ISSN 1977-0995 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 322 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
60e jaargang |
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
IV Informatie |
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Rekenkamer |
|
2017/C 322/01 |
||
2017/C 322/02 |
© Europese Unie, 2017.Voor iedere vorm van gebruik of reproductie van (beeld)materiaal dat niet onder het auteursrecht van de Europese Unie valt, dient rechtstreeks toestemming aan de auteursrechthebbende te worden gevraagd.
NL |
|
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Rekenkamer
28.9.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 322/1 |
Overeenkomstig de bepalingen van artikel 287, leden 1 en 4, VWEU en de artikelen 148, lid 1, en 162, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 en de artikelen 43, 48 en 60 van Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad van 18 februari 2008 houdende het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 567/2014
heeft de Rekenkamer van de Europese Unie op haar vergadering van 13 juli 2017 vastgesteld haar
JAARVERSLAGEN
over het begrotingsjaar 2016.
Deze verslagen, tezamen met de antwoorden van de instellingen op de opmerkingen van de Rekenkamer, zijn aan de kwijtingverlenende autoriteiten en aan de andere instellingen toegezonden.
De leden van de Rekenkamer zijn:
Klaus-Heiner LEHNE (president), Karel PINXTEN, Henri GRETHEN, Ladislav BALKO, Lazaros S. LAZAROU, Hans Gustaf WESSBERG, Pietro RUSSO, Ville ITÄLÄ, Kevin CARDIFF, Baudilio TOMÉ MUGURUZA, Iliana IVANOVA, George PUFAN, Neven MATES, Alex BRENNINKMEIJER, Danièle LAMARQUE, Nikolaos MILIONIS, Phil WYNN OWEN, Oskar HERICS, Bettina JAKOBSEN, Janusz WOJCIECHOWSKI, Samo JEREB, Jan GREGOR, Mihails KOZLOVS, Rimantas ŠADŽIUS, Leo BRINCAT, João FIGUEIREDO, Juhan PARTS, Ildikó GÁLL-PELCZ.
JAARVERSLAG OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING
(2017/C 322/01)
INHOUD
Algemene inleiding | 7 |
Hoofdstuk 1 |
— Betrouwbaarheidsverklaring en toelichting daarbij | 9 |
Hoofdstuk 2 |
— Begrotings- en financieel beheer | 39 |
Hoofdstuk 3 |
— Resultaten behalen met de EU-begroting | 65 |
Hoofdstuk 4 |
— Ontvangsten | 133 |
Hoofdstuk 5 |
— Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid | 149 |
Hoofdstuk 6 |
— Economische, sociale en territoriale cohesie | 165 |
Hoofdstuk 7 |
— Natuurlijke hulpbronnen | 205 |
Hoofdstuk 8 |
— Veiligheid en burgerschap | 241 |
Hoofdstuk 9 |
— Europa als wereldspeler | 251 |
Hoofdstuk 10 |
— Administratie | 269 |
ALGEMENE INLEIDING
0.1. |
De Europese Rekenkamer werd bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (1) opgericht als extern controleur van de financiën van de EU. Als zodanig treden wij op als onafhankelijk hoedster van de financiële belangen van alle EU-burgers, met name door te helpen het financieel beheer van de EU te verbeteren. Meer informatie over ons werk is te vinden in ons activiteitenverslag, onze speciale verslagen, onze overzichten („landscape reviews”) en in onze adviezen over nieuwe of geactualiseerde EU-wetgeving of over andere besluiten met gevolgen voor het financieel beheer (2). |
0.2. |
Dit is ons veertigste jaarverslag over de uitvoering van de EU-begroting; het heeft betrekking op het begrotingsjaar 2016. Een afzonderlijk jaarverslag betreft de Europese Ontwikkelingsfondsen. |
0.3. |
De algemene begroting van de EU wordt jaarlijks goedgekeurd door de Raad en het Europees Parlement. Ons jaarverslag vormt samen met onze speciale verslagen de grondslag voor de kwijtingsprocedure, waarbij het Parlement op aanbeveling van de Raad beslist of de Commissie haar verantwoordelijkheid voor de begrotingsuitvoering naar tevredenheid heeft vervuld. Bij de publicatie sturen wij het naar de nationale parlementen, het Europees Parlement en de Raad. |
0.4. |
De kern van ons jaarverslag vormt de verklaring over de betrouwbaarheid van de geconsolideerde rekeningen van de EU en over de wettigheid en regelmatigheid van de verrichtingen (regelmatigheid van de verrichtingen). Aan die verklaring worden specifieke beoordelingen toegevoegd voor ieder belangrijk werkterrein van de EU. |
0.5. |
Ons verslag is dit jaar als volgt opgebouwd:
|
0.6. |
Aangezien er geen afzonderlijke financiële staten zijn voor afzonderlijke rubrieken van het MFK, houden de conclusies bij elk hoofdstuk geen controleoordeel in. In plaats daarvan beschrijven ze significante kwesties die specifiek zijn voor iedere MFK-rubriek. |
0.7. |
We streven ernaar onze opmerkingen helder en beknopt weer te geven. We kunnen niet altijd vermijden termen te gebruiken die specifiek zijn voor de EU, haar beleid en begroting, en voor financiële verslaglegging en controle. Op onze website hebben we een woordenlijst gepubliceerd met definities en een toelichting op de meeste van deze specifieke termen (4). De in de woordenlijst gedefinieerde termen zijn de eerste keer dat ze in elk hoofdstuk worden gebruikt, cursief weergegeven. |
0.8. |
De antwoorden van de Commissie op onze opmerkingen (of, waar van toepassing, de antwoorden van andere EU-instellingen en organen) worden bij dit verslag weergegeven en dienen naast dit verslag in aanmerking te worden genomen. Het is echter onze verantwoordelijkheid als extern controleur om verslag uit te brengen over onze controlebevindingen en de nodige conclusies te trekken om zo een onafhankelijk en onpartijdig oordeel te geven over de betrouwbaarheid van de rekeningen en de regelmatigheid van de verrichtingen. |
(1) Artikelen 285-287 (PB C 326 van 26.10.2012, blz. 169-171).
(2) Beschikbaar op onze website: www.eca.europa.eu
(3) Hoofdstuk 8 betreft rubriek 3 („Veiligheid en burgerschap”). De analyse van rubriek 3 omvat geen geschat foutenpercentage. We geven geen specifieke beoordeling voor uitgaven in het kader van rubriek 6 („Compensaties”) of voor uitgaven buiten het MFK.
(4) http://www.eca.europa.eu/Lists/ECADocuments/GLOSSARY_AR_2016/GLOSSARY_AR_2016_NL.pdf
HOOFDSTUK 1
Betrouwbaarheidsverklaring en toelichting daarbij
INHOUD
De aan het Europees Parlement en de Raad voorgelegde betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer — Verslag van de onafhankelijke accountant | I‐XXVIII |
Inleiding | 1.1‐1.3 |
De rol van de Europese Rekenkamer | 1.1‐1.2 |
De EU-uitgaven vormen een belangrijk instrument ter verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen | 1.3 |
Betrouwbaarheid van de rekeningen — de controlebevindingen voor het begrotingsjaar 2016 | 1.4‐1.7 |
De rekeningen vertoonden geen afwijkingen van materieel belang | 1.4‐1.6 |
Essentiële controleaangelegenheden | 1.7 |
Regelmatigheid van de verrichtingen: de ontvangsten en ongeveer de helft van de uitgaven vertonen geen fouten van materieel belang | 1.8‐1.34 |
Onze controleresultaten voor 2016 laten een verbetering zien | 1.9‐1.21 |
De schattingen van foutenpercentages door de Commissie … | 1.22‐1.24 |
… komen, in de meeste gevallen, in grote lijnen overeen met onze eigen bevindingen | 1.25‐1.27 |
De Commissie verstrekte cijfers over correcties en terugvorderingen … | 1.28‐1.30 |
Er zijn verschillende aanleidingen voor correcties en terugvorderingen | 1.31‐1.32 |
Onder bepaalde omstandigheden houden we rekening met corrigerende maatregelen bij het schatten van het foutenpercentage | 1.33‐1.34 |
We melden gevallen van vermoedelijke fraude aan OLAF | 1.35‐1.36 |
Conclusies | 1.37‐1.38 |
Controleresultaten | 1.38 |
Bijlage 1.1 — |
Controleaanpak en -methodologie |
Bijlage 1.2 — |
Frequentie van ontdekte fouten in de controlesteekproef voor het jaar 2016 |
DE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VOORGELEGDE BETROUWBAARHEIDSVERKLARING VAN DE REKENKAMER — VERSLAG VAN DE ONAFHANKELIJKE CONTROLEUR |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betrouwbaarheid van de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ontvangsten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende ontvangsten bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betalingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel met beperking over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grondslag voor het oordeel |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grondslag voor een oordeel met beperking over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Essentiële controleaangelegenheden |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
We beoordeelden de in de rekeningen gepresenteerde voorziening voor pensioenen en andere personeelsbeloningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben de in de rekeningen opgenomen te betalen lasten beoordeeld |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben aanvullende informatie opgevraagd bij de Commissie ter onderbouwing van de waardering van financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Andere aangelegenheden |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verantwoordelijkheden van de leiding |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verantwoordelijkheden van de controleur voor de controle van de geconsolideerde rekeningen en onderliggende verrichtingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
13 juli 2017 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Klaus-Heiner LEHNE |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
President |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Europese Rekenkamer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
12, rue Alcide De Gasperi, Luxemburg, LUXEMBURG |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De rol van de Europese Rekenkamer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De EU-uitgaven vormen een belangrijk instrument ter verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.1 — De EU-uitgaven als aandeel in de overheidsuitgaven van de lidstaten en in het bruto nationaal inkomen (bni)
Bron voor het bni van de lidstaten: Overeengekomen reeks prognoses van traditionele eigen middelen en btw-/bni-grondslagen van 19.5.2016 (Europese Commissie). Bron voor de overheidsuitgaven van de lidstaten: Eurostat — nationale jaarrekeningen. Bron voor EU-uitgaven: Boekhoudgegevens van de Europese Commissie. Gecompileerd door de Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
BETROUWBAARHEID VAN DE REKENINGEN — DE CONTROLEBEVINDINGEN VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De rekeningen vertoonden geen afwijkingen van materieel belang |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Essentiële controleaangelegenheden |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN: DE ONTVANGSTEN EN ONGEVEER DE HELFT VAN DE UITGAVEN VERTONEN GEEN FOUTEN VAN MATERIEEL BELANG |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.2 — Samenvatting van de bevindingen voor 2016 inzake de regelmatigheid van verrichtingen
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onze controleresultaten voor 2016 laten een verbetering zien |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.3 — Het geschatte foutenpercentage (meest waarschijnlijke fout, MLE) (2014—2016)
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Resultaten op verschillende uitgaventerreinen vertonen uiteenlopende foutenpatronen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.4 — Op rechten gebaseerde en administratieve betalingen in 2016 bevatten geen materiële fouten (miljard euro)
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.5 — Aandeel in het totale geschatte foutenpercentage voor 2016 per rubriek van het MFK
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.6 — Uitsplitsing van het geschatte totale foutenpercentage per soort fout
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De beheerswijze heeft een beperkte invloed op de foutenpercentages |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.7 — Gemiddeld geschat foutenpercentage per beheerswijze en betalingsgrondslag (2016)
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De schattingen van foutenpercentages door de Commissie … |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.8 — De controleresultaten 2016 van de ERK vergeleken met de door de Commissie geschatte risicobedragen bij betaling in haar jaarlijkse activiteitenverslagen 2016
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… komen, in de meeste gevallen, in grote lijnen overeen met onze eigen bevindingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie verstrekte cijfers over correcties en terugvorderingen … |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1.9 — Corrigerende maatregelen in 2016: hoe werden ze uitgevoerd op de verschillende uitgaventerreinen?
Bron: ERK, op basis van de FSDA bij de geconsolideerde rekeningen voor 2016 van de EU en de onderliggende gegevens. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1.30. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Er zijn verschillende aanleidingen voor correcties en terugvorderingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1.31. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
1.32. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onder bepaalde omstandigheden houden we rekening met corrigerende maatregelen bij het schatten van het foutenpercentage |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
WE MELDEN GEVALLEN VAN VERMOEDELIJKE FRAUDE AAN OLAF |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIES |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Controleresultaten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
(1) De geconsolideerde financiële staten omvatten de balans en de staat van de financiële resultaten, het kasstroomoverzicht en het mutatieoverzicht van de nettoactiva, alsook een overzicht van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaglegging en andere toelichtingen (met verslaglegging per begrotingsterrein).
(2) De verslagen over de uitvoering van de begroting omvatten ook de toelichtingen.
(3) 66,0 miljard euro. In paragraaf 1.10 van ons Jaarverslag 2016 verstrekken we nadere informatie.
(4) 63,3 miljard euro. In paragraaf 1.11 van ons Jaarverslag 2016 verstrekken we nadere informatie.
(5) Zie International Public Sector Accounting Standard (IPSAS) nr. 25 over personeelsbeloningen. Voor de pensioenregeling geeft de verplichting op basis van vaste toezeggingen de huidige waarde weer van de verwachte toekomstige betalingen die de EU moet verrichten om aan de pensioenverplichtingen te voldoen die voortvloeien uit werknemersprestaties in de huidige periode en in voorgaande perioden.
(6) Zie woordenlijst: Goed financieel beheer.
(7) Zie deel 2 van hoofdstukken 5, 6 en 7.
(8) Zie de geconsolideerde jaarrekening 2016 van de EU, Verslagen over de uitvoering van de begroting en toelichtingen daarbij, 4.3 MFK. Uitvoering van de betalingskredieten.
(9) De geconsolideerde rekeningen omvatten:
a) |
de geconsolideerde financiële staten, die de balans (met de activa en passiva aan het eind van het jaar), de staat van de financiële resultaten (met de inkomsten en uitgaven over het jaar), het kasstroomoverzicht (dat toont hoe mutaties in de rekeningen van invloed zijn op geldmiddelen en kasequivalenten) en het mutatieoverzicht van de nettoactiva, alsook de bijbehorende toelichtingen bevatten; |
b) |
de verslagen over de uitvoering van de begroting betreffende de ontvangsten en uitgaven van het jaar, alsook de bijbehorende toelichtingen. |
(10) Zie Recommended Practice Guideline 2 (RPG ofwel aanbevolen praktisch richtsnoer 2) „Financial Statement Discussion and Analysis” van de International Public Sector Accounting Standards Board (IPSASB).
(11) Zie de staat van de financiële resultaten in de geconsolideerde jaarrekening 2016 van de EU.
(12) Controleurs zijn verplicht te rapporteren over essentiële controleaangelegenheden als gevolg van de invoering in 2016 van ISSAI nr. 1701 op grond van ISA nr. 701.
(13) Bijlage 1.1 , paragrafen 7-10.
(14) Bij een verrekening wordt voorfinanciering omgezet in aanvaarde uitgaven. Bij een te hoge verrekening is een gedeelte van het bedrag dat in de rekeningen is geboekt als uitgaven, niet onderbouwd door financiële verslagen.
(15) Direct beheer (de begroting wordt rechtstreeks door de Europese Commissie uitgevoerd), indirect beheer (de uitvoering van de begroting wordt toevertrouwd aan partnerlanden buiten de EU, internationale organisaties, nationale agentschappen, de EIB-groep enz.), gedeeld beheer (de uitvoering van de begroting wordt gedeeld tussen de Commissie en de lidstaten).
(16) Voornamelijk uitgaven vermeld in de hoofdstukken 5 en 8, maar ook gedeelten van de uitgaven die door de hoofdstukken 6 en 7 worden bestreken en die worden uitgevoerd onder direct of indirect beheer. De geëxtrapoleerde fout voor uitgaven onder gedeeld beheer is gebaseerd op het onderzoek van 560 verrichtingen (getrokken uit een populatie van 94,5 miljard euro); de extrapolatie voor andere vormen van operationele uitgaven is gebaseerd op het onderzoek van 321 verrichtingen (getrokken uit een populatie van 25,4 miljard euro).
(17) Verrichte betalingen, minus nieuwe voorfinanciering, maar met inbegrip van in het verleden verstrekte voorfinanciering die tijdens het begrotingsjaar werkelijk is verrekend (Jaarlijks beheers- en prestatieverslag 2016, COM(2017) 351 final, bijlage 3, blz. 16).
(18) We hebben de JAV’s onderzocht van BUDG en ESTAT (zie paragraaf 4.20); RTD, EAC en MOVE (zie paragraaf 5.20); REGIO en EMPL (zie paragraaf 6.26); AGRI (zie paragraaf 7.28); MARE, ENV en CLIMA (zie paragraaf 7.31); NEAR (zie paragraaf 9.29); HR, DIGIT, OIB, OIL, OP en PMO (zie paragraaf 10.7) en DEVCO (zie het EOF-jaarverslag, paragraaf 33).
(19) MFK-rubriek 1a „Concurrentievermogen” (zie paragraaf 5.21).
(20) MFK-rubriek 1b „Cohesie” (zie paragraaf 6.34).
(21) MFK-rubriek 2 „Natuurlijke hulpbronnen” (zie paragraaf 7.29).
(22) Het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag van 2016 (COM(2017) 351 final), deel II
(23) Zie Speciaal verslag nr. 4/2017.
(24) Artikel 80, lid 4, van het Financieel Reglement bepaalt: „De Commissie baseert haar financiële correcties op de vaststelling van ten onrechte uitgegeven bedragen, en de financiële gevolgen voor de begroting. Wanneer zulke bedragen niet nauwkeurig kunnen worden vastgesteld kan de Commissie geëxtrapoleerde of forfaitaire correcties toepassen overeenkomstig de sectorspecifieke regelgeving.”
(25) Het geschatte foutenpercentage voor Cohesie omvat niet de kwantificering van de stortingen in financieringsinstrumenten in 2016 ter hoogte van 2,5 miljard euro, die volgens ons buiten de subsidiabiliteitsperiode vallen zoals bepaald in artikel 56, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25) (zie de paragrafen 6.20 en 6.21). Met deze stortingen zou het geschatte foutenpercentage voor de totale EU-uitgaven 2,0 % hoger zijn geweest.
(26) We geven geen specifieke beoordeling van uitgaven in het kader van de MFK-rubrieken 3 (Veiligheid en burgerschap) en 6 (Compensaties), noch voor de overige uitgaven (speciale instrumenten buiten het kader van het MFK 2014-2020, zoals de reserve voor noodhulp, het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering, het Solidariteitsfonds van de Europese Unie en het flexibiliteitsinstrument). De werkzaamheden op deze gebieden hebben echter bijgedragen tot onze algemene conclusie met betrekking tot de uitgaven voor het jaar 2016.
Bron: ERK.
(27) Geschat foutenpercentage: zie tekstvak 1.2 en de voetnoten.
(28) Sommige DG’s beheren uitgaven die in het kader van meer dan één MFK-rubriek zijn toegewezen (AGRI, EACEA, ECFIN, EMPL en REGIO).
(29) De (volledige) namen van de DG’s van de Commissie en de uitvoerende agentschappen waarvan de afkorting voorkomt in dit tekstvak, zijn te vinden in paragraaf 9.6 van de Interinstitutionele schrijfwijzer (http://publications.europa.eu/code/nl/nl-390600.htm).
(30) BUDG, COMP, DGT, DIGIT, EPSC, EPSO/EUSA, ESTAT, HR, IAS, OIB, OIL, OLAF, OP, PMO, SCIC, SG, SJ en SRSS.
(31) Het percentage uitgaven die wellicht niet voldoen aan de toepasselijke regelgevings- en contractuele vereisten ten tijde van de betaling.
(32) De meeste DG’s vermeldden het risicobedrag in de vorm van één cijfer. Sommige (ECFIN, FISMA, CNECT, RTD REA, OIB en INEA) gaven een bandbreedte tussen de minimum- en de maximumwaarde aan en DG REGIO vermeldde een bandbreedte tussen het gemiddelde en het maximum.
BIJLAGE 1.1
CONTROLEAANPAK EN -METHODOLOGIE
1. |
Onze controleaanpak wordt beschreven in de Handleiding financiële en nalevingsgerichte controle (FCAM — Financial and Compliance Audit Manual), die beschikbaar is op onze website. We gebruiken een betrouwbaarheidsmodel om onze werkzaamheden te plannen. In onze planning houden we rekening met het risico dat zich fouten voordoen (inherent risico), en het risico dat fouten niet worden voorkomen, dan wel opgespoord en gecorrigeerd (internebeheersingsrisico). |
DEEL 1 — Controleaanpak en -methodologie voor de betrouwbaarheid van de rekeningen
2. |
We onderzoeken de geconsolideerde rekeningen van de EU om de betrouwbaarheid daarvan vast te stellen. Deze bestaan uit:
|
3. |
De geconsolideerde rekeningen dienen een in elk materieel opzicht getrouwe weergave te vormen van:
|
4. |
Bij onze controle:
|
DEEL 2 — Controleaanpak en -methodologie voor de regelmatigheid van de verrichtingen
5. |
De controle van de regelmatigheid van de verrichtingen die aan de rekeningen ten grondslag liggen, houdt in dat wordt nagegaan of deze voldoen aan de relevante regels en rechtsvoorschriften (zie tekstvak 1.2 ). |
6. |
Bij onze controlewerkzaamheden gaan we na of we de regelmatigheidscontroles die anderen al hebben verricht, efficiënt kunnen gebruiken. Als we de resultaten van deze controles willen gebruiken, beoordelen we, in overeenstemming met de controlestandaarden, de onafhankelijkheid en bekwaamheid van die ander en de reikwijdte en toereikendheid van diens werk. |
Hoe wij de verrichtingen toetsen
7. |
Voor iedere MFK-rubriek (hoofdstukken 5-10) toetsen we een representatieve steekproef van verrichtingen om te ramen welk deel van de verrichtingen binnen de gehele populatie onregelmatig is. |
8. |
Voor iedere geselecteerde verrichting bepalen we of de declaratie of de betaling al dan niet plaatsvond met het doel dat krachtens de begroting was toegestaan en in de wetgeving was gespecificeerd. We onderzoeken hoe het bedrag van de declaratie of betaling werd berekend (voor grotere declaraties op basis van een representatieve selectie van alle posten binnen de verrichting). Hierbij volgen we de verrichting van de begrotingsrekeningen tot de eindbegunstigde (bijv. een landbouwer, een organisator van cursussen of een ontwikkelingshulpproject) en toetsen we de naleving op ieder niveau. |
9. |
Bij de toetsing van ontvangstenverrichtingen nemen we bij ons onderzoek van de eigen middelen op basis van de belasting over de toegevoegde waarde en het bni de macro-economische aggregaten als uitgangspunt die de basis vormen voor de berekening daarvan. We onderzoeken de controles van de Commissie met betrekking tot deze bijdragen van de lidstaten tot het moment waarop deze zijn ontvangen en opgenomen in de geconsolideerde rekeningen. Bij de traditionele eigen middelen onderzoeken we de rekeningen van de douaneautoriteiten en de stroom van douanerechten — opnieuw tot het moment waarop deze door de Commissie zijn ontvangen en opgenomen. |
10. |
Aan de uitgavenzijde onderzoeken we betalingen wanneer de uitgaven zijn gedaan, geboekt en goedgekeurd. Dit geldt voor alle categorieën betalingen (inclusief die voor de verwerving van activa). We onderzoeken voorschotten niet op het tijdstip van de verrichting, maar wanneer
|
11. |
Onze controlesteekproef is zo opgezet dat een schatting kan worden gemaakt van het foutenpercentage voor de uitgaven als geheel en niet voor individuele verrichtingen (bijv. een bepaald project). We selecteren declaraties of betalingen volgens de methode van „monetary unit sampling” (selectie op geldwaarde) en, op een lager niveau, afzonderlijke elementen binnen een verrichting (bijv. facturen voor een project, percelen in de opgave van een landbouwer). De voor deze zaken gerapporteerde foutenpercentages moeten niet worden gezien als conclusies over de desbetreffende verrichtingen, maar dragen rechtstreeks bij tot het totale foutenpercentage voor de EU-uitgaven als geheel. |
12. |
We onderzoeken niet elk jaar verrichtingen in iedere lidstaat, begunstigde staat en regio. Hoewel we bepaalde lidstaten, begunstigde staten en/of regio's bij naam noemen, wil dat niet zeggen dat de voorbeelden zich niet ook elders voordoen. De illustratieve voorbeelden in dit verslag bieden geen grondslag voor het trekken van conclusies over de desbetreffende lidstaten, begunstigde staten en/of regio's. |
13. |
Onze aanpak is er niet op gericht om gegevens te verzamelen over de foutenfrequentie in de gehele populatie. De vermelde cijfers over het aantal fouten dat is ontdekt in een MFK-rubriek, door een DG beheerde uitgaven of de uitgaven in een bepaalde lidstaten zeggen dan ook niets over de frequentie van fouten in door de EU gefinancierde verrichtingen of in de afzonderlijke lidstaten. Bij onze steekproefbenadering wordt aan verschillende verrichtingen een verschillend gewicht toegekend, al naargelang de waarde van de desbetreffende uitgaven en de intensiteit van onze controlewerkzaamheden. Deze weging wordt verwijderd in frequentie-informatie, die evenveel gewicht toekent aan plattelandsontwikkeling als aan rechtstreekse steun op het gebied van natuurlijke hulpbronnen, en evenveel aan uitgaven van het Europees Sociaal Fonds als aan regionale en cohesiebetalingen. |
Hoe wij de resultaten van de toetsing van verrichtingen evalueren en presenteren
14. |
Een fout kan betrekking hebben op het gehele bedrag dat is betrokken bij een individuele verrichting, of op een deel daarvan. We gaan na of fouten kwantificeerbaar of niet-kwantificeerbaar zijn, dus of het mogelijk is te meten op welk deel van het onderzochte bedrag de fout betrekking heeft. Fouten die worden opgespoord en gecorrigeerd vóór onze controles en die daar los van staan, worden niet meegenomen in de berekening van de fout en de foutenfrequentie, aangezien de ontdekking en correctie daarvan aantoont dat de controlesystemen doeltreffend hebben gewerkt. |
15. |
Onze criteria voor de kwantificering van fouten inzake overheidsopdrachten worden beschreven in het document „Non-compliance with the rules on public procurement — types of irregularities and basis for quantification” (Niet-naleving van de regels inzake overheidsopdrachten — soorten onregelmatigheden en basis voor kwantificering) (1). |
16. |
Onze kwantificering kan afwijken van die welke gehanteerd wordt door de Commissie of de lidstaten wanneer besloten wordt op welke wijze gereageerd zal worden op de onjuiste toepassing van de regels inzake overheidsopdrachten. |
Geschat foutenpercentage
17. |
Wat wij schatten is het „meest waarschijnlijke foutenpercentage” (MLE). We doen dit voor de meeste MFK-rubrieken en voor het geheel van de begrotingsuitgaven. In het MLE wordt uitsluitend rekening gehouden met kwantificeerbare fouten; het wordt uitgedrukt als percentage. Voorbeelden van fouten zijn kwantificeerbare inbreuken op toepasselijke rechtsvoorschriften, regels en contract- en subsidievoorwaarden. We stellen eveneens de onderste foutengrens (LEL — „lower error limit”) en de bovenste foutengrens (UEL — „upper error limit”) vast. |
18. |
We hanteren het niveau van 2 % als materialiteitsdrempel bij onze beoordeling. Ook houden we rekening met de aard, het bedrag en de context van de fouten. |
Hoe wij systemen beoordelen en verslag doen van de resultaten
19. |
De Commissie, andere EU-instellingen en -organen, autoriteiten van de lidstaten en begunstigde landen en regio's stellen systemen in om de risico's voor de begroting te beheren en om toe te zien op de regelmatigheid van de verrichtingen/deze te waarborgen. Het is nuttig deze systemen te onderzoeken om vast te stellen waar verbeteringen mogelijk zijn. |
20. |
Elke MFK-rubriek, waaronder ontvangsten, omvat vele individuele systemen. We selecteren elk jaar een steekproef van systemen en presenteren de resultaten samen met aanbevelingen voor verbeteringen. |
Hoe wij tot onze oordelen in de betrouwbaarheidsverklaring komen
21. |
De werkzaamheden die worden gerapporteerd in de hoofdstukken 4-10, vormen de grondslag voor ons oordeel over de regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de geconsolideerde rekeningen van de EU. Ons oordeel wordt uiteengezet in de betrouwbaarheidsverklaring. Onze werkzaamheden stellen ons in staat om tot een gefundeerd oordeel te komen inzake de vraag of de fouten in de populatie de materialiteitsdrempel al dan niet overschrijden. |
22. |
Wanneer we vaststellen dat het foutenpercentage van materieel belang is en de impact ervan op het controleoordeel vaststellen, moeten we bepalen of de fouten, of het ontbreken van controle-informatie, „van diepgaande invloed” zijn. Daarbij volgen we de richtsnoeren vervat in ISSAI 1705 (waarbij we, in overeenstemming met ons mandaat, de reikwijdte van deze richtsnoeren uitbreiden tot kwesties van wettigheid en regelmatigheid). Als de fouten van materieel belang en van diepgaande invloed zijn, geven we een afkeurend oordeel af. |
23. |
Een fout of de afwezigheid van controle-informatie wordt „van diepgaande invloed” geacht indien deze naar het oordeel van de controleur niet is beperkt tot specifieke elementen, rekeningen of posten van de financiële staten (d.w.z. deze komt verspreid over de rekeningen of getoetste verrichtingen voor), of, indien deze wel daartoe beperkt is, een substantieel deel van de financiële staten vertegenwoordigt of zou kunnen vertegenwoordigen, of verband houdt met toelichtingen die van fundamenteel belang zijn voor het begrip van gebruikers van de financiële staten. |
24. |
Onze beste schatting van het foutenpercentage voor het geheel van de uitgaven in 2016 is 3,1 %. We achtten deze fout niet van diepgaande invloed, aangezien deze beperkt is tot een specifiek soort uitgaven op slechts enkele uitgaventerreinen. Het voor de verschillende MFK-rubrieken geconstateerde geschatte foutenniveau loopt uiteen, zoals wordt beschreven in de hoofdstukken 5-7, 9 en 10. |
Vermoeden van fraude
25. |
Als we redenen hebben om te vermoeden dat er frauduleus is gehandeld, melden we dit bij OLAF, het fraudebestrijdingsbureau van de EU. OLAF heeft de verantwoordelijkheid om op grond daarvan een onderzoek in te stellen. We melden meerdere gevallen per jaar bij OLAF. |
DEEL 3 — Het verband tussen het controleoordeel betreffende de betrouwbaarheid van de rekeningen en dat betreffende de regelmatigheid van de verrichtingen
26. |
Wij hebben:
|
27. |
We verrichten onze werkzaamheden en geven onze controleoordelen af overeenkomstig de internationale controlestandaarden en de regels inzake beroepsethiek van IFAC, en de internationale standaarden van hoge controle-instanties van INTOSAI. |
28. |
Deze standaarden bepalen dat ingeval controleurs controleoordelen afgeven betreffende de betrouwbaarheid van de rekeningen en betreffende de regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij die rekeningen, een aangepast oordeel over de regelmatigheid van de verrichtingen op zichzelf niet leidt tot een aangepast oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen. In de financiële staten, waarover wij een oordeel afgeven, wordt erkend dat er sprake is van een materieel vraagstuk in verband met inbreuken op de regels inzake uitgaven die ten laste van de EU-begroting worden gebracht. We hebben dan ook besloten dat het bestaan van een materieel foutenpercentage dat van invloed is op de regelmatigheid, op zichzelf genomen geen reden is om ons afzonderlijke oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen te wijzigen. |
(1) http://www.eca.europa.eu/Lists/ECADocuments/Guideline_procurement/Quantification_of_public_procurement_errors.pdf
BIJLAGE 1.2
FREQUENTIE VAN ONTDEKTE FOUTEN IN DE CONTROLESTEEKPROEF VOOR HET JAAR 2016
HOOFDSTUK 2
Begrotings- en financieel beheer
INHOUD
Inleiding | 2.1-2.3 |
Begrotingsbeheer in 2016 | 2.4-2.14 |
Betalingen lagen ruim onder de maximumbedragen die in de jaarlijkse begroting waren vastgesteld | 2.4-2.7 |
Uitgebreide gebruikmaking van speciale instrumenten en marges biedt weinig flexibiliteit om te reageren op onvoorziene gebeurtenissen | 2.8-2.10 |
Niet-afgewikkelde vastleggingen bereikten een recordhoogte | 2.11-2.14 |
Kwesties inzake financieel beheer met betrekking tot de begroting van 2016 | 2.15-2.31 |
De EU-begroting wordt aan aanzienlijke risico's blootgesteld | 2.15-2.20 |
De EU maakt steeds meer gebruik van financieringsinstrumenten | 2.21-2.23 |
De lidstaten kunnen voor uitdagingen komen te staan bij de besteding van de beschikbare EU-middelen | 2.24-2.26 |
De algemene verslaglegging over migratie en de vluchtelingencrisis moet coherenter en uitgebreider zijn | 2.27-2.28 |
De complexiteit van EU-financieringsregelingen neemt nog steeds toe | 2.29-2.31 |
Risico’s en uitdagingen voor de toekomst | 2.32-2.39 |
Vermijden van een nieuwe achterstand van onbetaalde declaraties | 2.32-2.33 |
Financiering van het nieuwe MFK | 2.34-2.39 |
Conclusie en aanbevelingen | 2.40-2.48 |
Conclusies | 2.40-2.47 |
Aanbevelingen | 2.48 |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
BEGROTINGSBEHEER IN 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betalingen lagen ruim onder de maximumbedragen die in de jaarlijkse begroting waren vastgelegd |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.1 — De begroting in 2016 (miljoen euro)
Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaar 2016, „Samengevoegde verslagen over de uitvoering van de begroting en toelichtingen daarbij”, de tabellen 4.1 en 4.3. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitgebreide gebruikmaking van speciale instrumenten en marges biedt weinig flexibiliteit om te reageren op onvoorziene gebeurtenissen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-afgewikkelde vastleggingen bereikten een recordhoogte |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
KWESTIES INZAKE FINANCIEEL BEHEER MET BETREKKING TOT DE BEGROTING VAN 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De EU-begroting wordt aan aanzienlijke financiële risico's blootgesteld |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.2 — Blootstelling aan garanties (miljard euro)
Bron: Jaarrekening 2016 van de EU, toelichtingen 4.1.1-4.1.3 bij de financiële staten. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.3 — Andere juridische verbintenissen op lange termijn per eind 2016 (miljoen euro)
Bron: Jaarrekening 2016 van de EU, toelichting 5.3 bij de financiële staten. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De EU maakt steeds meer gebruik van financieringsinstrumenten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.4 — Financieringsinstrumenten waaraan EU-begrotingssteun is toegekend
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.5 — EFSI-financiering per lidstaat (miljoen euro)
Bron: Operationeel eindejaarsverslag EIB „European Fund for Strategic Investments — IIW and SMEW. Schedule II of the EFSI Agreement” — rapportagedatum: 31 december 2016. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De lidstaten kunnen voor uitdagingen komen te staan bij de besteding van de beschikbare EU-middelen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.6 — Niet-afgewikkelde vastleggingen van de ESI-fondsen per 31 december 2016, uitgedrukt als percentage van de overheidsuitgaven van iedere lidstaat
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van door de Commissie verstrekte gegevens. Gegevens van Eurostat over overheidsuitgaven voor 2016, april 2017. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.7 — EU-middelen (*1) als percentage van de bruto-investeringen in vaste activa door de lidstaten (*2)
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van door de Commissie verstrekte gegevens. Gegevens van Eurostat over bruto-investeringen in vaste activa. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De algemene verslaglegging over uitgaven aan migratie en de vluchtelingencrisis moet coherenter en uitgebreider zijn |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De complexiteit van de financieringsregelingen van de EU neemt nog steeds toe |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.8 — Bij de financiering en uitvoering van EU-beleid betrokken entiteiten en instrumenten
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Legenda:
Het bredere perspectief van de uitvoering van het beleid, de verrichtingen en financiële activiteiten van de EU per juni 2017
Verslag van en kwijting door de begrotingsautoriteit: Europees Parlement en de Raad
Zekere mate van verslaglegging en kwijtingverlening door de begrotingsautoriteit: EP en Raad
Controle door de Europese Rekenkamer
Beheerd door de Commissie — direct/gedeeld beheer
Beheerd door de EIB-groep
EFSI-initiatief
In zekere mate EFSI-initiatief
In de geconsolideerde jaarrekening van de EU Financieringsbronnen aangegeven met de kleur van de tekstvakken:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gebruikte acroniemen en afkortingen
ACS-EU Partnerschap tussen de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, en de Europese Unie EFMZV Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij BB Betalingsbalans EFRO Europees Fonds voor regionale ontwikkeling CF Cohesiefonds ESF Europees Sociaal Fonds Copernicus Het Europees programma voor aardobservatie ESIF Europees structuur- en investeringsfonds COSME Concurrentievermogen van ondernemingen en voor kmo's (Cosme) ESM Europees Stabiliteitsmechanisme CPVO Communautair Bureau voor plantenrassen EUIPO Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie EaSI Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI) EUTF Colombia Trustfonds voor Colombia EBWO Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling EUTF Madad Regionaal trustfonds van de EU in reactie op de crisis in Syrië ECB Europese Centrale Bank FRT Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije EFSF Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit H2020 Horizon 2020 — EU-onderzoek en -innovatie EFSI Europees Fonds voor strategische investeringen IPOL Intern beleid (Internal Policies) EFSM Europees financieel stabilisatiemechanisme ITER Internationale thermonucleaire experimentele reactor (overeenkomst en organisatie) EGKS Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal Galileo Het wereldwijde satellietnavigatiesysteem van de Europese Unie (GNSS) EIB Europese Investeringsbank MFB Macrofinanciële bijstand EIF Europees Investeringsfonds Progr. Programma Elfpo Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling EUTF Bêkou Noodtrustfonds voor de Centraal-Afrikaanse Republiek ELM Mandaat voor externe leningen (External Lending Mandate) Mkb-initiatief Initiatief voor midden- en kleinbedrijf EOF Europees Ontwikkelingsfonds GLF Griekse kredietfaciliteit (Greek Loan Facility) Kred. Kredieten EP Europees Parlement Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
RISICO’S EN UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vermijden van een nieuwe achterstand van onbetaalde declaraties |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De financiering van het nieuwe MFK |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2.9 — Projecties voor vastleggingen en betalingen tot aan het eind van het MFK in 2020 (miljard euro)
Bron: Voor de begrotingsjaren 2007-2016: geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie; voor projecties inzake de begrotingsjaren 2017-2020: MFK-verordening en de technische aanpassing van 2017. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusies |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie zal in haar voorstellen zorgen voor een passend evenwicht tussen vastleggingen en betalingen. Zij merkt evenwel op dat de definitieve beslissingen worden genomen door de medewetgevers. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling ten dele. De Commissie stelt altijd voor de betalingen voor andere speciale instrumenten buiten de maxima te rekenen. Het is echter aan de begrotingsautoriteit om per geval een definitieve beslissing te nemen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie zal nagaan of de bestaande rapportage geconsolideerd kan worden, zodat deze uitgebreide informatie verschaft over de uitgaven op het gebied van vluchtelingen en migratie. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Het witboek over de toekomst van Europa in 2025 gaf de aanzet tot een breed debat en een denkoefening voorafgaand aan de voorbereiding van het volgende MFK. In dit verband heeft de Commissie in juni 2017 een discussienota over de toekomst van de financiën van de EU aangenomen. De financiële architectuur van de EU en andere thema’s, zoals looptijd, flexibiliteit en voorspelbaarheid, zullen deel uitmaken van het algemene reflectieproces ter voorbereiding van het volgende MFK. |
(1) Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot vaststelling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (de „MFK-verordening”) (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884).
(2) Deze cijfers komen overeen met kredieten voor vastleggingen ter waarde van 1,04 % van het EU-bni en kredieten voor betalingen ter waarde van 0,98 % van het EU-bni voor 2014-2020 zoals uiteengezet in de meest recente technische aanpassing van het MFK — COM(2016) 311 final van 30 juni 2016: „Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement: Technische aanpassing van het financieel kader voor 2017 in overeenstemming met de ontwikkeling van het bni en aanpassing van de middelen voor het cohesiebeleid (artikelen 6 en 7 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad tot vaststelling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020)” („technische aanpassing 2017”).
(3) Aanvullende betalingskredieten boven het maximumbedrag aan eigen middelen mogen beschikbaar worden gesteld uit andere inkomsten dan die uit eigen middelen.
(4) In Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie (PB L 168 van 7.6.2014, blz. 105) wordt voor kredieten voor vastleggingen een maximumbedrag ter waarde van 1,26 % van het EU-bni vastgesteld en voor kredieten voor betalingen een maximumbedrag ter waarde van 1,20 % van het EU-bni.
(5) Een briefingdocument over de mededeling van de Commissie, getiteld „EU budget: time to reform? A briefing paper on the mid-term review of the Multiannual Financial Framework 2014-2020”, een advies over het voorstel om het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) uit te breiden en te vergroten, Advies nr. 2/2016 (PB C 465 van 13.12.2016) en een advies over het voorstel tot wijziging van het Financieel Reglement, Advies nr. 1/2017 (PB C 91 van 23.3.2017).
(6) Uitgezonderd overdrachten en bestemmingsontvangsten.
(7) Zie voor deze vertragingen blz. 45 en 46 van het „Report on Budgetary and Financial Management of the European Commission — Financial year 2016” en bijlage 6 „Payment forecast” — sectie 3, derde paragraaf van document SWD(2016) 299 final van 14 september 2016„Commission staff working document accompanying document Communication from the Commission to the European Parliament and the Council: Mid-term review/revision of the multiannual financial framework 2014-2020 (COM(2016) 603 final)”.
(8) De redenen voor de lengte van de vaststellingsprocedure van de rechtsgrondslagen voor de programma’s 2014-2020 worden uiteengezet in de paragrafen 11 en 36 van ons Speciaal verslag nr. 2/2017 (http://eca.europa.eu).
(9) Speciaal verslag nr. 36/2016 (http://eca.europa.eu).
(10) Bijlage 6 „Payments forecast” — sectie 3, derde alinea — SWD(2016) 299 final.
(11) Gewijzigde begroting nr. 4. In deze en andere gewijzigde begrotingen werden de vastleggingskredieten met 273 miljoen euro verhoogd en de betalingskredieten met 31 miljoen euro.
(12) Zie de bladzijde „Begrotingsresultaat van de EU” in het gedeelte „Verslagen over de uitvoering van de begroting en toelichtingen daarbij” van de „geconsolideerde jaarrekening van de EU — begrotingsjaar 2016” („jaarrekening 2016 van de EU”).
(13) De reserve voor noodhulp, het Solidariteitsfonds van de Europese Unie, het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering en het flexibiliteitsinstrument. Zie de artikelen 9-12 van de MFK-verordening.
(14) Bijlage 6 „Payments forecast”, sectie 6 van document SWD(2016) 299 final.
(15) Zie Document 7031/17 ADD 1 van de Raad.
(16) Artikel 13 van de MFK-verordening.
(17) Besluiten (EU) 2017/339 en (EU) 2017/344 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2016 over de gebruikmaking van de marge voor onvoorziene uitgaven (PB L 50 van 28.2.2017).
(18) Artikel 14 van de MFK-verordening.
(19) Op basis van de technische aanpassing van 2017.
(20) Artikel 17 van de MFK-verordening.
(21) Een „vastlegging” berust voor de verschillende begrotingsterreinen op een andere grondslag (zie paragraaf 2.5 en figuur 2.1 van ons Jaarverslag 2015).
(22) We zijn op dit cijfer uitgekomen door de niet-afgewikkelde vastleggingen (2016: 238,3 miljard euro; 2007: 138,4 miljard euro) te delen door de verrichte gesplitste betalingen, d.w.z. betalingen die in de loop van het jaar werden gedaan ten laste van meerjarige vastleggingen (2016: 81,5 miljard euro; 2007: 63,3 miljard euro).
(23) Zie toelichting 4 bij de jaarrekening 2016 van de EU.
(24) Zie toelichting 2.4.1 bij de jaarrekening 2016 van de EU.
(25) Zie toelichting 2.10 bij de jaarrekening 2016 van de EU.
(26) Artikel 3, lid 3, van de MFK-verordening.
(27) We hebben in ons Advies nr. 1/2017 een aanbeveling gedaan met betrekking tot het voorstel.
(28) Zie toelichting 5.3 bij de jaarrekening 2016 van de EU.
(29) De Commissie diende een voorstel bij de begrotingsautoriteit in om de omvang van het EFSI te vergroten. Wij hebben Advies nr. 2/2016 met betrekking tot het voorstel gepubliceerd.
(30) Operationeel eindejaarsverslag van het Europees Fonds voor strategische investeringen „European Fund for Strategic Investments — IIW and SMEW. Schedule II of the EFSI Agreement” — rapportagedatum: 31 december 2016; de EFSI-garantie dekt 11,2 miljard euro.
(31) Bruto-investeringen in vaste activa (BIVA) worden vaak door economen als een belangrijke indicator van economische groei en productiviteit op langere termijn beschouwd.
(*1) EU-middelen omvatten niet MFK-rubriek 5 „Administratie”.
(*2) Lidstaten waar EU-middelen gemiddeld meer dan 5 % van de bruto-investeringen in vaste activa (BIVA) uitmaakten gedurende de periode 2007-2015. BIVA bestaan uit het saldo van de door ingezeten producenten verrichte aan- en verkopen van vaste materiële of immateriële activa.
(32) Tot dusver genomen maatregelen omvatten:
— |
het opzetten van de vluchtelingenfaciliteit in Turkije (FRT); het opzetten van een noodtrustfonds voor de Centraal-Afrikaanse Republiek (het EUTF Bêkou); |
— |
het versterken van het trustfonds voor Syrië (EUTF Madad); |
— |
het uitbreiden van de financiering voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie (Asylum, Migration and Integration Fund — AMIF) en het Fonds voor interne veiligheid (Internal Security Fund — ISF); |
— |
het overhevelen van middelen naar een nieuw begrotingsonderdeel voor het verstrekken van noodhulp binnen de EU, en |
— |
het versterken van de begroting van de betrokken agentschappen, namelijk Frontex, Europol, het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken en het Europees centrum tegen migrantensmokkel. |
(33) Zie de paragrafen 1.46 en 1.52 van ons Jaarverslag 2012.
(34) Conclusies bij bijlage 6 van document SWD(2016) 299 final.
(35) Verordening (EU, Euratom) 2017/1123 (PB L 163 van 24.6.2017, blz. 1).
(36) Op basis van bestaande resultaten van eind 2016 en het MFK, met inbegrip van de technische aanpassing in 2017, zijn we uitgegaan van de conservatieve aanname dat 98 % van de vastleggingskredieten zal worden omgezet in vastleggingen. We hebben ons gebaseerd op de door de Commissie in de tussentijdse evaluatie berekende schatting van vrijmakingen en hebben aangenomen dat 99 % van de betalingskredieten zullen worden omgezet in betalingen, uitgezonderd betalingen met betrekking tot speciale instrumenten overeenkomstig de aanname van de Commissie. Bestemmingsontvangsten en overdrachten zijn niet opgenomen in de projecties voor 2017-2020 omdat het moeilijk is ze te berekenen en ze een minimale impact hebben op de projecties.
(37) In bijlage 6 bij document SWD(2016) 299 final wordt een bedrag van 254 miljard euro genoemd. Onze projectie is gebaseerd op een geschatte gebruikmaking van 648,1 miljard euro aan vastleggingskredieten en 604,3 miljard euro aan betalingskredieten die beschikbaar waren in het MFK voor de jaren 2017-2020 (op basis van de technische aanpassing van 2017).
(38) Artikel 3, onder 2, tweede alinea van Besluit 2014/335/EU, Euratom.
(39) Artikel 25 van de MFK-verordening.
(40) Artikel 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer.
(41) Zie paragraaf 2.47, aanbeveling 2 van ons Jaarverslag 2015.
(*3) Op basis van de meest recente uitvoeringsverslagen.
(*4) Op basis van de maximumbedragen van toewijzingen aan operationele programma’s op 31 december 2016.
(*5) Voor de programmeringsperiode 2014-2020 schatten we de indicatieve begroting voor de financiële instrumenten onder indirect beheer op 7,4 miljard euro (Jaarverslag 2015, figuur 2.10).
(42) Voor financieringsinstrumenten in het kader van het EFRO en het ESF bedroeg de desbetreffende totale EU-bijdrage die op 31 december 2015 was betaald 11,6 miljard euro, waarvan slechts 8,5 miljard euro (73 %) de eindbegunstigden bereikte. Deze bedragen komen overeen met een uitvoeringsperiode van negen jaar (2007-2015) (Document van de Commissie EGESIF_16-0011-00, „Samenvatting van gegevens over de geboekte vooruitgang bij de financiering en uitvoering van financieringsinstrumenten, gerapporteerd door de managementautoriteiten, overeenkomstig artikel 67, lid 2, onder j), van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad” (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25), blz. 66).
(43) Speciaal verslag nr. 5/2015 (http://eca.europa.eu).
(44) Op 31 december 2014 bedroeg de totale bijdrage van de EU voor financieringsinstrumenten onder indirect beheer in de programmeringsperiode 2007-2013 bijna 3,8 miljard euro (uitgezonderd blendingfaciliteiten).
(45) Zie paragraaf 2.22 en voetnoot 35.
HOOFDSTUK 3
Resultaten behalen met de EU-begroting
INHOUD
Inleiding | 3.1 |
|
3.2-3.51 |
|
3.3-3.12 |
|
3.13-3.51 |
|
3.52-3.59 |
|
3.60-3.71 |
Conclusie en aanbevelingen | 3.72-3.77 |
Conclusies | 3.72-3.75 |
Aanbevelingen | 3.76-3.77 |
Bijlage 3.1 — |
Gedetailleerde status van aanbevelingen per verslag |
Bijlage 3.2 — |
Belangrijkste verbeteringen en resterende zwakke punten per verslag |
Bijlage 3.3 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor prestatieaspecten |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 1 — VERSLAGLEGGING OVER DE PRESTATIES: HOE VERHOUDT DE BENADERING VAN DE COMMISSIE ZICH TOT GOEDE PRAKTIJKEN? |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Afdeling 1 — Het kader voor de verslaglegging over prestaties |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.1 — Het door de Commissie toegepaste kader voor de verslaglegging over prestaties
Bron: ERK, op basis van informatie van de Commissie. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
A. Programmaverklaringen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.2 — Programmaverklaringen: doelstellingen en indicatoren
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
B. Sectorale verslagen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
C. Strategische plannen, beheersplannen en jaarlijkse activiteitenverslagen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
D. Evaluaties |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.3 — Aantal evaluaties bij de Commissie tussen 2000 en 2015 (voortschrijdend gemiddelde van drie jaar en jaarlijkse cijfers)
Bron: Evaluatiedatabank van de Commissie (2000-2015). |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
E. Jaarlijks beheers- en prestatieverslag (AMPR) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
F. Overige verslagen met informatie over prestaties |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Afdeling 2 — Vergelijking met goede praktijken voor de verslaglegging over prestaties elders |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
A. Inleiding |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
B. Ruimte om het prestatiekader te verbeteren |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
a) De Commissie hanteert twee reeksen van doelstellingen en indicatoren om de prestaties te meten van haar diensten, respectievelijk haar uitgavenprogramma’s |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b) De Commissie heeft een groot aantal doelstellingen en indicatoren |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.4 — Resultaten van de OESO-enquête over prestatiegericht begroten
Bron: OESO-presentatie tijdens de twaalfde jaarlijkse vergadering van het „Senior Budget Officials Performance and Results Network” van de OESO, van 25 november 2016. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.5 — De EU heeft meer doelstellingen en indicatoren (per miljard euro) dan Frankrijk of Nederland
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
C. De verslaglegging over prestaties is niet uitputtend |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
a) De verslaglegging over prestaties is niet evenwichtig, aangezien hierin slechts beperkte gegevens over de uitdagingen en tekortkomingen zijn opgenomen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b) Beperkte informatie over de kwaliteit van prestatiegegevens beïnvloedt de transparantie |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.6 — Verslagleggingsfrequentie om lopende prestaties te monitoren
Bron: ERK, op basis van de enquête over verslaglegging over prestaties. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
D. Prestatieverslagen zijn overwegend beschrijvend en daarin zou beter gebruik kunnen worden gemaakt van visuele en navigatiehulpmiddelen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bron: Australische ministeries van Sociale Zaken, jaarverslag 2015-2016 (35) (blz. 253 en 258), en Onderwijs, jaarverslag 2015-2016 (36) (blz. 225 en 238). |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.8 — Frankrijk: het verslag over de resultaten van de algemene staatsbegroting bevat meer afbeeldingen dan tekst
Bron: ERK, op basis van het verslag van de algemene staatsbegroting 2015. © Direction du Budget, ministère de l'Action et des Comptes publics, Frankrijk. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.9 — Wereldbank: het jaarverslag 2016 bevat talrijke instrumenten om de toegankelijkheid te verbeteren
Bron: ERK, op basis van het jaarverslag 2016 van de Wereldbank. „World Bank. 2016. The World Bank Annual Report 2016. Washington, DC. © World Bank. https://openknowledge.worldbank.org/handle/10986/24985 License: CC BY 3.0 IGO.” |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.10 — Gebruik van visuele en navigatiehulpmiddelen in de prestatieverslagen van de Commissie
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
E. De Commissie laat niet zien dat zij systematisch evaluatieresultaten gebruikt |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
a) Aanbevelingen blijven soms uit |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
b) De Commissie laat niet zien dat de aanbevelingen uit evaluaties systematisch worden opgevolgd |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
F. De belangrijkste verslagen over de prestaties bevatten geen verklaring of informatie over de kwaliteit van de prestatiegegevens |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
G. Door de Commissie verstrekte informatie over prestaties is niet gemakkelijk toegankelijk |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 2 — RESULTATEN VAN DE DOELMATIGHEIDSCONTROLES VAN DE REKENKAMER: GEMEENSCHAPPELIJKE UITDAGINGEN GEÏDENTIFICEERD IN ENKELE SPECIALE VERSLAGEN UIT 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Inleiding |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.11 — Meer speciale verslagen dan ooit tevoren (voortschrijdend gemiddelde van drie jaar en jaarlijkse cijfers)
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.12 — Onze speciale verslagen bestrijken alle MFK-rubrieken en meer
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.13 — Aanbevelingen bestrijken een brede waaier aan onderwerpen
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.14 — Hoe overtuigend zijn wij?
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Houdbaarheid van de overheidsfinanciën |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.15 — Gemeenschappelijke problemen die zijn vastgesteld in de verslagen over de houdbaarheid van de overheidsfinanciën
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3.55. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Milieu, energie en klimaatverandering |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.16 — Gemeenschappelijke problemen die zijn vastgesteld in de verslagen over het milieu, energie en klimaatverandering
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3.57. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toegevoegde waarde/kostenbesparing |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.17 — Gemeenschappelijke problemen die zijn vastgesteld in verslagen over de EU-instellingen, -organen en -agentschappen
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3.59. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 3 — FOLLOW-UP VAN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verslagen bevatten in totaal 131 tussen 2010 en 2013 gedane aanbevelingen over uiteenlopende onderwerpen (zie tekstvak 3.18 ). Gegevens over de stand van de uitvoering daarvan zijn opgenomen in bijlage 3.1 . |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.18 — Follow-up gegeven aan meer aanbevelingen dan in voorgaande jaren
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Op welke wijze is de Commissie ingegaan op onze aanbevelingen? |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.19 — Groot aantal aanbevelingen uitgevoerd
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.20 — Aanbevelingen leidden vaak tot aanzienlijke corrigerende maatregelen
Bron: ERK. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gemengde resultaten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3.70. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3.21 — Bijna alle aanbevelingen die aanvankelijk niet waren aanvaard, werden toch uitgevoerd
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusies |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3.73. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. Ruimte om het prestatiekader te verbeteren (de paragrafen 3.15-3.23) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2. De verslaglegging over prestaties is niet uitputtend (zie de paragrafen 3.24-3.32) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3. Prestatieverslagen zijn overwegend beschrijvend en daarin zou beter gebruik kunnen worden gemaakt van visuele navigatiehulpmiddelen (zie de paragrafen 3.33-3.35) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4. De Commissie laat niet zien dat zij systematisch evaluatieresultaten gebruikt (zie de paragrafen 3.36-3.42) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5. De belangrijkste verslagen over de prestaties bevatten geen verklaring of informatie over de kwaliteit van de prestatiegegevens (zie de paragrafen 3.43-3.45) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6. Door de Commissie verstrekte informatie over prestaties is niet gemakkelijk toegankelijk (zie de paragrafen 3.46-3.51) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie zet zich in voor het produceren van kwalitatief hoogwaardige prestatieverslagen die de resultaten op evenwichtige wijze beschrijven. In het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag brengt de Commissie verslag uit over belangrijke uitdagingen op het gebied van het beheer in een afzonderlijk speciaal deel (zie afdeling 2). Wanneer zich in de loop van het jaar problemen voordeden, wordt in het verslag beschreven hoe de diensten van de Commissie daarmee omgingen. In de toekomst zal de Commissie ernaar streven om in zijn belangrijkste prestatieverslagen meer informatie te verschaffen over de grootste uitdagingen voor het behalen van resultaten (de jaarlijkse activiteitenverslagen, het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag en de programmaverklaringen). |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie verbindt zich ertoe de gebruiksvriendelijkheid van haar verslaglegging over prestaties voortdurend te verbeteren. Het beheers- en prestatieverslag 2016 is al aanzienlijk verbeterd, met grafieken, diagrammen en afbeeldingen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Om de transparantie te verbeteren, zal de Commissie informatie verstrekken over de herkomst en de kwaliteit van gegevens, indien beschikbaar. Aangezien de lidstaten een aanzienlijke hoeveelheid prestatiegegevens verstrekken, zal de Commissie nagaan in hoeverre die gegevens informatie verschaffen over de kwaliteit van de prestatiegegevens. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling ten dele. De Commissie streeft ernaar om de prestatie-informatie gemakkelijker toegankelijk maken. Zij verbindt zich ertoe om de haalbaarheid, de kosten en de mogelijke voordelen van een dergelijke aanwezigheid op het web te beoordelen. De aanbevolen maatregelen worden afhankelijk van de uitkomst van deze evaluatie uitgevoerd. In overeenstemming met het synergieën- en efficiëntiebesluit van de Commissie van april 2016 moet niet zozeer worden gestreefd naar een speciaal webportaal met zoekmachine, maar eerder naar een relevante aanwezigheid op het web met gebruikmaking van de zoekmachine van de Europa-website. |
(1) Artikel 317 VWEU.
(2) Het initiatief is gestructureerd rond vier kernvragen: „Waar besteden wij het geld?”, „Hoe besteden wij het geld?”, „Hoe worden wij beoordeeld?”, „Hoe communiceren wij?” http://ec.europa.eu/budget/budget4results/index_en.cfm
(3) Artikel 38, lid 3, onder e). Tot eind 2017wordt in het Financieel Reglement de term „activiteitenoverzicht” gebruikt.
(4) Met ingang van 2017 werden de structuur en de inhoud van de verklaringen gewijzigd. Deze beschrijving stemt overeen met de gewijzigde verklaringen.
(5) http://ec.europa.eu/budget/library/biblio/documents/2018/DB2018_WD01_en.pdf
(6) Artikel 66, lid 9, van het Financieel Reglement.
(7) Werkdocument van de diensten van de Commissie, „Better Regulation Guidelines”, SWD (2015) 111 final van 19.5.2015, blz. 49.
(8) http://ec.europa.eu/smart-regulation/evaluation/search/search.do
(9) Volgens de BRG’s kan de verplichting om oordelen te vellen een doorslaggevende factor zijn om een evaluatie van een studie te onderscheiden.
(10) https://ec.europa.eu/commission/news/eu-2016-general-report-activities-european-union_en
(11) http://ec.europa.eu/budget/financialreport/2015/foreword/index_en.html
(12) http://europa.eu/rapid/press-release_AC-16-3892_en.htm?locale=EN
(13) https://ec.europa.eu/commission/state-union-2016_nl
(14) https://ec.europa.eu/budget/euprojects/search-projects_en
(15) In maart 2015 uitgebracht door de „International Public Sector Accounting Standards Board” (IPSASB).
(16) Regeringen: Australië, Canada, Frankrijk, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Andere internationale organisaties: de Raad van Europa, de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO), het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC), de OESO, Unesco, het secretariaat-generaal van de VN, de Wereldbank en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
(17) MOPAN is een netwerk van gelijkgezinde donorlanden voor de monitoring van de prestaties van multilaterale ontwikkelingsorganisaties op nationaal niveau. Zie http://www.mopanonline.org/
(18) Department of Finance, Resource management guide 131-137 http://www.finance.gov.au/resource-management/performance/
(19) Zie het syntheseverslag 2012, COM(2013) 334 final, blz. 3.
(20) Zie „Standing Instructions for 2013 annual activity reports”, blz. 3, en „Instructions for the 2014 Management Plans”, blz. 9.
(21) Bestaan = breedschaligheid van de beschikbare informatie over prestaties; gebruik = mate waarin informatie over prestaties wordt gebruikt in de besluitvorming met betrekking tot de begroting; gevolgen = effect op het beheer en/of de begroting.
(22) „Loi Organique relative aux Lois de Finance”.
(23) Zie bijvoorbeeld de „IPSASB Recommended Practice Guideline 3”.
(24) http://extranet.who.int/programmebudget/Biennium2014/Programme/Overview/12
(25) http://www.who.int/about/finances-accountability/reports/en/
(26) „Independent Evaluation Group: Behind the mirror — A report on the self-evaluation systems of the World Bank Group”, 2016.
(27) http://www.mopanonline.org/assessments/iadb2015-16/index.htm
(28) Ref. Ares(2016)6517649, 21.11.2016.
„De DG’s wordt flexibiliteit geboden bij het kiezen van de belangrijkste algemene en specifieke doelstellingen waarover zij willen rapporteren in de beschrijving van afdeling 1. Het prestatieverhaal moet worden gebaseerd op een selectie en beschrijving van de „belangrijkste” (positieve of negatieve) resultaten met het oog op het bereiken van de „belangrijkste” algemene en specifieke doelstellingen. Niet alle doelstellingen en resultaten moeten worden gedekt, maar alleen:
— |
de doelstellingen die van zodanig belang zijn dat de lezer zou verwachten dat zij in een jaarlijks activiteitenverslag worden gemeld (omdat het weglaten ervan zou leiden tot een verkeerde conclusie met betrekking tot de prestaties van het DG, of omdat de afwijkingen van de begrotingsdoelstellingen opmerkelijk zijn, of omdat bepaalde activiteiten grote media-aandacht hebben getrokken enz.), ook al is het DG zelf van mening dat zij geen concrete gevolgen hebben voor de zekerheid, en |
— |
de doelstellingen waarbij uit de resultaten in de tabellen in de bijlage blijkt dat die sterk afwijken van de geplande waarden.” |
(30) In het werkdocument van de diensten van de Commissie bij het verslag van de Commissie over de follow-up van de kwijting 2014 is de aanpak vastgesteld voor de rapportage van de resultaten van de Europa 2020-strategie.
(31) Advies nr. 1/2017 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, paragraaf 97.
(32) De aanpak wordt hier toegelicht: http://www.pc.gov.au/research/ongoing/report-on-government-services/2017/approach/performance-measurement
(33) Zie paragraaf 3.13, onder ii).
(34) De toolbox vult de richtsnoeren voor betere regelgeving aan, die van toepassing zijn op effectbeoordelingen, evaluaties en geschiktheidscontroles. Zie http://ec.europa.eu/smart-regulation/guidelines/toc_tool_en.htm, blz. 287 en 290.
(35) https://www.dss.gov.au/about-the-department/publications-articles/corporate-publications/annual-reports/dss-annual-report-2015-16-0
(36) https://docs.education.gov.au/documents/department-education-and-training-annual-report-2015-16
(37) http://www.who.int/about/finances-accountability/evaluation/evaluation-report-nov2016.pdf
(38) https://ieg.worldbankgroup.org/managementactionrecord
(39) Hoofdstuk 3 van het samenvattend verslag „Results and performance of the World Bank Group 2015”.
(40) http://www.tbs-sct.gc.ca/pol/doc-eng.aspx?id=31300
(41) SWD(2015) 111 final, hoofdstuk VI „Guidelines on evaluation and fitness checks”.
(42) Effectbeoordeling, richtsnoeren, verdere monitoring enz.
(43) http://www.finance.gov.au/resource-management/pgpa-act/
(44) In dit verband betekent „getrouw beeld” een betrouwbaar, volledig en correct beeld van de stand van zaken in het DG.
(45) We hebben ook naar deze kwestie verwezen in ons Advies nr. 1/2017, paragraaf 95.
(46) De Commissie heeft haar algemene politieke verantwoordelijkheid voor het beheer van de EU-begroting uitgelegd in het antwoord op paragraaf 21 van Speciaal verslag nr. 27/2016: „De Commissie is van mening dat dit verantwoordingsplicht voor de werkzaamheden van haar diensten omvat.”
(47) Zie http://ec.europa.eu/info/files/2015-annual-management-and-performance-report-eu-budget-com-2016-446-final_en, blz. 5 en 58.
(48) http://www.rijksbegroting.nl/
(49) https://www.gov.uk/government/publications
(50) http://www.worldbank.org/en/results
(51) http://pdu.worldbankgroup.org/
(52) https://europa.eu/european-union/documents-publications_nl
(53) http://www.eca.europa.eu/nl/Pages/AuditReportsOpinions.aspx?ty=Special%20report&tab =tab4
(54) 1a (Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid), 1b (Economische, sociale en territoriale cohesie), 2 (Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen), 3 (Veiligheid en burgerschap), 4 (Europa als wereldspeler), en 5 (Administratie).
(55) HELCOM is het bestuursorgaan van het Verdrag van Helsinki ter bescherming van het mariene milieu in het Oostzeegebied.
(56) In SV nr. 20/2012 en SV nr. 23/2012.
(57) Het Contactcomité is een vergadering van de presidenten van de HCI’s van de EU-landen, en de ERK.
(58) Zie ook ons Advies nr. 1/2017 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, de paragrafen 90-99: http://www.eca.europa.eu/nl/Pages/DocItem.aspx?did=40627
BIJLAGE 3.1
GEDETAILLEERDE STATUS VAN AANBEVELINGEN PER VERSLAG
Nr. |
SV |
Titel verslag |
Paragraaf in SV |
Volledig uitgevoerd |
Uitgevoerd in de meeste opzichten |
Uitgevoerd in enkele opzichten |
Niet uitgevoerd |
Niet langer relevant |
Kon niet worden nagegaan |
1 |
SR nr. 14/2010 |
Het door de Commissie gevoerde beheer van het systeem van veterinaire controles van vleesimporten na de hervormingen van de hygiënewetgeving in 2004 (Natuurlijke hulpbronnen) |
§ 90, punt 1 |
x |
|
|
|
|
|
§ 90, punt 2 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 3 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 4 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 5 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 6 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 7 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 90, punt 8 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 91 |
x |
|
|
|
|
|
|||
2 |
SV nr. 11/2012 |
Rechtstreekse steun voor zoogkoeien, ooien en geiten in het kader van de gedeeltelijke uitvoering van BTR-regelingen (Natuurlijke hulpbronnen) |
§ 58 |
x |
|
|
|
|
|
§ 60 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 64 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 64 |
|
|
x |
|
|
|
|||
3 |
SV nr. 14/2012 |
Tenuitvoerlegging van EU-hygiënewetgeving in slachthuizen van sinds 2004 tot de EU toegetreden lidstaten (Natuurlijke hulpbronnen) |
§ 52, onder a) |
x |
|
|
|
|
|
§ 52, onder b) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 52, onder c) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 52, onder d) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 53, onder a) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 53, onder b) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 53, onder c) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 53, onder d) |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 54, onder a) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 54, onder b) |
|
|
|
x |
|
|
|||
§ 54, onder c) |
|
|
|
x |
|
|
|||
4 |
SV nr. 20/2012 |
Is de financiering uit structurele maatregelen van infrastructuurprojecten voor het beheer van stedelijk afval doeltreffend als bijdrage tot de verwezenlijking van de afvalbeleidsdoelstellingen van de EU door de lidstaten? (Natuurlijke hulpbronnen) |
§ 72, onder a, punt i |
|
|
|
|
|
x |
§ 72, onder a, punt ii |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 72, onder a, punt iii |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 72, onder b |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 74, onder a |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 74, onder b |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 74, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 76, onder a, punt i |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 76, onder a, punt ii |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 76, onder a, punt iii |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 76, onder b, punt i |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 76, onder b, punt ii |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 77, onder a |
|
|
|
x |
|
|
|||
§ 77, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 77, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 77, onder d |
|
|
|
|
x |
|
|||
5 |
SV nr. 23/2012 |
Hebben de structurele maatregelen van de EU met succes de regeneratie ondersteund van industriële en militaire brownfieldterreinen? (Cohesie) |
§ 65, onder a (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
§ 65, onder b (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 65, onder c (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 65, onder a (COM) |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 65, onder b, (COM) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 68, onder a (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder b (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder c (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder d (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder e (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder f (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 68, onder a (COM en lidstaten) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 73, onder a (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 73, onder b (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 73, onder c (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 73, onder d (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 73, onder e (lidstaten) |
|
|
|
|
|
x |
|||
§ 73, onder a (COM) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 73, onder b (COM) |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 73, onder e (lidstaten, laatste zin) |
|
|
|
x |
|
|
|||
6 |
SV nr. 5/2013 |
Worden de EU-cohesiebeleidsmiddelen voor wegen goed besteed? (Cohesie) |
§ 55, aanbeveling 1 |
|
|
x |
|
|
|
§ 55, aanbeveling 2, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 55, aanbeveling 2, onder b |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 55, aanbeveling 2, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 55, aanbeveling 3 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 55, aanbeveling 4 |
|
|
x |
|
|
|
|||
7 |
SV nr. 17/2013 |
EU-klimaatfinanciering in de context van externe steun (Extern optreden) |
§ 69, aanbeveling 1 |
x |
|
|
|
|
|
§ 69, aanbeveling 2 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 69, aanbeveling 3 |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 69, aanbeveling 4 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 69, aanbeveling 5 |
x |
|
|
|
|
|
|||
8 |
SV nr. 14/2013 |
De directe financiële steun van de Europese Unie aan de Palestijnse Autoriteit (Extern optreden) |
§ 81, onder a |
x |
|
|
|
|
|
§ 81, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 81, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 82, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 82, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 83 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 84 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 85 |
|
|
x |
|
|
|
|||
9 |
SV nr. 13/2013 |
EU-ontwikkelingshulp aan Centraal-Azië (Extern optreden) |
§ 87, eerste streepje |
x |
|
|
|
|
|
§ 87, tweede streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 87, derde streepje |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 87, vierde streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 87, vijfde streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 87, zesde streepje |
|
x |
|
|
|
|
|||
10 |
SV nr. 9/2013 |
EU-steun voor bestuur in de Democratische Republiek Congo (Extern optreden) |
§ 94, aanbeveling 1, onder a |
x |
|
|
|
|
|
§ 94, aanbeveling 1, onder b |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 1, onder c |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 1,, onder d |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 2, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 2, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 3, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 3, onder b |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 3, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 4, onder a |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 4, onder b |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 94, aanbeveling 4, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
11 |
SV nr. 4/2013 |
EU-samenwerking met Egypte op het gebied van bestuur (Extern optreden) |
§ 80, onder a |
x |
|
|
|
|
|
§ 80, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 80, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 80, onder d |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 80, onder e |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 81, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 81, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 81, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 82 |
x |
|
|
|
|
|
|||
12 |
SV nr. 12/2012 |
Hebben de Commissie en Eurostat het proces voor de productie van betrouwbare en geloofwaardige Europese statistieken verbeterd? (Overige) |
§ 107 |
|
|
x |
|
|
|
§ 108, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 108, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 108, onder c |
|
|
x |
|
|
|
|||
§ 108, onder d |
|
|
|
x |
|
|
|||
§ 108, onder e |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 108, onder f |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 108, onder g |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 109, onder a |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 109, onder b |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 109, onder c |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 109, onder d |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 109, onder e |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 109, onder f |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 109, onder g |
x |
|
|
|
|
|
|||
13 |
SV nr. 2/2013 |
Heeft de Commissie gezorgd voor een doelmatige uitvoering van het zevende kaderprogramma voor onderzoek? (Slimme en inclusieve groei) |
§ 99, aanbeveling 1, tweede en derde streepje |
x |
|
|
|
|
|
§ 99, aanbeveling 1, eerste en vierde streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 99, aanbeveling 2 |
|
x |
|
|
|
|
|||
§ 100, aanbeveling 3, eerste streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 100, aanbeveling 3, tweede streepje |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 101 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 102 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 103 |
x |
|
|
|
|
|
|||
§ 104, eerste deel |
|
|
|
x |
|
|
|||
§ 104, tweede deel |
|
|
|
|
x |
|
|||
Totaalaantal aanbevelingen |
131 |
72 |
18 |
12 |
6 |
2 |
21 |
Antwoord van de Commissie
SV nr. 14/2012:
Antwoord op paragraaf 54, onder c): De Commissie is van mening dat de aanbeveling niet langer relevant is. In de huidige programmeringsperiode (2014-2020) werd de maatregel stopgezet.
BIJLAGE 3.2
BELANGRIJKSTE VERBETERINGEN EN RESTERENDE ZWAKKE PUNTEN PER VERSLAG
Nr. |
SV |
Titel verslag |
Verbeteringen |
Gebreken |
1 |
SR nr. 14/2010 |
Het door de Commissie gevoerde beheer van het systeem van veterinaire controles van vleesimporten na de hervormingen van de hygiënewetgeving in 2004 |
Het voorstel van de Commissie inzake invoercontroleactiviteiten is goedgekeurd. Het vereenvoudigt en verduidelijkt het regelgevingskader. Harmonisering van de regels voor versterkte controles. Verbetering van het netwerk van IT-systemen. Ontwikkeling van richtsnoerdocumenten en opleidingsprogramma’s. Verbetering van het risicobeoordelingsmodel dat wordt gebruikt voor de programmering van controles van het directoraat-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid. De lidstaten treffen corrigerende maatregelen naar aanleiding van de aanbevelingen van het directoraat-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid. De EU-strategie voor dierenwelzijn die is opgenomen in internationale overeenkomsten inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen. |
Over sommige internationale overeenkomsten over sanitaire en fytosanitaire maatregelen wordt nog onderhandeld. Derde landen (op enkele uitzonderingen na) erkennen de EU nog steeds niet als een enkele entiteit. De nieuwe EU-verordening betreffende officiële controles wordt naar verwachting eind 2019 van toepassing. De uitvoeringshandelingen moeten nog worden vastgesteld. De Raad en het Parlement hebben geen rekening gehouden met het artikel in het voorstel van de Commissie om bevoegdheden aan haar te delegeren om voorschriften voor prestatie-indicatoren vast te leggen. De verificatie van de specifieke hoogte van de vergoedingen voor invoercontroles wordt beschouwd als een lage prioriteit binnen de reikwijdte van de invoercontroles van het directoraat-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid. |
2 |
SV nr. 11/2012 |
Rechtstreekse steun voor zoogkoeien, ooien en geiten in het kader van de gedeeltelijke uitvoering van de bedrijfstoeslagregelingen |
Vereisten inzake de gerichtheid toegevoegd voor vrijwillige gekoppelde steun. Ter rechtvaardiging van maatregelen moeten de lidstaten nu een definitie geven van het specifieke productietype. De Commissie heeft een gemeenschappelijk kader voor monitoring en evaluatie opgezet, vergezeld van specifieke regels en indicatoren. |
Ondanks enkele reeds verrichte of nog lopende evaluatiewerkzaamheden, heeft de Commissie nog geen alomvattende evaluatie van de impact van de regelingen gemaakt. |
3 |
SV nr. 14/2012 |
Tenuitvoerlegging van EU-hygiënewetgeving in slachthuizen van sinds 2004 tot de EU toegetreden lidstaten |
Regelmatig worden follow-upcontroles uitgevoerd van de aanbevelingen van DG SANTE aan de lidstaten. Er zijn richtsnoeren, opleidingen en workshops beschikbaar. Er is een elektronische databank van nationale sectorale hygiënerichtsnoeren ontwikkeld. Er is een kader van operationele standaardprocedures vastgesteld ter verduidelijking van de verhouding tussen en de verantwoordelijkheden van DG SANCO en het Uitvoerend Agentschap voor consumenten, gezondheid, landbouw en voeding. |
Er bestaan geen overzichtsverslagen over de controle/analyse van de meerjarige nationale controleplannen van de lidstaten. Geen evaluatieverslag over trends in de ontwikkeling van nationale richtsnoeren of de kwaliteit daarvan. Gebrek aan statistieken over door de lidstaten verzorgde opleidingen voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven. Geen evaluatie van de impact van de EU-middelen die zijn gebruikt voor de uitvoering van de hygiëne- en voedselveiligheidsnormen. |
4 |
SV nr. 20/2012 |
Is de financiering uit structurele maatregelen van infrastructuurprojecten voor het beheer van stedelijk afval doeltreffend als bijdrage tot de verwezenlijking van de afvalbeleidsdoelstellingen van de EU door de lidstaten? |
Ex-antevoorwaarden garanderen dat er plannen voor het beheer van afvalstoffen bestaan en dat EU-steun wordt gekoppeld aan resultaten. Betere omschrijving van de afvalhoeveelheden. Richtsnoeren en informatie-uitwisseling over afvalplannen. Er zijn stappen genomen voor afvalpreventie en de recycling van producten. Afvalverwerking verduidelijkt. |
Er is geen zekerheid dat door middel van de acties die zijn beschreven in de plannen voor het beheer van afvalstoffen, kan worden gegarandeerd dat het afval wordt behandeld voordat het wordt gestort, en dat de nadruk ligt op infrastructuur voor afvalstoffenbeheer voor de behandeling van afval dat reeds aan de bron is gescheiden. Er is geen zekerheid dat afvalmonitoringssystemen en -databanken betrouwbare gegevens leveren. Verlaagde steunpercentages niet systematisch toegepast. Geen streefdoelen vastgesteld voor afvalpreventie. |
5 |
SV nr. 23/2012 |
Hebben de structurele maatregelen van de EU met succes de regeneratie ondersteund van industriële en militaire brownfieldterreinen? |
Geïntegreerde duurzame stadsontwikkeling en -vernieuwing worden duidelijk bevorderd. Het herstel en de sanering van brownfieldterreinen zijn een prioriteit voor de periode 2014-2020. De definitie van en richtsnoeren voor de toepassing van het beginsel dat de vervuiler betaalt, zijn ingevoerd. Naleving van de EU-staatssteunregels wordt gecontroleerd en tussentijdse betalingen kunnen worden geschorst in geval van niet-naleving. Er zijn verdere richtsnoeren opgesteld om de lidstaten eraan te herinneren dat zij verplicht zijn om de financieringskloof te bepalen. |
Er bestaan geen EU-normen om vast te stellen wat verontreinigde terreinen zijn en wat de ernst van de daar bestaande gevaren voor milieu en gezondheid is. Er bestaat geen EU-methodologie om terreinspecifieke saneringsnormen vast te stellen. Er is geen follow-up gegeven aan de toepassing van terugbetalingsclausules. |
6 |
SV nr. 5/2013 |
Worden de EU-cohesiebeleidsmiddelen voor wegen goed besteed? |
De in 2014 gepubliceerde nieuwe richtsnoeren voor kosten-batenanalyses omvatten een casestudy van wegenbouwprojecten met een uitsplitsing van de kosten en de belangrijkste redenen voor de verschillen in eenheidskosten. De belangrijkste beginselen van de kosten-batenanalyse zijn vastgelegd in rechtshandelingen en richtsnoeren zijn gedetailleerder. Voor toekomstige cofinanciering van grote projecten op het gebied van wegenbouw en projecten in het kader van de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen geldt de voorwaarde dat er een kosten-batenanalyse moet worden gemaakt, met inbegrip van een haalbaarheidsstudie, een analyse van de opties en een analyse van de vraag met verkeersprognoses en modellering. De kwaliteit wordt gecontroleerd door onafhankelijke deskundigen. Er is sprake van een uitwisseling van beste praktijken met betrekking tot de verkeersprognoses en aan lidstaten wordt specifieke bijstand verleend (in het kader van Jaspers). |
De berekening van de eenheidskosten is nog niet voltooid. Er blijft bezorgdheid bestaan over andere dan grote projecten die volledig op het niveau van de lidstaten worden ontworpen, geselecteerd en uitgevoerd. Er bestaat geen EU-brede databank met kostenreferentiewaarden. |
7 |
SV nr. 17/2013 |
EU-klimaatfinanciering in de context van externe steun |
De routekaart voor klimaatfinanciering is gepubliceerd. De Commissie heeft richtsnoeren met betrekking tot verslaglegging uitgebracht en een methode voorgesteld om additionaliteit te bepalen. De vastleggingskredieten worden weergegeven. Een onafhankelijke beoordeling van het wereldwijde bondgenootschap tegen klimaatverandering is openbaar. Het actieplan voor klimaatdiplomatie werd vastgesteld in 2015. Er zijn werkgroepen van deskundigen opgericht en deze komen regelmatig bijeen. |
Er zijn geen aanwijzingen waaruit blijkt dat het streefcijfer van 20 % voor ontwikkelingshulp op het gebied van klimaatbescherming wordt gehaald. Bij de onafhankelijke evaluatie is slechts summier onderzocht waarom de meeste lidstaten er niet voor kozen om het wereldwijde bondgenootschap tegen klimaatverandering te cofinancieren. |
8 |
SV nr. 14/2013 |
Directe financiële steun van de EU aan de Palestijnse Autoriteit |
Er zijn verbanden vastgesteld tussen het actieplan van de EU en de Palestijnse Autoriteit en EU-steun voor Palestina. De EU-steun is geprogrammeerd op meerjarige basis. Het resultaatgerichte kader omvat specifieke en tijdgebonden indicatoren. Er werden openbare aanbestedingsprocedures toegepast. Besluit genomen om de financiering van de lonen en pensioenen voor ambtenaren in Gaza te beëindigen. Specifieke kwesties in verband met EU-steun zijn besproken tijdens technische vergaderingen met de Israëlische autoriteiten. |
Het beginsel van conditionaliteit is niet systematisch toegepast. Er is nog geen enkele documentatie ontvangen over de uitvoering van het besluit inzake de salarissen en pensioenen. De Commissie en de EDEO hebben geen gedetailleerd actieplan opgesteld met de maatregelen die Israël moet treffen om de doeltreffendheid van de EU-steun voor de Palestijnse Autoriteit te vergroten, en zij hebben ook geen gebruik gemaakt van de beïnvloedingsmogelijkheden die het kader van een bredere samenwerking tussen de EU en Israël biedt. |
9 |
SV nr. 13/2013 |
EU-ontwikkelingshulp aan Centraal-Azië |
De waarden van de EU worden bevorderd door middel van een meer pragmatische en flexibele aanpak. Het aantal sectoren is verminderd. Er worden ramingen opgesteld van de benodigde personele middelen (in manjaren). De voorwaarden voor begrotingssteun worden toegepast. Het beheer van de overheidsfinanciën wordt gemonitord en maatregelen ter bestrijding van corruptie worden toegepast. Er zijn nieuwe programma’s ontwikkeld. Essentiële prestatie-indicatoren worden gerapporteerd en gemonitord. |
Het ontbreekt aan verslaglegging over administratieve kosten (personeel, apparatuur enz.) op regionaal en landelijk niveau. Er is geen verslaglegging beschikbaar over de werkelijke uitgaven tegenover de geplande uitgaven en ook niet over de doelstellingen die zijn bereikt op regionaal niveau. |
10 |
SV nr. 9/2013 |
EU-steun voor bestuur in de Democratische Republiek Congo |
De verbeterde programmering is ook gericht op de ontwikkeling van het platteland en van de infrastructuur. Lokale actoren waren betrokken bij de ontwikkeling van het milieuprogramma en er is aandacht besteed aan hun behoeften. Er heeft politieke dialoog plaatsgevonden. De EU heeft herhaaldelijk gewezen op het belang van het houden van verkiezingen, zoals wordt vereist in de grondwet. Verbeteringen van de transparantie van het beheer van natuurlijke hulpbronnen. Betere governance, transparantie en verantwoording hebben een positieve uitwerking gehad op fraude en corruptie. De Commissie stelt vast wat de belangrijkste risico’s zijn, en stelt risicobeperkende maatregelen voor. Het aantal sectoren waarop EU-steun is gericht, is lager dan in de voorgaande periode. Indicatoren zijn gewoonlijk tijdgebonden en realistischer. Aanpassingen van de programma’s worden gedocumenteerd. De leiders hebben vergaderingen gehouden en gezamenlijke verklaringen afgegeven. |
De Commissie reserveert geen middelen om het verkiezingsproces te ondersteunen. De politieke dialoog over de presidents- en parlementsverkiezingen is nog steeds ondoeltreffend. Er zijn geen steunmaatregelen vastgesteld in het nationaal indicatief programma voor de handhaving van het externe controleproces en de nationale toezichtsinstanties. Het ontbreekt aan duidelijk omschreven indicatoren voor corruptie. De handhaving van wetten voor de bestrijding van corruptie is niet in het programma opgenomen. Veel belangrijke thematische groepen zijn niet actief. Het ontbreekt binnen deze groepen over het algemeen ook aan informatie over hun missies, doelstellingen, strategieën, begrotingen, verantwoordelijkheden en de coördinatie tussen de leden. |
11 |
SV nr. 4/2013 |
EU-samenwerking met Egypte op het gebied van bestuur |
Er is een beperkt aantal prioriteiten vastgesteld op het gebied van mensenrechten en democratie, de betreffende dialoog is hervat. Er is meer financiering beschikbaar gesteld voor het Europees instrument voor democratie en mensenrechten en het maatschappelijk middenveld. De coördinatie en juiste verdeling van middelen tussen verschillende instrumenten worden gewaarborgd. Een routekaart is gericht op de steun van maatschappelijke organisaties, het Financieel Reglement voorziet in de mogelijkheid om de procedure te versnellen. Tijdens vergaderingen is de nadruk gelegd op het beheer van de overheidsfinanciën en de bestrijding van corruptie. Het beginsel van conditionaliteit is toegepast: de Commissie heeft de operaties voor begrotingssteun in Egypte opgeschort. |
|
12 |
SV nr. 12/2012 |
Hebben de Commissie en Eurostat het proces voor de productie van betrouwbare en geloofwaardige Europese statistieken verbeterd? |
Het systeem van de Europese statistiek is versterkt. Het regelgevingskader is gewijzigd, waarbij het belang van de praktijkcode is erkend. De Europese Adviescommissie voor statistische governance was betrokken bij intercollegiale toetsingen, die nu voor iedereen toegankelijk zijn. Er worden richtsnoeren en procedures vastgesteld voor het statistisch programma van de EU. Prioriteiten worden geëvalueerd. Er wordt regelmatig gerapporteerd over de vorderingen bij de uitvoering van moderniseringsprojecten. De personeelskosten zijn geanalyseerd om de doelmatigheid te verhogen. De richtsnoeren voor overheidsopdrachten vergroten de concurrentie. |
Er is behoefte aan transparante en objectieve procedures voor de werving en het ontslag van de hoofden van de bureaus voor de statistiek. Er blijven belemmeringen bestaan voor de toegang tot en het doeltreffende gebruik van gegevens. De coördinatie van statistieken en de middelen zijn punten van zorg. De toezichthoudende functie is niet opgericht om toezicht te houden op de verificaties en inspecties. |
13 |
SV nr. 2/2013 |
Heeft de Commissie gezorgd voor een doelmatige uitvoering van het zevende kaderprogramma voor onderzoek? |
Met het Horizon 2020-programma is het declareren van kosten flexibeler gemaakt. Gestroomlijnde eisen voor aanvragers. Meer samenhang in het beheer van kaderprogramma 7 door middel van het gemeenschappelijk ondersteuningscentrum. Geïntegreerde IT-werkstromen, indicatoren, gemeenschappelijke auditdienst. Het kader voor gemeenschappelijke technologie-initiatieven is flexibeler. |
Het EIT valt niet onder het gemeenschappelijk ondersteuningscentrum en de regels ervan worden niet op samenhangende wijze geharmoniseerd met het Horizon 2020-kader, wat de begunstigden ervan ondoelmatigheid oplevert. De Commissie heeft geen doeltreffende maatregelen genomen om de additionaliteit van de opvolger van de financieringsfaciliteit met risicodeling te garanderen. Dit werd in november 2016 bevestigd in een onafhankelijke evaluatie, waarin de zorg werd geuit dat er bij 28 % van de projecten geen sprake was van additionaliteit, en waarin werd aanbevolen om duidelijke selectiecriteria vast te stellen om de additionaliteit te waarborgen. |
Antwoord van de Commissie
SV nr. 12/2012:
Er is een passend rechtskader met de nodige waarborgen om ervoor te zorgen dat de benoemings- en ontslagprocedures voor de directeur-generaal van Eurostat transparant zijn, waarbij in dit verband wordt gezorgd voor volledige overeenstemming met het beginsel van onafhankelijkheid, zoals bepaald in Verordening (EG) nr. 223/2009.
De transparantie is bevestigd door de recente procedure betreffende de post van directeur-generaal van Eurostat, die openstond voor externe kandidaten. Bovendien wordt de onafhankelijke verslaggeving door ESGAB over de uitvoering van de Praktijkcode Europese statistieken door de Commissie (Eurostat) het best gediend wanneer zij niet rechtstreeks betrokken is bij de benoeming van de directeur-generaal van Eurostat. Tot slot zijn de interinstitutionele betrekkingen tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie stevig verankerd, bijvoorbeeld ten aanzien van de wetgevingsprocedure, maar ook doordat is bepaald dat de Commissie als geheel verantwoording moet afleggen aan het Parlement. De jaarlijkse statistische dialoog van Verordening (EG) nr. 223/2009 beoogt een adequate betrokkenheid bij en informatieverstrekking aan het Parlement ten aanzien van statistische aangelegenheden te garanderen, onder meer door ervoor te zorgen dat de nieuw benoemde directeur-generaal van Eurostat desgevraagd onmiddellijk na te zijn benoemd voor de bevoegde commissie van het Europees Parlement verschijnt.
BIJLAGE 3.3
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR PRESTATIEASPECTEN
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
De Commissie moet: |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 1: bij de volgende herziening van het Financieel Reglement haar rapportagekader inzake prestaties rationaliseren. |
|
|
X |
|
|
|
|
|
Aanbeveling 2: ervoor zorgen dat het evaluatieverslag een samenvatting bevat waarin alle beschikbare informatie over de vooruitgang ten aanzien van de Europa 2020-doelstellingen wordt samengebracht, zodat de lezer een duidelijk overzicht krijgt van de bereikte resultaten. |
|
|
X |
|
|
|
|
|
Aanbeveling 3: haar systeem voor het beheer van en de rapportage over prestaties verder ontwikkelen, zodat zij daarmee in de jaarlijkse betrouwbaarheidsverklaringen van de directeuren-generaal de verantwoordelijkheid kan nemen voor een goed financieel beheer alsook voor de bijdrage van de EU-begroting aan de beleidsresultaten. |
|
|
|
X |
|
|
|
HOOFDSTUK 4
Ontvangsten
INHOUD
Inleiding | 4.1-4.6 |
Korte beschrijving van de ontvangsten | 4.2-4.5 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 4.6 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 4.7 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van internebeheersingssystemen | 4.8-4.20 |
Overzicht van de punten van voorbehoud met betrekking tot bni en btw en van de openstaande punten inzake TEM | 4.9 |
De invloed van de globalisering op nationale rekeningen volgens het ESR 2010 | 4.10-4.13 |
Beheer van TEM | 4.14-4.18 |
De berekeningen door de Commissie van EER-/EVA-bijdragen en van bijdragen van lidstaten na de inwerkingtreding van EMB 2014 | 4.19 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 4.20 |
Conclusie en aanbevelingen | 4.21-4.23 |
Conclusie | 4.21 |
Aanbevelingen | 4.22-4.23 |
Bijlage 4.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor ontvangsten |
Bijlage 4.2 — |
Aantal hangende punten van voorbehoud met betrekking tot bni en btw, en aantal openstaande punten inzake TEM per lidstaat op 31.12.2016 |
Bijlage 4.3 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor ontvangsten |
|
|
||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Figuur 4.1 — Ontvangsten — Overzicht 2016
(miljard euro)
Totale ontvangsten 2016 (1)
144,7 |
|||||||||||||||||||
Korte beschrijving van de ontvangsten |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 4.2 — Gevolgen van het nieuwe besluit over eigen middelen voor het ontvangstenbedrag uit de verschillende eigen middelen over 2014 en 2015
(miljard euro)
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie. |
|||||||||||||||||||
Tekstvak 4.3 — Gevolgen van het nieuwe besluit over eigen middelen voor de bijdragen van de afzonderlijke lidstaten over 2014 en 2015
(miljard euro)
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie. |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN EN ANDERE ELEMENTEN VAN INTERNEBEHEERSINGSSYSTEMEN |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Overzicht van de punten van voorbehoud met betrekking tot bni en btw en van de openstaande punten inzake TEM |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
De invloed van de globalisering op nationale rekeningen volgens ESR 2010 |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 4.4 — Overschrijving van activa voor O&O: gevolgen voor de nationale rekeningen van Ierland In september 2016 informeerde Ierland de Commissie dat zijn bni in 2015 met 23,9 % was toegenomen (+39,4 miljard euro). Dit werd veroorzaakt door een klein aantal multinationals dat immateriële activa voor grote bedragen overbracht naar Ierland. Deze activa bestonden uit geactiveerde O&O-uitgaven die in de balans staan opgenomen als intellectuele eigendommen (IE’s). De specificaties van deze IE’s worden gebruikt als grondslag voor het opstellen van contracten in verschillende landen over de hele wereld. Bovendien wordt, wanneer activa voor O&O worden overgebracht, het samenstellen van het bni gecompliceerd door de volgende factoren:
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Beheer van TEM |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
De berekeningen door de Commissie van EER-/EVA-bijdragen en van bijdragen van lidstaten na de inwerkingtreding van EMB 2014 |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||||||
Conclusie |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De lidstaten worden reeds aangemoedigd om hier een hogere prioriteit aan toe te kennen en in het bijzonder om van grote multinationals een profiel op te stellen. De Commissie zal richtsnoeren verstrekken en indien nodig zal voorbehoud worden gemaakt. Zie ook het gezamenlijk antwoord op de paragrafen 4.11, 4.12 en 4.13. |
||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. In de lopende verificatieronde wordt veel aandacht besteed aan O&O. Bij alle lidstaten wordt de tenuitvoerlegging van de desbetreffende ESA 2010-regels nauwgezet gecontroleerd, met inbegrip van de gevolgen van de globalisering. |
(1) De aanvankelijke berekening is gebaseerd op geraamde bni-gegevens. De verschillen tussen het geraamde en het uiteindelijke bni worden in navolgende jaren bijgewerkt en beïnvloeden niet het totale geïnde bedrag, maar wel de verdeling van eigen middelen over de lidstaten.
(2) Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de EU (PB L 168 van 7.6.2014, blz. 105).
(3) De bijdragen van de lidstaten zijn herberekend, waarbij rekening wordt gehouden met het volgende:
— |
Voor Duitsland, Nederland en Zweden geldt een verlaagd btw-afroepingspercentage van 0,15 %; voor de andere lidstaten blijft dit 0,3 %. |
— |
Denemarken, Nederland, Oostenrijk en Zweden kregen een forfaitaire vermindering van de betalingen van bni-middelen. |
— |
Het inhoudingspercentage voor de geïnde TEM werd verlaagd tot 20 % (voordien 25 %). |
— |
Voor de grondslag van eigen middelen wordt het bni berekend volgens ESR 2010 (voorheen werd ESA 95 gebruikt). Zie voetnoot 10. |
(4) Een invorderingsopdracht is een document waarin de Commissie bedragen boekt die aan haar moeten worden voldaan.
(5) We zijn uitgegaan van de overeengekomen bni-gegevens en de door de lidstaten opgestelde geharmoniseerde btw-grondslag. We hebben de statistieken en door de Commissie en lidstaten verstrekte gegevens niet rechtstreeks getoetst.
(6) IJsland, Liechtenstein en Noorwegen dragen bij aan de EU-begroting in het kader van de EER-overeenkomst. Zwitserland draagt in het kader van andere overeenkomsten eveneens bij aan de EU-begroting.
(7) Voor onze controle werd gebruikgemaakt van gegevens van de TEM-boekhoudsystemen van de bezochte lidstaten. Niet-aangegeven importen of importen die aan douanetoezicht waren ontsnapt, konden niet door ons worden gecontroleerd.
(8) Deze drie lidstaten werden geselecteerd volgens een toerbeurtsysteem waarbij rekening werd gehouden met de grootte van hun bijdrage.
(9) Verordening (EU, Euratom) nr. 609/2014 van de Raad van 26 mei 2014 betreffende de regels en procedures voor de terbeschikkingstelling van de traditionele eigen middelen, de btw- en de bni-middelen, en betreffende de maatregelen om in de behoefte aan kasmiddelen te voorzien (PB L 168 van 7.6.2014, blz. 39) en Verordening (EU, Euratom) nr. 608/2014 van 26 mei 2014 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor het stelsel van eigen middelen in de Europese Unie (PB L 168 van 7.6.2014, blz. 29).
(10) ESR 2010 (Europees systeem van nationale en regionale rekeningen) is het nieuwste, internationaal compatibele EU-kader voor financiële verslaglegging. Het wordt gebruikt om een systematische en gedetailleerde beschrijving van een economie te geven. Zie Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie (PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1).
(11) Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1).
(12) De verandering in de nationale boekhoudregels (van ESR 95 naar ESR 2010) betreffende de verwerking van O&O leidde tot een toename in het bni van de lidstaten. Volgens een recente raming van de Commissie bedroeg de gemiddelde toename in het opgegeven bni als gevolg van de verandering 2,0 %.
(13) Deze gegevens kunnen nog vier jaar worden herzien, waarna deze mogelijkheid vervalt, tenzij er door de Commissie een voorbehoud wordt gemaakt.
(14) Zie paragraaf 4.18 van het Jaarverslag 2015, paragraaf 4.22 van het Jaarverslag 2014, paragraaf 2.16 van het Jaarverslag 2013 en de paragrafen 2.32 en 2.33 van het Jaarverslag 2012.
(15) Zie de paragrafen 4.15 en 4.16 van het Jaarverslag 2015, paragraaf 4.19 van het Jaarverslag 2014, paragraaf 2.14 van het Jaarverslag 2013 en paragraaf 2.31 van het Jaarverslag 2012.
(16) Tijdens de RCEM-vergadering van 7 juli 2016 presenteerde de Commissie informatie over de verslagen van 2015 van de lidstaten op grond van artikel 17, lid 5, van de eigenmiddelenverordening (Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1)).
(17) België, Estland, Italië, Portugal, Roemenië en Slovenië.
(18) In voorgaande verslagen (zie de aanbevelingen 3 en 4 van het Jaarverslag 2013 en aanbeveling 3 van het Jaarverslag 2014) bevolen we aan dat de Commissie de bestaande richtsnoeren inzake controles na douaneafhandeling verbetert en bevordert dat deze door de lidstaten worden toegepast. Hoewel de Commissie op dit gebied enige vooruitgang heeft geboekt, zijn onze aanbevelingen nog niet volledig uitgevoerd.
(19) Zie paragraaf 4.20 van het Jaarverslag 2015.
(20) Dit jaar hebben we het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat de Commissie voldoende tijd moet hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(1) Dit bedrag betreft de begrotingsontvangsten van de EU. De bedragen in de staat van de financiële resultaten worden anders gepresenteerd, namelijk op transactiebasis. Nu van dit systeem gebruik wordt gemaakt, bedragen de EU-ontvangsten volgens de staat van de financiële resultaten 146,2 miljard euro.
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 4.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR ONTVANGSTEN
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaalaantal verrichtingen |
55 |
55 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
0,0 % |
0,0 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
0,0 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
0,0 % |
|
BIJLAGE 4.2
AANTAL HANGENDE PUNTEN VAN VOORBEHOUD MET BETREKKING TOT BNI EN BTW, EN AANTAL OPENSTAANDE PUNTEN INZAKE TEM PER LIDSTAAT OP 31.12.2016
Lidstaat |
Punten van voorbehoud met betrekking tot bni (situatie op 31.12.2016) |
Punten van voorbehoud met betrekking tot btw (situatie op 31.12.2016) |
Openstaande punten TEM (situatie op 31.12.2016) |
België |
0 |
4 |
29 |
Bulgarije |
0 |
2 |
4 |
Tsjechische Republiek |
0 |
0 |
6 |
Denemarken |
0 |
3 |
19 |
Duitsland |
0 |
8 |
8 |
Estland |
0 |
1 |
2 |
Ierland |
0 |
12 |
12 |
Griekenland |
2 |
8 |
26 |
Spanje |
0 |
1 |
26 |
Frankrijk |
0 |
5 |
26 |
Kroatië |
0 |
1 |
0 |
Italië |
0 |
4 |
18 |
Cyprus |
0 |
1 |
5 |
Letland |
0 |
2 |
2 |
Litouwen |
0 |
0 |
0 |
Luxemburg |
0 |
10 |
1 |
Hongarije |
0 |
1 |
8 |
Malta |
0 |
0 |
2 |
Nederland |
0 |
5 |
46 |
Oostenrijk |
0 |
10 |
6 |
Polen |
0 |
4 |
8 |
Portugal |
0 |
0 |
20 |
Roemenië |
0 |
2 |
16 |
Slovenië |
0 |
0 |
4 |
Slowakije |
0 |
0 |
2 |
Finland |
0 |
4 |
10 |
Zweden |
0 |
3 |
7 |
Verenigd Koninkrijk |
0 |
4 |
22 |
TOTAAL 31.12.2016 |
2 |
95 |
335 |
TOTAAL 31.12.2015 |
55 |
85 |
325 |
De bni-processpecifieke punten van voorbehoud zijn niet opgenomen in de tabel. Bron: Europese Rekenkamer. |
BIJLAGE 4.3
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR ONTVANGSTEN
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
Aanbeveling 1: De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om meer verduidelijking te geven over de methodologieën die zij hanteren voor het compileren van de gegevens op het gebied van de verborgen economie, en harmonisering tussen de lidstaten op dit gebied bevorderen. |
X |
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 2: De Commissie moet een gedetailleerd actieplan invoeren en nauwlettend volgen dat duidelijke mijlpalen bevat voor het aanpakken van de problemen met de compilatie van de nationale rekeningen van Griekenland. |
X |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 3: De Commissie moet minimumnormen vaststellen inzake de risicoanalyse voor douanecontroles na de in- en uitklaring, en daarbij voortbouwen op de informatie in de bestaande databank van importen om de lidstaten in staat te stellen om zich beter te richten op importeurs met een hoog risico. |
|
X |
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 4: De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om de bestaande richtsnoeren te gebruiken, en toezicht houden op de uitvoering van controles na douaneafhandeling door de lidstaten. |
|
X |
|
|
|
|
De Commissie zal de verslagen van de lidstaten, als bedoeld in artikel 6 van Verordening (EU, Euratom) nr. 608/2014 van de Raad, blijven beoordelen en zal hameren op de noodzaak om degelijke controles uit te voeren, ook na douaneafhandeling. In het kader van haar TEM-inspecties beveelt de Commissie de lidstaten altijd aan haar Gids voor douanebedrijfscontroles te gebruiken. Bij haar controles in 2017 heeft de Commissie de lidstaten verzocht te bevestigen dat zij deze gids gebruiken bij de voorbereiding en uitvoering van hun controles na douaneafhandeling. In de aanbeveling is sprake van een continu proces, dat de Commissie blijft nastreven. |
|
2013 |
Aanbeveling 5: De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om de A- en B-boekhoudingen correct te gebruiken en ervoor te zorgen dat deze aantoonbaar volledig en correct zijn. |
|
X |
|
|
|
|
In het huidige rechtskader behoort het uitvoeren van controles tot de bevoegdheid van de lidstaten. De Commissie moedigt de lidstaten bij haar controles aan om de A- en B-boekhoudingen correct te gebruiken en zij zal dit blijven doen. Zij blijft tijdens haar inspecties het gebruik van de A- en B-boekhoudingen onderzoeken en zal de lidstaten verzoeken toe te zien op de volledigheid en de juistheid ervan. |
HOOFDSTUK 5
„Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid”
INHOUD
Inleiding | 5.1-5.6 |
Korte beschrijving van „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” | 5.2-5.5 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 5.6 |
Deel 1 — Regelmatigheid van de verrichtingen | 5.7-5.27 |
De voornaamste bron van kwantificeerbare fouten is de vergoeding van niet-subsidiabele kosten die door begunstigden waren gedeclareerd | 5.9-5.11 |
De meeste niet-gekwantificeerde fouten betroffen onderzoeks- en innovatieprojecten | 5.12 |
Horizon 2020: voortzetting van de vereenvoudiging, maar verdere inspanningen vereist | 5.13-5.19 |
De jaarlijkse activiteitenverslagen bevestigden onze bevindingen en conclusies, maar we ontdekten verschillende benaderingen wat betreft de weergave van foutenpercentages en risicobedragen | 5.20-5.23 |
Gemeenschappelijke auditdienst: aanzienlijke inspanningen vereist om de planning-, monitoring- en rapportageprocessen voor Horizon 2020 te verbeteren | 5.24-5.27 |
Conclusie en aanbevelingen | 5.28-5.31 |
Conclusie | 5.28-5.29 |
Aanbevelingen | 5.30-5.31 |
Deel 2 — Prestatieaspecten van onderzoeks- en innovatieprojecten | 5.32-5.35 |
Met de meeste projecten werden de verwachte outputs en resultaten bereikt | 5.34-5.35 |
Bijlage 5.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
Bijlage 5.2 — |
Overzicht van fouten met een impact van ten minste 20 % voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
Bijlage 5.3 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
|
|
||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Tekstvak 5.1 — MFK-subrubriek 1a — „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” — Uitsplitsing 2016 (in miljarden euro’s)
|
|||||||||||
|
|
||||||||||
Korte beschrijving van „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
DEEL 1 — REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Tekstvak 5.2 — De meeste fouten deden zich voor op het gebied van onderzoeks- en innovatieprojecten
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||
|
|
||||||||||
De voornaamste bron van kwantificeerbare fouten is de vergoeding van niet-subsidiabele kosten die door begunstigden waren gedeclareerd |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|||||||||||
|
|
||||||||||
De meeste niet-gekwantificeerde fouten betroffen onderzoeks- en innovatieprojecten |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Horizon 2020: voortzetting van de vereenvoudiging, maar verdere inspanningen vereist |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
De jaarlijkse activiteitenverslagen bevestigden onze bevindingen en conclusies, maar we ontdekten verschillende benaderingen wat betreft de weergave van foutenpercentages en risicobedragen |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Gemeenschappelijke auditdienst: aanzienlijke inspanningen vereist om de planning-, monitoring- en rapportageprocessen voor Horizon 2020 te verbeteren |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||
Conclusie |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Sommige vereenvoudigde kostenopties worden al gebruikt in het kader van Horizon 2020 en de Commissie onderzoekt voortdurend hoe het gebruik ervan kan worden uitgebreid. |
||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De specifieke omstandigheden van elk DG en elk uitgavenprogramma kunnen altijd enige fijnregeling van de benadering bij de berekening van foutenpercentages vereisen. De Commissie levert echter voortdurend inspanningen om de consistentie van die berekeningen te vergroten. |
||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling en heeft al een actieplan opgesteld, dat momenteel wordt uitgevoerd. |
||||||||||
DEEL 2 — PRESTATIEASPECTEN VAN ONDERZOEKS- EN INNOVATIEPROJECTEN |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Met de meeste projecten werden de verwachte outputs en resultaten bereikt |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
Er moet worden opgemerkt dat verspreiding vaak na afloop van het project plaatsvindt, bv. door de tijd die nodig is om een octrooi te publiceren/in te dienen. |
||||||||||
|
|
(1) Ook voerden we een beperkte evaluatie uit van de berekening van de foutenpercentages die werden gepubliceerd in de jaarlijkse activiteitenverslagen van directoraat-generaal Communicatienetwerken, Inhoud en Technologie (DG CNECT), directoraat-generaal Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Middenen Kleinbedrijf (DG GROW), het Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA) en het Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA).
(2) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. We hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 2,1 % en 6,1 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(3) De fouten liepen uiteen van 1 % tot 20 % van de onderzochte waarde en betroffen projecten in het kader van het programma Trans-Europese netwerken — Vervoer (twee gevallen), het programma voor concurrentievermogen en innovatie (twee gevallen), het programma Een leven lang leren (twee gevallen), de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (één geval) en een jaarlijkse subsidiebetaling aan het Europees Instituut voor innovatie en technologie (één geval).
(4) In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld bij de kostenstaten van projecten van het zevende kaderprogramma voor onderzoek waarbij de EU-bijdrage hoger is dan 375 000 euro, moeten onafhankelijke controleurs certificeren dat de gedeclareerde kosten subsidiabel zijn.
(5) Informatie die te vinden is in de ondersteunende documentatie en databases, of die aan het licht komt bij standaardkruiscontroles en (andere) verplichte controles.
(6) 25 verrichtingen omvatten zowel kwantificeerbare als niet-kwantificeerbare fouten.
(7) Zie ook het Jaarverslag 2012, de paragrafen 8.18 en 8.42 (aanbeveling 2), en het Jaarverslag 2013, paragraaf 8.12.
(8) Zie het Jaarverslag 2014, paragraaf 5.12.
(9) Zie het Jaarverslag 2015, paragraaf 5.13.
(10) Zie het Jaarverslag 2015, paragraaf 5.23.
(11) Jaarverslag 2014, de paragrafen 5.29-5.31.
(12) Minimale/maximale foutenpercentages van respectievelijk 0 %/0,5 %, 0 %/0,6 %, 0 %/1,99 % en 0 %/2 %.
(13) Zie Jaarverslag 2015, paragraaf 5.26.
(14) Dit jaar hebben we het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat de Commissie voldoende tijd moest hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(15) We hebben de doelmatigheid beoordeeld van samenwerkingsprojecten waarbij meerdere deelnemers waren betrokken, en verrichtingen zoals de mobiliteitsbetalingen aan afzonderlijke onderzoekers uitgesloten.
(16) In twee van deze vier gevallen was de gerapporteerde vooruitgang ook slechts ten dele in overeenstemming met de doelstellingen.
(17) In één van deze zes gevallen was de gerapporteerde vooruitgang ook slechts ten dele in overeenstemming met de doelstellingen.
(18) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 5.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „CONCURRENTIEVERMOGEN VOOR GROEI EN WERKGELEGENHEID”
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaal verrichtingen |
150 |
150 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
4,1 % |
4,4 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
6,1 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
2,1 % |
|
BIJLAGE 5.2
OVERZICHT VAN FOUTEN MET EEN IMPACT VAN TEN MINSTE 20 % VOOR „CONCURRENTIEVERMOGEN VOOR GROEI EN WERKGELEGENHEID”
Inleiding
Wij hebben een representatieve toetsing van verrichtingen uitgevoerd om het onregelmatigheidspercentage binnen de populatie voor deze MFK-subrubriek te ramen, waarbij we de in bijlage 1.1 uiteengezette algemene controlemethodologie hebben toegepast. De bij onze toetsing ontdekte fouten vormen geen uitputtende lijst, niet van individuele fouten en evenmin van mogelijke soorten fouten. Onze bevindingen die hieronder worden uiteengezet, betreffen fouten met een impact van ten minste 20 % van de waarde van de gecontroleerde verrichting, en worden als voorbeelden weergegeven (1). Deze fouten werden aangetroffen in verrichtingen ter waarde van 155 000 tot 1,3 miljoen euro, met een mediane waarde (2) van 273 000 euro.
Voorbeelden van fouten
Projecten van het zevende kaderprogramma voor onderzoek
Voorbeeld 1 — Gedeclareerde kosten die niet onder een subsidieovereenkomst vielen
De begunstigde (een niet-EU-overheidsorgaan dat deelnam aan een project voor de ontwikkeling van beschermende coatings voor schepen) declareerde kosten die in werkelijkheid waren gemaakt door een andere entiteit waarmee de subsidieovereenkomst niet was gesloten. De niet-subsidiabele kosten bedroegen 100 % van de totale onderzochte kosten.
Voorbeeld 2 — Declaratie van buitensporig hoge personeelskosten
De voor vergoeding gedeclareerde bedragen konden niet worden aangesloten met de boekhouding van de begunstigde (een onderzoeksorganisatie zonder winstoogmerk die deelnam aan een samenwerkingsproject voor de ontwikkeling van veilige toeleveringsketensystemen) en de begunstigde was niet in staat om alle onderliggende berekeningen te verstrekken die bij het opstellen van de kostenstaat waren gebruikt. We constateerden dat het uurtarief dat was gehanteerd om de salariskosten te berekenen, buitensporig hoog was. De niet-subsidiabele kosten bedroegen 81 % van de totale onderzochte kosten.
Voorbeeld 3 — Niet-subsidiabele indirecte kosten en bonusbetalingen
De begunstigde (een overheidsorgaan dat deelnam aan een project voor de ontwikkeling van cloudgebaseerde internetinfrastructuur voor diensten) declareerde personeelskosten die niet-subsidiabele bonusbetalingen bevatten. Verder declareerde de begunstigde werkelijke indirecte kosten, maar voldeed hij niet aan het criterium dat hij moest beschikken over een analytisch boekhoudsysteem waarmee de projectgerelateerde indirecte kosten konden worden vastgesteld. De niet-subsidiabele kosten bedroegen 51 % van de totale onderzochte kosten.
Voorbeeld 4 — Onjuist berekende personeelskosten en andere niet-subsidiabele kosten
De begunstigde (een niet-EU-overheidsorgaan dat deelnam aan een project inzake technologie op het gebied van biobrandstoffen) berekende de personeelskosten onjuist en bracht ook kosten in rekening zonder voldoende bewijs te overleggen dat ze betrekking hadden op het project. De niet-subsidiabele kosten bedroegen 38 % van de totale onderzochte kosten.
Voorbeeld 5 — Buitensporige personeelskosten
De begunstigde (een kmo/mkb-onderneming die deelnam aan een project voor de ontwikkeling van gecoördineerde oplossingen voor noodsituaties op gezondheidsgebied in de EU) declareerde buitensporige personeelskosten en bracht ook personeelskosten in rekening die buiten de periode van de kostenstaat waren gemaakt. De niet-subsidiabele kosten bedroegen 37 % van de totale onderzochte kosten.
Voorbeeld 6 — Discrepanties in tijdregistraties
We stelden een groot aantal discrepanties vast in de tijdregistratieformulieren waarop de personeelskosten waren gebaseerd die waren gedeclareerd door de begunstigde (een overheidsorgaan dat deelnam aan een project om energie-efficiënte systemen te ontwikkelen op basis van internettechnologieën). De niet-subsidiabele kosten bedroegen 21 % van de totale onderzochte kosten.
(1) Deze fouten zijn goed voor meer dan de helft van het geschatte totale foutenpercentage voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid”.
(2) D.w.z. de helft van alle fouten met een impact van ten minste 20 % werd aangetroffen bij verrichtingen die minder dan 273 000 euro bedroegen, en de overige bij verrichtingen die boven dit bedrag lagen.
BIJLAGE 5.3
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „CONCURRENTIEVERMOGEN VOOR GROEI EN WERKGELEGENHEID”
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
De Commissie dient het volgende te doen: |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 1: haar communicatiecampagne voortzetten en intensiveren om de begunstigden en onafhankelijke controleurs meer bewust te maken van de subsidiabiliteitsregels voor onderzoeksuitgaven in het kader van KP7. |
|
X |
|
|
|
|
De communicatiecampagne hield oorspronkelijk verband met KP7 en had betrekking op een breed scala van deelnemers (ongeveer 4 500 ). De Commissie richt zich nu op het verstrekken van richtsnoeren voor Horizon 2020. Begunstigden en hun controleurs wonen deze bijeenkomsten bij. Daarnaast kunnen alle belanghebbenden via het internet richtsnoeren raadplegen over alle materiële aspecten van het subsidiebeheer. |
|
Aanbeveling 2: in de hele beleidsgroep haar controleactiviteiten meer richten op de risico's door de controles te richten op risicovolle begunstigden (bv. entiteiten met minder ervaring in Europese financiering) en door de controlelast bij minder risicovolle begunstigden te verminderen. |
|
X |
|
|
|
|
De controlestrategieën van de Commissie voor de huidige financieringsprogramma's zijn zo opgesteld dat meer risicogebaseerde controles zullen plaatsvinden. |
|
Aanbeveling 3: voor de nieuwe programma's voor onderzoek en ander intern beleid van 2014-2020 de begunstigden en beheersinstanties tijdig consistente en duidelijke richtsnoeren bieden wat betreft de herziene subsidiabiliteits- en controlevoorschriften. |
|
X |
|
|
|
|
Voor de huidige financieringsprogramma's heeft de Commissie de begunstigden een groot aantal richtsnoeren verstrekt over alle belangrijke aspecten met betrekking tot de uitvoering van het programma. Die informatie wordt regelmatig door de Commissie geactualiseerd. Zij wordt verspreid via het internet, maar ook in het kader van reclamecampagnes, ontmoetingen met lidstaten en ad-hocbijeenkomsten met deelnemers en hun controleurs. |
HOOFDSTUK 6
„Economische, sociale en territoriale cohesie”
INHOUD
Inleiding | 6.1-6.6 |
Korte beschrijving van „Economische, sociale en territoriale cohesie” | 6.2-6.4 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 6.5-6.6 |
Deel 1 — Regelmatigheid van de verrichtingen | 6.7-6.37 |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen | 6.7-6.19 |
Financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer in de programmeringsperiode 2007 2013 | 6.20-6.25 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie en andere governanceregelingen | 6.26-6.27 |
Door de Commissie verschafte zekerheid voor de programmeringsperiode 2007-2013 | 6.28-6.29 |
Door de Commissie verschafte zekerheid voor de programmeringsperiode 2014-2020 | 6.30-6.37 |
Conclusie en aanbevelingen | 6.38-6.41 |
Conclusie | 6.38-6.39 |
Aanbevelingen | 6.40-6.41 |
Deel 2 — Beoordeling van projectprestaties | 6.42-6.57 |
Beoordeling van de opzet van het prestatiesysteem | 6.44-6.50 |
Beoordeling van projectprestaties | 6.51-6.55 |
Conclusie | 6.56-6.57 |
Bijlage 6.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
Bijlage 6.2 — |
Overzicht van de resultaten van de toetsing van verrichtingen voor elke lidstaat |
Bijlage 6.3 — |
Overzicht van fouten met een impact van ten minste 20 % voor „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
Bijlage 6.4 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.1 — MFK-subrubriek 1b — „Economische, sociale en territoriale cohesie” — Uitsplitsing voor 2016 (miljard euro)
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 1 — REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Resultaten van de toetsing van verrichtingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.2 — Economische, sociale en territoriale cohesie” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage
Bron: Europese Rekenkamer. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele uitgaven |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele projecten |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Inbreuken op de internemarktregels |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Openbare aanbesteding |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Staatssteun |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Informatie is niet altijd op de juiste wijze gebruikt |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer in de programmeringsperiode 2007-2013 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De bijdragen waren onderbenut en de instrumenten hebben niet hun volledige potentieel verwezenlijkt |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.3 — Cumulatieve uitbetalingspercentages voor de periode 2011-2015 in het kader van het EFRO en het ESF (miljard euro)
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van het uitvoeringsverslag van de Commissie. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.4 — Uitbetalingen per 31 december 2015 voor financieringsinstrumenten op het gebied van cohesie
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van richtsnoerEGESIF_16-0011-00 van de Commissie van 20 september 2016. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onvolledige en/of onnauwkeurige verslaglegging over financieringsinstrumenten door de lidstaten |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie en andere governanceregelingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie verschafte zekerheid voor de programmeringsperiode 2007-2013 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door de Commissie verschafte zekerheid voor de programmeringsperiode 2014-2020 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen bij het begin van de periode 2014-2020 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nieuw betrouwbaarheidsmodel van de Commissie voor uitgaven op het gebied van cohesie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen over de informatie in de JAV's voor de periode 2014-2020 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
6.34. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Er is verduidelijking nodig om de controlepopulatie van financieringsinstrumenten en staatssteunvoorschotten vast te stellen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Samenhang tussen de informatie in de JAV's en onze eigen bevindingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.5 — Overzicht van de informatie in de JAV’s over de periode 2007-2013
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling en houdt onder meer al rekening met de bijzondere gebieden die de Rekenkamer tijdens de lopende evaluatie van de afsluitingspakketten van 2007-2013 aanhaalt in verband met financiële instrumenten, staatssteun en grote projecten. De Commissie herinnert eraan dat het de verantwoordelijkheid van de lidstaten is grote projecten aan de Commissie te melden. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling volledig. Zij zal alternatieve opzet- en uitvoeringsmechanismen in overweging nemen, waaronder het door de Rekenkamer aangeraden mechanisme, maar zij kan nog geen gedetailleerd standpunt innemen in verband met de voorstellen voor de ESI-fondsen na 2020. Zij merkt ook op dat de voorgestelde wijziging van de Verordening houdende gemeenschappelijke bepalingen die eind 2016 door de Commissie is gepresenteerd en goedgekeurd (de zogenoemde Omnibusverordening), als zij door andere instellingen wordt goedgekeurd, in bepaalde omstandigheden zou toelaten af te wijken van de terugbetaling van kosten ten gunste van betalingen op basis van de prestaties van de projecten. Het tijdig presenteren van wetgevingsvoorstellen voor het cohesiebeleid is een prioriteit van de Commissie. Het tijdschema hangt echter af van de goedkeuring van het voorstel voor de MFK-verordening. Het voorstel van de Commissie voor het wetgevingspakket van het cohesiebeleid na 2020 zal later worden gepresenteerd. De Commissie zal nauw samenwerken met de medewetgevers met het oog op de tijdige goedkeuring en inwerkingtreding van het rechtskader. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 2 — BEOORDELING VAN PROJECTPRESTATIES |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beoordeling van de opzet van het prestatiesysteem |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Een derde van de onderzochte projecten viel onder een prestatiemetingssysteem met output- en resultaatindicatoren die waren gekoppeld aan de OP-doelstellingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beoordeling van projectprestaties |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6.6 — Beoordeling van de projectprestaties
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
88 van de 90 projecten met zowel output- als resultaatindicatoren hebben ten minste gedeeltelijk aan hun doelstellingen voldaan |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
66 van de 70 projecten waarvoor slechts outputindicatoren waren vastgesteld en beoordeeld, voldeden ten minste gedeeltelijk aan hun outputdoelstellingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
(1) Deze doelstellingen worden beschreven in de artikelen 174 tot en met 178 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese unie (VWEU).
(2) In de programmeringsperioden 2007-2013 en 2014-2020 is het CF van belang voor Bulgarije, de Tsjechische Republiek, Estland, Griekenland, Kroatië, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië en Slowakije. Spanje kwam in de programmeringsperiode 2007-2013 ook in aanmerking, maar alleen voor overgangssteun.
(3) De Commissie keurde 440 OP’s (322 voor het EFRO/CF en 118 voor het ESF) goed voor de programmeringsperiode 2007-2013, en 392 OP’s (waarvan de meeste betrekking hadden op meer dan één fonds) voor de programmeringsperiode 2014-2020.
(4) De steekproef werd getrokken uit alle verrekeningen en betalingen, met uitzondering van de voorschotten. De 180 verrichtingen waren afkomstig van 54 tussentijdse betalingen voor de periode 2007-2013, en hadden betrekking op 92 EFRO-projecten, 36 CF-projecten, 40 ESF-projecten, elf EFRO-financieringsinstrumenten en één ESF-financieringsinstrument.
(5) Bulgarije, Tsjechische Republiek, Duitsland, Ierland, Griekenland, Spanje, Italië, Hongarije, Malta, Polen, Portugal, Roemenië, Slowakije, het Verenigd Koninkrijk, en het ETS-programma voor Griekenland-Bulgarije.
(6) Bulgarije, Duitsland, Griekenland, Italië, Polen, Portugal, Slowakije en het Verenigd Koninkrijk.
(7) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. Wij hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 2,2 % en 7,4 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(8) Zie ook de jaarverslagen 2012 (paragraaf 6.23), 2013 (paragraaf 6.16), 2014 (paragraaf 6.29), en 2015 (paragraaf 6.15).
(9) Artikel 14, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1304/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 470); artikel 68 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 376).
(10) Zie de artikelen 39 en 41 van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25). Een groot project is een concrete actie die bestaat uit een reeks werkzaamheden, activiteiten of diensten en die bedoeld is om op zichzelf een ondeelbare taak van nauwkeurig omschreven economische of technische aard te vervullen. Het is gericht op duidelijk omschreven doelstellingen en de totale kosten ervan zijn hoger dan 50 miljoen euro.
(11) Dit bedrag geeft het totaal weer van de uitgaven voor de gegunde contracten, waarvan een deel werd gecertificeerd door middel van de door ons onderzochte uitgavendeclaraties.
(12) De contractwaarde van ongeveer 49 % van de 121 procedures lag boven de drempel voor toepassing van de EU-aanbestedingsregels (omgezet in nationale wetgeving), en 33 hadden betrekking op het EFRO/CF en één op het ESF.
(13) Richtlijnen van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten (2014/24/EU), betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten (2014/23/EU) en betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (2014/25/EU) (PB L 94 van 28.3.2014).
(14) De lidstaten die op die datum alle drie de richtlijnen hadden omgezet zijn Cyprus, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Malta, Nederland, Polen, Roemenië, Slowakije, de Tsjechische Republiek, het Verenigd Koninkrijk en Zweden.
(15) Jaarverslag 2015, paragraaf 6.24. Acht lidstaten hadden alle drie de richtlijnen omgezet per mei 2016.
(16) Zie artikel 258 VWEU.
(17) Negen voor het EFRO/CF (waarvan twee Jessica-financieringsinstrumenten) en twee voor het ESF (met inbegrip van één financieringsinstrument).
(18) In de vorm van bewijsstukken, met inbegrip van standaardkruiscontroles, informatie in databanken en de resultaten van verplichte controles.
(19) Besluit C(2015) 2771 van de Commissie.
(20) Zie Jaarverslag 2014, paragraaf 6.52, en Jaarverslag 2015, paragraaf 6.45.
(21) Europese Commissie, „Summary of data on the progress made in financing and implementing financial instruments reported by the managing authorities in accordance with Article 67(2)(j) of Regulation (EC) No 1083/2006, situation as at 31 december 2015”, EGESIF 16-0011-00, 20 september 2016. De cijfers voor 2016 zullen worden gepubliceerd voor 1 oktober 2017.
(22) Jaarverslag 2015, paragraaf 6.42.
(23) Financieringsinstrumenten bieden de lidstaten de mogelijkheid middelen vaker dan één keer te gebruiken, wat wil zeggen dat alle rendementen uit investeringen of leningen, met inbegrip van winsten, opnieuw in dezelfde activiteiten worden geïnvesteerd.
(24) Ieder DG stelt elk jaar tegen eind april een jaarlijks activiteitenverslag over het voorgaande jaar op. Dit wordt ingediend bij het Europees Parlement en de Raad, en daarna gepubliceerd. Het verslag gaat vergezeld van een verklaring van de directeur-generaal waarin deze aangeeft of de begroting onder zijn of haar verantwoordelijkheid op wettige en regelmatige wijze is uitgevoerd, en in feite dus of het niveau aan onregelmatigheden onder de materialiteitsdrempel van de Commissie van 2 % ligt. Voor OP's waarvoor dit niet het geval is, kan de directeur-generaal punten van volledig of gedeeltelijk voorbehoud maken.
(25) In haar JAV verwijst de Commissie naar het restrisicopercentage wanneer het om de afsluiting van de programmeringsperiode 2007-2013 gaat, en naar het resterend foutenpercentage wanneer het gaat om de programmeringsperiode 2014-2020. Deze twee percentages zijn begripsmatig gelijk, maar zijn van toepassing op verschillende tijdvakken. In dit hoofdstuk verwijzen we naar beide zaken met „restpercentage(s)”.
(26) Behalve voor Kroatië, dat tot 31 maart 2018 de tijd heeft.
(27) Richtsnoeren inzake de afsluiting van de OP’s, Besluit C(2015) 2771 van de Commissie, bijlage VI.
(28) Speciaal verslag nr. 36/2016: „Een beoordeling van de regelingen voor de afsluiting van de programma’s 2007-2013 voor cohesie en plattelandsontwikkeling”.
(29) Speciaal verslag nr. 4/2017: „Het beschermen van de EU-begroting tegen onregelmatige uitgaven: in de periode 2007-2013 maakte de Commissie op cohesiegebied in toenemende mate gebruik van preventieve maatregelen en financiële correcties”.
(30) EFRO, CF en ESF/YEI.
(31) Wij hebben de vertragingen genoemd in Speciaal verslag nr. 2/2017: „De onderhandelingen van de Commissie over de partnerschapsovereenkomsten en programma's op cohesiegebied voor de periode 2014-2020”.
(32) Artikel 139, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1303/2013.
(33) Deze omvatten 391 OP’s voor het ESIF en 28 OP’s voor het FEAD.
(34) Met inbegrip van 0,7 miljard euro aan vooruitbetaald dotatiekapitaal voor financieringsinstrumenten.
(35) Deze omvatten 61 OP’s voor het ESIF en 8 OP’s voor het FEAD.
(36) EGESIF_15-0002-03 van 9.10.2015.
(37) Zie ook het Jaarverslag 2015, de paragrafen 6.60-6.63.
(38) Artikel 41 van Verordening (EU) nr. 1303/2013.
(39) Artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1303/2013.
(40) De door de auditautoriteiten gerapporteerde foutenpercentages voor jaar n hebben betrekking op voor de Commissie in jaar n–1 gecertificeerde uitgaven. De foutenpercentages van de Rekenkamer voor het jaar n hebben betrekking op door de Commissie in het jaar n gedane uitgaven.
(41) Dit jaar hebben wij ons Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat de Commissie voldoende tijd moet hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(42) Voorstel voor een verordening tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (COM(2016) 605 final van 14.9.2016).
(43) EGESIF_15-0002-03 van 9.10.2015.
(44) Zie Jaarverslag 2013, paragraaf 10.10.
(45) Zie ook het Jaarverslag 2014, de paragrafen 6.80-6.86 en het Jaarverslag 2015, de paragrafen 6.77-6.89.
(46) Projectaanvragen, subsidieovereenkomsten, contracten en/of medefinancieringsbesluiten.
(47) Artikel 22, de leden 6 en 7, en artikel 127 van Verordening (EU) nr. 1303/2013.
(48) Artikel 142, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1303/2013.
(49) Deze vier projecten werden uitgevoerd in Ierland.
(50) De enige twee programma’s met onderlinge samenhang tussen de project- en OP-output- en resultaatdoelstellingen waren het Slowaakse OP en de ETS-programma voor Griekenland-Bulgarije.
(51) Bijlage bij het Besluit van de Commissie tot wijziging van Besluit C (2013) 1573 tot vaststelling van richtsnoeren inzake de afsluiting van operationele programma’s C(2015) 2771 final, van 30.4.2015, paragraaf 3.5.
(52) Zie Speciaal verslag nr. 2/2017: „De onderhandelingen van de Commissie over de partnerschapsovereenkomsten en programma's op cohesiegebied voor de periode 2014-2020” (de paragrafen 149-151); Advies nr. 1/2017 over het voorstel tot herziening van het „Financieel Reglement” (PB C 91 van 23.3.2017), de paragrafen 147 en 148.
(53) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
(54) Deze cijfers omvatten bijdragen voor financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer.
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 6.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE COHESIE”
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaal verrichtingen |
180 |
223 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
4,8 % |
5,2 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
7,4 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
2,2 % |
|
BIJLAGE 6.2
OVERZICHT VAN DE RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR ELKE LIDSTAAT
BIJLAGE 6.3
OVERZICHT VAN FOUTEN MET EEN IMPACT VAN TEN MINSTE 20 % VOOR „ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE COHESIE”
|
|
Inleiding |
|
Wij hebben een representatieve steekproef van verrichtingen getoetst om het onregelmatigheidspercentage binnen de populatie voor deze MFK-rubriek te ramen, waarbij we de in bijlage 1.1 uiteengezette algemene controlemethodologie hebben toegepast. De bij onze toetsing ontdekte fouten vormen geen uitputtende lijst, niet van individuele fouten en evenmin van mogelijke soorten fouten. Onze bevindingen, die hieronder worden uiteengezet, betreffen fouten met een impact van ten minste 20 % van de waarde van de gecontroleerde verrichting, en worden als voorbeelden weergegeven. Deze fouten werden gevonden in verrichtingen ter waarde van 74 000 euro tot 10,3 miljoen euro, met een mediane waarde van 0,9 miljoen euro (1). |
De Commissie neemt kennis van de opmerking van de Rekenkamer in bijlage 6.2 dat het overzicht van de verrichtingen van de Rekenkamer geen indicatie geeft van het relatieve foutenpercentage in de lidstaten van de steekproef. De Commissie wijst erop dat gedetailleerde gegevens over de auditresultaten van de Commissie en de lidstaten voor elke lidstaat worden uiteengezet in de jaarlijkse activiteitenverslagen en de technische bijlagen daarbij van de afdelingen van de Commissie die de EU-fondsen uitvoeren onder gedeeld beheer. De Commissie zal de door de Rekenkamer vastgestelde gevallen opvolgen en acties voorstellen indien zij dit noodzakelijk acht. |
Voorbeelden van fouten |
|
Niet-subsidiabele uitgaven |
|
Voorbeeld 1 — Meerdere inbreuken op EU- en nationale subsidiabiliteitsregels |
|
De begunstigde van een door het EFRO gefinancierd onderzoeksproject in Spanje maakte inbreuk op verschillende nationale en EU-subsidiabiliteitsregels: directe kosten waren ten onrechte opgenomen in de berekening van de indirecte kosten, en terugvorderbare btw en een onjuist salarisbedrag waren ten onrechte gedeclareerd voor cofinanciering. Bovendien waren bepaalde uitgaven niet onderbouwd met bewijsstukken. |
|
Wij troffen vergelijkbare gevallen (gekwantificeerd tot of tot boven 20 %) aan in drie andere EFRO-projecten in Spanje. |
|
Voorbeeld 2 — Terugvorderbare btw gedeclareerd als subsidiabel voor EU-cofinanciering |
|
In Polen werd btw als subsidiabele uitgaven opgegeven door een lokale autoriteit die CF-financiering ontving voor een tramproject. Wanneer de btw echter is betaald voor nieuwe infrastructuur waarvan het publiek tegen betaling gebruik kan maken, kan deze in feite worden teruggevorderd en daarom komt ze niet in aanmerking voor cofinanciering. |
|
Voorbeeld 3 — Het ontbreken van een berekening van de financieringskloof bij projecten die ontvangsten genereren, en niet-subsidiabele btw |
|
Een Bulgaarse begunstigde ontving EFRO-financiering voor de aankoop van materiaal dat hij voor educatieve doeleinden gebruikte. Bij de berekening van de hoogte van de subsidiabele uitgaven hield de begunstigde geen rekening met de inkomsten die werden gegenereerd door de diensten die in deze faciliteiten aan het publiek werden verleend. Hij declareerde ook enkele bedragen aan terugvorderbare btw. |
De Commissie zal de begunstigde vragen een berekening van het financieringstekort te verstrekken, met inbegrip van alle daarmee samenhangende ontvangsten en werkingskosten en haar conclusie daarop baseren. |
Voorbeeld 4 — Onjuist toegepaste financiële correctie |
|
Naar aanleiding van onze controle voor 2014 (2) heeft de Commissie een financiële correctie van 25 % opgelegd aan een CF-project in Malta. Maar in plaats van eerst alle subsidiabele uitgaven te certificeren en vervolgens de correctie toe te passen, hebben de autoriteiten van de lidstaat de uitgaven gecertificeerd tot 75 % van de oorspronkelijke begroting van het project. Daardoor wordt het niet-gecertificeerde gedeelte van de projectuitgaven, in verband met de kosten waarop de financiële correctie geen betrekking heeft, in principe niet aan een controle onderworpen. |
|
Voorbeeld 5 — Stage-uren niet gedocumenteerd en ongerechtvaardigde betaling van het prestatiesgerelateerde deel van de vergoeding van een contractant |
|
De begunstigde van een ESF-project in Ierland voor het aanbieden van cursussen aan werkzoekenden kon geen bewijs aanvoeren ter onderbouwing van de uren die waren gedeclareerd voor de stages van deelnemers, zoals vereist krachtens de nationale subsidiabiliteitsregels. In verband met hetzelfde project betaalden de autoriteiten van de lidstaten het prestatiegerelateerde deel van de vergoeding van een contractant voor een opleidingscursus, hoewel de stageresultaten niet voldeden aan het overeengekomen streefdoel. |
|
Wij hebben voorbeelden van fouten met betrekking tot niet-subsidiabele uitgaven (gekwantificeerd tot 20 %) aangetroffen in de Tsjechische Republiek, Spanje, Hongarije en Roemenië, en het OP in het kader van het ETS-programma voor Griekenland-Bulgarije. |
|
Voorbeeld 6 — Subsidievoorwaarden niet in acht genomen |
|
De begunstigde van een EFRO-project in Spanje voldeed niet aan het vereiste dat de gecofinancierde apparatuur voor de overeengekomen periode voor de regio moest worden behouden, die was vermeld in de oproep tot het indienen van voorstellen. Daardoor kwam de apparatuur niet in aanmerking voor cofinanciering. |
|
Niet-subsidiabele projecten |
|
Voorbeeld 7 — Niet-subsidiabele begunstigde |
|
Bij een EFRO-project in de Tsjechische Republiek stond in de oproep tot het indienen van voorstellen dat uitsluitend mkb-bedrijven in aanmerking kwamen. Bij de verificatie van de naleving van deze vereiste baseerde de beheersautoriteit haar beslissing op de opgave van de begunstigde en op de resultaten van haar monitoringsysteem. Dit was onvoldoende om te garanderen dat de begunstigde de juiste status had. Daardoor zijn middelen uitgekeerd aan een begunstigde die niet tot het mkb behoort. |
|
Voorbeeld 8 — Ten dele niet-subsidiabel project |
|
Prioritaire as 3 van een OP in het kader van het ESF in Spanje, die erop is gericht het menselijk kapitaal te vergroten, heeft drie specifieke doelstellingen. De betreffende doelstelling van een met betrekking tot dit OP onderzocht project was de ontwikkeling van het menselijk potentieel op het gebied van onderzoek en innovatie. Door de autoriteiten van de lidstaat werden met terugwerkende kracht de salarissen van medisch personeel voor cofinanciering gedeclareerd die waren uitbetaald voor gespecialiseerde interne stages in 2014. Hoewel deze stages op verschillende wijzen verband hielden met onderzoeksactiviteiten, was de belangrijkste doelstelling ervan de opleiding van gespecialiseerd medisch personeel voor het Spaanse gezondheidszorgstelsel. Het is daarom disproportioneel om het gehele project primair als onderzoeksactiviteit te beschouwen. Bovendien wordt dit opleidingsprogramma in de Spaanse wetgeving ook verplicht gesteld voor medisch specialisten. Daardoor was een deel van het project niet subsidiabel en had het niet voor cofinanciering mogen worden gedeclareerd. |
De Commissie is van mening dat de opleiding van gezondheidswerkers via het EIR-programma (inwonende specialist in opleiding) voor postuniversitaire studies subsidiabel is in het kader van prioriteitsas 3 „Vergroting en verbetering van menselijk kapitaal”, aangezien het programma bijdraagt aan de verwezenlijking van die doelstellingen. In Spanje is het wettelijk verplicht dergelijke postuniversitaire studies te volgen om klinisch onderzoek te mogen uitvoeren. Daarenboven heeft de beheersautoriteit bewijs geleverd van in totaal 99 specifieke onderzoeksactiviteiten voor de 20 deelnemers van de steekproef van de Rekenkamer, waaronder wetenschappelijke publicaties, deelname aan extern gefinancierde vergelijkende onderzoeksprogramma's en het deel uitmaken van hooggekwalificeerde onderzoeksgroepen. Daarom is de Commissie van mening dat de gecertificeerde uitgaven volledig voldoen aan de subsidiabiliteitscriteria. |
Wij hebben een soortgelijk geval aangetroffen bij een ander ESF-project in Spanje. |
|
|
|
Inbreuken op de aanbestedingsregels |
|
Voorbeeld 9 — Onjuist gebruik van een secundaire mededinging in een kaderovereenkomst |
|
Voor de aanbesteding van de werkzaamheden voor de bouw van een voetgangersbrug in het kader van een EFRO-project in het Verenigd Koninkrijk gebruikte de begunstigde een kaderovereenkomst. In de door de begunstigde gekozen procedure voor de secundaire mededinging kon niet worden vastgesteld wat de economisch meest voordelige aanbieding was. Tijdens de onderhandelingen met de contractant heeft de begunstigde de disconteringspercentages bovendien verkeerd toegepast en aanvullende werken rechtstreeks gegund aan dezelfde contractant. De procedure was dus in strijd met de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie en kwam niet overeen met de procedure die was beschreven in de kaderovereenkomst. Ten gevolge daarvan was de overeenkomst onrechtmatig en waren de daarmee verband houdende uitgaven niet-subsidiabel voor EU-financiering. |
|
Voorbeeld 10 — Onrechtmatige wijziging van de overeenkomst |
|
De begunstigde van een CF-project in Hongarije (uitbreiding van een afvalwaterzuiveringsinstallatie) heeft de overeenkomst na ondertekening daarvan ingrijpend gewijzigd zonder de procedure opnieuw te starten. Dergelijke wijzigingen zijn in strijd met de regels inzake overheidsopdrachten. |
|
Voorbeeld 11 — Ongeschikte marktdeelnemers uitgenodigd om in te schrijven op de aanbesteding |
|
Bij een ESF-project voor taalonderwijs in Hongarije beschikte slechts een van de drie ondernemingen die waren uitgenodigd om een offerte in te dienen over een geschikt profiel om de opleiding te geven. Doordat er twee kandidaten werden uitgenodigd die ongeschikt waren om deel te nemen, werd de opdracht rechtstreeks en zonder gepaste rechtvaardiging gegund. |
|
(1) Deze fouten zijn goed voor meer dan driekwart van het geschatte totale foutenpercentage voor „Economische, sociale en territoriale cohesie”.
(2) Jaarverslag 2014, tekstvak 6.1, voorbeeld a).
BIJLAGE 6.4
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE COHESIE”
E = DG Werkgelegenheid, Sociale Zaken en Inclusie; R = DG Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling; X = Gemeenschappelijk oordeel voor beide DG's
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
Hoofdstuk 5, aanbeveling 1: eis dat de lidstaten in hun beheersverklaringen (overeenkomstig artikel 59, lid 5, onder a), van het Financieel Reglement) een uitdrukkelijke bevestiging opnemen van de doeltreffendheid van de door de beheersautoriteiten en de certificerende instanties verrichte eerstelijnscontroles. |
R |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5, aanbeveling 2: voer een beoordeling uit van de tijdens de programmaperiode 2007-2013 verrichte „eerstelijnscontroles” in overeenstemming met artikel 32, lid 5, van het Financieel Reglement. Rekening houdend met de aan het licht gebrachte gebreken dient de Commissie de kosten en baten van eventuele corrigerende maatregelen te onderzoeken en passende maatregelen te nemen (of voor te stellen) zoals vereenvoudiging van de toepasselijke bepalingen, verbeteringen van de controlesystemen en het opnieuw ontwerpen van het programma of het uitvoeringssysteem). |
R |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5, aanbeveling 3: analyseer de onderliggende redenen voor het grote aantal gevallen van niet-naleving van de EU-regels inzake staatssteun. |
R |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5, aanbeveling 4: analyseer de oorzaken van de aanhoudende vertragingen bij de uitbetaling van EU-middelen via financieringsinstrumenten en neem de nodige corrigerende maatregelen. |
R (1) |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5, aanbeveling 5: bevestig in het jaarlijks activiteitenverslag (JAV) van directoraat-generaal Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling dat de berekening door de Commissie van het „restfoutenpercentage” is gebaseerd op accurate, volledige en betrouwbare informatie over financiële correcties. Daartoe moet de Commissie de auditautoriteiten, telkens wanneer zij dat nodig acht, verzoeken de juistheid te certificeren van de door de certificerende instanties voor ieder OP gerapporteerde gegevens inzake de financiële correcties. |
R (1) |
|
|
|
|
|
|
|
2013 |
Hoofdstuk 5, aanbeveling 6 (ook hoofdstuk 6): maak in de JAV’s van de Commissie steevast de redenen bekend voor het niet maken van punten van voorbehoud (of het maken van punten van voorbehoud met een geringere financiële impact) in gevallen waarin de reden hiervoor is dat er een uitzondering is gemaakt op de toepasselijke richtsnoeren van de Commissie of de goedgekeurde auditstrategieën. |
X (1) |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6, aanbeveling 1: geef samen met de lidstaten follow-up aan de tekortkomingen die zijn geconstateerd bij de op risico gebaseerde thematische controle van beheersverificaties door DG EMPL. Hiertoe moeten de controles worden versterkt met betrekking tot de naleving van de regels inzake het plaatsen van overheidsopdrachten en andere relevante bronnen van fouten (kosten die geen verband houden met het project of zonder meerwaarde). |
E |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6, aanbeveling 2: bevestig in de JAV's van de Commissie dat zij passende controles heeft uitgevoerd om te zorgen dat het restfoutenpercentage is gebaseerd op juiste, volledige en betrouwbare informatie over financiële correcties. Daartoe moet de Commissie de auditautoriteiten, telkens wanneer zij dat nodig acht, verzoeken de juistheid te certificeren van de door de certificerende instanties voor ieder OP gerapporteerde gegevens inzake financiële correcties. |
E (1) |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6, aanbeveling 3: zorg ervoor dat de artikelen 78 en 130 van de GB-verordening voor de programmeringsperiode 2014-2020 zo worden toegepast dat cumulatie van voorfinanciering bovenop de eerste betaling van voorfinanciering wordt voorkomen. |
|
|
|
E (2) |
|
|
|
|
Hoofdstuk 6, aanbeveling 4: zorg ervoor dat de autoriteiten van de lidstaten die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de structuurfondsen de kwestie aanpakken dat er hogere personeelskosten worden aangerekend voor EU-projecten dan voor projecten die worden gefinancierd met nationale middelen. |
|
E (3) |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6, aanbeveling 5: zorg ervoor dat de lidstaten bij de goedkeuring van OP’s voor de nieuwe programmeringsperiode alle mogelijke vereenvoudigingen hebben overwogen die zijn toegestaan op grond van de verordeningen inzake de Europese structuur- en investeringsfondsen van 2014-2020. |
|
E (4) |
|
|
|
|
|
(1) De uitvoering moet worden voortgezet tot de afsluiting.
(2) Aanbeveling niet aanvaard door de Commissie (zie het Jaarverslag 2014, paragraaf 6.79).
(3) Geen systematische maatregelen genomen.
(4) De nieuwe programmeringsperiode is nog niet voldoende gevorderd om de uitvoering ervan volledig te kunnen beoordelen.
HOOFDSTUK 7
„Natuurlijke hulpbronnen”
INHOUD
Inleiding | 7.1-7.8 |
Korte beschrijving van „Natuurlijke hulpbronnen” | 7.3-7.6 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 7.7-7.8 |
Deel 1 — Regelmatigheid van de verrichtingen | 7.9-7.35 |
ELGF — Marktondersteuning en rechtstreekse steun | 7.11-7.19 |
Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij | 7.20-7.27 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 7.28-7.31 |
Conclusie en aanbevelingen | 7.32 -7.35 |
Conclusie | 7.32-7.33 |
Aanbevelingen | 7.34-7.35 |
Deel 2 — Prestaties | 7.36-7.56 |
Prestatiebeoordeling van projecten voor plattelandsontwikkeling | 7.37-7.42 |
Beoordeling van vergroeningsprestaties | 7.43-7.54 |
Conclusies | 7.55-7.56 |
Bijlage 7.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” |
Bijlage 7.2 — |
Overzicht van de resultaten van de toetsing van verrichtingen voor elke lidstaat voor plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij |
Bijlage 7.3 — |
Overzicht van fouten met een impact van ten minste 20 % voor plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij |
Bijlage 7.4 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” |
|
|
||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.1 — MFK-rubriek 2 „Natuurlijke hulpbronnen” — Uitsplitsing 2016 (miljard euro)
|
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Korte beschrijving van „Natuurlijke hulpbronnen” |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
DEEL 1 — REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.2 — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage per soort fout — „Natuurlijke hulpbronnen”
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||
ELGF — Marktondersteuning en rechtstreekse steun |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.3 — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage per soort — ELGF
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Te hoog opgegeven of niet-subsidiabel areaal, inclusief voor de nieuwe vergroeningsbetaling |
|||||||||||||||||||
|
7.15. |
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.4— Nieuwe definitie van blijvend grasland hielp foutenpercentage reduceren In voorgaande jaren was niet-subsidiabel blijvend grasland een belangrijke bron van fouten (22). Dergelijke fouten zijn nu aanzienlijk verminderd zowel qua aantal als qua schaal, in het bijzonder door de nieuwe definitie van blijvend grasland in het hervormde GLB. Hoewel in de vorige definitie de subsidiabiliteit werd beperkt tot het deel van een perceel dat door gras of andere grasachtige vegetatie was bedekt, is de reikwijdte nu vergroot tot elke soort vegetatie die geschikt is voor begrazing, inclusief struikgewas en bomen, zolang die niet overheerst. Lidstaten mogen eveneens subsidiabiliteit verlenen aan land waarop niet-grasachtige vegetatie overheerst, indien het deel uitmaakt van de gangbare plaatselijke praktijken. De foto’s hieronder geven een beeld van de beleidsverandering. |
|
||||||||||||||||||
Afbeelding 1 — Niet-grasachtige vegetatie is nu subsidiabel indien deze begraasbaar is en niet overheerst
Voorafgaand aan de GLB-hervorming van 2013 had dit perceel een subsidiabiliteitspercentage van 40 % in overeenstemming met de grasbedekking ervan. Door de nieuwe definitie is het subsidiabiliteitspercentage tot 60 % gestegen, waarin andere vegetatie die geschikt is voor begrazing tot uitdrukking komt (zoals struikgewas en kleine bomen). Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||
Afbeelding 2 — Niet-grasachtige vegetatie mag ook overheersen indien deze deel uitmaakt van de gangbare plaatselijke praktijken
Verschillende lidstaten (23) hebben ervoor gekozen om land waarop niet-grasachtige vegetatie overheerst die geschikt is voor begrazing, subsidiabel te maken (bijv. begraasbare heide). Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.5— Juiste classificering van land is belangrijk om naleving van vergroeningsvereisten te waarborgen |
Tekstvak 7.5 — Juiste classificering van land is belangrijk om naleving van vergroeningsvereisten te waarborgen |
||||||||||||||||||
De EU-wetgeving bepaalt dat landbouwgrond met een vegetatie van grassen blijvend grasland wordt wanneer die vijf achtereenvolgende jaren niet in de vruchtwisseling is opgenomen. |
|
||||||||||||||||||
In de Tsjechische Republiek en Polen bevatte de LPIS-database geen informatie over historisch grondgebruik. In dergelijke situaties kunnen autoriteiten geen automatische kruiscontroles uitvoeren om te verifiëren of landbouwgrond met een vegetatie van grassen blijvend grasland is geworden. Hierdoor ontstaat het risico dat autoriteiten geen verklaarde EAG’s ontdekken die eigenlijk op blijvend grasland gevestigd zijn (d.w.z. geen landbouwgrond). |
DG AGRI opent momenteel conformiteitsgoedkeuringsprocedures die de financiële belangen van de EU tegen dit risico zullen beschermen. |
||||||||||||||||||
We ontdekten eveneens tekortkomingen in de classificatie van blijvend grasland of de bijbehorende kruiscontroles in Duitsland (Beieren, Mecklenburg-Voor-Pommeren, Noordrijn-Westfalen, Saksen-Anhalt, Sleeswijk-Holstein), Frankrijk, Italië (Lombardije), Portugal en het Verenigd Koninkrijk (Engeland). |
|
||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele begunstigde/uitgave |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.6 — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage — Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen |
|||||||||||||||||||
Jaarlijks activiteitenverslag van DG AGRI |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen van DG MARE, DG ENV en DG CLIMA |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Conclusie en aanbevelingen |
|||||||||||||||||||
Conclusie |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Er zijn al corrigerende maatregelen genomen in de betrokken lidstaten, waar de nodige conformiteitsgoedkeuringsprocedures de EU-begroting zullen beschermen. |
||||||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Tijdens de audits in de verschillende lidstaten worden de beste praktijken gedeeld, ook in de vorm van aanbevelingen ter verbetering van het controle- en beheersysteem. De Commissie organiseert regelmatig studiebijeenkomsten en conferenties waar de beste praktijken worden verspreid. Daarnaast wordt ook naar IT-oplossingen gezocht. |
||||||||||||||||||
DEEL 2 — PRESTATIES |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Prestatiebeoordeling van projecten voor plattelandsontwikkeling |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Uitvoering van investeringsprojecten |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Redelijkheid van de kosten en de mogelijkheid om meer gebruik te maken van vereenvoudigde kostenopties |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.7— Vereenvoudigde kostenopties kunnen helpen ervoor te zorgen dat kosten redelijk zijn In het Verenigd Koninkrijk controleerden we een project voor een nieuw dak voor een veeverzamelplaats. De betaling was gebaseerd op standaardkosten per eenheid voor daken van 62 GBP per vierkante meter en een beschikbare subsidie per landbouwbedrijf van maximaal 10 000 GBP. De standaardkosten per eenheid voor het dak kwamen uit een publicatie die in het Verenigd Koninkrijk de meest onafhankelijke en gebruikte bron is voor zakelijke informatie op het gebied van landbouw. De prijzen in de publicatie worden elk jaar bijgewerkt. |
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Beoordeling van vergroeningsprestaties |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.8 — Vereisten voor gewasdiversificatie
|
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Gewasdiversificatie |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.9 — Veranderingen in gewasdiversificatie na de invoering van vergroening
|
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Ecologische aandachtsgebieden |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Tekstvak 7.10 — Veranderingen in EAG's na de invoering van vergroening
|
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Conclusies |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
|
|
(1) Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549).
(2) Met uitzondering van bepaalde gecofinancierde maatregelen, zoals verkoopbevorderende maatregelen en de schoolfruitregeling.
(3) Die voornamelijk steun omvatten voor de sectoren wijn en groente/fruit, en voor schoolmelk en schoolfruit, evenals maatregelen gericht op de ultraperifere gebieden van de EU.
(4) Het Europees Parlement, de Raad en de Europese Commissie bereikten in maart 2013 een akkoord over de GLB-hervorming. Vervolgens werd een aantal wetgevingsteksten gericht op de praktische invoering van de hervorming aangenomen.
(5) Gebaseerd op steunaanvragen die in 2015 werden ingediend (d.w.z. aanvraagjaar 2015).
(6) Ontkoppelde betalingen worden toegekend voor alle subsidiabele landbouwgrond, ongeacht of die wordt benut voor productie.
(7) Momenteel onderzoeken we de invoering van de BBR met het oog op de publicatie van een Speciaal verslag (zie ons werkprogramma voor 2017; http://eca.europa.eu).
(8) Oppervlaktegerelateerde maatregelen zijn die waarbij de betaling is gekoppeld aan het aantal hectaren, zoals agromilieubetalingen en compensatiebetalingen voor landbouwers in gebieden met natuurlijke handicaps.
(9) Niet-oppervlaktegerelateerde maatregelen zijn doorgaans investeringen in bijvoorbeeld de modernisering van landbouwbedrijven of het opzetten van basisvoorzieningen voor de plattelandseconomie en de plaatselijke bevolking.
(10) Op andere EU-uitgaventerreinen buiten de MFK-rubriek „Natuurlijke hulpbronnen” wordt milieu- en klimaatactie eveneens gefinancierd.
(11) Onze aanpak is gebaseerd op een aantal willekeurig geselecteerde elementen (bijv. percelen of facturen) voor elke verrichting. Daarom is een vastgestelde fout niet noodzakelijkerwijs een weerspiegeling van het totale foutenpercentage voor de verrichting in kwestie.
(12) België (Wallonië en Vlaanderen), Bulgarije, de Tsjechische Republiek, Denemarken, Duitsland (Beieren, Hamburg-Jonas, Mecklenburg-Voor-Pommeren, Noordrijn-Westfalen, Saksen-Anhalt, Sleeswijk-Holstein), Ierland, Griekenland, Spanje (Baskenland, Andalusië, Murcia, Valencia, Aragon, Castilië-La Mancha, Extremadura en Castilië en León), Frankrijk, Italië (AGEA, Calabrië, Lombardije, Toscane en Veneto), Letland, Litouwen, Hongarije, Nederland, Polen, Portugal, Roemenië, Slowakije, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk (Engeland, Noord-Ierland en Schotland). De steekproef omvatte ook één verrichting onder direct beheer.
(13) Bulgarije, de Tsjechische Republiek, Denemarken, Duitsland (Nedersaksen-Bremen, Saksen en Saksen-Anhalt), Estland, Ierland, Griekenland, Spanje (Andalusië, Castilië-La Mancha en Extremadura), Frankrijk (Midi-Pyrénées en Rhône-Alpes), Kroatië, Italië (Basilicata), Litouwen, Hongarije, Oostenrijk, Polen, Portugal (Azoren en het vasteland), Roemenië, Slowakije, Finland en het Verenigd Koninkrijk (Engeland en Schotland). De steekproef bevatte zeven verrichtingen onder direct beheer, waarvan er twee EU-middelen betroffen die buiten de Europese Unie waren uitgegeven aan partnerschapsovereenkomsten inzake visserij.
(14) DG ENV en DG CLIMA hebben een gemeenschappelijk directoraat voor financiële middelen.
(15) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. We hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 1,5 % en 3,5 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(16) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. We hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 0,8 % en 2,6 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(17) Zie paragraaf 7.35 van ons Jaarverslag 2014.
(18) Zie paragraaf 7.17 van ons Jaarverslag 2015.
(19) Informatie die te vinden is in de ondersteunende documentatie en databases, of die aan het licht komt bij standaardkruiscontroles en andere verplichte controles.
(20) Zie paragraaf 7.17 van ons Jaarverslag 2015 en de paragrafen 60-64 van ons Speciaal verslag nr. 25/2016 „Het landbouwpercelenidentificatiesysteem: een nuttig instrument om de subsidiabiliteit van landbouwgrond te bepalen, maar het beheer ervan zou verder kunnen worden verbeterd” (http://eca.europa.eu).
(21) Zie ook de paragrafen 46-48 van Speciaal verslag nr. 25/2016.
(22) Zie paragraaf 7.20 van ons Jaarverslag 2015, paragraaf 7.21 van ons Jaarverslag 2014, paragraaf 3.9 van ons Jaarverslag 2013, paragraaf 3.13 van ons Jaarverslag 2012 en paragraaf 3.12 van ons Jaarverslag 2011.
(23) Duitsland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Italië, Portugal, Zweden en het Verenigd Koninkrijk.
(24) Alleen bepaalde soorten grondgebruik die subsidiabel zijn als EAG vinden plaats op ander land dan landbouwgrond (bijv. arealen met hakhout met een korte omlooptijd en beboste gebieden). Permanente kenmerken die subsidiabel zijn als EAG, zoals landschapselementen en bufferstroken, kunnen slechts op land plaatsvinden dat direct naast landbouwgrond ligt.
(25) De drie praktijken waren niet van toepassing op alle bezochte landbouwbedrijven; sommige waren van een of meer praktijken vrijgesteld, voornamelijk vanwege hun kleine omvang.
(26) Zie ook de paragrafen 37 en 38 van Speciaal verslag nr. 25/2016.
(27) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. We hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 2,1 % en 7,7 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(28) Informatie die te vinden is in de ondersteunende documentatie en databases, of die aan het licht komt bij standaardkruiscontroles en andere verplichte controles.
(29) Zie Speciaal verslag nr. 23/2014 „Fouten in de uitgaven voor plattelandsontwikkeling: wat zijn de oorzaken en hoe worden ze aangepakt?”. (http://eca.europa.eu).
(30) Het gemiddelde foutenpercentage dat door de lidstaten is gerapporteerd, is 1,09 % voor het ELGF en 1,78 % voor het Elfpo.
(31) Certificerende instanties zijn verplicht om zich, aan de hand van een representatieve steekproef, te verzekeren van de wettigheid en regelmatigheid van de uitgaven waarvoor de betaalorganen om een vergoeding verzochten van de Commissie. De certificerende instanties brachten hun eerste adviezen over regelmatigheid uit voor het begrotingsjaar 2015.
(32) Zie voor nadere informatie Speciaal verslag nr. 7/2017, „De nieuwe rol van de certificerende instanties bij GLB-uitgaven: een goede stap naar een single audit-model maar nog aanzienlijke tekortkomingen op te lossen” (http://eca.europa.eu).
(33) Dit jaar hebben we het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat er voldoende tijd moet zijn verstreken om onze aanbevelingen uit te voeren.
(34) Zie deel 2 van hoofdstuk 7 van het Jaarverslag 2014 en het Jaarverslag 2015.
(35) De vergoeding van kosten houdt verband met hogere foutenpercentages. Zie voor verdere informatie over dit onderwerp de paragrafen 1.21-1.24 van het Jaarverslag 2015.
(36) Artikel 67, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320). Bepaalde vormen van vereenvoudigde kostenopties waren in de programmeringsperiode 2007-2013 al toegestaan voor bepaalde maatregelen voor plattelandsontwikkeling, maar niet voor investeringsprojecten.
(37) Zie de paragrafen 58-63 van ons Speciaal verslag nr. 22/2014, „Realiseren van zuinigheid: beheersing van de kosten van door de EU gefinancierde projecten voor plattelandsontwikkeling” (http://eca.europa.eu).
(38) Uit onze ervaring met het controleren van uitgaven voor economische, sociale en territoriale cohesie blijkt ook dat projecten die zijn uitgevoerd met behulp van vereenvoudigde kostenopties, minder foutgevoelig zijn. Zie paragraaf 6.15 van het Jaarverslag 2015.
(39) Overweging 41 van Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 608).
(40) Zie overweging 42 van Verordening (EU) nr. 1307/2013.
(41) Overweging 44 van Verordening (EU) nr. 1307/2013.
(42) Landbouwbedrijven met minder dan 15 ha landbouwgrond zijn vrijgesteld van het EAG-vereiste.
(43) Onze schatting is gebaseerd op de daadwerkelijk doorgevoerde veranderingen door de landbouwbedrijven in de steekproef waarvan wij de ELGF-betalingen hebben onderzocht. Het vergroeningsvereiste voor gewasdiversificatie stelt een limiet aan het primaire gewas van 75 % van de totale landbouwgrond voor landbouwbedrijven met meer dan 10 hectare landbouwgrond. De grootste verandering die potentieel aan vergroening kan worden toegeschreven, is daarom 25 % van de landbouwgrond van landbouwbedrijven die aan dit vereiste moeten voldoen (namelijk wanneer een landbouwbedrijf een monocultuur had in 2014 en voldeed aan het vereiste in 2015). Veel landbouwbedrijven voldeden echter al aan het vereiste in 2014; bij deze landbouwbedrijven stelden we vast dat er geen verandering had plaatsgevonden. Bovendien waren er zeer weinig landbouwbedrijven die hun gewasdiversificatie aan moesten passen en in 2014 een monocultuur hadden.
(44) In de evaluatie door de Commissie van vergroening na één jaar werd geconcludeerd dat het vanwege de diversificatieverplichting verplaatste areaal ongeveer 0,8 % van de landbouwgrond bedroeg. Zie het werkdocument van de diensten van de Commissie „Review of greening after one year”, SWD(2016) 218, bijlage 4, punt 5.2.2.
(45) Onze schatting is gebaseerd op de daadwerkelijk doorgevoerde veranderingen door de landbouwbedrijven in de steekproef waarvan we de ELGF-betalingen hebben onderzocht. Om aan het EAG-vereiste te voldoen, moet een landbouwer die meer dan 15 ha landbouwgrond opgeeft, ervoor zorgen dat een areaal dat overeenkomt met 5 % van zijn landbouwgrond een EAG is. De grootste verandering die potentieel aan vergroening kan worden toegeschreven, betreft daarom 5 % van de landbouwgrond van landbouwbedrijven die aan dit vereiste moeten voldoen (namelijk wanneer een landbouwbedrijf geen EAG had in 2014 en voldeed aan het vereiste in 2015). Veel landbouwbedrijven voldeden echter al aan de vereisten in 2014 en een deel van de landbouwgrond van de meeste landbouwbedrijven was in 2014 al een EAG, zelfs al was dat niet 5 %.
(46) COM(2017) 152 final.
(47) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 7.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „NATUURLIJKE HULPBRONNEN”
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Landbouw: marktondersteuning en rechtstreekse steun |
217 |
180 |
|
Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij |
163 |
179 |
|
Totaal aan verrichtingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” |
380 |
359 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage: Marktondersteuning en rechtstreekse steun |
1,7 % |
2,2 % |
|
Geschat foutenpercentage: Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij: |
4,9 % |
5,3 % |
|
Geschat foutenpercentage: „Natuurlijke hulpbronnen” |
2,5 % |
2,9 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
3,5 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
1,5 % |
|
De onderste en bovenste foutengrens voor Landbouw: marktondersteuning en rechtstreekse steun zijn 0,8 en 2,6 % De onderste en bovenste foutengrens voor Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij zijn 2,1 en 7,7 % |
BIJLAGE 7.2
OVERZICHT VAN DE RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR ELKE LIDSTAAT VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING, MILIEU, KLIMAATACTIE EN VISSERIJ (1)
(1) De zeven gecontroleerde verrichtingen onder direct beheer zijn niet opgenomen in het overzicht.)
BBIJLAGE 7.3
OVERZICHT VAN FOUTEN MET EEN IMPACT VAN TEN MINSTE 20 % VOOR PLATTELANDSONTWIKKELING, MILIEU, KLIMAATACTIE EN VISSERIJ
|
|
Inleiding |
|
Door de algemene controlemethodologie zoals beschreven in bijlage 1.1 toe te passen, hebben we een representatieve toetsing van verrichtingen uitgevoerd om het onregelmatigheidspercentage binnen de populatie voor deze MFK-rubriek te ramen. De bij onze toetsing ontdekte fouten vormen geen uitputtende lijst, noch van afzonderlijke fouten, noch van mogelijke soorten fouten. Onze bevindingen die hieronder worden uiteengezet, betreffen fouten met een impact van ten minste 20 % van de waarde van de gecontroleerde verrichting, en dienen ter illustratie van de specifieke beoordeling met betrekking tot plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij (1). Deze fouten werden aangetroffen in verrichtingen ter waarde van tussen de 1 600 euro en 1 miljoen euro, met een mediane waarde van net iets minder dan 100 000 euro (2). |
De Commissie neemt nota van de opmerking van de Rekenkamer in bijlage 7.2 dat het overzicht van de door de Rekenkamer getoetste verrichtingen geen leidraad is voor het relatieve foutenniveau in de lidstaten die deel uitmaakten van de steekproef. De Commissie wijst erop dat voor elke lidstaat gedetailleerde informatie over de resultaten van de audits van de Commissie en de lidstaten te vinden is in de jaarlijkse activiteitenverslagen en de technische bijlagen daarbij van de diensten van de Commissie die de EU-fondsen in gedeeld beheer uitvoeren. |
Voorbeelden van fouten |
|
Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij |
|
Niet-subsidiabel(e) begunstigde/uitgave |
|
Voorbeeld 1 — Steun voor kleine, middelgrote en micro-ondernemingen toegekend aan een coöperatie die in het bezit was van een grote multinational |
|
In Litouwen onderzochten we een betaling aan een coöperatie voor investeringssteun ten behoeve van de verwerking en afzet van landbouwproducten. Volgens EU-regels en nationale regels is dergelijke steun alleen beschikbaar voor kleine, middelgrote en micro-ondernemingen, die op basis van het aantal werknemers, de jaarlijkse bedrijfsomzet en het jaarlijkse balanstotaal worden gekwalificeerd. Gelieerde ondernemingen, zoals moeder- en dochterbedrijven, moeten in de berekening worden opgenomen. We ontdekten dat de betreffende coöperatie eigendom was van een grote multinational en daarom niet aangemerkt kon worden als kleine, middelgrote of micro-onderneming. De begunstigde kwam niet in aanmerking voor steun, wat leidde tot een foutenpercentage van 100 %. |
|
Voorbeeld 2 — Begunstigde kocht gesubsidieerde machines van een gelieerd bedrijf |
|
We onderzochten een betaling aan een landbouwonderneming in Hongarije voor de aankoop van machines. We troffen overtuigend bewijs aan waaruit bleek dat de begunstigde gelieerd was aan het bedrijf dat de machines leverde. Volgens de nationale wetgeving is hierdoor de gehele betaling niet-subsidiabel, wat leidt tot een foutenpercentage van 100 %. |
|
Voorbeeld 3 — Niet-naleving van de subsidiabiliteitsregels van het LIFE-programma |
|
We onderzochten een betaling voor een milieuproject onder direct beheer in Slowakije dat in het kader van het LIFE-programma werd gefinancierd. We ontdekten verschillende inbreuken op de subsidiabiliteitsregels van het LIFE-programma met betrekking tot personeelskosten, zoals contracten waarin het LIFE-programma niet wordt genoemd, tijdregistratieformulieren die niet waren gecertificeerd, en kosten die niet op basis van de werkelijk gewerkte tijd in rekening waren gebracht. We rapporteerden een foutenpercentage van 60 % van de onderzochte kosten. |
Overeenkomstig artikel 25, lid 1, van de gemeenschappelijke bepalingen inzake LIFE (op basis van artikel 126 van het Financieel Reglement) moeten de subsidiabele kosten zijn gebaseerd op de daadwerkelijk gemaakte kosten; de kosten kunnen dus niet worden gebaseerd op een begroot dagtarief. De tijd die het personeel aan het project heeft besteed, moet worden gedocumenteerd via passende middelen (tijdstaten). Hierbij wordt er evenwel op gewezen dat tot twee dagen per maand mogen worden gerapporteerd zonder tijdstaten. Bovendien zou de Commissie, als de tijd die aan het project is besteed, kan worden gedocumenteerd via alternatieve bronnen (bijv. uittreksels uit een analytisch boekhoudsysteem), de daarmee verband houdende kosten als subsidiabel aanmerken. Hoewel het geen voorwaarde is dat het project uitdrukkelijk in de arbeidsovereenkomst van de werknemer wordt vermeld, moet het worden vermeld in de tijdstaten of andere middelen voor tijdsregistratie. Bovendien zouden, als de tijd die aan het project is besteed, kan worden gedocumenteerd via andere bronnen dan tijdstaten (bijv. uittreksels uit een analytisch boekhoudsysteem), de daarmee verband houdende kosten als subsidiabel worden aangemerkt. Als de tijdstaten niet door de werknemer zijn ondertekend en door een toezichthouder zijn gevalideerd, zijn zij niet van een aanvaardbaar niveau en worden de daarmee verband houdende kosten niet in aanmerking genomen. Die tijdstaten worden echter slechts als niet-subsidiabel aangemerkt als zij stelselmatig niet zijn ondertekend en gevalideerd. Zijn zij toevallig eens niet ondertekend en gevalideerd, dan wordt ervan uitgegaan dat dit een administratieve fout was en worden die tijdstaten meestal wel in aanmerking genomen. |
Voorbeelden 4 en 5 — Regionale overheden die EU-financiering ontvingen voor werkzaamheden die waren gebaseerd op kunstmatig hoge kosten |
|
We onderzochten twee reeksen werkzaamheden die betaald werden door de regionale overheid van Andalusië in Spanje: één voor de heraanleg van een plattelandsweg en de ander voor een plattelandshuis met een aanliggend landbouwbedrijfsgebouw. In beide gevallen constateerden we dat de werkzaamheden rechtstreeks waren gegund aan een onderneming tegen te hoge prijzen. We rapporteerden foutenpercentages van 33 %, respectievelijk 41 % van de onderzochte kosten. |
|
Voorbeeld 6 — Gezamenlijke steunaanvraag was niet toegestaan |
|
We onderzochten een betaling aan een landbouwonderneming in Estland voor de aankoop van machines. De projectaanvraag was samen met een andere onderneming ingediend. Volgens de nationale regelgeving komen gezamenlijke aanvragen in aanmerking voor hogere steunbedragen, maar zijn deze alleen toegestaan als geen van de aanvragers direct of indirect een overheersende invloed heeft op de ander. We ontdekten echter dat aan dit vereiste niet was voldaan, wat leidde tot een foutenpercentage van 32 %. |
|
We ontdekten fouten vanwege niet-subsidiabele begunstigden/uitgaven (gekwantificeerd tot 20 %) in Denemarken, Duitsland, Griekenland, Portugal (vasteland), Italië (Basilicata), Oostenrijk en Polen. |
|
Te hoog opgegeven of niet-subsidiabel areaal |
|
Voorbeeld 7 — Steun voor het behoud van traditionele boomgaarden die werd betaald voor een gebied met te weinig traditionele bomen |
|
In Portugal onderzochten we een betaling aan een landbouwer in het kader van de regeling voor plattelandsontwikkeling „agromilieu en klimaat” voor de instandhouding van de traditionele boomgaarden op de Azoren. Een nationaal vereiste voor het ontvangen van de betaling was dat deze een boomgaard moest betreffen met minstens één soort die traditioneel is op de Azoren en die, indien gekweekt met andere soorten bomen, minstens 80 % van de bomenpopulatie moet beslaan. We bezochten de twee opgegeven percelen en constateerden dat zij niet voldoende subsidiabele bomen bevatten. De twee percelen voldeden niet aan de subsidiabiliteitsregel, wat leidde tot een foutenpercentage van 100 %. |
|
Voorbeeld 8 — Steun betaald voor gebieden zonder landbouwactiviteiten |
|
In het kader van de regeling voor plattelandsontwikkeling „betalingen voor gebieden met natuurlijke of andere specifieke beperkingen” worden landbouwbedrijven ondersteund in bepaalde aangewezen gebieden zoals bergachtige gebieden. Betalingen worden jaarlijks gedaan per hectare subsidiabel land om landbouwers te compenseren voor alle of sommige van de bijkomende kosten en de gederfde inkomsten door de landbouwproductierestricties in dergelijke gebieden. Om voor steun in aanmerking te komen moeten landbouwers de aangewezen gebieden gebruiken voor landbouwactiviteiten. |
|
In Kroatië bezochten we een landbouwbedrijf dat een compensatiebetaling voor „bergachtig gebied” had ontvangen. We onderzochten een steekproef van drie percelen die de begunstigde had opgegeven als weiland. Op een van de percelen ontdekten we geen tekenen van landbouwactiviteit, bijvoorbeeld grazen. Het perceel kwam daarom niet in aanmerking voor vergoeding. Er waren niet-subsidiabele arealen op de andere twee percelen vanwege dichte bebossing. We merken op dat het betaalorgaan soortgelijke problemen had vastgesteld en vervolgens een terugvorderingsprocedure inleidde. Op basis van onze steekproef schatten we dat het foutenpercentage 91 % bedroeg. |
Naar de Commissie heeft begrepen, hebben de Kroatische autoriteiten de mogelijke niet-subsidiabiliteit van de grond geconstateerd bij de kwaliteitsbeoordeling van het LPIS en hebben zij er alles aan gedaan om dit op te volgen teneinde de fout te corrigeren. Verder heeft de Commissie begrepen dat de Kroatische autoriteiten na een snel bezoek ter plaatse het LPIS hebben bijgewerkt en dat zij binnen de in het EU-recht vastgestelde termijnen tot de terugvordering van de steun zijn overgegaan; daarom heeft de te hoge aangifte geen financiële gevolgen. |
We ontdekten fouten door te een te hoog opgegeven of niet-subsidiabel areaal (gekwantificeerd tot 20 %) in de Tsjechische Republiek, Duitsland (Saksen), Spanje (Extremadura), Frankrijk (Rhône-Alpes), Kroatië, Portugal (Azoren en vasteland), Slowakije, Finland en het Verenigd Koninkrijk (Engeland). |
|
Niet-inachtneming van de regels inzake overheidsopdrachten |
|
Voorbeeld 9 — Openbaar orgaan sloot onterecht goedkoopste offerte voor de uitvoering van werkzaamheden uit |
|
In Polen onderzochten we een betaling aan een openbaar orgaan voor het herstel van een dijk om landbouwgrond te beschermen tegen rivieroverstromingen. De constructiewerkzaamheden maakten 97 % van de gecontroleerde kosten uit. We onderzochten de openbare aanbestedingsprocedure die werd gebruikt om de onderneming te selecteren die de bouwwerkzaamheden zou uitvoeren, en ontdekten dat het laagste aanbod zonder geldige reden was uitgesloten. Daardoor waren de desbetreffende kosten niet-subsidiabel, wat leidde tot een foutenpercentage van 97 %. |
Naar de Commissie heeft begrepen, werd het besluit tot uitsluiting van het laagste bod door de afgewezen inschrijver aangevochten. De voor de zaak bevoegde nationale beroepsinstantie (KIO) heeft dit beroep evenwel verworpen. Het betaalorgaan heeft het besluit van de nationale beroepsinstantie gevolgd. |
(1) Deze fouten zijn goed voor meer dan driekwart van het geschatte totale foutenpercentage voor deze specifieke beoordeling.
(2) D.w.z. de helft van alle fouten met een impact van ten minste 20 % werd aangetroffen bij verrichtingen die minder dan 100 000 euro waard waren, en de overige bij verrichtingen die meer dan dit bedrag waard waren.
BIJLAGE 7.4
FOLLOW-UP VAN DE VORIGE AANBEVELINGEN VOOR „NATUURLIJKE HULPBRONNEN”
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
||||||||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet langer van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
|||||||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
||||||||||||
2013 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||
Aanbeveling 1: de Commissie en de lidstaten treffen de noodzakelijke maatregelen om ervoor te zorgen dat het GBCS ten volle wordt benut. Dit omvat bijzondere inspanningen om ervoor te zorgen dat:
|
|
X |
|
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 2: de Commissie zorgt ervoor dat de procedure voor versterkte zekerheid op doeltreffende wijze wordt toegepast om de kwaliteit en vergelijkbaarheid van de door de controleorganen verrichte werkzaamheden te verbeteren en dat corrigerende maatregelen worden getroffen wat betreft de ongerechtvaardigde verlaging door de Italiaanse autoriteiten van het percentage inspecties ter plaatse (zie de paragrafen 3.30-3.35); |
|
|
|
|
X |
|
|
||||||
2013 |
Aanbeveling 3: de Commissie houdt actief toezicht op de toepassing van corrigerende maatregelen met betrekking tot de gebreken in het controlesysteem voor EU-steun voor producentengroeperingen in Polen (zie de paragrafen 3.36-3.38). |
X |
|
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 1: de lidstaten voeren de bestaande administratieve controles beter uit door alle relevante en voor de betaalorganen beschikbare informatie te gebruiken, aangezien hierdoor mogelijk het grootste deel van de fouten kan worden opgespoord en gecorrigeerd (zie de paragrafen 4.8 en 4.20). Met name voor investeringsmaatregelen moet bij administratieve controles alle beschikbare informatie worden benut om te bevestigen dat de uitgaven, het project en de begunstigde (inclusief alle uiteindelijke aandeelhouders) subsidiabel zijn en dat bij de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten de toepasselijke EU- en/of nationale regels zijn nageleefd. |
|
|
X |
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 2: de Commissie zorgt ervoor dat een passende follow-up wordt gegeven aan alle gevallen waarin de Rekenkamer fouten heeft opgespoord (zoals uiteengezet in de paragrafen 4.14, 4.20 en 4.21, alsook in paragraaf 4.16 wat betreft het milieu). |
|
|
X |
|
|
|
De Commissie gaat ervan uit dat zij de Rekenkamer bewijsstukken heeft gegeven waaruit blijkt dat alle gevallen adequaat zijn opgevolgd. Voor de in de paragrafen 4.14 en 4.21 beschreven individuele verrichtingen heeft de Commissie specifieke audits verricht. De in paragraaf 4.20 beschreven systemische tekortkomingen hebben betrekking op dezelfde punten als die welke de auditors van de Commissie hebben geconstateerd, en zijn als zodanig in de risicoanalyse opgenomen bij de opstelling van het jaarlijks werkprogramma. Voorts is het met betrekking tot paragraaf 4.16 zo dat de Commissie, aangezien de begunstigde bij de evaluatie van het eindverslag schriftelijk had bevestigd dat hij de btw niet kon terugvorderen, geen reden had om deze schriftelijke bevestiging in twijfel te trekken. |
||||||
Aanbeveling 3: de lidstaten zorgen ervoor dat de actieplannen om het hoge foutenpercentage bij plattelandsontwikkeling aan te pakken, volledig zijn door alle regio's erbij te betrekken en alle maatregelen te dekken, vooral de investeringsmaatregelen, en dat erin rekening wordt gehouden met de controlebevindingen van de Commissie en de Rekenkamer (zie paragraaf 4.30). |
|
X |
|
|
|
|
|
||||||
2013 |
Voor het GLB als geheel geldt het volgende: |
|
|
|
|
|
|
|
|||||
Aanbeveling 4: de Commissie documenteert hoe zij de onder haar conformiteitscontrole vallende uitgaven berekent (zie paragraaf 4.24). |
X |
|
|
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 5: de Commissie neemt maatregelen om het aantal openstaande controledossiers verder te verlagen, zodat alle vóór 2012 verrichte controles eind 2015 zijn afgesloten (zie paragraaf 4.27). |
X |
|
|
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 6: de Commissie ontwikkelt haar aanpak van de berekening van het RFP verder door ervoor te zorgen dat daarbij rekening wordt gehouden met alle uitgaven en betaalorganen (zie paragraaf 4.29). |
X |
|
|
|
|
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||
Aanbeveling 7: de financiële correcties opgelegd aan lidstaten in verband met het Europees Visserijfonds worden onderbouwd met documenten inzake de validering ervan (zie paragraaf 4.34). |
X |
|
|
|
|
|
|
HOOFDSTUK 8
„Veiligheid en burgerschap”
INHOUD
Inleiding | 8.1-8.6 |
Korte beschrijving van de MFK-rubriek | 8.2-8.5 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 8.6 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 8.7 |
Onderzoek van de geselecteerde systemen | 8.8-8.12 |
Gedeeld beheer | 8.8-8.10 |
Direct beheer | 8.11 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 8.12 |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 8.1 — MFK-rubriek 3 — Overzicht 2016 (miljard euro)
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van de MFK-rubriek |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Migratie en veiligheid |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Andere gebieden |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE GESELECTEERDE SYSTEMEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gedeeld beheer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AMIF en ISF |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 8.2 — De uitvoering van AMIF en ISF verliep tot het begrotingsjaar 2015 betrekkelijk traag
Opmerking: Door middel van het uitvoeringspercentage worden de uitgaven onder gedeeld beheer in de begrotingsjaren 2014 en 2015 vergeleken met de totale toewijzing voor de financieringsperiode 2014-2020 voor de 13 lidstaten waarvoor de Commissie de uitgaven voor 2014 en 2015 heeft goedgekeurd. Bron: Besluit van de Commissie inzake de goedkeuring van de jaarrekening voor nationale programma’s wat betreft uitgaven waarvoor steun wordt verstrekt in het kader van het AMIF en het ISF van de begrotingsjaren 2014 en 2015. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
SOLID |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 8.3 — Systeemgebreken met betrekking tot Solid, AMIF en ISF
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Direct beheer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 8.4 — Voorbeeld van een bevinding |
Tekstvak 8.4 — Voorbeeld van een bevinding |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
We onderzochten een betaling die op het hoogtepunt van de vluchtelingencrisis door de Commissie (DG Migratie en Binnenlandse Zaken) aan Griekenland werd gedaan voor noodhulp ten behoeve van vervoer van niet-EU-migranten van de Griekse eilanden naar het Griekse vasteland tussen augustus en november 2015. |
Door de aankomst van honderdduizenden migranten in Griekenland was er behoefte aan een snelle en doeltreffende humanitaire respons van de EU. De maatregel was bedoeld om migranten van de eilanden over te brengen naar het vasteland teneinde een humanitaire ramp te voorkomen. Hiertoe heeft Griekenland overeenkomsten gesloten met scheepvaartmaatschappijen voor het gebruik van hun schepen, die bijgevolg niet voor toeristische activiteiten of voor vaste lijndiensten konden worden ingezet. Het ging om een zeer dringende en uiterst nuttige maatregel die is uitgevoerd met volledige inachtneming van het beginsel van goed financieel beheer. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Griekse autoriteiten betaalden 8 miljoen euro om vaartuigen te charteren waarmee migranten werden vervoerd en waarin deze werden ondergebracht en van voedsel werden voorzien. In het kader van de overeenkomst die in november 2015 met de Griekse autoriteiten werd gesloten, droeg de Commissie met een subsidie van 6 miljoen euro bij aan deze actie. |
De Griekse autoriteiten hebben een overeenkomst getekend om:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De geselecteerde rederijen vervoerden meer dan 150 000 migranten, voorzagen hen van onderdak en voedsel, en lieten volwassen migranten voor het vervoer tot 60 euro per ticket betalen (en kinderen tot 30 euro), waarmee zij tot 9 miljoen euro verdienden. Tijdens hun overtocht van het vasteland naar de eilanden, waar zij migranten gingen ophalen, vervoerden de vaartuigen geen passagiers. |
In de aanbesteding van de Griekse autoriteiten werd duidelijk bepaald dat aan de contractant werd gevraagd diensten te leveren die verder reiken dan die welke gewoonlijk in de kostprijs van een ticket zijn inbegrepen. Het ging daarbij om het verstrekken van voedsel, accommodatie enz. Uit de ontvangen offertes bleek ook duidelijk dat in de biedprijs rekening was gehouden met het feit dat de boten op de terugtocht leeg zouden zijn. In het door de Griekse autoriteiten afgegeven aanbestedingsdossier was ook bepaald dat de contractant de prijs voor een dergelijke reis door de migranten mocht laten betalen. Ook dit bleek uit de prijs van de ingediende offertes. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie werd meegedeeld dat rederijen migranten hadden laten betalen. Toen de voorgestelde actie in oktober 2015 werd beoordeeld en de met de actie geleverde prestaties werden geëvalueerd voordat het saldo van de subsidie in maart 2016 werd uitbetaald, maakte de Commissie echter geen melding van de potentiële inkomsten afkomstig van migranten. In de contractdocumentatie tussen de Griekse autoriteiten en de rederijen werd wel genoemd dat de migranten ervoor moesten betalen, maar deze inkomsten werden daarin niet geraamd. In het geval van deze noodactie ontbreekt het dan ook aan transparantie over de wijze waarop in de financiering de publieke middelen zich verhouden tot de inkomsten afkomstig van migranten. |
De Commissie is het niet eens met de beoordeling van de Rekenkamer en ook niet met deze bevinding. De financiële uitvoering van de actie is volledig in overeenstemming met de subsidieovereenkomst met de Griekse autoriteiten, gebeurt conform de geldende voorschriften en is bijgevolg wettig en regelmatig. De ticketprijzen kunnen niet worden gezien als relevante inkomsten in het kader van de overeenkomst, aangezien het doel van de overeenkomst erin bestond meer diensten te verlenen dan de diensten berekend in de ticketprijs. Bijgevolg is de Commissie van mening dat de aanbesteding, de beoordeling van de inschrijvingen, de gunning van de contracten, de verlening van de diensten en de betaling door de Griekse autoriteiten wettig, regelmatig en volledig transparant waren. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In het hoogseizoen bedroeg de gemiddelde marktprijs voor een retourticket in economy class voor deze vaarroutes tot 90 euro. De inkomsten afkomstig van migranten — tot 60 euro per ticket — droegen bij aan de inkomsten en bijgevolg aan eventuele winsten van de rederijen. De EU-wetgeving staat niet toe dat begunstigden van EU-subsidies winst maken dankzij de uitvoering van een project, en in dit geval maakten de Griekse autoriteiten, die begunstigde van de subsidie waren, inderdaad geen winst. |
Rekening houdend met het feit dat de migranten gebruikmaakten van alle voorzieningen op het schip (met inbegrip van de eerste klasse en de cabines) en dat de scheepvaartmaatschappijen geen inkomsten hadden uit het vervoer van voertuigen of andere diensten, zoals catering, is de Commissie van mening dat de Griekse autoriteiten een eerlijke prijs hebben betaald voor het scheepsvervoer. Zoals hierboven reeds uiteengezet, omvatte de opdracht meer diensten dan berekend in de ticketprijs, en bijgevolg zijn alle eventuele inkomsten uit het ticket, en zelfs eventuele winst, niet relevant voor de subsidieovereenkomst en niet meetbaar. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De contracten van de Griekse autoriteiten met de rederijen omvatten het gebruik van vaartuigen gedurende perioden tot 20 dagen, tegen een kostprijs van 30 000 tot 40 000 euro per dag per schip, voor in totaal 228 dagen scheepsvervoer. Er waren dagen waarop schepen onbenut in de haven lagen, maar de rederijen wel werden betaald, zoals overeengekomen in het contract. Drie schepen lagen drie, vier, respectievelijk vijf dagen onbenut in de haven en hiervoor werd de rederijen 415 500 euro betaald. |
Dat de schepen gedurende een aantal dagen niet benut zouden worden, lag in de lijn der verwachting, aangezien deze, zoals bepaald in de overeenkomst en gezien de extreme noodsituatie waarin Griekenland zich tijdens de subsidieperiode bevond, te allen tijde beschikbaar moesten zijn om naar eender welke bestemming uit te varen. De Commissie heeft berekend dat er in totaal zeven dagen van inactiviteit zijn geweest. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
(1) Twaalf van dergelijke organen zijn momenteel actief op de diverse beleidsterreinen die onder deze rubriek vallen.
(2) De rechtshandeling waarbij het AMIF werd ingesteld, is te vinden op de website van EUR-Lex.
(3) De rechtshandelingen waarbij deze instrumenten werden ingesteld, zijn te vinden op de website van EUR-Lex: het Buitengrenzenfonds, het Europees Terugkeerfonds, het Europees Vluchtelingenfonds en het Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen.
(4) De rechtshandelingen waarbij deze instrumenten worden ingesteld, zijn te vinden op de website van Eur-Lex: ISF — Grenzen en visa, ISF — Politie.
(5) Duitsland, Spanje, Frankrijk, Italië en Litouwen.
(6) Voor AMIF in Spanje en Oostenrijk, en voor ISF in Duitsland en Frankrijk.
(7) Omvat uitgaven aan consumenten, justitie, rechten, gelijkheid en burgerschap.
(8) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
HOOFDSTUK 9
„Europa als wereldspeler”
INHOUD
Inleiding | 9.1-9.5 |
Korte beschrijving van „Europa als wereldspeler” | 9.2-9.4 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 9.5 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 9.6-9.23 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 9.24-9.33 |
Beoordeling van de systemen van DG NEAR | 9.24-9.27 |
Tekortkomingen bij auditautoriteiten | 9.24 |
RFP-studie 2016 | 9.25-9.27 |
Beoordeling van de systemen van DG DEVCO | 9.28 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen | 9.29-9.33 |
Conclusie en aanbevelingen | 9.34-9.37 |
Conclusie | 9.34-9.35 |
Aanbevelingen | 9.36-9.37 |
Bijlage 9.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Europa als wereldspeler” |
Bijlage 9.2 — |
Overzicht van fouten met een impact van ten minste 20 % voor „Europa als wereldspeler” |
Bijlage 9.3 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Europa als wereldspeler” |
|
|
||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Tekstvak 9.1 — MFK-rubriek „Europa als wereldspeler” — Uitsplitsing 2016 (miljard euro)
|
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Korte beschrijving van „Europa als wereldspeler” |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Tekstvak 9.2 — „Europa als wereldspeler” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN EN ANDERE GOVERNANCEREGELINGEN |
|||||||||||||||
Beoordeling van de systemen van DG NEAR |
|||||||||||||||
Tekortkomingen bij auditautoriteiten |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
RFP-studie 2016 |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Beoordeling van de systemen van DG DEVCO |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||
Conclusie |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
|
||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. |
||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. |
||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. |
||||||||||||||
|
De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. |
(1) Zoals met name de financiering van overheidsopdrachten, subsidies, speciale leningen, leninggaranties en maatregelen inzake financiële bijstand, begrotingssteun en andere gerichte vormen van budgettaire bijstand.
(2) Sommige verrichtingen bevatten meer dan één fout. In totaal rapporteerden we 56 fouten.
(3) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. Wij hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 0,6 % en 3,6 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(4) De Commissie maakte zelf fouten (in twee gevallen) die goed waren voor 0,6 % van het foutenpercentage, en begunstigden maakten eveneens fouten (in drie gevallen), die goed waren voor 0,1 % van dit percentage.
(5) De betalingen voor begrotingssteun uit de algemene begroting bedroegen in 2016 1,1 miljard euro.
(6) De betalingen aan internationale organisaties uit de algemene begroting bedroegen in 2016 3,0 miljard euro. We kunnen niet aangeven op welk deel van dit bedrag de hypothetische aanpak van toepassing was, omdat de Commissie dit niet afzonderlijk monitort.
(7) De doelmatigheid en doeltreffendheid van begrotingssteun wordt besproken in een aantal speciale verslagen van de Rekenkamer, waarvan de meest recente zijn: SV nr. 32/2016 „EU-bijstand aan Oekraïne”, SV nr. 30/2016 „De doeltreffendheid van de EU-steun voor prioritaire sectoren in Honduras” en SV nr. 13/2016 „Bijstand van de EU voor het versterken van het openbaar bestuur in Moldavië” (http://eca.europa.eu).
(8) We voerden geen controles uit op onderliggende uitgavenposten indien de bijdrage van de Commissie lager was dan 75 % van het budget van de maatregel. In gevallen waar dergelijke bijdragen tussen de 75 % en 90 % lagen, beoordeelden we per geval de noodzaak om controles uit te voeren op onderliggende uitgavenposten.
(9) 132 verrichtingen: onderste foutengrens = 1,1 % en bovenste foutengrens = 4,5 %, met 95 % zekerheid.
(10) Van de zes in paragraaf 9.8 gerapporteerde gevallen hebben er vijf betrekking op DG DEVCO en één op DG NEAR.
(11) Twinning is een EU-instrument voor institutionele opbouw dat is ontwikkeld door de Commissie en gebaseerd is op partnerschapssamenwerking tussen openbare instanties van EU-lidstaten en een begunstigd land ter verwezenlijking van verplichte resultaten die in overleg met de Commissie zijn overeengekomen.
(12) Hoofdstuk 8 van het Jaarverslag 2015, de paragrafen 8.30 en 8.31.
(13) Winstverbod vastgelegd in artikel 125, lid 4, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1).
(14) Zie het jaarlijks activiteitenverslag 2016 van DG NEAR, blz. 36 en 37.
(15) De beste voorzichtige schatting van het bedrag van toegestane uitgaven gedurende het jaar, die echter niet in overeenstemming is met de contract- en regelgevingsbepalingen die van toepassing zijn op het moment dat de betaling wordt verricht.
(16) Zie het jaarlijks activiteitenverslag 2016 van DG NEAR, blz. 51.
(17) Tijdens onze controle ontdekten we in een steekproef van 25 gevallen 6 fouten die niet waren meegenomen in de berekening.
(18) Zie het jaarlijks activiteitenverslag 2016 van DG NEAR, blz. 38-48.
(19) Dit jaar hebben wij het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat de Commissie voldoende tijd moet hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(20) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
(21) Inclusief 0,3 miljoen euro aan betalingen aan het Garantiefonds voor extern optreden.
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 9.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „EUROPA ALS WERELDSPELER”
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaal verrichtingen |
156 |
156 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
2,1 % |
2,8 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
3,6 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
0,6 % |
|
BIJLAGE 9.2
OVERZICHT VAN FOUTEN MET EEN IMPACT VAN TEN MINSTE 20 % VOOR „EUROPA ALS WERELDSPELER”
|
|
Inleiding |
|
Door de algemene controlemethodologie zoals beschreven in bijlage 1.1 toe te passen, hebben wij een representatieve toetsing van verrichtingen uitgevoerd om het onregelmatigheidspercentage binnen de populatie voor deze MFK-rubriek te ramen. De door ons ontdekte fouten vormen geen uitputtende lijst, noch van afzonderlijke fouten, noch van mogelijke soorten fouten. Onze bevindingen die hieronder worden uiteengezet, betreffen fouten met een impact van ten minste 20 % van de waarde van de gecontroleerde verrichting, en worden als voorbeelden weergegeven (1). Deze fouten werden aangetroffen in verrichtingen ter waarde van tussen de 281 000 euro en 19 miljoen euro, met een mediane waarde (2) van meer dan 1,3 miljoen euro. |
|
Voorbeelden van fouten |
|
Ontbreken van essentiële bewijsstukken |
|
Voorbeeld 1 — Onvolledige beschikbaarheid van bewijsstukken |
|
DG DEVCO — Indonesië We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven voor een bijdrageovereenkomst, gesloten met een internationale organisatie die werkt aan het verbeteren van de veiligheidscapaciteit van lokaal personeel. De partners van de begunstigde konden niet (alle of bepaalde) documenten aanleveren om verschillende gecontroleerde kosten te rechtvaardigen, in het bijzonder consultancykosten, reisvergoedingen en andere operationele kosten; deze kosten worden daarom niet-subsidiabel geacht. Niet-subsidiabele uitgaven resulteerden in een foutenpercentage van 41 %. |
De terugvorderingsprocedure loopt. |
Voorbeeld 2 — Onvolledige beschikbaarheid van bewijsstukken |
|
DG DEVCO — Niger We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven voor een subsidie die was gegund aan een ngo die zich bezighoudt met toegang tot diensten op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid. De begunstigde kon geen bewijsstukken leveren om enkele van de gecontroleerde kosten te onderbouwen, in het bijzonder personeelssalarissen, verzekering, nationale inkomstenbelasting en de huur van voertuigen en klaslokalen. Deze kosten werden daarom niet-subsidiabel geacht. Het desbetreffende foutenpercentage bedroeg 50 %. |
De begunstigde heeft formeel verklaard dat de bewijsstukken niet konden worden verstrekt omdat zij bij de verhuizing van de kantoren, na de voltooiing van het project, verloren zijn gegaan. Daarom meent de Commissie dat hierbij geen sprake is van slecht beheer of weigering om toegang tot documenten te verlenen. Niettemin is de Commissie reeds gestart met de terugvordering van het betrokken bedrag. |
Voorbeeld 3 — Niet-beschikbaarheid van bewijsstukken |
|
DG DEVCO We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven voor een bijdrage aan een trustfonds dat werd beheerd door een internationale organisatie die werkzaam is op het gebied van paraatheid bij grieppandemieën in Azië. De begunstigde kon geen bewijsstukken overleggen om enkele van de gecontroleerde kosten te rechtvaardigen, in het bijzonder voor medicijnen en medische apparatuur. Deze kosten werden daarom in de RFP-studie niet-subsidiabel geacht, een conclusie die we accepteerden. Het desbetreffende foutenpercentage bedroeg 35 %. |
Deze verrichting maakt deel uit van de RFP-studie met betrekking tot DG DEVCO. Na afronding van de studie verstrekte de internationale organisatie de Commissie bewijzen inzake de redenen van het ontbreken van de documenten. Als gevolg van een virale besmetting in een overheidsgebouw in Cambodja en de werkzaamheden in een ander gebouw, dat gedeeltelijk is vernietigd tijdens de aardbeving in Nepal in 2015, was de begunstigde niet in staat de bewijsstukken te verstrekken om een aantal van de gecontroleerde uitgaven te rechtvaardigen, met name voor geneesmiddelen en medische apparatuur. |
Niet-gedane uitgaven |
|
Voorbeeld 4 — Verrekening van te hoog opgegeven voorfinanciering |
|
DG DEVCO We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven voor een bijdrageovereenkomst die was gesloten met een internationale organisatie voor het behoud en het duurzame gebruik van genetische dierlijke hulpbronnen in Afrika. De Commissie aanvaardde en boekte een bedrag dat hoger was dan het totaalbedrag aan gedane uitgaven die door de begunstigde zijn aangegeven in het enige beschikbare financiële verslag. Het te hoog opgegeven en niet-subsidiabele bedrag resulteerde in een foutenpercentage van 82 %. |
Ingevolge de administratieve controle van de Rekenkamer werden de betrokken vereffeningen geannuleerd. |
Niet-subsidiabele uitgaven |
|
Voorbeeld 5 — Oorsprong van goederen niet bewezen |
|
Instrumenten voor buitenlands beleid — Niger We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven aan een bijdrage voor een overheidsinstantie die werkt aan het versterken van de rol van institutionele vredeshandhavers in bepaalde regio’s in het land. De begunstigde had op de lokale markt motorfietsen gekocht zonder voldoende bewijs dat deze uit een in aanmerking komend land kwamen. Niet-naleving van de „oorsprongsregel” maakt dat de betreffende kosten niet-subsidiabel zijn, maar in dit geval werden de kosten door de Commissie ten onrechte geaccepteerd. We stelden vast dat twee betalingen (een voorschotbetaling van 40 % en de betaling van het eindsaldo voor dezelfde aankoop) niet-subsidiabel waren. Het foutenpercentage van deze twee verrichtingen was 27 %, respectievelijk 20 %. |
De Commissie erkent dat de betrokken uitgaven niet subsidiabel zijn wegens niet-naleving van de oorsprongsregel. De Commissie zal de noodzakelijke maatregelen nemen om deze fouten in de toekomst te voorkomen, op te sporen en te corrigeren. Met name zal de Commissie vanaf 2017 regionale teams inzetten om het toezicht op de delegaties te verbeteren. De delegatie in Niger is ook opgenomen in het controlemissieplan van 2017. De Commissie is bezig met de terugvordering van de niet-subsidiabele bedragen om de financiële belangen van de EU effectief te beschermen. |
|
|
Ernstige inbreuk op de regels inzake openbare aanbestedingen |
|
Voorbeeld 6 — Afwezigheid van concurrentie |
|
DG NEAR — Turkije We onderzochten de door de Commissie aanvaarde uitgaven voor een overeenkomst met een regionale organisatie die zorgt voor capaciteitsopbouw op het gebied van het milieu. De begunstigde heeft de aanbestedingsregels niet in acht genomen die vereisen dat er ten minste drie aanbieders moeten worden geraadpleegd om een open aanbesteding te waarborgen. Niet-subsidiabele uitgaven resulteerden in een foutenpercentage van 20 %. |
|
(1) Deze fouten zijn goed voor meer dan de helft van het geschatte totale foutenpercentage voor „Europa als wereldspeler”.
(2) Dit betekent dat de helft van alle fouten met een impact van ten minste 20 % werd aangetroffen bij verrichtingen die minder dan 1,3 miljoen euro waard waren, en de overige bij verrichtingen die meer dan dit bedrag waard waren.
BIJLAGE 9.3
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „EUROPA ALS WERELDSPELER”
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
De Rekenkamer doet de volgende aanbevelingen: |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 1 De Commissie, en met name DG ELARG, moet ervoor zorgen dat in de instructies voor het personeel wordt aangegeven dat verrekeningen alleen mogen worden gebaseerd op gedane uitgaven en niet op eigen ramingen. |
X |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 2: De dienst FPI moet alle GBVB-missies accrediteren overeenkomstig de beoordelingen op grond van de „zes pijlers”. |
|
|
X |
|
|
|
|
HOOFDSTUK 10
„Administratie”
INHOUD
Inleiding | 10.1-10.5 |
Korte beschrijving van de MFK-rubriek | 10.3 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 10.4-10.5 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 10.6 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 10.7 |
Opmerkingen over instellingen en organen | 10.8-10.16 |
Algemene opmerkingen over verschillende instellingen en organen | 10.8-10.13 |
Toepassing van het begrotingsbeginsel van jaarperiodiciteit | 10.8 |
Uitvoering van de inkrimping van het personeelsbestand met 5 % | 10.9-10.13 |
Opmerkingen over specifieke instellingen en organen | 10.14-10.16 |
Europees Parlement | 10.15 |
Europese Rekenkamer | 10.16 |
Conclusie en aanbevelingen | 10.17-10.19 |
Conclusie | 10.17 |
Aanbevelingen | 10.18-10.19 |
Bijlage 10.1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Administratie” |
Bijlage 10.2 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Administratie” |
|
|
||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Tekstvak 10.1 — MFK-rubriek 5 — Uitsplitsing 2016 (miljard euro)
|
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Korte beschrijving van de MFK-rubriek |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN |
|||||||||||
|
|
||||||||||
JAARLIJKS ACTIVITEITENVERSLAGEN EN ANDERE GOVERNANCEREGELINGEN |
|||||||||||
|
|
||||||||||
OPMERKINGEN OVER INSTELLINGEN EN ORGANEN |
|||||||||||
Algemene opmerkingen over verschillende instellingen en organen |
|||||||||||
Toepassing van het begrotingsbeginsel van jaarperiodiciteit |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Uitvoering van de inkrimping van het personeelsbestand met 5 % |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Tekstvak 10.2 — Ontwikkeling van de ambten opgenomen in de lijst van het aantal ambten en van de bezette ambten tussen 2013-2017
Bron: ERK, op basis van door de instellingen verstrekte informatie. |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|||||||||||
|
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Tekstvak 10.3 — Uitvoering van de inkrimping van het personeelsbestand met 5 % (2013-2017)
Bron: ERK, op basis van door de instellingen verstrekte informatie. |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Opmerkingen over specifieke instellingen en organen |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Europees Parlement |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
Europese Rekenkamer |
|||||||||||
|
|
||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||
Conclusie |
|||||||||||
|
|
||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
|
Het Parlement neemt kennis van de aanbeveling en zal streven naar verbetering, met inachtneming van de huidige voorschriften. Het secretariaat-generaal zal doorgaan met de aanvullende inspanningen die het sinds 2016 levert om de fracties te ondersteunen bij het verbeteren van hun intern financieel beheer. Er werden met name opleidingen over de algemene beginselen van begrotingsbeheer en over aanbestedingen georganiseerd in samenwerking met de fracties en er werden richtsnoeren uitgegeven voor aanbestedingen door fracties. Ook de fracties zelf leveren inspanningen om verder te harmoniseren en verbeteren. |
(1) Hieronder vallen de administratieve uitgaven van alle EU-instellingen, pensioenen en betalingen aan de Europese Scholen. Voor de laatstgenoemde brengen we een specifiek jaarverslag uit dat wordt voorgelegd aan de raad van bestuur van de Europese Scholen. Een kopie van dit verslag wordt naar het Europees Parlement, de Raad en de Europese Commissie gestuurd.
(2) Onze specifieke jaarverslagen over de agentschappen en andere organen worden bekendgemaakt in het Publicatieblad.
(3) Drie van het Europees Parlement, één van de Raad, twaalf van de Europese Commissie, één van het Europees Hof van Justitie en drie van de Europese Dienst voor extern optreden.
(4) Gebaseerd op de artikelen 9, 13, 202 en 203 van het Financieel Reglement.
(5) Deze inkrimping had tot doel „de extra capaciteit ingevolge de verhoging van de arbeidstijd tot 40 uur per week te neutraliseren” en moest tussen 2013 en 2017 worden doorgevoerd op basis van het aantal aan iedere instelling toegewezen ambten, ofwel de „lijst van het aantal ambten” op 1 januari 2013. Het plan werd vastgesteld bij het Interinstitutioneel Akkoord (IIA) van 2 december 2013 (paragraaf 27 van het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (PB C 373 van 20.12.2013, blz. 1)).
(6) Ons onderzoek betrof het Europees Parlement, de Raad, de Europese Commissie, het Europees Hof van Justitie, de Europese Rekenkamer, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio’s en de Europese Dienst voor extern optreden. We hebben de Europese Ombudsman of de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming buiten beschouwing gelaten, omdat hun lijsten van het aantal ambten te klein waren.
(7) DG Personele Middelen en Veiligheid, Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO), Bureaus voor infrastructuur en logistiek in Brussel en in Luxemburg, het Publicatiebureau en DG Informatica.
(8) PricewaterhouseCoopers, Société à responsabilité limitée, Réviseur d'Entreprises.
(9) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. Wij hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 0,0 % en 0,8 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(10) De afname in het personeelsaantal voor de Europese Ombudsman, de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en in agentschappen is niet opgenomen in dit jaarverslag.
(11) Zie gezamenlijke verklaring 3.3 in de Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 25 november 2015 over het gemeenschappelijk ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2016, goedgekeurd door het bemiddelingscomité in het kader van de begrotingsprocedure.
(12) De geplande inkrimpingen betreffen de EDEO (2018) en het Europees Parlement (2018 en 2019).
(13) Als resultaat van de delegatie van taken aan de uitvoerende agentschappen.
(14) Het Europees Parlement heeft besloten om politieke fracties uit te sluiten van de personeelsinkrimping van 5 %.
(15) Het in het IIA vastgelegde streefdoel was strikt beperkt tot het terugbrengen van personeelsaantallen in de lijst van het aantal ambten.
(16) Zie het Jaarverslag 2015, paragraaf 9.14 en aanbeveling 4 in paragraaf 9.18.
(17) Het toepasselijke wettelijk kader is de „Regeling inzake het gebruik van kredieten van begrotingspost 4 0 0, aangenomen door het Bureau op 30 juni 2003” (laatstelijk gewijzigd overeenkomstig de besluiten van het Bureau van 14 april 2014 en 27 april 2015). De fracties beheren de aan hen toegewezen middelen overeenkomstig de beginselen van indirect beheer van middelen door de dienovereenkomstige toepassing van artikel 60 van het Financieel Reglement, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke vereisten van de fracties.
(18) Uitgaven in jaar n worden goedgekeurd in jaar n+1 op basis van een verslag over de rekeningen naar aanleiding van een onafhankelijke externe controle. Het Bureau van het Parlement kan erom verzoeken dat kredieten worden terugbetaald aan het Parlement indien wordt geoordeeld dat ze niet in overeenstemming met de Regeling zijn gebruikt.
(19) Zie het Jaarverslag 2015, paragraaf 9.11 en aanbeveling 1 in paragraaf 9.18.
(20) Zie het verslag van de externe accountant betreffende de financiële staten waarnaar wordt verwezen in paragraaf 10.5.
(21) Dit jaar hebben we het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat instellingen en organen voldoende tijd moeten hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(22) Overeenkomstig de geharmoniseerde definitie van onderliggende verrichtingen (zie voor nadere gegevens bijlage 1.1 , paragraaf 10).
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2016 van de Europese Unie.
BIJLAGE 10.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „ADMINISTRATIE”
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaal verrichtingen |
100 |
151 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
0,2 % |
0,6 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
0,8 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
0,0 % |
|
BIJLAGE 10.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „ADMINISTRATIE”
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de instelling |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
Aanbeveling 1 (Commissie): Het actualiseren van de persoonlijke situatie en het beheer van gezinstoeslagen De Commissie dient nadere maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat de personeelsleden regelmatig documenten verstrekken die hun persoonlijke situatie bevestigen, alsook om de systemen te verbeteren voor een tijdige verwerking van die documenten die gevolgen hebben voor de berekening van gezinstoelagen (zie de paragrafen 9.11 en 9.20 van het Jaarverslag 2013). |
|
X |
|
|
|
|
|
Aanbeveling 2 (EDEO): Het actualiseren van de persoonlijke situatie en het beheer van gezinstoeslagen De EDEO dient nadere maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat de personeelsleden regelmatig documenten verstrekken die hun persoonlijke situatie bevestigen, alsook om de systemen te verbeteren voor een tijdige verwerking van die documenten die gevolgen hebben voor de berekening van gezinstoelagen (zie de paragrafen 9.13 en 9.20 van het jaarverslag 2013). |
|
X |
|
|
|
|
Met betrekking tot de rubriek „Het actualiseren van de persoonlijke situatie en het beheer van gezinstoelagen” wijst de EDEO erop dat zijn personeelsleden er regelmatig aan worden herinnerd dat zij verplicht zijn veranderingen in hun gezinssituatie onverwijld mede te delen, en dat het de gebruikelijke praktijk is om onverschuldigd betaalde uitkeringen terug te vorderen. De EDEO is van mening dat deze aanbeveling wordt toegepast. |
|
Aanbeveling 3 (EDEO): Aanbestedingsprocedures De EDEO dient de opzet, de coördinatie en de uitvoering van de aanbestedingsprocedures te verbeteren door zijn hoofdkantoor meer steun en begeleiding te laten bieden aan de delegaties (zie de paragrafen 9.14, 9.15 en 9.20 van het Jaarverslag 2013). |
|
|
X |
|
|
|
Met betrekking tot aanbestedingsprocedures in delegaties (zie ook paragraaf 10.14) wijst de EDEO erop dat hij zich actief inzet om deze aanbeveling op te volgen. De EDEO blijft investeren om de opleiding en ondersteuning van, en het advies aan het personeel van de delegaties die verantwoordelijk zijn voor aanbestedingsprocedures te verbeteren. Bovendien moeten hieruit lessen worden getrokken voor de toekomst van het proefproject met betrekking tot de regionalisering van de administratieve ondersteuning (voor 27 delegaties in de buurlanden). |
28.9.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 322/281 |
JAARVERSLAG OVER DE ACTIVITEITEN GEFINANCIERD UIT HET ACHTSTE, NEGENDE, TIENDE EN ELFDE EUROPEES ONTWIKKELINGSFONDS (EOF) VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2016
(2017/C 322/02)
Jaarverslag over de activiteiten gefinancierd uit het achtste, negende, tiende en elfde Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) voor het begrotingsjaar 2016
INHOUD
Inleiding | 1-5 |
Korte beschrijving van de Europese Ontwikkelingsfondsen | 2-5 |
Hoofdstuk I — Financiële uitvoering van het achtste, negende, tiende en elfde EOF | 6-9 |
Hoofdstuk II — Betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer over de EOF's | 10-36 |
Betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer over het achtste, negende, tiende en elfde EOF aan het Europees Parlement en de Raad — Verslag van de onafhankelijke controleur | I-XVIII |
Toelichting bij de betrouwbaarheidsverklaring | 10-36 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 10-13 |
Betrouwbaarheid van de rekeningen | 14 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 15-26 |
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen | 27-36 |
Conclusie en aanbevelingen | 37-40 |
Conclusie | 37-38 |
Aanbevelingen | 39-40 |
Bijlage 1 — |
Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor de Europese Ontwikkelingsfondsen |
Bijlage 2 — |
Overzicht van fouten met een impact van ten minste 20 % |
Bijlage 3 — |
Follow-up van eerdere aanbevelingen voor de Europese ontwikkelingsfondsen |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 1 — Europese Ontwikkelingsfondsen — financieel overzicht 2016
Tabel 1 — Europese Ontwikkelingsfondsen — Essentiële informatie 2016
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van de Europese Ontwikkelingsfondsen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
HOOFDSTUK I — FINANCIËLE UITVOERING VAN HET ACHTSTE, NEGENDE, TIENDE EN ELFDE EOF |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 2 — Besteding van EOF-middelen per 31 december 2016
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
HOOFDSTUK II — BETROUWBAARHEIDSVERKLARING VAN DE REKENKAMER OVER DE EOF'S |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer over het achtste, negende, tiende en elfde EOF aan het Europees Parlement en de Raad — Verslag van de onafhankelijke controleur |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betrouwbaarheid van de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ontvangsten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende ontvangsten bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betalingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Afkeurend oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grondslag voor het oordeel |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grondslag voor een afkeurend oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Essentiële controleaangelegenheden |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Te betalen lasten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verantwoordelijkheden van de leiding |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verantwoordelijkheden van de controleur voor de controle van de EOF-rekeningen en onderliggende verrichtingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
13 juli 2017 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Klaus-Heiner LEHNE |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
President |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Europese Rekenkamer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
12, rue Alcide De Gasperi, Luxemburg, LUXEMBURG |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toelichting bij de betrouwbaarheidsverklaring |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 3 — De controleurs hebben de nauwkeurigheid onderzocht van metingen van de dikte van wegen voor een betaling voor een wegenbouwproject in Zambia
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betrouwbaarheid van de rekeningen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Regelmatigheid van de verrichtingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ontvangsten |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betalingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 4 — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage
Bron: Europese Rekenkamer. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 5 — Voorbeelden van kwantificeerbare fouten in projectverrichtingen |
Tekstvak 5 — Voorbeelden van kwantificeerbare fouten in projectverrichtingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij onderzochten de goedkeuring door de Commissie van een bedrag van 3 489 416 euro dat was uitgegeven in het kader van een door een internationale organisatie uitgevoerde subsidieovereenkomst waarmee de ontwikkeling van de handelscapaciteit in de ACS-landen wordt ondersteund. Zes van de tien uitgavenposten in de steekproef bleken fouten te bevatten, waarvan er voor vijf op basis van dienstverleningscontracten honoraria en vergoedingen waren betaald aan handelsadviseurs. Deze contracten (totale waarde 570 500 euro) waren niet gegund door middel van een concurrentiegerichte selectieprocedure, wat wel was voorgeschreven in de subsidieovereenkomst. In plaats daarvan waren de opdrachten rechtstreeks gegund aan adviseurs die voorheen werkzaam waren geweest voor een eerder project. |
Het project bestond nagenoeg volledig uit het werven van regionale en nationale handelsadviseurs. Los van het soort selectieprocedure was de werving onderworpen aan standaardprocedures voor het werven van internationale personeelsleden, zoals het vooraf publiceren van de vacature. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
We onderzochten de definitieve goedkeuring door de Commissie van een bedrag van 10 875 375 euro dat voor het werkprogramma 2012 aan een internationaal orgaan was betaald om bijstand te verlenen aan bedrijven in ACS-landen. Drie van de tien in de steekproef opgenomen kostenposten hielden verband met contracten met betrekking tot getrapte subsidiëring van derde begunstigden (waarde 147 990 euro). Er was geen voorziening getroffen voor getrapte subsidiëring in het kader van de bijzondere voorwaarden voor de subsidie, wat betekent dat de activiteiten in strijd waren met het contract. Bovendien werd de getrapte subsidiëring rechtstreeks gegund zonder concurrentiegerichte selectieprocedure. |
De Commissie heeft de terugvorderingsprocedure ingeleid. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarlijkse activiteitenverslagen en andere governanceregelingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 6 — Inspanningen van DG DEVCO ter verbetering van de uitvoering van zijn controlesysteem Vorig jaar hebben wij verslag uitgebracht over de bevredigende voortgang bij de actieplannen voor de jaren 2013 en 2014; 19 acties waren volledig gevoerd, terwijl de resterende 4 waren overgeheveld naar het actieplan 2015. De opzet van het actieplan 2015 werd verder verbeterd door maatregelen voor risicovolle gebieden op te nemen: via internationale organisaties indirect beheerde middelen en direct beheerde subsidies. Alle acties hadden volgens de aanvankelijke planning in juni 2016 moeten zijn afgerond. Aan het einde van 2016 waren tien acties afgerond, waren er vijf ten dele uitgevoerd en liep er nog één. Er werden vier nieuwe gerichte maatregelen toegevoegd aan het actieplan 2016 en de vorderingen daarvan zullen in ons volgende jaarverslag worden beoordeeld. |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
RFP-studie 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 7 — Ontwikkeling van het restfoutenpercentage voor DG DEVCO van 2012 tot en met 2016
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van de PRF-studies van 2012-2016. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Evaluatie van het jaarlijkse activiteitenverslag 2016 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekstvak 8 — De voortgang van DG DEVCO in de richting van een naar risico gedifferentieerde betrouwbaarheidsverklaring
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van de jaarlijkse activiteitenverslagen van DG DEVCO. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusie |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie stemt in met deze aanbeveling. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De nodige stappen worden reeds gezet. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De Commissie stemt in met deze aanbeveling. Het afgeven van een voorbehoud op deze twee gebieden houdt sowieso het vaststellen van specifieke acties op die gebieden in. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De aanbeveling wordt aanvaard. De Commissie zal de door de Rekenkamer voorgestelde aanpak overwegen en, indien nodig, in de RPF-methodologie opnemen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De aanbeveling wordt aanvaard. |
(1) Zie de artikelen 43, 48-50 en 58 van Verordening (EU) 2015/323 van de Raad van 2 maart 2015 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds (PB L 58 van 3.3.2015, blz. 17).
(2) In 2012 werd de controle van deze verrichtingen door de Rekenkamer geregeld in een tripartiete overeenkomst tussen de EIB, de Commissie en de Rekenkamer (artikel 134 van Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad (PB L 78 van 19.3.2008, blz. 1)). De betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer heeft geen betrekking op de Investeringsfaciliteit.
(3) Met uitzondering van de 3 % van de EOF-uitgaven voor 2016 die werden beheerd door directoraat-generaal Humanitaire Hulp en Civiele Bescherming (ECHO).
(4) PB L 210 van 6.8.2013, blz. 1.
(5) Met inbegrip van een door de EIB beheerd bedrag van 1 139 miljoen euro.
(6) Vermindering van oude uitstaande voorfinanciering voor de EOF’s: 28 % behaald (streefdoel: 25 %), vermindering van oude niet-afgewikkelde vastleggingen van de EOF’s; 36 % behaald (streefdoel: 25 %).
(7) Een contract wordt als verlopen beschouwd indien het meer dan 18 maanden na afloop van de looptijd ervan nog steeds openstaat. Vertragingen bij de afsluiting van contracten verhogen het risico op fouten inzake de regelmatigheid, omdat het daardoor moeilijker kan zijn om de bewijsstukken te achterhalen als zij niet op de juiste wijze zijn gearchiveerd en belangrijke projectmedewerkers zijn vertrokken. Late contractsluiting kan ook tot vertraging leiden bij de invordering van niet-uitgegeven voorfinanciering en niet-subsidiabele uitgaven.
(8) Het aandeel van verlopen contracten in de portefeuille van DG DEVCO is gedaald van 18,62 % aan het einde van 2013 tot 15,15 % eind 2016 (streefdoel: 15 %).
(9) Van de 1 896 verlopen contracten hadden er 1 058 (56 %) betrekking op de EOF's. De verhouding tussen verlopen contracten en alle openstaande EOF-contracten was 19 %, vergeleken met 12 % voor de gehele portefeuille van DG DEVCO. De operationele periode van 156 (323 miljoen euro) van de 1 058 verlopen EOF-contracten (14,7 % in aantal, 11,4 % in waarde) eindigde meer dan vijf jaar geleden.
(10) Overeenkomstig de artikelen 43, 48-50 en 58 van het Financieel Reglement van toepassing op het elfde EOF heeft deze betrouwbaarheidsverklaring geen betrekking op de middelen van het EOF die worden beheerd door de EIB.
(11) Zie artikel 44 van Verordening (EU) nr. 2015/323.
(12) Zie artikel 43 van Verordening (EU) nr. 2015/323.
(13) Barbados, Benin, Burkina Faso, Democratische Republiek Congo, Fiji, Gambia, Ghana, Ivoorkust, Kaapverdië, Madagaskar, Niger, Nigeria, Rwanda, Senegal, Tanzania en Zambia.
(14) DG DEVCO: 31 betalingen; ECHO: 4 betalingen voor humanitaire steun.
(15) We hebben 15 invorderingsopdrachten (met een totale waarde van 7,6 miljoen euro) gecontroleerd en vastgesteld dat 3 invorderingsopdrachten (0,5 miljoen euro) ten onrechte waren geboekt als inkomsten, in plaats van als de invordering van niet-uitgegeven voorfinanciering.
(16) 2,7 miljoen euro aan correcties vastgesteld door DG DEVCO, waarna 0,5 miljoen euro aan correcties is vastgesteld door de controleurs van de ERK.
(17) Onze berekening van het foutenpercentage is gebaseerd op een representatieve steekproef. Het genoemde cijfer is de beste schatting. We hebben 95 % zekerheid dat het geschatte foutenpercentage in de populatie tussen 1,0 % en 5,6 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(18) De Commissie beging de fout in 0,7 procentpunt (één geval) van de gevallen zelf en bij 0,2 procentpunt (zes gevallen) werd de fout door begunstigden gemaakt.
(19) Deze droegen voor 1,4 procentpunt bij aan het geschatte foutenpercentage.
(20) De betalingen voor uit de EOF's gefinancierde begrotingssteun bedroegen in 2016 644 miljoen euro.
(21) De betalingen uit de EOF’s aan multidonorprojecten die in 2016 werden uitgevoerd door internationale organisaties, bedroegen 914 miljoen euro. We kunnen niet aangeven op welk deel van dit bedrag de hypothetische aanpak van toepassing was, omdat de Commissie dit niet afzonderlijk monitort.
(22) Doelmatigheid en doeltreffendheid van begrotingssteun worden besproken in de speciale verslagen van de Rekenkamer, waarvan de volgende de meest recente zijn: SV nr. 32/2016 over „EU-bijstand aan Oekraïne”, SV nr. 30/2016 over „De doeltreffendheid van de EU-steun voor prioritaire sectoren in Honduras” en SV nr. 13/2016 over „Bijstand van de EU voor het versterken van het openbaar bestuur in Moldavië”.
(23) We hebben geen controles uitgevoerd op onderliggende uitgavenposten indien de bijdrage van de Commissie lager was dan 75 % van de begroting van de actie. In gevallen waar dergelijke bijdragen tussen de 75 % en 90 % lagen, beoordeelden we per geval de noodzaak om controles uit te voeren op onderliggende uitgavenposten.
(24) Het genoemde cijfer is de beste schatting op basis van een representatieve steekproef van 124 verrichtingen. Wij hebben 95 % zekerheid dat het foutenpercentage in de populatie tussen 1,8 % en 7,1 % ligt (de onderste, respectievelijk de bovenste foutengrens).
(25) a) Verplichtstelling van risicoanalyse ter voorbereiding van jaarlijkse controleplannen door EU-delegaties en de diensten van DG DEVCO; b) herziening van modelcontracten voor subsidies zodat controleurs rechtstreeks door DG DEVCO kunnen worden geselecteerd of gecontracteerd; c) bewustmaking van de meest voorkomende soorten fouten, opleiding en versterking van de financiële en controlevaardigheden van het personeel van DG DEVCO en begunstigden; d) kwaliteitsraster voor de beoordeling van de kwaliteit van een controle of verificatie van de uitgaven.
(26) In paragraaf 41 van het Jaarverslag 2015 hebben we ook gerapporteerd over maatregelen gericht op de verbetering van het beheer van documenten en van procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten, zowel voor de Commissie als voor de begunstigden.
(27) Vóór december 2016 voor indirect beheer via internationale organisaties, en vóór juni 2017 in het geval van subsidies in direct beheer, zoals is bepaald in het actieplan voor 2016.
(28) EOF’s en de algemene begroting van de EU.
(29) Voetnoot 24 van het JAV 2016.
(30) 2014: 2,8 %; 2015: 2,2 %; 2016: 1,7 %.
(31) 2014: 14 ramingen; 2015: 10; 2016: 6. Volgens de RFP-methodologie mogen aan het eind van de studie alleen ramingen worden gebruikt als de documentatie om geldige juridische of logistieke redenen niet beschikbaar is vóór de deadline voor voltooiing van de PRF-werkzaamheden. Bij verrichtingen waarvoor geen documentatie is overgelegd, is per definitie sprake van een verhoogd risico van vatbaarheid voor fouten, en daarmee moet rekening worden gehouden bij het maken van de raming.
(32) 2014: 35 verrichtingen voor begrotingssteun; 2015: 50; 2016: 73, in de steekproef opgenomen volgens hun respectieve gewicht in de populatie.
(33) Dit omvat een risicoanalyse van het voorgaande restfoutenpercentage en fouten van de ERK.
(34) De beste voorzichtige schatting van het bedrag van toegestane uitgaven gedurende het jaar, die echter niet in overeenstemming zijn met de contract- en regelgevingsbepalingen die van toepassing zijn op het moment dat de betaling wordt verricht.
(35) Zie het jaarlijks activiteitenverslag 2016 van DG DEVCO, blz. 50.
(36) Voor 2016 werd het corrigerend vermogen berekend als het gemiddelde jaarlijkse bedrag aan invorderingsopdrachten die tussen 2010 en 2016 voor fouten en onregelmatigheden werden gegeven.
(37) DG DEVCO heeft een grote steekproef van invorderingsopdrachten uit 2016 gecontroleerd en geconcludeerd dat ongeveer 50 % van alle invorderingsopdrachten die van invloed zijn op het corrigerend vermogen, onjuist was geboekt. De bij de berekening gebruikte invorderingsopdrachten met betrekking tot de periode 2010-2015 werden dus voor hetzelfde percentage aangepast. Tijdens onze controle hebben we andere fouten vastgesteld waarmee geen rekening was gehouden, waardoor het percentage onjuist geboekte terugvorderingen tot ten minste 62 % zou toenemen.
(38) Vanwege een technisch probleem in het boekhoudsysteem van de Commissie omvatte de populatie invorderingsopdrachten uit 2016 geen invorderingsopdrachten zonder enige terugvorderingstoelichting.
(39) De maximale potentiële gevolgen van deze tekortkomingen zijn niet van invloed op ons oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen van de EOF’s.
(40) Dit jaar hebben wij het Jaarverslag 2013 gekozen voor ons follow-uponderzoek, omdat de Commissie voldoende tijd moet hebben gehad om onze aanbevelingen uit te voeren.
(41) Deze follow-up was bedoeld om na te gaan of er in reactie op onze aanbevelingen corrigerende maatregelen waren getroffen en niet om de doeltreffendheid van de uitvoering daarvan te controleren.
(42) Bijdrage uit de EOF's ter dekking van uitgaven van zowel de Commissie als de EU-delegaties voor de administratieve ondersteuning die nodig is voor het beheer van in het kader van de EOF's gefinancierde acties.
(43) Globale vastleggingen betreffen financieringsbesluiten. Individuele vastleggingen betreffen individuele contracten.
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van de geconsolideerde rekeningen 2016 van het 8e, 9e, 10e en 11e EOF.
(44) Waaronder oorspronkelijke toewijzingen voor het 8e, 9e, 10e en 11e EOF, cofinanciering, rente, diverse middelen en overdrachten van eerdere EOF's.
(45) Als percentage van de middelen.
(46) Negatieve bedragen betreffen vrijmakingen.
(47) Globale vastleggingen betreffen financieringsbesluiten.
(48) Individuele vastleggingen betreffen individuele contracten.
(49) Nettovastleggingen na vrijmakingen. Nettobetalingen na terugvorderingen.
Bron: Europese Rekenkamer, op basis van de geconsolideerde rekeningen 2016 van het 8e, 9e, 10e en 11e EOF. De gepresenteerde cijfers hebben geen betrekking op het deel van het EOF dat wordt beheerd door de EIB.
BIJLAGE 1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR DE EUROPESE ONTWIKKELINGSFONDSEN
|
2016 |
2015 |
|
|
|||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF |
|||
|
|||
Totaalaantal verrichtingen |
143 |
140 |
|
|
|||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN |
|||
|
|
|
|
Geschat foutenpercentage |
3,3 % |
3,8 % |
|
|
|
|
|
|
Bovenste foutengrens (UEL) |
5,6 % |
|
|
Onderste foutengrens (LEL) |
1,0 % |
|
BIJLAGE 2
OVERZICHT VAN FOUTEN MET EEN IMPACT VAN TEN MINSTE 20 %
|
|
Inleiding |
|
Wij hebben de algemene controlemethodologie (die is beschreven in bijlage 1.1 van hoofdstuk 1 van het Jaarverslag 2016 van de Rekenkamer) gebruikt om een representatieve steekproef van verrichtingen te toetsen, om zo het onregelmatigheidspercentage binnen de populatie voor de EOF’s te schatten. De bij onze toetsing ontdekte fouten vormen geen uitputtende lijst, niet van afzonderlijke fouten en evenmin van mogelijke soorten fouten. Onze bevindingen die hieronder worden uiteengezet, betreffen fouten met een impact van ten minste 20 % van de waarde van de gecontroleerde verrichting, en worden als voorbeelden weergegeven (1). Deze fouten werden aangetroffen in verrichtingen ter waarde van tussen de 128 000 euro en 11,8 miljoen euro, met een mediane waarde (2) van meer dan 4,8 miljoen euro. |
|
Voorbeelden van fouten (3) |
|
Niet-inachtneming van de aanbestedingsregels |
|
Voorbeeld 1 — Onjuiste beoordeling van de aanbesteding voor bouwwerkzaamheden |
|
We onderzochten de goedkeuring door de Commissie van de uitgaven voor bouwwerkzaamheden voor een polikliniek in het Caribisch gebied. De aanbesteding voor dit project was niet in overeenstemming met de beginselen van transparantie en gelijke behandeling en voldeed niet aan de eigen aanbestedingsregels van de Commissie. Hoewel de laagste offerte naar onze mening aan alle selectiecriteria voldeed, werd deze verworpen omdat er bezorgdheid bestond over de technische capaciteit van de inschrijver om het werk uit te voeren. Wij hebben geen deugdelijke motivering van dit besluit aangetroffen. In de kennisgeving was aan de inschrijver een onjuiste reden opgegeven voor de afwijzing. Toen we ons onderzoek verrichtten, heeft de Commissie uitgelegd dat de laagste inschrijver onvoldoende had aangetoond dat hij over het minimum aan financiering beschikte om de werkzaamheden uit te voeren. De op een na laagste inschrijver, aan wie de opdracht werd gegund, beschikte echter ook over 10 % minder financiering dan minimaal werd vereist. Het evaluatiecomité gaf de op een na laagste inschrijver de gelegenheid om meer informatie te geven over dit selectiecriterium. De eerste inschrijver werd deze mogelijkheid niet geboden. Al deze tekortkomingen leveren samen een ernstige fout op met betrekking tot openbare aanbesteding (kwantificering 100 %). |
Volgens de conclusies van het evaluatieverslag oordeelde het evaluatiecomité dat het laagste bod niet voldeed omdat de inschrijver niet over genoeg technische capaciteit beschikte om het werk uit te voeren boven op de twee andere reeds gegunde contracten. Het laagste bod voldeed evenmin aan de minimumvereiste inzake financiering. |
Voorbeeld 2 — Ontbrekende documentatie over de openbare aanbestedingsprocedure |
|
We onderzochten de definitieve goedkeuring door de Commissie van de uitgaven voor een project waarmee technische bijstand werd verleend om het beheer van door de EU gefinancierde projecten in Grenada te verbeteren. De betalingsaanvraag omvatte een aantal posten met betrekking tot een contract voor adviesdiensten. We hebben niet het volledige aanbestedingsdossier voor dit contract ontvangen en konden daarom niet nagaan of de aanbestedingsregels waren gevolgd die waren vastgelegd in de algemene voorwaarden van het project. De niet-subsidiabele kosten resulteerden in een foutenpercentage van 30 % van de totale getoetste kosten. |
De Commissie volgt de bevindingen van de Rekenkamer op. |
Niet-gedane uitgaven |
|
Voorbeeld 3 — Uitgaven die door de begunstigde niet zijn gedaan |
|
We onderzochten de goedkeuring door de Commissie van de uitgaven voor een project dat werd uitgevoerd door een internationale organisatie waarmee de ontwikkeling van de particuliere sector in de ACS-landen werd ondersteund. Bij de controle van het volledige bedrag van de aanvaarde uitgaven stelden we vast dat deze bestonden uit garantieverklaringen die waren afgegeven door de internationale organisatie, en uit beheersvergoedingen voor de gehele looptijd van de bijdrageovereenkomst. De bankgaranties waren niet uitgevoerd door de investeerders, wat betekent dat de begunstigde in werkelijkheid geen kosten heeft gemaakt. Daarbij is de uitvoeringsperiode van het contract twintig jaar en kunnen toekomstige beheersvergoedingen niet vooraf in rekening worden gebracht. De niet-subsidiabele kosten resulteerden in een foutenpercentage van 98 % van de totale getoetste kosten. |
De Commissie heeft de nodige herstelmaatregelen getroffen: de goedkeuring werd geannuleerd. |
Essentiële bewijsstukken niet verstrekt |
|
Voorbeeld 4 — Ontoereikende bewijsstukken |
|
We onderzochten de voorlopige goedkeuring door de Commissie van uitgaven voor een project ter ondersteuning van de handel en landbouw in Tanzania. Voor de meeste getoetste uitgavenposten hebben we geen bewijsstukken ontvangen, en waren de documenten die wel zijn overgelegd, ontoereikend, bijvoorbeeld omdat ze niet het volledige bedrag van de post bestreken. Daarom konden we de subsidiabiliteit van deze posten niet nagaan. De niet-subsidiabele kosten resulteerden in een foutenpercentage van 45 % van de totale getoetste kosten. |
Na de inspectie van de Rekenkamer is de Commissie nog aanvullende bewijsstukken aan het verzamelen voordat het definitieve verschuldigde bedrag wordt vastgesteld. |
Voorbeeld 5 — Ontoereikende bewijsstukken, niet-subsidiabele kosten |
|
We onderzochten de definitieve goedkeuring door de Commissie van uitgaven in het kader van een subsidieovereenkomst door middel waarvan financiële diensten werden verleend aan plattelandsgebieden, die werd uitgevoerd door een organisatie zonder winstoogmerk in Malawi. We hebben diverse problemen vastgesteld in de betalingsaanvraag. Niet alle bewijsstukken die nodig waren voor de controle van de salarisbetalingen (zoals loonstroken of betalingsbewijzen), werden verstrekt, en er waren niet-subsidiabele kosten (invoerrechten) opgenomen in de aanvraag. Daarnaast zijn de beginselen van transparantie en non-discriminatie niet in alle aanbestedingsprocedures in acht genomen. De niet-subsidiabele kosten resulteerden in een foutenpercentage van 44 % van de totale getoetste kosten. |
De Commissie zal de nodige acties ondernemen om de kosten die niet-subsidiabel worden geacht, terug te vorderen. |
Onjuiste berekening van gedeclareerde uitgaven |
|
Voorbeeld 6 — Fouten in de berekening van de in rekening gebrachte vergoedingen |
|
We onderzochten de uitgaven van de Commissie voor een trustfonds dat wordt beheerd door een internationale organisatie. De kostendeclaratie omvatte vergoedingen voor technisch adviseurs. In het contract voor deze diensten was vastgelegd dat het adviesbureau de per dag gewerkte uren, op basis van een maand met dertig werkdagen, zou omrekenen naar maandelijkse werktijd. In plaats daarvan ging het bedrijf bij de berekening uit van een maand met 21 werkdagen, waardoor de in rekening gebrachte vergoedingen hoger uitvielen. Daarnaast werden reistijd en overuren in rekening gebracht, wat in strijd was met de bepalingen van het contract. De niet-subsidiabele kosten resulteerden in een foutenpercentage van 25 % van de totale getoetste kosten. |
De Commissie zal de nodige acties ondernemen om de kosten die niet-subsidiabel worden geacht, terug te vorderen. |
(1) Deze fouten zijn goed voor meer dan de helft van het geschatte totale foutenpercentage.
(2) Dit betekent dat de helft van alle fouten met een impact van ten minste 20 % werd aangetroffen bij verrichtingen die minder dan 4,8 miljoen euro waard waren, en de overige bij verrichtingen die meer dan dit bedrag waard waren.
(3) In de hoofdtekst worden in tekstvak 5 nog twee voorbeelden van fouten weergegeven.)
BIJLAGE 3
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR DE EUROPESE ONTWIKKELINGSFONDSEN
Jaar |
Aanbeveling van de Rekenkamer |
Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang |
Antwoord van de Commissie |
|||||
Volledig uitgevoerd |
In uitvoering |
Niet uitgevoerd |
Niet van toepassing |
Ontoereikend bewijs |
||||
In de meeste opzichten |
In enkele opzichten |
|||||||
2013 |
Aanbeveling 1: EuropeAid moet ervoor zorgen dat alle gesubdelegeerde ordonnateurs rente terugvorderen die is gegenereerd door voorfinancieringen van meer dan 750 000 euro per jaar (Jaarverslag 2013, paragraaf 51, aanbeveling 1). |
x |
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 2: EuropeAid moet tegen eind 2014 de ontwikkeling van het CRIS-systeem voltooien, zodat rente over voorfinancieringen van 250 000 tot 750 000 euro als financiële ontvangsten kan worden geboekt (Jaarverslag 2013, paragraaf 51, aanbeveling 2). |
x |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 3: EuropeAid moet de kwantificering van baten van uitgevoerde controles herzien (Jaarverslag 2013, paragraaf 51, aanbeveling 3). |
x |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 4: EuropeAid moet in het JAV verslag doen van de voortgang bij de uitvoering van het actieplan om gebreken in het controlesysteem aan te pakken (Jaarverslag 2013, paragraaf 51, aanbeveling 4). |
x |
|
|
|
|
|
|
|
Aanbeveling 5: EuropeAid moet in het JAV de reikwijdte van de RFP-studie en de geschatte onderste en bovenste foutengrens bekendmaken (Jaarverslag 2013, paragraaf 51, aanbeveling 5). |
x |
|
|
|
|
|
|