|
ISSN 1977-0758 |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
65e jaargang |
|
|
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst. |
|
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/486 VAN DE COMMISSIE
van 21 januari 2022
houdende wijziging van de bijlagen I en III bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de berekeningsmethoden van uitgaven voor openbare interventie
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen van de Raad (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 (1), en met name artikel 20, leden 2 en 3,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 van de Commissie (2) zijn uitvoeringsbepalingen vastgesteld die van toepassing zijn op de uitgaven voor openbare interventie in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF). De bepalingen van die verordening moeten worden aangepast om er rekening mee te houden dat openbare interventie slechts occasioneel wordt gebruikt. |
|
(2) |
In bijlage I, deel I, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 zijn de toepasselijke rentevoeten vastgesteld voor de financiering van uitgaven voor openbare interventie in het kader van het ELGF. |
|
(3) |
Met het oog op de bepaling van die rentevoeten moeten de lidstaten de Commissie de gemiddelde rentevoet meedelen die zij tijdens een referentieperiode werkelijk hebben betaald. Indien een lidstaat geen rentekosten droeg omdat hij geen landbouwproducten in openbare opslag had, moet de Commissie de referentierentevoet vaststellen op basis van de gemiddelde referentierentevoeten. Voor lidstaten die de euro gebruiken, is de referentierentevoet de Euro Interbank Offered Rate (Euribor). Voor lidstaten die de euro niet als munt hebben, is de referentierentevoet de Interbank Offered Rate (Ibor). |
|
(4) |
Gezien het afnemende aantal aan de Euribor ten grondslag liggende transacties moet de kortetermijnrente voor de euro (€STR) als terugvaltarief worden verstrekt voor gevallen waarin de Euribor niet beschikbaar is. Voor lidstaten die de euro niet als munt hebben, moet ook worden voorzien in de mogelijkheid om het terugvaltarief ter vervanging van de nationale Ibor te gebruiken. |
|
(5) |
Momenteel moet de Commissie, op grond van de regels van bijlage I, deel I, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014, voor elk boekjaar, een uitvoeringsverordening vaststellen waarin de rentevoet wordt vastgesteld, zelfs indien de rentevoet niet is gewijzigd en zelfs indien er geen producten in openbare opslag zijn. Met het oog op vereenvoudiging en een efficiënt gebruik van middelen moet worden bepaald dat de uitvoeringsverordening van de Commissie tot vaststelling van de rentevoet van kracht blijft tot de intrekking ervan. Zo hoeft de Commissie de rentevoet alleen te actualiseren als een interventie voor openbare opslag plaatsvindt of naar verwachting een interventieaankoop zal plaatsvinden. |
|
(6) |
Bijlage III, deel I, punt 4, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 bevat de regels voor de vaststelling van de voor de Unie toepasselijke forfaitaire bedragen wanneer voor een bepaald product in minder dan vier lidstaten openbare opslag plaatsvindt. Het kan echter voorkomen dat voor een bepaald product in meer dan vier lidstaten openbare opslag plaatsvindt, maar minder dan vier lidstaten hun geconstateerde kosten meedelen. Om rechtsonzekerheid bij de vaststelling van de toepasselijke forfaitaire bedragen te voorkomen, moet een bepaling worden toegevoegd voor gevallen waarin minder dan vier lidstaten hun geconstateerde kosten meedelen. |
|
(7) |
In bijlage III, deel II, punt 3, bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 is bepaald dat de Commissie de eerder voor een product vastgestelde forfaitaire bedragen kan handhaven wanneer geen openbare opslag heeft plaatsgevonden of in het lopende boekjaar geen openbare opslag zal plaatsvinden. Met het oog op vereenvoudiging en een efficiënt gebruik van middelen mag de vaststelling van de toepasselijke forfaitaire bedragen niet stelselmatig elk jaar plaatsvinden. In plaats daarvan moet het uitvoeringsbesluit van de Commissie tot vaststelling van die forfaitaire bedragen van toepassing blijven totdat het wordt ingetrokken. |
|
(8) |
De bijlagen I en III bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 moeten derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I en III bij Gedelegeerde Verordening (EU) 906/2014 worden als volgt gewijzigd:
|
1) |
Bijlage I, deel I, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
2) |
Bijlage III wordt als volgt gewijzigd:
|
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 januari 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.
(2) Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat uitgaven voor openbare interventie betreft (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 1).
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/4 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/487 VAN DE COMMISSIE
van 21 maart 2022
tot goedkeuring van niet-minimale wijzigingen van het productdossier van een naam die is opgenomen in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (“Raschera” (BOB))
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Overeenkomstig artikel 53, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 heeft de Commissie zich gebogen over de door Italië ingediende aanvraag tot goedkeuring van wijzigingen van het productdossier van de beschermde oorsprongsbenaming “Raschera”, die is geregistreerd bij Verordening (EG) nr. 1263/96 van de Commissie (2), als gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1086/2013 (3). |
|
(2) |
Aangezien de betrokken wijzigingen niet minimaal zijn in de zin van artikel 53, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1151/2012, heeft de Commissie de wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van die verordening bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie (4). |
|
(3) |
Op 19 februari 2021 heeft de Commissie een brief ontvangen van een in Italië woonachtig natuurlijk persoon, waarin deze laatste bezwaar maakte tegen de goedkeuring van de wijziging. Op 8 november 2021 zond dezelfde natuurlijk persoon een tweede brief met aanvullende elementen tegen de wijziging. |
|
(4) |
Overeenkomstig artikel 51, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 worden natuurlijke personen of rechtspersonen met een rechtmatig belang die woonachtig of gevestigd zijn in de lidstaat vanwaar de aanvraag is ingediend, uitgesloten van de bezwaarprocedure omdat zij reeds de gelegenheid hadden om aan de nationale bezwaarprocedure deel te nemen overeenkomstig artikel 49, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1151/2012. Bijgevolg worden de bezwaarschriften van de in Italië woonachtige natuurlijk persoon niet-ontvankelijk geacht. |
|
(5) |
Gezien het bovenstaande is de Commissie van oordeel dat de wijzigingen van het productdossier van de beschermde oorsprongsbenaming “Raschera” moeten worden goedgekeurd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakte wijzigingen van het productdossier met betrekking tot de naam “Raschera” (BOB) worden goedgekeurd.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 maart 2022.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Janusz WOJCIECHOWSKI
Lid van de Commissie
(1) PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 1263/96 van de Commissie van 1 juli 1996 tot aanvulling van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1107/96 betreffende de registratie van de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen in het kader van de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 19).
(3) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1086/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van het productdossier van een benaming die is opgenomen in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen [Raschera (BOB)] (PB L 293 van 5.11.2013, blz. 26).
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/6 |
VERORDENING (EU) 2022/488 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
tot rectificatie van de Franse taalversie van Verordening (EU) nr. 142/2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (1), en met name artikel 41, lid 3, eerste en derde alinea, en artikel 42, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
De Franse taalversie van Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie (2) bevat een fout in de titel en in hoofdstuk VI, afdeling 2, punt 1, van bijlage XIV met betrekking tot de vermelding van derde landen, waardoor de betekenis tegenovergesteld is aan de beoogde. |
|
(2) |
De Franse taalversie van Verordening (EU) nr. 142/2011 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. Deze rectificatie heeft geen betrekking op de overige taalversies. |
|
(3) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
(heeft geen betrekking op het Nederlands)
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 300 van 14.11.2009, blz. 1.
(2) Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn (PB L 54 van 26.2.2011, blz. 1).
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/7 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/489 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen flubendiamide, L-ascorbinezuur, spinetoram, spirotetramat
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (1), en met name artikel 17, eerste alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
In deel B van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (2) zijn de werkzame stoffen opgenomen die zijn goedgekeurd uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1107/2009. |
|
(2) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2007 van de Commissie (3) is de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stof spirotetramat verlengd van 30 april 2024 tot en met 31 juli 2024, voor spinetoram en L-ascorbinezuur van 30 juni 2024 tot en met 30 september 2024 en voor flubendiamide van 31 augustus 2024 tot en met 30 november 2024. De verlengingen waren nodig omdat bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1740 van de Commissie (4) de datum van indiening van de dossiers ter ondersteuning van de verlenging van de goedkeuring met drie maanden is vervroegd. Daarom moest de datum van indiening van het dossier overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie (5) worden gehandhaafd, terwijl de aanvragers de tijd moesten krijgen om de dossiers in het vereiste formaat op te stellen en in te dienen. |
|
(3) |
Wat flubendiamide, L-ascorbinezuur, spinetoram en spirotetramat betreft, zijn er binnen drie jaar vóór de respectieve in de bijlage bij deze verordening vastgestelde data van goedkeuring geen aanvragen tot verlenging van de goedkeuring ingediend overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1740. |
|
(4) |
De bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2007 vastgestelde verlengingen van de geldigheidsduur van de goedkeuring voor die werkzame stoffen zijn niet langer gerechtvaardigd. Daarom moet worden bepaald dat de goedkeuringen van deze stoffen vervallen op de datum waarop zij zonder de verlenging zouden vervallen. |
|
(5) |
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
|
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1).
(3) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2007 van de Commissie van 8 december 2020 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stoffen 1-decanol, 1,4-dimethylnaftaleen, 6-benzyladenine, acequinocyl, Adoxophyes orana granulovirus, aluminiumsulfaat, amisulbrom, Aureobasidium pullulans (stammen DSM 14940 en DSM 14941), azadirachtine, Bacillus pumilus QST 2808, benalaxyl-M, bixafen, bupirimaat, Candida oleophila stam O, chlorantraniliprole, dinatriumfosfonaat, dithianon, dodine, emamectine, flubendiamide, fluometuron, fluxapyroxad, flutriafol, hexythiazox, imazamox, ipconazool, isoxaben, L-ascorbinezuur, Californische pap, sinaasappelolie, Paecilomyces fumosoroseus stam FE9901, pendimethalin, penflufen, penthiopyrad, kaliumfosfonaten, prosulfuron, Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134, pyridalyl, pyriofenon, pyroxsulam, quinmerac, S-abscisinezuur, sedaxaan, sintofen, natriumzilver-thiosulfaat, spinetoram, spirotetramaat, Streptomyces lydicus stam WYEC 108, tau-fluvalinaat, tebufenozide, tembotrion, thiencarbazon, valifenalaat, zinkfosfide (PB L 414 van 9.12.2020, blz. 10).
(4) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1740 van de Commissie van 20 november 2020 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie (PB L 392 van 23.11.2020, blz. 20).
(5) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26).
BIJLAGE
Deel B van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
In rij 60 (Spirotetramat), zesde kolom (Geldigheidsduur), wordt de datum vervangen door “30 april 2024”. |
|
2) |
In rij 66 (L-ascorbinezuur), zesde kolom (Geldigheidsduur), wordt de datum vervangen door “30 juni 2024”. |
|
3) |
In rij 67 (Spinetoram), zesde kolom (Geldigheidsduur), wordt de datum vervangen door “30 juni 2024”. |
|
4) |
In rij 74 (Flubendiamide), zesde kolom (Geldigheidsduur), wordt de datum vervangen door “31 augustus 2024”. |
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/10 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/490 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wat betreft bepaalde uit Turkije afkomstige voor opplant bestemde planten van de soorten Juglans regia L., Nerium oleander L. en Robinia pseudoacacia L. en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 wat betreft de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen van die voor opplant bestemde planten op het grondgebied van de Unie
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (1), en met name artikel 42, lid 4, derde alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (2) bevat een lijst van planten, plantaardige producten en andere materialen met een hoog risico, die op basis van een voorlopige beoordeling is vastgesteld. |
|
(2) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2018 van de Commissie (3) bevat specifieke regels voor de procedure die moet worden gevolgd bij de uitvoering van de in artikel 42, lid 4, van Verordening (EU) 2016/2031 bedoelde risicobeoordeling van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico. |
|
(3) |
Op basis van een voorlopige risicobeoordeling zijn 34 geslachten en één soort van voor opplant bestemde planten, afkomstig uit alle derde landen, waaronder de geslachten Juglans L., Nerium L. en Robinia L., als planten met een hoog risico opgenomen in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019. |
|
(4) |
In Verordening (EU) 2016/2031 is bepaald dat wanneer een risicobeoordeling uitwijst dat een plant, plantaardig product of ander materiaal die/dat afkomstig is uit een derde land, een groep derde landen of een specifiek gebied binnen een derde land, een onaanvaardbaar risico op plaagorganismen oplevert maar dit risico door toepassing van bepaalde maatregelen tot een aanvaardbaar niveau kan worden teruggebracht, de Commissie die plant, dat plantaardig product of dat andere materiaal uit de in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 vastgestelde lijst moet schrappen en aan de in artikel 41, lid 2, van Verordening (EU) 2016/2031 bedoelde lijst moet toevoegen. |
|
(5) |
Die lijst is vastgesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie (4). |
|
(6) |
Op 9 augustus 2019 heeft Turkije bij de Commissie een verzoek ingediend voor uitvoer naar de Unie van twee jaar oude geënte voor opplant bestemde planten van Juglans regia L. met naakte wortels, zonder blad en met een maximale diameter van 2 cm aan de voet van de stam. Bij dat verzoek was het desbetreffende technische dossier gevoegd. |
|
(7) |
Op 19 mei 2021 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Turkije afkomstige voor opplant bestemde planten van Juglans regia L. (5). De EFSA heeft Anoplophora chinensis, Euzophera semifuneralis, Garella musculana, Lasiodiplodia pseudotheobromae en Lopholeucaspis japonica geïdentificeerd als plaagorganismen die relevant zijn voor die voor opplant bestemde planten, de in het dossier beschreven risicobeperkingsmaatregelen voor die plaagorganismen geëvalueerd en beoordeeld hoe waarschijnlijk het is dat die planten vrij zijn van die plaagorganismen. |
|
(8) |
Op 27 november 2019 heeft Turkije bij de Commissie een verzoek ingediend voor uitvoer naar de Unie van één tot vier jaar oude voor opplant bestemde planten met groeimedium van Nerium oleander L. Bij dat verzoek was het desbetreffende technische dossier gevoegd. |
|
(9) |
Op 25 maart 2021 heeft de EFSA een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Turkije afkomstige voor opplant bestemde planten van Nerium oleander L. (6). De EFSA heeft Phenacoccus solenopsis geïdentificeerd als plaagorganisme dat relevant is voor die voor opplant bestemde planten, de in het dossier beschreven risicobeperkingsmaatregelen voor dat plaagorganisme geëvalueerd en beoordeeld hoe waarschijnlijk het is dat die planten vrij zijn van dat plaagorganisme. |
|
(10) |
Op 27 november 2019 heeft Turkije bij de Commissie een verzoek ingediend voor uitvoer naar de Unie van drie tot zeven jaar oude voor opplant bestemde planten met naakte wortels en planten in groeimedium van Robinia pseudoacacia L. Bij dat verzoek was het desbetreffende technische dossier gevoegd. |
|
(11) |
Op 25 maart 2021 heeft de EFSA een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risicobeoordeling van het handelsartikel voor uit Turkije afkomstige planten van de soort Robinia pseudoacacia L. (7). De EFSA heeft Anoplophora chinensis, Lopholeucapsis japonica, en Pochazia shantungensis geïdentificeerd als plaagorganismen die relevant zijn voor die voor opplant bestemde planten, de in het dossier beschreven risicobeperkingsmaatregelen voor die plaagorganismen geëvalueerd en beoordeeld hoe waarschijnlijk het is dat die planten vrij zijn van die plaagorganismen. |
|
(12) |
Op basis van die adviezen moeten de nodige maatregelen om het risico op die plaagorganismen aan te pakken als fytosanitaire invoervoorschriften worden vastgesteld om het fytosanitaire risico dat uit het binnenbrengen in de Unie van de nader omschreven planten voortvloeit tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen. |
|
(13) |
Daarom moeten de volgende planten uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 worden geschrapt: uit Turkije afkomstige tot twee jaar oude voor opplant bestemde planten van Juglans regia L. met naakte wortels, zonder blad en met een maximale diameter van 2 cm aan de voet van de stam, uit Turkije afkomstige tot vier jaar oude voor opplant bestemde planten van Nerium oleander L. en uit Turkije afkomstige tot zeven jaar oude voor opplant bestemde planten van Robinia pseudoacacia L. met een maximale diameter van 25 cm. Die voor opplant bestemde planten moeten aan de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 worden toegevoegd en in voorkomend geval moeten de nodige fytosanitaire invoermaatregelen daarin worden vastgesteld. |
|
(14) |
Gezien de onzekerheden in die dossiers die door de EFSA zijn vastgesteld, wordt de toepassing van de door Turkije in het dossier beschreven maatregelen op zichzelf onvoldoende geacht om het risico van het binnenbrengen van de nader omschreven planten op het grondgebied de Unie tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen. Om het fytosanitaire risico tot een dergelijk niveau te beperken, moet in aanvulling op de maatregelen die Turkije reeds in het dossier heeft voorgesteld, worden verplicht dat die planten zijn geteeld op plaagorganismevrije productielocaties. |
|
(15) |
Anoplophora chinensis en Lopholeucaspis japonica zijn opgenomen in de lijst van EU-quarantaineorganismen in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie (8). Euzophera semifuneralis, Garella musculana, Lasiodiplodia pseudotheobromae, Phenacoccus solenopsis en Pochazia shantungensis zijn nog niet in die lijst opgenomen, maar kunnen voldoen aan de voorwaarden om te worden opgenomen zodra een volledige risicobeoordeling is uitgevoerd. |
|
(16) |
Overeenkomstig artikel 42, lid 5, van Verordening (EU) 2016/2031 wordt de risicobeoordeling binnen een redelijke termijn uitgevoerd. Echter zijn gezien de vraag naar invoer van dergelijke handelsartikelen, totdat de risicobeoordeling is voltooid tijdelijke fytosanitaire maatregelen noodzakelijk en passend met betrekking tot Euzophera semifuneralis, Garella musculana, Lasiodiplodia pseudotheobromae, Phenacoccus solenopsis en Pochazia shantungensis. |
|
(17) |
Om te voldoen aan de verplichtingen die uit de Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van de Wereldhandelsorganisatie (9) voortvloeien, moet de invoer van die handelsartikelen in de Unie zo snel mogelijk hervat worden. Deze verordening moet dan ook in werking treden op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. |
|
(18) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.
Artikel 2
Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van een voorlopige lijst van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42 van Verordening (EU) 2016/2031 en een lijst van planten waarvoor geen fytosanitair certificaat is vereist voor het binnenbrengen in de Unie in de zin van artikel 73 van die verordening (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 10).
(3) Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2018 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van specifieke regels voor de te volgen procedure bij de uitvoering van de risicobeoordeling van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 7).
(4) Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie van 21 augustus 2020 betreffende de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt (PB L 275 van 24.8.2020, blz. 5).
(5) EFSA PLH Panel (EFSA-panel voor de gezondheid van gewassen), Scientific Opinion on the commodity risk assessment of Juglans regia plants from Turkey. EFSA Journal 2021;19(6):6665, 99 blz. https://doi.org/10.2903/j.efsa.2021.6665
(6) EFSA PLH Panel, Scientific Opinion on the commodity risk assessment of Nerium oleander plants from Turkey. EFSA Journal 2021;19(5):6569, 34 blz. https://doi.org/10.2903/j.efsa.2021.6569
(7) EFSA PLH Panel, Scientific Opinion on the commodity risk assessment of Robinia pseudoacacia plants from Turkey. EFSA Journal 2021;19(5):6568, 54 blz. https://doi.org/10.2903/j.efsa.2021.6568
(8) Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (PB L 319 van 10.12.2019, blz. 1).
(9) De Overeenkomst inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van de Wereldhandelsorganisatie (goedgekeurd op 15 april 1994, in werking getreden op 1 januari 1995), 1867 UNTS 493 (SPS-overeenkomst).
BIJLAGE I
In de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wordt in punt 1, in de tabel, de tweede kolom (“Omschrijving”) als volgt gewijzigd:
|
1) |
De vermelding voor “Juglans L.” wordt vervangen door: “ Juglans L., met uitzondering van uit Turkije afkomstige tot twee jaar oude voor opplant bestemde planten van de soort Juglans regia L. met naakte wortels, zonder blad en met een maximale diameter van 2 cm aan de voet van de stam”. |
|
2) |
De vermelding voor “Nerium L.” wordt vervangen door: “ Nerium L., met uitzondering van uit Turkije afkomstige tot vier jaar oude voor opplant bestemde planten van Nerium oleander L.”. |
|
3) |
De vermelding voor “Robinia L., met uitzondering van uit Israël afkomstige geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm van de soort Robinia pseudoacacia L.” wordt vervangen door: “ Robinia L., met uitzondering van uit Israël afkomstige geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm van de soort Robinia pseudoacacia L. en met uitzondering van uit Turkije afkomstige tot zeven jaar oude voor opplant bestemde planten met een maximale diameter van 25 cm van de soort Robinia pseudoacacia L.”. |
BIJLAGE II
De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
De volgende vermeldingen worden ingevoegd na de vermelding voor “Jasminum polyanthum Franchet, stekken zonder wortels van voor opplant bestemde planten”
|
|
2) |
De volgende vermelding wordt ingevoegd na de vermelding voor “Robinia pseudoacacia, geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm”
|
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/16 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/491 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
tot wijziging van bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (“diergezondheidswetgeving”) (1), en met name artikel 71, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Afrikaanse varkenspest is een infectieuze virale ziekte bij gehouden en in het wild levende varkens en kan ernstige gevolgen hebben voor de betrokken dierpopulatie en de rentabiliteit van de landbouw, waardoor de verplaatsingen van zendingen van die dieren en producten daarvan binnen de Unie en de uitvoer naar derde landen worden verstoord. |
|
(2) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 van de Commissie (2) is vastgesteld in het kader van Verordening (EU) 2016/429 en bevat bijzondere ziektebestrijdingsmaatregelen in verband met Afrikaanse varkenspest die door de in bijlage I bij die verordening vermelde lidstaten (de “betrokken lidstaten”) gedurende een beperkte periode in de in die bijlage vermelde beperkingszones I, II en III moeten worden toegepast. |
|
(3) |
De in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszones I, II en III opgenomen gebieden zijn opgenomen op basis van de epidemiologische situatie van Afrikaanse varkenspest in de Unie. Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 is laatstelijk gewijzigd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2022/440 (3), naar aanleiding van veranderingen in de epidemiologische situatie ten aanzien van die ziekte in Bulgarije, Italië en Polen. |
|
(4) |
Bij eventuele wijzigingen van de beperkingszones I, II en III in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 moet worden uitgegaan van de epidemiologische situatie met betrekking tot Afrikaanse varkenspest in de gebieden die door die ziekte zijn getroffen en de algemene epidemiologische situatie van Afrikaanse varkenspest in de desbetreffende lidstaat, het risiconiveau ten aanzien van de verdere verspreiding van die ziekte, de wetenschappelijk gefundeerde beginselen en criteria voor de geografische vaststelling van zones ten aanzien van Afrikaanse varkenspest en de met de lidstaten in het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders overeengekomen richtsnoeren van de Unie, die openbaar beschikbaar zijn op de website van de Commissie (4). Bij dergelijke wijzigingen moet ook rekening worden gehouden met internationale normen, zoals de Gezondheidscode voor landdieren (5) van de Wereldorganisatie voor diergezondheid en de door de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten verstrekte motiveringen voor de zonering. |
|
(5) |
Sinds de datum waarop Uitvoeringsverordening (EU) 2022/440 is vastgesteld, hebben zich nieuwe uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij in het wild levende varkens voorgedaan in Letland en Slowakije. Bovendien is de epidemiologische situatie in bepaalde gebieden van Slowakije die als beperkingszone III zijn opgenomen, als gevolg van de ziektebestrijdingsmaatregelen die die lidstaat overeenkomstig de wetgeving van de Unie toepast, verbeterd wat gehouden varkens betreft. |
|
(6) |
In maart 2022 zijn verscheidene uitbraken van Afrikaanse varkenspest vastgesteld bij in het wild levende varkens in het district Dienvidkurzemes in Letland, in een gebied dat momenteel in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszone I is opgenomen. Door die nieuwe uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij in het wild levende varkens verhoogt het risiconiveau, wat in die bijlage moet worden weerspiegeld. Bijgevolg moet dit momenteel als beperkingszone I in die bijlage opgenomen gebied van Letland dat door deze recente uitbraken van Afrikaanse varkenspest is getroffen, nu in die bijlage als beperkingszone II in plaats van als beperkingszone I worden opgenomen, en moeten de huidige grenzen van beperkingszone I ook opnieuw worden bepaald om rekening te houden met deze recente uitbraken. |
|
(7) |
In maart 2022 zijn tevens verschillende uitbraken van Afrikaanse varkenspest vastgesteld bij in het wild levende varkens in de regio’s Liptovský Mikuláš en Banská Bystrica in Slowakije, in gebieden die momenteel in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszone I zijn opgenomen. Door die nieuwe uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij in het wild levende varkens verhoogt het risiconiveau, wat in die bijlage moet worden weerspiegeld. Bijgevolg moeten die momenteel als beperkingszone I in die bijlage opgenomen gebieden van Slowakije die door deze recente uitbraken van Afrikaanse varkenspest zijn getroffen, nu in die bijlage als beperkingszone II in plaats van als beperkingszone I worden opgenomen, en moeten de huidige grenzen van beperkingszones I ook opnieuw worden bepaald om rekening te houden met deze recente uitbraken. |
|
(8) |
Naar aanleiding van die recente uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij in het wild levende varkens in Letland en Slowakije, en rekening houdend met de huidige epidemiologische situatie in de Unie wat Afrikaanse varkenspest betreft, is de zonering in die lidstaten opnieuw geëvalueerd en geactualiseerd. Bovendien zijn de bestaande risicobeheersmaatregelen ook opnieuw geëvalueerd en geactualiseerd. Deze wijzigingen moeten worden weerspiegeld in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605. |
|
(9) |
Rekening houdend met de doeltreffendheid van de ziektebestrijdingsmaatregelen voor Afrikaanse varkenspest bij gehouden varkens die in de in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 opgenomen beperkingszone III in Slowakije overeenkomstig Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/687 van de Commissie (6) worden toegepast, en met name de in de artikelen 22, 25 en 40 van die verordening vastgestelde maatregelen, en in overeenstemming met de risicobeperkende maatregelen voor Afrikaanse varkenspest die zijn vermeld in de OIE-code, moeten bovendien bepaalde gebieden in het district Nové Zámky in Slowakije, die momenteel in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszones III zijn opgenomen, nu uit die bijlage worden geschrapt op grond van de afwezigheid van uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij gehouden varkens in die beperkingszones III gedurende de afgelopen drie maanden. Voorts moeten bepaalde gebieden die momenteel in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszone I zijn opgenomen en die aan die beperkingszones III grenzen, nu uit die bijlage worden geschrapt om rekening te houden met de doeltreffendheid van die ziektebestrijdingsmaatregelen. |
|
(10) |
Rekening houdend met de doeltreffendheid van de ziektebestrijdingsmaatregelen voor Afrikaanse varkenspest bij gehouden varkens die in de in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 opgenomen beperkingszone III in Slowakije overeenkomstig Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/687 worden toegepast, en met name de in de artikelen 22, 25 en 40 van die verordening vastgestelde maatregelen, en in overeenstemming met de risicobeperkende maatregelen voor Afrikaanse varkenspest die zijn vermeld in de OIE-code, moeten tenslotte bepaalde gebieden in het district Lučenec in Slowakije, die momenteel in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszones III zijn opgenomen, nu als beperkingszones II in die bijlage worden opgenomen, op grond van de afwezigheid van uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij gehouden varkens in die beperkingszones III gedurende de afgelopen drie maanden. Die beperkingszones III moeten nu als beperkingszones II worden opgenomen, rekening houdend met de huidige epidemiologische situatie van Afrikaanse varkenspest. |
|
(11) |
Om rekening te houden met de recente ontwikkelingen in de epidemiologische situatie van Afrikaanse varkenspest in de Unie, en met het oog op de proactieve bestrijding van de met de verspreiding van die ziekte samenhangende risico’s, moeten voor Letland en Slowakije nieuwe beperkingszones van voldoende omvang worden afgebakend en in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 als beperkingszones I en II worden opgenomen. Aangezien de situatie met betrekking tot Afrikaanse varkenspest in de Unie zeer dynamisch is, is bij de afbakening van die nieuwe beperkingszones rekening gehouden met de situatie in de omliggende gebieden. |
|
(12) |
Gezien de urgentie van de epidemiologische situatie in de Unie wat de verspreiding van Afrikaanse varkenspest betreft, is het belangrijk dat de wijzigingen die door middel van deze uitvoeringsverordening worden aangebracht in bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605, zo spoedig mogelijk in werking treden. |
|
(13) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 van de Commissie van 7 april 2021 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 1).
(3) Uitvoeringsverordening (EU) 2022/440 van de Commissie van 16 maart 2022 tot wijziging van bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest (PB L 90 van 18.3.2022, blz. 67).
(4) Werkdocument SANTE/7112/2015/Rev. 3 “Principles and criteria for geographically defining ASF regionalisation”. https://ec.europa.eu/food/animals/animal-diseases/control-measures/asf_en
(5) Gezondheidscode voor landdieren van de OIE, 28e editie, 2019. ISBN van volume I: 978-92-95108-85-1; ISBN van volume II: 978-92-95108-86-8. https://www.oie.int/standard-setting/terrestrial-code/access-online/
(6) Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/687 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat regels voor de preventie en bestrijding van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten betreft (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 64).
BIJLAGE
Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 wordt vervangen door:
“BIJLAGE I
BEPERKINGSZONES
DEEL I
1. Duitsland
De volgende beperkingszones I in Duitsland:
|
Bundesland Brandenburg:
|
|
Bundesland Sachsen:
|
|
Bundesland Mecklenburg-Vorpommern:
|
2. Estland
De volgende beperkingszones I in Estland:
|
— |
Hiiu maakond. |
3. Griekenland
De volgende beperkingszones I in Griekenland:
|
— |
in the regional unit of Drama:
|
|
— |
in the regional unit of Xanthi:
|
|
— |
in the regional unit of Rodopi:
|
|
— |
in the regional unit of Evros:
|
|
— |
in the regional unit of Serres:
|
4. Letland
De volgende beperkingszones I in Letland:
|
— |
Dienvidkurzemes novada Medzes, Grobiņas pagasts, Vērgales pagasta daļa uz austrumiem no autoceļa P111, Nīcas pagasta daļa uz ziemeļiem no apdzīvotas vietas Bernāti, autoceļa V1232, A11, V1222, Bārtas upes, Otaņķu pagasts, Grobiņas pilsēta, |
|
— |
Ropažu novada Stopiņu pagasta daļa, kas atrodas uz rietumiem no autoceļa V36, P4 un P5, Acones ielas, Dauguļupes ielas un Dauguļupītes. |
5. Litouwen
De volgende beperkingszones I in Litouwen:
|
— |
Kalvarijos savivaldybė, |
|
— |
Klaipėdos rajono savivaldybė: Agluonėnų, Dovilų, Gargždų, Priekulės, Vėžaičių, Kretingalės ir Dauparų-Kvietinių seniūnijos, |
|
— |
Marijampolės savivaldybė, |
|
— |
Palangos miesto savivaldybė, |
|
— |
Vilkaviškio rajono savivaldybė. |
6. Hongarije
De volgende beperkingszones I in Hongarije:
|
— |
Békés megye 950950, 950960, 950970, 951950, 952050, 952750, 952850, 952950, 953050, 953150, 953650, 953660, 953750, 953850, 953960, 954250, 954260, 954350, 954450, 954550, 954650, 954750, 954850, 954860, 954950, 955050, 955150, 955250, 955260, 955270, 955350, 955450, 955510, 955650, 955750, 955760, 955850, 955950, 956050, 956060, 956150 és 956160 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Bács-Kiskun megye 600150, 600850, 601550, 601650, 601660, 601750, 601850, 601950, 602050, 603250, 603750 és 603850 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Budapest 1 kódszámú, vadgazdálkodási tevékenységre nem alkalmas területe, |
|
— |
Csongrád-Csanád megye 800150, 800160, 800250, 802220, 802260, 802310 és 802450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Fejér megye 400150, 400250, 400351, 400352, 400450, 400550, 401150, 401250, 401350, 402050, 402350, 402360, 402850, 402950, 403050, 403450, 403550, 403650, 403750, 403950, 403960, 403970, 404650, 404750, 404850, 404950, 404960, 405050, 405750, 405850, 405950, |
|
— |
406050, 406150, 406550, 406650 és 406750 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Győr-Moson-Sopron megye 100550, 100650, 100950, 101050, 101350, 101450, 101550, 101560 és 102150 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Jász-Nagykun-Szolnok megye 750150, 750160, 750260, 750350, 750450, 750460, 754450, 754550, 754560, 754570, 754650, 754750, 754950, 755050, 755150, 755250, 755350 és 755450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Komárom-Esztergom megye 250150, 250250, 250450, 250460, 250550, 250650, 250750, 251050, 251150, 251250, 251350, 251360, 251650, 251750, 251850, 252250, kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Pest megye 571550, 572150, 572250, 572350, 572550, 572650, 572750, 572850, 572950, 573150, 573250, 573260, 573350, 573360, 573450, 573850, 573950, 573960, 574050, 574150, 574350, 574360, 574550, 574650, 574750, 574850, 574860, 574950, 575050, 575150, 575250, 575350, 575550, 575650, 575750, 575850, 575950, 576050, 576150, 576250, 576350, 576450, 576650, 576750, 576850, 576950, 577050, 577150, 577350, 577450, 577650, 577850, 577950, 578050, 578150, 578250, 578350, 578360, 578450, 578550, 578560, 578650, 578850, 578950, 579050, 579150, 579250, 579350, 579450, 579460, 579550, 579650, 579750, 580250 és 580450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe. |
7. Polen
De volgende beperkingszones I in Polen:
|
w województwie kujawsko - pomorskim:
|
|
w województwie warmińsko-mazurskim:
|
|
w województwie podlaskim:
|
|
w województwie mazowieckim:
|
|
w województwie podkarpackim:
|
|
w województwie świętokrzyskim:
|
|
w województwie łódzkim:
|
|
w województwie śląskim:
|
|
w województwie pomorskim:
|
|
w województwie lubuskim:
|
|
w województwie dolnośląskim:
|
|
w województwie wielkopolskim:
|
|
w województwie opolskim:
|
|
w województwie zachodniopomorskim:
|
|
w województwie małopolskim:
|
8. Slowakije
De volgende beperkingszones I in Slowakije:
|
— |
in the district of Nové Zámky, Sikenička, Pavlová, Bíňa, Kamenín, Kamenný Most, Malá nad Hronom, Belá, Ľubá, Šarkan, Gbelce, Bruty, Mužla, Obid, Štúrovo, Nána, Kamenica nad Hronom, Chľaba, Leľa, Bajtava, Salka, Malé Kosihy, |
|
— |
in the district of Veľký Krtíš, the municipalities of Ipeľské Predmostie, Veľká nad Ipľom, Hrušov, Kleňany, Sečianky, |
|
— |
in the district of Levice, the municipalities of Keť, Čata, Pohronský Ruskov, Hronovce, Želiezovce, Zalaba, Malé Ludince, Šalov, Sikenica, Pastovce, Bielovce, Ipeľský Sokolec, Lontov, Kubáňovo, Sazdice, Demandice, Dolné Semerovce, Vyškovce nad Ipľom, Preseľany nad Ipľom, Hrkovce, Tupá, Horné Semerovce, Hokovce, Slatina, Horné Turovce, Veľké Turovce, Šahy, Tešmak, Plášťovce, Ipeľské Uľany, |
|
— |
the whole district of Krupina, except municipalities included in part II, |
|
— |
the whole district of Ružomberok, |
|
— |
in the region of Turčianske Teplice, municipalties of Turček, Horná Štubňa, Čremošné, Háj, Rakša, Mošovce, |
|
— |
in the district of Martin, municipalties of Blatnica, Folkušová, Necpaly, |
|
— |
in the district of Dolný Kubín, the municipalities of Kraľovany, Žaškov, Jasenová, Vyšný Kubín, Oravská Poruba, Leštiny, Osádka, Malatiná, Chlebnice, Krivá, |
|
— |
in the district of Tvrdošín, the municipalities of Oravský Biely Potok, Habovka, Zuberec, |
|
— |
the whole district of Banska Stiavnica, |
|
— |
the whole district of Žiar nad Hronom. |
9. Italië
De volgende beperkingszones I in Italië:
|
Piedmont Region:
|
|
Liguria Region:
|
|
Emilia-Romagna Region:
|
|
Lombardia Region:
|
DEEL II
1. Bulgarije
De volgende beperkingszones II in Bulgarije:
|
— |
the whole region of Haskovo, |
|
— |
the whole region of Yambol, |
|
— |
the whole region of Stara Zagora, |
|
— |
the whole region of Pernik, |
|
— |
the whole region of Kyustendil, |
|
— |
the whole region of Plovdiv, excluding the areas in Part III, |
|
— |
the whole region of Pazardzhik, excluding the areas in Part III, |
|
— |
the whole region of Smolyan, |
|
— |
the whole region of Dobrich, |
|
— |
the whole region of Sofia city, |
|
— |
the whole region of Sofia Province, |
|
— |
the whole region of Blagoevgrad excluding the areas in Part III, |
|
— |
the whole region of Razgrad, |
|
— |
the whole region of Kardzhali, |
|
— |
the whole region of Burgas, |
|
— |
the whole region of Varna excluding the areas in Part III, |
|
— |
the whole region of Silistra, |
|
— |
the whole region of Ruse, |
|
— |
the whole region of Veliko Tarnovo, |
|
— |
the whole region of Pleven, |
|
— |
the whole region of Targovishte, |
|
— |
the whole region of Shumen, |
|
— |
the whole region of Sliven, |
|
— |
the whole region of Vidin, |
|
— |
the whole region of Gabrovo, |
|
— |
the whole region of Lovech, |
|
— |
the whole region of Montana, |
|
— |
the whole region of Vratza. |
2. Duitsland
De volgende beperkingszones II in Duitsland:
|
Bundesland Brandenburg:
|
|
Bundesland Sachsen:
|
|
Bundesland Mecklenburg-Vorpommern:
|
3. Estland
De volgende beperkingszones II in Estland:
|
— |
Eesti Vabariik (välja arvatud Hiiu maakond). |
4. Letland
De volgende beperkingszones II in Letland:
|
— |
Aizkraukles novads, |
|
— |
Alūksnes novads, |
|
— |
Augšdaugavas novads, |
|
— |
Ādažu novads, |
|
— |
Balvu novads, |
|
— |
Bauskas novads, |
|
— |
Cēsu novads, |
|
— |
Dienvidkurzemes novada Aizputes, Cīravas, Lažas, Kalvenes, Kazdangas, Durbes, Dunalkas, Tadaiķu, Vecpils, Bārtas, Sakas, Bunkas, Priekules, Gramzdas, Kalētu, Virgas, Dunikas, Embūtes, Vaiņodes, Gaviezes, Rucavas pagasts, Nīcas pagasta daļa uz dienvidiem no apdzīvotas vietas Bernāti, autoceļa V1232, A11, V1222, Bārtas upes, Vērgales pagasta daļa uz rietumiem no autoceļa P111, Aizputes, Durbes, Pāvilostas, Priekules pilsēta, |
|
— |
Dobeles novads, |
|
— |
Gulbenes novads, |
|
— |
Jelgavas novads, |
|
— |
Jēkabpils novads, |
|
— |
Krāslavas novads, |
|
— |
Kuldīgas novads, |
|
— |
Ķekavas novads, |
|
— |
Limbažu novads, |
|
— |
Līvānu novads, |
|
— |
Ludzas novads, |
|
— |
Madonas novads, |
|
— |
Mārupes novads, |
|
— |
Ogres novads, |
|
— |
Olaines novads, |
|
— |
Preiļu novads, |
|
— |
Rēzeknes novads, |
|
— |
Ropažu novada Garkalnes, Ropažu pagasts, Stopiņu pagasta daļa, kas atrodas uz austrumiem no autoceļa V36, P4 un P5, Acones ielas, Dauguļupes ielas un Dauguļupītes, Vangažu pilsēta, |
|
— |
Salaspils novads, |
|
— |
Saldus novads, |
|
— |
Saulkrastu novads, |
|
— |
Siguldas novads, |
|
— |
Smiltenes novads, |
|
— |
Talsu novads, |
|
— |
Tukuma novads, |
|
— |
Valkas novads, |
|
— |
Valmieras novads, |
|
— |
Varakļānu novads, |
|
— |
Ventspils novads, |
|
— |
Daugavpils valstspilsētas pašvaldība, |
|
— |
Jelgavas valstspilsētas pašvaldība, |
|
— |
Jūrmalas valstspilsētas pašvaldība, |
|
— |
Rēzeknes valstspilsētas pašvaldība. |
5. Litouwen
De volgende beperkingszones II in Litouwen:
|
— |
Alytaus miesto savivaldybė, |
|
— |
Alytaus rajono savivaldybė, |
|
— |
Anykščių rajono savivaldybė, |
|
— |
Akmenės rajono savivaldybė, |
|
— |
Birštono savivaldybė, |
|
— |
Biržų miesto savivaldybė, |
|
— |
Biržų rajono savivaldybė, |
|
— |
Druskininkų savivaldybė, |
|
— |
Elektrėnų savivaldybė, |
|
— |
Ignalinos rajono savivaldybė, |
|
— |
Jonavos rajono savivaldybė, |
|
— |
Joniškio rajono savivaldybė, |
|
— |
Jurbarko rajono savivaldybė, |
|
— |
Kaišiadorių rajono savivaldybė, |
|
— |
Kauno miesto savivaldybė, |
|
— |
Kauno rajono savivaldybė, |
|
— |
Kazlų rūdos savivaldybė, |
|
— |
Kelmės rajono savivaldybė, |
|
— |
Kėdainių rajono savivaldybė, |
|
— |
Klaipėdos rajono savivaldybė: Judrėnų, Endriejavo ir Veiviržėnų seniūnijos, |
|
— |
Kupiškio rajono savivaldybė, |
|
— |
Kretingos rajono savivaldybė, |
|
— |
Lazdijų rajono savivaldybė, |
|
— |
Mažeikių rajono savivaldybė, |
|
— |
Molėtų rajono savivaldybė, |
|
— |
Pagėgių savivaldybė, |
|
— |
Pakruojo rajono savivaldybė, |
|
— |
Panevėžio rajono savivaldybė, |
|
— |
Panevėžio miesto savivaldybė, |
|
— |
Pasvalio rajono savivaldybė, |
|
— |
Radviliškio rajono savivaldybė, |
|
— |
Rietavo savivaldybė, |
|
— |
Prienų rajono savivaldybė, |
|
— |
Plungės rajono savivaldybė, |
|
— |
Raseinių rajono savivaldybė, |
|
— |
Rokiškio rajono savivaldybė, |
|
— |
Skuodo rajono savivaldybės, |
|
— |
Šakių rajono savivaldybė, |
|
— |
Šalčininkų rajono savivaldybė, |
|
— |
Šiaulių miesto savivaldybė, |
|
— |
Šiaulių rajono savivaldybė, |
|
— |
Šilutės rajono savivaldybė, |
|
— |
Širvintų rajono savivaldybė, |
|
— |
Šilalės rajono savivaldybė, |
|
— |
Švenčionių rajono savivaldybė, |
|
— |
Tauragės rajono savivaldybė, |
|
— |
Telšių rajono savivaldybė, |
|
— |
Trakų rajono savivaldybė, |
|
— |
Ukmergės rajono savivaldybė, |
|
— |
Utenos rajono savivaldybė, |
|
— |
Varėnos rajono savivaldybė, |
|
— |
Vilniaus miesto savivaldybė, |
|
— |
Vilniaus rajono savivaldybė, |
|
— |
Visagino savivaldybė, |
|
— |
Zarasų rajono savivaldybė. |
6. Hongarije
De volgende beperkingszones II in Hongarije:
|
— |
Békés megye 950150, 950250, 950350, 950450, 950550, 950650, 950660, 950750, 950850, 950860, 951050, 951150, 951250, 951260, 951350, 951450, 951460, 951550, 951650, 951750, 952150, 952250, 952350, 952450, 952550, 952650, 953250, 953260, 953270, 953350, 953450, 953550, 953560, 953950, 954050, 954060, 954150, 956250, 956350, 956450, 956550, 956650 és 956750 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Borsod-Abaúj-Zemplén megye valamennyi vadgazdálkodási egységének teljes területe, |
|
— |
Fejér megye 403150, 403160, 403250, 403260, 403350, 404250, 404550, 404560, 404570, 405450, 405550, 405650, 406450 és 407050 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Hajdú-Bihar megye valamennyi vadgazdálkodási egységének teljes területe, |
|
— |
Heves megye valamennyi vadgazdálkodási egységének teljes területe, |
|
— |
Jász-Nagykun-Szolnok megye 750250, 750550, 750650, 750750, 750850, 750970, 750980, 751050, 751150, 751160, 751250, 751260, 751350, 751360, 751450, 751460, 751470, 751550, 751650, 751750, 751850, 751950, 752150, 752250, 752350, 752450, 752460, 752550, 752560, 752650, 752750, 752850, 752950, 753060, 753070, 753150, 753250, 753310, 753450, 753550, 753650, 753660, 753750, 753850, 753950, 753960, 754050, 754150, 754250, 754360, 754370, 754850, 755550, 755650 és 755750 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Komárom-Esztergom megye: 250350, 250850, 250950, 251450, 251550, 251950, 252050, 252150, 252350, 252450, 252460, 252550, 252650, 252750, 252850, 252860, 252950, 252960, 253050, 253150, 253250, 253350, 253450 és 253550 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Nógrád megye valamennyi vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Pest megye 570150, 570250, 570350, 570450, 570550, 570650, 570750, 570850, 570950, 571050, 571150, 571250, 571350, 571650, 571750, 571760, 571850, 571950, 572050, 573550, 573650, 574250, 577250, 580050 és 580150 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe, |
|
— |
Szabolcs-Szatmár-Bereg megye valamennyi vadgazdálkodási egységének teljes területe. |
7. Polen
De volgende beperkingszones II in Polen:
|
w województwie warmińsko-mazurskim:
|
|
w województwie podlaskim:
|
|
w województwie mazowieckim:
|
|
w województwie lubelskim:
|
|
w województwie podkarpackim:
|
|
w województwie pomorskim:
|
|
w województwie świętokrzyskim:
|
|
w województwie lubuskim:
|
w województwie dolnośląskim:
|
— |
powiat zgorzelecki, |
|
— |
gminy Gaworzyce, Grębocice, Polkowice i Radwanice w powiecie polkowickim, |
|
— |
część powiatu wołowskiego niewymieniona w części III załącznika I, |
|
— |
powiat lubiński, |
|
— |
gmina Malczyce, Miękinia, Środa Śląska, część gminy Kostomłoty położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr A4, część gminy Udanin położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr A4 w powiecie średzkim, |
|
— |
gmina Wądroże Wielkie w powiecie jaworskim, |
|
— |
powiat miejski Legnica, |
|
— |
część powiatu legnickiego niewymieniona w części I i III załącznika I, |
|
— |
gmina Oborniki Śląskie, Wisznia Mała, Trzebnica, Zawonia w powiecie trzebnickim, |
|
— |
gminy Leśna, Lubań i miasto Lubań, Olszyna, Platerówka, Siekierczyn w powiecie lubańskim, |
|
— |
powiat miejki Wrocław, |
|
— |
gminy Czernica, Długołęka, Siechnice, część gminy Żórawina położona na wschód od linii wyznaczonej przez autostradę A4, część gminy Kąty Wrocławskie położona na północ od linii wyznaczonej przez autostradę A4 w powiecie wrocławskim, |
|
— |
gminy Jelcz - Laskowice, Oława z miastem Oława i część gminy Domaniów położona na północny wschód od linii wyznaczonej przez autostradę A4 w powiecie oławskim, |
|
— |
gmina Bierutów, miasto Oleśnica, część gminy wiejskiej Oleśnica położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr S8, część gminy Dobroszyce położona na zachód od linii wyznaczonej przez linię kolejową biegnącą od północnej do południowej granicy gminy w powiecie oleśnickim, |
|
— |
gmina Cieszków, Krośnice, część gminy Milicz położona na wschód od linii łączącej miejscowości Poradów – Piotrkosice – Sulimierz – Sułów - Gruszeczka w powiecie milickim, |
|
— |
część powiatu bolesławieckiego niewymieniona w części III załącznika I, |
|
— |
część powiatu głogowskiego niewymieniona w części III załącznika I, |
|
— |
gmina Niechlów w powiecie górowskim, |
|
— |
gmina Zagrodno w powiecie złotoryjskim, |
|
w województwie wielkopolskim:
|
|
w województwie łódzkim:
|
|
w województwie zachodniopomorskim:
|
|
w województwie opolskim:
|
8. Slowakije
De volgende beperkingszones II in Slowakije:
|
— |
the whole district of Gelnica except municipalities included in zone III, |
|
— |
the whole district of Poprad |
|
— |
the whole district of Spišská Nová Ves, |
|
— |
the whole district of Levoča, |
|
— |
the whole district of Kežmarok |
|
— |
in the whole district of Michalovce except municipalities included in zone III, |
|
— |
the whole district of Košice-okolie, |
|
— |
the whole district of Rožnava, |
|
— |
the whole city of Košice, |
|
— |
the whole district of Sobrance, |
|
— |
the whole district of Vranov nad Topľou, |
|
— |
the whole district of Humenné except municipalities included in zone III, |
|
— |
the whole district of Snina, |
|
— |
the whole district of Prešov except municipalities included in zone III, |
|
— |
the whole district of Sabinov except municipalities included in zone III, |
|
— |
the whole district of Svidník, |
|
— |
the whole district of Medzilaborce, |
|
— |
the whole district of Stropkov |
|
— |
the whole district of Bardejov, |
|
— |
the whole district of Stará Ľubovňa, |
|
— |
the whole district of Revúca, |
|
— |
the whole district of Rimavská Sobota except municipalities included in zone III, |
|
— |
in the district of Veľký Krtíš, the whole municipalities not included in part I, |
|
— |
the whole district of Lučenec, |
|
— |
the whole district of Poltár, |
|
— |
the whole district of Zvolen, |
|
— |
the whole district of Detva, |
|
— |
in the district of Krupina the whole municipalities of Senohrad, Horné Mladonice, Dolné Mladonice, Čekovce, Lackov, Zemiansky Vrbovok, Kozí Vrbovok, Čabradský Vrbovok, Cerovo, Trpín, Litava, |
|
— |
the whole district of Banska Bystica, |
|
— |
the whole district of Brezno, |
|
— |
the whole district of Liptovsky Mikuláš. |
9. Italië
De volgende beperkingszones II in Italië:
|
Piedmont Region:
|
|
Liguria Region:
|
DEEL III
1. Bulgarije
De volgende beperkingszones III in Bulgarije:
|
— |
in Blagoevgrad region:
|
|
— |
the Pazardzhik region:
|
|
— |
in Plovdiv region
|
|
— |
in Varna region:
|
2. Italië
De volgende beperkingszones III in Italië:
|
— |
tutto il territorio della Sardegna. |
3. Polen
De volgende beperkingszones III in Polen:
|
w województwie warmińsko-mazurskim:
|
|
w województwie lubelskim:
|
|
w województwie podkarpackim:
|
|
w województwie lubuskim:
|
|
w województwie wielkopolskim:
|
|
w województwie dolnośląskim:
|
|
w województwie świętokrzyskim:
|
|
w województwie małopolskim:
|
4. Roemenië
De volgende beperkingszones III in Roemenië:
|
— |
Zona orașului București, |
|
— |
Județul Constanța, |
|
— |
Județul Satu Mare, |
|
— |
Județul Tulcea, |
|
— |
Județul Bacău, |
|
— |
Județul Bihor, |
|
— |
Județul Bistrița Năsăud, |
|
— |
Județul Brăila, |
|
— |
Județul Buzău, |
|
— |
Județul Călărași, |
|
— |
Județul Dâmbovița, |
|
— |
Județul Galați, |
|
— |
Județul Giurgiu, |
|
— |
Județul Ialomița, |
|
— |
Județul Ilfov, |
|
— |
Județul Prahova, |
|
— |
Județul Sălaj, |
|
— |
Județul Suceava |
|
— |
Județul Vaslui, |
|
— |
Județul Vrancea, |
|
— |
Județul Teleorman, |
|
— |
Judeţul Mehedinţi, |
|
— |
Județul Gorj, |
|
— |
Județul Argeș, |
|
— |
Judeţul Olt, |
|
— |
Judeţul Dolj, |
|
— |
Județul Arad, |
|
— |
Județul Timiș, |
|
— |
Județul Covasna, |
|
— |
Județul Brașov, |
|
— |
Județul Botoșani, |
|
— |
Județul Vâlcea, |
|
— |
Județul Iași, |
|
— |
Județul Hunedoara, |
|
— |
Județul Alba, |
|
— |
Județul Sibiu, |
|
— |
Județul Caraș-Severin, |
|
— |
Județul Neamț, |
|
— |
Județul Harghita, |
|
— |
Județul Mureș, |
|
— |
Județul Cluj, |
|
— |
Județul Maramureş. |
5. Slowakije
De volgende beperkingszones III in Slowakije:
|
— |
The whole district of Trebišov’, |
|
— |
The whole district of Vranov and Topľou, |
|
— |
In the district of Humenné: Lieskovec, Myslina, Humenné, Jasenov, Brekov, Závadka, Topoľovka, Hudcovce, Ptičie, Chlmec, Porúbka, Brestov, Gruzovce, Ohradzany, Slovenská Volová, Karná, Lackovce, Kochanovce, Hažín nad Cirochou, |
|
— |
In the district of Michalovce: Strážske, Staré, Oreské, Zbudza, Voľa, Nacina Ves, Pusté Čemerné, Lesné, Rakovec nad Ondavou, Petríkovce, Oborín, Veľké Raškovce, Beša, |
|
— |
In the district of Rimavská Sobota: Jesenské, Gortva, Hodejov, Hodejovec, Širkovce, Šimonovce, Drňa, Hostice, Gemerské Dechtáre, Jestice, Dubovec, Rimavské Janovce, Rimavská Sobota, Belín, Pavlovce, Sútor, Bottovo, Dúžava, Mojín, Konrádovce, Čierny Potok, Blhovce, Gemerček, Hajnáčka, |
|
— |
In the district of Gelnica: Hrišovce, Jaklovce, Kluknava, Margecany, Richnava, |
|
— |
In the district Of Sabinov: Daletice, |
|
— |
In the district of Prešov: Hrabkov, Krížovany, Žipov, Kvačany, Ondrašovce, Chminianske Jakubovany, Klenov, Bajerov, Bertotovce, Brežany, Bzenov, Fričovce, Hendrichovce, Hermanovce, Chmiňany, Chminianska Nová Ves, Janov, Jarovnice, Kojatice, Lažany, Mikušovce, Ovčie, Rokycany, Sedlice, Suchá Dolina, Svinia, Šindliar, Široké, Štefanovce, Víťaz, Župčany. |
BESLUITEN
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/54 |
BESLUIT (EU) 2022/492 VAN DE EUROPESE RAAD
van 24 maart 2022
waarbij de voorzitter van de Europese Raad wordt gekozen
DE EUROPESE RAAD,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 15, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
|
1) |
Op 2 juli 2019 is de heer Charles MICHEL bij Besluit (EU) 2019/1135 van de Europese Raad (1) gekozen tot voorzitter van de Europese Raad voor de periode van 1 december 2019 tot en met 31 mei 2022. |
|
2) |
Overeenkomstig het Verdrag betreffende de Europese Unie is degene die het ambt van voorzitter van de Europese Raad bekleedt eenmaal herkiesbaar, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De heer Charles MICHEL wordt herkozen tot voorzitter van de Europese Raad voor de periode van 1 juni 2022 tot en met 30 november 2024.
Artikel 2
Dit besluit wordt door de secretaris-generaal van de Raad ter kennis van de heer Charles MICHEL gebracht.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 24 maart 2022.
Voor de Raad
De voorzitter
C. MICHEL
(1) Besluit (EU) 2019/1135 van de Europese Raad van 2 juli 2019 waarbij de voorzitter van de Europese Raad wordt gekozen (PB L 179 I van 3.7.2019, blz. 1).
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/55 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/493 VAN DE COMMISSIE
van 21 maart 2022
tot vaststelling van de definitieve toewijzing aan de lidstaten van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 juli 2023 en tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/462
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2022) 1580)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1370/2013 van de Raad van 16 december 2013 houdende maatregelen tot vaststelling van steun en restituties in het kader van de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten (1), en met name artikel 5, lid 6,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Op grond van artikel 3 van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/39 van de Commissie (2) moeten lidstaten die wensen deel te nemen aan de steunregeling van de Unie voor de verstrekking van groenten en fruit, bananen en melk in onderwijsinstellingen (de schoolregeling), uiterlijk op 31 januari van elk jaar bij de Commissie hun verzoek om Uniesteun voor het volgende schooljaar indienen en, indien nodig, hun verzoek om Uniesteun voor het lopende schooljaar actualiseren. |
|
(2) |
Met het oog op de doeltreffende uitvoering van de schoolregeling moet de toewijzing van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk aan de deelnemende lidstaten worden vastgesteld op basis van de bedragen die die lidstaten in hun verzoek om Uniesteun hebben vermeld, en rekening houdend met de overdrachten tussen de indicatieve toewijzingen van die lidstaten, als bedoeld in artikel 23 bis, lid 4, punt a), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3). |
|
(3) |
Alle lidstaten hebben de Commissie in kennis gesteld van hun verzoek om Uniesteun voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 juli 2023, onder vermelding van het gevraagde steunbedrag voor schoolgroenten en -fruit of voor schoolmelk, of voor beide onderdelen van de regeling. Voor België, Frankrijk, Cyprus en Zweden is bij de gevraagde bedragen rekening gehouden met de overdrachten tussen de indicatieve toewijzingen. |
|
(4) |
Met het oog op een optimale benutting van de beschikbare middelen moet Uniesteun waarom niet is verzocht, worden herverdeeld over de lidstaten die aan de schoolregeling deelnemen en in hun verzoek om Uniesteun hebben aangegeven dat zij, als er aanvullende middelen beschikbaar zijn, meer dan hun indicatieve toewijzing willen gebruiken. |
|
(5) |
In zijn verzoek om Uniesteun voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 juli 2023 heeft Zweden minder dan de indicatieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit gevraagd. Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Spanje, Kroatië, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Slovenië en Slowakije hebben te kennen gegeven meer dan de indicatieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit te willen gebruiken. Geen enkele lidstaat heeft minder dan de indicatieve toewijzing voor schoolmelk gevraagd. |
|
(6) |
Op basis van de door de lidstaten meegedeelde informatie moet de definitieve toewijzing van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 juli 2023 worden vastgesteld. |
|
(7) |
Bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/462 van de Commissie (4) is de definitieve toewijzing, voor de periode van 1 augustus 2021 tot en met 31 juli 2022, van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk aan de lidstaten die aan de schoolregeling wensen deel te nemen, vastgesteld. Bepaalde lidstaten hebben hun verzoek om Uniesteun voor dat schooljaar geactualiseerd. Duitsland, Spanje en Nederland hebben overdrachten tussen de definitieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit en de definitieve toewijzing voor schoolmelk meegedeeld. België en Nederland hebben minder dan de definitieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit en/of voor schoolmelk gevraagd. Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Ierland, Spanje, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Malta, Oostenrijk, Slowakije en Zweden hebben te kennen gegeven meer dan de definitieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit en/of voor schoolmelk te willen gebruiken. |
|
(8) |
Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/462 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
|
(9) |
De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De definitieve toewijzing, voor de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 juli 2023, van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk aan de lidstaten die aan de schoolregeling deelnemen, wordt vastgesteld in bijlage I.
Artikel 2
Bijlage I bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/462 wordt vervangen door de tekst in bijlage II bij dit besluit.
Artikel 3
Dit besluit is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 21 maart 2022.
Voor de Commissie
Janusz WOJCIECHOWSKI
Lid van de Commissie
(1) PB L 346 van 20.12.2013, blz. 12.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2017/39 van de Commissie van 3 november 2016 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft Uniesteun voor de verstrekking van groenten, fruit, bananen en melk in onderwijsinstellingen (PB L 5 van 10.1.2017, blz. 1).
(3) Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).
(4) Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/462 van de Commissie van 15 maart 2021 tot vaststelling van de definitieve toewijzing aan de lidstaten van de Uniesteun voor schoolgroenten en -fruit en voor schoolmelk voor de periode van 1 augustus 2021 tot en met 31 juli 2022 en tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/467 (PB L 92 van 17.3.2021, blz. 1).
BIJLAGE I
Schooljaar 2022/2023
|
Lidstaat |
Definitieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit in EUR |
Definitieve toewijzing voor schoolmelk in EUR |
|
België |
3 405 460 |
1 613 199 |
|
Bulgarije |
2 145 826 |
1 020 451 |
|
Tsjechië |
3 209 788 |
1 600 707 |
|
Denemarken |
1 855 060 |
1 460 645 |
|
Duitsland |
20 253 868 |
9 404 154 |
|
Estland |
450 380 |
700 309 |
|
Ierland |
1 811 303 |
900 398 |
|
Griekenland |
3 218 885 |
1 550 685 |
|
Spanje |
13 292 411 |
6 302 784 |
|
Frankrijk |
17 990 469 |
17 123 194 |
|
Kroatië |
1 390 541 |
800 354 |
|
Italië |
17 117 780 |
8 003 535 |
|
Cyprus |
390 044 |
400 177 |
|
Letland |
648 466 |
700 309 |
|
Litouwen |
922 651 |
1 032 456 |
|
Luxemburg |
295 111 |
193 000 |
|
Hongarije |
3 099 021 |
1 756 776 |
|
Malta |
293 504 |
193 000 |
|
Nederland |
5 570 944 |
2 401 061 |
|
Oostenrijk |
2 301 768 |
1 100 486 |
|
Polen |
11 941 071 |
10 204 507 |
|
Portugal |
3 283 397 |
2 220 981 |
|
Roemenië |
6 866 848 |
10 399 594 |
|
Slovenië |
570 823 |
320 141 |
|
Slowakije |
1 752 965 |
900 398 |
|
Finland |
1 599 047 |
3 824 689 |
|
Zweden |
0 |
8 998 717 |
|
Totaal |
125 677 429 |
95 126 707 |
BIJLAGE II
“BIJLAGE I
Schooljaar 2021/2022
|
Lidstaat |
Definitieve toewijzing voor schoolgroenten en -fruit in EUR |
Definitieve toewijzing voor schoolmelk in EUR |
|
België |
3 230 459 |
1 203 200 |
|
Bulgarije |
2 145 718 |
1 020 451 |
|
Tsjechië |
3 226 951 |
1 735 131 |
|
Denemarken |
1 855 734 |
1 534 837 |
|
Duitsland |
20 366 688 |
9 383 750 |
|
Estland |
452 595 |
717 717 |
|
Ierland |
1 821 202 |
982 594 |
|
Griekenland |
3 218 885 |
1 550 685 |
|
Spanje |
13 201 323 |
6 515 747 |
|
Frankrijk |
17 990 469 |
17 123 194 |
|
Kroatië |
1 390 733 |
800 354 |
|
Italië |
17 125 311 |
8 003 535 |
|
Cyprus |
390 044 |
400 177 |
|
Letland |
651 270 |
723 117 |
|
Litouwen |
926 264 |
1 065 344 |
|
Luxemburg |
295 887 |
198 000 |
|
Hongarije |
3 112 572 |
1 864 327 |
|
Malta |
294 025 |
198 217 |
|
Nederland |
6 050 424 |
1 520 849 |
|
Oostenrijk |
2 312 457 |
1 100 486 |
|
Polen |
11 944 322 |
10 204 507 |
|
Portugal |
3 283 397 |
2 220 981 |
|
Roemenië |
6 866 848 |
10 399 594 |
|
Slovenië |
570 670 |
320 141 |
|
Slowakije |
1 760 660 |
967 713 |
|
Finland |
1 599 047 |
3 824 689 |
|
Zweden |
0 |
9 140 844 |
|
Totaal |
126 083 956 |
94 720 180 |
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/59 |
BESLUIT (EU) 2022/494 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
tot bevestiging van de deelname van Ierland aan Verordening (EU) 2021/693 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het programma “Justitie”
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 4,
Gezien de kennisgeving door Ierland van zijn wens Verordening (EU) 2021/693 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 tot vaststelling van het programma “Justitie” en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1382/2013 (1) te aanvaarden en eraan gebonden te zijn,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij brief van 22 november 2021 heeft Ierland kennisgegeven van zijn wens Verordening (EU) 2021/693 te aanvaarden en erdoor gebonden te zijn. |
|
(2) |
Er zijn geen voorwaarden verbonden aan de deelname van Ierland aan Verordening (EU) 2021/693. |
|
(3) |
Overeenkomstig de procedure van artikel 331, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moet de deelname van Ierland aan Verordening (EU) 2021/693 derhalve worden bevestigd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De deelname van Ierland aan Verordening (EU) 2021/693 wordt bevestigd.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
AANBEVELINGEN
|
28.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 100/60 |
AANBEVELING (EU) 2022/495 VAN DE COMMISSIE
van 25 maart 2022
betreffende de monitoring van de aanwezigheid van furan en alkylfuranen in levensmiddelen
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 292,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Furan en alkylfuranen, met inbegrip van methylfuranen zoals 2-methylfuran, 3-methylfuran en 2,5-dimethylfuran, zijn procescontaminanten die tijdens thermische verwerking in levensmiddelen worden gevormd. |
|
(2) |
Het Panel voor contaminanten in de voedselketen van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in 2017 een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risico’s van de aanwezigheid van furan en methylfuranen in levensmiddelen voor de volksgezondheid (1). Daarin werd geconcludeerd dat de huidige niveaus van blootstelling aan furan wijzen op een gezondheidsprobleem. Wat betreft methylfuranen werd in het advies geconcludeerd dat zij tot significant meer blootstelling aan furan en alkylfuranen leiden, en daarom het gezondheidsprobleem vergroten. Aangezien gegevens over de aanwezigheid van methylfuranen in levensmiddelen ontbreken, heeft de EFSA echter aanbevolen aanvullende gegevens op dit gebied te genereren. Er is met name melding gemaakt van de aanwezigheid van furan en alkylfuranen in koffie, babyvoeding in potjes, kant-en-klare soep, aardappelchips, fruitsappen, ontbijtgranen, koekjes, crackers en knäckebröd. |
|
(3) |
Met de momenteel beschikbare analysemethoden kunnen 2-methylfuran en 3-methylfuran op betrouwbare wijze worden gekwantificeerd, maar voor een betrouwbare analyse van 2,5-dimethylfuran is nog meer werk nodig. Als dat met de gebruikte analysemethode mogelijk is, zou het echter passend zijn om 2,5-dimethylfuran te analyseren en te kwantificeren, en de gegevens daarover te rapporteren. |
|
(4) |
Bovendien is in de wetenschappelijke literatuur recentelijk gewezen op de aanwezigheid van contaminanten in levensmiddelen die verband houden met andere alkylfuranen dan methylfuranen, zoals 2-pentylfuran en 2-ethylfuran. Daarom zou het passend zijn dergelijke overige alkylfuranen (die geen methylfuranen zijn) te analyseren en te kwantificeren, mits de analysemethode daarvoor geschikt is. |
|
(5) |
De resultaten van de monitoring van furan en alkylfuranen moeten betrouwbaar en vergelijkbaar zijn. Daarom moet worden voorzien in instructies over prestatiecriteria voor de monsterneming en analyse. |
|
(6) |
De EFSA beschikt over een mandaat van de Europese Commissie om alle beschikbare gegevens over de aanwezigheid van chemische contaminanten in levensmiddelen en diervoeders te verzamelen. Die gegevens worden gebruikt in de wetenschappelijke adviezen en verslagen van de EFSA over contaminanten in levensmiddelen en diervoeders. |
|
(7) |
Daarom moet worden aanbevolen dat furan en alkylfuranen in levensmiddelen moeten worden gemonitord en dat de gegevens aan de EFSA moeten worden gerapporteerd, |
HEEFT DE VOLGENDE AANBEVELING VASTGESTELD:
|
1. |
De lidstaten zouden furan, 2-methylfuran en 3-methylfuran in levensmiddelen, met name in koffie, babyvoeding in potjes (met inbegrip van babyvoeding in recipiënten, tubes en zakjes, kant-en-klare soep, aardappelchips, fruitsappen, ontbijtgranen, koekjes, crackers en knäckebröd, moeten monitoren, in nauwe samenwerking met exploitanten van levensmiddelenbedrijven. |
|
2. |
Om ervoor te zorgen dat de monsters representatief zijn, zouden de lidstaten de bemonsteringsprocedures moeten volgen die zijn vastgesteld in deel B van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie (2). Exploitanten van levensmiddelenbedrijven zouden deze bemonsteringsprocedure of een gelijkwaardige bemonsteringsprocedure ook moeten toepassen om te waarborgen dat het monster representatief is. |
|
3. |
De lidstaten en exploitanten van levensmiddelenbedrijven zouden voor de analyse van furan, 2-methylfuran en 3-methylfuran in koffie en babyvoeding in potjes een methode moeten gebruiken die aan de volgende criteria voldoet:
De lidstaten en exploitanten van levensmiddelenbedrijven zouden voor de analyse van furan in andere levensmiddelen dan koffie en babyvoeding in potjes een methode moeten gebruiken die aan deze criteria voldoet, en waarbij de bepaalbaarheidsgrens niet hoger is dan 5 μg/kg. Laboratoria zouden voor de analyse van 2-methylfuran en 3-methylfuran in andere levensmiddelen dan koffie en babyvoeding in potjes moeten beschikken over kwaliteitscontroleprocedures waarmee de betrouwbaarheid van de verkregen analyseresultaten wordt gewaarborgd, en waarbij de bepaalbaarheidsgrens niet hoger is dan 5 μg/kg. |
|
4. |
Indien het met de gebruikte analysemethode mogelijk is om andere alkylfuranen dan 2-methylfuran en 3-methylfuran te bepalen, zouden de lidstaten en de exploitanten van levensmiddelenbedrijven die alkylfuranen moeten bepalen. |
|
5. |
De lidstaten en exploitanten van levensmiddelenbedrijven zouden de resultaten van de monitoring tegen 30 juni van elk jaar aan de EFSA moeten verstrekken, overeenkomstig de vereisten van de richtsnoeren van de EFSA betreffende de standaardmonsterbeschrijving (Standard Sample Description, SSD) voor levensmiddelen en diervoeders en de aanvullende specifieke rapportagevereisten van de EFSA (3). |
Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.
Voor de Commissie
Stella KYRIAKIDES
Lid van de Commissie
(1) EFSA-panel voor contaminanten in de voedselketen, “Scientific opinion on the risks for public health related to the presence of furan and methylfurans in food”, EFSA Journal 2017;15(10):5005, 142 blz., https://doi.org/10.2903/j.efsa.2017.5005
(2) Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie van 28 maart 2007 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op de gehalten aan lood, cadmium, kwik, anorganisch tin, 3-MCPD en benzo(a)pyreen in levensmiddelen (PB L 88 van 29.3.2007, blz. 29).
(3) https://www.efsa.europa.eu/en/call/call-continuous-collection-chemical-contaminants-occurrence-data-0