ISSN 1725-2598 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
51e jaargang |
Inhoud |
|
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is |
Bladzijde |
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
||
|
|
||
|
|
RICHTLIJNEN |
|
|
* |
Richtlijn 2008/4/EG van de Commissie van 9 januari 2008 tot wijziging van Richtlijn 94/39/EG ten aanzien van diervoeders bestemd voor de vermindering van het risico op melkziekte ( 1 ) |
|
|
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is |
|
|
|
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN |
|
|
|
Europees Parlement en Raad |
|
|
|
2008/29/EG |
|
|
* |
||
|
|
2008/30/EG |
|
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is
VERORDENINGEN
10.1.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 12/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 januari 2008
tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1580/2007 van de Commissie van 21 december 2007 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 2200/96, (EG) nr 2201/96 en (EG) nr. 1182/2007 van de Raad in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 138, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 1580/2007 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 138 van Verordening (EG) nr. 1580/2007 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 10 januari 2008.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 januari 2008.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 350 van 31.12.2007, blz. 1.
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 9 januari 2008 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
IL |
161,6 |
MA |
65,9 |
|
TN |
127,9 |
|
TR |
106,8 |
|
ZZ |
115,6 |
|
0707 00 05 |
JO |
172,9 |
MA |
41,7 |
|
TR |
115,4 |
|
ZZ |
110,0 |
|
0709 90 70 |
MA |
112,6 |
TR |
133,2 |
|
ZZ |
122,9 |
|
0709 90 80 |
EG |
313,6 |
ZZ |
313,6 |
|
0805 10 20 |
CL |
64,2 |
EG |
44,1 |
|
IL |
46,7 |
|
MA |
68,6 |
|
TR |
82,5 |
|
ZA |
35,8 |
|
ZZ |
57,0 |
|
0805 20 10 |
MA |
84,1 |
ZZ |
84,1 |
|
0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90 |
CN |
59,5 |
HR |
29,7 |
|
IL |
61,6 |
|
TR |
90,0 |
|
ZZ |
60,2 |
|
0805 50 10 |
EG |
77,2 |
IL |
149,9 |
|
TR |
95,2 |
|
ZA |
76,9 |
|
ZZ |
99,8 |
|
0808 10 80 |
CA |
95,9 |
CN |
77,6 |
|
MK |
33,0 |
|
TR |
118,1 |
|
US |
107,9 |
|
ZA |
89,0 |
|
ZZ |
86,9 |
|
0808 20 50 |
CN |
72,5 |
US |
105,7 |
|
ZA |
134,7 |
|
ZZ |
104,3 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.
10.1.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 13/2008 VAN DE COMMISSIE
van 9 januari 2008
tot vaststelling van de toewijzingscoëfficiënt die moet worden toegepast op de aanvragen voor invoercertificaten die in de periode van 2 tot en met 4 januari 2008 zijn ingediend in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 955/2005 geopende tariefcontingent voor rijst van oorsprong uit Egypte
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (1),
Gelet op Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie van 31 augustus 2006 houdende gemeenschappelijke voorschriften voor het beheer van door middel van een stelsel van invoercertificaten beheerde invoertariefcontingenten voor landbouwproducten (2), en met name op artikel 7, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 955/2005 van de Commissie (3) is een jaarlijks tariefcontingent geopend voor de invoer van 5 605 ton rijst van GN-code 1006 van oorsprong uit Egypte (volgnummer 09.4097). |
(2) |
Uit de overeenkomstig artikel 5, onder a), van Verordening (EG) nr. 955/2005 verstrekte gegevens blijkt dat de aanvragen die overeenkomstig artikel 4, lid 1, van die verordening vóór 4 januari 2008 om 13.00 uur plaatselijke tijd Brussel zijn ingediend, betrekking hebben op een grotere hoeveelheid dan die welke beschikbaar is. Daarom dient door de toewijzingscoëfficiënt vast te stellen die op de aangevraagde hoeveelheden moet worden toegepast, te worden bepaald in hoeverre de invoercertificaten kunnen worden afgegeven. |
(3) |
Ook mogen voor de lopende contingentsperiode geen invoercertificaten op grond van Verordening (EG) nr. 955/2005 meer worden afgegegeven, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. Op grond van de aanvragen voor certificaten voor de invoer van rijst van oorsprong uit Egypte in het kader van het in Verordening (EG) nr. 955/2005 bedoelde contingent die zijn ingediend vóór 4 januari 2008 om 13.00 uur plaatselijke tijd Brussel, worden certificaten afgegeven voor de aangevraagde hoeveelheden, vermenigvuldigd met een toewijzingscoëfficiënt die 8,123188 % bedraagt.
2. De afgifte van certificaten voor hoeveelheden die worden aangevraagd vanaf vrijdag 4 januari 2008 om 13.00 uur plaatselijke tijd Brussel, wordt voor de lopende contingentsperiode geschorst.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 januari 2008.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 van de Commissie (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1). Verordening (EG) nr. 1785/2003 wordt per 1 september 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).
(2) PB L 238 van 1.9.2006, blz. 13. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 289/2007 (PB L 78 van 17.3.2007, blz. 17).
(3) PB L 164 van 24.6.2005, blz. 5. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1456/2007 (PB L 325 van 11.12.2007, blz. 76).
RICHTLIJNEN
10.1.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6/4 |
RICHTLIJN 2008/4/EG VAN DE COMMISSIE
van 9 januari 2008
tot wijziging van Richtlijn 94/39/EG ten aanzien van diervoeders bestemd voor de vermindering van het risico op melkziekte
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 93/74/EEG van de Raad van 13 september 1993 betreffende diervoeders met bijzonder voedingsdoel (1), en met name op artikel 6, onder c),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Richtlijn 94/39/EG (2) heeft de Commissie een lijst van bestemmingen voor diervoeders met bijzonder voedingsdoel vastgesteld. |
(2) |
In haar advies van 8 december 2004 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) geconcludeerd dat zeoliet (synthetisch natriumaluminiumsilicaat) het risico op melkziekte bij melkkoeien kan verminderen (3). De EFSA kon echter het risico voor de gezondheid van mens en dier niet afdoende beoordelen als gevolg van ontbrekende gegevens. In het licht van de ontvangen aanvullende inlichtingen heeft de EFSA in haar advies van 11 juli 2007 geconcludeerd dat toevoeging van zeoliet aan diervoeders voor melkkoeien gedurende een periode van ongeveer twee weken vóór het kalven geen risico oplevert voor de gezondheid van mens en dier en voor het milieu (4). Zeoliet dient daarom te worden opgenomen onder de regel „Vermindering van het risico op melkziekte” in de lijst van bestemmingen in deel B van de bijlage bij Richtlijn 94/39/EG. |
(3) |
In haar advies van 12 juni 2007 heeft de EFSA geconcludeerd dat diervoeders met een hoog calciumgehalte die omstreeks het tijdstip van kalven worden toegediend, zeer doeltreffend kunnen zijn bij de behandeling van niet-ernstige gevallen van melkziekte en bij de preventie van een herhaling van de ziekte bij melkkoeien en dat daarom een nieuwe vermelding betreffende de vermindering van het risico op melkziekte aan de lijst moet worden toegevoegd (5). De EFSA concludeerde voorts dat een marginaal risico voor de diergezondheid niet volledig kan worden uitgesloten, waardoor er een afweging tussen het individuele risico en de algemene voordelen van toediening moet worden gemaakt. Om de voor de melkkoeien verantwoordelijke persoon in staat te stellen een dergelijke afweging te maken, moeten de verschillende bronnen van calcium en de hoeveelheid ervan op het etiket worden vermeld. Ook dient het etiket een aanbeveling te bevatten om advies van een diervoederdeskundige in te winnen. De EFSA verwacht een risico voor de consument noch een extra risico voor het milieu. Daarom moeten diervoeders met een hoog calciumgehalte worden opgenomen onder de regel „Vermindering van het risico op melkziekte” in de lijst van bestemmingen in deel B van de bijlage bij Richtlijn 94/39/EG. |
(4) |
Richtlijn 94/39/EG dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd. |
(5) |
De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlage bij Richtlijn 94/39/EG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk 24 juni 2008 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
Artikel 3
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 4
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 9 januari 2008.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 237 van 22.9.1993, blz. 23. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 806/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1).
(2) PB L 207 van 10.8.1994, blz. 20. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/1/EG (PB L 5 van 9.1.2002, blz. 8).
(3) Opinion of the Scientific Panel on Additives and Products or Substances used in Animal Feed on the request from the Commission on the use of synthetic sodium aluminium silicate (zeolite) for the reduction of risk of milk fever in dairy cows. Goedgekeurd op 8 december 2004. The EFSA Journal (2004) 160, blz. 1-11.
(4) Opinion of the Scientific Panel on Additives and Products or Substances used in Animal Feed on the safety of zeolite (sodium aluminosilicate, synthetic) for the reduction of risk of milk fever in dairy cows. Goedgekeurd op 11 juli 2007. The EFSA Journal (2007) 523, blz. 1-11.
(5) Opinion of the Scientific Panel on Additives and Products or Substances used in Animal Feed on the safety of feedingstuffs with high calcium content for the reduction of milk fever in dairy cows. Goedgekeurd op 12 juni 2007. The EFSA Journal (2007) 504, blz. 1-10.
BIJLAGE
In deel B bij Richtlijn 94/39/EG wordt de regel betreffende het bijzonder voedingsdoel „Vermindering van het risico op melkziekte” vervangen door:
Bijzonder voedingsdoel |
Essentiële voedingskenmerken |
Diersoort of -categorie |
Vermeldingen op het etiket |
Aanbevolen gebruiksduur |
Andere vermeldingen |
||||||||||||
„Vermindering van het risico op melkziekte |
|
Melkkoeien |
|
1-4 weken vóór het kalven |
In de gebruiksaanwijzing moet worden vermeld: „Stop toediening vanaf het kalven” |
||||||||||||
en/of |
|
|
|
||||||||||||||
|
|
1-4 weken vóór het kalven |
In de gebruiksaanwijzing moet worden vermeld: „Stop toediening vanaf het kalven” |
||||||||||||||
of |
|
|
|
||||||||||||||
|
Gehalte aan natriumaluminiumsilicaat |
De 2 weken vóór het kalven |
In de gebruiksaanwijzing moet worden vermeld:
|
||||||||||||||
of |
|
|
|
||||||||||||||
|
Totaal calciumgehalte, bronnen en respectieve hoeveelheid calcium |
Vanaf eerste tekenen van kalven tot twee dagen na het kalven |
Op de verpakking, de recipiënt of het etiket moet worden vermeld:
|
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN
Europees Parlement en Raad
10.1.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6/7 |
BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 18 december 2007
tot wijziging van het Interinstitutioneel akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader
(2008/29/EG)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (1), met name de punten 21 en 22, eerste en tweede alinea, en 23 daarvan,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Tijdens de begrotingsoverlegvergadering van 23 november 2007 zijn de beide takken van de begrotingsautoriteit overeengekomen te voorzien in een deel van de benodigde financiering voor het Europese GNSS systeem voor radionavigatie per satelliet (EGNOS — Galileo) door middel van een herziening van het meerjarig financieel kader 2007-2013 in overeenstemming met de punten 21, 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord, teneinde de plafonds voor vastleggingskredieten in subrubriek 1a voor de jaren 2008-2013 te verhogen met een bedrag van 1 600 miljoen EUR op basis van het huidige prijsniveau. Deze verhoging wordt gecompenseerd door een verlaging van het plafond van de vastleggingskredieten in rubriek 2 in 2007 met eenzelfde bedrag. |
(2) |
Teneinde een passende verhouding tussen vastleggingen en betalingen te handhaven, worden de jaarplafonds voor betalingskredieten aangepast. De aanpassing is neutraal. |
(3) |
Bijlage 1 van het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd (2). |
BESLUITEN:
Enig artikel
Bijlage 1 bij het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.
Gedaan te Brussel, 18 december 2007.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
H.-G. PÖTTERING
Voor de Raad
De voorzitter
M. LOBO ANTUNES
(1) PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.
(2) Te dien einde zijn uit bovenstaande overeenkomst resulterende cijfers omgerekend naar het prijsniveau van 2004.
BIJLAGE
FINANCIEEL KADER 2007-2013 (herzien)
(EUR miljoen — prijzen 2004) |
||||||||||
BETALINGSKREDIETEN |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
2013 |
Totaal 2007-2013 |
||
|
51 267 |
52 913 |
54 071 |
54 860 |
55 379 |
56 845 |
58 256 |
383 591 |
||
|
8 404 |
9 595 |
10 209 |
11 000 |
11 306 |
12 122 |
12 914 |
75 550 |
||
|
42 863 |
43 318 |
43 862 |
43 860 |
44 073 |
44 723 |
45 342 |
308 041 |
||
|
53 478 |
54 322 |
53 666 |
53 035 |
52 400 |
51 775 |
51 161 |
369 837 |
||
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen |
43 120 |
42 697 |
42 279 |
41 864 |
41 453 |
41 047 |
40 645 |
293 105 |
||
|
1 199 |
1 258 |
1 380 |
1 503 |
1 645 |
1 797 |
1 988 |
10 770 |
||
|
600 |
690 |
790 |
910 |
1 050 |
1 200 |
1 390 |
6 630 |
||
|
599 |
568 |
590 |
593 |
595 |
597 |
598 |
4 140 |
||
|
6 199 |
6 469 |
6 739 |
7 009 |
7 339 |
7 679 |
8 029 |
49 463 |
||
|
6 633 |
6 818 |
6 973 |
7 111 |
7 255 |
7 400 |
7 610 |
49 800 |
||
|
419 |
191 |
190 |
|
|
|
|
800 |
||
TOTAAL VASTLEGGINGSKREDIETEN |
119 195 |
121 971 |
123 019 |
123 518 |
124 018 |
125 496 |
127 044 |
864 261 |
||
% van het BNI |
1,10 % |
1,08 % |
1,07 % |
1,04 % |
1,03 % |
1,02 % |
1,01 % |
1,048 % |
||
TOTAAL BETALINGSKREDIETEN |
115 142 |
119 805 |
112 182 |
118 549 |
116 178 |
119 659 |
119 161 |
820 676 |
||
% van het BNI |
1,06 % |
1,06 % |
0,97 % |
1,00 % |
0,97 % |
0,97 % |
0,95 % |
1,00 % |
||
Beschikbare marge |
0,18 % |
0,18 % |
0,27 % |
0,24 % |
0,27 % |
0,27 % |
0,29 % |
0,24 % |
||
Maximum van de eigen middelen als @ van het BNI |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
1,24 % |
(1) De in het maximumbedrag van deze rubriek opgenomen uitgaven voor pensioenen zijn exclusief de personeelsbijdragen aan de pensioenregelingen, ten bedrage van 500 miljoen EUR in prijzen van 2004 voor de periode 2007-2013.
10.1.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 6/9 |
BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 18 december 2007
betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering
(2008/30/EG)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (1), en met name op punt 28,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (2),
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het begrotingsoverleg van 13 juli 2007,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Europese Unie heeft een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering, hierna „het fonds” genoemd, ingesteld om aanvullende steun te geven aan werknemers die te lijden hebben van de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen en hen te helpen bij hun re-integratie op de arbeidsmarkt. |
(2) |
Het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 staat uitgaven uit het fonds toe tot het jaarlijkse maximum van 500 miljoen EUR. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 1927/2006 bevat de voorwaarden waaronder middelen uit het fonds beschikbaar kunnen worden gesteld. |
(4) |
Duitsland en Finland hebben aanvragen ingediend om middelen uit het fonds beschikbaar te stellen met betrekking tot twee zaken betreffende ontslagen in de sector mobiele telefonie: BenQ in Duitsland en Perlos Oyj in Finland, |
BESLUITEN:
Artikel 1
Voor de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2007 worden middelen uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering ten bedrage van 14 794 688 EUR ter beschikking gesteld.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, op 18 december 2007.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
H.-G. PÖTTERING
Voor de Raad
De voorzitter
M. LOBO ANTUNES
(1) PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.
(2) PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1.