ISSN 1725-2474 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137 |
|
![]() |
||
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
48e jaargang |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
|
I Mededelingen
Raad
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/1 |
Informatie over de inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Monaco waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling
(2005/C 137/01)
De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Monaco waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling, zal op 1 juli 2005 in werking treden, nu de bij artikel 16 van de Overeenkomst vastgestelde procedures op 31 mei 2005 zijn afgerond.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/1 |
Informatie over de inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Liechtenstein waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling
(2005/C 137/02)
De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Liechtenstein waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling, zal op 1 juli 2005 in werking treden, nu de bij artikel 16 van de Overeenkomst vastgestelde procedures op 27 mei 2005 zijn afgerond.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/1 |
Informatie over de inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling
(2005/C 137/03)
De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling, zal op 1 juli 2005 in werking treden, nu de bij artikel 17 van de Overeenkomst vastgestelde procedures op 13 mei 2005 zijn afgerond.
Commissie
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/2 |
Wisselkoersen van de euro (1)
3 juni 2005
(2005/C 137/04)
1 euro=
|
Munteenheid |
Koers |
USD |
US-dollar |
1,2289 |
JPY |
Japanse yen |
132,57 |
DKK |
Deense kroon |
7,4399 |
GBP |
Pond sterling |
0,67570 |
SEK |
Zweedse kroon |
9,1410 |
CHF |
Zwitserse frank |
1,5359 |
ISK |
IJslandse kroon |
80,66 |
NOK |
Noorse kroon |
7,898 |
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9557 |
CYP |
Cypriotische pond |
0,5747 |
CZK |
Tsjechische koruna |
30,174 |
EEK |
Estlandse kroon |
15,6466 |
HUF |
Hongaarse forint |
250,63 |
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
LVL |
Letlandse lat |
0,6959 |
MTL |
Maltese lira |
0,4293 |
PLN |
Poolse zloty |
4,1158 |
ROL |
Roemeense leu |
36 150 |
SIT |
Sloveense tolar |
239,5 |
SKK |
Slowaakse koruna |
38,769 |
TRY |
Turkse lira |
1,6793 |
AUD |
Australische dollar |
1,6241 |
CAD |
Canadese dollar |
1,5311 |
HKD |
Hongkongse dollar |
9,5645 |
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,7498 |
SGD |
Singaporese dollar |
2,0493 |
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 238,12 |
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
8,3573 |
CNY |
Chinese yuan renminbi |
10,1710 |
HRK |
Kroatische kuna |
7,3248 |
IDR |
Indonesische roepia |
11 772,86 |
MYR |
Maleisische ringgit |
4,6698 |
PHP |
Filipijnse peso |
67,006 |
RUB |
Russische roebel |
34,850 |
THB |
Thaise baht |
50,035 |
Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/3 |
Besluit van de Commissie waarbij de maatregelen die door de Slowaakse Republiek zijn aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing zijn na de toetreding
(2005/C 137/05)
(Voor de EER relevante tekst)
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Slowaakse Republiek
Nummer van de steunmaatregel: SK 75/2003
Benaming: Slovenská Sporitel'ňa, a.s.
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregelen ten behoeve van Slovenská Sporitel'ňa, a.s., die door de Slowaakse Republiek zijn aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing zijn na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Slowaakse Republiek
Nummer van de steunmaatregel: SK 4/04
Benaming: OTP Banka Slovensko, a.s.
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregelen ten behoeve van OTP Banka Slovensko, a.s., die door de Slowaakse Republiek zijn aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing zijn na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/4 |
Besluit van de Commissie waarbij de maatregelen die door de Tsjechische Republiek zijn aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing zijn na de toetreding
(2005/C 137/06)
(Voor de EER relevante tekst)
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Tsjechische Republiek
Nummer van de steunmaatregel: CZ 46/2003
Benaming: Investiční a poštovní banka, a.s. (IPB)/Československá obchodní banka, a.s. (ČSOB)
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregelen ten behoeve van IPB/ČSOB die door de Tsjechische Republiek zijn aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing zijn na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Tsjechische Republiek
Nummer van de steunmaatregel: CZ 51/2003
Benaming: Pragobanka, a.s.
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregel ten behoeve van Pragobanka, a.s., die door de Tsjechische Republiek is aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing is na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Tsjechische Republiek
Nummer van de steunmaatregel: CZ 56/2003
Benaming: Coop Banka, a.s.
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregel ten behoeve van Coop Banka, a.s., die door de Tsjechische Republiek is aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing is na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: De Tsjechische Republiek
Nummer van de steunmaatregel: CZ 80/2004
Benaming: První Městská Banka, a.s.
Doelstelling: Steun voor de banksector
Andere inlichtingen: Besluit van de Commissie waarbij wordt verklaard dat de maatregel ten behoeve van První Městská Banka, a.s., die door de Tsjechische Republiek is aangemeld in het kader van de overgangsregeling overeenkomstig bijlage IV.3 van de Toetredingsakte, niet van toepassing is na de toetreding
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/5 |
Goedkeuring van de steunmaatregelen van de staten in het kader van de bepalingen van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag
Gevallen waartegen de Commissie geen bezwaar maakt
(2005/C 137/07)
(Voor de EER relevante tekst)
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: Slowaakse Republiek
Nummer van de steunmaatregel: N 27/2005 en N 53/2005
Benaming: Sociale steun Slowaakse steenkoolsector
Doelstelling: Lasten uit het verleden in de steenkoolsector
Rechtsgrond: Zakon št. 231/1999
Begrotingsmiddelen: SKK 8 935 671,00/EUR 234 804 (N 27/2005); SKK 4 277 250/EUR 112 411; (N 53/2005)
Looptijd: Eenmalige betaling
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: Zweden
Nummer van de steunmaatregel: N 156/2004
Benaming: Energiebelasting op elektriciteit in de be- en verwerkende industrie
Doelstelling: Invoering van een elektriciteitsbelastingtarief voor ondernemingen in de be- en verwerkende industrie
Rechtsgrond: „Lag (2003:810) om ändring i lagen (1994/1776) om skatt på energi” and „Lag (1994:1776) om skatt på energi”
Begrotingsmiddelen: In totaal: ± 17 840 miljoen SEK (± 1 964 miljoen EUR)
Looptijd: 1.7.2004-31.12.2005
Andere inlichtingen: Jaarlijks verslag
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
Datum waarop het besluit is genomen:
Lidstaat: Frankrijk
Nummer van de steunmaatregel: NN 25/2005
Benaming: Sociale steunmaatregel, „mobiliteitspaspoort” genaamd, ten gunste van bepaalde categorieën passagiers op luchtverbindingen tussen het Franse vasteland en de overzeese gebieden
Doelstelling: Compensatie van de nadelen van ultraperifere regio's — Luchtvervoer
Rechtsgrond: Décret no 2004-163 du 18.2.2004 relatif à l'aide dénommée „passeport mobilité”JO no 43 du 20.2.2004 p. 3468
Begrotingsmiddelen: 7,4 miljoen EUR voor 2003
Looptijd: Onbepaald
De tekst van het besluit in de authentieke taal (talen) is beschikbaar op het onderstaande adres (in deze tekst zijn de vertrouwelijke gegevens weggelaten):
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids/
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/6 |
Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 68/2001 van de Commissie van 12 januari 2001 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op opleidingssteun
(2005/C 137/08)
(Voor de EER relevante tekst)
Nummer van de steunmaatregel: XT 29/02
Lidstaat: Italië
Regio: Lombardije
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: Specifieke en algemene opleiding voor bedrijven uit Lombardije
Rechtsgrond:
— |
Legge 236/93 del 19/3/1993, art. 9 |
— |
Legge 845 del 21/12/78 |
— |
Quadro comunitario di sostegno per l'obiettivo 3 FSE-2006 |
— |
Programma operativo regione Lombardia relativo all'utilizzo del FSE, ob. 3 2000/2006 approvato dalla Commissione con decisione n. C (2000) 20070 CE 21 settembre 2000 |
— |
Legge 16 aprile 1987 n. 183 art. 5 |
Voorziene jaarlijkse uitgaven in het kader van de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun: 70 000 000 EUR
Maximale steunintensiteit: Specifieke opleiding
Grote ondernemingen buiten een prioritaire zone 25 %
Grote ondernemingen in een prioritaire zone van art. 87, lid 3, onder c), 30 %
KMO's buiten een prioritaire zone 35 %
KMO's in een prioritaire zone van art. 87, lid 3, onder c), 40 %
Algemene opleiding
Grote ondernemingen buiten een prioritaire zone 50 %
Grote ondernemingen in een prioritaire zone van art. 87, lid 3, onder c), 55 %
KMO's buiten een prioritaire zone 70 %
KMO's in een prioritaire zone van art. 87, lid 3, onder c), 75 %
De hierboven vermelde percentages worden met 10 procentpunten verhoogd voor maatregelen die zijn gericht op de opleiding van benadeelde werknemers (Verordening (EG) nr. 68/2001).
Datum van tenuitvoerlegging: juni 2001
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: juni 2001/juni 2006
Doelstelling van de steun: Algemene en specifieke opleiding
Betrokken economische sector(en): Alle sectoren
Naam en adres van de steunverlenende overheid:
Regione Lombardia |
Via Fabio Filzi, 22 |
20124 Milano — Italia |
Nummer van de steunmaatregel: XT 58/02
Lidstaat: Italië
Regio: Ligurië
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: Aankondiging door de regio Ligurië van maatregelen ter bevordering van opleidingsprogramma's van ondernemingen, bedrijfstakken en lagere overheden en van de ontwikkeling van permanente opleiding, jaar 2002
Rechtsgrond: Art. 9 legge 19 luglio 1993 n. 236; Art.118, comma 12, legge 23.12.2000 n. 388
Decreto direttoriale Ministero del Lavoro e delle Politiche Sociali n. 511/V/01
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun: 2 695 905,01 EUR
Maximale steunintensiteit: In overeenstemming met Verordening (EG) nr. 68/2001. Voor alle ondernemingen, ook al zijn de deelnemers aan de opleiding kwetsbare werknemers, mag de maximale steunintensiteit echter niet meer bedragen dan 80 %
Datum van tenuitvoerlegging: 10 juli 2002, datum van bekendmaking van de aankondiging
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: Ter indicatie, tot december 2005
Doelstelling van de steun: Algemene opleiding, waarbij de soorten opleiding in de aankondiging worden vermeld, overeenkomstig de definities van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 68/2001, en specifieke opleiding
Betrokken economische sector(en): Alle sectoren
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent:
Regione Liguria |
Servizio Politiche Attive del Lavoro |
Via Fieschi 15 |
16121 Genova |
Tel. 010/548 51; fax 010/548 59 32 |
Andere inlichtingen: Iedere begunstigde onderneming zal kunnen kiezen voor de de minimis-regeling van Verordening (EG) nr. 69/2001 van 12 januari 2001 in plaats van de vrijstellingsregeling van Verordening (EG) nr. 68/2001
Nummer van de steunmaatregel: XT 80/02
Lidstaat: Italië
Regio: Campania, Puglia, Basilicata, Calabria, Sicilia, Sardegna (doelstelling 1)
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: Misure III.1 — Miglioramento delle risorse umane nel settore della ricerca e dello sviluppo tecnologico (Verbetering van het menselijk potentieel in de sector onderzoek en technologische ontwikkeling).
Rechtsgrond: Programma operativo nazionale „Ricerca scientifica, sviluppo tecnologico, alta formazione” 2000/2006 che si integra nel quadro comunitario di sostegno per gli interventi strutturali comunitari nelle regioni Campania, Calabria, Puglia, Basilicata, Sicilia, Sardegna. Approvato con decisione della Commissione C(2000)2343 dell'8.8.2000
Complemento di programmazione approvato dal Comitato di sorveglianza dell'11.12.2001.
Avviso 4391/2001 pubblicato sulla GURI n. 202 del 31.8.2001 — Supplemento ordinario n. 222.
Decreto direttoriale n. 800/RIC/2001 del 30.7.2001 — Cofinanziamento mediante l'utilizzo delle risorse comunitarie assicurate dal Fondo sociale europeo (FSE) — Programma operativo nazionale „Ricerca scientifica, sviluppo tecnologico ed alta formazione” per l'obiettivo 1 — di interventi formativi per soggetti occupati, compresi i titolari di PMI, delle imprese localizzate sul territorio obiettivo 1.
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de ondernemening verleende individuele steun: 1 611 309,65 EUR voor de periode juli 2002-december 2003.
Maximale steunintensiteit: De steun wordt toegekend in de vorm van voorschotten en vergoeding van de werkelijk gemaakte subsidiabele kosten voor opleidingsactiviteiten, met inachtneming van de in Verordening (EG) nr. 68/2000 vastgestelde steunplafonds
De steunplafonds worden met 10 procentpunten verhoogd wanneer de steun betrekking heeft op de opleiding van benadeelde werknemers in de zin van artikel 2, onder g) van Verordening (EG) nr. 68/2001, nader gespecificeerd in het D.D. 800/RIC/2001
Datum van tenuitvoerlegging:
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: Tot 31 december 2006
Doelstelling van de steun: De steunregeling betreft zowel algemene als specifieke opleiding. Overeenkomstig artikel 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 68/2001, wordt onder „algemene opleiding” een opleiding verstaan die onderricht omvat dat niet uitsluitend of hoofdzakelijk op de huidige of de toekomstige functie van de werknemer in de begunstigde onderneming is gericht, maar waarmee vaardigheden worden verworven die naar andere ondernemingen of werkgebieden kunnen worden meegenomen, zodat de kansen van de werknemer op de arbeidsmarkt aanzienlijk groter worden. Voor de toepassing van deze steunregeling worden opleidingen waarbij verscheidene ondernemingen zijn betrokken, d.w.z. opleidingen die gezamenlijk door verscheidene zelfstandige ondernemingen worden georganiseerd, of waaraan werknemers van verscheidene ondernemingen kunnen deelnemen, als „algemene opleidingen” beschouwd
Betrokken economische sector(en): Alle sectoren. Alle diensten.
Opmerkingen:
De regeling is in beginsel van toepassing op alle sectoren als bedoeld in Verordening (EG) nr. 68/2001; zij is echter niet van toepassing voor steun voor de opleiding of de herscholing van werknemers van ondernemingen in moeilijkheden in de zin van de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (PB C 288 van 9.10.1999), wanneer het met staatsmiddelen gesubsidieerde reddings- of herstructureringsmaatregelen betreft (reddings- en/of herstructureringssteun). In dat geval wordt de steun beoordeeld in het licht van de genoemde richtsnoeren. De regeling is evenmin van toepassing wanneer aan een onderneming voor één enkel opleidingsproject een steunbedrag van meer dan 1 miljoen EUR wordt toegekend; in dat geval moet de steunmaatregel afzonderlijk bij de Commissie worden aangemeld.
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent:
Ministero dell'Istruzione, dell'Università e della Ricerca |
Servizio per lo Sviluppo ed il potenziamento dell'attività di ricerca |
Ufficio IV |
Piazza Kennedy, 20 — 00144 Roma |
Nummer van de steunmaatregel: XT 81/02
Lidstaat: Spanje
Regio: Autonome regio Valencia. Regio ex art. 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: GLAPILK, A.I.E
Rechtsgrond: Convenio de 5 de junio de 2002
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun: 145 813,29 EUR
Maximale steunintensiteit:
— |
Algemene opleiding: 60 % |
— |
Specifieke opleiding: 35 % |
Datum van tenuitvoerlegging: Datum van ondertekening van de overeenkomst: 5 juni 2002
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: 2002
Doelstelling van de steun: Specifieke en algemene opleiding
Betrokken economische sector(en): Overige industriële sectoren
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent:
Conselleria de Economía, Hacienda y Empleo (Generalitat Valenciana) |
Servicio Valenciano de Empleo y Formación (SERVEF) |
C/Navarro Reverter no2, 46004 Valencia |
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/9 |
Beknopte informatie van de lidstaten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens Verordening (EG) nr. 70/2001 van de Commissie van 12 januari 2001 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen
(2005/C 137/09)
(Voor de EER relevante tekst)
Nummer van de steunmaatregel: XS 93/03
Lidstaat: Italië
Regio: Autonome provincie Trento
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: Dienstverlening aan ondernemingen (KMO)
Rechtsgrond: Legge provinciale 12 luglio 1993 n. 17 e s.m.; relativo regolamento di attuazione approvato con delibera di Giunta provinciale n. 1664 di data 30 giugno 2000 e s.m. Norma di proroga da inserire nel disegno di legge finanziaria
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun: Ten hoogste 4 500 000 EUR (toewijzing uit de jaarbegroting)
Maximale steunintensiteit: De steunregeling vormt de verlenging van steunmaatregel nr. 280/98, die op 20 april 1998 is aangemeld (703/98-D112/ES/pc). Deze steunmaatregel, die bij brief van 18 september 1998 (SG (98)) is goedgekeurd, omvat verschillende soorten steunverlening:
Voor informatieve diensten gericht op de vergemakkelijking van de toegang tot de informatie door middel van databanken en informatiesystemen geldt een steunplafond van 50 %.
Voor basisdiensten die een gedetailleerde analyse van een of meer bedrijfsterreinen mogelijk maken, wordt steun verleend tot ten hoogste 30 % van de uitgaven.
Gespecialiseerde diensten die erop gericht zijn de marktpositie van de onderneming te versterken en de organisatie en de technologie te verbeteren, kunnen tot 40 % worden gefinancierd.
Voor gespecialiseerde diensten die verband houden met de strategische aanpak en ertoe bijdragen dat de doelstellingen van het provinciaal ontwikkelingsprogramma (kwaliteit, ondernemerschap, integratie) worden bereikt, kan steun worden verleend tot 50 % voor kleine ondernemingen en tot 45 % voor middelgrote ondernemingen.
Investeringen in testlaboratoria en certificeringsorganen worden gefinancierd tot 15 % voor kleine ondernemingen en tot 7,5 % voor middelgrote ondernemingen. Voor investeringen van groepen van kleine ondernemingen wordt tot 15 % steun toegekend; groepen van middelgrote ondernemingen ontvangen ten hoogste 7,5 %
Datum van tenuitvoerlegging:
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: Van 1 januari 2004 tot 31 december 2006
Doelstelling van de steun: Steun voor investeringen en/of adviesdiensten voor KMO en groepen van KMO
Betrokken economische sector(en): Alle sectoren, met inachtneming van de communautaire bepalingen (dus met uitzondering van werkzaamheden die verband houden met de productie, de verwerking of het in de handel brengen van de in bijlage I bij het EG-Verdrag genoemde producten)
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent:
Provincia autonoma di Trento |
Piazza Dante 15 |
38100 Trento — Italia |
Nummer van de steunmaatregel: XS 140/03
Lidstaat: Italië
Regio: Marche
Benaming van de steunregeling of naam van de onderneming die individuele steun ontvangt: EPD doelstelling 2 (2000-2006) — Maatregel 1.1 Steun voor investeringen in verband met de productie en milieubescherming door industriële en ambachtelijke KMO's, ondermaatregel 1.1.1 Steun voor productie-investeringen door industriële KMO's, maatregel b2 wet 598/94, art. 11: steunmaatregelen voor investeringen met het oog op technologische innovatie, milieubescherming, organisatorische en commerciële innovatie, en veiligheid op de werkplek
Rechtsgrond: Docup Ob. 2 2000-2006
Voorziene jaarlijkse uitgaven krachtens de regeling of totaalbedrag van de aan de onderneming verleende individuele steun:
Normale steun:
788 835 EUR voor 2001
831 006 EUR voor 2002
989 370,60 EUR voor 2003
totaal: 2 609 211,60 EUR
Overgangsteun:
268 149,60 EUR voor 2001
431 879,10 EUR voor 2002
402 292,20 EUR voor 2003
totaal: 1 102 320,90 EUR
Normale steun:
3 028 405 EUR voor 2004
3 221 452 EUR voor 2005
1 600 855 EUR voor 2006
Overgangssteun:
411 207 EUR voor 2004
32 622 EUR voor 2005
Maximale steunintensiteit: Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 70/2001 gelden de volgende steunintensiteiten: 15 % BSE voor kleine en 7,5 % BSE voor middelgrote ondernemingen; in steungebieden ex artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag bedraagt de steunintensiteit 8 % NSE + 10 % BSE voor kleine en 8 % NSE + 6 % BSE voor middelgrote ondernemingen.
Datum van tenuitvoerlegging: Volgens de aanwijzingen van de diensten van de Europese Commissie komen de kosten in aanmerking die de uiteindelijke begunstigde maakt vanaf de datum van publicatie van de oproep tot het indien van voorstellen. Alleen investeringen die plaatsvinden na de datum waarop de steunaanvraag werd ingediend, komen voor steun in aanmerking
Duur van de regeling of duur van de individuele steunverlening: De duur van de maatregel is gelijk aan die van het EPD 2 (2000-2006)
Doelstelling van de steun: De steun is bestemd voor industriële KMO's in de Marche die onder doelstelling 2 of de phasing-out vallen
Betrokken economische sector(en): Sectoren C, D, E, F (ISTAT-indeling 1991), rekening houdende met de in communautaire staatssteunregels vervatte uitsluitingen en beperkingen (waaronder exportsteun en steun aan de automobielindustrie). Uitgesloten zijn activiteiten in verband met de productie, verwerking en afzet van de producten die in bijlage I bij het EG-Verdrag zijn opgenomen
Naam en adres van de autoriteit die de steun verleent: Regione Marche, Servizio Industria e Artigianato, Via Tiziano 44, 60100 Ancona — tel. 0718061
Andere inlichtingen: Aanpassing duur van steunmaatregel XS 140/2003
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/11 |
Bericht betreffende de vrijwaringsmaatregelen ten aanzien van de invoer van bepaalde bereide en verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen en dergelijke) die werden ingesteld bij Verordening (EG) nr. 658/2004 van de Commissie van 7 april 2004 (1)
(2005/C 137/10)
Onder verwijzing naar artikel 21 van Verordening (EG) nr. 3285/94 van de Raad (2)en artikel 18 van Verordening (EG) nr. 519/94 van de Raad (3), wil de Commissie de gegevens verzamelen die nodig zijn om de gevolgen te onderzoeken van de vrijwaringsmaatregelen ten aanzien van de invoer van bepaalde bereide en verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen en dergelijke) die werden ingesteld bij Verordening (EG) nr. 658/2004 van de Commissie van 7 april 2004, en bepalen of en zo ja op welke manier het tempo van de liberalisering moet worden versneld en tenslotte nagaan of de maatregel nog moet worden toegepast. In dit kader zal de Commissie ook de herstructureringsinspanningen van de producenten in de Gemeenschap beoordelen.
1. Betrokken product
Het betrokken product is bereide en verduurzaamde mandarijnen (waaronder tangerines en satsuma's), clementines, wilkings en andere soortgelijke kruisingen van citrusvruchten, zonder toegevoegde alcohol, met toegevoegde suiker (hierna „het betrokken product” genoemd).
Het betrokken product is momenteel ingedeeld onder de GN-codes 2008 30 55 en 2008 30 75. Deze GN-codes worden slechts ter informatie vermeld.
2. Procedure
Om de informatie te verkrijgen die zij nodig heeft, zal de Commissie vragenlijsten toezenden aan producenten van het betrokken product in de Gemeenschap en hun verenigingen, producenten/exporteurs en importeurs van het betrokken product en verenigingen van producenten/exporteurs en importeurs van het betrokken product die hebben meegewerkt aan het onderzoek en van wie de namen worden genoemd in Verordening (EG) nr. 658/2004.
Andere belanghebbenden die informatie willen verstrekken, dienen zo spoedig mogelijk per fax contact op te nemen met de Commissie, uiterlijk op de in punt 3, onder a), vermelde datum en zo nodig een vragenlijst aan te vragen.
3. Termijnen
a) Vragenlijsten
Vragenlijsten dienen zo spoedig mogelijk, uiterlijk tien dagen na het verschijnen van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, te worden aangevraagd.
b) Om zich aan te melden en antwoorden op de vragenlijst en andere gegevens toe te zenden
Belanghebbenden die wensen dat met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen binnen 21 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders vermeld, contact met de Commissie op te nemen, hun standpunt uiteen te zetten en het antwoord op de vragenlijst en eventuele andere gegevens te doen toekomen
c) Om een mondeling onderhoud aan te vragen
Binnen 21 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord
4. Schriftelijke opmerkingen, antwoorden op de vragenlijst en andere correspondentie
Alle relevante informatie dient aan de Commissie te worden meegedeeld. Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk worden ingediend (niet elektronisch, tenzij anders vermeld), onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon-, fax- en/of telexnummer van de betrokkene.
Het correspondentieadres van de Commissie is:
Europese Commissie |
Directoraat-generaal Handel |
Directoraat B |
Kamer J-79 5/16 |
Fax (32-2) 295 65 05 |
Telex COMEU B 21877 |
5. Niet-medewerking
Indien gegevens niet binnen de gestelde termijnen zijn verstrekt, kunnen op grond van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.
De Commissie kan de verstrekte informatie, indien deze onjuist of misleidend blijkt, buiten beschouwing laten en van beschikbare gegevens gebruikmaken.
(1) PB L 104 van 8.4.2004, blz. 67.
(2) PB L 349 van 31.12.1994, blz. 53.
(3) PB L 67 van 10.3.1994, blz. 89.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/12 |
Bekendmaking van een registratieaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
(2005/C 137/11)
Naar aanleiding van deze bekendmaking kan bezwaar worden aangetekend op grond van artikel 7 of artikel 12 quinquies van de genoemde verordening. Elk bezwaar tegen deze registratieaanvraag moet binnen zes maanden na deze bekendmaking worden ingediend via de bevoegde autoriteit van een lidstaat, van een staat die lid van de WTO is, of van een overeenkomstig artikel 12, lid 3, erkend derde land. Geoordeeld wordt dat de hiernavolgende gegevens, met name die in punt 4.6, de registratieaanvraag rechtvaardigen in de zin van Verordening (EEG) nr. 2081/92; zij zijn het motief voor deze bekendmaking.
SAMENVATTING
VERORDENING (EEG) Nr. 2081/92 VAN DE RAAD
„FICO BIANCO DEL CILENTO”
EG-nummer: IT/00282/14.3.2003
BOB (X ) BGA ( )
Deze samenvatting is opgesteld voor informatieve doeleinden. Voor volledige informatie, met name ten behoeve van de producenten van het product met de betrokken BOB of BGA, dient de volledige versie van het productdossier te worden geraadpleegd hetzij op nationaal niveau, hetzij bij de bevoegde diensten van de Europese Commissie (1).
1. Bevoegde dienst van de lidstaat:
Naam: |
Ministero delle Politiche Agricole e Forestali |
Adres: |
Via XX Settembre n. 20 — 00187 Roma |
Tel. |
(39) 06 481 99 68 |
Fax |
(39) 06 42 01 3 126 |
e-mail: |
qtc3@politicheagricole.it |
2. Groepering:
|
Consorzio per la Tutela e la Valorizzazione del Fico Bianco del Cilento |
||
|
Via S. Marco, 118 — 84043 Agropoli (Sa) Tel. (39) 08 28 72 27 99 |
||
|
producenten/verwerkers (X), andere samenstelling ( ) |
3. Productcategorie:
Klasse 1.6: groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt
4. Overzicht van het productdossier:
(samenvatting van de in artikel 4, lid 2, voorgeschreven gegevens):
4.1. Naam: „Fico bianco del Cilento”
4.2. Beschrijving: Met de beschermde oorsprongsbenaming „Fico Bianco del Cilento” worden gedroogde vruchten van de soort Ficus carica domestica L. — van biotypes van de cultivar Dottato aangeduid.
Het product kan worden aangeboden met of zonder schil (geschilde vijgen), en vertoont de volgende kenmerken:
vijgen met schil: uniforme lichtgele tot gele kleur,
vijgen met schil die een kookproces hebben ondergaan: bruingele kleur,
geschilde vijgen: heel licht (bijna wit) van kleur,
vruchtvlees: deegachtig van consistentie met hoofdzakelijk lege deelvruchtjes en een bijna volledig gevulde ambergele vruchtbodem,
groottesortering: aantal gedroogde vijgen met schil niet meer dan 70 per kg, aantal geschilde vijgen niet meer dan 85 per kg,
vochtigheid: maximaal 26 %,
suikergehalte — minimumwaarde/100g droge stof:
— |
glucose: 21,8 g |
— |
fructose: 23,2 g |
— |
sacharose: 0,1 g. |
Onvolkomenheden: het product mag niet beschadigd zijn door insecten, schimmels of andere agentia; aanwezigheid van kurkstip is toegestaan voor maximaal 5 % van het oppervlak van de vrucht.
De vruchten mogen worden gevuld met andere ingrediënten, zoals amandelen, noten, hazelnoten, venkelzaad, schillen van citrusvruchten. De vulling mag niet meer bedragen dan 10 % van het totale te koop aangeboden product en er moet worden aangetoond dat deze ingrediënten uit het in punt 4.3 omschreven productiegebied komen.
De gedroogde vijgen mogen in eigen nat worden verpakt in diverse verpakkingen (cilindrisch, kroonvormig, bolvormig, in zakjes) met een gewicht van 125 g tot 1 kg. Ze mogen ook los worden verpakt, in mandjes uit een stof van plantaardige oorsprong, met een gewicht van 1 tot 20 kg. De vijgen mogen geopend met de kant van het vruchtvlees op elkaar liggen, in verpakkingen van 125 g tot 1 kg; voorts mogen ze op houten spiezen worden geregen en worden gevuld met de bovengenoemde ingrediënten. De verpakkingen mogen worden versierd met laurierbladeren.
4.3. Geografisch gebied: Cilento is het geografisch gebied van Campanië dat aan de Tyrrheense zee ligt, tussen de monding van de Sele in de golf van Salerno en de monding van de Bussento in de golf van Policastro; in het noorden wordt het gebied begrensd door het massief van de Monte Alburno en de Monte Cervati. De bij de productie betrokken gemeenten staan vermeld in het productdossier.
4.4. Bewijs van oorsprong: Elk stadium van het productieproces moet worden gecontroleerd, en per stadium moeten de inputs (ingeslagen producten) en de outputs (uitgeslagen producten) worden genoteerd. Op deze wijze, en via de inschrijving van de producenten, de percelen waarop het product wordt geteeld, de verwerkers en de verpakkers in speciale lijsten die door het controleorgaan worden beheerd, wordt de traceerbaarheid van het product (over het hele productieproces) gegarandeerd.
Alle natuurlijke of rechtspersonen die in deze lijsten zijn ingeschreven, worden door het controleorgaan gecontroleerd overeenkomstig het productdossier en het betrokken controleplan. Stelt het controleorgaan vast dat een product niet in overeenstemming is met het productdossier, ook al is het slechts in één stadium van het productieproces, dan mag het niet worden verkocht met de beschermde oorsprongsbenaming „Fico Bianco del Cilento”.
4.5. Werkwijze voor het verkrijgen van het product: In het productdossier is onder andere bepaald dat de plantdichtheid niet meer dan 700 planten per hectare mag bedragen. De vruchten moeten worden gedroogd in de zon en/of met behulp van technieken zoals het beschermen van de aan de zon blootgestelde producten met plastic tunnels van minimaal twee meter hoog en/of het onderdompelen van de vruchten in een oplossing van warm water en 2 % zout.
Productie, verwerking en verpakking moeten in het in punt 4.3 omschreven productiegebied plaatsvinden.
4.6. Verband: Bodem en klimaat (het matigende effect van de zee, de door de Apennijnen gevormde barrière tegen koude winterse luchtstromen uit het noordoosten, de vruchtbaarheid van de bodem en een optimale regenval), tezamen met de eenvoud van de teelt, de eeuwenlange ervaring en de volledige aangepastheid van de soort en de variëteit aan bodem en klimaat in het gebied, verlenen de gedroogde vijgen van Cilento organoleptische kenmerken die door de consument bijzonder worden geapprecieerd. De plant is bovendien kenmerkend voor het rurale landschap van Cilento.
De teelt van de witte vijg in Cilento is zeer oud en gaat vermoedelijk terug tot vóór het Griekse tijdperk, toen het in Italië werd geïntroduceerd als gevolg van de eerste handelsreizen door de beschavingen uit het Nabije Oosten. Catone, en later ook Varrone, schreven dat de gedroogde vijgen in Cilento en Lucania veel werden gebruikt als basisvoedingsmiddel voor de arbeiders op de velden.
4.7. Controlestructuur:
Naam: |
IS.ME.CERT. |
Adres: |
Via G. Porzio Centro Direzionale Isola G1 scala C — 80143 Napoli |
4.8. Etikettering: Op de verpakkingen moeten etiketten worden aangebracht met de vermeldingen „FICO BIANCO DEL CILENTO” en „DENOMINAZIONE DI ORIGINE PROTETTA” of de afkorting „D.O.P.”, in drukletters die minstens dubbel zo groot zijn als de andere vermeldingen. Voorts moeten de volgende elementen worden vermeld:
naam, firmanaam en adres van het verpakkingsbedrijf;
productiejaar van de vijgen;
oorspronkelijk nettogewicht;
het logo, waarvan de details in het productdossier te vinden zijn en waarvan de beschermde oorsprongsbenaming altijd vergezeld moet gaan. Het is een gestileerde afbeelding van drie rijpe vijgen met de typische kleurschakeringen van een drogende vrucht, op een groen vlak dat een weide voorstelt. Naast de vruchten, in de rechterhoek, staat een stuk van een Griekse (Dorische) zuil afgebeeld. Op de achtergrond is een stuk blauwe hemel te zien met links bovenaan een stralende zon.
Voor de in punt 4.1 genoemde beschermde oorsprongsbenaming mogen geen andere kwalificaties worden gebruikt dan de aanduidingen die zijn vastgesteld in het productdossier, hierbij inbegrepen de adjectieven „tipo” (type), „gusto” (smaak), „uso” (gebruik), „selezionato” (geselecteerd) en „scelto” (uitgelezen).
Verwerkte producten, waarvoor als grondstof de „Fico Bianco Del Cilento” BOB is gebruikt, mogen ook na de verwerkingsprocessen in de handel worden gebracht in verpakkingen waarop een verwijzing naar de benaming zonder het communautaire logo voorkomt, mits:
de „Fico Bianco Del Cilento” met beschermde oorsprongsbenaming, zoals gecertificeerd, het enige bestanddeel is uit de betrokken handelscategorie;
de gebruikers van de beschermde oorsprongsbenaming „Fico Bianco Del Cilento” daartoe toestemming hebben gekregen van de eigenaren van het intellectuele eigendomsrecht voortvloeiende uit de registratie van de beschermde oorsprongsbenaming, die zijn aangesloten bij het aangewezen consortium onder toezicht van het ministerie van Landbouw- en Bosbouwbeleid. Dit consortium draagt tevens zorg voor de inschrijving van haar leden in speciale registers en het toezicht op een correct gebruik van de beschermde benaming. Indien niet is voorzien in een toezichthoudend consortium, zullen voornoemde taken worden uitgevoerd door het MIPAF (Ministero delle Politiche Agricole e Forestali), in de hoedanigheid van aangewezen nationale autoriteit voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 2081/92.
Indien niet uitsluitend „Fico Bianco Del Cilento” BOB is gebruikt, mag overeenkomstig de geldende wetgeving alleen naar de oorsprongsbenaming worden verwezen in het overzicht van de ingrediënten van het product die het product bevatten of waarin deze is verwerkt.
4.9. Nationale eisen: —
(1) Europese Commissie — Directoraat-generaal Landbouw — Eenheid Kwaliteitsbeleid voor landbouwproducten — B-1049 Brussel.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/16 |
STEUNMAATREGEL VAN DE STATEN — FRANKRIJK
Steunmaatregel van de Staten C 1/2005 (ex N 426/2004) — Herstructureringssteun ten gunste van Euromotors
Uitnodiging overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag opmerkingen te maken
(2005/C 137/12)
(Voor de EER relevante tekst)
De Commissie heeft Frankrijk bij schrijven van 19 januari 2005, dat na deze samenvatting in de authentieke taal is weergegeven, in kennis gesteld van haar besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag ten aanzien van de bovengenoemde steunmaatregel.
Belanghebbenden kunnen hun opmerkingen maken door deze binnen één maand vanaf de datum van deze bekendmaking te zenden aan:
Europese Commissie |
Directoraat-generaal Concurrentie |
Griffie staatssteun |
B-1049 Brussel |
Fax (32-2) 296 12 42. |
Deze opmerkingen zullen ter kennis van Frankrijk worden gebracht. Een belanghebbende die opmerkingen maakt, kan, met opgave van redenen, schriftelijk verzoeken om vertrouwelijke behandeling van zijn identiteit.
SAMENVATTING
1. Procedure
Bij brief geregistreerd op 5 oktober 2004 heeft Frankrijk bij de Commissie zijn voornemen aangemeld om financieel bij te dragen aan de herstructurering van de onderneming Euromoteurs, ten belope van 2 miljoen EUR.
2. Beschrijving van de begunstigde, het herstructureringsplan en de steunmaatregel
Euromoteurs produceert elektrische motors die voornamelijk bestemd zijn voor huishoudtoestellen. De onderneming werd in september 2002 gesticht toen 12 kaderleden van de Compagnie Générale des Moteurs Electriques („CGME”), een voormalige dochteronderneming van Moulinex, de activa van hun onderneming hebben overgenomen. SEB, die in oktober 2001 een deel van Moulinex heeft verworven, is de belangrijkste klant van Euromoteurs.
Het oorspronkelijke project van de onderneming was gebaseerd op de bundeling van de productiemiddelen van CGME op één site in plaats van twee, en op de ontwikkeling van een strategie van diversificatie over verschillende sectoren. De handelsrechtbank van Nanterre heeft in september 2002 evenwel het behoud van twee productiesites verplicht gesteld, hetgeen aanzienlijke meerkosten met zich meebracht en waardoor een daarmee overeenstemmend activiteitsniveau noodzakelijk werd. Deze laatste voorwaarde kon de onderneming niet verwezenlijken, waardoor zij vandaag in moeilijkheden verkeert.
Het industriële gedeelte van het aangemelde herstructureringsplan, voorziet in:
1. |
de sluiting van een van beide productieterreinen |
2. |
het zoeken naar goedkopere bevoorradingsbronnen |
3. |
het zoeken naar nieuwe commerciële partners |
4. |
een diversificatie in de automobielsector (autostoelmotors). |
De kosten van het project worden geraamd op 5,95 miljoen EUR. De door de Franse autoriteiten voorgenomen steun bedroeg volgens de aanmelding 2 miljoen EUR, maar in de bijkomende informatie van 1 december 2004 is sprake van een bedrag van 2,25 miljoen EUR (1,25 miljoen EUR subsidies en 1 miljoen EUR voor de kwijtschelding van schulden van lokale besturen).
3. Voorlopige beoordeling
De door de Franse Staat aangemelde steunmaatregel vormt wel degelijk steun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag. De Commissie heeft deze steun van tevoren beoordeeld overeenkomstig de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (1). Het is duidelijk dat de onderneming als een onderneming in moeilijkheden moet worden beschouwd.
De Commissie betwijfelt daarentegen dat het plan het herstel van de levensvatbaarheid garandeert. Het bedrijfsplan waarnaar wordt verwezen dateert van december 2001 en er werd geen enkele prognose van de resultaten van Euromoteurs verstrekt. De Franse autoriteiten hebben als informatie alleen de verkoopprognoses voor 2005 en 2006 meegedeeld, hetgeen onvoldoende is om de levensvatbaarheid van de onderneming te bewijzen. Nog essentiëler is dat de Commissie eraan twijfelt dat de verkoop een voldoende hoog niveau zal bereiken om de levensvatbaarheid van de onderneming te garanderen. Behalve een bevoorradingscontract met SEB dat in 2006 afloopt, heeft Euromoteurs geen melding gedaan van onderhandelingen in een vergevorderd stadium met andere klanten, zowel in de sector huishoudtoestellen als in de automobielsector.
Op basis van de gegevens waarover zij thans beschikt, betwijfelt de Commissie eveneens dat de ongerechtvaardigde vervalsing van de mededinging wordt voorkomen en dat de steun tot het minimum is beperkt. Op grond van de verstrekte informatie kunnen de betrokken markten bijvoorbeeld niet duidelijk worden omschreven. Bovendien zijn de concurrentiesituatie en de ontwikkelingsvooruitzichten niet gekend voor de markten van motors voor huishoudtoestellen (waarvoor Euromoteurs 25 % van de producten voor Europese consumptie levert) en van de motors voor autostoelen (waarvoor Euromoteurs naar verwachting 10 % van de Europese consumptie in 2006 zal leveren).
Bovendien zou Euromoteurs, volgens aan de Commissie verstrekte informatie, gedurende twee jaar na haar oprichting in aanmerking zijn gekomen voor een vrijstelling van de bedrijfsbelasting en de onroerendgoedbelasting, overeenkomstig artikel 44 septies van het algemeen belastingwetboek. Aangezien deze steunmaatregelen bij beschikking van de Commissie van 16 december 2003 (2) onwettig en onverenigbaar werden verklaard en Euromoteurs deze steun, in de veronderstelling dat zij deze heeft ontvangen, nog niet heeft terugbetaald, uit de Commissie in dit opzicht eveneens haar twijfels over de verenigbaarheid van de betrokken steunmaatregelen.
De Commissie heeft derhalve, in het licht van de informatie waarover zij beschikt en op basis van haar voorlopige beoordeling, besloten de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden.
TEKST VAN DE BRIEF
Par la présente, la Commission a l'honneur d'informer la France qu'après avoir examiné les informations fournies par vos autorités sur la mesure citée en objet, elle a décidé d'ouvrir la procédure prévue à l'article 88, paragraphe 2, du traité CE.
1. PROCÉDURE
(1) |
Par lettre enregistrée le 5 octobre 2004, la France a notifié à la Commission son intention de participer financièrement à la restructuration de l'entreprise Euromoteurs à hauteur de 2 millions d'euros. L'affaire a été enregistrée sous le numéro N426/2004. Par lettre du 18 octobre 2004, la Commission a demandé des questions complémentaires concernant la notification, auxquelles la France a répondu par lettre du 1er décembre 2004. |
2. DESCRIPTION
2.1. Le bénéficiaire
(2) |
Euromoteurs S.A.S („Euromoteurs”) produit des moteurs électriques essentiellement destinés à l'électroménager. La société emploie 390 personnes. Elle a été créée en septembre 2002 lorsque 12 cadres de la Compagnie Générale des Moteurs Electriques („CGME”), une ancienne filiale de Moulinex, ont repris les actifs de leur entreprise. Le groupe SEB („SEB”) qui a acquis partiellement Moulinex en octobre 2001 est le principal client d'Euromoteurs. En 2003 et 2004, les ventes à SEB ont représenté plus de 90 % du chiffre d'affaires d'Euromoteurs. |
(3) |
A l'origine, le projet de l'entreprise Euromoteurs reposait sur un recentrage des moyens de production de la CGME sur le site de Saint-Lô dans la Manche en fermant le site de Carpiquet dans le Calvados et sur une stratégie de diversification sectorielle. Cependant, le jugement du tribunal de commerce de Nanterre qui a accepté le plan de reprise des actifs de la CGME en septembre 2002 a imposé le maintien des deux sites de production, ce qui a entraîné un surcoût important et nécessitait un niveau d'activité en conséquence. |
(4) |
Selon la France, l'effet cumulé de la très mauvaise conjoncture internationale, de la baisse des commandes de SEB et de la chute du cours du dollar en euros a entraîné une réduction de l'activité d'Euromoteurs et entravé son projet de diversification. |
(5) |
L'évolution des figures comptables d'Euromoteurs est présentée dans le tableau suivant:
|
2.2. Le marché
(6) |
Actuellement, Euromoteurs produit 25 % de la consommation européenne de moteurs pour l'électroménager. L'entreprise prévoit de se diversifier dans le secteur automobile et de produire près de 10 % de la consommation européenne de moteurs pour sièges en 2006. Il est possible que la gamme des marchés concernés soit plus étendue que les moteurs pour l'électroménager et pour sièges d'automobiles et inclue également les moteurs utilisés dans les secteurs du jardinage, de l'équipement de la maison, ou des appareils médicaux. |
(7) |
D'après les autorités françaises, les principaux concurrents d'Euromoteurs se trouvent en Europe et en Asie pour les moteurs universels (Ametek, Domel, LG, Johnson Electric, Sun Motors) comme pour les moteurs à aimants permanents (Valeo, Bosch, Meritor, Johnson Electric). |
2.3. Le projet de restructuration
(8) |
Le projet de restructuration communiqué par les autorités françaises s'étend sur une période de deux ans. Il comprend trois volets: industriel, financier et social, pour un montant total de 5,95 millions d'euros:
|
(9) |
Concernant le financement du projet, les mesures prévues sont les suivantes:
|
2.4. Description de l'aide
(10) |
Selon la lettre des autorités françaises du 1er décembre 2004, l'aide notifiée prendra la forme d'une subvention d'État à hauteur de 1 million d'euros et d'une annulation de dettes envers les collectivités locales (1 million d'euros par le Conseil Régional et 0,25 million d'euros par les Conseils Généraux de la Manche et du Calvados). |
3. APPRÉCIATION
3.1. Existence d'aide d'État
(11) |
La mesure notifiée par la France constitue bien une aide d'État au sens de l'article 87, paragraphe 1 du traité. Accordée par l'État, elle sera financée par des ressources de l'État au bénéfice d'une entreprise spécifique, Euromoteurs, dont les produits font l'objet d'échanges entre États membres. |
(12) |
La France a donc respecté ses obligations en vertu de l'article 88 paragraphe 3 du traité. |
3.2. Compatibilité de l'aide avec le marché commun
(13) |
L'aide doit être appréciée en tant qu'aide d'État ad hoc dans le cadre du présent examen. L'article 87, paragraphes 2 et 3, du traité, prévoit des dérogations à l'incompatibilité générale visée au paragraphe 1. |
(14) |
Les dérogations prévues à l'article 87, paragraphe 2, du traité CE ne sont pas applicables en l'espèce car les mesures d'aide ne revêtent pas de caractère social et ne sont pas octroyées à des consommateurs individuels, elles ne sont pas destinées à remédier aux dommages causés par les calamités naturelles ou par d'autres événements extraordinaires, et elles n'ont pas pour objet de favoriser l'économie de certaines régions de la République fédérale d'Allemagne affectées par la division de l'Allemagne. Il en est de même des dérogations prévues à l'article 87, paragraphe 3, points b) et d) qui ne sont manifestement pas applicables. |
(15) |
D'autres dérogations sont prévues à l'article 87, paragraphe 3, points a) et c), du traité CE. Puisque le principal objectif de l'aide n'est pas régional mais concerne la restructuration d'une entreprise en difficulté, seules les dérogations visées au point c) s'appliquent. Celui-ci prévoit l'autorisation des aides d'État destinées à faciliter le développement de certaines activités économiques, quand elles n'altèrent pas les conditions des échanges dans une mesure contraire à l'intérêt commun. La Commission a publié des lignes directrices spécifiques pour apprécier les aides au sauvetage et à la restructuration d'entreprises en difficulté (ci-après, „lignes directrices”). Ayant été notifiée avant le 10 octobre 2004, l'aide en espèce est appréciée à la lumière des critères établis dans les lignes directrices de 1999. Il est clair que la mesure ne vise aucun autre objectif horizontal. En outre, la France n'invoque aucun autre objectif et se fonde sur lesdites lignes directrices pour justifier la compatibilité de la mesure notifiée. |
Éligibilité: entreprise en difficulté
(16) |
Pour être éligible à une aide à la restructuration, l'entreprise doit être considérée comme étant en difficulté. La section 2.1 des lignes directrices définit cette notion. Avec un capital souscrit de 4 millions d'euros, Euromoteurs prévoit pour l'exercice 2004 une perte de 4,7 millions d'euros, qui amènera ses capitaux propres à -1,9 million d'euros. Euromoteurs peut donc être considérée comme étant en difficulté au sens du point 5.a), des lignes directrices. |
(17) |
Le point 7 des lignes directrices stipule qu'une entreprise nouvellement créée n'est pas éligible aux aides à la restructuration, même si sa position financière initiale est précaire. Ayant été créée 2 ans et 1 mois avant la notification, l'entreprise n'est pas considérée comme nouvellement créée selon la pratique de la Commission en application des lignes directrices. |
(18) |
S'il est clair que l'entreprise est admissible aux aides à la restructuration, la Commission, a néanmoins des doutes concernant le respect de quatre critères. |
Retour à la viabilité (points 32 à 34 des lignes directrices)
(19) |
Selon la section 3.2.2 des lignes directrices, l'octroi de l'aide est subordonné à la mise en œuvre d'un plan de restructuration qui doit permettre de rétablir dans un délai raisonnable la viabilité à long terme de l'entreprise, sur la base d'hypothèses réalistes en ce qui concerne ses conditions d'exploitation futures. L'amélioration de la viabilité doit résulter principalement de mesures internes prévues par le plan de restructuration et elle ne peut être uniquement basée sur des facteurs externes sur lesquels l'entreprise ne peut guère influer tels que des augmentations de prix ou de la demande. Le plan de restructuration devrait décrire les circonstances qui entraînent les difficultés de la société afin de permettre d'évaluer si les mesures proposées sont adaptées pour traiter les problèmes de l'entreprise. |
(20) |
Le business plan cité pour référence (mais non communiqué) est celui qui a été établi en décembre 2001 en vue de la reprise de la CGME par Euromoteurs. En outre, malgré une demande de renseignements complémentaires, aucun compte prévisionnel des résultats d'Euromoteurs prouvant que le plan de restructuration permettra le retour à la viabilité de l'entreprise n'a été fourni. Les seules informations chiffrées fournies par les autorités françaises consistent en des prévisions de ventes pour 2005 et 2006, ce qui est insuffisant pour prouver la viabilité de l'entreprise. |
(21) |
Une cause importante des difficultés actuelles d'Euromoteurs est la dégradation de son chiffre d'affaires. Même si la fermeture d'un site sur deux et le licenciement de près de deux tiers de son personnel permettront à Euromoteurs de réduire substantiellement ses coûts de fonctionnement, il reste à prouver que les ventes seront suffisantes pour garantir la viabilité de l'entreprise. A ce jour, Euromoteurs reste très dépendant des commandes de SEB. Or, à part un contrat d'approvisionnement pour SEB qui s'achève en 2006, Euromoteurs n'a pas fait état de négociations à un stade avancé avec d'autres clients, que ce soit dans le secteur de l'électroménager comme de l'automobile. On peut donc s'interroger sur les résultats de sa recherche de nouveaux partenaires commerciaux et de sa stratégie de diversification, en particulier sur la plausibilité de ses prévisions de ventes de moteurs pour sièges d'automobiles en 2005 et 2006. Plus généralement, l'avenir d'Euromoteurs après 2006 ne paraît pas assuré. |
(22) |
En conclusion, en l'absence d'un business plan réaliste et argumenté couvrant une période de temps significative, et face à la nature des difficultés actuelles de l'entreprise, la Commission doute de la viabilité de l'entreprise à l'issue de sa restructuration |
Prévention de distorsions de concurrence (points 35 à 39 des lignes directrices)
(23) |
Le plan de restructuration prévoit la fermeture d'un site sur deux ainsi que le licenciement de 246 employés sur 390. Ceci devrait entraîner une réduction substantielle de la capacité de production de l'entreprise. |
(24) |
Cependant, il faut noter qu'Euromoteurs restera très largement surcapacitaire. L'entreprise fournit actuellement 4 millions de moteurs universels pour l'électroménager ce qui représente 25 % de la consommation européenne. Elle prévoit de produire 10 % de la consommation européenne de moteurs de sièges en 2006. Comme cela a été évoqué dans la section 2.2 ci-dessus, il est possible que les secteurs concernés ne se limitent pas aux petits moteurs pour l'électroménager et l'automobile. De plus, les renseignements communiqués ne permettent pas de déterminer la situation concurrentielle à l'échelle européenne ni les perspectives d'évolution de ces marchés, tant en termes d'offre et de demande que de tendances à l'investissement ou à la délocalisation. En conséquence, l'impact de l'aide est difficilement mesurable. L'ouverture de procédure donnera aux concurrents d'Euromoteurs l'opportunité de communiquer leurs remarques à ce sujet. |
Aide limitée au minimum (points 40 à 41 des lignes directrices)
(25) |
Compte tenu des incertitudes concernant le montant de l'aide envisagée, du manque de précision du business plan et de l'absence de prévisions chiffrées, la Commission doute que l'aide ne conduise pas l'entreprise à disposer de liquidités excédentaires qu'elle pourrait consacrer à des activités agressives susceptibles de provoquer des distorsions sur le marché et qui ne seraient pas liées au processus de restructuration. Par ailleurs le montant de l'aide (2 millions d'euros ou 2,25 millions d'euros, cf point 9 ci-dessus) demande à être clarifié. |
Principe de l'aide unique
(26) |
D'après les autorités françaises, aucune aide à la restructuration n'a été versée précédemment à Euromoteurs. |
Application de la jurisprudence „Deggendorf”
(27) |
D'après les informations fournies à la Commission, Euromoteurs aurait pu bénéficier d'exonération de taxe professionnelle et de taxe foncière pendant les deux années suivant sa création conformément à l'article 44 septies du code général des impôts. Ces aides ayant été déclarées illégales et incompatibles par décision de la Commission du 16 décembre 2003 et Euromoteurs, à supposer qu'il les ait reçues, ne les ayant pas encore remboursées, la Commission exprime également des doutes sur la compatibilité des présentes aides à cet égard. |
4. DÉCISION
(28) |
Eu égard aux considérations qui précèdent, la Commission ne peut conclure que les mesures susmentionnées sont compatibles avec le marché commun. Par conséquent, elle entend ouvrir une procédure formelle d'examen concernant la mesure afin d'apprécier sa compatibilité avec le marché commun. |
(29) |
La Commission rappelle à la France l'effet suspensif de l'article 88, paragraphe 3, du traité CE, et attire son attention sur l'article 14 du règlement (CE) no 659/1999 du Conseil, qui prévoit que toute aide illégale pourra faire l'objet d'une récupération auprès de son bénéficiaire. La Commission avise la France qu'elle informera les intéressés par la publication de la présente lettre et d'un résumé de celle-ci au Journal officiel de l'Union européenne. Elle informera également les intéressés dans les pays de l'AELE signataires de l'accord EEE par la publication d'une communication dans le supplément EEE du Journal officiel de l'Union européenne, ainsi que l'autorité de surveillance de l'AELE en leur envoyant une copie de la présente. Tous les intéressés susmentionnés seront invités à présenter leurs observations dans le délai d'un mois à compter de la date de cette publication. |
(1) PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.
(2) PB L 108 van 16.4.2004, blz. 38.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/20 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.3778 — Böhler-Uddeholm/Buderus)
(2005/C 137/13)
(Voor de EER relevante tekst)
1. |
Op 26 mei 2005 ontving de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 en volgend op een verwijzing in het kader van artikel 4, lid 5, van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) waarin wordt meegedeeld dat de Oostenrijkse onderneming Böhler-Uddeholm AG (Böhler)in de zin van artikel 3, lid 1, sub b), van genoemde verordening volledig zeggenschap verkrijgt over de onderneming Edelstahlwerke Buderus AG (Buderus) door de aankoop van aandelen. |
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 139/2004 kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. |
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbende derden hun eventuele opmerkingen ten aanzien van de voorgenomen concentratie kenbaar te maken aan de Commissie. Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax ((32-2) 296 43 01 of 296 72 44) of per post, onder vermelding van referentienummer COMP/M.3778 — Böhler-Uddeholm/Buderus, aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/21 |
Intrekking van een aanmelding van een concentratie
(Zaak nr. COMP/M.3808 — Mittal/Huta Stali Czestochowa)
(2005/C 137/14)
(Voor de EER relevante tekst)
VERORDENING (EG) Nr. 139/2004 VAN DE RAAD
Op 2 mei 2005 ontving de Commissie van de Europese Gemeenschappen een aanmelding van een voorgenomen concentratie betreffende Mittal Steel Company N.V. en Huta Stali Czestochowa Sp. z.o.o. Op 27 mei 2005 hebben de aanmeldende partijen de Commissie ervan in kennis gesteld dat zij deze aanmelding introkken.
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/22 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak nr. COMP/M.3747 — Rautaruukki/Wärtsilä/SKF/JV)
(2005/C 137/15)
(Voor de EER relevante tekst)
Op 3 mei 2005 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
— |
op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://europa.eu.int/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector. |
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32005M3747. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving. (http://europa.eu.int/eur-lex/lex) |
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/23 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak nr. COMP/M.3665 — ENEL/Slovenske Elektrarne)
(2005/C 137/16)
(Voor de EER relevante tekst)
Op 26 april 2005 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
— |
op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://europa.eu.int/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector. |
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32005M3665. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving. (http://europa.eu.int/eur-lex/lex) |
4.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 137/24 |
Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie
(Zaak nr. COMP/M.3772 — Aviva/RAC)
(2005/C 137/17)
(Voor de EER relevante tekst)
Op 3 mei 2005 heeft de Commissie besloten geen bezwaar aan te tekenen tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de gemeenschappelijke markt te verklaren. Deze beschikking is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad. De volledige tekst van de beschikking is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:
— |
op de website „concurrentie” van de Europese Commissie (http://europa.eu.int/comm/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende mogelijkheden om individuele concentratiebeschikkingen op te zoeken, onder meer op bedrijfsnaam, nummer van de zaak, datum en sector. |
— |
in elektronische vorm op de EUR-Lex website onder documentnummer 32005M3772. EUR-Lex is het geïnformatiseerde documentatiesysteem voor de communautaire wetgeving. (http://europa.eu.int/eur-lex/lex) |