ISSN 1725-2598 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
50e jaargang |
Inhoud |
|
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is |
Bladzijde |
|
|
VERORDENINGEN |
|
|
|
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
||
|
* |
|
|
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is |
|
|
|
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN |
|
|
|
Raad |
|
|
|
2007/714/EG |
|
|
* |
||
|
|
2007/715/EG, Euratom |
|
|
* |
||
|
|
Commissie |
|
|
|
2007/716/EG |
|
|
* |
Beschikking van de Commissie van 30 oktober 2007 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor structurele voorschriften voor bepaalde inrichtingen in de vlees- en de melksector in Bulgarije die zijn opgenomen in de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5238) ( 1 ) |
|
|
|
2007/717/EG |
|
|
* |
||
|
|
2007/718/EG |
|
|
* |
Beschikking van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5452) ( 1 ) |
|
|
|
2007/719/EG |
|
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is
VERORDENINGEN
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1297/2007 VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 7 november 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Jean-Luc DEMARTY
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling
(1) PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 756/2007 (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 41).
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
MA |
80,2 |
MK |
52,6 |
|
TR |
65,0 |
|
ZZ |
65,9 |
|
0707 00 05 |
JO |
196,3 |
MA |
47,2 |
|
MK |
70,4 |
|
TR |
118,7 |
|
ZZ |
108,2 |
|
0709 90 70 |
MA |
83,1 |
TR |
83,1 |
|
ZZ |
83,1 |
|
0805 20 10 |
MA |
94,2 |
ZZ |
94,2 |
|
0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90 |
HR |
39,1 |
TR |
101,1 |
|
UY |
82,7 |
|
ZZ |
74,3 |
|
0805 50 10 |
AR |
83,9 |
TR |
96,4 |
|
ZA |
54,0 |
|
ZZ |
78,1 |
|
0806 10 10 |
BR |
246,5 |
TR |
125,5 |
|
US |
254,7 |
|
ZZ |
208,9 |
|
0808 10 80 |
AR |
81,9 |
AU |
183,7 |
|
CA |
92,0 |
|
CL |
86,0 |
|
MK |
30,6 |
|
US |
99,1 |
|
ZA |
92,9 |
|
ZZ |
95,2 |
|
0808 20 50 |
AR |
49,2 |
CN |
77,8 |
|
TR |
133,6 |
|
ZZ |
86,9 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1298/2007 VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 900/2007 om een onderscheid te maken tussen derde landen en gebieden van de EU-lidstaten die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Gemeenschap
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 40, lid 1, onder g),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij artikel 1 van Verordening (EG) nr. 900/2007 van de Commissie van 27 juli 2007 betreffende een permanente inschrijving voor de vaststelling van restituties bij uitvoer van witte suiker tot het einde van het verkoopseizoen 2007/2008 (2) wordt een permanente inschrijving gehouden voor de vaststelling van restituties bij uitvoer van witte suiker van GN-code 1701 99 10, voor alle bestemmingen, behalve Andorra, Gibraltar, Ceuta, Melilla, de Heilige Stoel (Vaticaanstad), Liechtenstein, de gemeenten Livigno en Campione d’Italia, Helgoland, Groenland, de Faeröer en de zones van Cyprus waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent, Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro (3) en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. |
(2) |
Om een onjuiste interpretatie van de status van deze bestemmingen te voorkomen moet een onderscheid worden gemaakt tussen derde landen en gebieden van de EU-lidstaten die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Gemeenschap. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 900/2007 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(4) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Artikel 1, lid 1, van Verordening (EG) nr. 900/2007 wordt vervangen door:
„1. Er wordt een permanente inschrijving gehouden voor de vaststelling van restituties bij uitvoer van witte suiker van GN-code 1701 99 10, voor alle bestemmingen, behalve:
a) |
derde landen: Andorra, de Heilige Stoel (Vaticaanstad), Liechtenstein, Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Servië (4) en Montenegro; |
b) |
gebieden van de EU-lidstaten die geen deel uitmaken van het douanegebied van de Gemeenschap: Gibraltar, Ceuta, Melilla, de gemeenten Livigno en Campione d'Italia, Helgoland, Groenland, de Faeröer en de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de Regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent. |
Tijdens de duur van de in de eerste alinea bedoelde permanente inschrijving worden deelinschrijvingen gehouden.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1182/2007 (PB L 273 van 17.10.2007, blz. 1).
(2) PB L 196 van 28.7.2007, blz. 26.
(3) Met inbegrip van Kosovo, onder bescherming van de Verenigde Naties, krachtens resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad van 10 juni 1999.
(4) Met inbegrip van Kosovo, onder auspiciën van de Verenigde Naties, krachtens resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad van 10 juni 1999.”
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/4 |
VERORDENING (EG) Nr. 1299/2007 VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
betreffende de erkenning van de producentengroeperingen in de sector hop
(Gecodificeerde versie)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1952/2005 van de Raad van 23 november 2005 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector hop en houdende intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1696/71, (EEG) nr. 1037/72, (EEG) nr. 879/73 en (EEG) nr. 1981/82 (1), en met name op artikel 17,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EEG) nr. 1351/72 van de Commissie van 28 juni 1972 betreffende de erkenning van de producentengroeperingen in de sector hop (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan. |
(2) |
De in artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1952/2005 bepaalde voorwaarden voor de erkenning van een producentengroepering voor hop omvatten met name de toepassing van gemeenschappelijke regels voor de productie en het op de markt brengen in het eerste handelsstadium, evenals het bewijs van een voldoende grote economische activiteit. Deze voorwaarden dienen nader te worden aangeduid. |
(3) |
Ten einde een zekere eenvormigheid van de administratieve procedure te waarborgen, dienen bepaalde details betreffende de aanvraag, de toekenning en de intrekking van de erkenning te worden geregeld. |
(4) |
Het is ter informatie van de lidstaten en alle belanghebbenden nuttig, bij het begin van ieder jaar de publicatie voor te schrijven van de lijst met de, in de loop van het vorige kalenderjaar erkende groeperingen, alsmede van die waarvan de erkenning in de loop van hetzelfde tijdvak is ingetrokken. |
(5) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor hop, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
1. De in artikel 7, lid 2, onder b) en c), van Verordening (EG) nr. 1952/2005 bedoelde gemeenschappelijke regels worden schriftelijk vastgelegd. Zij hebben ten minste betrekking op:
a) |
ten aanzien van de productie:
|
b) |
ten aanzien van de afzet, wat met name de concentratie van het aanbod en de aanbodvoorwaarden betreft:
|
2. Onder „eerste handelsstadium” wordt verstaan de verkoop van hop die is geteeld door de verkoper zelf of, in geval van verkoop door een groepering, van hop geteeld door de leden van de groepering aan de groothandel of aan de be- of verwerkende industrieën.
Artikel 2
1. Om erkend te worden moet een producentengroepering over een areaal van ten minste 60 ha beschikken en moeten ten minste zeven telers er lid van zijn.
Voor Griekenland wordt het minimumaantal hectaren verlaagd tot 30.
2. Overeenkomstig de in artikel 16, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1952/2005 bedoelde procedure, mag een lidstaat op zijn verzoek worden gemachtigd een groepering te erkennen waarvan het geregistreerde areaal minder dan 60 ha omvat, indien dit areaal is gelegen in een erkend productiegebied dat minder dan 100 ha omvat.
Artikel 3
Bij de aanvraag om erkenning worden de volgende documenten en inlichtingen overgelegd:
a) |
de statuten; |
b) |
de vermelding van de personen welke gemachtigd zijn om in naam en voor rekening van de groepering op te treden; |
c) |
de vermelding van de activiteiten welke de aanvraag om erkenning motiveren; |
d) |
het bewijs dat de bepalingen van artikel 2 worden nageleefd. |
Artikel 4
1. De lidstaten nemen binnen drie maanden na de indiening van de aanvraag een beslissing ten aanzien van de erkenning.
2. De erkenning van een groepering wordt ingetrokken wanneer niet langer aan de voorwaarden voor de erkenning is voldaan of wanneer deze erkenning op onjuiste gegevens berust.
Wanneer de groepering de erkenning op bedrieglijke wijze verkrijgt of gebruikt, wordt de erkenning met terugwerkende kracht ingetrokken.
3. De lidstaten oefenen een voortdurende controle uit op de naleving van de erkenningsvoorwaarden door de erkende groeperingen
Artikel 5
1. Wanneer een lidstaat de erkenning aan een groepering toekent of weigert of een erkenning intrekt, stelt hij de Commissie daarvan in kennis binnen twee maanden na de mededeling van de beslissing aan de aanvrager, met vermelding van de redenen voor de weigering van de aanvraag of voor de intrekking van de erkenning.
2. Bij het begin van elk kalenderjaar laat de Commissie in het Publicatieblad van de Europese Unie de lijst publiceren van de in de loop van het voorgaande jaar erkende groeperingen alsmede van die waarvan de erkenning in de loop van hetzelfde tijdvak is ingetrokken.
Artikel 6
Verordening (EEG) nr. 1351/72 wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.
Artikel 7
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
José Manuel BARROSO
De voorzitter
(1) PB L 314 van 30.11.2005, blz. 1, gerectificeerd in PB L 317 van 3.12.2005, blz. 29.
(2) PB L 148 van 30.6.1972, blz. 13. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3858/87 (PB L 363 van 23.12.1987, blz. 27).
(3) Zie bijlage I.
BIJLAGE I
Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan
Verordening (EEG) nr. 1351/72 van de Commissie |
|
Verordening (EEG) nr. 2564/77 van de Commissie |
|
Artikel 21 en bijlage I, deel II, B, onder e), van de Toetredingsakte van 1979 |
|
Verordening (EEG) nr. 2591/85 van de Commissie |
|
Verordening (EEG) nr. 1323/86 van de Commissie |
|
Verordening (EEG) nr. 3858/87 van de Commissie |
BIJLAGE II
Concordantietabel
Verordening (EEG) nr. 1351/72 |
De onderhavige verordening |
Artikel 1, lid 1, aanhef |
Artikel 1, lid 1, aanhef |
Artikel 1, lid 1, onder a), aanhef |
Artikel 1, lid 1, onder a), aanhef |
Artikel 1, lid 1, onder a), aa) |
Artikel 1, lid 1, onder a), i) |
Artikel 1, lid 1, onder a), bb) |
Artikel 1, lid 1, onder a), ii) |
Artikel 1, lid 1, onder a), cc) |
Artikel 1, lid 1, onder a), iii) |
Artikel 1, lid 1, onder b), aanhef |
Artikel 1, lid 1, onder b), aanhef |
Artikel 1, lid 1, onder b), aa) |
Artikel 1, lid 1, onder b), i) |
Artikel 1, lid 1, onder b), bb) |
Artikel 1, lid 1, onder b), ii) |
Artikel 1, lid 1, onder b), cc) |
— |
Artikel 1, lid 2 |
Artikel 1, lid 2 |
Artikel 2, lid 1, eerste zin |
Artikel 2, lid 1, eerste alinea |
Artikel 2, lid 1, tweede zin |
Artikel 2, lid 1, tweede alinea |
Artikel 2, lid 2 |
Artikel 2, lid 2 |
Artikel 3 |
Artikel 3 |
Artikel 4, lid 1 |
Artikel 4, lid 1 |
Artikel 4, lid 2, eerste zin |
Artikel 4, lid 2, eerste alinea |
Artikel 4, lid 2, tweede zin |
Artikel 4, lid 2, tweede alinea |
Artikel 4, lid 3, eerste alinea |
Artikel 4, lid 3 |
Artikel 4, lid 3, tweede alinea |
— |
Artikel 5 |
— |
Artikel 6 |
Artikel 5 |
— |
Artikel 6 |
Artikel 7 |
Artikel 7 |
— |
Bijlage I |
— |
Bijlage II |
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/8 |
VERORDENING (EG) Nr. 1300/2007 VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1622/2000 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, en tot instelling van een communautaire regeling inzake oenologische procedés en behandelingen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), en met name op artikel 46, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In bijlage V, deel B, punt 3, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 is bepaald dat voor sommige wijnsoorten kan worden afgeweken van het totale maximumgehalte aan vluchtige zuren. |
(2) |
Bij Verordening (EG) nr. 1622/2000 van de Commissie (2) zijn uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1493/1999 vastgesteld, met name betreffende het totale maximumgehalte aan vluchtige zuren. Met name is in artikel 20 bepaald dat de wijnen waarvoor afwijkingen worden toegestaan, vermeld zijn in bijlage XIII bij die verordening. |
(3) |
Sommige Spaanse v.l.q.p.r.d.’s en de Italiaanse v.q.p.r.d. „Alto Adige”, die volgens specifieke methoden worden geproduceerd en een totaal alcoholvolumegehalte van meer dan 13 % vol. hebben, hebben normaal gezien een gehalte aan vluchtige zuren dat hoger is dan de grenswaarde die in bijlage V, deel B, punt 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 is vastgesteld, maar kleiner is dan, naargelang van het geval, 35 of 40 milli-equivalent per liter. Bijgevolg moeten deze wijnen worden toegevoegd aan de lijst in bijlage XIII bij Verordening (EG) nr. 1622/2000. |
(4) |
Verordening (EG) nr. 1622/2000 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(5) |
De in deze verordening vastgestelde maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor wijn, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage XIII bij Verordening (EG) nr. 1622/2000 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
(2) PB L 194 van 31.7.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 556/2007 (PB L 132 van 24.5.2007, blz. 3).
BIJLAGE
Bijlage XIII bij Verordening (EG) nr. 1622/2000 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Punt c) wordt vervangen door:
|
2. |
Punt f) wordt vervangen door:
|
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/10 |
VERORDENING (EG) Nr. 1301/2007 VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
tot vaststelling van een verbod op de visserij op kabeljauw in ICES-zone I en IIb door vaartuigen die de vlag van Polen voeren
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 26, lid 4,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2), en met name op artikel 21, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling, voor 2007, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (3) zijn quota voor 2007 vastgesteld. |
(2) |
Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2007 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt. |
(3) |
Derhalve moet het worden verboden op dit bestand te vissen en vis uit dit bestand aan boord te houden, over te laden en aan te voeren. |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het opgebruiken van het quotum
Het quotum dat voor 2007 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.
Artikel 2
Verbod
De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, over te laden of aan te voeren.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Fokion FOTIADIS
Directeur-generaal Visserij en maritieme zaken
(1) PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 865/2007 (PB L 192 van 24.7.2007, blz. 1).
(2) PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1967/2006 (PB L 409 van 30.12.2006, blz. 9), gerectificeerd in PB L 36 van 8.2.2007, blz. 6.
(3) PB L 15 van 20.1.2007, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 898/2007 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2007, blz. 22).
BIJLAGE
Nr. |
64 |
Lidstaat |
Polen |
Bestand |
COD/1/2B |
Soort |
Kabeljauw (Gadus morhua) |
Zone |
I en IIb |
Datum |
15.10.2007 |
II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is
BESLUITEN/BESCHIKKINGEN
Raad
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/12 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 30 oktober 2007
houdende benoeming van een Italiaans lid en een Italiaanse plaatsvervanger in het Comité van de Regio’s
(2007/714/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 263,
Gezien de voordracht van de Italiaanse regering,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 24 januari 2006 heeft de Raad Besluit 2006/116/EG houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio’s voor de periode van 26 januari 2006 tot en met 25 januari 2010 (1) aangenomen. |
(2) |
In het Comité van de Regio’s is een zetel van lid vrijgekomen door het verstrijken van de ambtstermijn van mevrouw SCAGNI en een zetel van plaatsvervanger is vrijgekomen door het verstrijken van de ambtstermijn van de heer TECCE, |
BESLUIT:
Artikel 1
In het Comité van de Regio’s worden de volgende personen benoemd voor de verdere duur van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2010:
a) |
tot lid:
|
b) |
tot plaatsvervanger:
|
Artikel 2
Dit besluit wordt van kracht op de dag van zijn aanneming.
Gedaan te Luxemburg, 30 oktober 2007.
Voor de Raad
De voorzitter
F. NUNES CORREIA
(1) PB L 56 van 25.2.2006, blz. 75.
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/13 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 30 oktober 2007
tot benoeming van een Duits lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité
(2007/715/EG, Euratom)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 259,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 167,
Gezien de voordracht door de Duitse regering,
Na het advies van de Commissie te hebben ingewonnen,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Raad heeft bij Besluit 2006/524/EG, Euratom tot benoeming van de Tsjechische, Duitse, Estse, Spaanse, Franse, Italiaanse, Letse, Litouwse, Luxemburgse, Hongaarse, Maltese, Oostenrijkse, Sloveense en Slowaakse leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1), de Duitse leden van het Europees Economisch en Sociaal Comité benoemd voor de periode van 21 september 2006 tot en met 20 september 2010, |
(2) |
In dit Comité is een vacature voor een Duits lid ontstaan door het aftreden van de heer Heiko STEFFENS, |
BESLUIT:
Artikel 1
De heer Gerd BILLEN, Vorstand des Verbraucherzentrale Bundesverbands, wordt benoemd tot lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité, ter vervanging van de heer Heiko STEFFENS, voor de verdere duur van diens ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 20 september 2010.
Artikel 2
Dit besluit wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen.
Gedaan te Luxemburg, 30 oktober 2007.
Voor de Raad
De voorzitter
F. NUNES CORREIA
(1) PB L 207 van 28.07.2006, blz. 30. Besluit gewijzigd bij Besluit 2007/622/EG, Euratom (PB L 253 van 28.9.2007, blz. 39).
Commissie
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/14 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 30 oktober 2007
tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor structurele voorschriften voor bepaalde inrichtingen in de vlees- en de melksector in Bulgarije die zijn opgenomen in de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5238)
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/716/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op de Akte van toetreding van Bulgarije en Roemenië, en met name op artikel 42,
Gelet op Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name op artikel 9, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Beschikking 2007/31/EG van de Commissie (2) zijn overgangsmaatregelen vastgesteld voor de verzending uit Bulgarije naar andere lidstaten van bepaalde producten van de vlees- en de melksector, als bedoeld in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (3). Deze producten mogen alleen uit Bulgarije worden verzonden als zij zijn verkregen in een verwerkingsinrichting die in de bijlage bij Beschikking 2007/31/EG is opgenomen. |
(2) |
Het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVB) heeft van 22 tot en met 27 april 2007 in Bulgarije een nieuwe inspectie uitgevoerd om de situatie van de verwerkingsinrichtingen te beoordelen. De Bulgaarse autoriteiten hebben aangetoond dat zij nu in staat zijn inrichtingen correct te beoordelen voor goedkeuring voor intracommunautaire handel en de vroegere controleproblemen hebben opgelost. Beschikking 2007/31/EG moet derhalve worden ingetrokken. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (4) en Verordening (EG) nr. 853/2004 bevatten bepaalde structurele voorschriften voor inrichtingen die onder deze verordeningen vallen. |
(4) |
In Bulgarije hebben bepaalde inrichtingen in de vlees- en de melksector meer tijd nodig om aan de toepasselijke structurele voorschriften van de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 en nr. 853/2004 te voldoen. Daarom moeten de structurele voorschriften van Verordening (EG) nr. 852/2004, bijlage II, hoofdstuk II, en van Verordening (EG) nr. 853/2004, bijlage III, sectie I, hoofdstuk II en hoofdstuk III, sectie II, hoofdstuk II en hoofdstuk III, en sectie V, hoofdstuk I, tot en met 31 december 2009 niet van toepassing zijn op de in de bijlage bij deze beschikking opgenomen inrichtingen, onder bepaalde voorwaarden. |
(5) |
Zolang deze inrichtingen zich in de overgangsfase bevinden, mogen producten afkomstig uit die inrichtingen alleen op de binnenlandse markt worden verkocht of worden gebruikt voor verdere verwerking in Bulgaarse inrichtingen in de overgangsfase. Met het oog op controle dat de in die inrichtingen vervaardigde producten alleen op de nationale markt in de handel worden gebracht, moeten de producten een gezondheids- of identificatiemerk dragen dat verschilt van dat wat in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 853/2004 is voorgeschreven, en moet dat merk aan de andere lidstaten worden meegedeeld. |
(6) |
Bulgarije moet zorgen geleidelijk aan de toepasselijke structurele voorschriften te voldoen volgens een door de bevoegde nationale diergeneeskundige instantie goedgekeurd moderniseringsprogramma voor elke van die inrichtingen. Het programma moet een lijst omvatten met alle tekortkomingen en de datum waarop deze naar verwachting zijn verholpen. Bulgarije zorgt ervoor dat alleen inrichtingen die uiterlijk op 31 december 2009 volledig aan deze voorschriften voldoen, in werking mogen blijven. |
(7) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
De structurele voorschriften van Verordening (EG) nr. 852/2004, bijlage II, hoofdstuk II, en van Verordening (EG) nr. 853/2004, bijlage III, sectie I, hoofdstuk II en hoofdstuk III, sectie II, hoofdstuk II en hoofdstuk III, en sectie V, hoofdstuk I, tot en met 31 december 2009 zijn niet van toepassing op de in de bijlage bij deze beschikking opgenomen inrichtingen.
Artikel 2
1. De volgende producten mogen alleen op de binnenlandse markt worden verhandeld of verder worden verwerkt in inrichtingen die in de bijlage zijn opgenomen:
a) |
producten afkomstig van inrichtingen die in de bijlage zijn opgenomen; |
b) |
producten afkomstig van geïntegreerde vlees- en melkinrichtingen waarvan een gedeelte in de bijlage is opgenomen. |
2. De in lid 1 bedoelde producten dragen een gezondheids- of identificatiemerk dat verschilt van dat wat in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 853/2004 is voorgeschreven.
3. Bulgarije deelt de voor de in lid 1 bedoelde producten gebruikte gezondheids- of identificatiemerken mee aan de Commissie, die deze informatie aan de andere lidstaten doorgeeft.
Artikel 3
Beschikking 2007/31/EG wordt ingetrokken.
Artikel 4
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 30 oktober 2007.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33. Gerectificeerd in PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12).
(2) PB L 8 van 13.1.2007, blz. 61. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2007/586/EG (PB L 220 van 25.8.2007, blz. 22).
(3) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55. Gerectificeerd in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 22. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
(4) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 1. Gerectificeerd in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 3.
BIJLAGE
Lijst van vleesverwerkende inrichtingen
Nr. |
Dierenarts nr. |
Naam inrichting |
Stad/straat of dorp/regio |
||||
1. |
BG 0101001 |
„Melnichen kombinat Rila STH“ AD |
|
||||
2. |
BG 0101003 |
ET „Saray-73-Georgi Belezhkov“ |
|
||||
3. |
BG 0101009 |
ET „Livela-Dimitar Andonov“ |
|
||||
4. |
BG 0101010 |
ET „Kostadin Hadzhimargaritov -KOM-H-Antoniy Hadzhimargaritov“ |
|
||||
5. |
BG 0201008 |
ET „Sevikon“ |
|
||||
6. |
BG 0201010 |
ET „Dinadeks DN-76“ |
|
||||
7. |
BG 0201011 |
SD „K § K-Atanasov i Enchev“ |
|
||||
8. |
BG 0201014 |
ET „Kristof“ |
|
||||
9. |
BG 0201019 |
ET „Viatex-V. Slavov“ |
|
||||
10. |
BG 0201027 |
„KEI DZHI“ OOD |
|
||||
11. |
BG 0201030 |
ET „GIDA“ |
|
||||
12. |
BG 0201032 |
„Hidropont-M“ EOOD |
|
||||
13. |
BG 0301013 |
EOOD „Haiklas Treiding“ |
s. Kamenar |
||||
14. |
BG 0301014 |
ET „Valeria-94“ |
|
||||
15. |
BG 0301015 |
ET „Ingiliz“ |
|
||||
16. |
BG 0301017 |
ET „ALEKS-83 Aleksandar Dimov“ |
|
||||
17. |
BG 0301018 |
ET „Rekardi-Svetoslav Dobrev“ |
|
||||
18. |
BG 0401010 |
„Bilyana“ OOD |
|
||||
19. |
BG 0401012 |
„Polikomers-SG“ EOOD |
|
||||
20. |
BG 0401025 |
„Elenski maystori“ EOOD |
|
||||
21. |
BG 0501002 |
„M. P. Manolov“ OOD |
gr. Dunavtzi |
||||
22. |
BG 0601001 |
„Ivagus“ EOOD |
|
||||
23. |
BG 0601014 |
ET „M. M. – Milko Minov“ |
|
||||
24. |
BG 0701001 |
„Cheh – Yosif Novosad“ OOD |
|
||||
25. |
BG 0801001 |
„BMV“ OOD |
|
||||
26. |
BG 0801003 |
„PE-EM“ OOD |
|
||||
27. |
BG 0801007 |
„Veliko“ OOD |
|
||||
28. |
BG 0801008 |
„Lovmiyt“ EOOD |
|
||||
29. |
BG 0801011 |
„Miit“ OOD |
|
||||
30. |
BG 0801025 |
ET „Lung-Ivan Marinov“ |
s. Rosenovo |
||||
31. |
BG 0901005 |
„Baydano-Mladost 95“ EOOD |
|
||||
32. |
BG 0901005 |
„Baydano-Komers“ OOD |
|
||||
33. |
BG 0901007 |
EOOD „Baykal-1“ |
|
||||
34. |
BG 0901015 |
ET „Shenel – Shaban Shaban“ |
|
||||
35. |
BG 0901017 |
„Musan“ OOD |
|
||||
36. |
BG 1001003 |
„Evromiyt end milk“ EOOD |
|
||||
37. |
BG 1101006 |
„Agrotel-2000“ OOD |
gr. Apriltsi |
||||
38. |
BG 1101012 |
OOD „Zyumbilski“ |
|
||||
39. |
BG 1101014 |
Koop. „Doverie“ |
|
||||
40. |
BG 1101017 |
„Dobrevski-1“ OOD |
s. Balgarski izvor |
||||
41. |
BG 1201006 |
„Monti-Miyt“ AD |
|
||||
42. |
BG 1201007 |
„Montkom“ OOD |
|
||||
43. |
BG 1201010 |
„MITI“ OOD |
|
||||
44. |
BG 1201012 |
„Petrov Sarbinov“ OOD |
|
||||
45. |
BG 1301010 |
„Orion-2001“ OOD |
|
||||
46. |
BG 1501008 |
„Evrones“ OOD |
gr. Levski |
||||
47. |
BG 1501013 |
ET „Velichko Ivanov-Venetsiya“ |
|
||||
48. |
BG 1501019 |
„Intermes“ OOD |
s. Tarnene |
||||
49. |
BG 1601007 |
ET „Salvi-Vasil Salchev“ |
|
||||
50. |
BG 1601014 |
„Bratya Kartevi“ OOD |
|
||||
51. |
BG 1601015 |
„Komso“ OOD |
|
||||
52. |
BG 1601016 |
EOOD „Karmes“ |
|
||||
53. |
BG 1601017 |
ET „Vet – 33 Gyokchen Rasim“ |
|
||||
54. |
BG 1601018 |
„REYA“ OOD |
s. Manole |
||||
55. |
BG 1701001 |
„Kolevi“ OOD |
|
||||
56. |
BG 1801008 |
„Nikola Nikolov-95“ EOOD |
|
||||
57. |
BG 1801009 |
ET „SELVEN – Stefan Stanchev“ |
s. Ryahovo |
||||
58. |
BG 1801011 |
„Svinekompleks Nikolovo“ AD |
s. Nikolovo |
||||
59. |
BG 1801012 |
„Svinekompleks Golyamo Vranovo-Invest“ AD |
|
||||
60. |
BG 1901002 |
„Bartol“ AD |
|
||||
61. |
ВG 1901003 |
„Edrina“ EOOD |
gr. Tutrakan ul. „Silistra“ 52 |
||||
62. |
BG 1901005 |
„Dulo-ALFA“ OOD |
|
||||
63. |
BG 1901009 |
ET „LYUBMAKS“ |
s. Nova Cherna – DZS |
||||
64. |
BG 2001001 |
„Eko Asorti-05“ EOOD |
|
||||
65. |
BG 2001008 |
„Mesokombinat Enchevi i ko“ OOD |
|
||||
66. |
BG 2001009 |
„Promes – 97“ OOD |
|
||||
67. |
BG 2001015 |
„Helikom“ OOD |
|
||||
68. |
BG 2001017 |
„VZHK-N. Zagora“ EOOD |
|
||||
69. |
BG 2001020 |
„Rodopa kom“ OOD |
|
||||
70. |
BG 2001021 |
ET „Iva Kris-Stayko Ivanov“ |
|
||||
71. |
BG 2201001 |
ET „Detelina-52“ |
|
||||
72. |
BG 2301008 |
„Aldagot“ OOD |
|
||||
73. |
BG 2301009 |
ET „Murgash 91-Tatyana Georgieva“ |
|
||||
74. |
BG 2301010 |
ET „Despina-9“ |
|
||||
75. |
BG 2401002 |
ET „Kyuchukov-1-Petar Kyuchukov“ |
gr. Stara Zagora |
||||
76. |
BG 2401011 |
„Dimes 2000“ OOD |
|
||||
77. |
BG 2501006 |
„Parvi dolap“ OOD |
|
||||
78. |
BG 2501009 |
„Rodopa-2005“ OOD |
gr. Targovishte |
||||
79. |
BG 2501014 |
„Mesni produkti“ OOD |
|
||||
80. |
BG 2601007 |
ET „Kiki“ |
|
||||
81. |
BG 2701001 |
ET „Plakidi-Kiril Kirilov“ |
|
||||
82. |
BG 2701003 |
PHZH „Bradars Komers“ AD |
|
||||
83. |
BG 2701005 |
ET „Zlatno runo-Dinyu Dimitrov“ |
|
||||
84. |
BG 2701013 |
„Rodopa Shumen 1884“ AD |
|
||||
85. |
BG 2701013 |
„Rodopa miyt“ EOOD |
|
||||
86. |
BG 2701013 |
„Rodopa konserv“ EOOD |
|
||||
87. |
BG 2801018 |
„Strandzha MP“ OOD |
|
||||
88. |
BG 2801019 |
„Mesokombinat Bay Techo“ OOD |
|
||||
89. |
BG 2801020 |
„Ivkota“ EOOD |
|
||||
90. |
BG 0202005 |
ET „Dit-D. Kaltakchieva“ |
|
||||
91. |
BG 0202006 |
„Ekvator“ EOOD |
gr. Burgas ul. „Chataldzha“ 52 |
||||
92. |
BG 0202007 |
„Dimovi“ OOD |
|
||||
93. |
BG 0302007 |
ET „Edi-Valya Ivanova“ |
|
||||
94. |
BG 0302010 |
ET „ALEKS-Sasho Aleksandrov“ |
|
||||
95. |
BG 0302011 |
„Hepi Leydi“ EOOD |
|
||||
96. |
BG 0402002 |
„Pimens“ OOD |
|
||||
97. |
BG 0402003 |
ET „M.M-Miroslav Hristov“ |
|
||||
98. |
BG 0402005 |
ET „KARO-2-Ivelin Karapanchev“ |
|
||||
99. |
BG 0402008 |
„Megalodon“ OOD |
gr. Kilifarevo |
||||
100. |
BG 0402011 |
ET „Filipov-Svilen Filipov“ |
|
||||
101. |
BG 0402013 |
„Bani“ OOD |
|
||||
102. |
BG 0602001 |
ET „Toshko Todorov“ |
s. Kravoder, obsht. Krivodol, obl. Vratsa |
||||
103. |
BG 0602003 |
EOOD „Dani 1“ |
|
||||
104. |
BG 0602004 |
„Z i K“ OOD |
|
||||
105. |
BG 0602005 |
„Feniks – Grup“ OOD |
|
||||
106. |
BG 0602007 |
„Dimitar Parvanov“ EOOD |
s. Malorad |
||||
107. |
BG 0602008 |
ET „Toshko Todorov“ |
s. Kravoder, obsht. Krivodol, obl. Vratsa |
||||
108. |
BG 0702007 |
„TIP-INVEST“ OOD |
|
||||
109. |
BG 0702008 |
„Gepard“ OOD |
|
||||
110. |
BG 0802003 |
„Komis“ OOD |
|
||||
111. |
BG 0802043 |
„Ptitseklanitsa“ AD |
|
||||
112. |
BG 1102002 |
„Ptimeks“ OOD |
|
||||
113. |
BG 1202001 |
„Poultriprodakts“ EAD |
|
||||
114. |
BG 1202004 |
„Agentsiya Bulsay“ EOOD |
|
||||
115. |
BG 1302001 |
„Dekada“ OOD |
s. Zvanichevo |
||||
116. |
BG 1502004 |
ET „Maria-Maria Tsonkova-Detelina Tsonkova“ |
|
||||
117. |
BG 1502005 |
ET „EKS-Lidia Kostadinova“ |
|
||||
118. |
BG 1602002 |
„Ter -M“ EOOD |
|
||||
119. |
BG 1702001 |
„Pilko“ EOOD |
|
||||
120. |
BG 2002001 |
ET „Slavi Danev“ |
|
||||
121. |
BG 2002003 |
TD „Momchevi i sie“ |
|
||||
122. |
BG 2002004 |
OOD „Makrokom“ |
|
||||
123. |
BG 2202007 |
EOOD „Euro Balkan Fuud“ |
|
||||
124. |
BG 2202015 |
„Tina-2000“ OOD |
|
||||
125. |
BG 2202019 |
„Profit konsult“ OOD |
|
||||
126. |
BG 2202025 |
ET „Takt-Asia Milanova“ |
|
||||
127. |
BG 2202026 |
„Bulkomers-MM“ OOD |
|
||||
128. |
BG 2202029 |
„Givis“ OOD |
|
||||
129. |
BG 2302001 |
„Dzhiev - K“ EOOD |
gr. Kostinbrod |
||||
130. |
BG 2302002 |
„Polo Komers“ OOD |
|
||||
131. |
BG 2302004 |
„Galus Treid“ OOD |
gr. Kostinbrod |
||||
132. |
BG 2402001 |
„Gradus-1“ OOD |
|
||||
133. |
BG 24020042 |
„Taneva“ EOOD |
|
||||
134. |
BG 2402005 |
„Tanev invest“ EOOD |
|
||||
135. |
BG 2602004 |
ET „Zhivko Vasilev-Biseri“ |
|
||||
136. |
BG 0105002 |
„Primo Treyd“ EOOD |
|
||||
137. |
BG 0305013 |
ET „Aleko-Al. Aleksandrov“ |
|
||||
138. |
BG 0305030 |
ET „Dari“ |
|
||||
139. |
BG 0305032 |
ET „Trifon Trifonov-69“ |
|
||||
140. |
BG 0305033 |
„DET-2000“ OOD |
|
||||
141. |
BG 0305034 |
„Tranzh Treiding“ OOD |
|
||||
142. |
BG 0305037 |
„ZHENIA - VE“ EOOD |
|
||||
143. |
BG 0305038 |
ET „Vini-Kiril Bakalov“ |
|
||||
144. |
BG 0405003 |
„Merkuriy 2000“ OOD |
|
||||
145. |
BG 0405006 |
ET „Kondor PSP-Petar Petrov“ |
|
||||
146. |
BG 0405007 |
„Deli-M“ OOD |
|
||||
147. |
BG 0405008 |
„Dakor“ OOD |
|
||||
148. |
BG 0405009 |
„Trimeks-Dimitrov, Maksimov, Asaad“ OOD |
|
||||
149. |
BG 0505002 |
ET „BIDIM - Dimitar Ivanov“ |
|
||||
150. |
BG 0505009 |
„Dzhordan“ EOOD |
|
||||
151. |
BG 0605016 |
ET „Tsentral Komers“ |
|
||||
152. |
BG 0605021 |
„Orbita“ OOD |
|
||||
153. |
BG 0705005 |
OOD „Trifo-1“ |
|
||||
154. |
BG 0805011 |
„Kati“ OOD |
|
||||
155. |
BG 0805012 |
ET „Diana Hristova“ |
|
||||
156. |
BG 0905002 |
ET „Ananiev“ |
|
||||
157. |
BG 0905003 |
„Meskom-Rodopi“ OOD |
|
||||
158. |
BG 0905004 |
ET „Margos“ |
|
||||
159. |
BG 0905005 |
ET „Imam“ |
|
||||
160. |
BG 1005009 |
„Reksim 99“ EOOD |
|
||||
161. |
BG 1105009 |
„Mesokombinat Lovetch“ AD |
|
||||
162. |
BG 1205008 |
ET „Viena 93-Krastyo Atanasov“ |
|
||||
163. |
BG 1305014 |
ET „Medi-Emil Dimitrov“ |
|
||||
164. |
BG 1305018 |
„Marineli“ OOD |
|
||||
165. |
BG 130519 |
ET „Krimona - Donka Hristova“ |
|
||||
166. |
BG 1305020 |
EOOD „GARO“ |
|
||||
167. |
BG 1405003 |
„Sami-M“ OOD |
|
||||
168. |
BG 1405007 |
„ARM Invest“ AD |
s. Meshtitsa |
||||
169. |
BG 1505009 |
„O’skari“ OOD |
|
||||
170. |
BG 1505014 |
ET „Valborgen-Valentin Genov“ |
|
||||
171. |
BG 1505017 |
ET „Nina-94-Nina Dimitrova“ |
|
||||
172. |
BG 1505018 |
ET „Anko Petrov-Anda“ |
|
||||
173. |
BG 1505019 |
ET „Toni Petrov“ |
|
||||
174. |
BG 1505020 |
„Lavena“ OOD |
|
||||
175. |
BG 1605001 |
OOD „Helios-2002“ |
|
||||
176. |
BG 1605002 |
OOD „Makeni“ |
gr. Plovdivzh. jp. gara Filipovo |
||||
177. |
BG 1605015 |
ET „D. Kalkanov“ |
|
||||
178. |
BG 1605044 |
„Flaysh produkte“ OOD |
|
||||
179. |
BG 1605046 |
AD „Bonita“ |
|
||||
180. |
BG 1605051 |
„Astera M“ OOD |
|
||||
181. |
BG 1605053 |
ET „Daki-Velko Gadzhev“ |
|
||||
182. |
BG 1805004 |
ET „Venelin Simeonov-Ivo“ |
|
||||
183. |
BG 1805016 |
„Metika-2000“ OOD |
|
||||
184. |
BG 2005018 |
TD „PIGI 2001“ OOD |
|
||||
185. |
BG 2005019 |
ET „Aruana-Dimitrinka Lyaeva“ |
|
||||
186. |
BG 2205021 |
ET „Pashov-Simeon Pashov“ |
|
||||
187. |
BG 2205033 |
OOD „Key Treyd“ |
|
||||
188. |
BG 2205053 |
„Eleonora 44“ EOOD |
|
||||
189. |
BG 2205069 |
„Slavchev 2000“ EOOD |
|
||||
190. |
BG 2205079 |
OOD „Super Mario Market“ |
|
||||
191. |
BG 2205081 |
„Edrina“ EOOD |
|
||||
192. |
BG 2205083 |
ET „Kaleya-Kiril Hristov“ |
|
||||
193. |
BG 2205084 |
EOOD „Vini - M“ |
|
||||
194. |
BG 2205085 |
ET „Milena Komers - Ivaylo Takev“ |
|
||||
195. |
BG 2205087 |
AD „Evrofrigo“ |
|
||||
196. |
BG 2205088 |
„Maksimum-69“ OOD |
|
||||
197. |
BG 2305010 |
„D i M grup“ OOD |
|
||||
198. |
BG 2505015 |
„Erko-2002“ |
|
||||
199. |
BG 2605002 |
ET „Kolyo Mitev“ |
|
||||
200. |
BG 2705002 |
„Raya treid“ EOOD |
|
||||
201. |
BG 2705007 |
OOD „Kapsikum - I“ |
|
||||
202. |
BG 2705008 |
ET „Georgi Krastev“ |
|
||||
203. |
BG 2705013 |
OOD „EM i AS“ |
s. Tsarev brod, obsht. Shumen |
||||
204. |
BG 2805007 |
„Bonzhur BG“ EOOD |
|
||||
205. |
BG 2805008 |
ET „Dzhoni-Neiko Ivanov“ |
|
||||
206. |
BG 2805012 |
ET „Pri Vania - Ivanka Georgieva“ |
|
||||
207. |
BG 2805014 |
„Nevimeks“ EOOD |
|
||||
208. |
BG 0401010 |
„Mes-Ko“ EOOD |
|
||||
209. |
BG 0104015 |
„Merkez“ OOD |
gr. Gotze Delchev |
||||
210. |
BG 0104016 |
ET „Veselina Keryanova“ |
s. Musomishta |
||||
211. |
BG 0204010 |
ET „KEMB-Tarpanovi“ |
|
||||
212. |
BG 0204012 |
ET „Dimo G. Dimov“ |
s. Chernomorets |
||||
213. |
BG 0204013 |
„Prolet-06-Tsvetomira Petkova Vasileva“ OOD |
|
||||
214. |
BG 0204015 |
„PART“ OOD |
|
||||
215. |
BG 0204017 |
„Val-Ves i Ko“ OOD |
|
||||
216. |
BG 0204020 |
„Rodopa Nova“ OOD |
|
||||
217. |
BG 0204021 |
„Ekvator“ EOOD |
|
||||
218. |
BG 0204022 |
„Chikan grup“ OOD |
|
||||
219. |
BG 0204023 |
SD „Anada-Atanasov i sie“ |
|
||||
220. |
BG 0304029 |
ET „EMDI-Emil Dimitrov“ |
|
||||
221. |
BG 0304030 |
„TRANZH“ AD |
|
||||
222. |
BG 0304033 |
„Alians-MK“ OOD |
|
||||
223. |
BG 0304034 |
„Pikant“ OOD |
|
||||
224. |
BG 0304035 |
„Emil Iliev“ EOOD |
|
||||
225. |
BG 0304037 |
„Zhar“ OOD |
|
||||
226. |
BG 0404001 |
ET „Stefmark-Stefan Markov“ |
|
||||
227. |
BG 0404015 |
ET „Valmes-Valia Fidina“ |
s. Lesicheri |
||||
228. |
BG 0404017 |
„Tsentromes“ OOD |
|
||||
229. |
BG 0404018 |
OOD „R.A.-03-Bobi“ |
|
||||
230. |
BG 0404020 |
„Mesokombinat-Svishtov“ EOOD |
|
||||
231. |
BG 0404021 |
„Stefanov. Iv. Stefanov - 04“ EOOD |
|
||||
232. |
BG 0404022 |
„Merkurii-2000“ OOD |
|
||||
233. |
BG 0404023 |
„Rodopa-G. Oriahovitsa-96“ EOOD |
|
||||
234. |
BG 0404024 |
„Kaloyan-2000“ OOD |
|
||||
235. |
BG 0504001 |
„ADANIS“ EOOD |
|
||||
236. |
BG 0504004 |
ET „Vitalis-Ilko Yonchev“ |
|
||||
237. |
BG 0504005 |
OOD „Dileks“ |
s. Borovitza, obsht. Belogradchik |
||||
238. |
BG 0604001 |
„Lalov i Velchev“ EOOD |
|
||||
239. |
BG 0604005 |
„Agrobiznes“ OOD |
|
||||
240. |
BG 0604008 |
ET „A A-92-Alyosha Alipiev“ |
|
||||
241. |
BG 0704009 |
„Ayvi“ OOD |
|
||||
242. |
BG 0704010 |
„Toni Treyding“ OOD |
|
||||
243. |
BG 0704011 |
ET „Stiv-Stefan Mihaylov“ |
|
||||
244. |
BG 0804002 |
ET „Vitabal“ |
|
||||
245. |
BG 0804006 |
„Ani-I“ OOD |
|
||||
246. |
BG 0804011 |
„Tropik“ OOD |
|
||||
247. |
BG 0804021 |
„Veselina Treyd“ EOOD |
|
||||
248. |
BG 0804022 |
„Orehite G“ OOD |
gr. Dobrich |
||||
249. |
BG 0904001 |
AD „Deniker-2“ |
|
||||
250. |
BG 0904002 |
„Kips“ EOOD |
|
||||
251. |
BG 1004001 |
„K + M“ OOD |
|
||||
252. |
BG 1104001 |
„Slavi mes“ OOD |
|
||||
253. |
BG 1104002 |
„Dobrevski-1“ OOD |
s. Balgarski izvor |
||||
254. |
BG 1104005 |
ET „Strahil Ivanov“ |
|
||||
255. |
BG 1104006 |
ET „Minko Cholakov-H. Cholakov“ |
|
||||
256. |
BG 1104009 |
„Mesokombinat Letnitza“ EOOD |
gr. Letnitsa |
||||
257. |
BG 1104010 |
„Mesokombinat Lovetch“ AD |
|
||||
258. |
BG 1204001 |
ET „Kariana-Milan Yosifov“ |
|
||||
259. |
BG 1204006 |
ZPTK „Rik-98“ |
|
||||
260. |
BG 1204008 |
ET „Petar Parvanov-Demetra“ |
|
||||
261. |
BG 1204012 |
„Lorelay“ OOD |
|
||||
262. |
BG 1204014 |
„Kartel“ OOD |
|
||||
263. |
BG 120415 |
„Gala“ EOOD |
|
||||
264. |
BG 1304001 |
„Boreks“ OOD |
|
||||
265. |
BG 1304002 |
ET „Yavor Luks“ |
|
||||
266. |
BG 1304013 |
„Rodopa Pazardzhik“ AD |
|
||||
267. |
BG 1304014 |
„EKO-MES“ EOOD |
|
||||
268. |
BG 1304015 |
ET „Dimitar Popov“ |
|
||||
269. |
BG 1404003 |
„Prim“ OOD |
|
||||
270. |
BG 1404005 |
„Kolbaso“ OOD |
|
||||
271. |
BG 1404006 |
„Benet“ OOD |
gr. Breznik |
||||
272. |
BG 1504003 |
„Mikroart-7-Bonov, Haralanova, Petkov i sie“ SD |
gr. Belene |
||||
273. |
BG 1504010 |
Mesokombinat „Levski 2000“ OOD |
|
||||
274. |
BG 1504012 |
„Start 2006“ OOD |
gr. Pleven |
||||
275. |
BG 1504013 |
ET „Solun-IAD-Ivan Deshev“ |
gr. Pordim |
||||
276. |
BG 1504014 |
„Pleven-Mes“ OOD |
|
||||
277. |
BG 1504015 |
ET „Evromes-Rosen Marinov“ |
|
||||
278. |
BG 1604001 |
„Triumvirat impeks“ EOOD |
|
||||
279. |
BG 1604008 |
„Alkok-3“ OOD |
|
||||
280. |
BG 1604011 |
„Milena-Boris Kikyuov“ ET |
|
||||
281. |
BG 1604012 |
„Tri star treyding“ OOD |
|
||||
282. |
BG 1604013 |
„Komaks-3“ OOD |
|
||||
283. |
BG 1604014 |
„Elko“ OOD |
|
||||
284. |
BG 1604020 |
„Mesokombinat-Sadovo“ EOOD |
|
||||
285. |
BG 1604021 |
„DIYA-93“ OOD |
|
||||
286. |
BG 1604022 |
„Mesokombinat Karlovo“ AD |
|
||||
287. |
BG 1604023 |
„Askon“ AD |
|
||||
288. |
BG 1604026 |
ET „Rankar-Rangel Karachanov“ |
|
||||
289. |
BG 1604029 |
ET „Boris Yordanov-1“ |
|
||||
290. |
BG 1604033 |
OOD „Zornitsa 90“ |
|
||||
291. |
BG 1604036 |
EOOD „Robaka“ |
|
||||
292. |
BG 1604037 |
„Dil TUR“ AD |
|
||||
293. |
BG 1604040 |
ET „Argilashki-Mikron“ |
|
||||
294. |
BG 1604041 |
„Bis 98“ OOD |
|
||||
295. |
BG-1604042 |
„Delikates-2“ OOD |
|
||||
296. |
BG 1604043 |
„Mesokombinat-Asenovgrad“ OOD |
|
||||
297. |
BG 1604044 |
„Meskom-Popov“ OOD |
|
||||
298. |
BG 1604046 |
ET „Hristo Darakiev“ |
|
||||
299. |
BG 1604047 |
EOOD „Dimitar Madzharov“ |
|
||||
300. |
BG 1804001 |
„Normeks“ OOD |
|
||||
301. |
BG 1804006 |
„TIS-98“ OOD |
|
||||
302. |
BG 1804017 |
AD „Boroimpeks“ |
|
||||
303. |
BG 1804018 |
„Nadezhda-M“ OOD |
|
||||
304. |
BG 1804019 |
SD „Georgi Hristov Vichev-Vicheva i Sie“ |
|
||||
305. |
BG 1804020 |
SD „ALFA Flesh“ |
|
||||
306. |
BG 1804021 |
OOD „Borimes“ |
|
||||
307. |
BG 1904001 |
„Olivia“ OOD |
|
||||
308. |
BG 1904002 |
„Aktual“ OOD gr. Silistra |
|
||||
309. |
BG 2004001 |
ET „Nikov-Iv. Kostadinov“ |
|
||||
310. |
BG 2004010 |
„Mesokombinat Enchevi i ko“ OOD |
|
||||
311. |
BG 2004015 |
„Ramira“ OOD |
|
||||
312. |
BG 2004016 |
„Momchevi i sie“ OOD |
|
||||
313. |
BG 2004017 |
„Ekoprom“ OOD |
|
||||
314. |
BG 2004019 |
„Kooperatsia Megakol“ |
|
||||
315. |
BG 2204001 |
„Li Mart I Ko“ OOD |
|
||||
316. |
BG 2204005 |
„Dekom“ OOD |
|
||||
317. |
BG 2204009 |
„Solaris AS“ EOOD |
|
||||
318. |
BG 2204012 |
ET „Tsvetanka Zagorska“ |
|
||||
319. |
BG 2204013 |
„Salam i Ko“ OOD |
|
||||
320. |
BG 2204018 |
„Shikle“ EOOD |
|
||||
321. |
BG 2204028 |
ET „TONIMEKS-Stoyan Spasov“ |
|
||||
322. |
BG 2204034 |
EOOD „Grand 2-Petia Kerefeyna“ |
|
||||
323. |
BG 2204041 |
OOD „Zonik-D“ |
|
||||
324. |
BG 2204042 |
ET „Dimana-Yanka Dembelaki“ |
|
||||
325. |
BG 2204045 |
ET „Peycho Dimitrov“ |
|
||||
326. |
BG 2204048 |
EOOD „Rosvela“ |
|
||||
327. |
BG 2204063 |
„Maleventum“ EOOD |
|
||||
328. |
BG 2204066 |
ET „Tomi-Reneta Tsekova“ |
|
||||
329. |
BG 2204067 |
„Ekobim“ OOD |
|
||||
330. |
BG 2204080 |
„Bitolya“ OOD |
|
||||
331. |
BG 2204082 |
„Em Vi Em 3“ OOD |
|
||||
332. |
BG 2204087 |
ET „SIAT-Slavcho Iliev“ |
|
||||
333. |
BG 2204091 |
„NADEZHDA-A“ OOD |
|
||||
334. |
BG 2204095 |
ET „Laz komers-Ivo Lazov“ |
|
||||
335. |
BG 2204100 |
„Ava“ OOD |
|
||||
336. |
BG 2204107 |
EOOD „Nova Kompaniya-2001“ |
|
||||
337. |
BG 2204108 |
ET „Alto-Emil Petrov“ |
|
||||
338. |
BG 2204109 |
„SS-ADLER“ EOOD |
|
||||
339. |
BG 2204110 |
EOOD „VKR-2000“ |
|
||||
340. |
BG 2304001 |
„Bres komers“ OOD |
|
||||
341. |
BG 2304002 |
„Nikas“ AD |
|
||||
342. |
BG 2304005 |
„Orhanie 1“ OOD |
gr. Botevgrad ul. „Al. Voynishki“ |
||||
343. |
BG 2304014 |
„Bulgarfrigoplod“ |
|
||||
344. |
BG 2304018 |
ET „Tsenko Ivanov-Kokala“ |
|
||||
345. |
BG 2304019 |
ET „Tedi Komers-Velichko Petrov“ |
|
||||
346. |
BG 2404016 |
„Iveko“ OOD |
|
||||
347. |
BG 2404026 |
„Selena“ OOD |
|
||||
348. |
BG 2404027 |
„Nanyuk Interneshanal“ OOD |
s. Kolarovo |
||||
349. |
BG 2404028 |
„Rekord - 90“ EOOD |
|
||||
350. |
BG 2404029 |
„KEN“ AD |
|
||||
351. |
BG 2404032 |
„Rokar-1“ OOD |
|
||||
352. |
BG 2404033 |
„Zhoreti“ EOOD |
|
||||
353. |
BG 2404034 |
„Kumir Si“ EOOD |
|
||||
354. |
BG 2404035 |
„Ambrozia“ OOD |
|
||||
355. |
BG 2504001 |
ET „Stezis“ |
|
||||
356. |
BG 2604002 |
„Burdenis-93“ OOD |
|
||||
357. |
BG 2604004 |
ET „Zhika-Zhivka Georgieva“ |
|
||||
358. |
BG 2604008 |
„Svareks“ EOOD |
|
||||
359. |
BG 2604010 |
EOOD „Nolev“ |
|
||||
360. |
BG 2604011 |
„ALFA Komers“ OOD |
|
||||
361. |
BG 2604012 |
SD „Bairche-Stoychevi i sie“ |
|
||||
362. |
BG 2604014 |
ET „Roni“ |
|
||||
363. |
BG 2604017 |
ET „Angel Sarandiev“ |
|
||||
364. |
BG 2604018 |
„Monita“ OOD |
|
||||
365. |
BG 2604019 |
ET „Kralevo-D. Petrov“ |
|
||||
366. |
BG 2604020 |
„Toska“ OOD |
|
||||
367. |
BG 2604021 |
„Lotos“ OOD |
|
||||
368. |
BG 2704001 |
„Ivet“ EOOD |
s. Zlatna niva, obsht. Kaspichan |
||||
369. |
BG 2704002 |
„Smyadovo“ OOD |
|
||||
370. |
BG 2704004 |
ET „Boris Peev-taksi“ |
s. Imrenchevo obsht. V. Preslav |
||||
371. |
BG 2704009 |
„Eko Standart“ OOD |
|
||||
372. |
BG 2804002 |
ET „Bobi - Bozhana Peicheva“ |
|
||||
373. |
BG 2804003 |
„Doni-M“ OOD |
|
||||
374. |
BG 2804009 |
ET „Sanata-Stefan Atanasov“ |
|
||||
375. |
BG 2804010 |
ET „Tagara-Diana Kurteva“ |
|
||||
376. |
BG 2804011 |
ET „Magdalena Vasileva-Magi“ |
|
||||
377. |
BG 0618002 |
SD „Arabika“ |
|
||||
378. |
BG 1518008 |
„Anona“ OOD |
|
Lijst van melkverwerkende inrichtingen
Nr. |
Dierenarts nr. |
Naam inrichting |
Stad/straat of dorp/regio |
|||
1. |
BG 0112004 |
„Matand“ EOOD |
s. Eleshnitsa |
|||
2. |
BG 0212038 |
„Klas“ OOD |
|
|||
3. |
BG 0212050 |
„Vakom MP“ OOD |
|
|||
4. |
BG 0212027 |
DZZD „Mlechen svyat“ |
|
|||
5. |
BG 0412009 |
„Milki-luks“ EOOD |
|
|||
6. |
BG 0512033 |
„EKO MILK“ AD |
|
|||
7. |
BG 0812009 |
„Serdika-90“ AD |
|
|||
8. |
BG 0812019 |
„Filipopolis-RK“ OOD |
s. Zheglartsi |
|||
9. |
BG 0812032 |
„Roles-milk“ OOD |
s. Kardam |
|||
10. |
BG 1012020 |
ET „Petar Mitov-Universal“ |
|
|||
11. |
BG 1112016 |
Mandra „IPZHZ“ |
|
|||
12. |
BG 1112024 |
ET „Paskal-A. Atanasov“ |
s. Umarevtsi |
|||
13. |
BG 1212029 |
SD „Voynov i sie“ |
gr. Montana ul. „N. Yo. Vaptsarov“ 8 |
|||
14. |
BG 1312011 |
„Eko-F“ EAD |
s. Karabunar |
|||
15. |
BG 1512029 |
„Lavena“ OOD |
|
|||
16. |
BG 1512033 |
ET „Voynov-Ventsislav Hristakiev“ |
|
|||
17. |
BG 1612009 |
„D. Madzharov-2“ EOOD |
gr. Stamboliyski ul. „Grobarska“ 3 |
|||
18. |
BG 1612017 |
„Snep-grup“ OOD |
|
|||
19. |
BG 1612021 |
ET „Deni-Denislav Dimitrov-Ilias Islamov“ |
|
|||
20. |
BG 1612028 |
ET „Slavka Todorova“ |
|
|||
21. |
BG 1612035 |
ET „Vi Ay Pi“ |
|
|||
22. |
BG 1612038 |
„MAH - 2003“ EOOD |
s. Lenovo |
|||
23. |
BG 1612039 |
OOD „Topolovo-Agrokomers“ |
|
|||
24. |
BG 1612051 |
ET „Radev-Radko Radev“ |
|
|||
25. |
BG 1612066 |
„Lakti ko“ OOD |
s. Bogdanitza |
|||
26. |
BG 1712034 |
„Makler komers“ EOOD |
s. Brestovene |
|||
27. |
BG 1712042 |
ET „Madar“ |
s. Terter |
|||
28. |
BG 1812002 |
„Laktis-Byala“ AD |
|
|||
29. |
BG 1812008 |
„Vesi“ OOD |
s. Novo selo |
|||
30. |
BG 1912004 |
„Merone - N“ EOOD |
gr. Alfatar |
|||
31. |
BG 2012001 |
„Markeli“ EAD |
|
|||
32. |
BG 2012006 |
„Mlechen pat“ AD |
|
|||
33. |
BG 2012009 |
„Vangard“ OOD |
s. Zhelyo voyvoda |
|||
34. |
BG 2012019 |
„Hemus-Milk komers“ OOD |
|
|||
35. |
BG 2012041 |
„Eko milk“ EOOD |
|
|||
36. |
BG 2112013 |
„Skorpion 21“ OOD |
|
|||
37. |
BG 2112028 |
„Medina“ OOD |
gr. Madan |
|||
38. |
BG 2112029 |
ET „Karamfil Kasakliev“ |
gr. Dospat |
|||
39. |
BG 2312036 |
ET „Rosen Deyanski-DEYA“ |
s. Opitsvet, obsht. Kostinbrod |
|||
40. |
BG 2412033 |
„Gospodinovi“ OOD |
|
|||
41. |
BG 2412037 |
„Stelimeks“ EOOD |
s. Asen |
|||
42. |
BG 2512003 |
„Si Vi Es“ OOD |
|
|||
43. |
BG 2612034 |
ET „Eliksir-Petko Petev“ |
s. Gorski izvor |
|||
44. |
BG 2612042 |
„Bulmilk“ OOD |
|
|||
45. |
BG 0212048 |
„Bilding Zah“ EOOD |
|
|||
46. |
BG 0712008 |
„Milkieks“ OOD |
|
|||
47. |
BG 0912004 |
„Rodopchanka“ OOD |
|
|||
48. |
BG 0912011 |
ET „Alada-Mohamed Banashak“ |
|
|||
49. |
BG 1212001 |
„S i S-7“ EOOD |
|
|||
50. |
BG 1612020 |
ET „Bor-Chvor“ |
|
|||
51. |
BG 1612040 |
„Mlechni produkti“ OOD |
s. Manole |
|||
52. |
BG 1612065 |
ET „Bonitreks“ |
|
|||
53. |
BG 1812003 |
„Sirma Prista“ AD |
|
|||
54. |
BG 2012022 |
„Bratya Zafirovi“ OOD |
|
|||
55. |
BG 2012043 |
„Agroprodukt“ OOD |
|
|||
56. |
BG 2112001 |
„Rodopeya-Belev“ EOOD |
|
|||
57. |
BG 2112018 |
„Laktena“ OOD |
s. Kutela |
|||
58. |
BG 2512001 |
„Mladost-2002“ OOD |
|
|||
59. |
BG 2512017 |
„YUES-Komers“ OOD |
|
|||
60. |
BG 2812003 |
„Balgarski yogurt“ OOD |
|
|||
61. |
BG 2812025 |
„Sakarela“ OOD |
|
|||
62. |
112003 |
ET „Vekir“ |
s. Godlevo |
|||
63. |
112008 |
ET „Svetoslav Kyuchukov-Bobo“ |
s. Harsovo |
|||
64. |
112013 |
ET „Ivan Kondev“ |
|
|||
65. |
112014 |
ET „Veles-Kostadin Velev“ |
|
|||
66. |
212005 |
ET „Dinadeks DN 76“ |
|
|||
67. |
212013 |
ET „Marsi-Mincho Bakalov“ |
|
|||
68. |
212028 |
„Vester“ OOD |
s. Sigmen |
|||
69. |
212037 |
„Megakomers“ OOD |
|
|||
70. |
212047 |
„Komplektstroy“ EOOD |
s. Veselie |
|||
71. |
312002 |
ET „Mario“ |
gr. Suvorovo |
|||
72. |
312025 |
„Dzhenema“ EOOD |
s. Gen. Kiselovo |
|||
73. |
412003 |
„Laktima“ AD |
|
|||
74. |
412005 |
„Varosha“ EOOD |
|
|||
75. |
512003 |
SD „LAF-Velizarov i sie“ |
|
|||
76. |
612010 |
„Hadzhiyski i familiya“ EOOD |
|
|||
77. |
612035 |
OOD „Nivego“ |
s. Chiren |
|||
78. |
612041 |
ET „Ekoprodukt-Megiya-Bogorodka Dobrilova“ |
|
|||
79. |
612042 |
ET „Mlechen puls - 95 - Tsvetelina Tomova“ |
|
|||
80. |
712001 |
„Ben Invest“ OOD |
s. Kostenkovtsi obsht. Gabrovo |
|||
81. |
712003 |
„Elvi“ OOD |
s. Velkovtsi obsht. Gabrovo |
|||
82. |
712004 |
„Cheh-99“ OOD |
|
|||
83. |
712015 |
„Rosta“ EOOD |
s. M. Varshets |
|||
84. |
712028 |
ET „Mik“ |
|
|||
85. |
812030 |
„FAMA“ AD |
|
|||
86. |
912003 |
„Koveg-mlechni produkti“ OOD |
|
|||
87. |
912012 |
„Delyo Voivoda - milk“ OOD |
|
|||
88. |
912015 |
„Anmar“ OOD |
|
|||
89. |
912016 |
OOD „Persenski“ |
|
|||
90. |
1012008 |
„Kentavar“ OOD |
|
|||
91. |
1012014 |
ET „Georgi Gushterov DR“ |
s. Yahinovo |
|||
92. |
1012018 |
„Evro miyt end milk“ EOOD |
|
|||
93. |
1112004 |
„Matev-Mlekoprodukt“ OOD |
s. Goran |
|||
94. |
1112012 |
„Stilos“ OOD |
s. Lesidren |
|||
95. |
1112017 |
ET „Rima-Rumen Borisov“ |
s. Vrabevo |
|||
96. |
1112026 |
„ABLAMILK“ EOOD |
|
|||
97. |
1212022 |
„Milkkomm“ EOOD |
gr. Lom ul. „Al. Stamboliyski“ 149 |
|||
98. |
1212031 |
„ADL“ OOD |
s. Vladimirovo obsht. Boychinovtsi |
|||
99. |
1312002 |
„Milk Grup“ EOOD |
s. Yunacite |
|||
100. |
1312005 |
„Ravnogor“ OOD |
s. Ravnogor |
|||
101. |
1312006 |
SD „Antei-PITD“ OOD |
s. Aleko Konstantinovo |
|||
102. |
1312023 |
„Inter-D“ OOD |
s. Kozarsko |
|||
103. |
1312024 |
ET „Mezmedin Halil-46“ |
s. Sarnitsa |
|||
104. |
1412015 |
ET „Boycho Videnov-Elbokada 2000“ |
|
|||
105. |
1512003 |
„Mandra-1“ EOOD |
|
|||
106. |
1512006 |
„Mandra“ OOD |
|
|||
107. |
1512008 |
ET „Petar Tonovski-Viola“ |
|
|||
108. |
1512010 |
ET „Militsa Lazarova-90“ |
|
|||
109. |
1512012 |
ET „Ahmed Tatarla“ |
|
|||
110. |
1612013 |
„Polidey - 2“ OOD |
s. Domlyan |
|||
111. |
1612024 |
SD „Kostovi - EMK“ |
|
|||
112. |
1612043 |
ET „Dimitar Bikov“ |
|
|||
113. |
1612049 |
„Alpina-Milk“ EOOD |
s. Zhelyazno |
|||
114. |
1612064 |
OOD „Ikay“ |
|
|||
115. |
1712002 |
ET „Rosver-Krastyo Krastev“ |
|
|||
116. |
1712006 |
„Mesomania“ EOOD |
s. Vladimirovtsi |
|||
117. |
1712009 |
ET „Georgi Petrov-Kamen“ |
s. Dyankovo |
|||
118. |
1712010 |
„Bulagrotreyd-chastna kompaniya“ EOOD |
|
|||
119. |
1712012 |
ET „Veras 90“ |
s. Yasenovets |
|||
120. |
1712013 |
ET „Deniz“ |
s. Ezerche |
|||
121. |
1712017 |
„Diva 02“ OOD |
|
|||
122. |
1712018 |
„Imdo“ OOD |
|
|||
123. |
1712019 |
ET „Ivaylo-Milena Stancheva“ |
|
|||
124. |
1712032 |
„Trio-milk“ OOD |
s. Kichenitsa |
|||
125. |
1712037 |
ET „Ali Isliamov“ |
s. Yasenovets |
|||
126. |
1712039 |
„Stil-EA“ EOOD |
s. Dyankovo |
|||
127. |
1712040 |
ET „Meri-Ahmed Chakar“ |
s. Ezerche |
|||
128. |
1712043 |
„Maxima-milk“ OOD |
s. Samuil |
|||
129. |
1712045 |
ET „AN-Nezhdet Ali“ |
s. Mortagonovo |
|||
130. |
1712046 |
ET „Stem-Tezdzhan Ali“ |
|
|||
131. |
1712048 |
ET „Borisov i sin-Borislav Borisov“ |
s. Lavino |
|||
132. |
1812005 |
„DAV-Viktor Simonov“ EOOD |
|
|||
133. |
1812009 |
„Lakten“ OOD |
|
|||
134. |
1912002 |
„Laktokom“ EOOD |
s. Kalipetrovo |
|||
135. |
1912009 |
ET „Interes 2000 - Musa Musov“ |
s. Sitovo |
|||
136. |
1912016 |
„Destan“ OOD |
s. Iskra |
|||
137. |
2012007 |
„Deltalakt“ OOD |
s. Stoil voyvoda |
|||
138. |
2012008 |
„Raftis“ EOOD |
s. Byala |
|||
139. |
2012010 |
„Saray“ OOD |
s. Mokren |
|||
140. |
2012011 |
ET „Ivan Gardev 52“ |
|
|||
141. |
2012012 |
ET „Olimp-P. Gurtsov“ |
|
|||
142. |
2012024 |
ET „Denyo Kalchev 53“ |
|
|||
143. |
2012029 |
„Eko asorti“ EOOD |
s. Mechkarevo |
|||
144. |
2012032 |
„Kiveks“ OOD |
s. Kovachite |
|||
145. |
2012036 |
„Minchevi“ OOD |
s. Korten |
|||
146. |
2112002 |
„RTSNPO“ |
|
|||
147. |
2112003 |
„Milk-inzhenering“ OOD |
|
|||
148. |
2112008 |
MK „Rodopa milk“ |
|
|||
149. |
2112010 |
„Mechi chal milk“ OOD |
|
|||
150. |
2112015 |
OOD „Rozhen Milk“ |
s. Davidkovo, obsht. Banite |
|||
151. |
2112023 |
ET „Iliyan Isakov“ |
|
|||
152. |
2112024 |
ET „Ulan-Dzh. Ulanov“ |
s. Borino |
|||
153. |
2112026 |
ET „Vladimir Karamitev“ |
|
|||
154. |
2112027 |
„Keri“ OOD |
|
|||
155. |
2212009 |
„Serdika-94“ OOD |
|
|||
156. |
2212023 |
„EL BI BULGARIKUM“ EAD |
gr. Sofia ul. „Malashevska“ 12 A |
|||
157. |
2212027 |
„Ekobalkan“ OOD |
|
|||
158. |
2312007 |
ET „Agropromilk“ |
gr. Ihtiman, ul. „P. Slaveikov“ 19 |
|||
159. |
2312013 |
ET „Dobrev“ |
s. Dragushinovo |
|||
160. |
2312020 |
„MAH-2003“ EOOD |
|
|||
161. |
2312023 |
„Mogila“ OOD |
|
|||
162. |
2312026 |
„Dyado Liben“ OOD |
gr. Koprivshtitsa bul. „H. Nencho Palaveev“ |
|||
163. |
2312028 |
ET „Sisi Lyubomir Semkov“ |
s. Anton |
|||
164. |
2312030 |
ET „Favorit-D. Grigorov“ |
s. Aldomirovtsi |
|||
165. |
2312031 |
ET „Belite kamani“ |
s. Dragotintsi |
|||
166. |
2312033 |
„Balkan spetsial“ OOD |
s. Gorna Malina |
|||
167. |
2312039 |
EOOD „Laktoni“ |
s. Ravno pole, obl. Sofiyska |
|||
168. |
2312041 |
„Danim-D. Stoyanov“ EOOD |
|
|||
169. |
2412003 |
„ODIT 2002“ OOD |
|
|||
170. |
2412007 |
„Inikom“ OOD |
|
|||
171. |
2412019 |
„Dekada“ OOD |
|
|||
172. |
2412023 |
Zemedelski institut |
gr. St. Zagora |
|||
173. |
2412038 |
„Elit Milk 2000“ OOD |
|
|||
174. |
2412039 |
„Penchev“ EOOD |
|
|||
175. |
2412040 |
„Inikom“ OOD |
|
|||
176. |
2412041 |
„Mlechen svyat 2003“ OOD |
|
|||
177. |
2512006 |
„Hadad“ OOD |
|
|||
178. |
2512011 |
ET „Sevi 2000-Sevie Ibryamova“ |
|
|||
179. |
2512016 |
„Milktreyd-BG“ OOD |
s. Saedinenie obl. Targovishte |
|||
180. |
2512018 |
„Biomak“ EOOD |
|
|||
181. |
2512021 |
„Keya-Komers-03“ EOOD |
s. Svetlen |
|||
182. |
2612002 |
ET „Rusalka-Iv. Genev“ |
|
|||
183. |
2612015 |
ET „Detelina 39“ |
s. Brod |
|||
184. |
2612022 |
ET „Shampion 13-Deyan Panev“ |
|
|||
185. |
2612027 |
„Byala mechka“ OOD |
|
|||
186. |
2612038 |
„Bul Milk“ EOOD |
|
|||
187. |
2612049 |
ET „Todorovi-53“ |
|
|||
188. |
2712005 |
„Nadezhda“ OOD |
s. Kliment |
|||
189. |
2712009 |
„Ekselans“ OOD |
|
|||
190. |
2712010 |
„Kamadzhiev-milk“ EOOD |
|
|||
191. |
2712013 |
„Ekselans“ OOD |
|
|||
192. |
2812002 |
„Arachievi“ OOD |
|
|||
193. |
2812010 |
ET „Mladost-2-Yanko Yanev“ |
|
|||
194. |
2812018 |
ET „Bulmilk-Nikolay Nikolov“ |
|
|||
195. |
BG 0218009 |
„Helios milk“ EOOD |
gr. Aytos |
|||
196. |
BG 0618001 |
ET „Folk-3“ |
|
|||
197. |
BG 1318007 |
ET „Palmite-Vesela Popova“ |
|
|||
198. |
BG 2418008 |
„Varbev“ EOOD |
|
|||
199. |
BG 0318015 |
„Milteks-K.K.“ EOOD |
|
|||
200. |
BG 0718004 |
AD „Merkuriy P i P“ |
|
|||
201. |
BG 1518005 |
ET „Kris-88-Emil Todorov“ |
|
|||
202. |
BG 1518006 |
„Sirma Milk“ EOOD |
|
|||
203. |
BG 1618040 |
„Galko“ EOOD |
|
|||
204. |
BG 1618044 |
„Valchev“ OOD |
|
|||
205. |
BG 2218045 |
„El-Em-Impeks“ EOOD |
|
|||
206. |
BG 2318005 |
ET „Mantas-Hristo Manchev“ |
|
|||
207. |
BG 2418007 |
„El Bi Bulgarikum“ EAD |
|
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/38 |
BESLUIT VAN DE COMMISSIE
van 31 oktober 2007
tot oprichting van een deskundigengroep inzake elektronische facturering (e-facturering)
(2007/717/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig artikel 3 van het Verdrag heeft de Gemeenschap tot taak een interne markt tot stand te brengen die wordt gekenmerkt door de afschaffing tussen de lidstaten van hinderpalen voor het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal. |
(2) |
Krachtens artikel 232 van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1) mogen elektronische facturen in plaats van papieren facturen worden verzonden. |
(3) |
De herziene Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid (2) voorziet in een allesomvattende agenda voor economische hervormingen. De micro-economische pijler ervan heeft vooral tot doel een ondernemingsvriendelijk klimaat te creëren, met als vitaal onderdeel de ontwikkeling van oplossingen voor interoperabele elektronische facturering (e-facturering). |
(4) |
In haar mededeling aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s „i2010 — Een Europese informatiemaatschappij voor groei en werkgelegenheid” (3) van 1 juni 2005 heeft de Commissie het i2010-initiatief gelanceerd als raamwerk voor het aanpakken van de belangrijkste problemen en ontwikkelingen in de informatiemaatschappij en de mediasector tot 2010. Dit raamwerk bevordert een open en concurrerende digitale economie en legt de nadruk op de rol van informatie- en communicatietechnologieën (ICT als drijvende kracht achter inclusie en kwaliteit van leven). |
(5) |
De Europese Betalingsraad (EPC), het beslissings- en coördinatieorgaan van de Europese banksector met betrekking tot betalingen, heeft het vaste voornemen geuit om tegen 2010 een gemeenschappelijk eurobetalingsgebied (SEPA) met geïntegreerde betalingsinfrastructuren en betalingsproducten tot stand te brengen. |
(6) |
Door e-facturering worden de interne processen van ondernemingen verbonden met de betalingssystemen. SEPA en een succesvol Europees e-factureringsinitiatief zouden elkaar dan ook aanvullen. Deze twee initiatieven samen zullen naar verwachting enorme voordelen opleveren voor ondernemingen en financiële dienstverleners dankzij de grotere efficiëntie en de automatisering van toeleveringsketens. |
(7) |
Om ervoor te zorgen dat meer gebruik wordt gemaakt van de digitale omgeving en om optimaal profijt te trekken van e-facturering in de Gemeenschap, moeten de bestaande praktijken worden vereenvoudigd en moet de overgang naar nieuwe bedrijfsmodellen worden vergemakkelijkt door een meer geïntegreerd en uniform kader. Dit zou vooral de belangen van het Europese midden- en kleinbedrijf (MKB) dienen. |
(8) |
In december 2006 heeft een groep belanghebbenden uit het bedrijfsleven een taskforce inzake e-facturering opgericht. Deze werd voorgezeten door de diensten van de Commissie en omvatte ondernemingen, vertegenwoordigers van banken en andere dienstverleners, alsmede normalisatie-instellingen. Doel van de taskforce was het pad te effenen voor toekomstige werkzaamheden met het oog op een Europees kader voor e-facturering. De taskforce heeft voorstellen voor een mogelijke governancestructuur gedaan en een routekaart voor een e-factureringsprogramma ontworpen. De taskforce heeft in juni 2007 zijn eindverslag uitgebracht. |
(9) |
Gezien de positieve ervaring met de taskforce en om langetermijnproblemen aan te pakken, moet een deskundigengroep inzake e-facturering worden opgericht. |
(10) |
De groep moet tot taak hebben de zakelijke eisen (4) en de verantwoordelijkheden voor de uitvoering van specifieke werkzaamheden te bepalen en sturend op te treden voor de totstandbrenging — tegen eind 2009 — van een Europees kader voor e-facturering. Dat kader moet een gemeenschappelijke conceptuele structuur vaststellen om de verlening van e-factureringsdiensten op een open en interoperabele wijze in geheel Europa te ondersteunen. |
(11) |
De deskundigengroep moet bestaan uit personen die beschikken over directe en relevante ervaring met activiteiten op het gebied van e-facturering. Zij vertegenwoordigen onder meer de voornaamste belanghebbenden uit de overheid, grote en kleine ondernemingen, dienstverleningsbedrijven en normalisatie-instellingen, alsmede de consumenten. Bovendien moet worden voorzien in de deelneming van waarnemers. Verslagen of resultaten van de deskundigengroep moeten voortvloeien uit de werkzaamheden van de leden van de groep en zijn niet te beschouwen als een weergave van het standpunt van de Commissie. |
(12) |
Er dienen regels te worden vastgesteld voor de bekendmaking van informatie door leden van de deskundigengroep, onverminderd de veiligheidsvoorschriften die bij Besluit 2001/844/EG, EGKS, Euratom (5) als bijlage aan het reglement van orde van de Commissie zijn toegevoegd. |
(13) |
Persoonsgegevens over de leden van de deskundigengroep moeten worden verwerkt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (6). |
(14) |
Er moet een periode worden vastgesteld gedurende welke dit besluit van toepassing zal zijn. De Commissie zal te zijner tijd de wenselijkheid van een verlenging onderzoeken, |
BESLUIT:
Artikel 1
De deskundigengroep inzake e-facturering
De deskundigengroep inzake e-facturering, hierna „de groep” genoemd, wordt opgericht. Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Artikel 2
Taken
1. De groep helpt de Commissie in het algemeen bij de ontwikkeling en de voortgangsmonitoring van een overeengekomen strategie voor de totstandbrenging van een Europees kader voor e-facturering.
2. De taken van de groep worden uiterlijk op 31 december 2009 voltooid.
3. De groep vervult de volgende specifieke taken:
a) |
aanwijzen waar het regelgevingskader voor e-facturering op communautair en nationaal niveau tekortkomingen vertoont waardoor het potentieel van de economie van de Gemeenschap niet optimaal kan worden benut; |
b) |
zakelijke behoeften op het gebied van e-facturering voor een Europees kader voor e-facturering in kaart brengen en ervoor zorgen dat zij door de voornaamste belanghebbenden (7) worden gevalideerd; |
c) |
relevante gegevenselementen voor e-facturering aangeven, vooral voor het verband tussen de factuur en, ten minste, het inkoop- en het betalingsproces, kwesties in verband met belasting over de toegevoegde waarde, authenticatie en integriteit, en eisen op het gebied van archivering en opslag, alsmede ervoor zorgen dat die elementen door de voornaamste belanghebbenden worden gevalideerd; |
d) |
voorstellen welke verantwoordelijkheden aan normalisatie-instellingen moeten worden toegewezen en een tijdschema voorstellen voor de ontwikkeling van (een) gemeenschappelijke norm(en) op basis van de zakelijke en gegevensbehoeften van de belanghebbenden met het oog op de ondersteuning van een Europees kader voor e-facturering; |
e) |
het Europese kader voor e-facturering voorstellen. Het Europese kader voor e-facturering moet een gemeenschappelijke conceptuele structuur vaststellen, met inbegrip van de zakelijke behoeften en de norm(en), en oplossingen voorstellen die de verlening van e-factureringsdiensten op een open en interoperabele wijze in geheel Europa ondersteunen. |
4. Bij de uitvoering van haar taken houdt de groep rekening met reeds uitgevoerde werkzaamheden en bestaande oplossingen, met name wat zakelijke behoeften en technische normen betreft, op het gebied van e-facturering in de openbare en de particuliere sector.
5. Wanneer dit dienstig en nodig is, kan de groep verantwoordelijkheden voor de uitvoering van specifieke werkzaamheden toewijzen aan subgroepen of externe instanties en organisaties die bevoegd zijn op het gebied van e-facturering.
6. De groep stelt een tussentijds samenvattend voortgangsverslag over de uitvoering van de taken op, eventueel vergezeld van aanbevelingen als basismateriaal voor reflectie en discussie tussen de Commissie, de lidstaten en de belanghebbenden, met name brancheorganisaties, en dient het bij de Commissie in. Dit verslag wordt openbaar gemaakt.
7. De groep stelt een eindverslag op waarin het Europese kader voor e-facturering wordt beschreven, en dient het bij de Commissie in. Dit verslag wordt openbaar gemaakt.
Artikel 3
Raadpleging
1. De Commissie kan de groep raadplegen over om het even welk onderwerp in verband met e-facturering.
2. De voorzitter van de groep kan de Commissie adviseren over de wenselijkheid om de groep over een bepaalde kwestie te raadplegen.
Artikel 4
Samenstelling — Benoeming
1. De groep bestaat uit ten hoogste dertig leden.
2. De leden van de groep zijn deskundigen op het gebied van e-facturering en worden door de Commissie benoemd op basis van aanvragen van brancheorganisaties, overheidsinstanties en personen die de belangen van de overheid, de ondernemingen, de ICT-sector, de consumenten, de financiële dienstverleners en de normalisatie-instellingen, of van een deel ervan, op het gebied van e-facturering vertegenwoordigen.
Personen die geschikt worden geacht om lid te worden van de groep, maar die niet zijn benoemd, kunnen op een reservelijst worden geplaatst die de Commissie kan gebruiken om plaatsvervangers te benoemen.
3. De leden worden benoemd als vertegenwoordigers van de overheid en het maatschappelijk middenveld.
4. De Commissie beoordeelt de aanvragen aan de hand van de volgende criteria:
a) |
de leden moeten de voornaamste belanghebbenden (bv. dienstverleners, aanbieders van oplossingen, overheid, ondernemingen, met inbegrip van het midden- en kleinbedrijf (MKB), en de consumenten) en de normalisatie-instellingen vertegenwoordigen; |
b) |
de leden moeten beschikken over recente praktische en operationele deskundigheid of ervaring met juridische, administratieve, fiscale, normalisatiegerelateerde, commerciële en/of technische problemen op het gebied van e-facturering in grensoverschrijdend verband. De leden moeten met name beschikken over relevante directe ervaring met zakelijke projecten en aangelegenheden waardoor zij de nodige commerciële of technische inzichten verkregen hebben om oplossingen voor de in dit besluit aangegeven kwesties te ontwikkelen; |
c) |
de leden moeten in de gelegenheid zijn om het standpunt van hun administratie, moederorganisatie, brancheorganisatie, sector of andere belanghebbendengroep met betrekking tot de onder het mandaat vallende aangelegenheden mede te bepalen of vorm te geven; |
d) |
de leden moeten de Engelse taal goed genoeg beheersen om te kunnen bijdragen aan discussies en het opstellen van verslagen. |
Bij de door de belanghebbenden ingediende aanvraag moeten bewijsstukken worden gevoegd waaruit blijkt dat de voorgedragen persoon aan de bovenvermelde voorwaarden voldoet.
5. Bij de benoeming van de leden houdt de Commissie rekening met de volgende criteria:
a) |
de vereiste juridische, commerciële en technische deskundigheid met betrekking tot de onder het mandaat van de groep vallende aangelegenheden; |
b) |
deskundigheid ten aanzien van alle relevante functies aan vraag- en aanbodzijde van e-facturering. |
Bovendien zorgt de Commissie op basis van de ontvangen aanvragen voor een brede geografische vertegenwoordiging en voor genderevenwicht.
6. De leden informeren de Commissie te gelegener tijd over alle belangenconflicten die hun objectiviteit in gevaar kunnen brengen.
7. De namen van de op persoonlijke titel benoemde leden worden op de internetsite van het DG of in het Publicatieblad van de Europese Unie, reeks C, of via beide media bekendgemaakt. De namen van de leden worden verzameld, verwerkt en bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 45/2001.
8. De leden worden benoemd voor een verlengbare termijn van twaalf maanden en blijven in functie tot zij worden vervangen of tot hun ambtstermijn afloopt.
9. De leden kunnen in de volgende gevallen voor de rest van hun ambtstermijn worden vervangen:
a) |
wanneer het lid ontslag neemt; |
b) |
wanneer het lid niet langer in staat is een doeltreffende bijdrage te leveren aan de besprekingen in de groep; |
c) |
wanneer het lid artikel 287 van het Verdrag schendt; |
d) |
wanneer het lid, in strijd met lid 6, de Commissie niet tijdig van een belangenconflict in kennis heeft gesteld. |
Artikel 5
Voorzitter — Benoeming
1. De Commissie benoemt de voorzitter van de groep, rekening houdend met de mate waarin de geselecteerde persoon de belangen van de voornaamste belanghebbenden vertegenwoordigt, het standpunt van de ondernemingen over onder het mandaat vallende aangelegenheden mede vormgeeft, en beschikt over de vereiste juridische, commerciële en technische deskundigheid.
2. De Commissie benoemt de voorzitter voor een verlengbare termijn van twaalf maanden.
Artikel 6
Werking
1. De Commissie organiseert de vergaderingen van de groep, die door de voorzitter worden voorgezeten.
2. Met instemming van de Commissie kunnen subgroepen worden opgericht voor het onderzoeken van specifieke kwesties op basis van een door de groep opgesteld mandaat; deze subgroepen worden ontbonden zodra hun taken zijn uitgevoerd.
3. De vertegenwoordiger van de Commissie kan deskundigen of waarnemers die gespecialiseerd zijn in een geagendeerd onderwerp, vragen aan de beraadslagingen van de groep of de subgroepen deel te nemen.
4. De in het kader van de deelneming aan de beraadslagingen of werkzaamheden van de groep of een subgroep verkregen informatie mag niet openbaar worden gemaakt wanneer deze volgens de Commissie op vertrouwelijke aangelegenheden betrekking heeft.
5. De groep en de subgroepen vergaderen normaliter in de gebouwen van de Commissie overeenkomstig de procedures en het tijdschema die door de Commissie worden vastgesteld. De diensten van de Commissie verzorgen het secretariaat.
Geïnteresseerde ambtenaren van de Commissie mogen de vergaderingen van de groep of de subgroepen bijwonen.
6. De groep stelt haar reglement van orde vast op basis van het door de Commissie vastgestelde standaardreglement van orde.
7. De Commissie mag samenvattingen, conclusies of werkdocumenten van de groep in de oorspronkelijke taal van het document in kwestie op papier of op internet bekendmaken.
Artikel 7
Vergoeding van kosten
1. Reis- en eventuele verblijfkosten die door de voorzitter, de leden, deskundigen en waarnemers in verband met de werkzaamheden van de groep worden gemaakt, worden door de Commissie vergoed overeenkomstig de interne regels voor de vergoeding van kosten van externe deskundigen.
2. De voorzitter, de leden, deskundigen en waarnemers ontvangen geen bezoldiging.
3. Vergaderkosten worden vergoed voor zover de jaarlijkse begrotingsmiddelen die door de bevoegde dienst van de Commissie aan de groep zijn toegewezen, hiervoor volstaan.
Artikel 8
Vervaldatum
Dit besluit vervalt op 31 december 2009.
Gedaan te Brussel, 31 oktober 2007.
Voor de Commissie
Günter VERHEUGEN
Vicevoorzitter
(1) PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 2006/138/EG (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 92).
(2) COM(2005) 24.
(3) COM(2005) 229 definitief.
(4) Met de zakelijke eisen op het gebied van e-facturering worden de kenmerken bedoeld die e-factureringsdiensten moeten hebben om aan de zakelijke behoeften en doelstellingen van de belanghebbenden te beantwoorden en aldus de processen van de volledige financiële en toeleveringsketens mogelijk te maken. Zij worden uitgedrukt in termen van processtromen op hoog niveau, e-factureringsinformatie en een gestandaardiseerde berichtenstructuur.
(5) PB L 317 van 3.12.2001, blz. 1. Besluit gewijzigd bij Besluit 2006/548/EG, Euratom (PB L 215 van 5.8.2006, blz. 38).
(6) PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.
(7) Met name de overheid, de ondernemingen, en de ICT- en financiële dienstverleners.
BIJLAGE
TAAKOMSCHRIJVING
DESKUNDIGENGROEP INZAKE ELEKTRONISCHE FACTURERING
1. ACHTERGROND
De Europese Commissie heeft gereageerd op de problemen die in verband met de economische mondialisering zijn gerezen. In haar „omvattende innovatiestrategie”, die in september 2006 werd gelanceerd, merkte zij het volgende op: „In dat nieuwe economisch bestel kan Europa niet concurreren tenzij het vindingrijker wordt, sneller reageert op de behoeften en voorkeuren van de consument en meer innoveert.”.
Twee aspecten, efficiëntie en zekerheid, komen naar voren als fundamenteel voor het vergroten van het Europese concurrentievermogen in een wereldeconomie. Maak waardeketens efficiënter en de kosten dalen; laat waardeketens in een zekerder omgeving functioneren en zij worden concurrerender. Efficiëntie en zekerheid in de waardeketen zijn dan ook van fundamenteel belang voor innovatie.
Stroomlijning van de informatiestroom in welke waardeketen dan ook leidt tot minder inefficiënties, meer zekerheid en lagere kosten. Europa wil een gemeenschappelijk eurobetalingsgebied (SEPA) tot stand brengen en daarom moet ook werk worden gemaakt van de zakelijke processen die aanleiding geven tot een groot aantal betalingen tussen ondernemingen onderling en tussen ondernemingen en de overheid. Verwacht wordt dat SEPA sterk zal bijdragen aan de verwezenlijking van de Lissabonagenda.
Het doel van een Europees kader voor elektronische facturering is de basis te leggen voor de interoperabiliteit van e-factureringsoplossingen in de openbare en de particuliere sector. De basis voor interoperabiliteit zal worden gevormd door gemeenschappelijke zakelijke regels en technische normen. Het kader zal de positieve commerciële stimulansen voor elektronische handel ter vervanging van manuele, op papier gebaseerde processen helpen versterken en op die manier bijdragen aan de opheffing van belemmeringen voor de acceptatie en invoering van intracommunautaire (grensoverschrijdende) e-factureringsoplossingen.
2. MANDAAT VAN DE DESKUNDIGENGROEP INZAKE E-FACTURERING
De deskundigengroep („de groep”) zal de Commissie helpen bij de ontwikkeling en de voortgangsmonitoring van een overeengekomen strategie voor de totstandbrenging van een Europees kader voor e-facturering.
De taken van de groep worden uiterlijk op 31 december 2009 voltooid.
De groep vervult de volgende specifieke taken:
a) |
aanwijzen waar het regelgevingskader voor e-facturering op communautair en nationaal niveau tekortkomingen vertoont waardoor het potentieel van de economie van de Gemeenschap niet optimaal kan worden benut; |
b) |
zakelijke behoeften op het gebied van e-facturering voor een Europees kader voor e-facturering in kaart brengen en ervoor zorgen dat zij door de voornaamste belanghebbenden worden gevalideerd; |
c) |
relevante gegevenselementen voor e-facturering aangeven, vooral voor het verband tussen de factuur en, ten minste, het inkoop- en het betalingsproces, kwesties in verband met belasting over de toegevoegde waarde, authenticatie en integriteit, en eisen op het gebied van archivering en opslag, alsmede ervoor zorgen dat die elementen door de voornaamste belanghebbenden worden gevalideerd; |
d) |
voorstellen welke verantwoordelijkheden aan normalisatie-instellingen moeten worden toegewezen en een tijdschema voorstellen voor de ontwikkeling van (een) gemeenschappelijke norm(en) op basis van de zakelijke en gegevensbehoeften van de belanghebbenden met het oog op de ondersteuning van een Europees kader voor e-facturering; |
e) |
het Europese kader voor e-facturering voorstellen. Het Europese kader voor e-facturering moet een gemeenschappelijke conceptuele structuur vaststellen, met inbegrip van de zakelijke behoeften en de norm(en), en oplossingen voorstellen die de verlening van e-factureringsdiensten op een open en interoperabele wijze in geheel Europa ondersteunen. |
Bij de uitvoering van haar taken houdt de groep rekening met reeds uitgevoerde werkzaamheden en bestaande oplossingen, met name wat zakelijke behoeften en technische normen betreft, op het gebied van e-facturering in de openbare en de particuliere sector.
Wanneer dit dienstig en nodig is, kan de groep verantwoordelijkheden voor de uitvoering van specifieke werkzaamheden toewijzen aan subgroepen of externe instanties en organisaties die bevoegd zijn op het gebied van e-facturering.
De groep stelt een tussentijds samenvattend voortgangsverslag over de uitvoering van de taken op, eventueel vergezeld van aanbevelingen als basismateriaal voor reflectie en discussie tussen de Commissie, de lidstaten en de belanghebbenden, met name brancheorganisaties, en dient het bij de Commissie in. Dit verslag wordt openbaar gemaakt.
De groep stelt een eindverslag op waarin het Europese kader voor e-facturering wordt beschreven, en dient het bij de Commissie in. Dit verslag wordt openbaar gemaakt. De verslagen zullen niet worden beschouwd als een weergave van het standpunt van de diensten van de Commissie.
3. SAMENSTELLING EN WERKING
3.1. Samenstelling
De groep bestaat uit ten hoogste dertig leden.
De leden van de groep zijn deskundigen op het gebied van e-facturering en worden door de Commissie benoemd op basis van aanvragen van brancheorganisaties, overheidsinstanties en personen die de belangen van de overheid, de ondernemingen, de ICT-sector, de consumenten, de financiële dienstverleners en de normalisatie-instellingen, of van een deel ervan, op het gebied van e-facturering vertegenwoordigen.
3.2. Oproep tot het indienen van aanvragen
Na vaststelling van het besluit tot oprichting van de groep zal de Commissie een oproep publiceren tot het indienen van aanvragen van brancheorganisaties, overheidsinstanties en personen die de belangen van de overheid, de ondernemingen, de ICT-sector, de consumenten, de financiële dienstverleners en de normalisatie-instellingen, of van een deel ervan, op het gebied van e-facturering vertegenwoordigen.
Brancheorganisaties, overheidsinstanties en personen die aan de groep wensen deel te nemen, wordt verzocht uiterlijk op 30 november 2007 een schriftelijke aanvraag bij de Commissie in te dienen.
De gegadigden moeten in de aanvraag duidelijk aangeven waarom zij aan de groep willen deelnemen.
De Commissie beoordeelt de aanvragen aan de hand van de volgende criteria:
a) |
de leden moeten de voornaamste belanghebbenden (bv. dienstverleners, aanbieders van oplossingen, overheid, ondernemingen, met inbegrip van het midden- en kleinbedrijf (MKB), en de consumenten) en de normalisatie-instellingen vertegenwoordigen; |
b) |
de leden moeten beschikken over recente praktische en operationele deskundigheid of ervaring met juridische, administratieve, fiscale, normalisatiegerelateerde, commerciële en/of technische problemen op het gebied van e-facturering in grensoverschrijdend verband. De leden moeten met name beschikken over relevante directe ervaring met zakelijke projecten en aangelegenheden waardoor zij de nodige commerciële of technische inzichten verkregen hebben om oplossingen voor de in dit besluit aangegeven kwesties te ontwikkelen; |
c) |
de leden moeten in de gelegenheid zijn om het standpunt van hun administratie, moederorganisatie, brancheorganisatie, sector of andere belanghebbendengroep met betrekking tot de onder het mandaat vallende aangelegenheden mede te bepalen of vorm te geven; |
d) |
de leden moeten de Engelse taal goed genoeg beheersen om te kunnen bijdragen aan discussies en het opstellen van verslagen. |
Bij de door de belanghebbenden ingediende aanvraag moeten bewijsstukken worden gevoegd waaruit blijkt dat de voorgedragen persoon aan de bovenvermelde voorwaarden voldoet.
3.3. Definitieve samenstelling van de groep
De Commissie beslist over de samenstelling van de groep op basis van de voordrachten die in antwoord op de oproep worden ingediend.
Bij de benoeming van de leden houdt de Commissie rekening met de volgende criteria:
a) |
de vereiste juridische, commerciële en technische deskundigheid met betrekking tot de onder het mandaat van de groep vallende aangelegenheden; |
b) |
deskundigheid ten aanzien van alle relevante functies aan vraag- en aanbodzijde van e-facturering. |
Bovendien zorgt de Commissie op basis van de ontvangen aanvragen voor een brede geografische vertegenwoordiging en voor genderevenwicht.
De leden informeren de Commissie te gelegener tijd over alle belangenconflicten die hun objectiviteit in gevaar kunnen brengen.
De namen van de op persoonlijke titel benoemde leden worden op de internetsite van het DG of in het Publicatieblad van de Europese Unie, reeks C, of via beide media bekendgemaakt. De namen van de leden worden verzameld, verwerkt en bekendgemaakt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 45/2001.
De leden worden benoemd voor een verlengbare termijn van twaalf maanden en blijven in functie tot zij worden vervangen of tot hun ambtstermijn afloopt.
De leden kunnen in de volgende gevallen voor de rest van hun ambtstermijn worden vervangen:
a) |
wanneer het lid ontslag neemt; |
b) |
wanneer het lid niet langer in staat is een doeltreffende bijdrage te leveren aan de besprekingen in de groep; |
c) |
wanneer het lid artikel 287 van het Verdrag schendt; |
d) |
wanneer het lid de Commissie niet tijdig van een belangenconflict in kennis heeft gesteld. |
3.4. Voorzitter
De Commissie benoemt de voorzitter van de groep, rekening houdend met de mate waarin de geselecteerde persoon de belangen van de voornaamste belanghebbenden vertegenwoordigt, het standpunt van de ondernemingen over onder het mandaat vallende aangelegenheden mede vormgeeft, en beschikt over de vereiste juridische, commerciële en technische deskundigheid.
De Commissie benoemt de voorzitter voor een verlengbare ambtstermijn van twaalf maanden.
3.5. Werking
De Commissie organiseert de vergaderingen van de groep, die door de voorzitter worden voorgezeten.
Met instemming van de Commissie kunnen subgroepen worden opgericht voor het onderzoeken van specifieke kwesties op basis van een door de groep opgesteld mandaat; zij worden ontbonden zodra deze taken zijn uitgevoerd.
De vertegenwoordiger van de Commissie kan deskundigen of waarnemers die gespecialiseerd zijn in een geagendeerd onderwerp, vragen aan de beraadslagingen van de groep of de subgroepen deel te nemen.
De in het kader van de deelneming aan de beraadslagingen van de groep of de subgroepen verkregen informatie mag niet openbaar worden gemaakt wanneer deze volgens de Commissie op vertrouwelijke aangelegenheden betrekking heeft.
De groep en de subgroepen vergaderen normaliter in de gebouwen van de Commissie overeenkomstig de procedures en het tijdschema die door de Commissie worden vastgesteld. De diensten van de Commissie verzorgen het secretariaat. Geïnteresseerde ambtenaren van de Commissie mogen de vergaderingen van de groep of de subgroepen bijwonen.
De groep stelt haar reglement van orde vast op basis van het door de Commissie vastgestelde standaardreglement van orde.
De Commissie mag samenvattingen, conclusies of werkdocumenten van de groep in de oorspronkelijke taal van het document in kwestie op papier of op haar internetsite bekendmaken.
3.6. Vergoeding van kosten
Reis- en eventuele verblijfkosten die door de voorzitter, de leden, deskundigen en waarnemers in verband met de werkzaamheden van de groep worden gemaakt, worden door de Commissie vergoed overeenkomstig de interne regels voor de vergoeding van kosten van externe deskundigen.
De voorzitter, de leden, deskundigen en waarnemers ontvangen geen bezoldiging.
Vergaderkosten worden vergoed voor zover de jaarlijkse begrotingsmiddelen die door de bevoegde dienst van de Commissie aan de groep zijn toegewezen, hiervoor volstaan.
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/45 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5452)
(Voor de EER relevante tekst)
(2007/718/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1) en met name op artikel 9, lid 4,
Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (2), en met name op artikel 10, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op Cyprus zijn uitbraken van mond-en-klauwzeer geconstateerd. |
(2) |
De situatie met betrekking tot mond-en-klauwzeer op Cyprus kan, in verband met de handel in levende evenhoevige dieren en het op de markt brengen van bepaalde producten daarvan, een gevaar opleveren voor de veebeslagen in andere lidstaten. |
(3) |
Cyprus heeft maatregelen genomen op grond van Richtlijn 2003/85/EG van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van communautaire maatregelen voor de bestrijding van mond-en-klauwzeer, tot intrekking van Richtlijn 85/511/EEG en van de Beschikkingen 89/531/EEG en 91/665/EEG, en tot wijziging van Richtlijn 92/46/EEG (3) en heeft aanvullende maatregelen genomen in de besmette gebieden. |
(4) |
In verband met de ziektesituatie op Cyprus moeten de door die lidstaat genomen maatregelen om mond-en-klauwzeer te bestrijden worden verscherpt. |
(5) |
In de getroffen lidstaat moeten de hoog- en laagrisicogebieden nu als permanente maatregel worden vastgesteld en moet de verzending van gevoelige dieren uit de hoog- en laagrisicogebieden en van producten van gevoelige dieren uit het hoogrisicogebied worden verboden Bij deze beschikking moeten ook voorschriften worden vastgesteld voor de verzending uit de desbetreffende gebieden van veilige producten die, voordat de beperkingen waren ingesteld, zijn geproduceerd uit grondstoffen die buiten die gebieden zijn verkregen of die een behandeling hadden ondergaan die doeltreffend is gebleken om eventueel aanwezig mond-en-klauwzeervirus te inactiveren. |
(6) |
De omvang van de omschreven risicogebieden hangt rechtstreeks af van de tracering van eventuele contacten met het besmette bedrijf en wordt mede bepaald door de mogelijkheid om voldoende controles op de verplaatsing van dieren en producten uit te oefenen. Gezien de door Cyprus verstrekte informatie moet op dit moment heel Cyprus nog als hoogrisicogebied worden aangemerkt. |
(7) |
Het verzendingsverbod moet alleen gelden voor producten van dieren van gevoelige soorten die afkomstig zijn uit, of verkregen zijn van dieren uit, de in bijlage I omschreven hoogrisicogebieden, en niet voor de doorvoer van dergelijke producten door die gebieden, indien die producten afkomstig zijn uit, of verkregen zijn van dieren uit, andere gebieden. |
(8) |
Richtlijn 64/432/EEG van de Raad (4) betreft veterinairrechtelijke vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer van runderen en varkens. |
(9) |
Richtlijn 91/68/EEG van de Raad (5) betreft veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer van schapen en geiten. |
(10) |
Richtlijn 92/65/EEG van de Raad van 13 juli 1992 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo's waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (6), betreft onder meer de handel in andere evenhoevigen en in sperma, eicellen en embryo's van schapen en geiten, en in embryo's van varkens. |
(11) |
Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (7) betreft onder meer de gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van vers vlees, gehakt vlees, separatorvlees, vleesbereidingen, vlees van gekweekt wild, vleesproducten, met inbegrip van behandelde magen, blazen en darmen, en zuivelproducten. |
(12) |
Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (8) betreft onder andere het aanbrengen van een gezondheidsmerk op voedsel van dierlijke oorsprong. |
(13) |
Richtlijn 2002/99/EG van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (9) voorziet in een specifieke behandeling van vleesproducten die de inactivering van het mond-en-klauwzeervirus in producten van dierlijke oorsprong garandeert. |
(14) |
Beschikking 2001/304/EG van de Commissie van 11 april 2001 inzake het merken en het gebruik van bepaalde dierlijke producten in verband met Beschikking 2001/172/EG tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met mond-en-klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk (10) betreft het aanbrengen van een specifiek keurmerk op bepaalde producten van dierlijke oorsprong die uitsluitend op de nationale markt worden gebracht. Het is dienstig om in een afzonderlijke bijlage een soortgelijk keurmerk voor mond-en-klauwzeer op Cyprus vast te stellen. |
(15) |
Bij Richtlijn 92/118/EEG van de Raad (11) zijn veterinairrechtelijke en gezondheidsvoorschriften vastgesteld voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van producten waarvoor ten aanzien van deze voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving geldt als bedoeld in bijlage A, hoofdstuk I, van Richtlijn 89/662/EEG, en, wat ziekteverwekkers betreft, van Richtlijn 90/425/EEG. |
(16) |
Verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (12) voorziet in een aantal behandelingen van dierlijke bijproducten om het mond-en-klauwzeervirus te inactiveren. |
(17) |
Bij Richtlijn 88/407/EEG van de Raad (13) zijn veterinairrechtelijke voorschriften vastgesteld voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer van diepgevroren sperma van runderen. |
(18) |
Richtlijn 89/556/EEG van de Raad (14) betreft veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van embryo's van als huisdier gehouden runderen. |
(19) |
Bij Richtlijn 90/429/EEG van de Raad (15) zijn de veterinairrechtelijke voorschriften vastgesteld van toepassing op het intracommunautaire handelsverkeer in sperma van varkens en de invoer daarvan. |
(20) |
Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (16) voorziet in een mechanisme om getroffen bedrijven te compenseren voor verliezen die zij als gevolg van ziektebestrijdingsmaatregelen hebben geleden. |
(21) |
Geneesmiddelen als omschreven in Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (17), Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (18) en Richtlijn 2001/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de toepassing van goede klinische praktijken bij de uitvoering van klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik (19) moeten van de veterinairrechtelijke beperkingen van deze beschikking worden uitgesloten. |
(22) |
Artikel 6 van Beschikking 2007/275/EG van de Commissie van 17 april 2007 betreffende lijsten van dieren en producten die krachtens de Richtlijnen 91/496/EEG en 97/78/EG van de Raad in grensinspectieposten controles moeten ondergaan (20) voorziet in een vrijstelling van de veterinaire controles voor bepaalde producten die dierlijke producten bevatten. De verzending van dergelijke producten uit de hoogrisicogebieden onder toepassing van een vereenvoudigde certificeringsregeling moet worden toegestaan. |
(23) |
Andere lidstaten dan Cyprus moeten de in de getroffen gebieden genomen ziektebestrijdingsmaatregelen ondersteunen door ervoor te zorgen dat er geen levende dieren van gevoelige soorten naar die gebieden worden verzonden. |
(24) |
Om de epidemiologische situatie beter te begrijpen en om de opsporing van mogelijke besmettingen te vergemakkelijken moet een verlengde „standstill” voor vee op het eiland worden vastgesteld, waarbij de mogelijkheid moet worden geboden om paardachtigen onder gecontroleerde omstandigheden te slachten en te vervoeren. |
(25) |
De situatie zal opnieuw worden bezien op de voor 3 december 2007 geplande vergadering van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, en de maatregelen zullen, indien nodig, worden bijgesteld. |
(26) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Levende dieren
1. Onverminderd de maatregelen die Cyprus heeft genomen in het kader van Richtlijn 2003/85/EG, en met name de instelling van een tijdelijk bestrijdingsgebied overeenkomstig artikel 7, lid 1, en van een verplaatsingsverbod overeenkomstig artikel 7, lid 3, van die richtlijn, zorgt Cyprus ervoor dat aan de voorwaarden van de leden 2 tot en met 7 van dit artikel wordt voldaan.
2. Levende runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren worden niet verplaatst tussen de in de bijlagen I en II vermelde gebieden.
3. Levende runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren worden niet verzonden uit of verplaatst door de in de bijlagen I en II vermelde gebieden.
4. In afwijking van lid 3 mogen de bevoegde autoriteiten van Cyprus rechtstreeks en ononderbroken transitvervoer van evenhoevige dieren via hoofdwegen en spoorlijnen door de in de bijlagen I en II vermelde gebieden toestaan.
5. Op bij Richtlijn 64/432/EEG vastgestelde gezondheidscertificaten voor levende runderen en varkens en op de bij Richtlijn 91/68/EEG vastgestelde gezondheidscertificaten voor levende schapen en geiten wordt de volgende vermelding aangebracht als de dieren naar andere lidstaten worden verzonden uit andere delen van het grondgebied van het Cyprus dan de in de bijlagen I en II vermelde gebieden:
„Deze dieren voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
6. Op de gezondheidscertificaten voor andere evenhoevige dieren dan die waarvoor de in lid 5 bedoelde certificaten worden afgegeven, die naar andere lidstaten worden verzonden uit andere delen van het grondgebied van het Cyprus dan de in de bijlagen I en II vermelde gebieden, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Deze levende evenhoevige dieren voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
7. Verplaatsingen naar andere lidstaten van dieren die vergezeld gaan van een diergezondheidscertificaat als bedoeld in lid 5 of lid 6, worden alleen toegestaan als de plaatselijke veterinaire autoriteit op Cyprus drie dagen vóór de verplaatsing een melding ter zake heeft verzonden aan de centrale en plaatselijke veterinaire autoriteiten in de lidstaat van bestemming.
8. In afwijking van lid 2 mogen de bevoegde autoriteiten van Cyprus het vervoer van voor mond-en-klauwzeer gevoelige dieren uit een in de gebieden van bijlage II gelegen bedrijf naar een in de gebieden van bijlage I gelegen slachthuis toestaan
Artikel 2
Vlees
1. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder „vlees” verstaan „vers vlees”, „gehakt vlees”, „separatorvlees” en „vleesbereidingen” als omschreven in de punten 1.10, 1.13, 1.14 en 1.15 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 853/2004.
2. Cyprus verzendt geen vlees van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren dat afkomstig is uit, of dat is verkregen van dieren uit, de in bijlage I vermelde gebieden.
3. Vlees dat krachtens deze beschikking niet uit Cyprus mag worden verzonden, wordt voorzien van het overeenkomstig artikel 4, lid 1, tweede alinea, van Richtlijn 2002/99/EG of bijlage IV vastgestelde keurmerk.
4. Het in lid 2 vastgestelde verbod geldt niet voor vlees dat is voorzien van het in sectie I, hoofdstuk III, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 vastgestelde keurmerk, op voorwaarde dat:
a) |
het vlees duidelijk geïdentificeerd wordt en vanaf de productiedatum bij vervoer en opslag gescheiden gehouden is van vlees dat overeenkomstig deze beschikking niet uit de in bijlage I vermelde gebieden mag worden verzonden; |
b) |
het vlees aan een van de volgende voorwaarden voldoet:
|
c) |
het vlees is verkregen van als huisdier gehouden hoefdieren of van gekweekt wild van voor mond-en-klauwzeer gevoelige soorten („gekweekt wild”), zoals voor de desbetreffende categorie vlees is aangegeven in een van de kolommen 4 tot en met 7 van bijlage III, en voldoet aan de volgende voorwaarden:
|
d) |
het gaat om vers vlees waarvoor in kolom 8 van bijlage III een plusteken is vermeld en dat is verkregen van vrij wild dat is gedood in gebieden waar zich gedurende ten minste 90 dagen voorafgaande aan het doden geen uitbraak van mond-en-klauwzeer heeft voorgedaan en die gelegen zijn op een afstand van ten minste 20 km van niet in de in de kolommen 1, 2 en 3 van bijlage III aangegeven gebieden; |
e) |
vlees als bedoeld onder c) en d) moet bovendien aan de volgende voorwaarden voldoen:
|
5. De naleving van de voorschriften in de leden 3 en 4 wordt gecontroleerd door de bevoegde veterinaire autoriteit onder toezicht van de centrale veterinaire autoriteiten.
6. Het in lid 2 van dit artikel vastgestelde verbod geldt niet voor vers vlees dat is verkregen van dieren die zijn gehouden buiten de in de bijlagen I en II vermelde gebieden en die, in afwijking van artikel 1, leden 2 en 3, rechtstreeks en onder officiële controle zonder contact met in de gebieden van bijlage I gelegen bedrijven voor onmiddellijke slachting zijn vervoerd naar een slachthuis dat ligt in een in bijlage I vermeld gebied, maar buiten het beschermingsgebied, mits dit vlees alleen binnen de in de bijlagen I en II vermelde gebieden in de handel wordt gebracht en voldoet aan de volgende voorwaarden:
a) |
al dit verse vlees wordt voorzien van het overeenkomstig artikel 4, lid 1, tweede alinea, van Richtlijn 2002/99/EG of overeenkomstig bijlage IV bij deze beschikking vastgestelde keurmerk; |
b) |
het slachthuis
|
c) |
het verse vlees wordt duidelijk geïdentificeerd en wordt bij vervoer en opslag gescheiden gehouden van vlees dat uit Cyprus mag worden verzonden. |
De naleving van de voorschriften in de eerste alinea wordt gecontroleerd door de bevoegde veterinaire autoriteit onder toezicht van de centrale veterinaire autoriteiten.
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de Commissie en de overige lidstaten in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
7. Het in lid 2 vastgestelde verbod geldt niet voor vers vlees dat in uitsnijderijen in de in bijlage I vermelde gebieden is verkregen met inachtneming van de volgende voorwaarden:
a) |
in de uitsnijderij wordt, op één en dezelfde dag, alleen vers vlees verwerkt als omschreven in lid 4, onder b). Reiniging en ontsmetting zijn vereist wanneer vlees is verwerkt dat niet aan deze eis voldoet; |
b) |
al dit vlees wordt voorzien van het in sectie I, hoofdstuk III, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 vastgestelde keurmerk; |
c) |
in de uitsnijderij wordt gewerkt onder stringente veterinaire controle; |
d) |
het verse vlees wordt duidelijk geïdentificeerd en wordt bij vervoer en opslag gescheiden gehouden van vlees dat niet uit het in bijlage I vermelde gebied mag worden verzonden. |
De naleving van de voorschriften in de eerste alinea wordt gecontroleerd door de bevoegde veterinaire autoriteit onder toezicht van de centrale veterinaire autoriteiten.
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de overige lidstaten en de Commissie in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
8. Vlees dat uit Cyprus naar andere lidstaten wordt verzonden, gaat vergezeld van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Dit vlees voldoet aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus”.
Artikel 3
Vleesproducten
1. Cyprus verzendt geen vleesproducten, met inbegrip van behandelde magen, blazen en darmen, van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren („vleesproducten”), afkomstig uit de in bijlage I vermelde gebieden, of die zijn bereid met vlees van dieren uit die gebieden.
2. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor vleesproducten, inclusief behandelde magen, blazen en darmen, die zijn voorzien van het in sectie I, hoofdstuk III, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 vastgestelde keurmerk, op voorwaarde dat de vleesproducten:
a) |
duidelijk geïdentificeerd worden en vanaf de productiedatum bij vervoer en opslag gescheiden gehouden zijn van vleesproducten die overeenkomstig deze beschikking niet uit de in bijlage I vermelde gebieden mogen worden verzonden; |
b) |
aan een van de volgende voorwaarden voldoen:
|
De naleving van de voorschriften in de eerste alinea wordt gecontroleerd door de bevoegde veterinaire autoriteit onder toezicht van de centrale veterinaire autoriteiten.
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de overige lidstaten en de Commissie in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
3. Vleesproducten die uit Cyprus naar andere lidstaten worden verzonden, gaan vergezeld van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Deze vleesproducten, inclusief behandelde magen, blazen en darmen, voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus”.
4. In afwijking van lid 3 kan, voor vleesproducten die aan de in lid 2 vastgestelde eisen voldoen en die zijn verkregen in een inrichting die zowel Hazard Analysis and Critical Control Points (HACCP) toepast als een controleerbare standaardwerkmethode die garandeert dat aan de behandelingsnormen wordt voldaan en dat de desbetreffende gegevens worden geregistreerd, ermee worden volstaan dat de inachtneming van de in lid 2 vastgestelde eisen inzake de in lid 2, eerste alinea, onder b), ii), bedoelde behandeling wordt vermeld in het handelsdocument waarvan de zending vergezeld gaat en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
5. In afwijking van lid 3 kan voor vleesproducten die een zodanige hittebehandeling als bedoeld in lid 2, eerste alinea, onder b), ii), in hermetisch gesloten recipiënten hebben ondergaan dat de houdbaarheid gegarandeerd is, ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument waarin wordt verklaard welke hittebehandeling is toegepast.
Artikel 4
Melk
1. Cyprus verzendt geen al dan niet voor menselijke consumptie bestemde melk uit de in bijlage I vermelde gebieden.
2. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor melk afkomstig van dieren die in de in bijlage I vermelde gebieden zijn gehouden, die ten minste een behandeling heeft ondergaan overeenkomstig:
a) |
deel A van bijlage IX bij Richtlijn 2003/85/EG, indien de melk voor menselijke consumptie is bestemd, of |
b) |
deel B van bijlage IX bij Richtlijn 2003/85/EG, indien de melk niet voor menselijke consumptie is bestemd of bestemd is voor de voeding van dieren van voor mond-en-klauwzeer gevoelige soorten. |
3. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor melk die in inrichtingen in de in bijlage I vermelde gebieden is bereid met inachtneming van de volgende voorwaarden:
a) |
alle in de inrichting gebruikte melk voldoet aan de in lid 2 vastgestelde voorwaarden of is afkomstig van dieren die worden gehouden en gemolken buiten de in bijlage I vermelde gebieden; |
b) |
in de inrichting wordt gewerkt onder stringente veterinaire controle; |
c) |
de melk wordt duidelijk geïdentificeerd en wordt bij vervoer en opslag gescheiden gehouden van melk en zuivelproducten die niet uit de in bijlage I vermelde gebieden mogen worden verzonden; |
d) |
rauwe melk die afkomstig is van bedrijven buiten de in bijlage I vermelde gebieden, wordt naar in die gebieden gelegen inrichtingen vervoerd in voertuigen die voorafgaand aan dat vervoer zijn gereinigd en ontsmet en die vervolgens niet in contact zijn geweest met in de in bijlage I vermelde gebieden gelegen bedrijven waar dieren worden gehouden van voor mond-en-klauwzeer gevoelige soorten. |
De naleving van de voorschriften in de eerste alinea wordt gecontroleerd door de bevoegde veterinaire autoriteit onder toezicht van de centrale veterinaire autoriteiten.
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de overige lidstaten en de Commissie in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
4. Melk die uit Cyprus naar andere lidstaten wordt verzonden, gaat vergezeld van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Deze melk voldoet aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus”.
5. In afwijking van lid 4 kan voor melk die aan de in lid 2 vastgestelde eisen voldoet en die is verwerkt in een inrichting die zowel HACCP toepast als een controleerbare standaardwerkmethode die garandeert dat aan de behandelingsnormen wordt voldaan en dat de desbetreffende gegevens worden geregistreerd, ermee worden volstaan dat de inachtneming van die eisen wordt vermeld in het handelsdocument waarvan de zending vergezeld gaat en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
6. In afwijking van lid 4 kan voor melk die aan de in lid 2, onder a) of b), vastgestelde eisen voldoet en die een zodanige hittebehandeling in hermetisch gesloten recipiënten heeft ondergaan dat de houdbaarheid gegarandeerd is, ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaat van een handelsdocument waarin wordt verklaard welke hittebehandeling is toegepast.
Artikel 5
Zuivelproducten
1. Cyprus verzendt geen al dan niet voor menselijke consumptie bestemde zuivelproducten uit de in bijlage I vermelde gebieden.
2. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor zuivelproducten die:
a) |
vóór 15 september 2007 zijn bereid; of |
b) |
zijn bereid met melk die voldoet aan het bepaalde in artikel 4, lid 2 of lid 3, of |
c) |
worden uitgevoerd naar een derde land waar dergelijke producten mogen worden ingevoerd nadat ze een andere dan de in artikel 4, lid 2, vastgestelde behandelingen hebben ondergaan, die inactivering van het mond-en-klauwzeervirus garandeert. |
3. Onverminderd sectie IX, hoofdstuk II, van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 geldt het in lid 1 vastgestelde verbod niet voor de volgende voor menselijke consumptie bestemde zuivelproducten:
a) |
zuivelproducten die zijn vervaardigd met melk met een gecontroleerde pH van minder dan 7,0 en die een hittebehandeling hebben ondergaan bij een temperatuur van ten minste 72 °C gedurende ten minste 15 seconden, met dien verstande dat een dergelijke behandeling niet vereist is voor eindproducten waarvan de ingrediënten aan de desbetreffende in de artikelen 2, 3 en 4 van deze beschikking vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften voldoen; |
b) |
zuivelproducten die zijn vervaardigd met rauwe melk van runderen, schapen of geiten die ten minste de laatste 30 dagen hebben verbleven op een bedrijf dat is gelegen in een in bijlage I vermeld gebied en waarrond zich binnen een straal van ten minste 10 km in de laatste 30 dagen voordat de rauwe melk is geproduceerd, geen enkele uitbraak van mond-en-klauwzeer heeft voorgedaan, die zijn onderworpen aan een rijping gedurende ten minste 90 dagen bij een pH van ten hoogste 6,0 in het gehele product, en waarvan de korst direct vóór het aanbrengen van de verpakking of de onmiddellijke verpakking is behandeld met 0,2 %-ig citroenzuur. |
4. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor zuivelproducten die in inrichtingen in de in bijlage I vermelde gebieden zijn bereid met inachtneming van de volgende voorwaarden:
a) |
alle in de inrichting gebruikte melk voldoet aan de in artikel 4, lid 2, vastgestelde voorwaarden of is afkomstig van dieren die worden gehouden buiten de in bijlage I vermelde gebieden; |
b) |
alle in de eindproducten gebruikte zuivelproducten voldoen aan de in lid 2, onder a) of b), of lid 3 vastgestelde voorwaarden of zijn bereid met melk afkomstig van dieren die worden gehouden buiten de in bijlage I vermelde gebieden; |
c) |
in de inrichting wordt gewerkt onder stringente veterinaire controle; |
d) |
de zuivelproducten worden duidelijk geïdentificeerd en worden bij vervoer en opslag gescheiden gehouden van melk en zuivelproducten die niet uit de in bijlage I vermelde gebieden mogen worden verzonden. |
De naleving van de voorschriften in de eerste alinea wordt gecontroleerd door de bevoegde autoriteit onder verantwoordelijkheid van de centrale veterinaire autoriteiten.
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de overige lidstaten en de Commissie in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
5. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor zuivelproducten die in inrichtingen buiten de in bijlage I vermelde gebieden zijn bereid met melk die vóór 15 september 2007 is verkregen, op voorwaarde dat de zuivelproducten duidelijk zijn geïdentificeerd en bij vervoer en opslag gescheiden zijn gehouden van zuivelproducten die niet uit de in bijlage I vermelde gebieden mogen worden verzonden.
6. Zuivelproducten die uit Cyprus naar andere lidstaten worden verzonden, gaan vergezeld van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Deze zuivelproducten voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus”
7. In afwijking van lid 6 kan voor zuivelproducten die aan de in lid 2, onder a) en b), en de leden 3 en 4 vastgestelde eisen voldoen en die zijn verwerkt in een inrichting die zowel HACCP toepast als een controleerbare standaardwerkmethode die garandeert dat aan de behandelingsnormen wordt voldaan en dat de desbetreffende gegevens worden geregistreerd, ermee worden volstaan dat de inachtneming van die eisen wordt vermeld in het handelsdocument waarvan de zending vergezeld gaat en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
8. In afwijking van lid 6 kan voor zuivelproducten die aan de in lid 2, onder a) en b), en de leden 3 en 4 vastgestelde eisen voldoen en die een zodanige hittebehandeling in hermetisch gesloten recipiënten hebben ondergaan dat de houdbaarheid gegarandeerd is, ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument waarin wordt verklaard welke hittebehandeling is toegepast.
Artikel 6
Sperma, eicellen en embryo's
1. Cyprus verzendt geen sperma, eicellen en embryo's van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren („sperma, eicellen en embryo's”) uit de in de bijlagen I en II vermelde gebieden.
2. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor:
a) |
sperma, eicellen en embryo's die vóór 15 september 2007 zijn verkregen; |
b) |
diepgevroren sperma en embryo's van runderen, diepgevroren sperma van varkens en diepgevroren sperma en embryo's van schapen en geiten dat/die met inachtneming van het bepaalde in de Richtlijnen 88/407/EEG, 89/556/EEG, 90/429/EEG, respectievelijk 92/65/EEG in Cyprus is/zijn ingevoerd en dat/die sedertdien tijdens de opslag en het vervoer gescheiden is/zijn gehouden van sperma, eicellen en embryo's dat/die op grond van lid 1 niet mag/mogen worden verzonden; |
c) |
diepgevroren sperma en embryo's van runderen, varkens, schapen en geiten die ten minste 90 dagen voorafgaande aan de winning en tijdens de winning gehouden zijn in de in de bijlagen I en II genoemde gebieden en dat/die:
|
De centrale veterinaire autoriteiten stellen de overige lidstaten en de Commissie vóór de verzending van het (de) onder a), b) en c) bedoelde sperma of embryo's in het bezit van de lijst van centra en teams die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
3. Op het bij Richtlijn 88/407/EEG vastgestelde gezondheidscertificaat waarvan uit Cyprus naar andere lidstaten verzonden diepgevroren sperma van runderen vergezeld gaat, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Dit diepgevroren sperma van runderen voldoet aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
4. Op het bij Richtlijn 90/429/EEG vastgestelde gezondheidscertificaat waarvan uit Cyprus naar andere lidstaten verzonden diepgevroren sperma van varkens vergezeld gaat, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Dit diepgevroren sperma van varkens voldoet aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus,”.
5. Op het bij Richtlijn 89/556/EEG vastgestelde gezondheidscertificaat waarvan uit Cyprus naar andere lidstaten verzonden embryo's van runderen vergezeld gaan, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Deze embryo's van runderen voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
6. Op het bij Richtlijn 92/65/EEG vastgestelde gezondheidscertificaat waarvan uit Cyprus naar andere lidstaten verzonden diepgevroren sperma van schapen en geiten vergezeld gaat, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Dit diepgevroren sperma van schapen/geiten voldoet aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
7. Op het bij Richtlijn 92/65/EEG vastgestelde gezondheidscertificaat waarvan uit Cyprus naar andere lidstaten verzonden diepgevroren embryo's van schapen en geiten vergezeld gaan, wordt de volgende vermelding aangebracht:
„Deze diepgevroren embryo's van schapen/geiten voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
Artikel 7
Huiden
1. Cyprus verzendt geen huiden van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren („huiden”) uit de in bijlage I vermelde gebieden.
2. Het in lid 1 vastgestelde verbod geldt niet voor huiden die:
a) |
vóór 15 september 2007 op Cyprus zijn geproduceerd, of |
b) |
voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk VI, deel A, punt 2, onder c) of d), van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002, of |
c) |
buiten de in bijlage I vermelde gebieden overeenkomstig de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1774/2002 zijn geproduceerd en die sinds de invoer in Cyprus tijdens de opslag en het transport gescheiden zijn gehouden van huiden die op grond van lid 1 niet mogen worden verzonden. |
Behandelde huiden worden gescheiden gehouden van onbehandelde huiden.
3. Cyprus zorgt ervoor dat huiden die naar andere lidstaten worden verzonden, vergezeld gaan van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Deze huiden voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer op Cyprus.”.
4. In afwijking van lid 3 kan voor huiden die aan de in hoofdstuk VI, deel A, punt 1, onder b) tot en met e), van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002 vastgestelde eisen voldoen ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument waarin wordt verklaard dat aan die eisen wordt voldaan.
5. In afwijking van lid 3 kan voor huiden die aan de in hoofdstuk VI, deel A, punt 2, onder c) of d), van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002 vastgestelde eisen voldoen ermee worden volstaan dat de inachtneming van die eisen wordt vermeld in het handelsdocument waarvan de zending vergezeld gaat en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
Artikel 8
Andere dierlijke producten
1. Cyprus verzendt geen andere dierlijke producten van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren dan de in de artikelen 2 tot en met 7 genoemde producten, die na 15 september 2007 zijn geproduceerd en afkomstig zijn uit, of zijn verkregen van dieren uit, de in bijlage I vermelde gebieden.
Cyprus verzendt geen gier of vaste mest van runderen, schapen, geiten, varkens of andere evenhoevige dieren uit de in bijlage I vermelde gebieden.
2. Het in lid 1, eerste alinea, vastgestelde verbod geldt niet voor:
a) |
dierlijke producten die:
|
b) |
bloed en bloedproducten als omschreven in de punten 4 en 5 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1774/2002, die ten minste een van de behandelingen hebben ondergaan die zijn genoemd in hoofdstuk IV, deel A, punt 3, onder a), ii), van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002, gevolgd door een test op de doeltreffendheid, of die zijn ingevoerd overeenkomstig hoofdstuk IV, deel A, van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002; |
c) |
reuzel en gesmolten vet die de in hoofdstuk IV, deel B, punt 2, onder d), iv), van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002 voorgeschreven hittebehandeling hebben ondergaan; |
d) |
dierlijke darmen die voldoen aan de voorwaarden van hoofdstuk 2, deel A, van bijlage I bij Richtlijn 92/118/EEG, die zijn gereinigd, geslijmd en vervolgens gezouten, geblancheerd of gedroogd, waarna maatregelen zijn genomen om te voorkomen dat de darmen opnieuw verontreinigd worden; |
e) |
schapenwol, haar van herkauwers en varkenshaar, machinaal gewassen of via looiing verkregen, en onbewerkte schapenwol, onbewerkt haar van herkauwers en onbewerkt varkenshaar, droog en veilig verpakt; |
f) |
voeder voor gezelschapsdieren dat aan de in hoofdstuk II, deel B, punten 2, 3 en 4, van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002 vastgestelde eisen voldoet; |
g) |
mengproducten waarvoor geen verdere behandeling vereist is en die producten van dierlijke oorsprong bevatten, met dien verstande dat de behandeling niet vereist is voor eindproducten waarvan de ingrediënten aan de desbetreffende bij deze beschikking vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften voldoen; |
h) |
jachttrofeeën als bedoeld in hoofdstuk II, deel A, punt 1, 3 of 4, van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002; |
i) |
verpakte dierlijke producten bestemd voor gebruik als in vitrodiagnosticum of als laboratoriumreagens; |
j) |
geneesmiddelen als omschreven in Richtlijn 2001/83/EG, medische hulpmiddelen die zijn vervaardigd met gebruikmaking van dierlijk weefsel dat niet levensvatbaar is gemaakt, als bedoeld in artikel 1, lid 5, onder g), van Richtlijn 93/42/EEG, geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik als omschreven in Richtlijn 2001/82/EG en geneesmiddelen voor onderzoek als omschreven in Richtlijn 2001/20/EG. |
3. Cyprus ziet erop toe dat de in lid 2 bedoelde dierlijke producten die naar andere lidstaten worden verzonden, vergezeld gaan van een officieel certificaat met de volgende vermelding:
„Deze dieren voldoen aan Beschikking 2007/718/EG van de Commissie van 6 november 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen tegen mond en klauwzeer op Cyprus.”.
4. In afwijking van het bepaalde in lid 3 kan voor de in lid 2, onder a) tot en met d) en f) van dit artikel bedoelde producten ermee worden volstaan dat de inachtneming van de eisen inzake de behandeling wordt vermeld in het handelsdocument dat krachtens de ter zake geldende communautaire wetgeving is vereist en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
5. In afwijking van lid 3 kan voor de in lid 2, onder e), bedoelde producten ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument waarin is verklaard dat zij machinaal zijn gewassen, via looiing zijn verkregen of voldoen aan hoofdstuk VIII, deel A, punten 1 en 4, van bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 1774/2002.
6. In afwijking van lid 3 kan voor de in lid 2, onder g), bedoelde producten die zijn vervaardigd in een inrichting die zowel HACCP toepast als een controleerbare standaardwerkmethode die garandeert dat ingrediënten die reeds een behandeling of verwerking hebben ondergaan, voldoen aan de desbetreffende bij deze beschikking vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften, ermee worden volstaan dat dit wordt vermeld in het handelsdocument dat de zending vergezelt en dat is aangevuld overeenkomstig artikel 9, lid 1.
7. In afwijking van lid 3 kan er voor de in lid 2, onder i) en j), bedoelde producten mee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument waarin wordt verklaard dat de producten bestemd zijn voor gebruik als in vitrodiagnosticum, laboratoriumreagens, geneesmiddel of medisch hulpmiddel, op voorwaarde dat op de producten op duidelijke wijze de vermelding „uitsluitend voor gebruik als in vitrodiagnosticum”, „uitsluitend voor gebruik als laboratoriumreagens”, „uitsluitend voor gebruik als geneesmiddel” of „uitsluitend voor gebruik als medisch hulpmiddel” is aangebracht.
8. In afwijking van lid 3 kan voor mengproducten die voldoen aan de voorwaarden van artikel 6, lid 1, van Beschikking 2007/275/EG, ermee worden volstaan dat zij vergezeld gaan van een handelsdocument met de volgende vermelding:
„Deze mengproducten zijn bij opslag bij omgevingstemperatuur stabiel of hebben tijdens de vervaardiging duidelijk door en door een volledig kook- of warmtebehandelingsproces ondergaan, zodat rauwe producten gedenatureerd zijn.”.
Artikel 9
Certificering
1. In de gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, zien de bevoegde autoriteiten van Cyprus erop toe dat het krachtens de communautaire wetgeving voor het intracommunautaire handelsverkeer vereiste handelsdocument wordt aangevuld met een kopie van een officieel certificaat waarin wordt verklaard dat:
a) |
de betrokken producten zijn vervaardigd
|
b) |
bepalingen zijn vastgesteld om herbesmetting met het mond en klauwzeervirus na behandeling te vermijden. |
Het certificaat betreffende het productieproces wordt voorzien van een verwijzing naar deze beschikking, is geldig gedurende 30 dagen, vermeldt de datum waarop de geldigheidsduur afloopt en kan worden hernieuwd nadat de inrichting is geïnspecteerd.
2. Wanneer het gaat om detailverkoop aan de eindconsument, mogen de bevoegde autoriteiten van Cyprus toestaan dat heterogeen samengestelde zendingen, bestaande uit andere dierlijke producten dan vers vlees, gehakt vlees, separatorvlees en vleesbereidingen, die allemaal mogen worden uitgevoerd overeenkomstig deze beschikking, vergezeld gaan van een handelsdocument waaraan een kopie is gehecht van een officieel veterinair certificaat waarin wordt bevestigd dat:
a) |
de verzendende inrichting beschikt over een systeem dat ervoor zorgt dat goederen alleen dan worden verzonden wanneer zij op elk moment kunnen worden gelinkt aan documenten waaruit blijkt dat aan deze beschikking is voldaan, en |
b) |
het onder a) bedoelde systeem gecontroleerd en deugdelijk bevonden is. |
Het certificaat betreffende het traceringssysteem bevat een verwijzing naar deze beschikking, is 30 dagen geldig, vermeldt de datum waarop de geldigheidsduur van het certificaat afloopt, en kan pas worden vernieuwd nadat de inrichting met goed gevolg weer is gecontroleerd.
De bevoegde autoriteiten van Cyprus stellen de overige lidstaten en de Commissie in het bezit van de lijst van inrichtingen die zij voor de toepassing van dit lid hebben erkend.
Artikel 10
Reiniging en ontsmetting
1. Cyprus ziet erop toe dat voertuigen die zijn gebruikt voor het vervoer van levende dieren in de gebieden die in de bijlagen I en II zijn vermeld, na elk transport worden gereinigd en ontsmet, en dat die reiniging en ontsmetting is geregistreerd overeenkomstig artikel 12, lid 2, onder d), van Richtlijn 64/432/EEG.
2. Cyprus ziet erop toe dat exploitanten van uitvoerhavens in Cyprus ervoor zorgen dat de banden van alle wegvoertuigen die Cyprus verlaten, worden ontsmet.
Artikel 11
Bepaalde vrijgestelde producten
De in de artikelen 3, 4, 5 en 8 vastgestelde beperkingen gelden niet voor de verzending van de in die artikelen bedoelde dierlijke producten uit de in bijlage I vermelde gebieden als die producten:
a) |
niet in Cyprus zijn vervaardigd en zijn bewaard in de oorspronkelijke verpakking waarop het land van oorsprong is vermeld, |
b) |
in een erkende inrichting in een van de in bijlage I vermelde gebieden zijn bereid uit producten die reeds een behandeling of bewerking hebben ondergaan en niet uit die gebieden afkomstig zijn en die:
|
Artikel 12
Standstill
1. Onverminderd de maatregelen die Cyprus heeft genomen in overeenstemming met artikel 7, lid 3, van Richtlijn 2003/85/EG, zal Cyprus een tijdelijk verbod op het vervoer van runderen, varkens, schapen, geiten en paardachtigen opleggen tot 12 november 2007.
2. In afwijking van het in lid 1 bedoelde vervoersverbod mogen de bevoegde autoriteiten het vervoer toestaan van:
a) |
runderen, varkens, schapen en geiten, mits:
|
b) |
paardachtigen, mits zij overeenkomstig bijlage VI, lid 2, van Richtlijn 2003/85/EG worden vervoerd. |
Artikel 13
Door andere lidstaten dan Cyprus te nemen maatregelen
1. Andere lidstaten dan Cyprus zorgen ervoor dat geen levende dieren van gevoelige soorten naar de in bijlage I vermelde gebieden worden verzonden.
2. Onverminderd artikel 6 van Beschikking 90/424/EEG en de al door de lidstaten genomen maatregelen nemen andere lidstaten dan Cyprus de nodige voorzorgsmaatregelen met betrekking tot na 15 september 2007 uit Cyprus verzonden dieren, met inbegrip van isolatie en klinisch onderzoek, zo nodig in combinatie met laboratoriumonderzoek om besmetting met het mond en klauwzeervirus uit te sluiten, en zo nodig de maatregelen van artikel 4 van Richtlijn 2003/85/EG.
Artikel 14
Samenwerking tussen de lidstaten
De lidstaten werken samen om de persoonlijke bagage van reizigers uit de in bijlage I genoemde gebieden te controleren en om voorlichtingscampagnes op te zetten die moeten voorkomen dat producten van dierlijke oorsprong op het grondgebied van andere lidstaten dan Cyprus worden binnengebracht.
Artikel 15
Uitvoering
De lidstaten brengen de maatregelen die zij ten aanzien van het handelsverkeer toepassen, in overeenstemming met deze beschikking. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Artikel 16
Deze beschikking is van toepassing tot en met 15 december 2007.
Artikel 17
Adressaten
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33; rectificatie in PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12).
(2) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/33/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 19.11.2002, blz. 14).
(3) PB L 306 van 22.11.2003, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352).
(4) PB 121 van 29.7.1964, blz. 1977/64. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG.
(5) PB L 46 van 19.2.1991, blz. 19. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG.
(6) PB L 268 van 14.9.1992, blz. 54. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2007/265/EG van de Commissie (PB L 114 van 1.5.2007, blz. 17).
(7) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55; rectificatie in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 22. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
(8) PB L 139 van 30.4.2004, blz. 206; rectificatie in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 83. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad.
(9) PB L 18 van 23.1.2003, blz. 11.
(10) PB L 104 van 13.4.2001, blz. 6. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2002/49/EG (PB L 21 van 24.1.2002, blz. 30).
(11) PB L 62 van 15.3.1993, blz. 49. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 445/2004 van de Commissie (PB L 72 van 11.3.2004, blz. 60).
(12) PB L 273 van 10.10.2002, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 829/2006 van de Commissie (PB L 191 van 21.7.2007, blz. 1).
(13) PB L 194 van 22.7.1988, blz. 10, Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/16/EG van de Commissie (PB L 11 van 17.1.2006, blz. 21).
(14) PB L 302 van 19.10.1989, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/60/EG van de Commissie (PB L 31 van 3.2.2006, blz. 24).
(15) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 62. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 806/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1).
(16) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19.
(17) PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/28/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 58).
(18) PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1).
(19) PB L 121 van 1.5.2001, blz. 34. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad.
(20) PB L 116 van 4.5.2007, blz. 9.
BIJLAGE I
De volgende gebieden op Cyprus:
Cyprus
BIJLAGE II
De volgende gebieden op Cyprus:
Cyprus
BIJLAGE III
De volgende gebieden op Cyprus:
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
||||||||||||||||||
GROEP |
ADNS |
Administratieve eenheid |
B |
S/G |
P |
FG |
WG |
||||||||||||||||||
|
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
||||||||||||||||||
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
|||||||||||||||||||
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
|||||||||||||||||||
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
|||||||||||||||||||
— |
— |
— |
— |
— |
— |
— |
|||||||||||||||||||
|
BIJLAGE IV
Het in artikel 2, lid 3, bedoelde gezondheidsmerk:
Afmetingen:
|
CY = 7 mm |
|
Nummer van de inrichting = 10 mm |
|
Buitenste diameter van de cirkel = 50 mm |
|
Lijndikte cirkel = 3 mm |
7.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 289/59 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 6 november 2007
tot vaststelling, voor het wijnoogstjaar 2007/2008, van de indicatieve financiële toewijzingen aan de lidstaten voor een bepaald aantal hectaren met het oog op de herstructurering en omschakeling van wijngaarden overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1493/1999
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 5293)
(Slechts de teksten in de Bulgaarse, Duitse, Franse, Griekse, Hongaarse, Italiaanse, Maltese, Portugese, Roemeense, Sloveense, Slowaakse, Spaanse en Tsjechische taal zijn authentiek)
(2007/719/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), en met name op artikel 14, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De regels voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1493/1999 en Verordening (EG) nr. 1227/2000 van de Commissie van 31 mei 2000 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, inzonderheid met betrekking tot het productiepotentieel (2). |
(2) |
Bij de in Verordening (EG) nr. 1227/2000 vastgestelde uitvoeringsbepalingen voor de financiële planning en voor de deelneming in de financiering van de regeling voor herstructurering en omschakeling is bepaald dat de verwijzingen naar een begrotingsjaar gelden als verwijzingen naar betalingen die de lidstaten van 16 oktober tot en met 15 oktober van het daaropvolgende jaar daadwerkelijk hebben verricht. |
(3) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 wordt bij de toewijzing van de financiële middelen aan de lidstaten terdege rekening gehouden met het aandeel van de betrokken lidstaat in het wijnbouwoppervlak in de Gemeenschap. |
(4) |
Met het oog op de toepassing van artikel 14, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 is het van belang dat de financiële toewijzingen voor een bepaald aantal hectaren worden verleend. |
(5) |
Krachtens artikel 1 van Verordening (EG) nr. 968/2007 van de Commissie van 17 augustus 2007 betreffende de bij Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad vastgestelde deelname van de Gemeenschap in de herstructurerings- en omschakelingskosten voor het wijnoogstjaar 2007/2008 (3) is met betrekking tot het wijnoogstjaar 2007/2008 en met bepaalde uitzonderingen, artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van toepassing op regio’s die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad van 11 juli 2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1260/1999 (4) als convergentieregio’s worden aangemerkt. De deelneming van de Gemeenschap in de financiering van de herstructurerings- en omschakelingskosten kan derhalve hoger uitvallen in de convergentieregio’s. |
(6) |
Er dient rekening te worden gehouden met de compensatie voor het inkomstenverlies dat wijnbouwers lijden tijdens de periode waarin de wijngaarden nog niet in productie zijn. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 17, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1227/2000 worden, indien de werkelijke uitgaven van een lidstaat voor een bepaald begrotingsjaar lager zijn dan een drempel van 75 % van de bedragen van de eerste toewijzing, de voor het volgende begrotingsjaar te erkennen uitgaven en de daarmee overeenstemmende totale oppervlakte, verlaagd met een derde van het verschil tussen deze drempel en de werkelijke uitgaven in de loop van dat begrotingsjaar. Deze bepaling is voor het wijnoogstjaar 2007/2008 van toepassing op Duitsland en Griekenland, waar de uitgaven voor het begrotingsjaar 2007 74 % van de eerste toewijzing bedragen, op Luxemburg, waar de uitgaven voor het begrotingsjaar 2007 71 % van de eerste toewijzing bedragen, op Malta, waar de uitgaven voor het begrotingsjaar 2007 40 % van de eerste toewijzing bedragen en op Slowakije, waar de uitgaven voor het begrotingsjaar 2007 27 % van de eerste toewijzing bedragen. Krachtens artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 922/2007 van de Commissie van 1 augustus 2007 houdende afwijking van Verordening (EG) nr. 1227/2000 met betrekking tot een overgangsregeling voor de aan Bulgarije en Roemenië toegekende financiële toewijzingen voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden (5) is deze verlaging voor het wijnoogstjaar 2007/2008 niet van toepassing op Bulgarije en Roemenië. |
(8) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 wordt de eerste toewijzing aangepast aan de werkelijke uitgaven en aan de hand van de door de lidstaten ingediende herziene uitgavenramingen, waarbij rekening wordt gehouden met het doel van de regeling en met de beschikbare middelen, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
De indicatieve financiële toewijzingen aan de betrokken lidstaten voor een bepaald aantal hectaren met het oog op de herstructurering en omschakeling van wijngaarden overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1493/1999 worden, voor het wijnoogstjaar 2007/2008, vastgesteld in de bijlage bij deze beschikking.
Artikel 2
Deze beschikking is gericht tot de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, de Bondsrepubliek Duitsland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Oostenrijk, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek.
Gedaan te Brussel, 6 november 2007.
Voor de Commissie
Mariann FISCHER BOEL
Lid van de Commissie
(1) PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).
(2) PB L 143 van 16.6.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1216/2005 (PB L 199 van 29.7.2005, blz. 32).
(3) PB L 215 van 18.8.2007, blz. 4.
(4) PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1989/2006 (PB L 411 van 30.12.2006, blz. 6).
(5) PB L 201 van 2.8.2007, blz. 7.
BIJLAGE
Indicatieve financiële toewijzingen voor het wijnoogstjaar 2007/2008
Lidstaat |
Oppervlakte (ha) |
Financiële toewijzing (EUR) |
Bulgarije |
2 403 |
18 044 087 |
Tsjechië |
647 |
10 897 834 |
Duitsland |
1 545 |
13 295 911 |
Griekenland |
886 |
8 715 834 |
Spanje |
20 233 |
162 136 325 |
Frankrijk |
14 384 |
110 676 302 |
Italië |
12 279 |
101 107 716 |
Cyprus |
156 |
2 219 214 |
Luxemburg |
7 |
56 800 |
Hongarije |
1 472 |
11 779 162 |
Malta |
9 |
103 987 |
Oostenrijk |
1 170 |
6 678 313 |
Portugal |
4 004 |
34 729 863 |
Roemenië |
3 008 |
25 068 762 |
Slovenië |
139 |
2 699 939 |
Slowakije |
473 |
1 789 952 |
Totaal |
62 816 |
510 000 000 |