ISSN 1725-2474 doi:10.3000/17252474.C_2011.289.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
54e jaargang |
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
II Mededelingen |
|
|
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 289/01 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU — Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt ( 1 ) |
|
2011/C 289/02 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.6347 — DOW/UBE/JV) ( 2 ) |
|
2011/C 289/03 |
||
|
IV Informatie |
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Raad |
|
2011/C 289/04 |
||
|
Europese Commissie |
|
2011/C 289/05 |
||
|
Hof van Justitie van de Europese Unie |
|
2011/C 289/06 |
||
2011/C 289/07 |
||
2011/C 289/08 |
||
|
V Adviezen |
|
|
BESTUURLIJKE PROCEDURES |
|
|
Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop) |
|
2011/C 289/09 |
||
|
ANDERE HANDELINGEN |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 289/10 |
||
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst, behalve voor de producten die onder bijlage I van het Verdrag vallen |
|
(2) Voor de EER relevante tekst |
NL |
|
II Mededelingen
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Europese Commissie
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/1 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten krachtens de artikelen 107 en 108 VWEU
Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt
(Voor de EER relevante tekst, behalve voor de producten die onder bijlage I van het Verdrag vallen)
2011/C 289/01
Datum waarop het besluit is genomen |
2.9.2011 |
|||||
Referentienummer staatssteun |
SA.33142 (11/N) |
|||||
Lidstaat |
Italië |
|||||
Regio |
Calabria |
— |
||||
Benaming van de steunregeling en/of naam van de begunstigde |
Non aiuto misura 226 (Enti Pubblici) |
|||||
Rechtsgrondslag |
PSR Calabria 2007-2013, allegato X — Scheda di misura 226 [articolo 36, b), vi); articolo 48, regolamento (CE) n. 1698/2005] Decisione della Commissione C(2010) 1164 del 26 febbraio 2010 di approvazione del PSR Calabria 2007-2013 |
|||||
Type maatregel |
Regeling |
— |
||||
Doelstelling |
Bosbouw, Milieubescherming |
|||||
Vorm van de steun |
Rechtstreekse subsidie |
|||||
Begrotingsmiddelen |
|
|||||
Maximale steunintensiteit |
100 % |
|||||
Looptijd (periode) |
tot 31.12.2013 |
|||||
Economische sectoren |
Bosbouw en de exploitatie van bossen |
|||||
Naam en adres van de steunverlenende autoriteit |
Regione Calabria Dipartimento Agricoltura, Foreste e Forestazione |
|||||
Andere informatie |
— |
De tekst van de beschikking in de authentieke ta(a)l(en), waaruit de vertrouwelijke gegevens zijn geschrapt, is beschikbaar op site:
http://ec.europa.eu/community_law/state_aids/state_aids_texts_nl.htm
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/2 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak COMP/M.6347 — DOW/UBE/JV)
(Voor de EER relevante tekst)
2011/C 289/02
Op 21 september 2011 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
— |
op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector, |
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32011M6347. EUR-Lex biedt online-toegang tot de communautaire wetgeving. |
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/3 |
Mededeling van de Commissie over de totale toewijzing van bepaalde door de Europese Unie geopende contingenten voor producten in de sector rijst in 2011
2011/C 289/03
Bij Verordening (EU) nr. 1274/2009 van de Commissie (1) zijn tariefcontingenten geopend voor de invoer van rijst van oorsprong uit de landen en gebieden overzee (LGO).
De totale toewijzing voor 2011 van elk bij die verordening geopend contingent wordt in de bijlage bij deze mededeling vastgesteld.
(1) PB L 344 van 23.12.2009, blz. 3.
BIJLAGE
Totale toewijzing voor 2011 van de contingenten op grond van Verordening (EU) nr. 1274/2009
Oorsprong |
Volgnummer |
Voor de deelperiode september 2011 ingediende invoercertificaataanvragen |
Totale toewijzing van de contingenten voor 2011 |
Nederlandse Antillen en Aruba |
09.4189 |
0 % |
|
Minst ontwikkelde LGO |
09.4190 |
0 % |
(1) Geen toepassing van een toewijzingscoëfficiënt voor deze deelperiode: de Commissie heeft geen enkele certificaataanvraag ontvangen.
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Raad
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/4 |
Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2011/639/GBVB van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 968/2011 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan van toepassing zijn
2011/C 289/04
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in de bijlage bij Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit 2011/639/GBVB van de Raad (1), en in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 968/2011 van de Raad (2), betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan.
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft Resolutie 1988 (2011) aangenomen, waarbij beperkende maatregelen worden opgelegd aan de vóór de datum van aanneming van deze resolutie aangewezen personen en entiteiten, zoals de Taliban, en andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban, zoals nader bepaald in rubriek A („Individuals associated with the Taliban”) en rubriek B („Entities and other groups and undertaking associated with the Taliban”) van de geconsolideerde lijst van het comité ingesteld krachtens Resolutie 1267 (1999) en Resolutie 1333 (2000), alsook aan andere individuen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban.
De betrokken personen kunnen te allen tijde, onder overlegging van bewijsstukken, het VN-Comité dat bij punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de VN-Veiligheidsraad is ingesteld, verzoeken het besluit om hen op de VN-lijst te plaatsen, te heroverwegen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:
United Nations — Focal point for delisting |
Security Council Subsidiary Organs Branch |
Room S-3055 E |
New York, NY 10017 |
UNITED STATES OF AMERICA |
Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/751/comguide.shtml
Naar aanleiding van het besluit van de VN heeft de Raad van de Europese Unie bepaald dat de personen die in bovengenoemde Resolutie worden vermeld, moeten worden opgenomen op de lijsten van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen in Besluit 2011/486/GBVB en Verordening (EU) nr. 753/2011 gelden. De redenen voor de opneming op de lijst van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in de bijlage bij het besluit van de Raad en in bijlage I bij de Verordening van de Raad.
De betrokken personen worden erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), als vermeld op de websites in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 753/2011, om toestemming te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5 van de verordening).
De betrokken personen kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot heroverweging van het besluit om hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, bij de Raad indienen:
Raad van de Europese Unie |
Secretariaat-generaal |
DG K Coördinatie |
Wetstraat 175 |
1048 Brussel |
BELGIË |
Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
(1) PB L 257 van 1.10.2011, blz. 24.
(2) PB L 257 van 1.10.2011, blz. 1.
Europese Commissie
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/6 |
Wisselkoersen van de euro (1)
30 september 2011
2011/C 289/05
1 euro =
|
Munteenheid |
Koers |
USD |
US-dollar |
1,3503 |
JPY |
Japanse yen |
103,79 |
DKK |
Deense kroon |
7,4417 |
GBP |
Pond sterling |
0,86665 |
SEK |
Zweedse kroon |
9,2580 |
CHF |
Zwitserse frank |
1,2170 |
ISK |
IJslandse kroon |
|
NOK |
Noorse kroon |
7,8880 |
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
CZK |
Tsjechische koruna |
24,754 |
HUF |
Hongaarse forint |
292,55 |
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
LVL |
Letlandse lat |
0,7093 |
PLN |
Poolse zloty |
4,4050 |
RON |
Roemeense leu |
4,3575 |
TRY |
Turkse lira |
2,5100 |
AUD |
Australische dollar |
1,3874 |
CAD |
Canadese dollar |
1,4105 |
HKD |
Hongkongse dollar |
10,5213 |
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,7660 |
SGD |
Singaporese dollar |
1,7589 |
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 594,92 |
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
10,9085 |
CNY |
Chinese yuan renminbi |
8,6207 |
HRK |
Kroatische kuna |
7,4995 |
IDR |
Indonesische roepia |
12 253,97 |
MYR |
Maleisische ringgit |
4,3112 |
PHP |
Filipijnse peso |
59,039 |
RUB |
Russische roebel |
43,3500 |
THB |
Thaise baht |
42,048 |
BRL |
Braziliaanse real |
2,5067 |
MXN |
Mexicaanse peso |
18,5936 |
INR |
Indiase roepie |
66,1190 |
(1) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
Hof van Justitie van de Europese Unie
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/7 |
BESLUIT VAN HET HOF VAN JUSTITIE
van 13 september 2011
betreffende de neerlegging en de betekening van processtukken met behulp van de applicatie e-Curia
(000/2011/)
HET HOF VAN JUSTITIE,
Gezien het Reglement voor de procesvoering en met name de artikel 37, lid 7, en artikel 79, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Teneinde rekening te houden met de ontwikkeling van de communicatietechnologieën, is een computerapplicatie ontwikkeld die de neerlegging en de betekening van processtukken langs elektronische weg mogelijk maakt. |
(2) |
Deze applicatie, die berust op een elektronische authentisatie met een gebruikersnaam en een wachtwoord, voldoet aan de eisen van echtheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de uitgewisselde documenten, |
BESLUIT:
Artikel 1
Een computerapplicatie, „e-Curia” genaamd, die de drie rechterlijke instanties waaruit het Hof van Justitie van de Europese Unie bestaat gemeen hebben, maakt het mogelijk om processtukken langs elektronische weg neer te leggen en te betekenen, onder de voorwaarden die in het onderhavige besluit zijn genoemd.
Artikel 2
Voor het gebruik van deze applicatie is een persoonlijke gebruikersnaam en een persoonlijk wachtwoord vereist.
Artikel 3
Een processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd, wordt geacht het origineel van dat stuk in de zin van artikel 37, lid 1, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering te zijn, wanneer de gebruikersnaam en het wachtwoord van de vertegenwoordiger zijn gebruikt om deze neerlegging te verrichten. Deze identificatie geldt als ondertekening van het betrokken processtuk.
Artikel 4
Bij het met behulp van e-Curia neergelegd processtuk moeten de bijlagen worden gevoegd die daarin zijn vermeld, evenals de staat van die bijlagen.
Het is niet noodzakelijk om voor eensluidend gewaarmerkte afschriften van het processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd en de eventuele bijlagen daarbij, neer te leggen.
Artikel 5
Het tijdstip waarop een processtuk wordt geacht in de zin van artikel 37, lid 3, van het Reglement voor de procesvoering te zijn neergelegd, is dat van de validatie van de neerlegging van dat stuk door de vertegenwoordiger.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 6
De processtukken, de arresten en de beschikkingen daaronder begrepen, worden met behulp van e-Curia aan de vertegenwoordigers van partijen betekend, wanneer zij deze vorm van betekening uitdrukkelijk hebben aanvaard of wanneer zij in het kader van een zaak met deze vorm van betekening hebben ingestemd door de neerlegging van een processtuk met behulp van e-Curia.
De processtukken worden tevens met behulp van e-Curia betekend aan de lidstaten, de overige staten die partij zijn bij het Verdrag betreffende de Europese Economische Ruimte en aan de instellingen, organen of instanties van de Unie die deze vorm van betekening hebben aanvaard.
Artikel 7
De in het vorige artikel bedoelde geadresseerden van de betekeningen worden van elke betekening die hen met behulp van e-Curia wordt toegezonden, per e-mail op de hoogte gesteld.
Het processtuk wordt betekend op het tijdstip waarop de geadresseerde (vertegenwoordiger of assistent van deze laatste) verzoekt om toegang tot dit stuk. Bij gebreke van een verzoek om toegang wordt het stuk geacht te zijn betekend na de zevende dag volgende op die waarop de e-mail waarbij betrokkene op de hoogte is gesteld, is toegezonden.
Wanneer een partij door meerdere gemachtigden of advocaten wordt vertegenwoordigd, is het tijdstip dat voor de berekening van de termijnen in aanmerking wordt genomen, dat waarop voor het eerst om toegang wordt verzocht.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 8
De griffier stelt de gebruiksvoorwaarden voor e-Curia vast en ziet toe op de naleving daarvan. Wanneer e-Curia niet overeenkomstig deze voorwaarden wordt gebruikt, kan dit ertoe leiden dat het betrokken toegangsaccount wordt gedeactiveerd.
Het Hof neemt de nodige maatregelen om e-Curia tegen misbruik of kwaadwillig gebruik te beschermen.
De gebruiker wordt per e-mail op de hoogte gesteld van enige maatregel die uit hoofde van het onderhavige artikel wordt genomen om hem het gebruik van zijn toegangsaccount te beletten.
Artikel 9
Het onderhavige besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 13 september 2011.
De griffier
A. CALOT ESCOBAR
De president
V. SKOURIS
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/9 |
BESLUIT VAN HET GERECHT
van 14 september 2011
betreffende de neerlegging en de betekening van processtukken met behulp van de applicatie e-Curia
2011/C 289/07
HET GERECHT,
Gezien het Reglement voor de procesvoering en met name de artikelen 43, lid 7, en 100, lid 3, ervan,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Teneinde rekening te houden met de ontwikkeling van de communicatietechnologieën, is een computerapplicatie ontwikkeld die de neerlegging en de betekening van processtukken langs elektronische weg mogelijk maakt. |
(2) |
Deze applicatie, die berust op een elektronische authentisatie met een gebruikersnaam en een wachtwoord, voldoet aan de eisen van echtheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de uitgewisselde documenten. |
BESLUIT:
Artikel 1
Een computerapplicatie, „e-Curia” genaamd, die de drie rechterlijke instanties waaruit het Hof van Justitie van de Europese Unie bestaat gemeen hebben, maakt het mogelijk om processtukken langs elektronische weg neer te leggen en te betekenen, onder de voorwaarden die in het onderhavige besluit zijn genoemd.
Artikel 2
Voor het gebruik van deze applicatie is een persoonlijke gebruikersnaam en een persoonlijk wachtwoord vereist.
Artikel 3
Een processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd, wordt geacht het origineel van dat stuk in de zin van artikel 43, lid 1, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering te zijn, wanneer de gebruikersnaam en het wachtwoord van de vertegenwoordiger zijn gebruikt om deze neerlegging te verrichten. Deze identificatie geldt als ondertekening van het betrokken processtuk.
Artikel 4
Bij het met behulp van e-Curia neergelegd processtuk moeten de bijlagen worden gevoegd die daarin zijn vermeld, evenals de staat van die bijlagen.
Het is niet noodzakelijk om voor eensluidend gewaarmerkte afschriften van het processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd en de eventuele bijlagen daarbij, neer te leggen.
Artikel 5
Het tijdstip waarop een processtuk wordt geacht in de zin van artikel 43, lid 3, van het Reglement voor de procesvoering te zijn neergelegd, is dat van de validatie van de neerlegging van dat stuk door de vertegenwoordiger.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 6
De processtukken, de arresten en de beschikkingen daaronder begrepen, worden met behulp van e-Curia aan de vertegenwoordigers van partijen betekend, wanneer zij deze vorm van betekening uitdrukkelijk hebben aanvaard of wanneer zij in het kader van een zaak met deze vorm van betekening hebben ingestemd door de neerlegging van een processtuk met behulp van e-Curia.
De processtukken worden tevens met behulp van e-Curia betekend aan de lidstaten, de overige staten die partij zijn bij het Verdrag betreffende de Europese Economische Ruimte en aan de instellingen, organen of instanties van de Unie die deze vorm van betekening hebben aanvaard.
Artikel 7
De in het vorige artikel bedoelde geadresseerden van de betekeningen worden van elke betekening die hen met behulp van e-Curia wordt toegezonden, per e-mail op de hoogte gesteld.
Het processtuk wordt betekend op het tijdstip waarop de geadresseerde (vertegenwoordiger of assistent van deze laatste) verzoekt om toegang tot dit stuk. Bij gebreke van een verzoek om toegang wordt het stuk geacht te zijn betekend na de zevende dag volgende op die waarop de e-mail waarbij betrokkene op de hoogte is gesteld, is toegezonden.
Wanneer een partij door meerdere gemachtigden of advocaten wordt vertegenwoordigd, is het tijdstip dat voor de berekening van de termijnen in aanmerking wordt genomen, dat waarop voor het eerst om toegang wordt verzocht.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 8
De griffier stelt de gebruiksvoorwaarden voor e-Curia vast en ziet toe op de naleving daarvan. Wanneer e-Curia niet overeenkomstig deze voorwaarden wordt gebruikt, kan dit ertoe leiden dat het betrokken toegangsaccount wordt gedeactiveerd.
Het Gerecht neemt de nodige maatregelen om e-Curia tegen misbruik of kwaadwillig gebruik te beschermen.
De gebruiker wordt per e-mail op de hoogte gesteld van enige maatregel die uit hoofde van het onderhavige artikel wordt genomen om hem het gebruik van zijn toegangsaccount te beletten.
Artikel 9
Het onderhavige besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 14 september 2011.
De griffier
E. COULON
De president
M. JAEGER
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/11 |
BESLUIT VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN
Nr. 3/2011
vastgesteld tijdens de plenaire zitting van 20 september 2011
betreffende de neerlegging en de betekening van processtukken met behulp van de applicatie e-Curia
2011/C 289/08
HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Reglement voor de procesvoering en met name de artikelen 34, lid 7, en 99, lid 3, ervan,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Teneinde rekening te houden met de ontwikkeling van de communicatietechnologieën, is een computerapplicatie ontwikkeld die de neerlegging en de betekening van processtukken langs elektronische weg mogelijk maakt. |
(2) |
Deze applicatie, die berust op een elektronische authentisatie met een gebruikersnaam en een wachtwoord, voldoet aan de eisen van echtheid, integriteit en vertrouwelijkheid van de uitgewisselde documenten. |
BESLUIT:
Artikel 1
Een computerapplicatie, „e-Curia” genaamd, die de drie rechterlijke instanties waaruit het Hof van Justitie van de Europese Unie bestaat gemeen hebben, maakt het mogelijk om processtukken langs elektronische weg neer te leggen en te betekenen, onder de voorwaarden die in het onderhavige besluit zijn genoemd.
Artikel 2
Voor het gebruik van deze applicatie is een persoonlijke gebruikersnaam en een persoonlijk wachtwoord vereist.
Artikel 3
Een processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd, wordt geacht het origineel van dat stuk in de zin van artikel 34, lid 1, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering te zijn, wanneer de gebruikersnaam en het wachtwoord van de vertegenwoordiger zijn gebruikt om deze neerlegging te verrichten. Deze identificatie geldt als ondertekening van het betrokken processtuk.
Artikel 4
Bij het met behulp van e-Curia neergelegd processtuk moeten de bijlagen worden gevoegd die daarin zijn vermeld, evenals de staat van die bijlagen.
Het is niet noodzakelijk om voor eensluidend gewaarmerkte afschriften van het processtuk dat met behulp van e-Curia is neergelegd en de eventuele bijlagen daarbij, neer te leggen.
Artikel 5
Het tijdstip waarop een processtuk wordt geacht in de zin van artikel 34, lid 3, van het Reglement voor de procesvoering te zijn neergelegd, is dat van de validatie van de neerlegging van dat stuk door de vertegenwoordiger.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 6
De processtukken, de arresten en de beschikkingen daaronder begrepen, worden met behulp van e-Curia aan de vertegenwoordigers van partijen betekend, wanneer zij deze vorm van betekening uitdrukkelijk hebben aanvaard of wanneer zij in het kader van een zaak met deze vorm van betekening hebben ingestemd door de neerlegging van een processtuk met behulp van e-Curia.
De processtukken worden tevens met behulp van e-Curia betekend aan de lidstaten, de overige staten die partij zijn bij het Verdrag betreffende de Europese Economische Ruimte en aan de instellingen, organen of instanties van de Unie die deze vorm van betekening hebben aanvaard.
Artikel 7
De in het vorige artikel bedoelde geadresseerden van de betekeningen worden van elke betekening die hen met behulp van e-Curia wordt toegezonden, per e-mail op de hoogte gesteld.
Het processtuk wordt betekend op het tijdstip waarop de geadresseerde (vertegenwoordiger of assistent van deze laatste) verzoekt om toegang tot dit stuk. Bij gebreke van een verzoek om toegang wordt het stuk geacht te zijn betekend na de zevende dag volgende op die waarop de e-mail waarbij betrokkene op de hoogte is gesteld, is toegezonden.
Wanneer een partij door meerdere gemachtigden of advocaten wordt vertegenwoordigd, is het tijdstip dat voor de berekening van de termijnen in aanmerking wordt genomen, dat waarop voor het eerst om toegang wordt verzocht.
De in aanmerking genomen tijdzone is die van het Groothertogdom Luxemburg.
Artikel 8
De griffier stelt de gebruiksvoorwaarden voor e-Curia vast en ziet toe op de naleving daarvan. Wanneer e-Curia niet overeenkomstig deze voorwaarden wordt gebruikt, kan dit ertoe leiden dat het betrokken toegangsaccount wordt gedeactiveerd.
Het Gerecht neemt de nodige maatregelen om e-Curia tegen misbruik of kwaadwillig gebruik te beschermen.
De gebruiker wordt per e-mail op de hoogte gesteld van enige maatregel die uit hoofde van het onderhavige artikel wordt genomen om hem het gebruik van zijn toegangsaccount te beletten.
Artikel 9
Het onderhavige besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 20 september 2011.
De griffier
W. HAKENBERG
De president
P. MAHONEY
V Adviezen
BESTUURLIJKE PROCEDURES
Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/13 |
Open uitnodiging tot het indienen van voorstellen — GP/RPA/ReferNet-FPA/002/11
ReferNet — Cedefops Europese netwerk voor beroepsonderwijs en -opleiding
2011/C 289/09
1. Aard en doel van de uitnodiging
Het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop) is een agentschap van de Europese Unie (EU) dat is opgericht in 1975 en sinds 1995 gevestigd is in Griekenland. Het centrum geniet erkenning als gezaghebbende informatiebron en als expertisecentrum inzake beroepsonderwijs en -opleiding, vaardigheden en competenties, en heeft als missie om ondersteuning te bieden aan de ontwikkeling van beleid voor Europees beroepsonderwijs en -opleiding en om een bijdrage te leveren aan de uitvoering van dat beleid.
ReferNet is het Europees netwerk voor beroepsonderwijs en -opleiding van Cedefop. ReferNet heeft als taak Cedefop te ondersteunen door rapporten uit te brengen over nationale systemen en beleidsontwikkelingen voor beroepsonderwijs en -opleiding en door de zichtbaarheid daarvan en van de producten van Cedefop te vergroten. Het netwerk omvat 29 leden — de nationale partners van ReferNet — die afkomstig zijn uit een EU-lidstaat, IJsland of Noorwegen. De nationale partners van ReferNet zijn belangrijke instellingen op het gebied van beroepsonderwijs en -opleiding in het land dat ze vertegenwoordigen.
Deze uitnodiging heeft als doel om ten behoeve van de totstandbrenging van een Europees netwerk voor beroepsonderwijs en -opleiding, ReferNet, één aanvrager in elk van de in aanmerking komende landen te selecteren waarmee Cedefop een kaderpartnerschapsovereenkomst met een looptijd van vier jaar wil afsluiten. Daarnaast wil Cedefop met elke succesvolle aanvrager een specifieke subsidieovereenkomst afsluiten voor een werkplan dat in 2012 moet worden uitgevoerd.
Kaderpartnerschapsovereenkomsten worden uitgevoerd door middel van specifieke subsidieovereenkomsten. Aanvragers moeten dan ook niet alleen een voorstel voor het vierjarige kaderpartnerschap indienen (dat, als het succesvol is, zal leiden tot de ondertekening van een kaderpartnerschapsovereenkomst voor de jaren 2012 t/m 2015), maar ook de subsidieaanvraag voor de werkzaamheden voor 2012 (dat kan leiden tot de ondertekening van een specifieke subsidieovereenkomst voor het jaar 2012). De aanvrager moet aantonen dat hij in staat is alle activiteiten uit te voeren die gepland zijn voor de periode van vier jaar en zorg dragen voor een adequate medefinanciering van de tenuitvoerlegging van het werkplan.
2. Projectduur en -begroting
Het beschikbare budget voor de looptijd van vier jaar van de kaderpartnerschapsovereenkomsten kan oplopen tot 4 000 000 EUR, afhankelijk van de jaarlijkse besluiten van de begrotingsautoriteit.
Het totale beschikbare budget voor het werkplan voor 2012 (projectduur: 12 maanden) is 955 000 EUR voor de 27 lidstaten, IJsland en Noorwegen.
De subsidie varieert al naar gelang de bevolkingsomvang van een land en wordt toegekend voor het uitvoeren van een jaarlijks werkplan. Het totale beschikbare budget voor het werkplan voor 2012 wordt naar rato van de bevolkingsomvang verdeeld op basis van een indeling in drie groepen:
— landengroep 1: Cyprus, Estland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Slovenië en IJsland. Maximumsubsidiebedrag: 23 615 EUR
— landengroep 2: België, Bulgarije, Denemarken, Finland, Griekenland, Hongarije, Ierland, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Roemenië, Slowakije, Tsjechië, Zweden en Noorwegen. Maximumsubsidiebedrag: 33 625 EUR
— landengroep 3: Duitsland, Frankrijk, Italië, Polen, Spanje, Verenigd Koninkrijk. Maximumsubsidiebedrag: 43 620 EUR
De subsidie van de Unie is een financiële bijdrage in de kosten van de begunstigde (en eventueel medebegunstigden) en dient aangevuld te worden met een eigen financiële bijdrage en/of bijdragen van gemeentelijke, regionale of nationale autoriteiten en van particulieren of bedrijven. De totale bijdrage van de Unie bedraagt ten hoogste 70 % van de voor steun in aanmerking komende kosten.
Cedefop behoudt zich het recht voor minder dan het totaal beschikbare budget toe te kennen.
3. Ontvankelijkheidscriteria
Om voor beoordeling in aanmerking te komen dienen aanvragers aan de volgende vereisten te voldoen:
a) |
een publieke of privaatrechtelijke organisatie zijn, met een eigen rechtsvorm en rechtspersoonlijkheid (natuurlijke personen, d.w.z. individuen, komen niet in aanmerking). |
b) |
gevestigd zijn in een van de volgende landen: België, Cyprus, Denemarken, Estland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Letland, Malta, Portugal, Slovenië, Spanje, Noorwegen. |
4. Indieningstermijn
Aanvragen voor de kaderpartnerschapsovereenkomst EN het werkplan voor 2012 dienen uiterlijk op 20 oktober 2011 te worden ingediend.
Het werkplan voor 2012 dat volgt op de toekenning van de specifieke subsidieovereenkomst 2012 gaat in januari 2012 van start en heeft een looptijd van 12 maanden.
5. Nadere informatie
De volledige tekst van de uitnodiging tot het indienen van voorstellen, het aanvraagformulier en de bijlagen daarbij zijn vanaf 30 september 2011 te vinden op de website van Cedefop onder het volgende adres:
http://www.cedefop.europa.eu/EN/working-with-us/public-procurements/calls-for-proposals.aspx
Aanvragen dienen te voldoen aan de voorwaarden zoals geformuleerd in de volledige tekst van de uitnodiging en voor de indiening ervan dienen de daarvoor ter beschikking gestelde officiële formulieren te worden gebruikt.
Bij de beoordeling van de voorstellen zal worden uitgegaan van de beginselen van transparantie en gelijke behandeling.
Alle ingediende aanvragen zullen door een commissie van deskundigen worden beoordeeld volgens de ontvankelijkheids-, uitsluitings-, selectie- en toekenningscriteria zoals vastgelegd in de volledige tekst van de uitnodiging.
ANDERE HANDELINGEN
Europese Commissie
1.10.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 289/15 |
Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
2011/C 289/10
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.
ENIG DOCUMENT
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„VADEHAVSSTUDE”
EG-nummer: DK-PGI-0005-0770-25.03.2009
BGA ( X ) BOB ( )
1. Naam:
„Vadehavsstude”
2. Lidstaat of derde land:
Denemarken
3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:
3.1. Productcategorie:
Categorie 1.1.: |
Vers vlees (en slachtafval) |
3.2. Beschrijving van het product waarop de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:
„Vadehavsstude” is vers vlees van jonge runderen die in het afgebakende geografische gebied zijn opgegroeid. De dieren behoren tot het Deense Zwartbonte ras, ook wel bekend als Deens Holstein, of zijn een kruising van Deens Holstein en Belgisch Blauw. „Vadehavsstude” wordt uitsluitend gemaakt van gecastreerde mannelijke dieren die geboren zijn in het gespecificeerde geografische gebied.
Vers vlees |
: |
Hele karkassen, halve karkassen, kwarten en deelstukken. |
Slachtgewicht |
: |
200-380 kg |
Leeftijd bij slacht |
: |
Minimaal 18 — minder dan 30 maanden |
Vorm |
: |
min 3,50 |
Kleur |
: |
3-4 |
Vetheid |
: |
3-4 |
De schaal voor kleur en vetheid stemt overeen met de schaal voor de minimumkwaliteit die de voedselproducent Danish Crown verplicht heeft gesteld voor rundvlees.
3.3. Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):
—
3.4. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):
Gedurende de winter moet minstens 50 % van het diervoeder in het afgebakende gebied worden geproduceerd.
In de wintermaanden bestaat het voeder uit ingekuild gras en ingekuilde maïs.
De dieren moeten gedurende ten minste 4½ maand per jaar grazen op de kwelders van het gespecificeerde geografische gebied.
3.5. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:
Alle dieren moeten opgroeien in het gespecificeerde geografische gebied en moeten in dat gebied geboren zijn.
3.6. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken, enz.:
—
3.7. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:
Alle geslachte dieren worden gemerkt met het logo van Vadehav Marsk og Mad. Het logo moet op de verpakking van het eindproduct worden aangebracht en gestempeld op het geslachte dier om de herkomst ervan te kunnen achterhalen.
|
|
4. Beknopte omschrijving van de afbakening van het geografische gebied:
Het geografische gebied is de Waddenzeeregio in het zuidwesten van Denemarken. De Waddenzeeregio omvat de drie eilanden Romø, Mandø en Fanø, evenals het vasteland, waar de Deense Waddenzeeregio in het zuiden wordt afgebakend door de Duitse grens. In het noorden is de grens gelijk aan de noordelijke grens van het Nationaal Park Waddenzee. In het oosten wordt het gebied afgebakend door de autosnelweg A11.
5. Verband met het geografische gebied:
5.1. Specificiteit van het geografische gebied:
Ribe is rond 710 gesticht als handelspost en bij archeologische opgravingen zijn voorwerpen gevonden die hier werden verkocht. Een van de vroegste producten die op de markt verschenen waren runderen. De runderen waren afkomstig uit de dorpen op de kwelders langs de Waddenzee, wat inhoudt dat de plaatselijke boeren al sinds de ijzertijd veeteelt hebben bedreven. De verkoop van runderen in Ribe ging door gedurende de middeleeuwen en de runderen uit de Waddenzeeregio vormden eeuwenlang het belangrijkste exportproduct van de handelspost van Ribe.
De productie van „Vadehavsstude” (rundvlees van de Waddenzee) bouwt voort op deze aloude traditie van rundveeteelt op de kwelders. De boeren in deze regio hadden vaak een zwaar leven. Ieder jaar werd het gebied getroffen door stormvloeden die de landbouwgrond overspoelden. De zee liet vruchtbaar slib achter, waardoor op de zilte gronden sappige weiden ontstonden waar de dieren in de zomer konden grazen en waar het wintervoeder kon worden geoogst.
In het artikel „Jordbundsundersøgelser i marsken” (Landbouwstudies in de Kwelders) in het tijdschrift „Tidsskrift for planteavl” (Tijdschrift van de Gewassenteelt) uit 1968, bestudeert Lorens Hansen grondmonsters die uitsluitend in de kwelders zijn genomen. Het artikel stelt dat de grond van de kwelders van nature zeer rijk is aan kalium, wat overeenkomt met het hoge kleigehalte en met de manier waarop de bodem is ontstaan. Van normaal bouwland wordt maar zelden het natriumgehalte vastgesteld omdat dit gehalte erg laag is en geen gevolgen heeft voor de bodemstructuur. Een zeer hoog natriumgehalte wordt vaak gevonden in de bodem van de kwelders, wat komt door het zeezout dat daar is afgezet toen de kwelders ontstonden.
De winterharde grassen die goed op de kwelders gedijen, zijn rijk aan voedingsstoffen en tegelijkertijd bestand tegen allerlei soorten weer. De ruwe, zilte invloed van de Waddenzee maakt grazen in dit gebied uniek. Wanneer het land overspoeld is met zeewater, worden zout en mineralen afgezet in de bodem. Op de uiterwaarden treft men in het bijzonder de volgende planten en grassen aan:
— |
Fijn gras, kleine, niet aangeplante witte klaver, gewone rolklaver, kleine ratelaar, boterbloemen en standkruid bloeien het dichtst bij de dijk. |
— |
Zeelavendel, schorrenzoutgras en enkele ruwe grassen groeien in het lager gelegen gebied. |
— |
Gewoon kweldergras en zeekraal groeien in het verste/laagste deel van de uiterwaard. |
5.2. Specificiteit van het product:
Uit een blinde smaaktekst met vlees van runderen die op de kwelders zijn opgegroeid, kwam het vlees naar voren als:
— |
malser |
— |
sappiger |
— |
zouter qua smaak |
— |
beter qua consistentie |
— |
aromatischer |
dan vlees van gewone runderen.
Het enige waarop gewoon vlees hoger scoorde dan Waddenzeevlees was de vetheid en de kleur.
5.3. Causaal verband tussen het geografische gebied en de specifieke kwaliteit, faam of ander kenmerk van het product:
De ruwe omgeving vergt heel veel van de boeren die runderen houden in de Waddenzeeregio. Volgens een oude beschrijving van de omstandigheden was er „Eén ding (…) heel bijzonder aan het gebied: de grote weiden waar enorme hoeveelheden gras voor de hongerige dieren groeide en waar hooi werd geoogst voor de winter. Het gras van de kwelders was heel gezond omdat het meerdere malen per jaar onder water kwam te staan en hierdoor extra natuurlijk zout en mineralen uit het zeewater binnen kreeg. Veel van de kalveren werden op boerderijen landinwaarts geboren en vervolgens naar de kwelders gestuurd om vetter te worden met het oog op verkoop op de markten in Husum of Hamburg. De grote kalveren waren vaak zwak of zelfs ziek op het moment dat ze naar de kwelders werden gebracht, maar na een zomer van sappig kweldergras veranderden ze in gezonde, weldoorvoede dieren”.
Het rundvlees dat in de Waddenzeeregio wordt geproduceerd, staat al eeuwen bekend als een goed, kwalitatief hoogwaardig product; het vlees heeft een opvallende zoute smaak vanwege de bijzondere groeicondities die kenmerkend zijn voor het gebied. Wanneer het gebied bij vloed onder water komt te staan, zetten zout en mineralen zich af in de grond. De dieren grazen op de kwelders, waar het hoge kalium- en natriumgehalte van het gras de smaak van het vlees beïnvloedt en „Vadehavsstude” zijn bijzondere kwaliteit en kenmerkende zoute smaak geeft.
„Vadehavsstude” wordt verkocht als een speciaal product van het Nationaal Park Waddenzee en de naam wordt gebruikt door zowel lokale producenten als distributeurs van vlees.
In toeristische brochures over de Waddenzeeregio en het Nationaal Park Waddenzee wordt de productie van „Vadehavsstude” aangeduid als belangrijk kenmerk van het gebied.
Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:
http://www.foedevarestyrelsen.dk/SiteCollectionDocuments/25_PDF_word_filer%20til%20download/06kontor/Maerkning/Oprindelsesmaerkning_af_foedevarer/Varespecifikation%20for%20Vadehavsstude.pdf
(1) PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.