ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 274

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

49e jaargang
5 oktober 2006


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

 

Verordening (EG) nr. 1466/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 1467/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van landen en gebieden betreft ( 1 )

3

 

*

Verordening (EG) nr. 1468/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 595/2004 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten

6

 

 

Verordening (EG) nr. 1469/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 tot wijziging van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

9

 

 

Verordening (EG) nr. 1470/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 houdende afwijzing van uitvoercertificaataanvragen voor bepaalde verwerkte producten op basis van granen

11

 

 

Verordening (EG) nr. 1471/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006 houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector granen en de sector rijst die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

12

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Conferentie van de Vertegenwoordigers van de Regeringen van de Lid-Staten

 

*

Besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van 20 september 2006 houdende benoeming van een rechter bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen

15

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/1


VERORDENING (EG) Nr. 1466/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 5 oktober 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 4 oktober 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

83,7

096

17,5

999

50,6

0707 00 05

052

114,4

999

114,4

0709 90 70

052

79,3

999

79,3

0805 50 10

052

41,8

388

64,1

524

51,8

528

57,0

999

53,7

0806 10 10

052

78,4

400

151,0

624

137,8

999

122,4

0808 10 80

388

86,2

400

89,7

508

76,2

512

87,5

720

74,9

800

154,7

804

101,1

999

95,8

0808 20 50

052

83,2

388

80,3

720

56,9

999

73,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/3


VERORDENING (EG) Nr. 1467/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van landen en gebieden betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en houdende wijziging van Richtlijn 92/65/EEG van de Raad (1), en met name op de artikelen 10 en 19,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 998/2003 worden de veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren, alsmede de regels betreffende de controle van dat verkeer vastgesteld.

(2)

In Verordening (EG) nr. 998/2003 wordt bepaald dat in deel C van bijlage II bij die verordening een lijst van derde landen moet worden vastgesteld, waaruit het verkeer van gezelschapsdieren naar de Gemeenschap kan worden toegestaan, mits aan bepaalde eisen wordt voldaan.

(3)

In de lijst in deel C van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003 zijn derde landen en gebieden opgenomen die vrij van rabiës zijn, en derde landen en gebieden waarvan is vastgesteld dat het risico dat rabiës door verkeer uit hun grondgebied de Gemeenschap binnenkomt, niet groter is dan het risico bij verkeer tussen lidstaten.

(4)

Uit de door het Verenigd Koninkrijk verstrekte informatie over de Britse Maagdeneilanden blijkt dat het risico dat rabiës door verkeer van gezelschapsdieren uit dat grondgebied de Gemeenschap binnenkomt, niet groter is dan het risico bij verkeer tussen lidstaten of uit derde landen die reeds voorkomen op de lijst van Verordening (EG) nr. 998/2003. Daarom moeten de Britse Maagdeneilanden worden opgenomen in de lijst van deel C van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003.

(5)

Voor de duidelijkheid van de communautaire wetgeving moet de lijst van landen en gebieden, als vastgesteld in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003, volledig worden vervangen.

(6)

Verordening (EG) nr. 998/2003 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 998/2003 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 146 van 13.6.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 590/2006 van de Commissie (PB L 104 van 13.4.2006, blz. 8).


BIJLAGE

„BIJLAGE II

LIJST VAN LANDEN EN GEBIEDEN

DEEL A

IE

Ierland

MT

Malta

SE

Zweden

UK

Verenigd Koninkrijk

DEEL B

Afdeling 1

a)

DK

Denemarken, inclusief GL — Groenland en FO — Faeröer;

b)

ES

Spanje, inclusief de Balearen, de Canarische Eilanden, Ceuta en Melilla;

c)

FR

Frankrijk, inclusief GF — Frans Guyana, GP — Guadeloupe, MQ — Martinique en RE — Réunion;

d)

GI

Gibraltar;

e)

PT

Portugal, inclusief de Azoren en Madeira;

f)

Andere dan de onder deel A en de onder a), b), c) en e) van deze afdeling genoemde lidstaten.

Afdeling 2

AD

Andorra

CH

Zwitserland

IS

IJsland

LI

Liechtenstein

MC

Monaco

NO

Noorwegen

SM

San Marino

VA

Vaticaanstad

DEEL C

AC

Ascension

AE

Verenigde Arabische Emiraten

AG

Antigua en Barbuda

AN

Nederlandse Antillen

AR

Argentinië

AU

Australië

AW

Aruba

BA

Bosnië en Herzegovina

BB

Barbados

BG

Bulgarije

BH

Bahrein

BM

Bermuda

BY

Belarus

CA

Canada

CL

Chili

FJ

Fiji

FK

Falklandeilanden

HK

Hongkong

HR

Kroatië

JM

Jamaica

JP

Japan

KN

Saint Kitts en Nevis

KY

Caymaneilanden

MS

Montserrat

MU

Mauritius

MX

Mexico

NC

Nieuw-Caledonië

NZ

Nieuw-Zeeland

PF

Frans-Polynesië

PM

Saint-Pierre en Miquelon

RO

Roemenië

RU

Russische Federatie

SG

Singapore

SH

Sint-Helena

TT

Trinidad en Tobago

TW

Taiwan

US

Verenigde Staten van Amerika (met inbegrip van GU — Guam)

VC

Saint Vincent en de Grenadines

VG

Britse Maagdeneilanden

VU

Vanuatu

WF

Wallis en Futuna

YT

Mayotte”


5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/6


VERORDENING (EG) Nr. 1468/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 595/2004 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 3, lid 3, en artikel 24,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Met het oog op een geharmoniseerde tenuitvoerlegging van de voorschriften inzake de aanmaningsperiode en de voorwaarden voor de intrekking van de individuele referentiehoeveelheid of de erkenning overeenkomstig artikel 8, lid 4, en artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 595/2004 van de Commissie (2), dienen de betrokken bepalingen te worden verduidelijkt. Voorts moeten de in die artikelen vastgestelde termijnen worden aangepast om het beheer door de lidstaten te vergemakkelijken.

(2)

In artikel 10 van Verordening (EG) nr. 595/2004 is bepaald hoe het vetgehalte van de melk in aanmerking moet worden genomen bij de opstelling van de eindafrekening van de geleverde hoeveelheden. Uit ervaring is gebleken dat een aantal producenten met een zeer hoog referentievetgehalte dat niet representatief is voor hun melkveestapel en melkproductie, in aanmerking kunnen komen voor een aanzienlijke correctie van het vetgehalte. Teneinde oneerlijk gebruik van het mechanisme voor de correctie van het vetgehalte te voorkomen, dient een grenswaarde voor de negatieve correctie van het vetgehalte te worden vastgesteld. Het is evenwel dienstig deze bepaling toe te passen met ingang van het in artikel 1, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1788/2003 bedoelde tijdvak van twaalf maanden, te beginnen op 1 april 2007, zodat de in het lopende tijdvak van twaalf maanden vermarkte hoeveelheden melk niet getroffen worden door de nieuwe regelingen.

(3)

Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1788/2003, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1406/2006, moeten de lidstaten de heffing betalen in de periode van 16 oktober tot en met 30 november van elk jaar. De in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 595/2004 vastgestelde termijn waarin de aan het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) verschuldigde heffing moet worden betaald en gedeclareerd, dient derhalve te worden gewijzigd.

(4)

Op grond van artikel 26, lid 3, van Verordening (EG) nr. 595/2004 moet vóór 1 december, 1 maart, 1 juni en 1 september van elk jaar een bijgewerkte versie van de in bijlage I bij die verordening opgenomen vragenlijst naar behoren ingevuld overeenkomstig artikel 8, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 1788/2003, bij de Commissie worden ingediend. Door deze bijwerking kan het bedrag van de verschuldigde heffing veranderen. Het is derhalve dienstig te bepalen hoe de aangepaste bedragen die overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1788/2003 aan het ELGF zijn verschuldigd, dienen te worden gedeclareerd.

(5)

Overeenkomstig artikel 16, lid 1, van Verordening (EG) nr. 595/2004 bepalen de lidstaten voor de verdeling van het teveel aan heffing prioritaire categorieën van producenten aan de hand van een of meer objectieve criteria. Uit ervaring is gebleken dat de lidstaten voor de vaststelling van prioritaire categorieën over meer duidelijkheid en flexibiliteit moeten beschikken.

(6)

Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1788/2003 moeten de lidstaten 99 % van het verschuldigde bedrag storten in het ELGF. Wanneer het resterende gedeelte van 1 % niet volledig nodig is voor gevallen van faillissement of definitief onvermogen van bepaalde producenten om de heffing te betalen, moeten de lidstaten in de mogelijkheid worden gesteld om het restbedrag te gebruiken volgens de criteria voor de verdeling van het teveel aan heffing zoals bedoeld in artikel 13, lid 1, van die verordening.

(7)

Overeenkomstig artikel 24, lid 6, van Verordening (EG) nr. 595/2004 moeten producenten die rechtstreekse verkopen verrichten, een productboekhouding bijhouden waarin elke verkoop of overdracht van melk of zuivelproducten evenals de producten die zijn geproduceerd maar niet zijn verkocht of overgedragen, worden vermeld. Voor een aantal kleine rechtstreekse verkopers die marginale hoeveelheden van minder dan 5 000 kg melkequivalent verkopen, worden deze eisen inzake de boekhouding als disproportioneel beschouwd. Deze producenten moeten derhalve worden vrijgesteld van de verplichting om een productboekhouding bij te houden voor melk of zuivelproducten die niet zijn verkocht of overgedragen.

(8)

Verordening (EG) nr. 595/2004 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 595/2004 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 8, lid 4, wordt vervangen door:

„4.   Indien de aangifte niet vóór 15 juni wordt ingediend, wordt de koper door de lidstaat binnen 15 werkdagen formeel verzocht, deze binnen 15 dagen in te dienen. Indien aan het eind van die periode geen aangifte is ingediend, trekken de lidstaten de erkenning in of verlangen zij de betaling van een bedrag dat in verhouding staat tot de betrokken hoeveelheid melk en de ernst van de onregelmatigheid.

Lid 3 blijft van toepassing gedurende de aanmaningsperiode.”

2)

In artikel 10, lid 1, wordt na de derde alinea de volgende alinea ingevoegd:

„Bedraagt de op grond van de derde alinea aangepaste hoeveelheid door de producent geleverde melk minder dan 75 % van de daadwerkelijk geleverde hoeveelheid melk en het referentievetgehalte van de producent meer dan 4,5 %, dan wordt de individuele afrekening op basis van 75 % van de daadwerkelijk geleverde hoeveelheid vastgesteld.”

3)

Artikel 11, lid 4, wordt vervangen door:

„4.   Indien de aangifte niet vóór 15 juni wordt ingediend, wordt de producent door de lidstaat binnen 15 werkdagen formeel verzocht, deze binnen 15 dagen in te dienen. Indien aan het eind van die periode geen aangifte is ingediend, wordt de referentiehoeveelheid voor rechtstreekse verkopen van de betrokken producent toegevoegd aan de nationale reserve. Lid 3, eerste alinea, blijft van toepassing gedurende de aanmaningsperiode.”

4)

Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

a)

In de leden 1 en 2 wordt „september” vervangen door „oktober”;

b)

Lid 3 wordt vervangen door:

„3.   De lidstaten declareren de uit de toepassing van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1788/2003 voortvloeiende bedragen bij het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) samen met de voor november van elk jaar aangegeven uitgaven.

Wanneer de lidstaten overeenkomstig artikel 26, lid 3, van deze verordening een bijgewerkte versie van de in lid 1 van dat artikel bedoelde vragenlijst doen toekomen, gebeurt de aangifte van de daaruit voortvloeiende aangepaste bedragen uiterlijk samen met de uitgaven voor de maand vóór die waarin de vragenlijst moet worden ingediend.”

5)

Artikel 16 wordt vervangen door:

„Artikel 16

Criteria voor de verdeling van een teveel aan heffing

1.   In voorkomend geval bepalen de lidstaten de in artikel 13, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1788/2003 bedoelde prioritaire categorieën van producenten aan de hand van één of meer van de volgende objectieve criteria:

a)

de formele erkenning door de bevoegde autoriteit van de lidstaat dat de heffing in haar geheel of voor een deel onverschuldigd is geïnd;

b)

de geografische ligging van het bedrijf, en in de eerste plaats de ligging in berggebieden in de zin van artikel 18 van Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad (3);

c)

de maximale veebezetting op het bedrijf die kenmerkend is voor een extensieve dierlijke productie;

d)

de individuele referentiehoeveelheid is overschreden met minder dan 5 % of minder dan 15 000 kg, indien dat minder is;

e)

de individuele referentiehoeveelheid bedraagt minder dan 50 % van de nationale gemiddelde individuele referentiehoeveelheid;

f)

andere door de lidstaat na overleg met de Commissie vastgestelde objectieve criteria.

2.   De verdeling van het teveel aan heffing moet uiterlijk 15 maanden na afloop van het betrokken tijdvak van twaalf maanden zijn voltooid.

6)

Het volgende artikel 16 bis wordt ingevoegd:

„Artikel 16 bis

Gebruik van de niet aan het ELGF verschuldigde heffing van 1 %

Wanneer de heffing van 1 % die op grond van artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1788/2003 niet in het ELGF wordt gestort, meer bedraagt dan het bedrag dat nodig is voor gevallen van faillissement of definitief onvermogen van bepaalde producenten om de heffing te betalen, kunnen de lidstaten het te veel geïnde bedrag overeenkomstig artikel 13, lid 1, van die verordening gebruiken.”

7)

In artikel 24, lid 6, wordt de eerste alinea vervangen door:

„6.   De producenten die rechtstreekse verkopen verrichten, houden een productboekhouding per tijdvak van twaalf maanden waarin, per maand en per product, elke verkoop of overdracht van melk of zuivelproducten wordt vermeld, ter beschikking van de bevoegde autoriteit van de lidstaat gedurende ten minste drie jaar vanaf het einde van het jaar waarin die documenten zijn opgesteld.

Producenten wier individuele referentiehoeveelheid voor rechtstreekse verkoop 5 000 kg of meer bedraagt, houden ook een productboekhouding bij voor melk of zuivelproducten die niet zijn verkocht of overgedragen

De lidstaten kunnen nadere uitvoeringsbepalingen vaststellen.”

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 1, punt 2, is van toepassing met ingang van 1 april 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 123. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1406/2006 (PB L 265 van 26.9.2006, blz. 8).

(2)  PB L 94 van 31.3.2004, blz. 22.

(3)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80.”


5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/9


VERORDENING (EG) Nr. 1469/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

tot wijziging van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), inzonderheid op artikel 13, lid 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (2), inzonderheid op artikel 14, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten toe te passen restituties zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1434/2006 van de Commissie (3).

(2)

Toepassing van de in Verordening (EG) nr. 1434/2006 genoemde voorschriften, criteria en uitvoeringsbepalingen op de gegevens waarover de Commissie op het huidige tijdstip beschikt, geeft aanleiding tot verlaging van de op dit tijdstip geldende restituties bij uitvoer in de zin zoals vermeld in de bijlage bij deze verordening,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restituties bij uitvoer in ongewijzigde staat van de in artikel 1, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 1784/2003 en in artikel 1, lid 1, onder c), van Verordening (EG) nr. 1785/2003 bedoelde producten, waarop Verordening (EG) nr. 1518/95 van de Commissie (4), van toepassing is, die vastgesteld zijn in de bijlage van Verordening (EG) nr. 1434/2006, worden in overeenstemming met de in de bijlage van deze verordening opgenomen bedragen gewijzigd, voor de daarin vermelde producten.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 5 oktober 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 797/2006 (PB L 144 van 31.5.2006, blz. 1).

(3)  PB L 270 van 29.9.2006, blz. 60.

(4)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 55. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2993/95 (PB L 312 van 23.12.1995, blz. 25).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 4 oktober 2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van op basis van granen en rijst verwerkte producten

Productcode

Bestemming

Meeteenheid

Bedrag van de restitutie

1102 20 10 9200 (1)

C13

EUR/t

31,74

1102 20 10 9400 (1)

C13

EUR/t

27,20

1102 20 90 9200 (1)

C13

EUR/t

27,20

1102 90 10 9100

C13

EUR/t

0,00

1102 90 10 9900

C13

EUR/t

0,00

1102 90 30 9100

C13

EUR/t

0,00

1103 19 40 9100

C13

EUR/t

0,00

1103 13 10 9100 (1)

C13

EUR/t

40,81

1103 13 10 9300 (1)

C13

EUR/t

31,74

1103 13 10 9500 (1)

C13

EUR/t

27,20

1103 13 90 9100 (1)

C13

EUR/t

27,20

1103 19 10 9000

C13

EUR/t

0,00

1103 19 30 9100

C13

EUR/t

0,00

1103 20 60 9000

C13

EUR/t

0,00

1103 20 20 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 19 69 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 12 90 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 12 90 9300

C13

EUR/t

0,00

1104 19 10 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 19 50 9110

C13

EUR/t

36,27

1104 19 50 9130

C13

EUR/t

29,47

1104 29 01 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 29 03 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 29 05 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 29 05 9300

C13

EUR/t

0,00

1104 22 20 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 22 30 9100

C13

EUR/t

0,00

1104 23 10 9100

C13

EUR/t

34,01

1104 23 10 9300

C13

EUR/t

26,07

1104 29 11 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 29 51 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 29 55 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 30 10 9000

C13

EUR/t

0,00

1104 30 90 9000

C13

EUR/t

5,67

1107 10 11 9000

C13

EUR/t

0,00

1107 10 91 9000

C13

EUR/t

0,00

1108 11 00 9200

C13

EUR/t

0,00

1108 11 00 9300

C13

EUR/t

0,00

1108 12 00 9200

C13

EUR/t

36,27

1108 12 00 9300

C13

EUR/t

36,27

1108 13 00 9200

C13

EUR/t

36,27

1108 13 00 9300

C13

EUR/t

36,27

1108 19 10 9200

C13

EUR/t

0,00

1108 19 10 9300

C13

EUR/t

0,00

1109 00 00 9100

C13

EUR/t

0,00

1702 30 51 9000 (2)

C13

EUR/t

35,54

1702 30 59 9000 (2)

C13

EUR/t

27,20

1702 30 91 9000

C13

EUR/t

35,54

1702 30 99 9000

C13

EUR/t

27,20

1702 40 90 9000

C13

EUR/t

27,20

1702 90 50 9100

C13

EUR/t

35,54

1702 90 50 9900

C13

EUR/t

27,20

1702 90 75 9000

C13

EUR/t

37,24

1702 90 79 9000

C13

EUR/t

25,84

2106 90 55 9000

C14

EUR/t

27,20

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen zijn als volgt gedefinieerd:

C10

:

Alle bestemmingen

C11

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije

C12

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Roemenië

C13

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije en Roemenië

C14

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Zwitserland, Liechtenstein, Bulgarije en Roemenië.


(1)  Er worden geen restituties toegekend voor producten die een warmtebehandeling hebben ondergaan waardoor het zetmeel is voorgegelatineerd.

(2)  De restituties worden toegekend overeenkomstig de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 2730/75 van de Raad (PB L 281 van 1.11.1975, blz. 20).

NB: De codes van de producten en de codes van de bestemmingen serie „A” zijn vastgesteld in de gewijzigde Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1).

De numerieke codes voor de bestemmingen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2081/2003 (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11).

De andere bestemmingen zijn als volgt gedefinieerd:

C10

:

Alle bestemmingen

C11

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije

C12

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Roemenië

C13

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Bulgarije en Roemenië

C14

:

Alle bestemmingen, uitgezonderd Zwitserland, Liechtenstein, Bulgarije en Roemenië.


5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/11


VERORDENING (EG) Nr. 1470/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

houdende afwijzing van uitvoercertificaataanvragen voor bepaalde verwerkte producten op basis van granen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1342/2003 van de Commissie van 28 juli 2003 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer- en uitvoercertificaten in de sector granen en rijst (2), inzonderheid op artikel 8, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

De aanvragen voor certificaten met vaststelling vooraf van de restituties voor aardappelzetmeel en maïsproducten hebben betrekking op aanzienlijke hoeveelheden en vertonen een speculatief karakter. Derhalve is besloten alle op 2, 3 en 4 oktober 2006 ingediende uitvoercertificaataanvragen voor deze producten af te wijzen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1342/2003 worden op 2, 3 en 4 oktober 2006 ingediende uitvoercertificaataanvragen met vaststelling vooraf van de restituties voor producten van de GN-codes 1102 20 10, 1102 20 90, 1103 13 10, 1103 13 90, 1104 23 10, 1108 12 00, 1108 13 00, 1702 30 51, 1702 30 91, 1702 30 99, 1702 40 90 en 1702 90 50 afgewezen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 5 oktober 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 189 van 29.7.2003, blz. 12. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1263/2006 (PB L 230 van 24.8.2006, blz. 6).


5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/12


VERORDENING (EG) Nr. 1471/2006 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 2006

houdende wijziging van de restituties die worden toegepast voor bepaalde producten van de sector granen en de sector rijst die worden uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1785/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (2), en met name op artikel 14, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De restitutiebedragen welke met ingang van 29 september 2006 worden toegepast op de in de bijlage bedoelde producten, uitgevoerd in de vorm van niet in bijlage I van het Verdrag vermelde goederen, zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1432/2006 van de Commissie (3).

(2)

Toepassing van de regels en criteria welke zijn aangehaald in Verordening (EG) nr. 1432/2006 op de gegevens waarover de Commissie op het huidige tijdstip beschikt, geeft aanleiding tot wijziging van de op dit tijdstip geldende restituties in de zin als vermeld in de bijlage bij deze verordening,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De restitutiebedragen die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1432/2006 worden gewijzigd zoals in de bijlage van deze verordening aangegeven.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 5 oktober 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 2006.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vicevoorzitter


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 96.

(3)  PB L 270 van 29.9.2006, blz. 54.


BIJLAGE

Restituties die met ingang van 5 oktober 2006 van toepassing zijn op bepaalde producten van de sector granen en de sector rijst, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen (1)

(EUR/100 kg)

GN-code

Omschrijving (2)

Restitutievoet per 100 kg basisproduct

Bij vaststelling vooraf van de restituties

Andere

1001 10 00

Harde tarwe:

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van de GN-codes 1902 11 en 1902 19 naar de Verenigde Staten van Amerika

– in andere gevallen

1001 90 99

Zachte tarwe en mengkoren:

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van de GN-codes 1902 11 en 1902 19 naar de Verenigde Staten van Amerika

– in andere gevallen:

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– – in andere gevallen

1002 00 00

Rogge

1003 00 90

Gerst:

 

 

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– in andere gevallen

1004 00 00

Haver

1005 90 00

Maïs, gebruikt in de vorm van:

 

 

– zetmeel:

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

2,014

2,014

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– – in andere gevallen

2,267

2,267

– glucose, glucosestroop, maltodextrine, maltodextrinestroop van de GN-codes 1702 30 51, 1702 30 59, 1702 30 91, 1702 30 99, 1702 40 90, 1702 90 50, 1702 90 75, 1702 90 79, 2106 90 55 (5):

 

 

– – in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

1,447

1,447

– – in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– – in andere gevallen

1,700

1,700

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– andere (ook als zodanig)

2,267

2,267

Aardappelzetmeel van GN-code 1108 13 00 gelijkgesteld aan een verwerkingsproduct van maïs:

 

 

– in geval van toepassing van artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 (3)

2,029

2,029

– in geval van uitvoer van goederen van post 2208 (4)

– in andere gevallen

2,267

2,267

ex 1006 30

Volwitte rijst:

 

 

– rondkorrelig

– halflangkorrelig

– langkorrelig

1006 40 00

Breukrijst

1007 00 90

Graansorgho (m.u.v. hybriden, bestemd voor zaaidoeleinden)


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing op de uitvoer naar Bulgarije met ingang van 1 oktober 2004 en naar Roemenië met ingang van 1 december 2005, noch op de goederen die zijn opgenomen in de tabellen I en II bij Protocol nr. 2 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 en die met ingang van 1 februari 2005 naar de Zwitserse Bondsstaat of naar het Vorstendom Liechtenstein worden uitgevoerd.

(2)  Voor landbouwproducten verkregen door verwerking van een basisproduct en/of een daarmee gelijkgesteld product gelden de coëfficiënten vermeld in bijlage V bij Verordening (EG) nr. 1043/2005 van de Commissie.

(3)  De betrokken goederen vallen onder GN-code 3505 10 50.

(4)  Goederen opgenomen in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1784/2003 of bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 2825/93 (PB L 258 van 16.10.1993, blz. 6).

(5)  Voor stropen van de GN-codes 1702 30 99, 1702 40 90 en 1702 60 90, verkregen door het mengen van glucose- en fructosestropen, betreft de uitvoerrestitutie alleen glucosestroop.


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Conferentie van de Vertegenwoordigers van de Regeringen van de Lid-Staten

5.10.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/15


BESLUIT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN

van 20 september 2006

houdende benoeming van een rechter bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen

(2006/667/EG, Euratom)

DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 224,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 140,

Overwegende hetgeen volgt:

Krachtens de artikelen 5 en 7 in samenhang met artikel 47 van het Protocol betreffende het Statuut van het Hof van Justitie, en ten gevolge van het ontslag van mevrouw Verica TRSTENJAK, dient een rechter bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen te worden benoemd voor het resterende gedeelte van haar mandaat, dat wil zeggen tot en met 31 augustus 2007,

BESLUIT:

Artikel 1

De heer Miro PREK wordt benoemd tot rechter bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen met ingang van de datum van zijn eedaflegging tot en met 31 augustus 2007.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 20 september 2006.

De voorzitter

E. KOSONEN