ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 434

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

57e jaargang
4 december 2014


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2014/C 434/01

Wisselkoersen van de euro

1

 

Rekenkamer

2014/C 434/02

Speciaal verslag nr. 17/2014 Kan het EU-initiatief voor kenniscentra een doeltreffende bijdrage leveren om de chemische, biologische, radiologische en nucleaire risico’s van buiten de EU te beperken?

2

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2014/C 434/03

Bijwerking van de lijst van de richtbedragen voor het overschrijden van de buitengrenzen bedoeld in artikel 5, lid 3, van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)

3

 

INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

 

Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

2014/C 434/04

Informatie van de EVA-staten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens het in punt 1 j van bijlage XV van de EER-Overeenkomst genoemde besluit (Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard) (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

5

2014/C 434/05

Staatssteun — Besluit om geen bezwaar te maken

7

 

V   Adviezen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

2014/C 434/06

Aankondiging van een algemeen vergelijkend onderzoek

8

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

 

Europese Commissie

2014/C 434/07

Bericht van inleiding van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China, die beperkt is tot één Chinese producent-exporteur, Hangzhou Bioking Biochemical Engineering Co. Ltd

9

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2014/C 434/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7403 — CSSC Investment/Wärtsilä Dutch Holding/Wärtsilä Switzerland) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

16

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/1


Wisselkoersen van de euro (1)

3 december 2014

(2014/C 434/01)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2331

JPY

Japanse yen

147,20

DKK

Deense kroon

7,4411

GBP

Pond sterling

0,78620

SEK

Zweedse kroon

9,2713

CHF

Zwitserse frank

1,2032

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,6560

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,623

HUF

Hongaarse forint

306,72

LTL

Litouwse litas

3,4528

PLN

Poolse zloty

4,1598

RON

Roemeense leu

4,4268

TRY

Turkse lira

2,7572

AUD

Australische dollar

1,4620

CAD

Canadese dollar

1,4034

HKD

Hongkongse dollar

9,5597

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,5884

SGD

Singaporese dollar

1,6149

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 373,85

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

13,7793

CNY

Chinese yuan renminbi

7,5752

HRK

Kroatische kuna

7,6755

IDR

Indonesische roepia

15 167,74

MYR

Maleisische ringgit

4,2505

PHP

Filipijnse peso

55,018

RUB

Russische roebel

65,3750

THB

Thaise baht

40,511

BRL

Braziliaanse real

3,1534

MXN

Mexicaanse peso

17,3620

INR

Indiase roepie

76,2179


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


Rekenkamer

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/2


Speciaal verslag nr. 17/2014 „Kan het EU-initiatief voor kenniscentra een doeltreffende bijdrage leveren om de chemische, biologische, radiologische en nucleaire risico’s van buiten de EU te beperken?”

(2014/C 434/02)

De Europese Rekenkamer deelt u mede dat Speciaal verslag nr. 17/2014 „Kan het EU-initiatief voor kenniscentra een doeltreffende bijdrage leveren om de chemische, biologische, radiologische en nucleaire risico’s van buiten de EU te beperken?” zojuist gepubliceerd is.

Het verslag kan worden ingezien op of gedownload van de website van de Europese Rekenkamer: http://eca.europa.eu

Het verslag is op aanvraag gratis in papieren vorm verkrijgbaar bij de Rekenkamer:

Europese Rekenkamer

Publicaties (PUB)

12, rue Alcide De Gasperi

1615 Luxemburg

LUXEMBURG

Tel. +352 4398-1

E-mail: eca-info@eca.europa.eu

of door het invullen van een elektronische bestelbon bij EU-Bookshop.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/3


Bijwerking van de lijst van de richtbedragen voor het overschrijden van de buitengrenzen bedoeld in artikel 5, lid 3, van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) (1)

(2014/C 434/03)

De publicatie van de richtbedragen voor het overschrijden van de buitengrenzen bedoeld in artikel 5, lid 3, van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) is gebaseerd op de informatie die door de lidstaten aan de Commissie wordt verstrekt overeenkomstig artikel 34 van de Schengengrenscode.

Naast de publicatie in het Publicatieblad wordt de lijst maandelijks bijgewerkt op de website van het directoraat-generaal Binnenlandse Zaken.

ESTLAND

Vervanging van de informatie die is gepubliceerd in PB C 57 van 28.2.2014

In de Estse wetgeving is bepaald dat een vreemdeling die zonder uitnodiging Estland binnenkomt, bij binnenkomst op het grondgebied op verzoek van een functionaris van de grenswacht het bewijs moet leveren over voldoende geldmiddelen te beschikken om te voorzien in de kosten van zijn verblijf in en vertrek uit Estland. Onder voldoende geldmiddelen voor elke toegestane verblijfsdag wordt verstaan, 0,2 keer het minimummaandsalaris zoals dat is vastgesteld door de regering van de Republiek, namelijk 78 EUR.

Anders draagt degene die de vreemdeling uitnodigt, de kosten van het verblijf van de vreemdeling in en het vertrek van de vreemdeling uit Estland.

Lijst van eerdere publicaties

 

PB C 247 van 13.10.2006, blz. 19

 

PB C 153 van 6.7.2007, blz. 22

 

PB C 182 van 4.8.2007, blz. 18

 

PB C 57 van 1.3.2008, blz. 38

 

PB C 134 van 31.5.2008, blz. 19

 

PB C 37 van 14.2.2009, blz. 8

 

PB C 35 van 12.2.2010, blz. 7

 

PB C 304 van 10.11.2010, blz. 5

 

PB C 24 van 26.1.2011, blz. 6

 

PB C 157 van 27.5.2011, blz. 8

 

PB C 203 van 9.7.2011, blz. 16

 

PB C 11 van 13.1.2012, blz. 13

 

PB C 72 van 10.3.2012, blz. 44

 

PB C 199 van 7.7.2012, blz. 8

 

PB C 298 van 4.10.2012, blz. 3

 

PB C 56 van 26.2.2013, blz. 13

 

PB C 98 van 5.4.2013, blz. 3

 

PB C 269 van 18.9.2013, blz. 2

 

PB C 57 van 28.2.2014, blz. 1

 

PB C 152 van 20.5.2014, blz. 25

 

PB C 224 van 15.7.2014, blz. 31.


(1)  Zie de lijst van eerdere publicaties aan het einde van deze herziening.


INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/5


Informatie van de EVA-staten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens het in punt 1 j van bijlage XV van de EER-Overeenkomst genoemde besluit (Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard) (de algemene groepsvrijstellingsverordening)

(2014/C 434/04)

DEEL I

Referentie steunmaatregel

GBER 12/2014/R&D&I

EVA-staat

Noorwegen

Referentienummer EVA-staat

 

Regio

Naam van de regio('s)

Regionale-steungebied

Steunverlenende autoriteit

Naam

Fiskeri og havbruksnæringens forskningsfond „FHF” (Noors fonds voor onderzoek van visserijproducten)

Adres

Universitetsgaten 10

PO Box 6921

St.Olavs plass

N-0130 Oslo

NOORWEGEN

Webpagina

http://www.fhf.no/

Benaming van de steunmaatregel

„Prosjekt i bedrift” (Geïntegreerde industrieprojecten)

Nationale rechtsgrondslag (referentie desbetreffende nationale officiële publicatie)

Het FHF wordt gefinancierd door een belastingheffing op de uitvoer van vis als ingesteld bij de Noorse wet nr. 68 van 7 juli 2000 en verdere verordeningen op grond van de wet. De jaarlijkse middelen worden door het ministerie van Handel, Industrie en Visserij verleend. De laatste jaren (2010-2013) bedroegen de jaarlijkse inkomsten tussen de 167-185 miljoen NOK. De raad van bestuur van FHF heeft beslist een financieringsregeling te creëren voor O&O-steun waarbij de begunstigden ondernemingen zijn. Deze regeling is goedgekeurd door het ministerie van Handel, Industrie en Visserij.

Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel

http://www.fhf.no/ .../Industry Integrated Projects/

(De webpagina's van FHF worden momenteel geherstructureerd en het volledige adres is nog niet beschikbaar. Het zal tegen 1 oktober 2014 worden gepubliceerd)

Type maatregel

☒ Steunregeling

Geïntegreerde industrieprojecten is een nieuwe algemene regeling voor het verlenen van O&O&I-subsidies aan handelsondernemingen.

Duur

☒ Steunregeling

1 augustus 2014 tot en met 31 december 2018

Betrokken economische sector(en)

☒ Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking

De regeling behelst subsidies aan ondernemingen in alle economische sectoren die O&O&I die belangrijk zijn voor de visserijsector kunnen verrichten.

Soort begunstigde

☒ Kmo

 

☒ Grote ondernemingen

 

Begrotingsmiddelen

Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling

De jaarlijkse begroting zal lager liggen dan 50 miljoen NOK. De begroting voor de rest van 2014 zal ongeveer 10 miljoen NOK bedragen.

Steuninstrument

☒ Subsidie/Rentesubsidie

Geef aan in welke van deze brede categorieën het instrument het best zou passen wat betreft impact/functie:

☒ Subsidie De steunregeling voorziet in subsidies

☐ Lening

☐ Garantie

☐ Belastingvoordeel

☐ Risicofinanciering


DEEL II

Hoofddoelstelling — Algemene doelstellingen (lijst)

Doelstellingen

(lijst)

Maximale steunintensiteit

Kmo-verhogingen

Steun aan ondernemingen voor O&O&I die belangrijk zijn voor de visserijsector. De steunregeling zal ten uitvoer worden gelegd op grond van de artikelen 25, 26, 27 en 28 van de groepsvrijstellings-verordening

Verdere ontwikkeling van de visserijsector door middel van nieuwe kennis en technologie. Het doel is zowel de verhoging van de productiviteit als de bescherming van het milieu en mariene rijkdommen

100 %

35 %

Steun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie

(Art. 25-30)

Steun voor onderzoek- en ontwikkelings-projecten

(Art. 25)

☒ Fundamenteel onderzoek

(Art. 25, lid 2, onder a))

100 %

 

☒ Industrieel onderzoek

(Art. 25, lid 2, onder b))

50 %

30 %

☒ Experimentele ontwikkeling

(Artikel 25, lid 2, onder c))

25 %

35 %

☒ Haalbaarheidsstudies

(Artikel 25, lid 2, onder d))

50 %

20 %

☒ Investeringssteun voor onderzoekinfrastructuren

(art. 26)

50 %

 

☒ Steun voor innovatieclusters

(art. 27)

50 %

 

☒ Innovatiesteun voor kmo's

(art. 28)

50 %

 


4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/7


Staatssteun — Besluit om geen bezwaar te maken

(2014/C 434/05)

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA maakt geen bezwaar tegen de volgende steunmaatregel:

Datum waarop het besluit is genomen

:

10.9.2014

Nummer van de steunmaatregel

:

74316

Nummer van het besluit

:

322/14/COL

EVA-staat

:

Noorwegen

Benaming

:

Wijziging van de Noorse bijzondere belastingregeling voor de scheepvaart betreffende hoofdelijke aansprakelijkheid voor de verplichtingen van de werkgever

Rechtsgrondslag

:

Artikel 61, lid 3, onder c), van de EER-overeenkomst

Type steunmaatregel

:

Steunregeling

Doelstelling

:

Bevordering van de maritieme sector

Vorm van de steun

:

Belastingvrijstelling

Begrotingsmiddelen

:

Looptijd

:

Vanaf het inkomstenjaar 2014 tot de heraanmelding van de steunregeling

Economische sectoren

:

Zeevervoer

Naam en adres van de steunverlenende autoriteit

:

Ministerie van Financiën

P.O. Box 8008 Dep.

N-0030 Oslo

NOORWEGEN

De tekst van het besluit in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, kan worden geraadpleegd op de website van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA:

http://www.eftasurv.int/state-aid/state-aid-register/


V Adviezen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO)

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/8


Aankondiging van een algemeen vergelijkend onderzoek

(2014/C 434/06)

Het Europees Bureau voor personeelsselectie (EPSO) organiseert het volgende algemeen vergelijkend onderzoek:

EPSO/AST/134/14 — Assistenten (AST 3) voor het europees parlement

De aankondiging van het vergelijkend onderzoek wordt in 24 talen bekendgemaakt in Publicatieblad van de Europese Unie C 434 A van 4 december 2014.

Aanvullende informatie is beschikbaar op de website van EPSO: http://blogs.ec.europa.eu/eu-careers.info/


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

Europese Commissie

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/9


Bericht van inleiding van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China, die beperkt is tot één Chinese producent-exporteur, Hangzhou Bioking Biochemical Engineering Co. Ltd

(2014/C 434/07)

De Europese Commissie („de Commissie”) heeft een klacht ontvangen op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”), volgens welke de invoer met dumping van wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China en geproduceerd door Hangzhou Bioking Biochemical Engineering Co. Ltd („Hangzhou Bioking” of „de betrokken producent-exporteur”) leidt of bijdraagt tot aanmerkelijke schade voor de bedrijfstak van de Unie.

1.   Klacht

De klacht werd op 21 oktober 2014 ingediend door Distillerie Bonollo S.r.l., Caviro Distillerie S.r.l, Industria Chimica Valenzana S.p.a. en Distilleries Mazzari S.p.a. („de klagers”), die meer dan 25 % van de totale productie van wijnsteenzuur in de Unie voor hun rekening nemen.

2.   Onderzocht product

Het onderzochte product is wijnsteenzuur met uitzondering van D-(-)-wijnsteenzuur met een negatieve optische rotatie van ten minste 12,0 graden, gemeten in een wateroplossing volgens de in de Europese Farmacopee beschreven methode („het onderzochte product”).

3.   Bewering dat er sprake is van dumping

Bij het product dat met dumping zou worden ingevoerd, gaat het om het onderzochte product van oorsprong uit de Volksrepubliek China („het betrokken land”) en geproduceerd door Hangzhou Bioking, momenteel ingedeeld onder GN-code ex 2918 12 00. De GN-code wordt slechts ter informatie vermeld.

De klagers hebben de normale waarde voor de invoer uit de Volksrepubliek China overeenkomstig artikel 2, lid 7, van de basisverordening vastgesteld op basis van de prijs in een derde land met een markteconomie, namelijk Argentinië. De bewering dat het betrokken product met dumping wordt ingevoerd, is gebaseerd op een vergelijking van de aldus vastgestelde normale waarde met de prijs bij uitvoer (af fabriek) van het onderzochte product wanneer het naar de Unie wordt uitgevoerd. De aldus vastgestelde dumpingmarge is aanzienlijk.

4.   Bewering dat er sprake is van schade en oorzakelijk verband

De klagers hebben bewijsmateriaal verstrekt waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product uit het betrokken land en geproduceerd door de betrokken producent-exporteur zowel absoluut als qua marktaandeel is gestegen.

De klagers hebben voorlopig bewijsmateriaal verstrekt waaruit blijkt dat de hoeveelheden waarin en de prijzen waartegen het onderzochte product wordt ingevoerd onder meer een ongunstige invloed hebben gehad op het verkoopvolume en het marktaandeel van de bedrijfstak van de Unie, waardoor de algemene prestaties en de financiële situatie van de bedrijfstak van de Unie aanzienlijk zijn verslechterd.

5.   Procedure

Daar de Commissie na kennisgeving aan de lidstaten heeft vastgesteld dat de klacht is ingediend door of namens de bedrijfstak van de Unie en dat er voldoende bewijsmateriaal is om een procedure in te leiden, opent zij hierbij een onderzoek op grond van artikel 5 van de basisverordening.

Bij het onderzoek zal worden vastgesteld of het onderzochte product van oorsprong uit het betrokken land en geproduceerd door de betrokken producent-exporteur met dumping wordt ingevoerd en of de invoer met dumping heeft geleid of bijgedragen tot schade voor de bedrijfstak van de Unie. Als de conclusies bevestigend zijn, zal in het onderzoek worden nagegaan of het niet tegen het belang van de Unie is maatregelen in te stellen.

5.1.    Procedure voor het vaststellen van dumping

De betrokken producent-exporteur (2) wordt verzocht aan het onderzoek van de Commissie deel te nemen.

5.1.1.   Onderzoek van de betrokken producent-exporteur

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek met betrekking tot producenten-exporteurs nodig acht, zal de Commissie de betrokken producent-exporteur en de autoriteiten van de Volksrepubliek China een vragenlijst toezenden.

5.1.1.1.   Selectie van een derde land met een markteconomie

De normale waarde van de invoer uit de Volksrepubliek China zal, met inachtneming van punt 5.1.1.2, overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder a), van de basisverordening worden vastgesteld op basis van de prijs of de berekende waarde in een derde land met een markteconomie. De Commissie zal daartoe een geschikt derde land met een markteconomie selecteren. De voorlopige keuze van de Commissie is gevallen op Argentinië, aangezien dat land in eerdere onderzoeken met betrekking tot hetzelfde product en land is gekozen. Belanghebbenden wordt verzocht hun opmerkingen over de geschiktheid van deze keuze uiterlijk tien dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie in te dienen. Volgens de informatie waarover de Commissie beschikt, zijn andere leveranciers van de Unie uit landen met een markteconomie onder andere in Australië, Brazilië en Chili gevestigd. Om uiteindelijk het derde land met een markteconomie te selecteren, zal de Commissie onderzoeken of het onderzochte product wordt geproduceerd en verkocht in die derde landen met een markteconomie waarvoor aanwijzingen bestaan dat het onderzochte product er wordt geproduceerd.

5.1.1.2.   Behandeling van de betrokken producent-exporteur in het betrokken land zonder markteconomie

Overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening kan de betrokken producent-exporteur, indien hij van mening is dat hij het onderzochte product onder marktvoorwaarden vervaardigt en verkoopt, een naar behoren onderbouwd verzoek om behandeling als marktgerichte onderneming indienen („BMO-aanvraag”). Een BMO wordt toegekend als uit de beoordeling van de BMO-aanvraag blijkt dat aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening (3) is voldaan. Overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening wordt de dumpingmarge van de betrokken producent-exporteur, indien aan hem een BMO wordt toegekend, voor zover mogelijk en onverminderd het gebruik van beschikbare gegevens uit hoofde van artikel 18 van de basisverordening, berekend op basis van zijn eigen normale waarde en uitvoerprijzen.

De Commissie zal de betrokken producent-exporteur en de autoriteiten van de Volksrepubliek China een BMO-aanvraagformulier toezenden. Als de betrokken producent-exporteur besluit een BMO aan te vragen, moet hij het ingevulde BMO-aanvraagformulier, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie indienen.

5.1.2.   Onderzoek van niet-verbonden importeurs  (4)  (5)

Niet-verbonden importeurs die het onderzochte product van de betrokken producent-exporteur uit de Volksrepubliek China naar de Unie importeren, worden uitgenodigd om aan het onderzoek mee te werken.

Gezien het mogelijk grote aantal bij deze procedure betrokken niet-verbonden importeurs kan de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, haar onderzoek tot een redelijk aantal niet-verbonden importeurs beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef zal overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening worden uitgevoerd.

Om de Commissie in staat te stellen te beslissen of een steekproef noodzakelijk is en, zo ja, deze samen te stellen, wordt alle niet-verbonden importeurs, of hun vertegenwoordigers, verzocht contact met de Commissie op te nemen. Zij moeten dat, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen en de Commissie de in bijlage I bij dit bericht verlangde informatie over hun onderneming of ondernemingen verstrekken.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van niet-verbonden importeurs nodig acht, kan de Commissie ook contact opnemen met haar bekende verenigingen van importeurs.

Belanghebbenden die behalve de hierboven vermelde informatie nog andere informatie willen verstrekken die voor de samenstelling van de steekproef van nut kan zijn, moeten dit, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen.

Indien een steekproef noodzakelijk is, kunnen de importeurs worden geselecteerd op basis van het grootste representatieve volume van hun verkoop van het onderzochte product in de Unie dat binnen de beschikbare tijd redelijkerwijs kan worden onderzocht. De Commissie zal alle haar bekende niet-verbonden importeurs en verenigingen van importeurs mededelen welke ondernemingen voor de steekproef zijn geselecteerd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de in de steekproef opgenomen niet-verbonden importeurs en aan alle haar bekende verenigingen van importeurs. Deze partijen moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

5.2.    Procedure voor het vaststellen van schade en onderzoek van producenten in de Unie

De vaststelling van de schade is gebaseerd op positief bewijsmateriaal en houdt een objectief onderzoek in van de omvang van de invoer met dumping, de gevolgen daarvan voor de prijzen in de Unie en de gevolgen van deze invoer voor de bedrijfstak van de Unie. Teneinde de situatie van de bedrijfstak van de Unie vast te stellen, worden de producenten van het onderzochte product in de Unie uitgenodigd aan het onderzoek van de Commissie mee te werken.

Gezien het grote aantal bij deze procedure betrokken producenten in de Unie heeft de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, besloten haar onderzoek tot een redelijk aantal producenten in de Unie te beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef wordt overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening uitgevoerd.

De Commissie heeft een voorlopige steekproef van producenten in de Unie samengesteld. Belanghebbenden vinden nadere details in het dossier. Belanghebbenden wordt verzocht het dossier te raadplegen (de contactgegevens van de Commissie zijn opgenomen in punt 5.6). Andere producenten in de Unie, of hun vertegenwoordigers, die vinden dat er redenen zijn waarom zij in de steekproef zouden moeten worden opgenomen, moeten uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen.

Belanghebbenden die nog andere informatie willen verstrekken die voor de samenstelling van de steekproef van nut kan zijn, moeten dit, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie doen.

De Commissie zal alle haar bekende producenten in de Unie en/of verenigingen van producenten in de Unie mededelen welke ondernemingen uiteindelijk voor de steekproef zijn geselecteerd.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de in de steekproef opgenomen producenten in de Unie en aan alle haar bekende verenigingen van producenten in de Unie. Deze partijen moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

5.3.    Procedure voor het beoordelen van het belang van de Unie

Indien wordt vastgesteld dat er inderdaad invoer met dumping plaatsvindt en dat daardoor schade wordt veroorzaakt, zal uit hoofde van artikel 21 van de basisverordening een beslissing worden genomen over de vraag of de instelling van antidumpingmaatregelen niet in strijd zou zijn met het belang van de Unie. Producenten in de Unie, importeurs en hun representatieve verenigingen, gebruikers en hun representatieve verenigingen, en representatieve consumentenorganisaties worden uitgenodigd om, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact op te nemen. Om aan het onderzoek deel te nemen, moeten de representatieve consumentenorganisaties binnen dezelfde termijn aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product.

Partijen die binnen de genoemde termijn contact opnemen, kunnen de Commissie, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie informatie verstrekken over het belang van de Unie. Zij kunnen deze informatie vormvrij opstellen of een vragenlijst van de Commissie invullen. Met informatie die op grond van artikel 21 wordt verstrekt, wordt alleen rekening gehouden indien daarbij tegelijkertijd het nodige bewijsmateriaal is gevoegd.

5.4.    Andere schriftelijke opmerkingen

Alle belanghebbenden worden hierbij uitgenodigd om onder de voorwaarden van dit bericht hun standpunt kenbaar te maken en informatie en bewijsmateriaal in te dienen. Tenzij anders aangegeven, moeten deze informatie en het bewijsmateriaal uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie in het bezit van de Commissie zijn.

5.5.    Mogelijkheid om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord

Alle belanghebbenden kunnen een verzoek indienen om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord. Dit verzoek moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen heeft vastgesteld.

5.6.    Instructies voor schriftelijke opmerkingen en de verzending van ingevulde vragenlijsten en correspondentie

Informatie die aan de Commissie wordt verstrekt in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken is vrij van auteursrechten. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek, in een vorm die hun de mogelijkheid biedt hun recht van verweer uit te oefenen.

Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding „Limited” (6).

Belanghebbenden die informatie met de vermelding „Limited” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding „For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de wezenlijke inhoud van de als vertrouwelijk verstrekte inlichtingen. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan deze informatie buiten beschouwing worden gelaten.

Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken met inbegrip van gescande volmachten en certificaten per e-mail in te dienen, met uitzondering van uitgebreide antwoorden, die persoonlijk of per aangetekend schrijven worden ingediend op een cd-rom of dvd. Door e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, zoals bepaald in het document „CORRESPONDENCE WITH THE EUROPEAN COMMISSION IN TRADE DEFENCE CASES” (Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken) op de website van het Directoraat-Generaal Handel: http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2011/june/tradoc_148003.pdf Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoon en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat iedere dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend per e-mail, behalve indien zij er uitdrukkelijk om verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen, of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden. Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de genoemde instructies over communicatie met belanghebbenden raadplegen.

Correspondentieadres van de Commissie:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat H

Kamer CHAR 04/039

1040 Brussel

BELGIË

E-mail

:

TRADE-AD614-TARTARIC-DUMPING@ec.europa.eu

TRADE-AD614-TARTARIC-INJURY@ec.europa.eu

6.   Niet-medewerking

Wanneer belanghebbenden geen toegang tot de nodige gegevens verlenen, deze niet binnen de gestelde termijn verstrekken of het onderzoek aanmerkelijk belemmeren, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening conclusies worden getrokken aan de hand van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin.

Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt.

Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de bevindingen daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kan het resultaat voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan indien hij wel medewerking had verleend.

Indien de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten zou meebrengen. De belanghebbende moet onmiddellijk contact opnemen met de Commissie.

7.   Raadadviseur-auditeur

Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. De raadadviseur-auditeur fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de onderzoeksdiensten van de Commissie. Hij behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en verzoeken van derden om te worden gehoord. De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting met een individuele belanghebbende beleggen en als bemiddelaar optreden om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen.

Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over zaken die betrekking hebben op het beginstadium van het onderzoek, moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Voor een verzoek betreffende de latere stadia van het onderzoek gelden de termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt.

De raadadviseur-auditeur kan ook een hoorzitting voor belanghebbenden beleggen waar uiteenlopende standpunten en tegenargumenten naar voren kunnen worden gebracht met betrekking tot kwesties in verband met onder andere dumping, schade, oorzakelijk verband en belang van de Unie. Een dergelijke hoorzitting vindt normaliter uiterlijk aan het einde van de vierde week na de mededeling van de bevindingen plaats.

Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina’s van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel:

http://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/#_hearing-officer

8.   Tijdschema voor het onderzoek

Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 6, lid 9, van de basisverordening uiterlijk 15 maanden na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie afgesloten. Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van de basisverordening kunnen tot uiterlijk negen maanden na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie voorlopige maatregelen worden ingesteld.

9.   Verwerking van persoonsgegevens

Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (7).


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  Onder producent-exporteur wordt verstaan: een onderneming uit het betrokken land die het onderzochte product produceert en naar de markt van de Unie uitvoert, hetzij rechtstreeks of via derden, met inbegrip van verbonden ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, binnenlandse verkoop of uitvoer van het onderzochte product.

(3)  De producent-exporteur moet met name aantonen dat: i) besluiten van het bedrijf/de bedrijven en de door hem gemaakte kosten een reactie zijn op marktsignalen, zonder staatsinmenging van betekenis; ii) het bedrijf beschikt/de bedrijven beschikken over een duidelijke basisboekhouding die onder controle staat van een onafhankelijke instantie in overeenstemming met de internationale standaarden voor jaarrekeningen en die alle terreinen bestrijkt; iii) er geen verstoringen van betekenis zijn die nog voortvloeien uit het vroegere systeem zonder markteconomie; iv) de faillissements- en eigendomswetten rechtszekerheid en stabiliteit bieden; v) omrekening van munteenheden tegen de marktkoers geschiedt.

(4)  Uitsluitend importeurs die niet verbonden zijn met de producent-exporteur mogen in de steekproef worden opgenomen. Importeurs die met de producent-exporteur verbonden zijn, moeten de vragenlijst in de bijlage voor deze producent-exporteur invullen. Overeenkomstig artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie houdende bepalingen ter uitvoering van het communautaire douanewetboek worden personen slechts geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn van elkaars zaken; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) enig persoon, hetzij rechtstreeks of zijdelings, 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of aandelen van beiden bezit, controleert of houdt; e) één van hen de ander, rechtstreeks of zijdelings, controleert; f) beiden, rechtstreeks of zijdelings, worden gecontroleerd door een derde persoon; g) zij samen, rechtstreeks of zijdelings, een derde persoon controleren, of h) zij behoren tot dezelfde familie. Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broers en zusters (of halfbroers en halfzusters), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwagers en schoonzusters (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1). In deze context worden onder persoon zowel natuurlijke als rechtspersonen verstaan.

(5)  Gegevens die door niet-verbonden importeurs zijn verstrekt, mogen ook worden gebruikt voor andere aspecten van dit onderzoek dan het vaststellen van dumping.

(6)  Een „Limited”-document wordt als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51) en artikel 6 van de WTO-overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst) beschouwd. Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

(7)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.


BIJLAGE

Image

Image


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

4.12.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 434/16


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7403 — CSSC Investment/Wärtsilä Dutch Holding/Wärtsilä Switzerland)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2014/C 434/08)

1.

Op 26 november 2014 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat China State Shipbuilding Corporation („CSSC”, Volksrepubliek China), dat onder de uiteindelijke zeggenschap staat van de Chinese Staat, en Wärtsilä Corporation („Wärtsilä”, Finland) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Wärtsilä Switzerland Ltd („WCH”, Zwitserland) door de verwerving van aandelen. Momenteel staat WCH onder de uitsluitende zeggenschap van Wärtsilä.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   CSSC: moedermaatschappij van een van de grootste scheepsbouwsconglomeraten in China (CSSC Group), die verschillende scheepswerven, fabrieken van maritieme apparatuur, onderzoeksinstituten en scheepsbouwgerelateerde ondernemingen exploiteert alsook activiteiten op het gebied van lucht- en ruimtevaart, bouw, elektriciteitsproductie, petrochemicaliën, waterbouw, milieubescherming, metaalnijverheid, spoorweg- en lichte industrie verricht;

—   Wärtsilä: moedermaatschappij van Wärtsilä Group die zich bezighoudt met aandrijvingssystemen (volledige levenscyclus) voor de scheepvaart en de energiemarkt. Wärtsilä Group levert scheepsaandrijving voor constructeurs, eigenaars en exploitanten van schepen en offshore-installaties. De onderneming heeft een wereldwijd dienstennetwerk voor de scheepsmachines van haar klanten in elke fase van de levenscyclus en biedt elektriciteitscentrales, exploitatie- en levenslange onderhoudsdiensten aan voor gedecentraliseerde elektriciteitsproductie;

—   WCH: ontwikkeling en licentiëring van technologie voor tweetaktmotoren voor lage snelheid voor de scheepvaart.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de Mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7403 — CSSC Investment/Wärtsilä Dutch Holding/Wärtsilä Switzerland, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.