ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 210

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

64e jaargang
3 juni 2021


Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2021/C 210/01

Conclusies van de Raad overEuropese media in het digitale decennium: Een actieplan ter ondersteuning van het herstel en de transformatie

1

 

Europese Commissie

2021/C 210/02

Wisselkoersen van de euro — 2 juni 2021

7


 

V   Bekendmakingen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2021/C 210/03

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10229 — Allianz/Aviva Italia) ( 1 )

8

2021/C 210/04

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10097 – AMD/Xilinx) ( 1 )

10

2021/C 210/05

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10272 — Utmost/Quilter International) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

11

2021/C 210/06

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10171 — INEOS/Daimler/Mercedes-Benz Grand Prix) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

13

2021/C 210/07

Voorafgaande aanmelding van een concentratie — Zaak M.10329 — Fairfax/Eurolife — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

14

2021/C 210/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.10282 — ICG/Infra Group) — Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

15


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst.

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/1


Conclusies van de Raad over “Europese media in het digitale decennium: Een actieplan ter ondersteuning van het herstel en de transformatie”

(2021/C 210/01)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

ONDER VERWIJZING NAAR DE IN DE BIJLAGE OPGENOMEN REFERENTIEDOCUMENTEN,

ONDER VERWIJZING NAAR:

1.

Het feit dat de Europese mediasector (1) breed en gevarieerd is en bestaat uit alle redactionele media, zoals nieuwsmedia, en de bredere audiovisuele sector, en dat zij een sleutelrol speelt in het Europese concurrentievermogen, de culturele diversiteit, het welzijn van de burgers en het democratische debat.

2.

De recente conclusies van de Raad over het waarborgen van een vrij en pluriform mediastelsel waarin de toekomstige uitdagingen voor de sectoren nieuwsmedia en audiovisuele media worden beschreven, met name wat betreft hun voortbestaan, wat een cruciale voorwaarde is voor de veerkracht en het herstel van de Europese economie.

3.

De COVID-19-pandemie heeft de aanzienlijke veranderingen die zich als gevolg van de globalisering en digitalisering reeds in de sectoren nieuwsmedia en audiovisuele media aan het voltrekken waren, verder versterkt, waardoor de noodzaak is toegenomen om onze Europese strategische culturele troeven te behouden en te beschermen.

4.

De grote impact van de pandemie op de Europese sectoren nieuwsmedia en audiovisuele media, waaronder het aanzienlijke verlies aan reclame-inkomsten, de sluiting van bioscopen en het volledig of gedeeltelijk stopzetten van filmopnames, de verzwakkende positie van filmdistributeurs en de toename van onlinepiraterij.

5.

Het feit dat de audiovisuele en nieuwsmedia tijdens de pandemie een cruciale rol spelen bij het informeren en vermaken van burgers tijdens lockdowns en beperkingen.

ONDERKENNEND DAT:

6.

Lokale, regionale of nationale voorkeuren en kenmerken, die een uiting zijn van de waardevolle culturele en taalverscheidenheid van Europa en van haar pluriformiteit, en die voldoen aan specifieke nationale of regionale behoeften en eisen, kunnen leiden tot marktfragmentatie. Er moeten constant inspanningen worden geleverd om de Europese audiovisuele industrie in staat te stellen bredere en meer diverse markten en doelgroepen binnen en buiten Europa te bereiken.

7.

Het is van het grootste belang een inclusieve en niet-discriminerende toegang tot media en audiovisuele middelen voor alle burgers te bevorderen, zodat zij actief kunnen deelnemen aan het democratische debat. Het is evenzeer belangrijk om de inclusieve participatie van diverse professionals in de mediawaardeketen te bevorderen. Wat de toegang betreft, moet onder meer rekening worden gehouden met gendergelijkheid, personen met een handicap, minderheden en geografisch evenwicht.

8.

Publieke media spelen een sleutelrol bij de waarborging van het recht op vrijheid van meningsuiting, doordat zij mensen betrouwbare en feitelijke informatie verstrekken en de kernwaarden van de democratie bevorderen.

9.

Het is dringend nodig om:

a)

de digitale transformatie van de audiovisuele en nieuwsmedia te bevorderen teneinde de kansen die innovatieve en opkomende technologieën bieden, te benutten;

b)

de digitale eengemaakte markt verder te ontwikkelen om het mondiale concurrentievermogen en het grensoverschrijdende bereik van de audiovisuele sector binnen Europa te vergroten en tegelijkertijd plaatselijke inhoud en culturele verscheidenheid te ondersteunen;

c)

te erkennen dat de bestaande bedrijfsmodellen in de audiovisuele sector vaak gebaseerd zijn op de territoriale en exclusieve toewijzing van licenties, dat zij essentieel blijven voor de vrijheid van creativiteit, de financiering en het voortbestaan en de basis leggen voor de ontwikkeling van nieuwe bedrijfsmodellen in deze sector.

10.

Duurzame kwaliteitsjournalistiek, redactionele processen op basis van journalistieke en ethische normen, transparantie van media-eigendom en mediawijsheid zijn van essentieel belang om het vertrouwen in nieuwsmedia te vergroten waardoor de verspreiding van misleidende informatie en desinformatie effectiever kan worden voorkomen en dit soort informatie doeltreffender kan worden ontkracht.

11.

Financiële duurzaamheid op lange termijn en de diversificatie van financieringsbronnen maken nieuwsmedia beter bestand tegen economische veranderingen en bevorderen de groei van hoogwaardige journalistiek, onafhankelijkheid van de media en eigen verslaggeving.

12.

De ondersteuning van de audiovisuele en nieuwsmedia mag de beginselen van redactionele onafhankelijkheid, mediavrijheid en artistieke vrijheid niet ondermijnen en moet de vrijheid van meningsuiting, pluriformiteit en inhoudelijke diversiteit bevorderen.

13.

De audiovisuele en nieuwsmedia spelen een belangrijke rol bij de aanpak van de Europese Green Deal via duurzame bedrijfspraktijken en bedrijfsmodellen en de journalistieke berichtgeving daaromtrent, die bijdraagt tot een geïnformeerd debat.

14.

Alle segmenten van de waardeketen moeten profiteren van de transformatie van de mediasector, wat ook het doel is van het actieplan, met inbegrip van bioscopen en festivals, aangezien dat culturele en innovatiehubs zijn met meer mogelijkheden voor sociale interactie en de promotie van nieuwe audiovisuele inhoud. Het is ook van essentieel belang dat de rol van de distributie wordt versterkt.

BENADRUKKENDE:

15.

De financiële instrumenten en acties die kunnen worden gebruikt ter ondersteuning van de audiovisuele en nieuwsmedia, met name in de context van de COVID-19-pandemie, zoals:

a)

op nationaal niveau, door film- en audiovisuele instanties en regeringen;

b)

op EU-niveau, onder meer via het programma Creatief Europa voor 2021-2027, Horizon Europa, Digitaal Europa en InvestEU; en

c)

het herstelinstrument voor de Europese Unie en de maatregelen die worden ondersteund door het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds.

VERWELKOMT:

16.

Het actieplan van de Commissie dat erop is gericht het herstel en de transformatie van de audiovisuele en nieuwsmedia te versnellen en hun veerkracht te vergroten, en aldus de middelen te bieden waarmee voortbestaan, innovatie en nauwere samenwerking tussen alle actoren op lange termijn kunnen worden gewaarborgd.

17.

Het actieplan voor de Europese democratie van de Commissie dat tot doel heeft onze democratieën veerkrachtiger te maken, met name door het promoten van meer zeggenschap voor burgers via de media, mediavrijheid, mediawijsheid en -pluriformiteit, en de veiligheid van journalisten te waarborgen.

18.

De inspanningen om de samenwerking tussen regulerende instanties binnen de Europese Groep van regulerende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA) te versterken teneinde de goede werking van de EU-mediamarkten te waarborgen en nieuwe uitdagingen die op deze markten ontstaan, het hoofd te bieden.

19.

De inspanningen van de lidstaten om de herziene richtlijn audiovisuele mediadiensten (2), de satelliet- en kabelrichtlijn (3) en de auteursrechtrichtlijn (4) snel en consequent ten uitvoer te leggen teneinde de noodzakelijke voorwaarden te scheppen om het herstel te stimuleren en de audiovisuele en nieuwsmedia levensvatbaarder en veerkrachtiger te maken.

BENADRUKT:

De relevantie en het belang van alle acties in het actieplan, en de urgentie van de uitvoering van:

20.

Het online-instrument, dat bedoeld is om gemakkelijk toegankelijke informatie op maat te verstrekken over de financieringsmogelijkheden van de EU voor de audiovisuele en nieuwsmedia zodat alle betrokken belanghebbenden snel en gemakkelijk toegang hebben tot informatie over verschillende programma’s en oproepen.

21.

Het initiatief MEDIA INVEST, dat ook kan worden ondersteund door de herstel- en veerkrachtfaciliteit in combinatie met de nationale herstel- en veerkrachtplannen, en dat gericht is op het stimuleren van investeringen en het ondersteunen van zeer innovatieve en creatieve onafhankelijke productie- en distributiebedrijven, bevordering van de verscheidenheid van inhoud en betrokken actoren, waarbij de onafhankelijkheid en verscheidenheid in de sector worden gegarandeerd.

22.

Het NIEUWS-initiatief, dat iets moet doen aan de problemen en zich moet buigen over de specifieke kenmerken van de nieuwsmedia, door met een combinatie van leningen, aandelenfinanciering, capaciteitsopbouwacties en subsidies steun te verlenen voor het testen van nieuwe bedrijfsmodellen, collaboratieve en grensoverschrijdende journalistiek, opleiding en mobiliteit van professionals, en de oprichting van een Europees nieuwsmediaforum waarin alle belanghebbenden, waaronder nationale autoriteiten, kunnen discussiëren over uitdagingen, kansen, kwesties in verband met het nieuwsmediabeleid en manieren om de veiligheid van journalisten te vergroten.

23.

Maatregelen ter bevordering van de totstandbrenging van een EU-ruimte voor mediagegevens als gemeenschappelijke Europese gegevensinfrastructuur op basis van gemeenschappelijke normen, interoperabiliteit en governance om nieuwsuitgevers, omroepen en andere mediabedrijven te ondersteunen bij de ontwikkeling van datagestuurde bedrijfsmodellen, innovatieve oplossingen en toepassingen.

24.

Maatregelen ter ontwikkeling van een instrumentarium voor mediawijsheid, samen met de Europese Groep van regulerende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA) en de deskundigengroep inzake mediawijsheid, om burgers te helpen toegang te krijgen tot informatie en media en er effectief, verantwoord, verstandig en kritisch gebruik van te maken, en op een veilige en verantwoorde manier media-inhoud te maken en te delen via verschillende platforms.

VERZOEKT DE LIDSTATEN OM, BINNEN DE GRENZEN VAN HUN BEVOEGDHEDEN:

25.

Gebruik te maken van de herstel- en veerkrachtfaciliteit door duidelijke en robuuste plannen in te dienen om te investeren in de versnelling van de digitale transformatie en de groene transitie van de audiovisuele en nieuwsmedia, door te bezien of meerlandeninitiatieven mogelijk zijn die erop gericht zijn Europese projecten internationaal concurrerender te maken en een Europees publiek te kweken.

26.

Door te gaan met het uitwisselen van informatie en beste praktijken, met name met betrekking tot acties en initiatieven die met overheidssteun voor de audiovisuele sector tot stand zijn gekomen, meer specifiek met betrekking tot de productie en bevordering van Europese inhoud, alsmede doeltreffende maatregelen om de groene transitie en sociale inclusie te ondersteunen.

27.

Europese coproducties te blijven ondersteunen, onder meer door ervoor te zorgen dat audiovisuele fondsen compatibele steuninstrumenten bieden.

28.

Ervoor te zorgen dat wordt voldaan aan de verplichtingen in verband met de promotie van Europese producties en culturele verscheidenheid bij diensten op aanvraag, en te onderzoeken hoe de kwalificatie van “Europese producties” makkelijker beschikbaar kan worden voor aanbieders en regulerende instanties van mediadiensten, onder meer door middel van technologische instrumenten (zoals LUMIERE VOD) op Europees niveau.

VERZOEKT DE COMMISSIE IN HET KADER VAN HAAR BEVOEGDHEIDSGEBIEDEN EN CONFORM HET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL:

29.

Initiatieven voor capaciteitsopbouw en mogelijkheden voor netwerkvorming en samenwerking te bevorderen om kleine mediapartijen met minder middelen te helpen om te gaan met de complexe procedures die toegang geven tot financieringsprogramma’s.

30.

Na te denken over de rol van de audiovisuele en nieuwsmedia in Europa’s digitale decennium om hun bijdrage aan de digitale transformatie, het herstel en het internationaal leiderschap vóór 2030 te bevorderen.

31.

De groene transitie van de audiovisuele en nieuwsmedia tegelijkertijd met het economisch herstel na de COVID-19-pandemie te bevorderen door de uitwisseling van beste praktijken, met behulp van kanalen zoals het Europees klimaatpactplatform, waardoor geprofiteerd kan worden van de synergie en recente ontwikkelingen op het gebied van milieucalculatoren en beoordelingssystemen voor duurzame filmproductie en andere audiovisuele activiteiten. De invoering van geharmoniseerde voorwaarden voor duurzaamheid dient te worden overwogen, samen met stimulansen voor groen filmen en de mogelijke invoering van certificaten voor groen filmen.

32.

De samenhang, toegankelijkheid en synergie tussen de financieringsprogramma’s van de EU, zoals Creatief Europa, Digitaal Europa, Horizon Europa, InvestEU en het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, en het Cohesiefonds te versterken, zodat het actieplan op doeltreffende wijze kan worden uitgevoerd en de voor een langdurig herstel en de transformatie benodigde maatregelen duurzaam zijn.

33.

De toepassing van de EU-staatssteunregels voor de culturele en creatieve sector te evalueren om te beoordelen of deze eventueel moeten worden aangepast.

34.

De verspreiding van Europese inhoud binnen Europa en internationaal te stimuleren door samenwerking op het gebied van productie en distributie te vergemakkelijken, met inbegrip van coproducties en innovatieve bedrijfsmodellen, die vaak gebaseerd zijn op territoriale en exclusieve toewijzing van licentierechten.

35.

Nauwlettend toe te zien op de uitvoering van het actieplan, teneinde de voortgang ervan te beoordelen en, indien nodig, het plan bij te stellen op grond van de ontwikkelingen op de markt of aanvullende maatregelen voor te stellen.

VERZOEKT DE COMMISSIE EN DE LIDSTATEN IN HET KADER VAN HUN BEVOEGDHEIDSGEBIEDEN EN CONFORM HET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL:

36.

Ervoor te zorgen dat er sprake is van een wetgevings- en beleidskader dat mediapartijen in staat stelt om:

a.

geld te krijgen voor hun inhoud, zoals vermeld in de conclusies van de Raad over het waarborgen van een vrij en pluriform mediastelsel;

b.

de diversificatie van financieringsbronnen en opties voor duurzaamheid op de lange termijn te verkennen, onder meer via publiek-private partnerschappen, teneinde de veerkracht en het mondiale concurrentievermogen van de audiovisuele en nieuwsmedia te waarborgen;

c.

nieuwe technologieën in de audiovisuele en nieuwsmedia te ontwikkelen en toe te passen, met name op kunstmatige intelligentie gebaseerde technologieën, om belanghebbenden in staat te stellen de kansen van het gebruik van deze technologieën aan te grijpen en de voordelen ervan te benutten, met inachtneming van de grondrechten en -waarden, waaronder vrijheid van meningsuiting, mediavrijheid, diversiteit en pluriformiteit van Europese inhoud;

d.

te herstellen van de door de COVID-19-pandemie veroorzaakte crisis door de toegang tot financiële overheidssteun te vergemakkelijken;

e.

grensoverschrijdende samenwerking tussen spelers op de audiovisuele markt te ondersteunen zodat de markt kan uitbreiden en in Europa en mondiaal kan concurreren door inhoud te produceren en te verspreiden die een internationaal publiek kan aantrekken.

37.

Samen te werken aan en beste praktijken uit te wisselen over promotie van Europese audiovisuele inhoud en gemakkelijker vinden en ontdekken, alsook artistieke vrijheid, diversiteit en creativiteit te bevorderen door te investeren in en steun te verlenen aan Europees talent en Europese creaties.

38.

Samen te werken met organisaties die professionele journalisten vertegenwoordigen, centra voor de journalistiek, scholen en universiteiten om meer capaciteit op te bouwen in de nieuwsmedia, met bijzondere aandacht voor ethiek en digitale vaardigheden, zodat er een hoogwaardige en veerkrachtige journalistiek tot stand kan worden gebracht.

39.

De ontwikkeling van vaardigheden te ondersteunen op gebieden die belangrijk zijn voor de toekomst van audiovisuele en nieuwsmediabedrijven door de professionele capaciteit om zich aan toekomstige uitdagingen aan te passen, te versterken.

40.

Nauw samen te werken met andere internationale organisaties die actief zijn op mediagebied, zoals de Raad van Europa en Unesco, om synergie te vinden tussen initiatieven die bedoeld zijn om herstel en transformatie te ondersteunen en die tegelijkertijd de vrijheid van meningsuiting en de onafhankelijkheid en pluriformiteit van de audiovisuele en nieuwsmedia waarborgen.

41.

Beste praktijken uit te wisselen en mediawijsheid te ondersteunen om de kritische vaardigheden van burgers te versterken en hen te helpen weloverwogen keuzes te maken en op een veilige en verantwoorde manier media-inhoud te maken en te delen op verschillende platforms.

42.

Bij te dragen tot de vergroting van de capaciteit van de Europese Groep van regulerende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA) en de samenwerking tussen nationale financieringsinstanties voor film en audiovisuele media enerzijds en bevoegde autoriteiten anderzijds te bevorderen.

43.

Te werken aan oplossingen die verzekeringsgaranties mogelijk maken om aan COVID-19 gerelateerde risico’s voor audiovisuele producties te dekken, met bijzondere aandacht voor coproducties.

44.

Een dialoog aan te gaan met de audiovisuele industrie, waarbij ook de nationale autoriteiten worden betrokken, om concrete stappen te zetten naar een bredere toegang tot en grotere beschikbaarheid van inhoud binnen de interne markt, in overeenstemming met de auteursrechtwetgeving, en de Europese audiovisuele sector te helpen een nieuw publiek te bereiken en de consument een breed scala aan inhoud te bieden, waarbij het concurrentievermogen van de sector en een eerlijke vergoeding worden bevorderd en rekening wordt gehouden met de rol van de territoriale en exclusieve toewijzing van licentierechten bij de financiering van de audiovisuele sector en de filmindustrie.

(1)  In de onderhavige conclusies wordt met “nieuwsmedia en audiovisuele media” bedoeld de mediasector in al haar verscheidenheid.

(2)  Richtlijn 2010/13/EU, zoals gewijzigd bij richtlijn (EU) 2018/1808.

(3)  Richtlijn 93/83/EEG van de Raad, als gewijzigd bij Richtlijn (EU) 2019/789 van het Europees Parlement en de Raad.

(4)  Richtlijn (EU) 2019/790.


BIJLAGE

Relevante beleidsdocumenten

Europese Raad

Conclusies aangenomen tijdens de buitengewone bijeenkomst van 1 en 2 oktober 2020 (EUCO 13/20).

Conclusies aangenomen tijdens de buitengewone bijeenkomst van 17–21 juli 2020 (EUCO 10/20).

Een nieuwe strategische agenda 2019-2024 (op 20 juni 2019 goedgekeurd door de Europese Raad)

Ministeriële verklaringen

Verklaring over cultuur in tijden van COVID-19-crisis (april 2020).

De verklaring van Boekarest van de ministers van Cultuur en hun vertegenwoordigers over de rol van cultuur bij de opbouw van de toekomst van Europa (april 2019).

Raad van de Europese Unie

Conclusies van de Raad over het waarborgen van een vrij en pluriform mediastelsel (PB C 422 van 7.12.2020, blz. 8).

Conclusies van de Raad over het vormgeven van de digitale toekomst van Europa (PB C 202 I van 16.6.2020, blz. 1).

Conclusies van de Raad over mediawijsheid in een voortdurend veranderende wereld (PB C 193 van 9.6.2020, blz. 23).

Conclusies van de Raad over het versterken van Europese inhoud in de digitale economie (PB C 457 van 19.12.2018, blz. 2).

Conclusies van de Raad over het ontwikkelen van mediageletterdheid en kritisch denken door onderwijs en opleiding (PB C 212 van 14.6.2016, blz. 5).

Europese Commissie

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s betreffende het actieplan voor Europese democratie (COM(2020) 790 final)

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s - Europees klimaatpact, COM(2020) 788 final.

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s - Europese media in het digitale decennium: Een actieplan ter ondersteuning van het herstel en de transformatie (COM(2020) 784 final).

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s - Het innovatiepotentieel van de EU optimaal benutten Een actieplan inzake intellectuele eigendom om het herstel en de veerkracht van de EU te ondersteunen, COM(2020) 760 final.

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s - De digitale toekomst van Europa vormgeven, COM(2020) 67 final.

Raad van Europa

Aanbeveling CM/Rec(2018)1[1] van het Comité van ministers aan de lidstaten inzake pluriformiteit van de media en transparantie inzake media-eigendom.

Aanbeveling CM/Rec(2018)2 van het Comité van ministers aan de lidstaten inzake de rol en verantwoordelijkheid van internettussenpersonen.

Verklaring van het Comité van Ministers over de financiële duurzaamheid van kwaliteitsjournalistiek in het digitale tijdperk, Decl(13 februari 2019)2.


Europese Commissie

3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/7


Wisselkoersen van de euro (1)

2 juni 2021

(2021/C 210/02)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,2186

JPY

Japanse yen

133,72

DKK

Deense kroon

7,4365

GBP

Pond sterling

0,86125

SEK

Zweedse kroon

10,0898

CHF

Zwitserse frank

1,0982

ISK

IJslandse kroon

146,10

NOK

Noorse kroon

10,1393

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

25,465

HUF

Hongaarse forint

346,06

PLN

Poolse zloty

4,4653

RON

Roemeense leu

4,9208

TRY

Turkse lira

10,4641

AUD

Australische dollar

1,5756

CAD

Canadese dollar

1,4705

HKD

Hongkongse dollar

9,4555

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6843

SGD

Singaporese dollar

1,6129

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 356,11

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

16,7269

CNY

Chinese yuan renminbi

7,7812

HRK

Kroatische kuna

7,5043

IDR

Indonesische roepia

17 391,63

MYR

Maleisische ringgit

5,0267

PHP

Filipijnse peso

58,312

RUB

Russische roebel

89,5138

THB

Thaise baht

37,959

BRL

Braziliaanse real

6,2891

MXN

Mexicaanse peso

24,3207

INR

Indiase roepie

89,0830


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


V Bekendmakingen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/8


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10229Allianz/Aviva Italia)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/03)

1.   

Op 27 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Allianz S.p.A. (“Allianz”, Italië);

Aviva Italia (Italië).

Allianz verkrijgt uitsluitende zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Aviva Italia.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

Allianz: maakt deel uit van het concern Allianz, een wereldwijde aanbieder van financiële diensten die hoofdzakelijk actief is op het gebied van levensverzekerings- en schadeverzekeringsproducten, alsook vermogensbeheer;

Aviva Italia: aanbieder van schadeverzekeringsproducten in Italië.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10229 — Allianz/Aviva Italia

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).


3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/10


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10097 – AMD/Xilinx)

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/04)

1.   

Op 26 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Advanced Micro Devices, Inc. (“AMD”, Verenigde Staten);

Xilinx, Inc. (“Xilinx”, Verenigde Staten).

AMD verkrijgt uitsluitende zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Xilinx.

De concentratie komt tot stand door een fusie tussen Throne Merger Sub, Inc., een indirecte volle dochteronderneming van AMD, en Xilinx. Xilinx zal na de fusie verder blijven bestaan als een indirecte volle dochteronderneming van AMD.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

AMD: beursgenoteerde internationale halfgeleideronderneming. AMD is hoofdzakelijk actief in de levering van CPU’s (central processing units), gebaseerd op de x86-instructieset, en GPU’s (graphics processing units);

Xilinx: beursgenoteerde internationale halfgeleideronderneming. Xilinx is actief in de levering van field programmable gate arrays (“FPGA’s”), een chip die klanten na fabricage kunnen programmeren om de gewenste logische functies uit te voeren.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10097 – AMD/Xilinx

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).


3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/11


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10272Utmost/Quilter International)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/05)

1.   

Op 21 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Utmost Group Limited (“Utmost”, Verenigd Koninkrijk), die onder zeggenschap staat van Oaktree Capital Group Holdings GP, LLC (“Oaktree”, Verenigd Koninkrijk) en Brookfield Asset Management Inc. (“Brookfield”, Verenigde Staten);

Quilter International Holdings en Quilter International Ireland Designated Activity Company (tezamen, “Quilter International”, Ierland).

Utmost verkrijgt uitsluitende zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Quilter International.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

Utmost: gespecialiseerde levensverzekeringsgroep. Via zijn concernondernemingen biedt Utmost aan: i) internationale levensverzekeringen voor vermogende en zeer vermogende particulieren, ii) diensten voor sparen en employee benefits, en iii) consolidatie van levensverzekeringen in het Verenigd Koninkrijk. Utmost staat onder zeggenschap van Oaktree en Brookfield, die beide vermogensbeheerdiensten aanbieden over de hele wereld;

Quilter International: aanbieder van grensoverschrijdende beleggingsverzekeringsoplossingen in het Verenigd Koninkrijk, in Europa, in het Midden-Oosten, Azië en Latijns-Amerika.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10272 – Utmost/Quilter International

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/13


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10171 — INEOS/Daimler/Mercedes-Benz Grand Prix)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/06)

1.   

Op 27 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

INEOS Limited (“INEOS”, Isle of Man);

Daimler AG (“Daimler”, Duitsland);

Mercedes-Benz Grand Prix Limited (“MBGP”, Verenigd Koninkrijk), die momenteel onder zeggenschap staat van Daimler and Motorsports Invest Limited (“MIL”, Guernsey).

INEOS verkrijgt gezamenlijke zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van MBGP.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

INEOS: internationale producent van petrochemicaliën, speciale chemicaliën en olieproducten;

Daimler: vervaardiging en levering van personenwagens, vrachtwagens, bestelwagens en bussen, alsook aanbieder van financiële diensten, met name financiering, leasing, verzekeringen en wagenparkbeheer;

MBGP: ontwerp, ontwikkeling, vervaardiging, levering, testing en racing van Formule 1- autoracewagens op het FIA-wereldkampioenschap Formule 1.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10171 — INEOS/Daimler/Mercedes-Benz Grand Prix

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/14


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

Zaak M.10329 — Fairfax/Eurolife

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/07)

1.   

Op 27 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Fairfax Financial Holdings Limited (“Fairfax”, Canada);

Eurolife FFH Insurance Group Holdings S.A. (“Eurolife”, Griekenland).

Fairfax verkrijgt uitsluitende zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Eurolife.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

Fairfax: houdstermaatschappij die zich bezighoudt met schadeverzekeringen en herverzekeringen, alsook beleggingsbeheer;

Eurolife: houdstermaatschappij die zich bezighoudt met levens- en schadeverzekeringen en herverzekeringen, alsook verzekeringsdistributie in Griekenland en Roemenië.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

Zaak M.10329 — Fairfax/Eurolife

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.


3.6.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 210/15


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.10282 — ICG/Infra Group)

Voor de vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

(2021/C 210/08)

1.   

Op 26 mei 2021 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen.

Deze aanmelding betreft de volgende ondernemingen:

Intermediate Capital Group plc (“ICG”, Verenigd Koninkrijk);

Infra International NV (“Infra Group”, België).

ICG verkrijgt zeggenschap in de zin van artikel 3, lid 1, punt b), van de concentratieverordening over het geheel van Infra Group.

De concentratie komt tot stand door de verwerving van aandelen.

2.   

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

ICG: in het Verenigd Koninkrijk gevestigde investeringsonderneming met investeringen in verschillende ondernemingen in Europa, Azië-Stille Oceaan en de Verenigde Staten. Deze ondernemingen omvatten ennit Group, een in Duitsland gevestigde telefonie- en internetonderneming die netwerken bezit en huurt onder zijn merk TNG. Zijn dochterondernemingen Stadtnetze Nord en Glasfaser Nord bieden infrastructuurnetwerkdiensten aan die nodig zijn voor de uitbreiding van het glasvezelnetwerk van TNG;

Infra Group: aanbieder van infrastructuurwerken (elektriciteit, water en riolering, gas- en stadsverwarming, telecom, grondwerken, industrie en openbare verlichting). Hij biedt verschillende diensten aan, vanaf ontwerp, engineering en installatie tot onderhoud van infrastructuurnetwerken. Infra Group is actief in België, Frankrijk, Nederland en Duitsland. Momenteel wordt verwacht dat, bij de afsluiting van de aangemelde transactie, Infra Group ook de groep Graf zal hebben overgenomen, een Duitse civieltechnische onderneming die zich bezighoudt met netwerkconstructiediensten.

3.   

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking komt voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2).

4.   

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na de datum van deze bekendmaking hebben bereikt. De volgende referentie moet altijd worden vermeld:

M.10282 — ICG/Infra Group

Opmerkingen kunnen per e-mail, per fax of per post aan de Commissie worden toegezonden. Gelieve de onderstaande contactgegevens te gebruiken:

Email: COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu

Fax +32 22964301

Postadres:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (“de concentratieverordening”).

(2)  PB C 366 van 14.12.2013, blz. 5.