European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

C-serie


C/2024/7320

16.12.2024

Arrest van het Gerecht van 23 oktober 2024 – DZ Hyp/GAR (Vooraf te betalen bijdragen voor 2022)

(Zaak T-402/22)  (1)

(Economische en monetaire unie - Bankenunie - Gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme voor kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen (GAM) - Gemeenschappelijk Afwikkelingsfonds (GAF) - Besluit van de GAR over de berekening van de vooraf te betalen bijdragen voor de bijdrageperiode 2022 - Artikel 70, lid 2, van verordening (EU) nr. 806/2014 - Onjuiste rechtsopvatting - Beperking van de werking van het arrest in de tijd)

(C/2024/7320)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: DZ Hyp AG (Hamburg, Duitsland) (vertegenwoordigers: H. Berger, M. Weber en D. Schoo, advocaten)

Verwerende partij: Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (vertegenwoordigers: K.-P. Wojcik, J. Kerlin, T. Wittenberg en D. Ceran, gemachtigden, bijgestaan door H.-G. Kamann en P. Gey, advocaten)

Interveniënten aan de zijde van de verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: J. Etienne, M. Menegatti en G. Bartram, gemachtigden), Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: J. Haunold, J. Bauerschmidt en A. Westerhof Löfflerová, gemachtigden)

Voorwerp

Met haar beroep krachtens artikel 263 VWEU vordert verzoekster nietigverklaring van besluit SRB/ES/2022/18 van de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (GAR) van 11 april 2022 over de berekening van de vooraf aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds (GAF) te betalen bijdragen voor 2022, voor zover dit besluit op haar betrekking heeft.

Dictum

1)

Besluit SRB/ES/2022/18 van de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (GAR) van 11 april 2022 over de berekening van de vooraf aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds (GAF) te betalen bijdragen voor 2022 wordt nietig verklaard, voor zover dat besluit betrekking heeft op DZ Hyp AG.

2)

De gevolgen van besluit SRB/ES/2022/18 worden ten aanzien van DZ Hyp AG gehandhaafd totdat de GAR de maatregelen heeft genomen die nodig zijn ter uitvoering van het onderhavige arrest, en dit binnen een redelijke termijn die niet langer mag zijn dan zes maanden te rekenen vanaf de dag waarop het onderhavige arrest onherroepelijk wordt.

3)

De GAR wordt verwezen in zijn eigen kosten en in die van DZ Hyp AG.

4)

Het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie dragen hun eigen kosten.


(1)   PB C 380 van 3.10.2022.


ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/7320/oj

ISSN 1977-0995 (electronic edition)