ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 98

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

62e jaargang
9 april 2019


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/560 van de Raad van 8 april 2019 tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran

1

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/561 van de Commissie van 8 april 2019 waarbij aan Kaapverdië een tijdelijke afwijking van de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 vastgestelde regels betreffende de preferentiële oorsprong wordt toegestaan voor bereidingen of conserven van filets van tonijn

13

 

 

BESLUITEN

 

*

Besluit (GBVB) 2019/562 van de Raad van 8 april 2019 tot wijziging van Besluit 2011/235/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran

17

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

9.4.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 98/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/560 VAN DE RAAD

van 8 april 2019

tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 359/2011 van de Raad van 12 april 2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran (1), en met name artikel 12, lid 1,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 12 april 2011 Verordening (EU) nr. 359/2011 vastgesteld.

(2)

Op basis van een evaluatie van Besluit 2011/235/GBVB van de Raad (2) heeft de Raad besloten dat de daarin vervatte beperkende maatregelen moeten worden verlengd tot en met 13 april 2020.

(3)

De Raad heeft eveneens besloten dat de vermeldingen voor 51 personen en een entiteit in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 359/2011 moeten worden geactualiseerd.

(4)

Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 359/2011 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 359/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de datum van bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 8 april 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

F. MOGHERINI


(1)  PB L 100 van 14.4.2011, blz. 1.

(2)  Besluit 2011/235/GBVB van de Raad van 12 april 2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 51).


BIJLAGE

Personen

 

Benaming

Informatie ter identificatie

Motivering

Datum van plaatsing op de lijst

"1.

AHMADI-MOQADDAM Esmail

Geboorteplaats: Teheran (Iran)

Geboortedatum: 1961

Voormalige hoge adviseur voor veiligheidsaangelegenheden bij het hoofd van de generale staf van de strijdkrachten. Hoofd van de Nationale Politie van Iran van 2005 tot begin 2015. Ook hoofd van de Iraanse cyberpolitie (op de lijst geplaatst) van januari 2011 tot begin 2015. Troepen onder zijn commando hebben brute aanvallen uitgevoerd op vreedzame protesten en een gewelddadige aanval op de slaapzalen van de Universiteit van Teheran op 15 juni 2009. Momenteel hoofd van het hoofdkwartier van Iran ter ondersteuning van het volk van Jemen.

12.4.2011

2.

ALLAHKARAM Hossein

Geboorteplaats: Najafabad (Iran)

Geboortedatum: 1945

Hoofd van Ansar-e Hezbollah en kolonel in de IRGC. Medeoprichter van Ansar-e Hezbollah. Deze paramilitaire troepenmacht was verantwoordelijk voor extreem geweld tijdens het optreden tegen studenten en universiteiten in 1999, 2002 en 2009.

Hij behoudt zijn hooggeplaatste functie in een organisatie die bereid is om schendingen van de mensenrechten te plegen tegen de bevolking, waaronder het bevorderen van agressie tegen vrouwen wegens hun kledingkeuze.

12.4.2011

4.

FAZLI Ali

 

Plaatsvervangend bevelhebber van de Basij, hoofd van het Seyyed al-Shohadakorps van de IRGC, Provincie Teheran (tot februari 2010). Het Seyyed al-Shohadakorps is belast met de veiligheid in de provincie Teheran en speelde een hoofdrol bij de brute repressie van demonstranten in 2009.

12.4.2011

7.

KHALILI Ali

 

Generaal in de IRGC, bekleedt een hooggeplaatste functie op de Sarollahbasis. Hij ondertekende een brief die op 26 juni 2009 werd toegezonden aan het ministerie van Gezondheid en waarin een verbod op het indienen van documenten of medische gegevens werd opgelegd aan iedereen die bij gebeurtenissen in de nasleep van de verkiezingen gewond raakte of gehospitaliseerd werd.

12.4.2011

8.

MOTLAGH Bahram Hosseini

 

Hoofd van de militaire academie ("Army Command and General Staff College" - DAFOOS). Voormalig hoofd van het Seyyed al-Shohadakorps van de IRGC, provincie Teheran. Het Seyyed al-Shohadakorps speelde een hoofdrol in het organiseren van de repressie van de protesten in 2009.

12.4.2011

10.

RADAN Ahmad-Reza

Geboorteplaats: Isfahan (Iran)

Geboortedatum: 1963

Hij leidde het Centrum voor strategische studies van de Iraanse rechtshandhavingsmacht, een aan de Nationale Politie verbonden orgaan. Hoofd van het Centrum strategische studies van de politie, plaatsvervangend hoofd van de Nationale Politie van Iran tot juni 2014. Als plaatsvervangend hoofd van de Nationale Politie sinds 2008 was Radan verantwoordelijk voor mishandeling, moord en willekeurige aanhoudingen en detenties van demonstranten door de politie. Momenteel IRGC-commandant belast met de opleiding van Iraakse "antiterreur"-eenheden.

12.4.2011

11.

RAJABZADEH Azizollah

 

Voormalig hoofd van de Organisatie voor rampenmitigatie van Teheran (TDMO — Tehran Disaster Mitigation Organisation). Als hoofd van de Politie van Teheran tot 2010 was hij verantwoordelijk voor gewelddadige aanvallen van de politie op demonstranten en studenten. Als bevelhebber van de rechtshandhavingsinstanties in het district Teheran was Azizollah Rajabzadeh de hoogstgeplaatste beschuldigde voor de misbruiken in het detentiecentrum van Kahrizak in december 2009.

12.4.2011

13.

TAEB Hossein

Geboorteplaats: Teheran

Geboortedatum: 1963

Hoofd van de inlichtingendienst van de IRGC sinds oktober 2009. Bevelhebber van de Basij tot oktober 2009. Troepen onder zijn bevel namen deel aan afranselingen, moorden, detenties en folteringen op grote schaal van vreedzame demonstranten.

12.4.2011

14.

SHARIATI Seyeed Hassan

 

Adviseur en lid van de 28e afdeling van het Hooggerechtshof. Hoofd van het gerechtelijk apparaat van Mashhad tot september 2014. Processen onder zijn supervisie werden summier en achter gesloten deuren gevoerd, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden, en op grond van bekentenissen die onder druk en door folteringen verkregen waren. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

15.

DORRI-NADJAFABADI Ghorban-Ali

Geboorteplaats: Najafabad (Iran)

Geboortedatum: 1945

Lid van de Vergadering van Deskundigen en vertegenwoordiger van de hoogste leider in de ("centrale") provincie Markazi en hoofd van het Administratief Hooggerechtshof. Procureur-generaal van Iran tot september 2009 en voormalig minister van Inlichtingen tijdens het presidentschap van Khatami. Als procureur-generaal van Iran gelastte en superviseerde hij de schijnprocessen naar aanleiding van de eerste protesten na de verkiezingen, waarbij de beklaagden hun rechten, waaronder het recht op een advocaat, werd ontzegd.

12.4.2011

16.

HADDAD Hassan (ook bekend als Hassan ZAREH DEHNAVI)

 

Voormalig plaatsvervangend veiligheidsofficier van de revolutionaire rechtbank van Teheran. Voormalig rechter, revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 26. Was belast met de zaak van gedetineerden na de crises die volgden op de verkiezingen en bedreigde geregeld gezinnen van gedetineerden om hun het zwijgen op te leggen. Hielp bij het uitvaardigen van arrestatiebevelen voor het detentiecentrum van Kahrizak in 2009. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten.

12.4.2011

17.

SOLTANI Hodjatoleslam Seyed Mohammad

 

Hoofd van de Organisatie voor islamitische propaganda in de provincie Khorasan-Razavi. Rechter bij de revolutionaire rechtbank van Mashhad tot 2013. Zijn processen waren summier en vonden plaats achter gesloten deuren, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

18.

HEYDARIFAR Ali-Akbar

 

Voormalig rechter, revolutionaire rechtbank van Teheran. Nam deel aan de berechting van demonstranten. Door de rechterlijke macht ondervraagd over misbruiken in Kahrizak. Heeft meegewerkt aan het uitvaardigen van bevelen om gedetineerden op te sluiten in het detentiecentrum van Kahrizak in 2009. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten.

12.4.2011

19.

JAFARI-DOLATABADI Abbas

Geboorteplaats: Yazd (Iran)

Geboortedatum: 1953

Hoofdaanklager van Teheran sinds augustus 2009. Zijn bureau heeft veel demonstranten aangeklaagd, onder wie deelnemers aan de protesten op Ashura-dag in december 2009. Beval de sluiting van Karroubi's bureau in september 2009 en de aanhouding van verscheidene hervormingsgezinde politici en verbood twee hervormingsgezinde politieke partijen in juni 2010. Zijn bureau klaagde demonstranten aan voor vijandigheid jegens God (Muharebeh), waarop de doodstraf staat, en weigerde degenen die de doodstraf te wachten stond een eerlijk proces. Heeft hervormingsgezinden, mensenrechtenactivisten en leden van de media vervolgd en gearresteerd, in het kader van een brede onderdrukking van de politieke oppositie.

Kondigde in oktober 2018 in de media aan dat vier gedetineerde Iraanse milieuactivisten zouden worden aangeklaagd voor het "zaaien van corruptie op aarde", een aanklacht waarvoor de doodstraf geldt.

12.4.2011

20.

MOGHISSEH Mohammad (ook bekend als NASSERIAN)

 

Rechter, hoofd van de revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 28. Hij wordt ook verantwoordelijk geacht voor veroordelingen van leden van de Baha'i-gemeenschap. Was belast met rechtszaken in verband met de verkiezingen. Heeft lange gevangenisstraffen uitgesproken tijdens oneerlijke processen voor maatschappelijke en politieke activisten en journalisten en verscheidene doodvonnissen tegen demonstranten en maatschappelijke en politieke activisten.

12.4.2011

22.

MORTAZAVI Said

Geboorteplaats: Meybod, Yazd (Iran)

Geboortedatum: 1967

Hoofdaanklager van Teheran tot augustus 2009. Als hoofdaanklager van Teheran vaardigde hij een algemeen bevel uit voor de detentie van honderden activisten, journalisten en studenten. In januari 2010 werd hij in het kader van een parlementair onderzoek rechtstreeks verantwoordelijk gehouden voor de detentie van drie gevangenen die in gevangenschap zijn overleden. Geschorst in augustus 2010 na onderzoek door de Iraanse rechterlijke macht naar zijn betrokkenheid bij de dood van drie mannen die na de verkiezingen op zijn bevel zijn gedetineerd. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten. Op 19 augustus 2015 is hij door een Iraanse rechtbank vrijgesproken voor aanklachten met betrekking tot de foltering en het overlijden van drie jonge mannen in het detentiecentrum van Kahrizak in 2009.

12.4.2011

24.

MORTAZAVI Amir

 

Plaatsvervangend hoofd van de eenheid sociale zaken en criminaliteitspreventie bij de rechterlijke macht in de provincie Khorasan-Razavi. Plaatsvervangend aanklager van Mashhad tot ten minste 2015. Zijn processen waren summier en vonden plaats achter gesloten deuren, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

25.

SALAVATI Abdolghassem

 

Rechter, hoofd van de revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 15. Rechter in de rechtbank van Teheran. Was belast met de zaken in verband met de verkiezingen en zat als rechter de "schijnprocessen" voor in de zomer van 2009, waarbij hij twee monarchisten ter dood veroordeelde. Hij heeft meer dan honderd politieke gevangenen, mensenrechtenactivisten en demonstranten veroordeeld tot lange gevangenisstraffen.

In 2018 bleek uit verslagen dat hij is doorgegaan met het uitvaardigen van soortgelijke vonnissen zonder de procedures voor eerlijk verhoor in acht te nemen.

12.4.2011

28.

YASAGHI Ali-Akbar

 

Rechter bij het Hooggerechtshof, hoofd van de 44ste afdeling. Plaatsvervangend uitvoerend directeur van de Stichting Setad-e Dieh. Opperrechter bij de revolutionaire rechtbank van Mashhad (2001-2011). Zijn processen waren summier en vonden achter gesloten deuren plaats, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen (tot 550 tussen zomer 2009 en zomer 2011), waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

30.

ESMAILI Gholam-Hossein

 

Hoofd van justitie in Teheran. Voormalig hoofd van het Iraanse gevangeniswezen. In die hoedanigheid was hij medeplichtig aan de massale detentie van politieke demonstranten en aan het in de doofpot stoppen van misbruiken in het gevangenissysteem.

12.4.2011

31.

SEDAQAT Farajollah

 

Assistent-secretaris van het algemene gevangenisbestuur van Teheran. Tot oktober 2010 hoofd van de gevangenis in Evin (Teheran), waar onder zijn bewind folteringen plaatsvonden. Als gevangenisdirecteur maakte hij zich vaak schuldig aan het bedreigen en onder druk zetten van gevangenen.

12.4.2011

32.

ZANJIREI Mohammad-Ali

 

Als hoofdadviseur van het hoofd en plaatsvervangend hoofd van het Iraanse gevangeniswezen was hij verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten van gevangenen. Bestuurde een systeem waarin gevangenen mishandeld en gefolterd werden, een onmenselijke/vernederende behandeling ondergingen en in armzalige omstandigheden ondergebracht werden.

12.4.2011

33.

ABBASZADEH-MESHKINI Mahmoud

 

Adviseur van de Iraanse Hoge Raad voor de Mensenrechten. Voormalig secretaris van de Hoge Raad voor de Mensenrechten. Voormalig gouverneur van de provincie Ilam. Voormalig politiek directeur van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Als hoofd van het Comité van artikel 10 van de Wet betreffende de activiteiten van politieke partijen en groeperingen was hij belast met het toestaan van betogingen en andere openbare evenementen, en met de registratie van politieke partijen.

In 2010 schorste hij de activiteiten van twee hervormingsgezinde politieke partijen die banden hebben met Moussavi, het Islamic Iran Participation Front en de Islamic Revolution Mujahedeen Organisation. Vanaf 2009 heeft hij stelselmatig en continu alle niet-gouvernementele bijeenkomsten verboden, wat neerkomt op het ontzeggen van het grondwettelijk recht op betogen, en wat heeft geleid tot talrijke aanhoudingen van vreedzame demonstranten, in strijd met het recht op vrijheid van vergadering.

Hij heeft in 2009 tevens de oppositie de toestemming geweigerd om een rouwplechtigheid te houden voor de mensen die werden gedood tijdens de protesten naar aanleiding van de presidentsverkiezingen.

10.10.2011

35.

AKHARIAN Hassan

 

Directeur van afdeling 1 van de Rajai Shahrgevangenis in Karaj tot juli 2010. Verscheidene voormalige gedetineerden hebben de beschuldiging geuit dat hij foltering gebruikt, en dat hij bevel heeft gegeven om gevangenen medische bijstand te weigeren. Uit het opgetekende relaas van een gedetineerde van de Rajai Shahrgevangenis blijkt dat hij zwaar werd geslagen door alle bewakers, met volledig medeweten van Akharian. Er is ook ten minste één geval van mishandeling en overlijden van een gedetineerde gerapporteerd, Mohsen Beikvand, tijdens het directeurschap van Akharian. Beikvand stierf in september 2010. Andere gevangenen beweren op geloofwaardige wijze dat hij in opdracht van Hassan Akharian is omgebracht.

10.10.2011

36.

AVAEE Seyyed Ali-Reza (ook bekend als: AVAEE Seyyed Alireza)

 

Minister van Justitie. Voormalig directeur van het bureau voor speciale onderzoeken. Tot juli 2016 plaatsvervangend minister van Binnenlandse Zaken en hoofd van het openbaar register. Adviseur bij de Tuchtraad voor rechters sinds april 2014. Voormalig hoofd van justitie te Teheran. Als hoofd van justitie te Teheran was hij verantwoordelijk voor schendingen van de mensenrechten, willekeurige aanhoudingen, het ontzeggen van rechten aan gevangenen en een hoog aantal executies.

10.10.2011

37.

BANESHI Jaber

 

Hoofd van afdeling 22 van het hof van beroep van Shiraz sinds november 2011. Aanklager van Shiraz tot en met oktober 2011. Openbaar aanklager tijdens de rechtszaak in verband met de bomaanslag in Shiraz in 2008, die door het regime werd aangegrepen om andere niet-betrokken personen ter dood te veroordelen. Hij heeft de doodstraf en andere zware straffen gevorderd tegen minderheden, hetgeen onder meer neerkomt op een schending van hun recht op een eerlijk proces en bescherming tegen willekeurige detentie.

10.10.2011

38.

FIRUZABADI Maj-Gen Dr Seyyed Hasan (ook bekend als: FIRUZABADI Maj-Gen Dr Seyed Hassan; FIROUZABADI Maj-Gen Dr Seyyed Hasan; FIROUZABADI Maj-Gen Dr Seyed Hassan)

Geboorteplaats: Mashad.

Geboortedatum: 3.2.1951

Als chef-staf van de Iraanse strijdkrachten (1989 tot en met 2016) was hij de hoogste militaire bevelhebber verantwoordelijk voor de leiding van alle militaire afdelingen en strategieën, onder andere de Islamitische Revolutionaire Garde (Islamic Revolutionary Guards Corps (IRGC)) en de politiediensten. Strijdkrachten onder zijn formeel gezag zijn in 2009 bruut opgetreden tegen vreedzame demonstranten en hebben massale detenties verricht.

Tevens lid van de Hoge Nationale Veiligheidsraad (Supreme National Security Council (SNSC)) en de Raad van Geschiktheid en Oordeel (Expediency Council).

10.10.2011

39.

GANJI Mostafa Barzegar

 

Hoofdaanklager van Qom (2008-2017), thans hoofd van het directoraat-generaal Gevangenissen. Hij was verantwoordelijk voor de willekeurige detentie en mishandeling van tientallen wetsovertreders in Qom. Hij was medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waardoor hij bijdroeg aan een buitensporig en toenemend gebruik van de doodstraf en een sterke stijging van het aantal executies in 2009/2010.

10.10.2011

40.

HABIBI Mohammad Reza

 

Hoofd van het bureau van het ministerie van Justitie in Yazd. Voormalig plaatsvervangend aanklager van Isfahan. Medeplichtig aan het voeren van processen waarbij de beklaagden geen eerlijk proces kregen - een voorbeeld hiervan is de zaak van Abdollah Fathi, die in mei 2011 werd geëxecuteerd nadat Habibi tijdens het proces in maart 2010 Fathi's recht om te worden gehoord en zijn problemen met zijn geestelijke gezondheid had genegeerd. Hij was bijgevolg medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waardoor hij bijdroeg aan een sterke stijging van het aantal executies in 2011.

10.10.2011

41.

HEJAZI Mohammad

Geboorteplaats: Isfahan / Ispahan

Geboortedatum: 1956

Als generaal bij de IRGC speelde hij een belangrijke rol bij het intimideren en bedreigen van Irans "vijanden". Als voormalig leider van het Sarollahkorps van de IRGC van Teheran en voormalig leider van de Basij-militie heeft hij in 2009 een centrale rol gespeeld bij de repressie van betogers na de verkiezingen.

10.10.2011

43.

JAVANI Yadollah

 

Politiek leider van de IRGC. Deed talrijke pogingen om de vrije meningsuiting en dialoog te onderdrukken via zijn openbare verklaringen waarin hij zijn steun uitsprak voor de arrestatie en bestraffing van demonstranten en dissidenten. Een van de eerste hoge ambtenaren die in 2009 om de aanhouding van Moussavi, Karroubi en Khatami verzochten. Hij steunde het gebruik van technieken die indruisen tegen het recht op een eerlijk proces, waaronder openbare schuldbekentenissen en hij gaf de inhoud van ondervragingen vrij voorafgaand aan processen. Uit bewijs blijkt tevens dat hij het gebruik van geweld tegen demonstranten goedkeurde, en als integraal lid van de IRGC was hij naar alle waarschijnlijkheid op de hoogte van het gebruik van harde ondervragingstechnieken om bekentenissen af te dwingen.

10.10.2011

44.

JAZAYERI Massoud

 

Vicechef-staf van de verenigde strijdkrachten van Iran, belast met culturele zaken (ook bekend als het hoofdkwartier voorlichting inzake defensie). Als vicechef-staf werkte hij actief mee aan de repressie van de betogingen in 2009. In een interview in de krant Kayhan waarschuwde hij dat tal van demonstranten binnen en buiten Iran waren geïdentificeerd en te gepasten tijde zouden worden aangepakt. Hij heeft openlijk opgeroepen tot een verbod op buitenlandse massamedia en de Iraanse oppositie. In 2010 vroeg hij de regering strengere wetten uit te vaardigen tegen Iraniërs die samenwerken met buitenlandse media.

10.10.2011

45.

JOKAR Mohammad Saleh

 

Afgevaardigde voor parlementaire aangelegenheden van de Revolutionaire Garde. Van 2011 tot 2016 parlementslid voor de provincie Yazd en lid van het parlementair comité voor Nationaal Veiligheids- en Buitenlandbeleid. Voormalig bevelhebber van de Basij-studentenmilitie.

In deze functie was hij actief betrokken bij het onderdrukken van betogingen en de indoctrinatie van kinderen en jongeren teneinde de onderdrukking van vrije meningsuiting en dissidentie voort te zetten. Als lid van het parlementair comité voor Nationaal Veiligheids- en Buitenlandbeleid steunde hij openlijk de onderdrukking van het verzet tegen de regering.

10.10.2011

46.

KAMALIAN Behrouz (ook bekend als: Hackers Brain, Behrooz_Ice)

Geboorteplaats: Teheran

Geboortedatum: 1983

Hoofd van de "Ashiyaneh" cyber group, die gelieerd is aan het Iraanse regime. "Ashiyaneh Digital Security", opgericht door Behrouz Kamalian, is verantwoordelijk voor intensieve cyberaanvallen tegen zowel binnenlandse tegenstanders en hervormers als buitenlandse instellingen. Via haar activiteiten heeft Kamalians organisatie Ashiyaneh het regime bijgestaan bij de repressie van de oppositie, waarbij talrijke mensenrechtenschendingen zijn begaan.

10.10.2011

49.

MALEKI Mojtaba

 

Plaatsvervangend hoofd van het ministerie van Justitie in de provincie Khorasan Razavi. Voormalig openbaar aanklager van Kermanshah. Heeft een rol gespeeld in het hoge aantal doodvonnissen in Iran, onder meer als aanklager in de zaken tegen zeven gevangenen die werden veroordeeld wegens drugshandel en op 3 januari 2010 werden opgehangen in de centrale gevangenis van Kermanshah.

10.10.2011

50.

OMIDI Mehrdad (ook bekend als: Reza; OMIDI Reza)

 

Hoofd van afdeling VI van de politie, eenheid onderzoek. Voormalig hoofd van de inlichtingendiensten van de Iraanse politie. Voormalig hoofd van de eenheid computercriminaliteit van de Iraanse politie. Hij was verantwoordelijk voor duizenden onderzoeken en aanklachten tegen hervormers en politieke tegenstanders die het internet gebruiken. Hij was derhalve verantwoordelijk voor ernstige mensenrechtenschendingen bij de repressie tegen personen die opkomen voor hun legitieme rechten, waaronder het recht op vrije meningsuiting, tijdens en na de groene beweging in 2009.

10.10.2011

51.

SALARKIA Mahmoud

Voormalig directeur van de voetbalclub "Persepolis" van Teheran

Voormalig hoofd van de Commissie brandstof en vervoer van de stad Teheran. Plaatsvervangend hoofdaanklager van Teheran, bevoegd voor gevangenisaangelegenheden, tijdens het hardhandige politieoptreden van 2009. Als plaatsvervangend hoofdaanklager van Teheran, bevoegd voor gevangenisaangelegenheden, was hij rechtstreeks verantwoordelijk voor vele arrestatiebevelen tegen onschuldige, vreedzame betogers en activisten. Uit talrijke rapporten van mensenrechtenverdedigers blijkt dat nagenoeg alle mensen die werden aangehouden, op zijn bevel van de buitenwereld werden afgesloten, zonder contact met hun advocaat of familie, zonder aanklacht, voor wisselende perioden, vaak in omstandigheden die neerkomen op gedwongen verdwijning. Hun families zijn vaak niet op de hoogte gebracht van hun aanhouding.

10.10.2011

52.

KHODAEI SOURI Hojatollah

Geboorteplaats: Selseleh (Iran)

Geboortedatum: 1964

Lid van de Commissie voor nationale veiligheid en buitenlands beleid. Parlementslid voor de provincie Lorestan. Lid van de Parlementaire Commissie voor buitenlands- en veiligheidsbeleid. Hoofd van de gevangenis in Evin tot en met 2012. Onder zijn leiding waren folteringen in de gevangenis van Evin een gangbare praktijk. In afdeling 209 werden vele activisten vastgehouden voor hun vreedzame oppositie tegen de zittende regering.

10.10.2011

54.

TAMADDON Morteza (ook bekend als: TAMADON Morteza)

Geboorteplaats: Shahr Kord-Isfahan

Geboortedatum: 1959

Voormalig hoofd van de openbare veiligheidsraad van de provincie Teheran. Voormalig gouverneur-generaal van de provincie Teheran voor de IRGC. Als gouverneur en hoofd van de openbare veiligheidsraad van de provincie Teheran had hij de algemene verantwoordelijkheid voor alle repressieactiviteiten door de IRGC in de provincie Teheran, inclusief het hardhandige optreden tegen het politieke protest sinds juni 2009. Momenteel lid van de raad van bestuur van de technologie-universiteit Khajeh Nasireddin Tusiy.

10.10.2011

55.

ZEBHI Hossein

 

Eerste plaatsvervangend adviseur van de rechterlijke macht en rechter bij het Hooggerechtshof. Plaatsvervangend procureur-generaal van Iran (2007-2015). In zijn rol was hij verantwoordelijk voor rechtszaken met betrekking tot de protesten na de verkiezingen in 2009 die in strijd met de mensenrechten zijn gevoerd. In deze functie liet hij ook buitensporige bestraffing van drugsdelicten toe.

10.10.2011

56.

BAHRAMI Mohammad-Kazem

 

Hoofd van de bestuursrechtbank. Hij was als hoofd van de militaire rechtbank medeplichtig aan de onderdrukking van vreedzame betogingen in 2009.

10.10.2011

57.

HAJMOHAM-MADI Aziz

 

Rechter bij het strafhof van de provincie Teheran. Hij heeft verscheidene rechtszaken tegen betogers geleid, met name die tegen Abdol-Reza Ghanbari, een leraar die in januari 2010 werd aangehouden en voor zijn politieke activiteiten ter dood werd veroordeeld.

10.10.2011

58.

BAGHERI Mohammad-Bagher

 

Vicevoorzitter van de administratie van de rechterlijke macht van de provincie Zuid-Khorasan, belast met misdaadpreventie. Hij heeft in juni 2011 erkend dat er 140 terechtstellingen zijn uitgevoerd in de periode van maart 2010 tot en met maart 2011, maar tijdens diezelfde periode zouden er in de provincie Zuid-Khorasan nog een honderdtal andere executies zijn uitgevoerd, zonder dat de families of de advocaten op de hoogte werden gebracht. Hij was bijgevolg medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waarmee hij bijdroeg aan een groot aantal doodvonnissen.

10.10.2011

60.

HOSSEINI Dr Mohammad (ook bekend als: HOSSEYNI, Dr Seyyed Mohammad; Seyed, Sayyed en Sayyid)

Geboorteplaats: Rafsanjan, Kerman

Geboortedatum: 1961

Adviseur van voormalig president Mahmoud Ahmadinejad en woordvoerder voor de harde vleugel van YEKTA. Minister van Cultuur en Islamitische Leiding (2009-2013). Als voormalig lid van de IRGC was hij medeplichtig aan de repressie van journalisten.

10.10.2011

64.

KAZEMI Toraj

 

Hoofd van de door de EU op de lijst geplaatste cyberpolitie. In die hoedanigheid heeft hij een campagne aangekondigd waarbij hackers zouden worden aangeworven om in opdracht van de regering de informatie op het internet beter te controleren en "schadelijke" websites aan te vallen.

23.3.2012

65.

LARIJANI Sadeq

Geboorteplaats: Najaf (Irak)

Geboortedatum: 1960 of augustus 1961

Benoemd tot Hoofd van de Raad van geschiktheid en oordeel (Expediency Council) op 29 december 2018. Hoofd van de rechterlijke macht vanaf 2009. Moet, als hoofd van de rechterlijke macht, zijn fiat geven voor en handtekening plaatsen onder elke straf in verband met qisas (schuldvergeldingsvonnissen), hodoud (misdaden tegen God) en ta'zirat (misdaden tegen de staat). Hieronder vallen de doodstraf, geselingen en amputaties. In dit verband heeft hij persoonlijk zijn handtekening geplaatst onder talrijke doodstraffen, in strijd met internationale normen, waaronder stenigingen, executies door ophanging, executies van minderjarigen, en publieke executies, bijvoorbeeld van gevangenen die voor een publiek van duizenden aan bruggen zijn opgehangen. Derhalve heeft hij bijgedragen aan een groot aantal executies. Hij heeft tevens toestemming gegeven voor lijfstraffen, zoals amputaties en de toediening van druppels zuur in de ogen van veroordeelden. Sinds Sadeq Larijani in functie is, is het aantal willekeurige aanhoudingen van politieke gevangenen, mensenrechtenverdedigers en minderheden aanzienlijk toegenomen. Sadeq Larijani draagt tevens de verantwoordelijkheid voor systemische tekortkomingen op het gebied van het recht op een eerlijk proces in de Iraanse rechtsgang.

23.3.2012

69.

MORTAZAVI Seyyed Solat

Geboorteplaats: Farsan, Tchar Mahal-o-Bakhtiari (Zuid) - (Iran)

Geboortedatum: 1967

Voormalig burgemeester van de op een na grootste stad van Iran, Mashad, waar regelmatig openbare executies plaatsvinden. Voormalig viceminister van Binnenlandse Zaken, belast met Politieke Zaken, benoemd in 2009. In die hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor het organiseren van repressie tegen personen die opkwamen voor hun legitieme rechten, zoals de vrijheid van meningsuiting. Later benoemd tot hoofd van de Iraanse kiescommissie voor de parlementsverkiezingen in 2012 en de presidentsverkiezingen in 2013.

23.3.2012

73.

FAHRADI Ali

 

Plaatsvervangend hoofd van de inspectiedienst juridische zaken en openbare inspectie van het ministerie van Justitie van Teheran. Voormalig openbaar aanklager van Karaj. Verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten onder meer als aanklager in processen waarin de doodstraf werd uitgesproken. Tijdens zijn termijn als openbaar aanklager vond in de regio Karaj een groot aantal executies plaats.

23.3.2012

79.

RASHIDI AGHDAM Ali Ashraf (ook bekend als: Ali Ashraf Rostami Aghdam)

 

Voormalig hoofd van de gevangenis in Evin, aangesteld medio 2012. Tijdens zijn termijn gingen de omstandigheden in de gevangenis erop achteruit en werden meer mishandelingen van gevangenen gemeld. In oktober 2012 zijn negen vrouwelijke gevangenen in hongerstaking gegaan uit protest tegen de schending van hun rechten en hun gewelddadige behandeling door de gevangenisbewakers.

12.3.2013

83.

JAFARI Asadollah

 

Als openbaar aanklager van de provincie Mazandaran vorderde Jafari de doodstraf in door hem gevoerde rechtszaken, wat heeft geleid tot vele executies, met name in het openbaar, en in omstandigheden waar het opleggen van de doodstraf strijdig is met de internationale mensenrechten doordat zij een onevenredige en buitensporige straf vormt. Was ook verantwoordelijk voor onrechtmatige arrestaties en schendingen van de rechten van Bahá'í-gedetineerden, vanaf de arrestatie tot de eenzame opsluiting in het detentiecentrum van de inlichtingendiensten.

12.3.2013

85.

HAMLBAR Rahim

 

Rechter bij afdeling 1 van de revolutionaire rechtbank van Tabriz. Heeft zware straffen uitgesproken tegen leden van de etnische minderheid van de Azeri en activisten die opkomen voor de rechten van werknemers, die beschuldigd werden van spionage, activiteiten die indruisen tegen de nationale veiligheid, propaganda tegen het Iraanse regime en belediging van het staatshoofd. In een geruchtmakende zaak zijn 20 personen die vrijwillig aan de reddingswerken na de aardbeving in Iran van augustus 2012 hadden deelgenomen, tot gevangenisstraffen veroordeeld omdat zij getracht hadden de slachtoffers van de aardbeving bij te staan. De rechtbank heeft de reddingswerkers schuldig bevonden aan "samenzwering en samenspanning met het oogmerk misdrijven tegen de nationale veiligheid te begaan".

12.3.2013"

Entiteiten

 

Benaming

Informatie ter identificatie

Motivering

Datum van plaatsing op de lijst

"1.

Cyberpolitie

Locatie: Teheran, Iran Website: http://www.cyberpolice.ir

De Iraanse cyberpolitie is een eenheid van de nationale politie van Iran die vanaf haar oprichting in januari 2011 tot begin 2015 onder leiding stond van Esmail Ahmadi-Moqaddam (op de lijst geplaatst). Ahmadi-Moqaddam beklemtoonde dat de cyberpolitie de antirevolutionaire en dissidente groeperingen die in 2009 via sociale netwerken op het internet hadden opgeroepen tot protest tegen de herverkiezing van president Mahmoud Ahmadinejad, zou aanpakken. In januari 2012 heeft de cyberpolitie nieuwe instructies voor internetcafés uitgevaardigd, die inhouden dat gebruikers persoonlijke informatie moeten verstrekken die gedurende zes maanden moet worden bewaard door de café-exploitanten, samen met een overzicht van de bezochte websites. De instructies houden ook in dat café-exploitanten camerabewaking moeten installeren en de opnames gedurende zes maanden moeten bewaren. Deze nieuwe instructies houden in dat een register kan worden gecreëerd waarmee de autoriteiten activisten of iedereen die zij als een bedreiging voor de nationale veiligheid beschouwen, kunnen opsporen.

In juni 2012 zijn in de Iraanse media berichten verschenen dat de cyberpolitie hard zou gaan optreden tegen VPN's (virtuele private netwerken). Op 30 oktober 2012 heeft de cyberpolitie de blogger Sattar Beheshti zonder arrestatiebevel gearresteerd in verband met "acties tegen de nationale veiligheid op sociale netwerken en Facebook". Beheshti had in zijn blog kritiek geuit op de Iraanse overheid. Beheshti is op 3 november 2012 dood aangetroffen in zijn cel en is vermoedelijk doodgemarteld door leden van de cyberpolitie.

12.3.2013"


9.4.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 98/13


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/561 VAN DE COMMISSIE

van 8 april 2019

waarbij aan Kaapverdië een tijdelijke afwijking van de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 vastgestelde regels betreffende de preferentiële oorsprong wordt toegestaan voor bereidingen of conserven van filets van tonijn

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (1), en met name artikel 64, lid 6, en artikel 66, onder b),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Kaapverdië komt in aanmerking voor het stelsel van algemene preferenties (SAP) dat bij Verordening (EU) nr. 978/2012 van het Europees Parlement en de Raad (2) is vastgesteld. Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie (3) bevat de regels betreffende de preferentiële oorsprong voor de toepassing van het SAP, met uitzondering van procedureregels.

(2)

Bij brief van 22 oktober 2018 heeft Kaapverdië een verzoek ingediend voor verlenging van de tijdelijke afwijking van de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 vastgestelde regels betreffende de preferentiële oorsprong, die was verleend bij Uitvoeringsverordening (EU) 2017/967 van de Commissie (4). Het verzoek betreft een jaarlijkse hoeveelheid van 5 000 ton bereidingen of conserven van tonijn, voor een periode tot de inwerkingtreding van de nieuwe, op 30 juni 2014 geparafeerde economische partnerschapsovereenkomst ("EPO") tussen de Unie en West-Afrika. Op grond van de gevraagde afwijking zouden deze producten worden beschouwd als van oorsprong uit Kaapverdië, ook als ze — hoewel ze in Kaapverdië zijn vervaardigd — uit niet van oorsprong zijnde vis zijn vervaardigd.

(3)

In zijn verzoek om een afwijking stelt Kaapverdië dat de hoeveelheid tonijn die momenteel door zijn vloot in eigen wateren wordt gevangen, gering is en dat de vloot die, indien de afwijking niet wordt toegestaan, buiten de territoriale wateren op tonijn kan vissen, beperkt is. Bovendien kan er slechts vier maanden per jaar op tonijn worden gevaren. Daardoor zijn de vangstmogelijkheden voor van oorsprong zijnde tonijn lager. Een ander belangrijk element is dat Kaapverdië onlangs zijn haveninfrastructuur heeft uitgebouwd. Er kunnen nu grotere hoeveelheden tonijn worden verwerkt, wat groeikansen biedt voor de tonijnindustrie. Tot slot worden in het verzoek de moeilijkheden benadrukt waarmee Kaapverdië te kampen heeft als gevolg van vertragingen bij de inwerkingtreding van de economische partnerschapsovereenkomst tussen de Unie en West-Afrika. Tevens wordt benadrukt dat Kaapverdië van de regels betreffende de preferentiële oorsprong moet kunnen afwijken om rekening te houden met het feit dat het nog niet mogelijk is om op de cumulatieregels in het kader van de EPO, waarvan de rechtspositie nog niet is veranderd, terug te grijpen.

(4)

De in het verzoek aangedragen argumenten maken duidelijk dat de Kaapverdische visverwerkende sector het zonder de afwijking zeer moeilijk zou krijgen om de betrokken producten naar de Unie te exporteren overeenkomstig de regels van het SAP. Daardoor zou de verdere ontwikkeling van de Kaapverdische vloot voor de kleinschalige pelagische visserij op de helling kunnen komen te staan en het voor Kaapverdië lastig kunnen worden om de oorsprongsregels voor deze producten in de toekomst na te leven.

(5)

Kaapverdië moet daarom een tijdelijke afwijking krijgen van de in de regels betreffende de preferentiële oorsprong opgenomen verplichting dat producten waarin materialen zijn verwerkt die niet geheel en al zijn verkregen in het begunstigde land, een toereikende be- of verwerking hebben ondergaan om als van oorsprong uit dat land te worden beschouwd. Deze afwijking moet worden toegestaan voor een jaarlijkse hoeveelheid van 5 000 ton bereidingen of conserven van tonijn. De looptijd moet worden beperkt tot een periode van één jaar, waarna kan worden beoordeeld welke inspanningen Kaapverdië heeft geleverd en in welke mate het in staat is om aan de oorsprongsregels voor de betrokken producten te voldoen. Indien echter de EPO voor het einde van die periode van één jaar in werking treedt, moet de afwijking aflopen op de dag onmiddellijk voorafgaande aan de datum waarop de EPO in werking treedt.

(6)

De in de bijlage bij deze verordening vermelde hoeveelheden moeten worden beheerd overeenkomstig de artikelen 49 tot en met 54 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie (5), waarin het beheer van tariefcontingenten is geregeld.

(7)

De afwijking moet worden toegestaan op voorwaarde dat de Kaapverdische douaneautoriteiten de nodige maatregelen nemen om kwantitatieve controles te verrichten op de uitvoer van de producten die onder de afwijking vallen, en dat zij de Commissie een overzicht toezenden van de hoeveelheden waarvoor krachtens deze verordening certificaten van oorsprong Formulier A zijn afgegeven, en van de volgnummers van die certificaten. Als het systeem van geregistreerde exporteurs (REX) overeenkomstig artikel 79 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie in 2019 in Kaapverdië in werking treedt, geldt dezelfde regeling ook voor attesten van oorsprong die zijn opgesteld door geregistreerde exporteurs.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen moeten zo spoedig mogelijk in werking treden na de bekendmaking ervan, om zo rekening te houden met de situatie van Kaapverdië en dat land in staat te stellen onmiddellijk gebruik te maken van de afwijking.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In afwijking van artikel 41, onder b), en artikel 45 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 worden bereidingen of conserven van tonijn van GN-code 1604 14, 1604 20 en 0304 87 die vervaardigd zijn in Kaapverdië uit niet van oorsprong zijnde vis, beschouwd als van oorsprong uit Kaapverdië overeenkomstig de artikelen 2, 3 en 4 van deze verordening.

Artikel 2

1.   De afwijking is van toepassing op producten die worden uitgevoerd uit Kaapverdië en voor het vrije verkeer in de Unie worden aangegeven in de periode van 1 januari 2019 tot en met:

a)

31 december 2019 dan wel,

b)

indien de economische partnerschapsovereenkomst ("EPO") tussen de Unie en West-Afrika, die op 30 juni 2014 werd geparafeerd, in werking treedt op of voor 31 december 2019, tot de dag onmiddellijk voorafgaande aan de datum van inwerkingtreding van de EPO.

2.   De afwijking is van toepassing op producten tot maximaal de in de bijlage vermelde jaarlijkse hoeveelheid.

3.   De afwijking vindt slechts toepassing mits de in artikel 43 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 vastgestelde voorwaarden worden nageleefd.

Artikel 3

De in de bijlage bij deze verordening vermelde hoeveelheden worden beheerd overeenkomstig de artikelen 49 tot en met 54 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie, waarin het beheer van tariefcontingenten is geregeld.

Artikel 4

De afwijking wordt toegestaan op de volgende voorwaarden:

1.

De Kaapverdische douaneautoriteiten nemen de nodige maatregelen voor het verrichten van kwantitatieve controles op de uitvoer van de in artikel 1 bedoelde producten.

2.

De door de bevoegde Kaapverdische autoriteiten krachtens deze verordening afgegeven certificaten van oorsprong Formulier A dienen in vak 4 van de volgende aantekening te zijn voorzien: "Derogation — Commission Implementing Regulation (EU) 2019/561". Als het systeem van geregistreerde exporteurs (REX) in 2019 in Kaapverdië wordt toegepast, wordt deze aantekening aangebracht op de attesten van oorsprong die zijn opgesteld door geregistreerde exporteurs.

3.

De bevoegde Kaapverdische autoriteiten doen de Commissie ieder kwartaal een overzicht toekomen van de hoeveelheden waarvoor krachtens deze verordening certificaten van oorsprong en/of attesten van oorsprong zijn afgegeven of opgesteld, samen met de volgnummers van deze bewijzen.

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 april 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 978/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 732/2008 van de Raad (PB L 303 van 31.10.2012, blz. 1).

(3)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 van de Commissie van 28 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 1).

(4)  Uitvoeringsverordening (EU) 2017/967 van de Commissie van 8 juni 2017 waarbij aan Kaapverdië een tijdelijke afwijking van de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 vastgestelde regels betreffende de preferentiële oorsprong wordt toegestaan voor bereidingen of conserven van filets van tonijn (PB L 146 van 9.6.2017, blz. 10).

(5)  Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558).


BIJLAGE

Volg-nummer

GN-code

Taric-code

Omschrijving

Perioden

Jaarlijkse hoeveelheid (in ton nettogewicht)

09.1602

1604 14 21 00

1604 14 26 90

1604 14 28 00

1604 20 70 50

1604 20 70 55

1604 14 31 90

1604 14 36 90

1604 14 38 00

1604 20 70 99

0304 87 00 90

1604 14 41 20

1604 14 46 29

1604 14 48 20

1604 20 70 45

0304 87 00 20

1604 14 41 30

1604 14 48 30

10

Bereidingen of conserven van filets en loins van boniet (Katsuwonus pelamis)

Bereidingen of conserven van filets en loins van geelvintonijn (Thunnus albacares)

Bereidingen of conserven van filets en loins van grootoogtonijn (Thunnus obesus)

Bereidingen van witte tonijn (Thunnus alalunga)

1.1.2019 tot en met de overeenkomstig artikel 2, lid 1, vastgestelde datum

5 000 ton


BESLUITEN

9.4.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 98/17


BESLUIT (GBVB) 2019/562 VAN DE RAAD

van 8 april 2019

tot wijziging van Besluit 2011/235/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 12 april 2011 Besluit 2011/235/GBVB (1) vastgesteld.

(2)

Op basis van een evaluatie van Besluit 2011/235/GBVB is de Raad tot de slotsom gekomen dat de daarin vastgestelde beperkende maatregelen moeten worden verlengd tot en met 13 april 2020.

(3)

De Raad heeft eveneens besloten dat de vermeldingen voor 51 personen en 1 entiteit in de bijlage bij Besluit 2011/235/GBVB moeten worden geactualiseerd.

(4)

Besluit 2011/235/GBVB moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2011/235/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

1)

in artikel 6 wordt lid 2 vervangen door:

"2.   Dit besluit is van toepassing tot en met 13 april 2020. Het wordt voortdurend geëvalueerd. Het wordt zo nodig verlengd of gewijzigd, indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn verwezenlijkt.";

2)

de bijlage wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Luxemburg, 8 april 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

F. MOGHERINI


(1)  Besluit 2011/235/GBVB van de Raad van 12 april 2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 51).


BIJLAGE

Personen

 

Benaming

Informatie ter identificatie

Motivering

Datum van plaatsing op de lijst

"1.

AHMADI-MOQADDAM Esmail

Geboorteplaats: Teheran (Iran)

Geboortedatum: 1961

Voormalige hoge adviseur voor veiligheidsaangelegenheden bij het hoofd van de generale staf van de strijdkrachten. Hoofd van de Nationale Politie van Iran van 2005 tot begin 2015. Ook hoofd van de Iraanse cyberpolitie (op de lijst geplaatst) van januari 2011 tot begin 2015. Troepen onder zijn commando hebben brute aanvallen uitgevoerd op vreedzame protesten en een gewelddadige aanval op de slaapzalen van de Universiteit van Teheran op 15 juni 2009. Momenteel hoofd van het hoofdkwartier van Iran ter ondersteuning van het volk van Jemen.

12.4.2011

2.

ALLAHKARAM Hossein

Geboorteplaats: Najafabad (Iran)

Geboortedatum: 1945

Hoofd van Ansar-e Hezbollah en kolonel in de IRGC. Medeoprichter van Ansar-e Hezbollah. Deze paramilitaire troepenmacht was verantwoordelijk voor extreem geweld tijdens het optreden tegen studenten en universiteiten in 1999, 2002 en 2009.

Hij behoudt zijn hooggeplaatste functie in een organisatie die bereid is om schendingen van de mensenrechten te plegen tegen de bevolking, waaronder het bevorderen van agressie tegen vrouwen wegens hun kledingkeuze.

12.4.2011

4.

FAZLI Ali

 

Plaatsvervangend bevelhebber van de Basij, hoofd van het Seyyed al-Shohadakorps van de IRGC, Provincie Teheran (tot februari 2010). Het Seyyed al-Shohadakorps is belast met de veiligheid in de provincie Teheran en speelde een hoofdrol bij de brute repressie van demonstranten in 2009.

12.4.2011

7.

KHALILI Ali

 

Generaal in de IRGC, bekleedt een hooggeplaatste functie op de Sarollahbasis. Hij ondertekende een brief die op 26 juni 2009 werd toegezonden aan het ministerie van Gezondheid en waarin een verbod op het indienen van documenten of medische gegevens werd opgelegd aan iedereen die bij gebeurtenissen in de nasleep van de verkiezingen gewond raakte of gehospitaliseerd werd.

12.4.2011

8.

MOTLAGH Bahram Hosseini

 

Hoofd van de militaire academie ("Army Command and General Staff College" - DAFOOS). Voormalig hoofd van het Seyyed al-Shohadakorps van de IRGC, provincie Teheran. Het Seyyed al-Shohadakorps speelde een hoofdrol in het organiseren van de repressie van de protesten in 2009.

12.4.2011

10.

RADAN Ahmad-Reza

Geboorteplaats: Isfahan (Iran)

Geboortedatum: 1963

Hij leidde het Centrum voor strategische studies van de Iraanse rechtshandhavingsmacht, een aan de Nationale Politie verbonden orgaan. Hoofd van het Centrum strategische studies van de politie, plaatsvervangend hoofd van de Nationale Politie van Iran tot juni 2014. Als plaatsvervangend hoofd van de Nationale Politie sinds 2008 was Radan verantwoordelijk voor mishandeling, moord en willekeurige aanhoudingen en detenties van demonstranten door de politie. Momenteel IRGC-commandant belast met de opleiding van Iraakse "antiterreur"-eenheden.

12.4.2011

11.

RAJABZADEH Azizollah

 

Voormalig hoofd van de Organisatie voor rampenmitigatie van Teheran (TDMO — Tehran Disaster Mitigation Organisation). Als hoofd van de Politie van Teheran tot 2010 was hij verantwoordelijk voor gewelddadige aanvallen van de politie op demonstranten en studenten. Als bevelhebber van de rechtshandhavingsinstanties in het district Teheran was Azizollah Rajabzadeh de hoogstgeplaatste beschuldigde voor de misbruiken in het detentiecentrum van Kahrizak in december 2009.

12.4.2011

13.

TAEB Hossein

Geboorteplaats: Teheran

Geboortedatum: 1963

Hoofd van de inlichtingendienst van de IRGC sinds oktober 2009. Bevelhebber van de Basij tot oktober 2009. Troepen onder zijn bevel namen deel aan afranselingen, moorden, detenties en folteringen op grote schaal van vreedzame demonstranten.

12.4.2011

14.

SHARIATI Seyeed Hassan

 

Adviseur en lid van de 28e afdeling van het Hooggerechtshof. Hoofd van het gerechtelijk apparaat van Mashhad tot september 2014. Processen onder zijn supervisie werden summier en achter gesloten deuren gevoerd, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden, en op grond van bekentenissen die onder druk en door folteringen verkregen waren. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

15.

DORRI-NADJAFABADI Ghorban-Ali

Geboorteplaats: Najafabad (Iran)

Geboortedatum: 1945

Lid van de Vergadering van Deskundigen en vertegenwoordiger van de hoogste leider in de ("centrale") provincie Markazi en hoofd van het Administratief Hooggerechtshof. Procureur-generaal van Iran tot september 2009 en voormalig minister van Inlichtingen tijdens het presidentschap van Khatami. Als procureur-generaal van Iran gelastte en superviseerde hij de schijnprocessen naar aanleiding van de eerste protesten na de verkiezingen, waarbij de beklaagden hun rechten, waaronder het recht op een advocaat, werd ontzegd.

12.4.2011

16.

HADDAD Hassan (ook bekend als Hassan ZAREH DEHNAVI)

 

Voormalig plaatsvervangend veiligheidsofficier van de revolutionaire rechtbank van Teheran. Voormalig rechter, revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 26. Was belast met de zaak van gedetineerden na de crises die volgden op de verkiezingen en bedreigde geregeld gezinnen van gedetineerden om hun het zwijgen op te leggen. Hielp bij het uitvaardigen van arrestatiebevelen voor het detentiecentrum van Kahrizak in 2009. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten.

12.4.2011

17.

SOLTANI Hodjatoleslam Seyed Mohammad

 

Hoofd van de Organisatie voor islamitische propaganda in de provincie Khorasan-Razavi. Rechter bij de revolutionaire rechtbank van Mashhad tot 2013. Zijn processen waren summier en vonden plaats achter gesloten deuren, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

18.

HEYDARIFAR Ali-Akbar

 

Voormalig rechter, revolutionaire rechtbank van Teheran. Nam deel aan de berechting van demonstranten. Door de rechterlijke macht ondervraagd over misbruiken in Kahrizak. Heeft meegewerkt aan het uitvaardigen van bevelen om gedetineerden op te sluiten in het detentiecentrum van Kahrizak in 2009. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten.

12.4.2011

19.

JAFARI-DOLATABADI Abbas

Geboorteplaats: Yazd (Iran)

Geboortedatum: 1953

Hoofdaanklager van Teheran sinds augustus 2009. Zijn bureau heeft veel demonstranten aangeklaagd, onder wie deelnemers aan de protesten op Ashura-dag in december 2009. Beval de sluiting van Karroubi's bureau in september 2009 en de aanhouding van verscheidene hervormingsgezinde politici en verbood twee hervormingsgezinde politieke partijen in juni 2010. Zijn bureau klaagde demonstranten aan voor vijandigheid jegens God (Muharebeh), waarop de doodstraf staat, en weigerde degenen die de doodstraf te wachten stond een eerlijk proces. Heeft hervormingsgezinden, mensenrechtenactivisten en leden van de media vervolgd en gearresteerd, in het kader van een brede onderdrukking van de politieke oppositie.

Kondigde in oktober 2018 in de media aan dat vier gedetineerde Iraanse milieuactivisten zouden worden aangeklaagd voor het "zaaien van corruptie op aarde", een aanklacht waarvoor de doodstraf geldt.

12.4.2011

20.

MOGHISSEH Mohammad (ook bekend als NASSERIAN)

 

Rechter, hoofd van de revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 28. Hij wordt ook verantwoordelijk geacht voor veroordelingen van leden van de Baha'i-gemeenschap. Was belast met rechtszaken in verband met de verkiezingen. Heeft lange gevangenisstraffen uitgesproken tijdens oneerlijke processen voor maatschappelijke en politieke activisten en journalisten en verscheidene doodvonnissen tegen demonstranten en maatschappelijke en politieke activisten.

12.4.2011

22.

MORTAZAVI Said

Geboorteplaats: Meybod, Yazd (Iran)

Geboortedatum: 1967

Hoofdaanklager van Teheran tot augustus 2009. Als hoofdaanklager van Teheran vaardigde hij een algemeen bevel uit voor de detentie van honderden activisten, journalisten en studenten. In januari 2010 werd hij in het kader van een parlementair onderzoek rechtstreeks verantwoordelijk gehouden voor de detentie van drie gevangenen die in gevangenschap zijn overleden. Geschorst in augustus 2010 na onderzoek door de Iraanse rechterlijke macht naar zijn betrokkenheid bij de dood van drie mannen die na de verkiezingen op zijn bevel zijn gedetineerd. In november 2014 is zijn betrokkenheid bij de dood van gedetineerden officieel erkend door de Iraanse autoriteiten. Op 19 augustus 2015 is hij door een Iraanse rechtbank vrijgesproken voor aanklachten met betrekking tot de foltering en het overlijden van drie jonge mannen in het detentiecentrum van Kahrizak in 2009.

12.4.2011

24.

MORTAZAVI Amir

 

Plaatsvervangend hoofd van de eenheid sociale zaken en criminaliteitspreventie bij de rechterlijke macht in de provincie Khorasan-Razavi. Plaatsvervangend aanklager van Mashhad tot ten minste 2015. Zijn processen waren summier en vonden plaats achter gesloten deuren, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen, waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

25.

SALAVATI Abdolghassem

 

Rechter, hoofd van de revolutionaire rechtbank van Teheran, afdeling 15. Rechter in de rechtbank van Teheran. Was belast met de zaken in verband met de verkiezingen en zat als rechter de "schijnprocessen" voor in de zomer van 2009, waarbij hij twee monarchisten ter dood veroordeelde. Hij heeft meer dan honderd politieke gevangenen, mensenrechtenactivisten en demonstranten veroordeeld tot lange gevangenisstraffen.

In 2018 bleek uit verslagen dat hij is doorgegaan met het uitvaardigen van soortgelijke vonnissen zonder de procedures voor eerlijk verhoor in acht te nemen.

12.4.2011

28.

YASAGHI Ali-Akbar

 

Rechter bij het Hooggerechtshof, hoofd van de 44ste afdeling. Plaatsvervangend uitvoerend directeur van de Stichting Setad-e Dieh. Opperrechter bij de revolutionaire rechtbank van Mashhad (2001-2011). Zijn processen waren summier en vonden achter gesloten deuren plaats, zonder eerbiediging van de grondrechten van de beklaagden. Er is massaal tot executies bevolen (tot 550 tussen zomer 2009 en zomer 2011), waardoor doodvonnissen zijn uitgesproken zonder inachtneming van de procedures voor eerlijk verhoor.

12.4.2011

30.

ESMAILI Gholam-Hossein

 

Hoofd van justitie in Teheran. Voormalig hoofd van het Iraanse gevangeniswezen. In die hoedanigheid was hij medeplichtig aan de massale detentie van politieke demonstranten en aan het in de doofpot stoppen van misbruiken in het gevangenissysteem.

12.4.2011

31.

SEDAQAT Farajollah

 

Assistent-secretaris van het algemene gevangenisbestuur van Teheran. Tot oktober 2010 hoofd van de gevangenis in Evin (Teheran), waar onder zijn bewind folteringen plaatsvonden. Als gevangenisdirecteur maakte hij zich vaak schuldig aan het bedreigen en onder druk zetten van gevangenen.

12.4.2011

32.

ZANJIREI Mohammad-Ali

 

Als hoofdadviseur van het hoofd en plaatsvervangend hoofd van het Iraanse gevangeniswezen was hij verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten van gevangenen. Bestuurde een systeem waarin gevangenen mishandeld en gefolterd werden, een onmenselijke/vernederende behandeling ondergingen en in armzalige omstandigheden ondergebracht werden.

12.4.2011

33.

ABBASZADEH-MESHKINI Mahmoud

 

Adviseur van de Iraanse Hoge Raad voor de Mensenrechten. Voormalig secretaris van de Hoge Raad voor de Mensenrechten. Voormalig gouverneur van de provincie Ilam. Voormalig politiek directeur van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Als hoofd van het Comité van artikel 10 van de Wet betreffende de activiteiten van politieke partijen en groeperingen was hij belast met het toestaan van betogingen en andere openbare evenementen, en met de registratie van politieke partijen.

In 2010 schorste hij de activiteiten van twee hervormingsgezinde politieke partijen die banden hebben met Moussavi, het Islamic Iran Participation Front en de Islamic Revolution Mujahedeen Organisation. Vanaf 2009 heeft hij stelselmatig en continu alle niet-gouvernementele bijeenkomsten verboden, wat neerkomt op het ontzeggen van het grondwettelijk recht op betogen, en wat heeft geleid tot talrijke aanhoudingen van vreedzame demonstranten, in strijd met het recht op vrijheid van vergadering.

Hij heeft in 2009 tevens de oppositie de toestemming geweigerd om een rouwplechtigheid te houden voor de mensen die werden gedood tijdens de protesten naar aanleiding van de presidentsverkiezingen.

10.10.2011

35.

AKHARIAN Hassan

 

Directeur van afdeling 1 van de Rajai Shahrgevangenis in Karaj tot juli 2010. Verscheidene voormalige gedetineerden hebben de beschuldiging geuit dat hij foltering gebruikt, en dat hij bevel heeft gegeven om gevangenen medische bijstand te weigeren. Uit het opgetekende relaas van een gedetineerde van de Rajai Shahrgevangenis blijkt dat hij zwaar werd geslagen door alle bewakers, met volledig medeweten van Akharian. Er is ook ten minste één geval van mishandeling en overlijden van een gedetineerde gerapporteerd, Mohsen Beikvand, tijdens het directeurschap van Akharian. Beikvand stierf in september 2010. Andere gevangenen beweren op geloofwaardige wijze dat hij in opdracht van Hassan Akharian is omgebracht.

10.10.2011

36.

AVAEE Seyyed Ali-Reza (ook bekend als: AVAEE Seyyed Alireza)

 

Minister van Justitie. Voormalig directeur van het bureau voor speciale onderzoeken. Tot juli 2016 plaatsvervangend minister van Binnenlandse Zaken en hoofd van het openbaar register. Adviseur bij de Tuchtraad voor rechters sinds april 2014. Voormalig hoofd van justitie te Teheran. Als hoofd van justitie te Teheran was hij verantwoordelijk voor schendingen van de mensenrechten, willekeurige aanhoudingen, het ontzeggen van rechten aan gevangenen en een hoog aantal executies.

10.10.2011

37.

BANESHI Jaber

 

Hoofd van afdeling 22 van het hof van beroep van Shiraz sinds november 2011. Aanklager van Shiraz tot en met oktober 2011. Openbaar aanklager tijdens de rechtszaak in verband met de bomaanslag in Shiraz in 2008, die door het regime werd aangegrepen om andere niet-betrokken personen ter dood te veroordelen. Hij heeft de doodstraf en andere zware straffen gevorderd tegen minderheden, hetgeen onder meer neerkomt op een schending van hun recht op een eerlijk proces en bescherming tegen willekeurige detentie.

10.10.2011

38.

FIRUZABADI Maj-Gen Dr Seyyed Hasan (ook bekend als: FIRUZABADI Maj-Gen Dr Seyed Hassan; FIROUZABADI Maj-Gen Dr Seyyed Hasan; FIROUZABADI Maj-Gen Dr Seyed Hassan)

Geboorteplaats: Mashad

Geboortedatum: 3.2.1951

Als chef-staf van de Iraanse strijdkrachten (1989 tot en met 2016) was hij de hoogste militaire bevelhebber verantwoordelijk voor de leiding van alle militaire afdelingen en strategieën, onder andere de Islamitische Revolutionaire Garde (Islamic Revolutionary Guards Corps (IRGC)) en de politiediensten. Strijdkrachten onder zijn formeel gezag zijn in 2009 bruut opgetreden tegen vreedzame demonstranten en hebben massale detenties verricht.

Tevens lid van de Hoge Nationale Veiligheidsraad (Supreme National Security Council (SNSC)) en de Raad van Geschiktheid en Oordeel (Expediency Council).

10.10.2011

39.

GANJI Mostafa Barzegar

 

Hoofdaanklager van Qom (2008-2017), thans hoofd van het directoraat-generaal Gevangenissen. Hij was verantwoordelijk voor de willekeurige detentie en mishandeling van tientallen wetsovertreders in Qom. Hij was medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waardoor hij bijdroeg aan een buitensporig en toenemend gebruik van de doodstraf en een sterke stijging van het aantal executies in 2009/2010.

10.10.2011

40.

HABIBI Mohammad Reza

 

Hoofd van het bureau van het ministerie van Justitie in Yazd. Voormalig plaatsvervangend aanklager van Isfahan. Medeplichtig aan het voeren van processen waarbij de beklaagden geen eerlijk proces kregen - een voorbeeld hiervan is de zaak van Abdollah Fathi, die in mei 2011 werd geëxecuteerd nadat Habibi tijdens het proces in maart 2010 Fathi's recht om te worden gehoord en zijn problemen met zijn geestelijke gezondheid had genegeerd. Hij was bijgevolg medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waardoor hij bijdroeg aan een sterke stijging van het aantal executies in 2011.

10.10.2011

41.

HEJAZI Mohammad

Geboorteplaats: Isfahan / Ispahan

Geboortedatum: 1956

Als generaal bij de IRGC speelde hij een belangrijke rol bij het intimideren en bedreigen van Irans "vijanden". Als voormalig leider van het Sarollahkorps van de IRGC van Teheran en voormalig leider van de Basij-militie heeft hij in 2009 een centrale rol gespeeld bij de repressie van betogers na de verkiezingen.

10.10.2011

43.

JAVANI Yadollah

 

Politiek leider van de IRGC. Deed talrijke pogingen om de vrije meningsuiting en dialoog te onderdrukken via zijn openbare verklaringen waarin hij zijn steun uitsprak voor de arrestatie en bestraffing van demonstranten en dissidenten. Een van de eerste hoge ambtenaren die in 2009 om de aanhouding van Moussavi, Karroubi en Khatami verzochten. Hij steunde het gebruik van technieken die indruisen tegen het recht op een eerlijk proces, waaronder openbare schuldbekentenissen en hij gaf de inhoud van ondervragingen vrij voorafgaand aan processen. Uit bewijs blijkt tevens dat hij het gebruik van geweld tegen demonstranten goedkeurde, en als integraal lid van de IRGC was hij naar alle waarschijnlijkheid op de hoogte van het gebruik van harde ondervragingstechnieken om bekentenissen af te dwingen.

10.10.2011

44.

JAZAYERI Massoud

 

Vicechef-staf van de verenigde strijdkrachten van Iran, belast met culturele zaken (ook bekend als het hoofdkwartier voorlichting inzake defensie). Als vicechef-staf werkte hij actief mee aan de repressie van de betogingen in 2009. In een interview in de krant Kayhan waarschuwde hij dat tal van demonstranten binnen en buiten Iran waren geïdentificeerd en te gepasten tijde zouden worden aangepakt. Hij heeft openlijk opgeroepen tot een verbod op buitenlandse massamedia en de Iraanse oppositie. In 2010 vroeg hij de regering strengere wetten uit te vaardigen tegen Iraniërs die samenwerken met buitenlandse media.

10.10.2011

45.

JOKAR Mohammad Saleh

 

Afgevaardigde voor parlementaire aangelegenheden van de Revolutionaire Garde. Van 2011 tot 2016 parlementslid voor de provincie Yazd en lid van het parlementair comité voor Nationaal Veiligheids- en Buitenlandbeleid. Voormalig bevelhebber van de Basij-studentenmilitie.

In deze functie was hij actief betrokken bij het onderdrukken van betogingen en de indoctrinatie van kinderen en jongeren teneinde de onderdrukking van vrije meningsuiting en dissidentie voort te zetten. Als lid van het parlementair comité voor Nationaal Veiligheids- en Buitenlandbeleid steunde hij openlijk de onderdrukking van het verzet tegen de regering.

10.10.2011

46.

KAMALIAN Behrouz (ook bekend als: Hackers Brain, Behrooz_Ice)

Geboorteplaats: Teheran

Geboortedatum: 1983

Hoofd van de "Ashiyaneh" cyber group, die gelieerd is aan het Iraanse regime. "Ashiyaneh Digital Security", opgericht door Behrouz Kamalian, is verantwoordelijk voor intensieve cyberaanvallen tegen zowel binnenlandse tegenstanders en hervormers als buitenlandse instellingen. Via haar activiteiten heeft Kamalians organisatie Ashiyaneh het regime bijgestaan bij de repressie van de oppositie, waarbij talrijke mensenrechtenschendingen zijn begaan.

10.10.2011

49.

MALEKI Mojtaba

 

Plaatsvervangend hoofd van het ministerie van Justitie in de provincie Khorasan Razavi. Voormalig openbaar aanklager van Kermanshah. Heeft een rol gespeeld in het hoge aantal doodvonnissen in Iran, onder meer als aanklager in de zaken tegen zeven gevangenen die werden veroordeeld wegens drugshandel en op 3 januari 2010 werden opgehangen in de centrale gevangenis van Kermanshah.

10.10.2011

50.

OMIDI Mehrdad (ook bekend als: Reza; OMIDI Reza)

 

Hoofd van afdeling VI van de politie, eenheid onderzoek. Voormalig hoofd van de inlichtingendiensten van de Iraanse politie. Voormalig hoofd van de eenheid computercriminaliteit van de Iraanse politie. Hij was verantwoordelijk voor duizenden onderzoeken en aanklachten tegen hervormers en politieke tegenstanders die het internet gebruiken. Hij was derhalve verantwoordelijk voor ernstige mensenrechtenschendingen bij de repressie tegen personen die opkomen voor hun legitieme rechten, waaronder het recht op vrije meningsuiting, tijdens en na de groene beweging in 2009.

10.10.2011

51.

SALARKIA Mahmoud

Voormalig directeur van de voetbalclub "Persepolis" van Teheran

Voormalig hoofd van de Commissie brandstof en vervoer van de stad Teheran. Plaatsvervangend hoofdaanklager van Teheran, bevoegd voor gevangenisaangelegenheden, tijdens het hardhandige politieoptreden van 2009. Als plaatsvervangend hoofdaanklager van Teheran, bevoegd voor gevangenisaangelegenheden, was hij rechtstreeks verantwoordelijk voor vele arrestatiebevelen tegen onschuldige, vreedzame betogers en activisten. Uit talrijke rapporten van mensenrechtenverdedigers blijkt dat nagenoeg alle mensen die werden aangehouden, op zijn bevel van de buitenwereld werden afgesloten, zonder contact met hun advocaat of familie, zonder aanklacht, voor wisselende perioden, vaak in omstandigheden die neerkomen op gedwongen verdwijning. Hun families zijn vaak niet op de hoogte gebracht van hun aanhouding.

10.10.2011

52.

KHODAEI SOURI Hojatollah

Geboorteplaats: Selseleh (Iran)

Geboortedatum: 1964

Lid van de Commissie voor nationale veiligheid en buitenlands beleid. Parlementslid voor de provincie Lorestan. Lid van de Parlementaire Commissie voor buitenlands- en veiligheidsbeleid. Hoofd van de gevangenis in Evin tot en met 2012. Onder zijn leiding waren folteringen in de gevangenis van Evin een gangbare praktijk. In afdeling 209 werden vele activisten vastgehouden voor hun vreedzame oppositie tegen de zittende regering.

10.10.2011

54.

TAMADDON Morteza (ook bekend als: TAMADON Morteza)

Geboorteplaats: Shahr Kord-Isfahan

Geboortedatum: 1959

Voormalig hoofd van de openbare veiligheidsraad van de provincie Teheran. Voormalig gouverneur-generaal van de provincie Teheran voor de IRGC. Als gouverneur en hoofd van de openbare veiligheidsraad van de provincie Teheran had hij de algemene verantwoordelijkheid voor alle repressieactiviteiten door de IRGC in de provincie Teheran, inclusief het hardhandige optreden tegen het politieke protest sinds juni 2009. Momenteel lid van de raad van bestuur van de technologie-universiteit Khajeh Nasireddin Tusiy.

10.10.2011

55.

ZEBHI Hossein

 

Eerste plaatsvervangend adviseur van de rechterlijke macht en rechter bij het Hooggerechtshof. Plaatsvervangend procureur-generaal van Iran (2007-2015). In zijn rol was hij verantwoordelijk voor rechtszaken met betrekking tot de protesten na de verkiezingen in 2009 die in strijd met de mensenrechten zijn gevoerd. In deze functie liet hij ook buitensporige bestraffing van drugsdelicten toe.

10.10.2011

56.

BAHRAMI Mohammad-Kazem

 

Hoofd van de bestuursrechtbank. Hij was als hoofd van de militaire rechtbank medeplichtig aan de onderdrukking van vreedzame betogingen in 2009.

10.10.2011

57.

HAJMOHAM-MADI Aziz

 

Rechter bij het strafhof van de provincie Teheran. Hij heeft verscheidene rechtszaken tegen betogers geleid, met name die tegen Abdol-Reza Ghanbari, een leraar die in januari 2010 werd aangehouden en voor zijn politieke activiteiten ter dood werd veroordeeld.

10.10.2011

58.

BAGHERI Mohammad-Bagher

 

Vicevoorzitter van de administratie van de rechterlijke macht van de provincie Zuid-Khorasan, belast met misdaadpreventie. Hij heeft in juni 2011 erkend dat er 140 terechtstellingen zijn uitgevoerd in de periode van maart 2010 tot en met maart 2011, maar tijdens diezelfde periode zouden er in de provincie Zuid-Khorasan nog een honderdtal andere executies zijn uitgevoerd, zonder dat de families of de advocaten op de hoogte werden gebracht. Hij was bijgevolg medeplichtig aan een ernstige schending van het recht op een behoorlijke rechtsgang, waarmee hij bijdroeg aan een groot aantal doodvonnissen.

10.10.2011

60.

HOSSEINI Dr Mohammad (ook bekend als: HOSSEYNI, Dr Seyyed Mohammad; Seyed, Sayyed en Sayyid)

Geboorteplaats: Rafsanjan, Kerman

Geboortedatum: 1961

Adviseur van voormalig president Mahmoud Ahmadinejad en woordvoerder voor de harde vleugel van YEKTA. Minister van Cultuur en Islamitische Leiding (2009-2013). Als voormalig lid van de IRGC was hij medeplichtig aan de repressie van journalisten.

10.10.2011

64.

KAZEMI Toraj

 

Hoofd van de door de EU op de lijst geplaatste cyberpolitie. In die hoedanigheid heeft hij een campagne aangekondigd waarbij hackers zouden worden aangeworven om in opdracht van de regering de informatie op het internet beter te controleren en "schadelijke" websites aan te vallen.

23.3.2012

65.

LARIJANI Sadeq

Geboorteplaats: Najaf (Irak)

Geboortedatum: 1960 of augustus 1961

Benoemd tot Hoofd van de Raad van geschiktheid en oordeel (Expediency Council) op 29 december 2018. Hoofd van de rechterlijke macht vanaf 2009. Moet, als hoofd van de rechterlijke macht, zijn fiat geven voor en handtekening plaatsen onder elke straf in verband met qisas (schuldvergeldingsvonnissen), hodoud (misdaden tegen God) en ta'zirat (misdaden tegen de staat). Hieronder vallen de doodstraf, geselingen en amputaties. In dit verband heeft hij persoonlijk zijn handtekening geplaatst onder talrijke doodstraffen, in strijd met internationale normen, waaronder stenigingen, executies door ophanging, executies van minderjarigen, en publieke executies, bijvoorbeeld van gevangenen die voor een publiek van duizenden aan bruggen zijn opgehangen. Derhalve heeft hij bijgedragen aan een groot aantal executies. Hij heeft tevens toestemming gegeven voor lijfstraffen, zoals amputaties en de toediening van druppels zuur in de ogen van veroordeelden. Sinds Sadeq Larijani in functie is, is het aantal willekeurige aanhoudingen van politieke gevangenen, mensenrechtenverdedigers en minderheden aanzienlijk toegenomen. Sadeq Larijani draagt tevens de verantwoordelijkheid voor systemische tekortkomingen op het gebied van het recht op een eerlijk proces in de Iraanse rechtsgang.

23.3.2012

69.

MORTAZAVI Seyyed Solat

Geboorteplaats: Farsan, Tchar Mahal-o-Bakhtiari (Zuid) - (Iran)

Geboortedatum: 1967

Voormalig burgemeester van de op een na grootste stad van Iran, Mashad, waar regelmatig openbare executies plaatsvinden. Voormalig viceminister van Binnenlandse Zaken, belast met Politieke Zaken, benoemd in 2009. In die hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor het organiseren van repressie tegen personen die opkwamen voor hun legitieme rechten, zoals de vrijheid van meningsuiting. Later benoemd tot hoofd van de Iraanse kiescommissie voor de parlementsverkiezingen in 2012 en de presidentsverkiezingen in 2013.

23.3.2012

73.

FAHRADI Ali

 

Plaatsvervangend hoofd van de inspectiedienst juridische zaken en openbare inspectie van het ministerie van Justitie van Teheran. Voormalig openbaar aanklager van Karaj. Verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten onder meer als aanklager in processen waarin de doodstraf werd uitgesproken. Tijdens zijn termijn als openbaar aanklager vond in de regio Karaj een groot aantal executies plaats.

23.3.2012

79.

RASHIDI AGHDAM Ali Ashraf (ook bekend als: Ali Ashraf Rostami Aghdam)

 

Voormalig hoofd van de gevangenis in Evin, aangesteld medio 2012. Tijdens zijn termijn gingen de omstandigheden in de gevangenis erop achteruit en werden meer mishandelingen van gevangenen gemeld. In oktober 2012 zijn negen vrouwelijke gevangenen in hongerstaking gegaan uit protest tegen de schending van hun rechten en hun gewelddadige behandeling door de gevangenisbewakers.

12.3.2013

83.

JAFARI Asadollah

 

Als openbaar aanklager van de provincie Mazandaran vorderde Jafari de doodstraf in door hem gevoerde rechtszaken, wat heeft geleid tot vele executies, met name in het openbaar, en in omstandigheden waar het opleggen van de doodstraf strijdig is met de internationale mensenrechten doordat zij een onevenredige en buitensporige straf vormt. Was ook verantwoordelijk voor onrechtmatige arrestaties en schendingen van de rechten van Bahá'í-gedetineerden, vanaf de arrestatie tot de eenzame opsluiting in het detentiecentrum van de inlichtingendiensten.

12.3.2013

85.

HAMLBAR Rahim

 

Rechter bij afdeling 1 van de revolutionaire rechtbank van Tabriz. Heeft zware straffen uitgesproken tegen leden van de etnische minderheid van de Azeri en activisten die opkomen voor de rechten van werknemers, die beschuldigd werden van spionage, activiteiten die indruisen tegen de nationale veiligheid, propaganda tegen het Iraanse regime en belediging van het staatshoofd. In een geruchtmakende zaak zijn 20 personen die vrijwillig aan de reddingswerken na de aardbeving in Iran van augustus 2012 hadden deelgenomen, tot gevangenisstraffen veroordeeld omdat zij getracht hadden de slachtoffers van de aardbeving bij te staan. De rechtbank heeft de reddingswerkers schuldig bevonden aan "samenzwering en samenspanning met het oogmerk misdrijven tegen de nationale veiligheid te begaan".

12.3.2013"

Entiteiten

 

Benaming

Informatie ter identificatie

Motivering

Datum van plaatsing op de lijst

"1.

Cyberpolitie

Locatie: Teheran, Iran Website: http://www.cyberpolice.ir

De Iraanse cyberpolitie is een eenheid van de nationale politie van Iran die vanaf haar oprichting in januari 2011 tot begin 2015 onder leiding stond van Esmail Ahmadi-Moqaddam (op de lijst geplaatst). Ahmadi-Moqaddam beklemtoonde dat de cyberpolitie de antirevolutionaire en dissidente groeperingen die in 2009 via sociale netwerken op het internet hadden opgeroepen tot protest tegen de herverkiezing van president Mahmoud Ahmadinejad, zou aanpakken. In januari 2012 heeft de cyberpolitie nieuwe instructies voor internetcafés uitgevaardigd, die inhouden dat gebruikers persoonlijke informatie moeten verstrekken die gedurende zes maanden moet worden bewaard door de café-exploitanten, samen met een overzicht van de bezochte websites. De instructies houden ook in dat café-exploitanten camerabewaking moeten installeren en de opnames gedurende zes maanden moeten bewaren. Deze nieuwe instructies houden in dat een register kan worden gecreëerd waarmee de autoriteiten activisten of iedereen die zij als een bedreiging voor de nationale veiligheid beschouwen, kunnen opsporen.

In juni 2012 zijn in de Iraanse media berichten verschenen dat de cyberpolitie hard zou gaan optreden tegen VPN's (virtuele private netwerken). Op 30 oktober 2012 heeft de cyberpolitie de blogger Sattar Beheshti zonder arrestatiebevel gearresteerd in verband met "acties tegen de nationale veiligheid op sociale netwerken en Facebook". Beheshti had in zijn blog kritiek geuit op de Iraanse overheid. Beheshti is op 3 november 2012 dood aangetroffen in zijn cel en is vermoedelijk doodgemarteld door leden van de cyberpolitie.

12.3.2013"