|
ISSN 1977-0758 |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 146 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
64e jaargang |
|
Inhoud |
|
II Niet-wetgevingshandelingen |
Bladzijde |
|
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
* |
||
|
|
* |
||
|
|
* |
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/705 van de Commissie van 28 april 2021 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 333/2007 wat betreft het vereiste aantal basismonsters en de prestatiecriteria voor sommige analysemethoden ( 1 ) |
|
|
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst. |
|
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
|
29.4.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 146/1 |
VERORDENING (EU) 2021/703 VAN DE RAAD
van 26 april 2021
tot wijziging van Verordening (EU) 2021/91 en (EU) 2021/92 wat betreft bepaalde vangstmogelijkheden voor 2021 in wateren van de Unie en wateren buiten de Unie
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Verordening (EU) 2021/91 van de Raad (1) zijn voor de jaren 2021 en 2022 de vangstmogelijkheden voor vissersvaartuigen van de Unie voor bepaalde bestanden van diepzeevissen vastgesteld. Bij Verordening (EU) 2021/92 van de Raad (2) zijn voor 2021 voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden de vangstmogelijkheden vastgesteld welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn. |
|
(2) |
De handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds (3) (“de handels- en samenwerkingsovereenkomst”) is voorlopig van toepassing vanaf 1 januari 2021. |
|
(3) |
De vangstmogelijkheden in de Verordeningen (EU) 2021/91 en (EU) 2021/92 voor bestanden die met bepaalde derde landen worden gedeeld, zijn voorlopig en in kwantitatief opzicht beperkt tot een verlenging van drie maanden op basis van Verordeningen (EU) 2020/123 (4) en (EU) 2018/2025 (5) van de Raad. In een zeer beperkt aantal gevallen werd een andere methode gebruikt voor bestanden die voornamelijk aan het begin van het jaar worden bevist of indien de vangstmogelijkheden volgens wetenschappelijk advies sterk moesten worden verlaagd. |
|
(4) |
Overeenkomstig artikel 499, lid 2, van de handels- en samenwerkingsovereenkomst zijn de voorlopige totaal toegestane vangsten (TAC's) bedoeld om de voortzetting van de duurzame visserijactiviteiten van de Unie te waarborgen totdat het overleg tussen de Unie en het Verenigd Koninkrijk op grond van artikel 498 van die overeenkomst is afgerond en is omgezet in de rechtsorde van de Unie. De voorlopige TAC's zijn vastgesteld conform de niveaus die krachtens artikel 499 van die overeenkomst zijn toegestaan. |
|
(5) |
Het overleg tussen de Unie en het Verenigd Koninkrijk loopt nog. Daarom moeten de Verordeningen (EU) 2021/91 en (EU) 2021/92 worden gewijzigd teneinde de voorlopige unilaterale TAC's van de Unie te verlengen. Zo hebben de marktdeelnemers van de Unie rechtszekerheid en kunnen de duurzame visserijactiviteiten worden voortgezet totdat dat overleg is afgerond overeenkomstig het juridisch kader van de Unie en de handels- en samenwerkingsovereenkomst. |
|
(6) |
Deze aanpak is gebaseerd op artikel 499, lid 2, van de handels- en samenwerkingsovereenkomst, waarin is bepaald dat indien voor een in bijlage 35 bij die overeenkomst of in de tabellen A en B van bijlage 36 bij die overeenkomst vermeld bestand nog geen TAC is overeengekomen, elke partij een voorlopige TAC vaststelt die overeenstemt met het door de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) aanbevolen niveau en die met ingang van 1 januari van toepassing is. Overeenkomstig artikel 499, leden 3 tot en met 5, van de handels- en samenwerkingsovereenkomst, en in afwijking van lid 2 van dat artikel, worden de TAC's voor bijzondere bestanden vastgesteld overeenkomstig de richtsnoeren die uiterlijk op 1 juli 2021 door het Gespecialiseerd Comité voor de visserij worden vastgesteld. |
|
(7) |
Als algemene oriëntatie moeten de voorlopige vangstmogelijkheden voor de Unie daarom worden gebaseerd op het ICES-advies voor 2021 en, voor diepzeebestanden, ook op dat voor 2022, indien beschikbaar. Zij moeten overeenstemmen met het in het kader van de handels- en samenwerkingsovereenkomst overeengekomen aandeel van de Unie. |
|
(8) |
Als algemene oriëntatie moeten de voorlopige TAC's worden verlengd tot en met 31 juli 2021 en moeten zij overeenkomen met een verhouding van zeven twaalfden of 58,3 % van het door de ICES aanbevolen jaarlijkse vangstniveau voor 2021 en, voor diepzeebestanden, ook voor 2022. In bepaalde gevallen moeten de voorlopige TAC's met dat percentage overeenstemmen in het lopende overleg met het Verenigd Koninkrijk, zoals omschreven in het besluit van de Raad van 5 maart 2021 tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie in het overleg met het Verenigd Koninkrijk moet worden ingenomen, en zoals nader gespecificeerd overeenkomstig dat besluit. |
|
(9) |
Dit niveau wordt in beginsel toereikend geacht voor vissersvaartuigen van de Unie tot en met ten minste 31 juli 2021, dat wil zeggen één maand na de datum waarop met het Verenigd Koninkrijk overeenstemming moet zijn bereikt over de richtsnoeren voor bijzondere bestanden. |
|
(10) |
Voor een beperkt aantal bestanden moeten de voorlopige TAC's overeenkomen met een hoger percentage van het aanbevolen jaarlijkse vangstniveau zodat rekening kan worden gehouden met de seizoensgebondenheid van de visserijactiviteiten voor die bestanden. |
|
(11) |
Zonder afbreuk te doen aan en bij gebreke van de richtsnoeren voor bijzondere bestanden, zijn de TAC's voor die bestanden in overeenstemming met artikel 499 van de handels- en samenwerkingsovereenkomst. |
|
(12) |
De Unie, enerzijds, en de regering van Groenland en de regering van Denemarken, anderzijds, zullen naar verwachting een nieuwe partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij sluiten, aangezien de vorige overeenkomst op 31 december 2020 afliep. De Raad dient derhalve de uit die overeenkomst voortvloeiende vangstmogelijkheden vast te stellen, rekening houdend met het ruilen van vangstmogelijkheden met derde landen. Deze vangstmogelijkheden moeten van kracht zijn vanaf de datum van voorlopige toepassing van die overeenkomst. |
|
(13) |
De lidstaten moeten zodanig gebruikmaken van alle toepasselijke flexibiliteit tussen zones, tussen soorten en tussen jaren dat het totale niveau van de vangsten van de Unie in 2021 niet hoger uitvalt dan het Unieaandeel van het maximale TAC-niveau waar de Unie uit hoofde van de handels- en samenwerkingsovereenkomst recht op heeft. |
|
(14) |
Rekening houdend met het toegepaste percentage, de benutting van de quota, de voorwaarden voor het gebruik van flexibiliteit en andere in de bestaande wetgeving van de Unie neergelegde voorwaarden, eerbiedigen de voorlopige TAC's, overeenkomstig artikel 499, lid 7, van de handels- en samenwerkingsovereenkomst, de in het kader van die overeenkomst overeengekomen aandelen van de Unie, zoals vastgesteld in de bijlagen 35 en 36. |
|
(15) |
De voorlopige TAC's zijn ook in overeenstemming met het toepasselijke rechtskader van de Unie, met name artikel 4, artikel 5, lid 3, en artikel 8 van Verordening (EU) 2019/472 van het Europees Parlement en de Raad (6) en artikel 4, artikel 5, lid 3, en artikel 7 van Verordening (EU) 2018/973 van het Europees Parlement en de Raad (7). Zij zijn gebaseerd op het door de ICES aanbevolen niveau, waarbij rekening wordt gehouden met de bijzondere situatie van bestanden die worden gevangen in een gemengde visserij die kan zijn getroffen door “verstikking”, gelet op het advies van de ICES over gemengde visserijen en over onvermijdelijke bijvangsten. |
|
(16) |
Voor bepaalde bestanden worden in het wetenschappelijk advies van de ICES nulvangsten aanbevolen. Indien de TAC's voor die bestanden worden vastgesteld op het in het wetenschappelijk advies aanbevolen niveau, zou de verplichting om in gemengde visserijen alle vangsten, met inbegrip van bijvangsten, uit die bestanden aan te landen, het verschijnsel van zogenaamde “choke species” (knelsoorten of verstikkingssoorten) in de hand werken. Om het juiste evenwicht te vinden tussen het voortzetten van visserijen — gelet op de mogelijk ernstige sociaal-economische gevolgen als dat niet gebeurt — en de noodzaak om een goede biologische toestand van die bestanden te bereiken, en rekening houdend met de moeilijkheid om alle bestanden in een gemengde visserij op het niveau van de maximale duurzame opbrengst (MDO) te bevissen, is het wenselijk om voor die bestanden specifieke TAC's voor bijvangsten vast te stellen. Die TAC's moeten worden vastgesteld op een niveau dat de sterfte voor die bestanden doet afnemen en dat stimulansen biedt voor verbeteringen op het vlak van selectiviteit en vermijding van vangsten van die bestanden. Ter vermindering van de vangsten van de bestanden waarvoor bijvangst-TAC's zijn vastgesteld, dienen vangstmogelijkheden voor visserijen waarbij vis uit deze bestanden wordt gevangen, te worden vastgesteld op niveaus die de biomassa van kwetsbare bestanden weer op een duurzaam peil helpen brengen. |
|
(17) |
Deze vangstmogelijkheden mogen echter in geen geval vooruitlopen op de vaststelling van de vangstmogelijkheden in overeenstemming met de uitkomst van het overleg met het Verenigd Koninkrijk, met de richtsnoeren inzake bijzondere bestanden die op grond van artikel 499, lid 5, van de handels- en samenwerkingsovereenkomst met het Verenigd Koninkrijk moeten worden overeengekomen en met het rechtskader van de Unie. |
|
(18) |
Uit wetenschappelijke informatie blijkt dat de paaibiomassa van zeebaars (Dicentrarchus labrax) in de Keltische Zee, het Kanaal, de Ierse Zee en het zuidelijke deel van de Noordzee (ICES-sectoren 4b, 4c, 7a en 7d tot en met 7h) sinds 2009 afneemt en momenteel lager is dan de MDO Btrigger en net boven Blim. Als gevolg van de door de Unie genomen maatregelen is de visserijsterfte gedaald en ligt thans onder FMDO. De populatietoename is evenwel laag, en laat sinds 2008 schommelingen zien maar geen trend. Daarom moeten de vangstbeperkingen worden gehandhaafd en moet er tegelijk voor gezorgd worden dat het streefdoel voor visserijsterfte voor dit bestand in overeenstemming is met de MDO. |
|
(19) |
In Verordening (EU) 2021/92 was de TAC voor zandspieringen in de ICES-sectoren 2a en 3a en in ICES-deelgebied 4 op nul vastgesteld, in afwachting van de publicatie van het desbetreffende wetenschappelijke advies van de ICES, dat sinds 25 februari 2021 beschikbaar is. De visserij op zandspieringen, een kortlevende soort, gaat op 1 april van start, kort na de bekendmaking van het wetenschappelijk advies. |
|
(20) |
De vangstbeperkingen voor zandspieringen in de ICES-sectoren 2a en 3a en ICES-deelgebied 4 moeten worden gewijzigd overeenkomstig het meest recente wetenschappelijke advies van de ICES. |
|
(21) |
Bij Verordening (EU) 2021/92 zijn voorlopige vangstmogelijkheden voor het eerste kwartaal van 2021 vastgesteld. Voorts voorziet artikel 14 van die verordening in een verbod van 1 januari tot en met 31 maart 2021 voor vaartuigen die in de ICES-sectoren 2a en 3a en ICES-deelgebied 4 met bepaald vistuig op zandspieringen vissen. Aangezien in deze verordening vangstmogelijkheden voor het hele visseizoen worden vastgesteld, moet dat verbod ook gelden voor de periode van 1 augustus tot en met 31 december 2021, net zoals in 2020. |
|
(22) |
Overeenkomstig de procedure die is vastgesteld in de visserijovereenkomsten met Noorwegen en in overeenstemming met de handels- en samenwerkingsovereenkomst, heeft de Unie trilateraal overleg met het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen en bilateraal overleg met Noorwegen over visserijrechten voor bestanden gepleegd. Er moeten vangstmogelijkheden voor Noordzeekabeljauw worden vastgesteld om te zorgen voor een gelijk speelveld voor marktdeelnemers van de Unie en bij te dragen aan het herstel van dat bestand. In overeenstemming met de procedure in de Partnerschapovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie, enerzijds, en de regering van Groenland, anderzijds, en het bijbehorende uitvoeringsprotocol, heeft het Gemengd Comité de vangstmogelijkheden vastgesteld waarover de Unie in 2021 in de Groenlandse wateren kan beschikken. Derhalve moeten deze vangstmogelijkheden in deze verordening worden opgenomen. |
|
(23) |
De Unie en het Verenigd Koninkrijk hebben overeenstemming bereikt over hun respectieve aandelen in de TAC's voor bepaalde, door de Iccat beheerde bestanden. Die aandelen zijn opgenomen in tabel C van bijlage 36 bij de handels- en samenwerkingsovereenkomst. De desbetreffende vangstmogelijkhedentabellen moeten worden gewijzigd met inachtneming van die aandelen. |
|
(24) |
De inspanningsbeperkingen voor vissersvaartuigen van de Unie in het Iccat-verdragsgebied zijn gebaseerd op informatie die in de plannen inzake de vangst, de capaciteit en de kweek met betrekking tot blauwvintonijn door de lidstaten aan de Commissie is verstrekt. Over die inspanningsbeperkingen wordt verslag uitgebracht in het kader van het Unie-plan dat door de Iccat is goedgekeurd tijdens de tussentijdse bijeenkomst van panel 2 op 4 en 5 maart 2019. Ze moeten als onderdeel van de vangstmogelijkheden die uit hoofde van deze verordening worden vastgesteld. |
|
(25) |
Tijdens haar negende jaarvergadering in 2021 heeft de Regionale Organisatie voor het visserijbeheer in het zuidelijke deel van de Stille Oceaan (South Pacific Regional Fisheries Management Organisation — SPRFMO) nieuwe vangstbeperkingen vastgesteld voor Chileense horsmakreel (Trachurus murphyi) en haar goedkeuring gehecht aan experimentele visserij op ijsheken (Dissostichus spp.). Die geldende maatregelen moeten in Unierecht worden omgezet. |
|
(26) |
De Verordeningen (EU) 2021/91 en (EU) 2021/92 moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
|
(27) |
De in de Verordeningen (EU) 2021/91 en (EU) 2021/92 bepaalde vangstbeperkingen zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2021. De bij deze verordening ingevoerde bepalingen betreffende vangstbeperkingen moeten derhalve eveneens met ingang van die datum van toepassing zijn. Een dergelijke toepassing met terugwerkende kracht doet geen afbreuk aan de beginselen van rechtszekerheid en bescherming van het gewettigd vertrouwen aangezien de betrokken vangstmogelijkheden worden verhoogd of nog niet zijn opgebruikt. |
|
(28) |
Gezien de dringende noodzaak om duurzame visserijactiviteiten voort te zetten en het visseizoen voor zandspieringen op tijd, namelijk op 1 april 2021, van start te laten gaan, moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijziging van Verordening (EU) 2021/91
Verordening (EU) 2021/91 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
In artikel 8 wordt lid 1 vervangen door: “1. Wanneer in een tabel in de bijlage bij onderhavige verordening naar dit lid wordt verwezen, zijn de vangstmogelijkheden in die tabel voorlopig en zijn ze van toepassing van 1 januari tot en met 31 juli 2021. Deze voorlopige vangstmogelijkheden laten de vaststelling van definitieve vangstmogelijkheden voor 2021 en 2022 op basis van het best beschikbare wetenschappelijk advies en in overeenstemming met de resultaten van internationale onderhandelingen en/of raadplegingen, de richtsnoeren inzake bijzondere bestanden die moeten worden overeengekomen met het Verenigd Koninkrijk, de toepasselijke bepalingen van Verordening (EU) nr. 1380/2013 en de desbetreffende meerjarenplannen, onverlet”. |
|
2) |
Deel 2 van de bijlage wordt gewijzigd overeenkomstig deel A van de bijlage bij deze verordening. |
Artikel 2
Wijziging van Verordening (EU) 2021/92
Verordening (EU) 2021/92 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
|
|
2) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: “Artikel 7 bis Toepassing van vangstmogelijkheden in de Groenlandse wateren Wanneer naar dit artikel wordt verwezen in een vangstmogelijkhedentabel in bijlage IB, zijn de vangstmogelijkheden in die tabel van toepassing vanaf de datum van voorlopige toepassing van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie, enerzijds, en de regering van Groenland en de regering van Denemarken, anderzijds, tot en met 31 december 2021.”. |
|
3) |
Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:
|
|
4) |
Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:
|
|
5) |
Artikel 14 wordt vervangen door: “Artikel 14 Gesloten visseizoenen voor zandspieringen De commerciële visserij op zandspieringen met bodemtrawls, zegens of soortgelijk gesleept vistuig met een maaswijdte van minder dan 16 mm is in de ICES-sectoren 2a en 3a en ICES-deelgebied 4 verboden van 1 januari tot en met 31 maart 2021 en van 1 augustus tot en met 31 december 2021.”. |
|
6) |
In artikel 60 wordt “31 maart 2021” vervangen door “31 juli 2021”. |
|
7) |
Bijlage IA wordt gewijzigd overeenkomstig deel B van de bijlage bij deze verordening. |
|
8) |
Bijlage IB wordt gewijzigd overeenkomstig deel C van de bijlage bij deze verordening. |
|
9) |
Bijlage IC wordt gewijzigd overeenkomstig deel D van de bijlage bij deze verordening. |
|
10) |
Bijlage ID wordt gewijzigd overeenkomstig deel E van de bijlage bij deze verordening. |
|
11) |
Bijlage IH wordt gewijzigd overeenkomstig deel F van de bijlage bij deze verordening. |
|
12) |
Hoofdstuk III van bijlage II wordt gewijzigd overeenkomstig deel G van de bijlage bij deze verordening. |
|
13) |
Bijlage VI wordt gewijzigd overeenkomstig deel H van de bijlage bij deze verordening. |
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 26 april 2021.
Voor de Raad
De voorzitter
A.P. ZACARIAS
(1) Verordening (EU) 2021/91 van de Raad van 28 januari 2021 tot vaststelling, voor de jaren 2021 en 2022, van de vangstmogelijkheden voor vissersvaartuigen van de Unie voor bepaalde bestanden van diepzeevissen (PB L 31 van 29.1.2021, blz. 20).
(2) Verordening (EU) 2021/92 van de Raad van 28 januari 2021 tot vaststelling, voor 2021, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 31 van 29.1.2021, blz. 31).
(3) PB L 444 van 31.12.2020, blz. 14.
(4) Verordening (EU) 2020/123 van de Raad van 27 januari 2020 tot vaststelling, voor 2020, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 25 van 30.1.2020, blz. 1).
(5) Verordening (EU) 2018/2025 van de Raad van 17 december 2018 tot vaststelling, voor 2019 en 2020, van de vangstmogelijkheden voor vissersvaartuigen van de Unie voor bepaalde bestanden van diepzeevissen (PB L 325 van 20.12.2018, blz. 7).
(6) Verordening (EU) 2019/472 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 tot vaststelling van een meerjarenplan voor bestanden die worden gevangen in de westelijke wateren en daaraan grenzende wateren en voor de visserijen die deze bestanden exploiteren, tot wijziging van Verordeningen (EU) 2016/1139 en (EU) 2018/973, en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007 en (EG) nr. 1300/2008 van de Raad (PB L 83 van 25.3.2019, blz. 1).
(7) Verordening (EU) 2018/973 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 tot vaststelling van een meerjarenplan voor demersale bestanden in de Noordzee en de visserijen die deze bestanden exploiteren, tot vastlegging van nadere bepalingen ter uitvoering van de aanlandingsverplichting in de Noordzee en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 676/2007 en (EG) nr. 1342/2008 van de Raad (PB L 179 van 16.7.2018, blz. 1).
BIJLAGE
DEEL A: Wijzigingen van deel 2 van de bijlage bij Verordening (EU) 2021/91
In deel 2 van de bijlage bij Verordening (EU) 2021/91 worden de desbetreffende vangstmogelijkhedentabellen vervangen door:
|
“Soort: |
Zwarte haarstaartvis Aphanopus carbo |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5, 6, 7 en 12 (BSF/56712-) |
|
|
Jaar |
2021 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
13 |
|
||
|
Estland |
6 |
|
||
|
Ierland |
33 |
|
||
|
Spanje |
65 |
|
||
|
Frankrijk |
922 |
|
||
|
Letland |
43 |
|
||
|
Litouwen |
1 |
|
||
|
Polen |
1 |
|
||
|
Overige |
3 |
(1) |
||
|
Unie |
1 087 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die op dit gedeelde quotum in mindering moeten worden gebracht, worden afzonderlijk gerapporteerd (BSF/56712_AMS). |
|||
|
Soort: |
Alfonsino's Beryx spp. |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 12 en 14 (ALF/3X14-) |
|
|
Jaar |
2021 |
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Ierland |
4 |
(1) |
||
|
Spanje |
30 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
8 |
(1) |
||
|
Portugal |
85 |
(1) |
||
|
Unie |
127 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Rondneusgrenadier Coryphaenoides rupestris |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5b, 6 en 7 (RNG/5B67-) |
|
|
Jaar |
2021 |
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Duitsland |
3 |
(1) (2) |
||
|
Estland |
22 |
(1) (2) |
||
|
Ierland |
99 |
(1) (2) |
||
|
Spanje |
24 |
(1) (2) |
||
|
Frankrijk |
1 252 |
(1) (2) |
||
|
Litouwen |
29 |
(1) (2) |
||
|
Polen |
15 |
(1) (2) |
||
|
Overige |
3 |
(1) (2) (3) |
||
|
Unie |
1 447 |
(1) (2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
TAC |
pm |
(1) (2) |
||
|
(1) |
Ten hoogste 10 % van elk quotum mag worden gevist in wateren van de Unie en internationale wateren van 8, 9, 10, 12 en 14 (RNG/*8X14- voor rondneusgrenadier; RHG/8X14- voor bijvangsten van noordelijke grenadier). |
|||
|
(2) |
Gerichte visserij op noordelijke grenadier is niet toegestaan. Bijvangsten van noordelijke grenadier (RHG/5B67-) worden op dit quotum in mindering gebracht. Zij mogen niet meer dan 1 % van het quotum uitmaken. |
|||
|
(3) |
Uitsluitend voor bijvangsten. Gerichte visserij is niet toegestaan. Vangsten die op dit gedeelde quotum in mindering moeten worden gebracht, worden afzonderlijk gerapporteerd (RNG/5B67_AMS voor rondneusgrenadier; RHG/5B67_AMS voor noordelijke grenadier). |
|||
|
Soort: |
Rondneusgrenadier Coryphaenoides rupestris |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 8, 9, 10, 12 en 14 (RNG/8X14-) |
|
|
Jaar |
2021 |
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Duitsland |
5 |
(1) (2) |
||
|
Ierland |
1 |
(1) (2) |
||
|
Spanje |
526 |
(1) (2) |
||
|
Frankrijk |
24 |
(1) (2) |
||
|
Letland |
9 |
(1) (2) |
||
|
Litouwen |
1 |
(1) (2) |
||
|
Polen |
165 |
(1) (2) |
||
|
Unie |
731 |
(1) (2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
TAC |
pm |
(1) (2) |
||
|
(1) |
Ten hoogste 10 % van elk quotum mag worden gevangen in wateren van de Unie en internationale wateren van 5b, 6 en 7 (RNG/*5B67- voor rondneusgrenadier; RHG/*5B67- voor bijvangsten van noordelijke grenadier). |
|||
|
(2) |
Gerichte visserij op noordelijke grenadier is niet toegestaan. Bijvangsten van noordelijke grenadier (RHG/8X14-) worden op dit quotum in mindering gebracht. Zij mogen niet meer dan 1 % van het quotum uitmaken. |
|||
|
Soort: |
Zeebrasem Pagellus bogaraveo |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 6, 7 en 8 (SBR/678-) |
|
|
Jaar |
2021 |
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Ierland |
2 |
(1) |
||
|
Spanje |
49 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
2 |
(1) |
||
|
Overige |
2 |
(1) (2) |
||
|
Unie |
55 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
(2) |
Vangsten die op dit gedeelde quotum in mindering moeten worden gebracht, worden afzonderlijk gerapporteerd (SBR/678_AMS). |
|||
|
Soort: |
Zeebrasem Pagellus bogaraveo |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 10 (SBR/10-) |
|
|
Jaar |
2021 |
2022 |
Voorzorgs-TAC” |
|
|
Spanje |
5 |
5 |
||
|
Portugal |
600 |
600 |
||
|
Unie |
605 |
605 |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
pm |
||
|
TAC |
pm |
pm |
||
DEEL B: Wijzigingen van bijlage IA bij Verordening (EU) 2021/92
In bijlage IA bij Verordening (EU) 2021/92 worden de desbetreffende vangstmogelijkhedentabellen vervangen door:
|
“Soort: |
Zandspieringen en bijvangsten Ammodytes spp. |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a, 3a en 4 |
|
|
Denemarken |
95 295 |
(2) (3) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
146 |
(2) (3) |
||
|
Zweden |
3 499 |
(2) (3) |
||
|
Unie |
98 940 |
(2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(2) (3) |
||
|
|
|
|
||
|
TAC |
pm |
(2) |
||
|
(1) |
Exclusief wateren binnen zes zeemijl van de basislijnen van het Verenigd Koninkrijk bij Shetland, Fair Isle en Foula. |
|||
|
(2) |
In beheersgebieden 1r en 2r mag de TAC enkel worden gevangen als een monitoring-TAC met een bijbehorend bemonsteringsprotocol voor de visserij. |
|||
|
(3) |
Maximaal 2 % van het quotum mag bestaan uit bijvangsten van wijting en makreel (OT1/*2A3A4X). Uit hoofde van deze bepaling op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van wijting en makreel en overeenkomstig artikel 15, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van soorten mogen samen niet hoger zijn dan 9 % van het quotum. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande beheersgebieden voor zandspieringen, als bepaald in bijlage III, niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Gebied: Wateren van de Unie van de beheersgebieden voor zandspieringen
|
|
1r |
2r |
3r |
4 |
5r |
6 |
7r |
|
|
(SAN/234_1R) |
(SAN/234_2R) |
(SAN/234_3R) |
(SAN/234_4) |
(SAN/234_5R) |
(SAN/234_6) |
(SAN/234_7R) |
|
Denemarken |
5 154 |
4 717 |
12 175 |
73 117 |
0 |
132 |
0 |
|
Duitsland |
8 |
7 |
19 |
112 |
0 |
0 |
0 |
|
Zweden |
189 |
173 |
447 |
2 685 |
0 |
5 |
0 |
|
Unie |
5 351 |
4 897 |
12 641 |
75 914 |
0 |
137 |
0 |
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
pm |
pm |
pm |
0 |
pm |
0 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Totaal |
pm |
pm |
pm |
pm |
0 |
pm |
0 |
|
Soort: |
Grote zilvervis Argentina silus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 1 en 2 (ARU/1/2.) |
|
|
Duitsland |
9 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 |
|
||
|
Nederland |
8 |
|
||
|
Unie |
20 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Grote zilvervis Argentina silus |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 3a en 4 (ARU/3A4-C) |
|
|
Denemarken |
418 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
4 |
|
||
|
Frankrijk |
3 |
|
||
|
Ierland |
3 |
|
||
|
Nederland |
0 |
|
||
|
Zweden |
16 |
|
||
|
Unie |
464 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Grote zilvervis Argentina silus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5, 6 en 7 (ARU/567.) |
|
|
Duitsland |
165 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 |
|
||
|
Ierland |
153 |
|
||
|
Nederland |
1 725 |
|
||
|
Unie |
2 046 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Lom Brosme brosme |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 1, 2 en 14 (USK/1214EI) |
|
|
Duitsland |
pm |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
(1) |
||
|
Overige |
pm |
(1) (2) |
||
|
Unie |
pm |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
(2) |
Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (USK/1214EI_AMS). |
|||
|
Soort: |
Lom Brosme brosme |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 4 (USK/04-C.) |
|
|
Denemarken |
40 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
12 |
|
||
|
Frankrijk |
27 |
|
||
|
Zweden |
4 |
|
||
|
Overige |
4 |
(1) |
||
|
Unie |
87 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (USK/04-C_AMS). |
|||
|
Soort: |
Lom Brosme brosme |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5, 6 en 7 (USK/567EI.) |
|
|
Duitsland |
35 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
121 |
|
||
|
Frankrijk |
1 441 |
|
||
|
Ierland |
139 |
|
||
|
Overige |
35 |
(1) |
||
|
Unie |
1 771 |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
(2) (3) (4) (5) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (USK/567EI_AMS). |
|||
|
(2) |
Te vangen in de wateren van de Unie van 2a, 4, 5b, 6 en 7 (USK/*24X7C). |
|||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: waarvan een incidentele vangst van andere soorten tot 25 % per vaartuig in 5b, 6 en 7 te allen tijde is toegestaan. In de eerste 24 uur na het begin van de visserijactiviteiten op een bepaalde visgrond mag dit percentage evenwel worden overschreden. De totale incidentele vangst van andere soorten in 5b, 6 en 7 mag niet meer bedragen dan de hieronder opgegeven hoeveelheid in ton (OTH/*5B67-). De bijvangst van kabeljauw uit hoofde van deze bepaling mag in 6a niet meer bedragen dan 5 %. 3 000 |
|||
|
(4) |
Met inbegrip van leng. De volgende quota voor Noorwegen mogen in 5b, 6 en 7 alleen met beuglijnen worden gevangen: |
|||
|
|
|
|
||
|
Leng (LIN/*5B67-) |
0 |
|
||
|
Lom (USK/*5B67-) |
0 |
|
||
|
(5) |
De lom- en lengquota voor Noorwegen zijn uitwisselbaar tot de volgende maximumhoeveelheid in ton: pm |
|||
|
Soort: |
Lom Brosme brosme |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (USK/04-N.) |
|
|
België |
0 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Denemarken |
75 |
|
||
|
Duitsland |
0 |
|
||
|
Frankrijk |
0 |
|
||
|
Nederland |
0 |
|
||
|
Unie |
75 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Evervissen Caproidae |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 6, 7 en 8 (BOR/678-) |
|
|
Denemarken |
2 740 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Ierland |
7 715 |
|
||
|
Unie |
10 455 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
|
|
||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Haring(1) Clupea harengus |
Gebied: |
3a (HER/03A.) |
|
|
Denemarken |
9 080 |
(2) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
145 |
(2) |
||
|
Zweden |
9 498 |
(2) |
||
|
Unie |
18 723 |
(2) |
||
|
Noorwegen |
2 881 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
pm |
||
|
|
||||
|
TAC |
21 604 |
|
||
|
(1) |
Vangsten van haring in visserijen die gebruikmaken van vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: tot 50 % van deze hoeveelheid mag worden gevangen in wateren van de Unie van 4 (HER/*04-C.). |
|||
|
Soort: |
Haring(1) Clupea harengus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en Noorse wateren van 4 ten noorden van 53°30' N.B. (HER/4AB.) |
|
|
Denemarken |
49 993 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
33 852 |
|
||
|
Frankrijk |
18 838 |
|
||
|
Nederland |
46 381 |
|
||
|
Zweden |
3 449 |
|
||
|
Unie |
152 513 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
Noorwegen |
103 344 |
(2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
61 301 |
|
||
|
TAC |
356 357 |
|
||
|
(1) |
Vangsten van haring in visserijen die gebruikmaken van vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. |
|||
|
(2) |
Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het Noorse TAC-aandeel. Binnen de limieten van dit quotum mag niet meer dan de hieronder opgegeven hoeveelheid worden gevangen in de wateren van de Unie van 4a en 4b (HER/*4AB-C). 3 000 |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag de Unie niet meer dan de hieronder opgegeven hoeveelheden vangen in de Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B.
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (HER/*4N-S62)
|
Unie |
3 000 |
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (HER/4N-S62) |
|
|
Zweden |
878 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Unie |
878 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
356 357 |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Haring (1) Clupea harengus |
Gebied: |
3a (HER/03A-BC) |
|
|
Denemarken |
5 692 |
(2) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
51 |
(2) |
||
|
Zweden |
916 |
(2) |
||
|
Unie |
6 659 |
(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
6 659 |
(2) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor vangsten van haring gevangen als bijvangst in visserijen die gebruikmaken van vistuig met een maaswijdte kleiner dan 32 mm. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: tot 50 % van dit quotum mag worden gevangen in wateren van de Unie van 4 (HER/*04-BC.). |
|||
|
Soort |
Haring(1) Clupea harengus |
Gebied: |
4, 7d en wateren van de Unie van 2a (HER/2A47DX) |
|
|
België |
38 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
7 421 |
|
||
|
Duitsland |
38 |
|
||
|
Frankrijk |
38 |
|
||
|
Nederland |
238 |
|
||
|
Zweden |
36 |
|
||
|
Unie |
7 609 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
141 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
7 750 |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor vangsten van haring gevangen als bijvangst in visserijen die gebruikmaken van vistuig met een maaswijdte kleiner dan 32 mm. |
|||
|
Soort: |
Haring(1) Clupea harengus |
Gebied: |
4c, 7d(2) (HER/4CXB7D) |
|
|
België |
8 257 |
(3) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
668 |
(3) |
||
|
Duitsland |
452 |
(3) |
||
|
Frankrijk |
9 274 |
(3) |
||
|
Nederland |
16 142 |
(3) |
||
|
Unie |
34 793 |
(3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(3) |
||
|
|
||||
|
TAC |
356 357 |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor vangsten van haring in visserijen die gebruikmaken van vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. |
|||
|
(2) |
Uitgezonderd het Blackwater-bestand: bedoeld is het haringbestand van het zeegebied van de Theemsmonding in een gebied dat wordt begrensd door een loxodroom die rechtwijzend zuidwaarts gaat vanaf Landguard Point (51° 56' N.B., 1° 19,1' O.L.) tot 51° 33' N.B. en vandaar rechtwijzend westwaarts naar een punt op de kust van het Verenigd Koninkrijk. |
|||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: tot 50 % van dit quotum mag worden gevangen in 4b (HER/*04B.). |
|||
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5b, 6b en 6aN(1) (HER/5B6ANB) |
|
|
Duitsland |
206 |
(2) |
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
39 |
(2) |
||
|
Ierland |
278 |
(2) |
||
|
Nederland |
206 |
(2) |
||
|
Unie |
729 |
(2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bedoeld is het haringbestand in het deel van ICES-gebied 6a ten oosten van 7° W.L. en ten noorden van 55° N.B., of ten westen van 7° W.L. en ten noorden van 56° N.B. met uitzondering van de Clyde. |
|||
|
(2) |
Het is verboden gericht op haring te vissen in het deel van de onder deze TAC vallende ICES-gebieden dat tussen 56° N.B. en 57°30' N.B. ligt, met uitzondering van een gordel van zes zeemijl gemeten vanaf de basislijn van de territoriale zee van het Verenigd Koninkrijk. |
|||
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
6aS(1), 7b en 7c (HER/6AS7BC) |
|
|
Ierland |
721 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Nederland |
72 |
|
||
|
Unie |
793 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
793 |
|
||
|
(1) |
Bedoeld is het haringbestand in 6a ten zuiden van 56°00' N.B. en ten westen van 07°00' W.L. |
|||
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
7a(1) (HER/07A/MM) |
|||||||||
|
Ierland |
471 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|||||||||
|
Unie |
471 |
|
||||||||||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||||||||||
|
|
||||||||||||
|
TAC |
pm |
|
||||||||||
|
(1) |
Dit gebied wordt verminderd met de zone die wordt begrensd:
|
|||||||||||
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
7e en 7f (HER/7EF.) |
|
|
Frankrijk |
271 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Unie |
271 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
7g(1), 7h(1), 7j(1) en 7k(1) (HER/7G-K.) |
|||||||||
|
Duitsland |
6 |
(2) |
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|||||||||
|
Frankrijk |
31 |
(2) |
||||||||||
|
Ierland |
437 |
(2) |
||||||||||
|
Nederland |
31 |
(2) |
||||||||||
|
Unie |
505 |
(2) |
||||||||||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(2) |
||||||||||
|
|
||||||||||||
|
TAC |
pm |
(2) |
||||||||||
|
(1) |
Dit gebied wordt uitgebreid met de zone die wordt begrensd:
|
|||||||||||
|
(2) |
Dit quotum mag alleen worden toegewezen aan vaartuigen die overeenkomstig de beoordeling van de ICES deelnemen aan onderzoeksvisserij met het oog op het verzamelen van op de visserij gebaseerde gegevens voor dit bestand. Alvorens vangsten toe te staan, stellen de betrokken lidstaten de Commissie in kennis van de naam (namen) van het vaartuig (de vaartuigen). |
|||||||||||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
Skagerrak (COD/03AN.) |
|
|
België |
5 |
|
Analytische TAC |
|
|
Denemarken |
1 515 |
|
||
|
Duitsland |
38 |
|
||
|
Nederland |
9 |
|
||
|
Zweden |
265 |
|
||
|
Unie |
1 832 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
1 893 |
|
||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
4; wateren van de Unie van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort (COD/2A3AX4) |
|
|
België |
347 |
(1) |
Analytische TAC |
|
|
Denemarken |
1 993 |
|
||
|
Duitsland |
1 263 |
|
||
|
Frankrijk |
428 |
(1) |
||
|
Nederland |
1 126 |
(1) |
||
|
Zweden |
13 |
|
||
|
Unie |
5 170 |
|
||
|
Noorwegen |
2 252 |
(2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
5 824 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
13 246 |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in: 7d (COD/*07D.). |
|||
|
(2) |
Mag in de wateren van de Unie worden gevangen. Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het Noorse TAC-aandeel. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Noorse wateren van 4 (COD/*04N-)
|
Unie |
4 494 |
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (COD/4N-S62) |
|
|
Zweden |
382 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Unie |
382 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van schelvis, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
6b; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b ten westen van 12°00' W.L. en van 12 en 14 (COD/5W6-14) |
|
|
België |
0 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
0 |
|
||
|
Frankrijk |
1 |
|
||
|
Ierland |
2 |
|
||
|
Unie |
3 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
6a; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b ten oosten van 12°00' W.L. (COD/5BE6A) |
|
|
België |
1 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. Artikel 9 van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
7 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
76 |
(1) |
||
|
Ierland |
142 |
(1) |
||
|
Unie |
226 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten van kabeljauw in visserijen op andere soorten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij op kabeljauw niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
7a (COD/07A.) |
|
|
België |
1 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 |
(1) |
||
|
Ierland |
49 |
(1) |
||
|
Nederland |
1 |
(1) |
||
|
Unie |
54 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
7b, 7c, 7e-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (COD/7XAD34) |
|
|
België |
7 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. Artikel 9 van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
114 |
(1) |
||
|
Ierland |
166 |
(1) |
||
|
Nederland |
0 |
(1) |
||
|
Unie |
287 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten van kabeljauw in visserijen op andere soorten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij op kabeljauw niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
7d (COD/07D.) |
|
|
België |
33 |
(1) |
Analytische TAC |
|
|
Frankrijk |
648 |
(1) |
||
|
Nederland |
19 |
(1) |
||
|
Unie |
700 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in: 4; wateren van de Unie van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort (COD/*2A3X4). |
|||
|
Soort: |
Scharretongen Lepidorhombus spp. |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (LEZ/2AC4-C) |
|
|
België |
5 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
4 |
|
||
|
Duitsland |
4 |
|
||
|
Frankrijk |
24 |
|
||
|
Nederland |
19 |
|
||
|
Unie |
56 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Scharretongen Lepidorhombus spp. |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; 6; internationale wateren van 12 en 14 (LEZ/56-14) |
|
|
Spanje |
308 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
1 204 |
(1) |
||
|
Ierland |
352 |
|
||
|
Unie |
1 864 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in: wateren van de Unie van 2a en 4 (LEZ/*2AC4C). |
|||
|
Soort: |
Scharretongen Lepidorhombus spp. |
Gebied: |
7 (LEZ/07.) |
|
|
België |
274 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
3 045 |
(2) |
||
|
Frankrijk |
3 696 |
(2) |
||
|
Ierland |
1 680 |
(2) |
||
|
Unie |
8 695 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
10 % van dit quotum mag worden gevangen in 8a, 8b, 8d en 8e (LEZ/*8ABDE) voor bijvangsten in de gerichte visserij op tong. |
|||
|
(2) |
35 % van dit quotum mag worden gevangen in 8a, 8b, 8d en 8e (LEZ/*8ABDE). |
|||
|
Soort: |
Scharretongen Lepidorhombus spp. |
Gebied: |
8a, 8b, 8d en 8e (LEZ/8ABDE.) |
|
|
Spanje |
585 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
472 |
|
||
|
Unie |
1 057 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
1 057 |
|
||
|
Soort: |
Zeeduivels Lophiidae |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (ANF/2AC4-C) |
|
|
België |
182 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
401 |
(1) |
||
|
Duitsland |
196 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
37 |
(1) |
||
|
Nederland |
138 |
(1) |
||
|
Zweden |
5 |
(1) |
||
|
Unie |
959 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 10 % worden gevangen in: 6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (ANF/*56-14). |
|||
|
Soort: |
Zeeduivels Lophiidae |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (ANF/04-N.) |
|
|
België |
37 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Denemarken |
935 |
|
||
|
Duitsland |
15 |
|
||
|
Nederland |
13 |
|
||
|
Unie |
1 000 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Zeeduivels Lophiidae |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (ANF/56-14) |
|
|
België |
118 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
134 |
(1) |
||
|
Spanje |
126 |
|
||
|
Frankrijk |
1 449 |
(1) |
||
|
Ierland |
328 |
|
||
|
Nederland |
113 |
(1) |
||
|
Unie |
2 268 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in: wateren van de Unie van 2a en 4 (ANF/*2AC4C). |
|||
|
Soort: |
Zeeduivels Lophiidae |
Gebied: |
7 (ANF/07.) |
|
|
België |
2 046 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
228 |
(1) |
||
|
Spanje |
813 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
13 129 |
(1) |
||
|
Ierland |
1 678 |
(1) |
||
|
Nederland |
265 |
(1) |
||
|
Unie |
18 159 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 10 % in 8a, 8b, 8d en 8e worden gevangen (ANF/*8ABDE). |
|||
|
Soort: |
Zeeduivels Lophiidae |
Gebied: |
8a, 8b, 8d en 8e (ANF/8ABDE.) |
|
|
Spanje |
941 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
5 235 |
|
||
|
Unie |
6 176 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
6 176 |
|
||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
3a (HAD/03A.) |
|
|
België |
12 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
2 120 |
|
||
|
Duitsland |
135 |
|
||
|
Nederland |
2 |
|
||
|
Zweden |
250 |
|
||
|
Unie |
2 519 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
2 630 |
|
||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
4; wateren van de Unie van 2a (HAD/2AC4.) |
|
|
België |
287 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
1 970 |
|
||
|
Duitsland |
1 254 |
|
||
|
Frankrijk |
2 185 |
|
||
|
Nederland |
215 |
|
||
|
Zweden |
169 |
|
||
|
Unie |
6 080 |
|
||
|
Noorwegen |
9 841 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
26 865 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
42 785 |
|
||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Noorse wateren van 4 (HAD/*04N-)
|
Unie |
4 523 |
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (HAD/4N-S62) |
|
|
Zweden |
707 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Unie |
707 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 6b, 12 en 14 (HAD/6B1214) |
|
|
België |
7 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
9 |
|
||
|
Frankrijk |
347 |
|
||
|
Ierland |
247 |
|
||
|
Unie |
610 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5b en 6a (HAD/5BC6A.) |
|
|
België |
6 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
6 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
264 |
(1) |
||
|
Ierland |
650 |
(1) |
||
|
Unie |
925 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Niet meer dan 10 % van dit quotum mag worden gevangen in 4; wateren van de Unie van 2a (HAD/*2AC4.). |
|||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
7b-k, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (HAD/7X7A34) |
|
|
België |
91 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
5 441 |
|
||
|
Ierland |
1 814 |
|
||
|
Unie |
7 346 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
7a (HAD/07A.) |
|
|
België |
29 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
129 |
|
||
|
Ierland |
771 |
|
||
|
Unie |
929 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Wijting Merlangius merlangus |
Gebied: |
3a (WHG/03A.) |
|
|
Denemarken |
271 |
|
Voorzorgs-TAC |
|
|
Nederland |
1 |
|
||
|
Zweden |
29 |
|
||
|
Unie |
301 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
929 |
|
||
|
Soort: |
Wijting Merlangius merlangus |
Gebied: |
4; wateren van de Unie van 2a (WHG/2AC4.) |
|
|
België |
296 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
1 281 |
|
||
|
Duitsland |
333 |
|
||
|
Frankrijk |
1 925 |
|
||
|
Nederland |
740 |
|
||
|
Zweden |
2 |
|
||
|
Unie |
4 575 |
|
||
|
Noorwegen |
2 131 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
12 506 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
21 306 |
|
||
|
(1) |
Mag in de wateren van de Unie worden gevangen. Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het Noorse TAC-aandeel. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Noorse wateren van 4 (WHG/*04N-)
|
Unie |
4 518 |
|
Soort: |
Wijting Merlangius merlangus |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (WHG/56-14) |
|
|
Duitsland |
1 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. Artikel 9 van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
20 |
(1) |
||
|
Ierland |
122 |
(1) |
||
|
Unie |
143 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten van wijting in visserijen op andere soorten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij op wijting niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Wijting Merlangius merlangus |
Gebied: |
7a (WHG/07A.) |
|
|
België |
1 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. Artikel 9 van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
9 |
(1) |
||
|
Ierland |
114 |
(1) |
||
|
Nederland |
0 |
(1) |
||
|
Unie |
124 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten van wijting in visserijen op andere soorten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij op wijting niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Wijting Merlangius merlangus |
Gebied: |
7b, 7c, 7d, 7e, 7f, 7g, 7h, 7j en 7k (WHG/7X7A-C) |
|
|
België |
46 |
|
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
2 928 |
|
||
|
Ierland |
2 324 |
|
||
|
Nederland |
25 |
|
||
|
Unie |
5 323 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Wijting en witte koolvis Merlangius merlangus en Pollachius pollachius |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (W/P/4N-S62) |
|
|
Zweden |
190 |
(1) |
Voorzorgs-TAC |
|
|
Unie |
190 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, schelvis en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Heek Merluccius merluccius |
Gebied: |
3a (HKE/03A.) |
|
|
Denemarken |
2 058 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Zweden |
175 |
(1) |
||
|
Unie |
2 233 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
2 233 |
|
||
|
(1) |
Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar wateren van de Unie van 2a en 4. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. |
|||
|
Soort: |
Heek Merluccius merluccius |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (HKE/2AC4-C) |
|
|
België |
21 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
865 |
(1) |
||
|
Duitsland |
99 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
191 |
(1) |
||
|
Nederland |
50 |
(1) |
||
|
Unie |
1 226 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Niet meer dan 10 % van dit quotum mag worden gebruikt voor bijvangsten in 3a (HKE/*03A.). |
|||
|
Soort: |
Heek Merluccius merluccius |
Gebied: |
6 en 7; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (HKE/571214) |
|
|
België |
290 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
9 311 |
|
||
|
Frankrijk |
14 379 |
(1) |
||
|
Ierland |
1 742 |
|
||
|
Nederland |
187 |
(1) |
||
|
Unie |
25 909 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar wateren van de Unie van 2a en 4. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
8a, 8b, 8d en 8e (HKE/*8ABDE)
|
België |
38 |
|
Spanje |
1 533 |
|
Frankrijk |
1 533 |
|
Ierland |
192 |
|
Nederland |
19 |
|
Unie |
3 315 |
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
Soort: |
Heek Merluccius merluccius |
Gebied: |
8a, 8b, 8d en 8e (HKE/8ABDE.) |
|
|
België |
9 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
6 622 |
|
||
|
Frankrijk |
14 870 |
|
||
|
Nederland |
19 |
(1) |
||
|
Unie |
21 520 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar wateren van de Unie van 2a en 4. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
6 en 7; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (HKE/*57-14)
|
België |
2 |
|
Spanje |
1 918 |
|
Frankrijk |
3 453 |
|
Nederland |
6 |
|
Unie |
5 379 |
|
Soort: |
Blauwe wijting Micromesistius poutassou |
Gebied: |
Noorse wateren van 2 en 4 (WHB/24-N.) |
|
|
Denemarken |
0 |
|
Analytische TAC |
|
|
Unie |
0 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Blauwe wijting Micromesistius poutassou |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 (WHB/1X14) |
|
|
Denemarken |
45 680 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
17 761 |
|
||
|
Spanje |
38 726 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
31 789 |
|
||
|
Ierland |
35 373 |
|
||
|
Nederland |
55 700 |
|
||
|
Portugal |
3 598 |
(1) |
||
|
Zweden |
11 300 |
|
||
|
Unie |
239 927 |
(2) |
||
|
Noorwegen |
37 500 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
71 670 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar 8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1. Deze overdrachten worden evenwel vooraf aan de Commissie gemeld. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: van de EU-quota in de wateren van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 (WHB/*NZJM1) en in 8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (WHB/*NZJM2), mag de volgende hoeveelheid worden gevangen in de Noorse exclusieve economische zone of in de visserijzone rond Jan Mayen: 141 648 |
|||
|
Soort: |
Blauwe wijting Micromesistius poutassou |
Gebied: |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (WHB/8C3411) |
|
|
Spanje |
28 644 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Portugal |
7 161 |
|
||
|
Unie |
35 805 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: van de EU-quota in de wateren van de Unie en internationale wateren van 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8a, 8b, 8d, 8e, 12 en 14 (WHB/*NZJM1) en in 8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (WHB/*NZJM2), mag de volgende hoeveelheid worden gevangen in de Noorse exclusieve economische zone of in de visserijzone rond Jan Mayen 141 648 |
|||
|
Soort: |
Blauwe wijting Micromesistius poutassou |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2, 4a, 5, 6 ten noorden van 56° 30′ N.B. en 7 ten westen van 12° W.L. (WHB/24A567) |
|
|
Noorwegen |
141 648 |
(1) (2) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
In mindering te brengen op de door Noorwegen vastgestelde quota. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: de vangst in 4a bedraagt niet meer dan de volgende hoeveelheid (WHB/*04A-C): pm |
|||
|
Soort: |
Tongschar en witje Microstomus kitt en Glyptocephalus cynoglossus |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (L/W/2AC4-C) |
|
|
België |
160 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
440 |
|
||
|
Duitsland |
57 |
|
||
|
Frankrijk |
121 |
|
||
|
Nederland |
366 |
|
||
|
Zweden |
5 |
|
||
|
Unie |
1 149 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Blauwe leng Molva dypterygia |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5b, 6 en 7 (BLI/5B67-) |
|
|
Duitsland |
68 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Estland |
10 |
|
||
|
Spanje |
213 |
|
||
|
Frankrijk |
4 858 |
|
||
|
Ierland |
19 |
|
||
|
Litouwen |
4 |
|
||
|
Polen |
2 |
|
||
|
Overige |
19 |
(1) |
||
|
Unie |
5 193 |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
(2) |
||
|
Faeröer |
pm |
(3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (BLI/5B67_AMS). |
|||
|
(2) |
Te vangen in de wateren van de Unie van 2a, 4, 5b, 6 en 7 (BLI/*24X7C). |
|||
|
(3) |
Bijvangsten van rondneusgrenadier en zwarte haarstaart worden op dit quotum in mindering gebracht. Te vangen in wateren van de Unie van 6a ten noorden van 56°30' N.B. en 6b. Deze bepaling geldt niet voor vangsten die onder de aanlandingsverplichting vallen. |
|||
|
Soort: |
Blauwe leng Molva dypterygia |
Gebied: |
Internationale wateren van 12 (BLI/12INT-) |
|
|
Estland |
0 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
54 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
1 |
(1) |
||
|
Litouwen |
1 |
(1) |
||
|
Overige |
0 |
(1) (2) |
||
|
Unie |
56 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
(2) |
Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (BLI/12INT_AMS). |
|||
|
Soort: |
Blauwe leng Molva dypterygia |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 2 en 4 (BLI/24-) |
|
|
Denemarken |
1 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
1 |
|
||
|
Ierland |
1 |
|
||
|
Frankrijk |
5 |
|
||
|
Overige |
1 |
(1) |
||
|
Unie |
9 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (BLI/24_AMS). |
|||
|
Soort: |
Blauwe leng Molva dypterygia |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 3a (BLI/03A-) |
|
|
Denemarken |
1 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
1 |
|
||
|
Zweden |
1 |
|
||
|
Unie |
3 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
3 |
|
||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 1 en 2 (LIN/1/2.) |
|
|
Denemarken |
pm |
|
Voorzorgs-TAC |
|
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Overige |
pm |
(1) |
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (LIN/1/2_AMS). |
|||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 3a (LIN/03A-C.) |
|
|
België |
5 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
42 |
|
||
|
Duitsland |
5 |
|
||
|
Zweden |
16 |
|
||
|
Unie |
68 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 4 (LIN/04-C.) |
|
|
België |
10 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
160 |
(1) |
||
|
Duitsland |
100 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
90 |
|
||
|
Nederland |
3 |
|
||
|
Zweden |
7 |
(1) |
||
|
Unie |
370 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Hiervan mag tot 25 % maar niet meer dan 75 t worden gevangen in: wateren van de Unie van 3a (LIN/*03A-C). |
|||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 5 (LIN/05EI.) |
|
|
België |
pm |
|
Voorzorgs-TAC |
|
|
Denemarken |
pm |
|
||
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 6, 7, 8, 9, 10, 12 en 14 (LIN/6X14.) |
|
|
België |
30 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
5 |
(1) |
||
|
Duitsland |
110 |
(1) |
||
|
Ierland |
596 |
|
||
|
Spanje |
2 231 |
|
||
|
Frankrijk |
2 380 |
(1) |
||
|
Portugal |
5 |
|
||
|
Unie |
5 357 |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 35 % worden gevangen in: wateren van de Unie van 4 (LIN/*04-C.). |
|||
|
Soort: |
Leng Molva molva |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (LIN/04-N.) |
|
|
België |
7 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Denemarken |
858 |
|
||
|
Duitsland |
24 |
|
||
|
Frankrijk |
10 |
|
||
|
Nederland |
1 |
|
||
|
Unie |
900 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Langoustine Nephrops norvegicus |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (NEP/2AC4-C) |
|
|
België |
581 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
581 |
|
||
|
Duitsland |
9 |
|
||
|
Frankrijk |
17 |
|
||
|
Nederland |
300 |
|
||
|
Unie |
1 488 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Langoustine Nephrops norvegicus |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (NEP/04-N.) |
|
|
Denemarken |
200 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
0 |
|
||
|
Unie |
200 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Langoustine Nephrops norvegicus |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5 (NEP/5BC6.) |
|
|
Spanje |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Ierland |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Langoustine Nephrops norvegicus |
Gebied: |
7 (NEP/07.) |
|
|
Spanje |
579 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
2 345 |
(1) |
||
|
Ierland |
3 557 |
(1) |
||
|
Unie |
6 481 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden: Functionele eenheid 16 van ICES-deelgebied 7 (NEP/*07U16): |
|||
|
Spanje |
578 |
|||
|
Frankrijk |
362 |
|||
|
Ierland |
696 |
|||
|
Unie |
1 636 |
|||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|||
|
Soort: |
Noordse garnaal Pandalus borealis |
Gebied: |
3a (PRA/03A.) |
|
|
Denemarken |
1 741 |
|
Analytische TAC |
|
|
Zweden |
938 |
|
||
|
Unie |
2 679 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
5 016 |
|
||
|
Soort: |
Noordse garnaal Pandalus borealis |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (PRA/2AC4-C) |
|
|
Denemarken |
286 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Nederland |
3 |
|
||
|
Zweden |
12 |
|
||
|
Unie |
301 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Noordse garnaal Pandalus borealis |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (PRA/4N-S62) |
|
|
Denemarken |
200 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Zweden |
123 |
(1) |
||
|
Unie |
323 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
Skagerrak (PLE/03AN.) |
|
|
België |
82 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
10 596 |
|
||
|
Duitsland |
54 |
|
||
|
Nederland |
2 038 |
|
||
|
Zweden |
568 |
|
||
|
Unie |
13 338 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
19 188 |
|
||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
4; wateren van de Unie van 2a; het gedeelte van 3a dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort (PLE/2A3AX4) |
|
|
België |
4 472 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
14 533 |
|
||
|
Duitsland |
4 192 |
|
||
|
Frankrijk |
839 |
|
||
|
Nederland |
27 949 |
|
||
|
Unie |
51 985 |
|
||
|
Noorwegen |
10 039 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
37 960 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
143 419 |
|
||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Noorse wateren van 4 (PLE/*04N-)
|
Unie |
39 153 |
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (PLE/56-14) |
|
|
Frankrijk |
6 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Ierland |
144 |
|
||
|
Unie |
150 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
7a (PLE/07A.) |
|
|
België |
43 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
19 |
|
||
|
Ierland |
737 |
|
||
|
Nederland |
13 |
|
||
|
Unie |
812 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
7d en 7e (PLE/7DE.) |
|
|
België |
1 126 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 755 |
|
||
|
Unie |
4 881 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
7f en 7g (PLE/7FG.) |
|
|
België |
247 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
443 |
|
||
|
Ierland |
145 |
|
||
|
Unie |
835 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Schol Pleuronectes platessa |
Gebied: |
7h, 7j en 7k (PLE/7HJK.) |
|
|
België |
2 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. Artikel 9 van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
4 |
(1) |
||
|
Ierland |
15 |
(1) |
||
|
Nederland |
9 |
(1) |
||
|
Unie |
30 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten van schol in visserijen op andere soorten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij op schol niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Witte koolvis Pollachius pollachius |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (POL/56-14) |
|
|
Spanje |
1 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
30 |
|
||
|
Ierland |
9 |
|
||
|
Unie |
40 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
3a en 4; wateren van de Unie van 2a (POK/2C3A4) |
|
|
België |
19 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
2 287 |
|
||
|
Duitsland |
5 776 |
|
||
|
Frankrijk |
13 594 |
|
||
|
Nederland |
58 |
|
||
|
Zweden |
314 |
|
||
|
Unie |
22 048 |
|
||
|
Noorwegen |
31 096 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
6 368 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
59 512 |
|
||
|
(1) |
Mag alleen in de wateren van de Unie van 4 en in 3a worden gevangen (POK/*3A4-C). Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het Noorse TAC-aandeel. |
|||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b, 12 en 14 (POK/56-14) |
|
|
Duitsland |
319 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 160 |
|
||
|
Ierland |
369 |
|
||
|
Unie |
3 848 |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
Noorse wateren ten zuiden van 62° N.B. (POK/4N-S62) |
|
|
Zweden |
880 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Unie |
880 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis en wijting worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
7, 8, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (POK/7/3411) |
|
|
België |
4 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
694 |
|
||
|
Ierland |
870 |
|
||
|
Unie |
1 568 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tarbot en griet Scophthalmus maximus en Scophthalmus rhombus |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (T/B/2AC4-C) |
|
|
België |
248 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
530 |
|
||
|
Duitsland |
135 |
|
||
|
Frankrijk |
64 |
|
||
|
Nederland |
1 879 |
|
||
|
Zweden |
3 |
|
||
|
Unie |
2 859 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Roggen Rajiformes |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (SRX/2AC4-C) |
|
|
België |
145 |
(1) (2) (3)(4) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
6 |
(1) (2) (3) |
||
|
Duitsland |
7 |
(1) (2) (3) |
||
|
Frankrijk |
23 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Nederland |
123 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Unie |
304 |
(1) (3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(3) |
||
|
(1) |
Vangsten van blonde rog (Raja brachyura) in de wateren van de Unie van 4 (RJH/04-C.), grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/2AC4-C), stekelrog (Raja clavata) (RJC/2AC4-C) en gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/2AC4-C) worden afzonderlijk gemeld. |
|||
|
(2) |
Bijvangstquotum. Deze soorten mogen per visreis niet meer dan 25 % levend gewicht van de totale aan boord gehouden vangsten uitmaken. Deze voorwaarde geldt enkel voor vaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 m. Deze bepaling geldt niet voor vangsten die vallen onder de aanlandingsverplichting als vastgesteld in artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013. |
|||
|
(3) |
Niet van toepassing op blonde rog (Raja brachyura) in de wateren van de Unie van 2a en kleinoogrog (Raja microocellata) in de wateren van de Unie van 2a en 4. Als vissen van deze soorten incidenteel worden gevangen, worden zij ongedeerd gelaten. Zij worden onmiddellijk teruggezet. De vissers worden aangemoedigd technieken en apparatuur te ontwikkelen en te gebruiken voor een snelle en behouden terugzetting van deze soorten. |
|||
|
(4) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 10 % worden gevangen in de wateren van de Unie van 7d (SRX/*07D2.), onverminderd de verbodsbepalingen die in de artikelen 20 en 57 van deze verordening voor de daarin vermelde gebieden zijn vastgesteld. Vangsten van blonde rog (Raja brachyura) (RJH/*07D2.), grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/*07D2.), stekelrog (Raja clavata) (RJC/*07D2.) en gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/*07D2.) worden afzonderlijk gemeld. Deze bijzondere voorwaarde geldt niet voor kleinoogrog (Raja microocellata) en golfrog (Raja undulata). |
|||
|
Soort: |
Roggen Rajiformes |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 3a (SRX/03A-C.) |
|
|
Denemarken |
22 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Zweden |
6 |
(1) |
||
|
Unie |
28 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
28 |
|
||
|
(1) |
Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/03A-C.), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/03A-C.) en gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/03A-C.) worden afzonderlijk gemeld. |
|||
|
Soort: |
Roggen Rajiformes |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 6a, 6b, 7a-c en 7e-k (SRX/67AKXD) |
|
|
België |
473 |
(1) (2) (3)(4) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Estland |
3 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Frankrijk |
2 121 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Duitsland |
6 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Ierland |
683 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Litouwen |
11 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Nederland |
2 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Portugal |
12 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Spanje |
571 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Unie |
3 882 |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) (3)(4) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(3)(4) |
||
|
(1) |
Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/67AKXD), stekelrog (Raja clavata) (RJC/67AKXD), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/67AKXD), gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/67AKXD), zandrog (Raja circularis) (RJI/67AKXD) en kaardrog (Raja fullonica) (RJF/67AKXD) worden afzonderlijk gemeld. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in de wateren van de Unie van 7d (SRX/*07D.), onverminderd de verbodsbepalingen die in de artikelen 20 en 57 van deze verordening voor de daarin vermelde gebieden zijn vastgesteld. Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/*07D.), stekelrog (Raja clavata) (RJC/*07D.), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/*07D.), gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/*07D.), zandrog (Raja circularis) (RJI/*07D.) en kaardrog (Raja fullonica) (RJF/*07D.) worden afzonderlijk gemeld. Deze bijzondere voorwaarde geldt niet voor kleinoogrog (Raja microocellata) en golfrog (Raja undulata). |
|||
|
(3) |
Niet van toepassing op kleinoogrog (Raja microocellata), behalve in de wateren van de Unie van 7f en 7g. Als vissen van deze soort incidenteel worden gevangen, worden zij ongedeerd gelaten. Zij worden onmiddellijk teruggezet. De vissers worden aangemoedigd technieken en apparatuur te ontwikkelen en te gebruiken voor een snelle en behouden terugzetting van deze soorten. Binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de wateren van de Unie van 7f en 7g (RJE/7FG.) niet meer kleinoogrog worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden: |
|||
|
Soort: |
Kleinoogrog Raja microocellata |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 7f en 7g (RJE/7FG.) |
|
|
België |
5 |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Estland |
0 |
|||
|
Frankrijk |
23 |
|||
|
Duitsland |
0 |
|||
|
Ierland |
7 |
|||
|
Litouwen |
0 |
|||
|
Nederland |
0 |
|||
|
Portugal |
0 |
|||
|
Spanje |
6 |
|||
|
Unie |
41 |
|||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|||
|
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in de wateren van de Unie van 7d; deze hoeveelheid wordt gemeld onder de volgende code: (RJE/*07D.). Deze bijzondere voorwaarde geldt onverminderd de verbodsbepalingen die in de artikelen 20 en 57 van deze verordening voor de daarin vermelde gebieden zijn vastgesteld. |
||||
|
(4) |
Niet van toepassing op golfrog (Raja undulata). |
|||
|
Soort: |
Roggen Rajiformes |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 7d (SRX/07D.) |
|
|
België |
61 |
(1) (2) (3) (4) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
514 |
(1) (2) (3) (4) |
||
|
Nederland |
3 |
(1) (2) (3) (4) |
||
|
Unie |
578 |
(1) (2) (3) (4) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) (3) (4) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(4) |
||
|
(1) |
Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/07D.), stekelrog (Raja clavata) (RJC/07D.), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/07D.), gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/07D.) en kleinoogrog (Raja microocellata) (RJE/07D.) worden afzonderlijk gemeld. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 5 % worden gevangen in de wateren van de Unie van 6a, 6b, 7a-c en 7e-k (SRX/*67AKD). Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/*67AKD), stekelrog (Raja clavata) (RJC/*67AKD), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/*67AKD) en gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/*67AKD) worden afzonderlijk gemeld. Deze bijzondere voorwaarde geldt niet voor kleinoogrog (Raja microocellata) en golfrog (Raja undulata). |
|||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 10 % worden gevangen in de wateren van de Unie van 2a en 4 (SRX/*2AC4C). Vangsten van blonde rog (Raja brachyura) in de wateren van de Unie van 4 (RJH/*04-C.), grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/*2AC4C), stekelrog (Raja clavata) (RJC/*2AC4C) en gevlekte rog (Raja montagui) (RJM/*2AC4C) worden afzonderlijk gemeld. Deze bijzondere voorwaarde geldt niet voor kleinoogrog (Raja microocellata). |
|||
|
(4) |
Niet van toepassing op golfrog (Raja undulata). |
|||
|
Soort: |
Roggen Rajiformes |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 8 en 9 (SRX/89-C.) |
|
|
België |
10 |
(1) (2) |
Voorzorgs-TAC |
|
|
Frankrijk |
1 949 |
(1) (2) |
||
|
Portugal |
1 580 |
(1) (2) |
||
|
Spanje |
1 590 |
(1) (2) |
||
|
Unie |
5 129 |
(1) (2) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(2) |
||
|
(1) |
Vangsten van grootoogrog (Leucoraja naevus) (RJN/89-C.), blonde rog (Raja brachyura) (RJH/89-C.) en stekelrog (Raja clavata) (RJC/89-C.) worden afzonderlijk gemeld. |
|||
|
(2) |
Niet van toepassing op golfrog (Raja undulata). Op deze soort wordt niet gericht gevist in de gebieden waarvoor deze TAC geldt. In gevallen waarin de aanlandingsverplichting niet geldt, mag bijvangst van golfrog in de deelgebieden 8 en 9 alleen worden aangeland in gehele staat of van de ingewanden ontdaan. De vangsten overschrijden de quota in de onderstaande tabel niet. De bovenstaande bepalingen gelden onverminderd de verbodsbepalingen die in de artikelen 20 en 57 van deze verordening voor de daarin vermelde gebieden zijn vastgesteld. De bijvangst van golfrog wordt afzonderlijk gerapporteerd onder de in onderstaande tabellen vermelde codes. Binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer golfrog worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden: |
|||
|
Soort: |
Golfrog Raja undulata |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 8 (RJU/8-C.) |
|
|
België |
0 |
Voorzorgs-TAC |
||
|
Frankrijk |
13 |
|||
|
Portugal |
10 |
|||
|
Spanje |
10 |
|||
|
Unie |
33 |
|||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|||
|
Soort: |
Golfrog Raja undulata |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 9 (RJU/9-C.) |
|
|
België |
0 |
Voorzorgs-TAC |
||
|
Frankrijk |
20 |
|||
|
Portugal |
15 |
|||
|
Spanje |
15 |
|||
|
Unie |
50 |
|||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|||
|
Soort: |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot Reinhardtius hippoglossoides |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b en 6 (GHL/2A-C46) |
|
|
Denemarken |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Estland |
pm |
|
||
|
Spanje |
|
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Ierland |
pm |
|
||
|
Litouwen |
pm |
|
||
|
Polen |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
Noorwegen |
pm |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Te vangen in de wateren van de Unie van 2a en 6. In 6 mag deze hoeveelheid alleen met beuglijnen worden gevangen (GHL/*2A6-C). |
|||
|
Soort: |
Makreel Scomber scombrus |
Gebied: |
3a and 4; Union waters of 2a, 3b, 3c and Subdivisions 22-32 (MAC/2A34.) |
|
|
België |
544 |
(1) (2) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
18 666 |
(1) (2) |
||
|
Duitsland |
567 |
(1) (2) |
||
|
Frankrijk |
1 713 |
(1) (2) |
||
|
Nederland |
1 724 |
(1) (2) |
||
|
Zweden |
5 108 |
(1) (2) (3) |
||
|
Unie |
28 322 |
(1) (2) |
||
|
Noorwegen |
191 845 |
(4) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1)(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
852 284 |
|
||
|
(1) |
Binnen de limieten van de bovenstaande quota mag ook in de twee onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden. |
|||
|
|
Noorse wateren van 2a (MAC/*02AN-) |
Wateren van de Faeröer (MAC/*FRO1) |
||
|
België |
109 |
pm |
||
|
Denemarken |
3 732 |
pm |
||
|
Duitsland |
113 |
pm |
||
|
Frankrijk |
343 |
pm |
||
|
Nederland |
345 |
pm |
||
|
Zweden |
1 022 |
pm |
||
|
Unie |
5 664 |
pm |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
pm |
||
|
(2) |
Mag ook in de Noorse wateren van 4a worden gevangen (MAC/*4AN.). |
|||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: inclusief de volgende hoeveelheid in ton in de Noorse wateren van 2a en 4a (MAC/*2A4AN): 251 Indien overeenkomstig deze bijzondere voorwaarde wordt gevist, worden bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
(4) |
In mindering te brengen op het Noorse TAC-aandeel (toegangsquotum). Deze hoeveelheid omvat het volgende Noorse aandeel in de Noordzee-TAC: 55 397 Dit quotum mag uitsluitend in 4a worden gevangen (MAC/*04A.), behalve de volgende hoeveelheid (in ton), die mag worden gevangen in 3a (MAC/*03A.): pm |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de volgende gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden
|
|
3a |
3a en 4bc |
4b |
4c |
6, internationale wateren van 2a, van 1 januari tot en met 15 februari en van 1 september tot en met 31 december |
|
|
(MAC/*03A.) |
(MAC/*3A4BC) |
(MAC/*04B.) |
(MAC/*04C.) |
(MAC/*2A6.) |
|
Denemarken |
0 |
4 130 |
0 |
0 |
11 200 |
|
Frankrijk |
0 |
490 |
0 |
0 |
0 |
|
Nederland |
0 |
490 |
0 |
0 |
0 |
|
Zweden |
0 |
0 |
390 |
10 |
2 914 |
|
Verenigd Koninkrijk |
0 |
490 |
0 |
0 |
0 |
|
Noorwegen |
pm |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Soort: |
Makreel Scomber scombrus |
Gebied: |
6, 7, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 2a, 12 en 14 (MAC/2CX14-) |
|
|
Duitsland |
18 254 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Spanje |
19 |
(1) |
||
|
Estland |
152 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
12 171 |
(1) |
||
|
Ierland |
60 847 |
(1) |
||
|
Letland |
112 |
(1) |
||
|
Litouwen |
112 |
(1) |
||
|
Nederland |
26 620 |
(1) |
||
|
Polen |
1 285 |
(1) |
||
|
Unie |
119 573 |
(1) |
||
|
Noorwegen |
14 843 |
(2) (3) |
||
|
Faeröer |
pm |
(4) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
852 284 |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: hiervan mag tot 25 % beschikbaar worden gemaakt voor uitwisselingen die kunnen worden gevangen door Spanje, Frankrijk en Portugal in 8c, 9 en 10 en de wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (MAC/*8C910). |
|||
|
(2) |
Mag worden gevangen in 2a, 6a ten noorden van 56°30' N.B., 4a, 7d, 7e, 7f en 7h (MAC/*AX7H). |
|||
|
(3) |
Noorwegen mag de volgende hoeveelheid (in ton) aan extra toegangsquotum vangen ten noorden van 56° 30' N.B.; deze hoeveelheid wordt in mindering gebracht op de vangstbeperking van Noorwegen (MAC/*N5630): 38 369 |
|||
|
(4) |
Deze hoeveelheid wordt in mindering gebracht op de vangstbeperking van de Faeröer (toegangsquotum). Mag alleen worden gevangen in 6a ten noorden van 56°30' N.B. (MAC/*6AN56). Van 1 januari tot en met 15 februari en van 1 oktober tot en met 31 december mag dit quotum echter ook worden gevangen in 2a en in 4a ten noorden van 59° N.B. (EU-zone) (MAC/*24N59). |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden en perioden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
|
|
Wateren van de Unie van 2a; wateren van de Unie en Noorse wateren van 4a. Gedurende de perioden van 1 januari tot en met 15 februari en van 1 september tot en met 31 december |
Noorse wateren van 2a |
Wateren van de Faeröer |
|
|
(MAC/*4A-EN) |
(MAC/*2AN-) |
(MAC/*FRO2) |
|
Duitsland |
4 591 |
1 281 |
pm |
|
Frankrijk |
3 061 |
853 |
pm |
|
Ierland |
15 305 |
4 269 |
pm |
|
Nederland |
6 696 |
1 867 |
pm |
|
Unie |
42 091 |
20 013 |
pm |
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
pm |
pm |
|
Soort: |
Makreel Scomber scombrus |
Gebied: |
8c, 9 en 10; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 (MAC/8C3411) |
|
|
Spanje |
32 081 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
213 |
(1) |
||
|
Portugal |
6 631 |
(1) |
||
|
Unie |
38 925 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
852 284 |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: de hoeveelheden die met andere lidstaten worden geruild, mogen in 8a, 8b en 8d worden gevangen (MAC/*8ABD.). De door Spanje, Portugal of Frankrijk te ruil aangeboden hoeveelheden die in 8a, 8b en 8d worden gevangen, mogen echter niet meer dan 25 % van de quota van de donorlidstaat bedragen. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
8b (MAC/*08B.)
|
Spanje |
2 694 |
|
Frankrijk |
18 |
|
Portugal |
557 |
|
Soort:: |
Makreel Scomber scombrus |
Gebied: |
Noorse wateren van 2a en 4a (MAC/2A4A-N) |
|
|
Denemarken |
13 359 |
|
Analytische TAC |
|
|
Unie |
13 359 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (SOL/24-C.) |
|
|
België |
954 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
437 |
|
||
|
Duitsland |
764 |
|
||
|
Frankrijk |
191 |
|
||
|
Nederland |
8 619 |
|
||
|
Unie |
10 964 |
|
||
|
Noorwegen |
10 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Mag alleen worden gevangen in de wateren van de Unie van 4 (SOL/*04-C.). |
|||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
6; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (SOL/56-14) |
|
|
Ierland |
27 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Unie |
27 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
7a (SOL/07A.) |
|
|
België |
213 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
3 |
|
||
|
Ierland |
61 |
|
||
|
Nederland |
68 |
|
||
|
Unie |
345 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
7d (SOL/07D.) |
|
|
België |
507 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
1 014 |
|
||
|
Unie |
1 521 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
7e (SOL/07E.) |
|
|
België |
37 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
400 |
|
||
|
Unie |
437 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
7f en 7g (SOL/7FG.) |
|
|
België |
497 |
|
Analytische TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
50 |
|
||
|
Ierland |
25 |
|
||
|
Unie |
572 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Tong Solea solea |
Gebied: |
7h, 7j en 7k (SOL/7HJK.) |
|
|
België |
13 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 8, lid 2, van deze verordening is van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
27 |
|
||
|
Ierland |
73 |
|
||
|
Nederland |
22 |
|
||
|
Unie |
135 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Sprot en geassocieerde bijvangsten Sprattus sprattus |
Gebied: |
3a (SPR/03A.) |
|
|
Denemarken |
pm |
(1) (2) |
Analytische TAC |
|
|
Duitsland |
pm |
(1) (2) |
||
|
Zweden |
pm |
(1) (2) |
||
|
Unie |
pm |
(1) (2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(2) |
||
|
(1) |
Maximaal 5 % van het quotum mag bestaan uit bijvangsten van wijting en schelvis (OTH/*03A.). Uit hoofde van deze bepaling op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van wijting en schelvis en overeenkomstig artikel 15, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van soorten mogen samen niet hoger zijn dan 9 % van het quotum. |
|||
|
(2) |
Dit quotum mag alleen worden gevangen van 1 juli 2021 tot en met 30 juni 2022. |
|||
|
Soort: |
Sprot en geassocieerde bijvangsten Sprattus sprattus |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a en 4 (SPR/2AC4-C) |
|
|
België |
pm |
(1) (2) |
Analytische TAC |
|
|
Denemarken |
pm |
(1) (2) |
||
|
Duitsland |
pm |
(1) (2) |
||
|
Frankrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
Nederland |
pm |
(1) (2) |
||
|
Zweden |
pm |
(1) (2) (3) |
||
|
Unie |
pm |
(1) (2) |
||
|
Noorwegen |
pm |
(1) |
||
|
Faeröer |
pm |
(1) (4) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
Dit quotum mag alleen worden gevangen van 1 juli 2021 tot en met 30 juni 2022. |
|||
|
(2) |
Maximaal 2 % van het quotum mag bestaan uit bijvangsten van wijting (OTH/*2AC4C). Uit hoofde van deze bepaling op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van wijting en overeenkomstig artikel 15, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van soorten mogen samen niet hoger zijn dan 9 % van het quotum. |
|||
|
(3) |
Inclusief zandspieringen. |
|||
|
(4) |
Mag tot 4 % bijvangsten van haring bevatten. |
|||
|
Soort: |
Sprot Sprattus sprattus |
Gebied: |
7d en 7e (SPR/7DE.) |
|
|
België |
2 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
166 |
|
||
|
Duitsland |
2 |
|
||
|
Frankrijk |
36 |
|
||
|
Nederland |
36 |
|
||
|
Unie |
242 |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
Soort: |
Doornhaai Squalus acanthias |
Gebied: |
Wateren van de Unie en internationale wateren van 1, 5, 6, 7, 8, 12 en 14 (DGS/15X14) |
|
|
België |
10 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
2 |
(1) |
||
|
Spanje |
5 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
44 |
(1) |
||
|
Ierland |
28 |
(1) |
||
|
Nederland |
0 |
(1) |
||
|
Portugal |
0 |
(1) |
||
|
Unie |
89 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
(1) |
||
|
(1) |
In de gebieden waarvoor deze TAC geldt, mag niet gericht op doornhaai worden gevist. Exemplaren die incidenteel worden gevangen in visserijen waarin doornhaai niet onder de aanlandingsverplichting valt, moeten ongedeerd worden gelaten, en onmiddellijk worden teruggezet, overeenkomstig de artikelen 20 en 57 van deze verordening. In afwijking van artikel 14 mag een vaartuig dat deelneemt aan het door het WTECV positief beoordeelde programma ter vermijding van bijvangsten, per maand niet meer dan 2 ton doornhaai die dood is op het moment dat het vistuig aan boord wordt gehesen, aanlanden. De lidstaten die deelnemen aan het programma ter vermijding van bijvangsten, moeten ervoor zorgen dat de totale hoeveelheden doornhaai die jaarlijks op grond van deze afwijking worden aangeland, niet hoger zijn dan de hierboven vermelde hoeveelheden. Alvorens enige aanlanding toe te staan, stellen zij de Commissie in kennis van de lijst van deelnemende vaartuigen. De lidstaten wisselen informatie uit over de gebieden waar bijvangsten worden vermeden. |
|||
|
Soort: |
Horsmakrelen en geassocieerde bijvangsten Trachurus spp. |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 4b, 4c en 7d (JAX/4BC7D) |
|
|
België |
7 |
(1) |
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Denemarken |
3 118 |
(1) |
||
|
Duitsland |
275 |
(1) (2) |
||
|
Spanje |
58 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
258 |
(1) (2) |
||
|
Ierland |
196 |
(1) |
||
|
Nederland |
1 876 |
(1) (2) |
||
|
Portugal |
6 |
(1) |
||
|
Zweden |
44 |
(1) |
||
|
Unie |
5 838 |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
(3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(1) (2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
pm |
|
||
|
(1) |
Maximaal 5 % van het quotum mag bestaan uit bijvangsten van evervissen, schelvis, wijting en makreel (OTH/*4BC7D). Uit hoofde van deze bepaling op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van evervissen, schelvis, wijting en makreel en overeenkomstig artikel 15, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van soorten mogen samen niet hoger zijn dan 9 % van het quotum. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: tot 5 % van wat voor dit quotum in sector 7d wordt gevangen, mag worden verrekend met de quota voor het volgende gebied: wateren van de Unie van 2a, 4a, 6, 7a-c,7e-k, 8a, 8b, 8d en 8e; wateren van de Unie en internationale wateren van 5b; internationale wateren van 12 en 14 (JAX/*7D-EU). |
|||
|
(3) |
Mag worden gevangen in de wateren van de Unie van 4a, maar mag niet worden gevangen in de wateren van de Unie van 7d (JAX/*04-C.). |
|||
|
Soort: |
Horsmakrelen Trachurus spp. |
Gebied: |
8c (JAX/08C.) |
|
|
Spanje |
5 808 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
101 |
|
||
|
Portugal |
574 |
(1) |
||
|
Unie |
6 483 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
6 483 |
|
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: tot 10 % van dit quotum mag worden gevangen in 9 (JAX/*09.). |
|||
|
Soort: |
Kever en geassocieerde bijvangsten Trisopterus esmarkii |
Gebied: |
3a; wateren van de Unie van 2a en 4 (NOP/2A3A4.) |
|
|
Jaar |
2021 |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
||
|
Denemarken |
94 372 |
(1)(3) |
||
|
Duitsland |
19 |
(1) (2)(3) |
||
|
Nederland |
70 |
(1)(2)(3) |
||
|
Unie |
94 461 |
(1)(3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
Noorwegen |
0 |
(4) |
||
|
Faeröer |
pm |
(5) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Maximaal 5 % van het quotum mag bestaan uit bijvangsten van schelvis en wijting (OT2/*2A3A4). Uit hoofde van deze bepaling op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van schelvis en wijting en overeenkomstig artikel 15, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 op het quotum in mindering gebrachte bijvangsten van soorten mogen samen niet hoger zijn dan 9 % van het quotum. |
|||
|
(2) |
Het quotum mag alleen worden gevangen in de wateren van de Unie van de ICES-gebieden 2a, 3a en 4. |
|||
|
(3) |
Het quotum van de Unie mag alleen worden gevangen van 1 november 2020 tot en met 31 juli 2021. |
|||
|
(4) |
Er moet een sorteerrooster worden gebruikt. |
|||
|
(5) |
Er moet een sorteerrooster worden gebruikt. Met inbegrip van maximaal 15 % onvermijdelijke bijvangsten (NOP/*2A3A4) die op dit quotum in mindering moeten worden gebracht. |
|||
|
Soort: |
Industriële vis |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (I/F/04-N.) |
|
|
Zweden |
800 |
(1) (2) |
Voorzorgs-TAC |
|
|
Unie |
800 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|||
|
(1) |
Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en zwarte koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor die soorten. |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: waarvan niet meer dan de volgende hoeveelheid horsmakrelen (JAX/*04-N.): 400 |
|||
|
Soort: |
Andere soorten |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 5b, 6 en 7 (OTH/5B67-C) |
|
|
Unie |
Niet relevant |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 7, lid 1, van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Noorwegen |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend vangsten met beuglijnen. |
|||
|
Soort: |
Andere soorten |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (OTH/04-N.) |
|
|
België |
23 |
|
Voorzorgs-TAC |
|
|
Denemarken |
2 081 |
|
||
|
Duitsland |
234 |
|
||
|
Frankrijk |
96 |
|
||
|
Nederland |
166 |
|
||
|
Zweden |
Niet relevant |
(1) |
||
|
Unie |
2 600 |
(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Door Noorwegen aan Zweden toegekend quotum op traditioneel niveau voor “andere soorten”. |
|||
|
(2) |
Soorten waarvoor geen andere TAC's gelden. |
|||
|
Soort: |
Andere soorten |
Gebied: |
Wateren van de Unie van 2a, 4 en 6a ten noorden van 56°30' N.B. (OTH/2A46AN) |
|
|
Unie |
Niet relevant |
|
Voorzorgs-TAC |
|
|
Noorwegen |
1 000 |
(1) (2) |
||
|
Faeröer |
pm |
(3) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Beperkt tot 2a en 4 (OTH/*2A4-C). |
|||
|
(2) |
Soorten waarvoor geen andere TAC's gelden. |
|||
|
(3) |
Te vangen in 4 en 6a ten noorden van 56°30' N.B. (OTH/*46AN). |
|||
|
Soort: |
Heek Merluccius merluccius |
Gebied: |
Noorse wateren van 4 (HKE/04-N.) |
|
|
België |
17 |
|
Voorzorgs-TAC” |
|
|
Denemarken |
1 601 |
|
||
|
Duitsland |
180 |
|
||
|
Frankrijk |
74 |
|
||
|
Nederland |
128 |
|
||
|
Zweden |
Niet relevant |
|
||
|
Unie |
2 000 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
DEEL C: Wijzigingen van bijlage IB bij Verordening (EU) 2021/92
In bijlage IB bij Verordening (EU) 2021/92 worden de desbetreffende vangstmogelijkhedentabellen vervangen door:
|
“Soort: |
Haring Clupea harengus |
Gebied: |
Wateren van de Unie, wateren van de Faeröer, Noorse wateren en internationale wateren van 1 en 2 (HER/1/2-) |
|
|
België |
13 |
(1) |
Analytische TAC |
|
|
Denemarken |
13 015 |
(1) |
||
|
Duitsland |
2 279 |
(1) |
||
|
Spanje |
43 |
(1) |
||
|
Frankrijk |
562 |
(1) |
||
|
Ierland |
3 370 |
(1) |
||
|
Nederland |
4 658 |
(1) |
||
|
Polen |
659 |
(1) |
||
|
Portugal |
43 |
(1) |
||
|
Finland |
202 |
(1) |
||
|
Zweden |
4 823 |
(1) |
||
|
Unie |
29 667 |
(1) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
12 715 |
(1) |
||
|
Faeröer |
pm |
(2)(3) |
||
|
Noorwegen |
0 |
(2)(4) |
||
|
|
||||
|
TAC |
651 033 |
|
||
|
(1) |
Bij het rapporteren van vangsten aan de Commissie worden tevens de in elk van de volgende gebieden gevangen hoeveelheden gerapporteerd: het gereglementeerde gebied van de NEAFC en de wateren van de Unie. |
|||
|
(2) |
Mag worden gevangen in de wateren van de Unie ten noorden van 62° N.B. |
|||
|
(3) |
Te verrekenen met de vangstbeperkingen van de Faeröer. |
|||
|
(4) |
Te verrekenen met de vangstbeperkingen van Noorwegen. |
|||
Bijzondere voorwaarde: binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:
Noorse wateren ten noorden van 62° N.B. en de visserijzone rond Jan Mayen (HER/*2AJMN)
29 667
2, 5b ten noorden van 62° N.B. (wateren van de Faeröer) (HER/*25B-F)
|
België |
pm |
|
Denemarken |
pm |
|
Duitsland |
pm |
|
Spanje |
pm |
|
Frankrijk |
pm |
|
Ierland |
pm |
|
Nederland |
pm |
|
Polen |
pm |
|
Portugal |
pm |
|
Finland |
pm |
|
Zweden |
pm |
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (COD/1N2AB.) |
|
|
Duitsland |
2 336 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Griekenland |
290 |
|
||
|
Spanje |
2 607 |
|
||
|
Ierland |
290 |
|
||
|
Frankrijk |
2 144 |
|
||
|
Portugal |
2 607 |
|
||
|
Unie |
10 274 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
1 en 2b (COD/1/2B.) |
|
|
Duitsland |
5 626 |
(3) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Spanje |
11 331 |
(3) |
||
|
Frankrijk |
2 658 |
(3) |
||
|
Polen |
2 335 |
(3) |
||
|
Portugal |
2 274 |
(3) |
||
|
Andere lidstaten |
421 |
(1) (3) |
||
|
Unie |
24 645 |
(2) (3) |
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
(3) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Met uitzondering van Duitsland, Spanje, Frankrijk, Polen, Portugal. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (COD/1/2B_AMS). |
|||
|
(2) |
De toewijzing van het aandeel van het voor de Unie beschikbare kabeljauwbestand in de zone Spitsbergen en Bereneiland en de bijvangsten van schelvis laten de uit het Verdrag van Parijs van 1920 voortvloeiende rechten en verplichtingen geheel onverlet. |
|||
|
(3) |
Bijvangsten van schelvis mogen per trek tot 14 % uitmaken. De bijvangsten van schelvis komen boven op het quotum voor kabeljauw. |
|||
|
Soort: |
Kabeljauw en schelvis Gadus morhua en Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (C/H/05B-F.) |
|
|
Duitsland |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
Verenigd Koninkrijk |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|||
|
Soort: |
Schelvis Melanogrammus aeglefinus |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (HAD/1N2AB.) |
|
|
Germany |
312 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
France |
188 |
|
||
|
Union |
500 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Blauwe wijting Micromesistius poutassou |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer (WHB/2A4AXF) |
|
|
Denemarken |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Nederland |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Vangsten van blauwe wijting mogen onvermijdelijke bijvangsten van grote zilvervis bevatten. |
|||
|
Soort: |
Leng en blauwe leng Molva molva en molva dypterygia |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (B/L/05B-F.) |
|
|
Duitsland |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van rondneusgrenadier en zwarte haarstaart mogen tot maximaal de volgende hoeveelheid op dit quotum in mindering worden gebracht (OTH/*05B-F): pm |
|||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (POK/1N2AB.) |
|
|
Duitsland |
663 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
107 |
|
||
|
Unie |
770 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Zwarte koolvis Pollachius virens |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (POK/05B-F.) |
|
|
België |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Nederland |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot Reinhardtius hippoglossoides |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (GHL/1N2AB.) |
|
|
Duitsland |
50 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Unie |
50 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.. |
|||
|
Soort: |
Roodbaarzen Sebastes mentella |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (REB/1N2AB.) |
|
|
Duitsland |
851 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Spanje |
106 |
|
||
|
Frankrijk |
93 |
|
||
|
Portugal |
450 |
|
||
|
Unie |
1 500 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Roodbaarzen Sebastes spp. |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (RED/05B-F.) |
|
|
België |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
pm |
|
||
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Andere soorten |
Gebied: |
Noorse wateren van 1 en 2 (OTH/1N2AB.) |
|
|
Duitsland |
71 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
29 |
(1) |
||
|
Unie |
100 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Uitsluitend voor bijvangsten. In het kader van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan. |
|||
|
Soort: |
Andere soorten(1) |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (OTH/05B-F.) |
|
|
Duitsland |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Exclusief soorten zonder handelswaarde. |
|||
|
Soort: |
Platvis Pleuronectiformes |
Gebied: |
Wateren van de Faeröer van 5b (FLX/05B-F.) |
|
|
Duitsland |
pm |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
pm |
|
||
|
Unie |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Kabeljauw Gadus morhua |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1F en Groenlandse wateren van 5, 12 en 14 (COD/N1GL14) |
|
|
Duitsland |
1 950 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Unie |
1 950 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Mag niet worden gevangen van 1 maart tot en met 31 mei in het beheersgebied Kleine Bank binnen de lijnen die de punten met de volgende coördinaten met elkaar verbinden: |
|||
|
Punt |
Breedtegraad |
Lengtegraad |
||
|
1 |
65° 00' N |
38° 00' W |
||
|
2 |
65° 00' N |
35° 15' W |
||
|
3 |
64° 00' N |
35° 15' W |
||
|
4 |
64° 00' N |
38° 00' W |
||
|
Soort: |
Grenadiervissen Macrourus spp. |
Gebied: |
Groenlandse wateren van 5 en 14 (GRV/514GRN) |
|
|
Unie |
75 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
(2) |
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: rondneusgrenadier (Coryphaenoides rupestris) (RNG/514GRN) en noordelijke grenadier (Macrourus berglax) (RHG/514GRN) mogen niet gericht worden bevist. Zij mogen alleen als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd. |
|||
|
(2) |
De hoeveelheid hieronder, uitgedrukt in ton, wordt toegewezen aan Noorwegen. Bijzondere voorwaarde voor deze hoeveelheid: rondneusgrenadier (Coryphaenoides rupestris) (RNG/514GRN) en noordelijke grenadier (Macrourus berglax) (RHG/514GRN) mogen niet gericht worden bevist. Zij mogen alleen als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd. 25 |
|||
|
Soort: |
Grenadiervissen Macrourus spp. |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1 (GRV/N1GRN.) |
|
|
Unie |
60 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
(2) |
||
|
(1) |
Bijzondere voorwaarde: rondneusgrenadier (Coryphaenoides rupestris) (RNG/N1GRN) en noordelijke grenadier (Macrourus berglax) (RHG/N1GRN) mogen niet gericht worden bevist. Zij mogen alleen als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd. |
|||
|
(2) |
De hoeveelheid hieronder, uitgedrukt in ton, wordt toegewezen aan Noorwegen. Bijzondere voorwaarde voor deze hoeveelheid: rondneusgrenadier (Coryphaenoides rupestris) (RNG/N1GRN) en noordelijke grenadier (Macrourus berglax) (RHG/N1GRN) mogen niet gericht worden bevist. Zij mogen alleen als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd. 40 |
|||
|
Soort: |
Lodde Mallotus villosus |
Gebied: |
Groenlandse wateren van 5 en 14 (CAP/514GRN) |
|
|
Denemarken |
nog vast te stellen |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Duitsland |
nog vast te stellen |
|
||
|
Zweden |
nog vast te stellen |
|
||
|
Alle lidstaten |
nog vast te stellen |
(1) |
||
|
Unie |
nog vast te stellen |
(2) |
||
|
Noorwegen |
nog vast te stellen |
(2) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Denemarken, Duitsland en Zweden mogen pas gebruikmaken van het quotum voor “alle lidstaten” wanneer zij hun eigen quotum hebben opgebruikt. Lidstaten waaraan meer dan 10 % van het quotum van de Unie is toegewezen, mogen het quotum voor “alle lidstaten” evenwel niet gebruiken. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (CAP/514GRN_AMS). |
|||
|
(2) |
Voor een vangstperiode van 20 juni 2021 tot en met 15 april 2022. |
|||
|
Soort: |
Noordse garnaal Pandalus borealis |
Gebied: |
Groenlandse wateren van 5 en 14 (PRA/514GRN) |
|
|
Denemarken |
1 325 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
1 325 |
|
||
|
Unie |
2 650 |
|
||
|
Noorwegen |
1 000 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Noordse garnaal Pandalus borealis |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1 (PRA/N1GRN.) |
|
|
Denemarken |
1 300 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
1 300 |
|
||
|
Unie |
2 600 |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot Reinhardtius hippoglossoides |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1 (GHL/N1G-S68) |
|
|
Duitsland |
1 700 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Unie |
1 700 |
(1) |
||
|
Noorwegen |
550 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Moet worden gevangen ten zuiden van 68° N.B. |
|||
|
Soort: |
Groenlandse heilbot/zwarte heilbot Reinhardtius hippoglossoides |
Gebied: |
Groenlandse wateren van 5, 12 en 14 (GHL/5-14GL) |
|
|
Duitsland |
4 190 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Unie |
4 190 |
(1) |
||
|
Noorwegen |
650 |
|
||
|
Faeröer |
pm |
|
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Mag met niet meer dan 6 vaartuigen tegelijkertijd worden gevangen. |
|||
|
Soort: |
Roodbaarzen (pelagisch) Sebastes spp. |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1F en Groenlandse wateren van 5, 12 en 14 (RED/N1G14P) |
|
|
Duitsland |
0 |
(1) (2) (3) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
0 |
(1) (2) (3) |
||
|
Unie |
0 |
(1) (2) (3) |
||
|
Noorwegen |
0 |
(1) (2) |
||
|
Faeröer |
0 |
(1) (2) (4) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|||
|
(1) |
Mag alleen worden gevangen van 10 mei tot en met 31 december. |
|||
|
(2) |
Mag alleen worden gevangen in Groenlandse wateren binnen het beschermingsgebied voor roodbaarzen dat wordt begrensd door de lijnen die de punten met de volgende coördinaten met elkaar verbinden: |
|||
|
Punt |
Breedtegraad |
Lengtegraad |
||
|
1 |
64°45'N |
28°30'W |
||
|
2 |
62°50'N |
25°45'W |
||
|
3 |
61°55'N |
26°45'W |
||
|
4 |
61°00'N |
26°30'W |
||
|
5 |
59°00'N |
30°00'W |
||
|
6 |
59°00'N |
34°00'W |
||
|
7 |
61°30'N |
34°00'W |
||
|
8 |
62°50'N |
36°00'W |
||
|
9 |
64°45'N |
28°30'W |
||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: dit quotum mag ook worden gevangen in de internationale wateren van bovengenoemd beschermingsgebied voor roodbaarzen (RED/*5-14P). |
|||
|
(4) |
Mag alleen worden gevangen in Groenlandse wateren van 5 en 14 (RED/*514GN). |
|||
|
Soort: |
Roodbaarzen (demersaal) Sebastes spp. |
Gebied: |
Groenlandse wateren van NAFO 1F en Groenlandse wateren van 5 en 14 (RED/N1G14D) |
|
|
Duitsland |
1 831 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
Frankrijk |
9 |
(1) |
||
|
Unie |
1 840 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|||
|
(1) |
Mag alleen met trawls worden gevangen, en alleen ten noorden en ten westen van de lijn die door de volgende coördinaten wordt bepaald: |
|||
|
Punt |
Breedtegraad |
Lengtegraad |
||
|
1 |
59°15'N |
54°26'W |
||
|
2 |
59°15'N |
44°00'W |
||
|
3 |
59°30'N |
42°45'W |
||
|
4 |
60°00'N |
42°00'W |
||
|
5 |
62°00'N |
40°30'W |
||
|
6 |
62°00'N |
40°00'W |
||
|
7 |
62°40'N |
40°15'W |
||
|
8 |
63°09'N |
39°40'W |
||
|
9 |
63°30'N |
37°15'W |
||
|
10 |
64°20'N |
35°00'W |
||
|
11 |
65°15'N |
32°30'W |
||
|
12 |
65°15'N |
29°50'W |
||
|
Soort: |
Bijvangsten(1) |
Gebied: |
Groenlandse wateren (B-C/GRL) |
|
|
Unie |
600 |
|
Voorzorgs-TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 7 bis van deze verordening is van toepassing. |
|
|
|
||||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
(1) |
Bijvangsten van grenadiervissen (Macrourus spp.) worden gerapporteerd overeenkomstig de volgende vangstmogelijkhedentabellen: grenadiervissen in de Groenlandse wateren van 5 en 14 (GRV/514GRN) en grenadiervissen in de Groenlandse wateren van NAFO 1 (GRV/N1GRN.)”. |
|||
DEEL D: Wijzigingen van bijlage IC bij Verordening (EU) 2021/92
In bijlage IC bij Verordening (EU) 2021/92 wordt de tabel met de vangstmogelijkheden voor roodbaarzen in NAFO 3M vervangen door:
|
“Soort: |
Roodbaarzen Sebastes spp. |
Gebied: |
NAFO 3M (RED/N3M.) |
|
|
Estland |
1 571 |
(1) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Duitsland |
513 |
(1) |
||
|
Letland |
1 571 |
(1) |
||
|
Litouwen |
1 571 |
(1) |
||
|
Spanje |
233 |
(1) |
||
|
Portugal |
2 354 |
(1) |
||
|
Unie |
7 813 |
(1) |
||
|
|
||||
|
TAC |
8 448 |
(1) |
||
|
(1) |
Op voorwaarde dat de voor dit bestand voor alle NAFO-partijen vastgestelde TAC, zoals aangegeven, wordt nageleefd. Binnen die TAC mag vóór 1 juli 2021 niet meer dan de volgende tussentijdse hoeveelheid worden gevangen: 4 224 .”. |
|||
DEEL E: Wijzigingen van bijlage ID bij Verordening (EU) 2021/92
In bijlage ID bij Verordening (EU) 2021/92 worden de desbetreffende vangstmogelijkhedentabellen vervangen door:
|
“Soort: |
Blauwvintonijn Thunnus thynnus |
Gebied: |
Atlantische Oceaan, ten oosten van 45° W.L., en Middellandse Zee (BFT/AE45WM) |
|
|
Cyprus |
168,95 |
(4) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Griekenland |
314,03 |
(7) |
||
|
Spanje |
6 093,28 |
(2)(4)(7) |
||
|
Frankrijk |
6 012,47 |
(2)(3)(4) |
||
|
Kroatië |
950,30 |
(6) |
||
|
Italië |
4 745,34 |
(4)(5) |
||
|
Malta |
389,32 |
(4) |
||
|
Portugal |
572,97 |
(7) |
||
|
Andere lidstaten |
64,95 |
(1) |
||
|
Unie |
19 311,6 |
(2)(3)(4)(5) |
||
|
Bijzondere extra toewijzing |
100 |
(7) |
||
|
TAC |
36 000 |
|
||
|
(1) |
Met uitzondering van Cyprus, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Italië, Malta en Portugal, en uitsluitend als bijvangst. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (BFT/AE45WM_AMS). |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: in het kader van deze TAC worden de vangstbeperkingen en de verdeling daarvan over de lidstaten voor vangsten van blauwvintonijn tussen 8 kg/75 cm en 30 kg/115 cm van de in bijlage VI, punt 1, bedoelde vaartuigen als volgt vastgesteld (BFT/*8301): |
|||
|
Spanje |
925,33 |
|||
|
Frankrijk |
429,87 |
|||
|
Unie |
1 355,20 |
|||
|
(3) |
Bijzondere voorwaarde: in het kader van deze TAC worden de vangstbeperkingen en de verdeling daarvan over de lidstaten voor vangsten van blauwvintonijn met een gewicht van ten minste 6,4 kg en een lengte van ten minste 70 cm van de in bijlage VI, punt 1, bedoelde vaartuigen als volgt vastgesteld (BFT/*641): |
|||
|
Frankrijk |
100,00 |
|||
|
Unie |
100,00 |
|||
|
(4) |
Bijzondere voorwaarde: in het kader van deze TAC worden de vangstbeperkingen en de verdeling daarvan over de lidstaten voor vangsten van blauwvintonijn tussen 8 kg/75 cm en 30 kg/115 cm van de in bijlage VI, punt 2, bedoelde vaartuigen als volgt vastgesteld (BFT/*8302): |
|||
|
Spanje |
122,15 |
|||
|
Frankrijk |
120,53 |
|||
|
Italië |
95,13 |
|||
|
Cyprus |
3,39 |
|||
|
Malta |
7,80 |
|||
|
Unie |
349,01 |
|||
|
(5) |
Bijzondere voorwaarde: in het kader van deze TAC worden de vangstbeperkingen en de verdeling daarvan over de lidstaten voor vangsten van blauwvintonijn tussen 8 kg/75 cm en 30 kg/115 cm van de in bijlage VI, punt 3, bedoelde vaartuigen als volgt vastgesteld (BFT/*643): |
|||
|
Italië |
95,13 |
|||
|
Unie |
95,13 |
|||
|
(6) |
Bijzondere voorwaarden: in het kader van deze TAC worden de vangstbeperkingen en de verdeling daarvan over de lidstaten voor vangsten van blauwvintonijn tussen 8 kg/75 cm en 30 kg/115 cm voor kweekdoeleinden van de in bijlage VI, punt 3, bedoelde vaartuigen als volgt vastgesteld (BFT/*8303F): |
|||
|
Kroatië |
857,28 |
|||
|
Unie |
857,28 |
|||
|
(7) |
In 2021 krijgt de Europese Unie bij de toegewezen quota van 19 360 ton, een extra toewijzing van 100 ton, uitsluitend voor vaartuigen voor ambachtelijke visserij van specifieke archipels in Griekenland (Ionische Eilanden), Spanje (Canarische Eilanden) en Portugal (Azoren en Madeira). De specifieke toewijzing van deze extra hoeveelheid aan de betrokken lidstaten is als volgt (BFT/AVARCH): |
|||
|
Griekenland |
4,5 |
|||
|
Spanje |
87,3 |
|||
|
Portugal |
8,2 |
|||
|
Unie |
100 |
|||
|
Soort |
Zwaardvis Xiphias gladius |
Gebied: |
Atlantische Oceaan, ten noorden van 5° N.B. (SWO/AN05N) |
|
|
Spanje |
6 535,04 |
(2) |
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Portugal |
1 010,29 |
(2) |
||
|
Andere lidstaten |
139,70 |
(1)(2) |
||
|
Unie |
7 685,03 |
(3) |
||
|
TAC |
13 200 |
|
||
|
(1) |
Met uitzondering van Spanje en Portugal, en uitsluitend als bijvangst. Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (SWO/AN05N_AMS). |
|||
|
(2) |
Bijzondere voorwaarde: tot 2,39 % van deze hoeveelheid mag in de Atlantische Oceaan, ten zuiden van 5° N.B. worden gevangen (SWO/*AS05N). Vangsten in het kader van deze bijzondere voorwaarde die op het gedeelde quotum in mindering moeten worden gebracht, worden afzonderlijk gerapporteerd (SWO/* AS05N_AMS). |
|||
|
(3) |
Na overdracht van 40 ton aan Saint-Pierre en Miquelon (ICCAT Rec. 17-02). |
|||
|
Soort: |
Noord-Atlantische witte tonijn Thunnus alalunga |
Gebied: |
Atlantische Oceaan, ten noorden van 5° N.B. (ALB/AN05N) |
|
|
Ierland |
3 115,11 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Spanje |
17 557,88 |
|
||
|
Frankrijk |
5 522,24 |
|
||
|
Portugal |
1 925,70 |
|
||
|
Unie |
28 120,92 |
(1) |
||
|
TAC |
37 801 |
|
||
|
(1) |
Het aantal vissersvaartuigen van de Unie dat op Noord-Atlantische witte tonijn als doelsoort vist, wordt overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 520/2007 vastgesteld op: 1 253 . |
|||
|
Soort: |
Blauwe haai Prionace glauca |
Gebied: |
Atlantische Oceaan, ten noorden van 5° N.B. (BSH/AN05N) |
|
|
Ierland |
0,96 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Spanje |
27 035,09 |
|
||
|
Frankrijk |
151,70 |
|
||
|
Portugal |
5 357,67 |
(1) |
||
|
Unie |
32 545,42 |
|
||
|
TAC |
39 102 |
|
||
|
(1) |
De duur en de berekeningsmethode van de Iccat voor de vangstbeperking voor blauwe haai in de Noord-Atlantische Oceaan loopt niet vooruit op de duur en de berekeningsmethode voor het bepalen van een toekomstige verdeelsleutel op het niveau van de Unie. |
|||
|
Soort: |
Witte marlijn Tetrapturus albidus |
Gebied: |
Atlantische Oceaan (WHM/ATLANT) |
|
|
Spanje |
32,94 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Portugal |
21,06 |
|
||
|
Andere |
1,00 |
(1) |
||
|
Unie |
55,00 |
|
||
|
TAC |
355,00 |
|
||
|
(1) |
Vangsten die in mindering moeten worden gebracht op dit gedeelde quotum, worden afzonderlijk gerapporteerd (WHM/ATLANT_AMS).”. |
|||
DEEL F: Wijzigingen van bijlage IH bij Verordening (EU) 2021/92
Bijlage IH bij Verordening (EU) 2021/92 wordt vervangen door:
“BIJLAGE IH
SPRFMO-VERDRAGSGEBIED
|
Soort: |
Chileense horsmakreel Trachurus murphyi |
Gebied: |
SPRFMO-verdragsgebied (CJM/SPRFMO) |
|
|
Duitsland |
12 013,90 |
|
Analytische TAC Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing. |
|
|
Nederland |
13 021,83 |
|
||
|
Litouwen |
8 359,58 |
|
||
|
Polen |
14 373,69 |
|
||
|
Unie |
47 769,00 |
|
||
|
TAC |
Niet relevant |
|
||
|
Soort: |
IJsheken Dissostichus spp. |
Gebied: |
SPRFMO-verdragsgebied (TOT/SPR-AE) |
|
|
TAC |
75 |
(1) |
Voorzorgs-TAC |
|
|
(1) |
Deze jaarlijkse TAC geldt alleen voor experimentele visserij. De visserijactiviteiten vinden uitsluitend plaats binnen het volgende onderzoeksonderdeel: |
|||
|
– NW |
50° 30' Z.B., 136° O.L. |
|||
|
– NO |
50° 30' Z.B., 140° 30' O.L. |
|||
|
– oostelijke inkeping |
52° 45' Z.B., 140° 30' O.L. |
|||
|
– oostelijke hoek |
52° 45' Z.B., 145° 30' O.L. |
|||
|
– ZO |
54° 50' Z.B., 145° O.L. |
|||
|
– ZW |
54° 50' Z.B., 136° O.L. |
|||
DEEL G: Wijzigingen van hoofdstuk III van bijlage II bij Verordening (EU) 2021/92
In hoofdstuk III van bijlage II bij Verordening (EU) 2021/92 wordt punt 5 vervangen door:
“5 MAXIMAAL AANTAL DAGEN
Het maximale aantal zeedagen waarvoor een lidstaat van 1 januari tot en met 31 juli 2021 een onder zijn vlag varend vaartuig kan toestaan om in het gebied aanwezig te zijn met gereglementeerd vistuig aan boord, wordt weergegeven in tabel I.
Tabel I
Maximaal aantal dagen waarop een vaartuig in het gebied aanwezig mag zijn per categorie gereglementeerd vistuig van 1 januari tot en met 31 juli 2021
|
Gereglementeerd vistuig |
Maximaal aantal dagen |
|
|
Boomkorren met een maaswijdte ≥ 80 mm |
België |
103 |
|
Frankrijk |
110 |
|
|
Staande netten met een maaswijdte ≤ 220 mm |
België |
103 |
|
Frankrijk |
111” |
|
DEEL H: Wijzigingen van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/92
Bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/92 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
Punt 4 wordt vervangen door:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
2) |
Punt 6 wordt vervangen door:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) De in tabel A van punt 4 vermelde aantallen kunnen verder naar boven worden bijgesteld mits aan de internationale verplichtingen van de Unie wordt voldaan.
(2) Eén middelgroot ringzegenvaartuig kan worden vervangen door maximaal tien beugvisserijvaartuigen, of door één klein ringzegenvaartuig en maximaal drie beugvisserijvaartuigen.
(3) Eén middelgroot ringzegenvaartuig kan worden vervangen door maximaal tien beugvisserijvaartuigen, of door één klein ringzegenvaartuig en drie andere vaartuigen voor ambachtelijke visserij.
(4) Eén middelgroot vaartuig voor de visserij met de ringzegen kan worden vervangen door maximaal tien vaartuigen voor de visserij met de beug.
(5) Het individuele aantal ringzegenvaartuigen in tabel A in punt 4 is het resultaat van overdrachten tussen lidstaten en is niet te beschouwen als historische rechten voor de toekomst.
(6) Polyvalente vaartuigen, die gebruikmaken van verschillende soorten vistuig.
(7) Met de hengel vissende vaartuigen van de ultraperifere gebieden van de Azoren en Madeira.
(8) Met de handlijn vissende vaartuigen die actief zijn in de Atlantische Oceaan.
(9) Polyvalente vaartuigen, die gebruikmaken van verschillende soorten vistuig (beug, handlijn, sleeplijn).”.
(10) De cijfers van tabel B in punt 6 moeten worden aangepast in het licht van de herziene kweekplannen die de lidstaten uiterlijk op 31 mei 2021 indienen.
(11) Enkele maximuminputs in tabel B in punt 6 vloeien voort uit overdrachten tussen lidstaten en zijn niet te beschouwen als historische rechten voor de toekomst.
(12) De cijfers van tabel B in punt 6 moeten worden aangepast in het licht van de herziene kweekplannen die de lidstaten uiterlijk op 31 mei 2021 indienen.
(13) De totale kweekcapaciteit van Portugal van 500 ton (die overeenkomt met een inputcapaciteit voor het kweken van 350 ton) wordt gedekt door de onbenutte capaciteit van de Unie die is opgenomen in tabel A.”.
|
29.4.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 146/70 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2021/704 VAN DE COMMISSIE
van 26 februari 2021
tot wijziging van Verordening (EU) 2018/196 van het Europees Parlement en de Raad betreffende aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2018/196 van het Europees Parlement en de Raad van 7 februari 2018 betreffende aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (1), en met name artikel 3, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Aangezien de Verenigde Staten de Continued Dumping and Subsidy Offset Act (Wet betreffende compensatie voor voortzetting van dumping en handhaving van subsidie — CDSOA) niet in overeenstemming met hun verplichtingen uit hoofde van de overeenkomsten van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) hebben gebracht, werd ingevolge Verordening (EU) 2018/196 een aanvullend ad-valoremrecht van 4,3 % geheven op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten. Conform de door de WTO verleende machtiging om tariefconcessies ten aanzien van de Verenigde Staten te schorsen, moet de Commissie het niveau van deze schorsing jaarlijks aanpassen aan de mate waarin de voordelen voor de Unie op dat moment door de CDSOA worden tenietgedaan of uitgehold. In 2020 werd het niveau van de schorsing aangepast door het aanvullend ad-valoremrecht vast te stellen op 0,012 %, en Verordening (EU) 2018/196 werd dienovereenkomstig gewijzigd (2). |
|
(2) |
Voor het meest recente jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn, zijn in het kader van de CDSOA uitbetalingen gedaan in verband met antidumping- en antisubsidierechten die in het begrotingsjaar 2020 (1 oktober 2019-30 september 2020) zijn geïnd. Aan de hand van de door de Customs and Border Protection van de Verenigde Staten gepubliceerde gegevens is de mate waarin de voordelen voor de Unie werden tenietgedaan of uitgehold, berekend op 236 314,72 USD. |
|
(3) |
De mate waarin de voordelen werden tenietgedaan of uitgehold, is toegenomen en bijgevolg ook het niveau van de schorsing. Het niveau van de schorsing kan echter niet overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder c), aan de mate van tenietdoening of uitholling worden aangepast door producten aan de lijst in bijlage I bij Verordening (EU) 2018/196 toe te voegen of daaruit te schrappen, aangezien alle producten uit de lijst in bijlage II bij Verordening (EU) 2018/196 reeds aan bijlage I zijn toegevoegd. Om het niveau van de schorsing aan te passen aan de mate waarin de voordelen werden tenietgedaan of uitgehold, moet de Commissie bijgevolg overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder e), van die verordening de lijst van producten in bijlage I ongewijzigd laten en de hoogte van het aanvullend recht wijzigen. De vier in bijlage I opgenomen producten moeten daarom op de lijst blijven staan, en de hoogte van het aanvullend invoerrecht moet worden gewijzigd en vastgesteld op 0,1 %. |
|
(4) |
Een aanvullend ad-valoremrecht van 0,1 % op de uit de Verenigde Staten ingevoerde producten van bijlage I vertegenwoordigt, berekend over één jaar, een handelswaarde die het bedrag van 236 314,72 USD niet overschrijdt. |
|
(5) |
Om vertraging bij de toepassing van de gewijzigde hoogte van het aanvullend invoerrecht te voorkomen, moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan. |
|
(6) |
Verordening (EU) 2018/196 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 2 van Verordening (EU) 2018/196 wordt vervangen door:
“Artikel 2
Voor de in bijlage I bij deze verordening opgenomen producten van oorsprong uit de Verenigde Staten wordt naast de douanerechten op grond van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad (*1) een aanvullend ad-valoremrecht van 0,1 % ingesteld.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 mei 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 26 februari 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 44 van 16.2.2018, blz. 1.
(2) Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/578 van de Commissie van 21 februari 2020 tot wijziging van Verordening (EU) 2018/196 van het Europees Parlement en de Raad betreffende aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB L 133 van 28.4.2020, blz. 1).
BIJLAGE
“BIJLAGE I
De producten waarop de aanvullende rechten worden toegepast, worden aangeduid met hun achtcijferige GN-code. De omschrijving van de producten die onder deze codes zijn ingedeeld, is opgenomen in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad.
|
0710 40 00 |
|
Ex90031900 “monturen van onedele metalen” |
|
8705 10 00 |
|
6204 62 31 |
|
29.4.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 146/73 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/705 VAN DE COMMISSIE
van 28 april 2021
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 333/2007 wat betreft het vereiste aantal basismonsters en de prestatiecriteria voor sommige analysemethoden
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (1), en met name artikel 34, lid 6,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie (2) zijn bemonsteringswijzen en analysemethoden vastgesteld die voor de officiële controle op de gehalten aan sporenelementen en procescontaminanten in levensmiddelen moeten worden gebruikt. |
|
(2) |
Volgens de momenteel bij Verordening (EG) nr. 333/2007 vastgestelde bemonsteringsmethoden moet een verzamelmonster van ten minste 1 kg worden genomen. Voor voedingssupplementen, gedroogde specerijen of kruiden, gedroogde zwammen, algen of korstmossen, waaraan per gewichtseenheid hoge kosten zijn verbonden, leidt dit tot onevenredig hoge bemonsteringskosten. Daarom moeten voor deze producten specifieke bemonsteringsmethoden worden vastgesteld. |
|
(3) |
Op basis van de beste beschikbare wetenschappelijke informatie hebben de EU-referentielaboratoria op het gebied van contaminanten in diervoeders en levensmiddelen een richtsnoer opgesteld voor de schatting van de aantoonbaarheidsgrens (LOD) en de bepaalbaarheidsgrens (LOQ) bij metingen op het gebied van contaminanten in diervoeders en levensmiddelen (3). Aangezien dit richtsnoer de beste en meest actuele technologische kennis bevat, moeten de conclusies ervan in de voorschriften voor LOQ’s voor analysemethoden voor sporenelementen zoals vastgesteld in Verordening (EG) nr. 333/2007, worden weerspiegeld. |
|
(4) |
Verordening (EG) nr. 333/2007 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
|
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlage bij Verordening (EG) nr. 333/2007 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 april 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1.
(2) Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie van 28 maart 2007 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de controle op de gehalten aan sporenelementen en procescontaminanten in levensmiddelen (PB L 88 van 29.3.2007, blz. 29).
(3) Wenzl, T., Haedrich, J., Schaechtele, A., Robouch, P., Stroka, J., Guidance Document on the Estimation of LOD and LOQ for Measurements in the field of contaminants in Feed and Food; EUR 28099, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg, 2016, ISBN 978-92-79-61768-3; doi:10.2787/8931
BIJLAGE
De bijlage bij Verordening (EG) nr. 333/2007 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
Punt B.2.2 wordt vervangen door: “B.2.2 Aantal basismonsters Het verzamelmonster van levensmiddelen anders dan voedingssupplementen, gedroogde kruiden of specerijen, gedroogde zwammen, algen of korstmossen heeft een gewicht van ten minste 1 kilogram of een volume van ten minste 1 liter, tenzij dat niet mogelijk is, bv. als het monster uit één verpakking of eenheid bestaat. Het verzamelmonster van voedingssupplementen, gedroogde specerijen of kruiden, gedroogde zwammen, algen of korstmossen heeft een gewicht van ten minste 100 gram of een volume van ten minste 100 milliliter. Het minimumaantal basismonsters dat van de partij of subpartij moet worden genomen, is voor levensmiddelen anders dan voedingssupplementen in tabel 3 aangegeven. In geval van onverpakte vloeibare producten wordt de partij of subpartij voor zover mogelijk en voor zover dit de kwaliteit van het product niet beïnvloedt, net vóór de bemonstering goed gemengd, hetzij handmatig, hetzij mechanisch. In dat geval wordt verondersteld dat de verontreinigingen homogeen over de partij of subpartij zijn verdeeld. Om die reden moet een verzamelmonster uit drie basismonsters van een partij of subpartij bestaan. Wanneer de partij of subpartij uit afzonderlijke verpakkingen of eenheden bestaat, is voor levensmiddelen anders dan voedingssupplementen het aantal verpakkingen of eenheden (basismonsters) dat voor het verzamelmonster moet worden genomen, in overeenstemming met tabel 4a. De basismonsters moeten van vergelijkbaar gewicht/volume zijn. Een basismonster van levensmiddelen anders dan voedingssupplementen, gedroogde kruiden of specerijen, gedroogde zwammen, algen of korstmossen, heeft een gewicht van ten minste 100 gram of een volume van ten minste 100 milliliter, zodat een verzamelmonster van ten minste ongeveer 1 kilogram of 1 liter wordt verkregen. Een basismonster van gedroogde specerijen of kruiden, gedroogde zwammen. algen of korstmossen, heeft een gewicht van ten minste 35 gram of een volume van ten minste 35 milliliter, zodat een verzamelmonster van ten minste 100 gram of 100 milliter wordt verkregen. De maximumgehalten voor anorganisch tin gelden voor de inhoud van elk blik, maar om praktische redenen kan de methode van het verzamelmonster worden gebruikt. Als het testresultaat voor een verzamelmonster blikken onder, maar dichtbij het maximumgehalte aan anorganisch tin ligt en als wordt vermoed dat voor afzonderlijke blikken het maximumgehalte kan worden overschreden, moet nader onderzoek worden verricht. Het minimumaantal en de minimumgrootte van de basismonsters van voedingssupplementen moeten in overeenstemming zijn met tabel 4b. Indien de in dit punt B.2 beschreven bemonsteringswijze onaanvaardbare economische schade aan de partij zou toebrengen (wegens de vorm van de verpakking, schade aan de partij enz.) of wanneer de in dit punt B.2 vastgestelde bemonsteringswijze in de praktijk onuitvoerbaar is, mag een alternatieve bemonsteringswijze worden toegepast, mits deze voldoende representatief is voor de bemonsterde partij of subpartij en grondig wordt gedocumenteerd. Dit wordt in het in punt B.1.8 bedoelde verslag vermeld. Tabel 1 Onderverdeling van partijen in subpartijen bij in bulkzendingen verhandelde producten
Tabel 2 Onderverdeling van partijen in subpartijen bij niet in bulkzendingen verhandelde producten
Tabel 3 Minimumaantal van de partij of subpartij te nemen basismonsters van levensmiddelen anders dan voedingssupplementen
Tabel 4a Aantal te nemen verpakkingen of eenheden (basismonsters) voor het samenstellen van het verzamelmonster, wanneer de partij of subpartij uit afzonderlijke verpakkingen of eenheden van levensmiddelen anders dan voedingssupplementen bestaat
Tabel 4b Minimale aantal en grootte van de basismonsters van voedingssupplementen
|
|
2) |
In punt C.3.3.1 wordt punt a) vervangen door:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||