32003D0336

2003/336/EG: Besluit van de Raad van 14 april 2003 betreffende de sluiting van een aanvullend protocol inzake overeenstemmingsbeoordeling en de aanvaarding van industrieproducten bij de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Estland, anderzijds

Publicatieblad Nr. L 120 van 15/05/2003 blz. 0024 - 0025


Besluit van de Raad

van 14 april 2003

betreffende de sluiting van een aanvullend protocol inzake overeenstemmingsbeoordeling en de aanvaarding van industrieproducten bij de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Estland, anderzijds

(2003/336/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 133, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, artikel 300, lid 3, eerste alinea, eerste zin, en artikel 300, lid 4,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Estland, anderzijds(1), is op 1 februari 1998 in werking getreden.

(2) In artikel 75 van de Europaovereenkomst is bepaald dat de samenwerking op het gebied van de normalisatie en de overeenstemmingsbeoordeling in overeenkomsten inzake wederzijdse erkenning moet resulteren.

(3) In artikel 113, lid 2, van de Europaovereenkomst is bepaald dat de Associatieraad bevoegdheden kan delegeren aan het Associatiecomité.

(4) In artikel 2 van Besluit 98/180/EG, EGKS, Euratom van de Raad en de Commissie van 19 december 1997 betreffende de sluiting van de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Estland, anderzijds(2), zijn procedures vastgesteld voor de besluitvorming in de Gemeenschap en voor de verwoording van het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad en het Associatiecomité.

(5) In artikel 14 van Besluit nr. 1/1998 van de Associatieraad tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Estland, anderzijds, van 23 februari 1998 betreffende zijn reglement van orde(3) is bepaald dat het Associatiecomité subcomités of werkgroepen mag oprichten om het bij te staan in de uitvoering van zijn taken.

(6) Het ontwerp-protocol inzake overeenstemmingsbeoordeling en de aanvaarding van industrieproducten bij de Europaovereenkomst is op 6 maart 2003 te Brussel namens de Gemeenschap ondertekend en moet worden goedgekeurd.

(7) De Associatieraad is belast met bepaalde uitvoeringstaken en heeft met name de bevoegdheid de bijlagen bij het protocol te wijzigen.

(8) Teneinde de goede werking van het protocol te waarborgen, dienen passende interne procedures te worden vastgesteld.

(9) De Commissie dient te worden gemachtigd bepaalde technische wijzigingen in het protocol aan te brengen en bepaalde uitvoeringsbesluiten te nemen,

BESLUIT:

Artikel 1

Het protocol inzake overeenstemmingsbeoordeling en de aanvaarding van industrieproducten bij de Europaovereenkomst met de Republiek Estland (hierna "het protocol" genoemd), evenals de daaraan gehechte verklaring, worden namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van het protocol en van de verklaring is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De diplomatieke nota bedoeld in artikel 17 van het protocol wordt door de voorzitter van de Raad namens de Europese Gemeenschap verzonden.

Artikel 3

1. De Commissie, na overleg met het door de Raad aangewezen bijzonder comité:

a) verricht de aanmeldingen, erkenningen, schorsingen en intrekkingen van instanties en benoemingen van gezamenlijke teams van deskundigen overeenkomstig artikel 10, artikel 11 en artikel 14, onder c), van het protocol;

b) voert overleg, zorgt voor de uitwisseling van informatie, dient verzoeken om controles en tot deelname aan controles in overeenkomstig artikel 3, artikel 12 en artikel 14, onder d) en e), en de afdelingen III en IV van de bijlagen bij het protocol inzake veiligheid van elektrisch materiaal, elektromagnetische compatibiliteit, liften en veiligheid van speelgoed;

c) beantwoordt, indien nodig, verzoeken overeenkomstig artikel 11 en de afdelingen III en IV van de bijlagen bij het protocol inzake veiligheid van elektrisch materiaal, elektromagnetische compatibiliteit, liften en veiligheid van speelgoed.

2. Het standpunt dat de Gemeenschap ten aanzien van de onderstaande onderwerpen inneemt in de Associatieraad en, waar van toepassing, in het Associatiecomité, wordt vastgesteld door de Commissie na raadpleging van het bijzonder comité bedoeld in lid 1 van dit artikel. Deze onderwerpen zijn:

a) wijziging van de bijlagen overeenkomstig artikel 14, onder a), van het protocol;

b) toevoeging van nieuwe bijlagen overeenkomstig artikel 14, onder b), van het protocol;

c) besluiten inzake meningsverschillen over de resultaten van controles en volledige of gedeeltelijke schorsingen van aangemelde instanties overeenkomstig artikel 11, tweede en derde alinea, van het protocol;

d) maatregelen ter uitvoering van de vrijwaringsclausules in afdeling IV van de bijlagen bij het protocol inzake veiligheid van elektrisch materiaal, elektromagnetische compatibiliteit, liften en veiligheid van speelgoed;

e) maatregelen betreffende de verificatie, de schorsing of de intrekking van industrieproducten waarvoor overeenkomstig artikel 4 van het protocol de wederzijdse aanvaarding van kracht is.

3. In alle andere gevallen wordt het standpunt van de Gemeenschap in verband met dit protocol in de Associatieraad en, waar van toepassing, in het Associatiecomité, met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen door de Raad vastgesteld op basis van een voorstel van de Commissie.

Gedaan te Luxemburg, 14 april 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

A. Giannitsis

(1) PB L 68 van 9.3.1998, blz. 3.

(2) PB L 68 van 9.3.1998, blz. 1.

(3) PB L 73 van 12.3.1998, blz. 17.