ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 210

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

48e jaargang
12 augustus 2005


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

 

Verordening (EG) nr. 1313/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

 

Verordening (EG) nr. 1314/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling, voor de sector suiker, vanaf 12 augustus 2005 geldende representatieve prijzen en de bedragen van de aanvullende invoerrechten voor melasse

3

 

 

Verordening (EG) nr. 1315/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

5

 

 

Verordening (EG) nr. 1316/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer naar bepaalde derde landen van witte suiker voor de 2e deelinschrijving in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1138/2005

7

 

*

Verordening (EG) nr. 1317/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de opening van een inschrijving voor de toekenning van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen)

8

 

*

Verordening (EG) nr. 1318/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen

11

 

*

Verordening (EG) nr. 1319/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de opening en de wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor conserven van paddestoelen met ingang van 1 oktober 2005

13

 

*

Verordening (EG) nr. 1320/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de opening en de wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor knoflook met ingang van 1 oktober 2005

17

 

*

Verordening (EG) nr. 1321/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van de opslagsteun voor krenten, rozijnen en gedroogde vijgen

21

 

*

Verordening (EG) nr. 1322/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2005/2006, van de door de opslagbureaus te betalen aankoopprijs voor krenten (basisproduct), rozijnen (basisproduct) en gedroogde vijgen (basisproduct)

22

 

 

Verordening (EG) nr. 1323/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1229/2005 vastgestelde restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker

23

 

 

Verordening (EG) nr. 1324/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

25

 

 

Verordening (EG) nr. 1325/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

27

 

 

Verordening (EG) nr. 1326/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 houdende vaststelling van de restituties die van toepassing zijn op bepaalde graan- en rijstproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen

29

 

 

Verordening (EG) nr. 1327/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van olijfolie

33

 

 

Verordening (EG) nr. 1328/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

35

 

 

Verordening (EG) nr. 1329/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij de productie in de sector granen

38

 

 

Verordening (EG) nr. 1330/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de offertes voor de uitvoer van gerst die zijn meegedeeld in het kader van de openbare inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1058/2005

39

 

 

Verordening (EG) nr. 1331/2005 van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005

40

 

*

Richtlijn 2005/50/EG van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de herindeling van heup-, knie- en schouderprothesen in het kader van Richtlijn 93/42/EEG van de Raad betreffende medische hulpmiddelen ( 1 )

41

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Commissie

 

*

Beschikking van de Commissie van 8 augustus 2005 houdende wijziging van Beschikking 96/550/EG tot toelating van methoden voor de indeling van geslachte varkens in Finland (Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 2995)

44

 

*

Besluit nr. 1/2005 van het Comité Luchtvervoer Gemeenschap/Zwitserland van 12 juli 2005 tot wijziging van de bijlage bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake luchtvervoer

46

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/1


VERORDENING (EG) Nr. 1313/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1947/2002 (PB L 299 van 1.11.2002, blz. 17).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

54,4

096

18,0

999

36,2

0707 00 05

052

44,5

999

44,5

0709 90 70

052

47,7

999

47,7

0805 50 10

382

66,8

388

61,7

524

62,7

528

59,4

999

62,7

0806 10 10

052

108,0

204

57,3

220

115,0

624

180,9

999

115,3

0808 10 80

388

77,7

400

70,0

404

81,8

508

64,6

512

55,9

528

75,4

720

62,2

804

73,5

999

70,1

0808 20 50

052

107,2

388

74,4

512

13,7

528

37,8

999

58,3

0809 30 10, 0809 30 90

052

106,2

999

106,2

0809 40 05

508

43,6

624

63,4

999

53,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/3


VERORDENING (EG) Nr. 1314/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling, voor de sector suiker, vanaf 12 augustus 2005 geldende representatieve prijzen en de bedragen van de aanvullende invoerrechten voor melasse

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 24, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 1422/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling, voor de sector suiker, van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van melasse en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 785/68 (2) is bepaald dat de cif-invoerprijs voor melasse, vastgesteld overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 785/68 van de Commissie (3), als „representatieve prijs” wordt aangemerkt. Deze prijs geldt voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 785/68.

(2)

Voor de vaststelling van de representatieve prijs moet rekening worden gehouden met alle in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 785/68 genoemde inlichtingen, behalve in de in artikel 4 van die verordening genoemde gevallen. In voorkomend geval, mag deze vaststelling plaatsvinden overeenkomstig de in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 785/68 aangegeven werkwijze.

(3)

Voor andere kwaliteiten dan de standaardkwaliteit moeten de prijzen naar gelang van de kwaliteit van de aangeboden melasse overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 785/68 worden verhoogd of verlaagd.

(4)

Indien er een verschil is tussen de reactieprijs voor het betrokken product en de representatieve prijs, moeten aanvullende invoerrechten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1422/95. Als de invoerrechten worden geschorst overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, moeten specifieke bedragen ter vervanging van die rechten worden vastgesteld.

(5)

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor de betrokken producten moeten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 1, lid 2, en artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1422/95.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1422/95 bedoelde producten worden vastgesteld in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 141 van 24.6.1995, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 79/2003 (PB L 13 van 18.1.2003, blz. 4).

(3)  PB 145 van 27.6.1968, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1422/95.


BIJLAGE

Vaststelling, voor de sector suiker, van de representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor melasse van toepassing vanaf 12 augustus 2005

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg netto van het betrokken product

Aanvullend recht per 100 kg netto van het betrokken product

Toe te passen recht bij invoer als gevolg van schorsing van de invoerrechten, als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, per 100 kg netto van het betrokken product (1)

1703 10 00 (2)

11,15

0

1703 90 00 (2)

11,72

0


(1)  Dit bedrag vervangt, overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1422/95, het voor deze producten vastgestelde bedrag van het recht van het gemeenschappelijk douanetarief.

(2)  Vaststelling voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in artikel 1 van de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 785/68.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/5


VERORDENING (EG) Nr. 1315/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in onveranderde vorm

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), inzonderheid op artikel 27, lid 5, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 kan het verschil tussen de noteringen of de prijzen op de wereldmarkt voor de in artikel 1, lid 1, onder a), van die verordening genoemde producten en de prijzen voor deze producten in de Gemeenschap overbrugd worden door een restitutie bij de uitvoer.

(2)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1260/2001 moeten de restituties voor witte suiker en ruwe suiker, welke niet gedenatureerd en in onveranderde vorm uitgevoerd zijn, vastgesteld worden rekening houdend met de toestand op de markt van de Gemeenschap en op de wereldmarkt voor suiker, en vooral met de in artikel 28 van genoemde verordening bedoelde prijs- en kostenelementen. Volgens dit artikel moet eveneens met het economische aspect van de voorgenomen uitvoertransactie rekening worden gehouden.

(3)

Voor ruwe suiker moet de restitutie vastgesteld worden voor de standaardkwaliteit die bepaald is in bijlage I, punt II, van Verordening (EG) nr. 1260/2001. Deze restitutie werd bovendien vastgesteld overeenkomstig artikel 28, lid 4, van deze verordening. Kandijsuiker werd omschreven in Verordening (EG) nr. 2135/95 van de Commissie van 7 september 1995 inzake uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van uitvoerrestituties in de sector suiker (2). Het aldus berekende restitutiebedrag voor gearomatiseerde suiker en suiker waaraan kleurstoffen zijn toegevoegd, moet gelden voor de hoeveelheid sacharose in de betreffende suiker en bijgevolg worden vastgesteld per percent sacharosegehalte.

(4)

In bijzondere gevallen kan het bedrag van de restitutie worden vastgesteld bij besluiten van verschillende aard.

(5)

De restitutie moet elke twee weken worden vastgesteld. De restitutie kan tussentijds gewijzigd worden.

(6)

Krachtens artikel 27, lid 5, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 kan de restitutie voor de in artikel 1 van deze verordening genoemde producten naar bestemming variëren indien dat vanwege de situatie op de wereldmarkt of de specifieke vereisten van bepaalde markten noodzakelijk is.

(7)

De aanzienlijke en snelle toename van de preferentiële invoer van suiker uit de westelijke Balkanlanden sedert begin 2001 en de uitvoer van suiker uit de Gemeenschap naar die landen lijken grotendeels kunstmatig te zijn.

(8)

Ter voorkoming van misbruiken waarbij producten van de suikersector waarvoor een uitvoerrestitutie is toegekend, weer in de Gemeenschap worden ingevoerd, mag voor geen van de westelijke Balkanlanden een restitutie worden vastgesteld voor de in deze verordening bedoelde producten.

(9)

Op grond van bovenstaande overwegingen en van de huidige situatie van de suikermarkt, en met name van de noteringen of prijzen van suiker in de Gemeenschap en op de wereldmarkt, dienen de restituties op een passend niveau te worden vastgesteld.

(10)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij de uitvoer in onveranderde vorm van de in artikel 1, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1260/2001 genoemde producten, welke niet gedenatureerd zijn, worden vastgesteld overeenkomstig de bedragen aangegeven in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 214 van 8.9.1995, blz. 16.


BIJLAGE

RESTITUTIES BIJ UITVOER VAN WITTE SUIKER EN RUWE SUIKER IN ONVERANDERDE VORM VAN TOEPASSING VANAF 12 AUGUSTUS 2005 (1)

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1701 11 90 9100

S00

EUR/100 kg

36,10 (2)

1701 11 90 9910

S00

EUR/100 kg

36,10 (2)

1701 12 90 9100

S00

EUR/100 kg

36,10 (2)

1701 12 90 9910

S00

EUR/100 kg

36,10 (2)

1701 91 00 9000

S00

EUR/1 % saccharose × 100 kg nettogewicht product

0,3924

1701 99 10 9100

S00

EUR/100 kg

39,24

1701 99 10 9910

S00

EUR/100 kg

39,24

1701 99 10 9950

S00

EUR/100 kg

39,24

1701 99 90 9100

S00

EUR/1 % saccharose × 100 kg nettogewicht product

0,3924

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

S00

:

alle bestemmingen (derde landen, andere gebieden, bevoorrading en met uitvoer uit de Gemeenschap gelijkgestelde bestemmingen) met uitzondering van Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro (met inbegrip van Kosovo, zoals gedefinieerd in Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999) en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië; de uitzondering geldt niet voor suiker die verwerkt is in producten als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing met ingang van 1 februari 2005 overeenkomstig Besluit 2005/45/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende het sluiten en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten betreft (PB L 23 van 26.1.2005, blz. 17).

(2)  Dit bedrag geldt voor ruwe suiker met een rendement van 92 %. Indien het rendement van de geëxporteerde ruwe suiker afwijkt van 92 %, wordt het bedrag van de toe te passen restitutie berekend overeenkomstig het bepaalde in artikel 28, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1260/2001.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/7


VERORDENING (EG) Nr. 1316/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer naar bepaalde derde landen van witte suiker voor de 2e deelinschrijving in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1138/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 27, lid 5, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 1138/2005 van de Commissie van 15 juli 2005 inzake een permanente inschrijving voor het verkoopseizoen 2005/2006 voor de vaststelling van heffingen en/of restituties bij uitvoer van witte suiker (2) worden deelinschrijvingen gehouden voor de uitvoer naar bepaalde derde landen van deze suiker.

(2)

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1138/2005, naar gelang van het geval, wordt een maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer vastgesteld voor de betrokken deelinschrijving, waarbij met name rekening wordt gehouden met de situatie en de te verwachten ontwikkeling van de suikermarkt in de Gemeenschap en daarbuiten.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 2e deelinschrijving voor witte suiker, gehouden krachtens Verordening (EG) nr. 1138/2005, wordt het maximumbedrag van de restitutie bij uitvoer vastgesteld op 41,841 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 185 van 16.7.2005, blz. 3.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/8


VERORDENING (EG) Nr. 1317/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

betreffende de opening van een inschrijving voor de toekenning van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 35, lid 3, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1961/2001 van de Commissie (2) zijn de uitvoeringsbepalingen voor de uitvoerrestituties in de sector groenten en fruit vastgesteld.

(2)

Op grond van artikel 35, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2200/96 kan, voorzover dit nodig is om een economisch significante uitvoer mogelijk te maken en binnen de grenzen die voortvloeien uit de overeenkomsten gesloten in overeenstemming met artikel 300 van het Verdrag, een uitvoerrestitutie worden betaald voor de door de Gemeenschap uitgevoerde producten.

(3)

Overeenkomstig artikel 35, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2200/96 is het dienstig erop toe te zien dat de eerder door de restitutieregeling op gang gebrachte handelsstromen niet worden verstoord. Daarom, en wegens de seizoengebondenheid van de uitvoer van groenten en fruit, moeten contingenten per product worden vastgesteld, op basis van de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties zoals vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (3). Deze hoeveelheden moeten worden verdeeld met inachtneming van de bederfelijkheid van de betrokken producten.

(4)

Krachtens artikel 35, lid 4, van Verordening (EG) nr. 2200/96 wordt bij de vaststelling van de restituties rekening gehouden met de situatie en de verwachte ontwikkeling met betrekking tot de prijzen van groenten en fruit op de markt van de Gemeenschap en de beschikbare hoeveelheden enerzijds, en de prijzen in de internationale handel anderzijds. Voorts moeten ook de afzet- en vervoerskosten en het economische aspect van de beoogde uitvoer in aanmerking worden genomen.

(5)

Overeenkomstig artikel 35, lid 5, van Verordening (EG) nr. 2200/96 wordt bij het bepalen van de marktprijzen van de Gemeenschap rekening gehouden met de prijzen die met het oog op de uitvoer het gunstigst blijken te zijn.

(6)

Wegens de omstandigheden in de internationale handel of specifieke vereisten van bepaalde markten, kan het nodig zijn de restitutie voor een bepaald product te differentiëren naar gelang van de bestemming van dat product.

(7)

Voor tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen van de kwaliteitsklassen Extra, I en II van de gemeenschappelijke handelsnormen kan de uitvoer economisch significant zijn.

(8)

Met het oog op een optimaal gebruik van de beschikbare middelen en gelet op de structuur van de uitvoer van de Gemeenschap is het dienstig een inschrijving te houden, en het indicatieve restitutiebedrag en de verwachte hoeveelheden voor de betrokken periode vast te stellen.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor verse groenten en fruit,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Er wordt een inschrijving geopend voor de toekenning van uitvoercertificaten van het A3-stelsel. In de bijlage worden de betrokken producten, de periode voor de indiening van de offertes, de indicatieve eenheidsbedragen van de restitutie en de verwachte hoeveelheden vastgesteld.

2.   Certificaten die in het kader van de voedselhulp worden afgegeven, zoals bedoeld in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie (4), worden niet afgeboekt op de in de bijlage bij deze verordening bedoelde hoeveelheden.

3.   Onverminderd het bepaalde in artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1961/2001 bedraagt de geldigheidsduur van de certificaten van het A3-stelsel twee maanden.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 5 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 47/2003 van de Commissie (PB L 7 van 11.1.2003, blz. 64).

(2)  PB L 268 van 9.10.2001, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).

(3)  PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 558/2005 (PB L 94 van 13.4.2005, blz. 22).

(4)  PB L 152 van 24.6.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1741/2004 (PB L 311 van 8.10.2004, blz. 17).


BIJLAGE

Toekenning van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik, appelen)

Periode voor de indiening van de offertes: 5 en 6 september 2005


Productcode (1)

Bestemming (2)

Indicatief restitutiebedrag

(in EUR/t netto)

Verwachte hoeveelheden

(in t)

0702 00 00 9100

F08

45

6 814

0805 10 20 9100

A00

48

14 243

0805 50 10 9100

A00

70

7 991

0806 10 10 9100

A00

33

28 025

0808 10 80 9100

F04, F09

46

40 335


(1)  De codes van de producten zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

(2)  De codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 3846/87. De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11). De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

F03

:

Alle bestemmingen met uitzondering van Zwitserland.

F04

:

Hongkong, Singapore, Maleisië, Sri Lanka, Indonesië, Thailand, Taiwan, Papoea-Nieuw-Guinea, Laos, Cambodja, Vietnam, Japan, Uruguay, Paraguay, Argentinië, Mexico en Costa Rica.

F08

:

Alle bestemmingen met uitzondering van Bulgarije.

F09

:

De volgende bestemmingen:

Noorwegen, IJsland, Groenland, Faeröer, Roemenië, Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië, voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Servië en Montenegro, Armenië, Azerbeidzjan, Wit-Rusland, Georgië, Kazachstan, Kirgizië, Moldavië, Rusland, Tadzjikistan, Turkmenistan, Oezbekistan, Oekraïne, Saudi-Arabië, Bahrein, Qatar, Oman, Verenigde Arabische Emiraten (Abu Dhabi, Dubai, Sharjah, Ajman, Umm al-Qaiwayn, Ras al-Khaimah en Fujairah), Koeweit, Jemen, Syrië, Iran, Jordanië, Bolivia, Brazilië, Venezuela, Peru, Panama, Ecuador en Colombia,

landen en gebieden van Afrika, met uitzondering van Zuid-Afrika,

bestemmingen in de zin van artikel 36 van Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie (PB L 102 van 17.4.1999, blz. 11).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/11


VERORDENING (EG) Nr. 1318/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad van 24 juni 1991 inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name op artikel 13, tweede streepje,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig de procedure van artikel 7, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 hebben sommige lidstaten sedert 2002 gegevens meegedeeld met het oog op het opnemen van bepaalde producten in bijlage II bij die verordening.

(2)

Industriekalk, een bijproduct van de vacuümproductie van zout, verkregen uit kalksteen uit de bergen, wordt in sommige lidstaten als essentieel beschouwd voor een specifieke bodemverbetering en om te voorzien in de nutritionele behoeften, en is onschadelijk bevonden voor het milieu.

(3)

Calciumhydroxide is essentieel bevonden voor de bestrijding van een schimmelziekte bij fruitbomen onder bepaalde klimatologische omstandigheden. De bestrijding van deze ziekte in de biologische productie is problematisch en vereist het gebruik van koper, maar het gebruik van koper kan worden teruggedrongen door toepassing van calciumhydroxide.

(4)

Ethyleen is in deel B van bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 reeds opgenomen als stof die traditioneel in de biologische landbouw wordt gebruikt. Gebleken is dat het aangewezen is de gebruiksvoorwaarden voor dat product aan te vullen teneinde toe te staan dat het niet alleen wordt gebruikt voor bananen, maar ook voor andere vruchten waarvoor ethyleen vereist is in het kader van het productieproces.

(5)

Bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 198 van 22.7.1991, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2254/2004 van de Commissie (PB L 385 van 29.12.2004, blz. 20).


BIJLAGE

Bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 2092/91 wordt gewijzigd als volgt:

1.

In de tabel van deel A „Meststoffen en bodemverbeteraars” wordt de volgende regel ingevoegd na de regel „Industriekalk afkomstig van de suikerproductie”:

Naam

Beschrijving, samenstellingseisen, gebruiksvoorwaarden

„Industriekalk afkomstig van de vacuümproductie van zout

Bijproduct van de vacuümproductie van zout, verkregen uit kalksteen uit de bergen

De behoefte moet door de controle-instantie of de controleorganisatie zijn erkend”

2.

In deel B „Bestrijdingsmiddelen” wordt punt 1 „Gewasbeschermingsproducten” gewijzigd als volgt:

a)

In tabel IV „Andere stoffen die traditioneel in de biologische landbouw worden gebruikt” wordt de regel met betrekking tot „ethyleen” vervangen door:

Naam

Beschrijving, samenstellingseisen, gebruiksvoorwaarden

„(*) Ethyleen

Narijping van bananen, kiwi’s en kaki’s; bloei-inductie van ananas

De behoefte moet door de controle-instantie of de controleorganisatie zijn erkend”

b)

De volgende tabel V wordt toegevoegd:

„V.   Andere stoffen

Naam

Beschrijving, samenstellingseisen, gebruiksvoorwaarden

Calciumhydroxide

Fungicide

Enkel bij fruitbomen, ook in kwekerijen, voor de bestrijding van Nectria galligena”


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/13


VERORDENING (EG) Nr. 1319/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

betreffende de opening en de wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor conserven van paddestoelen met ingang van 1 oktober 2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag betreffende de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije,

Gelet op de Akte van toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 41, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1864/2004 van de Commissie (1) zijn tariefcontingenten voor de invoer van conserven van paddestoelen uit derde landen geopend en is de wijze van beheer daarvan vastgesteld.

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 1864/2004 zijn overgangsbepalingen vastgesteld om de importeurs uit Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije (hierna „de nieuwe lidstaten” genoemd) in staat te stellen gebruik te maken van deze contingenten. Met deze bepalingen wordt beoogd onderscheid te maken tussen traditionele en nieuwe importeurs uit de nieuwe lidstaten, en de hoeveelheden waarvoor traditionele importeurs uit de nieuwe lidstaten certificaataanvragen kunnen indienen, zo aan te passen dat ook die importeurs gebruik kunnen maken van het betrokken systeem.

(3)

Om de continuïteit van de marktvoorziening in de uitgebreide Gemeenschap te waarborgen met inachtneming van de economische voorzieningsvoorwaarden die in de nieuwe lidstaten bestonden vóór hun toetreding tot de Europese Unie, dient een tijdelijk en autonoom tariefcontingent voor de invoer van conserven van paddestoelen van het geslacht Agaricus van de GN-codes 0711 51 00, 2003 10 20 en 2003 10 30 te worden geopend. Dit nieuwe tariefcontingent komt bovenop de contingenten die zijn geopend bij Verordening (EG) nr. 1076/2004 (2), Verordening (EG) nr. 1749/2004 (3), Verordening (EG) nr. 220/2005 (4) en Verordening (EG) nr. 1035/2005 (5).

(4)

Het nieuwe tariefcontingent moet op een tijdelijke basis worden geopend en met de opening ervan mag niet worden vooruitgelopen op het resultaat van de onderhandelingen die in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) aan de gang zijn ten gevolge van de toetreding van de nieuwe lidstaten.

(5)

Het Comité van beheer voor verwerkte producten op basis van groenten en fruit heeft geen advies uitgebracht binnen de door de voorzitter gestelde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Met ingang van 1 oktober 2005 wordt een autonoom tariefcontingent van 1 200 t (uitgelekt gewicht) met volgnummer 09.4075 (hierna „autonoom contingent” genoemd) geopend voor de communautaire invoer van conserven van paddestoelen van het geslacht Agaricus spp. van de GN-codes 0711 51 00, 2003 10 20 en 2003 10 30.

2.   Het ad-valoremrecht voor de in het kader van het autonome contingent ingevoerde producten bedraagt 12 % voor de producten van GN-code 0711 51 00 en 23 % voor de producten van de GN-codes 2003 10 20 en 2003 10 30.

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 1864/2004 is van toepassing voor het beheer van het autonome contingent onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening.

Artikel 1, artikel 5, leden 2 en 5, artikel 6, leden 2, 3 en 4, artikel 7, artikel 8, lid 2, artikel 9 en artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1864/2004 zijn evenwel niet van toepassing voor het beheer van het autonome contingent.

Artikel 3

De in het kader van het autonome contingent afgegeven invoercertificaten, hierna „de certificaten” genoemd, zijn slechts geldig tot en met 31 december 2005.

In vak 24 van de certificaten wordt een van de in bijlage I opgenomen vermeldingen aangebracht.

Artikel 4

1.   De importeurs kunnen bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten certificaataanvragen indienen gedurende vijf werkdagen na de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening.

In vak 20 van de certificaten moet een van de in bijlage II opgenomen vermeldingen worden aangebracht.

2.   De door een traditionele importeur ingediende certificaataanvragen mogen betrekking hebben op ten hoogste 9 % van het autonome contingent.

3.   De door een nieuwe importeur ingediende certificaataanvragen mogen betrekking hebben op ten hoogste 1 % van het autonome contingent.

Artikel 5

Het autonome contingent wordt als volgt verdeeld:

95 % voor de traditionele importeurs,

5 % voor de nieuwe importeurs.

Indien de aan een categorie importeurs toegewezen hoeveelheid door deze categorie niet volledig wordt gebruikt, kan het saldo aan de andere categorie worden toegewezen.

Artikel 6

1.   De lidstaten delen de Commissie op de zevende werkdag na de inwerkingtreding van de onderhavige verordening mee voor welke hoeveelheden certificaten zijn aangevraagd.

2.   De certificaten worden afgegeven op de twaalfde werkdag na de inwerkingtreding van de onderhavige verordening voorzover de Commissie geen bijzondere maatregelen zoals bedoeld in lid 3 heeft genomen.

3.   Wanneer de Commissie op basis van de overeenkomstig lid 1 aan haar meegedeelde gegevens constateert dat de certificaataanvragen de overeenkomstig artikel 5 voor een categorie importeurs beschikbare hoeveelheden overschrijden, stelt zij bij verordening een uniform verlagingspercentage voor de betrokken aanvragen vast.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 325 van 28.10.2004, blz. 30.

(2)  PB L 203 van 8.6.2004, blz. 3.

(3)  PB L 312 van 9.10.2004, blz. 3.

(4)  PB L 39 van 11.2.2005, blz. 11.

(5)  PB L 171 van 2.7.2005, blz. 15.


BIJLAGE I

In artikel 3 bedoelde vermeldingen

:

Spaans

:

Certificado expedido en virtud del Reglamento (CE) no 1319/2005 y válido únicamente hasta el 31 de diciembre de 2005

:

Tsjechisch

:

licence vydaná na základě nařízení (ES) č. 1319/2005 a platná pouze do 31. prosince 2005

:

Deens

:

licens udstedt i henhold til forordning (EF) nr. 1319/2005 og kun gyldig til den 31. december 2005

:

Duits

:

Lizenz gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1319/2005 erteilt und nur bis zum 31. Dezember 2005 gültig

:

Ests

:

määruse (EÜ) nr 1319/2005 kohaselt esitatud litsentsitaotlus kehtib ainult kuni 31. detsembrini 2005

:

Grieks

:

Πιστοποιητικά που εκδίδονται κατ’ εφαρμογήν του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 1319/2005 και ισχύουν έως τις 31 Δεκεμβρίου 2005

:

Engels

:

licence issued under Regulation (EC) No 1319/2005 and valid only until 31 December 2005

:

Frans

:

certificat émis au titre du règlement (CE) no 1319/2005 et valable seulement jusqu’au 31 décembre 2005

:

Italiaans

:

Domanda di titolo presentata ai sensi del regolamento (CE) n. 1319/2005 e valida soltanto fino al 31 dicembre 2005

:

Lets

:

licence ir izsniegta saskaņā ar Regulu (EK) Nr. 1319/2005 un ir derīga tikai līdz 2005. gada 31. decembrim

:

Litouws

:

licencija, išduota pagal Reglamento (EB) Nr. 1319/2005 nuostatas, galiojanti tik iki 2005 m. gruodžio 31 d.

:

Hongaars

:

a 1319/2005/EK rendelet szerinti engedélykérelem, 2005. december 31-ig érvényes

:

Nederlands

:

overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1319/2005 afgegeven certificaat dat slechts geldig is tot en met 31 december 2005

:

Pools

:

pozwolenie wydane zgodnie z rozporządzeniem (WE) nr 1319/2005 i ważne wyłącznie do dnia 31 grudnia 2005 r.

:

Portugees

:

certificado emitido a título do Regulamento (CE) n.o 1319/2005 e eficaz somente até 31 de Dezembro de 2005

:

Slowaaks

:

licencia vydaná na základe nariadenia (ES) č. 1319/2005 a platná len do 31. decembra 2005

:

Sloveens

:

dovoljenje, izdano v skladu z Uredbo (ES) št. 1319/2005 in veljavno samo do 31. decembra 2005

:

Fins

:

asetuksen (EY) N:o 1319/2005 mukainen todistus, joka on voimassa ainoastaan 31 päivään joulukuuta 2005

:

Zweeds

:

Licens utfärdad enligt förordning (EG) nr 1319/2005, giltig endast till och med den 31 december 2005


BIJLAGE II

In artikel 4, lid 1, bedoelde vermeldingen

:

Spaans

:

Solicitud de certificado presentada al amparo del Reglamento (CE) no 1319/2005

:

Tsjechisch

:

žádost o licenci podaná na základě nařízení (ES) č. 1319/2005

:

Deens

:

licensansøgning i henhold til forordning (EF) nr. 1319/2005

:

Duits

:

Lizenzantrag gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1319/2005

:

Ests

:

määruse (EÜ) nr 1319/2005 kohaselt esitatud litsentsitaotlus

:

Grieks

:

αίτηση χορήγησης πιστοποιητικού κατ’ εφαρμογήν του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 1319/2005

:

Engels

:

licence application under Regulation (EC) No 1319/2005

:

Frans

:

demande de certificat faite au titre du règlement (CE) no 1319/2005

:

Italiaan

:

domanda di titolo presentata ai sensi del regolamento (CE) n. 1319/2005

:

Lets

:

licence pieprasīta saskaņā ar Regulu (EK) Nr. 1319/2005

:

Litouws

:

prašymas išduoti licenciją pagal Reglamentą (EB) Nr. 1319/2005

:

Hongaars

:

a 1319/2005/EK rendelet szerinti engedélykérelem

:

Nederlands

:

overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1319/2005 ingediende certificaataanvraag

:

Pools

:

wniosek o pozwolenie przedłożony zgodnie z rozporządzeniem (WE) nr 1319/2005

:

Portugees

:

pedido de certificado apresentado a título do Regulamento (CE) n.o 1319/2005

:

Slowaaks

:

žiadosť o licenciu na základe nariadenia (ES) č. 1319/2005

:

Sloveens

:

dovoljenje, izdano v skladu z Uredbo (ES) št. 1319/2005

:

Fins

:

asetuksen (EY) N:o 1319/2005 mukainen todistushakemus

:

Zweeds

:

Licensansökan enligt förordning (EG) nr 1319/2005


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/17


VERORDENING (EG) Nr. 1320/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

betreffende de opening en de wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor knoflook met ingang van 1 oktober 2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag betreffende de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije,

Gelet op de Akte van toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 41, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 565/2002 van de Commissie (1) is de wijze van beheer van tariefcontingenten vastgesteld en een stelsel van oorsprongscertificaten ingevoerd voor uit derde landen ingevoerde knoflook.

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 228/2004 van de Commissie van 3 februari 2004 houdende vaststelling van overgangsmaatregelen voor Verordening (EG) nr. 565/2002 in verband met de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije (2) zijn maatregelen vastgesteld om de importeurs uit die landen (hierna „de nieuwe lidstaten” genoemd) in staat te stellen gebruik te maken van Verordening (EG) nr. 565/2002. Met deze maatregelen werd beoogd onderscheid te maken tussen traditionele en nieuwe importeurs uit de nieuwe lidstaten, en het begrip „referentiehoeveelheid” zo aan te passen dat ook die importeurs van het betrokken systeem gebruik kunnen maken.

(3)

Om de continuïteit van de marktvoorziening in de uitgebreide Gemeenschap te waarborgen met inachtneming van de economische voorzieningsvoorwaarden die in de nieuwe lidstaten bestonden vóór hun toetreding tot de Europese Unie, dient een tijdelijk en autonoom tariefcontingent voor de invoer van verse of gekoelde knoflook van GN-code 0703 20 00 te worden geopend. Dit nieuwe tariefcontingent komt bovenop de contingenten die zijn geopend bij Verordening (EG) nr. 1077/2004 (3), Verordening (EG) nr. 1743/2004 (4), Verordening (EG) nr. 218/2005 (5) en Verordening (EG) nr. 1034/2005 (6).

(4)

Het nieuwe tariefcontingent moet op een tijdelijke basis worden geopend en met de opening ervan mag niet worden vooruitgelopen op het resultaat van de onderhandelingen die in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) aan de gang zijn ten gevolge van de toetreding van de nieuwe lidstaten.

(5)

Het Comité van beheer van groenten en fruit geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Met ingang van 1 oktober 2005 wordt een autonoom tariefcontingent van 4 400 t (met volgnummer 09.4066), hierna „autonoom contingent” genoemd, geopend voor de communautaire invoer van verse of gekoelde knoflook van GN-code 0703 20 00.

2.   Het ad-valoremrecht voor de in het kader van het autonome contingent ingevoerde producten bedraagt 9,6 %.

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 565/2002 en Verordening (EG) nr. 228/2004 zijn van toepassing voor het beheer van het autonome contingent onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening.

Artikel 1, artikel 5, lid 5, en artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 565/2002 zijn evenwel niet van toepassing voor het beheer van het autonome contingent.

Artikel 3

De in het kader van het autonome contingent afgegeven invoercertificaten, hierna „de certificaten” genoemd, zijn slechts geldig tot en met 31 december 2005.

In vak 24 van de certificaten wordt een van de in bijlage I opgenomen vermeldingen aangebracht.

Artikel 4

1.   De importeurs kunnen bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten certificaataanvragen indienen gedurende vijf werkdagen na de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening.

In vak 20 van de certificaten moet een van de in bijlage II opgenomen vermeldingen worden aangebracht.

2.   De door een importeur ingediende certificaataanvragen mogen betrekking hebben op ten hoogste 10 % van het autonome contingent.

Artikel 5

Het autonome contingent wordt als volgt verdeeld:

70 % voor de traditionele importeurs,

30 % voor de nieuwe importeurs.

Indien de aan een categorie importeurs toegewezen hoeveelheid door deze categorie niet volledig wordt gebruikt, kan het saldo aan de andere categorie worden toegewezen.

Artikel 6

1.   De lidstaten delen de Commissie op de zevende werkdag na de inwerkingtreding van de onderhavige verordening mee voor welke hoeveelheden certificaten zijn aangevraagd.

2.   De certificaten worden afgegeven op de twaalfde werkdag na de inwerkingtreding van de onderhavige verordening voorzover de Commissie geen bijzondere maatregelen zoals bedoeld in lid 3 heeft genomen.

3.   Wanneer de Commissie op basis van de overeenkomstig lid 1 aan haar meegedeelde gegevens constateert dat de certificaataanvragen de overeenkomstig artikel 5 voor een categorie importeurs beschikbare hoeveelheden overschrijden, stelt zij bij verordening een uniform verlagingspercentage voor de betrokken aanvragen vast.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 86 van 3.4.2002, blz. 11. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 537/2004 (PB L 86 van 24.3.2004, blz. 9).

(2)  PB L 39 van 11.2.2004, blz. 10.

(3)  PB L 203 van 8.6.2004, blz. 7.

(4)  PB L 311 van 8.10.2004, blz. 19.

(5)  PB L 39 van 11.2.2005, blz. 5.

(6)  PB L 171 van 2.7.2005, blz. 11.


BIJLAGE I

In artikel 3 bedoelde vermeldingen

:

in het Spaans

:

Certificado expedido en virtud del Reglamento (CE) no 1320/2005 y válido únicamente hasta el 31 de diciembre de 2005

:

in het Tsjechisch

:

licence vydaná na základě nařízení (ES) č. 1320/2005 a platná pouze do 31. prosince 2005

:

in het Deens

:

licens udstedt i henhold til forordning (EF) nr. 1320/2005 og kun gyldig til den 31. december 2005

:

in het Duits

:

Lizenz gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1320/2005 erteilt und nur bis zum 31. Dezember 2005 gültig

:

in het Ests

:

määruse (EÜ) nr 1320/2005 kohaselt esitatud litsentsitaotlus kehtib ainult kuni 31. detsembrini 2005

:

in het Grieks

:

Πιστοποιητικά που εκδίδονται κατ’ εφαρμογήν του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 1320/2005 και ισχύουν έως τις 31 Δεκεμβρίου 2005

:

in het Engels

:

licence issued under Regulation (EC) No 1320/2005 and valid only until 31 December 2005

:

in het Frans

:

certificat émis au titre du règlement (CE) no 1320/2005 et valable seulement jusqu’au 31 décembre 2005

:

in het Italiaans

:

Domanda di titolo presentata ai sensi del regolamento (CE) n. 1320/2005 e valida soltanto fino al 31 dicembre 2005

:

in het Lets

:

licence ir izsniegta saskaņā ar Regulu (EK) Nr. 1320/2005 un ir derīga tikai līdz 2005. gada 31. decembrim

:

in het Litouws

:

licencija, išduota pagal Reglamento (EB) Nr. 1320/2005 nuostatas, galiojanti tik iki 2005 m. gruodžio 31 d.

:

in het Hongaars

:

a 1320/2005/EK rendelet szerinti engedélykérelem, 2005. december 31-ig érvényes

:

in het Nederlands

:

overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1320/2005 afgegeven certificaat dat slechts geldig is tot en met 31 december 2005

:

in het Pools

:

pozwolenie wydane zgodnie z rozporządzeniem (WE) nr 1320/2005 i ważne wyłącznie do dnia 31 grudnia 2005 r.

:

in het Portugees

:

certificado emitido a título do Regulamento (CE) n.o 1320/2005 e eficaz somente até 31 de Dezembro de 2005

:

in het Slowaaks

:

licencia vydaná na základe nariadenia (ES) č. 1320/2005 a platná len do 31. decembra 2005

:

in het Sloveens

:

dovoljenje, izdano v skladu z Uredbo (ES) št. 1320/2005 in veljavno samo do 31. decembra 2005

:

in het Fins

:

asetuksen (EY) N:o 1320/2005 mukainen todistus, joka on voimassa ainoastaan 31 päivään joulukuuta 2005

:

in het Zweeds

:

Licens utfärdad enligt förordning (EG) nr 1320/2005, giltig endast till och med den 31 december 2005


BIJLAGE II

In artikel 4, lid 1, bedoelde vermeldingen

:

in het Spaans

:

Solicitud de certificado presentada al amparo del Reglamento (CE) no 1320/2005

:

in het Tsjechisch

:

žádost o licenci podaná na základě nařízení (ES) č. 1320/2005

:

in het Deens

:

licensansøgning i henhold til forordning (EF) nr. 1320/2005

:

in het Duits

:

Lizenzantrag gemäß der Verordnung (EG) Nr. 1320/2005

:

in het Ests

:

määruse (EÜ) nr 1320/2005 kohaselt esitatud litsentsitaotlus

:

in het Grieks

:

αίτηση χορήγησης πιστοποιητικού κατ’ εφαρμογήν του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 1320/2005

:

in het Engels

:

licence application under Regulation (EC) No 1320/2005

:

in het Frans

:

demande de certificat faite au titre du règlement (CE) no 1320/2005

:

in het Italiaans

:

domanda di titolo presentata ai sensi del regolamento (CE) n. 1320/2005

:

in het Lets

:

licence pieprasīta saskaņā ar Regulu (EK) Nr. 1320/2005

:

in het Litouws

:

prašymas išduoti licenciją pagal Reglamentą (EB) Nr. 1320/2005

:

in het Hongaars

:

a 1320/2005/EK rendelet szerinti engedélykérelem

:

in het Nederlands

:

overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1320/2005 ingediende certificaataanvraag

:

in het Pools

:

wniosek o pozwolenie przedłożony zgodnie z rozporządzeniem (WE) nr 1320/2005

:

in het Portugees

:

pedido de certificado apresentado a título do Regulamento (CE) n.o 1320/2005

:

in het Slowaaks

:

žiadosť o licenciu na základe nariadenia (ES) č. 1320/2005

:

in het Sloveens

:

dovoljenje, izdano v skladu z Uredbo (ES) št. 1320/2005

:

in het Fins

:

asetuksen (EY) N:o 1320/2005 mukainen todistushakemus

:

in het Zweeds

:

Licensansökan enligt förordning (EG) nr 1320/2005


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/21


VERORDENING (EG) Nr. 1321/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van de opslagsteun voor krenten, rozijnen en gedroogde vijgen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector verwerkte producten op basis van groenten en fruit (1), en met name op artikel 9, lid 8,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 2201/96 wordt aan de opslagbureaus opslagsteun voor de door hen aangekochte sultaninerozijnen, krenten en gedroogde vijgen toegekend voor de werkelijke duur van de opslag van deze producten.

(2)

Voor het verkoopseizoen 2004/2005 moet de opslagsteun voor krenten, rozijnen en gedroogde vijgen worden vastgesteld overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1622/1999 van de Commissie van 23 juli 1999 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad wat de opslagregeling voor krenten en rozijnen en voor gedroogde vijgen betreft (2).

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor verwerkte producten op basis van groenten en fruit,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor het verkoopseizoen 2004/2005 bedraagt de in artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 2201/96 bedoelde opslagsteun:

a)

voor krenten en rozijnen:

i)

0,1120 EUR per dag en per ton nettogewicht tot en met 28 februari 2006,

ii)

0,0860 EUR per dag en per ton nettogewicht vanaf 1 maart 2006;

b)

voor gedroogde vijgen, 0,0934 EUR per dag en per ton nettogewicht.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2004 van de Commissie (PB L 64 van 2.3.2004, blz. 25).

(2)  PB L 192 van 24.7.1999, blz. 33. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1051/2005 (PB L 173 van 6.7.2005, blz. 5).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/22


VERORDENING (EG) Nr. 1322/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2005/2006, van de door de opslagbureaus te betalen aankoopprijs voor krenten (basisproduct), rozijnen (basisproduct) en gedroogde vijgen (basisproduct)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector verwerkte producten op basis van groenten en fruit (1), en met name op artikel 9, lid 8,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De criteria ter bepaling van de prijs waartegen de opslagbureaus de gedroogde vijgen (basisproduct), krenten (basisproduct) en rozijnen (basisproduct) kopen, zijn vastgesteld in artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2201/96, en de voorwaarden voor de aankoop en het beheer van de producten door de opslagbureaus zijn gedefinieerd in Verordening (EG) nr. 1622/1999 van de Commissie van 23 juli 1999 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad wat de opslagregeling voor krenten (basisproduct) en rozijnen (basisproduct) en voor gedroogde vijgen (basisproduct) betreft (2).

(2)

Bijgevolg moeten, voor krenten en rozijnen enerzijds en voor gedroogde vijgen anderzijds, de aankoopprijzen voor het verkoopseizoen 2005/2006 worden vastgesteld op basis van, respectievelijk, de ontwikkeling van de wereldmarktprijzen en de minimumprijs als vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1583/2004 van de Commissie van 9 september 2004 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 2004/2005, van de aan de telers van gedroogde vijgen (basisproduct) te betalen minimumprijs en van de productiesteun voor gedroogde vijgen (3).

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor verwerkte producten op basis van groenten en fruit,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor het verkoopseizoen 2005/2006 bedraagt de in artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2201/96 bedoelde aankoopprijs:

a)

399,16 EUR per ton nettogewicht, voor krenten (basisproduct) en rozijnen (basisproduct);

b)

542,70 EUR per ton nettogewicht, voor gedroogde vijgen (basisproduct).

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2004 van de Commissie (PB L 64 van 2.3.2004, blz. 25).

(2)  PB L 192 van 24.7.1999, blz. 33. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1051/2005 (PB L 173 van 6.7.2005, blz. 5).

(3)  PB L 289 van 10.9.2004, blz. 58.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/23


VERORDENING (EG) Nr. 1323/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1229/2005 vastgestelde restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 27, lid 5, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat voor stropen en bepaalde andere producten van de sector suiker zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1229/2005 van de Commissie (2).

(2)

Omdat de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, verschillen van die welke bij de vaststelling van Verordening (EG) nr. 1229/2005 voorhanden waren, moeten deze restituties worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 1229/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde restituties die moeten worden toegekend bij uitvoer in ongewijzigde staat van de in artikel 1, lid 1, onder d), f) en g), van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde producten, worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 199 van 29.7.2005, blz. 75.


BIJLAGE

GEWIJZIGDE RESTITUTIES BIJ UITVOER IN ONGEWIJZIGDE STAAT VOOR STROPEN EN BEPAALDE ANDERE PRODUCTEN VAN DE SECTOR SUIKER (1)

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1702 40 10 9100

S00

EUR/100 kg droge stof

39,24 (2)

1702 60 10 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

39,24 (2)

1702 60 80 9100

S00

EUR/100 kg droge stof

74,56 (3)

1702 60 95 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3924 (4)

1702 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

39,24 (2)

1702 90 60 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3924 (4)

1702 90 71 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3924 (4)

1702 90 99 9900

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3924 (4)  (5)

2106 90 30 9000

S00

EUR/100 kg droge stof

39,24 (2)

2106 90 59 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3924 (4)

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

S00

:

alle bestemmingen (derde landen, andere gebieden, bevoorrading en met uitvoer uit de Gemeenschap gelijkgestelde bestemmingen) met uitzondering van Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro (met inbegrip van Kosovo, als omschreven in resolutie nr. 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999) en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië; de uitzondering geldt niet voor suiker die verwerkt is in producten als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad (PB L 297 van 21.11.1996, blz. 29).


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing met ingang van 1 februari 2005 overeenkomstig Besluit 2005/45/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende het sluiten en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten betreft (PB L 23 van 26.1.2005, blz. 17).

(2)  Alleen geldig voor de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2135/95 bedoelde producten.

(3)  Alleen geldig voor de in artikel 6 van Verordening (EG) nr. 2135/95 bedoelde producten.

(4)  Het basisbedrag is niet van toepassing op stropen met een zuiverheid van minder dan 85 % (Verordening (EG) nr. 2135/95). Het sacharosegehalte wordt overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2135/95 vastgesteld.

(5)  Het basisbedrag is niet van toepassing op het in de bijlage, punt 2, van Verordening (EEG) nr. 3513/92 van de Commissie (PB L 355 van 5.12.1992, blz. 12) bedoelde product.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/25


VERORDENING (EG) Nr. 1324/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1423/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van producten uit de sector suiker, andere dan melasse (2), en met name op artikel 1, lid 2, tweede alinea, tweede zin, en artikel 3, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en bepaalde stropen voor het verkoopseizoen 2005/2006 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 van de Commissie (3). Deze prijzen en invoerrechten zijn gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1274/2005 (4).

(2)

De bovenbedoelde prijzen en invoerrechten moeten op grond van de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1423/95 worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 1011/2005 voor het verkoopseizoen 2005/2006 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1423/95 bedoelde producten worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 141 van 24.6.1995, blz. 16. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 624/98 (PB L 85 van 20.3.1998, blz. 5).

(3)  PB L 170 van 1.7.2005, blz. 35.

(4)  PB L 201 van 2.8.2005, blz. 44.


BIJLAGE

Met ingang van 12 augustus 2005 geldende gewijzigde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en de producten van GN-code 1702 90 99

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

Aanvullend invoerrecht per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

1701 11 10 (1)

21,62

5,49

1701 11 90 (1)

21,62

10,81

1701 12 10 (1)

21,62

5,30

1701 12 90 (1)

21,62

10,29

1701 91 00 (2)

26,19

12,14

1701 99 10 (2)

26,19

7,62

1701 99 90 (2)

26,19

7,62

1702 90 99 (3)

0,26

0,39


(1)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt II, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).

(2)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt I, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001.

(3)  Vastgesteld per procentpunt sacharosegehalte.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/27


VERORDENING (EG) Nr. 1325/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de suikersector (1), inzonderheid op artikel 27, lid 5, onder a), en artikel 27, lid 15,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De restitutiebedragen welke met ingang van 29 juli 2005 worden toegepast op de in de bijlage bedoelde producten, uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen, zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1223/2005 van de Commissie (2).

(2)

Toepassing van de regels en criteria welke zijn aangehaald in Verordening (EG) nr. 1223/2005 op de gegevens waarover de Commissie op het huidige tijdstip beschikt, geeft aanleiding tot wijziging van de op dit tijdstip geldende restituties in de zin als vermeld in de bijlage bij deze verordening,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restitutiebedragen die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1223/2005 worden gewijzigd zoals in de bijlage van deze verordening aangegeven.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vice-voorzitter


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 199 van 29.7.2005, blz. 58.


BIJLAGE

Restituties die worden toegepast vanaf 12 augustus 2005 voor bepaalde producten van de sector suiker die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen (1)

GN-code

Omschrijving

Restituties in EUR/100 kg

Bij vaststelling vooraf van de restituties

Overige gevallen

1701 99 10

Witte suiker

39,24

39,24


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing op de uitvoer naar Bulgarije met ingang van 1 oktober 2004, noch op de goederen die zijn opgenomen in de tabellen I en II bij Protocol nr. 2 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 en die met ingang van 1 februari 2005 naar de Zwitserse Bondsstaat of naar het Vorstendom Liechtenstein worden uitgevoerd.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/29


VERORDENING (EG) Nr. 1326/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

houdende vaststelling van de restituties die van toepassing zijn op bepaalde graan- en rijstproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (2), en met name op artikel 14, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 13, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 en artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1785/2003 kan het verschil tussen de noteringen of de prijzen van de in artikel 1 van deze beide verordeningen bedoelde producten op de wereldmarkt enerzijds en de prijzen in de Gemeenschap anderzijds door een restitutie bij de uitvoer worden overbrugd.

(2)

In Verordening (EG) nr. 1043/2005 van de Commissie van 30 juni 2005 houdende tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad wat betreft de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebedrag betreffende bepaalde landbouwproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen (3), is aangegeven voor welke producten een restitutie moet worden vastgesteld wanneer ze worden uitgevoerd in de vorm van goederen bedoeld naar gelang van het geval in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1784/2003 of bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1785/2003.

(3)

Overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 moet de restitutievoet per 100 kg van elk van de betrokken basisproducten maandelijks worden vastgesteld.

(4)

De naleving van de verplichtingen die zijn aangegaan met betrekking tot de restituties die kunnen worden toegekend bij de uitvoer van landbouwproducten die zijn verwerkt in niet onder bijlage I bij het Verdrag vallende goederen, kan in het gedrang komen door de vaststelling vooraf van hoge restituties. In deze situatie moeten derhalve vrijwaringsmaatregelen worden genomen zonder dat daardoor de sluiting van langetermijncontracten wordt verhinderd. De vaststelling van een specifieke restitutie voor de voorfixatie van restituties is een maatregel die aan deze verschillende doelstellingen beantwoordt.

(5)

Rekening houdend met de regeling tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika met betrekking tot de uitvoer van deegwaren uit de Gemeenschap naar de Verenigde Staten, goedgekeurd bij Besluit 87/482/EEG van de Raad (4), moet de restitutie voor goederen van de GN-codes 1902 11 00 en 1902 19 naar gelang van de bestemming worden gedifferentieerd.

(6)

Ingevolge artikel 15, leden 2 en 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 moet een verlaagde restitutievoet worden vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met het bedrag van de restitutie bij de productie tijdens de veronderstelde periode van de vervaardiging van de goederen, die krachtens Verordening (EEG) nr. 1722/93 van de Commissie (5) op het verwerkte basisproduct van toepassing is.

(7)

Alcoholhoudende dranken worden geacht minder gevoelig te zijn voor de prijs van de granen die voor de vervaardiging ervan worden gebruikt. In protocol nr. 19 van het Verdrag betreffende de toetreding van het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Denemarken wordt evenwel bepaald dat de maatregelen moeten worden vastgesteld die noodzakelijk zijn om het gebruik van granen uit de Gemeenschap voor de vervaardiging van alcoholhoudende dranken uit granen te vergemakkelijken. Daarom moet de restitutie die wordt toegepast op granen die in de vorm van alcoholhoudende dranken worden uitgevoerd, worden aangepast.

(8)

Het Comité van beheer voor granen heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties die van toepassing zijn op de in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1043/2005 en in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 of in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1785/2003 opgenomen basisproducten die worden uitgevoerd in de vorm van goederen vermeld in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1784/2003, respectievelijk in bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1785/2003, worden vastgesteld zoals in de bijlage is aangegeven.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vice-voorzitter


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78.

(2)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96.

(3)  PB L 172 van 5.7.2005, blz. 24.

(4)  PB L 275 van 29.9.1987, blz. 36.

(5)  PB L 159 van 1.7.1993, blz. 112. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1584/2004 (PB L 280 van 31.8.2004, blz. 11).


BIJLAGE

Restituties die met ingang van 12 augustus 2005 van toepassing zijn op bepaalde producten van de sector granen en de sector rijst, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen (1)

(EUR/100 kg)

GN-code

Omschrijving (2)

Restitutievoet per 100 kg basisproduct

Bij vaststelling vooraf van de restituties

Andere

1001 10 00

Harde tarwe:

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van de GN-codes 1902 11 en 1902 19 naar de Verenigde Staten van Amerika

– in andere gevallen

1001 90 99

Zachte tarwe en mengkoren:

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van de GN-codes 1902 11 en 1902 19 naar de Verenigde Staten van Amerika

– in andere gevallen:

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– – in andere gevallen

1002 00 00

Rogge

1003 00 90

Gerst

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– in andere gevallen

1004 00 00

Haver

1005 90 00

Maïs, gebruikt in de vorm van:

 

 

– zetmeel:

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

2,925

3,516

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

2,955

2,955

– – in andere gevallen

4,379

4,379

– glucose, glucosestroop, maltodextrine, maltodextrinestroop van de GN-codes 1702 30 51, 1702 30 59, 1702 30 91, 1702 30 99, 1702 40 90, 1702 90 50, 1702 90 75, 1702 90 79, 2106 90 55 (5):

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

1,830

2,421

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

2,216

2,216

– – in andere gevallen

3,284

3,284

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

2,955

2,955

– andere (ook als zodanig)

4,379

4,379

Aardappelzetmeel van GN-code 1108 13 00 gelijkgesteld aan een verwerkingsproduct van maïs:

 

 

– in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

2,325

2,912

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

2,955

2,955

– in andere gevallen

4,379

4,379

ex 1006 30

Volwitte rijst:

 

 

– rondkorrelig

– halflangkorrelig

– langkorrelig

1006 40 00

Breukrijst

1007 00 90

Graansorgho (m.u.v. hybriden, bestemd voor zaaidoeleinden)


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing op de uitvoer naar Bulgarije met ingang van 1 oktober 2004, noch op de goederen die zijn opgenomen in de tabellen I en II bij Protocol nr. 2 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 en die met ingang van 1 februari 2005 naar de Zwitserse Bondsstaat of naar het Vorstendom Liechtenstein worden uitgevoerd.

(2)  Voor landbouwproducten verkregen door verwerking van een basisproduct en/of een daarmee gelijkgesteld product gelden de coëfficiënten vermeld in bijlage V bij Verordening (EG) nr. 1043/2005 van de Commissie.

(3)  De betrokken goederen vallen onder GN-code 3505 10 50.

(4)  Goederen opgenomen in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1784/2003 of bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 2825/93 (PB L 258 van 16.10.1993, blz. 6).

(5)  Voor stropen van de GN-codes 1702 30 99, 1702 40 90 en 1702 60 90, verkregen door het mengen van glucose- en fructosestropen, betreft de uitvoerrestitutie alleen glucosestroop.


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/33


VERORDENING (EG) Nr. 1327/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van olijfolie

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (1), en met name op artikel 3, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 3 van Verordening nr. 136/66/EEG, wanneer de prijs in de Gemeenschap hoger is dan de prijsnoteringen op de wereldmarkt, kan het verschil tussen deze prijzen worden overbrugd door een restitutie bij de uitvoer van olijfolie naar derde landen.

(2)

De regelen betreffende de vaststelling en de toekenning van de restitutie bij uitvoer van olijfolie zijn vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 616/72 van de Commissie (2).

(3)

De restitutie moet overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Verordening nr. 136/66/EEG voor de gehele Gemeenschap gelijk zijn.

(4)

Overeenkomstig artikel 3, lid 4, van Verordening nr. 136/66/EEG moet de restitutie voor olijfolie worden vastgesteld met inachtneming van de situatie en de verwachte ontwikkeling van de olijfolieprijzen en de beschikbare hoeveelheden op de markt van de Gemeenschap en van de olijfolieprijzen op de wereldmarkt. Ingeval de situatie op de wereldmarkt het niet mogelijk maakt de gunstigste noteringen voor olijfolie te bepalen, kan evenwel rekening worden gehouden met de wereldmarktprijs van de voornaamste concurrerende plantaardige oliën en met het gedurende een representatieve periode geconstateerde verschil tussen deze prijs en die van olijfolie. Het restitutiebedrag mag niet hoger zijn dan het verschil tussen de prijs voor olijfolie in de Gemeenschap en die op de wereldmarkt, in voorkomend geval aangepast teneinde rekening te houden met de kosten voor de uitvoer van de producten op de wereldmarkt.

(5)

Overeenkomstig artikel 3, lid 3, derde alinea, onder b), van Verordening nr. 136/66/EEG, kan worden beslist om de restitutie bij openbare inschrijving vast te stellen. De openbare inschrijving heeft betrekking op het bedrag van de restitutie en kan worden beperkt tot sommige landen van bestemming, bepaalde hoeveelheden, kwaliteiten en aanbiedingsvormen.

(6)

Overeenkomstig artikel 3, lid 3, tweede alinea, van Verordening nr. 136/66/EEG kan de restitutie voor olijfolie echter verschillend worden vastgesteld naar gelang van de bestemming, wanneer de situatie op de wereldmarkt of de bijzondere eisen van bepaalde markten zulks noodzakelijk maken.

(7)

De restitutie moet ten minste eenmaal per maand worden vastgesteld. Zij kan indien nodig tussentijds worden gewijzigd.

(8)

De toepassing van deze regelen op de huidige marktsituatie in de sector olijfolie, en met name op de prijzen van dit product in de Gemeenschap, alsmede op de markten van derde landen brengt met zich dat de restitutie moet worden bepaald op de in de bijlage genoemde bedragen.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij de uitvoer van de in artikel 1, lid 2, onder c), van Verordening nr. 136/66/EEG bedoelde producten worden vastgesteld op de in de bijlage aangegeven bedragen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB 172 van 30.9.1966, blz. 3025/66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 865/2004 (PB L 161 van 30.4.2004, blz. 97).

(2)  PB L 78 van 31.3.1972, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2962/77 (PB L 348 van 30.12.1977, blz. 53).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van olijfolie

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1509 10 90 9100

A00

EUR/100 kg

0,00

1509 10 90 9900

A00

EUR/100 kg

0,00

1509 90 00 9100

A00

EUR/100 kg

0,00

1509 90 00 9900

A00

EUR/100 kg

0,00

1510 00 90 9100

A00

EUR/100 kg

0,00

1510 00 90 9900

A00

EUR/100 kg

0,00

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1), zoals gewijzigd.

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/35


VERORDENING (EG) Nr. 1328/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), inzonderheid op artikel 13, lid 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (2), inzonderheid op artikel 14, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Volgens artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 en artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1785/2003 kan het verschil tussen de noteringen of de prijzen op de wereldmarkt voor de in artikel 1 van deze verordeningen genoemde producten en de prijzen van deze producten in de Gemeenschap worden overbrugd door een restitutie bij de uitvoer.

(2)

Krachtens artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1785/2003 moeten de restituties worden vastgesteld met inachtneming van de bestaande situatie en de vooruitzichten voor de ontwikkeling, enerzijds van de beschikbare hoeveelheden granen, rijst en breukrijst, evenals van hun prijzen op de markt van de Gemeenschap, en anderzijds van de prijzen van granen, rijst en breukrijst en de producten in de sector granen op de wereldmarkt. Krachtens deze artikelen moeten ook waarborgen worden geschapen dat op de graan- en rijstmarkten een evenwichtige toestand heerst en een natuurlijke ontwikkeling op het gebied van de prijzen en de handel plaatsvindt en moet bovendien rekening worden gehouden met het economische aspect van de bedoelde uitvoer en de noodzaak verstoringen op de markt van de Gemeenschap te vermijden.

(3)

Verordening (EG) nr. 1518/95 van de Commissie (3) betreffende de regeling voor de invoer en de uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten heeft in artikel 4 de specifieke criteria vastgesteld waarmee rekening moet worden gehouden voor de berekening van de restitutie voor deze producten.

(4)

Het is wenselijk de aan bepaalde verwerkte producten toe te kennen restitutie, al naar gelang van het product, hoger of lager vast te stellen volgens het asgehalte, het gehalte aan ruwe celstof, het gehalte aan doppen, het eiwitgehalte, het vetgehalte of het zetmeelgehalte, daar deze gehaltes van bijzondere betekenis zijn voor de hoeveelheid basisproduct die werkelijk voor de vervaardiging van het verwerkte product is gebruikt.

(5)

Ten aanzien van maniokwortel en andere tropische wortels en knollen en het daarvan vervaardigde meel behoeft het economische aspect van de uitvoeren die zouden kunnen worden overwogen, in het bijzonder gezien de aard en de herkomst van deze producten, op het ogenblik geen vaststelling van een restitutie bij uitvoer. Voor bepaalde verwerkte producten is het, gezien het geringe aandeel van de Gemeenschap aan de wereldhandel, op het ogenblik niet noodzakelijk een restitutie bij uitvoer vast te stellen.

(6)

De situatie op de wereldmarkt of de specifieke eisen van bepaalde markten voor zekere producten kunnen een differentiatie van de restitutie, naar gelang van de bestemming, nodig maken.

(7)

De restitutie moet eenmaal per maand worden vastgesteld. Zij kan in de tussentijd worden gewijzigd.

(8)

Bepaalde verwerkte producten op basis van maïs kunnen een warmtebehandeling ondergaan, waardoor een restitutie zou kunnen worden uitgekeerd die niet overeenstemt met de kwaliteit van het product. Duidelijk moet worden aangegeven dat deze producten, die voorgegelatineerd zetmeel bevatten, niet in aanmerking komen voor uitvoerrestituties.

(9)

Het Comité van beheer voor granen heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij uitvoer van de in artikel 1 bedoelde producten van Verordening (EG) nr. 1518/95 van toepassing is, worden vastgesteld in overeenstemming met de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78.

(2)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1549/2004 van de Commissie (PB L 280 van 31.8.2004, blz. 13).

(3)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 55. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2993/95 (PB L 312 van 23.12.1995, blz. 25).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 11 augustus 2005 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Bedrag van de restitutie

1102 20 10 9200 (1)

C10

EUR/t

61,31

1102 20 10 9400 (1)

C10

EUR/t

52,55

1102 20 90 9200 (1)

C10

EUR/t

52,55

1102 90 10 9100

C11

EUR/t

0,00

1102 90 10 9900

C11

EUR/t

0,00

1102 90 30 9100

C11

EUR/t

0,00

1103 19 40 9100

C10

EUR/t

0,00

1103 13 10 9100 (1)

C10

EUR/t

78,82

1103 13 10 9300 (1)

C10

EUR/t

61,31

1103 13 10 9500 (1)

C10

EUR/t

52,55

1103 13 90 9100 (1)

C10

EUR/t

52,55

1103 19 10 9000

C10

EUR/t

0,00

1103 19 30 9100

C10

EUR/t

0,00

1103 20 60 9000

C12

EUR/t

0,00

1103 20 20 9000

C11

EUR/t

0,00

1104 19 69 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 12 90 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 12 90 9300

C10

EUR/t

0,00

1104 19 10 9000

C10

EUR/t

0,00

1104 19 50 9110

C10

EUR/t

70,06

1104 19 50 9130

C10

EUR/t

56,93

1104 29 01 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 29 03 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 29 05 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 29 05 9300

C10

EUR/t

0,00

1104 22 20 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 22 30 9100

C10

EUR/t

0,00

1104 23 10 9100

C10

EUR/t

65,69

1104 23 10 9300

C10

EUR/t

50,36

1104 29 11 9000

C10

EUR/t

0,00

1104 29 51 9000

C10

EUR/t

0,00

1104 29 55 9000

C10

EUR/t

0,00

1104 30 10 9000

C10

EUR/t

0,00

1104 30 90 9000

C10

EUR/t

10,95

1107 10 11 9000

C13

EUR/t

0,00

1107 10 91 9000

C13

EUR/t

0,00

1108 11 00 9200

C10

EUR/t

0,00

1108 11 00 9300

C10

EUR/t

0,00

1108 12 00 9200

C10

EUR/t

70,06

1108 12 00 9300

C10

EUR/t

70,06

1108 13 00 9200

C10

EUR/t

70,06

1108 13 00 9300

C10

EUR/t

70,06

1108 19 10 9200

C10

EUR/t

0,00

1108 19 10 9300

C10

EUR/t

0,00

1109 00 00 9100

C10

EUR/t

0,00

1702 30 51 9000 (2)

C10

EUR/t

68,64

1702 30 59 9000 (2)

C10

EUR/t

52,55

1702 30 91 9000

C10

EUR/t

68,64

1702 30 99 9000

C10

EUR/t

52,55

1702 40 90 9000

C10

EUR/t

52,55

1702 90 50 9100

C10

EUR/t

68,64

1702 90 50 9900

C10

EUR/t

52,55

1702 90 75 9000

C10

EUR/t

71,93

1702 90 79 9000

C10

EUR/t

49,92

2106 90 55 9000

C10

EUR/t

52,55

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen zijn als volgt gedefinieerd:

C10

:

Alle bestemmingen

C11

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije

C12

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Roemenië

C13

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije en Roemenië


(1)  Er worden geen restituties toegekend voor producten die een warmtebehandeling hebben ondergaan waardoor het zetmeel is voorgegelatineerd.

(2)  De restituties worden toegekend overeenkomstig de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 2730/75 van de Raad (PB L 281 van 1.11.1975, blz. 20).

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen zijn als volgt gedefinieerd:

C10

:

Alle bestemmingen

C11

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije

C12

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Roemenië

C13

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije en Roemenië


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/38


VERORDENING (EG) Nr. 1329/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van de restituties bij de productie in de sector granen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 8, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EEG) nr. 1722/93 van de Commissie van 30 juni 1993 tot vaststelling van de toepassingsbepalingen van de Verordeningen (EEG) nr. 1766/92 en (EEG) nr. 1418/76 van de Raad wat de regelingen inzake de productierestituties in de sector granen respectievelijk rijst betreft (2) zijn de voorwaarden voor de toekenning van de productierestitutie vastgesteld. De berekeningsgrondslag is bepaald in artikel 3 van genoemde verordening. De aldus berekende restitutie, zo nodig gedifferentieerd voor aardappelmeel, moet eenmaal per maand worden vastgesteld en mag slechts gewijzigd worden wanneer de maïs- en/of tarweprijzen een significante verandering te zien geven.

(2)

De in deze verordening vastgestelde productierestituties moeten worden aangepast met de in bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 1722/93 bepaalde coëfficiënten, teneinde het juiste te betalen bedrag te verkrijgen.

(3)

Het Comité van beheer voor granen heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 3, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 1722/93 bedoelde productierestitutie per ton zetmeel wordt vastgesteld op:

a)

28,46 EUR/t voor zetmeel uit maïs, tarwe, gerst en haver;

b)

39,28 EUR/t voor aardappelmeel.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78.

(2)  PB L 159 van 1.7.1993, blz. 112. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1548/2004 (PB L 280 van 31.8.2004, blz. 11).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/39


VERORDENING (EG) Nr. 1330/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

betreffende de offertes voor de uitvoer van gerst die zijn meegedeeld in het kader van de openbare inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1058/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1058/2005 van de Commissie (2) is een inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van gerst naar bepaalde derde landen opengesteld.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1501/95 van de Commissie van 29 juni 1995 tot vaststelling van enkele toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad voor wat de toekenning, in de graansector, van uitvoerrestituties en van bij verstoring van de graanmarkt te treffen maatregelen betreft (3) kan de Commissie op grond van de meegedeelde offertes besluiten niet tot toewijzing over te gaan.

(3)

Het is, met name rekening houdend met de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1501/95 genoemde criteria, niet wenselijk een maximumrestitutie vast te stellen.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Er wordt geen gevolg gegeven aan de offertes van 5 tot en met 11 augustus 2005 zijn meegedeeld in het kader van de in Verordening (EG) nr. 1058/2005 bedoelde inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van gerst.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78.

(2)  PB L 174 van 7.7.2005, blz. 12.

(3)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 777/2004 (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 50).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/40


VERORDENING (EG) Nr. 1331/2005 VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

tot vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1059/2005 van de Commissie (2) is een openbare inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van zachte tarwe naar bepaalde derde landen opengesteld.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1501/95 van de Commissie van 29 juni 1995 tot vaststelling van enkele toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad voor wat de toekenning, in de graansector, van uitvoerrestituties en van bij verstoring van de graanmarkt te treffen maatregelen betreft (3) kan de Commissie, op grond van de meegedeelde offertes, besluiten een maximumrestitutie bij uitvoer vast te stellen, daarbij rekening houdend met de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1501/95 bedoelde criteria. In dat geval wordt gegund aan de inschrijver(s) wiens (wier) offerte niet hoger is dan de vastgestelde maximumrestitutie.

(3)

De toepassing van de bovenbedoelde criteria op de huidige marktsituatie leidt voor de betrokken graansoort tot de vaststelling van de maximumrestitutie bij uitvoer.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de offertes die van 5 tot en met 11 augustus 2005 in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2005 werden meegedeeld, wordt de maximumrestitutie bij uitvoer van zachte tarwe vastgesteld op 4,00 EUR/t.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 12 augustus 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78.

(2)  PB L 174 van 7.7.2005, blz. 15.

(3)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 777/2004 (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 50).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/41


RICHTLIJN 2005/50/EG VAN DE COMMISSIE

van 11 augustus 2005

betreffende de herindeling van heup-, knie- en schouderprothesen in het kader van Richtlijn 93/42/EEG van de Raad betreffende medische hulpmiddelen

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen (1), en met name op artikel 13, lid 1, onder b),

Gelet op het door Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk ingediende verzoek,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig de classificatieregels die zijn vastgesteld in bijlage IX bij Richtlijn 93/42/EEG, behoren volledige gewrichtsprothesen tot de medische hulpmiddelen van klasse IIb.

(2)

Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben verzocht volledige gewrichtsprothesen in te delen bij medische hulpmiddelen van klasse III bij wijze van afwijking van bijlage IX bij Richtlijn 93/42/EEG, teneinde een passende conformiteitsbeoordeling van volledige gewrichtsprothesen te verzekeren alvorens deze op de markt worden gebracht.

(3)

De conformiteitsbeoordeling is gebaseerd op een aantal elementen zoals een juiste indeling, de aanwijzing van en het toezicht op de aangemelde instanties en de passende tenuitvoerlegging van de conformiteitsbeoordelingsmodules zoals beschreven in Richtlijn 93/42/EEG.

(4)

Een herindeling in afwijking van de classificatieregels die zijn vastgesteld in bijlage IX bij Richtlijn 93/42/EEG is wenselijk wanneer aan de vastgestelde tekortkomingen die toe te schrijven zijn aan de specifieke eigenschappen van een product beter wordt tegemoetgekomen door de conformiteitsbeoordelingsprocedures van de nieuwe klasse.

(5)

Heup-, knie- en schouderprothesen moeten van andere volledige gewrichtsprothesen worden onderscheiden, omdat de te herstellen gewrichtsfunctie bijzonder complex is en het risico van een mislukking die aan het hulpmiddel zelf te wijten is, bijgevolg groter is.

(6)

In het bijzonder heup- en knieprothesen zijn gewichtdragende en uitermate ingewikkelde implantaten waarvoor het risico van heroperaties aanzienlijk groter is dan voor andere gewrichten.

(7)

Schouderimplantaten zijn als techniek recenter. Ze zijn onderhevig aan vergelijkbare dynamische krachten en hun eventuele vervanging gaat in principe gepaard met ernstige medische problemen.

(8)

Voorts worden heup-, knie- en schouderprothesen steeds vaker ingeplant bij jonge mensen met een hoge levensverwachting; bijgevolg is de behoefte gegroeid aan implantaten die naar behoren functioneren gedurende het hele leven van de patiënten, en moeten heroperaties en de daarmee verbonden risico's worden beperkt.

(9)

Specifieke klinische gegevens, met inbegrip van gegevens over de prestaties op lange termijn, zijn voor heup-, knie- en schouderprothesen niet steeds beschikbaar alvorens deze op de markt worden gebracht en in gebruik worden genomen; de conclusies inzake de klinische gegevens die de fabrikant heeft verzameld in het kader van de beoordeling van de conformiteit van deze producten met de eisen inzake hun eigenschappen en prestaties bedoeld in de punten 1 en 3 van bijlage I bij Richtlijn 93/42/EEG moeten bijgevolg aandachtig worden bezien en onderzocht teneinde na te gaan of de beschikbare klinische gegevens adequaat zijn.

(10)

Volledige gewrichtsprothesen worden na hun invoering voor klinische toepassingen en na het ogenblik waarop deze op de markt worden gebracht soms herhaaldelijk gewijzigd, zoals blijkt uit de heup- en knieprothesen die op de markt zijn. Uit ervaring is evenwel gebleken, dat op het eerste gezicht kleine wijzigingen na marktintroductie van het ontwerp van voorheen probleemloze prothesen ernstige problemen kunnen veroorzaken door ongewilde gevolgen, die vroegtijdig falen en grote veiligheidsproblemen met zich kunnen brengen.

(11)

Om het optimale niveau van veiligheid en gezondheidsbescherming te bereiken en de met het ontwerp verband houdende problemen tot een minimum te beperken, dient het dossier met betrekking tot het ontwerp van heup-, knie- en schouderprothesen, met inbegrip van de klinische gegevens die de fabrikant aanwendt om de beweerde prestaties en de daaropvolgende wijzigingen van het ontwerp en de productie nadat de prothese op de markt is gebracht te staven, in detail te worden onderzocht door de aangemelde instantie alvorens deze hulpmiddelen voor algemeen klinisch gebruik worden ingevoerd.

(12)

In het kader van het volledige kwaliteitsborgingssysteem dient de aangemelde instantie het dossier met betrekking tot het ontwerp en de wijzigingen in het goedgekeurde ontwerp bijgevolg effectief te onderzoeken overeenkomstig punt 4 van bijlage II bij Richtlijn 93/42/EEG.

(13)

Om deze redenen dienen volledige heup-, knie- en schouderprothesen te worden heringedeeld als medische hulpmiddelen van klasse III.

(14)

Er moet in een passende overgangsperiode worden voorzien voor volledige heup-, knie- en schouderprothesen die reeds zijn beoordeeld als medische hulpmiddelen van klasse IIb in het kader van het volledig kwaliteitsborgingssysteem van bijlage II bij Richtlijn 93/42/EEG, zodat deze prothesen aan een aanvullende beoordeling overeenkomstig punt 4 van bijlage II bij de richtlijn kunnen worden onderworpen.

(15)

Volledige heup-, knie- en schouderprothesen waarvoor reeds een verklaring is afgegeven volgens de procedure voor het EG-typeonderzoek zoals vastgesteld in bijlage III bij Richtlijn 93/42/EEG, gekoppeld aan de procedure voor de EG-keuring zoals vastgesteld in bijlage IV of de procedure met betrekking tot de EG-verklaring van overeenstemming zoals vastgesteld in bijlage V bij die richtlijn, vallen niet onder de onderhavige richtlijn, daar deze certificeringsregelingen dezelfde zijn voor medische hulpmiddelen van klasse IIb als voor medische hulpmiddelen van klasse III.

(16)

Er moet in een passende overgangsperiode worden voorzien voor volledige heup-, knie- en schouderprothesen die reeds zijn onderworpen aan de procedure voor het EG-typeonderzoek overeenkomstig bijlage III bij Richtlijn 93/42/EEG, gekoppeld aan de procedure met betrekking tot de EG-verklaring van overeenstemming zoals vastgesteld in bijlage VI bij die richtlijn, door toe te staan dat deze worden beoordeeld overeenkomstig bijlage IV of bijlage V bij Richtlijn 93/42/EEG.

(17)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité medische hulpmiddelen, dat is opgericht bij artikel 6, lid 2, van Richtlijn 90/385/EEG van de Raad van 20 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake actieve implanteerbare medische hulpmiddelen (2),

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij wijze van afwijking van de in bijlage IX bij Richtlijn 93/42/EEG vastgestelde regels worden heup-, knie- en schouderprothesen heringedeeld als medische hulpmiddelen van klasse III.

Artikel 2

Voor de toepassing van deze richtlijn wordt onder een heup-, knie- en schouderprothese verstaan: een implanteerbaar samenstellend deel van een volledige gewrichtsprothese dat tot doel heeft een functie mogelijk te maken die vergelijkbaar is met die van een natuurlijk heupgewricht, een natuurlijk kniegewricht of een natuurlijk schoudergewricht. Hulpstukken (schroeven, wiggen, platen en instrumenten) vallen niet onder deze definitie.

Artikel 3

1.   Heup-, knie- en schouderprothesen die voor 1 september 2007 aan een conformiteitsbeoordelingsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 3, onder a), van Richtlijn 93/42/EEG zijn onderworpen, worden onderworpen aan een bijkomende conformiteitsbeoordeling overeenkomstig punt 4 van bijlage II bij Richtlijn 93/42/EEG, die leidt tot een certificaat van EG-ontwerp-onderzoek voor 1 september 2009. Deze bepaling belet de fabrikant niet een aanvraag voor conformiteitsbeoordeling op grond van artikel 11, lid 1, onder b), van Richtlijn 93/42/EEG in te dienen.

2.   Heup-, knie en schouderprothesen die voor 1 september 2007 aan een conformiteitsbeoordelingsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 3, onder b), iii), van Richtlijn 93/42/EEG zijn onderworpen, kunnen worden onderworpen aan een conformiteitsbeoordeling als medische hulpmiddelen van klasse III overeenkomstig artikel 11, lid 1, onder b), i) of ii), voor 1 september 2010. Deze bepaling belet de fabrikant niet een aanvraag voor conformiteitsbeoordeling op grond van artikel 11, lid 1, onder a), van Richtlijn 93/42/EEG in te dienen.

3.   De lidstaten laten tot 1 september 2009 het op de markt brengen en het in gebruik nemen toe van heup-, knie- en schouderprothesen waarvoor overeenkomstig artikel 11, lid 3, onder a), van Richtlijn 93/42/EEG voor 1 september 2007 een besluit is genomen.

4.   De lidstaten staan tot 1 september 2010 toe, dat heup- knie- en schouderprothesen op de markt worden gebracht waarvoor overeenkomstig artikel 11, lid 3, onder b), iii), van Richtlijn 93/42/EEG voor 1 september 2007 een besluit is genomen en staan toe dat dergelijke volledige prothesen na eerstgenoemde datum in gebruik worden genomen.

Artikel 4

1.   De lidstaten dienen uiterlijk op 1 maart 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie die bepalingen onverwijld mee.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De lidstaten bepalen hoe deze verwijzing moet gebeuren.

De lidstaten passen deze bepalingen toe vanaf 1 september 2007.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 5

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 6

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 11 augustus 2005.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vice-vooorzitter


(1)  PB L 169 van 12.7.1993, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(2)  PB L 189 van 20.7.1990, blz. 17. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad.


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Commissie

12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/44


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 8 augustus 2005

houdende wijziging van Beschikking 96/550/EG tot toelating van methoden voor de indeling van geslachte varkens in Finland

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 2995)

(Slechts de tekst in de Finse en de Zweedse taal zijn authentiek)

(2005/611/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3220/84 van de Raad van 13 november 1984 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (1), en met name op artikel 5, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 96/550/EG van de Commissie (2) wordt het gebruik van twee methoden voor de indeling van geslachte varkens in Finland toegelaten.

(2)

De Finse regering heeft de Commissie verzocht toestemming te verlenen voor de toepassing van nieuwe formules voor de berekening van het mager vleesaandeel in het kader van de bestaande indelingsmethoden en heeft de nadere gegevens overgelegd zoals bedoeld in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 2967/85 van de Commissie van 24 oktober 1985 houdende nadere bepalingen voor de toepassing van het communautaire indelingsschema voor geslachte varkens (3).

(3)

Na onderzoek van dit verzoek is gebleken dat de voorwaarden voor toelating van de nieuwe formules zijn vervuld.

(4)

Beschikking 96/550/EG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor varkensvlees,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Beschikking 96/550/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

Deel 1, punt 3, wordt vervangen door:

„3.

Het mager-vleesaandeel van een geslacht varken wordt berekend aan de hand van de volgende formule:

Image = 56,713 – 0,271 • X1 – 0,620 • X2 + 0,258 • X3

waarbij

Image

=

geschat aandeel mager vlees van het geslachte varken;

X1

=

rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 8 cm van de middellijn van het hele geslachte varken achter de laatste rib;

X2

=

rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 6 cm van de middellijn van het hele geslachte varken tussen de derde en de vierdelaatste rib;

X3

=

spierdikte in millimeter, gemeten tegelijk met en op dezelfde plaats als X2.

De formule is geldig voor geslachte varkens met een gewicht tussen 51 en 120 kg.”

2)

Deel 2, punt 3, wordt vervangen door:

„3.

Het mager-vleesaandeel van een geslacht varken wordt berekend aan de hand van de volgende formule:

Image = 69,931 – 0,843 • X1

waarbij

Image

=

geschat aandeel mager vlees van het geslachte varken;

X1

=

rugspekdikte (met inbegrip van het zwoerd) in millimeter, gemeten op 6 cm van de middellijn van het hele geslachte varken tussen de derde en de vierdelaatste rib.

De formule is geldig voor geslachte varkens met een gewicht tussen 51 en 120 kg.”

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Republiek Finland.

Gedaan te Brussel, 8 augustus 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 301 van 20.11.1984, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3513/93 (PB L 320 van 22.12.1993, blz. 5).

(2)  PB L 236 van 18.9.1996, blz. 47.

(3)  PB L 285 van 25.10.1985, blz. 39. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3127/94 (PB L 330 van 21.12.1994, blz. 43).


12.8.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 210/46


BESLUIT nr. 1/2005 VAN HET COMITÉ LUCHTVERVOER GEMEENSCHAP/ZWITSERLAND

van 12 juli 2005

tot wijziging van de bijlage bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake luchtvervoer

(2005/612/EG)

HET COMITÉ LUCHTVERVOER GEMEENSCHAP/ZWITSERLAND,

Gelet op de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake luchtvervoer, hierna „de Overeenkomst” genoemd, en met name op artikel 23, lid 4,

BESLUIT:

Artikel 1

1.   Na punt 4 (Luchtveiligheid) van de bijlage bij de Overeenkomst wordt het volgende punt ingevoegd:

„5.   Beveiliging van de luchtvaart

Nr. 2320/2002

Verordening (EG) nr. 2320/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 849/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004.

(Artikelen 1-8, 10-13)”.

2.   Na de in artikel 1, lid 1, van dit besluit vermelde invoeging wordt het volgende ingevoegd:

„Nr. 622/2003

Verordening (EG) nr. 622/2003 van de Commissie van 4 april 2003 tot vaststelling van maatregelen voor de tenuitvoerlegging van de gemeenschappelijke basisnormen op het gebied van de beveiliging van de luchtvaart, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 68/2004 van de Commissie van 15 januari 2004.”.

3.   Na de in artikel 1, lid 2, van dit besluit vermelde invoeging wordt het volgende ingevoegd:

„Nr. 1217/2003

Verordening (EG) nr. 1217/2003 van de Commissie van 4 juli 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke specificaties voor nationale programma's voor de kwaliteitscontrole van de beveiliging van de burgerluchtvaart.”.

4.   Na de in artikel 1, lid 3, van dit besluit vermelde invoeging wordt het volgende ingevoegd:

„Nr. 1486/2003

Verordening (EG) nr. 1486/2003 van de Commissie van 22 augustus 2003 tot vaststelling van procedures voor de inspecties van de Commissie op het gebied van de beveiliging van de burgerluchtvaart.

(Artikelen 1-13, 15-18)”.

5.   Na de in artikel 1, lid 4, van dit besluit vermelde invoeging wordt het volgende ingevoegd:

„Nr. 1138/2004

Verordening (EG) nr. 1138/2004 van de Commissie van 21 juni 2004 tot vaststelling van een gemeenschappelijke definitie van de meest kwetsbare sectoren van de om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke zones van luchthavens.”

Artikel 2

De nummering van punt 5 („Overige”) van de bijlage bij de Overeenkomst wordt gewijzigd in 6.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en de Officiële verzameling van bondswetgeving van Zwitserland. Het is van toepassing vanaf de eerste dag van de tweede maand volgend op zijn aanvaarding.

Gedaan te Brussel, 12 juli 2005.

Voor het Gemengd Comité

Het hoofd van de delegatie van de Gemeenschap

Daniel CALLEJA CRESPO

Het hoofd van de Zwitserse delegatie

Raymond CRON