ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 60

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

60e jaargang
8 maart 2017


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/395 van de Raad van 7 maart 2017 tot uitvoering van artikel 13 van Verordening (EU) nr. 356/2010 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, in het licht van de situatie in Somalië

1

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/396 van de Raad van 7 maart 2017 tot uitvoering van artikel 9, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1183/2005 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo

9

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/397 van de Commissie van 7 maart 2017 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

32

 

 

BESLUITEN

 

*

Uitvoeringsbesluit (GBVB) 2017/398 van de Raad van 7 maart 2017 tot uitvoering van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië

34

 

*

Uitvoeringsbesluit (GBVB) 2017/399 van de Raad van 7 maart 2017 tot uitvoering van Besluit 2010/788/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Congo

41

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

8.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 60/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/395 VAN DE RAAD

van 7 maart 2017

tot uitvoering van artikel 13 van Verordening (EU) nr. 356/2010 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, in het licht van de situatie in Somalië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 356/2010 van de Raad van 26 april 2010 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, in het licht van de situatie in Somalië (1), en met name artikel 13,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 26 april 2010 Verordening (EU) nr. 356/2010 vastgesteld.

(2)

Het Comité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, ingesteld krachtens de Resoluties 751 (1992) en 1907 (2009) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, heeft op 12 januari 2017 de gegevens met betrekking tot 12 personen en één entiteit die aan beperkende maatregelen onderworpen zijn, geactualiseerd.

(3)

Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 356/2010 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 356/2010 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

L. GRECH


(1)  PB L 105 van 27.4.2010, blz. 1.


BIJLAGE

De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen en entiteit worden vervangen door de volgende vermeldingen:

I.   Personen

1.   Yasin Ali Baynah (alias a) Ali, Yasin Baynah, b) Ali, Yassin Mohamed, c) Baynah, Yasin, d) Baynah, Yassin, e) Baynax, Yasiin Cali, f) Beenah, Yasin, g) Beenah, Yassin, h) Beenax, Yasin, i) Beenax, Yassin, j) Benah, Yasin, k) Benah, Yassin, l) Benax, Yassin, m) Beynah, Yasin, n) Binah, Yassin, o) Cali, Yasiin Baynax)

Geboortedatum: 24 december 1965. Nationaliteit: Somalië. Andere nationaliteit: Zweden. Plaats: Rinkeby, Stockholm, Zweden; Mogadishu, Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774673

Yasin Ali Baynah heeft aangezet tot het plegen van aanslagen tegen de federale overgangsregering (TFG) en de missie van de Afrikaanse unie in Somalië (Amisom). Voorts heeft hij steun en fondsen verzameld namens de alliantie voor de herbevrijding van Somalië en namens Hisbul Islam, die beide metterdaad de vrede en veiligheid in Somalië in gevaar hebben gebracht, en met name het akkoord van Djibouti hebben verworpen en aanslagen tegen de TFG en de Amisom hebben gepleegd.

2.   Hassan Dahir Aweys (alias a) Ali, Sheikh Hassan Dahir Aweys, b) Awes, Hassan Dahir, c) Awes, Shaykh Hassan Dahir, d) Aweyes, Hassen Dahir, e) Aweys, Ahmed Dahir, f) Aweys, Sheikh, g) Aweys, Sheikh Hassan Dahir, h) Dahir, Aweys Hassan, i) Ibrahim, Mohammed Hassan, j) OAIS, Hassan Tahir, k) Uways, Hassan Tahir, l) „Hassan, Sheikh”)

Geboortedatum: 1935. Burger van: Somalië. Nationaliteit: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774682

Hassan Dahir Aweys is en blijft politiek en ideologisch voorman van een reeks gewapende oppositiegroepen die zich schuldig hebben gemaakt aan herhaalde schendingen van het algemene en algehele wapenembargo en/of aan feiten die een bedreiging vormen voor het vredesakkoord van Djibouti, de federale overgangsregering (TFG) en de leden van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom). Van juni 2006 tot september 2007 was Aweys voorzitter van het centraal comité van de Unie van islamitische rechtbanken; in juli 2008 riep hij zich uit tot voorzitter van de Asmara-vleugel van de alliantie voor de herbevrijding van Somalië; en in mei 2009 werd hij voorzitter van Hisbul Islam, een alliantie van groeperingen die de TFG bestrijden. In al deze hoedanigheden heeft Aweys door uitspraken en optreden blijk gegeven van het ondubbelzinnige en vaste voornemen de TFG te ontwrichten en de Amisom met geweld uit Somalië te verdrijven.

3.   Hassan Abdullah Hersi Al-Turki (alias a) Al-Turki, Hassan, b) Turki, Hassan, c) Turki, Hassan Abdillahi Hersi, d) Turki, Sheikh Hassan, e) Xirsi, Xasan Cabdilaahi, f) Xirsi, Xasan Cabdulle)

Geboortedatum: circa 1944. Geboorteplaats: Ogaden-regio, Ethiopië. Nationaliteit: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774683

Hassan Abdullah Hersi Al-Turki is al sinds midden jaren negentig prominent militieleider, en heeft herhaaldelijk het wapenembargo geschonden. In 2006 leverde Al-Turki troepen voor de machtsovername in Mogadishu door de aan Al-Shabaab gelieerde Unie van islamitische rechtbanken, waarin hij zich als militair leider opwierp. Sinds 2006 laat hij diverse gewapende groeperingen, waaronder Al-Shabaab, trainen in het door hem gecontroleerde gebied. In september 2007 was in een nieuwsvideo van Al-Jazeera te zien hoe onder zijn leiding milities werden getraind.

4.   Ahmed Abdi aw-Mohamed (alias a) Abu Zubeyr, Muktar Abdirahman, b) Abuzubair, Muktar Abdulrahim, c) Aw Mohammed, Ahmed Abdi, d) Aw-Mohamud, Ahmed Abdi, e) „Godane”, f) „Godani”, g) „Mukhtar, Shaykh”, h) „Zubeyr, Abu”)

Geboortedatum: 10 juli 1977. Geboorteplaats: Hargeysa, Somalië. Nationaliteit: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774684

Ahmed Abdi Aw-Mohamed is een prominent leider van Al-Shabaab, waarvan hij in december 2007 publiekelijk als emir werd opgevoerd. Hij is belast met de bevelvoering over operaties van Al-Shabaab in geheel Somalië. Aw-Mohamed wijst het vredesproces van Djibouti af als een buitenlands complot; in mei 2009 gaf hij in een geluidsopname voor de Somalische media toe dat zijn troepen bij recente gevechten in Mogadishu waren betrokken.

6.   Bashir Mohamed Mahamoud (alias a) Bashir Mohamed Mahmoud, b) Bashir Mahmud Mohammed, c) Bashir Mohamed Mohamud, d) Bashir Mohamed Mohamoud, e) Bashir Yare, f) Bashir Qorgab, g) Gure Gap, h) „Abu Muscab”, i) „Qorgab”)

Geboortedatum: a) 1979 b) 1980 c) 1981 d) 1982.Nationaliteit: Somalië. Plaats: Mogadishu, Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774965

Bashir Mohamed Mahamoud is militair bevelhebber bij Al-Shabaab. Eind 2008 was hij een van de circa tien leden van de leiding. Samen met een handlanger was hij verantwoordelijk voor de mortieraanslag van 10 juni 2009 tegen de Somalische federale overgangsregering in Mogadishu.

8.   Fares Mohammed Mana'a (alias a) Faris Mana'a, b) Fares Mohammed Manaa)

Geboortedatum: 8 februari 1965. Geboorteplaats: Sadah, Jemen. Paspoortnummer: 00514146; plaats van afgifte: Sanaa, Jemen. Identiteitskaart nr.: 1417576; plaats van afgifte: Al-Amana, Jemen. datum van afgifte: 7 januari 1996.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774972

Fares Mohammed Mana'a heeft, in strijd met het wapenembargo tegen Somalië, al dan niet rechtstreeks wapens of aanverwant materieel geleverd, verkocht of overgebracht. Mana'a staat bekend als wapensmokkelaar. In oktober 2009 stond hij bovenaan op een zwarte lijst van wapenhandelaars, door de Jemenitische regering gepubliceerd om de toevloed van wapens in te dammen; het land telde naar verluidt al meer wapens dan inwoners. „Dat Faris Mana'a een belangrijk wapensmokkelaar is, is algemeen bekend,” aldus een verslag van juni 2009 van een Amerikaans journalist en commentator over Jemenitische aangelegenheden, die het halfjaarlijkse landenverslag schrijft en heeft meegewerkt aan Jane's Intelligence Group. In een artikel van december 2007 in de Yemen Times wordt hij aangeduid als „Sjeik Fares Mohammed Mana'a, wapenhandelaar”. In januari 2008 wordt in dezelfde krant naar hem verwezen als „Sjeik Fares Mohammed Mana'a, wapenverkoper”.

Medio 2008 blijft Jemen een draaischijf van illegale wapentransport naar de Hoorn van Afrika, vooral over zee naar Somalië. Volgens onbevestigde berichten heeft Faris Mana'a herhaaldelijk deelgenomen aan het transport van wapens naar Somalië. In 2004 speelde hij een rol bij contracten over wapens uit Oost-Europa die aan Somalische strijders zouden zijn verkocht. Hoewel sinds 1992 een VN-wapenembargo tegen Somalië geldt, blijkt Mana'a zeker nog tot 2003 betrokken te zijn geweest bij wapensmokkel naar het land. Mana'a was in 2003 gegadigde voor de aankoop van duizenden wapens uit Oost-Europa, die hij naar eigen zeggen deels in Somalië wilde verkopen.

9.   Hassan Mahat Omar (alias a) Hassaan Hussein Adam, b) Hassane Mahad Omar, c) Xassaan Xuseen Adan, d) Asan Mahad Cumar, e) Abu Salman, f) Abu Salmaan, g) Sheikh Hassaan Hussein)

Geboortedatum: 10 april 1979. Geboorteplaats: Garissa, Kenia. Nationaliteit: mogelijk Ethiopië. Paspoortnummer: A 1180173 Kenia, verstrijkt op 20 augustus 2017. Identiteitskaart nr.: 23446085. Plaats: Nairobi, Kenia. Datum plaatsing op de VN-lijst: 28 juli 2011.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774975

Mohamed Sa'id „Atom” is verantwoordelijk voor feiten die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen. Hij is imam en een van de leiders van Masjid-ul-Axmar, een informeel centrum in Nairobi dat banden heeft met Al-Shabaab. Hij rekruteert nieuwe leden en werft fondsen voor Al-Shabaab, met name op de daaraan verwante website alqimmah.net.

Ook heeft hij in een chatroom van Al-Shabaab fatwa's uitgesproken waarin opgeroepen werd tot het plegen van aanslagen tegen de TFG.

10.   Omar Hammami (alias a) Abu Maansuur Al-Amriki, b) Abu Mansour Al-Amriki, c) Abu Mansuur Al-Amriki, d) Umar Hammami, e) Abu Mansur Al-Amriki)

Geboortedatum: 6 mei 1984. Geboorteplaats: Alabama, Verenigde Staten. Nationaliteit: Verenigde Staten. Zou tevens Syrisch onderdaan zijn.Paspoortnummer: 403062567 (VS). Nummer sociale zekerheid: 423-31-3021 (VS). Plaats: Somalië.

Overige informatie: Gehuwd met een Somalische. Woonde in 2005 in Egypte en verhuisde in 2009 naar Somalië. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774980

Datum plaatsing op de VN-lijst: 28 juli 2011.

Omar Hammami is verantwoordelijk voor feiten die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen. Hij is een prominent lid van Al-Shabaab. Hij rekruteert, financiert en betaalt buitenlandse strijders in Somalië. Hij wordt beschreven als expert in explosieven en oorlogvoering in het algemeen. Sinds oktober 2007 komt hij voor in televisiereportages en propagandavideo's van Al-Shabaab. In een video was te zien hoe hij training gaf aan soldaten van Al-Shabaab. In video's en op websites heeft hij wervingsboodschappen voor Al-Shabaab uitgesproken.

12.   Aboud Rogo Mohammed (alias a) Aboud Mohammad Rogo, b) Aboud Seif Rogo, c) Aboud Mohammed Rogo, d) Sheikh Aboud Rogo, e) Aboud Rogo Muhammad, f) Aboud Rogo Mohamed)

Geboortedatum: 11 november 1960. Alternatieve geboortedata: a) 11 november 1967, b) 11 november 1969, c) 1 januari 1969. Geboorteplaats: Lamu Island, Kenia.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 25 juli 2012.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5775562

De zich in Kenia ophoudende extremist Aboud Rogo Mohammed bedreigt de Somalische vrede, veiligheid of stabiliteit door financiële, materiële, logistieke en/of technische ondersteuning te bieden aan Al-Shabaab, een entiteit die door het (bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië en bij Resolutie 1907 (2009) betreffende Eritrea opgerichte) UNSC-comité op de lijst is geplaatst vanwege het verrichten van handelingen die een directe of indirecte bedreiging vormen voor de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië.

Aboud Rogo Mohammed is een extremistische islamitische geestelijke die zich in Kenia ophoudt. Hij blijft in het kader van zijn campagne voor het aanzetten tot geweld in heel Oost-Afrika invloed op extremistische groepen in Oost-Afrika uitoefenen. Aboud Rogo houdt zich onder meer bezig met het werven van fondsen voor Al-Shabaab.

Als voornaamste ideologische voorman van Al Hijra, voorheen bekend als het Muslim Youth Center, gebruikt Aboud Rogo Mohammed de extremistische groep als wegbereider voor het radicaliseren en het rekruteren van hoofdzakelijk Swahilisprekende Afrikanen teneinde gewelddadige militante activiteiten te verrichten in Somalië. In een reeks opruiende lezingen tussen februari 2009 en februari 2012 heeft Aboud herhaaldelijk opgeroepen tot gewelddadige verwerping van het Somalische vredesproces. Tijdens die lezingen riep Rogo herhaaldelijk op tot het gebruik van geweld tegen de troepen in Somalië van zowel de Verenigde Naties als de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom), en spoorde hij zijn gehoor herhaaldelijk aan om naar Somalië te reizen om deel te nemen aan de strijd van Al-Shabaab tegen de Keniaanse regering.

Tevens licht Aboud Rogo Keniaanse Al-Shabaab-rekruten voor over de wijze waarop zij onopgemerkt kunnen blijven voor de Keniaanse autoriteiten en langs welke routes zij moeten reizen van Mombasa en/of Lamu naar Al-Shabaab-bolwerken in Somalië, met name Kismayo. Hij heeft voor tal van Keniaanse Al-Shabaab-rekruten de reis naar Somalië gefaciliteerd.

In september 2011 wierf Rogo mensen in Mombasa (Kenia) aan om naar Somalië reizen, vermoedelijk om daar terroristische operaties uit te voeren. In september 2008 hield Rogo een fondsenwervingbijeenkomst in Mombasa om Al-Shabaab-activiteiten in Somalië te helpen financieren.

13.   Abubaker Shariff Ahmed (alias a) Makaburi, b) Sheikh Abubakar Ahmed, c) Abubaker Shariff Ahmed, d) Abu Makaburi Shariff, e) Abubaker Shariff, f) Abubakar Ahmed)

Geboortedatum: 1962. Alternatieve geboortedatum: 1967. Geboorteplaats: Kenia. Plaats: Majengo-wijk, Mombasa, Kenia. Datum plaatsing op de VN-lijst: 23 augustus 2012.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5775564

Abubaker Shariff Ahmed is een leidende figuur bij het faciliteren van en het aanwerven van jonge Keniaanse moslims voor gewelddadig militantisme in Somalië, en heeft nauwe banden met Aboud Rogo. Hij verleent materiële steun aan extremistische groepen in Kenia (en elders in Oost-Afrika). Door zijn veelvuldige reizen naar Al-Shabaab-bolwerken in Somalië, zoals Kismayo, kan hij nauwe banden met hooggeplaatste Al-Shabaab-leden onderhouden.

Tevens houdt Abubaker Shariff Ahmed zich bezig met het bijeenbrengen en beheren van fondsen voor Al-Shabaab, een entiteit die door het (bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië en bij Resolutie 1907 (2009) betreffende Eritrea opgerichte) UNSC-comité op de lijst is geplaatst vanwege het verrichten van handelingen die een directe of indirecte bedreiging vormen voor de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië.

Abubaker Shariff Ahmed heeft in moskeeën in Mombasa ertoe opgeroepen dat jonge mannen naar Somalië reizen, extremistische daden stellen, voor Al-Qaida vechten en VS-burgers doden.

Abubaker Shariff Ahmed werd eind december 2010 door de Keniaanse autoriteiten gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de bomaanslag op een busstation in Nairobi. Abubaker Shariff Ahmed is tevens een voorman van een in Kenia gevestigde jeugdorganisatie in Mombasa die banden met Al-Shabaab onderhoudt.

Vanaf 2010 hield Abubaker Shariff Ahmed zich bezig met aanwerven en faciliteren voor Al-Shabaab in de Majengo-wijk van Mombasa, Kenia.

14.   Maalim Salman (alias a) Mu'alim Salman, b) Mualem Suleiman, c) Ameer Salman, d) Ma'alim Suleiman, e) Maalim Salman Ali, f) Maalim Selman Ali, g) Ma'alim Selman, h) Ma'alin Sulayman)

Geboortedatum: circa 1979. Geboorteplaats: Nairobi, Kenia. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 23 september 2014.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5818613

Maalim Salman is door de leider van Al-Shabaab, Ahmed Abdi aw-Mohamed, ook bekend als Godane, aangewezen tot hoofd van de Afrikaanse buitenlandse strijders van Al-Shabaab. Hij heeft buitenlanders die als Afrikaanse buitenlandse strijder aansluiting zochten bij Al-Shabaab opgeleid, en is betrokken geweest bij operaties in Afrika tegen toeristen, ontspanningscentra en kerken.

Hoewel hij zich voornamelijk op operaties buiten Somalië heeft gericht, is het bekend dat Salman in Somalië woont en er buitenlandse strijders opleidt alvorens ze naar andere plekken te sturen. Sommige van de buitenlandse strijders van Al-Shabaab zijn ook in Somalië aanwezig. Zo heeft Salman buitenlandse strijders van Al-Shabaab naar Zuid-Somalië gestuurd, als reactie op een offensief van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom).

Al-Shabaab was onder meer verantwoordelijk voor de terroristische aanslag op het winkelcentrum Westgate in Nairobi (Kenia) in september 2013, die aan minstens 67 mensen het leven kostte. Meer recent heeft Al-Shabaab de verantwoordelijkheid opgeëist voor de aanslag van 31 augustus 2014 op de gevangenis van het nationale inlichtingen- en veiligheidsbureau in Mogadishu, waarbij drie bewakers en twee burgers omkwamen, en 15 anderen gewond raakten.

15.   Ahmed Diriye (alias a) Sheikh Ahmed Umar Abu Ubaidah, b) Sheikh Omar Abu Ubaidaha, c) Sheikh Ahmed Umar, d) Sheikh Mahad Omar Abdikarim, e) Abu Ubaidah, f) Abu Diriye)

Geboortedatum: circa 1972. Geboorteplaats: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 24 september 2014.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5818614

Ahmed Diriye is na de dood van de vorige leider, Ahmed Abdi aw-Mohamed, tot nieuwe emir van Al-Shabaab benoemd; zijn voorganger werd door het Comité van de Veiligheidsraad uit hoofde van de Resoluties 751 (1992) en 1907 (2009) op de lijst geplaatst. Deze benoeming werd aangekondigd in een op 6 september 2014 vrijgegeven verklaring van de woordvoerder van Al-Shabaab, Sheikh Ali Dheere. Diriye was reeds een vooraanstaand lid van Al-Shabaab, en is als emir belast met de bevelvoering over de operaties van Al-Shabaab. Hij zal rechtstreeks verantwoordelijk zijn voor de activiteiten van Al-Shabaab, die een bedreiging blijven vormen voor de vrede, veiligheid en stabiliteit in Somalië. Sinds zijn benoeming heeft Diriye de Arabische naam Sheikh Ahmed Umar Abu Ubaidah aangenomen.

II.   Entiteiten

Al-Shabaab (alias a) Al-Shabab, b) Shabaab, c) The Youth, d) Mujahidin Al-Shabaab Movement, e) Mujahideen Youth Movement, f) Mujahidin Youth Movement, g) MYM, h) Harakat Shabab Al-Mujahidin, i) Hizbul Shabaab, j) Hisb'ul Shabaab, k) Al-Shabaab Al-Islamiya, l) Youth Wing, m) Al-Shabaab Al-Islaam, n) Al-Shabaab Al-Jihaad, o) The Unity Of Islamic Youth, p) Harakat Al-Shabaab Al-Mujaahidiin,q) Harakatul Shabaab Al Mujaahidiin, r) Mujaahidiin Youth Movement)

Plaats: Somalië. Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5775567

Al-Shabaab heeft feiten gepleegd die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen, met name, maar niet uitsluitend: feiten die het akkoord van Djibouti van 18 augustus 2008 of het politieke proces in gevaar brengen; en feiten die een bedreiging vormen voor de federale overgangsinstellingen, de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom), of andere internationale vredeshandhavingsoperaties in Somalië.

Al-Shabaab heeft voorts de levering van humanitaire bijstand aan Somalië of de toegang tot, of verdeling van, humanitaire bijstand in Somalië belemmerd.

De voorzitter van het comité van de Veiligheidsraad dat bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië is ingesteld, heeft op 29 juli 2009 in de Veiligheidsraad verklaard dat Al-Shabaab en Hisb'ul Islam herhaaldelijk in het openbaar de verantwoordelijkheid hebben opgeëist voor de aanslagen tegen de federale overgangsregering (TFG) en Amisom. Al-Shabaab zegt ook verantwoordelijk te zijn voor de moord op ambtenaren van de TFG; op 19 juli 2009 viel het binnen in de plaatselijke kantoren van UNOPS, UNDSS en UNDP in de regio's Bay en Bakool, die vervolgens in strijd met punt c) van Resolutie 1844 (2008) werden gesloten. Al-Shabaab heeft herhaaldelijk de toegang tot, of verdeling van, humanitaire bijstand in Somalië belemmerd.

In het rapport dat de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 20 juli 2009 aan de secretaris-generaal heeft uitgebracht over de situatie in Somalië staat het volgende te lezen over de activiteiten van Al-Shabaab in Somalië:

Opstandige groepen als Al-Shabaab zouden particuliere ondernemingen afpersen en jongeren, onder meer kindsoldaten, werven voor de strijd tegen de regering in Mogadishu. Al-Shabaab telt naar eigen zeggen buitenlanders in de gelederen, en verklaart openlijk dat het in Mogadishu samen met Al-Qaida de regering van Somalië uit het zadel tracht te lichten. De buitenlanders, naar verluidt vaak afkomstig uit Pakistan en Afghanistan, zijn goed getraind en hebben gevechtservaring. Geconstateerd is dat ze kappen droegen tijdens offensieve operaties tegen regeringstroepen in Mogadishu en aangrenzende regio's.

Al-Shabaab heeft zijn strategie van dwang en intimidatie tegen de Somalische bevolking geïntensiveerd, zoals blijkt uit de zorgvuldig uitgekozen, „lonende” moordaanslagen en arrestaties van stamoudsten, die vaak ook worden gedood. Op 19 juni 2009 kwam Omar Hashi Aden, minister van nationale veiligheid, om bij een zware zelfmoordaanslag met een bomauto in Beletwyne, waarbij meer dan 30 doden vielen; de aanslag werd krachtig veroordeeld door de internationale gemeenschap en over een breed front in de Somalische samenleving.

Volgens het rapport van december 2008 van de Monitorgroep Somalië van de VN-Veiligheidsraad (2008/769), is Al-Shabaab verantwoordelijk voor tal van aanslagen die de afgelopen jaren in het land zijn gepleegd:

in september 2008 werd een Somalische chauffeur, in dienst van het Wereldvoedselprogramma, vermoord en onthoofd,

op 6 februari 2008 werden bij een bomaanslag op een markt in Puntland 20 mensen gedood en meer dan 100 gewond,

gepoogd werd met een reeks bom- en moordaanslagen in Somaliland de parlementsverkiezingen in 2006 te saboteren,

in 2003 en 2004 werden verscheidene buitenlandse hulpverleners vermoord.

Volgens berichten is Al-Shabaab op 20 juli 2009 in Somalië binnengevallen in gebouwen van de Verenigde Naties, en heeft het drie VN-bureaus gesloten in gebieden onder zijn controle. Voorts zijn tijdens gevechten tussen troepen van de Somalische federale overgangsregering en opstandelingen van Al-Shabaab en Hizbul Islam op 11 en 12 juli 2009 meer dan 60 doden gevallen. Op 11 juli vuurde Al-Shabaab vier mortiergranaten af op Villa Somalia, waardoor drie soldaten van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom) werden gedood, en acht werden gewond.

Blijkens een bericht van 22 februari 2009 van de British Broadcasting Corporation had Al-Shabaab de verantwoordelijkheid opgeëist voor een zelfmoordaanslag met een bomauto tegen een militaire basis van de Afrikaanse Unie in Mogadishu, en had de Afrikaanse Unie bevestigd dat 11 leden van haar vredesmacht waren gedood en 15 gewond.

Reuters publiceerde op 14 juli 2009 het bericht dat militanten van Al-Shabaab in 2009 terreinwinst boekten met hun guerrilla-aanvallen tegen troepen van Somalië en de Afrikaanse Unie.

Op 10 juli 2009 maakte Voice of America bekend dat Al-Shabaab in mei 2009 betrokken was geweest bij een aanval tegen Somalische regeringstroepen.

Op de website van de Council on Foreign Relations stond in een artikel van 27 februari 2009 te lezen dat Al-Shabaab sinds 2006 in opstand is tegen de Somalische overgangsregering en haar Ethiopische medestanders. Al-Shabaab heeft elf Burundese soldaten gedood bij de bloedigste aanslag tegen AU-vredestroepen sinds zij in Somalië zijn ingezet; en laat weten dat het in Mogadishu zware gevechten heeft geleverd waarbij ten minste vijftien doden zijn gevallen.


8.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 60/9


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/396 VAN DE RAAD

van 7 maart 2017

tot uitvoering van artikel 9, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1183/2005 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad van 18 juli 2005 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo (1), en met name artikel 9 lid 5,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 18 juli 2005 Verordening (EG) nr. 1183/2005 vastgesteld.

(2)

Het Comité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties dat is ingesteld krachtens Resolutie 1533 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft op 12 januari 2017 de identificatiegegevens van 30 personen en 9 entiteiten waarvoor beperkende maatregelen gelden, geactualiseerd.

(3)

Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1183/2005 moet bijgevolg worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1183/2005 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

L. GRECH


(1)  PB L 193 van 23.7.2005, blz. 1.


BIJLAGE

De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen en entiteiten worden vervangen door de volgende vermeldingen:

a)   lijst van personen als bedoeld in artikel 3, lid 1

1.   Eric BADEGE

Geboortedatum: 1971.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Adres: Rwanda (sinds begin 2016).

Andere informatie: Hij is in maart 2013 naar Rwanda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272441

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Eric Badege was luitenant-kolonel en een contactpunt voor M23 in Masisi en voerde het bevel over bepaalde operaties die delen van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu destabiliseerden. Als militair bevelhebber van M23 was Badege verantwoordelijk voor ernstige schendingen waarbij vrouwen en kinderen het doelwit waren in gewapende conflicten. Na mei 2012 hebben de Raia Mutomboki tijdens gecoördineerde aanslagen onder het bevel van M23 honderden burgers gedood. Badege heeft in augustus 2012 gezamenlijke aanslagen gepleegd waarbij burgers willekeurig zijn vermoord. Deze aanslagen waren gezamenlijk georganiseerd door Badege en kolonel Makoma Semivumbi Jacques. Voormalige M23-strijders beweerden dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren gerekruteerd.

Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW meegedeeld dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood”.

Badege vluchtte in maart 2013 naar Rwanda en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

2.   Frank Kakolele BWAMBALE

(ook bekend als: a) Frank Kakorere b) Frank Kakorere Bwambale c) Aigle blanc)

Hoedanigheid: Generaal bij de FARDC.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Andere informatie: Heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Verblijft sinds juni 2011 in Kinshasa. Sinds 2010 is generaal Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011. De autoriteiten van de DRC hebben hem in december 2013 in Beni, Noord-Kivu, gearresteerd omdat hij het ontwapenings-, demobilisatie- en reïntegratieproces (DDR) zou blokkeren. Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond. Nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd en verbleef in juni 2016 in Kinshasa. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776078

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Frank Kakolele Bwambale had de leiding over de RCD-ML, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de RCD-ML, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Sinds 2010 is Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011.

Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond; nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd. Kakolele verbleef sinds juni 2016 in Kinshasa.

3.   Gaston IYAMUREMYE

(ook bekend als: a) Byiringiro Victor Rumuli, b) Victor Rumuri, c) Michel Byiringiro, d) Rumuli)

Hoedanigheid: a) interimvoorzitter van de FDLR, b) eerste vicevoorzitter van de FDLR-FOCA; c) generaal-majoor van de FDLR-FOCA.

Adres: provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: 1948.

Geboorteplaats: a) district Musanze, provincie Nord, Rwanda, b) Ruhengeri, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272456

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Gaston Iyamuremye is de eerste vicevoorzitter van de FDLR, alsmede de interimvoorzitter. Ook heeft hij de rang van generaal-majoor in de militaire vleugel van de FDLR, namelijk de FOCA. Sinds juni 2016 bevindt Iyamuremye zich in de provincie Noord-Kivu van de Democratische Republiek Congo.

4.   Innocent KAINA

(ook bekend als: a) Colonel Innocent Kaina, b) India Queen)

Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend bevelhebber van M23.

Adres: Uganda (sinds begin 2016).

Geboortedatum: november 1973.

Geboorteplaats: Bunagana, gebied Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

Andere informatie: werd plaatsvervangend bevelhebber van M23 nadat de factie van Bosco Taganda in maart 2013 naar Rwanda was gevlucht. In november 2013 naar Uganda gevlucht. Verbleef begin 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776081

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Innocent Kaina was sectorcommandant en later plaatsvervangend bevelhebber in de Mouvement du 23 Mars (M23). Hij was verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationaal recht en de mensenrechten en beging zelf ook schendingen. Kaina werd in juli 2007 door het militair tribunaal van het garnizoen Kinshasa schuldig bevonden aan misdrijven tegen de menselijkheid, begaan in het district Ituri tussen mei 2003 en december 2005. Hij werd in 2009 vrijgelaten als onderdeel van het vredesakkoord tussen de Congolese regering en het CNDP. Als lid van de FARDC heeft hij zich in 2009 schuldig gemaakt aan executies, ontvoeringen en verminkingen in het Masisigebied. Als commandant onder het bevel van generaal Taganda heeft hij de aanzet gegeven tot de muiterij van de voormalige leden van de CNDP in het Rutshurugebied in april 2012. Hij zorgde ervoor dat de muiters veilig uit het Masisigebied konden ontkomen. Tussen mei en augustus 2012 zag hij toe op de rekrutering en de opleiding van meer dan 150 kinderen voor M23, en schoot hij de jongens die hadden geprobeerd te ontsnappen dood. In juli 2012 reisde hij naar Berunda en Degho met het oog op mobilisatie- en rekruteringsactiviteiten voor M23. Kaina is in november 2013 naar Uganda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

5.   Jérôme KAKWAVU BUKANDE

(ook bekend als: a) Jérôme Kakwavu, b) Commandant Jérôme)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden. In november 2014 door een militaire rechtbank van de DRC veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf wegens verkrachting, moord en foltering. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776083

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Voormalig voorzitter van de UCD/FAPC. De FAPC beheerst illegale grensovergangen tussen Uganda en de DRC — een belangrijke transitroute voor wapenhandel. Als voorzitter van de FAPC had hij invloed op het beleid van die organisatie en voerde hij het commando over, en controleerde hij de activiteiten van, de strijdkrachten van de FAPC, die betrokken waren bij wapensmokkel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri in 2002. Hij is een van de vijf hoge officieren van de FARDC die werden beschuldigd van ernstige misdrijven met seksueel geweld en wier dossiers door de Veiligheidsraad bij zijn bezoek in 2009 onder de aandacht van de regering zijn gebracht. Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden.

6.   Germain KATANGA

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Geboortedatum: 28 april 1978.

Geboorteplaats: Mambasa, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo (in de gevangenis).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: In december 2004 benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor andere, eerder in Ituri gepleegde misdaden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776116

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Germain Katanga was de bevelhebber van de FRPI. Hij was betrokken bij wapenhandel en schond bijgevolg het wapenembargo. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. In december 2004 werd hij benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 werd hij door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor eerder in Ituri gepleegde misdaden.

7.   Thomas LUBANGA

Geboorteplaats: Ituri, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo (in de gevangenis).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: In maart 2005 gearresteerd in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen. Op 17 maart 2006 aan het ICC overgedragen. In maart 2012 door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling van en de straf tegen Lubanga bevestigd. Op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776117

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Thomas Lubanga was de voorzitter van de UPC/L, een van de in punt 20 van resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. Hij is in maart 2005 in Kinshasa aangehouden op verdenking van betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen en op 17 maart 2006 door de autoriteiten van de DRC overgedragen aan het ICC. In maart 2012 is hij door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling en het vonnis bevestigd. Hij is op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten.

8.   Sultani MAKENGA

(ook bekend als: a) Makenga, Colonel Sultani, b) Makenga, Emmanuel Sultani)

Geboortedatum: 25 december 1973.

Geboorteplaats: Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 november 2012.

Andere informatie: Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert. Sinds eind 2014 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272833

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Sultani Makenga is een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo (DRC) opereert. Als leider van M23 (ook bekend als het Congolese revolutionaire leger) heeft Sultani Makenga ernstige schendingen van het internationale recht begaan en is hij verantwoordelijk voor dergelijke schendingen, waarbij kinderen en vrouwen het doelwit zijn in gewapende conflicten, worden gedood en verminkt, en het slachtoffer zijn van seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Hij is tevens verantwoordelijk voor schendingen van het internationaal recht in verband met activiteiten van M23 waarbij kinderen worden gerekruteerd of gebruikt in gewapende conflicten in de DRC. M23 heeft onder het bevel van Sultani Makenga op grote schaal wreedheden begaan tegen de burgerbevolking van de DRC. Volgens getuigenissen en rapporten hebben de militanten die onder het bevel van Sultani Makenga opereerden, in het gehele Rutshurugebied vrouwen en kinderen (sommigen slechts 8 jaar oud) verkracht als onderdeel van een strategie om de controle over het Rutshurugebied te consolideren. Onder het bevel van Makenga heeft M23 grootschalige campagnes van gedwongen rekrutering van kinderen in de DRC en in de regio gevoerd, en werden talloze kinderen gedood, verminkt of gewond. Vele van de onder dwang gerekruteerde kinderen waren jonger dan 15 jaar. Makenga zou voorts wapens en aanverwant materiaal hebben ontvangen, wat in strijd is met de maatregelen van de DRC ter handhaving van het wapenembargo, onder meer nationale ordonnanties inzake de invoer en het bezit van wapens en aanverwant materiaal. Bij Makenga's acties als leider van M23 werden onder meer ernstige schendingen van het internationaal recht en wreedheden tegen de burgerbevolking van de DRC begaan, en werd de situatie van onveiligheid, ontheemding en conflict in de regio nog verergerd. Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert.

9.   Khawa Panga MANDRO

(ook bekend als: a) Kawa Panga, b) Kawa Panga Mandro, c) Kawa Mandro, d) Yves Andoul Karim, e) Mandro Panga Kahwa, f) Yves Khawa Panga Mandro, g) Chief Kahwa, h) Kawa)

Geboortedatum: 20 augustus 1973.

Geboorteplaats: Bunia, Democratische Republiek Congo.

Adres: Uganda (sinds mei 2016).

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Gevangen te Bunia sinds april 2005 wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verblijft sinds mei 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272933

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Kawa Panga Mandro was de voorzitter van de PUSIC, een van de in punt 20 van resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen van 2001 tot en met 2002. Hij werd in april 2005 gevangengezet in Bunia wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Hij is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verbleef in mei 2016 in Uganda.

10.   Callixte MBARUSHIMANA

Hoedanigheid: uitvoerend secretaris van de FDLR.

Geboortedatum: 24 juli 1963.

Geboorteplaats: Ndusu/Ruhengeri, provincie Nord, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Gearresteerd te Parijs op 3 oktober 2010 krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag en eind 2011 door het ICC vrijgelaten. Op 29 november 2014 voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224649

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Callixte Mbarushimana was tot zijn aanhouding uitvoerend secretaris van de FDLR en vicevoorzitter van het militaire opperbevel van de FDLR. Als politiek/militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, heeft hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmerd, in strijd met punt 4, onder b) van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Hij is op 3 oktober 2010 in Parijs gearresteerd krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Hij is op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag, maar eind 2011 vrijgelaten. Hij is op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR.

11.   Iruta Douglas MPAMO

(ook bekend als: a) Doulas Iruta Mpamo, b) Mpano)

Adres: Gisenyi, Rwanda (sinds juni 2011).

Geboortedatum: a) 28 december 1965, b) 29 december 1965.

Geboorteplaats: a) Bashali, Masisi, Democratische Republiek Congo, b) Goma, Democratische Republiek Congo, c) Uvira, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272813

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Eigenaar/manager van de „Compagnie Aérienne des Grands Lacs” en van de „Great Lakes Business Company”, waarvan vliegtuigen zijn gebruikt om bijstand te verlenen aan gewapende groepen en milities die in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) worden genoemd. Tevens verantwoordelijk voor het verdoezelen van vlucht- en ladinggegevens, blijkbaar met de bedoeling het omzeilen van het wapenembargo mogelijk te maken. Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen.

13.   Leodomir MUGARAGU

(ook bekend als: a) Manzi Leon, b) Leo Manzi)

Adres: FDLR-hoofdkwartier in het Kikoma-woud, bij Bogoyi, Walikale, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2011).

Geboortedatum: a) 1954, b) 1953.

Geboorteplaats: a) Kigali, Rwanda, b) Rushashi, provincie Nord, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270747

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens inlichtingen uit open bronnen en officiële rapporten is Leodomir Mugaragu chef-staf van de Forces Combattantes Abucunguzi/Combatant Force for the Liberation of Rwanda (FOCA), de gewapende vleugel van de FDLR. Volgens officiële rapporten is Mugaragu een belangrijk strateeg voor de militaire operaties van de FDLR in het oosten van de DRC. Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden.

14.   Leopold MUJYAMBERE

(ook bekend als: a) Musenyeri b) Achille c) Frere Petrus Ibrahim)

Hoedanigheid: a) chef-staf van de FDLR-FOCA, b) tijdelijk plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA.

Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: a) 17 maart 1962, b) rond 1966.

Geboorteplaats: Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Werd in 2014 dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224709

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Leopold Mujyambere was commandant van de tweede divisie van de FOCA, de gewapende arm van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en dat werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde meisjes waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad.

In juni 2011 was hij de FOCA-commandant van de operationele sector Zuid-Kivu, destijds „Amazon” genoemd. Later tot chef-staf van de FOCA bevorderd, en in 2014 tot dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht.

15.   Jamil MUKULU

(ook bekend als: a) Steven Alirabaki, b) David Kyagulanyi, c) Musezi Talengelanimiro, d) Mzee Tutu, e) Abdullah Junjuaka, f) Alilabaki Kyagulanyi, g) Hussein Muhammad, h) Nicolas Luumu, i) Julius Elius Mashauri, j) David Amos Mazengo, k) Professor Musharaf, l) Talengelanimiro)

Hoedanigheid: a) hoofd van de Geallieerde democratische strijdkrachten (ADF), b) commandant van de Geallieerde democratische strijdkrachten.

Adres: naar verluidt in de gevangenis in Uganda (sinds september 2016).

Geboortedatum: a) 1965, b) 1 januari 1964.

Geboorteplaats: Ntoke, provincie Ntenjeru, district Kayunga, Uganda.

Nationaliteit: Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 oktober 2011.

Andere informatie: In april 2015 in Tanzania aangehouden en in juli 2015 aan Uganda uitgeleverd. Sinds september 2016 wordt Mukulu naar verluidt vastgehouden in een politiecel in afwachting van zijn proces voor oorlogsmisdaden en ernstige schendingen van de Conventie van Genève krachtens het Ugandees recht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270670

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens publieke bronnen en officiële verslaglegging, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, is Jamil Mukulu de militaire leider van de ADF, een buitenlandse gewapende groepering die in de DRC actief is en die de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmert, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN rapporteerde dat Jamil Mukulu materiële en personele steun verstrekte aan de ADF als gewapende groepering die actief is op het grondgebied van de DRC. Volgens verscheidene bronnen, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, stelde Jamil Mukulu financiering veilig, oefende hij invloed uit op het beleid van de ADF en nam hij rechtstreekse verantwoordelijkheid op zich in het commando van en de controle over de ADF-strijdkrachten, met name wat betreft het toezicht op gevestigde banden met internationale terreurnetwerken.

16.   Ignace MURWANASHYAKA

(ook bekend als: Dr. Ignace)

Titel: dr.

Hoedanigheid: voorzitter van de FDLR.

Adres: Duitsland (in de gevangenis).

Geboortedatum: 14 mei 1963.

Geboorteplaats: a) Butera, Rwanda, b) Ngoma, Butare, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verblijft sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272382

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ignace Murwanashyaka is de voorzitter van de FDLR en oefent invloed uit over het beleid van de FDLR-strijdkrachten, een van de in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij voerde telefoongesprekken met militaire commandanten te velde van de FDLR (onder meer tijdens het bloedbad in Busurungi in mei 2009); hij gaf militaire bevelen aan het opperbevel; hij was betrokken bij de coördinatie van de overdracht van wapens en munitie aan FDLR-eenheden en bij het doorgeven van specifieke gebruiksinstructies; en hij beheerde grote geldsommen die werden bijeengebracht door middel van de illegale verkoop van natuurlijke hulpbronnen in gebieden onder controle van de FDLR. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten had hij als voorzitter en militair commandant van de FDLR commando-verantwoordelijkheid voor de rekrutering en inzet van kinderen door de FDLR in Oost-Congo. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Hij kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verblijft sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 werd hij opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR.

17.   Straton MUSONI

(ook bekend als: IO Musoni)

Hoedanigheid: voormalig vicevoorzitter van de FDLR.

Geboortedatum: a) 6 april 1961, b) 4 juni 1961.

Geboorteplaats: Mugambazi, Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Musoni werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272354

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Straton Musoni was vicevoorzitter van de FDLR, een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de DRC. Hij belemmerde in strijd met Resolutie 1649 (2005) de ontwapening en vrijwillige repatriëring of hervestiging van tot die groepen behorende strijders. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten.

18.   Jules MUTEBUTSI

(ook bekend als: a) Jules Mutebusi, b) Jules Mutebuzi, c) Colonel Mutebutsi)

Geboortedatum: 1964.

Geboorteplaats: Minembwe, Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Voormalig plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio; in april 2004 ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272093

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Jules Mutebutsi sloot zich aan bij andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G met wie hij in mei 2004 met geweld de stad Bukavu innam. Hij was betrokken bij wapenhandel buiten de structuren van de FARDC om en bij de bevoorrading van in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Hij was de voormalige plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio tot april 2004, toen hij werd ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn.

19.   Baudoin NGARUYE WA MYAMURO

(ook bekend als: Colonel Baudoin Ngaruye)

Titel: militair leider van de „Mouvement du 23 mars (M23)”.

Hoedanigheid: brigadegeneraal.

Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

Geboortedatum: a) 1 april 1978, b) 1978.

Geboorteplaats: a) Bibwe, Democratische Republiek Congo, b) Lusamambo, Luberogebied, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Nationaal identiteitsnummer: FARDC ID 1-78-09-44621-80.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Woont sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5268954

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ngaruye leidde in april 2012 de muiterij van voormalige CNDP-leden, bekend als de „Mouvement du 23 mars (M23)”, onder het bevel van generaal Ntaganda. Hij is momenteel de op twee na hoogste militaire leider in M23. De Groep deskundigen voor de DRC beval zijn aanwijzing in 2008 en 2009 al aan. Hij is verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht en beging zelf ook schendingen. Tussen 2008 en 2009 en naar het einde van 2010 toe rekruteerde en trainde hij voor M23 honderden kinderen. Doodde, verminkte en ontvoerde mensen, vaak vrouwen. Hij is verantwoordelijk voor het executeren en folteren van deserteurs binnen M23. Als lid van de FARDC gaf hij in 2009 het bevel om alle mannen van het dorp Shalio in het Walikalegebied te doden. Verstrekte voorts wapens en munitie en betaalde lonen uit in het Masisigebied en het Wakikalegebied, onder rechtstreeks bevel van Ntaganda. Organiseerde in 2010 de gedwongen verplaatsing en onteigening van bevolkingsgroepen in het Lukopfugebied. Hij was tevens nauw betrokken bij criminele netwerken in de FARDC die opbrengsten haalden uit de handel in mineralen, wat leidde tot spanningen en gewelddaden waarbij kolonel Innocent Zimurinda in 2011 was betrokken. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

20.   Mathieu, Chui NGUDJOLO

(ook bekend als: Cui Ngudjolo)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo.

Geboortedatum: 8 oktober 1970.

Geboorteplaats: Bunia, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776118

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Mathieu Chui Ngudjolo was de chef-staf van de FRPI, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de FRPI, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen jonger dan 15 jaar in Ituri in 2006. Hij werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgedragen aan het Internationaal Strafhof (ICC). Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht.

21.   Floribert Ngabu NJABU

(ook bekend als: a) Floribert Njabu Ngabu, b) Floribert Ndjabu, c) Floribert Ngabu Ndjabu)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo, paspoort OB 0243318.

Geboortedatum: 23 mei 1971.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af. In juli 2014 van Nederland naar de DRC overgebracht en daar aangehouden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776373

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Voormalig voorzitter van de FNI, een van de gewapende groepen en milities bedoeld in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) die betrokken is bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schendt. Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af; er is beroep aangetekend.

22.   Laurent NKUNDA

(ook bekend als: a) Nkunda Mihigo Laurent, b) Laurent Nkunda Bwatare, c) Laurent Nkundabatware, d) Laurent Nkunda Mahoro Batware, e) Laurent Nkunda Batware, f) Chairman, g) General Nkunda, h) Papa Six)

Geboortedatum: a) 6 februari 1967, b) 2 februari 1967.

Geboorteplaats: Rutshuru, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda gingen in beroep bij het militair gerechtshof van Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270703

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Sloot zich samen met andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G aan bij de troepen die in mei 2004 de stad Bukavu met geweld innamen. Heeft wapens gekregen buiten de structuren van de FARDC om, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor 264 gevallen van rekrutering en inzet van kinderen door troepen onder zijn bevel in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda stelden een procedure in voor het militaire gerechtshof van Rwanda. Behoudt enige invloed op bepaalde delen van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP).

23.   Felicien NSANZUBUKIRE

(ook bekend als: Fred Irakeza)

Hoedanigheid: a) subsectorcommandant van de FDLR-FOCA, b) kolonel van de FDLR-FOCA.

Adres: provincie Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: 1967.

Geboorteplaats: a) Murama, Kigali, Rwanda, b) Rubungo, Kigali, Rwanda, c) Kinyinya, Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269078

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Felicien Nsanzubukire superviseerde en coördineerde ten minste van november 2008 tot en met april 2009 de smokkel van munitie en wapens van de Verenigde Republiek Tanzania, via het Tanganyikameer naar FDLR-eenheden in de streek van Uvira en Fizi in Zuid-Kivu. Sinds januari 2016 was Nsanzubukire subsectorcommandant van de FDLR-FOCA in de provincie Zuid-Kivu, met de rang van kolonel.

24.   Pacifique NTAWUNGUKA

(ook bekend als: a) Pacifique Ntawungula, b) Colonel Omega, c) Nzeri, d) Israel)

Hoedanigheid: a) sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI, b) brigadegeneraal van de FDLR-FOCA.

Adres: Rutshurugebied, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: a) 1 januari 1964, b) rond 1964.

Geboorteplaats: Gaseke, provincie Gisenyi, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Kreeg een militaire opleiding in Egypte. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269021

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Pacifique Ntawunguka was commandant van de eerste divisie van de FOCA (gewapende vleugel van de FDLR). Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Kreeg een militaire opleiding in Egypte.

Medio 2016 was Ntawunguka sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI in de provincie Noord-Kivu.

25.   James NYAKUNI

Nationaliteit: Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776374

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Handelspartnerschap met Jérôme Kakwavu; houdt zich vooral bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda; wordt onder meer verdacht van smokkel van wapens en militair materieel in ongecontroleerde vrachtwagens. Schending van het wapenembargo en steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003), onder meer financiële steun waardoor zij militair kunnen opereren.

26.   Stanislas NZEYIMANA

(ook bekend als: a) Deogratias Bigaruka Izabayo, b) Izabayo Deo, c) Jules Mateso Mlamba, d) Bigaruka, e) Bigurura)

Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend commandant van de FDLR-FOCA.

Geboortedatum: a) 1 januari 1966, b) 28 augustus 1966, c) rond 1967.

Geboorteplaats: Mugusa, Butare, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Verdween begin 2013 in Tanzania. Sinds 2016 is niet bekend waar hij zich ophoudt. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275373

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Stanislas Nzeyimana was plaatsvervangend bevelhebber van de FOCA, de gewapende vleugel van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Nzeyimana verdween begin 2013 in Tanzania, en zijn verblijfplaats is sinds juni 2016 niet bekend.

27.   Dieudonné OZIA MAZIO

(ook bekend als: Ozia Mazio, b) Omari, c) Mr Omari)

Geboortedatum: 6 juni 1949.

Geboorteplaats: Ariwara, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275495.

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Financieringsregelingen met Jérôme Kakwavu en de FAPC; houdt zich bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda, waardoor voorraden en contant geld kunnen worden beschikbaar gesteld aan Kakwavu en diens troepen. Schending van het wapenembargo, onder meer door steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003). Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven.

28.   Jean-Marie Lugerero RUNIGA

(ook bekend als: Jean-Marie Rugerero)

Hoedanigheid: voorzitter van M23.

Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

Geboortedatum: a) rond 1960, b) 9 september 1966.

Geboorteplaats: Bukavu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verbleef in 2016 in Rwanda. Heeft deelgenomen aan de oprichting in juni 2016 van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP). Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5274633

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

In een door Sultani Makenga, leider bij M23, ondertekend document van 9 juli 2012, wordt Runiga genoemd als de coördinator van de politieke vleugel van M23. Volgens dat document was de benoeming van Runiga ingegeven door de behoefte de missie van M23 een scherper profiel te geven. In berichten op de website van M23 werd Runiga ook genoemd als de „president” van M23. Zijn leidersrol werd bevestigd door het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, waarin Runiga de „leider van M23” wordt genoemd.

Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen van 15 november 2012, heeft Runiga een delegatie geleid die op 29 juli 2012 naar Kampala (Uganda) is gereisd en daar de laatste hand heeft gelegd aan de 21 agendapunten van de beweging M23, ter voorbereiding van vroegtijdige onderhandelingen tijdens de Internationale Conferentie over het gebied van de Grote Meren. Volgens een artikel van de BBC van 23 november 2012, is M23 opgericht toen voormalige leden van het CNDP die in de FARDC geïntegreerd waren, begonnen te protesteren tegen de slechte omstandigheden en de bezoldiging, en tegen het feit dat het vredesakkoord van 23 maart 2009 tussen het CNDP en de DRC, dat tot de integratie van de CNDP in de FARDC leidde, niet volledig was uitgevoerd. Volgens het IPIS-rapport van november 2012 was M23 betrokken bij actieve militaire operaties om de controle te verwerven over het oostelijke deel van de DRC. M23 en de FARDC hebben op 24 en 25 juli 2012 om de controle van verschillende steden en dorpen in Oost-Congo gestreden; M23 heeft de FARDC op 26 juli 2012 in Rumangabo aangevallen, op 17 november 2012 de FARDC uit Kibumba verdreven en en op 20 november 2012 de controle over Goma verworven. Volgens het verslag van de Groep deskundigen van november 2012 beweren meerdere voormalige M23-strijders dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren geworven. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW gezegd dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood.”

Runiga is op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnengekomen te Gasizi/Rubavu. Runiga verbleef medio 2016 in Rwanda. Hij heeft in juni 2016 deelgenomen aan de oprichting van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP).

29.   Ntabo Ntaberi SHEKA

Hoedanigheid: Opperbevelhebber, Nduma Defensie Congo, Mai Mai Sheka-groepering.

Geboortedatum: 4 april 1976.

Geboorteplaats: Walikale, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 28 november 2011.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275453

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ntabo Ntaberi Sheka, opperbevelhebber van de politieke vleugel van de Mai Mai Sheka, is de politieke leider van een Congolese gewapende groepering die de ontwapening, demobilisatie of herintegratie van strijders belemmert. De Mai Mai Sheka is een in Congo gebaseerde militie die opereert vanuit bases in Walikale, in het oosten van de Democratische Republiek Congo. De Mai Mai Sheka-groepering heeft aanvallen uitgevoerd op mijnen in het oosten van de Democratische Republiek Congo; zij heeft de mijnen van Bisiye in handen genomen en perst de lokale bevolking af. Ntabo Ntaberi Sheka heeft ook ernstige schendingen van het internationaal recht begaan waarbij kinderen het doelwit waren. Ntabo Ntaberi Sheka plande en beval een reeks aanvallen van 30 juli tot 2 augustus 2010 in Walikale, om plaatselijke bevolkingsgroepen die van collaboratie met het Congolese regeringsleger waren beschuldigd, te straffen. Tijdens de aanvallen werden kinderen verkracht en ontvoerd; zij moesten dwangarbeid verrichten en moesten een wrede, onmenselijke of onterende behandeling ondergaan. Tevens worden jongens onder dwang door de Mai Mai Sheka-militie gerekruteerd; in haar rangen bevinden zich kinderen uit ronselacties.

30.   Bosco TAGANDA

(ook bekend als: a) Bosco Ntaganda, b) Bosco Ntagenda, c) Generaal Taganda, d) Lydia (toen hij tot de APR behoorde), e) Terminator, f) Tango Romeo (roepnaam), g) Romeo (roepnaam), h) Majoor)

Adres: Den Haag, Nederland (sinds juni 2016).

Geboortedatum: In 1973 of 1974.

Geboorteplaats: Bigogwe, Rwanda.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Geboren in Rwanda maar als kind verhuisd naar Nyamitaba, Masisigebied in Noord-Kivu. Na de vredesovereenkomsten van Ituri van 11 december 2004 is hij bij presidentieel decreet tot brigade-generaal van de FARDC benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij na de arrestatie van Laurent Nkunda opperbevelhebber van het CNDP in januari 2009. Sinds januari 2009 is hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties „Umoja Wetu”, „Kimia II” en „Amani Leo” in Noord- en Zuid-Kivu. Is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Is overgebracht naar het ICC in Den Haag. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdaden en 5 wegens misdaden tegen de menselijkheid bevestigd; het proces is in september 2015 gestart. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5274913

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Bosco Taganda was militair bevelhebber van de UPC/L, had invloed op het beleid van deze organisatie en voert er nog steeds het commando over, en controleert de activiteiten van, de strijdkrachten van de UPC/L, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Is in december 2004 tot generaal van de FARDC benoemd, maar weigerde de promotie, waardoor hij thans buiten de FARDC staat. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor het ronselen en inzetten van kinderen in Ituri in 2002 en 2003, en voor 155 gevallen van directe verantwoordelijkheid en/of commando-verantwoordelijkheid voor het ronselen en inzetten van kinderen in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Hij had als chef-staf van het CNDP directe verantwoordelijkheid en commandoverantwoordelijkheid voor het bloedbad in Kiwanja in november 2008.

Geboren in Rwanda maar als kind verhuisd naar Nyamitaba, in Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. Hij verbleef in juni 2011 in Goma en bezat grote boerderijen in de streek Ngungu van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. Na de vredesovereenkomsten van Ituri werd hij op 11 december 2004 bij presidentieel decreet tot brigadegeneraal van de FARDC benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij in januari 2009 na de arrestatie van Laurent Nkunda militair bevelhebber van het CNDP. Vanaf januari 2009 was hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties „Umoja Wetu”, „Kimia II” en „Amani Leo” in de provincies Noord- en Zuid-Kivu. Hij is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Hij werd vervolgens overgebracht naar het ICC in Den Haag, Nederland. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdaden en 5 wegens misdaden tegen de menselijkheid bevestigd. Het proces is in september 2015 gestart.

31.   Innocent ZIMURINDA

(ook bekend als: Zimulinda)

Hoedanigheid: a) M23, brigadecommandant, Rang: kolonel, b) kolonel bij de FARDC.

Adres: Rubavu, Mudende.

Geboortedatum: a) 1 september 1972, b) rond 1975, c) 16 maart 1972.

Geboorteplaats: a) Ngungu, Masisigebied in Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Masisi, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verblijft sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275315

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda als een van de bevelhebbers van de 231e brigade van de FARDC bevelen gegeven die hebben geleid tot de afslachting van meer dan 100 Rwandese vluchtelingen, vooral vrouwen en kinderen, tijdens een militaire operatie in de streek van Shalio in april 2009. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad heeft gerapporteerd dat luitenant-kolonel Innocent Zimurinda volgens rechtstreekse getuigen op 29 augustus 2009 in Kalehe heeft geweigerd om drie kinderen die onder zijn bevel stonden, vrij te laten. Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda, vóór de integratie van het CNDP in de FARDC, deelgenomen aan een operatie van het CNDP in november 2008 waarbij 89 burgers, waaronder vrouwen en kinderen, zijn afgeslacht in de streek van Kiwanja.

In maart 2010 hebben 51 mensenrechtenorganisaties die in het oosten van de DRC actief zijn, Zimurinda verantwoordelijk gesteld voor een veelheid aan mensenrechtenschendingen, onder meer de moord op talloze burgers, waaronder vrouwen en kinderen, tussen februari 2007 en augustus 2007. Kolonel Innocent Zimurinda werd er in dezelfde klacht eveneens van beschuldigd verantwoordelijk te zijn voor de verkrachting van een groot aantal vrouwen en meisjes. Volgens een verklaring van 21 mei 2010 van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten, is Innocent Zimurinda betrokken geweest bij de willekeurige executie van kindsoldaten, onder meer tijdens operatie Kimia II. Volgens dezelfde verklaring heeft hij de VN-missie in de DRC (MONUC) de toegang geweigerd toen deze de troepen wilde controleren op de aanwezigheid van minderjarigen. Volgens de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad, draagt luitenant-kolonel Zimurinda de individuele verantwoordelijkheid en de commando-verantwoordelijkheid voor het ronselen en ingelijfd houden van kinderen in troepen onder zijn bevel. Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. Hij blijft loyaal aan Bosco Ntaganda. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

b)   Lijst van entiteiten als bedoeld in artikel 3, lid 1

1.   ADF (ALLIED DEMOCRATIC FORCES)

(ook bekend als: a) Geallieerde democratische strijdkrachten („Forces démocratiques alliées”) — Nationaal leger voor de bevrijding van Uganda („Armée nationale de libération de l'Ouganda”); b) ADF/NALU; c) NALU)

Adres: Provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 juni 2014.

Andere informatie: Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt verbleef Mukulu in juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5864623

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

de Geallieerde democratische strijdkrachten („ADF”) zijn in 1995 opgericht en houden zich op in het bergachtige grensgebied tussen de DRC en Uganda. Volgens het in 2013 gepubliceerde eindverslag van de VN-deskundigengroep inzake de Democratische Republiek Congo („Groep deskundigen”), waarin Ugandese functionarissen en VN-bronnen worden aangehaald, kon ADF in 2013 rekenen op 1 200 tot 1 500 gewapende strijders in het noordoostelijk Benigebied van de provincie Noord-Kivu, dicht bij de grens met Uganda. Dezelfde bronnen schatten het totaal aantal leden van ADF — met inbegrip van vrouwen en kinderen — op 1 600 tot 2 500. Ten gevolge van militaire operaties van het Congolese leger (FARDC) en de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) in 2013 en 2014, hebben de ADF hun strijders verspreid over talrijke kleinere basissen, en zijn de vrouwen en kinderen naar gebieden ten westen van Beni, en naar het gebied langs de grens tussen Ituri en Noord-Kivu overgebracht. De militaire leider van de ADF is Hood Lukwago, en de opperbevelhebber ervan is Jamil Mukulu (op de sanctielijst geplaatst).

ADF heeft zware schendingen van het internationaal recht en van UNSCR 2078 (2012) begaan, met inbegrip van de hieronder nader omschreven feiten.

De ADF hebben kindsoldaten geronseld en ingezet, en derhalve het toepasselijk internationaal recht (UNSCR, punt 4, onder d)) geschonden.

In het eindverslag van de Groep deskundigen voor 2013 werd vermeld dat de Groep deskundigen drie voormalige, in 2013 ontsnapte, ADF-strijders heeft geïnterviewd, die beschreven hoe ADF-ronselaars in Uganda mensen naar de DRC lokken met valse beloften in verband met een baan (voor volwassenen) en gratis onderwijs (voor kinderen), en hen vervolgens dwingen om lid te worden van de ADF. Eveneens volgens dat eindverslag hebben voormalige ADF-strijders aan de Groep deskundigen gezegd dat de trainingsgroepen van de ADF normaal gesproken voor zowel volwassen mannen als jongens bestemd zijn, en twee in 2013 uit de ADF ontsnapte jongens hebben de Groep deskundigen verteld dat zij militaire training van de ADF hadden gekregen. Het verslag van de Groep deskundigen bevat ook een rapport over de opleiding bij de ADF, opgetekend uit de mond van een „voormalig kindsoldaat van de ADF”.

Volgens het eindverslag voor 2012 van de Groep deskundigen zijn er onder de ADF-rekruten ook kinderen, zoals blijkt uit het voorbeeld van een ADF-ronselaar die in juli 2012 door de Ugandese autoriteiten in Kasese werd aangehouden terwijl hij met 6 jongens naar de DRC op weg was.

Een specifiek voorbeeld van hoe de ADF kinderen ronselt en inzet staat in een brief die de voormalige directeur voor Afrika van Human Rights Watch, Georgette Gagnon, op 6 januari 2009 richtte aan de toenmalige Ugandese minister van Justitie, Kiddhu Makubuyu, en waarin zij schrijft dat een jongen genaamd Bushobozi Irumba in 2000 op negenjarige leeftijd door de ADF werd ontvoerd. Hij moest vervoer en andere diensten voor ADF-strijders regelen.

Voorts worden in het „Afrika-rapport” beweringen aangehaald volgens welke de ADF kinderen al vanaf de leeftijd van 10 jaar als kindsoldaten zou rekruteren, en wordt een woordvoerder van de „Uganda People's Defence Force (UPDF)” geciteerd die verklaart dat de UPDF 30 kinderen heeft gered uit een trainingskamp op het eiland Buvuma in het Victoriameer.

ADF heeft ook talrijke schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht begaan tegen vrouwen en kinderen, waaronder moordpartijen, verminkingen en seksueel geweld (UNSCR punt 4, onder e)).

Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen voor 2013 hebben de ADF in 2013 talrijke dorpen aangevallen, waardoor meer dan 66 000 mensen naar Uganda zijn gevlucht. Deze aanvallen hebben geleid tot de ontvolking van een groot gebied, dat sindsdien door ADF wordt gecontroleerd door middel van het ontvoeren of vermoorden van mensen die naar hun dorpen terugkeren. Tussen juli en september 2013 heeft ADF in het gebied van Kamango minstens 5 mensen onthoofd, verschillende anderen doodgeschoten en nog tientallen meer ontvoerd. Deze acties hebben de lokale bevolking geterroriseerd en mensen afgeschrikt om naar huis terug te keren.

De mondiale horizontale nota („Global Horizontal Note”), een mechanisme voor monitoring van en rapportering over zware schendingen ten aanzien van kinderen in gewapende conflicten, heeft aan de Werkgroep van de VN-Veiligheidsraad voor kinderen in gewapende conflicten (Children and Armed Conflict — CAAC) gemeld dat de ADF in de periode van oktober tot en met december 2013 verantwoordelijk waren voor 14 van de 18 gemelde kinderslachtoffers, onder andere bij een incident in het gebied Beni op 11 december 2013, toen de ADF het dorp Musuku hebben aanvielen en 23 mensen, waaronder 11 kinderen (drie meisjes en acht jongens) tussen twee maanden en 17 jaar, vermoordden. Alle slachtoffers, waaronder twee kinderen die de aanval overleefden, werden zwaar verminkt met machetes.

Het verslag van de secretaris-generaal van maart 2014 inzake conflictgerelateerd seksueel geweld plaatst de „Allied Democratic Forces — National Army for the Liberation of Uganda” op de lijst van „Partijen waarop de geloofwaardige verdenking rust dat zij in een gewapend conflict verkrachtingen of andere vormen van seksueel geweld hebben gepleegd of daar verantwoordelijk voor zijn.”

ADF heeft ook deelgenomen aan aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers (UNSCR punt 4, onder i)).

Tot slot heeft de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) gemeld dat ADF ten minste twee aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers heeft uitgevoerd. De eerste, op 14 juli 2013, was een aanval op een MONUSCO-patrouille op de weg tussen Mbau en Kamango. Deze aanval wordt nader omschreven in het eindverslag voor 2013 van de Groep deskundigen. De tweede aanval vond plaats op 3 maart 2014. Een MONUSCO-voertuig werd met granaten aangevallen op tien kilometer afstand van de Mavivi-luchthaven in Beni, waarbij vijf vredeshandhavers verwondingen opliepen.

Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF (CDi.015), werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt verbleef hij in juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces.

2.   BUTEMBO AIRLINES (BAL)

Adres: Butembo, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278478

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt) gebruikte zijn luchtvaartmaatschappij om goud, rantsoenen en wapens van het FNI te vervoeren tussen Mongbwalu en Butembo. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC.

3.   COMPAGNIE AERIENNE DES GRANDS LACS (CAGL); GREAT LAKES BUSINESS COMPANY (GLBC)

Adres: a) Avenue Président Mobutu, Goma, Democratische Republiek Congo, b) Gisenyi, Rwanda, c) PO Box 315, Goma, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278381

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

CAGL en GLBC zijn bedrijven in eigendom van Douglas MPAMO, tegen wie al sancties gelden uit hoofde van Resolutie 1596 (2005). CAGL en GLBC zijn gebruikt voor het vervoer van wapens en munitie, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren.

4.   CONGOMET TRADING HOUSE

Adres: Butembo, Noord-Kivu.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278420

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Congomet Trading House (eerder in de lijst opgenomen als Congocom) was eigendom van Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt). Kambale kocht bijna de gehele goudproductie van de regio Mongbwalu op, die in handen was van het FNI. Het FNI had aanzienlijke inkomsten uit belastingen op deze productie. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu.

5.   FORCES DEMOCRATIQUES DE LIBERATION DU RWANDA (FDLR)

(ook bekend als: a) FDLR, b) Force Combattante Abacunguzi, c) Combatant Force for the Liberation of Rwanda, d) FOCA)

Adres: a) Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: E-mail: Fdlr@fmx.de; fldrrse@yahoo.fr; fdlr@gmx.net; fdlrsrt@gmail.com; humura2020@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278442

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

De FDLR zijn een van de grootste buitenlandse gewapende groepen die actief zijn op het grondgebied van DRC. De groep is opgericht in 2000, en heeft ernstige schendingen van het internationale recht begaan waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, onder meer moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld en gedwongen verplaatsing. Volgens een rapport van Amnesty International uit 2010 waren de FDLR verantwoordelijk voor de moord op 96 burgers in Busurguni, in het Walikalegebied. Sommige slachtoffers werden in hun huizen levend verbrand. Volgens dezelfde bron heeft in juni 2010 een medisch centrum van een ngo gerapporteerd dat er in het zuiden van het Luberogebied (Noord-Kivu) maandelijks ongeveer zestig gevallen waren van verkrachtingen van meisjes en vrouwen door gewapende groepen, waaronder de FDLR. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 20 december 2010, zijn er documenten voorhanden die aantonen dat de FDLR actief kinderen rekruteren. HRW heeft minstens 83 Congolese kinderen jonger dan 18 geïdentificeerd die door de FDLR onder dwang zijn gerekruteerd; sommigen daarvan waren amper 14. HRW heeft in januari 2012 gerapporteerd dat FLDR-strijders talrijke dorpen in het Masisigebied hebben aangevallen en daarbij zes burgers hebben vermoord, twee vrouwen hebben verkracht en minstens 48 mensen hebben ontvoerd.

Volgens een rapport van juni 2012 van HRW, hebben strijders van de FDLR in mei 2012 burgers aangevallen in Kamananga en Lumenje (provincie Zuid-Kivu) maar ook in Chambucha (Walikalegebied) en in de dorpen in de Ufumanduzone van het Masisigebied (provincie Noord-Kivu). Tijdens die aanvallen hebben FDLR-strijders tientallen burgers onder wie talrijke kinderen, met machetes en messen gedood. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012, hebben de FDLR van 31 december 2011 tot en met 4 januari 2012 verschillende dorpen in Zuid-Kivu aangevallen. Een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat tijdens de aanval minstens 33 personen, onder wie 9 kinderen en 6 vrouwen, vermoord, levend verbrand, onthoofd of doodgeschoten zijn. Daarnaast zijn een vrouw en een meisje verkracht. In het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012 staat ook dat een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat de moordpartij door de FDLR in mei 2012 in Zuid-Kivu minstens het leven heeft gekost aan 14 burgers, onder wie 5 vrouwen en 5 kinderen. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, hebben de VN minstens 106 gevallen gedocumenteerd van seksueel geweld die de FDLR tussen december 2011 en september 2012 hebben begaan. In het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 staat dat, volgens een VN-onderzoek, de FDLR in de nacht van 10 maart 2012 in Kalinganya (Kabaregebied) zeven vrouwen, onder wie een minderjarige, hebben verkracht. De FDLR hebben het dorp op 10 april 2012 opnieuw overvallen en drie van deze vrouwen een tweede keer verkracht. Het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 vermeldt ook dat in Bushibwambombo, Kalehe, de FDLR op 6 april 2012 11 mensen hebben vermoord, en dat zij in mei betrokken waren bij 19 moorden in Masisigebied, waarbij vijf minderjarigen en zes vrouwen omkwamen. De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen.

Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

6.   M23

(ook bekend als: Mouvement du 23 mars).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: E-mail: mouvementdu23mars1@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5277973

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen. Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

7.   MACHANGA LTD

Adres: Plot 55A, Upper Kololo Terrace, Kampala, Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf (Directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De eigenaars van Machanga zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278291

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Machanga kocht goud via een vaste commerciële relatie die het onderhield met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf (Directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De voormalige eigenaar van Machanga, de heer Rajendra Kumar, en zijn broer Vipul Kumar, zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC.

8.   TOUS POUR LA PAIX ET LE DEVELOPPEMENT (NGO)

(ook bekend als: TPD

Adres: Goma, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke. Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278464

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Betrokken bij schendingen van het wapenembargo, in de vorm van steunverlening aan de RCD-G, met name door het beschikbaar stellen van vrachtwagens voor het transport van wapens en troepen, alsmede door het vervoer van wapens die worden verdeeld onder delen van de bevolking in Masisi en Rutshuru (Noord-Kivu) (begin 2005). Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke.Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita.

9.   UGANDA COMMERCIAL IMPEX (UCI) LTD

Adres: a) Plot 22, Kanjokya Street, Kamwokya, Kampala, Uganda (Tel.: + 256 41 533 578/9), b) PO Box 22709, Kampala, Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf. (Directie: de heer Jamnadas V. LODHIA — bekend als „Chuni” en zijn zonen, de heren Kunal J. LODHIA en Jitendra J. LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De directie van UCI is betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278486

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

UCI kocht goud via een vaste commerciële relatie die het onderhield met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf. (Voormalige directie: de heer J.V. LODHIA, bekend als „Chuni”, en zijn zoon, de heer Kunal LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De voormalige eigenaar van UCI, J.V. Lodhia, en zijn zoon Kumal Lodhia, zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC.


8.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 60/32


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/397 VAN DE COMMISSIE

van 7 maart 2017

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),

Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal

Directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.

(2)  PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

EG

235,2

IL

243,7

MA

97,0

TR

94,6

ZZ

167,6

0707 00 05

MA

80,2

TR

184,6

ZZ

132,4

0709 91 00

EG

97,7

ZZ

97,7

0709 93 10

MA

48,3

TR

153,2

ZZ

100,8

0805 10 22 , 0805 10 24 , 0805 10 28

EG

50,6

IL

80,7

MA

44,2

TN

56,9

TR

72,8

ZZ

61,0

0805 50 10

EG

74,7

TR

71,3

ZZ

73,0

0808 10 80

CN

135,3

US

128,5

ZZ

131,9

0808 30 90

CL

93,5

CN

77,6

ZA

113,7

ZZ

94,9


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.


BESLUITEN

8.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 60/34


UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2017/398 VAN DE RAAD

van 7 maart 2017

tot uitvoering van Besluit 2010/231/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 31, lid 2,

Gezien Besluit 2010/231/GBVB van de Raad van 26 april 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Somalië en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2009/138/GBVB (1), en met name artikel 7,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 26 april 2010 Besluit 2010/231/GBVB vastgesteld.

(2)

Het Comité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, ingesteld krachtens de Resoluties 751 (1992) en 1907 (2009) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, heeft op 12 januari 2017 de gegevens met betrekking tot 12 personen en één entiteit die aan beperkende maatregelen onderworpen zijn, geactualiseerd.

(3)

Bijlage I bij Besluit 2010/231/GBVB moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Besluit 2010/231/GBVB wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij het onderhavige besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

L. GRECH


(1)  PB L 105 van 27.4.2010, blz. 17.


BIJLAGE

De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen en entiteit worden vervangen door de volgende vermeldingen:

I.   Personen

1.   Yasin Ali Baynah (alias a) Ali, Yasin Baynah, b) Ali, Yassin Mohamed, c) Baynah, Yasin, d) Baynah, Yassin, e) Baynax, Yasiin Cali, f) Beenah, Yasin, g) Beenah, Yassin, h) Beenax, Yasin, i) Beenax, Yassin, j) Benah, Yasin, k) Benah, Yassin, l) Benax, Yassin, m) Beynah, Yasin, n) Binah, Yassin, o) Cali, Yasiin Baynax)

Geboortedatum: 24 december 1965. Nationaliteit: Somalië. Andere nationaliteit: Zweden. Plaats: Rinkeby, Stockholm, Zweden; Mogadishu, Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774673

Yasin Ali Baynah heeft aangezet tot het plegen van aanslagen tegen de federale overgangsregering (TFG) en de missie van de Afrikaanse unie in Somalië (Amisom). Voorts heeft hij steun en fondsen verzameld namens de alliantie voor de herbevrijding van Somalië en namens Hisbul Islam, die beide metterdaad de vrede en veiligheid in Somalië in gevaar hebben gebracht, en met name het akkoord van Djibouti hebben verworpen en aanslagen tegen de TFG en de Amisom hebben gepleegd.

2.   Hassan Dahir Aweys (alias a) Ali, Sheikh Hassan Dahir Aweys, b) Awes, Hassan Dahir, c) Awes, Shaykh Hassan Dahir, d) Aweyes, Hassen Dahir, e) Aweys, Ahmed Dahir, f) Aweys, Sheikh, g) Aweys, Sheikh Hassan Dahir, h) Dahir, Aweys Hassan, i) Ibrahim, Mohammed Hassan, j) OAIS, Hassan Tahir, k) Uways, Hassan Tahir, l) „Hassan, Sheikh”)

Geboortedatum: 1935. Burger van: Somalië. Nationaliteit: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774682

Hassan Dahir Aweys is en blijft politiek en ideologisch voorman van een reeks gewapende oppositiegroepen die zich schuldig hebben gemaakt aan herhaalde schendingen van het algemene en algehele wapenembargo en/of aan feiten die een bedreiging vormen voor het vredesakkoord van Djibouti, de federale overgangsregering (TFG) en de leden van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom). Van juni 2006 tot september 2007 was Aweys voorzitter van het centraal comité van de Unie van islamitische rechtbanken; in juli 2008 riep hij zich uit tot voorzitter van de Asmara-vleugel van de alliantie voor de herbevrijding van Somalië; en in mei 2009 werd hij voorzitter van Hisbul Islam, een alliantie van groeperingen die de TFG bestrijden. In al deze hoedanigheden heeft Aweys door uitspraken en optreden blijk gegeven van het ondubbelzinnige en vaste voornemen de TFG te ontwrichten en de Amisom met geweld uit Somalië te verdrijven.

3.   Hassan Abdullah Hersi Al-Turki (alias a) Al-Turki, Hassan, b) Turki, Hassan, c) Turki, Hassan Abdillahi Hersi, d) Turki, Sheikh Hassan, e) Xirsi, Xasan Cabdilaahi, f) Xirsi, Xasan Cabdulle)

Geboortedatum: circa 1944. Geboorteplaats: Ogaden-regio, Ethiopië. Nationaliteit: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774683

Hassan Abdullah Hersi Al-Turki is al sinds midden jaren negentig prominent militieleider, en heeft herhaaldelijk het wapenembargo geschonden. In 2006 leverde Al-Turki troepen voor de machtsovername in Mogadishu door de aan Al-Shabaab gelieerde Unie van islamitische rechtbanken, waarin hij zich als militair leider opwierp. Sinds 2006 laat hij diverse gewapende groeperingen, waaronder Al-Shabaab, trainen in het door hem gecontroleerde gebied. In september 2007 was in een nieuwsvideo van Al-Jazeera te zien hoe onder zijn leiding milities werden getraind.

4.   Ahmed Abdi aw-Mohamed (alias a) Abu Zubeyr, Muktar Abdirahman, b) Abuzubair, Muktar Abdulrahim, c) Aw Mohammed, Ahmed Abdi, d) Aw-Mohamud, Ahmed Abdi, e) „Godane”, f) „Godani”, g) „Mukhtar, Shaykh”, h) „Zubeyr, Abu”)

Geboortedatum: 10 juli 1977. Geboorteplaats: Hargeysa, Somalië. Nationaliteit: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774684

Ahmed Abdi Aw-Mohamed is een prominent leider van Al-Shabaab, waarvan hij in december 2007 publiekelijk als emir werd opgevoerd. Hij is belast met de bevelvoering over operaties van Al-Shabaab in geheel Somalië. Aw-Mohamed wijst het vredesproces van Djibouti af als een buitenlands complot; in mei 2009 gaf hij in een geluidsopname voor de Somalische media toe dat zijn troepen bij recente gevechten in Mogadishu waren betrokken.

6.   Bashir Mohamed Mahamoud (alias a) Bashir Mohamed Mahmoud, b) Bashir Mahmud Mohammed, c) Bashir Mohamed Mohamud, d) Bashir Mohamed Mohamoud, e) Bashir Yare, f) Bashir Qorgab, g) Gure Gap, h) „Abu Muscab”, i) „Qorgab”)

Geboortedatum: a) 1979 b) 1980 c) 1981 d) 1982.Nationaliteit: Somalië. Plaats: Mogadishu, Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774965

Bashir Mohamed Mahamoud is militair bevelhebber bij Al-Shabaab. Eind 2008 was hij een van de circa tien leden van de leiding. Samen met een handlanger was hij verantwoordelijk voor de mortieraanslag van 10 juni 2009 tegen de Somalische federale overgangsregering in Mogadishu.

8.   Fares Mohammed Mana'a (alias a) Faris Mana'a, b) Fares Mohammed Manaa)

Geboortedatum: 8 februari 1965. Geboorteplaats: Sadah, Jemen. Paspoortnummer: 00514146; plaats van afgifte: Sanaa, Jemen. Identiteitskaart nr.: 1417576; plaats van afgifte: Al-Amana, Jemen. datum van afgifte: 7 januari 1996.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774972

Fares Mohammed Mana'a heeft, in strijd met het wapenembargo tegen Somalië, al dan niet rechtstreeks wapens of aanverwant materieel geleverd, verkocht of overgebracht. Mana'a staat bekend als wapensmokkelaar. In oktober 2009 stond hij bovenaan op een zwarte lijst van wapenhandelaars, door de Jemenitische regering gepubliceerd om de toevloed van wapens in te dammen; het land telde naar verluidt al meer wapens dan inwoners. „Dat Faris Mana'a een belangrijk wapensmokkelaar is, is algemeen bekend,” aldus een verslag van juni 2009 van een Amerikaans journalist en commentator over Jemenitische aangelegenheden, die het halfjaarlijkse landenverslag schrijft en heeft meegewerkt aan Jane's Intelligence Group. In een artikel van december 2007 in de Yemen Times wordt hij aangeduid als „Sjeik Fares Mohammed Mana'a, wapenhandelaar”. In januari 2008 wordt in dezelfde krant naar hem verwezen als „Sjeik Fares Mohammed Mana'a, wapenverkoper”.

Medio 2008 blijft Jemen een draaischijf van illegale wapentransport naar de Hoorn van Afrika, vooral over zee naar Somalië. Volgens onbevestigde berichten heeft Faris Mana'a herhaaldelijk deelgenomen aan het transport van wapens naar Somalië. In 2004 speelde hij een rol bij contracten over wapens uit Oost-Europa die aan Somalische strijders zouden zijn verkocht. Hoewel sinds 1992 een VN-wapenembargo tegen Somalië geldt, blijkt Mana'a zeker nog tot 2003 betrokken te zijn geweest bij wapensmokkel naar het land. Mana'a was in 2003 gegadigde voor de aankoop van duizenden wapens uit Oost-Europa, die hij naar eigen zeggen deels in Somalië wilde verkopen.

9.   Hassan Mahat Omar (alias a) Hassaan Hussein Adam, b) Hassane Mahad Omar, c) Xassaan Xuseen Adan, d) Asan Mahad Cumar, e) Abu Salman, f) Abu Salmaan, g) Sheikh Hassaan Hussein)

Geboortedatum: 10 april 1979. Geboorteplaats: Garissa, Kenia. Nationaliteit: mogelijk Ethiopië. Paspoortnummer: A 1180173 Kenia, verstrijkt op 20 augustus 2017. Identiteitskaart nr.: 23446085. Plaats: Nairobi, Kenia. Datum plaatsing op de VN-lijst: 28 juli 2011.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774975

Mohamed Sa'id „Atom” is verantwoordelijk voor feiten die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen. Hij is imam en een van de leiders van Masjid-ul-Axmar, een informeel centrum in Nairobi dat banden heeft met Al-Shabaab. Hij rekruteert nieuwe leden en werft fondsen voor Al-Shabaab, met name op de daaraan verwante website alqimmah.net.

Ook heeft hij in een chatroom van Al-Shabaab fatwa's uitgesproken waarin opgeroepen werd tot het plegen van aanslagen tegen de TFG.

10.   Omar Hammami (alias a) Abu Maansuur Al-Amriki, b) Abu Mansour Al-Amriki, c) Abu Mansuur Al-Amriki, d) Umar Hammami, e) Abu Mansur Al-Amriki)

Geboortedatum: 6 mei 1984. Geboorteplaats: Alabama, Verenigde Staten. Nationaliteit: Verenigde Staten. Zou tevens Syrisch onderdaan zijn.Paspoortnummer: 403062567 (VS). Nummer sociale zekerheid: 423-31-3021 (VS). Plaats: Somalië.

Overige informatie: Gehuwd met een Somalische. Woonde in 2005 in Egypte en verhuisde in 2009 naar Somalië. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5774980

Datum plaatsing op de VN-lijst: 28 juli 2011.

Omar Hammami is verantwoordelijk voor feiten die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen. Hij is een prominent lid van Al-Shabaab. Hij rekruteert, financiert en betaalt buitenlandse strijders in Somalië. Hij wordt beschreven als expert in explosieven en oorlogvoering in het algemeen. Sinds oktober 2007 komt hij voor in televisiereportages en propagandavideo's van Al-Shabaab. In een video was te zien hoe hij training gaf aan soldaten van Al-Shabaab. In video's en op websites heeft hij wervingsboodschappen voor Al-Shabaab uitgesproken.

12.   Aboud Rogo Mohammed (alias a) Aboud Mohammad Rogo, b) Aboud Seif Rogo, c) Aboud Mohammed Rogo, d) Sheikh Aboud Rogo, e) Aboud Rogo Muhammad, f) Aboud Rogo Mohamed)

Geboortedatum: 11 november 1960. Alternatieve geboortedata: a) 11 november 1967, b) 11 november 1969, c) 1 januari 1969. Geboorteplaats: Lamu Island, Kenia.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 25 juli 2012.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5775562

De zich in Kenia ophoudende extremist Aboud Rogo Mohammed bedreigt de Somalische vrede, veiligheid of stabiliteit door financiële, materiële, logistieke en/of technische ondersteuning te bieden aan Al-Shabaab, een entiteit die door het (bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië en bij Resolutie 1907 (2009) betreffende Eritrea opgerichte) UNSC-comité op de lijst is geplaatst vanwege het verrichten van handelingen die een directe of indirecte bedreiging vormen voor de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië.

Aboud Rogo Mohammed is een extremistische islamitische geestelijke die zich in Kenia ophoudt. Hij blijft in het kader van zijn campagne voor het aanzetten tot geweld in heel Oost-Afrika invloed op extremistische groepen in Oost-Afrika uitoefenen. Aboud Rogo houdt zich onder meer bezig met het werven van fondsen voor Al-Shabaab.

Als voornaamste ideologische voorman van Al Hijra, voorheen bekend als het Muslim Youth Center, gebruikt Aboud Rogo Mohammed de extremistische groep als wegbereider voor het radicaliseren en het rekruteren van hoofdzakelijk Swahilisprekende Afrikanen teneinde gewelddadige militante activiteiten te verrichten in Somalië. In een reeks opruiende lezingen tussen februari 2009 en februari 2012 heeft Aboud herhaaldelijk opgeroepen tot gewelddadige verwerping van het Somalische vredesproces. Tijdens die lezingen riep Rogo herhaaldelijk op tot het gebruik van geweld tegen de troepen in Somalië van zowel de Verenigde Naties als de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom), en spoorde hij zijn gehoor herhaaldelijk aan om naar Somalië te reizen om deel te nemen aan de strijd van Al-Shabaab tegen de Keniaanse regering.

Tevens licht Aboud Rogo Keniaanse Al-Shabaab-rekruten voor over de wijze waarop zij onopgemerkt kunnen blijven voor de Keniaanse autoriteiten en langs welke routes zij moeten reizen van Mombasa en/of Lamu naar Al-Shabaab-bolwerken in Somalië, met name Kismayo. Hij heeft voor tal van Keniaanse Al-Shabaab-rekruten de reis naar Somalië gefaciliteerd.

In september 2011 wierf Rogo mensen in Mombasa (Kenia) aan om naar Somalië reizen, vermoedelijk om daar terroristische operaties uit te voeren. In september 2008 hield Rogo een fondsenwervingbijeenkomst in Mombasa om Al-Shabaab-activiteiten in Somalië te helpen financieren.

13.   Abubaker Shariff Ahmed (alias a) Makaburi, b) Sheikh Abubakar Ahmed, c) Abubaker Shariff Ahmed, d) Abu Makaburi Shariff, e) Abubaker Shariff, f) Abubakar Ahmed)

Geboortedatum: 1962. Alternatieve geboortedatum: 1967. Geboorteplaats: Kenia. Plaats: Majengo-wijk, Mombasa, Kenia. Datum plaatsing op de VN-lijst: 23 augustus 2012.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5775564

Abubaker Shariff Ahmed is een leidende figuur bij het faciliteren van en het aanwerven van jonge Keniaanse moslims voor gewelddadig militantisme in Somalië, en heeft nauwe banden met Aboud Rogo. Hij verleent materiële steun aan extremistische groepen in Kenia (en elders in Oost-Afrika). Door zijn veelvuldige reizen naar Al-Shabaab-bolwerken in Somalië, zoals Kismayo, kan hij nauwe banden met hooggeplaatste Al-Shabaab-leden onderhouden.

Tevens houdt Abubaker Shariff Ahmed zich bezig met het bijeenbrengen en beheren van fondsen voor Al-Shabaab, een entiteit die door het (bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië en bij Resolutie 1907 (2009) betreffende Eritrea opgerichte) UNSC-comité op de lijst is geplaatst vanwege het verrichten van handelingen die een directe of indirecte bedreiging vormen voor de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië.

Abubaker Shariff Ahmed heeft in moskeeën in Mombasa ertoe opgeroepen dat jonge mannen naar Somalië reizen, extremistische daden stellen, voor Al-Qaida vechten en VS-burgers doden.

Abubaker Shariff Ahmed werd eind december 2010 door de Keniaanse autoriteiten gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de bomaanslag op een busstation in Nairobi. Abubaker Shariff Ahmed is tevens een voorman van een in Kenia gevestigde jeugdorganisatie in Mombasa die banden met Al-Shabaab onderhoudt.

Vanaf 2010 hield Abubaker Shariff Ahmed zich bezig met aanwerven en faciliteren voor Al-Shabaab in de Majengo-wijk van Mombasa, Kenia.

14.   Maalim Salman (alias a) Mu'alim Salman, b) Mualem Suleiman, c) Ameer Salman, d) Ma'alim Suleiman, e) Maalim Salman Ali, f) Maalim Selman Ali, g) Ma'alim Selman, h) Ma'alin Sulayman)

Geboortedatum: circa 1979. Geboorteplaats: Nairobi, Kenia. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 23 september 2014.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5818613

Maalim Salman is door de leider van Al-Shabaab, Ahmed Abdi aw-Mohamed, ook bekend als Godane, aangewezen tot hoofd van de Afrikaanse buitenlandse strijders van Al-Shabaab. Hij heeft buitenlanders die als Afrikaanse buitenlandse strijder aansluiting zochten bij Al-Shabaab opgeleid, en is betrokken geweest bij operaties in Afrika tegen toeristen, ontspanningscentra en kerken.

Hoewel hij zich voornamelijk op operaties buiten Somalië heeft gericht, is het bekend dat Salman in Somalië woont en er buitenlandse strijders opleidt alvorens ze naar andere plekken te sturen. Sommige van de buitenlandse strijders van Al-Shabaab zijn ook in Somalië aanwezig. Zo heeft Salman buitenlandse strijders van Al-Shabaab naar Zuid-Somalië gestuurd, als reactie op een offensief van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom).

Al-Shabaab was onder meer verantwoordelijk voor de terroristische aanslag op het winkelcentrum Westgate in Nairobi (Kenia) in september 2013, die aan minstens 67 mensen het leven kostte. Meer recent heeft Al-Shabaab de verantwoordelijkheid opgeëist voor de aanslag van 31 augustus 2014 op de gevangenis van het nationale inlichtingen- en veiligheidsbureau in Mogadishu, waarbij drie bewakers en twee burgers omkwamen, en 15 anderen gewond raakten.

15.   Ahmed Diriye (alias a) Sheikh Ahmed Umar Abu Ubaidah, b) Sheikh Omar Abu Ubaidaha, c) Sheikh Ahmed Umar, d) Sheikh Mahad Omar Abdikarim, e) Abu Ubaidah, f) Abu Diriye)

Geboortedatum: circa 1972. Geboorteplaats: Somalië. Plaats: Somalië.

Datum plaatsing op de VN-lijst: 24 september 2014.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5818614

Ahmed Diriye is na de dood van de vorige leider, Ahmed Abdi aw-Mohamed, tot nieuwe emir van Al-Shabaab benoemd; zijn voorganger werd door het Comité van de Veiligheidsraad uit hoofde van de Resoluties 751 (1992) en 1907 (2009) op de lijst geplaatst. Deze benoeming werd aangekondigd in een op 6 september 2014 vrijgegeven verklaring van de woordvoerder van Al-Shabaab, Sheikh Ali Dheere. Diriye was reeds een vooraanstaand lid van Al-Shabaab, en is als emir belast met de bevelvoering over de operaties van Al-Shabaab. Hij zal rechtstreeks verantwoordelijk zijn voor de activiteiten van Al-Shabaab, die een bedreiging blijven vormen voor de vrede, veiligheid en stabiliteit in Somalië. Sinds zijn benoeming heeft Diriye de Arabische naam Sheikh Ahmed Umar Abu Ubaidah aangenomen.

II.   Entiteiten

Al-Shabaab (alias a) Al-Shabab, b) Shabaab, c) The Youth, d) Mujahidin Al-Shabaab Movement, e) Mujahideen Youth Movement, f) Mujahidin Youth Movement, g) MYM, h) Harakat Shabab Al-Mujahidin, i) Hizbul Shabaab, j) Hisb'ul Shabaab, k) Al-Shabaab Al-Islamiya, l) Youth Wing, m) Al-Shabaab Al-Islaam, n) Al-Shabaab Al-Jihaad, o) The Unity Of Islamic Youth, p) Harakat Al-Shabaab Al-Mujaahidiin,q) Harakatul Shabaab Al Mujaahidiin, r) Mujaahidiin Youth Movement)

Plaats: Somalië. Datum plaatsing op de VN-lijst: 12 april 2010.

Overige informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5775567

Al-Shabaab heeft feiten gepleegd die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit in Somalië bedreigen, met name, maar niet uitsluitend: feiten die het akkoord van Djibouti van 18 augustus 2008 of het politieke proces in gevaar brengen; en feiten die een bedreiging vormen voor de federale overgangsinstellingen, de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom), of andere internationale vredeshandhavingsoperaties in Somalië.

Al-Shabaab heeft voorts de levering van humanitaire bijstand aan Somalië of de toegang tot, of verdeling van, humanitaire bijstand in Somalië belemmerd.

De voorzitter van het comité van de Veiligheidsraad dat bij Resolutie 751 (1992) betreffende Somalië is ingesteld, heeft op 29 juli 2009 in de Veiligheidsraad verklaard dat Al-Shabaab en Hisb'ul Islam herhaaldelijk in het openbaar de verantwoordelijkheid hebben opgeëist voor de aanslagen tegen de federale overgangsregering (TFG) en Amisom. Al-Shabaab zegt ook verantwoordelijk te zijn voor de moord op ambtenaren van de TFG; op 19 juli 2009 viel het binnen in de plaatselijke kantoren van UNOPS, UNDSS en UNDP in de regio's Bay en Bakool, die vervolgens in strijd met punt c) van Resolutie 1844 (2008) werden gesloten. Al-Shabaab heeft herhaaldelijk de toegang tot, of verdeling van, humanitaire bijstand in Somalië belemmerd.

In het rapport dat de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 20 juli 2009 aan de secretaris-generaal heeft uitgebracht over de situatie in Somalië staat het volgende te lezen over de activiteiten van Al-Shabaab in Somalië:

Opstandige groepen als Al-Shabaab zouden particuliere ondernemingen afpersen en jongeren, onder meer kindsoldaten, werven voor de strijd tegen de regering in Mogadishu. Al-Shabaab telt naar eigen zeggen buitenlanders in de gelederen, en verklaart openlijk dat het in Mogadishu samen met Al-Qaida de regering van Somalië uit het zadel tracht te lichten. De buitenlanders, naar verluidt vaak afkomstig uit Pakistan en Afghanistan, zijn goed getraind en hebben gevechtservaring. Geconstateerd is dat ze kappen droegen tijdens offensieve operaties tegen regeringstroepen in Mogadishu en aangrenzende regio's.

Al-Shabaab heeft zijn strategie van dwang en intimidatie tegen de Somalische bevolking geïntensiveerd, zoals blijkt uit de zorgvuldig uitgekozen, „lonende” moordaanslagen en arrestaties van stamoudsten, die vaak ook worden gedood. Op 19 juni 2009 kwam Omar Hashi Aden, minister van nationale veiligheid, om bij een zware zelfmoordaanslag met een bomauto in Beletwyne, waarbij meer dan 30 doden vielen; de aanslag werd krachtig veroordeeld door de internationale gemeenschap en over een breed front in de Somalische samenleving.

Volgens het rapport van december 2008 van de Monitorgroep Somalië van de VN-Veiligheidsraad (2008/769), is Al-Shabaab verantwoordelijk voor tal van aanslagen die de afgelopen jaren in het land zijn gepleegd:

in september 2008 werd een Somalische chauffeur, in dienst van het Wereldvoedselprogramma, vermoord en onthoofd,

op 6 februari 2008 werden bij een bomaanslag op een markt in Puntland 20 mensen gedood en meer dan 100 gewond,

gepoogd werd met een reeks bom- en moordaanslagen in Somaliland de parlementsverkiezingen in 2006 te saboteren,

in 2003 en 2004 werden verscheidene buitenlandse hulpverleners vermoord.

Volgens berichten is Al-Shabaab op 20 juli 2009 in Somalië binnengevallen in gebouwen van de Verenigde Naties, en heeft het drie VN-bureaus gesloten in gebieden onder zijn controle. Voorts zijn tijdens gevechten tussen troepen van de Somalische federale overgangsregering en opstandelingen van Al-Shabaab en Hizbul Islam op 11 en 12 juli 2009 meer dan 60 doden gevallen. Op 11 juli vuurde Al-Shabaab vier mortiergranaten af op Villa Somalia, waardoor drie soldaten van de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië (Amisom) werden gedood, en acht werden gewond.

Blijkens een bericht van 22 februari 2009 van de British Broadcasting Corporation had Al-Shabaab de verantwoordelijkheid opgeëist voor een zelfmoordaanslag met een bomauto tegen een militaire basis van de Afrikaanse Unie in Mogadishu, en had de Afrikaanse Unie bevestigd dat 11 leden van haar vredesmacht waren gedood en 15 gewond.

Reuters publiceerde op 14 juli 2009 het bericht dat militanten van Al-Shabaab in 2009 terreinwinst boekten met hun guerrilla-aanvallen tegen troepen van Somalië en de Afrikaanse Unie.

Op 10 juli 2009 maakte Voice of America bekend dat Al-Shabaab in mei 2009 betrokken was geweest bij een aanval tegen Somalische regeringstroepen.

Op de website van de Council on Foreign Relations stond in een artikel van 27 februari 2009 te lezen dat Al-Shabaab sinds 2006 in opstand is tegen de Somalische overgangsregering en haar Ethiopische medestanders. Al-Shabaab heeft elf Burundese soldaten gedood bij de bloedigste aanslag tegen AU-vredestroepen sinds zij in Somalië zijn ingezet; en laat weten dat het in Mogadishu zware gevechten heeft geleverd waarbij ten minste vijftien doden zijn gevallen.


8.3.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 60/41


UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2017/399 VAN DE RAAD

van 7 maart 2017

tot uitvoering van Besluit 2010/788/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Congo

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 31, lid 2,

Gezien Besluit 2010/788/GBVB van de Raad van 20 december 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Congo en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/369/GBVB (1), en met name artikel 6,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 20 december 2010 Besluit 2010/788/GBVB vastgesteld.

(2)

Het Comité van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties dat is ingesteld krachtens Resolutie 1533 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft op 12 januari 2017 de identificatiegegevens van 30 personen en 9 entiteiten waarvoor beperkende maatregelen gelden, geactualiseerd.

(3)

Bijlage I bij Besluit 2010/788/GBVB moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Besluit 2010/788/GBVB wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 7 maart 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

L. GRECH


(1)  PB L 336 van 21.12.2010, blz. 30.


BIJLAGE

De vermeldingen met betrekking tot de onderstaande personen en entiteiten worden vervangen door de volgende vermeldingen:

a)   lijst van personen als bedoeld in artikel 3, lid 1

1.   Eric BADEGE

Geboortedatum: 1971.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Adres: Rwanda (sinds begin 2016).

Andere informatie: Hij is in maart 2013 naar Rwanda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272441

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Eric Badege was luitenant-kolonel en een contactpunt voor M23 in Masisi en voerde het bevel over bepaalde operaties die delen van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu destabiliseerden. Als militair bevelhebber van M23 was Badege verantwoordelijk voor ernstige schendingen waarbij vrouwen en kinderen het doelwit waren in gewapende conflicten. Na mei 2012 hebben de Raia Mutomboki tijdens gecoördineerde aanslagen onder het bevel van M23 honderden burgers gedood. Badege heeft in augustus 2012 gezamenlijke aanslagen gepleegd waarbij burgers willekeurig zijn vermoord. Deze aanslagen waren gezamenlijk georganiseerd door Badege en kolonel Makoma Semivumbi Jacques. Voormalige M23-strijders beweerden dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren gerekruteerd.

Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW meegedeeld dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood”.

Badege vluchtte in maart 2013 naar Rwanda en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

2.   Frank Kakolele BWAMBALE

(ook bekend als: a) Frank Kakorere b) Frank Kakorere Bwambale c) Aigle blanc)

Hoedanigheid: Generaal bij de FARDC.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Andere informatie: Heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Verblijft sinds juni 2011 in Kinshasa. Sinds 2010 is generaal Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011. De autoriteiten van de DRC hebben hem in december 2013 in Beni, Noord-Kivu, gearresteerd omdat hij het ontwapenings-, demobilisatie- en reïntegratieproces (DDR) zou blokkeren. Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond. Nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd en verbleef in juni 2016 in Kinshasa. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776078

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Frank Kakolele Bwambale had de leiding over de RCD-ML, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de RCD-ML, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Sinds 2010 is Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011.

Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond; nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd. Kakolele verbleef sinds juni 2016 in Kinshasa.

3.   Gaston IYAMUREMYE

(ook bekend als: a) Byiringiro Victor Rumuli, b) Victor Rumuri, c) Michel Byiringiro, d) Rumuli)

Hoedanigheid: a) interimvoorzitter van de FDLR, b) eerste vicevoorzitter van de FDLR-FOCA; c) generaal-majoor van de FDLR-FOCA.

Adres: provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: 1948.

Geboorteplaats: a) district Musanze, provincie Nord, Rwanda, b) Ruhengeri, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272456

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Gaston Iyamuremye is de eerste vicevoorzitter van de FDLR, alsmede de interimvoorzitter. Ook heeft hij de rang van generaal-majoor in de militaire vleugel van de FDLR, namelijk de FOCA. Sinds juni 2016 bevindt Iyamuremye zich in de provincie Noord-Kivu van de Democratische Republiek Congo.

4.   Innocent KAINA

(ook bekend als: a) Colonel Innocent Kaina, b) India Queen)

Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend bevelhebber van M23.

Adres: Uganda (sinds begin 2016).

Geboortedatum: november 1973.

Geboorteplaats: Bunagana, gebied Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

Andere informatie: werd plaatsvervangend bevelhebber van M23 nadat de factie van Bosco Taganda in maart 2013 naar Rwanda was gevlucht. In november 2013 naar Uganda gevlucht. Verbleef begin 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776081

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Innocent Kaina was sectorcommandant en later plaatsvervangend bevelhebber in de Mouvement du 23 Mars (M23). Hij was verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationaal recht en de mensenrechten en beging zelf ook schendingen. Kaina werd in juli 2007 door het militair tribunaal van het garnizoen Kinshasa schuldig bevonden aan misdrijven tegen de menselijkheid, begaan in het district Ituri tussen mei 2003 en december 2005. Hij werd in 2009 vrijgelaten als onderdeel van het vredesakkoord tussen de Congolese regering en het CNDP. Als lid van de FARDC heeft hij zich in 2009 schuldig gemaakt aan executies, ontvoeringen en verminkingen in het Masisigebied. Als commandant onder het bevel van generaal Taganda heeft hij de aanzet gegeven tot de muiterij van de voormalige leden van de CNDP in het Rutshurugebied in april 2012. Hij zorgde ervoor dat de muiters veilig uit het Masisigebied konden ontkomen. Tussen mei en augustus 2012 zag hij toe op de rekrutering en de opleiding van meer dan 150 kinderen voor M23, en schoot hij de jongens die hadden geprobeerd te ontsnappen dood. In juli 2012 reisde hij naar Berunda en Degho met het oog op mobilisatie- en rekruteringsactiviteiten voor M23. Kaina is in november 2013 naar Uganda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

5.   Jérôme KAKWAVU BUKANDE

(ook bekend als: a) Jérôme Kakwavu, b) Commandant Jérôme)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden. In november 2014 door een militaire rechtbank van de DRC veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf wegens verkrachting, moord en foltering. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776083

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Voormalig voorzitter van de UCD/FAPC. De FAPC beheerst illegale grensovergangen tussen Uganda en de DRC — een belangrijke transitroute voor wapenhandel. Als voorzitter van de FAPC had hij invloed op het beleid van die organisatie en voerde hij het commando over, en controleerde hij de activiteiten van, de strijdkrachten van de FAPC, die betrokken waren bij wapensmokkel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri in 2002. Hij is een van de vijf hoge officieren van de FARDC die werden beschuldigd van ernstige misdrijven met seksueel geweld en wier dossiers door de Veiligheidsraad bij zijn bezoek in 2009 onder de aandacht van de regering zijn gebracht. Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden.

6.   Germain KATANGA

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Geboortedatum: 28 april 1978.

Geboorteplaats: Mambasa, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo (in de gevangenis).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: In december 2004 benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor andere, eerder in Ituri gepleegde misdaden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776116

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Germain Katanga was de bevelhebber van de FRPI. Hij was betrokken bij wapenhandel en schond bijgevolg het wapenembargo. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. In december 2004 werd hij benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 werd hij door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor eerder in Ituri gepleegde misdaden.

7.   Thomas LUBANGA

Geboorteplaats: Ituri, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo (in de gevangenis).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: In maart 2005 gearresteerd in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen. Op 17 maart 2006 aan het ICC overgedragen. In maart 2012 door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling van en de straf tegen Lubanga bevestigd. Op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776117

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Thomas Lubanga was de voorzitter van de UPC/L, een van de in punt 20 van resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. Hij is in maart 2005 in Kinshasa aangehouden op verdenking van betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen en op 17 maart 2006 door de autoriteiten van de DRC overgedragen aan het ICC. In maart 2012 is hij door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling en het vonnis bevestigd. Hij is op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten.

8.   Sultani MAKENGA

(ook bekend als: a) Makenga, Colonel Sultani, b) Makenga, Emmanuel Sultani)

Geboortedatum: 25 december 1973.

Geboorteplaats: Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 november 2012.

Andere informatie: Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert. Sinds eind 2014 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272833

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Sultani Makenga is een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo (DRC) opereert. Als leider van M23 (ook bekend als het Congolese revolutionaire leger) heeft Sultani Makenga ernstige schendingen van het internationale recht begaan en is hij verantwoordelijk voor dergelijke schendingen, waarbij kinderen en vrouwen het doelwit zijn in gewapende conflicten, worden gedood en verminkt, en het slachtoffer zijn van seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Hij is tevens verantwoordelijk voor schendingen van het internationaal recht in verband met activiteiten van M23 waarbij kinderen worden gerekruteerd of gebruikt in gewapende conflicten in de DRC. M23 heeft onder het bevel van Sultani Makenga op grote schaal wreedheden begaan tegen de burgerbevolking van de DRC. Volgens getuigenissen en rapporten hebben de militanten die onder het bevel van Sultani Makenga opereerden, in het gehele Rutshurugebied vrouwen en kinderen (sommigen slechts 8 jaar oud) verkracht als onderdeel van een strategie om de controle over het Rutshurugebied te consolideren. Onder het bevel van Makenga heeft M23 grootschalige campagnes van gedwongen rekrutering van kinderen in de DRC en in de regio gevoerd, en werden talloze kinderen gedood, verminkt of gewond. Vele van de onder dwang gerekruteerde kinderen waren jonger dan 15 jaar. Makenga zou voorts wapens en aanverwant materiaal hebben ontvangen, wat in strijd is met de maatregelen van de DRC ter handhaving van het wapenembargo, onder meer nationale ordonnanties inzake de invoer en het bezit van wapens en aanverwant materiaal. Bij Makenga's acties als leider van M23 werden onder meer ernstige schendingen van het internationaal recht en wreedheden tegen de burgerbevolking van de DRC begaan, en werd de situatie van onveiligheid, ontheemding en conflict in de regio nog verergerd. Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert.

9.   Khawa Panga MANDRO

(ook bekend als: a) Kawa Panga, b) Kawa Panga Mandro, c) Kawa Mandro, d) Yves Andoul Karim, e) Mandro Panga Kahwa, f) Yves Khawa Panga Mandro, g) Chief Kahwa, h) Kawa)

Geboortedatum: 20 augustus 1973.

Geboorteplaats: Bunia, Democratische Republiek Congo.

Adres: Uganda (sinds mei 2016).

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Gevangen te Bunia sinds april 2005 wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verblijft sinds mei 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272933

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Kawa Panga Mandro was de voorzitter van de PUSIC, een van de in punt 20 van resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen van 2001 tot en met 2002. Hij werd in april 2005 gevangengezet in Bunia wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Hij is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verbleef in mei 2016 in Uganda.

10.   Callixte MBARUSHIMANA

Hoedanigheid: uitvoerend secretaris van de FDLR.

Geboortedatum: 24 juli 1963.

Geboorteplaats: Ndusu/Ruhengeri, provincie Nord, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Gearresteerd te Parijs op 3 oktober 2010 krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag en eind 2011 door het ICC vrijgelaten. Op 29 november 2014 voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224649

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Callixte Mbarushimana was tot zijn aanhouding uitvoerend secretaris van de FDLR en vicevoorzitter van het militaire opperbevel van de FDLR. Als politiek/militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, heeft hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmerd, in strijd met punt 4, onder b) van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Hij is op 3 oktober 2010 in Parijs gearresteerd krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Hij is op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag, maar eind 2011 vrijgelaten. Hij is op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR.

11.   Iruta Douglas MPAMO

(ook bekend als: a) Doulas Iruta Mpamo, b) Mpano)

Adres: Gisenyi, Rwanda (sinds juni 2011).

Geboortedatum: a) 28 december 1965, b) 29 december 1965.

Geboorteplaats: a) Bashali, Masisi, Democratische Republiek Congo, b) Goma, Democratische Republiek Congo, c) Uvira, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272813

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Eigenaar/manager van de „Compagnie Aérienne des Grands Lacs” en van de „Great Lakes Business Company”, waarvan vliegtuigen zijn gebruikt om bijstand te verlenen aan gewapende groepen en milities die in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) worden genoemd. Tevens verantwoordelijk voor het verdoezelen van vlucht- en ladinggegevens, blijkbaar met de bedoeling het omzeilen van het wapenembargo mogelijk te maken. Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen.

13.   Leodomir MUGARAGU

(ook bekend als: a) Manzi Leon, b) Leo Manzi)

Adres: FDLR-hoofdkwartier in het Kikoma-woud, bij Bogoyi, Walikale, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2011).

Geboortedatum: a) 1954, b) 1953.

Geboorteplaats: a) Kigali, Rwanda, b) Rushashi, provincie Nord, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270747

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens inlichtingen uit open bronnen en officiële rapporten is Leodomir Mugaragu chef-staf van de Forces Combattantes Abucunguzi/Combatant Force for the Liberation of Rwanda (FOCA), de gewapende vleugel van de FDLR. Volgens officiële rapporten is Mugaragu een belangrijk strateeg voor de militaire operaties van de FDLR in het oosten van de DRC. Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden.

14.   Leopold MUJYAMBERE

(ook bekend als: a) Musenyeri b) Achille c) Frere Petrus Ibrahim)

Hoedanigheid: a) chef-staf van de FDLR-FOCA, b) tijdelijk plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA.

Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: a) 17 maart 1962, b) rond 1966.

Geboorteplaats: Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Werd in 2014 dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224709

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Leopold Mujyambere was commandant van de tweede divisie van de FOCA, de gewapende arm van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en dat werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde meisjes waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad.

In juni 2011 was hij de FOCA-commandant van de operationele sector Zuid-Kivu, destijds „Amazon” genoemd. Later tot chef-staf van de FOCA bevorderd, en in 2014 tot dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht.

15.   Jamil MUKULU

(ook bekend als: a) Steven Alirabaki, b) David Kyagulanyi, c) Musezi Talengelanimiro, d) Mzee Tutu, e) Abdullah Junjuaka, f) Alilabaki Kyagulanyi, g) Hussein Muhammad, h) Nicolas Luumu, i) Julius Elius Mashauri, j) David Amos Mazengo, k) Professor Musharaf, l) Talengelanimiro)

Hoedanigheid: a) hoofd van de Geallieerde democratische strijdkrachten (ADF), b) commandant van de Geallieerde democratische strijdkrachten.

Adres: naar verluidt in de gevangenis in Uganda (sinds september 2016).

Geboortedatum: a) 1965, b) 1 januari 1964.

Geboorteplaats: Ntoke, provincie Ntenjeru, district Kayunga, Uganda.

Nationaliteit: Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 oktober 2011.

Andere informatie: In april 2015 in Tanzania aangehouden en in juli 2015 aan Uganda uitgeleverd. Sinds september 2016 wordt Mukulu naar verluidt vastgehouden in een politiecel in afwachting van zijn proces voor oorlogsmisdaden en ernstige schendingen van de Conventie van Genève krachtens het Ugandees recht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270670

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens publieke bronnen en officiële verslaglegging, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, is Jamil Mukulu de militaire leider van de ADF, een buitenlandse gewapende groepering die in de DRC actief is en die de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmert, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN rapporteerde dat Jamil Mukulu materiële en personele steun verstrekte aan de ADF als gewapende groepering die actief is op het grondgebied van de DRC. Volgens verscheidene bronnen, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, stelde Jamil Mukulu financiering veilig, oefende hij invloed uit op het beleid van de ADF en nam hij rechtstreekse verantwoordelijkheid op zich in het commando van en de controle over de ADF-strijdkrachten, met name wat betreft het toezicht op gevestigde banden met internationale terreurnetwerken.

16.   Ignace MURWANASHYAKA

(ook bekend als: Dr. Ignace)

Titel: dr.

Hoedanigheid: voorzitter van de FDLR.

Adres: Duitsland (in de gevangenis).

Geboortedatum: 14 mei 1963.

Geboorteplaats: a) Butera, Rwanda, b) Ngoma, Butare, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verblijft sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272382

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ignace Murwanashyaka is de voorzitter van de FDLR en oefent invloed uit over het beleid van de FDLR-strijdkrachten, een van de in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij voerde telefoongesprekken met militaire commandanten te velde van de FDLR (onder meer tijdens het bloedbad in Busurungi in mei 2009); hij gaf militaire bevelen aan het opperbevel; hij was betrokken bij de coördinatie van de overdracht van wapens en munitie aan FDLR-eenheden en bij het doorgeven van specifieke gebruiksinstructies; en hij beheerde grote geldsommen die werden bijeengebracht door middel van de illegale verkoop van natuurlijke hulpbronnen in gebieden onder controle van de FDLR. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten had hij als voorzitter en militair commandant van de FDLR commando-verantwoordelijkheid voor de rekrutering en inzet van kinderen door de FDLR in Oost-Congo. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Hij kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verblijft sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 werd hij opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR.

17.   Straton MUSONI

(ook bekend als: IO Musoni)

Hoedanigheid: voormalig vicevoorzitter van de FDLR.

Geboortedatum: a) 6 april 1961, b) 4 juni 1961.

Geboorteplaats: Mugambazi, Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Musoni werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272354

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Straton Musoni was vicevoorzitter van de FDLR, een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de DRC. Hij belemmerde in strijd met Resolutie 1649 (2005) de ontwapening en vrijwillige repatriëring of hervestiging van tot die groepen behorende strijders. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten.

18.   Jules MUTEBUTSI

(ook bekend als: a) Jules Mutebusi, b) Jules Mutebuzi, c) Colonel Mutebutsi)

Geboortedatum: 1964.

Geboorteplaats: Minembwe, Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Voormalig plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio; in april 2004 ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272093

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Jules Mutebutsi sloot zich aan bij andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G met wie hij in mei 2004 met geweld de stad Bukavu innam. Hij was betrokken bij wapenhandel buiten de structuren van de FARDC om en bij de bevoorrading van in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Hij was de voormalige plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio tot april 2004, toen hij werd ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn.

19.   Baudoin NGARUYE WA MYAMURO

(ook bekend als: Colonel Baudoin Ngaruye)

Titel: militair leider van de „Mouvement du 23 mars (M23)”.

Hoedanigheid: brigadegeneraal.

Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

Geboortedatum: a) 1 april 1978, b) 1978.

Geboorteplaats: a) Bibwe, Democratische Republiek Congo, b) Lusamambo, Luberogebied, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Nationaal identiteitsnummer: FARDC ID 1-78-09-44621-80.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Woont sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5268954

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ngaruye leidde in april 2012 de muiterij van voormalige CNDP-leden, bekend als de „Mouvement du 23 mars (M23)”, onder het bevel van generaal Ntaganda. Hij is momenteel de op twee na hoogste militaire leider in M23. De Groep deskundigen voor de DRC beval zijn aanwijzing in 2008 en 2009 al aan. Hij is verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht en beging zelf ook schendingen. Tussen 2008 en 2009 en naar het einde van 2010 toe rekruteerde en trainde hij voor M23 honderden kinderen. Doodde, verminkte en ontvoerde mensen, vaak vrouwen. Hij is verantwoordelijk voor het executeren en folteren van deserteurs binnen M23. Als lid van de FARDC gaf hij in 2009 het bevel om alle mannen van het dorp Shalio in het Walikalegebied te doden. Verstrekte voorts wapens en munitie en betaalde lonen uit in het Masisigebied en het Wakikalegebied, onder rechtstreeks bevel van Ntaganda. Organiseerde in 2010 de gedwongen verplaatsing en onteigening van bevolkingsgroepen in het Lukopfugebied. Hij was tevens nauw betrokken bij criminele netwerken in de FARDC die opbrengsten haalden uit de handel in mineralen, wat leidde tot spanningen en gewelddaden waarbij kolonel Innocent Zimurinda in 2011 was betrokken. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

20.   Mathieu, Chui NGUDJOLO

(ook bekend als: Cui Ngudjolo)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Adres: Democratische Republiek Congo.

Geboortedatum: 8 oktober 1970.

Geboorteplaats: Bunia, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776118

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Mathieu Chui Ngudjolo was de chef-staf van de FRPI, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de FRPI, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen jonger dan 15 jaar in Ituri in 2006. Hij werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgedragen aan het Internationaal Strafhof (ICC). Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht.

21.   Floribert Ngabu NJABU

(ook bekend als: a) Floribert Njabu Ngabu, b) Floribert Ndjabu, c) Floribert Ngabu Ndjabu)

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo, paspoort OB 0243318.

Geboortedatum: 23 mei 1971.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af. In juli 2014 van Nederland naar de DRC overgebracht en daar aangehouden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776373

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Voormalig voorzitter van de FNI, een van de gewapende groepen en milities bedoeld in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) die betrokken is bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schendt. Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af; er is beroep aangetekend.

22.   Laurent NKUNDA

(ook bekend als: a) Nkunda Mihigo Laurent, b) Laurent Nkunda Bwatare, c) Laurent Nkundabatware, d) Laurent Nkunda Mahoro Batware, e) Laurent Nkunda Batware, f) Chairman, g) General Nkunda, h) Papa Six)

Geboortedatum: a) 6 februari 1967, b) 2 februari 1967.

Geboorteplaats: Rutshuru, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda gingen in beroep bij het militair gerechtshof van Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270703

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Sloot zich samen met andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G aan bij de troepen die in mei 2004 de stad Bukavu met geweld innamen. Heeft wapens gekregen buiten de structuren van de FARDC om, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor 264 gevallen van rekrutering en inzet van kinderen door troepen onder zijn bevel in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda stelden een procedure in voor het militaire gerechtshof van Rwanda. Behoudt enige invloed op bepaalde delen van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP).

23.   Felicien NSANZUBUKIRE

(ook bekend als: Fred Irakeza)

Hoedanigheid: a) subsectorcommandant van de FDLR-FOCA, b) kolonel van de FDLR-FOCA.

Adres: provincie Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: 1967.

Geboorteplaats: a) Murama, Kigali, Rwanda, b) Rubungo, Kigali, Rwanda, c) Kinyinya, Kigali, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269078

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Felicien Nsanzubukire superviseerde en coördineerde ten minste van november 2008 tot en met april 2009 de smokkel van munitie en wapens van de Verenigde Republiek Tanzania, via het Tanganyikameer naar FDLR-eenheden in de streek van Uvira en Fizi in Zuid-Kivu. Sinds januari 2016 was Nsanzubukire subsectorcommandant van de FDLR-FOCA in de provincie Zuid-Kivu, met de rang van kolonel.

24.   Pacifique NTAWUNGUKA

(ook bekend als: a) Pacifique Ntawungula, b) Colonel Omega, c) Nzeri, d) Israel)

Hoedanigheid: a) sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI, b) brigadegeneraal van de FDLR-FOCA.

Adres: Rutshurugebied, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

Geboortedatum: a) 1 januari 1964, b) rond 1964.

Geboorteplaats: Gaseke, provincie Gisenyi, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Kreeg een militaire opleiding in Egypte. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269021

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Pacifique Ntawunguka was commandant van de eerste divisie van de FOCA (gewapende vleugel van de FDLR). Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Kreeg een militaire opleiding in Egypte.

Medio 2016 was Ntawunguka sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI in de provincie Noord-Kivu.

25.   James NYAKUNI

Nationaliteit: Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776374

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Handelspartnerschap met Jérôme Kakwavu; houdt zich vooral bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda; wordt onder meer verdacht van smokkel van wapens en militair materieel in ongecontroleerde vrachtwagens. Schending van het wapenembargo en steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003), onder meer financiële steun waardoor zij militair kunnen opereren.

26.   Stanislas NZEYIMANA

(ook bekend als: a) Deogratias Bigaruka Izabayo, b) Izabayo Deo, c) Jules Mateso Mlamba, d) Bigaruka, e) Bigurura)

Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend commandant van de FDLR-FOCA.

Geboortedatum: a) 1 januari 1966, b) 28 augustus 1966, c) rond 1967.

Geboorteplaats: Mugusa, Butare, Rwanda.

Nationaliteit: Rwanda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

Andere informatie: Verdween begin 2013 in Tanzania. Sinds 2016 is niet bekend waar hij zich ophoudt. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275373

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Stanislas Nzeyimana was plaatsvervangend bevelhebber van de FOCA, de gewapende vleugel van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Nzeyimana verdween begin 2013 in Tanzania, en zijn verblijfplaats is sinds juni 2016 niet bekend.

27.   Dieudonné OZIA MAZIO

(ook bekend als: Ozia Mazio, b) Omari, c) Mr Omari)

Geboortedatum: 6 juni 1949.

Geboorteplaats: Ariwara, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275495.

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Financieringsregelingen met Jérôme Kakwavu en de FAPC; houdt zich bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda, waardoor voorraden en contant geld kunnen worden beschikbaar gesteld aan Kakwavu en diens troepen. Schending van het wapenembargo, onder meer door steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003). Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven.

28.   Jean-Marie Lugerero RUNIGA

(ook bekend als: Jean-Marie Rugerero)

Hoedanigheid: voorzitter van M23.

Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

Geboortedatum: a) rond 1960, b) 9 september 1966.

Geboorteplaats: Bukavu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verbleef in 2016 in Rwanda. Heeft deelgenomen aan de oprichting in juni 2016 van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP). Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5274633

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

In een door Sultani Makenga, leider bij M23, ondertekend document van 9 juli 2012, wordt Runiga genoemd als de coördinator van de politieke vleugel van M23. Volgens dat document was de benoeming van Runiga ingegeven door de behoefte de missie van M23 een scherper profiel te geven. In berichten op de website van M23 werd Runiga ook genoemd als de „president” van M23. Zijn leidersrol werd bevestigd door het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, waarin Runiga de „leider van M23” wordt genoemd.

Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen van 15 november 2012, heeft Runiga een delegatie geleid die op 29 juli 2012 naar Kampala (Uganda) is gereisd en daar de laatste hand heeft gelegd aan de 21 agendapunten van de beweging M23, ter voorbereiding van vroegtijdige onderhandelingen tijdens de Internationale Conferentie over het gebied van de Grote Meren. Volgens een artikel van de BBC van 23 november 2012, is M23 opgericht toen voormalige leden van het CNDP die in de FARDC geïntegreerd waren, begonnen te protesteren tegen de slechte omstandigheden en de bezoldiging, en tegen het feit dat het vredesakkoord van 23 maart 2009 tussen het CNDP en de DRC, dat tot de integratie van de CNDP in de FARDC leidde, niet volledig was uitgevoerd. Volgens het IPIS-rapport van november 2012 was M23 betrokken bij actieve militaire operaties om de controle te verwerven over het oostelijke deel van de DRC. M23 en de FARDC hebben op 24 en 25 juli 2012 om de controle van verschillende steden en dorpen in Oost-Congo gestreden; M23 heeft de FARDC op 26 juli 2012 in Rumangabo aangevallen, op 17 november 2012 de FARDC uit Kibumba verdreven en en op 20 november 2012 de controle over Goma verworven. Volgens het verslag van de Groep deskundigen van november 2012 beweren meerdere voormalige M23-strijders dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren geworven. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW gezegd dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood.”

Runiga is op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnengekomen te Gasizi/Rubavu. Runiga verbleef medio 2016 in Rwanda. Hij heeft in juni 2016 deelgenomen aan de oprichting van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP).

29.   Ntabo Ntaberi SHEKA

Hoedanigheid: Opperbevelhebber, Nduma Defensie Congo, Mai Mai Sheka-groepering.

Geboortedatum: 4 april 1976.

Geboorteplaats: Walikale, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 28 november 2011.

Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275453

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Ntabo Ntaberi Sheka, opperbevelhebber van de politieke vleugel van de Mai Mai Sheka, is de politieke leider van een Congolese gewapende groepering die de ontwapening, demobilisatie of herintegratie van strijders belemmert. De Mai Mai Sheka is een in Congo gebaseerde militie die opereert vanuit bases in Walikale, in het oosten van de Democratische Republiek Congo. De Mai Mai Sheka-groepering heeft aanvallen uitgevoerd op mijnen in het oosten van de Democratische Republiek Congo; zij heeft de mijnen van Bisiye in handen genomen en perst de lokale bevolking af. Ntabo Ntaberi Sheka heeft ook ernstige schendingen van het internationaal recht begaan waarbij kinderen het doelwit waren. Ntabo Ntaberi Sheka plande en beval een reeks aanvallen van 30 juli tot 2 augustus 2010 in Walikale, om plaatselijke bevolkingsgroepen die van collaboratie met het Congolese regeringsleger waren beschuldigd, te straffen. Tijdens de aanvallen werden kinderen verkracht en ontvoerd; zij moesten dwangarbeid verrichten en moesten een wrede, onmenselijke of onterende behandeling ondergaan. Tevens worden jongens onder dwang door de Mai Mai Sheka-militie gerekruteerd; in haar rangen bevinden zich kinderen uit ronselacties.

30.   Bosco TAGANDA

(ook bekend als: a) Bosco Ntaganda, b) Bosco Ntagenda, c) Generaal Taganda, d) Lydia (toen hij tot de APR behoorde), e) Terminator, f) Tango Romeo (roepnaam), g) Romeo (roepnaam), h) Majoor)

Adres: Den Haag, Nederland (sinds juni 2016).

Geboortedatum: In 1973 of 1974.

Geboorteplaats: Bigogwe, Rwanda.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Geboren in Rwanda maar als kind verhuisd naar Nyamitaba, Masisigebied in Noord-Kivu. Na de vredesovereenkomsten van Ituri van 11 december 2004 is hij bij presidentieel decreet tot brigade-generaal van de FARDC benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij na de arrestatie van Laurent Nkunda opperbevelhebber van het CNDP in januari 2009. Sinds januari 2009 is hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties „Umoja Wetu”, „Kimia II” en „Amani Leo” in Noord- en Zuid-Kivu. Is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Is overgebracht naar het ICC in Den Haag. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdaden en 5 wegens misdaden tegen de menselijkheid bevestigd; het proces is in september 2015 gestart. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5274913

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Bosco Taganda was militair bevelhebber van de UPC/L, had invloed op het beleid van deze organisatie en voert er nog steeds het commando over, en controleert de activiteiten van, de strijdkrachten van de UPC/L, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Is in december 2004 tot generaal van de FARDC benoemd, maar weigerde de promotie, waardoor hij thans buiten de FARDC staat. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor het ronselen en inzetten van kinderen in Ituri in 2002 en 2003, en voor 155 gevallen van directe verantwoordelijkheid en/of commando-verantwoordelijkheid voor het ronselen en inzetten van kinderen in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Hij had als chef-staf van het CNDP directe verantwoordelijkheid en commandoverantwoordelijkheid voor het bloedbad in Kiwanja in november 2008.

Geboren in Rwanda maar als kind verhuisd naar Nyamitaba, in Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. Hij verbleef in juni 2011 in Goma en bezat grote boerderijen in de streek Ngungu van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. Na de vredesovereenkomsten van Ituri werd hij op 11 december 2004 bij presidentieel decreet tot brigadegeneraal van de FARDC benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij in januari 2009 na de arrestatie van Laurent Nkunda militair bevelhebber van het CNDP. Vanaf januari 2009 was hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties „Umoja Wetu”, „Kimia II” en „Amani Leo” in de provincies Noord- en Zuid-Kivu. Hij is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Hij werd vervolgens overgebracht naar het ICC in Den Haag, Nederland. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdaden en 5 wegens misdaden tegen de menselijkheid bevestigd. Het proces is in september 2015 gestart.

31.   Innocent ZIMURINDA

(ook bekend als: Zimulinda)

Hoedanigheid: a) M23, brigadecommandant, Rang: kolonel, b) kolonel bij de FARDC.

Adres: Rubavu, Mudende.

Geboortedatum: a) 1 september 1972, b) rond 1975, c) 16 maart 1972.

Geboorteplaats: a) Ngungu, Masisigebied in Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Masisi, Democratische Republiek Congo.

Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

Andere informatie: Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verblijft sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275315

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda als een van de bevelhebbers van de 231e brigade van de FARDC bevelen gegeven die hebben geleid tot de afslachting van meer dan 100 Rwandese vluchtelingen, vooral vrouwen en kinderen, tijdens een militaire operatie in de streek van Shalio in april 2009. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad heeft gerapporteerd dat luitenant-kolonel Innocent Zimurinda volgens rechtstreekse getuigen op 29 augustus 2009 in Kalehe heeft geweigerd om drie kinderen die onder zijn bevel stonden, vrij te laten. Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda, vóór de integratie van het CNDP in de FARDC, deelgenomen aan een operatie van het CNDP in november 2008 waarbij 89 burgers, waaronder vrouwen en kinderen, zijn afgeslacht in de streek van Kiwanja.

In maart 2010 hebben 51 mensenrechtenorganisaties die in het oosten van de DRC actief zijn, Zimurinda verantwoordelijk gesteld voor een veelheid aan mensenrechtenschendingen, onder meer de moord op talloze burgers, waaronder vrouwen en kinderen, tussen februari 2007 en augustus 2007. Kolonel Innocent Zimurinda werd er in dezelfde klacht eveneens van beschuldigd verantwoordelijk te zijn voor de verkrachting van een groot aantal vrouwen en meisjes. Volgens een verklaring van 21 mei 2010 van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten, is Innocent Zimurinda betrokken geweest bij de willekeurige executie van kindsoldaten, onder meer tijdens operatie Kimia II. Volgens dezelfde verklaring heeft hij de VN-missie in de DRC (MONUC) de toegang geweigerd toen deze de troepen wilde controleren op de aanwezigheid van minderjarigen. Volgens de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad, draagt luitenant-kolonel Zimurinda de individuele verantwoordelijkheid en de commando-verantwoordelijkheid voor het ronselen en ingelijfd houden van kinderen in troepen onder zijn bevel. Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. Hij blijft loyaal aan Bosco Ntaganda. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

b)   Lijst van entiteiten als bedoeld in artikel 3, lid 1

1.   ADF (ALLIED DEMOCRATIC FORCES)

(ook bekend als: a) Geallieerde democratische strijdkrachten („Forces démocratiques alliées”) — Nationaal leger voor de bevrijding van Uganda („Armée nationale de libération de l'Ouganda”); b) ADF/NALU; c) NALU)

Adres: Provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 juni 2014.

Andere informatie: Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt verbleef Mukulu in juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5864623

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

de Geallieerde democratische strijdkrachten („ADF”) zijn in 1995 opgericht en houden zich op in het bergachtige grensgebied tussen de DRC en Uganda. Volgens het in 2013 gepubliceerde eindverslag van de VN-deskundigengroep inzake de Democratische Republiek Congo („Groep deskundigen”), waarin Ugandese functionarissen en VN-bronnen worden aangehaald, kon ADF in 2013 rekenen op 1 200 tot 1 500 gewapende strijders in het noordoostelijk Benigebied van de provincie Noord-Kivu, dicht bij de grens met Uganda. Dezelfde bronnen schatten het totaal aantal leden van ADF — met inbegrip van vrouwen en kinderen — op 1 600 tot 2 500. Ten gevolge van militaire operaties van het Congolese leger (FARDC) en de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) in 2013 en 2014, hebben de ADF hun strijders verspreid over talrijke kleinere basissen, en zijn de vrouwen en kinderen naar gebieden ten westen van Beni, en naar het gebied langs de grens tussen Ituri en Noord-Kivu overgebracht. De militaire leider van de ADF is Hood Lukwago, en de opperbevelhebber ervan is Jamil Mukulu (op de sanctielijst geplaatst).

ADF heeft zware schendingen van het internationaal recht en van UNSCR 2078 (2012) begaan, met inbegrip van de hieronder nader omschreven feiten.

De ADF hebben kindsoldaten geronseld en ingezet, en derhalve het toepasselijk internationaal recht (UNSCR, punt 4, onder d)) geschonden.

In het eindverslag van de Groep deskundigen voor 2013 werd vermeld dat de Groep deskundigen drie voormalige, in 2013 ontsnapte, ADF-strijders heeft geïnterviewd, die beschreven hoe ADF-ronselaars in Uganda mensen naar de DRC lokken met valse beloften in verband met een baan (voor volwassenen) en gratis onderwijs (voor kinderen), en hen vervolgens dwingen om lid te worden van de ADF. Eveneens volgens dat eindverslag hebben voormalige ADF-strijders aan de Groep deskundigen gezegd dat de trainingsgroepen van de ADF normaal gesproken voor zowel volwassen mannen als jongens bestemd zijn, en twee in 2013 uit de ADF ontsnapte jongens hebben de Groep deskundigen verteld dat zij militaire training van de ADF hadden gekregen. Het verslag van de Groep deskundigen bevat ook een rapport over de opleiding bij de ADF, opgetekend uit de mond van een „voormalig kindsoldaat van de ADF”.

Volgens het eindverslag voor 2012 van de Groep deskundigen zijn er onder de ADF-rekruten ook kinderen, zoals blijkt uit het voorbeeld van een ADF-ronselaar die in juli 2012 door de Ugandese autoriteiten in Kasese werd aangehouden terwijl hij met 6 jongens naar de DRC op weg was.

Een specifiek voorbeeld van hoe de ADF kinderen ronselt en inzet staat in een brief die de voormalige directeur voor Afrika van Human Rights Watch, Georgette Gagnon, op 6 januari 2009 richtte aan de toenmalige Ugandese minister van Justitie, Kiddhu Makubuyu, en waarin zij schrijft dat een jongen genaamd Bushobozi Irumba in 2000 op negenjarige leeftijd door de ADF werd ontvoerd. Hij moest vervoer en andere diensten voor ADF-strijders regelen.

Voorts worden in het „Afrika-rapport” beweringen aangehaald volgens welke de ADF kinderen al vanaf de leeftijd van 10 jaar als kindsoldaten zou rekruteren, en wordt een woordvoerder van de „Uganda People's Defence Force (UPDF)” geciteerd die verklaart dat de UPDF 30 kinderen heeft gered uit een trainingskamp op het eiland Buvuma in het Victoriameer.

ADF heeft ook talrijke schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht begaan tegen vrouwen en kinderen, waaronder moordpartijen, verminkingen en seksueel geweld (UNSCR punt 4, onder e)).

Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen voor 2013 hebben de ADF in 2013 talrijke dorpen aangevallen, waardoor meer dan 66 000 mensen naar Uganda zijn gevlucht. Deze aanvallen hebben geleid tot de ontvolking van een groot gebied, dat sindsdien door ADF wordt gecontroleerd door middel van het ontvoeren of vermoorden van mensen die naar hun dorpen terugkeren. Tussen juli en september 2013 heeft ADF in het gebied van Kamango minstens 5 mensen onthoofd, verschillende anderen doodgeschoten en nog tientallen meer ontvoerd. Deze acties hebben de lokale bevolking geterroriseerd en mensen afgeschrikt om naar huis terug te keren.

De mondiale horizontale nota („Global Horizontal Note”), een mechanisme voor monitoring van en rapportering over zware schendingen ten aanzien van kinderen in gewapende conflicten, heeft aan de Werkgroep van de VN-Veiligheidsraad voor kinderen in gewapende conflicten (Children and Armed Conflict — CAAC) gemeld dat de ADF in de periode van oktober tot en met december 2013 verantwoordelijk waren voor 14 van de 18 gemelde kinderslachtoffers, onder andere bij een incident in het gebied Beni op 11 december 2013, toen de ADF het dorp Musuku hebben aanvielen en 23 mensen, waaronder 11 kinderen (drie meisjes en acht jongens) tussen twee maanden en 17 jaar, vermoordden. Alle slachtoffers, waaronder twee kinderen die de aanval overleefden, werden zwaar verminkt met machetes.

Het verslag van de secretaris-generaal van maart 2014 inzake conflictgerelateerd seksueel geweld plaatst de „Allied Democratic Forces — National Army for the Liberation of Uganda” op de lijst van „Partijen waarop de geloofwaardige verdenking rust dat zij in een gewapend conflict verkrachtingen of andere vormen van seksueel geweld hebben gepleegd of daar verantwoordelijk voor zijn”.

ADF heeft ook deelgenomen aan aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers (UNSCR punt 4, onder i)).

Tot slot heeft de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) gemeld dat ADF ten minste twee aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers heeft uitgevoerd. De eerste, op 14 juli 2013, was een aanval op een MONUSCO-patrouille op de weg tussen Mbau en Kamango. Deze aanval wordt nader omschreven in het eindverslag voor 2013 van de Groep deskundigen. De tweede aanval vond plaats op 3 maart 2014. Een MONUSCO-voertuig werd met granaten aangevallen op tien kilometer afstand van de Mavivi-luchthaven in Beni, waarbij vijf vredeshandhavers verwondingen opliepen.

Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF (CDi.015), werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt verbleef hij in juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces.

2.   BUTEMBO AIRLINES (BAL)

Adres: Butembo, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278478

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt) gebruikte zijn luchtvaartmaatschappij om goud, rantsoenen en wapens van het FNI te vervoeren tussen Mongbwalu en Butembo. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC.

3.   COMPAGNIE AERIENNE DES GRANDS LACS (CAGL); GREAT LAKES BUSINESS COMPANY (GLBC)

Adres: a) Avenue Président Mobutu, Goma, Democratische Republiek Congo, b) Gisenyi, Rwanda, c) PO Box 315, Goma, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278381

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

CAGL en GLBC zijn bedrijven in eigendom van Douglas MPAMO, tegen wie al sancties gelden uit hoofde van Resolutie 1596 (2005). CAGL en GLBC zijn gebruikt voor het vervoer van wapens en munitie, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren.

4.   CONGOMET TRADING HOUSE

Adres: Butembo, Noord-Kivu.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278420

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Congomet Trading House (eerder in de lijst opgenomen als Congocom) was eigendom van Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt). Kambale kocht bijna de gehele goudproductie van de regio Mongbwalu op, die in handen was van het FNI. Het FNI had aanzienlijke inkomsten uit belastingen op deze productie. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu.

5.   FORCES DEMOCRATIQUES DE LIBERATION DU RWANDA (FDLR)

(ook bekend als: a) FDLR, b) Force Combattante Abacunguzi, c) Combatant Force for the Liberation of Rwanda, d) FOCA)

Adres: a) Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: E-mail: Fdlr@fmx.de; fldrrse@yahoo.fr; fdlr@gmx.net; fdlrsrt@gmail.com; humura2020@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278442

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

De FDLR zijn een van de grootste buitenlandse gewapende groepen die actief zijn op het grondgebied van DRC. De groep is opgericht in 2000, en heeft ernstige schendingen van het internationale recht begaan waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, onder meer moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld en gedwongen verplaatsing. Volgens een rapport van Amnesty International uit 2010 waren de FDLR verantwoordelijk voor de moord op 96 burgers in Busurguni, in het Walikalegebied. Sommige slachtoffers werden in hun huizen levend verbrand. Volgens dezelfde bron heeft in juni 2010 een medisch centrum van een ngo gerapporteerd dat er in het zuiden van het Luberogebied (Noord-Kivu) maandelijks ongeveer zestig gevallen waren van verkrachtingen van meisjes en vrouwen door gewapende groepen, waaronder de FDLR. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 20 december 2010, zijn er documenten voorhanden die aantonen dat de FDLR actief kinderen rekruteren. HRW heeft minstens 83 Congolese kinderen jonger dan 18 geïdentificeerd die door de FDLR onder dwang zijn gerekruteerd; sommigen daarvan waren amper 14. HRW heeft in januari 2012 gerapporteerd dat FLDR-strijders talrijke dorpen in het Masisigebied hebben aangevallen en daarbij zes burgers hebben vermoord, twee vrouwen hebben verkracht en minstens 48 mensen hebben ontvoerd.

Volgens een rapport van juni 2012 van HRW, hebben strijders van de FDLR in mei 2012 burgers aangevallen in Kamananga en Lumenje (provincie Zuid-Kivu) maar ook in Chambucha (Walikalegebied) en in de dorpen in de Ufumanduzone van het Masisigebied (provincie Noord-Kivu). Tijdens die aanvallen hebben FDLR-strijders tientallen burgers onder wie talrijke kinderen, met machetes en messen gedood. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012, hebben de FDLR van 31 december 2011 tot en met 4 januari 2012 verschillende dorpen in Zuid-Kivu aangevallen. Een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat tijdens de aanval minstens 33 personen, onder wie 9 kinderen en 6 vrouwen, vermoord, levend verbrand, onthoofd of doodgeschoten zijn. Daarnaast zijn een vrouw en een meisje verkracht. In het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012 staat ook dat een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat de moordpartij door de FDLR in mei 2012 in Zuid-Kivu minstens het leven heeft gekost aan 14 burgers, onder wie 5 vrouwen en 5 kinderen. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, hebben de VN minstens 106 gevallen gedocumenteerd van seksueel geweld die de FDLR tussen december 2011 en september 2012 hebben begaan. In het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 staat dat, volgens een VN-onderzoek, de FDLR in de nacht van 10 maart 2012 in Kalinganya (Kabaregebied) zeven vrouwen, onder wie een minderjarige, hebben verkracht. De FDLR hebben het dorp op 10 april 2012 opnieuw overvallen en drie van deze vrouwen een tweede keer verkracht. Het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 vermeldt ook dat in Bushibwambombo, Kalehe, de FDLR op 6 april 2012 11 mensen hebben vermoord, en dat zij in mei betrokken waren bij 19 moorden in Masisigebied, waarbij vijf minderjarigen en zes vrouwen omkwamen. De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen.

Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

6.   M23

(ook bekend als: Mouvement du 23 mars).

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

Andere informatie: E-mail: mouvementdu23mars1@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5277973

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen. Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

7.   MACHANGA LTD

Adres: Plot 55A, Upper Kololo Terrace, Kampala, Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf (Directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De eigenaars van Machanga zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278291

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Machanga kocht goud via een vaste commerciële relatie die het onderhield met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf (Directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De voormalige eigenaar van Machanga, de heer Rajendra Kumar, en zijn broer Vipul Kumar, zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC.

8.   TOUS POUR LA PAIX ET LE DEVELOPPEMENT (NGO)

(ook bekend als: TPD

Adres: Goma, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

Andere informatie: Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke. Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278464

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

Betrokken bij schendingen van het wapenembargo, in de vorm van steunverlening aan de RCD-G, met name door het beschikbaar stellen van vrachtwagens voor het transport van wapens en troepen, alsmede door het vervoer van wapens die worden verdeeld onder delen van de bevolking in Masisi en Rutshuru (Noord-Kivu) (begin 2005). Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke.Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita.

9.   UGANDA COMMERCIAL IMPEX (UCI) LTD

Adres: a) Plot 22, Kanjokya Street, Kamwokya, Kampala, Uganda (Tel.: +256 41533578/9), b) PO Box 22709, Kampala, Uganda.

Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf. (Directie: de heer Jamnadas V. LODHIA — bekend als „Chuni” en zijn zonen, de heren Kunal J. LODHIA en Jitendra J. LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De directie van UCI is betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278486

Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

UCI kocht goud via een vaste commerciële relatie die het onderhield met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf. (Voormalige directie: de heer J.V. LODHIA, bekend als „Chuni”, en zijn zoon, de heer Kunal LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De voormalige eigenaar van UCI, J.V. Lodhia, en zijn zoon Kumal Lodhia, zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijke deel van de DRC.