ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 304

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

48e jaargang
23 november 2005


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

*

Verordening (EG) nr. 1905/2005 van de Raad van 14 november 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 297/95 inzake de vergoedingen die aan het Europees Geneesmiddelenbureau dienen te worden betaald

1

 

 

Verordening (EG) nr. 1906/2005 van de Commissie van 22 november 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

10

 

 

Verordening (EG) nr. 1907/2005 van de Commissie van 22 november 2005 betreffende de afgifte van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen)

12

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Raad

 

*

Besluit van de Raad van 7 november 2005 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

14

 

*

Beschikking van de Raad van 14 november 2005 houdende benoeming van een lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité

16

 

*

Besluit van de Raad van 14 november 2005 houdende benoeming van een Italiaans lid en een Italiaanse plaatsvervanger in het Comité van de Regio's

17

 

*

Besluit van de Raad van 14 november 2005 houdende benoeming van een Spaans lid van het Comité van de Regio's

18

 

 

Commissie

 

*

Beschikking van de Commissie van 15 november 2005 tot wijziging van de bijlagen I en II bij Beschikking 2002/308/EG tot vaststelling van de lijsten van erkende gebieden en erkende viskwekerijen ten aanzien van virale hemorragische septikemie (VHS), van infectieuze hematopoïetische necrose (IHN) of van beide visziekten (Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 4394)  ( 1 )

19

 

*

Besluit van de Commissie van 18 november 2005 tot vaststelling van invoerbesluiten van de Gemeenschap voor bepaalde chemische stoffen krachtens Verordening (EG) nr. 304/2003 van het Europees Parlement en de Raad en houdende wijziging van Besluit 2000/657/EG ( 1 )

46

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/1


VERORDENING (EG) Nr. 1905/2005 VAN DE RAAD

van 14 november 2005

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 297/95 inzake de vergoedingen die aan het Europees Geneesmiddelenbureau dienen te worden betaald

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad van 10 februari 1995 inzake de vergoedingen die aan het Europees Geneesmiddelenbureau dienen te worden betaald (1), en met name op artikel 12,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 67, lid 3, van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (3) is bepaald dat de ontvangsten van het Europees Geneesmiddelenbureau (hierna het „Bureau” genoemd) bestaan uit een bijdrage van de Gemeenschap en uit de vergoedingen die door de ondernemingen worden betaald voor het verkrijgen en laten verlengen van een communautaire vergunning voor het in de handel brengen en voor andere door het Bureau verleende diensten.

(2)

Verordening (EG) nr. 726/2004 geeft het Bureau ook nieuwe taken. Bovendien zijn de bestaande taken veranderd na wijzigingen van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (4) en van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (5).

(3)

Gelet op de ervaringen die sinds 1995 zijn opgedaan, is er geen reden om wijzigingen aan te brengen in de algemene beginselen en de algehele samenstelling van de vergoedingen, noch in de belangrijkste praktische en procedurele bepalingen die bij Verordening (EG) nr. 297/95 zijn vastgesteld. Wel moeten de tarieven voor de door het Bureau in rekening gebrachte vergoedingen worden berekend op basis van de werkelijk door het Bureau verleende dienst en worden afgestemd op specifieke geneesmiddelen. Ook moet worden gezorgd voor evenredigheid tussen de vergoedingen, de kosten voor de beoordeling van de aanvragen en de verlening van de verlangde dienst.

(4)

Verordening (EG) nr. 726/2004 voorziet in nieuwe activiteiten van het Bureau na de verlening van de vergunning. Tot deze taken behoren de registratie van de data waarop geneesmiddelen waarvoor volgens de communautaire procedures vergunningen zijn verleend, daadwerkelijk in de handel worden gebracht, het bijhouden van de vergunningsdossiers en van de verschillende door het Bureau beheerde databanken en een doorlopende afweging van de risico’s en voordelen van geneesmiddelen waarvoor een vergunning is verleend. Voorts moet het Bureau minder afhankelijk worden van de vergoedingen die voor nieuwe aanvragen verschuldigd zijn. Met het oog op deze veranderingen moet de jaarlijkse vergoeding dan ook met 10 % worden verhoogd.

(5)

Er moeten nieuwe categorieën vergoedingen worden vastgesteld voor nieuwe specifieke taken die het Bureau reeds uitvoert, zoals voor nieuwe typen wetenschappelijk advies met betrekking tot een geneesmiddel.

(6)

De raad van beheer van het Bureau moet de bevoegdheid hebben om op voorstel van de directeur en na gunstig advies van de Commissie bepalingen vast te stellen die voor de uitvoering van deze verordening noodzakelijk zijn. Aangezien de tarieven van de vergoedingen in de onderhavige verordening in de vorm van maximumtarieven worden vastgesteld, moet de raad van beheer met name gedetailleerde classificaties en lijsten van beperkte vergoedingen opstellen.

(7)

Voorts moet de directeur bevoegd blijven om in uitzonderlijke gevallen te besluiten tot een verlaging van de vergoedingen, met name in bepaalde gevallen betreffende specifieke geneesmiddelen en wanneer een korting om dwingende redenen in verband met de volksgezondheid of de gezondheid van dieren noodzakelijk is. De directeur moet eveneens kunnen beslissen over de vrijstelling van betaling van een vergoeding bij geneesmiddelen voor de behandeling van zeldzame ziekten, voor de behandeling van ziekten bij minder gangbare diersoorten en voor de toevoeging van diersoorten bij de bepaling van maximumwaarden voor residuen overeenkomstig de procedure van Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad van 26 juni 1990 houdende een communautaire procedure tot vaststelling van maximumwaarden voor residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (6).

(8)

Op grond van artikel 70, lid 2, van Verordening (EG) nr. 726/2004 vallen de omstandigheden waaronder middelgrote en kleine bedrijven lagere vergoedingen mogen betalen, betaling van vergoedingen mogen uitstellen of administratieve bijstand kunnen krijgen, niet onder deze verordening.

(9)

Om ervoor te zorgen dat de vergoedingen onmiddellijk in de begroting kunnen worden opgenomen, moeten zij op de datum van validering verschuldigd zijn, maar binnen een bepaald aantal dagen worden betaald.

(10)

Er moet worden bepaald dat, nadat de nodige ervaring is opgedaan, over de uitvoering van deze verordening verslag wordt uitgebracht en dat de tarieven voor de vergoedingen zo nodig worden herzien.

(11)

Er moet een indexeringsmechanisme worden ingevoerd voor een automatische aanpassing van de vergoedingen op basis van de officiële inflatiecijfers.

(12)

Ter wille van de consistentie moet deze verordening op de datum van de volledige inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 726/2004 toepasselijk worden. De onderhavige verordening dient niet van toepassing te zijn op geldige aanvragen die bij de inwerkingtreding daarvan reeds in behandeling waren.

(13)

Verordening (EG) nr. 297/95 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 297/95 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1, tweede alinea, wordt vervangen door:

„De hoogte van deze vergoedingen wordt in euro vastgesteld.”.

2)

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a)

De titel wordt vervangen door:

„Geneesmiddelen voor menselijk gebruik waarvoor de procedures van Verordening (EG) nr. 726/2004 worden gevolgd (7)

b)

lid 1 wordt als volgt gewijzigd:

i)

in punt a) worden de eerste en de tweede alinea vervangen door:

„Een basisvergoeding van 232 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen waarbij een volledig dossier wordt ingediend. Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

Deze vergoeding wordt verhoogd met 23 200 EUR voor elke aanvullende dosering en/of farmaceutische vorm die tegelijk met de eerste vergunningsaanvraag wordt ingediend. Deze verhoging geldt voor één aanvullende dosering en/of farmaceutische vorm.”;

ii)

de punten b) en c) worden vervangen door:

„b)

Beperkte vergoeding

Een beperkte vergoeding van 90 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen overeenkomstig artikel 10, leden 1 en 3, en artikel 10 quater van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (8). Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

Een specifieke beperkte vergoeding van 150 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen overeenkomstig artikel 10, lid 4, van Richtlijn 2001/83/EG. Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

De in de eerste en tweede alinea bedoelde beperkte vergoedingen worden met 9 000 EUR verhoogd voor elke aanvullende dosering of farmaceutische vorm die tegelijk met de eerste vergunningsaanvraag wordt voorgelegd. Die verhoging geldt voor één aanvullende dosering of farmaceutische vorm en één aanbiedingsvorm.

De in de eerste en tweede alinea bedoelde beperkte vergoedingen worden met 5 800 EUR verhoogd voor elke aanvullende aanbiedingsvorm met dezelfde dosering en farmaceutische vorm die in de eerste vergunningsaanvraag wordt voorgelegd.

c)

Uitbreidingsvergoeding

Een uitbreidingsvergoeding van 69 600 EUR is verschuldigd voor elke uitbreiding van een reeds verleende vergunning voor het in de handel brengen in de zin van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1085/2003 van de Commissie van 3 juni 2003 betreffende het onderzoek van wijzigingen in de voorwaarden van een vergunning voor het in de handel brengen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik die binnen het toepassingsgebied van Verordening (EEG) nr. 2309/93 van de Raad vallen (9).

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde uitbreidingen een beperkte uitbreidingsvergoeding verschuldigd, die tussen de 17 400 EUR en de 52 200 EUR bedraagt. De betrokken uitbreidingen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, van deze verordening wordt opgesteld.

De uitbreidingsvergoeding en de beperkte uitbreidingsvergoeding worden met 5 800 EUR verhoogd voor elke aanvullende aanbiedingsvorm van dezelfde uitbreiding die tegelijk met de uitbreidingsaanvraag wordt voorgelegd.

c)

lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

i)

onder a) wordt de eerste alinea vervangen door

„Een wijzigingsvergoeding, type I, is verschuldigd voor een kleine wijziging van een vergunning voor het in de handel brengen, zoals omschreven in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1085/2003. Voor wijzigingen van type IA bedraagt de vergoeding 2 500 EUR. Voor wijzigingen van type IB bedraagt de vergoeding 5 800 EUR.”;

ii)

onder b) wordt de eerste alinea vervangen:

„Een wijzigingsvergoeding, type II, van 69 600 EUR is verschuldigd voor een ingrijpende wijziging van een vergunning voor het in de handel brengen, zoals omschreven in artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1085/2003.

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde wijzigingen een beperkte wijzigingsvergoeding, type II, verschuldigd, die tussen de 17 400 EUR en de 52 200 EUR bedraagt. De betrokken wijzigingen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, van deze verordening wordt opgesteld.”;

d)

lid 4 wordt als volgt gewijzigd:

i)

de enige alinea wordt vervangen door:

„Een vergoeding van 17 400 EUR is verschuldigd voor elke inspectie die op het grondgebied van de Gemeenschap of daarbuiten wordt uitgevoerd. Voor inspecties buiten de Gemeenschap worden daarnaast de reiskosten op basis van de werkelijke kosten in rekening gebracht.”;

ii)

de volgende alinea wordt toegevoegd:

„In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde inspecties een beperkte inspectievergoeding verschuldigd naar gelang van de omvang en aard van de inspectie, op basis van voorwaarden die overeenkomstig artikel 11, lid 2, worden vastgesteld.”;

e)

lid 6 wordt vervangen door:

„6.   Jaarlijkse vergoeding

Een jaarlijkse vergoeding van 83 200 EUR is verschuldigd voor elke vergunning voor het in de handel brengen van een geneesmiddel. Die vergoeding geldt voor alle toegelaten aanbiedingsvormen van een bepaald geneesmiddel.

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde soorten geneesmiddelen een beperkte jaarlijkse vergoeding verschuldigd, die tussen de 20 800 EUR en de 62 400 EUR bedraagt. De betrokken geneesmiddelen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.”.

3)

Artikel 4 wordt vervangen door:

„Artikel 4

Geneesmiddelen voor menselijk gebruik waarvoor de procedures van Richtlijn 2001/83/EG worden gevolgd

Een verwijzingsvergoeding van 58 000 EUR is verschuldigd wanneer op initiatief van de aanvrager of houder van een vergunning voor het in de handel brengen de procedure van artikel 30, lid 1, of artikel 31 van Richtlijn 2001/83/EG wordt ingeleid.

Wanneer de in de eerste alinea bedoelde procedures meer dan één aanvrager of houder van een vergunning voor het in de handel brengen betreffen, kunnen de aanvragers of houders een groep vormen en samen één verwijzingsvergoeding betalen. Als een procedure echter meer dan tien verschillende aanvragers of houders betreft, geldt bovengenoemde verwijzingsvergoeding.”.

4)

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

a)

De titel wordt vervangen door:

„Geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik waarvoor de procedures van Verordening (EG) nr. 726/2004 worden gevolgd”;

b)

lid 1 wordt als volgt gewijzigd:

i)

punt a) wordt als volgt gewijzigd:

de eerste en de tweede alinea worden vervangen door:

„Een basisvergoeding van 116 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen waarbij een volledig dossier wordt ingediend. Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

Deze vergoeding wordt verhoogd met 11 600 EUR voor elke aanvullende dosering en/of farmaceutische vorm die tegelijk met de eerste vergunningsaanvraag wordt ingediend. Die verhoging geldt voor één aanvullende dosering of farmaceutische vorm en één aanbiedingsvorm.”;

de vierde alinea wordt vervangen door:

„Voor immunologische geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik wordt de basisvergoeding verlaagd tot 58 000 EUR met een verhoging van 5 800 EUR voor elke aanvullende dosering en/of farmaceutische vorm en/of aanbiedingsvorm.”;

ii)

punt b) wordt vervangen door:

„b)

Beperkte vergoeding

Een beperkte vergoeding van 58 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen overeenkomstig artikel 13, leden 1 en 3, en artikel 13 quater van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (10). Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

Een specifieke beperkte vergoeding van 98 000 EUR is verschuldigd voor aanvragen van een vergunning voor het in de handel brengen overeenkomstig artikel 13, lid 4, van Richtlijn 2001/82/EG. Die vergoeding geldt voor slechts één dosering in één farmaceutische vorm en in één aanbiedingsvorm.

De in de eerste en tweede alinea bedoelde beperkte vergoedingen worden met 11 600 EUR verhoogd voor elke aanvullende dosering of farmaceutische vorm die tegelijk met de eerste vergunningsaanvraag wordt voorgelegd. Die verhoging geldt voor één aanvullende dosering of farmaceutische vorm en één aanbiedingsvorm.

De in de eerste en tweede alinea bedoelde beperkte vergoedingen worden met 5 800 EUR verhoogd voor elke in de eerste vergunningsaanvraag genoemde aanvullende aanbiedingsvorm met dezelfde dosering en farmaceutische vorm.

Voor immunologische geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik wordt de vergoeding tot 29 000 EUR verlaagd, waarbij voor elke aanvullende dosering en/of farmaceutische vorm en/of aanbiedingsvorm 5 800 EUR extra in rekening wordt gebracht.

Voor de toepassing van het onderhavige punt speelt het aantal doelsoorten geen rol.

iii)

punt c) wordt vervangen door:

„c)

Uitbreidingsvergoeding

Een uitbreidingsvergoeding van 29 000 EUR is verschuldigd voor elke uitbreiding van een reeds verleende vergunning voor het in de handel brengen in de zin van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1085/2003.

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde uitbreidingen een beperkte uitbreidingsvergoeding verschuldigd, die tussen de 7 200 EUR en de 21 700 EUR bedraagt. De betrokken uitbreidingen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.

De uitbreidingsvergoeding en de beperkte uitbreidingsvergoeding worden met 5 800 EUR verhoogd voor elke aanvullende aanbiedingsvorm van dezelfde uitbreiding die tegelijk met de uitbreidingsaanvraag wordt voorgelegd.”;

c)

lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

i)

onder a) wordt de eerste alinea vervangen door

„Een wijzigingsvergoeding, type I, is verschuldigd voor een kleine wijziging van een vergunning voor het in de handel brengen, zoals omschreven in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1085/2003. Voor wijzigingen van type IA bedraagt de vergoeding 2 500 EUR. Voor wijzigingen van type IB bedraagt de vergoeding 5 800 EUR.”;

ii)

punt b) wordt vervangen door:

Wijzigingsvergoeding type II

Een wijzigingsvergoeding, type II, van 34 800 EUR is verschuldigd voor een ingrijpende wijziging van een vergunning voor het in de handel brengen, zoals omschreven in artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1085/2003.

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde wijzigingen een beperkte wijzigingsvergoeding, type II, verschuldigd, die tussen de 8 700 EUR en de 26 100 EUR bedraagt. De betrokken wijzigingen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.

Voor immunologische geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik is een vergoeding van 5 800 EUR verschuldigd.

Indien het steeds om dezelfde wijziging gaat gelden de in de eerste, tweede en derde alinea genoemde vergoedingen voor alle toegelaten doseringen, farmaceutische vormen en aanbiedingsvormen.”;

d)

lid 4 wordt als volgt gewijzigd:

i)

de enige alinea wordt vervangen door:

„Een vergoeding van 17 400 EUR is verschuldigd voor elke inspectie die op het grondgebied van de Gemeenschap of daarbuiten wordt uitgevoerd. Voor inspecties buiten de Gemeenschap worden daarnaast de reiskosten op basis van de werkelijke kosten in rekening gebracht.”;

ii)

de volgende alinea wordt toegevoegd:

„In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde inspecties een beperkte inspectievergoeding verschuldigd, al naar gelang van de omvang en aard van de inspectie, op basis van voorwaarden die overeenkomstig artikel 11, lid 2, worden vastgesteld.”;

e)

lid 6 wordt vervangen door:

„6.   Jaarlijkse vergoeding

Een jaarlijkse vergoeding van 27 700 EUR is verschuldigd voor elke vergunning voor het in de handel brengen van een geneesmiddel. Die vergoeding geldt voor alle toegelaten aanbiedingsvormen van een bepaald geneesmiddel.

In afwijking van de eerste alinea is voor bepaalde soorten geneesmiddelen een beperkte jaarlijkse vergoeding verschuldigd, die tussen de 6 900 EUR en de 20 800 EUR bedraagt. De betrokken geneesmiddelen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.”.

5)

Artikel 6 wordt vervangen door:

„Artikel 6

Geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik waarvoor de procedures van Richtlijn 2001/82/EG worden gevolgd

Een verwijzingsvergoeding van 34 800 EUR is verschuldigd wanneer op initiatief van de aanvrager of houder van een vergunning voor het in de handel brengen de procedure van artikel 34, lid 1, of artikel 35 van Richtlijn 2001/82/EG wordt ingeleid.

Wanneer de in de eerste alinea bedoelde procedures meer dan één aanvrager of houder van een vergunning voor het in de handel brengen betreffen, kunnen de aanvragers of houders een groep vormen en samen één verwijzingsvergoeding betalen. Als een procedure echter meer dan tien verschillende aanvragers of houders betreft, geldt bovengenoemde verwijzingsvergoeding.”.

6)

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

a)

De titel wordt vervangen door:

„Vaststelling van maximumwaarden voor residuen (MRL) voor geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik overeenkomstig de procedures van Verordening (EEG) nr. 2377/90 (11)”;

b)

in lid 1 wordt de tweede alinea vervangen door:

„Een aanvullende vergoeding van 17 400 EUR is verschuldigd voor de behandeling van elke aanvraag tot wijziging van een bestaande MRL die is opgenomen in een van de bijlagen bij Verordening (EEG) nr. 2377/90.”;

c)

lid 2 wordt geschrapt en het nummer voor lid 1 komt te vervallen.

7)

Artikel 8 wordt vervangen door:

„Artikel 8

Diverse vergoedingen

De vergoeding voor wetenschappelijk advies is verschuldigd voor een verzoek om wetenschappelijk advies met betrekking tot de uitvoering van de verschillende proeven en onderzoeken die nodig zijn om de kwaliteit, veiligheid en werkzaamheid van geneesmiddelen aan te tonen.

Bij geneesmiddelen voor menselijk gebruik bedraagt de vergoeding 69 600 EUR.

Bij geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik bedraagt de vergoeding 34 800 EUR.

In afwijking van de tweede alinea is voor bepaalde wetenschappelijke adviezen betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik een beperkte vergoeding voor wetenschappelijk advies verschuldigd, die tussen de 17 400 EUR en de 52 200 EUR bedraagt.

In afwijking van de derde alinea is voor bepaalde wetenschappelijke adviezen betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik een beperkte vergoeding voor wetenschappelijk advies verschuldigd, die tussen de 8 700 EUR en de 26 100 EUR bedraagt.

De in de vierde en vijfde alinea bedoelde wetenschappelijk adviezen worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.

Een vergoeding voor wetenschappelijke diensten is verschuldigd wanneer een wetenschappelijk comité wordt gevraagd een advies te geven dat niet onder de artikelen 3 tot en met 7 of onder artikel 8, lid 1, valt. Hiertoe behoren de beoordeling van traditionele kruidengeneesmiddelen, adviezen over de verstrekking van geneesmiddelen op basis van „compassionate use”, raadpleging over stoffen in medische hulpmiddelen, inclusief bloedderivaten, die de werking van die hulpmiddelen moeten ondersteunen, en de beoordeling van plasma- en vaccinatiedossiers.

Bij geneesmiddelen voor menselijk gebruik bedraagt de vergoeding 232 000 EUR.

Bij geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik bedraagt de vergoeding 116 000 EUR.

Wetenschappelijke adviezen die ingevolge artikel 58 van Verordening (EG) nr. 726/2004 worden uitgebracht ter beoordeling van geneesmiddelen voor menselijk gebruik die bedoeld zijn om uitsluitend buiten de Gemeenschap in de handel te worden gebracht, vallen onder artikel 3 van deze verordening.

In afwijking van de tweede alinea is voor bepaalde wetenschappelijke adviezen of diensten betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik een beperkte vergoeding voor wetenschappelijke diensten verschuldigd, die tussen de 2 500 EUR en de 200 000 EUR bedraagt.

In afwijking van de derde alinea is voor bepaalde wetenschappelijke adviezen of diensten betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik een beperkte vergoeding voor wetenschappelijke diensten verschuldigd, die tussen de 2 500 EUR en de 100 000 EUR bedraagt.

De in de vijfde en zesde alinea bedoelde wetenschappelijk adviezen of diensten worden opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.

Een vergoeding voor administratieve diensten, die tussen de 100 EUR en de 5 800 EUR bedraagt, is verschuldigd wanneer documenten of certificaten worden afgegeven buiten het kader van de diensten waarop de andere in deze verordening opgenomen vergoedingen van toepassing zijn, wanneer een aanvraag na de administratieve validering van het betrokken dossier wordt afgewezen of wanneer de bij parallelle distributie vereiste informatie moet worden gecontroleerd.

Een classificatie van de diensten en vergoedingen wordt opgenomen in een lijst die overeenkomstig artikel 11, lid 2, wordt opgesteld.”.

8)

In artikel 9 wordt de tweede alinea vervangen door:

„Er kan volledige of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van de in deze verordening bedoelde vergoedingen worden verleend, met name voor geneesmiddelen voor de behandeling van zeldzame ziekten of van ziekten bij minder gangbare diersoorten, voor de uitbreiding van een bestaande MRL tot andere diersoorten of voor geneesmiddelen die op basis van „compassionate use” worden verstrekt.

De precieze voorwaarden voor de toepassing van de volledige of gedeeltelijke vrijstelling worden overeenkomstig artikel 11, lid 2, vastgesteld.

De vergoeding die voor een advies over een geneesmiddel voor „compassionate use” verschuldigd is, wordt afgetrokken van de vergoeding die voor een aanvraag van een vergunning voor het in de handel brengen van hetzelfde geneesmiddel verschuldigd is, mits het om dezelfde aanvrager gaat.”.

9)

Artikel 10 wordt vervangen door:

„Artikel 10

Vervaldatum en opschorting van betaling

1.   De vergoedingen zijn verschuldigd op de datum van de administratieve validering van de aanvraag, tenzij dit in specifieke bepalingen anders is bepaald. Zij moeten worden betaald binnen 45 dagen na de datum waarop de aanvrager van de administratieve validering in kennis wordt gesteld. Zij worden voldaan in euro.

De jaarlijkse vergoeding is verschuldigd één jaar na de dag van kennisgeving van de beschikking tot verlening van de vergunning voor het in de handel brengen, en vervolgens telkens een jaar later. Zij moet binnen 45 dagen na de vervaldatum worden betaald. De jaarlijkse vergoeding heeft betrekking op het voorgaande jaar.

De inspectievergoeding moet binnen 45 dagen na de datum waarop de inspectie is uitgevoerd, worden betaald.

2.   De betaling van de vergoeding voor een aanvraag van een vergunning voor het in de handel brengen van een geneesmiddel dat bestemd is voor gebruik bij pandemieën bij de mens, wordt opgeschort totdat de pandemie is erkend door de Wereldgezondheidsorganisatie of door de Commissie in het kader van Beschikking nr. 2119/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 1998 tot oprichting van een netwerk voor epidemiologische surveillance en beheersing van overdraagbare ziekten in de Europese Gemeenschap (12). De betaling wordt maximaal vijf jaar opgeschort.

3.   Wanneer een krachtens deze verordening verschuldigde vergoeding op de vervaldatum niet is betaald, kan de directeur, onverminderd de bevoegdheid om in rechte op te treden die het Bureau krachtens artikel 71 van Verordening (EG) nr. 726/2004 is verleend, besluiten de gevraagde diensten niet te verrichten of alle diensten of lopende procedures tijdelijk te staken totdat de vergoeding, inclusief de rente overeenkomstig artikel 86 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (13), is betaald.

10)

In artikel 11 wordt lid 2 vervangen door:

„2.   Onverminderd het bepaalde in Verordening (EG) nr. 726/2004 kan de raad van beheer van het Bureau op voorstel van de directeur en na positief advies van de Commissie alle bepalingen vaststellen die voor de uitvoering van deze verordening noodzakelijk zijn. Die bepalingen worden voor het publiek beschikbaar gesteld.”.

11)

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

a)

De tweede alinea wordt vervangen door:

„Wijzigingen van de hoogte van de in deze verordening gespecificeerde vergoedingen worden echter volgens artikel 87, lid 2, van Verordening (EG) nr. 726/2004 vastgesteld, met uitzondering van de in de vijfde alinea bedoelde herziening”;

b)

de derde en de vierde alinea worden vervangen door:

„Uiterlijk op 24 november 2010 brengt de Commissie aan de Raad verslag uit over de uitvoering ervan; in dit verslag wordt nagegaan of een geschillenbeslechtingsprocedure in de verordening moet worden opgenomen.

Herzieningen van de vergoedingen worden gebaseerd op een evaluatie van de kosten van het Bureau en op de kosten van de door de lidstaten verrichte diensten. Die kosten worden berekend volgens algemeen erkende, internationale methoden, die overeenkomstig artikel 11, lid 2, worden vastgesteld.”;

c)

er wordt een vijfde alinea toegevoegd:

„De Commissie herziet jaarlijks de vergoedingen aan de hand van het in het Publicatieblad van de Europese Unie gepubliceerde inflatiecijfer en past deze aan; de nieuwe tarieven gaan telkens op 1 april in.”.

Artikel 2

Overgangsperiode

Deze verordening is niet van toepassing op geldige aanvragen die op 20 november 2005 in behandeling zijn.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 20 november 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 november 2005.

Voor de Raad

De voorzitster

T. JOWELL


(1)  PB L 35 van 15.2.1995, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 494/2003 van de Commissie (PB L 73 van 19.3.2003, blz. 6).

(2)  Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad.

(3)  PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1.

(4)  PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/28/EG (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 58).

(5)  PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/27/EG (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 34).

(6)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1518/2005 van de Commissie (PB L 244 van 20.9.2005, blz. 11).

(7)  PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1.”;

(8)  PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/27/EG (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 34).

(9)  PB L 159 van 27.6.2003, blz. 24.”;

(10)  PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/28/EG (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 58)”;

(11)  PB L 224 van 18.8.1990, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1518/2005 van de Commissie (PB L 244 van 20.9.2005, blz. 11).

(12)  PB L 268 van 3.10.1998, blz. 1. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(13)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1261/2005 (PB L 201 van 2.8.2005, blz. 3).”.


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/10


VERORDENING (EG) Nr. 1906/2005 VAN DE COMMISSIE

van 22 november 2005

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 23 november 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 november 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 22 november 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

56,5

204

39,3

999

47,9

0707 00 05

052

111,7

204

41,3

999

76,5

0709 90 70

052

110,5

204

75,4

999

93,0

0805 20 10

204

66,4

624

63,3

999

64,9

0805 20 30, 0805 20 50, 0805 20 70, 0805 20 90

052

67,2

624

95,2

999

81,2

0805 50 10

052

64,3

388

74,2

999

69,3

0808 10 80

388

73,8

400

109,6

404

93,5

512

132,0

720

49,3

800

141,8

999

100,0

0808 20 50

052

95,1

720

53,8

999

74,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/12


VERORDENING (EG) Nr. 1907/2005 VAN DE COMMISSIE

van 22 november 2005

betreffende de afgifte van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 35, lid 3, derde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1756/2005 van de Commissie (2) is een openbare inschrijving geopend en zijn de indicatieve eenheidsbedragen van de restitutie en de indicatieve hoeveelheden vastgesteld waarvoor uitvoercertificaten van het A3-stelsel worden aangevraagd.

(2)

Afhankelijk van de ingediende offertes moeten de maximale eenheidsbedragen van de restitutie worden vastgesteld, alsmede de afgiftepercentages voor de offertes waarin de maximumrestitutie wordt gevraagd.

(3)

Voor tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen, bedraagt de maximale restitutie die nodig is voor de toekenning van certificaten voor de totale indicatieve hoeveelheid, binnen de grenzen van de hoeveelheden waarvoor offertes zijn ingediend, niet meer dan anderhalf maal de indicatieve restitutie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De maximale eenheidsbedragen van de restituties en de afgiftepercentages voor tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen, in het kader van de bij Verordening (EG) nr. 1756/2005 geopende openbare inschrijving zijn vastgesteld in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 23 november 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 november 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 47/2003 van de Commissie (PB L 7 van 11.1.2003, blz. 64).

(2)  PB L 285 van 28.10.2005, blz. 3.


BIJLAGE

Afgifte van uitvoercertificaten van het A3-stelsel in de sector groenten en fruit (tomaten, sinaasappelen, citroenen, druiven voor tafelgebruik en appelen)

Product

Maximaal eenheidsbedrag van de restitutie

(EUR/t netto)

Afgiftepercentage voor de hoeveelheden waarvoor het maximale eenheidsbedrag van de restitutie wordt gevraagd

Tomaten

0

100 %

Sinaasappelen

53

100 %

Citroenen

70

100 %

Druiven voor tafelgebruik

0

100 %

Appelen

45

100 %


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Raad

23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/14


BESLUIT VAN DE RAAD

van 7 november 2005

betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

(2005/809/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 63, lid 3, onder b), in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, tweede zin, en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Commissie heeft namens de Europese Gemeenschap onderhandelingen gevoerd over een overeenkomst met de Republiek Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven.

(2)

De overeenkomst is, onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip, op 14 april 2005 namens de Europese Gemeenschap ondertekend overeenkomstig Besluit 2005/371/EG (2).

(3)

Deze overeenkomst dient te worden goedgekeurd.

(4)

Bij de overeenkomst wordt een Gemengd Comité van overname ingesteld, dat voor bepaalde technische aangelegenheden beslissingen met rechtskracht kan nemen. Het is daarom passend te voorzien in een vereenvoudigde procedure voor de vaststelling van communautaire standpunten in dergelijke gevallen.

(5)

Overeenkomstig artikel 3 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, heeft het Verenigd Koninkrijk laten weten dat het wenst deel te nemen aan de aanneming en toepassing van dit besluit.

(6)

Ierland neemt, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, niet deel aan de aanneming van dit besluit. Dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op Ierland.

(7)

Denemarken neemt, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, niet deel aan de aanneming van dit besluit. Dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op Denemarken,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven, en de daaraan gehechte verklaringen en bijlagen worden namens de Gemeenschap goedgekeurd (3).

Artikel 2

De voorzitter van de Raad verricht de in artikel 22, lid 2, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving (4).

Artikel 3

De Commissie, bijgestaan door deskundigen uit de lidstaten, vertegenwoordigt de Gemeenschap in het Gemengd Comité van Overname, ingesteld bij artikel 18 van de overeenkomst.

Artikel 4

Het standpunt dat de Gemeenschap in het Gemengd Comité van overname inneemt met betrekking tot de goedkeuring van zijn reglement van orde, zoals voorgeschreven in artikel 18, lid 5, van de overeenkomst, wordt door de Commissie bepaald na overleg met een door de Raad ingesteld bijzonder comité.

Voor alle andere besluiten van het Gemengd Comité van overname wordt het standpunt van de Gemeenschap door de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vastgesteld op voorstel van de Commissie.

Artikel 5

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 7 november 2005.

Voor de Raad

De voorzitter

J. STRAW


(1)  Nog niet verschenen in het Publicatieblad.

(2)  PB L 124 van 17.5.2005, blz. 21.

(3)  Zie PB L 124 van 17.5.2005, blz. 22, voor de tekst van de overeenkomst.

(4)  De datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst wordt door het secretariaat-generaal van de Raad bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/16


BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 14 november 2005

houdende benoeming van een lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité

(2005/810/EG, Euratom)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 259,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 167,

Gelet op Besluit 2002/758/EG, Euratom van de Raad van 17 september 2002 tot benoeming van de leden van het Economisch en Sociaal Comité voor de periode van 21 september 2002 tot en met 20 september 2006 (1),

Overwegende dat in voornoemd comité een vacature is ontstaan door het aftreden van de heer Claude CAMBUS, waarvan de Raad op 25 juli 2005 in kennis is gesteld,

Gezien de voordracht van de Franse regering,

Na raadpleging van de Commissie,

BESLUIT:

Artikel 1

De heer Georges LIAROKAPIS wordt benoemd tot lid van het Europees Economisch en Sociaal Comité, ter vervanging van de heer Claude CAMBUS, voor de verdere duur van diens ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 20 september 2006.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen.

Gedaan te Brussel, 14 november 2005.

Voor de Raad

De voorzitster

T. JOWELL


(1)  PB L 253 van 21.9.2002, blz. 9.


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/17


BESLUIT VAN DE RAAD

van 14 november 2005

houdende benoeming van een Italiaans lid en een Italiaanse plaatsvervanger in het Comité van de Regio's

(2005/811/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 263,

Gezien de voordracht van de Italiaanse regering,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 22 januari 2002 Besluit 2002/60/EG houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2002 tot en met 25 januari 2006 (1) vastgesteld.

(2)

Door het verstrijken van de ambtstermijn als vice-voorzitter van de Regionale Raad van de heer Luciano CAVERI, lid, is in het Comité van de Regio's een zetel van een lid vrijgekomen; door het aftreden van de heer Rosario CONDORELLI is in het Comité van de Regio's een zetel van een plaatsvervanger vrijgekomen,

BESLUIT:

Artikel 1

In het Comité van de Regio's worden de volgende personen benoemd voor het resterende deel van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2006:

a)

als lid:

de heer Luciano CAVERI

Presidente della Regione autonoma Valle d'Aosta

b)

als plaatsvervanger:

Rosario CONDORELLI

Assessore Comunale del Comune di Sant'Agata Li Battiati (Catania).

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen.

Gedaan te Brussel, 14 november 2005.

Voor de Raad

De voorzitster

T. JOWELL


(1)  PB L 24 van 26.1.2002, blz. 38.


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/18


BESLUIT VAN DE RAAD

van 14 november 2005

houdende benoeming van een Spaans lid van het Comité van de Regio's

(2005/812/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 263,

Gezien de voordracht van de Spaanse regering,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 22 januari 2002 heeft de Raad Besluit 2002/60/EG (1) aangenomen houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's voor de periode van 26 januari 2002 tot en met 25 januari 2006.

(2)

Door het verstrijken van de ambtstermijn van de heer Manuel FRAGA IRIBARNE, lid (ES), is in het Comité van de Regio's een zetel van lid vrijgekomen,

BESLUIT:

Artikel 1

Tot lid in het Comité van de Regio's wordt benoemd, voor de verdere duur van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2006

de heer Emilio PÉREZ TOURIÑO

Presidente de la Xunta de Galicia

ter vervanging van

de heer Manuel FRAGA IRIBARNE

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het wordt van kracht op de dag waarop het wordt aangenomen.

Gedaan te Brussel, 14 november 2005.

Voor de Raad

De voorzitster

T. JOWELL


(1)  PB L 24 van 26.1.2002, blz. 38.


Commissie

23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/19


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 15 november 2005

tot wijziging van de bijlagen I en II bij Beschikking 2002/308/EG tot vaststelling van de lijsten van erkende gebieden en erkende viskwekerijen ten aanzien van virale hemorragische septikemie (VHS), van infectieuze hematopoïetische necrose (IHN) of van beide visziekten

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 4394)

(Voor de EER relevante tekst)

(2005/813/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/67/EEG van de Raad van 28 januari 1991 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het in de handel brengen van aquicultuurdieren en aquicultuurproducten (1), en met name op de artikelen 5 en 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 2002/308/EG van de Commissie (2) zijn de lijsten van erkende gebieden en erkende bedrijven in niet-erkende gebieden ten aanzien van bepaalde visziekten vastgesteld.

(2)

Italië heeft voor bepaalde gebieden op zijn grondgebied de bewijsstukken overgelegd ter verkrijging van de status van erkend gebied ten aanzien van virale hemorragische septikemie (VHS) en infectieuze hematopoïetische necrose (IHN). Uit de verstrekte gegevens blijkt dat die gebieden aan de eisen van artikel 5 van Richtlijn 91/67/EEG voldoen. Bijgevolg kan aan die gebieden de status van erkend gebied worden verleend en moeten zij worden toegevoegd aan de lijst van erkende gebieden.

(3)

Finland heeft de bewijsstukken overgelegd ter verkrijging van de status van erkend gebied ten aanzien van virale hemorragische septikemie (VHS) en infectieuze hematopoïetische necrose (IHN) voor de delen van zijn grondgebied die niet vallen onder de speciale uitroeiingsmaatregelen naar aanleiding van de uitbraken van VHS in bepaalde kustgebieden. Na een vergadering tussen de diensten van de Commissie en vertegenwoordigers van Finland op 5 juli 2005 heeft Finland zijn aanvraag met betrekking tot VHS voor de kustgebieden ingetrokken. Uit de verstrekte gegevens blijkt dat wat IHN betreft, het hele Finse grondgebied en wat VHS betreft, de continentale delen van het Finse grondgebied voldoen aan de eisen van artikel 5 van Richtlijn 91/67/EEG. Bijgevolg kan aan deze delen van Finland de status van erkend gebied worden verleend en moeten zij worden toegevoegd aan de lijst van erkende gebieden.

(4)

Aangezien de bronnen van sommige Finse stroomgebieden in Rusland liggen, moet Finland nadat de status van erkend gebied is verleend, in die stroomgebieden een hoog niveau van bewaking handhaven overeenkomstig het bij Beschikking 2003/634/EG van de Commissie (3) goedgekeurde programma.

(5)

Oostenrijk, Frankrijk, Duitsland en Italië hebben voor bepaalde bedrijven op hun grondgebied de bewijsstukken overgelegd voor het verkrijgen van de status van erkend bedrijf in een niet-erkend gebied ten aanzien van VHS en IHN. Uit de verstrekte gegevens blijkt dat die bedrijven aan de eisen van artikel 6 van Richtlijn 91/67/EEG voldoen. Bijgevolg kan aan deze bedrijven de status van erkend bedrijf in een niet-erkend gebied worden verleend en moeten zij worden toegevoegd aan de lijst van erkende bedrijven.

(6)

Italië heeft gemeld dat er IHN is geconstateerd in twee bedrijven die tot dan toe als IHN-vrij werden beschouwd. Deze bedrijven zijn echter nog steeds VHS-vrij. Deze bedrijven mogen bijgevolg niet langer als IHN-vrij worden vermeld in Beschikking 2002/308/EG.

(7)

Beschikking 2002/308/EG moet dus dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Beschikking 2002/308/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

Bijlage I wordt vervangen door de tekst van bijlage I bij deze beschikking.

2)

Bijlage II wordt vervangen door de tekst van bijlage II bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 15 november 2005.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 46 van 19.2.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 806/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1).

(2)  PB L 106 van 23.4.2002, blz. 28. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/475/EG (PB L 176 van 8.7.2005, blz. 30).

(3)  PB L 220 van 3.9.2003, blz. 8. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/770/EG (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 33).


BIJLAGE I

„BIJLAGE I

TEN AANZIEN VAN DE VISZIEKTEN VIRALE HEMORRAGISCHE SEPTIKEMIE (VHS) EN INFECTIEUZE HEMATOPOÏETISCHE NECROSE (IHN) ERKENDE GEBIEDEN

1.A.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN (1) IN DENEMARKEN

Hansted Å

Hovmølle Å

Grenå

Treå

Alling Å

Kastbjerg

Villestrup Å

Korup Å

Sæby Å

Elling Å

Uggerby Å

Lindenborg Å

Øster Å

Hasseris Å

Binderup Å

Vidkær Å

Dybvad Å

Bjørnsholm Å

Trend Å

Lerkenfeld Å

Vester Å

Lønnerup med tilløb

Slette Å

Bredkær Bæk

Vandløb til Kilen

Resenkær Å

Klostermølle Å

Hvidbjerg Å

Knidals Å

Spang Å

Simested Å

Skals Å

Jordbro Å

Fåremølle Å

Flynder Å

Damhus Å

Karup Å

Gudenåen

Halkær Å

Storåen

Århus Å

Bygholm Å

Grejs Å

Ørum Å

1.B.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN DENEMARKEN

Denemarken (2)

2.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN DUITSLAND

2.1.   BADEN-WÜRTTEMBERG (3)

Isenburger Tal van de bron tot de loospijp van het bedrijf Falkenstein

De Eyach en zijn bijrivieren van de bron tot de eerste waterkering stroomafwaarts nabij Haigerloch

De Andelsbach en zijn bijrivieren van de bron tot de turbine nabij Krauchenwies

De Lauchert en zijn bijrivieren van de bron tot de turbine nabij Sigmaringendorf

De Grosse Lauter en zijn bijrivieren van de bron tot de eerste hindernis aan de waterval bij Lauterach

De Wolfegger Ach en zijn bijrivieren van de bron tot de eerste hindernis aan de waterval bij Baienfurth

Het stroomgebied van de Enz, bestaande uit de Grosse Enz, de Kleine Enz en de Eyach vanaf hun bron tot de onoverschrijdbare dam in het centrum van Neuenbürg

De Erms van de bron tot de onoverschrijdbare dam 200 m stroomafwaarts van het bedrijf Strobel, Anlage Seeburg

De Obere Nagold van de bron tot de onoverschrijdbare dam nabij Neumühle

3.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN SPANJE

3.1.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP ASTURIAS

Continentale gebieden

Alle stroomgebieden van Asturias

Kustgebieden

De hele kust van Asturias

3.2.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP GALICIA

Continentale gebieden

De stroomgebieden van Galicia:

met inbegrip van de stroomgebieden van de Eo, de Sil vanaf de bron in de provincie León, de Miño van de bron tot de dam van Frieira, en de Limia van de bron tot de dam „Das Conchas”

uitgezonderd het stroomgebied van de Tamega

Kustgebieden

Het kustgebied in Galicia van de monding van de Eo (Isla Pancha) tot Punta Picos (monding van de Miño)

3.3.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP ARAGÓN

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Ebro van de bron tot de dam van Mequinenza in de autonome gemeenschap Aragón

De Isuela van de bron tot de dam van Arguis

De Flúmen van de bron tot de dam van Santa María de Belsue

De Guatizalema van de bron tot de dam van Vadiello

De Cinca van de bron tot de dam van Grado

De Esera van de bron tot de dam van Barasona

De Noguera Ribagorzana van de bron tot de dam van Santa Ana

De Matarraña van de bron tot de dam van Aguas de Pena

De Pena van de bron tot de dam van Pena

De Guadalaviar-Turia van de bron tot de dam van de Generalísimo in de provincie Valencia

De Mijares van de bron tot de dam van Arenós in de provincie Castellón

De overige waterlopen van de autonome gemeenschap Aragón worden als buffergebied aangemerkt.

3.4.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP NAVARRA

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Ebro van de bron tot de dam van Mequinenza in de autonome gemeenschap Aragón

De Bidasoa van de bron tot de monding

De Leizarán van de bron tot de dam van Leizarán (Muga)

De overige waterlopen van de autonome gemeenschap Navarra worden als buffergebied aangemerkt.

3.5.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP CASTILLA Y LEÓN

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Ebro van de bron tot de dam van Mequinenza in de autonome gemeenschap Aragón

De Duero van de bron tot de dam van Aldeávila

De Sil

De Tiétar van de bron tot de dam van Rosarito

De Alberche van de bron tot de dam van Burguillo

De andere waterlopen in de autonome gemeenschap Castilla y León worden als buffergebied aangemerkt.

3.6.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP CANTABRIA

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Ebro van de bron tot de dam van Mequinenza in de autonome gemeenschap Aragón

De stroomgebieden van de volgende rivieren van de bron tot de monding in zee:

De Deva

De Nansa

De Saja-Besaya

De Pas-Pisueña

De Asón

De Agüera

De stroomgebieden van de Gandarillas, Escudo, Miera en Campiazo worden aangemerkt als buffergebied.

Kustgebieden

De gehele kust van Cantabria van de monding van de Deva tot de inham van Ontón

3.7.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP LA RIOJA

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Ebro van de bron tot de dam van Mequinenza in de autonome gemeenschap Aragón

3.8.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP CASTILLA-LA MANCHA

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Tajo van de bronnen tot de dam van Estremera

Het stroomgebied van de Tajuña van de bronnen tot de dam van La Tajera

Het stroomgebied van de Júcar van de bronnen tot de dam van La Toba

Het stroomgebied van de Cabriel van de bronnen tot de dam van Bujioso

4.A.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN FRANKRIJK

4.A.1.   ADOUR-GARONNE

Stroomgebieden

Het stroomgebied van de Charente

Het stroomgebied van de Seudre

De stroomgebieden van de kustrivieren van het Gironde-estuarium in het departement Charente-Maritime

De stroomgebieden van de Nive en de Nivelles (departement Pyrénées-Atlantiques)

Het stroomgebied van de Forges (departement Landes)

Het stroomgebied van de Dronne van de bronnen tot de dam van Eglisottes bij Monfourat (departement Dordogne)

Het stroomgebied van de Beauronne van de bronnen tot de dam van Faye (departement Dordogne)

Het stroomgebied van de Valouse van de bronnen tot de dam van Étang des Roches-Noires (departement Dordogne)

Het stroomgebied van de Paillasse van de bronnen tot de dam van Grand Forge (departement Gironde)

Het stroomgebied van de Ciron van de bronnen tot de dam van Moulin-de-Castaing (departementen Gironde en Lot-et-Garonne)

Het stroomgebied van de Petite Leyre van de bronnen tot de dam van Pont-de-l’Espine in Argelouse (departement Landes)

Het stroomgebied van de Pave van de bronnen tot de dam van Pave (departement Landes)

Het stroomgebied van de Escource van de bronnen tot de dam van Moulin-de-Barbe (departement Landes)

Het stroomgebied van de Geloux van de bronnen tot de dam D38 in Saint-Martin-d’Oney (departement Landes)

Het stroomgebied van de Estrigon van de bronnen tot de dam van Campet-et-Lamolère (departement Landes)

Het stroomgebied van de Estampon van de bronnen tot de dam van de Ancienne Minoterie in Roquefort (departement Landes)

Het stroomgebied van de Gélise van de bronnen tot de dam stroomafwaarts van de samenloop van de Gélise en de Osse (departementen Landes en Lot-et-Garonne)

Het stroomgebied van de Magescq van de bronnen tot de monding (departement Landes)

Het stroomgebied van de Luys van de bronnen tot de dam van Moulin d’Oro (departement Pyrénées-Atlantiques)

Het stroomgebied van de Neez van de bronnen tot de dam van Jurançon (departement Pyrénées-Atlantiques)

Het stroomgebied van de Beez van de bronnen tot de dam van Nay (departement Pyrénées-Atlantiques)

Het stroomgebied van de Gave-de-Cauterets van de bronnen tot de Calypso-dam van de centrale van Soulom (departement Hautes-Pyrénées)

Kustgebieden

De gehele Atlantische kust van de noordelijke grens van het departement Vendée tot de zuidelijke grens van het departement Charente-Maritime

4.A.2.   LOIRE-BRETAGNE

Continentale gebieden

Alle stroomgebieden van Bretagne, behalve die van de volgende rivieren:

De Vilaine

De benedenloop van de Élorn

Het stroomgebied van de Sèvre Niortaise

Het stroomgebied van de Lay

De volgende delen van het stroomgebied van de Vienne:

Het stroomgebied van de Vienne van de bron tot de dam van Châtellerault in het department Vienne

Het stroomgebied van de Gartempe van de bronnen tot de dam (met een rooster) van Saint Pierre de Maillé in het department Vienne

Het stroomgebied van de Creuse van de bron tot de dam van Bénavent in het department Indre

Het stroomgebied van de Suin van de bron tot de dam van Douadic in het department Indre

Het stroomgebied van de Claise van de bronnen tot de dam van Bossay-sur-Claise in het department Indre et Loire

Het stroomgebied van de moerassen van Velleches en van de Trois Moulins van de bronnen tot de Trois Moulins-dam in het department Vienne

De stroomgebieden van de Atlantische kustrivieren in het departement Vendée

Kustgebieden

De gehele Bretonse kust, behalve de volgende delen:

Rade de Brest

Anse de Camaret

Het kustgebied tussen de landtong van Trévignon en de monding van de Laïta

Het kustgebied tussen de monding van de Tohon en de departementsgrens

4.A.3.   SEINE-NORMANDIE

Continentale gebieden

Het stroomgebied van de Sélune

4.A.4.   AQUITAINE

Stroomgebieden

Het stroomgebied van de Vignac van de bron tot de dam van La Forge

Het stroomgebied van de Gouaneyre van de bron tot de dam van Maillières

Het stroomgebied van de Susselgue van de bron tot de dam van Susselgue

Het stroomgebied van de Luzou van de bron tot de dam bij de viskwekerij van Laluque

Het stroomgebied van de Gouadas van de bron tot de dam bij de Etang de la Glacière in Saint Vincent de Paul

Het stroomgebied van de Bayse van de bron tot de dam van de Moulin de Lartia et de Manobre

Het stroomgebied van de Rancez van de bronnen tot de dam in Rancez

Het stroomgebied van de Eyre van de bronnen tot het estuarium van Arcachon

Het stroomgebied van de Onesse van de bronnen tot het estuarium van de Courant de Contis

4.A.5.   MIDI-PYRÉNÉES

Stroomgebieden

Het stroomgebied van de Cernon van de bron tot de dam in Saint George de Luzençon

Het stroomgebied van de Dourdou van de bronnen van de Dourdou en de Grauzon tot de onoverschrijdbare dam in Vabres-l’Abbaye

4.A.6.   AIN

Het continentale gebied van de vijvers van de Dombes

4.B.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN IN FRANKRIJK

4.B.1.   LOIRE-BRETAGNE

Continentale gebieden

Het deel van het stroomgebied van de Loire bestaande uit het stroomgebied van de bovenloop van de Huisne van de bronnen van de waterlopen tot de dam van Ferté-Bernard

4.C.   IN FRANKRIJK TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN

4.C.1.   LOIRE-BRETAGNE

Continentale gebieden

De volgende delen van het stroomgebied van de Vienne:

Het stroomgebied van de Anglin van de bronnen tot de dam van:

EDF in Châtellerault op de Vienne, in het departement Vienne

Saint Pierre de Maillé op de Gartempe, in het departement Vienne

Bénavent op de Creuse, in het departement Indre

Douadic op de Suin, in het departement Indre

Bossay-sur-Claise op de Claise, in het departement Indre et Loire

5.A.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN IN IERLAND

Ierland (4), met uitzondering van Cape Clear Island

5.B.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN IERLAND

Ierland (5)

6.A.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN ITALIË

6.A.1.   REGIO TRENTINO-ALTO ADIGE, AUTONOME PROVINCIE TRENTO

Continentale gebieden

Gebied Val di Fiemme, Fassa e Cembra: het stroomgebied van de Avisio van de bron tot de dam van Serra San Geiorgio in de gemeente Giovo

Gebied Val delle Sorne: het stroomgebied van de Sorna van de bron tot de kunstmatige dam die wordt gevormd door de waterkrachtcentrale in Chizzola (Ala), vóór de plaats waar de Sorna uitmondt in de Adige

Gebied Torrente Adanà: het stroomgebied van de Adanà van de bron tot de dammen stroomafwaarts van het bedrijf Armani Cornelio-Lardaro

Gebied Rio Manes: het stroomgebied van de Rio Manes tot aan een waterval 200 meter stroomafwaarts van het bedrijf Troticoltura Giovanelli in La Zinquantina

Gebied Val di Ledro: het stroomgebied van de Massangla en de Ponale van de bronnen tot de waterkrachtcentrale in de gemeente Molina di Ledro

Gebied Valsugana: het stroomgebied van de Brenta van de bron tot de dam Marzotto te Mantincelli in de gemeente Grigno

Gebied Val del Fersina: het stroomgebied van de Fersina van de bron tot de waterval van Ponte Alto

6.A.2.   REGIO LOMBARDIA, PROVINCIE BRESCIA

Continentale gebieden

Gebied Ogliolo: het stroomgebied van de bron van de Ogliolo tot de waterval stroomafwaarts van het bedrijf Adamello, waar de Ogliolo samenvloeit met de Oglio

Gebied Fiume Caffaro: het stroomgebied van de Caffaro tot de dam 1 km stroomafwaarts van het bedrijf

Gebied Val Brembana: het stroomgebied van de Brembo van de bronnen tot de onoverschrijdbare dam in de gemeente Ponte San Pietro

6.A.3.   REGIO UMBRIA

Continentale gebieden

Fosso di Terrìa: het stroomgebied van de Terrìa van de bronnen tot de dam stroomafwaarts van het bedrijf Ditta Mountain Fish, waar de Terrìa samenvloeit met de Nera

6.A.4.   REGIO VENETO

Continentale gebieden

Gebied Belluno: het stroomgebied in de provincie Belluno van de bron van de Ardo tot de stroomafwaarts (vóór de plaats waar de Ardo samenvloeit met de Piave) gelegen dam van het bedrijf Centro Sperimentale di Acquacoltura in Valli di Bolzano Bellunese (Belluno)

6.A.5.   REGIO TOSCANA

Continentale gebieden

Gebied Valle del fiume Serchio: het stroomgebied van de Serchio van de bron tot de dam van Piaggione

Bacino del torrente Lucido: het stroomgebied van de Lucido van de bronnen tot de dam in Ponte del Bertoli

Bacino del torrente Osca: het stroomgebied van de Osca van de bronnen tot de dam stroomafwaarts van het bedrijf Il Giardino

6.A.6.   REGIO PIEMONTE

Continentale gebieden

Sorgenti della Gerbola: het deel van het stroomgebied van de Grana van de bronnen van Cavo C en Canale del Molino della Gerbala tot de dam stroomafwaarts van het bedrijf Azienda Agricola Canali Cavour S.S.

Bacino del Besante: het stroomgebied van de Besante van de bronnen tot de dam 500 m stroomafwaarts van het bedrijf Pastorino Giovanni

Valle di Duggia: de Duggia van de bronnen tot de dam 100 m stroomopwaarts van de brug op de weg tussen Varallo en Locarno

Gebied Rio Vardigoia: de Vardigoia van de bronnen tot de samenvloeiing met de Duggia stroomopwaarts van de dam van het erkende gebied Valle di Duggia

Gebied Sorgente dei Paschi: het stroomgebied van de Pesio van de bronnen tot de dam stroomafwaarts van het bedrijf Azienda dei Paschi

Gebied Stura Valgrande: het stroomgebied van de Stura Valgrande van de bronnen tot de dam stroomafwaarts van de viskwekerij Troticoltura delle Sorgenti

6.A.7.   REGIO EMILIA-ROMAGNA

Continentale gebieden

Bacino Fontanacce-Valdarno: het stroomgebied van de Fontanacce en de Valdarno van de bronnen tot de dam 100 m stroomafwaarts van de viskwekerij S.V.A. s.r.l.

6.B.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN IN ITALIË

6.B.1.   REGIO TRENTINO-ALTO ADIGE, AUTONOME PROVINCIE TRENTO

Continentale gebieden

Gebied Valle dei Laghi: het stroomgebied van de meren van San Massenza, Toblino en Cavedine tot de stroomafwaarts gelegen dam in het zuidelijke gedeelte van het meer van Cavedine dat naar de waterkrachtcentrale in de gemeente Torbole leidt

6.C.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN ITALIË

6.C.1.   REGIO UMBRIA, PROVINCIE PERUGIA

Gebied Lago Trasimeno: het Trasimeno-meer

6.C.2.   REGIO TRENTINO-ALTO ADIGE, AUTONOME PROVINCIE TRENTO

Gebied Val Rendena: het stroomgebied van de Sarca van de bron tot de dam van Oltresarca in de gemeente Villa Rendena

7.A.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN IN ZWEDEN

Zweden (6):

uitgezonderd het gebied van de westkust in een straal van 20 kilometer rond de viskwekerij op het eiland Björkö, alsmede de monding en het stroomgebied van de Göta en de Säve tot de eerste waterkering (respectievelijk bij Trollhättan en bij de ontvangpunten van het Aspenmeer)

7.B.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN ZWEDEN

Zweden (7).

8.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN HET VERENIGD KONINKRIJK, DE KANAALEILANDEN EN HET EILAND MAN

Groot-Brittannië (7)

Noord-Ierland (7)

Guernsey (7)

Het eiland Man (7).

9.A.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE GEBIEDEN IN FINLAND

Finland (8).

9.B.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE GEBIEDEN IN FINLAND

Finland (9).


(1)  De stroomgebieden en de daartoe behorende kustgebieden.

(2)  Dit omvat alle continentale gebieden en kustgebieden van het grondgebied.

(3)  Delen van stroomgebieden.

(4)  Dit omvat alle continentale gebieden en kustgebieden van het grondgebied.

(5)  De stroomgebieden en de daartoe behorende kustgebieden.

(6)  Dit omvat alle continentale gebieden en kustgebieden van het grondgebied.

(7)  Ibidem.

(8)  Alle continentale gebieden van het grondgebied.

(9)  Dit omvat alle continentale gebieden en kustgebieden van het grondgebied.”


BIJLAGE II

„BIJLAGE II

TEN AANZIEN VAN DE VISZIEKTEN VIRALE HEMORRAGISCHE SEPTIKEMIE (VHS) EN INFECTIEUZE HEMATOPOÏETISCHE NECROSE (IHN) ERKENDE VISKWEKERIJEN

1.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN BELGIË

1.

La Fontaine aux truites

B-6769 Gérouville

2.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN DENEMARKEN

1.

Vork Dambrug

DK-6040 Egtved

2.

Egebæk Dambrug

DK-6880 Tarm

3.

Bækkelund Dambrug

DK-6950 Ringkøbing

4.

Borups Geddeopdræt

DK-6950 Ringkøbing

5.

Bornholms Lakseklækkeri

DK-3730 Nexø

6.

Langes Dambrug

DK-6940 Lem St.

7.

Brænderigaardens Dambrug

DK-6971 Spjald

8.

Siglund Fiskeopdræt

DK-4780 Stege

9.

Ravning Fiskeri

DK-7182 Bredsten

10.

Ravnkær Dambrug

DK-7182 Bredsten

11.

Hulsig Dambrug

DK-7183 Randbøl

12.

Ligård Fiskeri

DK-7183 Randbøl

13.

Grønbjerglund Dambrug

DK-7183 Randbøl

14.

Danish Aquaculture

DK-6040 Egtved

3.A.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN DUITSLAND

3.A.1.   NIEDERSACHSEN

1.

Jochen Moeller

Fischzucht Harkenbleck

D-30966 Hemmingen-Harkenbleck

2.

Versuchsgut Relliehausen der Universität Göttingen

(hatchery only)

D-37586 Dassel

3.

Dr. R. Rosengarten

Forellenzucht Sieben Quellen

D-49124 Georgsmarienhütte

4.

Klaus Kröger

Fischzucht Klaus Kröger

D-21256 Handeloh Wörme

5.

Ingeborg Riggert-Schlumbohm

Forellenzucht W. Riggert

D-29465 Schnega

6.

Volker Buchtmann

Fischzucht Nordbach

D-21441 Garstedt

7.

Sven Kramer

Forellenzucht Kaierde

D-31073 Delligsen

8.

Hans-Peter Klusak

Fischzucht Grönegau

D-49328 Melle

9.

F. Feuerhake

Forellenzucht Rheden

D-31039 Rheden

10.

Horst Pöpke

Fischzucht Pöpke

Hauptstraße 14

D-21745 Hemmoor

3.A.2.   THÜRINGEN

1.

Firma Tautenhahn

D-98646 Trostadt

2.

Fischzucht Salza GmbH

D-99734 Nordhausen-Salza

3.

Fischzucht Kindelbrück GmbH

D-99638 Kindelbrück

4.

Reinhardt Strecker

Forellenzucht Orgelmühle

D-37351 Dingelstadt

3.A.3.   BADEN-WÜRTTEMBERG

1.

Heiner Feldmann

Riedlingen/Neufra

D-88630 Pfullendorf

2.

Walter Dietmayer

Forellenzucht Walter Dietmayer

Hettingen

D-72501 Gammertingen

3.

Heiner Feldmann

Bad Waldsee

D-88630 Pfullendorf

4.

Heiner Feldmann

Bergatreute

D-88630 Pfullendorf

5.

Oliver Fricke

Anlage Wuchzenhofen

Boschenmühle

D-87764 Mariasteinbach-Legau 131/2

6.

Peter Schmaus

Fischzucht Schmaus

Steinental

D-88410 Steinental/Hauerz

7.

Josef Schnetz

Fenkenmühle

D-88263 Horgenzell

8.

FalkoSteinhart

Quellwasseranlage Steinhart

Hettingen

D-72513 Hettingen

9.

Hugo Strobel

Quellwasseranlage Otterswang

Sägmühle

D-72505 Hausen am Andelsbach

10.

Reinhard Lenz

Forsthaus Gaimühle

D-64759 Sensbachtal

11.

Stephan Hofer

Sulzbach

D-78727 Aisteig/Oberndorf

12.

Stephan Hofer

Oberer Lautenbach

D-78727 Aisteig/Oberndorf

13.

Stephan Hofer

Unterer Lautenbach

D-78727 Aisteig/Oberndorf

14.

Stephan Hofer

Schelklingen

D-78727 Aistaig/Oberndorf

15.

Stephan Schuppert

Brutanlage: Obere Fischzucht

Mastanlage: Untere Fischzucht

D-88454 Unteressendorf

16.

Anton Jung

Brunnentobel

D-88299 Leutkirch/Hebrazhofen

17.

Peter Störk

Wagenhausen

D-88348 Saulgau

18.

Erwin Steinhart

Geislingen/St.

D-73312 Geislingen/St.

19.

Joachim Schindler

Forellenzucht Lohmühle

D-72275 Alpirsbach

20.

Georg Sohnius

Forellenzucht Sohnius

D-72160 Horb-Diessen

21.

Claus Lehr

Forellenzucht Reinerzau

D-72275 Alpirsbach-Reinerzau

22.

Hugo Hager

Bruthausanlage

D-88639 Walbertsweiler

23.

Hugo Hager

Waldanlage

D-88639 Walbertsweiler

24.

Gumpper und Stoll GmbH

Forellenhof Rössle

Honau

D-72805 Liechtenstein

25.

Hans Schmutz

Brutanlage 1, Brutanlage 2, Brut- und Setzlingsanlage 3 (Hausanlage)

D-89155 Erbach

26.

Wilhelm Drafehn

Obersimonswald

D-77960 Seelbach

27.

Wilhelm Drafehn

Brutanlage Seelbach

D-77960 Seelbach

28.

Franz Schwarz

Oberharmersbach

D-77784 Oberharmersbach

29.

Meinrad Nuber

Langenenslingen

D-88515 Langenenslingen

30.

Walter Dietmayer

Höhmühle

D-88353 Kisslegg

31.

Fischbrutanstalt des Landes Baden-Württemberg

Argenweg 50

D-88085 Langenargen

Anlage Osterhofen

32.

Kreissportfischereiverein Biberach

Warthausen

D-88400 Biberach

33.

Hans Schmutz

Gossenzugen

D-89155 Erbach

34.

Reinhard Rösch

Haigerach

D-77723 Gengenbach

35.

RainerTress

Unterlauchringen

D-79787 Unterlauchringen

36.

Andreas Tröndle

Tiefenstein

D-79774 Albbruck

37.

Andreas Tröndle

Unteralpfen

D-79774 Unteralpfen

38.

Stephan Hofer

Schenkenbach

D-78727 Aisteig/Oberndorf

39.

Heiner Feldmann

Bainders

D-88630 Pfullendorf

40.

Andreas Zordel

Fischzucht Im Gänsebrunnen

D-75305 Neuenbürg

41.

Thomas Fischböck

Forellenzucht am Kocherursprung

D-73447 Oberkochen

42.

Reinhold Bihler

Dorfstraße 22

D-88430 Rot a. d. Rot Haslach

Anlage: Einöde

43.

Josef Dürr

Forellenzucht Igersheim

D-97980 Bad Mergentheim

44.

Andreas Zordel

Anlage Berneck

D-72297 Seewald

45.

Fischzucht Anton Jung

Anlage Rohrsee

D-88353 Kisslegg

46.

Staatliches Forstamt Ravensburg

Anlage Karsee

D-88239 Wangen i. A.

47.

Simon Phillipson

Anlage Weissenbronnen

D-88364 Wolfegg

48.

Hans Klaiber

Anlage Bad Wildbad

D-75337 Enzklösterle

49.

Josef Hönig

Forellenzucht Hönig

D-76646 Bruchsal-Heidelsheim

50.

Werner Baur

Blitzenreute

D-88273 Fronreute-Blitzenreute

51.

Gerhard Weihmann

Mägerkingen

D-72574 Bad Urach-Seeburg

52.

Hubert Belser GBR

Dettingen

D-72401 Haigerloch-Gruol

53.

Staatliche Forstämter Ravensburg en Wangen

Altdorfer Wald

D-88214 Ravensburg

54.

Anton Jung

Bunkhoferweiher, Schanzwiesweiher en Häcklerweiher

D-88353 Kisslegg

55.

Hildegart Litke

Holzweiher

D-88480 Achstetten

56.

Werner Wägele

Ellerazhofer Weiher

D-88319 Aitrach

57.

Ernst Graf

Hatzenweiler

Osterbergstr. 8

D-88239 Wangen-Hatzenweiler

58.

Fischbrutanstalt des Landes Baden-Württemberg

Argenweg 50

D-88085 Langenargen

Anlage Obereisenbach

59.

Forellenzucht Kunzmann

Heinz Kunzmann

Unterer Steinweg 64

D-75438 Knittlingen

60.

Meinrad Nuber

Ochsenhausen

Obere Wiesen 1

D-88416 Ochsenhausen

61.

Bezirksfischereiverein Nagoldtal e.V.

Kentheim

Lange Steige 34

D-75365 Calw

62.

Bernd und Volker Fähnrich

Neumühle

D-88260 Ratzenried-Argenbühl

63.

Klaiber „An der Tierwiese”

Hans Klaiber

Rathausweg 7

D-75377 Enzklösterle

64.

Parey, Bittigkoffer — Unterreichenbach

Klaus Parey, Mörikeweg 17

D-75331 Engelsbran 2

65.

Farm Sauter

Anlage Pflegelberg

Gerhard Sauter

D-88239 Wangen-Pflegelberg 6

66.

Krattenmacher

Anlage Osterhofen

Krattenmacher, Hittelhofen Gasthaus

D-88339 Bad Waldsee

67.

Fähnrich

Anlage Argenmühle

D-88260 Ratzenried-Argenmühle

Bernd und Volker Fähnrich

Von Rütistraße

D-88339 Bad Waldsee

68.

Gumpper und Stoll

Anlage Unterhausen

Gumpper und Stoll GmbH und Co. KG

Heerstr. 20

D-72805 Lichtenstein-Honau

69.

Durach

Anlage Altann

Antonie Durach

Panoramastr. 23

D-88346 Wolfegg-Altann

70.

Städler

Anlage Raunsmühle

Paul Städler

Raunsmühle

D-88499 Riedlingen-Pfummern

71.

König

Anlage Erisdorf

Sigfried König

Helfenstr. 2/1

D-88499 Riedlingen-Neufra

72.

Forellenzucht Drafehn

Anlage Wittelbach

Wilhelm Drafehn

Schuttertalsstraße 1

D-77960 Seelbach-Wittelbach

73.

Wirth

Anlage Dengelshofen

Günther Wirth

D-88316 Isny-Dengelshofen 219

74.

Krämer, Bad Teinach

Sascha Krämer

Poststr. 11

D-75385 Bad Teinach-Zavelstein

75.

Muffler

Anlage Eigeltingen

Emil Muffler

Brielholzer Hof

D-78253 Eigeltingen

76.

Karpfenteichwirtschaft Mönchsroth

Karl Uhl Fischzucht

D-91614 Mönchsroth

77.

Krattenmacher

Anlage Dietmans

Krattenmacher, Hittelhofen Gasthaus

D-88339 Bad Waldsee

78.

Bruthaus Fischzucht

Anselm-Schneider

Dagmar Anselm-Schneider

Grabenköpfel 1

D-77743 Neuried

79.

Matthias Grassmann

Fischzucht Grassmann

Königsbach-Stein

3.A.4.   NORDRHEIN-WESTFALEN

1.

Wolfgang Lindhorst-Emme

Hirschquelle

D-33758 Schloss Holte-Stukenbrock

2.

Wolfgang Lindhorst-Emme

Am Oelbach

D-33758 Schloss Holte-Stukenbrock

3.

Hugo Rameil und Söhne

Sauerländer Forellenzucht

D-57368 Lennestadt-Gleierbrück

4.

Peter Horres

Ovenhausen, Jätzer Mühle

D-37671 Höxter

5.

Wolfgang Middendorf

Fischzuchtbetrieb Middendorf

D-46348 Raesfeld

6.

Michael und Guido Kamp

Lambacher Forellenzucht und Räucherei

Lambachtalstr. 58

D-51766 Engelskirchen-Oesinghausen

7.

Thomas Rameil

Broodhouse Am Gensenberg

Saalhauser Str. 8

D-57368 Lennestadt

3.A.5.   BAYERN

1.

Gerstner Peter

(Forellenzuchtbetrieb Juraquell)

Wellheim

D-97332 Volkach

2.

Werner Ruf

Fischzucht Wildbad

D-86925 Fuchstal-Leeder

3.

Rogg

Fisch Rogg

D-87751 Heimertingen

4.

Fischzucht Graf

Anlage D-87737 Reichau

Fischzucht Graf GbR

Engishausen 64

D-87743 Egg an der Günz

5.

Fischzucht Graf

Anlage D-87727 Klosterbeuren

Fischzucht Graf GbR

Engishausen 64

D-87743 Egg an der Günz

6.

Fischzucht Graf

Anlage D-87743 Egg an der Günz

Fischzucht Graf GbR

Engishausen 64

D-87743 Egg an der Günz

7.

Anlage Am Großen Dürrmaul

D-95671 Bärnau

Andreas Rösch

Am großen Dürrmaul 2

D-95671 Bärnau

8.

Andreas Hofer

Anlage D-84524 Mitterhausen

Andreas Hofer

Vils 6

D-84149 Velden

9.

Fischzucht Graf

Anlage D-87743 Engishausen I

Fischzucht Graf GbR

Engishausen 64

D-87743 Egg an der Günz

10.

Fischzucht Graf

Anlage D-87743 Engishausen II

Fischzucht Graf GbR

Engishausen 64

D-87743 Egg an der Günz

3.A.6.   SACHSEN

1.

Anglerverband Südsachsen „Mulde/Elster” e.V.

Forellenanlage Schlettau

D-09487 Schlettau

2.

H. und G. Ermisch GbR

Forellen- und Lachszucht

D-01844 Langburkersdorf

3.

Teichwirtschaft Weissig

Helga Bräuer

Am Teichhaus 1

D-01920 Ossling OT Weissig

4.

Teichwirtschaft Zeisholz

Hagen Haedicke

Grüner Weg 39

D-01936 Schwepnitz OT Grüngräbchen

3.A.7.   HESSEN

1.

Hermann Rameil

Fischzuchtbetriebe Hermann Rameil

D-34311 Naumburg OT Altendorf

3.A.8.   SCHLESWIG-HOLSTEIN

1.

Hubert Mertin

Forellenzucht Mertin

Mühlenweg 6

D-24247 Roderbek

3.B.   TEN AANZIEN VAN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN DUITSLAND

3.B.1.   THÜRINGEN

1.

Thüringer Forstamt Leinefelde

Fischzucht Worbis

D-37327 Leinefelde

4.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN SPANJE

4.1.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP ARAGÓN

1.

Truchas del Prado

located in Alcalá de Ebro, Province of Zaragoza

4.2.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP ANDALUCIA

1.

Piscifactoria de Riodulce

D. Julio Domezain Fran. „Piscifactoria de Sierra Nevada S.L.”

Camino de la Piscifactoria no 2. Loja, Granada.

E-18313

2.

Piscifactoria de Manzanil

D. Julio Domezain Fran. „Piscifactoria de Sierra Nevada S.L.”

Camino de la Piscifactoria no 2. Loja, Granada.

E-18313

4.3.   REGIO: AUTONOME GEMEENSCHAP CASTILLA-LA MANCHA

1.

Piscifactoria Rincón de Uña

Junta de Comunidades de Castilla-La-Mancha

S191100ID, Delegación de Medio Ambiente.

C/ Colón no 2.

Cuenca E-16071 V-16-219-094

5.A.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN FRANKRIJK

5.A.1.   ADOUR-GARONNE

1.

Pisciculture de Sarrance

F-64490 Sarrance (Pyrénées-Atlantiques)

2.

Pisciculture des Sources

F-12540 Cornus (Aveyron)

3.

Pisciculture de Pissos

F-40410 Pissos (Landes)

4.

Pisciculture de Tambareau

F-40000 Mont-de-Marsan (Landes)

5.

Pisciculture „Les Fontaines d’Escot”

F-64490 Escot (Pyrénées Atlantiques)

6.

Pisciculture de la Forge

F-47700 Casteljaloux (Lot-et-Garonne)

5.A.2.   ARTOIS-PICARDIE

1.

Pisciculture du Moulin du Roy

F-62156 Rémy (Pas-de-Calais)

2.

Pisciculture du Bléquin

F-62380 Séninghem (Pas-de-Calais)

3.

Pisciculture de Earls Feldmann

F-76340 Hodeng-au-Bosc

F-80580 Bray-les-Mareuil

4.

Pisciculture Bonnelle à Ponthoile

Bonnelle 80133 Ponthoile

M. Sohier

26 rue George Deray

F-80100 Abeville

5.

Pisciculture Bretel à Gezaincourt

Bretel 80600 Gezaincourt-Doulens

M. Sohier

26 rue George Deray

F-80100 Abeville

6.

Pisciculture de Moulin-Est

Earl Pisciculture Gobert

18 rue Pierre à l’huile

F-80150 Machiel

5.A.3.   AQUITAINE

1.

SARL Salmoniculture de la Ponte — Station d’alevinage du Ruisseau Blanc

Le Meysout

F-40120 Aure

2.

L’EPST-INRA Pisciculture à Lees-Athas

Saillet et Esquit

F-64490 Lees-Athas

INRA — BP-3

F-64310 Saint-Pee-sur-Nivelle

3.

Truites de haut Baretous

Route de la Pierre-Saint-Martin

F-64570 Arette

reg 64040154

Mme Françoise Estournes

Maison Ménin

F-64570 Aramits

5.A.4.   DRÔME

1.

Pisciculture „Sources de la Fabrique”

40 chemin de Robinson

F-26000 Valence

2.

Pisciculture Font Rome

F-26400 Beaufort-sur-Gervanne

Pisciculture Font Rome

Chemin des Îles — BP 25

F-07200 Aubenas

5.A.5.   HAUTE-NORMANDIE

1.

Pisciculture des Godeliers

F-27210 Le Torpt

2.

Pisciculture fédérale de Sainte-Gertrude

F-76490 Maulevrier

Fédération des associations pour la pêche et la protection du milieu aquatique de Seine-Maritime

F-76490 Maulevrier

5.A.6.   LOIRE-BRETAGNE

1.

SCEA „Truites du lac de Cartravers”

Bois-Boscher

F-22460 Merleac (Côtes d’Armor)

2.

Pisciculture du Thélohier

F-35190 Cardroc (Ille-et-Vilaine)

3.

Pisciculture de Plainville

F-28400 Marolles-les-Buis (Eure-et-Loir)

4.

Pisciculture Rémon à Parné-sur-Roc

SARL Remon

21 rue de la Véquerie

F-53260 Parné-sur-Roc (Mayenne)

5.

Esosiculture de Feins

Étang aux Moines

F-5440 Feins

AAPPMA

9 rue Kerautret Botmel

F-35200 Rennes

5.A.7.   RHIN-MEUSE

1.

Pisciculture du ruisseau de Dompierre

F-55300 Lacroix-sur-Meuse (Meuse)

2.

Pisciculture de la source de la Deüe

F-55500 Cousances-aux-Bois (Meuse)

5.A.8.   RHONE-MEDITERRANÉE-CORSE

1.

Pisciculture Charles Murgat

Les Fontaines

F-38270 Beaufort (Isère)

5.A.9.   SEINE-NORMANDIE

1.

Pisciculture du Vaucheron

F-55130 Gondrecourt-le-Château (Meuse)

5.A.10.   LANGUEDOC ROUSSILLON

1.

Pisciculture de Pêcher

F-48400 Florac

Fédération de la Lozère pour la pêche et la protection du milieu aquatique

F-48400 Florac

5.A.11.   MIDI-PYRÉNÉES

1.

Pisciculture de la source du Durzon

SCEA Pisciculture du mas de pommiers

F-12230 Nant

5.A.12.   ALPES MARITIME

1.

Centre Piscicole de Roquebilière

F-06450 Roquebilière

Fédération des Alpes-Maritimes pour et la pêche et la protection du milieu aquatique

F-06450 Roquebilière

5.A.13.   HAUTES ALPES

1.

Pisciculture fédérale de La-Roche-de-Rame

Pisciculture fédérale

F-05310 La-Roche-de-Rame

5.A.14.   RHONE-ALPES

1.

Pisciculture Petit Ronjon

M. Dannancier Pascal

F-01270 Cormoz

2.

Gaec Piscicole de Teppe

Gaec Piscicole de Teppe

731 chemin de Jouffray

F-01310 Polliat

5.A.15.   LOZÈRE

1.

Ferme aquacole de la source de Frézal

Site aquacole chemin de Fraissinet

F-48500 La Canourgue

Lycée d’enseignement général et technologique agricole — Ministère de l’agriculture de la pêche et de l’alimentation

5.A.16.   ARDÈCHE

1.

Pisciculture Font Rome

Chemin des Îles — BP 25

F-07200 Aubenas

Pisciculture Font Rome

Chemin des Îles — BP 25

F-07200 Aubenas

5.B.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE VISKWEKERIJEN IN FRANKRIJK

5.B.1.   ARTOIS-PICARDIE

1.

Pisciculture de Sangheen

F-62102 Calais (Pas-de-Calais)

6.A.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN ITALIË

6.A.1.   REGIO: FRIULI-VENEZIA GIULIA

Stroomgebied van de Stella

1.

Azienda ittica agricola Collavini Mario

N. I096UD005

Via Tiepolo 12

I-33032 Bertiolo (UD)

2.

Impianto ittigenico de Flambro de Talmassons

Ente tutela pesca del Friuli Venezia Giulia

Via Colugna 3

I-33100 Udine

Stroomgebied van de Tagliamento

3.

Impianto ittiogenico di Forni di Sotto

Ente tutela pesca del Friuli Venezia Giulia

Via Colugna 3

I-33100 Udine

4.

Impianto di Grauzaria di Moggio Udinese

Ente tutela pesca del Friuli Venezia Giulia

Via Colugna 3

I-33100 Udine

5.

Impianto ittiogenico di Amaro

Ente tutela pesca del Friuli Venezia Giulia

Via Colugna 3

I-33100 Udine

6.

Impianto ittiogenico di Somplago — Mena di Cavazzo Carnico

Ente tutela pesca del Friuli Venezia Giulia

Via Colugna 3

I-33100 Udine

Stroomgebied van de Bianco

7.

S.A.I.S. srl

Loc. Blasis Codropio (UD)

Cod. I027UD001

Mirella Fossaluzza

Via Rot 6/2

I-33080 Zoppola (PN)

Stroomgebied van de Muje

8.

S.A.I.S. srl

Poffabro-Frisanco (PN)

Mirella Fossaluzza

Via Rot 6/2

I-33080 Zoppola (PN)

6.A.2.   AUTONOME PROVINCIE TRENTO

Stroomgebied van de Noce

1.

Ass. Pescatori Solandri (Loc. Fucine)

Cavizzana

2.

Troticoltura di Grossi Roberto

N. 121TN010

Grossi Roberto

Via Molini 11

Monoclassico (TN)

Stroomgebied van de Brenta

3.

Campestrin Giovanni

Telve Valsugana (Fontane)

4.

Ittica Resenzola Serafini

Grigno

5.

Ittica Resenzola Selva

Grigno

6.

Leonardi F.lli

Levico Terme (S. Giuliana)

7.

Dellai Giuseppe-Trot. Valsugana

Grigno (Fontana Secca, Maso Puele)

8.

Cappello Paolo

Via Zacconi 21

Loc. Maso Fontane, Roncegno

Stroomgebied van de Adige

9.

Celva Remo

Pomarolo

10.

Margonar Domenico

Ala (Pilcante)

11.

Degiuli Pasquale

Mattarello (Regole)

12.

Tamanini Livio

Vigolo Vattaro)

13.

Troticultura Istituto Agrario di S. Michele a/A.

S. Michele all’Adige

Stroomgebied van de Sarca

14.

Ass. Pescatori Basso Sarca

Ragoli (Pez)

15.

Stab. Giudicariese La Mola

Tione (Delizia d’Ombra)

16.

Azienda Agricola La Sorgente s.s.

Tione (Saone)

17.

Fonti del Dal s.s.

Lomaso (Dasindo)

18.

Comfish srl (ex. Paletti)

Preore (Molina)

19.

Ass. Pescatori Basso Sarca

Tenno (Pranzo)

20.

Troticultura „La Fiana”

Di Valenti Claudio (Bondo)

6.A.3.   REGIO: UMBRIA

Vallei van de Nera

1.

Impianto Ittogenico provinciale

Loc Ponte di Cerreto di Spoleto (PG) — Public Plant (Province of Perugia)

6.A.4.   REGIO: VENETO

Stroomgebied van de Astico

1.

Centro Ittico Valdastico

Valdastico (Veneto, Province of Vicenza)

Stroomgebied van de Lietta

2.

Azienda Agricola Lietta srl

N. 052TV074

Via Rai 3

I-31010 Ormelle (TV)

Stroomgebied van de Bacchiglione

3.

Azienda Agricola Troticoltura Grosselle Massimo

N. 091VI831

Massimo Grosselle

Via Palmirona 18

Sandrigo (VI)

4.

Biasia Luigi

N. 013VI831

Biasia Luigi

Via Ca’ D’Oro 25

Bolzano Vic (VI)

Stroomgebied van de Brenta

5.

Polo Guerrino

Via S. Martino 51

Loc. Campese

I-36061 Bassano del Grappa

Polo Guerrino

Via Tre Case 4

I-36056 Tezze sul Brenta

De Tione in Fattolé

6.

Piscicoltura Menozzi di Franco e Davide Menozzi S.S.

Davide Menozzi

Via Mazzini 32

Bonferraro de Sorga

Stroomgebied van de Tartaro/Tioner

7.

Stanzial Eneide

Loc. Casotto

Stanzial Eneide

I-37063 Isola Della Scala VR

De Celarda

8.

Vincheto di Celarda

021 BL 282

M.I.P.A. via Gregorio XVI, n. 8

I-32100 Belluno

De Molini

9.

Azienda Agricoltura Troticoltura Rio Molini

Azienda Agricoltura Troticoltura Rio Molini

Via Molini 6

I-37020 Brentino Belluno

6.A.5.   REGIO: VALLE D’AOSTA

Stroomgebied van de Dora Baltea

1.

Stabilimento ittiogenico regionale

Rue Mont Blanc 14, Morgex (AO)

6.A.6.   REGIO: LOMBARDIA

1.

Azienda Troticoltura Foglio A.s.s.

Troticoltura Foglio Angelo S.S.

Piazza Marconi 3

I-25072 Bagolino

2.

Azienda Agricola Pisani Dossi

Cascina Oldani, Cisliano (MI)

Giorgio Peterlongo

Via Veneto 20 — Milano

3.

Centro ittiogenico Unione Pesca Sportiva della Provincia di Sondrio

Unione Pesca Sportiva della Provincia di Sondrio

Via Fiume 85, Sondrio

4.

Ittica Acquasarga

Allevamento Piscicoltura

Valsassinese

IT070LC087

Mirella Fossaluzza

Via Rot 6/2

Zoppola (PN)

6.A.7.   REGIO: TOSCANA

Stroomgebied van de Maresca

1.

Allevamento trote di Petrolini Marcello

Petrolini Marcello

Via Mulino Vecchio 229

Maresca — S. Marcello P.se (PT)

2.

Azienda agricola Fratelli Mascalchi

Loc Carda, Castel Focognano (AR)

Cod. IT008AR003

Fratelli Mascalchi

Loc. Carda

Castel Focognano (AR)

6.A.8.   REGIO: LIGURIA

1.

Incubatoio Ittico provinciale — Masone Loc. Rio Freddo

Provincia di Genova

Piazzale Mazzini 2

I-16100 Genova

6.A.9.   REGIO: PIEMONTE

1.

Incubatoio Ittico de valle de Peleussieres

Oulx (TO)

Cod. 175 TO 802

Associazone Pescatori Valsusa

Via Martiri della Libertà 1

I-10040 Caprie (TO)

2.

Azienda agricola Canali Cavour di Lucio Fariano

Lucio Fariano

Via Marino 8

I-12044 Centallo (CN)

3.

Troticoltura Marco Borroni

Loc. Gerb

Veldieri (CN)

Cod. 233 CN 800

Marco Borroni

Via Piave 39

I-12044 Centallo (CN)

4.

Incubatoio ittico di valle

Loc. Cascina Prelle

Traversella (TO)

278 TO 802

 

5.

Azienda Agricola „San Biagio”

Fraz. S. Biagio

I-12084 Mondovì

Cod. 130 CN 801

Revelli delia

Via Roma 36

I-12040 Margarita

Cuneo

6.A.10.   REGIO: ABRUZZO

1.

Impianti ittiogenici di POPOLI (PE) Loc. S. Callisto

Nouva Azzurro SpA

Viale del Lavoro 45

S. Martino BA (VR)

6.A.11.   REGIO: EMILIA-ROMAGNA

1.

Troticoltura Alta Val Secchia srl (RE)

Via Porali 1/A — Collagna (RE)

Cod. 019RE050

Nicoletta Bestini

Via Porali 1/A

Collagna (RE)

6.A.12.   REGIO: BASILICATA

1.

Assunta Brancati

Contrada Piano del Greco 1

I-85050 Tito (PZ)

Cod. IT089PZ185/I

Assunta Brancati

Via Tirreno 19

I-85100 Potenza

6.A.13.   REGIO: CAMPANIA

1.

Ittica Fasanella

Sant’Angelo a Fasanella

Loc. Fiume (SA)

Cod. 128SA077

Società cooperative

Ittica Fasanella

Sant’Angelo a Fasanella

Loc. Fiume (SA)

6.B.   TEN AANZIEN VAN VHS ERKENDE VISKWEKERIJEN IN ITALIË

6.B.1.   REGIO: FRIULI-VENEZIA GIULIA

Stroomgebied van de Tagliamento

1.

SGM srl

SGM srl

Via Mulino del Cucco 38

Rivoli di Osoppo (UD)

6.B.2.   REGIO: VENETO

De Sile

1.

Azienda Troticoltura S. Cristina

Via Chiesa Vecchia 14

Loc. S. Cristina di Quinto

Cod. 064TV015

Azienda Troticoltura S. Cristina

Via Chiesa Vecchia 14

7.   TEN AANZIEN VAN VHS EN IHN ERKENDE VISKWEKERIJEN IN OOSTENRIJK

1.

Alois Köttl

Forellenzucht Alois Köttl

A-4872 Neukirchen a. d. Vöckla

2.

Herbert Böck

Forellenhof Kaumberg

A-2572 Kaumberg, Höfnergraben 1

3.

Forellenzucht Glück

Erick und Sylvia Glück

Hammerweg 13

A-5270 Mauerkirchen

4.

Forellenzuchtbetrieb

St Florian

Martin Ebner

St. Florian 20

A-5261 Uttendorf

5.

Forellenzucht Jobst

Alois Jobst

Bruggen 25

A-9761 Greifenburg

6.

Fischzuchtbetrieb Kölbl

Erwin Kölbl

A-8812 Maria Hof

Standort Gemeinde St Blasen”


23.11.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 304/46


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 18 november 2005

tot vaststelling van invoerbesluiten van de Gemeenschap voor bepaalde chemische stoffen krachtens Verordening (EG) nr. 304/2003 van het Europees Parlement en de Raad en houdende wijziging van Besluit 2000/657/EG

(Voor de EER relevante tekst)

(2005/814/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 304/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (1), en met name op artikel 12, lid 1, eerste alinea,

Na raadpleging van het bij artikel 29 van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen (2) ingestelde comité,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens Verordening (EG) nr. 304/2003 moet de Commissie voor elke aan de PIC-procedure (procedure van voorafgaande geïnformeerde toestemming) onderworpen chemische stof namens de Gemeenschap besluiten of de invoer daarvan in de Gemeenschap al dan niet wordt toegestaan.

(2)

Het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) en de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) zijn aangewezen om secretariaatsdiensten te verrichten voor het functioneren van de PIC-procedure die is vastgesteld bij het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande geïnformeerde toestemming (PIC) ten aanzien van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel, dat namens de Gemeenschap is goedgekeurd bij Besluit 2003/106/EG van de Raad (3).

(3)

De Commissie, die optreedt als gemeenschappelijk aangewezen autoriteit, moet namens de Gemeenschap en haar lidstaten de besluiten betreffende chemische stoffen aan het secretariaat van het Verdrag toezenden.

(4)

De chemische stoffen tetraethyllood en tetramethyllood zijn als industriechemicaliën in de PIC-procedure opgenomen. De Commissie heeft over beide stoffen informatie ontvangen in de vorm van één leidraad voor een besluit. Beide chemische stoffen zijn op communautair niveau aan strenge beperkingen onderworpen, aangezien het gebruik daarvan als antiklopmiddel in benzine bij Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG van de Raad (4) met enkele kleine uitzonderingen is verboden. Derhalve dient een invoerbesluit te worden genomen.

(5)

De chemische stof parathion is ook in de PIC-procedure opgenomen, en wel als pesticide. De Commissie heeft over deze stof informatie van het secretariaat ontvangen in de vorm van een leidraad voor een besluit.

(6)

Parathion valt binnen de werkingssfeer van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (5). Bij Beschikking 2001/520/EG van de Commissie van 9 juli 2001 betreffende de niet-opneming van parathion in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (6) is parathion van bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG uitgesloten en de toelatingen voor parathion bevattende gewasbeschermingsmiddelen moesten uiterlijk op 8 januari 2002 worden ingetrokken. Parathion werd voorheen in de interim-PIC procedure opgenomen voorzover bepaalde zeer gevaarlijke, parathion bevattende pesticideformuleringen in bijlage III bij het Verdrag werden opgenomen, hetgeen tot uiting komt in het antwoordformulier in de bijlage bij Besluit 2000/657/EG van de Commissie van 16 oktober 2000 tot vaststelling van invoerbesluiten van de Gemeenschap voor bepaalde chemische stoffen krachtens Verordening (EEG) nr. 2455/92 van de Raad betreffende de in- en uitvoer van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen (7). De vermelding voor parathion in bijlage III bij het Verdrag moet worden vervangen door een vermelding voor parathion in elke vorm. Derhalve dient een nieuw invoerbesluit te worden genomen.

(7)

Besluit 2000/657/EG dient derhalve te worden gewijzigd,

BESLUIT:

Artikel 1

1.   Het invoerbesluit betreffende de chemische stof tetraethyllood dat is opgenomen in het formulier voor het antwoord van het land van invoer in bijlage I, wordt vastgesteld.

2.   Het invoerbesluit betreffende de chemische stof tetramethyllood dat is opgenomen in het formulier voor het antwoord van het land van invoer in bijlage II, wordt vastgesteld.

Artikel 2

Het in de bijlage bij Besluit 2000/657/EG opgenomen invoerbesluit betreffende parathion wordt vervangen door het invoerbesluit dat is opgenomen in het formulier voor het antwoord van het land van invoer in bijlage III bij het onderhavige besluit.

Gedaan te Brussel, 18 november 2005.

Voor de Commissie

Stavros DIMAS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 63 van 6.3.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 775/2004 van de Commissie (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 27).

(2)  PB 196 van 16.8.1967, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/73/EG van de Commissie (PB L 152 van 30.4.2004, blz. 1).

(3)  PB L 63 van 6.3.2003, blz. 27.

(4)  PB L 350 van 28.12.1998, blz. 58. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(5)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2005/34/EG (PB L 125 van 18.5.2005, blz. 5).

(6)  PB L 187 van 10.7.2001, blz. 47.

(7)  PB L 275 van 27.10.2000, blz. 44. Besluit laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2005/416/EG (PB L 147 van 10.6.2005, blz. 1).


BIJLAGE I

INVOERBESLUIT VOOR DE CHEMISCHE STOF TETRAETHYLLOOD

Image

Image

Image

Image


BIJLAGE II

INVOERBESLUIT VOOR DE CHEMISCHE STOF TETRAMETHYLLOOD

Image

Image

Image

Image


BIJLAGE III

INVOERBESLUIT VOOR DE CHEMISCHE STOF PARATHION

Image

Image

Image

Image