ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 52

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

50e jaargang
21 februari 2007


Inhoud

 

I   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

Bladzijde

 

 

VERORDENINGEN

 

 

Verordening (EG) nr. 165/2007 van de Commissie van 20 februari 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 166/2007 van de Commissie van 16 februari 2007 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

3

 

 

Verordening (EG) nr. 167/2007 van de Commissie van 20 februari 2007 betreffende de aanvragen om invoercertificaten voor rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 196/97 vastgestelde tariefcontingent

6

 

 

II   Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

 

 

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

 

 

Commissie

 

 

2007/122/EG

 

*

Beschikking van de Commissie van 20 februari 2007 tot wijziging van Beschikking 92/452/EEG wat betreft bepaalde embryoteams en embryoproductieteams in de Verenigde Staten van Amerika (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 481)  ( 1 )

8

 

 

2007/123/EG

 

*

Beschikking van de Commissie van 20 februari 2007 tot toekenning van een afwijking aan Italië overeenkomstig Richtlijn 92/119/EEG van de Raad voor het vervoer van slachtvarkens over openbare of particuliere wegen naar een slachthuis in een beschermingsgebied (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 499)

10

 

 

Rectificaties

 

 

Rectificatie van Verordening (EG) nr. 134/2007 van de Commissie van 13 februari 2007 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in het kader van de A1- en B-stelsels in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, tafeldruiven en appelen) (PB L 42 van 14.2.2007)

12

 

*

Rectificatie van Besluit nr. 1903/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van het programma Cultuur (2007-2013) (PB L 378 van 27.12.2006)

15

 

*

Rectificatie van Verordening (EG) nr. 1928/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad houdende organisatie van communautaire enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven, wat betreft de financiële middelen voor de periode 2007-2009 en de maximale bijdrage van de Gemeenschap voor Bulgarije en Roemenië (PB L 406 van 30.12.2006)

15

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie verplicht is

VERORDENINGEN

21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/1


VERORDENING (EG) Nr. 165/2007 VAN DE COMMISSIE

van 20 februari 2007

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 21 februari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 februari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 20 februari 2007 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

IL

134,9

JO

96,5

MA

45,0

SN

37,2

TN

141,8

TR

154,3

ZZ

101,6

0707 00 05

JO

178,3

MA

206,0

TR

179,3

ZZ

187,9

0709 90 70

MA

39,7

TR

126,2

ZZ

83,0

0805 10 20

CU

34,2

EG

51,4

IL

58,1

MA

46,4

TN

53,8

TR

67,3

ZZ

51,9

0805 20 10

IL

103,4

MA

96,0

ZZ

99,7

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

AR

108,5

EG

64,3

IL

71,3

MA

117,1

PK

58,0

TR

61,4

ZZ

80,1

0805 50 10

EG

53,6

TR

46,7

ZZ

50,2

0808 10 80

AR

105,0

CA

95,7

CN

84,2

US

116,6

ZZ

100,4

0808 20 50

AR

86,7

CL

127,1

US

104,2

ZA

83,0

ZZ

100,3


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1833/2006 van de Commissie (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 19). De code „ZZ” staat voor „andere oorsprong”.


21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/3


VERORDENING (EG) Nr. 166/2007 VAN DE COMMISSIE

van 16 februari 2007

tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name op artikel 9, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om de uniforme toepassing te waarborgen van de gecombineerde nomenclatuur die als bijlage bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 is gevoegd, dienen bepalingen te worden vastgesteld voor de indeling van de in de bijlage bij de onderhavige verordening opgenomen goederen.

(2)

Bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 zijn de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur vastgesteld. Deze regels zijn ook van toepassing op iedere andere nomenclatuur die, geheel of gedeeltelijk of met toevoeging van onderverdelingen, de gecombineerde nomenclatuur overneemt en die bij specifieke communautaire voorschriften is vastgesteld voor de toepassing van tarief- of andere maatregelen in het kader van het goederenverkeer.

(3)

Met toepassing van genoemde algemene regels, dienen de in kolom 1 van de tabel omschreven goederen die zijn opgenomen in de bijlage bij deze verordening te worden ingedeeld onder de daarmee corresponderende GN-codes die zijn vermeld in kolom 2, op grond van de motiveringen die zijn opgenomen in kolom 3 van voornoemde tabel.

(4)

Het is wenselijk dat een beroep kan worden gedaan op een door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting betreffende de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur die niet in overeenstemming is met de bepalingen van onderhavige verordening, door de rechthebbende, gedurende drie maanden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2).

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De goederen omschreven in kolom 1 van de in de bijlage opgenomen tabel worden in de gecombineerde nomenclatuur ingedeeld onder de corresponderende GN-codes vermeld in kolom 2 van voornoemde tabel.

Artikel 2

Op de door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting die niet in overeenstemming is met de bepalingen van de onderhavige verordening, kan gedurende drie maanden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92, een beroep worden gedaan.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 februari 2007.

Voor de Commissie

László KOVÁCS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1930/2006 (PB L 406 van 30.12.2006, blz. 9).

(2)  PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).


BIJLAGE

Omschrijving

Indeling

(GN-code)

Motivering

(1)

(2)

(3)

1.

Toiletartikelen aangeboden als set en opgemaakt voor de verkoop in het klein, bestaande uit:

een beker,

een zeepbakje,

een cilindrische tandenborstelhouder, en

een dispenser voor vloeibare zeep.

De dispenser voor vloeibare zeep bestaat uit een houder van aardewerk, uitgerust met een kunststof pomp. De andere artikelen zijn van aardewerk.

Alle artikelen hebben hetzelfde ontwerp.

Zij zijn bedoeld voor gebruik als toiletartikelen.

Zie foto (1)

6912 00 50

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3 b) en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur en de tekst van de GN-codes 6912 00 en 6912 00 50.

De toiletartikelen, zoals aangeboden, vormen een set in de betekenis van de algemene regel 3 b) voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur.

De set moet worden ingedeeld volgens het materiaal — keramiek — dat het zijn essentiële karakter geeft.

2.

Een artikel dat bestaat uit:

een kunststof toiletbril met deksel,

een elektromechanische beweegbare sproeier, en

een elektrothermisch apparaat.

Het product vervult verscheidene functies zoals het verwarmen van water, het sproeien van water en het drogen van oppervlakken.

8516 79 70

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3 c) en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur en de tekst van de GN-codes 8516, 8516 79 en 8516 79 70.

Het product is een samengesteld werk dat uit verschillende elementen bestaat. Elk element kan worden ingedeeld onder een verschillende post (als sanitair van kunststof onder post 3922, als elektromechanische sproeier voor huishoudelijk gebruik onder post 8509, en als elektrothermisch toestel onder post 8516).

Geen van de elementen verleent het product zijn wezenlijke karakter.

Daarom kan het product, met toepassing van indelingsregel 3 c), worden ingedeeld onder post 8516 (laatste in volgorde van nummering).

3.

Toestel bestaande uit:

een AM/FM-radio-ontvanger,

een 7-kanaals versterker,

een digitale geluidsverwerkingseenheid,

een video-omzetter, en

een afstandsbediening.

Het product is bestemd voor audio- en videoamusement in huis.

Het toestel is geschikt voor de verwerking van signalen afkomstig van verschillende bronnen (bijvoorbeeld dvd-speler, satellietontvanger, cassettespeler, videorecorder).

De geluidssignalen kunnen worden gedecodeerd en aan een digitaal/analoogomzetter worden doorgegeven alvorens te worden versterkt.

De videosignalen zijn gesynchroniseerd met het geluidssignaal. Zij kunnen ook worden versterkt om een betere beeldkwaliteit te verschaffen.

8527 99 00

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 3, op afdeling XVI en de tekst van de GN-codes 8527 en 8527 99.

Op grond van aantekening 3 op afdeling XVI dient de radio-ontvanger als de voornaamste functie van het toestel te worden beschouwd.

De versterking en geluidsverwerking en de synchronisatie en versterking van video worden in vergelijking met de ontvangst van radio-omroep als nevenfuncties beschouwd.

Dientengevolge kan het toestel worden ingedeeld als een toestel voor radio-omroep onder GN-code 8527 99 00.

4.

Een nieuw 3-wielig motorvoertuig met een motor met zelfontsteking en een maximaal toegelaten gewicht van meer dan 20 ton.

Het voertuig bestaat uit een motorchassis waarop een cabine is gemonteerd.

Het voertuig wordt aangeboden zonder dat het is voorzien van mogelijkheden tot transport of van landbouwwerktuigen.

8704 23 91

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 3 op hoofdstuk 87, en de tekst van de GN-codes 8704, 8704 23 en 8704 23 91.

Een motorchassis dat is uitgerust met een cabine, waarop de verschillende soorten mogelijkheden tot transport of landbouwwerktuigen kunnen worden gemonteerd (vormt geen integrale mechanische eenheid) kan niet onder hoofdstuk 84 worden ingedeeld.

Overeenkomstig aantekening 3 op hoofdstuk 87 kan dit voertuig worden ingedeeld onder post 8704.

Zie eveneens de GS-toelichtingen bij de posten 8432, 8704 en 8705.

5.

Een nieuw 3-wielig motorvoertuig met een motor met zelfontsteking en een maximaal toegelaten gewicht van meer dan 20 ton.

Het voertuig bestaat uit een motorchassis waarop een cabine is gemonteerd. Op het chassis is een strooier voor vaste stoffen (werktuigmachine) voor landbouwdoeleinden gemonteerd.

Met het voertuig mag ook op de openbare weg worden gereden.

8705 90 90

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur en de tekst van de GN-codes 8705, 8705 90 en 8705 90 90.

Het voertuig is geen zelfrijdende machine op wielen bedoeld bij post 8432 omdat verschillende soorten werktuigmachines op het motorchassis kunnen worden gemonteerd.

Aangezien het motorchassis met de cabine en de bewerkingsmachines geen integrale mechanische eenheid vormen, wordt het voertuig beschouwd als een motorvoertuig voor bijzondere doeleinden van post 8705.

Zie eveneens de GS-toelichtingen bij de posten 8432 en 8705.

Image


(1)  De foto is louter ter informatie.


21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/6


VERORDENING (EG) Nr. 167/2007 VAN DE COMMISSIE

van 20 februari 2007

betreffende de aanvragen om invoercertificaten voor rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 196/97 vastgestelde tariefcontingent

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 2184/96 van de Raad van 28 oktober 1996 betreffende de invoer van rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte (2),

Gelet op Verordening (EG) nr. 196/97 van de Commissie van 31 januari 1997 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2184/96 van de Raad betreffende de invoer van rijst van oorsprong en herkomst uit Egypte (3), en met name op artikel 4, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 196/97 is bepaald dat de Commissie een uniform percentage vaststelt waarmee de gevraagde hoeveelheden worden verminderd indien met de aanvragen om invoercertificaten de hoeveelheden die kunnen worden toegewezen, worden overschreden. In dat artikel is tevens bepaald dat de Commissie dit besluit aan de lidstaten meedeelt binnen tien werkdagen te rekenen vanaf de dag waarop de certificaataanvragen zijn ingediend.

(2)

De in de periode van 1 september 2006 tot en met 8 februari 2007 ingediende aanvragen om invoercertificaten voor rijst van GN-code 1006 hebben betrekking op een hoeveelheid van 32 994 ton, terwijl de maximumhoeveelheid die kan worden toegewezen, 32 000 ton rijst van GN-code 1006 bedraagt.

(3)

Bijgevolg dient het in artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 196/97 bedoelde verminderingspercentage voor de op 8 februari 2007 ingediende aanvragen om invoercertificaten waarvoor het douanerecht overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2184/96 wordt verminderd, te worden vastgesteld.

(4)

Ook dienen geen invoercertificaten meer te worden afgegeven die het mogelijk maken om voor het lopende verkoopseizoen een vermindering van het invoerrecht te verkrijgen.

(5)

Gezien het beoogde doel, moet deze verordening van kracht worden zodra zij in het Publicatieblad van de Europese Unie wordt bekendgemaakt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Aan de op 8 februari 2007 ingediende en aan de Commissie meegedeelde aanvragen om invoercertificaten voor rijst van GN-code 1006 waarvoor het douanerecht overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2184/96 wordt verminderd, wordt gevolg gegeven door afgifte van de certificaten voor de gevraagde hoeveelheden waarop het verminderingspercentage 80,123148 is toegepast.

Artikel 2

In het kader van Verordening (EG) nr. 2184/96 worden naar aanleiding van de op of na 9 februari 2007 ingediende aanvragen om invoercertificaten voor rijst van GN-code 1006 geen invoercertificaten meer afgegeven.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 februari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1).

(2)  PB L 292 van 15.11.1996, blz. 1.

(3)  PB L 31 van 1.2.1997, blz. 53. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1950/2005 (PB L 132 van 29.11.2005, blz. 18).


II Besluiten op grond van het EG- en het Euratom-Verdrag waarvan publicatie niet verplicht is

BESLUITEN/BESCHIKKINGEN

Commissie

21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/8


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 20 februari 2007

tot wijziging van Beschikking 92/452/EEG wat betreft bepaalde embryoteams en embryoproductieteams in de Verenigde Staten van Amerika

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 481)

(Voor de EER relevante tekst)

(2007/122/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 89/556/EEG van de Raad van 25 september 1989 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer in embryo's van als huisdier gehouden runderen en de invoer daarvan uit derde landen (1), en met name op artikel 8, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Beschikking 92/452/EEG van de Commissie van 30 juli 1992 houdende vaststelling van lijsten van embryoteams en embryoproductieteams die in derde landen zijn erkend met het oog op de uitvoer van runderembryo's naar de Gemeenschap (2) bepaalt dat de lidstaten alleen embryo's uit derde landen mogen invoeren als die embryo's zijn verzameld, behandeld en opgeslagen door in de lijsten van die beschikking vermelde embryoteams.

(2)

De Verenigde Staten van Amerika hebben gevraagd de gegevens in de lijst voor dat land te wijzigen, met name het adres van één centrum.

(3)

De Verenigde Staten van Amerika hebben garanties gegeven betreffende de naleving van de desbetreffende voorschriften van Richtlijn 89/556/EEG en het betrokken embryoteam is door de veterinaire diensten van het land officieel erkend voor uitvoer naar de Gemeenschap.

(4)

Beschikking 92/452/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De bijlage bij Beschikking 92/452/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is van toepassing met ingang van de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 20 februari 2007.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 302 van 19.10.1989, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/60/EG van de Commissie (PB L 31 van 3.2.2006, blz. 24).

(2)  PB L 250 van 29.8.1992, blz. 40. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1792/2006 (PB L 362 van 20.12.2006, blz. 1).


BIJLAGE

De vermelding voor het embryoteam uit de Verenigde Staten van Amerika nr. 99MI105 E4 in de bijlage bij Beschikking 92/452/EEG wordt vervangen door:

„US

99MI105 E4

Northstar Select Sires

2471 4th ST

Shelbyville, MI 49344

Dr. Jeffrey Adams”.


21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/10


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 20 februari 2007

tot toekenning van een afwijking aan Italië overeenkomstig Richtlijn 92/119/EEG van de Raad voor het vervoer van slachtvarkens over openbare of particuliere wegen naar een slachthuis in een beschermingsgebied

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 499)

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(2007/123/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 92/119/EEG van de Raad van 17 december 1992 tot vaststelling van algemene communautaire maatregelen voor de bestrijding van bepaalde dierziekten en van specifieke maatregelen ten aanzien van de vesiculaire varkensziekte (1), en met name op bijlage II, punt 7, subpunt 2, onder d),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 15 november 2006 heeft de Italiaanse bevoegde autoriteit overeenkomstig artikel 10 van Richtlijn 92/119/EEG rond een uitbraak van de vesiculaire varkensziekte in de gemeente Romano di Lombardia, in de Provincie Bergamo, een beschermingsgebied ingesteld.

(2)

Bijgevolg was de verplaatsing en het vervoer van varkens over openbare en particuliere wegen in dat beschermingsgebied verboden.

(3)

Italië heeft echter een verzoek om afwijking van dat verbod ingediend voor het vervoer van slachtvarkens van buiten het beschermingsgebied die over openbare of particuliere wegen worden vervoerd naar een in het beschermingsgebied gelegen slachthuis.

(4)

Deze afwijking kan worden toegestaan, op voorwaarde dat Italië strikte controle- en voorzorgsmaatregelen neemt die garanderen dat er geen risico van verspreiding van de ziekte is.

(5)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1.   Italië mag het vervoer van slachtvarkens van buiten het op 15 november 2006 rond de uitbraak van de vesiculaire varkensziekte in de gemeente Romano di Lombardia in de Provincie Bergamo ingestelde beschermingsgebied („de varkens”) over openbare en particuliere wegen in dat beschermingsgebied naar het slachthuis „IMC No 825 M” („het slachthuis”) toestaan, en wel onder de volgende voorwaarden:

a)

de officiële dierenarts voor het bedrijf van herkomst moet de officiële dierenarts voor het slachthuis minstens 24 uur vooraf in kennis stellen van de verzending van de varkens;

b)

het vervoer van de varkens naar het slachthuis moet via een corridor verlopen; Italië moet de details voor die corridor vooraf vaststellen;

c)

voertuigen waarin de varkens zich bevinden, moeten voor of bij het binnenkomen van de corridor door de bevoegde autoriteit worden verzegeld; bij het verzegelen moet de bevoegde autoriteit het kentekennummer van het voertuig en het aantal daarin vervoerde varkens registreren;

d)

bij aankomst van het voertuig in het slachthuis moet de bevoegde autoriteit:

i)

het zegel van het voertuig controleren en verwijderen;

ii)

aanwezig zijn bij het lossen van de varkens;

iii)

het kentekennummer van het voertuig en het aantal daarin vervoerde varkens registreren.

2.   Elk voertuig dat varkens naar het slachthuis vervoert, wordt onmiddellijk na het lossen onder officiële controle en overeenkomstig de instructies van de bevoegde autoriteit gereinigd en ontsmet.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Italiaanse Republiek.

Gedaan te Brussel, 20 februari 2007.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 62 van 15.3.1993, blz. 69. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352).


Rectificaties

21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/12


Rectificatie van Verordening (EG) nr. 134/2007 van de Commissie van 13 februari 2007 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in het kader van de A1- en B-stelsels in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, tafeldruiven en appelen)

( Publicatieblad van de Europese Unie L 42 van 14 februari 2007 )

Bladzijde 16, Verordening (EG) nr. 134/2007 wordt als volgt gelezen:

VERORDENING (EG) Nr. 134/2007 VAN DE COMMISSIE

van 13 februari 2007

tot vaststelling van de uitvoerrestituties in het kader van de A1- en B-stelsels in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen en appelen)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 35, lid 3, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1961/2001 van de Commissie (2), zijn de uitvoeringsbepalingen voor de uitvoerrestituties in de sector groenten en fruit vastgesteld.

(2)

Op grond van artikel 35, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2200/96 kan, voorzover dit nodig is om een economisch significante uitvoer mogelijk te maken en binnen de grenzen die voortvloeien uit de overeenkomsten gesloten in overeenstemming met artikel 300 van het Verdrag, een uitvoerrestitutie worden betaald voor de door de Gemeenschap uitgevoerde producten.

(3)

Overeenkomstig artikel 35, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2200/96 moet erop worden toegezien dat de reeds eerder door de restitutieregeling op gang gebrachte handelsstromen niet worden verstoord. Daarom, en vanwege de seizoensgebondenheid van de uitvoer van groenten en fruit, moeten de contingenten per product worden vastgesteld op basis van de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties, die is vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (3). Bij de verdeling van die hoeveelheden moet rekening worden gehouden met het min of meer bederfelijke karakter van de betrokken producten.

(4)

Overeenkomstig artikel 35, lid 4, van Verordening (EG) nr. 2200/96 moet bij de vaststelling van de restituties rekening worden gehouden met de situatie en de verwachte ontwikkeling met betrekking tot de prijzen van groenten en fruit op de markt van de Gemeenschap en de beschikbare hoeveelheden enerzijds, en de prijzen in de internationale handel anderzijds. Voorts moeten ook de afzet- en vervoerskosten en het economische aspect van de beoogde uitvoer in aanmerking worden genomen.

(5)

Overeenkomstig artikel 35, lid 5, van Verordening (EG) nr. 2200/96 wordt bij het bepalen van de marktprijzen van de Gemeenschap rekening gehouden met de prijzen die met het oog op de uitvoer het gunstigst blijken te zijn.

(6)

Wegens de omstandigheden in de internationale handel of specifieke vereisten van bepaalde markten, kan het nodig zijn de restitutie voor een bepaald product te differentiëren naar gelang van de bestemming van dat product.

(7)

Voor tomaten, sinaasappelen, citroenen en appelen van de kwaliteitsklassen Extra, I en II van de gemeenschappelijke handelsnormen kan de uitvoer momenteel economisch significant zijn.

(8)

Met het oog op een optimaal gebruik van de beschikbare middelen en gelet op de structuur van de uitvoer van de Gemeenschap is het dienstig uitvoerrestitutiebedragen volgens de A1- en B-stelsels vast te stellen.

(9)

Het Comité van beheer voor verse groenten en fruit heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   In de bijlage worden de eenheidsbedragen van de restituties, de periode voor het aanvragen van de restitutie en de verwachte hoeveelheden van de betrokken producten voor het A1-stelsel vastgesteld. In de bijlage worden de indicatieve eenheidsbedragen van de restitutie, de periode voor indiening van de certificaataanvragen en de verwachte hoeveelheden van de betrokken producten voor het B-stelsel vastgesteld.

2.   Certificaten die in het kader van de voedselhulp worden afgegeven, zoals bedoeld in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie (4), worden niet afgeboekt op de in de bijlage bij deze verordening bedoelde hoeveelheden.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 22 februari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 februari 2007.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling

BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 13 februari 2007 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen en appelen)

Productcode (5)

Bestemming (6)

A1-stelsel

Periode voor het aanvragen van de restitutie: 22.2.2007-23.6.2007

B-stelsel

Periode voor indiening van de certificaataanvragen: 1.3.2007-30.6.2007

Eenheidsbedrag van de restitutie

(EUR/t nettogewicht)

Verwachte hoeveelheden

(t)

Indicatief eenheidsbedrag van de restitutie

(EUR/t nettogewicht)

Verwachte hoeveelheden

(t)

0702 00 00 9100

A00

20

 

20

6 000

0805 10 20 9100

A00

28

 

28

16 667

0805 50 10 9100

A00

50

 

50

3 667

0808 10 80 9100

F09

22

 

22

31 667


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 47/2003 van de Commissie (PB L 7 van 11.1.2003, blz. 64).

(2)  PB L 268 van 9.10.2001, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).

(3)  PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1854/2006 (PB L 361 van 19.12.2006, blz. 1).

(4)  PB L 152 van 24.6.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2006 (PB L 365 van 21.12.2006, blz. 52).

(5)  De codes van de producten zijn vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1), gewijzigd.

(6)  De codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in bijlage II bij Verordening (EEG) nr. 3846/87.

De andere bestemmingen worden als volgt vastgesteld:

F09

:

De volgende bestemmingen:

Noorwegen, IJsland, Groenland, Faeröer, Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië, voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Servië en Montenegro (met inbegrip van Kosovo, zoals gedefinieerd in Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999), Armenië, Azerbeidzjan, Wit-Rusland, Georgië, Kazachstan, Kirgizië, Moldavië, Rusland, Tadzjikistan, Turkmenistan, Oezbekistan, Oekraïne, Saoedi-Arabië, Bahrein, Qatar, Oman, Verenigde Arabische Emiraten (Abu Dhabi, Dubai, Sharjah, Ajman, Umm al-Qaiwayn, Ras al-Khaimah en Fujairah), Koeweit, Jemen, Syrië, Iran, Jordanië, Bolivia, Brazilië, Venezuela, Peru, Panama, Ecuador en Colombia;

landen en gebieden van Afrika, met uitzondering van Zuid-Afrika;

bestemmingen in de zin van artikel 36 van Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie (PB L 102 van 17.4.1999, blz. 11).


21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/15


Rectificatie van Besluit nr. 1903/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van het programma „Cultuur” (2007-2013)

( Publicatieblad van de Europese Unie L 378 van 27 december 2006 )

De bekendmaking van het besluit in bovengenoemd Publicatieblad wordt geannuleerd.

De bekendmaking van dezelfde tekst als „Besluit nr. 1855/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006” in PB L 372 van 27.12.2006, blz. 1, blijft geldig.


21.2.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 52/15


Rectificatie van Verordening (EG) nr. 1928/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad houdende organisatie van communautaire enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven, wat betreft de financiële middelen voor de periode 2007-2009 en de maximale bijdrage van de Gemeenschap voor Bulgarije en Roemenië

( Publicatieblad van de Europese Unie L 406 van 30 december 2006 )

De bekendmaking van de verordening in bovengenoemd Publicatieblad wordt geannuleerd.

De bekendmaking van dezelfde tekst als „Verordening (EG) nr. 1890/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006” in PB L 386 van 29.12.2006, blz. 12, blijft geldig.