ISSN 1977-0758

doi:10.3000/19770758.L_2012.221.dut

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 221

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

55e jaargang
17 augustus 2012


Inhoud

 

I   Wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

BEGROTINGEN

 

 

2012/467/EU, Euratom

 

*

Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2012

1

In dit begrotingsdocument zijn, tenzij anders vermeld, de bedragen uitgedrukt in euro.

Alle ontvangsten als bedoeld in artikel 18, lid 1, van het Financieel Reglement en opgenomen onder de titels 5 en 6 van de staat van ontvangsten, kunnen leiden tot de opvoering van bijkomende kredieten op de begrotingsplaatsen van de oorspronkelijke uitgaven die de betrokken ontvangsten doen ontstaan.

De cijfers voor de uitvoering hebben betrekking op alle toegestane kredieten, dus begrotingskredieten, aanvullende kredieten en bestemmingsontvangsten.

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Wetgevingshandelingen

BEGROTINGEN

17.8.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 221/1


DEFINITIEVE VASTSTELLING

van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2012

(2012/467/EU, Euratom)

DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314, lid 4, onder a), en artikel 314, lid 9,

Gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis,

Gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1),

Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (2),

Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2012, definitief vastgesteld op 1 december 2011 (3),

Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2012, ingediend door de Commissie op 16 april 2012,

Gezien het standpunt inzake het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3/2012, goedgekeurd door de Raad op 11 juni 2012,

Gezien de artikelen 75 ter en 75 sexies van het Reglement van het Europees Parlement,

Gezien de goedkeuring van het standpunt van de Raad door het Parlement op 5 juli 2012,

CONSTATEERT:

Enig artikel

De procedure zoals vastgelegd in artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is afgerond en de gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2012 is definitief vastgesteld.

Gedaan te Straatsburg, 5 juli 2012.

De voorzitter

M. SCHULZ


(1)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(2)  PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.

(3)  PB L 56 van 29.2.2012.


DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 3 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2012

INHOUD

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

A. Inleiding en financiering van de algemene begroting

B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

— Ontvangsten

— Titel 1: Eigen middelen

— Titel 3: Overschotten, saldi en aanpassingen


 

A..   INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2012 moeten worden gedekt overeenkomstig artikel 1 van Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

UITGAVEN

Omschrijving

Begroting 2012 (1)

Begroting 2011 (2)

Verschil (in %)

1.

Duurzame groei

55 318 662 427

53 629 039 384

+3,15

2.

Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen

57 034 220 262

55 945 938 309

+1,95

3.

Burgerschap, vrijheid, veiligheid en recht

1 502 339 740

1 738 083 206

–13,56

4.

EU als mondiale speler

6 955 083 523

7 242 528 574

–3,97

5.

Administratie

8 277 736 996

8 171 544 289

+1,30

Totaal uitgaven  (3)

129 088 042 948

126 727 133 762

+1,86


ONTVANGSTEN

Omschrijving

Begroting 2012 (4)

Begroting 2011 (5)

Verschil (in %)

Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9)

1 575 719 138

2 083 368 232

–24,37

Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

1 496 968 014

4 539 394 283

–67,02

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

p.m.

p.m.

Saldi aan btw- en aan bnp/bni-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

p.m.

1 814 882 000

Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

3 072 687 152

8 437 644 515

–63,58

Nettobedrag van de douanerechten en de suikerheffingen (hoofdstukken 1 1 en 1 2)

19 294 600 000

16 667 000 000

+15,77

Eigen middelen uit de btw tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

14 498 917 425

14 125 977 050

+2,64

Nog te financieren uit de aanvullende middelenbron (bni-middelen, tabel 3, hoofdstuk 1 4)

92 221 838 371

87 496 512 197

+5,40

Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (6)te dekken kredieten

126 015 355 796

118 289 489 247

+6,53

Totaal ontvangsten  (7)

129 088 042 948

126 727 133 762

+1,86


TABEL 1

Berekening van de aftopping van de uniforme btw-grondslagen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Lidstaat

1 % van de niet-afgetopte btw-grondslag

1 % van het bruto nationaal inkomen

Aftoppings-percentage (in %)

1 % van het bruto nationaal inkomen (bni) × aftoppingspercentage

1 % van de afgetopte btw-grondslag (8)

Lidstaten met afgetopte btw-grondslag

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6)

België

1 697 259 000

3 858 487 000

50

1 929 243 500

1 697 259 000

 

Bulgarije

180 007 000

393 723 000

50

196 861 500

180 007 000

 

Tsjechië

706 749 000

1 510 798 000

50

755 399 000

706 749 000

 

Denemarken

993 674 000

2 543 328 000

50

1 271 664 000

993 674 000

 

Duitsland

11 362 785 000

27 032 865 000

50

13 516 432 500

11 362 785 000

 

Estland

76 787 000

155 139 000

50

77 569 500

76 787 000

 

Ierland

646 891 000

1 288 774 000

50

644 387 000

644 387 000

Ierland

Griekenland

1 008 319 000

2 205 629 000

50

1 102 814 500

1 008 319 000

 

Spanje

5 387 545 000

10 857 848 000

50

5 428 924 000

5 387 545 000

 

Frankrijk

9 662 949 000

21 150 397 000

50

10 575 198 500

9 662 949 000

 

Italië

5 901 930 000

16 246 488 000

50

8 123 244 000

5 901 930 000

 

Cyprus

154 750 000

186 290 000

50

93 145 000

93 145 000

Cyprus

Letland

65 052 000

195 565 000

50

97 782 500

65 052 000

 

Litouwen

126 059 000

313 038 000

50

156 519 000

126 059 000

 

Luxemburg

228 808 000

335 005 000

50

167 502 500

167 502 500

Luxemburg

Hongarije

460 966 000

1 096 923 000

50

548 461 500

460 966 000

 

Malta

45 081 000

63 619 000

50

31 809 500

31 809 500

Malta

Nederland

2 848 613 000

6 365 726 000

50

3 182 863 000

2 848 613 000

 

Oostenrijk

1 359 963 000

3 041 969 000

50

1 520 984 500

1 359 963 000

 

Polen

1 931 300 000

3 987 640 000

50

1 993 820 000

1 931 300 000

 

Portugal

833 911 000

1 632 634 000

50

816 317 000

816 317 000

Portugal

Roemenië

517 803 000

1 409 694 000

50

704 847 000

517 803 000

 

Slovenië

187 721 000

376 967 000

50

188 483 500

187 721 000

 

Slowakije

227 095 000

734 482 000

50

367 241 000

227 095 000

 

Finland

877 129 000

2 026 935 000

50

1 013 467 500

877 129 000

 

Zweden

1 736 383 000

4 116 381 000

50

2 058 190 500

1 736 383 000

 

Verenigd Koninkrijk

8 338 523 000

18 182 819 000

50

9 091 409 500

8 338 523 000

 

Totaal

57 564 052 000

131 309 163 000

 

65 654 581 500

57 407 772 000

 


TABEL 2

Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (btw) overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

Lidstaat

1 % van de afgetopte btw-grondslag

Uniform percentage van de eigen middelen „btw” (9) (in %)

Eigen middelen „btw” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3) = (1) × (2)

België

1 697 259 000

0,300

509 177 700

Bulgarije

180 007 000

0,300

54 002 100

Tsjechië

706 749 000

0,300

212 024 700

Denemarken

993 674 000

0,300

298 102 200

Duitsland

11 362 785 000

0,150

1 704 417 750

Estland

76 787 000

0,300

23 036 100

Ierland

644 387 000

0,300

193 316 100

Griekenland

1 008 319 000

0,300

302 495 700

Spanje

5 387 545 000

0,300

1 616 263 500

Frankrijk

9 662 949 000

0,300

2 898 884 700

Italië

5 901 930 000

0,300

1 770 579 000

Cyprus

93 145 000

0,300

27 943 500

Letland

65 052 000

0,300

19 515 600

Litouwen

126 059 000

0,300

37 817 700

Luxemburg

167 502 500

0,300

50 250 750

Hongarije

460 966 000

0,300

138 289 800

Malta

31 809 500

0,300

9 542 850

Nederland

2 848 613 000

0,100

284 861 300

Oostenrijk

1 359 963 000

0,225

305 991 675

Polen

1 931 300 000

0,300

579 390 000

Portugal

816 317 000

0,300

244 895 100

Roemenië

517 803 000

0,300

155 340 900

Slovenië

187 721 000

0,300

56 316 300

Slowakije

227 095 000

0,300

68 128 500

Finland

877 129 000

0,300

263 138 700

Zweden

1 736 383 000

0,100

173 638 300

Verenigd Koninkrijk

8 338 523 000

0,300

2 501 556 900

Totaal

57 407 772 000

 

14 498 917 425


TABEL 3

Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3) = (1) × (2)

België

3 858 487 000

 

2 709 915 716

Bulgarije

393 723 000

 

276 521 897

Tsjechië

1 510 798 000

 

1 061 072 706

Denemarken

2 543 328 000

 

1 786 245 365

Duitsland

27 032 865 000

 

18 985 883 773

Estland

155 139 000

 

108 958 152

Ierland

1 288 774 000

 

905 139 480

Griekenland

2 205 629 000

 

1 549 070 579

Spanje

10 857 848 000

 

7 625 748 885

Frankrijk

21 150 397 000

 

14 854 473 588

Italië

16 246 488 000

 

11 410 330 827

Cyprus

186 290 000

 

130 836 309

Letland

195 565 000

0,7023260 (10)

137 350 383

Litouwen

313 038 000

 

219 854 724

Luxemburg

335 005 000

 

235 282 719

Hongarije

1 096 923 000

 

770 397 536

Malta

63 619 000

 

44 681 277

Nederland

6 365 726 000

 

4 470 814 838

Oostenrijk

3 041 969 000

 

2 136 453 900

Polen

3 987 640 000

 

2 800 623 225

Portugal

1 632 634 000

 

1 146 641 296

Roemenië

1 409 694 000

 

990 064 739

Slovenië

376 967 000

 

264 753 723

Slowakije

734 482 000

 

515 845 800

Finland

2 026 935 000

 

1 423 569 138

Zweden

4 116 381 000

 

2 891 041 376

Verenigd Koninkrijk

18 182 819 000

 

12 770 266 420

Totaal

131 309 163 000

 

92 221 838 371


TABEL 4

Berekening van de bruto-vermindering van de jaarlijkse bni-bijdragen van Nederland en Zweden overeenkomstig artikel 2, lid 5 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 6)

Lidstaat

Brutovermindering

Aandelen in de bni-grondslagen

Bni-sleutel toegepast op de brutovermindering

Financiering van de vermindering ten gunste van Nederland en Zweden

 

(1)

(2)

(3)

(4) = (1) + (3)

België

 

2,94

24 892 630

24 892 630

Bulgarije

 

0,30

2 540 063

2 540 063

Tsjechië

 

1,15

9 746 757

9 746 757

Denemarken

 

1,94

16 408 018

16 408 018

Duitsland

 

20,59

174 399 734

174 399 734

Estland

 

0,12

1 000 863

1 000 863

Ierland

 

0,98

8 314 392

8 314 392

Griekenland

 

1,68

14 229 388

14 229 388

Spanje

 

8,27

70 048 284

70 048 284

Frankrijk

 

16,11

136 449 600

136 449 600

Italië

 

12,37

104 812 538

104 812 538

Cyprus

 

0,14

1 201 831

1 201 831

Letland

 

0,15

1 261 667

1 261 667

Litouwen

 

0,24

2 019 532

2 019 532

Luxemburg

 

0,26

2 161 250

2 161 250

Hongarije

 

0,84

7 076 685

7 076 685

Malta

 

0,05

410 431

410 431

Nederland

– 678 824 017

4,85

41 067 824

– 637 756 193

Oostenrijk

 

2,32

19 624 949

19 624 949

Polen

 

3,04

25 725 847

25 725 847

Portugal

 

1,24

10 532 769

10 532 769

Roemenië

 

1,07

9 094 495

9 094 495

Slovenië

 

0,29

2 431 964

2 431 964

Slowakije

 

0,56

4 738 435

4 738 435

Finland

 

1,54

13 076 562

13 076 562

Zweden

– 168 303 475

3,13

26 556 407

– 141 747 068

Verenigd Koninkrijk

 

13,85

117 304 577

117 304 577

Totaal

– 847 127 492

100,00

847 127 492

0

bbp-deflator van de EU, in EUR, (economische voorjaarsprognoses 2011):

(a) 2004 EU25 = 107,3995 / (b) 2006 EU25 = 112,1888 / (c) 2006 EU27 = 112,5311 / (d) 2012 EU27 = 120,8724

Forfaitair bedrag voor Nederland in prijzen van 2012:

605 000 000 EUR × [(b/a) × (d/c)] = 678 824 017 EUR

Forfaitair bedrag voor Zweden in prijzen van 2012:

150 000 000 EUR × [(b/a) × (d/c)] = 168 303 475 EUR


TABEL 5

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2011 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2007/436/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

Omschrijving

Coëfficiënt (11) (%)

Bedrag

1.

Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de theoretische niet-afgetopte btw-grondslag

15,0054

 

2.

Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven

7,6164

 

3.

(1) – (2)

7,3890

 

4.

Totale toegerekende uitgaven

 

114 982 094 901

5.

Uitbreidingsuitgaven (12) = (5a + 5b)

 

29 243 025 286

5a.

Pretoetredingsuitgaven

 

3 047 748 507

5b.

Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g)

 

26 195 276 779

6.

Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) – (5)

 

85 739 069 616

7.

Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66

 

4 181 273 373

8.

Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (13)

 

319 474 318

9.

Kerncorrectie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

 

3 861 799 055

10.

Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (14)

 

61 357 780

11.

Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10)

 

3 800 441 275

Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Besluit 2007/436/EG, Euratom mag de aanvullende bijdrage van het Verenigd Koninkrijk als gevolg van de in lid 1, onder g), van dat artikel bedoelde vermindering van de toegewezen uitgaven in de periode 2007-2013 in totaal niet meer bedragen dan 10 500 000 000  miljard EUR in prijzen van 2004. De corresponderende bedragen worden weergegeven in de tabel hierna:

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk 2007-2012

Verschil van het oorspronkelijke bedrag t.o.v. de grenswaarde van 10,5 miljard EUR

(EMB 2007 t.o.v. EMB 2000), in EUR

Verschil in lopende prijzen

Verschil in constante prijzen van 2004

(A)

Britse correctie voor 2007

0

0

(B)

Britse correctie voor 2008

– 301 636 064

– 279 914 923

(C)

Britse correctie voor 2009

–1 350 053 160

–1 271 666 250

(D)

Britse correctie voor 2010

–2 083 537 505

–1 918 060 737

(E)

Britse correctie voor 2011

–2 594 262 405

–2 350 972 433

(F)

Britse correctie voor 2012

n.b.

n.b.

(G)

Totaal verschil = (A) + (B) + (C) + (D) + (E) + (F)

–6 329 489 133

–5 820 614 343


TABEL 6

Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op – 3 800 441 275 (hoofdstuk 1 5)

Lidstaat

Aandelen in de bni-grondslagen

Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2)

Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3)

Financierings-sleutel

Op de correctie toegepaste financierings-sleutel

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

(6) = (2) + (4) + (5)

(7)

België

2,94

3,41

5,32

 

1,43

4,84

183 957 133

Bulgarije

0,30

0,35

0,54

 

0,15

0,49

18 771 128

Tsjechië

1,15

1,34

2,08

 

0,56

1,90

72 028 769

Denemarken

1,94

2,25

3,50

 

0,94

3,19

121 255 644

Duitsland

20,59

23,90

0,00

–17,92

0,00

5,97

227 039 988

Estland

0,12

0,14

0,21

 

0,06

0,19

7 396 403

Ierland

0,98

1,14

1,78

 

0,48

1,62

61 443 558

Griekenland

1,68

1,95

3,04

 

0,82

2,77

105 155 515

Spanje

8,27

9,60

14,96

 

4,02

13,62

517 658 498

Frankrijk

16,11

18,70

29,15

 

7,84

26,53

1 008 365 814

Italië

12,37

14,36

22,39

 

6,02

20,38

774 567 167

Cyprus

0,14

0,16

0,26

 

0,07

0,23

8 881 558

Letland

0,15

0,17

0,27

 

0,07

0,25

9 323 752

Litouwen

0,24

0,28

0,43

 

0,12

0,39

14 924 392

Luxemburg

0,26

0,30

0,46

 

0,12

0,42

15 971 690

Hongarije

0,84

0,97

1,51

 

0,41

1,38

52 296 874

Malta

0,05

0,06

0,09

 

0,02

0,08

3 033 098

Nederland

4,85

5,63

0,00

–4,22

0,00

1,41

53 463 603

Oostenrijk

2,32

2,69

0,00

–2,02

0,00

0,67

25 548 480

Polen

3,04

3,52

5,49

 

1,48

5,00

190 114 628

Portugal

1,24

1,44

2,25

 

0,60

2,05

77 837 419

Roemenië

1,07

1,25

1,94

 

0,52

1,77

67 208 537

Slovenië

0,29

0,33

0,52

 

0,14

0,47

17 972 270

Slowakije

0,56

0,65

1,01

 

0,27

0,92

35 017 146

Finland

1,54

1,79

2,79

 

0,75

2,54

96 636 104

Zweden

3,13

3,64

0,00

–2,73

0,00

0,91

34 572 107

Verenigd Koninkrijk

13,85

0,00

0,00

 

0,00

0,00

0

Totaal

100,00

100,00

100,00

–26,89

26,89

100,00

3 800 441 275

De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

TABEL 7

Overzicht van de financiering (15) van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

Lidstaat

Traditionele eigen middelen (TEM)

Btw- en bni-middelen, inclusief aanpassingen

Totaal eigen middelen (16)

Nettobijdragen van de suikersector (75 %)

Nettodouanerechten (75 %)

Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

Inningskosten (25 % van bruto TEM) (p.m.)

Eigen middelen uit de btw

Bni-middelen

Vermindering ten voordele van Nederland en Zweden

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk

Totaal nationale bijdragen

Aandeel (%) in totaal „nationale bijdragen”

 

(1)

(2)

(3) = (1) + (2)

(4)

(5)

(6)

(7)

(8)

(9) = (5) + (6) + (7) + (8)

(10)

(11) = (3) + (9)

België

6 600 000

1 754 400 000

1 761 000 000

587 000 000

509 177 700

2 709 915 716

24 892 630

183 957 133

3 427 943 179

3,21

5 188 943 179

Bulgarije

400 000

55 100 000

55 500 000

18 500 000

54 002 100

276 521 897

2 540 063

18 771 128

351 835 188

0,33

407 335 188

Tsjechië

3 400 000

223 600 000

227 000 000

75 666 667

212 024 700

1 061 072 706

9 746 757

72 028 769

1 354 872 932

1,27

1 581 872 932

Denemarken

3 400 000

341 500 000

344 900 000

114 966 667

298 102 200

1 786 245 365

16 408 018

121 255 644

2 222 011 227

2,08

2 566 911 227

Duitsland

26 300 000

4 012 600 000

4 038 900 000

1 346 299 996

1 704 417 750

18 985 883 773

174 399 734

227 039 988

21 091 741 245

19,76

25 130 641 245

Estland

0

22 300 000

22 300 000

7 433 333

23 036 100

108 958 152

1 000 863

7 396 403

140 391 518

0,13

162 691 518

Ierland

0

198 300 000

198 300 000

66 100 000

193 316 100

905 139 480

8 314 392

61 443 558

1 168 213 530

1,09

1 366 513 530

Griekenland

1 400 000

208 300 000

209 700 000

69 900 000

302 495 700

1 549 070 579

14 229 388

105 155 515

1 970 951 182

1,85

2 180 651 182

Spanje

4 700 000

1 358 000 000

1 362 700 000

454 233 334

1 616 263 500

7 625 748 885

70 048 284

517 658 498

9 829 719 167

9,21

11 192 419 167

Frankrijk

30 900 000

1 710 700 000

1 741 600 000

580 533 333

2 898 884 700

14 854 473 588

136 449 600

1 008 365 814

18 898 173 702

17,71

20 639 773 702

Italië

4 700 000

2 193 200 000

2 197 900 000

732 633 334

1 770 579 000

11 410 330 827

104 812 538

774 567 167

14 060 289 532

13,17

16 258 189 532

Cyprus

0

29 600 000

29 600 000

9 866 667

27 943 500

130 836 309

1 201 831

8 881 558

168 863 198

0,16

198 463 198

Letland

0

21 400 000

21 400 000

7 133 333

19 515 600

137 350 383

1 261 667

9 323 752

167 451 402

0,16

188 851 402

Litouwen

800 000

44 900 000

45 700 000

15 233 334

37 817 700

219 854 724

2 019 532

14 924 392

274 616 348

0,26

320 316 348

Luxemburg

0

16 900 000

16 900 000

5 633 333

50 250 750

235 282 719

2 161 250

15 971 690

303 666 409

0,28

320 566 409

Hongarije

2 000 000

118 800 000

120 800 000

40 266 667

138 289 800

770 397 536

7 076 685

52 296 874

968 060 895

0,91

1 088 860 895

Malta

0

12 400 000

12 400 000

4 133 333

9 542 850

44 681 277

410 431

3 033 098

57 667 656

0,05

70 067 656

Nederland

7 300 000

2 107 700 000

2 115 000 000

705 000 000

284 861 300

4 470 814 838

– 637 756 193

53 463 603

4 171 383 548

3,91

6 286 383 548

Oostenrijk

3 200 000

180 700 000

183 900 000

61 300 000

305 991 675

2 136 453 900

19 624 949

25 548 480

2 487 619 004

2,33

2 671 519 004

Polen

12 800 000

406 800 000

419 600 000

139 866 667

579 390 000

2 800 623 225

25 725 847

190 114 628

3 595 853 700

3,37

4 015 453 700

Portugal

200 000

149 300 000

149 500 000

49 833 334

244 895 100

1 146 641 296

10 532 769

77 837 419

1 479 906 584

1,39

1 629 406 584

Roemenië

1 000 000

120 900 000

121 900 000

40 633 333

155 340 900

990 064 739

9 094 495

67 208 537

1 221 708 671

1,14

1 343 608 671

Slovenië

0

76 600 000

76 600 000

25 533 333

56 316 300

264 753 723

2 431 964

17 972 270

341 474 257

0,32

418 074 257

Slowakije

1 400 000

122 000 000

123 400 000

41 133 334

68 128 500

515 845 800

4 738 435

35 017 146

623 729 881

0,58

747 129 881

Finland

800 000

165 600 000

166 400 000

55 466 667

263 138 700

1 423 569 138

13 076 562

96 636 104

1 796 420 504

1,68

1 962 820 504

Zweden

2 600 000

527 200 000

529 800 000

176 600 000

173 638 300

2 891 041 376

– 141 747 068

34 572 107

2 957 504 715

2,77

3 487 304 715

Verenigd Koninkrijk

9 500 000

2 992 400 000

3 001 900 000

1 000 633 334

2 501 556 900

12 770 266 420

117 304 577

–3 800 441 275

11 588 686 622

10,86

14 590 586 622

Totaal

123 400 000

19 171 200 000

19 294 600 000

6 431 533 333

14 498 917 425

92 221 838 371

0

0

106 720 755 796

100,00

126 015 355 796

B.   ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

ONTVANGSTEN

Titel

Omschrijving

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

1

EIGEN MIDDELEN

127 512 323 810

–1 496 968 014

126 015 355 796

3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

4

ONTVANGSTEN AFKOMSTIG VAN PERSONEN DIE VERBONDEN ZIJN AAN DE INSTELLINGEN EN ANDERE ORGANEN VAN DE UNIE

1 312 344 852

 

1 312 344 852

5

ONTVANGSTEN VOORTVLOEIENDE UIT DE ADMINISTRATIEVE WERKING VAN DE INSTELLINGEN

59 790 286

 

59 790 286

6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S VAN DE UNIE

50 000 000

 

50 000 000

7

INTREST VOOR BETALINGSACHTERSTAND EN BOETES

123 000 000

 

123 000 000

8

OPGENOMEN EN VERSTREKTE LENINGEN

384 000

 

384 000

9

DIVERSE ONTVANGSTEN

30 200 000

 

30 200 000

 

Totaal

129 088 042 948

 

129 088 042 948

TITEL 1

EIGEN MIDDELEN

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

1 1

BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM)

123 400 000

 

123 400 000

1 2

DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

19 171 200 000

 

19 171 200 000

1 3

EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER b), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

14 498 917 425

 

14 498 917 425

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER c), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

93 718 806 385

–1 496 968 014

92 221 838 371

1 5

CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

0

 

0

1 6

AAN NEDERLAND EN ZWEDEN TOEGEKENDE BRUTOVERMINDERING VAN DE JAARLIJKSE BNI-BIJDRAGE

0

 

0

 

Titel 1 — Totaal

127 512 323 810

–1 496 968 014

126 015 355 796

HOOFDSTUK 1 4 —   EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER c), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 2, LID 1, ONDER c), VAN BESLUIT 2007/436/EG, EURATOM

 

 

 

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

93 718 806 385

–1 496 968 014

92 221 838 371

 

Hoofdstuk 1 4 — Totaal

93 718 806 385

–1 496 968 014

92 221 838 371

1 4 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig artikel 2, lid 1, onder c) van Besluit 2007/436/EG, Euratom

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

93 718 806 385

–1 496 968 014

92 221 838 371

Toelichting

De bni-middelenbron is een „aanvullende” bron van eigen middelen, die de ontvangsten verschaft welke in een begrotingsjaar nodig zijn ter dekking van uitgaven die uitstijgen boven het bedrag aan traditionele eigen middelen, btw-afdrachten en andere ontvangsten. Deze middelenbron zorgt er met andere woorden voor dat de algemene begroting van de Europese Unie altijd in evenwicht is ex ante.

Het bni-afroepingspercentage is afhankelijk van hoeveel aanvullende middelen er nodig zijn ter financiering van de gebudgetteerde uitgaven die niet gedekt worden door de andere middelen (btw-afdrachten, traditionele eigen middelen en overige ontvangsten). Het afroepingspercentage wordt toegepast op het bruto nationaal inkomen van elk van de lidstaten.

Het voor dit begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen percentage bedraagt 0,7023 %.

Rechtsgronden

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 2, lid 1, onder c).

Lidstaat

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

België

2 753 903 748

–43 988 032

2 709 915 716

Bulgarije

281 010 470

–4 488 573

276 521 897

Tsjechië

1 078 296 305

–17 223 598

1 061 072 706

Denemarken

1 815 240 147

–28 994 783

1 786 245 365

Duitsland

19 294 067 399

– 308 183 629

18 985 883 773

Estland

110 726 788

–1 768 636

108 958 152

Ierland

919 831 931

–14 692 451

905 139 480

Griekenland

1 574 215 481

–25 144 902

1 549 070 579

Spanje

7 749 531 954

– 123 783 068

7 625 748 885

Frankrijk

15 095 595 129

– 241 121 542

14 854 473 588

Italië

11 595 546 179

– 185 215 352

11 410 330 827

Cyprus

132 960 077

–2 123 767

130 836 309

Letland

139 579 889

–2 229 506

137 350 383

Litouwen

223 423 461

–3 568 737

219 854 724

Luxemburg

239 101 888

–3 819 168

235 282 719

Hongarije

782 902 822

–12 505 286

770 397 536

Malta

45 406 555

– 725 278

44 681 277

Nederland

4 543 386 226

–72 571 388

4 470 814 838

Oostenrijk

2 171 133 356

–34 679 455

2 136 453 900

Polen

2 846 083 644

–45 460 419

2 800 623 225

Portugal

1 165 253 865

–18 612 569

1 146 641 296

Roemenië

1 006 135 718

–16 070 979

990 064 739

Slovenië

269 051 272

–4 297 549

264 753 723

Slowakije

524 219 139

–8 373 338

515 845 800

Finland

1 446 676 869

–23 107 732

1 423 569 138

Zweden

2 937 969 485

–46 928 109

2 891 041 376

Verenigd Koninkrijk

12 977 556 588

– 207 290 168

12 770 266 420

Totaal van artikel 1 4 0

93 718 806 385

–1 496 968 014

92 221 838 371

TITEL 3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

3 0

OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

3 1

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

p.m.

 

p.m.

3 2

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNI/BNP-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 6, 7 EN 8, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

p.m.

 

p.m.

3 4

AANPASSING IN VERBAND MET DE GEVOLGEN VAN DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN SOMMIGE BELEIDSMAATREGELEN OP HET GEBIED VAN DE RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHT

p.m.

 

p.m.

3 5

RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

p.m.

 

p.m.

3 6

RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BIJSTELLINGEN VAN DE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

p.m.

 

p.m.

 

Titel 3 — Totaal

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

HOOFDSTUK 3 0 —   OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

3 0

OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

 

 

 

3 0 0

Overschot van het vorige begrotingsjaar

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

3 0 2

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds voor extern optreden

p.m.

 

p.m.

 

Hoofdstuk 3 0 — Totaal

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

3 0 0
Overschot van het vorige begrotingsjaar

Begroting 2012

Gewijzigde begroting nr. 3/2012

Nieuw bedrag

p.m.

1 496 968 014

1 496 968 014

Toelichting

Overeenkomstig artikel 15 van het Financieel Reglement wordt het saldo van elk begrotingsjaar, naargelang het een overschot of tekort betreft, in de begroting van het volgende begrotingsjaar als ontvangst of als betalingskrediet opgenomen.

De ramingen van deze ontvangsten of uitgaven worden in de begroting opgenomen tijdens de begrotingsprocedure en, in voorkomend geval, door middel van de procedure van een nota van wijzigingen, die wordt ingediend overeenkomstig artikel 34 van het Financieel Reglement. Zij worden vastgesteld overeenkomstig de beginselen bedoeld in artikel 15 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000.

Na de afsluiting van de rekeningen van elk begrotingsjaar worden verschillen ten opzichte van de raming in de begroting van het volgende begrotingsjaar opgenomen middels een gewijzigde begroting, die door de Commissie moet worden gepresenteerd binnen 15 dagen nadat de voorlopige rekeningen zijn ingediend.

Een tekort wordt onder artikel 27 02 01 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie” opgenomen.

Rechtsgronden

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2007/436/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 15.

Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 17), met name artikel 7.


(1)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2012 (PB L 56 van 29.2.2012, blz. 1), plus met die van gewijzigde begrotingen nr. 1/2012 tot en met nr. 3/2012.

(2)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2011 (PB L 68 van 15.3.2011, blz. 1), plus met die van gewijzigde begroting nr. 1/2011 t/m gewijzigde begroting nr. 7/2011.

(3)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(4)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2012 (PB L 56 van 29.2.2012, blz. 1), plus met die van gewijzigde begrotingen nr. 1/2012 tot en met nr. 3/2012.

(5)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2011 (PB L 68 van 15.3.2011, blz. 1), plus met die van gewijzigde begroting nr. 1/2011 t/m gewijzigde begroting nr. 7/2011.

(6)  De eigen middelen voor de begroting 2012 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 145e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 17 mei 2011 zijn goedgekeurd.

(7)  Artikel 310, lid 1, derde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

(8)  De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het bni.

(9)  Uitsluitend voor de periode 2007-2013 wordt het btw-afroepingspercentage voor Oostenrijk vastgesteld op 0,225 %, voor Duitsland op 0,15 % en voor Nederland en Zweden op 0,10 %.

(10)  Berekening van het percentage: (92 221 838 371) / (131 309 163 000) = 0,702325993586601.

(11)  Afgeronde percentages.

(12)  De uitbreidingsuitgaven stemmen overeen met het totaal: van de betalingen gedaan aan de tien nieuwe lidstaten (die op 1 mei 2004 tot de Unie zijn toegetreden) uit de kredieten van 2003, gecorrigeerd door toepassing van de Unie-bbp-deflator voor de jaren 2004-2010, en de betalingen aan Bulgarije en Roemenië uit de kredieten van 2006, gecorrigeerd door toepassing van de Unie-bbp-deflator voor de jaren 2007-2010, (5a) en ii) de totale toegewezen uitgaven in die lidstaten, met uitzondering van die voor directe betalingen en marktgerelateerde uitgaven in het kader van het landbouwbeleid, en het uit het EOGFL, afdeling Garantie (5b), afkomstige deel van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegewezen uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dit ook na de uitbreiding niet worden.

(13)  De „Britse korting” stemt overeen met de gevolgen voor het Verenigd Koninkrijk van de overschakeling naar afgetopte btw en de introductie van op het bnp/bni gebaseerde eigen middelen.

(14)  Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.

(15)  p.m. (eigen middelen + overige ontvangsten = totale ontvangsten = totale uitgaven); 126 015 355 796 + 3 072 687 152 = 129 088 042 948 = 129 088 042 948).

(16)  Totaal van de eigen middelen als percentage van het bni: (126 015 355 796) / (13 130 916 300 000) = 0,96 %; maximumpercentage van de eigen middelen in vergelijking met het bni: 1,23 %.