-generaal

G4a

Brig.-gen. Thein Htaik, o.b.a. Hteik

Inspecteur-generaal

G5a

Gen.-maj. Saw Hla

Provoost-Maarschalk

G6a

Gen.-maj. Khin Maung Tun

Plaatsvervangend hoofdintendant strijdkrachten

G7a

Gen.-maj. Lun Maung

Auditeur-generaal

G8a

Gen.-maj. Nay Win

Militair assistent van de voorzitter van de SPDC

G9a

Gen.-maj. Hsan Hsint

Generaal militaire benoemingen, geb. 1951

G9b

Khin Ma Lay

Echtgenote van Gen.-maj. Hsan Hsint

G9c

Okkar San Sint

Zoon van Gen.-maj. Hsan Hsint

G10a

Gen.-maj. Hla Aung Thein

Kampcommandant, Rangoon

G10b

Amy Khaing

Echtgenote van Hla Aung Thein

G11a

Gen.-maj. Win Myint

Plaatsvervangend hoofd opleiding strijdkrachten

G12a

Gen.-maj. Aung Kyi

Plaatsvervangend hoofd opleiding strijdkrachten

G12b

Thet Thet Swe

Echtgenote van Gen.-maj. Aung Kyi

G13a

Gen.-maj. Moe Hein

Commandant, Nationaal Defensiecollege

G14a

Gen.-maj. Khin Aung Myint

Directeur Public Relations en Psychologische Oorlogsvoering, bestuurslid UMEHL

G15a

Gen.-maj. Thein Tun

Directeur Signalisatie; lid van het bestuurscomité voor de bijeenroeping van de Nationale Conventie

G16a

Gen.-maj. Than Htay

Directeur Bevoorrading en Vervoer

G17a

Gen.-maj. Khin Maung Tint

Directeur Veiligheidsdrukwerk

G18a

Gen.-maj. Sein Lin

Directeur, ministerie van Defensie (precieze functie niet bekend; voormalig Directeur Bevoorrading)

G19a

Gen.-maj. Kyi Win

Directeur Artillerie en Pantsertroepen, bestuurslid UMEHL

G20a

Gen.-maj. Tin Tun

Directeur Dienst der genie

G21a

Gen.-maj. Aung Thein

Directeur Hervestiging

G22a

Gen.-maj. Aye Myint

Ministerie van Defensie

G23a

Brig.-gen. Myo Myint

Commandant archief defensiediensten

G24a

Brig.-gen. Than Maung

Plaatsvervangend commandant Nationaal Defensiecollege

G25a

Brig.-gen. Win Myint

Rector DSTA

G26a

Brig.-Gen. Than Sein

Commandant, Hospitaal defensiediensten, Mingaladon, geb. 1.2.1946, gpl. Bago

G26b

Rosy Mya Than

Echtgenote van Brig.-gen. Than Sein

G27a

Brig.-gen. Than Win

Directeur aanbestedingen en directeur Union of Myanmar Economic Holdings (voordien Maj.-gen. Win Hlaing, K1a)

G28a

Brig.-gen. Than Maung

Directeur Volksmilities en grensdiensten

G29a

Brig.-gen. Khin Naing Win

Directeur defensie-industrie

G30a

Brig.-gen. Zaw Win

Postcommandant Bahtoo (deelstaat Shan). Hoofd gevechtstrainingschool defensiediensten (leger)

Zeemacht

G31a

Vice-admiraal Soe Thein

Bevelhebber (zeemacht)

G31b

Khin Aye Kyin

Echtgenote van vice-admiraal Soe Thein

G31c

Yimon Aye

Dochter van vice-admiraal Soe Thein; geb. 12.7.1980

G31d

Aye Chan

Zoon van vice-admiraal Soe Thein; geb. 23.9.1973

G31e

Thida Aye

Dochter van vice-admiraal Soe Thein; geb. 23.3.1979

G32a

Commandeur Nyan Tun

Chef-staf (zeemacht), bestuurslid UMEHL

G32b

Khin Aye Myint

Echtgenote van Nyan Tun

Luchtmacht

G33a

Lt.-gen. Myat Hein

Bevelhebber (luchtmacht)

G33b

Htwe Htwe Nyunt

Echtgenote van lt.-gen. Myat Hein

G34a

Brig.-gen. Ye Chit Pe

Staf bevelhebber luchtmacht, Mingaladon

G35a

Brig.-gen. Khin Maung Tin

Commandant luchtvaartschool Shande, Meiktila

G36a

Brig.-gen. Zin Yaw

Chef-staf (luchtmacht), bestuurslid UMEHL

Lichte infanteriedivisies (LID) (rang brig.-gen.)

G39a

Brig.-gen. Tin Tun Aung

33 LID, Sagaing

G41a

Brig.-gen. Thet Oo

55 LID, Kalaw/Aungban

G42a

Brig.-gen. Khin Zaw Oo

66 LID, Pyay/Inma

G43a

Brig.-gen. Win Myint

77 LID, Bago

G44a

Brig.-gen. Aung Than Htut

88 LID, Magwe

G45a

Brig.-gen. Tin Oo Lwin

99 LID, Meiktila

Overige brigade-generaals

G47a

Brig.-gen. Htein Win

Post Taikkyi

G48a

Brig.-gen. Khin Maung Aye

Postcommandant Meiktila

G49a

Brig.-gen. Khin Maung Aye

Commando regionale operaties Kale, Sagaing-divisie

G50a

Brig.-gen. Khin Zaw Win

Post Khamaukgyi

G51a

Brig.-gen. Kyaw Aung

MR Zuiden, postcommandant Toungoo

G52a

Brig.-gen. Kyaw Aung

Commando militaire operaties 8, post Dawei/Tavoy

G53a

Brig.-gen. Kyaw Oo Lwin

Commando regionale operaties — Tanai

G54a

Onbek. opvolger van brig.-gen. Kyaw Thu

Post Phugyi

G55a

Brig.-gen. Maung Maung Shein

Kawkareik

G56a

Brig.-gen. Myint Hein

Commando militaire operaties 3, post Mogaung

G57a

Brig.-gen. Mya Win

Commando militaire operaties 10, post Kyigone

G58a

Brig.-gen. Mya Win

Kalaw

G59a

Brig.-gen. Myo Lwin

Commando militaire operaties 7, post Pekon

G60a

Brig.-gen. Myint Soe

Commando militaire operaties 5, post Taungup

G61a

Brig.-gen. Myint Aye

Commando militaire operaties 9, post Kyauktaw

G62a

Brig.-gen. Nyunt Hlaing

Commando militaire operaties 17, post Mong Pan

G63a

Brig.-gen. Ohn Myint

Lid CEC, USDA deelstaat Mon

G64a

Brig.-gen. Soe Nwe

Commando militaire operaties 21, post Bhamo

G65a

Brig.-gen. Soe Oo

Commando militaire operaties 16, post Hsenwi

G66a

Brig.-gen. Than Tun

Post Kyaukpadaung

G67a

Brig.-gen. Than Win

Commando regionale operaties — Laukkai

G68a

Brig.-gen. Than Tun Aung

Commando regionale operaties — Sittwe

G69a

Brig.-gen. Thaung Aye

Post Mongnaung

G70a

Brig.-gen. Thaung Htaik

Post Aungban

G71a

Brig.-gen. Thein Hteik

Commando militaire operaties 13, post Bokpyin

G72a

Brig.-gen. Thura Myint Thein

Commando tactische operaties, Namhsan

G73a

Brig.-gen. Win Aung

Mong Hsat

G74a

Brig.-gen. Myo Tint

Officier met bijzondere dienst, ministerie van Vervoer

G75a

Brig.-gen. Thura Sein Thaung

Officier met bijzondere dienst, ministerie van Sociale Zaken

G76a

Brig.-gen. Phone Zaw Han

Burgemeester van Mandalay sinds feb. 2005, voormalig commandant van Kyaukme

G77a

Brig.-gen. Hla Min

Voorzitter PDC, divisie West-Pegu

G78a

Brig.-gen. Win Myint

Post Pyinmana


H.   MILITAIRE OFFICIEREN BELAST MET HET GEVANGENISWEZEN EN DE POLITIEDIENSTEN

 

Naam

Nadere gegevens (incl. functie)

H1a

Gen.-maj. Khin Yi

DG politie Myanmar

H1b

Khin May Soe

Echtgenote van gen.-maj. Khin Yi

H2a

Zaw Win

Directeur-generaal gevangeniswezen (min. Binnenlandse Zaken) sinds aug. 2004, voordien plaatsvervangend DG politie Myanmar, voormalig brig.-gen.; oud-militair

H3a

Aung Saw Win

Directeur-generaal, Bureau speciale opsporing


I.   ASSOCIATIE VOOR DE UNIE, SOLIDARITEIT EN ONTWIKKELING (USDA) (hoge USDA-functionarissen die niet elders vermeld staan)

 

Naam

Nadere gegevens (incl. functie)

I1a

Brig.-gen. Aung Thein Lin

Burgemeester en voorzitter van het stadsontwikkelingscomité van Yangon (Secretaris)

I1b

Khin San Nwe

Echtgenote van brig.-gen. Aung Thein Lin

I1b

Thidar Myo

Dochter van brig.-gen. Aung Thein Lin

I2a

Kol. Maung Par

Vice-burgemeester van het stadsontwikkelingscomité van Yangon (lid CEC)

I2b

Khin Nyunt Myaing

Echtgenote van kol. Maung Par

I2c

Naing Win Par

Zoon van kol. Maung Par


J.   PERSONEN DIE VAN HET ECONOMISCH BELEID VAN DE REGERING PROFITEREN

 

Naam

Nadere gegevens (incl. onderneming)

J1a

Tay Za

Directeur, Htoo Trading Co; geb. 18.7.1964; paspoort 306869 ID-kaart MYGN 006415. Vader: Myint Swe (6.11.1924); moeder: Ohn (12.8.1934)

J1b

Thidar Zaw

Echtgenote van Tay Za; geb. 24.2.1964, ID-kaart KMYT 006865, Paspoort 275107. Ouders: Zaw Nyunt (overl.), Htoo (overl.)

J1c

Pye Phyo Tay Za

Zoon van Tay Za (J1a), geb. 29.1.1987

J2a

Thiha

Broer van Tay Za (J1a), geb. 24.6.1960, directeur Htoo Trading. Distributeur van London cigarettes (Myawadi Trading)

J3a

Aung Ko Win, o.b.a. Saya Kyaung

Kanbawza Bank

J3b

Nan Than Htwe

Echtgenote van Aung Ko Win

J4a

Tun Myint Naing, o.b.a. Steven Law

Asia World Co.

J4b

(Ng) Seng Hong

Echtgenote van Tun Myint Naing

J5a

Khin Shwe

Zaykabar Co; geb. 21.1.1952. Zie ook A3e

J5b

San San Kywe

Echtgenote van Khin Shwe

J5c

Zay Thiha

Zoon van Khin Shwe, geb. 1.1.1977

J6a

Htay Myint

Yuzana Co., geb. 6.2.1955

J6b

Aye Aye Maw

Echtgenote van Htay Myint, geb. 17.11.1957

J7a

Kyaw Win

Shwe Thanlwin Trading Co.

J7b

Nan Mauk Loung, o.b.a. Nang Mauk Lao Hsai

Echtgenote van Kyaw Win

J8a

Ko Lay

Minister in het kabinet van de premier tot feb. 2004, burgemeester van Rangoon tot aug. 2003

J8b

Khin Khin

Echtgenote van Ko Lay

J8c

San Min

Zoon van Ko Lay

J8d

Than Han

Zoon van Ko Lay

J8e

Khin Thida

Dochter van Ko Lay

J9a

Aung Phone

Voormalig minister van Bosbouw, geb. 20.11.1939, gepens. juli 2003

J9b

Khin Sitt Aye

Echtgenote van Aung Phone, geb. 14.9.1943

J9c

Sitt Thwe Aung, o.b.a. Sit Thway Aung

Zoon van Aung Phone, geb. 10.7.1977

J9d

Thin Zar Tun

Echtgenote van Sitt Thwe Aung, geb. 14.4.1978

J9e

Sitt Thaing Aung, o.b.a. Sit Taing Aung

Zoon van Aung Phone, geb. 13.11.1971

J10a

Gen.-maj. (in ruste) Nyunt Tin

Voormalig minister van Landbouw en Irrigatie, gepens. sinds sept. 2004

J10b

Khin Myo Oo

Echtgenote van gen.-maj. (in ruste) Nyunt Tin

J10c

Kyaw Myo Nyunt

Zoon van gen.-maj. (in ruste) Nyunt Tin

J10d

Thu Thu Ei Han

Dochter van gen.-maj. (in ruste) Nyunt Tin

J11a

Khin Maung Thein

Voormalig minister van Financiën en Belastingen, gepens. 1.2.2003

J11b

Su Su Thein

Echtgenote van Khin Maung Thein

J11c

Daywar Thein

Zoon van Khin Maung Thein, geb. 25.12.1960

J11d

Thawdar Thein

Dochter van Khin Maung Thein, geb. 6.3.1958

J11e

Maung Maung Thein

Zoon van Khin Maung Thein, geb. 23.10.1963

J11f

Khin Yadana Thein

Dochter van Khin Maung Thein, geb. 6.5.1968

J11g

Marlar Thein

Dochter van Khin Maung Thein, geb. 25.2.1965

J11h

Hnwe Thida Thein

Dochter van Khin Maung Thein, geb. 28.7.1966


K.   ONDERNEMINGEN IN HET BEZIT VAN MILITAIREN

 

Naam

Nadere gegevens (incl. onderneming)

K1a

Gen.-maj. (in ruste) Win Hlaing

Voormalig directeur, Union of Myanmar Economic Holdings, Myawaddy Bank

K1b

Ma Ngeh

Dochter van gen.-maj. (in ruste) Win Hlaing

K1c

Zaw Win Naing

Directeur Kambawza Bank. Echtgenoot van Ma Ngeh (K1b) en neef van Aung Ko Win (J3a)

K1d

Win Htway Hlaing

Zoon van maj.-gen. (in ruste) Win Hlaing, vertegenwoordiger van KESCO company

K2

Kol. Ye Htut

Myanmar Economic Corporation

K3

Kol. Myint Aung

Directeur Myawaddy Trading Co.

K4

Kol. Myo Myint

Directeur Bandoola Transportation Co.

K5

Kol. (in ruste) Thant Zin

Directeur, Myanmar Land and Development

K6

Lt.-kol. (in ruste) Maung Maung Aye

UMEHL, Voorzitter Myanmar Breweries

K7

Kol. Aung San

Directeur, Hsinmin Cement Plant Construction Project


BIJLAGE IV

Lijst van Birmese staatsondernemingen bedoeld in de artikelen 9 en 12

Naam

Adres

Naam directeur

I.   

UNION OF MYANMAR ECONOMIC HOLDING LTD.

UNION OF MYANMAR ECONOMIC HOLDING LTD

189/191 MAHABANDOOLA ROAD

CORNER OF 50th STREET

YANGON

MAJ-GEN WIN HLAING, MANAGING DIRECTOR

A.   

BE- OF VERWERKENDE INDUSTRIE

1.

MYANMAR RUBY ENTERPRISE

24/26, 2nd FL, SULE PAGODA ROAD,

YANGON

(MIDWAY BANK BUILDING)

 

2.

MYANMAR IMPERIAL JADE CO. LTD

24/26, 2nd FL, SULE PAGODA ROAD,

YANGON

(MIDWAY BANK BUILDING)

 

3.

MYANMAR RUBBER WOOD CO. LTD.

 

 

4.

MYANMAR PINEAPPLE JUICE PRODUCTION

 

 

5.

MYAWADDY CLEAN DRINKING WATER SERVICE

4/A, No. 3 MAIN ROAD,

MINGALARDON TSP

YANGON

 

6.

SIN MIN (KING ELEPHANTS) CEMENT FACTORY (KYAUKSE)

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET

YANGON

COL MAUNG MAUNG AYE, MANAGING DIRECTOR

7.

TAILORING SHOP SERVICE

 

 

8.

NGWE PIN LE (SILVER SEA) LIVESTOCK BREEDING AND FISHERY CO.

1093, SHWE TAUNG GYAR ST. INDUSTRIAL ZONE II,

WARD 63,

SOUTH DAGON TSP,

YANGON

 

9.

GRANITE TILE FACTORY (KYAIKTO)

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET

YANGON

 

10.

SOAP FACTORY (PAUNG)

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET

YANGON

 

B.   

HANDEL

1.

MYAWADDY TRADING LTD

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET

YANGON

COL MYINT AUNG MANAGING DIRECTOR

C.   

DIENSTEN

1.

MYAWADDY BANK LTD

24-26 SULE PAGODA ROAD,

YANGON

BRIG-GEN WIN HLAING EN U TUN KYI, MANAGING DIRECTORS

2.

BANDOOLA TRANSPORTATION CO. LTD.

399, THIRI MINGALAR ROAD,

INSEIN TSP. YANGON AND/OR PARAMI ROAD, SOUTH OKKALAPA,

YANGON

COL. MYO MYINT, MANAGING DIRECTOR

3.

MYAWADDY TRAVEL SERVICES

24-26 SULE PAGODA ROAD,

YANGON

 

4.

NAWADAY HOTEL AND TRAVEL SERVICES

335/357, BOGYOKE AUNG SAN ROAD,

PABEDAN TSP.

YANGON

COL. (RETD) MAUNG THAUNG, MANAGING DIRECTOR

5.

MYAWADDY AGRICULTURE SERVICES

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET,

YANGON

 

6.

MYANMAR AR (POWER) CONSTRUCTION SERVICES

189/191 MAHABANDOOLA ROAD,

CORNER OF 50th STREET,

YANGON

 

GEZAMENLIJKE ONDERNEMINGEN

A.   

BE- EN VERWERKENDE INDUSTRIE

1.

MYANMAR SEGALINTERNATIONAL LTD

PYAY ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

U BE AUNG, MANAGER

2.

MYANMAR DAEWOOINTERNATIONAL

PYAY ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

 

3.

ROTHMAN OF PALL MALLMYANMAR PRIVATE LTD

NO. 38, VIRGINIA PARK,

NO. 3, TRUNK ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

YANGON

 

4.

MYANMAR BREWERY LTD

NO 45, NO 3, TRUNK ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

LT-COL (RETD) MAUNG MAUNG AYE, CHAIRMAN

5.

MYANMAR POSCO STEEL CO. LTD.

PLOT 22, NO. 3, TRUNK ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

 

6.

MYANMAR NOUVEAU STEEL CO. LTD

NO. 3, TRUNK ROAD,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

 

7.

BERGER PAINT MANUFACTORING CO. LTD

PLOT NO. 34/A,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP

YANGON

 

8.

THE FIRST AUTOMOTIVE CO. LTD

PLOT NO. 47,

PYINMABIN INDUSTRIAL ZONE,

MINGALARDON TSP,

YANGON

U AYE CHO EN/OF LT-COL TUN MYINT, MANAGING DIRECTOR

B.   

DIENSTEN

1.

NATIONAL DEVELOPMENT CORP.

3/A, THAMTHUMAR STREET,

7 MILE,

MAYANGONE TSP,

YANGON

DR. KHIN SHWE, CHAIRMAN

2.

HANTHA WADDY GOLF RESORT AND MYODAW (CITY) CLUB LTD

NO 1, KONEMYINTTHA STREET,

7 MILE, MAYANGONE TSP,

YANGON AND THIRI MINGALAR ROAD,

INSEIN TSP,

YANGON

 

II.   

MYANMAR ECONOMIC CORPORATION (MEC)

MYANMA ECONOMIC CORPORATION (MEC)

SHWEDAGON PAGODA ROAD

DAGON TSP,

YANGON

COL YE HTUT OF BRIG GEN KYAW WIN, MANAGING DIRECTOR

1.

INNWA BANK

554-556, MERCHANT STREET,

CORNER OF 35th STREET,

KYAUKTADA TSP,

YANGON

U YIN SEIN, GENERAL MANAGER

2.

MYAING GALAY (RHINO BRAND) CEMENT FACTORY

FACTORIES DEPT.

MEC HEAD OFFICE,

SHWEDAGON PAGODA ROAD,

DAGON TSP,

YANGON

COL KHIN MAUNG SOE

3.

DAGON BREWERY

555/B, NO 4,

HIGHWAY ROAD,

HLAW GAR WARD, SHWE PYI

THAR TSP,

YANGON

 

4.

MEC STEEL MILLS (HMAW BI/PYI/YWAMA)

FACTORIES DEPT.

MEC HEAD OFFICE,

SHWEDAGON PAGODA ROAD,

DAGON TSP,

YANGON

COL KHIN MAUNG SOE

5.

MEC SUGAR MILL

KANT BALU

 

6.

MEC OXYGEN AND GASES FACTORY

MINDAMA ROAD,

MINGALARDON TSP,

YANGON

 

7.

MEC MARBLE MINE

PYINMANAR

 

8.

MEC MARBLE TILES FACTORY

LOIKAW

 

9.

MEC MYANMAR CABLE WIRE FACTORY

NO 48, BAMAW A TWIN WUN ROAD,

ZONE (4),

HLAING THAR YAR INDUSTRIAL ZONE,

YANGON

 

10.

MEC SHIP BREAKING SERVICE

THILAWAR, THAN NYIN TSP

 

11.

MEC DISPOSABLE SYRINGE FACTORY

FACTORIES DEPT,

MEC HEAD OFFICE,

SHWEDAGON PAGODA ROAD,

DAGON TSP,

YANGON

 

12.

GYPSUM MINE

THIBAW

 


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/30


VERORDENING (EG) Nr. 818/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

88,0

204

53,2

999

70,6

0707 00 05

052

111,9

999

111,9

0709 90 70

052

97,5

999

97,5

0805 50 10

388

52,6

508

52,4

528

54,0

999

53,0

0808 10 80

388

92,9

400

121,7

404

107,3

508

72,5

512

83,5

524

88,5

528

91,0

720

107,1

804

102,4

999

96,3

0809 20 95

052

227,5

999

227,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/32


VERORDENING (EG) Nr. 819/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling, voor de sector suiker, vanaf 2 juni 2006 geldende representatieve prijzen en de bedragen van de aanvullende invoerrechten voor melasse

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 24, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 1422/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling, voor de sector suiker, van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van melasse en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 785/68 (2) is bepaald dat de cif-invoerprijs voor melasse, vastgesteld overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 785/68 van de Commissie (3), als „representatieve prijs” wordt aangemerkt. Deze prijs geldt voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 785/68.

(2)

Voor de vaststelling van de representatieve prijs moet rekening worden gehouden met alle in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 785/68 genoemde inlichtingen, behalve in de in artikel 4 van die verordening genoemde gevallen. In voorkomend geval, mag deze vaststelling plaatsvinden overeenkomstig de in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 785/68 aangegeven werkwijze.

(3)

Voor andere kwaliteiten dan de standaardkwaliteit moeten de prijzen naar gelang van de kwaliteit van de aangeboden melasse overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 785/68 worden verhoogd of verlaagd.

(4)

Indien er een verschil is tussen de reactieprijs voor het betrokken product en de representatieve prijs, moeten aanvullende invoerrechten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1422/95. Als de invoerrechten worden geschorst overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, moeten specifieke bedragen ter vervanging van die rechten worden vastgesteld.

(5)

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor de betrokken producten moeten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 1, lid 2, en artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1422/95.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1422/95 bedoelde producten worden vastgesteld in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 141 van 24.6.1995, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 79/2003 (PB L 13 van 18.1.2003, blz. 4).

(3)  PB L 145 van 27.6.1968, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1422/95.


BIJLAGE

Vaststelling, voor de sector suiker, van de representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor melasse van toepassing vanaf 2 juni 2006

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg netto van het betrokken product

Aanvullend recht per 100 kg netto van het betrokken product

Toe te passen recht bij invoer als gevolg van schorsing van de invoerrechten, als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, per 100 kg netto van het betrokken product (1)

1703 10 00 (2)

10,88

0

1703 90 00 (2)

10,88

0


(1)  Dit bedrag vervangt, overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, het voor deze producten vastgestelde bedrag van het recht van het gemeenschappelijk douanetarief.

(2)  Vaststelling voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in artikel 1 van de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 785/68.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/34


VERORDENING (EG) Nr. 820/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), inzonderheid op artikel 27, lid 5, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 kan het verschil tussen de noteringen of de prijzen op de wereldmarkt voor de in artikel 1, lid 1, onder a), van die verordening genoemde producten en de prijzen voor deze producten in de Gemeenschap overbrugd worden door een restitutie bij de uitvoer.

(2)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1260/2001 moeten de restituties voor witte suiker en ruwe suiker, welke niet gedenatureerd en in onveranderde vorm uitgevoerd zijn, vastgesteld worden rekening houdend met de toestand op de markt van de Gemeenschap en op de wereldmarkt voor suiker, en vooral met de in artikel 28 van genoemde verordening bedoelde prijs- en kostenelementen. Volgens dit artikel moet eveneens met het economische aspect van de voorgenomen uitvoertransactie rekening worden gehouden.

(3)

Voor ruwe suiker moet de restitutie vastgesteld worden voor de standaardkwaliteit die bepaald is in bijlage I, punt II, van Verordening (EG) nr. 1260/2001. Deze restitutie werd bovendien vastgesteld overeenkomstig artikel 28, lid 4, van deze verordening. Kandijsuiker werd omschreven in Verordening (EG) nr. 2135/95 van de Commissie van 7 september 1995 inzake uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van uitvoerrestituties in de sector suiker (2). Het aldus berekende restitutiebedrag voor gearomatiseerde suiker en suiker waaraan kleurstoffen zijn toegevoegd, moet gelden voor de hoeveelheid sacharose in de betreffende suiker en bijgevolg worden vastgesteld per percent sacharosegehalte.

(4)

In bijzondere gevallen kan het bedrag van de restitutie worden vastgesteld bij besluiten van verschillende aard.

(5)

De restitutie moet elke twee weken worden vastgesteld. De restitutie kan tussentijds gewijzigd worden.

(6)

Krachtens artikel 27, lid 5, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 kan de restitutie voor de in artikel 1 van deze verordening genoemde producten naar bestemming variëren indien dat vanwege de situatie op de wereldmarkt of de specifieke vereisten van bepaalde markten noodzakelijk is.

(7)

De aanzienlijke en snelle toename van de preferentiële invoer van suiker uit de westelijke Balkanlanden sedert begin 2001 en de uitvoer van suiker uit de Gemeenschap naar die landen lijken grotendeels kunstmatig te zijn.

(8)

Ter voorkoming van misbruiken waarbij producten van de suikersector waarvoor een uitvoerrestitutie is toegekend, weer in de Gemeenschap worden ingevoerd, mag voor geen van de westelijke Balkanlanden een restitutie worden vastgesteld voor de in deze verordening bedoelde producten.

(9)

Op grond van bovenstaande overwegingen en van de huidige situatie van de suikermarkt, en met name van de noteringen of prijzen van suiker in de Gemeenschap en op de wereldmarkt, dienen de restituties op een passend niveau te worden vastgesteld.

(10)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij de uitvoer in onveranderde vorm van de in artikel 1, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1260/2001 genoemde producten, welke niet gedenatureerd zijn, worden vastgesteld overeenkomstig de bedragen aangegeven in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 214 van 8.9.1995, blz. 16.


BIJLAGE

RESTITUTIES BIJ UITVOER VAN WITTE SUIKER EN RUWE SUIKER IN ONVERANDERDE VORM VAN TOEPASSING VANAF 2 JUNI 2006 (1)

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1701 11 90 9100

S00

EUR/100 kg

24,40 (2)

1701 11 90 9910

S00

EUR/100 kg

24,40 (2)

1701 12 90 9100

S00

EUR/100 kg

24,40 (2)

1701 12 90 9910

S00

EUR/100 kg

24,40 (2)

1701 91 00 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettogewicht product

0,2652

1701 99 10 9100

S00

EUR/100 kg

26,52

1701 99 10 9910

S00

EUR/100 kg

26,52

1701 99 10 9950

S00

EUR/100 kg

26,52

1701 99 90 9100

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettogewicht product

0,2652

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1), zoals gewijzigd.

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

S00

:

alle bestemmingen (derde landen, andere gebieden, bevoorrading en met uitvoer uit de Gemeenschap gelijkgestelde bestemmingen) met uitzondering van Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro (met inbegrip van Kosovo, zoals gedefinieerd in Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999) en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië; de uitzondering geldt niet voor suiker die verwerkt is in producten als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing met ingang van 1 februari 2005 overeenkomstig Besluit 2005/45/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende het sluiten en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten betreft (PB L 23 van 26.1.2005, blz. 17).

(2)  Dit bedrag geldt voor ruwe suiker met een rendement van 92 %. Indien het rendement van de geëxporteerde ruwe suiker afwijkt van 92 %, wordt het bedrag van de toe te passen restitutie berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 28, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1260/2001.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/36


VERORDENING (EG) Nr. 821/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer naar bepaalde derde landen van witte suiker voor de 27e deelinschrijving in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1138/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 27, lid 5, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1138/2005 van de Commissie van 15 juli 2005 inzake een permanente inschrijving voor het verkoopseizoen 2005/2006 voor de vaststelling van heffingen en/of restituties bij uitvoer van witte suiker (2) worden deelinschrijvingen gehouden voor de uitvoer naar bepaalde derde landen van deze suiker.

(2)

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1138/2005, naar gelang van het geval, wordt een maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer vastgesteld voor de betrokken deelinschrijving, waarbij met name rekening wordt gehouden met de situatie en de te verwachten ontwikkeling van de suikermarkt in de Gemeenschap en daarbuiten.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 27e deelinschrijving voor witte suiker, gehouden krachtens Verordening (EG) nr. 1138/2005, wordt het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer vastgesteld op 31,523 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 185 van 16.7.2005, blz. 3.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/37


VERORDENING (EG) Nr. 822/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

houdende opening van openbare inschrijving nr. 57/2006 EG voor de verkoop van alcohol uit wijnbouwproducten voor nieuwe vormen van industrieel gebruik

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), en met name op artikel 33,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1623/2000 van de Commissie van 25 juli 2000 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de marktmechanismen als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (2) zijn onder meer de uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor de afzet van de door distillatie zoals bedoeld in de artikelen 27, 28 en 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999, ontstane alcoholvoorraden die in het bezit zijn van de interventiebureaus.

(2)

Overeenkomstig artikel 80 van Verordening (EG) nr. 1623/2000 moeten openbare inschrijvingen voor de verkoop van alcohol uit wijnbouwproducten voor nieuwe vormen van industrieel gebruik worden gehouden om de voorraden communautaire alcohol uit wijnbouwproducten te verkleinen en om het mogelijk te maken dat in de Gemeenschap kleinschalige industriële projecten worden uitgevoerd of dat alcohol wordt verwerkt tot goederen die bestemd zijn voor uitvoer voor industriële doeleinden. De door de lidstaten opgeslagen communautaire alcohol uit wijnbouwproducten bestaat uit hoeveelheden die zijn verkregen bij distillatie zoals bedoeld in de artikelen 27, 28 en 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.

(3)

Sinds 1 januari 1999 en op grond van Verordening (EG) nr. 2799/98 van de Raad van 15 december 1998 tot vaststelling van het agromonetaire stelsel voor de euro (3) moeten de geboden prijzen en de zekerheden in euro worden uitgedrukt en moeten de betalingen plaatsvinden in euro.

(4)

Het is wenselijk om voor de biedingen minimumprijzen vast te stellen die naar categorie van eindbestemming zijn gedifferentieerd.

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor wijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij openbare inschrijving nr. 57/2006 EG wordt alcohol uit wijnbouwproducten verkocht voor nieuwe vormen van industrieel gebruik. De alcohol is verkregen bij distillatie zoals bedoeld in de artikelen 27 en 28 van Verordening (EG) nr. 1493/1999 en is in het bezit van het Franse interventiebureau.

De te koop aangeboden hoeveelheid bedraagt 100 000 hl alcohol 100 % vol. De nummers van de opslagtanks, de plaatsen van opslag en de hoeveelheid alcohol 100 % vol in elk van die opslagtanks zijn vermeld in de bijlage.

Artikel 2

De verkoop vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 79, 81, 82, 83, 84, 85, 95, 96, 97, 100 en 101 van Verordening (EG) nr. 1623/2000 en in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 2799/98.

Artikel 3

1.   De biedingen moeten worden afgegeven bij het interventiebureau dat in het bezit is van de betrokken alcohol, namelijk:

Viniflhor-Libourne, délégation nationale

17, avenue de la Ballastière, boîte postale 231

F-33505 Libourne Cedex

Tel. (33-5) 57 55 20 00

Fax (33-5) 57 55 20 59

Telex 57 20 25,

of bij aangetekend schrijven aan het adres van dit interventiebureau worden toegezonden.

2.   De biedingen moeten zich bevinden in een verzegelde enveloppe met de vermelding „Bod — openbare inschrijving voor nieuwe vormen van industrieel gebruik nr. 57/2006 EG”, welke enveloppe zelf in de enveloppe met het adres van het betrokken interventiebureau moet zijn gedaan.

3.   De biedingen moeten het betrokken interventiebureau uiterlijk op 20 juni 2006 om 12.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) bereiken.

4.   Elk bod moet vergezeld gaan van het bewijs dat bij het interventiebureau dat de betrokken alcohol in zijn bezit heeft, een inschrijvingszekerheid ten bedrage van 4 EUR per hl alcohol 100 % vol is gesteld.

Artikel 4

De laagste prijs die kan worden geboden, bedraagt 11 EUR per hl alcohol 100 % vol die bestemd is voor de vervaardiging van bakkersgist, 33,5 EUR per hl alcohol 100 % vol die bestemd is voor de vervaardiging van scheikundige producten van het type aminen en chloraal voor uitvoer, 39,5 EUR per hl alcohol 100 % vol die bestemd is voor de vervaardiging van eau de cologne voor uitvoer, en 14 EUR per hl alcohol 100 % vol die bestemd is voor andere vormen van industrieel gebruik.

Artikel 5

De regeling inzake de bemonstering is vastgesteld bij artikel 98 van Verordening (EG) nr. 1623/2000. De prijs van de monsters bedraagt 10 EUR per liter.

Het interventiebureau verstrekt alle nuttige inlichtingen over de kenmerken van de te koop aangeboden alcohol.

Artikel 6

De uitvoeringszekerheid bedraagt 30 EUR per hectoliter alcohol à 100 % vol.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2165/2005 (PB L 345 van 28.12.2005, blz. 1).

(2)  PB L 194 van 31.7.2000, blz. 45. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1820/2005 (PB L 293 van 9.11.2005, blz. 8).

(3)  PB L 349 van 24.12.1998, blz. 1.


BIJLAGE

OPENBARE INSCHRIJVING Nr. 57/2006 EG VOOR DE VERKOOP VAN ALCOHOL VOOR NIEUWE VORMEN VAN INDUSTRIEEL GEBRUIK

Plaats van opslag, hoeveelheid en kenmerken van de te koop aangeboden alcohol

Lidstaat

Plaats

Nummer van de opslagtank

Hoeveelheid zuivere alcohol in hl 100 % vol

Verwijzing naar Verordening (EG) nr. 1493/1999, artikel

Type alcohol

Alcoholvolumegehalte

(% vol)

FRANKRIJK

Viniflhor-Longuefuye

F-53200 Longuefuye

8

22 700

27

Ruw

+92

20

22 600

27

Ruw

+92

17

22 650

28

Ruw

+92

7

8 730

27

Ruw

+92

7bis

6 120

28

Ruw

+92

Viniflhor-Port-la-Nouvelle

Entrepôt d'alcool

Av. Adolphe-Turrel,

BP 62

F-11210 Port-La-Nouvelle

35

4 640

28

Ruw

+92

35

3 810

30

Ruw

+92

34

8 750

27

Ruw

+92

Totaal

 

100 000

 

 

 


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/40


VERORDENING (EG) Nr. 823/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1423/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van producten uit de sector suiker, andere dan melasse (2), en met name op artikel 1, lid 2, tweede alinea, tweede zin, en artikel 3, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en bepaalde stropen voor het verkoopseizoen 2005/2006 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 van de Commissie (3). Deze prijzen en invoerrechten zijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 804/2006 van de Commissie (4).

(2)

De bovenbedoelde prijzen en invoerrechten moeten op grond van de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1423/95 worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1423/95 bedoelde producten worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 141 van 24.6.1995, blz. 16. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 624/98 (PB L 85 van 20.3.1998, blz. 5).

(3)  PB L 170 van 1.7.2005, blz. 35.

(4)  PB L 144 van 31.5.2006, blz. 19.


BIJLAGE

Met ingang van 2 juni 2006 geldende gewijzigde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en de producten van GN-code 1702 90 99

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

Aanvullend invoerrecht per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

1701 11 10 (1)

29,48

2,44

1701 11 90 (1)

29,48

6,79

1701 12 10 (1)

29,48

2,31

1701 12 90 (1)

29,48

6,36

1701 91 00 (2)

35,41

7,53

1701 99 10 (2)

35,41

3,71

1701 99 90 (2)

35,41

3,71

1702 90 99 (3)

0,35

0,31


(1)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt II, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).

(2)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt I, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001.

(3)  Vastgesteld per procentpunt sacharosegehalte.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/42


VERORDENING (EG) Nr. 824/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de suikersector (1), inzonderheid op artikel 27, lid 5, onder a), en artikel 27, lid 15,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De restitutiebedragen welke met ingang van 19 mei 2006 worden toegepast op de in de bijlage bedoelde producten, uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen, zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 754/2006 van de Commissie (2).

(2)

Toepassing van de regels en criteria welke zijn aangehaald in Verordening (EG) nr. 754/2006 op de gegevens waarover de Commissie op het huidige tijdstip beschikt, geeft aanleiding tot wijziging van de op dit tijdstip geldende restituties in de zin als vermeld in de bijlage bij deze verordening,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restitutiebedragen die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 754/2006 worden gewijzigd zoals in de bijlage van deze verordening aangegeven.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vice-voorzitter


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 132 van 19.5.2006, blz. 15.


BIJLAGE

Restituties die worden toegepast vanaf 2 juni 2006 voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I bij het Verdrag vermelde goederen (1)

GN-code

Omschrijving

Restituties in EUR/100 kg

Bij vaststelling vooraf van de restituties

Overige gevallen

1701 99 10

Witte suiker

26,52

26,52


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing op de uitvoer naar Bulgarije met ingang van 1 oktober 2004 en naar Roemenië met ingang van 1 december 2005, noch op de goederen die zijn opgenomen in de tabellen I en II bij Protocol nr. 2 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 en die met ingang van 1 februari 2005 naar de Zwitserse Bondsstaat of naar het Vorstendom Liechtenstein worden uitgevoerd.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/44


VERORDENING (EG) Nr. 825/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 751/2006 vastgestelde restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 27, lid 5, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 751/2006 van de Commissie (2).

(2)

Omdat de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, verschillen van die welke bij de vaststelling van Verordening (EG) nr. 751/2006 voorhanden waren, moeten deze restituties worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 751/2006 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde restituties die moeten worden toegekend bij uitvoer in ongewijzigde staat van de in artikel 1, lid 1, onder d), f) en g), van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde producten, worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 132 van 19.5.2006, blz. 7.


BIJLAGE

RESTITUTIES BIJ UITVOER IN ONGEWIJZIGDE STAAT VOOR STROPEN EN BEPAALDE ANDERE PRODUCTEN VAN DE SUIKERSECTOR, VAN TOEPASSING MET INGANG VAN 2 JUNI 2006 (1)

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1702 40 10 9100

S00

EUR/100 kg droge stof

26,52 (2)

1702 60 10 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

26,52 (2)

1702 60 80 9100

S00

EUR/100 kg droge stof

50,39 (3)

1702 60 95 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2652 (4)

1702 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

26,52 (2)

1702 90 60 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2652 (4)

1702 90 71 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2652 (4)

1702 90 99 9900

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2652 (4)  (5)

2106 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

26,52 (2)

2106 90 59 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,2652 (4)

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1), zoals gewijzigd.

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

S00

:

alle bestemmingen (derde landen, andere gebieden, bevoorrading en met uitvoer uit de Gemeenschap gelijkgestelde bestemmingen) met uitzondering van Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro (met inbegrip van Kosovo, als omschreven in resolutie nr. 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999) en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië; de uitzondering geldt niet voor suiker die verwerkt is in producten als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing met ingang van 1 februari 2005 overeenkomstig Besluit 2005/45/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende het sluiten en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten betreft (PB L 23 van 26.1.2005, blz. 17).

(2)  Alleen geldig voor de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2135/95 bedoelde producten.

(3)  Alleen geldig voor de in artikel 6 van Verordening (EG) nr. 2135/95 bedoelde producten.

(4)  Het basisbedrag is niet van toepassing op stropen met een zuiverheid van minder dan 85 % (Verordening (EG) nr. 2135/95). Het sacharosegehalte wordt overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2135/95 vastgesteld.

(5)  Het basisbedrag is niet van toepassing op het in de bijlage, punt 2, van Verordening (EEG) nr. 3513/92 van de Commissie (PB L 355 van 5.12.1992, blz. 12) bedoelde product.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/46


VERORDENING (EG) Nr. 826/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 2094/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), inzonderheid op artikel 12, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Een inschrijving voor de maximumverlaging van het recht bij invoer, van sorgho, van herkomst uit derde landen, in Spanje is opengesteld bij Verordening (EG) nr. 2094/2005 van de Commissie (2).

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1839/95 van de Commissie (3), kan de Commissie volgens de procedure van artikel 25 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 besluiten een maximumverlaging van het recht bij invoer vast te stellen. Bij deze vaststelling moet met name rekening worden gehouden met de in de artikelen 6 en 7 van Verordening (EG) nr. 1839/95 genoemde criteria. Er wordt gegund aan elke inschrijver wiens offerte ten hoogste gelijk is aan de maximumverlaging van het recht bij invoer.

(3)

De toepassing van de bovenbedoelde criteria op de huidige marktsituatie leidt voor de betrokken graansoort tot de vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer op het in artikel 1 vermelde bedrag.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de offertes die van 26 mei tot en met 1 juni 2006 in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 2094/2005 worden meegedeeld, wordt de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho vastgesteld op 51,38 EUR/t voor een globale maximumhoeveelheid van 27 000 t.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 335 van 21.12.2005, blz. 4.

(3)  PB L 177 van 28.7.1995, blz. 4. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1558/2005 (PB L 249 van 24.9.2005, blz. 6).


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/47


VERORDENING (EG) Nr. 827/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer voor granen en meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Volgens artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 kan het verschil tussen de noteringen of de prijzen op de wereldmarkt van de in artikel 1 van die verordening bedoelde producten en de prijzen van deze producten in de Gemeenschap worden overbrugd door een restitutie bij uitvoer.

(2)

De restituties moeten worden vastgesteld met inachtneming van de elementen als bedoeld in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1501/95 van de Commissie van 29 juni 1995 tot vaststelling van enkele toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad voor wat de toekenning, in de graansector, van uitvoerrestituties en van bij verstoring van de graanmarkt te treffen maatregelen betreft (2).

(3)

Voor meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge moet de restitutie worden berekend met inachtneming van de hoeveelheid granen benodigd voor de vervaardiging van de betreffende producten. Deze hoeveelheden zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1501/95.

(4)

De situatie op de wereldmarkt of de specifieke eisen van bepaalde markten voor sommige producten kunnen een differentiatie van de restitutie naar bestemming nodig maken.

(5)

De restitutie moet eenmaal per maand worden vastgesteld. Zij kan tussentijds worden gewijzigd.

(6)

De toepassing van deze regelen op de huidige situatie in de sector granen en met name op de noteringen of prijzen van deze producten in de Gemeenschap en op de wereldmarkt voert tot het vaststellen van de bedragen van de restitutie zoals vermeld in de bijlage.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat van de in artikel 1, onder a), b) en c), van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde producten, met uitzondering van mout, worden op de in de bijlage aangegeven bedragen vastgesteld.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 777/2004 (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 50).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 1 juni 2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer voor granen en meel, gries en griesmeel van tarwe of van rogge

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Bedrag van de restitutie

1001 10 00 9200

EUR/t

1001 10 00 9400

A00

EUR/t

0

1001 90 91 9000

EUR/t

1001 90 99 9000

A00

EUR/t

0

1002 00 00 9000

A00

EUR/t

0

1003 00 10 9000

EUR/t

1003 00 90 9000

A00

EUR/t

0

1004 00 00 9200

EUR/t

1004 00 00 9400

A00

EUR/t

0

1005 10 90 9000

EUR/t

1005 90 00 9000

A00

EUR/t

0

1007 00 90 9000

EUR/t

1008 20 00 9000

EUR/t

1101 00 11 9000

EUR/t

1101 00 15 9100

C01

EUR/t

8,22

1101 00 15 9130

C01

EUR/t

7,68

1101 00 15 9150

C01

EUR/t

7,08

1101 00 15 9170

C01

EUR/t

6,54

1101 00 15 9180

C01

EUR/t

6,12

1101 00 15 9190

EUR/t

1101 00 90 9000

EUR/t

1102 10 00 9500

A00

EUR/t

0

1102 10 00 9700

A00

EUR/t

0

1102 10 00 9900

EUR/t

1103 11 10 9200

A00

EUR/t

0

1103 11 10 9400

A00

EUR/t

0

1103 11 10 9900

EUR/t

1103 11 90 9200

A00

EUR/t

0

1103 11 90 9800

EUR/t

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1), zoals gewijzigd.

C01

:

Alle derde landen met uitzondering van Albanië, Bulgarije, Roemenië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Liechtenstein en Zwitserland.


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/49


VERORDENING (EG) Nr. 828/2006 VAN DE COMMISSIE

van 1 juni 2006

tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1059/2005 van de Commissie (2) is een openbare inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van zachte tarwe naar bepaalde derde landen opengesteld.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1501/95 van de Commissie van 29 juni 1995 tot vaststelling van enkele toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad voor wat de toekenning, in de graansector, van uitvoerrestituties en van bij verstoring van de graanmarkt te treffen maatregelen betreft (3) kan de Commissie, op grond van de meegedeelde offertes, besluiten een maximumrestitutie bij uitvoer vast te stellen, daarbij rekening houdend met de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1501/95 bedoelde criteria. In dat geval wordt gegund aan de inschrijver(s) wiens (wier) offerte niet hoger is dan de vastgestelde maximumrestitutie.

(3)

De toepassing van de bovenbedoelde criteria op de huidige marktsituatie leidt voor de betrokken graansoort tot de vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de offertes die van 26 mei tot en met 1 juni 2006 in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005 werden meegedeeld, wordt de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe vastgesteld op 6,00 EUR/t.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 juni 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 174 van 7.7.2005, blz. 15.

(3)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 777/2004 (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 50).


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Commissie

2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/50


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 22 mei 2006

tot wijziging van Beschikking 2005/1/EG tot toelating van methoden voor de indeling van geslachte varkens in de Tsjechische Republiek

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 1982)

(Slechts de tekst in de Tsjechische taal is authentiek)

(2006/383/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3220/84 van de Raad van 13 november 1984 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (1), en met name op artikel 5, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 2005/1/EG van de Commissie (2) wordt het gebruik van vier methoden voor de indeling van geslachte varkens in de Tsjechische Republiek toegelaten.

(2)

De Tsjechische regering heeft de Commissie verzocht toestemming te verlenen voor het gebruik van twee nieuwe methoden voor de indeling van geslachte varkens en heeft de resultaten van de versnijdingsproeven overgelegd aan de hand van deel twee van het protocol als bedoeld in artikel 3, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2967/85 van de Commissie van 24 oktober 1985 houdende nadere bepalingen voor de toepassing van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (3).

(3)

Uit het onderzoek van dit verzoek is gebleken dat aan de voorwaarden voor toelating van de nieuwe indelingsmethoden is voldaan.

(4)

Om technische redenen die te maken hebben met de gebruiken in de slachthuizen, heeft de Tsjechische Republiek verzocht de grenswaarde voor het gebruik van de indelingsmethode „Zwei-Punkte-Messverfahren (ZP)” vast te stellen op het vorige weekaantal, maar dit keer uitgedrukt als jaarlijks gemiddelde.

(5)

Beschikking 2005/1/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor varkensvlees,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Beschikking 2005/1/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a)

In de eerste alinea van artikel 1 worden een vijfde en zesde streepje toegevoegd:

„—

het „Ultra-sound IS-D-05” genaamde apparaat en de bijbehorende schattingsmethoden, die nader zijn beschreven in deel 5 van de bijlage;

het „Needle IS-D-15” genaamde apparaat en de bijbehorende schattingsmethoden, die nader zijn beschreven in deel 6 van de bijlage.”

b)

De tweede alinea wordt vervangen door:

„De indelingsmethode „Zwei-Punkte-Messverfahren (ZP)” mag slechts worden toegepast in slachthuizen die jaarlijks gemiddeld niet meer dan 200 varkens per week slachten.”

2)

De bijlage wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Tsjechische Republiek.

Gedaan te Brussel, op 22 mei 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 301 van 20.11.1984, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3513/93 (PB L 320 van 22.12.1993, blz. 5).

(2)  PB L 1 van 4.1.2005, blz. 8.

(3)  PB L 285 van 25.10.1985, blz. 39. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3127/94 (PB L 330 van 21.12.1994, blz. 43).


BIJLAGE

In de bijlage bij Beschikking 2005/1/EG worden de volgende delen 5 en 6 toegevoegd:

„DEEL 5

Ultra-sound IS-D-05

1.

De geslachte varkens worden ingedeeld met behulp van de „Ultra-sound IS-D-05” genaamde methode.

2.

IS-D-05 is een indelingsapparaat waarmee de dikte van het magere vlees en het spek wordt gemeten op basis van een reactieanalyse van het spectrum ultrasone impulsen die achtereenvolgens worden uitgezonden naar een specifieke plaats van het geslachte dier. De ultrasone sonde zendt 3 × 100 ultrasone impulsen uit met een frequentie van 4 MHZ tijdens het scannen.

3.

Het aandeel mager vlees van een geslacht varken wordt aan de hand van de onderstaande formule berekend:

Image = 60,69798 – 0,89211 S (IS-D-05) + 0,10560 M (IS-D-05)

waarbij:

Image

= geschat aandeel mager vlees van het geslachte varken,

S (IS-D-05)= de rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 70 millimeter van de middellijn van het hele geslachte varken tussen de tweede- en de derdelaatste rib,

M (IS-D-05)= spierdikte in millimeter op het punt van de meting.

De formule is geldig voor geslachte varkens met een gewicht tussen 60 en 120 kg.

DEEL 6

Needle IS-D-15

1.

De geslachte varkens worden ingedeeld met behulp van de „Needle IS-D-15” genaamde methode.

2.

IS-D-15 is een indelingsapparaat met een scherpe naaldsonde die op een bepaalde plaats ca. 140 mm diep in het geslachte varken wordt ingebracht. Achter de naald bevindt zich een speciaal ontworpen optisch apparaat dat via een optisch kanaal het weefsel of de plaats rond de naald verlicht en de hoeveelheid weerkaatste lichtenergie met de vastgestelde golflengte scant. Het eindapparaat is bovendien uitgerust met een contactloos meetapparaat dat de insteekdiepte tot op 46 micrometer nauwkeurig vaststelt.

3.

Het aandeel mager vlees van een geslacht varken wordt aan de hand van de onderstaande formule berekend:

Image = 60,92452 – 0,77248 S (IS-D-15) + 0,11329 M (IS-D-15)

waarbij:

Image

= geschat aandeel mager vlees van het geslachte varken,

S (IS-D-15)= de rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 70 mm van de middellijn van het hele geslachte varken tussen de tweede- en de derdelaatste rib,

M (IS-D-15)= spierdikte in millimeter op het punt van de meting.

De formule is geldig voor geslachte varkens met een gewicht tussen 60 en 120 kg.”


2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/53


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 29 mei 2006

tot wijziging van Beschikking 2006/135/EG wat betreft de instelling van gebieden A en B in bepaalde lidstaten in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 2090)

(Voor de EER relevante tekst)

(2006/384/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name op artikel 9, lid 4,

Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name op artikel 10, lid 4,

Gelet op Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en houdende wijziging van Richtlijn 92/65/EEG van de Raad (3), en met name op artikel 18,

Gelet op Richtlijn 2005/94/EG van de Raad van 20 december 2005 betreffende communautaire maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza en tot intrekking van Richtlijn 92/40/EEG (4), en met name op artikel 66, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Denemarken heeft de Commissie en de overige lidstaten in kennis gesteld van een uitbraak van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus van subtype H5N1, bij pluimvee op zijn grondgebied en heeft passende maatregelen genomen zoals bepaald bij Beschikking 2006/135/EG van de Commissie van 22 februari 2006 betreffende bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza bij pluimvee in de Gemeenschap (5).

(2)

Naar aanleiding van die uitbraak heeft Denemarken de nodige maatregelen genomen overeenkomstig Beschikking 2006/135/EG. De Commissie heeft de door Denemarken meegedeelde maatregelen in samenwerking met die lidstaat bestudeerd en heeft geconstateerd dat de grenzen van de door de lidstaat ingestelde gebieden A en B op voldoende afstand liggen van de uitbraak bij pluimvee. Derhalve moeten de gebieden A en B in Denemarken en ook de duur van de regionalisatie worden vastgelegd.

(3)

Gelet op artikel 2, lid 4, onder b) en c), van Beschikking 2006/135/EG en een laatste evaluatie van de epidemiologische situatie ten aanzien van hoogpathogene aviaire influenza van subtype H5N1 in bepaalde delen van Zweden en Duitsland, zijn de overeenkomstig artikel 2, lid 2, van die beschikking voor die gebieden vastgestelde maatregelen niet langer nodig.

(4)

De delen A en B van bijlage I bij Beschikking 2006/135/EG moeten dus dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Bijlage I bij Beschikking 2006/135/EG wordt vervangen door de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 29 mei 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/41/EG (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33; rectificatie in PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12.

(2)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/33/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 19.11.2002, blz. 14).

(3)  PB L 146 van 13.6.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 590/2006 van de Commissie (PB L 104 van 13.4.2006, blz. 8).

(4)  PB L 10 van 14.1.2006, blz. 16.

(5)  PB L 52 van 23.2.2006, blz. 41. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/293/EG (PB L 107 van 20.4.2006, blz. 44).


BIJLAGE

Bijlage I bij Beschikking 2006/135/EG komt als volgt te luiden:

„BIJLAGE I

DEEL A

Gebied A als bedoeld in artikel 2, lid 1:

ISO-landcode

Lidstaat

Gebied A

Datum einde geldigheid

Code

Naam

DK

DENEMARKEN

 

De gemeenten:

 

ÅRSLEV

 

KERTEMINDE

 

LANGESKOV

 

MUNKEBO

 

NYBORG

 

ODENSE

 

ØRBÆK

 

OTTERUP

 

RINGE

 

RYSLINGE

 

ULLERSLEV

28.6.2006

DEEL B

Gebied B als bedoeld in artikel 2, lid 2:

ISO-landcode

Lidstaat

Gebied B

Datum einde geldigheid

Code

Naam

DK

DENEMARKEN

ADNS

00700

De provincie:

FUNEN”

28.6.2006


Europese Centrale Bank

2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/56


BESLUIT VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 19 mei 2006

tot wijziging van Besluit ECB/2001/16 inzake de toedeling van monetaire inkomsten van de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten met ingang van het boekjaar 2002

(ECB/2006/7)

(2006/385/EG)

DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,

Gelet op de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, inzonderheid op artikel 32,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit ECB/2001/16 van 6 december 2001 inzake de toedeling van monetaire inkomsten van de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten met ingang van het boekjaar 2002 (1), voert een regeling in voor de toedeling van monetaire inkomsten van de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten die de euro hebben aangenomen. Krachtens artikel 32, lid 5 van de statuten wordt de som van de monetaire inkomsten van de NCB’s aan de NCB’s toegedeeld naar rato van hun gestorte aandeel in het kapitaal van de ECB. Met het oog op een geleidelijke aanpassing van de balans en de winst- en verliesrekening van de NCB’s, is de toedeling van de monetaire inkomsten voor de boekjaren 2002 tot en met 2007 aangepast om rekening te houden met de verschillen tussen het gemiddelde bedrag van bankbiljetten in omloop van iedere NCB in de periode van 1 juli 1999 tot en met 30 juni 2001 en het gemiddelde bedrag van bankbiljetten dat hun in die periode overeenkomstig de kapitaalverdeelsleutel van de ECB zou zijn toegedeeld. Deze aanpassingen omvatten de netto-verplichtingen binnen het Eurosysteem betreffende eurobankbiljetten in omloop die zijn opgenomen in de referentiepassiva voor het berekenen van de monetaire inkomsten van de NCB's op grond van artikel 32.2 van de statuten daar zij equivalent zijn aan bankbiljetten in omloop.

(2)

De toekomstige uitbreiding van het Eurosysteem noopt tot aanpassing van de vigerende regeling inzake de toedeling van monetaire inkomsten. Rechtvaardigheid, consistentie en gelijke behandeling vereisen dat nieuwe NCB’s van het Eurosysteem financieel op dezelfde wijze worden behandeld als de huidige NCB’s van het Eurosysteem. Telkens wanneer een lidstaat de euro aanneemt, vereist zulks de toepassing van een aanpassingsprocedure onder toepassing van dezelfde beginselen als bij de aanpassingsprocedure voor de boekjaren 2002 tot en met 2007. Dientengevolge kan een overlapping van aanpassingsperiodes voorkomen.

(3)

Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro (2) laat nieuwe deelnemende lidstaten enige flexibiliteit aangaande de vervanging van hun munteenheden door de euro en de invoering van eurobankbiljetten en muntstukken. Met de individuele omschakelingsscenario’s dient rekening te worden gehouden, opdat de aanpassingsprocedure resulteert in financieel passende oplossingen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit ECB/2001/16 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

De volgende definities worden na de definitie „referentierente” ingevoegd:

„j)

„de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld”: de datum waarop eurobankbiljetten en muntstukken de status van wettig betaalmiddel krijgen in een lidstaat die de euro heeft aangenomen;

k)

„referentieperiode”: een periode van 24 maanden beginnende 30 maanden voor de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld.

l)

„jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld”: een periode van 12 maanden beginnende op de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld;

m)

„dagelijkse referentiewisselkoers”: dagelijkse referentiewisselkoers die is gebaseerd op de dagelijkse overlegprocedure tussen centrale banken binnen en buiten het ESCB die om 14.15 Midden-Europese tijd plaatsvindt.”

2)

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

Lid 1 wordt als volgt vervangen:

„De tegoeden binnen het Eurosysteem betreffende eurobankbiljetten in omloop worden op maandbasis berekend en op de eerste werkdag van de volgende maand in de boeken van de ECB en de NCB's opgenomen met als valutadatum de laatste werkdag van de voorbije maand.

Indien een lidstaat de euro aanneemt, wordt de berekening van de tegoeden binnen het Eurosysteem betreffende eurobankbiljetten in omloop krachtens de eerste subalinea opgenomen in de boeken van de ECB en de NCB's met als valutadatum de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld.”

3)

Artikel 4 wordt als volgt vervangen:

„Artikel 4

Aanpassingen van tegoeden binnen het Eurosysteem

1.   Ter berekening van monetaire inkomsten worden de tegoeden van elke NCB binnen het Eurosysteem betreffende eurobankbiljetten in omloop aangepast met een compenserend bedrag dat bepaald wordt met de volgende formule:

C = (K – A) × S

waarbij

C

het compenserende bedrag is,

K

het bedrag in euro’s voor elke NCB dat volgt uit de toepassing van de verdeelsleutel voor het geplaatste kapitaal op het gemiddelde bedrag van in de referentieperiode in omloop zijnde bankbiljetten, waarbij het bedrag aan bankbiljetten luidend in de nationale munteenheid van een lidstaat die de euro aanneemt tijdens de referentieperiode tegen de dagelijkse referentiewisselkoers wordt omgerekend in euro.

A

is voor iedere NCB het gemiddelde bedrag in euro van tijdens de referentieperiode in omloop zijnde tegen de dagelijkse referentiewisselkoers in euro omgerekende bankbiljetten.

S

is de volgende coëfficiënt voor ieder boekjaar, met ingang van de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld:

Boekjaar

Coëfficiënt

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld

1

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld plus één jaar

0,8606735

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld plus twee jaar

0,7013472

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld plus drie jaar

0,5334835

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld plus vier jaar

0,3598237

Jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld plus vijf jaar

0,1817225

2.   De som van de compenserende bedragen van de NCB’s is 0.

3.   Telkens wanneer een lidstaat de euro aanneemt of wanneer de verdeelsleutel voor het geplaatste kapitaal van de ECB verandert, worden de compenserende bedragen berekend.

4.   Wanner een lidstaat toetreedt, wordt het compenserende bedrag van die nieuwe NCB van het Eurosysteem toegedeeld aan de huidige NCB’s van het Eurosysteem, zulks naar rato van de respectieve aandelen van de huidige NCB’s van het Eurosysteem in de verdeelsleutel voor het geplaatste kapitaal, met omkering van het teken (+/–), welk compenserend bedrag enige reeds voor huidige NCB’s van het Eurosysteem geldende compenserende bedragen aanvult.

5.   De compenserende bedragen en de administratieve boekingsposten ter saldering van die compenserende bedragen worden op aparte rekeningen binnen het Eurosysteem in de boeken van elke NCB opgenomen met als valutadatum de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld en met dezelfde valutadatum in elk daaropvolgend jaar van de aanpassingsperiode. De administratieve boekingsposten ter saldering van de compenserende bedragen worden niet vergoed.

6.   Indien het bedrag aan eurobankbiljetten dat de Banque centrale du Luxembourg in 2002 in omloop brengt, 25 % of meer hoger is dan het gemiddelde bedrag van haar in de periode van 1 juli 1999 tot 30 juni 2001 in omloop zijnde bankbiljetten, wordt voor de Banque centrale du Luxembourg voor de grootheid „A” in de formule in lid 1 het bedrag aan bankbiljetten genomen dat door de Banque centrale du Luxembourg in 2002 in omloop wordt gebracht met een maximum van EUR 2,2 miljard. Na toepassing van deze afwijking worden alle compenserende bedragen die op basis van het eerste lid van artikel 4 zijn berekend, aan het eind van 2002 retroactief aangepast om te verzekeren dat voldaan is aan lid 2. Dergelijke retroactieve aanpassingen geschieden naar rato van de verdeelsleutel voor het geplaatste kapitaal.

7.   Indien zich specifieke omstandigheden voordoen met betrekking tot veranderingen in patronen van in omloop zijnde bankbiljetten zoals beschreven in bijlage III bij dit Besluit, worden de tegoeden van elke NCB binnen het Eurosysteem betreffende eurobankbiljetten in omloop in afwijking van lid 1 overeenkomstig de in bijlage III uiteengezette bepalingen aangepast.

8.   De in dit artikel vastgelegde aanpassingen van tegoeden binnen het Eurosysteem gelden niet langer vanaf de eerste dag van het zesde jaar volgende op het toepasselijke jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld.”

4)

Bijlage I bij dit besluit wijzigt Bijlage I.

5)

Bijlage II bij dit besluit vervangt Bijlage III.

Artikel 2

Slotbepaling

Dit besluit treedt één dag na vaststelling in werking.

Gedaan te Frankfurt am Main, 19 mei 2006.

De President van de ECB

Jean-Claude TRICHET


(1)  PB L 337 van 20.12.2001, blz. 55. Besluit laatstelijk gewijzigd bij Besluit ECB/2003/22 (PB L 9 van 15.1.2004, blz. 39).

(2)  PB L 139 van 11.5.1998, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2169/2005 (PB L 346 van 29.12.2005, blz. 1).


BIJLAGE I

Paragraaf 1 van deel A van Bijlage I wordt als volgt vervangen:

„1.

bankbiljetten in omloop.

In het kader van deze bijlage, in het jaar 2002 waarin voor iedere huidige NCB van het Eurosysteem wordt omgeschakeld naar de chartale euro, of in het jaar waarin voor iedere nieuwe NCB van het Eurosysteem naar de chartale euro wordt omgeschakeld, „bankbiljetten in omloop”:

i)

omvatten tevens door de NCB uitgegeven in de nationale munteenheid luidende bankbiljetten; en

ii)

worden verminderd met de waarde van de renteloze leningen in verband met vooraf verstrekte eurobankbiljetten die nog niet zijn gedebiteerd (deel van actiefpost 6 van de GB).

Na het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld, omvatten „bankbiljetten in omloop” in het kader van deze bijlage en voor elke NCB, uitsluitend in euro luidende bankbiljetten;”


BIJLAGE II

Bijlage III wordt als volgt vervangen:

„BIJLAGE III

A.   Eerste mogelijke aanpassing

Indien in het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld het gemiddelde totale bedrag van de in omloop zijnde bankbiljetten lager is dan het gemiddelde totale bedrag van de in de referentieperiode in omloop zijnde in de nationale munteenheid luidende bankbiljetten (waaronder de bankbiljetten luidend in de nationale munteenheid van de lidstaat die de euro heeft aangenomen en omgerekend in euro tegen de dagelijkse referentiewisselkoers tijdens de referentieperiode), wordt de coëfficiënt „S”, die overeenkomstig het eerste lid van artikel 4 van toepassing is in het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld, met terugwerkende kracht verminderd evenredig met de afname in het totale gemiddelde bedrag van in omloop zijnde bankbiljetten.

De vermindering leidt niet tot een coëfficiënt die lager is dan 0,8606735. Na toepassing van deze afwijking wordt een kwart van de resulterende vermindering van de op de NCB’s van toepassing zijnde compenserende bedragen („C”) in het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld, toegevoegd aan de compenserende bedragen van elke NCB die op grond van het eerste lid van artikel 4 van toepassing zijn in het tweede tot en met vijfde jaar volgende op het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld.

B.   Tweede mogelijke aanpassing

Indien de NCB's waarvoor het in het eerste lid van artikel 4 bedoelde compenserende bedrag positief is, netto vergoeding betalen op tegoeden binnen het Eurosysteem betreffende bankbiljetten in omloop, zodat dit bij toevoeging aan de post „netto baten van het poolen van monetaire inkomsten” in hun winst- en verliesrekening aan het eind van het jaar resulteert in een netto last, wordt de coëfficiënt „S” die overeenkomstig het eerste lid van artikel 4 van toepassing is in het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld, verlaagd voorzover nodig is om deze situatie te voorkomen.

De vermindering leidt niet tot een coëfficiënt die lager is dan 0,8606735. Na toepassing van deze afwijking wordt een kwart van de resulterende vermindering van de op de NCB’s van toepassing zijnde compenserende bedragen („C”) in het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld, toegevoegd aan de compenserende bedragen van elke NCB die op grond van het eerste lid van artikel 4 van toepassing zijn in het tweede tot en met vijfde jaar volgende op het jaar waarin naar de chartale euro wordt omgeschakeld.”


Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

2.6.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 148/61


BESLUIT 2006/386/GBVB VAN DE RAAD

van 1 juni 2006

houdende uitvoering van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB met betrekking tot restrictieve maatregelen tegen Sudan

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB (1), en met name op artikel 6 daarvan, in samenhang met artikel 23, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 30 mei 2005 heeft de Raad Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB aangenomen, teneinde uitvoering te geven aan de maatregelen die de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties bij Resolutie 1591(2005) (UNSCR 1591(2005)) tegen Sudan heeft getroffen.

(2)

Op 25 april 2006 heeft de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties Resolutie 1672(2006) (UNSCR 1672/2006) aangenomen, waarbij op grond van hoofdstuk VII van het Handvest van de Verenigde Naties is besloten dat alle staten de in punt 3 van UNSCR 1591(2005) vermelde maatregelen zullen uitvoeren jegens bepaalde aangewezen personen, te wier aanzien het bij UNSCR 1591(2005) ingestelde Comité voldoende omstandig bewijsmateriaal heeft overgelegd. Het Comité zal tevens, indien nodig, de lijst van personen bijhouden en bijwerken, en zal, overeenkomstig de taak die het in punt 3 a van UNSCR 1591(2005) is toegewezen, verzoeken om vrijstelling in overweging nemen.

(3)

De bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB moet dienovereenkomstig worden aangepast,

BESLUIT:

Artikel 1

De in de bijlage bij dit besluit vervatte lijst van personen wordt opgenomen in de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2005/411/GBVB.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op dag van zijn aanneming.

Artikel 3

Dit gemeenschappelijk standpunt wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Luxemburg, 1 juni 2006.

Voor de Raad

De voorzitster

L. PROKOP


(1)  PB L 139 van 2.6.2005, blz. 25.


BIJLAGE

„1.

Naam en voornamen: ELHASSAN Gaffar Mohamed

Verdere gegevens: generaal-majoor en bevelhebber van de Sudanese strijdkrachten voor de westelijke militaire regio

2.

Naam en voornamen: HILAL Sheikh Musa

Verdere gegevens: opperhoofd van de Jalul-stam in Noord-Darfur

3.

Naam en voornamen: SHANT Adam Yacub

Verdere gegevens: bevelhebber bij het Soedanese Bevrijdingsleger (Sudanese Liberation Army — SLA)

4.

Naam en voornamen: BADRI Gabril Abdul Kareem

Verdere gegevens: commandant bij de Nationale Beweging voor Hervorming en Ontwikkeling (National Movement for Reform and Development — NMRD)”