ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 197

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

59e jaargang
22 juli 2016


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

BESLUITEN

 

*

Besluit (GBVB) 2016/1193 van het Politiek en Veiligheidscomité van 12 juli 2016 tot verlenging van het mandaat van het hoofd van de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (EUPOL COPPS/1/2016)

1

 

*

Besluit (GBVB) 2016/1194 van het Politiek en Veiligheidscomité van 12 juli 2016 tot verlenging van het mandaat van het hoofd van de missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (EU BAM Rafah/1/2016)

3

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1195 van de Commissie van 4 juli 2016 tot vrijstelling van koeriersdiensten en andere diensten dan postdiensten in Polen van de toepassing van Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 3986)  ( 1 )

4

 

*

Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1196 van de Commissie van 20 juli 2016 tot wijziging van de bijlagen bij Beschikking 2007/275/EG betreffende lijsten van dieren en producten die krachtens de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten controles moeten ondergaan (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 4494)  ( 1 )

10

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

BESLUITEN

22.7.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 197/1


BESLUIT (GBVB) 2016/1193 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ

van 12 juli 2016

tot verlenging van het mandaat van het hoofd van de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (EUPOL COPPS/1/2016)

HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 38, derde alinea,

Gezien Besluit 2013/354/GBVB van de Raad van 3 juli 2013 betreffende de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (1), en met name artikel 9, lid 1,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van artikel 9, lid 1, van Besluit 2013/354/GBVB is het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) gemachtigd om overeenkomstig artikel 38, derde alinea, van het Verdrag de relevante besluiten te nemen met het oog op de politieke controle op en de strategische leiding van de politiemissie van de Europese Unie in de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS), met inbegrip van een besluit tot benoeming van een hoofd van de missie.

(2)

Het PVC heeft op 17 februari 2015 Besluit (GBVB) 2015/381 (2) vastgesteld, waarbij de heer Rodolphe MAUGET werd benoemd tot hoofd van de missie EUPOL COPPS voor de periode van 16 februari 2015 tot en met 30 juni 2015.

(3)

Het PVC heeft op 7 juli 2015 Besluit (GBVB) 2015/1129 (3) vastgesteld, waarbij het mandaat van de heer Rodolphe MAUGET als hoofd van de missie EUPOL COPPS werd verlengd van 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2016.

(4)

De Raad heeft op 7 juli 2016 Besluit (GBVB) 2016/1108 (4) vastgesteld, waarbij het mandaat van EUPOL COPPS werd verlengd van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017.

(5)

De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid heeft voorgesteld het mandaat van de heer Rodolphe MAUGET als hoofd van de missie EUPOL COPPS te verlengen van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het mandaat van de heer Rodolphe MAUGET als hoofd van de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) wordt verlengd tot en met 30 juni 2017.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Het is van toepassing met ingang van 1 juli 2016.

Gedaan te Brussel, 12 juli 2016.

Voor het Politiek en Veiligheidscomité

De voorzitter

W. STEVENS


(1)  PB L 185 van 4.7.2013, blz. 12.

(2)  Besluit (GBVB) 2015/381 van het Politiek en Veiligheidscomité van 17 februari 2015 betreffende de benoeming van het hoofd van de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (EUPOL COPPS/1/2015) (PB L 64 van 7.3.2015, blz. 37).

(3)  Besluit (GBVB) 2015/1129 van het Politiek en Veiligheidscomité van 7 juli 2015 tot verlenging van het mandaat van het hoofd van de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (EUPOL COPPS/2/2015) (PB L 184 van 11.7.2015, blz. 17).

(4)  Besluit (GBVB) 2016/1108 van de Raad van 7 juli 2016 tot wijziging van Besluit 2013/354/GBVB betreffende de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden (EUPOL COPPS) (PB L 183 van 8.7.2016, blz. 65).


22.7.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 197/3


BESLUIT (GBVB) 2016/1194 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ

van 12 juli 2016

tot verlenging van het mandaat van het hoofd van de missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (EU BAM Rafah/1/2016)

HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 38, derde alinea,

Gezien Gemeenschappelijk Optreden 2005/889/GBVB van de Raad van 25 november 2005 tot instelling van een missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (1), en met name artikel 10, lid 1,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 10, lid 1, van Gemeenschappelijk Optreden 2005/889/GBVB is bepaald dat het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) gemachtigd is om overeenkomstig artikel 38 van het Verdrag de betreffende besluiten te nemen met het oog op de politieke controle op en de strategische sturing van de missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah), met inbegrip van een besluit tot benoeming van het missiehoofd.

(2)

Op 7 juli 2015 heeft het PVC Besluit EUBAM Rafah/1/2015 (2) vastgesteld, waarbij mevrouw Natalina CEA werd benoemd tot hoofd van de missie EU BAM Rafah voor de periode van 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2016.

(3)

Op 7 juli 2016 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2016/1107 (3) vastgesteld tot verlenging van het mandaat van EU BAM Rafah van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017.

(4)

De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid heeft voorgesteld het mandaat van mevrouw Natalina CEA als hoofd van de missie EU BAM Rafah te verlengen van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het mandaat van mevrouw Natalina CEA als hoofd van de missie EU BAM Rafah wordt verlengd van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Het is van toepassing met ingang van 1 juli 2016.

Gedaan te Brussel, 12 juli 2016.

Voor het Politiek en Veiligheidscomité

De voorzitter

W. STEVENS


(1)  PB L 327 van 14.12.2005, blz. 28.

(2)  Besluit (GBVB) 2015/1128 van het Politiek en Veiligheidscomité van 7 juli 2015 betreffende de benoeming van het hoofd van de missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (EU BAM Rafah/1/2015) (PB L 184 van 11.7.2015, blz. 16).

(3)  Besluit (GBVB) 2016/1107 van de Raad van 7 juli 2016 tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2005/889/GBVB tot instelling van een missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah (EU BAM Rafah) (PB L 183 van 8.7.2016, blz. 64).


22.7.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 197/4


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/1195 VAN DE COMMISSIE

van 4 juli 2016

tot vrijstelling van koeriersdiensten en andere diensten dan postdiensten in Polen van de toepassing van Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 3986)

(Slechts de tekst in de Poolse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG (1), en met name de artikelen 34 en 35,

Gezien het verzoek dat door de voorzitter van het Bureau voor elektronische communicatie (UKE) namens Poczta Polska SA per post is gestuurd en op 2 februari 2016 is ontvangen,

Overwegende hetgeen volgt:

I.   FEITEN

(1)

Op 2 februari 2016 heeft de Europese Commissie per post van de voorzitter van het UKE een formeel verzoek ontvangen namens Poczta Polska SA (hierna „de verzoeker” genoemd) overeenkomstig artikel 35, lid 1, van Richtlijn 2014/25/EU. Het verzoek ging vergezeld van een advies van de voorzitter van het UKE dat de genoemde diensten op grond van artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU voldoen aan de voorwaarden voor vrijstelling. De Commissie is van oordeel dat dit advies niet kan worden aangemerkt als een gemotiveerd standpunt in de zin van artikel 35, lid 2, van Richtlijn 2014/25/EU, aangezien het enkel gaat om een verklaring dat aan de genoemde voorwaarden is voldaan, zonder dat deze verklaring verder met argumenten wordt ondersteund. Ingevolge dit verzoek werd de Commissie verzocht vast te stellen dat de bepalingen van Richtlijn 2014/25/EU en de aanbestedingsprocedures waarin die richtlijn voorziet, niet van toepassing zijn op koeriersdiensten en andere diensten dan postdiensten in Polen.

(2)

Het verzoek is door de bevoegde autoriteit — de voorzitter van het UKE — overeenkomstig artikel 138 septies van de wet inzake overheidsopdrachten (2) ingediend op verzoek van de aanbestedende instantie, Poczta Polska SA, met statutaire zetel in Warschau, en heeft de instemming van de voorzitter van het Bureau voor mededinging en consumenten (UOKiK) en van de voorzitter van het Bureau voor overheidsopdrachten (UZB).

(3)

De Commissie heeft op 19 februari 2016 per email om extra informatie verzocht. Deze informatie is binnen de door de Commissie vastgestelde termijn door het UKE ingediend, per e-mail van 26 februari 2016.

(4)

In overeenstemming met punt 1 van bijlage IV bij Richtlijn 2014/25/EU heeft de Commissie 105 werkdagen de tijd om hierover een besluit te nemen. De termijn loopt af op 7 juli 2016.

II.   RECHTSKADER

(5)

Bij artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU is bepaald dat deze richtlijn niet van toepassing is op opdrachten voor de in de artikelen 8 tot en met 14 bedoelde activiteiten indien de activiteit in de lidstaat waar zij wordt uitgeoefend rechtstreeks aan concurrentie blootstaat op markten waartoe de toegang niet beperkt is. De rechtstreekse blootstelling aan concurrentie wordt getoetst aan de hand van objectieve criteria, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke kenmerken van de betrokken sector. De toegang tot een markt wordt als niet-beperkt beschouwd indien de lidstaat de in bijlage III bij Richtlijn 2014/25/EU vermelde wetgeving van de Unie met betrekking tot de opening van een bepaalde markt ten uitvoer heeft gelegd en heeft toegepast. Volgens punt F van die bijlage is Richtlijn 97/67/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) (hierna „de richtlijn postdiensten” genoemd) (als gewijzigd bij de Richtlijnen 2002/39/EG van het Europees Parlement en de Raad (4) en 2008/6/EG van het Europees Parlement en de Raad (5)) de relevante wetgeving van de Unie met betrekking tot de openstelling van de markten voor postdiensten.

(6)

Polen heeft de richtlijn postdiensten omgezet bij de wet inzake postdiensten van 23 november 2012 (6), die op 1 januari 2013 van toepassing is geworden op het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen en diensten in verband met niet-geadresseerde postzendingen. Voor deze diensten heeft Polen een voldoende niveau van openstelling van de markt bereikt en moet de toegang tot de markt dan ook als niet-beperkt worden beschouwd overeenkomstig artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU.

(7)

Ook kan worden opgemerkt dat geen van de diensten waarvoor de aanvraag is ingediend, in het verleden zijn onderworpen aan een wettelijk monopolie. Alleen postdiensten als gedefinieerd in artikel 7 van Richtlijn 97/67/EG en als gewijzigd bij de Richtlijnen 2002/39/EG en 2008/6/EG zijn voorbehouden aan de aangewezen aanbieders van de universele dienst. Met de uitvoering van Richtlijn 2008/6/EG hebben alle lidstaten met inbegrip van Polen hun postmarkten volledig geliberaliseerd; met uitzondering van diensten in het kader van artikel 8 van bovengenoemde richtlijn zouden postdiensten niet aan een wettelijk monopolie onderworpen mogen zijn.

(8)

Het verzoek betreft activiteiten met betrekking tot het aanbieden van postdiensten en andere diensten dan postdiensten, op voorwaarde dat die diensten worden aangeboden door een entiteit die ook postdiensten levert, die relevant zijn in het kader van Richtlijn 2004/17/EU van het Europees Parlement en de Raad (7), de rechtsgrondslag waarop het verzoek is gebaseerd. Dit zijn:

1.

het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen,

2.

druk- en verpakkingsdiensten,

3.

diensten in verband met niet-geadresseerde postzendingen,

4.

diensten in verband met internationale postwissels,

5.

diensten in verband met bankbetalingen,

6.

wisselkantoordiensten,

7.

tussenhandeldiensten in verband met pensioenbetalingen,

8.

diensten in verband met de verkoop van bankproducten,

9.

diensten in verband met de verkoop van verzekeringsproducten,

10.

diensten in verband met het opnemen van contant geld met behulp van een betaalkaart,

11.

cashtransactiediensten,

12.

vrachtvervoersdiensten over de weg,

13.

opslag.

(9)

Wat betreft de diensten andere dan postdiensten waarop het verzoek betrekking heeft, zij opgemerkt dat de diensten die zijn genoemd in de punten 4 tot en met 13 van de vorige overweging weliswaar binnen de werkingssfeer van Richtlijn 2004/17/EG vallen, maar niet binnen die van Richtlijn 2014/25/EU. De wetgever heeft de concurrentiepositie voor deze diensten reeds onderzocht en is tot de conclusie gekomen dat deze van dien aard is dat de discipline van de tweede richtlijn niet langer nodig is wat betreft opdrachten voor de uitoefening van deze activiteiten die naderhand uit het toepassingsgebied zijn uitgesloten.

(10)

De rechtstreekse blootstelling aan concurrentie op een specifieke markt is beoordeeld op basis van diverse criteria, waarbij geen van deze criteria op zichzelf doorslaggevend is. Wat de markten betreft waarop dit verzoek betrekking heeft, vormt het marktaandeel van de voornaamste spelers op een bepaalde markt een van de te hanteren criteria. Ten slotte kunnen de mogelijke toegangsbelemmeringen ook relevant zijn. Aangezien er voor de onderscheiden activiteiten waarop dit besluit betrekking heeft, uiteenlopende omstandigheden gelden, moet bij het onderzoek naar de concurrentiesituatie met die uiteenlopende situaties op de onderscheiden markten rekening worden gehouden.

(11)

Onderhavig besluit laat de toepassing van de mededingingsregels onverlet. Met name zijn de criteria en methodologie die worden gebruikt om rechtstreekse blootstelling aan concurrentie te beoordelen overeenkomstig artikel 35 van Richtlijn 2014/25/EU niet noodzakelijkerwijs identiek aan die welke worden gebruikt ter toetsing van artikel 101 of 102 van het Verdrag of voor een beoordeling volgens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (8).

III.   BEOORDELING

(12)

De verzoeker, Poczta Polska SA, is een aanbestedende instantie in de zin van artikel 4, lid 1, onder a), van Richtlijn 2014/25/EU die activiteiten ontplooit op het gebied van postdiensten als bedoeld in artikel 13 van Richtlijn 2014/25/EU.

(13)

De verzoeker heeft dit verzoek ingediend op vraag van de volgende aan de aanbestedende instantie verbonden ondernemingen, die de activiteit uitvoeren die aan de basis van het verzoek ligt: Pocztowe Towarzystwo Ubezpieczeń Wzajemnych, Pocztowa Agencja Usług Finansowych SA, Pocztylion-Arka Powszechne Towarzystwo Emerytalne SA en Bank Pocztowy S.A.

(14)

De volgende activiteiten zijn met het oog op de beoordeling relevant:

a)

diensten bestaande uit het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen;

b)

diensten in verband met niet-geadresseerde postzendingen;

c)

druk- en verpakkingsdiensten.

Diensten bestaande uit het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen

(15)

De Commissie was in haar eerdere praktijk van oordeel dat de markt voor postbezorgingsdiensten kan worden onderverdeeld in de markten voor basispostdiensten en de markten voor expres- en koeriersdiensten (9). Naast het sneller en betrouwbaarder ophalen, vervoeren en bezorgen van postzendingen wordt een exprespostdienst gekenmerkt door het aanbieden van aanvullende diensten, zoals het garanderen dat de bezorging voor een bepaalde datum zal plaatsvinden, persoonlijke bezorging aan de geadresseerde, en het volgen en achteraf traceren van postzendingen overal in de distributieketen. De door de verzoeker voorgestelde definitie is in overeenstemming met precedenten van de Commissie. Voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht wordt de relevante productmarkt gedefinieerd als de distributie van koerierszendingen.

(16)

Wat de relevante geografische markt betreft, kwam de Commissie in haar eerdere praktijk tot de slotsom dat de markten voor postdiensten, met daarin mogelijk kleinere markten (zoals brievenpost en bezorging van kleine pakketten), een nationale reikwijdte leken te hebben (10). Daarnaast oordeelde de Commissie dat bijvoorbeeld de markt voor het internationaal bezorgen van kleine pakketten een nationale dimensie had (11). De definitie van de verzoeker komt overeen met de precedenten van de Commissie. Aangezien er geen redenen zijn om uit te gaan van een ruimere of engere omschrijving van de markt is de reikwijdte van de relevante geografische markt van koeriersdiensten voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht nationaal.

(17)

Met betrekking tot de beoordeling van de vraag of de activiteit rechtstreeks blootstaat aan concurrentie, kan op basis van de door de verzoeker verstrekte informatie en ook op basis van het laatste verslag van de postmarkten in Polen (12) worden vastgesteld dat er verschillende exploitanten actief zijn op de markt voor expres- en koeriersdiensten, waaronder dochterondernemingen van alle grote integratoren (d.w.z. UPS, DHL en FedEx), dochterondernemingen van nationale postbedrijven die actief zijn in dit segment van de markt voor postdiensten (bv. DPD en GLS) en nationale aanbieders (bv. InPost en K-EX). Volgens de beschikbare informatie (13) had Poczta Polska SA in dit segment van de markt een aandeel van bijna 12 % van het volume en 9 % van de omzet in 2014, tegen bijna 3 % van het volume en 5 % van de omzet in 2013.

(18)

De marktaandelen van de concurrenten van Poczta Polska SA lijken groter te zijn dan of vergelijkbaar te zijn met die van Poczta Polska SA De respectievelijke marktaandelen van de grootste concurrenten wat omzet betreft zijn als volgt: […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014 (14).

(19)

Voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht moeten de in de overwegingen 15 tot en met 18 gegeven elementen worden beschouwd als een indicatie van blootstelling van deze activiteit aan concurrentie in Polen. Aangezien aan de in artikel 34 van richtlijn 2014/25/EU gestelde voorwaarden is voldaan, kan worden geconcludeerd dat Richtlijn 2014/25/EU niet van toepassing is op contracten die bedoeld zijn om de uitoefening van deze activiteit in Polen mogelijk te maken.

Diensten in verband met niet-geadresseerde postzendingen

(20)

Niet-geadresseerd reclamedrukwerk wordt gekenmerkt door de afwezigheid van een specifiek bestemmingsadres dat uniek is voor de individuele ontvangers. Het betreft ongevraagde reclameboodschappen die voldoen aan bepaalde criteria, zoals eenvormig(e) gewicht, formaat, inhoud en opmaak, met het oog op verspreiding onder een groep van ontvangers.

(21)

De Commissie was in haar eerdere praktijk van oordeel dat de markt voor postbezorgingsdiensten kan worden onderverdeeld in de markten voor geadresseerde post en de markten voor niet-geadresseerde post (15).

(22)

Op basis van de informatie van het UKE en gelet op de bestaande praktijk van de Commissie kan de relevante productmarkt voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht worden gedefinieerd als diensten in verband met de distributie van niet-geadresseerde postzendingen.

(23)

Volgens de praktijk van de Commissie tot nu toe wordt post zonder geografische adresaanduiding in principe gezien als nationaal, aangezien de bezorgingsnetwerken op nationaal niveau zijn georganiseerd, de prijzen tussen de verschillende lidstaten waarschijnlijk zullen verschillen, en de meeste niet-geadresseerde postzendingen uit reclamemateriaal bestaan, waarbij de taal een belangrijke factor is voor de doelgroep (= adressaten). De definitie van de verzoeker komt overeen met de precedenten van de Commissie. Aangezien er geen redenen zijn om uit te gaan van een ruimere of engere omschrijving van de markt is de reikwijdte van de relevante geografische markt van niet-geadresseerde-postdiensten voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht nationaal.

(24)

De marktaandelen van de concurrenten van Poczta Polska SA lijken groter te zijn dan of vergelijkbaar te zijn met die van Poczta Polska SA De respectievelijke marktaandelen van de grootste concurrenten wat omzet betreft zijn als volgt: […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014; […] [… %] in 2013 en [… %] in 2014. Het marktaandeel van Poczta Polska SA was gering ten opzichte van haar concurrenten, en bedroeg in 2014 6,2 % van het volume en 13,94 % van de omzet (16).

(25)

Op basis van de in het verzoek verstrekte informatie en rekening houdend met het verslag van het UKE uit 2014 blijkt dat Poczta Polska SA in deze markt verscheidene concurrenten heeft. Gezien het stabiele marktaandeel in 2013 en 2014 en het feit dat er nagenoeg geen belemmeringen voor de toegang tot deze markt zijn, kan met enige zekerheid worden aangenomen dat Poczta Polska SA momenteel rechtstreeks aan concurrentie wordt blootgesteld en ook in de nabije toekomst aan concurrentiedruk onderhevig zal zijn.

(26)

Voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht moeten de in de overwegingen 20 tot en met 25 gegeven elementen worden beschouwd als een indicatie van blootstelling van deze activiteit aan concurrentie in Polen. Aangezien aan de in artikel 34 van richtlijn 2014/25/EU gestelde voorwaarden is voldaan, kan worden geconcludeerd dat Richtlijn 2014/25/EU niet van toepassing is op contracten die bedoeld zijn om de uitoefening van deze activiteit in Polen mogelijk te maken.

Druk- en verpakkingsdiensten

(27)

Druk- en verpakkingsdiensten worden aangeboden als een pakket van diensten voor massabezorging, wat gangbare praktijk is voor grote hoeveelheden post. Een dergelijk pakket omvat onder meer de ontvangst van documenten, alsmede het drukken, verzendklaar maken (in enveloppes steken en foliëren) en verpakken ervan.

(28)

Om de kostenefficiëntie te vergroten, worden dergelijke interne processen door ondernemingen vaak aan derden uitbesteed.

(29)

Op basis van de informatie van het UKE en gelet op de bestaande praktijk van de Commissie (17) wordt de relevante productmarkt voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht gedefinieerd als diensten in verband met het drukken en verpakken van postzendingen.

(30)

Volgens de precedenten van de Commissie is de markt voor druk- en verpakkingsdiensten in principe nationaal. Ten eerste wordt het drukwerk nationaal georganiseerd, al kan het voorkomen dat een deel van het werk buiten het nationale grondgebied wordt verricht. Ten tweede verschillen de tarieven tussen de verschillende lidstaten. Ten derde worden de meeste van deze diensten verricht voor potentiële of feitelijke nationale afzenders met het oog op optimalisering van hun interne processen en vermindering van de kosten daarvan.

(31)

De definitie van de verzoeker komt overeen met de precedenten van de Commissie. Aangezien er geen redenen zijn om uit te gaan van een ruimere of engere omschrijving van de markt is de reikwijdte van de relevante geografische markt van druk- en verpakkingsdiensten voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht nationaal.

(32)

Het marktaandeel van Poczta Polska SA is zeer klein; in 2014 bedroeg het slechts 1,17 % (18).

(33)

De marktaandelen van de concurrenten van Poczta Polska SA zijn aanzienlijk groter. De marktaandelen van de grootste marktdeelnemers uitgedrukt in omzet zijn als volgt: Emerson Polska sp. z o.o. S.K.A. 28,4 % in 2013 en 24,6 % in 2014; Unizeto Technologies SA 21,2 % in 2013 en 21,0 % in 2014; Inforsys SA 17,8 % in 2013 en 20,7 % in 2014 (19).

(34)

Op basis van de informatie in het verzoek en rekening houdend met het verslag van het UKE uit 2014 kan worden geconcludeerd dat Poczta Polska SA momenteel rechtstreeks aan concurrentie wordt blootgesteld en ook in de nabije toekomst aan concurrentiedruk onderhevig zal zijn.

(35)

Voor de doeleinden van dit besluit en onverlet het mededingingsrecht moeten de in de overwegingen 27 tot en met 34 gegeven elementen worden beschouwd als een indicatie van blootstelling van deze activiteit aan concurrentie in Polen. Aangezien aan de in artikel 34 van richtlijn 2014/25/EU gestelde voorwaarden is voldaan, kan worden geconcludeerd dat Richtlijn 2014/25/EU niet van toepassing is op contracten die bedoeld zijn om de uitoefening van deze activiteit in Polen mogelijk te maken.

IV.   CONCLUSIE

(36)

Gezien de in de overwegingen 3 tot en met 35 onderzochte elementen moet de in artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU bedoelde voorwaarde van rechtstreekse blootstelling aan concurrentie in Polen worden geacht te zijn vervuld wat de volgende diensten betreft:

a)

het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen;

b)

niet-geadresseerde postzendingen;

c)

druk- en verpakkingsdiensten.

(37)

Aangezien de voorwaarde van niet-beperkte toegang tot de markt als vervuld kan worden beschouwd, moet Richtlijn 2014/25/EU niet van toepassing zijn wanneer aanbestedende instanties opdrachten gunnen die bedoeld zijn om het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen, druk- en verpakkingsdiensten, en diensten in verband met niet-geadresseerde postzendingen in Polen mogelijk te maken en evenmin wanneer prijsvragen worden georganiseerd voor de uitoefening van dergelijke activiteiten in dat geografische gebied.

(38)

Dit besluit is gebaseerd op de juridische en feitelijke situatie van 2 februari 2016 tot en met 23 maart 2016 zoals deze blijkt uit de door de verzoeker ingediende informatie en het verslag van het UKE uit 2014. Het kan worden herzien wanneer de juridische of feitelijke situatie zodanig verandert dat niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden waaronder artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU van toepassing is.

(39)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Raadgevend Comité inzake overheidsopdrachten,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 2014/25/EU is niet van toepassing op opdrachten die aanbestedende instanties plaatsen om in Polen de volgende diensten te kunnen uitvoeren:

a)

het ophalen, sorteren, vervoeren en bezorgen van koerierszendingen;

b)

niet-geadresseerde postzendingen;

c)

druk- en verpakkingsdiensten.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de Republiek Polen.

Gedaan te Brussel, 4 juli 2016.

Voor de Commissie

Elżbieta BIEŃKOWSKA

Lid van de Commissie


(1)  PB L 94 van 28.3.2014, blz. 243.

(2)  Dziennik Ustaw 2013, punt 907, als gewijzigd.

(3)  Richtlijn 97/67/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 1997 betreffende gemeenschappelijke regels voor de ontwikkeling van de interne markt voor postdiensten in de Gemeenschap en de verbetering van de kwaliteit van de dienst (PB L 15 van 21.1.1998, blz. 14).

(4)  Richtlijn 2002/39/EG van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 tot wijziging van Richtlijn 97/67/EG met betrekking tot de verdere openstelling van de postmarkt in de Gemeenschap voor mededinging (PB L 176 van 5.7.2002, blz. 21).

(5)  Richtlijn 2008/6/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot wijziging van Richtlijn 97/67/EG wat betreft de volledige voltooiing van de interne markt voor postdiensten in de Gemeenschap (PB L 52 van 27.2.2008, blz. 3).

(6)  Dziennik Ustaw 2012, punt 1529.

(7)  Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1).

(8)  Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (de „EG-concentratieverordening”) (PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1).

(9)  Beschikking 90/16/EEG van de Commissie van 20 december 1989 inzake het verrichten van koeriersdiensten in Nederland (PB L 10 van 12.1.1990, blz. 47) en Beschikking 90/456/EEG van de Commissie van 1 augustus 1990 inzake het verrichten van internationale koeriersdiensten in Spanje (PB L 233 van 28.8.1990, blz. 19).

(10)  Zaak COMP/M.2908 — Deutsche Post/DHL (II), overweging 20, zaak COMP/M.5152 — Posten AB/Post Danmark A/S, overwegingen 64 tot en met 74, zaak COMP/M.6570 — UPS/TNT Express, overweging 243, en zaak COMP 39562 Slovak Post.

(11)  Zaak COMP/M.5152 — Posten AB/Post Danmark A/S, overweging 74.

(12)  Verslag van het UKE (Urzad Komunikacji Elektronicznej) uit 2014, tabel 17, blz. 35.

(13)  Verslag over de situatie op de markt voor postdiensten 2014 (Raport o stanie rynku pocztowego za rok 2014), blz. 44.

(14)  [… vertrouwelijke informatie].

(15)  Zaak COMP/M.5152 — Posten AB/Post Danmark A/S.

(16)  Verslag van het UKE (Urzad Komunikacji Elektronicznej) uit 2014, tabel 20, blz. 46.

(17)  Uitvoeringsbesluit 2014/184/EU van de Commissie van 2 april 2014 tot vrijstelling van bepaalde financiële diensten in de postsector in Oostenrijk van de toepassing van Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 101 van 4.4.2014, blz. 4), overweging 76.

(18)  Volgens de door de verzoeker ingediende informatie.

(19)  Ibid.


22.7.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 197/10


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2016/1196 VAN DE COMMISSIE

van 20 juli 2016

tot wijziging van de bijlagen bij Beschikking 2007/275/EG betreffende lijsten van dieren en producten die krachtens de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten controles moeten ondergaan

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 4494)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 91/496/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG (1), en met name artikel 4, lid 5,

Gezien Richtlijn 97/78/EG van de Raad van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht (2), en met name artikel 3, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Volgens Beschikking 2007/275/EG van de Commissie (3) moeten de in bijlage I bij die beschikking vermelde dieren en producten in grensinspectieposten veterinaire controles ondergaan overeenkomstig de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG („de veterinaire controles”). Beschikking 2007/275/EG voorziet ook in een afwijking van dergelijke veterinaire controles voor bepaalde samengestelde producten en levensmiddelen die zijn opgenomen in bijlage II bij die beschikking.

(2)

De lijst van bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG vermeldt de dieren en producten volgens de gecombineerde nomenclatuur („GN”), die is neergelegd in Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (4). De bevoegde instanties van de lidstaten gebruiken deze lijst als eerste basis voor de selectie van zendingen die de veterinaire controles moeten ondergaan.

(3)

Sinds de goedkeuring van Beschikking 2007/275/EG zijn de in Verordening (EEG) nr. 2658/87 genoemde GN-codes verschillende malen bijgewerkt; de meest recente wijzigingen zijn vastgelegd in Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1754 van de Commissie (5). Aangezien enkele wijzigingen zijn aangebracht in de GN-codes voor producten van dierlijke oorsprong, moet de lijst van bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG worden bijgewerkt om rekening te houden met die wijzigingen.

(4)

In een aantal GN-posten en GN-codes in bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG vertegenwoordigen producten van dierlijke oorsprong slechts een klein deel van de goederen die in de desbetreffende GN-post of GN-code zijn opgenomen. In die gevallen wordt in kolom 3 van de bovengenoemde lijst verwezen naar de toepasselijke veterinaire wetgeving van de Unie en wordt nadere informatie gegeven over de dieren en producten die veterinaire controles moeten ondergaan. Gezien de terminologie en de verwijzingen in andere veterinaire wetgeving van de Unie moeten die verwijzingen in Beschikking 2007/275/EG worden bijgewerkt, zodat zij in overeenstemming zijn met de huidige veterinaire wetgeving van de Unie.

(5)

Met het oog op de consistentie van de wetgeving van de Unie moet de lijst in bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG worden bijgewerkt om rekening te houden met wijzigingen in de GN-codes en in de veterinaire wetgeving van de Unie. Bijlage I bij Beschikking 2007/275/EG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De samengestelde producten en levensmiddelen die zijn vermeld in bijlage II bij Beschikking 2007/275/EG, moeten geen veterinaire controles ondergaan. Zij moeten derhalve duidelijk herkenbaar zijn en moeten worden gekoppeld aan hun GN-codes. Daarnaast moeten bepaalde samengestelde producten en levensmiddelen worden geschrapt van de lijst in bijlage II bij Beschikking 2007/275/EG. Die lijst moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Beschikking 2007/275/EG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen bij Beschikking 2007/275/EG worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit is van toepassing met ingang van 1 januari 2017.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 20 juli 2016.

Voor de Commissie

Vytenis ANDRIUKAITIS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 268 van 24.9.1991, blz. 56.

(2)  PB L 24 van 30.1.1998, blz. 9.

(3)  Beschikking 2007/275/EG van de Commissie van 17 april 2007 betreffende lijsten van dieren en producten die krachtens de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten controles moeten ondergaan (PB L 116 van 4.5.2007, blz. 9).

(4)  Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).

(5)  Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1754 van de Commissie van 6 oktober 2015 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 285 van 30.10.2015, blz. 1).


BIJLAGE

Bijlagen I en II bij Beschikking 2007/275/EG worden als volgt gewijzigd:

1)

Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

a)

in HOOFDSTUK 2 wordt de tabel vervangen door:

„GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

0201

Vlees van runderen, vers of gekoeld

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0202

Vlees van runderen, bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0203

Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0204

Vlees van schapen of van geiten, vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0205 00

Vlees van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0206

Eetbare slachtafvallen van runderen, van varkens, van schapen, van geiten, van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0207

Vlees en eetbare slachtafvallen van pluimvee (bedoeld bij post 0105 ), vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

0208

Ander vlees en andere eetbare slachtafvallen, vers, gekoeld of bevroren

Alle. Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

Dit omvat andere grondstoffen voor de productie van gelatine of collageen voor menselijke consumptie. Omvat alle vlees en eetbare slachtafvallen van de volgende onderverdelingen:

 

0208 10 (van konijnen of van hazen);

 

0208 30 00 (van primaten);

 

0208 40 (van walvissen, van dolfijnen of van bruinvissen (zoogdieren van de orde Cetacea); van lamantijnen of van doejongs (zoogdieren van de orde Sirenia); van zeehonden, van zeeleeuwen of van walrussen (zoogdieren van de suborde Pinnipedia))

 

0208 50 00 (van reptielen, slangen en zeeschildpadden daaronder begrepen)

 

0208 60 00 (van kamelen en andere kameelachtigen (Camelidae))

 

0208 90 (andere: van tamme duiven, van wild (met uitzondering van konijnen of van hazen)): omvat vlees van kwartels en van rendieren en andere zoogdiersoorten. Omvat kikkerbilletjes onder GN-code 0208 90 70 .

0209

Spek (ander dan doorregen spek), alsmede varkensvet en vet van gevogelte, niet gesmolten noch anderszins geëxtraheerd, vers, gekoeld, bevroren, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt

Alle, omvat zowel spek als verwerkt spek zoals omschreven in kolom 2, zelfs indien het alleen geschikt is voor industrieel gebruik (niet geschikt voor menselijke consumptie).

0210

Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie

Alle, omvat vlees, vleesproducten en andere producten van dierlijke oorsprong.

Niet voor menselijke consumptie bestemde of geschikte grondstoffen vallen evenwel niet onder deze code.

Omvat verwerkte dierlijke eiwitten en gedroogde varkensoren voor menselijke consumptie. Zelfs indien gedroogde varkensoren als diervoeder worden gebruikt, kunnen zij volgens de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1125/2006 van de Commissie (*) onder 0210 99 49 vallen. Niet voor menselijke consumptie geschikte gedroogde slachtafvallen en varkensoren vallen evenwel onder 0511 99 85 .

Beenderen voor menselijke consumptie vallen onder post 0506 .

Worst valt onder post 1601 .

Extracten en sappen van vlees vallen onder post 1603 .

Kanen vallen onder post 2301 .

b)

in HOOFDSTUK 5 wordt de tabel als volgt gewijzigd:

i)

de vermelding voor post 0506 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„0506

Beenderen en hoornpitten, ruw, ontvet of eenvoudig voorbehandeld (doch niet in vorm gesneden), met zuur behandeld of ontdaan van gelatine; poeder en afval van deze stoffen

Omvat beenderen gebruikt als hondenkluiven en beenderen voor de productie van gelatine of van collageen, indien afkomstig van karkassen van voor menselijke consumptie geslachte dieren.

Beendermeel voor menselijke consumptie valt onder post 0410 .

Specifieke eisen voor dergelijke producten die niet voor menselijke consumptie bestemd zijn, zijn opgenomen in rij 6 (jachttrofeeën), in rij 11 (beenderen en producten uit beenderen (m.u.v. beendermeel), hoorns en producten uit hoorn (m.u.v. hoornmeel) en hoeven en producten uit hoeven (m.u.v. meel van hoeven), niet bestemd voor gebruik als voedermiddel, organische meststof of bodemverbeteraar) en in rij 12 (hondenkluiven) van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011.”;

ii)

de vermelding voor GN-code 0508 00 00 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 0508 00 00

Koraal en dergelijke stoffen, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet verder bewerkt; schelpen en schalen, van schaaldieren, van weekdieren of van stekelhuidigen, alsmede rugplaten van inktvissen, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet in vorm gesneden, alsmede poeder en afval van deze stoffen

Lege schelpen en schalen, geschikt voor levensmiddelen of voor gebruik als grondstof voor glucosamine.

Bovendien vallen daaronder schelpen en schalen, rugplaten van inktvissen daaronder begrepen, met weke delen of vlees als bedoeld in artikel 10, onder k), i), van Verordening (EG) nr. 1069/2009.”;

iii)

de vermelding voor post ex 0511 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 0511

Producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen; dode dieren van de soorten bedoeld bij hoofdstuk 1 of 3, niet geschikt voor menselijke consumptie

Alle. Omvat de onderverdelingen 0511 10 tot en met 0511 99 .

Omvat genetisch materiaal (sperma en embryo's van dierlijke oorsprong, onder meer van runderen, schapen, geiten, paarden en varkens) en dierlijke bijproducten afkomstig van categorie 1- en categorie 2-materiaal als bedoeld in de artikelen 8 en 9 van Verordening (EG) nr. 1069/2009.

Hieronder volgen voorbeelden van producten van dierlijke oorsprong die onder de onderverdelingen 0511 10 tot en met 0511 99 vallen:

 

0511 10 00 (rundersperma);

 

0511 91 (producten van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren): alle, omvat viseieren voor de visteelt, dode dieren, dierlijke bijproducten voor de vervaardiging van voeder voor gezelschapsdieren en voor farmaceutische en andere technische producten. Omvat dode dieren van de soorten als bedoeld in hoofdstuk 3, niet eetbaar of ongeschikt voor menselijke consumptie, bijvoorbeeld dafnia's (watervlooien) en andere ostracoden of filopodia, gedroogd, gebruikt als voer voor aquariumvissen; omvat aas voor de visserij;

 

ex 0511 99 10 (pezen en zenen; snippers en dergelijk afval van ongelooide huiden of vellen).

Veterinaire controles zijn nodig voor huiden niet zijn behandeld zoals bedoeld in hoofdstuk V, onder C 2, van bijlage XIII bij Verordening (EU) nr. 142/2011, indien dit in overeenstemming is met artikel 41, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1069/2009.

 

ex 0511 99 31 (ruwe echte sponsen van dierlijke oorsprong): alle, indien voor menselijke consumptie; indien niet voor menselijke consumptie, alleen die welke zijn bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren. Rij 12 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor producten voor niet-menselijke consumptie.

 

ex 0511 99 39 (echte sponsen van dierlijke oorsprong, andere dan ruwe): alle, indien voor menselijke consumptie; indien niet voor menselijke consumptie, alleen die welke zijn bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren. Rij 12 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor producten voor niet-menselijke consumptie.

 

0511 99 85 (andere producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen; dode dieren van de soorten bedoeld bij hoofdstuk 1, niet geschikt voor menselijke consumptie): alle embryo's, eicellen, sperma en genetisch materiaal die niet onder 0511 10 vallen en afkomstig zijn van andere soorten dan runderen, vallen onder deze post. Omvat dierlijke bijproducten voor de vervaardiging van voeder voor gezelschapsdieren of andere technische producten.

Omvat onbehandeld paardenhaar, andere producten van de bijenteelt dan was voor de bijenteelt of voor technisch gebruik, walschot (spermaceti) voor technisch gebruik, dode dieren van de soorten bedoeld bij hoofdstuk 1 die niet eetbaar of niet voor menselijke consumptie bestemd zijn (bv.: honden, katten, insecten), materiaal van dierlijke oorsprong waarvan de wezenlijke kenmerken niet zijn gewijzigd, en eetbaar dierlijk bloed, niet afkomstig van vis, voor menselijke consumptie.”;

c)

het volgende HOOFDSTUK 6 wordt ingevoegd:

„HOOFDSTUK 6

Levende planten en producten van de bloementeelt

Algemene opmerkingen

Dit hoofdstuk omvat champignonbroed in een compost van gesteriliseerde meststoffen van dierlijke oorsprong.

Uittreksel uit de toelichting op het geharmoniseerd systeem

0602 90 10 Champignonbroed:

Onder champignonbroed (thallus of mycelium) wordt verstaan een min of meer samenhangende massa ragfijne celdraden (hyphen), die — vaak ondergronds — leven en gedijen op compost van dierlijke of plantaardige stoffen, of zich in de dradenmassa zelf ontwikkelen en waaruit champignons ontstaan.

Onder deze onderverdeling valt eveneens het product dat bestaat uit nog niet volledig ontwikkeld champignonbroed, in microscopisch kleine deeltjes op een voedingsbodem van graankorrels, in een compost van gesteriliseerde paardenmest (een mengsel van stro en paardenvijgen).

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 0602 90 10

Champignonbroed

Alleen indien deze verwerkte mest van dierlijke oorsprong bevat en specifieke voorschriften worden opgenomen in rij 1 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011.”;

d)

in HOOFDSTUK 12 wordt de titel als volgt gewijzigd:

„Oliehoudende zaden en vruchten; allerlei zaden, zaaigoed en vruchten; planten voor industrieel en voor geneeskundig gebruik; stro en voeder”;

e)

HOOFDSTUK 15 wordt als volgt gewijzigd:

i)

aan de „Algemene opmerkingen” worden aan het gedeelte getiteld „Uittreksel uit de toelichting op het geharmoniseerd systeem” de volgende alinea's toegevoegd:

„Post 1518 omvat mengsels en bereidingen van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij het hoofdstuk, niet geschikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen.

Dit gedeelte omvat onder andere gebruikte frituurolie die bijvoorbeeld koolzaadolie, sojaolie en een kleine hoeveelheid dierlijk vet bevat, voor gebruik bij de bereiding van diervoeders.”;

ii)

de tabel wordt als volgt gewijzigd:

de vermelding voor GN-code 1505 00 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„1505 00

Wolvet en daaruit verkregen vetstoffen, lanoline daaronder begrepen

Alle. Wolvet ingevoerd als gesmolten vet zoals uiteengezet in bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011, of lanoline ingevoerd als tussenproduct zoals uiteengezet in bijlage XII bij Verordening (EG) nr. 142/2011.”;

de vermeldingen voor de GN-codes 1518 00 95 en 1518 00 99 worden vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 1518 00 95

Mengsels en bereidingen van dierlijke vetten en oliën of van dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, niet geschikt voor menselijke consumptie

Alleen bereidingen van vetten en oliën, gesmolten vet en derivaten afkomstig van dieren; daaronder begrepen gebruikte bak- en braadolie, bestemd om te worden gebruikt binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 1069/2009.

Vetderivaten vervaardigd volgens een procedé dat is uiteengezet in hoofdstuk XI, punt 1, van bijlage XIII bij Verordening (EU) nr. 142/2011.

ex 1518 00 99

Andere

Alleen indien dierlijk vet bevattend.”;

f)

in de tabel van HOOFDSTUK 16 worden de vermeldingen voor GN-code 1603 00 en voor de posten 1604 en 1605 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„1603 00

Extracten en sappen van vlees, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren

Alle. Omvat vleesextracten en vleesconcentraten. Omvat gels van viseiwitten, gekoeld of bevroren. Omvat haaienkraakbeen.

ex 1604

Bereidingen en conserven van vis; kaviaar en kaviaarsurrogaten bereid uit kuit

Alle, gekookte of voorgekookte culinaire bereidingen die vis of visserijproducten bevatten of ermee gemengd zijn. Omvat surimi in GN-code 1604 20 05 .

Omvat vis en kaviaar, verpakt in luchtdicht blik, en ook sushi's (mits zij niet in een bij hoofdstuk 19 bedoelde GN-code worden ingedeeld).

Met visserijproducten gevulde deegwaren vallen onder post 1902 .

Visspiezen (rauw visvlees of rauwe garnalen met groenten op een houten spies) worden ingedeeld onder GN-code 1604 19 97 .

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van dit besluit.

ex 1605

Bereidingen en conserven van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren

Alle, volledig bereide of voorbereide slakken daaronder begrepen. Omvat schaaldieren en andere ongewervelde waterdieren in blik alsmede mosselpoeder.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

g)

in de tabel van HOOFDSTUK 17 wordt de vermelding voor GN-code 1702 11 00 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 1702

Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthoning, ook indien met natuurhoning vermengd

Kunsthoning, lactose, mengsels van natuurhoning met kunsthoning en lactose bevattende mengsels.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

h)

het volgende HOOFDSTUK 18 wordt ingevoegd:

„HOOFDSTUK 18

Cacao en bereidingen daarvan

Algemene opmerkingen

Dit hoofdstuk omvat producten van dierlijke oorsprong en samengestelde producten die verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten.

Aantekeningen bij hoofdstuk 18 (uittreksel uit de aantekeningen bij dit hoofdstuk van de gecombineerde nomenclatuur (GN), die is neergelegd in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87)

Dit hoofdstuk omvat niet de bereidingen en producten, bedoeld bij de posten 0403, 1901, 1904, 1905, 2105, 2202, 2208, 3003 en 3004.

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 1806

Chocolade en andere bereidingen voor menselijke consumptie die cacao bevatten

Producten van dierlijke oorsprong, bijvoorbeeld zuivelproducten, bevattende.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

i)

in HOOFDSTUK 19 wordt de tabel als volgt gewijzigd:

i)

de vermelding voor post 1901 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 1901

Moutextract; bereidingen voor menselijke consumptie van meel, gries, griesmeel, zetmeel of moutextract, geen of minder dan 40 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen; bereidingen voor menselijke consumptie van producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404 , geen of minder dan 5 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen

Alleen die welke voor minder dan 20 % bestaan uit producten van dierlijke oorsprong. Omvat kindervoeding op basis van melk. Omvat pizza's, niet gebakken, met toppings van dierlijke oorsprong.

Culinaire bereidingen vallen onder de hoofdstukken 16 en 21.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

ii)

de volgende vermelding wordt ingevoegd na de vermelding voor GN-code ex 1902 40 en vóór de vermelding voor GN-code ex 1904 90 10:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 1904 10 10

Maispreparaten verkregen door poffen of door roosteren

Alleen die welke voor minder dan 20 % bestaan uit producten van dierlijke oorsprong, bijvoorbeeld die genoemd in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 443/2013 (**), die overeenkomstig artikel 4, onder c), van deze beschikking veterinaire controles moeten ondergaan.

iii)

de vermelding voor post ex 1905 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 1905

Gebak

Omvat bereidingen die minder dan 20 % vlees of andere producten van dierlijke oorsprong bevatten, bijvoorbeeld:

 

ex 1905 32 91 : wafels en wafeltjes, gevuld met vlees of kaas (bijvoorbeeld burek);

 

ex 1905 32 99 : wafels en wafeltjes, gevuld met andere dierlijke producten dan vlees of kaas;

 

ex 1905 90 : voorgebakken of gebakken pizza of quiche, gevuld of bedekt met dierlijke producten;

 

ex 1905 90 90 : indien niet stabiel bij opslag.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

j)

HOOFDSTUK 21 wordt als volgt gewijzigd:

i)

in de „Aantekeningen bij hoofdstuk 21” worden de volgende aanvullende aantekeningen toegevoegd:

„Aanvullende aantekeningen

5.

Andere producten voor menselijke consumptie die zijn opgemaakt in afgemeten hoeveelheden zoals capsules, tabletten, pastilles en pillen, en die bestemd zijn om te worden gebruikt als voedingssupplement, worden ingedeeld onder post 2106, tenzij zij elders zijn genoemd of onder begrepen.”;

ii)

de tabel wordt als volgt gewijzigd:

de vermelding voor post ex 2104 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 2104

Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon; samengestelde gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie

Omvat bereidingen die dierlijke producten bevatten, met inbegrip van kindervoeding in verpakkingen met een nettogewicht van niet meer dan 250 g.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

de vermeldingen voor de GN-codes ex 2106 90 92 en ex 2106 90 98 worden vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 2106 90 92

Andere producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen, bevattende geen van melk afkomstige vetstoffen, sacharose, isoglucose, glucose of zetmeel, of bevattende minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, minder dan 5 gewichtspercenten sacharose of isoglucose, minder dan 5 gewichtspercenten glucose of zetmeel

Omvat bereidingen voor menselijke consumptie (bijvoorbeeld voedingssupplementen) die dierlijke producten bevatten, bijvoorbeeld weiproteïne-isolaat, chondroïtine, glucosamine, chitosan, calciumcarbonaat, gepasteuriseerd gezouten vloeibaar eigeel, dierlijke oliën (bijvoorbeeld visolie in capsules), ook indien met andere stoffen.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van dit besluit.

ex 2106 90 98

Andere producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen

Omvat bereidingen voor menselijke consumptie (bijvoorbeeld voedingssupplementen, kaasfondues) die dierlijke producten bevatten, bijvoorbeeld chondroïtine, glucosamine, dierlijke oliën (bijvoorbeeld visolie in capsules).

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

k)

in de tabel van HOOFDSTUK 22, wordt de vermelding voor GN-code ex 2202 90 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 2202 90 91

Andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 , die minder dan 0,2 gewichtspercent vet afkomstig van de producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404 bevatten

Omvat alcoholvrije dranken die verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten, bijvoorbeeld yoghurtdranken met graanvlokken, dranken op basis van koffie of chocolade.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van dit besluit.

ex 2202 90 95

Andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 , die 0,2 of meer doch minder dan 2 gewichtspercenten vet afkomstig van de producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404 bevatten

Omvat alcoholvrije dranken die verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten, bijvoorbeeld yoghurtdranken met graanvlokken, dranken op basis van koffie of chocolade.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van dit besluit.

ex 2202 90 99

Andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 , die 2 of meer gewichtspercenten vet afkomstig van de producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404 bevatten

Omvat alcoholvrije dranken die verwerkte producten van dierlijke oorsprong bevatten, bijvoorbeeld yoghurtdranken met graanvlokken, dranken op basis van koffie of chocolade.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van dit besluit.

ex 2208 70

Likeuren

Likeuren, gedistilleerde dranken daaronder begrepen, die bestaan uit emulsies in alcohol van producten van dierlijke oorsprong zoals eigeel of room.

Voor samengestelde producten, zie de artikelen 4 en 6 van deze beschikking.”;

l)

in de tabel van HOOFDSTUK 23 wordt de vermelding voor post ex 2309 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 2309

Bereidingen van de soort gebruikt voor het voederen van dieren

Alle, indien zij producten van dierlijke oorsprong bevatten, behalve de onderverdelingen 2309 90 20 en 2309 90 91 .

Omvat onder meer honden- en kattenvoer, opgemaakt voor de verkoop in het klein (onderverdeling 2309 10 ), dat producten van dierlijke oorsprong bevat, en visperswater en perswater van zeezoogdieren („solubles”) (GN-code 2309 90 10 ). Producten bestemd voor diervoeder, met inbegrip van mengsels van meelsoorten (zoals hoefmeel, hoornmeel).

Deze post omvat vloeibare melk, biest en producten die zuivelproducten, biest of koolhydraten bevatten, niet geschikt voor menselijke consumptie, doch bestemd voor diervoeder.

Omvat voeder voor gezelschapsdieren, hondenkluiven en mengsels van meel; de mengsels kunnen ook dode insecten bevatten.

Rij 12 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor voeder voor gezelschapsdieren, hondenkluiven daaronder begrepen.

Omvat niet voor menselijke consumptie bestemde eiproducten en andere niet voor menselijke consumptie bestemde verwerkte producten van dierlijke oorsprong.

Rij 9 van tabel 1 in hoofdstuk I, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor eiproducten.”;

m)

in de tabel van HOOFDSTUK 29 wordt de vermelding voor GN-code ex 2932 99 00 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 2922 49

Andere aminozuren, andere dan die met zuurstofhoudende groepen van meer dan een soort en esters daarvan; zouten daarvan

Alleen grondstoffen van dierlijke oorsprong die worden gebruikt voor voedingssupplementen of voor diervoeder.

ex 2925 29 00

Andere iminoverbindingen en derivaten ervan dan chloordimeform (ISO); zouten daarvan

Creatine van dierlijke oorsprong.

ex 2930

Organische zwavelverbindingen

Bepaalde aminozuren van dierlijke oorsprong:

 

ex 2930 90 13 Cysteïne en cystine;

 

ex 2930 90 16 Derivaten van cysteïne of cystine.

ex 2932 99 00

Andere heterocyclische verbindingen met uitsluitend één of meer zuurstofatomen als heteroatoom

Alleen indien van dierlijke oorsprong, bijvoorbeeld glucosamine-6-fosfaat en sulfaten daarvan.

ex 2942 00 00

Andere organische verbindingen

Alleen indien van dierlijke oorsprong.”;

n)

in HOOFDSTUK 30 wordt de tabel als volgt gewijzigd:

i)

de vermelding voor GN-code 3001 90 91 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3001 90 91

Dierlijke stoffen, bereid voor therapeutisch of profylactisch gebruik: heparine en zouten daarvan

Alle producten van dierlijke oorsprong die bestemd zijn voor verdere verwerking overeenkomstig artikel 34, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1069/2009 teneinde te voldoen aan de definities van artikel 33, onder a) tot en met f), van die verordening.”;

ii)

de vermelding voor GN-code ex 3002 10 99 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3002 10 98

Andere bloedfracties en immunologische producten, ook indien gewijzigd, al dan niet verkregen door middel van biotechnologische processen

Alleen materiaal van dierlijke oorsprong.”;

o)

in de tabel van HOOFDSTUK 31 wordt de vermelding voor GN-code ex 3101 00 00 vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3101 00 00

Meststoffen van dierlijke of van plantaardige oorsprong, ook indien onderling vermengd of chemisch behandeld; meststoffen verkregen door vermenging of chemische behandeling van dierlijke of plantaardige producten

Alleen producten van dierlijke oorsprong in onversneden vorm.

Omvat guano, met uitzondering van gemineraliseerde guano.

Omvat natuurlijke meststoffen vermengd met verwerkte dierlijke eiwitten, indien gebruikt als meststof; maar geen mengsels van natuurlijke en chemische meststoffen (zie post 3105 , die alleen minerale of chemische meststoffen omvat).

Rij 1 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor mest, verwerkte mest en afgeleide producten van verwerkte mest.

ex 3105 10 00

Producten bedoeld bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een brutogewicht van niet meer dan 10 kg

Alleen meststoffen die producten van dierlijke oorsprong bevatten.

Rij 1 van tabel 2 in hoofdstuk II, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor mest, verwerkte mest en afgeleide producten van verwerkte mest.”;

p)

de volgende HOOFDSTUKKEN 32 en 33 worden ingevoegd:

„HOOFDSTUK 32

Looi- en verfextracten; looizuur (tannine) en derivaten daarvan; pigmenten en andere kleur- en verfstoffen; verf en vernis; mastiek; inkt

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 3204

Synthetische organische kleurstoffen, ook indien chemisch welbepaald; preparaten bedoeld bij aantekening 3 op dit hoofdstuk, op basis van synthetische organische kleurstoffen; synthetische organische producten van de soort gebruikt als fluorescerende heldermakende stoffen of als „lichtgevende stoffen” (luminoforen), ook indien chemisch welbepaald

Alleen kleurdispersies in een melkvetbasis voor gebruik in de productie van levensmiddelen of diervoeder.

HOOFDSTUK 33

Etherische oliën en harsaroma's; parfumerieën, toiletartikelen en cosmetische producten

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 3302

Mengsels van reukstoffen en mengsels (oplossingen in alcohol daaronder begrepen) op basis van een of meer van deze zelfstandigheden met andere stoffen, van de soort gebruikt als grondstof voor de industrie; andere bereidingen op basis van reukstoffen, van de soort gebruikt voor de vervaardiging van dranken

Alleen aroma's in een melkvetbasis voor gebruik in de productie van levensmiddelen of diervoeder.”;

q)

in HOOFDSTUK 35 wordt de tabel als volgt gewijzigd:

i)

de vermelding voor GN-code ex 3503 00 wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„3503 00

Gelatine (gelatine in vierkante of rechthoekige bladen of vellen, ook indien gekleurd of aan het oppervlak bewerkt, daaronder begrepen) en derivaten daarvan; vislijm, andere lijm van dierlijke oorsprong, andere dan lijm van caseïne bedoeld bij post 3501

Omvat gelatine voor menselijke consumptie en voor de levensmiddelenindustrie.

Gelatine ingedeeld in de posten 3913 (geharde proteïnen) en 9602 (bewerkte, niet-geharde gelatine, alsmede werken van niet-geharde gelatine), bijvoorbeeld lege capsules indien niet bestemd voor levensmiddelen of diervoeder, is niet onderworpen aan veterinaire controles.

Rij 5 van tabel 1 in hoofdstuk I, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor gelatine en gehydrolyseerde eiwitten, niet bestemd voor menselijke consumptie; hoofdstuk II, afdeling 11, van bijlage XIV bij die verordening bevat specifieke eisen voor fotografische gelatine.”;

ii)

de volgende vermelding wordt toegevoegd:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3507 90 90

Andere enzymen dan leb en concentraten daarvan of lipoproteïnelifase of aspergillus alkaline protease

Alleen indien van dierlijke oorsprong en voor gebruik in de levensmiddelenindustrie, bijvoorbeeld pepsine of enzymen met 45 % lactose.”;

r)

HOOFDSTUK 38 wordt als volgt gewijzigd:

i)

de volgende aantekeningen worden ingevoegd na de post en vóór de tabel:

„Aantekeningen bij hoofdstuk 38 (uittreksel uit de aantekeningen bij dit hoofdstuk van de gecombineerde nomenclatuur (GN), die is neergelegd in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87)

4.

In de nomenclatuur wordt als „stedelijk afval” aangemerkt, afval van de soort die wordt ingezameld bij huishoudens, hotels, restaurants, ziekenhuizen, winkels, kantoren enz., straat- en stoepveegsel, alsmede bouw- en sloopafval. Stedelijk afval bevat in het algemeen een grote verscheidenheid aan materialen, zoals kunststof, rubber, hout, papier, textiel, glas, metaal, voedingsmiddelen, kapot meubilair en andere beschadigde of afgedankte artikelen. …”;

ii)

de tabel wordt als volgt gewijzigd:

de vermeldingen voor de GN-codes 3822 00 00 en ex 3825 10 00 worden vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„e3822 00 00

Reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik, op een drager, alsmede bereide reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik, al dan niet op een drager, andere dan die bedoeld bij post 3002 of 3006 ; gecertificeerde referentiematerialen

Alleen indien afkomstig van producten van dierlijke oorsprong, met uitzondering van medische hulpmiddelen als gedefinieerd in artikel 1, lid 2, onder a), van Richtlijn 93/42/EEG van de Raad (***) en medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek als gedefinieerd in artikel 1, lid 2, onder b), van Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad (****).

ex 3825 10 00

Stedelijk afval

Alleen keukenafval en etensresten die producten van dierlijke oorsprong bevatten, indien zij onder artikel 2, lid 2, onder g), van Verordening (EG) nr. 1069/2009 vallen, met uitzondering van keukenafval en etensresten die rechtstreeks afkomstig zijn van internationaal opererende vervoermiddelen en die worden verwijderd overeenkomstig artikel 12, onder d), van die verordening.

Gebruikte bak- en braadolie, bestemd om te worden gebruikt binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 1069/2009, bijvoorbeeld voor organische meststof of biogas, kan onder deze GN-code vallen.

de vermelding voor GN-code 3826 00 wordt geschrapt;

s)

in HOOFDSTUK 39 wordt de tabel als volgt gewijzigd:

i)

de vermelding voor GN-code ex 3913 90 00 in de tabel wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3913 90 00

Andere natuurlijke polymeren (behalve alginezuur en zouten en esters daarvan) en gewijzigde natuurlijke polymeren (bijvoorbeeld geharde proteïnen, chemische derivaten van natuurlijke rubber), elders genoemd noch elders onder begrepen, in primaire vormen

Alleen indien afkomstig van producten van dierlijke oorsprong, bijvoorbeeld chondroïtinesulfaat, chitosan, geharde gelatine.”;

ii)

de volgende vermeldingen worden toegevoegd:

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

„ex 3926 90 92

Andere artikelen van kunststof en artikelen van andere stoffen bedoeld bij de posten 3901 tot en met 3914 , vervaardigd van vellen

Lege capsules van geharde gelatine voor diervoeder; rij 5 van tabel 1 in hoofdstuk I, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen.

ex 3926 90 97

Andere artikelen van kunststof en artikelen van andere stoffen bedoeld bij de posten 3901 tot en met 3914 , anders dan vervaardigd van vellen

Lege capsules van geharde gelatine voor diervoeder; rij 5 van tabel 1 in hoofdstuk I, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen.”;

t)

het volgende HOOFDSTUK 71 wordt ingevoegd na HOOFDSTUK 67:

„HOOFDSTUK 71

Echte en gekweekte parels, edelstenen en halfedelstenen, edele metalen en metalen geplateerd met edele metalen, alsmede werken daarvan; fancybijouterieën; munten

Indelingsadvies geharmoniseerd systeem 7101.21/1: Oesters, niet geschikt voor menselijke consumptie, die één of meer gekweekte parels bevatten, verduurzaamd in een zoutoplossing en aangeboden in luchtdichte metalen verpakkingen.

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 7101 21 00

Gekweekte parels, onbewerkt

Daaronder begrepen oesters, niet geschikt voor menselijke consumptie, die één of meer gekweekte parels bevatten, in een zoutoplossing of anderszins verduurzaamd, aangeboden in luchtdichte verpakkingen.

Gekweekte parels, onbewerkt, als bedoeld in hoofdstuk IV, afdeling 2, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011, tenzij zij zijn uitgesloten van het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 1069/2009, zoals bepaald in artikel 2, lid 2, onder f), van die verordening.”;

u)

het volgende HOOFDSTUK 96 wordt ingevoegd na HOOFDSTUK 95:

„HOOFDSTUK 96

Diverse werken

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 9602 00 00

Bewerkte, niet-geharde gelatine, andere dan die bedoeld bij post 3503 , alsmede werken van niet-geharde gelatine

Lege capsules van niet-geharde gelatine voor levensmiddelen of diervoeder; rij 5 van tabel 1 in hoofdstuk I, afdeling 1, van bijlage XIV bij Verordening (EU) nr. 142/2011 bevat specifieke eisen voor diervoeder.”;

v)

HOOFDSTUK 99 wordt vervangen door:

„HOOFDSTUK 99

Bijzondere codes van de gecombineerde nomenclatuur

Onderdeel II

Statistische codes voor bepaalde specifieke overbrengingen van goederen

Algemene opmerkingen

Dit hoofdstuk omvat dieren, levensmiddelen van dierlijke oorsprong, samengestelde producten en dierlijke bijproducten, van oorsprong uit derde landen en geleverd aan schepen en luchtvaartuigen in de Europese Unie overeenkomstig de regeling voor douanevervoer (T1). Een afwijking van de volksgezondheidsvoorschriften voor de invoer in de Europese Unie is van toepassing op levensmiddelen van dierlijke oorsprong en samengestelde producten, geleverd aan schepen overeenkomstig artikel 13, lid 3, van Richtlijn 97/78/EG, met of zonder tijdelijke opslag in erkende vrije zones, vrije en douane-entrepots.

GN-code

Omschrijving

Kwalificatie en verklaring

(1)

(2)

(3)

ex 9930 24 00

Goederen van de hoofdstukken 1 tot en met 24 van de GN, geleverd aan schepen en luchtvaartuigen

Levensmiddelen van dierlijke oorsprong, samengestelde producten daaronder begrepen, bestemd voor de bevoorrading van schepen, zoals bedoeld in de artikelen 12 en 13 van Richtlijn 97/78/EG.

ex 9930 99 00

Elders ingedeelde goederen, geleverd aan schepen en luchtvaartuigen

Levensmiddelen van dierlijke oorsprong, samengestelde producten daaronder begrepen, bestemd voor de bevoorrading van schepen, zoals bedoeld in de artikelen 12 en 13 van Richtlijn 97/78/EG.”.

2)

Bijlage II wordt vervangen door:

„BIJLAGE II

Lijst van samengestelde producten en levensmiddelen die niet worden onderworpen aan veterinaire controles als bedoeld in artikel 6, lid 1, onder b), van deze beschikking

Deze lijst bevat de samengestelde producten en levensmiddelen overeenkomstig de in de Unie gebruikte goederennomenclatuur die geen veterinaire controles in grensinspectieposten moeten ondergaan.

Aantekeningen met betrekking tot de tabel:

Kolom 1 — GN-code

Deze kolom geeft de GN-code aan. De GN, die is vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 2658/87, is gebaseerd op het internationale geharmoniseerde systeem inzake de omschrijving en codering van goederen (GS), dat is opgesteld door de Internationale Douaneraad, thans de Werelddouaneorganisatie (WDO), en is aangenomen bij het op 14 juni 1983 gesloten Internationaal Verdrag van Brussel, dat namens de Europese Economische Gemeenschap is goedgekeurd bij Besluit 87/369/EEG („het GS-Verdrag”). In de GN zijn de posten en onderverdelingen van het GS tot zes cijfers overgenomen, terwijl alleen het zevende en achtste cijfer verdere onderverdelingen bevatten die specifiek zijn voor de GN.

Wanneer een code van vier cijfers wordt gebruikt, moeten, tenzij anders gespecificeerd, alle samengestelde producten en levensmiddelen die deze code als begincijfers hebben of onder deze code vallen, geen veterinaire controles in grensinspectieposten ondergaan.

Indien slechts bepaalde, gespecificeerde producten met een code met vier, zes of acht cijfers producten van dierlijke oorsprong bevatten en in de GN geen specifieke onderverdeling voor deze code bestaat, is de code aangegeven met ex (bijvoorbeeld ex 2001 90 65: veterinaire controles niet vereist voor de producten vermeld in kolom 2).

Kolom 2 — Toelichting

In deze kolom worden gegevens verstrekt over de samengestelde producten en levensmiddelen waarop de afwijking van veterinaire controles in grensinspectieposten van toepassing is. Zo nodig moeten de officiële dierenartsen in grensinspectieposten de ingrediënten van een samengesteld product en levensmiddel beoordelen en specificeren of het dierlijke product in het samengestelde product en levensmiddel voldoende verwerkt is om niet langer de in de EU-wetgeving voorgeschreven veterinaire controles te moeten ondergaan.

GN-code

Toelichting

(1)

(2)

1704 , 1806 20 , 1806 31 , 1806 32 , 1806 90 11 , 1806 90 19 , 1806 90 31 , 1806 90 39 , 1806 90 50

Suikerwerk (snoepgoed daaronder begrepen) en chocolade, die voor minder dan 50 % bestaan uit verwerkte zuivel- en eiproducten en zijn behandeld zoals bepaald in artikel 6, lid 1, onder a), van deze beschikking.

1902 19 , 1902 30 , 1902 40

Niet met verwerkte vleesproducten gemengde of gevulde deegwaren en noedels; die voor minder dan 50 % bestaan uit verwerkte zuivel- en eiproducten en zijn behandeld zoals bepaald in artikel 6, lid 1, onder a), van deze beschikking.

1905 10 , 1905 20 , 1905 31 , 1905 32 , 1905 40 , 1905 40 10 , 1905 90 10 , 1905 90 20 , 1905 90 30 , 1905 90 45 , 1905 90 55 , 1905 90 60 , ex 1905 90 90

Brood, cakes, koekjes en biscuits, wafels en wafeltjes, beschuit, geroosterd brood en dergelijke geroosterde producten; die voor minder dan 20 % bestaan uit verwerkte zuivel- en eiproducten en zijn behandeld zoals bepaald in artikel 6, lid 1, onder a), van deze beschikking.

1905 90 omvat alleen droge en breekbare producten.

ex 2001 90 65 , ex 2005 70 00

ex 1604

Met minder dan 20 % vis gevulde olijven.

Met meer dan 20 % vis gevulde olijven.

ex 2104 10 en ex 2104 20

Voor de eindverbruiker verpakte bouillons en aroma's die minder dan 50 % visolie, -poeder of -extracten bevatten en zijn behandeld zoals bepaald in artikel 6, lid 1, onder a), van deze beschikking.

ex 2106 10 en ex 2106 90

Voor de eindverbruiker verpakte voedingssupplementen die kleine hoeveelheden (in totaal minder dan 20 %) verwerkte producten van dierlijke oorsprong (glucosamine, chondroïtine en/of chitosan daaronder begrepen), andere dan vleesproducten bevatten.”.


(*)  Verordening (EG) nr. 1125/2006 van de Commissie van 21 juli 2006 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 200 van 22.7.2006, blz. 3).”;

(**)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 443/2013 van de Commissie van 7 mei 2013 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 130 van 15.5.2013, blz. 17).”;

(***)  Richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen (PB L 169 van 12.7.1993, blz. 1).

(****)  Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 1998 betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek (PB L 331 van 7.12.1998, blz. 1).”;