ISSN 1977-0758 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
60e jaargang |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst. |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/1 |
BESLUIT (EU) 2017/730 VAN DE RAAD
van 25 april 2017
tot sluiting van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 6, tweede alinea, onder a), v),
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 15 juli 2013 heeft de Raad de Commissie gemachtigd uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel (GATT) 1994 met bepaalde andere leden van de Wereldhandelsorganisatie onderhandelingen te openen in verband met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Unie. |
(2) |
De Commissie heeft onderhandelingen gevoerd volgens de door de Raad vastgestelde onderhandelingsrichtsnoeren. |
(3) |
Die onderhandelingen zijn afgesloten, en op 12 juli 2016 vond de parafering plaats van een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de GATT 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie (de „overeenkomst”). |
(4) |
De overeenkomst is namens de Europese Unie ondertekend op 25 november 2016, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een later tijdstip, overeenkomstig Besluit (EU) 2016/1995 van de Raad (2). |
(5) |
De overeenkomst moet worden goedgekeurd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie, wordt namens de Unie goedgekeurd.
De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
De voorzitter van de Raad wijst de persoon (personen) aan die bevoegd is (zijn) om namens de Unie over te gaan tot de in de overeenkomst bedoelde kennisgeving, teneinde kenbaar te maken dat de Unie ermee instemt door de overeenkomst gebonden te zijn (3).
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Luxemburg, 25 april 2017.
Voor de Raad
De voorzitter
I. BORG
(1) Het Europees Parlement heeft goedkeuring tot sluiting van de overeenkomst verleend op 15 maart 2017.
(2) Besluit (EU) 2016/1995 van de Raad van 11 november 2016 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie (PB L 308 van 16.11.2016, blz. 1.
(3) De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst zal door het secretariaat-generaal van de Raad in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt.
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/3 |
OVEREENKOMST
in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie
A. Brief van de Unie
Geachte heer,
Naar aanleiding van de onderhandelingen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 over de wijziging van de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie, doe ik hierbij het volgende voorstel:
De Europese Unie verwerkt in haar lijst van verbintenissen voor het douanegebied van de EU 28 de concessies die zijn opgenomen in de lijst van verbintenissen van de EU 27 met onderstaande wijzigingen:
|
Toevoeging van 4 766 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor „Delen van hanen of kippen, bevroren”, tariefposten 0207.14.10, 0207.14.50 en 0207.14.70, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 610 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor „Delen van kalkoenen, bevroren”, tariefposten 0207.27.10, 0207.27.20 en 0207.27.80, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 36 000 ton aan het erga-omnesdeel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 78 000 ton aan het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent. |
Wat het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, van 78 000 ton betreft, zal de Europese Unie ongeacht het vastgelegde recht van 98 EUR/ton binnen het contingent, autonoom de volgende rechten toepassen:
— |
in de eerste zes jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 11 EUR/ton, en |
— |
in het zevende jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 54 EUR/ton. |
De Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië stellen elkaar in kennis van de voltooiing van hun interne procedures voor de inwerkingtreding van de overeenkomst. De overeenkomst treedt in werking veertien dagen na de dag waarop de laatste kennisgeving wordt ontvangen.
U wordt vriendelijk verzocht te bevestigen dat uw regering met de inhoud van deze brief instemt. Ik heb de eer voor te stellen dat, indien het bovenstaande voor uw regering aanvaardbaar is, deze brief en uw bevestiging samen gelden als een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië.
Hoogachtend,
Съставено в Брюксел на
Hecho en Bruselas, el
V Bruselu dne
Udfærdiget i Bruxelles, den
Geschehen zu Brüssel am
Brüssel,
Έγινε στις Βρυξέλλες, στις
Done at Brussels,
Fait à Bruxelles, le
Sastavljeno u Bruxellesu
Fatto a Bruxelles, addì
Briselē,
Priimta Briuselyje,
Kelt Brüsszelben,
Magħmul fi Brussell,
Gedaan te Brussel,
Sporządzono w Brukseli, dnia
Feito em Bruxelas,
Întocmit la Bruxelles,
V Bruseli
V Bruslju,
Tehty Brysselissä
Utfärdat i Bryssel den
За Европейския съюз
Рог la Unión Europea
Za Evropskou Unii
For Den Europæiske Union
Für die Europäische Union
Euroopa Liidu nimel
Για την Ευρωπαϊκή Ένωση
For the European Union
Pour l'Union européenne
Za Europsku Uniju
Per l'Unione europea
Eiropas Savienības vārdā –
Europos Sąjungos vardu
Az Európai Unió részéről
Għall-Unjoni Ewropea
Voor de Europese Unie
W imieniu Unii Europejskiej
Pela União Europeia
Pentru Uniunea Europeană
Za Európsku úniu
Za Evropsko unijo
Euroopan unionin puolesta
För Europeiska unionen
B. Brief van de Federale Republiek Brazilië
Geachte heer,
Hierbij bevestig ik de ontvangst van uw brief van vandaag, welke als volgt luidt:
„Naar aanleiding van de onderhandelingen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 over de wijziging van de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie, doe ik hierbij het volgende voorstel:
De Europese Unie verwerkt in haar lijst van verbintenissen voor het douanegebied van de EU 28 de concessies die zijn opgenomen in de lijst van verbintenissen van de EU 27 met onderstaande wijzigingen:
|
Toevoeging van 4 766 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor „Delen van hanen of kippen, bevroren”, tariefposten 0207.14.10, 0207.14.50 en 0207.14.70, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 610 ton aan het aan Brazilië toegewezen EU-tariefcontingent voor „Delen van kalkoenen, bevroren”, tariefposten 0207.27.10, 0207.27.20 en 0207.27.80, en behoud van het huidige recht van 0 % binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 36 000 ton aan het erga-omnesdeel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent; |
|
Toevoeging van 78 000 ton aan het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, en behoud van het huidige recht van 98 EUR/ton binnen het contingent. |
Wat het aan Brazilië toegewezen deel van het EU-tariefcontingent voor „Ruwe rietsuiker, bestemd om te worden geraffineerd”, tariefposten 1701.13.10 en 1701.14.10, van 78 000 ton betreft, zal de Europese Unie ongeacht het vastgelegde recht van 98 EUR/ton binnen het contingent, autonoom de volgende rechten toepassen:
— |
in de eerste zes jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 11 EUR/ton, en |
— |
in het zevende jaar waarin dit volume beschikbaar is, een recht binnen het contingent van niet meer dan 54 EUR/ton. |
De Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië stellen elkaar in kennis van de voltooiing van hun interne procedures voor de inwerkingtreding van de overeenkomst. De overeenkomst treedt in werking veertien dagen na de dag waarop de laatste kennisgeving wordt ontvangen.
U wordt vriendelijk verzocht te bevestigen dat uw regering met de inhoud van deze brief instemt. Ik heb de eer voor te stellen dat, indien het bovenstaande voor uw regering aanvaardbaar is, deze brief en uw bevestiging samen gelden als een Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië.”
Ik heb de eer u mede te delen dat mijn regering met de inhoud van deze brief instemt.
Hoogachtend,
Fait à Bruxelles, le
Съставено в Брюксел на
Hecho en Bruselas, el
V Bruselu dne
Udfærdiget i Bruxelles, den
Geschehen zu Brüssel am
Brüssel,
Έγινε στις Βρυξέλλες, στις
Done at Brussels,
Sastavljeno u Bruxellesu
Fatto a Bruxelles, addì
Briselē,
Priimta Briuselyje,
Kelt Brüsszelben,
Magħmul fi Brussell,
Gedaan te Brussel,
Sporządzono w Brukseli, dnia
Feito em Bruxelas,
Întocmit la Bruxelles,
V Bruseli
V Bruslju,
Tehty Brysselissä
Utfärdat i Bryssel den
Pela República Federativa do Brasil
За Федеративна република Бразилия
Por la República Federativa de Brasil
Za Brazilskou Federativní republiku
For den Føderative Republik Brasilien
Für die Föderative Republik Brasilien
Brasiilia Liitvabariigi nimel
Για την Ομοσπονδιακή Δημοκρατία της Βραζιλίας
For the Federative Republic of Brazil
Pour la République fédérative du Brésil
Za Saveznu Republiku Brazil
Per la Repubblica federativa del Brasile
Brazīlijas Federatīvās Republikas vārdā –
Brazilijos Federacinės Respublikos vardu
A Brazil Szövetségi Köztársaság részéről
Għar-Repubblika Federattiva tal-Brażil
Voor de Federale Republiek Brazilië
W imieniu Federacyjnej Republiki Brazylii
Pentru Republica Federativă a Braziliei
Za Brazílsku federatívnu republiku
Za Federativno republiko Brazilijo
Brasilian liittotasavallan puolesta
För Förbundsrepubliken Brasilien
VERORDENINGEN
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/7 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/731 VAN DE COMMISSIE
van 25 april 2017
tot wijziging van de modellen van veterinaire certificaten BOV-X, BOV-Y, BOV en OVI in de bijlagen I en II bij Verordening (EU) nr. 206/2010, de modelcertificaten GEL, COL, RCG en TCG in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 en het modelcertificaat voor samengestelde producten in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012 wat betreft de voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2002/99/EG van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (1), en met name artikel 9, lid 2, onder b), en artikel 9, lid 4, onder b),
Gezien Richtlijn 2004/68/EG van de Raad van 26 april 2004 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer in en de doorvoer door de Gemeenschap van bepaalde levende hoefdieren, tot wijziging van de Richtlijnen 90/426/EEG en 92/65/EEG en tot intrekking van Richtlijn 72/462/EEG (2), en met name artikel 13, lid 1, onder e),
Gezien Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name artikel 16, tweede alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) nr. 206/2010 van de Commissie (4) bevat onder meer de voorschriften inzake veterinaire certificering voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde zendingen levende dieren, met inbegrip van als landbouwhuisdier gehouden runderen, en zendingen voor menselijke consumptie bestemd vers vlees, met inbegrip van vers vlees van als landbouwhuisdier gehouden runderen, schapen en geiten. |
(2) |
Bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 206/2010 bevat een model van het veterinaire certificaat voor als landbouwhuisdier gehouden runderen (inclusief Bubalus, Bison en kruisingen daarvan) bestemd voor fok- en/of gebruiksdoeleinden na invoer (BOV-X) en een model van het veterinaire certificaat voor als landbouwhuisdier gehouden runderen (inclusief Bubalus, Bison en kruisingen daarvan) bestemd om na invoer onmiddellijk te worden geslacht (BOV-Y). Bijlage II, deel 2, bij die verordening bevat een model van het veterinaire certificaat voor vers vlees, met inbegrip van gehakt vlees, van als landbouwhuisdier gehouden runderen (inclusief Bison, Bubalus en kruisingen daarvan) (BOV) en een model van het veterinaire certificaat voor vers vlees, met inbegrip van gehakt vlees, van als landbouwhuisdier gehouden schapen (Ovis aries) en geiten (Capra hircus) (OVI). Die modellen van veterinaire certificaten omvatten garanties betreffende boviene spongiforme encefalopathie (BSE). |
(3) |
Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie (5) bevat onder meer de voorschriften inzake veterinaire certificering voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong. |
(4) |
Deel III van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 bevat een modelcertificaat voor de invoer van gelatine bestemd voor menselijke consumptie (GEL), deel IV van die bijlage bevat een modelcertificaat voor de invoer van collageen bestemd voor menselijke consumptie (COL), deel V van die bijlage bevat een modelcertificaat voor de invoer van grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen bestemd voor menselijke consumptie (RCG), en deel VI van die bijlage bevat een modelcertificaat voor de invoer van behandelde grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen bestemd voor menselijke consumptie (TCG). Die modellen van veterinaire certificaten omvatten garanties betreffende BSE voor producten afkomstig van runderen, schapen en geiten. |
(5) |
Verordening (EU) nr. 28/2012 van de Commissie (6) bevat onder meer de voorschriften voor de gezondheidscertificering voor de invoer in en de doorvoer door de Unie van zendingen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde samengestelde producten. |
(6) |
Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012 bevat het modelgezondheidscertificaat voor invoer in de Europese Unie van voor menselijke consumptie bestemde samengestelde producten. Dat modelgezondheidscertificaat omvat garanties betreffende BSE voor producten afkomstig van runderen, schapen en geiten. |
(7) |
Bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad (7) zijn voorschriften vastgesteld inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij runderen, schapen en geiten. Hoofdstuk B van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 bevat de voorwaarden voor de invoer in de Unie van runderen wat BSE betreft en hoofdstuk C van die bijlage bevat de voorwaarden voor de invoer in de Unie van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong van runderen, schapen en geiten wat BSE betreft. |
(8) |
Verordening (EG) nr. 999/2001 is gewijzigd bij Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie (8). Die wijziging zorgt onder meer voor verduidelijking van de regels in de hoofdstukken B en C van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001. Ook de vereiste dat op het etiket van runderkarkassen of delen van runderkarkassen een blauwe streep moet worden aangebracht wanneer de verwijdering van de wervelkolom niet vereist is, zoals bepaald in hoofdstuk C van bijlage IX bij die verordening, is gewijzigd. Deze wijziging houdt in dat op het etiket een rode streep moet worden aangebracht wanneer die verwijdering vereist is voor in de Unie ingevoerde producten van dierlijke oorsprong van runderen. |
(9) |
Bij Verordening (EG) nr. 999/2001, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2016/1396, wordt met name de invoer toegestaan van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong van runderen, schapen en geiten uit derde landen met een verwaarloosbaar BSE-risico, zoals bepaald in bijlage IX, hoofdstuk C, afdeling B, ook wanneer die producten afgeleid zijn van grondstoffen afkomstig uit landen met een gecontroleerd of een onbepaald BSE-risico, op voorwaarde dat gespecificeerd risicomateriaal uit die grondstoffen is verwijderd. |
(10) |
De modellen van veterinaire certificaten BOV-X en BOV-Y in bijlage I, deel 2, en BOV en OVI in bijlage II, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 206/2010, de modellen van veterinaire certificaten GEL, COL, RCG en TCG in bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 en het modelgezondheidscertificaat voor invoer in de Unie van samengestelde producten in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012 moeten daarom worden gewijzigd om er de voorschriften in op te nemen inzake de invoer van runderen, van vers vlees van runderen, schapen en geiten, en van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong van runderen, schapen en geiten zoals vastgesteld in Verordening (EG) nr. 999/2001 zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2016/1396. |
(11) |
Verordening (EU) nr. 206/2010, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 en Verordening (EU) nr. 28/2012 moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(12) |
In Verordening (EU) 2016/1396 is bepaald dat de wijzigingen die daarbij in bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 zijn aangebracht van toepassing zijn vanaf 1 juli 2017. |
(13) |
Ter voorkoming van de verstoring van de invoer in de Unie van zendingen van levende runderen, schapen en geiten, van vers vlees van als landbouwhuisdier gehouden runderen, schapen en geiten, van gelatine, collageen, grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen en behandelde grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen bestemd voor menselijke consumptie en van bepaalde samengestelde producten bestemd voor menselijke consumptie moet het gebruik van certificaten die zijn afgegeven overeenkomstig Verordening (EU) nr. 206/2010, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 en Verordening (EU) nr. 28/2012 zoals van toepassing vóór de bij deze verordening ingevoerde wijzigingen onder bepaalde voorwaarden gedurende een overgangsperiode verder worden toegestaan. |
(14) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I en II bij Verordening (EU) nr. 206/2010 worden gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.
Artikel 2
Bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.
Artikel 3
Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage III bij deze verordening.
Artikel 4
1. Gedurende een overgangsperiode tot en met 31 december 2017 mogen zendingen van levende runderen, schapen en geiten die vergezeld gaan van een certificaat dat is afgegeven volgens het model in bijlage I, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 206/2010, en zendingen van vers vlees van als landbouwhuisdier gehouden runderen, schapen en geiten die vergezeld gaan van een certificaat dat is afgegeven volgens het model in bijlage II, deel 2, bij Verordening (EU) nr. 206/2010, zoals die golden vóór de bij deze verordening aangebrachte wijzigingen, in de Unie blijven worden ingevoerd op voorwaarde dat het certificaat uiterlijk op 30 november 2017 is afgegeven.
2. Gedurende een overgangsperiode tot en met 31 december 2017 mogen zendingen van gelatine bestemd voor menselijke consumptie, collageen bestemd voor menselijke consumptie, grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen bestemd voor menselijke consumptie en behandelde grondstoffen voor de productie van gelatine en collageen bestemd voor menselijke consumptie die vergezeld gaan van een certificaat dat is afgegeven volgens het model in respectievelijk deel III, IV, V en VI van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759, zoals dat gold vóór de bij deze verordening aangebrachte wijzigingen, in de Unie blijven worden ingevoerd op voorwaarde dat het certificaat uiterlijk op 30 november 2017 is afgegeven.
3. Gedurende een overgangsperiode tot en met 31 december 2017 mogen zendingen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde samengestelde producten die vergezeld gaan van een certificaat dat is afgegeven volgens het model in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012, zoals dat gold vóór de bij deze verordening aangebrachte wijzigingen, in de Unie blijven worden ingevoerd op voorwaarde dat het certificaat uiterlijk op 30 november 2017 is afgegeven.
Artikel 5
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is van toepassing vanaf 1 juli 2017.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 april 2017.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 18 van 23.1.2003, blz. 11.
(2) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 320.
(3) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 206.
(4) Verordening (EU) nr. 206/2010 van de Commissie van 12 maart 2010 tot vaststelling van lijsten van derde landen en gebieden, of delen daarvan, waaruit bepaalde dieren en vers vlees in de Europese Unie mogen worden binnengebracht, en van de voorschriften inzake veterinaire certificering (PB L 73 van 20.3.2010, blz. 1).
(5) Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie van 28 april 2016 tot vaststelling van lijsten van derde landen, delen van derde landen en gebieden waaruit de lidstaten het binnenbrengen in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong moeten toestaan, tot vaststelling van certificeringsvoorschriften, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 en tot intrekking van Beschikking 2003/812/EG (PB L 126 van 14.5.2016, blz. 13).
(6) Verordening (EU) nr. 28/2012 van de Commissie van 11 januari 2012 tot vaststelling van voorschriften voor de certificering van de invoer in en de doorvoer door de Unie van bepaalde samengestelde producten en tot wijziging van Beschikking 2007/275/EG en Verordening (EG) nr. 1162/2009 (PB L 12 van 14.1.2012, blz. 1).
(7) Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1).
(8) Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie van 18 augustus 2016 tot wijziging van bepaalde bijlagen bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 225 van 19.8.2016, blz. 76).
BIJLAGE I
De bijlagen I en II bij Verordening (EU) nr. 206/2010 worden als volgt gewijzigd:
1) |
Bijlage I, deel 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Bijlage II, deel 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
BIJLAGE II
Bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
In deel III wordt het modelcertificaat voor de invoer van gelatine bestemd voor menselijke consumptie, model GEL, als volgt gewijzigd:
|
2) |
In deel IV wordt het modelcertificaat voor de invoer van collageen bestemd voor menselijke consumptie, model COL, als volgt gewijzigd:
|
3) |
In deel V wordt het modelcertificaat voor de invoer van grondstoffen voor de productie van gelatine/collageen bestemd voor menselijke consumptie, model RCG, als volgt gewijzigd:
|
4) |
In deel VI wordt het modelcertificaat voor de invoer van behandelde grondstoffen voor de productie van gelatine/collageen bestemd voor menselijke consumptie, model TCG, als volgt gewijzigd:
|
BIJLAGE III
In bijlage I bij Verordening (EU) nr. 28/2012 wordt het modelgezondheidscertificaat voor invoer in de Europese Unie van voor menselijke consumptie bestemde samengestelde producten als volgt gewijzigd:
1) |
In punt II.2.A van deel II Informatie over de gezondheid wordt punt E vervangen door:
|
2) |
In deel II van de opmerkingen wordt de volgende voetnoot 11 toegevoegd:
|
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/29 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/732 VAN DE COMMISSIE
van 25 april 2017
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 april 2017.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Jerzy PLEWA
Directeur-generaal
Directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
EG |
288,4 |
MA |
98,4 |
|
TR |
122,6 |
|
ZZ |
169,8 |
|
0707 00 05 |
MA |
79,4 |
TR |
152,9 |
|
ZZ |
116,2 |
|
0709 93 10 |
MA |
78,6 |
TR |
141,3 |
|
ZZ |
110,0 |
|
0805 10 22 , 0805 10 24 , 0805 10 28 |
EG |
51,7 |
IL |
80,7 |
|
MA |
50,0 |
|
TR |
71,4 |
|
ZZ |
63,5 |
|
0805 50 10 |
AR |
68,9 |
TR |
67,0 |
|
ZZ |
68,0 |
|
0808 10 80 |
AR |
89,5 |
BR |
108,0 |
|
CL |
131,3 |
|
CN |
147,6 |
|
NZ |
152,0 |
|
US |
116,7 |
|
ZA |
80,7 |
|
ZZ |
118,0 |
|
0808 30 90 |
AR |
155,6 |
CL |
132,6 |
|
CN |
81,4 |
|
ZA |
123,6 |
|
ZZ |
123,3 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
BESLUITEN
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/31 |
BESLUIT (EU) 2017/733 VAN DE RAAD
van 25 april 2017
betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Kroatië
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien de Akte betreffende de toetreding van Kroatië, en met name artikel 4, lid 2,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Krachtens artikel 4, lid 2, van de Akte betreffende de toetreding van Kroatië zijn de bepalingen van het Schengenacquis welke niet in artikel 4, lid 1, bedoeld worden, in Kroatië slechts toepasselijk op grond van een daartoe strekkend besluit van de Raad, nadat overeenkomstig de toepasselijke Schengenevaluatieprocedures is geconstateerd dat in Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van alle onderdelen van het betreffende acquis is voldaan, inclusief de effectieve toepassing van alle Schengenvoorschriften overeenkomstig de overeengekomen gemeenschappelijke normen en de grondbeginselen. |
(2) |
De toepasselijke Schengenevaluatieprocedures zijn vastgesteld in Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad (2). |
(3) |
De Schengenevaluatie met betrekking tot gegevensbescherming in Kroatië is in februari 2016 uitgevoerd. De Commissie heeft bij een uitvoeringsbesluit een evaluatieverslag goedgekeurd waarin wordt bevestigd dat in Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van het Schengenacquis met betrekking tot gegevensbescherming is voldaan. |
(4) |
Overeenkomstig artikel 1, lid 1, van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/450 van de Commissie (3) is geconstateerd dat het Kroatische nationale systeem (N.SIS) technisch gereed is voor aansluiting op het Schengeninformatiesysteem (hierna „SIS” genoemd). |
(5) |
Aangezien Kroatië zodoende de nodige technische en juridische regelingen heeft getroffen om SIS-gegevens te verwerken en aanvullende informatie uit te wisselen, kan de Raad thans de datum bepalen waarop het Schengenacquis met betrekking tot SIS in Kroatië van toepassing zal worden. |
(6) |
De inwerkingtreding van het onderhavige besluit moet de overdracht van SIS-gegevens aan Kroatië mogelijk maken. Door het concrete gebruik van die gegevens moet de Commissie zich ervan kunnen vergewissen of de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot SIS in Kroatië correct worden toegepast. Nadat is geconstateerd dat in Kroatië aan de nodige voorwaarden voor de toepassing van alle onderdelen van het Schengenacquis is voldaan, dient de Raad te besluiten tot afschaffing van controles aan de binnengrenzen. |
(7) |
De datum voor de afschaffing van de controles aan de binnengrenzen met Kroatië dient bij afzonderlijk besluit van de Raad te worden vastgesteld. Tot de in dat besluit vastgestelde datum dienen aan het gebruik van SIS bepaalde beperkingen te worden gesteld. |
(8) |
Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de door de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (4), die vallen onder het gebied dat in artikel 1, punt G, van Besluit 1999/437/EG van de Raad (5) is bedoeld. |
(9) |
Wat Zwitserland betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (6), die vallen onder het gebied dat is bedoeld in artikel 1, punt G, van Besluit 1999/437/EG, gelezen in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad (7) en artikel 3 van Besluit 2008/149/JBZ van de Raad (8). |
(10) |
Wat Liechtenstein betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis, als bedoeld in het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (9), die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punt G, van Besluit 1999/437/EG van de Raad, gelezen in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/349/EU van de Raad (10) en artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad (11), |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Onder de in dit artikel vermelde voorwaarden, zijn de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem (SIS), vervat in de bijlage bij dit besluit, met ingang van 27 juni 2017 van toepassing op de Republiek Kroatië in zijn betrekkingen met:
a) |
het Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden; |
b) |
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, met betrekking tot de bepalingen als bedoeld in Besluit 2007/533/JBZ van de Raad (12), en |
c) |
de Republiek IJsland, het Koninkrijk Noorwegen, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein. |
2. Met ingang van 2 mei 2017 kunnen signaleringen onder Besluit 2007/533/JBZ en Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en van de Raad (13), in de zin van artikel 3, lid 1, van dat besluit en artikel 3, punt a), van die verordening, alsmede aanvullende informatie en extra gegevens in de zin van artikel 3, lid 1, onder b) en c), van dat besluit en artikel 3, punten b) en c), van die verordening die gerelateerd zijn aan die signaleringen, ter beschikking worden gesteld aan Kroatië in overeenstemming met de bepalingen van dat besluit en die verordening.
3. Met ingang van 27 juni 2017 kan Kroatië signaleringen en extra gegevens in SIS opnemen, SIS-gegevens gebruiken en aanvullende informatie uitwisselen, onder voorbehoud van de bepalingen van lid 4.
4. Totdat de controles bij interne grenzen met Kroatië zijn opgeheven:
a) |
is Kroatië niet verplicht de toegang tot of het verblijf op zijn grondgebied te weigeren aan onderdanen van derde landen die door een andere lidstaat zijn opgenomen met het oog op weigering van toegang of verblijf overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1987/2006; |
b) |
neemt Kroatië in SIS geen signaleringen en extra gegevens op en wisselt het evenmin aanvullende informatie uit over onderdanen van derde landen, met het oog op weigering van toegang of verblijf overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1987/2006. |
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 25 april 2017.
Voor de Raad
De voorzitter
I. BORG
(1) Standpunt van 5 april 2017 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
(2) Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad van 7 oktober 2013 betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme voor de controle van en het toezicht op de toepassing van het Schengenacquis en houdende intrekking van het besluit van 16 september 1998 tot oprichting van de Permanente Schengenbeoordelings- en toepassingscommissie (PB L 295 van 6.11.2013, blz. 27).
(3) Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/450 van de Commissie van 16 maart 2015 tot vaststelling van de testvoorschriften voor lidstaten die zich op het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) aansluiten of hun daar rechtstreeks voor bedoelde nationale systemen substantieel wijzigen (PB L 74 van 18.3.2015, blz. 31).
(4) PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.
(5) Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).
(6) PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.
(7) Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).
(8) Besluit 2008/149/JBZ van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50).
(9) PB L 160 van 18.6.2011, blz. 21.
(10) Besluit 2011/349/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis, met name betreffende de justitiële samenwerking in strafzaken en de politiële samenwerking (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 1).
(11) Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).
(12) Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 205 van 7.8.2007, blz. 63).
(13) Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 381 van 28.12.2006, blz. 4).
BIJLAGE
Lijst van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem overeenkomstig artikel 4, lid 2, van de Akte betreffende de toetreding van Kroatië
1. |
Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de toegang tot het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) voor de instanties die in de lidstaten belast zijn met de afgifte van kentekenbewijzen van voertuigen (1); |
2. |
Verordening (EG) nr. 1987/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (2); |
3. |
Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (3). |
(1) PB L 381 van 28.12.2006, blz. 1.
26.4.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 108/35 |
BESLUIT (GBVB) 2017/734 VAN DE RAAD
van 25 april 2017
tot wijziging van Besluit 2013/184/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Myanmar/Birma
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,
Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft op 22 april 2013 Besluit 2013/184/GBVB (1) betreffende beperkende maatregelen tegen Myanmar/Birma vastgesteld. |
(2) |
De Raad heeft op 21 april 2016 Besluit (GBVB) 2016/627 (2) vastgesteld, waarbij de beperkende maatregelen tot en met 30 april 2017 werden verlengd. |
(3) |
Op basis van een evaluatie van Besluit 2013/184/GBVB moeten de beperkende maatregelen tot en met 30 april 2018 worden verlengd. |
(4) |
Besluit 2013/184/GBVB moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 3 van Besluit 2013/184/GBVB wordt vervangen door:
„Artikel 3
Dit besluit is van toepassing tot en met 30 april 2018. Het wordt doorlopend geëvalueerd. Het wordt zo nodig verlengd of gewijzigd indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn verwezenlijkt.”.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 25 april 2017.
Voor de Raad
De voorzitter
I. BORG
(1) Besluit 2013/184/GBVB van de Raad van 22 april 2013 betreffende beperkende maatregelen tegen Myanmar/Birma en tot intrekking van Besluit 2010/232/GBVB (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 75).
(2) Besluit (GBVB) 2016/627 van de Raad van 21 april 2016 tot wijziging van Besluit 2013/184/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Myanmar/Birma (PB L 106 van 22.4.2016, blz. 23).