|
ISSN 1725-2598 |
||
|
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331 |
|
|
||
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
51e jaargang |
|
Inhoud |
|
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is |
Bladzijde |
|
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
* |
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
* |
||
|
|
* |
|
|
|
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is |
|
|
|
|
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN |
|
|
|
|
Commissie |
|
|
|
|
2008/920/EG |
|
|
|
* |
||
|
|
|
2008/921/EG |
|
|
|
* |
Beschikking van de Commissie van 9 december 2008 tot wijziging van Beschikking 2008/798/EG (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 8197) ( 1 ) |
|
|
|
|
OVEREENKOMSTEN |
|
|
|
|
Commissie |
|
|
|
* |
|
|
|
III Besluiten op grond van het EU-Verdrag |
|
|
|
|
BESLUITEN OP GROND VAN TITEL V VAN HET EU-VERDRAG |
|
|
|
* |
|
|
|
||
|
|
* |
|
|
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
|
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is
VERORDENINGEN
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1222/2008 VAN DE RAAD
van 1 december 2008
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 40/2008 met betrekking tot in de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan vastgestelde beheersmaatregelen
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 20,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 40/2008 van de Raad (2) zijn voor 2008 de vangstmogelijkheden vastgesteld voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, alsmede de bij de visserij in acht te nemen voorschriften. |
|
(2) |
Tijdens haar jaarlijkse vergaderingen van 2006 en 2007 heeft de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan (IOTC) een aantal beheers- en controlemaatregelen inzake de beperking van de visserijcapaciteit van op tropische tonijn, zwaardvis en witte tonijn vissende vaartuigen vastgesteld; deze maatregelen zijn bij Verordening (EG) nr. 40/2008 omgezet in Gemeenschapsrecht. |
|
(3) |
Met het oog op de duurzame exploitatie van de over grote afstanden trekkende visbestanden in de Indische Oceaan en gezien de historische visserijpatronen en de actieve aanwezigheid van de op deze bestanden vissende communautaire vloot in het IOTC-gebied gedurende de referentiejaren 2006 en 2007, moet worden vastgesteld hoeveel vaartuigen van de Gemeenschap met een lengte over alles van 24 m of meer en met een lengte van minder dan 24 m buiten de exclusieve economische zone op tropische tonijn, en hoeveel vaartuigen van de Gemeenschap op zwaardvis en witte tonijn mogen vissen, alsmede welke de overeenkomstige BT-capaciteit mag zijn en hoe deze capaciteit over de betrokken lidstaten moet worden verdeeld. |
|
(4) |
Verordening (EG) nr. 40/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen in Verordening (EG) nr. 40/2008
De artikelen 72 en 73 van Verordening (EG) nr. 40/2008 worden vervangen door:
„Artikel 72
Beperking van de visserijcapaciteit van vaartuigen die op tropische tonijn vissen
1. Het aantal vaartuigen van de Gemeenschap dat in het IOTC-gebied op tropische tonijn vist, en de overeenkomstige BT-capaciteit (bruto tonnenmaat), bedraagt maximaal:
|
Lidstaat |
Maximumaantal vaartuigen |
Capaciteit (BT) |
|
Spanje |
22 |
61 400 |
|
Frankrijk |
21 |
31 467 |
|
Italië |
1 |
2 137 |
2. In afwijking van lid 1 kunnen de lidstaten hun aantal vaartuigen, per type vistuig, wijzigen, mits zij ten genoegen van de Commissie kunnen aantonen dat deze wijziging niet tot een stijging van de visserijinspanning voor de betrokken visbestanden leidt.
3. De lidstaten zien er bij een voorgestelde overdracht van capaciteit naar hun vloot op toe dat de over te dragen vaartuigen voorkomen in het vaartuigenregister van de IOTC of van andere regionale tonijnvisserijorganisaties. Vaartuigen die op een lijst met IOO-vaartuigen van een regionale visserijbeheersorganisatie voorkomen, mogen niet worden overgedragen.
4. De in lid 1 bedoelde vaartuigen mogen tevens vissen op zwaardvis en witte tonijn in het IOTC-gebied.
5. Om rekening te houden met de bij de IOTC ingediende ontwikkelingsplannen, kunnen de beperkingen van de visserijcapaciteit zoals vermeld in dit artikel worden verhoogd binnen de in die ontwikkelingsplannen aangegeven grenzen.
Artikel 73
Beperking van de visserijcapaciteit van vaartuigen die op zwaardvis en witte tonijn vissen
1. Het aantal vaartuigen van de Gemeenschap dat in het IOTC-gebied op zwaardvis en witte tonijn vist, en de overeenkomstige BT-capaciteit (bruto tonnenmaat), bedraagt maximaal:
|
Lidstaat |
Maximumaantal vaartuigen |
Capaciteit (BT) |
|
Spanje |
27 |
11 600 |
|
Frankrijk |
25 |
1 940 |
|
Portugal |
26 |
10 100 |
|
Verenigd Koninkrijk |
4 |
1 400 |
2. In afwijking van lid 1 kunnen de lidstaten hun aantal vaartuigen, per type vistuig, wijzigen, mits zij ten genoegen van de Commissie kunnen aantonen dat deze wijziging niet tot een stijging van de visserijinspanning voor de betrokken visbestanden leidt.
3. De lidstaten zien er bij een voorgestelde overdracht van capaciteit naar hun vloot op toe dat de over te dragen vaartuigen voorkomen in het vaartuigenregister van de IOTC of van andere regionale tonijnvisserijorganisaties. Vaartuigen die op een lijst met IOO-vaartuigen van een regionale visserijbeheersorganisatie voorkomen, mogen niet worden overgedragen.
4. De in lid 1 bedoelde vaartuigen mogen tevens vissen op zwaardvis en witte tonijn in het IOTC-gebied.
5. Om rekening te houden met de bij de IOTC ingediende ontwikkelingsplannen, kunnen de beperkingen van de visserijcapaciteit zoals vermeld in dit artikel worden verhoogd binnen de in die ontwikkelingsplannen aangegeven grenzen.”.
Artikel 2
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 1 december 2008.
Voor de Raad
De voorzitter
H. NOVELLI
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1223/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 december 2008
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr. 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (2), en met name op artikel 138, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
Bij Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XV, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 10 december 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 december 2008.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
|
(EUR/100 kg) |
||
|
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
|
0702 00 00 |
MA |
80,4 |
|
TR |
79,9 |
|
|
ZZ |
80,2 |
|
|
0707 00 05 |
JO |
167,2 |
|
MA |
56,2 |
|
|
TR |
88,0 |
|
|
ZZ |
103,8 |
|
|
0709 90 70 |
MA |
127,5 |
|
TR |
117,8 |
|
|
ZZ |
122,7 |
|
|
0805 10 20 |
BR |
44,6 |
|
EG |
30,5 |
|
|
MA |
76,3 |
|
|
TR |
53,5 |
|
|
UY |
34,6 |
|
|
ZA |
50,1 |
|
|
ZW |
43,9 |
|
|
ZZ |
47,6 |
|
|
0805 20 10 |
MA |
67,3 |
|
TR |
73,0 |
|
|
ZZ |
70,2 |
|
|
0805 20 30 , 0805 20 50 , 0805 20 70 , 0805 20 90 |
AR |
62,9 |
|
CN |
52,4 |
|
|
HR |
19,9 |
|
|
IL |
85,9 |
|
|
TR |
56,6 |
|
|
ZZ |
55,5 |
|
|
0805 50 10 |
MA |
64,0 |
|
TR |
61,1 |
|
|
ZZ |
62,6 |
|
|
0808 10 80 |
CA |
89,2 |
|
CL |
43,7 |
|
|
CN |
94,8 |
|
|
MK |
34,8 |
|
|
US |
97,9 |
|
|
ZA |
123,2 |
|
|
ZZ |
80,6 |
|
|
0808 20 50 |
AR |
73,4 |
|
CL |
48,4 |
|
|
CN |
73,6 |
|
|
TR |
97,0 |
|
|
US |
128,8 |
|
|
ZZ |
84,2 |
|
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ ZZ ” staat voor „overige oorsprong”.
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/5 |
VERORDENING (EG) Nr. 1224/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 december 2008
tot vaststelling van de mate waarin de aanvragen van certificaten voor de invoer van bepaalde zuivelproducten die in november 2008 in het kader van bepaalde bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 geopende tariefcontingenten zijn ingediend, kunnen worden aanvaard
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („Integrale-GMO-verordening”) (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie van 31 augustus 2006 houdende gemeenschappelijke voorschriften voor het beheer van door middel van een stelsel van invoercertificaten beheerde invoertariefcontingenten voor landbouwproducten (2), en met name op artikel 7, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
De invoercertificaataanvragen die in de periode van 20 tot en met 30 november 2008 zijn ingediend voor bepaalde tariefcontingenten als bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 van de Commissie van 14 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad voor de invoerregeling voor melk en zuivelproducten en houdende opening van tariefcontingenten (3), hebben betrekking op hoeveelheden die groter zijn dan de beschikbare hoeveelheden. Bijgevolg dient door vaststelling van de op de aangevraagde hoeveelheden toe te passen toewijzingscoëfficiënten te worden bepaald in hoeverre de invoercertificaten kunnen worden afgegeven,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Op grond van de aanvragen van invoercertificaten voor bepaalde producten, die in de periode van 20 tot en met 30 november 2008 zijn ingediend in het kader van de in de delen I.A, I.D, I.F, I.H, I.I, en I.J van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2535/2001 bedoelde tariefcontingenten, worden invoercertificaten afgegeven voor de gevraagde hoeveelheden, vermenigvuldigd met de in de bijlage bij de onderhavige verordening vastgestelde toewijzingscoëfficiënten.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 10 december 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 december 2008.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
BIJLAGE
I.A
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4590 |
100 % |
|
09.4599 |
— |
|
09.4591 |
100 % |
|
09.4592 |
— |
|
09.4593 |
— |
|
09.4594 |
— |
|
09.4595 |
2,040816 % |
|
09.4596 |
100 % |
|
„—”: Er is de Commissie geen certificaataanvraag toegezonden. |
|
I.D
Producten van oorsprong uit Turkije
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4101 |
— |
|
„—”: Er is de Commissie geen certificaataanvraag toegezonden. |
|
I.F
Producten van oorsprong uit Zwitserland
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4155 |
99,009900 % |
I.H
Producten van oorsprong uit Noorwegen
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4179 |
100 % |
I.I
Producten van oorsprong uit IJsland
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4205 |
100 % |
|
09.4206 |
100 % |
I.J
Producten van oorsprong uit de Republiek Moldavië
|
Nummer van het tariefcontingent |
Toewijzingscoëfficiënt |
|
09.4210 |
— |
|
„—”: Er is de Commissie geen certificaataanvraag toegezonden. |
|
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/8 |
VERORDENING (EG) Nr. 1225/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 december 2008
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1186/2008 tot vaststelling van de invoerrechten in de sector granen van toepassing vanaf 1 december 2008
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (Integrale-GMO-verordening) (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1249/96 van de Commissie van 28 juni 1996 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad ten aanzien van de invoerrechten in de sector granen (2), en met name op artikel 2, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
De invoerrechten in de sector granen die van toepassing zijn vanaf 1 december 2008, zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1186/2008 van de Commissie (3). |
|
(2) |
Aangezien het berekende gemiddelde van de invoerrechten 5 EUR per ton verschilt van het vastgestelde recht, moet een overeenkomstige aanpassing van de bij Verordening (EG) nr. 1186/2008 vastgestelde invoerrechten plaatsvinden. |
|
(3) |
Verordening (EG) nr. 1186/2008 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen I en II bij Verordening (EG) nr. 1186/2008 worden vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 10 december 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 december 2008.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1.
BIJLAGE I
Vanaf 10 december 2008 geldende invoerrechten voor de in artikel 136, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1234/2007 bedoelde producten
|
GN-code |
Omschrijving |
Invoerrecht (1) (EUR/t) |
|
1001 10 00 |
HARDE TARWE van hoge kwaliteit |
0,00 |
|
van gemiddelde kwaliteit |
0,00 |
|
|
van lage kwaliteit |
0,00 |
|
|
1001 90 91 |
ZACHTE TARWE, zaaigoed |
0,00 |
|
ex 1001 90 99 |
ZACHTE TARWE van hoge kwaliteit, andere dan zaaigoed |
0,00 |
|
1002 00 00 |
ROGGE |
40,45 |
|
1005 10 90 |
MAÏS, zaaigoed, ander dan hybriden |
32,93 |
|
1005 90 00 |
MAÏS, andere dan zaaigoed (2) |
32,93 |
|
1007 00 90 |
GRAANSORGHO, andere dan hybriden bestemd voor zaaidoeleinden |
40,45 |
(1) Voor producten die via de Atlantische Oceaan of het Suezkanaal in de Gemeenschap worden aangevoerd, komt de importeur op grond van artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1249/96 in aanmerking voor een verlaging van het invoerrecht met:
|
— |
3 EUR/t als de loshaven aan de Middellandse Zee ligt, |
|
— |
2 EUR/t als de loshaven in Denemarken, Estland, Ierland, Letland, Litouwen, Polen, Finland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk of aan de Atlantische kust van het Iberisch Schiereiland ligt. |
(2) De importeur komt in aanmerking voor een forfaitaire verlaging van het invoerrecht met 24 EUR/t als aan de in artikel 2, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1249/96 vastgestelde voorwaarden is voldaan.
BIJLAGE II
Elementen voor de berekening van de in bijlage I vastgestelde rechten
28.11.2008-8.12.2008
|
1. |
Gemiddelden over de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96 bedoelde referentieperiode:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
2. |
Gemiddelden over de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96 bedoelde referentieperiode:
|
(1) Premie van 14 EUR/t inbegrepen (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).
(2) Korting van 10 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).
(3) Korting van 30 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/11 |
VERORDENING (EG) Nr. 1226/2008 VAN DE COMMISSIE
van 8 december 2008
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad betreffende bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 314/2004 van de Raad van 19 februari 2004 inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe (1), en met name op artikel 11, onder b),
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
In bijlage III bij Verordening (EG) nr. 314/2004 worden de personen genoemd van wie de tegoeden en economische middelen krachtens die verordening worden bevroren. |
|
(2) |
Bij Besluit 2008/922/GBVB van de Raad (2) wordt de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB (3) gewijzigd door toevoeging van 11 namen en verwijdering van 1 naam. Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 314/2004 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd. |
|
(3) |
Teneinde de effectiviteit van de maatregelen waarin deze verordening voorziet te waarborgen, dient de verordening onmiddellijk in werking te treden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 314/2004 wordt gewijzigd overeenkomstig het bepaalde in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 8 december 2008.
Voor de Commissie
Eneko LANDÁBURU
Directeur-generaal Buitenlandse betrekkingen
(1) PB L 55 van 24.2.2004, blz. 1.
(2) Zie bladzijde 22 van dit Publicatieblad.
BIJLAGE
Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 314/2004 wordt als volgt gewijzigd:
|
(1) |
De volgende natuurlijke personen worden na nummer 168 van de lijst toegevoegd:
|
|
(2) |
De volgende natuurlijke persoon wordt geschrapt:
|
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/13 |
VERORDENING (EG) Nr. 1227/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 december 2008
tot vaststelling van een verbod op de visserij op zwarte haarstaartvis in zone V, VI, VII en XII (wateren van de Gemeenschap en wateren die niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallen) door vaartuigen die de vlag van Spanje voeren
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 26, lid 4,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2), en met name op artikel 21, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 2015/2006 van de Raad van 19 december 2006 tot vaststelling, voor 2007 en 2008, van de vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Gemeenschap voor bepaalde bestanden van diepzeevissen (3) zijn quota voor 2007 en 2008 vastgesteld. |
|
(2) |
Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar zijn geregistreerd, de betrokken, voor 2008 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt. |
|
(3) |
Derhalve moet het worden verboden op dit bestand te vissen en vis uit dit bestand aan boord te houden, over te laden en aan te voeren, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het opgebruiken van het quotum
Het quotum dat voor 2008 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.
Artikel 2
Verbod
De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar zijn geregistreerd, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, over te laden of aan te voeren.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 december 2008.
Voor de Commissie
Fokion FOTIADIS
Directeur-generaal Maritieme zaken en visserij
(1) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.
BIJLAGE
|
Nr. |
11/DSS |
|
Lidstaat |
ESP |
|
Bestand |
BSF/56712- |
|
Soort |
Zwarte haarstaartvis (Aphanopus carbo) |
|
Zone |
V, VI, VII en XII (wateren van de Gemeenschap en wateren die niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallen) |
|
Datum |
24.8.2008 |
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN
Commissie
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/15 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2008
tot goedkeuring van bepaalde gewijzigde programma’s voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en zoönosen voor het jaar 2008 en tot wijziging van Beschikking 2007/782/EG wat betreft de herverdeling van de financiële bijdrage van de Gemeenschap aan bepaalde lidstaten voor programma’s die bij die beschikking zijn goedgekeurd
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 7572)
(2008/920/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (1), en met name op artikel 24, leden 5 en 6,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Beschikking 90/424/EEG stelt de procedures vast voor de financiële bijdrage van de Gemeenschap aan programma’s voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen. |
|
(2) |
Beschikking 2007/782/EC van de Commissie van 30 november 2007 tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2008 en volgende jaren ingediende nationale jaarlijkse en meerjarenprogramma’s en van de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van bepaalde dierziekten en zoönosen (2) keurt bepaalde nationale programma’s goed en stelt het percentage en het maximumbedrag van de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor elk door de lidstaten ingediend programma vast. |
|
(3) |
De Commissie heeft de door de lidstaten ingediende verslagen over de uitgaven voor die programma’s beoordeeld. Daaruit blijkt dat sommige lidstaten het voor 2008 aan hen toegewezen bedrag niet in zijn geheel zullen besteden, terwijl andere lidstaten meer zullen uitgeven dan het toegewezen bedrag. |
|
(4) |
Derhalve dient de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor een aantal van die nationale programma’s te worden bijgesteld. Er moeten financiële middelen worden overgeheveld van programma’s die het toegewezen bedrag niet volledig besteden, naar lidstaten die meer uitgeven dan het toegewezen bedrag. De overhevelingen moeten gebeuren op basis van de meest recente gegevens betreffende de daadwerkelijk door de betrokken lidstaten gedane uitgaven. |
|
(5) |
Bovendien hebben België, Denemarken en Finland gewijzigde programma’s voor de bewaking van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE’s) ingediend, heeft Hongarije een gewijzigd programma voor de uitroeiing van rabiës ingediend en heeft Roemenië een gewijzigd programma voor de uitroeiing van klassieke varkenspest ingediend. |
|
(6) |
De Commissie heeft deze gewijzigde programma’s zowel vanuit veterinair als vanuit financieel oogpunt beoordeeld. Deze programma’s zijn in overeenstemming bevonden met de desbetreffende communautaire veterinaire wetgeving en met name met de criteria van Beschikking 90/638/EEG (3). De gewijzigde programma’s van die vijf lidstaten moeten daarom worden goedgekeurd. |
|
(7) |
Beschikking 2007/782/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
|
(8) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Het op 23 mei 2008 door België ingediende gewijzigde programma voor de bewaking van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE’s) wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2008.
Artikel 2
Het op 18 juni 2008 door Denemarken ingediende gewijzigde programma voor de bewaking van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE’s) wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2008.
Artikel 3
Het op 9 april 2008 door Finland ingediende gewijzigde programma voor de bewaking van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE’s) wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2008.
Artikel 4
Het op 4 september 2008 door Hongarije ingediende gewijzigde programma voor de uitroeiing van rabiës wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2008.
Artikel 5
Het op 30 juni 2008 door Roemenië ingediende gewijzigde programma voor de uitroeiing van klassieke varkenspest wordt goedgekeurd voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2008.
Artikel 6
Beschikking 2007/782/EG wordt als volgt gewijzigd:
|
1. |
Artikel 1, lid 2, wordt vervangen door: „2. De Gemeenschap draagt voor 50 % bij in de uitgaven die elke in lid 1 genoemde lidstaat doet voor laboratoriumtests, de schadeloosstelling van eigenaars van dieren die in het kader van deze programma’s zijn geslacht, en de aankoop van vaccindoses, met een maximum van:
|
|
2. |
Artikel 2, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
3. |
In artikel 3, lid 2, worden de punten a) en b) vervangen door:
|
|
4. |
Artikel 4, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
5. |
Artikel 5, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
6. |
Artikel 6, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
7. |
Artikel 7, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
8. |
Artikel 9, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
9. |
Artikel 10, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
10. |
Artikel 11, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
11. |
Artikel 12, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
12. |
Artikel 13, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:
|
|
13. |
Artikel 14, lid 2, onder c), wordt vervangen door:
|
|
14. |
Artikel 15, lid 2, onder c), wordt vervangen door:
|
|
15. |
In artikel 16, lid 5, komen de punten b) tot en met e) als volgt te luiden:
|
|
16. |
Artikel 18, lid 5, wordt als volgt gewijzigd:
|
Artikel 7
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 4 december 2008.
Voor de Commissie
Androulla VASSILIOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19.
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/19 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 9 december 2008
tot wijziging van Beschikking 2008/798/EG
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 8197)
(Voor de EER relevante tekst)
(2008/921/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (1), en met name op artikel 53, lid 1, onder b),
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Artikel 53 van Verordening (EG) nr. 178/2002 voorziet in de mogelijkheid van passende communautaire noodmaatregelen voor uit een derde land ingevoerde levensmiddelen en diervoeders om de gezondheid van mens of dier of het milieu te beschermen, wanneer het risico niet op afdoende wijze kan worden beheerst met de door de betrokken lidstaten getroffen maatregelen. |
|
(2) |
Er zijn in China hoge melaminegehaltes aangetroffen in zuigelingenmelk en andere melkproducten. Melamine is een chemisch halffabrikaat dat gebruikt wordt bij de productie van aminoharsen en kunststoffen en als monomeer en additief voor kunststoffen. Hoge melaminegehaltes in levensmiddelen kunnen zeer ernstige gezondheidsschade veroorzaken. |
|
(3) |
Om het gezondheidsrisico als gevolg van blootstelling aan melamine in diervoeders en levensmiddelen tegen te gaan, voorziet Beschikking 2008/798/EG van de Commissie houdende speciale voorwaarden voor de invoer van producten die melk of melkproducten bevatten, van oorsprong uit of verzonden uit China, en tot intrekking van Beschikking 2008/757/EG van de Commissie, in een verbod van invoer in de Gemeenschap van producten die melk of melkproducten bevatten, van oorsprong uit of verzonden uit China, en die specifiek bestemd zijn voor de voeding van zuigelingen en jonge kinderen, en verplicht de lidstaten om systematische controles te verrichten bij de invoer van andere diervoeders en levensmiddelen die melk of melkproducten bevatten. Beschikking 2008/798/EG verplicht de lidstaten verder om alle dergelijke producten die meer dan 2,5 mg melamine per kg product blijken te bevatten, uit de handel te nemen. |
|
(4) |
Volgens informatie die de lidstaten hebben verstrekt via het systeem voor snelle waarschuwingen over levensmiddelen en diervoeders (RASFF) zijn onlangs ook hoge melaminegehaltes aangetroffen in uit China ingevoerde producten die soja of sojaproducten bevatten. Melamine is ook aangetroffen in ammoniumbicarbonaat, dat in de voedingsindustrie als rijsmiddel wordt gebruikt. Het is derhalve zinvol de in Beschikking 2008/798/EG van de Commissie vastgestelde maatregelen uit te breiden tot de genoemde producten. |
|
(5) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Beschikking 2008/798/EG wordt als volgt gewijzigd:
|
1. |
Artikel 2, lid 1, wordt vervangen door: „De lidstaten verbieden de invoer in de Gemeenschap van producten die melk, melkproducten, soja of sojaproducten bevatten, van oorsprong uit of verzonden uit China, en die specifiek bestemd zijn voor de voeding van zuigelingen en jonge kinderen, in de zin van Richtlijn 89/398/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen. De lidstaten zorgen er eveneens voor dat alle dergelijke producten die in de handel worden aangetroffen na de inwerkingtreding van deze beschikking onmiddellijk uit de handel genomen en vernietigd worden.” |
|
2. |
Artikel 2, lid 2, wordt vervangen door: „De lidstaten verrichten documenten-, overeenstemmings- en materiële controles, met inbegrip van laboratoriumanalyses, van alle uit China afkomstige of verzonden zendingen van ammoniumbicarbonaat bestemd voor gebruik in levensmiddelen en diervoeders, en van levensmiddelen en diervoeders die melk, melkproducten, soja of sojaproducten bevatten. De lidstaten kunnen willekeurige controles uitvoeren op andere diervoeders en levensmiddelen met een hoog proteïnegehalte van oorsprong uit China voordat die producten in de EU ingevoerd worden. Deze controles dienen met name om vast te stellen dat het gehalte van eventueel aanwezige melamine niet hoger is dan 2,5 mg per kg product. De zendingen worden vastgehouden totdat de resultaten van de laboratoriumanalyse beschikbaar zijn.” |
|
3. |
Artikel 3 wordt vervangen door: „De exploitanten van diervoeder- en levensmiddelenbedrijven of hun vertegenwoordigers stellen de in artikel 2, lid 3, bedoelde controlepunten tijdig op de hoogte van de verwachte datum en het tijdstip van aankomst van alle zendingen van oorsprong uit of verzonden uit China van diervoeders en levensmiddelen die melk, melkproducten, soja of sojaproducten bevatten.” |
Artikel 2
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 9 december 2008.
Voor de Commissie
Androulla VASSILIOU
Lid van de Commissie
OVEREENKOMSTEN
Commissie
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/21 |
Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de betekening en de kennisgeving van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken
Artikel 3, lid 2, van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de betekening en de kennisgeving van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (1), gesloten bij Besluit 2006/326/EG van de Raad (2) (hierna „de overeenkomst” genoemd), bepaalt dat wanneer wijzigingen van Verordening (EG) nr. 1348/2000 (3) worden aangenomen, Denemarken de Commissie in kennis stelt van zijn besluit om de inhoud van deze wijzigingen al dan niet ten uitvoer te leggen.
Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken („de betekening en de kennisgeving van stukken”), en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1348/2000 van de Raad (4) werd op 13 november 2007 aangenomen.
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van de overeenkomst heeft Denemarken bij brief van 20 november 2007 de Commissie in kennis gesteld van zijn besluit om de inhoud van Verordening (EG) nr. 1393/2007 ten uitvoer te leggen. Overeenkomstig artikel 3, lid 6, van de overeenkomst schept de Deense kennisgeving tussen Denemarken en de Gemeenschap wederzijdse verplichtingen. Verordening (EG) nr. 1393/2007 vormt bijgevolg een wijziging van de overeenkomst en wordt geacht aan de overeenkomst te zijn gehecht.
Overeenkomstig artikel 3, lid 4, van de overeenkomst zullen de vereiste administratieve maatregelen in werking treden op de datum van inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 1393/2007.
(1) PB L 300 van 17.11.2005, blz. 55.
(2) PB L 120 van 5.5.2006, blz. 23.
III Besluiten op grond van het EU-Verdrag
BESLUITEN OP GROND VAN TITEL V VAN HET EU-VERDRAG
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/22 |
BESLUIT 2008/922/GBVB VAN DE RAAD
van 8 december 2008
tot uitvoering van Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB houdende verlenging van beperkende maatregelen tegen Zimbabwe
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB van de Raad (1), en met name op artikel 6, juncto artikel 23, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Door middel van Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB heeft de Raad maatregelen genomen om met name de binnenkomst op of de doorreis via het grondgebied van de lidstaten te beletten en de tegoeden en economische middelen te bevriezen van de leden van de regering van Zimbabwe en van met hen geassocieerde natuurlijke of rechtspersonen, entiteiten of lichamen, alsmede van andere natuurlijke of rechtspersonen die zich schuldig maken aan activiteiten die de democratie, de eerbiediging van de mensenrechten en de rechtsstaat in Zimbabwe ernstig ondermijnen, waarvan de lijst staat in de bijlage bij genoemd gemeenschappelijk standpunt. |
|
(2) |
Naar aanleiding van de door de autoriteiten van Zimbabwe georganiseerde en begane gewelddadigheden tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen in 2008 heeft de Raad besloten bepaalde andere personen en entiteiten toe te voegen aan de lijst in de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB. Hij heeft daartoe op 22 juli 2008 Besluit 2008/605/GBVB (2) aangenomen. |
|
(3) |
De Raad heeft ook besloten de beperkende maatregelen aan te scherpen wat betreft het verbod op binnenkomst of doorreis via het grondgebied van de lidstaten van de in de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB vermelde natuurlijke personen, en heeft daartoe op 31 juli 2008 Gemeenschappelijk Standpunt 2008/632/GBVB (3) vastgesteld. |
|
(4) |
Aangezien de door de autoriteiten van Zimbabwe georganiseerde en begane gewelddadigheden aanhouden, en het op 15 september 2008 ondertekende politieke akkoord nog altijd niet wordt uitgevoerd, moeten bepaalde personen en entiteiten worden toegevoegd aan de lijst in de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB. |
|
(5) |
Daarentegen kan één persoon uit de bijlage van Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB worden verwijderd. |
|
(6) |
De bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB moet dienovereenkomstig worden herzien, |
BESLUIT:
Artikel 1
1. De in de bijlage bij onderhavig besluit opgenomen personen worden toegevoegd aan de lijst in bijlage I bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB.
2. De in bijlage II bij dit besluit genoemde persoon wordt verwijderd uit de lijst in de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2004/161/GBVB.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 8 december 2008.
Voor de Raad
De voorzitter
B. KOUCHNER
(1) PB L 50 van 20.2.2004, blz. 66.
BIJLAGE I
De personen bedoeld in artikel 1, lid 1
|
Parlementslid voor Mudzi North, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Zimbabwaans leger, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Zimbabwaans leger, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Op 12 augustus bevorderd tot generaal-majoor (buiten dienst); voormalig waarnemend permanent ondersecretaris bij het ministerie van Defensie en rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Hoofdcommissaris (buiten dienst), rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Adjunct-inspecteur bij de Zimbabwaanse politie, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Hoofdcommissaris, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Adjunct-commissaris, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Sergeant, rechtstreeks betrokken bij de terreurcampagne voor en na de verkiezingen. |
||
|
Provinciegouverneur voor Centraal-Mashonaland. |
||
|
Provinciegouverneur voor West-Mashonaland. |
BIJLAGE II
De persoon bedoeld in artikel 1, lid 2
|
Adjunct-secretaris-generaal van het ZANU(PF)-Politbureau, belast met Economische Zaken (voormalig minister van Financiën), geboren 22.3.1950 Sterke banden met de regering en het regeringsbeleid als lid van het politbureau. |
|
10.12.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 331/s3 |
BERICHT AAN DE LEZER
De instellingen hebben besloten in hun teksten niet langer te verwijzen naar de laatste wijziging van de aangehaalde besluiten.
Tenzij anders vermeld, zijn de besluiten waarnaar in de hierin gepubliceerde teksten wordt verwezen, de besluiten zoals die momenteel van kracht zijn.