ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 82

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

49e jaargang
21 maart 2006


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

*

Verordening (EG) nr. 456/2006 van de Raad van 20 maart 2006 tot rectificatie van Verordening (EG) nr. 1786/2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector gedroogde voedergewassen

1

 

 

Verordening (EG) nr. 457/2006 van de Commissie van 20 maart 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

3

 

 

Verordening (EG) nr. 458/2006 van de Commissie van 20 maart 2006 betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

5

 

 

Verordening (EG) nr. 459/2006 van de Commissie van 20 maart 2006 tot vaststelling van de wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen

7

 

 

Verordening (EG) nr. 460/2006 van de Commissie van 20 maart 2006 betreffende de afgifte van certificaten voor de invoer van knoflook in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 393/2006 geopende autonome tariefcontingent

8

 

 

Verordening (EG) nr. 461/2006 van de Commissie van 20 maart 2006 betreffende de afgifte van certificaten voor de invoer van bepaalde conserven van paddestoelen in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 392/2006 geopende autonome tariefcontingent

9

 

*

Richtlijn 2006/33/EG van de Commissie van 20 maart 2006 tot wijziging van Richtlijn 95/45/EG wat betreft zonnegeel FCF (E 110) en titaandioxide (E 171) ( 1 )

10

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Raad

 

*

Besluit van de Raad van 18 juli 2005 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van API/PNR-gegevens

14

Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van op voorhand af te geven passagiersgegevens en persoonsgegevens van passagiers

15

 

 

Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

 

*

Gemeenschappelijk Standpunt 2006/231/GBVB van de Raad van 20 maart 2006 inzake de actualisering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme en houdende intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/936/GBVB

20

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/1


VERORDENING (EG) Nr. 456/2006 VAN DE RAAD

van 20 maart 2006

tot rectificatie van Verordening (EG) nr. 1786/2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector gedroogde voedergewassen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 36 en artikel 37, lid 2, derde alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In de tekst van Verordening (EG) nr. 1786/2003 (2) zijn fouten geslopen.

(2)

Als gevolg van een wijziging van de gecombineerde nomenclatuur moeten de GN-codes ex 1214 90 91 en ex 1214 90 99 in artikel 1 van die verordening worden vervangen door GN-code ex 1214 90 90.

(3)

In artikel 5, lid 1, van die verordening moet de gegarandeerde maximumhoeveelheid van 4 855 900 t worden vervangen door 4 960 723 t, welke hoeveelheid overeenkomt met de som van de nationale gegarandeerde hoeveelheden die werden vermeld in lid 2 van hetzelfde artikel.

(4)

In artikel 6 van die verordening moet de tekst van de eerste alinea worden aangepast om de methode voor de verlaging van de steun in geval van overschrijding van de gegarandeerde maximumhoeveelheid correct te beschrijven. In de tweede alinea van dat artikel moet de tekst in alle talen onderling worden aangepast zodat dezelfde terminologie wordt gebruikt om het beginsel te verwoorden dat de begrotingsuitgaven in geval van overschrijding van de gegarandeerde maximumhoeveelheid niet verhoogd kunnen worden.

(5)

Verordening (EG) nr. 1786/2003 moet derhalve dienovereenkomstig worden gerectificeerd.

(6)

Aangezien de rectificaties geen negatieve gevolgen voor het bedrijfsleven hebben, dient te worden bepaald dat de onderhavige verordening van toepassing is met ingang van de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 1786/2003,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1786/2003 wordt als volgt gerectificeerd:

1)

In punt a) van de eerste kolom van de tabel in artikel 1 worden de GN-codes „ex 1214 90 91” en „ex 1214 90 99” vervangen door de GN-code „ex 1214 90 90”.

2)

In artikel 5, lid 1, wordt de gegarandeerde maximumhoeveelheid „4 855 900 t” vervangen door „4 960 723 t”.

3)

Artikel 6 wordt vervangen door:

„Artikel 6

Wanneer in een bepaald verkoopseizoen de hoeveelheid gedroogde voedergewassen waarvoor de in artikel 4, lid 2, vastgestelde steun wordt aangevraagd, de in artikel 5, lid 1, vastgestelde gegarandeerde maximumhoeveelheid overschrijdt, wordt de steun voor elke lidstaat waarin de productie de nationale gegarandeerde hoeveelheid overschrijdt, verlaagd als een functie van het aandeel van de overschrijding van de betrokken lidstaat in de som van de overschrijdingen.

De verlaging wordt, volgens de in artikel 18, lid 2, bedoelde procedure, vastgesteld op een zodanig peil dat de begrotingsuitgaven in euro niet hoger uitkomen dan de uitgaven die zouden zijn gedaan wanneer de gegarandeerde maximumhoeveelheid niet zou zijn overschreden.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 april 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

J. PRÖLL


(1)  Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad.

(2)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 114. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/3


VERORDENING (EG) Nr. 457/2006 VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 20 maart 2006 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

110,3

204

54,2

212

102,0

624

101,8

999

92,1

0707 00 05

052

139,2

999

139,2

0709 90 70

052

131,7

204

50,4

999

91,1

0805 10 20

052

68,9

204

43,6

212

53,1

220

45,2

400

60,8

448

37,8

624

61,8

999

53,0

0805 50 10

052

65,0

624

67,8

999

66,4

0808 10 80

388

101,4

400

114,1

404

102,5

508

82,7

512

79,2

524

78,8

528

77,8

720

92,1

999

91,1

0808 20 50

388

81,5

512

73,2

528

73,4

720

48,1

999

69,1


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/5


VERORDENING (EG) Nr. 458/2006 VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

betreffende de invoercertificaten voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad van 10 december 2002 tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1706/98 (2),

Gelet op Verordening (EG) nr. 2247/2003 van de Commissie van 19 december 2003 houdende bepalingen ter uitvoering, in de sector rundvlees, van Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) (3), en met name op artikel 5,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 2247/2003 kunnen voor producten van de sector rundvlees van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië invoercertificaten worden afgegeven. De invoer mag evenwel de voor ieder van de betrokken uitvoerende derde landen vastgestelde hoeveelheid niet overschrijden.

(2)

Voor producten van oorsprong uit Botswana, Kenia, Madagaskar, Swaziland, Zimbabwe en Namibië overstijgen de hoeveelheden, uitgedrukt in vlees zonder been, waarvoor van 1 tot en met 10 maart 2006 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2247/2003 certificaten zijn aangevraagd, niet de voor deze landen beschikbare hoeveelheden. Bijgevolg kunnen voor de aangevraagde hoeveelheden invoercertificaten worden afgegeven.

(3)

De hoeveelheden, waarvoor met ingang van 1 april 2006 certificaten kunnen worden aangevraagd binnen de totale hoeveelheid van 52 100 t, dienen te worden vastgesteld.

(4)

Er dient op te worden gewezen dat deze verordening Richtlijn 72/462/EEG van de Raad van 12 december 1972 inzake gezondheidsvraagstukken en veterinairrechtelijke vraagstukken bij de invoer van runderen, varkens, schapen en geiten, van vers vlees of van vleesproducten uit derde landen (4) onverlet laat,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De hieronder vermelde lidstaten geven op 21 maart 2006 voor de onderstaande hoeveelheden producten van de sector rundvlees, uitgedrukt in vlees zonder been, van oorsprong uit sommige staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan, invoercertificaten af voor de daarbij vermelde landen van oorsprong:

 

Duitsland:

60 t van oorsprong uit Botswana,

150 t van oorsprong uit Namibië;

 

Verenigd Koninkrijk:

100 t van oorsprong uit Botswana,

500 t van oorsprong uit Namibië.

Artikel 2

Certificaataanvragen kunnen overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2247/2003 in de eerste tien dagen van de maand april 2006 worden ingediend voor de volgende hoeveelheden rundvlees zonder been:

Botswana:

17 936 t,

Kenia:

142 t,

Madagaskar:

7 579 t,

Swaziland:

3 363 t,

Zimbabwe:

9 100 t,

Namibië:

11 600 t.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1899/2004 van de Commissie (PB L 328 van 30.10.2004, blz. 67).

(2)  PB L 348 van 21.12.2002, blz. 5.

(3)  PB L 333 van 20.12.2003, blz. 37. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1118/2004 (PB L 217 van 17.6.2004, blz. 10).

(4)  PB L 302 van 31.12.1972, blz. 28. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 807/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 36).


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/7


VERORDENING (EG) Nr. 459/2006 VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

tot vaststelling van de wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het aan de Akte van Toetreding van Griekenland gehechte Protocol nr. 4 betreffende katoen, laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1050/2001 van de Raad (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1051/2001 van de Raad van 22 mei 2001 betreffende de steun voor de katoenproductie (2), en met name op artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1051/2001 wordt op gezette tijden een wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen bepaald, rekening houdende met de historische verhouding tussen de in aanmerking genomen wereldmarktprijs voor geëgreneerde katoen en de berekende prijs voor niet-geëgreneerde katoen. Deze historische verhouding is vastgesteld in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1591/2001 van de Commissie van 2 augustus 2001, houdende uitvoeringsbepalingen van de steunregeling voor katoen (3). Als de wereldmarktprijs niet op die wijze kan worden bepaald, wordt hij bepaald op basis van de laatst vastgestelde prijs.

(2)

Krachtens artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1051/2001 wordt de wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen bepaald voor een product met bepaalde kenmerken, waarbij rekening wordt gehouden met de gunstigste, voor de werkelijke markttendens representatief geachte aanbiedingen en noteringen. Om deze prijs te bepalen, wordt het gemiddelde berekend van de aanbiedingen en noteringen op één of meer Europese beurzen voor in een haven van Noord-Europa cif-geleverde producten uit de verschillende, voor de internationale handel als meest representatief beschouwde productielanden. Evenwel is bepaald dat deze criteria voor het bepalen van de wereldmarktprijs voor geëgreneerde katoen worden aangepast, om rekening te houden met de verschillen op grond van de kwaliteit van het geleverde product en de aard van de aanbiedingen en noteringen. In artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1591/2001 is bepaald welke aanpassingen kunnen plaatsvinden.

(3)

Op grond van bovenbedoelde criteria moet de wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen op het hieronder aangegeven niveau worden vastgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1051/2001 bedoelde wereldmarktprijs voor niet-geëgreneerde katoen wordt vastgesteld op 21,897 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 148 van 1.6.2001, blz. 1.

(2)  PB L 148 van 1.6.2001, blz. 3.

(3)  PB L 210 van 3.8.2001, blz. 10. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1486/2002 (PB L 223 van 20.8.2002, blz. 3).


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/8


VERORDENING (EG) Nr. 460/2006 VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

betreffende de afgifte van certificaten voor de invoer van knoflook in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 393/2006 geopende autonome tariefcontingent

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 393/2006 van de Commissie van 6 maart 2006 houdende opening en wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor knoflook (1), en met name op artikel 6, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

De hoeveelheden waarvoor op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 393/2006 bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten certificaataanvragen zijn ingediend door de traditionele en nieuwe importeurs, overschrijden de beschikbare hoeveelheden. Derhalve moet worden bepaald in hoeverre er certificaten kunnen worden afgegeven,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   De invoercertificaten die door de traditionele importeurs zijn aangevraagd op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 393/2006 en waarvoor de aanvragen op 16 maart 2006 door de lidstaten bij de Commissie zijn ingediend, worden afgegeven voor 2,319 % van de gevraagde hoeveelheid.

2.   De invoercertificaten die door de nieuwe importeurs zijn aangevaagd op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 393/2006 en waarvoor de aanvragen op 16 maart 2006 door de lidstaten bij de Commissie zijn ingediend, worden afgegeven voor 0,857 % van de gevraagde hoeveelheid.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2006.

Zij is van toepassing tot en met 30 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 65 van 7.3.2006, blz. 18.


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/9


VERORDENING (EG) Nr. 461/2006 VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

betreffende de afgifte van certificaten voor de invoer van bepaalde conserven van paddestoelen in het kader van het bij Verordening (EG) nr. 392/2006 geopende autonome tariefcontingent

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 392/2006 van de Commissie van 6 maart 2006 betreffende de opening en de wijze van beheer van een autonoom tariefcontingent voor conserven van paddestoelen (1), en met name op artikel 6, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

De hoeveelheden waarvoor op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 392/2006 bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaten certificaataanvragen zijn ingediend door de traditionele en nieuwe importeurs, overschrijden de beschikbare hoeveelheden. Derhalve moet worden bepaald in hoeverre er certificaten kunnen worden afgegeven,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   De invoercertificaten die door de traditionele importeurs zijn aangevraagd op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 392/2006 en waarvoor de aanvragen op 16 maart 2006 door de lidstaten bij de Commissie zijn ingediend, worden afgegeven voor 8,587 % van de gevraagde hoeveelheid.

2.   De invoercertificaten die door de nieuwe importeurs zijn aangevraagd op grond van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 392/2006 en waarvoor de aanvragen op 16 maart 2006 door de lidstaten bij de Commissie zijn ingediend, worden afgegeven voor 17,391 % van de gevraagde hoeveelheid.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2006.

Zij is van toepassing tot en met 30 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

J. L. DEMARTY

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 65 van 7.3.2006, blz. 14.


21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/10


RICHTLIJN 2006/33/EG VAN DE COMMISSIE

van 20 maart 2006

tot wijziging van Richtlijn 95/45/EG wat betreft zonnegeel FCF (E 110) en titaandioxide (E 171)

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 89/107/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake levensmiddelenadditieven die in voor menselijke voeding bestemde waren mogen worden gebruikt (1), en met name op artikel 3, lid 3, onder a),

Na raadpleging van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 95/45/EG van de Commissie van 26 juli 1995 houdende vaststelling van bijzondere zuiverheidseisen voor kleurstoffen die in levensmiddelen mogen worden gebruikt (2), bevat de zuiverheidseisen voor de kleurstoffen die worden genoemd in Richtlijn 94/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 juni 1994 inzake kleurstoffen die in levensmiddelen mogen worden gebruikt (3).

(2)

Krachtens Richtlijn 94/36/EG is zonnegeel FCF (E 110) toegelaten voor gebruik als kleurstof in bepaalde levensmiddelen. Er bestaan wetenschappelijk aanwijzingen dat tijdens de productie van zonnegeel onder bepaalde omstandigheden Soedan I (1-(fenylazo)-2-naftalenol) als een onzuiverheid kan worden gevormd. Soedan I is een niet-toegestane kleurstof en een ongewenste stof in levensmiddelen. De aanwezigheid daarvan in zonnegeel moet daarom worden beperkt tot een waarde die onder de detectiegrens ligt, d.w.z. onder de 0,5 mg/kg. De zuiverheidseisen voor zonnegeel FCF (E 110) moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(3)

Er moet rekening worden gehouden met de specificaties en analysetechnieken voor additieven zoals die in het kader van de Codex Alimentarius door het Gezamenlijk Comité van deskundigen voor levensmiddelenadditieven van de FAO/WHO (JECFA) zijn opgesteld. Het JECFA is begonnen met de uitvoering van een systematisch programma voor de vervanging van de test voor zware metalen (als lood) in alle bestaande specificaties voor levensmiddelenadditieven door passende grenswaarden voor de desbetreffende afzonderlijke metalen. Deze grenswaarden voor zonnegeel FCF (E 110) moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

Krachtens Richtlijn 94/36/EG is titaandioxide (E 171) toegelaten voor gebruik als kleurstof in bepaalde levensmiddelen. Titaandioxide kan worden vervaardigd als kristallen in de anataas- of de rutielvorm. De plaatjesvorm van rutieltitaandioxide verschilt van de anataasvorm wat structuur en optische eigenschappen (parelmoereffect) betreft. Er bestaat een technologische behoefte voor het gebruik van de plaatjesvorm van rutieltitaandioxide als kleurstof in levensmiddelen en in filmcoatings voor voedingssupplemententabletten. Op 7 december 2004 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid verklaard dat het gebruik van rutieltitaandioxide in plaatjes- of amorfe vorm geen veiligheidsproblemen oplevert. De zuiverheidseisen voor titaandioxide (E 171) moeten daarom worden gewijzigd om zowel de anataas- als de rutielvorm van de stof op te nemen.

(5)

Richtlijn 95/45/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Richtlijn 95/45/EG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

1.   De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 10 april 2007 aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 40 van 11.2.1989, blz. 27. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(2)  PB L 226 van 22.9.1995, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/47/EG (PB L 113 van 20.4.2004, blz. 24).

(3)  PB L 237 van 10.9.1994, blz. 13. Richtlijn gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003.


BIJLAGE

In de bijlage bij Richtlijn 95/45/EG wordt deel B als volgt gewijzigd:

1)

De tekst met betrekking tot zonnegeel FCF (E 110) wordt vervangen door:

„E 110 ZONNEGEEL FCF

Synoniemen

CI Food Yellow 3, oranjegeel S

Definitie

Zonnegeel FCF bestaat in hoofdzaak uit dinatrium-2-hydroxy-1-(4-sulfonatofenylazo)naftaleen-6-sulfonaat en secundaire kleurstoffen met daarnaast natriumchloride en/of natriumsulfaat als voornaamste kleurloze bestanddelen

Zonnegeel FCF wordt beschreven als het natriumzout. Het calcium- en het kaliumzout zijn ook toegestaan

Klasse

Monoazo

Colour Index-nummer

15985

EINECS-nummer

220-491-7

Chemische naam

Dinatrium-2-hydroxy-1-(4-sulfonatofenylazo)naftaleen-6-sulfonaat

Brutoformule

C16H10N2Na2O7S2

Molecuulgewicht

452,37

Gehalte

Niet minder dan 85 % totaal aan kleurstoffen berekend als natriumzout

E1 % 1 cm 555 bij ca. 485 nm in waterige oplossing bij pH 7

Beschrijving

Oranjerood poeder of korrelmateriaal

Eigenschappen

A.

Spectrometrie

Maximum in water bij ca. 485 nm bij pH 7

B.

Oranje oplossing in water

 

Zuiverheid

In water onoplosbaar materiaal

Niet meer dan 0,2 %

Secundaire kleurstoffen

Niet meer dan 5,0 %

1-(Fenylazo)-2-naftalenol (Soedan I)

Niet meer dan 0,5 mg/kg

Andere organische verbindingen dan kleurstoffen

 

4-Aminobenzeensulfonzuur

3-Hydroxy-2,7-naftaleen-disulfonzuur

6-Hydroxy-2-naftaleensulfonzuur

7-Hydroxy-1,3-naftaleen-disulfonzuur

4,4′-Diazoaminobis(benzeensulfonzuur)

6,6′-Oxybis(2-naftaleensulfonzuur)

Totaal niet meer dan 0,5 %

Niet-gesulfoneerde primaire aromatische aminen

Niet meer dan 0,01 % (berekend als aniline)

Met ether extraheerbaar materiaal

Niet meer dan 0,2 % in neutraal milieu

Arseen

Niet meer dan 3 mg/kg

Lood

Niet meer dan 2 mg/kg

Kwik

Niet meer dan 1 mg/kg

Cadmium

Niet meer dan 1 mg/kg”.

2)

De tekst met betrekking tot titaandioxide (E 171) wordt vervangen door:

„E 171 TITAANDIOXIDE

Synoniemen

CI Pigment White 6

Definitie

Titaandioxide bestaat hoofdzakelijk uit zuiver anataas- en/of rutieltitaandioxide waarop geringe hoeveelheden aluminiumoxide en/of siliciumoxide kunnen zijn afgezet ter verbetering van de eigenschappen van het product

Klasse

Anorganisch

Colour Index-nummer

77891

EINECS-nummer

236-675-5

Chemische naam

Titaandioxide

Brutoformule

TiO2

Molecuulgewicht

79,88

Gehalte

Niet minder dan 99 % op basis van aluminiumoxide- en siliciumoxidevrij materiaal

Beschrijving

Wit tot licht gekleurd poeder

Eigenschappen

Oplosbaarheid

Onoplosbaar in water en organische oplosmiddelen. Lost langzaam op in waterstoffluorideoplossing en in heet geconcentreerd zwavelzuur

Zuiverheid

Gewichtsverlies bij drogen

Niet meer dan 0,5 % (105 oC, drie uur)

Gewichtsverlies bij verbranden

Niet meer dan 1,0 % op basis van materiaal zonder vluchtige bestanddelen (800 oC)

Aluminiumoxide en/of siliciumoxide

Totaal niet meer dan 2,0 %

In 0,5 N HCl oplosbaar materiaal

Niet meer dan 0,5 % op basis van aluminiumoxide- en siliciumoxidevrij materiaal en verder, voor producten die aluminiumoxide en/of siliciumoxide bevatten, niet meer dan 1,5 % op basis van het handelsproduct

In water oplosbaar materiaal

Niet meer dan 0,5 %

Cadmium

Niet meer dan 1 mg/kg

Antimoon

Niet meer dan 50 mg/kg bij volledig oplossen

Arseen

Niet meer dan 3 mg/kg bij volledig oplossen

Lood

Niet meer dan 10 mg/kg bij volledig oplossen

Kwik

Niet meer dan 1 mg/kg bij volledig oplossen

Zink

Niet meer dan 50 mg/kg bij volledig oplossen”.


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Raad

21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/14


BESLUIT VAN DE RAAD

van 18 juli 2005

betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van API/PNR-gegevens

(2006/230/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 7 maart 2005 heeft de Raad de Commissie gemachtigd namens de Gemeenschap met Canada onderhandelingen te voeren over een overeenkomst inzake de verwerking van op voorhand af te geven passagiersgegevens (Advance Passenger Information — API) en persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record — PNR) door luchtvaartmaatschappijen en de overdracht ervan aan het Canada Border Services Agency (CBSA).

(2)

De overeenkomst dient te worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van API/PNR-gegevens wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad is gemachtigd de persoon of de personen aan te wijzen die bevoegd is/zijn de overeenkomst namens de Gemeenschap te ondertekenen, teneinde daardoor de Gemeenschap te binden (2).

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 18 juli 2005.

Voor de Raad

De voorzitter

J. STRAW


(1)  Nog niet verschenen in het Publicatieblad.

(2)  De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst wordt door het secretariaat-generaal van de Raad bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.


OVEREENKOMST

tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van op voorhand af te geven passagiersgegevens en persoonsgegevens van passagiers

DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE REGERING VAN CANADA, hierna „de partijen” genoemd,

ERKENNENDE het belang van eerbiediging van de fundamentele rechten en vrijheden, met name het recht op privacy, en het belang van eerbiediging van deze waarden bij de voorkoming en bestrijding van terrorisme en daarmee samenhangende misdrijven en andere ernstige misdrijven van grensoverschrijdende aard, met inbegrip van de georganiseerde criminaliteit;

GELET OP de verplichting die de regering van Canada oplegt aan luchtvaartmaatschappijen die personen naar Canada vervoeren, om aan de bevoegde autoriteiten van Canada op voorhand af te geven passagiersgegevens (Advance Passenger Information) en persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record), hierna „API/PNR-gegevens” genoemd, te verstrekken, voor zover deze zijn verzameld en vervat in de automatische reserveringssystemen en vertrekcontrolesystemen (DCS) van de luchtvaartmaatschappijen;

GELET OP Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (1) , en met name op artikel 7, onder c);

GELET OP de verbintenissen die de betrokken bevoegde autoriteit is aangegaan ten aanzien van de wijze waarop de van luchtvaartmaatschappijen ontvangen API/PNR-gegevens zullen worden verwerkt, hierna „de verbintenissen” genoemd;

GELET OP de beschikking van de Commissie, vastgesteld uit hoofde van artikel 25, lid 6, van Richtlijn 95/46/EG, waarbij de betrokken Canadese bevoegde autoriteit geacht wordt een passend beschermingsniveau te bieden voor API/PNR-gegevens die zijn overgedragen vanuit de Europese Gemeenschap (hierna „de Gemeenschap” genoemd) met betrekking tot passagiersvluchten naar Canada, overeenkomstig de aan die beschikking gehechte verbintenissen;

GELET OP de herziene richtsnoeren inzake API, goedgekeurd door de Werelddouaneorganisatie (WCO), de International Air Transport Association (IATA) en de International Civil Aviation Organisation (ICAO);

VASTBESLOTEN in onderlinge samenwerking de ICAO bij te staan bij het ontwikkelen van een multilaterale norm voor de overdracht van PNR-gegevens die van commerciële luchtvaartmaatschappijen zijn ontvangen;

GEZIEN de mogelijkheid om bijlage I bij deze overeenkomst in de toekomst door middel van een vereenvoudigde procedure te wijzigen, met name teneinde toe te zien op wederkerigheid van de partijen,

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

Doel

1.   Deze overeenkomst heeft ten doel te waarborgen dat bij de verstrekking van API/PNR-gegevens van personen op relevante vluchten de fundamentele rechten en vrijheden, met name het recht op privacy, ten volle worden geëerbiedigd.

2.   Relevante vluchten zijn vluchten die worden verzorgd door luchtvaartmaatschappijen vanuit het grondgebied van een partij naar het grondgebied van de verzoekende partij.

Artikel 2

Bevoegde autoriteiten

Een bevoegde autoriteit van een verzoekende partij is een autoriteit die in Canada of in de Europese Unie verantwoordelijk is voor de verwerking van API/PNR-gegevens betreffende personen op relevante vluchten zoals gespecificeerd in bijlage I bij deze overeenkomst, die daarvan een integrerend onderdeel uitmaakt.

Artikel 3

Verwerking van API/PNR-gegevens

1.   De partijen komen overeen dat API/PNR-gegevens van personen op relevante vluchten worden verwerkt zoals aangegeven in de verbintenissen die zijn aangegaan door de bevoegde autoriteit die de API/PNR-gegevens verkrijgt.

2.   In deze verbintenissen zijn de regels en procedures vervat voor de overdracht en de bescherming van aan een bevoegde autoriteit verstrekte API/PNR-gegevens van personen op relevante vluchten.

3.   De bevoegde autoriteit verwerkt de ontvangen API/PNR-gegevens en behandelt de personen op relevante vluchten op wie de API/PNR-gegevens betrekking hebben, overeenkomstig de toepasselijke wetgeving en grondwettelijke vereisten, zulks zonder discriminatie, in het bijzonder op grond van nationaliteit en/of land van verblijf.

Artikel 4

Toegang, correctie en aantekeningen

1.   Een bevoegde autoriteit verleent een persoon die niet aanwezig is op het grondgebied waarop die autoriteit bevoegd is, toegang tot de krachtens deze overeenkomst verwerkte API/PNR-gegevens die op die persoon betrekking hebben, en geeft die persoon de gelegenheid om correctie te verzoeken indien de gegevens onjuist zijn of een aantekening toe te voegen ter aanduiding van het feit dat om correctie is verzocht.

2.   De mogelijkheid die de bevoegde autoriteit biedt tot toegang, correctie en aantekening met betrekking tot de gegevens, wordt verleend op voorwaarden die gelijkwaardig zijn met die welke gelden voor personen die zich bevinden op het grondgebied waarop die autoriteit bevoegd is.

Artikel 5

Verplichting tot verwerking van API/PNR-gegevens

1.   Ten aanzien van de toepassing van de overeenkomst in de Gemeenschap, voor zover betrekking hebbend op de verwerking van persoonsgegevens, geldt dat luchtvaartmaatschappijen die relevante vluchten verzorgen vanuit de Gemeenschap naar Canada, de in hun geautomatiseerde boekingssystemen vervatte API/PNR-gegevens verwerken zoals vereist door de bevoegde Canadese autoriteiten overeenkomstig de Canadese wet. De lijst van PNR-gegevens die luchtvaartmaatschappijen die relevante vluchten verzorgen dienen over te dragen aan de Canadese bevoegde autoriteit, is vervat in bijlage II bij deze overeenkomst, die daarvan een integrerend onderdeel uitmaakt.

2.   De in lid 1 vervatte verplichting is slechts van toepassing zolang de beschikking van toepassing is en komt te vervallen op de datum waarop de beschikking wordt ingetrokken, wordt opgeschort of vervalt zonder te worden verlengd.

Artikel 6

Gemengd comité

1.   Er wordt een gemengd comité ingesteld, dat bestaat uit vertegenwoordigers van elke partij, die bij de andere partij worden aangemeld via de diplomatieke kanalen. Het gemengd comité komt bijeen op een datum en tijdstip en met een agenda die door de partijen in onderling overleg zijn vastgesteld. De eerste bijeenkomst vindt plaats binnen zes maanden na de inwerkingtreding van deze overeenkomst.

2.   Het gemengd comité heeft onder andere de volgende taken:

a)

het fungeert als communicatiekanaal met betrekking tot de tenuitvoerlegging van deze overeenkomst en daarmee samenhangende aangelegenheden;

b)

het beslecht, voor zover mogelijk, geschillen die rijzen met betrekking tot de tenuitvoerlegging van deze overeenkomst en daarmee samenhangende aangelegenheden;

c)

het organiseert de in artikel 8 bedoelde gezamenlijke toetsing en stelt nadere bijzonderheden vast voor de procedure van die toetsing;

d)

het stelt zijn reglement van orde vast.

3.   De in het gemengd comité vertegenwoordigde partijen kunnen wijzigingen van bijlage I bij deze overeenkomst overeenkomen, die van toepassing zijn met ingang van de datum waarop zij aldus zijn overeengekomen.

Artikel 7

Beslechting van geschillen

De partijen plegen op verzoek van een van hen onverwijld overleg in geval van geschillen die niet zijn beslecht door het gemengd comité.

Artikel 8

Gezamenlijke toetsing

Overeenkomstig bijlage III, die een integrerend onderdeel van deze overeenkomst uitmaakt, verrichten de partijen jaarlijks, tenzij zij een andere frequentie overeenkomen, een gezamenlijke toetsing van de uitvoering van deze overeenkomst en daarmee samenhangende aangelegenheden, waaronder ontwikkelingen zoals de vaststelling van relevante PNR-richtsnoeren door de ICAO.

Artikel 9

Inwerkingtreding, wijziging en beëindiging van de overeenkomst

1.   Deze overeenkomst treedt in werking wanneer de partijen kennisgevingen hebben uitgewisseld luidende dat de voor de inwerkingtreding van de overeenkomst noodzakelijke procedures zijn voltooid. De overeenkomst treedt in werking op de datum van de tweede kennisgeving.

2.   Deze overeenkomst kan worden gewijzigd in onderlinge overeenstemming tussen de partijen, onverminderd het bepaalde in artikel 6, lid 3. Dergelijke wijzigingen treden in werking 90 dagen nadat de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daartoe benodigde interne procedures.

3.   Deze overeenkomst kan door elk van de partijen worden beëindigd door daarvan schriftelijk kennis te geven ten minste 90 dagen vóór de voorgestelde beëindigingsdatum.

Artikel 10

Deze overeenkomst heeft niet ten doel van de wetgeving van de partijen af te wijken of deze wetgeving te wijzigen.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, hiertoe naar behoren gemachtigd, deze overeenkomst hebben ondertekend.

GEDAAN, in tweevoud te Luxemburg, de derde oktober tweeduizend vijf in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek. Indien een tekstversie afwijkt, prevaleren de Engelse en de Franse versie.

Por la Comunidad Europea

Za Evropské společenství

For Det Europæiske Fællesskab

Für die Europäische Gemeinschaft

Euroopa Ühenduse nimel

Για την Ευρωπαϊκή Κοινότητα

For the European Community

Pour la Communauté européenne

Per la Comunità europea

Eiropas Kopienas vārdā

Europos bendrijos vardu

az Európai Közösség részéről

Għall-Komunità Ewropea

Voor de Europese Gemeenschap

W imieniu Wspólnoty Europejskiej

Pela Comunidade Europeia

Za Európske spoločenstvo

za Evropsko skupnost

Euroopan yhteisön puolesta

På Europeiska gemenskapens vägnar

Image

Image

Por el Gobierno de Canadá

Za vládu Kanady

For Canadas regering

Für die Regierung Kanadas

Kanada valitsuse nimel

Για την Κυβέρνηση του Καναδά

For the Government of Canada

Pour le gouvernement du Canada

Per il governo del Canada

Kanādas Valdības vārdā

Kanados Vyriausybės vardu

Kanada kormánya részéről

Għall-Gvern tal-Kanada

Voor de Regering van Canada

W imieniu rządu Kanady

Pelo Governo do Canadá

Za vládu Kanady

Za Vlado Kanade

Kanadan hallituksen puolesta

På Canadas regerings vägnar

Image

Image


(1)  PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31. Richtlijn gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

BIJLAGE I

Bevoegde autoriteiten

Voor de toepassing van artikel 3 is de bevoegde autoriteit voor Canada het Canada Border Services Agency (CBSA).

BIJLAGE II

Te verzamelen PNR-gegevens

1.

PNR-bestandslocatiecode

2.

Boekingsdatum

3.

Geplande reisdatum of reisdata

4.

Naam

5.

Andere namen in het PNR

6.

Alle informatie over de betalingswijze

7.

Factuuradres

8.

Telefoonnummers

9.

Volledige reisroute voor specifiek PNR

10.

„Frequent Flyer”-gegevens (beperkt tot afgelegde mijlen en adres(sen))

11.

Reisbureau

12.

Reisagent

13.

Opgesplitste/opgedeelde PNR-informatie („split/divided PNR”)

14.

Informatie uit het reisbiljetveld („ticketing field”-informatie)

15.

Ticketnummer

16.

Zitplaatsnummer

17.

Uitgiftedatum reisbiljet

18.

„No-show”-voorgeschiedenis

19.

Bagagebiljetnummers

20.

„Go-show”-informatie

21.

Informatie over de zitplaats

22.

Enkelereisbiljetten

23.

Eventuele APIS-informatie

24.

Standby

25.

Volgorde check-in

BIJLAGE III

Gezamenlijke toetsing

Vóór de aanvang van de gezamenlijke toetsing stellen de partijen elkaar in kennis van de samenstelling van hun team, dat passende autoriteiten kan bevatten op het gebied van privacy en gegevensbescherming, douane, immigratie, wetshandhaving, inlichtingenwerk en interdictie en andere vormen van rechtshandhaving, grensbeveiliging en/of beveiliging van de luchtvaart, met inbegrip van deskundigen van de lidstaten van de Europese Unie.

Alle deelnemers aan de toetsing dienen het vertrouwelijke karakter van de besprekingen te eerbiedigen en te beschikken over een passende veiligheidsmachtiging, zulks overeenkomstig de toepasselijke wetgeving. Het vertrouwelijke karakter van de besprekingen vormt echter geen beletsel voor de verslaglegging van de partijen over de resultaten van de toetsing aan hun respectieve bevoegde instanties, waaronder het parlement van Canada en het Europees Parlement.

De partijen stellen gezamenlijk de gedetailleerde procedures voor de gezamenlijke toetsing vast.


Besluiten aangenomen krachtens titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie

21.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 82/20


GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT 2006/231/GBVB VAN DE RAAD

van 20 maart 2006

inzake de actualisering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme en houdende intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/936/GBVB

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op de artikelen 15 en 34,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 27 december 2001 heeft de Raad Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme (1) aangenomen.

(2)

Op 21 december 2005 heeft de Raad Gemeenschappelijk Standpunt 2005/936/GBVB inzake de actualisering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB (2) aangenomen.

(3)

Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB voorziet in een regelmatige herziening.

(4)

Er is besloten de bijlage bij Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB bij te werken en Gemeenschappelijk Standpunt 2005/936/GBVB in te trekken.

(5)

Er is een lijst opgesteld overeenkomstig de criteria van artikel 1, lid 4, van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB,

HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT AANGENOMEN:

Artikel 1

De lijst van personen, groepen en entiteiten waarop Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB van toepassing is, is opgenomen in de bijlage.

Artikel 2

Gemeenschappelijk Standpunt 2005/936/GBVB wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit gemeenschappelijk standpunt treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

Artikel 4

Dit gemeenschappelijk standpunt wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 20 maart 2006.

Voor de Raad

De voorzitster

U. PLASSNIK


(1)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 93.

(2)  PB L 340 van 23.12.2005, blz. 80.


BIJLAGE

Lijst van personen, groepen en entiteiten als bedoeld in artikel 1 (1)

1.   PERSONEN

1.

ABOU, Rabah Naami (alias Naami Hamza, alias Mihoubi Faycal, alias Fellah Ahmed, alias Dafri Rèmi Lahdi), geboren op 1.2.1966 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

2.

ABOUD, Maisi (alias de Zwitserse Abderrahmane), geboren op 17.10.1964 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

3.

* ALBERDI URANGA, Itziar (E.T.A.-activist), geboren op 7.10.1963 in Durango (Vizcaya), identiteitskaart nr. 78.865.693

4.

* ALBISU IRIARTE, Miguel (E.T.A.-activist; lid van Gestoras Pro-amnistía), geboren op 7.6.1961 in San Sebastián (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 15.954.596

5.

AL-MUGHASSIL, Ahmad Ibrahim (alias ABU OMRAN; alias AL-MUGHASSIL, Ahmed Ibrahim), geboren op 26.6.1967 in Qatif-Bab al Shamal, Saudi-Arabië; Saudisch onderdaan

6.

AL-NASSER, Abdelkarim Hussein Mohamed, geboren in Al Ihsa, Saudi-Arabië; Saudisch onderdaan

7.

AL YACOUB, Ibrahim Salih Mohammed, geboren op 16.10.1966 in Tarut, Saudi-Arabië; Saudisch onderdaan

8.

* APAOLAZA SANCHO, Iván (E.T.A.-activist, lid van K.Madrid), geboren op 10.11.1971 in Beasain (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 44.129.178

9.

ARIOUA, Azzedine, geboren op 20.11.1960 in Constantine (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

10.

ARIOUA, Kamel (alias Lamine Kamel), geboren op 18.08.1969 in Constantine (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

11.

ASLI, Mohamed (alias Dahmane Mohamed), geboren op 13.5.1975 in Ain Taya (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

12.

ASLI, Rabah, geboren op 13.5.1975 in Ain Taya (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

13.

* ARZALLUS TAPIA, Eusebio (E.T.A.-activist), geboren op 8.11.1957 in Regil (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 15.927.207

14.

ATWA, Ali (alias BOUSLIM, Ammar Mansour; alias SALIM, Hassan Rostom), Libanon, geboren in 1960 in Libanon; Libanees onderdaan

15.

DARIB, Noureddine (alias Carreto, alias Zitoun Mourad), geboren op 1.2.1972 in Algerije (lid van al-Takfir en al-Hijra)

16.

DJABALI, Abderrahmane (alias Touil), geboren op 1.6.1970 in Algerije (lid van al-Takfir en al-Hijra)

17.

* ECHEBERRIA SIMARRO, Leire (E.T.A.-activist), geboren op 20.12.1977 in Basauri (Viscaya), identiteitskaart nr. 45.625.646

18.

* ECHEGARAY ACHIRICA, Alfonso (E.T.A.-activist), geboren op 10.01.1958 in Plencia (Viscaya), identiteitskaart nr. 16.027.051

19.

EL-HOORIE, Ali Saed Bin Ali (alias AL-HOURI, Ali Saed Bin Ali; alias EL-HOURI, Ali Saed Bin Ali), geboren op 10.7.1965 of 11.7.1965 in El Dibabiya, Saudi-Arabië; Saudisch onderdaan

20.

FAHAS, Sofiane Yacine, geboren op 10.9.1971 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

21.

* GOGEASCOECHEA ARRONATEGUI, Eneko (E.T.A.-activist), geboren op 29.4.1967 in Guernica (Vizcaya), identiteitskaart nr. 44.556.097

22.

* IPARRAGUIRRE GUENECHEA, Ma Soledad (E.T.A.-activist), geboren op 25.4.1961 in Escoriaza (Navarra), identiteitskaart nr. 16.255.819

23.

* IZTUETA BARANDICA, Enrique (E.T.A.-activist), geboren op 30.7.1955 in Santurce (Vizcaya), identiteitskaart nr. 14.929.950

24.

IZZ-AL-DIN, Hasan (alias GARBAYA, AHMED, alias SA-ID, alias SALWWAN, Samir), Libanon, geboren in 1963 in Libanon, Libanees onderdaan

25.

LASSASSI, Saber (alias Mimiche), geboren op 30.11.1970 in Constantine (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

26.

MOHAMMED, Khalid Shaikh (alias ALI, Salem; alias BIN KHALID, Fahd Bin Adballah; alias HENIN, Ashraf Refaat Nabith; alias WADOOD, Khalid Adbul) geboren op 14.4.1965 of 1.3.1964 in Pakistan, paspoort nr. 488555

27.

MOKTARI, Fateh (alias Ferdi Omar), geboren op 26.12.1974 in Hussein Dey (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

28.

* MORCILLO TORRES, Gracia (E.T.A.-activist; lid van Kas/Ekin), geboren op 15.3.1967 in San Sebastián (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 72.439.052

29.

MUGHNIYAH, Imad Fa'iz (alias MUGHNIYAH, Imad Fayiz), hoge inlichtingenofficier van de HEZBOLLAH, geboren op 7.12.1962 in Tayr Dibba, Libanon, paspoort nr. 432298 (Libanon)

30.

* NARVÁEZ GOÑI, Juan Jesús (E.T.A.-activist), geboren op 23.2.1961 in Pamplona (Navarra), identiteitskaart nr. 15.841.101

31.

NOUARA, Farid, geboren op 25.11.1973 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

32.

* ORBE SEVILLANO, Zigor (E.T.A.-activist; lid van Jarrai/Haika/Segi), geboren op 22.9.1975 in Basauri (Vizcaya), identiteitskaart nr. 45.622.851

33.

* PALACIOS ALDAY, Gorka (E.T.A-activist; lid van K.Madrid), geboren op 17.10.1974 in Baracaldo (Vizcaya), identiteitskaart nr. 30.654.356

34.

* PEREZ ARAMBURU, Jon Iñaki (E.T.A.-activist; lid van Jarrai/Haika/Segi), geboren op 18.9.1964 in San Sebastián (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 15.976.521

35.

* QUINTANA ZORROZUA, Asier (E.T.A.-activist; lid van K.Madrid), geboren op 27.2.1968 in Bilbao (Vizcaya), identiteitskaart nr. 30.609.430

36.

RESSOUS, Hoari (alias Hallasa Farid), geboren op 11.9.1968 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

37.

* RUBENACH ROIG, Juan Luis (E.T.A.-activist; lid van K.Madrid), geboren op 18.9.1963 in Bilbao (Vizcaya), identiteitskaart nr. 18.197.545

38.

SEDKAOUI, Noureddine (alias Nounou), geboren op 23.6.1963 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

39.

SELMANI, Abdelghani (alias Gano), geboren op 14.6.1974 in Algiers (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

40.

SENOUCI, Sofiane, geboren op 15.4.1971 in Hussein Dey (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

41.

SISON, Jose Maria (alias Armando Liwanag, alias Joma, hoofd van de Communist Party of the Philippines, inclusief NPA), geboren op 8.2.1939 in Cabugao, Filipijnen

42.

TINGUALI, Mohammed (alias Mouh di Kouba), geboren op 21.4.1964 in Blida (Algerije) (lid van al-Takfir en al-Hijra)

43.

* URANGA ARTOLA, Kemen (E.T.A.-activist; lid van Herri Batasuna/E.H/Batasuna), geboren op 25.5.1969 in Ondarroa (Vizcaya), identiteitskaart nr. 30.627.290

44.

* VALLEJO FRANCO, Iñigo (E.T.A.-activist), geboren op 21.05.1976 in Bilbao (Vizcaya), identiteitskaart nr. 29.036.694

45.

* VILA MICHELENA, Fermín (E.T.A.-activist; lid van Kas/Ekin), geboren op 12.3.1970 in Irún (Guipúzcoa), identiteitskaart nr. 15.254.214

2.   GROEPEN EN ENTITEITEN

1.

Abu Nidal Organisation (ANO), (alias Fatah Revolutionaire Raad, Arabische Revolutionaire Brigades, Zwarte September, en Revolutionaire Organisatie van Socialistische Moslims)

2.

Al-Aqsa Martelarenbrigades

3.

Al-Aqsa e.V.

4.

Al-Takfir en al-Hijra

5.

* Nuclei Territoriali Antimperialisti (Anti-imperialistische territoriale eenheden)

6.

* Cooperativa Artigiana Fuoco ed Affini — Occasionalmente Spettacolare (Occasioneel spectaculaire artisanale Coöperatie Vuur en dergelijke)

7.

* Nuclei Armati per il Comunismo (Gewapende eenheden voor het communisme)

8.

Aum Shinrikyo (alias AUM; alias Aum Hoogste Waarheid, alias Aleph)

9.

Babbar Khalsa

10.

CCCCC — Cellula Contro Capitale, Carcere i suoi Carcerieri e le sue Celle (Cel tegen kapitaal, gevangenissen, cipiers en gevangeniscellen)

11.

Communist Party of the Philippines, inclusief New Peoples Army (NPA), Filipijnen, onderhoudt banden met Sison Jose Maria C. (alias Armando Liwanag, alias Joma, hoofd van de Communist Party of the Philippines, inclusief NPA)

12.

* Continuity Irish Republican Army (CIRA)

13.

* Euskadi Ta Askatasuna/Tierra Vasca y Libertad/Baskenland en Vrijheid (E.T.A.) (De volgende organisaties maken deel uit van de terroristische groep E.T.A.: K.a.s., Xaki; Ekin, Jarrai-Haika-Segi, Gestoras pro-amnistía, Askatasuna, Batasuna (alias Herri Batasuna, alias Euskal Herritarrok)

14.

Gama'a al-Islamiyya (Islamitische Groep), (alias Al-Gama'a al-Islamiyya, IG)

15.

Great Islamic Eastern Warriors Front (IBDA-C)

16.

* Grupos de Resistencia Antifascista Primero de Octubre/Antifascistische Verzetsgroepen Een Oktober (G.R.A.P.O.)

17.

Hamas (inbegrepen Hamas-Izz al-Din al-Qassem)

18.

Hizbul Mujahideen (HM)

19.

Holy Land Foundation for Relief and Development

20.

International Sikh Youth Federation (ISYF)

21.

* Solidarietà Internazionale (Internationale solidariteit)

22.

Kahane Chai (Kach)

23.

Khalisan Zindabad Force (KZF)

24.

Koerdische Arbeiderspartij (PKK), (alias KADEK; alias KONGRA-GEL)

25.

* Loyalist Volunteer Force (LVF)

26.

Mujahedeen-e Khalq Organisatie (MEK of MKO) [min de „Nationale Raad van verzet van Iran” (NCRI)] (alias het Nationaal Bevrijdingsleger van Iran (NLA, de militante tak van MEK), Volksmujahedeen van Iran (PMOI), Iraanse Islamitische Studentenassociatie)

27.

Ejército de Liberación Nacional (Nationaal Bevrijdingsleger)

28.

* Orange Volunteers (OV)

29.

Palestinian Liberation Front (PLF) (Palestijns Bevrijdingsfront)

30.

Palestinian Islamic Jihad (PIJ) (Palestijnse Islamitische Jihad)

31.

Popular Front for the Liberation of Palestina (PFLP) (Volksfront voor de bevrijding van Palestina)

32.

Popular Front for the Liberation of Palestine-General Command (alias PFLP-General Command, PFLP-GC) (Volksfront voor de bevrijding van Palestina-Algemeen Commando)

33.

* Real IRA

34.

* Brigate Rosse per la Costruzione del Partito Comunista Combattente (Rode Brigades voor de opbouw van de strijdende communistische partij)

35.

* Red Hand Defenders (RHD)

36.

Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia (FARC) (Revolutionaire Strijdrachten van Colombia)

37.

* Revolutionary Nuclei/Epanastatiki Pirines (Revolutionaire Kernen)

38.

* Revolutionary Organisation 17 November/Dekati Evdomi Noemvri (Revolutionaire Organisatie 17 november)

39.

Revolutionair Volksbevrijdingsleger/front/partij (DHKP/C), (alias Devrimci Sol (Revolutionair Links), Dev Sol)

40.

Sendero Luminoso (SL) (Lichtend Pad)

41.

Stichting Al Aqsa (alias Stichting Al Aqsa Nederland, alias Al Aqsa Nederland)

42.

* Brigata XX Luglio (Brigade van de twintigste juli)

43.

* Ulster Defence Association/Ulster Freedom Fighters (UDA/UFF)

44.

Autodefensas Unidas de Colombia (AUC) (Verenigde Zelfverdedigingsgroepen van Colombia)

45.

* Nucleo di Iniziativa Proletaria Rivoluzionaria (Eenheid van het revolutionaire proletarische initiatief)

46.

* Nuclei di Iniziativa Proletaria (Eenheden van het proletarische initiatief)

47.

* F.A.I. — Federazione Anarchica Informale (Informele anarchistische federatie)


(1)  Personen, groepen of entiteiten die met een * zijn gemerkt, vallen uitsluitend onder artikel 4 van Gemeenschappelijk standpunt 2001/931/GBVB.