ISSN 1977-0758 doi:10.3000/19770758.L_2012.333.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
55e jaargang |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/1 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 3 december 2012
betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol nr. 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden
(2012/747/EU)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 189, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) („de EER-overeenkomst”) is op 1 januari 1994 in werking getreden. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan Protocol nr. 31 bij die overeenkomst bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd. |
(3) |
Protocol nr. 31 bij de EER-overeenkomst bevat specifieke bepalingen en regelingen betreffende de samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden. |
(4) |
Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (3) is bij Besluit nr. 139/2012 van het Gemengd Comité van de EER (4) in de EER-overeenkomst opgenomen. |
(5) |
Bij Besluit nr. 139/2012 van het Gemengd Comité van de EER werd de toepassing van Verordening (EU) nr. 911/2010 op IJsland geschorst totdat het Gemengd Comité van de EER een ander besluit treft. |
(6) |
Het is dienstig om de schorsing van de toepassing van Verordening (EU) nr. 911/2010 op IJsland met ingang van 1 januari 2013 te beëindigen. |
(7) |
Protocol nr. 31 bij de EER-overeenkomst moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(8) |
Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet gebaseerd zijn op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van Protocol nr. 31 bij de EER-overeenkomst is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 3 december 2012.
Voor de Raad
De voorzitter
N. SYLIKIOTIS
(1) PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.
(2) PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.
(3) PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1.
(4) PB L 309 van 8.11.2012, blz. 21.
ONTWERP
BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER Nr. …/2012
van
tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden
HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,
Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte („de EER-overeenkomst”), en met name de artikelen 86 en 98,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn initiële operationele diensten (2011-2013) (1) is bij Besluit nr. 139/2012 van het Gemengd Comité van de EER (2) in de EER-overeenkomst opgenomen. |
(2) |
De schorsing van de toepassing van Verordening (EU) nr. 911/2010 op IJsland dient te worden beëindigd. |
(3) |
Protocol 31 bij de Overeenkomst dient te worden gewijzigd om de beëindiging van de schorsing met ingang van 1 januari 2013 mogelijk te maken, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 1, lid 8 quater, van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt de aanpassing onder e) geschrapt.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (3).
Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2013.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te …,
Voor het Gemengd Comité van de EER
De voorzitter
De secretarissen van het Gemengd Comité van de EER
(1) PB L 276 van 20.10.2010, blz. 1.
(2) PB L 309 van 8.11.2012, blz. 21.
(3) [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]
VERORDENINGEN
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/3 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1144/2012 VAN DE COMMISSIE
van 28 november 2012
tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name artikel 9, lid 1, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om de uniforme toepassing te waarborgen van de gecombineerde nomenclatuur die als bijlage bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 is gevoegd, dienen bepalingen voor de indeling van de in de bijlage bij onderhavige verordening vermelde goederen te worden vastgesteld. |
(2) |
Bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 zijn de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur vastgesteld. Deze regels zijn ook van toepassing op iedere andere nomenclatuur die, geheel of gedeeltelijk of met toevoeging van onderverdelingen, de gecombineerde nomenclatuur overneemt en die bij specifieke EU-wetgeving is vastgesteld met het oog op de toepassing van tarief- of andere maatregelen in het kader van het goederenverkeer. |
(3) |
Volgens deze algemene regels dienen de in kolom 1 van de tabel in de bijlage omschreven goederen te worden ingedeeld onder de in kolom 2 vermelde GN-code om de in kolom 3 genoemde redenen. |
(4) |
Er moet worden bepaald dat de houder van een door de douane van een lidstaat afgegeven bindende tariefinlichting inzake de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur die in strijd is met deze verordening, deze inlichting nog drie maanden mag blijven gebruiken op grond van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2). |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in kolom 1 van de tabel in de bijlage omschreven goederen worden in de gecombineerde nomenclatuur ingedeeld onder de in kolom 2 van die tabel vermelde GN-code.
Artikel 2
Op grond van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 kan een door de douane van een lidstaat afgegeven bindende tariefinlichting die in strijd is met onderhavige verordening, nog voor een periode van drie maanden worden gebruikt.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 november 2012.
Voor de Commissie, namens de voorzitter,
Algirdas ŠEMETA
Lid van de Commissie
(1) PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1.
(2) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.
BIJLAGE
Omschrijving |
Indeling (GN-code) |
Motivering |
|||||||||
(1) |
(2) |
(3) |
|||||||||
Een product bestaande uit gemodificeerde gedehydreerde rietsuikermelasse, in poedervorm, met een lichtbruine kleur, bevattende (in gewichtspercenten):
Het product bevat geen zetmeel en heeft een polarisatiegraad van 83,4. Tijdens het productieproces worden plantenvezels en concentraten van rietsuikermelasse toegevoegd en wordt een gedehydreerde rietsuikermelasse verkregen. Het product is niet geschikt voor menselijke consumptie en wordt alleen voor het voederen van dieren gebruikt. |
2309 90 96 |
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 1 bij hoofdstuk 23, en de tekst van de GN-codes 2309, 2309 90 en 2309 90 96. Ondanks het hoge sacharosegehalte kan het product wegens de toevoeging van plantenvezels tijdens het productieproces niet als rietsuiker in de zin van post 1701 worden aangemerkt. Ten gevolge van de toegevoegde concentraten van rietsuikermelasse en het dehydratatieproces is het in het product aanwezige gehalte aan suiker hoger dan in traditionele rietsuikermelasse. Indeling onder post 1703 is daarom uitgesloten. Het product wordt gebruikt voor het voederen van dieren en heeft tijdens het productieproces de wezenlijke kenmerken van het oorspronkelijke materiaal verloren (zie aantekening 1 bij hoofdstuk 23). Het product moet daarom onder post 2309 worden ingedeeld als een bereiding van de soort gebruikt voor het voederen van dieren. |
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/5 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1145/2012 VAN DE COMMISSIE
van 28 november 2012
tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name artikel 9, lid 1, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Om de uniforme toepassing te waarborgen van de gecombineerde nomenclatuur die als bijlage bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 is gevoegd, dienen bepalingen voor de indeling van de in de bijlage bij onderhavige verordening vermelde goederen te worden vastgesteld. |
(2) |
Bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 zijn de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur vastgesteld. Deze regels zijn ook van toepassing op iedere andere nomenclatuur die, geheel of gedeeltelijk of met toevoeging van onderverdelingen, de gecombineerde nomenclatuur overneemt en die bij specifieke EU-wetgeving is vastgesteld met het oog op de toepassing van tarief- of andere maatregelen in het kader van het goederenverkeer. |
(3) |
Volgens deze algemene regels dienen de in kolom 1 van de tabel in de bijlage omschreven goederen te worden ingedeeld onder de in kolom 2 vermelde GN-code om de in kolom 3 genoemde redenen. |
(4) |
Er dient te worden bepaald dat een door de douane van een lidstaat afgegeven bindende tariefinlichting inzake de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur die in strijd is met deze verordening, door de houder van die inlichting nog drie maanden mag worden gebruikt op grond van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2). |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in kolom 1 van de tabel in de bijlage omschreven goederen worden in de gecombineerde nomenclatuur ingedeeld onder de in kolom 2 van die tabel vermelde GN-code.
Artikel 2
Op grond van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 kan een door de douane van een lidstaat afgegeven bindende tariefinlichting die in strijd is met onderhavige verordening, nog voor een periode van drie maanden worden gebruikt.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 28 november 2012.
Voor de Commissie, namens de voorzitter,
Algirdas ŠEMETA
Lid van de Commissie
(1) PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1.
(2) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.
BIJLAGE
Omschrijving |
Indeling (GN-code) |
Motivering |
(1) |
(2) |
(3) |
Gesteriliseerde doekjes van gebonden textielvlies, verpakt in een zak van kunststof voor de verkoop in het klein. De doekjes zijn onder meer geïmpregneerd met gedemineraliseerd water, een reinigingsmiddel en een middel voor het schoonmaken en verzorgen van de huid. Het product is alcoholvrij. Volgens de verstrekte informatie is het product bestemd om handen en gezicht schoon te maken. |
3401 11 00 |
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3 b) en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, en de tekst van de GN-codes 3401 en 3401 11 00. Omdat de doekjes geïmpregneerd zijn met reinigingsmiddelen dat het product zijn wezenlijke karakter verleent, is indeling onder de posten 3304 en 3307 uitgesloten. Het product moet daarom worden ingedeeld onder post 3401 als gebonden textielvlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergentia (zie ook de toelichting bij het geharmoniseerde systeem op post 3401, punt IV)). |
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/7 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1146/2012 VAN DE COMMISSIE
van 3 december 2012
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 474/2006 tot opstelling van de communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd in de Gemeenschap
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2005 betreffende de vaststelling van een communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod binnen de Gemeenschap is opgelegd en het informeren van reizigers over de identiteit van de exploiterende luchtvaartmaatschappij, en tot intrekking van artikel 9 van Richtlijn 2004/36/EG (1), en met name artikel 4 (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 474/2006 (3) van de Commissie van 22 maart 2006 is de in hoofdstuk II van Verordening (EG) nr. 2111/2005 bedoelde communautaire lijst opgesteld van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd in de Unie. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2111/2005 hebben een aantal lidstaten en het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (hierna „het EASA” genoemd) de Commissie in kennis gesteld van informatie die van belang is voor de actualisering van de communautaire lijst. Ook derde landen hebben relevante informatie meegedeeld. De communautaire lijst moet op basis daarvan worden geactualiseerd. |
(3) |
De Commissie heeft alle betrokken luchtvaartmaatschappijen rechtstreeks of, wanneer dit in de praktijk niet mogelijk was, via de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de naleving van de regelgeving door die maatschappijen, in kennis gesteld van de essentiële feiten en overwegingen die aan de basis liggen van haar beslissing om aan deze luchtvaartmaatschappijen een exploitatieverbod op te leggen in de Unie of om de voorwaarden te wijzigen van een exploitatieverbod voor een luchtvaartmaatschappij op de communautaire lijst. |
(4) |
De Commissie heeft de betrokken luchtvaartmaatschappijen de gelegenheid gegeven om door de lidstaten ingediende documenten te raadplegen, om schriftelijke opmerkingen in te dienen en om binnen tien werkdagen een mondelinge uiteenzetting te geven aan de Commissie en aan het bij Verordening (EEG) nr. 3922/1991 van de Raad van 16 december 1991 inzake de harmonisatie van technische voorschriften en administratieve procedures op het gebied van de burgerluchtvaart opgerichte Comité inzake veiligheid van de luchtvaart (4). |
(5) |
Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart heeft updates van de Commissie ontvangen over het gezamenlijk overleg dat in het kader van Verordening (EG) nr. 2111/2005 en uitvoeringsverordening (EG) nr. 473/2006 (5) aan de gang is met de bevoegde autoriteiten en luchtvaartmaatschappijen van de volgende staten: Algerije, Aruba, Bangladesh, Burkina Faso, Kameroen, Centraal-Afrikaanse Republiek, China, Comoren, Cuba, Curaçao, Egypte, Ethiopië, Georgië, Guinee-Bissau, Lesotho, Malawi, Mali, Nepal, Pakistan, de Russische Federatie, Sint-Maarten, Oekraïne, Jemen, Eritrea, Libië; Afghanistan, Angola, Benin, Congo-Brazzaville, Democratische Republiek Congo, Djibouti, Democratische Volksrepubliek Korea, Equatoriaal Guinea, Gabon, Ghana, Honduras, Indonesië, Iran, Jordanië, Kazachstan, Kirgizië, Liberia, Madagascar, Mauritanië, Mozambique, Filipijnen, Rwanda, Sao Tomé en Principe, Sierra Leone, Sudan, Suriname, Swaziland, Venezuela en Zambia. |
(6) |
Het EASA heeft aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart uiteenzettingen gegeven over de resultaten van de analyse van de auditverslagen die de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (hierna „de ICAO” genoemd) heeft uitgevoerd in het kader van haar uitgebreide Universal Safety Oversight Audit Programme (USOAP). De lidstaten werd verzocht prioriteit te geven aan platforminspecties van luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn in landen waarvoor de ICAO Significant Safety Concerns heeft vastgesteld of waarvoor het EASA heeft geconcludeerd dat het systeem voor toezicht op de veiligheid belangrijke tekortkomingen vertoont. Onverminderd het overleg van de Commissie in het kader van Verordening (EG) nr. 2111/2005 zal dit het mogelijk maken om verdere informatie te verkrijgen over de veiligheidsprestaties van de in die landen geregistreerde luchtvaartmaatschappijen. |
(7) |
Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart heeft geluisterd naar uiteenzettingen van het EASA over de resultaten van de platformanalyses in het kader van het „Safety Assessment of Foreign Aircraft”-programma (SAFA), overeenkomstig Verordening (EU) nr. 965/2012 van de Commissie van 5 oktober 2012 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures voor vluchtuitvoering, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (6). |
(8) |
Het EASA heeft aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart ook uiteenzettingen gegeven over de projecten voor technische bijstand die het heeft uitgevoerd in landen die onder Verordening (EG) nr. 2111/2005 vallen. Het Comité is in kennis gesteld van de verzoeken om verdere technische bijstand en samenwerking, teneinde de administratieve en technische capaciteiten van burgerluchtvaartautoriteiten te verbeteren, zodat gevallen van niet-naleving van toepasselijke internationale normen kunnen worden opgelost. De lidstaten werd verzocht om op bilaterale basis antwoord te geven op deze verzoeken, in overleg met de Commissie en het EASA. |
(9) |
Verordening (EG) nr. 474/2006 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(11) |
Sommige lidstaten hebben bepaalde handhavingsmaatregelen genomen op basis van een analyse van de resultaten van door het EASA uitgevoerde SAFA-platforminspecties van luchtvaartuigen van bepaalde EU-luchtvaartmaatschappijen en op basis van specifieke inspecties en audits die door nationale luchtvaartautoriteiten zijn uitgevoerd. Zij hebben de Commissie en het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart in kennis gesteld van deze maatregelen: Griekenland heeft meegedeeld dat het Air Operator Certificate (AOC) van Sky Wings is geschorst omdat op 7 oktober 2012 de goedkeuring van de organisatie voor het beheer van de permanente luchtwaardigheid van deze luchtvaartmaatschappij is geschorst; Luxemburg heeft meegedeeld dat het AOC van Strategic Airlines op 8 oktober 2012 is ingetrokken en dat deze luchtvaartmaatschappij niet meer bestaat. Spanje heeft meegedeeld dat de luchtvaartmaatschappij IMD Airways met succes correctieve maatregelen ten uitvoer heeft gelegd en onder verscherpt toezicht blijft staan; en Slovenië heeft meegedeeld dat het AOC van Linxair Business Airlines op 2 oktober 2012 is ingetrokken. |
(12) |
Gezien de resultaten van platforminspecties van luchtvaartuigen van de luchtvaartmaatschappij Air Algérie die in 2008 en 2009 in het kader van het SAFA-programma zijn uitgevoerd, heeft de Commissie in december 2009 formeel overleg gepleegd met de bevoegde autoriteiten van Algerije (de DACM), zoals in detail uiteengezet in Verordening (EU) nr. 590/2010 (7) en Verordening (EU) nr. 1071/2010 (8). Dit formeel overleg heeft ertoe geleid dat passende oplossingen zijn vastgesteld om de geïdentificeerde veiligheidstekortkomingen op korte termijn te verhelpen en dat de DACM en de luchtvaartmaatschappij Air Algérie een robuust correctief en preventief actieplan hebben ontwikkeld teneinde duurzame oplossingen te vinden. De veiligheidsprestaties van de luchtvaartmaatschappij Air Algérie zijn voorts gecontroleerd aan de hand van de resultaten van het SAFA-programma en de maandelijkse verslagen die de DACM naar de Commissie hebben gestuurd met betrekking tot de resultaten van hun toezicht op de luchtvaartmaatschappij en de voortgang bij de tenuitvoerlegging van het bovenvermelde correctieve en preventieve actieplan. |
(13) |
Aangezien de resultaten van de SAFA-inspecties sinds november 2010 gunstig zijn geëvolueerd, geen ernstige veiligheidstekortkomingen zijn vastgesteld en het correctieve en preventieve actieplan overeenkomstig de planning ten uitvoer is gelegd, heeft de Commissie in juli 2012 besloten het formeel overleg met de DACM uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2111/2005 te beëindigen |
(14) |
In februari 2012 heeft de bevoegde autoriteit van Aruba zich ertoe verbonden wijzigingen van het nationale rechtssysteem door te voeren en administratieve maatregelen te nemen tegen Comlux Aruba om te garanderen dat de operationele controle over deze luchtvaartmaatschappij tegen 1 augustus 2012 vanuit Aruba wordt uitgeoefend. |
(15) |
Om geactualiseerde informatie over deze kwestie te krijgen, hebben de Commissie, het EASA en bepaalde leden van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart op 15 oktober 2012 in Brussel overleg gepleegd met de bevoegde autoriteiten van Aruba. Deze autoriteiten hebben meegedeeld en aangetoond dat de wetgeving inzake de exploitatie van vluchten is gewijzigd teneinde de eis dat de hoofdvestiging zich in Aruba moet bevinden, te versterken. Deze autoriteiten hebben ook bevestigd dat zij zich ervan vergewist hebben dat de operationele controle over Comlux Aruba nv zich in Aruba bevindt. Wat dit betreft zijn wijzigingen doorgevoerd in de organisatie en aansprakelijkheden van deze luchtvaartmaatschappij. Het AOC is beperkt tot één luchtvaartuig van het type B767 en wordt telkens slechts met een jaar verlengd, voor zover uit de resultaten van het permanente toezicht blijkt dat de organisatorische wijzigingen effectief zijn. |
(16) |
De Commissie neemt nota van het feit dat de bevoegde autoriteiten van Aruba vooruitgang hebben geboekt en moedigt hen aan inspanningen te blijven leveren voor de totstandbrenging van een systeem voor toezicht op de burgerluchtvaart dat volledig in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen. |
(17) |
Alle in de Republiek Congo gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen zijn sinds november 2009 opgenomen in bijlage A. De Commissie en het EASA hebben op 12 oktober 2012 overleg gepleegd met de bevoegde autoriteiten van de Republiek Congo (de ANAC); tijdens dit overleg hebben de ANAC verslag uitgebracht over de vooruitgang die zij tot dusver hebben geboekt bij het oplossen van de veiligheidsproblemen die door de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (de ICAO) zijn geconstateerd tijdens de audit die in 2008 is uitgevoerd in het kader van het Universal Safety Oversight Audit Program (USOAP) van de ICAO. |
(18) |
De ANAC heeft bewijzen bij de Commissie ingediend waaruit blijkt dat het AOC van de luchtvaartmaatschappij Société Nouvelle Air Congo is verstreken en heeft bevestigd dat deze luchtvaartmaatschappij haar activiteiten heeft stopgezet. Op basis van de gemeenschappelijke criteria moet deze luchtvaartmaatschappij dan ook uit bijlage A worden geschrapt. |
(19) |
De ANAC heeft de Commissie informatie verstrekt waaruit blijkt dat een AOC is afgegeven aan de volgende luchtvaartmaatschappijen: Canadian Airways’ Congo, Eméraude, Equajet en Mistral Aviation. Aangezien de ANAC echter geen bewijzen hebben overgelegd waaruit blijkt dat het veiligheidstoezicht op deze luchtvaartmaatschappijen in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen in bijlage A moeten worden opgenomen. |
(20) |
De Commissie neemt nota van het feit dat de bevoegde autoriteiten van de Republiek Congo vooruitgang hebben geboekt en moedigt hen aan inspanningen te blijven leveren voor de totstandbrenging van een systeem voor toezicht op de burgerluchtvaart dat volledig in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen. |
(21) |
Alle in de Democratische Republiek Congo gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen zijn sinds maart 2006 opgenomen in bijlage A (9). De bevoegde autoriteiten van de Democratische Republiek Congo hebben het initiatief genomen om opnieuw actief overleg te plegen met de Commissie en het EASA en hebben aangegeven dat zij vast voornemens zijn een grondige beoordeling en volledige hervorming uit te voeren van de luchtvaartsector en de nationale autoriteit die bevoegd is voor regelgevend toezicht. |
(22) |
De bevoegde autoriteiten van de Democratische Republiek Congo hebben meegedeeld dat een AOC is afgegeven aan de volgende luchtvaartmaatschappijen: Air Fast Congo, Fly Congo, Katanga Express, Katanga Wings, Mango Airlines en Will Airlift. Aangezien de ANAC echter geen bewijzen hebben overgelegd waaruit blijkt dat het veiligheidstoezicht op deze luchtvaartmaatschappijen in overeenstemming met de internationale veiligheidsnormen wordt uitgevoerd, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen in bijlage A moeten worden opgenomen. |
(23) |
De bevoegde autoriteiten van de Democratische Republiek Congo hebben geen bewijzen ingediend waaruit blijkt dat de andere in bijlage A vermelde luchtvaartmaatschappijen hun activiteiten hebben stopgezet. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen in bijlage A moeten blijven. |
(24) |
De Commissie neemt nota van het feit dat de bevoegde autoriteiten van de Democratische Republiek Congo vooruitgang hebben geboekt en moedigt hen aan inspanningen te blijven leveren voor de totstandbrenging van een systeem voor toezicht op de burgerluchtvaart dat volledig in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen; de Commissie blijft zich ook inzetten om de constructieve gesprekken die recentelijk hervat zijn, verder te ontwikkelen. |
(25) |
De ICAO heeft in 2008 een audit van de Nederlandse Antillen uitgevoerd (10) en een aantal bevindingen gedaan met betrekking tot alle kritieke elementen van hun systeem voor toezicht op de veiligheid. De bevoegde autoriteiten van de Nederlandse Antillen beschikten met name over onvoldoende technisch personeel om hun veiligheidstoezichtsfuncties uit te oefenen op het gebied van personeelsvergunningen, exploitatie van luchtvaartuigen, luchtvaartnavigatiediensten en luchtvaartterreinen. |
(26) |
Ingevolge een beoordeling die de Federal Aviation Administration (FAA) van de Verenigde Staten in september 2011 heeft uitgevoerd in het kader van het IASA-programma zijn Curaçao en Sint-Maarten van categorie 1 in categorie 2 geplaatst omdat de FAA van mening was dat Curaçao de internationale veiligheidsnormen onvoldoende naleefde. |
(27) |
Platforminspecties die in de periode van mei 2011 tot mei 2012 zijn uitgevoerd in het kader van het SAFA-programma (11) hebben gemiddeld meer dan één belangrijke bevinding per inspectie opgeleverd. |
(28) |
Naar aanleiding daarvan heeft de Commissie overleg gepleegd met de bevoegde autoriteiten van Curaçao en Sint-Maarten en hen in juli 2012 schriftelijk gevraagd welke correctieve maatregelen genomen of gepland zijn. Dit overleg is nog aan de gang. |
(29) |
De bevoegde autoriteiten van zowel Curaçao als Sint-Maarten hebben de Commissie geantwoord en in detail uiteengezet welke correctieve acties in uitvoering en gepland zijn om de bevindingen van de ICAO en de FAA te verhelpen. |
(30) |
Nederland heeft het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart meegedeeld dat het zowel Curaçao als Sint-Maarten actief bijstaat in hun inspanningen om een systeem voor toezicht op de veiligheid tot stand te brengen dat beantwoordt aan de ICAO-normen. |
(31) |
De Commissie neemt nota van de acties van de bevoegde autoriteiten van Curaçao en Sint-Maarten en moedigt hen aan om hun inspanningen om de tekortkomingen in hun systeem voor toezicht op de luchtvaartveiligheid te verhelpen, vastberaden voort te zetten, zoniet zal de Commissie verplicht zijn maatregelen te nemen krachtens Verordening (EG) nr. 2111/2005. De lidstaten zullen via prioritaire platformcontroles in het kader van het SAFA-programma van nabij blijven controleren of de correctieve acties effectief zijn. |
(32) |
Sinds maart 2006 geldt een exploitatieverbod in de EU voor alle in Equatoriaal Guinea gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen; deze maatschappijen zijn dan ook opgenomen in bijlage A. De bevoegde autoriteiten van Equatoriaal Guinea (de DGAC) hebben de Commissie informatie verstrekt waaruit blijkt dat een AOC is afgegeven aan de luchtvaartmaatschappij Tango Airways. Aangezien er echter geen bewijzen zijn dat er wijzigingen hebben plaatsgevonden in de capaciteit van de DGAC om overeenkomstig de toepasselijke veiligheidsnormen toezicht te houden op de in hun land gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappij eveneens in bijlage A moet worden opgenomen. |
(33) |
Naar aanleiding van bevindingen die zijn gedaan tijdens de ICAO-audit van Eritrea in november 2010 heeft de ICAO drie belangrijke veiligheidsproblemen (Significant Safety Concerns, SSC) op het gebied van exploitatie, luchtwaardigheid en luchtvaartnavigatiediensten meegedeeld aan alle partijen bij het Verdrag van Chicago. Bovendien heeft de ICAO in haar definitief auditverslag vermeld dat 79,9 % van de internationale veiligheidsnormen niet effectief ten uitvoer wordt gelegd. |
(34) |
Naar aanleiding van deze resultaten heeft de Commissie formeel overleg gepleegd met de bevoegde autoriteiten van Eritrea (de ER-CAA) en gevraagd welke maatregelen de ER-CAA hebben genomen om de tijdens de ICAO-audit vastgestelde veiligheidstekortkomingen te verhelpen. |
(35) |
De ER-CAA hebben de Commissie schriftelijk meegedeeld dat twee Significant Safety Concerns, namelijk die met betrekking tot luchtwaardigheid en luchtvaartnavigatiediensten, zijn verholpen, maar dat het derde, met betrekking tot het certificeringsproces voor de afgifte van een Air Operator Certificate, pas kan worden opgelost als de ICAO een valideringsmissie heeft uitgevoerd. De door de ER-CAA ingediende documenten bevatten echter geen informatie over de correctieve maatregelen die zijn genomen om het openstaande Significant Safety Concern op te lossen, noch informatie over het operationele toezicht op de luchtvaartmaatschappijen uit Eritrea, die allebei toestemming van Eritrea hebben om naar de EU te vliegen. |
(36) |
De Commissie heeft de ER-CAA daarom herhaaldelijk uitgenodigd op een overlegvergadering, om verdere toelichting te krijgen bij het toezicht op houders van een AOC uit Eritrea. De ER-CAA hebben echter geweigerd deze vergaderingen bij te wonen. |
(37) |
De ER-CAA zijn ook uitgenodigd op het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart en hebben op 21 november 2012 een uiteenzetting gegeven. De ER-CAA hebben meegedeeld dat hun correctief actieplan door de ICAO was aanvaard en dat zij van mening waren dat het Significant Safety Concern was opgelost omdat zij hun primaire luchtvaartwetgeving hadden gewijzigd en een aantal burgerluchtvaartregels hadden uitgevaardigd. Het was niet duidelijk of de ER-CAA een valideringsmissie van de ICAO hadden gevraagd, hoewel ze steun ontvangen van het Regional Office Safety Team van de ICAO. Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart was echter van oordeel dat de ER-CAA niet afdoende hadden aangetoond dat zij uitgebreide maatregelen hadden genomen om alle aspecten van het Significant Safety Concern aan te pakken. De ER-CAA konden ook geen duidelijkheid verschaffen over de regelingen voor toezicht op luchtvaartuigen die zijn vermeld op AOC’s welke door Eritrea zijn afgegeven, inclusief luchtvaartuigen die op basis van een wetleaseovereenkomst zijn gehuurd van andere luchtvaartmaatschappijen; het gevolg daarvan is dat deze luchtvaartuigen vermeld zijn op verscheidene AOC’s, hetgeen niet in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen. |
(38) |
Alle luchtvaartmaatschappijen uit Eritrea zijn uitgenodigd op de vergadering van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart, maar alleen Eritrean Airlines heeft een uiteenzetting gegeven in de vergadering van dit comité van 21 november 2012. Deze luchtvaartmaatschappij heeft bevestigd dat zij twee luchtvaartuigen van het type A320 op basis van een wetleaseovereenkomst exploiteert voor vluchten naar Rome, maar kon het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart geen duidelijkheid verschaffen over het operationele toezicht op en de controle van haar activiteiten. |
(39) |
De Commissie en het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart erkennen dat inspanningen worden geleverd om de veiligheidstekortkomingen in het burgerluchtvaartsysteem van Eritrea te verhelpen. In afwachting van de effectieve tenuitvoerlegging van adequate correctieve maatregelen om de door de ICAO vastgestelde tekortkomingen, en met name het nog niet opgeloste Significant Safety Concern, te verhelpen, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat de bevoegde autoriteiten van Eritrea in dit stadium niet in staat zijn de relevante veiligheidsnormen toe te passen en te handhaven ten aanzien van de luchtvaartmaatschappijen die onder hun regelgevend toezicht staan. Derhalve moet een exploitatieverbod worden opgelegd aan alle luchtvaartmaatschappijen die in Eritrea zijn gecertificeerd en moeten deze luchtvaartmaatschappijen worden opgenomen in bijlage A. |
(40) |
Zodra het openstaande Significant Safety Concern is gesloten tot tevredenheid van de ICAO en de belangrijke bevindingen van de ICAO-audit afdoende zijn verholpen, is de Commissie bereid om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een bezoek ter plaatse te organiseren om de geboekte vooruitgang te beoordelen, en om een nieuw onderzoek van dit geval voor te bereiden voor de volgende vergadering van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(41) |
De bevoegde autoriteiten van Honduras hebben in juni 2012 gevraagd Rollins Air uit de lijst te schrappen omdat het AOC van deze luchtvaartmaatschappij is geschorst. Zij hebben op 21 november 2012 bewijzen ingediend dat het AOC van Rollins Air, dat voor zes maanden was geschorst, is verstreken en uiteindelijk is geschrapt op 24 september 2012. Op basis van de gemeenschappelijke criteria moet Rollins Air dan ook uit bijlage A worden geschrapt. |
(42) |
Het overleg met de bevoegde autoriteiten van Indonesië (de DGCA) gaat voort teneinde na te gaan of de DGCA vooruitgang boeken bij het garanderen van het veiligheidstoezicht op alle in Indonesië gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen, overeenkomstig de internationale veiligheidsnormen. |
(43) |
Op 18 oktober 2012 hebben de Commissie, het EASA en de DGCA een videoconferentie gehouden, tijdens dewelke de DGCA een stand van zaken hebben gegeven met betrekking tot bepaalde luchtvaartmaatschappijen die onder hun toezicht staan. Zij hebben meegedeeld dat vijf nieuwe luchtvaartmaatschappijen zijn gecertificeerd, namelijk Jayawijaya Dirantara op 16 april 2012, Pacific Royale Airways op 29 mei 2012, Citilink Indonesia op 22 juni 2012, Angkasa Super Services op 7 juni 2012 en Air Born Indonesia op 6 maart 2012. Aangezien de DGAC echter geen bewijzen hebben overgelegd waaruit blijkt dat het veiligheidstoezicht op deze luchtvaartmaatschappijen in overeenstemming is met de internationale veiligheidsnormen, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen in bijlage A moeten worden opgenomen. |
(44) |
Bovendien hebben de DGCA meegedeeld dat Sampoerna Air Nasantara zijn naam heeft gewijzigd in Pegasus Air Services en dat Nyaman Air zijn naam heeft gewijzigd in Heavy Lift; deze naamswijziging moet dus ook in bijlage A worden doorgevoerd. |
(45) |
De DGCA hebben ook meegedeeld en bevestigd dat het AOC van Dirgantara Air Service op 25 mei 2012 is ingetrokken. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappij moet worden geschrapt uit bijlage A. |
(46) |
De DGCA heeft ook verslag uitgebracht over de resultaten van een beoordelingsbezoek van de Federal Aviation Administration (FAA) van de VS aan Indonesië in september 2012. De FAA heeft vastgesteld dat het systeem voor toezicht op de luchtvaartveiligheid in de voorbije jaren is verbeterd, maar heeft ook een aantal opmerkingen gemaakt en aanbevelingen gedaan met betrekking tot de opleiding van inspecteurs, het toezicht op buitenlandse luchtvaartactiviteiten, de handhaving van het beleid en de procedures, met name wat het gebruik van boeten betreft, en de behoefte aan verbetering van sommige lokale faciliteiten. De DGCA hebben ermee ingestemd een kopie van het formele verslag van het beoordelingsbezoek over te leggen zodra het beschikbaar is. |
(47) |
De Commissie en het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart hebben vastgesteld dat de bevoegde autoriteiten van Indonesië tastbare vooruitgang hebben geboekt en moedigen deze autoriteiten aan om inspanningen te blijven leveren om een luchtvaartsysteem tot stand te brengen dat volledig beantwoordt aan de ICAO-normen. |
(48) |
Het overleg met de bevoegde autoriteiten van Kazachstan is actief voortgezet. De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben verscheidene keren informatie ingediend, op basis waarvan de Commissie, bijgestaan door het EASA, op 17 oktober 2012 een overlegvergadering heeft gehouden. De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben op 21 november 2012 ook een uiteenzetting gegeven aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(49) |
De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben meegedeeld dat zij vooruitgang boeken met de ambitieuze hervorming van de luchtvaartsector waarmee zij in 2009 zijn begonnen teneinde de luchtvaartveiligheid te verbeteren. De bevoegde autoriteiten hebben in juli 2010 een nieuw burgerluchtvaartwetboek vastgesteld, gevolgd door meer dan 100 specifieke luchtvaartregels; zij boeken dus vooruitgang met de tenuitvoerlegging van hun hervormingen. Ook op het vlak van capaciteitsopbouw hebben zij een stap in de goede richting gezet met de oprichting van een centrum voor de beoordeling van de vliegveiligheid en met de indienstname van extra gekwalificeerde inspecteurs, die in de komende maanden zal worden voortgezet. Zij boeken ook vooruitgang op het gebied van de hercertificering van luchtvaartuigen en exploitanten. |
(50) |
De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben meegedeeld dat zij handhavingsmaatregelen zijn blijven nemen. Krachtens het besluit van de minister van vervoer en communicatie van 3 juli 2011 inzake de vaststelling van vluchtuitvoeringsregels voor de burgerluchtvaart van de Republiek Kazachstan, mogen sinds 1 november 2012 in de Sovjet-Unie gebouwde luchtvaartuigen die niet in overeenstemming zijn met de ICAO-veiligheidsnormen niet meer worden gebruikt in het Kazachse luchtruim; de bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben dan ook de activiteiten van 7 luchtvaartuigen van het type Yak-40, 2 luchtvaartuigen van het type Antonov 12, 5 luchtvaartuigen van het type Antonov 24 en 1 luchtvaartuig van het type Tu-134 verboden (12). |
(51) |
De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben de Commissie ook meegedeeld dat 5 luchtvaartmaatschappijen hun activiteiten hebben stopgezet en hebben bewijzen ingediend waaruit blijkt dat het AOC van deze maatschappijen was verstreken en niet is verlengd; het betreft de volgende luchtvaartmaatschappijen: Asia Wings, Minas, Skybus, Skyjet en Sayakhat Airlines. Op basis van de gemeenschappelijke criteria moeten deze luchtvaartmaatschappijen dan ook uit bijlage A worden geschrapt. |
(52) |
De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben voorts ook aan de Commissie meegedeeld dat 4 luchtvaartmaatschappijen die aan commercieel luchtvervoer deden, deze activiteiten hebben stopgezet, hun vloot hebben ingeperkt en opnieuw gecertificeerd zijn voor luchtwerk; het betreft de volgende luchtvaartmaatschappijen: Aero Aircompany, AK Suncare Aircompany, Kazair West, Ust-Kamenogorsk Air division of EKA. Op basis van de gemeenschappelijke criteria moeten deze luchtvaartmaatschappijen dan ook uit bijlage A worden geschrapt. |
(53) |
De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben meegedeeld dat krachtens een besluit van de eerste minister geen nieuw AOC kan worden afgegeven tot de bevoegde autoriteiten in staat zijn zich volledig te kwijten van hun verantwoordelijkheden tegenover de ICAO. |
(54) |
Air Astana is op 21 november 2012 door het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart gehoord om updates te geven over haar vloot, die momenteel wordt vernieuwd, en heeft documenten dienaangaande ingediend. Air Astana heeft meegedeeld dat diverse luchtvaartuigen uitgefaseerd zijn en nieuwe luchtvaartuigen worden toegevoegd aan de bestaande vloot van B767’s, B757’s A320’s en Fokker 50’s, die al in bijlage B zijn opgenomen. Air Astana heeft verklaard dat de veiligheidsprestaties van haar vloot zijn verbeterd en bewijzen daarvoor ingediend. De bevoegde autoriteiten van Kazachstan hebben verklaard dat de activiteiten van de luchtvaartuigen die momenteel op het AOC zijn vermeld, onderworpen zijn aan een zekere mate van permanent toezicht. De bevoegde autoriteiten van Aruba hebben ook bewijzen ingediend waaruit blijkt dat de luchtwaardigheid van de in Aruba geregistreerde luchtvaartuigen die momenteel op het AOC van Air Astana zijn vermeld, onder permanent toezicht staat overeenkomstig internationale veiligheidsnormen en dat zij tevreden zijn over de aangetoonde luchtwaardigheid. De lidstaten en het EASA hebben bevestigd dat de platforminspecties op Europese luchthavens, in het kader van het SAFA-programma, geen specifieke punten van bezorgdheid aan het licht hebben gebracht. Overeenkomstig de gemeenschappelijke criteria moet bijlage B dan ook worden gewijzigd om binnen het huidige activiteitenniveau toestemming te verlenen voor de exploitatie van luchtvaartuigen van het type B767, B757, A320 en Fokker 50 die op het AOC van Air Astana zijn of zullen worden vermeld, voor zover deze luchtvaartuigen in Aruba zijn geregistreerd en het AOC en alle wijzigingen daarvan tijdig worden ingediend bij de Commissie en Eurocontrol. |
(55) |
De lidstaten zullen de effectieve naleving van de relevante veiligheidsnormen controleren door, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 965/2012, bij platforminspecties prioriteit te geven aan luchtvaartuigen van Air Astana. Als uit de resultaten van deze inspecties of uit andere relevante veiligheidsinformatie blijkt dat de internationale veiligheidsnormen niet worden nageleefd, zal de Commissie genoodzaakt zijn maatregelen te nemen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2111/2005. |
(56) |
De Commissie blijft steun verlenen voor de ambitieuze hervorming van het burgerluchtvaartsysteem door de autoriteiten van Kazachstan en verzoekt deze autoriteiten om hun inspanningen voor de totstandbrenging van een systeem voor toezicht op de burgerluchtvaart dat voldoet aan de internationale veiligheidsnormen vastberaden voort te zetten. Daartoe spoort zij deze autoriteiten aan om de tenuitvoerlegging van het met de ICAO overeengekomen correctieve actieplan voor te zetten en daarbij prioriteit te verlenen aan de twee openstaande Significant Safety Concerns en aan de hercertificering van alle exploitanten onder hun verantwoordelijkheid. Zodra die Significant Safety Concerns zijn gesloten tot tevredenheid van de ICAO, is de Commissie bereid om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een bezoek ter plaatse te organiseren om de geboekte vooruitgang te beoordelen en om een nieuw onderzoek van dit geval voor te bereiden voor de volgende vergadering van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(57) |
Sinds 2006 geldt een exploitatieverbod voor alle luchtvaartmaatschappijen uit Kirgizië. De Commissie heeft, bijgestaan door het EASA, op 5 oktober 2012 een overlegvergadering gehouden met de bevoegde autoriteiten van Kirgizië; tijdens deze vergadering hebben de autoriteiten aangegeven dat Kirgizië een nieuw wetgevingskader heeft vastgesteld en dat het een prioriteit van de regering is om het land te laten schrappen uit de veiligheidslijst. |
(58) |
De bevoegde autoriteiten van Kirgizië hebben informatie ingediend waaruit blijkt dat de volgende luchtvaartmaatschappijen hun naam hebben gewijzigd: Eastok Avia in Air Bishkek en Dames in State Aviation Enterprise under the Ministry of Emergency Situations (SAEMES). Bijlage A dient derhalve dienovereenkomstig te worden aangepast. |
(59) |
De bevoegde autoriteiten van Kirgizië hebben informatie ingediend waaruit blijkt dat een AOC is afgegeven aan de volgende luchtvaartmaatschappijen: Manas Airways, Supreme Aviation en Sky KG Airlines. Zij hebben echter niet aangetoond dat het veiligheidstoezicht op deze luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig de internationale veiligheidsnormen plaatsvindt. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen moeten worden opgenomen in bijlage A. |
(60) |
De bevoegde autoriteiten van Kirgizië hebben de Commissie bewijzen verstrekt van de intrekking van de volgende AOC’s: Trast Aero, Asian Air en Kyrgyzstan Airlines. Voorts hebben zij meegedeeld dat de AOC’s van Aerostan en Itek Air zijn verstreken en niet zijn vernieuwd. Op basis van de gemeenschappelijke criteria moeten deze luchtvaartmaatschappijen dan ook uit bijlage A worden geschrapt. |
(61) |
Voor zover de bevoegde autoriteiten van Kirgizië hiervoor toestemming verlenen, blijft de Commissie bereid om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een veiligheidsbeoordelingsbezoek aan Kirgizië te organiseren om ter plaatse na te gaan of de nieuwe regels worden toegepast en of voldoende toezicht wordt gehouden op bepaalde in Kirgizië gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen. |
(62) |
Het overleg met de bevoegde autoriteiten van Libië (de LCAA) gaat voort teneinde na te gaan of Libië vooruitgang boekt bij de hervorming van zijn systeem voor de veiligheid van de burgerluchtvaart. Met name wordt nagegaan of het veiligheidstoezicht op alle in Libië gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig de internationale veiligheidsnormen plaatsvindt. |
(63) |
De LCAA en vertegenwoordigers van Afriqiyah, Libyan Airlines en Buraq Air hebben op 15 oktober 2012 samengezeten met de Commissie, het EASA en bepaalde leden van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart om verslag uit te brengen over de vooruitgang. De LCAA hebben meegedeeld dat zij regelgevende maatregelen hebben genomen door het AOC van 16 van de 26 Libische luchtvaartmaatschappijen in te trekken (13). Zij hebben op korte termijn een beroep gedaan op consultants en op lange termijn op bijstand van de ICAO voor technische bijstand; zij zijn ook bezig met de indienstname van extra piloten en ingenieurs die als inspecteur kunnen optreden. |
(64) |
De LCAA hebben voorts ook meegedeeld dat zij begonnen zijn met de hercertificering van alle Libische luchtvaartmaatschappijen, te beginnen met Libyan Airlines en Afriqiyah, en dat ze verslag zullen uitbrengen over de vooruitgang en de auditverslagen zullen overleggen zodra deze beschikbaar zijn. Tegelijkertijd zullen zij een jaarlijks toezichtssysteem opstellen en toepassen om te garanderen dat hun luchtvaartmaatschappijen de ICAO-normen blijven naleven. |
(65) |
Op 21 november 2012 hebben de LCAA, Libyan Airlines en Afriqiyah een uiteenzetting gegeven aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. De LCAA hebben duidelijk verklaard dat onveilige activiteiten niet zullen worden toegestaan in Libië. Zij hebben de informatie bevestigd die tijdens de vergadering van 16 oktober is verstrekt, met name dat het onderzoeksverslag van het ongeval met de A330 van Afriqiyah vóór februari 2013 zal worden gepubliceerd, dat zij voornemens zijn de hercertificering van Libyan Airlines en Afriqiyah te voltooien tegen december 2012 en die van de overige luchtvaartmaatschappijen tegen december 2013. Zij hebben ook meegedeeld dat zij handhavingsmaatregelen zullen blijven nemen als dit noodzakelijk is om veiligheidsrisico’s in te perken, zoals zij gedaan hebben toen zij een A320 tijdelijk aan de grond hebben gehouden. |
(66) |
Libyan Airlines heeft meegedeeld dat zijn veiligheidsbeheersprocessen en de opleiding van zijn bemanningen zijn verbeterd. |
(67) |
Afriqiyah heeft het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart informatie verstrekt over zijn kwaliteitsborgingssysteem en over het gebruik van externe opleidingsorganisaties. De luchtvaartmaatschappij heeft ook verklaard dat, naar aanleiding van het ongeval met de A330, de vluchtschema’s zijn gewijzigd om het risico op vermoeidheid bij de piloten te voorkomen, dat een pilotenopleidingsprogramma met betrekking tot „go around”-procedures is uitgevoerd en dat een beroep is gedaan op externe deskundigheid om bijstand te verlenen bij het opstellen van veiligheidsprogramma’s. De luchtvaartmaatschappij heeft ook de wens uitgedrukt om te vliegen naar Spanje, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Italië, Duitsland en Oostenrijk zodra de LCAA de huidige beperkingen hebben opgeheven. |
(68) |
De Commissie en het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart vonden het solide plan van de LCAA om de veiligheidstekortkomingen in hun luchtvaartsysteem te verhelpen, de realistische termijnen en de tot dusver geboekte vooruitgang bemoedigend. Zij namen nota van het feit dat de LCAA de huidige beperkingen op de activiteiten van alle Libische luchtvaartmaatschappijen in de EU, Noorwegen, Zwitserland en IJsland zal blijven toepassen tot een volledige hercertificering in vijf fasen is uitgevoerd en alle significante bevindingen zijn gesloten; daarna zal, mits de Commissie hiermee instemt, aan individuele luchtvaartmaatschappijen toestemming worden gegeven om opnieuw commerciële vluchten uit te voeren naar de EU, Noorwegen, Zwitserland en IJsland. |
(69) |
Bovendien hebben de LCAA zich ertoe verbonden voor elke gehercertificeerde luchtvaartmaatschappij gedetailleerde informatie over het hercertificeringsproces aan de Commissie te verstrekken en samen te komen met de Commissie en de lidstaten om in detail de relevante audits, bevindingen, correctieve maatregelen en sluitingen van bevindingen te bespreken, alsook de bijzonderheden van de plannen voor het permanente toezicht, alvorens overeenstemming wordt bereikt over het versoepelen van de beperkingen. Als deze informatie de Commissie en de lidstaten er niet kan van overtuigen dat het hercertificeringsproces effectief voltooid is en dat op duurzame wijze permanent toezicht wordt gehouden overeenkomstig de ICAO-normen, is de Commissie genoodzaakt maatregelen te nemen om de luchtvaartmaatschappijen te verhinderen activiteiten uit te voeren in het luchtruim van de EU, Noorwegen, Zwitserland en IJsland. Indien verdere verduidelijkingen nodig zijn, kan de Commissie beslissen een bezoek ter plaatse te brengen alvorens de beperkingen te versoepelen. |
(70) |
Met betrekking tot luchtvaartmaatschappijen die daarop toestemming krijgen om activiteiten uit te voeren in de EU, zullen de lidstaten de effectieve naleving van de relevante veiligheidsnormen controleren door, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 965/2012, bij platforminspecties prioriteit te geven aan luchtvaartuigen van deze luchtvaartmaatschappijen. Als uit de resultaten van deze inspecties of uit andere relevante veiligheidsinformatie blijkt dat de internationale veiligheidsnormen niet worden nageleefd, zal de Commissie genoodzaakt zijn maatregelen te nemen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2111/2005. |
(71) |
Alle in Mauritanië gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen zijn sinds november 2010 opgenomen in bijlage A (14). De bevoegde autoriteiten van Mauritanië (de ANAC) hebben sindsdien actief overleg gepleegd met de Commissie om de Commissie op de hoogte te houden van de vooruitgang bij de hervorming van hun burgerluchtvaartregelgeving en hebben tal van documenten ingediend. Er zijn twee vergaderingen gehouden met de ANAC en Mauritania Airlines International, op 24 september en 10 oktober 2012. De ANAC en Mauritania Airlines International zijn op 21 november 2012 ook gehoord door het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(72) |
De ANAC hebben meegedeeld dat doortastende maatregelen zijn genomen om het systeem voor veiligheidstoezicht te hervormen en dat dit al tot een aantal verwezenlijkingen heeft geleid: de vaststelling van een nieuw burgerluchtvaartwetboek, de wijziging van de burgerluchtvaartwetgeving om deze in lijn te brengen met de bijlagen bij het Verdrag van Chicago, wijzigingen in het management, de structuur en het personeel van de ANAC en de vaststelling van een volledige reeks procedures voor de certificering van en het permanente toezicht op luchtvaartmaatschappijen. |
(73) |
De ANAC hebben meegedeeld dat zij effectieve handhavingsmaatregelen hebben genomen. De ANAC hebben met name bevestigd dat het AOC van Mauritania Airways op 15 december 2010 is verstreken en niet is vernieuwd omdat deze maatschappij haar activiteiten heeft stopgezet. De ANAC hebben ook meegedeeld dat de certificaten en afwijkingen van de luchtvaartmaatschappij Class Aviation in januari 2011 zijn ingetrokken. |
(74) |
In april en september 2012 heeft de ICAO twee coördinatie- en valideringsmissies (ICVM) uitgevoerd in Mauritanië om de geboekte vooruitgang te valideren. De eindverslagen van deze twee missies bevestigen dat grote vooruitgang is geboekt: de naleving van de internationale veiligheidsnormen is gemiddeld met 47 % verbeterd. De ICAO heeft op 1 oktober 2012 aan de Commissie bevestigd dat de ANAC buitengewone vooruitgang hebben gemaakt. Deze missies kwamen echter ook tot de conclusie dat de effectieve tenuitvoerlegging van al deze correctieve acties moet worden voortgezet, met name wat de toezichtsverplichtingen en het oplossen van vastgestelde veiligheidsproblemen betreft; volgens het verslag van de ICAO worden op deze gebieden immers respectievelijk 51 % en 58 % van de internationale veiligheidsnormen niet effectief ten uitvoer gelegd. De ANAC hebben aangegeven dat zij voornemens zijn hun acties vastberaden voort te zetten om de naleving van de ICAO-normen verder te verbeteren. |
(75) |
Tijdens het overleg met de ANAC heeft de Commissie specifiek de robuustheid van het veiligheidstoezicht op Mauritania Airlines International beoordeeld. Er zijn tekortkomingen vastgesteld bij de eerste certificering van Mauritania Airlines International: het AOC van deze maatschappij is op 8 mei 2011 afgegeven zonder dat was aangetoond dat de vastgestelde punten van niet-naleving, met name de RVSM-toestemmingen (reduced vertical separation minima), het gebrek aan toezicht op vluchtgegevens en het tekort aan grondpersoneel, effectief waren rechtgezet. De ANAC en Mauritania Airlines International hebben evenwel op 25 oktober 2012 meegedeeld en aangetoond dat alle tekortkomingen waren verholpen. De ANAC heeft ook verklaard en aangetoond dat de luchtvaartmaatschappij nu onder passend permanent toezicht staat, overeenkomstig de internationale veiligheidsnormen. |
(76) |
Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart is verheugd over de grote vooruitgang die de bevoegde autoriteiten van Mauritanië hebben geboekt bij het verhelpen van de door de ICAO vastgestelde tekortkomingen en het oplossen van de problemen die waren vastgesteld bij de eerste certificering van Mauritania Airlines International. Rekening houdende met de effectieve handhavingsmaatregelen die de ANAC hebben vastgesteld en ten uitvoer gelegd ten aanzien van de andere luchtvaartmaatschappijen, die niet meer bestaan, wordt op basis van de gemeenschappelijke criteria geoordeeld dat alle in Mauritanië gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen moeten worden geschrapt uit bijlage A. |
(77) |
De ANAC heeft verklaard en schriftelijk bevestigd dat Mauritania Airlines International niet voornemens is op korte termijn opnieuw vluchten naar de EU uit te voeren, behalve naar Las Palmas de Gran Canaria (Spanje), maar niet vóór februari 2013. |
(78) |
De bevoegde autoriteiten van Spanje hebben aangegeven dat zij technische bijstand hebben verleend aan de ANAC en hebben bevestigd dat zij niet gekant zijn tegen een herneming van de vluchten naar Las Palmas de Gran Canaria. |
(79) |
De lidstaten zullen de effectieve naleving van de relevante veiligheidsnormen controleren door, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 965/2012, bij platforminspecties prioriteit te geven aan luchtvaartuigen van luchtvaartmaatschappijen die in Mauritanië zijn geregistreerd. |
(80) |
De Commissie is voornemens om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een veiligheidsbeoordeling ter plaatse uit te voeren teneinde na te gaan of de maatregelen van de ANAC afdoende ten uitvoer zijn gelegd. |
(81) |
Als uit de resultaten van platforminspecties of uit andere relevante veiligheidsinformatie blijkt dat de internationale veiligheidsnormen niet worden nageleefd, zal de Commissie genoodzaakt zijn maatregelen te nemen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2111/2005. |
(82) |
Alle in de Filipijnen gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen zijn sinds 31 maart 2010 opgenomen in bijlage A (15). Sindsdien is het overleg met de bevoegde autoriteiten van de Filipijnen (de CAAP) voortgezet om updates te krijgen van de vooruitgang bij de hervorming van hun burgerluchtvaartregelgeving. Er zijn diverse documenten ingediend en op 18 november 2012 hebben de Commissie, bijgestaan door het EASA, en de CAAP een videoconferentie gehouden. |
(83) |
De CAAP hebben meegedeeld dat de ICAO een coördinatie- en valideringsmissie (ICVM) ter plaatse heeft uitgevoerd in oktober 2012 en hebben een overzicht van de voorlopige resultaten daarvan gegeven, waaruit een verbetering van de algehele naleving van de ICAO-normen met 7 % blijkt. Het Significant Safety Concern dat de ICAO aan alle partijen bij het Verdrag van Chicago heeft gegeven met betrekking tot het toezicht op de veiligheid van luchtvaartexploitanten is echter nog niet gesloten en de ICAO heeft ook nog gewezen op andere veiligheidsproblemen met het register van luchtvaartuigen. |
(84) |
De CAAP hebben bevestigd dat op 18 augustus 2012 een dodelijk ongeval heeft plaatsgevonden met een vlucht van AviaTour Fly’In, dat in maart 2012 ook al was betrokken bij een dodelijk ongeval (16). De CAAP hebben niet passend geantwoord op vragen om informatie van de Commissie en hebben met name geen informatie ingediend over de geldigheid van het AOC van deze luchtvaartmaatschappij dat, volgens eerder ingediende informatie, op 14 augustus 2012 zou verstrijken, noch over de resultaten van het lopende onderzoek naar beide ongevallen. |
(85) |
De Commissie heeft informatie ontvangen waaruit blijkt dat de luchtvaartmaatschappijen South West Air Corporation, Airgurus en Skyjet begonnen zijn met commercieel luchtvervoer, maar de CAAP hebben niet passend geantwoord op vragen om informatie van de Commissie en hebben met name nagelaten de AOC’s van deze luchtvaartmaatschappijen en de volledige activiteitenspecificaties in te dienen; de CAAP hebben ook niet aangetoond dat de certificering van en het permanente toezicht op deze luchtvaartmaatschappijen volledig in overeenstemming zijn met de internationale veiligheidsnormen. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat deze luchtvaartmaatschappijen moeten worden opgenomen in bijlage A. |
(86) |
De Commissie blijft steun verlenen voor de ambitieuze hervorming van het burgerluchtvaartsysteem door de bevoegde autoriteiten van de Filipijnen en verzoekt deze autoriteiten om hun inspanningen voor de totstandbrenging van een systeem voor toezicht op de burgerluchtvaart dat voldoet aan de internationale veiligheidsnormen vastberaden voort te zetten. Daartoe spoort zij deze autoriteiten aan om de tenuitvoerlegging van het met de FAA en de ICAO overeengekomen correctieve actieplan voor te zetten en daarbij prioriteit te verlenen aan de openstaande Significant Safety Concerns en aan de hercertificering van alle exploitanten onder hun verantwoordelijkheid en effectieve handhavingsmaatregelen te nemen in geval van veiligheidsproblemen of schendingen van de toepasselijke wetgeving. Zodra de FAA haar beoordeling van de naleving van de internationale veiligheidsnormen door de Filipijnen heeft gewijzigd en alle Significant Safety Concerns zijn gesloten tot tevredenheid van de ICAO, is de Commissie bereid om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een bezoek ter plaatse te organiseren om de geboekte vooruitgang te beoordelen en om een nieuw onderzoek van dit geval voor te bereiden voor de volgende vergadering van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. |
(87) |
Bijgestaan door het EASA heeft de Commissie tussen 30 september en 4 oktober 2012 een veiligheidsbeoordelingsbezoek gebracht aan het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië teneinde na te gaan of de maatregelen die de bevoegde burgerluchtvaartautoriteiten (de Civil Aviation Regulatory Commission - CARC) en de luchtvaartmaatschappij Jordan Aviation (PSC) hebben genomen om de in Verordening (EU) nr. 1197/2011 beschreven veiligheidsproblemen op te lossen, op bevredigende wijze ten uitvoer zijn gelegd. |
(88) |
Tijdens het bezoek heeft de CARC het beoordelingsteam bewijzen verstrekt van de effectiviteit van haar correctief en preventief actieplan dat na de oplegging van exploitatiebeperkingen aan de luchtvaartmaatschappij Jordan Aviation is opgesteld en ten uitvoer is gelegd. De CARC heeft ook aangetoond dat zij nu in staat is haar verplichtingen krachtens de ICAO-normen na te komen voor wat betreft het toezicht op exploitanten waaraan zij een AOC heeft afgegeven. Het beoordelingsteam heeft gerapporteerd dat de CARC geloofwaardige inspanningen heeft geleverd om haar correctief en preventief actieplan ten uitvoer te leggen, dat aanzienlijke verbeteringen hebben plaatsgevonden en dat de CARC zich open, constructief en coöperatief opstelt bij het aanpakken van de tekortkomingen die in het kader van haar procedures worden vastgesteld. Het beoordelingsteam heeft bevestiging gekregen dat de bestaande toezichtsprocedures kunnen garanderen dat de luchtvaartmaatschappijen tijdig effectieve correctieve maatregelen nemen wanneer veiligheidstekortkomingen worden vastgesteld, maar heeft ook vastgesteld dat bepaalde punten vatbaar zijn voor verbetering, met name wat betreft de procedure voor de goedkeuring van de minimumuitrustingslijst (Minimum Equipment List, MEL) en die voor de vergunning voor het vervoer van gevaarlijke goederen. |
(89) |
Sinds november 2011 staat de luchtvaartmaatschappij Jordan Aviation onder versterkt toezicht van de CARC via een intensieve focus op platforminspecties, en-route-inspecties, beoordelingen van de luchtwaardigheid van luchtvaartuigen en beoordelingen van de organisaties voor het permanente beheer van de luchtwaardigheid (Continuous Airworthiness Management Organisation). Tijdens een jaarlijkse audit is ook nagegaan of Jordan Aviation voldoet aan de burgerluchtvaartregelgeving van Jordanië. De resultaten van deze audit wezen op een aanzienlijke verbetering op het gebied van het beheer van de permanente luchtwaardigheid. Naar aanleiding van het verzoek van Jordan Aviation om een nieuw type luchtvaartuig (Airbus A330-200) aan haar vloot toe te voegen, heeft de CARC een beoordeling uitgevoerd van het vermogen van deze luchtvaartmaatschappij om een nieuw type luchtvaartuig in gebruik te nemen. De wijziging van het AOC is voltooid op 9 mei 2012 en de Airbus A330-200 is toegevoegd aan de exploitatiespecificaties bij het AOC van Jordan Aviation. |
(90) |
Tijdens het bezoek heeft het beoordelingsteam bewijzen ontvangen van de effectiviteit van het correctief en preventief actieplan dat door Jordan Aviation is opgesteld en ten uitvoer gelegd. De luchtvaartmaatschappij kon aantonen dat het systeem voor beheer van de permanente luchtwaardigheid nu volstaat om te garanderen dat haar luchtvaartuigen luchtwaardig blijven, maar het team heeft desondanks vastgesteld dat bepaalde punten vatbaar zijn voor verbetering, met name de procedures voor de exploitatie van een nieuwe route en de planning van de bemanningen. |
(91) |
Naar aanleiding van het verzoek van de CARC en Jordan Aviation om de exploitatiebeperkingen die bij Verordening (EU) nr. 1197/2011 zijn opgelegd opnieuw te bekijken, en aangezien de voorwaarden daarvoor waren vervuld, zijn de CARC en Jordan Aviation uitgenodigd om een uiteenzetting te geven aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart. Dit is gebeurd op 21 november 2012. Tijdens de vergadering hebben de CARC en Jordan Aviation ook nadere toelichting gegeven bij het correctieve actieplan dat is opgesteld om tegemoet te komen aan de vaststellingen die tijdens het bezoek ter plaatse zijn gedaan. |
(92) |
Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart toonde zich verheugd over de vooruitgang die de CARC en Jordan Aviation hebben geboekt bij de tenuitvoerlegging van de internationale veiligheidsnormen en was van mening dat het niet nodig was verdere beperkingen op te leggen aan deze luchtvaartmaatschappij. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat Jordan Aviation moet worden geschrapt uit bijlage B. |
(93) |
De lidstaten zullen de effectieve naleving van de relevante veiligheidsnormen controleren door, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 965/2012, bij platforminspecties prioriteit te geven aan luchtvaartuigen van deze luchtvaartmaatschappij. |
(94) |
Er zijn exploitatiebeperkingen opgelegd aan de luchtvaartmaatschappij Air Madagascar; deze maatschappij is opgenomen in bijlage B bij Verordening (EU) nr. 390/2011. Sindsdien is overleg gevoerd met de bevoegde autoriteiten van de Madagascar (de ACM) en met Air Madagascar om updates te krijgen van de vooruitgang bij de hervorming van hun burgerluchtvaartregelgeving. |
(95) |
De ICAO heeft een coördinatie- en valideringsmissie (ICVM) uitgevoerd van 21 tot 25 mei 2012, waarbij enige vooruitgang werd vastgesteld aangezien het percentage ICAO-normen die niet effectief ten uitvoer worden gelegd nu 44,4 % bedraagt, tegenover 70,7 % voorheen. Deze missie kwam echter ook tot de conclusie dat de effectieve tenuitvoerlegging van al deze correctieve acties moet worden voortgezet, met name wat de bepalingen inzake opleiding en kwalificatie van technisch personeel betreft, de toezichtsverplichtingen en het oplossen van veiligheidsproblemen; op deze gebieden worden respectievelijk 67 %, 58 % en 86 % van de ICAO-normen niet effectief ten uitvoer gelegd. |
(96) |
De ACM en de luchtvaartmaatschappij Air Madagascar hebben gevraagd te worden gehoord door het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart; dit is op 20 november 2012 gebeurd. Zij hebben toelichting gegeven bij de vooruitgang die geboekt is met de tenuitvoerlegging van hun respectieve actieplannen. De ACM hebben ook meegedeeld dat zij een tweejarig contract hebben gesloten om externe technische bijstand ter ondersteuning van hun veiligheidstoezicht te krijgen. Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart heeft nota genomen van de meegedeelde vooruitgang en was verheugd over de inspanningen die de ACM hebben geleverd om hun capaciteit tot naleving van de ICAO-eisen te verbeteren. |
(97) |
Het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart spoort de ACM aan om inspanningen te blijven leveren om alle gevallen van niet-naleving welke zijn vastgesteld tijdens de door de ICAO ICVM-audit op te lossen, met name wat het toezicht op de in Madagascar gecertificeerde luchtvaartmaatschappijen betreft. De Commissie is bereid om, met de steun van het EASA en de lidstaten, een beoordeling ter plaatse uit te voeren van zodra de tenuitvoerlegging van de actieplannen van de ACM en Air Madagascar voldoende gevorderd is. |
(98) |
Bijgestaan door het EASA en bepaalde lidstaten heeft de Commissie tussen 4 en 8 juni 2012 een veiligheidsbeoordelingsbezoek gebracht aan de Russische Federatie teneinde na te gaan of de maatregelen die de bevoegde burgerluchtvaartautoriteiten van de Russische Federatie (de FATA) en de in de Russische Federatie gecertificeerde luchtvaartmaatschappij VIM AVIA hebben genomen om de in Verordeningen (EU) nrs. 1197/2011 (17) en 295/2012 (18) beschreven veiligheidsproblemen op te lossen, op bevredigende wijze ten uitvoer zijn gelegd. Deze veiligheidsbeoordeling omvatte bezoeken aan het hoofdkantoor van de FATA en dat van VIM AVIA, aan de onderhoudsfaciliteiten van de luchtvaartmaatschappij op de luchthaven Domodedovo en een platforminspectie van een luchtvaartuig uit de vloot van deze maatschappij. Uit de resultaten van deze beoordeling bleek dat VIM AVIA in het algemeen vooruitgang heeft geboekt met de totstandbrenging van een veiligheidsbeheersysteem. Wat de correctieve actieplannen van VIM AVIA betreft, is echter gebleken dat drie van de twaalf correctieve acties niet effectief ten uitvoer zijn gelegd. VIM AVIA werd verzocht haar actieplan opnieuw te bekijken en volledig ten uitvoer te leggen alvorens opnieuw vluchten naar de EU uit te voeren. |
(99) |
Op 20 juni 2012 hebben de FATA de Commissie ervan in kennis gesteld dat de luchtvaartmaatschappij in kwestie met ingang van die datum toestemming heeft gekregen om opnieuw van en naar de EU te vliegen omdat de maatschappij met succes aanvullende correctieve acties op de drie betrokken gebieden had uitgevoerd. |
(100) |
Na deze aanvullende acties te hebben onderzocht, heeft de Commissie haar twijfel uitgedrukt over het feit of de maatschappij deze acties op dusdanig korte tijd effectief heeft kunnen voltooien. De aandacht van de Russische autoriteiten werd ook gevestigd op de ontoereikende resultaten van een platforminspectie van een luchtvaartuig van VIM AVIA die op 26 juni 2012 in Spanje is uitgevoerd (19), en die wezen op tekortkomingen op het gebied van permanente luchtwaardigheid en onderhoud. De Russische bevoegde autoriteiten werd ook verzocht om informatie te verstrekken over een ernstig incident met VIM AVIA op 24 juni 2012. |
(101) |
Gezien het voorgaande hebben de Commissie, het EASA en bepaalde leden van het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart op 19 oktober 2012 een vergadering gehouden met de Russische bevoegde autoriteiten en VIM AVIA. VIM AVIA heeft meegedeeld dat correctieve maatregelen zijn genomen en dat alle openstaande punten in het eindverslag van de in juni 2012 uitgevoerde veiligheidsbeoordelingsmissie in Rusland zijn gesloten; na de vergadering heeft VIM AVIA bewijzen ingediend van de sluiting van deze punten. De FATA hebben meegedeeld dat twee onderzoeken zijn geopend naar aanleiding van een ernstig incident met VIM AVIA Op 24 juni 2012 en hebben een samenvatting van hun conclusies ingediend. |
(102) |
Spanje heeft bevestigd aan het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart dat alle bevindingen van de platforminspecties van VIM AVIA die daarna in Spanje hebben plaatsgevonden, zijn gesloten. Spanje heeft ook meegedeeld dat in Madrid een vergadering is gehouden met vertegenwoordigers van VIM AVIA en heeft gewezen op de bereidwillige houding van de luchtvaartmaatschappij. |
(103) |
De lidstaten zullen de effectieve naleving van de relevante veiligheidsnormen controleren door bij platforminspecties prioriteit te geven aan luchtvaartuigen van deze luchtvaartmaatschappij. Als de resultaten van die platforminspecties een herhaling van de veiligheidsproblemen met de activiteiten van VIM AVIA aan het licht brengen, zal de Commissie verplicht zijn actie te ondernemen in het kader van Verordening (EG) nr. 2111/2005. |
(104) |
Op 9 mei 2012 hebben de bevoegde autoriteiten van Rwanda schriftelijk contact opgenomen met de Commissie en bewijzen ingediend van de intrekking van het AOC van Silverback Cargo Freighters op 30 oktober 2009. Op basis van de gemeenschappelijke criteria wordt derhalve geoordeeld dat Silverback Cargo Freighters moet worden geschrapt uit bijlage A. |
(105) |
De Commissie en het Comité inzake veiligheid van de luchtvaart merken echter op dat het Significant Safety Concern dat na de USOAP-audit van de ICAO in 2007 is uitgebracht en door de ICAO aan alle staten bij het Verdrag van Chicago is meegedeeld, nog niet is opgeheven. De Commissie spoort de bevoegde autoriteiten van Rwanda dan ook aan om inspanningen te blijven leveren om de veiligheidsproblemen op te lossen, en zal van nabij toezicht blijven houden op de veiligheid van de luchtvaart in Rwanda teneinde te garanderen dat alle resterende veiligheidsproblemen effectief worden opgelost, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 474/2006 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Bijlage A wordt vervangen door bijlage A bij deze verordening. |
2. |
Bijlage B wordt vervangen door bijlage B bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 3 december 2012.
Voor de Commissie, namens de voorzitter,
Joaquín ALMUNIA
Vicevoorzitter
(1) PB L 344 van 27.12.2005, blz. 15.
(2) PB L 143 van 30.4.2004, blz. 76.
(3) PB L 84 van 23.3.2006, blz. 14.
(4) PB L 373 van 31.12.1991, blz. 4.
(5) PB L 84 van 23.3.2006, blz. 8.
(6) PB L 296 van 25.10.2012, blz. 1.
(7) PB L 170 van 6.7.2010, blz. 9.
(8) PB L 306 van 23.11.2010, blz. 44.
(9) Overwegingen (60) tot en met (64) van Verordening (EG) nr. 474/2006 van 22 maart 2006, PB L 84 van 23.3.2006, blz. 18.
(10) In oktober 2010 zijn de Nederlandse Antillen (die deel uitmaakten van het Koninkrijk der Nederlanden) opgeheven en zijn twee nieuwe landen opgericht: Curaçao en Sint Maarten. Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat nu uit vier landen: Nederland (in Europa), Aruba, Curaçao en Sint-Maarten. Curaçao en Sint-Maarten zijn de juridische opvolgers van de Nederlandse Antillen en delen daarom hetzelfde register van luchtvaartuigen (PJ). Sinds oktober 2010 moeten beide landen hun systeem voor toezicht op de veiligheid van de luchtvaart zelf organiseren; elk land heeft zijn eigen bevoegde autoriteiten opgericht. Gezien de onderlinge verwevenheid van beide landen worden de gevallen parallel beoordeeld.
(11) CAA-NL-2012-30, CAA-NL-2012-154, CAA-NL-2012-155, CAA-NL-2012-156, CAA-NL-2012-161, CAA-NL-2012-162; DGAC/F-2011-1628, DGAC/F-2011-1640, DGAC/F-2011-2007, DGAC/F-2011-2329, DGAC/F-2012-230, DGAC/F-2012-231, DGAC/F-2012-603, DGAC/F-2012-693.
(12) 7 luchtvaartuigen van het type Yak-40; 2 luchtvaartuigen van het type Antonov 12; 5 luchtvaartuigen van het type Antonov 24; 1 luchtvaartuig van het type Tu-134.
(13) International Company, Tobruk Air Transport, Awsaj Aviation Service, Kalat Aleker Air Company, Alajniha Air Transport, Nayzak Air Transport, Qurina Air Services, Libyan Air Cargo, Air One Nine, Gulf Pearal Airlines, Horizon Airline, North African Air Transport, Madina Air, Assanad Aviation, Benina Air, Awas Aviation.
(14) Overwegingen (43) tot en met (51) van Verordening (EU) nr. 1071/2010 van 22 november 2010, PB L 306 van 23.11.2010, blz. 49.
(15) Overwegingen (74) tot en met (87) van Verordening (EU) nr. 273/2010 van 30 maart 2010, PB L 84 van 31.3.2010, blz. 32.
(16) Overweging (43) van Verordening (EU) nr. 295/2012 van 3 april 2012, PB L 98 van 4.4.2012, blz. 17.
(17) PB L 303 van 22.11.2011, blz. 14.
(18) PB L 98 van 4.4.2012, blz. 13.
(19) Nr. AESA-E-2012-392.
BIJLAGE
BIJLAGE A
LIJST VAN LUCHTVAARTMAATSCHAPPIJEN WAARAAN EEN VOLLEDIG EXPLOITATIEVERBOD IS OPGELEGD IN DE EU (1)
Naam van de juridische entiteit van de luchtvaartmaatschappij, zoals vermeld op het AOC (en handelsnaam, indien verschillend) |
Nummer van het Air Operator Certificate (AOC) of van de exploitatievergunning |
ICAO-identificatienummer van de luchtvaartmaatschappij |
Land van de luchtvaartmaatschappij |
BLUE WING AIRLINES |
SRBWA-01/2002 |
BWI |
Suriname |
CONSORCIO VENEZOLANO DE INDUSTRIAS AERONAUTICAS Y SERVICIOS AEREOS, SA „CONVIASA” |
VCV-DB-10 |
VCV |
Bolivariaanse Republiek Venezuela |
MERIDIAN AIRWAYS LTD |
AOC 023 |
MAG |
Republiek Ghana |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Afghanistan welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Islamitische Republiek Afghanistan |
ARIANA AFGHAN AIRLINES |
AOC 009 |
AFG |
Islamitische Republiek Afghanistan |
KAM AIR |
AOC 001 |
KMF |
Islamitische Republiek Afghanistan |
PAMIR AIRLINES |
Onbekend |
PIR |
Islamitische Republiek Afghanistan |
SAFI AIRWAYS |
AOC 181 |
SFW |
Islamitische Republiek Afghanistan |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Angola welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, met uitzondering van TAAG Angola Airlines |
|
|
Republiek Angola |
AEROJET |
AO 008-01/11 |
Onbekend |
Republiek Angola |
AIR26 |
AO 003-01/11-DCD |
DCD |
Republiek Angola |
Air Gicango |
009 |
Onbekend |
Republiek Angola |
AIR JET |
AO 006-01/11-MBC |
MBC |
Republiek Angola |
AIR NAVE |
017 |
Onbekend |
Republiek Angola |
ANGOLA AIR SERVICES |
006 |
Onbekend |
Republiek Angola |
Diexim |
007 |
Onbekend |
Republiek Angola |
FLY540 |
AO 004-01 FLYA |
Onbekend |
Republiek Angola |
GIRA GLOBO |
008 |
GGL |
Republiek Angola |
HELIANG |
010 |
Onbekend |
Republiek Angola |
HELIMALONGO |
AO 005-01/11 |
Onbekend |
Republiek Angola |
MAVEWA |
016 |
Onbekend |
Republiek Angola |
SONAIR |
AO 002-01/10-SOR |
SOR |
Republiek Angola |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Benin welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek Benin |
AERO BENIN |
PEA Nr. 014/MDCTTTATP-PR/ANAC/DEA/SCS |
AEB |
Republiek Benin |
AFRICA AIRWAYS |
Onbekend |
AFF |
Republiek Benin |
ALAFIA JET |
PEA Nr. 014/ANAC/MDCTTTATP-PR/DEA/SCS |
N/A |
Republiek Benin |
BENIN GOLF AIR |
PEA Nr. 012/MDCTTP-PR/ANAC/DEA/SCS. |
BGL |
Republiek Benin |
BENIN LITTORAL AIRWAYS |
PEA Nr. 013/MDCTTTATP-PR/ANAC/DEA/SCS. |
LTL |
Republiek Benin |
COTAIR |
PEA Nr. 015/MDCTTTATP-PR/ANAC/DEA/SCS. |
COB |
Republiek Benin |
ROYAL AIR |
PEA Nr. 11/ANAC/MDCTTP-PR/DEA/SCS |
BNR |
Republiek Benin |
TRANS AIR BENIN |
PEA Nr. 016/MDCTTTATP-PR/ANAC/DEA/SCS |
TNB |
Republiek Benin |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Republiek Congo welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek Congo |
AERO SERVICE |
RAC06-002 |
RSR |
Republiek Congo |
CANADIAN AIRWAYS CONGO |
RAC06-012 |
Onbekend |
Republiek Congo |
EMÉRAUDE |
RAC06-008 |
Onbekend |
Republiek Congo |
EQUAFLIGHT SERVICES |
RAC 06-003 |
EKA |
Republiek Congo |
EQUAJET |
RAC06-007 |
Onbekend |
Republiek Congo |
EQUATORIAL CONGO AIRLINES S.A. |
RAC 06-014 |
Onbekend |
Republiek Congo |
MISTRAL AVIATION |
RAC06-011 |
Onbekend |
Republiek Congo |
TRANS AIR CONGO |
RAC 06-001 |
Onbekend |
Republiek Congo |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Democratische Republiek Congo (RDC) welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Democratische Republiek Congo (RDC) |
AFRICAN AIR SERVICE COMMUTER |
104/CAB/MIN/TVC/2012 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
AIR FAST CONGO |
409/CAB/MIN/TVC/0039/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
AIR KASAI |
409/CAB/MIN/TVC/0053/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
AIR KATANGA |
409/CAB/MIN/TVC/0056/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
AIR TROPIQUES |
409/CAB/MIN/TVC/00625/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
BLUE AIRLINES |
106/CAB/MIN/TVC/2012 |
BUL |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
BRAVO AIR CONGO |
409/CAB/MIN/TC/0090/2006 |
BRV |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
BUSINESS AVIATION |
409/CAB/MIN/TVC/048/09 |
ABB |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
BUSY BEE CONGO |
409/CAB/MIN/TVC/0064/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
CETRACA AVIATION SERVICE |
105/CAB/MIN/TVC/2012 |
CER |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
CHC STELLAVIA |
409/CAB/MIN/TC/0050/2006 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
CONGO EXPRESS |
409/CAB/MIN/TVC/083/2009 |
EXY |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
COMPAGNIE AFRICAINE D’AVIATION (CAA) |
409/CAB/MIN/TVC/0050/2010 |
CAA |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
DOREN AIR CONGO |
102/CAB/MIN/TVC/2012 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
ENTREPRISE WORLD AIRWAYS (EWA) |
409/CAB/MIN/TVC/003/08 |
EWS |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
FilaIR |
409/CAB/MIN/TVC/037/08 |
FIL |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
FLY CONGO |
409/CAB/MIN/TVC/0126/2012 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
GALAXY KAVATSI |
409/CAB/MIN/TVC/027/08 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
GILEMBE AIR SOUTENANCE (GISAIR) |
409/CAB/MIN/TVC/053/09 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
GOMA EXPRESS |
409/CAB/MIN/TC/0051/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
GOMAIR |
409/CAB/MIN/TVC/011/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
HEWA BORA AIRWAYS (HBA) |
409/CAB/MIN/TVC/038/08 |
ALX |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
International Trans Air Business (ITAB) |
409/CAB/MIN/TVC/0065/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
JET CONGO AIRWAYS |
Onbekend |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
KATANGA EXPRESS |
409/CAB/MIN/TVC/0083/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
KATANGA WINGS |
409/CAB/MIN/TVC/0092/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
KIN AVIA |
409/CAB/MIN/TVC/0059/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
KORONGO AIRLINES |
409/CAB/MIN/TVC/001/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
Lignes Aériennes Congolaises (LAC) |
Ministerial signature (ordonnance nr. 78/205) |
LCG |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
MALU AVIATION |
098/CAB/MIN/TVC/2012 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
MANGO AIRLINES |
409/CAB/MIN/TVC/009/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
MANGO AVIATION |
409/CAB/MIN/TVC/034/08 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
Safe AIR COMPANY |
409/CAB/MIN/TVC/025/08 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
SERVICES AIR |
103/CAB/MIN/TVC/2012 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
STELLAR AIRWAYS |
AAC/DG/DTA/TM/787/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
SWALA AVIATION |
409/CAB/MIN/TVC/0084/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
TMK AIR COMMUTER |
409/CAB/MIN/TVC/044/09 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
TRACEP CONGO/TRACEP CONGO AVIATION |
409/CAB/MIN/TVC/0085/2010 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
TRANS AIR CARGO SERVICES |
409/CAB/MIN/TVC/073/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
WILL AIRLIFT |
409/CAB/MIN/TVC/0247/2011 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
WIMBI DIRA AIRWAYS |
409/CAB/MIN/TVC/039/08 |
WDA |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
ZAABU INTERNATIONAL |
409/CAB/MIN/TVC/049/09 |
Onbekend |
Democratische Republiek Congo (RDC) |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Djibouti welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Djibouti |
DAALLO AIRLINES |
Onbekend |
DAO |
Djibouti |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Equatoriaal Guinea welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Equatoriaal Guinea |
Cronos AIRLINES |
2011/0004/MTTCT/DGAC/SOPS |
Onbekend |
Equatoriaal Guinea |
CEIBA INTERCONTINENTAL |
2011/0001/MTTCT/DGAC/SOPS |
CEL |
Equatoriaal Guinea |
Punto Azul |
2012/0006/MTTCT/DGAC/SOPS |
Onbekend |
Equatoriaal Guinea |
TANGO AIRWAYS |
Onbekend |
Onbekend |
Equatoriaal Guinea |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Eritrea welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Eritrea |
ERITREAN AIRLINES |
AOC nr. 004 |
ERT |
Eritrea |
NASAIR ERITREA |
AOC nr. 005 |
NAS |
Eritrea |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Indonesië welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, met uitzondering van Garuda Indonesia, Airfast Indonesia, Mandala Airlines, EkspresTransportasiAntarbenua, Indonesia Air Asia en Metro Batavia |
|
|
Republiek Indonesië |
AIR BORN INDONESIA |
135-055 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
AIR PACIFIC UTAMA |
135-020 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
ALFA TRANS DIRGANTATA |
135-012 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
ANGKASA SUPER SERVICES |
135-050 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
ASCO NUSA AIR |
135-022 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
ASI PUDJIASTUTI |
135-028 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
AVIASTAR MANDIRI |
135-029 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
CITILINK INDONESIA |
121-046 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
DABI AIR NUSANTARA |
135-030 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
DERAYA AIR TAXI |
135-013 |
DRY |
Republiek Indonesië |
DERAZONA AIR SERVICE |
135-010 |
DRZ |
Republiek Indonesië |
DIRGANTARA AIR SERVICE |
135-014 |
DIR |
Republiek Indonesië |
EASTINDO |
135-038 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
Enggang Air Service |
135-045' |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
Ersa Eastern Aviation |
135-047 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
GATARI AIR SERVICE |
135-018 |
GHS |
Republiek Indonesië |
HEAVY LIFT |
135-042 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
INDONESIA AIR TRANSPORT |
121-034 |
IDA |
Republiek Indonesië |
INTAN ANGKASA AIR SERVICE |
135-019 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
JAYAWIJAYA DIRGANTARA |
121-044 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
JOHNLIN AIR TRANSPORT |
135-043 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
KAL STAR |
121-037 |
KLS |
Republiek Indonesië |
KARTIKA AIRLINES |
121-003 |
KAE |
Republiek Indonesië |
KURA-KURA AVIATION |
135-016 |
KUR |
Republiek Indonesië |
LION MENTARI AIRLINES |
121-010 |
LNI |
Republiek Indonesië |
MANUNGGAL AIR SERVICE |
121-020 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
Matthew Air Nusantara |
135-048 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
MERPATI NUSANTARA AIRLINES |
121-002 |
MNA |
Republiek Indonesië |
MIMIKA AIR |
135-007 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
NATIONAL UTILITY HELICOPTER |
135-011 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
NUSANTARA AIR CHARTER |
121-022 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
NUSANTARA BUANA AIR |
135-041 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
PACIFIC ROYALE AIRWAYS |
121-045 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
PEGASUS AIR SERVICES |
135-036 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
PELITA AIR SERVICE |
121-008 |
PAS |
Republiek Indonesië |
PENERBANGAN ANGKASA SEMESTA |
135-026 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
PURA WISATA BARUNA |
135-025 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
RIAU AIRLINES |
121-016 |
RIU |
Republiek Indonesië |
SAYAP GARUDA INDAH |
135-004 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
SKY AVIATION |
135-044 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
SMAC |
135-015 |
SMC |
Republiek Indonesië |
SRIWIJAYA AIR |
121-035 |
SJY |
Republiek Indonesië |
SURVEI UDARA PENAS |
135-006 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
SURYA AIR |
135-046 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
TransNusa Aviation Mandiri |
121-048 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
TRANSWISATA PRIMA AVIATION |
135-021 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
TRAVEL EXPRESS AVIATION SERVICE |
121-038 |
XAR |
Republiek Indonesië |
TRAVIRA UTAMA |
135-009 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
TRI MG INTRA ASIA AIRLINES |
121-018 |
TMG |
Republiek Indonesië |
TRIGANA AIR SERVICE |
121-006 |
TGN |
Republiek Indonesië |
UNINDO |
135-040 |
Onbekend |
Republiek Indonesië |
WING ABADI AIRLINES |
121-012 |
WON |
Republiek Indonesië |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Kazachstan welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, met uitzondering van Air Astana |
|
|
Republiek Kazachstan |
AIR ALMATY |
AK-0453-11 |
LMY |
Republiek Kazachstan |
AIR TRUST AIRCOMPANY |
AK-0455-12 |
RTR |
Republiek Kazachstan |
ASIA CONTINENTAL Airlines |
AK-0317-12 |
CID |
Republiek Kazachstan |
ATMA AIRLINES |
AK-0437-10 |
AMA |
Republiek Kazachstan |
AVIA-JAYNAR/avia-zhaynar |
AK-067-12 |
SAP |
Republiek Kazachstan |
BEYBARS AIRCOMPANY |
AK-0442-11 |
BBS |
Republiek Kazachstan |
BEK AIR |
AK-0463-12 |
BEK |
Republiek Kazachstan |
BURUNDAYAVIA AIRLINES |
AK-0456-12 |
BRY |
Republiek Kazachstan |
COMLUX-KZ |
AK-0449-11 |
KAZ |
Republiek Kazachstan |
DETA AIR |
AK-0458-12 |
DET |
Republiek Kazachstan |
EAST WING |
AK-0465-12 |
EWZ |
Republiek Kazachstan |
LUK AERO (FORMER EASTERN EXPRESS) |
AK-0464-12 |
LIS |
Republiek Kazachstan |
EURO-ASIA AIR |
AK-0441-11 |
EAK |
Republiek Kazachstan |
EURO-ASIA AIR INTERNATIONAL |
AK-0445-11 |
KZE |
Republiek Kazachstan |
FLY JET KZ |
AK-0446-11 |
FJK |
Republiek Kazachstan |
INVESTAVIA |
AK-0447-11 |
TLG |
Republiek Kazachstan |
IRTYSH AIR |
AK-0439-11 |
MZA |
Republiek Kazachstan |
JET AIRLINES |
AK-0459-12 |
SOZ |
Republiek Kazachstan |
JET ONE |
AK-0468-12 |
JKZ |
Republiek Kazachstan |
KAZAIR JET |
AK-0442-11 |
KEJ |
Republiek Kazachstan |
KAZAIRTRANS AIRLINE |
AK-0466-12 |
KUY |
Republiek Kazachstan |
KAZAVIASPAS |
AK-0452-11 |
KZS |
Republiek Kazachstan |
MEGA Airlines |
AK-0462-12 |
MGK |
Republiek Kazachstan |
Prime aviation |
AK-0448-11 |
PKZ |
Republiek Kazachstan |
SAMAL AIR |
AK-0454-12 |
SAV |
Republiek Kazachstan |
SEMEYAVIA |
AK-450-11 |
SMK |
Republiek Kazachstan |
SCAT |
AK-0460-12 |
VSV |
Republiek Kazachstan |
ZHETYSU AIRCOMPANY |
AK-0438-11 |
JTU |
Republiek Kazachstan |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Republiek Kirgizië welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek Kirgizië |
AIR MANAS |
17 |
MBB |
Republiek Kirgizië |
Avia Traffic Company |
23 |
AVJ |
Republiek Kirgizië |
CENTRAL ASIAN AVIATION SERVICES (CAAS) |
13 |
CBK |
Republiek Kirgizië |
Click Airways |
11 |
CGK |
Republiek Kirgizië |
STATE AVIATION ENTERPRISE UNDER THE MINISTRY OF EMERGENCY SITUATIONS (SAEMES) |
20 |
DAM |
Republiek Kirgizië |
AIR BISHKEK (FORMERLY EASTOK AVIA) |
15 |
EEA |
Republiek Kirgizië |
KYRGYZ TRANS AVIA |
31 |
KTC |
Republiek Kirgizië |
Kyrgyzstan |
03 |
LYN |
Republiek Kirgizië |
MANAS AIRWAYS |
42 |
BAM |
Republiek Kirgizië |
S GROUP AVIATION |
6 |
SGL |
Republiek Kirgizië |
SKY KG AIRLINES |
41 |
KGK |
Republiek Kirgizië |
Sky Way air |
39 |
SAB |
Republiek Kirgizië |
SUPREME AVIATION |
40 |
SGK |
Republiek Kirgizië |
VALOR AIR |
07 |
VAC |
Republiek Kirgizië |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Liberia welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving. |
|
|
Liberia |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Republiek Gabon welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, met uitzondering van Gabon Airlines, Afrijet en SN2AG, welke in bijlage B worden opgenomen |
|
|
Republiek Gabon |
AFRIC AVIATION |
010/MTAC/ANAC-G/DSA |
Onbekend |
Republiek Gabon |
AIR SERVICES SA |
004/MTAC/ANAC-G/DSA |
RVS |
Republiek Gabon |
AIR TOURIST (ALLEGIANCE) |
007/MTAC/ANAC-G/DSA |
LGE |
Republiek Gabon |
NATIONALE ET REGIONALE TRANSPORT (NATIONALE) |
008/MTAC/ANAC-G/DSA |
NRG |
Republiek Gabon |
SCD AVIATION |
005/MTAC/ANAC-G/DSA |
SCY |
Republiek Gabon |
SKY GABON |
009/MTAC/ANAC-G/DSA |
SKG |
Republiek Gabon |
SOLENTA AVIATION GABON |
006/MTAC/ANAC-G/DSA |
Onbekend |
Republiek Gabon |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Republiek Mozambique welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek Mozambique |
Aero-Servicos sarl |
MOZ-08 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Aerovisao de Mozambique |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
CFA Mozambique |
MOZ-10 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
CFM-Transportes e trabalho aereo sA |
MOZ-07 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Emilio Air Charter lda |
MOZ-05 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
ETA Air Charter LDA |
MOZ-04 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Helicopteros Capital |
MOZ-11 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
KAYA AIRLINES |
MOZ-09 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Mozambique Airlines (linhas aereas de moçambique) |
MOZ-01 |
LAM |
Republiek Mozambique |
Mozambique Express/MEX |
MOZ-02 |
MXE |
Republiek Mozambique |
Unique Air Charter |
MOZ-13 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Safari Air |
MOZ-12 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
VR Cropsprayers lda |
MOZ-06 |
Onbekend |
Republiek Mozambique |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van de Filipijnen welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek der Filipijnen |
AEROEQUIPEMENT AVIATION |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
AEROMAJESTIC |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Aerowurks Aerial SprAying Services |
2010030 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
AIR ASIA PHILIPPINES |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
AIRGURUS |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Air Philippines Corporation |
2009006 |
GAP |
Republiek der Filipijnen |
AIR WOLF AVIATION INC. |
200911 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Airtrack Agricultural Corporation |
2010027 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Asia Aircraft Overseas Philippines Inc. |
4AN9800036 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Aviation Technology Innovators, Inc. |
4AN2007005 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
AVIATOUR’S FLY’N INC. |
200910 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
AYALA aviation corp. |
4AN9900003 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Beacon |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
BENDICE transport management inc. |
4AN2008006 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Canadian helicopters philippines inc. |
4AN9800025 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Cebu Pacific Air |
2009002 |
CEB |
Republiek der Filipijnen |
CERTEZA INFOSYSTEMS CORP. |
2011040 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Chemtrad Aviation Corporation |
2009018 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
CM aero SERVICES |
20110401 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Corporate Air |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Cyclone airways |
4AN9900008 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Far East Aviation Services |
2009013 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
F.F. Cruz and Company, Inc. |
2009017 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Huma Corporation |
2009014 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Inaec Aviation Corp. |
4AN2002004 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
INTERISLAND AIRLINES |
2010023 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Island Aviation |
2009009 |
SOY |
Republiek der Filipijnen |
Island HELICOPTER SERVICES |
2011043 |
SOY |
Republiek der Filipijnen |
ISLAND TRANSVOYAGER |
2010022 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Lion Air, Incorporated |
2009019 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Macro asia air taxi services |
2010029 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
MID-SEA EXPRESS |
|
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Mindanao Rainbow Agricultural Development Services |
2009016 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
MISIBIS AVIATION & DEVELOPMENT CORP |
2010020 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
NORTHSKY AIR INC. |
2011042 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Omni aviation corp. |
2010033 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Pacific East Asia Cargo Airlines, Inc. |
4AS9800006 |
PEC |
Republiek der Filipijnen |
Pacific Airways Corporation |
4AN9700007 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Pacific Alliance Corporation |
4AN2006001 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Philippine Airlines |
2009001 |
PAL |
Republiek der Filipijnen |
Philippine Agricultural aviation corp. |
4AN9800015 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Royal air charter services Inc. |
2010024 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Royal Star Aviation, Inc. |
2010021 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
SKYJET |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
SOUTH EAST ASIA AIRLINE INC. (SEAIR) |
2009 004 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
SOUTHERN AIR FLIGHT SERVICES |
2011045 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Southstar aviation company, inc. |
4AN9800037 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
SOUTHWEST AIR CORPORATION |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Spirit of Manila Airlines Corporation |
2009008 |
MNP |
Republiek der Filipijnen |
Subic international air charter |
4AN9900010 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Subic seaplane, inc. |
4AN2000002 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Topflite airways, inc. |
4AN9900012 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Transglobal Airways Corporation |
2009007 |
TCU |
Republiek der Filipijnen |
World aviation, corp. |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
WcC Aviation Company |
2009015 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
YOkota aviation, inc. |
Onbekend |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
ZenitH Air, Inc. |
2009012 |
Onbekend |
Republiek der Filipijnen |
Zest Airways Incorporated |
2009003 |
RIT |
Republiek der Filipijnen |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Sao Tomé en Principe welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Sao Tomé en Principe |
AFRICA CONNECTION |
10/AOC/2008 |
Onbekend |
Sao Tomé en Principe |
BRITISH GULF INTERNATIONAL COMPANY LTD |
01/AOC/2007 |
BGI |
Sao Tomé en Principe |
EXECUTIVE JET SERVICES |
03/AOC/2006 |
EJZ |
Sao Tomé en Principe |
GLOBAL AVIATION OPERATION |
04/AOC/2006 |
Onbekend |
Sao Tomé en Principe |
GOLIAF AIR |
05/AOC/2001 |
GLE |
Sao Tomé en Principe |
ISLAND OIL EXPLORATION |
01/AOC/2008 |
Onbekend |
Sao Tomé en Principe |
STP AIRWAYS |
03/AOC/2006 |
STP |
Sao Tomé en Principe |
TRANSAFRIK INTERNATIONAL LTD |
02/AOC/2002 |
TFK |
Sao Tomé en Principe |
TRANSCARG |
01/AOC/2009 |
Onbekend |
Sao Tomé en Principe |
TRANSLIZ AVIATION (TMS) |
02/AOC/2007 |
TMS |
Sao Tomé en Principe |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Sierra Leone welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Sierra Leone |
AIR RUM, Ltd |
Onbekend |
RUM |
Sierra Leone |
DESTINY AIR SERVICES, Ltd |
Onbekend |
DTY |
Sierra Leone |
HEAVYLIFT CARGO |
Onbekend |
Onbekend |
Sierra Leone |
ORANGE AIR SIERRA LEONE LTD |
Onbekend |
ORJ |
Sierra Leone |
PARAMOUNT AIRLINES, Ltd |
Onbekend |
PRR |
Sierra Leone |
SEVEN FOUR EIGHT AIR SERVICES LTD |
Onbekend |
SVT |
Sierra Leone |
TEEBAH AIRWAYS |
Onbekend |
Onbekend |
Sierra Leone |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Sudan welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Republiek Sudan |
ALFA AIRLINES |
054 |
AAJ |
Republiek Sudan |
ALMAJAL AVIATION SERVICE |
015 |
MGG |
Republiek Sudan |
ALMAJARA AVIATION |
Onbekend |
MJA |
Republiek Sudan |
ATTICO AIRLINES (TRANS ATTICO) |
023 |
ETC |
Republiek Sudan |
AZZA TRANSPORT COMPANY |
012 |
AZZ |
Republiek Sudan |
BADER AIRLINES |
035 |
BDR |
Republiek Sudan |
FOURTY EIGHT AVIATION |
054 |
WHB |
Republiek Sudan |
GREEN FLAG AVIATION |
017 |
Unkown |
Republiek Sudan |
MARSLAND COMPANY |
040 |
MSL |
Republiek Sudan |
NOVA AIRLINES |
001 |
NOV |
Republiek Sudan |
Sudan Airways |
Onbekend |
SUD |
Republiek Sudan |
SUDANESE STATES AVIATION COMPANY |
010 |
SNV |
Republiek Sudan |
SUN AIR COMPANY |
051 |
SNR |
Republiek Sudan |
TARCO AIRLINES |
056 |
Onbekend |
Republiek Sudan |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Swaziland welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Swaziland |
SWAZILAND AIRLINK |
Onbekend |
SZL |
Swaziland |
Alle luchtvaartmaatschappijen die geregistreerd zijn door de autoriteiten van Zambia welke verantwoordelijk zijn voor toezicht op de naleving van de regelgeving, inclusief |
|
|
Zambia |
ZAMBEZI AIRLINES |
Z/AOC/001/2009 |
ZMA |
Zambia |
BIJLAGE B
LIJST VAN LUCHTVAARTMAATSCHAPPIJEN WAARAAN EXPLOITATIEBEPERKINGEN ZIJN OPGELEGD IN DE EU (2)
Naam van de juridische entiteit van de luchtvaartmaatschappij, zoals vermeld op het AOC (en handelsnaam, indien verschillend) |
Nummer van het Air Operator Certificate (AOC) |
ICAO-identificatienummer van de luchtvaartmaatschappij |
Land van de luchtvaartmaatschappij |
Types luchtvaartuigen waarvoor de beperkingen gelden |
Registratiekenteken(s) en, indien beschikbaar, serienummer(s) |
Land van registratie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AIR KORYO |
GAC-AOC/KOR-01 |
KOR |
Democratische Volksrepubliek Korea |
De volledige vloot, met uitzondering van: 2 luchtvaartuigen van het type TU-204 |
De volledige vloot, met uitzondering van: P-632, P-633 |
Democratische Volksrepubliek Korea |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AFRIJET (3) |
002/MTAC/ANAC-G/DSA |
ABS |
Republiek Gabon |
De volledige vloot, met uitzondering van: 2 luchtvaartuigen van het type Falcon 50, 2 luchtvaartuigen van het type Falcon 900 |
De volledige vloot, met uitzondering van: TR-LGV; TR-LGY; TR-AFJ; TR-AFR |
Republiek Gabon |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AIR ASTANA (4) |
AK-0443-11 |
KZR |
Kazachstan |
De volledige vloot, met uitzondering van: luchtvaartuigen van het type B-767, luchtvaartuigen van het type B-757, luchtvaartuigen van het type A319/320/321, luchtvaartuigen van het type Fokker 50 |
De volledige vloot, met uitzondering van: luchtvaartuigen in de vloot van B-767’s, zoals vermeld op het AOC, luchtvaartuigen in de vloot van B-757’s, luchtvaartuigen in de vloot van A319/320/321’s, zoals vermeld op het AOC, luchtvaartuigen in de vloot van Fokker 50’s, zoals vermeld op het AOC |
Aruba (Koninkrijk der Nederlanden) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AIRLIFT INTERNATIONAL (GH) LtD |
AOC 017 |
ALE |
Republiek Ghana |
De volledige vloot, met uitzondering van: 2 luchtvaartuigen van het type DC8-63F |
De volledige vloot, met uitzondering van: 9G-TOP en 9G-RAC |
Republiek Ghana |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AIR MADAGASCAR |
5R-M01/2009 |
MDG |
Madagascar |
De volledige vloot, met uitzondering van: 2 luchtvaartuigen van het type Boeing B-737-300, 2 luchtvaartuigen van het type ATR 72-500, 1 luchtvaartuig van het type ATR 42-500, 1 luchtvaartuig van het type ATR 42-320 en 3 luchtvaartuigen van het type DHC 6-300 |
De volledige vloot, met uitzondering van: 5R-MFH, 5R-MFI, 5R-MJE, 5R-MJF, 5R-MJG, 5R-MVT, 5R-MGC, 5R-MGD, 5R-MGF |
Republiek Madagascar |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Air Service Comores |
06-819/TA-15/DGACM |
KMD |
Comoren |
De volledige vloot, met uitzondering van: LET 410 UVP |
De volledige vloot, met uitzondering van: D6-CAM (851336) |
Comoren |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
GABON AIRLINES (5) |
001/MTAC/ANAC |
GBK |
Republiek Gabon |
De volledige vloot, met uitzondering van: 1 luchtvaartuig van het type B-767-200 |
De volledige vloot, met uitzondering van: TR-LHP |
Republiek Gabon |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
IRAN AIR (6) |
FS100 |
IRA |
Islamitische Republiek Iran |
De volledige vloot, met uitzondering van: 14 luchtvaartuigen van het type A-300, 8 luchtvaartuigen van het type A-310, 1 luchtvaartuig van het type B-737 |
De volledige vloot, met uitzondering van:
|
Islamitische Republiek Iran |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
NOUVELLE AIR AFFAIRES GABON (SN2AG) |
003/MTAC/ANAC-G/DSA |
NVS |
Republiek Gabon |
De volledige vloot, met uitzondering van: 1 luchtvaartuig van het type Challenger CL-601, 1 luchtvaartuig van het type HS-125-800 |
De volledige vloot, met uitzondering van: TR-AAG, ZS-AFG |
Republiek Gabon; Republiek Zuid-Afrika |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
TAAG ANGOLA AIRLINES |
001 |
DTA |
Republiek Angola |
De volledige vloot, met uitzondering van: 5 luchtvaartuigen van het type Boeing B-777 en 4 luchtvaartuigen van het type Boeing B-737-700 |
De volledige vloot, met uitzondering van: D2-TED, D2-TEE, D2-TEF, D2-TEG, D2-TEH, D2-TBF, D2-TBG, D2-TBH, D2-TBJ |
Republiek Angola |
(1) De in bijlage A vermelde luchtvaartmaatschappijen kunnen toestemming krijgen om verkeersrechten uit te oefenen door luchtvaartuigen met bemanning te huren („wet lease”) van luchtvaartmaatschappijen waaraan geen exploitatieverbod is opgelegd, voor zover de geldende veiligheidsvoorschriften worden nageleefd.
(2) De in bijlage B vermelde luchtvaartmaatschappijen kunnen toestemming krijgen om verkeersrechten uit te oefenen door luchtvaartuigen met bemanning te huren („wet lease”) van luchtvaartmaatschappijen waaraan geen exploitatieverbod is opgelegd, voor zover de geldende veiligheidsvoorschriften worden nageleefd.
(3) Afrijet mag voor zijn huidige activiteiten in de Europese Unie alleen gebruikmaken van de vermelde luchtvaartuigen.
(4) Air Astana mag zijn huidige activiteiten in de EU alleen uitvoeren met de specifieke luchtvaartuigen die hierboven zijn vermeld, voor zover (1) deze luchtvaartuigen in Aruba zijn geregistreerd en (2) alle wijzigingen van het AOC tijdig worden ingediend bij de Commissie en Eurocontrol.
(5) Gabon Airlines mag alleen de vermelde luchtvaartuigen gebruiken voor zijn huidige activiteiten in de EU.
(6) Iran Air mag naar de Europese Unie vliegen met bepaalde luchtvaartuigen, onder de voorwaarden die zijn uiteengezet in overweging (69) van Verordening (EU) nr. 590/2010, PB L 170 van 6.7.2010, blz. 15.
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/34 |
VERORDENING (EU) Nr. 1147/2012 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2012
tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van bijenwas (E 901), carnaubawas (E 903), schellak (E 904) en microkristallijne was (E 905) op bepaalde vruchten
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (1), en met name artikel 10, lid 3, en artikel 30, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 bevat een EU-lijst van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en van de gebruiksvoorwaarden daarvoor. |
(2) |
Die lijst kan worden gewijzigd volgens de procedure van Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (2). |
(3) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 kan de EU-lijst van levensmiddelenadditieven hetzij op initiatief van de Commissie, hetzij ingevolge een aanvraag worden bijgewerkt. |
(4) |
De Commissie heeft verscheidene aanvragen ontvangen voor de toelating van het gebruik van bijenwas (E 901) op paprika’s, tomaten, komkommers, bananen, mango’s en avocado’s, op granaatappelen en op alle vruchten, het gebruik van carnaubawas (E 903) en schellak (E 904) op granaatappelen en op mango’s, avocado’s en papaja’s en het gebruik van microkristallijne was (E 905) op ananassen. Deze aanvragen zijn ter kennis van de lidstaten gebracht. |
(5) |
Er zijn aanvragen ingediend voor het gebruik van bijenwas (E 901), carnaubawas (E 903), schellak (E 904) en microkristallijne was (E 905) als glansmiddel voor de oppervlakbehandeling van deze vruchten of deze vruchtenachtige groenten met het oog op een betere conservering. De behandeling beschermt de vruchten tegen uitdroging en oxidatie en heeft een groeiremmend effect op schimmels en bepaalde micro-organismen. Er bestaat een technologische noodzaak, met name voor vruchten die hoofdzakelijk worden ingevoerd uit landen met een tropisch klimaat. Deze vruchten moeten ook worden beschermd tijdens lange transporten. |
(6) |
Deze levensmiddelenadditieven zijn bestemd om voor de externe behandeling te worden gebruikt en er wordt niet verwacht dat zij in het binnenste eetbare gedeelte van de vruchten zullen migreren. Daarom zal de behandeling op vruchten waarvan de schil niet wordt opgegeten, waarschijnlijk geen gevolgen hebben voor de gezondheid van de mens. Daarom moet het gebruik van bijenwas (E 901), carnaubawas (E 903), schellak (E 904) en microkristallijne was (E 905) worden toegestaan op dergelijke vruchten die hoofdzakelijk uit landen met een tropisch klimaat worden ingevoerd, namelijk bananen, mango’s, avocado’s, granaatappelen, papaja’s en ananassen. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 moet de Commissie het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid inwinnen met het oog op het bijwerken van de EU-lijst van levensmiddelenadditieven in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008, tenzij die bijwerking waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens. Aangezien het bij de toelating van het gebruik van bijenwas (E 901) op bananen, mango’s en granaatappelen, het gebruik van carnaubawas (E 903) en schellak (E 904) op granaatappelen, mango’s, avocado’s en papaja’s en het gebruik van microkristallijne was (E 905) op ananassen gaat om een bijwerking van die lijst die waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens, hoeft het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid niet te worden ingewonnen. |
(8) |
De Commissie zal de aanvragen voor het gebruik van was op andere vruchten en op groenten verder bestuderen, rekening houdend met de veiligheid van de consument wanneer de verwachting bestaat dat externe delen zullen worden opgegeten, de technologische rechtvaardiging en de mogelijke misleiding van de consument, inclusief etiketteringsvoorschriften. |
(9) |
Overeenkomstig de overgangsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1129/2011 van de Commissie (3) is de lijst van levensmiddelenadditieven in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 in beginsel vanaf 1 juni 2013 van toepassing. Om nieuwe toepassingen van toegelaten levensmiddelenadditieven op de markt vóór die datum toe te staan, moet voor deze toepassingen een eerdere toepassingsdatum worden vastgesteld. |
(10) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(11) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, en het Europees Parlement noch de Raad heeft zich daartegen verzet, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijziging van Verordening (EG) nr. 1333/2008
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 december 2012.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16.
(2) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1.
(3) PB L 295 van 12.11.2011, blz. 1.
BIJLAGE
In deel E van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 worden de vermeldingen voor E 901, E 903, E 904 en E 905 in de levensmiddelencategorie 04.1.1 „Verse groenten en fruit, heel” vervangen door:
|
„E 901 |
Bijenwas, wit en geel |
quantum satis |
|
alleen voor de oppervlakbehandeling van fruit: citrusvruchten, meloenen, appelen, peren, perziken, ananassen, bananen, mango’s, avocado’s en granaatappelen en als glansmiddel op noten |
Toepassingsperiode wat bananen, mango’s, avocado’s en granaatappelen betreft: Met ingang van 25 december 2012 |
|
E 903 |
Carnaubawas |
200 |
|
alleen voor de oppervlakbehandeling van fruit: citrusvruchten, meloenen, appelen, peren, perziken, ananassen, granaatappelen, mango’s, avocado’s en papaja’s en als glansmiddel op noten |
Toepassingsperiode wat granaatappelen, mango’s, avocado’s en papaja’s betreft: Met ingang van 25 december 2012 |
|
E 904 |
Schellak |
quantum satis |
|
alleen voor de oppervlakbehandeling van fruit: citrusvruchten, meloenen, appelen, peren, perziken, ananassen, granaatappelen, mango’s, avocado’s en papaja’s en als glansmiddel op noten |
Toepassingsperiode wat granaatappelen, mango’s, avocado’s en papaja’s betreft: Met ingang van 25 december 2012 |
|
E 905 |
Microkristallijne was |
quantum satis |
|
alleen voor de oppervlakbehandeling van fruit: meloenen, papaja’s, mango’s, avocado’s en ananassen |
Toepassingsperiode voor ananassen: Met ingang van 25 december 2012” |
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/37 |
VERORDENING (EU) Nr. 1148/2012 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2012
tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405) in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (1), en met name artikel 10, lid 3, en artikel 30, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 bevat een EU-lijst van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en van de gebruiksvoorwaarden daarvoor. |
(2) |
Die lijst kan worden gewijzigd volgens de procedure van Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (2). |
(3) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1333/2008 kan de EU-lijst van levensmiddelenadditieven hetzij op initiatief van de Commissie, hetzij ingevolge een aanvraag worden bijgewerkt. |
(4) |
Op 30 juni 2011 is een aanvraag ingediend voor de goedkeuring van het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405), die ter kennis van de lidstaten is gebracht. |
(5) |
Er bestaat een technologische noodzaak voor het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405) in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost. Zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) worden toegevoegd om de oxidatie te stoppen en de groei van micro-organismen te remmen. De stof voorkomt ook de groei van ongewenste gisten tijdens de tweede gisting in flessen. Propyleenglycolalginaat (E 405) wordt toegevoegd om het schuim te stabiliseren zodat de kooldioxidebelletjes niet verdwijnen en de schuimkraag romiger wordt en langer blijft staan. |
(6) |
Door het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding zijn aanvaardbare dagelijkse innames voor zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) (3) en propyleenglycolalginaat (E 405) vastgesteld (4). Gefermenteerde dranken op basis van druivenmost zijn alcoholhoudende dranken die door hun eigenschappen vergelijkbaar zijn met andere alcoholhoudende dranken zoals bier en moutdranken. De consumptie van deze dranken kan bijgevolg worden beschouwd als een alternatief voor de consumptie van andere alcoholische dranken, met name bier en moutdranken. De bijkomende blootstelling aan zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405), gebaseerd op dit nieuwe gebruik, zal beperkt blijven en niet leiden tot een toename van de algemene inname. Daarom moet het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405) als schuimstabilisator in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost worden toegestaan. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 moet de Commissie het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid inwinnen met het oog op de bijwerking van de EU-lijst van levensmiddelenadditieven in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008, tenzij die bijwerking waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens. Aangezien het bij de toelating van het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) als conserveermiddelen en propyleenglycolalginaat (E 405) als schuimstabilisator in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost gaat om een bijwerking van die lijst die waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens, hoeft het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid niet te worden ingewonnen. |
(8) |
Overeenkomstig de overgangsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1129/2011 van de Commissie (5) is de lijst van levensmiddelenadditieven in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 in beginsel vanaf 1 juni 2013 van toepassing. Om het gebruik van zwaveldioxide-sulfieten (E 220-228) en propyleenglycolalginaat (E 405) in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost vóór die datum toe te staan, moet voor dit gebruik van die levensmiddelenadditieven een eerdere datum van toepassing worden vastgesteld. |
(9) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, en het Europees Parlement noch de Raad heeft zich daartegen verzet, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 december 2012.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16.
(2) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1.
(3) http://ec.europa.eu/food/fs/sc/scf/reports/scf_reports_35.pdf
(4) http://ec.europa.eu/food/fs/sc/scf/reports/scf_reports_32.pdf
(5) PB L 295 van 12.11.2011, blz. 1.
BIJLAGE
In deel E van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 worden de volgende vermeldingen in numerieke volgorde ingevoegd in de levensmiddelencategorie 14.2.8 „Andere alcoholhoudende dranken, inclusief mengsels van alcoholhoudende dranken met niet-alcoholhoudende dranken, en gedistilleerde dranken met een alcoholgehalte van minder dan 15 %”:
|
„E 220-228 |
Zwaveldioxide-sulfieten |
20 |
(3) |
alleen in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost |
Toepassingsperiode: Met ingang van 25 december 2012 |
||
|
E 405 |
Propyleenglycolalginaat |
100 |
|
alleen in gefermenteerde dranken op basis van druivenmost |
Toepassingsperiode: Met ingang van 25 december 2012 |
||
|
|
|
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/40 |
VERORDENING (EU) Nr. 1149/2012 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2012
tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van rozemarijnextract (E 392) in vullingen voor gevulde droge deegwaren
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake levensmiddelenadditieven (1), en met name artikel 10, lid 3, en artikel 30, lid 5,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 bevat een EU-lijst van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en van de gebruiksvoorwaarden daarvoor. |
(2) |
Die lijst kan worden gewijzigd volgens de procedure van Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (2). |
(3) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 kan de EU-lijst van levensmiddelenadditieven hetzij op initiatief van de Commissie, hetzij ingevolge een aanvraag worden bijgewerkt. |
(4) |
Er is een aanvraag ingediend voor de goedkeuring van het gebruik van rozemarijnextract (E 392) als antioxidant in vullingen voor gevulde droge deegwaren, die ter kennis van de lidstaten is gebracht. |
(5) |
Antioxidanten zijn stoffen die levensmiddelen beschermen tegen bederf door oxidatie, zoals het ranzig worden van vet en kleurveranderingen. Rozemarijnextract (E 392) dat wordt gebruikt in vullingen voor gevulde droge deegwaren verbetert de stabiliteit van vetten en oliën in het recept (bv. plantaardige olie, vet in vlees, kaas en zuivelingrediënten) tijdens de gehele houdbaarheidstermijn van het product. De smaak van gevulde droge deegwaren is stabieler zonder organoleptische gebreken en smaakafwijkingen die door vetoxidatie worden veroorzaakt. |
(6) |
De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid heeft het gebruik van rozemarijnextract als levensmiddelenadditief beoordeeld (3). Op grond van de onder gebruikmaking van de NOAEL’s (4) uit de verschillende studies geïdentificeerde veiligheidsmarges, waarbij de NOAEL’s over het algemeen de geteste hoogste dosisniveaus waren, en onder gebruikmaking van de voorzichtige schattingen van de blootstelling door de voeding is geconcludeerd dat het gebruik van het rozemarijnextract, als beschreven in het wetenschappelijke advies, voor de voorgestelde gebruiksdoeleinden en gebruiksniveaus geen veiligheidsproblemen oplevert. De bijkomende inname, gebaseerd op het nieuwe gebruik in vullingen voor gevulde droge deegwaren, draagt niet significant bij tot de totale inname. Daarom moet het gebruik van rozemarijnextract (E 392) als antioxidant in vullingen voor gevulde droge deegwaren worden toegestaan. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1331/2008 moet de Commissie het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid inwinnen met het oog op de bijwerking van de EU-lijst van levensmiddelenadditieven in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008, tenzij die bijwerking waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens. Aangezien het bij de toelating van het gebruik van rozemarijnextract (E 392) als antioxidant in vullingen voor gevulde droge deegwaren gaat om een bijwerking van die lijst die waarschijnlijk geen gevolgen zal hebben voor de gezondheid van de mens, hoeft het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid niet te worden ingewonnen. |
(8) |
Op grond van de overgangsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1129/2011 van de Commissie van 11 november 2011 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad door opstelling van een EU-lijst van levensmiddelenadditieven (5) is bijlage II met de EU-lijst van voor gebruik in levensmiddelen goedgekeurde levensmiddelenadditieven en gebruiksvoorwaarden van toepassing met ingang van 1 juni 2013. Om het gebruik van rozemarijnextract (E 392) in vullingen voor gevulde droge deegwaren vóór die datum toe te staan, moet voor dit gebruik van dat levensmiddelenadditief een eerdere toepassingsdatum worden vastgesteld. |
(9) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(10) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, en het Europees Parlement noch de Raad heeft zich daartegen verzet, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 december 2012.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16.
(2) PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1.
(3) The EFSA Journal (2008) 721, 1-29.
(4) NOAEL (No Observed Adverse Effect Level — niveau waarop geen schadelijk effect wordt waargenomen) — dosis of concentratie van een geteste stof waarbij geen schadelijk effect wordt gevonden.
(5) PB L 295 van 12.11.2011, blz. 1.
BIJLAGE
In deel E van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1333/2008, in de levensmiddelencategorie 06.4.5 „Vullingen voor gevulde deegwaren (ravioli en soortgelijke producten)”:
a) |
wordt de volgende vermelding ingevoegd na de vermelding voor E 200-203:
|
b) |
worden na voetnoot 2 de volgende voetnoten toegevoegd:
|
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/43 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1150/2012 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2012
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 4 december 2012.
Voor de Commissie, namens de voorzitter,
José Manuel SILVA RODRÍGUEZ
Directeur-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
AL |
41,5 |
MA |
54,9 |
|
TN |
81,9 |
|
TR |
68,5 |
|
ZZ |
61,7 |
|
0707 00 05 |
AL |
59,9 |
MA |
133,1 |
|
TR |
104,1 |
|
ZZ |
99,0 |
|
0709 93 10 |
MA |
120,6 |
TR |
93,3 |
|
ZZ |
107,0 |
|
0805 10 20 |
AR |
49,7 |
ZA |
62,1 |
|
ZW |
52,1 |
|
ZZ |
54,6 |
|
0805 20 10 |
MA |
69,8 |
ZZ |
69,8 |
|
0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90 |
CN |
71,1 |
HR |
85,6 |
|
MA |
95,7 |
|
TR |
82,4 |
|
ZZ |
83,7 |
|
0805 50 10 |
TR |
76,9 |
ZZ |
76,9 |
|
0808 10 80 |
MK |
39,5 |
US |
125,2 |
|
ZA |
214,1 |
|
ZZ |
126,3 |
|
0808 30 90 |
CN |
33,5 |
TR |
112,1 |
|
US |
160,6 |
|
ZZ |
102,1 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
BESLUITEN
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/45 |
BESLUIT BiH/19/2012 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ
van 27 november 2012
tot benoeming van de commandant van de EU-strijdkrachten voor de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina
(2012/748/GBVB)
HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,
Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 38, derde alinea,
Gezien Gemeenschappelijk Optreden 2004/570/GBVB van de Raad van 12 juli 2004 inzake de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina (1), en met name artikel 6, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op grond van artikel 6, lid 1, van Gemeenschappelijk Optreden 2004/570/GBVB heeft de Raad het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) gemachtigd verdere besluiten te nemen inzake de benoeming van de commandant van de EU-strijdkrachten. |
(2) |
Bij Besluit BiH/18/2011 van het PVC van 2 december 2011 (2) is brigadegeneraal Robert BRIEGER benoemd tot commandant van de EU-strijdkrachten voor de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina. |
(3) |
De operationeel commandant van de Europese Unie heeft aanbevolen generaal-majoor Dieter HEIDECKER te benoemen tot de nieuwe commandant van de EU-strijdkrachten voor de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina, als opvolger van brigadegeneraal Robert BRIEGER. |
(4) |
Het Militair Comité van de EU heeft zijn steun voor deze aanbeveling uitgesproken. |
(5) |
Overeenkomstig artikel 5 van het Protocol (nr. 22) betreffende de positie van Denemarken dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de uitwerking en de uitvoering van besluiten en acties van de Unie die gevolgen hebben op defensiegebied. |
(6) |
De Europese Raad van Kopenhagen heeft op 12 en 13 december 2002 een verklaring aangenomen volgens welke de Berlijn-plusregeling en de uitvoering daarvan slechts van toepassing zijn op de lidstaten van de Europese Unie die ook ofwel NAVO-lid zijn ofwel partij bij het partnerschap voor de vrede, en die derhalve bilaterale veiligheidsovereenkomsten met de NAVO hebben gesloten, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Generaal-majoor Dieter HEIDECKER wordt met ingang van 3 december 2012 benoemd tot commandant van de EU-strijdkrachten voor de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina.
Artikel 2
Besluit BiH/18/2011 wordt ingetrokken.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op 3 december 2012.
Gedaan te Brussel, 27 november 2012.
Voor het Politiek en Veiligheidscomité
De voorzitter
O. SKOOG
(1) PB L 252 van 28.7.2004, blz. 10.
(2) Besluit BiH/18/2011van het Politiek en Veiligheidscomité van 2 december 2011 tot benoeming van de commandant van de EU-strijdkrachten voor de militaire operatie van de Europese Unie in Bosnië en Herzegovina (PB L 332 van 15.12.2011, blz. 10).
5.12.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 333/46 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 3 december 2012
tot verlenging van de looptijd van Besluit 2010/371/EU houdende afsluiting van de overlegprocedure met de Republiek Madagaskar overeenkomstig artikel 96 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst
(2012/749/EU)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 (1) en gewijzigd te Ouagadougou (Burkina Faso) op 22 juni 2010 (2) (hierna de „ACS-EU-partnerschapsovereenkomst” genoemd), en met name artikel 96,
Gezien het intern akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, inzake maatregelen en procedures voor de tenuitvoerlegging van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst (3), en met name artikel 3,
Gezien het voorstel van de Commissie,
In overleg met de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Besluit 2010/371/EU van de Raad 7 juni 2010 houdende afsluiting van de procedure van overleg met de Republiek Madagaskar overeenkomstig artikel 96 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst (4) werd vastgesteld met het oog op de uitvoering van de passende maatregelen na de schending van de in artikel 9 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst bedoelde essentiële elementen. |
(2) |
Bij Besluit 2011/324/EU van de Raad (5) werden deze maatregelen verlengd tot 6 december 2011 en bij Besluit 2011/808/EU van de Raad (6) werden zij gewijzigd en verlengd tot 6 december 2012. |
(3) |
Er is duidelijke vooruitgang geboekt, met name wat betreft de inwerkingtreding van de overgangsinstellingen en het verkiezingsproces, dankzij de bemiddeling van de Ontwikkelingsgemeenschap van zuidelijk Afrika (SADC) waardoor vorderingen zijn gemaakt bij het proces om de crisis te boven te komen. Voorbeelden van deze vorderingen zijn de instelling van de Nationale Onafhankelijke Overgangscommissie voor de verkiezingen (CENI-T), de aanneming door het parlement van een amnestiewet en de aankondiging van de verkiezingsdata overeenkomstig de aanbevelingen van de deskundigen van de Verenigde Naties. De routekaart voor de overgang is evenwel nog niet volledig uitgevoerd. |
(4) |
De looptijd van Besluit 2010/371/EU verstrijkt op 6 december 2012. Aangezien de parlementsverkiezingen en de tweede ronde van de presidentsverkiezingen gepland zijn op 3 juli 2013, moeten de passende maatregelen van kracht blijven tot op het ogenblik dat de Raad oordeelt dat in Madagaskar geloofwaardige verkiezingen hebben plaatsgevonden en dat de grondwettelijke orde is hersteld, onverminderd regelmatige toetsing tijdens die periode, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 3 van Besluit 2010/371/EU wordt de tweede zin vervangen door:
„Dit besluit blijft van kracht tot op het ogenblik dat de Raad, op basis van een voorstel van de Commissie, oordeelt dat in Madagaskar geloofwaardige verkiezingen hebben plaatsgevonden en dat de grondwettelijke orde is hersteld, onverminderd regelmatige toetsing tijdens die periode.”.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 3 december 2012.
Voor de Raad
De voorzitter
N. SYLIKIOTIS
(1) PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.
(2) PB L 287 van 4.11.2010, blz. 3.
(3) PB L 317 van 15.12.2000, blz. 376.
(4) PB L 169 van 3.7.2010, blz. 13.
(5) PB L 146 van 1.6.2011, blz. 2.
(6) PB L 324 van 7.12.2011, blz. 1.
BIJLAGE
ONTWERPBRIEF AAN DE PRESIDENT VAN DE OVERGANGSAUTORITEIT
Excellentie,
De Europese Unie (EU) heeft op 5 december 2011 de passende maatregelen versoepeld die Madagaskar waren opgelegd bij Besluit 2010/371/EU van de Raad van 7 juni 2010. Daarmee drukte de EU haar tevredenheid uit over de vooruitgang die werd geboekt bij het streven naar een oplossing voor de politieke crisis, dankzij de in september 2011 door de politieke partners van Madagaskar ondertekende routekaart om een uitweg uit te crisis te vinden.
Bij brief van 8 december 2011 werd u op de hoogte gebracht van dit nieuwe besluit met de voorafgaande voorwaarden voor iedere maatregel waarmee de EU de overgang zou begeleiden. In dat verband heeft de EU het voorbije jaar maatregelen genomen om de bevolking en het verkiezingsproces te steunen, zoals beschreven in het overzicht van de verbintenissen dat in de vermelde brief is opgenomen.
Er is duidelijke vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de routekaart, waarmee rekening zal worden gehouden in het kader van de van kracht blijvende passende maatregelen. Aangezien de routekaart nog niet volledig ten uitvoer is gelegd en in afwachting van het houden van de parlementsverkiezingen en de tweede ronde van de presidentsverkiezingen, die gepland zijn op 3 juli 2013, zullen de passende maatregelen van kracht blijven, met dezelfde voorwaarden en dezelfde wederzijdse verbintenissen tussen de EU en Madagaskar, die volledig blijven gelden totdat de EU oordeelt dat geloofwaardige verkiezingen hebben plaatsgevonden en dat de grondwettelijke orde in Madagaskar is hersteld.
De EU hecht het grootste belang aan de essentiële elementen betreffende de eerbiediging van de mensenrechten, de democratische instellingen en de rechtsstaat, overeenkomstig artikel 9 van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst. De Unie moedigt u en alle andere partijen die betrokken zijn bij de routekaart, aan om nog meer inspanningen te leveren om snel de politieke obstakels weg te werken die momenteel de uitvoering ervan bemoeilijken.
De EU moedigt u eveneens aan om met de grootste volharding uw inspanningen voort te zetten om een vreedzaam politiek klimaat te bewerkstelligen waarin geloofwaardige verkiezingen kunnen worden gehouden in mei en juni 2013 en waarin het door Madagaskar goedgekeurde en door de internationale gemeenschap bekrachtigde overgangsproces tot een goed einde kan worden gebracht.
De EU bevestigt haar engagement om het overgangsproces te blijven begeleiden en om snel maatregelen te treffen als ondersteuning na de overgang, waarvan de nadere bepalingen moeten worden vastgelegd in de politieke dialoog die wij met uw regering onderhouden.
De passende maatregelen kunnen steeds worden herzien in het licht van positieve of negatieve ontwikkelingen in de politieke toestand in Madagaskar.
Met de meeste hoogachting,
Voor de Europese Unie
Catherine ASHTON
Andris PIEBALGS