ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 246

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

49e jaargang
8 september 2006


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

 

Verordening (EG) nr. 1324/2006 van de Commissie van 7 september 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

 

Verordening (EG) nr. 1325/2006 van de Commissie van 7 september 2006 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1298/2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in ongewijzigde staat

3

 

 

Verordening (EG) nr. 1326/2006 van de Commissie van 7 september 2006 tot vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2006

5

 

 

Verordening (EG) nr. 1327/2006 van de Commissie van 7 september 2006 betreffende de offertes voor de uitvoer van zachte tarwe die zijn meegedeeld in het kader van de openbare inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 936/2006

6

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Commissie

 

*

Beschikking van de Commissie van 6 september 2006 inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van Newcastle disease in het Verenigd Koninkrijk in 2005 (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3918)

7

 

*

Beschikking van de Commissie van 6 september 2006 inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van Newcastle disease in Frankrijk in 2005 (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3929)

9

 

*

Beschikking van de Commissie van 6 september 2006 tot vaststelling van de financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de spoedmaatregelen ter bestrijding van bluetongue in Italië in 2001 en 2002 (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3933)

10

 

*

Beschikking van de Commissie van 6 september 2006 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen voor het intracommunautaire handelsverkeer in pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3940)  ( 1 )

12

 

*

Beschikking van de Commissie van 6 september 2006 inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van klassieke varkenspest in Slowakije in 2005 (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3944)

15

 

 

Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

 

*

Gemeenschappelijk Optreden 2006/607/GBVB van de Raad van 7 september 2006 tot wijziging en verlenging van Gemeenschappelijk Optreden 2005/643/GBVB inzake de waarnemingsmissie van de Europese Unie in Atjeh (Indonesië) (Waarnemingsmissie in Atjeh — WMA)

16

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/1


VERORDENING (EG) Nr. 1324/2006 VAN DE COMMISSIE

van 7 september 2006

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 8 september 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 september 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 7 september 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

102,5

999

102,5

0707 00 05

052

79,7

999

79,7

0709 90 70

052

78,6

999

78,6

0805 50 10

388

63,4

524

53,5

528

58,9

999

58,6

0806 10 10

052

76,3

220

178,5

400

181,8

624

105,2

999

135,5

0808 10 80

388

89,6

400

92,9

508

84,2

512

84,7

528

59,3

720

81,1

800

152,7

804

98,4

999

92,9

0808 20 50

052

121,0

388

90,4

720

88,3

999

99,9

0809 30 10, 0809 30 90

052

119,1

999

119,1

0809 40 05

052

107,3

066

65,0

098

41,6

624

150,4

999

91,1


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/3


VERORDENING (EG) Nr. 1325/2006 VAN DE COMMISSIE

van 7 september 2006

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1298/2006 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer van witte en ruwe suiker in ongewijzigde staat

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 33, lid 2, vierde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De met ingang van 1 september 2006 geldende uitvoerrestituties voor de in artikel 1, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 318/2006 genoemde producten zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1298/2006 (2).

(2)

In het licht van aanvullende informatie waarover de Commissie beschikt, met name met betrekking tot de wijziging in de verhouding tussen de prijzen op de interne markt en die op de wereldmarkt, moeten de momenteel geldende uitvoerrestituties worden aangepast.

(3)

Verordening (EG) nr. 1298/2006 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1298/2006 wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 8 september 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 september 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 58 van 28.2.2006, blz. 1.

(2)  PB L 238 van 1.9.2006, blz. 8.


BIJLAGE

Restituties bij uitvoer van witte suiker en ruwe suiker in ongewijzigde staat van toepassing met ingang van 8 september 2006 (1)

GN-code

Bestemming

Meeteenheid

Restitutiebedrag

1701 11 90 9100

S00

EUR/100 kg

29,40 (2)

1701 11 90 9910

S00

EUR/100 kg

27,72 (2)

1701 12 90 9100

S00

EUR/100 kg

29,40 (2)

1701 12 90 9910

S00

EUR/100 kg

27,72 (2)

1701 91 00 9000

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3197

1701 99 10 9100

S00

EUR/100 kg

31,97

1701 99 10 9910

S00

EUR/100 kg

30,14

1701 99 10 9950

S00

EUR/100 kg

30,14

1701 99 90 9100

S00

EUR/1 % sacharose × 100 kg nettoproduct

0,3197

NB: De bestemmingen zijn als volgt vastgesteld:

S00

:

alle bestemmingen, met uitzondering van Albanië, Kroatië, Bosnië en Herzegovina, Bulgarije, Roemenië, Servië, Montenegro, Kosovo en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.


(1)  De in deze bijlage vastgestelde restituties zijn niet van toepassing met ingang van 1 februari 2005 overeenkomstig Besluit 2005/45/EG van de Raad van 22 december 2004 betreffende het sluiten en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten betreft (PB L 23 van 26.1.2005, blz. 17).

(2)  Dit bedrag geldt voor ruwe suiker met een rendement van 92 %. Indien het rendement van de geëxporteerde ruwe suiker afwijkt van 92 %, wordt het bedrag van de toe te passen restitutie voor elke betrokken uitvoertransactie vermenigvuldigd met een omrekeningsfactor die wordt verkregen door het overeenkomstig bijlage I, punt III, punt 3, van Verordening (EG) nr. 318/2006 berekende rendement van de geëxporteerde ruwe suiker te delen door 92.


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/5


VERORDENING (EG) Nr. 1326/2006 VAN DE COMMISSIE

van 7 september 2006

tot vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2006

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), inzonderheid op artikel 12, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Een inschrijving voor de maximumverlaging van het recht bij invoer, van sorgho, van herkomst uit derde landen, in Spanje is opengesteld bij Verordening (EG) nr. 1059/2006 van de Commissie (2).

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1839/95 van de Commissie (3), kan de Commissie volgens de procedure van artikel 25 van Verordening (EG) nr. 1784/2003 besluiten een maximumverlaging van het recht bij invoer vast te stellen. Bij deze vaststelling moet met name rekening worden gehouden met de in de artikelen 6 en 7 van Verordening (EG) nr. 1839/95 genoemde criteria. Er wordt gegund aan elke inschrijver wiens offerte ten hoogste gelijk is aan de maximumverlaging van het recht bij invoer.

(3)

De toepassing van de bovenbedoelde criteria op de huidige marktsituatie leidt voor de betrokken graansoort tot de vaststelling van de maximumverlaging van het recht bij invoer op het in artikel 1 vermelde bedrag.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de offertes die van 1 tot en met 7 september 2006 in het kader van de inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 1059/2006 worden meegedeeld, wordt de maximumverlaging van het recht bij invoer van sorgho vastgesteld op 14,57 EUR/t voor een globale maximumhoeveelheid van 63 000 t.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 8 september 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 september 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 192 van 13.7.2006, blz. 11.

(3)  PB L 177 van 28.7.1995, blz. 4. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1558/2005 (PB L 249 van 24.9.2005, blz. 6).


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/6


VERORDENING (EG) Nr. 1327/2006 VAN DE COMMISSIE

van 7 september 2006

betreffende de offertes voor de uitvoer van zachte tarwe die zijn meegedeeld in het kader van de openbare inschrijving bedoeld in Verordening (EG) nr. 936/2006

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), en met name op artikel 13, lid 3, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 936/2006 van de Commissie (2) is een inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van zachte tarwe naar bepaalde derde landen opengesteld.

(2)

Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1501/95 van de Commissie van 29 juni 1995 tot vaststelling van enkele toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad voor wat de toekenning, in de graansector, van uitvoerrestituties en van bij verstoring van de graanmarkt te treffen maatregelen betreft (3) kan de Commissie op grond van de meegedeelde offertes besluiten niet tot toewijzing over te gaan.

(3)

Het is, met name rekening houdend met de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1501/95 genoemde criteria, niet wenselijk een maximumrestitutie vast te stellen.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Er wordt geen gevolg gegeven aan de offertes die van 1 tot en met 7 september 2006 zijn meegedeeld in het kader van de in Verordening (EG) nr. 936/2006 bedoelde inschrijving voor de restitutie bij uitvoer van zachte tarwe.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 8 september 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 september 2006.

Voor de Commissie

Jean-Luc DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 78. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1154/2005 van de Commissie (PB L 187 van 19.7.2005, blz. 11).

(2)  PB L 172 van 24.6.2006, blz. 6.

(3)  PB L 147 van 30.6.1995, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 777/2004 (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 50).


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Commissie

8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/7


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 september 2006

inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van Newcastle disease in het Verenigd Koninkrijk in 2005

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3918)

(Slechts de tekst in de Engelse taal is authentiek)

(2006/602/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (1), en met name op de artikelen 3 en 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om ertoe bij te dragen dat Newcastle disease zo snel mogelijk wordt uitgeroeid, kan de Gemeenschap overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Beschikking 90/424/EEG financieel bijdragen in de door de lidstaat gemaakte subsidiabele kosten.

(2)

Voor de financiële bijdrage van de Gemeenschap in het kader van de spoedmaatregelen ter bestrijding van Newcastle disease gelden de voorschriften van Verordening (EG) nr. 349/2005 van de Commissie van 28 februari 2005 (2) tot vaststelling van voorschriften inzake de communautaire financiering van de in Beschikking 90/424/EEG van de Raad bedoelde urgente maatregelen en maatregelen ter bestrijding van bepaalde dierziekten.

(3)

In het Verenigd Koninkrijk zijn in 2005 uitbraken van Newcastle disease geconstateerd. Het uitbreken van deze ziekte vormt een ernstig risico voor de veestapel in de Gemeenschap.

(4)

Op 15 december 2005 heeft het Verenigd Koninktijk een laatste brutoraming van de voor de uitroeiing van de ziekte gemaakte kosten ingediend.

(5)

De Britse autoriteiten hebben volledig voldaan aan hun technische en administratieve verplichtingen, als vastgesteld in artikel 3 van Beschikking 90/424/EEG en artikel 6 van Verordening (EG) nr. 349/2005.

(6)

De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt alleen uitbetaald als de geplande activiteiten daadwerkelijk zijn uitgevoerd en de autoriteiten alle noodzakelijke informatie binnen de vastgestelde termijnen verstrekken.

(7)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Toekenning van een financiële bijdrage van de Gemeenschap aan het Verenigd Koninkrijk

1.   Aan het Verenigd Koninkrijk kan een financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de spoedmaatregelen ter bestrijding van Newcastle disease in 2005 worden toegekend.

2.   De financiële bijdrage van de Gemeenschap bedraagt 50 % van de voor financiering door de Gemeenschap in aanmerking komende uitgaven. Zij wordt betaald overeenkomstig Verordening (EG) nr. 349/2005.

Artikel 2

Adressaat

Deze beschikking is gericht tot het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.

Gedaan te Brussel, 6 september 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG van de Raad (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

(2)  PB L 55 van 1.3.2005, blz. 12.


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/9


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 september 2006

inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van Newcastle disease in Frankrijk in 2005

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3929)

(Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

(2006/603/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (1), en met name op de artikelen 3 en 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om ertoe bij te dragen dat Newcastle disease zo snel mogelijk wordt uitgeroeid, kan de Gemeenschap overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Beschikking 90/424/EEG financieel bijdragen in de door de lidstaat gemaakte subsidiabele kosten.

(2)

Voor de financiële bijdrage van de Gemeenschap in het kader van de spoedmaatregelen ter bestrijding van Newcastle disease gelden de voorschriften van Verordening (EG) nr. 349/2005 van de Commissie van 28 februari 2005 (2) tot vaststelling van voorschriften inzake de communautaire financiering van de in Beschikking 90/424/EEG van de Raad bedoelde urgente maatregelen en maatregelen ter bestrijding van bepaalde dierziekten.

(3)

In Frankrijk zijn in 2005 uitbraken van Newcastle disease geconstateerd. Het uitbreken van deze ziekte vormt een ernstig risico voor de veestapel in de Gemeenschap.

(4)

Op 5 september 2005 heeft Frankrijk een laatste brutoraming van de voor de uitroeiing van de ziekte gemaakte kosten ingediend.

(5)

De Franse autoriteiten hebben volledig voldaan aan hun technische en administratieve verplichtingen, als vastgesteld in artikel 3 van Beschikking 90/424/EEG en artikel 6 van Verordening (EG) nr. 349/2005.

(6)

De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt alleen uitbetaald als de geplande activiteiten daadwerkelijk zijn uitgevoerd en de autoriteiten alle noodzakelijke informatie binnen de vastgestelde termijnen verstrekken.

(7)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Toekenning van een financiële bijdrage van de Gemeenschap aan Frankrijk

1.   Aan Frankrijk kan een financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de spoedmaatregelen ter bestrijding van Newcastle disease in 2005 worden toegekend.

2.   De financiële bijdrage van de Gemeenschap bedraagt 50 % van de voor financiering door de Gemeenschap in aanmerking komende uitgaven. Zij wordt betaald overeenkomstig Verordening (EG) nr. 349/2005.

Artikel 2

Adressaat

Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek.

Gedaan te Brussel, 6 september 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG van de Raad (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

(2)  PB L 55 van 1.3.2005, blz. 12.


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/10


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 september 2006

tot vaststelling van de financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de spoedmaatregelen ter bestrijding van bluetongue in Italië in 2001 en 2002

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3933)

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(2006/604/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (1), en met name op artikel 3, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Italië zijn in 2001 en 2002 uitbraken van bluetongue (ovine catarrahl fever) geconstateerd. Het uitbreken van deze ziekte vormde een ernstig risico voor de veestapel in de Gemeenschap.

(2)

Om de verspreiding van de ziekte te voorkomen en haar zo snel mogelijk te helpen uitroeien, moet de Gemeenschap overeenkomstig Beschikking 90/424/EEG financieel bijdragen in de subsidiabele kosten die de lidstaat in het kader van de spoedmaatregelen ter bestrijding van de ziekte heeft gemaakt.

(3)

Bij Beschikking 2003/677/EG van de Commissie van 24 september 2003 over een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van bluetongue in Italië in 2001 en 2002 (2) is aan Italië een financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de in 2001 en 2002 uitgevoerde spoedmaatregelen ter bestrijding van bluetongue toegekend.

(4)

Overeenkomstig die beschikking is een voorschot van 4 000 000 euro toegekend.

(5)

Krachtens die beschikking moet het saldo van de communautaire bijdrage worden gebaseerd op de door Italië op 19 december 2003 ingediende aanvraag, bewijsstukken en de resultaten van de door de Commissie ter plekke uitgevoerde controles. Het door Italië ingediende betalingsverzoek had betrekking op een bedrag van 24 515 016 euro, waarvoor de financiële bijdrage van de Gemeenschap niet hoger kan zijn dan 50 % van de totale subsidiabele kosten.

(6)

Rekening houdend met het voorgaande moet nu het totale bedrag worden vastgesteld van de financiële bijdrage van de Gemeenschap in de subsidiabele uitgaven voor de uitroeiing van bluetongue in Italië in 2001 en 2002.

(7)

Op grond van de resultaten van de door de Commissie uitgevoerde controles overeenkomstig de veterinairrechtelijke voorschriften van de Gemeenschap en de voorwaarden voor de toekenning van financiële steun door de Gemeenschap kunnen niet alle uitgaven als subsidiabel worden erkend.

(8)

De opmerkingen van de Commissie, de eindconclusies en de wijze van berekening van de subsidiabele uitgaven zijn op 17 maart 2006 aan Italië per brief meegedeeld.

(9)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De totale financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven in verband met de uitroeiing van bluetongue in Italië in 2001 en 2002 overeenkomstig Beschikking 2003/677/EG wordt vastgesteld op 7 358 839 euro.

Aangezien overeenkomstig Beschikking 2003/677/EG reeds een voorschot van 4 000 000 euro is betaald, wordt het saldo van 3 358 839 euro aan Italië uitbetaald.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de Italiaanse Republiek.

Gedaan te Brussel, 6 september 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG van de Raad (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

(2)  PB L 249 van 1.10.2003, blz. 48.


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/12


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 september 2006

tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen voor het intracommunautaire handelsverkeer in pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3940)

(Voor de EER relevante tekst)

(2006/605/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), en met name op artikel 10, lid 4,

Gelet op Richtlijn 2005/94/EG van de Raad van 20 december 2005 betreffende communautaire maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza en tot intrekking van Richtlijn 92/40/EEG (2), en met name op artikel 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 90/539/EEG van de Raad van 15 oktober 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren (3) bevat veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer van pluimvee en de invoer daarvan uit derde landen, ook voor pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet.

(2)

Overeenkomstig Beschikking 2005/734/EG van de Commissie van 19 oktober 2005 tot vaststelling van bioveiligheidsmaatregelen ter beperking van het risico van overdracht van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus subtype H5N1, van in het wild levende vogels naar pluimvee en andere in gevangenschap gehouden vogels en tot instelling van een systeem voor vroege opsporing in risicogebieden (4) moeten de lidstaten op basis van bepaalde risicofactoren de delen van hun grondgebied identificeren waar een bijzonder risico bestaat voor de insleep en aanwezigheid van hoogpathogene aviaire influenza, veroorzaakt door het influenza A-virus van subtype H5N1.

(3)

Onder pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, vallen verschillende soorten gekweekt vederwild, waaronder watervogels. Dergelijke dieren worden in gevangenschap gefokt en dan voor de jacht in het wild uitgezet en vormen zo een bron van vlees van vrij vederwild.

(4)

Pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, komt vaak in contact met wilde vogels, wat tot een verhoogd risico op verspreiding van aviaire influenza kan leiden, met name bij verzending van de dieren naar andere lidstaten of naar derde landen.

(5)

De ervaring met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van subtype H5N1 en andere aviaire-influenzastammen van subtype H5 en H7 heeft uitgewezen dat deze categorie pluimvee bijzondere risico's loopt, waartegen aanvullende maatregelen moeten worden genomen.

(6)

Daarom moeten de lidstaten voor dit type pluimveeproductie richtsnoeren opstellen voor goede bioveiligheidspraktijken, ter uitwerking en aanvulling van de maatregelen van Beschikking 2005/734/EG, met name voor bedrijven waaruit pluimvee naar andere lidstaten of naar derde landen wordt verzonden.

(7)

Richtlijn 2005/94/EG bevat bepaalde preventieve maatregelen voor bewaking en vroegtijdige opsporing van aviaire influenza. Volgens die richtlijn moeten op pluimveebedrijven bewakingsprogramma's in verband met aviaire influenza worden uitgevoerd. De richtsnoeren voor goede bioveiligheidspraktijken, aanvullende bioveiligheidsmaatregelen en tests vóór verzending van pluimvee waarin deze beschikking voorziet, moeten verdere garanties bieden voor de handel in en uitvoer van levend pluimvee en het risico op verspreiding van de ziekte beperken.

(8)

Het laboratoriumonderzoek moet worden uitgevoerd overeenkomstig de procedures van Beschikking 2006/437/EG van de Commissie van 31 augustus 2006 tot goedkeuring van een diagnosehandboek voor aviaire influenza overeenkomstig Richtlijn 2005/94/EG van de Raad.

(9)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

Deze beschikking voorziet in:

a)

bioveiligheidsmaatregelen voor bedrijven met pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, en

b)

bewakingsmaatregelen voor gebruikspluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet en dat naar andere lidstaten of naar derde landen wordt verzonden.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze beschikking wordt verstaan onder:

a)

„pluimvee”: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten, patrijzen en loopvogels (Ratitae), die in gevangenschap worden opgefokt of gehouden voor de fokkerij, voor de productie van vlees of van consumptie-eieren of om in het wild te worden uitgezet;

b)

„gebruikspluimvee”: pluimvee van 72 uur en ouder, dat wordt opgefokt voor de productie van vlees en/of van consumptie-eieren of om in het wild te worden uitgezet;

c)

„vrij vederwild”: voor menselijke consumptie bejaagde wilde vogels.

Artikel 3

Richtsnoeren voor goede bioveiligheidspraktijken

De lidstaten stellen, in samenwerking met bedrijven die pluimvee houden dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, richtsnoeren op voor goede bioveiligheidspraktijken voor dergelijke bedrijven, waarbij zij rekening houden met de bioveiligheidsmaatregelen van Beschikking 2005/734/EG.

Artikel 4

Voorwaarden voor de verzending van pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet

1.   De lidstaten zorgen ervoor dat de verzending naar andere lidstaten of naar derde landen van gebruikspluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, alleen toegestaan wordt als het bedrijf van verzending:

a)

door een officiële dierenarts geïnspecteerd is en die heeft bevestigd dat het bedrijf de richtsnoeren voor goede bioveiligheidspraktijken volgt, en

b)

in de twee maanden voorafgaande aan de dag van verzending van het pluimvee:

i)

was opgenomen in het officiële bewakingsprogramma voor aviaire influenza overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 2005/94/EG van de Raad, of

ii)

is onderworpen aan een serologisch onderzoek, waarbij negatieve resultaten zijn verkregen voor de subtypes H5 en H7 van het aviaire-influenzavirus bij monsters die aselect zijn genomen uit het koppel waaruit dieren worden verzonden, en wel als volgt:

50 monsters in geval van eenden en ganzen, of

20 monsters in geval van ander pluimvee.

2.   De lidstaten zorgen ervoor dat de verzending naar andere lidstaten of naar derde landen van gebruikspluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet en dat minder dan een maand oud is, alleen toegestaan wordt als:

a)

het bedrijf van verzending voldoet aan de voorwaarden van lid 1, en

b)

in de week voordat het pluimvee wordt verzonden een virologisch onderzoek naar aviaire influenza wordt uitgevoerd door virusisolatie of PCR op 20 cloacaswabs en 20 trachea- of orofarynxswabs van het te verzenden pluimvee.

3.   De lidstaten zorgen ervoor dat alvorens het in de leden 1 en 2 bedoelde gebruikspluimvee wordt verzonden, bij het koppel van oorsprong binnen 24 uur voor de verzending een gezondheidsonderzoek wordt uitgevoerd als bedoeld in artikel 10 bis, lid 1, onder c), van Richtlijn 90/539/EEG.

4.   De lidstaten zorgen ervoor dat de in lid 1, onder b), en lid 2, bedoelde laboratoriumtests worden uitgevoerd overeenkomstig het in artikel 50, lid 1, van Richtlijn 2005/94/EG bedoelde diagnosehandboek.

Artikel 5

Certificering

De lidstaten zorgen ervoor dat op de in artikel 17 van Richtlijn 90/539/EEG bedoelde gezondheidscertificaten voor zendingen naar andere lidstaten van pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet, het volgende wordt vermeld:

„Deze zending voldoet aan de veterinairrechtelijke voorschriften van Beschikking 2006/605/EG van de Commissie.”

Artikel 6

Naleving

De lidstaten nemen onmiddellijk de nodige maatregelen om aan deze beschikking te voldoen en zij maken die maatregelen bekend. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Artikel 7

Adressaten

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 6 september 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/33/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 19.11.2002, blz. 14).

(2)  PB L 10 van 14.1.2006, blz. 16.

(3)  PB L 303 van 31.10.1990, blz. 6. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij de Toetredingsakte van 2003.

(4)  PB L 274 van 20.10.2005, blz. 105. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/405/EG (PB L 158 van 10.6.2006, blz. 14).


8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/15


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 6 september 2006

inzake een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing van klassieke varkenspest in Slowakije in 2005

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 3944)

(Slechts de tekst in de Slowaakse taal is authentiek)

(2006/606/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (1), en met name op artikel 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om ertoe bij te dragen dat de ziekte zo snel mogelijk wordt uitgeroeid, kan de Gemeenschap overeenkomstig artikel 3 van Beschikking 90/424/EEG financieel bijdragen in de door de lidstaat gemaakte subsidiabele kosten.

(2)

Voor de financiële bijdrage van de Gemeenschap in het kader van de spoedmaatregelen ter bestrijding van klassieke varkenspest gelden de voorschriften van Verordening (EG) nr. 349/2005 (2) van de Commissie van 28 februari 2005 tot vaststelling van voorschriften inzake de communautaire financiering van de in Beschikking 90/424/EEG van de Raad bedoelde urgente maatregelen en maatregelen ter bestrijding van bepaalde dierziekten.

(3)

In Slowakije is in 2005 een uitbraak van klassieke varkenspest gconstateerd. Het uitbreken van deze ziekte vormt een ernstig risico voor de veestapel in de Gemeenschap.

(4)

Op 31 oktober 2005 heeft Slowakije een verzoek om terugbetaling van alle op haar grondgebied gemaakte kosten ingediend.

(5)

De Slowaakse autoriteiten hebben volledig voldaan aan hun technische en administratieve verplichtingen wat betreft de maatregelen, als bedoeld in artikel 3 van Beschikking 90/424/EEG en artikel 6 van Verordening (EG) nr. 349/2005.

(6)

De financiële bijdrage van de Gemeenschap wordt alleen uitbetaald als de geplande activiteiten daadwerkelijk zijn uitgevoerd en de autoriteiten binnen bepaalde termijnen alle noodzakelijke informatie verstrekken.

(7)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Toekenning van een financiële bijdrage van de Gemeenschap aan Slowakije

1.   Aan Slowakije kan een financiële bijdrage van de Gemeenschap in de uitgaven voor de spoedmaatregelen ter bestrijding van klassieke varkenspest in 2005 worden toegekend.

2.   De financiële bijdrage van de Gemeenschap bedraagt 50 % van de voor financiering door de Gemeenschap in aanmerking komende uitgaven. Zij wordt betaald overeenkomstig Verordening (EG) nr. 349/2005 van de Commissie.

Artikel 2

Adressaat

Deze beschikking is gericht tot de Slowaakse Republiek.

Gedaan te Brussel, 6 september 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG van de Raad (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

(2)  PB L 55 van 1.3.2005, blz. 12.


Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

8.9.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 246/16


GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN 2006/607/GBVB VAN DE RAAD

van 7 september 2006

tot wijziging en verlenging van Gemeenschappelijk Optreden 2005/643/GBVB inzake de waarnemingsmissie van de Europese Unie in Atjeh (Indonesië) (Waarnemingsmissie in Atjeh — WMA)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 14,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 7 juni 2006 heeft de Raad Gemeenschappelijk Optreden 2006/407/GBVB tot wijziging en verlenging van Gemeenschappelijk Optreden 2005/643/GBVB inzake de waarnemingsmissie van de Europese Unie in Atjeh (Indonesië) (waarnemingsmissie in Atjeh — WMA) (1), vastgesteld voor een periode van nogmaals drie maanden, tot 15 september 2006.

(2)

De regering van Indonesië heeft de EU op 21 juli 2006 verzocht het mandaat van de WMA met een laatste periode van drie maanden te verlengen, tot 15 december 2006. De Beweging Vrij Atjeh (GAM) heeft eveneens haar steun uitgesproken voor deze verlenging van de missie.

(3)

Op 28 juli 2006 heeft het Politiek en Veiligheidscomité opnieuw zijn steun uitgesproken voor het vredesproces in Atjeh en voor de aanbeveling van de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger om het mandaat van de WMA met een laatste periode van drie maanden te verlengen.

(4)

Gemeenschappelijk Optreden 2005/643/GBVB moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN VASTGESTELD:

Artikel 1

In de tweede alinea van artikel 16 van Gemeenschappelijk Optreden 2005/643/GBVB wordt de datum vervangen door:

„15 december 2006”.

Artikel 2

Het financiële referentiebedrag ter dekking van de kosten van de missie voor het tijdvak 16 september 2006 tot en met 15 december 2006 wordt vastgesteld op 1 530 000 EUR.

Artikel 3

Dit gemeenschappelijk optreden treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

Artikel 4

Dit gemeenschappelijk optreden wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 7 september 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

E. TUOMIOJA


(1)  PB L 158 van 10.6.2006, blz. 20.