Besluit van de Raad

van 21 januari 2002

inzake de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Zuid-Afrika betreffende de handel in gedistilleerde dranken

(2002/52/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 133 in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Raad heeft bij Besluit 1999/753/EG(1) bepaald dat de Overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking tussen de Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Zuid-Afrika, anderzijds(2), voorlopig van kracht wordt op 1 januari 2000.

(2) Er zijn onderhandelingen gevoerd over een overeenkomst binnen de Europese Gemeenschap en de Republiek Zuid-Afrika betreffende de handel in gedistilleerde dranken ("de overeenkomst"). Deze overeenkomst, die op 30 november 2001 is geparafeerd, dient te worden goedgekeurd.

(3) Om de tenuitvoerlegging van sommige bepalingen van de overeenkomst te vergemakkelijken dient de Commissie de nodige technische aanpassingen te kunnen verrichten volgens de procedure van artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 1576/89 van de Raad van 29 mei 1989 tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de definitie, de aanduiding en de aanbiedingsvorm van gedistilleerde dranken(3),

BESLUIT:

Artikel 1

De overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Zuid-Afrika betreffende de handel in gedistilleerde dranken, alsmede de bijlage, het protocol en de verklaringen worden namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De in de eerste alinea bedoelde teksten zijn aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad is gemachtigd de persoon/personen aan te wijzen die bevoegd is/zijn de overeenkomst te ondertekenen teneinde de Gemeenschap te binden.

Artikel 3

Voor de toepassing van artikel 5, lid 8, en artikel 16, lid 2, van de overeenkomst wordt de Commissie gemachtigd om volgens de procedure van artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 1576/89 van de Raad de akten te sluiten die noodzakelijk zijn om de overeenkomst te wijzigen.

Artikel 4

De Commissie vertegenwoordigt de Gemeenschap in het bij artikel 17 van de overeenkomst ingestelde Gemengd Comité.

Gedaan te Brussel, 21 januari 2002.

Voor de Raad

De Voorzitter

M. Arias Cañete

(1) PB L 311 van 4.12.1999, blz. 1.

(2) PB L 311 van 4.12.1999, blz. 3.

(3) PB L 160 van 12.6.1989, blz. 1. Verordening van het Europees Parlement en de Raad laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3378/94 (PB L 366 van 31.12.1994, blz. 1).