ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 255

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

61e jaargang
11 oktober 2018


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1506 van de Commissie van 10 oktober 2018 inzake uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen voor de sectoren eieren en pluimveevlees in Italië

1

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1507 van de Commissie van 10 oktober 2018 inzake uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen voor de sectoren eieren en pluimveevlees in Polen

7

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1508 van de Commissie van 10 oktober 2018 tot vaststelling van de afschrijvingscoëfficiënt die moet worden toegepast bij de aankopen van mageremelkpoeder in het kader van de openbare interventie in het boekjaar 2019

12

 

 

BESLUITEN

 

*

Besluit (EU) 2018/1509 van de Raad van 2 oktober 2018 tot benoeming van een lid van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Bondsrepubliek Duitsland

14

 

*

Besluit (EU) 2018/1510 van de Raad van 8 oktober 2018 tot benoeming van twee leden van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Italiaanse Republiek

15

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1511 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6452)

16

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1512 van de Commissie van 10 oktober 2018 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten (Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6761)  ( 1 )

18

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/1506 VAN DE COMMISSIE

van 10 oktober 2018

inzake uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen voor de sectoren eieren en pluimveevlees in Italië

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 220, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Tussen 30 april 2016 en 28 september 2017 heeft Italië 43 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van de subtypen H5 en H7 bevestigd en gemeld. De getroffen soorten zijn eenden, kalkoenen, parelhoenders, en kuikens, kippen, jonge kippen en leghennen van de soort Gallus domesticus.

(2)

Italië heeft onmiddellijk en op efficiënte wijze alle noodzakelijke diergezondheids- en veterinaire maatregelen genomen die overeenkomstig Richtlijn 2005/94/EG van de Raad (2) vereist waren.

(3)

Met name heeft Italië bestrijdings-, monitoring- en voorzorgsmaatregelen genomen en beschermings- en toezichtsgebieden (hierna „gereglementeerde gebieden” genoemd) ingesteld op grond van de Uitvoeringsbesluiten (EU) 2016/697 (3), (EU) 2017/155 (4), (EU) 2017/247 (5) (EU) 2017/263 (6), (EU) 2017/417 (7), (EU) 2017/554 (8), (EU) 2017/696 (9), (EU) 2017/780 (10), (EU) 2017/977 (11), (EU) 2017/1397 (12), (EU) 2017/1415 (13), (EU) 2017/1484 (14), (EU) 2017/1519 (15) en (EU) 2017/1593 (16) van de Commissie.

(4)

Italië heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de noodzakelijke gezondheids- en veterinaire maatregelen die werden genomen om de ziekte in te dammen en uit te roeien, nadelig waren voor een zeer groot aantal marktdeelnemers en dat die marktdeelnemers inkomstenverliezen hebben geleden die niet in aanmerking komen voor een financiële bijdrage van de Unie op grond van Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad (17).

(5)

Op 9 maart 2018 heeft de Commissie van Italië een formeel verzoek op grond van artikel 220, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 ontvangen tot cofinanciering van bepaalde uitzonderlijke maatregelen voor de tussen 30 april 2016 en 28 september 2017 bevestigde uitbraken. Op 1 juni 2018, 14 juni 2018, 22 juni 2018 en 11 juli 2018 hebben de Italiaanse autoriteiten hun verzoek verduidelijkt en gedocumenteerd.

(6)

Als gevolg van de in overweging 3 bedoelde diergezondheids- en veterinaire maatregelen werden de stilleggingsperioden verlengd, was de plaatsing van vogels verboden en werden verplaatsingen beperkt op alle soorten pluimveehouderijen in de gereglementeerde gebieden die waren ingesteld naar aanleiding van uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van de subtypen H5 en H7. Het ging daarbij om de volgende soorten: eenden, kalkoenen, parelhoenders, en kuikens, kippen, jonge kippen en leghennen van de soort Gallus domesticus. Dit heeft in deze bedrijven tot verliezen bij de productie van broedeieren, consumptie-eieren en pluimveevlees geleid. Het is dan ook passend de verliezen wegens de vernietiging, verwerking en afwaardering van eieren en wegens de niet-productie van dieren, een langere vetmestperiode of ruiming te compenseren.

(7)

Overeenkomstig artikel 220, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 cofinanciert de Unie 50 % van de uitgaven van Italië voor de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen. Na doorlichting van het verzoek van Italië in verband met de tussen 30 april 2016 en 28 september 2017 bevestigde uitbraken moet de Commissie de maximumhoeveelheden vaststellen die per uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregel in aanmerking komen voor financiering.

(8)

Om elk risico op overcompensatie te voorkomen, moet het forfaitaire bedrag van de cofinanciering op technische en economische studies of op boekhoudkundige documenten worden gebaseerd en worden vastgesteld op een niveau dat voor elk dier en product passend is naargelang van de categorie waartoe ze behoren.

(9)

Om elk risico van dubbele financiering uit te sluiten, mogen de geleden verliezen niet zijn gecompenseerd door middel van staatssteun of via een verzekering en moet de cofinanciering van de Unie in het kader van deze verordening beperkt blijven tot subsidiabele dieren en producten waarvoor geen financiële bijdrage van de Unie is ontvangen in het kader van Verordening (EU) nr. 652/2014.

(10)

De reikwijdte en de duur van de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen waarin deze verordening voorziet, moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is om de markt te ondersteunen. Met name mogen de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen alleen van toepassing zijn op de productie van pluimvee en eieren in de bedrijven in de gereglementeerde gebieden en voor de duur van de diergezondsheids- en veterinaire maatregelen die in de wetgeving van de Unie en van Italië zijn vastgesteld met betrekking tot de 43 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza die zijn bevestigd tussen 30 april 2016 en 28 september 2017, en met betrekking tot de respectieve gereglementeerde gebieden.

(11)

Om voor de nodige flexibiliteit te zorgen in het geval dat de voor compensatie in aanmerking komende aantallen dieren of eieren verschillen van de in deze verordening vastgestelde maximale aantallen, die zijn gebaseerd op ramingen, kan de compensatie binnen bepaalde grenzen worden aangepast, zolang het maximale bedrag van door de Unie gecofinancierde uitgaven in acht wordt genomen.

(12)

Met het oog op een goed budgettair beheer van deze uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen mogen enkel de betalingen die Italië uiterlijk op 30 september 2019 aan de begunstigden heeft verricht, in aanmerking komen voor cofinanciering door de Unie. Artikel 5, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie (18) dient niet van toepassing te zijn.

(13)

Om de subsidiabiliteit en de juistheid van de betalingen te waarborgen, moet Italië voorafgaande controles verrichten.

(14)

Italië moet de Commissie van de goedkeuring van betalingen in kennis stellen, zodat de Unie haar financiële controles kan verrichten.

(15)

Om ervoor te zorgen dat Italië de in deze verordening vastgestelde maatregelen onmiddellijk kan toepassen, moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(16)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De Unie cofinanciert 50 % van de uitgaven die Italië heeft verricht voor de ondersteuning van de markt van broedeieren, consumptie-eieren en pluimveevlees, die ernstig werd getroffen door de 43 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van de subtypen H5 en H7 die Italië tussen 30 april 2016 en 28 september 2017 heeft gedetecteerd en bevestigd.

Artikel 2

De door Italië gedane uitgaven komen slechts voor cofinanciering door de Unie in aanmerking:

a)

voor de duur van de toepassing van de diergezondheids- en veterinaire maatregelen die zijn vastgesteld in de in de bijlage opgenomen wetgeving van de Unie en van Italië en die betrekking hebben op de in artikel 1 vastgestelde periode, en

b)

voor de pluimveebedrijven die zijn onderworpen aan de diergezondheids- en veterinaire maatregelen en zich bevinden in de gebieden als bedoeld in de in de bijlage opgenomen wetgeving van de Unie en van Italië („de gereglementeerde gebieden”), en

c)

indien zij uiterlijk op 30 september 2019 door Italië aan de begunstigden zijn betaald. Artikel 5, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 is niet van toepassing, en

d)

indien voor het dier of product, voor de onder a) bedoelde periode geen compensatie door middel van staatssteun of een verzekering is betaald en geen financiële bijdrage van de Unie in het kader van Verordening (EU) nr. 652/2014 is ontvangen.

Artikel 3

1.   De maximale cofinanciering van de Unie bedraagt 11,1 miljoen EUR, en wordt als volgt uitgesplitst:

a)

voor de verliezen bij de productie van pluimvee in het gereglementeerde gebied gelden de volgende forfaitaire bedragen:

i)

0,11 EUR per vernietigd broedei van GN-code 0407 11 00, voor maximaal 2 320 318 eieren,

ii)

0,07895 EUR per tot eierproduct verwerkt broedei van GN-code 0407 11 00, voor maximaal 2 935 380 eieren,

iii)

0,057 EUR per tot voeder voor gezelschapsdieren afgewaardeerd broedei van GN-code 0407 11 00, voor maximaal 190 000 eieren,

iv)

0,019 EUR per tot eierproduct verwerkt kooi-ei van GN-code 0407 11 00, voor maximaal 5 788 593 eieren,

v)

0,02375 EUR per tot eierproduct verwerkt volière-ei van GN-code 0407 11 00, voor maximaal 37 903 308 eieren,

vi)

0,085 EUR per week per vrouwelijke vleeskalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 1 342 757 dieren,

vii)

0,129 EUR per week per mannelijke vleeskalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 2 397 112 dieren,

viii)

0,045 EUR per week per parelhoender van GN-code 0105 99 50, voor maximaal 194 548 dieren,

ix)

0,045 EUR per week per vleeskuiken van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 27 626 088 dieren,

x)

0,12385 EUR per week per vleeseend van GN-code 0105 99 10, voor maximaal 41 302 dieren,

xi)

0,085 EUR per week per kooileghen van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 176 000 dieren,

xii)

0,1065 EUR per week per volièreleghen van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 932 625 dieren,

xiii)

0,04 EUR per week per jonge volièrekip van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 414 900 dieren;

b)

voor verliezen in verband met een langere vetmestperiode vanwege het verplaatsingsverbod in de gereglementeerde gebieden gelden de volgende forfaitaire bedragen per dier:

i)

0,115 EUR per week per jonge standaardkip van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 400 553 dieren,

ii)

0,0995 EUR per week per standaardkip van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 754 942 dieren,

iii)

0,0995 EUR per week per parelhoender van GN-code 0105 99 50, voor maximaal 1 277 dieren,

iv)

0,46 EUR per week per standaardkalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 12 662 dieren,

v)

8,46 EUR per reuzenkalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 12 662 dieren,

vi)

0,2618 EUR per week per vleeseend van GN-code 0105 99 10, voor maximaal 7 700 dieren;

c)

voor de ruiming van pluimvee in de gereglementeerde gebieden gelden de volgende forfaitaire bedragen per dier:

i)

0,5183 EUR per vrouwelijke kalkoen van GN-code 0105 12 00, voor maximaal 144 580 dieren,

ii)

1,03 EUR per mannelijke kalkoen van GN-code 0105 12 00, voor maximaal 186 080 dieren,

iii)

0,18375 EUR per kip van GN-code 0105 11 19, voor maximaal 37 000 dieren,

iv)

0,20875 EUR per plattelandskip van GN-code 0105 11 19, voor maximaal 779 519 dieren;

d)

voor de verliezen bij de productie van fokdieren in de gereglementeerde gebieden gelden de volgende forfaitaire bedragen per dier:

i)

0,1815 EUR per vleeskuiken van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 853 692 dieren,

ii)

1,2225 EUR per kalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 48 050 dieren.

2.   Wanneer het voor compensatie in aanmerking komende aantal dieren of eieren hoger is dan het maximale aantal dieren of eieren per post als bedoeld in lid 1, kunnen de voor cofinanciering door de Unie in aanmerking komende uitgaven worden aangepast per post en verder gaan dan de bedragen die voortvloeien uit de toepassing van de maximale aantallen per post, op voorwaarde dat het totale bedrag aan aanpassingen lager blijft dan 10 % van het in lid 1 bedoelde maximale niveau van de door de Unie gecofinancierde uitgaven.

Artikel 4

Italië verricht de administratieve en fysieke controles overeenkomstig de artikelen 58 en 59 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad (19).

Italië verifieert, met name:

a)

of de indiener van de steunaanvraag in aanmerking komt voor steun;

b)

voor elke in aanmerking komende aanvrager: de subsidiabiliteit, de hoeveelheid en de waarde van het werkelijke productieverlies;

c)

of de in aanmerking komende aanvragers geen financiering uit andere bronnen hebben ontvangen om de in artikel 2 bedoelde verliezen te compenseren.

Voor de in aanmerking komende aanvragers voor wie de administratieve controles zijn afgerond, kan de steun worden betaald zonder te wachten totdat alle controles zijn verricht, met name die welke zullen worden verricht bij aanvragers die voor een controle ter plaatse zijn geselecteerd.

In de gevallen waarin de subsidiabiliteit van een aanvrager niet wordt bevestigd, wordt de steun teruggevorderd en worden sancties toegepast.

Artikel 5

Italië stelt de Commissie in kennis van de goedkeuring van de betalingen.

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 oktober 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  Richtlijn 2005/94/EG van de Raad van 20 december 2005 betreffende communautaire maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza en tot intrekking van Richtlijn 92/40/EEG (PB L 10 van 14.1.2006, blz. 16).

(3)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/697 van de Commissie van 4 mei 2016 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H7N7 in Italië (PB L 120 van 5.5.2016, blz. 35).

(4)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/155 van de Commissie van 26 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 23 van 28.1.2017, blz. 25).

(5)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 van de Commissie van 9 februari 2017 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 62).

(6)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/263 van de Commissie van 14 februari 2017 betreffende risicobeperkende en versterkte bioveiligheidsmaatregelen en systemen voor vroege opsporing in verband met de risico's die wilde vogels inhouden wat de overdracht van hoogpathogene aviaire-influenzavirussen op pluimvee betreft (PB L 39 van 16.2.2017, blz. 6).

(7)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/417 van de Commissie van 7 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 177).

(8)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/554 van de Commissie van 23 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 79 van 24.3.2017, blz. 15).

(9)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/696 van de Commissie van 11 april 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 101 van 12.4.2017, blz. 80).

(10)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/780 van de Commissie van 3 mei 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 116 van 5.5.2017, blz. 30).

(11)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/977 van de Commissie van 8 juni 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 146 van 9.6.2017, blz. 155).

(12)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1397 van de Commissie van 27 juli 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 197 van 28.7.2017, blz. 13).

(13)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1415 van de Commissie van 3 augustus 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 203 van 4.8.2017, blz. 9).

(14)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1484 van de Commissie van 17 augustus 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 214 van 18.8.2017, blz. 28).

(15)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1519 van de Commissie van 1 september 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 228 van 2.9.2017, blz. 1).

(16)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1593 van de Commissie van 20 september 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 243 van 21.9.2017, blz. 14).

(17)  Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 tot vaststelling van bepalingen betreffende het beheer van de uitgaven in verband met de voedselketen, diergezondheid en dierenwelzijn, alsmede in verband met plantgezondheid en teeltmateriaal, tot wijziging van de Richtlijnen 98/56/EG, 2000/29/EG en 2008/90/EG van de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 178/2002, (EG) nr. 882/2004 en (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Besluiten 66/399/EEG en 76/894/EEG en Beschikking 2009/470/EG van de Raad (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1).

(18)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de betaalorganen en andere instanties, het financieel beheer, de goedkeuring van de rekeningen, de zekerheden en het gebruik van de euro (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 18).

(19)  Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549).


BIJLAGE

Gereglementeerde gebieden en perioden als bedoeld in artikel 2

De delen van Italië en de perioden die zijn vastgesteld overeenkomstig Richtlijn 2005/94/EG en zijn omschreven in:

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/697 van de Commissie van 4 mei 2016 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H7N7 in Italië (PB L 120 van 5.5.2016, blz. 35).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/155 van de Commissie van 26 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 23 van 28.1.2017, blz. 25).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 van de Commissie van 9 februari 2017 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 62).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/263 van de Commissie van 14 februari 2017 betreffende risicobeperkende en versterkte bioveiligheidsmaatregelen en systemen voor vroege opsporing in verband met de risico's die wilde vogels inhouden wat de overdracht van hoogpathogene aviaire-influenzavirussen op pluimvee betreft (PB L 39 van 16.2.2017, blz. 6).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/417 van de Commissie van 7 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 177).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/554 van de Commissie van 23 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 79 van 24.3.2017, blz. 15).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/696 van de Commissie van 11 april 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 101 van 13.4.2017, blz. 80).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/780 van de Commissie van 3 mei 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 116 van 5.5.2017, blz. 30).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/977 van de Commissie van 8 juni 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 146 van 9.6.2017, blz. 155).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1397 van de Commissie van 27 juli 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 197 van 28.7.2017, blz. 13).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1415 van de Commissie van 3 augustus 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 203 van 4.8.2017, blz. 9).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1484 van de Commissie van 17 augustus 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 214 van 18.8.2017, blz. 28).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1519 van de Commissie van 1 september 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 228 van 2.9.2017, blz. 1).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1593 van de Commissie van 20 september 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 243 van 21.9.2017, blz. 14).

Besluiten van het ministerie van Volksgezondheid houdende aangifte van besmetting betreffende de haarden van hoogpathogene aviaire influenza die tussen 30 april 2016 en 28 september 2017 zijn bevestigd.


11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/7


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/1507 VAN DE COMMISSIE

van 10 oktober 2018

inzake uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen voor de sectoren eieren en pluimveevlees in Polen

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 220, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Tussen 3 december 2016 en 16 maart 2017 heeft Polen 65 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5 bevestigd en gemeld. De getroffen soorten zijn eenden, ganzen, kalkoenen, en kuikens en leghennen van de soort Gallus domesticus.

(2)

Polen heeft onmiddellijk en op efficiënte wijze alle noodzakelijke diergezondheids- en veterinaire maatregelen genomen die overeenkomstig Richtlijn 2005/94/EG van de Raad (2) vereist waren.

(3)

Met name heeft Polen bestrijdings-, monitoring- en voorzorgsmaatregelen genomen en beschermings- en toezichtsgebieden (hierna „gereglementeerde gebieden” genoemd) ingesteld op grond van de Uitvoeringsbesluiten (EU) 2016/2219 (3), (EU) 2016/2367 (4), (EU) 2017/14 (5), (EU) 2017/116 (6), (EU) 2017/155 (7), (EU) 2017/247 (8), (EU) 2017/417 (9) en (EU) 2017/554 (10) van de Commissie.

(4)

Door die maatregelen toe te passen, is Polen erin geslaagd de ziekte in te dammen en uit te roeien. De uniale en nationale diergezondheids- en veterinaire maatregelen werden in alle betrokken bedrijven toegepast tot en met 22 mei 2017.

(5)

Polen heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de noodzakelijke gezondheids- en veterinaire maatregelen die werden genomen om de ziekte in te dammen en uit te roeien, nadelig waren voor een zeer groot aantal marktdeelnemers en dat die marktdeelnemers inkomstenverliezen hebben geleden die niet in aanmerking komen voor een financiële bijdrage van de Unie op grond van Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad (11).

(6)

Op 17 juli 2017 heeft de Commissie een formeel verzoek van Polen ontvangen tot cofinanciering van bepaalde uitzonderlijke maatregelen uit hoofde van artikel 220, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1308/2013. Op 11 april 2018, 10 mei 2018 en 19 juni 2018 hebben de Poolse autoriteiten hun verzoek verduidelijkt.

(7)

Als gevolg van de toegepaste diergezondheids- en veterinaire maatregelen werden de stilleggingsperioden verlengd, was de plaatsing van vogels verboden en werden verplaatsingen beperkt op alle soorten pluimveehouderijen in de gereglementeerde gebieden die waren ingesteld naar aanleiding van uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5. Het ging daarbij om de volgende soorten: eenden, ganzen, kalkoenen, en kuikens en leghennen van de soort Gallus domesticus Dit heeft in deze pluimveebedrijven tot verliezen bij de productie geleid. Het is dan ook passend deze verliezen te compenseren.

(8)

Overeenkomstig artikel 220, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 cofinanciert de Unie 50 % van de uitgaven van Polen voor de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen. Na doorlichting van het verzoek van Polen moet de Commissie de maximumhoeveelheden vaststellen die per uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregel in aanmerking komen voor financiering.

(9)

Om elk risico op overcompensatie te voorkomen, moet het forfaitaire bedrag op technische en economische studies of op boekhoudkundige documenten worden gebaseerd en worden vastgesteld op een niveau dat voor elk dier en product passend is naargelang van de categorie waartoe de geproduceerde dieren behoren.

(10)

Om elk risico van dubbele financiering uit te sluiten, mogen de geleden verliezen niet zijn gecompenseerd door middel van staatssteun of via een verzekering en moet de cofinanciering van de Unie in het kader van deze verordening beperkt blijven tot subsidiabele dieren en producten waarvoor geen financiële bijdrage van de Unie is ontvangen in het kader van Verordening (EU) nr. 652/2014.

(11)

De reikwijdte en de duur van de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen waarin deze verordening voorziet, moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is om de markt te ondersteunen. Met name mogen de uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen alleen van toepassing zijn op de productie van pluimvee in de bedrijven in de gereglementeerde gebieden en voor de duur van de diergezondsheids- en veterinaire maatregelen die in de wetgeving van de Unie en van Polen zijn vastgesteld met betrekking tot de 65 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza die zijn bevestigd tussen 3 december 2016 en 16 maart 2017, en met betrekking tot de respectieve gereglementeerde gebieden.

(12)

Met het oog op een goed budgettair beheer van deze uitzonderlijke marktondersteuningsmaatregelen mogen enkel de betalingen die Polen uiterlijk op 30 september 2019 aan de begunstigden heeft verricht, in aanmerking komen voor cofinanciering door de Unie. Artikel 5, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie (12) dient niet van toepassing te zijn.

(13)

Om de subsidiabiliteit en de juistheid van de betalingen te waarborgen, moet Polen voorafgaande controles verrichten.

(14)

Polen moet de Commissie van de goedkeuring van betalingen in kennis stellen, zodat de Unie haar financiële controles kan verrichten.

(15)

Aangezien de beperkingen in verband met de uitbraken van aviaire influenza op verschillende datums in werking zijn getreden in de betrokken gereglementeerde gebieden en aangezien deze verordening niet in een uiterste datum voor de indiening van de steunaanvragen voorziet, is het passend voor de toepassing van artikel 29, lid 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening als het ontstaansfeit voor de wisselkoers van de in deze verordening vastgestelde bedragen te beschouwen.

(16)

Om ervoor te zorgen dat Polen de in deze verordening vastgestelde maatregelen onmiddellijk kan toepassen, moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(17)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De Unie cofinanciert 50 % van de uitgaven die Polen heeft verricht voor de ondersteuning van de markt van eieren en pluimveevlees die ernstig werd getroffen door de 65 uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5 die Polen tussen 3 december 2016 en 16 maart 2017 heeft gedetecteerd en gemeld.

Artikel 2

De door Polen gedane uitgaven komen slechts voor cofinanciering door de Unie in aanmerking:

a)

voor de duur van de toepassing van de diergezondheids- en veterinaire maatregelen die zijn vastgesteld in de in de bijlage opgenomen wetgeving van de Unie en van Polen en die betrekking hebben op de in artikel 1 vastgestelde periode, en

b)

voor de pluimveebedrijven die zijn onderworpen aan de diergezondheids- en veterinaire maatregelen en zich bevinden in de gebieden als bedoeld in de in de bijlage opgenomen wetgeving van de Unie en van Polen („de gereglementeerde gebieden”), en

c)

indien zij uiterlijk op 30 september 2019 door Polen aan de begunstigden zijn betaald. Artikel 5, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 is niet van toepassing, en

d)

indien voor het dier of product, voor de onder a) bedoelde periode geen compensatie door middel van staatssteun of een verzekering is betaald en geen financiële bijdrage van de Unie in het kader van Verordening (EU) nr. 652/2014 is ontvangen.

Artikel 3

De maximale cofinanciering van de Unie bedraagt 1,411 miljoen EUR, voor de verliezen bij de productie van pluimvee in de gereglementeerde gebieden. De volgende forfaitaire bedragen gelden:

a)

0,0059 EUR per dag per leghen van GN code 0105 94 00, voor maximaal 186 598 dieren;

b)

0,0085 EUR per dag per vleeskip van GN-code 0105 94 00, voor maximaal 474 567 dieren,

c)

0,01075 EUR per dag per vleeseend van GN-code 0105 99 10, voor maximaal 246 131 dieren;

d)

0,0126 EUR per dag per vleesgans van GN-code 0105 99 20, voor maximaal 4 622 dieren;

e)

0,1757 EUR per dag per fokgans van GN-code 0105 99 20, voor maximaal 55 307 dieren;

f)

0,0333 EUR per dag per kalkoen van GN-code 0105 99 30, voor maximaal 485 343 dieren.

Artikel 4

Polen verricht de administratieve en fysieke controles overeenkomstig de artikelen 58 en 59 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad (13).

Polen verifieert met name:

a)

of de indiener van de steunaanvraag in aanmerking komt voor steun;

b)

voor elke in aanmerking komende aanvrager: de subsidiabiliteit, de hoeveelheid en de waarde van het werkelijke productieverlies;

c)

of de in aanmerking komende aanvragers geen financiering uit andere bronnen hebben ontvangen om de in artikel 2 bedoelde verliezen te compenseren.

Voor de in aanmerking komende aanvragers voor wie de administratieve controles zijn afgerond, kan de steun worden betaald zonder te wachten totdat alle controles zijn verricht, met name die welke zullen worden verricht bij aanvragers die voor een controle ter plaatse zijn geselecteerd.

In de gevallen waarin de subsidiabiliteit van een aanvrager niet wordt bevestigd, wordt de steun teruggevorderd en worden sancties toegepast.

Artikel 5

Voor de toepassing van artikel 29, lid 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 is het ontstaansfeit voor de wisselkoers die wordt gebruikt voor de omrekening van de in artikel 3 van de onderhavige vastgestelde bedragen, de datum waarop deze verordening in werking treedt.

Artikel 6

Polen stelt de Commissie in kennis van de goedkeuring van de betalingen.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 oktober 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  Richtlijn 2005/94/EG van de Raad van 20 december 2005 betreffende communautaire maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza en tot intrekking van Richtlijn 92/40/EEG (PB L 10 van 14.1.2006, blz. 16).

(3)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2219 van de Commissie van 8 december 2016 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 334 van 9.12.2016, blz. 52).

(4)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2367 van de Commissie van 21 december 2016 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 350 van 22.12.2016, blz. 42).

(5)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/14 van de Commissie van 5 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 4 van 7.1.2017, blz. 10).

(6)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/116 van de Commissie van 20 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 53).

(7)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/155 van de Commissie van 26 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 23 van 28.1.2017, blz. 25).

(8)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 van de Commissie van 9 februari 2017 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 62).

(9)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/417 van de Commissie van 7 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 177).

(10)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/554 van de Commissie van 23 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 79 van 24.3.2017, blz. 15).

(11)  Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 tot vaststelling van bepalingen betreffende het beheer van de uitgaven in verband met de voedselketen, diergezondheid en dierenwelzijn, alsmede in verband met plantgezondheid en teeltmateriaal, tot wijziging van de Richtlijnen 98/56/EG, 2000/29/EG en 2008/90/EG van de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 178/2002, (EG) nr. 882/2004 en (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Besluiten 66/399/EEG en 76/894/EEG en Beschikking 2009/470/EG van de Raad (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1).

(12)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de betaalorganen en andere instanties, het financieel beheer, de goedkeuring van de rekeningen, de zekerheden en het gebruik van de euro (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 18).

(13)  Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549).


BIJLAGE

Gereglementeerde gebieden en perioden als bedoeld in artikel 2

De delen van Polen en de perioden die zijn vastgesteld overeenkomstig Richtlijn 2005/94/EG en zijn omschreven in:

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2219 van de Commissie van 8 december 2016 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 334 van 9.12.2016, blz. 52).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2367 van de Commissie van 21 december 2016 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 350 van 22.12.2016, blz. 42).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/14 van de Commissie van 5 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 4 van 7.1.2017, blz. 10).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/116 van de Commissie van 20 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 53).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/155 van de Commissie van 26 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2122 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in bepaalde lidstaten (PB L 23 van 28.1.2017, blz. 25).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 van de Commissie van 9 februari 2017 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 62).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/417 van de Commissie van 7 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 177).

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/554 van de Commissie van 23 maart 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/247 betreffende beschermende maatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 79 van 24.3.2017, blz. 15).

Nationale wet houdende melding van een besmetting naar aanleiding van uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza die tussen 3 december 2016 en 16 maart 2017 zijn bevestigd.

Nationale wet tot intrekking van de melding van een besmetting naar aanleiding van uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza die tussen 3 december 2016 en 16 maart 2017 zijn bevestigd.


11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/12


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/1508 VAN DE COMMISSIE

van 10 oktober 2018

tot vaststelling van de afschrijvingscoëfficiënt die moet worden toegepast bij de aankopen van mageremelkpoeder in het kader van de openbare interventie in het boekjaar 2019

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (1), en met name artikel 20, lid 4,

Na raadpleging van het Comité voor de landbouwfondsen,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 3, lid 1, onder e), van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 van de Commissie (2) voorziet in de financiering van de afschrijving op landbouwproducten die in het kader van de openbare interventie zijn opgeslagen.

(2)

In de punten 1, 2 en 3 van bijlage V bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 is de methode vastgesteld voor de berekening van het afschrijvingspercentage, dat in de vorm van een coëfficiënt moet worden toegepast. Het afschrijvingspercentage bij de aankoop van de landbouwproducten komt ten hoogste overeen met het verschil tussen de aankoopprijs van het betrokken product en de prijs waartegen het naar verwachting zal kunnen worden afgezet. Dat percentage moet voor elk product worden vastgesteld vóór het begin van het boekjaar. De Commissie kan bovendien de afschrijving bij de aankoop beperken tot een gedeelte van dat afschrijvingspercentage, maar dat gedeelte mag niet lager zijn dan 70 % van de totale afschrijving.

(3)

Bijgevolg moet de coëfficiënt voor mageremelkpoeder worden vastgesteld die de lidstaten moeten toepassen op de waarden van de maandelijkse interventieaankopen in het boekjaar 2019.

(4)

In het belang van een goed beheer van de uitgaven die uit het Europees Landbouwgarantiefonds worden gefinancierd, moet de Commissie in kennis worden gesteld van de uitgaven die voortvloeien uit de toepassing van de afschrijvingscoëfficiënten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor mageremelkpoeder die tussen 1 oktober 2018 en 30 september 2019 in het kader van de openbare interventie wordt aangekocht en opgeslagen of overgenomen door de lidstaten, passen de lidstaten een afschrijvingscoëfficiënt van 0,21 toe op de waarde van de mageremelkpoeder die elke maand wordt aangekocht.

Artikel 2

De lidstaten stellen de Commissie via de uitgavendeclaraties die overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) nr. 908/2014 van de Commissie (3) worden opgesteld, in kennis van de uitgaven die uit de toepassing van de in artikel 1 van deze verordening bedoelde afschrijvingscoëfficiënten voortvloeien.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 2018.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 oktober 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.

(2)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 906/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat uitgaven voor openbare interventie betreft (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 1).

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 908/2014 van de Commissie van 6 augustus 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft betaalorganen en andere instanties, financieel beheer, goedkeuring van de rekeningen, voorschriften inzake controles, zekerheden en transparantie (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 59).


BESLUITEN

11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/14


BESLUIT (EU) 2018/1509 VAN DE RAAD

van 2 oktober 2018

tot benoeming van een lid van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Bondsrepubliek Duitsland

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 305,

Gezien de voordracht van de Duitse regering,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 26 januari 2015, 5 februari 2015 en 23 juni 2015 heeft de Raad de Besluiten (EU) 2015/116 (1), (EU) 2015/190 (2) en (EU) 2015/994 (3) houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 vastgesteld.

(2)

In het Comité van de Regio's is een zetel van lid vrijgekomen vanwege het einde van de ambtstermijn van de heer Wolfgang SCHMIDT,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In het Comité van de Regio's wordt voor de resterende duur van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2020, tot lid benoemd:

mevrouw Annette TABBARA, Staatsrätin, Bevollmächtigte der Freien und Hansestadt Hamburg beim Bund, der Europäischen Union und für auswärtige Angelegenheiten.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 2 oktober 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

H. LÖGER


(1)  Besluit (EU) 2015/116 van de Raad van 26 januari 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 20 van 27.1.2015, blz. 42).

(2)  Besluit (EU) 2015/190 van de Raad van 5 februari 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 31 van 7.2.2015, blz. 25).

(3)  Besluit (EU) 2015/994 van de Raad van 23 juni 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 159 van 25.6.2015, blz. 70).


11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/15


BESLUIT (EU) 2018/1510 VAN DE RAAD

van 8 oktober 2018

tot benoeming van twee leden van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Italiaanse Republiek

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 305,

Gezien de voordracht van de Italiaanse regering,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 26 januari 2015, 5 februari 2015 en 23 juni 2015 heeft de Raad de Besluiten (EU) 2015/116 (1), (EU) 2015/190 (2) en (EU) 2015/994 (3) houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 vastgesteld. Op 11 juli 2017 is de heer Augusto ROLLANDIN bij Besluit (EU) 2017/1334 van de Raad (4) als lid vervangen door de heer Pierluigi MARQUIS. Op 29 januari 2018, is de heer Pierluigi MARQUIS bij Besluit (EU) 2018/157 van de Raad (5) als lid vervangen door de heer Laurent VIERIN.

(2)

In het Comité van de Regio's is een zetel van lid vrijgekomen vanwege het einde van de ambtstermijn van de heer Laurent VIERIN.

(3)

In het Comité van de Regio's is een zetel van lid vrijgekomen vanwege het einde van het mandaat op grond waarvan mevrouw Micaela FANELLI (Sindaco del Comune di Riccia (CB)) was voorgedragen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In het Comité van de Regio's worden de volgende personen tot lid benoemd voor de resterende duur van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2020:

mevrouw Nicoletta SPELGATTI, Consigliere e Presidente della Regione Valle d'Aosta,

mevrouw Micaela FANELLI, Assessore del Comune di Pontecorvo (FR) (mandaatswijziging).

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 8 oktober 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

J. BOGNER-STRAUSS


(1)  Besluit (EU) 2015/116 van de Raad van 26 januari 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 20 van 27.1.2015, blz. 42).

(2)  Besluit (EU) 2015/190 van de Raad van 5 februari 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 31 van 7.2.2015, blz. 25).

(3)  Besluit (EU) 2015/994 van de Raad van 23 juni 2015 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2015 tot en met 25 januari 2020 (PB L 159 van 25.6.2015, blz. 70).

(4)  Besluit (EU) 2017/1334 van de Raad van 11 juli 2017 tot benoeming van een lid van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Italiaanse Republiek (PB L 185 van 18.7.2017, blz. 45).

(5)  Besluit (EU) 2018/157 van de Raad van 29 januari 2018 tot benoeming van een lid van het Comité van de Regio's, voorgedragen door de Italiaanse Republiek (PB L 29 van 1.2.2018, blz. 35).


11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/16


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/1511 VAN DE COMMISSIE

van 9 oktober 2018

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6452)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (1), en met name artikel 16, lid 3, vierde zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 9, lid 8, van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 van de Commissie (2) bevat de voorwaarden voor de verplaatsing van bepaalde waardplanten die nooit binnen de afgebakende gebieden zijn geteeld alsook meer specifieke voorwaarden voor bepaalde waardplanten, waaronder voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L.

(2)

De ervaring heeft uitgewezen dat voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. bijzonder vatbaar zijn gebleken voor Xylella fastidiosa (Wells et al.) (hierna „het nader omschreven organisme” genoemd). Om een hoger fytosanitair beschermingsniveau van het grondgebied van de Unie te waarborgen, is het opportuun om te vereisen dat visuele inspectie, bemonstering en tests worden verricht zo kort mogelijk vóór het moment van de eerste verplaatsing van deze planten buiten de productielocatie. Hetzelfde voorschrift moet gelden voor in de Unie binnengebrachte voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. van oorsprong uit een derde land waar het nader omschreven organisme niet aanwezig is.

(3)

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 9, lid 8, wordt de tweede alinea vervangen door:

„Voor opplant bestemde planten van de soorten Coffea, Lavandula dentata L., Nerium oleander L., Olea europaea L., Polygala myrtifolia L. en Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb, met uitzondering van zaden, mogen echter uitsluitend binnen de Unie worden verplaatst indien zij zijn geteeld op een locatie die onderworpen is aan jaarlijkse officiële inspectie en bemonstering, met inachtneming van de technische richtsnoeren voor onderzoeken betreffende Xylella fastidiosa die op de website van de Commissie beschikbaar zijn, alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. Daarnaast moet, voorafgaand aan de eerste verplaatsing ervan buiten de productielocatie, elke partij voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. die binnen de Unie wordt verplaatst, zo kort mogelijk vóór het moment van die verplaatsing worden onderworpen aan officiële visuele inspectie en bemonstering, met inachtneming van de technische richtsnoeren voor onderzoeken betreffende Xylella fastidiosa die op de website van de Commissie beschikbaar zijn, alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. In afwijking van artikel 3, lid 2, eerste alinea, wordt een verkennend onderzoek naar de aanwezigheid van het nader omschreven organisme gedaan door één test uit te voeren; als daarmee positieve resultaten worden verkregen, wordt de aanwezigheid van het organisme, overeenkomstig internationale normen, aangetoond met ten minste één positieve moleculaire test. Die tests moeten zijn opgenomen in de databank van de Commissie met tests voor de aantoning van het nader omschreven organisme en de ondersoorten ervan.”.

2)

In artikel 16 wordt de tweede alinea vervangen door:

„Voor opplant bestemde planten van de soorten Coffea, Lavandula dentata L., Nerium oleander L., Olea europaea L., Polygala myrtifolia L. en Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb, met uitzondering van zaden, mogen alleen in de Unie worden binnengebracht indien zij zijn geteeld op een locatie die onderworpen is aan jaarlijkse officiële inspectie, waarbij de planten op geschikte momenten overeenkomstig internationale normen zijn bemonsterd en getest op aanwezigheid van het nader omschreven organisme en is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. Daarnaast moet, voorafgaand aan de eerste verplaatsing ervan buiten de productielocatie, elke partij voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. zo kort mogelijk vóór het moment van die verplaatsing worden onderworpen aan officiële visuele inspectie en bemonstering alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond.”.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 9 oktober 2018.

Voor de Commissie

Vytenis ANDRIUKAITIS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 van de Commissie van 18 mei 2015 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen (PB L 125 van 21.5.2015, blz. 36).


11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/18


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/1512 VAN DE COMMISSIE

van 10 oktober 2018

tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6761)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name artikel 9, lid 4,

Gezien Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name artikel 10, lid 4,

Gezien Richtlijn 2002/99/EG van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name artikel 4, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie (4) zijn in bepaalde lidstaten, waar gevallen van Afrikaanse varkenspest in tamme of wilde varkens zijn bevestigd („de betrokken lidstaten”), maatregelen op het gebied van de diergezondheid vastgesteld in verband met die ziekte. In de bijlage bij dat uitvoeringsbesluit zijn bepaalde gebieden in de betrokken lidstaten afgebakend, die in de lijsten in de delen I tot en met IV van die bijlage zijn opgenomen, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende risiconiveaus op basis van de epidemiologische situatie van die ziekte. De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU is verscheidene keren gewijzigd om rekening te houden met veranderingen in de epidemiologische situatie ten aanzien van Afrikaanse varkenspest in de Unie die in die bijlage moeten worden weerspiegeld. De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU is laatstelijk gewijzigd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1282 van de Commissie (5), naar aanleiding van recente gevallen van Afrikaanse varkenspest in Litouwen en Polen.

(2)

Het risico van verspreiding van Afrikaanse varkenspest bij wilde dieren hangt samen met de natuurlijke trage verspreiding van die ziekte bij wilde varkens en met de risico's die aan menselijke activiteiten verbonden zijn, zoals is gebleken uit de recente epidemiologische ontwikkeling van de ziekte in de Unie en zoals is gedocumenteerd door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) in het op 14 juli 2015 gepubliceerde wetenschappelijk advies van het Panel voor diergezondheid en dierenwelzijn, het op 23 maart 2017 gepubliceerde wetenschappelijk verslag van de EFSA over het epidemiologisch onderzoek naar Afrikaanse varkenspest in de Baltische staten en Polen, en het op 8 november 2017 gepubliceerde wetenschappelijk verslag van de EFSA (6) over het epidemiologisch onderzoek naar Afrikaanse varkenspest in de Baltische staten en Polen.

(3)

Sinds de datum waarop Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1282 is vastgesteld, heeft de epidemiologische situatie ten aanzien van Afrikaanse varkenspest in de Unie zich ontwikkeld en hebben zich verdere gevallen van die ziekte voorgedaan die in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU moeten worden weerspiegeld.

(4)

In oktober 2018 is een geval van Afrikaanse varkenspest vastgesteld bij wilde varkens in het district Borsod-Abaúj-Zemplén in Hongarije. Door dit geval van Afrikaanse varkenspest bij wilde varkens moet in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU met een hoger risiconiveau rekening worden gehouden. Bijgevolg moeten de gebieden in Hongarije die getroffen zijn door het recente geval van Afrikaanse varkenspest in de lijsten in de delen I en II van die bijlage worden opgenomen.

(5)

In oktober 2018 is een geval van Afrikaanse varkenspest vastgesteld bij wilde varkens in het district Mrągowski in Polen. Door dit geval van Afrikaanse varkenspest bij wilde varkens moet in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU met een hoger risiconiveau rekening worden gehouden. Bijgevolg moeten de door Afrikaanse varkenspest getroffen gebieden in Polen in de lijsten in de delen I en II van die bijlage worden opgenomen.

(6)

Om rekening te houden met recente ontwikkelingen in de epidemiologische evolutie van Afrikaanse varkenspest in de Unie, en met het oog op de proactieve bestrijding van de met de verspreiding van die ziekte samenhangende risico's, moeten voor Hongarije en Polen nieuwe gebieden met een hoog risico van voldoende omvang worden afgebakend en in de lijsten in de delen I en II van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU worden opgenomen. De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 10 oktober 2018.

Voor de Commissie

Vytenis ANDRIUKAITIS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.

(2)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

(3)  PB L 18 van 23.1.2003, blz. 11.

(4)  Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU van de Commissie van 9 oktober 2014 betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2014/178/EU (PB L 295 van 11.10.2014, blz. 63).

(5)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1282 van de Commissie van 21 september 2018 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU betreffende maatregelen op het gebied van de diergezondheid in verband met Afrikaanse varkenspest in sommige lidstaten (PB L 239 van 24.9.2018, blz. 21).

(6)  EFSA Journal (2015);13(7):4163; EFSA Journal (2017);15(3):4732; EFSA Journal (2017);15(11):5068.


BIJLAGE

De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/709/EU wordt vervangen door:

BIJLAGE

DEEL I

1.   Tsjechië

De volgende gebieden in Tsjechië:

okres Uherské Hradiště,

okres Kroměříž,

okres Vsetín,

katastrální území obcí v okrese Zlín:

Bělov,

Biskupice u Luhačovic,

Bohuslavice nad Vláří,

Brumov,

Bylnice,

Divnice,

Dobrkovice,

Dolní Lhota u Luhačovic,

Drnovice u Valašských Klobouk,

Halenkovice,

Haluzice,

Hrádek na Vlárské dráze,

Hřivínův Újezd,

Jestřabí nad Vláří,

Kaňovice u Luhačovic,

Kelníky,

Kladná-Žilín,

Kochavec,

Komárov u Napajedel,

Křekov,

Lipina,

Lipová u Slavičína,

Ludkovice,

Luhačovice,

Machová,

Mirošov u Valašských Klobouk,

Mysločovice,

Napajedla,

Návojná,

Nedašov,

Nedašova Lhota,

Nevšová,

Otrokovice,

Petrůvka u Slavičína,

Pohořelice u Napajedel,

Polichno,

Popov nad Vláří,

Poteč,

Pozlovice,

Rokytnice u Slavičína,

Rudimov,

Řetechov,

Sazovice,

Sidonie,

Slavičín,

Smolina,

Spytihněv,

Svatý Štěpán,

Šanov,

Šarovy,

Štítná nad Vláří,

Tichov,

Tlumačov na Moravě,

Valašské Klobouky,

Velký Ořechov,

Vlachova Lhota,

Vlachovice,

Vrbětice,

Žlutava.

2.   Estland

De volgende gebieden in Estland:

Hiiu maakond.

3.   Hongarije

De volgende gebieden in Hongarije:

Borsod-Abaúj-Zemplén megye 650100, 650200, 650300, 650400, 650500, 650600, 650700, 650800, 650900, 651000, 651100, 651200, 651300, 651400, 651500, 651610, 651700, 651801, 651802, 651803, 651900, 652000, 652100, 652200, 652300, 652400, 652500, 652601, 652602, 652603, 652700, 652800, 652900, 653000, 653100, 653200, 653300, 653401, 653403, 653500, 653600, 653700, 653800, 653900, 654000, 654201, 654202, 654301, 654302, 654400, 654501, 654502, 654600, 654700, 654800, 654900, 655000, 655100, 655200, 655300, 655400, 655500, 655600, 655700, 655800, 655901, 655902, 656000, 656100, 656200, 656300, 656400, 656600, 657300, 657400, 657500, 657600, 657700, 657800, 657900, 658000, 658100, 658201, 658202, 658310, 658403, 659100, 659210, 659220, 659300, 659400, 659500, 659601, 659602, 659701, 659800, 659901, 660000, 660100, 660200, 660400, 660501, 660502, 660600 és 660800 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Hajdú-Bihar megye 900150, 900250, 900350, 900450, 900550, 900650, 900660, 900670, 900750, 900850, 900860, 900930, 900950, 901050, 901150, 901250, 901260, 901270, 901350, 901560, 901590, 901850, 901950, 902950, 902960, 903050, 903150, 903250, 903350, 903360, 903370, 903450, 904450, 904460, 904550, 904650, 904750, 904760, 905450 és 905550 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Heves megye 700150, 700250, 700260, 700350, 700450, 700460, 700550, 700650, 700750, 700850, 702350, 702450, 702550, 702750, 702850, 703350, 703360, 703450, 703550, 703610, 703750, 703850, 703950, 704050, 704150, 704250, 704350, 704450, 704550, 704650, 704750, 704850, 704950, 705050, 705250, 705350, 705510 és 705610 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Jász-Nagykun-Szolnok megye 750150, 750160, 750250, 750260, 750350, 750450, 750460, 750550, 750650, 750750, 750850, 750950 és 750960 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Nógrád megye 550120, 550130, 550210, 550710, 550810, 551450, 551460, 551550, 551650, 551710, 552010, 552150, 552250, 552350, 552360, 552450, 552460, 552520, 552550, 552610, 552620, 552710, 552850, 552860, 552950, 552960, 552970, 553050, 553110, 553250, 553260, 553350, 553650, 553750, 553850, 553910, és 554050 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Pest megye 571250, 571350, 571550, 571610, 571750, 571760, 572250, 572350, 572550, 572850, 572950, 573360 573450, 580050, és 580450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Szabolcs-Szatmár-Bereg megye, 850650, 850850, 851851, 851852, 851950, 852350, 852450, 852550, 852750, 853560, 853650, 853751, 853850, 853950, 853960, 854050, 854150, 854250, 854350, 855250, 855350, 855450, 855460, 855550, 855650, 855660, 855750, 855850, 855950, 855960, 856012, 856050, 856150, 856260 857050, 857150, 857350 és 857450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe.

4.   Letland

De volgende gebieden in Letland:

Aizputes novads,

Alsungas novads,

Kuldīgas novada Gudenieku, Turlavas un Laidu pagasts,

Pāvilostas novada Sakas pagasts un Pāvilostas pilsēta,

Priekules novads,

Skrundas novada Rudbāržu pagasts,

Stopiņu novada daļa, kas atrodas uz rietumiem no autoceļa V36, P4 un P5, Acones ielas, Dauguļupes ielas un Dauguļupītes,

Ventspils novada Jūrkalnes pagasts.

5.   Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

Jurbarko rajono savivaldybė: Eržvilko, Smalininkų ir Viešvilės seniūnijos,

Kelmės rajono savivaldybė: Kelmės, Kelmės apylinkių, Kražių, Kukečių, Liolių, Pakražančio, Šaukėnų seniūnijos, Tytyvėnų seniūnijos dalis į vakarus ir šiaurę nuo kelio Nr. 157 ir į vakarus nuo kelio Nr. 2105 ir Tytuvėnų apylinkių seniūnijos dalis į šiaurę nuo kelio Nr. 157 ir į vakarus nuo kelio Nr. 2105, ir Vaiguvos seniūnijos,

Mažeikių rajono savivaldybė: Sedos, Šerkšnėnų ir Židikų seniūnijos,

Pagėgių savivaldybė,

Plungės rajono savivaldybė,

Raseinių rajono savivaldybė: Girkalnio ir Kalnūjų seniūnijos dalis į šiaurę nuo kelio Nr A1, Nemakščių, Paliepių, Raseinių, Raseinių miesto ir Viduklės seniūnijos,

Rietavo savivaldybė,

Šakių rajono savivaldybė: Barzdų, Griškabūdžio, Kriūkų, Kudirkos Naumiesčio, Lekėčių, Lukšių, Sintautų, Slavikų, Sudargo ir Žvirgždaičių seniūnijos,

Šilalės rajono savivalybė,

Šilutės rajono savivaldybė: Juknaičių, Kintų, Šilutės ir Usėnų seniūnijos,

Tauragės rajono savivaldybė,

6.   Polen

De volgende gebieden in Polen:

 

w województwie warmińsko-mazurskim:

gmina Stare Juchy w powiecie ełckim,

gminy Dubeninki, Gołdap i część gminy Banie Mazurskie położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 650 w powiecie gołdapskim,

gmina Pozezdrze i część gminy Węgorzewo położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 biegnącą od południowo-wschodniej granicy gminy do skrzyżowania z drogą nr 650, a następnie na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 650 biegnącą od skrzyżowania z drogą nr 63 do skrzyżowania z drogą biegnącą do miejscowości Przystań i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Przystań, Pniewo, Kamionek Wielki, Radzieje, Dłużec w powiecie węgorzewskim,

gmina Ruciane – Nida i część gminy Pisz położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 58 oraz miasto Pisz w powiecie piskim,

gminy Giżycko z miastem Giżycko, Kruklanki, Miłki, Wydminy i Ryn w powiecie giżyckim,

gminy Mikołajki, Piecki, Sorkwity i część gminy wiejskiej Mrągowo położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 16 biegnącą od zachodniej granicy gminy do granicy miasta Mrągowo oraz na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 59 biegnącą od wschodniej granicy gminy do granicy miasta Mrągowo w powiecie mrągowskim,

gmina Bisztynek w powiecie bartoszyckim,

gmina Reszel w powiecie kętrzyńskim,

gminy Orneta, Lubomino, część gminy wiejskiej Lidzbark Warmiński położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 513 biegnącą od wschodniej granicy gminy do wschodniej granicy miasta Lidzbark Warmiński oraz na południowy wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 51 i część gminy Kiwity położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 513 w powiecie lidzbarskim,

gminy Elbląg, Godkowo, Gronowo Elbląskie, Markusy, Pasłęk i część gminy Tolkmicko niewymieniona w części II załącznika w powiecie elbląskim oraz strefa wód przybrzeżnych Zalewu Wiślanego i Zatoki Elbląskiej,

powiat miejski Elbląg,

gminy Biskupiec, Dobre Miasto, Jeziorany i Kolno w powiecie olsztyńskim,

gmina Miłakowo w powiecie ostródzkim,

 

w województwie podlaskim:

gminy Brańsk z miastem Brańsk, Rudka i Wyszki w powiecie bielskim,

gmina Perlejewo w powiecie siemiatyckim,

gminy Kolno z miastem Kolno, Mały Płock i Turośl w powiecie kolneńskim,

gmina Poświętne w powiecie białostockim,

gminy Kołaki Kościelne, Rutki, Szumowo, część gminy Zambrów położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr S8 i miasto Zambrów w powiecie zambrowskim,

gminy Wiżajny i Przerośl w powiecie suwalskim,

gminy Kulesze Kościelne, Nowe Piekuty, Szepietowo, Klukowo, Ciechanowiec, Wysokie Mazowieckie z miastem Wysokie Mazowieckie, Czyżew w powiecie wysokomazowieckim,

gminy Miastkowo, Nowogród i Zbójna w powiecie łomżyńskim,

 

w województwie mazowieckim:

gminy Ceranów, Kosów Lacki, Sabnie, Sterdyń, część gminy Bielany położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 i część gminy wiejskiej Sokołów Podlaski położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 w powiecie sokołowskim,

gminy Grębków, Korytnica, Liw, Łochów, Miedzna, Sadowne, Stoczek, Wierzbno i miasto Węgrów w powiecie węgrowskim,

część gminy Kotuń położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Nowa Dąbrówka, Pieróg, Kotuń wzdłuż ulicy Gorzkowskiego i Kolejowej do przejazdu kolejowego łączącego się z ulicą Siedlecką, Broszków, Żuków w powiecie siedleckim,

gminy Rzekuń, Troszyn, Lelis, Czerwin i Goworowo w powiecie ostrołęckim,

powiat miejski Ostrołęka,

powiat ostrowski,

gminy Karniewo, Maków Mazowiecki, Rzewnie i Szelków w powiecie makowskim,

gmina Krasne w powiecie przasnyskim,

gminy Mała Wieś i Wyszogród w powiecie płockim,

gminy Ciechanów z miastem Ciechanów, Glinojeck, Gołymin – Ośrodek, Ojrzeń, Opinogóra Górna i Sońsk w powiecie ciechanowskim,

gminy Baboszewo, Czerwińsk nad Wisłą, Naruszewo, Płońsk z miastem Płońsk, Sochocin i Załuski w powiecie płońskim,

gminy Gzy, Obryte, Zatory, Pułtusk i część gminy Winnica położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Bielany, Winnica i Pokrzywnica w powiecie pułtuskim,

gminy Brańszczyk, Długosiodło, Rząśnik, Wyszków, Zabrodzie i część gminy Somianka położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 62 w powiecie wyszkowskim,

gminy Jadów, Klembów, Poświętne, Strachówka i Tłuszcz w powiecie wołomińskim,

gminy Dobre, Jakubów, Mrozy, Dębe Wielkie, Halinów, Kałuszyn, Stanisławów, część gminy Cegłów położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od zachodniej granicy gminy łączącą miejscowości Wiciejów, Mienia, Cegłów i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Cegłów, Skwarne i Podskwarne biegnącą do wschodniej granicy gminy, część gminy Mińsk Mazowiecki położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 92 biegnącą od zachodniej granicy gminy do granicy miasta Mińsk Mazowiecki i na północ od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy miasta Mińsk Mazowiecki łączącą miejscowości Targówka, Budy Barcząckie do wschodniej granicy gminy i miasto Mińsk Mazowiecki w powiecie mińskim,

gminy Górzno, Łaskarzew z miastem Łaskarzew, Maciejowice, Miastków Kościelny, Sobolew, Trojanów i Żelechów w powiecie garwolińskim,

gminy Garbatka Letnisko, Gniewoszów, Kozienice, Sieciechów i część gminy Głowaczów położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 48 w powiecie kozienickim,

gminy Baranów i Jaktorów w powiecie grodziskim,

powiat żyrardowski,

gminy Belsk Duży, Błędów, Goszczyn i Mogielnica w powiecie grójeckim,

gminy Białobrzegi, Promna, Stara Błotnica, Wyśmierzyce i część gminy Stromiec położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 48 w powiecie białobrzeskim,

gminy Jedlińsk, Jastrzębia i Pionki z miastem Pionki w powiecie radomskim,

gminy Iłów, Młodzieszyn, Nowa Sucha, Rybno, Sochaczew z miastem Sochaczew i Teresin w powiecie sochaczewskim,

gmina Policzna w powiecie zwoleńskim,

 

w województwie lubelskim:

gminy Jabłonna, Krzczonów, Niemce, Garbów, Jastków, Konopnica, Wólka, Głusk w powiecie lubelskim,

gminy Łęczna i część gminy Spiczyn położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 829 w powiecie łęczyńskim,

gminy Miączyn, Nielisz, Sitno, Skierbieszów, Stary Zamość, Komarów-Osada w powiecie zamojskim,

gminy Trzeszczany i Werbkowice w powiecie hrubieszowskim,

gminy Abramów, Kamionka i Lubartów z miastem Lubartów w powiecie lubartowskim,

gminy Kłoczew, Ryki, Dęblin i Stężyca w powiecie ryckim,

gminy Puławy z miastem Puławy, Janowiec, Kazimierz Dolny, Końskowola, Kurów, Wąwolnica, Nałęczów, Markuszów, Żyrzyn w powiecie puławskim,

gminy Mełgiew, Rybczewice, miasto Świdnik i część gminy Piaski położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 biegnącą od wschodniej granicy gminy Piaski do skrzyżowania z drogą nr S12 i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od skrzyżowania dróg nr 17 i nr S12 przez miejscowość Majdan Brzezicki do północnej granicy gminy w powiecie świdnickim;

gminy Gorzków, Izbica, Rudnik i Żółkiewka w powiecie krasnostawskim,

gminy Bełżec, Jarczów, Lubycza Królewska, Łaszczów, Susiec, Tyszowce i Ulhówek w powiecie tomaszowskim,

gminy Łukowa i Obsza w powiecie biłgorajskim,

powiat miejski Lublin,

 

w województwie podkarpackim:

gminy Horyniec-Zdrój, Narol, Stary Dzików i Wielkie Oczy i część gminy Oleszyce położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy gminy przez miejscowość Borchów do skrzyżowania z drogą nr 865 w miejscowości Oleszyce, a następnie na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 865 biegnącą w kierunku północno-wschodnim do skrzyżowania z drogą biegnąca w kierunku północno-zachodnim przez miejscowość Lubomierz - na południe od linii wyznaczonej przez tę drogę do skrzyżowania z drogą łączącą miejscowości Uszkowce i Nowy Dzików – na zachód od tej drogi w powiecie lubaczowskim,

gminy Laszki i Wiązownica w powiecie jarosławskim.

7.   Roemenië

De volgende gebieden in Roemenië:

Alba county with the following delimitation:

North of National Road no. 7

Arad county with the following delimitation:

In the North side of the line described by following localities:

Macea,

Șiria,

Bârzava,

Toc, which is junction with National Road no. 7,

North of National Road no. 7,

Arges county,

Bistrița county,

Brașov county,

Cluj county,

Covasna county,

Harghita county,

Hunedoara county with the following delimitation:

North of the line described by following localities:

Brănișca,

Deva municipality,

Turdaș,

Zam and Aurel Vlaicu localities which are at junction with National Road no. 7,

North of National Road no. 7,

Iasi county,

Maramureș county,

Neamt county,

Teleorman county.

DEEL II

1.   Tsjechië

De volgende gebieden in Tsjechië:

katastrální území obcí v okrese Zlín:

Bohuslavice u Zlína,

Bratřejov u Vizovic,

Březnice u Zlína,

Březová u Zlína,

Březůvky,

Dešná u Zlína,

Dolní Ves,

Doubravy,

Držková,

Fryšták,

Horní Lhota u Luhačovic,

Horní Ves u Fryštáku,

Hostišová,

Hrobice na Moravě,

Hvozdná,

Chrastěšov,

Jaroslavice u Zlína,

Jasenná na Moravě,

Karlovice u Zlína,

Kašava,

Klečůvka,

Kostelec u Zlína,

Kudlov,

Kvítkovice u Otrokovic,

Lhota u Zlína,

Lhotka u Zlína,

Lhotsko,

Lípa nad Dřevnicí,

Loučka I,

Loučka II,

Louky nad Dřevnicí,

Lukov u Zlína,

Lukoveček,

Lutonina,

Lužkovice,

Malenovice u Zlína,

Mladcová,

Neubuz,

Oldřichovice u Napajedel,

Ostrata,

Podhradí u Luhačovic,

Podkopná Lhota,

Provodov na Moravě,

Prštné,

Příluky u Zlína,

Racková,

Raková,

Salaš u Zlína,

Sehradice,

Slopné,

Slušovice,

Štípa,

Tečovice,

Trnava u Zlína,

Ublo,

Újezd u Valašských Klobouk,

Velíková,

Veselá u Zlína,

Vítová,

Vizovice,

Vlčková,

Všemina,

Vysoké Pole,

Zádveřice,

Zlín,

Želechovice nad Dřevnicí.

2.   Estland

De volgende gebieden in Estland:

Eesti Vabariik (välja arvatud Hiiu maakond).

3.   Hongarije

De volgende gebieden in Hongarije:

Heves megye 700860, 700950, 701050, 701111, 701150, 701250, 701350, 701550, 701560, 701650, 701750, 701850, 701950, 702050, 702150, 702250, 702260, 702950, 703050, 703150, 703250, 703370, 705150 és 705450 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Szabolcs-Szatmár-Bereg megye 850950, 851050, 851150, 851250, 851350, 851450, 851550, 851560, 851650, 851660, 851751, 851752, 852850, 852860, 852950, 852960, 853050, 853150, 853160, 853250, 853260, 853350, 853360, 853450, 853550, 854450, 854550, 854560, 854650, 854660, 854750, 854850, 854860, 854870, 854950, 855050, 855150, 856250, 856350, 856360, 856450, 856550, 856650, 856750, 856760, 856850, 856950, 857650, valamint 850150, 850250, 850260, 850350, 850450, 850550, 852050, 852150, 852250, és 857550 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Nógrád megye 550110, 550310, 550320, 550450, 550460, 550510, 550610, 550950, 551010, 551150, 551160, 551250, 551350, 551360, 551810, és 551821 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe,

Borsod-Abaúj-Zemplén megye 656701, 656702, 656800, 656900, 657010, 657100, 658401, 658402, 658404, 658500, 658600, 658700, 658801, 658802, 658901, 658902, 659000 kódszámú vadgazdálkodási egységeinek teljes területe.

4.   Letland

De volgende gebieden in Letland:

Ādažu novads,

Aglonas novads,

Aizkraukles novads,

Aknīstes novads,

Alojas novads,

Alūksnes novads,

Amatas novads,

Apes novads,

Auces novada Īles un Vecauces pagasts un Lielauces pagasta daļa uz Austrumiem no autoceļa P104 un Vītiņu pagasta daļu uz Dienvidiem no autoceļa P96, Auces pilsēta,

Babītes novads,

Baldones novads,

Baltinavas novads,

Balvu novads,

Bauskas novads,

Beverīnas novads,

Brocēnu novada Blīdenes pagasta daļa uz Ziemeļiem no autoceļa A9, Remtes pagasta daļa uz austrumiem no autoceļa 1154 un P109,

Burtnieku novads,

Carnikavas novads,

Cēsu novads,

Cesvaines novads,

Ciblas novads,

Dagdas novads,

Daugavpils novads,

Dobeles novada Annenieku, Auru, Bērzes, Bikstu, Dobeles, Jaunbērzes, Krimūnu un Naudītes pagasts un Zebrenes pagasta daļa uz Austrumiem no autoceļa P104, Dobeles pilsēta,

Dundagas novads,

Engures novads,

Ērgļu novads,

Garkalnes novads,

Gulbenes novads,

Iecavas novads,

Ikšķiles novads,

Ilūkstes novads,

Inčukalna novads,

Jaunjelgavas novads,

Jaunpiebalgas novads,

Jaunpils novads,

Jēkabpils novads,

Jelgavas novada, Glūdas, Svētes, Zaļenieku, Vilces, Lielplatones, Elejas, Sesavas, Platones un Vircavas pagasts,

Kandavas novads,

Kārsavas novads,

Ķeguma novads,

Ķekavas novads,

Kocēnu novads,

Kokneses novads,

Krāslavas novads,

Krimuldas novads,

Krustpils novads,

Kuldīgas novada Ēdoles, Īvandes, Padures, Rendas un Kabiles, pagasts, Rumbas pagasta daļa uz ziemeļiem no autoceļa P120, Kurmāles pagasta daļa uz rietumiem no autoceļa 1283 un 1290, un uz ziemeļaustrumiem no autoceļa P118, Kuldīgas pilsēta,

Lielvārdes novads,

Līgatnes novads,

Limbažu novads,

Līvānu novads,

Lubānas novads,

Ludzas novads,

Madonas novads,

Mālpils novads,

Mārupes novads,

Mazsalacas novads,

Mērsraga novads,

Naukšēnu novads,

Neretas novads Zalves, Neretas un Pilskalnes pagasts,

Ogres novads,

Olaines novads,

Ozolnieku novada Ozolnieku un Cenu pagasts,

Pārgaujas novads,

Pļaviņu novads,

Preiļu novads,

Priekuļu novads,

Raunas novads,

republikas pilsēta Daugavpils,

republikas pilsēta Jelgava,

republikas pilsēta Jēkabpils,

republikas pilsēta Jūrmala,

republikas pilsēta Rēzekne,

republikas pilsēta Valmiera,

Rēzeknes novads,

Riebiņu novads,

Rojas novads,

Ropažu novads,

Rugāju novads,

Rundāles novads,

Rūjienas novads,

Salacgrīvas novads,

Salas novads,

Salaspils novads,

Saldus novada Šķēdes, Nīgrandes, Jaunauces, Rubas, Vadakstes, un Pampāļu pagasts,

Saulkrastu novads,

Sējas novads,

Siguldas novads,

Skrīveru novads,

Skrundas novada Nīkrāces, Skrundas un Raņķu pagasts, Skrundas pilsēta,

Smiltenes novads,

Stopiņu novada daļa, kas atrodas uz austrumiem no autoceļa V36, P4 un P5, Acones ielas, Dauguļupes ielas un Dauguļupītes,

Strenču novads,

Talsu novads,

Tērvetes novada Tērvetes un Augstkalnes pagasts,

Tukuma novads,

Vaiņodes novads,

Valkas novads,

Varakļānu novads,

Vārkavas novads,

Vecpiebalgas novads,

Vecumnieku novads Vecumnieku, Stelpes, Bārbeles, Skaistkalnes, un Valles pagasts,

Ventspils novada Ances, Tārgales, Popes, Vārves, Užavas, Piltenes, Puzes, Ziru, Ugāles, Usmas un Zlēku pagasts, Piltenes pilsēta,

Viesītes novads,

Viļakas novads,

Viļānu novads,

Zilupes novads.

5.   Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

Alytaus rajono savivaldybė: Krokialaukio, Miroslavo ir Simno seniūnijos,

Anykščių rajono savivaldybė,

Biržų miesto savivaldybė,

Biržų rajono savivaldybė,

Druskininkų savivaldybė,

Elektrėnų savivaldybė,

Ignalinos rajono savivaldybė,

Jonavos rajono savivaldybė,

Jurbarko rajono savivaldybė: Jurbarko miesto ir Jurbarkų, seniūnijos,

Kaišiadorių miesto savivaldybė,

Kaišiadorių rajono savivaldybė: Kaišiadorių apylinkės, Kruonio, Nemaitonių, Palomenės, Pravieniškių, Rumšiškių, Žiežmarių ir Žiežmarių apylinkės seniūnijos,

Kalvarijos savivaldybė,

Kauno miesto savivaldybė,

Kauno rajono savivaldybė: Akademijos, Alšėnų, Babtų, Batniavos, Domeikavos, Ežerėlio, Garliavos, Garliavos apylinkių, Kačerginės, Karmėlavos, Kulautuvos, Lapių, Linksmakalnio, Neveronių, Raudondvario, Ringaudų, Rokų, Samylų, Taurakiemio, Užliedžių, Vandžiogalos ir Zapyškio seniūnijos,

Kazlų Rūdos savivaldybė,

Kelmės rajono savivaldybė: Užvenčio seniūnija,

Kėdainių rajono savivaldybė: Gudžiūnų, Surviliškio, Šėtos, Truskavos ir Vilainių seniūnijos,

Kupiškio rajono savivaldybė,

Marijampolės savivaldybė: Igliaukos, Gudelių, Liudvinavo, Sasnavos, Šunskų seniūnijos,

Molėtų rajono savivaldybės: Alantos, Balninkų, Čiulėnų, Inturkės, Joniškio, Luokesos, Mindūnų, Suginčių, Videniškių seniūnijos,

Pakruojo rajono savivaldybė: Klovainių seniūnijos dalis į šiaurę nuo kelio Nr. 150, Linkuvos seniūnijos dalis į rytus nuo kelio Nr. 151 ir kelio Nr. 211,

Panevėžio rajono savivaldybė,

Pasvalio rajono savivaldybė,

Radviliškio rajono savivaldybė: Aukštelkų seniūnija, Baisogalos seniūnijos dalis į vakarus nuo kelio Nr. 144, Radviliškio, Radviliškio miesto seniūnija, Šeduvos miesto seniūnijos dalis į pietus nuo kelio Nr. A9 ir į vakarus nuo kelio Nr. 3417 ir Tyrulių seniūnija,

Prienų miesto savivaldybė,

Prienų rajono savivaldybė: Ašmintos, Balbieriškio, Išlaužo, Naujosios Ūtos, Pakuonio, Šilavoto ir Veiverių seniūnijos,

Rokiškio rajono savivaldybė,

Šalčininkų rajono savivaldybė,

Šilutės rajono savivaldybė: Rusnės seniūnija,

Širvintų rajono savivaldybės: Čiobiškio, Gelvonų, Jauniūnų, Karnavės, Musninkų, Širvintų, Zibalų seniūnijos,

Švenčionių rajono savivaldybė,

Telšių rajono savivaldybė: Degaičių, Gadūnavo, Luokės, Nevarėnų, Ryškėnų, Telšių miesto, Upynos, Varnių, Viešvėnų ir Žarėnų seniūnijos,

Ukmergės rajono savivaldybė,

Utenos rajono savivaldybė,

Vilniaus miesto savivaldybė,

Vilniaus rajono savivaldybė: Avižienių, Bezdonių, Buivydžių, Dūkštų, Juodšilių, Kalvelių, Lavoriškių, Maišiagalos, Marijampolio, Medininkų, Mickūnų, Nemenčinės, Nemenčinės miesto, Nemėžio, Pagirių, Riešės, Rudaminos, Rukainių, Sudervės, Sužionių, Šatrininkų, Žujūnų seniūnijos,

Vilkaviškio rajono savivaldybė,

Visagino savivaldybė,

Zarasų rajono savivaldybė.

6.   Polen

De volgende gebieden in Polen:

 

w województwie warmińsko-mazurskim:

gminy Kalinowo, Prostki i gmina wiejska Ełk w powiecie ełckim,

gmina Milejewo i część obszaru lądowego gminy Tolkmicko położona na południe od linii brzegowej Zalewu Wiślanego i Zatoki Elbląskiej do granicy z gminą wiejską Elbląg w powiecie elbląskim,

powiat olecki,

gminy Orzysz, Biała Piska i część gminy Pisz położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 58 w powiecie piskim,

gmina Frombork, część gminy wiejskiej Braniewo położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr E28 i S22 i miasto Braniewow powiecie braniewskim,

gmina Kętrzyn z miastem Kętrzyn i część gminy Korsze położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy łączącą miejscowości Krelikiejmy i Sątoczno i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Sątoczno, Sajna Wielka biegnącą do skrzyżowania z drogą nr 590 w miejscowości Glitajny, a następnie na wschód od drogi nr 590 do skrzyżowania z drogą nr 592 i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 592 biegnącą od zachodniej granicy gminy do skrzyżowania z drogą nr 590 w powiecie kętrzyńskim,

część gminy wiejskiej Lidzbark Warmiński położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 511 oraz na północny zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 51 i miasto Lidzbark Warmiński w powiecie lidzbarskim,

część gminy wiejskiej Mrągowo położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 16 biegnącą od zachodniej granicy gminy do granicy miasta Mrągowo oraz na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 59 biegnącą od wschodniej granicy gminy do granicy miasta Mrągowo;

w województwie podlaskim:

powiat grajewski,

gminy Jasionówka, Jaświły, Knyszyn, Krypno, Mońki i Trzcianne w powiecie monieckim,

gminy Łomża, Piątnica, Śniadowo, Jedwabne, Przytuły i Wizna w powiecie łomżyńskim,

powiat miejski Łomża,

gminy, Mielnik, Nurzec – Stacja, Grodzisk, Drohiczyn, Dziadkowice, Milejczyce i Siemiatycze z miastem Siemiatycze w powiecie siemiatyckim,

gminy Białowieża, Czeremcha, Narew, Narewka, część gminy Dubicze Cerkiewne położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 685,część gminy Kleszczele położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogi nr 685, a następnie nr 66 i nr 693, część gminy Hajnówka położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 689 i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 685 i miasto Hajnówka w powiecie hajnowskim,

gminy Kobylin-Borzymy i Sokoły w powiecie wysokomazowieckim,

część gminy Zambrów położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr S8 w powiecie zambrowskim,

gminy Grabowo i Stawiski w powiecie kolneńskim,

gminy Czarna Białostocka, Dobrzyniewo Duże, Gródek, Juchnowiec Kościelny, Łapy, Michałowo, Supraśl, Suraż, Turośń Kościelna, Tykocin, Wasilków, Zabłudów, Zawady i Choroszcz w powiecie białostockim,

gmina Boćki i część gminy Bielsk Podlaski położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 i miasto Bielsk Podlaski w powiecie bielskim,

gmina Puńsk, część gminy Krasnopol położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 653, część gminy Sejny położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 653 i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 663 i miasto Sejny w powiecie sejneńskim,

gminy Bakałarzewo, Filipów, Jeleniewo, Raczki, Rutka-Tartak, Suwałki i Szypliszki w powiecie suwalskim,

powiat miejski Suwałki,

powiat augustowski,

gminy Korycin, Krynki, Kuźnica, Sokółka, Szudziałowo, część gminy Nowy Dwór położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 670, część gminy Janów położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 671 biegnącą od wschodniej granicy gminy do miejscowości Janów i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Janów, Trofimówka i Kizielany i część gminy Suchowola położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 8 biegnącą od północnej granicy gminy do miejscowości Suchowola, a następnie przedłużonej drogą łączącą miejscowości Suchowola i Dubasiewszczyzna biegnącą do południowo-wschodniej granicy gminy w powiecie sokólskim,

powiat miejski Białystok,

 

w województwie mazowieckim:

gminy Przesmyki, Wodynie, część gminy Mordy położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 698 biegnącą od zachodniej granicy gminy do północno – wschodniej granicy gminy i część gminy Zbuczyn położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północno-wschodniej do południowej granicy gminy i łączącą miejscowości Tarcze, Choja, Zbuczyn, Grodzisk, Dziewule i Smolanka w powiecie siedleckim,

gminy Repki, Jabłonna Lacka, część gminy Bielany położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 i część gminy wiejskiej Sokołów Podlaski położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 w powiecie sokołowskim,

powiat łosicki,

gmina Brochów w powiecie sochaczewskim,

gminy Czosnów, Leoncin, Pomiechówek, Zakroczym i miasto Nowy Dwór Mazowiecki w powiecie nowodworskim,

gmina Joniec w powiecie płońskim,

gmina Pokrzywnica w powiecie pułtuskim,

gminy Dąbrówka, Kobyłka, Marki, Radzymin, Wołomin, Zielonka i Ząbki w powiecie wołomińskim,

część gminy Somianka położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 62 w powiecie wyszkowskim,

gmina Sulejówek i części gminy Latowicz położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy przez miejscowość Stawek do skrzyżowania z drogą nr 802 i na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 802 biegnącą od tego skrzyżowania do wschodniej granicy gminy w powiecie mińskim,

gminy Borowie, Wilga i Garwolin z miastem Garwolin w powiecie garwolińskim,

gminy Celestynów, Józefów, Karczew, Osieck, Otwock, Sobienie Jeziory i Wiązowna w powiecie otwockim,

powiat warszawski zachodni,

powiat legionowski,

powiat piaseczyński,

powiat pruszkowski,

gminy Chynów, Grójec, Jasieniec, Pniewy i Warka w powiecie grójeckim,

gminy Milanówek, Grodzisk Mazowiecki, Podkowa Leśna i Żabia Wola w powiecie grodziskim,

gminy Grabów nad Pilicą, Magnuszew i część gminy Głowaczów położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 48 w powiecie kozienickim,

część gminy Stromiec położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 48 w powiecie białobrzeskim,

powiat miejski Warszawa,

 

w województwie lubelskim:

gminy Czemierniki, Kąkolewnica, Komarówka Podlaska, Wohyń, część gminy Borki położona na południowy – wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19, miasto Radzyń Podlaski, część gminy wiejskiej Radzyń Podlaski położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północno-zachodniej granicy gminy i łącząca miejscowości Brzostówiec i Radowiec do jej przecięcia z granicą miasta Radzyń Podlaski, następnie na wschód od linii stanowiącej granicę miasta Radzyń Podlaski biegnącej do południowej granicy gminy i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 biegnącą od południowo zachodniej granicy gminy do granicy miasta Radzyń Podlaski oraz na południe od południowej granicy miasta Radzyń Podlaski do granicy gminy w powiecie radzyńskim,

gminy Stoczek Łukowski z miastem Stoczek Łukowski, Wola Mysłowska, Trzebieszów, część gminy Krzywda położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnąca od północnej granicy gminy w kierunku południowym i łączącą miejscowości Kożuchówka, Krzywda i Adamów, część gminy Stanin położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 807, i część gminy wiejskiej Łuków położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy przez miejscowość Wólka Świątkowa do północnej granicy miasta Łuków i na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 806 biegnącą od wschodniej granicy miasta Łuków do wschodniej granicy gminy wiejskiej Łuków i część miasta Łuków położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 biegnącą od północnej granicy miasta Łuków do skrzyżowania z drogą nr 806 i na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 806 biegnącą od tego skrzyżowania do wschodniej granicy miasta Łuków w powiecie łukowskim,

gminy Leśna Podlaska, Rossosz, Łomazy, Konstantynów, Piszczac, Rokitno, Biała Podlaska, Zalesie, Terespol z miastem Terespol, Drelów, Międzyrzec Podlaski z miastem Międzyrzec Podlaski w powiecie bialskim,

powiat miejski Biała Podlaska,

część gminy Siemień położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 815 i część gminy Milanów położona na zachód od drogi nr 813 w powiecie parczewskim,

gminy Niedźwiada, Ostrówek i część gminy Firlej położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 w powiecie lubartowskim,

część gminy Piaski położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 biegnącą od wschodniej granicy gminy Piaski do skrzyżowania z drogą nr S12 i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od skrzyżowania dróg nr 17 i nr S12 przez miejscowość Majdan Brzezicki do północnej granicy gminy w powiecie świdnickim;

gmina Fajsławice, Kraśniczyn, część gminy Krasnystaw położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 biegnącą od północno – wschodniej granicy gminy do granicy miasta Krasnystaw, miasto Krasnystaw i część gminy Łopiennik Górny położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 w powiecie krasnostawskim,

gminy Dołhobyczów, Mircze i część gminy wiejskiej Hrubieszów położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 844 oraz na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 74 i miasto Hrubieszów w powiecie hrubieszowskim,

gmina Telatyn w powiecie tomaszowskim,

część gminy Wojsławice położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy przez miejscowość Wojsławice do południowej granicy gminy w powiecie chełmskim,

gmina Grabowiec w powiecie zamojskim.

DEEL III

1.   Letland

De volgende gebieden in Letland:

Auces novada Ukru un Bēnes pagasti un Lielauces pagasta daļa uz Rietumiem no autoceļa P104 un Vītiņu pagasta daļa uz Ziemeļiem no autoceļa P96,

Brocēnu novada Cieceres un Gaiķu pagasts, Blīdenes pagasta daļa uz Dienvidiem no autoceļa A9, Remtes pagasta daļa uz rietumiem no autoceļa 1154 un P109, Brocēnu pilsēta,

Dobeles novada Penkules pagasts un Zebrenes pagasta daļa uz Rietumiem no autoceļa P104,

Jelgavas novada Jaunsvirlaukas, Valgundes, Kalnciema, Līvbērzes pagasts,

Kuldīgas novada Pelču, Snēpeles un Vārmes pagasts, Rumbas pagasta daļa uz dienvidiem no autoceļa P120, Kurmāles pagasta daļa uz austrumiem no autoceļa 1283 un 1290, un uz dienvidrietumiem no autoceļa P118,

Neretas novada Mazzalves pagasts,

Ozolnieku novada Salgales pagasts,

Saldus novada Novadnieku, Kursīšu, Zvārdes, Saldus, Zirņu, Lutriņu, Zaņas, Ezeres un Jaunlutriņu pagasts, Saldus pilsēta,

Tērvetes novada Bukaišu pagasts,

Vecumnieku novada Kurmenes pagasts.

2.   Litouwen

De volgende gebieden in Litouwen:

Akmenės rajono savivaldybė,

Alytaus miesto savivaldybė,

Alytaus rajono savivaldybė: Alytaus, Alovės, Butrimonių, Daugų, Nemunaičio, Pivašiūnų, Punios ir Raitininkų seniūnijos,

Birštono savivaldybė,

Jurbarko rajono savivaldybė: Girdžių, Juodaičių, Raudonės, Seredžiaus, Skirsnemunės, Šimkaičių ir Veliuonos seniūnijos,

Joniškio rajono savivaldybė,

Kauno rajono savivaldybė: Babtų, Čekiškės, Vilkijos ir Vilkijos apylinkių seniūnijos,

Kaišiadorių rajono savivaldybė: Paparčių ir Žaslių seniūnijos,

Kėdainių rajono savivaldybė: Dotnuvos, Josvainių, Kėdainių miesto, Krakių, Pelėdnagių ir Pernaravos seniūnijos,

Kelmės rajono savivaldybė: Tytyvėnų seniūnijos dalis į rytus ir pietus nuo kelio Nr. 157 ir į rytus nuo kelio Nr. 2105 ir Tytuvėnų apylinkių seniūnijos dalis į pietus nuo kelio Nr. 157 ir į rytus nuo kelio Nr. 2105,

Lazdijų rajono savivaldybė,

Marijampolės savivaldybė: Degučių, Mokolų, Narto, Marijampolės seniūnijos,

Mažeikių rajono savivaldybės: Laižuvos, Mažeikių apylinkės, Mažeikių, Reivyčių, Tirkšlių ir Viekšnių seniūnijos,

Molėtų rajono savivaldybė: Dubingių, Giedraičių seniūnijos,

Pakruojo rajono savivaldybė: Guostagalio seniūnija, Klovainių seniūnijos dalis į pietus nuo kelio Nr. 150, Linkuvos seniūnijos dalis į vakarus nuo kelio Nr. 151 ir kelio Nr. 211, Lygumų, Pakruojo, Pašvitinio, Rozalimo ir Žeimelio seniūnijos,

Prienų rajono savivaldybė: Jiezno ir Stakliškių seniūnijos,

Radviliškio rajono savivaldybė: Baisogalos seniūnijos dalis į rytus nuo kelio Nr. 144, Grinkiškio, Pakalniškių, Sidabravo, Skėmių seniūnijos, Šeduvos miesto seniūnijos dalis į šiaurę nuo kelio Nr. A9 ir į rytus nuo kelio Nr. 3417, Šaukoto ir Šiaulėnų seniūnijos,

Raseinių rajono savivaldybė: Ariogalos, Betygalos, Pagojukų Šiluvos, Kalnujų seniūnijos ir Girkalnio seniūnijos dalis į pietus nuo kelio Nr. A1,

Šakių rajono savivaldybė: Gelgaudiškio, Kidulių, Plokščių ir Šakių seniūnijos,

Šiaulių miesto savivaldybė,

Šiaulių rajono savivaldybė,

Širvintų rajono savivaldybė: Alionių seniūnija,

Telšių rajono savivaldybė: Tryškių seniūnija,

Trakų rajono savivaldybė,

Varėnos rajono savivaldybė

Vilniaus rajono savivaldybė: Paberžės sen.

3.   Polen

De volgende gebieden in Polen:

 

w województwie warmińsko-mazurskim:

gminy Lelkowo, Pieniężno, Płoskinia, Wilczęta i część gminy wiejskiej Braniewo położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr E28 i S22 w powiecie braniewskim,

gminy Bartoszyce z miastem Bartoszyce, Górowo Iławeckie z miastem Górowo Iławeckie i Sępopol w powiecie bartoszyckim,

gmina Młynary w powiecie elbląskim,

część gminy Kiwity położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 513 i część gminy Lidzbark Warmiński położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 513 biegnącą od wschodniej granicy gminy do wschodniej granicy miasta Lidzbark Warmiński i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 511 w powiecie lidzbarskim,

gminy Srokowo, Barciany i część gminy Korsze położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy łączącą miejscowości Krelikiejmy i Sątoczno i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Sątoczno, Sajna Wielka biegnącą do skrzyżowania z drogą nr 590 w miejscowości Glitajny, a następnie na zachód od drogi nr 590 do skrzyżowania z drogą nr 592 i na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 592 biegnącą od zachodniej granicy gminy do skrzyżowania z drogą nr 590 w powiecie kętrzyńskim,

gmina Budry i część gminy Węgorzewo położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 biegnącą od południowo-wschodniej granicy gminy do skrzyżowania z drogą nr 650, a następnie na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 650 biegnącą od skrzyżowania z drogą nr 63 do skrzyżowania z drogą biegnącą do miejscowości Przystań i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Przystań, Pniewo, Kamionek Wielki, Radzieje, Dłużec w powiecie węgorzewskim,

część gminy Banie Mazurskie położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 650 w powiecie gołdapskim,

 

w województwie podlaskim:

gminy Dąbrowa Białostocka, Sidra, część gminy Nowy Dwór położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 670, część gminy Janów położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 671 biegnącą od wschodniej granicy gminy do miejscowości Janów i na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Janów, Trofimówka i Kizielany i część gminy Suchowola położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 8 biegnącą od północnej granicy gminy do miejscowości Suchowola, a następnie przedłużonej drogą łączącą miejscowości Suchowola i Dubasiewszczyzna biegnącą do południowo-wschodniej granicy gminy w powiecie sokólskim,

gmina Giby, część gminy Krasnopol położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 653 i część gminy Sejny położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 653 oraz południowo - zachodnią granicę miasta Sejny i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 663 w powiecie sejneńskim,

gmina Orla, część gminy Bielsk Podlaski położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 w powiecie bielskim,

gminy Czyże, część gminy Dubicze Cerkiewne położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 685,część gminy Kleszczele położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogi nr 685, a następnie nr 66 i nr 693 i część gminy Hajnówka położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 689 i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 685 w powiecie hajnowskim,

gmina Goniądz w powiecie monieckim,

 

w województwie mazowieckim:

gmina Nasielsk w powiecie nowodworskim,

gmina Świercze i część gminy Winnica położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Bielany, Winnica i Pokrzywnica w powiecie pułtuskim,

gmina Nowe Miasto w powiecie płońskim,

gminy Domanice, Korczew, Paprotnia, Skórzec, Wiśniew, Mokobody, Siedlce, Suchożebry, część gminy Kotuń położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Nowa Dąbrówka, Pieróg, Kotuń wzdłuż ulicy Gorzkowskiego i Kolejowej do przejazdu kolejowego łączącego się z ulicą Siedlecką, Broszków, Żuków, część gminy Mordy położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 698 biegnącą od zachodniej granicy gminy do północno – wschodniej granicy gminy i część gminy Zbuczyn położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnowschodniej do południowej granicy gminy i łączącą miejscowości: Tarcze, Choja, Zbuczyn, Grodzisk, Dziewule i Smolanka w powiecie siedleckim,

powiat miejski Siedlce,

gmina Siennica, część gminy Mińsk Mazowiecki położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 92 biegnącą od zachodniej granicy gminy do granicy miasta Mińsk Mazowiecki i na południe od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy miasta Mińsk Mazowiecki łączącą miejscowości Targówka, Budy Barcząckie do wschodniej granicy gminy, część gminy Cegłów położona na południe od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od zachodniej granicy gminy łączącą miejscowości Wiciejów, Mienia, Cegłów i na zachód od linii wyznaczonej przez drogę łączącą miejscowości Cegłów, Skwarne i Podskwarne biegnącą do wschodniej granicy gminy i części gminy Latowicz położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy przez miejscowość Stawek do skrzyżowania z drogą nr 802 i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 802 biegnącą od tego skrzyżowania do wschodniej granicy gminy w powiecie mińskim,

gmina Kołbiel w powiecie otwockim,

gminy Parysów i Pilawa w powiecie garwolińskim,

 

w województwie lubelskim:

gminy Białopole, Dubienka, Chełm, Leśniowice, Wierzbica, Sawin, Ruda Huta, Dorohusk, Kamień, Rejowiec, Rejowiec Fabryczny z miastem Rejowiec Fabryczny, Siedliszcze, Żmudź i część gminy Wojsławice położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy do miejscowości Wojsławice do południowej granicy gminy w powiecie chełmskim,

powiat miejski Chełm,

gmina Siennica Różana część gminy Łopiennik Górny położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 i część gminy Krasnystaw położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 17 biegnącą od północno – wschodniej granicy gminy do granicy miasta Krasnystaw w powiecie krasnostawskim,

gminy Hanna, Hańsk, Wola Uhruska, Urszulin, Stary Brus, Wyryki i gmina wiejska Włodawa w powiecie włodawskim,

gminy Cyców, Ludwin, Puchaczów, Milejów i część gminy Spiczyn położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 829 w powiecie łęczyńskim,

gmina Trawniki w powiecie świdnickim,

gminy Jabłoń, Podedwórze, Dębowa Kłoda, Parczew, Sosnowica, część gminy Siemień położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 815 i część gminy Milanów położona na wschód od drogi nr 813 w powiecie parczewskim,

gminy Janów Podlaski, Kodeń, Sławatycze, Sosnówka, Tuczna i Wisznice w powiecie bialskim,

gmina Ulan Majorat, część gminy wiejskiej Radzyń Podlaski położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północno-zachodniej granicy gminy i łączącą miejscowości Brzostówiec i Radowiec do jej przecięcia z granicą miasta Radzyń Podlaski, a następnie na zachód od linii stanowiącej granicę miasta Radzyń Podlaski do jej przecięcia z drogą nr 19 i na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 biegnącą od południowo zachodniej granicy gminy do granicy miasta Radzyń Podlaski, część gminy Borki położona na północny – zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 w powiecie radzyńskim,

gminy Jeziorzany, Michów, Kock, Ostrów Lubelski, Serniki, Uścimów i część gminy Firlej położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę nr 19 w powiecie lubartowskim,

gminy Adamów, Serokomla Wojcieszków, część gminy wiejskiej Łuków położona na zachód od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od północnej granicy gminy przez miejscowość Wólka Świątkowa do północnej granicy miasta Łuków, a następnie na północ, zachód, południe i wschód od linii stanowiącej północną, zachodnią, południową i wschodnią granicę miasta Łuków do jej przecięcia się z drogą nr 806 i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 806 biegnącą od wschodniej granicy miasta Łuków do wschodniej granicy gminy wiejskiej Łuków, część miasta Łuków położona na zachód i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 63 biegnącą od północnej granicy miasta Łuków do skrzyżowania z drogą nr 806 i na południe od linii wyznaczonej przez drogę nr 806 biegnącą do wschodniej granicy miasta Łuków, część gminy Stanin położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 807 i część gminy Krzywda położona na wschód od linii wyznaczonej przez drogę biegnąca od północnej granicy gminy w kierunku południowym i łączącą miejscowości Kożuchówka, Krzywda i Adamów w powiecie łukowskim;

gminy Horodło, Uchanie i część gminy wiejskiej Hrubieszów położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 844 biegnącą od zachodniej granicy gminy wiejskiej Hrubieszów do granicy miasta Hrubieszów oraz na północ od linii wyznaczonej przez drogę nr 74 biegnącą od wschodniej granicy miasta Hrubieszów do wschodniej granicy gminy wiejskiej Hrubieszów w powiecie hrubieszowskim,

gmina Baranów w powiecie puławskim,

gminy Nowodwór i Ułęż w powiecie ryckim,

 

w województwie podkarpackim:

gminy Cieszanów, Lubaczów z miastem Lubaczów i część gminy Oleszyce położona na północ od linii wyznaczonej przez drogę biegnącą od wschodniej granicy gminy przez miejscowość Borchów do skrzyżowania z drogą nr 865 w miejscowości Oleszyce, a następnie na wschód od linii wyznaczonej przez drogę nr 865 biegnącą w kierunku północno-wschodnim do skrzyżowania z drogą biegnąca w kierunku północno-zachodnim przez miejscowość Lubomierz - na północ od linii wyznaczonej przez tę drogę do skrzyżowania z drogą łączącą miejscowości Uszkowce i Nowy Dzików – na wschód od tej drogi w powiecie lubaczowskim.

4.   Roemenië

De volgende gebieden in Roemenië:

Area of Bucharest,

Constanța county,

Satu Mare county,

Tulcea county,

Bacau county,

Bihor county,

Brăila county,

Buzău county,

Călărași county,

Dambovita county,

Galați county,

Giurgiu county,

Ialomița county,

Ilfov county,

Prahova county,

Salaj county,

Vaslui county,

Vrancea county.

DEEL IV

Italië

De volgende gebieden in Italië:

tutto il territorio della Sardegna.

”.