52002PC0584

Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie van jaarlijkse communautaire staalstatistieken voor de referentiejaren 2003 2009 /* COM/2002/0584 def. - COD 2002/0251 */

Publicatieblad Nr. 045 E van 25/02/2003 blz. 0154 - 0160


Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de productie van jaarlijkse communautaire staalstatistieken voor de referentiejaren 2003-2009

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. Achtergrond

De rechtsgrond voor het huidige communautaire stelsel voor staalstatistieken is het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS-Verdrag), dat op 23 juli 2002 afloopt. De Europese staalindustrie telt ongeveer driehonderd ondernemingen, goed voor een vijfde van de staalproductie in de wereld. Het zijn bijna allemaal grote bedrijven met veel belangstelling voor statistieken. In de afgelopen vijftig jaar is in nauwe samenwerking met de Europese staalorganisaties een uitgebreid statistisch stelsel ten behoeve van het EGKS-beleid en van de industrie opgezet. Voor de meeste lidstaten verzamelt de Commissie de gegevens rechtstreeks bij de staalbedrijven of hun nationale organisaties. Tot 2000 waren er 17 maandelijkse, een driemaandelijkse en een twaalftal jaarlijkse vragenlijsten. Dit aantal werd in 2000 gereduceerd.

In een hierbij aansluitende verordening stelt de Commissie voor het EGKS-stelsel voor de staalstatistiek tot het einde van 2002 te verlengen. Déze verordening heeft echter betrekking op de communautaire staalstatistieken vanaf 2003. Uit onderzoek van Eurostat naar de gebruikersbehoeften is gebleken voor welke gebieden na afloop van het EGKS-Verdrag statistische informatie vereist is. De beleidseenheden van de Commissie, de nationale ministeries en de industrie willen dat de voornaamste statistieken over de staalindustrie beschikbaar blijven. Na afloop van het EGKS-Verdrag zijn voor het Gemeenschapsbeleid echter veel minder gegevens nodig. Daarom behelst dit voorstel een zeer grote reductie van de officiële communautaire staalstatistieken in vergelijking met het statistisch stelsel van de EGKS.

Een van de mogelijkheden was om geen voorstel te doen, maar te steunen op bestaande Gemeenschapswetgeving. In feite komt het hier grotendeels op neer. De statistieken over de productie en verkopen van staalproducten, die een groot deel van het statistisch stelsel van de EGKS uitmaken, zullen in het bestaande communautaire systeem van de productiestatistiek, Prodcom, worden opgenomen. Onlangs is een gemoderniseerde lijst van staalproducten goedgekeurd en de verzameling van deze gegevens zal in 2003 beginnen. De maandelijkse reeksen over ontwikkelingen in het personeelsbestand in staalfabrieken worden beëindigd, maar jaarlijkse gegevens over de werkgelegenheid in de staalindustrie blijven beschikbaar vanuit de communautaire structurele bedrijfsenquêtes.

Vier van de bestaande jaarlijkse EGKS-vragenlijsten leveren informatie op die van belang is voor de ontwikkeling van en het toezicht op het communautair beleid, maar die niet uit hoofde van bestaande Gemeenschapswetgeving wordt verzameld. Dit voorstel heeft betrekking op een verordening voor de periode 2003-2009 om ervoor te zorgen dat in alle lidstaten waar een aanzienlijke staalindustrie aanwezig is, een kernbestand aan informatie uit deze vragenlijsten blijft worden verzameld. De voorgestelde verordening is voor een vaste periode bedoeld, met een bepaling om de resultaten na vier jaar in een tussentijds rapport te evalueren en eventueel nieuwe maatregelen voor te stellen.

2. Inhoud van de verordening

De voorgestelde verordening is van toepassing op de gegevens die vroeger via vier EGKS-vragenlijsten (2-50, 2-58, 2-60 en 2-61) werden verzameld. Na raadpleging van de gebruikers is het aantal variabelen in de vragenlijsten gereduceerd. De lijst is als bijlage bij de verordening opgenomen en omvat: schrootbalans voor ijzer en staal; energiebalans; investeringen naar installatietype; en staalproductiecapaciteit.

De gegevens van de schrootbalans voor staal hebben betrekking op de vraag en het aanbod van ijzer- en staalschroot. Dit is tegenwoordig een belangrijke grondstof voor de vervaardiging van staal waarvoor op internationaal vlak een vrije en open markt noodzakelijk is. De Commissie heeft deze informatie eventueel nodig als derde landen hun schrootexport beperken om hun eigen industrie te helpen.

De energiebalans levert niet alleen informatie over energieverbruik en -productie in de staalindustrie op, maar indirect ook over de emissie van verontreinigende stoffen. Hoogovens gebruiken bijvoorbeeld cokes, kalksteen en ijzererts om staal te maken en produceren kooldioxide als afvalproduct. Met de gegevens uit de energiebalans kan de omvang van deze CO2-emissies worden berekend.

De gegevens over de investeringsuitgaven en de capaciteit worden gebruikt om eventuele toekomstige capaciteitsproblemen voor bepaalde klassen staalproducten vast te stellen. Deze informatie is niet alleen nuttig voor de industrie, maar ook voor onderhandelingen op het gebied van de internationale handel. Bovendien worden de gegevens ingevoerd in een onder auspiciën van de OESO opgezet netwerk om de mondiale staalcapaciteit te meten.

Door de goedkeuring van deze verordening kan de verzameling van belangrijke reeksen communautaire staalstatistieken worden voorgezet.

De ontwerp-verordening is op de vergadering van het Comité statistisch programma van 19 en 20 september 2001 besproken. Een grote meerderheid van de lidstaten was voor deze verordening.

2002/0251 (COD)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de productie van jaarlijkse communautaire staalstatistieken voor de referentiejaren 2003-2009

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie [1],

[1] PB C [...] van [...], blz. [...].

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité [2],

[2] PB C [...] van [...], blz. [...].

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag [3],

[3] PB C [...] van [...], blz. [...].

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De statistieken over de staalindustrie zijn gebaseerd op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, dat op 23 juli 2002 afloopt. Daarom is een nieuwe verordening inzake de verzameling van statistieken over de staalindustrie overeenkomstig het EG-Verdrag nodig.

(2) De verzameling van statistieken over de staalindustrie moet worden voortgezet om het toekomstige Gemeenschapsbeleid inzake de staalindustrie uit te voeren. Geen ander bestaand Europees statistisch stelsel kan in de behoefte aan deze statistieken voorzien.

(3) Om vast te stellen of de staalstatistiek in andere statistische stelsels kan worden geïntegreerd, is een overgangsfase nodig die van 2003 tot 2009 loopt.

(4) Staalondernemingen hebben informatie over investeringen en capaciteit in de wereld nodig om toekomstige capaciteitsproblemen voor bepaalde klassen staalproducten vast te stellen. De communautaire statistieken over investeringen en capaciteit dragen bij tot een wereldwijd netwerk van informatie over de mondiale staalcapaciteit dat onder auspiciën van de OESO is opgezet.

(5) De statistieken over het energieverbruik in de staalindustrie leveren niet alleen informatie over energieverbruik en -productie in de staalindustrie op, maar indirect ook over de emissie van verontreinigende stoffen.

(6) Statistieken over de beschikbaarheid van voorraden ijzer- en staalschroot zijn nodig om het gebruik van deze voor de vervaardiging van staal belangrijke grondstof, waarvoor op internationaal vlak een vrije en open markt noodzakelijk is, na te gaan.

(7) De voor de uitvoering van deze verordening noodzakelijke maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden [4],

[4] PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1 Onderwerp

Met deze verordening wordt een gemeenschappelijk kader vastgesteld om voor de referentiejaren 2003-2009 systematisch communautaire staalstatistieken op te stellen.

Artikel 2 Definities

In deze verordening hebben de termen "communautaire statistieken" en "productie van communautaire statistieken" dezelfde betekenis als in Verordening (EG) nr. 322/97 [5].

[5] PB L 52 van 22.2.1997, blz. 1.

Artikel 3 Toepassingsgebied

De lidstaten verstrekken het bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen ("Eurostat") gegevens over de staalindustrie, gedefinieerd als groep 27.1 van de algemene systematische bedrijfsindeling in de Europese Gemeenschappen ("NACE Rev. 1"), ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 3037/90 van de Raad [6].

[6] PB L 293 van 24.10.1990, blz. 1.

Indien de toegevoegde waarde tegen factorkosten van de ondernemingen in de staalindustrie van een lidstaat minder dan 1% van het totaal in de Gemeenschap bedraagt, hoeven de gegevens over de kenmerken niet te worden verzameld.

Artikel 4 Kenmerken

De verstrekte gegevens, die overeenstemmen met de indeling in de bijlage, hebben betrekking op de kenmerken van de eenheden van economische activiteit en op ondernemingen met ten minste vijftig werknemers.

Artikel 5 Referentieperiode en frequentie

De lidstaten stellen de in deze verordening genoemde gegevens voor het eerst voor het jaar 2003 en daarna voor elk jaar tot 2009 samen.

Artikel 6 Indiening van de gegevens

De bevoegde nationale autoriteiten sturen Eurostat de overeenkomstig deze verordening verstrekte gegevens en metagegevens in elektronische vorm toe.

Verzending vindt plaats volgens een uitwisselingsnorm die is goedgekeurd overeenkomstig de procedure van artikel 8, lid 2. Eurostat stelt gedetailleerde documentatie over goedgekeurde normen ter beschikking en geeft richtsnoeren over de wijze waarop deze normen overeenkomstig de eisen van deze verordening worden toegepast.

Artikel 7 Uitvoeringsmaatregelen

De volgende maatregelen ter uitvoering van deze verordening worden volgens de procedure van artikel 8, lid 2, vastgelegd:

(a) toevoegingen aan, wijzigingen van of verwijderingen uit de lijst van kenmerken;

(b) opmaak van de verstrekte gegevens.

Artikel 8 Procedure

1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij Besluit 89/382/EEG, Euratom opgerichte Comité statistisch programma [7].

[7] PB L 181 van 28.6.1989, blz. 47.

2. In gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van de bepalingen van artikel 8 daarvan.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG vermelde termijn bedraagt drie maanden.

3. Het Comité stelt zijn reglement van orde vast.

Artikel 9 Verslagen

Binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze verordening legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de uitvoering ervan.

In dit verslag komen met name de volgende aspecten aan de orde:

(a) beoordelen van de voordelen voor de Gemeenschap, de lidstaten en de verstrekkers en gebruikers van de in de statistieken verstrekte statistische informatie in verhouding tot de kosten;

(b) beoordelen van de kwaliteit van de statistieken;

(c) nagaan van de synergie met andere communautaire activiteiten;

(d) voorstellen van eventueel nodig geachte wijzigingen voor een betere uitvoering van deze verordening.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, [...]

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

BIJLAGE Lijst van aan Eurostat te verstrekken kenmerken overeenkomstig artikel 4

1. Jaarlijkse statistieken over de schrootbalans voor staal en gietijzer

Eenheid: metrieke ton

Code // Titel

// Schrootbalans staal en gietijzer

1010 // Voorraden op de eerste dag van het jaar

1020 // Afkomstig uit eigen bedrijf

1030 // Ontvangsten (1031+1032+1033)

1031 // binnenland

1032 // overige landen van de Gemeenschap

1033 // derde landen

1040 // Beschikbare hoeveelheid, totaal (1010+1020+1030)

1050 // Verbruik, totaal

1051 // waarvan elektro-ovens

1052 // waarvan roestvrij schroot

1060 // Leveringen

1070 // Voorraden op de laatste dag van het jaar (1040-1050-1060)

2. Verbruik van brandstoffen en energie en elektriciteitsbalans voor de staalindustrie

Deel A: Verbruik van brandstoffen en energie naar installatietype*

Eenheid: metrieke ton of gigajoule (GJ)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

* Ertsvoorbereidingsinstallaties Walserijen

Hoogovens en elektrische ruwijzerovens Elektriciteitscentrales

Smelterijen Overige installaties

Deel B: Elektriciteitsbalans voor de staalindustrie

Eenheid: MWh

Code // Titel

// Elektriciteitsbalans voor de staalindustrie

3100 // Beschikbaar (3101+3102)

3101 // brutoproductie

3102 // ontvangsten van derden

3200 // Afname (3210+3220+3230)

3210 // Verbruik per installatie

(3211+3212+3213+3214+3215+3216+3217)

3211 // sinter- en ertsvoorbereidingsinstallaties

3212 // hoogovens en elektrische ruwijzerovens

3213 // elektrische smelterijen en continugietinstallaties

3214 // overige smelterijen en continugietinstallaties

3215 // walserijen

3216 // elektriciteitscentrales

3217 // overige installaties

3220 // Levering aan derden

3230 // Netverliezen

3. Investeringen in de ijzer- en staalindustrie

(uitgaven en capaciteit)

Deel A: Uitgaven

Eenheid: miljoen euro

Code // Titel

// Investeringsuitgaven in de ijzer- en staalindustrie

4010 // Cokesinstallaties

4020 // Ertsvoorbereidingsinstallaties

4030 // Installaties voor vervaardiging van ijzer en ferrolegeringen (inclusief hoogovens)

4040 // Staalfabrieken en smelterijen

4041 // waarvan elektrische

4050 // Continugietinstallaties

4060 // Walserijen (4061+4062+4063+4064)

4061 // platte producten

4062 // lange producten

4063 // koudwalserijen voor breedband

4064 // bekledingsinstallaties

4070 // Overige installaties

4100 // Algemeen totaal (4010+4020+4030+4040+4050+4060+4070)

4200 // waarvan ter bestrijding van vervuiling

Deel B: Capaciteit

Eenheid: 1000 ton per jaar

Code // Titel

// Maximaal mogelijke productie in de ijzer- en staalindustrie (capaciteit)

5010 // Cokes

5020 // Ertsvoorbereiding

5030 // Ruwijzer en ferrolegeringen

5040 // Ruwstaal (5041+5042)

5041 // waarvan elektrisch

5042 // waarvan voor continugieten

5050 // Rechtstreeks door warmwalsen verkregen producten (5051+5052)

5051 // platte producten

5052 // lange producten

5060 // Producten verkregen uit warmgewalste producten (behalve beklede producten)

5061 // waarvan producten verkregen door koudwalsen

5070 // Beklede producten

FINANCIEEL MEMORANDUM

Beleidsgebied: Statistiek

Activiteit: IJzer- en staalstatistieken

Benaming van de actie: Voorstel voor een verordening (EG) nr. .../... van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie van jaarlijkse communautaire staalstatistieken voor de referentiejaren 2003-2009

1. BEGROTINGSONDERDEEL + OMSCHRIJVING

B5-6000 + Beleid inzake statistische informatie

2. ALGEMENE CIJFERS

2.1. Totale toewijzing voor de actie (deel B): vastleggingskredieten (mln euro)

2.2. Duur

1 januari 2003 - 31 december 2009

2.3. Meerjarenraming van de uitgaven

a) Tijdschema vastleggingskredieten/betalingskredieten (financiering uit de begroting) (zie punt 6.1.1)

mln euro (tot op 3 decimalen nauwkeurig)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

b) Technische en administratieve bijstand en ondersteuningsuitgaven (zie punt 6.1.2)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

c) Financiële gevolgen in verband met de personele middelen en andere huishoudelijke uitgaven (zie punten 7.2 en 7.3)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

2.4. Verenigbaarheid met de financiële programmering en de financiële vooruitzichten

|X| Het voorstel is verenigbaar met de financiële programmering.

Het voorstel vereist een herprogrammering van de desbetreffende rubriek van de financiële vooruitzichten,

inclusief, zo nodig, een beroep op de bepalingen van het Interinstitutioneel Akkoord.

2.5. Financiële gevolgen voor de ontvangsten [8]

[8] Zie voor nadere informatie de bijgevoegde toelichting.

Geen enkele financiële implicatie (betreft technische aspecten in verband met de uitvoering van een maatregel).

OF

|X| Financiële gevolgen - Het effect op de ontvangsten is als volgt:

NB: alle opmerkingen en toelichtingen met betrekking tot de methode waarmee de gevolgen voor de ontvangsten worden berekend, moeten op een afzonderlijk blad aan dit financieel memorandum worden toegevoegd.

mln euro (tot op 1 decimaal nauwkeurig)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

3. BEGROTINGSKENMERKEN

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

4. RECHTSGRONDSLAG

Het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name artikel 285, lid 1.

5. OMSCHRIJVING EN MOTIVERING

5.1. Doel van het communautaire optreden [9]

[9] Zie voor nadere informatie de bijgevoegde toelichting.

5.1.1. Doelstellingen

Verzameling van de voornaamste jaarlijkse statistieken die nodig zijn voor de ontwikkeling van en de analyse van de gevolgen van het Gemeenschapsbeleid.

5.1.2. Genomen maatregelen in verband met de evaluatie vooraf

In 1999 is onderzoek gedaan naar de gebruikersbehoeften, waarbij de diensten van de Commissie, de ministeries van de lidstaten en de brancheorganisaties zijn geraadpleegd.

5.1.3. Genomen maatregelen na de evaluatie achteraf

Na vier jaar zal een tussentijds verslag worden opgesteld.

5.2. Voorgenomen actie en wijze van financiering uit de begroting

In het voorstel voor een verordening wordt een bepaald aantal statistische variabelen beschreven waarover jaarlijks gegevens moeten worden verzameld. De lidstaten moeten deze gegevens eenmaal per jaar aan Eurostat toezenden. Eurostat zal de productiedatabank bijwerken, de gegevens controleren en vervolgens de statistieken publiceren. Informaticaondersteuning voor de databank, databeheer, samenstelling en opmaak van de jaarlijkse publicaties van ongeveer tien bladzijden zullen intern worden gedaan.

De doelgroep is dezelfde als in 2002, het laatste jaar waarin de staalstatistieken overeenkomstig de voorwaarden van het EGKS-Verdrag zijn opgesteld.

Indien mogelijk aantal begunstigden vermelden: 500 statistiekgebruikers in de bedrijfstak en bij de overheid.

Er is geen financiering uit de begroting voorzien.

5.3. Uitvoering

Er zijn elk jaar ongeveer drie maanden nodig voor het verzamelen van de gegevens, het bijwerken van de databank, controle en publicatie.

6. FINANCIËLE GEVOLGEN

6.1. Totale financiële gevolgen voor deel B (voor de gehele programmeringsperiode)

6.1.1. Financiering

VK, mln euro (tot op 3 decimalen nauwkeurig)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

6.2. Berekening van de kosten per overwogen maatregel in deel B (voor de hele programmeringsperiode) [10]

[10] Zie voor nadere informatie de bijgevoegde toelichting.

VK, mln euro (tot op 3 decimalen nauwkeurig)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Zo nodig de wijze van berekening toelichten.

7. GEVOLGEN VOOR DE PERSONELE MIDDELEN EN DE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

7.1. Gevolgen voor de personele middelen

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

7.2. Algemene financiële gevolgen in verband met de personele middelen

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

De bedragen stemmen overeen met de totale uitgaven gedurende twaalf maanden.

7.3. Andere huishoudelijke uitgaven die uit de actie voortvloeien

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

De bedragen stemmen overeen met de totale uitgaven gedurende twaalf maanden.

(1 De aard van het comité vermelden, alsmede de groep waarvan het comité deel uitmaakt, vermelden.)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

8. TOEZICHT EN EVALUATIE

8.1. Follow-up

Intern bij Eurostat.

8.2. Procedure en tijdschema van de voorgeschreven evaluatie

Intern bij Eurostat.

9. FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

Intern bij Eurostat.