ISSN 1725-2474 doi:10.3000/17252474.C_2011.083.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
54e jaargang |
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
II Mededelingen |
|
|
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 083/01 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak COMP/M.6019 — APMT/Bollore/Meridian Port Services) ( 1 ) |
|
|
IV Informatie |
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Raad |
|
2011/C 083/02 |
||
2011/C 083/03 |
||
2011/C 083/04 |
||
|
Europese Commissie |
|
2011/C 083/05 |
||
2011/C 083/06 |
||
|
Rekenkamer |
|
2011/C 083/07 |
||
|
INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE |
|
|
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA |
|
2011/C 083/08 |
||
|
V Adviezen |
|
|
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 083/09 |
||
|
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 083/10 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6173 — Ageas/Sabanci Holding/Aksigorta) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 ) |
|
|
ANDERE HANDELINGEN |
|
|
Europese Commissie |
|
2011/C 083/11 |
||
2011/C 083/12 |
||
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
|
II Mededelingen
MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Europese Commissie
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/1 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak COMP/M.6019 — APMT/Bollore/Meridian Port Services)
(Voor de EER relevante tekst)
2011/C 83/01
Op 10 maart 2011 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
— |
op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector, |
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/en/index.htm) onder documentnummer 32011M6019. EUR-Lex biedt online-toegang tot de communautaire wetgeving. |
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Raad
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/2 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 7 maart 2011
houdende wijziging van het Besluit van de Raad van 22 november 2010 tot benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk
2011/C 83/02
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 2062/94 van de Raad van 18 juli 1994 tot oprichting van een Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (1), en met name artikel 8,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft bij besluit van 22 november 2010 (2) (hierna „het besluit” genoemd) de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk benoemd voor het tijdvak van 8 november 2010 tot en met 7 november 2013. |
(2) |
Op 23 november 2010 heeft het International Trade Union House het secretariaat-generaal in kennis gesteld van een fout bij de benoeming van een lid en een plaatsvervangend lid voor België in de raad van bestuur in de categorie vertegenwoordigers van werknemersorganisaties, |
(3) |
De fout komt in de oorspronkelijke tekst van het door de voorzitter ondertekende besluit en in alle officiële talen voor. |
(4) |
Het besluit moet daarom worden verbeterd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 1, lijst II, van het Besluit van de Raad van 22 november 2010 worden de naam van het lid en het plaatsvervangend lid voor België vervangen door:
„II. VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKNEMERSORGANISATIES
Land |
Leden |
Plaatsvervangers |
België |
de heer Herman FONCK |
de heer François PHILIPS” |
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 7 maart 2011.
Voor de Raad
De voorzitter
CZOMBA S.
(1) PB L 216 van 20.8.1994, blz. 1.
(2) PB C 322 van 27.11.2010, blz. 3.
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/3 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 7 maart 2011
houdende benoeming van de leden en de plaatsvervangende leden van het Raadgevend Comité voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels voor Ierland, Frankrijk en Nederland
2011/C 83/03
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (1), en met name artikel 75,
Gezien de lijsten met kandidaten die de regeringen van de lidstaten aan de Raad hebben voorgelegd,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 883/2004 is het Raadgevend Comité voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels ingesteld. |
(2) |
De Raad heeft bij besluit van 21 oktober 2010 (2) de gewone leden en de plaatsvervangende leden van het Raadgevend Comité voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels voor het tijdvak van 20 oktober 2010 tot en met 19 oktober 2015 benoemd, behalve bepaalde gewone en plaatsvervangende leden. |
(3) |
De Ierse, de Franse en de Nederlandse regering hebben voordrachten voor een aantal vacatures ingediend, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Tot gewoon lid respectievelijk tot plaatsvervangend lid van het Raadgevend Comité voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels voor Ierland, Frankrijk en Nederland worden voor het tijdvak dat eindigt op 19 oktober 2015 benoemd:
I. REGERINGSVERTEGENWOORDIGERS
Land |
Leden |
Plaatsvervangende leden |
Ierland |
mevrouw Anne McMANUS |
de heer Tim RYAN |
Nederland |
mevrouw A.A.J. VRIJ |
de heer A.G. BLOEMHEUVEL |
II. VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKNEMERSORGANISATIES
Land |
Leden |
Plaatsvervangende leden |
Ierland |
de heer Stellan HERMANSSON |
de heer Eamonn DEVOY |
Nederland |
de heer G. VELDHUIS |
mevrouw H. DE GEUS |
III. VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKGEVERSORGANISATIES
Land |
Leden |
Plaatsvervangende leden |
Ierland |
mevrouw Claire JONES |
mevrouw Jean WINTERS |
Frankrijk |
mevrouw Emilie MARTINEZ |
mevrouw Marie-Christine FAUCHOIS |
Nederland |
mevrouw L.M. VAN EMBDEN ANDRES |
de heer R. BLAAKMAN |
Artikel 2
De Raad zal de nog niet aangewezen leden en plaatsvervangende leden later benoemen.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.
Gedaan te Brussel, 7 maart 2011.
Voor de Raad
De voorzitter
CZOMBA S.
(1) PB L 166 van 30.4.2004, blz. 1.
(2) PB C 290 van 27.10.2010, blz. 5.
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/4 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 7 maart 2011
betreffende de benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden voor Griekenland, Frankrijk, Italië, Hongarije en Slowakije
2011/C 83/04
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EEG) nr. 1365/75 van de Raad van 26 mei 1975 betreffende de oprichting van een Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (1), en met name artikel 6,
Gezien de lijsten van kandidaten die door de regeringen van de lidstaten en door de werknemers- en werkgeversorganisaties bij de Raad zijn ingediend,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft met zijn besluit van 22 november 2010 (2) de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden benoemd voor het tijdvak van 1 december 2010 tot en met 30 november 2013, met uitzondering van bepaalde leden. |
(2) |
De regeringen van Griekenland, Frankrijk, Italië, Hongarije en Slowakije en de werknemersorganisaties hebben voordrachten ingediend voor een aantal vacante zetels, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Tot gewone en plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden worden benoemd voor het tijdvak dat eindigt op 30 november 2013:
I. REGERINGSVERTEGENWOORDIGERS
Land |
Gewone leden |
Plaatsvervangende leden |
Italië |
de heer Michele TIRABOSCHI |
de heer Francesco CIPRIANI |
Hongarije |
|
mevrouw Eszter ENYEDI |
Slowakije |
mevrouw Lilit MAMIKONYAN |
mevrouw Silvia GREGORCOVÁ |
II. VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKNEMERSORGANISATIES
Land |
Gewone leden |
Plaatsvervangende leden |
Griekenland |
de heer Alexandros KALIVIS |
de heer Konstantinos ISSYCHOS |
Frankrijk |
|
de heer Jean Jacques DANIS |
Hongarije |
|
de heer László GYIMESI |
Artikel 2
De Raad zal de nog niet aangewezen leden en plaatsvervangende leden later benoemen.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 7 maart 2011.
Voor de Raad
De voorzitter
CZOMBA S.
(1) PB L 139 van 30.5.1975, blz. 1.
(2) PB C 322 van 27.11.2010, blz. 8.
Europese Commissie
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/5 |
Wisselkoersen van de euro (1)
16 maart 2011
2011/C 83/05
1 euro =
|
Munteenheid |
Koers |
USD |
US-dollar |
1,3951 |
JPY |
Japanse yen |
112,43 |
DKK |
Deense kroon |
7,4586 |
GBP |
Pond sterling |
0,86730 |
SEK |
Zweedse kroon |
8,9730 |
CHF |
Zwitserse frank |
1,2755 |
ISK |
IJslandse kroon |
|
NOK |
Noorse kroon |
7,8690 |
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
CZK |
Tsjechische koruna |
24,368 |
HUF |
Hongaarse forint |
273,40 |
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
LVL |
Letlandse lat |
0,7060 |
PLN |
Poolse zloty |
4,0625 |
RON |
Roemeense leu |
4,1788 |
TRY |
Turkse lira |
2,2126 |
AUD |
Australische dollar |
1,4066 |
CAD |
Canadese dollar |
1,3740 |
HKD |
Hongkongse dollar |
10,8761 |
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,8991 |
SGD |
Singaporese dollar |
1,7857 |
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 580,49 |
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
9,7506 |
CNY |
Chinese yuan renminbi |
9,1676 |
HRK |
Kroatische kuna |
7,3750 |
IDR |
Indonesische roepia |
12 242,84 |
MYR |
Maleisische ringgit |
4,2637 |
PHP |
Filipijnse peso |
61,117 |
RUB |
Russische roebel |
39,9640 |
THB |
Thaise baht |
42,453 |
BRL |
Braziliaanse real |
2,3179 |
MXN |
Mexicaanse peso |
16,7828 |
INR |
Indiase roepie |
62,9430 |
(1) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/6 |
Mededeling van de Commissie overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 2000/84/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de zomertijd (1)
Tijdschema voor de zomertijd
2011/C 83/06
Voor de jaren 2012 tot en met 2016 worden het begin en het einde van de zomertijd vastgesteld op respectievelijk de volgende data om 01.00 uur UTC — gecoördineerde universele tijd:
— |
in 2012: zondag 25 maart en 28 oktober; |
— |
in 2013: zondag 31 maart en 27 oktober; |
— |
in 2014: zondag 30 maart en 26 oktober; |
— |
in 2015: zondag 29 maart en 25 oktober; |
— |
in 2016: zondag 27 maart en 30 oktober. |
(1) PB L 31 van 2.2.2001, blz. 21.
Rekenkamer
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/7 |
Speciaal verslag nr. 14/2010 „Het door de Commissie gevoerde beheer van het systeem van veterinaire controles van vleesimporten na de hervormingen van de hygiënewetgeving in 2004”
2011/C 83/07
De Europese Rekenkamer deelt u mede dat haar Speciaal verslag nr. 14/2010 „Het door de Commissie gevoerde beheer van het systeem van veterinaire controles van vleesimporten na de hervormingen van de hygiënewetgeving in 2004” zojuist gepubliceerd is.
Het verslag kan worden ingezien op of gedownload van de website van de Europese Rekenkamer: http://www.eca.europa.eu
Het verslag is op aanvraag gratis in papieren vorm verkrijgbaar bij de Rekenkamer:
Europese Rekenkamer |
Eenheid „Communicatie en verslagen” |
12, rue Alcide De Gasperi |
1615 Luxembourg |
LUXEMBOURG |
Tel. +352 4398-1 |
E-mail: euraud@eca.europa.eu |
of door het invullen van een elektronische bestelbon bij EU-Bookshop.
INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/8 |
Beknopte informatie van de EVA-staten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens het in punt 1 j van bijlage XV van de EER-Overeenkomst genoemde besluit (Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening))
2011/C 83/08
DEEL I
Steun nr. |
GBER 9/10/O&O ENV |
||||
Lidstaat |
IJsland |
||||
Steunverlenende autoriteit |
Naam |
Ministerie van Industrie |
|||
Adres |
|
||||
Webpagina |
http://www.idnadarraduneyti.is/ |
||||
Benaming van de steunmaatregel |
Algemene stimulansen voor investeringen zoals vastgelegd in hoofdstuk IV van Wet nr. 99/2010 |
||||
Nationale rechtsgrondslag (referentie desbetreffende nationale officiële publicatie) |
Wet nr. 99/2010 inzake stimulansen voor initiële investeringen in IJsland. Gepubliceerd in Stjornartidindi op website: http://www.stjornartidindi.is/Advert.aspx?ID=f89074eb-cbc6-427b-bfcb-09e7487cf988 |
||||
Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel |
De volledige tekst van de wet kan u raadplegen op: http://www.althingi.is/altext/stjt/2010.099.html en http://www.stjornartidindi.is/Advert.aspx?ID=f89074eb-cbc6-427b-bfcb-09e7487cf988 |
||||
Soort steun |
Steunregeling |
Ja |
|||
Looptijd |
Steunregeling |
13.10.2010 tot en met 31.12.2013 |
|||
Datum steunverlening |
Ad-hocsteun |
— |
|||
Betrokken economische sector(en) |
Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking |
Alle sectoren, uitgezonderd ondernemingen die zijn uitgesloten overeenkomstig artikel 2, lid 3, van Wet nr. 99/2010 (financiële ondernemingen) |
|||
Soort begunstigde |
Kmo |
Ja |
|||
Grote ondernemingen |
Ja |
||||
Begrotingsmiddelen |
Totaal geplande jaarbudget in het kader van de regeling |
Momenteel zijn geen financiële middelen toegewezen voor de steunregeling - geen raming beschikbaar |
|||
Steuninstrument (art. 5) |
Subsidie |
Afhankelijk van goedgekeurde begroting |
|||
Fiscale maatregel |
Belastingvrijstellingen mogelijk zoals bepaald in artikel 9 van Wet nr. 99/2010 |
DEEL II
Algemene doelstellingen |
Doelstellingen |
Maximale steunintensiteit in % of maximumsteun in nationale munteenheid |
Kmo-verhogingen in % |
|
Kmo-steun ten behoeve van investeringen en werkgelegenheid (art. 15) |
Verwijzing naar artikel 13 van Wet nr. 99/2010 |
10 % voor middelgrote ondernemingen |
+ 10 % voor kleine ondernemingen |
|
Milieusteun (art. 17-25) |
Investeringssteun die ondernemingen in staat stelt verder te gaan dan communautaire normen inzake milieubescherming of, bij ontstentenis van communautaire normen, het niveau van milieubescherming te doen toenemen (art. 18) Gelieve een specifieke verwijzing te geven naar de betrokken norm |
35 % |
0 % |
|
Steun voor de aanschaf van nieuwe vervoersmiddelen die verder gaan dan communautaire normen of die, bij ontstentenis van communautaire normen, het niveau van milieubescherming doen toenemen (art. 19) |
35 % |
0 % |
||
Kmo-steun ten behoeve van vroege aanpassing aan toekomstige communautaire normen (art. 20) |
15 % |
+ 10 % |
||
Milieu-investeringssteun ten behoeve van energiebesparende maatregelen (art. 21) |
35 % |
0 % |
||
Milieu-investeringssteun ten behoeve van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling (art. 22) |
35 % |
0 % |
||
Milieu-investeringssteun ter stimulering van energie uit hernieuwbare energiebronnen (art. 23) |
35 % |
0 % |
||
Steun ten behoeve van milieustudies (art. 24) |
35 % |
0 % |
||
Milieusteun in de vorm van belastingverlagingen (art. 25) |
|
|
||
Steun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (art. 30-37) |
Steun voor onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten (art. 31) |
Fundamenteel onderzoek (art. 31, lid 2, onder a)) |
35 % |
0 % |
Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)) |
35 % |
0 % |
||
Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)) |
25 % |
+ 10 % |
||
Steun voor technische haalbaarheidsstudies (art. 32) |
35 % |
0 % |
||
Steun voor kmo’s ten behoeve van kosten voor industriële-eigendomsrechten (art. 33) |
35 % |
0 % |
||
Steun voor onderzoek en ontwikkeling in de landbouw en visserij (art. 34) |
35 % |
0 % |
||
Steun voor jonge innoverende ondernemingen (art. 35) |
15 % |
|
||
Steun voor innovatieadviesdiensten en voor diensten inzake innovatieondersteuning (art. 36) |
35 % |
|
||
Steun voor uitlenen van hooggekwalificeerd personeel (art. 37) |
35 % |
0 % |
||
Opleidingssteun (art. 38-39) |
Specifieke opleiding (art. 38, lid 1) |
25 % |
+ 10 % |
|
Algemene opleiding (art. 38, lid 2) |
35 % |
0 % |
V Adviezen
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK
Europese Commissie
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/10 |
Bericht van de Commissie betreffende partijen die vrijstelling hebben gekregen op grond van Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie tot goedkeuring van de vrijstelling van de invoer van bepaalde delen van rijwielen, van oorsprong uit de Volksrepubliek China, van de uitbreiding bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad van het bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 van de Raad ingestelde antidumpingrecht, gehandhaafd bij Verordening (EG) nr. 1524/2000 van de Raad, laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1095/2005 van de Raad: naams- en adreswijzigingen van bepaalde vrijgestelde partijen
2011/C 83/09
Op grond van Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie (1) („de vrijstellingsverordening”) kan vrijstelling worden verleend van het uitgebreide antidumpingrecht op bepaalde rijwielonderdelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China. Dit recht is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 71/97 van de Raad (2), als uitbreiding van het antidumpingrecht op rijwielen dat was ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 2474/93 van de Raad (3), en gehandhaafd bij Verordening (EG) nr. 1524/2000 van de Raad (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1095/2000 van de Raad (5).
In dit kader zijn bij achtereenvolgende beschikkingen van de Commissie een aantal rijwielproducenten vrijgesteld van het uitgebreide antidumpingrecht: onder meer,
Azor Bikes (aanvullende Taric-code 8091) (6), BELVE sro (aanvullende Taric-code A535) (7), BH Bicicletas de Alava (aanvullende Taric-code 8963) (8), CHERRI di Cherri Mario & C. snc (aanvullende Taric-code A168) (9), Cicli Esperia SpA (aanvullende Taric-code 8068) (10), Madirom PROD SRL (aanvullende Taric-code A896) (11), Mama spol. sro (aanvullende Taric-code A551) (12), Mara Srl (aanvullende Taric-code 8983) (13), SPDAD, Lda (aanvullende Taric-code A320) (14).
Azor Bikes heeft de Commissie medegedeeld dat het adres van de onderneming veranderd is van 7707 AB Balkbrug, Nederland in Marconistraat 7A, 7903 AG Hoogeveen, Nederland. Tegelijkertijd wordt ook de gepubliceerde naam van de onderneming gecorrigeerd van Azor Bikes in Azor Bike BV.
BELVE sro heeft de Commissie medegedeeld dat het adres van de onderneming veranderd is van Palkovičova 5, 915 01 Nové Mesto nad Váhom, Slowaakse Republiek in Holubyho 295, 916 01 Stará Turá, Slowaakse Republiek.
BH Bicicletas de Alava, heeft de Commissie medegedeeld dat de firmanaam van de onderneming veranderd is van BH Bicicletas de Alava in Bicicletas de Alava SL. Het adres van de onderneming is C/ Arcacha, 1, 01006 Vitoria, Spanje.
CHERRI di Cherri Mario & C. snc heeft de Commissie medegedeeld dat de firmanaam van de onderneming veranderd is van CHERRI di Cherri Mario & C. snc in CHERRI di Cherri Franco & C. SAS.
Cicli Esperia SpA heeft de Commissie medegedeeld dat het adres van de onderneming veranderd is van Via Bellini Vincenzo, 5, 35131 Padova (PD), Italië in Viale Enzo Ferrari 8/10/12, 30014 Cavarzere (VE), Italië.
Madirom PROD SRL heeft de Commissie medegedeeld dat het adres van de onderneming veranderd is van Hipermagazin Decathlon, corp 2, blvd Iuliu Maniu, nr. 546-560, sector 6, 061129 Bucharest, Roemenië in blvd Liviu Rebreanu 130, 300748 Timisoara, Timis, Roemenië.
Mama spol. sro heeft de Commissie medegedeeld dat de firmanaam van de onderneming veranderd is van Mama spol. sro in Kellys Bicycles sro.
Mara Srl heeft de Commissie medegedeeld dat de firmanaam van de onderneming veranderd is van Mara Srl in MARA CICLI Srl. Het adres van de onderneming is via della Pergola n. 5, 21052 Busto Arsizio, Italië.
SPDAD Lda heeft de Commissie medegedeeld dat de firmanaam en het adres van de onderneming veranderd zijn van SPDAD Lda, rua do Pinhal, lote 9-12, 4470 Maia, Portugal in RGVS Ibérica Unipessoal Lda, rua Central de Mandim, Barca, 4475 023 Maia, Portugal.
De Commissie heeft de ontvangen gegevens onderzocht en vastgesteld dat de naams- en adreswijzigingen van de ondernemingen geen invloed hebben op hun assemblagewerkzaamheden, waarvan de voorwaarden in de vrijstellingsverordening zijn opgenomen. Deze wijzigingen zijn derhalve niet van invloed op de vrijstelling van het uitgebreide antidumpingrecht.
De verwijzingen naar Azor Bikes in Beschikking 98/115/EG van de Commissie, BELVE sro in Beschikking 2006/772/EG van de Commissie, BH Bicicletas de Alava in Verordening (EG) nr. 88/97 van de Commissie, CHERRI di Cherri Mario & C. snc in Beschikking 2002/134/EG van de Commissie, Cicli Esperia SpA in Beschikking 97/447/EG van de Commissie, Bericht 2007/C 158/06 van de Commissie en Bericht 2008/C 135/04 van de Commissie, Madirom PROD SRL in Beschikking 2009/867/EG van de Commissie, Mama spol. sro in Beschikking 2006/22/EG van de Commissie, Mara Srl in Beschikking 98/115/EG van de Commssie en SPDAD Lda in Beschikking 2002/606/EG van de Commissie moeten worden gelezen zoals aangegeven in de volgende bijlage.
(1) PB L 17 van 21.1.1997, blz. 17.
(2) PB L 16 van 18.1.1997, blz. 55.
(3) PB L 228 van 9.9.1993, blz. 1.
(4) PB L 175 van 14.7.2000, blz. 39.
(5) PB L 183 van 14.7.2005, blz. 1.
(6) PB L 31 van 6.2.1998, blz. 25.
(7) PB L 313 van 14.11.2006, blz. 5.
(8) Vgl. voetnoot 1.
(9) PB L 47 van 19.2.2002, blz. 43.
(10) PB L 193 van 22.7.1997, blz. 32, PB C 158 van 11.7.2007, blz. 6, PB C 135 van 3.6.2008, blz. 5.
(11) PB L 314 van 1.12.2009, blz. 106.
(12) PB L 17 van 21.1.2006, blz. 16.
(13) Vgl. voetnoot 6.
(14) PB L 195 van 24.7.2002, blz. 81.
BIJLAGE
Oude verwijzing |
Nieuwe verwijzing |
Land |
Aanvullende Taric-code |
|||||||||
|
|
Nederland |
8091 |
|||||||||
|
|
Slowaakse Republiek |
A535 |
|||||||||
|
|
Spanje |
8963 |
|||||||||
|
|
Italië |
A168 |
|||||||||
|
|
Italië |
8068 |
|||||||||
|
|
Roemenië |
A896 |
|||||||||
|
|
Slowaakse Republiek |
A551 |
|||||||||
|
|
Italië |
8983 |
|||||||||
|
|
Portugal |
A320 |
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID
Europese Commissie
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/13 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.6173 — Ageas/Sabanci Holding/Aksigorta)
Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak
(Voor de EER relevante tekst)
2011/C 83/10
1. |
Op 8 maart 2011 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Ageas Insurance International N.V. („Ageas Insurance International”, Nederland), die onder zeggenschap staat van Ageas („Ageas”, België/Nederland) en H.Ö. Sabancı Holding A.S. („Sabancı”, Turkije), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Aksigorta A.S. („Aksigorta”, Turkije) door de verwerving van aandelen. |
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens de EG-concentratieverordening (2). |
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken. Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6173 — Ageas/Sabanci Holding/Aksigorta, aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).
(2) PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32 („mededeling betreffende een vereenvoudigde procedure”).
ANDERE HANDELINGEN
Europese Commissie
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/14 |
Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
2011/C 83/11
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.
ENIG DOCUMENT
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„MAGYAR SZÜRKEMARHA HÚS”
EG-nummer: HU-PGI-0005-0722-07.04.2009
BGA ( X ) BOB ( )
1. Naam:
„Magyar szürkemarha hús”
2. Lidstaat of derde land:
Hongarije
3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:
3.1. Productcategorie:
1.1. |
Vers vlees (en verse slachtafvallen) |
3.2. Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:
De benaming „Magyar szürkemarha hús” (vlees van Hongaarse grijze runderen) mag uitsluitend worden gebruikt voor vlees dat afkomstig is van gecertificeerde, raszuivere Hongaarse grijze runderen die in Hongarije op zeer extensieve wijze worden gehouden.
„Magyar szürkemarha hús” valt gemakkelijk te herkennen aan de hoogrode kleur van het vlees want het pigmentgehalte van het spierweefsel van deze runderen is hoger dan dat van andere runderen, en het vlees is beduidend donkerder van tint dan ander rundvlees.
Het dripverlies is minimaal en het vlees is droogvezelig van consistentie als gevolg van het traditionele extensieve systeem waarbij de runderen voortdurend in beweging zijn en grazen.
Het is veeleer het bindweefselvet en niet het intramusculair vet dat voor de marmering van het vlees zorgt omdat het vlees van runderen die op de weide worden gehouden weinig intramusculair vet bevat (~ 1,2 %).
„Magyar szürkemarha hús” heeft een hoog drogestofgehalte, bevat veel minder water dan het vlees van standaardrunderen en krimpt minder tijdens de bereiding. De ongebruikelijke smaak van het vlees die ietwat zuriger is en met de smaak van wild kan worden vergeleken, wijkt af van de gebruikelijke smaken.
Bevleesdheidsklasse (EUROP-systeem): R, O, P,
Vetheidsklasse: 1, 2, 3,
Aanbiedingsvormen:
1. |
Halve en kwart karkassen — gekoeld of bevroren, verpakt op verzoek, |
2. |
Deelstukken — gekoeld of bevroren, verpakt op verzoek, |
3. |
Vlees zonder been — gekoeld of bevroren, verpakt op verzoek, |
4. |
Porties voor de consument — gekoeld of bevroren, verpakt op verzoek. |
3.3. Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):
—
3.4. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):
De dieren die het „Magyar szürkemarha hús” leveren, worden in het kader van een extensief systeem gehouden.
Het voeren van de runderen kan in twee perioden worden opgesplitst op basis van de natuurlijke vegetatie: de zomerperiode, wanneer de dieren naar de weide worden gebracht, en de winterperiode wanneer ze weer op stal worden gezet.
De beweidingperiode van de dieren loopt van midden april tot eind november, al naargelang de weersomstandigheden. Het voer van de dieren is hoofdzakelijk afhankelijk van de plaatselijke vegetatie, hetgeen eigenlijk betekent dat de runderen zich in het kader van de extensieve beweiding te goed doen aan de van nature in heel Hongarije voorkomende flora. De florasamenstelling van de in het kader van het extensieve houderijsysteem benutte weiden en de traditionele technologieën op het vlak van rundveehouderij dragen samen bij aan de unieke kwaliteit en smaak van „Magyar szürkemarha hús”.
Het weidegras aanvullen met voedingssupplementen tijdens de zomerse weidegang wordt slechts aangeraden wanneer de weiden van droogte te lijden hebben (hooi of kuilvoer).
Tijdens de winterperiode vormt hooi van goede kwaliteit dat op extensief behandelde weiden werd gewonnen de basis van het voer. Stelen van GGO-vrije maïsplanten of maïspulp, gedroogde voedergewassen, gehooide luzerne en gehooide grassen of kuilvoer kunnen als supplement worden gegeven.
Het is niet toegestaan om de dieren groeibevorderaars toe te dienen.
3.5. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:
Het vlees met de beschermde geografische aanduiding mag slechts afkomstig zijn van Hongaarse grijze runderen die in het afgebakende geografische gebied geboren, gehouden, afgemest en geslacht zijn.
De runderen die het „Magyar szürkemarha hús” leveren, worden gefokt met gebruikmaking van dekmethoden en gehouden volgens traditionele extensieve houderijmethoden die allebei symbool staan voor de Hongaarse volksaard en het eeuwenoude culturele erfgoed; de oorsprongsbewijzen van de dieren anderzijds voldoen aan de huidige normen. De fokkoeien krijgen één kalf per jaar in extensieve omstandigheden en de kalveren kunnen meteen vrij rondlopen. De runderen grazen gedurende de gehele beweidingperiode in kudden. Volgens een eeuwenoude praktijk verblijven de dieren soms ook buiten tijdens de winterperiode en ondervinden hiervan weinig nadelige gevolgen. Ze moeten dan alleen tegen de wind worden beschut en over droog stro beschikken.
3.6. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.:
—
3.7. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:
Behalve de gegevens die bij wet verplicht zijn, moeten de volgende gegevens op de verpakking van het product worden vermeld:
— |
de benaming van het product: „Magyar szürkemarha hús”, |
— |
het EU-symbool voor de BGA (nadat de registratie heeft plaatsgevonden), |
— |
het ENAR-nummer dat het vlees identificeert (ENAR — systeem voor registratie en identificatie — aan elk rund wordt een nummer toegewezen), |
— |
het productlogo. |
De kleur en de mogelijke afmetingen van het productlogo.
In het logo met de kleinste afmetingen moet de hoogte van het schild op het sjabloon 15 mm bedragen. Het logo kan naar believen worden vergroot; er geldt geen bovengrens. De tekst en de tekening zijn zwartgekleurd en de achtergrond is wit.
Indien het vlees zonder verpakking wordt verkocht, moeten vorengenoemde gegevens op een plek dicht bij de koeltoog, waar ze voor de consument gemakkelijk toegankelijk en zichtbaar zijn, worden aangebracht.
4. Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied:
Hongarije
5. Verband met het geografische gebied:
5.1. Specificiteit van het geografische gebied:
Het geografische gebied waar de runderen die het „Magyar szürkemarha hús” leveren, kunnen worden gehouden, omvat alle gebieden van de 19 Hongaarse gewesten die voor het extensieve houderijsysteem geschikt zijn, m.a.w. weiden (1 051 000 ha), met riet begroeide oevers (59 000 ha) en moerasland (30-40 000 ha) dat uit cultuur is genomen.
Het geografische gebied grenst aan andere gebieden met een continentaal, maritiem of mediterraan klimaat waarvan niettemin een extreme invloed kan uitgaan (koude winters en zeer hete zomers). Hoewel dit klimaat op het ontstaan van weiland en van graasdierbedrijven een gunstige invloed heeft gehad, heeft het ook de inzet van dieren vereist die zich aan deze extreme klimaatomstandigheden konden aanpassen. Hongarije beschikte dus steeds over grote, voor beweiding geschikte gebieden waarop Hongaarse grijze runderen werden gehouden die tegen dergelijke klimaatomstandigheden bestand zijn. Dat heeft ertoe geleid dat de graasdierhouderij en de handel in slachtvee van oudsher tot de belangrijkste landbouwactiviteiten in het gebied gingen behoren.
De traditionele veehouderij speelde een doorslaggevende rol in het ontstaan en de ontwikkeling van kleinere steden in het geografische gebied. De historische bronnen beschrijven een vrijwel ononderbroken uitvoer van vee vanaf de 14de eeuw tot in het midden van de 19de eeuw. Ten gevolge van de herhaalde Turkse aanvallen werden de minst levensvatbare vestigingen in de regio's verlaten; de grensgebieden liepen leeg en de bevolking week uit naar dorpen met betere mogelijkheden. De akkerbouw werd grotendeels opgegeven en de bevolking zette graasdierbedrijven op (met name mestbedrijven) op haar eigen gronden of op verlaten, verpachte gronden. Hierdoor verwierven de veehouders zoveel extra inkomsten dat ze zich van de heerlijkheid konden vrijmaken en de economische basis van hun eigen ontwikkeling konden leggen en ook de stadsontwikkeling op gang kon komen. Het is niet overdreven om te stellen dat het houden van Hongaarse grijze runderen uitgroeide tot de belangrijkste economische sector in een land dat voor het overige aan de rand van Europa gelegen was.
„Magyar szürkemarha hús” had een bijzondere impact op de Hongaarse volkscultuur en op de ontwikkeling van de veehoederkunst. De bijproducten van de slacht konden gebruikt worden als basismateriaal voor de dagelijkse instrumenten van de veehoeders. Met name de horens van de dieren waren niet zonder belang en werden gebruikt om rijkelijk versierde veehoederhorens, zoutvaatjes of voorwerpen waarin medicijnen bewaard werden, te vervaardigen. Deze volkskunst werd in bepaalde streken van het geografisch gebied in stand gehouden.
Heden ten dage zijn belangrijke weilandgebieden in het geografisch gebied beschermd in het kader van natuurbehoud. De veeboeren die er werkzaam zijn, houden de gebieden in stand dankzij extensieve begrazing en besteden hierbij bijzondere aandacht aan natuurbehoud. Deze werkwijze is niet alleen duurzaam en traditioneel maar verzekert ook de instandhouding op lange termijn van de waardevolle, beschermde flora en fauna.
5.2. Specificiteit van het product:
Ten gevolge van de traditionele houderijwijze verschillen de in punt 3.2 uiteengezette biochemische, fysische en organoleptische kenmerken van het product sterk van die van ander rundvlees op de markt. De meest in het oog springende kenmerken zijn het minimale dripverlies, de droogvezelige kwaliteit van het vlees, het lage intramusculaire vetgehalte en de ongewone rundvleessmaak die eerder aan wild doet denken.
De vetzuursamenstelling van „Magyar szürkemarha hús” biedt ook voordelen op het vlak van dieet want uit experimenten is gebleken dat vlees van op extensieve wijze gehouden Hongaarse grijze slachtstieren, een beduidend hoger gehalte aan meervoudig onverzadigde vetzuren heeft dan vlees van op intensieve wijze gehouden dieren. Bovendien zij erop gewezen dat binnen deze meervoudig onverzadigde vetzuren, de verhouding tussen twee vetzuurgroepen, [(n-6)/(n-3)], en de verhouding tussen linolzuur van de groep n-6 en linoleenzuur van de groep n-3, bij het op extensieve wijze gehouden Hongaarse grijze runderras 3:1 bedraagt, hetgeen een betere verhouding is dan de als bevredigend beoordeelde verhouding 4:1 die voor het op extensieve wijze gehouden Holstein-Friesian ras geldt. Aangezien deze verhouding voor op intensieve wijze gehouden rassen 9:1 of 10:1 bedraagt, mag zonder meer worden gesteld dat wat dieeteigenschappen betreft, de gunstigste vetzuurverhouding [(n-6)/(n-3)] op het conto van het op extensieve wijze gehouden Hongaarse grijze runderras mag worden geschreven.
5.3. Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel van een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):
De uitvoer van Hongaarse grijze runderen die de grondstof voor „Magyar szürkemarha hús” leveren, heeft een belangrijke rol gespeeld in de Middeleeuwen (jaarlijks ongeveer 100 000 dieren). Ook destijds was er een grote vraag naar het product die op zijn uitstekende smaak, die niet met die van ander rundvlees te vergelijken valt, terug te voeren was.
Het slachtvee werd te voet naar de buitenlandse markten gedreven langs brede, speciaal voor dat doel voorbehouden veedrijverwegen. Op die wijze belandde „Magyar szürkemarha hús” op de markten van Neurenberg, München, Augsburg, Regensburg, Ulm, Straatsburg, Hustopeče, Legrad, Bakar of Venetië en werd het een zeer gegeerd product.
Dat dit vee uit Hongarije als het beste slachtvee werd beschouwd, wordt aangetoond dankzij verschillende relevante hedendaagse documenten die bewaard worden in de archieven van vorengenoemde Duitse steden (Augsburg, 1578; Neurenberg, 1571). In de Duitse keizersteden golden voorschriften die bepaalden dat slagers die een dergelijk rund in hun atelier slachtten, geen vlees van andere oorsprong mochten verkopen; op die wijze werd voorkomen dat de consument iets anders dan het echte product werd aangesmeerd.
De extensieve houderijmethode die op vorengenoemde tradities is gebaseerd, houdt in dat de dieren die dit vlees leveren, zich tijdens het grazen veel meer verplaatsen dan gewone runderen (tot 20 à 30 km dagelijks). Dat verplaatsen tijdens het grazen zorgt voor vlees met een minimaal dripverlies, een droogvezelige kwaliteit en een minimaal gehalte aan intramusculair vet.
„Magyar szürkemarha hús” dat in het kader van een extensieve houderijwijze, in een natuurlijk milieu en zonder chemische toevoegingen wordt verkregen, staat op de markt steeds meer in aanzien en staat dus mee symbool voor de culturele en natuurlijke diversiteit van Europa.
Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:
(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)
http://www.fvm.hu/main.php?folderID=2343
(1) PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.
17.3.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 83/18 |
Kennisgeving aan Doku Khamatovich Umarov, die is toegevoegd aan de lijst bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa’ida-netwerk en de Taliban, op grond van Verordening (EU) nr. 260/2011 van de Commissie
2011/C 83/12
1. |
Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB (1) roept de Unie op de tegoeden en economische middelen te bevriezen van Usama bin Laden, de leden van de Al-Qa’ida-organisatie, de Taliban en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten, als bedoeld in de lijst die is opgesteld op grond van Resolutie 1267(1999) en Resolutie 1333(2000) van de VN-Veiligheidsraad, die regelmatig wordt bijgewerkt door het VN-comité dat is ingesteld bij Resolutie 1267(1999) van de VN-Veiligheidsraad. De lijst die is opgesteld door het VN-comité omvat:
Handelingen of activiteiten die erop wijzen dat een persoon, groep, onderneming of entiteit „banden heeft met” Al-Qa’ida, Usama bin Laden of de Taliban, zijn:
|
2. |
Het VN-comité heeft op 10 maart 2011 besloten Doku Khamatovich Umarov toe te voegen aan de bedoelde lijst. Hij kan te allen tijde een verzoek aan de ombudsman van de VN richten, met ondersteunende documentatie, tot heroverweging van de gronden waarop hij op de bovengenoemde VN-lijst is geplaatst. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:
Zie voor meer informatie: http://www.un.org/sc/committees/1267/delisting.shtml |
3. |
Naar aanleiding van het in punt 2 genoemde besluit van de VN heeft de Commissie Verordening (EU) nr. 260/2011 (2) vastgesteld tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa’ida-netwerk en de Taliban (3). Bij die wijziging, die overeenkomstig artikel 7, lid 1, onder a), en artikel 7 bis, lid 1, van Verordening (EG) nr. 881/2002 (4) is verricht, wordt Doku Khamatovich Umarov aan de lijst in bijlage I bij die verordening (hierna „bijlage I” genoemd) toegevoegd. De onderstaande maatregelen van Verordening (EG) nr. 881/2002 zijn van toepassing op de aan bijlage I toegevoegde personen en entiteiten:
|
4. |
Artikel 7 bis van Verordening (EG) nr. 881/2002 voorziet in een toetsing wanneer opmerkingen zijn ingediend over de gronden voor opname op de lijst door op de lijst geplaatste personen of entiteiten. De personen en entiteiten die bij Verordening (EU) nr. 260/2011 aan bijlage I zijn toegevoegd, kunnen de Commissie verzoeken om een toelichting op de redenen waarom zij op de lijst zijn opgenomen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:
|
5. |
De betrokken personen en entiteiten worden er tevens op geattendeerd dat zij tegen Verordening (EU) nr. 260/2011 beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden van artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. |
6. |
De persoonsgegevens van de betrokkenen zullen worden verwerkt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 (6) betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens. Alle verzoeken, bijvoorbeeld om verdere informatie of met het oog op de uitoefening van de rechten waarin Verordening (EG) nr. 45/2001 voorziet (bijvoorbeeld toegang tot of rectificatie van persoonsgegevens), moeten worden gericht aan de Commissie, op hetzelfde adres als in punt 4. |
7. |
Voor de goede orde worden de aan bijlage I toegevoegde personen en entiteiten erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde autoriteiten van de lidstaat of lidstaten, als vermeld in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 881/2002, om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden, andere financiële activa of economische middelen te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen, in overeenstemming met artikel 2 bis van die verordening. |
(1) PB L 139 van 29.5.2002, blz. 4.
(2) PB L 70 van 17.3.2011, blz. 33.
(3) PB L 139 van 29.5.2002, blz. 9.
(4) Artikel 7 bis is ingevoegd bij Verordening (EU) nr. 1286/2009 van de Raad (PB L 346 van 23.12.2009, blz. 42).
(5) Artikel 2 bis is ingevoegd bij Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad (PB L 82 van 29.3.2003, blz. 1).
(6) PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.