ISSN 1725-2474

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 74

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

52e jaargang
28 maart 2009


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 074/01

Mededeling van de Commissie tot vaststelling van de voor de tweede helft van 2009 beschikbare hoeveelheid voor bepaalde producten in de sector melk en zuivelproducten in het kader van bepaalde door de Gemeenschap geopende contingenten

1

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

 

Commissie

2009/C 074/02

Wisselkoersen van de euro

3

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2009/C 074/03

Mededeling van de Commissie in het kader van de uitvoering van Richtlijn 98/37/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende machines ( 1 )

4

 

V   Bekendmakingen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Commissie

2009/C 074/04

Oproep tot kandidaatstelling in verband met de benoeming van uit de publieke sector afkomstige leden van de Raad van Toezicht van de EFRAG

61

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Commissie

2009/C 074/05

Steunmaatregelen van de staten — Hongarije — Steunmaatregel C 1/09 (ex NN 69/08) — Vermeende steun voor MOL — Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag om opmerkingen te maken ( 1 )

63

 

ANDERE BESLUITEN

 

Commissie

2009/C 074/06

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

70

2009/C 074/07

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

74

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/1


Mededeling van de Commissie tot vaststelling van de voor de tweede helft van 2009 beschikbare hoeveelheid voor bepaalde producten in de sector melk en zuivelproducten in het kader van bepaalde door de Gemeenschap geopende contingenten

(2009/C 74/01)

Bij de toewijzing van de invoercertificaten voor de eerste helft van 2009 voor bepaalde bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 van de Commissie (1) vastgestelde tariefcontingenten, zijn invoercertificaten aangevraagd voor kleinere hoeveelheden dan die welke voor de betrokken producten beschikbaar zijn. Bijgevolg moet voor ieder betrokken contingent de voor de periode van 1 juli tot en met 31 december 2009 beschikbare hoeveelheid worden berekend, rekening houdend met de niet toegewezen hoeveelheden in het kader van Verordening (EG) nr. 1224/2008 van de Commissie (2) (van 9 december 2008 tot vaststelling van de mate waarin de aanvragen van certificaten voor de invoer van bepaalde zuivelproducten die in november 2008 in het kader van bepaalde bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 geopende tariefcontingenten zijn ingediend, kunnen worden aanvaard) en met de aanvragen voor certificaten voor de invoer van boter van oorsprong uit Nieuw-Zeeland die in de eerste 10 dagen van november 2008 in het kader van de contingenten met de volgnummers 09.4195 en 09.4182 zijn ingediend.

De beschikbare hoeveelheden voor de periode van 1 juli tot en met 31 december 2009 voor de tweede helft van het invoerjaar voor bepaalde in Verordening (EG) nr. 2535/2001 van de Commissie vastgestelde tariefcontingenten, zijn hieronder aangegeven.


(1)  PB L 341 van 22.12.2001, blz. 29.

(2)  PB L 331 van 10.12.2008, blz. 5.


BIJLAGE

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE EUROPESE UNIE

Commissie

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/3


Wisselkoersen van de euro (1)

27 maart 2009

(2009/C 74/02)

1 euro=

 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3295

JPY

Japanse yen

129,91

DKK

Deense kroon

7,449

GBP

Pond sterling

0,9285

SEK

Zweedse kroon

10,8935

CHF

Zwitserse frank

1,5189

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,8

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,225

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

304,37

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,7096

PLN

Poolse zloty

4,6483

RON

Roemeense leu

4,2515

TRY

Turkse lira

2,2222

AUD

Australische dollar

1,923

CAD

Canadese dollar

1,6446

HKD

Hongkongse dollar

10,3041

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

2,3312

SGD

Singaporese dollar

2,016

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 792,41

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

12,73

CNY

Chinese yuan renminbi

9,0838

HRK

Kroatische kuna

7,4705

IDR

Indonesische roepia

15 285,26

MYR

Maleisische ringgit

4,8061

PHP

Filipijnse peso

64,08

RUB

Russische roebel

44,7692

THB

Thaise baht

47,024

BRL

Braziliaanse real

3,0178

MXN

Mexicaanse peso

19,1149

INR

Indiase roepie

67,333


(1)  

Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/4


Mededeling van de Commissie in het kader van de uitvoering van Richtlijn 98/37/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende machines

(Voor de EER relevante tekst)

(Bekendmaking van titels en referentienummers van geharmoniseerde normen in het kader van de richtlijn)

(2009/C 74/03)

ENO (1)

Referentienummer en titel van de norm

(en referentie document)

Eerste bekendmaking PB

Referentie-nummer van de vervangen norm

Datum waarop het vermoeden van overeenstemming ten aanzien van de vervangen norm vervalt

(Noot 1)

CEN

EN 81-3:2000 + A1:2008

Veiligheidsregels voor het vervaardigen en het aanbrengen van liften — Deel 3: Elektrische en hydraulische klein-goederenliften

28.1.2009

EN 81-3:2000

28.12.2009

CEN

EN 81-40:2008

Veiligheidsregels voor het vervaardigen en het aanbrengen van liften — Bijzondere liften voor het vervoer van personen en goederen — Deel 40: Trapliften en hefplateaus met hellende baan bedoeld voor gehandicapte personen

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN 115-1:2008

Veiligheid van roltrappen en rolpaden — Deel 1: Vervaardiging en aanbrengen

28.1.2009

EN 115:1995

28.12.2009

CEN

EN 201:1997

Machines voor rubber en kuntstoffen — Spuitgietmachines — Veiligheidseisen

4.6.1997

 

EN 201:1997/A1:2000

20.5.2000

Noot 3

Datum verstreken

(31.8.2000)

EN 201:1997/A2:2005

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.1.2006)

CEN

EN 280:2001

Hoogwerkers — Ontwerpberekeningen — Stabiliteitscriteria — Constructie — Veiligheid — Inspecties en beproevingen

14.6.2002

 

EN 280:2001/A1:2004

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(2.8.2006)

CEN

EN 289:2004 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Persen — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 289:2004

28.12.2009

CEN

EN 349:1993 + A1:2008

Veiligheid van machines;Minimumafstanden ter voorkoming van het bekneld raken van menselijke lichaamsdelen

22.8.2008

EN 349:1993

28.12.2009

CEN

EN 378-2:2008

Koelsystemen en warmtepompen — Veiligheids- en milieu-eisen — Deel 2: Ontwerp, constructie, beproeven, merken en documentatie

22.8.2008

 

CEN

EN 415-1:2000

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 1: Terminologie en indeling van verpakkingsmachines en toebehoren

14.6.2002

 

CEN

EN 415-2:1999

Veiligheid van machines — Deel 2: Verpakkingsmachines voor voorgevormde vormvaste verpakkingen

20.5.2000

 

CEN

EN 415-3:1999

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 3: Vorm-, vul-, en sluitmachines

27.11.2001

 

CEN

EN 415-4:1997

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 4: Palletiseer- en depalletiseermachines

4.6.1997

 

CEN

EN 415-5:2006

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 5: Productwikkelmachines

8.5.2007

 

CEN

EN 415-6:2006

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 6: Palletwikkelmachines

8.5.2007

 

CEN

EN 415-7:2006 + A1:2008

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 7: Verpakkingsmachines voor verzamel- en secundaire verpakkingen

28.1.2009

EN 415-7:2006

28.12.2009

CEN

EN 415-8:2008

Veiligheid van verpakkingsmachines — Deel 8: Omsnoeringsmachines

24.6.2008

 

CEN

EN 422:1995

Machines voor rubber en kunststoffen — Veiligheid — Matrijsblaasmachines voor het vervaardigen van holle producten — Eisen voor het ontwerp en de constructie

8.8.1996

 

CEN

EN 453:2000

Machines voor de voedselbereiding — Deegmengers en kneders — Veiligheids- en hygiëne-eisen

10.3.2001

 

CEN

EN 454:2000

Machines voor de voedselbereiding — Planetaire mengers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

10.3.2001

 

CEN

EN 474-1:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen

8.5.2007

EN 474-1:1994

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-2:2006 + A1:2008

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 2: Eisen voor bulldozers

Dit is de eerste bekendmaking

EN 474-2:2006

28.12.2009

CEN

EN 474-3:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 3: Eisen voor laadschoppen

8.5.2007

EN 474-3:1996

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-4:1996

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 4: Eisen voor graaflaadcombinaties

15.10.1996

 

CEN

EN 474-5:1996

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 5: Eisen voor hydraulische graafmachines

15.10.1996

 

EN 474-5:1996/AC:1997

 

 

 

CEN

EN 474-6:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 6: Eisen voor zelfrijdende dumpers en motorkipwagens

8.5.2007

EN 474-6:1996

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-7:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 7: Eisen voor scrapers

8.5.2007

EN 474-7:1998

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-8:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 8: Eisen voor graders

8.5.2007

EN 474-8:1998

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-9:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 9: Eisen voor pijpleggers

8.5.2007

EN 474-9:1998

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-10:2006

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 10: Eisen voor sleufgravers

8.5.2007

EN 474-10:1998

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 474-11:2006 + A1:2008

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 11: Eisen voor aarde- en vuilverdichters

Dit is de eerste bekendmaking

EN 474-11:2006

28.12.2009

CEN

EN 474-12:2006 + A1:2008

Grondverzetmachines — Veiligheid — Deel 12: Eisen voor graafmachines voor leidingen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 474-12:2006

28.12.2009

CEN

EN 500-1:2006

Mobiele wegenbouwmachines — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen

8.5.2007

EN 500-1:1995

Datum verstreken

(30.11.2008)

CEN

EN 500-2:2006 + A1:2008

Mobiele wegenbouwmachines — Veiligheid — Deel 2: Bijzondere eisen voor wegen-freesmachines

Dit is de eerste bekendmaking

EN 500-2:2006

28.12.2009

CEN

EN 500-3:2006 + A1:2008

Mobiele wegenbouwmachines — Veiligheid — Deel 3: Bijzondere eisen voor machines voor de bodemstabilisatie

Dit is de eerste bekendmaking

EN 500-3:2006

28.12.2009

CEN

EN 500-4:1995

Mobiele wegenbouwmachines — Veiligheid — Deel 4: Specifieke eisen voor verdichtingsmachines

14.2.1996

 

CEN

EN 500-6:2006+A1:2008

Mobiele wegenbouwmachines — Veiligheid — Deel 6: Bijzondere eisen voor afwerkingsmachines

Dit is de eerste bekendmaking

EN 500-6:2006

28.12.2009

CEN

EN 528:2008

Railgebonden stellingbedieningsapparatuur — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 528:1996

31.12.2009

CEN

EN 536:1999

Wegenbouwmachines — Asfaltmenginstallaties — Veiligheideisen

5.11.1999

 

CEN

EN 547-1:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke lichaamsafmetingen — Deel 1: Principes voor de bepaling van de vereiste afmetingen van toegangsopeningen in machines voor het gehele lichaam

28.1.2009

EN 547-1:1996

28.12.2009

CEN

EN 547-2:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke lichaamsafmetingen — Deel 2: Principes voor de bepaling van de vereiste afmetingen van toegangsopeningen

28.1.2009

EN 547-2:1996

28.12.2009

CEN

EN 547-3:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke lichaamsafmetingen — Deel 3: Antropometrische gegevens

28.1.2009

EN 547-3:1996

28.12.2009

CEN

EN 574:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Tweehandenbediening — Functionele aspecten — Grondslagen voor het ontwerp

22.8.2008

EN 574:1996

28.12.2009

CEN

EN 609-1:1999

Landbouw- en bosbouwmachines — Veiligheid van houtkloofmachines — Deel 1: Wigkloofmachines

11.6.1999

 

EN 609-1:1999/A1:2003

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 609-2:1999

Landbouw- en bosbouwmachines — Houtkloofmachines — Veiligheid — Deel 2: Schroefkloofmachine

15.4.2000

 

CEN

EN 614-1:2006

Veiligheid van machines — Ergonomische ontwerpprincipes — Deel 1: Terminologie en algemene principes

8.5.2007

EN 614-1:1995

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN 614-2:2000 + A1:2008

Veiligheid van machines — Ergonomische ontwerpprincipes — Deel 2: Interactie tussen het ontwerp van machines en werktaken

28.1.2009

EN 614-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 617:2001

Transporteurs — Veiligheids- en EMC-eisen voor installaties voor opslag van stortgoed in silo's, bunkers, voorraadbakken en trechters

14.6.2002

 

CEN

EN 618:2002

Transporteurs — Veiligheids- en EMC-eisen voor stortgoedtransporteurs met uitzondering van vast opgestelde bandtransporteurs

24.6.2003

 

CEN

EN 619:2002

Transporteurs — Veiligheids- en EMC-eisen voor stukgoedtransporteurs van transporteenheden

14.8.2003

 

CEN

EN 620:2002

Stuk- en stortgoedtransporteurs — Veiligheids- en EMC-eisen voor vast opgestelde bandtransporteurs voor stortgoed

24.6.2003

 

CEN

EN 626-1:1994 + A1:2008

Veiligheid van machines — Verlaging van de gezondheidsrisico's ten gevolge van gevaarlijke stoffen, afkomstig van machines — Deel 1: Grondbeginselen en specificaties voor fabrikanten van machines

28.1.2009

EN 626-1:1994

28.12.2009

CEN

EN 626-2:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Verlaging van de gezondheidsrisico's ten gevolge van gevaarlijke stoffen, afkomstig van machines — Deel 2: Methodiek voor het opstellen van verificatieprocedures

22.8.2008

EN 626-2:1996

28.12.2009

CEN

EN 627:1995

Specificatie van de gegevensregistratie en de bewaking van personen liften, roltrappen en rolwanden

28.11.1996

 

CEN

EN 632:1995

Landbouwmachines — Maaidorsers en veldhakselaars — Veiligheid

8.8.1996

 

CEN

EN 690:1994

Landbouwmachines — Stalmeststrooiers — Veiligheid

1.7.1995

 

CEN

EN 692:2005

Gereedschapsmachines — Veiligheid — Mechanische persen

2.8.2006

EN 692:1996

Datum verstreken

(2.8.2006)

CEN

EN 693:2001

Gereedschapswerktuigen — Veiligheid — Hydraulische persen

27.11.2001

 

CEN

EN 703:2004

Landbouwmachines — Machines om kuilvoer te laden, temengen en/of te verdelen — Veiligheid

31.12.2005

EN 703:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 704:1999

Landbouwmachines — Opraappersen — Veiligheid

11.6.1999

 

CEN

EN 706:1996

Landbouwmachines — Snoeimachines voor de uitlopers van druivenstokken — Veiligheid

22.3.1997

 

CEN

EN 707:1999

Landbouwmachines — Mengmestverspreiders — Veiligheid

5.11.1999

 

CEN

EN 708:1996

Landbouwmachines — Aangedreven grondbewerkingsmachines — Veiligheid

8.5.1997

 

EN 708:1996/A1:2000

16.6.2000

Noot 3

Datum verstreken

(30.9.2000)

CEN

EN 709:1997

Land- en bosbouwmachines — Eénassige trekkers met direct aangedreven cultivatoren — Veiligheid

23.10.1997

 

EN 709:1997/A1:1999

15.4.2000

Noot 3

Datum verstreken

(15.4.2000)

CEN

EN 710:1997

Veiligheidseisen voor toestellen, installaties en verwante inrightingen waarmee gietvormen en -kernen worden gemaakt

13.3.1998

 

CEN

EN 741:2000

Transporteurs — Veiligheidseisen voor systemen en hun componenten voor pneumatisch transport van stortgoed

27.11.2001

 

CEN

EN 745:1999

Landbouwmachines — Cirkelmaaiers en klepelmaaiers — Veiligheid

11.6.1999

 

CEN

EN 746-1:1997

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 1: Algemene veiligheidseisen

4.6.1997

 

CEN

EN 746-2:1997

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 2: Veiligheidseisen voor verbrandings- en brandstofsystemen

4.6.1997

 

CEN

EN 746-3:1997

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 3: Veiligheidseisen voor de productie en het gebruik van bescherm- en reactiegassen

4.6.1997

 

CEN

EN 746-4:2000

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 4: Bijzondere veiligheidseisen voor dompelverzinkinstallaties

16.6.2000

 

CEN

EN 746-5:2000

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 5: Bijzondere veiligheidseisen voor zoutbad-installaties

27.11.2001

 

CEN

EN 746-8:2000

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Deel 8: Bijzondere veiligheidseisen voor afschrikapparatuur

27.11.2001

 

CEN

EN 774:1996

Tuingereedschap — Draagbare, aangedreven heggescharen — Veiligheid

15.10.1996

 

EN 774:1996/A1:1997

8.5.1997

Noot 3

Datum verstreken

(31.8.1997)

EN 774:1996/A2:1997

23.10.1997

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.1997)

EN 774:1996/A3:2001

27.11.2001

Noot 3

Datum verstreken

(27.11.2001)

CEN

EN 786:1996

Tuingereedschap — Elektrisch aangedreven handgeleide graskantenmaaiers en graskantensnijders — Mechanische veiligheid

15.10.1996

 

EN 786:1996/A1:2001

27.11.2001

Noot 3

Datum verstreken

(27.11.2001)

EN 786:1996/AC:1996

 

 

 

CEN

EN 791:1995

Boorinstallaties — Veiligheidseisen

8.8.1996

 

CEN

EN 792-1:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 1: Montagegereedschap voor bevestigingsmiddelen zonder schroefdraad

28.1.2009

EN 792-1:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-2:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 2: Knip- en krimpgereedschap

28.1.2009

EN 792-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-3:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 3: Boor- en tapmachines

28.1.2009

EN 792-3:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-4:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 4: Slaggereedschap

28.1.2009

EN 792-4:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-5:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 5: Slagboormachines

28.1.2009

EN 792-5:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-6:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 6: Montagegereedschap voor bevestigingsmiddelen met schroefdraad

28.1.2009

EN 792-6:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-7:2001 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 7: Slijpmachines

28.1.2009

EN 792-7:2001

28.12.2009

CEN

EN 792-8:2001 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 8: Schijfschuurmachines en polijstmachines

28.1.2009

EN 792-8:2001

28.12.2009

CEN

EN 792-9:2001 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 9: Slijpmachines met opgespannen slijpstenen

28.1.2009

EN 792-9:2001

28.12.2009

CEN

EN 792-10:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 10: Persen

28.1.2009

EN 792-10:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-11:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 11: Plaatscharen en knabbelscharen

28.1.2009

EN 792-11:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-12:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 12: Kleine cirkelzagen, kleine decoupeerzagen en oscillerende zagen

28.1.2009

EN 792-12:2000

28.12.2009

CEN

EN 792-13:2000 + A1:2008

Handgereedschap met niet-elektrische aandrijving — Veiligheidseisen — Deel 13: Nietmachines

28.1.2009

EN 792-13:2000

28.12.2009

CEN

EN 809:1998

Pompen en pompeenheden voor vloeistoffen — Algemene veiligheidseisen

15.10.1998

 

EN 809:1998/AC:2001

 

 

 

CEN

EN 815:1996 + A2:2008

Veiligheid van niet-afgeschermde machines voor het boren van tunnels en machines zonder aandrijfas voor het boren in rotsen — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 815:1996

28.12.2009

CEN

EN 818-1:1996 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 1: Algemene acceptatievoorwaarden

22.8.2008

EN 818-1:1996

28.12.2009

CEN

EN 818-2:1996 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 2: Kettingen met middelmatige tolerantie voor kettingsamenstellen — Klasse 8

22.8.2008

EN 818-2:1996

28.12.2009

CEN

EN 818-3:1999 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 3: Kettingen met middelmatige tolerantie voor kettingsamenstellen — Kwaliteitsklasse 4

22.8.2008

EN 818-3:1999

28.12.2009

CEN

EN 818-4:1996 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 4: Kettingsamenstellen — Klasse 8

22.8.2008

EN 818-4:1996

28.12.2009

CEN

EN 818-5:1999 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 5: Kettingsamenstellen — Kwaliteitsklasse 4

22.8.2008

EN 818-5:1999

28.12.2009

CEN

EN 818-6:2000 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 6: Kettingsamenstellen — Specificatie voor informatie voor gebruik en onderhoud te verstrekken door de fabrikant

22.8.2008

EN 818-6:2000

28.12.2009

CEN

EN 818-7:2002 + A1:2008

Kortschalmige kettingen voor hijsdoeleinden — Veiligheid — Deel 7: Kettingen met een kleine tolerantie voor takels, Kwaliteitsklasse T (type T, DAT en DT)

22.8.2008

EN 818-7:2002

28.12.2009

CEN

EN 836:1997

Tuingereedschap — Door een aangedreven grasmaaiers — Veiligheid

4.6.1997

 

EN 836:1997/A1:1997

13.3.1998

Noot 3

Datum verstreken

(30.4.1998)

EN 836:1997/A2:2001

27.11.2001

Noot 3

Datum verstreken

(27.11.2001)

EN 836:1997/A3:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 836:1997/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 842:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Visuele gevaarsignalen — Algemene eisen, ontwerpprincipes en beproevingsmethoden

28.1.2009

EN 842:1996

28.12.2009

CEN

EN 848-1:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Freesmachines voor éénzijdige bewerking met draaiend gereedschap — Deel 1: Freesmachines met één verticale as

6.11.2007

EN 848-1:1998

Datum verstreken

(31.8.2008)

CEN

EN 848-2:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Freesmachines voor éénzijdige bewerking met draaiend gereedschap — Deel 2: Eénassige bovenfreesmachines met handmatige of gemechaniseerde voeding

6.11.2007

EN 848-2:1998

Datum verstreken

(31.8.2008)

CEN

EN 848-3:1999

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Freesmachines voor éénzijdige bewerking met draaiend gereedschap — Deel 3: Numeriek bestuurde boor- en freesmachines

15.4.2000

 

Waarschuwing: Wat de kenmerken van en de materiaalkeuze voor beschermingsgordijnen, met name lamellengordijnen, betreft, heeft deze publicatie geen betrekking op de paragrafen 5.2.7.1.2.b, eerste tot en met zesde alinea, van deze norm; de toepassing hiervan geeft geen vermoeden van overeenstemming met de fundamentele veiligheids- en gezondheidsvoorschriften 1.3.2, 1.3.3 en 1.4.1 van bijlage I bij Richtlijn 98/37/EG in samenhang met het fundamenteel veiligheids- en gezondheidsvoorschriften 1.1.2.a van die bijlage.

CEN

EN 859:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Vlakbanken met handvoeding

24.6.2008

EN 859:1997

Datum verstreken

(31.12.2008)

CEN

EN 860:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Vandiktebanken voor éénzijdige bewerking

6.11.2007

EN 860:1997

30.6.2010

CEN

EN 861:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Gecombineerde vlak- en vandiktebanken

6.11.2007

EN 861:1997

30.6.2010

CEN

EN 869:2006

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor onder hoge druk werken de gietmachines voor metalen

8.5.2007

EN 869:1997

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN 894-1:1997 + A1:2008

Veiligheid van machines — Ergonomische eisen voor het ontwerpen van informatie- en bedieningsmiddelen — Deel 1: Algemene beginselen voor de interactie tussen de mens en informatie- en bedieningsmiddelen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 894-1:1997

28.12.2009

CEN

EN 894-2:1997 + A1:2008

Veiligheid van machines — Ergonomische eisen voor het ontwerpen van informatie- en bedieningsmiddelen — Deel 1: Algemene beginselen voor de interactie tussen de mens en informatie- en bedieningsmiddelen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 894-2:1997

28.12.2009

CEN

EN 894-3:2000 + A1:2008

Veiligheid van machines — Ergonomische eisen voor het ontwerpen van informatie- en bedieningsmiddelen — Deel 3: Bedieningsmiddelen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 894-3:2000

28.12.2009

CEN

EN 907:1997

Land- en bosbouwmachines — Veldspuiten voor gewasbeschermingsmiddelen en voor vloeibare kunstmest — Veiligheid

23.10.1997

 

CEN

EN 908:1999

Veiligheidseisen voor land- en bosbouwmachines — Regeninstallaties met haspel

11.6.1999

 

CEN

EN 909:1998

Land- en bosbouwmachines — Zelfrijdende, draaiende boominstallaties en regenmachines — Veiligheid

11.6.1999

 

CEN

EN 930:1997

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten — Machines voor opruwen, schuren, glanzen en kantafwerking — Veiligheidseisen

13.3.1998

 

EN 930:1997/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 931:1997

Machines voor de fabricage van schoeisel — Leestmachines -Veiligheidseisen

13.3.1998

 

EN 931:1997/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 940:1997

Houtbewerkingsmachines — Veiligheid — Gecombineerde houtbewerkingsmachines

23.10.1997

 

EN 940:1997/AC:1997

 

 

 

CEN

EN 953:1997

Veiligheid van machines — Afscherming — Algemene eisen voor het ontwerp en de constructie van vaste en beweegbare afschermingen

13.3.1998

 

CEN

EN 972:1998

Leerbewerkingsmachines — Machines met invoerwalsen — Veiligheidseisen

15.10.1998

 

CEN

EN 981:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines;Systeem van akoestische en optische gevaarsignalen en informatieve signalen

28.1.2009

EN 981:1996

28.12.2009

CEN

EN 982:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor hydraulische en pneumatische systemen en hun componenten — Hydrauliek

28.1.2009

EN 982:1996

28.12.2009

CEN

EN 983:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor hydraulische en pneumatische systemen en hun onderdelen — Pneumatiek

28.1.2009

EN 983:1996

28.12.2009

CEN

EN 996:1995

Funderingsmachines — Veiligheidseisen

15.10.1996

 

EN 996:1995/A1:1999

11.6.1999

Noot 3

Datum verstreken

(31.7.1999)

EN 996:1995/A2:2003

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(20.4.2004)

EN 996:1995/A1:1999/AC:1999

 

 

 

CEN

EN 999:1998 + A1:2008

Veiligheid van machines — De plaatsing van beveiligingsinrichtingen in verband met naderingssnelheden van lichaamsdelen

28.1.2009

EN 999:1998

28.12.2009

CEN

EN 1005-1:2001 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke fysieke belasting — Deel 1: Termen en definities

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1005-1:2001

28.12.2009

CEN

EN 1005-2:2003 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke fysieke belasting — Deel 2: Handmatig hanteren van machines en machine-onderdelen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1005-2:2003

28.12.2009

CEN

EN 1005-3:2002 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke fysieke belasting — Deel 3: Aanbevolen maximale krachten bij machinewerkzaamheden

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1005-3:2002

28.12.2009

CEN

EN 1005-4:2005 + A1:2008

Veiligheid van machines — Menselijke fysieke belasting — Deel 4: Evaluatie van werkhoudingen en bewegingen bij machinewerkzaamheden

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1005-4:2005

28.12.2009

CEN

EN 1010-1:2004

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en het vervaardigen van druk- en papierverwerkingsmachines — Deel 1: Algemene eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 1010-2:2006

Veiligheidseisen van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van druk- en papierverwerkingsmachines — Deel 2: Druk- en verfmachines inclusief voordrukmachines

2.8.2006

 

CEN

EN 1010-3:2002

Veiligheid van machines — Veiligheidsvoorschriften voor het ontwerp en de constructie van druk- en papierverwerkingsmachines — Deel 3: Snijmachines

14.8.2003

 

CEN

EN 1010-4:2004

Veiligheid van machines — Veiligheidsvoorschriften voor het ontwerp en de constructie van druk- en papierverwerkingsmachines — Deel 4: Boekbind-, papierverwerkings- en afwerkingsmachines

31.12.2005

 

CEN

EN 1010-5:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidsvoorschriften voor het ontwerp en de constructie van druk- en papierverwerkingsmachines — Deel 5: Machines voor de productie van golfkarton en machines voor de conversie van vlak- en golfkarton

31.12.2005

 

CEN

EN 1012-1:1996

Compressoren en vacuümpompen — Veiligheidseisen — Deel 1: Compressoren

15.10.1996

 

CEN

EN 1012-2:1996

Compressoren en vacuümpompen — Veiligheidseisen — Deel 2: Vacuumpompen

15.10.1996

 

CEN

EN 1028-1:2002 + A1:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen met aanzuiginrichting — Deel 1: Classificatie — Algemene en veiligheidseisen

28.1.2009

EN 1028-1:2002

28.12.2009

CEN

EN 1028-2:2002 + A1:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen met ontluchtingsinrichting — Deel 2: Verificatie van algemene en veiligheidseisen

22.8.2008

EN 1028-2:2002

28.12.2009

CEN

EN 1032:2003 + A1:2008

Mechanische trillingen — Beproeving van mobiele machines om de trillingsemissiewaarde te bepalen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1032:2003

28.12.2009

CEN

EN 1034-1:2000

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 1: Algemene eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 1034-2:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 2: Ontschorsingsmachine

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-3:1999

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 3: Opwikkelmachines en rollensnijmachines, meerlagenmachines

20.5.2000

 

CEN

EN 1034-4:2005

Veiligheidsmachines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor papierfabricage en -afwerking — Deel 4: Pulpers en hun laadfaciliteiten

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-5:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 5: Snijmachines

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-6:2005

Veiligheidsmachines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor papierfabricage en -afwerking — Deel 6: Kalanders

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-7:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papiervervaardiging en -afwerking — Deel 7: Verdeelkasten

31.12.2005

 

CEN

EN 1034-13:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 13: Machines voor het persen van balen en units

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-14:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 14: Haspelverdeler

2.8.2006

 

CEN

EN 1034-22:2005

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van machines voor de papierfabricage en -afwerking — Deel 22: Houtvermalers

31.12.2005

 

CEN

EN 1035:1998

Leerbewerkingsmachines — Machines met bewegende platen — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 1037:1995 + A1:2008

Veiligheid van machines — Voorkoming van onbedoeld starten

22.8.2008

EN 1037:1995

28.12.2009

CEN

EN 1088:1995 + A2:2008

Veiligheid van machines — Blokkeerinrichtingen gekoppeld aan afschermingen — Grondbeginselen voor het ontwerp en de keuze

28.1.2009

EN 1088:1995

28.12.2009

CEN

EN 1093-1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 1: Keuze van de meetmethoden

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1093-1:1998

28.12.2009

CEN

EN 1093-2:2006 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 2: Sporen gasmethode voor het beoordelen van de emissiewaarde van een bepaalde vervuilende stof

22.8.2008

EN 1093-2:2006

28.12.2009

CEN

EN 1093-3:2006 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 3: Emissiewaarde van een opgegeven vervuilende stof — Proefstandmethode met gebruik van de werkelijke vervuilende stof

22.8.2008

EN 1093-3:2006

28.12.2009

CEN

EN 1093-4:1996 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 4: Vangvermogen van een uitlaatsysteem — Sporenmethode

22.8.2008

EN 1093-4:1996

28.12.2009

CEN

EN 1093-6:1998 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 6: Massascheidingsrendement, vrije uitlaat

28.1.2009

EN 1093-6:1998

28.12.2009

CEN

EN 1093-7:1998 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 7: Massascheidingsrendement, geleide uitlaat

28.1.2009

EN 1093-7:1998

28.12.2009

CEN

EN 1093-8:1998 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 8: Parameter voor de concentratie aan vervuilende stof, proefstandmethode

28.1.2009

EN 1093-8:1998

28.12.2009

CEN

EN 1093-9:1998 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 9: Parameter voor de concentratie aan vervuilende stof, proefruimtemethode

28.1.2009

EN 1093-9:1998

28.12.2009

CEN

EN 1093-11:2001 + A1:2008

Veiligheid van machines — Evaluatie van de emissie van gevaarlijke stoffen in de lucht — Deel 11: Decontaminatie-index

28.1.2009

EN 1093-11:2001

28.12.2009

CEN

EN 1114-1:1996

Machines voor rubber en kunststoffen — Veiligheid — Extrusiepersen en extrusie-installaties — Deel 1: Veiligheidseisen voor extrusiepersen

8.5.1997

 

CEN

EN 1114-2:1998 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Extrusiepersen en extrusie-installaties — Deel 2: Veiligheidseisen voor granulatoren

28.1.2009

EN 1114-2:1998

28.12.2009

CEN

EN 1114-3:2001

Machines voor rubber en kunststoffen — Extrusiepersen en extrusie-installaties — Deel 3: Veiligheidseisen voor afvoerinrichtingen

27.11.2001

 

CEN

EN 1127-1:2007

Ontplofbare atmosferen — Voorkoming van en bescherming tegen ontploffingen — Deel 1: Grondbeginselen en methodologie

24.6.2008

EN 1127-1:1997

28.12.2009

CEN

EN 1127-2:2002 + A1:2008

Ontploffingsgevaarlijke atmosferen — Voorkoming van en bescherming tegen ontploffingen — Deel 2: Grondbeginselen en methodologie voor mijnen

22.8.2008

EN 1127-2:2002

28.12.2009

CEN

EN 1175-1:1998

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Elektrische eisen — Deel 1: Algemene eisen voor transportwerktuigen met batterijvoeding

15.10.1998

 

CEN

EN 1175-2:1998

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Elektrische eisen — Deel 2: Algemene eisen voor transportwerktuigen aangedreven door een verbrandingsmotor

13.6.1998

 

CEN

EN 1175-3:1998

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Elektrische eisen — Deel 3: Bijzondere eisen voor elektrische krachtoverbrengingssystemen van transportwerktuigen aangedreven door een verbrandingsmotor

15.10.1998

 

CEN

EN 1218-1:1999

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Pennenbanken — Deel 1: Eenzijdige pennenbanken met schuiftafel

10.3.2001

 

CEN

EN 1218-2:2004

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Pennenbanken — Deel 2: Tweezijdige pennenbanken en/of profielmachines met transportketting

31.12.2005

 

EN 1218-2:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1218-3:2001

Veiligheid vanhoutbewerkingsmachines — Pennenbanken — Deel 3: Machines met handbediende schuiftafels voor het zagen van gestructureerd hout

14.6.2002

 

CEN

EN 1218-4:2004

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Pennenbanken — Deel 4: Machines met randgeleiding en kettingtransport

31.12.2005

 

EN 1218-4:2004/A1:2005

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(2.8.2006)

EN 1218-4:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1218-5:2004

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Pennenbanken — Deel 5: Eenzijdige profileermachines met vaste tafel en aanvoerrollen of met kettingaanvoer

31.12.2005

 

EN 1218-5:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1247:2004

Gieterijmachines — Veiligheidseisen voor gietpannen, gietmachines, centrifugaalgietmachines, continu- en semi-continu-gietmachines

31.12.2005

 

CEN

EN 1248:2001

Gieterijmachines — Veiligheidseisen voor straalinstallaties

14.6.2002

 

CEN

EN 1265:1999 + A1:2008

Veiligheid van machines — Regels voor het meten van het geluid veroorzaakt door gietmachines en -installaties

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1265:1999

28.12.2009

CEN

EN 1299:1997 + A1:2008

Mechanische trillingen en schok — Trillingsisolatie van machines — Gegevens voor de toepassing van bronisolatie

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1299:1997

28.12.2009

CEN

EN 1374:2000

Landbouwwerktuigen — Stationaire losapparaten voor ronde silo's — Veiligheid

10.3.2001

 

EN 1374:2000/AC:2004

 

 

 

CEN

EN 1398:1997

Laadbruggen

13.3.1998

 

EN 1398:1997/AC:1998

 

 

 

CEN

EN 1417:1996 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Walsen — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 1417:1996

28.12.2009

CEN

EN 1459:1998

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Gemotoriseerde heftrucks met een variabele reikwijdte

30.5.2000

 

Waarschuwing: De aandacht van de gebruikers van norm EN 1459 wordt gevestigd op het feit dat die geen betrekking heeft op het risico dat de bestuurder loopt bij het omvallen van het transportwerktuig. Voor dat aspect doet overeenstemming met de norm niet het vermoeden van overeenstemming ontstaan.

 

EN 1459:1998/A1:2006

8.5.2007

Noot 3

Datum verstreken

(8.5.2007)

EN 1459:1998/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1492-1:2000 + A1:2008

Hijsbanden — Veiligheid — Deel 1: Vlakke geweven hijsbanden, gemaakt van kunststofvezels, voor algemeen gebruik

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1492-1:2000

28.12.2009

CEN

EN 1492-2:2000 + A1:2008

Hijsbanden — Veiligheid — Deel 2: Ronde hijsbanden gemaakt van kunststofvezels voor algemeen gebruik

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1492-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 1492-4:2004 + A1:2008

Hijsbanden — Veiligheid — Deel 4: Hijsgereedschappen voor algemeen gebruik gemaakt van touwen van natuurlijke en kunststofvezels

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1492-4:2004

28.12.2009

CEN

EN 1493:1998 + A1:2008

Hefbruggen voor voertuigen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1493:1998

28.12.2009

CEN

EN 1494:2000 + A1:2008

Verrijdbare of verplaatsbare krikken en vijzels, en bijbehorende hefinrichtingen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1494:2000

28.12.2009

CEN

EN 1495:1997

Hefplateaus — Hefsteigers

13.3.1998

 

Waarschuwing: Deze publicatie betreft niet punt 5.3.2.4, de laatste alinea van punt 7.1.2.12, tabel 8 en figuur 9 van de norm EN 1495:1997, waarvoor geen vermoeden van overeenstemming met de bepalingen van Richtlijn 98/37/EG wordt gegeven.

 

EN 1495:1997/AC:1997

 

 

 

CEN

EN 1501-1:1998

Vuilniswagens en de daarbij behorende hefinrichtingen — Algemene eisen en veiligheidseisen — Deel 1: Langs de achterzijde te beladen vuilniswagens

15.10.1998

 

EN 1501-1:1998/A1:2004

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(2.8.2006)

CEN

EN 1501-2:2005

Vuilniswagens en de daarbij behorende hefinrichtingen — Algemene eisen en veiligheidseisen — Deel 2: Langs de zijkant te beladen vuilniswagens

31.12.2005

 

CEN

EN 1501-3:2008

Afvalinzamelwagens en de daarbij behorende hefinrichtingen — Algemene eisen en veiligheidseisen — Deel 3: Aan de voorzijde te beladen afvalinzamelwagens

24.6.2008

 

CEN

EN 1501-4:2007

Afvalinzamelwagens en de daarbij horende hefinrichtingen — Algemene eisen en veiligheidseisen — Deel 4: Geluidsbeproevingscode voor afvalinzamelwagens

24.6.2008

 

CEN

EN 1525:1997

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Bestuur derloze trucks en hun systemen

13.3.1998

 

CEN

EN 1526:1997 + A1:2008

Veiligheid van gemotoriseerde mobiele transportwerktuigen — Aanvullende eisen voor geautomatiseerde functies op transportwerktuigen

28.1.2009

EN 1526:1997

28.12.2009

CEN

EN 1539:2000

Droogtoestellen en ovens, waarin brandbare stoffen worden vrijgegeven — Veiligheidseisen

27.11.2001

 

CEN

EN 1547:2001

Industriële installaties voor warmtebehandelingsprocessen — Geluidmeetmethoden voor industriële installaties voor warmtebehandelingen inclusief de laad- en losinrichtingen

14.6.2002

 

CEN

EN 1550:1997 + A1:2008

Veiligheid van gereedschapsmachines — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de constructie van werkstukhouders

28.1.2009

EN 1550:1997

28.12.2009

CEN

EN 1551:2000

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Gemotoriseerde transportwerktuigen met een hefvermogen groter dan 10 000 kg

14.6.2002

 

CEN

EN 1552:2003

Ondergrondse mijnbouwmachines — Mobiele winningsmachines op het front — Veiligheidseisen voor walsinstallaties en schaafinstallaties

20.4.2004

 

CEN

EN 1553:1999

Landbouwmachines — Gemotoriseerde, gemonteerde, half gemonteerde en getrokken apparatuur — Algemene veiligheidsvoorschriften

15.4.2000

 

CEN

EN 1570:1998

Veiligheidseisen voor heftafels

15.10.1998

 

EN 1570:1998/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 1612-1:1997 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Reactie-gietmachines — Deel 1: Veiligheidseisen voor meet- en doseereenheid

28.1.2009

EN 1612-1:1997

28.12.2009

CEN

EN 1612-2:2000 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Reactie-gietmachines — Deel 2: Veiligheidseisen voor reactie-gietinstallaties

28.1.2009

EN 1612-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 1672-2:2005

Machines voor de voedselbereiding — Algemene basisregels

31.12.2005

EN 1672-2:1997

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 1673:2000

Machines voor de voedselbereiding — Bakovens met draaibare rekken — Veiligheids- en hygiëne-eisen

27.11.2001

 

CEN

EN 1674:2000

Machines voor de voedselbereiding — Deegrolmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

27.11.2001

 

CEN

EN 1677-1:2000

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 1: Gesmede stalen onderdelen, kwaliteits klasse 8

14.6.2002

 

CEN

EN 1677-2:2000 + A1:2008

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 2: Gesmede stalen haken met haakklep, kwaliteitsklasse 8

22.8.2008

EN 1677-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 1677-3:2001 + A1:2008

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 3: Gesmede stalen zelfborgende haken — Kwaliteitsklasse 8

22.8.2008

EN 1677-3:2001

28.12.2009

CEN

EN 1677-4:2000 + A1:2008

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 4: Schalmen — Kwaliteitsklasse 8

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1677-4:2000

28.12.2009

CEN

EN 1677-5:2001 + A1:2008

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 5: Gesmede stalen haken met haakklep — Kwaliteitsklasse 4

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1677-5:2001

28.12.2009

CEN

EN 1677-6:2001 + A1:2008

Onderdelen voor hijsgereedschappen — Veiligheid — Deel 6: Schalmen — Kwaliteitsklasse 4

Dit is de eerste bekendmaking

EN 1677-6:2001

28.12.2009

CEN

EN 1678:1998

Machines voor de voedselbereiding — Snijmachines voor groenten — Veiligheids- en hygiëne-eisen

15.10.1998

 

CEN

EN 1679-1:1998

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Veiligheid — Deel 1: Dieselmotoren

13.6.1998

 

CEN

EN 1710:2005 + A1:2008

Uitrusting en onderdelen voor gebruik in ondergrondse mijnen op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen

22.8.2008

EN 1710:2005

28.12.2009

CEN

EN 1726-1:1998

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Gemotoriseerde transportwerktuigen met een hefvermogen tot en met 10 000 kg en trekkers met een trekkracht tot en met 20 000 N — Deel 1: Algemene voorschriften

30.5.2000

 

Waarschuwing: De aandacht van de gebruikers van norm EN 1726-1 wordt gevestigd op het feit dat die geen betrekking heeft op het risico dat de bestuurder loopt bij het omvallen van het transportwerktuig. Voor dat aspect doet overeenstemming met de norm niet het vermoeden van overeenstemming ontstaan.

 

EN 1726-1:1998/A1:2003

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(2.8.2006)

CEN

EN 1726-2:2000

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Gemotoriseerde transportwerktuigen met een hefvermogen tot en met 10 000 kg en trekkers met een trekkracht tot en met 20 000 N — Deel 2: Aanvullende eisen voor heftrucks met meestijgende weekeplk en heftrucks die zijn ontworpen om te rijden met hooggeheven last

27.11.2001

 

CEN

EN 1755:2000

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Inzet in potentieel explosiegevaatlijke atmosferen — Gebruik in gebieden met ontbrandbare gassen, dampen, nevels en stof

10.3.2001

 

CEN

EN 1756-1:2001 + A1:2008

Laadkleppen — Hefplateaus voor montage aan voertuigen op wielen — Veiligheidseisen — Deel 1: Laadkleppen voor goederen

22.8.2008

EN 1756-1:2001

28.12.2009

CEN

EN 1756-2:2004

Laadkleppen — Hefplateaus voor montage aan voertuigen op wielen — Veiligheidseisen — Deel 2: Hefplateaus voor passagiers

31.12.2005

 

CEN

EN 1757-1:2001

Veiligheid van mobiele transportwerktuigen — Met de hand voortbewogen transportwerktuigen — Deel 1: Stapelaars

14.6.2002

 

CEN

EN 1757-2:2001

Veiligheid van mobiele transportwerktuigen — Met de hand voortbewogen transportwerktuigen — Deel 2: Pallettrucks

14.6.2002

 

CEN

EN 1757-4:2003

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Met de hand voortbewogen transportwerktuigen — Deel 4: Schaarhef-pallettrucks

31.12.2005

 

CEN

EN 1760-1:1997

Veiligheid van machines — Drukgevoelige beschermingsvoorzieningen — Deel 1: Algemene principes voor het ontwerp en beproeving van drukgevoelige matten en vloeren

13.3.1998

 

CEN

EN 1760-2:2001

Veiligheid van machines — Drukgevoeligebeschermingsvoorzieningen — Deel 2: Algemene principes voor het ontwerp en beproeving van drukgevoeligelijsten en stangen

27.11.2001

 

CEN

EN 1760-3:2004

Veiligheid van machines — Drukgevoelige beschermingsvoorzieningen — Deel 3: Algemene principes voor het ontwerp en beproeving van drukgevoelige bumpers, platen, kabels en dergelijke voorzieningen

31.12.2005

 

EN 1760-3:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1777:2004

Hydraulische hoogwerkers (HPs) voor de brandweer en reddingsdiensten — Veiligheidseisen en beproeving

31.12.2005

 

CEN

EN 1804-1:2001

Machines voor ondergrondse mijnbouw — Veiligheidseisenvoor hydraulisch aangedreven gewelfsteunen — Deel 1: Steuneenheden en algemene eisen

24.6.2003

 

CEN

EN 1804-2:2001

Machines voor ondergrondse-mijnbouw — Veiligheidseisen voor hydraulisch aangedreven gewelfsteunen — Deel 2: Stempels en cilinders

24.6.2003

 

CEN

EN 1804-3:2006

Machines voor ondergrondse-mijnbouw — Veiligheidseisen voor hydraulisch aangedreven gewelfsteunen — Deel 3: Hydraulische besturingssystemen

8.5.2007

 

CEN

EN 1807:1999

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Lintzagen

27.11.2001

 

CEN

EN 1808:1999

Veiligheidseisen voor hangsteigers — Ontwerpberekeningen, stabiliteitscriteria, constructie — Beproevingen

5.11.1999

 

CEN

EN 1829-2:2008

Hogedrukspuitmachines — Veiligheidseisen — Deel 2: Slangen, slangverbindingen en verbindingselementen

22.8.2008

 

CEN

EN 1834-1:2000

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de bouw van motoren voor toepassing in gebieden met ontploffingsgevaar — Deel 1: Motoren van groep II voor gebieden met ontplofbare gassen en dampen

31.12.2005

 

CEN

EN 1834-2:2000

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de bouw van motoren voor toepassing in gebieden met onploffingsgevaar — Deel 2: Motoren van groep I voor gebruik in ondergrondse mijnbouw, met gevaar door mijngas en/of brandbaar stof

10.3.2001

 

CEN

EN 1834-3:2000

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Veiligheidseisen voor het ontwerp en de bouw van motoren voor toepassing in gebieden met ontploffingsgevaar — Deel 3: Motoren van groep II voor gebruik in gebieden met ontplofbare stofmengsels

31.12.2005

 

CEN

EN 1837:1999

Veiligheid van machines — Integrale verlichting van machines

11.6.1999

 

CEN

EN 1845:2007

Machines voor het vervaardigen van schoeisel — Machines voor het vormen van schoeisel — Veiligheidseisen

24.6.2008

EN 1845:1998

28.12.2009

CEN

EN 1846-2:2001

Brandweer- en reddingsvoertuigen — Deel 2: Algemene eisen — Veiligheid en prestatie

14.6.2002

 

EN 1846-2:2001/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 1846-2:2001/A2:2006

8.5.2007

Noot 3

Datum verstreken

(8.5.2007)

EN 1846-2:2001/A1:2004/AC:2007

 

 

 

EN 1846-2:2001/AC:2007

 

 

 

CEN

EN 1846-3:2002 + A1:2008

Brandweer- en reddingsvoertuigen — Deel 3: Permanent geïnstalleerd materiaal — Veiligheid en prestatie

28.1.2009

EN 1846-3:2002

28.12.2009

CEN

EN 1853:1999

Landbouwmachines — Kipwagens — Veiligheid

5.11.1999

 

CEN

EN 1870-1:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 1: Cirkelzaagtafels (met en zonder schuiftafel), afkortcirkelzagen en bouwplaatszagen

6.11.2007

EN 1870-1:1999

Datum verstreken

(31.10.2008)

CEN

EN 1870-3:2001

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 3: Afkortzagen en gecombineerde afkortzagen en tafelcirkelzagen

14.6.2002

 

CEN

EN 1870-4:2001

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 4: Meerbladscirkelzagen voor langszagen, met handmatigladen en/of lossen

14.6.2002

 

CEN

EN 1870-5:2002

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 5: Gecombineerde cirkelzaagtafels/van onderen werkende afkortzaag en meerbladscirkelzagen voor langszagen

24.6.2003

 

CEN

EN 1870-6:2002

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 6: Cirkelzagen en/of cirkelzaagmachines voor brandhout, met handmatig laden en/of lossen

24.6.2003

 

CEN

EN 1870-7:2002

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 7: Cirkelzagen met geïntegreerde voedingstafel voor boomstammen en met handmatig laden en/of lossen

14.6.2002

 

CEN

EN 1870-8:2001

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 8: Enkelbladige schulpzagen met aangedreven zaageenheid en handmatig laden en/of lossen

14.6.2002

 

CEN

EN 1870-9:2000

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 9: Cirkelzaagmachines met twee bladen voor dwarszagen met geïntegreerde voeding voor boomstammen en met handmatig laden en/of lossen

27.11.2001

 

CEN

EN 1870-10:2003

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 10: Automatische enkelbladige en semi-automatischeafkortzaagmachines met een zaagblad

31.12.2005

 

EN 1870-10:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1870-11:2003

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 11: Horizontaal zagende automatische en half-automatische cirkelzaagmachines voor dwarszagen (handzaagmachines)

31.12.2005

 

EN 1870-11:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1870-12:2003

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 12: Afkortzaagmachines met pendelend zaagblad

31.12.2005

 

EN 1870-12:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 1870-13:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Part 13: Horizontale plaatzaagmachines

24.6.2008

EN 1870-2:1999

30.6.2009

CEN

EN 1870-14:2007

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 14: Verticale plaatzaagmachines

24.6.2008

EN 1870-2:1999

Datum verstreken

(30.6.2008)

CEN

EN 1870-15:2004

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 15: Zaagmachines met meerdere zaagbladen voor dwarszagen met geïntegreerde voedingsinrichting en handmatig laden en/of lossen

31.12.2005

 

CEN

EN 1870-16:2005

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Cirkelzagen — Deel 14: Dubbele verstekzaag voor V-zagen

31.12.2005

 

CEN

EN 1889-1:2003

Machines voor ondergrondse-mijnbouw — Mobiele machines die ondergronds werken — Veiligheid — Deel 1: Voertuigenop rubberbanden

20.4.2004

 

CEN

EN 1889-2:2003

Machines voor ondergrondse-mijnbouw — Verrijdbaremachines die ondergronds werken — Veiligheid — Deel 2: Locomotieven

20.4.2004

 

CEN

EN 1915-1:2001

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Algemene eisen — Deel 1: Basis-veiligheidseisen

14.6.2002

 

CEN

EN 1915-2:2001

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Algemene eisen — Deel 2: Stabiliteits- en sterkteeisen, berekeningen en beproevingsmethoden

14.6.2002

 

CEN

EN 1915-3:2004

Grondafhandelingsapparatuur — Algemene eisen — Deel 3: Methoden voor het meten van trillingen

31.12.2005

 

CEN

EN 1915-4:2004

Grondafhandelingsapparatuur — Algemene eisen — Deel 4: Methoden voor geluidsmeting

31.12.2005

 

CEN

EN 1953:1998

Verstuif- en spuitapparatuur voor bekledingsmaterialen — Veiligheidseisen

14.11.1998

 

CEN

EN 1974:1998

Machines voor de voedselbereiding — Snijmachines voor vlees — Veiligheids- en hygiëne-eisen

15.10.1998

 

CEN

EN ISO 2151:2008

Akoestiek — Compressoren en vacuümpompen — Bepaling van geluidsemissie — Praktijkmethode (Graad 2) (ISO 2151:2004)

28.1.2009

EN ISO 2151:2004

28.12.2009

CEN

EN ISO 2860:2008

Grondverzetmachines — Minimale afmetingen van toegangen (ISO 2860:1992)

28.1.2009

EN ISO 2860:1999

28.12.2009

CEN

EN ISO 2867:2008

Grondverzetmachines — Toegangssystemen

28.1.2009

EN ISO 2867:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 3164:2008

Grondverzetmachines — Laboratoriumonderzoek tegen kantelende en vallende voorwerpen — Restvolume na vervorming (ISO 3164:1995)

28.1.2009

EN ISO 3164:1999

28.12.2009

CEN

EN ISO 3411:2007

Grondverzetmachines — Lichaamsafmetingen van bedieners en minimale vrije werkruimte (ISO 3411:2007)

24.6.2008

EN ISO 3411:1999

31.7.2010

CEN

EN ISO 3449:2008

Grondverzetmachines — Vallende voorwerpbescherming — Laboratoriumbeproevingen en eisen (ISO 3449:2005)

28.1.2009

EN ISO 3449:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 3450:2008

Grondverzetmachines — Remsystemen van machines met rubberbanden — Systemen, prestatie-eisen en beproevingsprocedures (ISO 3450:1996)

28.1.2009

EN ISO 3450:1996

28.12.2009

CEN

EN ISO 3457:2008

Grondverzetmachines — Afschermingen — Definities en eisen (ISO 3457:2003)

28.1.2009

EN ISO 3457:2003

28.12.2009

CEN

EN ISO 3471:2008

Grondverzetmachines — Kantelbeveiligingsinrichtingen — Laboratorium beproevingen en eisen (ISO 3471:2008)

28.1.2009

EN 13510:2000

28.2.2009

CEN

EN ISO 3741:1999

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen met gebruik van geluiddruk — Precisiemethode voor nagalmkamers (ISO 3741:1999)

24.6.2003

EN 23741:1991

Datum verstreken

(24.6.2003)

EN ISO 3741:1999/AC:2002

 

 

 

CEN

EN ISO 3743-1:1995

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen — Praktijkmethoden voor kleine, verplaatsbare bronnen in galmvelden — Deel 1: Vergelijkingsmethode voor nagalmkamers met harde wanden (ISO 3743-1:1994)

8.8.1996

 

CEN

EN ISO 3743-2:1996

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen gebaseerd op de meting van de geluiddruk — Praktijkmethoden voor kleine, verplaatsbare bronnen in galmvelden — Deel 2: Methoden voor speciale nagalmkamers (ISO 3743-2:1994)

28.11.1996

 

CEN

EN ISO 3744:1995

Akoestiek — Bepaling van geluidsvermogenniveaus van geluidbronnen via de meling van geluiddrukken — Praktijkmethode voor vrijeveldomstandigheden boven een reflecterend oppervlak (ISO 3744:1994)

14.2.1996

 

CEN

EN ISO 3745:2003

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen bij gebruik van geluiddruk — Precisiemethoden die gebruik maken van een echovrije of semi-echovrije ruimte (ISO 3745:2003)

2.8.2006

 

EN ISO 3745:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN ISO 3746:1995

Geluidleer — Bepaling van geluidvermogenpeilen van lawaaibronnen — Globale methode (ISO 3746:1995)

14.2.1996

 

EN ISO 3746:1995/AC:1996

 

 

 

CEN

EN ISO 3747:2000

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen met geluidsdruk — Vergelijkingsmethode voor gebruik in situ (ISO 3747:2000)

14.8.2003

 

CEN

EN ISO 4871:1996

Akoestiek — Opgave en verificatie van geluidemissiewaarden van machines en toestellen (ISO 4871:1996)

8.5.1997

 

CEN

EN ISO 5136:2003

Akoestiek — Bepaling van het geluidvermogen dat door ventilatoren en andere lucht-verplaatsende toestellen in kanalen wordt afgestraald — Methode voor metingen in het kanaal (ISO 5136:2003)

20.4.2004

EN 25136:1993

Datum verstreken

(20.4.2004)

CEN

EN ISO 5674:2006

Trekkers en machines voor land- en bosbouw — Beschermingen voor aftaktussenassen — Sterkte- en slijtageproeven en acceptatiecriteria (ISO 5674:2004, 1.7.2005)

8.5.2007

EN 1152:1994

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN ISO 6682:2008

Grondverzetmachines — Comforgebieden en bedieningsafstanden (ISO 6682:1986 + A1:1989)

28.1.2009

EN ISO 6682:1995

28.12.2009

CEN

EN ISO 6683:2008

Grondverzetmachines — Gordels en gordelbevestigingen — Prestatie-eisen en beproevingen (ISO 6683:2005)

28.1.2009

EN ISO 6683:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 7096:2008

Grondverzetmachines — Laboratoriumonderzoek van de trillingen van de bestuurdersstoel (ISO 7096:2000)

28.1.2009

EN ISO 7096:2000

28.12.2009

CEN

EN ISO 7235:2003

Akoestiek — Laboratorium meetprocedures voor geluiddempers in kanalen en luchtverdeelsystemen — Tussenschakelverzwakking, stromingsgeluid en totaal drukverlies (ISO 7235:2003)

20.4.2004

EN ISO 7235:1995

Datum verstreken

(20.4.2004)

CEN

EN ISO 7250:1997

Menselijke lichaamsafmetingen voor het technisch ontwerpen (ISO 7250:1996)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 7731:2008

Ergonomie — Gevaarsignalen voor openbare- en werkruimten — Akoestische gevaarsignalen (ISO 7731:2003)

28.1.2009

EN ISO 7731:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 8230-1:2008

Veiligheidseisen voor chemische reinigingsmachines — Deel 1: Algemene veiligheidseisen (ISO 8230-1:2008)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 8230:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 8230-2:2008

Veiligheidseisen voor chemische reinigingsmachines — Deel 2: Machines die perchlooretheen toepassen (ISO 8230-2:2008)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 8230:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 8230-3:2008

Veiligheidseisen voor chemische reinigingsmachines — Deel 3: Machines die oplosbare ontploffingsmiddelen toepassen (ISO 8230-3:2008)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 8230:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 8662-4:1995

Draagbare handgereedschappean met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 4: Slijpmachines (ISO 8662-4:1994)

8.8.1996

 

CEN

EN ISO 8662-6:1995

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 6: Slagboormachines (ISO 8662-6:1994)

14.2.1996

 

CEN

EN ISO 8662-7:1997

Draagbaar mechanisch handgereedschap — Meting van trillingen aan het handvat — Deel 7: Schroefsleutels, schroeven draaiers en moersleutels met slag-, impuls- of ratelaandrijving (ISO 8662-7:1997)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 8662-8:1997

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 8: Polijstmachines en schuurmachines met een roterende, excentrische of pendelende beweging (ISO 8662-8:1997)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 8662-9:1996

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 9: Stampers (ISO 8662-9:1996)

8.5.1997

 

CEN

EN ISO 8662-10:1998

Draagbaar mechanisch handgereedschap — Meting van trillingen aan het handvat — Deel 10: Knibbelscharen en plaatscharen (ISO 8662-10:1998)

24.6.2003

 

EN ISO 8662-10:1998/AC:2002

 

 

 

CEN

EN ISO 8662-12:1997

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 12: Zagen en vijlen met een translerende beweging en zagen met een pendelende of roterende beweging (ISO 8662-12:1997)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 8662-13:1997

Draagbaar mechanisch handgereedschap — Meting van trillingen aan het handvat — Deel 13: Slijpmachines (ISO 8662-13:1997)

13.3.1998

 

EN ISO 8662-13:1997/AC:1998

 

 

 

CEN

EN ISO 8662-14:1996

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 14: Steenbewerkingsmachines en naaldontroesters (ISO 8662-14:1996)

8.5.1997

 

CEN

EN ISO 9614-1:1995

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen via de meting van geluidintensiteiten — Deel 1: Metingen op vaste punten (ISO 9614-1:1993)

8.8.1996

 

CEN

EN ISO 9614-3:2002

Akoestiek — Bepaling van geluidvermogenniveaus van geluidbronnen met behulp van geluidintensiteitsmetingen — Deel 3: Precisiemethode voor meting door scannen (ISO 9614-3:2002)

14.8.2003

 

CEN

EN ISO 9902-1:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 1: Algemene eisen (ISO 9902-1:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-2:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 2: Machines voor de voorbereiding van spinnen en spinmachines (ISO 9902-2:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-3:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 3: Machines voor niet-geweven stoffen (ISO 9902-3:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-4:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 4: Machines voor vezelverwerking, takelwerk en touwproductie (ISO 9902-4:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-5:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 5: Machines voor de voorbereiding op weven en breien (ISO 9902-5:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-6:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 6: Machines voor de vervaardiging van weefsel (ISO 9902-6:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 9902-7:2001

Textielmachines — Bepaling van geluidsemissie — Deel 7: Machines voor het verven en afwerken (ISO 9902-7:2001)

27.11.2001

 

CEN

EN ISO 10218-1:2008

Staaldraad en draadprodukten — Algemeen — Deel 1: Beproevingsmethoden

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10218-1:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-1:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 1: Algemene eisen (ISO 10472-1:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-1:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-2:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 2: Wasmachines en wascentrifuges (ISO 10472-2:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-2:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-3:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 3: Wastunnellijmen inclusief de samenstellende machines (ISO 10472-3:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-3:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-4:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 4: Luchtdrogers (ISO 10472-4:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-4:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-5:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 5: Strijkijzers voor vlak werk, voeders en opvouwmachines (ISO 10472-5:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-5:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10472-6:2008

Veiligheidseisen voor industriële wasmachines — Deel 6: Strijk- en persmachines (ISO 10472-6:1997)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 10472-6:1997

28.12.2009

CEN

EN ISO 10821:2005

Industriële naaimachines — Veiligheidseisen voor naaimachines, -eenheden en -systemen (ISO 10821:2005)

31.12.2005

 

CEN

EN ISO 11102-1:1997

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Startinrichtingen met handslinger — Deel 1: Veiligheidseisen en beproevingen (ISO 11102-1:1997)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 11102-2:1997

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Startinrichtingen met handslinger — Deel 2: Beproeving van de loslaathoek (ISO 11102-2:1997)

13.3.1998

 

CEN

EN ISO 11111-1:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 1: Algemene eisen (ISO 11111-1:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-2:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 2: Machines voor de voorbereiding van spinnen en spinmachines (ISO 11111-2:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-3:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 3: Machines voor de vervaardiging van niet-geweven stoffen (ISO 11111-3:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-4:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 4: Machines voor de bewerking van garen, touwen en koorden (ISO 11111-4:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-5:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 5: Voorbereidingsmachines voor weven en breien (ISO 11111-5:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-6:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 6: Machines voor de vervaardiging van weefsel (ISO 11111-6:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11111-7:2005

Textielmachines — Veiligheidseisen — Deel 7: Verf- en afwerkingsmachines (ISO 11111-7:2005)

31.12.2005

EN ISO 11111:1995

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 11145:2008

Optica en optische instrumenten — Lasers en laserapparatuur — Woordenlijst en symbolen (ISO 11145:2006)

28.1.2009

EN ISO 11145:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 11200:1995

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Handleiding voor het gebruik van basisnormen voor het meten van geluiddrukkniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken (ISO 11200:1995)

15.10.1996

 

EN ISO 11200:1995/AC:1997

 

 

 

CEN

EN ISO 11201:1995

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Het meten van geluiddrukniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken — Praktijkmethode voor vrijeveldcondities boven een reflecterend oppervlak (ISO 11201:1995)

15.10.1996

 

EN ISO 11201:1995/AC:1997

 

 

 

CEN

EN ISO 11202:1995

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Het meten van geluiddrukniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken — Globale methode in situ (ISO 11202:1995)

15.10.1996

 

EN ISO 11202:1995/AC:1997

 

 

 

CEN

EN ISO 11203:1995

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Bepaling van geluiddrukniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken (ISO 11203:1995)

15.10.1996

 

CEN

EN ISO 11204:1995

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Het meten van geluiddrukniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken — Methode voor het bepalen van omgevingscorrecties (ISO 11204:1995)

15.10.1996

 

EN ISO 11204:1995/AC:1997

 

 

 

CEN

EN ISO 11205:2003

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Praktijkmethode voor de bepaling van geluiddrukniveaus op de werkplek en op andere aangegeven plekken (ISO 11205:2003)

2.8.2006

 

EN ISO 11205:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN ISO 11252:2008

Lasers en laserapparatuur — Lasertoestel — Minimumeisen voor de documentatie (ISO 11252:2004)

28.1.2009

EN ISO 11252:2004

28.12.2009

CEN

EN ISO 11546-1:1995

Akoestiek — Bepaling van de geluidisolerende eigenschappen van omkastingen Deel 1: Metingen onder laboratoriumomstandigheden (voor verklaringen) (ISO 11546-1:1995)

15.10.1996

 

CEN

EN ISO 11546-2:1995

Akoestiek — Bepaling van de geluidisolerende eigenschappen van omkastingen — Deel 2: Meten onder praktijkomstandigheden (voor afnamekeuring/verificatie) (ISO 11546-2:1995)

15.10.1996

 

CEN

EN ISO 11553-1:2008

Veiligheid van machines — Machines die gebruik maken van lasers — Veiligheidseisen (ISO 11553-1:2005)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 11553-1:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 11553-2:2008

Veiligheid van machines — Machines die gebruik maken van lasers — Deel 2: Veiligheidseisen voor handmatige machines die gebruik maken van lasers (ISO 11553-2:2007)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 11553-2:2007

28.12.2009

CEN

EN ISO 11554:2008

Optica en optische instrumenten — Lasers en aanverwante apparatuur — Beproevingsmethoden voor vermogen, energie en tijdelijke kenmerken van laserstralen (ISO 11554:2006)

28.1.2009

EN ISO 11554:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 11680-1:2008

Bosbouwmachines — Veiligheidseisen en beproeving voor aangedreven boomzagen — Deel 1: Apparaten voorzien van een integrale verbrandingsmotor (ISO 11680-1:2000)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 11680-1:2000

28.12.2009

CEN

EN ISO 11680-2:2008

Bosbouwmachines — Veiligheidseisen en beproeving voor aangedreven boomzagen — Deel 2: Apparaten voor gebruik met een op de rug draagbare krachtbron (ISO 11680-2:2000)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 11680-2:2000

28.12.2009

CEN

EN ISO 11681-1:2004

Bosbouwmachines — Draagbare kettingzagen — Veiligheidseisen en beproeving — Deel 1: Kettingzagen voor normale bosarbeid (ISO 11681-1:2004)

31.12.2005

EN 608:1994

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN ISO 11681-1:2004/A1:2007

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(6.11.2007)

CEN

EN ISO 11681-2:2008

Bosbouwmachines — Veiligheidseisen en beproevingen van draagbare kettingzagen — Deel 2: Kettingzagen voor boomonderhoud (ISO 11681-2:2006)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 11681-2:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 11688-1:1998

Akoestiek — Aanbevolen praktijk voor het ontwerp van machines en apparatuur met een laag geluidsniveau — Deel 1: Planning (ISO/TR 11688-1:1995)

15.10.1998

 

EN ISO 11688-1:1998/AC:1998

 

 

 

CEN

EN ISO 11691:1995

Akoestiek — Bepaling van instromingsverliezen van geluiddempers in kanalen zonder stroming — Globale laboratoriummethode (ISO 11691:1995)

14.2.1996

 

CEN

EN ISO 11806:1997

Land- en bosbouwmachines — Draagbare, met de hand geleide opslagmaaiers en graskantenmaaiers met aandrijving door een verbrandingsmotor — Veiligheidseisen (ISO 11806:1997)

23.10.1997

 

EN ISO 11806:1997/AC:1998

 

 

 

CEN

EN ISO 11957:1996

Akoestiek — Bepaling van de geluidisolerende eigenschappen van cabines — Metingen in het laboratorium en in situ (ISO 11957:1996)

8.5.1997

 

CEN

EN 12001:2003

Machines voor het transport, het spuiten en verdelen van beton en specie — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN ISO 12001:1996

Akoestiek — Geluid uitgestraald door machines en toestellen — Regels voor het opstellen en het presenteren van machine-specifieke normen voor geluidemissie (ISO 12001:1996)

8.5.1997

 

EN ISO 12001:1996/AC:1997

 

 

 

CEN

EN 12012-1:2007 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Verkleiningsmachines — Deel 2: Veiligheidseisen voor strenggranulatoren

28.1.2009

EN 12012-1:2007

28.12.2009

CEN

EN 12012-2:2001 + A2:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Verkleiningsmachines — Deel 1: Veiligheidseisen voor snijmolens

28.1.2009

EN 12012-2:2001

28.12.2009

CEN

EN 12012-3:2001 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Verkleiningsmachines — Deel 3: Veiligheidseisen voor versnipperaars

28.1.2009

EN 12012-3:2001

28.12.2009

CEN

EN 12012-4:2006 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Verkleiningsmachines — Deel 4: Veiligheidseisen voor agglomeratoren

28.1.2009

EN 12012-4:2006

28.12.2009

CEN

EN 12013:2000 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Interne mengers — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 12013:2000

28.12.2009

CEN

EN 12016:2004 + A1:2008

Elektromagnetische compatibiliteit — Productgroepnorm voor liften, roltrappen en rolpaden — Immuniteit

28.1.2009

EN 12016:2004

28.12.2009

CEN

EN 12041:2000

Machines voor de voedselbereiding — Deegwalsen — Veiligheids- en hygiëne-eisen

10.3.2001

 

CEN

EN 12042:2005

Machines voor de voedselbereiding — Deegverdeelmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

2.8.2006

 

CEN

EN 12043:2000

Machines voor de voedselbereiding — Rijskamers voor deeg — Veiligheids- en hygiëne-eisen

27.11.2001

 

CEN

EN 12044:2005

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerprodukten — Stansmachines — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

EN 12044:2005/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 12053:2001 + A1:2008

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Beproevingsmethoden voor het meten van geluidemissies

28.1.2009

EN 12053:2001

28.12.2009

CEN

EN 12077-2:1998 + A1:2008

Veiligheid van hijskranen — Eisen voor gezondheid en veiligheid — Deel 2: Begrenzings- en aanwijsinrichtingen

22.8.2008

EN 12077-2:1998

28.12.2009

CEN

EN ISO 12100-1:2003

Veiligheid van machines — Basisbegrippen, algemene ontwerpbeginselen — Deel 1: Basisterminologie, methodologie (ISO 12100-1:2003)

31.12.2005

EN 292-1:1991

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN ISO 12100-2:2003

Veiligheid van machines — Basisbegrippen, algemene ontwerpbeginselen — Deel 2: Technische beginselen (ISO 12100-2:2003)

31.12.2005

EN 292-2:1991

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 12110:2002 + A1:2008

Tunnelbouwmachines — Luchtsluizen — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 12110:2002

28.12.2009

CEN

EN 12111:2002

Tunnelbouwmachines — Continu-graafmachines — Veiligheidseisen

14.8.2003

 

CEN

EN 12151:2007

Machines en installaties voor de vervaardiging van beton en mortel — Veiligheidseisen

24.6.2008

 

CEN

EN 12158-1:2000

Bouwliften voor goederenvervoer — Deel 1: Liften met betreedbaar platform

14.6.2002

 

CEN

EN 12158-2:2000

Bouwliften voor goederenvervoer — Deel 2: Hellend opgestelde liften met niet-betreedbare lastdragende inrichtingen

27.11.2001

 

CEN

EN 12162:2001

Vloeistofpompen — Veiligheidsvoorschriften — Procedure voor hydrostatische beproeving

14.6.2002

 

CEN

EN 12198-1:2000 + A1:2008

Veiligheid van machines — Beoordeling en vermindering van het gevaar veroorzaakt door straling uitgezonden door machines — Deel 1: Algemene beginselen

28.1.2009

EN 12198-1:2000

28.12.2009

CEN

EN 12198-2:2002 + A1:2008

Veiligheid van machines — Beoordeling en vermindering van de risico's veroorzaakt door straling uitgezonden door machines — Deel 2: Meetprocen

28.1.2009

EN 12198-2:2002

28.12.2009

CEN

EN 12198-3:2002 + A1:2008

Veiligheid van machines — Beoordeling en vermindering van het gevaar veroorzaakt door straling uitgezonden door machines — Deel 3: Vermindering van straling door verzwakking of afscherming

28.1.2009

EN 12198-3:2002

28.12.2009

CEN

EN 12203:2003

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten — Persen voor schoenen en leer — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

EN 12203:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 12254:1998 + A2:2008

Afschermingen voor werkplekken met lasers — Veiligheidseisen en beproeving

22.8.2008

EN 12254:1998

28.12.2009

CEN

EN 12267:2003

Machines voor de voedselbereiding — Cirkelzaagmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

20.4.2004

 

CEN

EN 12268:2003

Machines voor de voedselbereiding — Lintzaagmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

20.4.2004

 

CEN

EN 12301:2000 + A1:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Kalanders — Veiligheidseisen

28.1.2009

EN 12301:2000

28.12.2009

CEN

EN 12312-1:2001

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 6: Ontijzingapparatuur

14.6.2002

 

CEN

EN 12312-2:2002

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 2: Cateringvoertuigen

14.8.2003

 

CEN

EN 12312-3:2003

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 3: Voertuigen met bandtransporteurs

20.4.2004

 

CEN

EN 12312-4:2003

Grondafhandelingsapparatuur voorvliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 4: Passagiersbruggen

20.4.2004

 

CEN

EN 12312-5:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 5: Brandstofmaterieel voor tankwagens

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-6:2004

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 6: Ontijzingapparatuur

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-7:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 7: Apparatuur voor het verplaatsen van vliegtuigen

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-8:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 8: Onderhoudstrappen en -platforms

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-10:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 10: Transporteurs voor containers/pallets

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-12:2002

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 12: Drinkwateruitrusting

14.8.2003

 

CEN

EN 12312-13:2002

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 13: Toiletuitrusting

14.8.2003

 

CEN

EN 12312-14:2006

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 14: Passagiervoertuigen ten behoeve van het instappen van gehandicapten

8.5.2007

 

CEN

EN 12312-15:2006

Grondafhandelingsapparatuur — Bijzondere eisen — Deel 15: Tractoren voor bagage en apparatuur

2.8.2006

 

CEN

EN 12312-16:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 16: Luchtstartapparatuur

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-17:2004

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 17: Klimaatregelingsapparatuur

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-18:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Bijzondere eisen — Deel 18: Zuurstof/stikstofeenheden

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-19:2005

Grondafhandelingsapparatuur — Specifieke eisen — Deel 19: Vliegtuigkrikken, wielvijzels en hydraulische staartstutten

31.12.2005

 

CEN

EN 12312-20:2005

Grondafhandelingsapparatuur voor vliegtuigen — Specifieke eisen — Deel 20: Krachtinstallaties aan de grond

31.12.2005

 

CEN

EN 12321:2003

Machines voor ondergrondse-mijnbouw — Veiligheidseisen voor schraaptransporteurs

20.4.2004

 

CEN

EN 12331:2003

Machines voor voedselbereiding — Gehaktmolens — Veiligheids- en hygiëne-eisen

31.12.2005

 

EN 12331:2003/A1:2005

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.1.2006)

CEN

EN 12336:2005 + A1:2008

Tunnelbouwmachines — Schermmachines, persboormachines, augerboormachines, machines voor het aanbrengen van tunnelbekleding — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12336:2005

28.12.2009

CEN

EN 12348:2000

Kernboormachines op boorkolommen — Veiligheid

10.3.2001

 

CEN

EN 12355:2003

Machines voor de voedselbereiding — Ontzwoerd-, ontvel- en ontvliesmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.8.2003

 

CEN

EN 12385-1:2002 + A1:2008

Staalkabels — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12385-1:2002

28.12.2009

CEN

EN 12385-2:2002 + A1:2008

Staalkabels — Veiligheid — Deel 2: Definities, aanduiding en classificatie

22.8.2008

EN 12385-2:2002

28.12.2009

CEN

EN 12385-3:2004 + A1:2008

Staalkabels — Veiligheid — Deel 3: Informatie voor gebruik en onderhoud

22.8.2008

EN 12385-3:2004

28.12.2009

CEN

EN 12385-4:2002 + A1:2008

Staalkabels — Veiligheid — Deel 4: Strengenkabels voor algemene toepassingen

22.8.2008

EN 12385-4:2002

28.12.2009

CEN

EN 12385-10:2003 + A1:2008

Staalkabels — Veiligheid — Deel 10: Spiraalkabels voor algemene toepassing in constructies

22.8.2008

EN 12385-10:2003

28.12.2009

CEN

EN 12387:2005

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten — Modulaire machines voor de reparatie van schoenen — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12409:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Warmvormmachines — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12409:1999

30.4.2009

CEN

EN 12415:2000

Veiligheid van gereedschapswerktuigen — Kleine numeriek bestuurde draaimachines en draaicentra

27.11.2001

 

EN 12415:2000/A1:2002

14.8.2003

Noot 3

Datum verstreken

(14.8.2003)

CEN

EN 12417:2001

Gereedschapswerktuigen — Veiligheid — Bewerkingsstations

14.6.2002

 

EN 12417:2001/A1:2006

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(30.9.2006)

CEN

EN 12418:2000

Steensnijmachines voor gebruik op de bouwplaats — Veiligheid

27.11.2001

 

CEN

EN 12463:2004

Machines voor voedselbereiding — Worststopmachines entoebehoren — Veiligheids- en hygiëne-eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12478:2000

Veiligheid van gereedschapswerktuigen — Grote numeriek bestuurde draaibanken en draaicentra

27.11.2001

 

EN 12478:2000/AC:2001

 

 

 

CEN

EN 12505:2000

Machines voor de voedselbereiding — Centrifuges voor de verwerking van eetbare oliën en vetten — Veiligheids- en hygiëne-eisen

27.11.2001

 

CEN

EN 12525:2000

Landbouwwerktuigen — Voorladers — Veiligheid

20.5.2000

 

EN 12525:2000/A1:2006

8.5.2007

Noot 3

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN 12545:2000

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten. Meting van geluid — Algemene eisen

10.3.2001

 

CEN

EN 12547:1999

Centrifuges — Algemene veiligheidseisen

11.6.1999

 

CEN

EN 12549:1999 + A1:2008

Akoestiek — Geluidmetingen voor montagegereedschap voor bevestigingsartikelen — Praktijkmethode

28.1.2009

EN 12549:1999

28.12.2009

CEN

EN 12581:2005

Bekledingsinstallaties — Installaties voor het aanbrengen van vloeibare organische materialen door dompelen en elektroforese — Veiligheidseisen

2.8.2006

 

CEN

EN 12601:2001

Generatoreenheden aangedreven door een zuigermotor met inwendige verbranding — Veiligheid

14.8.2003

 

CEN

EN 12621:2006

Machines voor de toevoer en/of circulatie van bekledingsmaterial onder druk — Veiligheidseisen

2.8.2006

 

CEN

EN 12622:2001

Veiligheid van gereedschapsmachines — Hydraulische kantpersen

14.6.2002

 

CEN

EN 12629-1:2000

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 1: Gemeenschappelijke eisen

27.11.2001

 

CEN

EN 12629-2:2002

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 2: Steenvormmachines

20.4.2004

 

CEN

EN 12629-3:2002

Machines en installatie voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 3: Machines met glij- en draaittafels

20.4.2004

 

CEN

EN 12629-4:2001

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 4: Machinesvoor dakpannen

27.11.2001

 

CEN

EN 12629-5-1:2003

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 5-1: Machines voor het maken van buizen in verticale richting

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-5-2:2003

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 5-2: Machines voor het maken van buizen in horizontale richting

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-5-3:2003

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzansteen — Veiligheid — Deel 5-3: Machines voor voorgespannen buis

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-5-4:2003

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 5-4: Machines voor betonbuizen

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-6:2004

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 6: Stationaire en mobiele uitrusting voor de vervaardiging van vooraf versterkte producten

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-7:2004

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 7: Stationaire en mobiele uitrusting voor de vervaardiging van voorgespannen producten

31.12.2005

 

CEN

EN 12629-8:2002

Machines voor de vervaardiging van bouwproducten van beton en kalkzandsteen — Veiligheid — Deel 8: Machines en uitrusting

20.4.2004

 

CEN

EN 12635:2002 + A1:2008

Industriële, bedrijfs- en garagedeuren en hekken — Installatie en gebruik

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN 12639:2000

Vloeistofpompen en pompeenheden — Geluidsmetingen — Nauwkeurigheidsklasse 2 en 3

10.3.2001

 

EN 12639:2000/AC:2000

 

 

 

CEN

EN 12643:1997 + A1:2008

Grondverzetmachines — Machines met rubberbanden — Eisen aan de bestuurbaarheid

28.1.2009

EN 12643:1997

28.12.2009

CEN

EN 12644-1:2001 + A1:2008

Hijskranen — Informatie voor gebruik en beproeving — Deel 1: Gebruikshandleidingen

28.1.2009

EN 12644-1:2001

28.12.2009

CEN

EN 12644-2:2000 + A1:2008

Hijskranen — Informatie voor gebruik en beproeving — Deel 2: Merken

28.1.2009

EN 12644-2:2000

28.12.2009

CEN

EN 12649:2008

Betonverdichters en afrijkmachines — Veiligheid

22.8.2008

 

CEN

EN 12653:1999

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten — Spijkermachines — Veiligheidseisen

27.11.2001

 

EN 12653:1999/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 12693:2008

Koelsystemen en warmtepompen — Veiligheids- en milieu-eisen — Verdringingscompressoren voor koelvloeistoffen

22.8.2008

 

CEN

EN 12717:2001

Veiligheid van gereedschapsmachines — Boormachines

14.6.2002

 

CEN

EN 12733:2001

Land- en bosbouwmachines — Motormaaiers met meelopende bestuurder — Veiligheid

14.6.2002

 

CEN

EN 12750:2001

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Freesmachines voor vierzijdige bewerking

14.6.2002

 

CEN

EN 12753:2005

Thermische reinigingsinstallaties (verbrandingsovens) voor uitlaatgassen van oppervlaktebehandelingsinstallaties — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12757-1:2005

Mengmachines voor deklaagmaterialen — Veiligheidseisen — Deel 1: Mengmachines voor gebruik bij het herstel van voertuigen

2.8.2006

 

CEN

EN 12779:2004

Veiligheid van houtbewerkingsmachines — Vast opgestelde installaties met afzuigsystemen voor zaagsel en spaanders — Veiligheidstechnische eisen en prestaties

31.12.2005

 

CEN

EN 12840:2001

Veiligheid van gereedschapswerktuigen — Met de hand bestuurde draaimachines met of zonder automatische besturing

14.6.2002

 

CEN

EN 12851:2005

Machines voor voedselbereiding — Voorzetapparatuur voor machines met een extra aandrijfas — Veiligheids- en hygiëne-eisen

2.8.2006

 

CEN

EN 12852:2001

Machines voor voedselbereiding — Verticale snijmachines en mengers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.6.2002

 

CEN

EN 12853:2001

Machines voor voedselbereiding — Handmixers en handmengers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.6.2002

 

CEN

EN 12854:2003

Machines voor voedselbereiding — Verrijdbare verticale-staafmixers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

20.4.2004

 

CEN

EN 12855:2003

Machines voor de voedselbereiding — Kneders met omlopende mengbak — Veiligheids- en hygiëne-eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12881-1:2005 + A1:2008

Transportbanden — Beproeving van de brandbaarheid met een gesimuleerde brand — Deel 1: Proeven met propaanbranders

22.8.2008

EN 12881-1:2005

28.12.2009

CEN

EN 12881-2:2005 + A1:2008

Transportbanden — Brandbaarheidbeproeving — Deel 2: Brandproef op grote schaal

22.8.2008

EN 12881-2:2005

28.12.2009

CEN

EN 12882:2008

Transportbanden voor algemeen gebruik — Eisen aan de elektrische veiligheid en aan de brandbaarheid

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12882:2001

28.12.2009

CEN

EN 12921-1:2005

Machines voor oppervlaktereiniging en voorbehandeling van industriële producten met vloeistoffen en dampen — Deel 1: Algemene veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12921-2:2005 + A1:2008

Machines voor oppervlaktereiniging en voorbehandeling van industrële producten met vloeistoffen of dampen — Deel 2: Veiligheid van machines met op water gebaseerde reinigingsvloeistoffen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12921-2:2005

28.12.2009

CEN

EN 12921-3:2005 + A1:2008

Machines voor oppervlaktereiniging en voorbehandeling van industriële producten met vloeistoffen of dampen — Deel 3: Veiligheid van machines met ontvlambare reiningsvloeistoffen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12921-3:2005

28.12.2009

CEN

EN 12921-4:2005 + A1:2008

Machines voor oppervlaktereiniging en voorbehandeling van industriële producten met vloeistoffen en dampen — Deel 4: Veiligheid van machines met gehalogeneerde oplosmiddelen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 12921-4:2005

28.12.2009

CEN

EN 12957:2001

Gereedschapsmachines — Veiligheid — Vonkerosiemachines

14.6.2002

 

CEN

EN 12965:2003

Trekkers en machines voor land- en bosbouw — Aftakassen en hun beschermkappen — Veiligheid

20.4.2004

 

EN 12965:2003/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

CEN

EN 12978:2003

Industriële, bedrijfs- en garagedeuren en hekken — Veiligheidsvoorzieningen voor automatisch werkende deuren en hekken — Eisen en beproevingsmethoden

20.4.2004

 

CEN

EN 12981:2005

Bekledingsinstallaties — Spuitcabines voor het aanbrengen van organische deklagen — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 12984:2005

Machines voor voedselbereiding — Draagbare en/of met de hand bediende machines en apparaten met mechanisch aangedreven snijwerktuigen — Veiligheids- en hygiëne-eisen

2.8.2006

 

CEN

EN 12999:2002

Hijskranen — Laadkranen

14.8.2003

 

EN 12999:2002/A1:2004

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 12999:2002/A2:2006

8.5.2007

Noot 3

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN 13000:2004

Hijskranen — Mobiele kranen

8.5.2007

 

Waarschuwing: Deze publicatie heeft geen betrekking op de paragrafen 4.2.6.3.1, 4.2.6.3.2 en 4.2.6.3.3 van deze norm; de toepassing hiervan biedt geen vermoeden van overeenstemming met het fundamenteel veiligheids- en gezondheidsvoorschrift 4.2.1.4 van bijlage I bij Richtlijn 98/37/EG in samenhang met de voorschriften 1.1.2.c, 1.2.5, 1.3.1, 4.1.2.1 en 4.1.2.3 van die bijlage.

CEN

EN 13001-1:2004

Veiligheid van hijskranen — Algemene ontwerp — Deel 1: Algemene grondslagen en eisen

31.12.2005

 

EN 13001-1:2004/AC:2006

 

 

 

EN 13001-1:2004/AC:2008

 

 

 

CEN

EN 13001-2:2004

Veiligheid van hijskranen — Algemeen ontwerp — Deel 2: Belastingsinvloeden

31.12.2005

 

EN 13001-2:2004/A1:2006

8.5.2007

Noot 3

Datum verstreken

(8.5.2007)

EN 13001-2:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 13015:2001 + A1:2008

Onderhoud van liften en roltrappen — Regels voor onderhoudsinstructies

28.1.2009

EN 13015:2001

28.12.2009

CEN

EN 13019:2001 + A1:2008

Machines voor wegenreininging — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13019:2001

28.12.2009

CEN

EN 13020:2004

Machines voor de oppervlaktebehandeling van wegen — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 13021:2003 + A1:2008

Machines voor winterdienst — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13021:2003

28.12.2009

CEN

EN 13023:2003

Meetmethoden van geluid voor druk, papieromzettings, en papiervervaardigende machines en hulpapparatuur — Nauwkeurigheidscategorieën 2 en 3

20.4.2004

 

CEN

EN 13035-1:2008

Machines en fabrieken voor de productie, behandelingen bewerking van hol glas — Veiligheidseisen — Deel 1: Opslag, behandeling en transport buiten het bedrijf

24.6.2008

 

CEN

EN 13035-2:2008

Machines en installaties voor de fabricage, behandeling en verwerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 2: Opslag, behandeling en transport buiten de fabriek

24.6.2008

 

CEN

EN 13035-3:2003

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vakglas — Veiligheidseisen — Deel 3: Snijmachines

20.4.2004

 

CEN

EN 13035-4:2003

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vakglas — Veiligheidseisen — Deel 4: Kanteltafels

20.4.2004

 

CEN

EN 13035-5:2006

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 5: Machines en installaties voor het op- en afstapelen

8.5.2007

 

CEN

EN 13035-6:2006

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 6: Breekmachines

8.5.2007

 

CEN

EN 13035-7:2006

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 7: Snijmachines voor gelamineerd glas

8.5.2007

 

CEN

EN 13035-9:2006

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 9: Wasinstallaties

8.5.2007

 

CEN

EN 13035-11:2006

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van vlakglas — Veiligheidseisen — Deel 11: Boormachines

8.5.2007

 

CEN

EN 13042-1:2007

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van hol glas — Veiligheidseisen — Deel 1: Druppelverdeler

24.6.2008

 

CEN

EN 13042-2:2004

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van hol glas — Veiligheidseisen — Deel 2: Behandelingsmachine voor de aanvoer

31.12.2005

 

CEN

EN 13042-3:2007

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van hol glas — Veiligheidseisen — Deel 3: IS machines

6.11.2007

 

CEN

EN 13042-5:2003

Machines en fabrieken voor de productie, behandeling en bewerking van hol glas — Veiligheidseisen — Deel 5: Persen

20.4.2004

 

CEN

EN 13059:2002 + A1:2008

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Beproevingsmethode voor het meten van trillingen

28.1.2009

EN 13059:2002

28.12.2009

CEN

EN 13102:2005 + A1:2008

Machines voor de keramiek — Veiligheid — Laden en lossen van fijnkeramische tegels

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13102:2005

28.12.2009

CEN

EN 13112:2002

Leerbewerkingsmachines — Splits- en snijmachines — Veiligheidseisen

24.6.2003

 

CEN

EN 13113:2002

Leerbewerkingsmachines — Rolbekledingsmachines — Veiligheidseisen

24.6.2003

 

CEN

EN 13114:2002

Leerbewerkingsmachines — Draaiende bewerkingsvaten — Veiligheidseisen

24.6.2003

 

CEN

EN 13118:2000

Landbouwmachines — Aardappeloogstmachines — Veiligheid

27.11.2001

 

CEN

EN 13120:2004

Aan de binnenzijde geplaatstezonneschermen — Prestatie-eisen inclusief veiligheid

31.12.2005

 

CEN

EN 13128:2001

Veiligheid van gereedschapsmachines — Frees- en kottermachines

14.6.2002

 

EN 13128:2001/A1:2006

2.8.2006

Noot 3

Datum verstreken

(30.9.2006)

CEN

EN 13135-1:2003

Hijskranen — Veiligheid — Ontwerp — Eisen voor de uitrusting — Deel 1: Elektrotechnische uitrusting

31.12.2005

 

EN 13135-1:2003/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 13135-2:2004

Hijskranen — Uitrusting — Deel 2: Niet-elektrotechnische uitrusting

31.12.2005

 

EN 13135-2:2004/AC:2005

 

 

 

CEN

EN 13140:2000

Landbouwmachines — Oogstmachines voor suikerbieten en voederbieten — Veiligheid

27.11.2001

 

CEN

EN 13155:2003

Hijskranen — Veiligheid — Afneembare hijsgereedschappen

20.4.2004

 

EN 13155:2003/A1:2005

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(28.2.2006)

CEN

EN 13157:2004

Hijskranen — Veiligheid — Handgedreven kranen

31.12.2005

 

EN 13157:2004/AC:2008

 

 

 

CEN

EN 13204:2004

Dubbelwerkende hydraulische reddingsapparatuur voor de brandweer en de reddingsdienst — Eisen voor veiligheid en prestatie

31.12.2005

 

CEN

EN 13208:2003

Machines voor de voedselbereiding — Groentenschillers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

20.4.2004

 

CEN

EN 13218:2002 + A1:2008

Gereedschapsmachines — Veiligheid — Stationaire slijpmachines

28.1.2009

EN 13218:2002

28.12.2009

EN 13218:2002 + A1:2008/AC:2008

 

 

 

CEN

EN 13241-1:2003

Industriële en commerciële garagedeuren en -poorten — Productnorm — Deel 1: Producten zonder vuur of rookweerstandkarakteristieken

20.4.2004

 

CEN

EN 13288:2005

Machines voor de voedselbereiding — Til- en kipmachines voor pannen — Veiligheids- en hygiëne-eisen

2.8.2006

 

CEN

EN 13289:2001

Machines voor deegbereiding — Drogers en koelers — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.6.2002

 

CEN

EN 13355:2004

Bekledingsinstallaties — Gecombineerde cabines — Veiligheidsvoorzieningen

31.12.2005

 

CEN

EN 13367:2005 + A1:2008

Machines voor keramiek — Veiligheid — Overlaadperrons en -wagens

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13367:2005

28.12.2009

CEN

EN 13378:2001

Machines voor deegbereiding — Deegpersen — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.6.2002

 

CEN

EN 13379:2001

Machines voor deegbereiding — Strooi-, afstreep- en snijmachine, staafretourtransportband, staafmagazijn — Veiligheids- en hygiëne-eisen

14.6.2002

 

CEN

EN 13389:2005

Machines voor de voedselbereiding — Mengers met horizontale assen — Eisen voor veiligheid en hygiëne

2.8.2006

 

CEN

EN 13390:2002

Machines voor de voedselbereiding — Machines voor de bereiding van taarten en vlaaien — Eisen voor veiligheid en hygiëne

14.6.2002

 

CEN

EN 13411-1:2002 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 1: Kousen voor staalkabelsamenstellen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-1:2002

28.12.2009

CEN

EN 13411-2:2001 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 2: Splitsen van ogen voor kabelsamenstellen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-2:2001

28.12.2009

CEN

EN 13411-3:2004 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 3: Persklemmen en aanpersen van persklemmen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-3:2004

28.12.2009

CEN

EN 13411-4:2002 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 4: Ingieten in sokken met metaal en kunsthars

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-4:2002

28.12.2009

CEN

EN 13411-5:2003 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 5: U-bout kabelklemmen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-5:2003

28.12.2009

CEN

EN 13411-6:2004 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 6: Asymmetrische wigklemmen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-6:2004

28.12.2009

CEN

EN 13411-7:2006 + A1:2008

Eindverbindingen voor staalkabels — Veiligheid — Deel 7: Symmetrische wigklemmen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13411-7:2006

28.12.2009

CEN

EN 13414-1:2003 + A2:2008

Staalkabelsamenstellen — Veiligheid — Deel 1: Samenstellen voor algemene hijsdoeleinden

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13414-1:2003

28.12.2009

CEN

EN 13414-2:2003 + A2:2008

Staalkabelsamenstellen — Veiligheid — Deel 2: Specificatie voor informatie voor gebruik en onderhoud te verstrekken door de fabrikant

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13414-2:2003

28.12.2009

CEN

EN 13414-3:2003 + A1:2008

Staalkabelsamenstellen — Veiligheid — Deel 3: Grommers en kabelslagstroppen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13414-3:2003

28.12.2009

CEN

EN 13418:2004 + A1:2008

Kunststof- en rubbermachines — Spoelmachines voor film of plaat — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13418:2004

28.12.2009

CEN

EN 13448:2001

Land- en bosbouwmachines — Maaiers tussen de rijen — Veiligheid

14.6.2002

 

CEN

EN 13457:2004

Machines voor de fabricage van schoeisel, leer- en kunstleerproducten — Machines voor het splijten, schiften, snijden, lijmen en drogen van lijm — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 13478:2001 + A1:2008

Veiligheid van machines — Brandpreventie en -beveiliging

22.8.2008

EN 13478:2001

28.12.2009

CEN

EN 13490:2001 + A1:2008

Mechanische trillingen — Gemotoriseerde transportwerktuigen — Laboratoriumonderzoek van de trillingen van de bestuurdersstoel

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13490:2001

28.12.2009

CEN

EN 13524:2003

Onderhoudsmachines voor wegen — Veiligheidseisen

20.4.2004

 

CEN

EN 13525:2005 + A1:2007

Bosbouwmachines — Houtversnipperaars — Veiligheid

6.11.2007

EN 13525:2005

Datum verstreken

(30.11.2007)

CEN

EN 13531:2001 + A1:2008

Grondverzetmachines — Beschermende constructie bij kantelen (TOPS) van kleine graafmachines — Laboratoriumbeproevingen en prestatie-eisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13531:2001

28.12.2009

CEN

EN 13534:2006

Machines voor voedselbereiding — Pekelinjectiemachine — Eisen voor veiligheid en hygiëne

2.8.2006

 

CEN

EN 13557:2003 + A2:2008

Hijskranen — Bedieningsorganen en bedieningsplaatsen

22.8.2008

EN 13557:2003

28.12.2009

CEN

EN 13561:2004 + A1:2008

Zonneschermen — Prestatie-eisen inclusief veiligheid

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13561:2004

28.12.2009

CEN

EN 13570:2005

Machines voor de voedselbereiding — Mixers en mengmachines — Eisen voor veiligheid en hygiëne

31.12.2005

 

CEN

EN 13586:2004 + A1:2008

Hijskranen — Toegang

22.8.2008

EN 13586:2004

28.12.2009

CEN

EN 13591:2005

Machines voor voedselbereiding — Laadinrichtingen voor ovens met een vaste vloer — Eisen voor veiligheid en hygiëne

2.8.2006

 

CEN

EN 13617-1:2004

Tankstations — Deel 1: Constructie en prestatie vanbrandstofzuilen

31.12.2005

 

EN 13617-1:2004/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 13621:2004

Machines voor voedselbereiding — Sladrogers — Eisen voor veiligheid en hygiëne

31.12.2005

 

CEN

EN 13659:2004 + A1:2008

Luiken — Prestatie-eisen inclusief veiligheid

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13659:2004

28.12.2009

CEN

EN 13675:2004

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor buisvorming en walstuigen en afwerkingslijnapparatuur

31.12.2005

 

CEN

EN 13684:2004

Tuingereedschap — Met de hand voorbewogen grasmatverluchters en aanbouwcultivators — Veiligheid

31.12.2005

 

CEN

EN 13731:2007

Hefzaksystemen voor brandweer en reddingsdiensten — Veiligheids- en prestatie-eisen

24.6.2008

 

CEN

EN 13732:2002

Machines voor voedselverwerking — Melkkoeltanks voor de boerderij — Eisen aan constructie, werking, geschiktheid voor gebruik, veiligheid en hygiëne

14.8.2003

 

EN 13732:2002/A1:2005

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(28.2.2006)

CEN

EN ISO 13732-1:2008

Klimaatomstandigheden — Methoden voor het bepalen van menselijke reacties bij het aanraken van oppervlaken — Deel 1: Warme oppervlakken (ISO 13732-1:2006)

28.1.2009

EN ISO 13732-1:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 13732-3:2008

Klimaatomstandigheden — Methoden voor het bepalen van menselijke reacties bij het aanraken van oppervlakken — Deel 3: Koude oppervlakken (ISO 13732-3:2005)

28.1.2009

EN ISO 13732-3:2005

28.12.2009

CEN

EN 13736:2003

Gereedschapswerktuigen — Veiligheid — Pneumatische persen

14.8.2003

 

EN 13736:2003/AC:2004

 

 

 

CEN

EN ISO 13753:2008

Mechanische trillingen en schok — Hand- en armtrillingen — Methode voor het meten van de overdraagbaarheid van trillingen door veerkrachtige materialen onder belasting door het arm-handsysteem (ISO 13753:1998)

28.1.2009

EN ISO 13753:1998

28.12.2009

CEN

EN 13788:2001

Gereedschapsmachines — Veiligheid — Automatische draaimachines met meervoudige spil

24.6.2003

 

CEN

EN ISO 13849-1:2008

Veiligheid van machines — Onderdelen van besturingssytemen met een veiligheidsfunctie — Deel 1: Algemene regels voor ontwerp (ISO 13849-1:2006)

22.8.2008

EN ISO 13849-1:2006

EN 954-1:1996

28.12.2009

CEN

EN ISO 13849-2:2008

Veiligheid van machines — Onderdelen van besturingssytemen met een veiligheidsfunctie — Deel 2: Validatie (ISO 13849-2:2003)

22.8.2008

EN ISO 13849-2:2003

28.12.2009

CEN

EN ISO 13850:2008

Veiligheid van machines — Noodstop — Ontwerpbeginselen (ISO 13850:2006)

22.8.2008

EN ISO 13850:2006

28.12.2009

CEN

EN 13852-1:2004

Hijskranen — Offshore kranen — Deel 1: Offshore kranenvoor algemene doeleinden

31.12.2005

 

EN 13852-1:2004/AC:2007

 

 

 

CEN

EN ISO 13857:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidsafstanden ter voorkoming van het bereiken van gevaarlijke zones door bovenstaande en onderstaande ledematen (ISO 13857:2008)

22.8.2008

EN 294:1992

EN 811:1996

28.12.2009

CEN

EN 13862:2001

Zagen voor beton, asfalt en steen — Veiligheid

14.8.2003

EN 500-5:1995

Datum verstreken

(14.8.2003)

CEN

EN 13870:2005

Machines voor voedselbereiding — Vleessnijmachines — Veiligheids- en hygiëne-eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 13871:2005

Machines voor voedselbereiding — Machines voor snijden van blokjes — Eisen voor de veiligheid en hygiëne

31.12.2005

 

EN 13871:2005/AC:2005

 

 

 

CEN

EN 13885:2005

Machines voor voedselbereiding — Clipmachines — Eisen voor veiligheid en hygiëne

31.12.2005

 

CEN

EN 13886:2005

Machines voor voedselbereiding — Kookpannen met aangedreven roerstaaf en/of mixer — Veiligheid en hygiëne-eisen

31.12.2005

 

CEN

EN 13889:2003 + A1:2008

Gesmede stalen sluitingen voor algemene hijsdoeleinden — D-sluitingen en harpsluitingen — Kwaliteitsklasse 6 — Veiligheid

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13889:2003

28.12.2009

CEN

EN 13898:2003

Gereedschapsmachines — Veiligheid — Zaagmachines voor metaal

31.12.2005

 

CEN

EN 13951:2003 + A1:2008

Vloeistofpompen — Veiligheidseisen — Materiaal voor landbouw en voeding — Pompen — Ontwerpregels voor de waarborging van hygiëne in gebruik

Dit is de eerste bekendmaking

EN 13951:2003

28.12.2009

CEN

EN 13954:2005

Machines voor voedselbereiding — Broodsnijders — Eisen voor veiligheid en hygiëne

2.8.2006

 

CEN

EN 13977:2005 + A1:2007

Railtoepassingen — Bovenbouw — Veiligheidseisen voor draagbare machines en lorries voor constructie en onderhoud

22.8.2008

EN 13977:2005

Datum verstreken

(22.8.2008)

CEN

EN 13985:2003

Gereedschapswerktuigen — Veiligheid — Guillotinescharen

14.8.2003

 

CEN

EN 14010:2003

Veiligheid van machines — Mechanisch aangedreven parkeerinrichtingen voor motorvoertuigen — Veiligheids- en EMC-eisen voor ontwerp, fabricage, opstelling en inbedrijfstelling

31.12.2005

 

CEN

EN 14017:2005 + A1:2008

Landbouw- en bosbouwmachines — Strooiers voor vaste kunstmeststoffen — Veiligheid

Dit is de eerste bekendmaking

EN 14017:2005

28.12.2009

CEN

EN 14018:2005

Landbouw- en bosbouwmachines — Zaaimachines — Veiligheid

2.8.2006

 

CEN

EN 14043:2005

Automatische autoladders voor de brandweer — Eisen en beproevingsmethoden

31.12.2005

 

EN 14043:2005/AC:2006

 

 

 

CEN

EN 14044:2005

Half-automatische autoladders voor de brandweer — Eisen, beproevingsmethoden

2.8.2006

 

EN 14044:2005/AC:2007

 

 

 

CEN

EN 14070:2003

Veiligheid van gereedschapsmachines — Transfermachines en machines voor speciale doeleinden

31.12.2005

 

CEN

EN ISO 14121-1:2007

Veiligheid van machines — Risicobeoordeling — Deel 1: Principes (ISO 14121-1:2007)

24.6.2008

EN 1050:1996

28.12.2009

CEN

EN ISO 14122-1:2001

Veiligheid van machines — Vaste toegangsmiddelen tot machines en industriële installaties — Deel 1: Keuze van een vast toegangsmiddel tussen twee niveaus (ISO 14122-1:2001)

14.6.2002

 

CEN

EN ISO 14122-2:2001

Veiligheid van machines — Vaste toegangsmiddelen tot machines en industriële installaties — Deel 2: Werkbordessen en looppaden (ISO 14122-2:2001)

14.6.2002

 

CEN

EN ISO 14122-3:2001

Veiligheid van machines — Permanente toegangsmiddelentot machines — Deel 3: Trappen, trapladders en leuningen (ISO 14122-3:2001)

14.6.2002

 

CEN

EN ISO 14159:2008

Machineveiligheid — Hygiëne-eisen voor het ontwerpen van machines (ISO 14159:2002)

22.8.2008

EN ISO 14159:2004

28.12.2009

CEN

EN 14238:2004

Hijskranen — Met de hand bestuurde lastmanipulatoren

31.12.2005

 

CEN

EN ISO 14314:2004

Zuigermotoren met inwendige verbranding — Repeteerstartinrichting — Algemene veiligheidseisen (ISO 14314:2004)

31.12.2005

 

CEN

EN 14351-1:2006

Ramen en deuren — Productnorm — Prestatie-eisen — Deel 1: Ramen en deuren, zonder brand- en rookwerende eigenschappen

2.8.2006

 

CEN

EN 14439:2006

Hijskranen — Veiligheid — Torenkranen

8.5.2007

 

CEN

EN 14462:2005

Apparatuur voor oppervlaktebehandeling — Geluidbeproevingscode voor apparatuur voor oppervlaktebehandeling inclusief bijkomende behandelingsapparatuur — Nauwkeurigheid graad 2 en 3

31.12.2005

 

CEN

EN 14466:2005 + A1:2008

Brandweerpompen — Draagbare pompen — Veiligheid en prestatie-eisen, beproevingen

28.1.2009

EN 14466:2005

28.12.2009

CEN

EN 14492-1:2006

Hijskranen — Motorisch aangedreven lieren en takels — Deel 1: Motorisch aangedreven lieren

8.5.2007

 

CEN

EN 14492-2:2006

Hijskranen — Motorisch aangedreven lieren en takels — Deel 2: Motorisch aangedreven takels

8.5.2007

 

CEN

EN 14502-2:2005 + A1:2008

Hijskranen — Uitrusting voor het hijsen van personen — Deel 2: Hefbare bedieningsplaatsen

22.8.2008

EN 14502-2:2005

28.12.2009

CEN

EN 14655:2005

Machines voor voedselbereiding — Baguettesnijders — Veiligheids- en hygiënevoorschriften

31.12.2005

 

CEN

EN 14656:2006

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor extrusiepersen voor staal en non-ferro metalen

8.5.2007

 

CEN

EN 14658:2005

Transporteurs — Veiligheidseisen voor transporteurs voor ontginning in dagbouw van ligniet

31.12.2005

 

CEN

EN 14673:2006

Veiligheid van machines — Veiligheidsvoorschriften voor hydraulische persen voor het smeden van staal en non-ferro metalen

8.5.2007

 

CEN

EN 14677:2008

Veiligheid van machines — Secundaire staalverwerking — Machines en uitrusting voor de behandeling van vloeibaar staal

22.8.2008

 

CEN

EN 14681:2006

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor machines en materieel voor de staalproductie met elektrische boogovens

8.5.2007

 

CEN

EN 14710-1:2005 + A1:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen zonder aanzuiginrichting — Deel 1: Classificatie, Algemene- en veiligheidseisen

28.1.2009

EN 14710-1:2005

28.12.2009

CEN

EN 14710-1:2005 + A2:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen zonder ontluchtingsinrichting — Deel 1: Classificatie, algemene en veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 14710-1:2005

28.12.2009

CEN

EN 14710-2:2005 + A1:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen zonder aanzuiginrichting — Deel 2: Verificatie van algemene en veiligheidseisen

22.8.2008

EN 14710-2:2005

28.12.2009

CEN

EN 14710-2:2005 + A2:2008

Brandweerpompen — Centrifugaalpompen zonder ontluchtingsinnrichting — Deel 2: Verificatie van algemene en veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 14710-2:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 14738:2008

Veiligheid van machines;Antropometrische eisen voor het ontwerp van werkplekken bij machines

28.1.2009

EN ISO 14738:2002

28.12.2009

CEN

EN 14753:2007

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor machine en materieel voor het continu gieten van staal

24.6.2008

 

CEN

EN 14861:2004

Bosbouwmachines — Zelfrijdende machines — Veiligheidseisen

31.12.2005

 

CEN

EN 14886:2008

Machines voor kunststoffen en rubber — Snijmachines voor schuimblokken — Veiligheidseisen

24.6.2008

 

CEN

EN 14910:2007

Tuingereedschap — Handgeleide maaiers aangedreven door een verbrandingsmotor — Veiligheid

24.6.2008

 

CEN

EN 14930:2007

Landbouw- en bosbouwmachines en tuingereedschap — Lopend bediende en met de hand geleide machines — Bepaling van de toegankelijkheid van ver hitte oppervlakken

6.11.2007

 

CEN

EN 14957:2006

Machines voor voedselbereiding — Vaatwasmachines met transportband — Veiligheids- en hygiëne-eisen

8.5.2007

 

CEN

EN 14958:2006

Machines voor voedselbereiding — Machines voor het malen en bewerken van meel en griesmeel — Veiligheid en hygiëne eisen

8.5.2007

 

CEN

EN 14973:2006 + A1:2008

Transportbanden voor gebruik in ondergrondse installaties — Veiligheidseisen voor elektriciteit en brandbaarheid

22.8.2008

EN 14973:2006

22.12.2009

CEN

EN ISO 14982:1998

Land- en bosbouwmachines — Elektromagnetische compatibiliteit — Beproevingsmethoden en aanvaardingscriteria (ISO 14982:1998)

15.10.1998

 

CEN

EN 14985:2007

Hijskranen — Zwenkkranen

6.11.2007

 

CEN

EN 15000:2008

Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen — Gemotoriseerde heftrucks met een variabele reikwijdte — Specificatie, prestatie- en beproevingseisen voor lastmomentaanwijzers en lastmomentbegrenzers in langsrichting

28.1.2009

 

CEN

EN 15027:2007

Verplaatsbare zaagwand en kabelzaaguitrusting voor werkplaats — Veiligheid

24.6.2008

 

CEN

EN 15056:2006

Hijskranen — Eisen voor containerspreaders

8.5.2007

 

CEN

EN 15061:2007 + A1:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor de machinale verwerking van platen met aan elkaar gekoppelde machines

Dit is de eerste bekendmaking

EN 15061:2007

28.12.2009

CEN

EN 15067:2007

Machines voor kunststoffen en rubber — Veiligheidseisen voor folieverwerkingsmachines voor tassen en zakken — Veiligheidseisen

24.6.2008

 

CEN

EN 15093:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor warme plaat walstuigen

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN 15094:2008

Veiligheid van machines — Veiligheidseisen voor koude plaat walstuigen

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN 15095:2007 + A1:2008

Aangedreven mobiele stellingen, carrouselinstallaties en opslagliften — Veiligheidseisen

Dit is de eerste bekendmaking

EN 15095:2007

28.12.2009

CEN

EN 15162:2008

Machines en installaties voor het winnen en bewerken van natuursteen — Veiligheidseisen voor gereedschapszagen

22.8.2008

 

CEN

EN 15163:2008

Machines en installaties voor het gebruik en bewerken van natuursteen — Veiligheid — Eisen voor diamant draadzagen

22.8.2008

 

CEN

EN 15164:2008

Machines en installaties voor het winnen en bewerken van natuursteen — Veiligheid — Eisen voor ketting- en riemzagen

22.8.2008

 

CEN

EN 15166:2008

Machines voor voedselbereiding — Machines voor het automatisch splitsen van de achterzijde van karkassen — Eisen voor veiligheid en hygiëne

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN 15268:2008

Tankstations — Veiligheidseisen voor de constructie en prestatie van dompelpompinrichtingen

28.1.2009

 

CEN

EN ISO 15536-1:2008

Ergonomie — Computer-mensfiguren en lichaamssjablonen — Deel 1: Algemene eisen (ISO 15536-1:2005)

28.1.2009

EN ISO 15536-1:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 15744:2008

Niet-elektrische aangedreven handgereedschap — Geluidmeetmethode — Praktijkmethode (klasse 2) (ISO 15744:2002)

28.1.2009

EN ISO 15744:2002

28.12.2009

CEN

EN ISO 19432:2008

Machines en apparatuur voor de bouw — Draagbare, met de hand geleide afkortslijpmachine aangedreven door een zuigermotor met inwendige verbranding — Veiligheidseisen en beproeven (ISO 19432:2006)

22.8.2008

EN ISO 19432:2006

28.12.2009

CEN

EN ISO 20643:2008

Met de hand overgebrachte trillingen van handmatige of met de hand geleide machines — Metingen van trillingen van de grijpvlakken (ISO 20643:2005)

22.8.2008

EN ISO 20643:2005

28.12.2009

CEN

EN ISO 22867:2008

Draagbare, met de hand geleide bosbouwmachines met inwendige verbrandingsmotor — Trilproef code — Meting van trillingen bij de handvatten

Dit is de eerste bekendmaking

 

CEN

EN ISO 22868:2008

Bosbouwmachines — Geluidsbeproevingscode voor draagbare, met de hand geleide machines met inwendige verbrandingsmotor — Uitvoeringsmethode (klasse 2) (ISO 22868:2005)

Dit is de eerste bekendmaking

EN ISO 22868:2005

Datum verstreken

(8.5.2007)

CEN

EN 28662-1:1992

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Meting van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 1: Algemeen (ISO 8662-1:1988)

31.12.1994

 

CEN

EN 28662-2:1994

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Metingen van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 2: Beitel- en klinkhamers (ISO 8662-2:1992)

14.2.1996

 

EN 28662-2:1994/A1:1995

14.2.1996

Noot 3

Datum verstreken

(29.2.1996)

EN 28662-2:1994/A2:2001

14.6.2002

Noot 3

Datum verstreken

(14.6.2002)

CEN

EN 28662-3:1994

Draagbare handgereedschappen met motoraandrijving — Meting van mechanische trillingen aan het handvat — Deel 3: Steenboormachines en boorhamers (ISO 8662-3:1992)

14.2.1996

 

EN 28662-3:1994/A1:1995

14.2.1996

Noot 3

Datum verstreken

(29.2.1996)

EN 28662-3:1994/A2:2001

14.6.2002

Noot 3

Datum verstreken

(14.6.2002)

CEN

EN 28662-5:1994

Draagbare handgereedschappen metmotoraandrijving — Metingen van mechanische trillingenaan het handvat — Deel 5: Breek- en sloophamers (ISO 8662-5:1992)

14.2.1996

 

EN 28662-5:1994/A1:1995

14.2.1996

Noot 3

Datum verstreken

(29.2.1996)

EN 28662-5:1994/A2:2001

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(20.4.2004)

CEN

EN 30326-1:1994

Mechanische trillingen — Laboratorium methode voor de evaluatie van trillingen van de voertuigstoel — Del 1: Basis eisen (ISO 10326-1:1992)

14.2.1996

 

EN 30326-1:1994/A1:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 50144-1:1998

Veiligheid van handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 1: Algemene eisen

Noot 4

15.4.2000

 

EN 50144-1:1998/A1:2002

24.6.2003

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 50144-1:1998/A2:2003

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

Cenelec

EN 50144-2-7:2000

Veiligheid van handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 2-7: Bijzondere eisen voor spuitpistolen

27.11.2001

 

Cenelec

EN 50144-2-13:2002

Veiligheid van handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 2-13: Bijzondere eisen voor kettingzagen

14.8.2003

 

Cenelec

EN 50144-2-16:2003

Veiligheid van handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 2-16: Bijzondere eisen voor nietpistolen

20.4.2004

 

Cenelec

EN 50260-1:2002

Veiligheid van batterijgevoed handgereedschap met elektrische aandrijving en samengestelde batterijen — Deel 1: Algemene eisen

Noot 4

24.6.2003

 

Cenelec

EN 50260-2-7:2002

Veiligheid van batterijgevoed handgereedschap met elektrische aandrijving en samengestelde batterijen — Deel 2-7: Bijzondere eisen voor spuitpistolen

24.6.2003

 

Cenelec

EN 50338:2006

Veiligheid van huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Bijzondere eisen voor batterijgevoede elektrische grasmaaiers met meelopende bestuurder

6.11.2007

EN 50338:2000

en zijn wijzigingsblad

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.10.2008)

Cenelec

EN 50416:2005

Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Veiligheid — Bijzondere eisen voor afwasmachines voor bedrijfsgebruik

31.12.2006

 

Cenelec

EN 60204-1:2006

Veiligheid van machines — Elektrische uitrusting van machines — Deel 1: Algemene eisen (IEC 60204-1:2005 (Gewijzigd))

6.11.2007

EN 60204-1:1997

Noot 2.1

1.6.2009

Cenelec

EN 60204-11:2000

Veiligheid van machines — Elektrische uitrusting van machines — Deel 11: Eisen voor hoogspanningsapparatuur voor spanningen hoger dan 1 000 V wisselspanning maar niet hoger dan 36 kV (IEC 60204-11:2000)

27.11.2001

 

Cenelec

EN 60204-31:1998

Veiligheid van machines — Elektrische uitrusting van machines — Deel 31:Bijzondere eisen op het gebied van veiligheid en EMC voor naaimachines, -eenheden en -systemen (IEC 60204-31:1996 (Gewijzigd))

15.4.2000

 

Cenelec

EN 60204-32:1998

Veiligheid van machines — Elektrische uitrusting van machines — Deel 32: Eisen voor hef- en hijswerktuigen (IEC 60204-32:1998)

15.4.2000

 

Cenelec

EN 60335-1:1994

Veiligheid van huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Deel 1: Algemene eisen (IEC 60335-1:1991 (Gewijzigd))

Noot 4

15.4.2000

 

EN 60335-1:1994/A11:1995

15.4.2000

Noot 3

 

EN 60335-1:1994/A15:2000

10.3.2001

Noot 3

 

EN 60335-1:1994/A16:2001

27.11.2001

Noot 3

 

EN 60335-1:1994/A1:1996 (IEC 60335-1:1991/A1:1994 (Gewijzigd))

15.4.2000

Noot 3

Datum verstreken

(15.4.2000)

EN 60335-1:1994/A12:1996

15.4.2000

Noot 3

Datum verstreken

(15.4.2000)

EN 60335-1:1994/A13:1998

15.4.2000

Noot 3

Datum verstreken

(1.12.2000)

EN 60335-1:1994/A14:1998

15.4.2000

Noot 3

Datum verstreken

(1.7.2001)

EN 60335-1:1994/A2:2000 (IEC 60335-1:1991/A2:1999)

27.11.2001

Noot 3

Datum verstreken

(1.8.2007)

Cenelec

EN 60335-1:2002

Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen (IEC 60335-1:2001 (Gewijzigd))

Noot 4

14.8.2003

EN 60335-1:1994

en zijn wijzigingsbladen

Noot 2.1

 

EN 60335-1:2002/A11:2004

6.8.2005

Noot 3

Datum verstreken

(1.10.2006)

EN 60335-1:2002/A1:2004 (IEC 60335-1:2001/A1:2004)

31.12.2006

Noot 3

Datum verstreken

(1.10.2007)

EN 60335-1:2002/A12:2006

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(6.11.2007)

Cenelec

EN 60335-2-64:2000

Veiligheid van huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Deel 2-64: Bijzondere eisen voor keukenmachines voor bedrijfsgebruik (IEC 60335-2-64:1997 (Gewijzigd))

20.5.2000

 

EN 60335-2-64:2000/A1:2002 (IEC 60335-2-64:1997/A1:2000 (Gewijzigd))

24.6.2003

Noot 3

Datum verstreken

(31.12.2005)

Cenelec

EN 60335-2-72:1998

Veiligheid van huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Deel 2-72: Bijzondere eisen voor draagbare vloerbehandelingstoestellen, voor commercieel en industrieel gebruik (IEC 60335-2-72:1995 (Gewijzigd))

15.4.2000

 

EN 60335-2-72:1998/A1:2000 (IEC 60335-2-72:1995/A1:2000)

10.3.2001

Noot 3

Datum verstreken

(1.9.2003)

Cenelec

EN 60335-2-77:2006

Veiligheid van huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Deel 2-77: Bijzondere eisen voor via het net aangedreven grasmaaiers met meelopende bestuurder (IEC 60335-2-77:1996 (Gewijzigd))

6.11.2007

EN 60335-2-77:2000

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.9.2008)

Cenelec

EN 60335-2-91:2003

Huishoudelijke en soortgelijke toestellen — Veiligheid — Deel 2-91: Bijzondere eisen voor gazontrimmers waar je achter loopt, gazontrimmers die je in de hand hebt en graskanttrimmers (IEC 60335-2-91:2002 (Gewijzigd))

6.8.2005

 

Cenelec

EN 60335-2-92:2005

Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen — Veiligheid — Deel 2-92: Bijzondere eisen voor met de hand voortbewogen grasmatverluchters en aanbouwcultivators (IEC 60335-2-92:2002 (Gewijzigd))

2.8.2006

 

Cenelec

EN 60745-1:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen (IEC 60745-1:2001 (Gewijzigd))

Noot 4

20.4.2004

EN 50144-1:1998

en zijn wijzigingsbladen

Noot 2.1

 

EN 60745-1:2003/A1:2003 (IEC 60745-1:2001/A1:2002)

20.4.2004

EN 50260-1:2002

Noot 3

 

Cenelec

EN 60745-2-1:2003

Handgereedschap met motoraandrijving — Veiligheid — Deel 2-1: Speciale eisen voor boren (IEC 60745-2-1:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-1:1999

+ EN 50260-2-1:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 60745-2-1:2003/A11:2007

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(6.11.2007)

Cenelec

EN 60745-2-2:2003

Handgereedschap met motoraandrijving — Veiligheid — Deel 2-2: Speciale eisen voor schroevendraaiers en slagschroevendraaiers (IEC 60745-2-2:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-2:1999

+ EN 50260-2-2:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 60745-2-2:2003/A11:2007

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(1.12.2007)

Cenelec

EN 60745-2-3:2007

Handgereedschap motoraandrijvende elektrisch gereedschap — Deel 2-3: Bijzondere eisen voor slijpmachines, polijstmachines en schijfschuurmachines (IEC 60745-2-3:2006 (Gewijzigd))

6.11.2007

EN 50144-2-3:2002

en zijn wijzigingsbladen

Noot 2.1

1.12.2009

Cenelec

EN 60745-2-4:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-4: Speciale eisen voor polijstmachines en schuurmachines anders dan schijfschuurmachines (IEC 60745-2-4:2002 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-4:1999

+ EN 50260-2-4:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.2.2006)

EN 60745-2-4:2003/A11:2007

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(1.2.2008)

Cenelec

EN 60745-2-5:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-5: speciale eisen voor cirkelzagen (IEC 60745-2-5:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-5:1999

+ EN 50260-2-5:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.4.2006)

Cenelec

EN 60745-2-6:2003

Handgereedschap met motoraandrijving — Veiligheid — Deel 2-6: Speciale eisen voor hamers (IEC 60745-2-6:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-6:2000

en zijn wijzigingsbladen

+ EN 50260-2-6:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.2.2006)

EN 60745-2-6:2003/A11:2007

6.11.2007

Noot 3

Datum verstreken

(6.11.2007)

EN 60745-2-6:2003/A1:2006 (IEC 60745-2-6:2003/A1:2006)

6.11.2007

Noot 3

1.5.2009

Cenelec

EN 60745-2-8:2003

Handgereedschap met motoraandrijving — Veiligheid — Deel 2-8: Speciale eisen voor plaatsscharen en knibbelscharen (IEC 60745-2-8:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

 

EN 60745-2-8:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-9:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-9: speciale eisen voor tapmachines (IEC 60745-2-9:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

 

EN 60745-2-9:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-11:2003

Handgreedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-11: speciale eisen voor decoupeerzagen (figuur en schrobzagen) (IEC 60745-2-11:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-10:2001

+ EN 50260-2-10:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.2.2006)

EN 60745-2-11:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-14:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-14: speciale eisen voor schaafmachines (IEC 60745-2-14:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-14:2001

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.7.2006)

EN 60745-2-14:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

EN 60745-2-14:2003/A1:2007 (IEC 60745-2-14:2003/A1:2006 (Gewijzigd))

24.6.2008

Noot 3

1.2.2010

Cenelec

EN 60745-2-15:2006

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 2-15: Bijzondere eisen voor heggenscharen (IEC 60745-2-15:2006 (Gewijzigd))

22.8.2008

EN 50144-2-15:2001

Noot 2.1

1.5.2009

Cenelec

EN 60745-2-17:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-17: Speciale eisen voor bovenhandfrezers en trimmers (IEC 60745-2-17:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

EN 50144-2-17:2000

+ EN 50144-2-18:2000

+ EN 50260-2-14:2002

Noot 2.1

Datum verstreken

(31.12.2005)

EN 60745-2-17:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-18:2004

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-18: Speciale eisen voor omsnoeringsgereedschap (IEC 60745-2-18:2003 (Gewijzigd))

2.8.2006

 

EN 60745-2-18:2004/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-19:2005

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-19: Speciale eisen voor voegmachines IEC 60745-2-19:2005 (Gewijzigd))

2.8.2006

 

EN 60745-2-19:2005/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(1.7.2008)

Cenelec

EN 60745-2-20:2003

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Deel 2-20: Veiligheid — speciale eisen voor bandzagen (IEC 60745-2-20:2003 (Gewijzigd))

20.4.2004

 

EN 60745-2-20:2003/A11:2007

24.6.2008

Noot 3

Datum verstreken

(24.6.2008)

Cenelec

EN 60745-2-21:2007

Handgereedschap met elektrische aandrijving — Veiligheid — Deel 2-21: Speciale eisen voor doorsteekapparaten (IEC 60745-2-21:2002 (Gewijzigd))

24.6.2008

 

Cenelec

EN 60947-5-3:1999

Laagspanningsschakelaars — Deel 5-3: Stuurstroomkringen en schakelelementen — Eisen voor naderingselementen met een vastgesteld gedrag onder storingsomstandigheden (PDF) (IEC 60947-5-3:1999)

24.6.2003

 

EN 60947-5-3:1999/A1:2005 (IEC 60947-5-3:1999/A1:2005)

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(1.3.2008)

Cenelec

EN 60947-5-5:1997

Laagspanningsschakelaars — Deel 5: Stuurstroomkringen en schakelelementen — Sectie 5: Elektrische noodstopinrichting met mechanische vergrendelingsfunctie (IEC 60947-5-5:1997)

10.3.2001

 

EN 60947-5-5:1997/A1:2005 (IEC 60947-5-5:1997/A1:2005)

31.12.2005

Noot 3

Datum verstreken

(1.3.2008)

Cenelec

EN 61029-1:2000

Veiligheid van verplaatsbaar elektrisch gereedschap met motoraandrijving — Deel 1: Algemene eisen (IEC 61029-1:1990 (Gewijzigd))

Noot 4

10.3.2001

 

EN 61029-1:2000/A11:2003

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(1.10.2005)

EN 61029-1:2000/A12:2003

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(1.11.2005)

Cenelec

EN 61029-2-1:2002

Veiligheid van verplaatsbaar elektrisch gereedschap met motoraandrijving — Deel 2-1: Bijzondere eisen voor cirkelzagen (IEC 61029-2-1:1993 + A1:1999 + A2:2001 (Gewijzigd))

24.6.2003

 

Cenelec

EN 61029-2-4:2003

Veiligheid van verplaatsbaar elektrisch gereedschap met motoraandrijving — Deel 2-4: Bijzondere eisen voor slijpmachines (IEC 61029-2-4:1993 (Gewijzigd))

14.8.2003

 

EN 61029-2-4:2003/A1:2003 (IEC 61029-2-4:1993/A1:2001 (Gewijzigd))

20.4.2004

Noot 3

Datum verstreken

(2.8.2006)

Cenelec

EN 61029-2-8:2003

Veiligheid van verplaatsbaar elektrisch gereedschap met motoraandrijving — Deel 2-8: Bijzondere eisen voor verticale deegwalsen met enkele spil (IEC 61029-2-8:1995 + A1:1999 + A2:2001 (Gewijzigd))

20.4.2004

 

Cenelec

EN 61029-2-9:2002

Veiligheid van verplaatsbaar elektrisch gereedschap met motoraandrijving — Deel 2-9: Bijzondere eisen voor verstekzagen (IEC 61029-2-9:1995 (Gewijzigd))

14.8.2003

 

Cenelec

EN 61310-1:2008

Veiligheid van machines — Signalering, markeringen en bediening — Deel 1: Eisen aan zichtbare, hoorbare en voelbare signalen (IEC 61310-1:2007)

22.8.2008

EN 61310-1:1995

Noot 2.1

1.12.2010

Cenelec

EN 61310-2:2008

Veiligheid van machines — Signalering, markeringen en bediening — Deel 2: Eisen aan markeringen (IEC 61310-2:2007)

22.8.2008

EN 61310-2:1995

Noot 2.1

1.12.2010

Cenelec

EN 61310-3:2008

Veiligheid van machines — Signalering, markeringen en bediening — Deel 3: Eisen aan de positie en de bediening van bedieningselementen (IEC 61310-3:2007)

22.8.2008

EN 61310-3:1999

Noot 2.1

1.12.2010

Cenelec

EN 61496-1:2004

Machineveiligheid — Aanrakingsvrije elektrische beveiligingsinrichtingen — Deel 1: Algemene eisen en beproevingen (IEC 61496-1:2004 (Gewijzigd))

6.8.2005

EN 61496-1:1997

Noot 2.1

Datum verstreken

(1.4.2007)

Cenelec

EN 61800-5-2:2007

Regelbare elektrische aandrijfsystemen — Deel 5-2: Veiligheidseisen — Functioneel (IEC 61800-5-2:2007)

24.6.2008

 

Cenelec

EN 62061:2005

Veiligheid van machines — Functionele veiligheid van elektrische, elektronische en programmeerbare systemen met een veiligheidsfunctie (IEC 62061:2005)

31.12.2005

 

Noot 1

In het algemeen is de datum waarop het vermoeden van overeenstemming ten aanzien van de vervangen norm vervalt („dow”), de door de Europese Normalisatie-instituten vastgestelde datum van intrekking, maar gebruikers van de norm worden erop gewezen dat dit in bepaalde uitzonderlijke gevallen anders kan zijn.

Noot 2.1

De nieuwe (of gewijzigde) norm heeft dezelfde werkingssfeer als de vervangen norm. Op de aangegeven datum vervalt het ten aanzien van de vervangen norm bestaande vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn.

Noot 3

In het geval van wijzigingsbladen is de norm waarnaar verwezen wordt EN CCCCC:YYYY, de voorafgaande wijzigingsbladen, indien die er zijn, en het nieuw genoemde wijzigingsblad. De vervangen norm (kolom 4) bestaat daarom uit EN CCCCC:YYYY en de voorafgaande wijzigingsbladen, indien die er zijn, maar zonder het nieuw genoemde wijzigingsblad. Op genoemde datum eindigt het vermoeden van overeenstemming met de essentiële eisen van de richtlijn van de vervangen norm.

Noot 4

Veronderstelling van overeenkomstigheid voor een product wordt bereikt door te voldoen aan de eisen van deel 1 en het relevante deel 2 als dit deel 2 ook voorkomt in het Publicatieblad van de Europese Unie onder richtlijn 98/37/EG.

WAARSCHUWING:

Iedere informatie betreffende de beschikbaarheid van de normen kan verkregen worden ofwel bij de Europese normalisatie-instellingen ofwel bij de nationale normalisatie-instellingen waarvan de lijst een bijlage is bij de Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) gewijzigd door Richtlijn 98/48/EG (3).

De publicatie van de referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie houdt niet in dat de normen beschikbaar zijn in alle talen van de Gemeenschap.

Deze lijst vervangt de vorige lijsten die in het Publicatieblad van de Europese Unie gepubliceerd werden. De Commissie zal er zorg voor dragen dat de huidige lijst regelmatig wordt bijgewerkt.

Meer informatie kunt u vinden op Europa:

http://ec.europa.eu/enterprise/newapproach/standardization/harmstds


(1)  ENO: Europese Normalisatie Organisatie:

CEN: avenue Marnix 17, B-1000 Brussel, Tel. (32-2) 550 08 11; fax (32-2) 550 08 19 (http://www.cen.eu),

Cenelec: avenue Marnix 17, B-1000 Brussel, Tel. (32-2) 519 68 71; fax (32-2) 519 69 19 (http://www.cenelec.org),

ETSI: 650, route des Lucioles, F-06921 Sophia Antipolis, Tel. (33) 492 94 42 00; fax (33) 493 65 47 16 (http://www.etsi.org).

(2)  PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37.

(3)  PB L 217 van 5.8.1998, blz. 18.


V Bekendmakingen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Commissie

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/61


Oproep tot kandidaatstelling in verband met de benoeming van uit de publieke sector afkomstige leden van de Raad van Toezicht van de EFRAG

(2009/C 74/04)

De European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) is in 2001 opgericht om de Commissie te adviseren over de goedkeuring van standaarden voor jaarrekeningen. Naast zijn adviserende functie heeft de EFRAG ook een proactieve rol om ervoor te zorgen dat de Europese standpunten over de ontwikkeling van de financiële verslaglegging adequaat en duidelijk in het internationale standaardiseringsproces tot uiting komen. Om deze laatste rol beter te kunnen vervullen, moest de governance van de EFRAG worden hervormd. De EFRAG publiceerde in december 2008 zijn definitieve verslag hieromtrent. De verbeterde structuur wordt momenteel ingevoerd.

Tot de belangrijkste verantwoordelijkheden van de verbeterde Raad van Toezicht van de EFRAG behoren het goedkeuren van de algemene strategie van de EFRAG, het benoemen van de leden van de technische deskundigengroep (Technical Expert Group — TEG) en de leden van het planning- en middelencomité (Planning and Resource Committee — PRC), het behandelen van begrotings- en financieringskwesties en het onderhouden van contacten met de Europese instellingen en met de trustees van de IASCF.

De Raad van Toezicht zal bestaan uit vooraanstaande personen met belangstelling voor de mondiale ontwikkelingen op het gebied van de financiële verslaglegging en die op evenwichtige wijze zijn geselecteerd qua professionele achtergrond, onder wie gebruikers, opstellers en boekhouders. Alle leden van de Raad van Toezicht handelen op persoonlijke titel en moeten er zich formeel toe verbinden te handelen in het openbaar belang van Europa, los van hun professionele of sectorale banden. De Raad van Toezicht zal bestaan uit 17 leden, onder wie vier leden wier achtergrond ligt in de nationale of Europese publieke sector.

De Commissie verzoekt daarom om kandidaatstellingen met het oog op het opstellen van een lijst van kandidaten voor de benoeming van de vier uit de publieke sector afkomstige leden van de Raad van Toezicht.

Bij de beoordeling van de kandidaten zal de Commissie rekening houden met de volgende criteria:

ervaring met overheidsbeleid op Europees of internationaal niveau, verbintenis om te handelen in het openbaar belang van Europa;

achtergrond in een overheidsinstantie, een openbare instelling of de academische wereld;

grote reputatie en integriteit;

goede kennis van de Engelse taal;

vertrouwdheid met financiële verslaglegging is een pluspunt;

noodzaak van een evenwichtige samenstelling met betrekking tot geografische oorsprong, geslacht en achtergrond.

De ondertekende kandidaatstellingen moeten uiterlijk op 30 april 2009 door de diensten van de Commissie zijn ontvangen. Kandidaatstellingen die na het verstrijken van de termijn worden ontvangen, kunnen door de Commissie alleen in aanmerking worden genomen bij de vervanging van leden.

Kandidaatstellingen moeten:

per aangetekend schrijven of per koerier worden toegezonden aan:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Interne markt

Ter attentie van de heer Pierre Delsaux, directeur

Rue de Spa 2, 03/205

1049 Bruxelles/Brussel

BELGIQUE/BELGIË

of per e-mail worden toegezonden aan:

MARKT-F3@ec.europa.eu

onder vermelding van „EFRAG Public Policy Supervisory Board Members” als onderwerp.

De kandidaatstellingen moeten worden gedaan in één van de officiële talen van de Europese Unie, moeten duidelijk de nationaliteit van de kandidaat vermelden en vergezeld gaan van de nodige bescheiden. De kandidaatstellingen moeten alle bijzonderheden bevatten die nuttig zijn voor de beoordeling ervan; dit kan onder meer een curriculum vitae zijn met opgave van de beroepservaring en de deskundigheid van de kandidaat en een korte brief waarin wordt uiteengezet waarom de betrokkene zich kandidaat stelt. Verder moet worden vermeld:

voor welke instanties/organisaties de kandidaat heeft gewerkt en hoe lang;

wat zijn/haar specifieke bekwaamheden zijn;

bij welke concrete projecten of taken hij/zij betrokken is geweest;

waar hij/zij ervaring op internationaal en/of EU-niveau heeft opgedaan;

of hij/zij belangen heeft die van invloed kunnen zijn op zijn/haar onafhankelijkheid.

De geselecteerde personen worden op persoonlijke titel benoemd en handelen onafhankelijk van invloeden van buitenaf. Zij mogen zich niet door plaatsvervangers laten vertegenwoordigen. De leden van de Raad van Toezicht worden door de algemene vergadering van de EFRAG benoemd voor een vernieuwbare termijn van 3 jaar. De leden kunnen maximaal 6 jaar zitting hebben.

De lijst van benoemde leden van de Raad van Toezicht wordt gepubliceerd op de website van de EFRAG en op die van DG Interne markt en diensten. De namen van de leden worden verzameld, verwerkt en bekendgemaakt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 (1).

Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met de heer Pierre DELSAUX, telefoon +32 22965472, e-mail: Pierre.Delsaux@ec.europa.eu, of de heer Jeroen HOOIJER, telefoon: +32 22955885, e-mail: Jeroen.Hooijer@ec.europa.eu.


(1)  Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Commissie

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/63


STEUNMAATREGELEN VAN DE STATEN — HONGARIJE

Steunmaatregel C 1/09 (ex NN 69/08) — Vermeende steun voor MOL

Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag om opmerkingen te maken

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/C 74/05)

De Commissie heeft Hongarije bij schrijven van 13 januari 2009, dat na deze samenvatting in de authentieke taal is weergegeven, in kennis gesteld van haar besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag ten aanzien van de bovengenoemde steunmaatregel.

Belanghebbenden kunnen hun opmerkingen over de steunmaatregel ten aanzien waarvan de Commissie de procedure inleidt, kenbaar maken door deze binnen één maand vanaf de datum van deze bekendmaking te zenden aan:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie Staatssteun

1049 Bruxelles/Brussel

BELGIQUE/BELGIË

Faxnummer: + 32 22961242

Deze opmerkingen zullen ter kennis van Hongarije worden gebracht. Een belanghebbende die opmerkingen maakt, kan, met opgave van redenen, schriftelijk verzoeken om vertrouwelijke behandeling van zijn identiteit.

TEKST VAN DE SAMENVATTING

I.   PROCEDURE

1.

Op 14 november 2007 ontving de Commissie een klacht over vermeende staatssteun van Hongarije ten gunste van Hungarian Oil & Gas plc, hierna: „MOL”. De klacht heeft betrekking op de in 2005 gesloten overeenkomst tussen MOL en de Hongaarse overheid, waardoor de onderneming de facto wordt vrijgesteld van de verhoging van de ontginningsvergoeding, die voortvloeit uit een in januari 2008 goedgekeurde wijziging van de Hongaarse Mijnbouwwet.

2.

Aangezien de in de klacht omschreven maatregel inderdaad vragen oproept, werden op 24 januari 2008 en 18 juni 2008 verzoeken om inlichtingen bij Hongarije ingediend. De Hongaarse autoriteiten hebben deze vragenlijsten op 25 maart 2008 en 9 september 2008 beantwoord.

II.   OMSCHRIJVING

3.

Op grond van de overeenkomst tussen MOL en de Hongaarse overheid wordt de onderneming de facto vanaf januari 2008 vrijgesteld van een verhoging van de ontginningsvergoeding voor koolwaterstoffen, die voortvloeit uit een recente wijziging van de Hongaarse Mijnbouwwet. Volgens de uit 2005 daterende overeenkomst blijven de ontginningsvergoedingen van MOL tot 2020 ongewijzigd voor de meeste van haar koolwaterstofconcessies, ondanks de aanzienlijke stijging van de ontginningsvergoeding als gevolg van de wijziging in de wetgeving.

III.   BEOORDELING

4.

In het licht van de wijze waarop de overeenkomst en de wijziging zijn opgesteld, zijn zij beschouwd als onderdeel van eenzelfde maatregel en is hun gezamenlijk effect beoordeeld. Uit de analyse van de Commissie bleek dat het gecombineerde effect van de verlenging van de overeenkomst en de daaropvolgende wijziging ertoe leidt dat een onrechtmatig voordeel aan MOL wordt verleend.

5.

De Commissie is van oordeel dat de maatregel beantwoordt alle criteria van Artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag en daarom als staatssteun moet worden beschouwd. De Commissie ziet geen redenen op grond waarvan de maatregel verenigbaar zou kunnen zijn met de gemeenschappelijke markt, aangezien geen enkele in het EG-Verdrag opgenomen afwijking van toepassing lijkt te zijn.

IV.   CONCLUSIE

6.

In het licht van bovenstaande overwegingen heeft de Commissie besloten ten aanzien van de beschreven maatregel de formele onderzoeksprocedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden.

TEKST VAN DE BRIEF

„A Bizottság ezúton tájékoztatja Magyarországot, hogy a fent említett intézkedésre vonatkozóan a magyar hatóságok által benyújtott információk áttekintése után úgy határozott, hogy megindítja az EK-Szerződés 88. cikkének (2) bekezdésében meghatározott eljárást.

1.   AZ ELJÁRÁS

(1)

2007. november 14-én panasz érkezett a Bizottsághoz olyan intézkedésekre vonatkozóan, amelyeket Magyarország állítólag a Magyar Olaj- és Gázipari Nyrt. (a továbbiakban: MOL) javára foganatosított (1). A panasz állami támogatással kapcsolatos vonatkozásai (2) a vállalkozás bányajáradék-fizetési kötelezettségeire irányultak.

(2)

Az állítólagos állami támogatási intézkedés a MOL és a magyar állam által 2005-ben kötött azon megállapodás (a továbbiakban: a megállapodás vagy a szerződés), amely lehetővé teszi, hogy a vállalkozás valójában mentességet kapjon a bányászati törvény 2008 januárjában történt módosítását követő bányajáradék-emelés alól.

(3)

Mivel a panaszban leírt intézkedés valóban kétségekre adott alapot, a Bizottság információkérést küldött Magyarországnak 2008. január 24-én, továbbá 2008. június 18-án. A magyar hatóságok e kérdőívekre 2008. március 25-én, illetve 2008. szeptember 9-én adtak választ.

2.   A KEDVEZMÉNYEZETT ÉS AZ INTÉZKEDÉS LEÍRÁSA

2.1.   A kedvezményezett

(4)

A MOL integrált olaj- és gázipari társaság, részvényeit jegyzik a budapesti, a luxemburgi és a varsói tőzsdén. A magyar piacon fő tevékenységei közé a következők tartoznak: kőolaj és földgáz feltárása és kitermelése; gázipari termékek gyártása; kőolajtermékek finomítása, szállítása, tárolása és forgalmazása kis- és nagykereskedelmi szinten egyaránt; földgázszállítás; valamint olefinek és poliolefinek előállítása és értékesítése. Továbbá a MOL-csoport több magyar és külföldi leányvállalatot is magában foglal (3).

2.2.   A bányászati törvény

(5)

A magyarországi bányászati tevékenységekre vonatkozó általános szabályokat a bányászatról szóló, 1993. évi XLVIII. törvény (4) (a továbbiakban: bányászati törvény) határozza meg.

(6)

A törvény értelmében bányászati tevékenység (azaz az ásványi anyagok kutatása, feltárása és kitermelése) két különböző jogi formában folytatható: i. koncessziós szerződés alapján; illetve ii. hatósági engedély alapján. Koncesszió esetében a bányászati kérdésekért felelős miniszter (a továbbiakban: illetékes miniszter) (5) szerződést köt »zárt terület« (6) kitermelésére vonatkozóan a nyilvános pályázat nyertesével. Ettől eltér az az eset, amikor ún. »nyílt területről« (7) van szó; ilyenkor a bányafelügyelet nem tagadhatja meg a bányászati jog megadását, amennyiben a kérelmező megfelel a törvény által rögzített feltételeknek.

(7)

Továbbá a bányászati törvény előírja, hogy az ásványi nyersanyagok kitermelése esetében bányajáradékot kell fizetni, amely a kitermelt ásványi nyersanyag mennyisége után keletkező érték meghatározott százaléka. Koncesszió esetében ennek összegét a koncessziós szerződés rögzíti. Az engedély alapján folytatott ásványi nyersanyag-kitermelés esetében a bányajáradékot a bányászati törvény 20. cikke szabályozza.

(8)

2008 januárjáig a szénhidrogének engedély alapján történő kitermeléséhez kapcsolódó bányajáradék 12 %-ot tett ki, bizonyos kivételekkel, mint amilyen az 1998. január 1-je előtt termelésbe állított szénhidrogén mezők esete, ahol a bányajáradék J %. A J tényezőt egy olyan képlet alapján számították ki, amely a korábbi gázárakon, valamint a kitermelt mennyiségen és értéken alapul; minimális értékét 12 %-ban határozták meg.

2.3.   A határidő meghosszabbítására kötött szerződés

(9)

A bányászati törvény 26/A cikkének (5) bekezdése alapján a bányavállalkozó a bányafelügyeleti engedély időpontjától számított 5 éven belül köteles a kitermelést megkezdeni. Amennyiben eddig az időpontig nem kezdődik el a kitermelés, az engedélyt bevonják. E cikk arról is rendelkezik, hogy e határidő az illetékes miniszter és a bányavállalkozó között megkötött szerződésben magasabb bányajáradék meghatározásával (8) meghosszabbítható. Ezenfelül abban az esetben, ha a meghosszabbítási kérelem kettőnél több bányatelekre irányul, a megnövelt bányajáradék alkalmazását kiterjesztik a bányavállalkozó valamennyi bányatelkére, ötnél több bányatelekre kért határidő-hosszabbítás esetén pedig további egyszeri térítés  (9) is megállapítható.

(10)

2005. szeptember 19-i kérelmében a MOL szénhidrogénmezői (olaj és gáz) közül 12-re vonatkozóan bányászati jogának meghosszabbítását kérte, amelyet korábban engedély útján szerzett.

(11)

2005. december 22-én a MOL és az illetékes miniszter szerződést kötött a határidő meghosszabbítására az alábbi feltételekkel:

a)   Határidő-hosszabbítás: A kérelem tárgyát képező bányászati jogokat 5 évvel meghosszabbították (azaz további öt év áll a MOL rendelkezésére ahhoz, hogy megkezdje a kitermelést e mezőkön). A meghosszabbításért fizetendő térítést az ötéves meghosszabbítási időszak minden egyes évére 1,020 és 1,050 közötti szorzó (»c«) alkalmazásával határozták meg, az alábbiakban felsorolt hosszabbítási térítési díjakat állapítva meg. Továbbá a kitermelés megkezdését követően a következő bányajáradékokat kellett alkalmazni az elkövetkező 15 éves időtartam hátralévő részére:

b)   Kiterjesztés az összes bányatelekre: Mivel a bányászati jog meghosszabbítását ötnél több bányatelekre kérték, az 1998. január elseje után termelésbe állított összes bányatelekre megegyező összegű járadék alkalmazandó 15 éven át, azaz 2020-ig. Az 1998. január elsejét megelőzően termelésbe állított bányatelkek tekintetében a »J« és c szorzata az alkalmazandó szorzószám. A »J« értékét a megállapodás aláírásakor hatályos bányászati törvény alapján a szerződés állapította meg.

c)   A bányajáradék »befagyasztása«: A felek abban is megállapodtak, hogy a szerződésben megállapított bányajáradék a bányászati törvény esetleges módosításaitól függetlenül a szerződés teljes időtartamára alkalmazandó (azaz 2020-ig).

d)   Egyszeri térítés: A megállapodás a kitermelés késedelmes megkezdése miatt 20 milliárd HUF (10) összegű egyszeri díjról is rendelkezett.

e)   Felmondási záradék: A szerződés úgy rendelkezett, hogy módosítása nem lehetséges. A szerződést a felek csak a MOL irányításában bekövetkező, a részvények minimum 25 %-át érintő változás esetén mondhatják fel.

(12)

A bányafelügyelet 2005. december 23-i határozatával meghosszabbította a MOL bányászati jogát a kérelem tárgyát képező mezőkre vonatkozóan.

2.4.   A bányászati törvény módosítása

(13)

A bányászati törvény 2008 januárjában elfogadott módosítása bizonyos típusú szénhidrogének esetében jelentősen megemelte a bányajáradékot. Ennek értelmében jelenleg 30 %-os bányajáradékot kell fizetni minden, 1998. január 1-je és 2008. január 1-je között termelésbe állított mező után. A 2008. január 1-je után termelésbe állított mezők esetében a kitermelt szénhidrogén-mennyiségtől függő (12, 20, illetve 30 %-os) járadék fizetendő. Az 1998 előtt termelésbe állított mezők esetében a »J« szorzó alkalmazandó, amelynek minimumértékét 30 %-ban határozták meg. Továbbá az összes járadékot a nyersolaj árától függő pótdíj terheli (»Brent-felár«) (11). Speciális értékek alkalmazandók nehéz kitermelési feltételek esetében (12 %), valamint magas inertgáz-tartalom esetében (8 %).

(14)

Az új bányajáradékok 2008. január 8-a óta vannak hatályban; az ezt megelőzően aláírt ún. »hosszú távú megállapodások« – azaz koncessziós megállapodások és határidő-hosszabbítási megállapodások – tárgyát képező mezőkre a magyar hatóságok szerint nem alkalmazandók. Mivel a MOL mezőinek 96,6 %-át a megállapodás előtt állították termelésbe, így annak alkalmazási körébe tartoznak, a vállalkozás valójában mentesül a módosított bányajáradék fizetésének kötelezettsége alól.

2. táblázat: A módosítást megelőzően és azt követően fizetendő bányajáradékok összefoglalása

A termelés megkezdésének éve

A régi bányászati törvény alapján fizetendő járadék

A módosított bányászati törvény alapján fizetendő járadék

A MOL szerződése alapján fizetendő járadék

1998. január 1-je előtt

J %

(legalább: 12 %)

J %

Legalább: 30 %, +3 % vagy 6 % a Brent-felár alapján)

J % × c

(legalább: 12 %)

1998. január 1-je és 2008. január 1-je között

12 %

30 %

(+3 % vagy 6 % a Brent-felár alapján)

12 % × c

(~ 12,24 % (13))

2008. január 1-je után (12)

Földgázmezők, ahol a kitermelt földgáz évi mennyisége nem éri el a 300 millió m3-t

Kőolajmezők, ahol a kitermelt kőolaj évi mennyisége nem éri el a 50 kt-t

12 %

(+3 % vagy 6 % a Brent-felár alapján)

12 % × c

(~ 12,24 % (13))

Földgázmezők, ahol a kitermelt földgáz évi mennyisége 300 millió és 500 millió m3 között van

Földgázmezők, ahol a kitermelt földgáz évi mennyisége 50 és 200 kt között van

20 %

(+3 % vagy 6 % a Brent-felár alapján)

Földgázmezők, ahol a kitermelt földgáz évi mennyisége 500 millió m3 felett van

Kőolajmezők, ahol a kitermelt kőolaj évi mennyisége 200 kt felett van

30 %

(+3 % vagy 6 % a Brent-felár alapján)

Szénhidrogének különleges bányászati feltételekkel

12 %

Magas inertgáz tartalmú földgáz

8 %

3.   ÉRTÉKELÉS

3.1.   Az intézkedés háttere

(15)

A MOL határidő-hosszabbítási megállapodása első látásra nem áll ellentétben a bányászati törvénnyel, mivel annak vonatkozó rendelkezéseivel összhangban kötötték meg. Ugyanakkor fontos felhívni a figyelmet arra, hogy a törvény nem tartalmaz semmiféle rendelkezést arra az esetre vonatkozóan, amennyiben az eredeti bányajáradékot a meghosszabbítási megállapodás megkötését követően megemelik. A bányászati törvény explicit kivételt sem állapít meg az ilyen jellegű hosszú lejáratú szerződésekre vonatkozóan.

(16)

A megállapodás és a törvénymódosítás kialakítását figyelembe véve egyazon intézkedés részének kell őket tekinteni (a továbbiakban: az intézkedés); értékelésüket nem elkülönítve kell végezni, hanem együttes hatásukat kell vizsgálni.

3.2.   Az állami támogatás megléte

(17)

A 87. cikk (1) bekezdése megállapítja, hogy a közös piaccal összeegyeztethetetlen a tagállamok által vagy állami forrásból bármilyen formában nyújtott olyan támogatás, amely bizonyos vállalkozásoknak vagy bizonyos áruk termelésének előnyben részesítése által torzítja a versenyt, illetve annak torzításával fenyeget, amennyiben ez érinti a tagállamok közötti kereskedelmet.

Állami források és szelektivitás

(18)

Úgy tűnik, hogy az intézkedés által az állam bevételekről mond le, mégpedig szelektív módon, mivel csak egy vállalkozásnak nyújt mentességet. A magyar hatóságok mostanáig nem adtak magyarázatot arra vonatkozóan, hogy a magyar adórendszer és a magyar bányászati szabályozás általános logikája indokolja-e a mentességet. Érvelésük szerint az adószabályok nem alkalmazhatók analógiás alapon a bányajáradékokra, mivel ezek az állami tulajdonban levő szénhidrogének vételárát jelentik, azaz nem tekinthetők adónak. Továbbá a határidő-hosszabbítási megállapodás értelmében a bányászati jog szerződéses viszony tárgyává vált, a hosszabbítási megállapodással kapcsolatos eljárás pedig a koncessziós szerződések logikáját követi.

(19)

Fontos felidézni, hogy a MOL hosszabbítási szerződésének megkötése az ún. engedélyezés alapján történt, amely jelentős mértékben eltér a koncessziótól (14), mint ez a fentiekben kifejtésre került. Ebből következően a koncessziós megállapodás logikája nem alkalmazható sem az engedélyezés tárgyát képező bányászati jogokra, sem pedig az erre vonatkozóan kötött megállapodásokra.

(20)

A Bizottság azzal a magyar véleménnyel sem ért egyet, amely szerint az engedélyezés értelmében fizetendő bányajáradék nem minősülne fiskális intézkedésnek, tekintettel arra, hogy az illeték összegét (valamint a lehetséges hosszabbítás viszonylatában alkalmazandó alapvető módozatait) törvény szabályozza, és fizetése minden bányászati jogot kapott vállalkozás számára kötelező.

(21)

Beadványaikban a magyar hatóságok arra hivatkoznak, hogy a bányajáradék emelésére azért volt szükség, hogy az állam magasabb bevételre tehessen szert a szénhidrogének megnövekedett piaci árából. Mivel azonban a MOL a piacvezető a magyarországi szénhidrogén-termelésben (15), de facto kivételezett helyzete ellentmondani látszik a hatóságok azon céljának, amely a szénhidrogén-kitermelésből származó bevétel emelésére irányul.

(22)

Végül a felmondási záradék (azaz annak lehetősége, hogy a szerződést bármelyik fél felmondhatja abban az esetben, ha harmadik személy a vállalkozás részvényeinek több mint 25 %-át megszerzi) és a bányajáradék ezt követő emelése együttesen alkalmazva olyan eszköznek tekinthető, amelynek célja annak megakadályozása, hogy (külföldi) befektetők a MOL eszközeit felvásárolhassák. Amennyiben a MOL irányítása megváltozna, minden bányatelkére a módosított bányászati törvényben meghatározott értékek vonatkoznának.

Előny

(23)

Ami az előny kérdését illeti, az intézkedést a bányászati törvény határidő-hosszabbítási szerződésre vonatkozó rendelkezéseinek célját figyelembe véve kell elemezni. Ilyen típusú megállapodást akkor kell kötni, ha egy vállalkozás nem kezdi meg a kitermelést a korábban kiadott bányászati jog törvényben meghatározott határidején belül, és emiatt e határidő meghosszabbítását kéri. A meghosszabbítás ellentételezésére a vállalkozásnak elméletben magasabb járadékot, továbbá esetlegesen egyszeri kártalanítást kell fizetnie.

(24)

E kompenzációs elemek célja a bányák kiaknázatlanul maradásának megakadályozása, valamint annak biztosítása, hogy az állam bányajáradékhoz jusson. Célja nem az, hogy szerzett jogokat hozzon létre, és egy adott szinten befagyassza a bányajáradékot. Az új járadék 2008 januárjában bekövetkező hatályba lépésével a MOL szinte valamennyi bányatelke után fizetendő, eredetileg valamivel magasabb járadék a legtöbb esetben lényegesen alacsonyabb mértékű lett, mint amennyit a hasonló bányatelkeket működtető versenytársak fizetnek, akik pedig betartották a kitermelés megkezdésére vonatkozó törvényi határidőt.

(25)

Így tehát a határidő-hosszabbítási megállapodás azon rendelkezése, amely 15 évre befagyasztja a bányajáradékot anélkül, hogy lehetőséget adna a módosítására, amennyiben annak hatályos jogszabályban előírt mértéke megváltozik, kívül esik a bányászati törvény hatályán, szellemén és logikáján (amely járadékot ró ki abból a célból, hogy a bányák késedelmes kitermelésében ellenérdekeltté tegye a vállalkozásokat). A járadék mértékének befagyasztása következtében olyan paradox helyzet áll elő, amelyben a MOL de facto előnyhöz jut abból adódóan, hogy nem teljesítette kötelezettségeit.

(26)

A magyar hatóságok állítása szerint a MOL ugyan egyes esetekben lehetséges, hogy alacsonyabb járadékot fizet, mint amennyire a bányászati törvény kötelezné, bizonyos esetekben viszont valójában magasabb összeget fizet (pl. a magas inertgáz tartalmú földgáz esetében). Továbbá a MOL 20 milliárd HUF összegű egyszeri kártalanítási díjat is fizetett. Ezzel kapcsolatban meg kell jegyezni, hogy a bányászati törvény 1,2 %-os szorzó alkalmazását tette lehetővé, amely akár 14,4 %-kal megemelt járadékot eredményezett volna (12 × 1,2). Ez a felek által ténylegesen megállapított szorzónál több mint 2 százalékponttal magasabb. Tekintetbe véve az elméletileg lehetségeshez képest viszonylag alacsony szinten megállapított szorzót, a hosszabbítás logikája alapján indokolt a kezdeti kártalanítási díj.

(27)

Továbbá Magyarország azt állítja, hogy a járadék emelése a gyakorlatban ritkán fordul elő, és a felek nem számíthattak a jogszabály ilyen jellegű változására, ezzel magyarázható, hogy nem került külön záradék a szerződésbe, amely foglalkozott volna a bányajáradék lehetséges emelésével. Két olyan tény van, amely ezen állításnak ellentmond. Egyrészt a hosszabbítási szerződést az illetékes miniszter írta alá; ebből adódóan igen nehezen fogadható el az az érv, hogy a bányajáradék olyan díjtétel, amelyet valamilyen teljességgel kívülálló harmadik fél ró ki. Másrészt a hosszabbítási megállapodás explicit módon kizárja az alkalmazandó járadék módosítását a szerződés teljes időtartamára vonatkozóan.

(28)

Ugyan nehezen bizonyítható, mik voltak a felek szándékai a szerződés megkötésekor, a magyar államtól elvárható lett volna érdekeinek védelme. Mindenesetre teret szentelhetett volna e kérdésnek a bányászati törvény módosításában. Ezenfelül az emelés a 2008 előtt megkötött engedélyezési megállapodásokra is kiterjed, ami azt támasztja alá, hogy az engedéllyel rendelkező vállalkozásoknak nincs arra vonatkozó jogos elvárása, illetve szerzett joga, hogy az általuk fizetendő járadék szintje az engedélyük teljes időtartama alatt változatlan marad.

(29)

Továbbá amikor egy vállalkozás hatósági engedélyt kap egy bánya kitermelésére, el kell fogadnia az illeték összegének jövőbeli lehetséges módosításait. Egyértelműen ezt igazolja, hogy a 2008-as törvénymódosítás visszamenőleges hatállyal bírt, azaz az emelés a 2008 előtti hatósági engedélyek feltételeit is befolyásolta (16). Ez bizonyítékul szolgál arra nézve, hogy az engedéllyel rendelkező vállalkozásoknak nincs jogos elvárása, illetve szerzett joga arra vonatkozóan, hogy az általuk fizetendő járadék szintje engedélyük teljes időtartama alatt változatlan marad. A jogi keret alapján semmilyen más piaci szereplő nem számíthatott volna arra, hogy a MOL-szerződéssel megegyező feltételekkel ilyen jellegű hosszabbítási megállapodást kötnének vele.

(30)

Mint a fenti 2. táblázatból látható, a MOL által fizetendő bányajáradék szinte minden esetben (17) kedvezőbb, mint a hasonló versenytársak által fizetendő összeg. Kétségtelen, hogy a régebbi mezők tekintetében a MOL nem rendelkezik közvetlen versenytárssal. Azonban számításba véve, hogy a MOL meghosszabbítás által érintett mezőit 2005 után állították termelésbe (és különösen azt, hogy e mezők egy része esetében erre még mindig nem került sor), az intézkedés potenciálisan hátrányos megkülönböztetést jelent az új piacra lépőkre nézve.

(31)

Továbbá a MOL üzleti működését kiszámíthatóbbá teszi, hogy bányajáradékát befagyasztották, míg a versenytársak az illeték változásaival szembesülhetnek. Végül a MOL által a hosszabbítási szerződés értelmében fizetendő járadék mentes az ún. Brent-felártól, amelyet a bányászati törvény módosítása vezetett be. Az áringadozási záradék alóli mentesség komoly kockázatkizárást jelent a MOL számára, és versenytársaihoz képest kiszámíthatóbbá teszi üzleti tevékenységét.

(32)

Tehát a hosszabbítási szerződés megszövegezésének módja minden jövőbeli változás alól mentességet biztosított a MOL számára. Ebből az következik, hogy a vállalkozást előnyhöz juttatták olyan versenytársaival szemben, akik pedig betartották engedélyükbe foglalt feltételeket.

A verseny torzítása és a kereskedelemre gyakorolt hatás

(33)

A Magyarország által benyújtott információk szerint Magyarországon csupán három vállalkozás foglalkozik szénhidrogén-kitermeléssel (18). Ugyanakkor egy korábban benyújtott felsorolás két másik olyan vállalkozást (19) is tartalmazott, amely az adatok szerint végzett szénhidrogén-kitermeléssel kapcsolatos tevékenységeket 2007-ben. Ezenfelül vannak arra utaló jelek, hogy több más vállalkozás is folytat kutatást Magyarország területén (20), ami esetleg szénhidrogén-kitermeléshez vezethet.

3.3.   Az állami támogatás meglétére vonatkozó következtetés

(34)

A kifejtett érvek alapján a Bizottság úgy ítéli meg, hogy az intézkedés megfelel az EK-Szerződés 87. cikkének (1) bekezdésében felsorolt kritériumoknak, amit a következők indokolnak:

a)

Az intézkedés mentesíti a MOL-t olyan költségektől, amelyeket egyébként viselnie kellene. Bár elismerjük, hogy a határidő-hosszabbítási szerződés nincs nyílt ellentétben az akkor hatályos bányászati törvény rendelkezéseivel, valamint azt is, hogy a magyar államnak jogában áll a vonatkozó jogszabályok megváltoztatásával meghatározni a bányajáradékok szintjét, a kérdéses esetben a következőről van szó: i. a határidő-hosszabbítási szerződés oly módon lett kialakítva, amely ellentétes a bányászati törvény szellemével, és a MOL számára kedvezményes elbánást biztosít; ii. a határidő-hosszabbítási megállapodás és az ezt követő törvénymódosítás együttes hatásában azt eredményezi, hogy a vállalkozás előnyre tesz szert.

b)

Az intézkedés olyan bevételekről való lemondással jár, amelyekre az állam jogosult lenne, tehát állami forrásból nyújtják. Az, hogy az intézkedés szerződés formájában valósul meg, önmagában nem releváns, mivel bármilyen jogi formában nyújtható állami támogatás.

c)

A kivétel egyetlen vállalkozásra irányul, tehát a szelektivitás kritériuma teljesül. A MOL integrált olaj- és gázipari társaság, amely egyértelműen vállalkozásnak minősül. Versenyben áll más vállalkozásokkal, amelyek nem részesülnek az intézkedésből származó előnyökből. Tehát az intézkedés torzítja a versenyt. Továbbá olyan ágazatban folytatja tevékenységét, amelyben kereskedelmi kapcsolatok vannak a tagállamok között, tehát a Közösségen belüli kereskedelemre gyakorolt hatás kritériuma szintén teljesül.

(35)

Ilyen feltételek mellett a kérdéses intézkedést az EK-Szerződés 87. cikkének (1) bekezdése értelmében állami támogatásnak kell minősíteni.

3.4.   Az állami támogatás összeegyeztethetősége

(36)

A Bizottság előzetesen úgy ítéli meg, hogy a MOL javára hozott intézkedés az információk alapján állami támogatásnak minősül. E tekintetben összeegyeztethetőségét az EK-Szerződés 87. cikkének (2) és (3) bekezdésében foglalt kivételek fényében kell értékelni.

(37)

Az EK-Szerződés 87. cikke (2) bekezdésében meghatározott kivételek – a magánszemély fogyasztóknak nyújtott szociális jellegű támogatás, a természeti csapások vagy más rendkívüli események által okozott károk helyreállítására nyújtott támogatás és a Németországi Szövetségi Köztársaság egyes területei számára nyújtott támogatás – erre az esetre nem vonatkoznak.

(38)

Az EK-Szerződés 87. cikke (3) bekezdésének a) pontja által biztosított kivétel szerint engedélyezhető az olyan területek gazdasági fejlődését előmozdító támogatás, ahol rendkívül alacsony az életszínvonal vagy jelentős az alulfoglalkoztatottság, ugyanakkor ebben az esetben ez a kivétel nem tűnik alkalmazhatónak, mivel a támogatás ilyen magyarországi régiók gazdasági fejlődésére nézve nem biztosít előnyt.

(39)

Az intézkedés nem tekinthető sem közös európai érdeket szolgáló projektnek, sem egy tagállam gazdaságában bekövetkezett komoly zavar megszüntetését szolgáló eszköznek, mint ezt az EK-Szerződés 87. cikke (3) bekezdésének b) pontja megfogalmazza, továbbá nem irányul a kultúra és a kulturális örökség megőrzésének előmozdítására sem az EK-Szerződés 87. cikke (3) bekezdésének d) pontja értelmében.

(40)

Végül az intézkedést meg kell vizsgálni az EK-Szerződés 87. cikke (3) bekezdésének c) pontja értelmében, amely szerint engedélyezhető az egyes gazdasági tevékenységek vagy gazdasági területek fejlődését előmozdító támogatás, amennyiben az ilyen támogatás nem befolyásolja hátrányosan a kereskedelmi feltételeket a közös érdekekkel ellentétes mértékben. A vizsgálat jelenlegi stádiumában a Bizottság kétségesnek tartja az intézkedés lehetséges összeegyeztethetőségét a 87. cikk (3) bekezdésének c) pontja által biztosított derogációval. A magyar hatóságok sem hoztak fel olyan érveket, amelyek azt bizonyítanák, hogy e kivétel alkalmazható lenne a szóban forgó esetre.

(41)

A Bizottság ehelyett azon az állásponton van, hogy a kérdéses intézkedés csökkenti azokat a költségeket, amelyeket rendes körülmények között a MOL-nak viselnie kellene, ezért tehát működési támogatásnak kell minősíteni. Az ilyen jellegű támogatás nem ítélhető összeegyeztethetőnek a közös piaccal, mivel semmiféle tevékenység vagy gazdasági régió fejlődését nem segíti elő, és időben nem korlátozott, nem csökkenő és nem arányos semmilyen sajátos gazdasági hátrány orvoslásának vonatkozásában.

(42)

A Bizottság tehát megállapítja, hogy a felülvizsgálat tárgyát képező intézkedés nem tűnik összeegyeztethetőnek a közös piaccal.

4.   KÖVETKEZTETÉS

(43)

A Bizottság egyértelmű utalásokat talált arra nézve, hogy a Magyarország által végrehajtott vitatott intézkedés állami támogatást jelent, és kétségei vannak arra vonatkozóan, hogy ez a támogatás a közös piaccal összeegyeztethetőnek tekinthető-e. Ezért a Bizottság úgy határozott, hogy a leírt intézkedéssel kapcsolatban megindítja az EK-Szerződés 88. cikke (2) bekezdése szerinti hivatalos vizsgálati eljárást.

Határozat

1.

A fenti megfontolások alapján a Bizottság úgy határozott, hogy megindítja az EK-Szerződés 88. cikkének (2) bekezdésében meghatározott eljárást, továbbá felkéri a magyar hatóságokat, hogy e levél kézhezvételétől számított egy hónapon belül nyújtsák be mindazon dokumentumokat, információkat és adatokat, amelyek a támogatás összeegyeztethetőségének értékeléséhez szükségesek. Ezeknek az információknak különösen a következőkre kell kiterjedniük:

Egy olyan lista, amely – a MOL-t is beleértve – mindazon vállalkozásokat felsorolja, amelyek 1998 és 2008 között bejelentésük szerint foglalkoztak szénhidrogén-kitermeléssel Magyarországon, továbbá egy olyan lista, amely ugyanezen időszak vonatkozásában az összes aktív földgáz-és kőolajlelőhelyet tartalmazza. Az alábbi adatokat kell feltüntetni: a működés jogi szabályozásának módja (koncesszió vagy engedély); a koncesszió/engedély dátuma; a termelés megkezdésének időpontja; az évente kitermelt szénhidrogén típusa, mennyisége és értéke; a bányajáradék egyes mezőkre és egyes időszakokra vonatkozóan alkalmazott szintje; valamint a ténylegesen kifizetett bányajáradék összege.

A határidő-hosszabbítási megállapodás által érintett MOL-bányatelkek (azaz a 12 meghosszabbított bányászati jogú bányatelek, valamit az összes olyan bányatelek, amelyre a rögzített bányajáradékot alkalmazták) esetében kérjük, közöljék minden egyes időszak és mező esetében a hipotetikus bányajáradéki szintet és a bányailleték azon összegét, amelyet a vállalkozásnak 2006 és 2008 között ki kellett volna fizetnie, ha ezek a mezők a 2008-as bányászati törvény rendelkezéseinek hatálya alá tartoztak volna, figyelembe véve minden releváns tényezőt, úgymint a kitermelt mennyiséget, a Brent-felárat, a kitermelési feltételeket stb.

A 2006 és 2009 közötti időszakban szénhidrogén-kutatást folytató, illetve erre vonatkozó engedéllyel rendelkező bányászati vállalkozások listája.

Az 1993. évi bányászati törvény minden releváns változatának teljes szövegét, feltüntetve a módosító jogszabályt, valamint a módosítás időpontját és hatályba lépését.

2.

A Bizottság kéri a magyar hatóságokat, hogy e levél másolatát azonnal továbbítsák a támogatás lehetséges kedvezményezettje részére.

3.

A Bizottság felhívja a figyelmet a 659/1999/EK tanácsi rendelet 14. cikkére, amely értelmében sor kerülhet az érintett tagállam által a kedvezményezettől való minden jogellenes támogatás visszafizettetésére.

4.

A Bizottság emlékezteti Magyarországot, hogy az érdekelt feleket e levélnek és tartalmi összefoglalójának az Európai Unió Hivatalos Lapjában történő közzététele útján tájékoztatja. E levél másolatának megküldésével az EFTA Felügyeleti Hatóságot is értesíti. Valamennyi érdekelt felet felkéri továbbá, hogy a közzétételt követő egy hónapon belül nyújtsa be észrevételeit.”


(1)  A/39830.

(2)  Más problémák – pl. a MOL tulajdonosi szerkezetének bizonyos vonásai, amelyek kivételt jelentenek a gazdasági társaságokra vonatkozó általános szabályok alól, valamint az ún. Lex MOL – a Belső Piaci Főigazgatóság hatáskörébe tartoznak. Így ezekkel kapcsolatban külön panaszt iktattak SG/CDC/2007/A/8617 számon.

(3)  Például az egyik vezető magyar vegyipari vállalatot, a TVK-t, a Slovnaft nevű szlovák olajvállalatot és a Roth nevű osztrák kis- és nagykereskedelmi vállalatot. Emellett stratégiai partnerség kapcsolja az INA nevű horvát vállalathoz.

(4)  »1993. évi XLVIII. törvény a bányászatról«.

(5)  Jelenleg a bányászatért a Közlekedési, Hírközlési és Energiaügyi Minisztérium felel. 2005-ben ez a minisztérium a Gazdasági és Közlekedési Minisztérium volt.

(6)  A bányászati törvény meghatározása szerint a zárt terület bányászati tevékenység céljából lehatárolt, koncessziós pályázatra kijelölt terület.

(7)  A bányászati törvény meghatározása szerint minden olyan terület, amely nem minősül zárt területnek.

(8)  Legfeljebb az eredeti érték 1,2-szeres mértékében.

(9)  Legfeljebb a megnövelt bányajáradék alapján fizetendő összeg 20 %-ának megfelelő mértékben.

(10)  Hozzávetőlegesen 80 millió EUR.

(11)  +3 %/6 %, amennyiben a nyersolaj ára a hordónkénti 80/90 USD felett van.

(12)  A meghosszabbítás alá tartozó 12 bányatelek közül öt mező termelésbe állítására 2008. január 1-je után kerül(t) sor.

(13)  Az egyszerűség kedvéért az ötödik évet követően alkalmazandó bányajáradékot tüntetjük fel.

(14)  A bányászati törvény egy másik típusú szerződést is megemlít (§ 50/A(5)): az illetékes miniszter – az adópolitikáért felelős miniszterrel egyetértésben – a bányajáradék mértékét közérdekből csökkentheti, és a csökkentéssel kapcsolatos feltételekről a bányavállalkozóval szerződést köt. Ez a típusú szerződés a jogalap és az előfeltételek (közérdek) tekintetében eltér a MOL által kötött szerződéstől.

(15)  2007-ben a MOL mezőiből származott a Magyarországon kitermelt teljes földgázmennyiség 96 %-a, a kőolaj esetében pedig ez az érték elérte a 100 %-ot.

(16)  A 2008 előtti engedélyezési megállapodások módosulnak, de csak a jövőre vonatkozóan. A 2008 előtt esedékes befizetéseket nem érintik a változások.

(17)  Ténylegesen alacsonyabb lenne a járadék mértéke a különleges bányászati feltételekkel rendelkező szénhidrogének és a magas inertgáz tartalmú földgáz esetében. Valamivel alacsonyabb mértékű járadékfizetési kötelezettség vonatkozna az alacsony kitermelési hozamú mezőkre, amennyiben nem alkalmazzák a Brent-felárat.

(18)  A MOL, a Winstar Kft. (amely koncessziós megállapodás alapján folytatja tevékenységét) és az MMBF Zrt. (amely a MOL tulajdonában áll, és elsősorban földgáztárolással foglalkozik).

(19)  E vállalkozások a Magyar Horizont Energia Kft. és a TXM Kft.

(20)  A magyar elektronikus sajtóban megjelent cikkek szintén beszámolnak olyan földgázmezőkről, amelyeket nemrég kezdtek el működtetni más vállalkozások.


ANDERE BESLUITEN

Commissie

28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/70


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

(2009/C 74/06)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„LIMONE INTERDONATO MESSINA”

EG-nummer: IT-PGI-005-0558-16.10.2006

BGA ( X ) BOB ( )

1.   Naam

„Limone Interdonato Messina”

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie (bijlage II)

Categorie 1.6 — Fruit, groenten en granen, vers of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De beschermde geografische aanduiding „Limone Interdonato Messina” is gereserveerd voor de cultivar „Interdonato”, een natuurlijke hybride van een kloon van Citrus medica en een kloon van citroen. Wanneer het product voor menselijke consumptie wordt aangeboden, moet het de volgende eigenschappen hebben: VRUCHTEN: middelgroot tot groot, tussen 80 en 350 gram; VORM: elliptisch met een geprononceerde knobbel en een ondiep litteken van de steel; EPICARP: dun, niet erg ruw met veel olieafscheidende klieren; KLEUR: bij het begin van de rijpingsgraad waarbij de vruchten reeds in de handel worden gebracht, matgroen met een lichte neiging naar geel, en na volledig fysiologische rijping geel, met uitzondering van de matgroene uiteinden; VRUCHTVLEES: geel van kleur, redelijk stevig en zacht met weinig tot geen pitten; SAP: citroengeel van kleur, met een sapopbrengst van niet minder dan 25 %. De totale zuurgraad bedraagt minder dan 50 g/l en het aantal graden Brix is gelijk aan of bedraagt meer dan 6,2. Handelsklasse: Extra en I.

De oogst van de „Limone Interdonato Messina” BGA vindt plaats van 1 september tot en met 15 april.

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong)

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Het productieproces moet in het in punt 4 bedoelde productiegebied plaatsvinden om de oorsprong en de controle van het product te garanderen, zoals bepaald in artikel 4, lid 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 510/2006. De oogst vindt plaats in de in bovenstaand punt 3.2 aangegeven periode, met de hand en met behulp van een schaar om te voorkomen dat de aanzet van de steel loslaat.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken, enz.

Voor de betrokken citroenen met aanduiding „Limone Interdonato Messina” BGA die niet onmiddellijk na de oogst in de handel worden gebracht, is bewaring bij lage temperaturen toegestaan. Daarvoor worden koelhuizen gebruikt waarin de relatieve vochtigheid hoog wordt gehouden (75-95 %) om de turgescentie van de vruchten intact te houden, terwijl de lucht wordt ververst (alle lucht in het koelhuis wordt vijfmaal per 24 uur ververst), om de stoffen die zich tijdens het ademen van de vruchten ontwikkelen (kooldioxide en etheen) te verwijderen. De bewaartemperatuur ligt tussen 6 °C en 11 °C. De verpakking mag niet meer dan 30 dagen ná de oogst plaatsvinden.

De citroenen met aanduiding BGA „Limone Interdonato Messina” worden voor menselijke consumptie aangeboden in houten, plastic en/of kartonnen kratten en/of bladen, in netten met een maximumgewicht van 5 kg of in schuimverpakking. De verschillende verpakkingen moet zodanig worden verzegeld dat de inhoud er niet kan worden uitgehaald zonder de verzegeling te verbreken. „Limone Interdonato Messina” kan ook los in de handel worden gebracht, mits elke vrucht dan wordt gemerkt.

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering

Op het etiket van de verpakking moet verplicht het volgende worden weergegeven: de benaming BGA „Limone Interdonato Messina” en het logo, met grotere lettertekens dan de andere vermeldingen op het etiket; de naam, de bedrijfsnaam, het adres van het producerende bedrijf en/of het verpakkingsbedrijf, de handelsklasse („Extra” of „I”).

Image

Het logo bestaat uit twee concentrische cirkels: de groene kleur tussen de beide cirkels (groen is de kleur bij het begin van de rijping van de citroen) vormt de achtergrond voor de woorden: LIMONE INTERDONATO en voor twee foto's van de betrokken citroen. Binnen de binnenste cirkel vormt de azuurblauwe kleur als van de zee de achtergrond van de afbeelding van Kolonel Interdonato, de man die de cultivar van die naam heeft geselecteerd, van een gestileerde kaart van Sicilië en van de vermelding MESSINA, het laatste woord van de BGA.

4.   Beknopte omschrijving van de afbakening van het geografische gebied

Het productiegebied van de BGA „Limone Interdonato Messina” omvat het volledige grondgebied van de volgende gemeenten in de provincie Messina: Messina, Scaletta Zanclea, Itala, Alì, Alì' Terme, Nizza di Sicilia, Roccalumera, Fiumedinisi, Pagliara, Mandanici, Furci Siculo, S.Teresa di Riva, Letojanni, S. Alessio Siculo, Forza D'Agrò, Taormina, Casalvecchio Siculo, Giardini Naxos en Savoca

5.   Verband met het geografische gebied

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied

Het betrokken geografische gebied waar „Limone Interdonato Messina” BGA wordt geteeld, is een groot deel van het Ionische kant van de provincie Messina, die in het Oosten aan de Ionische Zee grenst, en omvat het grondgebied van alle gemeenten op de lijn van Messina tot en met Taormina, die een aaneengesloten gebied vormen.

Het fytogeografische gebied van de cultivar ligt tussen 0 en ongeveer 400 meter boven zeeniveau en omvat de vruchtbare beekdalen van de talrijke bergbeken en de stroomgebieden van het omschreven gebied.

De bodemgesteldheid hangt ten nauwste samen met de bergketen van de „Monti Peloritani” die zich met steile hellingen vanaf de Ionische Zee verheft en waarvan de toppen tamelijk dichtbij de kust liggen, waardoor zich ook op bescheiden hoogten een sterke geaccidenteerdheid voordoet en er steile hellingen voorkomen. Het gebied vertoont vooral hellingsgraden van meer dan 40 %, terwijl de vlakke gedeelten alleen de beekdalen en de kustvlakten omvatten.

Geologisch is het uiterste noordoosten van Sicilië in stratigrafisch opzicht verbonden met het aan de overkant in Calabrië gelegen gebied, waarbij granietrotsen, leisteen en schisteus gesteente de voornaamste kern vormen, waarop zich rencentere bodems hebben afgezet. De voornaamste kern behoort waarschijnlijk tot het Cambrium en bestaat uit een porfier-/granietachtig gesteente en schisten.

In het mariene post-Cambrium sediment zitten vele lagen dicht opeen: kalklagen, dolomiet, schisten en klei; deze reeks opeenvolgende pliocene sedimenten bestaat uit basale conglomeraten, mergel, kleisoorten, en tot slot onsamenhangende rotsbodems die uit zand en zandsteen bestaan.

De tectonische plooiing heeft de geologische rotsstructuur verbrijzeld, waardoor bronnen zijn kunnen ontstaan. Verder is de structuur van invloed op de stabiliteit van de bodems en op de dikte van de afzettingen, waardoor grondwaterbekkens kunnen ontstaan uit regenwater dat in die bodems doordringt. Deze bronnen en grondwaterbekkens bieden goede irrigatiemogelijkheden.

De bodem is veeleer heterogeen, waarbij alluviale lithosols overheersen, met daarnaast uit landbouwkundig oogpunt zeer vruchtbare bruine bodems.

In hydrologisch opzicht moet worden gewezen op de ruime aanwezigheid van talrijke waterlopen die allen bij hevige neerslag het karakter van snelstromende beken krijgen; relevant is de aanwezigheid in de ondergrond van water dat sterk zwavel-, zout-, broom- en joodhoudend is, en dat ook gebruikt wordt als thermaal water.

Het voor de teelt benodigde water komt kortom vooral voort uit de neerslag, de bronnen en het grondwater dat uit een van de vele aanwezige putten wordt gehaald.

Het klimaat ter plaatse is typisch mediterraan, met zachte winters en zomers met lange droogteperiodes die gepaard gaan met hoge temperaturen.

De dominante windrichtingen zijn westenwinden en noordoostenwinden, en in de winter waaien ook de „maestrale” (mistral) en de „libeccio” vaak (respectievelijk een noorwesten-en een zuidwestenwind), die bijzonder onstuimig kunnen zijn. Ook waait de scirocco (of sirocco), een warme vochtige wind uit het zuiden tot zuidoosten, vaak gedurende langere perioden.

Uit het bovenstaande blijkt wel dat de bodemgesteldheid, de geologie, het klimaat en de omgevingsfactoren die kenmerkend zijn voor het gebied waar de „Limone Interdonato Messina” wordt geteeld, een absoluut uniek milieu vormen dat elders niet te vinden is.

Als bewijs daarvan mag gelden dat de citroenbomen van de cultivar Interdonato weliswaar ook elders op Sicilië en in Calabrië voorkomen, maar daar nooit dezelfde specifieke typische kenmerken hebben ontwikkeld waarom die cultivar in het betrokken gebied juist zo wordt geroemd.

5.2.   Specificiteit van het product

De fundamentele kenmerken van de „Limone Interdonato Messina” zijn de vroege rijping, waardoor ze op de markt worden gebracht in een periode waarin andere citrusvruchten producerende gebieden rond de Middellandse Zee nog geen gele citroenen leveren, het zoete vruchtvlees als gevolg van een beperkt citroenzuurgehalte (minder dan 50 g/l), de goede bestandheid tegen de citrusvruchtenziekte „mal secco”, en de dunne, gladde schil met veel olieklieren.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA)

De registratieaanvraag als BGA van de „Limone Interdonato Messina” hangt samen met de reputatie die dit product in het productiegebied sinds mensenheugenis geniet. In 1875 selecteerde kolonel Interdonato, held uit de strijd om de Italiaanse eenwording onder leiding van Garibaldi, deze cultivar waarvan de vruchten zich onderscheidden door hun vroege rijping, hun grote afmetingen, de langwerpige cilindrische vorm, het goede sapgehalte en de gladde schil. Sindsdien werd de kwaliteit ervan door de bewoners van het gebied gewaardeerd en erkend; in de volksmond kreeg de citroen ook andere namen, zoals „speciale citroen” of „fijne citroen”. Tot op heden blijven die namen verbonden met de benaming „Limone Interdonato”. De belangrijkste kenmerken — met name de vroege rijping, het zoete vruchtvlees, als gevolg van het beperkte citroenzuurgehalte, alsmede de dunne schil — zijn het resultaat van het stelsel van relaties tussen de bodem- en klimaatkenmerken, de plant en de typische teeltmethoden in het gebied van de betrokken BGA. De agronomische praktijken die met nadruk moeten worden genoemd in verband met het specifieke karakter van de teelt van de cultivar Interdonato in het gebied van de betrokken BGA, zijn het gebruik van grote hoeveelheden organische mest en van meststoffen die stikstof langzaam afgeven. Aangezien wetenschappelijk is aangetoond dat bemesting met stikstof een aanzienlijk effect heeft op de ruwschilligheid van de vruchthuid, is het gebruik van organische meststoffen die stikstof langzaam afgeven gunstig voor de geleidelijke opneming door de plant en de verspreiding van de olieklieren van de vrucht. Een andere bijzondere techniek is die van de irrigatie, die erop gericht is gelijkmatig en gedurende de hele groei- en rijpingsfase van de vruchten precies voldoende te irrigeren, en dan grotendeels in de zomer. De teelt van de „Limone Interdonato Messina” in het gebied langs de Ionische kust van de provincie Messina is derhalve het resultaat van een natuurlijke ontwikkeling die kan worden toegeschreven aan een combinatie van bijzondere natuurlijke en menselijke factoren in het teeltgebied, die nergens anders op dezelfde kenmerkende wijze kan worden gereproduceerd. Het bewijs hiervan zijn de negatieve uitkomsten van alle pogingen om de teelt te verspreiden in het gebied rond Catania of de Tyrrheense westkust van de provincie Messina, omdat de „limone Interdonato” het vrij stabiele en productieve resultaat is van de kenmerken in het oorsprongsgebied. Overigens is de vroege rijping ongetwijfeld ook te danken aan de citruskloon die aan de oorsprong ligt van de cultivar „Interdonato”. Samenvattend kan zeker worden gezegd dat reeds in de XIXe eeuw de „Limone Interdonato” het landschap aan de hele Ionische kant van de provincie Messina zijn eigen gezicht gaf; die streek kreeg de bijnaam „land van de altijdgroene tuinen”, waardoor de economie, de gewoonten, de sociale opbouw, de verhalen, de cultuur, de riten en de tradities werden beïnvloed.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

De bevoegde instantie heeft de nationale procedure voor de indiening van bezwaarschriften ingeleid met de bekendmaking van het voorstel tot erkenning van de beschermde geografische aanduiding (BGA) „Limone Interdonato Messina” in het staatsblad van de Italiaanse Republiek (Gazzetta Ufficiale della Repubblica Italiana) nr. 285 van 7.12.2005.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd op de volgende internetsite via de volgende link:

www.politicheagricole.it/DocumentiPubblicazioni/Search_Documenti_Elenco.htm?txtTipoDocumento=Disciplinare%20in%20esame%20UE&txtDocArgomento=Prodotti%20di%20Qualit%E0>Prodotti%20Dop,%20Igp%20e%20Stg

of

door rechtstreeks de homepage van de site van het Italiaanse ministerie van Landbouw (www.politicheagricole.it) te openen en te klikken op „Prodotti di Qualità” (aan de linkerkant van het scherm) en vervolgens op „Disciplinari di Produzione all'esame dell'UE (Reg CE 510/2006)”.


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.


28.3.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 74/74


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

(2009/C 74/07)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSAANVRAAG

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

Wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 9

„PICODON DE L'ARDECHE” of „PICODON DE LA DROME”

EG-nummer: FR-PDO-0117-0550-29.03.2006

BGA ( ) BOB ( X )

1.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft:

X

Naam van het product

X

Beschrijving van het product

Image

Geografisch gebied

Image

Bewijs van de oorsprong

X

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

X

Verband

X

Etikettering

X

Nationale eisen

Image

Overige [nader aan te geven]

2.   Aard van de wijziging(en):

Image

Wijziging van het enige document of de samenvatting

X

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Image

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Image

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3.   Wijziging(en):

3.1.   Naam van het product

De naam is „Picodon” (in plaats van „Picodon de l'Ardèche ou Picodon de la Drôme”).

Motivering:

Picodon is een term die vanouds verbonden is met het geografische gebied waar het product met de oorsprongsbenaming wordt bereid. Talloze documenten (boeken, liederen, post, enz.) getuigen van het lokale gebruik van deze term voor een lokale kaas die strikt beperkt blijft tot het geografische gebied.

Het gebruik van deze term voor kazen die niet aan de in het productdossier van „Picodon de la Drôme ou Picodon de l'Ardèche” vastgestelde eisen voldoen, vormt een bron van verwarring voor de consument. Daarom willen de producenten de traditie graag in ere herstellen en weer uitsluitend de naam Picodon gaan hanteren.

3.2.   Beschrijving van het product

De kaas heeft de vorm van een klein rond koekje met een diameter van 5-7 cm, is 1,8-2,5 cm hoog (in plaats van 1-3 cm) en weegt ten minste 60 gram.

De korst is dun en heeft lichtgele of witte, eventueel blauw gespikkelde schimmels. Het snijvlak is glad, de kaas is wit of geel, heeft een homogene en fijne textuur en is na langere rijping breekbaar. De smaak is zuiver, karakteristiek en niet te zout of te zuur. Wanneer de Picodon een specifieke rijping genaamd „affiné méthode Dieulefit” ondergaat, heeft de kaas die daaruit voortvloeit, de volgende kenmerken:

diameter: 4,5 cm tot 6 cm;

hoogte: 1,3 cm tot 2,5 cm;

minimumgewicht: 45 gram.

Aan de buitenkant is de kaas dan wit, ivoorkleurig, grijs of lichtcrème met enkele sporen van kleuren. Het snijvlak is marmerkleurig en de textuur is fijn, regelmatig en soepel. De smaak is zuiver, licht pikant en typerend voor geitenkaas.

Motivering:

De beschrijving van het product is aangevuld met het gewicht en de diameter en met het uiterlijk van de korst en de kaas zelf. De hoogte is precies aangegeven.

De kaas die gerijpt is volgens de Dieulefit-methode („affiné méthode Dieulefit”), heeft bepaalde bijzondere eigenschappen wat betreft diameter, hoogte, minimumgewicht en uiterlijk die nauwkeurig moeten worden vermeld.

3.3.   Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Nieuw is de opmerking dat de gebruikte melk uitsluitend afkomstig mag zijn van melkgeiten van de rassen Alpine of Saanen of van dieren die behoren tot een kruising van deze beide rassen of streekeigen dieren.

Er zijn preciseringen aangebracht wat betreft het maximumaantal geiten per hectare, de herkomst van hun voer en de samenstelling ervan. De geiten mogen niet gevoerd worden met silage of andere gegiste producten. Als de weersomstandigheden het toelaten, moeten de geiten een permanent toegankelijke uitloop naar buiten hebben.

Er zijn preciseringen aangebracht wat betreft de melk, de termijnen en voorwaarden voor het gebruik ervan, de stremming (met behulp van lebmagen), de termijn en de duur van de stremming (voor de bereiding op de boerderij worden specifieke voorwaarden vastgesteld), het gieten in de vorm (met ronde randen, zonder uitlekken vooraf, handmatig met een lepel), het zouten, het uitnemen uit de vorm (uiterlijk 48 uur nadat de kaas in de vorm is gegoten).

Er zijn preciseringen aangebracht wat betreft de toegestane ingrediënten, het verbod op concentratie van de melk en het verbod om producten in bereiding onder het vriespunt of onder gemodificeerde atmosfeer te bewaren. Er wordt aangegeven dat naast op zuivel gebaseerde ingrediënten uitsluitend de volgende ingrediënten, technische hulpmiddelen of additieven aan de melk mogen worden toegevoegd of tijdens de bereiding mogen worden gebruikt: leb, onschadelijke culturen van bacteriën, gist en schimmels, calciumchloride en zout.

Het drogen (minimaal 24 uur) en rijpen (minimaal acht dagen na het drogen bij een vastgestelde temperatuur en vochtigheidsgraad) worden nauwkeurig omschreven. Er wordt aangegeven dat de kazen niet eerder dan 14 dagen na de stremming (in plaats van drogen en rijping gedurende ten minste twaalf dagen na de stremming) de fabriek mogen verlaten, uitgezonderd de verse kazen die bestemd zijn voor de rijpingsbedrijven.

De kaas die gerijpt wordt volgens de Dieulefit-methode („affiné méthode Dieulefit”), wordt op een specifieke manier bereid (met name de opslag in een kist gedurende minimaal 15 dagen onder omstandigheden die gunstig zijn voor schimmelvorming aan de oppervlakte en een tweede rijpingsfase onder vastgestelde omstandigheden waaronder ten minste tweemaal wassen).

Motivering:

In het productdossier zijn preciseringen aangebracht wat betreft de werkwijzen die de producenten hebben toegepast voor de bereiding van het product, maar die tot op heden nog niet in het productdossier waren vastgelegd.

De producenten vonden het nodig te vragen of deze werkwijzen formeel in het productdossier konden worden ingeschreven om de benaming tegen mogelijke namaak te beschermen. Deze preciseringen hebben dus tot doel het product beter te beschrijven en een sterkere link te leggen met de oorsprong van het product.

Bovendien is ten aanzien van de bewerkingen van en additieven voor kazen (waarvoor een algemene reglementering bestaat) gebleken dat nieuwe technieken als microfiltratie, gedeeltelijke concentratie van melk of rijpingsenzymen gevolgen kunnen hebben voor de kenmerken van kazen met een oorsprongsbenaming.

Daarom is besloten in de productdossiers voor de oorsprongsbenamingen de huidige werkwijzen met betrekking tot bewerkingen van en additieven voor melk en bij de bereiding van kazen te preciseren om te vermijden dat toekomstige niet-gereglementeerde werkwijzen afbreuk doen aan de kenmerken van kazen met een oorsprongsbenaming.

3.4.   Verband

De duiding van het verband is gecompleteerd wat betreft:

de voorlopers van de Picodon;

de oorsprong van de traditionele benaming Picodon;

de beschrijving van de kenmerken van de geografie, het klimaat en de bodem van het afgebakende gebied.

Motivering:

De producenten wilden het verband met het geografische gebied beter laten uitkomen.

3.5.   Etikettering

Het etiket op elke kaas met de gecontroleerde oorsprongsbenaming „Picodon” draagt de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming, in letters ter grootte van twee derde van de grootste letters op het etiket, alsmede de vermelding „Appellation d'Origine Contrôlée”. De naam en het adres van de fabrikant dienen op het etiket van de kaas te staan.

Motivering:

Afschaffing van de verplichting om het specifieke logo voor gecontroleerde oorsprongsbenamingen op het product aan te brengen.

3.6.   Nationale eisen

In plaats van „Décret du 29 décembre 1986” moet gelezen worden „Décret relatif à l'appellation d'origine contrôlée „Picodon””.

SAMENVATTING

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„PICODON”

EG-nummer: FR-PDO-0117-0550-29.03.2006

BOB ( X ) BGA ( )

Deze samenvatting bevat de belangrijkste gegevens uit het productdossier ter informatie.

1.   Bevoegde dienst van de lidstaat:

Naam:

Institut National de l'Origine et de la Qualité

Adres:

51, rue d'Anjou

75 008 Paris

FRANCE

Tel.

+33 153898000

Fax

+33 153898060

E-mail:

info@inao.gouv.fr

2.   Groepering:

Naam:

Syndicat Drôme Ardèche de Défense et de Promotion du Picodon AOC

Adres:

48, avenue Louis Masson

26120 Chabeuil

FRANCE

Tel.

+33 475562606

Fax

+33 475420105

E-mail:

info@picodon-aoc.fr

Samenstelling:

Producenten/verwerkers ( X ) Andere samenstelling ( X )

3.   Productcategorie:

Categorie 1.3 — Kaas

4.   Overzicht van het productdossier:

(samenvatting van de in artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 voorgeschreven gegevens)

4.1.   Naam

„Picodon”

4.2.   Beschrijving

De Picodon is een kaas van geitenmelk in de vorm van een klein rond koekje. De korst is dun en heeft lichtgele of witte, eventueel met blauw gespikkelde schimmels. Het snijvlak is glad, de kaas is wit of geel, heeft een homogene en fijne textuur en is na langere rijping breekbaar. De smaak is zuiver en niet te zout of te zuur.

Wanneer de kaas de vermelding „affiné méthode Dieulefit” draagt, is hij aan de buitenkant wit, ivoorkleurig, grijs of lichtcrème met enkele sporen van kleuren. Het snijvlak is marmerkleurig en de textuur is fijn, regelmatig en soepel. De smaak is zuiver, licht pikant en typerend voor geitenkaas.

De Picodon weegt ten minste 60 g behalve wanneer hij volgens de Dieulefit-methode is gerijpt („affiné méthode Dieulefit”). In dat geval is het minimumgewicht 45 g. Het gewichtsverlies is het gevolg van de wasbeurten tijdens de langere rijping.

Dit kleine „koekje” heeft een diameter van 5-7 cm en is 1,8-2,5 cm hoog. De Picodon die gerijpt is volgens de Dieulefit-methode, heeft door het wassen kleinere afmetingen: diameter van 4,5-6 cm, hoogte 1,3-2,5 cm.

Het percentage vet (vet/droge stof) is ten minste 45 % en het drogestofgehalte mag niet lager zijn dan 40 % voor 100 g kaas.

4.3.   Geografisch gebied

Het geografische gebied omvat alle gemeenten van de departementen Ardèche en Drôme en alle gemeenten van de kantons Valréas (departement Vaucluse) en van het kanton Barjac (departement Gard).

4.4.   Bewijs van de oorsprong

Elke melkproducent, elk verwerkingsbedrijf en elk rijpingsbedrijf vult een identiteitsverklaring in die wordt geregistreerd door de controlediensten en aan de hand waarvan de laatstgenoemden alle marktdeelnemers kunnen identificeren. De marktdeelnemers dienen registers bij te houden voor de controlediensten, evenals alle documenten die nodig zijn voor de controle van de oorsprong, de kwaliteit en de omstandigheden van de productie van de melk en de kazen. Bovendien moet elke marktdeelnemer een duidelijke wekelijkse boekhouding overleggen met daarin de binnengekomen en uitgegane hoeveelheden melk en kaas.

Ten slotte worden de kwaliteit en de typische kenmerken van een product met een oorsprongsbenaming gecontroleerd aan de hand van een analytisch en organoleptisch onderzoek.

4.5.   Werkwijze voor het verkrijgen van het product

De melkproductie en de fabricage en de rijping van de kazen vinden plaats in het geografische gebied.

De melk voor de Picodon is uitsluitend afkomstig van geiten van de rassen Alpine of Saanen of van dieren die behoren tot een kruising van deze beide rassen of streekeigen dieren. De geiten worden gehouden zoals in de streek gebruikelijk is. Op het bedrijf moet de oppervlakte voor weilanden, voor de kaasbereiding of voor de teelt van granen voor het voederen van de geiten ten minste één hectare per tien geiten bedragen. Het basisvoer van de geiten bestaat voor minimaal 80 % uit voeders of granen die afkomstig zijn uit het geografische gebied. In geen enkele periode van het jaar wordt aan de geiten silage of ander gegist voeder gegeven. Gedroogde producten mogen niet meer dan 20 % van het voer uitmaken, behalve wanneer er sprake is van uitzonderlijke weersomstandigheden. Het basisvoer van de geiten moet afkomstig zijn uit het afgebakende gebied.

De geiten mogen niet permanent in stallen worden gehouden. Als de weersomstandigheden het toelaten, moeten de dieren toegang krijgen tot een uitloop naar buiten.

De Picodon wordt uitsluitend bereid uit volle geitenmelk. Naast melk zijn de enige ingrediënten, technische hulpmiddelen of additieven die aan de melk mogen worden toegevoegd of die tijdens de bereiding mogen worden gebruikt, leb, onschadelijke culturen van bacteriën, gist en schimmels, calciumchloride en zout.

Toevoeging van geconcentreerde melk, melkpoeder of melkeiwitten, en ultrafiltratie zijn verboden. Bij bereiding op de boerderij moet rauwe melk worden gebruikt. Tijdens het productieproces mag de melk een hittebehandeling ondergaan.

Voor de stremming wordt de melk vermengd met zuursel of „wei” met toevoeging van een kleine hoeveelheid dierlijk stremsel. Tijdens de stremming moet de temperatuur van de melk tussen 20 en 25 °C liggen. De stremming verloopt traag: het duurt 18-48 uur voordat een pH tussen 4 en 4,5 is verkregen.

Voor de boerenkazen moet de stremming hooguit 14 uur na de oudste melkbeurt plaatsvinden.

Het gebruik van ingevroren wrongel is verboden.

De wrongel wordt, zonder uitlekken vooraf, handmatig met behulp van een lepel in de afzonderlijke vormen gegoten met of zonder verdeler. Hij moet ten minste eenmaal worden gekeerd. Beide kanten van de kaas worden met droog, fijn of halfgrof zout gezouten. Na ten hoogste 48 uur wordt de kaas weer uit de vormen gehaald. Nadat de kaas ten minste 24 uur bij een maximumtemperatuur van 23 °C heeft gedroogd, wordt hij aan een rijpingsproces onderworpen.

De rijping duurt minimaal acht dagen bij een temperatuur tussen 12 en 18 °C en een relatieve luchtvochtigheid van ten minste 80 %.

De kaas mag pas 14 dagen na de stremming in de handel worden gebracht.

Bij uitstel van het kaasbereidingsproces moet de temperatuur boven het vriespunt liggen.

De Picodon die rijpt volgens de Dieulefit-methode, ondergaat een langere rijping afgewisseld met wasbeurten:

Allereerst wordt de kaas minimaal 15 dagen op een vochtige plaats in een kist gelegd bij een temperatuur tussen 5 °C en 10 °C en een relatieve vochtigheid van meer dan 80 %.

Een tweede rijpingsfase vindt plaats in een van vocht verzadigde ruimte bij een temperatuur tussen 13 °C en 17 °C. Deze fase duurt langer dan acht dagen en omvat ten minste twee wasbeurten.

Een droogfase van minimaal 24 uur. Deze droging dient op natuurlijke wijze te verlopen. Kunstmatig drogen is slechts een optie wanneer de weersomstandigheden een natuurlijke droging onmogelijk maken.

Deze kaas kan pas een maand na de stremming in de handel worden gebracht.

4.6.   Verband

Drôme en Ardèche behoren al heel lang tot de belangrijkste departementen waar geiten worden gehouden. Het is daarom geen verrassing dat in deze streek reeds in een ver verleden over geitenkaas werd gesproken.

De voorlopers van het woord „Picodon” verschijnen in de loop van de negentiende eeuw op papier.

Het woord wordt met name genoemd in een „Glossaire du patois de Die” van Auguste Brossier, dat in 1863 uitkwam. De trein tussen Dieulefit en Montélimar kreeg de bijnaam „de Picodon” omdat de bedrijven waar de rijping van de Picodon plaatsvond, daarvan gebruik maakten en daarbij een karakteristieke geur achterlieten.

De naam „Picodon” voor de kaas is afkomstig van een Occitaanse volksterm die „kaasje met pikante smaak” betekent.

Omdat de geiten vroeger in het najaar en de winter geen melk gaven, vormde de kaasbereiding de enige mogelijkheid om de melkoverschotten te bewaren die in het voorjaar en de zomer door de grote melkproductie waren ontstaan.

De kaasconsumptie werd dus over de wintermaanden verspreid waardoor er diverse gradaties van rijping ontstonden.

De kaas kon na een zeer korte rijping, nauwelijks droog, worden gegeten en kreeg dan de naam „picodon” of meer in het algemeen „tomme”. Deze voedingsgewoonte bestaat nog steeds en ligt vermoedelijk ten grondslag aan de oorsprong van de „Picodon” waarvoor een korte rijping van ten minste 14 dagen is voorgeschreven. In de winter werden de overtollige Picodons echter bewaard in aarden kruiken.

„De Picodon was omgeven met bladeren en werd bewaard in een bitcho (soort aarden pot met twee handvatten). Om de twee weken werd de kaas uit de pot gehaald, gewassen en met nieuwe bladeren ingepakt”. Op die manier kon de kaas lang worden bewaard en kreeg hij een karakteristieke geur en smaak.

Dit is een variant van de officieel erkende techniek „affiné méthode de Dieulefit”.

De Picodon wordt vervaardigd op de heuvels die aan weerskanten boven het Rhônedal uitsteken. Hij is kenmerkend voor dit schrale droge berggebied waar uitsluitend geiten kunnen worden geteeld als gevolg van de heersende geologische en klimatologische omstandigheden. Deze kaasbereiding, waarvan de herinnering van generatie op generatie is overgegaan, wordt in dit gebied nog steeds beoefend en zorgt voor de broodnodige economische ontwikkeling van het gebied.

De productievoorwaarden zijn zodanig gedefinieerd dat de specifieke kenmerken van het gebied behouden blijven en in het product tot uitdrukking komen.

4.7.   Controlestructuur

Naam:

Institut national de l'Origine et de la Qualité (INAO)

Adres:

51, rue d'Anjou

75008 Paris

FRANCE

Tel.

+33 153898000

Fax

+33 153898060

E-mail:

info@inao.gouv.fr

Het Institut National de l'Origine et de la Qualité is een bestuursrechtelijke openbare instelling met rechtspersoonlijkheid die onder het ministerie van Landbouw valt.

Het INAO is verantwoordelijk voor de controle van de productievoorwaarden van de producten met een oorsprongsbenaming.

Naam:

Direction Générale de la Concurrence, de la Consommation et de la Répression des Fraudes (DGCCRF)

Adres:

59, Boulevard Vincent Auriol

75703 Paris Cédex 13

FRANCE

Tel.

+33 144871717

Fax

+33 144973037

E-mail:

Het DGCCRF is een dienst van het ministerie van Economische Zaken, Financiën en Industrie.

4.8.   Etikettering

Het etiket op elke kaas met de gecontroleerde oorsprongsbenaming „Picodon” draagt de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming, in letters ter grootte van twee derde van de grootste letters op het etiket, alsmede de vermelding „Appellation d'Origine Contrôlée”. De naam en het adres van de fabrikant dienen op het etiket van de kaas te staan.

Op het etiket van de kaas die volgens de Dieulefit-methode is gerijpt, moet de vermelding „affiné méthode Dieulefit” staan.


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz 12.