ISSN 1725-2598

Publicatieblad

van de Europese Unie

L 283

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Wetgeving

47e jaargang
2 september 2004


Inhoud

 

I   Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

Bladzijde

 

 

Verordening (EG) nr. 1556/2004 van de Commissie van 1 september 2004 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

1

 

*

Verordening (EG) nr. 1557/2004 van de Commissie van 1 september 2004 houdende erkenning van de in Nieuw-Zeeland verrichte, aan invoer in de Gemeenschap voorafgaande handelsnormcontroles inzake bepaalde soorten vers fruit

3

 

*

Verordening (EG) nr. 1558/2004 van de Commissie van 30 augustus 2004 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

7

 

*

Verordening (EG) nr. 1559/2004 van de Commissie van 24 augustus 2004 betreffende de indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

9

 

 

Verordening (EG) nr. 1560/2004 van de Commissie van 1 september 2004 tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1210/2004 voor het verkoopseizoen 2004/2005 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

11

 

 

Verordening (EG) nr. 1561/2004 van de Commissie van 1 september 2004 tot wijziging van de vanaf 2 september 2004 geldende invoerrechten in de sector granen

13

 

 

II   Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

 

 

Commissie

 

*

2004/626/EG:Beschikking van de Commissie van 26 augustus 2004 tot wijziging van Beschikking 98/320/EG betreffende het opzetten van een tijdelijk experiment inzake zaadbemonstering en -controle overeenkomstig de Richtlijnen 66/400/EEG, 66/401/EEG, 66/402/EEG en 69/208/EEG van de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2942)  ( 1 )

16

 

*

2004/627/EG:Beschikking van de Commissie van 31 augustus 2004 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen etoxazol en carvon te verlengen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 3136)  ( 1 )

17

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben.

Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten.


I Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing

2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/1


VERORDENING (EG) Nr. 1556/2004 VAN DE COMMISSIE

van 1 september 2004

tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3223/94 van de Commissie van 21 december 1994 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling voor groenten en fruit (1), en met name op artikel 4, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 3223/94 zijn op grond van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de periodes die in de bijlage bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt.

(2)

Op grond van de bovenvermelde criteria moeten de forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld op de in de bijlage bij deze verordening vermelde niveaus,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3223/94 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld zoals aangegeven in de tabel in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 september 2004.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 september 2004.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw


(1)  PB L 337 van 24.12.1994, blz. 66. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1947/2002 (PB L 299 van 1.11.2002, blz. 17).


BIJLAGE

bij de verordening van de Commissie van 1 september 2004 tot vaststelling van forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijzen van bepaalde soorten groenten en fruit

(EUR/100 kg)

GN-code

Code derde landen (1)

Forfaitaire invoerwaarde

0707 00 05

052

89,6

999

89,6

0709 90 70

052

97,2

999

97,2

0805 50 10

388

45,5

524

72,1

528

48,1

999

55,2

0806 10 10

052

85,2

400

177,0

624

165,0

999

142,4

0808 10 20, 0808 10 50, 0808 10 90

388

78,3

400

74,3

508

71,0

512

73,5

528

81,7

720

40,6

804

63,0

999

68,9

0808 20 50

052

119,7

388

85,7

999

102,7

0809 30 10, 0809 30 90

052

131,9

999

131,9

0809 40 05

052

80,0

066

53,0

093

33,4

094

26,9

624

143,9

999

67,4


(1)  Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 2081/2003 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2003, blz. 11). De code „999” staat voor „andere oorsprong”.


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/3


VERORDENING (EG) Nr. 1557/2004 VAN DE COMMISSIE

van 1 september 2004

houdende erkenning van de in Nieuw-Zeeland verrichte, aan invoer in de Gemeenschap voorafgaande handelsnormcontroles inzake bepaalde soorten vers fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2200/96 van de Raad van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), en met name op artikel 10,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1148/2001 van de Commissie van 12 juni 2001 betreffende de handelsnormcontroles voor verse groenten en fruit (2) zijn de voorwaarden vastgesteld voor de erkenning van de handelsnormcontroles die vóór de invoer in de Gemeenschap worden verricht door de derde landen die daarom verzoeken.

(2)

De autoriteiten van Nieuw-Zeeland hebben op 30 april 2004 bij de Commissie een verzoek ingediend om goedkeuring van de handelsnormcontroles die onder verantwoordelijkheid van de New Zealand Food Safety Authority (NZFSA) worden verricht voor appelen, peren en kiwi’s. De handelsnormcontroles van appelen, peren en kiwi’s worden verricht door hetzij het personeel van de Industry Grade Inspection dat onder toezicht staat van door de NZFSA erkende accountants, hetzij rechtstreeks door accountants/inspecteurs die door de NZFSA zijn erkend. In het door Nieuw-Zeeland ingediende verzoek staat dat de hierboven genoemde inspectieorganen over het nodige personeel, het nodige materieel en de nodige installaties voor de uitvoering van de controles beschikken, dat zij methoden toepassen die gelijkwaardig zijn aan die welke zijn bedoeld in artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1148/2001, en dat het uit Nieuw-Zeeland naar de Gemeenschap uitgevoerde verse fruit van bovengenoemde soorten aan de communautaire handelsnormen voldoet.

(3)

Uit door de lidstaten meegedeelde gegevens die in het bezit zijn van de diensten van de Commissie, blijkt dat het in de periode 1997-2003 uiterst zelden is voorgekomen dat uit Nieuw-Zeeland ingevoerde verse groenten en fruit in het algemeen en de soorten waarvoor het verzoek is ingediend in het bijzonder, niet aan de handelsnormen voldeden.

(4)

De vertegenwoordigers van de autoriteiten van Nieuw-Zeeland hebben deelgenomen aan de internationale acties op het gebied van de invoering van handelsnormen voor groenten en fruit in het kader van de werkgroep voor de normalisatie van bederfelijke voedingsmiddelen en voor kwaliteitsbevordering van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (UNECE). Bovendien neemt Nieuw-Zeeland deel aan de regeling van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) voor de toepassing van internationale normen voor groenten en fruit.

(5)

De door Nieuw-Zeeland verrichte handelsnormcontroles moeten dan ook worden erkend met ingang van de datum waarop de in artikel 7, lid 8, van Verordening (EG) nr. 1148/2001 bepaalde procedure voor administratieve samenwerking tot stand wordt gebracht.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor verse groenten en fruit,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De door Nieuw-Zeeland vóór invoer in de Gemeenschap verrichte handelsnormcontroles inzake appelen, peren en kiwi’s worden overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1148/2001 erkend.

Artikel 2

De officiële correspondent en de controlediensten in Nieuw-Zeeland, zoals bedoeld in artikel 7, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1148/2001, worden vermeld in bijlage I bij deze verordening.

Artikel 3

De in artikel 7, lid 3, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1148/2001 bedoelde certificaten, die worden afgegeven na afloop van de in artikel 1 van deze verordening bedoelde controles, moeten worden opgesteld op formulieren die beantwoorden aan het in bijlage II bij deze verordening opgenomen model.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van de datum van bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie, reeks C, van het in artikel 7, lid 8, van Verordening (EG) nr. 1148/2001 bedoelde bericht inzake de totstandbrenging van de administratieve samenwerking tussen de Gemeenschap en Nieuw-Zeeland.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 september 2004.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie


(1)  PB L 297 van 21.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 47/2003 van de Commissie (PB L 7 van 11.1.2003, blz. 64).

(2)  PB L 156 van 13.6.2001, blz. 9. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 408/2003 (PB L 62 van 6.3.2003, blz. 8).


BIJLAGE I

 

Officiële correspondent zoals bedoeld in artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1148/2001:

Ministry of Agriculture and Forestry

New Zealand Food Safety Authority

68-86 Jervois Quay, PO Box 2835

Wellington

New Zealand

Tel. (64-4) 463 25 00

Fax (64-4) 463 26 75

E-mail: nzfsa.info@nzfsa.govt.nz

 

Controledienst zoals bedoeld in artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1148/2001:

New Zealand Food Safety Authority

68-86 Jervois Quay, PO Box 2835

Wellington

New Zealand

Tel. (64-4) 463 25 00

Fax (64-4) 463 26 75

E-mail: nzfsa.info@nzfsa.govt.nz


BIJLAGE II

Modelcertificaat zoals bedoeld in artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1148/2001

Image

Image


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/7


VERORDENING (EG) Nr. 1558/2004 VAN DE COMMISSIE

van 30 augustus 2004

tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), inzonderheid op artikel 9, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Ten behoeve van harmonisering met de internationale normen van de Internationale Olijfolieraad en de Codex alimentarius is herziening nodig van enkele grenswaarden met betrekking tot de kenmerken van olijfoliën en oliën uit afvallen van olijven, vervat in Verordening (EEG) nr. 2568/91 van de Commissie van 11 juli 1991 inzake de kenmerken van olijfoliën en oliën uit afvallen van olijven en de desbetreffende analysemethoden (2), ook vervat in de aanvullende aantekening (GN) 2 op hoofdstuk 15 van de gecombineerde nomenclatuur die in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2658/87 is opgenomen.

(2)

Een herziening van aanvullende aantekening (GN) 2 op hoofdstuk 15 van de gecombineerde nomenclatuur die in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2658/87 is opgenomen, is noodzakelijk geworden als gevolg van Verordening (EG) nr. 1513/2001 van de Raad van 23 juli 2001 houdende wijziging van Verordening nr. 136/66/EEG, alsmede van Verordening (EG) nr. 1638/98, met het oog op de verlenging van de steunregeling en de kwaliteitsstrategie voor olijfolie (3).

(3)

Verordening (EEG) nr. 2658/87 moet dientengevolge worden gewijzigd.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 wordt overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening gewijzigd.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 30 augustus 2004.

Voor de Commissie

Frederik BOLKESTEIN

Lid van de Commissie


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2344/2003 van de Commissie (PB L 346 van 31.12.2003, blz. 38).

(2)  PB L 248 van 5.9.1991, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1989/2003 (PB L 295 van 13.11.2003, blz. 57).

(3)  PB L 201 van 26.7.2001, blz. 4.


BIJLAGE

In hoofdstuk 15 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2658/87 wordt aanvullende aantekening (GN) 2 als volgt gewijzigd.

Punt B, onderdeel I, onder g), wordt als volgt gewijzigd:

Punt 2 komt als volgt te luiden:

Punt 2 komt als volgt te luiden:

„2.

totaalgehalte aan vluchtige gehalogeneerde oplosmiddelen, van niet meer dan 0,20 mg/kg en in ieder geval van niet meer dan 0,10 mg/kg voor ieder ervan;”.


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/9


VERORDENING (EG) Nr. 1559/2004 VAN DE COMMISSIE

van 24 augustus 2004

betreffende de indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name op artikel 9, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om de uniforme toepassing te waarborgen van de gecombineerde nomenclatuur die als bijlage bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 is gevoegd, dienen bepalingen te worden vastgesteld voor de indeling van de in de bijlage bij de onderhavige verordening opgenomen goederen.

(2)

Bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 zijn de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur vastgesteld. Deze regels zijn ook van toepassing op iedere andere nomenclatuur die, geheel of gedeeltelijk of met toevoeging van onderverdelingen, de gecombineerde nomenclatuur overneemt en die bij specifieke communautaire voorschriften is vastgesteld voor de toepassing van tarief- of andere maatregelen in het kader van het goederenverkeer.

(3)

Met toepassing van genoemde algemene regels, dienen de in kolom 1 van de tabel omschreven goederen die zijn opgenomen in de bijlage bij deze verordening te worden ingedeeld onder de daarmee corresponderende GN-codes die zijn vermeld in kolom 2, op grond van de motiveringen die zijn opgenomen in kolom 3.

(4)

Het is wenselijk dat, onder voorbehoud van de in de Gemeenschap van kracht zijnde maatregelen inzake dubbele controle en communautair toezicht, vooraf en achteraf, op de invoer van textielproducten in de Gemeenschap, door de rechthebbende op een door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting betreffende de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur die niet in overeenstemming is met de bepalingen van onderhavige verordening, een beroep kan worden gedaan, gedurende 60 dagen, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (2)

(5)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De goederen omschreven in kolom 1 van de in de bijlage opgenomen tabel worden in de gecombineerde nomenclatuur ingedeeld onder de corresponderende GN-codes vermeld in kolom 2 van voornoemde tabel.

Artikel 2

Onder voorbehoud van de in de Gemeenschap van kracht zijnde maatregelen inzake dubbele controle en communautair toezicht, vooraf en achteraf, op de invoer van textielproducten in de Gemeenschap, kan op de door de douaneautoriteiten van de lidstaten verstrekte bindende tariefinlichting die niet in overeenstemming is met de bepalingen van onderhavige verordening, gedurende 60 dagen, overeenkomstig de bepalingen van artikel 12, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2913/92, een beroep worden gedaan.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 augustus 2004.

Voor de Commissie

Frederik BOLKESTEIN

Lid van de Commissie


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2344/2003 van de Commissie (PB L 346 van 31.12.2003, blz. 38).

(2)  PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij de Toetredingsakte van 2003.


BIJLAGE

Omschrijving

Indeling GN-code

Motivering

(1)

(2)

(3)

Effen gekleurd gebreid kledingstuk, vervaardigd van synthetische vezels (100 % polyester), zonder mouwen, het bovendeel van het lichaam bedekkend. Het heeft een V-hals, is van voren volledig geopend, sluit links over rechts met behulp van drukknopen en heeft wijde armsgaten; het heeft geen zakken en geen voering.

Het is voorzien van twee reflecterende horizontale stroken, geheel rond het kledingstuk gaand.

(Vest).

(Zie foto nr 634) (1)

6110 30 91

De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 7, onder e), op afdeling XI, aantekeningen 1 en 9 op hoofdstuk 61 en de tekst van de GN-codes 6110, 6110 30 en 6110 30 91.

Het kledingstuk is objectief gezien een vest. Zie de GS- en GN-toelichtingen op post 6110.

Image


(1)  De foto is louter ter informatie.


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/11


VERORDENING (EG) Nr. 1560/2004 VAN DE COMMISSIE

van 1 september 2004

tot wijziging van de bij Verordening (EG) nr. 1210/2004 voor het verkoopseizoen 2004/2005 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor bepaalde producten van de sector suiker

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1423/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de invoer van producten uit de sector suiker, andere dan melasse (2), en met name op artikel 1, lid 2, tweede alinea, tweede zin, en artikel 3, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De representatieve prijzen en de aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en bepaalde stropen voor het verkoopseizoen 2004/2005 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1210/2004 van de Commissie (3). Deze prijzen en invoerrechten zijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1466/2004 van de Commissie (4).

(2)

De bovenbedoelde prijzen en invoerrechten moeten op grond van de gegevens waarover de Commissie nu beschikt, overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1423/95 worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bij Verordening (EG) nr. 1210/2004 voor het verkoopseizoen 2004/2005 vastgestelde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1423/95 bedoelde producten worden gewijzigd zoals aangegeven in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 september 2004.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 september 2004.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw


(1)  PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).

(2)  PB L 141 van 24.6.1995, blz. 16. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 624/98 (PB L 85 van 20.3.1998, blz. 5).

(3)  PB L 232 van 1.7.2004, blz. 11.

(4)  PB L 270 van 18.8.2004, blz. 14.


BIJLAGE

Met ingang van 2 september 2004 geldende gewijzigde representatieve prijzen en aanvullende invoerrechten voor witte suiker, ruwe suiker en de producten van GN-code 1702 90 99

(EUR)

GN-code

Representatieve prijs per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

Aanvullend invoerrecht per 100 kg nettogewicht van het betrokken product

1701 11 10 (1)

17,48

7,56

1701 11 90 (1)

17,48

13,71

1701 12 10 (1)

17,48

7,37

1701 12 90 (1)

17,48

13,19

1701 91 00 (2)

22,09

14,94

1701 99 10 (2)

22,09

9,67

1701 99 90 (2)

22,09

9,67

1702 90 99 (3)

0,22

0,42


(1)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt II, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).

(2)  Vastgesteld voor de standaardkwaliteit als gedefinieerd in bijlage I, punt I, bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).

(3)  Vastgesteld per procentpunt sacharosegehalte.


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/13


VERORDENING (EG) Nr. 1561/2004 VAN DE COMMISSIE

van 1 september 2004

tot wijziging van de vanaf 2 september 2004 geldende invoerrechten in de sector granen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1784/2003 van de Raad van 29 september 2003 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1),

Gelet op Verordening (EG) nr. 1249/96 van de Commissie van 28 juni 1996 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad ten aanzien van de invoerrechten in de sector granen (2), en met name op artikel 2, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De invoerrechten in de sector granen zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1555/2004 van de Commissie (3).

(2)

In artikel 2, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1249/96 is bepaald dat, indien in de loop van een toepassingsperiode het berekende gemiddelde van de invoerrechten 5 EUR per ton verschilt van het vastgestelde recht, een overeenkomstige aanpassing wordt uitgevoerd. Dit verschil heeft zich voorgedaan. De in Verordening (EG) nr. 1555/2004 vastgestelde invoerrechten moeten derhalve worden aangepast,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen I en II bij de Verordening (EG) nr. 1555/2004 worden vervangen door de bijlagen I en II bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 2 september 2004.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 1 september 2004.

Voor de Commissie

J. M. SILVA RODRÍGUEZ

Directeur-generaal Landbouw


(1)  PB L 270 van 29.9.2003, blz. 78.

(2)  PB L 161 van 29.6.1996, blz. 125. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1110/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 12).

(3)  PB L 282 van 1.9.2004, blz. 7.


BIJLAGE I

Vanaf 2 september 2004 geldende invoerrechten voor de in artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1784/2003 bedoelde producten

GN-code

Omschrijving

Invoerrecht (1)

(in EUR/ton)

1001 10 00

Harde tarwe van hoge kwaliteit

0,00

van gemiddelde kwaliteit

0,00

van lage kwaliteit

5,44

1001 90 91

Zachte tarwe, zaaigoed

0,00

ex 1001 90 99

Zachte tarwe van hoge kwaliteit, andere dan voor zaaidoeleinden

0,00

1002 00 00

Rogge

44,32

1005 10 90

Maïs, zaaigoed, andere dan hybriden

52,73

1005 90 00

Maïs, andere dan zaaigoed (2)

52,73

1007 00 90

Graansorgho, andere dan hybriden bestemd voor zaaidoeleinden

54,41


(1)  Voor producten die via de Atlantische Oceaan of het Suezkanaal in de Gemeenschap worden aangevoerd (artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1249/96) komt de importeur in aanmerking voor een verlaging van het invoerrecht met:

3 EUR/t, als de loshaven aan de Middellandse Zee ligt, of

2 EUR/t, als de loshaven in Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Estland, Letland, Litouen, Polen, Finland, Zweden of aan de Atlantische kust van het Iberisch Schiereiland ligt.

(2)  De importeur komt in aanmerking voor een forfaitaire verlaging van het invoerrecht met 24 EUR/t, als aan de in artikel 2, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1249/96 vastgestelde voorwaarden is voldaan.


BIJLAGE II

Berekeningselementen

(op 31.8.2004)

1.

Gemiddelden over de referentieperiode bepaald in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

Beursnotering

Minneapolis

Chicago

Minneapolis

Minneapolis

Minneapolis

Minneapolis

Product (eiwitgehalte bij 12 % vocht)

HRS2 (14 %)

YC3

HAD2

Van gemiddeldekwaliteit (1)

Van lage kwaliteit (2)

US barley 2

Notering (EUR/t)

117,96 (3)

73,53

148,94 (4)

138,94 (4)

118,94 (4)

80,51 (4)

Golfpremie (EUR/t)

13,38

 

 

Grote-Merenpremie (EUR/t)

16,55

 

 

2.

Gemiddelden over de referentieperiode bepaald in artikel 2, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

Vrachttarieven/kosten: Golf van Mexico-Rotterdam: 27,48 EUR/t; Grote Meren-Rotterdam: 32,20 EUR/t.

3.

Subsidies bedoeld in artikel 4, lid 2, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1249/96:

0,00 EUR/t (HRW2)

0,00 EUR/t (SRW2).


(1)  Een korting van 10 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(2)  Een korting van 30 EUR/t (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(3)  Premie van 14 EUR/t inbegrepen (artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1249/96).

(4)  Fob Duluth.


II Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing

Commissie

2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/16


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 26 augustus 2004

tot wijziging van Beschikking 98/320/EG betreffende het opzetten van een tijdelijk experiment inzake zaadbemonstering en -controle overeenkomstig de Richtlijnen 66/400/EEG, 66/401/EEG, 66/402/EEG en 69/208/EEG van de Raad

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 2942)

(Voor de EER relevante tekst)

(2004/626/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2002/54/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad (1), en met name op artikel 19,

Gelet op Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (2), en met name op artikel 13 bis,

Gelet op Richtlijn 66/402/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaigranen (3), en met name op artikel 13 bis,

Gelet op Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (4), en met name op artikel 16,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Beschikking 98/320/EG van de Commissie (5) voorziet in de organisatie op communautair niveau van een tijdelijk experiment dat erop gericht is na te kunnen gaan of bemonstering van zaad en zaadcontrole onder officieel toezicht betere alternatieven kunnen zijn dan de procedures voor de officiële zaadcertificering welke bij de Richtlijnen 2002/54/EG, 66/401/EEG, 66/402/EEG en 2002/57/EG zijn bepaald, zonder een significante achteruitgang van de zaadkwaliteit.

(2)

Het tijdelijke experiment moet worden verlengd om te zorgen voor de continuïteit van de bestaande handelsstromen in afwachting van de goedkeuring van de wijziging van de hierboven vermelde bestaande richtlijnen en om extra gegevens te verzamelen.

(3)

Beschikking 98/320/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-, tuin- en bosbouw,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

In artikel 4 van Beschikking 98/320/EG wordt „31 juli 2004” vervangen door „27 april 2005”.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 26 augustus 2004.

Voor de Commissie

David BYRNE

Lid van de Commissie


(1)  PB L 193 van 20.7.2002, blz. 12. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 2003/61/EG (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23).

(2)  PB 125 van 11.7.1966, blz. 2298/66. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/55/EG van de Commissie (PB L 114 van 21.4.2004, blz. 18).

(3)  PB 125 van 11.7.1966, blz. 2309/66. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij de Akte van toetreding van 2003.

(4)  PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/61/EG (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23).

(5)  PB L 140 van 12.5.1998, blz. 14. Beschikking gewijzigd bij Beschikking 2002/280/EG (PB L 99 van 16.4.2002, blz. 22).


2.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 283/17


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 31 augustus 2004

waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen etoxazol en carvon te verlengen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2004) 3136)

(Voor de EER relevante tekst)

(2004/627/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), en met name op artikel 8, lid 1, vierde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG heeft Spanje in april 1998 van Sumitomo Chemical Agro Europe SA een aanvraag ontvangen voor de opname van de werkzame stof etoxazol in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Bij Beschikking 1999/43/EG van de Commissie (2) is bevestigd dat het dossier volledig is, met andere woorden dat het geacht wordt in beginsel te voldoen aan de voorschriften inzake gegevens en informatie die zijn opgenomen in de bijlagen II en III bij de richtlijn.

(2)

In maart 1997 heeft Nederland van Luxan BV een aanvraag ontvangen betreffende carvon (vroegere naam: L 91105D). Bij Beschikking 1999/610/EG van de Commissie (3) is bevestigd dat het dossier volledig is, met andere woorden dat het geacht wordt in beginsel te voldoen aan de voorschriften inzake gegevens en informatie die zijn opgenomen in de bijlagen II en III bij de richtlijn.

(3)

De bevestiging dat beide dossiers volledig zijn, was nodig om deze grondig te kunnen onderzoeken en om de lidstaten de mogelijkheid te geven gewasbeschermingsmiddelen die de betrokken werkzame stoffen bevatten, voorlopig toe te laten voor een periode van ten hoogste drie jaar, met inachtneming van de voorwaarden van artikel 8, lid 1, van Richtlijn 91/414/EEG en met name de voorwaarde dat de werkzame stof en het gewasbeschermingsmiddel worden onderworpen aan een gedetailleerde evaluatie aan de hand van de voorschriften van de richtlijn.

(4)

De gevolgen van deze werkzame stoffen voor de volksgezondheid en het milieu zijn overeenkomstig artikel 6, leden 2 en 4, van Richtlijn 91/414/EEG geëvalueerd voor de door de respectieve aanvragers voorgestelde gebruiksdoeleinden. De als rapporteur optredende lidstaten hebben het ontwerp-evaluatieverslag over elk van deze stoffen bij de Commissie ingediend, namelijk op 12 oktober 2001 voor etoxazol en op 16 oktober 2000 voor carvon.

(5)

Na indiening van het ontwerp-evaluatieverslag door elk van de als rapporteur optredende lidstaten moest de aanvragers om aanvullende informatie worden gevraagd en moest elk van de als rapporteur optredende lidstaten deze informatie bestuderen en zijn evaluatie indienen. Daardoor is het onderzoek van de dossiers nog aan de gang en kan de evaluatie niet binnen de bij Richtlijn 91/414/EEG vastgestelde termijn worden afgerond.

(6)

Aangezien de evaluatie tot nu toe geen aanleiding geeft tot onmiddellijke bezorgdheid, moet aan de lidstaten toestemming worden gegeven om de voorlopige toelatingen die zijn verleend voor gewasbeschermingsmiddelen die de betrokken werkzame stoffen bevatten, overeenkomstig artikel 8 van Richtlijn 91/414/EEG voor een periode van 24 maanden te verlengen, zodat het onderzoek van de dossiers kan worden voortgezet. Verwacht wordt dat voor elk van de betrokken stoffen 24 maanden zullen volstaan om de evaluatie en de besluitvorming met betrekking tot de eventuele opname in bijlage I af te ronden.

(7)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De lidstaten mogen de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die etoxazol en carvon bevatten, verlengen met ten hoogste 24 maanden te rekenen vanaf de datum van vaststelling van deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 31 augustus 2004.

Voor de Commissie

David BYRNE

Lid van de Commissie


(1)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/71/EG van de Commissie (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 104).

(2)  PB L 14 van 19.1.1999, blz. 30.

(3)  PB L 242 van 14.9.1999, blz. 29.