ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 139

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

61e jaargang
20 april 2018


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

ADVIEZEN

 

Europese Commissie

2018/C 139/01

Advies van de Commissie van 18 april 2018 betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de interimopslagfaciliteit voor vaten met geïntegreerde afscherming te Sellafield in het Verenigd Koninkrijk

1


 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2018/C 139/02

Bericht van de Commissie tot wijziging van de richtsnoeren van de Europese Unie voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden 2014-2020

3

2018/C 139/03

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.8838 — Kerry Group/Korys Investments/Proparent) ( 1 )

6

2018/C 139/04

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.8330 — Maersk Line/HSDG) ( 1 )

6


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2018/C 139/05

Kennisgeving aan bepaalde personen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit 2010/413/GBVB van de Raad en van Verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen Iran

7

2018/C 139/06

Kennisgeving aan de personen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2016/849 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2018/611 van de Raad, en in Verordening (EU) 2017/1509, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/602 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea

8

2018/C 139/07

Kennisgeving aan de betrokkenen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Verordening (EU) 2017/1509 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea

9

 

Europese Commissie

2018/C 139/08

Wisselkoersen van de euro

10

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2018/C 139/09

Bekendmaking overeenkomstig artikel 5, lid 2 — Oprichting van een Europese Groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) (Verordening (EG) nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 ( PB L 210 van 31.7.2006, blz. 19 ))

11


 

V   Bekendmakingen

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2018/C 139/10

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

13


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

ADVIEZEN

Europese Commissie

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/1


ADVIES VAN DE COMMISSIE

van 18 april 2018

betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen van de interimopslagfaciliteit voor vaten met geïntegreerde afscherming te Sellafield in het Verenigd Koninkrijk

(Slechts de tekst in de Engelse taal is authentiek)

(2018/C 139/01)

De onderstaande evaluatie is uitgevoerd overeenkomstig de bepalingen van het Euratom-Verdrag, onverminderd eventuele aanvullende beoordelingen op grond van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de verplichtingen die daaruit en uit het afgeleide recht voortvloeien (1).

Op 5 oktober 2017 heeft de Europese Commissie overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag van de regering van het Verenigd Koninkrijk algemene gegevens ontvangen betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen (2) van de interimopslagfaciliteit voor vaten met geïntegreerde afscherming te Sellafield.

Op basis van deze gegevens en de aanvullende informatie, die op 14 november 2017 door de Commissie is aangevraagd en op 15 januari 2018 door de autoriteiten van het Verenigd Koninkrijk is verstrekt, brengt de Commissie, na raadpleging van de groep van deskundigen, het volgende advies uit:

1.

De afstand tussen de locatie en de dichtstbijzijnde grens met een andere lidstaat, in dit geval Ierland, is 180 km.

2.

Onder normale bedrijfsomstandigheden veroorzaakt de geplande lozing van gasvormige radioactieve effluenten voor de inwoners van andere lidstaten waarschijnlijk geen voor de volksgezondheid significante blootstelling aan straling, rekening houdend met de in de basisnormenrichtlijn vastgestelde dosislimieten (3). Onder normale bedrijfsomstandigheden zal de faciliteit geen vloeibare radioactieve effluenten lozen.

3.

Secundair vast radioactief afval wordt overgebracht naar behandelings- en conditioneringsfaciliteiten op de locatie. Behandeld laagactief afval zal worden overgebracht naar de nabijgelegen erkende Drigg-opslagplaats.

4.

In het geval van niet-geplande lozingen van radioactieve effluenten ten gevolge van ongevallen van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, resulteren de door andere lidstaten ontvangen stralingsdoses naar verwachting niet in schadelijke effecten voor de volksgezondheid, rekening houdend met de in de basisnormenrichtlijn vastgestelde referentieniveaus.

Concluderend is de Commissie van mening dat de uitvoering van het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen, in welke vorm dan ook, van de interimopslagfaciliteit voor vaten met geïntegreerde afscherming te Sellafield in het Verenigd Koninkrijk, zowel in normale bedrijfsomstandigheden als bij een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, waarschijnlijk geen radioactieve besmetting tot gevolg heeft die voor de volksgezondheid, het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat significant is, overeenkomstig de in de basisnormenrichtlijn vastgestelde bepalingen.

Gedaan te Brussel, 18 april 2018.

Voor de Commissie

Miguel ARIAS CAÑETE

Lid van de Commissie


(1)  Krachtens het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, bijvoorbeeld, moeten de milieuaspecten verder worden geanalyseerd. De Commissie wil in dat verband graag de aandacht vestigen op het bepaalde in Richtlijn 2011/92/EU betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, zoals gewijzigd bij Richtlijn 2014/52/EU, alsmede op het bepaalde in Richtlijn 2001/42/EG betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma’s, Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, en Richtlijn 2000/60/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid.

(2)  De lozing van radioactieve afvalstoffen in de zin van punt 1 van Aanbeveling 2010/635/Euratom van de Commissie van 11 oktober 2010 betreffende de toepassing van artikel 37 van het Euratom-Verdrag (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 36).

(3)  Richtlijn 2013/59/Euratom van de Raad van 5 december 2013 tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming tegen de gevaren verbonden aan de blootstelling aan ioniserende straling, en houdende intrekking van de Richtlijnen 89/618/Euratom, 90/641/Euratom, 96/29/Euratom, 97/43/Euratom en 2003/122/Euratom (PB L 13 van 17.1.2014, blz. 1).


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/3


Bericht van de Commissie tot wijziging van de richtsnoeren van de Europese Unie voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden 2014-2020

(2018/C 139/02)

De richtsnoeren van de Europese Unie voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden 2014-2020 (1) worden als volgt gewijzigd:

1)

Aan punt (75) wordt het volgende punt (s) toegevoegd:

„s)

steun voor actieve landbouwers die aan een kwaliteitsregeling voor katoen of levensmiddelen deelnemen, overeenkomstig afdeling 3.8 van deel II.”.

2)

in punt (93) wordt de eerste zin vervangen door:

„De lidstaten kunnen het steunbedrag voor de maatregelen of soorten concrete acties als bedoeld in de afdelingen 1.1.5, 1.1.6, 1.1.7, 1.1.8, 2.1.1, 2.1.2, 2.2, 2.3, 3.4 en 3.5 van deel II van deze richtsnoeren vaststellen op basis van de standaardveronderstellingen betreffende de extra kosten en de gederfde inkomsten.”.

3)

punt (503) wordt vervangen door:

„(503)

Steun voor investeringen in de bosbouw die uit het Elfpo wordt gecofinancierd of in de vorm van aanvullende nationale financiering bij dergelijke gecofinancierde steun wordt verleend, kan betrekking hebben op andere in aanmerking komende kosten dan die welke in punt (502), onder a) tot en met e), zijn bedoeld, op voorwaarde dat die kosten volledig in aanmerking komen op grond van Verordening (EU) nr. 1305/2013 en dat de steun identiek is aan de onderliggende maatregel die is opgenomen in het op grond van die verordening goedgekeurde plattelandsontwikkelingsprogramma. Wanneer die steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt verleend, kan hij tevens betrekking hebben op de kosten als bedoeld in punt (502), onder f).”.

4)

De titel van afdeling 2.1.2 van deel II wordt vervangen door:

„2.1.2.

Steun voor de invoering, regeneratie of renovatie van boslandbouwsystemen”.

5)

Punt (513) wordt vervangen door:

„(513)

De Commissie zal steun voor de invoering, regeneratie of renovatie van boslandbouwsystemen aanmerken als verenigbaar met de interne markt krachtens artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag als die steun aan de gemeenschappelijke beoordelingsbeginselen van deze richtsnoeren en aan de onderstaande voorwaarden voldoet.”.

6)

Punt (516) wordt vervangen door:

„(516)

De steun moet dienen voor de financiering van de invoerings-, regeneratie- of renovatiekosten, en gedurende maximaal vijf jaar kan voor de kosten van onderhoudsactiviteiten een jaarlijkse premie per hectare worden toegekend.”.

7)

Punt (518) wordt vervangen door:

„(518)

De steun mag ten hoogste 80 % bedragen van het bedrag van de in aanmerking komende investeringskosten voor de invoering, regeneratie of renovatie van boslandbouwsystemen, en ten hoogste 100 % van het bedrag van de jaarlijkse premie.”.

8)

Na punt (536) wordt het volgende punt (536 bis) ingevoegd:

„(536 bis)

De voorwaarden van de punten (534), (535) en (536) zijn niet van toepassing op steun die uit het Elfpo wordt gecofinancierd of in de vorm van aanvullende nationale financiering bij dergelijke gecofinancierde steun wordt verleend en die wordt toegekend in de vorm van financieringsinstrumenten.”.

9)

Aan punt (565) wordt de volgende tweede zin toegevoegd:

„Infrastructuur die in het kader van een demonstratie is geïnstalleerd, mag worden gebruikt nadat de concrete actie is voltooid.”.

10)

Na punt (567) wordt het volgende punt ingevoegd:

„(567 bis)

Steun voor demonstratieprojecten die uit het Elfpo wordt gecofinancierd of in de vorm van aanvullende nationale financiering bij dergelijke gecofinancierde steun wordt verleend en die wordt toegekend in de vorm van financieringsinstrumenten, kan betrekking hebben op andere in aanmerking komende kosten dan die welke in punt (293), onder d), i) tot en met iv), van afdeling 1.1.10.1 zijn bedoeld, op voorwaarde dat die kosten volledig in aanmerking komen op grond van Verordening (EU) nr. 1305/2013 en dat de steun identiek is aan de onderliggende maatregel die is opgenomen in het op grond van die verordening goedgekeurde plattelandsontwikkelingsprogramma.”.

11)

Na punt (569) wordt het volgende punt ingevoegd:

„(569 bis)

Steun die uit het Elfpo wordt gecofinancierd of in de vorm van aanvullende nationale financiering bij dergelijke gecofinancierde steun wordt verleend, mag worden betaald aan de beheersautoriteit als bedoeld in artikel 65, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1305/2013.”.

12)

In punt (635) wordt de aanhef vervangen door:

„Behalve wanneer de steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend, mogen, tenzij anders bepaald, voor investeringssteunmaatregelen die onder het toepassingsgebied van hoofdstuk 3 van deel II van deze richtsnoeren vallen, alleen de volgende kosten in aanmerking komen:”.

13)

Punt (636) wordt vervangen door:

„(636)

Behalve wanneer de steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend, worden andere dan de in punt (635) bedoelde kosten in verband met een leasingcontract, zoals de marge voor de leasinggever, kosten van de herfinanciering van rente, overheadkosten en verzekeringspremies niet geacht in aanmerking komende kosten te zijn.”.

14)

Na punt (642) wordt het volgende punt (642 bis) ingevoegd:

„(642 bis)

Wanneer de steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend, kan de input in het productieproces ook een niet-landbouwproduct zijn op voorwaarde dat de investering bijdraagt tot een of meer van de prioriteiten van de Unie voor plattelandsontwikkeling.”.

15)

Na punt (644) wordt het volgende punt (644 bis) ingevoegd:

„(644 bis)

Met betrekking tot de in punt (644), onder b), d) en e), bedoelde infrastructuurinvesteringen is de steun, wanneer hij in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend, niet beperkt tot kleinschalige infrastructuur.”.

16)

Aan punt (645) wordt de volgende tweede zin toegevoegd:

„Dergelijke plannen zijn niet vereist voor investeringen waarvoor de steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend.”.

17)

Aan punt (654) wordt de volgende derde zin toegevoegd:

„Het bedrijfsplan heeft een looptijd van hoogstens vijf jaar.”.

18)

In punt (656) wordt de eerste zin vervangen door:

„De steun moet in ten minste twee tranches worden betaald.”.

19)

Punt (663) wordt vervangen door:

„(663)

Voor concrete acties die niet onder de punten (208) tot en met (219) van afdeling 1.1.5.1 van deel II van deze richtsnoeren vallen, mag aan ondernemingen in plattelandsgebieden die niet actief zijn in de landbouwsector, steun worden verleend voor de instandhouding, het duurzame gebruik en de ontwikkeling van genetische hulpbronnen in de landbouw, met inbegrip van uitheemse hulpbronnen.”.

20)

Na punt (672) wordt het volgende punt (672 bis) ingevoegd:

„(672 bis)

Infrastructuur die in het kader van een demonstratie is geïnstalleerd, mag worden gebruikt nadat de concrete actie is voltooid.”.

21)

Aan punt (673) wordt de volgende derde zin toegevoegd:

„Steun voor de opleiding van adviseurs mag evenwel worden betaald aan de beheersautoriteit als bedoeld in artikel 65, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1305/2013.”.

22)

In punt (681) wordt de tweede zin vervangen door:

„De steun moet worden betaald aan de verstrekker van de adviesdiensten of aan de beheersautoriteit als bedoeld in artikel 65, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1305/2013.”.

23)

De titel van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van deel II wordt vervangen door:

„Steun voor actieve landbouwers die aan een kwaliteitsregeling voor katoen of levensmiddelen deelnemen”.

24)

Punt (685) wordt vervangen door:

„(685)

De Commissie zal steun voor actieve landbouwers die toetreden, of die gedurende de voorgaande vijf jaren zijn toegetreden, tot een kwaliteitsregeling voor katoen of levensmiddelen, aanmerken als verenigbaar met de interne markt krachtens artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag als die steun voldoet aan de gemeenschappelijke beoordelingsbeginselen van deze richtsnoeren, de gemeenschappelijke bepalingen voor hoofdstuk 3 van deel II van deze richtsnoeren en de onderstaande voorwaarden.”.

25)

Aan punt (688) wordt de volgende tweede zin toegevoegd:

„Als de eerste deelname aan de kwaliteitsregeling vóór de steunaanvraag is gestart, wordt de maximale duur van vijf jaar verminderd met het aantal jaren dat is verlopen tussen die eerste deelname en het tijdstip van de steunaanvraag.”.

26)

Punt (709) wordt vervangen door:

„(709)

Behalve wanneer de steun in de vorm van financieringsinstrumenten wordt toegekend, moeten de in punt (708), onder d), bedoelde rechtstreekse kosten beperkt blijven tot de in aanmerking komende kosten van investeringssteun, als nader omschreven in de punten (635) en (636).”.

27)

Punt (716) wordt vervangen door:

„(716)

De steun mag alleen worden toegekend voor de financiering van de volgende kosten:

(a)

de administratieve kosten van de oprichting van het onderlinge fonds, met dien verstande dat die kosten op degressieve wijze over maximaal drie jaar moeten worden gespreid;

(b)

het aanvangskapitaal van het onderlinge fonds.”.

28)

Punt (717) wordt vervangen door:

„(717)

De lidstaten mogen de voor steun in aanmerking komende kosten beperken door de toepassing van maxima per fonds.”.

29)

Punt (718) wordt vervangen door:

„(718)

De steun mag niet meer bedragen dan 70 % van de in aanmerking komende kosten.”.


(1)  PB C 204 van 1.7.2014, blz. 1.


20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/6


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.8838 — Kerry Group/Korys Investments/Proparent)

(Voor de EER relevante tekst)

(2018/C 139/03)

Op 13 april 2018 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32018M8838. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/6


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.8330 — Maersk Line/HSDG)

(Voor de EER relevante tekst)

(2018/C 139/04)

Op 10 april 2017 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), in samenhang met artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector;

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32017M8330. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/7


Kennisgeving aan bepaalde personen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit 2010/413/GBVB van de Raad en van Verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen Iran

(2018/C 139/05)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van IRGC-brigadegeneraal Javad DARVISH-VAND (nr. 1), IRGC-brigadegeneraal Mohammad Reza NAQDI (nr. 8), de heer Rostam QASEMI (nr. 10) en IRGC-brigadegeneraal Amir Ali Haji ZADEH (nr. 19), personen die worden genoemd in bijlage II bij Besluit 2010/413/GBVB van de Raad (1) en in bijlage IX bij Verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad (2) betreffende beperkende maatregelen tegen Iran.

De Raad is voornemens vast te houden aan de beperkende maatregelen tegen bovengenoemde personen, met vermelding van nieuwe motiveringen. Deze personen worden hierbij op de hoogte gebracht van het feit dat zij bij de Raad een verzoek kunnen indienen om kennis te nemen van de motivering betreffende hun aanwijzing. Het verzoek dient vóór 27 april 2018 naar het volgende adres te worden gestuurd:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu.

Vóór 11 mei 2018 ingekomen opmerkingen zullen in aanmerking worden genomen in het kader van de regelmatige toetsing door de Raad.


(1)  PB L 195 van 27.7.2010, blz. 39.

(2)  PB L 88 van 24.3.2012, blz. 1.


20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/8


Kennisgeving aan de personen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2016/849 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2018/611 van de Raad, en in Verordening (EU) 2017/1509, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/602 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea

(2018/C 139/06)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in bijlage II bij Besluit (GBVB) 2016/849 (1), als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2018/611 (2), en in bijlage XVI bij Verordening (EU) 2017/1509 (3), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/602 van de Raad (4), betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea.

De Raad van de Europese Unie heeft besloten dat de personen die in de bovengenoemde bijlagen voorkomen, moeten worden opgenomen op de lijst van personen en entiteiten die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2016/849 en Verordening (EU) 2017/1509 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Korea. De redenen voor de opneming van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in die bijlagen.

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (of lidstaten), vermeld op de websites in bijlage II bij Verordening (EU) 2017/1509 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea, om een machtiging tot gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen te verkrijgen (zie artikel 35 van de verordening).

De betrokken personen kunnen vóór 18 mei 2018, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot de Raad richten om het besluit hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, te heroverwegen:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Met ingekomen opmerkingen zal rekening worden gehouden in het kader van de regelmatige toetsing door de Raad, overeenkomstig artikel 36, lid 2, van Besluit (GBVB) 2016/849 en artikel 34, lid 7, van Verordening (EU) 2017/1509.

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 141 van 28.5.2016, blz. 79.

(2)  PB L 101 van 20.4.2018, blz. 70.

(3)  PB L 224 van 31.8.2017, blz. 1.

(4)  PB L 101 van 20.4.2018, blz. 16.


20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/9


Kennisgeving aan de betrokkenen die zijn onderworpen aan de beperkende maatregelen van Verordening (EU) 2017/1509 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea

(2018/C 139/07)

De aandacht van de betrokkenen wordt gevestigd op onderstaande informatie, overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (1):

De rechtsgrond voor deze verwerking is Verordening (EU) 2017/1509 van de Raad (2).

De verantwoordelijke voor de verwerking is de Raad van de Europese Unie, die wordt vertegenwoordigd door de directeur-generaal van DG C (Buitenlandse Zaken, Uitbreiding, Civiele Bescherming) van het secretariaat-generaal van de Raad. Eenheid 1C van DG C, de met de verwerking belaste dienst, is bereikbaar op het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Het doel van de verwerking is het opstellen en actualiseren van de lijst van personen die overeenkomstig Verordening (EU) 2017/1509 aan beperkende maatregelen onderworpen zijn.

De betrokkenen zijn de natuurlijke personen die voldoen aan de criteria voor plaatsing op de lijst als vastgesteld in die verordening.

De verzamelde persoonsgegevens omvatten gegevens die nodig zijn voor de correcte identificatie van de betrokken persoon, de motivering en eventuele andere daarmee verband houdende gegevens.

De verzamelde persoonsgegevens kunnen zo nodig worden uitgewisseld met de Europese Dienst voor extern optreden en de Commissie.

Onverminderd de beperkingen bedoeld in artikel 20, lid 1, onder a) en d), van Verordening (EG) nr. 45/2001 zullen verzoeken om toegang, alsmede verzoeken om rectificatie of bezwaarschriften, worden beantwoord in overeenstemming met afdeling 5 van Besluit 2004/644/EG van de Raad (3).

De persoonsgegevens worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf het moment waarop de betrokkene is geschrapt van de lijst van personen op wie de bevriezing van tegoeden van toepassing is of totdat de geldigheidsduur van de maatregel is verstreken, of voor de duur van eventueel begonnen gerechtelijke procedures.

De betrokkenen kunnen zich overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 wenden tot de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.


(1)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(2)  PB L 224 van 31.8.2017, blz. 1.

(3)  PB L 296 van 21.9.2004, blz. 16.


Europese Commissie

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/10


Wisselkoersen van de euro (1)

19 april 2018

(2018/C 139/08)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2382

JPY

Japanse yen

132,88

DKK

Deense kroon

7,4478

GBP

Pond sterling

0,86975

SEK

Zweedse kroon

10,3778

CHF

Zwitserse frank

1,1976

ISK

IJslandse kroon

123,30

NOK

Noorse kroon

9,5825

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,327

HUF

Hongaarse forint

310,37

PLN

Poolse zloty

4,1664

RON

Roemeense leu

4,6570

TRY

Turkse lira

4,9838

AUD

Australische dollar

1,5892

CAD

Canadese dollar

1,5606

HKD

Hongkongse dollar

9,7182

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6938

SGD

Singaporese dollar

1,6208

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 314,38

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

14,7813

CNY

Chinese yuan renminbi

7,7717

HRK

Kroatische kuna

7,4120

IDR

Indonesische roepia

17 070,75

MYR

Maleisische ringgit

4,8085

PHP

Filipijnse peso

64,432

RUB

Russische roebel

75,2875

THB

Thaise baht

38,644

BRL

Braziliaanse real

4,1925

MXN

Mexicaanse peso

22,4668

INR

Indiase roepie

81,4580


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/11


Bekendmaking overeenkomstig artikel 5, lid 2

Oprichting van een Europese Groepering voor territoriale samenwerking (EGTS)

(Verordening (EG) nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 19))

(2018/C 139/09)

I.1)   Naam, adres en contactpersoon:

Geregistreerde naam: Agrupamento Europeu de Cooperação Territorial do Rio Minho (EGTS Rio Minho)

Statutaire zetel:

o

Contactpersoon: José Maria da Cunha Costa, voorzitter van de intergemeentelijke raad

Website van de groepering:

I.2)   Bestaansduur van de groepering:

Bestaansduur van de groepering:

Datum van oprichting:

Datum van bekendmaking:

II.   DOELSTELLINGEN

De EGTS Rio Minho heeft tot doel de territoriale samenwerking tussen haar leden te faciliteren en te bevorderen door middel van allerlei activiteiten, met inbegrip van de activiteiten waarmee zij, in overeenstemming met haar bevoegdheden en het toepasselijke Portugese, Spaanse en EU-recht, via delegatie of subdelegatie door nationale of Europese instanties is belast met het oog op de tenuitvoerlegging van programma’s of projecten die mede worden gefinancierd uit het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds of het Cohesiefonds. Om bij te dragen aan de ontwikkeling en versterking van de economische en sociale samenhang van het gebied, beoogt de EGTS Rio Minho een gemeenschappelijk kader vast te stellen voor het stimuleren van de territoriale samenwerking op haar grondgebied, alsook de institutionele samenhang binnen het desbetreffende gebied te vergroten, het grensoverschrijdend cultureel en natuurlijk erfgoed te bevorderen en het gebied waarop de EGTS Rio Minho betrekking heeft, te promoten in het buitenland, met als doel het lokale potentieel te benutten, het grensoverschrijdende gebied rond de rivier Minho (Miño) als toeristische bestemming te promoten en andere troeven van dit gebied nationaal en internationaal onder de aandacht te brengen. De EGTS Rio Minho houdt zich ook bezig met het sluiten en beheren van overeenkomsten en het maken van afspraken over het gebruik van financiële instrumenten die, bij voorkeur met Europese subsidie, door het Koninkrijk Spanje en de Portugese Republiek in het leven zijn geroepen of zijn gepland, evenals met het beheren van grensoverschrijdende voorzieningen en diensten van algemeen belang, het bevorderen en opstellen van studies, plannen en programma’s, en het tot stand brengen van allerlei soorten betrekkingen tussen de betrokken overheidsinstanties.

III.   AANVULLENDE GEGEVENS OVER DE NAAM VAN DE GROEPERING

Naam in het Engels:

Naam in het Frans:

IV.   LEDEN

IV.1)   Totaal aantal leden van de groepering: 2

IV.2)   Nationaliteit van de leden van de groepering: Portugees en Spaans

IV.3)   Informatie over de leden  (1)

Officiële naam: Comunidade Intermunicipal do Alto Minho

Postadres:

o

Website: www.cim-altominho.pt

Soort lid: vereniging van lokale overheden

Officiële naam: Diputación Provincial de Pontevedra

Postadres:

Website: www.depo.es

Soort lid: lokale overheid


(1)  Graag voor elk lid invullen.


V Bekendmakingen

ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

20.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 139/13


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2018/C 139/10)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.

ENIG DOCUMENT

„RUCAVAS BALTAIS SVIESTS”

EU-nr.: PGI-LV-02170 — 18.3.2016

BOB ( ) BGA ( X )

1.   Naam/namen

„Rucavas baltais sviests”

2.   Lidstaat of derde land

Letland

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.5 Oliën en vetten (boter, margarine, spijsolie enz.)

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

Het product „Rucavas baltais sviests” is een halfvette boter met een uniforme, zachte en elastische consistentie.

Fysieke en chemische kenmerken:

Smaak van het product: zachtzuur en licht, met de smaak en het aroma van vers gekarnde boter.

Aroma: zuiver, typisch aroma van melkvetten, zonder vreemde geuren of smaken.

Kleur: wit tot geel, de kleur kan enigszins ongelijk zijn vanwege de ongelijke verdeling van de weidruppels.

Textuur: zacht, luchtig, met zichtbare druppels wei van verschillende afmetingen die naar buiten komen als het product mechanisch wordt geperst.

Vetgehalte: 39-41 %

Vervaldatum: drie dagen na de productiedatum.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

Er zijn geen regels vastgesteld inzake het gebruikte voer of de kwaliteit daarvan.

De volgende grondstoffen worden gebruikt: goed gekoelde dikke room (vetgehalte minimaal 35-40 %), gestremde melk of melk, en zout. Bij de vervaardiging van „Rucavas baltais sviests” moeten room en gestremde magere melk, die uit melk is bereid, of melk worden gebruikt.

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Alle onderdelen van het productieproces (melkproductie, koeling en afscheiding, roomproductie en boterproductie) moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Traditioneel werd witte boter onmiddellijk na het karnen gegeten — met gekookte aardappelen of op roggebrood. Enkel dan heeft de boter de vereiste — elastische en sponzige — consistentie. Wanneer de boter voor verkoop bestemd is, wordt ze onmiddellijk verpakt in kleine doosjes en in folie gewikkeld (om de temperatuur en de kenmerken van de boter van net na de vervaardiging te bewaren, en om de constante kwaliteit en organoleptische eigenschappen te waarborgen).

Om de kwaliteit en de organoleptische eigenschappen van de boter te bewaren, moet ze onmiddellijk na de bereiding en in het specifieke geografische gebied worden verpakt. Enkel dan kan ze drie dagen in ongewijzigde staat worden bewaard.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

De naam „Rucavas baltais sviests” wordt gebruikt om de voor verkoop bestemde boter te etiketteren, dus wanneer de boter in de klein- of groothandel wordt aangeboden, moet deze naam zichtbaar zijn op of bij de verpakking van het product.

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

De gemeente Rucava is gelegen in het zuidwesten van Koerland (Letland). Rucava grenst aan de gemeenten Nīca, Grobiņa en Priekule, en ook aan de gemeenten Skuodas en Klaipėda in het district Klaipėda (Litouwen).

5.   Verband met het geografische gebied

Het verband met het geografische gebied berust op de faam van het product. De faam is gebaseerd op aloude historische tradities en bijzondere productiemethoden.

De productiemethode is niet gewijzigd sinds het einde van de negentiende eeuw, en het volledige vervaardigingsproces gebeurt nog steeds handmatig, door met een houten lepel in een boterkuip roeren. Het product verkrijgt zijn specifieke smaak en kwaliteit precies doordat, bij het opwarmen van de boter, de karnemelk weer bij de boter wordt gevoegd en er gestremde melk of gewone melk wordt doorgemengd.

„Rucavas baltais sviests” wordt sinds het einde van de negentiende eeuw door huishoudens geproduceerd. De recepten zijn van generatie op generatie doorgegeven. Gekookte aardappelen en witte boter waren van oudsher de goedkoopste en soms zelfs de belangrijkste voedselbron, aangezien elk huishouden een koe en dus melk had. Zelfs vandaag maakt nog bijna elk huishouden zijn eigen „Rucavas baltais sviests”. Vroeger was de productie van witte boter van groot belang voor de regio, en dat is vandaag de dag nog steeds het geval, aangezien landbouw en veeteelt nog steeds de pijlers van de economie zijn en de productie en consumptie van zuivelproducten zeer aanzienlijk zijn in Rucava.

In haar studie van de traditionele Letse melkveehouderij (Latviešu tradicionālā piensaimniecība) schrijft etnografe en historica Linda Dumpe dat „witte boter” enkel op een bijzondere wijze werd vervaardigd in het gebied rond Rucava („In Koerland, met name in het zuidwestelijke deel”): „De warme room werd langzaam in een kuip geroerd met een of zelfs twee lepels. Soms werd de boter tijdens de vervaardiging in een groter, met warm water gevuld vat geplaatst”; „tot slot werd er gestremde melk bijgegoten en ingeroerd.”„Witte boter” wordt nergens elders in Letland op specifieke wijze geproduceerd. Ze ontstond soms onopzettelijk, wanneer onvoldoende gekoelde room bij warm weer werd geklopt. In Rucava is dit product echter altijd van bijzondere betekenis geweest en werd het, samen met roggebrood, als een belangrijke lokale delicatesse geserveerd wanneer hoogwaardigheidsbekleders of andere voorname gasten werden ontvangen. Zo werd president Alberts Kviesis, premier Dr Kārlis Ulmanis, vicepremier Marģers Skujenieks, minister van Oorlog Jānis Balodis, minister van Landbouw Jānis Birznieks en opperbevelhebber van de landstrijdkrachten, generaal Krišjānis Berķis, toen dezen tijdens een ronde van militaire kampen in oktober 1935 halt hielden bij een kamp in Koerland, bij de ingang van het kamp een roggebrood en een houten teil met witte Koerlandboter aangeboden („Zemnieku veltes vadoņiem”) [„Vruchten van het land voor onze leiders”] (Rīts, nr. 282-a, 1935).

In het in 2004 opgerichte centrum voor traditionele cultuur van Rucava demonstreren vrouwen tijdens evenementen van de jaarlijkse cyclus van tradities en educatieve erfgoedactiviteiten zoals een Rucava-banket en een traditionele maaltijd, hun vaardigheden op het gebied van de bereiding van „Rucavas baltais sviests” en bieden ze het product ter degustatie aan.

Bewijs voor de faam van het product is er ook in de vorm van publicaties in regionale kranten, toeristische brochures, video’s en folders, met inbegrip van de promotiefolder voor het etnografisch huis Zvanītāji in Rucava (2005). Volgens reacties in het gastenboek van Zvanītāji vanaf 2006 is „Rucavas baltais sviests” voor sommigen een smaak uit hun kindertijd, voor anderen een ontdekking of een met de gemeente Rucava verbonden ervaring die ze niet hadden verwacht.

De faam van „Rucavas baltais sviests” blijkt uit het feit dat het product geregeld wordt opgevoerd op tentoonstellingen, feesten en festivals, uit de erkenning die het heeft gekregen, uit de persartikels die eraan worden gewijd en uit de informatie die erover wordt verspreid in de massamedia: „Baltais sviests tiešām ir gards!” [„Witte boter is voorwaar overheerlijk!”] („Padomnieks”-supplement bij „Kursas laiks”, nr. 30 (50)); „Kurzemnieku maltīte” [„De keuken van de Koeren”] (Praktiskais latvietis, 11 augustus 2008); „Tradicionālās gudrības Kurzemes sievu virtuvē” [„Traditionele wijsheid in de keuken van de vrouwen van Koerland”] (Kultūras pulss supplement bij Kurzemes vārds, 22 januari 2008); „Māca putru vārīt gultā” [„Havermoutpap maken terwijl je slaapt”] (Kursas laiks, 16 februari 2009); „Īsts un patiess!” [„Echt en authentiek!”] (OK!, nr. 44, 18 juli 2014); „Baltais sviests ar skunstīgo jušanu no Rucavas” [„Witte boter van Rucava met een verfijnde toets”] (6 september 2014, internetportal http://apollo.tvnet.lv/); „Baltais sviests jeb leitis” [„Witte of Litouwse boter”] (12 februari 2011, internetportal http://apollo.tvnet.lv/).

„Rucavas baltais sviests” is een integrerend onderdeel van het culturele en culinaire erfgoed van Rucava. „Rucavas baltais sviests” luistert elke feestdis in Rucava op, en doorgaans worden de gasten ook genood de boter te proeven, zodat ze de tradities en de „smaak” van Rucava leren kennen.

De vereniging „Rucavas tradīciju klubs” (folkloristische vereniging van Rucava) en het collectief van traditiehoedsters „Rucavas sievas” (Vrouwen van Rucava), die hun activiteiten verrichten in het huis der tradities „Zvanītāji”, verbreiden de faam van „Rucavas baltais sviests” door het „Rucavabanket”, een programma om culturele tradities voor te stellen aan toeristen. In het kader van dit banket wordt gasten de gelegenheid geboden een keur aan gerechten uit Rucava te degusteren, waaronder „Rucavas baltais sviests”. Tussen 2006 en 2015 steeg het aantal bezoekers dat aan het programma in Zvanītāji deelnam (waaronder gasten uit Zweden, Duitsland, Hongarije, Polen, Bulgarije, Belarus, Estland, Oekraïne, het Verenigd Koninkrijk, Rusland, Japan, IJsland, Nederland, Finland en Litouwen). Het Zvanītāji-gastenboek bevat veel lovende commentaren, die zowel verwijzen naar de aangename gastvrijheid als naar de heerlijke gerechten van Rucava, waaronder „Rucavas baltais sviests”, waarvan de gasten de voortreffelijke smaakkenmerken in combinatie met zowel gekookte aardappelen als eigengebakken roggebrood kunnen savoureren.

„Rucavas baltais sviests” heeft op de volgende grotere evenementen lof geoogst en Rucava — alsook Koerland en Letland — vertegenwoordigd: op Rucava-dag in het Lets etnografisch openluchtmuseum in Riga (2005); op de dag van Sint-Anna in de „Vītolnieki”-hofstede in Pape (2007-2016); in het kader van het fotografie-evenement „Een dag in Letland” (in het etnografische huis „Zvanītāji” in Rucava in 2007); op een evenement ter voorstelling van de Letse cultuur in het Lets etnografisch openluchtmuseum in het kader van een NAVO-top in augustus 2008; op Rucava-dag in de pedagogische academie van Liepāja tijdens het Letonica-congres in 2008; op de Europese erfgoeddag in de „Mikjāņi”-hofstede in Ķoņi, het dorp van de Koerse koningen in Pape (9 september 2011); op Sint-Jorisdag in Palanga (26 april 2013); en op de Dag van de Baltische (Letse en Litouwse) eenheid in Rucava (13 september 2014).

Het collectief van traditiehoedsters „Vrouwen van Rucava” organiseert seminars en masterclasses over de bereiding van „Rucavas baltais sviests”, demonstreert de vaardigheid van het bereiden van de witte boter en houdt proeverijen (waar de boter kan worden gekocht) op jaarmarkten en op festivals in Riga, Liepāja en elders. Het ambacht van de vervaardiging van „Rucavas baltais sviests” is gedemonstreerd voor de krant Kurzemes laiks (2002); het tijdschrift Ievas māja (2 mei 2007); de krant Kurzemes vārds (2008); het tijdschrift Praktiskais latvietis (2008); tijdens het programma „Panorāma”, op de Letse televisiezender LTV1 (2008); tijdens het programma „TE — Latvijas jaunatklāšanas raidījums” [„HIER — Letland herontdekken”], uitgezonden op de Letse televisiezender LTV7 (2012); tijdens een live-uitzending van het radioprogramma „Nedēļas nogale” vanuit „Zvanītāji” (11 oktober 2014); en tijdens de uitzending „Rucavniece Mirdza Ārenta” [„Mirdza Ārenta uit Rucava”] van de regionale televisiezender Aizpute.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(Artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

http://www.zm.gov.lv/partikas-un-veterinarais-dienests/statiskas-lapas/partikas-uzraudziba/lauksaimniecibas-un-partikas-produktu-norazu-registracija?nid=2247


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.