ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 258

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

64e jaargang
2 juli 2021


Inhoud

Bladzijde

 

II   Mededelingen

 

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2021/C 258/01

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.9926 — ADI/Maxim) ( 1 )

1

2021/C 258/02

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.10202 — EQT/Investindustrial/JV) ( 1 )

2

2021/C 258/03

Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie (Zaak M.10352 — CNP/UniCredit/Aviva Life/Aviva S.p.A.) ( 1 )

3


 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Europese Commissie

2021/C 258/04

Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties: — 0,00 % per 1 juli 2021 — Wisselkoersen van de euro

4

 

Rekenkamer

2021/C 258/05

Speciaal verslag nr. 15/2021 — Rechten van luchtvaartpassagiers tijdens de COVID-19-pandemie: belangrijkste rechten niet beschermd ondanks de inspanningen van de Commissie

5

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2021/C 258/06

Kennisgeving van het Kroatisch agentschap voor energieregulering betreffende de openbare aanbesteding voor de selectie van een noodleverancier van gas, te publiceren overeenkomstig de artikelen 61 en 62 van de wet inzake de gasmarkt (Staatsblad nr. 18/18 en 23/20)

6


 

V   Bekendmakingen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europese Commissie

2021/C 258/07

Oproepen tot het indienen van voorstellen en daarmee samenhangende activiteiten in het kader van het werkprogramma 2021-2022 tot uitvoering van het Euratom-programma voor onderzoek en opleiding (2021-2025)

7

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

 

Europese Commissie

2021/C 258/08

Bericht van opening van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van silicium van oorsprong uit de Volksrepubliek China

8

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2021/C 258/09

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10262 — Facebook/Kustomer) ( 1 )

19

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2021/C 258/10

Bekendmaking van een mededeling van de goedkeuring van een standaardwijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 17, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie

21


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

 


II Mededelingen

MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/1


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.9926 — ADI/Maxim)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 258/01)

Op 31 maart 2021 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32021M9926. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/2


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.10202 — EQT/Investindustrial/JV)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 258/02)

Op 16 juni 2021 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32021M10202. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/3


Besluit om geen bezwaar aan te tekenen tegen een aangemelde concentratie

(Zaak M.10352 — CNP/UniCredit/Aviva Life/Aviva S.p.A.)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 258/03)

Op 28 juni 2021 heeft de Commissie besloten zich niet te verzetten tegen bovenvermelde aangemelde concentratie en deze verenigbaar met de interne markt te verklaren. Dit besluit is gebaseerd op artikel 6, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1). De volledige tekst van het besluit is slechts beschikbaar in het Engels en zal openbaar worden gemaakt na verwijdering van eventuele bedrijfsgeheimen. De tekst is beschikbaar:

op de website Concurrentie van de Commissie, afdeling Fusies (http://ec.europa.eu/competition/mergers/cases/). Deze website biedt verschillende hulpmiddelen om individuele concentratiebesluiten op te zoeken, onder meer op: naam van de onderneming, nummer van de zaak, datum en sector,

in elektronische vorm op de EUR-Lex-website (http://eur-lex.europa.eu/homepage.html?locale=nl) onder document nr. 32021M10352. EUR-Lex biedt onlinetoegang tot de communautaire wetgeving.


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/4


Door de Europese Centrale Bank toegepaste rentevoet voor de basisherfinancieringstransacties (1):

0,00 % per 1 juli 2021

Wisselkoersen van de euro (2)

1 juli 2021

(2021/C 258/04)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,1884

JPY

Japanse yen

132,42

DKK

Deense kroon

7,4360

GBP

Pond sterling

0,86033

SEK

Zweedse kroon

10,1738

CHF

Zwitserse frank

1,0985

ISK

IJslandse kroon

146,70

NOK

Noorse kroon

10,2105

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,507

HUF

Hongaarse forint

351,86

PLN

Poolse zloty

4,5164

RON

Roemeense leu

4,9275

TRY

Turkse lira

10,3307

AUD

Australische dollar

1,5836

CAD

Canadese dollar

1,4698

HKD

Hongkongse dollar

9,2273

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6965

SGD

Singaporese dollar

1,5989

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 345,86

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

16,9744

CNY

Chinese yuan renminbi

7,6842

HRK

Kroatische kuna

7,4893

IDR

Indonesische roepia

17 259,71

MYR

Maleisische ringgit

4,9426

PHP

Filipijnse peso

58,493

RUB

Russische roebel

86,6085

THB

Thaise baht

38,088

BRL

Braziliaanse real

5,8955

MXN

Mexicaanse peso

23,7270

INR

Indiase roepie

88,5590


(1)  Rentevoet die is toegepast op de laatst uitgevoerde transactie voor de opgegeven dag. In geval van een tender met variabele rente, verwijst deze rentevoet naar de marginale interestvoet.

(2)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


Rekenkamer

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/5


Speciaal verslag nr. 15/2021

Rechten van luchtvaartpassagiers tijdens de COVID-19-pandemie: belangrijkste rechten niet beschermd ondanks de inspanningen van de Commissie

(2021/C 258/05)

De Europese Rekenkamer deelt u mee dat Speciaal verslag nr. 15/2021 “Rechten van luchtvaartpassagiers tijdens de COVID-19-pandemie: belangrijkste rechten niet beschermd ondanks de inspanningen van de Commissie” zojuist is gepubliceerd.

Het verslag kan worden ingezien op of gedownload van de website van de Europese Rekenkamer: http://eca.europa.eu


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/6


Kennisgeving van het Kroatisch agentschap voor energieregulering betreffende de openbare aanbesteding voor de selectie van een noodleverancier van gas, te publiceren overeenkomstig de artikelen 61 en 62 van de wet inzake de gasmarkt (Staatsblad nr. 18/18 en 23/20)

(2021/C 258/06)

De openbare aanbesteding voor de selectie van een noodleverancier van gas is gepubliceerd op 9 juni 2021.

De bijbehorende documentatie bij de openbare aanbesteding voor de selectie van een noodleverancier van gas is gepubliceerd op de officiële website van het Kroatisch agentschap voor energieregulering (www.hera.hr).


V Bekendmakingen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/7


Oproepen tot het indienen van voorstellen en daarmee samenhangende activiteiten in het kader van het werkprogramma 2021-2022 tot uitvoering van het Euratom-programma voor onderzoek en opleiding (2021-2025)

(2021/C 258/07)

Hierbij wordt kennisgegeven van de start van acties in het kader van het werkprogramma 2021-2022 tot uitvoering van het Euratom-programma voor onderzoek en opleiding (2021-2025).

De Commissie heeft het bovengenoemde werkprogramma bij Besluit C(2021) 4201 van 1 juli 2021 vastgesteld.

De acties zijn afhankelijk van de beschikbaarheid van de in de algemene begroting van de Unie voor 2021 en 2022 voorziene kredieten na vaststelling van de begroting voor 2022 door de begrotingsautoriteit of als voorzien in het systeem van voorlopige twaalfden. De Commissie behoudt zich het recht voor om de acties in te trekken of te rectificeren.

Als aan deze voorwaarden is voldaan, zal dat worden bevestigd op het internetportaal voor financiering en aanbestedingen van de Europese Commissie (https://ec.europa.eu/info/funding-tenders/opportunities/portal/screen/programmes/horizon).

Dit werkprogramma, met inbegrip van de termijnen en budgetten voor de acties, is, samen met informatie over de uitvoeringsregels voor de acties en de richtsnoeren voor aanvragers betreffende de indiening van voorstellen, beschikbaar via het bovengenoemde portaal voor financiering en aanbestedingen. Al deze informatie zal zo nodig worden bijgewerkt op hetzelfde portaal voor financiering en aanbestedingen.


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/8


Bericht van opening van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van silicium van oorsprong uit de Volksrepubliek China

(2021/C 258/08)

Na de bekendmaking van een bericht (1) van het naderend vervallen van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van silicium van oorsprong uit de Volksrepubliek China (“het betrokken land” of “VRC”) heeft de Europese Commissie (“de Commissie”) een verzoek ontvangen om een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (2) (“de basisverordening”).

1.   Verzoek om een nieuw onderzoek

Het verzoek werd op 30 maart 2021 ingediend door Euroalliages (“de indiener van het verzoek”), een vereniging die alle producenten vertegenwoordigt die meer dan 25 % van de totale productie van bepaald siliciummetaal in de Unie vertegenwoordigen.

Een openbare versie van het verzoek en de analyse van de mate van steun van de producenten in de Unie voor het verzoek zijn beschikbaar in het dossier dat door de belanghebbenden ingezien kan worden. Punt 5.6 van dit bericht bevat informatie over de toegang tot het dossier voor belanghebbenden.

2.   Onderzocht product

Het nieuwe onderzoek heeft betrekking op silicium (“het onderzochte product”), momenteel ingedeeld onder GN-code 2804 69 00.

3.   Bestaande maatregelen

Momenteel geldt een definitief antidumpingrecht op silicium van oorsprong uit de VRC naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen dat werd ingesteld bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1077 van de Commissie (3).

4.   Motivering van het nieuwe onderzoek

Het verzoek is ingediend op grond dat het vervallen van de maatregelen waarschijnlijk zou leiden tot voortzetting van dumping en tot voortzetting van schade voor de bedrijfstak van de Unie.

4.1.    Bewering dat voortzetting van dumping waarschijnlijk is

Aangezien uit de VRC nog steeds aanzienlijke hoeveelheden in de EU worden ingevoerd, heeft de indiener van het verzoek bewijsmateriaal verstrekt over de voortzetting van dumping.

Volgens de indiener van het verzoek is het niet passend gebruik te maken van de binnenlandse prijzen en kosten in de Volksrepubliek China, wegens het bestaan van verstoringen van betekenis in de zin van artikel 2, lid 6 bis, punt b), van de basisverordening.

Om de aantijgingen van verstoringen van betekenis te onderbouwen, baseerde de indiener van het verzoek zich op het werkdocument van de diensten van de Commissie over aanzienlijke verstoringen in de economie van de VRC van december 2017 (“Commission Staff Working Document on Significant Distortions in the Economy of the PRC”) (het “verslag van de Commissie”) en op een in opdracht van de indiener van het verzoek uitgevoerde analyse van door de staat veroorzaakte marktverstoringen in de Chinese ferrolegeringen en de siliciumindustrie van september 2018 (“Analysis of state-induced market distortions in the Chinese ferroalloys and silicon industry”) (het “siliciumverslag”). In het verslag van de Commissie heeft de indiener van het verzoek specifiek verwezen naar punt 12.4.2, waaruit blijkt dat er op veel niveaus van de economie sprake was van aanzienlijk overheidsingrijpen. In het verslag wordt erop gewezen dat bij de productie van silicium specifieke verstoringen in belangrijke productiefactoren worden gebruikt. De indiener van het verzoek verwees ook naar het hoofdstuk over algemene verstoringen, voornamelijk met betrekking tot elektriciteit (bv. elektriciteit en grondstoffen), een belangrijke kostenpost bij de productie van silicium. In het siliciumverslag wordt ook ingegaan op overheidsinterventie en -inmenging in de siliciumindustrie in de VRC, bijvoorbeeld middels directe subsidies, belastingpreferenties, steun in de vorm van land, kapitaal en arbeid, alsook uitvoerbeperkingen en -bevordering.

Het verslag van de Commissie is beschikbaar in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (4).

Daarom is, gelet op artikel 2, lid 6 bis, punt a), van de basisverordening, de bewering van voortzetting van dumping gebaseerd op een vergelijking van een normale waarde die is berekend aan de hand van productie- en verkoopkosten waarin niet-verstoorde prijzen of benchmarks in een geschikt representatief land tot uitdrukking komen, met de prijs (af fabriek) van het onderzochte product bij uitvoer uit de VRC naar een aantal derde landen, omdat er momenteel geen significante hoeveelheden uit de VRC in de Unie worden ingevoerd. De op basis van deze vergelijking berekende dumpingmarge is aanzienlijk voor de VRC.

In het licht van de beschikbare informatie is de Commissie van oordeel dat er voldoende bewijsmateriaal in de zin van artikel 5, lid 9, van de basisverordening is dat erop wijst dat het wegens verstoringen van betekenis die van invloed zijn op de prijzen en kosten niet passend is gebruik te maken van de binnenlandse prijzen en kosten in de VRC, zodat de opening van een onderzoek op grond van artikel 2, lid 6 bis, van de basisverordening gerechtvaardigd is.

4.2.    Bewering dat schade waarschijnlijk zal voortduren

De indiener van het verzoek beweerde dat voortzetting van schade waarschijnlijk is.

Hij heeft voldoende bewijsmateriaal overgelegd waaruit blijkt dat de invoer van het onderzochte product uit het betrokken land in de Unie nog steeds aanzienlijk is, zowel in absolute termen als in termen van marktaandeel.

Uit het bewijsmateriaal dat de indiener van het verzoek heeft verstrekt, blijkt dat de hoeveelheden waarin en de prijzen waartegen het onderzochte product wordt ingevoerd onder meer een ongunstige invloed hebben gehad op de verkochte hoeveelheden, de in rekening gebrachte prijzen en het marktaandeel van de bedrijfstak van de Unie, waardoor de algemene prestaties en de financiële situatie van de bedrijfstak van de Unie aanzienlijk zijn verslechterd.

De indiener van het verzoek heeft ook voldoende bewijsmateriaal overgelegd waaruit blijkt dat, als de maatregelen zouden komen te vervallen, de invoer van het onderzochte product uit het betrokken land in de Unie wegens de aanzienlijke onbenutte capaciteit bij de producenten-exporteurs in de VRC en de aantrekkelijkheid van de markt van de EU waarschijnlijk in omvang zal toenemen.

De indiener van het verzoek voerde voorts aan dat de bedrijfstak van de Unie bij een verdere aanzienlijke toename van de invoer tegen dumpingprijzen uit het betrokken land waarschijnlijk nog meer schade zal lijden als de maatregelen zouden komen te vervallen.

5.   Procedure

Daar de Commissie, na raadpleging van het bij artikel 15, lid 1, van de basisverordening ingestelde comité, tot de conclusie is gekomen dat er voldoende bewijs inzake de waarschijnlijkheid van dumping en schade is om de opening van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen te rechtvaardigen, opent zij hierbij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening een nieuw onderzoek.

Bij het nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen zal worden vastgesteld of voortzetting of herhaling van dumping van het onderzochte product van oorsprong uit het betrokken land en voortzetting of herhaling van schade voor de bedrijfstak van de Unie bij het vervallen van de maatregelen al dan niet waarschijnlijk zijn.

De Commissie wijst de partijen er ook op dat na de uitbraak van COVID-19 een mededeling (5) is bekendgemaakt over de gevolgen van de uitbraak van COVID-19 voor antidumping- en antisubsidieonderzoeken, die mogelijk van toepassing is op deze procedure.

5.1.    Tijdvak van het nieuwe onderzoek en beoordelingsperiode

Het onderzoek naar de voortzetting of herhaling van dumping zal betrekking hebben op de periode van 1 juli 2020 tot en met woensdag 30 juni 2021 (“het tijdvak van het nieuwe onderzoek”). Het onderzoek van de ontwikkelingen die relevant zijn voor de beoordeling van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van schade zal betrekking hebben op de periode van 1 januari 2018 tot het einde van het tijdvak van het nieuwe onderzoek (“de beoordelingsperiode”).

5.2.    Opmerkingen over het verzoek en de opening van het onderzoek

Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt over de basisproducten en de codes van het geharmoniseerd systeem (GS) als verstrekt in het verzoek (6) uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking (7) van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie kenbaar te maken.

Belanghebbenden die opmerkingen wensen te maken over het verzoek (onder meer in verband met schade en oorzakelijk verband) of over aspecten in verband met de opening van het onderzoek (onder meer over de mate van steun voor het verzoek), moeten dit uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht doen.

Verzoeken om te worden gehoord met betrekking tot de opening van het onderzoek moeten uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht worden ingediend.

5.3.    Procedure voor het vaststellen van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van dumping

De Commissie stelt in het kader van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen een onderzoek in naar de uitvoer naar de Unie die in het tijdvak van het nieuwe onderzoek heeft plaatsgevonden en gaat, los van de uitvoer naar de Unie, na of de ondernemingen die in het betrokken land het onderzochte product produceren en verkopen zich in een zodanige situatie bevinden dat voortzetting of herhaling van de uitvoer met dumping naar de Unie waarschijnlijk is als de maatregelen komen te vervallen.

Alle producenten (8) van het onderzochte product uit het betrokken land, ongeacht of zij het onderzochte product in het tijdvak van het nieuwe onderzoek naar de Unie hebben uitgevoerd, wordt derhalve verzocht aan het onderzoek van de Commissie mee te werken.

5.3.1.   Onderzoek van producenten in het betrokken land

Gezien het potentieel grote aantal producenten-exporteurs in de VRC dat bij dit nieuwe onderzoek betrokken is, en teneinde het onderzoek binnen de wettelijke termijn af te ronden, kan de Commissie haar onderzoek tot een redelijk aantal producenten beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef zal overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening worden samengesteld.

Om de Commissie in staat te stellen te beslissen of een steekproef noodzakelijk is en, zo ja, deze samen te stellen, wordt alle producenten of hun vertegenwoordigers, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat tot de onderzochte maatregelen heeft geleid, verzocht de Commissie uiterlijk zeven dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht informatie over hun onderneming(en) te verstrekken. Deze informatie moet worden verstrekt via het platform TRON.tdi (https://tron.trade.ec.europa.eu/tron/tdi/form/R743_SAMPLING_FORM_FOR_EXPORTING_PRODUCER). In de punten 5.6 en 5.9 van dit bericht vindt u informatie over de toegang tot het platform TRON.tdi.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van producenten in het betrokken land nodig acht, zal de Commissie bovendien contact opnemen met de autoriteiten van de VRC en eventueel ook met haar bekende verenigingen van producenten in het betrokken land.

Indien een steekproef noodzakelijk is, zullen de producenten worden geselecteerd op basis van het grootste representatieve volume van de productie, verkoop of uitvoer dat binnen de beschikbare tijd redelijkerwijs kan worden onderzocht. De Commissie zal alle haar bekende producenten in het betrokken land, de autoriteiten van het betrokken land en de verenigingen van producenten in het betrokken land, indien nodig via de autoriteiten van het betrokken land, meedelen welke ondernemingen voor de steekproef zijn geselecteerd.

Zodra de Commissie de noodzakelijke informatie heeft ontvangen om een steekproef van producenten samen te stellen, deelt zij de betrokken partijen mee of zij in de steekproef zijn opgenomen. De in de steekproef opgenomen producenten moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 30 dagen na de datum van kennisgeving van het besluit over hun opname in de steekproef indienen.

De Commissie zal een mededeling inzake de samenstelling van de steekproef toevoegen aan het dossier voor inzage door belanghebbenden. Tezelfdertijd stelt de Commissie de vragenlijst voor producenten in het betrokken land beschikbaar in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2535). Opmerkingen over de samenstelling van de steekproef moeten uiterlijk drie dagen na de datum van kennisgeving van het besluit over de steekproef worden ingediend.

Ondernemingen die hebben ingestemd met opname in de steekproef maar uiteindelijk niet worden geselecteerd, worden onverminderd de mogelijke toepassing van artikel 18 van de basisverordening geacht mee te werken (“niet in de steekproef opgenomen medewerkende producenten”).

5.3.2.   Aanvullende procedure met betrekking tot het betrokken land waar verstoringen van betekenis bestaan

Alle belanghebbenden wordt verzocht om onder de voorwaarden van dit bericht hun standpunt kenbaar te maken en informatie en bewijsmateriaal in te dienen met betrekking tot de toepassing van artikel 2, lid 6 bis, van de basisverordening. Tenzij anders aangegeven, moeten deze informatie en dit bewijsmateriaal uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het bezit van de Commissie zijn.

Overeenkomstig artikel 2, lid 6 bis, punt e), van de basisverordening zal de Commissie de bij het onderzoek betrokken partijen kort na de opening van het onderzoek door middel van een mededeling in het voor hen toegankelijk gemaakte dossier meedelen welke relevante bronnen zij voornemens is te gebruiken voor de vaststelling van de normale waarde in het betrokken land overeenkomstig artikel 2, lid 6 bis, van de basisverordening. Daarbij worden alle bronnen vermeld, en in voorkomend geval ook de selectie van een geschikt representatief derde land. Vanaf de datum waarop de desbetreffende mededeling in dat dossier wordt opgenomen, hebben de bij het onderzoek betrokken partijen tien dagen de tijd om opmerkingen in te dienen.

Volgens de informatie waarover de Commissie beschikt, is Brazilië in dit geval een mogelijk representatief derde land voor het betrokken land. Om uiteindelijk het geschikte representatieve derde land te selecteren, zal de Commissie onderzoeken of er landen zijn met een niveau van economische ontwikkeling dat vergelijkbaar is met dat van het betrokken land, waar het onderzochte product wordt geproduceerd en verkocht en waar de desbetreffende gegevens onmiddellijk beschikbaar zijn. Wanneer er meer van dergelijke landen zijn, zal de voorkeur in voorkomend geval worden gegeven aan landen met een toereikend niveau van sociale en milieubescherming.

Wat de relevante bronnen betreft, verzoekt de Commissie alle producenten in de VRC om binnen 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht informatie te verstrekken over de grondstoffen, verwerkte grondstoffen en energie die bij de productie van het onderzochte product worden gebruikt. Deze informatie moet worden verstrekt via het platform TRON.tdi (https://tron.trade.ec.europa.eu/tron/tdi/form/R743_SAMPLING_FORM_FOR_EXPORTING_PRODUCER). In de punten 5.6 en 5.9 van dit bericht vindt u informatie over de toegang tot het platform TRON.tdi.

Bovendien mag feitelijke informatie die wordt ingediend voor het beoordelen van kosten en prijzen overeenkomstig artikel 2, lid 6 bis, punt a), van de basisverordening uitsluitend van openbaar beschikbare bronnen afkomstig zijn.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek met betrekking tot de gestelde verstoringen van betekenis in de zin van artikel 2, lid 6 bis, punt b), van de basisverordening nodig acht, zal de Commissie ook aan de overheid van het betrokken land een vragenlijst ter beschikking stellen.

5.3.3.   Onderzoek van niet-verbonden importeurs (9) (10)

Niet-verbonden importeurs die het onderzochte product uit de VRC in de Unie invoeren, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat/de onderzoeken die tot de geldende maatregelen heeft/hebben geleid, wordt verzocht aan dit onderzoek mee te werken.

Gezien het mogelijk grote aantal niet-verbonden importeurs dat bij dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen betrokken is, kan de Commissie, om het onderzoek binnen de wettelijke termijn te kunnen afronden, haar onderzoek tot een redelijk aantal niet-verbonden importeurs beperken door een steekproef samen te stellen. De steekproef zal overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening worden samengesteld.

Om de Commissie in staat te stellen te beslissen of een steekproef noodzakelijk is en, zo ja, deze samen te stellen, wordt alle niet-verbonden importeurs of hun vertegenwoordigers, met inbegrip van die welke niet hebben meegewerkt aan het onderzoek dat tot de onderzochte maatregelen heeft geleid, verzocht contact met de Commissie op te nemen. Zij moeten dat uiterlijk zeven dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht doen en de Commissie de in de bijlage bij dit bericht verlangde informatie over hun onderneming of ondernemingen verstrekken.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van niet-verbonden importeurs nodig acht, kan de Commissie bovendien contact opnemen met haar bekende verenigingen van importeurs.

Indien een steekproef noodzakelijk is, kunnen de importeurs worden geselecteerd op basis van het grootste representatieve volume van hun verkoop in de Unie van het onderzochte product uit het betrokken land dat binnen de beschikbare tijd redelijkerwijs kan worden onderzocht. De Commissie zal alle haar bekende niet-verbonden importeurs en verenigingen van importeurs mededelen welke ondernemingen voor de steekproef zijn geselecteerd.

De Commissie zal ook een mededeling inzake de samenstelling van de steekproef toevoegen aan het dossier voor inzage door belanghebbenden. Opmerkingen over de samenstelling van de steekproef moeten uiterlijk drie dagen na de datum van kennisgeving van het besluit over de steekproef worden ingediend. Bij het toevoegen van de mededeling betreffende de samenstelling van de steekproef aan het dossier zal de Commissie een exemplaar van de vragenlijst voor niet-verbonden importeurs beschikbaar stellen in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2535).

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst ter beschikking stellen van de in de steekproef opgenomen niet-verbonden importeurs. Deze partijen moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 30 dagen na de datum van kennisgeving van de samenstelling van de steekproef indienen.

5.4.    Procedure voor het vaststellen van de waarschijnlijkheid van voortzetting of herhaling van schade

Teneinde vast te stellen of voortzetting of herhaling van schade voor de bedrijfstak van de Unie waarschijnlijk is, wordt de producenten van het onderzochte product in de Unie verzocht aan het onderzoek van de Commissie mee te werken.

5.4.1.   Onderzoek van producenten in de Unie

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek met betrekking tot producenten in de Unie nodig acht, zal de Commissie een vragenlijst beschikbaar stellen aan de haar bekende producenten in de Unie of representatieve producenten in de Unie, en met name aan: Ferroatlantica S.L., Ferropem, RW Silicium GmbH en Euroalliages.

Bovengenoemde producenten in de Unie moeten de ingevulde vragenlijst, tenzij anders aangegeven, uiterlijk 37 dagen na de datum waarop de vragenlijst beschikbaar wordt gesteld, in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2535) indienen.

Producenten en representatieve organisaties in de Unie die hierboven niet zijn vermeld, wordt verzocht, tenzij anders aangegeven, onmiddellijk – maar in elk geval uiterlijk 7 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht – bij voorkeur per e-mail contact op te nemen met de Commissie en een vragenlijst aan te vragen.

5.5.    Procedure voor het beoordelen van het belang van de Unie

Als wordt bevestigd dat voortzetting of herhaling van dumping en voortzetting of herhaling van schade waarschijnlijk zijn, zal uit hoofde van artikel 21 van de basisverordening een beslissing worden genomen over de vraag of handhaving van de antidumpingmaatregelen niet in strijd zou zijn met het belang van de Unie.

Producenten in de Unie, importeurs en hun representatieve verenigingen, gebruikers en hun representatieve verenigingen, vakbonden en representatieve consumentenorganisaties wordt verzocht de Commissie informatie te verstrekken over de vraag of handhaving van de maatregelen niet in strijd is met het belang van de Unie. Om aan het onderzoek mee te werken, moeten de representatieve consumentenorganisaties aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product.

Informatie met betrekking tot de beoordeling van het belang van de Unie kan vormvrij worden opgesteld of er kan een vragenlijst van de Commissie worden ingevuld. Een exemplaar van de vragenlijsten, waaronder de vragenlijst voor gebruikers van het onderzochte product, zal tegen 1 oktober 2021 beschikbaar zijn in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2535). Informatie over de beoordeling van het belang van de Unie moet binnen 37 dagen na de datum waarop de vragenlijst beschikbaar wordt gesteld in het dossier voor inzage door belanghebbenden en op de website van DG Handel (https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2535) worden verstrekt. Met informatie die op grond van artikel 21 van de basisverordening wordt verstrekt, wordt alleen rekening gehouden indien daarbij tegelijkertijd het nodige bewijsmateriaal is gevoegd dat de geldigheid ervan bevestigt.

5.6.    Belanghebbenden

Om aan het onderzoek mee te werken, moeten belanghebbenden zoals producenten in het betrokken land, producenten in de Unie, importeurs en hun representatieve verenigingen, gebruikers en hun representatieve verenigingen, vakbonden en representatieve consumentenorganisaties eerst aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product.

Producenten in het betrokken land, producenten in de Unie, importeurs en representatieve verenigingen die informatie hebben verstrekt in overeenstemming met de procedures zoals beschreven in de punten 5.2, 5.3 en 5.4, worden als belanghebbenden beschouwd indien er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product.

Andere partijen kunnen alleen als belanghebbende meewerken aan het onderzoek vanaf het moment waarop zij contact opnemen met de Commissie, en op voorwaarde dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het onderzochte product. Beschouwd worden als een belanghebbende laat de toepassing van artikel 18 van de basisverordening onverlet.

Het dossier voor inzage door belanghebbenden is toegankelijk via het platform TRON.tdi (https://tron.trade.ec.europa.eu/tron/TDI). Volg de instructies op die pagina om toegang te krijgen (11).

5.7.    Andere schriftelijke opmerkingen

Alle belanghebbenden wordt hierbij verzocht om onder de voorwaarden van dit bericht hun standpunt kenbaar te maken en informatie en bewijsmateriaal in te dienen. Tenzij anders aangegeven, moeten deze informatie en dit bewijsmateriaal uiterlijk 37 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het bezit van de Commissie zijn.

5.8.    Mogelijkheid om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord

Alle belanghebbenden kunnen een verzoek indienen om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord. Het verzoek om te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed, alsook een samenvatting bevatten van wat de belanghebbende tijdens de hoorzitting wenst te bespreken. De hoorzitting zal worden beperkt tot de punten die vooraf schriftelijk door de belanghebbenden zijn aangedragen.

In beginsel worden hoorzittingen niet gebruikt om feitelijke informatie te presenteren die nog niet in het dossier is opgenomen. Desalniettemin kan de belanghebbenden, uit het oogpunt van behoorlijk bestuur en om de diensten van de Commissie in staat te stellen vooruitgang in het onderzoek te boeken, na een hoorzitting worden opgedragen nieuwe feitelijke informatie te verstrekken.

5.9.    Instructies voor schriftelijke opmerkingen en de verzending van ingevulde vragenlijsten en correspondentie

Informatie die aan de Commissie wordt verstrekt in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken, moet vrij zijn van auteursrechten. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek, in een vorm die hun de mogelijkheid biedt hun recht van verweer uit te oefenen.

Alle schriftelijke opmerkingen (met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie), ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten zijn voorzien van de vermelding “Sensitive” (12). Belanghebbenden die in de loop van dit onderzoek informatie indienen, wordt verzocht hun verzoek om vertrouwelijke behandeling met redenen te omkleden.

Belanghebbenden die informatie met de vermelding “Sensitive” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding “For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de wezenlijke inhoud van de als vertrouwelijk verstrekte informatie. Als een belanghebbende die vertrouwelijke informatie verstrekt, geen geldige redenen voor het verzoek om een vertrouwelijke behandeling aanvoert of geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan de Commissie deze informatie buiten beschouwing laten, tenzij aan de hand van geëigende bronnen aannemelijk wordt gemaakt dat de informatie juist is.

Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken, met inbegrip van gescande volmachten en certificaten, via het platform TRON.tdi (https://tron.trade.ec.europa.eu/tron/TDI) in te dienen. Door het platform TRON.tdi of e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, die zijn vervat in het document “Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken” op de website van het directoraat-generaal Handel (https://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2014/june/tradoc_152578.pdf). Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoonnummer en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat iedere dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend via het platform TRON.tdi of per e-mail, tenzij zij uitdrukkelijk verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden. Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op via het platform TRON.tdi of per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de hierboven genoemde instructies voor de communicatie met belanghebbenden raadplegen.

Correspondentieadres van de Commissie:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat G

Kamer CHAR 04/039

1049 Brussel

BELGIË

TRON.tdi: https://tron.trade.ec.europa.eu/tron/tdi

E-mail: TRADE-R743-SILICON-DUMPING@ec.europa.eu

TRADE-R743-SILICON-INJURY@ec.europa.eu

6.   Tijdschema voor het onderzoek

Het onderzoek wordt overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de basisverordening normaal gesproken binnen 12 maanden, maar uiterlijk binnen 15 maanden na de datum van bekendmaking van dit bericht afgesloten.

7.   Indiening van informatie

In de regel kunnen belanghebbenden alleen binnen de in punt 5 van dit bericht vermelde termijnen informatie verstrekken.

Teneinde het onderzoek binnen de voorgeschreven termijnen af te ronden, zal de Commissie geen opmerkingen van belanghebbenden meer aanvaarden na het verstrijken van de termijn voor het indienen van opmerkingen over de mededeling van de definitieve bevindingen of, in voorkomend geval, na het verstrijken van de termijn voor het indienen van opmerkingen over de aanvullende mededeling van de definitieve bevindingen.

8.   Mogelijkheid om opmerkingen te maken over door andere belanghebbenden ingediende informatie

Om het recht van verweer te waarborgen, moeten belanghebbenden de mogelijkheid hebben om opmerkingen te maken over de door andere belanghebbenden ingediende informatie. Daarbij mogen zij alleen ingaan op kwesties die in de door andere belanghebbenden ingediende informatie worden vermeld en mogen zij geen nieuwe kwesties aan de orde stellen.

Opmerkingen over de informatie die door andere belanghebbenden is verstrekt naar aanleiding van de mededeling van de definitieve bevindingen moeten, tenzij anders aangegeven, uiterlijk vijf dagen na het verstrijken van de termijn voor het maken van opmerkingen over de definitieve bevindingen worden ingediend. In geval van een aanvullende mededeling van de definitieve bevindingen moeten opmerkingen over de informatie die door andere belanghebbenden is verstrekt naar aanleiding van deze aanvullende mededeling, tenzij anders aangegeven, uiterlijk één dag na het verstrijken van de termijn voor het maken van opmerkingen over deze aanvullende mededeling worden ingediend.

Bovenbedoeld tijdschema geldt onverminderd het recht van de Commissie de belanghebbenden in naar behoren gemotiveerde gevallen om aanvullende informatie te verzoeken.

9.   Verlenging van de in dit bericht vermelde termijnen

Een verlenging van de in dit bericht vermelde termijnen kan worden verleend op met redenen omkleed verzoek van de belanghebbenden.

Een eventuele verlenging van de in dit bericht vermelde termijnen mag alleen in uitzonderlijke omstandigheden worden aangevraagd en wordt alleen verleend indien dit naar behoren gerechtvaardigd is. In elk geval is de eventuele verlenging van de termijn om de vragenlijsten te beantwoorden normaliter beperkt tot drie dagen, en mag deze in de regel niet meer dan zeven dagen bedragen. Wat de termijnen voor de indiening van andere in dit bericht genoemde informatie betreft, zijn verlengingen beperkt tot drie dagen, tenzij wordt aangetoond dat er sprake is van uitzonderlijke omstandigheden.

10.   Niet-medewerking

Wanneer belanghebbenden geen toegang tot de vereiste gegevens verlenen, deze niet binnen de gestelde termijn verstrekken of het onderzoek aanmerkelijk belemmeren, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening conclusies worden getrokken aan de hand van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin.

Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt.

Als een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de conclusies daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

Als de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten zou meebrengen. In dat geval moet de belanghebbende onmiddellijk contact opnemen met de Commissie.

11.   Raadadviseur-auditeur

Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. Deze behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en alle andere verzoeken betreffende het recht van verweer van belanghebbenden en van derden die tijdens de procedure kunnen worden ingediend.

De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting beleggen en bemiddelen tussen de belanghebbende(n) en de diensten van de Commissie om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen. Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. De raadadviseur-auditeur onderzoekt de redenen voor de verzoeken. Deze hoorzittingen mogen enkel plaatsvinden indien de kwesties niet tijdig zijn opgelost met de diensten van de Commissie.

Belanghebbenden wordt verzocht ook wat betreft de tussenkomst van de raadadviseur-auditeur, met inbegrip van hoorzittingen, de in punt 5.7 van dit bericht vermelde termijnen te volgen. Elk verzoek moet tijdig en snel worden ingediend, zodat het ordelijk verloop van de procedure niet in gevaar wordt gebracht. Daartoe moeten de belanghebbenden om de inschakeling van de raadadviseur-auditeur vragen zo spoedig mogelijk na de gebeurtenis die een dergelijke inschakeling rechtvaardigt. De raadadviseur-auditeur onderzoekt de redenen voor verzoeken om tussenkomst, de aard van de aan de orde gestelde kwesties en de gevolgen van die kwesties voor het recht van verweer, rekening houdend met het belang van goed bestuur en de tijdige voltooiing van het onderzoek.

Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina’s van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel (http://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/hearing-officer/).

12.   Verzoek om een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening

Aangezien dit nieuwe onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen wordt geopend overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening, kunnen de bestaande maatregelen overeenkomstig artikel 11, lid 6, van de basisverordening naar aanleiding van de bevindingen van het onderzoek worden ingetrokken of gehandhaafd, maar niet worden gewijzigd.

Belanghebbenden die van oordeel zijn dat de maatregelen opnieuw moeten worden onderzocht zodat deze kunnen worden gewijzigd, kunnen een verzoek indienen voor een nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening.

Zij moeten daartoe contact opnemen met de Commissie op het bovenstaande adres. Een dergelijk onderzoek zal onafhankelijk van het in dit bericht aangekondigde onderzoek worden uitgevoerd.

13.   Verwerking van persoonsgegevens

Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (13).

Een privacyverklaring die alle particulieren op de hoogte brengt van de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de handelsbeschermingsactiviteiten van de Commissie is beschikbaar op de website van DG Handel (https://ec.europa.eu/trade/policy/accessing-markets/trade-defence/)


(1)  PB C 331 van 7.10.2020, blz. 13.

(2)  PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1077 van de Commissie van 1 juli 2016 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op silicium van oorsprong uit de Volksrepubliek China naar aanleiding van een nieuw onderzoek krachtens artikel 11, lid 2, in verband met het vervallen van de maatregelen, en van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad (PB L 179 van 5.7.2016, blz. 1).

(4)  De in het landrapport genoemde documenten zijn eveneens verkrijgbaar op met redenen omkleed verzoek.

(5)  https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX%3A52020XC0316%2802%29

(6)  Informatie over GS-codes is ook te vinden in de samenvatting van het verzoek om een nieuw onderzoek, dat beschikbaar is op de website van DG Handel (http://trade.ec.europa.eu/tdi/?).

(7)  Alle verwijzingen naar de bekendmaking van dit bericht zijn verwijzingen naar de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders aangegeven.

(8)  Onder producent wordt verstaan een onderneming uit het betrokken land die het onderzochte product produceert, met inbegrip van verbonden ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, binnenlandse verkoop of uitvoer van het onderzochte product.

(9)  Uitsluitend importeurs die niet verbonden zijn met producenten in het betrokken land mogen in de steekproef worden opgenomen. Importeurs die met producenten verbonden zijn, moeten bijlage I bij de vragenlijst voor deze producenten-exporteurs invullen. Overeenkomstig artikel 127 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie, worden twee personen geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn in de onderneming van de andere persoon; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) een derde partij 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of de aandelen van beiden direct of indirect bezit, houdt of daarover zeggenschap heeft; e) een van hen direct of indirect zeggenschap over de ander heeft; f) een derde persoon direct of indirect zeggenschap over beiden heeft; g) beiden direct of indirect zeggenschap over een derde persoon hebben; of h) zij tot dezelfde familie behoren (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558). Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broers en zusters (of halfbroers en halfzusters), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwagers en schoonzusters. Overeenkomstig artikel 5, punt 4, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie wordt onder “persoon” verstaan een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een vereniging van personen die geen rechtspersoonlijkheid bezit, maar krachtens het Unierecht of het nationale recht wel als handelingsbekwaam is erkend (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).

(10)  Gegevens die door niet-verbonden importeurs zijn verstrekt, mogen ook worden gebruikt voor andere aspecten van dit onderzoek dan het vaststellen van dumping.

(11)  Bij technische problemen kunt u contact opnemen met de handelshelpdesk per e-mail (trade-service-desk@ec.europa.eu) of per telefoon (+32 22979797).

(12)  Een “Sensitive”-document wordt beschouwd als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-Overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst). Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

(13)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).


BIJLAGE

“Sensitive”-versie

Versie “For inspection by interested parties”

(vakje aankruisen dat van toepassing is)

ANTIDUMPINGPROCEDURE BETREFFENDE DE INVOER VAN SILICIUM VAN OORSPRONG UIT DE VOLKSREPUBLIEK CHINA

INFORMATIE VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE STEEKPROEF VAN NIET-VERBONDEN IMPORTEURS

Dit formulier is bedoeld om niet-verbonden importeurs te helpen bij het verstrekken van de informatie voor de samenstelling van de steekproef als bedoeld in punt 5.3.3 van het bericht van opening.

De “Sensitive”-versie en de versie “For inspection by interested parties” moeten beide aan de Commissie worden teruggezonden, zoals aangegeven in het bericht van opening.

1.   NAAM EN CONTACTGEGEVENS

Gelieve de volgende gegevens over uw onderneming te verstrekken:

Naam van de onderneming

 

Adres

 

Contactpersoon

 

E-mailadres

 

Telefoonnummer

 

Website

 

2.   OMZET EN VERKOOPVOLUME

Vermeld voor het onderzoektijdvak in euro’s (EUR) de totale omzet van de onderneming alsmede de omzet die is behaald met de invoer in de Unie en de wederverkoop op de markt van de Unie na invoer uit de Volksrepubliek China van silicium zoals omschreven in het bericht van opening, alsook het gewicht in ton daarvan.

 

Ton

Waarde in EUR

Totale omzet van uw onderneming in EUR

 

 

Invoer van het onderzochte product in de Unie

 

 

Wederverkoop van het onderzochte product op de markt van de Unie na invoer uit de VRC

 

 

3.   ACTIVITEITEN VAN UW ONDERNEMING EN VAN VERBONDEN ONDERNEMINGEN (1)

Verstrek nadere bijzonderheden over de precieze activiteiten van de onderneming en alle verbonden ondernemingen (vermeld die ondernemingen en geef de relatie met uw onderneming aan) die betrokken zijn bij de productie en/of verkoop (uitvoer en/of binnenlandse verkoop) van het onderzochte product. Dergelijke activiteiten kunnen de aankoop van het onderzochte product of de productie ervan in het kader van uitbestedingsregelingen omvatten, alsook de verwerking ervan of de handel erin, maar zijn daartoe niet beperkt.

Naam en locatie van de onderneming

Activiteiten

Relatie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4.   ANDERE INFORMATIE

Verstrek alle andere relevante informatie die de onderneming nuttig acht om de Commissie bij de samenstelling van de steekproef te helpen.

5.   CERTIFICERING

Door bovengenoemde informatie te verstrekken, stemt de onderneming ermee in eventueel in de steekproef te worden opgenomen. Selectie voor de steekproef houdt in dat een vragenlijst moet worden ingevuld en dat aanvaard wordt dat de antwoorden bij een bezoek ter plaatse worden gecontroleerd. Ondernemingen die verklaren niet in de steekproef te willen worden opgenomen, worden geacht niet aan het onderzoek te hebben meegewerkt. De bevindingen van de Commissie met betrekking tot niet-medewerkende importeurs worden gebaseerd op de beschikbare gegevens en het resultaat kan voor de desbetreffende onderneming minder gunstig zijn dan wanneer zij wel had meegewerkt.

Handtekening van de gemachtigde:

Naam en titel van de gemachtigde:

Datum:


(1)  Overeenkomstig artikel 127 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie, worden twee personen geacht te zijn verbonden indien: a) zij functionaris of directeur zijn in de onderneming van de andere persoon; b) zij door de wettelijke bepalingen worden erkend als in zaken verbonden; c) zij werkgever en werknemer zijn; d) een derde partij 5 % of meer van het stemgerechtigde uitstaande kapitaal of de aandelen van beiden direct of indirect bezit, houdt of daarover zeggenschap heeft; e) een van hen direct of indirect zeggenschap over de ander heeft; f) een derde persoon direct of indirect zeggenschap over beiden heeft; g) beiden direct of indirect zeggenschap over een derde persoon hebben; of h) zij tot dezelfde familie behoren (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558). Personen worden slechts geacht leden te zijn van dezelfde familie indien zij op een van de volgende wijzen met elkaar bloed- of aanverwant zijn: i) echtgenoot en echtgenote, ii) ouder en kind, iii) broers en zusters (of halfbroers en halfzusters), iv) grootouder en kleinkind, v) oom of tante en neef of nicht (oomzeggers), vi) schoonouder en schoondochter of schoonzoon, vii) zwagers en schoonzusters. Overeenkomstig artikel 5, punt 4, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie wordt onder “persoon” verstaan een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een vereniging van personen die geen rechtspersoonlijkheid bezit, maar krachtens het Unierecht of het nationale recht wel als handelingsbekwaam is erkend (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/19


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10262 — Facebook/Kustomer)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 258/09)

1.   

Op 25 juni 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Facebook, Inc. (“Facebook”, Verenigde Staten);

Kustomer, Inc. (“Kustomer”, Verenigde Staten).

Facebook verkrijgt uitsluitende zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Kustomer.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

De concentratie is door de Bundeswettbewerbsbehörde, de Oostenrijkse mededingingsautoriteit, naar de Commissie verwezen overeenkomstig artikel 22, lid 3, van de concentratieverordening. Vervolgens hebben België, Bulgarije, Frankrijk, IJsland, Ierland, Italië, Nederland, Portugal en Roemenië zich bij de verwijzing aangesloten.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

Facebook: aanbieder van websites en toepassingen voor mobiele apparaten voor social networking, consumentencommunicatie en functies voor het delen van foto- en videobestanden, waaronder drie kanalen voor het sturen van berichten: Messenger, WhatsApp en Instagram Messaging;

Kustomer: aanbieder van software voor klantrelatiebeheer (Customer Relationship Management - CRM), waarmee medewerkers van klantendiensten van ondernemingen de communicatie met consumenten kunnen beheren.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10262 – Facebook/Kustomer

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

2.7.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 258/21


Bekendmaking van een mededeling van de goedkeuring van een standaardwijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 17, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie

(2021/C 258/10)

Deze mededeling wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 17, lid 5, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 (1) van de Commissie.

MEDEDELING VAN EEN STANDAARDWIJZIGING DIE GEVOLGEN HEEFT VOOR HET ENIG DOCUMENT

“Pouilly-Fuissé”

PDO-FR-A0653-AM01

Datum van mededeling: 28 april 2021

BESCHRIJVING VAN EN REDENEN VOOR DE GOEDGEKEURDE WIJZIGING

1.   Geografische benaming

Hoofdstuk I, deel II, van het productdossier is gewijzigd om de mogelijkheid te bieden de oorsprongsbenaming aan te vullen met de vermelding “premier cru”. Deze vermelding kan vergezeld gaan van de naam van een “climat”, een term waarmee men ter plaatse een kleinere geografische eenheid aanduidt. Er is een lijst van “climats” opgenomen die in aanmerking kunnen komen voor deze vermelding.

De “climats” zijn erkend op basis van een studie waaruit blijkt dat in de wijnen die in deze kleinere geografische eenheden worden geproduceerd, de eigenschappen die kenmerkend zijn voor de benaming, sterker aanwezig zijn. De namen van de “climats”, die het Institut national de l’origine et de la qualité heeft erkend tijdens de vergadering van het bevoegde nationale comité, worden al tientallen jaren door de producenten gebruikt in combinatie met de oorsprongsbenaming.

Bovendien was het in het vorige productdossier onder bepaalde voorwaarden al toegestaan om de naam van een “climat” toe te voegen achter de oorsprongsbenaming.

De punten 4, 5, 8 en 9 van het enig document worden gewijzigd.

2.   Geografisch gebied

In hoofdstuk I, deel IV, punt 1, wordt de lijst van gemeenten toegevoegd, zoals opgesteld op basis van de officiële geografische code van 2019.

Deze redactionele wijziging verandert niets aan het geografische gebied.

Bovendien wordt verduidelijkt dat: “Het cartografische materiaal waarin het geografische gebied wordt weergegeven, kan worden geraadpleegd op de website van het Institut national de l’origine et de la qualité.”

Punt 6 van het enig document wordt gewijzigd.

De datum van de vergadering van het bevoegde nationale comité ter goedkeuring van het perceelgebied voor de productie van de oorsprongsbenaming is geactualiseerd: de datums 8 en 9 juni zijn vervangen door 7 september 2016.

In het productdossier wordt het afgebakend perceelgebied opgenomen van wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, waarbij wordt verwezen naar de datum van goedkeuring hiervan door het Institut national de l’origine et de la qualité tijdens de vergadering van het bevoegde nationale comité (te weten 14 november 2019).

Bovendien wordt vermeld dat de aldus goedgekeurde perceelgrenzen van het productiegebied worden vastgelegd in grafische documenten, die worden neergelegd bij de gemeenten van het afgebakend perceelgebied.

Punt 6 van het enig document wordt gewijzigd.

3.   Afgebakend perceelgebied

Met de afbakening van het perceelgebied wordt bepaald welke percelen binnen het geografische gebied geschikt zijn voor de productie van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.

Deze afbakening is verscherpt om duidelijke grenzen te stellen voor aanvragen om toegang tot het gebruik van de traditionele vermelding “premier cru”.

Dit heeft de bevoegde nationale autoriteit ertoe gebracht de perceelsafbakening voor het volledige geografisch gebied goed te keuren op een nieuwe datum van goedkeuring, te weten 7 september 2016, ter vervanging van de oude datum in hoofdstuk I, deel IV, punt 2.

In hoofdstuk I, deel IV, punt 2, wordt binnen het perceelgebied van de oorsprongsbenaming een specifiek afgebakend perceelgebied vastgesteld voor de productie van wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”.

De bevoegde nationale autoriteit heeft de specifieke perceelsafbakening goedgekeurd op de in het productdossier vermelde datum: 14 november 2019.

Voor dit specifieke gebied wordt bovendien vermeld dat de grafische documenten waarin de aldus goedgekeurde perceelgrenzen van het productiegebied worden vastgelegd, worden neergelegd in het gemeentehuis van de gemeenten van het geografisch gebied.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

4.   Gebied in de onmiddellijke nabijheid

In hoofdstuk I, deel IV, punt 3, wordt de lijst van gemeenten toegevoegd, zoals opgesteld op basis van de officiële geografische code van 2019.

Sinds de eerste goedkeuring van het productdossier zijn sommige gemeenten van naam veranderd of gefuseerd. De lijst van gemeenten die dit gebied vormen, is dus bijgewerkt, zonder dat de gebiedsgrenzen zijn gewijzigd.

Daarmee zijn sommige gemeenten geschrapt:

 

Departement Côte d’Or: Cormot-le-Grand, Vauchignon

 

Departement Rhône: Belleville, Le Bois d’Oingt, Dareizé, Jamioux, Liergues, Nuelles, Oingt, Les Olmes, Pouilly-le-Monial, Saint-Laurent d’Oingt, Saint-Loup

 

Departement Saône-et-Loire: Donzy-le-National, La Loyère, Massy

 

Departement Yonne: Accolay, Champvallon, Cravant, Sacy, Villiers-sur-Tholon, Volgré.

De volgende gemeenten worden toegevoegd:

 

Departement Côte d’Or: Cormot-Vauchignon

 

Departement Rhône: Belleville-en-Beaujolais, Porte des Pierres Dorées, Saint-Germain-Nuelles, Saint-germain-sur-l’Arbresle, Saint-Jean-d’Ardières, Le Val d’Oingt, Vindry-sur-Turdine (enkel het grondgebied van de voormalige gemeenten Dareizé, Les Olmes en Saint Loup)

 

Departement Saône-et-Loire: Fragnes-La-Loyère (enkel het grondgebied van de voormalige gemeente La Loyère), La Vineuse (enkel het grondgebied van de voormalige gemeenten Donzy-le-National, La Vineuse en Massy)

 

Departement Yonne: Deux Rivières, Montholon (enkel het grondgebied van de gemeenten Champvallon, Villiers-sur-Tholon en Volgré).

Punt 9 van het enig document wordt gewijzigd.

5.   Gemiddelde maximale oogst per perceel

In hoofdstuk I, deel VI, punt d), van het productdossier wordt een gemiddelde maximale oogst per perceel voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, toegevoegd van 9 500 kg per hectare. Dit maximum is lager dan de gemiddelde maximale oogst die is toegestaan voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de oorsprongsbenaming. Dit kenmerk getuigt dan ook van strengere eisen aan het beheer van de wijngaard, waardoor een wijn kan worden verkregen waarin het specifieke karakter van het terroir beter tot uitdrukking komt.

Deze wijziging van het productdossier heeft geen gevolgen voor het enig document.

6.   Andere teeltwijzen

In hoofdstuk I, deel VI, punt 2, a), van het productdossier worden specifieke teeltwijzen toegevoegd voor percelen waarop wijnen worden geproduceerd die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”:

Onkruidbestrijding met chemische middelen is verboden, met uitzondering van biologische bestrijdingsmiddelen die zijn gehomologeerd door de met wijnbouw belaste overheidsinstantie.

Tussen de rooiing en herbeplanting van een perceel is een rusttijd van de bodem of een braaklegging van ten minste drie teeltjaren verplicht.

De eerste wijziging maakt deel uit van de huidige evolutie in de praktijken van de exploitanten ter bevordering van de conserveringslandbouw. Ze weerspiegelt de toenemende aandacht voor milieuoverwegingen in de technische procedés en zal ertoe leiden dat er minder chemische herbiciden worden gebruikt. Ook de tweede wijziging bevordert een duurzamere aanplant van de wijnstokken.

Deze wijzigingen van het productdossier hebben geen gevolgen voor het enig document.

7.   Vervoer van de oogst

In hoofdstuk I, deel VII, punt 1, b), van het productdossier wordt het verplichte gebruik van laadbakken met dubbele bodem toegevoegd voor het vervoer van de machinaal geoogste druiven voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”.

Met deze bepaling kan worden voorkomen dat het gelekte sap met de druiventrossen mee de pers in gaat. De oxidatie van sappen wordt zo beperkt.

Deze wijziging van het productdossier heeft geen gevolgen voor het enig document.

8.   Rijpheid van de druiven

In hoofdstuk I, deel VII, punt 2, b), van het productdossier zijn het minimale suikergehalte en het minimaal natuurlijk alcoholgehalte voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, gelijk aan de minimumwaarden voor wijnen met de oorsprongsbenaming gevolgd door de naam van een kleinere geografische eenheid, waarvoor men ter plaatse de term “climat” gebruikt. Daarom is de verwijzing naar de “climats” vervangen door de algemene verwijzing “premier cru”. De erkende “climats” moeten aan deze waarden voldoen, zoals ook het geval was in de vorige versie van het productdossier.

Punt 4 van het enig document wordt gewijzigd.

9.   Opbrengsten

In hoofdstuk I, deel VIII, punt 1, is de opbrengst van wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, vastgesteld op 56 hl/ha en de maximale opbrengst op 62 hl/ha.

De waarden voor opbrengsten die zijn opgelegd aan wijnen met de oorsprongsbenaming gevolgd door de naam van een kleinere geografische eenheid, zijn verlaagd vanwege het kwaliteitsniveau dat is verbonden aan de vermelding “premier cru”.

Punt 5 van het enig document wordt gewijzigd.

10.   Opvoeding

In hoofdstuk I, deel IX, punt 1, f), worden de opvoedingsvoorwaarden toegevoegd voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”. Deze wijnen moeten ten minste tot 1 juli van het jaar volgend op het oogstjaar worden opgevoed.

Deze wijnen hebben een langere opvoedingsperiode nodig om de kenmerken te verkrijgen die vereist zijn voor de vermelding “premier cru”.

Gespecificeerd wordt dat voor alle wijnen met de oorsprongsbenaming de opvoeding vóór de verpakking plaatsvindt. Voor deze wijnen moet de opvoeding in grote vaten plaatsvinden.

Punt 5 van het enig document wordt gewijzigd.

11.   In de handel brengen voor consumptie

In hoofdstuk I, deel IX, punt 4, wordt voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, de datum van het in de handel brengen voor consumptie vastgesteld op 15 juli van het jaar volgend op het oogstjaar in overeenstemming met de minimale einddatum van de opvoedingsperiode, hetzij op 1 juli van het jaar volgend op het oogstjaar.

Het verschil tussen de beide data laat ruimte voor de bereiding van de wijnen en de verplaatsing ervan tussen de plaats waar zij worden opgevoed, en alle afzetgebieden.

Deze wijziging van het productdossier heeft geen gevolgen voor het enig document.

12.   Beschrijving van de menselijke factoren die bijdragen tot het verband

In hoofdstuk I, deel X, punt 1, b), is de formulering deels gewijzigd en aangevuld met specifieke kenmerken van wijnen met de vermelding “premier cru”.

Zo is de volgende zin toegevoegd door die te verplaatsen uit punt 3 “Causale interacties”:

“Grote landgoederen komen niet veel voor en familiebedrijven hebben de overhand, met een gemiddelde oppervlakte van drie tot vier hectare en sterk versnipperde percelen. 70 % van het geproduceerd volume wordt in particuliere wijnhuizen tot wijn verwerkt.”

De zin “Er is een dertigtal “climats” (term waarmee men ter plaatse een bepaalde plaats aanduidt) die door producenten mogen worden opgegeven en op de wijnetiketten mogen worden vermeld.” is verplaatst naar punt b).

De zin “De wijnen worden opgevoed bij gecontroleerde temperatuur en ten minste tot 1 februari van het jaar volgend op dat van de oogst.” is verplaatst naar punt b), en is gewijzigd en aangevuld met het oog op de minimale opvoedingsduur van wijnen met de vermelding “premier cru”.

De volgende zin is toegevoegd ter beschrijving van de specifieke menselijke factoren van wijnen met de vermelding “premier cru”:

“De wijnen die afkomstig zijn van de beste locaties, hebben een zekere faam verworven en worden daarom onderscheiden door de vermelding “premier cru”. De “climats” (term waarmee men een bepaalde plaats of groep van plaatsen pleegt aan te duiden) die als “premier cru” worden geclassificeerd, zijn in elk van de gemeenten van de benaming aanwezig. Zij bevinden zich op de gunstigst gelegen hellingen, vaak aan de achterkant van rotswanden (Mont Pouilly, Roche de Solutré en Roche de Vergisson), of op kalksteenplateaus. Van deze “climats” zijn er 22 en ze genieten stuk voor stuk een zekere faam: sommige, zoals Pouilly, sinds het begin van de negentiende eeuw en de meeste andere sinds de Tweede Wereldoorlog. De bijzondere balans en het rijpingspotentieel van deze wijnen vergen een langere opvoeding om de consument een wijn te kunnen aanbieden die op zijn best is.”

De in de laatste zin van punt b) vermelde cijfers zijn voor 2019 bijgewerkt.

Punt 8, het deel “Beschrijving van de menselijke factoren die bijgedragen tot het verband”, van het enig document is gewijzigd.

13.   Informatie over de kwaliteit en de kenmerken van het product

In hoofdstuk I, deel X, punt 2, zijn beschrijvingen voor wijnen met de vermelding “premier cru” toegevoegd:

“Wijnen met de vermelding “premier cru” hebben meer intensiteit. Zij kunnen fruitiger, krachtiger of mineraler zijn naargelang van de herkomst van de druiven en brengen zo de verschillende bodem- en mesoklimaatomstandigheden van het gebied tot uitdrukking. Het zijn bewaarwijnen die enkele jaren nodig hebben om tot volheid te komen. Ook hebben zij een langere opvoedingsperiode nodig om hun balans, lengte, intensiteit en complexiteit volledig tot uiting te brengen.”

De volgende zin is geschrapt:

“Het volledige palet aan eigenschappen van de wijn ontvouwt zich na enkele jaren van veroudering en doet dat nog steeds na tal van jaren, tot wel twintig jaar of meer.”

Punt 4 en punt 8, het deel “Informatie over de kwaliteit en de kenmerken van het product”, van het enig document zijn gewijzigd.

14.   Causale interacties

In hoofdstuk I, deel X, punt 3, zijn de volgende twee zinnen geschrapt en verplaatst naar hoofdstuk I, deel X, punt 1, b), van het productdossier:

“Grote landgoederen komen niet veel voor en familiebedrijven hebben de overhand, met een gemiddelde oppervlakte van drie tot vier hectare en sterk versnipperde percelen. 70 % van het geproduceerd volume wordt in particuliere wijnhuizen tot wijn verwerkt.”

De formulering van deel X “Verband met het geografisch gebied” is deels gewijzigd om de specifieke kenmerken van wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, op te nemen.

Punt 8 over “Causale interacties” van het enig document wordt gewijzigd.

15.   Bijzondere bepalingen

In hoofdstuk I, deel XII, punt 2, a), wordt de tekst vervangen door het volgende: “De naam van een “climat” die kan worden verbonden aan de vermelding “premier cru”, wordt onmiddellijk na de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming vermeld in lettertekens die niet hoger noch breder zijn dan de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.”

In deze nieuwe tekst worden de etiketteringsvoorschriften bepaald voor de namen van de “climats” die zijn erkend als “premier cru”.

Het oorspronkelijke punt met de letter a) wordt geschrapt.

Er wordt een nieuw punt b) toegevoegd vanwege de invoering van specifieke voorschriften voor als “premier cru” geclassificeerde “climats”. Met deze nieuwe formulering blijft de mogelijkheid behouden om op het etiket de naam van een kleinere geografische eenheid te vermelden, omdat dit een gangbare praktijk is in deze streek. Het is echter verboden een gelijkluidende benaming te gebruiken als een van de als “premier cru” ingedeelde “climats”.

“b) –

Op het etiket van wijn met de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag de naam van een kleinere geografische eenheid worden vermeld op voorwaarde dat:

het gaat om de naam van een plaats die is opgenomen in het kadaster;

deze naam vermeld staat op de oogstaangifte;

de naam van de in het kadaster opgenomen plaats niet gelijk is aan die van een van de “climats” die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, teneinde naamsverwarring te voorkomen.

De in het kadaster opgenomen plaatsnaam wordt vermeld in tekens die niet groter of breder zijn dan de helft van de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.”

De oorspronkelijke punten b) en c) worden c) en d) genoemd.

Punt 9 van het enig document wordt gewijzigd.

16.   Aangifteverplichtingen

In hoofdstuk II, deel I, wordt een punt 8 toegevoegd om aangifteverplichtingen in te voeren met het oog op de controle van een productievoorwaarde voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”.

“8 –

Aangifte van rooiing en beplanting

Voor percelen in het specifieke afgebakende perceelgebied voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, geeft elke marktdeelnemer vóór het einde van het lopende wijnoogstjaar de gerooide percelen, de beplante percelen en de voorlopige planning voor herbeplanting aan bij het Organisme de défense et de gestion.”

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

17.   Bijhouden van registers

In hoofdstuk II, deel II, van het productdossier wordt een punt toegevoegd met de titel “Opvolging van wijnen die voor de vermelding “premier cru” in aanmerking kunnen komen”, die marktdeelnemers ertoe verplicht informatie ter beschikking te houden met het oog op controle van bepaalde productievoorwaarden voor deze wijnen.

“Elke marktdeelnemer die wijnen produceert die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, houdt de volgende informatie ter beschikking voor het Organisme de défense et de gestion en het controleorgaan:

documenten ter rechtvaardiging van het gebruik van laadbakken met dubbele bodem;

het onkruidbestrijdingsmiddel dat is gebruikt per perceel in productie:

perceelnummer,

productnaam,

datum,

gebruikte hoeveelheid.”.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

18.   Certificeringsinstantie

In hoofdstuk II, deel I, van het productdossier wordt het woord “inspectieplan” vervangen door “controleplan”. Deze vervanging is doorgevoerd in de punten 2, 3, 4 en 6. De aanvragende groepering heeft ervoor gekozen over te stappen van een externe controle via een inspectiesysteem op een externe controle via een certificeringssysteem.

19.   Verwijzingen betreffende de controlestructuur

In hoofdstuk III, deel II, van het productdossier zijn de verwijzingen naar de controlestructuur gewijzigd, omdat de controle voortaan aan de hand van een certificeringssysteem plaatsvindt. Sinds de goedkeuring van het productdossier in 2011 zijn de regels voor het opstellen van productdossiers gewijzigd. Voortaan moeten de naam en gegevens van deze instantie worden vermeld, indien voor dit systeem wordt gekozen.

De naam en gegevens van de controlestructuur worden geschrapt en vervangen door:

“SIQOCERT

132/134, route de Dijon

21207 Beaune CEDEX

Tel. +33 380250950

Fax +33 380246323

E-mail: beaune@siqocert.fr”

In deel II worden in de twee punten die na dit eerste punt komen, de woorden “onder verantwoordelijkheid” en “inspectieplan” vervangen door de woorden “voor rekening” en “controleplan”.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

ENIG DOCUMENT

1.   Naam van het product

Pouilly-Fuissé

2.   Type geografische aanduiding

BOB – beschermde oorsprongsbenaming

3.   Categorieën wijnbouwproducten

1.

Wijn

4.   Beschrijving van de wijn(en)

Pouilly-Fuissé

BEKNOPTE BESCHRIJVING

Het betreft niet-mousserende droge witte wijnen. De wijnen hebben een natuurlijk alcoholvolumegehalte van ten minste 11 %. Het totale alcoholvolumegehalte van de wijnen mag na verrijking niet hoger zijn dan 13,5 %.

De eindproducten die klaar zijn om in de handel te worden gebracht, hebben een maximaal gehalte aan vergistbare suikers (glucose en fructose) van:

3 gram per liter;

of 4 gram per liter, indien de totale zuurgraad gelijk is aan of groter is dan 55,1 milli-equivalent per liter, d.w.z. 4,13 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur (of 2,7 gram per liter, uitgedrukt in H2SO4).

Het totale zuurgehalte, het gehalte aan vluchtige zuren en het gehalte aan zwaveldioxide komen overeen met de in de Europese regelgeving vastgestelde gehalten.

De “Pouilly-Fuissé” is een verfijnde en gedistingeerde droge wijn, als hij jong is doorgaans groengoud van kleur, met vaak delicate toetsen van witte bloemen en citrusvruchten. Naarmate de wijn ouder wordt, gaan deze in veel gevallen over in toetsen van hazelnoot, geroosterde amandel, vanille of vuursteen. De structuur in de mond is vol en rijk, met een goed evenwicht tussen kracht en elegantie.

ALGEMENE ANALYTISCHE KENMERKEN

Algemene analytische kenmerken

Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimale totale zuurgraad

 

Maximaal gehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter)

 

Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter)

 

“Pouilly-Fuissé” premier cru

BEKNOPTE BESCHRIJVING

Het betreft niet-mousserende droge witte wijnen. De wijnen hebben een natuurlijk alcoholvolumegehalte van ten minste 12 %. Het totale alcoholvolumegehalte van de wijnen mag na verrijking niet hoger zijn dan 13,5 %.

De eindproducten die klaar zijn om in de handel te worden gebracht, hebben een maximaal gehalte aan vergistbare suikers (glucose en fructose) van:

3 gram per liter;

of 4 gram per liter, indien de totale zuurgraad gelijk is aan of groter is dan 55,1 milli-equivalent per liter, d.w.z. 4,13 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur (of 2,7 gram per liter, uitgedrukt in H2SO4).

Het totale zuurgehalte, het gehalte aan vluchtige zuren en het gehalte aan zwaveldioxide komen overeen met de in de Europese regelgeving vastgestelde gehalten.

Wijnen met de vermelding “premier cru” hebben meer intensiteit. Zij kunnen fruitiger, krachtiger of mineraler zijn naargelang van de herkomst van de druiven en brengen zo de verschillende bodem- en mesoklimaatomstandigheden van het gebied tot uitdrukking. Het zijn bewaarwijnen die enkele jaren nodig hebben om tot volheid te komen. Ook hebben zij een langere opvoedingsperiode nodig om hun balans, lengte, intensiteit en complexiteit volledig tot uiting te brengen.

ALGEMENE ANALYTISCHE KENMERKEN

Algemene analytische kenmerken

Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimale totale zuurgraad

 

Maximaal gehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter)

 

Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter)

 

5.   Wijnbereidingsprocedés

5.1.   Specifieke oenologische procedés

1.   Dichtheid en snoeiregels

Teeltwijze

a) –

Beplantingsdichtheid

De wijngaarden hebben een minimale beplantingsdichtheid van 8 000 wijnstokken per hectare, met een afstand tussen de rijen van ten hoogste 1,40 meter en een afstand tussen de wijnstokken in eenzelfde rij van ten minste 0,75 meter.

b) –

Snoeiregels

Kort gesnoeid (wijnstokken in cordon de Royat-snoei):

De wijnstokken worden gesnoeid met maximaal tien ogen per stok.

Elke stok heeft maximaal drie tot vijf vruchttakken, elk gesnoeid tot maximaal twee ogen.

Lang gesnoeid (wijnstokken in Guyot-snoei of volgens de “taille à queue du Mâconnais”)

De wijnstokken in enkele of dubbele Guyot-snoei worden gesnoeid tot maximaal tien ogen per stok.

Elke stok heeft:

hetzij één lange vruchttak met maximaal zes ogen en twee korte vruchttakken elk gesnoeid tot maximaal twee ogen;

hetzij één lange vruchttak met maximaal acht ogen en één korte vruchttak gesnoeid tot maximaal twee ogen;

hetzij twee lange vruchttakken met maximaal vier ogen en één korte vruchttak gesnoeid tot maximaal twee ogen.

De wijnstokken volgens de “taille à queue du Mâconnais” worden gesnoeid tot maximaal veertien ogen per stok.

Elke stok bevat een lange vruchttak met maximaal twaalf ogen, waarvan de punt aan de onderste opbinddraad is bevestigd.

2.   Overig

Specifiek oenologisch procedé

Het gebruik van stukken hout is verboden.

Na verrijking hebben de wijnen een totaal alcoholvolumegehalte van ten hoogste 13,5 %.

Naast de bovengenoemde bepalingen moeten de wijnen, wat oenologische procedés betreft, voldoen aan de verplichtingen die zijn vastgesteld op Europees niveau en in het Franse wetboek landbouw en zeevisserij.

3.   Opvoeding

Specifiek oenologisch procedé

Vóór verpakking ondergaan de wijnen een opvoeding die ten minste duurt tot:

1 februari van het jaar volgend op het oogstjaar;

1 juli van het jaar volgend op het oogstjaar voor wijnen die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”.

Tijdens de opvoedingsfase wordt de temperatuur van de vaten gecontroleerd, zodat deze lager is dan of gelijk aan 25 °C.

5.2.   Maximumopbrengsten

Pouilly-Fuissé

70 hectoliter per hectare

Pouilly-Fuissé premier cru

62 hectoliter per hectare

6.   Afgebakend geografisch gebied

De druivenoogst, de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen moeten plaatsvinden op het grondgebied van de volgende gemeenten van het departement Saône-et-Loire (op basis van de officiële geografische code van 2019): Chaintré, Fuissé, Solutré-Pouilly en Vergisson.

7.   Voornaamste wijndruivenras(sen)

Chardonnay B

8.   Beschrijving van het (de) verband(en)

8.1.   Beschrijving van de natuurlijke factoren die bijdragen tot het verband

Het geografisch gebied ligt in het zuidelijke deel van de streek Bourgondië. Het vormt een slingerende strook die diagonaal door de bergketens in het uiterste zuiden van het natuurgebied de Mâconnais loopt. Het bestrijkt zo vier gemeenten van het departement Saône-et-Loire, op ongeveer tien kilometer ten westen van Mâcon.

Het glooiende landschap wordt gedomineerd door twee iconische kalksteenrotsen, de Roche de Vergisson en de Roche de Solutré, die een befaamde prehistorische site vormen. Het geografisch gebied heeft een complexe topografie. Het wordt doorsneden door de slingerende bergkammen van de bergketens met een asymmetrisch reliëf: de hellingen die op het oosten liggen, zijn doorgaans zacht glooiend, terwijl de hellingen op het westen beduidend steiler zijn. De bergkammen worden onderbroken door dwarsdalen die kleine ketels vormen met hellingen op het noorden en het zuiden.

Door deze complexe structuur treden gevarieerde substraten tevoorschijn die voornamelijk uit kalksteen en mergel (een mengsel van klei en kalk) uit het jura bestaan. Op sommige plaatsen komt ryoliet, een felsisch vulkanisch gesteente uit het paleozoïcum, aan de oppervlakte. Deze diverse omstandigheden gaan gepaard met een grote verscheidenheid aan bodemsoorten. De meest voorkomende bodems, op de kalksteen- en mergel-kalksteenformaties, zijn arm, stenig en sterk filtrerend. Er zijn ook meer leemachtige gronden ontstaan, vooral onderaan hellingen op colluvia, alsook zure, zeer stenige bodems op het ryoliet.

Het gebied kent een zeeklimaat met duidelijke zuidelijke invloeden. De neerslag is gelijkmatig over het jaar verspreid en bedraagt niet meer dan 800 millimeter. Tijdens de groeiperiode van de wijnstokken valt er een gematigde hoeveelheid regen. Overmatige neerslag wordt beperkt door zowel de natuurlijke barrière die gevormd wordt door de bergen van de Charolais en die de wijngaarden deels beschermt tegen vochtige invloeden uit het westen, als de gunstige invloed van de zachte luchtstromen die vanaf de eerste mooie dagen via het Rhônedal uit het zuiden komen. De gemiddelde jaartemperatuur bedraagt 11 °C. De zomers zijn warm en zeer zonnig.

8.2.   Beschrijving van de menselijke factoren die bijdragen tot het verband

In de Mâconnais vindt al sinds mensenheugenis wijnbouw plaats. In 2002 schrijft A.PELLETIER dat binnenschippers de wijn uit Bourgondië, “waar al sinds de eerste eeuw wijnbouw plaatsvindt”, over de Saône naar de markt van Lugdunum brachten. Vanaf de middeleeuwen maken de wijnbouw en wijnhandel een grote ontwikkeling door. De abdij van Cluny, die dicht bij het geografisch gebied is gelegen, bezit wijngaarden in het zuiden van de Mâconnais.

Tot de achttiende eeuw wordt de wijngaarden van de “Pouilly-Fuissé”, net als de rest van de Mâconnais, vooral beplant met het wijnstokras gamay N, maar aan het begin van de negentiende eeuw treedt een grote verandering in. In eigendomstitels uit 1820 wordt de chardonnay B genoemd als voornaamste druivensoort in het wijnstokrassenbestand. De gezaghebbende ampelograaf JULLIEN schrijft in 1866 over “… de chardonnay, die de goede wijnen van Pouilly voortbrengt …”. De laatste terreinwinst boekte de chardonnay B tijdens de herbeplantingen na de phylloxeracrisis aan het begin van de twintigste eeuw. Het is nu het enige wijnstokras van de “Pouilly-Fuissé”. De wijnen van “Pouilly”, een gehucht in het geografisch gebied dat vaak in de literatuur wordt genoemd, zijn dan het meest befaamd.

Naar aanleiding van meerdere geschillen over het gebruik van deze naam stelt het gerecht van eerste aanleg van Mâcon op 7 december 1922 de grenzen van het geografisch gebied van de oorsprongsbenaming “Pouilly-Fuissé” vast. Hieruit blijkt de noodzaak het opmerkelijke en uitzonderlijke karakter van de wijnen uit het productiegebied te beschermen.

Op 13 januari 1929 is op initiatief van de burgemeesters van de vier gemeenten van het geografisch gebied de “Union des Producteurs de Pouilly-Fuissé” opgericht. Deze bond van wijnbouwers zet zich in voor de erkenning van de gecontroleerde oorsprongsbenaming die bij decreet van 11 september 1936 haar beslag krijgt.

Grote domeinen komen niet veel voor en familiebedrijven hebben de overhand, met een gemiddelde oppervlakte van drie tot vier hectare en een uiterst versnipperd perceelgebied. 70 % van het geproduceerd volume wordt in particuliere wijnhuizen tot wijn verwerkt.”

Er is een dertigtal “climats” (term waarmee men ter plaatse een bepaalde plaats aanduidt) die door producenten mogen worden opgegeven en op de wijnetiketten mogen worden vermeld.

De wijnen die afkomstig zijn van de beste locaties, hebben een zekere faam verworven en worden daarom onderscheiden door de vermelding “premier cru”. De “climats” (term waarmee men een bepaalde plaats of groep van plaatsen pleegt aan te duiden) die als “premier cru” worden geclassificeerd, zijn in elk van de gemeenten van de benaming aanwezig. Zij bevinden zich op de gunstigst gelegen hellingen, vaak aan de achterkant van rotswanden (Mont Pouilly, Roche de Solutré en Roche de Vergisson), of op kalksteenplateaus. Van deze “climats” zijn er 22 en ze genieten stuk voor stuk een zekere faam: sommige, zoals Pouilly, sinds het begin van de negentiende eeuw en de meeste andere sinds de Tweede Wereldoorlog. De bijzondere balans en het rijpingspotentieel van deze wijnen vergen een langere opvoeding om de consument een wijn te kunnen aanbieden die op zijn best is.

Alle wijnen met de oorsprongsbenaming worden opgevoed bij gecontroleerde temperatuur. De opvoedingsperiode duurt ten minste tot 1 februari van het jaar volgend op het oogstjaar en voor wijnen met de vermelding “premier cru” ten minste tot 1 juli van het jaar volgend op het oogstjaar.

De snoeiwijze volgens de “taille à queue” in enkele of dubbele boogvorm, kenmerkend voor de Mâconnais, is nog altijd wijdverbreid. Deze snoei behoedt de wijnstok tegen voorjaarsvorst.

Het wijnareaal besloeg in 2019 ongeveer 800 hectare en leverde een productie op van 40 000 hectoliter die door meer dan 300 marktdeelnemers werd verwerkt.

8.3.   Informatie over de kwaliteit en de kenmerken van het product

De “Pouilly-Fuissé” is een verfijnde en gedistingeerde droge wijn, als hij jong is doorgaans groengoud van kleur, met vaak delicate toetsen van witte bloemen en citrusvruchten. Naarmate de wijn ouder wordt, gaan deze in veel gevallen over in toetsen van hazelnoot, geroosterde amandel, vanille of vuursteen. De structuur in de mond is vol en rijk, met een goed evenwicht tussen kracht en elegantie.

Wijnen met de vermelding “premier cru” hebben meer intensiteit. Zij kunnen fruitiger, krachtiger of mineraler zijn naargelang van de herkomst van de druiven en brengen zo de verschillende bodem- en mesoklimaatomstandigheden van het gebied tot uitdrukking.

Het zijn bewaarwijnen die enkele jaren nodig hebben om tot volheid te komen. Ook hebben zij een langere opvoedingsperiode nodig om hun balans, lengte, intensiteit en complexiteit volledig tot uiting te brengen.

8.4.   Causale interacties

Het gematigd zeeklimaat dat door zuidelijke invloeden wordt getemperd, uit zich in een zachtheid die kenmerkend is voor het zuiden van de Mâconnais. De wijnen “Pouilly-Fuissé” ontwikkelen er een bijzonder karakter met als gemeenschappelijk kenmerk dat zij vlezig en fruitig in de mond zijn, hetgeen tekenend is voor hun herkomst uit het zuiden van Bourgondië.

Het complexe reliëf, bestaande uit slingerende bergkammen met divers georiënteerde hellingen, in combinatie met verscheidene, maar veelal kalkhoudende substraten, vormt een lappendeken van omstandigheden waar het wijnstokras chardonnay B zijn bakermat bij uitstek heeft, met name in de natuurlijke keteldalen van Solutré-Pouilly, Fuissé en Vergisson en op de hellingen van Chaintré. Dit landschap heeft een grote verscheidenheid aan natuurlijke omgevingen voortgebracht, waarbij elke locatie bovendien wordt gekenmerkt door een bodemsoort en een eigen mesoklimaat. Ter erkenning van deze diversiteit zijn producenten de naam van het “climat” van herkomst van de druiven op het etiket gaan vermelden om zo deze nuances die ten volle in de wijnen tot uiting komen, te gelde te maken.

Producenten blijven zich hiervoor inspannen en de knowhow wordt doorgegeven om het oorspronkelijke karakter te eerbiedigen dat de wijnen ontlenen aan de aard van de bodems, de wijnbouwgebruiken alsook in de wijnmakerijen. Op grond van deze knowhow bevinden de zorgvuldig voor de wijndruiventeelt afgebakende percelen zich op de min of meer steile hellingen tegenover de laagvlakte van de Saône, met diverse oriëntaties, van zuid-westelijk tot noord-oostelijk, en op 220 meter tot 420 meter hoogte.

De iconische rotsformaties Roche de Solutré en Roche de Vergisson, torenen overal boven de wijngaarden uit en staan op tal van verkoopetiketten en -logo’s afgebeeld. Op het plein van het dorp Solutré-Pouilly heeft de Union des Producteurs de Pouilly-Fuissé het “Atrium” opgezet, waar men de wijnen met de gecontroleerde oorsprongsbenaming kan proeven, kopen en ontdekken. De buitengewone natuurlijke omgeving van de wijnen “Pouilly-Fuissé” wordt nationaal erkend en beschermd onder de naam “Grand site Solutré-Pouilly-Vergisson”. Met bijna 200 000 bezoekers per jaar is de “Grand site” een van de best bezochte toeristische bestemmingen in Bourgondië.

In 1995 kon Hospices de Beaune dankzij een erfenis eigenaar worden van een wijngaard van vier hectare, in Chaintré. Daarmee is de “Pouilly-Fuissé” de enige buiten het departement Côte-d’Or geproduceerde “cru” onder de cuvées die jaarlijks onder de hamer komen tijdens de welbekende wijnveiling in november.

“Pouilly-Fuissé”-wijn, pronkjuweel van de Mâconnais, wordt op grote schaal – meer dan 70 % van de productie – uitgevoerd, voornamelijk naar Groot-Brittannië, Azië en de Verenigde Staten, waar de wijn een zeer grote bekendheid geniet.

9.   Andere essentiële voorwaarden (verpakking, etikettering, andere vereisten)

Geografische benamingen en aanvullende vermeldingen

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Aanvullende bepalingen betreffende de etikettering

Beschrijving van de voorwaarde:

 

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming kan worden aangevuld met de vermelding “premier cru” voor wijnen die voldoen aan de productievoorwaarden die voor deze vermelding zijn vastgesteld.

 

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming kan worden aangevuld met de vermelding “premier cru” en gevolgd door de naam van een van de hierna genoemde “climats”, voor wijnen die voldoen aan de productievoorwaarden die voor de vermelding “premier cru” zijn vastgesteld.

 

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming kan worden gevolgd door de naam van een van de hierna genoemde “climats”, voor wijnen die voldoen aan de productievoorwaarden die voor de vermelding “premier cru” zijn vastgesteld.

Lijst van “climats”:

 

Gemeente Chaintré:

Le Clos de Monsieur Noly

Les Chevrières

Aux Quarts

Le Clos Reyssier

 

Gemeente Fuissé:

Le Clos

Les Brulés

Les Ménétrières

Les Reisses

Les Vignes Blanches

Les Perrières

Vers Cras

 

Gemeente Solutré-Pouilly:

La Frérie

Le Clos de Solutré

Au Vignerais

En Servy

Aux Bouthières

Aux Chailloux

Pouilly

Vers Cras

 

Gemeente Vergisson:

Les Crays

La Maréchaude

Sur la Roche

En France

Gemeenten in het gebied in de onmiddellijke nabijheid van het departement Côte d’Or

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

 

Agencourt, Aloxe-Corton, Ancey, Arcenant, Argilly, Autricourt, Auxey-Duresses, Baubigny, Beaune, Belan-sur-Ource, Bévy, Bissey-la-Côte, Bligny-lès-Beaune, Boncourt-le-Bois, Bouix, Bouze-lès-Beaune, Brion-sur-Ource, Brochon, Cérilly, Chambœuf, Chambolle-Musigny, Channay, Charrey-sur-Seine, Chassagne-Montrachet, Châtillon-sur-Seine, Chaumont-le-Bois, Chaux, Chenôve, Chevannes, Chorey-lès-Beaune, Clémencey, Collonges-lès-Bévy, Combertault, Comblanchien, Corcelles-les-Arts, Corcelles-les-Monts, Corgoloin, Cormot-Vauchignon, Corpeau, Couchey, Curley, Curtil-Vergy, Daix, Dijon, Ebaty, Echevronne, Epernay-sous-Gevrey, L’Etang-Vergy, Etrochey, Fixin, Flagey-Echézeaux, Flavignerot, Fleurey-sur-Ouche, Fussey, Gerland, Gevrey-Chambertin, Gilly-lès-Cîteaux, Gomméville, Grancey-sur-Ource, Griselles, Ladoix-Serrigny, Lantenay, Larrey, Levernois, Magny-lès-Villers, Mâlain, Marcenay, Marey-lès-Fussey, Marsannay-la-Côte, Massingy, Mavilly-Mandelot, Meloisey, Merceuil, Messanges, Meuilley, Meursanges, Meursault, Molesme, Montagny-lès-Beaune, Monthelie, Montliot-et-Courcelles, Morey-Saint-Denis, Mosson, Nantoux, Nicey, Noiron-sur-Seine, Nolay, Nuits-Saint-Georges, Obtrée, Pernand-Vergelesses, Perrigny-lès-Dijon, Plombières-lès-Dijon, Poinçon-lès-Larrey, Pommard, Pothières, Premeaux-Prissey, Prusly-sur-Ource, Puligny-Montrachet, Quincey, Reulle-Vergy, La Rochepot, Ruffey-lès-Beaune, Saint-Aubin, Saint-Bernard, Saint-Philibert, Saint-Romain, Sainte-Colombe-sur-Seine, Sainte-Marie-la-Blanche, Santenay, Savigny-lès-Beaune, Segrois, Tailly, Talant, Thoires, Vannaire, Velars-sur-Ouche, Vertault, Vignoles, Villars-Fontaine, Villebichot, Villedieu, Villers-la-Faye, Villers-Patras, Villy-le-Moutier, Vix, Volnay, Vosne-Romanée, Vougeot;

Gemeenten in het gebied in de onmiddellijke nabijheid van het departement Rhône

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

 

Alix, Anse, L’Arbresle, Les Ardillats, Arnas, Bagnols, Beaujeu, Belleville-en-Beaujolais Belmont-d’Azergues, Blacé, Le Breuil, Bully, Cercié, Chambost-Allières, Chamelet, Charentay, Charnay, Châtillon, Chazay-d’Azergues, Chénas, Chessy, Chiroubles, Cogny, Corcelles-en-Beaujolais, Denicé, Dracé, Emeringes, Fleurie, Frontenas, Gleizé, Juliénas, Jullié, Lacenas, Lachassagne, Lancié, Lantignié, Légny, Létra, Limas, Lozanne, Lucenay, Marchampt, Marcy, Moiré, Montmelas-Saint-Sorlin, Morancé, Odenas, Le Perréon, Pommiers, Porte des Pierres Dorées, Quincié-en-Beaujolais, Régnié-Durette, Rivolet, Saint-Clément-sur-Valsonne, Saint-Cyr-le-Chatoux, Saint-Didier-sur-Beaujeu, Saint-Etienne-des-Oullières, Saint-Etienne-la-Varenne, Saint-Georges-de-Reneins, Saint-Germain-Nuelles, Saint-Germain-sur-l’Arbresle, Saint-Jean-d’Ardières, Saint-Jean-des-Vignes, Saint-Julien, Saint-Just-d’Avray, Saint-Lager, Saint-Romain-de-Popey, Saint-Vérand, Sainte-Paule, Salles-Arbuissonnas-en-Beaujolais, Sarcey, Taponas, Ternand, Theizé, Le Val d’Oingt, Vaux-en-Beaujolais, Vauxrenard, Vernay, Villefranche-sur-Saône, Ville-sur-Jarnioux, Villié-Morgon, Vindry-sur-Turdine (enkel het grondgebied van de voormalige gemeenten Dareizé, Les Olmes en Saint-Loup);

Gemeenten in het gebied in de onmiddellijke nabijheid van het departement Saône-et-Loire

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

 

Aluze, Ameugny, Azé, Barizey, Beaumont-sur-Grosne, Berzé-la-Ville, Berzé-le-Châtel, Bissey-sous-Cruchaud, Bissy-la-Mâconnaise, Bissy-sous-Uxelles, Bissy-sur-Fley, Blanot, Bonnay, Bouzeron, Boyer, Bray, Bresse-sur-Grosne, Burgy, Burnand, Bussières, Buxy, Cersot, Chagny, Chalon-sur-Saône, Chamilly, Champagny-sous-Uxelles, Champforgeuil, Chânes, Change, Chapaize, La Chapelle-de-Bragny, La Chapelle-de-Guinchay, La Chapelle-sous-Brancion, Charbonnières, Chardonnay, La Charmée, Charnay-lès-Mâcon, Charrecey, Chasselas, Chassey-le-Camp, Château, Châtenoy-le-Royal, Chaudenay, Cheilly-lès-Maranges, Chenôves, Chevagny-les-Chevrières, Chissey-lès-Mâcon, Clessé, Cluny, Cormatin, Cortambert, Cortevaix, Couches, Crêches-sur-Saône, Créot, Cruzille, Culles-les-Roches, Curtil-sous-Burnand, Davayé, Demigny, Dennevy, Dezize-lès-Maranges, Donzy-le-Pertuis, Dracy-le-Fort, Dracy-lès-Couches, Epertully, Etrigny, Farges-lès-Chalon, Farges-lès-Mâcon, Flagy, Fleurville, Fley, Fontaines, Fragnes-La Loyère (enkel het grondgebied van de voormalige gemeente La Loyère), Genouilly, Germagny, Givry, Granges, Grevilly, Hurigny, Igé, Jalogny, Jambles, Jugy, Jully-lès-Buxy, Lacrost, Laives, Laizé, Lalheue, Leynes, Lournand, Lugny, Mâcon, Malay, Mancey, Martailly-lès-Brancion, Massilly, Mellecey, Mercurey, Messey-sur-Grosne, Milly-Lamartine, Montagny-lès-Buxy, Montbellet, Montceaux-Ragny, Moroges, Nanton, Ozenay, Paris-l’Hôpital, Péronne, Pierreclos, Plottes, Préty, Prissé, Pruzilly, Remigny, La Roche-Vineuse, Romanèche-Thorins, Rosey, Royer, Rully, Saint-Albain, Saint-Ambreuil, Saint-Amour-Bellevue, Saint-Boil, Saint-Clément-sur-Guye, Saint-Denis-de-Vaux, Saint-Désert, Saint-Gengoux-de-Scissé, Saint-Gengoux-le-National, Saint-Germain-lès-Buxy, Saint-Gervais-sur-Couches, Saint-Gilles, Saint-Jean-de-Trézy, Saint-Jean-de-Vaux, Saint-Léger-sur-Dheune, Saint-Mard-de-Vaux, Saint-Martin-Belle-Roche, Saint-Martin-du-Tartre, Saint-Martin-sous-Montaigu, Saint-Maurice-de-Satonnay, Saint-Maurice-des-Champs, Saint-Maurice-lès-Couches, Saint-Pierre-de-Varennes, Saint-Rémy, Saint-Sernin-du-Plain, Saint-Symphorien-d’Ancelles, Saint-Vallerin, Saint-Vérand, Saint-Ythaire, Saisy, La Salle, Salornay-sur-Guye, Sampigny-lès-Maranges, Sancé, Santilly, Sassangy, Saules, Savigny-sur-Grosne, Sennecey-le-Grand, Senozan, Sercy, Serrières, Sigy-le-Châtel, Sologny, Taizé, Tournus, Uchizy, Varennes-lès-Mâcon, Vaux-en-Pré, Vers, Verzé, Le Villars, La Vineuse (enkel het grondgebied van de voormalige gemeenten Donzy-le-National, La Vineuse en Massy), Vinzelles, Viré;

Gemeenten in het gebied in de onmiddellijke nabijheid van het departement Yonne

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

 

Aigremont, Annay-sur-Serein, Arcy-sur-Cure, Asquins, Augy, Auxerre, Avallon, Bazarnes, Beine, Bernouil, Béru, Bessy-sur-Cure, Bleigny-le-Carreau, Censy, Chablis, Champlay, Champs-sur-Yonne, Chamvres, La Chapelle-Vaupelteigne, Charentenay, Châtel-Gérard, Chemilly-sur-Serein, Cheney, Chevannes, Chichée, Chitry, Collan, Coulangeron, Coulanges-la-Vineuse, Courgis, Cruzy-le-Châtel, Dannemoine, Deux Rivières, Dyé, Epineuil, Escamps, Escolives-Sainte-Camille, Fleys, Fontenay-près-Chablis, Gy-l’Evêque, Héry, Irancy, Island, Joigny, Jouancy, Junay, Jussy, Lichères-près-Aigremont, Lignorelles, Ligny-le-Châtel, Lucy-sur-Cure, Maligny, Mélisey, Merry-Sec, Migé, Molay, Molosmes, Montigny-la-Resle, Montholon (enkel het grondgebied van de voormalige gemeenten Champvallon, Villiers-sur-Tholon en Volgré), Mouffy, Moulins-en-Tonnerrois, Nitry, Noyers, Ouanne, Paroy-sur-Tholon, Pasilly, Pierre-Perthuis, Poilly-sur-Serein, Pontigny, Préhy, Quenne, Roffey, Rouvray, Saint-Bris-le-Vineux, Saint-Cyr-les-Colons, Saint-Père, Sainte-Pallaye, Sainte-Vertu, Sarry, Senan, Serrigny, Tharoiseau, Tissey, Tonnerre, Tronchoy, Val-de-Mercy, Vallan, Venouse, Venoy, Vermenton, Vézannes, Vézelay, Vézinnes, Villeneuve-Saint-Salves, Villy, Vincelles, Vincelottes, Viviers, Yrouerre.

Aanvullende bepalingen

Rechtskader:

 

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

 

Aanvullende bepalingen betreffende de etikettering

Beschrijving van de voorwaarde:

a) –

De naam van een “climat” dat kan worden verbonden aan de vermelding “premier cru” wordt onmiddellijk achter de gecontroleerde oorsprongsbenaming gezet en aangebracht in lettertekens die niet hoger noch breder zijn dan de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.

b) -

Op het etiket van de wijnen met gecontroleerde oorsprongsbenaming mag de naam van een kleinere geografische eenheid worden vermeld op voorwaarde dat:

het gaat om de naam van een plaats die is opgenomen in het kadaster;

deze naam vermeld staat op de oogstaangifte.

de naam van de in het kadaster opgenomen plaats niet gelijk is aan die van een van de “climats” die in aanmerking kunnen komen voor de vermelding “premier cru”, teneinde naamsverwarring te voorkomen.

De in het kadaster opgenomen plaatsnaam wordt vermeld in tekens die niet groter of breder zijn dan de helft van de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.

c) –

Op het etiket van wijnen met de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag de grotere geografische eenheid “Vin de Bourgogne” of “Grand Vin de Bourgogne” worden vermeld.

d) –

Wanneer de aanduiding van het druivenras op het etiket wordt vermeld, mag deze aanduiding niet in hetzelfde gezichtsveld staan als de verplichte aanduidingen en moet zij worden afgedrukt in lettertekens die niet groter zijn dan 2 mm.

Link naar het productdossier

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-4cfb89bd-e375-438d-90ff-d88fb1a54e0a


(1)  PB L 9 van 11.1.2019, blz. 2.