ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 241

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

48e jaargang
17 september 2005


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

 

Verordening (EG) nr. 1503/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 1504/2005 van de Commissie van 15 september 2005 tot vaststelling van een verbod op de visserij op kabeljauw in ICES-deelgebied I en ICES-sector II b door vaartuigen die de vlag van Portugal voeren

3

 

 

Verordening (EG) nr. 1505/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de minimumverkoopprijzen voor boter die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

5

 

 

Verordening (EG) nr. 1506/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de maximumbedragen van de steun voor room, boter en boterconcentraat die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

7

 

 

Verordening (EG) nr. 1507/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de minimumverkoopprijs voor boter voor de 26e bijzondere inschrijving in het kader van de permanente openbare inschrijving als bedoeld in Verordening (EG) nr. 2771/1999

9

 

 

Verordening (EG) nr. 1508/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de minimumverkoopprijs van magere melkpoeder voor de 89e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2799/1999 bedoelde permanente verkoop bij inschrijving

10

 

 

Verordening (EG) nr. 1509/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van het maximumbedrag van de steun voor boterconcentraat voor de 342e bijzondere inschrijving die wordt gehouden in het kader van de permanente verkoop bij inschrijving als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 429/90

11

 

 

Verordening (EG) nr. 1510/2005 van de Commissie van 16 september 2005 betreffende de afgifte van invoercertificaten van rijst van oorsprong uit de ACS-staten en de LGO, die in de eerste vijf werkdagen van september 2005 op grond van Verordening (EG) nr. 638/2003 zijn aangevraagd

12

 

 

Verordening (EG) nr. 1511/2005 van de Commissie van 16 september 2005 betreffende de afgifte van invoercertificaten voor rijst van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen

14

 

*

Verordening (EG) nr. 1512/2005 van de Commissie van 15 september 2005 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 753/2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten

15

 

*

Verordening (EG) nr. 1513/2005 van de Commissie van 16 september 2005 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 174/1999 tot vaststelling van de specifieke uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad inzake de uitvoercertificaten en de uitvoerrestituties in de sector melk en zuivelproducten

45

 

 

Verordening (EG) nr. 1514/2005 van de Commissie van 16 september 2005 tot wijziging van de vanaf 17 september 2005 geldende invoerrechten in de sector granen

48

 

*

Richtlijn 2005/53/EG van de Commissie van 16 september 2005 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide en thiofanaat-methyl op te nemen als werkzame stof ( 1 )

51

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Raad

 

*

Besluit Darfur/1/2005 van het Politiek en Veiligheidscomité van 29 juli 2005 tot benoeming van de militair adviseur van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Soedan

57

 

*

Besluit Darfur/2/2005 van het Politiek en Veiligheidscomité van 29 juli 2005 tot benoeming van het hoofd van het EU-politieteam/de politieadviseur van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Soedan

58

 

 

Commissie

 

*

Beschikking van de Commissie van 8 september 2004 betreffende de steunregeling die Italië ten uitvoer heeft gelegd in de vorm van een belastingkrediet ten behoeve van investeringen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2638)  ( 1 )

59

 

*

Beschikking van de Commissie van 14 september 2005 tot wijziging van Beschikking 2004/233/EG wat betreft de lijst van laboratoria die gemachtigd zijn om de doelmatigheid van antirabiësvaccinatie bij sommige als huisdier gehouden carnivoren te controleren (Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 3444)  ( 1 )

63

 

*

Beschikking van de Commissie van 15 september 2005 tot wijziging van aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003 wat bepaalde inrichtingen in de vlees-, melk- en visserijsector in Litouwen betreft (Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 3441)  ( 1 )

64

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/1


VERORDENING (EG) Nr. 1503/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 386/2005 (PB L 62 van 9.3.2005, blz. 3).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0702 00 00

052

34,7

096

17,8

204

49,2

999

33,9

0707 00 05

052

72,1

096

25,9

999

49,0

0709 90 70

052

74,0

999

74,0

0805 50 10

388

69,1

524

61,8

528

64,6

999

65,2

0806 10 10

052

78,1

212

105,3

220

193,2

624

133,0

999

127,4

0808 10 80

388

77,5

400

83,1

508

33,3

512

88,6

528

22,7

720

49,5

800

136,7

804

73,8

999

70,7

0808 20 50

052

93,4

388

81,2

528

37,0

720

84,9

800

143,7

999

88,0

0809 30 10, 0809 30 90

052

93,6

624

108,8

999

101,2

0809 40 05

052

89,5

066

72,1

098

42,5

624

125,9

999

82,5


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie (PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/3


VERORDENING (EG) Nr. 1504/2005 VAN DE COMMISSIE

van 15 september 2005

tot vaststelling van een verbod op de visserij op kabeljauw in ICES-deelgebied I en ICES-sector II b door vaartuigen die de vlag van Portugal voeren

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (1), en met name op artikel 26, lid 4,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (2), en met name op artikel 21, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De quota voor 2005 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 27/2005 van de Raad van 22 december 2004 tot vaststelling, voor 2005, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (3).

(2)

Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, de betrokken, voor 2005 toegewezen quota volledig zijn opgebruikt.

(3)

Derhalve moet het worden verboden op dit bestand te vissen en vis uit dit bestand aan boord te houden, over te laden en aan te voeren,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het opgebruiken van het quotum

Het quotum dat voor 2005 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.

Artikel 2

Verbod

De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Het is verboden om vis uit dit bestand die vanaf die datum door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, over te laden of aan te voeren.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 september 2005.

Voor de Commissie

Jörgen HOLMQUIST

Directeur-generaal Visserij en maritieme zaken


(1)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.

(2)  PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 768/2005 (PB L 128 van 21.5.2005, blz. 1).

(3)  PB L 12 van 14.1.2005, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1300/2005 (PB L 207 van 10.8.2005, blz. 1).


BIJLAGE

Lidstaat

Portugal

Bestand

COD/1/2B.

Soort

Kabeljauw (Gadus morhua)

Zone

I, II b

Datum

25 augustus 2005


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/5


VERORDENING (EG) Nr. 1505/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van de minimumverkoopprijzen voor boter die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij openbare inschrijving verkopen de interventiebureaus bepaalde hoeveelheden boter uit interventievoorraden die in hun bezit zijn, en kennen steun toe voor room, boter en boterconcentraat, een en ander overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2571/97 van de Commissie van 15 december 1997 betreffende de verkoop van boter tegen verlaagde prijs en de toekenning van steun voor room, boter en boterconcentraat voor de vervaardiging van banketbakkerswerk, consumptie-ijs en andere voedingsmiddelen (2). In artikel 18 van die verordening is bepaald dat, rekening houdend met de voor elke bijzondere inschrijving ontvangen offertes, een minimumverkoopprijs voor boter en een maximumbedrag van de steun voor room, boter en boterconcentraat worden vastgesteld, die kunnen worden gedifferentieerd volgens de bestemming, het vetgehalte van de boter en de verwerkingsmethode, of wordt besloten aan de inschrijving geen gevolg te geven. De bedragen van de verwerkingszekerheden moeten dienovereenkomstig worden vastgesteld.

(2)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de permanente openbare inschrijving zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 2571/97, worden de minimumverkoopprijzen voor boter uit interventievoorraden alsmede de bedragen van de verwerkingszekerheden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 350 van 20.12.1997, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de minimumverkoopprijzen voor boter die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

(EUR/100 kg)

Formule

A

B

Verwerkingsmethode

Met verklikstoffen

Zonder verklikstoffen

Met verklikstoffen

Zonder verklikstoffen

Minimumverkoopprijs

Boter ≥ 82 %

In ongewijzigde staat

206

210

210

Concentraat

204,1

208,1

Verwerkingszekerheid

In ongewijzigde staat

79

79

79

Concentraat

79

79


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/7


VERORDENING (EG) Nr. 1506/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van de maximumbedragen van de steun voor room, boter en boterconcentraat die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij openbare inschrijving verkopen de interventiebureaus bepaalde hoeveelheden boter uit interventievoorraden die in hun bezit zijn, en kennen steun toe voor room, boter en boterconcentraat, een en ander overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2571/97 van de Commissie van 15 december 1997 betreffende de verkoop van boter tegen verlaagde prijs en de toekenning van steun voor room, boter en boterconcentraat voor de vervaardiging van banketbakkerswerk, consumptie-ijs en andere voedingsmiddelen (2). In artikel 18 van die verordening is bepaald dat, rekening houdend met de voor elke bijzondere inschrijving ontvangen offertes, een minimumverkoopprijs voor boter en een maximumbedrag van de steun voor room, boter en boterconcentraat worden vastgesteld, die kunnen worden gedifferentieerd volgens de bestemming, het vetgehalte van de boter en de verwerkingsmethode, of wordt besloten aan de inschrijving geen gevolg te geven. De bedragen van de verwerkingszekerheden moeten dienovereenkomstig worden vastgesteld.

(2)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de permanente openbare inschrijving zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 2571/97, worden de maximumbedragen van de steun alsmede de bedragen van de verwerkingszekerheden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 350 van 20.12.1997, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 16 september 2005 tot vaststelling van de maximumbedragen van de steun voor room, boter en boterconcentraat die gelden voor de 170e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2571/97 bedoelde permanente openbare inschrijving

(EUR/100 kg)

Formule

A

B

Verwerkingsmethode

Met verklikstoffen

Zonder verklikstoffen

Met verklikstoffen

Zonder verklikstoffen

Maximumbedrag van de steun

Boter ≥ 82 %

41

37

37

Boter < 82 %

39

36,1

36,1

Boterconcentraat

49

45,1

49

45

Room

16

Verwerkingszekerheid

Boter

45

Boterconcentraat

54

54

Room


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/9


VERORDENING (EG) Nr. 1507/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van de minimumverkoopprijs voor boter voor de 26e bijzondere inschrijving in het kader van de permanente openbare inschrijving als bedoeld in Verordening (EG) nr. 2771/1999

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 10, onder c),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 21 van Verordening (EG) nr. 2771/1999 van de Commissie van 16 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van de interventiemaatregelen op de markt voor boter en room (2) hebben interventiebureaus bepaalde hoeveelheden boter die in hun bezit zijn, te koop aangeboden door middel van een permanente openbare inschrijving.

(2)

Krachtens artikel 24 bis van Verordening (EG) nr. 2771/1999 wordt op basis van de voor elke bijzondere inschrijving ontvangen biedingen een minimumverkoopprijs vastgesteld of besloten geen boter toe te wijzen.

(3)

Gezien de ontvangen biedingen, dient een minimumverkoopprijs te worden vastgesteld.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 26e bijzondere inschrijving op grond van Verordening (EG) nr. 2771/1999, waarvoor de termijn voor het indienen van biedingen is verstreken op 13 september 2005, wordt de minimumverkoopprijs voor boter vastgesteld op 260,10 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 333 van 24.12.1999, blz. 11. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/10


VERORDENING (EG) Nr. 1508/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van de minimumverkoopprijs van magere melkpoeder voor de 89e bijzondere inschrijving in het kader van de in Verordening (EG) nr. 2799/1999 bedoelde permanente verkoop bij inschrijving

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 26 van Verordening (EG) nr. 2799/1999 van de Commissie van 17 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad ten aanzien van de toekenning van steun voor ondermelk en magere melkpoeder voor voederdoeleinden en de verkoop van voornoemd magere melkpoeder (2), houden de interventiebureaus voor bepaalde in hun bezit zijnde hoeveelheden magere melkpoeder een permanente verkoop bij inschrijving.

(2)

Volgens de voorwaarden van artikel 30 van deze verordening, met inachtneming van de ontvangen aanbiedingen voor iedere bijzondere inschrijving, wordt een minimumverkoopprijs vastgesteld of wordt besloten de verkoop bij inschrijving geen doorgang te laten vinden. Het bedrag van de verwerkingszekerheid moet worden vastgesteld waarbij rekening wordt gehouden met het verschil tussen de marktprijs van magere melkpoeder en de minimumverkoopprijs.

(3)

Het verdient aanbeveling, met inachtneming van de ontvangen aanbiedingen, de minimumverkoopprijs op de hiernavolgende hoogte vast te stellen en dienovereenkomstig de verwerkingszekerheid te bepalen.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 89e bijzondere inschrijving in het kader van Verordening (EG) nr. 2799/1999, waarvoor de termijn voor indiening van de offertes is afgelopen op 13 september 2005, worden de minimumverkoopprijs en de verwerkingszekerheid als volgt vastgesteld:

minimumverkoopprijs:

187,30 EUR/100 kg,

verwerkingszekerheid:

35,00 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 340 van 31.12.1999, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/11


VERORDENING (EG) Nr. 1509/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot vaststelling van het maximumbedrag van de steun voor boterconcentraat voor de 342e bijzondere inschrijving die wordt gehouden in het kader van de permanente verkoop bij inschrijving als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 429/90

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 429/90 van de Commissie van 20 februari 1990 betreffende de toekenning, via openbare inschrijving, van steun voor boterconcentraat voor rechtstreekse consumptie in de Gemeenschap (2), houden de interventiebureaus een permanente verkoop bij inschrijving voor de toekenning van steun voor boterconcentraat. In artikel 6 van die verordening is bepaald dat, rekening houdend met de voor elke bijzondere inschrijving ontvangen offertes, voor boterconcentraat met een botervetgehalte van ten minste 96 % een maximumbedrag voor de steun wordt vastgesteld of wordt besloten om aan de inschrijving geen gevolg te geven. De bestemmingszekerheid moet dienovereenkomstig worden vastgesteld.

(2)

Het verdient aanbeveling, met inachtneming van de ontvangen aanbiedingen, het maximumbedrag van de steun op de hiernavolgende hoogte vast te stellen en dienovereenkomstig de bestemmingszekerheid te bepalen.

(3)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de 342e bijzondere inschrijving die wordt gehouden in het kader van de permanente verkoop bij inschrijving als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 429/90, worden de maximumbedrag en de bestemmingszekerheid als volgt vastgesteld:

maximumbedrag:

48 EUR/100 kg,

bestemmingszekerheid

53 EUR/100 kg.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 45 van 21.2.1990, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 van de Commissie (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/12


VERORDENING (EG) Nr. 1510/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

betreffende de afgifte van invoercertificaten van rijst van oorsprong uit de ACS-staten en de LGO, die in de eerste vijf werkdagen van september 2005 op grond van Verordening (EG) nr. 638/2003 zijn aangevraagd

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad van 10 december 2002 tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten), en houdende intrekking van Verordening (EG) nr. 1706/98 (1),

Gelet op Besluit 2001/822/EG van de Raad van 27 november 2001 betreffende de associatie van de LGO met de Europese Gemeenschap („LGO-besluit”) (2),

Gelet op Verordening (EG) nr. 638/2003 van de Commissie van 9 april 2003 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2286/2002 van de Raad en Besluit 2001/822/EG van de Raad ten aanzien van de invoerregeling voor rijst van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) en uit de landen en gebieden overzee (LGO) (3), en met name op artikel 17, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

Op basis van de hoeveelheden waarvoor aanvragen voor de tranche van september 2005 zijn ingediend, moet worden voorzien in de afgifte van certificaten voor de gevraagde hoeveelheden, al dan niet verminderd, naar gelang van het geval, door toepassing van een percentage en moeten de naar de volgende tranche over te dragen hoeveelheden worden vastgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Voor de invoercertificaataanvragen voor rijst die de eerste vijf werkdagen van september 2005 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 638/2003 zijn ingediend en waarvan de Commissie in kennis is gesteld, worden certificaten afgegeven voor de in de aanvragen vermelde hoeveelheden, naar gelang van het geval, verminderd door toepassing van de in de bijlage vastgestelde percentages.

2.   De naar de volgende tranche over de te dragen hoeveelheden zijn in de bijlage vastgesteld.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 348 van 21.12.2002, blz. 5.

(2)  PB L 314 van 30.11.2001, blz. 1.

(3)  PB L 93 van 10.4.2003, blz. 3.


BIJLAGE

Verminderingspercentage dat moet worden toegepast op de gevraagde hoeveelheden voor de tranche van september 2005, en naar de volgende tranche over te dragen hoeveelheden

Oorsprong/Product

Verminderingspercentage

Naar de tranche van oktober 2005 over te dragen hoeveelheid (in t)

Nederlandse Antillen en Aruba

Minder ontwikkelde LGO

Nederlandse Antillen en Aruba

Minst ontwikkelde LGO

LGO (artikel 10, lid 1, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 638/2003):

GN-code 1006

0

0

14 117,759

9 350


Oorsprong/Product

Verminderingspercentage

Naar de tranche van oktober 2005 over te dragen hoeveelheid (in t)

ACS (artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 638/2003):

GN-codes 1006 10 21 tot en met 1006 10 98, 1006 20 en 1006 30

74,4234

ACS (artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 638/2003):

GN-codes 1006 40 00

0

15 380


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/14


VERORDENING (EG) Nr. 1511/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

betreffende de afgifte van invoercertificaten voor rijst van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2501/2001 van de Raad van 10 december 2001 houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties voor de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004 (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1401/2002 van de Commissie van 31 juli 2002 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de opening en de wijze van beheer van de tariefcontingenten voor rijst van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen voor de verkoopseizoenen 2002/2003 tot en met 2008/2009 (2), en met name op artikel 5, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1401/2002 is voor het verkoopseizoen 2005/2006 een tariefcontingent geopend van 4 402 ton, uitgedrukt in gedopterijstequivalenten.

(2)

De hoeveelheden waarvoor invoercertificaataanvragen zijn ingediend overschrijden de beschikbare hoeveelheid. Er moet dus een op de aangevraagde hoeveelheden toe te passen verminderingspercentage worden vastgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de invoercertificaataanvragen voor rijst van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen als bedoeld in artikel 9 van Verordening (EG) nr. 2501/2001 die in de eerste vijf werkdagen van de maand september 2005 zijn ingediend overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1401/2002 en waarvan de Commissie overeenkomstig artikel 5, lid 1, van deze verordening in kennis is gesteld, worden certificaten afgegeven voor de daarin vermelde hoeveelheden, verminderd met een percentage van 66,4452 %.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 346 van 31.12.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1828/2004 van de Commissie (PB L 321 van 22.10.2004, blz. 23).

(2)  PB L 203 van 1.8.2003, blz. 42.


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/15


VERORDENING (EG) Nr. 1512/2005 VAN DE COMMISSIE

van 15 september 2005

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 753/2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), en met name op artikel 53,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 753/2002 van de Commissie (2) moet worden aangepast om rekening te houden met verscheidene technische veranderingen die gevolgen kunnen hebben voor de handel, zoals de lijst van namen van druivenrassen en synoniemen daarvan die een geografische aanduiding bevatten en de lijst van traditionele aanduidingen. Ook moet rekening worden gehouden met nieuwe toetredingen tot de WHO.

(2)

Bij de toepassing van de toleranties voor de analyse van het effectief alcohol-volumegehalte moet rekening worden gehouden met de specificiteit van bepaalde wijnen. Omwille van de nauwkeurigheid moet de betrokken lijst van wijnen nader worden gepreciseerd.

(3)

De bepaling betreffende de mededeling door de lidstaten van maatregelen als bedoeld in artikel 19, lid 3, van Verordening (EG) nr. 753/2002 is achterhaald. Voor de duidelijkheid moet deze bepaling derhalve worden geschrapt.

(4)

Wanneer het om een traditionele methode gaat die door specifieke bepalingen van de producerende lidstaat wordt geregeld, mag deze lidstaat bij uitdrukkelijke vergunningen en op voorwaarde dat passende controle plaatsvindt, in afwijking van de normale voorschriften toestaan dat v.q.p.r.d. wordt verkregen door de grondstof voor deze wijn te corrigeren door toevoeging van een of meer wijnbouwproducten die niet afkomstig zijn uit het bepaalde gebied waarvan deze wijn de naam draagt. Om ervoor te zorgen dat marktdeelnemers en bevoegde autoriteiten niet worden benadeeld door het verstrijken van de in artikel 31, lid 3, van Verordening (EG) nr. 753/2002 vastgestelde termijn voor deze afwijking, moet deze termijn worden verlengd.

(5)

Verordening (EG) nr. 753/2002 dient derhalve dienovereenkomstig te worden aangepast.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor wijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 753/2002 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 3, lid 2, eerste alinea, komt als volgt te luiden:

„Het in bijlage VII, deel A, punt 1, derde streepje, en in bijlage VIII, deel B, punt 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 1493/1999 bedoelde effectief alcohol-volumegehalte moet worden vermeld per alcohol-volumepercent of halve alcohol-volumepercent. Onverminderd de toleranties die voor de gebruikte referentie-analysemethode gelden, mag het vermelde alcoholgehalte maximaal 0,5 % hoger of lager zijn dan het bij analyse vastgestelde gehalte. Voor wijnen waarop het oogstjaar staat vermeld en die gedurende meer dan drie jaar in flessen wordt opgeslagen en voor mousserende wijn, mousserende wijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd, parelwijn, parelwijn waaraan koolzuurgas is toegevoegd, likeurwijn en wijn verkregen uit overrijpe druiven mag het vermelde alcoholgehalte, onverminderd de toleranties die voor de gebruikte referentie-analysemethode gelden, maximaal 0,8 % hoger of lager zijn dan het bij analyse vastgestelde gehalte. Het getal waarmee het effectief alcoholgehalte wordt aangegeven wordt gevolgd door het symbool „% vol” en kan worden voorafgegaan door de woorden „effectief alcoholgehalte” of „effectieve alcohol” of door de afkorting „alc”. ”.

2)

Artikel 19, lid 3, wordt geschrapt.

3)

Artikel 28, derde streepje, komt als volgt te luiden:

„—

„indicazione geografica tipica” of „IGT” voor tafelwijn van oorsprong uit Italië,”.

4)

Artikel 31, lid 3, wordt als volgt gewijzigd:

a)

in de tweede alinea, onder b), wordt „31 augustus 2005” telkens vervangen door „31 augustus 2007”;

b)

in de derde alinea wordt „31 augustus 2005” vervangen door „31 augustus 2007”.

5)

De bijlagen II en III worden vervangen door de in bijlage I bij de onderhavige verordening opgenomen tekst.

6)

Bijlage V wordt vervangen door de in bijlage II bij deze verordening opgenomen tekst.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1428/2004 van de Commissie (PB L 263 van 10.8.2004, blz. 7).

(2)  PB L 118 van 4.5.2002, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1991/2004 (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 9).


BIJLAGE I

BIJLAGE II

Namen van druivenrassen en synoniemen daarvan die een geografische aanduiding bevatten (2) en die op grond van artikel 19, lid 2, op de etikettering van wijn mogen voorkomen (1)

 

Naam van het druivenras of synoniem ervan

Landen die de naam van het druivenras of een synoniem ervan mogen gebruiken (3)

1

Agiorgitiko

Griekenland°

2

Aglianico

Italië°, Griekenland°, Malta°

3

Aglianicone

Italië°

4

Alicante Bouschet

Griekenland°, Italië°, Portugal°, Algerije°, Tunesië°, Verenigde Staten°, Cyprus°, Zuid-Afrika

NB: De naam „Alicante” mag niet afzonderlijk worden gebruikt voor de omschrijving van de wijn.

5

Alicante Branco

Portugal°

6

Alicante Henri Bouschet

Frankrijk°, Servië en Montenegro (8)

7

Alicante

Italië°

8

Alikant Buse

Servië en Montenegro (6)

9

Auxerrois

Zuid-Afrika°, Australië°, Canada°, Zwitserland°, België°, Duitsland°, Frankrijk°, Luxemburg°, Nederland°, Verenigd Koninkrijk°

11

Barbera Bianca

Italië°

12

Barbera

Zuid-Afrika°, Argentinië°, Australië°, Kroatië°, Mexico°, Slovenië°, Uruguay°, Verenigde Staten°, Griekenland°, Italië°, Malta°

13

Barbera Sarda

Italië°

14

Blauburgunder

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (18-28-97), Oostenrijk (15-18), Canada (18-97), Chili (18-97), Italië (18-97)

15

Blauer Burgunder

Oostenrijk (14-18), Servië en Montenegro (25-97), Zwitserland

16

Blauer Frühburgunder

Duitsland (51)

18

Blauer Spätburgunder

Duitsland (97), voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (14-28-97), Oostenrijk (14-15), Bulgarije (96), Canada (14-97), Chili (14-97), Roemenië (97), Italië (14-97)

19

Blaufränkisch

Tsjechië (50), Oostenrijk°, Duitsland, Slovenië (Modra frankinja, Frankinja), Hongarije

20

Borba

Spanje°

21

Bosco

Italië°

22

Bragão

Portugal°

22bis

Budai

Hongarije°

23

Burgundac beli

Servië en Montenegro (121)

24

Burgundac Crni

Kroatië°

25

Burgundac crni

Servië en Montenegro (15-99)

26

Burgundac sivi

Kroatië°, Servië en Montenegro°

27

Burgundec bel

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië°

28

Burgundec crn

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (14-18-97)

29

Burgundec siv

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië°

29bis

Cabernet Moravia

Tsjechië°

30

Calabrese

Italië (75)

31

Campanário

Portugal°

32

Canari

Argentinië°

33

Carignan Blanc

Frankrijk°

34

Carignan

Zuid-Afrika°, Argentinië°, Australië (36), Chili (36), Kroatië°, Israël°, Marokko°, Nieuw-Zeeland°, Tunesië°, Griekenland°, Frankrijk°, Portugal°, Malta°

35

Carignan Noir

Cyprus°

36

Carignane

Australië (34), Chili (34), Mexico, Turkije, Verenigde Staten

37

Carignano

Italië°

38

Chardonnay

Zuid-Afrika°, Argentinië (79), Australië (79), Bulgarije°, Canada (79), Zwitserland°, Chili (79), Tsjechië°, Kroatië°, Hongarije (39), India, Israël°, Moldavië°, Mexico (79), Nieuw-Zeeland (79), Roemenië°, Rusland°, San Marino°, Slowakije°, Slovenië°, Tunesië°, Verenigde Staten (79), Uruguay°, Servië en Montenegro, Zimbabwe°, Duitsland°, Frankrijk, Griekenland (79), Italië (79), Luxemburg° (79), Nederland (79), Verenigd Koninkrijk, Spanje, Portugal, Oostenrijk°, België (79), Cyprus°, Malta°

39

Chardonnay Blanc

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Hongarije (38)

40

Chardonnay Musqué

Canada°

41

Chelva

Spanje°

42

Corinto Nero

Italië°

43

Cserszegi fűszeres

Hongarije°

44

Děvín

Tsjechië°

45

Devín

Slowakije

45bis

Duna gyöngye

Hongarije

45ter

Dunaj

Slowakije

46

Durasa

Italië°

47

Early Burgundy

Verenigde Staten°

48

Fehér Burgundi, Burgundi

Hongarije (118)

49

Findling

Duitsland°, Verenigd Koninkrijk°

50

Frankovka

Tsjechië (19), Slowakije (50bis)

50bis

Frankovka modrá

Slowakije (50)

51

Frühburgunder

Duitsland (16) Nederland°

51bis

Girgenti

Malta (51quater, 51ter)

51ter

Ghirgentina

Malta (51bis, 51quater)

51 quater

Girgentina

Malta (51bis, 51ter)

52

Graciosa

Portugal°

53

Grauburgunder

Duitsland, Bulgarije, Hongarije°, Roemenië (54)

54

Grauer Burgunder

Canada, Roemenië (53), Duitsland, Oostenrijk

55

Grossburgunder

Roemenië (17) (63)

56

Iona

Verenigde Staten°

57

Kanzler

Verenigd Koninkrijk°, Duitsland

58

Kardinal

Duitsland°, Bulgarije°

59

Kékfrankos

Hongarije (74)

60

Kisburgundi kék

Hongarije (97)

61

Korinthiaki

Griekenland°

62

Leira

Portugal°

63

Limnio

Griekenland°

64

Maceratino

Italië°

65

Maratheftiko (Μαραθεύτικο)

Cyprus

65bis

Mátrai muskotály

Hongarije°

65ter

Medina

Hongarije°

66

Monemvasia

Griekenland

67

Montepulciano

Italië°

67bis

Moravia

Spanje°

68

Moslavac

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (70), Servië en Montenegro°

70

Mozler

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (68)

71

Mouratón

Spanje°

72

Müller-Thurgau

Zuid-Afrika°, Oostenrijk°, Duitsland, Canada, Kroatië°, Hongarije°, Servië en Montenegro°, Tsjechië°, Slowakije°, Slovenië°, Zwitserland°, Luxemburg°, Nederland°, Italië°, België°, Frankrijk°, Verenigd Koninkrijk, Australië°, Bulgarije°, Verenigde Staten°, Nieuw-Zeeland°, Portugal

73

Muškát moravský

Tsjechië°, Slowakije

74

Nagyburgundi

Hongarije°

75

Nero d’Avola

Italië (30)

76

Olivella nera

Italië°

77

Orange Muscat

Australië°, Verenigde Staten°

77bis

Pálava

Tsjechië, Slowakije

78

Pau Ferro

Portugal°

79

Pinot Chardonnay

Argentinië (38), Australië (38), Canada (38), Chili (38), Mexico (38), Nieuw-Zeeland (38), Verenigde Staten (38), Turkije°, België (38), Griekenland (38), Nederland, Italië (38)

79bis

Pölöskei muskotály

Hongarije°

80

Portoghese

Italië°

81

Pozsonyi

Hongarije (82)

82

Pozsonyi Fehér

Hongarije (81)

82bis

Radgonska ranina

Slovenië°

83

Rajnai rizling

Hongarije (86)

84

Rajnski rizling

Servië en Montenegro (85-88-91)

85

Renski rizling

Servië en Montenegro (84-89-92), Slovenië (86)

86

Rheinriesling

Bulgarije°, Oostenrijk, Duitsland (88), Hongarije (83), Tsjechië (94), Italië (88), Griekenland, Portugal, Slovenië (85)

87

Rhine Riesling

Zuid-Afrika°, Australië°, Chili (89), Moldavië°, Nieuw-Zeeland°, Cyprus, Hongarije°

88

Riesling renano

Duitsland (86), Servië en Montenegro (84-86-91), Italië (86)

89

Riesling Renano

Chili (87), Malta°

90

Riminèse

Frankrijk°

91

Rizling rajnski

Servië en Montenegro (84-85-88)

92

Rizling Rajnski

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië°, Kroatië°

93

Rizling rýnsky

Slowakije°

94

Ryzlink rýnský

Tsjechië (86)

95

Santareno

Portugal°

96

Sciaccarello

Frankrijk°

97

Spätburgunder

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (14-18-28), Servië en Montenegro (16-25), Bulgarije (19), Canada (14-18), Chili, Hongarije (60), Moldavië°, Roemenië (18), Italië (14-18), Verenigd Koninkrijk Duitsland (18)

98

Štajerska Belina

Kroatië°, Slovenië°

99

Subirat

Spanje

100

Terrantez do Pico

Portugal°

101

Tintilla de Rota

Spanje°

102

Tinto de Pegões

Portugal°

103

Tocai friulano

Italië (104)

NB: De naamTocai friulanomag worden gebruikt gedurende een overgangsperiode tot en met 31 maart 2007, zulks uitsluitend voor v.q.p.r.d.'s van oorsprong uit de regio's Veneto en Friuli.

104

Tocai Italico

Italië (103)

NB: Het synoniem „Tocai italico” mag worden gebruikt gedurende een overgangsperiode tot en met 31 maart 2007, zulks uitsluitend voor v.q.p.r.d.'s van oorsprong uit de regio's Veneto en Friuli.

105

Tokay Pinot gris

Frankrijk

NB: Het synoniemTokay Pinot gris” mag worden gebruikt gedurende een overgangsperiode tot en met 31 maart 2007, zulks uitsluitend voor v.q.p.r.d.'s van oorsprong uit de departementen Bas-Rhin en Haut-Rhin.

106

Torrontés riojano

Argentinië°

107

Trebbiano

Zuid-Afrika°, Argentinië°, Australië°, Canada°, Cyprus°, Kroatië°, Uruguay°, Verenigde Staten, Israël, Italië, Malta

108

Trebbiano Giallo

Italië°

109

Trigueira

Portugal

110

Verdea

Italië°

111

Verdeca

Italië

112

Verdelho

Zuid-Afrika°, Argentinië, Australië, Nieuw-Zeeland, Verenigde Staten, Portugal

113

Verdelho Roxo

Portugal°

114

Verdelho Tinto

Portugal°

115

Verdello

Italië°, Spanje°

116

Verdese

Italië°

117

Verdejo

Spanje

118

Weißburgunder

Zuid-Afrika (120), Canada, Chili (119), Hongarije (48), Duitsland (119, 120), Oostenrijk (119), Verenigd Koninkrijk°, Italië

119

Weißer Burgunder

Duitsland (118, 120), Oostenrijk (118), Chili (118), Zwitserland°, Slovenië, Italië

120

Weissburgunder

Zuid-Afrika (118), Duitsland (118, 119), Verenigd Koninkrijk, Italië

121

Weisser Burgunder

Servië en Montenegro (23)

122

Zalagyöngye

Hongarije°

BIJLAGE III

Lijst van de traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 24

Traditionele aanduidingen

Betrokken wijnen

Wijnsoort(en)

Taal

Datum van opname in bijlage III

Betrokken derde land(en)

TSJECHIË

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

pozdní sběr

Alle

v.q.p.r.d.

Tsjechisch

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

archivní víno

Alle

v.q.p.r.d.

Tsjechisch

 

 

panenské víno

Alle

v.q.p.r.d.

Tsjechisch

 

 

DUITSLAND

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Qualitätswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Qualitätswein garantierten Ursprungs/Q.g.U

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Qualitätswein mit Prädikät/at/Q.b.A.m.Pr/Prädikatswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Qualitätsschaumwein garantierten Ursprungs/Q.g.U

Alle

v.m.q.p.r.d.

Duits

 

 

Auslese

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

Zwitserland

Beerenauslese

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Eiswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Kabinett

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Spätlese

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

Zwitserland

Trockenbeerenauslese

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Landwein

Alle

Tafelwijn met GA

 

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Affentaler

Altschweier, Bühl, Eisental, Neusatz/Bühl, Bühlertal, Neuweier/Baden-Baden

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Badisch Rotgold

Baden

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Ehrentrudis

Baden

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Hock

Rhein, Ahr, Hessische Bergstraße, Mittelrhein, Nahe, Rheinhessen, Pfalz, Rheingau

Tafelwijn met GA

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Klassik/Classic

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Liebfrau(en)milch

Nahe, Rheinhessen, Pfalz, Rheingau

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Moseltaler

Mosel-Saar-Ruwer

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Riesling-Hochgewächs

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Schillerwein

Württemberg

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Weißherbst

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Winzersekt

Alle

v.m.q.p.r.d.

Duits

 

 

GRIEKENLAND

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Ονομασία Προελεύσεως Ελεγχόμενη (ΟΠΕ) (Appellation d’origine controlée)

Alle

v.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Ονομασία Προελεύσεως Ανωτέρας Ποιότητος (ΟΠΑΠ) (Appellation d’origine de qualité supérieure)

Alle

v.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Οίνος γλυκός φυσικός (Vin doux naturel)

Μoσχάτος Κεφαλληνίας (Muscat de Céphalonie), Μοσχάτος Πατρών (Muscat de Patras), Μοσχάτος Ρίου-Πατρών (Muscat Rion de Patras), Μοσχάτος Λήμνου (Muscat de Lemnos), Μοσχάτος Ρόδου (Muscat de Rhodos), Μαυροδάφνη Πατρών (Mavrodaphne de Patras), Μαυροδάφνη Κεφαλληνίας (Mavrodaphne de Céphalonie), Σάμος (Samos), Σητεία (Sitia), Δαφνες (Dafnès), Σαντορίνη (Santorini)

v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Οίνος φυσικώς γλυκός (Vin naturellement doux)

Vins de paille: Κεφαλληνίας (de Céphalonie), Δαφνες (de Dafnès), Λήμνου (de Lemnos), Πατρών (de Patras), Ρίου-Πατρών (de Rion de Patras), Ρόδου (de Rhodos), Σάμος (de Samos), Σητεία (de Sitia), Σαντορίνη (Santorini)

v.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Ονομασία κατά παράδοση (Onomasia kata paradosi)

Alle

tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Τοπικός Οίνος (vins de pays)

Alle

tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Αγρέπαυλη (Agrepavlis)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Αμπέλι (Ampeli)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Αμπελώνας(ες) (Ampelonas-ès)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Aρχοντικό (Archontiko)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Κάβα (4) (Cava)

Alle

Tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Από διαλεκτούς αμπελώνες (Grand Cru)

Μoσχάτος Κεφαλληνίας (Muscat de Céphalonie), Μοσχάτος Πατρών (Muscat de Patras), Μοσχάτος Ρίου-Πατρών (Muscat Rion de Patras), Μοσχάτος Λήμνου (Muscat de Lemnos), Μοσχάτος Ρόδου (Muscat de Rhodos), Σάμος (Samos)

v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Ειδικά Επιλεγμένος (Grand réserve)

Alle

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Κάστρο (Kastro)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Κτήμα (Ktima)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Λιαστός (Liastos)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Μετόχι (Metochi)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Μοναστήρι (Monastiri)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Νάμα (Nama)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Νυχτέρι (Nychteri)

ΟΠΑΠ Santorini

v.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Ορεινό κτήμα (Orino Ktima)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Ορεινός αμπελώνας (Orinos Ampelonas)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Πύργος (Pyrgos)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Επιλογή ή Επιλεγμένος (Réserve)

Alle

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Παλαιωθείς επιλεγμένος (Vieille réserve)

Alle

v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Βερντέα (Verntea)

Zakynthos

tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Vinsanto

OPAΠ Santorini

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Grieks

 

 

SPANJE

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Denominacion de origen (DO)

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Spaans

2003

Chili

Denominacion de origen calificada (DOCa)

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Vino dulce natural

Alle

v.l.q.p.r.d

Spaans

 

 

Vino generoso

 (5)

v.l.q.p.r.d

Spaans

2003

Chili

Vino generoso de licor

 (6)

v.l.q.p.r.d

Spaans

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Vino de la Tierra

Alle

Tafelwijn met GA

 

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Aloque

DO Valdepeñas

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Amontillado

DDOO Jerez-Xérès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla Moriles

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Añejo

Alle

v.q.p.r.d. en

tafelwijn met GA

Spaans

 

 

Añejo

DO Malaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Chacoli/Txakolina

DO Chacoli de Bizkaia

DO Chacoli de Getaria

DO Chacoli de Alava

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Clásico

DO Abona

DO El Hierro

DO Lanzarote

DO La Palma

DO Tacoronte-Acentejo

DO Tarragona

DO Valle de Güimar

DO Valle de la Orotava

DO Ycoden-Daute-Isora

v.q.p.r.d.

Spaans

2003

Chili

Cream

DDOO Jérez-Xerès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla Moriles

DO Málaga

DO Condado de Huelva

v.l.q.p.r.d.

Engels

 

 

Criadera

DDOO Jérez-Xerès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla Moriles

DO Málaga

DO Condado de Huelva

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Criaderas y Soleras

DDOO Jérez-Xerès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla Moriles

DO Málaga

DO Condado de Huelva

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Crianza

Alle

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Dorado

DO Rueda

DO Malaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Fino

DO Montilla Moriles

DDOO Jerez-Xérès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Fondillon

DO Alicante

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Gran Reserva

All quality wines psr Cava

v.q.p.r.d.

v.m.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Lágrima

DO Málaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Noble

Alle

v.q.p.r.d. en

tafelwijn met GA

Spaans

 

 

Noble

DO Malaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Oloroso

DDOO Jerez-Xérès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla- Moriles

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Pajarete

DO Málaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Pálido

DO Condado de Huelva

DO Rueda

DO Málaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Palo Cortado

DDOO Jerez-Xérès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla-Moriles

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Primero de cosecha

DO Valencia

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Rancio

Alle

v.q.p.r.d. v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Raya

DO Montilla-Moriles

v.l.q.p.r.d

Spaans

 

 

Reserva

Alle

v.q.p.r.d.

Spaans

2003

Chili

Sobremadre

DO vinos de Madrid

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Solera

DDOO Jérez-Xerès-Sherry y Manzanilla Sanlúcar de Barrameda

DO Montilla Moriles

DO Málaga

DO Condado de Huelva

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Superior

Alle

v.q.p.r.d.

Spaans

2003

Chili

Zuid-Afrika

Trasañejo

DO Málaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Vino Maestro

DO Málaga

v.l.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Vendimia inicial

DO Utiel-Requena

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

Viejo

Alle

v.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Spaans

 

 

Vino de tea

DO La Palma

v.q.p.r.d.

Spaans

 

 

FRANKRIJK

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Appellation d’origine contrôlée

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Frans

Algerije

Zwitserland

Tunesië

Appellation contrôlée

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

 

 

 

Appellation d’origine Vin Délimité de qualité supérieure

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Frans

 

 

Vin doux naturel

AOC Banyuls, Banyuls Grand Cru, Muscat de Frontignan, Grand Roussillon, Maury, Muscat de Beaume de Venise, Muscat du Cap Corse, Muscat de Lunel, Muscat de Mireval, Muscat de Rivesaltes, Muscat de St Jean de Minervois, Rasteau, Rivesaltes

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Vin de pays

Alle

Tafelwijn met GA

Frans

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Ambré

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Frans

 

 

Château

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Clairet

AOC Bourgogne

AOC Bordeaux

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Claret

AOC Bordeaux

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Clos

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Cru Artisan

AOC Médoc, Haut-Médoc, Margaux, Moulis, Listrac, St Julien, Pauillac, St Estèphe

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Cru Bourgeois

AOC Médoc, Haut-Médoc, Margaux, Moulis, Listrac, St Julien, Pauillac, St Estèphe

v.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Cru Classé, eventueel vooraufgegaan door: Grand, Premier Grand, Deuxième, Troisième, Quatrième, Cinquième.

AOC Côtes de Provence, Graves, St Emilion Grand Cru, Haut-Médoc, Margaux, St Julien, Pauillac, St Estèphe, Sauternes, Pessac Léognan, Barsac

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Edelzwicker

AOC Alsace

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Grand Cru

AOC Alsace, Banyuls, Bonnes Mares, Chablis, Chambertin, Chapelle Chambertin, Chambertin Clos-de-Bèze, Mazoyeres ou Charmes Chambertin, Latricières-Chambertin, Mazis Chambertin, Ruchottes Chambertin, Griottes-Chambertin, Clos de la Roche, Clos Saint Denis, Clos de Tart, Clos de Vougeot, Clos des Lambray, Corton, Corton Charlemagne, Charlemagne, Echézeaux, Grand Echézeaux, La Grande Rue, Montrachet, Chevalier-Montrachet, Bâtard-Montrachet, Bienvenues-Bâtard-Montrachet, Criots-Bâtard-Montrachet, Musigny, Romanée St Vivant, Richebourg, Romanée-Conti, La Romanée, La Tâche, St Emilion

v.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Zwitserland

Tunesië

Grand Cru

Champagne

v.m.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Zwitserland

Tunesië

Hors d’âge

AOC Rivesaltes

v.l.q.p.r.d.

Frans

 

 

Passe-tout-grains

AOC Bourgogne

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Premier Cru

AOC Aloxe Corton, Auxey Duresses, Beaune, Blagny, Chablis, Chambolle Musigny, Chassagne Montrachet, Champagne, Côtes de Brouilly, Fixin, Gevrey Chambertin, Givry, Ladoix, Maranges, Mercurey, Meursault, Monthélie, Montagny, Morey St Denis, Musigny, Nuits, Nuits-Saint-Georges, Pernand-Vergelesses, Pommard, Puligny-Montrachet, Rully, Santenay, Savigny-les-Beaune, St Aubin, Volnay, Vougeot, Vosne-Romanée

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Frans

Tunesië

Primeur

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Frans

 

 

Rancio

AOC Grand Roussillon, Rivesaltes, Banyuls, Banyuls grand cru, Maury, Clairette du Languedoc, Rasteau

v.l.q.p.r.d.

Frans

 

 

Sélection de grains nobles

AOC Alsace, Alsace Grand cru, Monbazillac, Graves supérieures, Bonnezeaux, Jurançon, Cérons, Quarts de Chaume, Sauternes, Loupiac, Côteaux du Layon, Barsac, Ste Croix du Mont, Coteaux de l’Aubance, Cadillac

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Sur Lie

AOC Muscadet, Muscadet — Coteaux de la Loire, Muscadet-Côtes de Grandlieu, Muscadet- Sèvres et Maine, AOVDQS Gros Plant du Pays Nantais, VDT avec IG Vin de pays d’Oc et Vin de pays des Sables du Golfe du Lion

v.q.p.r.d. Tafelwijn met GA

Frans

 

 

Tuilé

AOC Rivesaltes

v.l.q.p.r.d.

Frans

 

 

Vendanges tardives

AOC Alsace, Jurançon

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Villages

AOC Anjou, Beaujolais, Côte de Beaune, Côte de Nuits, Côtes du Rhône, Côtes du Roussillon, Mâcon

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Vin de paille

AOC Côtes du Jura, Arbois, L’Etoile, Hermitage

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Vin jaune

AOC du Jura (Côtes du Jura, Arbois, L’Etoile, Château-Châlon)

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

ITALIË

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Denominazione di Origine Controllata/D.O.C.

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Italiaans

 

 

Denominazione di Origine Controllata e Garantita/D.O.C.G.

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Italiaans

 

 

Vino Dolce Naturale

Alle

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Indicazione geografica tipica (IGT)

Alle

Tafelwijn, landwijn, wijn verkregen uit overrijpe druiven en gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Italiaans

 

 

Landwein

Wijn met GA — autonome provincie Bolzano

Tafelwijn, landwijn, wijn verkregen uit overrijpe druiven en gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Duits

 

 

Vin de pays

Wijnen met GA — regio Aosta

Tafelwijn, landwijn, wijn verkregen uit overrijpe druiven en gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Frans

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Alberata o vigneti ad alberata

DOC Aversa

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Amarone

DOC Valpolicella

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Ambra

DOC Marsala

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Ambrato

DOC Malvasia delle Lipari

DOC Vernaccia di Oristano

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Annoso

DOC Controguerra

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Apianum

DOC Fiano di Avellino

v.q.p.r.d.

Latijn

 

 

Auslese

DOC Caldaro e Caldaro classico — Alto Adige

v.q.p.r.d.

Duits

Zwitserland

Barco Reale

DOC Barco Reale di Carmignano

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Brunello

DOC Brunello di Montalcino

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Buttafuoco

DOC Oltrepò Pavese

v.q.p.r.d. en v.p.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Cacc’e mitte

DOC Cacc’e Mitte di Lucera

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Cagnina

DOC Cagnina di Romagna

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Cannellino

DOC Frascati

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Cerasuolo

DOC Cerasuolo di Vittoria

DOC Montepulciano d’Abruzzo

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Chiaretto

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Ciaret

DOC Monferrato

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Château

DOC de la région Valle d’Aosta

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

Classico

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

2003

Chili

Dunkel

DOC Alto Adige

DOC Trentino

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Est !Est ! !Est ! ! !

DOC Est !Est ! !Est ! ! ! di Montefiascone

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Latijn

 

 

Falerno

DOC Falerno del Massico

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Fine

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Fior d’Arancio

DOC Colli Euganei

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d. Tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Falerio

DOC Falerio dei colli Ascolani

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Flétri

DOC Valle d’Aosta o Vallée d’Aoste

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Garibaldi Dolce (of GD)

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Governo all’uso toscano

DOCG Chianti/Chianti Classico IGT Colli della Toscana Centrale

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Gutturnio

DOC Colli Piacentini

v.q.p.r.d. en v.p.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Italia Particolare (ou IP)

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Klassisch/Klassisches Ursprungsgebiet

DOC Caldaro

DOC Alto Adige (met de aanduiding Santa Maddalena e Terlano)

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Kretzer

DOC Alto Adige

DOC Trentino

DOC Teroldego Rotaliano

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Lacrima

DOC Lacrima di Morro d’Alba

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Lacryma Christi

DOC Vesuvio

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Lambiccato

DOC Castel San Lorenzo

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

London Particolar (of LP of Inghilterra)

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Morellino

DOC Morellino di Scansano

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Occhio di Pernice

DOC Bolgheri, Vin Santo Di Carmignano, Colli dell’Etruria Centrale, Colline Lucchesi, Cortona, Elba, Montecarlo, Monteregio di Massa Maritima, San Gimignano, Sant’Antimo, Vin Santo del Chianti, Vin Santo del Chianti Classico, Vin Santo di Montepulciano

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Oro

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Pagadebit

DOC pagadebit di Romagna

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Passito

Alle

v.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Ramie

DOC Pinerolese

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Rebola

DOC Colli di Rimini

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Recioto

DOC Valpolicella

DOC Gambellara

DOCG Recioto di Soave

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Riserva

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Rubino

DOC Garda Colli Mantovani

DOC Rubino di Cantavenna

DOC Teroldego Rotaliano

DOC Trentino

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Rubino

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Sangue di Giuda

DOC Oltrepò Pavese

v.q.p.r.d. en v.p.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Scelto

Alle

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Sciacchetrà

DOC Cinque Terre

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Sciac-trà

DOC Pornassio o Ormeasco di Pornassio

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Sforzato, Sfursàt

DO Valtellina

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Spätlese

DOC/IGT de Bolzano

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Soleras

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Stravecchio

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Strohwein

DOC/IGT de Bolzano

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Superiore

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

San Marino

Superiore Old Marsala (of SOM)

DOC Marsala

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Torchiato

DOC Colli di Conegliano

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Torcolato

DOC Breganze

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vecchio

DOC Rosso Barletta, Aglianico del Vuture, Marsala, Falerno del Massico

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vendemmia Tardiva

Alle

v.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Verdolino

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Vergine

DOC Marsala

DOC Val di Chiana

v.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vermiglio

DOC Colli dell Etruria Centrale

v.l.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vino Fiore

Alle

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vino Nobile

Vino Nobile di Montepulciano

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vino Novello o Novello

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

Vin santo/Vino Santo/Vinsanto

DOC en DOCG Bianco dell’Empolese, Bianco della Valdinievole, Bianco Pisano di San Torpé, Bolgheri, Candia dei Colli Apuani, Capalbio, Carmignano, Colli dell’Etruria Centrale, Colline Lucchesi, Colli del Trasimeno, Colli Perugini, Colli Piacentini, Cortona, Elba, Gambellera, Montecarlo, Monteregio di Massa Maritima, Montescudaio, Offida, Orcia, Pomino, San Gimignano, San’Antimo, Val d’Arbia, Val di Chiana, Vin Santo del Chianti, Vin Santo del Chianti Classico, Vin Santo di Montepulciano, Trentino

v.q.p.r.d.

Italiaans

 

 

Vivace

Alle

v.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Italiaans

 

 

CYPRUS

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Οίνος Ελεγχόμενης Ονομασίας Προέλευσης

Alle

v.q.p.r.d.

Grieks

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Τοπικός Οίνος

Alle

Tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Μοναστήρι (Monastiri)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

Κτήμα (Ktima)

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Grieks

 

 

LUXEMBURG

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Marque nationale

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Frans

 

 

Appellation contrôlée

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Frans

 

 

Appellation d’origine controlée

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Frans

Algerije

Zwitserland

Tunesië

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Vin de pays

Alle

Tafelwijn met GA

Frans

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Grand premier cru

Alle

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Premier cru

Alle

v.q.p.r.d.

Frans

Tunesië

Vin classé

Alle

v.q.p.r.d.

Frans

 

 

Château

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d.

Frans

2003

Chili

HONGARIJE

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

minőségi bor

Alle

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

különleges minőségű bor

Alle

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

fordítás

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

máslás

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

szamorodni

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

aszú … puttonyos, aangevuld met de cijfers 3-6

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

aszúeszencia

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

eszencia

Tokaj/-i

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

tájbor

Alle

Tafelwijn met GA

Hongaars

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

bikavér

Eger, Szekszárd

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

késői szüretelésű bor

Alle

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

válogatott szüretelésű bor

Alle

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

muzeális bor

Alle

v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

siller

Alle

Tafelwijn met GA en v.q.p.r.d.

Hongaars

 

 

OOSTENRIJK

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Qualitätswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Qualitätswein besonderer Reife und Leseart/Prädikatswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Qualitätswein mit staatlicher Prüfnummer

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Ausbruch/Ausbruchwein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Auslese/Auslesewein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

Zwitserland

Beerenauslese (wein)

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Eiswein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Kabinett/Kabinettwein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Schilfwein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Spätlese/Spätlesewein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

Zwitserland

Strohwein

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Trockenbeerenauslese

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Landwein

Alle

Tafelwijn met GA

 

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Ausstich

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Auswahl

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Bergwein

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Klassik/Classic

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Erste Wahl

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Hausmarke

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Heuriger

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Jubiläumswein

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Reserve

Alle

v.q.p.r.d.

Duits

 

 

Schilcher

Steiermark

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Duits

 

 

Sturm

Alle

Gedeeltelijk gegiste druivenmost met GA

Duits

 

 

PORTUGAL

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Denominação de origem (DO)

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Denominação de origem controlada (DOC)

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Indicação de proveniencia regulamentada (IPR)

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.p.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Vinho doce natural

Alle

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Vinho generoso

DO Porto, Madeira, Moscatel de Setúbal, Carcavelos

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Aanduidingen als bedoeld in artikel 28

Vinho regional

Alle

Tafelwijn met GA

Portugees

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

Canteiro

DO Madeira

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Colheita Seleccionada

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Portugees

 

 

Crusted/Crusting

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

Engels

 

 

Escolha

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Portugees

 

 

Escuro

DO Madeira

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Fino

DO Porto

DO Madeira

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Frasqueira

DO Madeira

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Garrafeira

Alle

v.q.p.r.d. en tafelwijn met GA v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Lágrima

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Leve

Tafelwijn met GA Estremadura Ribatejano

DO Madeira, DO Porto

Tafelwijn met GA

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Nobre

DO Dão

v.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Reserva

Alle

v.q.p.r.d., v.m.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Portugees

 

 

Reserva velha (of Grande reserva)

DO Madeira

v.m.q.p.r.d. en v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Ruby

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

English

 

 

Solera

DO Madeira

v.l.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Super reserva

Alle

v.m.q.p.r.d.

Portugees

 

 

Superior

Alle

v.q.p.r.d., v.l.q.p.r.d. en tafelwijn met GA

Portugees

 

 

Tawny

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

Engels

 

 

„Vintage” al dan niet met „Late Bottle” (LBV) of „Character”

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

Engels

 

 

Vintage

DO Porto

v.l.q.p.r.d.

Engels

 

 

SLOVENIË

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

Penina

Alle

v.m.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

Aanvullende traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 23

pozna trgatev

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

izbor

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

jagodni izbor

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

suhi jagodni izbor

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

ledeno vino

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

arhivsko vino

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

mlado vino

Alle

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

Cviček

Dolenjska

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

Teran

Kras

v.q.p.r.d.

Sloveens

 

 

SLOWAKIJE

Bijzondere traditionele aanduidingen als bedoeld in artikel 29

forditáš

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 

mášláš

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 

samorodné

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 

výber … putnový, aangevuld met de cijfers 3-6

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 

výberová esencia

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 

esencia

Tokaj/-ská/-ský/-ské

v.q.p.r.d.

Slowaaks

 

 


(1)  

tussen haakjes:

verwijzing naar een synoniem voor het druivenras;

„°”: geen synoniemen;

vetgedrukt:

kolom 2: naam van een druivenras,

kolom 3: land waar de naam betrekking heeft op een druivenras, of verwijzing naar het druivenras;

niet vetgedrukt:

kolom 2: synoniem voor een druivenras,

kolom 3: land waar een synoniem voor het druivenras wordt gebruikt.

(2)  Deze namen van druivenrassen en de synoniemen ervan stemmen volledig of gedeeltelijk, eventueel in vertaling of in geadjectiveerde vorm, overeen met voor de omschrijving van wijn gebruikte geografische aanduidingen.

(3)  Voor de betrokken landen worden de in deze bijlage vastgestelde afwijkingen uitsluitend toegestaan voor wijnen met geografische aanduiding die worden geproduceerd in de administratieve eenheden waar de betrokken druivenrassen bij de inwerkingtreding van deze verordening mogen worden geteeld, voorzover wordt voldaan aan de voorwaarden die de betrokken landen voor de bereiding of de presentatie van die wijnen hebben vastgesteld.

(4)  De bij Verordening (EG) nr. 1493/1999 vastgestelde bescherming van de term „cava” laat de bescherming van de geografische aanduiding voor v.m.q.p.r.d.'s „Cava” onverlet.

(5)  De betrokken wijnen zijn v.l.q.p.r.d. als bedoeld in bijlage VI, deel L, punt 8, bij Verordening (EG) nr. 1493/1999.

(6)  De betrokken wijnen zijn v.l.q.p.r.d. als bedoeld in bijlage VI, deel L, punt 11, bij Verordening (EG) nr. 1493/1999.


BIJLAGE II

„BIJLAGE V

Lijst van de derde landen die geen lid zijn van de WHO, als bedoeld in artikel 36, lid 2

1.

Algerije

2.

Russische Federatie

3.

San Marino

4.

Oekraïne

5.

Servië en Montenegro”


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/45


VERORDENING (EG) Nr. 1513/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 174/1999 tot vaststelling van de specifieke uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad inzake de uitvoercertificaten en de uitvoerrestituties in de sector melk en zuivelproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 26, lid 3, artikel 30, lid 1, en artikel 31, lid 14,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 750/2005 van de Commissie van 18 mei 2005 betreffende de nomenclatuur van landen en gebieden voor de statistieken van de buitenlandse handel van de Gemeenschap en van de handel tussen de lidstaten (2) zijn de codes gewijzigd van landen die behoren tot zones van bestemming die zijn vermeld in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 174/1999 van de Commissie (3). Dat artikel moet dienovereenkomstig worden bijgewerkt.

(2)

In artikel 20 van Verordening (EG) nr. 174/1999 is bepaald dat de uitvoercertificaten voor bepaalde soorten kaas die naar de Verenigde Staten van Amerika worden uitgevoerd in het kader van de contingenten die voortvloeien uit de bij multilaterale handelsbesprekingen gesloten overeenkomsten, kunnen worden toegewezen volgens een bijzondere procedure waarbij preferente importeurs in de Verenigde Staten van Amerika kunnen worden aangewezen.

(3)

Het is daarom dienstig bepaalde criteria vast te stellen waaraan moet worden voldaan om voor de toewijzing van de uitvoercertificaten in aanmerking te komen en die zullen bijdragen tot een soepele toepassing van het stelsel van contingenten en tot een volledige benutting van de contingenten. Daartoe dienen de certificaten te worden toegewezen aan exporteurs die kunnen bewijzen dat zij eerder kaas hebben uitgevoerd naar de Verenigde Staten van Amerika. Om verlies van marktaandeel voor de Gemeenschap te voorkomen en de waarde van sommige contingenten te maximaliseren, blijft het bovendien noodzakelijk de toegang tot die contingenten te beperken tot exporteurs bij wie de aangewezen importeur een dochterbedrijf is. Ten slotte dient voor het geval dat de aanvragen voor uitvoercertificaten de beschikbare hoeveelheden overtreffen, te worden voorzien in verdeling van het contingent door toepassing van een toewijzingscoëfficiënt.

(4)

Om de overgang van de momenteel toegepaste regeling voor de toewijzing van de certificaten te vergemakkelijken, is het wenselijk om voor de komende periode soepelere bepalingen vast te stellen. Voor 2006 dienen aanvragers bij wie de aangewezen importeur geen dochterbedrijf is, niettemin in aanmerking te komen mits zij de betrokken producten in elk van de drie voorafgaande jaren hebben uitgevoerd naar de Verenigde Staten van Amerika.

(5)

Gezien de problemen die sommige marktdeelnemers hebben ondervonden bij de oprichting van een dochterbedrijf in de Verenigde Staten van Amerika, dient voor 2006 een overgangsregeling te gelden wat de eis betreft dat de aangewezen importeur een dochterbedrijf van de aanvrager moet zijn.

(6)

Bij de toewijzing van de certificaten voor 2006 dient rekening te worden gehouden met de in de voorgaande jaren opgedane ervaring door een toewijzingscoëfficiënt toe te passen die een bepaalde preferentie toekent aan die aanvragers bij wie de aangewezen preferente importeurs dochterbedrijven zijn of worden geacht dochterbedrijven te zijn.

(7)

In artikel 20, lid 4, van Verordening (EG) nr. 174/1999 is bepaald dat, wanneer de toepassing van een verlagingscoëfficiënt tot gevolg zou hebben dat voorlopige certificaten worden toegewezen voor hoeveelheden van minder dan 5 ton, de Commissie kan besluiten tot toewijzing ervan door loting. Met het oog op een maximale benutting van het contingent is het dienstig deze bepaling aan te passen door voor te schrijven dat kleinere hoeveelheden door de bevoegde nationale autoriteiten worden herverdeeld.

(8)

Bij artikel 20 bis, lid 8, van Verordening (EG) nr. 174/1999 zijn de percentages vastgesteld die op de volledige restitutievoeten moeten worden toegepast om de restituties te verkrijgen die gelden voor producten voor uitvoer naar de Dominicaanse Republiek in het kader van het in lid 1 van dat artikel bedoelde contingent. Met het oog op doorzichtigheid, vereenvoudiging en coherentie moet deze bepaling worden geschrapt en overgenomen in een voetnoot die in een gedifferentieerde restitutievoet voorziet, welke voetnoot in de toekomst moet komen te staan in de verordeningen van de Commissie tot vaststelling van de uitvoerrestituties voor melk en zuivelproducten overeenkomstig artikel 31, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1255/1999.

(9)

Verordening (EG) nr. 174/1999 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(10)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 174/1999 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 15 wordt lid 3 vervangen door:

„3.   De omschrijving van de in lid 1 bedoelde zones is als volgt:

a)

zone I: de bestemmingscodes AL, BA, XK, MK, XM en XS;

b)

zone II: de bestemmingscode US;

c)

zone III: alle overige bestemmingscodes.”.

2)

Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 2 wordt vervangen door:

„2.   Bij elke uitvoer van kaas naar de Verenigde Staten van Amerika in het kader van de in lid 1 bedoelde contingenten wordt een uitvoercertificaat overgelegd. In afwijking van artikel 5, lid 1, eerste zin, wordt in vak 16 van de certificaataanvragen en van de certificaten de acht cijfers omvattende productcode van de gecombineerde nomenclatuur gebruikt.

Binnen een te bepalen periode kunnen marktdeelnemers een voorlopig uitvoercertificaat aanvragen voor uitvoer van de in lid 1 bedoelde producten in het daaropvolgende kalenderjaar, waarbij zij een zekerheid dienen te stellen die gelijk is aan 50 % van de in artikel 9 bedoelde zekerheid met een minimum van 6 EUR per 100 kg.

Aanvragers van voorlopige uitvoercertificaten voor de productgroep en de contingenten die in de verordening tot opening van de procedure voor de toewijzing van de uitvoercertificaten worden aangeduid als 22-Tokio en 22-Uruguay, moeten het bewijs leveren dat zij in ten minste één van de drie voorafgaande jaren kaas hebben uitgevoerd naar de Verenigde Staten van Amerika.

Aanvragers van voorlopige uitvoercertificaten voor de productgroepen en de contingenten die in de verordening tot opening van de procedure voor de toewijzing van de uitvoercertificaten worden aangeduid als 16-Tokio, 16-, 17-, 18-, 20- en 21-Uruguay, 25-Tokio en 25-Uruguay, moeten het bewijs leveren dat zij de betrokken producten in ten minste één van de drie voorafgaande jaren hebben uitgevoerd naar de Verenigde Staten van Amerika en dat hun aangewezen importeur een dochterbedrijf van de aanvrager is.

Voor het contingentjaar 2006 hoeven aanvragers van voorlopige uitvoercertificaten voor de in de vierde alinea genoemde productgroepen en contingenten echter niet te voldoen aan de eis dat de aangewezen importeur hun dochterbedrijf moet zijn, indien zij het bewijs leveren dat zij in elk van de drie voorafgaande jaren dergelijke producten hebben uitgevoerd naar de Verenigde Staten van Amerika.

Voorts kan voor het contingentjaar 2006 de aangewezen preferente importeur van een aanvrager worden geacht een dochterbedrijf voor 2006 te zijn op voorwaarde dat:

i)

de aanvraag:

in Tsjechië is ingediend ter verkrijging van een voorlopig certificaat voor de uitvoer van kaas naar de Verenigde Staten van Amerika in het kader van de contingenten zoals omschreven in de aanvullende aantekeningen 16, 17, 18, 20 en 25 in hoofdstuk 4 van het HTS (Harmonized Tariff Schedule of the United States of America) of

in Hongarije is ingediend ter verkrijging van een voorlopig certificaat voor de uitvoer van kaas naar de Verenigde Staten van Amerika in het kader van het contingent zoals omschreven in aanvullende aantekening 25 in hoofdstuk 4 van het HTS of

in Polen is ingediend ter verkrijging van een voorlopig certificaat voor de uitvoer van kaas naar de Verenigde Staten van Amerika in het kader van de contingenten zoals omschreven in de aanvullende aantekeningen 16 en 21 in hoofdstuk 4 van het HTS of

in Slowakije is ingediend ter verkrijging van een voorlopig certificaat voor de uitvoer van kaas naar de Verenigde Staten van Amerika in het kader van de contingenten zoals omschreven in aanvullende aantekening 16 in hoofdstuk 4 van het HTS;

ii)

de aanvrager de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de aanvraag wordt ingediend, documenten verstrekt ten bewijze dat hij sinds ten minste drie jaar in de nieuwe lidstaten is gevestigd en de betrokken kaas naar de Verenigde Staten van Amerika heeft uitgevoerd in elk van de drie kalenderjaren die aan de indiening van de aanvraag voorafgingen;

iii)

de aanvrager de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de aanvraag wordt ingediend, documenten verstrekt ten bewijze dat de procedure voor de oprichting van een dochterbedrijf in de Verenigde Staten van Amerika is ingeleid;

iv)

de aanvrager de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de aanvraag wordt ingediend, het bewijs levert dat hij in de twaalf maanden die aan de indiening van de aanvraag voorafgingen, exporten naar preferente importeurs heeft verricht.

In de aanvragen voor voorlopige uitvoercertificaten vermelden de marktdeelnemers tevens:

a)

de omschrijving van de onder het contingent van de Verenigde Staten van Amerika vallende productgroep volgens de aanvullende aantekeningen 16 tot en met 23 en 25 in hoofdstuk 4 van het Harmonized Tariff Schedule of the United States of America (meest recente versie);

b)

de omschrijving van de producten volgens het Harmonized Tariff Schedule of the United States of America (meest recente versie);

c)

de naam en het adres van de door de aanvrager aangewezen importeur in de Verenigde Staten van Amerika.

Bovendien gaat de aanvraag vergezeld van een verklaring van de aangewezen importeur dat hij voldoet aan de voorwaarden die in de Verenigde Staten van Amerika gelden voor de afgifte van invoercertificaten voor de in lid 1 bedoelde producten.

Voor het contingentjaar 2006 wordt in de aanvragen voor voorlopige uitvoercertificaten vermeld of de aangewezen importeur een dochterbedrijf van de aanvrager is of overeenkomstig de zesde alinea wordt geacht een dochterbedrijf te zijn.”;

b)

de leden 3 en 4 worden vervangen door:

„3.   Wanneer de aanvragen voor voorlopige certificaten voor een productgroep of een contingent zoals bedoeld in lid 1 de voor het betrokken jaar beschikbare hoeveelheid overtreffen, past de Commissie een uniforme toewijzingscoëfficiënt toe op de hoeveelheden waarvoor een aanvraag is ingediend.

In afwijking van de eerste alinea is, wanneer een toewijzingscoëfficiënt wordt toegepast op aanvragen voor voorlopige certificaten voor 2006, de toewijzingscoëfficiënt voor de aanvragers bij wie de aangewezen preferente importeurs dochterbedrijven zijn of overeenkomstig lid 2, zesde alinea, worden geacht dochterbedrijven te zijn, driemaal zo hoog als die voor de overige aanvragers.

4.   Wanneer de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt tot gevolg zou hebben dat voorlopige certificaten worden toegewezen voor minder dan 10 ton per aanvraag, wijst de betrokken lidstaat de desbetreffende beschikbare hoeveelheden per contingent toe door loting. De lidstaat verloot voorlopige certificaten voor 10 ton elk onder de aanvragers aan wie als gevolg van de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt minder dan 10 ton zou zijn toegewezen.

Resterende hoeveelheden van minder dan 10 ton bij de bepaling van de te verloten kavels worden gelijkelijk over de kavels van 10 ton verdeeld voordat de loting plaatsvindt.

Wanneer de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt tot gevolg zou hebben dat een hoeveelheid van minder dan 10 ton resteert, wordt die hoeveelheid als een enkele kavel beschouwd.

De zekerheid voor de aanvragen waaraan bij de toewijzing door loting geen voorlopige certificaten toevallen, wordt onmiddellijk vrijgegeven.”.

3)

In artikel 20 bis wordt lid 8 geschrapt.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 126 van 19.5.2005, blz. 12.

(3)  PB L 20 van 27.1.1999, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 558/2005 (PB L 94 van 13.4.2005, blz. 22).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/48


VERORDENING (EG) Nr. 1514/2005 VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot wijziging van de vanaf 17 september 2005 geldende invoerrechten in de sector granen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1249/96 van de Commissie van 28 juni 1996 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad ten aanzien van de invoerrechten in de sector granen (2), en met name op artikel 2, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De invoerrechten in de sector granen zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1489/2005 van de Commissie (3).

(2)

In artikel 2, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1249/96 is bepaald dat, indien in de loop van een toepassingsperiode het berekende gemiddelde van de invoerrechten 5 EUR per ton verschilt van het vastgestelde recht, een overeenkomstige aanpassing wordt uitgevoerd. Dit verschil heeft zich voorgedaan. De in Verordening (EG) nr. 1489/2005 vastgestelde invoerrechten moeten derhalve worden aangepast,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen I en II bij de Verordening (EG) nr. 1489/2005 worden vervangen door de bijlagen I en II bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 17 september 2005.

Zij is van toepassing met ingang van 17 september 2005.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling


(1)  PB L 270 van 29.9.2003, blz. 78.

(2)  PB L 161 van 29.6.1996, blz. 125. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1110/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 12).

(3)  PB L 240 van 16.9.2005, blz. 19.


BIJLAGE I

Vanaf 17 september 2005 geldende invoerrechten voor de in artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde producten

GN-code

Omschrijving

Invoerrecht (1)

(in EUR/ton)

1001 10 00

Harde tarwe van hoge kwaliteit

0,00

van gemiddelde kwaliteit

0,00

van lage kwaliteit

0,87

1001 90 91

Zachte tarwe, zaaigoed

0,00

ex 1001 90 99

Zachte tarwe van hoge kwaliteit, andere dan voor zaaidoeleinden

0,00

1002 00 00

Rogge

43,71

1005 10 90

Maïs, zaaigoed, andere dan hybriden

60,54

1005 90 00

Maïs, andere dan zaaigoed (2)

60,54

1007 00 90

Graansorgho, andere dan hybriden bestemd voor zaaidoeleinden

48,70


(1)  Voor producten die via de Atlantische Oceaan of het Suezkanaal in de Gemeenschap worden aangevoerd (artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1249/96) komt de importeur in aanmerking voor een verlaging van het invoerrecht met:

3 EUR/t, als de loshaven aan de Middellandse Zee ligt, of

2 EUR/t, als de loshaven in Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Estland, Letland, Litouen, Polen, Finland, Zweden of aan de Atlantische kust van het Iberisch Schiereiland ligt.

(2)  De importeur komt in aanmerking voor een forfaitaire verlaging van het invoerrecht met 24 EUR/t, als aan de in artikel 2, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1249/96 vastgestelde voorwaarden is voldaan.


BIJLAGE II

Berekeningselementen

(op 15.9.2005)

1.

Gemiddelden over de referentieperiode bepaald in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

Beursnotering

Minneapolis

Chicago

Minneapolis

Minneapolis

Minneapolis

Minneapolis

Product (eiwitgehalte bij 12 % vocht)

HRS2

YC3

HAD2

Van gemiddeldekwaliteit (1)

Van lage kwaliteit (2)

US barley 2

Notering (EUR/t)

119,84 (3)

66,51

164,80

154,80

134,80

91,95

Golfpremie (EUR/t)

15,95

 

 

Grote-Merenpremie (EUR/t)

31,81

 

 

2.

Gemiddelden over de referentieperiode bepaald in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

Vrachttarieven/kosten: Golf van Mexico–Rotterdam: 19,02 EUR/t; Grote Meren–Rotterdam: 22,29 EUR/t.

3.

Subsidies bedoeld in artikel 4, lid 2, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

0,00 EUR/t (HRW2)

0,00 EUR/t (SRW2).


(1)  Een korting van 10 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(2)  Een korting van 30 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(3)  Premie van 14 EUR/t inbegrepen (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/51


RICHTLIJN 2005/53/EG VAN DE COMMISSIE

van 16 september 2005

tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide en thiofanaat-methyl op te nemen als werkzame stof

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), en met name op artikel 6, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EEG) nr. 3600/92 van de Commissie van 11 december 1992 houdende bepalingen voor de uitvoering van de eerste fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (2) is een lijst vastgesteld van werkzame stoffen die moeten worden onderzocht met het oog op hun opneming in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide en thiofanaat-methyl zijn in deze lijst opgenomen.

(2)

De uitwerking van deze werkzame stoffen op de gezondheid van de mens en het milieueffect ervan zijn overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 3600/92 beoordeeld voor een reeks door de kennisgevers voorgestelde toepassingen. Bij Verordening (EG) nr. 933/94 van de Commissie van 27 april 1994 houdende vaststelling van de werkzame stoffen van gewasbeschermingsmiddelen en aanwijzing van de als rapporteur optredende lidstaten voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 3600/92 (3) zijn de volgende landen aangewezen als rapporterende lidstaat; deze landen hebben overeenkomstig artikel 7, lid 1, onder c), van Verordening (EEG) nr. 3600/92 de betrokken evaluatieverslagen met aanbevelingen bij de Commissie ingediend. Voor chloorthalonil was Nederland de rapporterende lidstaat en was alle relevante informatie ingediend op 31 januari 2000. Voor chloortoluron was Spanje de rapporterende lidstaat en was alle relevante informatie ingediend op 7 mei 1999. Voor cypermethrin was België de rapporterende lidstaat en was alle relevante informatie ingediend op 25 oktober 1999. Voor daminozide was Nederland de rapporterende lidstaat en was alle relevante informatie ingediend op 30 juli 1999. Voor thiofanaat-methyl was Duitsland de rapporterende lidstaat en was alle relevante informatie ingediend op 21 november 1997.

(3)

De evaluatieverslagen zijn door de lidstaten en de Commissie onderzocht in het kader van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid.

(4)

Op 15 februari 2005 zijn de onderzoeken met betrekking tot alle werkzame stoffen afgesloten met de evaluatieverslagen van de Commissie voor chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide en thiofanaat-methyl.

(5)

Uit het onderzoek van chloorthalonil, chloortoluron en cypermethrin zijn geen vragen naar voren gekomen voor het Wetenschappelijk Comité voor planten of voor de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), die de taak van eerstgenoemde heeft overgenomen.

(6)

Uit het onderzoek naar daminozide zijn enkele vragen naar voren gekomen waarover de EFSA zich heeft gebogen. Het Wetenschappelijk Panel voor de gezondheid van gewassen, gewasbeschermingsmiddelen en de residuen daarvan (PPR-panel) van de EFSA werd verzocht zich uit te spreken over het mechanisme van de kankervorming bij knaagdieren na toediening van 1,1-dimethylhydrazide (UDMH) en werd gevraagd te vermelden of er voor dit effect al dan niet een drempelwaarde kon worden afgeleid. Zo ja, werd het panel verzocht deze waarde aan te geven. Met betrekking tot de gestelde vragen is het PPR-panel tot de conclusie (4) gekomen dat op basis van de beschikbare gegevens niet kan worden vastgesteld volgens welk mechanisme UDMH bij knaagdieren kanker verwekt. In-vitro-onderzoek leverde geen aanwijzingen op voor genotoxiciteit van zuivere of tegen oxidatie beschermde UDMH en in-vivo-onderzoek is niet beschikbaar. Bovendien heeft het PPR-panel een kennelijke discrepantie vastgesteld: uit langetermijnstudies is gebleken dat daminozide geen kanker verwekt bij ratten en muizen bij doses die normaal leiden tot de interne metabolische productie van UDMH-doses die ten minste een orde van grootte hoger zijn dan de doses die bij directe proeven tot kanker leiden. Bovendien bleek in een studie dat de N7-methylering van guanine 50 keer hoger was na de orale toediening van UDMH aan ratten, in vergelijking met de analoge gegevens voor daminozide. Derhalve oordeelt het PPR-panel dat elke conclusie over het kankerverwekkende mechanisme van oraal toegediende UDMH met een mate van onzekerheid is omgeven. Het PPR-panel concludeert dat de beschikbare gegevens niet in de richting van een genotoxisch mechanisme wijzen.

Als mogelijke niet-genotoxische mechanismen kunnen een gewijzigde regeling van de celdeling of een verstoring van de hormoonhuishouding een rol spelen, maar deze mechanismen zijn nog niet nader onderzocht en daarom kan er vooralsnog geen definitieve conclusie worden getrokken. Tijdens experimenten waarin getest werd of UDMH kankerverwekkend bij ratten en muizen is, werden bij respectievelijk 0,09 mg/kg lichaamsgewicht per dag en 1,41 mg/kg lichaamsgewicht per dag geen effecten waargenomen.

Als de waargenomen kankervorming door UDMH wordt veroorzaakt door een niet-genotoxisch mechanisme, moeten de hierboven genoemde doses als toxicologische drempelwaarden worden beschouwd. Gezien alle onzekerheid over het mechanisme en de kans dat UDMH onder broeikasomstandigheden geoxideerde derivaten kan vormen die misschien genotoxisch zijn, is het PPR-panel echter van oordeel dat deze doses alleen met de nodige voorzichtigheid als drempelwaarden mogen worden gebruikt. Het Permanent Comité heeft op basis van dit advies vastgesteld dat het gebruik van daminozide onder de vermelde omstandigheden aanvaardbaar is.

(7)

Uit het onderzoek naar thiofanaat-methyl zijn enkele vragen naar voren gekomen waarover het Wetenschappelijk Comité voor planten zich heeft gebogen. Aan het Wetenschappelijk Comité werd gevraagd of het wenselijk is om een aanvaardbare dagelijkse dosis (ADI) en een aanvaardbaar niveau van blootstelling van de toediener (AOEL) vast te stellen, in het bijzonder met betrekking tot de resultaten van de mutageniteits-, carcinogeniteits- en reproductiestudies voor benomyl, carbendazim en thiofanaat-methyl. Het Comité (5) heeft vastgesteld dat voor deze drie stoffen carbendazim de gemeenschappelijke biologisch werkzame stof is. Vooral benomyl, maar ook thiofanaat-methyl, wordt gemetaboliseerd tot carbendazim en deze drie stoffen veroorzaken numerieke chromosoomafwijkingen (aneuploïdie) in zoogdiercellen die in vivo zijn blootgesteld. Er zijn geen aanwijzingen dat deze stoffen het genetische materiaal op andere manieren beschadigen. Carcinogeniteit vormt geen probleem. De bekende effecten van deze fungiciden op de voortplanting kunnen worden verklaard door de interactie met de microtubuli van de spoelfiguur. Het mechanisme dat aneuploïdie veroorzaakt is goed bekend en verhindert de polymerisatie van tubuline, het eiwit dat nodig is voor de scheiding van de chromosomen tijdens de celdeling: er is geen interactie met DNA. Aangezien in delende cellen talrijke exemplaren van tubulinemoleculen aanwezig zijn, wordt bij een lage concentratie aan fungiciden een beperkt aantal tubulinemoleculen aangetast en treden er dus geen schadelijke toxicologische effecten op. Daarom is er een duidelijk niveau zonder schadelijke effecten te onderkennen en kan zowel een ADI als een AOEL worden vastgesteld.

(8)

Uit de verschillende analyses is gebleken dat gewasbeschermingsmiddelen die chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl bevatten, naar verwachting doorgaans zullen voldoen aan de in artikel 5, lid 1, onder a) en b), van Richtlijn 91/414/EEG gestelde eisen, met name voor de toepassingen waarvoor zij zijn onderzocht en die zijn opgenomen in het evaluatieverslag van de Commissie. Deze werkzame stof moet daarom in bijlage I worden opgenomen, zodat gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten in alle lidstaten overeenkomstig die richtlijn kunnen worden toegelaten.

(9)

Er moet worden voorzien in een redelijke termijn voordat een werkzame stof in bijlage I wordt opgenomen, zodat de lidstaten en de belanghebbende partijen zich kunnen voorbereiden op de nieuwe eisen die uit de opneming voortvloeien.

(10)

Onverminderd de verplichtingen zoals vastgelegd in Richtlijn 91/414/EEG ten gevolge van de opneming van een werkzame stof in bijlage I, moeten de lidstaten na de opneming een termijn van zes maanden krijgen om de bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl bevatten opnieuw te onderzoeken en ervoor te zorgen dat aan de voorwaarden van Richtlijn 91/414/EEG, met name in artikel 13 en bijlage I, is voldaan. De lidstaten moeten de bestaande toelatingen al naar het geval wijzigen, vervangen of intrekken overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG. In afwijking van bovenstaande richtlijn moet er een langere termijn worden vastgesteld voor de indiening en beoordeling van het volledige dossier conform bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG voor elk gewasbeschermingsmiddel en elk beoogd gebruik overeenkomstig de in die richtlijn vastgestelde uniforme beginselen.

(11)

Bij eerdere opnamen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van werkzame stoffen die in het kader van Verordening (EEG) nr. 3600/92 zijn onderzocht, is gebleken dat de uitlegging van de verplichtingen van houders van bestaande toelatingen wat de toegang tot gegevens betreft tot problemen kan leiden. Om meer problemen te voorkomen, moeten de verplichtingen van de lidstaten daarom worden verduidelijkt, en met name de plicht om te verifiëren dat de houder van een toelating toegang tot een dossier verschaft en daarmee aan de vereisten van bijlage II bij die richtlijn voldoet. Deze verduidelijking legt de lidstaten of de houders van toelatingen echter ten opzichte van de tot nu toe goedgekeurde richtlijnen tot wijziging van bijlage I geen nieuwe verplichtingen op.

(12)

Richtlijn 91/414/EEG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(13)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

De lidstaten dienen uiterlijk op 31 augustus 2006 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 september 2006.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 3

1.   De lidstaten moeten overeenkomstig het bepaalde in Richtlijn 91/414/EEG uiterlijk op 31 augustus 2006 bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl als werkzame stof bevatten, naar gelang van het geval wijzigen of intrekken.

Uiterlijk op die datum verifiëren zij met name dat aan de voorwaarden van bijlage I bij die richtlijn met betrekking tot chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide en thiofanaat-methyl is voldaan, met uitzondering van de voorwaarden in deel B van de teksten betreffende die werkzame stoffen, en dat de houder van de toelating in het bezit is van of toegang heeft tot een dossier dat overeenkomstig de voorwaarden van artikel 13 van die richtlijn aan de voorwaarden van bijlage II bij die richtlijn voldoet.

2.   In afwijking van lid 1 voeren de lidstaten op basis van een dossier conform bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en rekening houdend met deel B van de tekst van bijlage I van die richtlijn wat chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl betreft, overeenkomstig de uniforme beginselen in bijlage VI bij die richtlijn een nieuwe beoordeling uit voor elk toegelaten gewasbeschermingsmiddel dat chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl bevat als enige werkzame stof of als een van een aantal werkzame stoffen die alle uiterlijk op 28 februari 2006 in bijlage I bij die richtlijn zijn opgenomen. Op grond van die evaluatie bepalen zij of het middel voldoet aan de voorwaarden van artikel 4, lid 1, onder b), c), d) en e), van Richtlijn 91/414/EEG.

Na die bepaling moeten de lidstaten:

a)

als chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl de enige werkzame stof in het gewasbeschermingsmiddel is, de toelating indien nodig uiterlijk op 28 februari 2010 wijzigen of intrekken, of

b)

als het gewasbeschermingsmiddel naast chloorthalonil, chloortoluron, cypermethrin, daminozide of thiofanaat-methyl nog andere werkzame stoffen bevat, de toelating indien nodig uiterlijk op 28 februari 2010 of, als dat later is, op de datum die voor zo'n wijziging of intrekking is vastgesteld in de richtlijnen waarbij die stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG zijn opgenomen, wijzigen of intrekken.

Artikel 4

Deze richtlijn treedt in werking op 1 maart 2006.

Artikel 5

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 16 september 2005.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 70 van 16.3.2005, blz. 1).

(2)  PB L 366 van 15.12.1992, blz. 10. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2266/2000 (PB L 259 van 13.10.2000, blz. 27).

(3)  PB L 107 van 28.4.1994, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2230/95 (PB L 225 van 22.9.1995, blz. 1).

(4)  Advies van het Wetenschappelijk Panel voor de gezondheid van gewassen, gewasbeschermingsmiddelen en de residuen daarvan naar aanleiding van een verzoek van de Commissie betreffende de evaluatie van daminozide in het kader van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad. (EFSA Journal (2004), 61, 1-27). Aangenomen op 11 mei 2004.

(5)  Advies van het Wetenschappelijk Comité voor planten (SCP/BENOMY/002-final, SCP/CARBEN/002-final, SCP/THIOPHAN/002-final) van 23 maart 2001 met betrekking tot de evaluatie van benomyl, carbendazim en thiofanaat-methyl in het kader van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (op 7 maart 2001 door het Wetenschappelijk Comité voor planten goedgekeurd advies).


BIJLAGE

Aan de tabel in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG toe te voegen tekst:

Nr.

Benaming, identificatie-nummers

IUPAC-benaming

Zuiverheid (1)

Inwerkingtreding

Geldigheidsduur

Bijzondere bepalingen

„102

Chloorthalonil

CAS-nr. 1897-45-6

CIPAC-nr. 288

Tetrachloorisoftalonitril

985 g/kg

hexachloorbenzeen: maximaal 0,01 g/kg

decachloorbifenyl: maximaal 0,03 g/kg

1 maart 2006

28 februari 2016

DEEL A

De stof mag alleen worden toegestaan voor gebruik als fungicide

DEEL B

Voor de toepassing van de uniforme beginselen in bijlage VI moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over chloorthalonil dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II

Bij hun algemene evaluatie moeten de lidstaten speciale aandacht besteden aan de bescherming van:

waterorganismen.

grondwater, vooral wat de werkzame stof en zijn metabolieten R417888 en R611965 (SDS46851) betreft, wanneer de stof wordt gebruikt in qua bodemgesteldheid en/of klimatologische omstandigheden kwetsbare gebieden

De gebruiksvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten

103

Chloortoluron (nietgespecificeerde stereochemie)

CAS-nr. 15545-48-9

CIPAC-nr. 217

3-(3-Chloor-p-tolyl)-1,1-dimethylureum

975 g/kg

1 maart 2006

28 februari 2016

DEEL A

Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als herbicide

DEEL B

Voor de toepassing van de uniforme beginselen in bijlage VI moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over chloortoluron dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van het grondwater wanneer de werkzame stof wordt gebruikt in qua bodem of klimaat kwetsbare regio's. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten

104

Cypermethrin

CAS-nr. 52315-07-8

CIPAC-nr. 332

(RS)-α-Cyaan-3 fenoxybenzyl-(1RS)-cis, trans-3-(2,2-dichloorvinyl)-2,2-dimethylcyclopropaan-carboxylaat

(4 isomerenparen: cis-1, cis-2, trans-3, trans-4)

900 g/kg

1 maart 2006

28 februari 2016

DEEL A

Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als insecticide

DEEL B

Voor de toepassing van de uniforme beginselen in bijlage VI moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over cypermethrin dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten:

bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van waterorganismen, bijen en geleedpotigen die niet tot de doelsoorten behoren. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten;

bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van de personen die de stof toepassen. De toelatingsvoorwaarden moeten zo nodig beschermingsmaatregelen omvatten

105

Daminozide

CAS-nr. 1596-84-5

CIPAC-nr. 330

N-Dimethylaminosuccinamidezuur

990 g/kg

Onzuiverheden:

N-nitrosodimethylamine: maximaal 2,0 mg/kg

1,1-dimethylhydrazide: maximaal 30 mg/kg

1 maart 2006

28 februari 2016

DEEL A

Mag alleen worden toegelaten voor gebruik als groeiregulator voor niet-eetbare gewassen

DEEL B

Voor de toepassing van de uniforme beginselen in bijlage VI moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over daminozide dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de veiligheid van de toepassers en de werknemers na de toepassing (re-entry). De toelatingsvoorwaarden moeten zo nodig beschermingsmaatregelen omvatten

106

Thiofanaat-methyl (niet-gespecificeerde stereochemie)

CAS-nr. 23564-05-8

CIPAC-nr. 262

Dimethyl-4,4'-(o-fenyleen)bis(3-thioallofanaat)

950 g/kg

1 maart 2006

28 februari 2016

DEEL A

De stof mag alleen worden toegestaan voor gebruik als fungicide

DEEL B

Voor de toepassing van de uniforme beginselen in bijlage VI moet rekening worden gehouden met de conclusies van het evaluatieverslag over thiofanaat-methyl dat op 15 februari 2005 door het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is goedgekeurd, en met name met de aanhangsels I en II. Bij deze algemene beoordeling moeten de lidstaten bijzondere aandacht besteden aan de bescherming van het aquatisch milieu en van regenwormen en andere bodemmacro-organismen. De toelatingsvoorwaarden moeten, indien nodig, risicobeperkende maatregelen omvatten”


(1)  Het evaluatieverslag bevat nadere gegevens over de identiteit en de specificatie van de werkzame stof.


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Raad

17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/57


BESLUIT DARFUR/1/2005 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ

van 29 juli 2005

tot benoeming van de militair adviseur van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Soedan

(2005/653/GBVB)

HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 25, derde alinea,

Gelet op Gemeenschappelijk Optreden 2005/557/GBVB van de Raad van 18 juli 2005 inzake het civiel-militaire optreden van de Europese Unie ter ondersteuning van de missie van de Afrikaanse Unie in de regio Darfur in Soedan (1), en met name op artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 18 juli 2005 heeft de Raad Gemeenschappelijk Optreden 2005/556/GBVB tot benoeming van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) voor Soedan (2) aangenomen.

(2)

De SVEU zorgt voor de coördinatie en de samenhang van de bijdragen van de Europese Unie aan AMIS. Onder het gezag van de SVEU is een EU-Coördinatiecel in Addis Abeba (ACC), bestaande uit een politiek adviseur, een militair adviseur en een politieadviseur, belast met de dagelijkse coördinatie met alle relevante EU-actoren en met het Administratief Controle- en Beheerscentrum (ACMC) binnen de commandostructuur van de Afrikaanse Unie in Addis Abeba, om een samenhangende en tijdige steun van de Europese Unie voor AMIS II te waarborgen.

(3)

De militair adviseur van de SVEU helpt de samenhang van de militaire component van het ondersteunend optreden van de Europese Unie in Addis Abeba te verzekeren en staat in voor het dagelijks beheer van de coördinatie van de militaire component van het ondersteunend optreden van de Europese Unie met het ACMC.

(4)

Op aanbeveling van de SVEU heeft de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger kolonel Philippe Mendez voorgedragen als militair adviseur van de SVEU.

(5)

Overeenkomstig artikel 4 van Gemeenschappelijk Optreden 2005/557/GBVB heeft de Raad het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) gemachtigd de militair adviseur van de SVEU te benoemen.

(6)

Overeenkomstig artikel 6 van het protocol betreffende de positie van Denemarken, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, neemt Denemarken niet deel aan de uitwerking en uitvoering van besluiten en acties van de Europese Unie die gevolgen hebben op defensiegebied,

BESLUIT:

Artikel 1

Kolonel Philippe MENDEZ wordt benoemd tot militair adviseur van de SVEU voor Soedan.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de dag van zijn aanneming.

Gedaan te Brussel, 29 juli 2005.

Voor het Politiek en Veiligheidscomité

De voorzitter

J. KING


(1)  PB L 188 van 20.7.2005, blz. 46.

(2)  PB L 188 van 20.7.2005, blz. 43.


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/58


BESLUIT DARFUR/2/2005 VAN HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ

van 29 juli 2005

tot benoeming van het hoofd van het EU-politieteam/de politieadviseur van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Soedan

(2005/654/GBVB)

HET POLITIEK EN VEILIGHEIDSCOMITÉ,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 25, derde alinea,

Gelet op Gemeenschappelijk Optreden 2005/557/GBVB van de Raad van 18 juli 2005 inzake het civiel-militaire optreden van de Europese Unie ter ondersteuning van de missie van de Afrikaanse Unie in de regio Darfur in Soedan (1), en met name op artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 18 juli 2005 heeft de Raad Gemeenschappelijk Optreden 2005/556/GBVB tot benoeming van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) voor Soedan aangenomen (2).

(2)

De SVEU zorgt voor de coördinatie en de samenhang van de bijdragen van de Europese Unie aan AMIS. Onder het gezag van de SVEU is een EU-Coördinatiecel in Addis Abeba (ACC), bestaande uit een politiek adviseur, een militair adviseur en een politieadviseur, belast met de dagelijkse coördinatie met alle relevante EU-actoren en met het Administratief Controle- en Beheerscentrum (ACMC) binnen de commandostructuur van de Afrikaanse Unie in Addis Abeba, om een samenhangende en tijdige steun van de Europese Unie voor AMIS II te waarborgen.

(3)

De politieadviseur van de SVEU, die tevens hoofd is van het EU-politieteam, is belast met de dagelijkse coördinatie van het politioneel ondersteunend optreden van de Europese Unie. Het hoofd van het EU-politieteam staat in voor het dagelijks beheer van de politiecomponent van het ondersteunend optreden op de drie gebieden en is verantwoordelijk voor personeels- en tuchtzaken.

(4)

Op aanbeveling van de SVEU heeft de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger Douglas Brand voorgedragen als hoofd van het EU-politieteam/de politieadviseur van de SVEU.

(5)

Krachtens artikel 4 van Gemeenschappelijk Optreden 2005/557/GBVB wordt het hoofd van het EU-politieteam/de politieadviseur van de SVEU door het Politiek en Veiligheidscomité benoemd,

BESLUIT:

Artikel 1

Douglas BRAND wordt benoemd tot hoofd van het EU-politieteam/de politieadviseur van de SVEU voor Soedan.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn aanneming.

Gedaan te Brussel, 29 juli 2005.

Voor het Politiek en Veiligheidscomité

De voorzitter

J. KING


(1)  PB L 188 van 20.7.2005, blz. 46.

(2)  PB L 188 van 20.7.2005, blz. 43.


Commissie

17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/59


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 8 september 2004

betreffende de steunregeling die Italië ten uitvoer heeft gelegd in de vorm van een belastingkrediet ten behoeve van investeringen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2638)

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

(2005/655/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

Na de belanghebbenden overeenkomstig voornoemde artikelen in de gelegenheid te hebben gesteld hun opmerkingen kenbaar te maken (1),

Overwegende hetgeen volgt:

I.   PROCEDURE

(1)

In april 2003 hebben de Italiaanse autoriteiten, overeenkomstig artikel 88, lid 3, van het Verdrag, bij de Commissie aanmelding gedaan van een steunregeling ten behoeve van investeringen in bepaalde regio's. Aangezien de inwerkingtreding van deze steunregeling niet afhankelijk was gesteld van de voorafgaande goedkeuring van de Commissie, is de maatregel in kwestie geregistreerd als onrechtmatige steun onder nr. NN 53/03.

(2)

Op 4 juli 2003 hebben de Italiaanse autoriteiten verdere informatie meegedeeld. Op 17 september 2003 heeft de Commissie besloten de formele onderzoekprocedure van artikel 88, lid 2, van het Verdrag in te leiden (hierna „het besluit tot inleiding van de procedure” genoemd) en heeft zij Italië om alle informatie verzocht die nodig is om de maatregel te beoordelen. Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure is in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt (2). De Commissie heeft van belanghebbenden noch van Italië opmerkingen terzake ontvangen.

(3)

Op 16 december 2003 heeft de Commissie Italië andermaal verzocht inlichtingen te verschaffen, daarbij aangevend dat zij zich, bij gebreke van een antwoord, voorbehield een bevel tot het verschaffen van inlichtingen te doen uitgaan overeenkomstig artikel 10, lid 3, van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (3). De Commissie heeft van Italië geen inlichtingen ontvangen. Bij beschikking van 22 april 2004 heeft de Commissie Italië gelast binnen één maand alle dienstige inlichtingen te verstrekken voor de beoordeling van de steunmaatregel. Binnen de vastgestelde termijn zijn er van Italië geen inlichtingen ontvangen.

(4)

Op 26 mei 2004 heeft Italië verzocht de termijn om op het bevel tot het verstrekken van inlichtingen te antwoorden, met vijftien werkdagen te verlengen. De Commissie heeft Italië weliswaar meegedeeld dat de bij beschikking van de Commissie vastgestelde antwoordtermijn was verstreken, maar heeft toch nota genomen van het voornemen om tegen 17 juni 2004 de informatie te zenden.

(5)

Bij schrijven van 17 juni 2004 (geregistreerd op 22 juni 2004) heeft Italië additionele informatie gezonden.

II.   BESCHRIJVING VAN DE STEUN

(6)

De rechtsgrondslag van de regeling is artikel 94, lid 14, van wet nr. 289 van 27 december 2002 (begrotingswet 2003).

(7)

Doel van deze steunregeling is investeringen in bepaalde Italiaanse regio's te stimuleren, met het oog op de regionale ontwikkeling. De regeling loopt tot 31 december 2006, en op de begroting 2003, 2004 en 2005 is er telkens 2 miljoen EUR voor uitgetrokken.

(8)

Evenals in twee andere Italiaanse regionalesteunregelingen die de Commissie heeft goedgekeurd (4) — en waarvan de aangemelde regeling als de geografische uitbreiding kan worden gezien — wordt de steun toegekend in de vorm van een belastingkrediet voor investeringen in af te schrijven activa. De steun wordt toegekend ten behoeve van „netto”-investeringen die zijn bepaald als het verschil tussen 1. de investeringsuitgaven voor nieuwe activa in een bepaalde periode, en 2. het bedrag van de verkopen en de afschrijvingen van alle activa van de onderneming gedurende dezelfde referentieperiode. De steunintensiteit is vastgesteld op 8 % NSE, met een verhoging van 10 procentpunt bruto voor kleine en 6 procentpunt bruto voor middelgrote ondernemingen.

(9)

De begunstigden van de regeling zijn de ondernemingen uit een breed aantal sectoren (5), die investeren in de specifieke gebieden in Italië zoals die zijn vermeld in artikel 4 van wet nr. 448 van 23 december 1998 en circulaire nr. 161 van 25 augustus 2000 van het ministerie van Financiën. Het gaat om de volgende gebieden:

de provincies Agrigento, Avellino, Bari, Benevento, Brindisi, Cagliari, Caltanisetta, Campobasso, Caserta, Catania, Catanzaro, Cosenza, Crotone Enna, Foggia, Frosinone, Isernia, Lecce, Massa, Matera, Messina, Napoli, Nuoro, Oristano, Palermo, Potenza, Reggio Calabria, Salerno, Sassari Siracusa, Taranto, Trapani, Vibo Valentia, Viterbo, en

de gemeenten Tivoli (Rome), Formia (Latina), Sora (Frosinone) en Cassino (Frosinone).

(10)

De regeling geldt niet voor de productie, verwerking of afzet van landbouwproducten, de transportsector of de ijzer- en staalindustrie in de zin van de multisectorale kaderregeling betreffende regionale steun voor grote investeringsprojecten (6). Evenmin geldt zij voor ondernemingen in moeilijkheden in de zin van de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (7). Een nadere beschrijving van alle vereisten waaraan de ondernemingen moeten voldoen om voor de desbetreffende steun in aanmerking te komen, is in het besluit tot inleiding van de procedure gegeven (8).

III.   REDENEN OM DE PROCEDURE IN TE LEIDEN

(11)

In haar besluit tot inleiding van de procedure was de Commissie van oordeel dat de maatregel staatssteun vormde in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag en heeft zij twijfel geformuleerd ten aanzien van de verenigbaarheid ervan met de gemeenschappelijke markt, aangezien daarmee regionale-investeringssteun werd ingesteld voor regio's die niet in aanmerking komen voor de regionale afwijkingen van artikel 87, lid 3, onder a) en c), van het Verdrag. Een nadere beschrijving van de redenen waarom de procedure is ingeleid — en die niet door Italië zijn betwist — is in het besluit tot inleiding van de procedure te vinden (9).

IV.   BEOORDELING VAN DE STEUN

1.   De vraag of er sprake is van staatssteun

(12)

In deze regeling worden belastingkredieten toegekend ten behoeve van investeringen die in wettelijke en administratieve besluiten zijn afgebakend. De Commissie is van oordeel dat daarmee aan die ondernemingen een economisch voordeel wordt toegekend uit staatsmiddelen, de mededinging wordt verstoord en het intracommunautaire handelsverkeer ongunstig wordt beïnvloed, en wel om de redenen die in het besluit tot inleiding van de procedure zijn aangegeven (10).

(13)

Bijgevolg vormt de maatregel staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag en is hij in beginsel verboden. Hij kan alleen als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt worden aangemerkt wanneer hij in aanmerking komt voor een van de afwijkingen die in het Verdrag zijn vastgesteld.

2.   Rechtmatigheid van de steun

(14)

Aangezien de te onderzoeken maatregel steun vormt, betreurt de Commissie het dat de Italiaanse autoriteiten de op hen rustende verplichtingen tot aanmelding uit hoofde van artikel 88, lid 3, van het Verdrag niet zijn nagekomen en de betrokken steunmaatregel ten uitvoer hebben gelegd vooraleer deze door de Commissie kon worden goedgekeurd.

3.   De steun op zijn verenigbaarheid getoetst

(15)

De betrokken steunregeling kan, zoals reeds in het besluit tot inleiding van de procedure werd aangegeven (11), om evidente redenen niet in aanmerking komen voor de afwijkingen van artikel 87, lid 2, van het Verdrag of de afwijkingen van artikel 87, lid 3, onder b) en d). Aangezien deze regeling het bevorderen van investeringen ten behoeve van regionale ontwikkeling betreft en door Italië als regionale steun is aangemeld, heeft de Commissie deze regeling op haar verenigbaarheid aan de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen getoetst (12).

(16)

In dit verband heeft de Commissie in haar besluit tot inleiding van de procedure op diverse punten twijfel geformuleerd ten aanzien van de verenigbaarheid van de betrokken steunregeling met de gemeenschappelijke markt. De Commissie is van mening dat alle punten ten aanzien waarvan zij toentertijd twijfel formuleerde, volledig zijn bevestigd. Met name:

a)

in het kader van de regeling wordt steun toegekend aan gebieden die niet in aanmerking komen voor de afwijkingen van artikel 87, lid 3, onder a) en c). Volgens de Italiaanse regionalesteunkaart 2000-2006 (13), kunnen de provincies Campobasso, Frosinone, Isernia, Massa Carrara, Viterbo en de gemeenten Tivoli en Formia niet in hun geheel aanspraak maken op deze afwijkingen. Bijgevolg mag in die gebieden geen regionalesteunregeling worden toegepast;

b)

volgens de regeling lijkt ook tot steun besloten te zijn voor gebieden die onder de afwijkingen van artikel 87, lid 3, onder a) en c), van het Verdrag vallen. Voor die gebieden kunnen — reeds door de Commissie goedgekeurde (14) — steunregelingen worden toegepast waarbij een identiek belastingkrediet ten behoeve van investeringen kan worden toegekend. Bijgevolg is de Commissie van oordeel dat de te onderzoeken regeling in hoofdzaak in de gebieden onder a) wordt toegepast;

c)

de regeling bevat geen duidelijke toezegging om de specifieke voorwaarden na te leven van de richtsnoeren voor het onderzoek van de steunmaatregelen van de staten in de visserij- en aquacultuursector (15), van Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (16) of van Verordening (EG) nr. 2369/2002 van de Raad van 20 december 2002 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2792/1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (17).

(17)

Het was de Commissie niet bekend of in het kader van deze regeling steun was toegekend, en zo ja in welke gebieden, omdat Italië geen enkele informatie had verstrekt. De Commissie heeft Italië derhalve gelast informatie te verstrekken. Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 659/1999 kan de Commissie, indien een lidstaat niet aan een bevel tot het verstrekken van informatie voldoet, ten aanzien van onrechtmatige steun een beschikking geven op grond van de beschikbare informatie.

(18)

Italië heeft niet binnen de bij beschikking van de Commissie vastgestelde termijn op het bevel tot het verstrekken van inlichtingen geantwoord. De Commissie wil echter de informatie in aanmerking nemen die Italië buiten deze termijn heeft gezonden, waarin het verklaart dat:

de steunregeling nooit ten uitvoer is gelegd;

geen enkele onderneming steun heeft ontvangen op grond van de te onderzoeken regeling omdat, van bij de instelling van de regeling in 2002, de desbetreffende administratieve instructies nooit zijn vastgesteld, en omdat er evenmin een belastingwet is goedgekeurd die nodig is om de procedure van het belastingkrediet te kunnen gebruiken.

(19)

De Commissie neemt nota van de verklaring van Italië dat geen enkele onderneming op grond van de betrokken regeling steun heeft gekregen. Zij neemt ook nota van het feit dat de wettelijke bepalingen waarmee het belastingkrediet werd ingevoerd, per 1 januari 2003 in werking zijn getreden — waarbij een belastingkrediet wordt toegekend zonder enige verwijzing naar latere administratieve instructies — en nog steeds van kracht zijn. Italië heeft geen toezegging gedaan noch enige aanwijzing gegeven ten aanzien van de toekomstige intrekking van de steunregeling. Bijgevolg is de Commissie van oordeel dat het dienstig is een beschikking te geven over de regeling in kwestie.

(20)

Volgens de beschikbare informatie is de regionalesteunregeling van toepassing in gebieden die niet voor regionale steun in aanmerking komen. De Commissie kan deze regeling niet verenigbaar verklaren met de gemeenschappelijke markt op basis van de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen om de in overwegingen 15 en 16 genoemde redenen, die nader zijn uitgewerkt in het besluit tot inleiding van de procedure (18).

V.   CONCLUSIE

(21)

De Commissie constateert dat de betrokken maatregel staatssteun vormt in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag. Italië heeft, in strijd met artikel 88, lid 3, van het Verdrag, de betrokken steunmaatregel op onwettige wijze ten uitvoer gelegd. Op grond van de in de overwegingen 15 tot en met 20 gemaakte analyse is de Commissie van oordeel dat de steun onverenigbaar is met de gemeenschappelijke markt.

(22)

Onderhavige beschikking betreffende de steunregeling in de vorm van belastingkredieten ten behoeve van investeringen en de gevallen waarin zij is toegepast, dient onverwijld ten uitvoer te worden gelegd, met inbegrip van de terugvordering van alle onverenigbare individuele steun die eventueel reeds is toegekend,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1.   De steunregeling waarbij een belastingkrediet ten behoeve van investeringen wordt toegekend en die Italië in strijd met artikel 88, lid 3, van het Verdrag op onwettige wijze ten uitvoer heeft gelegd, is met de gemeenschappelijke markt onverenigbaar.

2.   Italië trekt deze steunregeling in, voorzover zij nog effect blijft sorteren, en voert op grond van deze regeling geen betaling meer uit, vanaf de datum van deze beschikking.

Artikel 2

Italië neemt alle nodige maatregelen om de in artikel 1 bedoelde en reeds ter beschikking gestelde steun van de begunstigden terug te vorderen.

De terugvordering geschiedt onverwijld en in overeenstemming met de nationaal-rechtelijke procedures voorzover deze procedures een onverwijlde en daadwerkelijke tenuitvoerlegging van de onderhavige beschikking toelaten.

De terug te vorderen steun omvat rente vanaf de datum waarop de steun de begunstigden ter beschikking is gesteld, tot de datum van de daadwerkelijke terugbetaling ervan.

De rente wordt berekend overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 794/2004 van de Commissie (19).

Artikel 3

Italië deelt de Commissie binnen twee maanden vanaf de kennisgeving van deze beschikking mee welke maatregelen het heeft genomen om hieraan te voldoen. Daarbij geeft het in detail aan welke maatregelen zijn genomen om de onverenigbare regeling in te trekken en legt het de nodige bewijsstukken over.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Italiaanse Republiek.

Gedaan te Brussel, 8 september 2004.

Voor de Commissie

Neelie KROES

Lid van de Commissie


(1)  PB C 300 van 11.12.2003, blz. 2.

(2)  Zie voetnoot 1.

(3)  PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1. Verordening zoals gewijzigd bij de Toetredingsakte van 2003.

(4)  Steunmaatregel N 324/02 betreffende steungebieden op grond van de afwijking van artikel 87, lid 3, onder a), van het Verdrag en Steunmaatregel N 198/03 betreffende steungebieden op grond van de afwijking van artikel 87, lid 3, onder c), van het Verdrag.

(5)  Het gaat om de sectoren delfstoffenwinning, be- en verwerkende industrie, diensten, toerisme, handel, bouw, productie en distributie van stroom, stoom en warm water, de verwerking van visserij- en acquacultuurproducten.

(6)  PB C 70 van 19.3.2002, blz. 8.

(7)  PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.

(8)  Zie voetnoot 1.

(9)  Zie voetnoot 1.

(10)  Zie voetnoot 1.

(11)  Zie voetnoot 1.

(12)  PB C 74 van 10.3.1998, blz. 9.

(13)  Beschikking 2002/282/EG van de Commissie van 20 september 2000 betreffende het gedeelte van de Italiaanse regionalesteunkaart voor de periode 2000-2006 dat betrekking heeft op de gebieden die in aanmerking komen voor de afwijking uit artikel 87, lid 3, onder c), van het Verdrag (PB L 105 van 20.4.2002, blz. 1).

(14)  Steunmaatregel N 324/02 betreffende steungebieden op grond van de afwijking van artikel 87, lid 3, onder a), van het Verdrag en Steunmaatregel N 198/03 betreffende steungebieden op grond van de afwijking van artikel 87, lid 3, onder c), van het Verdrag.

(15)  PB C 19 van 20.1.2001, blz. 7.

(16)  PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 485/2005 (PB L 81 van 30.3.2005, blz. 1).

(17)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 49.

(18)  Zie voetnoot 1.

(19)  PB L 140 van 30.4.2004, blz. 1.


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/63


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 14 september 2005

tot wijziging van Beschikking 2004/233/EG wat betreft de lijst van laboratoria die gemachtigd zijn om de doelmatigheid van antirabiësvaccinatie bij sommige als huisdier gehouden carnivoren te controleren

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 3444)

(Voor de EER relevante tekst)

(2005/656/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Beschikking 2000/258/EG van de Raad van 20 maart 2000 houdende aanwijzing van een specifiek instituut dat verantwoordelijk is voor de vaststelling van de criteria die nodig zijn voor de normalisatie van de serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (1), en met name op artikel 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 2000/258/EG is het laboratorium van het Agence française de sécurité sanitaire des aliments de Nancy (het AFSSA-laboratorium in Nancy) in Frankrijk aangewezen als het instituut dat verantwoordelijk is voor de vaststelling van de criteria die nodig zijn voor de normalisatie van de serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren. Die beschikking bepaalt ook dat het AFSSA-laboratorium in Nancy de Commissie in kennis stelt van de lijst van communautaire laboratoria die gemachtigd moeten worden om die serologische tests uit te voeren. Dienovereenkomstig past het AFSSA-laboratorium in Nancy de vastgestelde testprocedure toe om na te gaan of laboratoria gemachtigd kunnen worden om de serologische tests uit te voeren.

(2)

Bij Beschikking 2004/233/EG van de Commissie van 4 maart 2004 tot machtiging van bepaalde laboratoria om de doelmatigheid van antirabiësvaccinatie bij sommige als huisdier gehouden carnivoren te controleren (2) is een lijst vastgesteld van laboratoria die in de lidstaten zijn erkend op grond van de door het AFSSA-laboratorium in Nancy meegedeelde testresultaten.

(3)

Eén laboratorium in de Tsjechische Republiek is door het AFSSA-laboratorium in Nancy overeenkomstig Beschikking 2000/258/EG erkend.

(4)

Dienovereenkomstig moet dit laboratorium worden toegevoegd aan de lijst van erkende laboratoria in de lidstaten, zoals vastgesteld in de bijlage bij Beschikking 2004/233/EG.

(5)

Beschikking 2004/233/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(6)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

In bijlage I bij Beschikking 2004/233/EG wordt de rubriek voor de Tsjechische Republiek vervangen door:

„1)

State Veterinary Institute, National Reference Laboratory (NRL) for Rabies

U Sila 1139

CZ-463 11 Liberec 30

2)

State Veterinary Institute Prague

Sídlištní 136/24

CZ-165 03 Praha”.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 14 september 2005.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 79 van 30.3.2000, blz. 40. Beschikking gewijzigd bij Beschikking 2003/60/EG van de Commissie (PB L 23 van 28.1.2003, blz. 30).

(2)  PB L 71 van 10.3.2004, blz. 30. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/392/EG van de Commissie (PB L 130 van 24.5.2005, blz. 17).


17.9.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 241/64


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 15 september 2005

tot wijziging van aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003 wat bepaalde inrichtingen in de vlees-, melk- en visserijsector in Litouwen betreft

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 3441)

(Voor de EER relevante tekst)

(2005/657/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op de Akte van toetreding van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op bijlage IX, hoofdstuk 5, afdeling B, onderafdeling I, onder d),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Aan Litouwen is een overgangsperiode toegestaan voor bepaalde inrichtingen die zijn opgenomen in aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003.

(2)

Aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003 is gewijzigd bij Beschikking 2004/472/EG (1), Beschikking 2004/473/EG (2) en Beschikking 2005/421/EG (3) van de Commissie.

(3)

Uit een officiële verklaring van de bevoegde Litouwse autoriteit blijkt dat bepaalde inrichtingen in de vlees-, melk- en visserijsector hun moderniseringsproces hebben voltooid en nu volledig aan het Gemeenschapsrecht voldoen. Sommige inrichtingen hebben hun activiteiten gestaakt. Deze inrichtingen moeten daarom worden geschrapt van de lijst van inrichtingen waarvoor een overgangsregeling geldt.

(4)

Een beperkt aantal inrichtingen heeft aanzienlijke inspanningen geleverd om aan de structurele eisen van het Gemeenschapsrecht te voldoen. Wegens uitzonderlijke technische moeilijkheden zijn deze inrichtingen echter niet in staat hun moderniseringsproces binnen de voorgeschreven termijn af te ronden. Daarom is het gerechtvaardigd deze inrichtingen extra tijd te geven om het moderniseringsproces te voltooien.

(5)

Aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. Ter wille van de duidelijkheid moet het worden vervangen.

(6)

Het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid is van de in deze beschikking vervatte maatregelen in kennis gesteld,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Aanhangsel B bij bijlage IX bij de Toetredingsakte van 2003 wordt vervangen door de tekst van de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 15 september 2005.

Voor de Commissie

Markos KYPRIANOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 30.4.2004, blz. 61. Beschikking gerectificeerd in PB L 212 van 12.6.2004, blz. 34.

(2)  PB L 160 van 30.4.2004, blz. 67. Beschikking gerectificeerd in PB L 212 van 12.6.2004, blz. 39.

(3)  PB L 143 van 7.6.2005, blz. 38.


BIJLAGE

„Aanhangsel B

bedoeld in hoofdstuk 5, afdeling B, onderafdeling I, van bijlage IX (1)

Lijst van inrichtingen met de tekortkomingen en de uiterste data voor het verhelpen van de tekortkomingen

Vleesinrichtingen

Initiële lijst

Nr.

Veterinair nummer

Naam van de inrichting

Tekortkomingen

Datum waarop aan alle voorschriften moet zijn voldaan

1.

77-23

UAB „Jatkančių mėsinė”, Jatkančių k., Tauragės r, Tauragės aps.

Richtlijn 64/433/EEG van de Raad:

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 2

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 4, onder c)

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punten 9, 11 en 12

 

Bijlage I, hoofdstuk II, punt 14, onder a), b), c), e), f), g), h), k) en l)

 

Bijlage I, hoofdstuk III, punt 15, onder b),

Richtlijn 77/99/EEG van de Raad:

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b), c), d), e), f) en g)

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punten 3, 4, 6, 7, 8, 9, 11, 12 en 15

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 1, onder a), d), e) en f)

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder d), e), h) en i)

1.11.2006

2.

77-02

UAB „Stragutės mėsa”

Richtlijn 64/433/EEG:

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 1, onder a), b), c), e), f) en g)

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 2

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punten 11 en 12

 

Bijlage I, hoofdstuk II, punt 14, onder a), b), c), e), g), h), k) en l)

 

Bijlage I, hoofdstuk III, punt 15, onder b)

Richtlijn 77/99/EEG:

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b), c), d), e), f) en g)

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punten 3,4,6,8,9,11 en 15

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 1, onder a), d), e) en f)

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b) en j)

1.11.2006

3.

88-01

AB „Grabupėliai”

Richtlijn 64/433/EEG:

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 2

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 4, onder c)

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punten 5, 9, 11 en 12

 

Bijlage I, hoofdstuk II, punt 14, onder b), c), d), e), h), k) en l)

 

Bijlage I, hoofdstuk III, punt 15, onder b) en d)

 

Bijlage I, hoofdstuk IV, punt 16, onder a)

Richtlijn 77/99/EEG:

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b), c), d), e), f) en g)

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punten 4, 6, 7, 8, 9, 11 en 15

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 1, onder a) en f)

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder c), d), i) en j)

1.11.2006

Vleesproducteninrichtingen met hoge capaciteit

4.

41-20

UAB „Rukesa ir ko”

Richtlijn 64/433/EEG:

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 1, onder a), b), c), e), f) en g)

 

Bijlage I, hoofdstuk III, punt 15, onder b)

Richtlijn 77/99/EEG:

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b), c), d), e), f) en g)

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punten 3, 7, 8, 11, 12, 14 en 15

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder c), d), e) en h)

1.5.2006

Vleesproducteninrichtingen met lage capaciteit

5.

77-32

V. Pietarienės IĮ

Richtlijn 64/433/EEG:

 

Bijlage I, hoofdstuk I, punt 1, onder c) en e)

 

Bijlage I, hoofdstuk III, punt 15, onder b)

Richtlijn 77/99/EEG:

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 1

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punt 2, onder b), c), d), e) en g)

 

Bijlage A, hoofdstuk I, punten 3, 4, 6, 11, 12, 13 en 14

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 1, onder a), d) en e)

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder a) en j)

1.1.2006


Aanvullende lijst

 

Veterinair erkenningsnummer

Naam en adres van de inrichting

Sector: vlees

Datum waarop aan de voorschriften moet zijn voldaan

Activiteit van de inrichtingen

Vers vlees, slachten, uitsnijden

Vleesproducten

Gehakt vlees, vleesbereidingen

Koelhuis

1.

91 01

UAB „Kužių agroįmonė”, Kužių k., Šiaulių r., Šiaulių aps.

x

x

x

 

31.12.2005

2.

65 23

ŽŪK „Getautų ūkininkas”, Getautų k., Pakruojo r., Šiaulių aps.

x

x

x

 

31.12.2005

3.

32 02

UAB „Norpa”, Šapnagių k., Akmenės r., Šiaulių aps.

x

x

x

 

31.12.2005

4.

71 16

UAB „Ropokalnis”, Žvejų g. 2 , Šeduva, Radviliškio r., Šiaulių aps.

x

x

x

 

31.12.2005

5.

41 05

UAB „Cesta”, Žemoji Riešė, Vilniaus r., Vilniaus aps.

x

x

x

 

31.12.2005

6.

81 07

UAB „Geras skonis”, Alionių k., Ukmergės r., Vilniaus aps.

x

x

x

 

31.12.2005

7.

51 10

UAB „Sasnelė”, Bitikų k. Sasnavos sen., Marijampolės sav., Marijampolės aps.

 

x

x

 

31.12.2005

8.

47 26

ŽŪB „Delikatesas”, Kudirkos g. 2, Joniškio r., Šiaulių aps.

x

x

x

 

31.12.2005

9.

67 14

ŽŪK „Mikoliškio paukštynas”, Mykoliškio k., Pasvalio r., Panevėžio aps.

x

 

 

 

31.12.2005

Visserijinrichtingen

Initiële lijst

Nr.

Veterinair nummer

Naam van de inrichting

Tekortkomingen

Datum waarop aan alle voorschriften moet zijn voldaan

1.

55-27

UAB „Myxum”

Richtlijn 91/493/EEG:

 

Bijlage, hoofdstuk III.I, punt 1

 

Bijlage, hoofdstuk III.I, punt 2, onder a), c), d), e) en h)

 

Bijlage, hoofdstuk III.I, punten 5, 9 en 10

 

Bijlage, hoofdstuk IV.V, punt 1

 

Bijlage, hoofdstuk VIII, punt 1

1.11.2006

Melkinrichtingen

Initiële lijst

Nr.

Veterinair nummer

Naam van de inrichting

Tekortkomingen

Datum waarop aan alle voorschriften moet zijn voldaan

1.

54-01P

UAB „Kelmės pieninė”

Richtlijn 92/46/EEG:

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punt 2, onder a), b), c), d), e), f) en g)

 

Bijlage B, hoofdstuk I, punten 3, 11 en 13

1.11.2006”


(1)  Zie PB L 236 van 23.9.2003, blz. 836 voor de tekst van bijlage IX.