ISSN 1977-0758 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
66e jaargang |
|
|
Rectificaties |
|
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst. |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/1 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/1488 VAN DE COMMISSIE
van 6 juli 2023
tot verlenging van de goedkeuring van kwartszand als werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 20, lid 1, in samenhang met artikel 22, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Richtlijn 2008/127/EG van de Commissie (2) is kwartszand in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (3) opgenomen als werkzame stof. |
(2) |
De in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG opgenomen werkzame stoffen worden geacht te zijn goedgekeurd krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009 overeenkomstig artikel 78, lid 3, van die verordening en zijn opgenomen in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (4). |
(3) |
De goedkeuring van de in deel A van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 opgenomen werkzame stof kwartszand vervalt op 31 augustus 2023 (5). |
(4) |
Er is overeenkomstig artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie (6) bij Letland, de lidstaat-rapporteur, en Roemenië, de lidstaat-corapporteur, binnen de in dat artikel vastgestelde termijn een aanvraag tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kwartszand ingediend. |
(5) |
De aanvragers hebben ook de overeenkomstig artikel 6 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 vereiste aanvullende dossiers ingediend bij de lidstaat-rapporteur, de lidstaat-corapporteur, de Commissie en de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA). De lidstaat-rapporteur heeft vastgesteld dat de aanvraag ontvankelijk was. |
(6) |
De lidstaat-rapporteur heeft in overleg met de lidstaat-corapporteur een ontwerpbeoordelingsverslag over de verlenging opgesteld en dit verslag op 2 maart 2021 bij de EFSA en de Commissie ingediend. In zijn ontwerpbeoordelingsverslag over de verlenging heeft de lidstaat-rapporteur voorgesteld de goedkeuring van kwartszand te verlengen. |
(7) |
De EFSA heeft het aanvullende beknopte dossier toegankelijk gemaakt voor het publiek. De EFSA heeft het ontwerpbeoordelingsverslag over de verlenging tevens aan de aanvragers en de lidstaten doorgestuurd voor opmerkingen en heeft hierover een openbare raadpleging gehouden. De EFSA heeft de ontvangen opmerkingen aan de Commissie doorgestuurd. |
(8) |
Op 16 augustus 2022 heeft de EFSA de Commissie haar conclusie (7) meegedeeld waarin werd aangegeven dat kan worden verwacht dat kwartszand zal voldoen aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. |
(9) |
De Commissie heeft op 8 december 2022 en op 25 mei 2023 respectievelijk een verslag over de verlenging voor kwartszand en een ontwerp van deze verordening bij het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders ingediend. |
(10) |
De Commissie heeft de aanvragers verzocht hun opmerkingen over de conclusie van de EFSA en, overeenkomstig artikel 14, lid 1, derde alinea, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012, over het verslag over de verlenging in te dienen. De aanvragers hebben hun opmerkingen ingediend, die zorgvuldig zijn onderzocht en in aanmerking zijn genomen. |
(11) |
Er is met betrekking tot een of meer representatieve toepassingen van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof kwartszand bevat, vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 is voldaan. |
(12) |
De Commissie is voorts van oordeel dat kwartszand een werkzame stof met een laag risico is in de zin van artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. Kwartszand is geen tot bezorgdheid aanleiding gevende stof en voldoet aan de voorwaarden die zijn vastgesteld in punt 5 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1107/2009. |
(13) |
Daarom moet de goedkeuring van kwartszand als werkzame stof met een laag risico worden verlengd. |
(14) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 1, in samenhang met artikel 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 en gezien de huidige wetenschappelijke en technische kennis en de resultaten van de risicobeoordeling, moeten, om de veiligheid van de in gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken werkzame stof te schragen, een minimale zuiverheid van kwartszand en een maximumhoeveelheid van de onzuiverheid respirabel kristallijn silica (SiO2) met een diameter van maximaal 10 μm in de geproduceerde stof, worden vastgesteld. |
(15) |
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(16) |
Deze verordening moet van toepassing zijn met ingang van de dag na de datum waarop de goedkeuring van kwartszand vervalt. |
(17) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof
De goedkeuring van de in bijlage I gespecificeerde werkzame stof kwartszand wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden verlengd.
Artikel 2
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Inwerkingtreding en toepassing
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2023.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 juli 2023.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.
(2) Richtlijn 2008/127/EG van de Commissie van 18 december 2008 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde verscheidene werkzame stoffen op te nemen (PB L 344 van 20.12.2008, blz. 89).
(3) Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1).
(4) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).
(5) Uitvoeringsverordening (EU) 2022/708 van de Commissie van 5 mei 2022 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen 2,5-dichloorbenzoëzuurmethylester, azijnzuur, aclonifen, aluminiumammoniumsulfaat, aluminiumfosfide, aluminiumsilicaat, beflubutamide, benthiavalicarb, boscalid, calciumcarbide, captan, cymoxanil, dimethomorf, dodemorf, ethefon, ethyleen, extract van theeboom, vetdestillatieresiduen, vetzuren C7 tot en met C20, fluoxastrobin, flurochloridone, folpet, formetanaat, gibberellinezuur, gibberellinen, gehydrolyseerde eiwitten, ijzersulfaat, magnesiumfosfide, metam, metamitron, metazachloor, metribuzin, milbemectine, fenmedifam, pirimifos-methyl, plantaardige oliën/kruidnagelolie, plantaardige oliën/raapzaadolie, plantaardige oliën/groenemuntolie, propamocarb, proquinazid, prothioconazool, pyrethrinen, kwartszand, visolie, op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/schapenvet, S-metolachloor, onvertakte vlinderferomonen, sulcotrione, tebuconazool en ureum (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 1).
(6) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26).
(7) Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), 2022, “Conclusion on the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance quartz sand”, EFSA Journal 2022;20(9):7552, 37 blz., doi:10.2903/j.efsa.2022.7552.
BIJLAGE I
Benaming, identificatienummers |
IUPAC-benaming |
Zuiverheid (1) |
Datum van goedkeuring |
Geldigheidsduur |
Specifieke bepalingen |
||||||||||
Kwartszand (er is geen ISO-naam)
855 (CIPAC) [Tot dusverre aangeduid als:
|
|
915 g/kg De onzuiverheid kristallijn silica met een maximale deeltjesdiameter van 10 μm wordt uit toxicologisch oogpunt als zorgwekkend beschouwd en mag niet meer dan 0,1 % van de deeltjes in het technische materiaal vormen. |
1 september 2023 |
31 augustus 2038 |
Voor de toepassing van de in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 bedoelde uniforme beginselen moet rekening worden gehouden met de conclusies van het verslag over de verlenging voor kwartszand, en met name met de aanhangsels I en II daarvan. De gebruiksvoorwaarden moeten zo nodig risicobeperkende maatregelen omvatten. |
(1) Het verslag over de verlenging bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.
BIJLAGE II
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In deel A wordt vermelding 247 over kwartszand geschrapt. |
2) |
In deel D wordt de volgende vermelding toegevoegd:
|
(1) Het verslag over de verlenging bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.”.
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/6 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/1489 VAN DE COMMISSIE
van 13 juli 2023
tot inschrijving van een naam in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (“Edremit Zeytinyağı” (BOB))
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 is de door Turkije ingediende aanvraag tot registratie van de naam “Edremit Zeytinyağı” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (2). |
(2) |
Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012, moet de naam “Edremit Zeytinyağı” worden ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De naam “Edremit Zeytinyağı” (BOB) wordt ingeschreven in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen.
Met de in de eerste alinea vermelde naam wordt een product aangeduid van categorie 1.5 (Oliën en vetten (boter, margarine, spijsolie enz.)) als opgenomen in bijlage XI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie (3).
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 13 juli 2023.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Janusz WOJCIECHOWSKI
Lid van de Commissie
(1) PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.
(2) PB C 106 van 22.3.2023, blz. 9.
(3) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 36).
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/7 |
VERORDENING (EU) 2023/1490 VAN DE COMMISSIE
van 19 juli 2023
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van bepaalde als kankerverwekkend, mutageen of giftig voor de voortplanting ingedeelde stoffen in cosmetische producten
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende cosmetische producten (1), en met name artikel 15, lid 1, en artikel 15, lid 2, vierde alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2) is voorzien in een geharmoniseerde indeling van stoffen als kankerverwekkend, mutageen of giftig voor de voortplanting (carcinogenic, mutagenic or toxic for reproduction, CMR) op basis van een wetenschappelijke beoordeling door het Comité risicobeoordeling van het Europees Agentschap voor chemische stoffen. De stoffen worden ingedeeld als CMR-stoffen van categorie 1A, CMR-stoffen van categorie 1B of CMR-stoffen van categorie 2, afhankelijk van het beschikbare bewijs voor de CMR-eigenschappen van de stoffen. |
(2) |
In artikel 15 van Verordening (EG) nr. 1223/2009 is bepaald dat het gebruik in cosmetische producten van stoffen die bij deel 3 van bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 1272/2008 als CMR-stoffen van categorie 1A, categorie 1B of categorie 2 zijn ingedeeld (hierna “CMR-stoffen” genoemd), verboden moet worden. Een CMR-stof mag echter in cosmetische producten worden gebruikt indien aan de in artikel 15, lid 1, tweede zin, of aan de in artikel 15, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1223/2009 genoemde voorwaarden is voldaan. |
(3) |
Om het verbod op CMR-stoffen binnen de interne markt op uniforme wijze uit te voeren, de rechtszekerheid te waarborgen, met name voor de marktdeelnemers en de nationale bevoegde instanties, en voor een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid te zorgen, moeten alle CMR-stoffen worden opgenomen in de lijst van verboden stoffen in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 en, in voorkomend geval, worden geschrapt uit de lijsten van stoffen waarvan het gebruik aan beperkingen is onderworpen of is toegestaan in de bijlagen III tot en met VI bij die verordening. Indien aan de voorwaarden van artikel 15, lid 1, tweede zin, of artikel 15, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1223/2009 is voldaan, moeten de lijsten van stoffen waarvan het gebruik aan beperkingen is onderworpen of is toegestaan in de bijlagen III tot en met VI bij die verordening dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(4) |
Deze verordening heeft betrekking op stoffen die krachtens Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/692 van de Commissie (3) als CMR-stoffen zijn ingedeeld (hierna “de betrokken stoffen” genoemd). Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/692 is van toepassing met ingang van 1 december 2023. |
(5) |
Voor de betrokken stoffen is geen verzoek voor gebruik bij wijze van uitzondering in cosmetische producten ingediend. |
(6) |
De betrokken stoffen zijn momenteel noch beperkt in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1223/2009, noch toegestaan in bijlage IV, V of VI bij die verordening. |
(7) |
De stof 2-ethylhexaanzuur (CAS-nr. 149-57-5) is momenteel opgenomen in vermelding 1024 in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009. De zouten van die stof, die bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/692 als CMR [van categorie 1B] zijn ingedeeld, zijn echter niet in die vermelding opgenomen. Geen van de andere betrokken stoffen is momenteel opgenomen in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009. Daarom moeten die stoffen worden toegevoegd aan de in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 opgenomen lijst van stoffen die in cosmetische producten verboden zijn, en moeten de zouten van de stof 2-ethylhexaanzuur worden toegevoegd aan vermelding 1024 van die bijlage. |
(8) |
Verordening (EG) nr. 1223/2009 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(9) |
De wijzigingen van Verordening (EG) nr. 1223/2009 zijn gebaseerd op de indeling van de betrokken stoffen als CMR-stoffen en moeten daarom op dezelfde datum als die indelingen van toepassing worden. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor cosmetische producten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Ze is van toepassing met ingang van 1 december 2023.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 19 juli 2023.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 342 van 22.12.2009, blz. 59.
(2) Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1).
(3) Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/692 van de Commissie van 16 februari 2022 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, met het oog op de aanpassing aan de technische en wetenschappelijke vooruitgang (PB L 129 van 3.5.2022, blz. 1).
BIJLAGE
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Punt 1024 wordt vervangen door:
|
2) |
De volgende vermeldingen worden toegevoegd:
|
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/11 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/1491 VAN DE COMMISSIE
van 19 juli 2023
tot toevoeging aan de vangstquota voor 2023 van bepaalde hoeveelheden die in 2022 op grond van artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad zijn ingehouden
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad van 6 mei 1996 tot invoering van aanvullende voorwaarden voor het meerjarenbeheer van de TAC’s en quota (1), en met name artikel 4, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 kan een lidstaat met een quotum, voor bepaalde aan een analytische TAC onderworpen bestanden, de Commissie vóór 31 oktober van het jaar waarvoor dat quotum geldt, verzoeken een gedeelte van zijn quotum, dat ten hoogste 10 % mag bedragen, over te dragen naar het volgende jaar. |
(2) |
In de Verordeningen (EU) 2021/1888 (2), (EU) 2022/109 (3) en (EU) 2022/110 (4) van de Raad zijn voor 2022 vangstquota voor bepaalde visbestanden vastgesteld en is gespecificeerd op welke visbestanden de in Verordening (EG) nr. 847/96 bedoelde maatregelen kunnen worden toegepast. |
(3) |
Bij de Verordeningen (EU) 2022/2090 (5), (EU) 2023/194 (6) en (EU) 2023/195 (7) van de Raad zijn voor 2023 vangstquota voor bepaalde visbestanden vastgesteld. |
(4) |
Sommige lidstaten hebben vóór 31 oktober 2022 verzocht een deel van hun quota voor 2022 voor bepaalde visbestanden in te houden en over te dragen naar 2023. De visbestanden waarvoor om overdracht wordt verzocht en de staat van exploitatie ervan voldoen aan de in Verordening (EG) nr. 847/96 vastgestelde voorwaarden voor een dergelijke overdracht. Met inachtneming van de in die verordening vastgestelde grenzen moeten de quota voor 2023 worden verhoogd met de ingehouden hoeveelheden. |
(5) |
Om te voorkomen dat excessieve flexibiliteit het beginsel van rationele en verantwoorde exploitatie van de levende mariene biologische rijkdommen ondermijnt, de verwezenlijking van de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid belemmert en de biologische toestand van de bestanden schaadt, mag geen overdracht van ongebruikte vangstquota uit hoofde van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 plaatsvinden wanneer een lidstaat voor een bepaald bestand al heeft gebruikgemaakt van de jaarflexibiliteit als bedoeld in artikel 15, lid 9, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (8), en vice versa. |
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de visserij en de aquacultuur, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De vangstquota die voor 2023 zijn vastgesteld in de Verordeningen (EU) 2022/2090, (EU) 2023/194 en (EU) 2023/195, worden overeenkomstig de bijlage bij deze verordening verhoogd.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 19 juli 2023.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 115 van 9.5.1996, blz. 3.
(2) Verordening (EU) 2021/1888 van de Raad van 27 oktober 2021 tot vaststelling, voor 2022, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden in de Oostzee en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/92 wat betreft bepaalde vangstmogelijkheden in andere wateren (PB L 384 van 29.10.2021, blz. 1).
(3) Verordening (EU) 2022/109 van de Raad van 27 januari 2022 tot vaststelling, voor 2022, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 21 van 31.1.2022, blz. 1).
(4) Verordening (EU) 2022/110 van de Raad van 27 januari 2022 tot vaststelling, voor 2022, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee (PB L 21 van 31.1.2022, blz. 165).
(5) Verordening (EU) 2022/2090 van de Raad van 27 oktober 2022 tot vaststelling van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden in de Oostzee voor 2023 en tot wijziging van Verordening (EU) 2022/109 wat betreft bepaalde vangstmogelijkheden in andere wateren (PB L 281 van 31.10.2022, blz. 1).
(6) Verordening (EU) 2023/194 van de Raad van 30 januari 2023 tot vaststelling, voor 2023, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn, en tot vaststelling, voor 2023 en 2024, van dergelijke vangstmogelijkheden voor bepaalde diepzeevisbestanden (PB L 28 van 31.1.2023, blz. 1).
(7) Verordening (EU) 2023/195 van de Raad van 30 januari 2023 tot vaststelling, voor 2023, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde bestanden en groepen visbestanden in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee en tot wijziging van Verordening (EU) 2022/110 wat betreft de vangstmogelijkheden voor 2022 in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee (PB L 28 van 31.1.2023, blz. 220).
(8) Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22).
BIJLAGE
Code lidstaat |
Code bestand |
Soort |
Naam van het gebied |
Definitief quotum 2022 (1) (in ton) |
Vangsten 2022 (in ton) |
Vangsten bijzondere voorwaarden (2) 2022 (in ton) |
Totale vangsten 2022 (in ton) |
% definitieve benutting van het quotum |
Overgedragen hoeveelheid (in ton) |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
(9) |
(10) |
Visbestanden waarvoor de quota zijn vastgesteld bij Verordening (EU) 2021/1888 |
|||||||||
DE |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
278,669 |
250,045 |
0 |
250,045 |
89,73 |
27,867 |
DE |
PLE/3BCD-C |
Schol |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
1 342,122 |
742,928 |
0 |
742,928 |
55,35 |
134,212 |
DE |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
15 714,421 |
14 870,321 |
0 |
14 870,321 |
94,63 |
844,100 |
DK |
HER/30/31. |
Haring |
Deelsectoren 30-31 |
2 128,963 |
1 916,067 |
0 |
1 916,067 |
90,00 |
212,896 |
DK |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
2 371,076 |
1 939,571 |
0 |
1 939,571 |
81,80 |
237,108 |
DK |
PLE/3BCD-C |
Schol |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
6 515,932 |
862,084 |
0 |
862,084 |
13,23 |
651,593 |
DK |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
28 771,615 |
26 299,965 |
0 |
26 299,965 |
91,41 |
2 471,650 |
EE |
HER/03D.RG |
Haring |
Deelsector 28.1 |
23 734,651 |
18 810,150 |
0 |
18 810,150 |
79,25 |
2 373,465 |
EE |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
7 857,244 |
6 503,143 |
0 |
6 503,143 |
82,77 |
785,724 |
EE |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
28 736,890 |
27 551,868 |
0 |
27 551,868 |
95,88 |
1 185,022 |
FI |
HER/30/31. |
Haring |
Deelsectoren 30-31 |
101 840,064 |
58 388,604 |
0 |
58 388,604 |
57,33 |
10 184,006 |
FI |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
10 719,492 |
10 007,246 |
0 |
10 007,246 |
93,36 |
712,246 |
LV |
HER/03D.RG |
Haring |
Deelsector 28.1 |
26 913,027 |
24 157,889 |
0 |
24 157,889 |
89,76 |
2 691,303 |
LV |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
3 640,304 |
3 494,539 |
0 |
3 494,539 |
96,00 |
145,765 |
LV |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
31 771,225 |
31 355,940 |
0 |
31 355,940 |
98,69 |
415,285 |
PL |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
17 553,699 |
16 266,282 |
0 |
16 266,282 |
92,67 |
1 287,417 |
PL |
PLE/3BCD-C |
Schol |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
1 463,626 |
176,492 |
0 |
176,492 |
12,06 |
146,363 |
PL |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
73 187,973 |
71 199,962 |
0 |
71 199,962 |
97,28 |
1 988,011 |
SE |
HER/30/31. |
Haring |
Deelsectoren 30-31 |
19 328,736 |
16 975,983 |
0 |
16 975,983 |
87,83 |
1 932,874 |
SE |
HER/3D-R30 |
Haring |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 25-27, 28.2, 29 en 32 |
16 198,239 |
15 023,842 |
0 |
15 023,842 |
92,75 |
1 174,397 |
SE |
PLE/3BCD-C |
Schol |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
529,082 |
18,899 |
0 |
18,899 |
3,57 |
52,908 |
SE |
SPR/3BCD-C |
Sprot |
Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 |
53 486,762 |
52 735,672 |
0 |
52 735,672 |
98,60 |
751,090 |
Visbestanden waarvoor de quota zijn vastgesteld bij Verordening (EU) 2022/109 |
|||||||||
BE |
ANF/*8ABDE |
Zeeduivels |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, wateren van de Unie en internationale wateren van 8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor ANF/07.) |
400,341 |
68,767 |
0 |
68,767 |
17,18 |
40,034 |
BE |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
3 497,326 |
1 334,566 |
68,767 |
1 403,333 |
40,13 |
349,733 |
BE |
HAD/*2AC4. |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor HAD/5BC6A.) |
1,655 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,166 |
BE |
HAD/07A. |
Schelvis |
7a |
48,465 |
7,736 |
0 |
7,736 |
15,96 |
4,847 |
BE |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
321,060 |
232,740 |
0 |
232,740 |
72,49 |
32,106 |
BE |
HAD/6B1214 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6b; internationale wateren van 12 en 14 |
13,885 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,389 |
BE |
HAD/7X7A34 |
Schelvis |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
209,578 |
190,474 |
0 |
190,474 |
90,88 |
19,104 |
BE |
HER/*04B. |
Haring |
4b (bijzondere voorwaarde voor HER/4CXB7D) |
4 828,384 |
0 |
0 |
0 |
0 |
482,838 |
BE |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
2,885 |
1,696 |
0 |
1,696 |
58,79 |
0,289 |
BE |
HER/4CXB7D |
Haring |
4c, 7d, uitgezonderd het Blackwater-bestand |
95,453 |
49,837 |
0 |
49,837 |
52,21 |
9,545 |
BE |
HKE/*03A. |
Heek |
3a (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
3,123 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,312 |
BE |
HKE/*8ABDE |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor HKE/571214) |
60,453 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6,045 |
BE |
HKE/2AC4-C |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
31,237 |
13,207 |
0 |
13,207 |
42,28 |
3,124 |
BE |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
160,769 |
72,917 |
0 |
72,917 |
45,36 |
16,077 |
BE |
HKE/8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e |
10,514 |
3,393 |
0 |
3,393 |
32,27 |
1,051 |
BE |
LEZ/*8ABDE |
Scharretongen |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor LEZ/07.) |
51,286 |
21,929 |
0 |
21,929 |
42,76 |
5,129 |
BE |
LEZ/07. |
Scharretongen |
7 |
895,763 |
870,027 |
21,929 |
891,956 |
99,57 |
3,807 |
BE |
LEZ/2AC4-C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
8,900 |
0,280 |
0 |
0,280 |
3,15 |
0,890 |
BE |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
196,745 |
184,740 |
0 |
184,740 |
93,90 |
12,005 |
BE |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
64,562 |
58,050 |
0 |
58,050 |
89,91 |
6,456 |
BE |
NEP/07. |
Langoustine |
7 |
9,835 |
9,731 |
0 |
9,731 |
98,94 |
0,104 |
BE |
NEP/2AC4-C |
Langoustine |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 361,373 |
650,481 |
0 |
650,481 |
47,78 |
136,137 |
BE |
NEP/8ABDE. |
Langoustine |
8a, 8b, 8d en 8e |
1,112 |
0,020 |
0 |
0,020 |
1,80 |
0,111 |
BE |
PLE/07A. |
Schol |
7a |
108,949 |
101,027 |
0 |
101,027 |
92,73 |
7,922 |
BE |
PLE/2A3AX4 |
Schol |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort |
5 442,133 |
1 324,700 |
0 |
1 324,700 |
24,34 |
544,213 |
BE |
PLE/7DE. |
Schol |
7d en 7e |
1 434,781 |
687,862 |
0 |
687,862 |
47,94 |
143,478 |
BE |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
5,986 |
5,240 |
0 |
5,240 |
87,54 |
0,599 |
BE |
SOL/07E. |
Tong |
7e |
184,162 |
133,353 |
0 |
133,353 |
72,41 |
18,416 |
BE |
SOL/24-C. |
Tong |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 297,001 |
160,467 |
0 |
160,467 |
12,37 |
129,700 |
BE |
SOL/7FG. |
Tong |
7f en 7 g |
898,190 |
842,654 |
0 |
842,654 |
93,82 |
55,536 |
BE |
SOL/8AB. |
Tong |
8a en 8b |
203,500 |
193,636 |
0 |
193,636 |
95,15 |
9,864 |
BE |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
459,652 |
117,277 |
0 |
117,277 |
25,51 |
45,965 |
BE |
WHG/7X7A-C |
Wijting |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7 g, 7h, 7j en 7k |
145,024 |
124,312 |
0 |
124,312 |
85,72 |
14,502 |
DE |
ANF/*8ABDE |
Zeeduivels |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, wateren van de Unie en internationale wateren van 8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor ANF/07.) |
44,672 |
0 |
0 |
0 |
0 |
4,467 |
DE |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
433,008 |
265,628 |
0 |
265,628 |
61,34 |
43,301 |
DE |
BLI/5B67- |
Blauwe leng |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5 |
121,862 |
0 |
0 |
0 |
0 |
12,186 |
DE |
GHL/2A-C46 |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot |
6; Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
56,263 |
0,005 |
0 |
0,005 |
0,01 |
5,626 |
DE |
HAD/*2AC4. |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor HAD/5BC6A.) |
1,656 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,166 |
DE |
HAD/*6AN58 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HAD/2AC4.) |
139,340 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13,934 |
DE |
HAD/03A. |
Schelvis |
3a |
112,807 |
107,402 |
0 |
107,402 |
95,21 |
5,405 |
DE |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 389,497 |
480,131 |
216,221 |
696,352 |
50,12 |
138,950 |
DE |
HAD/5BC6A. |
Schelvis |
6a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
6,735 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,674 |
DE |
HAD/6B1214 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6b; internationale wateren van 12 en 14 |
14,212 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,421 |
DE |
HAD/7X7A34 |
Schelvis |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
0,084 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,008 |
DE |
HER/*03A_TOT |
Haring |
3a (bijzondere voorwaarde voor HER/03A. en HER/03A-BC) |
8,000 |
0 |
0,202 |
0,202 |
2,53 |
0,800 |
DE |
HER/*04B. |
Haring |
4b (bijzondere voorwaarde voor HER/4CXB7D) |
408,696 |
0 |
0 |
0 |
0 |
40,870 |
DE |
HER/*4B-EU |
Haring |
Wateren van de Unie van 4b (bijzondere voorwaarde voor HER/03A.) |
167,095 |
80,000 |
0 |
80,000 |
47,88 |
16,710 |
DE |
HER/*4-EU-BC |
Haring |
Wateren van de Unie van 4 (bijzondere voorwaarde voor HER/03A-BC) |
25,500 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2,550 |
DE |
HER/*4-UK |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4 (bijzondere voorwaarde voor HER/03A.) |
88,095 |
83,000 |
0 |
83,000 |
94,22 |
5,095 |
DE |
HER/03A. |
Haring |
3a |
180,951 |
0 |
163,202 |
163,202 |
90,19 |
17,749 |
DE |
HER/03A-BC |
Haring |
3a |
56,667 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5,667 |
DE |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
5 976,661 |
0 |
5 379,195 |
5 379,195 |
90,00 |
597,466 |
DE |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
37,489 |
2,851 |
0 |
2,851 |
7,60 |
3,749 |
DE |
HER/4CXB7D |
Haring |
4c, 7d, uitgezonderd het Blackwater-bestand |
7 999,271 |
7 872,653 |
0 |
7 872,653 |
98,42 |
126,618 |
DE |
HKE/*03A. |
Heek |
3a (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
14,647 |
2,476 |
0 |
2,476 |
16,90 |
1,465 |
DE |
HKE/*6AN58 |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
8,634 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,863 |
DE |
HKE/*8ABDE |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor HKE/571214) |
2,000 |
1,437 |
0 |
1,437 |
71,85 |
0,200 |
DE |
HKE/03A. |
Heek |
3a |
0,100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,010 |
DE |
HKE/2AC4-C |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
414,498 |
266,105 |
2,476 |
268,581 |
64,80 |
41,450 |
DE |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
22,512 |
17,277 |
1,437 |
18,714 |
83,13 |
2,251 |
DE |
LEZ/*6AN58 |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor LEZ/2AC4-C) |
1,540 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,154 |
DE |
LEZ/2AC4-C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
7,988 |
6,773 |
0 |
6,773 |
84,79 |
0,799 |
DE |
MAC/*2AX14 |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 2a, 5b, 6, 7, 8d, 8e, 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
387,020 |
0 |
0 |
0 |
0 |
38,702 |
DE |
MAC/*4A-UK |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4a (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
17 844,250 |
11 747,152 |
0 |
11 747,152 |
65,83 |
1 784,425 |
DE |
MAC/*8ABD. |
Makreel |
8a, 8b en 8d (bijzondere voorwaarde voor MAC/8C3411) |
772,753 |
772,500 |
0 |
772,500 |
99,97 |
0,253 |
DE |
MAC/*8C910 |
Makreel |
8c, 9 en 10 en wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
4 643,539 |
0 |
0 |
0 |
0 |
464,354 |
DE |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
602,667 |
596,223 |
0 |
596,223 |
98,93 |
6,444 |
DE |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
14 473,562 |
1 465,672 |
11 747,152 |
13 212,824 |
91,29 |
1 260,738 |
DE |
MAC/8C3411 |
Makreel |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
772,779 |
0 |
772,500 |
772,500 |
99,96 |
0,279 |
DE |
NEP/03A. |
Langoustine |
3a |
55,405 |
47,301 |
0 |
47,301 |
85,37 |
5,541 |
DE |
NEP/2AC4-C |
Langoustine |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 055,853 |
604,801 |
0 |
604,801 |
57,28 |
105,585 |
DE |
PLE/03AN. |
Schol |
Skagerrak |
65,377 |
8,554 |
0 |
8,554 |
13,08 |
6,538 |
DE |
PLE/03AS. |
Schol |
Kattegat |
6,629 |
4,908 |
0 |
4,908 |
74,04 |
0,663 |
DE |
PLE/2A3AX4 |
Schol |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort |
5 098,889 |
890,833 |
52,226 |
943,059 |
18,50 |
509,889 |
DE |
POK/*2AC4C |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor POK/56-14) |
63,570 |
26,000 |
0 |
26,000 |
40,90 |
6,357 |
DE |
POK/*6AN58 |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor POK/2C3A4) |
732,690 |
0 |
0 |
0 |
0 |
73,269 |
DE |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
4 379,531 |
1 696,948 |
2 501,127 |
4 198,075 |
95,86 |
181,456 |
DE |
POK/56-14 |
Zwarte koolvis |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b, 12 en 14 |
38,350 |
0 |
26,000 |
26,000 |
67,80 |
3,835 |
DE |
SOL/24-C. |
Tong |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 042,038 |
146,074 |
0 |
146,074 |
14,02 |
104,204 |
DE |
SOL/3ABC24 |
Tong |
3a; Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-24 |
38,106 |
16,226 |
0 |
16,226 |
42,58 |
3,811 |
DE |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
24 279,938 |
21 846,820 |
3,846 |
21 850,666 |
89,99 |
2 427,994 |
DE |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
476,004 |
69,329 |
34,112 |
103,441 |
21,73 |
47,600 |
DE |
WHG/7X7A-C |
Wijting |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7 g, 7h, 7j en 7k |
13,530 |
9,737 |
0 |
9,737 |
71,97 |
1,353 |
DK |
GHL/2A-C46 |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot |
6; Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
32,056 |
0 |
0 |
0 |
0 |
3,206 |
DK |
HAD/*6AN58 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HAD/2AC4.) |
219,100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
21,910 |
DK |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
2 207,433 |
1 116,341 |
510,146 |
1 626,487 |
73,68 |
220,743 |
DK |
HER/*03A_TOT |
Haring |
3a (bijzondere voorwaarde voor HER/03A. en HER/03A-BC) |
554,000 |
0 |
239,259 |
239,259 |
43,19 |
55,400 |
DK |
HER/*04B. |
Haring |
4b (bijzondere voorwaarde voor HER/4CXB7D) |
492,393 |
0 |
0 |
0 |
0 |
49,239 |
DK |
HER/*4B-EU |
Haring |
Wateren van de Unie van 4b (bijzondere voorwaarde voor HER/03A.) |
10 325,721 |
5 893,200 |
0 |
5 893,200 |
57,07 |
1 032,572 |
DK |
HER/*4-EU-BC |
Haring |
Wateren van de Unie van 4 (bijzondere voorwaarde voor HER/03A-BC) |
2 846,000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
284,600 |
DK |
HER/*4-UK |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4 (bijzondere voorwaarde voor HER/03A.) |
5 162,989 |
4 085,308 |
0 |
4 085,308 |
79,13 |
516,299 |
DK |
HER/03A. |
Haring |
3a |
10 086,945 |
0 |
10 081,191 |
10 081,191 |
99,94 |
5,754 |
DK |
HER/03A-BC |
Haring |
3a |
6 324,444 |
0 |
136,576 |
136,576 |
2,16 |
632,444 |
DK |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
15 703,716 |
15 013,669 |
0 |
15 013,669 |
95,61 |
690,047 |
DK |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
8 545,797 |
5 455,651 |
0 |
5 455,651 |
63,84 |
854,580 |
DK |
HER/4AB. |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en van Noorwegen van 4 ten noorden van 53°30′ NB |
60 944,625 |
60 724,168 |
0 |
60 724,168 |
99,64 |
220,457 |
DK |
HER/4CXB7D |
Haring |
4c, 7d, uitgezonderd het Blackwater-bestand |
976,089 |
0,587 |
0 |
0,587 |
0,06 |
97,609 |
DK |
HKE/*03A. |
Heek |
3a (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
128,320 |
0 |
0 |
0 |
0 |
12,832 |
DK |
HKE/*6AN58 |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
75,438 |
0 |
0 |
0 |
0 |
7,544 |
DK |
HKE/03A. |
Heek |
3a |
1 856,982 |
936,806 |
0 |
936,806 |
50,45 |
185,698 |
DK |
HKE/2AC4-C |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 848,004 |
1 039,741 |
0 |
1 039,741 |
56,26 |
184,800 |
DK |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
16,005 |
15,660 |
0 |
15,660 |
97,84 |
0,345 |
DK |
HKE/8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e |
4,390 |
4,353 |
0 |
4,353 |
99,16 |
0,037 |
DK |
LEZ/*6AN58 |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor LEZ/2AC4-C) |
1,540 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,154 |
DK |
LEZ/2AC4-C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
51,256 |
35,985 |
0 |
35,985 |
70,21 |
5,126 |
DK |
MAC/*2AX14 |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 2a, 5b, 6, 7, 8d, 8e, 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
12 850,201 |
4 664,119 |
0 |
4 664,119 |
36,30 |
1 285,020 |
DK |
MAC/*3A4BC |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 3a, 4b en 4c (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
4 428,265 |
680,240 |
0 |
680,240 |
15,36 |
442,827 |
DK |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
21 096,924 |
15 266,887 |
5 350,070 |
20 616,957 |
97,72 |
479,967 |
DK |
MAC/2A4A-N |
Makreel |
Noorse wateren van 2a en 4a |
255,284 |
7,230 |
0 |
7,230 |
2,83 |
25,528 |
DK |
NEP/03A. |
Langoustine |
3a |
7 233,888 |
4 508,869 |
0 |
4 508,869 |
62,33 |
723,389 |
DK |
NEP/2AC4-C |
Langoustine |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 383,826 |
327,592 |
0 |
327,592 |
23,67 |
138,383 |
DK |
PLE/03AN. |
Schol |
Skagerrak |
12 881,747 |
3 122,492 |
0 |
3 122,492 |
24,24 |
1 288,175 |
DK |
PLE/03AS. |
Schol |
Kattegat |
547,032 |
140,917 |
0 |
140,917 |
25,76 |
54,703 |
DK |
PLE/2A3AX4 |
Schol |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort |
17 686,999 |
2 101,038 |
1 430,267 |
3 531,305 |
19,97 |
1 768,700 |
DK |
POK/*6AN58 |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor POK/2C3A4) |
290,205 |
0 |
0 |
0 |
0 |
29,021 |
DK |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
2 507,857 |
1 012,622 |
1 267,302 |
2 279,924 |
90,91 |
227,933 |
DK |
SOL/24-C. |
Tong |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
593,031 |
77,903 |
0 |
77,903 |
13,14 |
59,303 |
DK |
SOL/3ABC24 |
Tong |
3a; Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-24 |
653,894 |
239,462 |
0 |
239,462 |
36,62 |
65,389 |
DK |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
2 081,339 |
274,052 |
135,841 |
409,893 |
19,69 |
208,134 |
EE |
BLI/5B67- |
Blauwe leng |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5 |
17,990 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,799 |
ES |
ANE/08. |
Ansjovis |
8 |
27 742,187 |
24 941,927 |
0 |
24 941,927 |
89,91 |
2 774,219 |
ES |
ANF/*8ABDE |
Zeeduivels |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, wateren van de Unie en internationale wateren van 8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor ANF/07.) |
159,081 |
0 |
0 |
0 |
0 |
15,908 |
ES |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
3 688,245 |
3 300,402 |
0 |
3 300,402 |
89,48 |
368,825 |
ES |
ANF/8ABDE. |
Zeeduivels |
8a, 8b, 8d en 8e |
1 777,635 |
747,474 |
0 |
747,474 |
42,05 |
177,764 |
ES |
ANF/8C3411 |
Zeeduivels |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
3 382,210 |
754,880 |
0 |
754,880 |
22,32 |
338,221 |
ES |
GHL/2A-C46 |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot |
6; Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
32,997 |
0 |
0 |
0 |
0 |
3,300 |
ES |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
43,717 |
0 |
0 |
0 |
0 |
4,372 |
ES |
HKE/*57-14 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor HKE/8ABDE.) |
3 046,607 |
0 |
0 |
0 |
0 |
304,661 |
ES |
HKE/*8ABDE |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor HKE/571214) |
2 542,446 |
912,116 |
0 |
912,116 |
35,88 |
254,245 |
ES |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
15 244,533 |
10 571,849 |
912,116 |
11 483,965 |
75,33 |
1 524,453 |
ES |
HKE/8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e |
10 468,177 |
8 893,641 |
0 |
8 893,641 |
84,96 |
1 046,818 |
ES |
HKE/8C3411 |
Heek |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
9 658,288 |
5 206,697 |
0 |
5 206,697 |
53,91 |
965,829 |
ES |
JAX/09. |
Horsmakreel |
9 |
40 218,080 |
8 501,652 |
2 344,232 |
10 845,884 |
26,97 |
4 021,808 |
ES |
LEZ/*2AC4C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor LEZ/56-14) |
150,650 |
0 |
0 |
0 |
0 |
15,065 |
ES |
LEZ/*8ABDE |
Scharretongen |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor LEZ/07.) |
1 995,515 |
206,302 |
0 |
206,302 |
10,34 |
199,552 |
ES |
LEZ/07. |
Scharretongen |
7 |
5 131,432 |
2 624,648 |
206,302 |
2 830,950 |
55,17 |
513,143 |
ES |
LEZ/56-14 |
Scharretongen |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
662,105 |
267,065 |
0 |
267,065 |
40,34 |
66,211 |
ES |
LEZ/8ABDE. |
Scharretongen |
8a, 8b, 8d en 8e |
1 144,911 |
533,418 |
0 |
533,418 |
46,59 |
114,491 |
ES |
LEZ/8C3411 |
Scharretongen |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
2 380,423 |
813,595 |
0 |
813,595 |
34,18 |
238,042 |
ES |
MAC/*08B. |
Makreel |
8b (bijzondere voorwaarde voor MAC/8C3411) |
2 813,910 |
0 |
0 |
0 |
0 |
281,391 |
ES |
MAC/*4A-UK |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4a (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
19,900 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,990 |
ES |
MAC/*8ABD. |
Makreel |
8a, 8b en 8d (bijzondere voorwaarde voor MAC/8C3411) |
8 376,318 |
0 |
0 |
0 |
0 |
837,632 |
ES |
MAC/*8C910 |
Makreel |
8c, 9 en 10 en wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
1 963,049 |
0 |
0 |
0 |
0 |
196,305 |
ES |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
1 904,000 |
1 620,792 |
0 |
1 620,792 |
85,13 |
190,400 |
ES |
MAC/8C3411 |
Makreel |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
30 586,441 |
27 240,342 |
0 |
27 240,342 |
89,06 |
3 058,644 |
ES |
NEP/*07U16 |
Langoustine |
Functionele eenheid 16 van ICES-deelgebied 7 (bijzondere voorwaarde voor NEP/07.) |
548,770 |
379,690 |
0 |
379,690 |
69,19 |
54,877 |
ES |
NEP/07. |
Langoustine |
7 |
662,817 |
34,807 |
379,690 |
414,497 |
62,54 |
66,282 |
ES |
NEP/5BC6. |
Langoustine |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
45,802 |
1,464 |
0 |
1,464 |
3,20 |
4,580 |
ES |
NEP/8ABDE. |
Langoustine |
8a, 8b, 8d en 8e |
199,442 |
0,003 |
0 |
0,003 |
0 |
19,944 |
ES |
NEP/8CU31 |
Langoustine |
8c, functionele eenheid 31 |
13,000 |
6,698 |
0 |
6,698 |
51,52 |
1,300 |
ES |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
93,646 |
53,472 |
0 |
53,472 |
57,10 |
9,365 |
ES |
WHB/8C3411 |
Blauwe wijting |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
26 864,976 |
24 175,699 |
0 |
24 175,699 |
89,99 |
2 686,498 |
ES |
WHG/7X7A-C |
Wijting |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7 g, 7h, 7j en 7k |
2,175 |
1,553 |
0 |
1,553 |
71,40 |
0,218 |
FR |
ANE/08. |
Ansjovis |
8 |
3 448,686 |
248,108 |
0 |
248,108 |
7,19 |
344,869 |
FR |
ANF/*8ABDE |
Zeeduivels |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, wateren van de Unie en internationale wateren van 8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor ANF/07.) |
2 569,350 |
0 |
0 |
0 |
0 |
256,935 |
FR |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
24 624,418 |
14 311,369 |
0 |
14 311,369 |
58,12 |
2 462,442 |
FR |
ANF/8ABDE. |
Zeeduivels |
8a, 8b, 8d en 8e |
10 375,314 |
3 178,484 |
0 |
3 178,484 |
30,64 |
1 037,531 |
FR |
ANF/8C3411 |
Zeeduivels |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
36,889 |
0,316 |
0 |
0,316 |
0,86 |
3,689 |
FR |
BLI/5B67- |
Blauwe leng |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5 |
8 616,521 |
1 764,358 |
0 |
1 764,358 |
20,48 |
861,652 |
FR |
GHL/2A-C46 |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot |
6; Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
558,611 |
36,460 |
0 |
36,460 |
6,53 |
55,861 |
FR |
HAD/*2AC4. |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor HAD/5BC6A.) |
76,090 |
0 |
0 |
0 |
0 |
7,609 |
FR |
HAD/*6AN58 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HAD/2AC4.) |
243,050 |
0 |
0 |
0 |
0 |
24,305 |
FR |
HAD/07A. |
Schelvis |
7a |
320,671 |
0,181 |
0 |
0,181 |
0,06 |
32,067 |
FR |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
2 350,381 |
354,892 |
0 |
354,892 |
15,10 |
235,038 |
FR |
HAD/5BC6A. |
Schelvis |
6a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
190,720 |
181,504 |
0 |
181,504 |
95,17 |
9,216 |
FR |
HAD/6B1214 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6b; internationale wateren van 12 en 14 |
634,578 |
0 |
0 |
0 |
0 |
63,458 |
FR |
HAD/7X7A34 |
Schelvis |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
9 480,079 |
3 933,581 |
0 |
3 933,581 |
41,49 |
948,008 |
FR |
HER/*04B. |
Haring |
4b (bijzondere voorwaarde voor HER/4CXB7D) |
6 183,130 |
1 064,181 |
0 |
1 064,181 |
17,21 |
618,313 |
FR |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
0,010 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,001 |
FR |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1,310 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,131 |
FR |
HER/4AB. |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en van Noorwegen van 4 ten noorden van 53°30′ NB |
19 365,076 |
18 157,033 |
0 |
18 157,033 |
93,76 |
1 208,043 |
FR |
HER/4CXB7D |
Haring |
4c, 7d, uitgezonderd het Blackwater-bestand |
11 077,385 |
9 273,094 |
1 064,181 |
10 337,275 |
93,32 |
740,110 |
FR |
HKE/*03A. |
Heek |
3a (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
28,333 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2,833 |
FR |
HKE/*57-14 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor HKE/8ABDE.) |
5 361,981 |
0 |
0 |
0 |
0 |
536,198 |
FR |
HKE/*6AN58 |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
16,656 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,666 |
FR |
HKE/*8ABDE |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor HKE/571214) |
2 402,446 |
0 |
0 |
0 |
0 |
240,245 |
FR |
HKE/2AC4-C |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 658,763 |
1 432,634 |
0 |
1 432,634 |
86,37 |
165,876 |
FR |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
20 497,195 |
13 446,082 |
0 |
13 446,082 |
65,60 |
2 049,720 |
FR |
HKE/8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e |
23 182,083 |
13 841,651 |
0 |
13 841,651 |
59,71 |
2 318,208 |
FR |
LEZ/*2AC4C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor LEZ/56-14) |
587,861 |
33,813 |
0 |
33,813 |
5,75 |
58,786 |
FR |
LEZ/*6AN58 |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor LEZ/2AC4-C) |
9,840 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,984 |
FR |
LEZ/*8ABDE |
Scharretongen |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor LEZ/07.) |
2 421,946 |
349,999 |
0 |
349,999 |
14,45 |
242,195 |
FR |
LEZ/07. |
Scharretongen |
7 |
6 913,558 |
2 724,247 |
349,999 |
3 074,246 |
44,47 |
691,356 |
FR |
LEZ/2AC4-C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
51,690 |
34,487 |
0 |
34,487 |
66,72 |
5,169 |
FR |
LEZ/56-14 |
Scharretongen |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
2 353,878 |
78,175 |
33,813 |
111,988 |
4,76 |
235,388 |
FR |
LEZ/8ABDE. |
Scharretongen |
8a, 8b, 8d en 8e |
926,502 |
765,913 |
0 |
765,913 |
82,67 |
92,650 |
FR |
LEZ/8C3411 |
Scharretongen |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
109,585 |
0,317 |
0 |
0,317 |
0,29 |
10,959 |
FR |
MAC/*08B. |
Makreel |
8b (bijzondere voorwaarde voor MAC/8C3411) |
19,006 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,901 |
FR |
MAC/*2AX14 |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 2a, 5b, 6, 7, 8d, 8e, 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
1 168,580 |
0 |
0 |
0 |
0 |
116,858 |
FR |
MAC/*3A4BC |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 3a, 4b en 4c (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
544,687 |
18,210 |
0 |
18,210 |
3,34 |
54,469 |
FR |
MAC/*4A-UK |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4a (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
12 544,072 |
4 583,726 |
0 |
4 583,726 |
36,54 |
1 254,407 |
FR |
MAC/*8ABD. |
Makreel |
8a, 8b en 8d (bijzondere voorwaarde voor MAC/8C3411) |
58,097 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5,810 |
FR |
MAC/*8C910 |
Makreel |
8c, 9 en 10 en wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
3 096,071 |
0 |
0 |
0 |
0 |
309,607 |
FR |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
1 797,313 |
1 700,008 |
18,210 |
1 718,218 |
95,60 |
79,095 |
FR |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
16 425,829 |
11 168,320 |
4 583,726 |
15 752,046 |
95,90 |
673,783 |
FR |
MAC/8C3411 |
Makreel |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
225,186 |
116,488 |
0 |
116,488 |
51,73 |
22,519 |
FR |
NEP/*07U16 |
Langoustine |
Functionele eenheid 16 van ICES-deelgebied 7 (bijzondere voorwaarde voor NEP/07.) |
54,677 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5,468 |
FR |
NEP/07. |
Langoustine |
7 |
3 812,775 |
297,956 |
0 |
297,956 |
7,81 |
381,278 |
FR |
NEP/2AC4-C |
Langoustine |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
40,690 |
0 |
0 |
0 |
0 |
4,069 |
FR |
NEP/5BC6. |
Langoustine |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
109,523 |
0 |
0 |
0 |
0 |
10,952 |
FR |
NEP/8ABDE. |
Langoustine |
8a, 8b, 8d en 8e |
4 120,990 |
2 312,088 |
0 |
2 312,088 |
56,11 |
412,099 |
FR |
NEP/8CU31 |
Langoustine |
8c, functionele eenheid 31 |
1,000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,100 |
FR |
PLE/07A. |
Schol |
7a |
22,260 |
0,032 |
0 |
0,032 |
0,14 |
2,226 |
FR |
PLE/2A3AX4 |
Schol |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort |
1 020,654 |
12,199 |
0 |
12,199 |
1,20 |
102,065 |
FR |
PLE/7DE. |
Schol |
7d en 7e |
5 101,539 |
712,446 |
0 |
712,446 |
13,97 |
510,154 |
FR |
POK/*2AC4C |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a en 4 (bijzondere voorwaarde voor POK/56-14) |
808,200 |
515,001 |
0 |
515,001 |
63,72 |
80,820 |
FR |
POK/*6AN58 |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor POK/2C3A4) |
1 724,160 |
0 |
0 |
0 |
0 |
172,416 |
FR |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
11 208,743 |
9 685,187 |
0 |
9 685,187 |
86,41 |
1 120,874 |
FR |
POK/56-14 |
Zwarte koolvis |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b, 12 en 14 |
2 387,607 |
1 254,716 |
515,001 |
1 769,717 |
74,12 |
238,761 |
FR |
SOL/07E. |
Tong |
7e |
596,887 |
239,286 |
0 |
239,286 |
40,09 |
59,689 |
FR |
SOL/24-C. |
Tong |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
259,737 |
25,484 |
0 |
25,484 |
9,81 |
25,974 |
FR |
SOL/7FG. |
Tong |
7f en 7 g |
77,687 |
68,326 |
0 |
68,326 |
87,95 |
7,769 |
FR |
SOL/8AB. |
Tong |
8a en 8b |
2 350,278 |
2 125,383 |
0 |
2 125,383 |
90,43 |
224,895 |
FR |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
15 078,624 |
14 201,688 |
0 |
14 201,688 |
94,18 |
876,936 |
FR |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
3 477,216 |
446,968 |
0 |
446,968 |
12,85 |
347,722 |
FR |
WHG/7X7A-C |
Wijting |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7 g, 7h, 7j en 7k |
5 809,429 |
4 060,099 |
0 |
4 060,099 |
69,89 |
580,943 |
IE |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
3 598,687 |
3 238,929 |
0 |
3 238,929 |
90,00 |
359,758 |
IE |
BLI/5B67- |
Blauwe leng |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5 |
4,546 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,455 |
IE |
GHL/2A-C46 |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot |
6; Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
2,500 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,250 |
IE |
HAD/07A. |
Schelvis |
7a |
1 318,615 |
1 054,627 |
0 |
1 054,627 |
79,98 |
131,862 |
IE |
HAD/5BC6A. |
Schelvis |
6a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
918,565 |
876,454 |
0 |
876,454 |
95,42 |
42,111 |
IE |
HAD/6B1214 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6b; internationale wateren van 12 en 14 |
491,668 |
403,056 |
0 |
403,056 |
81,98 |
49,167 |
IE |
HAD/7X7A34 |
Schelvis |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
3 534,991 |
3 129,975 |
0 |
3 129,975 |
88,54 |
353,499 |
IE |
HER/07A/MM |
Haring |
7a |
823,320 |
548,430 |
0 |
548,430 |
66,61 |
82,332 |
IE |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
3 565,859 |
3 208,710 |
0 |
3 208,710 |
89,98 |
356,586 |
IE |
HER/4AB. |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en van Noorwegen van 4 ten noorden van 53°30′ NB |
331,695 |
306,132 |
0 |
306,132 |
92,29 |
25,563 |
IE |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
3 697,065 |
3 325,295 |
0 |
3 325,295 |
89,94 |
369,707 |
IE |
LEZ/07. |
Scharretongen |
7 |
3 152,154 |
1 547,054 |
0 |
1 547,054 |
49,08 |
315,215 |
IE |
LEZ/56-14 |
Scharretongen |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
721,351 |
433,661 |
0 |
433,661 |
60,12 |
72,135 |
IE |
MAC/*4A-UK |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4a (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
60 948,034 |
11 815,328 |
0 |
11 815,328 |
19,39 |
6 094,803 |
IE |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
54 512,136 |
40 514,295 |
11 815,328 |
52 329,623 |
96,00 |
2 182,513 |
IE |
NEP/*07U16 |
Langoustine |
Functionele eenheid 16 van ICES-deelgebied 7 (bijzondere voorwaarde voor NEP/07.) |
1 850,912 |
1 640,410 |
0 |
1 640,410 |
88,63 |
185,091 |
IE |
NEP/07. |
Langoustine |
7 |
6 967,469 |
4 391,555 |
1 640,410 |
6 031,965 |
86,57 |
696,747 |
IE |
NEP/5BC6. |
Langoustine |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
182,573 |
160,601 |
0 |
160,601 |
87,97 |
18,257 |
IE |
PLE/07A. |
Schol |
7a |
1 140,786 |
43,314 |
0 |
43,314 |
3,80 |
114,079 |
IE |
POK/56-14 |
Zwarte koolvis |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b, 12 en 14 |
173,137 |
132,946 |
0 |
132,946 |
76,79 |
17,314 |
IE |
SOL/7FG. |
Tong |
7f en 7 g |
36,619 |
31,142 |
0 |
31,142 |
85,04 |
3,662 |
IE |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
31 757,711 |
28 581,600 |
0 |
28 581,600 |
90,00 |
3 175,771 |
IE |
WHG/7X7A-C |
Wijting |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7 g, 7h, 7j en 7k |
3 766,132 |
1 946,851 |
0 |
1 946,851 |
51,69 |
376,613 |
NL |
ANF/*8ABDE |
Zeeduivels |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, wateren van de Unie en internationale wateren van 8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor ANF/07.) |
51,846 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5,185 |
NL |
ANF/07. |
Zeeduivels |
7 |
47,061 |
2,537 |
0 |
2,537 |
5,39 |
4,706 |
NL |
BLI/5B67- |
Blauwe leng |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5 |
9,577 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,958 |
NL |
HAD/*6AN58 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HAD/2AC4.) |
23,850 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2,385 |
NL |
HAD/03A. |
Schelvis |
3a |
7,261 |
7,254 |
0 |
7,254 |
99,90 |
0,007 |
NL |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
930,005 |
677,024 |
79,467 |
756,491 |
81,34 |
93,001 |
NL |
HAD/5BC6A. |
Schelvis |
6a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b |
20,405 |
3,279 |
0 |
3,279 |
16,07 |
2,041 |
NL |
HAD/6B1214 |
Schelvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6b; internationale wateren van 12 en 14 |
17,220 |
0 |
0 |
0 |
0 |
1,722 |
NL |
HAD/7X7A34 |
Schelvis |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
5,776 |
4,568 |
0 |
4,568 |
79,09 |
0,578 |
NL |
HER/*04B. |
Haring |
4b (bijzondere voorwaarde voor HER/4CXB7D) |
10 806,914 |
5 582,877 |
0 |
5 582,877 |
51,66 |
1 080,691 |
NL |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
86,636 |
0,002 |
0 |
0,002 |
0 |
8,664 |
NL |
HER/4AB. |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en van Noorwegen van 4 ten noorden van 53°30′ NB |
49 924,332 |
48 709,179 |
945,903 |
49 655,082 |
99,46 |
269,250 |
NL |
HER/4CXB7D |
Haring |
4c, 7d, uitgezonderd het Blackwater-bestand |
22 960,549 |
17 287,717 |
5 582,877 |
22 870,594 |
99,61 |
89,955 |
NL |
HKE/*03A. |
Heek |
3a (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
6,402 |
5,492 |
0 |
5,492 |
85,79 |
0,640 |
NL |
HKE/*57-14 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor HKE/8ABDE.) |
9,125 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,913 |
NL |
HKE/*6AN58 |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor HKE/2AC4-C) |
4,350 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,435 |
NL |
HKE/*8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e (bijzondere voorwaarde voor HKE/571214) |
27,731 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2,773 |
NL |
HKE/2AC4-C |
Heek |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
96,664 |
27,669 |
5,492 |
33,161 |
34,31 |
9,666 |
NL |
HKE/571214 |
Heek |
6 en 7; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 |
392,611 |
327,370 |
0 |
327,370 |
83,38 |
39,261 |
NL |
HKE/8ABDE. |
Heek |
8a, 8b, 8d en 8e |
29,580 |
0,452 |
0 |
0,452 |
1,53 |
2,958 |
NL |
LEZ/*6AN58 |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor LEZ/2AC4-C) |
7,860 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,786 |
NL |
LEZ/07. |
Scharretongen |
7 |
0,045 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,005 |
NL |
LEZ/2AC4-C |
Scharretongen |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
39,993 |
2,346 |
0 |
2,346 |
5,87 |
3,999 |
NL |
MAC/*2AX14- |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 2a, 5b, 6, 7, 8d, 8e, 12 en 14 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
1 175,840 |
0 |
0 |
0 |
0 |
117,584 |
NL |
MAC/*3A4BC |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 3a, 4b en 4c (bijzondere voorwaarde voor MAC/2A34.) |
705,223 |
606,601 |
0 |
606,601 |
86,02 |
70,522 |
NL |
MAC/*4A-UK |
Makreel |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk van 4a (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
26 950,920 |
20 100,376 |
0 |
20 100,376 |
74,58 |
2 695,092 |
NL |
MAC/*8C910 |
Makreel |
8c, 9 en 10 en wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (bijzondere voorwaarde voor MAC/2CX14-) |
5 077,395 |
0 |
0 |
0 |
0 |
507,740 |
NL |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
1 331,399 |
558,419 |
633,236 |
1 191,655 |
89,50 |
133,140 |
NL |
MAC/2CX14- |
Makreel |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 |
24 944,820 |
3 238,679 |
20 100,376 |
23 339,055 |
93,56 |
1 605,765 |
NL |
MAC/8C3411 |
Makreel |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
76,033 |
0 |
75,833 |
75,833 |
99,74 |
0,200 |
NL |
NEP/2AC4-C |
Langoustine |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 416,183 |
1 272,594 |
0 |
1 272,594 |
89,86 |
141,618 |
NL |
PLE/03AN. |
Schol |
Skagerrak |
2 455,653 |
651,963 |
0 |
651,963 |
26,55 |
245,565 |
NL |
PLE/2A3AX4 |
Schol |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort |
36 087,338 |
9 531,943 |
1 061,533 |
10 593,476 |
29,36 |
3 608,734 |
NL |
PLE/7DE. |
Schol |
7d en 7e |
69,609 |
43,281 |
0 |
43,281 |
62,18 |
6,961 |
NL |
POK/*6AN58 |
Zwarte koolvis |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 6a ten noorden van 58°30′ NB (bijzondere voorwaarde voor POK/2C3A4) |
7,320 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,732 |
NL |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
57,677 |
26,563 |
24,741 |
51,304 |
88,95 |
5,768 |
NL |
POK/56-14 |
Zwarte koolvis |
6; wateren van het Verenigd Koninkrijk en internationale wateren van 5b, 12 en 14 |
0,154 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,015 |
NL |
SOL/24-C. |
Tong |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
11 897,849 |
4 302,073 |
0 |
4 302,073 |
36,16 |
1 189,785 |
NL |
SOL/3ABC24 |
Tong |
3a; Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-24 |
63,320 |
13,410 |
0 |
13,410 |
21,18 |
6,332 |
NL |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
68 935,751 |
62 568,004 |
1,004 |
62 569,008 |
90,76 |
6 366,743 |
NL |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
1 495,630 |
717,337 |
8,629 |
725,966 |
48,54 |
149,563 |
PT |
ANF/8C3411 |
Zeeduivels |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
606,003 |
545,839 |
0 |
545,839 |
90,07 |
60,164 |
PT |
JAX/09. |
Horsmakreel |
9 |
110 632,510 |
19 978,880 |
120,147 |
20 099,027 |
18,17 |
11 063,251 |
PT |
LEZ/8C3411 |
Scharretongen |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
87,303 |
87,227 |
0 |
87,227 |
99,91 |
0,076 |
PT |
MAC/8C3411 |
Makreel |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
5 973,169 |
3 589,489 |
0 |
3 589,489 |
60,09 |
597,317 |
PT |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
1,015 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,102 |
PT |
WHB/8C3411 |
Blauwe wijting |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 |
6 616,603 |
2 283,429 |
0 |
2 283,429 |
34,51 |
661,660 |
SE |
HAD/03A. |
Schelvis |
3a |
290,287 |
271,873 |
0 |
271,873 |
93,66 |
18,414 |
SE |
HAD/2AC4. |
Schelvis |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
196,464 |
101,112 |
1,375 |
102,487 |
52,17 |
19,646 |
SE |
HER/03A. |
Haring |
3a |
11 304,677 |
0 |
11 069,972 |
11 069,972 |
97,92 |
234,705 |
SE |
HER/03A-BC |
Haring |
3a |
1 002,100 |
0 |
567,293 |
567,293 |
56,61 |
100,210 |
SE |
HER/1/2- |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk, van de Faeröer en van Noorwegen en internationale wateren van 1 en 2 |
3 291,564 |
0 |
3 290,577 |
3 290,577 |
99,97 |
0,987 |
SE |
HER/2A47DX |
Haring |
4 en 7d; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
93,600 |
84,324 |
0 |
84,324 |
90,09 |
9,276 |
SE |
HER/4AB. |
Haring |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en van Noorwegen van 4 ten noorden van 53°30′ NB |
7 272,094 |
6 510,503 |
761,564 |
7 272,067 |
100 |
0,027 |
SE |
HKE/03A. |
Heek |
3a |
212,532 |
55,486 |
0 |
55,486 |
26,11 |
21,253 |
SE |
MAC/2A34. |
Makreel |
3a; wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie van 2a, 3b, 3c, 3d en 4 |
3 572,842 |
3 034,039 |
313,295 |
3 347,334 |
93,69 |
225,508 |
SE |
NEP/03A. |
Langoustine |
3a |
2 600,066 |
1 390,617 |
0 |
1 390,617 |
53,48 |
260,007 |
SE |
PLE/03AN. |
Schol |
Skagerrak |
684,542 |
53,016 |
0 |
53,016 |
7,74 |
68,454 |
SE |
PLE/03AS. |
Schol |
Kattegat |
62,128 |
12,873 |
0 |
12,873 |
20,72 |
6,213 |
SE |
POK/2C3A4 |
Zwarte koolvis |
3a en 4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
222,483 |
200,038 |
13,868 |
213,906 |
96,14 |
8,577 |
SE |
SOL/3ABC24 |
Tong |
3a; Wateren van de Unie van de deelsectoren 22-24 |
25,089 |
8,003 |
0 |
8,003 |
31,90 |
2,509 |
SE |
WHB/1X14 |
Blauwe wijting |
Wateren van het Verenigd Koninkrijk en van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 |
36,231 |
26,216 |
0 |
26,216 |
72,36 |
3,623 |
SE |
WHG/2AC4. |
Wijting |
4; wateren van het Verenigd Koninkrijk van 2a |
35,671 |
27,131 |
0 |
27,131 |
76,06 |
3,567 |
Visbestanden waarvoor de quota zijn vastgesteld bij Verordening (EU) 2022/110 |
|||||||||
FR |
ARA/GF1-7 |
Blauwrode diepzeegarnaal |
GDG’s 1-2-5-6-7 |
56,000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5,600 |
FR |
ARA/GF8-11 |
Blauwrode diepzeegarnaal |
GDG’s 8-9-10-11 |
9,000 |
5,808 |
0 |
5,808 |
64,53 |
0,900 |
FR |
ARS/GF8-11 |
Rode diepzeegarnaal |
GDG’s 8-9-10-11 |
5,000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0,500 |
(1) Quota die op grond van de betrokken verordeningen inzake vangstquota beschikbaar zijn voor de lidstaten, nadat rekening is gehouden met uitwisselingen van vangstquota overeenkomstig artikel 16, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22), quota-overdrachten van 2021 naar 2022 overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 847/96 van de Raad en artikel 15, lid 9, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 of het opnieuw toewijzen en verlagen van vangstquota overeenkomstig de artikelen 37 en 105 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van 20 november 2009 tot vaststelling van een controleregeling van de Unie die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).
(2) Bijzondere voorwaarde vastgesteld in de bijlagen bij de desbetreffende verordeningen tot vaststelling van de vangstquota voor 2022.
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/42 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/1492 VAN DE COMMISSIE
van 19 juli 2023
tot wijziging van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wat betreft het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van bepaalde vormen van hout van oorsprong uit Canada en de Verenigde Staten
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (1), en met name artikel 41, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bepaalde vormen van hout van Chionanthus virginicus L., Fraxinus L., Juglans ailantifolia Carr., Juglans mandshurica Maxim., Ulmus davidiana Planch. en Pterocarya rhoifolia Siebold & Zucc., van oorsprong uit Belarus, Canada, China, de Democratische Volksrepubliek Korea, Japan, Mongolië, de Republiek Korea, Rusland, Taiwan, Oekraïne en de Verenigde Staten, mogen slechts op het grondgebied van de Unie worden binnengebracht indien zij voldoen aan de voorschriften van punt 87 van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie (2). |
(2) |
Die voorschriften hebben tot doel de Unie te beschermen tegen Agrilus planipennis Fairmaire (“het gespecificeerde plaagorganisme”). |
(3) |
In afwijking van punt 87, a) en b), van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 mag hout van Fraxinus L. (“essenhout”) vanuit Canada op het grondgebied van de Unie worden binnengebracht overeenkomstig de bijzondere voorschriften van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/918 van de Commissie (3). Die voorschriften zijn vergelijkbaar met de voorschriften die bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/412 van de Commissie (4) voor hetzelfde hout van dezelfde oorsprong zijn vastgesteld. Die verordening verstrijkt op 30 juni 2023. |
(4) |
In afwijking van punt 87, a) en b), van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 mag essenhout vanuit Canada op het grondgebied van de Unie worden binnengebracht overeenkomstig de bijzondere voorschriften van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1002 van de Commissie (5). Die voorschriften zijn vergelijkbaar met de voorschriften die bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1203 van de Commissie (6) voor hetzelfde hout van dezelfde oorsprong zijn vastgesteld. Die verordening verstrijkt ook op 30 juni 2023. |
(5) |
Die bijzondere voorschriften zijn bij de toepassing van de Uitvoeringsverordeningen (EU) 2020/918 en (EU) 2020/1002 doeltreffend gebleken om het grondgebied van de Unie tegen het gespecificeerde plaagorganisme te beschermen. Bovendien zijn soortgelijke voorschriften doeltreffend gebleken bij de toepassing van de Uitvoeringsbesluiten (EU) 2016/412 en (EU) 2018/1203. |
(6) |
Op basis van het verzamelde bewijsmateriaal wordt geconcludeerd dat het fytosanitaire risico dat voortvloeit uit het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie vanuit Canada en de Verenigde Staten van essenhout, tot een aanvaardbaar niveau is teruggebracht en dat in die derde landen passende risicobeperkende maatregelen worden genomen. |
(7) |
De bijzondere voorschriften van de Uitvoeringsverordeningen (EU) 2020/918 en (EU) 2020/1002 worden beschouwd als passende risicobeperkende maatregelen. Daarom moeten die voorschriften worden opgenomen in punt 87 van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072. |
(8) |
In bijlage VII moet worden bepaald dat aan een van de volgende bijzondere voorschriften voor het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van essenhout moet worden voldaan: essenhout moet onder bepaalde voorwaarden ioniserende straling ondergaan of afkomstig zijn uit een plaagorganismevrij gebied, of een proces van ontschorsing, zagen, warmtebehandeling en drogen ondergaan, onder specifieke voorwaarden en in combinatie met specifieke voorschriften ten aanzien van de voorzieningen waar het hout wordt geproduceerd, behandeld of opgeslagen. In het laatste geval, en om doeltreffende controles en transparantie te waarborgen, moet op elke bundel hout een nummer en een etiket met de woorden “HT-KD” of “Heat Treated — Kiln Dried” zichtbaar worden aangebracht. |
(9) |
In Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1164 van de Commissie (7) is bepaald dat in afwijking van punt 87 van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 bepaalde vormen van hout van Fraxinus L., Juglans ailantifolia Carr., Juglans mandshurica Maxim., Ulmus davidiana Planch. en Pterocarya rhoifolia Siebold and Zucc. (“het gespecificeerde hout”), van oorsprong uit Canada en de Verenigde Staten, op het grondgebied van de Unie mogen worden binnengebracht op grond van officiële verklaringen als bedoeld in de opties a) en b) van dat punt 87. Die verordening verstrijkt op 30 juni 2023. De verordening bevat de volgende twee opties als vereisten voor het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie: het gespecificeerde hout moet afkomstig zijn uit een plaagorganismevrij gebied dat aan bepaalde voorwaarden voldoet, of het moet onder specifieke voorwaarden ioniserende straling ondergaan. |
(10) |
Die bijzondere voorschriften zijn bij de toepassing van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1164 doeltreffend gebleken om het grondgebied van de Unie tegen het gespecificeerde plaagorganisme te beschermen. Bovendien zijn soortgelijke voorschriften doeltreffend gebleken bij de toepassing van de Uitvoeringsbesluiten (EU) 2016/412 en (EU) 2018/1203. |
(11) |
Daarom wordt geconcludeerd dat het fytosanitaire risico dat voortvloeit uit het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van essenhout uit Canada en de Verenigde Staten volledig is beoordeeld en dat in die derde landen passende risicobeperkende maatregelen worden genomen. |
(12) |
Daarom moeten de bijzondere voorschriften van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1164 betreffende het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van essenhout uit Canada en de Verenigde Staten in bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 worden opgenomen. |
(13) |
Canada en de Verenigde Staten moeten derhalve uit de vierde kolom van punt 87 van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 worden geschrapt, en aan die bijlage moet een nieuw punt worden toegevoegd waarin dezelfde twee opties worden vermeld als in Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1164. |
(14) |
Bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(15) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072
Bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 19 juli 2023.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (PB L 319 van 10.12.2019, blz. 1).
(3) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/918 van de Commissie van 1 juli 2020 houdende afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wat betreft de voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 14).
(4) Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/412 van de Commissie van 17 maart 2016 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 74 van 19.3.2016, blz. 41).
(5) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1002 van de Commissie van 9 juli 2020 houdende afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wat betreft de voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in de Verenigde Staten (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 122).
(6) Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1203 van de Commissie van 21 augustus 2018 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in de Verenigde Staten van Amerika, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/204 van de Commissie (PB L 217 van 27.8.2018, blz. 7).
(7) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1164 van de Commissie van 6 augustus 2020 tot tijdelijke afwijking van sommige bepalingen van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 met betrekking tot maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van het plaagorganisme Agrilus planipennis Fairmaire uit Canada en de Verenigde Staten te voorkomen (PB L 258 van 7.8.2020, blz. 6).
BIJLAGE
Bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In punt 87 wordt de lijst van landen in de kolom “Oorsprong” vervangen door: “Belarus, China, Japan, Mongolië, Noord-Korea, Rusland, Zuid-Korea, Taiwan en Oekraïne”. |
2) |
Na punt 87 worden de volgende punten 87.1 en 87.2 ingevoegd:
|
BESLUITEN
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/49 |
BESLUIT (EU) 2023/1493 VAN DE RAAD
van 26 juni 2023
betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het bij het Akkoord over de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ingestelde Gemengd Comité wat betreft de vaststelling van een besluit tot toevoeging van twee vastgestelde nieuwe Uniehandelingen aan bijlage 2 bij het Windsor-kader
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 50, lid 2,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het Akkoord over de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1) (het “terugtrekkingsakkoord”) is door de Unie gesloten bij Besluit (EU) 2020/135 van de Raad (2) en is op 1 februari 2020 in werking getreden. |
(2) |
Krachtens artikel 13, lid 4, van het Windsor-kader (3), dat integrerend deel uitmaakt van het terugtrekkingsakkoord, is het bij artikel 164, lid 1, van de terugtrekkingsakkoord ingestelde Gemengd Comité (het “Gemengd Comité”) gemachtigd besluiten vast te stellen tot wijziging van de desbetreffende bijlagen bij het Windsor-kader waarbij de vastgestelde nieuwe Uniehandelingen worden toegevoegd die binnen het toepassingsgebied van het Windsor-kader vallen, maar die geen Uniehandelingen wijzigen of vervangen die in de bijlagen bij het Windsor-kader zijn vermeld. |
(3) |
Verordening (EU) 2023/1182 van het Europees Parlement en de Raad (4), voor zover deze Richtlijn 2001/83/EG niet wijzigt, en Verordening (EU) 2023/1231 van het Europees Parlement en de Raad (5), zijn vastgestelde nieuwe Uniehandelingen die betrekking hebben op de interne markt voor goederen, en vallen dus binnen het toepassingsgebied van het Windsor-kader. |
(4) |
Op zijn volgende bijeenkomst zal het Gemengd Comité, overeenkomstig artikel 13, lid 4, van het Windsor-kader, een besluit vaststellen waarbij deze twee vastgestelde nieuwe Uniehandelingen zullen worden toegevoegd aan bijlage 2 bij het Windsor-kader. |
(5) |
Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité wat betreft de vaststelling van een besluit tot toevoeging van twee recent vastgestelde Uniehandelingen aan bijlage 2 bij het Windsor-kader, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het bij artikel 164, lid 1, van de terugtrekkingsakkoord ingestelde Gemengd Comité wat betreft de vaststelling van een besluit tot toevoeging van twee recent vastgestelde Uniehandelingen aan bijlage 2 bij het Windsor-kader wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.
Gedaan te Brussel, 26 juni 2023.
Voor de Raad
De voorzitter
J. BORRELL FONTELLES
(1) PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7.
(2) Besluit (EU) 2020/135 van de Raad van 30 januari 2020 betreffende de sluiting van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz. 1).
(3) Gezamenlijke Verklaring nr. 1/2023 van de Unie en het Verenigd Koninkrijk in het bij het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ingestelde Gemengd Comité van 24 maart 2023 (PB L 102 van 17.4.2023, blz. 87).
(4) Verordening (EU) 2023/1182 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2023 betreffende specifieke regels met betrekking tot geneesmiddelen voor menselijk gebruik die bestemd zijn om in Noord-Ierland in de handel te worden gebracht en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG (PB L 157 van 20.6.2023, blz. 1).
(5) Verordening (EU) 2023/1231 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2023 betreffende specifieke regels voor de binnenkomst in Noord-Ierland vanuit andere delen van het Verenigd Koninkrijk van bepaalde zendingen detailhandelsgoederen, voor opplant bestemde planten, pootaardappelen, machines en bepaalde voertuigen die voor landbouw- of bosbouwdoeleinden zijn geëxploiteerd, alsook voor het niet-commerciële verkeer van bepaalde gezelschapsdieren naar Noord-Ierland (PB L 165 van 29.6.2023, blz. 103).
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2023 VAN HET GEMENGD COMITÉ DAT IS INGESTELD BIJ HET AKKOORD OVER DE TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIË EN NOORD-IERLAND UIT DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE
van …
waarbij twee vastgestelde nieuwe Uniehandelingen aan bijlage 2 bij het Windsor-kader worden toegevoegd
HET GEMENGD COMITÉ,
Gezien het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1) (het “terugtrekkingsakkoord”), en met name artikel 13, lid 4, van het Windsor-kader (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 13, lid 4, van het Windsor-kader machtigt het bij artikel 164, lid 1, van het terugtrekkingsakkoord ingestelde Gemengd Comité (het “Gemengd Comité”) besluiten vast te stellen waarbij vastgestelde nieuwe Uniehandelingen die binnen het toepassingsgebied van het Windsor-kader vallen, aan de desbetreffende bijlagen bij het Windsor-kader worden toegevoegd. Krachtens artikel 166, lid 2, van het terugtrekkingsakkoord zijn de besluiten van het Gemengd Comité bindend voor de Unie en het Verenigd Koninkrijk. De Unie en het Verenigd Koninkrijk dienen deze besluiten, die hetzelfde rechtsgevolg hebben als het terugtrekkingsakkoord, uit te voeren. |
(2) |
Twee vastgestelde nieuwe Uniehandelingen moeten aan bijlage 2 bij het Windsor-kader worden toegevoegd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Verordening (EU) 2023/1182 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2023 betreffende specifieke regels met betrekking tot geneesmiddelen voor menselijk gebruik die bestemd zijn om in Noord-Ierland in de handel te worden gebracht en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG (3), voor zover deze Richtlijn 2001/83/EG niet wijzigt, wordt aan bijlage 2 bij het Windsor-kader toegevoegd onder punt 20 “Geneesmiddelen”.
2. Verordening (EU) 2023/1231 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2023 betreffende specifieke regels voor de binnenkomst in Noord-Ierland vanuit andere delen van het Verenigd Koninkrijk van bepaalde zendingen detailhandelsgoederen, voor opplant bestemde planten, pootaardappelen, machines en bepaalde voertuigen die voor landbouw- of bosbouwdoeleinden zijn geëxploiteerd, alsook voor het niet-commerciële verkeer van bepaalde gezelschapsdieren naar Noord-Ierland (4) wordt aan bijlage 2 bij de Windsor-kader toegevoegd onder punt 44 “ Sanitair en fytosanitair – Overig”;
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de vaststelling ervan.
Gedaan te …,
Voor het Gemengd Comité
De medevoorzitters
(1) PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7.
(2) Gezamenlijke Verklaring nr. 1/2023 van de Unie en het Verenigd Koninkrijk in het bij het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ingestelde Gemengd Comité van 24 maart 2023 (PB L 102 van 17.4.2023, blz. 87).
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/53 |
BESLUIT (EU) 2023/1494 VAN DE RAAD
van 26 juni 2023
betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het bij het Akkoord over de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ingestelde Gemengd Comité wat betreft de vaststelling van een besluit tot wijziging van deel I van bijlage I bij die overeenkomst
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 50, lid 2,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het Akkoord over de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1) (het “terugtrekkingsakkoord”) is door de Unie gesloten bij Besluit (EU) 2020/135 van de Raad (2) en is op 1 februari 2020 in werking getreden. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 36, lid 4, van het terugtrekkingsakkoord stelt het Gemengd Comité besluiten vast tot wijziging van deel I van bijlage I bij dat akkoord, zodat daarin alle nieuwe, door de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels vastgestelde besluiten of aanbevelingen worden weergegeven. |
(3) |
Het Gemengd Comité zal op zijn volgende bijeenkomst overeenkomstig artikel 36, lid 4, van het terugtrekkingsakkoord een besluit vaststellen tot wijziging van deel I van bijlage I bij dat akkoord, waarbij twee nieuwe door de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels goedgekeurde besluiten aan de daarin opgenomen lijst worden toegevoegd en drie besluiten die door de twee nieuwe besluiten zijn vervangen, uit die lijst worden geschrapt. |
(4) |
Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie in het Gemengd Comité moet worden ingenomen over de vaststelling van een besluit tot wijziging van deel I van bijlage I bij het terugtrekkingsakkoord, welk besluitvoor de Unie bindend zal zijn, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Europese Unie in het bij artikel 164, lid 1, van het terugtrekkingsakkoord ingestelde Gemengd Comité in te nemen standpunt met betrekking tot de vaststelling van een besluit tot wijziging van deel I bijlage I bij de terugtrekkingsovereenkomst, is opgenomen in het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.
Gedaan te Luxemburg, 26 juni 2023.
Voor de Raad
De voorzitter
J. BORRELL FONTELLES
(1) PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7.
(2) Besluit (EU) 2020/135 van de Raad van 30 januari 2020 betreffende de sluiting van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz. 1).
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2023 VAN HET GEMENGD COMITÉ DAT IS INGESTELD BIJ HET AKKOORD OVER DE TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIË EN NOORD-IERLAND UIT DE EUROPESE UNIE EN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE
van …
tot wijziging van deel I van bijlage I bij het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie
HET GEMENGD COMITÉ,
Gezien het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (1) (het “terugtrekkingsakkoord”), en met name artikel 36, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 36, lid 4, van het terugtrekkingsakkoord machtigt het op grond van artikel 164, lid 1, van dat akkoord opgerichte Gemengd Comité (het “Gemengd Comité”) om besluiten vast te stellen tot wijziging van deel I van bijlage I bij dat akkoord, zodat daarin alle nieuwe, door de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels vastgestelde besluiten of aanbevelingen worden weergegeven. Krachtens artikel 166, lid 2, van het terugtrekkingsakkoord zijn de besluiten van het Gemengd Comité bindend voor de Unie en het Verenigd Koninkrijk. De Unie en het Verenigd Koninkrijk moeten deze besluiten, die hetzelfde rechtsgevolg hebben als het terugtrekkingsakkoord, uitvoeren. |
(2) |
Omwille van de rechtszekerheid moet deel I van bijlage I bij het terugtrekkingsakkoord worden gewijzigd door twee besluiten van de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels toe te voegen en door drie besluiten die door de twee nieuwe besluiten zijn vervangen, te schrappen, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het terugtrekkingsakkoord wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In deel I van bijlage I bij het terugtrekkingsakkoord wordt Besluit nr. H12 van 19 oktober 2021 betreffende de in aanmerking te nemen datum voor het bepalen van de omrekeningskoersen als bedoeld in artikel 90 van Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad (2) toegevoegd onder “Horizontale kwesties (H-reeks)”. |
2) |
In deel I van bijlage I bij het terugtrekkingsakkoord wordt Besluit nr. H13 van 30 maart 2022 betreffende de samenstelling en de werkmethoden van de Rekencommissie van de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (3) toegevoegd onder “Horizontale kwesties (H-reeks)”. |
3) |
In deel I van bijlage I bij het terugtrekkingsakkoord worden de volgende handelingen geschrapt:
|
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de vaststelling ervan.
Gedaan te …, …
Voor het Gemengd Comité
De medevoorzitters
(1) PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7.
(2) PB C 93 van 28.2.2022, blz. 6.
(3) PB C 305 van 10.8.2022, blz. 4.
(4) PB C 106 van 24.4.2010, blz. 56.
Rectificaties
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/57 |
Rectificatie van Verordening (EU) 2023/1462 van de Raad van 17 juli 2023 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië
( Publicatieblad van de Europese Unie L 180 van 17 juli 2023 )
In de inhoudsopgave, op bladzijde 8 in de titel en op bladzijde 9 in de slotformule:
in plaats van:
“17 juli 2023”,
lezen:
“14 juli 2023”.
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/58 |
Rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/583 van de Commissie van 15 maart 2023 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/607 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op citroenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China, zoals uitgebreid tot uit Maleisië verzonden citroenzuur, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië, naar aanleiding van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad
( Publicatieblad van de Europese Unie L 77 van 16 maart 2023 )
Bladzijde 4, artikel 1, lid 1:
in plaats van:
“Shandong Ensign Industry Co., Ltd. |
A882” |
lezen:
“Shandong Ensign Industry Co., Ltd. — No 1567 Changsheng Street, Changle, Weifang, provincie Shandong, VRC |
33,8 |
A882” |
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/59 |
Rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/265 van de Commissie van 9 februari 2023 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op keramische tegels van oorsprong uit India en Turkije
( Publicatieblad van de Europese Unie L 41 van 10 februari 2023 )
Bladzijde 71, bijlage I, zesde rij:
in plaats van:
“India |
Gryphon Ceramics Private Limited Cosa Ceramics Pct Limited RAK Ceramics Private Limited Gris Ceramic LLP Grupo Griffin Ceramica LLP Alpas Cera LLP |
C960” |
lezen:
“India |
Gryphon Ceramics Private Limited Cosa Ceramics Pct Limited RAK Ceramics India Private Limited Gris Ceramic LLP Grupo Griffin Ceramica LLP Alpas Cera LLP |
C960” |
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/60 |
Rectificatie van Verordening (EU) 2023/915 van de Commissie van 25 april 2023 betreffende maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1881/2006
( Publicatieblad van de Europese Unie L 119 van 5 mei 2023 )
Bladzijde 134, bijlage I, tabel, kolom 2, punt 3.2.3.1:
in plaats van:
“Zouten met uitzondering van de in punt 3.2.3.2 vermelde producten”,
lezen:
“Bolgewassen met uitzondering van de in punt 3.2.3.2 vermelde producten”.
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/61 |
Rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/572 van de Commissie van 24 april 2020 inzake de voor onderzoeksrapporten betreffende spoorwegongevallen en -incidenten te volgen rapportagestructuur
( Publicatieblad van de Europese Unie L 132 van 27 april 2020 )
Bladzijde 10, overweging 3, tweede zin:
in plaats van:
“Daartoe is overeenkomstig artikel 37, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2016/796 van het Europees Parlement en de Raad (2) een openbare databank opgezet die wordt beheerd door het Spoorwegbureau van de Europese Unie en die toegankelijk is via de website van het Spoorwegbureau.”,
lezen:
“Daartoe is overeenkomstig artikel 37, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2016/796 van het Europees Parlement en de Raad (2) een openbare databank opgezet die wordt beheerd door het Spoorwegbureau van de Europese Unie en die toegankelijk is via het Spoorwegbureau.”.
Bladzijde 11, artikel 2 punt 3:
in plaats van:
“waaronder het regelgevingskader”,
lezen:
“waaronder de voorwaarden van het regelgevingskader”.
Bladzijde 13, bijlage, onder de titel “Voor de rapportage te volgen structuur”, tweede zin:
in plaats van:
“Dat betekent onder meer dat alle titels 1 tot en met 6, met inbegrip van de subtitels in letters, indien van toepassing, moeten worden ingevuld.”,
lezen:
“Dat betekent dat, in beginsel, alle titels 1 tot en met 6, met inbegrip van de subtitels in letters, indien van toepassing, moeten worden ingevuld.”.
Bladzijde 13, bijlage, afdeling 1 (Samenvatting), tweede alinea, eerste zin:
in plaats van:
“Zij geeft een overzicht van de belangrijkste feiten van het voorval: een korte beschrijving van het ongeval of voorval; waar, wanneer en hoe het is gebeurd, en een conclusie over de oorzaken en gevolgen ervan.”,
lezen:
“Zij geeft een overzicht van de belangrijkste feiten van het voorval: een korte beschrijving van het ongeval of incident; waar, wanneer en hoe het is gebeurd, en een conclusie over de oorzaken en gevolgen ervan.”.
Bladzijde 13, bijlage, afdeling 2 (Het onderzoek en de context ervan), punt 4 van de tabel, tweede kolom, eerste zin:
in plaats van:
“Een beschrijving van de technische capaciteiten en functies in het team van onderzoekers als geheel.”,
lezen:
“Een geaggregeerde beschrijving van de technische capaciteiten en functies in het team van onderzoekers als geheel.”.
Bladzijde 13, bijlage, afdeling 2 (Het onderzoek en de context ervan), in de tabel, punten 4, 5 en 6, laatste kolom; bladzijde 14, bijlage, afdeling 3 (Beschrijving van het voorval), punt a), in de tabel, punten 4 en 6, laatste kolom, en bladzijde 15, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt a), in de tabel, punten 1 tot en met 6, laatste kolom, en punt 7, laatste kolom, eerste zin:
in plaats van:
“Vermeld of er anonimiteit wordt geboden aan personen of entiteiten.”,
lezen:
“Leg uit indien er anonimiteit wordt geboden aan personen of entiteiten.”.
Bladzijde 16, bijlage, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt b), inleidende zin:
in plaats van:
“Oorzakelijke factoren van of de gevolgen van een voorval dat is vastgesteld in verband met de staat van het rollend materieel of de technische installaties, met inbegrip van mogelijke bijdragende factoren in verband met activiteiten en beslissingen, zoals:”,
lezen:
“Oorzakelijke factoren van of de gevolgen van een voorval die zijn vastgesteld in verband met de staat van het rollend materieel of de technische installaties, met inbegrip van mogelijke bijdragende factoren in verband met activiteiten en beslissingen, zoals wat betreft:”.
Bladzijde 16, bijlage, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt c), in de tabel, punt 2, tweede kolom, punt b):
in plaats van:
“b) |
het ontwerp van installaties die van invloed zijn op de interface mens-machine;”, |
lezen:
“b) |
het ontwerp van uitrusting die van invloed is op de interface mens-machine;”. |
Bladzijde 16, bijlage, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt c), in de tabel, punt 3, tweede kolom, punt f):
in plaats van:
“f) |
leiderschap, vermogenskwesties;”, |
lezen:
“f) |
leiderschap, machtskwesties;”. |
Bladzijde 16, bijlage, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt c), in de tabel, punt 3, tweede kolom, punt i):
in plaats van:
“i) |
het regelgevingskader en de toepassing van het veiligheidsbeheersysteem.”, |
lezen:
“i) |
de voorwaarden van het regelgevingskader en de toepassing van het veiligheidsbeheersysteem.”. |
Bladzijde 17, bijlage, afdeling 4 (Analyse van het voorval, indien nodig in het licht van de individuele bijdragende factoren), punt d), in de tabel, punt 1, tweede kolom:
in plaats van:
“De relevante randvoorwaarden:”,
lezen:
“De relevante voorwaarden van het regelgevingskader:”.
Bladzijde 18, bijlage, afdeling 6 (Veiligheidsaanbevelingen), tweede alinea:
in plaats van:
“Desgevallend wordt het ontbreken van aanbevelingen gerechtvaardigd.”,
lezen:
“Het ontbreken van aanbevelingen wordt toegelicht.”.
20.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 183/64 |
Rectificatie van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad
( Publicatieblad van de Europese Unie L 182 van 29 juni 2013 )
1. |
Bladzijde 34, artikel 14, lid 1, punt b): |
in plaats van:
“b) |
de informatie als vereist in post D II van bijlage IV.”, |
lezen:
“b) |
de in bijlage IV bij post D II tussen haakjes vereiste informatie.”. |
2. |
Bladzijde 36, artikel 17, lid 1, punt g), eerste alinea: |
in plaats van:
“g) |
naam en zetel van elk van de ondernemingen waarin de onderneming, hetzij zelf hetzij via een persoon die in eigen naam, maar voor rekening van de onderneming handelt, een deelneming heeft, met opgave van het aandeel in het kapitaal, alsmede het bedrag van het eigen vermogen en van het resultaat over het meest recente boekjaar van de betrokken onderneming waarvoor financiële overzichten zijn vastgesteld; de vermelding van het eigen vermogen en van het resultaat mag worden weggelaten blijven indien de betrokken onderneming haar balans niet openbaar maakt en de balans niet door de onderneming wordt gecontroleerd.”, |
lezen:
“g) |
naam en zetel van elk van de ondernemingen waarin de onderneming, hetzij zelf hetzij via een persoon die in eigen naam, maar voor rekening van de onderneming handelt, een deelneming heeft, met opgave van het aandeel in het kapitaal, alsmede het bedrag van het eigen vermogen en van het resultaat over het meest recente boekjaar van de betrokken onderneming waarvoor financiële overzichten zijn vastgesteld; de vermelding van het eigen vermogen en van het resultaat mag worden weggelaten indien de betrokken onderneming haar balans niet openbaar maakt en de onderneming geen zeggenschap heeft over de betrokken onderneming.”. |
3. |
Bladzijde 51, artikel 39, punt 2): |
in plaats van:
“2) |
de vrijstelling wordt vermeld gemaakt in de toelichting bij de door de moederonderneming opgestelde jaarlijkse financiële overzichten;”, |
lezen:
“2) |
de vrijstelling wordt vermeld in de toelichting bij de door de moederonderneming opgestelde jaarlijkse financiële overzichten;”. |