26.9.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/176


BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

van 23 april 2009

over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007

(2009/671/EG)

HET EUROPEES PARLEMENT,

gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007 (1),

gezien het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007, vergezeld van de antwoorden van het Bureau (2),

gezien de aanbeveling van de Raad van 10 februari 2009 (5588/2009 — C6-0060/2009),

gelet op het EG-verdrag, en met name artikel 276,

gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3) en met name artikel 185,

gelet op Verordening (EG) nr. 2667/2000 van de Raad van 5 december 2000 over het Europees Bureau voor wederopbouw (4), en met name artikel 8,

gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (5), en met name artikel 94,

gelet op artikel 71 en bijlage V van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole (A6-0169/2009),

1.

verleent de directeur van het Europees Bureau voor wederopbouw kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Bureau voor het begrotingsjaar 2007;

2.

formuleert zijn opmerkingen in onderstaande resolutie;

3.

verzoekt zijn voorzitter dit besluit en de resolutie die daarvan een integrerend deel uitmaakt, te doen toekomen aan de directeur van het Europees Bureau voor wederopbouw, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L).

De voorzitter

Hans-Gert PÖTTERING

De secretaris-generaal

Klaus WELLE


(1)  PB C 278 van 31.10.2008, blz. 13.

(2)  PB C 311 van 5.12.2008, blz. 42.

(3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(4)  PB L 306 van 7.12.2000, blz. 7.

(5)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.


RESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

van 23 april 2009

met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007

HET EUROPEES PARLEMENT,

gezien de definitieve jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007 (1),

gezien het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het begrotingsjaar 2007, vergezeld van de antwoorden van het Bureau (2),

gezien de aanbeveling van de Raad van 10 februari 2009 (5588/2009 — C6-0060/2009),

gelet op het EG-Verdrag, en met name artikel 276,

let op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3) en met name artikel 185,

gelet op Verordening (EG) nr. 2667/2000 van de Raad van 5 december 2000 over het Europees Bureau voor wederopbouw (4), en met name artikel 8,

let op Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (5), en met name artikel 94,

gelet op artikel 71 en bijlage V van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole (A6-0169/2009),

A.

overwegende dat de Rekenkamer verklaard heeft redelijke zekerheid te hebben verkregen dat de jaarrekening voor het begrotingsjaar 2007 betrouwbaar is en dat de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn,

B.

overwegende dat het Parlement de directeur van het Europees Bureau voor wederopbouw op 22 april 2008 kwijting heeft verleend voor de uitvoering van de begroting van het Bureau voor het begrotingsjaar 2006 (6),

1.

stelt met voldoening vast dat de Rekenkamer van oordeel is dat de uitvoering van de begroting van het Bureau voor wederopbouw bevredigend is vergeleken met het begrotingsjaar 2006;

2.

herinnert eraan dat het mandaat van het Bureau voor wederopbouw op 31 december 2008 is verstreken;

3.

benadrukt dat het Bureau ruimschoots heeft bewezen niet alleen over de juiste systemen (onder meer op logistiek en IT-gebied) te beschikken om grote hoeveelheden steun snel door te voeren in postconflictsituaties, maar eveneens over de bewezen expertise en kennis voor het opzetten en leveren van steun van hoge kwaliteit die ook werkelijke invloed heeft gehad;

4.

betreurt het feit dat de Commissie geen gehoor heeft gegeven aan de verzoeken in de kwijtingsresoluties voor de begrotingsjaren 2005 en 2006 om de activiteiten van het agentschap, die zijn afgelopen in 2008, voort te zetten, en is bezorgd over het hieruit voortvloeiende risico dat de Europese Unie veel van de expertise die het Bureau de afgelopen acht jaar heeft opgedaan, zal verliezen;

Follow-up van de kwijting voor 2006

5.

herinnert eraan dat het Parlement in zijn resolutie over de kwijting van de Commissie voor 2006 de Commissie verzocht het Parlement regelmatig op de hoogte te houden omtrent de overdracht van activiteiten van het Bureau naar de vertegenwoordigingen;

6.

wijst erop dat de Commissie in de paragrafen 201 en 203 van haar follow-up van de kwijting voor 2006 beloofde het Parlement op de hoogte te zullen houden omtrent de overdracht van activiteiten van het Bureau naar de vertegenwoordigingen en de verschillende stadia van sluiting van het Bureau (7);

7.

wijst op de verklaring van de Commissie in haar follow-up van de kwijting van de Commissie voor 2006 dat het Bureau eind september 2008 alle operationele activiteiten zou beëindigen; dat het Bureau drie maanden de tijd zou hebben, van oktober tot december 2008, om de administratieve afsluiting te voltooien; en dat een sluitingsteam onder de hoede van de Commissie in 2009 de overblijvende administratieve activiteiten zou afsluiten in een tijdspanne van een paar maanden;

8.

stelt vast dat de Commissie een aantal nota’s met informatie over de samenwerking tussen de Commissie en het Bureau tijdens de overgangsperiode 2007-2008 heeft doen toekomen aan de voorzitter van de Commissie begrotingscontrole (8);

9.

leest in de vierde informatienota van 7 oktober 2008 dat de Commissie een eindverslag over de geleidelijke afbouw van het Bureau zal voorleggen, nadat de eindrekeningen van het Bureau zijn vastgesteld en het sluitingsteam zijn werkzaamheden heeft afgerond; hoopt dit verslag binnenkort te ontvangen;

Potentiële risico’s van de overdracht van activiteiten van het Bureau naar de vertegenwoordigingen

10.

wijst erop dat de Rekenkamer in zijn jaarverslag voor 2007 drie potentiële risico’s van de overdracht van activiteiten van het Bureau naar de vertegenwoordigingen noemt:

a)

gezien het meerjarige karakter van de activiteiten van het Bureau zijn er nog niet-bestede begrotingskredieten van 453 000 000 EUR die uitgevoerd moeten worden in de jaren na 2008, het laatste jaar waarin het Bureau bestaat;

b)

de nota met richtsnoeren die de Commissie op 11 juni 2008 heeft ingediend over de overdracht van dossiers, behandelt niet alle posten op de balans van het Bureau;

c)

het geaccumuleerde overschot van 180 000 000 EUR op de balans van het Bureau per 31 december 2007 zal aan het eind van het mandaat van het Bureau eveneens moeten worden overgenomen en beheerd door de Commissie;

11.

verzoekt de Commissie de verantwoordelijke commissie van het Parlement mede te delen:

a)

hoe de niet-bestede begrotingskredieten uitgevoerd zullen worden,

b)

of er tussen het Bureau en de Commissie een memorandum van overeenstemming is gesloten voor alle posten op de begroting van het Bureau dan wel hoe de Commissie op een andere wijze heeft gezorgd voor de volledige overdracht van alle dossiers en posten,

c)

hoe het geaccumuleerde overschot van 180 000 000 EUR op de balans van het Bureau per 31 december 2007 door de Commissie beheerd zal worden;

12.

verwijst voor andere horizontale opmerkingen in verband met het kwijtingsbesluit naar zijn resolutie van 23 april 2009 over het financieel beheer van en het toezicht op EU-agentschappen (9).


(1)  PB C 278 van 31.10.2008, blz. 13.

(2)  PB C 311 van 5.12.2008, blz. 42.

(3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

(4)  PB L 306 van 7.12.2000, blz. 7.

(5)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.

(6)  PB L 88 van 31.3.2009, blz. 150.

(7)  Werkdocument van de diensten van de Commissie, bijlage bij het verslag van de Commissie aan het Europees Parlement over de follow-up van de kwijtingsprocedure 2006 (SEC(2008) 2579).

(8)  De nota’s zijn beschikbaar op de website van de Commissie begrotingscontrole.

(9)  Zie bladzijde 206 van dit Publicatieblad.