ISSN 1725-2598

doi:10.3000/17252598.L_2011.047.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 47

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

54e jaargang
22 februari 2011


Inhoud

 

II   Niet-wetgevingshandelingen

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

*

Verordening (EU) nr. 157/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 884/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad, wat betreft de financiering van de interventie-uitgaven in het kader van de verrichtingen in verband met openbare opslag

1

 

*

Verordening (EU) nr. 158/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Špekáčky/Špekačky (GTS))

3

 

*

Verordening (EU) nr. 159/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Spišské párky (GTS))

5

 

*

Verordening (EU) nr. 160/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Lovecký salám/Lovecká saláma (GTS))

7

 

*

Verordening (EU) nr. 161/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Liptovská saláma/Liptovský salám (GTS))

9

 

*

Verordening (EU) nr. 162/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 houdende aanwijzing van de interventiecentra voor rijst

11

 

 

Verordening (EU) nr. 163/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

14

 

 

Verordening (EU) nr. 164/2011 van de Commissie van 21 februari 2011 tot wijziging van de bij Verordening (EU) nr. 867/2010 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten uit de sector suiker voor het verkoopseizoen 2010/11

16

 

 

BESLUITEN

 

*

Besluit 2011/119/GBVB van de Raad van 21 februari 2011 houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Kosovo

18

 

 

2011/120/EU

 

*

Besluit van de Commissie van 21 februari 2011 betreffende de niet-opneming van methylbromide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 950)  ( 1 )

19

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


II Niet-wetgevingshandelingen

VERORDENINGEN

22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/1


VERORDENING (EU) Nr. 157/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 884/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad, wat betreft de financiering van de interventie-uitgaven in het kader van de verrichtingen in verband met openbare opslag

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (1), en met name artikel 42,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 4, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 884/2006 van de Commissie (2) is bepaald dat uitgaven voor materiële verrichtingen in verband met de aankoop en de verkoop of een andere wijze van afstand doen van producten worden gefinancierd door het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) op basis van uniforme forfaitaire bedragen. Bovendien is in artikel 4, lid 1, onder c), van die verordening bepaald dat uitgaven voor materiële verrichtingen die niet noodzakelijk verband houden met de aankoop en de verkoop of een andere wijze van afstand doen van producten, worden gefinancierd door het ELGF op basis van forfaitaire of niet-forfaitaire bedragen.

(2)

Voor de duidelijkheid is het aangewezen in artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 884/2006 te specificeren dat de door het ELGF gefinancierde uitgaven kosten mogen bevatten die verband houden met transport binnen of buiten het grondgebied van de lidstaat of met uitvoer onder bepaalde voorwaarden. De financiering van dergelijke uitgaven moet worden goedgekeurd volgens de procedure als bedoeld in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (3).

(3)

Verordening (EG) nr. 884/2006 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de landbouwfondsen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 884/2006 wordt na punt c) het volgende punt c bis) ingevoegd:

„c bis)

De volgens de in artikel 195, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde procedure goed te keuren uitgaven, die verband houden met transport binnen of buiten het grondgebied van de lidstaat of met uitvoer, op basis van forfaitaire of van niet-forfaitaire bedragen.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1.

(2)  PB L 171 van 23.6.2006, blz. 35.

(3)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/3


VERORDENING (EU) Nr. 158/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten („Špekáčky”/„Špekačky” (GTS))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 9, lid 4, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 8, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 509/2006 is de door Tsjechië en Slowakije gezamenlijk ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Špekáčky”/„Špekačky” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 509/2006, moet deze benaming worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

(3)

Er is niet om de in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006 bedoelde reservering verzocht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage vermelde benaming wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 1.

(2)  PB C 94 van 14.4.2010, blz. 18.


BIJLAGE

In bijlage I bij het Verdrag genoemde producten voor menselijke consumptie:

Categorie 1.2.   Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.)

TSJECHIË

Špekáčky (GTS)

SLOWAKIJE

Špekačky (GTS)


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/5


VERORDENING (EU) Nr. 159/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten (Spišské párky (GTS))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 9, lid 4, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 8, lid 2, eerste alinea, en artikel 19, lid 3, van Verordening (EG) nr. 509/2006 is de door Tsjechië en Slowakije ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Spišské párky” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 509/2006, moet deze benaming worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

(3)

In de aanvraag is ook verzocht om reservering als bedoeld in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006. Aangezien geen bezwaarschrift is ingediend en niet kon worden aangetoond dat de benaming op rechtmatige, erkende en economisch significatieve wijze wordt gebruikt voor soortgelijke landbouwproducten of levensmiddelen, dient deze reservering van de benaming „Spišské párky” te worden toegestaan,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage vermelde benaming wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

De in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006 bedoelde reservering is van toepassing.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 1.

(2)  PB C 95 van 15.4.2010, blz. 34.


BIJLAGE

In bijlage I bij het Verdrag genoemde producten voor menselijke consumptie:

Categorie 1.2.   Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.)

TSJECHIË EN SLOWAKIJE

Spišské párky (GTS)

Het gebruik van de benaming is gereserveerd.


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/7


VERORDENING (EU) Nr. 160/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten („Lovecký salám”/„Lovecká saláma” (GTS))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name op artikel 9, lid 4, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 8, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 509/2006 is de door Tsjechië en Slowakije gezamenlijk ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Lovecký salám”/„Lovecká saláma” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 509/2006, moet deze benaming worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

(3)

Er is niet om de in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006 bedoelde reservering verzocht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage vermelde benaming wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 1.

(2)  PB C 96 van 16.4.2010, blz. 18.


BIJLAGE

In bijlage I bij het Verdrag genoemde producten voor menselijke consumptie:

Categorie 1.2.   Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.)

TSJECHIË

Lovecký salám (GTS)

SLOWAKIJE

Lovecká saláma (GTS)


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/9


VERORDENING (EU) Nr. 161/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

houdende inschrijving van een benaming in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten („Liptovská saláma”/„Liptovský salám” (GTS))

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen (1), en met name artikel 9, lid 4, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 8, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 509/2006 is de door Tsjechië en Slowakije gezamenlijk ingediende aanvraag tot registratie van de benaming „Liptovská saláma”/„Liptovský salám” bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2).

(2)

Aangezien bij de Commissie geen bezwaren zijn ingediend overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 509/2006, moet deze benaming worden ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

(3)

In de aanvraag is ook verzocht om reservering als bedoeld in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006. Aangezien geen bezwaarschrift is ingediend en niet kon worden aangetoond dat de benaming op rechtmatige, erkende en economisch significatieve wijze wordt gebruikt voor soortgelijke landbouwproducten of levensmiddelen, dient deze reservering van de benaming „Liptovská saláma”/„Liptovský salám” te worden toegestaan,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in de bijlage vermelde benaming wordt ingeschreven in het register van gegarandeerde traditionele specialiteiten.

De in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006 bedoelde reservering is van toepassing.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 1.

(2)  PB C 103 van 22.4.2010, blz. 14.


BIJLAGE

In bijlage I bij het Verdrag genoemde producten voor menselijke consumptie:

Categorie 1.2.   Vleesproducten (verhit, gepekeld, gerookt, enz.)

TSJECHIË

Liptovský salám (GTS)

SLOWAKIJE

Liptovská saláma (GTS)

Het gebruik van de benaming is gereserveerd.


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/11


VERORDENING (EU) Nr. 162/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

houdende aanwijzing van de interventiecentra voor rijst

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („ntegrale-GMO-verordening”) (1), en met name artikel 41, juncto artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In bijlage B bij Verordening (EG) nr. 1173/2009 van de Commissie (2) zijn de in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 670/2009 van de Commissie (3) bedoelde interventiecentra voor rijst aangewezen. Bijlage A bij die verordening, waarbij de interventiecentra voor durumtarwe zijn aangewezen, is geschrapt bij Verordening (EU) nr. 1125/2010 van de Commissie van 3 december 2010 houdende aanwijzing van de interventiecentra voor granen en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1173/2009 (4).

(2)

In Verordening (EU) nr. 1272/2009 van de Commissie van 11 december 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de aankoop en de verkoop van landbouwproducten in het kader van de openbare interventie (5) is bepaald aan welke voorwaarden met ingang van het verkoopseizoen 2010/2011 moet worden voldaan met het oog op de aanwijzing en de erkenning van interventiecentra voor rijst en van de opslagplaatsen van die centra.

(3)

Met ingang van 1 september 2010 is Verordening (EG) nr. 670/2009, wat rijst betreft, ingetrokken bij Verordening (EU) nr. 1272/2009.

(4)

Sinds 1 september 2010 moeten de krachtens artikel 41 van Verordening (EG) nr. 1234/2007 aan te wijzen interventiecentra voor rijst aan de in de artikelen 2 en 3 van Verordening (EU) nr. 1272/2009 vastgestelde voorwaarden voldoen. Verordening (EG) nr. 1173/2009 moet daarom worden ingetrokken.

(5)

Overeenkomstig artikel 55, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1272/2009 hebben de lidstaten de diensten van de Commissie de lijst van de interventiecentra voor rijst meegedeeld met het oog op de daadwerkelijke aanwijzing daarvan, alsmede de lijst van de aan deze centra verbonden opslagplaatsen die door de lidstaten zijn erkend als opslagplaatsen welke voldoen aan de bij de regelgeving van de Unie vastgestelde minimumvoorwaarden. Bepaalde lidstaten hebben geen interventiecentra voor rijst meegedeeld, hetzij omdat er slechts weinig rijst wordt geproduceerd, hetzij omdat is geconstateerd dat er geen gebieden zijn met een rijstoverschot en omdat gedurende een significante periode geen beroep is gedaan op interventie.

(6)

Om de goede werking van de regeling inzake openbare interventie te garanderen, moet de Commissie de interventiecentra aanwijzen met inachtneming van hun geografische ligging en moet zij de lijst bekendmaken van de aan elk centrum verbonden opslagplaatsen, met vermelding van alle informatie die de bij de openbare interventie betrokken marktdeelnemers nodig hebben.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Beheerscomité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1272/2009 bedoelde interventiecentra voor rijst worden aangewezen in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Het adres van de aan elk interventiecentrum verbonden opslagplaatsen en de gedetailleerde gegevens met betrekking tot deze opslagplaatsen en interventiecentra worden bekendgemaakt op het internet (6).

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 1173/2009 wordt ingetrokken.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)  PB L 314 van 1.12.2009, blz. 48.

(3)  PB L 194 van 25.7.2009, blz. 22.

(4)  PB L 318 van 4.12.2010, blz. 10.

(5)  PB L 349 van 29.12.2009, blz. 1.

(6)  Het adres van de aan de interventiecentra verbonden opslagplaatsen wordt bekendgemaakt op de website CIRCA van de Europese Commissie (http://circa.europa.eu/Public/irc/agri/cereals/library?l=/publicsdomain/cereals/intervention_agencies&vm=detailed&sb=Title).


BIJLAGE

Interventiecentra voor rijst

BULGARIJE

Пловдив

SPANJE

 

Cádiz

 

Córdoba

 

Sevilla

 

Zaragoza

 

Albacete

 

Ciudad Real

 

Cuenca

 

Lérida

 

Badajoz

 

Cáceres

 

Navarra

FRANKRIJK

 

Bouches-du-Rhône

 

Gard

GRIEKENLAND

 

Θεσσαλονίκη

 

Γιαννιτσά

 

Βόλος

 

Λαμία

HONGARIJE

 

Jász-Nagykun-Szolnok

 

Békés

 

Szabolcs-Szatmár-Bereg

ITALIË

Piemonte

PORTUGAL

 

Silo De Évora

 

Silo De Cuba

ROEMENIË

 

Ianca

 

Braila

 

Faurei

 

Baraganul

 

Palas

 

Cogealac

 

Movila

 

Fetesti

 

Tandarei

 

Bucu

 

Alexandria

 

Corabia

 

Carpinis


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/14


VERORDENING (EU) Nr. 163/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),

Gezien Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (2), en met name artikel 138, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

Bij Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XV, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 22 februari 2011.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

José Manuel SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)  PB L 350 van 31.12.2007, blz. 1.


BIJLAGE

Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

IL

120,5

MA

78,2

TN

102,0

TR

109,9

ZZ

102,7

0707 00 05

JO

204,2

MK

140,7

TR

177,0

ZZ

174,0

0709 90 70

MA

46,5

TR

117,7

ZZ

82,1

0805 10 20

EG

58,1

IL

56,5

MA

56,3

TN

45,0

TR

70,2

ZZ

57,2

0805 20 10

IL

163,3

MA

88,8

TR

79,6

US

107,8

ZZ

109,9

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

CN

70,2

IL

108,3

JM

73,5

MA

113,6

TR

64,8

ZZ

86,1

0805 50 10

EG

62,1

MA

49,3

TR

51,5

ZZ

54,3

0808 10 80

CA

91,7

CM

53,6

CN

107,2

MK

55,8

US

131,3

ZZ

87,9

0808 20 50

AR

120,7

CL

140,0

CN

60,2

US

122,3

ZA

107,9

ZZ

110,2


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/16


VERORDENING (EU) Nr. 164/2011 VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

tot wijziging van de bij Verordening (EU) nr. 867/2010 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten uit de sector suiker voor het verkoopseizoen 2010/11

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (1),

Gezien Verordening (EG) nr. 951/2006 van de Commissie van 30 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker (2), en met name artikel 36, lid 2, tweede alinea, tweede zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en bepaalde stropen voor het verkoopseizoen 2010/11 zijn vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 867/2010 van de Commissie (3). Deze prijzen en rechten zijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 154/2011 van de Commissie (4).

(2)

Naar aanleiding van de gegevens waarover de Commissie momenteel beschikt, dienen deze bedragen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 951/2006 te worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 951/2006 voor het verkoopseizoen 2010/11 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor de in artikel 36 van Verordening (EU) nr. 867/2010 bedoelde producten worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 22 februari 2011.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

José Manuel SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.

(2)  PB L 178 van 1.7.2006, blz. 24.

(3)  PB L 259 van 1.10.2010, blz. 3.

(4)  PB L 46 van 19.2.2011, blz. 25.


BIJLAGE

Gewijzigde bedragen van de representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en producten van GN-code 1702 90 95 die gelden met ingang van 22 februari 2011

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg netto van het betrokken product

Aanvullend recht per 100 kg netto van het betrokken product

1701 11 10 (1)

56,59

0,00

1701 11 90 (1)

56,59

0,00

1701 12 10 (1)

56,59

0,00

1701 12 90 (1)

56,59

0,00

1701 91 00 (2)

53,60

1,39

1701 99 10 (2)

53,60

0,00

1701 99 90 (2)

53,60

0,00

1702 90 95 (3)

0,54

0,20


(1)  Vaststelling voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage IV, punt III, van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

(2)  Vaststelling voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage IV, punt II, van Verordening (EG) nr. 1234/2007.

(3)  Vaststelling per procent sacharose.


BESLUITEN

22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/18


BESLUIT 2011/119/GBVB VAN DE RAAD

van 21 februari 2011

houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Kosovo (1)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 28, artikel 31, lid 2, en artikel 33,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 4 februari 2008 Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, Eulex Kosovo (2), vastgesteld, alsmede Gemeenschappelijk Optreden 2008/123/GBVB (3) houdende benoeming van de heer Pieter FEITH tot speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) in Kosovo.

(2)

Op 11 augustus 2010 heeft de Raad Besluit 2010/446/GBVB (4) houdende verlenging van het mandaat van de SVEU tot en met 28 februari 2011 vastgesteld.

(3)

Het mandaat van de SVEU moet worden verlengd tot en met 30 april 2011.

(4)

De SVEU zal zijn mandaat uitvoeren in een mogelijk verslechterende situatie die de verwezenlijking van de doelstellingen van het externe optreden van de Unie, uiteengezet in artikel 21 van het Verdrag, kan hinderen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2010/446/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 1 wordt vervangen door:

„Artikel 1

Speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie

Het mandaat van de heer Pieter FEITH als SVEU in Kosovo wordt verlengd tot en met 30 april 2011.”.

2.

Artikel 5, lid 1, wordt vervangen door:

„1.   Het financieel referentiebedrag ter dekking van de uitgaven in verband met het mandaat van de SVEU voor de periode van 1 september 2010 tot en met 30 april 2011 bedraagt 1 230 000 EUR.”.

3.

Artikel 6 wordt vervangen door:

„Artikel 6

Vorming en samenstelling van het team

1.   Er wordt een speciale staf aangesteld die de SVEU zal bijstaan bij de uitvoering van zijn mandaat en die zal bijdragen aan de samenhang, de zichtbaarheid en de doeltreffendheid van het algehele optreden van de Unie in Kosovo. Binnen de grenzen van zijn mandaat en de daartoe vrijgemaakte financiële middelen is de SVEU verantwoordelijk voor het samenstellen van zijn team. In het team dient de door het mandaat vereiste deskundigheid inzake specifieke beleidsvraagstukken aanwezig te zijn. De SVEU houdt de Raad en de Commissie onmiddellijk op de hoogte van de samenstelling van zijn team.

2.   De lidstaten, de instellingen van de Unie en de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) kunnen voorstellen personeel te detacheren bij de SVEU. De bezoldiging van het gedetacheerde personeel komt ten laste van respectievelijk de lidstaat, de betrokken instelling van de Unie of de EDEO. Deskundigen die door de lidstaten bij de instellingen van de Unie of de EDEO zijn gedetacheerd, kunnen eveneens aan de SVEU worden toegewezen. Internationaal aangeworven personeel moet de nationaliteit van een lidstaat hebben.

3.   Al het gedetacheerde personeel blijft onder het administratieve gezag van de detacherende lidstaat, van de instelling van de Unie of van de EDEO, en voert zijn taken uit en handelt in het belang van het mandaat van de SVEU.”.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Raad

De voorzitster

C. ASHTON


(1)  Op grond van Resolutie 1244 (1999) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

(2)  PB L 42 van 16.2.2008, blz. 92.

(3)  PB L 42 van 16.2.2008, blz. 88.

(4)  PB L 211 van 12.8.2010, blz. 36.


22.2.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 47/19


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 21 februari 2011

betreffende de niet-opneming van methylbromide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2011) 950)

(Voor de EER relevante tekst)

(2011/120/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), en met name artikel 6, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij de Verordeningen (EG) nr. 451/2000 (2) en (EG) nr. 1490/2002 (3) van de Commissie zijn de bepalingen voor de uitvoering van de tweede en derde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG vastgesteld en is een lijst opgesteld van werkzame stoffen die moeten worden onderzocht met het oog op hun opneming in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Methylbromide was in die lijst opgenomen.

(2)

Overeenkomstig artikel 11 septies van Verordening (EG) nr. 1490/2002 en artikel 12, lid 1, onder a), en artikel 12, lid 2, onder b), van die verordening werd Beschikking 2008/753/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van methylbromide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (4) goedgekeurd.

(3)

In overleg met de oorspronkelijke kennisgever heeft een andere persoon („de aanvrager”) overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG een nieuwe aanvraag ingediend om toepassing van de versnelde procedure zoals vastgesteld in de artikelen 14 tot en met 19 van Verordening (EG) nr. 33/2008 van de Commissie van 17 januari 2008 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de uitvoering van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad met betrekking tot een normale en een versnelde procedure voor de beoordeling van werkzame stoffen die deel uitmaakten van het in artikel 8, lid 2, van die richtlijn bedoelde werkprogramma, maar niet in bijlage I ervan zijn opgenomen (5).

(4)

De aanvraag is ingediend bij het Verenigd Koninkrijk, dat bij Verordening (EG) nr. 1490/2002 als lidstaat die als rapporteur optreedt, was aangewezen. De termijn voor de versnelde procedure is nageleefd. De specificatie van de werkzame stof en de ondersteunde toepassingen zijn dezelfde als voor Beschikking 2008/753/EG. Die aanvraag voldoet ook aan de overige materiële en procedurele voorschriften van artikel 15 van Verordening (EG) nr. 33/2008.

(5)

Het Verenigd Koninkrijk heeft de door de aanvrager verstrekte nadere gegevens onderzocht en een aanvullend verslag opgesteld. Het heeft dat verslag op 26 november 2009 aan de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en de Commissie toegezonden. De EFSA heeft het aanvullende verslag aan de andere lidstaten en de aanvrager toegezonden en de naar aanleiding daarvan ontvangen opmerkingen naar de Commissie doorgestuurd. Overeenkomstig artikel 20, lid 1, van Verordening (EG) nr. 33/2008 en op verzoek van de Commissie heeft de EFSA haar conclusie over methylbromide op 3 november 2010 aan de Commissie overgelegd (6). Het ontwerpevaluatieverslag, het aanvullende verslag en de conclusie van de EFSA zijn door de lidstaten en de Commissie in het kader van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid onderzocht en op 28 januari 2011 afgerond in de vorm van het evaluatieverslag van de Commissie voor methylbromide.

(6)

Het aanvullende verslag van de als rapporteur optredende lidstaat en de conclusie van de EFSA hebben betrekking op de problemen die tot de niet-opneming hadden geleid. Deze problemen waren een schadelijke uitwerking op de gezondheid van de mens, met name omstanders, omdat de blootstelling hoger was dan 100 % van het AOEL, en voor consumenten, omdat de blootstelling hoger was dan 100 % van de ADI en de ARfD. In het evaluatieverslag over methylbromide kwamen nog andere problemen aan het licht.

(7)

De aanvrager leverde aanvullende informatie aan, met name over vermindering van de blootstelling door gebruik te maken van een capture-recapture-methode. Om het risico voor consumenten en niet-doelsoorten te beperken, heeft de aanvrager alleen steun aangevraagd voor toepassingen op verpakkingsmateriaal van hout in containers.

(8)

De door de aanvrager verstrekte aanvullende informatie kon evenwel niet alle specifieke punten van zorg met betrekking tot methylbromide wegnemen.

(9)

Zo was de beschikbare informatie niet voldoende om een kwantitatieve beoordeling van de blootstelling van omstanders uit te voeren. Verder was de beschikbare informatie onvoldoende om een schatting te maken van de mogelijke concentraties van methylbromide in de lucht rond containers met verpakkingsmateriaal van hout dat was behandeld met methylbromide en om de risicobeoordeling voor niet-doelorganismen af te ronden. Daarnaast waren er geen gegevens waaruit het risico van indirecte blootstelling van de bodem, het oppervlaktewater en het grondwater kon worden afgeleid.

(10)

De Commissie heeft de aanvrager verzocht zijn opmerkingen over de conclusie van de EFSA in te dienen. Bovendien heeft de Commissie de aanvrager overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EG) nr. 33/2008 verzocht zijn opmerkingen over het ontwerpevaluatieverslag in te dienen. De aanvrager heeft zijn opmerkingen ingediend en deze zijn zorgvuldig onderzocht.

(11)

Ondanks de door de aanvrager aangevoerde argumenten blijven de hierboven vermelde problemen echter bestaan en de evaluaties op basis van de verstrekte en tijdens de vergaderingen van deskundigen van de EFSA beoordeelde gegevens hebben niet aangetoond dat mag worden verwacht dat gewasbeschermingsmiddelen die methylbromide bevatten, onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden in het algemeen aan de eisen van artikel 5, lid 1, onder a) en b), van Richtlijn 91/414/EEG voldoen.

(12)

Methylbromide mag derhalve niet worden opgenomen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG.

(13)

Beschikking 2008/753/EG moet worden ingetrokken.

(14)

Dit besluit laat overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG en hoofdstuk II van Verordening (EG) nr. 33/2008 de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor methylbromide in te dienen onverlet.

(15)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Methylbromide wordt niet als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG opgenomen.

Artikel 2

Beschikking 2008/753/EG wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 21 februari 2011.

Voor de Commissie

John DALLI

Lid van de Commissie


(1)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1.

(2)  PB L 55 van 29.2.2000, blz. 25.

(3)  PB L 224 van 21.8.2002, blz. 23.

(4)  PB L 258 van 26.9.2008, blz. 68.

(5)  PB L 15 van 18.1.2008, blz. 5.

(6)  Europese Autoriteit voor voedselveiligheid; Conclusion on the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance methyl bromide. EFSA Journal 2011; 9(1):1893. [32 blz.]. doi:10.2903/j.efsa.2011.1893. Online te raadplegen via: www.efsa.europa.eu/efsajournal.