ISSN 1977-0758

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 230

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

57e jaargang
1 augustus 2014


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 834/2014 van de Commissie van 22 juli 2014 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van het gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid

1

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 835/2014 van de Commissie van 31 juli 2014 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Филе Елена (File Elena) (GTS)

8

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 836/2014 van de Commissie van 31 juli 2014 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 889/2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wat de biologische productie, de etikettering en de controle betreft

10

 

*

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 837/2014 van de Commissie van 31 juli 2014 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (ЛУКАНКА ПАНАГЮРСКА (LUKANKA PANAGYURSKA) (GTS))

12

 

 

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 838/2014 van de Commissie van 31 juli 2014 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

13

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

1.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 230/1


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 834/2014 VAN DE COMMISSIE

van 22 juli 2014

tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van het gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (1), en met name artikel 110, leden 2 en 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EU) nr. 1306/2013 voorziet in een gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader om de prestatie van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) te meten. Met het oog op de toepassing van dat kader moeten voorschriften worden vastgesteld om de vooruitgang, de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het GLB omvattend en regelmatig te toetsen aan bepaalde doelstellingen. Om de lidstaten en de Commissie in staat te stellen een coherent monitoring- en evaluatiekader op te zetten, moet een reeks gemeenschappelijke indicatoren als bedoeld in artikel 110, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013 worden vastgesteld.

(2)

Deze indicatoren moeten verband houden met de structuur en de doelstellingen van het GLB en moeten zijn gebaseerd op meetbare elementen. Om een beoordeling van het GLB op alle niveaus mogelijk te maken, moeten daarom verschillende soorten indicatoren worden vastgesteld. De effectindicatoren moeten een beeld geven van de gemeenschappelijke hoofddoelstellingen van het GLB als vastgesteld in artikel 110, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013. Voor elk van deze gemeenschappelijke hoofddoelstellingen kunnen specifiekere doelstellingen worden geïdentificeerd, waarvoor resultaatindicatoren moeten worden vastgesteld. Deze specifieke doelstellingen zijn onder meer landbouwinkomen en de variabiliteit daarvan, verbetering van het concurrentievermogen van de landbouwsector, marktstabiliteit, verwachtingen van de consument, levering van publieke goederen en milieubescherming, mildering van en aanpassing aan de klimaatverandering en behoud van een diverse landbouw, alsmede de specifieke doelstellingen die zijn vastgesteld voor het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo), met name de Unieprioriteiten voor plattelandsontwikkeling. Bovendien moet de praktische tenuitvoerlegging van de GLB-instrumenten worden gemonitord op basis van outputindicatoren die dit operationele niveau van het GLB kunnen weergeven.

(3)

Het is belangrijk te garanderen dat zowel de lidstaten als de Commissie het monitoring- en evaluatiekader efficiënt en te gepasten tijde kunnen gebruiken. Daarom moet worden bepaald dat de lidstaten de voor het monitoren en evalueren van het GLB vereiste informatie toezenden binnen de bij de betrokken verordeningen bepaalde termijnen. Om onnodige administratieve lasten te vermijden, dient de Commissie waar mogelijk gebruik te maken van informatie waarover zij reeds beschikt.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de landbouwfondsen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Indicatoren

De indicatoren aan de hand waarvan de vooruitgang, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) worden getoetst aan de in artikel 110, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013 opgenomen doelstellingen voor dat beleid, moeten meetbaar zijn. Deze indicatoren omvatten:

a)

effectindicatoren, die worden gespecificeerd in afdeling 1 van de bijlage bij deze verordening en die een beeld geven van de gebieden waarop een invloed van het GLB wordt verwacht;

b)

resultaatindicatoren, die worden gespecificeerd in afdeling 2 van de bijlage bij deze verordening en die een beeld geven van de voornaamste prestaties in het kader van:

i)

Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad (2);

ii)

Verordening (EU) nr. 1306/2013;

iii)

Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3), en

iv)

Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (4),

c)

outputindicatoren, die worden gespecificeerd in afdeling 3 van de bijlage bij deze verordening en die een beeld geven van de tenuitvoerlegging van de ter zake relevante GLB-instrumenten;

d)

contextindicatoren, die worden gespecificeerd in afdeling 4 van de bijlage bij deze verordening en die een beeld geven van algemene contextuele tendensen waarvan een invloed op de tenuitvoerlegging, de verwezenlijkingen en de prestaties van het GLB wordt verwacht.

De resultaatindicatoren, outputindicatoren en contextindicatoren die relevant zijn voor de monitoring en evaluatie van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling worden vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014 van de Commissie (5).

Artikel 2

Informatieverstrekking

1.   De lidstaten verstrekken de Commissie de informatie die nodig is om de prestaties van het GLB te monitoren en te evalueren binnen de termijnen voor rapportage en mededeling van informatie over de werking van GLB-instrumenten als bepaald in de Verordeningen (EU) nr. 1305/2013, (EU) nr. 1306/2013, (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013. Deze informatie dient accuraat en betrouwbaar te zijn.

2.   Voor de toepassing van het gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader maakt de Commissie waar mogelijk gebruik van de volgende informatie, die de lidstaten reeds via de bestaande informatie-uitwisselingsinstrumenten beschikbaar hebben gesteld:

a)

ter beschikking van de Commissie gestelde informatie, mededelingen en verslagen over de tenuitvoerlegging van de in het kader van het GLB gebruikte instrumenten en over de tenuitvoerlegging van de ter zake relevante milieuwetgeving van de Unie;

b)

in het kader van de goedkeuring van de rekeningen ter beschikking van de Commissie gestelde informatie;

c)

ter beschikking van Eurostat gestelde informatie.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 juli 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.

(2)  Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 487).

(3)  Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 608).

(4)  Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671).

(5)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) (PB L 227 van 31.7.2014, blz. 18).


BIJLAGE

Indicatoren voor het gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader voor het GLB

1.   Effectindicatoren als bedoeld in artikel 1, eerste alinea, onder a)

1.

Inkomen uit de landbouwbedrijfsuitoefening

2.

Agrarisch factorinkomen

3.

Totale factorproductiviteit in de landbouw

4.

Variabiliteit van de grondstofprijzen in de EU

5.

Ontwikkeling van de consumentenprijzen voor voedingsproducten

6.

Landbouwhandelsbalans

7.

Van de landbouw afkomstige emissies

8.

Akkervogelindex

9.

Landbouw met een hoge natuurwaarde (HNW)

10.

Wateronttrekking in de landbouw

11.

Waterkwaliteit

12.

Organisch materiaal in bouwland

13.

Bodemerosie door de inwerking van water

14.

Werkgelegenheid op het platteland

15.

Armoede op het platteland

16.

Bbp per capita op het platteland

2.   Resultaatindicatoren als bedoeld in artikel 1, eerste alinea, onder b)

1.

Aandeel van de rechtstreekse steun in het landbouwinkomen

2.

Variabiliteit van het landbouwinkomen

op basis van het type landbouwbedrijf

op basis van de economische omvang

3.

Toegevoegde waarde voor primaire producenten in de voedingsketen

4.

Uitvoer van EU-landbouwproducten

aandeel van de uitgevoerde EU-landbouwproducten in de mondiale uitvoer

aandeel van eindproducten in het totaal van de uitgevoerde EU-landbouwproducten

5.

Openbare interventie: aandeel van het volume (%) in interventieopslag gekochte producten in de totale EU-productie

6.

Particuliere opslag: aandeel van het volume (%) in particuliere opslag gekochte producten in de totale EU-productie

7.

Uitvoerrestituties: aandeel van het volume (%) met uitvoerrestituties uitgevoerde producten in de totale EU-productie

8.

EU-grondstofprijzen in vergelijking met wereldprijzen (opgesplitst naar product)

9.

Waarde van de onder EU-kwaliteitsregelingen vallende productie in vergelijking met de totale waarde van de landbouw- en voedselproductie

10.

Belang van de biologische landbouw

aandeel van het biologische areaal in de totale oppervlakte cultuurgrond (TOC)

aandeel biologische dieren in het totale dierbestand

11.

Gewasdiversiteit

op het landbouwbedrijf (aantal landbouwbedrijven naar aantal gewassen en omvang)

in een regio

12.

Aandeel grasland in de totale oppervlakte cultuurgrond (TOC)

13.

Aandeel ecologisch aandachtsgebied (EAG) in het bouwland

14.

Aandeel van het areaal waarop vergroeningspraktijken worden toegepast

15.

Netto broeikasgasemissies afkomstig van landbouwgrond

16.

Structurele diversiteit

in absolute termen

in relatieve termen

17.

Aanvullende resultaatindicatoren gespecificeerd in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014

3.   Outputindicatoren als bedoeld in artikel 1, eerste alinea, onder c)

Rechtstreekse betalingen

Basisbetalingsregeling

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Regeling inzake een enkele areaalbetaling

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Nationale overgangssteun (NOS)

Aantal landbouwers

Aantal eenheden waarvoor NOS wordt verleend (hectaren/dieren/andere)

Herverdelingsbetaling

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Vergroening

Totaal aantal landbouwers die ten minste één vergroeningsverplichting moeten nakomen

Door die landbouwers gedeclareerd totaal aantal hectaren

Vrijstelling van vergroening

Aantal vrijgestelde landbouwers, per categorie: biologische landbouwers/vrijgesteld van gewasdiversificatie/vrijgesteld van EAG-verplichting

Door die landbouwers gedeclareerd aantal hectaren (biologische landbouwers/vrijgesteld van gewasdiversificatie/vrijgesteld van EAG-verplichting)

Gewasdiversificatie

Aantal landbouwers met gewasdiversificatie (2 gewassen; 3 gewassen)

Door landbouwers met gewasdiversificatie gedeclareerd aantal hectaren bouwland (2 gewassen; 3 gewassen)

Blijvend grasland

Aantal landbouwers met blijvend grasland, meetellend voor het aandeel

Aantal met blijvend grasland bedekte hectaren, gedeclareerd door de landbouwers, meetellend voor het aandeel

Aantal landbouwers met blijvend grasland in aangewezen ecologisch kwetsbare gebieden

Door die landbouwers gedeclareerd aantal met ecologisch kwetsbaar, blijvend grasland bedekte hectaren

Aantal hectaren aangewezen ecologisch kwetsbaar, blijvend grasland (totaal)

EAG

Aantal landbouwers voor wie EAG-vereisten gelden

Aantal hectaren bouwland, gedeclareerd door landbouwers voor wie EAG-vereisten gelden

Aantal door landbouwers als EAG gedeclareerde hectaren, opgesplitst naar type EAG

Gelijkwaardigheid

Aantal landbouwers die gelijkwaardige maatregelen toepassen (certificeringsregelingen of agro-milieu-klimaatmaatregelen)

Aantal hectaren gedeclareerd door landbouwers die gelijkwaardige maatregelen toepassen (certificeringsregelingen of agro-milieu-klimaatmaatregelen)

Betaling voor jonge landbouwers

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Regeling voor kleine landbouwers

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Vrijwillige gekoppelde steun

Aantal begunstigden van vrijwillige gekoppelde steun (opgesplitst naar sector)

Subsidiabele hoeveelheden (aantal hectaren/aantal dieren, opgesplitst naar sector)

Aantal hectaren

Aantal dieren

Betaling voor gebieden met natuurlijke beperkingen

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Nationale programma's voor de katoensector

Aantal landbouwers

Aantal hectaren

Marktmaatregelen

Openbare interventie

Volume

Looptijd

Particuliere opslag

Volume

Looptijd

Uitvoerrestituties

Volume van met uitvoerrestituties uitgevoerde producten

Buitengewone maatregel

[indien van toepassing]

Producentenorganisaties

Aandeel ( %) van de productie die wordt afgezet door producentenorganisaties en unies van producentenorganisaties

Schoolregelingen

Aantal eindbegunstigden van de schoolmelkregeling

Aantal eindbegunstigden van de schoolfruitregeling

Wijnsector

Aantal hectaren nieuw aangeplante wijnstokken

Aantal hectaren geherstructureerde wijngaarden

Aantal afzetbevorderingsprojecten in de wijnsector

Aantal projecten op het gebied van investerings- en innovatiemaatregelen

Horizontale aspecten

Randvoorwaarden

Aantal onder de randvoorwaarden vallende hectaren

Aandeel GLB-betalingen in het kader van de randvoorwaarden

Kwaliteitsbeleid

Geografische aanduidingen in de wijnsector

Aantal nieuwe beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten per sector

Biologische landbouw

Aantal hectaren (totaal en in omschakeling)

Aantal gecertificeerde geregistreerde biologische marktdeelnemers

Afzetbevorderingsbeleid

Aantal programma's (in de EU en in derde landen)

Aantal nieuwe indienende organisaties

Bedrijfsadviseringssysteem

Aantal landbouwers die advies hebben gekregen

Plattelandsontwikkeling

De outputindicatoren gespecificeerd in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014.

4.   Contextindicatoren als bedoeld in artikel 1, eerste alinea, onder d)

De indicatoren gespecificeerd in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014.


1.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 230/8


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 835/2014 VAN DE COMMISSIE

van 31 juli 2014

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Филе Елена (File Elena) (GTS)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 is de door Bulgarije ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Филе Елена” (File Elena) bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012, moet de benaming „Филе Елена” (File Elena) worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage bij deze verordening vermelde benaming wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 juli 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB C 70 van 8.3.2014, blz. 6.


BIJLAGE

In bijlage I bij het Verdrag genoemde landbouwproducten voor menselijke consumptie:

Categorie 1.2. Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.)

BULGARIJE

Филе Елена (File Elena) (GTS)


1.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 230/10


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 836/2014 VAN DE COMMISSIE

van 31 juli 2014

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 889/2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wat de biologische productie, de etikettering en de controle betreft

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (1), en met name artikel 22, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 42 van Verordening (EG) nr. 889/2008 van de Commissie (2) mogen niet-biologisch gehouden, voor de eierproductie bestemde jonge kippen die niet ouder zijn dan 18 weken, bij wijze van uitzondering tot en met 31 december 2014 op een biologische dierhouderijeenheid worden binnengebracht wanneer geen biologisch gehouden jonge kippen beschikbaar zijn en mits bepaalde voorwaarden in acht worden genomen.

(2)

De uiteenlopende standpunten over technische vereisten maken de ontwikkeling van geharmoniseerde productievoorschriften voor jong pluimvee op Unieniveau tot een complexe aangelegenheid. Aangezien meer tijd nodig is om uitvoeringsbepalingen voor de productie van biologisch gehouden jonge kippen vast te stellen, dient de periode van toepassing van de uitzonderingsbepaling voor het gebruik van niet-biologisch gehouden jonge kippen met drie jaar te worden verlengd.

(3)

Krachtens artikel 43 van Verordening (EG) nr. 889/2008 mag voor de kalenderjaren 2012, 2013 en 2014 bij uitzondering maximaal 5 % niet-biologisch eiwitvoer worden gevoederd aan varkens en pluimvee.

(4)

Op de Uniemarkt is onvoldoende biologisch eiwit van toereikende kwaliteit beschikbaar om te voldoen aan de nutritionele behoeften van op biologische landbouwbedrijven gehouden varkens en pluimvee. De productie van biologische eiwithoudende gewassen blijft nog steeds achter bij de vraag. Daarom dient het gedurende een begrensde periode mogelijk te blijven om bij wijze van uitzonderingsmaatregel een beperkte hoeveelheid niet-biologisch eiwitvoer te gebruiken.

(5)

Verordening (EG) nr. 889/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Regelgevend Comité voor biologische productie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Verordening (EG) nr. 889/2008

Verordening (EG) nr. 889/2008 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 42, onder b), wordt de datum „31 december 2014” vervangen door „31 december 2017”.

2)

Artikel 43, tweede alinea, wordt vervangen door:

„Het maximumpercentage niet-biologisch eiwitvoer dat per periode van twaalf maanden voor het voederen van deze diersoorten wordt toegestaan, bedraagt 5 % voor de kalenderjaren 2015, 2016 en 2017.”

.

Artikel 2

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2015.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 juli 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 189 van 20.7.2007, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 889/2008 van de Commissie van 5 september 2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wat de biologische productie, de etikettering en de controle betreft (PB L 250 van 18.9.2008, blz. 1).


1.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 230/12


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 837/2014 VAN DE COMMISSIE

van 31 juli 2014

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (ЛУКАНКА ПАНАГЮРСКА (LUKANKA PANAGYURSKA) (GTS))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 52, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder b), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 is de door Bulgarije ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „ЛУКАНКА ПАНАГЮРСКА” („LUKANKA PANAGYURSKA”) bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012, moet de benaming „ЛУКАНКА ПАНАГЮРСКА” („LUKANKA PANAGYURSKA”) worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De benaming „ЛУКАНКА ПАНАГЮРСКА” („LUKANKA PANAGYURSKA”) (GTS) wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

Met de in de eerste alinea vermelde benaming wordt een product aangeduid van categorie 1.2. Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.) als opgenomen in bijlage XI bij Uitvoeringsverordening (EG) nr. 668/2014 van de Commissie (3).

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 juli 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.

(2)  PB C 89 van 28.3.2014, blz. 57.

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 36).


1.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 230/13


UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 838/2014 VAN DE COMMISSIE

van 31 juli 2014

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),

Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 31 juli 2014.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Jerzy PLEWA

Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)  PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

TR

41,5

ZZ

41,5

0707 00 05

MK

65,0

TR

96,7

ZZ

80,9

0709 93 10

TR

97,2

ZZ

97,2

0805 50 10

AR

133,0

CL

172,6

MGB

99,6

UY

146,9

ZA

153,1

ZZ

141,0

0806 10 10

BR

155,1

CL

90,0

EG

176,8

MA

146,7

TR

164,3

ZZ

146,6

0808 10 80

AR

155,6

BR

104,4

CL

105,9

NZ

134,3

US

155,8

ZA

125,7

ZZ

130,3

0808 30 90

AR

59,5

CL

90,3

NZ

177,1

TR

191,6

ZA

92,9

ZZ

122,3

0809 29 00

CA

324,1

TR

394,7

US

408,0

ZZ

375,6

0809 30

MK

60,3

TR

140,2

ZZ

100,3

0809 40 05

BA

42,8

MK

126,8

TR

141,2

ZZ

103,6


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.