ISSN 1725-2598 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
48e jaargang |
Inhoud |
|
I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing |
Bladzijde |
|
|
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
|
||
|
* |
||
|
* |
||
|
|
Hof van Justitie |
|
|
* |
|
|
II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing |
|
|
|
Raad |
|
|
* |
|
|
Rectificaties |
|
|
* |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1280/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 4 augustus 2005.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
J. M. SILVA RODRÍGUEZ
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1947/2002 (PB L 299 van 1.11.2002, blz. 17).
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 3 augustus 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
052 |
44,5 |
096 |
41,1 |
|
999 |
42,8 |
|
0707 00 05 |
052 |
65,8 |
096 |
39,7 |
|
999 |
52,8 |
|
0709 90 70 |
052 |
43,4 |
999 |
43,4 |
|
0805 50 10 |
382 |
67,4 |
388 |
63,4 |
|
524 |
74,7 |
|
528 |
61,1 |
|
999 |
66,7 |
|
0806 10 10 |
052 |
101,7 |
204 |
80,3 |
|
220 |
119,4 |
|
334 |
91,2 |
|
624 |
135,0 |
|
999 |
105,5 |
|
0808 10 80 |
388 |
74,9 |
400 |
66,4 |
|
508 |
63,0 |
|
512 |
59,4 |
|
528 |
78,3 |
|
720 |
67,2 |
|
804 |
73,7 |
|
999 |
69,0 |
|
0808 20 50 |
052 |
104,9 |
388 |
62,4 |
|
512 |
17,6 |
|
528 |
53,2 |
|
800 |
50,6 |
|
999 |
57,7 |
|
0809 20 95 |
052 |
307,2 |
400 |
253,7 |
|
404 |
253,7 |
|
999 |
271,5 |
|
0809 30 10, 0809 30 90 |
052 |
108,0 |
999 |
108,0 |
|
0809 40 05 |
094 |
49,8 |
624 |
63,6 |
|
999 |
56,7 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1281/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
betreffende het beheer van de visvergunningen en de minimuminformatie welke deze moeten bevatten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 13, lid 3, en artikel 22, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om een homogene controle van de visserijactiviteiten te vergemakkelijken en te garanderen moeten op communautair niveau regels worden vastgesteld met betrekking tot de in een visvergunning op te nemen minimuminformatie, waaronder met name informatie over de vergunninghouder, het vaartuig, de vangstcapaciteit en het vistuig. |
(2) |
De visvergunning is een relevant instrument voor het beheer van de vloot, met name ten aanzien van de beperkingen van de capaciteit overeenkomstig de artikelen 12 en 13 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 en Verordening (EG) nr. 639/2004 van de Raad van 30 maart 2004 betreffende het beheer van de in ultraperifere gebieden geregistreerde vissersvloten (2). De totale capaciteit van de vloot van een lidstaat zoals vermeld in de afgegeven vergunningen moet in overeenstemming zijn met die beperkingen en mag met name niet groter zijn dan de niveaus die voortvloeien uit de toepassing van Verordening (EG) nr. 1438/2003 van de Commissie van 12 augustus 2003 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van het gemeenschappelijk vlootbeleid als omschreven in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad (3) en Verordening (EG) nr. 2104/2004 van de Commissie van 9 december 2004 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 639/2004 van de Raad betreffende het beheer van de in ultraperifere gebieden geregistreerde vissersvloten. |
(3) |
Gezien het belang van de visvergunning als instrument niet alleen voor het beheer van de vloot, maar ook voor de controle en de inspectie van de visserijactiviteiten, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat de in de vergunning opgenomen informatie duidelijk en ondubbelzinnig is en te allen tijde met de werkelijke situatie overeenstemt. |
(4) |
Volgens artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2371/2002 moet de lidstaat de visvergunning intrekken om het mogelijk te maken dat het vaartuig met overheidssteun aan de vloot wordt onttrokken. In dat geval kan de capaciteit die met die vergunning overeenkomt, niet worden vervangen. Voor een vaartuig dat zonder overheidssteun aan de vloot wordt onttrokken, kunnen de capaciteit en de capaciteitsvergunning echter wel worden vervangen zolang de in de artikelen 12 en 13 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 vervatte bepalingen betreffende de referentieniveaus en de regeling voor toevoeging/onttrekking aan de vloot worden nageleefd. |
(5) |
De in de vergunning opgenomen informatie moet in overeenstemming zijn met de informatie in het communautaire gegevensbestand over de vissersvloot. |
(6) |
De in de vergunning opgenomen informatie moet zijn opgesteld overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 2930/86 van de Raad van 22 september 1986 houdende definities van de kenmerken van vissersvaartuigen (4) en Verordening (EG) nr. 26/2004 van de Commissie van 30 december 2003 betreffende het communautaire gegevensbestand over de vissersvloot (5). |
(7) |
Bij Verordening (EG) nr. 3690/93 van de Raad (6) is een communautair stelsel van regels voor de in visvergunningen op te nemen minimuminformatie ingevoerd. De onderhavige verordening moet worden toegepast met ingang van de datum waarop Verordening (EG) nr. 3690/93 wordt ingetrokken. |
(8) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Onderwerp
Bij de onderhavige verordening worden voorschriften inzake het beheer van de visvergunningen overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 en inzake de in de visvergunningen op te nemen minimuminformatie vastgesteld.
Artikel 2
Begripsomschrijving
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder „visvergunning” verstaan een vergunning die de houder ervan het recht, zoals door nationale voorschriften beperkt, verleent om een bepaalde vangstcapaciteit te gebruiken voor de commerciële exploitatie van levende aquatische hulpbronnen.
Artikel 3
Exploitatie van aquatische hulpbronnen
Een communautair vissersvaartuig mag slechts voor de commerciële exploitatie van levende aquatische hulpbronnen worden gebruikt indien het een geldige visvergunning aan boord heeft.
Artikel 4
Verplichtingen van de lidstaten
De visvergunning wordt door de vlaggenlidstaat in overeenstemming met deze verordening afgegeven, beheerd en ingetrokken.
Artikel 5
In de visvergunning op te nemen minimuminformatie
1. De visvergunning bevat ten minste de in de bijlage bij de onderhavige verordening aangegeven informatie.
2. In geval van veranderingen wordt de in de visvergunning opgenomen informatie door de vlaggenlidstaat bijgewerkt.
3. De vlaggenlidstaat zorgt ervoor dat de in de visvergunning opgenomen informatie juist is en overeenstemt met de informatie die is opgenomen in het in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 bedoelde communautaire gegevensbestand over de vissersvloot.
Artikel 6
Schorsing en intrekking
1. De visvergunning van een vaartuig dat op grond van een besluit van de vlaggenlidstaat tijdelijk is stilgelegd, wordt door die lidstaat tijdelijk geschorst.
2. De visvergunning van een vaartuig waarvoor een maatregel tot aanpassing van de capaciteit zoals bedoeld in artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2371/2002 is genomen, wordt door de vlaggenlidstaat definitief ingetrokken.
Artikel 7
Coherentie met de maatregelen in het kader van het beheer van de vlootcapaciteit
De capaciteit die overeenstemt met de door een lidstaat afgegeven visvergunningen, uitgedrukt in GT en in kW, mag niet op enig tijdstip hoger zijn dan de maximale capaciteitsniveaus die voor die lidstaat zijn vastgesteld overeenkomstig de artikelen 12 en 13 van Verordening (EG) nr. 2371/2002 en de Verordeningen (EG) nr. 639/2004, (EG) nr. 1438/2003 en (EG) nr. 2104/2004.
Artikel 8
1. Elke vlaggenlidstaat zorgt ervoor dat al haar vergunningen uiterlijk binnen de 12 maanden te rekenen vanaf de datum waarop deze verordening van toepassing wordt, in overeenstemming met deze verordening zijn.
2. Totdat alle vergunningen door de vlaggenlidstaat zijn afgegeven in overeenstemming met deze verordening, worden de overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3690/93 afgegeven vergunningen beschouwd als geldige vergunningen.
Artikel 9
Inwerkingtreding en het van toepassing worden
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van de datum waarop Verordening (EG) nr. 3690/93 wordt ingetrokken.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
Joe BORG
Lid van de Commissie
(1) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.
(2) PB L 102 van 7.4.2004, blz. 9.
(3) PB L 204 van 13.4.2003, blz. 21. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 916/2004 (PB L 163 van 30.4.2004, blz. 81).
(4) PB L 274 van 25.9.1986, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3259/94 (PB L 339 van 29.12.1994, blz. 11).
(5) PB L 5 van 9.1.2004, blz. 25.
(6) PB L 341 van 31.12.1993, blz. 93.
BIJLAGE
Minimuminformatie
I. IDENTIFICATIE
A. VAARTUIG (1)
1. |
Nummer in het communautaire gegevensbestand over de vissersvloot („CFR” (2)) |
2. |
Naam van het vaartuig (3) |
3. |
Vlaggenstaat/Land van registratie (2) |
4. |
Haven van registratie (naam en nationale code (2)) |
5. |
Externe kentekens (2) |
6. |
B. VERGUNNINGHOUDER/EIGENAAR VAN HET VAARTUIG/REDER
1. |
Naam en adres van de vergunninghouder |
2. |
Naam en adres van de eigenaar van het vaartuig (1) |
3. |
Naam en adres van de reder (1) |
II. KENMERKEN VAN DE VANGSTCAPACITEIT
1. |
Motorvermogen (kW) (5) |
2. |
Tonnage (GT) (5) |
3. |
4. |
5. |
(1) Deze informatie hoeft pas in de visvergunning te worden vermeld wanneer het vaartuig overeenkomstig Verordening (EG) nr. 26/2004 in het communautaire gegevensbestand over de vissersvloot wordt geregistreerd.
(2) In overeenstemming met Verordening (EG) nr. 26/2004.
(3) Voor vaartuigen met een naam.
(4) Voor vaartuigen die een IRCS moeten hebben.
(5) In overeenstemming met Verordening (EEG) nr. 2930/86.
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/6 |
VERORDENING (EG) Nr. 1282/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad in het licht van Verordening (EG) nr. 1789/2003 van de Commissie en Verordening (EG) nr. 1810/2004 van de Commissie tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad van 18 september 2000 tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2820/98 en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1763/1999 en (EG) nr. 6/2000 (1), en met name op artikel 9,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 1789/2003 van de Commissie van 11 september 2003 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (2) werden de GN-codes voor bepaalde onder Verordening (EG) nr. 2007/2000 vallende visserijproducten gewijzigd. |
(2) |
Bij Verordening (EG) nr. 1810/2004 van de Commissie van 7 september 2004 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (3) werden de GN-codes voor bepaalde onder Verordening (EG) nr. 2007/2000 vallende wijnproducten gewijzigd. |
(3) |
Duidelijkheidshalve moet Verordening (EG) nr. 2007/2000 dienovereenkomstig worden aangepast. |
(4) |
De aanpassingen aan de GN-codes moeten gelden vanaf de respectieve datums van inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 1789/2003, dat wil zeggen 1 januari 2004, en Verordening (EG) nr. 1810/2004, dat wil zeggen 1 januari 2005. |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
In de tweede kolom van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2007/2000 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1) |
voor volgnummers 09.1571 en 09.1573:
|
2) |
voor volgnummers 09.1575 en 09.1577:
|
3) |
voor volgnummer 09.1515:
|
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
De bepalingen van artikel 1, leden 1 en 2, zijn van toepassing vanaf 1 januari 2004.
De bepalingen van artikel 1, lid 3, zijn van toepassing vanaf 1 januari 2005.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
László KOVÁCS
Lid van de Commissie
(1) PB L 240 van 23.9.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 374/2005 van de Raad (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 1).
(2) PB L 281 van 30.10.2003, blz. 1.
(3) PB L 327 van 30.10.2004, blz. 1.
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/8 |
VERORDENING (EG) Nr. 1283/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
tot wijziging van bijlage I van Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad inzake een regeling op grond van artikel 2 van Protocol nr. 10 van de Toetredingsakte
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Protocol nr. 10 over Cyprus van de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (1),
Gelet op de Verordening (EG) Nr. 866/2004 van de Raad van 29 april 2004 inzake een regeling op grond van artikel 2 van Protocol nr. 10 van de Toetredingsakte (2), en met name op artikel 9 daarvan,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In bijlage I van Verordening (EG) Nr. 866/2004 van de Raad is een lijst van grensovergangen vastgelegd via welke personen en goederen de lijn mogen overschrijden tussen de gebieden waarover de regering van de Republiek Cyprus feitelijk het gezag uitoefent en de gebieden waarover die regering niet feitelijk het gezag uitoefent. |
(2) |
Gezien de overeenstemming over het openen van nieuwe grensovergangen in Kato Pyrgos en Kokkina is aanpassing van bijlage I noodzakelijk. |
(3) |
De regering van de Republiek Cyprus heeft ingestemd met deze aanpassing. |
(4) |
De Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel is over deze zaak geraadpleegd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage I van Verordening (EG) Nr. 866/2004 wordt vervangen door:
„BIJLAGE I
Lijst van grensovergangen bedoeld in artikel 2, lid 4
— |
Agios Dhometios |
— |
Astromeritis — Zodhia |
— |
Kato Pyrgos — Karavostasi |
— |
Kato Pyrgos — Kokkina |
— |
Kokkina — Pachyammos |
— |
Ledra Palace |
— |
Ledra Street”. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
Olli REHN
Lid van de Commissie
(1) PB L 236 van 23.9.2003, blz. 955.
(2) PB L 161 van 30.4.2004, blz. 128. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 601/2005 (PB L 99 van 19.4.2005, blz. 10).
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/9 |
VERORDENING (EG) Nr. 1284/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
betreffende de afgifte van invoercertificaten voor rietsuiker in het kader van bepaalde tariefcontingenten en preferentiële overeenkomsten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1095/96 van de Raad van 18 juni 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de voltooiing van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT (2),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1159/2003 van de Commissie van 30 juni 2003 tot vaststelling, voor de verkoopseizoenen 2003/2004, 2004/2005 en 2005/2006, van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van rietsuiker in het kader van bepaalde tariefcontingenten en preferentiële overeenkomsten en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1464/95 en (EG) nr. 779/96 (3), en met name op artikel 5, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1159/2003 zijn de voorwaarden vastgesteld voor de bepaling van de leveringsverplichtingen tegen nulrecht van de producten van GN-code 1701, uitgedrukt in wittesuikerequivalent, voor invoer van oorsprong uit de landen die het ACS-protocol en de overeenkomst met India hebben ondertekend. |
(2) |
Bij artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1159/2003 zijn de voorwaarden vastgesteld voor de bepaling van de tariefcontingenten tegen nulrecht van de producten van GN-code 1701 11 10, uitgedrukt in wittesuikerequivalent, voor invoer van oorsprong uit de landen die het ACS-protocol en de overeenkomst met India hebben ondertekend. |
(3) |
Bij artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1159/2003 zijn tariefcontingenten tegen een recht van 98 EUR per ton geopend voor de invoer van producten van GN-code 1701 11 10 uit Brazilië, Cuba en andere derde landen. |
(4) |
Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1159/2003 zijn in de week van 25 juli tot en met 29 juli 2005 bij de bevoegde instanties aanvragen ingediend voor de afgifte van invoercertificaten voor een totale hoeveelheid die groter is dan de overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1159/2003 per land vastgestelde verplicht te leveren hoeveelheid voor preferentiële suiker ACS-India. |
(5) |
De Commissie moet derhalve een verlagingscoëfficiënt vaststellen voor de afgifte van certificaten naar rato van de beschikbare hoeveelheid en melden dat de betrokken maximumhoeveelheid is bereikt, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor de van 25 juli tot en met 29 juli 2005 op grond van artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1159/2003 ingediende aanvragen voor invoercertificaten worden de certificaten afgegeven voor maximaal de in de bijlage bij deze verordening aangegeven hoeveelheden.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 4 augustus 2005.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
J. M. SILVA RODRÍGUEZ
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laastelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 987/2005 van de Commissie (PB L 167 van 29.6.2005, blz. 12).
(2) PB L 146 van 20.6.1996, blz. 1.
(3) PB L 162 van 1.7.2003, blz. 25. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 568/2005 (PB L 97 van 15.4.2005, blz. 9).
BIJLAGE
Preferentiële suiker ACS-INDIA
Titel II van Verordening (EG) nr. 1159/2003
Verkoopseizoen 2004/2005
Betrokken land |
Percentage van de aangevraagde hoeveelheden waarvoor certificaten worden afgegeven in de week van 25.-29.7.2005 |
Maximumhoeveelheid |
Barbados |
100 |
|
Belize |
0 |
Bereikt |
Congo |
100 |
|
Fiji |
0 |
Bereikt |
Guyana |
0 |
Bereikt |
India |
0 |
Bereikt |
Ivoorkust |
100 |
|
Jamaica |
100 |
|
Kenia |
100 |
|
Madagaskar |
100 |
|
Malawi |
0 |
Bereikt |
Mauritius |
0 |
Bereikt |
Mozambique |
0 |
Bereikt |
Saint Kitts en Nevis |
0 |
Bereikt |
Swaziland |
0 |
Bereikt |
Tanzania |
100 |
|
Trinidad en Tobago |
100 |
|
Zambia |
0 |
Bereikt |
Zimbabwe |
0 |
Bereikt |
Verkoopseizoen 2005/2006
Betrokken land |
Percentage van de aangevraagde hoeveelheden waarvoor certificaten worden afgegeven in de week van 25.-29.7.2005 |
Maximumhoeveelheid |
Barbados |
100 |
|
Belize |
100 |
|
Congo |
100 |
|
Fiji |
100 |
|
Guyana |
100 |
|
India |
100 |
|
Ivoorkust |
100 |
|
Jamaica |
100 |
|
Kenia |
100 |
|
Madagaskar |
100 |
|
Malawi |
100 |
|
Mauritius |
100 |
|
Mozambique |
100 |
Bereikt |
Saint Kitts en Nevis |
100 |
|
Swaziland |
100 |
|
Tanzania |
100 |
|
Trinidad en Tobago |
100 |
|
Zambia |
100 |
|
Zimbabwe |
100 |
|
Bijzondere preferentiële suiker
Titel III van Verordening (EG) nr. 1159/2003
Verkoopseizoen 2005/2006
Betrokken land |
Percentage van de aangevraagde hoeveelheden waarvoor certificaten worden afgegeven in de week van 25.-29.7.2005 |
Maximumhoeveelheid |
India |
100 |
|
ACS |
100 |
|
Suiker CXL-concessies
Titel IV van Verordening (EG) nr. 1159/2003
Verkoopseizoen 2005/2006
Betrokken land |
Percentage van de aangevraagde hoeveelheden waarvoor certificaten worden afgegeven in de week van 25.-29.7.2005 |
Maximumhoeveelheid |
Brazilië |
0 |
Bereikt |
Cuba |
100 |
|
Andere derde landen |
0 |
Bereikt |
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/12 |
VERORDENING (EG) Nr. 1285/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2368/2002 van de Raad tot uitvoering van de Kimberleyprocescertificering voor de internationale handel in ruwe diamant
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2368/2002 van de Raad van 20 december 2002 tot uitvoering van de Kimberleyprocescertificering voor de internationale handel in ruwe diamant (1), en met name op artikel 20,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Volgens artikel 20 van Verordening (EG) nr. 2368/2002 kan de in bijlage II opgenomen lijst van deelnemers aan de Kimberleyprocescertificering worden gewijzigd. |
(2) |
De voorzitter van de Kimberleyprocescertificering heeft in een notitie van 27 juli 2005 besloten Indonesië met ingang van 1 augustus 2005 op te nemen in de lijst van deelnemers aan de Kimberleyprocescertificering. Bijlage II moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 2368/2002 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 augustus 2005.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 augustus 2005.
Voor de Commissie
Benita FERRERO-WALDNER
Lid van de Commissie
(1) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 28. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 718/2005 (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 68).
BIJLAGE
„BIJLAGE II
Lijst van deelnemers aan de Kimberleyprocescertificering en hun bevoegde autoriteiten, zoals bedoeld in de artikelen 2, 3, 8, 9, 12, 17, 18, 19 en 20
ANGOLA
Ministry of Geology and Mines |
Rua Hochi Min |
Luanda |
Angola |
ARMENIË
Department of Gemstones and Jewellery
Ministry of Trade and Economic Development
Yerevan
Armenië
AUSTRALIË
Community Protection Section |
Australian Customs Section |
Customs House, 5 Constitution Avenue |
Canberra ACT 2601 |
Australië |
Minerals Development Section |
Department of Industry, Tourism and Resources |
GPO Box 9839 |
Canberra ACT 2601 |
Australië |
BELARUS
Department of Finance |
Sovetskaja Str., 7 |
220010 Minsk |
Republiek Belarus |
BOTSWANA
Ministry of Minerals, Energy and Water Resources |
PI Bag 0018 |
Gaborone |
Botswana |
BRAZILIË
Ministry of Mines and Energy |
Esplanada dos Ministérios — Bloco „U” — 3o andar |
70065 — 900 Brasilia — DF |
Brazilië |
BULGARIJE
Ministry of Economy |
Multilateral Trade and Economic Policy and Regional Cooperation Directorate |
12, Al. Batenberg str. |
1000 Sofia |
Bulgarije |
CANADA
Internationaal:
Department of Foreign Affairs and International Trade |
Peace Building and Human Security Division |
Lester B Pearson Tower B — Room: B4-120 |
125 Sussex Drive Ottawa, Ontario K1A 0G2 |
Canada |
Voor model van het Canadese KP-certificaat:
Stewardship Division |
International and Domestic Market Policy Division |
Mineral and Metal Policy Branch |
Minerals and Metals Sector |
Natural Resources Canada |
580 Booth Street, 10th Floor, Room: 10A6 |
Ottawa, Ontario |
Canada K1A 0E4 |
Algemene inlichtingen:
Kimberley Process Office |
Minerals and Metals Sector (MMS) |
Natural Resources Canada (NRCan) |
10th Floor, Area A-7 |
580 Booth Street |
Ottawa, Ontario |
Canada K1A 0E4 |
CENTRAAL-AFRIKAANSE REPUBLIEK
Independent Diamond Valuators (IDV) |
Immeuble SOCIM, 2e étage |
BP 1613 Bangui |
Centraal-Afrikaanse Republiek |
CHINA (Volksrepubliek China)
Department of Inspection and Quarantine Clearance |
General Administration of Quality Supervision, Inspection and Quarantine (AQSIQ) |
9 Madiandonglu |
Haidian District, Beijing |
Volksrepubliek China |
HONGKONG (Speciale Administratieve Regio van de Volksrepubliek China)
Department of Trade and Industry |
Hong Kong Special Administrative Region |
Peoples Republic of China |
Room 703, Trade and Industry Tower |
700 Nathan Road |
Kowloon |
Hongkong |
China |
KONGO (Democratische Republiek Kongo)
Centre d'Evaluation, d'Expertise et de Certification (CEEC) |
17th floor, BCDC Tower |
30th June Avenue |
Kinshasa |
Democratische Republiek Kongo |
IVOORKUST
Ministry of Mines and Energy |
BP V 91 |
Abidjan |
Ivoorkust |
KROATIË
Ministry of Economy
Zagreb
Republiek Kroatië
EUROPESE GEMEENSCHAP
Europese Commissie |
DG Buitenlandse betrekkingen/A/2 |
B-1049 Brussel |
België |
GHANA
Precious Minerals Marketing Company (Ltd.) |
Diamond House, |
Kinbu Road, |
P.O. Box M. 108 |
Accra |
Ghana |
GUINEE
Ministry of Mines and Geology |
BP 2696 |
Conakry |
Guinee |
GUYANA
Geology and Mines Commission |
PO Box 1028 |
Upper Brickdam |
Stabroek |
Georgetown |
Guyana |
INDIA
The Gem & Jewellery Export Promotion Council |
Diamond Plaza, 5th Floor 391-A, Fr D.B. Marg |
Mumbai 400 004 |
India |
INDONESIË
Directorate-General of Foreign Trade |
Ministry of Trade |
JI M.I. Ridwan Rais No 5 |
Blok I Iantai 4 |
Jakarta Pusat Kotak Pos. 10110 |
Jakarta |
Indonesië |
ISRAËL
Ministry of Industry and Trade |
P.O. Box 3007 |
52130 Ramat Gan |
Israël |
JAPAN
United Nations Policy Division |
Foreign Policy Bureau |
Ministry of Foreign Affairs |
2-11-1, Shibakoen Minato-ku |
105-8519 Tokyo |
Japan |
Mineral and Natural Resources Division |
Agency for Natural Resources and Energy |
Ministry of Economy, Trade and Industry |
1-3-1 Kasumigaseki, Chiyoda-ku |
100-8901 Tokyo |
Japan |
KOREA (Republiek Korea)
UN Division |
Ministry of Foreign Affairs and Trade |
Government Complex Building |
77 Sejong-ro, Jongro-gu |
Seoul |
Korea |
Trade Policy Division |
Ministry of Commerce, Industry and Enterprise |
1 Joongang-dong, Kwacheon-City |
Kyunggi-do |
Korea |
LAOS (Democratische Volksrepubliek Laos)
Department of Foreign Trade
Ministry of Commerce
Vientiane
Laos
LESOTHO
Commission of Mines and Geology |
P.O. Box 750 |
Maseru 100 |
Lesotho |
MALEISIË
Ministry of International Trade and Industry |
Blok 10 |
Komplek Kerajaan Jalan Duta |
50622 Kuala Lumpur |
Maleisië |
MAURITIUS
Ministry of Commerce and Co-operatives |
Import Division |
2nd Floor, Anglo-Mauritius House |
Intendance Street |
Port Louis |
Mauritius |
NAMIBIË
Diamond Commission |
Ministry of Mines and Energy |
Private Bag 13297 |
Windhoek |
Namibië |
NOORWEGEN
Section for Public International Law |
Department for Legal Affairs |
Royal Ministry of Foreign Affairs |
P.O. Box 8114 |
0032 Oslo |
Noorwegen |
ROEMENIË
National Authority for Consumer Protection |
Strada Georges Clemenceau Nr. 5, sectorul 1 |
Boekarest |
Roemenië |
RUSSISCHE FEDERATIE
Gokhran of Russia |
14, 1812 Goda St. |
121170 Moskou |
Rusland |
SIERRA LEONE
Ministry of Minerals Resources
Youyi Building
Brookfields
Freetown
Sierra Leone
SINGAPORE
Ministry of Trade and Industry |
100 High Street |
#0901, The Treasury |
Singapore 179434 |
ZUID-AFRIKA
South African Diamond Board |
240 Commissioner Street |
Johannesburg |
Zuid-Afrika |
SRI LANKA
Trade Information Service |
Sri Lanka Export Development Board |
42 Nawam Mawatha |
Colombo 2 |
Sri Lanka |
ZWITSERLAND
State Secretariat for Economic Affairs |
Export Control Policy and Sanctions |
Effingerstrasse 1 |
3003 Bern |
Zwitserland |
TAIWAN, PENGHU, KINMEN EN MATSU (afzonderlijk douanegebied)
Export/Import Administration Division
Bureau of Foreign Trade
Ministry of Economic Affairs
Taiwan
TANZANIA
Commission for Minerals |
Ministry of Energy and Minerals |
PO Box 2000 |
Dar es Salaam |
Tanzania |
THAILAND
Ministry of Commerce |
Department of Foreign Trade |
44/100 Thanon Sanam Bin Nam-Nonthaburi |
Muang District |
Nonthaburi 11000 |
Thailand |
TOGO
Directorate General — Mines and Geology |
B.P. 356 |
216, Avenue Sarakawa |
Lomé |
Togo |
OEKRAÏNE
Ministry of Finance |
State Gemological Center |
Degtyarivska St. 38-44 |
Kiev |
04119 Oekraïne |
International Department |
Diamond Factory „Kristall” |
600 Letiya Street 21 |
21100 Vinnitsa |
Oekraïne |
VERENIGDE ARABISCHE EMIRATEN
Dubai Metals and Commodities Centre |
PO Box 63 |
Dubai |
Verenigde Arabische Emiraten |
VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA
U.S. Department of State |
2201 C St., N.W. |
Washington D.C. |
Verenigde Staten van Amerika |
VENEZUELA
Ministry of Energy and Mines |
Apartado Postal no 61536 Chacao |
Caracas 1006 |
Av. Libertadores, Edif. PDVSA, Pent House B |
La Campina — Caracas |
Venezuela |
VIETNAM
Export-Import Management Department |
Ministry of Trade of Vietnam |
31 Trang Tien |
Hanoi 10.000 |
Vietnam |
ZIMBABWE
Principal Minerals Development Office |
Ministry of Mines and Mining Development |
Private Bag 7709, Causeway |
Harare |
Zimbabwe”. |
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/17 |
VERORDENING (EG) Nr. 1286/2005 VAN DE COMMISSIE
van 3 augustus 2005
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1210/2003 van de Raad betreffende bepaalde specifieke restricties op de economische en financiële betrekkingen met Irak
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1210/2003 van de Raad betreffende bepaalde specifieke restricties op de economische en financiële betrekkingen met Irak en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2465/96 (1) met name op artikel 11, onder b),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage IV van Verordening (EG) nr. 1210/2003 bevat een lijst van de natuurlijke personen, rechtspersonen, instanties en entiteiten die banden hadden met het regime van de voormalige President Saddam Hussein en waarop de bevriezing van tegoeden en economische middelen volgens die verordening van toepassing is. |
(2) |
Op 27 juli 2005 heeft het Sanctiecomité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties besloten tot wijziging van de lijst waarop de namen zijn vermeld van Saddam Hussein en hoge ambtenaren van het voormalige Iraakse regime, hun naaste familieleden en de entiteiten waarvan zij eigenaar zijn of waarover zij zeggenschap hebben of waarvan personen die namens hen handelen eigenaar zijn of waarover personen die namens hen handelen zeggenschap hebben en waarop de bevriezing van tegoeden en economische middelen van toepassing dient te zijn. Daarom moet bijlage IV dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(3) |
Om de doeltreffendheid van de bepalingen van deze verordening te waarborgen, dient deze onmiddellijk in werking te treden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1210/2003 wordt gewijzigd zoals in de bijlage bij deze verordening is aangegeven.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, op 3 augustus 2005.
Voor de Commissie,
Eneko LANDÁBURU
Directeur-generaal Buitenlandse betrekkingen
(1) PB L 169 van 8.7.2003, blz. 6. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1087/2005 van de Commissie (PB L 177 van 9.7.2005, blz. 32).
BIJLAGE
Bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1210/2003 wordt als volgt gewijzigd:
De namen van de volgende natuurlijke personen worden toegevoegd:
1) |
Yasir Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Yassir Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Yasser Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, c) Yasir Sab’awi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, d) Yasir Sabawi Ibrahim Hassan Al-Tikriti, e) Ali Thafir Abdallah). Geboortedatum: a) 15.5.1968, b) 1970. Geboorteplaats: a) Al-Owja, Irak, b) Baghdad, Irak. Nationaliteit: Irakees. Adressen: a) Mosul, Irak, b) Az Zabadani, Syrië. Paspoortnr.: Irakees paspoortnr. 284158 (geldig tot 21.8.2005; naam: Ali Thafir Abdallah; geboortedatum: 1970; geboorteplaats: Baghdad, Irak). Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
2) |
Omar Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Umar Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Omar Sab’awi Ibrahim Hasan Al-Tikriti c) Omar Sabawi Ibrahim Hassan Al-Tikriti, d) Umar Ahmad Ali Al-Alusi). Geboortejaar: a) circa 1970, b) 1970. Geboorteplaats: Baghdad, Irak. Nationaliteit: Irakees. Adressen: a) Damascus, Syrië, b) Al-Shahid Street, Al-Mahata Neighborhood, Az Zabadani, Syrië, c) Jemen. Paspoortnr.: Irakees paspoortnr. 2863795S (geldig tot 23.8.2005; naam: Umar Ahmad Ali Al-Alusi; geboortejaar: 1970; geboorteplaats: Baghdad, Irak). Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
3) |
Ayman Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Aiman Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Ayman Sab’awi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, c) Ayman Sabawi Ibrahim Hassan Al-Tikriti, d) Qais Muhammad Salman). Geboortedatum: 21.10.1971. Geboorteplaats: a) Baghdad, Irak, b) Al-Owja, Irak. Nationaliteit: Irakees. Adressen: a) Bludan, Syrië, b) Mutanabi Area, Al Monsur, Baghdad, Irak. Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
4) |
Ibrahim Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Ibrahim Sab’awi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Ibrahim Sabawi Ibrahim Hassan Al-Tikriti, c) Ibrahim Sabawi Ibrahim Al-Hassan Al-Tikriti, d) Muhammad Da’ud Salman). Geboortedatum: a) 25.10.1983, b) 1977. Geboorteplaats: Baghdad, Irak. Nationaliteit: Irakees. Adressen: a) Al-Shahid Street, Al-Mahata Neighborhood, Az Zabadani, Syrië, b) Fuad Dawod Farm, Az Zabadani, Damascus, Syrië, c) Irak. Paspoortnr.: Irakees paspoortnr. 284173 (geldig tot 21.8.2005; naam: Muhammad Da’ud Salman; geboortejaar: 1977; geboorteplaats: Baghdad, Irak). Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
5) |
Bashar Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Bashar Sab’awi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Bashir Sab’awi Ibrahim Al-Hasan Al-Tikriti, c) Bashir Sabawi Ibrahim Al-Hassan Al-Tikriti, d) Bashar Sabawi Ibrahim Hasan Al-Bayjat, e) Ali Zafir „Abdullah”). Geboortedatum: 17.7.1970. Geboorteplaats: Baghdad, Irak. Nationaliteit: Irakees. Addressen: a) Fuad Dawod Farm, Az Zabadani, Damascus, Syrië, b) Beirut, Libanon. Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
6) |
Sa’d Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti (alias a) Sa’ad Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, b) Sa’d Sab’awi Hasan Al-Tikriti). Geboortedatum: 19.9.1988. Nationaliteit: Irakees. Adressen: a) Al-Shahid Street, Al-Mahata Neighborhood, Az Zabadani, Syrië, b) Jemen. Overige informatie: zoon van Sabawi Ibrahim Hasan Al-Tikriti, voormalig presidentieel adviseur van Saddam Hussein. |
Hof van Justitie
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/19 |
WIJZIGINGEN VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
HET HOF VAN JUSTITIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 223, zesde alinea;
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 139, zesde alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De duur van de procedures voor het Hof, vooral in prejudiciële zaken, wordt al enige tijd steeds langer en in het bijzonder na de uitbreiding van de Unie moeten bepaalde onderdelen van de procedure worden verkort en vereenvoudigd. |
(2) |
De termijn voor de indiening van een verzoek om een terechtzitting te houden, dient te worden verkort en in een aantal gevallen dient de verplichting om de nationale rechterlijke instantie op de hoogte te stellen en de partijen te horen, te worden opgeheven wanneer het Hof in bepaalde gevallen van een eenvoudige prejudiciële verwijzing bij beschikking uitspraak doet. |
(3) |
Met de technologische ontwikkeling worden meer en meer stukken elektronisch verstuurd en is de toezending via elektronische weg een zeer betrouwbare wijze van communicatie geworden. Het Hof moet zich aan deze ontwikkeling kunnen aanpassen en dient de mogelijkheid te krijgen om te bepalen onder welke voorwaarden een elektronisch toegezonden processtuk als het origineel van het stuk wordt beschouwd. |
(4) |
Ten slotte dienen de bepalingen betreffende de kosteloze rechtsbijstand te worden gewijzigd, door te bepalen dat de beschikking waarbij een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt afgewezen, met redenen moet zijn omkleed, |
Met goedkeuring van de Raad, verleend op 28 juni 2005,
STELT DE VOLGENDE WIJZIGINGEN VAN ZIJN REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING VAST:
Artikel 1
Het reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, vastgesteld op 19 juni 1991 (PB L 176 van 4.7.1991, blz. 7, met rectificatie in PB L 383 van 29.12.1992, blz. 117), zoals gewijzigd op 21 februari 1995 (PB L 44 van 28.2.1995, blz. 61), 11 maart 1997 (PB L 103 van 19.4.1997, blz. 1, met rectificatie in PB L 351 van 23.12.1997, blz. 72), 16 mei 2000 (PB L 122 van 24.5.2000, blz. 43), 28 november 2000 (PB L 322 van 19.12.2000, blz. 1), 3 april 2001 (PB L 119 van 27.4.2001, blz. 1), 17 september 2002 (PB L 272 van 10.10.2002, blz. 24, met rectificatie (Duitse versie) in PB L 281 van 19.10.2002), 8 april 2003 (PB L 147 van 14.6.2003, blz. 17), 19 april 2004 (PB L 132 van 29.4.2004, blz. 2) en 20 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 107) wordt gewijzigd als volgt:
1) |
Aan artikel 37 wordt het volgende lid 7 toegevoegd: „7. Onverminderd het bepaalde in lid 1, eerste alinea, en de leden 2 tot en met 5, kan het Hof bij besluit bepalen onder welke voorwaarden een elektronisch aan de griffie toegezonden stuk als het origineel van dit stuk wordt beschouwd. Dit besluit wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie.”. |
2) |
In artikel 44 bis, derde volzin, worden de woorden „een maand” vervangen door „drie weken”. |
3) |
Artikel 76, lid 3, tweede alinea, wordt vervangen door: „De kamer beslist bij niet voor hogere voorziening vatbare beschikking. In geval van gehele of gedeeltelijke weigering van de kosteloze rechtsbijstand, wordt de weigering in de beschikking met redenen omkleed.”. |
4) |
Artikel 104, lid 1, wordt gewijzigd als volgt: „1. Van de beslissingen van de nationale rechterlijke instanties, bedoeld in artikel 103, wordt aan de lidstaten afschrift in de oorspronkelijke versie gezonden, tezamen met een vertaling in de officiële taal van de betrokken lidstaat. Indien de lengte van de beslissing van de nationale rechterlijke instantie daartoe aanleiding geeft, wordt deze vertaling vervangen door een vertaling in de officiële taal van de betrokken lidstaat van een resumé van de beslissing, dat als grondslag voor het standpunt van deze staat zal dienen. Het resumé bevat de volledige tekst van de prejudiciële vra(a)g(en). Voorzover deze elementen in de beslissing van de nationale rechterlijke instantie voorkomen, omvat dit resumé in het bijzonder het voorwerp van de procedure in het hoofdgeding, de voornaamste argumenten van de partijen in het hoofdgeding, een korte uiteenzetting van de motivering van de verwijzing, alsmede de aangevoerde communautaire en nationale bepalingen en rechtspraak. In de gevallen bedoeld in artikel 23, derde alinea, van het statuut, wordt van de beslissingen van de nationale rechterlijke instanties een afschrift in de oorspronkelijke versie gezonden aan de staten — niet zijnde lidstaten — die partij zijn bij de EER-overeenkomst, alsmede aan de Toezichthoudende Autoriteit EVA, tezamen met een vertaling van de beslissing of, in voorkomend geval, van een resumé in een van de talen genoemd in artikel 29, lid 1, naar keuze van de betrokken staat of van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA. Wanneer een derde staat overeenkomstig artikel 23, vierde alinea, van het statuut gerechtigd is deel te nemen aan een prejudiciële procedure, wordt hem van de beslissing van de nationale rechterlijke instantie een afschrift in de oorspronkelijke versie gezonden, tezamen met een vertaling van de beslissing of, in voorkomend geval, van een resumé in een van de talen genoemd in artikel 29, lid 1, naar keuze van de betrokken derde staat.”. |
5) |
Artikel 104, lid 3, wordt vervangen door: „3. Wanneer een prejudiciële vraag identiek is met een vraag waarover het Hof zich reeds heeft uitgesproken, of wanneer het antwoord op een dergelijke vraag duidelijk uit de rechtspraak kan worden afgeleid, kan het Hof op ieder moment, na de advocaat-generaal te hebben gehoord, beslissen bij een met redenen omklede beschikking waarin naar het eerdere arrest of de betrokken rechtspraak wordt verwezen. Indien over het antwoord op een prejudiciële vraag redelijkerwijs geen twijfel kan bestaan, kan het Hof na de verwijzende rechterlijke instantie daarvan in kennis te hebben gesteld en na de belanghebbenden bedoeld in artikel 23 van het statuut in hun eventuele opmerkingen te hebben gehoord, de advocaat-generaal gehoord, eveneens bij een met redenen omklede beschikking beslissen.”. |
6) |
In artikel 104, lid 4, derde volzin, worden de woorden „een maand” vervangen door „drie weken”; |
7) |
In artikel 120, tweede volzin, worden de woorden „een maand” vervangen door „drie weken”. |
Artikel 2
Deze wijzigingen van het reglement voor de procesvoering, zijnde authentiek in de talen bedoeld in artikel 29, lid 1, van het reglement, worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Zij treden in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op die van hun bekendmaking.
Gedaan te Luxemburg, 12 juli 2005.
II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing
Raad
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/22 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 29 juli 2005
houdende benoeming van vier leden van de raad van beheer van het Europees Geneesmiddelenbureau
(2005/594/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (1), en met name op artikel 65, leden 1 en 4,
Gezien de lijst van kandidaten die op 25 februari 2005 door de Commissie is opgesteld,
Gezien het advies van het Europees Parlement,
BESLUIT:
Artikel 1
Mevrouw Mary Geraldine BAKER, geboren te Londen (Verenigd Koninkrijk) op 27 oktober 1936,
de heer Jean GEORGES, geboren te Esch-sur-Alzette (Luxemburg) op 11 juli 1966,
mevrouw Lisette TIDDENS-ENGWIRDA, geboren te Amsterdam (Nederland) op 25 juni 1950 en
de heer Fritz Rupert UNGEMACH, geboren te München (Duitsland) op 6 februari 1947,
worden benoemd tot lid van de raad van beheer van het Europees Geneesmiddelenbureau voor een termijn van drie jaar.
Artikel 2
De datum waarop de in artikel 1 genoemde ambtstermijn van drie jaar ingaat, wordt bepaald door de raad van beheer van het Europees Geneesmiddelenbureau.
Gedaan te Brussel, 29 juli 2005.
Voor de Raad
De voorzitter
J. STRAW
(1) PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1.
Rectificaties
4.8.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 203/23 |
Rectificatie van Verordening (EG) nr. 1255/2005 van de Commissie van 29 juli 2005 tot vaststelling van de mate waarin invoercertificaataanvragen die in juli 2005 in het kader van bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 geopende tariefcontingenten voor bepaalde zuivelproducten zijn ingediend, kunnen worden geaccepteerd
( Publicatieblad van de Europese Unie L 200 van 30 juli 2005 )
Op bladzijde 66, bijlage I.B:
in plaats van:
„5. |
Producten van oorsprong uit Roemenië”, |
te lezen:
„1. |
Producten van oorsprong uit Roemenië”; |
in plaats van:
„6. |
Producten van oorsprong uit Bulgarije”, |
te lezen:
„2. |
Producten van oorsprong uit Bulgarije”. |